Wie is de nieuwe architect?

uitgangspunt was vanuit de opdrachtgever, maar heeft iets
ongemakkelijks: de inhoud wordt als het ware verborgen.
Dit zorgt voor verwarring (Rohmer, De Haan, & Keesom,
2016). Gesteld kan worden dat het gebouw wellicht
onvoldoende spreekt voor de eindgebruiker, en deze zich
onvoldoende met het gebouw kan identificeren.
Het gebouw doet recht aan de genius loci en geeft,
weliswaar subtiel, de eindgebruiker een plek in het
gebouw. Door een balans te vinden tussen beide factoren
kan het gebouw bestempeld worden als duurzaam. Het
gebouw stelt alle partijen tevreden en is bestand tegen
onvoorziene ontwikkelingen.
Naar mijn idee is duurzaamheid in de volle breedte
van het woord boven alles het meest belangrijke in de
Architectuur.
‘Duurzaamheid impliceert dat je minder hijgerig bent en
niet de waan van de dag volgt, maar meer op de lange
termijn let.’ (Rohmer, De Haan, & Keesom, 2016, p. 30)
Als uitgangspunt voor duurzaamheid moeten er hoge
eisen gesteld worden aan de flexibiliteit van een project.
In de gesprekken met hedendaagse architecten kwam
naar voren dat de ideeën over flexibele gebouwen er
wel degelijk zijn, maar op de vraag of dit in de praktijk
ook is doorgevoerd in de constructie wordt lacherig
gereageerd. De voornemens zijn er, maar komen nog niet
tot uitdrukking.
De kans op een geslaagd, duurzaam resultaat wordt groter
naarmate er meer zorg en aandacht is voor een project
vanuit andere betrokken partijen naast de architect
(Rohmer, De Haan, & Keesom, 2016a). Wellicht is de
opdrachtgever, met een blik op duurzaamheid in de vorm
van de toekomstbestendigheid van de investering, in dit
verhaal de sleutel.
Om flexibele en duurzame gebouwen te realiseren moet
er gehoor worden gegeven aan de genius loci die ten alle
tijden de toon voert. Een uitspraak als ‘fuck de context’
klinkt ook mij verleidelijk in de oren. Echter is een blank
canvas om een groot gebaar neer te zetten naar mijn
idee geen realiteit. Een gebouw verandert per definitie
de bestaande context, welke nooit meer terug zal keren
naar de situatie vóór de gepleegde nieuwbouw: dus wat
geeft mij het recht hier op ongebonden wijze inbreuk op te
maken.
Literatuur
Blyth, A., & Worthington, J. (2001). Managing the Brief for
Better Design. London, Great Britain: Spon Press.
Rohmer, M., De Haan, H., & Keesom, J. (2016a). What
Happened To My Buildings. Rotterdam, Nederland: Nai010
uitgevers
45