09.02.2014 Views

Resultaten van de bepaling van de constante van Planck met ...

Resultaten van de bepaling van de constante van Planck met ...

Resultaten van de bepaling van de constante van Planck met ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Resultaten</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>bepaling</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong><br />

<strong>Planck</strong> <strong>met</strong> behulp <strong>van</strong> het foto-elektrisch effect<br />

Oscar <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Bosch (#3118185)<br />

Erica Rasch (#3118398)<br />

Practicum natuurkun<strong>de</strong><br />

11 juni 2007<br />

Samenvatting<br />

De <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is een fundamentele natuur<strong>constante</strong> die on<strong>de</strong>r<br />

an<strong>de</strong>re het verband geeft tussen <strong>de</strong> energie <strong>van</strong> een <strong>de</strong>eltje en haar<br />

golffrequentie. In <strong>de</strong>ze proef wordt <strong>de</strong>ze <strong>constante</strong> bepaald <strong>met</strong> behulp<br />

<strong>van</strong> het foto-elektrisch effect, waarbij elektronen los komen uit een katho<strong>de</strong><br />

door inslaan<strong>de</strong> fotonen <strong>met</strong> een te bepalen energie. De zo gevon<strong>de</strong>n<br />

waar<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is (7.1±0.4)·10 −34 eV. Deze waar<strong>de</strong><br />

wijkt 8% <strong>van</strong> <strong>de</strong> literatuurwaar<strong>de</strong> af. Met <strong>de</strong>ze proef wordt tegelijkertijd<br />

<strong>de</strong> uittree<strong>de</strong>nergie <strong>van</strong> <strong>de</strong> ano<strong>de</strong> (platina) bepaald, <strong>de</strong>ze is 2.1±0.2eV. De<br />

afwijking <strong>met</strong> <strong>de</strong> literatuurwaar<strong>de</strong> is in dit geval enorm: 60%! Dit wordt<br />

veroorzaakt door vervuiling <strong>van</strong> <strong>de</strong> elektro<strong>de</strong>.<br />

1


Inhoudsopgave<br />

1 Inleiding 3<br />

2 Theorie 3<br />

3 Experiment 4<br />

3.1 Proefopstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4<br />

3.2 Meet<strong>met</strong>ho<strong>de</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4<br />

3.2.1 Thermische Staart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5<br />

3.3 Data-Analyse . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5<br />

4 <strong>Resultaten</strong> 7<br />

4.1 Constante <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7<br />

4.2 Uittree<strong>de</strong>nergie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7<br />

5 Evaluatie 7<br />

2


1 Inleiding<br />

De <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is een fundamentele natuur<strong>constante</strong> die het verband<br />

geeft tussen <strong>de</strong> energie <strong>van</strong> een <strong>de</strong>eltje en haar golffrequentie. Zij is ont<strong>de</strong>kt<br />

toen Max <strong>Planck</strong> aan het eind <strong>van</strong> <strong>de</strong> 19e eeuw on<strong>de</strong>rzoek <strong>de</strong>ed naar <strong>de</strong> energie<br />

die wordt uitgestraald door zogenaam<strong>de</strong> zwarte stralers, die op alle golflengten<br />

energie uitstralen. De <strong>constante</strong> h wordt ook vaak geschreven als = h<br />

2π . In<br />

<strong>de</strong>ze vorm wordt ze ook wel <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong> Dirac of <strong>de</strong> gereduceer<strong>de</strong> <strong>constante</strong><br />

genoemd. Met behulp <strong>van</strong> zijn <strong>constante</strong> kon <strong>Planck</strong> laten zien hoe energie in<br />

kleine ‘pakketjes’ gekwantiseerd wordt. Dit gaf aanleiding tot <strong>de</strong> kwantummechanica.<br />

De gereduceer<strong>de</strong> vorm speelt een rol in <strong>de</strong> onzekerheidsrelatie <strong>van</strong><br />

Heisenberg, die beschrijft dat <strong>van</strong> een <strong>de</strong>eltje ofwel <strong>de</strong> impuls ofwel <strong>de</strong> locatie<br />

nauwkeurig gekend kan wor<strong>de</strong>n.<br />

De <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is een <strong>van</strong> <strong>de</strong> kleinste hoeveelhe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> he<strong>de</strong>ndaagse<br />

natuurkun<strong>de</strong>, en dit benadrukt <strong>de</strong> extreem kleine schaal waarop kwantummechanische<br />

processen zich manifesteren. Dit heeft tot gevolg dat <strong>de</strong>rgelijke<br />

processen in het dagelijks leven niet waarneembaar zijn en dat het bepalen <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong>ze <strong>constante</strong> een uiterst precaire bezigheid behelst.<br />

