Schepenbank 5121 47.pdf - HCC
Schepenbank 5121 47.pdf - HCC
Schepenbank 5121 47.pdf - HCC
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
linkende en klinkende munten (geld) geboden die zijn eigendom zijn<br />
zoals hij zei, om beroep te doen op het recht van vernadering als zijnde<br />
meer bloedverwant, inzake bepaald eikenhout staande op het<br />
´voorhooft´ van het huis en de grond van Goossen Handrick Martens,<br />
zijnde zijn oom aan de Heeselaer daar, die deze Goossen zoals men<br />
heeft begrepen op 5 mei 1640 had verkocht aan Geraert Janssen de<br />
Molder. Datum 7 mei.<br />
=================173===================<br />
Aktennr : 173<br />
Folio : 125-v<br />
Soort akte : verklaring toedracht ongeval<br />
Datum : 07-05-1640<br />
Wij, Willem Adams en Jan Herman Schuerman, schepenen, verklaren<br />
dat voor ons zijn verschenen Antonis Peters van Taertwijck onze<br />
vorster, verder Handrick Handrick Spierincx onze substituut-vorster en<br />
Jan Jansen Spierincks borgemeester en inwoner van deze heerlijkheid,<br />
nadat hen de eed was afgenomen en waren ondervraagd, hebben<br />
verklaard ten behoeve van de heer officier van deze heerlijkheid, dat ze<br />
op 5 mei in volle schepenbankvergadering bijeen zijn geweest ten huize<br />
van de secretaris met ook Adriaen Everts tegenwoorig borgemeester en<br />
Geraert Janssen van de Loo, ook mede inwoner hier, waarbij deze<br />
Adriaen Everts en Geraert van de Loo met elkaar ´krakeelden´en elkaar<br />
met blote messen aanvielen en hebben gezien dat Gerard van de Loo<br />
met diens mes genoemde Adriaen Everts zwaar letsel toebracht in zijn<br />
arm of hand en toen ernstig bloedde. Datum 7 mei 1640.<br />
=================174===================<br />
Aktennr : 174<br />
Folio : 126-r<br />
Soort akte : niet nakoming overeenkomst<br />
Datum : 15-05-1640<br />
Wij, Adriaen Jansen Spierincx en Jan Wouters van Gemert, schepenen,<br />
verklaren dat vandaag jonker Chaerl van Vlierden inwoner van de<br />
heerlijkheid heel ziek te bed ligt en zijn eerdere verklaring van 13<br />
januari jongstleden nogmaals bevestigt, zoals hem door onze secretaris<br />
in onze aanwezigheid is voorgelezen en nadat die de eed had afgelegd,<br />
heeft die op verzoek van het bestuur en de inwoners van deze<br />
heerlijkheid in zijn verklaring volhard en heeft gezegd dat hij zelfs in zijn<br />
zware en gevaarlijke ziekte daarvoor bereid was de dood te sterven en<br />
zijn ziel aan de almachtige God aan te bieden. Verder verklaart hij nog<br />
dat de destijdse belofte over het vermelde akkoord door genoemde