I,d , , , 7 - digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren
I,d , , , 7 - digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren
I,d , , , 7 - digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
'attou()<br />
I<br />
, d , ,<br />
, 7, .,,,,, ,<br />
0.1E.Aeorizo tatr,evemaatikmi ay.
off:r)ix) fcbiat
ûô2J2thi^er^<br />
Oeve<strong>de</strong>igtm(le c hílaerto2t<br />
7^oCa1^^V0 -ei112J^<br />
acooalr :Li<br />
j ^ OefaalCteS^aat2<br />
-5^n we-ed.<br />
7 ecru &J1iP/5C12e ^zt^elc)fuE,<br />
eerc ^oo^ee^i 5eiz^isemf<br />
eezZxakefijkrecut¢e<br />
^oon ^zll ^^lÏ?J.{<br />
^Yz^p^ei^ r^é^^c^l^Cner^1Le C^ t inl 0200-1-a_
_Í`ebbff:;OD:1c66elvol6<br />
in i on 0'<br />
-e f^l^i^l(o ►^u^o^ ,,ierib&, raar<br />
ôlic ra^^tr^i^r^rr^^keev uoueen<br />
VofI&Iôrthtër<br />
?JC&!er1UWThiJr^se^a r^ ^<br />
OerJôaiii er dfieja ^r^<br />
gibQ.r^^t^uet^trbf^tf ^e ^éz1^r c^er1^^!^,<br />
CICQJG' l^d1111^^ ()ellaieefrt1ietiQaMtu<br />
utA ^r^Z ^esr6i^ppfa e^r^ vao<br />
iv ^Jo totesevx6oatdoweFoic^<br />
&400f1tVoJ&QJe1th&ijjppe
&eiiWoor oorôf<br />
s^
De negentien<strong>de</strong> eeuw, het wordt steeds dui<strong>de</strong>lijker, was <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Dunsten,<br />
<strong>de</strong> architectuur uitgezon<strong>de</strong>rd, een groote tijd, waarin <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>ne<br />
volksgroepen van Europa zich in <strong>de</strong> eigen taal uitspraken.<br />
In proza en poëzie, in symphonie en opera klonken <strong>de</strong> eigen accenten<br />
machtig en meesleepend. Frankrijk schrijft, Italië zingt, Holland<br />
schil<strong>de</strong>rt......<br />
Wat Holland schil<strong>de</strong>rt en wat het in <strong>de</strong> laatste vijf tig jaren uitsprak en<br />
nog uitspreekt, was héél <strong>de</strong> ziel van Ne<strong>de</strong>rland, die nooit dieper en<br />
rijker was.<br />
Tian <strong>de</strong> laatste vijf tig jaren, die liggen na ons litterair reveil van 1880,<br />
te verhalen, maakt een getuige zich op die als jongentje, nog bima aan <strong>de</strong><br />
hand van zijn va<strong>de</strong>r, in koortsachtige bewon<strong>de</strong>ring liep langs <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n<br />
van het maatschappelijk gebouw van Arti et Amicitiae te Amsterdam.<br />
Hij zag er <strong>de</strong> meesterstukken, die reeds nu <strong>de</strong>n tijd hun tol betaal<strong>de</strong>n,<br />
in prille schoonheid.<br />
Zijn va<strong>de</strong>r bracht hem te Lon<strong>de</strong>n in Alma Ta<strong>de</strong>ma's atelier, en zijn jong<br />
lidmaatschap bracht hem met Brenner aan <strong>de</strong> leestafel van Arti.<br />
Hij zag <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen nog nat van <strong>de</strong>n ezel, big <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l, vóór zij<br />
op <strong>de</strong> internationale tentoonstelling het e<strong>de</strong>lste Hollandsche vlagvertoon<br />
wer<strong>de</strong>n.<br />
Die werken zijn <strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r zóó belend en <strong>de</strong> foto's er naar zijn zóó<br />
verspreid, dat er niet aan gedacht werd dit getuigenis er me<strong>de</strong> te verluchten.<br />
Krabbels, die <strong>de</strong> meesters karakteriseeren, mogen tusschen <strong>de</strong> tekst <strong>de</strong><br />
Herinnering aan lien verscherpen.<br />
De getuige schouw<strong>de</strong> niet alleen <strong>de</strong> Schil<strong>de</strong>rkunst, maar hid nam levendig<br />
<strong>de</strong>el aan haar leven. Hij is juist oud genoeg om irenisch te staan tegenover<br />
zijn confraters, en nog juist jong genoeg om in het rhythme van <strong>de</strong>n eigen<br />
hartslag het doorleef<strong>de</strong> neer te schrijven.
1 &LctorLrc& 1 ,4jàjj28 ^
DE ONTWIKKELING<br />
DER NEDERLANDSCHE SCHILDERKUNST VAN 1400-1850<br />
I<br />
DE VIJFTIENDE EEUW. — De eerste blanken, het karakter<br />
van <strong>de</strong> Bourgondisch-Ne<strong>de</strong>rlandsche Kunstbegaafdheid,<br />
Jan van Eyck.<br />
opals <strong>de</strong> Divina Commedia van Dante <strong>de</strong> samenvatting is van<br />
Iiéél het <strong>de</strong>nken en voelen van <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>leeuwsche sera, en<br />
tegelijkertijd een nieuwe wereld wordt ontsloten door <strong>de</strong>n schrijver van<br />
„La vita nuova", zoo staat hef Gentsche altaarstuk tusschen twee<br />
werel<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> wending <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n.<br />
Het groote altaarstuk dat nu : „<strong>de</strong> Aanbidding van het Lam" maar<br />
vroeger het „johannesaltaar" genoemd werd, straal<strong>de</strong> eeuwen in <strong>de</strong><br />
zware pracht zijner verven in een kapel aan <strong>de</strong> St. Bavo te Gent.<br />
De Sixtina-zol<strong>de</strong>ring van Michel Angelo is geen grootschere samenvatting<br />
van het gevoelige <strong>de</strong>nken eener wereld, dan <strong>de</strong> 20 paneelen die<br />
samen vormen „<strong>de</strong> Aanbidding van het Lam", het veelluikig altaarstuk<br />
van Hubert en fan v an E y c k. Heel het mid<strong>de</strong>leeuwsche <strong>de</strong>nken<br />
en voelen wordt in het „herfsttij" <strong>de</strong>zer eeuwen nog eens saamgevat in<br />
het koele brein <strong>de</strong>zer Vlaamsche burgers, door het warme hart <strong>de</strong>ler<br />
kunstenaars en door hun geschool<strong>de</strong> han<strong>de</strong>n gespreid op <strong>de</strong> tafels van<br />
dit altaarstuk. Wat 'n vreemd <strong>de</strong>nkbeeld, <strong>de</strong>ze meesters „primitieven"<br />
te noemen en ze zoo te blijven noemen !<br />
Zeker, alles wat <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw ons later zal brengen : <strong>de</strong>n opbloei<br />
van hei stilleven, <strong>de</strong> ontplooiing van het genrebeeld, <strong>de</strong> ontwikkeling van<br />
het portretstuk, is in het johannesaltaarstuk potentieel aanwezig. Als<br />
het landschap zich in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw <strong>voor</strong> ons ontrolt, of het<br />
stadsgezicht te pronk staat... zoekt gij <strong>de</strong>n oorsprong van elk Ne<strong>de</strong>rlandsch<br />
genre.... gij bomt op „<strong>de</strong> Aanbidding van het Lam" te Gent terug.<br />
Maar 't is tenslotte uiterst eenzijdig, <strong>de</strong> Van Eycken alléén te beschouwen<br />
in het licht <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw. Wijzen <strong>de</strong> overdadige mid<strong>de</strong>len en <strong>de</strong><br />
13
overmatige <strong>de</strong>tailleeringen en <strong>de</strong> <strong>voor</strong> niets terugschrikken<strong>de</strong> virtuositeit<br />
van <strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>rs er niet op, dal zij klassiek rijn, zeper, maar toch ook op<br />
barokke wijze, naar het woord van Huizinga, in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst door<br />
zware gewa<strong>de</strong>n vol donker rood en goud en flonkeren<strong>de</strong> steenen vertolken<br />
„<strong>de</strong> pronken<strong>de</strong>grootsprakigheid van <strong>de</strong>n litterairen Bourgondischen hofstijl".<br />
Acht gij hun werk te statig evenwichtig <strong>voor</strong> <strong>de</strong> omschrijving „barokke<br />
Mid<strong>de</strong>leeuwers", noem ze dan : <strong>de</strong> klassieke schil<strong>de</strong>rs van het mid<strong>de</strong>leeuwsche<br />
Noor<strong>de</strong>n. Want veel moet er aan hun kunst zijn <strong>voor</strong>afgegaan,<br />
hoewel wij daarvan betrekeljk weinig over hebben.<br />
In het Museum te Antwerpen hangt een schil<strong>de</strong>rij van omstreeks 1363,<br />
'n Kalvarieberg, met het portret van <strong>de</strong>n knielen<strong>de</strong>n schenker, proostaarts<strong>de</strong>ken<br />
Hendrik van Rijn. Dit werd 50 jaar vóór <strong>de</strong> Ilan Eycken<br />
in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n geschil<strong>de</strong>rd. In <strong>de</strong> Kathedraal van Brugge valt een<br />
werk te bewon<strong>de</strong>ren, dat in 1400 wordt gesteld. In Yperen hangt het votiefschil<strong>de</strong>rij<br />
van Belle Jolanthe van een Vlaamschen meester omstreeks 1420.<br />
Er is in <strong>de</strong> kathedraal van Luik een Madonna met Heiligen. Maar al<br />
<strong>de</strong>ze werken hebben iets cosmopolitisch, en <strong>voor</strong>al veel Italiaansch.<br />
Het groote Ne<strong>de</strong>rlandsche werk vóór Van Eyck is het altaar van Jacques<br />
<strong>de</strong> Baerze in <strong>de</strong> Karthuizerkerk te Champmol bij Dijon, in 1398 door<br />
<strong>de</strong>n Bourgondischen hofschil<strong>de</strong>r Melchior Broe<strong>de</strong>rlam geschil<strong>de</strong>rd.<br />
In <strong>de</strong> groote altaarvleugels is <strong>voor</strong>al veel Italiaanschen invloed in <strong>de</strong><br />
architectuur ; <strong>de</strong> onmogelijke bergen, waarin alles speelt, mogen echt<br />
laat-gothisch zijn, maar er leeft iets uitgesproken genreachtigs in <strong>de</strong><br />
figuren, dat waarlijk van <strong>de</strong> lage lan<strong>de</strong>n is, en waar <strong>de</strong> invloed <strong>de</strong>r<br />
mysteriespelen zeker niet vreemd aan is.<br />
Dyon, <strong>de</strong> hofstad <strong>de</strong>r Bourgondiërs, is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche talenten het<br />
groote oord geweest. C la us S 1 u t e r en <strong>de</strong> zijnen zullen immers<br />
on<strong>de</strong>r Philippe le Hardi een eigen beeldhouwkunst tot ontwikkeling brengen,<br />
waardoor een Ne<strong>de</strong>rlandsche naam eigenlijk <strong>voor</strong> het eerst in <strong>de</strong> Europeesche<br />
kunsthistorie zijn plaats krijgt.<br />
Maar wij moeten niet alleen naar schil<strong>de</strong>rijen uitzien om <strong>de</strong> Vlaamsche<br />
kunst vóór Van Eyck te bestu<strong>de</strong>eren. Want het zijn eigenlijk alleen<br />
burgers die schil<strong>de</strong>rijen bestellen, <strong>de</strong> werkelijk rijke heerera doen opdrachten<br />
tot het weven van wandtapijten, te Arras, Doornik of Brussel.<br />
En dan zijn er <strong>de</strong> miniaturen. Tusschen 1410 en 1416 ontstaat het rijke<br />
getij<strong>de</strong>nboek —les Très Riches Heures — <strong>voor</strong> Jean, duc <strong>de</strong> Berry, te<br />
Chantilly bewaard, waaraan <strong>de</strong> drie gebroe<strong>de</strong>rs Paul, Johan en Herman<br />
van Limburg en ook Malouel of Maelwel arbei<strong>de</strong>n, terwijl in 1413 <strong>de</strong><br />
naam van Hubert van Eyck waarschijnlijk <strong>voor</strong> het eerst in een kroniek<br />
vermeld wordt, als Gentsche stadsrekeningen spreken van twee altaartafelen,<br />
14
Uit <strong>de</strong> kaart van Brugge van<br />
Mark Gheeraerts van 1562.<br />
3. <strong>de</strong> woning van Jan van Eyck.<br />
waar<strong>voor</strong> 5 schellingen betaald wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r Hubrecht.<br />
Maai in <strong>de</strong> boekverluchtingen, die vóór of in <strong>de</strong>n tijd <strong>de</strong>r Van Eycken<br />
geschil<strong>de</strong>rd wor<strong>de</strong>n, spreekt, naast een soort internationaal eclecticisme<br />
en <strong>de</strong> Italiaansche invloed, die via het pauselijk Avignon in <strong>de</strong> kunst<br />
van het Noor<strong>de</strong>n kwam, toch ook een nieuwe naturalistische stijl, <strong>voor</strong>al<br />
in <strong>de</strong> natuurgetrouwe afbeeldingen van <strong>de</strong> burchten van <strong>de</strong>n hertog. Ook<br />
het an<strong>de</strong>re beroem<strong>de</strong> boek <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n kunstzinnigen vorst gemaakt, <strong>de</strong><br />
„Très belles heures du duc <strong>de</strong> Berry" in <strong>de</strong> <strong>bibliotheek</strong> te Brussel, a<strong>de</strong>mt<br />
een geest, die verwant is aan dien van <strong>de</strong> van Eycken. 't Is overigens<br />
opmerkelijk, dat <strong>de</strong> werkers <strong>voor</strong> het huis Valois, waartoe ook <strong>de</strong><br />
Bourgondische hertogen behoor<strong>de</strong>n, meest Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs waren, dat neemt<br />
15
men tenminste aan van Broe<strong>de</strong>rlam, Claus Slater, Klaas <strong>de</strong> Werve, <strong>de</strong><br />
gebroe<strong>de</strong>rs van Limburg, Henri Hellechose, Jacques Coene, e. a.<br />
En terwijl wij ons in <strong>de</strong>n geest naar <strong>de</strong> St. Havo te Gent spoe<strong>de</strong>n, over<strong>de</strong>nken<br />
wij nog eens, wat we eigenlijk van <strong>de</strong> gebroe<strong>de</strong>rs Hubert en Jan<br />
van Eyck weten. Men laat, indien wij geloven dat Hubert geleefd<br />
heeft, wat in <strong>de</strong>n laatsten tijd door sommigen betwijfeld of ontkend<br />
wordt, dien oudste <strong>de</strong>r gebroe<strong>de</strong>rs omstreeks 1366 geboren wor<strong>de</strong>n, en<br />
men beroept zich op Van Man<strong>de</strong>r om fan 20 jaar jonger te verklaren,<br />
als gevolg van het beschouwen van hun z.g. portretten op het groote<br />
altaarstuk, 'n traditie die echter eerst an<strong>de</strong>rhalve eeuw na het ontstaan<br />
van het schil<strong>de</strong>rij opkomt, en nu weer is prijsgegeven.<br />
Op Hubert's grafschrift, dat in <strong>de</strong> 16<strong>de</strong> eeuw nog aanwezig was, stond<br />
dat hij 18 September 1426 stierf.<br />
Algemeen wordt nu toch nog wel aangenomen dat <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>rs Limburgers<br />
waren, en uit hei stadje op <strong>de</strong>n linker Maaloever Maaseyck stam<strong>de</strong>n.<br />
Hier<strong>voor</strong> pleit immers ook, dat Jan's dochter zich daar in een klooster<br />
terugtrok.<br />
Van <strong>de</strong>n jongeren broe<strong>de</strong>r weten wij gelukkig wat meer, b.v. dat hij van<br />
24 October 1422 tot 6 Januari 1425 in dienst was van fan zon<strong>de</strong>r Gena<strong>de</strong><br />
van Beieren-Holland en dat hij diens paleis te 's-Gravenhalte moet ge<strong>de</strong>coreerd<br />
hebben. Als fan van Beieren 25 Januari 1425 sterft, dan weten<br />
wij ook dat op 19 Mei 1425 fan van Eyck „paintre et varlet <strong>de</strong> chambre",<br />
schil<strong>de</strong>r en hamerheer van Philips <strong>de</strong>n Goe<strong>de</strong>n van Bourgondie is, tegen een<br />
jaargeld van 100 pon<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> beschikking over een knecht en twee paar<strong>de</strong>n.<br />
Hoogelijk wordt hij aan het hof gewaar<strong>de</strong>erd; Hertog Philips, dien men<br />
beter <strong>de</strong>n Prachtlieven<strong>de</strong>n dan <strong>de</strong>n Goe<strong>de</strong>n zou kunnen noemen, is peter<br />
van fan's zoon, en als bij een bezuiniging <strong>de</strong> hofhouding wordt ingekrompen,<br />
wordt er nadrukkelijk vermeld dat ,Jan hieron<strong>de</strong>r niet begrepen<br />
is. Wij <strong>de</strong>nken aan Rubens, als wij lezen van <strong>de</strong> vele reizen die Jan<br />
tusschen 1426 en 1436 <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n hertog maakte, o.a. naar Portugal om<br />
prinses Isabella, dochter van Juan I, te portretteeren „bien au vif",<br />
maar hij had ook blijkbaar, net als later Peter Paul, 'n diplomatieke<br />
missie, want hij wordt betaald <strong>voor</strong> het portret en an<strong>de</strong>re diensten :<br />
„certains services secrets".<br />
Maar zooals Rubens zich tenslotte neerzet te Antwerpen, zoo zal zich<br />
Jan tenslotte te Brugge vestigen, waar hij een soort kunstintendant van<br />
Philips <strong>de</strong>n Goe<strong>de</strong>n schijnt te zijn geweest, en waar hij <strong>de</strong>n laatsten Juni<br />
1441 sterft.<br />
Maar Gent is toch meer dan Brugge <strong>de</strong> stad <strong>de</strong>r Van Eycken gewor<strong>de</strong>n<br />
16
door het uit twintig schil<strong>de</strong>ringen samengestel<strong>de</strong> won<strong>de</strong>rwerk, het altaar in<br />
<strong>de</strong> kapel van <strong>de</strong> Sint Baaf dat er eeuwen compleet te zien was, beroemd<br />
als het sinds zijn ontstaan al da<strong>de</strong>lijk was gewor<strong>de</strong>n. Een eeuw nadat he<br />
geschil<strong>de</strong>rd werd, kwam Albrecht Durer het bestu<strong>de</strong>eren op zijn Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
reis, die het complement moest zijn van zijn Italiaanschen<br />
studietocht: Italië en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, die twee streken waar een schil<strong>de</strong>rkunst<br />
ontstond, zoo geheel verschillend —maar elkan<strong>de</strong>r waardig.<br />
Wij zien reeds, als het vleugelaltaar gesloten is, dat wij staan <strong>voor</strong> hef<br />
belangrijkste werk in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw, in het Noor<strong>de</strong>n gemaakt. De<br />
bei<strong>de</strong> Johannesfiguren „en camaieu" geschil<strong>de</strong>rd, als sculpturen in nissen,<br />
getuigen er van dat Vlaan<strong>de</strong>ren in dien tijd een groote vermaardheid had<br />
in het beeldsnij<strong>de</strong>n van rijke altaarretabels, die dan geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong>uren<br />
had<strong>de</strong>n, om, gesloten geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> week, hei schitterend vergul<strong>de</strong> en gepolychromeer<strong>de</strong><br />
werk aan het oog <strong>de</strong>r geloovigen te onttrekken. De twee<br />
levensgroote knielen<strong>de</strong> schenkers, Jodocus Vijdt en Isabella Borluut,<br />
zijn er in al hun plastische bracht, om direct van het opstrevend Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
realisme een machtige getuigenis te geven in het portret, waarin<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r zal uitmunten.<br />
Op <strong>de</strong> bovenluiken wor<strong>de</strong>n Maria en <strong>de</strong> engel Gabriël geschil<strong>de</strong>rd als <strong>de</strong><br />
aankondiging van het verlossingswerk, dat het eigenlijke on<strong>de</strong>rwerp van<br />
het geheel zal zijn. Een echt Vlaamsch vertrek vormt <strong>de</strong>n achtergrond<br />
<strong>de</strong>zer figuren; door <strong>de</strong>n sterk oploopen<strong>de</strong>n grond en <strong>de</strong>n barokken<br />
plooienval wor<strong>de</strong>n wij weer aan <strong>de</strong> gesne<strong>de</strong>n altaren herinnerd.<br />
Maar het han<strong>de</strong>nwasch-fonteintje is reeds een prachtig staal van het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandsche indringen<strong>de</strong> schouwen, ook van <strong>de</strong> doo<strong>de</strong> dingen : een<br />
prachtig stilleven, die koperen schotel, aquamanile en linnen handdoel.<br />
Zien wij op het aansluiten<strong>de</strong> paneeltje uit het raam, dan blikken wij in<br />
een blank stadsgezicht, zooals het nog heel veel later niet onbevangener<br />
geschil<strong>de</strong>rd zal wor<strong>de</strong>n. Als op een mid<strong>de</strong>leeuwsch tooneel zitten<br />
profeten en sybillen op zol<strong>de</strong>r, en blikken, omgeven van hunne messiasuitspraken,<br />
van boven neer op <strong>de</strong>n aanvang van het verlossingswerk.<br />
Gaaf het altaarstuk open, dan grijpt ons het eerst <strong>de</strong> magie van <strong>de</strong><br />
f leur, dat diep emailgeflonker, dat <strong>de</strong> olieverf hier <strong>voor</strong> het eerst, maar<br />
volmaakt, geeft.<br />
En dan schiet het ons te binnen, dat in onze lagere schooljaren geleerd werd,<br />
dat Willem Beukelszoon het haringkapen en <strong>de</strong> gebroe<strong>de</strong>rs Van Eyck het<br />
olieverfschil<strong>de</strong>ren hebben uitgevon<strong>de</strong>n. Waar bestond die uitvinding nu<br />
eigenlijk in ?<br />
't Gaat er mee als met het boekdrukken : er zijn immers boeken, z.g.<br />
blokboeken gedrukt, vóór <strong>de</strong> uitvinding <strong>de</strong>r boekdrukkunst. Nootolie<br />
17
als vernis was reeds lang belend, olie als bindmid<strong>de</strong>l van verf werd <strong>voor</strong><br />
het polychromeeren van steenen beel<strong>de</strong>n wel gebruikt. Maar <strong>de</strong> van Eyc ken<br />
hebben, mogelijk zelfs on<strong>de</strong>r het schil<strong>de</strong>ren van dit altaarstuk, <strong>de</strong> vinding<br />
gedaan om door olie gebon<strong>de</strong>n verven aan te wen<strong>de</strong>n, in plaats van het toen<br />
gebruikelijke tempera. Want <strong>de</strong> „pre<strong>de</strong>lla" (<strong>de</strong> eerste zeer smalle opzet<br />
van <strong>de</strong> altaarretabel on<strong>de</strong>r het eigenlijke veelluik) schijnt nog met tempera,<br />
d. i. eiwitverf geschil<strong>de</strong>rd te zijn, omdat het bij 'n latere restauratie uitgewischt<br />
werd, terwijl het ver<strong>de</strong>re tegen die schoonmaak met water bestand<br />
bleep. Nu gaf <strong>de</strong> olie aan <strong>de</strong> verf glans en diepte, die noch het fresco<br />
(schil<strong>de</strong>ren met waterverf in natte kalk), noch het tempera (ei als bindmid<strong>de</strong>l)<br />
Ken<strong>de</strong>n, en 't zijn die zatte, volle, zware pleuren, waarin <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>r<br />
noor<strong>de</strong>lijke gewesten van het leven in <strong>de</strong>ze streken en on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>ze luchten<br />
verhaald hebben.<br />
Maar toch is er een an<strong>de</strong>re eigenschap, het zeer langzaam drogen <strong>de</strong>r verf,<br />
van veel grootere beteekenis geweest. Het Zui<strong>de</strong>n had in <strong>de</strong> bestaan<strong>de</strong><br />
technieken, die een snelle <strong>voor</strong>tvaren<strong>de</strong> uitvoering vroegen, volkomen bevrediging<br />
gevon<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> het neerschrijven — breed en synthetisch —<br />
van hetgeen het zui<strong>de</strong>lijk intellect te zeggen had. Maar van 't noor<strong>de</strong>lijk<br />
materialisme moest door <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van Vlaan<strong>de</strong>ren op gansch an<strong>de</strong>re<br />
wijze verhaald wor<strong>de</strong>n. Analyseerend als zij waren, behoef<strong>de</strong>n zij vóór<br />
alles tijd, om het indringen<strong>de</strong> en omstandige verhaal te doen van<br />
's werelds schonnen schijn. Niet in lijnen „hachure", maar in een langzaam<br />
op te bouwen mo<strong>de</strong>lé vertel<strong>de</strong>n zij van vormen en kleuren, die zij, door<br />
herhaald terugkomen, uit <strong>de</strong> verf haal<strong>de</strong>n. De vinding van een procedé dat<br />
langzaam droog<strong>de</strong> en daardoor lang werken mogelijk maakte, was een<br />
„conditio sine qua non" <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ontplooiing van het beel<strong>de</strong>nd vermogen<br />
<strong>de</strong>r noor<strong>de</strong>lijke schil<strong>de</strong>rs.<br />
En zoo bon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> van Eycken hemel en aar<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ren.... zóó dat <strong>de</strong><br />
hemel nog reëeler leep dan <strong>de</strong> aar<strong>de</strong>. Want hoe oneindig plastisch en werkelijk<br />
zitten daar <strong>de</strong> figuren van God, Maria en <strong>de</strong>n Dooper, levensgroot ten<br />
troon ; rood, blauw en groen zijn <strong>de</strong> kleurnoten die, aangezet door het goud,<br />
wezenlijk pralend zijn. De Maagd met haar lelie- en sterrenkroon, in<br />
aandacht verzonken in haar getijboek, Johannes met <strong>de</strong>n wijnen<strong>de</strong>n vinger,<br />
die hn gelijk schijnt te geven, die tegen <strong>de</strong> traditie in, in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nfiguur<br />
<strong>de</strong>n Christus willen zien. Want, waar op het bree<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rpaneel het Lam<br />
op het altaar <strong>de</strong>n verlossen<strong>de</strong>n Zoon <strong>voor</strong>stelt, <strong>de</strong> Durf die over het landschap<br />
gul<strong>de</strong>n stralen schiet <strong>de</strong>n H. Geest verbeeldt, daar zou <strong>de</strong> tronen<strong>de</strong><br />
figuur met <strong>de</strong> tiara op het hoofd, <strong>de</strong> kristallijnen scepter in <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
rijke e<strong>de</strong>lsteenbezette Kroon aan <strong>de</strong> voeten, <strong>de</strong> majesteitelijke Va<strong>de</strong>r zijn<br />
in <strong>de</strong>n hemel. Daar is alles wel hédi reëel, <strong>de</strong> musiceeren<strong>de</strong> en zingen<strong>de</strong><br />
18
engelen zon<strong>de</strong>r vleugels, <strong>de</strong> zware waarachtigheid van stoffen en instrumenten,<br />
kleinoodiën en meubels. Maar op <strong>de</strong> aardsche verdieping van<br />
<strong>de</strong> polyptiek is eigenlijk meer toover, meer luister, want een postbaar<br />
glanzend licht maakt er <strong>de</strong> dingen eer hemelsch.<br />
In een schitterend landschap, in <strong>de</strong>n klaarsten dag dien men zich <strong>de</strong>nken<br />
kan, staan <strong>de</strong> torens van Vlaan<strong>de</strong>ren en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n met exotisch<br />
geboomte uit tegen <strong>de</strong>n horizont, en van alle windstreken lomen zij, <strong>de</strong><br />
belij<strong>de</strong>rs en <strong>de</strong> maag<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> heremieten en Kluizenaars met <strong>de</strong> christenstrij<strong>de</strong>rs<br />
te paard, zich voegen bij aartsva<strong>de</strong>rs en profeten van het ou<strong>de</strong>,<br />
en heiligen van hef nieuwe verbond, om zich te groepeeren om <strong>de</strong>n Christus<br />
„het verlossen<strong>de</strong> Lam" dat zijn bloed in <strong>de</strong> kelp plengt, om „<strong>de</strong>n springbron<br />
<strong>de</strong>s Levens. "<br />
't Is direct treffend dat die vijf on<strong>de</strong>rste tafereelen het meest bij elkan<strong>de</strong>r<br />
hopren, en waar nu algemeen <strong>de</strong> gestalten van <strong>de</strong>n tropen<strong>de</strong>n God, van<br />
Maria en Johannes aan Hubert wor<strong>de</strong>n toegeschreven, daar is men geneigd<br />
het onvolprezen landschap met <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong> vegetatie (die fan in Portugal<br />
han hebben waargenomen) aan <strong>de</strong>n jongeren broe<strong>de</strong>r te geven. De kwestie<br />
welk aan<strong>de</strong>el ie<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r broe<strong>de</strong>rs in het werk gehad hebben, zal wel nooit<br />
wor<strong>de</strong>n uitgemaakt.<br />
Maar niet tot het oplossen van kunsthistorische <strong>de</strong>tailvragen noodt „<strong>de</strong><br />
Aanbidding van het Lam" te Gent ons uit, maar tot stille en ernstige<br />
beschouwing van het altaarstuk, en ook tot eerbiedige bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
meesters die in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n zóó vroeg aóó'n werk schiepen. Want wat<br />
'n on<strong>de</strong>rneming dit groote altaar, <strong>voor</strong> schil<strong>de</strong>rs die zich meer in <strong>de</strong> miniatuur<br />
dan in <strong>de</strong> groote schil<strong>de</strong>rkunst had<strong>de</strong>n geoefend. Wat 'n opgave,<br />
die figuren van Adam en Eva, die evenals aan geen <strong>de</strong>r groote cathedralen,<br />
evenmin aan dit verlossingsstuf mochten ontbreken.<br />
In hetzelf<strong>de</strong> jaar waarin <strong>de</strong> groote Masaccio in <strong>de</strong> /kapel van <strong>de</strong> Carmine<br />
te Florence, o.a. door <strong>de</strong> figuren van het eerste menschenpaar, <strong>de</strong> Italiaansche<br />
schil<strong>de</strong>rkunst nieuwe wegen wees, wordt hier in Vlaan<strong>de</strong>ren <strong>voor</strong> het eerst<br />
een levensgrooten Adam naar <strong>de</strong> natuur (wij zijn geneigd te zeggen : in<br />
<strong>de</strong>n spiegel) geschil<strong>de</strong>rd, zeker niet in <strong>de</strong>n bree<strong>de</strong>n stijl en met het dramatiseeren<strong>de</strong><br />
synthetische vermogen van <strong>de</strong>n Italiaan, maar dan toch met een<br />
plastische Dracht van directe en langzame, maar indringen<strong>de</strong> waarneming,<br />
die potentieel heel <strong>de</strong> rijke Ne<strong>de</strong>rlandsche toekomst in zich draagt.<br />
Die toekomst zal <strong>de</strong> jongere van Eyck geheel ontsluiten in <strong>de</strong> fiere reeks<br />
zijner prachtige portretten.<br />
Er is van hem als vroegste belangrijke werk <strong>de</strong> z.g. „Vierge au Donateur"<br />
in het Louvre, waarvan <strong>voor</strong>al het portret van <strong>de</strong>n Knielen<strong>de</strong>n schenker<br />
19
of besteller van hefwerf , zoo aangrijpend levend is. 'i Is <strong>de</strong> befaam<strong>de</strong> Rollin,<br />
<strong>de</strong> kanselier van <strong>de</strong> schatkist van Bourgondië, eigenlijk <strong>de</strong> Benige groote<br />
Sinjeur die schil<strong>de</strong>rijen bestelt. De a<strong>de</strong>l, <strong>de</strong> groote heerera, had<strong>de</strong>n hun<br />
<strong>voor</strong>keur <strong>voor</strong> geweven tapijten, en lieten <strong>de</strong> min<strong>de</strong>r kostbare schil<strong>de</strong>ringen<br />
over aan <strong>de</strong> burgers en <strong>de</strong> geestelijkheid.<br />
Rollin bestel<strong>de</strong> ook aan Rogier van <strong>de</strong>r Weg<strong>de</strong>n 't rijke altaarstuk met het<br />
Jongste Gericht in het hospitaal van Beaune, in Bourgondie, bij Dijon.<br />
Maar op het beroem<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij in het Louvre is <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> achtergrond<br />
in <strong>de</strong> laatste jaren door ons Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs goed bezien, omdat geduren<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> wereldoorlog een attaché van het Louvre Museum ont<strong>de</strong>kte, dat <strong>de</strong><br />
afgebeel<strong>de</strong> stad en <strong>de</strong> rivier met <strong>de</strong> brug, Maastricht en <strong>de</strong> Maas, vrij<br />
behan<strong>de</strong>ld, te zien geven.<br />
Willen wij <strong>de</strong> ontplooiing van Jan's talent volgen, dan gaan wij, alweer<br />
in gedachten, van Parijs naar Brugge, in het Museum waar <strong>de</strong> Madonna<br />
met Kanunnik Joris van <strong>de</strong> Paele en het beroem<strong>de</strong> portretje van <strong>de</strong> vrouw<br />
van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r hangen. „Hoc opus fecit fieri magister Georgics <strong>de</strong> Pala<br />
huius ecclesiae canonicus, per Johannem <strong>de</strong> Eyck pictorem." staat voluit<br />
op <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> lijst van het in plechtstatig zwaar colonel geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> altaarstuk<br />
met <strong>de</strong> echte van Eycksche ou<strong>de</strong> mannetjesfiguur van het Christusk<br />
indje op <strong>de</strong>n schoot van <strong>de</strong> in een warm-roo<strong>de</strong>ra mantel gehul<strong>de</strong> Maria.<br />
De rijke dalmatier van St. Donates en het glimmend harnas van<br />
St. Joris gaan wij <strong>voor</strong>bij, <strong>voor</strong> dien prachtigen loop van <strong>de</strong>n schenker, hef<br />
onvolprezen portret! Dat gaven nu <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n als antwoord op het<br />
hooge lied van Italië, dit ge<strong>de</strong>gen proza, dit scherp waarnemen van het<br />
kleinste kleine, dit luisteren naar <strong>de</strong>n zachtsten zucht, met 'n oor dat 't<br />
gras hora hoorera groeien. Alleen <strong>de</strong> beeldhouwers van hef Quattrocento in<br />
Toscane, en die van Frankrijk in <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw, hebben portretten gemaakt<br />
die geest en vorm van het mo<strong>de</strong>l tot uitdrukking brengen op een wijze,<br />
die echter die van Van Eyck niet <strong>voor</strong>bij streeft. Voor „van <strong>de</strong> Paele"<br />
of <strong>voor</strong> het vrouwenportret waarop staat : „Mijn leeftijd is 33 jaar, mijn<br />
man heeft mij voltooid <strong>de</strong>n le<strong>de</strong>n tent 1439", is geen terugblik in <strong>de</strong>n tijd<br />
noodig, want <strong>de</strong>ze mannelijke krachtige kunst leven wij me<strong>de</strong>, als waren<br />
<strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>ringen on<strong>de</strong>r onze Dogen ontstaan.<br />
Ilan Brugge gaan wij een oogenblik naar Antwerpen en zoeken in hef<br />
Museum in het z.g. van Ertbornzaaltje, naar Jan van Eyck. Van hem<br />
hangen hier twee van zijn kleinste, laatste en schoonste werkjes, n.l. <strong>de</strong><br />
H. Barbarateekening met het in wij<strong>de</strong>n plooienval zitten<strong>de</strong> heiligenfiguurtje<br />
en <strong>de</strong> naturalistische behan<strong>de</strong>ling van Barbara's iconografische teeken,<br />
<strong>de</strong> toren, en „Onze Lieve Vrouw met het fonteintje" uit 1439. Bei<strong>de</strong>n<br />
zitten nog in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> lijstjes; op dat van Barbara staat met het jaartal<br />
20
1437 : „lo Hes De Eyck me fecit," terwijl op het gemarmer<strong>de</strong> lijstje van<br />
het Maria-schil<strong>de</strong>rijtje o. a. Jan's spreuk : „Als ick han" gelezen wordt.<br />
Is het mogelijk in <strong>de</strong> kunst van het Noor<strong>de</strong>n zich iets schooners te <strong>de</strong>nken<br />
dan <strong>de</strong> achtergrond van St. Barbara, <strong>de</strong> schoone <strong>de</strong>tailleeringen van <strong>de</strong><br />
anclufecfuur van <strong>de</strong>n toren, ' f meesterlijk geteeken<strong>de</strong> lieuveiglooien<strong>de</strong> landschap<br />
en die karaktervolle bedrijvigheid in en om <strong>de</strong> „bouwhut", waar<br />
reeds al <strong>de</strong> levendigheid en <strong>de</strong> zin <strong>voor</strong> geestige natuurobservatie van een<br />
Pieter Breughel potentieel aanwezig zijn? En wat 'n kleuren heeft <strong>de</strong><br />
Maria met haar Kindje op <strong>de</strong>n arm en <strong>de</strong> springbron <strong>de</strong>s levens vóór haar 1<br />
Op het rijke brocaat dat, door engeltjes vastgehou<strong>de</strong>n, haar luisterlijf<br />
tot achtergrond dient, culmineert <strong>de</strong> Kleurpracht. Ddt is hef Vlaamsche<br />
coloriet, dot zijn <strong>de</strong> zware, gedragen, diepfonkelen<strong>de</strong> Fleuren, die geen<br />
an<strong>de</strong>r volk zóó rijp, zóó vol en verzadigd op het palet bijeenbracht 1<br />
En toch ligt in <strong>de</strong>ze won<strong>de</strong>rschoone werkjes niet het ware genie van Jan<br />
van Eyck. Hij is niet <strong>de</strong> lieflijke verhaler <strong>de</strong>r christelijke heilsgedachten,<br />
en <strong>de</strong> legendarische vertolker <strong>de</strong>r katholieke mythologie, die b.v. Hans<br />
Memling was. Voor het echt religieuze schil<strong>de</strong>rij mist lui <strong>de</strong> pathetische<br />
kracht van Rogier v. d. Wey<strong>de</strong>n. Hij is ook niet „zielig" als Dirk Bouts<br />
kan zijn, of dramatisch als van <strong>de</strong>r Goes.<br />
Jan van Eyck is afgemeten en „distant", zijn kunst is te veel een hofkunst<br />
om <strong>de</strong> menigte te bunnen aanspreken, hij is <strong>de</strong> groote rustige geniale realist.<br />
Daarom gaat niets boven zijn portretten; <strong>de</strong>nken wij slechts aan „Jan <strong>de</strong><br />
Leeuw <strong>de</strong>n goudsmid", en aan <strong>de</strong>n „Man met <strong>de</strong> anjelier" te Berlijn.<br />
Is hier reeds <strong>de</strong> stofuitdrukking die <strong>de</strong> meesters van dè 17<strong>de</strong> eeuw niet<br />
<strong>voor</strong>bij zullen streven, er is <strong>voor</strong>al weer die gespannen aandacht en die<br />
weergalooze macht van psychologische doordringing. Er is ook hier een<br />
eerbied <strong>voor</strong> <strong>de</strong> waarheid en een strengen ernst, er is een hoog i<strong>de</strong>aal in dit<br />
volstrekte realisme. Er is die nuchterheid, die heel iets an<strong>de</strong>rs is dan het<br />
laag-bij-<strong>de</strong>-grondsche.<br />
Bezien wij een foto van <strong>de</strong> man met <strong>de</strong> anjelier, dan begrijpen wij wel<br />
dat er zijn, die in <strong>de</strong>n grijpen<strong>de</strong>n blip van dit portret het eigenaardige<br />
van het zelfportret meenen te zien.<br />
Zóó kijkt in<strong>de</strong>rdaad <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van zijn eigen portret. Mogelijk wordt<br />
het vermoe<strong>de</strong>n dat „<strong>de</strong> man met <strong>de</strong> anjer" Jan van Eyck zelf is, wel eens<br />
tot zekerheid.<br />
En nu lezers, gaan wij tenslotte naar Lon<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong> dubbelbeeltenis<br />
van „Amolfini en zijn Vrouw", waar Jan van Eyck's eerbiedige<br />
aandacht <strong>voor</strong> het leven zich tot een soort ritueelen luister heeft ontplooid.<br />
,Nooit heeft die eerbiedige aandacht zich zoozeer verinnerlijkt als in dit<br />
21
prachtige werk in <strong>de</strong> National Gallery. „Als roerlooze beel<strong>de</strong>n staan zij<br />
naast elkan<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> echtgenooten, in <strong>de</strong> blanke en kalme intimiteit van het<br />
statig vertrek. Zooals <strong>de</strong>ze man met zijn gesluierd diplomatisch gelaat,<br />
en dit zoo onbedui<strong>de</strong>nd schijnen<strong>de</strong> zwangere vrouwtje, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n in een<br />
even plechtig als sober gebaar op elkan<strong>de</strong>r leggen, zooals Amolfini's opgeheven<br />
rechterhand stilte oproept, zooals <strong>de</strong> vertrouwdheid <strong>de</strong>r lamer<br />
— met 't hondje en <strong>de</strong> achteloos weggeschopte slofjes op <strong>de</strong>n vloer, en 't<br />
blozend appeltje in 't vensterkozijn —hem ontvangt, werd dit streng<br />
gestijl<strong>de</strong> kunstwerk een onvergankelijk poëem van het sacrale huwelijk.<br />
Van Eyck is nooit religieuser geweest".<br />
Zoo beschrijft Just Havelaar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij.<br />
Maar het werk is ook an<strong>de</strong>rs te bezien : <strong>de</strong> macht van <strong>de</strong>n geweldigen realist<br />
staat hier onvolprezen, maar is hier ook niet een fijne ironist te beluisteren ?<br />
Er waart om <strong>de</strong> figuren <strong>de</strong> subtielste atmosfeer, maar er waart ook een<br />
geest van satire en lichte spot, en zoowel het een als het an<strong>de</strong>r hebben in<br />
<strong>de</strong> lunst <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n nog een groote toekomst. Met dit schil<strong>de</strong>rij<br />
maakt Jan van Eyck een begin aan die rij van moraliseeren<strong>de</strong> en ironische<br />
genrestukken, die over <strong>de</strong> werken van Breughel en Brouwer naar die van<br />
Jan Steen gaan.<br />
En zoo behoort <strong>de</strong> geniale realist Jan van Eyck tot <strong>de</strong> groote meesters uit<br />
alle tij<strong>de</strong>n, door wat hij als echte Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r gemaakt heeft, maar niet<br />
min<strong>de</strong>r groot is Jan v. Eyck, door wat er na hem gemaakt is. Want heel<br />
vroeg in onze Dunst heeft van Eyck het karakter ervan bepaald. Ernstigen<br />
eenvoudig, sterk uitgesproken realist is hij langs <strong>de</strong> bewon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong><br />
stof tot <strong>de</strong>n geest gena<strong>de</strong>rd. Hij plaatst het analytische zien, tegenover<br />
het synthetische schouwen van het Zui<strong>de</strong>n.<br />
De Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r blijft na Jan van Eyck <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> trouwhartige portret<br />
schil<strong>de</strong>r, en niet alleen van <strong>de</strong> menschen, maar van <strong>de</strong> geheele natuur.<br />
6,._<br />
22
II.<br />
DE VIJFTIENDE EEUW. — Vlaamsche kunstenaars<br />
in het Noor<strong>de</strong>n geboren, het begin van een<br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>rschool.<br />
eeds <strong>de</strong> titel van dit boek verbiedt <strong>de</strong> Vlaarnsche Schil<strong>de</strong>rschool<br />
te vervolgen en na het Gentsche Altaar het prachtige veelluik<br />
in het hospice te Beaune (Bourgondie) van <strong>de</strong>n pathetischen Rogier van<br />
<strong>de</strong>r Weg<strong>de</strong>n te schouwen, of <strong>de</strong>n schepper van <strong>de</strong>ze <strong>voor</strong> Rollin geschapen<br />
„Laatste Oor<strong>de</strong>elretabel" ver<strong>de</strong>r te karaIiterizeeren.<br />
Wel moeten wij lier aanwijzen wie on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> meesters in Vlaan<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong><br />
vijf tien<strong>de</strong> eeuw uit Noord-Ne<strong>de</strong>rland Kwamen, en dan moet vastgesteld<br />
dat in <strong>de</strong> opvolging : Van Eyck, Rogier, Bouts en van <strong>de</strong>r Goes, <strong>de</strong> bei<strong>de</strong><br />
laatsten in ie<strong>de</strong>r geval geen Vlamingen van geboorte waren.<br />
Laten wij Petrus Christus, die in <strong>de</strong> buurt van <strong>de</strong>n Bosch,<br />
te Baarle geboren werd, doch te Brugge, waar hij in 1444 <strong>de</strong>n meestertitel<br />
kreeg, werkte, als al te directe leerling in <strong>de</strong> schaduw staan van Jan van<br />
Eyck, dan gaan wij, on<strong>de</strong>r zijn twintig schoolsche werpen, zijn in 1449<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> lapel van het gil<strong>de</strong> <strong>de</strong>r goudsme<strong>de</strong>n te Antwerpen vervaardig<strong>de</strong><br />
St. Eligius toch niet <strong>voor</strong>bij. Het is immers <strong>voor</strong>al een genreschil<strong>de</strong>rij :<br />
het interieur van een goudsmidswinkel, en als door dit werk overdui<strong>de</strong>lijk<br />
blijft dat in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r eeuw <strong>de</strong> eigenlijke ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>ring, d.i.,<br />
die van het dageljksche leven, <strong>de</strong> kunst is binnengedrongen, dan is het<br />
moeilijk het van zich af te zetten dat <strong>de</strong> Hollandsche me<strong>de</strong>werking daartoe<br />
heeft bijgedragen.<br />
Oneindig aantrekkelijker dan Petrus Christus is <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r, die van<br />
Man<strong>de</strong>c als „uitghenomen Boet meester" Dierick van Haarlem noemt.<br />
Deze D i r c h Bouts werd te Leuven, waar hij in 1475 zal sterven,<br />
<strong>de</strong> schepper van het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> werk in <strong>de</strong> trits <strong>de</strong>r groote altaarstukken, met het<br />
tusschen 1464 en'68 geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Sacramentsaltaar in <strong>de</strong> Sint Pieterskerk,<br />
23
waarin het Paaschmaal van Jezus en zijn leerlingen, het hoofdmotief, dmotief door:<br />
„Elias dooreen engel gespij zigd" ; het „Paaschfeest <strong>de</strong>rjo<strong>de</strong>n" ; <strong>de</strong> „Mannaregen";<br />
en „Abraham en Meichise<strong>de</strong>c" op <strong>de</strong> zijluiken wordt aangevuld.<br />
Is het verantwoord in Bouts' langgerekte, hoekige figuren <strong>de</strong> Hollandsche<br />
schuchterheid en nuchterheid reeds aan te dui<strong>de</strong>n ? Zon<strong>de</strong>r Vlaamsche<br />
zwier, buiten elke uitbundigheid, leven Bouts' menschen stil-<strong>voor</strong>-zich-heen,<br />
en <strong>de</strong> observatie van <strong>de</strong> vormen in rust is gelukkiger dan die van <strong>de</strong> figuren<br />
in beweging, terwijl zijn portretten in dubbelen zin, een vaak „zielige"<br />
uitdrukking hebben.<br />
Kalm en waardig staat Bouts' oeuvre, waarin dat van zijn zoons D i rc k<br />
(<strong>de</strong> meester <strong>de</strong>i Tibertijnsche Sibylle ?) en A e 1 b e r t wel wordt opgenomen,<br />
tegenover <strong>de</strong> heftige bewogenheid van <strong>de</strong>n uit Zeeland afkomstigen<br />
Hugo, die met het z.g. Portinarialtaar <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> monumentaal sacrale<br />
schil<strong>de</strong>ring van groote beteekenis schiep.<br />
Er vaart door Hugo van <strong>de</strong>r Goes' werk <strong>de</strong> macht van een<br />
grootsch gebaren<strong>de</strong> persoonlijkheid, en tragisch is het die persoonlijkheid<br />
te zien on<strong>de</strong>rgaan. Na <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n vertegenwoordiger <strong>de</strong>r Medici,<br />
