Praktijkgids - Bedrijven - Hogeschool Utrecht
Praktijkgids - Bedrijven - Hogeschool Utrecht
Praktijkgids - Bedrijven - Hogeschool Utrecht
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Praktijkgids</strong> Marketing & Commerce<br />
Het Institute for Marketing & Commerce kent de opleiding Commerciële Economie (CE)<br />
met de specialisaties Sales & Marketing Management (SMM), International Marketing<br />
Management (IMM) en Sport & Entertainment Marketing (SEM), Leisure & Event<br />
Marketing (LEM) en Creatieve Industrie (CI).<br />
De opleiding International Business and Languages (IBL) is eveneens onderdeel van het<br />
Institute for Marketing & Commerce. Deze opleiding kent de specialisaties Internationale<br />
Marketingcommunicatie (MC) en Exportmanagement (EM).<br />
<strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong>, Faculteit Economie & Management<br />
Padualaan 101, 3584 CH <strong>Utrecht</strong><br />
Postbus 85029, 3508 AA <strong>Utrecht</strong><br />
Praktijkcoördinatoren CE<br />
• De heer W. van den Brink • De heer M. Nutzel<br />
088 – 481 62 73 088 – 481 62 73<br />
Walter.vandenBrink@hu.nl Mark.Nutzel@hu.nl<br />
• De heer B. Toering • De heer M. Veldhuizen<br />
088 – 481 62 73 088 – 481 62 73<br />
Bart.Toering@hu.nl Martin.Veldhuizen@hu.nl<br />
Praktijkbureau CE<br />
• Mevrouw E. Wildschut • Mevrouw L. Bozkurt<br />
088 – 481 64 39 088 – 481 62 51<br />
Ellen.Wildschut@hu.nl Lia.Bozkurt@hu.nl<br />
Praktijkcoördinator IBL<br />
• Mevrouw E. Hofman<br />
088 – 481 63 46<br />
Eline.Hofman@hu.nl<br />
Praktijkbureau IBL + IMM<br />
• Mevrouw A. Phelipa<br />
088 – 481 63 39<br />
Arlene.Phelipa-Lopes@hu.nl<br />
Voor meer informatie:<br />
Kijk op internet: www.praktijkbureaufem.hu.nl<br />
Het Praktijkbureau FEM maakt onderdeel uit van de Faculteit Economie & Management<br />
van <strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong> en onderhoudt, beheert en evalueert de contacten met het<br />
bedrijfsleven.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013 3/51
De opleiding CE (SMM, SEM, LEM, CI) heeft een Onderwijs Advies Groep die als taak<br />
heeft de opleidingsdirectie te adviseren betreffende het marketing beroepenveld. De<br />
opleidingen CE (IMM) en IBL hebben een Beroepenveldcommissie met een vergelijkbare<br />
adviesfunctie.<br />
De bezetting van de Onderwijs Advies Groep is als volgt:<br />
• ASM International, mevrouw R. de Vries, te Bilthoven.<br />
• BLOOM, de heer P. Heshof, te <strong>Utrecht</strong>.<br />
• Imediate, de heer F. Janssen, te Hilversum.<br />
• Lanting Consulting, de heer dr. H.F. Lanting, te Leek.<br />
• Lokerman Marketing & Sponsoring, de heer J.W. Lokerman, te Leidschendam.<br />
• Sara Lee/DE, de heer drs. P.A.J. van Herpen, te <strong>Utrecht</strong>.<br />
• Simpel Sales, de heer R. Damen, te <strong>Utrecht</strong>.<br />
De bezetting van de Beroepenveldcommissie is als volgt:<br />
• Flora Culture International, de heer J. Kras, te Amsterdam.<br />
• Nederlands-Duitse Handelsmaker, de heer G.F. Gülker, te ’s-Gravenhage.<br />
• Nederlandse Export Combinatie, de heer mr. J.C. van Dam, te Soest.<br />
• Papicolor International, mevrouw J. Kaljee, te De Meern.<br />
• Wonderfeel, de heer G.L.F.M. Mutsaerts, te Bussum.<br />
De opleidingen leggen plannen en dilemma’s betreffende de invulling van het onderwijs<br />
aan de Onderwijs Advies Groep c.q. Beroepenveldcommissie voor. De externe adviseurs<br />
komen in deze hoedanigheid drie tot vier maal per jaar bijeen. De leden zijn<br />
vertegenwoordigers van het beroepenveld, verdeeld over de specialisaties van de twee<br />
opleidingen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
4/51
Voorwoord<br />
De HU is een grote hogeschool die gevestigd is in de meest gunstig gelegen plaats van<br />
Nederland: <strong>Utrecht</strong>. <strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong> bestaat uit verschillende Instituten, Academies en<br />
Centra, onderverdeeld bij de verschillende faculteiten: Economie & Management (FEM),<br />
Natuur en Techniek (FNT), Communicatie en Journalistiek (FCJ), Maatschappij en Recht<br />
(FMR), Educatie (FE) en Gezondheidszorg (FG). Met de zeventig opleidingen bestrijkt de<br />
HU vrijwel alle maatschappelijke velden. Jaarlijks studeren meer dan 5.000 studenten af<br />
aan de verschillende opleidingen. Meer nog dan een onderwijsinstelling zijn wij een<br />
kennisinstituut.<br />
Onze docenten onderhouden intensieve contacten met de beroepspraktijk. Door toegepast<br />
onderzoek weten ze het vakgebied steeds verder te verdiepen. De HU werkt nauw samen<br />
met andere onderwijsinstellingen, het bedrijfsleven, overheden en maatschappelijke<br />
organisaties om in constante wisselwerking ons aanbod en onze kennis op peil te houden.<br />
Deze gids bevat informatie over praktijkopdrachten van het Institute for Marketing &<br />
Commerce aan de Faculteit Economie & Management (FEM) van <strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong><br />
(HU), m.b.t. de opleiding CE (Commerciële Economie) met de specialisaties Sales &<br />
Marketing Management (SMM), International Marketing Management (IMM), Sport &<br />
Entertainment Marketing (SEM), Leisure & Event Marketing (LEM) en Creatieve Industrie<br />
(CI) en van de opleiding IBL (International Business and Languages) met de specialisaties<br />
Internationale Marketingcommunicatie (MC) en Exportmanagement (EM).<br />
International Marketing Management wordt sinds 2007 volledig in het Engels aangeboden<br />
en biedt onderwijs aan Nederlandse en internationale studenten. In de major participeren<br />
ook exchange studenten van onze partneruniversiteiten.<br />
De praktijkcoördinatoren en het Praktijkbureau zorgen voor de coördinatie van de<br />
praktijkopdrachten en voor het goede verloop en de bewaking van de kwaliteit van het<br />
praktijkonderwijs binnen het Institute for Marketing & Commerce. In deze praktijkgids van<br />
het instituut vindt u hierover alle relevante informatie.<br />
Naast de praktijkopdrachten kunnen studenten van het Institute for Marketing &<br />
Commerce ook op andere momenten worden ingezet voor praktijkvraagstukken. Mocht u<br />
mogelijkheden voor studenten zien in de vorm van bijvoorbeeld projectopdrachten, input<br />
voor cases, gastcolleges, bedrijfsexcursies, open dagen, sponsoring van<br />
programmaonderdelen, dan kunt u zich hiervoor eveneens wenden tot het Praktijkbureau.<br />
Gebruikers van deze gids zijn uiteraard vrouwelijke en mannelijke potentiële<br />
opdrachtverleners, studenten en docenten. Deze personen worden, zodra ze als<br />
algemene categorie worden genoemd, grammaticaal in de tekst met de mannelijke vorm<br />
aangeduid.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
5/51
Inhoudsopgave<br />
Voorwoord ............................................................................................................................ 5<br />
1 Faculteit Economie & Management (FEM) ...................................................................... 8<br />
2 Praktijkbureau FEM ....................................................................................................... 10<br />
2.1 Praktijkopdrachten ................................................................................................. 10<br />
2.2 Jaarplanning .......................................................................................................... 10<br />
2.3 Wat u van ons kunt verwachten ............................................................................. 11<br />
2.4 Wat wij van de organisatie verwachten ................................................................. 12<br />
2.5 Digitaal aanbiedingsformulier ................................................................................ 13<br />
3 Institute for Marketing & Commerce ............................................................................ 14<br />
3.1 Algemeen .............................................................................................................. 14<br />
3.2 Sales & Marketing Management ............................................................................ 14<br />
3.3 International Marketing Management (Engelstalige opleiding) .............................. 14<br />
3.4 Sport & Entertainment Marketing ........................................................................... 14<br />
3.5 Leisure & Event Marketing .................................................................................... 15<br />
3.6 Creatieve Industrie ................................................................................................ 15<br />
3.5 International Business and Languages .................................................................. 16<br />
4 Opbouw en inhoud van het studieprogramma ........................................................... 17<br />
4.1 Voorafgaand aan stage I, Ad-traject en traineeship I ............................................. 17<br />
4.2 Propedeuse ........................................................................................................... 17<br />
4.3 Hoofdfase .............................................................................................................. 17<br />
4.3.1 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar (SMM, SEM, LEM, CI) ..................................................... 17<br />
4.3.2 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar, CE (IMM; Engelstalig) .................................................... 18<br />
4.3.3 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, CE (SMM, SEM, LEM, CI) ................................................ 18<br />
4.3.4 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, CE (IMM; Engelstalig) ...................................................... 18<br />
4.3.5 Hoofdfase jaar 3, vierde studiejaar, CE (SMM, SEM, LEM, IMM) ........................................... 18<br />
4.3.6 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar, IBL ................................................................................... 19<br />
4.3.7 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, IBL ..................................................................................... 19<br />
4.3.8 Hoofdfase jaar 3, vierde studiejaar, IBL .................................................................................... 19<br />
5 Ad Assitant Marketeer (tweede studiejaar) ................................................................. 20<br />
5.1 Wat houdt Ad Assistant Marketeer in? .................................................................. 20<br />
5.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 20<br />
5.3 Competenties ........................................................................................................ 21<br />
5.4 Leerdoelen............................................................................................................. 21<br />
5.5 Doelstellingen ........................................................................................................ 22<br />
6 Stage I (voltijd; tweede studiejaar) ............................................................................... 24<br />
6.1 Wat houdt stage I in? ............................................................................................. 24<br />
6.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 24<br />
6.3 Competenties ........................................................................................................ 25<br />
6.4 Leerdoelen............................................................................................................. 25<br />
6.5 Doelstellingen ........................................................................................................ 25<br />
7 Traineeship I (duaal; tweede studiejaar) ...................................................................... 27<br />
7.1 Wat houdt traineeship I in? .................................................................................... 27<br />
7.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 28<br />
7.3 Competenties ........................................................................................................ 28<br />
7.4 Leerdoelen............................................................................................................. 29<br />
7.5 Doelstellingen ........................................................................................................ 29<br />
8 Traineeship II (duaal; derde studiejaar) ....................................................................... 31<br />
8.1 Wat houdt traineeship II in? ................................................................................... 31<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
6/51
8.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 32<br />
8.3 Competenties ........................................................................................................ 32<br />
8.4 Leerdoelen............................................................................................................. 33<br />
8.5 Doelstellingen ........................................................................................................ 33<br />
9 Afstudeertraject (voltijd/duaal; vierde studiejaar) ...................................................... 35<br />
9.1 Wat houdt het afstudeertraject in? ......................................................................... 35<br />
9.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 35<br />
9.3 Competenties ........................................................................................................ 37<br />
9.4 Leerdoelen............................................................................................................. 38<br />
9.5 Doelstellingen ........................................................................................................ 38<br />
10 Praktijkonderwijs (derde studiejaar) ......................................................................... 40<br />
10.1 Wat houdt praktijkonderwijs in? ............................................................................. 40<br />
10.2 Mogelijke invulling ................................................................................................. 40<br />
