29.09.2013 Views

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

E U C L I D E S - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

- Formele erkende (na)scholingsactiviteiten.<br />

Hieronder vallen o.a. cursussen, studiedagen,<br />

conferenties.<br />

- Formele, erkende binnenschoolse<br />

activiteiten. Hieronder vallen o.a.<br />

vakspecifieke taken/functies, activiteiten<br />

die in de jaaragenda zijn opgenomen etc.<br />

- Informele binnenschoolse activiteiten.<br />

Hieronder vallen o.a. lesbezoeken aan<br />

collega’s, lesevaluaties door leerlingen,<br />

intervisie met collega’s etc.<br />

- Formele erkende buitenschoolse<br />

activiteiten. Hieronder vallen o.a. (betaalde)<br />

nevenactiviteiten, werkzaamheden bij<br />

CEVO/Cito, begeleiding stagiaires,<br />

auteurschap bij educatieve uitgever, etc.<br />

- Informele persoonlijke activiteiten<br />

(buiten school). Hieronder vallen o.a.<br />

het lezen <strong>van</strong> vakliteratuur, het werken<br />

aan wiskundeproblemen etc.<br />

Deze gebieden zijn natuurlijk niet altijd<br />

strikt gescheiden. De reden om een<br />

dergelijke indeling te hanteren heeft vooral<br />

te maken met de verschillende aard <strong>van</strong><br />

de bewijsstukken of hoe een docent kan<br />

aantonen dat hij deze competentie bezit.<br />

In het rapport zijn bij de indicatoren<br />

voorbeelden <strong>van</strong> bewijsstukken<br />

opgenomen. Het nadenken over de vorm<br />

hier<strong>van</strong> staat nog in de kinderschoenen.<br />

Bij formele (na)scholingsactiviteiten<br />

en erkende taken en functies op school<br />

(binnenschools, formeel, erkend) lijken<br />

bepaalde bewijsstukken voor de hand te<br />

liggen. Denk daarbij aan certificaten <strong>van</strong><br />

een nascholing, inschrijving voor een<br />

studiedag en de naam op de deelnemerslijst,<br />

geregistreerde taak als sectievoorzitter,<br />

etc. Toch ontstaat ook hierover discussie:<br />

is een certificaat voldoende bewijs voor<br />

actieve deelname? Als een sectievoorzitter<br />

alleen technisch voorzit, heeft deze<br />

activiteit dan nog wel betekenis voor de<br />

beroepsstandaarden als wiskundedocent?<br />

Nog lastiger wordt het bij het aantonen <strong>van</strong><br />

de informele persoonlijke activiteiten: hoe<br />

bewijst een docent dat hij/zij zijn/haar vak<br />

bijhoudt? Via abonnementen<br />

op tijdschriften? Via de kladjes <strong>van</strong><br />

uitgewerkte wiskundeproblemen?<br />

Via een inhoudelijke toets? Via een<br />

zelfevaluatieformulier? Hoe voorkom je<br />

dat <strong>van</strong> alle informele activiteiten verslagen<br />

moeten worden gemaakt?<br />

Omdat de docent zoals gezegd zelf verantwoordelijk<br />

is voor het aantonen <strong>van</strong> de<br />

ondernomen professionaliseringsactiviteiten<br />

ten behoeve <strong>van</strong> registratie, en daarmee<br />

dus voor zijn persoonlijke professionele<br />

ontwikkeling of ‘groei’, zal er in het tweede<br />

projectjaar <strong>van</strong> WiVa tijd gestoken moeten<br />

worden in het ontwikkelen <strong>van</strong> bruikbare,<br />

betekenisvolle instrumenten.<br />

Op dit gebied is natuurlijk expertise bij de<br />

lerarenopleidingen aanwezig en ook zijn<br />

er voorbeelden te vinden bij buitenlandse<br />

verenigingen die naast of bij standaarden<br />

voor wiskundedocenten soms ook zelf-<br />

evaluatie-instrumenten [4] hebben ontwikkeld.<br />

<br />

Er komt een zogenoemde registratiecommissie<br />

WiVa (een werkgroep <strong>van</strong> de NVvW)<br />

om te beoordelen:<br />