( directeur van <strong>de</strong>n bij-bank zou<strong>de</strong>n wij nu zeggen) te Brugge, Tommaso<br />
Portinari, een werk te hebben geschapen dat aanvankelijk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kerk van<br />
St. Egidio te Florence was bestemd, en dat nu in het Uffizimuseum <strong>de</strong> macht<br />
van het Noor<strong>de</strong>n tegenover het Zui<strong>de</strong>n vaststelt, wor<strong>de</strong>n wij <strong>voor</strong> het<br />
„Sterfbed van Maria" te Brugge, herinnerd aan <strong>de</strong> retraite van <strong>de</strong>n zielszieken<br />
man in 1475 in het Augustijnerklooster „rouge clSitre" btu Brussel,<br />
(door Ruysbroeck eertijds bewoond). In dit Klooster, waar on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> grooten<br />
<strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> die <strong>de</strong>n beroem<strong>de</strong>n man kwamen bezoeken, Keizer Maximiliaan<br />
genoemd wordt, bracht een zware melancholie hem in 1482 <strong>de</strong>n dood.<br />
Weet men dit eenmaal, dan waar<strong>de</strong>ert men in het Brugsche werk zeker<br />
<strong>de</strong> losse en levendige compositie, maar men onttrekt zich niet meer aan<br />
<strong>de</strong> benauwen<strong>de</strong> gedachte, in <strong>de</strong>ze Apostelen rond het sterfbed van Maria,<br />
een verzameling uiterst karaktervol gebaren<strong>de</strong> geesteszieken te zien.<br />
De starre ooggin, <strong>de</strong> afwezige blikken, maar <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> handbewegingen<br />
beel<strong>de</strong>n <strong>de</strong>n waanzin van <strong>de</strong>n grooten meester zelf.<br />
Maar hoe grootsch en met een vóór hem in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse/ze schil<strong>de</strong>rkunst<br />
ongekend ruimtegevoel, schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> „geboorte van Christus" <strong>voor</strong><br />
Florence, en <strong>de</strong> „aanbidding <strong>de</strong>r Koningen" <strong>voor</strong> het Spaansche klooster<br />
Monforte in Spanje (nu te Berlijn) I<br />
De aantrekkelijkheid die van <strong>de</strong> levensgroote rustieke figuren <strong>de</strong>r her<strong>de</strong>rs<br />
uitgaat, moge <strong>de</strong> aandacht niet aflei<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> schoone portretten <strong>de</strong>r<br />
knielen<strong>de</strong> Italiaansche schenkers, in een prachtig landschap dat reeds<br />
eigen leven en stemming heeft.<br />
24
Dat landschap heeft zich nog meer op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond geplaatst in <strong>de</strong><br />
werken van een <strong>de</strong>r laatsten van <strong>de</strong> Brugscha school G e r a rd David,<br />
te Ou<strong>de</strong>water tusschen 1450 en '60 geboren. 't Is het landschap dat ons<br />
<strong>voor</strong>al aangrijpt op het mid<strong>de</strong>ntafereel van een „Doop van Christus",<br />
door David geschil<strong>de</strong>rd <strong>voor</strong> Jean <strong>de</strong>s Trompes en Elisabeth van <strong>de</strong>r<br />
Meersch, die, vergezeld van hun patronen, op <strong>de</strong> vleugels staan van het<br />
altaarstuk, dat herinneringen aan Memling oproept.<br />
Zijn onbestre<strong>de</strong>n meesterstuk „<strong>de</strong> Maagd met het Kin<strong>de</strong>ke, door engelen<br />
omgeven", dat hij in 1509 aan <strong>de</strong> Carmelieten te Brugge schonk, bevindt<br />
zich in het museum te Rouen.<br />
In het lieflijke <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tzetter van Memling, in het weel<strong>de</strong>rige van zijn latere<br />
werk echt Vlaamsch, tracht men niet zon<strong>de</strong>r succes in zijn vroege werk<br />
een Hollandsche geaardheid aan te wijzen, een geaardheid die hem door<br />
zijn geboorteplaats reeds bindt aan A l b e r t v an Ouwa ter en<br />
Geertgen tot St. fans. Van <strong>de</strong> eerste weten wij slechts dat hij te<br />
Haarlem werkte, en dat lui volgens van Mandar <strong>de</strong> leermeester was<br />
van <strong>de</strong> twee<strong>de</strong>.<br />
De meester van <strong>de</strong>n prachtig weemoedigen, contemplatiever Johannes<br />
<strong>de</strong>n Doopar in het Museum te Berlijn, heette Geertgen, en daar lui btu <strong>de</strong><br />
Johanniters in Haarlem woon<strong>de</strong>, werd hij belend als G e e r t g e n tot<br />
S t. J a n s. De broe<strong>de</strong>rs van St. Jan zullen <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r wel verpleegd<br />
hebben, want, daar hij op 28-jarigen leeftijd stierf (geboren omstreeks 1467)<br />
is <strong>de</strong> veron<strong>de</strong>rstelling gewettigd dat een kwaal hem ten grave sleepte.<br />
Zijn grootste schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong> familie van Maria" in het Rijksmuseum,<br />
wekt door het fraaie kerkinterieur waarin <strong>de</strong> personages geplaatst zijn,<br />
herinneringen aan het eenige werk dat met eenige zekerheid aan Albert van<br />
Ouwater wordt toegeschreven : <strong>de</strong> opwekking van Lazarus, in het Keizer<br />
Friedrich Museum te Berlijn, 'n on<strong>de</strong>rwerp dat Geertgen ook behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
op een schil<strong>de</strong>rij dat in het Louvre te Parijs hangt.<br />
Zoowel in <strong>de</strong> beschroomdheid van een blijkbaar vroeg werkje, <strong>de</strong> kleine<br />
„geboorte" te Amsterdam, als in <strong>de</strong> breedheid van zijn Waanscha luiben,<br />
waart een fijne echt Noord-Ne<strong>de</strong>rlandsche schuchterheid, die alles even<br />
natuurlijk, alles even eenvoudig houdt. Tegenover <strong>de</strong> Vlamingen is alles<br />
nuchter, maar echt.<br />
Beel<strong>de</strong>nstorm of oorlogsgeweld verwoesten het door van Man<strong>de</strong>c beschreven<br />
„Hoogaltaar <strong>de</strong>r Johanniters", slechts hef aan weerszij<strong>de</strong>n beschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
linkerzijluik bleef gespaard. Een „beweening van Christus" en <strong>de</strong> „lot<br />
gevallen van het gebeente van Johannes <strong>de</strong>n Doopar" getuigen er van hoe<br />
Geertgen figuren in een landschap wist te plaatsen, en hoe het atmospherische<br />
reeds binnen zijn bereik lag. In het laatstgenoem<strong>de</strong> werk Dunnen <strong>de</strong> tot<br />
25
een groep vereenig<strong>de</strong> Johanniters, als <strong>de</strong> vroegste aanduiding van het later<br />
zoo machtig uitgegroei<strong>de</strong> groepsportret gel<strong>de</strong>n.<br />
Want bij al zijn schuchterheid is onze Geertgen een „koene baanbreker".<br />
Hij streeft aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r vijf tien<strong>de</strong> eeuw naar vernieuwing, naar <strong>de</strong><br />
zaken an<strong>de</strong>rs te maken dan hip ze door an<strong>de</strong>ren (misschien Bouts) Uóór<br />
hem had zien doen, en van het gieten van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> stof in nieuwe vorm.<br />
Op <strong>de</strong> vroege Amsterdamsche „Christus' geboorte" zien wij het kindje<br />
heel klein op <strong>de</strong>n grond, <strong>de</strong> Maria, in <strong>de</strong> strakke en eenvoudige plooien<br />
van een brokaten gewaad, en een nog jeugdigen Jozef, die ook een broe<strong>de</strong>r<br />
„tot St. Jans" zou bunnen zijn. Tusschen Maria en Jozef in, een drietal<br />
eveneens knielen<strong>de</strong> engeltjes; aan hun vlerken vermoe<strong>de</strong>n wij dat zij <strong>de</strong>n<br />
hemel bewonen, aan hun „recht en slecht" karakter weten wij dat het<br />
Haarlemsche hin<strong>de</strong>rtjes zijn, die „zóó in hun nachtponnetjes" uit hun bedjes<br />
zijn gekropen.<br />
In <strong>de</strong> fond heeft in een fijn landschapje op het veld, te mid<strong>de</strong>n van schaapjes<br />
en lammeren <strong>de</strong> verkondiging plaats, mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n zomer, in het volle<br />
daglicht.<br />
Dit was in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> gewoonte. Hoogstens werd Jozef, of <strong>de</strong><br />
her<strong>de</strong>rs, een bran<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kaars in han<strong>de</strong>n gegeven als aanduiding dat hef<br />
nacht was. Wij zeggen : als aanduiding, want zien dat het nacht was,<br />
hieraan was geen sprake. Maar 't han geen verwon<strong>de</strong>ring baren dat een<br />
Hollan<strong>de</strong>r, gekeerd naar het naturalisme als hij steeds is, spoedig ertoe<br />
Kwam het probleem van nachtelijk duisteren won<strong>de</strong>r schitterlicht uit <strong>de</strong><br />
kribbe, aan te vatten. Hoe noodig<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rwerp tot gedurfd experiment !<br />
In <strong>de</strong> National Gallery bevindt zich, uit <strong>de</strong> vroegere Berlijnsche verzameling<br />
Kaufmann, een „Christus' geboorte", een ware heilige nacht, want het<br />
werd door Geertgen als een echt nachtstuk behan<strong>de</strong>ld.<br />
Zeper, er is, vergeleken bij <strong>de</strong> latere resultaten, iets onbeholpens in <strong>de</strong> wijze<br />
waarop het probleem van licht en duister werd opgelost. Maar <strong>de</strong> helle<br />
stralen uit <strong>de</strong> kribbe strijken met fijn gevoel over het gelaat van <strong>de</strong> knielen<strong>de</strong><br />
Maria, en over <strong>de</strong> beminnelijke hemelingetjes in aanbidding, aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong> kribbe opgesteld, terwijl Jozef, <strong>de</strong> os en <strong>de</strong> ezel, half verscholen<br />
blijven in het duister. De schil<strong>de</strong>r streeft naar het vertolken van<br />
een „Kerstnacht schooner dan <strong>de</strong> dagen" en hij toont zich reeds een echt-<br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>r, die luister aan zijn werk gaf door zich in oneindige<br />
beschei<strong>de</strong>nheid te stellen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n toover <strong>de</strong>r optische verschijnselen.<br />
Groot respect past ons <strong>voor</strong> Geertgen's durf en energie, want ook in <strong>de</strong><br />
fond van het schil<strong>de</strong>rijtje straalt een lichten<strong>de</strong> engel, die <strong>de</strong>n her<strong>de</strong>rs van<br />
goe<strong>de</strong>n wille <strong>de</strong> geboorte van <strong>de</strong>n Vre<strong>de</strong>vorst aankondigt. Geertgen tot<br />
St. Jans bracht in zijn nachtstuk <strong>de</strong> aankondiging van een Hollandsche<br />
26
kunst die, een kleine twee eeuwenlater, in Rembrandt, het probleem<br />
van licht en duister <strong>voor</strong> altijd zou heffen tot het hoogste hoogtij.<br />
De jonge Geertgen het hoofd van een school, <strong>de</strong> Haarlemsche ? 't Is misschien<br />
wat veel gezegd. Maar in het werk van, niet bij namen belen<strong>de</strong>,<br />
Kunstenaars uit fief ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong> eeuw, valt misschien zijn invloed<br />
aan te wijzen. Bij <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r van „d e S t. Lucia mar t e 1 i n ge n"<br />
in het Rijksmuseum, en bij <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r dien wij naar „<strong>de</strong> zeven werken<br />
van barmhartigheid" (1504), uit Alkmaar in het Rijksmuseum gekomen,<br />
<strong>de</strong> meester v an A 1 k maa r noemen, zijn inwerkingen van<br />
Geertgen's stijl te bespeuren.<br />
Dit is zeker ook het geval bij een kunstenaar die men geneigd is in Delft<br />
of Gouda, dus betrekkelijk ver van Haarlem, te laten werken : d e<br />
meester van <strong>de</strong> „Virgo inter virgines".<br />
In een stillen hof zit Maria en het Jezuskind met Cecilia en Ursula, met<br />
Barbara en Katherina. In een dor gamma, vlak en hoogst onelegant geschil<strong>de</strong>rd,<br />
Ilan <strong>de</strong>ze „Maagd on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> maag<strong>de</strong>n" in het Rijksmuseum<br />
moeilijk als een werk van rang gel<strong>de</strong>n. Ook <strong>de</strong> „verkondiging" in Boymans<br />
is weinig aantrekkelijk.<br />
Een achttien-tal werken in het buitenland wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>n zelf<strong>de</strong>n kunstenaar<br />
toegeschreven.<br />
Er moge re<strong>de</strong>n zijn op te merken dat <strong>de</strong> provinciale schil<strong>de</strong>r van<br />
<strong>de</strong>ze werken in <strong>de</strong>n laatsten tijd wat overschat wordt, uit <strong>de</strong> „Christus<br />
aan het Kruis" te Florence en meer nog uit <strong>de</strong> reproductie naar<br />
een „grafdroging van Christus" te Liverpool, lomen ons zulke aantrekkelijke<br />
onhandighe<strong>de</strong>n en zooveel opmerkelijke on-schoonheid tegen,<br />
dat wij <strong>de</strong>n meester Virgo inter virgines als typisch Hollandsch „links"<br />
en misschien als even typisch Hollandsch „op <strong>de</strong>n man af", zou<strong>de</strong>n<br />
kunnen waar<strong>de</strong>eren.<br />
De bree<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len van Rogier zijn hem onthou<strong>de</strong>n, het ruimtegevoel van<br />
van <strong>de</strong>r Goes is hem volmaakt onbekend, maar in zijn provinciale beslotenheid<br />
en onbeholpenheid, lukt hef hem in <strong>de</strong> werken met bewogen<br />
on<strong>de</strong>rwerpen toch iets door te laten van <strong>de</strong> Hollandsche eigengereidheid<br />
en. . . . diepte.<br />
Moge in <strong>de</strong> diepte van een dramatisch gevoel iets zijn uitgedrukt van <strong>de</strong><br />
tragische gebeurtenissen, waaraan <strong>de</strong> menschheid bij heteindigen <strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>leeuwen<br />
door <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> verscheurdheid van het Christendom lij<strong>de</strong>n<br />
zou, een geestesgesteldheid die in een me<strong>de</strong>leven met het lij<strong>de</strong>n van Christus<br />
zich uit, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van Holland leven blijkbaar in-zich-zelf en reflekteeren<br />
ondui<strong>de</strong>lijk het tijdsbeeld.<br />
27
De angsten en dwang<strong>voor</strong>stellingen van een eindigen<strong>de</strong> wereld, die liet<br />
menschelijh brein doorspookten van hen, die toen waarlijk leef<strong>de</strong>n,<br />
wer<strong>de</strong>n tot in het superlatieve weerspiegeld in het werk van een universeel<br />
genie, dat niet overschat kan wor<strong>de</strong>n : meester f h e r o e n v an<br />
's-Hertogenbosch.<br />
6,2,<br />
28
III.<br />
DE VIJFTIENDE EEUW. — De Mid<strong>de</strong>leeuwsche zekerheid wankelt,<br />
<strong>de</strong> verstoring van het mediaevale evenwicht in <strong>de</strong> verfijning<br />
van het eeuwein<strong>de</strong> vertolkt door Iheronimus Bosch.<br />
oor hen die <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van Brabant kennen, is 's-Hertogenbosch<br />
een wel zeer historische plek, omdat <strong>de</strong>ze stad, in een<br />
belangrijk tijdvak van het leven onzer natie, gelegen heeft in <strong>de</strong> vuurlinie.<br />
Vanuit het Zui<strong>de</strong>n gesticht, als een <strong>voor</strong>uitgeschoven bastion, werd <strong>de</strong>ze<br />
plaats een belangrijk punt in het „glacis" van <strong>de</strong> vesting Holland.<br />
Tusschen <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> situaties in, len<strong>de</strong> 's-Hertogenbosch al <strong>de</strong> rampen<br />
van het „no-mans-land", aanval en ver<strong>de</strong>diging, uitval en overgave ;<br />
bestookt tusschen Noord en Zuid, is het een ar<strong>de</strong>nt mid<strong>de</strong>lpunt van een<br />
strijd die niet enkel met <strong>de</strong> wapenen gevoerd werd.<br />
En met wat fantasie rijzen uit <strong>de</strong> gul<strong>de</strong>n stofwolk <strong>de</strong>r historie figuren op<br />
als die van <strong>de</strong>n stadstichten<strong>de</strong>n Hertog, van <strong>de</strong>n Roomschen Keizer en<br />
zijn Vliesrid<strong>de</strong>rs. Wij herkennen'n Grobbendonck en'n Fre<strong>de</strong>rik Hendrik,<br />
wij hoorera <strong>de</strong> stappen van Duitsche huurlingen en van Fransche regimenten<br />
in dienst van <strong>de</strong> Staten; het gerucht van feestelijke intochten overstemd<br />
het geklaag <strong>de</strong>i wijken<strong>de</strong>n .... Op <strong>de</strong> steenera van <strong>de</strong> markt weerklinkt<br />
het paar<strong>de</strong>ngetrappel van het militaire escorte van <strong>de</strong>n pleinen grootera<br />
Napoleon, die ook te 's-Hertogenbosch „herstel<strong>de</strong>".<br />
Te 's-Hertogenbosch, Brabantsch hoofdstad, werd politiek bedreven, hier<br />
waren groote burgers, hier werd felle strijd, in een door godsdienst en<br />
ethiek verscheurd volk, gestre<strong>de</strong>n.<br />
Als nu <strong>de</strong> Faam, die zooals men zegt, waakt over alle Glories, boven<br />
's-Hertogenbosch <strong>de</strong> behoefte gevoel<strong>de</strong> haar gou<strong>de</strong>n, maar vermoei<strong>de</strong><br />
vleugelen te sluiten, dan streek zij steeds neer op <strong>de</strong> tinnen van het grootsche<br />
monument, dat <strong>de</strong> late Mid<strong>de</strong>leeuwers als blijven<strong>de</strong> gedachtenis aan een<br />
groot tijdperk in <strong>de</strong>ze stad hebben opgericht : <strong>de</strong> Cathedraal.<br />
29
Maar sinds een tiental jaren zal <strong>de</strong> Faam in haar glijvlucht over <strong>de</strong>n<br />
Bosch aarzelen.<br />
Sands 1930 zal zij een palm Dunnen hechten aan het beeld van een laten<br />
mid<strong>de</strong>leeuwer, een lauwer hunnen neerleggen bij een man, die heel het ein<strong>de</strong><br />
eener eeuw, heel het tumult van een eindigen<strong>de</strong> wereld <strong>voor</strong> <strong>de</strong> menschen<br />
van alle tij<strong>de</strong>n heeft vastgelegd : <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r 1 h e ron i m us Bosch,<br />
van Wien men aanneemt dat hij omstreeks 1450 geboren werd, en die volgens<br />
het le<strong>de</strong>nboef <strong>de</strong>r Onze Lieve Vrouwe Broe<strong>de</strong>rschap in 1516 gestorven is.<br />
Waarom dit beeld?<br />
Richt men niet beel<strong>de</strong>n op <strong>voor</strong> <strong>de</strong> doo<strong>de</strong>n?<br />
Maar <strong>de</strong>ze meester Iheronimus leeft en zal blijven leven —want zijn<br />
werken zijn er, en met zijn werken wordt hij steeds weer herboren in hef<br />
begrijpen<strong>de</strong> brein en in het minnen<strong>de</strong> hart van <strong>de</strong>n beschouwer dier werken,<br />
tot zoolang als <strong>de</strong> tijd <strong>de</strong> stof zijner schil<strong>de</strong>rijen en teelleningen zal sparen.<br />
De groote schil<strong>de</strong>r van het verloren hoogaltaar <strong>de</strong>r St. Janskerk schijnt<br />
een vermogend burger van 's-Hertogenbosch te zijn geweest. Niet alleen<br />
lid, maar ook proost <strong>de</strong>r Illustre Lieve Vrouwe Broe<strong>de</strong>rschap werd hij<br />
gemaakt, en on<strong>de</strong>r zijn opdrachtgevers waren grootera <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> als<br />
'n Philips <strong>de</strong> Schoones maar als een waar kunstenaar zal hij <strong>de</strong> stilte<br />
van zijn werkplaats verkozen hebben boven het gerucht <strong>de</strong>zer wereld.<br />
Maar hij moet wel fel van binnen hebben geleefd, <strong>de</strong>ze man die geboren<br />
was in <strong>de</strong>n tijd van het verval van <strong>de</strong>n mid<strong>de</strong>leeuwschen geest. Van<br />
dien tijd schreef terecht Prof. Gerard Brom „dat ze in veel opzichten<br />
afgeleefd, verou<strong>de</strong>rd en verrot" was.<br />
Iheronimus heeft met weifeling en onrust in het pari met die late mid<strong>de</strong>leeuwen<br />
afgerekend.<br />
Maar met het brein vol spookgestalten is zijn hand die van een meester,<br />
en met die sterke, nooit beven<strong>de</strong> hand werd hij <strong>de</strong> onwraakbare getuige<br />
van een perio<strong>de</strong>.<br />
Elbe tijd is waard geleefd te wor<strong>de</strong>n, maar tij<strong>de</strong>n met wen<strong>de</strong>n<strong>de</strong> wegen<br />
zijn dubbel waard geleefd te wor<strong>de</strong>n. Niet in <strong>de</strong> lange rechte <strong>de</strong>elera van<br />
<strong>de</strong> baan geven <strong>de</strong> toeschouwers van <strong>de</strong>n wedloop hun volle aandacht,<br />
maar hoe rekken zich <strong>de</strong> halzen, als <strong>de</strong> bochten wor<strong>de</strong>n genomen 1<br />
Wij bunnen nu nog in <strong>de</strong> werken van Iheronimus, wiens va<strong>de</strong>r van Alen<br />
kwam, maar die in <strong>de</strong>n Bosch woon<strong>de</strong>, zien hoe fraai <strong>de</strong> bocht naar<br />
<strong>de</strong> vrije baan van het humanisme genomen werd, door <strong>de</strong>n barokken<br />
Mid<strong>de</strong>leeuwer.<br />
Zeper, <strong>de</strong> imponeeren<strong>de</strong> rustige onaandoenlijke zekerheid van <strong>de</strong> van<br />
Eycken is hem verre. Het pathetische bree<strong>de</strong> volkswoord van een Rogier<br />
30
van <strong>de</strong>r Weg<strong>de</strong>n bomt hem niet over <strong>de</strong> dunne lippen. In <strong>de</strong> harmonieuze<br />
sprookjeswereld <strong>de</strong>r chnsfelyke heilsgedach!en ecu[ een Mcmlinck leef!<br />
hij niet. Maar met ontstellen<strong>de</strong> openhartigheid legt hij zijn gepijnig<strong>de</strong><br />
Iantasieën, zijn doorspookte zinnen <strong>voor</strong> ons open.<br />
Uit een prent, „het Laatste Oor<strong>de</strong>el", van Duhameel naar een teekening van Iheronimus Bosch.<br />
Zijn toegeknepen schil<strong>de</strong>rsblik „boort door <strong>de</strong>n sluier <strong>de</strong>r alledaagsche<br />
verschijnselen heen" en die blip „ontmoet er <strong>de</strong> Dogen van <strong>de</strong>n chaos".<br />
(Novalis).<br />
Is nu zijn verbeelding toomeloos, ongebrei<strong>de</strong>ld, zijn hand teelent strak in<br />
opperste wijsheid, terwijl door <strong>de</strong> fileuren van zijn palet iets heen brandt<br />
van <strong>de</strong>n gloed van het smeulend hout van <strong>de</strong>n brandstapel.<br />
Zijn oeuvre is ongehoord verschei<strong>de</strong>n. Wij raken er eerlijk gezegd niet meer<br />
wijs uit. lets wat <strong>de</strong> he<strong>de</strong>ndaagsche kunsthistorie gerust han berennen,<br />
omdat reeds direct na zijn dood door zijn allereerste biografen verklaard<br />
werd dat imitatoren en epigonen, copiïsten en vervalschers hans gezien<br />
31
had<strong>de</strong>n elk misverstand te stichten, en elke vergissing mogelijk te maken.<br />
't Zijn Herry met <strong>de</strong> Bles, Jan Mandijn, Peter Hugs en zelfs Patinir,<br />
om van <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren niet te spreken, wier werken wij niet gemakkelijk meer<br />
uit het Iheronimus Bosch complex weghalen.<br />
Maar als wij zijn oeuvre terugbrengen tot <strong>de</strong> 11 schil<strong>de</strong>rijen waaraan elke<br />
twijfel uitgesloten is, dan vin<strong>de</strong>n wij nog van alles in zijn werk. Dan alen<br />
wij naast <strong>de</strong> religieuze karakterschil<strong>de</strong>ringen, <strong>de</strong> „duivelrijen" en „drolleries",<br />
naast <strong>de</strong> „Aanbidding <strong>de</strong>r koningen" in het Prado te Madrid en<br />
„<strong>de</strong> kruisdragen<strong>de</strong> Christus" te Gent, <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong> „hooiwagen" en<br />
<strong>de</strong> „aardsche geneugten" uit het Escoriaal, en „<strong>de</strong> bekoring van<br />
St. Antonius" te Lissabon.<br />
Maar er is ook „<strong>de</strong> Verloren Zoon" uit <strong>de</strong> collectie Frigdor te Weenen,<br />
een meesterwerk dat <strong>de</strong> Rotterdammers nu met trots het hunne Dunnen<br />
noemen, waarin hij zich <strong>de</strong> wegberei<strong>de</strong>r toont van hei bree<strong>de</strong> naturalisme,<br />
waarin wij reeds hopren aanklinken het verlossen<strong>de</strong> accoord van'n Breughel.<br />
Zeker, naast zijn Noord-Ne<strong>de</strong>rlandsche tijdgenooten als <strong>de</strong> „nuchtere"<br />
Geertgen van St. Jans, en <strong>de</strong> „dorre" Meester Virgo inter Virgines,<br />
ligt <strong>de</strong> gecompliceer<strong>de</strong> Iheronimus vóór ons op het vlammenrooster <strong>de</strong>r<br />
zelfkwelling, om daarna ons het a<strong>de</strong>mbeklemmen<strong>de</strong> schouwspel te geven<br />
van <strong>de</strong>n koorddanser tusschen twee afgron<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> waanzin en <strong>de</strong> re<strong>de</strong>.<br />
't Eeuwige verontrust hem niet min<strong>de</strong>r, dan dat <strong>de</strong> materie hem drupt.<br />
Met ijlen<strong>de</strong> fantasie vertolkt hij een wereld, waarvan men zou kunnen zeggen<br />
dat ze hopeloos „in <strong>de</strong> knoop" was. In sommige zijner werken liggen,<br />
als 't ware, zijn ontrafel<strong>de</strong> zenuwen bloot.<br />
Maar uit elke Koorts redt hij zich door zijn humor, zijn blaren schil<strong>de</strong>rsblik<br />
en zijn onverbeterlijke schil<strong>de</strong>rtechniek.<br />
Denken wij slechts aan „'t Narreschip" of aan „<strong>de</strong>n kwakzalver" te<br />
St. Germain-en-Laye, dan voelen wij, <strong>voor</strong>al in liet laatste werk, reeds<br />
iets van <strong>de</strong> ontspanning, die <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> eeuw bij haar aanvang eerst zal<br />
brengen. In argelooze observatie van 't dagelijksch leven, gaat fan Steen<br />
niet ver<strong>de</strong>r dan Bosch in „<strong>de</strong> vraatzucht", <strong>de</strong>tail van het tafelblad <strong>de</strong>r<br />
hoofdzon<strong>de</strong>n in het Escoriaal, (erevijl het schoone émail van Iheronimus'<br />
verven, door die van <strong>de</strong>n Tateren klassieken Leyenaar maar zel<strong>de</strong>n werd<br />
geëvenaard.<br />
Een van Iheronimus' werken waarin dit <strong>voor</strong>treffelijk is waar te nemen,<br />
is het „Narreschip" uit hef Louvre, dat in <strong>de</strong> jaren 1927,1928 en 1929 in<br />
het Rijksmuseum te Amsterdam heeft gehangen.<br />
In het Rijksmuseum hing, en laat ons hoppen hangt weer sp oedig, een fragment,<br />
in waarheid een zeer Klein fragment, van een zijluik eener triptiek<br />
van <strong>de</strong>n z.g. „Maitre d'Aix". En het gelukte in 1927 Dr. Schmidt Degener,<br />
32
<strong>de</strong>n directeur van het Louvre bij zijn bezoek aan hit Rijksmuseum, in<br />
verband met <strong>de</strong> prachtige tentoonstelling van Fransche lunst die in 1926<br />
werd ingericht, bijzon<strong>de</strong>r warm te maken <strong>voor</strong> genoemd fragment, en er<br />
kwam <strong>voor</strong> 3 jaren een ruil tot stand tusschen ons fragment en het „Narreschip"<br />
van Bosch. 't Louvre Ikon <strong>de</strong>ze Bosch wel tij<strong>de</strong>lijk missen, want te<br />
Parijs waren drie werken van Iheronimus, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> ontwerpteekening<br />
van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij die eertijds meer benend stond als „die blauwe Schuyte".<br />
Die naam komt <strong>voor</strong> op een prent van P. van <strong>de</strong>r Hey<strong>de</strong>n uit 1559, bij<br />
Cock te Antwerpen uitgegeven.<br />
De „blauwe Schuit" was een spotgil<strong>de</strong> van groepen van onmaatschappelij ken,<br />
die o.a. op Vastenavond spelen opvoer<strong>de</strong>n. Zij wor<strong>de</strong>n in Breda, <strong>de</strong>n Bosch<br />
en Bergen-op-Zoom vermeld.<br />
Het „Narreschip" behoort tot <strong>de</strong> „duvelrijen", tot <strong>de</strong> boertige genrebeel<strong>de</strong>n,<br />
tot <strong>de</strong> „drSleries". Maar het staat heel dicht bij <strong>de</strong> natuur. Er behoort<br />
niet veel fantasie <strong>voor</strong> om te zien waar Iheronimus Bosch het motief <strong>voor</strong><br />
zijn Narreschip vandaan haal<strong>de</strong>. Met Benige verbeeldingskracht immers<br />
zien wij het Narreschip, van wielen <strong>voor</strong>zien en door paar<strong>de</strong>n getrokken.<br />
Wij zien dan het schip niet op het water, maar boven <strong>de</strong> menschenzee uitkomen<br />
als praalwagen in <strong>de</strong>n Carnavalsoptocht te 's-Hertogenbosch.<br />
Dddr moet Iheronimus het motief <strong>voor</strong> zijn scheepsleen met zotten hebben<br />
opgedaan, ddt is wel zeker. Maar onmogelijk is het niet, ja, 't is zelfs<br />
waarschijnlijk dat hij zelf <strong>de</strong>n praalwagen <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n satirieken stoet had<br />
ontworpen.<br />
In ie<strong>de</strong>r geval moet die wagen groot succes gehad hebben. Wij zien hem al<br />
boren <strong>de</strong> menigte uitwaggelen. De zot met zijn staf, <strong>de</strong> marotte, in <strong>de</strong> hand,<br />
zit op <strong>de</strong>n bok en ment <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n. Groene takken hebben ze aan <strong>de</strong>n<br />
mast gebon<strong>de</strong>n, een heele boom boven in <strong>de</strong>n mast van het scheepje bevestigd.<br />
't Is een hei<strong>de</strong>nsche wimpel, die het Narreschip voert, want wat is hei<strong>de</strong>nscher<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Mid<strong>de</strong>leeuwer, dan <strong>de</strong> halve maan, daar hoog in het schip.<br />
'n Achttal mannen en twee vrouwen zitten in het scheepje. Ze hebben meer<br />
drinken dan eten aan boord. Want behalve het bordje met radijzen, daar<br />
zullen zij het geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> vasten mee moeten doen, hangt er alleen een<br />
koer aan 'n touwtje. Ze mogen er niet aankomen, maar wel naar happen.<br />
Maar als één 't lekkers bijna te pakken heeft, dan slaat er een an<strong>de</strong>r tegen<br />
het touwtje .... en weg is <strong>de</strong> koek 1<br />
Drinken genoeg aan boord, ea is er op <strong>de</strong> <strong>voor</strong>plecht al ziek van, <strong>de</strong> nar<br />
op z'n bok neemt nog een slokje, aan <strong>de</strong> achtersteven is 'n slimmerik bezig<br />
<strong>de</strong> koekhappers te verschalken, maar 'n vrouw heeft hem in <strong>de</strong> gaten ... .<br />
't lijkt 'n hardhandige tante 1 Zoo is alles bezig in hef schip van <strong>de</strong>n nar,<br />
en nu tracht <strong>de</strong> tien<strong>de</strong> man hiervan te profiteeren. •Want in <strong>de</strong>n mast hangt<br />
3<br />
33
<strong>de</strong> napoen, 'n vette, met kastanjes gevuld, gereed om gebra<strong>de</strong>n te wor<strong>de</strong>n.<br />
En dat „panblaar" gevogelte hangt aan <strong>de</strong>n praalwagen hoog in <strong>de</strong>n mast,<br />
't vischje aan <strong>de</strong> boegspriet, dát wordt <strong>voor</strong>loopig het maal. Maar een is<br />
er die ze vechten laat om <strong>de</strong> koek, om stiekum <strong>de</strong> kip af te snij<strong>de</strong>n.<br />
Is het niet heel waarschijnlijk dat zoon praalwagen als 'n echt feestnummer<br />
in <strong>de</strong>n Carnavalsoptocht heeft meegere<strong>de</strong>n ?<br />
Maar <strong>de</strong> Pater dan ?<br />
Dat zou je nu niet moeten probeeren I<br />
't Zou onzinnig en smakeloos en .... verbo<strong>de</strong>n zijn.<br />
Maar we zijn in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw, en het met spot geeselen van een<br />
uitgemergel<strong>de</strong>n smulpaap was toén zeker niet onzinnig.<br />
Wij weten langzamerhand wel allemaal dat in die dagen een <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r<br />
geestelijkheid 't er niet naar gemaakt laad, zich er niet naar gedroeg,<br />
om van spot verschoond te blijven.<br />
Trouwens in dien tijd non men van alle zij<strong>de</strong>n tegen een stootje, en zeker<br />
tegen een grap, en met Carnaval was veel geoorloofd en weinig verbo<strong>de</strong>n.<br />
Wij twijfelen er geen oogenblik aan of Iheronimus Bosch heeft het Narre..<br />
schip gezien, niet in zijn .verbeelding, maar met zijn eigen Dogen.<br />
Want om zóó schoon een verbeelding te schil<strong>de</strong>ren, moet men ze gezien<br />
hebben. Bosch heeft het grijs van <strong>de</strong> pij, 't gebroken wit en 't zwart<br />
van <strong>de</strong> leap, 't heele gamma van het paars en het rood van <strong>de</strong> kleedij gezien.<br />
Hij heeft <strong>de</strong> verhitte tronies van <strong>de</strong> pretmakers goed opgenomen. Maar<br />
hij zag ook hei hout van <strong>de</strong> plank, <strong>de</strong> ron<strong>de</strong> radijzen met <strong>de</strong> afgeknipte<br />
staartjes op hei witgar<strong>de</strong>n bord, en <strong>de</strong> tinnen kroes.<br />
Dit en veel meer had hij gezien, toen al die werkelijkhe<strong>de</strong>n op vleugelen<br />
<strong>de</strong>r verbeelding wer<strong>de</strong>n gedragen tot een zoo schoon herinneringsbeeld, dat<br />
<strong>de</strong> beschouwer nu, na zooveel eeuwen, dat dagenlang niet meer Kwijtraakt.<br />
Hij nam het scheepje mee op <strong>de</strong> zwarte wateren <strong>de</strong>r vergetelheid. Op <strong>de</strong>n<br />
<strong>voor</strong>grond is het als een poel, op <strong>de</strong>n achtergrond lost het zich op als een<br />
meer ineen won<strong>de</strong>rlijk blauwgroene klaarte, waar <strong>de</strong> roze wimpel sprookjesschoon<br />
in wappert.<br />
Vreem<strong>de</strong> figuren nomen als duivelsverlokking uit het inktzwarte water<br />
op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond. Zij zijn angstig-echt van bewegingen type, maar <strong>voor</strong>al<br />
van fleur, die uitgeklee<strong>de</strong> Kerels met hun rood-verweer<strong>de</strong> gezichten. Eén<br />
heft er zwemmend, angstig <strong>de</strong>n loop boven water hou<strong>de</strong>nd, een coupe;<br />
't moet Kostbaar zijn 't vocht in dat tooverglas, want <strong>de</strong> zwemmer is<br />
doodsbenauwd er een druppel van te morsen.<br />
Werkelijkheid en sproke, natuur en verbeelding.<br />
Toen Bosch <strong>de</strong>n nar schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in zijn grijszij<strong>de</strong>n pall, zag hij in het<br />
gebrom<strong>de</strong> Kereltje een insect, <strong>de</strong> linten aan zijn rokje wor<strong>de</strong>n als voelhorens,<br />
34
<strong>de</strong> plooien in het buis als het schild-harnas van een gedierte, <strong>de</strong> kromming<br />
van <strong>de</strong>n rug als van een wesp.<br />
Toen hij in pleuren van brons en olijven <strong>de</strong>n boom schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in <strong>de</strong>n mast,<br />
zag hij er een gil op z'n nest big, en toen hip het hoen penseel<strong>de</strong> dacht lno<br />
aan thijm en peterselie, en <strong>de</strong> boschbessen die er bij gegeten moeten wor<strong>de</strong>n,<br />
en zij kwamen op het paneeltje.<br />
Maar met welke onzegbare pracht is dat alles geschil<strong>de</strong>rd ? 'i Felste<br />
karakter in <strong>de</strong> figuren is in uiterste verfijning van kleur en toon, en met<br />
groote Dracht in <strong>de</strong> penseelvoering uitgedrukt. Geen photo geeft van <strong>de</strong><br />
coloristische beteekenis van het werk ook maar een flauw beeld, misschien<br />
is echter op eene reproductie wel te zien hoe <strong>de</strong> kleine Doppen breed en groot<br />
gemo<strong>de</strong>lleerd zijn. Op neus, julibeen en <strong>voor</strong>hoofd, zitten van die typische<br />
„emp&temenfen" die <strong>de</strong> kenner <strong>voor</strong>al als het kenmerk van Bosch' techniek<br />
zou herbennen.<br />
Wij geldoven dat <strong>de</strong> naam „Iheronimus van Aken, gezegd Bosch." niet<br />
éen oeuvre <strong>de</strong>bt, en dat er zeer veelBosch'en zijn, die met meesterlheronimus<br />
niets te maken hebben.<br />
't Narreschip is niet alleen Ize'él zeker van <strong>de</strong>n grooten vijf tien<strong>de</strong>-eeuwschen<br />
realist, maar 't is een zeer sterk staal van zijn werk.<br />
Het is <strong>de</strong> Bossche praalwagen uit <strong>de</strong>n Carnavals-optocht, die hem hier bij <strong>de</strong><br />
werkelijkheid hield. Hier is hij <strong>de</strong> scherpe waarnemer, <strong>de</strong> schepper van het<br />
genrebeeld, dat over Breughel in Browner <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
Hollandsche „petits-maPtres" bereikt.<br />
Bijna twee eeuwen vóór fan Steen werd dus in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n op moraliseeren<strong>de</strong><br />
wijze, maar héél scherp, naar <strong>de</strong> natuur gezien, was <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r<br />
een weergaloos teekenaar van beweeglijke figuren, en was zijn netvlies<br />
verfijnd tot het opnemen van kleur en schakeering, en gevoelig <strong>voor</strong> harmonieën<br />
van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste, maar ook van <strong>de</strong> Drachtigste soort.<br />
Want het is niet in afgezwakte en vergrauw<strong>de</strong> nuance, maar in waarachtige<br />
kleur, dat Bosch <strong>de</strong> wereld ziet.<br />
In normalen tijd zou<strong>de</strong>n wij slechts naar <strong>de</strong> Vlaamsche zaal van het Rijksmuseum<br />
behoeven te gaan, om dit nog eens dui<strong>de</strong>lijk gewaar te wor<strong>de</strong>n.<br />
Daarhangteen prachtig plein werkje van B ro urne r, en een uitsteken<strong>de</strong> Teniers.<br />
David Terriers, die in zijn onwezenlijke hermissen zoo flauw is, en in<br />
zijn leege herbergen zoo vervelend Ilan zijn, is in <strong>de</strong> bedoel<strong>de</strong> „Bekoring<br />
van <strong>de</strong>n H. Antonius" vol fijnheid en distinctie, maar het is bijna een<br />
grisaille. Vergeleken met Brouwer, maar <strong>voor</strong>al met het Narreschip, is het<br />
schil<strong>de</strong>rijtje van Terriers „een v 1 uc ht in het grijze", en <strong>de</strong>monstreert<br />
overdui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> vermoeienis van het Vlaamsche land, na <strong>de</strong>n<br />
on<strong>de</strong>rgang van <strong>de</strong>n blon<strong>de</strong>n pleur- en lichtgod Rubens.<br />
35
Het „Narrenschip" heeft een drie-tal jaren in het Amsterdamsche museum<br />
op onze vijf tien<strong>de</strong>-eeuwsche sterke schil<strong>de</strong>rkunst, een nieuw licht geworpen.<br />
Er hangt in hetzelf<strong>de</strong> Museum een stuk, uit <strong>de</strong> school of een ou<strong>de</strong> Kopie naar<br />
een fragment van hef beroem<strong>de</strong> werk van Bosch te Lissabon, dat wij met<br />
<strong>de</strong> pracht van het Narreschip nog in <strong>de</strong> Dogen, an<strong>de</strong>rs zien. De ou<strong>de</strong> copie<br />
wordt <strong>de</strong>coratief, naast <strong>de</strong> treffen<strong>de</strong> atmosfeerschil<strong>de</strong>ring van „la nef <strong>de</strong>s<br />
fous." Ontneemt men <strong>de</strong>ze atmosfeerschil<strong>de</strong>ring aan een werk van onzen<br />
meester, dan heeft men <strong>de</strong> bloem er aan ontrukt, <strong>de</strong> parfum er van<br />
weggenomen.<br />
Reeds in <strong>de</strong> vijf tien<strong>de</strong> eeuw zag blijkbaar Iheronimus Bosch door onze<br />
waterrijke luchten, het licht gefilterd tot iets zéér }kostbaars.<br />
De zui<strong>de</strong>rlingen had<strong>de</strong>n altijd te veel licht, <strong>voor</strong> hen was het kopergeld<br />
gewor<strong>de</strong>n. Maar bij ons in het Noor<strong>de</strong>n waar, ook mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n zomer<br />
<strong>de</strong> zon ons zoo <strong>voor</strong>zichtig be<strong>de</strong>elt, komt het licht door onze zware regenluchten,<br />
tot ons als een gou<strong>de</strong>n kostbaarheid.<br />
Onze schil<strong>de</strong>rs gingen dan ook, en blijkens het „Narreschip" niet alleen<br />
in onze zeventien<strong>de</strong> eeuw, met <strong>de</strong>ze e<strong>de</strong>le stof om als alchimisten, trotsch<br />
op dat goud, dat zij op hun palet <strong>de</strong> natuur wisten te ontwringen.<br />
Zóó ver is <strong>de</strong> „vroege" Bosch nog niet als hij <strong>de</strong> „Bruiloft te Cana"<br />
schil<strong>de</strong>rt, wél echter ontbeert hij Zuid-Ne<strong>de</strong>rlandsche zwier, en toont een<br />
eer<strong>de</strong>r Hollandsche rechtzinnige stijfheid, in <strong>de</strong>n trant van Bouts. Zijn<br />
figuren, en dit schijnt karakteristiek <strong>voor</strong> het Noord-Ne<strong>de</strong>rlandsche, behou<strong>de</strong>n<br />
op het eind <strong>de</strong>r vijf tien<strong>de</strong> eeuw, het eer<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>leeuwsche horten<strong>de</strong> en<br />
stooten<strong>de</strong> rhythme. De ongesloten compositie van het schil<strong>de</strong>rij dat nu<br />
in hef Boymansmuseum hangt, geeft blijk van een onbevangen natuurobservatie,<br />
even karakteristiek als <strong>de</strong> strakheid en <strong>de</strong>, — ook geestelijke, —<br />
gewrichtsstijfheid zijner figuren.<br />
Van Rotterdam naar Madrid ligt <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n he<strong>de</strong>ndaagschen beschouwer<br />
niet alleen een groote letterlijke afstand, maar geestelijk zijn <strong>de</strong> meesterstukken<br />
„<strong>de</strong> Hooiwagen" en „<strong>de</strong> Tuin <strong>de</strong>r lusten" wel zeer verwij<strong>de</strong>rd<br />
van <strong>de</strong> „Bruiloft" te Rotterdam. In het Escoriaal geeft <strong>de</strong> visionnaire<br />
Bosch zijn rijkste werken. Een fantasie, slechts in haar vormen door <strong>de</strong><br />
diepste en nauwgezetste natuurbestu<strong>de</strong>ering gebrei<strong>de</strong>ld, treedt hier en ook<br />
in het groote altaarstuk : „<strong>de</strong> Verzoeking van St. Antonius" te Lissabon,<br />
aan het licht ; 'n hallucinatie in <strong>de</strong> koorts van <strong>de</strong>n doodsstrijd <strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>leeuwsche<br />
wereld geboren en met <strong>de</strong> schijnbaar rustigste zekerheid<br />
naverteld, een volstrekt uniefverschijnsel in <strong>de</strong> Europeesche schil<strong>de</strong>rkunst!<br />
Trouwens in geen an<strong>de</strong>re <strong>de</strong>r kunsten heeft een zoo samengesteld<br />
verfijnd wezen. zijn benauwenissen weten te uiten. Vooral in „<strong>de</strong> Tuin <strong>de</strong>r<br />
lusten" onttrekt Bosch zich aan elke vergelijking, en is zijn fantasie van<br />
36
z00'h imarltjk eigen-aard, i ij oo p1aats en tijdloos, dat zij zeker<br />
niet met <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n bizar en burlesk wordt omschreven.<br />
In het bizarre en in het burleske is <strong>de</strong> Bossche meester misschien het eerst<br />
en het langst gewaar<strong>de</strong>erd. Als wij in Huizinga's Herfstij <strong>de</strong>r Mid<strong>de</strong>leeuwen<br />
lezen : „Het Breughelsche element is in <strong>de</strong> kunst omstreeks 1400<br />
reeds ten volle aanwezig", dan h eeft hij zeker gelijk, te wijzen op Melchior<br />
Broe<strong>de</strong>rlam, <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r die, na schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n Vlaamschen<br />
Graaf Lo<strong>de</strong>wijk van Male te zijn geweest, big diens schoonzoon <strong>de</strong>n eersten<br />
hertog van Bourgondië in dienst kwam.<br />
Te Dijon geeft l3roe<strong>de</strong>rlam's werk van wat Huizinga noemt het „breugheleske",<br />
reeds zéér vroeg blijk in <strong>de</strong> vijf tien<strong>de</strong> eeuw. Maar het mag<br />
verwon<strong>de</strong>ring baren, dat <strong>de</strong> schrijver van het populaire boek over <strong>de</strong> late<br />
mid<strong>de</strong>leeuwen niet rept van Iheronimus Bosch, die tusschen Broe<strong>de</strong>rlam en<br />
Breughel in met zijn „diableries" en „dróleries" zeer karakternol in staat.<br />
Tot <strong>de</strong> soort werken waarin het genreachtige werd aangezet tot het<br />
burleske, behoort het schil<strong>de</strong>rij <strong>de</strong> „Kruisiging" in het Museum te Gent,<br />
in zooverre als <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r naar <strong>de</strong> levendigheid van zijn temperament,<br />
in sterke dramatiek, toch onmid<strong>de</strong>llijk naturalistisch is. In dit werk is<br />
hij een <strong>de</strong>r va<strong>de</strong>ren van het bree<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche realisme, zooals zich<br />
dat in <strong>de</strong>n loop <strong>de</strong>r volgen<strong>de</strong> eeuwen zou uitzetten. Dit neemt echter niet<br />
weg dat Bosch in „<strong>de</strong> Kruisgang" en aanverwante werken, volop moraliseerend<br />
is.<br />
Op <strong>de</strong> wijze van <strong>de</strong> late-mid<strong>de</strong>leeuwen houdt <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n beschouwer<br />