10.2.1 Bedrijfsopdracht........................................................................................................................ 40<br />
10.2.2 Input voor cases ........................................................................................................................ 41<br />
10.2.3 Gastcolleges .............................................................................................................................. 41<br />
11 Informatie algemeen ................................................................................................... 42<br />
11.1 Inhoudelijke eisen praktijkperiode .......................................................................... 42<br />
11.2 Het vinden van een praktijkplaats .......................................................................... 42<br />
11.3 Begeleiding tijdens de praktijkperiode ................................................................... 43<br />
11.3.1 Begeleiding door de hogeschool: de docentbegeleider ............................................................ 43<br />
11.3.2 Begeleiding door de organisatie: de bedrijfsmentor ................................................................ 45<br />
11.4 Eindbeoordeling van de praktijkperiode ................................................................. 45<br />
12 Aandachtspunten voor het beschrijven van een praktijkperiode ............................. 47<br />
12.1 De organisatie ....................................................................................................... 47<br />
12.2 Invulling stage I (voltijd) + Ad-traject ...................................................................... 47<br />
12.3 Invulling traineeship I (duaal) ................................................................................. 47<br />
12.4 Invulling traineeship II (duaal) ................................................................................ 47<br />
12.5 Invulling afstudeertraject (voltijd/duaal) ................................................................. 47<br />
12.6 Operationele werkzaamheden ............................................................................... 48<br />
12.7 Over de begeleiding .............................................................................................. 48<br />
13 Vergoeding en secundaire afspraken bij stage I, Ad-traject of afstudeertraject<br />
(voltijd) ................................................................................................................................ 49<br />
13.1 Praktijkovereenkomst ............................................................................................ 49<br />
13.2 Stagevergoedingen ............................................................................................... 49<br />
13.3 Aansprakelijkheid .................................................................................................. 49<br />
13.4 Geheimhouding ..................................................................................................... 49<br />
13.5 Vrije dagen ............................................................................................................ 50<br />
14 Vergoeding/secundaire afspraken bij traineeship I of afstudeertraject (duaal) ....... 51<br />
14.1 Onderwijs-Arbeidsovereenkomst ........................................................................... 51<br />
14.2 Vergoedingen ........................................................................................................ 51<br />
14.3 Aansprakelijkheid .................................................................................................. 51<br />
14.4 Geheimhouding ..................................................................................................... 51<br />
14.5 Vrije dagen ............................................................................................................ 51<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
7/51
1 Faculteit Economie & Management (FEM)<br />
De FEM verzorgt voltijd-, deeltijd- en duale onderwijsopleidingen voor een bachelor<br />
degree (B Ec = Bachelor of Business Economics, B Com = Bachelor of Commerce, B BA<br />
= Bachelor of Business Administration) in de volgende instituten. Een instituut kan uit één<br />
of meerdere opleidingen (met eventueel één of meerdere specialisaties) bestaan:<br />
Institute for Business Economics<br />
• Bedrijfseconomie (BE)<br />
- International Finance and Control (IFC); Engelstalige opleiding<br />
• Accountancy (AC)<br />
• Financial Services Management (FSM)<br />
Institute for Marketing & Commerce<br />
• Commerciële Economie (CE):<br />
- Sales & Marketing Management (SMM)<br />
- International Marketing Management (IMM); Engelstalige opleiding<br />
- Sport & Entertainment Marketing (SEM)<br />
- Leisure & Event Marketing (LEM)<br />
- Creatieve Industrie (CI)<br />
• Ad Assistant Marketeer<br />
• International Business and Languages (IBL):<br />
- Exportmanagement (EM)<br />
- Marketingcommunicatie (MC)<br />
Institute for Business Administration<br />
• Logistiek en Economie (LE)<br />
• Management, Economie en Recht (MER):<br />
- Business & Information Management (B&IM)<br />
- Business & Human Resources Management (B&HRM)<br />
- Commerciële Bedrijfskunde (CBK)<br />
- Management in de publieke sector (MPS)<br />
• Business Management (MKB)<br />
• Ad Intercedent<br />
• International Business and Management Studies (IBMS); Engelstalige opleiding<br />
• International Business for Emerging Markets (IBEM); Engelstalige opleiding<br />
De opleidingen kennen een gemeenschappelijk doel: studenten theoretisch en praktisch<br />
voorbereiden op het uitoefenen van midden en hogere managementfuncties. Deze<br />
doelstelling is alleen te verwezenlijken in nauwe samenwerking met de beroepspraktijk.<br />
Die samenwerking kent de hogeschool sinds de oprichting in 1970. De FEM beschouwt<br />
contacten met het beroepenveld dan ook als cruciaal voor de kwaliteit van de opleidingen.<br />
De vierjarige studie aan de hogeschool, onderverdeeld in een propedeuse jaar en een<br />
hoofdfase van drie jaar, mondt uit in de titel “bachelor”.<br />
Het praktijkelement neemt tijdens de studie een belangrijke plaats in; het aandeel van<br />
projecten, practica, gastcolleges, bedrijfsbezoeken of praktijkopdrachten beslaat ongeveer<br />
een derde van de totale studie.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
8/51
De FEM kent een aantal praktijkperiodes in haar opleidingen, om daarmee de<br />
wisselwerking tussen theorie en praktijk te bevorderen. Het verschil tussen stage I (voltijd;<br />
tweede studiejaar), Ad-traject (voltijd; tweede studiejaar), traineeship I (duaal; tweede<br />
studiejaar) en het afstudeertraject (voltijd/duaal; vierde studiejaar) komt niet alleen tot<br />
uitdrukking in de duur, maar vanzelfsprekend ook in de inhoud (opdracht en<br />
werkzaamheden).<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
9/51
2 Praktijkbureau FEM<br />
2.1 Praktijkopdrachten<br />
De studenten van de Faculteit Economie & Management (FEM) vervullen tijdens de studie<br />
verschillende praktijkopdrachten. Hierdoor worden zij in de gelegenheid gesteld om hun<br />
competenties toe te passen in de beroepspraktijk. Afhankelijk van de inhoud van de<br />
praktijkopdrachten hanteert de FEM verschillende (onderwijs)vormen waarbinnen de<br />
praktijkopdrachten worden vervuld.<br />
2.2 Jaarplanning<br />
Afhankelijk van de opleiding zijn voor de praktijkopdrachten aan de Faculteit Economie<br />
& Management verschillende tijdstippen in het jaarrooster vastgesteld.<br />
Stage I<br />
Opleiding Startmaand<br />
Accountancy februari<br />
Bedrijfseconomie april<br />
Financial Services Management april<br />
Commerciële Economie (SMM, SEM, LEM) augustus, februari, april<br />
Commerciële Economie (CI, IMM, Ad-traject) april<br />
International Business and Languages april<br />
International Business and Management Studies april<br />
Logistiek en Economie april<br />
Management, Economie en Recht april<br />
Traineeship propedeuse<br />
Opleiding Startmaand<br />
Business Management april<br />
Logistiek en Economie april<br />
Traineeship I<br />
Opleiding Startmaand<br />
Commerciële Economie (SMM, SEM, LEM) september<br />
Business Management september<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
10/51
Logistiek en Economie september<br />
Traineeship II<br />
Opleiding Startmaand<br />
Commerciële Economie (SMM, SEM, LEM) september<br />
Traineeship III<br />
Opleiding Startmaand<br />
Business Management februari<br />
Logistiek en Economie september<br />
Traineeship IV<br />
Opleiding Startmaand<br />
Business Management september<br />
Afstudeertraject (praktijkperiode i.c.m. afstudeeropdracht)<br />
Opleiding Startmaand<br />
Accountancy februari<br />
Bedrijfseconomie februari<br />
Financial Services Management februari<br />
Commerciële Economie (SMM, SEM, LEM, CI)<br />
Commerciële Economie (IMM) februari<br />
International Business and Languages februari<br />
International Business and Management Studies februari<br />
Logistiek en Economie september<br />
Management, Economie en Recht<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
september, november,<br />
februari<br />
september, november,<br />
februari, april<br />
2.3 Wat u van ons kunt verwachten<br />
Binnen de FEM zijn verschillende medewerkers betrokken bij de uitvoering en begeleiding<br />
van praktijkopdrachten. Het centrale aanspreekpunt vormt het Praktijkbureau waar u als<br />
opdrachtgever met al uw vragen terecht kunt. Onze medewerkers kunnen u vaak van<br />
dienst zijn, indien nodig brengen zij u in contact met de juiste personen binnen de FEM.<br />
11/51
Voor het begin van de praktijkopdracht<br />
Omdat de opleidingen binnen de FEM sterk praktijkgerichte managementopleidingen zijn,<br />
stimuleren zij studenten om zelfstandig de zoektocht naar een praktijkperiode te<br />
organiseren.<br />
Het Praktijkbureau ondersteunt studenten o.a. met een intranetapplicatie en een<br />
stagevacaturebank waarop de aanbiedingen van organisaties staan vermeld. Het<br />
Praktijkbureau heeft daarnaast een loketfunctie waar studenten advies kunnen inwinnen<br />
over de verwerving van opdrachten.<br />
Aan het begin van de praktijkperiode<br />
Het Praktijkbureau organiseert, beheert en evalueert het verloop van de praktijkperiode<br />
binnen uw organisatie. Hiertoe registreren wij uw gegevens in een relatiebeheersysteem.<br />
Gedurende de praktijkperiode<br />
Periodiek ontvangt u van ons informatie via email, die op dat moment voor u relevant is. U<br />
kunt hierbij denken aan beoordelingsformulieren maar ook aan overzichten van belangrijke<br />
data waarop terugkomdagen voor studenten, bijeenkomsten voor bedrijfsmentoren e.d.<br />
worden vermeld.<br />
Na afloop van de praktijkperiode<br />
Het belang van de praktijkperiodes wordt onderstreept doordat er een beoordeling aan wordt<br />
toegekend, die voor de student voldoende moet zijn om uiteindelijk het diploma van de<br />
hogeschool in ontvangst te kunnen nemen. Deze beoordeling berust op de indrukken, die u<br />
als bedrijfsmentor, als ook de docentbegeleider van het verloop van de stage heeft gekregen.<br />
2.4 Wat wij van de organisatie verwachten<br />
De rol, de taken en verantwoordelijkheden van het bedrijf zijn, in min of meer<br />
chronologische volgorde:<br />
Voor aanvang van de praktijkperiode<br />
• Formuleren van de invulling van de praktijkperiode (in overleg met de student en<br />
eventueel de praktijkcoördinator van de opleiding).<br />
• Beschrijving van het doel en de gewenste activiteiten.<br />
• Toewijzen van een inhoudelijke begeleider (bedrijfsmentor) aan de student.<br />
Aan het begin van de praktijkperiode<br />
• Introduceren van de student in de organisatie.<br />
• Bespreken van het door de student voor zijn opdracht te maken plan van aanpak.<br />
• Beschikbaar stellen van een fulltime werkplek in de beroepsomgeving.<br />
• Bespreken van de eerste resultaten, eventuele vragen en het maken van definitieve<br />
afspraken in een eerste (door de student te regelen) bezoek van de docentbegeleider.<br />
Tijdens de praktijkperiode<br />
• Actief begeleiden van de student, onder andere door het regelmatig houden van<br />
voortgangbesprekingen.<br />
• De student enigszins zelfstandig laten uitvoeren van de (stage)opdracht, hem hierover<br />
laten rapporteren en hem feedback geven.<br />
• De student tevens de gelegenheid geven mee te werken aan beroepsrelevante<br />
‘dagelijkse werkzaamheden’.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
12/51
• Geven van feedback aan de student in het kader van diens persoonlijke ontwikkeling en<br />
competenties.<br />
Aan het einde van de praktijkperiode<br />
• Invullen van het beoordelingsformulier en dit bespreken met de student.<br />
• Beoordelen en bespreken van de door de student gemaakte producten.<br />
• Bespreken van de evaluatie en beoordeling van de student met de docentbegeleider.<br />
• Geven van input aan de docentbegeleider ten behoeve van kwaliteitsverbetering van<br />
(aspecten) van de opleiding.<br />
2.5 Digitaal aanbiedingsformulier<br />
Het Praktijkbureau FEM beschikt over een eigen digitale stagevacaturebank.<br />
Stageaanbiedingen worden gepresenteerd in een intranetomgeving en zijn via een<br />
wachtwoord alleen te bekijken door studenten en medewerkers van de Faculteit Economie<br />
& Management.<br />
De aanbiedingsprocedure<br />
1. Wanneer u een opdracht wilt indienen, kunt u gebruik maken van het digitale<br />
stageformulier FEM op onze website: www.praktijkbureaufem.hu.nl. Uiteraard bent u vrij<br />
om aanvullende informatie als attachment bij te voegen. Voor aanbiedingen met een<br />
internationaal karakter kunt u gebruik maken van het Engelstalige formulier.<br />
2. Indien de opdracht lijkt aan te sluiten bij één van de opleidingen, ontvangt u een<br />
bevestiging via de mail en wordt de opdracht opgenomen in de stagevacaturebank.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
13/51
3 Institute for Marketing & Commerce<br />
3.1 Algemeen<br />
Het Institute for Marketing & Commerce leidt mensen op voor het diploma Bachelor of<br />
