SLAPEN-03-2018-LOW

juni 2018 | 37
OPINIE
Waarom matrassentest tekortschiet
De Consumentenbond voert ieder jaar een
matrassentest uit. Bij de meest recente
uitvoering van deze test werden 86 verschillende
matrassen vergeleken met elkaar op basis van
lichaamsondersteuning, dynamiek, ventilatie en
levensduur. Deze eigenschappen worden getest
door twaalf proefpersonen en die samen een
eindoordeel formuleren, de zogeheten ‘beste koop’.
De bond zegt zo een objectief advies te kunnen
geven aan de consument, maar in plaats daarvan
schiet het met hagel. Essentiële onderzoekspunten
worden over het hoofd gezien, het aantal
respondenten is te laag om een gedegen oordeel te
vellen en de onderzoeksmethode geeft te denken.
Representativiteit
De proefpersonen die meedoen aan de
matrassentest worden ingedeeld in twee
categorieën: slapers die klein en licht zijn (ongeveer
165 cm lang en 55 kg zwaar) en slapers die lang
en zwaar zijn (192 cm lang en 100 kg zwaar). Door
de selectiecriteria werpt zich de vraag op hoe
representatief de steekproef is voor de Nederlandse
consument. In een doorsnee winkelstraat bestaat
de sterkst vertegenwoordigde groep immers uit
mensen met een gemiddeld gewicht: niet zwaar,
maar ook niet licht.
Verder blijkt dat niet alle type slapers de test
hebben uitgevoerd; zo zijn buikslapers niet
betrokken bij het onderzoek. Het aantal mensen dat
op de buik of half op de zij en half op de buik slaapt
is niet groot, maar voor een representatief overzicht
zou er wel rekening met hen moeten worden
gehouden.
Bedbodem
Ook is het lastig om een matras als los element te
testen; het zou beter zijn als de Consumentenbond
het matras zou beoordelen als onderdeel van een
slaapsysteem, met daarop aansluitende bedbodem.
Zo sluiten matrassen van schuim beter aan op een
bedbodem met corrigerend vermogen, zoals een
latten- of schotelbodem. Een pocketveermatras
daarentegen heeft verschillende zones en past
daarom beter op een neutralere bodem als
boxspring of spiraal; bij deze combinatie biedt de
matras meer correctie.
Of het nu om een lattenbodem of boxspring gaat,
feit blijft dat de bodem een essentieel onderdeel
is van een bed - voor de stabiliteit, ondersteuning
en ventilatie. Het is onzinnig om 86 verschillende
matrassen op dezelfde bodem te testen, aangezien
niet elke matras op deze bodem aansluit. Een
stabiele bedbodem draagt het matras voldoende en
versterkt zo de positieve eigenschappen. Als een
bedbodem onvoldoende steun en stabiliteit biedt,
kan een goed matras dit nauwelijks compenseren.
U kunt een huis laten bouwen van de meest
hoogwaardige materialen, maar als de fundering
onvoldoende is, zult u er nooit kunnen wonen.
Duurzaamheid
Voor het testen van de duurzaamheid van de
matrassen heeft een 140 kilo wegende wals
30.000 keer over de matrassen gerold. Volgens
de Consumentenbond staat dit gelijk aan acht tot
tien jaar slapen op een matras. Deze methode
evenaart wellicht de lichamelijke belasting, maar
meer ook niet. De levensduur van de matrassen
wordt sterk beïnvloed door transpiratievocht en
andere lichaamszuren en zouten, waarvan de mate
verschilt per individuele slaper. Vochtigheid in en
om het bed heeft onmiskenbaar gevolgen voor de
levensduur van het matras. Voor het beoordelen van
de duurzaamheid is dit een essentiële voorwaarde,
die niet is meegenomen in de test.
Uit een analyse van de testresultaten blijkt dat
het merendeel van de matrassen die het minst
worden beoordeeld, zacht tot zeer zacht zijn. Heel
vreemd is dat niet. De helft van de respondenten
bestaat uit zware proefpersonen, die baat hebben
bij meer stevigheid. Door overwegend (te) zachte
matrasuitvoeringen in de test op nemen, die
onvoldoende worden gedragen door een nietaansluitende
bedbodem, zal de beoordeling hiervan
niet hoog uitvallen.
Het is lastig om te generaliseren met matrassen. Er
zijn zoveel verschillen tussen individuele slapers:
lichaamsbouw, warmtehuishouding,
mate van transpireren, neiging
tot draaien en woelen – met al
deze aspecten is geen rekening
gehouden in ‘het onderzoek’. Het
is zeer discutabel om algemene
conclusies te trekken nadat slechts
twaalf proefpersonen – waarvan
het de vraag is hoe representatief
zij zijn voor de Nederlandse
consument – een test hebben
uitgevoerd. De Consumentenbond
pretendeert de consument
objectief en evenwichtig te
adviseren, maar de test die hiertoe
moet leiden rammelt aan alle
kanten.
Thomas Borst,
freelance journalist
en parttime
verkoopadviseur bij
Borst Bedden