een spiegel <strong>voor</strong>, in het schrijnen<strong>de</strong> tafereel van Christus' bespotting op <strong>de</strong>n<br />
lij<strong>de</strong>nsweg. Het is meer naar <strong>de</strong>n geest van dien tijd <strong>de</strong> menschen het boosaardig<br />
afschrikken<strong>de</strong>, dan het goe<strong>de</strong> aanlokkelijke <strong>voor</strong> te hou<strong>de</strong>n.<br />
In al <strong>de</strong> werken, die zich wat karakter betreft, om het Gentsche schil<strong>de</strong>rij<br />
groepeeren, dringt zich <strong>voor</strong>al op : Ziet menschen, zoo boosaardig verachtelijk<br />
zijn wij I Pas daarna wordt men het gewaar : Zoo e<strong>de</strong>l, zoo<br />
lijdzaam was <strong>de</strong> Christus!<br />
Welke zijn nu die werken, die tot <strong>de</strong> serie <strong>de</strong>r lij<strong>de</strong>nsgeschie<strong>de</strong>nis behooren ?<br />
Wij hebben dan een Ecce Homo schil<strong>de</strong>rij uit <strong>de</strong> vroegere collectie Kaufmann<br />
te Berlijn, nu te Frankfort in het Stä<strong>de</strong>lsche Kunstinstituut. Het accent<br />
valt geheel op het spotten<strong>de</strong> volk.<br />
Op een klein vierkant schil<strong>de</strong>rij in het Escoriaal is <strong>de</strong> prachtige Christus<br />
meer hoofdpersoon, en het geheel meer mid<strong>de</strong>leeuwsch.<br />
Op <strong>de</strong> „Doomenkroning" te Antwerpen treffen <strong>de</strong> realistisch schoone<br />
Doppen rondom <strong>de</strong>n hoofdpersoon wel het meest, <strong>de</strong> Christus is er glad-af<br />
onbedui<strong>de</strong>nd. Dat is Hij eigenlijk ook op <strong>de</strong> ron<strong>de</strong> „Bespotting" in het<br />
Escoriaal. Uit dat werk, dat met kleine variaties in een drieluik in het<br />
37
zelf<strong>de</strong> Spaansché Museum te zien is, tusschen rechts een „Gevangenneming"<br />
en links een ,yGeeseling van Christus", herinnert men zich <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> hevige<br />
beweging van <strong>de</strong> gepantser<strong>de</strong> vuist van <strong>de</strong>n sol<strong>de</strong>nier, en van dien an<strong>de</strong>re,<br />
die met een stok <strong>de</strong> doornenkroon in Jezus' hoofd drukt, en hierbij zich<br />
met een been op een tafel steun geeft.<br />
En dan is er die zeer bijzon<strong>de</strong>re „Veriooning van Christus aan het volk"<br />
in <strong>de</strong> collectie G. Johnson te Phila<strong>de</strong>lphia, waar meer ruimte in is en waar,<br />
op een estra<strong>de</strong> van barokke architectuur, Jezus te schan<strong>de</strong> staat.<br />
Hier is Bosdi <strong>de</strong> <strong>voor</strong>ganger van Lucas van Lei<strong>de</strong>n, terwijl <strong>de</strong> gravure van<br />
Lucas, waar wij op doelen, haar vervolg en glorieuze beëindiging vindt in<br />
Rembrandts beroem<strong>de</strong> ets : „Christus aan het volk vertoond."<br />
Op het schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong> Kruisdroging" uit <strong>de</strong> verzameling Léon Cordon te<br />
Brussel, grijpt ons <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> figuur van <strong>de</strong>n boer die Christus het Kruis<br />
helpt dragen. De eieren waarme<strong>de</strong> Simon van Cyrene naar <strong>de</strong> stad toog<br />
om ze te verkoopen, hangen in een mandje op zijn rug, en zijn echte boerengezicht<br />
is in alle opzichte Breughel waardig. Ook op <strong>de</strong> „Christus <strong>voor</strong><br />
Pilatus" in het Princeton Art Museum te New- Jersey, zijn het <strong>de</strong> schriftgeleer<strong>de</strong>n<br />
en oversten <strong>de</strong>s vollis met ringen in neus, boven- en of on<strong>de</strong>rlip, die<br />
<strong>de</strong> aandacht vasthou<strong>de</strong>n.<br />
Op het Gentsche schil<strong>de</strong>rij zijn <strong>de</strong> twee elementen <strong>de</strong> bul<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> beulen<br />
het schoonst verbon<strong>de</strong>n. In <strong>de</strong> opeengedrongen compositie is in <strong>de</strong> bijeenvoeging<br />
<strong>de</strong>r karakterkoppen, <strong>de</strong> stuwing van <strong>de</strong>n opgang ter gerechtsplaats<br />
bewaard, en te mid<strong>de</strong>n van al <strong>de</strong> opgezweepte karakters is <strong>de</strong> Jezusfiguur<br />
stil. Maar geenszins onbedui<strong>de</strong>nd. Te mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r joelen<strong>de</strong> en schel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
menigte wordt het Lam ter slachtbank gevoerd, tusschen <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> boeven,<br />
die met hem gekruisigd wor<strong>de</strong>n. De gelijkenis tusschen <strong>de</strong>n „goe<strong>de</strong>n moor<strong>de</strong>naar"<br />
en ,Jezus is wel zeer treffend, terwijl <strong>de</strong> verstokte zondaar op het<br />
<strong>voor</strong>plan van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij met zijn karikaturaal profiel geheel opgaat, —<br />
en hoe hevig van uitdrukking ook, —schuil gaat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> jouwen<strong>de</strong> menigte.<br />
Geheel links on<strong>de</strong>r vin<strong>de</strong>n wij twee vrouwenkoppen, waarvan <strong>voor</strong>al die<br />
van Veronica on<strong>de</strong>r haar sluier van wisselen<strong>de</strong> pleuren (groen-blauw-geel)<br />
met <strong>de</strong>n zweetdoek, waarop Jezus aangezicht werd afgedrukt, bijzon<strong>de</strong>r<br />
treffend is.<br />
En hoe belangrijk zijn <strong>de</strong> karakterkoppen <strong>de</strong>r beulen, schriftgeleer<strong>de</strong>n en<br />
phariseeën, en slechts Leonardo da Vinci zal met evenveel overtuiging in<br />
<strong>de</strong>n zelf<strong>de</strong>n tijd studies maken, waarin hij <strong>de</strong> juistheid <strong>de</strong>r expressie zoekt<br />
door haar te overdrijven.<br />
Een van Bosch' oudste biografen Don Felipe <strong>de</strong> Caevara schreef reeds :<br />
„bij zijn dood verkeer<strong>de</strong> men door <strong>de</strong> vele werken van imitatoren in grootera<br />
twijfel omtrent <strong>de</strong> echtheid zijner schil<strong>de</strong>rijen", maar ook ik durf vol te<br />
38
hou<strong>de</strong>n dat Bosch nooit iets onnatuurlijks in zijn leven geschil<strong>de</strong>rd heeft,<br />
met uitzon<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> dingen, in hel en vagevuur."<br />
Op <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij in Gent staat, al is alles er ook sterk nadrukkelijk, niets<br />
onnatuurlijks.<br />
Ziet <strong>de</strong> uitpuilen<strong>de</strong> Dogen <strong>de</strong>r kriischen<strong>de</strong> mannen tegenover <strong>de</strong>n moor<strong>de</strong>naar<br />
op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, of kijkt naar <strong>de</strong>n monnik rechts boven, vlak <strong>voor</strong><br />
het lij<strong>de</strong>n<strong>de</strong>, gelaten gezicht van <strong>de</strong>n rouwmoedigen zondaar, <strong>de</strong> weinige<br />
haren, die <strong>de</strong> tonsuur hem liet, rijzen in woe<strong>de</strong> te Berge.<br />
In een vizieriielm, die men uitbundig zou willen noemen, gaat het vette<br />
.glimmen<strong>de</strong> gezicht van een zelfgenoegzamen krijger schuil, <strong>de</strong> snorren<br />
opgedraaid als bij een „miles gloriosus" past. Naast hem staat een herel met<br />
<strong>de</strong> muts van een toovenaar, <strong>de</strong> rand met sterretjes bezaaid, en <strong>de</strong> punt<br />
verloopt in een staart als van een komeet. Er is een beul met een pleister<br />
op zijn loop, waarvan Carel van Man<strong>de</strong>r schreef, dat het een portret was<br />
van een berucht leelijken sergeant uit Haarlem ..<br />
't Is een gelukkige omstandigheid dat een tiental jaren terug een ,,Judas<br />
kus" in het Rijksmuseum kwam, die ons van dézen Bosch een <strong>de</strong>nkbeeld<br />
geven lean.<br />
Maar zelfs wij, menschen van een tijd die toch in <strong>de</strong> letterkun<strong>de</strong> en <strong>de</strong><br />
muziek wendingen naar het fantastische hebben Dunnen volgen, zijn nog<br />
betrekkelijk onbekwaam om <strong>de</strong>n hédlen Bosch te omvatten.<br />
Martin Schongauer moge hem, met min<strong>de</strong>r fantasie, met een „pijniging<br />
van St. Antonius" <strong>voor</strong>afgaan, <strong>de</strong> Goya van <strong>de</strong> „Caprichos", <strong>de</strong> „Desastres"<br />
en <strong>de</strong> „Tauromaquia," moge hem in <strong>de</strong>n aanvang van <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong><br />
eeuw met min<strong>de</strong>r beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> bracht vervolgen, het Noord-Brabantsch genie,<br />
in ellen zin een duivelskunstenaar, staat als een hoog en grillig gebergte<br />
in <strong>de</strong> Europeesche lunst.<br />
Mid<strong>de</strong>leeuwer, heeft hij <strong>de</strong> laatste achten<strong>de</strong>rtig jaar van zijn lenen<br />
me<strong>de</strong>gewerkt aan <strong>de</strong>n bouw van Ne<strong>de</strong>rlands schoonste Cathedraal. De<br />
bouwmeester Duhameel lean niet an<strong>de</strong>rs dan hem geraadpleegd hebben<br />
bij versiering van <strong>de</strong> lichtbogen van een zijschip, boertige kogels die<br />
uniek zijn in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> gothiek. Voor <strong>de</strong> 0. L. Vrouwe<br />
kapel teeken<strong>de</strong> Bosch glasramen. Bij het vertrek van <strong>de</strong> geestelijkheid<br />
in 1629, veroorloof<strong>de</strong> Fre<strong>de</strong>rik Hendrik <strong>de</strong> evacuatie van zes schil<strong>de</strong>rijen<br />
uit <strong>de</strong> kerk ; zij gingen verloren.<br />
Een <strong>de</strong>el van zijn oeuvre, wij schreven het reeds, is tijd en plaatslocs.<br />
Philips 11, <strong>de</strong> beste kunstpenner on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vorsten van zijn tijd,<br />
voel<strong>de</strong> zich mogelijk verwant aan Bosch' genius. Zijn won<strong>de</strong>rlijkste<br />
schil<strong>de</strong>ringen Kwamen on<strong>de</strong>r dien vorst, maar ook on<strong>de</strong>r diens Kleinzoon<br />
39
Philips IV naar Spanje. Misschien zijn „<strong>de</strong> Droomen" van Francesco<br />
<strong>de</strong> Quevedo <strong>de</strong> meest directe litteraire neerslag van Bosch' schil<strong>de</strong>rijen in<br />
Spanje. In die werken schiep hij in waarheid visionaire vormen. Want<br />
vóór <strong>de</strong> microscoop en het diepzeeon<strong>de</strong>rzoek, schiep hij intuitief een flora<br />
en een fauna die eeuwen later ten <strong>de</strong>ele zou blijken te bestaan.<br />
Maar zijn figuren kunnen toch ook „recht en slecht" zijn als die van<br />
Bouts, en <strong>de</strong> Hollandsche gave om alles, ook het heilige dichtbij te trekken<br />
en in het dagelijksch leven over te brengen, heeft hij in hooge mate bezeten.<br />
Zij spreekt uit <strong>de</strong> „Driekoningen" te Madrid, maar niet min<strong>de</strong>r uit „<strong>de</strong><br />
Verloren Zoon" te Rotterdam, waar zijn Ne<strong>de</strong>rlandsch genie, in eenvoud,<br />
met died natuurgevoel en onnavolgbare kun<strong>de</strong>, <strong>de</strong>n weg vrijmaakte <strong>voor</strong><br />
het Brabantsche genie <strong>de</strong>r volgen<strong>de</strong> eeuw : Boeren B r e u g h e 1.<br />
40
IV.<br />
DE ZESTIENDE EEUW. — De „nieuwe zoete stal" komt<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n binnen. Lucas van Lei<strong>de</strong>n<br />
en fan van Scorel.<br />
ij zagen in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw een rijke school van schil<strong>de</strong>rs<br />
in Vlaan<strong>de</strong>ren een verblin<strong>de</strong>nd schoone werkzaamheid<br />
tentoonsprei<strong>de</strong>n. De <strong>de</strong>ftige hoveling van Eyck moge allen met het sterke<br />
realisme van zijn machtige portretkunst overtreffen, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren hebben<br />
allen, met een eigen karakter, bijzon<strong>de</strong>re beteekenis in wat toch aandoet<br />
als een gesloten school. Rogier van <strong>de</strong>r Weg<strong>de</strong>n is meer naar het religieuspathetische<br />
gericht, <strong>de</strong> zg. Meester van Flémalle meer naar <strong>de</strong> intimiteit,<br />
Dirk Bouts heeft meer schuchterheid en ascese, Hugo van <strong>de</strong>r Goes neigt<br />
meer naar het ruimtelijk-barokke, Memling naar het legendarische en<br />
Gerard David naar het poëtische. Wij zagen nuchteren Hollandschen zin<br />
bij Geertgen en visionaire fantasie bij Iheronimus Bosch. Maar allen te<br />
zamen geven zij aan <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche vijf tien<strong>de</strong> eeuw een luister, die niet<br />
on<strong>de</strong>rdoet <strong>voor</strong> het Italiaansche Quattrocento.<br />
In <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw gaat dit an<strong>de</strong>rs wor<strong>de</strong>n. Aarzelen wij in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong><br />
eeuw in het geven van onze hoogste bewon<strong>de</strong>ring tusschen Noord en Zuid,<br />
tusschen Vlaan<strong>de</strong>ren en Italië, in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> is er geen aarzeling meer<br />
mogelijk: zij is <strong>de</strong> eeuw van land en volk, dat met <strong>de</strong> groote genieën van<br />
Florence, Rome en Venetië, het beel<strong>de</strong>nd vermogen tot <strong>de</strong> hoogste hoogte<br />
heeft opgestuwd.<br />
De groote figuren waarin Italië aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong> eeuw haar<br />
beteekenis ten toon spreidt, moesten in het Noor<strong>de</strong>n wel aller Dogen tot<br />
zich trekken en, in het algemeen tot scha<strong>de</strong> van hun lunst, <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lingen<br />
tot nabootsing dwingen. Er ontstaat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunstenaars een<br />
„romanisme" dat zich <strong>de</strong> verovering van het Italiaansche intellectualisme<br />
wil toeeigenen, en <strong>de</strong> gebaren <strong>de</strong>r Italiaansche figuren imiteert, zon<strong>de</strong>r dat<br />
41
zij <strong>de</strong> uitdrukking zijn van het noor<strong>de</strong>lijk gevoel, en ze daardoor overdrijf t<br />
tot <strong>de</strong> caricatuur. Zij geven eigen kleurdiepte prijs <strong>voor</strong> lichtere en Drachtiger<br />
harmonieën, die niet van onze streken zijn. Hoe Italiaanscher zij zich<br />
tonnen, als <strong>de</strong>s te „mo<strong>de</strong>rner" wor<strong>de</strong>n zij gewaar<strong>de</strong>erd door <strong>de</strong> litterair<br />
geschool<strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke humanisten.<br />
De Vlaamsche manieristen „zien" niet zelf, maar teekenen „<strong>de</strong>nkend"<br />
naar <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>. Bij veel beweging in <strong>de</strong> figuren, is er geen waar leven in <strong>de</strong><br />
composities van Barend van Or le y of van zijn leerling P ie t er<br />
C o e c h van A e 1st. Zij geven <strong>de</strong>n eigen meer gesloten aard en eigen<br />
on<strong>de</strong>rwerpen prijs, in gemaniereer<strong>de</strong> tafereelen met mythologischen inhoud,<br />
als 'n Jan Co s s a e r t van Ma b u s e. Eenvoud gaat verloren <strong>voor</strong><br />
onechten wereldschen zwier, als bij Michel Co x ie of Frans Fio r i s.<br />
De laatste Bruggenaar Jan Provoost tracht van <strong>de</strong> school te red<strong>de</strong>n<br />
wat er van te red<strong>de</strong>n valt, terwijl Lance lo t B 1 o n d e e 1 Italiaansche<br />
ornamenten nabootst met een ijver, een betere zaak waardig... .<br />
De Renaissance in het Noor<strong>de</strong>n komt niet als die in Italië, om <strong>de</strong> bijkans<br />
verbroken ban<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> natuur weer aan te knoopen. Door stereotiepe<br />
herhaling on<strong>de</strong>r Byzantijnschen invloed, was in <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>leeuwen in Italia<br />
<strong>de</strong> Dunst van „<strong>de</strong> heelding" verloren gegaan, en in ie<strong>de</strong>r geval niet bij machte<br />
geweest <strong>de</strong> nieuwe volkeren in die kunst te scholen. Na eeuwen van diepe<br />
inzinking, waarin <strong>de</strong> kunst van liet „teel<strong>de</strong>n" in <strong>de</strong> plaats trad van die <strong>de</strong>r<br />
„heelding", wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n weer rijp, en zijn <strong>de</strong> kunstenaars het hellenistisch<br />
niveau in Italië weer gaan na<strong>de</strong>ren. Wel eeuwen heeft het geduurd<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> barbarenvolken zich met oneindigen studiezin Deer<strong>de</strong>n naar <strong>de</strong><br />
uitbeelding <strong>de</strong>r werkelijkheid; <strong>de</strong> Renaissance in Italië is min<strong>de</strong>r een<br />
weerkeer tot <strong>de</strong> klassieken, dan een gang naar <strong>de</strong> natuur.<br />
In <strong>de</strong> lage lan<strong>de</strong>n is er van aanknoopen van verbroken ban<strong>de</strong>n met <strong>de</strong><br />
natuur geen sprake, eer<strong>de</strong>r het tegen<strong>de</strong>el.<br />
Die ban<strong>de</strong>n waren geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw zoo hecht als zij ooit<br />
ergens geweest zijn. Maar <strong>de</strong> zin <strong>voor</strong> een nieuw en bree<strong>de</strong>r leven oefen<strong>de</strong><br />
een bekoring die, aan het eind van een wereld, wij zagen dit in Iheronimus<br />
Bosch, <strong>de</strong> beste geesten open<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n zui<strong>de</strong>lijken invloed, <strong>voor</strong>al als hij<br />
zich aandien<strong>de</strong> in <strong>de</strong> wereldomvatten<strong>de</strong> wijsheid van da Vinci, in <strong>de</strong> serene<br />
harmonie van Rafaël, in <strong>de</strong> christelijke zelfkwelling van Michel Angelo,<br />
of in <strong>de</strong> zinnenbedwelmen<strong>de</strong> kleurenweel<strong>de</strong> van Titiaan.<br />
Reeds in <strong>de</strong> portretten van <strong>de</strong>n aanvang <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong> eeuw, in <strong>de</strong> lage lan<strong>de</strong>n,<br />
zien wij <strong>de</strong> rustige zekerheid van het vorige tijdvak verloren, <strong>de</strong> bid<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
mensch is <strong>de</strong> lezen<strong>de</strong> man gewor<strong>de</strong>n, er is niet meer <strong>de</strong> rustige harmonische<br />
geestesgesteldheid <strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>leeuwen. Wij zien <strong>de</strong>n zestien<strong>de</strong>-eeuwer op<br />
zijn portretten door vreemd gerucht gestoord, maar ook: <strong>de</strong> bewustwording<br />
42
Portret van Pieter Coeck, geb, te Aelst 1502, f te Brussel 1550.<br />
Gravure van Jerome Wierix, uitgegeven in 1572 door Jerome Cock.<br />
staat hem op <strong>de</strong> trekken te lezen; hij ziet een wereld on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Dogen,<br />
die door <strong>de</strong> stoutmoedigheid van zeevaar<strong>de</strong>rs en natuurvorschers oneindig<br />
ruimer is gewor<strong>de</strong>n.<br />
43
Indien wij meen<strong>de</strong>n in Vlaan<strong>de</strong>ren slechts verlies te boelen, zou<strong>de</strong>n wij ons<br />
vergissen. Bij <strong>de</strong>n aanvang <strong>de</strong>r eeuw reeds is er te Antwerpen een meester<br />
die een, zij het <strong>voor</strong>loopige harmonie, tusschen Noord en Zuid vindt:<br />
Q u i n ten M a t s ij s. Juist een eeuw <strong>voor</strong> Rubens zal hij <strong>de</strong> bruiloft<br />
tusschen Italië en Vlaan<strong>de</strong>ren inzetten.<br />
In een werk als <strong>de</strong> vermaar<strong>de</strong> „Nood Gods"-tryptiek, tusschen 1588 en' 9Y<br />
<strong>voor</strong> het gil<strong>de</strong> <strong>de</strong>r schrijnwerkers van zijn va<strong>de</strong>rstad gemaakt, geeft hij<br />
het vroege uur van <strong>de</strong> verbintenis van noor<strong>de</strong>lijk karakter en zui<strong>de</strong>lijke<br />
schoonheid, zooals Rubens het late uur van <strong>de</strong>ze samensmelting zal zijn.<br />
Wij behoeven op <strong>de</strong>n „Nood Gods" te Antwerpen in het Museum, <strong>de</strong>n<br />
diep <strong>de</strong>erniswekken<strong>de</strong>n Christushop maar te bezien, om overtuigd te<br />
zijn dat <strong>de</strong> Vlaming zijn mysticisme niet opoffer<strong>de</strong>. 't Christus lichaam<br />
geeft in zijn drastische lijkstijfheid een prachtig <strong>voor</strong>beeld van sterfrealisme,<br />
maar toch is vergeleken met Rogier v. d. Weg<strong>de</strong>n, Matsijs' werk vermild,<br />
en in <strong>de</strong>n samenklank van <strong>de</strong> geheele groep leeft een monumentaliteit<br />
van Italiaansche huize. De Fleur mag dan wat ingeboet hebben in Dracht,<br />
zij on<strong>de</strong>rging vanuit het Zui<strong>de</strong>n een merkbare vertee<strong>de</strong>ring. Om <strong>de</strong> Doppen<br />
<strong>de</strong>r vrouwen waart het geestelijk geheimzinnige van Leonardo da Vinci,<br />
door Matrijs bijzon<strong>de</strong>r bestu<strong>de</strong>erd. Hoe boeiend zijn ook <strong>de</strong> zijluiken:<br />
<strong>de</strong> beulen op het linkerpaneel zijn herels als Shakespeare ze ter stoffeering<br />
zijner drama's aanwend<strong>de</strong>. Salome, op <strong>de</strong>n rechtervleugel is in haar<br />
Italiaansche kleedij betooverend pervers. Toen Quinten <strong>de</strong> steenera kruik,<br />
<strong>de</strong> vlammen<strong>de</strong> takkenbosschen of <strong>de</strong> rijke brocaatstof op het an<strong>de</strong>re zijluik<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, bena<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> ziel <strong>de</strong>r dingen, drupte hij <strong>de</strong> stof uit, als<br />
zijn vijf tien<strong>de</strong>-eeutvsche <strong>voor</strong>gangers en als <strong>de</strong> „kleine meesters" <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw het hem niet verbeter<strong>de</strong>n.<br />
Wen<strong>de</strong>n wij onze blikken naar Holland, dan zien wij on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kunstenaars<br />
die niet <strong>de</strong> reien <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rs te Antwerpen zijn gaan dichten,<br />
maar in het Noor<strong>de</strong>n verbleven, een langzamer prijsgeven van <strong>de</strong> gothische<br />
elementen en een, aanvankelijk, min<strong>de</strong>re geestdrifthet Italiaansche <strong>voor</strong>beeld<br />
te volgen. Wij zien dit zeer dui<strong>de</strong>lijk op <strong>de</strong> vleugels van het hoogaltaar<br />
van <strong>de</strong> St. Nicolaaskerk te Calcar, van Jan J o e s t , een schil<strong>de</strong>r<br />
die van 1518 tot 1529 in ie<strong>de</strong>r geval te Haarlem werkte. Met heel veel<br />
goe<strong>de</strong>n wil heeft men in zijn werk Benige verwantschap kunnen speuren<br />
met Geertgen en met Bosch. Hij schijnt ons toch <strong>voor</strong>al een vijf tien<strong>de</strong> eeuwer<br />
die veel heeft gereisd, sommige zijner koppen zijn sterk geindividualiseerd,<br />
an<strong>de</strong>re, zeer verschillend beinvloed en gei<strong>de</strong>aliseerd. Waarschijnlijk is<br />
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> kunstenaar bekend on<strong>de</strong>r twee an<strong>de</strong>re namen, die van j u a n<br />
d e Ho 11 a n d e, schil<strong>de</strong>r van een altaar in <strong>de</strong> Cathedraal te Palencia,<br />
44
hem te Brussel in 1505 door <strong>de</strong>n Bisschop Juan <strong>de</strong> Fonseca besteld, en<br />
die van Jan <strong>de</strong>r N ie d e r 1 an d e r, die van 1491 tot '94 te Wittenberg<br />
zou gewerkt hebben.<br />
Een dui<strong>de</strong>lijker omschreven figuur is Jan Mo s t a e r t die, naar <strong>de</strong><br />
getuigenis van Van Man<strong>de</strong>c, hofschil<strong>de</strong>r van Margaretha van Oostenrijk<br />
zou geweest zijn. Nu wordt vrijwel aangenomen dat hij tot ongeveer zijn<br />
vijf en vijftigste jaar te Haarlem, waar hij omstreeks 1475 geboren zou zijn,<br />
werkte, om daarna bij <strong>de</strong> opvolgster van Margaretha, Maria van Hongarije<br />
in dienst te tre<strong>de</strong>n.<br />
Zijn groote altaarwerk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Sint Bavo is verloren maar uit zijn te<br />
Brussel, Amsterdam en Kopenhagen bewaar<strong>de</strong> sacrale werk bomt een<br />
onrustig componeeren<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r ons tegen, zon<strong>de</strong>r groote aantrekkelijkheid.<br />
Zijn portretten lijken ons het beste <strong>de</strong>el van zijn werk, en bewon<strong>de</strong>ring<br />
hunnen wij geven aan het portret van een hoogera heer in hermelijnomzetten<br />
mantel, met grijze handschoenen, tegen een achtergrond, waar, van een<br />
gothische steunbeer tot een Venetiaansche daktuin, alles bijeengebracht<br />
werd, wat <strong>de</strong> tijdgeest in <strong>de</strong> bouwkunst als mo<strong>de</strong>rn ervoer. Die architectuur<br />
gaat over in een landschap met, boven in <strong>de</strong> lucht, het visioen van <strong>de</strong> Tibur.<br />
tijnsche Sibylle. Maar al dit „tijdsche" kan <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van hef eeuwige<br />
in hef stille gelaat van <strong>de</strong>n geportretteer<strong>de</strong>n, en zijn <strong>voor</strong>name elegante<br />
terughou<strong>de</strong>ndheid, zoomin aantasten als het ons het genot dat <strong>de</strong> kleur<br />
biedt, be<strong>de</strong>rven lean.<br />
Meer karakteristiek Hollandsch dan Mostaert, kwamen <strong>de</strong> werken van<br />
<strong>de</strong>n „Braunschweiger Monogrammisten" <strong>de</strong> kunstgeleer<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>.<br />
Nu wordt een schil<strong>de</strong>r die in <strong>de</strong> „Stá<strong>de</strong>lsche Galerie" te Frankfort een<br />
„slecht gezelschap" schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, zon<strong>de</strong>r terughouding naturalistisch, en die<br />
met veel zin <strong>voor</strong> het pittoreske <strong>de</strong>tail <strong>de</strong> eerste Hollandsche (slechte)<br />
ze<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r is, Jan v an A ms t e 1 genoemd. Men neemt aan dat<br />
hij, omstreeks 1500 geboren, van 1527 te Antwerpen werkte, zijn naam<br />
wijst echter naar Amsterdam dat nog een uiterst beschei<strong>de</strong>n rol speel<strong>de</strong> in<br />
het leven van het Noor<strong>de</strong>n. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n rook van <strong>de</strong> latere wereldstad was<br />
vóór 1470 te Oostsanen Jacob C o r n e 1 i s z geboren. Van <strong>de</strong>n Zaan<br />
gekomen, zal hij aan <strong>de</strong>n Amstel een groote werkzaamheid ontplooien.<br />
Zel<strong>de</strong>n zal uit een drietal werken van een kunstenaar een dui<strong>de</strong>lijker beeld<br />
van <strong>de</strong>n aard en van <strong>de</strong> ontwikkeling van zijn kunst oplichten, als dit<br />
het geval is in het Rijksmuseum, waar een Calvariënberg, een fragment<br />
van een altaarstuk, en „Saul bij <strong>de</strong> hels van Endor" bijeenhangen.<br />
De Calvariënberg geeft een compositie van talrijke figuren rond <strong>de</strong>n ge.<br />
kruisig<strong>de</strong>n Christus. Hei werk herinnert er aanstonds aan dat Cornelisz<br />
van Oostsanen ,uóór 1470 geboren moet zijn. Zijn schil<strong>de</strong>rij is als een<br />
45
gouddoorweven wandtapijt, en hoewel verschillen<strong>de</strong> vrouwenfiguren<br />
nieuwmodisch, d.w.z. Italiaansch gekleed zijn, is het ineengedrongen passieverhaal<br />
mid<strong>de</strong>leeuwsch verhalend gedaan. Is dit een werk uit <strong>de</strong>n aanvang<br />
van zijn werkzaamheid, „Saul" moet er het ein<strong>de</strong> van zijn. De bijna<br />
naakte hels op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, omgeven door haar helpsters, bezig met<br />
tooverkunsten, staat on<strong>de</strong>r zoo directen invloed van <strong>de</strong> Renaissance, in haar<br />
hooggin vorm in Italië, dat het <strong>voor</strong> <strong>de</strong> hand ligt dat van Oostlanen in dit<br />
werk geheel on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n indruk is van zijn, na een langdurig verblijf te<br />
Rome, weergekeer<strong>de</strong>n genialen leerling fan van Scorel.<br />
't Meest getroffen wor<strong>de</strong>n wij zeker <strong>voor</strong> het fragment van een altaarstuk<br />
waar <strong>de</strong> portretten van <strong>de</strong> knielen<strong>de</strong> schenkers, 'n burgemeester en schepenen<br />
van Amsterdam, een hoog <strong>de</strong>nkbeeld geven van Oostsanen's rustigen blip op<br />
<strong>de</strong> werkelijkheid, en van zijn palet. De rechterhoek van het fragment<br />
is gevuld met <strong>de</strong>n sleep van het gewaad <strong>de</strong>r Madonna; achter het hoof d<br />
van <strong>de</strong>n schenker wijst een stuk blauwen mantel op een patroonheilige.<br />
Het fragment is dui<strong>de</strong>lijk <strong>de</strong> rest van een beeldstormen<strong>de</strong> wandaad, maar<br />
het is nog groot genoeg om te zien dat, als <strong>de</strong> opdracht van Oostlanen dicht<br />
bij <strong>de</strong> natuur houdt, <strong>de</strong>ze eerste meester van Amsterdam een belangrijk<br />
schil<strong>de</strong>r is. Zoo prefereeren wij verre zijn, waarschijnlijk, zelfportret<br />
uit het jaar van zijn dood 1533, boven <strong>de</strong> Salome uit 1524, waarin hij<br />
Zich moeite geeft, zui<strong>de</strong>lijke gratie in het popperige vrouwtje, en met nog<br />
min<strong>de</strong>r succes klassieke waardigheid in <strong>de</strong> architectuur, tot uitbeelding<br />
te brengen. In het <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n tijdgeest karakteristieke werk in het Mauritshuis,<br />
is eigenlijk het landschapje alleen voluit aantrekkelijk.<br />
Voor <strong>de</strong> kunst van meer belang dan Amsterdam was intusschen Lei<strong>de</strong>n<br />
gewor<strong>de</strong>n, me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> werkzaamheid van <strong>de</strong>n, in 1468 geboren, C o rnelisz<br />
Engelbrechtsen.<br />
't Is niet gemakkelijk <strong>de</strong>ze Engelbrechtsen naar waar<strong>de</strong> te schatten.<br />
Hebt gij het ongeluk <strong>voor</strong> zijn Grafleggings altaarstuk in 1526 <strong>voor</strong><br />
het klooster Hartenpoel bij Lei<strong>de</strong>n geschil<strong>de</strong>rd, te <strong>de</strong>nnen aan Quinten<br />
Matrijs, dan valt uwe belangstelling <strong>voor</strong> dit werk waar, uitgenomen<br />
<strong>de</strong> doo<strong>de</strong> Christus en <strong>de</strong> in stille smart verzonken Moe<strong>de</strong>r, niets<br />
aantrekkelijk is.<br />
Van vijftien<strong>de</strong>-eeuwsch evenwicht, van stille Hollandsche ingetogenheid<br />
is niets meer over, in dat an<strong>de</strong>re groote stuk in het museum te Lei<strong>de</strong>n „het<br />
Kruisigings altaar". Wddr men <strong>de</strong>n invloed van Geertgen's innige kunst<br />
moet zien bij Engelbrechtsen is ons steeds een raadsel gebleven, meer voelen<br />
wij <strong>voor</strong> <strong>de</strong> opmerkingen, dat hij op zijn wijze houtsne<strong>de</strong>n van Durer<br />
en Burgkmair heeft verwerkt. De als regel ongemoti eer<strong>de</strong> bewegingen<br />
van zijn figuren, het rekken en wringen, als een uitdrukking van het pathe-<br />
46
De ring, kopergravure toegeschreven aan Lucas van Ley<strong>de</strong>n, 1491-1533,<br />
tische in <strong>de</strong> lichamen van <strong>de</strong> gemartel<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> onrust van heel <strong>de</strong> compositie<br />
is slechts te waar<strong>de</strong>eren als een neerslag van <strong>de</strong>n tijd, en verklaarbaar als<br />
veroveringszucht naar nieuwe beeldmg.<br />
47
Zijn Fleur vraagt bewon<strong>de</strong>ring, <strong>voor</strong>al als zij in meer stille werken als<br />
<strong>de</strong> „spijziging <strong>de</strong>r vii{duizend" <strong>de</strong> elegante postooms <strong>de</strong>r vrouwen<br />
glans verleend, of als zij, zooals in een plein paneel in een particuliere<br />
verzameling te Weersen, <strong>de</strong> „Verstooting van Hagar", figuren en landschap<br />
weet te bin<strong>de</strong>n....<br />
Met dat al zal Cornelisz Engelbrechtsen het meest gewaar<strong>de</strong>erd blijven<br />
in zijn leerling, <strong>de</strong>n vroegrijpen Lucas v an Ley<strong>de</strong>n. Als in <strong>de</strong><br />
verhouding Verrochio-Leonardo zoekt men gaarne wat hef jonge genie<br />
van Lucas, Engelbrechtsen gebracht heeft, hoewel in een schil<strong>de</strong>rijtje<br />
als <strong>de</strong> „onthoofding van Johannes" <strong>de</strong> invloed van Engelbrechtsen<br />
dui<strong>de</strong>lijk zichtbaar is op het schil<strong>de</strong>rskind Lucas.<br />
Van Lucas' va<strong>de</strong>r weten wij slechts het beroep. Niets van zijn werk is over.<br />
Zijn zoon, die op 14 jaar zijn eerste Kopergravure dateer<strong>de</strong>, begon zijn<br />
loopbaan vroeg, hij zou haar ook vroeg eindigen; in 1494 geboren zal hij<br />
39 jaar oud in 1533 sterven, natuurlijk zon<strong>de</strong>r ons <strong>de</strong> volle maat van zijn<br />
groot talent te hebben geschonken. Na Geertgen tot St. Jans is hij <strong>de</strong> twee<strong>de</strong><br />
meester in Holland, die te vroeg aan onze kunst onttrokken wordt.<br />
Min<strong>de</strong>r gemaniereerd als Dürer is zijn v roeg grafisch werk <strong>voor</strong>Hollandsche<br />
Dogen vaak aantrekkelijker dan dat van <strong>de</strong>n Duitschen grootmeester; in<br />
latere gravures neemt hij, als in „<strong>de</strong> Melkmeid", zulke echt Hollandsche<br />
on<strong>de</strong>rwerpen op, dat hij er me<strong>de</strong> <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw door aankondigt.<br />
Ilan <strong>de</strong> rol die Lucas als Italianiseerend renaissancist gespeeld heeft wor<strong>de</strong>n<br />
wij ons het diepst bewust <strong>voor</strong> zijn, in 1526 geschil<strong>de</strong>rd, hoofdwerk: het<br />
vleugelaltaarstuk met het „Jongste Gericht" in <strong>de</strong> Lakenhal te Eet<strong>de</strong>n. De<br />
afstand die het noor<strong>de</strong>lijke volgen scheidt van het zui<strong>de</strong>lijke schrij<strong>de</strong>n,<br />
treedt er evi<strong>de</strong>nt aan <strong>de</strong>n dag. Niet hef machtige geluid van <strong>de</strong> bazuinen<br />
van Michel Angelo roept <strong>de</strong> menschheid ten oor<strong>de</strong>el, maar een schril trompetje<br />
doet <strong>de</strong> doo<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> graven reizen. Wij staan niet als in <strong>de</strong> Sixtijnsche<br />
napel <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Rex tremendae majestatis op <strong>de</strong>n Dies irae, als<br />
<strong>de</strong> menschenzielen dwarrelen als verwelkte bla<strong>de</strong>ren, maar in een dun Aprilluchtje<br />
lomen bibberend van kou<strong>de</strong> <strong>de</strong> halffiguren van <strong>de</strong> Apostelen boven<br />
hun wolkenbank, rechts en links van <strong>de</strong>n eenzamen Rechter. Laat zich <strong>de</strong><br />
afstand tusschen Michel Angelo en Lucas niet meten, <strong>de</strong> vergelijking tusschen<br />
Lucas en Barend van Orley dringt zich op.<br />
Lucas zal bij het bezoek dat hij in 1521 aan Antwerpen bracht, en waar <strong>de</strong>,<br />
uit het dagboef benen<strong>de</strong> ontmoeting, met Albrecht Durer plaats vond,<br />
van Orley's, in 1519 bestel<strong>de</strong>, „Laatste Oor<strong>de</strong>el" wel, althans in opzet,<br />
hebben gezien. Van het uitbundig leven<strong>de</strong>, en ietwat bespottelijk zwierige,<br />
waarme<strong>de</strong> van Orley <strong>de</strong> serene „Disputa" van Rafael vertaal<strong>de</strong>, bracht<br />
hij niets me<strong>de</strong>. Wel poog<strong>de</strong> hij, als zijn Antwerpschen confrater, zijn<br />
48
naakten, heroische beweging en nieuwen stijl te geven, en als hij werd hij<br />
theatraal en onnatuurlijk.<br />
Het meest verschilt <strong>de</strong> Leienaar van <strong>de</strong>n Antwerpschen meester misschien<br />
in <strong>de</strong> fleur, die van zwaar, bruin en conventioneel bij Barend, licht, open<br />
en eigen gewor<strong>de</strong>n is bij Lucas. Die kleur is eigenlijk het meest bewon<strong>de</strong> renswaardig,<br />
afgezien van het grootsche pogen en het hooge grijpen dat uit<br />
héél het werk spreekt.<br />
Er zijn in Lucas van Lei<strong>de</strong>n's oeuvre <strong>de</strong>alen als <strong>de</strong> vroege „Schaakpartrj"<br />
en het latere „Kaartspel", waarin hij zich <strong>de</strong>n ze<strong>de</strong>schil<strong>de</strong>r toont, die wij<br />
tusschen <strong>de</strong> vijf tien<strong>de</strong> en zeventien<strong>de</strong> eeuw niet bunnen missen. In an<strong>de</strong>re<br />
werken neemt hij in lichtere en vrijere groepeering <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen als<br />
<strong>de</strong> „Aanbidding <strong>de</strong>r Koningen", met verlies aan natuur en waarheid,<br />
weer op. In <strong>de</strong> „Kerkprediking" van het Rijksmuseum is <strong>de</strong> naar<br />
onbegrepen Italiaansche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n ontworpen architectuur gladaf onmogelijk,<br />
en <strong>de</strong> door <strong>de</strong> gewelven <strong>de</strong>r kerk gluren<strong>de</strong> „putti" eigenlijk<br />
bespottelijk, maar<strong>de</strong> bestellei en zijn familie (waaron<strong>de</strong>r misschien Lucas<br />
zelf) vormen een portretgroep die, bomen<strong>de</strong> na Geertgen's Johanniters, nog<br />
dui<strong>de</strong>lijker heenwijst naar het groepsportret dat tegen het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r eeuw<br />
in zwang Komt. 't Is alweer als bij van Oostsanen, wiens herkenbaren<br />
invloed hip heeft on<strong>de</strong>rgaan : <strong>de</strong> portretten zijn het meest aantrekkelijk.<br />
Reeds is Fromentin's uitspraak waarheid: „II était dans la <strong>de</strong>stinée <strong>de</strong> la<br />
Hollan<strong>de</strong> d'aimer ce qui resemble, d'y revenu un jour ou l'autre, <strong>de</strong><br />
se survivre et <strong>de</strong> se sauver par le portrait." Met welke mannelijke bracht<br />
staart zijn zelfportret te Bronswijk ons aan. Als <strong>de</strong> jonge Rembrandt<br />
schouwt hij in zijn wezen en peilt zijn waar<strong>de</strong>.<br />
Was Quinten Matrijs te Antwerpen <strong>de</strong> <strong>voor</strong>afbeelding van Rubens, te Lei<strong>de</strong>n<br />
kan<br />
Lucas <strong>de</strong> aankondiger zijn van Rembrandt, die een eeuw later in diezelf<strong>de</strong><br />
twee<strong>de</strong> han<strong>de</strong>lsstad van Holland geboren zal wor<strong>de</strong>n.<br />
Wezen wij bij Geertgen tot Sint fans op <strong>de</strong> beteekenis die licht en donker<br />
in <strong>de</strong> kunst van Holland zullen krijgen naar aanleiding van zijn „Kerstnacht"<br />
te Lon<strong>de</strong>n, er is in het Louvre één klein paneel van Lucas: „Lot<br />
en zijn dochters", on<strong>de</strong>r het hemelvuur dat Sodom vernietigt, waarin licht<br />
en donker kampen zooals het nog niet tot uitdrukking kwam vóór hem.<br />
Lichteffecten, toon en schaduw, hebben hier reeds het eigen leven dut geduren<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> eeuw zich zoo rijk ontplooien zal.<br />
Het meest representatief <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n tijd waarin lui leef<strong>de</strong> en <strong>voor</strong> <strong>de</strong> beschaving<br />
waarover wij schrijven, is, <strong>de</strong> heelefiguurgenomen, toch <strong>de</strong> leerling<br />
van Comeliszv. Oostsanen dien wij reedsnoem<strong>de</strong>n: Ja n van Score 1.<br />
Hem was het, in tegenstelling tot Lucas van Lei<strong>de</strong>rs, gegeven <strong>de</strong> volle maat<br />
van zijn zeer veelzijdige begaafdheid te openbaren, nadat hij <strong>de</strong> eerste <strong>de</strong>r<br />
4 49
Hollandsche kunstenaars is die naar Italië, het dorado <strong>de</strong>r kunst, vertrok<br />
om in eigen aanschouwing, en niet uit gravures, <strong>de</strong> kunst van <strong>de</strong> we<strong>de</strong>rgeboorte<br />
te on<strong>de</strong>rgaan en te bestu<strong>de</strong>eren.<br />
Als Erasmus werd hij als <strong>de</strong> natuurlijke zoon van een priester geboren.<br />
André Ouckeyn zou te Schoort bij Alkmaar zijn va<strong>de</strong>r zijn geweest. Maar<br />
Cornelis Buys, Alkmaarscli schil<strong>de</strong>r, broe<strong>de</strong>r van Jacob Cornelisz van<br />
Oostlanen, ont<strong>de</strong>kte zijn aanleg, naar alle zij<strong>de</strong>n, die van hem maken zou<br />
een man van ruime cultuures rijk intellect, een latinisten dichter, maar ook<br />
een ingenieur-architect, een volledig mensch in <strong>de</strong>n zin <strong>de</strong>r Renaissance.<br />
Op <strong>de</strong> latijnsche school te Alkmaar zat <strong>de</strong> jonge Scorel naast Alardus<br />
van Amsterdam, <strong>de</strong>n lateren vriend van Erasmus, en die twintig jaar<br />
daarna in latijnsche verzen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen van Scorel zou bezingen.<br />
In 151OgaatScorelnaarHaarlem, waarbij zich alshunstenaargaatvormen.<br />
Hij zet zijn studie drie jaar later te Amsterdam <strong>voor</strong>t, on<strong>de</strong>r leiding van<br />
Jacob Comelisz, en vertrekt vandaar naar Utrecht om zich on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
hofschil<strong>de</strong>r van Bisschop Philips van Bourgondie, Jan Gossaert uit Maubeuge,<br />
ver<strong>de</strong>r te ontwikkelen.<br />
In 1518 begint Scorel eerst goed te reizen. Van Keulen brengt hem <strong>de</strong><br />
„wan<strong>de</strong>rreise" naar Spiers, vandaar naar Straatsburg. Hij bezoekt<br />
Durer te Neurenberg en schil<strong>de</strong>rt zijn eerste werk van beteekenis in het<br />
dorp Obervellach in Carinthië. Daar ontstaat <strong>voor</strong> <strong>de</strong> familie Frangipani<br />
in zijn volle meesterschap, maar vrij van Italiaanschen invloed, <strong>de</strong><br />
schoone tryptiek uit 1528, waarvan het mid<strong>de</strong>npaneel <strong>voor</strong>al, een imponeerend<br />
portretstuk is van Ne<strong>de</strong>rlandsche inspiratie en van Hollandsche<br />
huize.<br />
Daarna bereikt Scorel het land zijner droomera door hei betre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
Lagunenstad te Venetië, waar hij later nog eens terugkomt. Hij on<strong>de</strong>rgaat<br />
sterk <strong>de</strong>n invloed van <strong>de</strong> kunst van Giorgone en Palma Vecchio. Aan bei<strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs, waarvan bij Scorel's Domst <strong>de</strong> eerste reeds gestorven was, herinnert<br />
<strong>de</strong> „dood van Cleopatra" in het Rijns-Museum.<br />
Met min<strong>de</strong>r charme, maar met zeker zooveel plastische Dracht, schil<strong>de</strong>rt<br />
Scorel een eer<strong>de</strong>r Drachtig naakt, dat <strong>de</strong> nadrukkelijke vormen van zijn<br />
leerling Maarten van Heemskerk reeds in zich heeft.<br />
Te Venetië ontmoet hij Jerusalemgangers, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> pelgrims is een geestelijke<br />
uit Gouda. De vijf en twintig jarige schil<strong>de</strong>r scheept zich in naar het H<br />
Land. Op Benige van zijn latere werken moet te zien zijn dat hij in Jerusalem<br />
geweest is, maar door zijn tocht is hij „dalmist", palmdrager,<br />
gewor<strong>de</strong>n, en later zal hij als lid van pelgrimscongregaties, hef groepsportret<br />
een eigenlijk fundament geven.<br />
In 1520 uit Jerusalem terug te Venetië, iaat lui naar Rome, bestu<strong>de</strong>ert<br />
50
er zoowel <strong>de</strong> ruïnes als <strong>de</strong> antieke beeldhouwkunst ; hij bewon<strong>de</strong>rt en<br />
copiëert Rafael en Michel Angelo.<br />
Eigenlijn bomt hij te Rome in een eindigen<strong>de</strong> wereld. In 1521 sterft <strong>de</strong><br />
groote Medici-paus Leo X, en Benige weken later, op 9 Janauri 1522, wordt<br />
Adriaan Florist, <strong>de</strong> opvoe<strong>de</strong>r van Karel V, door het conclave als zijn<br />
opvolger aangewezen.<br />
De kunstenaars verlaten in drommen Rome. Scorel gelukt het toegang<br />
te verkrijgen tot <strong>de</strong>n nieuwen Paus, die hem volgens Van Man<strong>de</strong>r<strong>de</strong> directie<br />