- of het portfolio <strong>van</strong> de kandidaat de<br />

vereiste bewijsstukken bevat;<br />

- of de kandidaat kan worden ingeschreven<br />

in het NVvW-register (basis- dan wel<br />

beroepsregister);<br />

- of een kandidaat (in het geval <strong>van</strong> een<br />

beroepsregistratie) na 4 jaar een verlengde<br />

inschrijving ont<strong>van</strong>gt, of terug moet naar<br />

het basisregister.<br />

De eigen verantwoordelijkheid <strong>van</strong> de<br />

docent voor zijn/haar professionele ontwikkeling<br />

kan op gespannen voet staan met<br />

de beoordeling er<strong>van</strong> door een ‘externe’<br />

commissie. Het verdient dan ook aanbeveling<br />

om in het tweede projectjaar <strong>van</strong> WiVa<br />

zorgvuldig na te gaan hoe een dergelijke<br />

commissie te werk zal moeten gaan. Het<br />

uitvoeren <strong>van</strong> een pilot op dit terrein in een<br />

vervolgtraject is gewenst.<br />

<br />

In april 2008 heeft het bestuur <strong>van</strong> de<br />

NVvW over het rapport WiVa positief<br />

geoordeeld en besloten tot invoering over<br />

te gaan. Maar het bestuur realiseert zich<br />

heel goed dat er nu pas gestart wordt en wil<br />

samen met geïnteresseerde leden, andere<br />

vakverenigingen en het SBL een beroepsregister<br />

gaan ontwikkelen met als basis het<br />

rapport WiVa. Daarbij wordt de volgende<br />

tijdlijn gevolgd:<br />

- November 2008: NVvW-bestuur kondigt<br />

tijdens de jaarvergadering de start <strong>van</strong> het<br />

basisregister aan.<br />

- December 2008: een eerste voorhoedegroep<br />

docenten, zowel ervaren als beginnend,<br />

registreert zich in het basisregister; zij<br />

vormen de pilotgroep.<br />

- December 2010: voorhoedegroep gaat<br />

over naar beroepsregister; standaarden,<br />

indicatoren, bewijsstukken, instrumenten<br />

en registratieprocedure zijn ‘uit’-<br />

ontwikkeld. Er ligt een advies over<br />

een expertregister.<br />

Het idee is dat in een vervolgtraject,<br />

waarbij een pilotgroep de overstap <strong>van</strong><br />

basis- naar beroepsregister maakt, deze<br />

groep zich ook zal bezighouden met<br />

het vaststellen <strong>van</strong> criteria waaraan<br />

professionaliseringsaanbod zal moeten<br />

voldoen, met het in kaart brengen <strong>van</strong> de<br />

informele professionalisering <strong>van</strong> docenten<br />

zelf en met het ontwikkelen <strong>van</strong> instrumenten<br />

om deze activiteiten vast te leggen voor het<br />

WiVa-dossier (denk aan een observatieformat,<br />

een zelfevaluatieformulier etc).<br />

<br />

Gedurende het jaar gaat u hierover en ook<br />

<strong>van</strong> ons project zeker nog meer in de media<br />

vernemen, via Euclides en via de website.<br />

(Klik op ‘werkgroepen’ en ga vervolgens<br />

naar het Beroepsregister.)<br />

Voor nadere informatie kunt u contact<br />

opnemen met Marianne Lambriex<br />

(m.lambriex@nvvw.nl).<br />

<br />

[1] Eerder verschenen in deze serie:<br />

- M. Lambriex: Beroepsstandaarden<br />

voor wiskundeleraren; lerarenregister.<br />

In: Euclides 83(5), maart 2008;<br />

pp. 280-281.<br />

- M. Lambriex, M. Wijers, V. Jonker:<br />

De zoektocht naar de wiskundige<br />

vakvaardigheden. In: Euclides 83(6),<br />

april 2008; pp. 319-320.<br />

[2] www.feo.hvu.nl/kennisbasis/<br />

[3] Stichting Samenwerkingsorgaan<br />

Beroepskwaliteit Leraren, www.<br />

lerarenweb.nl/lerarenweb-sbl.html<br />

[4] Onder ander te vinden bij de<br />

AAMT (Australië) en de NCETM<br />

(Engeland).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!