Verbreding van bewonersbetrokkenheid - Ids Breeuwsma / Hay van der sterren

5.1 Wat heeft ABCD tot nu toe opgeleverd in de Kolpinbuurt:
resultaten en voortgang naar bron (‘asset’) geordend
Bron1 De capaciteiten van individuen
Resultaten
a. Op verschillende manieren zijn capaciteiten van individuen gezocht, benaderd en benut in en
voor de buurt. Het tijdens OBAZ gewijzigde buurtcomité heeft zijn rol in de buurt en als
gesprekspartner met instanties verder weten te ontwikkelen en gaat hier mee door.
Daarnaast zijn bij verschillende activiteiten veel meer vrijwilligers actief geworden (zie ook
bijlage 6: Evaluatie Tandem 2004). Vrijwilligers hebben gebruik gemaakt van aangeboden
cursussen. In het voorjaar van 2004 is een achttal vrijwilligers op cursus geweest (fitness, steps
en bodyshape) t.b.v. de sportafdeling in het nieuwe buurtcentrum, De Inloop. Daarnaast zijn
vrijwilligers in samenwerking met buurtconciërges aan het werk bij onder meer het plaatsen
van schuttingen. Zeven vrijwilligers hiervan zijn via het Praktijk Trainings Centrum begeleid
en hebben tot mei 2004 een cursus bij Voorwerk gevolgd. Een vervolg vindt plaats via een traject
van sociale activering van Tandem onder extra begeleiding van de opbouwwerker.
b. Wat betreft betaalde werkzaamheden: een aantal bewoners is werkzaam bij de Stichting
Buurtcomité Kolpingwijk en bij de gemeente Nijmegen in verschillende functies (als begeleider
van Kolping Digitaal, administratief medewerker, beheerder van het nieuwe buurtcentrum
of interieurverzorger).
c. Het capaciteitenonderzoek levert informatie op. Uit de eerste ronde van het capaciteitenonderzoek
(zie ook hoofdstuk 4) zijn gegevens over de capaciteiten en interesses van bewoners
voortgekomen.
d. Het leggen van contacten neemt een belangrijke plaats in het capaciteitenonderzoek in. Het
feit dat buurtbewoners worden geënquêteerd door andere buurtbewoners is waardevol: het
gesprek en het contact dat er zodoende plaatsvindt, waarbij gesproken wordt over het leven
in de buurt en wat je daar zelf als buurtbewoner aan kunt bijdragen, levert resultaten op.
e. Op grond van het onderzoek tot nu toe lijken er mogelijkheden te zijn voor activiteiten als
koken, knutselen, vissen, sport, kaarten, computer- en moederactiviteiten. Er is dus door
bewoners verzamelde informatie over aan welke activiteiten buurtbewoners (zouden) willen
deelnemen.
f. Er zijn nieuwe vrijwilligers actief geworden, mede op basis van het capaciteitenonderzoek.
Naar aanleiding van dit onderzoek zijn nieuwe activiteiten opgezet voor kinderen en jongeren
(bijvoorbeeld bouwkamp en jongerendisco) en voor volwassenen (bijvoorbeeld sport en
kaarten).
Deze resultaten geven aan, dat een grotere betrokkenheid van meerdere bewoners in ontwikkeling
is. Bewoners organiseren activiteiten en worden daarbij desgewenst ondersteund. Daarnaast is er
meer (betaald) werk voor bewoners in hun eigen buurt en zijn er nieuwe mogelijkheden door de
realisatie van het buurtcentrum. Natuurlijk is er in het verleden niet alleen gekeken naar wat er ontbreekt
in de Kolpingbuurt, maar ook naar kwaliteiten en kracht van de buurtbewoners. Toch heeft
daarbij wat ontbreekt of problematisch is in de buurt vaak de boventoon gevoerd. In de ABCD-aanpak
wordt dit vermeden.
Tijdens de eerste ronde van het capaciteitenonderzoek zijn 45 enquêtes afgenomen door een groep
enquêteurs (bewoners), zoals uitgebreid beschreven in hoofdstuk 4. Hierbij geeft de helft van de
BCDABCDABCDABCDONZEBUURTAANZETABCDABCDABCDABCDABCDABCDABCDABCDABCD 25