van <strong>de</strong> Belve<strong>de</strong>re toevertrouwt. De vele Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs die jaarlijks <strong>de</strong><br />
beroem<strong>de</strong> Vaticaansche verzameling bezoeken, mogen er wel eens aan <strong>de</strong>nken<br />
dat Scorel woon<strong>de</strong> in een <strong>de</strong>r vertrekken van <strong>de</strong> Belve<strong>de</strong>re. Wat een<br />
leerschool <strong>voor</strong> het Schoorlsche jongetje, daarin het hart te leven van <strong>de</strong><br />
intellectueele en artistieke wereld 1 Scored schil<strong>de</strong>rt er Adriaan VI tweemaal;<br />
een <strong>de</strong>r resten van een Pausporiret handt nog in het college van <strong>de</strong><br />
Leuvensche Universiteit, als geschenk van Adriaan, oud-kanselier en rector<br />
van <strong>de</strong> Universiteit.<br />
In 1524 is hij in het va<strong>de</strong>rland terug, weldra is hij kannunnik te Utrecht.<br />
Is hij te Rome of in Utrecht priester gewijd ? Was hij wel priester? Er<br />
zijn er die er aan twijfelen, het was toen niet noodig dat een kannunik<br />
priester was. Zeper is het dat Scorel in hei Canonicaat alleen <strong>de</strong> preben<strong>de</strong>,<br />
alleen <strong>de</strong> gel<strong>de</strong>lijke inkomsten zag. Dit maakte van hem een vrij man,<br />
en ten slotte een grand seigneur, waardoor hij hier in hef Noor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> typische<br />
renaissancist zou wor<strong>de</strong>n. De „dolce stile nuovo", zal hij zijn landgenooten<br />
doen bennen, <strong>de</strong> waarheid gebiedt te zeggen, dat hij zelf die „stile nuovo"<br />
niet begrepen heeft. Van <strong>de</strong> „bello et neova manies" heeft hij <strong>voor</strong>al<br />
<strong>de</strong> manier trachten over te nemen, hij brengt zijn landgenooten uit Italië<br />
meer nieuws dan schoons.<br />
Dat zien en weten wij nu, dat wisten in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs niet. Groote families als <strong>de</strong> Egmonts', <strong>de</strong> Lochorst's, <strong>de</strong><br />
Saens' <strong>de</strong><strong>de</strong>n Scorel al evenzeer bestellingen toekomen, als kerken en<br />
communoteiten het <strong>de</strong><strong>de</strong>n. Wat er van die schil<strong>de</strong>ringen over is, laat,<br />
wat <strong>de</strong> eigenaardige fleur betreft, <strong>de</strong> herinnering achter aan een rijk<br />
bloeien<strong>de</strong> hortensia.<br />
Van <strong>de</strong>ze vaak monumentale werken bleef ons nauwelijks, en dan nog<br />
slechts fragmentarisch, iets gespaard. Zij vielen het grauw in <strong>de</strong>, het<br />
christendom onteeren<strong>de</strong>, vernieling <strong>de</strong>r beeldstorm, ten prooi. Wij <strong>de</strong>nken<br />
daarbij niet alleen aan zijn werk <strong>voor</strong> Utrechtsche kerken, maar ook<br />
aan <strong>de</strong> in 1566 vernietig<strong>de</strong> retabel in <strong>de</strong> Nieuwe kerk te Delft.<br />
Waren zij ons gespaard gebleven, voluit bewon<strong>de</strong>ring zou<strong>de</strong>n wij ze niet<br />
bunnen geven, <strong>voor</strong>al ook daarom niet, omdat sterk <strong>de</strong> indruk bestaat dat<br />
51
Scorel <strong>voor</strong>al ook <strong>de</strong> naam van een werpplaats is. Hoewel hij als kunstenaar<br />
zich nooit in hef verversgil<strong>de</strong> heeft willen doen inschrijven, was hij toch,<br />
<strong>voor</strong>al na 1530, <strong>de</strong> patroon van een drub beklante „botte;gc', schil<strong>de</strong>rs..<br />
winkel. Maar zelfs <strong>de</strong> besten van zijn helpers misten zijn talent, als zij <strong>de</strong><br />
ontwerpen uitvoer<strong>de</strong>n: <strong>de</strong> lijnen wer<strong>de</strong>n strakker, <strong>de</strong> fleuren har<strong>de</strong>r,<br />
hei geheel ongevoeliger dan Scorel zelf schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Hoewel ook hijzelf in<br />
<strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>rdom tusschen 1550 en '60 zijn werk „afroffel<strong>de</strong>."<br />
Hoe wij, in onzen tijd, staan tegenover het meest ka rakteristieke van<br />
Scorel's werk, bunnen wij vaststellen in het Rijksmuseum.<br />
Het groote onvoltooi<strong>de</strong> tafereel met <strong>de</strong> naakte Bathseba op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond<br />
tusschen marmeren beel<strong>de</strong>n, met <strong>de</strong> voeten in een vijvertje, begluurd dooreen<br />
ntinusculen David van uit zijn hebridisch paleis, tegen een achtergrond<br />
van <strong>de</strong> vreemdsoortigste bergformaties on<strong>de</strong>r een won<strong>de</strong>rlijk verwaai<strong>de</strong><br />
lucht, baart verwon<strong>de</strong>ring. Maar van bewon<strong>de</strong>ring onzerzijds han moeilijk<br />
gesproken wor<strong>de</strong>n.<br />
De „Koningin van Saba <strong>voor</strong> Salomon", een werk van hetzelf<strong>de</strong> formaat<br />
en grootte, is aantrekkelijker door <strong>de</strong> verzorg<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring, <strong>de</strong> gelukkige<br />
studie van <strong>de</strong> Italiaansche lunst die uit <strong>de</strong> vrouwenfiguren <strong>voor</strong>al spreekt,<br />
en om <strong>de</strong> vlijt waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> achtergrond vol vreem<strong>de</strong> bouwwerken werd<br />
gezet. Als wij <strong>de</strong>ze onmogelijke bouwwerken vergelijken met een krijger,<br />
op <strong>de</strong>n rug gezien op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, dan blijkt dat Scorel toch nog meer<br />
begrip had van zijn geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n in Italië, door het tenminste<br />
eenigszins verstaan van Mantegna, dan van zijn gebouw<strong>de</strong> <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n.<br />
Van <strong>de</strong> nieuwe architectuur die <strong>de</strong> Italianen uit <strong>de</strong> Romeinsche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n<br />
wisten te doen opbloeien, begreep hij al heel weinig.<br />
Toch brengt <strong>de</strong> charme van Benige figuren uit <strong>de</strong>ze opgesloten compositie<br />
ons naar een werk dat in hetzelf<strong>de</strong> cabinet hangt, naar <strong>de</strong> „Maria Magdalena",<br />
da t in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nperio<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n meesteralsem compleet meesterstuk<br />
onze volle bewon<strong>de</strong>ring trekt.<br />
Hier zette <strong>de</strong> meester zijn beste eigenschappen uit. De compositie, rechts<br />
dooreen boom, links door een grillige bergformatie gesloten, is evenwichtig<br />
en „integer (integritas = in zich zelf besloten). Een schoonheid a<strong>de</strong>men<strong>de</strong><br />
vrouw in Venetiaanschen dracht, met <strong>de</strong> rijk geciseleer<strong>de</strong> zalfpot op <strong>de</strong><br />
knieën, silhouetteert zich ten halve tegen een fijne lichtend-groenen hemel.<br />
Dat alles is met luchtige toets in vaak zoo dunne verf geschil<strong>de</strong>rd dat <strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rteekening er doorheen slaat. De fleur is gouddoorgloed op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond,<br />
blauw, lichtdoorzeefd in het verschiet.<br />
Maar het is toch <strong>voor</strong>al het leven van het mooie Dopje van Maria<br />
Magdalena dat dit schil<strong>de</strong>rij onvergetelijk maakt <strong>voor</strong> hen, die in <strong>de</strong> Dogen<br />
van Agatha van Schoonhoven blikten. Want <strong>de</strong> vrouw van gegoe<strong>de</strong> huize,<br />
52
die met <strong>de</strong>n kanunnik een gezin stichtte, is het mo<strong>de</strong>l <strong>voor</strong> <strong>de</strong>ze gezalig<strong>de</strong><br />
ambits, smals zij hef sehalksehe bruidj is op lef trch1 wereldóirotm<strong>de</strong><br />
portretje in het Palazzo Doria-Pamfili te Rome (1529), en vijftien jaar<br />
later <strong>de</strong> tee<strong>de</strong>re toegewij<strong>de</strong> vrouw op het paneeltje dat nu ook in het Rijksmuseum<br />
hangt.<br />
Dr. G. J. Hoogewerf heeft <strong>de</strong> juiste opmerking gemaakt, dat wij <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
12-jarigen schooljongen in Boymans ons <strong>voor</strong>stellen, <strong>voor</strong> het vroegwijzen<br />
Jantje uit Alkmaar zelf te staan. 't Is alweer het leven, eenvoudig en<br />
natuurlijk dat <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r ons hier geeft. Daarom waar<strong>de</strong>enen wij het<br />
prachtige paneeltje in het Rotterdamsche Museum boven <strong>de</strong> knappe<br />
aca<strong>de</strong>mische „Dooi in <strong>de</strong>n Jordaan" in het Frans Halsmuseum te Haarlem,<br />
omdat dddr alle figuren acteerera in een landschap dat meer schematisch<br />
is bedacht, dan ergens ontroerd gezien.<br />
Ook <strong>de</strong>ze Hollandschefiguurschil<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheidt zich <strong>voor</strong>al in hefportret,<br />
al heeft hij onloochenbare verdiensten, <strong>voor</strong> het opruimen van <strong>de</strong> laatste<br />
resten van <strong>de</strong> uitgebloei<strong>de</strong> kunst van een afgesloten tijdvak. Of, zooals<br />
Jan Gossaert, het Colosseum te Rome.<br />
53
zijn tijdgenoot Janus Secwzdus in latijnsclze verzen het uitdrupte :<br />
„hij is <strong>de</strong> trotsch <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rs, omdat hij naar zijn va<strong>de</strong>rland <strong>de</strong> monumenten<br />
bracht <strong>de</strong>r latijnsche wereld, en Rome bracht aan <strong>de</strong> boog<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong>n Rijn."<br />
54
V.<br />
DE ZESTIENDE EEUW. — Een die weerstond ;<br />
Pieter Breughel, <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>.<br />
et is <strong>de</strong> trotsch van Pieter Breughel dat hij weerstond,<br />
dat hij <strong>de</strong>n tijdgeest teleurstel<strong>de</strong>. De geest <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n heeft<br />
hem begrepen, en zijn werken geplaatst op <strong>de</strong>n rang waar zij behooren:<br />
op <strong>de</strong>n eersten rang.<br />
Laten wij er ons rekenschap van geven, dat <strong>de</strong> kunstenaars niet slechts<br />
werken aan <strong>de</strong> ontwikkeling van het eigen leven <strong>de</strong>r lunst, maar dat zij<br />
ook <strong>de</strong> tijdsgedachten vertolken. Nu zijn echter <strong>de</strong> groote kunstenaars<br />
niet alleen Kin<strong>de</strong>ren van hun tijd, maar met hun werken reiken zij ver over<br />
<strong>de</strong>n eigen tijd, en in hen vereeren wij meesters <strong>voor</strong> alle tij<strong>de</strong>n.<br />
Zoo is <strong>de</strong> groote zestien<strong>de</strong>-eeuwsche Brabanter Pieter Breughel ook een<br />
meester van <strong>de</strong>zen tijd. Want elke tijd zal zich in een <strong>de</strong>el van zijn<br />
werk kunnen terugvin<strong>de</strong>n.<br />
't Is niet te verwon<strong>de</strong>ren dat men in <strong>de</strong>n bloeitijd <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
romantiek, <strong>voor</strong>al oog had <strong>voor</strong> ddt <strong>de</strong>el van Breughel's arbeid, dat met<br />
„drSlerie" 't best wordt aangeduid.<br />
De romantiek heeft er behagen in geschept, Jeroen Bosch en Pieter Breughel<br />
tot grootmeesters te verklaren van een school van satirieke caricaturisten,<br />
welke men <strong>de</strong>n naam gaf van „Ecole <strong>de</strong>s drôles". 's-Hertogenbosch werd<br />
dan door meester Ihieronymus, die van Alen kwam, een hoofdstad in het<br />
land van <strong>de</strong> „Ecole <strong>de</strong>s drôles". De romantiek zal wel nooit sterven,<br />
dus altijd zullen er zijn die in <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> eigenschappen van Breughel<br />
het zwaartepunt van zijn oeuvre zullen aanwijzen.<br />
Maar sinds <strong>de</strong> romantiek haar greep op <strong>de</strong> groote massa <strong>de</strong>r beschaaf<strong>de</strong>n<br />
in West Europa verloor, zijn er in hef laatste kwartaal <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong><br />
eeuw, an<strong>de</strong>re zij<strong>de</strong>n van Breughel's werk sterker belicht, die <strong>de</strong>n meester<br />
een an<strong>de</strong>r silhouet geven.<br />
55
De Pieter Breughel van 1900 is een an<strong>de</strong>re dan <strong>de</strong> Breughel van 1850,<br />
waarme<strong>de</strong> wij zeggen willen, dat elke tijd in het werk <strong>de</strong>r groote meesters<br />
zijn eigen beeld tracht te vin<strong>de</strong>n.<br />
Bij juister, maar <strong>voor</strong>al bij an<strong>de</strong>rs bezien van hef werk van Breughel,<br />
k warn men ras tot <strong>de</strong> overtuiging dat men, door te veel te letten op het<br />
grappige en caricaturale, zijn beste en grootste Zij<strong>de</strong>n had verwaarloosd.<br />
Want door al zijnwerkheen gloeit <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> werkelijkheid,<br />
en stroomt <strong>de</strong> drift tot het beel<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n meest karaktervollen vorm.<br />
Toch ljt hij <strong>voor</strong> velen, ook in het uitbeel<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r hem omringen<strong>de</strong> natuur,<br />
caricaturaal te werk te gaan. Dit lot <strong>de</strong>elt hij met alle realistische meesters,<br />
die hun persoonlijkheid en hun kunst, naast <strong>de</strong> meer klassieke scholen ontwikkel<strong>de</strong>n.<br />
De strenge eerlijkheid waarme<strong>de</strong> zij <strong>de</strong> natuur uitbeel<strong>de</strong>n,<br />
geven Jeroen Bosch en Pieter Breughel in, <strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n van Memling en Gerard<br />
David, van Frans Floris en Michel Coxcie, hetzelf<strong>de</strong> karakter van „overdrijvers"<br />
als Manet en Clau<strong>de</strong> Monet, tegenover <strong>de</strong> meer traditioneele<br />
klassicisten in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong>-eeuwsche Fransche schil<strong>de</strong>rkunst schijnen te<br />
zijn. De kunstwerken van Bosch en Breughel zijn schakels in <strong>de</strong> ontwikkeling<br />
<strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> één grijpt al <strong>de</strong> volkspoëzie <strong>de</strong>r<br />
late mid<strong>de</strong>leeuwen samen op <strong>de</strong> realistisch Vlaamsche wijze <strong>de</strong>r 15<strong>de</strong><br />
eeuw, <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zal 50 jaar later <strong>de</strong>n rijpen bloei te zien geven van datzelf<strong>de</strong>realisme,<br />
dat een zin is <strong>voor</strong> het werkelijke naar<br />
<strong>de</strong>n aard v an lan d en v o 1 h, van alle vreem<strong>de</strong> smetten vrij.<br />
En dit was niet eenvoudig. Vooral niet <strong>voor</strong> Breughel in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong><br />
eeuw, die zoo bij uitstek <strong>de</strong> eeuw is van Italië. Alles blikt naar het<br />
Zui<strong>de</strong>n, alles reist naar Rome, want dda'r zijn <strong>de</strong> <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n 1<br />
En wij mogen het <strong>de</strong> z.g. Romanisten of Romaniseeren<strong>de</strong> meesters<br />
nauwelijks euvel dui<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> groote vaart, die in <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> en<br />
zestien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> ontwikkeling speciaal van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst in Italië<br />
gekregen had, hen meesleepte.<br />
Hei eenvoudige, innige, maar kleinburgerlijke leven in onze gewesten werd<br />
in die dagen geconfronteerd met het weidsch-Italiaansche, met <strong>de</strong> bree<strong>de</strong><br />
vormen van het Zui<strong>de</strong>n.<br />
Het breed uitwapperend intellectualisme en <strong>de</strong> mil<strong>de</strong>re vormen van het<br />
dagelijks leven in het Italiaansche paradijsland, grepen <strong>voor</strong>al <strong>de</strong><br />
kunstenaars. De grootsche werken van <strong>de</strong> „dolce stile nuovo", zooals<br />
aanvankelijk <strong>de</strong> Renaissance genoemd werd, kwamen in reproductie, d.i. in<br />
gravure, ook naar <strong>de</strong> lage lan<strong>de</strong>n, en 't is niet te verwon<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs in dien tijd geen rust had<strong>de</strong>n vóór zij die werken zelf met eigen<br />
Dogen had<strong>de</strong>n aanschouwd. Met graagte gaven zij zich aan al dit nieuwe,<br />
volslagen overrompeld wer<strong>de</strong>n zij door <strong>de</strong> hooge levensgolven van het<br />
56
Pieter Breughd <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong>, 1525-1569. Fragment uit Caritas.<br />
57
Zui<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> „bello e nuova maniera" namen zij met enthousiasme over.<br />
Eigenlijk ston<strong>de</strong>n zij <strong>voor</strong> <strong>de</strong> werken <strong>de</strong>r groote Italianen te bibberen en te<br />
beven, en zelfverloren in bewon<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> beschouwing verleer<strong>de</strong>n zij snel<br />
<strong>de</strong> va<strong>de</strong>rlandsche wijsjes, toen zij trachtten het groote lied van hef<br />
Humanisme en <strong>de</strong> Renaissance mee te zingen.<br />
En op <strong>de</strong> terugreis brachten zij <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne kunst naar hun va<strong>de</strong>rland.<br />
Maar begrijpt 't goed: zij brachten van dit alles het nieuwe bleed mee,<br />
waarme<strong>de</strong> zij zich, terug in Antwerpen, opschikten. Maar <strong>de</strong> uitheemsche<br />
dracht was te Fleurig en te fleurig, en zij droegen het kleed niet natuurlijkelegant,<br />
maar gemaniereerd-opzichtig. Wat niet wegneemt dat ze bewon<strong>de</strong>rd<br />
wer<strong>de</strong>n. Wij zeggen nu: bovenmatig bewon<strong>de</strong>rd, en begrijpen niet goed dat<br />
<strong>de</strong> kunstkundige Antwerpsche burgers niet in Frans Floris „<strong>de</strong> aap" van<br />
Michel Angelo, en in Barend van Orley <strong>de</strong> imitator van Rafaël zagen.<br />
Natuurlijn had<strong>de</strong>n ook <strong>de</strong> manieristen en Antwerpsche romaniseeren<strong>de</strong><br />
meesters hun verdiensten. Zij hebben <strong>de</strong> laatste doo<strong>de</strong> resten van <strong>de</strong> Gothiek<br />
opgeruimd, en <strong>de</strong> ramen wijd opengezet <strong>voor</strong> het nieuwe leven.<br />
Maar, waar zij <strong>de</strong>n eigen aard en <strong>de</strong>n eenvoud verloren, wisten zij <strong>de</strong>n<br />
vreem<strong>de</strong>n stijl zich niet eigen te maken.<br />
't Is Breughel's onsterfelijke verdienste, dat hij te mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>ze beweging<br />
het hoofd boel heeft gehou<strong>de</strong>n.<br />
De zestien<strong>de</strong> eeuw moet Breughel niet an<strong>de</strong>rs hebben kunnen zien dan<br />
als een „achterlijk" Kunstenaar, moet hem reactionnair geschol<strong>de</strong>n hebbers,<br />
in ie<strong>de</strong>r geval als „iemand die <strong>de</strong>n polsslag van <strong>de</strong>n tijd niet voel<strong>de</strong>"<br />
hebben aangeduid.<br />
De zestien<strong>de</strong> eeuwer wist niet, en lion niet weten wat wij na weten, dat<br />
Breughel's standhou<strong>de</strong>n tegen <strong>de</strong>n dwang uit het Zui<strong>de</strong>n hem <strong>voor</strong>bestem<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> schakel te zijn tusschen <strong>de</strong> groote lunst <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong> eeuw, en <strong>de</strong>n<br />
zoo bij uitstek origineelen en grootschee opbloei in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
Noor<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n.<br />
Over zijn tijdgenoten heen, reikt hij met zijn krachtig noordsch realisme<br />
<strong>de</strong> hand aan een Brouwer en Avercamp, op <strong>de</strong>n drempel van <strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n<br />
eeuw onzer schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
En meer dan <strong>de</strong> „nieuwlichters" om hem heen, bleek hij het juiste standpunt<br />
in te nemen, waardoor hij genoemd kan wor<strong>de</strong>n „<strong>de</strong> laatste <strong>de</strong>r Gothieken<br />
en <strong>de</strong> eerste <strong>de</strong>r Mo<strong>de</strong>rnen".<br />
Wat weten wij uit <strong>de</strong> litteratuur van onzen Pieter Breughel <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong>?<br />
Laten wij het direct zeggen dat wij van 's meesters leven niet heel veel<br />
weten — aangewezen als wij zijn op wat slordige aanteekeningen in ]iet<br />
„Schil<strong>de</strong>rboef van Carel van Man<strong>de</strong>r". Wat Giorgio Vasari <strong>de</strong>ed <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
Italiaansche lunst, <strong>de</strong>ed van Han<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche. Hij beschreef<br />
58
<strong>de</strong> levens en <strong>de</strong> waken hi1dc?9, rijn tjdgenooten, en van hen die hem<br />
waren <strong>voor</strong>afgegaan. Maar 't is ongeveer 'n halve eeuw later dat hij <strong>de</strong><br />
bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n aangaan<strong>de</strong> Pieter Breughel opteeken<strong>de</strong>.<br />
Het eerste betrouwbare jaartal waarover wij beschikken is 1551, toen Pieter<br />
Breughel werd ingeschreven in het Lucas Gil<strong>de</strong>boek <strong>de</strong>r Antwerpsche<br />
schil<strong>de</strong>rs. Want <strong>voor</strong> zijn geboortejaartal hebben wij <strong>de</strong> leuze tusschen<br />
<strong>de</strong> jaren 1520-1530.<br />
Wat zijn geboorteplaats betreft ? Wij zijn nu maar gezamenlijk overeengekomen<br />
dat hij uit het dorp Breughel bij Eindhoven afkomstig is. Want<br />
daar hebben wij, on<strong>de</strong>r aanvoering van <strong>de</strong>n Brabanter Vincent Cleerdin,<br />
in October 1926 een ge<strong>de</strong>nksteen neergelegd, die wij niet meer naar het<br />
dorp Breughel bij Breda Dunnen verleggen, of naar 'n an<strong>de</strong>r Breugheldorp,<br />
dat nog in Brabant of <strong>de</strong> Kempen gevon<strong>de</strong>n zou kunnen wor<strong>de</strong>n.<br />
Trouwens Felix Timmermans heeft hem in dat dorp geroken — en daar<br />
hebben wij ons bij neergelegd. Hij heeft het bij <strong>de</strong> onthulling van het beschei<strong>de</strong>n<br />
monumentje <strong>voor</strong>treffelijk gezegd:<br />
„En toen ik hier bij <strong>de</strong> pruimgele avondschemering <strong>de</strong>n rook boven <strong>de</strong><br />
strooien daken in <strong>de</strong> kristallen vrieslucht zag opstijgen, en gin<strong>de</strong>r het<br />
vereenzaamd kerkje met zijn gemoe<strong>de</strong>lijken toren en torentje, als een<br />
madame, die haar Kin<strong>de</strong>ren draagt, nevens <strong>de</strong>n kalmen Dommel zag<br />
eerblauwen in <strong>de</strong>n avonddons, als een druif, en <strong>de</strong> stilte voel<strong>de</strong> <strong>de</strong>r hei<strong>de</strong><br />
en <strong>de</strong>r mastebosschen, toen heb ik na dit <strong>voor</strong>zichtig, en broos en heilig<br />
uur, hier Pieter Breughel geroken, zijn werk en zijn groote ziel, ineens,<br />
in één snuif hem heelemaal gewaar gewor<strong>de</strong>n, in 't profiel van dit kleine<br />
dorp, in <strong>de</strong> wezen<strong>de</strong> kleuren <strong>de</strong>r dingen."<br />
„Ih rook hem, en meteen zag ik in an oogopslag al zijn machtige<br />
werken. Als een boom vol kleurige vruchten, waarvan dit dorp <strong>de</strong><br />
gezon<strong>de</strong> wortel is ...."<br />
En hij, Timmermans, verklaar<strong>de</strong> dat dit Brabantsche dorp <strong>voor</strong> Pieter<br />
„eerre collaboratrice, eerre sublieme me<strong>de</strong>werkster" is geweest.<br />
„Hij is <strong>de</strong> vrucht van zijn dorp. Het heeft hem meegemaakt. Daar is <strong>voor</strong><br />
ons een groote les in, omdat wij het soms gaan zoeken waar het niet verloren<br />
is. We moeten niet ver gaan als er <strong>de</strong> groote ziel maar is, als <strong>de</strong><br />
groote asem over ons werk blaast, dan kan <strong>de</strong> kleine vlek die men op <strong>de</strong><br />
landkaart vergeet,'t symbool van heel <strong>de</strong> wereld en <strong>de</strong> menschheid wor<strong>de</strong>n."<br />
Na zulke mooie woor<strong>de</strong>n niet waard is <strong>de</strong> zaak uit: Pieter Breughel werd<br />
te Breughel bij Eindhoven geboren.<br />
Wij noem<strong>de</strong>n 't jaartal 1551 — toen was hij Broe<strong>de</strong>r van St. Lucas te<br />
59
Antwerpen, toen wist en ben<strong>de</strong> Breughel al veel. En het beste wat hij wist<br />
en len<strong>de</strong> heeft hij natuurlijk nooit geleerd.<br />
Lezers, 't moet U wel zijn opgevallen dat <strong>de</strong> dingen die ge echt-celzuur<br />
weet, dat ge die nooit geleerd hebt —altijd geweten hebt.<br />
Al heeft ook 'n ou<strong>de</strong>re door zijn lessen het-in-U-leven<strong>de</strong> helpen wekken.<br />
Leeren-on<strong>de</strong>rwijzen kan niet an<strong>de</strong>rs zijn dan „wekken".<br />
Twee van die wekkers wor<strong>de</strong>n genoemd als leeraren van Pieter Breughel,<br />
n.l. Jeroen Cock en Pieter Coeck van Aelst. Deze laatste <strong>voor</strong>al was een<br />
merkwaardig man. In Aelst geboren in 1502, had hij in Italiëgereisd en lang<br />
in Constantinopel vertoef dwaarvan hij veel schetsen en levendige teelleningen<br />
meebracht. In 1549 werd hij lijfschil<strong>de</strong>r-hofschil<strong>de</strong>r van Karel V, en stierf<br />
in 1553 te Antwerpen. Degenre-schil<strong>de</strong>ringen, <strong>de</strong>gravures en <strong>de</strong> architectuurteekeningen<br />
die wij van hem over hebben, schragen nu nog zijn reputatie.<br />
Maar dat hij <strong>de</strong> schoonva<strong>de</strong>r werd van Pieter Breughel, houdt zijn naam<br />
<strong>voor</strong> altijd in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis.<br />
Wat die leermeesters hem wel geleerd mogen hebben?<br />
't Beste zal wel geweest zijn dat ze in hem het onwe<strong>de</strong>rstaanbare verlangen<br />
opriepen naar het Zui<strong>de</strong>n. En in 1551-1552 ging Pieter Breughel op<br />
reis, met als einddoel <strong>de</strong> groote binnenzee aan wier boor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> beschaving<br />
van ons wereld<strong>de</strong>el ontlook. Frankrijk eerst, —daarna Italië in-eenruk-door<br />
tot hij niet ver<strong>de</strong>r lion, — met zijn neus <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Etna. En<br />
daar <strong>voor</strong> <strong>de</strong> straat van Messina zette hij zich neer om te teelenen.<br />
Schetste er <strong>de</strong> zeeschepen, zelfs Ne<strong>de</strong>rlandsche, die wij met het weidsche<br />
zeegezicht terugvin<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij waar Icarus, als eerste verongelukte<br />
slachtoffer van <strong>de</strong> vliegkunst, wordt afgebeeld.<br />
In dit schil<strong>de</strong>rij gaf J3reughel nog iets an<strong>de</strong>rs.<br />
Als 't mythologische gebeuren zich in <strong>de</strong> fond van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring afspeelt,<br />
dan is op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond een Brabantsche boer rustig zijn landje aan 't<br />
omspitten, en heeft blijkbaar part noch <strong>de</strong>el aan, en eigenlijk ook geen<br />
belangstelling <strong>voor</strong> die hemelbestorming. Zijn landje is plein. Maar hij<br />
is honing op zijn erf — <strong>de</strong> Franschen zou<strong>de</strong>n zeggen: „Mon verre est<br />
petit — mais je bots dans mon verre" of: „le charbonnier est maitre<br />
cher sot." Dat is het beeld van Breughel zelf. Hij heeft eigenlijf lak<br />
aan <strong>de</strong> mythologie en aan het hooge streven <strong>de</strong>r Italianen.<br />
't Is Breughels' meesterschap geweest, om na eerst bij zijn schoonva<strong>de</strong>r<br />
in <strong>de</strong>n winkel te Antwerpen <strong>de</strong> gravures naar b.v. Rafaëls' „Disputs" of<br />
„Atheensche School" te hebben gezien, en daarna in <strong>de</strong> trotsche paleizen<br />
te Florence of Rome <strong>de</strong> werkelijke schil<strong>de</strong>ringen te hebben bekeren en<br />
bewon<strong>de</strong>rd, uitgeroepen te hebben : „En wat zou dat ?"<br />
60
Pieter Breughel <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> 1525, t 1569. Fragment uit Pru<strong>de</strong>ntia, 1559.<br />
En toen is hij Mil stil langs <strong>de</strong>n weg gaan zitten: er gaat een aardig opgetuigd<br />
paardje <strong>voor</strong>bij, een vreemd kereltje met gelapte kleeren; hij teekent<br />
dit, en alles wat hij op <strong>de</strong>n langen tocht door <strong>de</strong> Zwitsersche gebergten zag<br />
61
en wat hem trof, trouwhartig noordsch in zijn schetsboek, en is tenslotte<br />
weer blij bij zijn boeren in Brabant te zijn.<br />
Wij doen het veiligst ons Breughel op zijn reis steeds teekenen<strong>de</strong> <strong>voor</strong> te<br />
stellen — en dat niet alleen op zijn reis.<br />
Van hetgeen wij er nog van over hebben, bunnen wij met zekerheid besluiten<br />
dat Breughel enorm veel geteekend heeft: als alle groote meesters.<br />
De teekeningen van <strong>de</strong> Italianen vullen <strong>de</strong> prentencabinetten en verzamelingen<br />
van Europa: zij waai<strong>de</strong>n en flad<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n er bij hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n heen.<br />
In Teylers' Museum te Haarlem b.v., lean ie<strong>de</strong>reen zich overtuigen hoe<br />
<strong>de</strong> meesters van <strong>de</strong> groote <strong>de</strong>coratieve werken „karrevrachten" schetsen en<br />
teekeningen maakten. Deze zijn echter <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong>bereidingen <strong>voor</strong> hun<br />
groote schil<strong>de</strong>ringen, in <strong>de</strong> vorm van studies naar het leven die bij <strong>de</strong> uitvoering<br />
hun waren stijl eerst krijgen, of wel compositieschetsen, die na staag<br />
veran<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> uitein<strong>de</strong>lijke versie van het kunstwerk in uitzicht stellen.<br />
Breughel's teekeningen zijn vaak notities, die ook een schil<strong>de</strong>r met een groot<br />
visueel geheugen als Breugel behoeft, maar vaak ook hebben zij geen<br />
an<strong>de</strong>r doel dan het prachtige landschap, met mensch en dier, met dorpen<br />
en stadjes vast te hou<strong>de</strong>n. Hij is in die teekeningen met min<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>len<br />
dan in zijn schil<strong>de</strong>rijen even compleet, maar <strong>voor</strong>al even vrij en argeloos.<br />
Albrecht Durer ziet bij verre <strong>de</strong> natuur niet zoo vrij en argeloos als Breughel,<br />
maar ook <strong>de</strong> meesters van het realistische landschap in latere eeuwen geven<br />
niet meer en niet dieper.<br />
En hoe moet Boeren-Breughel naar <strong>de</strong> menschen gekeken hebben in zijn<br />
gewest 1 Hij moet hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n schetsen gemaakt hebben, als <strong>de</strong> prachtige<br />
„Boertjes" in Boymans, <strong>voor</strong> zich, zoo ongeveer in 1556, bij hem <strong>de</strong><br />
Moralist en boer en k en ne r openbaar<strong>de</strong>. Waarom getwijfeld<br />
aan van Man<strong>de</strong>r's verhaal dat hij er met zijn vriend Hans Franckert op<br />
uit trok, vaak verkleed als boeren, om met hen aan te zitten en te feesten.<br />
Zij kondig<strong>de</strong>n zich aan als verre neven, of noem<strong>de</strong>n <strong>de</strong> bruid hun nichtje<br />
bij <strong>de</strong> bruiloften, waar zij zonal niet geloofd wer<strong>de</strong>n, dan toch <strong>de</strong> satisfactie<br />
had<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> feestelijke tafel <strong>de</strong>el te nemen, nadat men hun ca<strong>de</strong>autjes<br />
had aanvaard. Waarom <strong>de</strong> anecdotes verwerpen ? Zij behelzen vaak<br />
meer waarheid dan het werkelijk gebeur<strong>de</strong>. Of <strong>de</strong>nkt U dat <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong><br />
boerenbruiloft geschil<strong>de</strong>rd ]ion wor<strong>de</strong>n, zon<strong>de</strong>r dat hij het boerenleven van<br />
<strong>de</strong> allernauwste beschouwing hen<strong>de</strong>l<br />
Menschenkenner bij uitnemendheid, leg<strong>de</strong> hij <strong>voor</strong> altijd vast het lichamelijke<br />
en moreele type van <strong>de</strong>n Vlaamschen boer, met zijn sluwe trekken, zijn<br />
lompe bleeding, zijn marionnettenkop, die hij ons <strong>voor</strong>stelt overmatig<br />
eten<strong>de</strong> en drinken<strong>de</strong>, of zich op luidruchtig uitbundige wijze vermaken<strong>de</strong>,<br />
maar ook in zijn geduldig gele<strong>de</strong>n armoe<strong>de</strong> en kou<strong>de</strong>, of ten prooi aan<br />
62
mishan<strong>de</strong>lingen en plun<strong>de</strong>ring door <strong>de</strong> soldatenben<strong>de</strong>n, die in zijn tijd<br />
Brabant onveilig maakten.<br />
Als Breughel zijn land en zijn volk warm heeft liefgehad, dan make men<br />
echter van hem geen held van een bekrompen en enghartig nationalisme;<br />
daar<strong>voor</strong> heeft hij om te beginnen te veel ironie.<br />
Maar ook, daar<strong>voor</strong> is hij te breed van blip.<br />
Want als hij het Italianismo verworpen heeft, dan is hij er verre van af<br />
nationalistische oogkleppen te hebben aangedaan. Deze Brabanter is<br />
nationaal; hij is oneindig meer dan een grootne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r;<br />
hij is een groot m e n s c h, wars van alle Kleinzieligheid en zon<strong>de</strong>r<br />
gevoel <strong>voor</strong> purisme. Hij gebruikt vreem<strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n, als er in <strong>de</strong> eigen<br />
taal <strong>voor</strong> 'n begrip geen goed woord is.<br />
Als hij <strong>de</strong>n „toren van Babel" opbouwt, op zijn schil<strong>de</strong>rij in Weenen, dan<br />
laat hij zien hoe nauwkeurig hij het Colosseum te Rome heeft opgenomen<br />
en bewon<strong>de</strong>rd.<br />
Hij heeft <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke schil<strong>de</strong>rs bewon<strong>de</strong>rd, maar niet nagevolgd, mogelijk<br />
ook omdat hij 't Zui<strong>de</strong>n beter begreep.<br />
Daar staat op <strong>de</strong> „Kin<strong>de</strong>rmoord teBethlehem"op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond een springend<br />
zwart paardje, met een roodgin ruiter. Ziet I <strong>de</strong> nerveuze elegance van<br />
ros en ruiter komen zoo uit Italië. Op hetzelf<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij zijn meer<strong>de</strong>re<br />
motieven, die ervan verhalen hoe open hij was <strong>voor</strong> het vreem<strong>de</strong>.<br />
fa, bij het goed bezien van werken als „<strong>de</strong> Kin<strong>de</strong>rmoord" komt <strong>de</strong> beschouwer,<br />
die <strong>de</strong>n Venetiaanschen Carpaccio goed kent, diens werk <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong>n geest; dien moet Breughel open en vrij hebben bewon<strong>de</strong>rd. Hoe toegankelijk<br />
was hij ook <strong>voor</strong> exotische schoonheid, grondformatie en flora,<br />
<strong>de</strong> bergen en <strong>de</strong> boomgin van Zwitserland.<br />
De weg naar Damascus op het schil<strong>de</strong>rij „Paulus bekeering" is een<br />
Zwitsersche bergweg. Op een an<strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rijtje stormen <strong>de</strong> legers van<br />
Saul en David op elkan<strong>de</strong>r in een bergkloof, die héél ver van huis, en<br />
zeer nauwkeurig door Breughel moet gezien en geteekend zijn.<br />
Wij noemen hem B r e u g h e 1 d e Ou d e, en dat geschiedt omdat hij<br />
<strong>de</strong> stamva<strong>de</strong>r werd van een groot schil<strong>de</strong>rend nageslacht; men spreekt<br />
van zesentwintig schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> Breughels, 'n zevental brachten het tot<br />
vermaardheid.<br />
Want Pieter <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> had twee talentvolle zoons.<br />
Pieter Breughel <strong>de</strong> Jonge of Helsche Breughel, en Jan<br />
B r e u g h e 1 <strong>de</strong> F 1 u we el e n bijgenaamd, volgens sommige naar <strong>de</strong><br />
fluweelen toets van zijn penseelvoering, volgens an<strong>de</strong>ren meer prozaisch<br />
naar het fluweelen wambuis dat hij doorgaans droeg.<br />
De Helsche Breughel muntte uit in helle-tafereelen, zooals <strong>de</strong> <strong>voor</strong>ganger<br />
63
van zijn va<strong>de</strong>r, Jeroen Bosch, ze ook maakte. Hip heeft veel schil<strong>de</strong>rijen<br />
van zijn va<strong>de</strong>r gecopieerd in een hem eigen bruine toon. 'f Is nog niet zoolang<br />
gele<strong>de</strong>n, dat men <strong>de</strong> superioriteit van het koele grijze coloriet van <strong>de</strong> oorspronkelijke<br />
werken van zijn va<strong>de</strong>r, boven het zijne is gaan on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n.<br />
fan Breughel <strong>de</strong> Fluweelen had weer twee zoons, fan<br />
Breughel <strong>de</strong> Jonge en Ambroos Breughel, waarvan <strong>voor</strong>al<br />
<strong>de</strong> laatst genoem<strong>de</strong> uitmuntte in het schil<strong>de</strong>ren van bloemen en vruchten.<br />
fan Baptist ó r e u g h e 1 is volgens sommigen <strong>de</strong> soon Uaf!<br />
Ambroos, dan zou diens broe<strong>de</strong>r Abraham B r e ug h e 1 dat ook zijn.<br />
Deze laatste werkte veel in Rome, en Kreeg daar <strong>de</strong>n bijnaam R h if ng<br />
r a a f, maar hij wordt ook wel <strong>de</strong> Napo li taan genoemd, omdat<br />
hip lang in Napels werkte.<br />
In 1720 stierf hij, en had dus tot in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> naam Breughel<br />
van het Lucasgil<strong>de</strong> hooggehou<strong>de</strong>n.<br />
Keergin wij nu tot <strong>de</strong>n stamva<strong>de</strong>r terug.<br />
De benaming Pieter l3reughel <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong>, heeft dit tegen, dat<br />
wij bij <strong>de</strong> „ou<strong>de</strong>" <strong>de</strong>nken aan een oud man, terwijl zijn kunst eeuwig jong is.<br />
Pieter wordt ook genoemd Boeren-Breughel, maar dan wordt eenzijdig<br />
het accent gelegd op een <strong>de</strong>el van zijn oeuvre — <strong>de</strong> boeren schil<strong>de</strong>rijen.<br />
De beste benaming zou zijn <strong>de</strong> G r o o te B r e u g h e 1, want dan zien<br />
wij <strong>de</strong> Kunstenaar oprijzen met zijn heele werk, boven héel veel an<strong>de</strong>ren uit,<br />
en groot is hij misschien <strong>voor</strong> <strong>de</strong>zen tijd <strong>voor</strong>al als landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
En dan <strong>de</strong>nken wij aan <strong>de</strong> prachtige cyclus <strong>de</strong>r jaargetij<strong>de</strong>n te Weersen.<br />
Hij is in die werken <strong>de</strong> <strong>voor</strong>ganger van Ruysdael, Millet en Segantini,<br />
maar ook <strong>de</strong> gelijke van v. Eyck en Leonardo da Vinci, door zijn<br />
volmaakte perspectievische plastiek.<br />
De reusachtige bergen, het doolhof <strong>de</strong>r valeitjes, <strong>de</strong> grijns <strong>de</strong>r ontbla<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
boomgin, <strong>de</strong> <strong>de</strong>solate blankheid van <strong>de</strong> besneeuw<strong>de</strong> vel<strong>de</strong>n, het halfduister<br />
van <strong>de</strong> winterluchten, <strong>de</strong> har<strong>de</strong> witheid van <strong>de</strong> sneeuw die <strong>de</strong> dorpsplaats<br />
be<strong>de</strong>lt, platgetre<strong>de</strong>n door <strong>de</strong> kleine menschjes, zoo kleurrijk als vlin<strong>de</strong>rtjes<br />
of zwart als torretjes, maar ook <strong>de</strong> glimlach van <strong>de</strong> lente op <strong>de</strong> akkers<br />
en op <strong>de</strong> groene wei<strong>de</strong>n, heeft <strong>voor</strong> hem geen geheimen meer.<br />
Zooals hij <strong>de</strong> hartstochtelijke maar getrouwe dichter is van het ruwe<br />
landvolk, zoo is hij ook <strong>de</strong> zanger van hun steeds veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong>n grond,<br />
van <strong>de</strong>n akker dien zij ploegen, van <strong>de</strong> lucht die zij ina<strong>de</strong>men, van <strong>de</strong><br />
prachtige horizonten die hun kin<strong>de</strong>rlijken blik zoekt.<br />
En welk een kolorist I<br />
Indien men in zijn ruwe doch eerlijke gravures <strong>de</strong> chromatische finesses,<br />
het geleer<strong>de</strong> clair-obscur dat <strong>de</strong> fleuren suggereert, mist, dan vindt men<br />
64
Portret van Pieter Breughel,<br />
fragment uit <strong>de</strong> compositie van Barth. Spranger, door Eg. Sa<strong>de</strong>ler in koper gestoken.<br />
in zijn schil<strong>de</strong>rijen <strong>de</strong> schittering Pvan!cle stevigste, zuiverste, en blijmoe.<br />
digste tonen, zacht als fluweel, of geëmailleerd, of doorzichtig als intarsia.<br />
De onvolprezen landschappen I Vooral die te Weenen I Weenen is het groote<br />
Breughelmuseum. Niet min<strong>de</strong>r dan vijftien van <strong>de</strong> allerbeste werken<br />
6 65
van <strong>de</strong>n meester zijn er bijeen, door keizer Rudolf II er heengebracht.<br />
Als iemand <strong>voor</strong> het onsterfelijke „Wintergezicht", met <strong>de</strong> tegen <strong>de</strong>n laten<br />
middag terugkeeren<strong>de</strong> vermoei<strong>de</strong> jagers en afgejakker<strong>de</strong> jachthon<strong>de</strong>n<br />
op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, zou verklaren: dat is het schoonste sneeuwgezicht<br />
dat ooit geschil<strong>de</strong>rd werd, — dan zou<strong>de</strong>n wij hem niet durven tegenspreken.<br />
Wat een grootheid I Wat 'n samengrijpen bij zooveel <strong>de</strong>tail l Wat een<br />
synthese bij zóó scherpe analyse 1<br />
Hoe spontaan en tegelijk wel-overlegd-kundig is <strong>de</strong> compositie. Ziet<br />
hoe een rij van perspectievisch zich verdunnen<strong>de</strong> boonren, <strong>de</strong>n blik van <strong>de</strong>n<br />
beschouwer van het <strong>voor</strong>plan van <strong>de</strong>n heuvel, afvoert naar <strong>de</strong> diepte, —naar<br />
<strong>de</strong> verte, — naar <strong>de</strong> eerste huizen van het dorp in het dal.<br />
En let dan eens op hoe een kraai in een boom op het eerste plan, een soortgenoot,<br />
een an<strong>de</strong>re braai nastaart, die met bree<strong>de</strong> vlucht <strong>de</strong>n laatste, <strong>de</strong>n<br />
verstverwij<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n boom verlaten heeft, om <strong>de</strong>n blik van <strong>de</strong>n beschouwer,<br />
zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong>ze zich daarvan bewust is, me<strong>de</strong> te nemen diep in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij,<br />
naar <strong>de</strong> heuvels van <strong>de</strong>n achtergrond.<br />
Hoe boor<strong>de</strong>-gevuld is zoon landschap I In Tateren tijd zullen wel een<br />
hon<strong>de</strong>rdtal motieven uit dit sneeuwgezicht, tot nieuwe werken uitgroeien.<br />
Maar <strong>de</strong> veelheid <strong>de</strong>r motieven grijpt Breughel samen tot wat <strong>de</strong> Duitscher<br />
noemen een „Gesamibild", en hierin is lui niet primifief, maar klassiek. Niemand<br />
als Breughel wist telkens in één schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong> hééle wereld" te<br />
beel<strong>de</strong>n. Achter elk huis leeft een familie, achter elk raam bewegen <strong>de</strong> menschen,<br />
in elke schuur bevroe<strong>de</strong>n wij het vee. Van elk arbei<strong>de</strong>nd figuurtje<br />
kunnen wij het ambacht lezen.<br />
Ja zelfs aan <strong>de</strong> beesten Ilan je zien of ze zich vervelen. De landschappen<br />
zijn niet <strong>de</strong> achtergron<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r menschen. Maar eer<strong>de</strong>r gaan <strong>de</strong> menschen<br />
op in hun omgeving. Hoe verkleumd zijn ze in <strong>de</strong>n winter, hoe loom in<br />
<strong>de</strong>n zomer. Hoe prikkelt <strong>de</strong> lentelucht hun hersens, en hoe beeldt hij <strong>de</strong><br />
melancholie <strong>de</strong>r menschen, ook als ze bedrijvig zijn, in <strong>de</strong>n herfst.<br />
Als zuiver <strong>voor</strong>beeld van zijn coloristisch genie geldt zijn beroem<strong>de</strong><br />
