download pdf - TS Learning Homepage/profiel
download pdf - TS Learning Homepage/profiel
download pdf - TS Learning Homepage/profiel
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ook bij het waarnemen en analyseren van wat er op gang komt. Het wordt daar alleen<br />
weinig voor gebruikt. Adviseurs gaan er van uit dat het proces verloopt zoals ze het<br />
ontworpen hebben. Als dat niet gebeurt schrikken ze en proberen ze de geest weer in de<br />
fles te krijgen. Bij ontregelingen gaan we op zoek naar ‘de fout’, in plaats dat we gaan<br />
uitzoeken welke kansen en mogelijkheden de ongeplande ontregeling biedt.<br />
Als men als adviseur wordt ingeschakeld om iets te veranderen, moet men bereid zijn<br />
deel te hebben aan ontregelingen die kunnen gaan plaatsvinden. Dit geldt te meer als<br />
men brede participatie van betrokkenen voorstaat. Als men ‘samen met’ de betrokkenen<br />
wil veranderen, dan moet men ook toestaan dat men zelf – in meer of mindere mate –<br />
door de ontregeling geraakt wordt en enigszins ontregeld raakt. Het accent ligt hier op<br />
het woord ‘toestaan’, ofwel laten gebeuren. Het cruciale onderscheid is niet of men goed<br />
of fout gepland heeft. Het onderscheid is of men de werkzame elementen in de<br />
ontregeling herkent en weet te gebruiken. De wijze waarop de adviseur tijdens de<br />
interventie mede verandert, is dus een integraal onderdeel van de interventie en dient in<br />
een casestudie een plaats te krijgen.<br />
Veranderen leidt niet vanzelf tot leren<br />
Schein, die het model van Lewin vanaf het begin van de jaren zestig ging uitwerken<br />
(1961a,b), ging steeds meer benadrukken dat verandering beter gedefinieerd kan<br />
worden als leren; uiteindelijk stelt hij zelfs voor het begrip ‘planned change’ te vervangen<br />
door het begrip ‘managed learning’ (1996b). De ‘change target’ heet dan een lerende en<br />
de ‘change agent’ is een facilitator van leerprocessen.<br />
Beer stelt verandering en leren niet gelijk, maar presenteert leren als een bewust vorm<br />
te geven bijproduct van een businessgerichte veranderingsinspanning. Uitgangspunt is<br />
de onderzoeksbevinding dat noch zuivere procesinterventies noch zuivere<br />
structuurinterventies duurzaam tot gewenste organisatieaanpassingen leiden. Van hem<br />
en zijn co-auteurs Walton, Eisenstat en Spector is het pleidooi afkomstig voor de<br />
gecombineerde aanpak van Task Alignment. Eerst moet worden gefocust op de<br />
problemen van de business; van daaruit dienen opnieuw de rollen van individuen te<br />
worden bepaald, waardoor het gedrag kan wijzigen, wat vervolgens weer kan leiden tot<br />
de wijziging van attitudes.<br />
Structuurinterventies hebben duurzame effecten, mits begeleid door het ontwikkelen<br />
van een vorm van leiderschap, sociale vaardigheden en gedeelde waarden die consistent<br />
zijn met het doel van de geïntroduceerde structuren en systemen. Dit doet men door de<br />
veranderingen als een participatief proces te structureren.<br />
De sleutel ligt in de volgorde van de interventies. Als de energie voor verandering<br />
ontwikkeld is, start een succesvolle transformatie met het reorganiseren van<br />
medewerkers in ad hoc teams voor bijvoorbeeld probleemoplossing,<br />
productontwikkeling of kwaliteitsverbetering. Hierdoor worden mensen in nieuwe rollen<br />
en relaties geplaatst en krijgen zij nieuwe verantwoordelijkheden, zonder dat dit de<br />
weerstand oproept die normaal gesproken met een formele structuurverandering<br />
gepaard gaat. Terwijl mensen in deze ad hoc structuren werken, leren zij. Als de nieuwe<br />
organisatiearrangementen en het nieuwe gedrag effectief blijken te zijn in het hanteren<br />
van eerder onoplosbare problemen, dan leidt een groeiende ‘sense of efficacy’ tot<br />
veranderende attituden over de nieuwe manier van werken. Een positief versterkende<br />
cyclus van gedragsverandering en attitudeverandering is op gang gekomen.<br />
Sociaalcognitieve mechanismen mediëren dus tussen participatie en<br />
competentietoename. Organisatieaanpassing en leren vallen dus, anders dan Schein<br />
suggereert, niet als vanzelf samen.<br />
21