2 Theorie<br />

Wanneer een foton een <strong>met</strong>alen oppervlak raakt, kan het foton zijn energie<br />

overdragen aan een elektron in het <strong>met</strong>aal. Als <strong>de</strong>ze energie groter is dan <strong>de</strong><br />

bindingsenergie, kan het elektron loskomen uit het <strong>met</strong>aal. Dit effect heet het<br />

foto-elektrisch effect. De energie die het elektron krijgt is afhankelijk <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

energie die het foton had, gegeven door hν = hc<br />

λ<br />

. Hierbij is ν <strong>de</strong> frequentie <strong>van</strong><br />

het foton,λ <strong>de</strong> golflengte, c <strong>de</strong> lichtsnelheid en h <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong>, die<br />

in <strong>de</strong>ze proef bepaald zal wor<strong>de</strong>n.<br />

De opstelling maakt gebruikt <strong>van</strong> een katho<strong>de</strong> en een ano<strong>de</strong>, <strong>met</strong> een verschillen<strong>de</strong><br />

potentiaal, waarin zich uiteraard elektronen bevin<strong>de</strong>n. De katho<strong>de</strong>,<br />

die een lagere potentiaal heeft, wordt geraakt door fotonen. Als het foton genoeg<br />

energie heeft maakt <strong>de</strong>ze een elektron vrij. Het vrijgemaakte elektron kan<br />

<strong>de</strong> ano<strong>de</strong> alleen bereiken als <strong>de</strong>ze genoeg energie heeft. De energie die een foton<br />

moet hebben om een elektron uit <strong>de</strong> katho<strong>de</strong> <strong>de</strong> ano<strong>de</strong> te laten bereiken is<br />

minstens:<br />

hν > φ A − eV ak (1)<br />

Hierbij is φ A <strong>de</strong> uittree<strong>de</strong>nergie, en V ak het potentiaalverschil.<br />

Als er net genoeg energie is om een elektron <strong>de</strong> ano<strong>de</strong> te laten bereiken, geldt<br />

er hν = φ A − eV ak . V ak is hier <strong>de</strong> remspanning V rem :<br />

V rem = −hν − φ A<br />

e<br />

= −( hc<br />

e )( 1 λ ) + φ A<br />

e . (2)<br />

Deze vergelijking laat zien dat <strong>de</strong> richtingscoëfficient <strong>van</strong> <strong>de</strong> figuur <strong>van</strong> V rem<br />

tegen 1 hc<br />

λ<br />

gelijk te stellen is aan −<br />

e . 3


3 Experiment<br />

3.1 Proefopstelling<br />

Figuur 1: Opstelling<br />

Voor <strong>de</strong>ze proef maken we gebruik <strong>van</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> opstelling:<br />

• Een kwiklamp. In <strong>de</strong> lamp vervalt kwik, waardoor emissie optreedt en<br />

licht <strong>met</strong> bepaal<strong>de</strong> golflengtes 1 wordt uitgezon<strong>de</strong>n.<br />

• De stralen wor<strong>de</strong>n geconvergeerd door een lens en op een spleet gericht.<br />

• Deze spleet is on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el <strong>van</strong> een monochromator. Deze bevat een aantal<br />

(<strong>de</strong>els gekrom<strong>de</strong>) spiegels, die rond kunnen draaien en naar gelang <strong>de</strong><br />

stand een bepaal<strong>de</strong> golflengte doorlaten.<br />

• Het licht uit <strong>de</strong> monochromator komt op <strong>de</strong> fotocel. Deze bevat een katho<strong>de</strong><br />

en een ano<strong>de</strong>, waardoor <strong>de</strong> stroom kan wor<strong>de</strong>n ge<strong>met</strong>en<br />

• De fotocel geeft pulsen door aan een signaalverwerker, speciaal voor <strong>de</strong>ze<br />

opstelling gemaakt.<br />

• De computer kan <strong>de</strong> omgezette signalen in een speciaal programma verwerken.<br />