Commerce (afkorting: B Com) en daarmee voor functies in het marketinglandschap. De<br />
opleiding verzorgt het onderwijs in nauwe samenwerking met het beroepenveld.<br />
3.2 Sales & Marketing Management<br />
Beroepsprofiel<br />
Afgestudeerden van deze specialisatie zullen veelal een functie gaan vervullen in (een<br />
onderdeel) van het werkveld van marketing(management). De praktijk leert, dat de<br />
functies voor CE’ers niet alleen door het bedrijfsleven worden aangeboden; de laatste<br />
jaren worden bij non-profit instellingen ook meer en meer CE’ers gevraagd.<br />
Perspectief<br />
Steeds meer worden commerciële- en verkoopprocessen binnen bedrijven professioneler<br />
aangepakt. Hoe professioneler de bedrijven werken, des te meer men vraagt naar<br />
medewerkers die hierin geschoold zijn. Daarom zal naar verwachting zowel in het midden-<br />
en kleinbedrijf (MKB) als bij de grotere bedrijven de vraag naar professioneel geschoolde<br />
(aankomend) managers blijven toenemen. Het Sales afstudeerprofiel bereidt studenten<br />
voor op een diversiteit aan functies in de praktijk. Typische functies zijn salesmanager,<br />
accountmanager en junior productmanager.<br />
3.3 International Marketing Management (Engelstalige opleiding)<br />
Beroepsprofiel<br />
Afgestudeerden van deze specialisatie worden opgeleid voor kaderfuncties bij<br />
internationaal opererende ondernemingen in Nederland of in het buitenland. De<br />
afgestudeerde IMM’er moet in staat zijn beleid te voeren betreffende alle aspecten die<br />
samenhangen met de internationale marketing van goederen en diensten.<br />
Perspectief<br />
Evenals vele andere opleidingen begeeft International Marketing Management zich op het<br />
terrein van internationale samenwerking. Zo wisselen wij wereldwijd met instituten<br />
regelmatig studenten uit en werken studenten in internationaal verband aan projecten. Een<br />
en ander leidt tot een duidelijke meerwaarde voor inhoud en kwaliteit van het eigen<br />
onderwijs: studenten worden adequater voorbereid op de internationale samenleving.<br />
Dit betekent ook dat een groeiend aantal studenten stage loopt in het buitenland of in een<br />
organisatie binnen Nederland waar de voertaal Engels of een andere vreemde taal is.<br />
Het IMM afstudeerprofiel biedt dan ook een goede start op de arbeidsmarkt. Typische<br />
functies zijn exportmanager en internationaal account-/segmentmanager.<br />
3.4 Sport & Entertainment Marketing<br />
Beroepsprofiel<br />
Sport en Entertainment zijn snel groeiende bedrijfstakken met een toenemende behoefte<br />
aan professionals. Het programma SEM richt zich vooral op het commerciële aspect van<br />
sport- en entertainmentorganisaties. Marketing management, communicatie en sales in de<br />
sport- en entertainmentwereld zijn voorbeelden van modules die worden aangeboden.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
14/51
Perspectief<br />
Met het SEM afstudeerprofiel kan de carrière zich ontwikkelen in de steeds groter<br />
wordende markt van belanghebbenden in professionele sportorganisaties,<br />
entertainmentindustrieën en bij alle zakelijke partners. Daarnaast is er bij de<br />
overkoepelende organisaties en (semi)overheidsinstellingen een groeiende behoefte aan<br />
specifiek opgeleide marketingexperts.<br />
Voorbeelden van werkvelden waarin afgestudeerden aan de slag zullen gaan, zijn reclame<br />
en sponsoring, marketing van sportmateriaal, sport- en entertainmentmerchandising,<br />
televisieproductie, eventmarketing, multimediamarkt, cd-, video- en filmbusiness.<br />
3.5 Leisure & Event Marketing<br />
Beroepsprofiel<br />
Voor veel mensen is een goede besteding van de beschikbare vrije tijd heel belangrijk. Zij<br />
hebben er ook steeds meer voor over. En omdat zij er een groter deel van hun inkomen<br />
aan besteden, zijn hun verwachtingen hoog gespannen. Ze willen ondergedompeld<br />
worden in een ‘beleving’. Ook in het bedrijfsleven wordt werk meer en meer ingericht<br />
rondom evenementen en bijzondere ervaringen.<br />
De student Leisure & Event Marketing leert vrije tijd voor anderen interessant te maken en<br />
te houden; hij wordt opgeleid om commercieel haalbare en boeiende vrijetijdsproducten te<br />
ontwikkelen en te beheren.<br />
Perspectief<br />
Wie kiest voor de specialisatie Leisure & Event Marketing wordt opgeleid voor een<br />
marketing- en beleidsfunctie in de vrijetijdssector. Hiertoe behoren bedrijven en<br />
instellingen in allerlei sectoren, maar vooral op het gebied van evenementen, attracties en<br />
amusement. Ook de overheid behoort tot het werkveld.<br />
Een afgestudeerd Leisure & Event marketeer, heeft heel verschillende taken. Zeker is dat<br />
de vrijetijdssector zowel nationaal als internationaal groeiend is en de vraag naar<br />
professionele mensen nog steeds toeneemt.<br />
3.6 Creatieve Industrie<br />
Beroepsprofiel<br />
Onze afgestudeerden combineren hun vakkennis met kennis van aanpalende<br />
vakgebieden, met generieke vaardigheden zoals ondernemersvaardigheden en met een<br />
houding die zich richt op samenwerking. Tot zogenoemde T-shaped professionals dus.<br />
Met die kennis en eigenschappen kunnen ze een belangrijke rol spelen in innovatieve<br />
teams. Creative thinking, business thinking en co-design, daar gaat het om.<br />
Perspectief<br />
<strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong> erkent de groei en ontwikkelingen die de wereld van communicatie,<br />
media en design doormaken, zeker ook in de regio <strong>Utrecht</strong> en probeert middels onderwijs<br />
en onderzoek, ondernemingen in de Creatieve Industrie te ondersteunen en een betere<br />
kwaliteit studenten af te leveren die graag willen werken voor deze sector. Studenten die<br />
om kunnen gaan met veranderingen, creatief geschoold zijn en ook het zakelijke aspect<br />
niet uit het oog verliezen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
15/51
3.5 International Business and Languages<br />
Beroepsprofiel<br />
Een IBL’er wordt opgeleid voor een managementfunctie in een internationaal opererend<br />
bedrijf resp. een internationaal georiënteerde bedrijfsomgeving. Het kan daarbij zowel om<br />
een bedrijf in Nederland als in het buitenland gaan.<br />
Afhankelijk van de specialisatie van de student zal het werkterrein liggen binnen de<br />
gebieden Marketing, Marketingcommunicatie en Exportmanagement.<br />
Perspectief<br />
Gezien de steeds verder toenemende internationalisering van het bedrijfsleven is er een<br />
grote behoefte aan afgestudeerden die meerdere moderne talen beheersen en vertrouwd<br />
zijn met de aspecten van het internationaal zaken doen. Bij een afgestudeerde IBL’er<br />
passen functies als beleidsmedewerker/account manager op het terrein van verkoop,<br />
marketing, marketing communicatie en exportmanagement.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
16/51
4 Opbouw en inhoud van het studieprogramma<br />
4.1 Voorafgaand aan stage I, Ad-traject en traineeship I<br />
De student houdt zich gedurende de eerste drie jaar van zijn opleiding met het hierna<br />
volgende bezig.<br />
Thema’s en clusters<br />
Ieder studiejaar staan er één of meerdere thema’s centraal die projectmatig worden<br />
behandeld. De thema’s worden ondersteund door een aantal modules. De vakken worden<br />
dus geïntegreerd aangeboden, waardoor het voor de student duidelijk wordt hoe de<br />
leerstof in de praktijk kan worden toegepast.<br />
4.2 Propedeuse<br />
In de flexibele propedeuse staat in het eerste half jaar het opdoen van een stevige<br />
economische basiskennis centraal. In het tweede half jaar verdiept de student zich in de<br />
belangrijkste kennisgebieden van de opleiding Commerciële Economie (CE) of<br />
International Business and Languages (IBL). De studenten werken groepsgewijs aan een<br />
aantal verschillende projecten op het gebied van:<br />
• oriëntatie op de beroepspraktijk van CE of IBL;<br />
• consumentengedrag en de externe omgeving;<br />
• oriëntatie op een ondernemingsplan.<br />
De overige modulen betreffen:<br />
• Taalmodule Engels (SMM, SEM, LEM, CI) en één andere vreemde taal Duits, Frans of<br />
Spaans.<br />
• Taalmodule Engels (IBL) en twee andere vreemde talen, Spaans, Duits of Frans.<br />
• Communicatie, commerciële calculaties, bedrijfseconomie, management en organisatie,<br />
logistiek en informatiemanagement, algemene economie.<br />
• Projecten.<br />
• Specialisatieweek over de gekozen specialisatie.<br />
4.3 Hoofdfase<br />
4.3.1 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar (SMM, SEM, LEM, CI)<br />
Verdieping en verbreding van commerciële economie en algemene economie.<br />
Groepsgewijs werken de studenten, afhankelijk van de specialisatie, aan een aantal<br />
projecten waarbij de volgende onderwerpen centraal staan:<br />
• Internationaal zaken doen.<br />
• Externe analyse (marktanalyse, concurrentieanalyse, consumentengedrag).<br />
• CRM.<br />
• Marktonderzoek.<br />
• Marktanalyse.<br />
De overige modulen betreffen (SMM, SEM, LEM, CI):<br />
• Taalmodule Engels.<br />
• Algemene economie, organisatiekunde, methoden van onderzoek en marktonderzoek.<br />
• Specialisatieweek over de gekozen specialisatie.<br />
• Stage I.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
17/51
4.3.2 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar, CE (IMM; Engelstalig)<br />
Verdieping en verbreding van commerciële economie en internationale marketing.<br />
Groepsgewijs werken de studenten, afhankelijk van de specialisatie, aan een aantal<br />
projecten waarbij de volgende onderwerpen centraal staan:<br />
• Intercultural sensitivity.<br />
• Global marketing research.<br />
• Applied marketing management.<br />
• How does Europe work.<br />
• Sales training.<br />
• Export management.<br />
• Digital Marketing.<br />
• Business English.<br />
• Foreign Business Language (French, German, Spanish).<br />
• Corporate sales.<br />
• Personal Business Skills.<br />
• Internship I.<br />
4.3.3 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, CE (SMM, SEM, LEM, CI)<br />
Verdieping en verbreding van commerciële economie en invulling van de specialisatie:<br />
Strategische marketing, marketingbeleid van de organisatie.<br />
Vakken over de gekozen specialisatie.<br />
Marketing Simulatie.<br />
Basis sales, internationale marketing (IM niet voor CI).<br />
Trends in de Creatieve Industrie, Entrepreneurship (alleen CI)<br />
Taalmodule Engels.<br />
4.3.4 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, CE (IMM; Engelstalig)<br />
Verdieping en verbreding van commerciële economie en invulling van de specialisatie:<br />
• Study abroad (5 maanden).<br />
• Product Management and Innovation.<br />
• International Law.<br />
• International Marketing Plan.<br />
• Logistics.<br />
• Management Skills.<br />
• HRM & Outsourcing.<br />
• Global Sustainability.<br />
• International Branding.<br />
• Marketing Simulation.<br />
• Taalmodule Engels en twee andere vreemde talen (Duits, Frans of Spaans).<br />
4.3.5 Hoofdfase jaar 3, vierde studiejaar, CE (SMM, SEM, LEM, IMM)<br />
Het eerste semester van het vierde studiejaar staat in het teken van de minor, d.w.z. een<br />
uitgebreide module in de vrije studieruimte. De student kan kiezen uit vele minoren, die<br />
niet perse hoeven aan te sluiten bij zijn (hoofd)studieprogramma.<br />
In het resterende deel van dit laatste studiejaar houdt de student zich bezig met het<br />
afstudeertraject.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
18/51
4.3.6 Hoofdfase jaar 1, tweede studiejaar, IBL<br />
Verdieping en verbreding van (international) marketing en bedrijfseconomie. Daarnaast<br />
volgt de student intercultural management, bedrijfsorganisatie, recht, Spaans, Engels en<br />
Duits of Frans (waaronder ook de integratiemodule talen) en naar keuze marketing<br />
communicatie of exportmanagement.<br />
In het laatste kwartaal van jaar 2 doet de student zijn eerste stage.<br />
4.3.7 Hoofdfase jaar 2, derde studiejaar, IBL<br />
De IBL student brengt het eerste semester van het derde studiejaar in het buitenland door,<br />
studerend aan een buitenlandse universiteit of hogeschool. Het studieprogramma van dat<br />
jaar wordt van te voren goedgekeurd door de Examencommissie van de opleiding die erop<br />
toeziet, dat het buitenlandprogramma in lijn is met het IBL curriculum.<br />
In februari van jaar drie zet de IBL student het IBL programma voort. In het resterende<br />
semester komen de specialiteiten Marketing Communicatie en Exportmanagement<br />
uitvoerig aan de orde. Ook wordt het talenprogramma vervolgd. Verder: Internationaal<br />
Recht. Daarnaast houdt de student zich bezig met het project Consultancy, dat een<br />
voorbereiding is op de afstudeertraject van jaar 4. De student wordt vertrouwd gemaakt<br />
met het doen van onderzoek (onderzoeksvraag, onderzoeksvoorbereiding en -uitvoering)<br />
en het zorgvuldig uitbrengen van advies op grond van het uitgevoerde onderzoek.<br />
4.3.8 Hoofdfase jaar 3, vierde studiejaar, IBL<br />
Het eerste semester van het vierde jaar staat in het teken van de minor. D.w.z. met een<br />
uitgebreide module in de vrije studieruimte. De student kan kiezen uit vele minoren, die<br />
niet noodzakelijkerwijs aansluiten bij zijn (hoofd)studieprogramma.<br />
In het resterende deel van dit laatste studiejaar houdt de student zich bezig met het<br />
afstudeertraject. Ook de talen worden in deze fase van het vierde studiejaar afgesloten.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
19/51
5 Ad Assitant Marketeer (tweede studiejaar)<br />
5.1 Wat houdt Ad Assistant Marketeer in?<br />
Het programma van Ad Assistant Marketeer leidt studenten op voor ondersteunende<br />
functies in de marketing en sales. Het huidige curriculum is in overeenstemming met het<br />
beroepsprofiel en het takenpakket van de Assistant Marketeer.<br />
Ook voor Ad-studenten is het van belang dat ze ervaring opdoen in de praktijk en daarbij<br />
hun de opgedane theoriekennis kunnen toepassen. Een belangrijk uitgangspunt van de<br />
AD is dan ook dat de programma’s zoveel mogelijk praktijkgericht dienen te zijn. Daarom<br />
is het de bedoeling dat de Ad-studenten in het tweede jaar een praktijkopdracht uitvoeren.<br />