tempera schil<strong>de</strong>ring van het Museum te Napels : <strong>de</strong> .,Parabel <strong>de</strong>r blin<strong>de</strong>n",<br />
Onsterfelijk meesterstuk van diepe menschelijke weemoed, maar ook van<br />
diafaan chromatisch Dunnen.<br />
Als een blin<strong>de</strong> een an<strong>de</strong>re leidi, vallen zij bei<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n huil. Dat is <strong>de</strong><br />
inhoud van een beken<strong>de</strong> Evangelische parabel, en een Vlaamsche spreekwijze<br />
herhaalt het. Het landschap is moerassig, 't weer is hel<strong>de</strong>r; maar in <strong>de</strong> oogen<br />
is het nacht. Op <strong>de</strong> gezichten staat <strong>de</strong> somberheid van <strong>de</strong>n dood bij <strong>de</strong>ze<br />
zes blin<strong>de</strong>n die, achter elkan<strong>de</strong>r aanloopend, elkan<strong>de</strong>r steunen met hun<br />
lompen en stokken.<br />
Daar opent zich plotseling het gapen<strong>de</strong> gat van <strong>de</strong>n vijver, en allen zullen<br />
66
er met een ontzetten<strong>de</strong> schreeuw in wegvallen. Zijn tijdgenooten, v a n<br />
H e rn e s s e n of onze Amsterdamsche Pieter A e r t z e n, zou<strong>de</strong>n ook<br />
dit on<strong>de</strong>rwerp met hun glimlachen<strong>de</strong> fleuren hebben gegeven. Breughel<br />
is <strong>de</strong> eerste die door <strong>de</strong> macht van zijn palet een stemming kan schil<strong>de</strong>ren.<br />
Een sneeuwgezicht is bij Breughel koud, in <strong>de</strong> roestkleuren van zijn<br />
herfst waait <strong>de</strong> herfstwind ons legen. Hij schil<strong>de</strong>rt in zijn werken <strong>de</strong>n<br />
morgen of <strong>de</strong>n middag, en geeft door zijn palet <strong>de</strong> uren van <strong>de</strong>n dag<br />
watt. De natuur heeft bij hem haar eigen leven, zooals zij dat later bij<br />
Ruysdael en Clau<strong>de</strong> Lorrain ook zal hebben.<br />
Want op <strong>de</strong> „Parabel <strong>de</strong>r blin<strong>de</strong>n" is hef landschap niet een achtergrond<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> figuren, maar het vreedzame dorpje, met het kerkje tusschen <strong>de</strong><br />
boomer, waarin men <strong>de</strong> kerb van Breughel bij Eindhoven heeft willen<br />
herhennen, a<strong>de</strong>mt zoon rustig leven, dat <strong>de</strong> bedoeling, <strong>de</strong> steeds doorleven<strong>de</strong><br />
natuur in haar eigen rhythme te doen contrasteeren met het dramatisch<br />
menschelijk gebeuren op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, zich dui<strong>de</strong>lijk aandient.<br />
In 1563, omstreeks Paschen, trouw<strong>de</strong> Breughel in <strong>de</strong> Kapellenkerk te<br />
Brussel met <strong>de</strong> dochter van Pieter Coeck ; in het trouwregister staat nu<br />
nog te lezen : „Pieter Brugel solmt Mayken Cocks.<br />
In <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> kerk werd hij zes jaar later in 1569 begraven. In <strong>de</strong> Eglise<br />
<strong>de</strong> la Chapelle te Brussel, mochten wel meer<strong>de</strong>ren eens langs het grafmonument<br />
gaan, dat <strong>de</strong> herinnering bewaart aan <strong>de</strong>n grootgin schil<strong>de</strong>r<br />
en aan zijn vrouw, die er negen jaren na hem begraven werd.<br />
Maar 't is toch nog beter in het Museum te Brussel naar zijn werk te gaan<br />
zien, dat hij in zijn Brusselschen tijd maakte.<br />
Want in dien tijd, in het groote Belgische centrum leven<strong>de</strong>, ging zijn<br />
lief<strong>de</strong> steeds meer naar <strong>de</strong> uitbeelding van <strong>de</strong> historie.<br />
En in het Museum, vóór zijn „Volkstelling te Bethlehem", zien we<br />
da<strong>de</strong>lijk dat Breughel naar ons i<strong>de</strong>e geen zin <strong>voor</strong> <strong>de</strong> historie, beter, geen<br />
kennis droeg van <strong>de</strong> „historische reconstructie".<br />
De archeologie was immers nog niet geboren, en aan <strong>de</strong> verwarring van<br />
wetenschap en kunst, zooals <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw ons die te zien geeft,<br />
was zijn tijd niet toe.<br />
Hoe had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> groote meesters in Italië <strong>de</strong> historie in tafereelen verbeeld ?<br />
Wel, zij had<strong>de</strong>n alles teruggebracht tot „naabt" en „draperie", d.w.z. tot<br />
<strong>de</strong>n mensch en <strong>de</strong> meest eenvoudige, maar uitdrukkingsvolle kleedij. Zoo<br />
<strong>de</strong><strong>de</strong>n Michel Angelo, Leonardo da Vinci en Rafael.<br />
De meesters van <strong>de</strong>n twee<strong>de</strong>n rang voegen in hun schil<strong>de</strong>ringen gaarne<br />
allerlei oudhe<strong>de</strong>n in, d.w.z. allerlei zaken die zij dachten dat Grieksch-<br />
Romeinsch waren.<br />
67
En hun nabootsers in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n overdreven dat nog meer, zoodat hun<br />
verbeeldingen doen <strong>de</strong>nken aan tooneelen, al te vol gestopt met ou<strong>de</strong>rwetsche<br />
requisieten.<br />
Breughel en Rembrandt doen an<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> eerste verplaatst het historisch<br />
gebeuren in zijn eigen tijd op het platteland van Brabant, <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> iaat<br />
het l3ijbelsche verhaal geschie<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rachtige menschen, die<br />
rondom zijn huis in <strong>de</strong> Jo<strong>de</strong>nbreestraat wonen.<br />
Neen, <strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>r heeft geen zin <strong>voor</strong> het historische,. als hij <strong>de</strong> „Kin<strong>de</strong>rmoord<br />
te Bethlehem" doet geschie<strong>de</strong>n op een besneeuwd marktplein van<br />
een Brabantsch dorp, <strong>de</strong> soldaten van Hero<strong>de</strong>s <strong>de</strong> soldateska van Alva<br />
doet zijn, en handboogen en arbaleten in han<strong>de</strong>n geeft van <strong>de</strong> krijgslie<strong>de</strong>n,<br />
die Christus naar Calvarieën gelei<strong>de</strong>n.<br />
N e e n, hij heeft geen gevoel <strong>voor</strong> geschie<strong>de</strong>nis, maar zijn o o g e n<br />
z i e n, en zijn han<strong>de</strong>n geven prachtig <strong>de</strong> natuur en het leven weer.<br />
Niemand vóór Breughel en weinigen na Breughel zien Gods natuur eerbiediger<br />
aan; <strong>de</strong> eenvoudige waarheid heeft nooit een schil<strong>de</strong>r met meer<br />
waren eenvoud bena<strong>de</strong>rd.<br />
Dal nu heeft Breughel's tijd niet gezien, en hij lion het niet zien. De eigen<br />
tijd vergist zich als regel in <strong>de</strong> beteekenis zijner Kunstenaars. De menschen<br />
die er verstand van had<strong>de</strong>n, hebben immers in Breughel's tijd nauwelijks<br />
naar zijn werk gezien. De man was niet mo<strong>de</strong>rn.<br />
Hij flatteer<strong>de</strong> geen enkel modieus verlangen van <strong>de</strong>n tijdgeest; wij weten<br />
nu dat door niet te doen wat <strong>de</strong> „beaux esprits" van zijn tijd verlang<strong>de</strong>n,<br />
lui toen ou<strong>de</strong>rwetsch leek, —maar in werkelijkheid „nieuw" was, —<br />
en werkte <strong>voor</strong> volgen<strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>zen tijd, en <strong>voor</strong> ellen tijd.<br />
En <strong>de</strong> kreet om natuur en waarheid, die toch ook in tij<strong>de</strong>n van onnatuur<br />
en pose door <strong>de</strong> beteren wordt geslaakt, zal, zoolang Breughel s werken<br />
bewaard blijven, steeds door hem beantwoord wor<strong>de</strong>n. En zijn oeuvre zal<br />
een les blijven dat eigen aard en raseigen, breed ontplooid, <strong>de</strong> groote<br />
meesters penmerken.<br />
Van Breughel zal altijd geleerd kunnen wor<strong>de</strong>n dat, zichzelf vin<strong>de</strong>n,<br />
zichzelf zijn en zichzelf blijven, in <strong>de</strong> kunst, zoowel als in het leven,<br />
een even hooge wet is als die <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong>, <strong>de</strong> hoogste wet.<br />
68
VI.<br />
DE ZESTIENDE EEUW. — De Haarlemsche en Utrechtsche<br />
centra, het ontstaan van het groepsportret.<br />
eerera wij over <strong>de</strong>n Moerdijk naar het eigenlijke Holland<br />
terug, dan zal Haarlem ons in <strong>de</strong> eerste plaats bezig hou<strong>de</strong>n,<br />
omdat daar <strong>de</strong> zeer begaaf<strong>de</strong> leerling van Jan van Scorel diens werk<br />
<strong>voor</strong>tzet, met zooveel overtuiging en vaak, <strong>voor</strong>al in <strong>de</strong> portretten, met<br />
zooveel geluk, dat een groot familieportret van het Museum te Cassel een<br />
Scorelportret lijkt, zoo machtig als <strong>de</strong> leeraar zelf het niet verwezenlijkte.<br />
Maerten van Heemskerck is <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van dit werk.<br />
In 1532, op vier en <strong>de</strong>rtig jarigen leeftijd vertrekt Maerten, als zijn<br />
meester, naar Italië, waar hij <strong>de</strong> vlijtigste stu<strong>de</strong>nt is die men zich <strong>de</strong>nken<br />
kan,<br />
blijkens <strong>de</strong> vele teekeningen naar kunstwerken van allerlei aard,<br />
die hij er vier jaar later van me<strong>de</strong>bracht, toen hij zich we<strong>de</strong>r te Haarlem<br />
vestig<strong>de</strong>.<br />
De worsteling in het aesthetische, die uit zijn sterk bewogen altaarstukken<br />
spreekt, mag ons niet aflei<strong>de</strong>n van het feit, dat <strong>de</strong> strijd in het ethische <strong>de</strong><br />
richting gaat bepalen die <strong>de</strong> Hollandsche kunst nemen moet, en dat veel<br />
van het heroisch strij<strong>de</strong>n, om <strong>de</strong> nieuwe vorm van het monumentale<br />
altaarstuk, vergeefs zal zijn. De lotgevallen van Holland in het ethische<br />
zijn hier<strong>voor</strong> beslissend.<br />
Hoe <strong>de</strong> ongestoor<strong>de</strong> gang van <strong>de</strong> vernieuwing van het sacrale schil<strong>de</strong>rij<br />
zou zijn verloopen, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> tusschenkomst van het Calvinisme, is in <strong>de</strong><br />
Zui<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n te zien. Daar gaat een Frans Floris in een groote<br />
werkplaats, dat het atelier van Rubens <strong>voor</strong>afbeeldt, een zeer groot aantal<br />
schil<strong>de</strong>rs, die hem in staat stellen <strong>de</strong> artistieke productie <strong>voor</strong> kerkelijk<br />
gebruik te bevredigen, bifeenbrengen. Een naar het <strong>de</strong>coratieve gericht<br />
streven zet tapijtontwerpers en glasschil<strong>de</strong>rs aan het werk, die het fondament<br />
leggen <strong>voor</strong> een, ook Kerkelijke, kunst als on<strong>de</strong>r Isabella en Albert<br />
69
in <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n een tijdvak aanbreekt, dat met <strong>de</strong>n naam<br />
Rubens het dui<strong>de</strong>lijkst gekenmerkt wordt.<br />
Jammer, dat het meest monumentale van Maerten van Heemskerck's<br />
altaarstukken, dat hij <strong>voor</strong> <strong>de</strong> St. Laurens te Alkmaar schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, zoo<br />
ver wegraakte, n.l. in <strong>de</strong> groote herb van Linköping in Zwe<strong>de</strong>n.<br />
Toen nu alweer een paar jaar gele<strong>de</strong>n, op <strong>de</strong> tentoonstelling van Bijbelscha<br />
lunst D i r c k B a r en d s z' meesterstuk, het altaar van .,<strong>de</strong> Aanbidding<br />
<strong>de</strong>r her<strong>de</strong>rs" uit het Museum te Gouda, zoo was opgesteld dat men zich<br />
<strong>de</strong> plaatsing in een hagelabsi<strong>de</strong> goed <strong>voor</strong> lion stellen, en een savant<br />
aangebrachte kunstverlichting <strong>de</strong> kaarsengloed nabij kwam, waarop in<br />
<strong>de</strong>n kerstnacht <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij eeuwen gele<strong>de</strong>n baad<strong>de</strong>, maakte het werk<br />
grooten indruk.<br />
Zeper, van <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong>-eeuwsche ingetogenheid is alles verloren, maar <strong>de</strong><br />
ingetogenheid, <strong>de</strong> stille <strong>de</strong>votie is slechts één aspect van het religieuze<br />
sentiment. Het ware onbillijk niet te willen zien, dat <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
schil<strong>de</strong>rs hun kerkelijke stukken, naast een jubelen<strong>de</strong> levenspracht, ook een<br />
geestelijk elan gaven, dat <strong>de</strong> dagen <strong>de</strong>r Rubensche extase aankondigt.<br />
Te mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n godsdienststrijd slijpt <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> Dirck Barendsz<br />
(1532-1592) zijn bekwaamhe<strong>de</strong>n, die hem in staat moeten stellen het<br />
in Italië geleer<strong>de</strong>, speciaal te Venetië, naar Van Mandar verklaart in<br />
Titiaan's werkplaats, aan te wen<strong>de</strong>n bij het uitvoeren <strong>de</strong>r monumentaal<br />
k erkeljke opdrachten die hem, naar hij vertrouwd, wachten. Ten opzichte<br />
van hun Italiaansche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n, nemen <strong>de</strong> Hollandsche meesters<br />
bij <strong>de</strong> uitvoering <strong>de</strong>zer opdrachten een zeer krachtige wending naar hef<br />
realisme.<br />
Zij is mogelijk het sterkst bij Pieter Aertsen, <strong>de</strong>n misschien te<br />
Amsterdam geboren meester, die zijn studiejaren te Antwerpen doorbracht,<br />
en die in Holland, rond Amsterdam, een bree<strong>de</strong> werkzaamheid gaat<br />
ontplooien.<br />
Van zijn hoofdwerk, een groote Altaarretabel met <strong>de</strong> aanbidding <strong>de</strong>r<br />
her<strong>de</strong>rs, is nog juist genoeg aan <strong>de</strong> vernieling ontsnapt, om ons een schil<strong>de</strong>ring<br />
<strong>voor</strong> ooggin te brengen die zeer dicht bij het verlossen<strong>de</strong> accoord van Rubens<br />
aanklinkt. De ou<strong>de</strong>re P i e ter A e r t s e n lijkt echter aardschar gericht<br />
dan <strong>de</strong> jongere Barendsz.<br />
Een Hollandsche monumentale kerkelijke schil<strong>de</strong>rkunst laat zich, naast,<br />
en ten<strong>de</strong>ele tegenover, <strong>de</strong> Vlaamsche kunst <strong>de</strong>r aanvangen<strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw, wel <strong>de</strong>nken, misschien het gemakkelijkst in <strong>de</strong> groote Kerb te Gouda,<br />
te mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r glasschil<strong>de</strong>ringen <strong>de</strong>r Crabeth's, die juist van het verschil<br />
tusschen <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> scholen getuigen. Aan dit alles kwam, bij het „omgaan"<br />
van <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke ste<strong>de</strong>n naar <strong>de</strong> Hervorming, een plotseling en vaak ruw<br />
70
HET<br />
Schil<strong>de</strong>r-Bocck<br />
wacr n <strong>voor</strong> ecrft dc1cer1ufli %<br />
ghclucght<strong>de</strong>ngrondt' <strong>de</strong> e<br />
GLVry SCHIIiDLRCONST t n A<br />
verfcheydcn dccicn Worc t`<br />
vooYshedraghen<br />
Dacr nac nIa/z ttcnQCl`<br />
mnacrdc<br />
doou(uchizqhe Schridcrr ;<br />
^<br />
dc^ ou<strong>de</strong>n, cn nitttmyd3<br />
yntJyc&<br />
io^rxosEo^v Ju6£Iusdzj N^,so<br />
n s Oock. dacrEcnffcnsçjt6S&znqic hr<br />
Iiqucrcit JOG. diem ch at nuit dut,<br />
Abi<strong>de</strong>rs Corcm:iia''rJ. Cu dichtcit ooc +<br />
(drat aten mrn rchrn,<br />
^ 05oor Aida* ^ttó^tí' )St ‘ii`u:<br />
Carel van Man<strong>de</strong>r, 1548-1606. Titelpagina van zijn Schil<strong>de</strong>r-Boeck,I<br />
71
ein<strong>de</strong>. Als onze <strong>voor</strong>va<strong>de</strong>ren zullen „schoppen 't Roomsch autaer met<br />
Dracht uit alle Kercken", zullen zij in ie<strong>de</strong>r geval een <strong>voor</strong>loopig ein<strong>de</strong><br />
maken aan <strong>de</strong> kerkelijke kunst.<br />
Het <strong>de</strong>coratieve en monumentale streven vluchtte ten<strong>de</strong>ele in <strong>de</strong> mythologie,<br />
waartoe <strong>de</strong> Fransche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n dikwijls <strong>de</strong> Italiaansche vervingen, zon<strong>de</strong>r<br />
dat wij daarbij vergeten dat die Fransche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n, of door Italiaansche<br />
meesters in het paleis van Fontainebleauwer<strong>de</strong>ngegeven, óf dat <strong>de</strong> Italiaansche<br />
inspiratie bij Fransche meesters <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong> eeuw alles overheerschend was.<br />
Overelegante figuren, zooals <strong>de</strong> Florentijnen na Michel Angelo, en <strong>de</strong><br />
Franschen uit <strong>de</strong> school van Fontainebleau die gaven, aan hun, een ti/Zie<br />
erotische go<strong>de</strong>navonturen, vin<strong>de</strong>n wij bij <strong>de</strong>n leerling van Frans Floris,<br />
<strong>de</strong>n te Delft teruggekeer<strong>de</strong>n A n ton ie o an B 1 o c k land t. Vooral<br />
uit <strong>de</strong> gravures naar zijn werken zien wij zijn reizen naar Frankrijk<br />
en Italië. Waarnaar hij (1534-1583) en vele an<strong>de</strong>re van zijn generatie<br />
streef<strong>de</strong>n liep uit op Cornelis Cornelisz van Haarlem<br />
(1562-1638). Wij zijn dan weer in dat brandpunt, dat reeds zoo heel<br />
vroeg in onze lunst zooveel tot zich trok.<br />
De om <strong>de</strong>n geloove uit Antwerpen gevluchte Care 1 v an Man<strong>de</strong> r<br />
had zich in 1583 te Haarlem gevestigd, waar hij met Cornelis Cornelisz<br />
en Hendrick Goltzius, <strong>de</strong> Haarlemsche Aca<strong>de</strong>mie stichtte.<br />
Van Man<strong>de</strong>r, die te Meulebeke bij Brugge, in 1548 geboren was uit gegoe<strong>de</strong><br />
familie, bleek universeel, en zeer vroeg begaafd. Reeds in Vlaan<strong>de</strong>ren<br />
had hij te Kortrijk van een „romanist" Pieter Vlerick, die bij Tintoretto<br />
in Venetië was geweest, les gehad. Vijf en twintig jaar oud vertrekt hij<br />
naar Rome. Als hij over Weersen en Nurnberg naar zijn land terugkomt,<br />
vindt hij Vlaan<strong>de</strong>ren in vuur en vlam. De „protestantischer Flüchtling<br />
ohne Vervolginssucht, scharfer Verurteiler <strong>de</strong>s Irrsiners <strong>de</strong>r Bil<strong>de</strong>rstürmerei,"<br />
zooals een Duitsche biograaf hem noemt, zal in 1603 van Haarlem naar het<br />
slot Sevenbergen, halfweg Alkmaar, trekken, waar hij naar het <strong>voor</strong>beeld<br />
van Giorgio Vasari, zijn, in 1604 uitgekomen „Schil<strong>de</strong>rboeck" schrijft.<br />
De twee<strong>de</strong> uitgave uit 1618 krijgt als toevoeging een levensbeschrijving<br />
van <strong>de</strong>n auteur, door Gerbrand Adriaens Bre<strong>de</strong>ro<strong>de</strong>, <strong>de</strong>n genialen schrijver<br />
van <strong>de</strong> „Spaansche Braban<strong>de</strong>r". In <strong>de</strong>ze levensbeschrijving wordt on<strong>de</strong>r vier<br />
leerlingen van Van Man<strong>de</strong>r in diensHaarlemschen tij d, F rans Hals genoemd.<br />
Hals moet dan op <strong>de</strong> Haarlemsche Aca<strong>de</strong>mie ook lessen gehad hekben van<br />
Cornelis Cornelisz. Deze was in 1562 in een <strong>voor</strong>name woning te Haarlem<br />
geboren, en zou door Pieter Pietersz, een zoon van Pieter Aertsen tot<br />
schil<strong>de</strong>ren zijn gebracht. Als hij op zevenentwintig jaar op reis gaat<br />
„haalt" hij Italië niet, maar blijft te Frankrijk, te Rouen, om daarna<br />
nog lang hij Gilles Coignet, te Antwerpen, te stu<strong>de</strong>eren. Die studie stelt<br />
72
Íhi7' lïlr ►l ►llll111i111P1)';II;.í<br />
^► IíFR I<br />
Portret (fragment) van H. Goltzius, 1558-1617 door diens schoonzoon Jacques Matham.<br />
dok <strong>de</strong>n katholieken Cornelisz in staat, van het altaarstuk naar <strong>de</strong><br />
mythologie te zwenken. Wel schil<strong>de</strong>rt hij nog in 1590 een „Kin<strong>de</strong>rmoord te<br />
Bethlehem," in <strong>de</strong> plaats van een gesne<strong>de</strong>n altaar met een Maerten van<br />
Heemskerck, maar weldra maakt hij via een „Adam en Eva" (Rijksmuseum)<br />
zijn vlucht uit <strong>de</strong> gewij<strong>de</strong> stof, naar „het gou<strong>de</strong>n tijdvak" (te Brunswijk)<br />
<strong>de</strong>r mythologie. Zijn richting zou in <strong>de</strong> kunst van Holland zoo beslissend,<br />
en bij herhaling, geslagen wor<strong>de</strong>n, dat wij moeilijk zijn beteekenis en<br />
zijn waarlijk virtuoze gaven kunnen waar<strong>de</strong>eren.<br />
Der dritte im Bun<strong>de</strong> was H en d r ik Co 1 t z i u s. Te Würzburg<br />
geboren, was hij als negentienjarige, als leerling van Coomhert, naar Haarlem<br />
gekomen. Hij huwt, misschien te jong, een weduwe, wiens zoon Jacob<br />
Matham later zijn trouwste navolger wordt. Heeft een longlie<strong>de</strong>n me<strong>de</strong><br />
beslist over zijn gang naar het Zui<strong>de</strong>n ? Hij bereikt Napels over Duitschland,<br />
toeft te Venetië en werkt in 1591 te Rome, bij Fe<strong>de</strong>rigo Zuccaro.<br />
Zeer zwak komt hij te Haarlem terug, maar hij bereikt, dank zij een <strong>voor</strong>zichtig<br />
leven, <strong>de</strong>n zestigjaren leeftijd (f 1617).<br />
Een meer virtuoos graveur dan Goltzius reeds jong was, laat zich moeilijk<br />
<strong>de</strong>nken, zijn invloed op <strong>de</strong> graveurs, in dienst en in <strong>de</strong>n bring van Rubens,<br />
is dan ook heel groot geweest. Uit vele zijner prenten spreekt een ware verliefdheid<br />
op antieke statuën en ook <strong>de</strong> vereering <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Italianen van zijn<br />
73
tijd Barocci, Zuccaro en Giovanni da Bologna, die lui persoonlijk ontmoette;<br />
maar niet min<strong>de</strong>r zal het manierisme van Bartholomeus Spranger, hofschil<strong>de</strong>r<br />
te Weersen en Praag, hem beinvloe<strong>de</strong>n. Betrekkelijk Iaat gaat hij<br />
schil<strong>de</strong>ren, maar het is <strong>voor</strong>al door zijn kopergravures dat hij zal blijven<br />
leven als een meester, <strong>voor</strong>al waar hij niet vluchtte in <strong>de</strong> mythologie,<br />
een richting die in Holland ook ten doo<strong>de</strong> was opgeschreven.<br />
De aca<strong>de</strong>mische richting handhaaf<strong>de</strong> zich te Utrecht het langst, waar<br />
Joachim Wtewael(h566-1638)en Abraham Bloemaert<br />
(1564-1651), <strong>de</strong> laatste Hollandsche schil<strong>de</strong>r van altaarstukken, met<br />
Gerard Houthorst, <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche poging tot een Hollandsche<br />
hofkunst in uitzicht stellen.<br />
Oneindig rijker zal <strong>de</strong> ontwikkeling van het portret, van Scorel uit,<br />
zich ontplooien. In Maerten van Heemskerck zagen wij reeds een machtig<br />
conterfeiter; zijn zelfportret met <strong>de</strong> ruine van het Colosseum uit 1553 moge<br />
wat vreemd gecomponeerd zijn, het heeft een machtige en zelfs stemmingsvolle<br />
uitdrukking.<br />
Toch zal die an<strong>de</strong>re leerling van Scorel, Anton Mor van D a sh<br />
o r s t, hem nog overtreffen. Als Antonio Moro zal hij aan <strong>de</strong> hoven<br />
van Engeland en Spanje <strong>de</strong> eerste kunstenaar van Europeeschen stijl, <strong>de</strong><br />
belangrijkste portretschil<strong>de</strong>r vóór Rembrandt zijn.<br />
Aanvankelijk in dienst van Granvelle en Maria, <strong>de</strong> regentesse <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n,<br />
was <strong>de</strong> Utrechtsche schil<strong>de</strong>r door <strong>de</strong> laatste, in 1550 naar Portugal<br />
gezon<strong>de</strong>n. Denken wij aan van Eyck, dan schijnt het dat <strong>voor</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> weg naar Spanje over Portugal leidt. Na <strong>de</strong>n dood van<br />
Maria van Portugal, <strong>de</strong> vrouw van Philips II, gaat Mor naar Lon<strong>de</strong>n<br />
om 's konings twee<strong>de</strong> vrouw Maria Tudor, die hem <strong>de</strong> Engelsche<br />
Kroon schonk zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Spaansche daar<strong>voor</strong> in ruil te Krijgen, te portretteeren.<br />
In het Prado te Madrid hangt dit portret als een <strong>de</strong>r schoonste en<br />
meest karaktervolle. Als een idool zit <strong>de</strong> bleeke, pruikdragen<strong>de</strong> Mary<br />
met <strong>de</strong> roos van Tudor in <strong>de</strong> rechterhand; terecht heeft men van haar<br />
opgemerkt dat zij geen lippen en geen blip heeft.<br />
Toen <strong>de</strong> brandlucht <strong>de</strong>r Spaansche autodag s hem te sterk in <strong>de</strong> neusgaten<br />
woei, reis<strong>de</strong> Moro af naar Brussel, waar hij bij <strong>de</strong> nieuwe landvoog<strong>de</strong>s, Margareta<br />
van Parma, een gunstig onthaal vond.<br />
Veel van zijn Spaanschen arbeid is in <strong>de</strong>n brand in 1604 van hef jachtslot<br />
Pardo, bij Madrid, verloren gegaan. Wij, in Holland, behoeven sinds Benige<br />
jaren niet naar Madrid te gaan om Moro volledig te bewon<strong>de</strong>ren. Het<br />
prachtige portret van een rossen goudsmid in ron<strong>de</strong> dracht, in het<br />
Mauritshuis, vond aanvulling door <strong>de</strong> meesterstukken van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r :<br />
Lord Gresham, minister van financiën on<strong>de</strong>r Elisabeth, en diens vrouw.<br />
74
..• ^<br />
•• "47<br />
,rnNri+,17 ^ +<br />
; ^ AAI.<br />
•<br />
'++ +y^• 1 ; `^;hi+^^+.+.<br />
•<br />
•1., r yi n,7^^ :^^% r w ^ r ` v ^ti. ^I^s<br />
^/^r<br />
r 1:r1' • • —.a .y.., u 1 f^<br />
•<br />
. ; +I^^tl r<br />
' . •:+ ^5'<br />
. .... ..... _ .a.+..'.1{1<br />
. ., .: .(, ';:7^ :•: ^•^. ^u.+ •-^ _....^,: .^.<br />
^.,w°^:y^+y^^iïv: .^ij»,...,.,. . •^^ ^ ^<br />
=....++.iwti+^tTS;^i•^+5,.•....::^..:^ .T' ^^^<br />
rY ' i'ra7^.L•^•.r.^ -^^^.^ ^, `^•<br />
^ ^Myi. -^y;.^.~^+•.r.n ^f w\^., ^ ` ~I.Y , w^ r<br />
^^:-^Z ..., wr =.. r^„r ,=• •^^ • • ^<br />
.<br />
-f=<br />
^•. . ..<br />
H. Goltzius, 1558-1616. Pallas, f ragment van een gravure <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Metamorphoses van Ovidius.<br />
De <strong>voor</strong>treffelijk ff ^k bewaar<strong>de</strong> portretten gingen, een tiental jaren gele<strong>de</strong>n, uit<br />
Sovjet bezit in Ne<strong>de</strong>rlandsch bezit over, en hangen nu, in prachtig licht, in<br />
ons Rijksmuseum.<br />
Als van Moro's Willem <strong>de</strong> Zwijger-portret, op vijf en twintig jarigen leef tijd,<br />
gezegd is dat hij <strong>de</strong>n politicus in het harnas schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, alsof hij diens geheele<br />
levensloopen<strong>de</strong>, k dan is <strong>de</strong> hoogste lof aan Mors psychologische intuïtie<br />
75
gebracht. 't Is me<strong>de</strong> door <strong>de</strong>ze psychologische intuïtie dat Mor zich<br />
verheft boven <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>treffelijken C o r n e 1 i s K e t e 1 (1548-1616),<br />
dien wij echter bij <strong>de</strong> ontwikkeling van het groepsportret zijn zeer<br />
belangrijke plaats zullen geven.<br />
Wij stipten reeds aan dat Jan van Scorel pelgrimcongregaties geschil<strong>de</strong>rd<br />
heeft. De „knielen<strong>de</strong> schenker" <strong>de</strong>r altaarstukken had zich in <strong>de</strong> 15<strong>de</strong> eeuw<br />
van zijn familie omringd. De stichter van een altaarstuk, dat aan <strong>de</strong>n<br />
Noord-Hollandschen „meester van Alkmaar" wordt toegeschreven, stelt<br />
zich zelf en zijn zeven zoons on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schotse van St. Jacob, zijn vrouw<br />
en haar acht dochters on<strong>de</strong>r die van Maria Magdalena.<br />
Van zoon religieus familiestuk naar een groep van leeken en geestelijken,<br />
die zich door een pelgrimstocht naar het H. Land eermaagd gevoelen, is<br />
slechts een kleine stap, die Scorel heeft afgelegd op <strong>de</strong> langgerekte paneelera<br />
in het Museum te Utrecht en te Haarlem, waarop <strong>de</strong> palmtakdragen<strong>de</strong><br />
Jerusalemgangers zich aaneenrijgen, en zelfs een enkele maal <strong>de</strong>n indruk<br />
wekken, in hun halffiguren aan ons <strong>voor</strong>bij te loopera.<br />
Nog eeuwen behou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> schutters <strong>de</strong> namen <strong>de</strong>r patroonheiligen van hun<br />
Doelen, maar met <strong>de</strong> Hervorming wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze groepen in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong>r<br />
zestien<strong>de</strong> eeuw geheel profaan. Groepen zijn het aanvankelijk nauwelijks:<br />
<strong>de</strong> provinciale schil<strong>de</strong>rs A llae r t C 1 a es z, D i r i c k J a c o b s z,<br />
Aert Pietersz en Gerrit Pietersz hebben te Amsterdam<br />
nog veel moeite <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke beeltenissen op levensgrootte tot een geheel<br />
te maken, waarop kloveniers en schutters op natuurlijke wijze bijeen zijn.<br />
Men neemt gewoonlijk aan dat Co r n e 1 i s A n t h o n is z, <strong>de</strong> <strong>voor</strong>treffelijke<br />
houtsnij<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> prachtige Amsterdamsche baart uit 1544,<br />
<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r is van <strong>de</strong> eerste schuttersmaaltijd. Wij hebben het oog op <strong>de</strong><br />
z.g. „Braspenningmaaltijd" uit 1533, waarbij het eten meer een aanduiding<br />
is, thans in het Rijksmuseum.<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs die aan <strong>de</strong> ontwikkeling van het groepsportret veel<br />
bijdroegen, waren zij, die zich meer internationaal bewogen, het gelukkigst.<br />
Pieter 1 s a acs z, uit Haarlemsche ou<strong>de</strong>rs te Elseneur in Denemarken<br />
geboren, en die daar hofschil<strong>de</strong>r werd, heeft in 1596 en 1599 Corporaalstukken<br />
te Amsterdam geschil<strong>de</strong>rd.<br />
Maar Dirck Barentsz, dien wij reeds als een groot meester leer<strong>de</strong>n hennen,<br />
die te Venetië Titiaan's werkplaats bezocht, was in zijn Amsterdamsche<br />
schuttersmaaltij<strong>de</strong>n van 1562 en 1566 bijzon<strong>de</strong>r gelukkig. Vooral in <strong>de</strong><br />
z.g. „Poseters" uit 1566, spreekt een zin <strong>voor</strong> losse groepeering, die een<br />
groote stap <strong>voor</strong>uit beteeken<strong>de</strong>.<br />
C o r n e lis K e t e 1, die te Gouda geboren was, ging, na bij Anthonie<br />
van Blocklandt te Delft in <strong>de</strong> leer te zijn geweest, te Fontainebleau<br />
76
het groepje Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs versterken die daar werkten. Wordt hij door<br />
onlusten tot terugkeeren gedwongen, dan vindt hij <strong>de</strong>ze ook in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n,<br />
waar beel<strong>de</strong>nstorm en geuzenopstand hem dwingen ditmaal in<br />
Engeland te gaan werken. Daar vindt hij een bijzon<strong>de</strong>re aanmoediging<br />
tot het portretschil<strong>de</strong>ren. (<strong>de</strong>nken wij slechts aan Holbein)<br />
In 1588 schept hij met „het Corporaalschap van Kapitein Dirck Jacobsz.<br />
Rosecrans en Luitenant Pauw", in het Rijksmuseum, het meesterstuk van<br />
<strong>de</strong>n tijd. Als op een Shakespearetooneel bewegen zich <strong>de</strong> levensgroote<br />
figuren, ten voeten uit, rond <strong>de</strong>n Kapitein en <strong>de</strong>n luitenant. Voor 't eerst<br />
maken <strong>de</strong> schutters een werkelijk herolschen indruk. Rembrandt, die het<br />
stuk niet alleen gekend, maar het goed bestu<strong>de</strong>erd moet hebben, heeft met<br />
zijn „Nachtwacht" van zijn bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> Ketel getuigd, door zich<br />
dicht op figuren en stan<strong>de</strong>n te inspireeren.<br />
Noch in <strong>de</strong> compositie, noch in het terugdringen <strong>de</strong>r <strong>de</strong>tails, noch in <strong>de</strong><br />
belichting werd echter in Ketel's werk <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeucusche samentrekking<br />
tot stand gebracht. Om die samentrekking worstelen 'n W e r n e r<br />
van Valkert en een Cornelis van <strong>de</strong>r Voort, bei<strong>de</strong>n<br />
nog in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw geboren, te Amsterdam, waar in het eerste kwart <strong>de</strong>r<br />
zeventien<strong>de</strong> eeuw Thomas, zoon van <strong>de</strong>n architect-beeldhouwer <strong>de</strong>r<br />
stad Hendrick <strong>de</strong> Keyser, die samentrekking eerst bereikt in<br />
zijn „corporaalschap van kapitein Allart Cloeck" uit 1632.<br />
Maar nu wor<strong>de</strong>n wij weer naar Haarlem getrokken waar <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r Franschen<br />
invloed gevorm<strong>de</strong>n C o r n e l i s van H a er le m, ook het<br />
groepsportret beoefend had. Zijn schutterstuk wordt in het Haarlemsche<br />
Museum verduisterd door het oeuvre van <strong>de</strong>n in Vlaan<strong>de</strong>ren omstreeks<br />
1580 geboren, maar sinds 1604 te Haarlem werken<strong>de</strong>n, Frans Hals, die<br />
hef genre met verblin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> glans, en op het laatst van zijn lange leven met<br />
verbeten ernst tot rijpheid bracht. Maar dan zijn wij in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw. Nu had<strong>de</strong>n wij slechts <strong>de</strong> bedoeling, te wijzen op <strong>de</strong>n zestien<strong>de</strong>neeuwschen<br />
oorsprong van een genre, dat Hollandsch is bij uitnemendheid.<br />
't Is ten slotte niet te verwon<strong>de</strong>ren dat een volk, dat met „verga<strong>de</strong>ren"<br />
een nationale <strong>de</strong>ugd (of on<strong>de</strong>ugd ?) beoefent, nog he<strong>de</strong>n, het verga<strong>de</strong>ringsschil<strong>de</strong>rij<br />
„uitvond", en tot bloei bracht.<br />
77
VII<br />
DE ZEVENTIENDE EEUW. — De internationale barokkunst<br />
vindt weerklank aan het stadhou<strong>de</strong>rlijk hof van<br />
Fre<strong>de</strong>rik Hendrik.<br />
e zeventien<strong>de</strong> eeuw is <strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n eeuw van Holland. Zij wordt<br />
naar <strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n onzer stadhou<strong>de</strong>rs ook wel : <strong>de</strong> eeuw van<br />
Fre<strong>de</strong>rik Hendrik genoemd. Bij een overzicht van die eeuw mogen wij<br />
haar aanvankelijk van uit die benaming bezien.<br />
De kunst <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw in Europa is <strong>de</strong> Barok. Zij is internationaal<br />
en staat in dienst of wel van <strong>de</strong> Kerk, en vormt een belangrijk on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el<br />
<strong>de</strong>r Contrareformatie zooals in <strong>de</strong> Zui<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, het tegenwoordige<br />
België, ofwel, zij is een hofkunst als in Frankrijk, Engeland en<br />
Denemarken.<br />
En in Holland ? Daar bloeit zij rondom het stadhou<strong>de</strong>rlijk hof.<br />
Hoe ston<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Nassauers tegenover <strong>de</strong> kunst?<br />
Hoewel er een buitengewoon schoon portret van „<strong>de</strong>n Zwijger" bestaat<br />
waarin Anton Mor v an D a s h o r s t, meer bekend on<strong>de</strong>r zijn<br />
internationaler naam : Antonio Moro, Willem jong schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
alsof hij zijn ganschen levensloop reeds len<strong>de</strong>, bestaan er geen gegevens<br />
waaruit belangstelling van <strong>de</strong>n Prins <strong>voor</strong> iets an<strong>de</strong>rs blijkt dan <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
politiek.<br />
Politiek was <strong>voor</strong> hem kunst, zooals <strong>de</strong> krijg het zou wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> zijn<br />
zoon en directen opvolger Prins Maurits. Voor hem was <strong>de</strong> kunst — <strong>de</strong><br />
krijgskunst. Als bootoer was hij vestingbouwer. Zijn hof hield Maurits<br />
in dat kleine <strong>de</strong>el van het Haagsche hof dat ter beschikking van <strong>de</strong>n stadhou<strong>de</strong>r<br />
stond. Aan hef eind van zijn leven liet hij dit kwartier uitbrei<strong>de</strong>n en<br />
er een tuin aanleggen. Jacob d e G h e i n, Haarlemsch schil<strong>de</strong>r,<br />
had hierbij <strong>de</strong> leading.<br />
Toch vertelt <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst van Maurits door een paar grootere genre<br />
79
eel<strong>de</strong>n als : „een gezicht op <strong>de</strong> kermis te Rijswijk" door Adreaen van <strong>de</strong><br />
Venue. Maar ook door bestellingen aan portretschil<strong>de</strong>rs, en ook uit die<br />
bestellingen spreekt <strong>de</strong> militair.<br />
Tusschen 1611 en 1624 wer<strong>de</strong>n door fan van R a v e s t e i n 23<br />
Kapiteinsportretten geschil<strong>de</strong>rd, die nu in het Museum het Mauritshuis<br />
bewaard wor<strong>de</strong>n.<br />
De invloed van <strong>de</strong>n Hollandschen stadhou<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> kunst begint bij Willem<br />
<strong>de</strong>n Zwijger twee<strong>de</strong>n opvolger en zoon : Fre<strong>de</strong>rik Hendrik.<br />
Louise <strong>de</strong> Coligny gaf haar zoon een Fransche opvoeding. Op 14 jaar<br />
toef<strong>de</strong> <strong>de</strong> jonge Fre<strong>de</strong>rik Hendrik aan het hof van zijn peet : Henry IV<br />
<strong>de</strong>n Franschen boning. Hij Kwam er later na 11 jaar in 1609 terug en zag<br />
het Louvre en <strong>de</strong> galerij die <strong>de</strong> verbinding vormt met <strong>de</strong> Tuilleri&én,<br />
St Germain-en-Lage, en Fontainebleau, waarvan <strong>de</strong> kapel, on<strong>de</strong>r<br />
Louis X111 voltooid, dui<strong>de</strong>lijk het i<strong>de</strong>aal van <strong>de</strong>n tijd, speciaal van <strong>de</strong><br />
Europeesche hoven, vertoont.<br />
Hendrik IV had een zwak <strong>voor</strong> Fre<strong>de</strong>rik Hendrik en heeft Louise <strong>de</strong><br />
Coligny Benige malen <strong>voor</strong>gesteld hem aan zijn hof op te voe<strong>de</strong>n. 't Lijkt<br />
zeker dat het <strong>voor</strong>beeld van Henri IV Fre<strong>de</strong>rik Hendrik van uit zijn<br />
jeugd <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n geest zweef<strong>de</strong>.<br />
Zijn twee<strong>de</strong> peter was <strong>de</strong> boning van Denemarken Fre<strong>de</strong>rik 11. Deze vorst<br />
en <strong>voor</strong>al zijn zoon Christiaan IV(1588-1648) waren door een bouwlust,<br />
als die van Hendrik IV, bezeten. De zuster van Christiaan IV huw<strong>de</strong> met<br />
James I, <strong>de</strong>n Engelschen boning, die <strong>de</strong>n bouw van het paleis White Hall<br />
begint, dat grootsch en weidsch wordt ge<strong>de</strong>coreerd door Rubens.<br />
Van alle zij<strong>de</strong>n vindt Fre<strong>de</strong>rik Hendrik aanmoediging : Frankrijk,<br />
Denemarken, Engeland.<br />
Zijn huwelijk met een Duitsche gaat in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> richting. Amalia van<br />
Solms was hofdame bij Fre<strong>de</strong>rik V van <strong>de</strong> Palts en diens vrouw Elisabeth,<br />
dochter van James 1 van Engeland.<br />
De „winterhoning" was <strong>de</strong> verjaag<strong>de</strong> Koning van Bohemen, die zich in<br />
1621 te 's-Gravenhalte vestig<strong>de</strong>.<br />
De relatie tusschen het stadhou<strong>de</strong>rlijk hof en <strong>de</strong> „Bohemers" bleef steeds<br />
een nauwe.<br />
En nu nog een laatste omstandigheid die Fr. H. aan <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> <strong>de</strong>r lunst<br />
bracht.<br />
Bij <strong>de</strong> aanvaarding van het stadhou<strong>de</strong>rsschap nam Fre<strong>de</strong>rik Hendrik<br />
Constantijn Huygens tot secretaris (1596-1687). Deze zeer begaaf<strong>de</strong><br />
man, dien men <strong>de</strong> hoveling on<strong>de</strong>r onze dichters genoemd heeft, dien<strong>de</strong> drie<br />
stadhou<strong>de</strong>rs : Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, Willem 11 en Willem 111. Prof. Prinsen<br />
stel<strong>de</strong> vast dat : „patricische <strong>de</strong>ftigheid, Calvinistische vroomheid, lief<strong>de</strong><br />
80
<strong>voor</strong> Oranje en standsbesef het milieu vorm<strong>de</strong>n waarin <strong>de</strong> dichter opgroei<strong>de</strong>.<br />
In 1625 toen hij bij <strong>de</strong>n Prins in dienst kwam was hij reeds een belend<br />
dichter. Tot Fre<strong>de</strong>rik Hendrik stond hij in vertrouwelijke verhouding.<br />
Willem 111 behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> hem uit <strong>de</strong> hoogte, hij len<strong>de</strong> zijn verdiensten niet<br />
<strong>voor</strong> het huis van Oranje". Fre<strong>de</strong>rik Hendrik vond in hem <strong>de</strong>n raadsman<br />
naar zijn hart. Huygens' lief<strong>de</strong> gaat naar <strong>de</strong> bouwkunst, hij begrijpt <strong>de</strong><br />
barokarchitectuur van zijn tijd, <strong>voor</strong>al op <strong>de</strong> wijze waarop <strong>de</strong> Fransche<br />
meesters haar beoefenen. De begaaf<strong>de</strong> humanist Huygens, man van bree<strong>de</strong><br />
kennis en fijnen smaak, voer<strong>de</strong> <strong>de</strong>n nieuwen Franschen bouwtrant in<br />
Holland in. Hij had een eer<strong>de</strong>r Zuid-Ne<strong>de</strong>rlandsche opvatting van <strong>de</strong> klassieken<br />
en van <strong>de</strong> Palladiaansche architectuur en wist die tot verwezenlijking<br />
te brengen <strong>voor</strong>al in zijn eigen huis, dat hij bouw<strong>de</strong> op grond, in 1634 van<br />
<strong>de</strong>n stadhou<strong>de</strong>r ten geschenke gekregen.<br />
Op <strong>de</strong>n hoek Plein-Lange Poten verrees on<strong>de</strong>r toezicht van zijn vrouw<br />
weldra een groote woning die in 1637 voltooid was.<br />
De man, die hem mogelijk bij <strong>de</strong>n bouw van zijn huis raad gaf, was <strong>de</strong><br />
architect gewor<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r Jacob van C a m p e n. Als schil<strong>de</strong>r<br />
naar Italië vertrokken, was hij als bouwmeester teruggekeerd. Hij is <strong>de</strong><br />
vertrouwensman van Huygens, en weldra ook van <strong>de</strong>n Prins. „Deze<br />
had in 1612 een goed, „Honselaersdijk" geheeten, en gelegen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
gemeente Naaidwijk bij 's-Gravenhalte, gekocht. In 1620 werd er op last<br />
van <strong>de</strong>n Prins met <strong>de</strong> verbouwing begonnen, in 1525 werd het grootex<br />
opgezet, en in 1627 was het zoover voltooid, dat reeds opdrachten aan<br />
schil<strong>de</strong>rs <strong>voor</strong> <strong>de</strong> binnen<strong>de</strong>coratie wer<strong>de</strong>n gegeven. In 1638 is het voltooid.<br />
Maria <strong>de</strong> Medicis heeft er bij haar bezoek aan Holland (eer<strong>de</strong>r een vlucht<br />
<strong>voor</strong> haar zoon) verschillen<strong>de</strong> dagen gelogeerd.<br />
Een droef lot was <strong>de</strong>zen bouw van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik beschoren. Na het<br />
vertrek van Prins Willem V in Y795, werd het groote Kasteel en zijn kunstschatten<br />
tot nationaal eigendom verklaard. In 1798 werd het ingericht tot<br />
staatsgevangenis en het volgend jaar tot militair hospitaal. In 1805<br />
werd er een militaire school in gevestigd, na <strong>de</strong> inlijving bij Frankrijk<br />
werd het weer als militair hospitaal gebruikt ; na het herstel van <strong>de</strong> Hollandsche<br />
onafhankelijkheid van 1813, kwam Honselaersdij on<strong>de</strong>r het<br />
bestuur <strong>de</strong>r rijksdomeinen. Het verkeer<strong>de</strong> evenwel toen in een zoodanigen<br />
staat van verval dat tot afbraak werd besloten. Aan <strong>de</strong> mogelijkheid van<br />
eerre restauratie, om <strong>de</strong> stichting van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik in ou<strong>de</strong>n luister te<br />
herstellen, werd niet gedacht. Koning Willem 1 heeft daar<strong>voor</strong> niet gevoeld,<br />
en bij besluit van <strong>de</strong>n soevereinen vorst van 21 December 1814,<br />
werd het kasteel in het openbaar <strong>voor</strong> afbraak verkocht. Van <strong>de</strong> stalgebouwen<br />
is nog iets aanwezig.
