StAB Jurisprudentietijdschrift 2009, 1
StAB Jurisprudentietijdschrift 2009, 1
StAB Jurisprudentietijdschrift 2009, 1
- No tags were found...
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
09-29<br />
ABRvS 22 oktober 2008, nr. 200801176/1,<br />
Oosterhout/verzoek om planschadevergoeding<br />
Toename van de gebruiksintensiteit van het gebied<br />
valt niet zozeer toe te schrijven aan de door het<br />
nieuwe bestemmingsplan mogelijk gemaakte woonwijk.<br />
Nieuwe woonwijk leidt niet tot verdergaande<br />
beperkingen aan de mogelijkheid tot uitbreiding dan<br />
reeds bestaande woningen op kortere afstand.<br />
Planschadevergoeding<br />
87<br />
grond bestaat voor het oordeel dat de gemeenteraad<br />
bij de planologische vergelijking geen rekening met<br />
deze beperkingen had mogen houden. Dit betekent<br />
dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat de<br />
gemeenteraad wat betreft de mogelijkheden tot uitbreiding<br />
van het bedrijf onvoldoende heeft gemotiveerd dat<br />
[wederpartijen] door de realisatie van de woonwijk niet<br />
in een planologisch nadeliger situatie zijn geraakt.<br />
Het betoog slaagt.<br />
Wet op de Ruimtelijke Ordening, artikel 49<br />
2.5.1. (…) Op grond van het advies van de SAOZ, dat<br />
de gemeenteraad aan zijn besluitvorming ten grondslag<br />
heeft gelegd, en het verhandelde ter zitting, komt<br />
de Afdeling tot de slotsom dat de toename van de<br />
gebruiksintensiteit van het gebied niet zozeer valt toe<br />
te schrijven aan de door het nieuwe bestemmingsplan<br />
mogelijk gemaakte woonwijk. Immers, op grond van<br />
het oude plan waren ook reeds een onbepaald aantal<br />
verkeersbewegingen mogelijk, terwijl bovendien de<br />
door [wederpartijen] geconstateerde verkeersoverlast<br />
in belangrijke mate wordt veroorzaakt door andere factoren,<br />
zoals sluipverkeer van elders en de niet door het<br />
nieuwe bestemmingsplan geïndiceerde uitvoering van<br />
de Weststadweg. De rechtbank heeft derhalve in het in<br />
beroep aangevoerde ten onrechte grond gevonden voor<br />
het oordeel dat de gemeenteraad onvoldoende heeft<br />
onderzocht en gemotiveerd dat in dit opzicht geen<br />
sprake is van een planologische verslechtering.<br />
Het betoog slaagt.<br />
2.6.1. Niet in geschil is dat [wederpartijen] ten tijde van<br />
de peildatum in verband met de woningen te maken<br />
hadden met milieuhygiënische beperkingen aan de<br />
mogelijkheden tot uitbreiding van het loonbedrijf en dat<br />
de realisatie van de woonwijk, op ruimere afstand van<br />
het loonbedrijf dan de woningen, niet tot verdergaande<br />
beperkingen heeft geleid. Voor zover het bestaan en<br />
het gebruik van de woningen onder het oude planologische<br />
regime in strijd met de voorschriften van het oude<br />
bestemmingsplan was, was dat bestaan en gebruik<br />
op basis van het overgangsrecht toegestaan en laat<br />
dat de betekenis van de hiervoor bedoelde milieuhygiënische<br />
beperkingen derhalve onverlet, zodat geen<br />
<strong>StAB</strong> 1 / <strong>2009</strong>