Deze praktijkopdracht dient daarnaast als afronding van de studie, hoewel Ad-opleidingen<br />
geen officiële afstudeeropdrachten kennen. De praktijkopdracht duurt net als in de<br />
bachelor 10 weken.<br />
5.2 Mogelijke invulling<br />
Er zijn drie mogelijkheden om de praktijkopdracht Ad Assistant Marketeer uit te voeren<br />
t.w.:<br />
• Externe praktijkopdracht in groepjes, voor een MKB bedrijf in de regio.<br />
• Individuele stage I, zoals in de bachelor.<br />
• Opdracht ondernemingsplan eigen bedrijf.<br />
In principe gaat de voorkeur uit naar mogelijkheid 1. Slechts wanneer de student daarvoor<br />
een goede reden heeft, kan hij kiezen voor de mogelijkheden 2 of 3. Een en ander ter<br />
beoordeling van de praktijkcoördinator.<br />
Ad 1 Externe praktijkopdracht<br />
Studenten voeren in kleine groepjes (2 tot 4 studenten) een marketing- en/of salesgerichte<br />
opdracht uit voor een praktijkbedrijf. De opdracht wordt aangereikt door de opleiding. De<br />
verdeling van de binnengekomen opdracht gebeurt waar mogelijk in overleg met de<br />
studenten.<br />
Het volgende is van toepassing:<br />
• het gaat om een afgebakende opdracht op tactisch/operationeel niveau;<br />
• voorbeelden: klanttevredenheidsonderzoek, marktanalyse, salesplan, uitvoeren direct<br />
marketing campagne e.d.;<br />
• de praktijkcoördinator verwerft de opdracht en maakt daarvan een korte<br />
projectbeschrijving, ook bedoeld voor de opdrachtgever;<br />
• de studenten bezoeken samen met hun begeleider vanuit school de opdrachtgever<br />
voor een briefing en kennismaking. Aan de hand hiervan maken ze een projectvoorstel<br />
dat ze vervolgens gaan uitvoeren;<br />
• de studenten werken de opdracht uit in de vorm van een beroepsproduct;<br />
• de studenten hoeven geen werkplek te hebben bij de opdrachtgever op het bedrijf. Wel<br />
zullen ze regelmatig het bedrijf bezoeken, uiteraard in overleg met de opdrachtgever<br />
en de begeleidende docent. Verder werken ze vanuit huis en maken ze gebruik van de<br />
projectruimtes op school.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
20/51
Ad 2 Individuele stage I<br />
In voorkomende gevallen mag de student een individuele stage lopen bij een<br />
praktijkbedrijf. Voorwaarde is wel dat de student een concrete praktijkopdracht uitvoert,<br />
vergelijkbaar met de externe praktijkopdracht van Ad 1.<br />
Het volgende is van toepassing:<br />
• de student dient zich te houden aan de opzet en voorwaarden in de cursuswijzer van<br />
stage I van de bachelor (zie eveneens site Praktijkbureau);<br />
• de student moet zelf zorgen voor een stageorganisatie en een praktijkopdracht;<br />
• de student moet de praktijkovereenkomst invullen en hiervoor goedkeuring krijgen van<br />
de praktijkcoördinator. Op het formulier moet duidelijk zijn beschreven welke opdracht<br />
de student gaat uitvoeren;<br />
• de student werkt de opdracht uit in de vorm van een beroepsproduct;<br />
• net als bij de externe praktijkopdracht moet de student bij aanvang van de stage een<br />
projectvoorstel maken ter beoordeling door de begeleidende docent.<br />
Ad 3 Opdracht eigen bedrijf<br />
Bij hoge uitzondering mag een student voor een eventueel op te richten eigen bedrijf een<br />
opdracht uitvoeren. Bijvoorbeeld door het uitvoeren van een marktanalyse of het opstellen<br />
van een ondernemingsplan. De student moet vooraf kunnen aantonen dat hij/zij<br />
gedurende 10 weken fulltime met de opdracht bezig zal zijn.<br />
Het volgende is van toepassing:<br />
• ter goedkeuring levert de student vooraf een projectvoorstel in, dat hij/zij mondeling<br />
moet toelichten;<br />
• in dit projectvoorstel moet de student duidelijk maken wat het doel is en welke<br />
activiteiten hij/zij concreet zal uitvoeren en hoeveel tijd dit gaat vergen;<br />
• de student werkt de opdracht uit in de vorm van een beroepsproduct;<br />
• de praktijkcoördinator zal beoordelen of het projectvoorstel aan de criteria voldoet en<br />
uitzicht biedt op een zinvolle praktijkperiode met voldoende diepgang.<br />
5.3 Competenties<br />
Ten grondslag aan het programma Ad Assistant Marketeer liggen de CEdomeincompetenties<br />
de niveaus 1 en 2. Welke competenties met name aan bod komen,<br />
hangt af van de soort opdracht en het onderwerp. Er zijn acht CE-domeincompetenties,<br />
waarvan onderstaande relevant zijn voor deze praktijkcursus:<br />
• initiëren en creëren van producten en diensten, zelfstandig en ondernemend<br />
• uitvoeren, interpreteren, toetsen en evalueren van marktonderzoek;<br />
• vaststellen voor een onderneming van enerzijds de sterktes en zwaktes op basis van<br />
een analyse van de interne bedrijfsprocessen en -cultuur, als onderdeel van de<br />
waardeketen, en anderzijds van de kansen en bedreigingen op de lokale, nationale<br />
en/of internationale markt op basis van relevante nationale en internationale trends;<br />
• ontwikkelen van marketingbeleid voor een nationaal of internationaal opererende<br />
onderneming en het kunnen onderbouwen en beargumenteren van gemaakte keuzes;<br />
• opstellen, uitvoeren en bijstellen van plannen vanuit het marketingbeleid;<br />
• ontwikkelen en onderhouden van zakelijke relaties ten behoeve van inkoop, verkoop<br />
en dienstverlening.<br />
5.4 Leerdoelen<br />
Bij een voldoende beoordeling van de module:<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
21/51
• kan de student een concreet beeld schetsen van (een aspect van) de beroepspraktijk,<br />
in relatie tot de totale organisatie;<br />
• kan de student verantwoorden hoe en welke theoretische onderwerpen hij in de praktijk<br />
heeft toegepast en kan hij (op onderdelen) aangeven waar de theorie van de praktijk<br />
verschilt;<br />
• kan de student uitleggen wat de geldende beroepsattitude is, en kan hij aangeven wat<br />
zijn eigen sterke en zwakke(re) punten zijn op de aspecten hiervan;<br />
• kan de student aangeven wat zijn sterke en zwakke punten zijn inzake de persoonlijke<br />
kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie, oordeelsvorming, planmatig<br />
werken, proactiviteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
5.5 Doelstellingen<br />
Uitgangspunt voor de opleiding Ad Assistant Marketeer vormt ondermeer de volgende<br />
eindkwalificaties.<br />
De Assistant Marketeer:<br />
• onderhoudt en ontwikkelt zakelijke relaties ten behoeve van het bedrijf (inkoop,<br />
verkoop);<br />
• ontwerpt en voert plannen uit vanuit marketing, sales, distributie, communicatie en<br />
relatiebeheer;<br />
• geeft leiding aan projecten op het terrein van marketing, verkoop etc.;<br />
• assisteert bij het vaststellen van het marketingbeleid van de onderneming;<br />
• plant en organiseert eenvoudige marktonderzoeken, quick scans, vragenlijsten etc.;<br />
• is op een breed commercieel terrein inzetbaar.<br />
Doelstellingen voor studenten<br />
• Bijdragen aan het ontwikkelen van bovengenoemde eindkwalificaties en de<br />
CE-domeincompetenties.<br />
• Kennismaken met de beroepspraktijk (functies, taken, activiteiten.<br />
• Inzicht verwerven in het commerciële proces in een organisatie en de rol daarbij van de<br />
Assistant Marketeer.<br />
• Kennis en vaardigheden uit de opleiding toepassen en verder ontwikkelen in de<br />
beroepspraktijk.<br />
• Ontwikkelen van een professionele beroepshouding, het dragen en nemen van<br />
verantwoordelijkheid en het ontwikkelen van de gedragscompetenties,<br />
resultaatgerichtheid, klantgerichtheid, planmatig werken, flexibiliteit en sociale-<br />
communicatieve vaardigheden.<br />
• Uitvoeren van een concrete en relevante praktijkopdracht en het opleveren van een<br />
beroepsproduct.<br />
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen.<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten.<br />
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten.<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
22/51
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Ruimte geven aan jong elan binnen de organisatie.<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
23/51
6 Stage I (voltijd; tweede studiejaar)<br />
6.1 Wat houdt stage I in?<br />
Stage I is een beroepsopleidende stage. De FEM kent een centrale plaats toe aan<br />
“probleemgericht” denken. Ook tijdens de eerste stage is het daarom wenselijk dat<br />
studenten naast beeldvorming van de beroepspraktijk ook de gelegenheid krijgen<br />
analytisch werk te verrichten via kortlopende opdrachten. Het Institute for Marketing &<br />
Commerce is van mening dat voor alle betrokkenen het nut van de stage het grootst is,<br />
indien de student deelneemt aan de lopende commerciële activiteiten van de organisatie<br />
en één of meerdere onderzoeken en/of opdrachten uitvoert. Hierbij wordt van de student<br />
enige zelfstandigheid verwacht. De stage telt 10-11 werkweken van elk 36-40 uur (50-55<br />
werkdagen).<br />
6.2 Mogelijke invulling<br />
De door de student te verrichten activiteiten (dagelijkse werkzaamheden en opdracht)<br />
dienen betrekking te hebben op marketing, verkoop, marketingservices, communicatie,<br />
inkoop of international sales.<br />
De opdracht bestaat veelal uit onderzoek ten behoeve van beleidsbepaling en/of<br />
uitvoering op de hierboven genoemde gebieden. De opdracht dient zo concreet mogelijk te<br />
worden geformuleerd en in een duidelijk kader te worden geplaatst.<br />
Hieronder zijn enkele voorbeeldopdrachten beschreven voor stage I. Aangezien alle CE<br />
en IBL studenten worden opgeleid voor het diploma Bachelor of Commerce, zijn veel<br />
opdrachten geschikt voor studenten van alle specialisaties; sommige opdrachten sluiten<br />
echter specifiek aan op één bepaalde specialisatie.<br />
De beschreven opdrachten zijn niet meer dan voorbeelden. Organisaties kunnen uiteraard<br />
ook met eigen ideeën komen. Indien u twijfelt over de aansluiting van uw praktijkvraag met<br />
de competenties van en eisen aan de studenten, aarzelt u dan niet contact met ons op te<br />
nemen.<br />
• Marktonderzoek uitvoeren<br />
• Marktonderzoek interpreteren, toetsen, evalueren<br />
• Marktkansen benoemen<br />
• Leveranciersonderzoek<br />
• Concurrentieonderzoek<br />
• Evaluatie marketingcommunicatie actie<br />
• Klanten analyses t.b.v. CRM<br />
• Onderzoek naar online consumentendag via online enquête, weblog opstarten<br />
• Sales-performance analyse<br />
• Klanttevredenheidsonderzoek<br />
• Benchmark studie<br />
• Webanalyse<br />
• Lost-order analysis<br />
Een marketingopdracht tijdens de praktijkperiode is verplicht!<br />
Voorbeelden overige taken c.q. werkzaamheden<br />
• Meedenken in het planningsproces en daadwerkelijk mee produceren van een<br />
evenement<br />
• Opzetten en uitvoeren direct marketing campagne<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
24/51
• Online Marketing, website beheer<br />
• Omgevingsanalyse<br />
• Social Media<br />
• Operationele sales werkzaamheden (binnen/buitendienst)<br />
6.3 Competenties<br />
Tijdens stage I dient de student minimaal aan één van onderstaande beroepstaken te<br />
werken:<br />
• Zelfstandig een marketingonderzoek uitvoeren.<br />
• Marketingonderzoek, verricht door anderen, interpreteren, toetsen en evalueren.<br />
• Relevante omgevingsfactoren in kaart brengen.<br />
• Marktkansen zien/aanwijzen op basis van informatie uit de markt.<br />
• Met behulp van ICT de klantgegevens toegankelijk en hanteerbaar maken ten behoeve<br />
van marketing en sales activiteiten.<br />
• Initiatieven ontplooien ter bevordering van de relaties met externen.<br />
Zowel IMM als IBL studenten dienen bovendien één praktijkperiode in het buitenland te<br />
lopen en daarmee de onderstaande competentie te bereiken:<br />
• De student kan in het kader van marketing en sales activiteiten communiceren met en<br />
deze activiteiten afstemmen op personen afkomstig uit andere taal- en cultuurgebieden.<br />
Tijdens stage I dient de student bovendien expliciet te werken aan onderstaande “personal<br />
skills”:<br />
• De elementen van de beroepsattitude, waaronder: accuratesse/punctualiteit<br />
betrokkenheid, collegialiteit, flexibiliteit, houden aan spelregels/afspraken,<br />
inventiviteit/creativiteit, nieuwsgierigheid/belangstelling.<br />
• De persoonlijke kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie,<br />
oordeelsvorming, planmatig werken, proactiviteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
6.4 Leerdoelen<br />
Bij een voldoende beoordeling van de module:<br />
• kan de student een concreet beeld schetsen van (een aspect van) de beroepspraktijk,<br />
in relatie tot de totale organisatie;<br />
• kan de student verantwoorden hoe en welke theoretische onderwerpen hij in de praktijk<br />
heeft toegepast en kan hij (op onderdelen) aangeven waar de theorie van de praktijk<br />
verschilt;<br />
• kan de student uitleggen wat de geldende beroepsattitude is, en kan hij aangeven wat<br />
zijn eigen sterke en zwakke(re) punten zijn op de aspecten hiervan;<br />
• kan de student aangeven wat zijn sterke en zwakke punten zijn inzake de persoonlijke<br />
kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie, oordeelsvorming, planmatig<br />
werken, proactiviteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
6.5 Doelstellingen<br />
De uitgangspunten van stage I zijn voor een belangrijk deel geënt op de algemene<br />
leerdoelstellingen van de FEM: de vorming van toekomstige leidinggevende<br />
functionarissen op het terrein van marketing management. Het specifieke van stage I is,<br />
dat studenten voor het eerst tijdens hun opleiding intensief in contact staan met de<br />
beroepspraktijk.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
25/51
Doelstellingen voor studenten<br />
• Kennismaken met de beroepspraktijk (functies, taken, activiteiten).<br />
• De weg leren vinden in een werkomgeving.<br />
• Toepassen van de theorie in de praktijk en onderscheiden van de verschillen daartussen.<br />
• Leren omgaan met praktische vraagstukken.<br />
• Versterken van sociale en communicatieve vaardigheden.<br />
• Ontwikkelen van een beroepsattitude.<br />
• Zicht krijgen op sterke en zwakke(re) punten.<br />
Aanvullende doelstelling bij een buitenlandse stage<br />
• kennismaken met en beleven van de internationale aspecten van de bedrijfsvoering,<br />