Niet gelukkiger verging het een an<strong>de</strong>r groot paleis, tot wells bouw Van<br />
Lampen en Huygens <strong>de</strong>n Prins reeds in 1630 <strong>de</strong><strong>de</strong>n besluiten. Van 1634<br />
tot 1638 bouwt Jacob van Lampen te Rijswijck, aan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zij<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n<br />
Haag, een paleis, Nieuburg geheeten. Met groote paviljoens, 31 ramen<br />
in front, was het zeer indrukwekkend, en het verlies ook van dit paleis,<br />
waar niets meer van over is, is niet alleen groot <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lunst, maar ook<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> historie, want daar werd in 1697 <strong>de</strong> vre<strong>de</strong> van Rijswijck geteekend<br />
tusschen Frankrijk, Holland, Engeland, Spanje en <strong>de</strong>n Keizer.<br />
Hier erken<strong>de</strong> Lodwijk XIV Willem 111 tot honing van Engeland. In<br />
Honselaersdijk en Rijswijck verrezen naar Van Campen's plannen twee<br />
buitenverblijven die, naar het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong>n reiziger <strong>de</strong> Lasserre, die in<br />
verrukking was over alles wat hij zag, <strong>de</strong> vergelijking met <strong>de</strong> Fransche<br />
paleizen van dien tijd hon<strong>de</strong>n doorstaan. Fransche meesters waren er<br />
trouwens aan het werk, want <strong>de</strong> tuinaanleg, even belangrijk als <strong>de</strong> architectuur,<br />
werd ontworpen door André Mollet, zoon van Clau<strong>de</strong> Mollet, die <strong>voor</strong><br />
Henri IV <strong>de</strong> tuinen had geteekend <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Tui lerieën, St. Germain en<br />
Laye en Fontainebleau. Ooh wordt als me<strong>de</strong>werker genoemd een zekere<br />
Joseph Dinant „fontainier et grottier". In dien tijd kwamen verschillen<strong>de</strong><br />
Fransche kunstenaars naar <strong>de</strong> Noor<strong>de</strong>lijke Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n en<br />
naar het Hof van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs en teekenaar<br />
noemen wij Jacques Callot, Isaac <strong>de</strong> lon<strong>de</strong>rville en Jacques <strong>de</strong>s Rousseaux,<br />
en <strong>de</strong>n tuinarchitect Simon <strong>de</strong> la Vallée, zoon van Mann <strong>de</strong> la<br />
Vallée „maitre général <strong>de</strong>s oeuvres etc.", die o.a. het Luxembourg te Parijs<br />
voltooi<strong>de</strong>, en die allicht me<strong>de</strong> <strong>de</strong>n smaak <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vroege t ransche barok,<br />
uit <strong>de</strong> school van Salomon <strong>de</strong> Brosse, in Holland versterkte. De paleizen<br />
zijn gesloopt, <strong>de</strong> kunstwerken die zij bevatten over <strong>de</strong> Europeesche musea<br />
verspreid.<br />
In <strong>de</strong>n hoflering van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik ontstaan rond <strong>de</strong>n Vijverberg te<br />
's-Gravenhalte nieuwe grootsche bouwwerken ; Pieter Post maakt, on<strong>de</strong>r<br />
leiding van Van Lampen, in 1633, voo: J han Maur:ts van Saksen, „<strong>de</strong>n<br />
Braziliaan" genaamd, het tegenwoordige museum, het Mauritshuis,<br />
Arend Arendszoon van's-Gravezan<strong>de</strong>, <strong>de</strong> „nieuwe Doelen", eveneens aan<br />
<strong>de</strong>n Vijverberg.<br />
Wij dienen echter ook een blik te werpen buiten onze grenzen en wel in <strong>de</strong><br />
eerste plaats naar Scandinavië.<br />
Als een kunstig weefsel over geheel Noor<strong>de</strong>lijk Europa uitgespreid, lagen<br />
daar <strong>de</strong> bouw- en beeldhouwwerken <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlandsche meesters ; ook<br />
naar het Westen over Engeland strekt zich dit weefsel uit. Dat er vele<br />
kunstenaars naar het Noor<strong>de</strong>n trokken, is te begrijpen omdat <strong>de</strong> toestan<strong>de</strong>n<br />
daar buitengewoon gunstig waren <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ver<strong>de</strong>re ontwikkeling <strong>de</strong>r<br />
82
Het paleis Honselaarsdijk van <strong>de</strong>n bouwmeester Van Campen.<br />
bouwkunst , <strong>voor</strong>al in vergelijking met <strong>de</strong> rampzalige toestan<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, waar in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw vrijheid- en godsdienststrijd<br />
ontketend was. Niet alleen liet <strong>de</strong> Scandinavische a<strong>de</strong>l talrijke kasteeles<br />
bouwere, ook <strong>de</strong> koningen voer<strong>de</strong>n groote bouwplannen uit, en <strong>de</strong><strong>de</strong>n, wat hun<br />
belangstelling <strong>voor</strong> <strong>de</strong> bouwkunst betrof, niet on<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Italiaansche<br />
vorsten <strong>de</strong>r Renaissance. Wij <strong>de</strong>nken hierbij aan Johan III van Zwe<strong>de</strong>n<br />
(1568-1592) en aan Fre<strong>de</strong>rik 11 van Denemarken (1559-1588) die<br />
het ou<strong>de</strong> Slot Kroger liet verbouwen tot het machtige Kronborg, dat<br />
dien naam ontving, toen zijn zoon Christiaan IV op 12 April 1574 het<br />
levenslicht zag.<br />
Deze Christiaan <strong>de</strong> vier<strong>de</strong> kwam tot groote machtspositie, toen hij met <strong>de</strong><br />
Sond <strong>de</strong> Oostzee beheerschte en <strong>de</strong> Hanzeste<strong>de</strong>n hun privilegies ontnam.<br />
De inkomsten die hij uit <strong>de</strong>n Sondtol putte, gebruikte hij ten<strong>de</strong>ele om<br />
bouwwerken te doen uitvoeren, die met <strong>de</strong>n naam van <strong>de</strong>n Koning, ook die<br />
van Ne<strong>de</strong>rlandsche Kunstenaars eer zou brengen.<br />
Wat in Denemarken door Fre<strong>de</strong>rik 11 en Christiaan IV is tot stand gebracht,<br />
behoort tot het beste.. wat <strong>de</strong> bouwkunst <strong>de</strong>r Renaissance heeft<br />
opgeleverd.<br />
Bedacht dient te wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> belangrijke bouwwerken van dien tijd<br />
83
^'„^ ^^2r Q^,~ 3n • ^^.+. . a . i:<br />
^ ^ , Q ^ • s ^^^*,<br />
^:^..a a ^s ae.s a^. ,a • a^•^ íri..;<br />
Y. J/ J / Vlr' y n^ j^ C fi1r SI ' J^.^<br />
•%" ^ . #Y^ ..^'+^ • .<br />
^^/ ^ . (^ ^.<br />
^1dif^,/J►^(T`rTl^.Lirrir<br />
^ Jf<br />
••,. ^ ._- ,<br />
—i^ ....•.<br />
t, .^<br />
III'li',Ilfl!!!fl'1' tt1{^i . . /^y, ♦•<br />
ar„ i i_<br />
-.._^.Y'.'"5^..^MI ^Il^:y'`:<br />
^1I!!^ 11111 ^'^y -... 11'11r11i1 ^ ') ^-<br />
_.... - ,.. ,,,..^•}Í<br />
L,.. ,^<br />
Het paleis Nieuwburg van <strong>de</strong>n bouwmeester Van Campen.<br />
ontstaan zijn als particuliere opdrachten, met <strong>de</strong>n boning als bouwheer.<br />
Fre<strong>de</strong>rik 11 heeft zich niet zeer intensief met zijn bouwwerken ingelaten,<br />
maar het is evenzeer bekend dat Christiaan IV, ontwijfelbaar naar vele<br />
zij<strong>de</strong>n begaafd, persoonlijk contact tusschen <strong>de</strong>n opdrachtgever en zijn<br />
Ne<strong>de</strong>rlandsche bouwmeesters veron<strong>de</strong>rstelt. An<strong>de</strong>rs ware het warmbloedige<br />
dat <strong>de</strong> bouwwerken, on<strong>de</strong>r hem tot stand gekomen, kenmerkt, niet te<br />
verklaren. Laurens en Hans van Steenwinckel zijn <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> uitvoer<strong>de</strong>rs<br />
van <strong>de</strong> <strong>de</strong>nkbeel<strong>de</strong>n van hun koninkljken opdrachtgever geweest. Aan hen<br />
moet Fre<strong>de</strong>rik Hendrik van Oranje zich gespiegeld hebben bij zijn kunstbemoeienissen.<br />
De jonge Ne<strong>de</strong>rlandsche Renaissance echter, die zulke<br />
schoone uitdrukkingsmogelijkhe<strong>de</strong>n in het Noor<strong>de</strong>n had gevon<strong>de</strong>n, werd in<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, juist ten tij<strong>de</strong> van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, afgelost door een<br />
streven, dat uitging naar <strong>de</strong> studie <strong>de</strong>r klassieken en <strong>de</strong>r Italiaansche<br />
theoretici, die faca<strong>de</strong>s componeer<strong>de</strong>n met doorgaan<strong>de</strong> pilaster- of zuilenor<strong>de</strong>.<br />
In het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw zegevier<strong>de</strong> dit classicisme in Holland.<br />
Voor Fre<strong>de</strong>riksborg werkten vele Hollandsche schil<strong>de</strong>rs, zooals Pete r<br />
Isacicsz, en zijn leerling A driaan van Nieuland, Pieter<br />
Lastman, Rembrandt's leermeester, Jan Pijnas en W e r n e r<br />
84
Paleis Huis ten Bosch, bouwmeester Pieter Post<br />
van Vaickert. Evert Prijnsz. van <strong>de</strong>r Maas voer<strong>de</strong><br />
glasschil<strong>de</strong>ringen uit <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vensters van <strong>de</strong> koninklijke lamer. In <strong>de</strong><br />
groote feestzaal wer<strong>de</strong>n wandtapijten opgehangen, ontworpen door Care 1<br />
van Man<strong>de</strong>r, <strong>de</strong>n jongere.<br />
Hoe stond het nu met <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst in Holland, en welke meesters<br />
zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> opdrachten ten <strong>de</strong>el Dunnen vallen, die Fre<strong>de</strong>rik Hendrik<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> binnen<strong>de</strong>coratie van zijn kasteelen te vergeven had ? Het zijn min<br />
of meer dui<strong>de</strong>lijk humanisten en aca<strong>de</strong>mische meesters. Het classicisme<br />
in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n lent eigenlijk twee richtingen.<br />
In <strong>de</strong> eerste plaats <strong>de</strong> „manieristen", die wij op het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong><br />
eeuw te Haarlem aan het werk zagen.<br />
Maar er zijn jongeren, die te Utrecht in het zog van Italianen als<br />
Caravaggio en Carlo Marata varen. Tot die Utrechtsche school behoort<br />
H e n d r i k Ter B r u g g h e n 1588-1629, wiens vrouwekop in het<br />
Centraal Museum te Utrecht van zijn talent getuigt. De „Waarzegster"<br />
in hetzelf<strong>de</strong> museum is van <strong>de</strong>n knappen schil<strong>de</strong>r Pau 1 u s Bor<br />
1600-1669, aan wiep in <strong>de</strong>n laatsten tijd wel gepoogd wordt <strong>de</strong> z.g.<br />
„Diana van Vermeer toe te schrijven.<br />
De meester <strong>de</strong>zer school die geheel in <strong>de</strong> termen viel om in dienst van<br />
Fre<strong>de</strong>rik Hendrik zijn brachten te geven aan <strong>de</strong> versiering van paleiszalen<br />
85
en wiens portretten ook geheel passen in „les arts somptuaires" van dien<br />
tijd, is Gerard Honthorst die te Utrecht in 1590 geboren werd.<br />
Als jongeling, leerling van Abraham B 1 o e m a e r t, gaat Bonthorst,<br />
20 jaar oud, in 1610 naar Rome. Hij blijft er 10 jaar. De Italianen weten<br />
met zijn moeilijk uit te spreken naam geen raad, en noemen hem, daar<br />
hij tot <strong>de</strong> „tenebrosi" behoort, Gherardo <strong>de</strong>lla Notte. Te Rome<br />
vindt hij in markies Giustiniani en in Kardinaal Scipio Borghere enthousiaste<br />
beschermers. In 1618 schil<strong>de</strong>rt hij <strong>voor</strong> een berk te Albano, in opdracht<br />
van prinses Colonna Gonzaga, een „Madonna in <strong>de</strong> gloria" waarvan<br />
een <strong>de</strong>tail, St. Franciscus en <strong>de</strong> knielen<strong>de</strong> schenkster, een getuigenis is van<br />
het prachtige en eerlijke werk dat Gherardo Bella Notte in zijn jeugd<br />
schiep. Bij <strong>de</strong>n dood van Paulus Y (Borghere) gaat hij naar Florence, en<br />
vandaar terug naar <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, en is in 1622 lid van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rscorporatie<br />
te Utrecht. In 1628 gaat hij naar Engeland, en schil<strong>de</strong>rt <strong>voor</strong><br />
Karel l te Hampton Court. Zijn broe<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>r Wi 11 e m<br />
van Ho n t h o r s t, wordt een gezien portrettist aan het hof te Berlijn.<br />
Uit zijn mid<strong>de</strong>nperio<strong>de</strong> getuigen een „Jezus <strong>voor</strong> Pilatus" in <strong>de</strong> Nat.<br />
Gal. te Lon<strong>de</strong>n, een „St. Sebastiaan" in <strong>de</strong> kathedraal van Gent, een<br />
„Doornenkroning" te Brussel, van zijn werk uit dien tijd.<br />
Te Hampton Court ontstaat in 1630 een groote mythologische schil<strong>de</strong>ring<br />
in een trappenhuis dat ons een <strong>de</strong>nkbeeld han geven van <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieve<br />
werken, ook in Holland gemaakt. Koning Fre<strong>de</strong>rik van Bohemen en Koningin<br />
Elisabeth, <strong>de</strong> dochter van James I, tronen er als Jupiter en Juno,<br />
terwijl Mercurius hen <strong>de</strong> 7 vrije kunsten <strong>voor</strong>stelt, die <strong>de</strong> trekken hebben<br />
van <strong>de</strong> lin<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong>n „Winterhoning". Ook <strong>voor</strong> het Noor<strong>de</strong>n zal<br />
Bonthorst werken. Door <strong>de</strong>n twee<strong>de</strong>n zoon van Christiaan 1V, Fre<strong>de</strong>rik 111<br />
van Denemarken, 1609-1670, maakte hij tusschen 1630-1640 plafonds<br />
en <strong>de</strong>coratieve paneelen <strong>voor</strong> Kronborg. Zij zijn in <strong>de</strong>n aca<strong>de</strong>mischer stijl<br />
van dien tijd geschil<strong>de</strong>rd. Fre<strong>de</strong>riksborg heeft nog éen Bonthorst uit een<br />
serie, waarvan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren door <strong>de</strong> Zwe<strong>de</strong>n in 1659 wer<strong>de</strong>n gestolen.<br />
Nu echter zullen wij zijn werk bezien dat hij in opdracht van Fre<strong>de</strong>rik<br />
Hendrik maakte, in <strong>de</strong> eerste plaats het portret van <strong>de</strong>n stadhou<strong>de</strong>r en zijn<br />
vrouw, het sterke doek met groote plastische eigenschappen, in het Mauritshuis<br />
; daarna dat van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, Amalia van Solms en hunne<br />
lin<strong>de</strong>ren. Die portretten had<strong>de</strong>n tevens versieren<strong>de</strong> bedoeling.Op een doel<br />
van Samuel v a n Hooghstraten, zien wij hoe <strong>de</strong>ze paleisarchitectuur<br />
vroeg om <strong>de</strong>coratie, ook sculpturale. Zoon portretstuk met<br />
<strong>de</strong>coratieve bedoeling, getuige <strong>de</strong> ballustra<strong>de</strong>, <strong>de</strong> kolommen en <strong>de</strong> draperieën,<br />
is ook het portret van <strong>de</strong> dochter van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, Louise Henriette,<br />
gehuwd met Frie<strong>de</strong>rich Wilhelm, <strong>de</strong>n grootgin Keurvorst, en wier twee<strong>de</strong><br />
86
zoon <strong>de</strong> eerste Pruisenkoning Fre<strong>de</strong>rik I zou wor<strong>de</strong>n. Hef tegenstuk van dit<br />
schil<strong>de</strong>rij stelt <strong>de</strong>n lateren stadhou<strong>de</strong>r Willem 11 <strong>voor</strong>, en zijn ga<strong>de</strong> Maria<br />
Henriette Stuart. Hij zou slechts Dort leven, en op een doek van v. d.<br />
Helst in het Rijksmuseum zien wij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> Maria Henriette als weduwe.<br />
Gaan wij nu terug tot Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, en tot <strong>de</strong> allerlaatste groote on<strong>de</strong>rneming<br />
op het gebied van <strong>de</strong> bouwkunst, die on<strong>de</strong>r zijn regeermg werd<br />
aangevangen, maar eerst later door <strong>de</strong> piëteitvolle zorgen van zijn vrouw,<br />
werd voltooid. Wij bedoelen het paleis te 's Gravenhage, belend als het<br />
Huis ten Bosch. In 1645 leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> Koningin van Bohemen <strong>de</strong>n eersten steen.<br />
In 1616 wordt <strong>de</strong> weg erheen, <strong>de</strong> Bezui<strong>de</strong>nhoutscheweg, aangelegd. In 1647<br />
sterft Fre<strong>de</strong>rik Hendrik. De oorspronkelijke bestemming van het bouwwerk,<br />
een woning <strong>voor</strong> Amalia van Solms, wordt door <strong>de</strong> weduwe veran<strong>de</strong>rd<br />
tot een tempel aan <strong>de</strong>n roem van haar gestorven gemaal. Maria <strong>de</strong> Medicis<br />
had immers van het Luxembourg-Paleis een bouwwerk willen maken ter<br />
verheerlijking van Hendrik IV, terwijl Karel l van Engeland White-Hall<br />
rijk liet versieren, zijn va<strong>de</strong>r Jacobus 1 ter eere. Naar een ontwerp van<br />
Van Campen, werd het Huis ten Bosch door zijn leerling Pieter Post<br />
uitgevoerd. Maar welke schil<strong>de</strong>rs zou<strong>de</strong>n in het intérieur te werk wor<strong>de</strong>n<br />
gesteld ? Ware hij nog in leven geweest, dan zou Rubens <strong>de</strong> meest<br />
aangewezen man daar<strong>voor</strong> geweest zijn. Ook van D ij c k, die juist<br />
op het eind van zijn leven naar monumentale opdrachten had gestreefd,<br />
was gestorven. Hij had in relatie gestaan met <strong>de</strong>n Stadhou<strong>de</strong>r en zijn<br />
vrouw ; in het Prado bevin<strong>de</strong>n zich <strong>de</strong> portretten van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik<br />
en Amalia van Solms van Anton van Dijck. Eén grootmeester <strong>de</strong>r<br />
Antwerpsche school was nog in leven, Jacob J o r d a e n s. Hem<br />
wer<strong>de</strong>n opdrachten verstrekt, met <strong>de</strong>s te meer genoegen, waar <strong>de</strong>ze, gehuwd<br />
met een dochter van zijn leermeester, <strong>de</strong>n protestant Adam van Noort,<br />
zelf ook tot <strong>de</strong> hervorming was overgegaan. In zijn Dunst was daar<br />
overigens niets van te bemerken, van puritanisme is in zijn arbeid geen<br />
spoor. Met hem wer<strong>de</strong>n nog zes an<strong>de</strong>re meesters uit Brabant, zooals<br />
men ze toen noem<strong>de</strong>, aan het werk gezet ; het waren d e C r a ye r,<br />
Seeghers, Willeboorts, Gonzalis Coques en van<br />
Thu 1 d e n. Zeven Hollandsche schil<strong>de</strong>rs hebben ook <strong>voor</strong> het „Huis ten<br />
Bosch" gewerkt, waarvan <strong>de</strong> <strong>voor</strong>naamste Ho n t h o r s t, L i e v e n s,<br />
van Everdingen, Zoutman en <strong>de</strong> Grebber waren.<br />
De achterwand van <strong>de</strong> groote zaal werd geheel ingenomen door <strong>de</strong> reusachtige<br />
compositie van Jordaens : „<strong>de</strong> apotheose van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik".<br />
Al te exuberant, mist het confuse geheel het or<strong>de</strong>nen<strong>de</strong> meesterschap van<br />
Rubens. Leven en beweging, zwier en pracht heeft het wel. De schil<strong>de</strong>rs<br />
hebben geen vierkante meter in <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n onbe<strong>de</strong>kt gelaten. Nog in <strong>de</strong><br />
87
achttien<strong>de</strong> eeuw is er aan geschil<strong>de</strong>rd. Jacob d e Wit schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
„en camaïeu" een Diana en Eudymion, alsof het beeldhouwwerk was.<br />
Dit laatste noopt ons er toe ook wat te zeggen van <strong>de</strong> beeldhouwers. Ook<br />
hier gaf een Vlaming <strong>de</strong>n toon aan. Op 20 Januari 1648 werd <strong>de</strong> eerste paal<br />
geslagen van het weidsche Raadhuis van Amsterdam. In het jaar van <strong>de</strong>n<br />
dood van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, 1647, had van Campers <strong>de</strong> plannen hier<strong>voor</strong><br />
gemaakt. Eerst in 1655 werd het achtste wereldwon<strong>de</strong>r door <strong>de</strong> burgemeesteren<br />
van Amsterdam betrokken.<br />
Van Lampen heeft er slechts verdriet van beleefd. Een eerzuchtig stadsarchitect<br />
Daniël Stalpaert had <strong>de</strong>n meester zoo op <strong>de</strong>n achtergrond<br />
gedrongen, dat eeuwen van Campers's naam als bouwmeester van het<br />
Amsterdamsche Raadhuis, niet werd genoemd. Willem <strong>de</strong> Keijser, zoon<br />
van <strong>de</strong>n vermaar<strong>de</strong>n Hendrik <strong>de</strong> Keijser, bouwer van een reeks groote<br />
gebouwen en torens in Amsterdam, en vertrouw<strong>de</strong> me<strong>de</strong>werker van Vare<br />
Campers, werd ontslagen. De Antwerpenaar A r t u s Que llin us die door<br />
Van Lampen <strong>de</strong> groote lans kreeg, het Stadhuis met beeldhouwwerk te<br />
versieren, koos <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> van Stalpaert. Van Lampen, zéér gegriefd,<br />
verliet in 1654 Amsterdam, en trok zich op zijn buitenplaats Ran<strong>de</strong>nwijck<br />
te Amersfoort terug. Eerst in 1662 was het Raadhuis geheel on<strong>de</strong>r dale, en<br />
Quellinus' sculpturale versieringen grooten<strong>de</strong>els voltooid. Niet <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
stadhou<strong>de</strong>r, maar <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Amsterdamsche magistraten, wier smaak <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n<br />
bant uitging als die van Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, heeft Quellinus gewerkt,<br />
o.a. <strong>voor</strong> burgemeester <strong>de</strong> Graeff, van Wien hij een prachtige marmerere<br />
buste maakte, nu in het Rijksmuseum.<br />
In het Rijksmuseum zijn ook <strong>de</strong> schetsen in gebakken aar<strong>de</strong> <strong>voor</strong> het<br />
enorme, in marmer uitgevoer<strong>de</strong> tympanveld aan <strong>de</strong> <strong>voor</strong>- en <strong>de</strong> achterzij<strong>de</strong><br />
van het paleis. Hij toont zich in <strong>de</strong>ze werken een beeldhouwen<strong>de</strong> Jordaens;<br />
schil<strong>de</strong>rachtig en monumentaal is zijn werk, en vaak heeft het een origineele<br />
noot, zooals <strong>de</strong> figuur van Atlas, die <strong>de</strong>n bronzen wereldbol draagt, een<br />
bekroningsmotief.<br />
Voor <strong>de</strong> meér dan levensgroote marinere caryati<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> vierschaar<br />
gaan <strong>de</strong> gedachten naar een Italiaansch <strong>voor</strong>beeld als het grafmonument<br />
van <strong>de</strong>n Doge Giovanni Pesaro, in <strong>de</strong> S.M. <strong>de</strong>i Frari te Venetië, dat<br />
Longhl in 1650 vervaardig<strong>de</strong>. Tusschen <strong>de</strong> weenen<strong>de</strong> vrouwenfiguren<br />
bevin<strong>de</strong>n zich een drietal verheerlijkingen van het Recht uit <strong>de</strong> Grieksch-<br />
Romeinsche en Joodsche oudheid, zooals het relief van Brutus en zijn<br />
zonen, dat een bijzon<strong>de</strong>r knap staal is van Quellinus' arbeid.<br />
Is in het stadhuis te Amsterdam <strong>de</strong> baroksculptuur zegevierend met het<br />
werk van Artus Quellinus, <strong>de</strong> barokschil<strong>de</strong>rkunst had het Dunnen zijn<br />
met Rembrandt, en het museum te Stockholm heeft <strong>de</strong> rest van het<br />
88
grootsche werk „<strong>de</strong> Samenzwering van Claudius Civilis" <strong>de</strong>n held <strong>de</strong>r<br />
Batavieren, in <strong>de</strong>n tijd <strong>de</strong>r Romeinsche overheersching, on<strong>de</strong>r haar schatten.<br />
De barok, zooals Rembrandt die in dit werk tot uiting bracht, was <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong> Amsterdamsche regenten te radicaal. Zij had<strong>de</strong>n er geen vre<strong>de</strong> mee<br />
in het „puik <strong>de</strong>r Bataven", zooals het daar aan tafel zat, met drank en<br />
glazen, hun <strong>voor</strong>geslacht te herbennen. De me<strong>de</strong>werking van Rembrandt<br />
nam met dit werk, dat nooit geplaatst werd, en dat, afgesne<strong>de</strong>n van alle<br />
Zij<strong>de</strong>n door een Zweedsch kunstliefhebber werd gekocht, een ein<strong>de</strong>.<br />
Rembrandt was overigens tot <strong>de</strong> helft van zijn leven met hart en ziel <strong>de</strong><br />
internationale baroprichting toegedaan, en een Hollandsche Rubens. De<br />
„Nachtwacht", waar alles beweegt en vol leven is, waar licht en donker<br />
hampen, waar het <strong>de</strong>coratieve in weidsche emphase te pronk staat, is<br />
eigenlijk het meesterstuk <strong>de</strong>r barok in het Noor<strong>de</strong>n.<br />
In een brillante schets, „<strong>de</strong> Eendracht van het Land" geheeten, en nu<br />
in het Boymansmuseum te Rotterdam, toont Rembrandt zich een <strong>de</strong>corateur<br />
in <strong>de</strong>n trant <strong>de</strong>r groote Venetianen.<br />
Men lean zich niet <strong>de</strong> historie naar <strong>de</strong>n internationaler smaak van <strong>de</strong>n<br />
tijd, levendiger, schitteren<strong>de</strong>r en romantischer <strong>voor</strong>gesteld wenschen.<br />
Indiers uit dit alles werd afgeleid dat <strong>de</strong> Hollandsche lunst van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw was opgegaan in <strong>de</strong> algemeene Europeesche richting van<br />
dien tijd, dan zou men zich vergissen. Naast, en eigenlijk tegenover die<br />
k wist en haar vertolkers, was een pure nationale richting tot ontwikkeling<br />
gekomen, die eer<strong>de</strong>r aansloot bij <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche lunst <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong><br />
eeuw, dan dat zij zich <strong>de</strong> lessen van Italië in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw had eigen<br />
gemaakt. De schil<strong>de</strong>rs die wij op het oog hebben, staan met hun werk in het<br />
grootst mogelijke contrast met <strong>de</strong> mythologie en <strong>de</strong> classieke geschie<strong>de</strong>nis<br />
<strong>de</strong>r barok<strong>de</strong>coratie. Een „ontbijtje" van Pieter C t a e s z. zal op <strong>de</strong>n<br />
duurerkend wor<strong>de</strong>n als het beste en het meest oorspronkelijke dat Holland<br />
tegenover Italië te stellen had. Hier is uitsluitend het oog meester, en <strong>de</strong><br />
emotie van <strong>de</strong> geziene natuur <strong>de</strong> drijfveer. Deze Hollandsche schil<strong>de</strong>rs zijn<br />
heel an<strong>de</strong>re menschen dan een Bonthorst, zooals wij hem in zijn aca<strong>de</strong>mische<br />
<strong>de</strong>ftigheid uitgebeeld zien op zijn zelfportret van 1655, in het<br />
Rijksmuseum. Zij staan ver van het hof en van <strong>de</strong> Regenten, maar dichter<br />
bij het volk, en wij hunnen het hun aanzien. Adriaan B r o uwer<br />
staat wel heél ver van elke internationale levenshouding, maar zeer dicht<br />
bij <strong>de</strong> Kleine burgers van <strong>de</strong> Hollandsche ste<strong>de</strong>n. Heél dui<strong>de</strong>lijk komt dit uit<br />
op zijn zelfportretje in het Mauritshuis in Den Haag. Deze schil<strong>de</strong>rs hebben<br />
nauwelijks on<strong>de</strong>rwerpen <strong>voor</strong> hun schil<strong>de</strong>rijen ; als zij <strong>de</strong> meest eenvoudige<br />
<strong>voor</strong>werpen schil<strong>de</strong>ren, dan is licht en belichting het eigenlijke on<strong>de</strong>rwerp.<br />
89
Wilt gij <strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r zien van <strong>de</strong> zuiver nationale richting,<br />
beziet hem dan, zooals hij in zijn werkplaats op het schil<strong>de</strong>rij van<br />
Adriaen van Osta<strong>de</strong> te Dres<strong>de</strong>n in volle concentratie, in <strong>de</strong>n grootst mogelijken<br />
eenvoud aan het werk is. Niet op <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n van berken of paleizen,<br />
niet langs <strong>de</strong> zol<strong>de</strong>ring van weidsche zalen schrijft hij een vurig schrift,<br />
als <strong>de</strong> Italianen en hun Fransche en Vlaamsche volgelingen, maar <strong>de</strong> stof<br />
wordt afgetast tot <strong>de</strong>n fijnsten vezel, en met onnavolgbaar geduld <strong>voor</strong> het<br />
oog van <strong>de</strong>n beschouwer herschapen.<br />
Geen on<strong>de</strong>rwerpen, maar <strong>de</strong> gesublimeer<strong>de</strong> materie. Is er ooit iets ne<strong>de</strong>rigers<br />
geschil<strong>de</strong>rd dan „het puttertje" van F a b r i t i u s ? Maar is er ooit<br />
geschil<strong>de</strong>rd zóó in <strong>de</strong> eigenlijke bedding van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst, dan door<br />
<strong>de</strong>ze meesters ?<br />
Geen vorstenverheerlijking, geen veldslagen en geen jac/zttafereelen,<br />
an<strong>de</strong>rs dan die <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs hebben meegemaakt en gezien. Een „slag"<br />
tusschen boeren in <strong>de</strong> herberg, zooals Brouwer U <strong>voor</strong>zet op het schil<strong>de</strong>rij<br />
te Florence, is een bij uitstek Ne<strong>de</strong>rlandsch werk.<br />
Gij zult geen an<strong>de</strong>r jachttafereel kunnen vin<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> nationale schil<strong>de</strong>rs<br />
dan dat wat op een schil<strong>de</strong>rijtje van G e r a r d T e r bo r g h te zien is :<br />
een moe<strong>de</strong>r „jaagt" op het hoofdvan haar hind naar het kleinste ondier<br />
Maar nog eens, een on<strong>de</strong>rwerp heeft <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong><br />
nationale richting niet noodig, om ons door het won<strong>de</strong>r van zijn kunst<br />
te overtuigen.<br />
Niet <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs rond het stadhou<strong>de</strong>rlijk hof, niet <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong><br />
internationale richting <strong>de</strong>r barok zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> toekomst hebben.<br />
Maar <strong>de</strong> in hun werkplaats teruggetrokkenen die zon<strong>de</strong>r opdrachten,<br />
Zon<strong>de</strong>r maatschappelijke functie, en zon<strong>de</strong>r maatschappelijke plaats aan<br />
het werk togen, verover<strong>de</strong>n <strong>de</strong> eeuwigheid. Zij von<strong>de</strong>n geen an<strong>de</strong>ren steun<br />
dan die van <strong>de</strong> burgers, die hun Kleine schil<strong>de</strong>rijtjes aan <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n van hun<br />
woningen hingen. In ruil <strong>voor</strong> dien steun wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs hun eigenlijke<br />
opvoe<strong>de</strong>rs, omdat zij met <strong>de</strong> spiegeling van land en volk <strong>de</strong>n Hollan<strong>de</strong>r<br />
van zijn nationaal karakter bewus: maakten.<br />
Is <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw ook <strong>de</strong> „gou<strong>de</strong>n eeuw" onzer schil<strong>de</strong>rkunst, dan zijn<br />
het <strong>de</strong> kleine meesters die hier<strong>voor</strong> het goud hebben gedolven.<br />
90
VIII<br />
DE ZEVENTIENDE EEUW. — De portretschil<strong>de</strong>rs van het<br />
groepsverband, het schuttersstuk, het regenten- en<br />
anatomiestuk.<br />
apen wij in een vorig hoofdstuk, dat <strong>de</strong>coratieve opdrachten i<br />
dienst van <strong>de</strong>n vorst en van het paleis, <strong>de</strong> Hollandsche begaafdheid<br />
niet liggen, op bestelling van schutters en regenten, en ter plaatsing in<br />
„doelen", verga<strong>de</strong>rzalen van charitatieve instellingen en gil<strong>de</strong>kamers heeft<br />
zich in <strong>de</strong> groote groepsportretten, die wij schutters-, regenten- en anatomiestukken<br />
noemen, een bij uitstek origineel, uitsluitend Hollandsch, genre<br />
ontwikkeld. Deze groote schil<strong>de</strong>rijen ontston<strong>de</strong>n geheel vrij van elk verband<br />
met <strong>de</strong> architectuur, al zullen toch <strong>de</strong>ze groepsportretten vaak in het<br />
Hollandsche interieur uitstekend passen.<br />
Wij noem<strong>de</strong>n fan v an Score 1, met <strong>de</strong> stukken waarop <strong>de</strong> palmtakdragen<strong>de</strong><br />
Jerusalemgangers zich aaneenrijen, <strong>de</strong> eerste bewuste schil<strong>de</strong>r<br />
van het groepsportret.<br />
Is ook Jan van Scorel <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van het groote stuk in het Rijksmuseum,<br />
dat 17 schutters in harnas uit 1531 bijeenbrengt tegen een landschap van<br />
uiterst fantastische bergformaties, dan is hij <strong>de</strong>n opmarsch begonnen naar <strong>de</strong><br />
„Nachtwacht".<br />
Op <strong>de</strong>n weg tusschen <strong>de</strong> schutters van Rotte A uit 1531 en <strong>de</strong> compagnie<br />
van Frans Banning Coca uit 1642, waren wij gena<strong>de</strong>rd tot 1604, het jaar<br />
waarin te Haarlem Frans H a 1 s zijn verbluffend talent tot ontwikkeling<br />
bracht.<br />
't Is in het Frans Halsmuseum <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n „Maaltijd van officieren van <strong>de</strong>n<br />
St. Joris-doelen" uit 1616, dat wij <strong>de</strong>n afstand Runnen meten tusschen<br />
dit reeds vrij gecomponeer<strong>de</strong> en brillant geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stuk en <strong>de</strong>n nog pijnlijk<br />
geconcipieer<strong>de</strong>n maaltijd van schutters, na het papegaaischieten van 1599,<br />
door Cornelis Cornelisz. van Haarlem. Bij Frans<br />
91
Hals zitten <strong>de</strong> schutters ein<strong>de</strong>lijk werkelijk aan tafel, er is ruimte <strong>voor</strong><br />
hun vaak zeer omvangrijke lichamen, er is plaats <strong>voor</strong> een tafel waaraan<br />
kapitein Pieter Schout Jacobsz. <strong>de</strong>n armslag vrij heeft om <strong>de</strong>n zwijnskop,<br />
of het hoen, aan te snij<strong>de</strong>n. Zij zitten juist niet met <strong>de</strong>rtien aan tafel, <strong>de</strong><br />
welgedane heeren. In een zwaar gamma : zwart, rood en olijfgroen heeft<br />
Frans Hals dit eerste zijner schuttersstukken geschil<strong>de</strong>rd, maar in sommige<br />
<strong>de</strong>r figuren, speciaal <strong>de</strong> vaan<strong>de</strong>ldragers, is <strong>de</strong> toets reeds zwierig en luchtig<br />
en speelt het zwiepen<strong>de</strong> penseel reeds zijn dartel en verbluffend spel. Maar<br />
hoe heeft Hals' weergaloos talent in het bijeenbrengen van vele portretten<br />
tot een geheel, dat, eer<strong>de</strong>r uitbundig van fleur, geen bontheid lent, van 1616<br />
tot 1627, zich ontwikkeld! Er is een luchtige harmonie in <strong>de</strong> fleur die als<br />
een openbaring uit het feestmaal van <strong>de</strong> officieren van <strong>de</strong>n kloveniersdoelen<br />
spreekt. 't Wil ons steeds <strong>voor</strong>komen dat wel wat meer nadruk gelegd<br />
mocht wor<strong>de</strong>n op Hals' Vlaamsche geboorte om zijn coloristisch meester-'<br />
schap te verklaren, immers als Rubens is hij, <strong>voor</strong>al tot in <strong>de</strong> werken van<br />
zijn mid<strong>de</strong>nperio<strong>de</strong>, in letterlijken zin colorist, d.w.z. dat hij spelend <strong>de</strong><br />
meest <strong>de</strong>sperate kleuren aaneen huwt. Den donkeren achtergrond van zijn<br />
eerste stuk heeft hij verwisseld <strong>voor</strong> <strong>de</strong> raamdoorboor<strong>de</strong> lichte wan<strong>de</strong>n<br />
van een vertrek. De lichtcirculatie is bewon<strong>de</strong>renswaardig om <strong>de</strong> uiterst<br />
levendige portretten, elke zwaarte verdween, een lichte beweeglijkheid<br />
in elk figuur accentueert het ongedwongene van <strong>de</strong> groep. Wat er aan<br />
mannelijke vriendschap, aan genoeg'lijke samenhoorigheid on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schutters<br />
leef<strong>de</strong>, <strong>de</strong> „panache" van het fleurige spel, zooals <strong>de</strong>ze in glinsterend<br />
wapentuig, glanzen<strong>de</strong> zij<strong>de</strong> en wapperen<strong>de</strong> ve<strong>de</strong>ren te pronk stond heeft<br />
Hals breed uitgemeten, zon<strong>de</strong>r iets te hort te doen aan <strong>de</strong> individualiteit van<br />
elk zijner mo<strong>de</strong>llen. De vaandrig Peter Ramp is ons door het werk uit<br />
1627 een belen<strong>de</strong> gewor<strong>de</strong>n. En <strong>de</strong> levendig brutale hop van Michiel <strong>de</strong><br />
Wael op „<strong>de</strong>n Maaltijd van officieren van <strong>de</strong>n St. Joris-Doelen", eveneens<br />
uit 1627, blijft ons zóó bij, dat wij hem, iets ou<strong>de</strong>r gewor<strong>de</strong>n, terstond<br />
herkennen op het fameuze stuk: „Officieren en on<strong>de</strong>rofficieren van <strong>de</strong>n<br />
St. Jorisdoelen" uit 1639. Wij noemen dit para<strong>de</strong>stuk fameus, omdat in <strong>de</strong>n<br />
achtergrond Hals zich zelf heeft mogen uitbeel<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> buurt van <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs: Hendrik Pot en Van <strong>de</strong>r Schalke. Zij drieën<br />
waren sergeanten, en behoor<strong>de</strong>n zich dus op te stellen achter <strong>de</strong> officieren<br />
en <strong>de</strong>n kapitein Florens van <strong>de</strong>r Hoef.<br />
Tusschen dit laatste en uiterst brillante schuttersstuk en <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> uit 1627,<br />
liggen er nog twee, omstreeks 1633 door Hals geschil<strong>de</strong>rd.<br />
Er is dan eerst <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van „Officieren van <strong>de</strong>n Kloveniersdoelen"<br />
uit 1633, waarin <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r met vlaggen en hellebaar<strong>de</strong>n een<br />
aantrekkelijk lijnenspel schept rond kapitein Johan Claesz. Loo, en dan <strong>de</strong><br />
92
Romein <strong>de</strong> Hooghe, 1689, <strong>de</strong> CIooeniers-Doelen te Haarlem.<br />
z.g. „Maagere Compagnie" door Frans Hals in 1633 begonnen, en in 1637 door<br />
Pieter Cod<strong>de</strong> voltooid. Dit stuk, het Benige <strong>voor</strong>beeld van zoon opdracht,<br />
hem door niet-Haarlemmers gegeven, heeft zijn geschie<strong>de</strong>nis, die door<br />
Dr. Bredius in 1913 uit oorkon<strong>de</strong>n werd vastgesteld. Dit Amsterdamsche<br />
schuttersstuk bevindt zich in het Rijksmuseum en zijn eigenlijke naam is :<br />
„hef korporaalschap van kapitein Reynier Reael en luitenant Cornelis<br />
Michielsz. Blaeuw". Kapitein en luitenant bei<strong>de</strong>n dra<strong>de</strong>n beroem<strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
namen, <strong>de</strong> eerste is verwant aan <strong>de</strong>n Oost-Indiëvaar<strong>de</strong>r en<br />
magneetgeleer<strong>de</strong> Laurens Reuel, en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> is een familielid van <strong>de</strong>n<br />
aflasdrukker.<br />
In het Frans Halsmuseum zijn wij geneigd, <strong>de</strong>n politieben zin van <strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r te prijzen die blijkbaar alle moeilijkhe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> schikking van<br />
zijn groepen met heeren schutters.... en hun familiele<strong>de</strong>n, wist op te lossen.<br />
Den eenigen heer dat hij met Amsterdammers te doen kreeg schoten blijkbaar<br />
zijn politieke gaven te lort, want <strong>de</strong> opdrachtgevers klagen bitter over <strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r. En weldra krijgt <strong>de</strong>ze een bezoek van <strong>de</strong>n provoost <strong>de</strong>r Amsterdamsche<br />
burgerij en een notaris. Hals die <strong>voor</strong>geeft een „zeer been" te<br />
93
hebben, ontvangt hen te bed en ducht eveneens zijn grieven : hij ion <strong>de</strong><br />
Amsterdamsche hoeren niet tot poseeren krijgen, en hij wordt genoodzaakt<br />
in zijn A insterdamsch hotelletje te veel geld uit te geven, hoewel <strong>de</strong> afspraak<br />
was, dat hij zou wor<strong>de</strong>n vrijgehou<strong>de</strong>n. Op die manier bomt hij met <strong>de</strong>n<br />
bedongen prijs van 60 Gld. per kop niet uit, en hij vraagt 6 Gld. toeslag<br />
per portret. Hij stelt <strong>voor</strong> dat <strong>de</strong> hoeren in Haarlem zullen lomen poseeren;<br />
<strong>de</strong> paar die dat absoluut niet zou<strong>de</strong>n kunnen zal hij dan, bij uitzon<strong>de</strong>ring,<br />
in Amsterdam Domen schetsen....<br />
Hoe het geschil tenslotte tot een oplossing Kwam weten wij niet, wij zijn op<br />
stijlkritiek aangewezen om vast te stellen wat van Hals en wat van Cod<strong>de</strong> is.<br />
Zon<strong>de</strong>r twijfel is <strong>de</strong> prachtige compositie van <strong>de</strong> „Magere Compagnie"<br />
van <strong>de</strong>n Haarlemschen meester. De schutters, ten voeten uit, vormen ee<br />
uiterst levendige groep, waaraan het lichtspel in <strong>de</strong>n achtergrond bijzon<strong>de</strong>ren<br />
luister bijzet. De uiterst linksche figuur, <strong>de</strong> vaan<strong>de</strong>ldrager, door<br />
Hals geschil<strong>de</strong>rd, staat er als een <strong>de</strong>monstratie van <strong>de</strong>n afstand tusschen<br />
geniaal en talentvol werk. Geen betere gelegenheid dan <strong>de</strong>ze, om te zien<br />
hoe groot en brillant schil<strong>de</strong>r Hals is tegenover Cod<strong>de</strong>, die met talent<br />
het ver<strong>de</strong>re werk voltooi<strong>de</strong>.<br />
In <strong>de</strong> jaren dat „<strong>de</strong> Magere Compagnie" geschil<strong>de</strong>rd werd, werkte te<br />
Amsterdam Thomas d e K e ij se r. Wij zagen dit reeds en wij<br />
roem<strong>de</strong>n zijn „colporaalschap van kapitein Allart Cloeck" uit 1632.<br />
Vergeten mogen wij niet dat ook Nico la es E 1 i a s, gezegd „Picquenooi",<br />
een verdienstelijk schil<strong>de</strong>r in dit genre te Amsterdam geweest is.<br />
Hij en Jaco 6 B a c k e r had<strong>de</strong>n schuttersstukken in <strong>de</strong> zelf<strong>de</strong> Doelenzaal<br />
waar<strong>voor</strong> Rembrandt „<strong>de</strong> Nachtwacht" schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Daar hing ook<br />
het enormedoek waaropBartholomeusvan <strong>de</strong>r Helst in<br />
1639 het „Corporaalschap van Kapitein Roelof Bicker" schiep, een<br />
waarlijk brillant stuk, zeven en een halven meter lang, dat alleen door „<strong>de</strong><br />
Nachtwacht" in <strong>de</strong> schaduw zou wor<strong>de</strong>n gesteld.<br />
Nu <strong>de</strong> groote werken van Elias, Backer, Ilan <strong>de</strong>r Helst en Rembrandt<br />
we<strong>de</strong>r in één zaal vereenigd zijn, is er alle gelegenheid het oor<strong>de</strong>el van <strong>de</strong>n<br />
tijdgenoot, <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r van Hoogstraeten te toetsen. Deze confrater stelt<br />
het vast „dat Rembrandt meer werk maakte van het groote beeld zijner<br />
verkiezing als van <strong>de</strong> bijzon<strong>de</strong>re afbeeldsels, die hem waren aenbesteet".<br />
Maar het meesterstuk <strong>de</strong>r barok in het Noor<strong>de</strong>n is als zoodanig toch<br />
wel even aangevoeld door dienzelf<strong>de</strong>n van Hoogstraeten, als hij schrijft :<br />
„Echter zal dat zelve werk, hoe berispelijk, na mijn gevoelen al zijn<br />
mee<strong>de</strong>strevers verdueren, zijn<strong>de</strong> zoo schil<strong>de</strong>rachtig van gedachten, zoo<br />
zwierich van sprong, en zoo krachtich, dat, nae zommiger gevoelen,<br />
al d'an<strong>de</strong>re stukken Baer als kaerteblaren nevens staan". Met overstelpen<strong>de</strong><br />
94
dui<strong>de</strong>lijkheid wordt <strong>de</strong> bezoeker van <strong>de</strong> Nachtwachtzaal in' t Rijksmuseum<br />
<strong>de</strong>n oneindigen afstand gewaar die het Genie scheidt van groote talenten.<br />
Maar <strong>voor</strong>al, wij krijgen het gevoel dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs, van R a v es t e in<br />
tot H a 1 s, zij<strong>de</strong>n wambuizen en glimmen<strong>de</strong> wapens, fleurige sjerpen en<br />
Klateren<strong>de</strong> ven<strong>de</strong>ls toch eigen!ijk vruchteloos in volle kracht van het boze<br />
handwerk geschil<strong>de</strong>rd had<strong>de</strong>n, als wij <strong>de</strong>nken aan <strong>de</strong> glorieuze houding<br />
van Rembrandt's schutterstuk, met <strong>de</strong>n vreem<strong>de</strong>n naam „Nachtwacht".<br />
In 1808 wordt in een officieel stuk bij het overbrengen van het schil<strong>de</strong>rij<br />
naar het Trappenhuis <strong>de</strong> naam genoemd „Nagt-patrouille van Rembrandt".<br />
Die naam lijkt toen algemeen aangenomen; <strong>de</strong> vervuil<strong>de</strong> toestand<br />
<strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>ring heeft tot dit misverstand zeker bijgedragen. Wij weten<br />
nu dat <strong>de</strong> benaming uit 1748 „Schuttersgezelschap in 't optrekken" niet<br />
onjuist is, omdat in onzen tijd een soort familiealbum van Frans Banning<br />
Coat gevon<strong>de</strong>n werd, en dat <strong>de</strong> besteller bij een schetsje naar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij<br />
geschreven heeft : „Schets van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rtje op <strong>de</strong> groote Sael van <strong>de</strong><br />
Cloveniers Doelen daerinne <strong>de</strong> Jonge Heer van Purmerlandt als Capitein,<br />
geeft last aan synen Lieutenant, <strong>de</strong> Heer van Vlaerdingen, om lijn Compagnie<br />
Burgers te doen marcheren".<br />
Zoo ongeveer in 1640 Kreeg Rembrandt <strong>de</strong> opdracht. Zestien schutters<br />
moest hij op het doer brengen en zijn bestellers zullen gedacht hebben een<br />
prettig en vlotgeschil<strong>de</strong>rd portretstuk te krijgen in <strong>de</strong>n geest van Frans Hals,<br />
waar zij allen zoo <strong>voor</strong><strong>de</strong>elig mogelijk op zou<strong>de</strong>n uitkomen. Natuurlijk<br />
was er geen bezwaar, <strong>de</strong> figuren schil<strong>de</strong>rachtig te groepeeren, liefst aan tafel,<br />
want <strong>de</strong>ze schutters kon<strong>de</strong>n beter eten dan vechten. En toen dit won<strong>de</strong>rlijk<br />
stub....!<br />
Wij prijzen Rembrandt niet omdat hij zijn opdracht, naar het oor<strong>de</strong>el<br />
van <strong>de</strong>n tijdgenoot, slecht vervul<strong>de</strong>, maar omdat hij zijn hoogere opdracht<br />
zwaar<strong>de</strong>r liet wegen. Die hoogere opdracht was het op groote schaal verwezenlijken<br />
van opgaven, die <strong>de</strong> barok ook aan het Noor<strong>de</strong>n moest stellen:<br />
die van <strong>de</strong> beweging en het heldhaftige gebaar. En die<br />
opdracht heeft hij in <strong>de</strong> „Nachtwacht" tot in het superlatieve vervuld :<br />
hij greep <strong>de</strong> gelegenheid in een uiterst levendig figuurstuk, door groepeering<br />
en lichtval, het probleem <strong>de</strong>r beweging, zooals <strong>de</strong> barok die stel<strong>de</strong>, tot<br />
grootsche oplossing te brengen, hij vatte alles samen tot een luisterrijk<br />
totaalbeeld, dat het ein<strong>de</strong> werd van het Hollandsche Schutterstuk.<br />
Als 8 jaar later, bij gelegenheid van <strong>de</strong>n Vre<strong>de</strong> van Munster (1648), Ilan<br />
<strong>de</strong>r Helst <strong>de</strong> Compagnie van Kapitein Witsen aan een maaltijd zet, tot<br />
viering van dien Vre<strong>de</strong>, dan hebben wij <strong>de</strong>n grootsten eerbied <strong>voor</strong> <strong>de</strong>s<br />
schil<strong>de</strong>rs werkmanschap, maar ten opzichte van <strong>de</strong> „Nachtwacht" on<strong>de</strong>rgaan<br />
wij zijn befaam<strong>de</strong>r „Schuttersmaaltijd" als een anti-climax.<br />
95
Maar in het zelf<strong>de</strong> jaar waarin <strong>de</strong> „Nachtwacht" werd voltooid, (1642)<br />
gaf Rembrandt eigenlijk nog een twee<strong>de</strong> „Nachtwacht" in <strong>de</strong> brillante<br />
schets, bijna „en camaieu" : „<strong>de</strong> Eendracht van 't Land", waarop wij<br />
nu terug moeten nomen. Deze volledig uitgedrukte, geweldige compositie<br />
geeft op min<strong>de</strong>r dan een vierkanten meter, een soort „Nachtwacht te<br />
paard" te zien : het uittrekken van cavalerie uit <strong>de</strong>ze benar<strong>de</strong> veste,<br />
een uitval van schutters te paard uit <strong>de</strong> vesting Holland. Een schitteren<strong>de</strong>r<br />
ruiterstoet, aangevoerd door een aan Titiaan herinneren<strong>de</strong> ueldheersfiguur,<br />
kwam er wel nooit uit een stadspoort op een vijand tegemoet.<br />
Artillerie brandt los van <strong>de</strong> vestingwallen, wapengekletter klinkt door<br />
<strong>de</strong> geheele <strong>voor</strong>stelling heen.<br />
Levend, in <strong>de</strong>ze uiterste beweeglijkheid, werd een allegorie ingeweven. In<br />
„Hollands' tuin" ligt het monster van <strong>de</strong>n tweedracht gekluisterd, en<br />
heerscht <strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>nheid <strong>de</strong>r Hollandsche ste<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> ineengeregen<br />
han<strong>de</strong>n en wapens, waaron<strong>de</strong>r dat van Amsterdam <strong>de</strong> eereplaats heeft.<br />
Een geblinddoekte Justitia aan <strong>de</strong> voet van een lutrijn, waarop, hoog<br />
verheven, het boen <strong>de</strong>r Openbaring ligt. Hoe zijn ook in die schets alle<br />
registers van het rijk georchestreer<strong>de</strong> orgel opengetrokken, hoe dreunt het<br />
licht ook door <strong>de</strong>ze compositie heen 1<br />
In bei<strong>de</strong> werken is er bij alle theatrale opstelling toch een natuurlijkheid.<br />
Men verlieze echter niet uit het oog dat al <strong>de</strong>ze natuurlijkheid, om <strong>de</strong><br />
woor<strong>de</strong>n van fan Veth te gebruiken, „versmelt in <strong>de</strong>n verren glans van een<br />
glorieus herinneringsbeeld", omdat <strong>de</strong>ze natuurlijkheid verheerlijkt<br />
