29.09.2013 Views

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Verrijp was lange tijd gymnasiumleraar<br />

geweest. In een in Euclides gevoerde<br />

discussie met Schogt merkte hij op dat hij<br />

de hbs had bezocht en ook nog hbs-leraar<br />

was geweest. Met andere woorden, men<br />

moest hem serieus nemen. Maar hij was een<br />

roepende in de woestijn.<br />

3.7 De val <strong>van</strong> de trigonometrie<br />

In het nieuwe hbs-leerplan <strong>van</strong> 1937 waren<br />

de sinus- en cosinusregel bij de planimetrie<br />

ondergebracht. Dit was om twee<br />

redenen opmerkelijk. Ten eerste behoorden<br />

de sinus- en de cosinusregel <strong>van</strong>ouds tot<br />

de trigonometrie of driehoeksmeting.<br />

Trigonometrie was een rekenvak, waar<strong>van</strong> nu<br />

dus een (klein) deel werd opgenomen in de<br />

euclidische planimetrie. Het karakter <strong>van</strong> de<br />

planimetrie veranderde erdoor. Ten tweede<br />

werd een axiomatische behandeling <strong>van</strong> de<br />

planimetrie, zoals Dijksterhuis voorstond,<br />

bemoeilijkt. De toevoeging <strong>van</strong> een stukje<br />

trigonometrie had aldus een principiële kant.<br />

Tegelijk werden de rechtstreekse goniotafels<br />

ingevoerd, dus zonder logaritmen,<br />

naar de zin <strong>van</strong> Wijdenes, Van Hiele en<br />

Van Andel (zoals eerder gesignaleerd). Beth<br />

schreef in 1937 in Euclides over het nieuwe<br />

hbs-leerplan: ‘Men zal opgemerkt hebben, dat<br />

het leerplan op verschillende plaatsen duidelijk<br />

wijst in de richting <strong>van</strong> samensmelting <strong>van</strong> de<br />

planimetrie met de trigonometrie. De gangbare<br />

<br />

scheiding <strong>van</strong> deze twee onderwerpen is even<br />

erg in strijd met het wezen <strong>van</strong> de wiskunde<br />

als de scheiding <strong>van</strong> rekenkunde en algebra.’<br />

Beth liet zich niet uit over een axiomatische<br />

behandeling <strong>van</strong> de meetkunde. Kennelijk<br />

was de wens daartoe op het tweede plan<br />

gekomen. Een meer pragmatische aanpak<br />

had de voorkeur gekregen.<br />

Hoe kon dit gebeuren? Heel zeker hadden<br />

velen bij berekeningen aan driehoeken<br />

al graag goniometrische verhoudingen<br />

gebruikt. In toepassingen had niemand er<br />

bezwaar tegen. Maar dit was allang zo. Het<br />

belangrijkst was vast dat men uitgekeken was<br />

op de trigonometrie.<br />

Verrijp zag geen kwaad in een door hem<br />

besproken examenopgave. Dat kwam hem<br />

op een krachtige reactie <strong>van</strong> Schogt te staan:<br />

‘Het trainen der leerlingen in het verzinnen<br />

<strong>van</strong> dergelijke, hoogst gekunstelde, oplossingen is<br />

mijns inziens onmogelijk en bovendien geenszins<br />

wenselijk.’<br />

Schogt besloot met: ‘Ik vind het betreurenswaardig,<br />

dat examenopgaven worden gesteld,<br />

bij welker oplossing wiskundige aanleg een<br />

hinderpaal vormt, maar tevens, dat zulks door<br />

wiskundigen wordt verdedigd.’ Schogt stond<br />

hierin beslist niet alleen, de trigonometrie in<br />

haar bewerkelijke vorm had afgedaan.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!