3.2 Meet<strong>met</strong>ho<strong>de</strong><br />

Voordat het werkelijke <strong>met</strong>en kan beginnen heeft <strong>de</strong> lamp wat tijd nodig om op<br />

te warmen en maximaal licht uit te zen<strong>de</strong>n. Vervolgens Wordt <strong>met</strong> behulp <strong>van</strong><br />

<strong>de</strong> computer <strong>de</strong> stroom ge<strong>met</strong>en over een reeks golflengten. Daaruit wordt aan<br />

<strong>de</strong> hand <strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n pieken bepaald bij welke stan<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> monochromator<br />

<strong>de</strong> door <strong>de</strong> kwiklamp uitgezon<strong>de</strong>n golflengten door wor<strong>de</strong>n gelaten. Vervolgens<br />

wordt bij <strong>de</strong>ze golflengten <strong>de</strong> remspanning bepaald. Bovendien wordt een<br />

strooilicht<strong>met</strong>ing uitgevoerd, waarbij het licht <strong>van</strong> <strong>de</strong> lamp niet geconvergeerd<br />

wordt. In het gebied tussen V = 0 en V rem bestaat er een kwadratisch verband<br />

tussen <strong>de</strong> stroom en <strong>de</strong> spanning:<br />

I = c(V − V rem ) 2 (3)<br />

Door mid<strong>de</strong>l <strong>van</strong> een aanpassing <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze functie aan <strong>de</strong> verkregen grafiek kunnen<br />

c en V rem bepaald wor<strong>de</strong>n. Op <strong>de</strong>ze manier kan bij verschillen<strong>de</strong> golflengtes<br />

V rem bepaald wor<strong>de</strong>n en vindt men h en φ A uit het verband tussen <strong>de</strong> remspanning<br />

en <strong>de</strong> golflengte.<br />

1 Emissiegolflengtes kwik (nm): 334, 366, 391, 405, 436, 492, 546, 579.<br />

4


3.2.1 Thermische Staart<br />

Hierbij moet nog wor<strong>de</strong>n opgemerkt, dat niet alle beschikbare golflengten gebruikt<br />

zijn om te <strong>met</strong>en. Dat heeft te maken <strong>met</strong> <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong> ’thermische<br />

staart’. De thermische staart bestaat uit vrije elektronen in <strong>de</strong> katho<strong>de</strong> die een<br />

hogere energie hebben dan het fermi-niveau. Het fermi-niveau is het maximale<br />

energie-niveau <strong>van</strong> een vrij elektron bij het absolute nulpunt. Op dit niveau is <strong>de</strong><br />

benodig<strong>de</strong> uittreed-energie gebaseerd. De energie die een elektron ’uit een foton<br />

moet halen’ om <strong>de</strong> ano<strong>de</strong> te bereiken wordt <strong>met</strong> verwaarlozen <strong>van</strong> <strong>de</strong> thermische<br />

staart gegeven door hν > φ A − eV . De elektronen in <strong>de</strong> thermische staart<br />

bezitten zelf echter ook al energie, en zullen zelfs bij volgens <strong>de</strong> formule te lage<br />

energieën <strong>de</strong> ano<strong>de</strong> bereiken. Het is dui<strong>de</strong>lijk dat dit een grote systematische<br />

fout in <strong>de</strong> meetresultaten tot gevolg heeft. Bij straling <strong>met</strong> lagere energie is dit<br />

effect groter, daarom moet alleen bij <strong>de</strong> kortere golflengtes ge<strong>met</strong>en wor<strong>de</strong>n.<br />

3.3 Data-Analyse<br />

Door op bovenstaan<strong>de</strong> manier twee meetseries uit te voeren, zijn <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />

(gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong>) remspanningen verkregen:<br />

Tabel 1: Remspanning bij verschillen<strong>de</strong> golflengtes<br />

Golflengte (nm) 1/Golflengte (1/m, x10 3 ) Remspanning (V)<br />

436 2294 -1.22<br />

405 2469 -1.45<br />

366 2732 -1.84<br />

De remspanning is omgekeerd evenredig <strong>met</strong> <strong>de</strong> golflengte. Regressie <strong>van</strong> <strong>de</strong><br />

inverse golflengte tegen <strong>de</strong> remspanning zal dus een lineaire functie opleveren.<br />

De richtingscoëfficiënt <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze lijn is te bepalen <strong>met</strong> <strong>de</strong> kleinste kwadraten<strong>met</strong>ho<strong>de</strong>.<br />