werd „in <strong>de</strong> dichterlijke nevelen van <strong>de</strong>n koortsachtigten, <strong>de</strong>n fenomenaalsten<br />
aller schil<strong>de</strong>rsdroomen".<br />
Naast het schutterstuk, <strong>de</strong> „panache", <strong>de</strong> wuiven<strong>de</strong> ve<strong>de</strong>rbos van het<br />
Hollandsche burgerdom, werd het regentenstuk <strong>de</strong> afstraling van <strong>de</strong> sociale<br />
werkzaamheid van een an<strong>de</strong>r <strong>de</strong>el dier burgers.<br />
De vroegste „Staalmeesters" wor<strong>de</strong>n door A er t P i e t e r s z in 1599<br />
geschil<strong>de</strong>rd, zes fraai geteeken<strong>de</strong> Doppen en een vreemd ban<strong>de</strong>nspel; het<br />
stuk is in het Rijksmuseum. In 1618 en in 1624 zullen Co r n e 1 i s va<br />
<strong>de</strong>r Voort en Werner van Valckertbljken grootevor<strong>de</strong>ringen<br />
te hebben gemaakt.<br />
Op <strong>de</strong> stukken van Werner van Valckert in het Rijksmuseum zal in <strong>de</strong><br />
architectuur, achter <strong>de</strong> regenten, op reliefs „<strong>de</strong> barmhartige Samaritaan"<br />
en „<strong>de</strong> arme Lazarus" het verband van het genre met <strong>de</strong> religieuze<br />
schil<strong>de</strong>rij uitspreken. Achter <strong>de</strong> regentessen zien wij het nog dui<strong>de</strong>lijker,<br />
daar is het heele tafereel van <strong>de</strong>n rijken man aan tafel en <strong>de</strong>n arme aan<br />
<strong>de</strong>n voet van <strong>de</strong> trap, als een verklarend tooneel geschil<strong>de</strong>rd.<br />
96
Gaanwijwerken van Nicolaas Elias en T h o m a s <strong>de</strong> Key-<br />
S e r uit 1628 en '38 <strong>voor</strong>bij, dan staan wij in 1641 <strong>voor</strong> een meesterstuk:<br />
„<strong>de</strong> Regenten van het St. Elisabethgesticht" te Haarlem. Twintig jaar vdór<br />
Rembrandt's meesterstuk, schil<strong>de</strong>rt Frans H a 1 s in zijn rijpen tijd<br />
vijf ernstige mannenfiguren rond een tafel, en legt heel <strong>de</strong> kleurpracht in<br />
gradaties van wit en zwart en het spel van het groene tafelkleed, tegen het<br />
incarnaat van <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> koppen. Niets leidt ons af van <strong>de</strong> prachtig<br />
geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> mansportretten, ook niet <strong>de</strong> kaart van Vlaan<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong>n<br />
achtergrond. Maar <strong>de</strong> herinnering aan <strong>de</strong> „Staalmeesters" doet ons<br />
toch <strong>de</strong>n hoogsten lof inhou<strong>de</strong>n, bij Rembrandt immers bereikt het<br />
regentenstuk zijn hoogste hoogte als <strong>de</strong> meester in 1661 <strong>de</strong> harmonie, het<br />
rustige evenwicht en <strong>de</strong> stilte voelbaar zal maken in een zitting van <strong>de</strong><br />
overhe<strong>de</strong>n van het Amsterdamsche manufactuursgil<strong>de</strong>.<br />
Wat doen die mannen in het zwart, op <strong>de</strong> meest eenvoudige en klassieke<br />
wijze gegroepeerd achter een tafel, die met <strong>de</strong> weel<strong>de</strong> van een oostersch<br />
tapijt be<strong>de</strong>kt is? Keuren zij een partij laren, op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond gedacht,<br />
Trachten zij <strong>de</strong> bezwaren van een gil<strong>de</strong>broe<strong>de</strong>r te ontzenuwen met een<br />
beroep op geschreven of gedrukte contracten ? De mannen met het geopen<strong>de</strong><br />
boek in het mid<strong>de</strong>n zou<strong>de</strong>n hier op wijzen. Of schei<strong>de</strong>n zij twisten<strong>de</strong><br />
manufacturiers, die op <strong>de</strong> plaats van <strong>de</strong>n beschouwer veron<strong>de</strong>rsteld wor<strong>de</strong>n?<br />
Of loopt <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> wijze mannen ten ein<strong>de</strong> en leeft <strong>de</strong> toeschouwer<br />
<strong>de</strong> aarzelingen me<strong>de</strong> van confereeren<strong>de</strong> menschen, die er geen<br />
eind aan hunnen vin<strong>de</strong>n, als <strong>de</strong> een <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n an<strong>de</strong>r het sein tot opbreken<br />
niet geven wil ? Hoe dan ook, wij staan hier <strong>voor</strong> <strong>de</strong> grootste eenvoudigheid<br />
van het eeuwige schoon in eene samenvoeging van menschelijke bewegingen,<br />
alle op tijdsduur berekend, met aarzelingen en langzame gedragingen,<br />
die het gesprek tusschen <strong>de</strong> Staalmeesters on<strong>de</strong>rling, en <strong>voor</strong>al ook met<br />
<strong>de</strong>n beschouwer weten te rekken, om daardoor tot eene intimiteit te<br />
geraken, die <strong>de</strong> stilte en het zwijgen verdraagt en dan ook tot diepe<br />
aandacht noodt.<br />
In een zwaar tempo voelt men bijna <strong>de</strong> stilte.<br />
Stilte en zwaarte als antipo<strong>de</strong>n van gerucht en leegte. Hier is <strong>de</strong> stilte<br />
als hoogste expressie van zielssympathie, zooals ze gedragen en genoten<br />
wordt on<strong>de</strong>r vrien<strong>de</strong>n.<br />
Op <strong>de</strong>zen zang, wij mogen het niet vergeten, schreef Hals in <strong>de</strong>n laten<br />
avond van zijn schil<strong>de</strong>rsleven, het vervolg. Het zijn <strong>de</strong> regentessen en<br />
regenten in het Haarlemsche Museum, door <strong>de</strong>n meester op zes-en-tachtigjarigen<br />
leeftijd geschil<strong>de</strong>rd, en waarvan zoo graag gezegd wordt, dat ze met<br />
beven<strong>de</strong> hand wer<strong>de</strong>n geschil<strong>de</strong>rd. Maar niet in het beven <strong>de</strong>r hand,<br />
I<br />
97
maar in het trillen <strong>de</strong>r ziel, zit het geheim van <strong>de</strong>ze sobere en sombere<br />
werken, waar <strong>de</strong> „douce mélancolie" van <strong>de</strong>n kunstenaar overheen gespreid<br />
bigt als een zonson<strong>de</strong>rgangnevel, na een stralen<strong>de</strong>r dag over een rijk<br />
landschap.<br />
't Overprikkel<strong>de</strong> netvlies van groote coloristen als Hals of Tiliaan verdraagt<br />
ten slotte slechts <strong>de</strong> afgestoef<strong>de</strong> nuancen en grauwe harmonieen,<br />
waar een enkele kleurnoot doorheen zingt, als <strong>de</strong> weemoedige herinnering<br />
van een heel leven van kleurenvreugd en lichtpracht. En <strong>de</strong> naklank van<br />
dit alles is, zoo niet droevig, dan toch aangrijpend, juist door dien enkelen,<br />
wat lang aangehou<strong>de</strong>n cellostreek, die <strong>de</strong>n colorist <strong>de</strong>n zanger <strong>de</strong>r psalmen<br />
doet na<strong>de</strong>ren: „en h heb alles geschouwd wat geschiedt on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zon en<br />
ik zag dat het ij<strong>de</strong>lheid was."<br />
„De Staalmeesters" blijft het hoogtepunt in <strong>de</strong> serie van <strong>de</strong> Hollandsche<br />
regentenstukken. Als steeds, bij <strong>de</strong> waarlijk groote portretten, is het<br />
werk hoog boven het genre uitgestegen en komen wij in die regionen, waarin<br />
alle Dunsten zich ontmoeten : muziek en architectuur. 't Zijn niet <strong>de</strong><br />
vertrouwensmannen van het gil<strong>de</strong> <strong>de</strong>r manufacturiers, waarnaar wij<br />
vragen <strong>voor</strong> „<strong>de</strong> Staalmeesters", maar wij zijn ten volle bevredigd opgenomen<br />
te zijn in een monumentale wereld, waarin kleur en licht als een<br />
dreunen<strong>de</strong> fuga ons omhullen.<br />
In het Rijksmuseum is die bevrediging zoo volmaakt, dat wij <strong>de</strong> aandacht<br />
missen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> toch waarlijk prachtige schil<strong>de</strong>rijen die Covert Flinch en<br />
Ferdinand Bol in hetzelf<strong>de</strong> museum ons <strong>voor</strong>hou<strong>de</strong>n. Co ver t F 1 i n c h,<br />
die in een brillant geschil<strong>de</strong>rd schuttersfeest, bij gelegenheid van <strong>de</strong>n vre<strong>de</strong><br />
van Munster, zijn groote gaven van figuurschil<strong>de</strong>r en colorist ontplooi<strong>de</strong>,<br />
had reeds, in 1642, overhe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> schutterij van Amsterdam in stemmig<br />
zwarte dracht aan tafel geschil<strong>de</strong>rd. Maar <strong>voor</strong>al F e r d i n a n d<br />
Bo 1 had, in 1649, een indrukwekkend ruimtelijk opgevat schil<strong>de</strong>rij gewijd<br />
aan <strong>de</strong> „Regenten van het Leprozenhuis", dat zon<strong>de</strong>r „<strong>de</strong> Staalmeesters"<br />
een wereldvermaard schil<strong>de</strong>rij zou gewor<strong>de</strong>n zijn. Er is weinig aan te<br />
veran<strong>de</strong>ren, maar te Amsterdam hunnen noch Van <strong>de</strong>r H e 1st,<br />
met zijn „Bestuursle<strong>de</strong>n van het St. Sebastiaans- of Handboogschuttersgil<strong>de</strong>"<br />
uit 1635, noch Nico la es Maes met <strong>de</strong> „zes Bestuursle<strong>de</strong>n van<br />
het Chirurgijnsgil<strong>de</strong>", onze volledige bewon<strong>de</strong>ring krijgen, met het visioen<br />
van „<strong>de</strong> Staalmeesters" nog in <strong>de</strong> ooggin.<br />
Eerst in het Frans Hals Museum te Haarlem hebben wij ons zuiver oor<strong>de</strong>el<br />
weer terug, om f a n d e Bray voluit te waar<strong>de</strong>eren in zijn „Regenfee<br />
van het Kin<strong>de</strong>rarmenhuis", twee jaar na <strong>de</strong> „Staalmeesters" geschil<strong>de</strong>rd.<br />
Ook hier hebben <strong>de</strong> vijf regenten en <strong>de</strong> huismeester hun grijpen<strong>de</strong> blikhere<br />
gericht op <strong>de</strong>n beschouwer, die <strong>de</strong> aandacht teruggeeft aan <strong>de</strong> natuurlijk<br />
98
schil<strong>de</strong>rachtige groep in een Doel en lichtend gamma, geschil<strong>de</strong>rd door<br />
<strong>de</strong>n meester die <strong>de</strong> laatste glorie is van <strong>de</strong> Haarlemsche school.<br />
Het anatomiestuk, 't spreekt wel vanzelf, kent <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> ontwikkeling als<br />
het schutters- en regentenstuk.<br />
A e r f P i e t e r z verstaat het, in 1603, al evenmin in zijn „Anatomie<br />
van Dr. Sebastiaen Egbertsz", Rijksmuseum, een waarlijk gesloten groep<br />
te maken van <strong>de</strong> negen-en-twintig portretten van doctoren rond <strong>de</strong> snijtafel,<br />
als hem dit bij zijn schutterstukken gelukte.<br />
In 1617 is P. M i e re v e 1 d t <strong>de</strong> J o n g e gelukkiger in zijn schil<strong>de</strong>rij<br />
in het Gasthuis te Delft, maar toch: <strong>de</strong> aandacht is over het geheele stuk<br />
te ver<strong>de</strong>eld, en er is weinig or<strong>de</strong> in <strong>de</strong> rangschikking van wat belangrijk is<br />
in <strong>de</strong> <strong>voor</strong>stelling.<br />
Thomas d e Keyser zal te Amsterdam, twee jaar later, meer<br />
zeventien<strong>de</strong>-eeuwsch zijn in <strong>de</strong> „Anatomie van Dr. Sebastiaen Egbertsz.<br />
<strong>de</strong> inrij", doch 't is volkomen begrijpelijk hoe groot succes <strong>de</strong> jonge R e mb<br />
r a n d t verwierf met „<strong>de</strong> Anatomie van Dr. Tulp", door <strong>de</strong>n vijfentwintigjarige<br />
in 1632 geschil<strong>de</strong>rd <strong>voor</strong> 't chirurgi =nschgil<strong>de</strong> te Amsterdam.<br />
Er is geen overtuigen<strong>de</strong>r bewijs <strong>voor</strong> Rembrandts' jong en groeiend zelfvertrouwen<br />
dan het groote schil<strong>de</strong>rij, dat als „<strong>de</strong> Anatomische Les in het<br />
Mauritshuis al te groote vermaardheid kreeg. Het werk is heel levendig<br />
en theatraal van opstelling, een opstelling naar het recept <strong>de</strong>r barok<br />
gecombineerd, die nu nog menig fotograaf als bijzon<strong>de</strong>r gelukkig zal<br />
<strong>voor</strong>komen.<br />
Wat er knap en Kundig is in dit werk behoeft niet aangewezen te wor<strong>de</strong>n,<br />
hef viel <strong>de</strong>n tijdgenoot, en het valt het nageslacht nog he<strong>de</strong>n, op.<br />
Bij na<strong>de</strong>re beschouwing zijn er groote zwakhe<strong>de</strong>n in „<strong>de</strong> Anatomische<br />
Les". De twee Doppen links zijn herhalingen van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> noot, <strong>de</strong> twee<br />
<strong>voor</strong>overbuigen<strong>de</strong> Doppen eveneens. De opgeprikte professor Tull lijkt 'n<br />
pedante schoolmeester, maar <strong>voor</strong>al : niets is er heelemaal echt in <strong>de</strong><br />
expressie <strong>de</strong>r figuren. De professor speelt een doceerend leeraar, 'n viertal<br />
stu<strong>de</strong>nten trekken zich van zijn verhaal niets aan, een drietal an<strong>de</strong>ren<br />
letten te veel op, en doen <strong>de</strong> opzichtige, weinig belangrijke <strong>de</strong>monstratie (het<br />
buigen van <strong>de</strong> vingers <strong>de</strong>r linkerhand van het cadaver) te veel eer aan.<br />
Zij zijn allen op z'n Zondags gekleed, en het glasachtige lijk is bene<strong>de</strong><br />
Rembrandt's gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> werk uit zijn vroege perio<strong>de</strong> gebleven. Onbegrijpelijk<br />
is het, hoe schrijvers, elkaar <strong>voor</strong>tdurend napraten<strong>de</strong>, <strong>de</strong> verkorting<br />
van het cadaver als iets bijzon<strong>de</strong>r geslaagds Duinen aandui<strong>de</strong>n. Maar<br />
<strong>voor</strong>al : het werk geeft <strong>de</strong>n indruk met té groot zelfvertrouwen te zijn<br />
on<strong>de</strong>rnomen.<br />
99
Dat hij trotsch was op <strong>de</strong> bestelling, was begrijpelijk ; om te beginnen was<br />
Tulp een <strong>voor</strong>aanstaand Amsterdammer en dan, Thomas <strong>de</strong> Keyser en<br />
E 1 i a s, <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> gevier<strong>de</strong> portrettisten van <strong>de</strong> hoofdstad, had<strong>de</strong>n in hetzelf<br />
<strong>de</strong> vertrek van het chirurgijnsgil<strong>de</strong>, waar zijn werk moest komen te<br />
hangen, ie<strong>de</strong>r een anatomiestuk. De jonge veroveraar lion zich hier met<br />
hen meten. En in<strong>de</strong>rdaad, het samenbin<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> afzon<strong>de</strong>rlijke portretten<br />
in een, zij het dan opzichtige, han<strong>de</strong>ling en het door het licht samenvatten<br />
tot een, zij het dan wat hol geheel, beteeken<strong>de</strong> een groote schre<strong>de</strong> <strong>voor</strong>uit in<br />
<strong>de</strong> ontwikkeling van het genre. Voorbands is dit immers Rembrandt's<br />
roeping : in alle soorten van gegevens <strong>de</strong> barok in het Noor<strong>de</strong>n tot ontwikkeling<br />
te brengen.<br />
Een geheel an<strong>de</strong>r mensch zal in 1656 volkomen zelfvergeten, geroerd<br />
tot diep in het hart, getroffen tot in <strong>de</strong> ziel bij het lugubere schouwspel <strong>de</strong>r<br />
anatomische sectie, <strong>de</strong> collegezaal van Prof. Deyman betre<strong>de</strong>n, om een<br />
an<strong>de</strong>re anatomieopdracht om te zetten tot het meest aangrijpen<strong>de</strong> schouwspel<br />
dat mogelijk ooit geschil<strong>de</strong>rd werd. Nu onttrekt hij zich aan <strong>de</strong><br />
eigenlijke opdracht om verre er boven uit te gaan. Hij dringt <strong>de</strong>n doctor<br />
en zijn leerlingen terug en stelt zich in diepen eerbied tegenover <strong>de</strong>n majestueuzen<br />
dood. Geen losse en zwierige barokcompositie als in 1632....,<br />
neen, heelemail geen compositie. Geen behaaglijke schikking van leeraar<br />
en leerlingen .... , neen, in 't geheel geen opstelling. Geen theatraal hooginvallend<br />
licht...., neen, geen verlichting, maar een lichten van binnen-uit<br />
van het in sterke verkorting, geheel en face geziene lijf, en 'n klassieke<br />
gebon<strong>de</strong>nheid in vorm, waar<strong>voor</strong> Mantegna's „Nood Gods" hem hef<br />
<strong>voor</strong>beeld had gegeven.<br />
Van het schil<strong>de</strong>rij bleef slechts het mid<strong>de</strong>nstuk gespaard. 'n Stomme<br />
brand verteer<strong>de</strong>, mèt het houten beschot waarop het werk hing, <strong>de</strong> entourage.<br />
't Essentieele van „Deijman's Anatomie" is bewaard. De han<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong>n professor zijn alles wat er over is van <strong>de</strong> hoofdfiguur, die echter, in<br />
Rembrandts' oogera in het geheel geen hoofdfiguur was.<br />
De hoofdfiguur is het cadaver. Over <strong>de</strong> voeten heen, blikken wij met bek<br />
lemmen<strong>de</strong> emotie in <strong>de</strong> open borstholte, maar wor<strong>de</strong>n dan fascineerend<br />
getrokken naar <strong>de</strong>n gescalpeer<strong>de</strong>n hop, waarvan het sche<strong>de</strong>lvel, neerhangend<br />
aan bei<strong>de</strong> zij<strong>de</strong>n, het gelaat een glanzing van gedachten geeft, en <strong>de</strong><br />
beangstigen<strong>de</strong> vraag licht in ons op : leeft <strong>de</strong>ze man ?<br />
Wij Dennen <strong>de</strong>ze gevoelens : 'n Poe, 'n Bau<strong>de</strong>laire, 'n Roltrait hebben ons<br />
met <strong>de</strong>rgelijke gevoelens vertrouwd gemaakt. Maar ineens begrijpen wij<br />
het an<strong>de</strong>rs : er is niets „griezeligs", want er vaart eene plechtigheid en eene<br />
religieuse wijding door het werk, waardoor <strong>de</strong>ze doo<strong>de</strong> wordt als het<br />
100
eeld van <strong>de</strong>n lij<strong>de</strong>n<strong>de</strong>n, zich geven<strong>de</strong>n mensch. Is het een Christushop of<br />
het gelaat van <strong>de</strong>n Meester zelf ?<br />
En dan is er <strong>de</strong> assistent van <strong>de</strong>n professor, als wikkend en wegend,<br />
beschouwend en droomend ; „tctsschen hemel en aar<strong>de</strong> zijn meer dingen<br />
dan...." Die scalp in <strong>de</strong> hand is als <strong>de</strong> sche<strong>de</strong>l van <strong>de</strong>n jongen Yorick,<br />
als een drinknap waar <strong>de</strong> levensdrank en zijn purperen droesem in<br />
bezonken ligt.<br />
Het oproepen van Shakespeare's naam is een getuigenis <strong>voor</strong> <strong>de</strong> diepte<br />
van een werk, dat het glorierijke ein<strong>de</strong> beteekent van <strong>de</strong>zen vorm van het<br />
groepsportret, dat k e r k e 1 ij k bij „ Jerusalemgangers" begon en dat<br />
religieus u s eindigt, na alle schakeeringen van ernst en jolijt,<br />
zwier en statigheid, te hebben doorloopen.<br />
Gherard Terborgh, teekening, galant gezelschap.<br />
101
Karel Dujardin, <strong>de</strong> her<strong>de</strong>r achter <strong>de</strong> boom.<br />
102
Ix.<br />
DE ZEVENTIENDE EEUW. — Het landschapschil<strong>de</strong>ren<br />
wordt, door sterk picturaal voelen, tot ongemeen<br />
rijken bloei gebracht.<br />
n <strong>de</strong> Italiaansche lunst werd laat het landschap tot ontwikkeling,<br />
of beter gezegd, tot half eigen leven gebracht. Want als Titiaan<br />
schoone landschappen schil<strong>de</strong>rt, zijn het <strong>de</strong> achtergron<strong>de</strong>n van zijn<br />
figuurstukken. In <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw zijn <strong>de</strong> Italiaansche landschappen<br />
dat nog steeds, en als een enkel werk van Giorgione, benend on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
naam „het Onweer", van een meer zelfstandig karakter getuigt, trekt het<br />
juist <strong>de</strong> aandacht als uitzon<strong>de</strong>ring. Vanaf het vroegste Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
schil<strong>de</strong>ren neemt het landschap zijn plaats in tusschen <strong>de</strong> genres, en vanuit<br />
<strong>de</strong> miniaturen <strong>de</strong>r getij<strong>de</strong>nboeken lent <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche lunst zuivere<br />
landschappen in <strong>de</strong> belen<strong>de</strong> kalen<strong>de</strong>rafbeeldingen dier verluchte handschriften.<br />
Wie heeft niet eens reproducties on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Dogen gehad van <strong>de</strong><br />
handschriften die Jean, duc <strong>de</strong> Berry, <strong>de</strong> broe<strong>de</strong>r van Philips-<strong>de</strong>n-Stoute<br />
van Bourgondié, liet maken, of facsimile's gezien uit <strong>de</strong> later tot stand<br />
gekomen verzameling miniaturen, beroemd on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n naam Breviarium<br />
Grimani, en, verrast, naar <strong>de</strong> schoone landschappen gezien die <strong>de</strong> jaargetij<strong>de</strong>n<br />
of <strong>de</strong>n cyclus <strong>de</strong>r maan<strong>de</strong>n uitbeel<strong>de</strong>n?<br />
In <strong>de</strong> eerste Ne<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>rij, <strong>de</strong> beroem<strong>de</strong> altaarretabel, het<br />
veelluik in <strong>de</strong> St. Bavo te Gent, wij zagen het reeds, neemt het landschap<br />
een groote plaats in. Niet alleen dat <strong>de</strong> eigenlijke „Aanbidding van het<br />
Lam" plaats heeft op een wei<strong>de</strong> met geboomte, waarachter <strong>de</strong> torens <strong>de</strong>r<br />
laffe lan<strong>de</strong>n opdoemen, maar op <strong>de</strong> luiken die er btu aansluiten nomen d<br />
christenstrij<strong>de</strong>rs, <strong>de</strong> eremieten en anachoreten, <strong>de</strong> monniken en kluizenaars<br />
toegetre<strong>de</strong>n in landschappen, die door hun zui<strong>de</strong>lijke flora getuigen<br />
van Jan van Eycks' Portugalreis.<br />
Hoe snel krijgt het landschap, ook als het achtergrond blijft van <strong>de</strong>n<br />
103
knielen<strong>de</strong>n schenker op het zijluik <strong>de</strong>r altaartryptieken, eigen leven en<br />
vraagt het steeds dringen<strong>de</strong>r eigen aandacht. Op <strong>de</strong> zijluiken van Hug o<br />
van <strong>de</strong>r Go e s' Florentijnsch altaarstuk knielt <strong>de</strong> familie Portinari<br />
in zulke stemmingsvolle landschappen, dat menigeen <strong>de</strong>ze landschappen<br />
heeft onthou<strong>de</strong>n, maar zich <strong>de</strong> trekken van <strong>de</strong> kunstlieven<strong>de</strong> Florentijnen<br />
niet meer <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n geest lean halen.<br />
Bij <strong>de</strong>n laatsten Brugschen meester, <strong>de</strong>n uit Noord-Ne<strong>de</strong>rland afkomstigen<br />
Gerard David, trekt het landschap, waarin op <strong>de</strong> Jean <strong>de</strong> Tombestryptiek,<br />
Christus door Johannes in <strong>de</strong>n Jordaan gedoopt wordt, wel in<br />
<strong>de</strong> eerste plaats belangstelling. Ook bij Ihieronymus Bosch, wij had<strong>de</strong>n<br />
gelegenheid het op te merken, Krijgt het landschap naast <strong>de</strong> figuren een<br />
bijna vrijstaan<strong>de</strong> beteekenis.<br />
Bij <strong>de</strong>n Waalschen meester ,% o a c h i m P a t i n i r, (1484-1524),<br />
nemen wij gewoonlijk aan dat <strong>voor</strong> het eerst het evenwicht tusschen <strong>de</strong><br />
figuren en het landschap, ten <strong>voor</strong><strong>de</strong>ele van het laatste, verbroken<br />
wordt en <strong>de</strong> figuren tot stoffage wor<strong>de</strong>n teruggedrongen. Albrecht Durer,<br />
die te gast is op <strong>de</strong> bruiloft van Patinir, noemt hem in zijn „dagboek"<br />
een uitstekend landschapschil<strong>de</strong>r. Als Patinir hetzelf<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp behan<strong>de</strong>lt<br />
als Gerard David „<strong>de</strong> Doop van Christus", dan treedt het landschap<br />
overwegend over <strong>de</strong> figuren op, en als hij „een vlucht naar Egypte"<br />
tot on<strong>de</strong>rwerp biest, moeten wij in het weidsche landschap, een paraphrase<br />
op het bergachtig Maalland, zoeken naar het ezeltje dat Moe<strong>de</strong>r en Kind<br />
draagt, en naar Jozef die het geleidt, zoo on<strong>de</strong>rgeschikt is <strong>de</strong> figuratie<br />
gewor<strong>de</strong>n , ten opzichte van het landschap, dat <strong>de</strong> totaliteit van onze<br />
belangstelling opeischt. Niet het landschap siert en steunt als achtergrond<br />
<strong>de</strong> figuratie, maar <strong>de</strong> figuren wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> steeds meer bijkomstige stoffage<br />
van het landschap.<br />
Wij stel<strong>de</strong>n het vast, dat, in het twee<strong>de</strong> kwart <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong> eeuw, bij<br />
Pieter B r e u g h e 1, het landschap zoo vrij levend gewor<strong>de</strong>n was<br />
dat een meesterstuk als „<strong>de</strong> Winter", ook wel „Februari" geheeten, te<br />
Weenen, door velen met re<strong>de</strong>n beschouwd wordt als het meest imposante<br />
sneeuwgezicht dat ooit geschil<strong>de</strong>rd werd.<br />
Hoewel bij <strong>de</strong>n genialen Brabanter <strong>de</strong> stijl verhalend is gebleven, zijn <strong>de</strong><br />
landschappen reeds volkomen stemmingsvol. Het duister van <strong>de</strong>n laten<br />
herfst aan <strong>de</strong> Maas, <strong>de</strong> stralen<strong>de</strong> zonneweel<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Straat van Messina,<br />
komen in magistraler trant uit zijn doelen en bereiken op indrukwekken<strong>de</strong><br />
wijze <strong>de</strong>n beschouwer.<br />
De formule van Pieter Breughel wordt, min of meer met „italianismo"<br />
vermengd, vervolgd door Lucas van Valckenborgh, Joos<br />
<strong>de</strong> Momper, Abel Grimmer en ook door Jan Breughel,<br />
104
• /<br />
^<br />
I I ^<br />
*,<br />
-.~.:, ---7•4.?<br />
~ 1.:7-7:::.:,N-:.;<br />
•^pA^ ,M ^^ •„^^ MI ^•<br />
^^ ' 1 ' ^<br />
WM/f1M^ ~^<br />
, , ,( `•<br />
•<br />
/ , \,<br />
1 \<br />
• • ^ ^ *N ^ M, ^^ ^ •<br />
Gerard Terborgh. Teekening, <strong>de</strong> werkplaats van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, 1631.<br />
<strong>de</strong>n F 1 u w e e le n, van Wien in het Mauritshuis een „Paradijstuin”<br />
hangt, waarin Rubens bijzon<strong>de</strong>r gelukkig het eerste menschenpaar schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>.<br />
Rubens zelf zal in <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw landschappen<br />
schil<strong>de</strong>ren die, door- en over- <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong>-eeuwsche Engelschen,<br />
<strong>de</strong> Fransche landschapschil<strong>de</strong>rkunst in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw zullen beinvloe<strong>de</strong>n.<br />
Rubens echter leent, evenals Rembrandt, <strong>de</strong> hartstochten <strong>de</strong>r eigen<br />
persoonlijkheid aan een landschap, waarvan romantici in latere eeuwen <strong>de</strong><br />
schoonheid proeven.<br />
Niet luisteren naar zichzelf en naar <strong>de</strong> harteklop van het eigen rhythme,<br />
maar geheel zich on<strong>de</strong>rwerpen aan het stille leven <strong>de</strong>r natuur en in ootmoed<br />
zich overgeven aan <strong>de</strong> stem van land en water, lucht en geboomte, was<br />
weggelegd <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>rs, die, vrij van <strong>de</strong>coratieve bedoelingen,<br />
het portret van het land en <strong>de</strong> zee met grooter objectiviteit Kon<strong>de</strong>n geven.<br />
Eerst zijn het echter uitgeweken Vlamingen, Protestanten, die in Holland<br />
naar <strong>de</strong> beproef<strong>de</strong> metho<strong>de</strong> uit <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw : bruinen <strong>voor</strong>grond,<br />
groen twee<strong>de</strong> plan en blauwverschieten<strong>de</strong> verten, landschappen schil<strong>de</strong>ren.<br />
Gilles van Coninxloo, David Vinckboons, maar<br />
<strong>voor</strong>al Roe 1 a n t S a v e r y (die fraai in ons Rijksmuseum vertegenwoordigd<br />
is) geven het landschap met een oneindigheid van <strong>de</strong>tails, maar<br />
waarin toch <strong>de</strong> worsteling om het geconcentreer<strong>de</strong> effect zich aankondigt.<br />
Hun invloed is bij <strong>de</strong> Hollandsche teekenaars en schil<strong>de</strong>rs te volgen, zooals<br />
ook die van <strong>de</strong>n te Rome werken<strong>de</strong>n Duitscher Adam Elsheimer niet te<br />
ontkennen is. Doch <strong>de</strong> Dracht van <strong>de</strong>n eigen aard is bij <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>rs zóó<br />
105
groot, dat alle invloe<strong>de</strong>n spoedig tot verworvenhe<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n omgezet.<br />
H e n d r i k A v er k a mp (1585-1663), <strong>de</strong> z.g. Stomme van Kampen<br />
en Arent Cabe 1 hebben bij <strong>de</strong>n aanvang <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw<br />
nog niet <strong>de</strong> wijsheid van het beschouwen<strong>de</strong>, en <strong>de</strong> bracht zich geheel te<br />
concentreeren op eenvoudige gegevens. Maar in hun sterk met figuurtjes<br />
gestoffeer<strong>de</strong> landschappen zakt <strong>de</strong> horizon ; er wordt reeds iets min<strong>de</strong>r<br />
verhaald dan bij Breughel, en hier en daar wordt in <strong>de</strong> overdaad van<br />
figuren toch ernstig gepoogd onze aandacht op één punt te richten. In het<br />
gewoonlijk vroolijke geheel heeft zich een primitieve fleurigheid nog<br />
niet stilgelegd.<br />
Bij Esaias van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> en bij Adriaan van <strong>de</strong> Venne<br />
vin<strong>de</strong>n wij <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> worstelingen, die echter bij Jan v an Co yen<br />
gestre<strong>de</strong>n zijn. Want btu hem heeft zich in al zijn eenvoudige innigheid<br />
het Hollandsche landschap gerealiseerd. Nu zijn zuivere toonwaar<strong>de</strong>n<br />
van licht en atmosfeer, als exponenten van <strong>de</strong>n meest strikten picturalen<br />
aanleg, aan het woord. Nu Domen onze bree<strong>de</strong> rivieren en lan<strong>de</strong>lijke ste<strong>de</strong>n,<br />
het zeestrand en zijn duinenreeks, maar <strong>voor</strong>al onze statig drijven<strong>de</strong><br />
wolkenluchten op het in effect geconcentreer<strong>de</strong> doen, met al het hel<strong>de</strong>re,<br />
lyrische, stemmingsvolle, waartoe <strong>de</strong> wij<strong>de</strong> horizonten van het laffe land<br />
ons no<strong>de</strong>n. Dit alles zon<strong>de</strong>r uitbundigheid, eer<strong>de</strong>r met een tikje weemoed,<br />
in een rijben toon van grijs, waarbij wij echter goed doen te ge<strong>de</strong>nken<br />
dat een zekere verkleuring van Jan van Goyen's arbeid in aanmerking<br />
genomen han wor<strong>de</strong>n.<br />
Zijn he<strong>de</strong>ndaagsche biografen maken van <strong>de</strong>n in 1596 te Lei<strong>de</strong>n geboren<br />
schil<strong>de</strong>r een onrustige geest, die onbestendig zich met alles heeft bezig<br />
gehou<strong>de</strong>n.<br />
In 1631 verlaat hij Lei<strong>de</strong>n ; van 1634 af, zal hij Den Haag blijvend<br />
bewonen. Hij is van alles geweest : speculant in grond en huizen, maar ook<br />
gokker in <strong>de</strong>n tulpenhan<strong>de</strong>l, hij is kunsthan<strong>de</strong>laar en makelaar in<br />
schil<strong>de</strong>rijen, maar <strong>voor</strong>al : hij is een oneindig vlijtig teekenaar en schil<strong>de</strong>r,<br />
die een <strong>de</strong>r vruchtbaarsten on<strong>de</strong>r onze meesters geweest is. Geen uitbundigheid,<br />
maar wel een ongelooflijke „bravoure" om land en water <strong>de</strong>r lage<br />
lan<strong>de</strong>n te portretteeren. Hij heeft die meesterschap niet met <strong>de</strong> geboorte<br />
meegekregen, maar wel had hij van jongsaf <strong>de</strong> faculteit om door heel hard<br />
werken en door stage oefening vaardig te wor<strong>de</strong>n, om met lichte hand<br />
neer te schrijven wat hij door ijverige natuurstudie verwierf. Een speelsche<br />
vrijheid, of moet ik schrijven : een vrije speelschheid, wordt op <strong>de</strong>n duur<br />
zijn <strong>de</strong>el, en bomt ons uit zijn ontelbare teelleningen, evengoed als uit<br />
'zijn luchtig getoetste schil<strong>de</strong>rijen, tegen.<br />
In van Goyen's oeuvre is <strong>de</strong> ontwikkeling van het vroegzeventien<strong>de</strong>-<br />
106
eeuwsche landschapschil<strong>de</strong>ren tot <strong>de</strong>n vollen bloei van het genre te volgen. In<br />
<strong>de</strong> werken die hij vóór 1630 maakte is het landschap nog Hief geheel tot eigen<br />
object gewor<strong>de</strong>n, het is nog eer<strong>de</strong>r het tooneel waar het bedrijvige leven van<br />
alledag zich afspeelt. De han<strong>de</strong>len<strong>de</strong> marktgangers in dor<strong>de</strong>n en stadjes, <strong>de</strong><br />
schippers op <strong>de</strong> rivier, <strong>de</strong> visschers aan het strand bij hun schepen, <strong>de</strong> barren<br />
op <strong>de</strong>n landweg en <strong>de</strong> sle<strong>de</strong>n op het ijs, hou<strong>de</strong>n hem in <strong>de</strong> eerste plaats bezig.<br />
JollANNESAGOYEN2^ ^a^t<br />
Zoizrovz./a<br />
ge-444144i ^i^fvr<br />
^<br />
rí<br />
Karel <strong>de</strong> Moor, portret van Jan van Goyen.<br />
107
Jan van Goyen, riviergezicht,<br />
Van Goyen sluit niet alleen in zijn <strong>voor</strong>stellingen, maar ook in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rlijke<br />
behan<strong>de</strong>ling van zijn on<strong>de</strong>rwerpen, bij zijn <strong>voor</strong>gangers aan. De<br />
kleur en <strong>de</strong> dikkere verflaag heeft hij van hen afgezien, al zal hij dan<br />
ook reeds vroeg zich van hen on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n door een gevoel <strong>voor</strong> schakeering<br />
en toonwaar<strong>de</strong>, dat zijn <strong>voor</strong>gangers niet in die mate bezitten.<br />
Na 1630 is het zuivere landschap regel ; hij Deert zich van <strong>de</strong> menschen<br />
eer<strong>de</strong>r af en wendt zich, steeds meer overtuigd, naar het natuurmotief dat,<br />
hoe plein hij het ook moge uitzoeken, zijn geheele belangstelling krijgt.<br />
In <strong>de</strong> omstreken van <strong>de</strong>n Haag en aan het strand te Scheveningen is het <strong>de</strong><br />
duinstreek, het bree<strong>de</strong> banaal of <strong>de</strong> blip op <strong>de</strong> open zee die hij, aanvankelijk<br />
eenvoudig, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n beschouwer neerzet zon<strong>de</strong>r dat gecompliceer<strong>de</strong> perspectief,<br />
licht- en luchtwerking binnen zijn bereik zijn. Maar door een<br />
steeds intiemer verkeer met <strong>de</strong> natuur, in een tweegesprek dat steeds<br />
inniger wordt, bomt hij er toe steeds ver<strong>de</strong>r te grijpen, met han<strong>de</strong>n, die door<br />
stage oefening in het teekenen naar <strong>de</strong> natuur geen moeilijkhe<strong>de</strong>n meer uit<br />
<strong>de</strong>n weg gaan. De kleur <strong>de</strong>r <strong>voor</strong>werpen dringt hij terug <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n toon.<br />
De geheel eigen atmosfeer van het waterdoordrongen land Komt hem<br />
steeds Klaar<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> Dogen en <strong>de</strong> laagdrijven<strong>de</strong> wolken, die het hemellicht<br />
<strong>de</strong>khen, opvangen, of zeven, hangt hij boven zijn spiegelen<strong>de</strong> rivieren of<br />
boven zijn bewogen zeen. De concentratie van het effect wordt steeds<br />
strenger, ook als <strong>de</strong> compositie <strong>de</strong>n indruk geeft in volle argeloosheid<br />
108
Roelant Roghman, landschap.<br />
<strong>de</strong> toevallighe<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r natuur meer te volgen, dan dat <strong>de</strong> kunstenaar ze<br />
dwingend samenbrengt. Bij het rangschikken van zijn schil<strong>de</strong>rijen tot het<br />
jaar van zijn dood, in 1656, wordt <strong>de</strong> werking van het licht in zijn<br />
landschappen, waarvan <strong>de</strong> liniaire- en luchtperspectief gecompliceer<strong>de</strong>r is<br />
gewor<strong>de</strong>n, steeds fijner en wordt <strong>de</strong> stemming, door het steeds zuiver<strong>de</strong>r<br />
afstemmen van <strong>de</strong>n toon, meester in zijn werk.<br />
Door <strong>de</strong>ze, zoo dui<strong>de</strong>lijk te volgen evolutie, is van Goyen's positie in onze<br />
zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche landschapschil<strong>de</strong>rkunst een centrale.<br />
De tijdgenoot die, met recht, steeds met hem vergeleken wordt is <strong>de</strong> Haarlemmer<br />
Salomon Ruysdael (1602-1670).<br />
Slechts lort had van Gogen als leerling van Esaias van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> in<br />
Haarlem gewerkt; <strong>de</strong> rustige Ruysdael, die in zijn stad het leven van een<br />
gezeten en gezien burger sleet, toont ook in zijn oeuvre een onbewogenheid<br />
die met van Gogen contrasteert. Wat niet wegneemt dat vaak Salomon<br />
Ruysdaels <strong>voor</strong> Van Goyens wer<strong>de</strong>n, en wor<strong>de</strong>n, aangezien.<br />
Want met alle verschil in individualiteit is het schoolverband dier meesters<br />
héél sterk. Er zijn compositieregels die vanuit Breughel te volgen zijn. De<br />
schaduwstreep op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>sten <strong>voor</strong>grond, waaraan vaak een bla<strong>de</strong>rlooze<br />
of ijlbebla<strong>de</strong>r<strong>de</strong> boom vastzit, grijpt met zijn takken het la<strong>de</strong>r van <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rij. 't Is <strong>de</strong>ze eerste coulisse, van Averkamp of van <strong>de</strong> Venne,<br />
die wij eigenlijk nog aantreffen in <strong>de</strong> laatste romantisch-naturalistische<br />
109
tooneel<strong>de</strong>coraties rond 7900.... Alles wordt in <strong>de</strong>ze landschappen tenslotte<br />
teruggedrongen <strong>voor</strong> het in één toon samenbin<strong>de</strong>n van al het uitgebeel<strong>de</strong>,<br />
goudachtig- of bronshleurig grijs bij Van Goyen en Salomon Ruysdael.<br />
dij A e r t van <strong>de</strong>r Neer (1603-1677) zal het nachtelijk duister<br />
<strong>de</strong>ze bin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> functie verrichten in zijn terecht vermaar<strong>de</strong> „maannachten,"<br />
Eerwijl <strong>de</strong> warme kopertoon van <strong>de</strong>n schel<strong>de</strong>n<strong>de</strong>n dag alles bijeenhoudt op<br />
A e I b e r t C u y p's riviergezichten. Bij Cuyp hangt <strong>de</strong>ze vroege avondschemering<br />
boven Dordrecht samen met het nieuwe „Italianismo" van<br />
Jan Both (1610-1699), C l a e s B e r c h e m (162(1-1688) en<br />
J a n H a c k a e r t (1629-1699), die niet het „Italianismo" <strong>de</strong>r zestien<strong>de</strong>-eeuwers<br />
aanhangen, maar <strong>voor</strong> wie het vrije leven te mid<strong>de</strong>n van<br />
een schil<strong>de</strong>rachtig volk in het zui<strong>de</strong>lijke Klimaat, onwe<strong>de</strong>rstaanbaar was<br />
Romantische Italiaansche motieven in hun schetsboeken geteekend, kwamen<br />
hen te hulp, als zij op hun visueel geheugen aangewezen waren om <strong>de</strong><br />
warme namiddagatmosfeer van het zui<strong>de</strong>lijke land op hun doelen aan te<br />
brengen, — op <strong>de</strong>n duur met kennelijke eentonigheid.<br />
De werken <strong>de</strong>zer meesters, waarbij wij ook Jan A s s e 1 ij n (1610-<br />
1652), Ph. Wouwermans (16'19—Y668) en Karel Dujardin<br />
(1635-1678) moeten noemen, hangen in het Rijksmuseum bijeen, en 't is of<br />
één lucht in één zelf <strong>de</strong>n warmen toon, geschil<strong>de</strong>rd achter al hun motieven,<br />
zich <strong>voor</strong>tzet van het Bene schil<strong>de</strong>rij naar het an<strong>de</strong>re. Een landschap<br />
uit <strong>de</strong> Romeinsche Campagna baadt in <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n lieflijken gloed als <strong>de</strong><br />
laan esscheboomen van een Hollandsche buitenplaats, het meesterwerk<br />
van Jan Hackaert. Wij noem<strong>de</strong>n A e 1 b e r t C u y p, <strong>de</strong>n zoon van<br />
<strong>de</strong>n figuurschil<strong>de</strong>r Jacob G e r r i t s z C u y p, geb. 1575. Aelbert<br />
(1620-1691) was van een verbluffen<strong>de</strong> veelzijdigheid. Rijst <strong>de</strong> grootsche<br />
bouw van zijn riviergezichten <strong>voor</strong> ons op, dan <strong>de</strong>nken wij toch ook aan<br />
zijn paar<strong>de</strong>n en vee dat hij meesterlijk schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Bij dit laatste lomen<br />
<strong>de</strong>namenvan Paulus Potter en Adriaen van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong><br />
als vanzelf bij ons op. Bij Potter (1625-1654) gaan onze gedachten<br />
niet in <strong>de</strong> eerste plaats naar zijn al te beroem<strong>de</strong>n „Stier", maar naar<br />
kleine wei<strong>de</strong>n met vee, waarin hij een te<strong>de</strong>re stemming paart aan een<br />
weergalooze uitbeelding van dieren, dig hip kent als geen an<strong>de</strong>r. Hij en van<br />
<strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> (1635-1672) hebben <strong>de</strong>n va<strong>de</strong>rlandschen grond met een getrouwheid<br />
en eenvoud gevolgd, die eigenlij f alleen een Hollan<strong>de</strong>r op volkomen<br />
waar<strong>de</strong> han schatten. Potter, Enkhuyzer van geboorte, die te Delft, Den<br />
Haag en Amsterdam werkte, stierf op 29 jaar aan <strong>de</strong> tering, maar liet een<br />
oeuvre na, boor<strong>de</strong>vol van een bree<strong>de</strong> simpele natuurlief<strong>de</strong>, die door technische<br />
volmaaktheid elk <strong>de</strong>nkbeeld van schil<strong>de</strong>ren uitwist en die <strong>de</strong>n beschouwer<br />
<strong>de</strong> geuren <strong>de</strong>r natuur toewaait.<br />
110
Adriaen van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> behoort tot het geslacht dat in vijftig jaren, zes<br />
meesters van beteekenis aan <strong>de</strong> Hollandsche kunst gaf. Van <strong>de</strong>n zeeschil<strong>de</strong>r,<br />
zijn va<strong>de</strong>r Willem van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong>, <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>, heeft hij al even weinig overgenomen<br />
als van Jan W ij n a n t s die ons als zijn leermeester wordt<br />
aangewezen. Potter, Karel Dujardin en Nicolaes Berchem hebben hem<br />
meer beinvloed; zijn specialiteit werd het met menschen en vee gestoffeer<strong>de</strong><br />
landschap, en wel zóó, dat er geen confraters van hem te Amsterdam zijn<br />
aan te wijzen, die hem niet verzochten hun landschappen le animeeres.<br />
Op het kameraadschappelje verkeer <strong>de</strong>zer schil<strong>de</strong>rs werpt <strong>de</strong>ze werkzaamheid<br />
van v. d. Lel<strong>de</strong> een bijzon<strong>de</strong>r licht. Op een 150-tal landschappen<br />
van Wijnants schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij figuren en vee. Jan van <strong>de</strong>r Hey<strong>de</strong> <strong>de</strong>ed<br />
wel 100 maal een beroep op hem, terwijl ook Jan Hackaert, Fre<strong>de</strong>rick<br />
Moucheron, Philips <strong>de</strong> Kopinch, Jacob van Ruysdael en Mein<strong>de</strong>rtHobbema<br />
van zijn diensten gebruik maakten. Bo<strong>de</strong> merkt op dat zelfs E g 1 o n<br />
van <strong>de</strong>r Neer, zelf een <strong>voor</strong>treffelijk figurist, van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> aan het<br />
werk zette, omdat niemand als hij het verstond figuurtjes te doen samenhangen<br />
met het landschap van confraters, waarvan dij op won<strong>de</strong>rlijke<br />
wijze <strong>de</strong>n stijl begreep. Naar <strong>de</strong> geaardheid van <strong>de</strong> landschappen wijzig<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> zijn manier, als hij met zijn figuurtjes het wezen van al die<br />
toch verschillen<strong>de</strong> landschappen een feestelijk accent gaf.<br />
De naam van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> roept <strong>de</strong> zee <strong>voor</strong> ons op, <strong>de</strong> zee, die immers na<br />
onzen onafhankelijkheidsstrijd, het element van onze wereldmacht zal<br />
wor<strong>de</strong>n.<br />
Wat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs op het gebied van het zeegezicht zou<strong>de</strong>n gaan<br />
beteekenen, werd reeds profetisch <strong>voor</strong>zegd door Pieter Breughel in zijn<br />
„Zeestorm", in het Weensche museum.<br />
In <strong>de</strong> eerste jaren van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw begint in Holland het zeestuk<br />
met het portretteeren van onze schepen op schil<strong>de</strong>rijen die <strong>de</strong> overwinningen<br />
op <strong>de</strong> Spaansche vloot tot on<strong>de</strong>rwerp hebben : H e n d r i c h Corn e-<br />
1 i s z Vroom te Haarlem heeft hierin uitgemunt. Maar in <strong>de</strong> twintiger<br />
en <strong>de</strong>rtiger jaren <strong>de</strong>r eeuw vatten <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> taak op, <strong>de</strong> impressie van<br />
zee en lucht, havens en schepen, vast te leggen met <strong>de</strong> gegroei<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len<br />
van <strong>de</strong> heelding waarover ook <strong>de</strong> landschapschil<strong>de</strong>r is gaan beschikken. De,<br />
in zijn jeugd, naar Holland gekomen Vlaming fan Porcellis<br />
opent <strong>de</strong> rij van meesters, die <strong>de</strong> compositie, door <strong>de</strong> subtiele mid<strong>de</strong>len<br />
van beheerschte luchtperspectief, diepte geven en die <strong>de</strong> Fleur, door een<br />
oneindige schakeering van toon, verrijken. Zij weten het zilte nat, waarop<br />
schuimen<strong>de</strong> golven <strong>de</strong> uitdrukking zijn van <strong>de</strong>n wind, aan laag hangen<strong>de</strong><br />
wolken te verbin<strong>de</strong>n.<br />
111
Ludolph Backhuyzen, zeegezicht.<br />
Simon <strong>de</strong> Vlieger, Janvan Goyen, Salomon Ruysd<br />
a e 1 vervallen door een al te nadrukkelijk streven naar toon, door het<br />
<strong>voor</strong>bijzien van elke lokale kleur, en door een al te weifelen<strong>de</strong> teekening<br />
tot een zekere flauwe gelijkvormigheid. In reactie hierop, zullen J a n<br />
van <strong>de</strong> Capelle, Aelbert Cuyp en Willem van <strong>de</strong><br />
V e 1 d e, schepen, masten en zeilen als coulissen behan<strong>de</strong>lend, in <strong>de</strong> grauwheid<br />
van het zeegezicht nieuw leven brengen.<br />
Op <strong>de</strong>n duur krijgt <strong>de</strong> stoffeering van <strong>de</strong> zee geheel <strong>de</strong> overhand en wor<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong> composities even onrustig als onwaar. In het verval tot een al te anecdotische<br />
behan<strong>de</strong>ling is Ludo 1 f B a c h h u y z en (1631-1709) <strong>de</strong><br />
gevier<strong>de</strong> meester.<br />
In het geslacht Van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> zien wij <strong>de</strong> ontplooiing van het genre dui<strong>de</strong>lijk,<br />
terwijl <strong>de</strong> verplaatsing van <strong>de</strong> werkplaats van Holland naar Engeland<br />
een eigenaardig licht werpt op het patriotisme van kunstenaars. Zij wer<strong>de</strong>n,<br />
als schil<strong>de</strong>rs van overwinningen ter zee, na <strong>de</strong>n eersten Engelschen oorlog,<br />
gaan<strong>de</strong>weg <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Keuze gesteld ofwel <strong>de</strong> „bottega" te sluiten (niemand<br />
112
LudoIph Backhuyzen, zeegezicht.<br />
immers bestelt ne<strong>de</strong>rlagen ter zee), of het atelier te verplaatsen naar het<br />
land van <strong>de</strong>n vijand, toen <strong>de</strong> Victorie van onze vloten naar die van <strong>de</strong><br />
Engelschen was overgevlogen.<br />
Hetwas Willem van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong>, <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong>, te Lei<strong>de</strong>n in 1610<br />
geboren, die <strong>de</strong> werkplaats naar Engeland overbracht. Hij teelen<strong>de</strong> zijn<br />
zeeslagen met <strong>de</strong> pen op geprepareerd doer met ongelooflijke technische<br />
nauwkeurigheid, een werkwijze, die hij alleen heeft toegepast. Eerst op het<br />
eind van zijn leven ging hij tot penwelen en verf over. Hij en zijn zoon<br />
W i 11 e tu d e F o n g e, (broe<strong>de</strong>r van Adriaen) waren <strong>de</strong>n Engelschen<br />
Ironing Karel II zeer welkom. De va<strong>de</strong>r stierf, gepensionneerd door <strong>de</strong>n<br />
vorst, te Lon<strong>de</strong>n in 1693, <strong>de</strong> zoon, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van „het Avondschot" in het<br />
Rijksmuseum, in 1707 te Greenwich.<br />
De mid<strong>de</strong>npositie, het Klassieke standpunt, wordt zoowel in het zeegezicht<br />
als in het landschap ingenomen door f a c o b van R u y s d a e 1,<br />
( 1628-1682) <strong>de</strong>n oomzegger van Salomon. „De tousles peintres hollandais,<br />
Ruysdael est celui qui resemble le plus noblement a son pays. II en a<br />
8<br />
113
l'ampleur, la tristesse, la placidité un peu morne, le charme monotone et<br />
tranquille". Met <strong>de</strong>ze juiste karakterteekening begint <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r Eugbze<br />
Fromentin het prachtige hoofdstuk VII vas zijn onvergelijkelijke „les<br />
Maltres d'autrefois". In<strong>de</strong>rdaad, <strong>de</strong> groote schoonheid van Jacob van<br />
Ruysdaels' oeuvre dringt zich evenmin op als <strong>de</strong> natuur van zijn va<strong>de</strong>rland<br />