bedrijfscultuur, leef- en denkwereld.<br />
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen;<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten;<br />
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten;<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Ruimte geven aan jong elan binnen de organisatie.<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
26/51
7 Traineeship I (duaal; tweede studiejaar)<br />
7.1 Wat houdt traineeship I in?<br />
Traineeship I beslaat 120 werkdagen bij een bedrijf en 80 collegedagen conform het<br />
onderstaande schema.<br />
Periode A<br />
Hoor- en werkcolleges<br />
Klantenkennis<br />
Ondernemingsanalyse<br />
Onderzoeksvaardigheden<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
Periode B Periode C Periode D<br />
Hoor- en werkcolleges<br />
Bedrijf en Markt<br />
Marktanalyse<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
Training Bedrijf en Markt<br />
Professionele<br />
Vaardigheden<br />
Uitvoeren werkzaamheden/taken op leerbedrijf<br />
Conform afgesproken taakomschrijving<br />
Onder leiding van bedrijfsmentor<br />
Afronding/beoordeling d.m.v. assessment<br />
2 dagen per week<br />
Praktijkopdracht Klant + supplementen<br />
Supplement opdracht ondernemersanalyse<br />
Supplement opdracht marktanalyse (macro/meso)<br />
Klantenanalyse + marktbewerkingsplan<br />
Uitvoering op leerbedrijf<br />
Afronding supplementen d.m.v. papers<br />
ondernemersanalyse + marktanalyse<br />
Afronding klantenanalyse d.m.v. eindrapport<br />
1 dag per week<br />
Maandag + dinsdag<br />
Hoor- en werkcolleges<br />
Internationaal Zakendoen<br />
Engels<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
Training Internationaal<br />
Zakendoen<br />
Commerciële<br />
Vaardigheden<br />
Woensdag + donderdag + vrijdag<br />
Hoor- en werkcolleges<br />
Internationaal Zakendoen<br />
Project Internationaal<br />
Zakendoen<br />
Uitvoeren werkzaamheden/taken op leerbedrijf<br />
Conform afgesproken taakomschrijving<br />
Onder leiding van bedrijfsmentor<br />
Afronding/beoordeling d.m.v. assessment<br />
2 dagen per week<br />
Praktijkopdracht Bedrijf en Markt + supplement<br />
Supplement opdracht Internationaal Zakendoen<br />
Kwalitatief- en kwantitatief marktonderzoek +<br />
verwerking/analyse/rapportage<br />
Uitvoering op leerbedrijf<br />
Afronding supplement d.m.v. papers Internationaal l<br />
Zakendoen<br />
Afronding marktonderzoek d.m.v. eindrapport<br />
1 dag per week<br />
Tijdens de traineeship bevindt de student zich als werknemer in de beroepspraktijk en<br />
gelden de werktijden conform die van de organisatie. De werkplek, de begeleiding en de<br />
invulling van de traineeship dienen een afspiegeling te zijn van de beroepspraktijk voor de<br />
27/51
CE’er. Voor aanvang van de traineeship dient de student een voorstel ter goedkeuring aan<br />
de praktijkcoördinatoren voor te leggen.<br />
De opleiding kent een centrale plaats toe aan ‘probleemgericht denken’; het is daarom<br />
wenselijk dat de student tijdens de traineeship naast beeldvorming van de beroepspraktijk,<br />
ook min of meer analytisch werk verricht. Naast de inhoud en uitvoering van de<br />
werkzaamheden, bepalen de (ontwikkeling in de) beroepsattitude en de (ontwikkeling in<br />
de) genoemde ‘persoonlijke kwaliteiten’ mede de beoordeling van de traineeship. Om<br />
bovengenoemde ‘personal skills’ bespreekbaar en meetbaar te maken wordt tijdens de<br />
eerste traineeship ondermeer een assessment-instrument ingezet.<br />
7.2 Mogelijke invulling<br />
Traineeship I, de duale variant van de voltijdopleiding CE van jaar 2, is een<br />
beroepsoriënterende periode gerelateerd aan het tweedejaars programma van de voltijd<br />
opleiding CE met de volgende 3 thema’s of programma’s:<br />
• Klantenkennis<br />
• Bedrijf en Markt.<br />
• Internationaal Zakendoen.<br />
Het nut van de traineeship I is het grootst, wanneer de student gedurende het gehele<br />
studiejaar deelneemt aan lopende commerciële activiteiten van het bedrijf. Hierbij wordt<br />
van de student zelfstandigheid verwacht.<br />
7.3 Competenties<br />
Tijdens traineeship I dient de student minimaal twee van onderstaande competenties te<br />
bereiken:<br />
De student kan een substantiële bijdrage leveren aan een marketingcommunicatieplan.<br />
De student kan een substantiële bijdrage leveren aan een export(beleids)plan.<br />
De student kan een substantiële bijdrage leveren aan (internationaal)<br />
matktonderzoek.<br />
De student kan marketingonderzoek, verricht door anderen, interpreteren, toetsen<br />
en evalueren.<br />
De student kan relevante omgevingsfactoren in kaart brengen.<br />
De student kan marktkansen aanwijzen op basis van informatie uit de markt.<br />
De student kan met behulp van ICT de klantgegevens toegankelijk en hanteerbaar<br />
maken ten behoeve van marketing en sales activiteiten.<br />
De student kan initiatieven ontplooien ter bevordering van de relaties met externen.<br />
Centraal staan de volgende domeincompetenties:<br />
DC 5 - Opstellen, uitvoeren en bijstellen van plannen vanuit het marketingbeleid<br />
(ondernemingsbeleid).<br />
DC 8 - Leidinggeven aan een bedrijf, een bedrijfsonderdeel, bedrijfsprocessen of een<br />
project.<br />
DC 9 - Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie):<br />
Samenwerken in een beroepsomgeving en meedenken over doelen en inrichting<br />
van de organisatie, waaruit eisen voortvloeien die betrekking hebben op de<br />
volgende kenmerken: multidisciplinariteit en interdisciplinariteit, klantgerichtheid,<br />
collegialiteit, leidinggeven (het sociale deel van de competentie).<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
28/51
Communiceren intern op alle niveaus, effectief en in de gangbare bedrijfstaal,<br />
veelal in het Nederlands en/of Engels; in termen van beroepstaken omvat dat zaken<br />
als het opstellen en schrijven van plannen en notities, informeren, overleg voeren,<br />
draagvlak creëren, stimuleren, motiveren, overtuigen, verwoorden van besluiten.<br />
Tijdens traineeship I dient de student bovendien expliciet te werken aan onderstaande<br />
“personal skills”:<br />
• de elementen van de beroepsattitude, waaronder: accuratesse/punctualiteit<br />
betrokkenheid, collegialiteit, flexibiliteit, houden aan spelregels/afspraken,<br />
inventiviteit/creativiteit, nieuwsgierigheid/belangstelling;<br />
• de persoonlijke kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie,<br />
oordeelsvorming, planmatig werken, pro-activiteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
7.4 Leerdoelen<br />
Bij een voldoende beoordeling van de module:<br />
• kan de student een concreet beeld schetsen van (een aspect van) de beroepspraktijk,<br />
in relatie tot de totale organisatie;<br />
• kan de student verantwoorden hoe en welke theoretische onderwerpen hij in de praktijk<br />
heeft toegepast en kan hij (op onderdelen) aangeven waar de theorie van de praktijk<br />
verschilt;<br />
• kan de student uitleggen wat de geldende beroepsattitude is, en kan hij aangeven wat<br />
zijn eigen sterke en zwakke(re) punten zijn op de aspecten hiervan;<br />
• kan de student aangeven wat zijn sterke en zwakke punten zijn inzake de persoonlijke<br />
kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie, oordeelsvorming, planmatig<br />
werken, pro-activiteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
7.5 Doelstellingen<br />
De uitgangspunten van traineeship I zijn voor een belangrijk deel geënt op de algemene<br />
leerdoelstellingen van de FEM: de vorming van toekomstige leidinggevende<br />
functionarissen op het terrein van marketing management. Het specifieke van traineeship I<br />
is, dat studenten voor het eerst tijdens hun opleiding intensief in contact staan met de<br />
beroepspraktijk.<br />
Doelstellingen voor studenten<br />
• Kennismaken met de beroepspraktijk (functies, taken, activiteiten).<br />
• De weg leren vinden in een werkomgeving.<br />
• Toepassen van de theorie in de praktijk en onderscheiden van de verschillen daartussen.<br />
• Leren omgaan met praktische vraagstukken.<br />
• Versterken van sociale en communicatieve vaardigheden.<br />
• Ontwikkelen van een beroepsattitude.<br />
• Zicht krijgen op sterke en zwakke(re) punten.<br />
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen.<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten.<br />
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten.<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
29/51
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Ruimte geven aan jong elan binnen de organisatie.<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
30/51
8 Traineeship II (duaal; derde studiejaar)<br />
8.1 Wat houdt traineeship II in?<br />
Traineeship II beslaat 120 werkdagen bij een bedrijf en 80 collegedagen conform het<br />
onderstaande schema.<br />
Periode A<br />
Hoor- en werkcolleges:<br />
All bout media<br />
Business English<br />
Marktonderzoek &<br />
duurzaamheid<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
Periode B Periode C Periode D<br />
Hoor- en werkcolleges:<br />
Marketingplan 1<br />
Selected Marketing<br />
Topics<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
Uitvoeren werkzaamheden/taken op leerbedrijf<br />
Conform afgesproken taakomschrijving<br />
Onder leiding van bedrijfsmentor<br />
Afronding/beoordeling d.m.v. assessment<br />
2 dagen per week<br />
Praktijkopdracht Marketingplan<br />
Supplement opdracht All about Media<br />
Supplement opdracht Marktonderzoek &<br />
Duurzaamheid<br />
Marketingplan leerbedrijf<br />
Uitvoering op leerbedrijf<br />
Afronding supplementen d.m.v. papers All about<br />
Media + Marktonderzoek & Duurzaamheid<br />
Afronding Marketingplan d.m.v. eindrapport<br />
1 dag per week<br />
Maandag + dinsdag<br />
Hoor- en werkcolleges:<br />
Marketingplan 2<br />
Innovatie & Branding<br />
Afronding d.m.v. toets<br />
Training:<br />
Management Skills<br />
Woensdag + donderdag + vrijdag<br />
Hoor- en werkcolleges:<br />
Sales &<br />
Accountmanagement<br />
Supply Chain<br />
Management<br />
Training:<br />
Deal or No Deal<br />
Uitvoeren werkzaamheden/taken op leerbedrijf<br />
Conform afgesproken taakomschrijving<br />
Onder leiding van leidinggevende/bedrijfsmentor<br />
Afronding/beoordeling d.m.v. assessment<br />
2 dagen per week<br />
Praktijkopdracht Sales- en accountplan<br />
Supplement opdracht Innovatie & Branding<br />
Supplement opdracht Supply Chain Management<br />
Sales- en accountplan leerbedrijf<br />
Uitvoering op leerbedrijf<br />
Afronding supplement d.m.v. papers Innovatie &<br />
Branding + Supply Chain Management<br />
Afronding Sales- en accountplan d.m.v. eindrapport<br />
1 dag per week<br />
Tijdens de traineeship bevindt de student zich als werknemer in de beroepspraktijk en<br />
gelden de werktijden conform die van de organisatie. De werkplek, de begeleiding en de<br />
invulling van de traineeship dienen een afspiegeling te zijn van de beroepspraktijk voor de<br />
31/51
CE’er. Voor aanvang van de traineeship dient de student een voorstel ter goedkeuring aan<br />
de praktijkcoördinatoren voor te leggen.<br />
De opleiding kent een centrale plaats toe aan ‘probleemgericht denken’; het is daarom<br />
wenselijk dat de student tijdens de traineeship naast beeldvorming van de beroepspraktijk,<br />
ook min of meer analytisch werk verricht. Naast de inhoud en uitvoering van de<br />
werkzaamheden, bepalen de (ontwikkeling in de) beroepsattitude en de (ontwikkeling in<br />
de) genoemde ‘persoonlijke kwaliteiten’ mede de beoordeling van de traineeship. Om<br />
bovengenoemde ‘personal skills’ bespreekbaar en meetbaar te maken wordt tijdens de<br />
eerste traineeship ondermeer een assessment-instrument ingezet.<br />
8.2 Mogelijke invulling<br />
Traineeship II, de duale variant van de voltijd opleiding CE, is een beroepsoriënterende<br />
periode gerelateerd aan het derdejaars programma van de voltijd opleiding CE. Belangrijk<br />
hierbij is, dat de student tijdens de traineeship een goed beeld en inhoudelijk inzicht krijgt<br />
van deze beroepspraktijk. Daarnaast is het van belang, dat de student zijn analytisch<br />
vermogen ontwikkelt, maar ook zijn strategisch inzicht vergroot en analyse resultaten kan<br />
vertalen naar marketingbeleid.<br />
Het nut van de traineeship is het grootst, wanneer de student gedurende het gehele<br />
studiejaar deelneemt aan lopende commerciële activiteiten van het bedrijf. Hierbij wordt<br />
van de student zelfstandigheid verwacht. Van het bedrijf waarin de student werkzaam is<br />
wordt verwacht dat deze de student actief begeleid bij zijn/haar werkzaamheden in het<br />
bedrijf. Vanuit de opleiding vindt begeleiding plaats bij het maken van de<br />
praktijkopdrachten, het deelnemen aan de lessen, roosterzaken en overige studie<br />
gerelateerde aspecten.<br />
8.3 Competenties<br />
Tijdens traineeship II dient de student minimaal twee van onderstaande competenties te<br />
bereiken:<br />
uit het beleid van een onderneming een marketingplan afleiden;<br />
een marketingplan opstellen vanuit signalen uit de markt (nationaal en internationaal);<br />
op tactisch niveau beslissingen nemen over marktactiviteiten op basis van (onvolledige)<br />
informatie over/uit nationale en internationale markten;<br />
doelstellingen uit het marketingplan vertalen in een verkoopplan;<br />
een verkoopplan opstellen op basis van een analyse van klant processen;<br />
doelstellingen uit het marketingplan vertalen in een organisatieplan;<br />
een ondernemingsplan opstellen (of bijstellen) vanuit de doelstellingen van het<br />
marketingplan;<br />
marketing- en salesactiviteiten afstemmen op de mogelijkheden van de eigen<br />
organisatie;<br />
een kwaliteitszorgplan maken voor de eigen organisatie dat voldoet aan de eisen die er<br />
vanuit marketing en sales aan worden gesteld;<br />
doelstellingen uit het marketingplan vertalen in een communicatieplan.<br />
Centraal staan de volgende domeincompetenties:<br />
DC 5 - Opstellen, uitvoeren en bijstellen van plannen vanuit het marketingbeleid<br />
(ondernemingsbeleid).<br />
DC 8 - Leidinggeven aan een bedrijf, een bedrijfsonderdeel, bedrijfsprocessen of een<br />
project.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