5


Remspanning V<br />

2<br />

1<br />

0.5 1 1.5 2 2.5 3<br />

1Golflengte 1mm<br />

-1<br />

-2<br />

Figuur 2: Lineaire regressie tussen inverse golflengte en remspanning<br />

De richtingscoefficient die zo gevon<strong>de</strong>n wordt is (−1.33 ± 0.07) · 10 −6 Vm; <strong>de</strong><br />

asdoorsne<strong>de</strong> ligt bij 2.1 ± 0.2 V.<br />

6


4 <strong>Resultaten</strong><br />

4.1 Constante <strong>van</strong> <strong>Planck</strong><br />

De <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> wordt nu simpelweg gevon<strong>de</strong>n <strong>met</strong> behulp <strong>van</strong> vergelijking<br />

2. De hierboven gegeven richtingscoefficient d is gelijk aan −hc<br />

e<br />

. De gevon<strong>de</strong>n<br />

<strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is dus:<br />

h = d · e<br />

c = (1.33 ± 0.07) · 1.6022 · 10−6 10−19<br />

·<br />

2.9979 · 10 8 = (7.1 ± 0.4) · 10 −34 J · s. (4)<br />

4.2 Uittree<strong>de</strong>nergie<br />

De uittree<strong>de</strong>nergie φ A wordt gevon<strong>de</strong>n <strong>met</strong> behulp <strong>van</strong> <strong>de</strong> asdoorsne<strong>de</strong> <strong>van</strong><br />

bovenstaand figuur. Deze is 2.1 ± 0.2V. φ A is (2.1 ± 0.2) · e = 2.1 ± 0.2eV =<br />

(2.1 ± 0.2) · 1.602 · 10 −19 J = (3.3 ± 0.3) · 10 −19 J<br />

5 Evaluatie<br />

De literatuurwaar<strong>de</strong> voor <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> is 6.626 · 10 −34 Js. De afwijking<br />

<strong>van</strong> <strong>de</strong> gevon<strong>de</strong>n waar<strong>de</strong> ((7.1 ± 0.4) · 10 −34 Js)is min<strong>de</strong>r dan 8%. De<br />

uittree<strong>de</strong>nergie φ A heeft een literatuurwaar<strong>de</strong> <strong>van</strong> 5.65 eV. De afwijking <strong>met</strong> <strong>de</strong><br />

gevon<strong>de</strong>n waar<strong>de</strong>, 2.1 ± 0.2eV is vrij substantieel, <strong>de</strong>ze bedraagt namelijk 60%.<br />

Hieruit valt te conclu<strong>de</strong>ren dat we hier niet te maken hebben <strong>met</strong> een zuivere<br />

platina-elektro<strong>de</strong>. Er is klaarblijkelijk een oppervlakteverontreiniging aanwezig,<br />

bijvoorbeeld <strong>van</strong> het element kalium, dat een veel lagere uittreedpotentiaal heeft.<br />

Het is op te merken dat <strong>de</strong> literatuurwaar<strong>de</strong>n niet binnen <strong>de</strong> verkregen meetonzekerhe<strong>de</strong>n<br />

vallen. Hieruit volgt dat we te maken hebben <strong>met</strong> een systematische<br />

onzekerheid. Deze kan bijvoorbeeld veroorzaakt zijn door een fout in <strong>de</strong><br />

kwadratische aanpassing. Ondanks het feit dat dit zorgvuldig gedaan is, moet<br />

gezegd wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong>ze erg foutgevoelig is.<br />

Wat betreft <strong>de</strong> <strong>constante</strong> <strong>van</strong> <strong>Planck</strong> zou <strong>de</strong> gebruikte proefopstelling een<br />

nauwkeurigheid <strong>van</strong> min<strong>de</strong>r dan een procent moeten kunnen bereiken. Dit is ons<br />

niet gelukt. Hiervoor zijn verschillen<strong>de</strong> oorzaken mogelijk. De proefopstelling<br />

is bijvoorbeeld zeer gevoelig voor verstoringen, aangezien een stroom in <strong>de</strong> or<strong>de</strong><br />

<strong>van</strong> grootte <strong>van</strong> picoampères ge<strong>met</strong>en wordt. Ver<strong>de</strong>r zal het resultaat waarschijnlijk<br />

nauwkeuriger wor<strong>de</strong>n wanneer nog meer meetseries uitgevoerd wor<strong>de</strong>n en<br />

daaruit <strong>de</strong> richtingscoefficient bepaald wordt.<br />

7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!