32/51
DC 9 - Sociale en communicatieve competentie (interpersoonlijk, organisatie):<br />
Samenwerken in een beroepsomgeving en meedenken over doelen en inrichting<br />
van de organisatie, waaruit eisen voortvloeien die betrekking hebben op de<br />
volgende kenmerken: multidisciplinariteit en interdisciplinariteit, klantgerichtheid,<br />
collegialiteit, leidinggeven (het sociale deel van de competentie).<br />
Communiceren intern op alle niveaus, effectief en in de gangbare bedrijfstaal,<br />
veelal in het Nederlands en/of Engels; in termen van beroepstaken omvat dat zaken<br />
als het opstellen en schrijven van plannen en notities, informeren, overleg voeren,<br />
draagvlak creëren, stimuleren, motiveren, overtuigen, verwoorden van besluiten.<br />
Tijdens traineeship II dient de student bovendien expliciet te werken aan onderstaande<br />
“personal skills”:<br />
• de elementen van de beroepsattitude, waaronder: accuratesse/punctualiteit<br />
betrokkenheid, collegialiteit, flexibiliteit, houden aan spelregels/afspraken,<br />
inventiviteit/creativiteit, nieuwsgierigheid/belangstelling;<br />
• de persoonlijke kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie,<br />
oordeelsvorming, planmatig werken, pro-activiteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
8.4 Leerdoelen<br />
Bij een voldoende beoordeling van de module:<br />
• kan de student een concreet beeld schetsen van (een aspect van) de beroepspraktijk,<br />
in relatie tot de totale organisatie;<br />
• kan de student verantwoorden hoe en welke theoretische onderwerpen hij in de praktijk<br />
heeft toegepast en kan hij (op onderdelen) aangeven waar de theorie van de praktijk<br />
verschilt;<br />
• kan de student uitleggen wat de geldende beroepsattitude is, en kan hij aangeven wat<br />
zijn eigen sterke en zwakke(re) punten zijn op de aspecten hiervan;<br />
• kan de student aangeven wat zijn sterke en zwakke punten zijn inzake de persoonlijke<br />
kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge communicatie, oordeelsvorming, planmatig<br />
werken, pro-activiteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
8.5 Doelstellingen<br />
De uitgangspunten van traineeship II zijn voor een belangrijk deel geënt op de algemene<br />
leerdoelstellingen van de FEM: de vorming van toekomstige leidinggevende<br />
functionarissen op het terrein van marketing management. Het specifieke van traineeship<br />
II is, dat studenten voor het eerst tijdens hun opleiding intensief in contact staan met de<br />
beroepspraktijk.<br />
Doelstellingen voor studenten<br />
• Kennismaken met de beroepspraktijk (functies, taken, activiteiten).<br />
• De weg leren vinden in een werkomgeving.<br />
• Toepassen van de theorie in de praktijk en onderscheiden van de verschillen daartussen.<br />
• Leren omgaan met praktische vraagstukken.<br />
• Versterken van sociale en communicatieve vaardigheden.<br />
• Ontwikkelen van een beroepsattitude.<br />
• Zicht krijgen op sterke en zwakke(re) punten.<br />
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen.<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
33/51
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten.<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Ruimte geven aan jong elan binnen de organisatie.<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
34/51
9 Afstudeertraject (voltijd/duaal; vierde studiejaar)<br />
9.1 Wat houdt het afstudeertraject in?<br />
De afstudeertraject is een beroepsvoorbereidende praktijkperiode met een duur van 20<br />
weken (100 werkdagen). De student functioneert als aspirant-beroepsuitoefenaar binnen<br />
de beroepspraktijk Marketing and Commerce en dient naast het actief bijdragen aan de<br />
commerciële werkzaamheden een afstudeeropdracht te vervullen.<br />
Met ingang van 1 september 2010 worden twee pilots gestart met betrekking tot andere<br />
vormen van afstuderen:<br />
1. Afstuderen bij een bedrijf middels een praktijkminor, opdracht en functioneren als<br />
medewerker; duur 40 weken.<br />
Periode A Periode B Periode C Periode D<br />
3 dg praktijk 3 dg praktijk 3 dg praktijk 3 dg praktijk<br />
2 dg minor 2 dg minor 2 dg bedrijfsopleiding 2 dg bedrijfsopleiding<br />
2. <strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong> heeft behoefte aan studenten die kunnen worden ingezet voor<br />
“eigen” projecten als het starten van een eigen bedrijf, organisatie van congressen,<br />
open dagen, <strong>Bedrijven</strong>contactdag, sportieve evenementen en bijeenkomsten op het<br />
gebied van entertainment.<br />
Een en ander in overleg met de praktijkcoördinatoren.<br />
Tijdens het afstudeertraject dient de student aan te tonen dat hij:<br />
• effectief kan functioneren als aspirant-beroepsuitoefenaar op hbo-niveau;<br />
• op verantwoorde wijze kan komen tot een beroepsproduct op hbo-niveau.<br />
Concreet betekent dit dat de student zowel meewerkt in de commerciële beroepspraktijk,<br />
als een actueel, relevant vraagstuk voor de organisatie (op strategisch of tactisch niveau)<br />
uitwerkt in een (marketingbeleids)adviesrapport, inclusief implementatieplan (de<br />
zogenaamde afstudeeropdracht).<br />
9.2 Mogelijke invulling<br />
In aansluiting op het onderwijsprogramma is een vierdejaarsstudent in staat een probleem<br />
te analyseren, noodzakelijk onderzoek te plannen en te verrichten, opties te genereren en<br />
aanbevelingen te doen.<br />
Door het uitvoeren van de afstudeeropdracht toont de student aan dat hij in staat is op<br />
zelfstandige en creatieve wijze op basis van een aan de praktijk gerelateerde<br />
probleemstelling adequaat onderzoek te doen, de onderzoeksgegevens op de juiste wijze<br />
te analyseren, de analyse te vertalen in bruikbaar advies en van het geheel schriftelijk<br />
verslag te doen. Hij maakt daarbij uiteraard optimaal gebruik van de kennis en<br />
vaardigheden opgedaan tijdens de opleiding. In een afstudeeropdracht gaat het altijd om<br />
de confrontatie/integratie van theorie en praktijk, waarbij de student in staat moet zijn een<br />
visie te ontwikkelen op strategisch-tactisch niveau op het terrein van marketing. Het gaat<br />
dus om de toepassing van theorie in de praktijk.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
35/51
De opdracht is geformuleerd als marketing managementprobleem in het kader van<br />
beleidsontwikkeling en is actueel en relevant voor de organisatie.<br />
De opdracht dient zo concreet mogelijk te worden geformuleerd en in een duidelijk kader<br />
te worden geplaatst.<br />
Ten aanzien van het onderwerp, gelden onderstaande eisen:<br />
• het onderwerp van de afstudeeropdracht dient altijd gevonden te worden op het terrein<br />
van marketing management, internationaal marketing management, sport- en<br />
entertainment marketing, marketingcommunicatie, exportmanagement of een onderdeel<br />
daarvan;<br />
• doel van de vraagstelling is strategische-tactische beleids-/visievorming (niet uitsluitend<br />
beschrijvend); uitgangspunt zijn de marketingdoelstellingen van de organisatie;<br />
• vraagstelling en behandeling daarvan, getuigen van hbo-niveau (multidisciplinair,<br />
kritisch, probleemoplossende aanpak, integratie theorie in de praktijk, eigen inbreng,<br />
(maatschappelijk) verantwoorde afwegingen).<br />
Bovendien:<br />
• Studenten dienen ‘in hun specialisatie af te studeren’; of de context (werkomgeving) of<br />
de afstudeeropdracht passen in het SEM, SMM, IMM, LEM en IBL domein.<br />
Hieronder zijn een aantal voorbeelden van beroepsproducten beschreven; de<br />
totstandkoming hiervan zou, indien aan de kwaliteitseisen wordt voldaan, als<br />
afstudeeropdracht kunnen dienen. Aangezien alle CE en IBL studenten worden opgeleid<br />
voor het diploma Bachelor of Commerce, zijn de generieke beroepsproducten geschikt<br />
voor studenten van alle specialisaties; sommige producten (plannen) sluiten echter<br />
specifiek aan op één bepaalde specialisatie.<br />
De beschreven producten zijn voorbeelden. Organisaties kunnen uiteraard ook met eigen<br />
ideeën komen. Indien u twijfelt over de aansluiting van uw praktijkvraag met de<br />
competenties van en eisen aan de studenten, aarzelt u dan niet contact met ons op te<br />
nemen.<br />
• Marketingplan.<br />
• Advies t.a.v. productontwikkeling als groeistrategie (commerciële aantrekkelijkheid,<br />
haalbaarheid, GO/NO GO, uitwerking GO, mits…., NO GO, tenzij …..)<br />
• Advies t.a.v. marktontwikkeling als groeistrategie (commerciële aantrekkelijkheid,<br />
haalbaarheid, GO/NO GO, uitwerking GO, mits…., NO GO, tenzij …..)<br />
• Advies t.a.v. marktpenetratie als groeistrategie<br />
• Salesplan<br />
• Accountplan<br />
• Exportbeleidsplan<br />
• Entreestrategie<br />
• Marketing Communicatieplan, geïntegreerd in het operationele Marketingplan<br />
• Reclameplan, PR-plan, DM plan, sponsorplan, mediaplan of eventplan geïntegreerd in<br />
het operationele Marketing plan<br />
• CRM strategie<br />
• E-strategie<br />
• Ledenwervingsplan<br />
• Social Mediaplan<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
36/51
In het kader van hun opdracht of de dagelijkse werkzaamheden, kunnen studenten zich<br />
bezig tijdens de praktijkperiode bezig houden met:<br />
• Promotiecampagnes<br />
• Landenanalyses<br />
• Acquisitie activiteiten<br />
• Verkoopondersteunende activiteiten<br />
• Exportondersteuning<br />
• Eventplanning, -management, -evaluatie<br />
• Social Mediaplan<br />
• Afnemersanalyse<br />
• Marktonderzoek<br />
• Concurrentieanalyse<br />
• Klantenanalyse<br />
• CRM<br />
• DM activiteiten<br />
• Benchmark study<br />
• Sales Performance<br />
• Klanttevredenheid<br />
• Assortimentssamenstelling<br />
• E-commerce<br />
• Rapportages en presentaties<br />
9.3 Competenties<br />
De beoordeling van het hele afstudeertraject wordt bepaald door de mate waarin de<br />
student kan aantonen dat hij onderstaande competentie en -indicatoren beheerst:<br />
• de student kan bijdragen aan de ontwikkeling en bijstelling van het (internationale)<br />
marketingbeleid van een (inter)nationaal opererende organisatie.<br />
Indicatoren:<br />
• Effectief functioneren als aspirant beroepsuitoefenaar.<br />
• Een probleem in zijn kader plaatsen en helder definiëren.<br />
• Een probleem gestructureerd en planmatig behandelen.<br />
• Zelf een onderzoek organiseren en uitvoeren.<br />
• Zelfstandig werken.<br />
• Snel breed en diep oriënteren op een onderwerp zonder de hoofdlijnen te verliezen.<br />
• Informatie en informatiebronnen kritisch beoordelen en analyseren.<br />
• Tot een gefundeerde eigen mening komen.<br />
• Bevindingen vertalen in een voor het bedrijf bruikbaar en implementeerbaar advies.<br />
• Gedachten en bevindingen overzichtelijk en correct overbrengen.<br />
• Eigen werk en activiteiten kritisch (mondeling) verantwoorden; geeft blijk van lerend<br />
vermogen.<br />
Zowel de IMM als de IBL student dienen bovendien één praktijkperiode in het buitenland<br />
door te brengen en daarmee de onderstaande competentie te bereiken:<br />
• De student kan in het kader van marketing en sales activiteiten communiceren met en<br />
deze activiteiten afstemmen op personen afkomstig uit andere taal- en cultuurgebieden.<br />
Tijdens het afstudeertraject dient de student bovendien expliciet te werken aan<br />
onderstaande “personal skills”:<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
37/51
• de elementen van de beroepsattitude, waaronder: accuratesse/punctualiteit,<br />
betrokkenheid, collegialiteit, flexibiliteit, houden aan spelregels/afspraken,<br />
inventiviteit/creativiteit, nieuwsgierigheid/belangstelling;<br />
• de persoonlijke kwalificaties: lerend vermogen, mondelinge communicatie,<br />
oordeelsvorming, planmatig werken, proactiviteit, sensitiviteit, schriftelijke presentatie.<br />
9.4 Leerdoelen<br />
Bij een voldoende beoordeling van de module:<br />
• kan de student verantwoorden hoe en welke theoretische onderwerpen hij bij zijn<br />
werkzaamheden heeft toegepast en kan hij (op onderdelen) aangeven waar de theorie<br />
van de praktijk verschilt;<br />
• kan de student aangeven wat de waarde van zijn werkzaamheden en zijn advies zijn<br />
voor het (marketing)beleid van de organisatie, en kan hij zijn werkwijze en de hiertoe<br />
gemaakte keuzes verantwoorden;<br />
• kan de student aangeven wat zijn sterke en zwakke(re) punten zijn inzake de<br />
beroepsattitude en de persoonlijke kwaliteiten: lerend vermogen, mondelinge<br />
communicatie, oordeelsvorming, planmatig werken, proactiviteit, sensitiviteit,<br />
schriftelijke presentatie;<br />
• kan de student aannemelijk maken, in hoeverre hij (adequaat) heeft gefunctioneerd als<br />
aspirant-beroepsuitoefenaar op hbo-niveau;<br />
• kan de student een beeld schetsen van zijn persoonlijke “loopbaanplanning”.<br />
9.5 Doelstellingen<br />
De doelstellingen van het afstudeertraject zijn geënt op één van de algemene<br />
leerdoelstellingen van de hogeschool: de vorming van toekomstige leidinggevende<br />
functionarissen op het terrein van Economie & Management. Het afstudeertraject is een<br />
beroepsvoorbereidende praktijkperiode met een verdiepend karakter. De student<br />
functioneert als aspirant beroepsuitoefenaar op het gebied van de (internationale)<br />
marketing. De te verrichte werkzaamheden en de afstudeeropdracht dienen een concrete<br />
bijdrage te leveren aan (delen van) het marketingbeleid van de organisatie.<br />
Doelstellingen voor studenten<br />
• De theorie breed, diep en flexibel in de praktijk toepassen.<br />
• Leren problemen in hun kader te zien, te analyseren en gestructureerd naar een<br />
oplossing toewerken.<br />
• Versterken van sociale en communicatieve vaardigheden.<br />
• Leerervaringen naar aanleiding van voorgaande stage toepassen.<br />
• Effectief functioneren als aspirant-beroepsuitoefenaar.<br />
• Een zelfstandige, adviserende rol ontwikkelen; de opdrachtverlener een<br />
implementeerbaar advies geven op tactisch-strategisch niveau op het gebied van<br />
Marketing/Sales, Marketingcommunicatie, Exportmanagement of een aspect daarvan.<br />
• De basis leggen voor een loopbaanplanning.<br />
Aanvullende doelstelling bij een internationale praktijkperiode<br />
• Kennismaken met en beleven van de internationale aspecten van de bedrijfsvoering,<br />
bedrijfscultuur, leef- en denkwereld.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
38/51
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen.<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten.<br />
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten.<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Ruimte geven aan jong elan binnen de organisatie.<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
39/51
10 Praktijkonderwijs (derde studiejaar)<br />
10.1 Wat houdt praktijkonderwijs in?<br />
Iedere voltijd student van de opleiding Commerciële Economie heeft in het derde jaar de<br />
cursus Praktijkruimte in het curriculum. Dit onderdeel is een aantoonbare aanvulling op,<br />
dan wel een uitbreiding of verdieping van, de beroepscompetenties die elders in het CEcurriculum<br />
zijn/zullen worden verworven. Derhalve zoeken wij steeds de samenwerking<br />
met het bedrijfsleven. Naast de eerder in deze gids geschetste mogelijkheden tot het<br />
invullen van een stageplaats, zijn er ook nog een aantal andere mogelijkheden voor het<br />
bedrijfsleven om samen te werken met ons instituut.<br />
10.2 Mogelijke invulling<br />
10.2.1 Bedrijfsopdracht<br />
Studenten kunnen binnen het curriculum een aantal opdrachten uitvoeren voor het<br />
bedrijfsleven. Deze opdrachten kunnen breed geformuleerd zijn, maar hebben altijd een<br />
inhoud op het gebied van marketing in het breedste zins des woords. Totale<br />
studiebelasting in uren per student is 84 uur (3 EC) en wordt bepaald door de aard<br />
(niveau, complexiteit, relevantie) van de werkzaamheden zoals blijkt uit het verslag, de<br />
eventuele beroepsproducten en de bewijsstukken.<br />
Competenties<br />
Tijdens dit onderdeel dient de student de onderstaande competentie te bereiken:<br />
Uitbreiding of verdieping van al aanwezige commercieel economische competenties,<br />
bijvoorbeeld marketingplan, marketing-communicatieplan, eventplan, sponsorplan etc.<br />
Doelstellingen voor studenten<br />
Bij een voldoende beoordeling van dit onderdeel toont de student aan dat hij:<br />
een probleem helder kan definiëren en de opdrachtgever hierin betrekt inclusief de<br />
probleemdefinitie, probleemanalyse en plan van aanpak;<br />
informatie kritisch kan analyseren en beoordelen;<br />
een probleem gestructureerd en planmatig kan behandelen;<br />
de relevante marketingconcepten kan toepassen in een consistent, op de specifieke<br />
situatie geënt beroepsproduct zoals marketingplan, marketing-communicatieplan,<br />
eventplan, sponsorplan etc.;<br />
zijn eigen werk kritisch kan verantwoorden binnen zijn team;<br />
werkt conform de aanpak van de propedeuse cursus Project- en<br />
Onderzoeksvaardigheden en de tweedejaars cursus Onderzoeksvaardigheden.<br />
Doelstellingen voor de FEM<br />
• Theorie en praktijk met elkaar in verband brengen;<br />
• Realiseren van verdere persoonlijke ontplooiing van studenten;<br />
• Stimuleren van praktische vaardigheden van studenten;<br />
• Studenten relevante competenties en praktische vraagstukken leren herkennen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
40/51
Doelstellingen voor bedrijven<br />
• Meewerken aan de vorming van professionele werknemers (mogelijk toekomstige<br />
medewerkers) (met als tegenprestatie een toegevoegde waarde aan het<br />
stageverlenende bedrijf door de student).<br />
• Benutten van een mogelijk andere kijk op de praktijk door studenten.<br />
• Begeleid, en als leerervaring, laten uitvoeren van of onderzoek doen naar zaken<br />
waarvoor binnen het bedrijf geen gelegenheid of tijd bestaat.<br />
10.2.2 Input voor cases<br />
Om het lesprogramma zo praktijkgericht mogelijk te maken, zijn wij altijd op zoek naar<br />
bedrijven die input willen geven om cases zo actueel mogelijk te houden.<br />
10.2.3 Gastcolleges<br />
Indien u wilt bijdragen aan ons onderwijs, nodigen wij u van harte uit om u aan te melden<br />
om eventuele gastcolleges bij ons te verzorgen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
41/51
11 Informatie algemeen<br />
11.1 Inhoudelijke eisen praktijkperiode<br />
Het Institute for Marketing & Commerce vertaalt het beroepsprofiel in beroepstaken en<br />
-handelingen en vervolgens in opleidingskwalificaties (competenties). Deze zijn<br />
geformuleerd in termen van studentgedrag en bieden een overzicht van activiteiten die<br />
een afgestudeerde na het behalen van het diploma Bachelor of Commerce kan uitvoeren.<br />
Deze kwalificaties zijn te onderscheiden op basis van handelsniveau (operationeel,<br />
tactisch, strategisch) en gedefinieerd in termen van marketing, sales, organisatie of<br />
communicatie.<br />
11.2 Het vinden van een praktijkplaats<br />
Kenmerkend voor het beleid van de hogeschool is dat het instituut geen praktijkplaatsen<br />
toewijst, maar dat de student zelf zijn praktijkperiode zoekt binnen het kader dat het<br />
Institute for Marketing & Commerce stelt. Het Praktijkbureau en de praktijkcoördinatoren<br />
stellen zich daarbij faciliterend op. Tijdige en heldere voorlichting aan studenten en de<br />
digitale stagevacaturebank spelen hierbij een grote rol.<br />
Waaraan dient de organisatie te voldoen?<br />
Studenten van het Institute for Marketing & Commerce kunnen uitsluitend een<br />
praktijkperiode vervullen bij:<br />
• professionele, ‘draaiende’ organisaties (niet bij op te starten/startende ondernemingen);<br />
• organisaties met in principe minimaal vijf vaste werknemers;<br />
• organisaties waarin de beroepspraktijk aanwezig is (Marketing/Sales/Marketing-<br />
Communicatie/Export functionaris(sen));<br />
• organisaties waarbij de inhoudelijke begeleider (regelmatig) aanwezig is;<br />
• organisaties waarbij de student een fulltime werkplek heeft (in de beroepsomgeving).<br />
De voorbereiding op stage I of traineeship I begint voor tweedejaars studenten in<br />
september/oktober. De voorbereiding voor het afstudeertraject begint voor de studenten in<br />
hun derdejaar.<br />
De stappen die de student moet ondernemen zijn:<br />
• Duidelijk krijgen welke eisen de opleiding en het Praktijkbureau aan de praktijkperiode<br />
stelt door middel van voorlichting door het Praktijkbureau en de praktijkcoördinatoren,<br />
de cursuswijzer, de praktijkgids, etc.<br />
• Definiëren van eigen doelstellingen/interesses.<br />
• Inventariseren van potentiële te benaderen bedrijven en organisaties (met behulp van<br />
(stage)verslagen, verrichtte projecten, artikelen, persberichten, de stagevacaturebank,<br />
advertenties, personeelsadvertenties, lezingen, “kruiwagens”).<br />
• Informatie vergaren over de te benaderen adressen (onder andere contactpersonen,<br />
activiteiten, omvang, markten, afnemers, producten, branche/bedrijfstakinformatie,<br />
specifieke ontwikkelingen/problemen, organisatiestructuur, concurrenten,<br />
aanknopingspunten voor de praktijkperiode etc.).<br />
• <strong>Bedrijven</strong> benaderen (schriftelijk en/of telefonisch en/of persoonlijk).<br />
Het zoeken naar een praktijkplaats kan als een vorm van solliciteren worden beschouwd.<br />
Organisaties en studenten kunnen hierbij een aantal sollicitatieprincipes toepassen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
42/51
Zodra de student een bedrijf gevonden heeft, dient hij de voorgestelde invulling van de<br />
praktijkperiode door de praktijkcoördinator van zijn opleiding te laten goedkeuren. Hiertoe<br />
vult hij een praktijkovereenkomst in, waarop de bedrijfsgegevens en (stage)invulling<br />
(ondertekend door de bedrijfsmentor) worden vermeld. Vervolgens legt hij deze<br />
formulieren ter goedkeuring voor aan de praktijkcoördinator.<br />
Criteria voor de goedkeuring van het (stage)voorstel zijn onder andere de invulling van de<br />
praktijkperiode, opdracht(en) en overige werkzaamheden, de aard van de organisatie<br />
(professionele “draaiende” organisatie, aanwezigheid van de beroepspraktijk) en de<br />
begeleiding vanuit die organisatie (in principe door iemand met een achtergrond die<br />
aansluit bij het beroepsprofiel van de opleiding).<br />
De student dient bij intake van het afstudeertraject eveneens een opzet voor zijn<br />
afstudeeropdracht aan te leveren. Concreet betekent dit dat de student (samen met het<br />
bedrijf), (inhoudelijk) voorwerk zal moeten verrichten ten behoeve van de goedkeuring van<br />
zijn afstudeertraject door de praktijkcoördinator.<br />
Indien de praktijkperiode aldus aan de eisen lijkt te voldoen, ontvangt de student een mail<br />
met richtlijnen en verwijzing naar gegevens die op het intranet beschikbaar zijn. Studenten<br />
die hun praktijkperiode op deze manier hebben laten vastleggen krijgen tevens een<br />
docentbegeleider toegewezen.<br />
De bedrijfsmentor van de student ontvangt van het Praktijkbureau een mail met verwijzing<br />
naar gegevens die op internet beschikbaar zijn.<br />
In enkele gevallen komt het voor, dat een organisatie de overeenkomst verbreekt. In dat<br />
geval zal het Praktijkbureau de student zoveel mogelijk helpen alsnog tijdig een passende<br />
plaats te vinden.<br />
11.3 Begeleiding tijdens de praktijkperiode<br />
De student wordt tijdens de praktijkperiode vanuit de opleiding begeleid door een<br />
docentbegeleider (procesbegeleiding en bewaking van de kwaliteit van de<br />
afstudeeropdracht, met name op de methodiek) en vanuit het bedrijf door een<br />
zogenaamde bedrijfsmentor (inhoudelijke begeleiding).<br />
De student draagt zorg voor een goede gang van zaken in de voorbereidingsfase, tijdens<br />
en na de praktijkperiode. Het maken en nakomen van afspraken is hierbij van wezenlijk<br />
belang. Van de student wordt verwacht dat hij steeds het initiatief neemt tot contact.<br />
Hoewel de student in de visie van <strong>Hogeschool</strong> <strong>Utrecht</strong>, “manager is van zijn eigen<br />
praktijkperiode”, is het Institute for Marketing & Commerce vanzelfsprekend<br />
verantwoordelijk voor de borging van de kwaliteit van het buitenschoolse curriculum.<br />
11.3.1 Begeleiding door de hogeschool: de docentbegeleider<br />
Tijdens de praktijkperiode wordt de student vanuit de opleiding begeleid door een<br />
docentbegeleider (dit is een docent van het Institute for Marketing & Commerce), met wie<br />
de student regelmatig contact dient te onderhouden.<br />
De docentbegeleider heeft de volgende taken:<br />
• Hij bewaakt de kwaliteit van de praktijkperiode (in relatie tot de eisen van de opleiding<br />
t.a.v. de inhoud en context van de praktijkperiode).<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
43/51
• Hij is de contactpersoon voor de organisatie en voor de student gedurende de<br />
praktijkperiode.<br />
• Hij bespreekt regelmatig met de student en met de begeleider vanuit de organisatie, de<br />
voortgang van de student met betrekking tot het functioneren in de praktijk en de<br />
werkzaamheden en opdracht(en).<br />
• Hij evalueert de praktijkperiode met de bedrijfsmentor en met de student en stelt de<br />
eindbeoordeling vast.<br />
De docentbegeleider houdt zich in principe niet bezig met de daadwerkelijke inhoudelijke<br />
begeleiding van het functioneren in de beroepspraktijk. Wel begeleidt hij inhoudelijk de<br />
afstudeeropdracht door met de student mee te denken en hem te coachen op de<br />
(methodische) eisen die aan de afstudeeropdracht worden gesteld, in de context van zijn<br />
praktijkperiode.<br />
Tijdens stage I bezoekt de docentbegeleider het bedrijf éénmaal. Tijdens het bezoek (in<br />
het algemeen circa drie tot vier weken na aanvang) wordt het plan van aanpak voor de<br />
(stage)opdracht(en) besproken, evenals de exacte invulling van de praktijkperiode.<br />
Tijdens traineeship I bezoekt de docentbegeleider het bedrijf driemaal. Tijdens het eerste<br />
bezoek (in het algemeen circa drie tot vier weken na aanvang) wordt de gang van zaken<br />
en de invulling van de werkzaamheden besproken. Tijdens het tweede bezoek<br />
(halverwege) wordt de praktijkperiode geëvalueerd. Tijdens het derde bezoek (aan het<br />
einde) wordt de praktijkperiode geëvalueerd op grond van zowel de aanpak, uitvoering van<br />
de werkzaamheden resultaten en/of presentatie van de opdracht(en), als op het<br />
persóónlijk functioneren van de student.<br />
Tijdens het afstudeertraject bezoekt de docentbegeleider het bedrijf tweemaal. Tijdens het<br />
eerste bezoek (in het algemeen circa drie tot vier weken na aanvang) wordt de gang van<br />
zaken en de invulling van de werkzaamheden besproken. Tevens wordt het plan van<br />
aanpak voor de afstudeeropdracht besproken. Tijdens het tweede bezoek (tegen het eind)<br />
wordt de praktijkperiode geëvalueerd op grond van zowel de aanpak, uitvoering van de<br />
werkzaamheden resultaten en/of presentatie van de opdracht(en), als op het persóónlijk<br />
functioneren van de student.<br />
De bedrijfsbezoeken hebben als extra functie de docenten van de opleiding de<br />
gelegenheid te bieden om contact te houden met de beroepspraktijk van het Institute for<br />
Marketing & Commerce.<br />
Bij internationale praktijkperiodes zijn bedrijfsbezoeken veelal niet realiseerbaar. In dat<br />
geval worden de contacten uitsluitend schriftelijk, telefonisch en per e-mail onderhouden.<br />
Tijdens de praktijkperiode dient de student regelmatig aan de docentbegeleider te<br />
rapporteren. Hierover maakt de student voor aanvang van de praktijkperiode afspraken<br />
met zijn docentbegeleider. Voor de beeldvorming van de docentbegeleider is het wenselijk<br />
dat de student deze in een vroeg stadium van informatie voorziet over de organisatie en<br />
haar producten (bijvoorbeeld brochures, jaarverslag, etc.). De door de student te maken<br />
rapportages staan in relatie tot de leerdoelen van de praktijkperiode.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
44/51
11.3.2 Begeleiding door de organisatie: de bedrijfsmentor<br />
De (inhoudelijke) begeleiding door de organisatie wordt verzorgd door een bedrijfsmentor<br />
(in principe iemand uit de commercieel economische beroepspraktijk!) . De FEM verwacht<br />
van de bedrijfsmentor dat hij voldoende tijd en aandacht heeft voor de begeleiding m.b.t.<br />
het functioneren in de beroepspraktijk (dit komt overigens zowel de student als de<br />
‘opbrengst van de praktijkperiode voor het bedrijf’ ten goede), de student in staat stelt aan<br />
de leerdoelen van de praktijkperiode en zijn competenties te werken en m.b.t. de<br />
afstudeeropdracht de student noodzakelijke input geeft.<br />
Om de bedrijfsmentor goed te informeren over zijn rol in het onderwijsproces, organiseert<br />
het Institute for Marketing & Commerce in het beginstadium van de praktijkperiode een<br />
bijeenkomst voor alle bedrijfsmentoren. Gezien het belang van deze praktijkperiode<br />
binnen de opleiding en de rol van de bedrijfsmentor in de evaluatie en beoordeling, is<br />
deelname aan deze bijeenkomst essentieel.<br />
Een succesvolle bedrijfsmentor:<br />
• Bereidt zich voor op zijn rol (leest zich in en woont de bijeenkomst op de FEM bij).<br />
• Heeft een functie/achtergrond/opleiding die aansluit bij het beroepsprofiel van de<br />
student en is daardoor inhoudelijk voldoende deskundig op het gebied van de (stage)<br />
werkzaamheden.<br />
• Formuleert één (of meer) duidelijke opdracht(en), d.w.z.:<br />
- een beschrijving van het doel en de gewenste activiteiten;<br />
- een opdracht waarbij denken en doen gecombineerd worden;<br />
- een opdracht waarbij/waarnaast de student ook met de dagelijkse praktijk van de<br />
organisatie geconfronteerd wordt.<br />
• Investeert in een degelijke introductie in de organisatie als geheel en bij de betrokken<br />
afdeling(en) (waaronder ook valt informatie verschaffen over de cultuur, procedures,<br />
etc.) en informeert de organisatie over de komst en werkzaamheden van de student.<br />
• Zorgt voor een werkplek in de organisatie in een omgeving die aansluit bij de opleiding.<br />
• Draagt zorg voor het goed inwerken.<br />
• Onderkent het belang van een uitgewerkt plan van aanpak ten behoeve van de<br />
beantwoording van een probleemstelling c.q. de uitvoering van een onderzoek.<br />
Bespreekt het (door de student opgestelde) plan van aanpak met de student en<br />
eventueel met de docentbegeleider (circa twee à drie weken na aanvang van de<br />
praktijkperiode).<br />
• Biedt ruimte aan de student om zijn doelstelling(en) te realiseren.<br />
• Bewaakt en beoordeelt de voortgang van de werkzaamheden van de student.<br />
• Fungeert als vraagbaak voor de student, voor dagelijkse kwesties, of heeft daar iemand<br />
voor aangewezen.<br />
• Voert voortgangsgesprekken met de student (bij voorkeur wekelijks) over zijn<br />
functioneren en de opdracht.<br />
• Beoordeelt de student en probeert tijdens de praktijkperiode de zwakke en sterke<br />
punten van de student naar voren te brengen (opbouwend geformuleerd).<br />
• Bespreekt de uitkomst van het assessment met de student.<br />
• Evalueert de praktijkperiode met de student en de docentbegeleider.<br />
11.4 Eindbeoordeling van de praktijkperiode<br />
Om het afstudeertraject te mogen lopen, dient de student stage I in het tweede studiejaar<br />
met minimaal een voldoende te hebben afgerond.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
45/51
Stage I, traineeship I en het afstudeertraject worden afgesloten met een (stage)verslag,<br />
waarin de student de praktijkperiode evalueert op grond van door het Praktijkbureau<br />
opgestelde richtlijnen. Dit verslag komt voor andere studenten digitaal beschikbaar via de<br />
Kennisbank van de faculteit (het verslag bevat dan ook geen vertrouwelijke informatie).<br />
De afstudeeropdracht vindt zijn weerslag in het “afstudeerrapport”, dat als adviesrapport<br />
voor de opdrachtgever geschreven wordt. Indien dit rapport vertrouwelijke informatie<br />
bevat, dan wordt het rapport vanzelfsprekend als zodanig door de examinatoren en de<br />
hogeschool behandeld. Middels een door de student in te vullen verklaring kan worden<br />
vastgelegd dat het afstudeerrapport niet voor andere studenten en docenten openbaar<br />
mag worden gemaakt.<br />
De beoordeling voor het ‘functioneren als aspirant beroepsuitoefenaar’, wordt vastgesteld<br />
door de docentbegeleider op grond van de (kwaliteit van de) beroepsomgeving, inhoud en<br />
uitvoering van de werkzaamheden, competentieontwikkeling, de getoonde (ontwikkeling in<br />
de) beroepsattitude, de getoonde (ontwikkeling in de) persoonlijke kwaliteiten, frequentie<br />
en wijze van contact met de afstudeerbegeleider, verzorging van de verslaglegging<br />
(tussentijdse verslagen en (stage)verslag). Hierbij speelt de beoordeling door de<br />
bedrijfsmentor een belangrijke rol. De beoordeling van de bedrijfsmentor wordt schriftelijk<br />
vastgelegd op een door het Praktijkbureau verstrekt beoordelingsformulier. Bij deze<br />
beoordeling spelen zowel inhoudelijke criteria als het persoonlijk functioneren van de<br />
student een rol.<br />
Bij het beoordelen van het afstudeerrapport worden de ‘bruikbaarheid voor het bedrijf’, de<br />
van de competentie(indicatoren) afgeleide inhoudelijke criteria voor het eindproduct, en,<br />
aan de hand van de opgeleverde tussenproducten. meegewogen. Tevens is, de mate<br />
waarin de student tijdens het productieproces de relevante competenties heeft laten zien,<br />
van belang.<br />
Voor de beoordeling van het afstudeerrapport (alsmede de tussenproducten) en het<br />
afsluitende mondeling examen (op de hogeschool) wordt een ‘2 e examinator’ toegewezen.<br />
Voor het ‘functioneren in de beroepspraktijk’, alsmede voor de afstudeeropdracht worden<br />
twee afzonderlijke deelcijfers toegekend die samen het eindcijfer voor de afstudeertraject<br />
bepalen.<br />
De invloed van het functioneren in de beroepspraktijk en de afstudeeropdracht op het<br />
curriculum, weerspiegelt het belang die de opleiding hecht aan de praktijkcomponent. De<br />
student komt pas in aanmerking voor het diploma van de opleiding, indien het<br />
afstudeertraject met minimaal een voldoende is afgesloten.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
46/51
12 Aandachtspunten voor het beschrijven van een<br />
praktijkperiode<br />
12.1 De organisatie<br />
Korte beschrijving van de werkzaamheden, producten(en), doelgroep(en),<br />
organisatiestructuur, omvang, organisatie van marketing/verkoop van de organisatie.<br />
12.2 Invulling stage I (voltijd) + Ad-traject<br />
Korte toelichting van de opdracht, beschrijven van het kader en het gewenste<br />
eindresultaat waarbinnen de opdracht wordt uitgevoerd. Aandachtspunten: wie heeft er<br />
belang bij de opdracht, wat is de probleemstelling en doelstelling? Verder beschrijven van<br />
de werkzaamheden ten behoeve van deze opdracht c.q. de aanpak (wat moet er concreet<br />
gebeuren om tot het gewenste eindresultaat te komen).<br />
12.3 Invulling traineeship I (duaal)<br />
Korte toelichting van de opdracht, beschrijven van het kader en het gewenste<br />
eindresultaat waarbinnen de opdracht wordt uitgevoerd. Aandachtspunten: wie heeft er<br />
belang bij de opdracht, wat is de probleemstelling en doelstelling? Verder beschrijven van<br />
de werkzaamheden ten behoeve van deze opdracht c.q. de aanpak (wat moet er concreet<br />
gebeuren om tot het gewenste eindresultaat te komen).<br />
12.4 Invulling traineeship II (duaal)<br />
Korte toelichting van de opdracht, beschrijven van het kader en het gewenste<br />
eindresultaat waarbinnen de opdracht wordt uitgevoerd. Aandachtspunten: wie heeft er<br />
belang bij de opdracht, wat is de probleemstelling en doelstelling? Verder beschrijven van<br />
de werkzaamheden ten behoeve van deze opdracht c.q. de aanpak (wat moet er concreet<br />
gebeuren om tot het gewenste eindresultaat te komen).<br />
12.5 Invulling afstudeertraject (voltijd/duaal)<br />
Situatieschets<br />
• Activiteiten bedrijf (producten, markten), core business.<br />
• Omvang.<br />
• Organisatiestructuur.<br />
• Organisatie marketing/verkoop.<br />
Beschrijving van de problematiek<br />
• Kader, aanleiding.<br />
• Wat is er precies aan de hand: marketingdoelstelling van de organisatie<br />
(gekwantificeerd).<br />
• Waarom is een antwoord op de vraag (c.q. een oplossing voor de problematiek)<br />
relevant/nuttig, wie kan wat met het antwoord, (waarom) is er nog geen antwoord.<br />
• Met welke kennisgebieden heeft het onderwerp te maken.<br />
• Relatie tussen de problematiek en de marketingdoelstellingen van de organisatie.<br />
Vraagstelling<br />
• Wat wordt het uiteindelijke (beroeps)product dat de student oplevert; wat voor sóórt<br />
(beleids)advies betreft het.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
47/51
• Waar geeft de student nu echt antwoord op; wat is exact de vraagstelling<br />
(gekwantificeerd en dus evalueerbaar).<br />
• Wat is de relatie met de marketingdoelstelling(en) van de organisatie.<br />
Deelvragen<br />
• Waar moet minimaal antwoord op komen om onderbouwd antwoord te kunnen geven<br />
op de vraagstelling.<br />
• Concreet, specifiek, volledig en kritisch doordacht.<br />
• In relatie met de relevante kennisgebieden.<br />
• Gestructureerd.<br />
• Per deelvraag aangeven van mogelijke informatiebronnen (doordacht).<br />
12.6 Operationele werkzaamheden<br />
Alle overige relevante werkzaamheden die (mogelijk) tijdens de praktijkperiode worden<br />
uitgevoerd. Beschrijf ook:<br />
• Voor welke afdeling en ten behoeve van welke functionaris de student zal worden<br />
ingezet?<br />
• Zijn er ook andersoortige werkzaamheden of afdelingen waar de student zal worden<br />
ingezet?<br />
12.7 Over de begeleiding<br />
• Door welke functionaris wordt de student begeleid (wat is zijn/haar functie/achtergrond);<br />
is dit dezelfde persoon als de dagelijkse vraagbaak?<br />
• Bij wie/op welke afdeling is de werkplek gesitueerd (bij voorkeur niet geïsoleerd)?<br />
• Welke afspraken zijn er gemaakt over de frequentie van contact?<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
48/51
13 Vergoeding en secundaire afspraken bij stage I, Adtraject<br />
of afstudeertraject (voltijd)<br />
13.1 Praktijkovereenkomst<br />
De praktijkovereenkomst kent Algemene Voorwaarden, die door de hogeschool wordt<br />
verstrekt. In deze overeenkomst worden zaken geregeld als:<br />
• opdracht en werkzaamheden;<br />
• begeleiding;<br />
• vakantie- en verlofdagen;<br />
• werktijden;<br />
• opzegging;<br />
• stagevergoeding;<br />
• geheimhouding, vertrouwelijkheid;<br />
• auteursrechten;<br />
• verzekeringen;<br />
• rapportage;<br />
• evaluatie en beoordeling.<br />
13.2 Stagevergoedingen<br />
De kwestie van stagevergoedingen is een zaak van opdrachtgever en student, de<br />
hogeschool staat daar in beginsel buiten. Toch vragen opdrachtgevers regelmatig naar de<br />
vergoedingsregeling bij stages, vandaar de volgende opmerkingen.<br />
• Het is redelijk om ervan uit te gaan dat de opdrachtgever de onkosten vergoedt, die de<br />
student in verband met zijn stage maakt, zoals reis- en verblijfskosten<br />
• Aangezien veel studenten genoodzaakt zijn hun parttime werk op te schorten<br />
gedurende de stage, lijkt een maandelijkse vergoeding redelijk<br />
• Organisaties verstrekken gemiddeld 300 tot 400 euro netto per maand<br />
• De ‘bonus” komt steeds meer in zwang. Bij interessante stageresultaten kan een<br />
opdrachtgever aan het einde van de stage een bepaalde bonus geven als geste. Dat<br />
aan een stage het profijtbeginsel vastzit, zowel voor de opdrachtgever als voor de<br />
student, is een prima zaak.<br />
13.3 Aansprakelijkheid<br />
Het stagebedrijf is conform artikel 7: 658 BW aansprakelijk voor letsel of schade die de<br />
student eventueel zelf lijdt tijdens de uitoefening van werkzaamheden. De wettelijke<br />
aansprakelijkheid van de student jegens derden is door het bedrijf verzekerd. De wettelijke<br />
aansprakelijkheid van de student jegens het bedrijf is meeverzekerd onder de WAverzekering<br />
van de hogeschool, onder de in de desbetreffende polis opgenomen<br />
voorwaarden.<br />
13.4 Geheimhouding<br />
De student wordt geacht geheim te houden, datgene wat hem tijdens de stage onder<br />
geheimhouding wordt toevertrouwd of waarvan de student de vertrouwelijkheid behoort te<br />
begrijpen.<br />
Aan de hand van de zogenaamde overdrachtsverklaring, kan voor het afstudeerrapport,<br />
vertrouwelijkheid worden gegarandeerd.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
49/51
13.5 Vrije dagen<br />
De student heeft recht op vakantie- en verlofdagen en vakantietoeslag conform de bij het<br />
stagebedrijf geldende regels. Vrije dagen dienen door de student te worden<br />
gecompenseerd, opdat aan de voor stage I vereiste 50-55 werkdagen wordt voldaan en<br />
voor het afstudeertraject 95-100 werkdagen.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
50/51
14 Vergoeding/secundaire afspraken bij traineeship I<br />
of afstudeertraject (duaal)<br />
14.1 Onderwijs-Arbeidsovereenkomst<br />
Afspraken betreffende de praktijkperiode worden in eerste instantie mondeling<br />
overeengekomen. Vervolgens dient er een arbeidsovereenkomst opgemaakt te worden. In<br />
deze overeenkomst worden zaken geregeld als:<br />
• Vakantie- en verlofdagen;<br />
• Werktijden;<br />
• Opzegging;<br />
• Salaris;<br />
• Geheimhouding;<br />
• Auteursrechten;<br />
• Verzekeringen;<br />
• Werkzaamheden.<br />
14.2 Vergoedingen<br />
De kwestie van vergoedingen is een zaak van opdrachtgever en student, de <strong>Hogeschool</strong><br />
staat daar in principe buiten. De minimale vergoeding bij een arbeidsovereenkomst is het<br />
minimum jeugdloon.<br />
14.3 Aansprakelijkheid<br />
Het bedrijf/organisatie is conform artikel 7: 658 BW aansprakelijk voor letsel of schade die<br />
de student zelf mocht lijden tijdens de uitoefening van werkzaamheden. De wettelijke<br />
aansprakelijkheid van de student jegens derden is door het bedrijf verzekerd.<br />
14.4 Geheimhouding<br />
De student wordt geacht geheim te houden, datgene wat hem tijdens de werkperiode<br />
onder geheimhouding wordt toevertrouwd of waarvan de student de vertrouwelijkheid<br />
behoort te begrijpen.<br />
14.5 Vrije dagen<br />
De student heeft recht op vakantie- en verlofdagen en vakantietoeslag conform de bij het<br />
bedrijf/organisatie geldende regels. Vrije dagen dienen door de student te worden<br />
gecompenseerd, opdat aan de voor de werkperiodes vereiste 100 werkdagen wordt<br />
voldaan.<br />
<strong>Praktijkgids</strong> Institute for Marketing & Commerce, 2012-2013<br />
51/51