het doet. Eerst na langere beschouwing ontplooit <strong>de</strong>ze zich in majesteit.<br />
Noch het wezen van <strong>de</strong>n kunstenaar, noch <strong>de</strong> aard van zijn begaafdheid<br />
hou<strong>de</strong>n ons aanvankelijk bezig <strong>voor</strong> werken, waarin <strong>de</strong> diepe stem <strong>de</strong>r<br />
natuur zelf ons toespreekt in lange gedragen zinnen.<br />
Prezen wij <strong>de</strong> ijle klaarte, het snelle schrift, <strong>de</strong> lichte toets van v. Goyen,<br />
dan mogen wij <strong>de</strong>n diepen toon, <strong>de</strong>gedragen <strong>voor</strong>dracht en <strong>de</strong> zware uitdrukking<br />
van Jacob van Ruysdael's kunst, als het stille evenwicht van het<br />
k lassieke moment van het landschapschil<strong>de</strong>ren, waar<strong>de</strong> geven.<br />
Op een riviergezicht van v. Gogen stuwt een windstoot <strong>de</strong> snelle rimpels<br />
van het water, het druipend geboomte langs <strong>de</strong>n oever sid<strong>de</strong>rt, en in snel<br />
tempo jagen <strong>de</strong> wolken <strong>voor</strong>bij. In hetzelf<strong>de</strong> tempo volgt <strong>de</strong> kunstenaar<br />
het wisselend natuurbeeld, dat door <strong>de</strong> rappe hand van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r snel<br />
wordt vastgegrepen.<br />
Maar <strong>de</strong> wateren van <strong>de</strong>n Rijn gaan uiterst langzaam en loom langs Wi jk..<br />
Jacob van Ruysdael, ets, <strong>de</strong> strook hut op <strong>de</strong>n heuvel.<br />
114
ij-Duurste<strong>de</strong>, waarboven <strong>de</strong> statige wolken eer<strong>de</strong>r hangen dan drijven,<br />
trwij1 áe tuinel nauwelijks bracht heeft om <strong>de</strong> wish@n van <strong>de</strong>n moten in<br />
beweging te hou<strong>de</strong>n, „Evi<strong>de</strong>mment la lentear sst une beauté 1" moet<br />
Rodin, naar Judith Cla<strong>de</strong>l verhaalt, eens hebben, uitgeroepen gezeten <strong>voor</strong><br />
een cafétje aan <strong>de</strong> Maas <strong>voor</strong> Dordrecht, toen hij <strong>de</strong> langzame rivier<br />
bezag en <strong>de</strong> stil drijven<strong>de</strong> wolken er boven, toen hij in plechtig tempo <strong>de</strong><br />
schepen <strong>voor</strong>bij zag lomen en <strong>de</strong> langzamegedragingen <strong>de</strong>r menschen opnam.<br />
Wij <strong>de</strong>nken ook aan <strong>de</strong> wijding die er uitgaat van <strong>de</strong> vertraag<strong>de</strong> film... .<br />
Ruysdael grijpt ons, noch door een toverachtig licht als dat waarme<strong>de</strong><br />
Cuyp's riviergezichten zijn overgoten, noch door een colorist dat zeker<br />
niet „eclatant" is. Zijn toets is niet luchtig impressionistisch als die van<br />
Van Goyen, en hij werkt ook niet in <strong>de</strong>n prachtigen stevigen trant van<br />
Hobbema. Maar met grouter stelligheid, dan waarme<strong>de</strong> Ruysdael binnen<br />
het gou<strong>de</strong>n ba<strong>de</strong>r zijn wereld bouwt is geen an<strong>de</strong>r landschapschil<strong>de</strong>r ooit<br />
aan <strong>de</strong>n arbeid geweest. Fromentin zegt het onverbeterbaar : „ Je ne dis<br />
pas que tout pelisse á cSté <strong>de</strong> vette peinture d'éclat médiocre, <strong>de</strong> colons<br />
discret, <strong>de</strong> procédés constamment voile's: mais tout se d é s o rg a n is e,<br />
se vi<strong>de</strong> et se découd."<br />
De kunstenaar zelf gaat geheel schuil achter zijn werken. Hij zal noch<br />
Jacob van Ruysdael, ets, <strong>de</strong> hut bid het water.<br />
115
gelukkig, noch ongelukkiggenoeggeweest zijn om zijn stempel op zijn natuurtafereelen<br />
te drukhen. Met zachten weemoed heeft hij zich als eenzaam<br />
wan<strong>de</strong>laar vertrouwd gemaakt met al <strong>de</strong> aspecten van land, water en lucht.<br />
Als die an<strong>de</strong>re Haarlemmer in <strong>de</strong>n aanvang van onze kunst, was hij<br />
vrijgezel en overviel hem in zijn beste jaren een zware ziekte. Als Geertgen<br />
zich aan <strong>de</strong> Broe<strong>de</strong>rs van St. Jan toevertrouw<strong>de</strong>, heeft Jacob van Ruysdael<br />
zich aan <strong>de</strong> verpleging van zijn vrien<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Menoniten moeten overgeven,<br />
daar<strong>voor</strong> was hij uit Amsterdam, waar hij in 1659 burgerrechten verwierf,<br />
overgekomen. Na Benige maan<strong>de</strong>n ziekte stierf hij in 1682, vier-en-vijftig<br />
jaar oud, zon<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n tijdgenoot <strong>de</strong>n lof te hebber geoogst, dien hij<br />
verdien<strong>de</strong>. Heelemail mis zal Houbraken het wel niet gehad hebben toen<br />
hij schreef „egter heb ik niet bunnen bemerken, dat hij 't geluk tot zijn<br />
vriendin gehad heeft". Maar hij moet aan <strong>de</strong> natuur zijn hart en zijn<br />
teleurstellingen verloren hebben om haar zoo te Dunnen uitbeel<strong>de</strong>n als op <strong>de</strong><br />
beroem<strong>de</strong> „Gezichten op Haarlem, vanaf <strong>de</strong>n Overveenschen weg".<br />
Geen an<strong>de</strong>r landschapschil<strong>de</strong>r ter wereld heeft het vermogen „in <strong>de</strong> diepe<br />
borst <strong>de</strong>r natuur als in <strong>de</strong> boezem van een vriend te schouwen". Om nog<br />
eens Faust's woor<strong>de</strong>n te gebruiken : „was hem <strong>de</strong> natuur tot koninkrijk<br />
gegeven met <strong>de</strong> bracht haar te voelen en te genieten". Met <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le terughou<strong>de</strong>ndheid<br />
van een gelief<strong>de</strong> heeft hij van zijn koninkrijk verteld. Dat<br />
koninkrijk lag in Ne<strong>de</strong>rland, waarvan hij <strong>de</strong> zee en <strong>de</strong> kusten goed ken<strong>de</strong>,<br />
maar evenzeer <strong>de</strong> landsgrenzen naar het Oosten, die hij een enkele maal<br />
overschreed, toen hij het kasteel te Bentheim op zijn heuvel tot een indrukwekkend<br />
schil<strong>de</strong>rij maakte. Het Noorsche woeste bergland met zijn schuimen<strong>de</strong><br />
watervallen len<strong>de</strong> hij slechts uit <strong>de</strong> teelleningen die A laer t v an<br />
Everdingen (1621-1675) van een verblijf in Scandinavië meebracht.<br />
Hef gebruik van <strong>de</strong>ze documenten door Ruysdael en an<strong>de</strong>ren,<br />
getuigt van <strong>de</strong>n eenvoudigen en kameraadschappeljken geest, die <strong>de</strong>n<br />
omgang <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw blijkbaar kenmerkte.<br />
In <strong>de</strong> Achterhoef heeft Ruysdael gewerkt met zijn vriend en leerling<br />
Mein<strong>de</strong>rt H o b b e ma (1638-1709,), die zijn gelijke niet is,<br />
doch die in één werk zichzelf heeft overtroffen : n.l. „het Laantje van<br />
Mid<strong>de</strong>lharnas", dat tegelijk een argelooze en uiterst verfijn<strong>de</strong> weergave<br />
is van het Hollandsche landschap en dat op <strong>de</strong> hoogte staat van Ruysdael's<br />
„Molen" en V e r mee r's „Gezicht op Delft".<br />
In <strong>de</strong>n zin van Poussin, Le Lorrain, Breughel of Ruysdael is R e mb<br />
r an d (geen eigenlijk landschapschil<strong>de</strong>r. Zijn werken in dit genre zijn<br />
daartoe te heftig, en zij missen daartoe placi<strong>de</strong> sereniteit. Rembrandt's<br />
landschappen I Gij vindt er min<strong>de</strong>r het rustige leven <strong>de</strong>r natuur, naar <strong>de</strong><br />
116
eeuwige rhythmen van God, maar alles beweegt zich naar het heftig bruisen<strong>de</strong><br />
menschentemperament. Wij <strong>de</strong>nken ons <strong>de</strong>n meester, mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong><br />
elementen, anticipeerend op Hugo, uitroepend: „Leven-voos, orages désirés!"<br />
Maar er is ook een reeks vluchtige maar weel<strong>de</strong>rig geziene landschappen<br />
in Amsterdam's onmid<strong>de</strong>llijke omgeving geëtst in 1640, '41. Er is een vlot<br />
neergeschreven gezicht op <strong>de</strong> stad. 't Levendige silhouet van Amsterdam,<br />
dat boven scheepswerven en pakhuizenreeksen en stadswallen uitstaat,<br />
waar molens draaien en waaruit zich <strong>de</strong> van vitaliteit tintelen<strong>de</strong> torens<br />
verheffen, wordt zoo machtig gedragen door Ne&land's weekgin grond.<br />
Leven, lucht en licht I Niets van <strong>de</strong> grootsche terughou<strong>de</strong>ndheid van<br />
Ruysdael, alles ongemeen vrij, ongemeen frank, ongemeen vroolijk.<br />
Maar hij maakt van het landschap ook an<strong>de</strong>re prenten. „De Amstel bij<br />
<strong>de</strong>n Omval" is hiervan het type. Hier is niet <strong>de</strong> flaneeren<strong>de</strong>, zijn zorgen<br />
vergeten<strong>de</strong> ste<strong>de</strong>ling aan het woord, die eenvoudig, direct innig en vaak<br />
romantisch verhaalt van „<strong>de</strong>n buiten", maar hier begint <strong>de</strong> meester <strong>de</strong><br />
natuur te dramatiseeren. Hier heeft <strong>de</strong> lieve zon met bare rozevingeren<br />
die rimpels niet weggestreken, welke knellen<strong>de</strong> zorgen <strong>de</strong>n veertigjarige<br />
in het <strong>voor</strong>hoofd groef <strong>de</strong>n, hier heeft het speuren naar <strong>de</strong>n ein<strong>de</strong>r het<br />
dichtbije leed niet doen vergeten, hier hebben ruischen<strong>de</strong> win<strong>de</strong>n en <strong>voor</strong>bijtrekken<strong>de</strong><br />
wolken hem <strong>de</strong> ziel niet stil gemaakt en <strong>de</strong> frissche lucht hem<br />
niet buiten-zich-zelf gebracht. Integen<strong>de</strong>el I Hier spiegelt <strong>de</strong> natuur hem<br />
zijn eigen beeld, en herkent hij in het ou<strong>de</strong> geboomte langs <strong>de</strong>n weg zichzelf.<br />
In <strong>de</strong>n knoestigen stam van <strong>de</strong>n wilg, in <strong>de</strong> diepe schaduw on<strong>de</strong>r het trillend<br />
loof vindt hij in duistere schuilhoeken zijn leed. Gelijk <strong>de</strong>ze ou<strong>de</strong> wilg<br />
aan <strong>de</strong> tochtige bocht van <strong>de</strong>n Amstel, in weer en wind, staat hij zelf immers<br />
aan <strong>de</strong>n weg, gestriemd door 's leveras wil<strong>de</strong> stormen.<br />
De voren van zijn zorgen vindt hij als geploegd in <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> schors aan het<br />
verwrongen geboomte, dat een but van takken en bla<strong>de</strong>ren bouwt om een<br />
minnend paar, verstoken in het fluweelen zwart van <strong>de</strong> ets.<br />
En om dien wilg heen gaat het leven zijn gang. Boothuizen, een sleephellinkje,<br />
zeilscheepjes, een paar molens aan <strong>de</strong>n overkant ; het rimpelen<strong>de</strong><br />
water vloeit <strong>voor</strong>bij, een bootje spelevaren<strong>de</strong>n gaat <strong>de</strong>n stroom op, 'n beetje<br />
muziek doet misschien <strong>de</strong>n kaasboer zich keergin.... maar al het effect<br />
is saamgetrokken op dien ou<strong>de</strong>n wilg d.i. op Rembrandt zelf, alles draait<br />
om zijn bedrukte ziel ; het hart van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r dramatiseert het natuurgegeven.<br />
Maar Rembrandt had toen, in 1645, reeds twee jaar daar<strong>voor</strong>, het grafisch<br />
meesterstuk in dit genre gegeven. Wij bedoelen „De drie boomgin".<br />
Op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond een watertje, 'n poel, met ruig romantische oeverbegroeiing<br />
in schaduw gehuld,'n visschertje nauwelijks zichtbaar. De aandacht<br />
117
Albert van Everdingen, <strong>de</strong> hut van achteren gezien.<br />
gaat direct naar het licht achter <strong>de</strong> drie boomer op het heuvelbruggetje,<br />
naar dat licht dat langs <strong>de</strong> stammen glijdt, en stralend waart over <strong>de</strong><br />
beem<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong>n horizon. Dat vlak gestrekte land met boerenhoeven, molens<br />
en een stadstorensilhouet in <strong>de</strong> verte, gestoffeerd met vee, heeft alles om<br />
onze aandacht vast te hou<strong>de</strong>n, en toch is het <strong>de</strong> glorieuse werking van <strong>de</strong><br />
lucht die ons boeiend vastgrijpt, telkenmale als <strong>de</strong> ets ons on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Dogen<br />
bomt. 't Is die strijd in <strong>de</strong> lucht tusschen licht en duister, zon en schaduw,<br />
wolken en uitspansel, 't is het angstige maar zoo aantrekkelijke moment<br />
van plotselinge weersveran<strong>de</strong>ring, dat ons hier wordt geschil<strong>de</strong>rd in contrastwerking<br />
tusschen fijne droge-naald-lijnen in <strong>de</strong> wolken, en <strong>de</strong> nijdige<br />
krassen van een neerslaan<strong>de</strong> bui, links op <strong>de</strong> plaat.<br />
't Is <strong>de</strong> strijd tusschen goed en kwaad, hoog in <strong>de</strong> lucht, rondom die drie<br />
statige wachters op <strong>de</strong>n heuvel, die ons altijd wil <strong>voor</strong>komen te zijn eerre<br />
<strong>voor</strong>afschaduwing van die drie an<strong>de</strong>re kruisboomen op <strong>de</strong>n heuvel van<br />
Golgotha, het dramatische werk dat hij ons tien jaar later, in 1653, zal geven.<br />
In „<strong>de</strong> Molen" in <strong>de</strong> Landsdowncollectie, uit 1650, schil<strong>de</strong>rt Rembrandt wat<br />
in „<strong>de</strong> Drie Boomgin" reeds werd aangekondigd, in grootgin rustigen bouw :<br />
118
Albert van Everdingen, <strong>de</strong> twee bootjes.<br />
<strong>de</strong>n stadswal, het water, het boomsilhouet en <strong>de</strong>n molen, niet in wording, in<br />
beweging, maar alles geeft <strong>de</strong>n indruk er van eeuwigheid af geweest te zijn.<br />
Dit is het landschap na <strong>de</strong>n grootera inkeer, het klassieke landschap van<br />
<strong>de</strong>n eeuwig rustigen Bouwer.<br />
't Is goed dat dit landschap er is, omdat wij dus ook in dit genre het werk<br />
van <strong>de</strong>n „twee<strong>de</strong>n" Rembrandt kunnen aandui<strong>de</strong>n, en omdat <strong>de</strong>ze zich met<br />
dit werk dringt tusschen <strong>de</strong> groote landschapschil<strong>de</strong>rijen van alle scholen.<br />
Wij mogen over Rembrandts' landschappen niet spreken zon<strong>de</strong>r H e r c u l e s<br />
S e g h e r s (1590-1645) te noemen, <strong>voor</strong>al als er sprake is van „<strong>de</strong><br />
Drie Boomer", die door Seghers' fanatici aan <strong>de</strong>zen zeer belangrijken<br />
en uiterst curieusen kunstenaar wordt toegeschreven.<br />
Die zijn boeien<strong>de</strong> persoonlijkheid wil leerera bennen heeft zich slechts aan<br />
's Rijksprentenkabinet te mel<strong>de</strong>n om <strong>de</strong>n aantrekkelijken en uitzon<strong>de</strong>rlijker<br />
grafischen arbeid, die in twee substantiëele portefeuilles wordt bewaard, <strong>voor</strong><br />
zich uitgestald te zien. On<strong>de</strong>r zijn weinige schil<strong>de</strong>rijen is misschien het<br />
landschap in het Museum <strong>de</strong>r Uffiziën te Florence het schoonste.<br />
119
Een an<strong>de</strong>r meester in Rembrandt's omgeving Phi 1 r p K o n i n c k<br />
(1619-1688) heeft ten <strong>de</strong>ele Ruysdael en Hobbema <strong>voor</strong>bereid, in werken<br />
met wij<strong>de</strong> vergezichten in Holland of Gel<strong>de</strong>rland. Moeilijk lean men zich<br />
„die ansicht freier" <strong>de</strong>nken dan in <strong>de</strong> panoramagezichten over rivieren<br />
en ste<strong>de</strong>n, die Koninck met „erhohener Geist" in zich opnam en in vaste<br />
teellening en warm palet weergaf.<br />
Maar waarom ze allen te noemen, gesteld zelfs dat <strong>de</strong> aard van dit geschrift<br />
het toeliet, die als landschapschil<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong><br />
opvoe<strong>de</strong>rs van ons volk geweest zijn ? Zij allen, van hoe verschillen<strong>de</strong><br />
begaafdheid ook, hebben hun landgenooten gewezen op <strong>de</strong> schoonheid van<br />
<strong>de</strong>n grond „waarop hun a<strong>de</strong>m gaat" en „hun wieg op stond", een schoonheid<br />
van zoo schil<strong>de</strong>rachtiger aard als zij nergens ter wereld gevon<strong>de</strong>n wordt.<br />
6,2_,<br />
120
X.<br />
DE ZEVENTIENDE EEUW. — „De copiéerlust <strong>de</strong>s dagelijkschen<br />
levens" vindt in het schoone burgerwoonhuis in het mid<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw een prachtig gegeven tot <strong>de</strong> hoogste<br />
ontplooiing van het genre-schil<strong>de</strong>rij.<br />
e luiken van het altaar van Jacques <strong>de</strong> Baerze, door Melchior<br />
Broe<strong>de</strong>rlam in <strong>de</strong>n tijd van Philips <strong>de</strong>n Stouten te Dijon in<br />
Bourgondië geschil<strong>de</strong>rd, wor<strong>de</strong>n als een paar <strong>de</strong>r vroegste Ne<strong>de</strong>rlandsch<br />
schil<strong>de</strong>ringen beschouwd. Zij wer<strong>de</strong>n in een eer<strong>de</strong>r Italiaansch-cosmopolitsche<br />
taal gesproken, maar zij hebben reeds, door <strong>de</strong> figuur van Jozef op<br />
hef tafereel van <strong>de</strong> „vlucht naar Egypte", een Ne<strong>de</strong>rlandschen tongval.<br />
Want op een halte op <strong>de</strong>n weg, waar <strong>de</strong> afgodsbeel<strong>de</strong>n van hun voetstuk<br />
vallen, neemt <strong>de</strong> heilige man uit een veldflesch een slokje I<br />
Dit <strong>de</strong>tail wijst op een werkelijkheidszin die tot het drastische gaat,<br />
en waardoor het Ne<strong>de</strong>rlandsche karakter in <strong>de</strong> lunst reeds werd aangekondigd<br />
in 1398.<br />
Hef portret van hef dagelijksche leven, het portret van ze<strong>de</strong>n en gewoonten,<br />
van land en volk, dat wat het ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>rij of het g e a r es<br />
c h i 1 d e r ij genoemd wordt, kreeg nooit grootere lansen dan toen <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst hun rol gingen spelen. Zeker, ook bij <strong>de</strong><br />
Italianen is door <strong>de</strong> grootsche en weidsche religieuze composities heen,<br />
leven van land en volk in <strong>de</strong>n eigen tijd van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs waar te nemen,<br />
maar eerst héél laat in hun kunst vraagt hef „genre" <strong>voor</strong> zich zelf<br />
belangstelling.<br />
Het portret van land en volk I<br />
Wij zagen hoe het portret van het land, en van dien an<strong>de</strong>ren „grond"<br />
van <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>rs : <strong>de</strong> zee, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs bracht tot een schil<strong>de</strong>rkunst,<br />
die nergens ter wereld haar gelijke vindt.<br />
Tusschen het land en het volk ligt d e s tad en het dor p. De<br />
121
portretten van bei<strong>de</strong>n behooren tot <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen van meesters. De<br />
schil<strong>de</strong>ring van het land en het dorp houdt nauw verband met elkan<strong>de</strong>r.<br />
Maar bij het ontstaan van het stadsgezicht krijgt men <strong>de</strong>n indruk dat het<br />
portretteeren van monumentale architectuur daarbij zijn rol gespeeld heeft.<br />
In <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw hebben architecten, en schil<strong>de</strong>rs die hen zeer na ston<strong>de</strong>n,<br />
architectuurfantasieën gemaakt, die eer<strong>de</strong>r oefening zijn zoowel in<br />
bouwkunst als in perspectief, dan werken van schil<strong>de</strong>rkunst. Bart h<br />
van Bassen, Hendric k van Steenwij k waren bouwmeesters,<br />
Hans V r e d e ma n d e Vries een theoreticus en vulgarisator <strong>de</strong>r<br />
nieuwe vormen van bouw- en sierkunst.<br />
In het begin van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw zal een <strong>voor</strong>treffelijk schil<strong>de</strong>r<br />
Pieter S a e n re d a m (1597-1665) in teellening en schil<strong>de</strong>ring het<br />
monumentale gebouw van <strong>de</strong> stad : d e K e r k van buiten en van binnen<br />
portretteeren. Hij was voldoen<strong>de</strong> bouwkundige om <strong>de</strong> architectuur <strong>de</strong>r<br />
Romaansche en Gothische heiligdommen te begrijpen en goed te zien,<br />
hij was ten volle schil<strong>de</strong>r om <strong>de</strong> zichtbare schoonheid <strong>de</strong>zer kunstwerken<br />
in het won<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r koele belichting, (na het vergrijzelen <strong>de</strong>r gebrandschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
vensters) waar te nemen en uit te beel<strong>de</strong>n. De te Assen<strong>de</strong>lft geboren meester<br />
heeft met strakke ernst geteekend en met een sobere, het nuchtere na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong>,<br />
fleur geschil<strong>de</strong>rd, en in ie<strong>de</strong>r geval <strong>de</strong> grimmige ernst van <strong>de</strong> Protestantsche<br />
inrichting van <strong>de</strong> Hollandsche herhen met veel Karakter vertolkt.<br />
In zijn meesterstuk in het Museum Boymans: <strong>de</strong> „Mariakerh te Utrecht"<br />
gaf hij een volledig stadsgezicht, dat met zijn magere, maar lichten<strong>de</strong>,<br />
coloratie, een prachtig begin vormt van het genre.<br />
Is Pieter Saenredam het vroege moment in het kerkportret, E m m a n u el<br />
d e Witte (1617-1692), <strong>de</strong> te Delft geschool<strong>de</strong> melancholicus vormt<br />
het latere moment. Diens imposante kerkinterieurs zijn meer geschakeerd<br />
dan die van Saenredam, <strong>de</strong> toon en het licht staan in meer dramatische<br />
tegenstelling tot elkan<strong>de</strong>r, tegenover <strong>de</strong> beschroomheid van zijn <strong>voor</strong>ganger<br />
is hij eer<strong>de</strong>r uitbundig, en <strong>de</strong> figuratie neemt, ook door <strong>de</strong> fleur van een<br />
mantel of door een geve<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n hoed, een belangrijker <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> uitdrukking.<br />
Door dit alles bomt <strong>de</strong> Calvinistische trek van <strong>de</strong> ontluister<strong>de</strong><br />
gebouwen veel min<strong>de</strong>r tot zijn recht, maar <strong>de</strong> romantische bewogenheid<br />
van het licht door <strong>de</strong> hooge gothische vensters is bij <strong>de</strong> Witte veel sterker<br />
geaccentueerd. De diepe melancholie, die bij hem tot een gewelddadig ein<strong>de</strong><br />
zal voeren, ligt sterker in <strong>de</strong>n koud-blauwen toon van zijn „vischmarkten".<br />
Tusschen <strong>de</strong> Saenredam's en <strong>de</strong> <strong>de</strong> Witte's vin<strong>de</strong>n H o u c k g e e s t's<br />
kerkinterieurs hun plaats. Terwijl <strong>de</strong> „Utrechtsche Mariaplaats als<br />
stadsgezicht <strong>voor</strong>tzetting vindt in <strong>de</strong> „Groote Marlt te Haarlem" van<br />
G. A. Berckhey<strong>de</strong>.<br />
122
Pieter Aertzen, groentenverkoopster, fragment.<br />
123
In <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw zal het stadsgezicht zooals hei<br />
ook door <strong>de</strong> Va n d e Ve 1 d e's en door B u y te we c h geschil<strong>de</strong>rd werd,<br />
ontplooiing vin<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong>n curieuzer Amsterdamschen brandmeester en<br />
uitvin<strong>de</strong>r Jan van <strong>de</strong>r H e y d e n (1637-1712). Hij geeft, met<br />
zijn, als stillevens behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, vrien<strong>de</strong>lijke huizenrijen en grachtengezichten,<br />
het genre door aan <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw, die het, in ie<strong>de</strong>r geval, vlijtig zat<br />
blijven beoefenen.<br />
Het schoonste, meest monumentale, stadsgezicht van <strong>de</strong> school werd door<br />
Johannes Ve r meer geschapen in zijn „Gezicht op Delft", in<br />
het Mauritshuis, waarin kleur en lichtpracht <strong>de</strong>els verkregen wer<strong>de</strong>n<br />
door mid<strong>de</strong>len die eeuwen later systematisch zullen wor<strong>de</strong>n toegepast en<br />
ontwikkeld. Vermeer gaf in dit stadsgezicht een glorieus beeld van een<br />
Hollandsche stad, dat een centrale plaats heeft ingenomen in het Hollandsche<br />
schil<strong>de</strong>ren. Het werk dat wij terloops reeds noem<strong>de</strong>n, toen wij het landschapschil<strong>de</strong>ren<br />
in zijn middaghoogte bespraken, heeft in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong><br />
eeuw wekken<strong>de</strong> bracht getoond. Bo<strong>de</strong> schreef terecht : „In die Allgemeinheit<br />
ist die Erkenntnis von <strong>de</strong>m Wert <strong>de</strong>s Werpes freilich erst in neuerer<br />
Zeit gedrongen, vor allem Burch die mo<strong>de</strong>rne Kunst. Man Dann sagen,<br />
dafi sick die neoere Landschaftsmalerei in Holland and zum Teil selbst in<br />
Belgien, seit<strong>de</strong>m das Bild in <strong>de</strong>r Galerie <strong>de</strong>s Haag ausgestellt ist, enter <strong>de</strong>m<br />
direkten Einflufi dimes Gemiil<strong>de</strong>s entwickelt hat".<br />
Ilan het portret van <strong>de</strong> stad, verzameling van woningen, naar dat van het<br />
enkele huis, is een stap dien wij bij <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n Deifschen meester kunnen<br />
Zetten, bij Vermeer, „die <strong>de</strong>n eenvoudigen aard <strong>de</strong>r Mid<strong>de</strong>leeuwen heeft<br />
geërfd en die het argelooze <strong>de</strong>r Primitieven mengt met <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkennis<br />
van zijn eigen tijd."<br />
„Het Straatje", uit 1664, is een Delftsch gevel-schil<strong>de</strong>rijtje, waarvan<br />
Dr. F. Schmidt Degener terecht heeft vastgesteld dat <strong>de</strong> bekoring <strong>de</strong>r<br />
compositie schuilt „in fijne tegenstellingen van kleur, <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> baksteen, <strong>de</strong><br />
blanke lucht, <strong>de</strong> zacht-groene luiben, <strong>de</strong> stukjes witgekalkte muur. In dit<br />
buiten-buurtje <strong>de</strong>r eeuwigheid staat een vrouwtje aan <strong>de</strong> waschtobbe, op <strong>de</strong><br />
stoep spelen lin<strong>de</strong>ren, bij <strong>de</strong>n drempel zit <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r te verstellen. In<br />
woor<strong>de</strong>n opgelost is dit alles niets : <strong>de</strong> blip die zag en <strong>de</strong> hand die vertolkte<br />
zijn hier alles".<br />
Maar dit „niets" is toch niet weinig, <strong>voor</strong>al niet in <strong>de</strong> ze d e n s c h i 1 d er<br />
i n guar Holland, omdat het leven in huis een bij uitstek Hollandsche<br />
ze<strong>de</strong> is. Er zijn zui<strong>de</strong>lijke volkeren, die slechts thuis slapen en eten. Er<br />
zijn volkeren, die ook dat eten niet als regel in hun woning doen, en wier<br />
leven zich eer<strong>de</strong>r buiten-<strong>de</strong>-<strong>de</strong>ur dan binnen hun huizen afspeelt.<br />
Onze volksze<strong>de</strong>n moesten wel in onze schil<strong>de</strong>rkunst een groote plaats<br />
124
vragen aan <strong>de</strong> uitbeelding van het leven in onze woningen, die ook <strong>de</strong><br />
kleinste burgers met zeer veel zorg inrichtten. Als dit laatste ook nog in<br />
<strong>de</strong>zen tijd het geval is, dan was dat ook, en misschien nog meer het geval<br />
in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw.<br />
Wij hebben in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n van uit <strong>de</strong> late mid<strong>de</strong>leeuwen ons binnenhuis<br />
zelf opgebouwd, zij het dan ook dat mogelijk Benige Spaanse/ze invloed<br />
daarbij is aan te wijzen.<br />
Met eenvoud en zuiveren smaak ontwikkel<strong>de</strong> zich <strong>de</strong> stijl onzer vertrekken,<br />
totdat <strong>de</strong> Fransche hegemonie in <strong>de</strong>n levensstijl en <strong>de</strong> Dunsten ook hierop<br />
haar stempel drukte, maar dan ligt ook <strong>de</strong> bloeitijd van het geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
binnenhuis achter ons.<br />
Schoone en zuivere verhoudingen hebben <strong>de</strong> vertrekken van onze burgerhuizen<br />
van onze gou<strong>de</strong>n eeuw. Uit schoone en zuivere materialen zijn zij<br />
opgebouwd, in dat geheel van kloeke fleuren dat het penseel van onze<br />
schil<strong>de</strong>rs vasthield. Ron<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>n plavuizen, of zwart en witmarmeren<br />
steepen be<strong>de</strong>nken <strong>de</strong>n vloer, witte wan<strong>de</strong>n met blauw aarsgetoetste tegels, die<br />
ze afzetten, schragen <strong>de</strong> warm eikenhouten balkzol<strong>de</strong>ringen. Stijlvolle<br />
betimmeringen sieren <strong>de</strong>uren en bedste<strong>de</strong>n, terwijl <strong>de</strong> vuurplaatsen tot<br />
schoone accenten wer<strong>de</strong>n.<br />
Maar boven dit alles treffend is <strong>de</strong> verlichting <strong>de</strong>r vertrekken. Want als<br />
onze laatmid<strong>de</strong>leeuwsche schil<strong>de</strong>rs ons <strong>de</strong> woningen van hun tijd reeds<br />
uitvoerig schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n, dan trokken zij onze aandacht wel eens naar <strong>de</strong><br />
schouw, maar gewoonlijk naar het venster.<br />
De geschie<strong>de</strong>nis van het noor<strong>de</strong>lijke woonhuis is een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong><br />
geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke worsteling tegen <strong>de</strong> duisternis, die zich<br />
overigens <strong>voor</strong>al in <strong>de</strong>n kerkbouw voltrekt. Hédi hei probleem van <strong>de</strong><br />
gothiek is <strong>de</strong> strijd om hef licht. Italië heeft die worsteling tegen <strong>de</strong><br />
duisternis, dien veroveringstocht om het licht, niet gekend ; het gothische<br />
stelsel behoef<strong>de</strong> zich daar niet tot uiterste consequentie te ontwikkelen,<br />
omdat <strong>de</strong> kwaliteit van het licht in het Zui<strong>de</strong>n oneindig sterker is dan<br />
in hef Noor<strong>de</strong>n.<br />
Hoe ontwikkel<strong>de</strong> zich nu het venster in <strong>de</strong>n noor<strong>de</strong>lijken profaanbouw ? In<br />
<strong>de</strong> „dictionnaire" van Viollet-le-Duc is dit goed te volgen. De kleine<br />
rondboogvenstertjes, vaak rechthoekig afgesloten, zijn niet met vensterglas<br />
gedicht, zij zijn door houten luihen tegen kou<strong>de</strong> en zon, wind en regen beschermd.<br />
Die luiben had<strong>de</strong>n vaak kleine lichtopeningen waarin stukjes<br />
glas, z.g. „fonds <strong>de</strong> bouteille", ook wel „voetglas" geheeten, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lichttoevloeiing<br />
waren aangebracht. Deel vroeger dan gewoonlijk gedacht wordt,<br />
doet het bruisvenster zijn intre<strong>de</strong> in <strong>de</strong> noor<strong>de</strong>lijke bouwkunst. Reeds<br />
in <strong>de</strong> <strong>de</strong>rtien<strong>de</strong> eeuw Komt het in <strong>de</strong>n grofaanbouw <strong>voor</strong>, vier kleine luiben<br />
125
geven <strong>de</strong>n bewoners reeds <strong>de</strong> gelegenheid het licht te doseeren, <strong>de</strong> toevloeiing<br />
ervan te regelen.<br />
Werpen wij een blip op een werk van <strong>de</strong>n „meester van Flemalle", <strong>de</strong><br />
beroem<strong>de</strong> kleine tryptiek uit <strong>de</strong> verzameling <strong>de</strong> Méro<strong>de</strong> te Brussel, dan<br />
wor<strong>de</strong>n wij omtrent het regelen van <strong>de</strong> toevloeiing van het licht in het laatmid<strong>de</strong>leeuwsche<br />
interieur volledig op <strong>de</strong> hoogte gebracht. Niemand beter<br />
dan die schil<strong>de</strong>r heeft het binnenhuis van zijn tijd vertolkt, en aangetoond<br />
hoe reeds on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vijf tien<strong>de</strong>-eeuwsche Ne<strong>de</strong>rlandsche architecten meesters<br />
waren, kundig in het oproepen van een sfeer in het huis, doordat zij Kenners<br />
waren van <strong>de</strong> beteekenis van licht en donker <strong>voor</strong> het interieur. Zij wer<strong>de</strong>n<br />
dit steeds meer. In <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw zijn zij hierin onovertroffen.<br />
Als wij het licht een materie zou<strong>de</strong>n noemen, dan hebben speciaal <strong>de</strong><br />
Hollan<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> schoonste materie op dit gebied ter hunner beschikking.<br />
Paul Clau<strong>de</strong>l heeft eens neergeschreven dat het Hollandsche licht,<br />
speciaal boven Delft, is: „la plus folie lumière qui soit I" In ons noor<strong>de</strong>lijke<br />
rivier<strong>de</strong>ltaland wordt het licht, gezeefd door onze wolkenluchten, tot een<br />
gou<strong>de</strong>n kostbaarheid. 't Is er een, eer<strong>de</strong>r kostbare, zeldzaamheid. In<br />
Holland in <strong>de</strong>n gul<strong>de</strong>n tijd, d.i. <strong>de</strong> eerste helft van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw,<br />
wordt er nipt gemorst met licht, zooals dit vaak in Italië geschiedt. Het<br />
licht: ook dat is een kwestie van vraag en aanbod. In Italië is het kopergeld,<br />
<strong>de</strong> kunstenaars hebben er vaak me<strong>de</strong> gestrooid als op een vorstelijke bruiloft.<br />
De Hollandsche schil<strong>de</strong>r gaat met het licht op zijn palet uiterst spaarzaam<br />
om, maar als een kenner van het licht bij uitnemendheid.<br />
Onze bouwmeesters uit dien tijd, die <strong>de</strong>n naam „architecte d'intérieur"<br />
niet len<strong>de</strong>n, maar wddr meesterschap aan <strong>de</strong>n dag leg<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> conceptie<br />
van <strong>de</strong> woonruimten van hei huis, waren in hun eenvoud <strong>de</strong> gelijken van<br />
onze schil<strong>de</strong>rs. Zien wij <strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r op <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij van<br />
Osta<strong>de</strong> te Dres<strong>de</strong>n in zijn armelijk gemeubel<strong>de</strong> werkplaats, maar waar<br />
het licht kunstvol samengetrokken is, met <strong>de</strong> tan<strong>de</strong>n opeen aan het werk,<br />
dan geeft hij zich aan zijn kleine on<strong>de</strong>rwerpen, als stillevens, met <strong>de</strong><br />
grootste concentratie. Niets heeft hij te zoeken in <strong>de</strong> breedte, maar alles<br />
in <strong>de</strong> diepte.<br />
Ontle<strong>de</strong>n wij <strong>de</strong> bekoring <strong>de</strong>r vroege stillevens van <strong>voor</strong>werpen die op zoo<br />
natuurlijke wijze bijeenkwamen, dan Domen wij toch steeds weer tot het<br />
besluit dat het <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> lichtval is die <strong>de</strong> werken van Pieter C 1 a e s z,<br />
of van Kalraet, van Kalf of van Van Beieren tot zoo<br />
groote kunstwerken maakte. Geven wij <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>rs roem, dan moge toch<br />
zeker een <strong>de</strong>el van die glorie gegeven wor<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> meester-timmerlie<strong>de</strong>n<br />
en metselaars die <strong>de</strong> huizen bouw<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> vertrekken maakten van zóó<br />
schoone verlichting, dat <strong>de</strong> <strong>voor</strong>werpen er luisterrijk wer<strong>de</strong>n.<br />
126
Adriaen van Osta<strong>de</strong>, het tafelgebed.<br />
4I<br />
127
Slaan wij, bij wijze van intermezzo, 'n blip in <strong>de</strong> wereld van het Hollandsche<br />
S t i 11 e v e n, dan zullen wij, na er aan herinnerd te hebben dat<br />
op het Altaarstuf <strong>de</strong>r Van Eycken in het paneel met het „han<strong>de</strong>nwaschfonteintje"<br />
reeds een stilleven <strong>voor</strong>komt, <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw laten rusten, om<br />
in <strong>de</strong>zestien<strong>de</strong>eeuwbijhet z.g. keukenschil<strong>de</strong>rij even stil te staan.<br />
Wig hebben dan ook gelegenheid nog eens terug te bomen op P i e t e r<br />
A e r t s e n (1508-1575) die, na in Antwerpen meester te zijn gewor<strong>de</strong>n,<br />
omstreeks het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eeuw weer in zijn geboortestad Amsterdam<br />
als schil<strong>de</strong>r van altaarstukken, en in het groepsportret, aan het werk is.<br />
Zijn verdienste ligt <strong>voor</strong>al in een stoer, wat ruw realisme, waardoor hij<br />
van het beukeninterieur weldra overgaat naar levensgroote uitbeeldingen<br />
van keukenmei<strong>de</strong>n in hun bedrijf, groentenverkoopers en verkoopsters<br />
temid<strong>de</strong>n van hun koopwaar, of een boerin te mid<strong>de</strong>n van zuivelproducten.<br />
Het Vlaamsche keukeninterieur, dat <strong>voor</strong>al gelegenheid gaf zeer samengestel<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>coratieve stillevens van etenswaar te etaleeren, zal ook door<br />
zijn zonen en door zijn neef f o a c h i m B e u k e 1 a a r in groote<br />
schil<strong>de</strong>rijen vertolkt wor<strong>de</strong>n. Ooh hier weer is <strong>de</strong> afkomst uit <strong>de</strong> religieuse<br />
schil<strong>de</strong>rij van <strong>de</strong> vijf tien<strong>de</strong> eeuw dui<strong>de</strong>lijk : <strong>de</strong> „vroege" keukens zijn die<br />
van Martha, die in tegenstelling tot <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re zuster van Lazarus, Maria,<br />
„bezorgd was over vele zaken".<br />
Op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze zijn <strong>de</strong> „vroege" ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>ringen met <strong>de</strong> H. Schrift<br />
verbon<strong>de</strong>n. Zelfs Aertsén's beroem<strong>de</strong> „Eierdans" in het Rijksmuseum, 'n<br />
zeer gestoffeerd Brabantsch boereninterieur, verraadt zijn verbon<strong>de</strong>nheid<br />
met het Bijbelsche on<strong>de</strong>rwerp „<strong>de</strong> Verloren Zoon". Ook slechte ze<strong>de</strong>n<br />
bunnen vertolking vin<strong>de</strong>n, als zij maar in <strong>de</strong>n Bijbel zijn aan te wijzen.<br />
Noe zou an<strong>de</strong>rs, juist in die zestien<strong>de</strong> eeuw, een on<strong>de</strong>rwerp als Lot en zijn<br />
dochters zoo vaak geschil<strong>de</strong>rd zijn?<br />
Vanuit het weel<strong>de</strong>rig realisme <strong>de</strong>r uitstallingen van groenten en vruchten,<br />
rauw vleestb en gepluimd gevogelte, wordt doorbeperking het Hollandsche<br />
stilleven <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw geboren.<br />
De schil<strong>de</strong>rijen van Floris van Schooten vormen <strong>de</strong>n overgang<br />
van het keukenstuk naar die eenvoudige en kloeke werken van <strong>de</strong>n Haarlemmer<br />
Pieter C 1 a e s z (1597-1661), waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kleinsten, <strong>de</strong><br />
z.g. „Ontbijtjes", misschien <strong>de</strong> schoonsten zijn.<br />
Op <strong>de</strong>n hoefvan <strong>de</strong> tafel heeft moe<strong>de</strong>r- <strong>de</strong>-vrouw het klassieke recept<br />
tegen <strong>de</strong>n „later", <strong>de</strong> haring, blaar gezet, het va<strong>de</strong>rlandsche co<strong>de</strong>tje ligt<br />
er neven, en ook het groote glas bier, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n nadorst, wacht <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r<br />
op, die wat laat is thuis gekomen. Maar in het schoone morgenlicht staan die<br />
eenvoudige <strong>voor</strong>werpen in luister <strong>voor</strong> zijn schil<strong>de</strong>rsoogen — en hij gaat niet<br />
aan tafel, maar <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n ezel zitten.<br />
128
Zijn iets jongere stadgenoot W i 11 e m C la es z H e d a (1594-1681)<br />
is misschien wat beschaaf<strong>de</strong>r, zijn belichting is misschien wat meer genuanceerd,<br />
maar reeds stelt hij zijn stillevens min<strong>de</strong>r natuurlijk, werpt, als 't<br />
meer gelegenheid geeft tot vertoon van kun<strong>de</strong>, <strong>de</strong> <strong>voor</strong>werpen om. Hoe<br />
aantrekkelijk ook, Pieter Claesz's sterken eenvoud streeft hij niet <strong>voor</strong>bij.<br />
On<strong>de</strong>r zijn leerlingen is f a n J a n s z T r e k 'n meester die natuurlijk<br />
bijeengebrachte <strong>voor</strong>werpen, in schoon licht, weet uit te beel<strong>de</strong>n.<br />
Men heeft stillevenschil<strong>de</strong>ren wel het gammaspelen van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r<br />
genoemd. Wij hebben er geen bezwaar tegen, als 't maar dui<strong>de</strong>lijk is dat<br />
ook in <strong>de</strong>ze kunst geldt wat van <strong>de</strong> muziek kan opgemerkt wor<strong>de</strong>n :<br />
étu<strong>de</strong>s van Liszt of Chopin zijn even complete kunstwerken als welke<br />
an<strong>de</strong>re vorm van <strong>de</strong> musikale gedachte. Er is in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst zelfs geen<br />
on<strong>de</strong>rwerp dat meer specifiek picturaal is, <strong>voor</strong>al on<strong>de</strong>r Hollandsche<br />
han<strong>de</strong>n. Het noor<strong>de</strong>lijk materialisme vindt immers, door <strong>de</strong> z.g. stofuitdrukking,<br />
gelegenheid <strong>de</strong> stille dingen <strong>de</strong>r natuur tot leven te brengen<br />
en het licht in al zijn trillingen in studie te nemen. Als er ooit sprake zou<br />
moeten zijn van „absolute schil<strong>de</strong>rkunst", overigens een even dwaze en<br />
onnoodige uitdrukking als „abstracte schil<strong>de</strong>rkunst", dan zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
meesters van het stilleven die schil<strong>de</strong>rkunst, zon<strong>de</strong>r literaire en an<strong>de</strong>re<br />
bijgedachten, beoefend hebben. In <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> golf van Hollandsche stillevenschil<strong>de</strong>rs<br />
zijn fan D a v id z. d e Heem, W i 11 e m K a 1 f,<br />
Abraham van Beyeren en Jan Baptist Weenix<br />
corypheeën.<br />
De Heem heeft ook zijn plaats in het bloemstuk, een vorm van stillevenschil<strong>de</strong>ring<br />
die lang is achtergebleven, en die eerst zeer laat tot ware eenvoud<br />
en natuurlijkheid kwam. Bij Ambrosius Bosschaer t,<br />
bij Jacob <strong>de</strong> G he y n,eneigenlijkoonogbij<strong>de</strong> bei<strong>de</strong> jonge<br />
Bosschaerts en Roelant Savery, is er geen sprake vanhet<br />
schikken van bloemen in een vaas, maar vanuit hun schetsboek voegen zij<br />
bloemen aaneen, „bigin étonnées <strong>de</strong> se trouver ensemble", uit verschillen<strong>de</strong><br />
seizoenen en uiteenliggen<strong>de</strong> streken, terwijl zij <strong>de</strong> natuurlijkheid eer<strong>de</strong>r<br />
gaan zoeken in dauwdruppels, vliegen en torretjes. 't Is Jan Davidz <strong>de</strong><br />
Heem, die hier in het noor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r invloed van <strong>de</strong>n Antwerpenaar Daniel<br />
Seghers, wat meer natuurlijkheid, ook in <strong>de</strong> belichting aanbrengt.<br />
,% a n W e n ix d e l o n g e (1633-1719) keert zich naar het wild,<br />
<strong>voor</strong>al <strong>de</strong> pels van <strong>de</strong>n haas wordt met onnavolgbare virtuositeit door<br />
hem geschil<strong>de</strong>rd. Melchio r d'Hon <strong>de</strong>coe te r schil<strong>de</strong>rt naast<br />
levend pluimvee ook doo<strong>de</strong> vogels in vaak zeer ingewikkel<strong>de</strong>, maar niettemin<br />
<strong>de</strong>coratieve samenvoeging.<br />
Wij veroorloof <strong>de</strong>n ons <strong>de</strong>ze uitweiding, omdat het ons steeds wil <strong>voor</strong>komen<br />
9 129
dat <strong>de</strong> prachtige verlichte zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche behuizing, een groot<br />
aan<strong>de</strong>el heeft gehad in <strong>de</strong> meesleepen<strong>de</strong> atmosjeerschil<strong>de</strong>ring, die het<br />
stilleven zijn waren glans gaf.<br />
De gelukkig aangebrachte en <strong>de</strong> juiste soort ramen hebben <strong>de</strong> sfeer in huis<br />
opgeroepen.<br />
Bezien wij in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw het raam aan <strong>de</strong> buitenzij<strong>de</strong>,<br />
dan blijkt, uit het vermaar<strong>de</strong> „Straatje" van Vermeer, welke<br />
prachtige en fijn uitgewogen compositie <strong>de</strong> gevels van het stadskuis ons te<br />
zien geven. Zelfs als in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r eeuw <strong>de</strong> burgerbouwkunst een<br />
klassicistische richting inslaat, dan nog behoudt, blijkens „het buitenhuis"<br />
van Pieter d e H o o g h, <strong>de</strong> gevel het fraaie venster, waar luihen <strong>de</strong><br />
regulatuur vormen van <strong>de</strong> lichttoevloeii'ig.<br />
Dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs steeds <strong>de</strong> grootste belangstelling <strong>voor</strong> het venster had<strong>de</strong>n<br />
h an men aan hunne werken aflezen. Een overeenkomst tusschen het raam<br />
in het ka<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij drong zich op. Wij zien <strong>de</strong> beeltenis van<br />
Theod. Schrievelius, op een werk van Frans Hals, door een geschil<strong>de</strong>rd<br />
ovaal raam. Op een an<strong>de</strong>r portretstuk van <strong>de</strong>nzelf <strong>de</strong>n meester, steekt <strong>de</strong><br />
geportretteer<strong>de</strong> <strong>de</strong> hand door het ovale raam. Als Rembrandt in 1647 <strong>de</strong><br />
prachtige beeltenis van zijn schoonzuster, bekend on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n naam van<br />
„<strong>de</strong> vrouw met <strong>de</strong> waaier" (Buckingham Palace, Lon<strong>de</strong>n) schil<strong>de</strong>rt, dan<br />
staart <strong>de</strong> zuster van Saskia als door een venster en <strong>de</strong> vrije hand steunt<br />
tegen het raamwerk.<br />
Op schil<strong>de</strong>rijen van Rembrandt, te Berlijn en te Stockholm, leunt Hendrikje<br />
Stoffels op <strong>de</strong> vensterbank. „Een Kindje uit het raam zien<strong>de</strong>" is <strong>de</strong> betiteling<br />
van een an<strong>de</strong>r stuk van <strong>de</strong>nzelf <strong>de</strong>n meester. Een meisjesportret in een<br />
„boven<strong>de</strong>ur" uit 1645, trok op een <strong>de</strong>r laatste Rembrandt exposities groote<br />
belangstelling, terwijl Rembrandt's leerling Nicolaas Maes met zijn „Meisje<br />
aan het Venster met perziken", in het Rijksmuseum, een meesterstuk<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>.<br />
Maar wat doen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs met het venster van binnen? Zij stellen reeds<br />
zeer vroeg hun mo<strong>de</strong>llen op bij het raam. De vijf tien<strong>de</strong>-eeuwsche diptychon<br />
van Hans Memling, met het portret van Martinus van Nieuwenhoven<br />
heeft een achtergrond die „geheel raam is".<br />
In <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw plaatsen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> personages van hun<br />
genre-beel<strong>de</strong>n vlak <strong>voor</strong> het raam. Schil<strong>de</strong>ren zij kleermakers aan het<br />
werk, zooals Q u e r ij n a r e k e I e n h a m het <strong>de</strong>ed, dan is dit meer<br />
dan natuurlijk, maar Rembrandt plaatst ook <strong>de</strong> figuren van zijn dubbel<br />
portret van <strong>de</strong>n „Scheepstimmerman en Vrouw" vlak bij het venster. „De<br />
Man lezend bij het venster" van <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n meester, te Kopenhagen, is<br />
een prachtig getuigenis <strong>voor</strong> het schoone intérieur van dien tijd, zooals het<br />
130
Adriaen van Osta<strong>de</strong>, <strong>de</strong> Vioolspeler.<br />
131
„Huisgezin van <strong>de</strong>n Timmerman” van Rembrandt in het Louvre, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
prachtigen inval van het licht in het Hollandsche huis een overtuigend<br />
bewijs is. Voor <strong>de</strong>n luister en <strong>de</strong>n toover van het venster en <strong>voor</strong> <strong>de</strong> e<strong>de</strong>le<br />
intimiteit van het woonvertrek, zijn <strong>de</strong> werken onzer schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> schoonste<br />
getuigenissen.<br />
Maar eigenlijk zijn wij in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van hef ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>rij nog<br />
rid zoo ver gevor<strong>de</strong>rd, dat <strong>de</strong> fraaie woonvertrekken <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw er een rol in spelen.<br />
lie schoone woonruimten <strong>de</strong>r vijf tien<strong>de</strong> <strong>de</strong><strong>de</strong>n dat echter reeds, en wij<br />
herinneren U slechts aan Jan van Eyck's dubbelportret van Arnolfini en<br />
diens vrouw, dat een waar ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>rij is, waarvan het tooneel een<br />
fraai vijftien<strong>de</strong>-eeuwsch slaapvertrek is. Kan dui<strong>de</strong>lijker verteld wor<strong>de</strong>n<br />
Tian een groote eetzaal in een vijf tien<strong>de</strong>-eeuwsche patricierswoning dan<br />
birch Bouts het <strong>de</strong>ed in zijn „Avondmaaltafereel", in <strong>de</strong> St. Pieterskerk<br />
ire Leuven ? Wij stel<strong>de</strong>n reeds vast dat op <strong>de</strong> „Andachtsbil<strong>de</strong>r" van <strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r, dien wij „<strong>de</strong> meester van Flémalle" noemen, <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>schil<strong>de</strong>ring<br />
Os het kleine intieme woonvertrek <strong>de</strong>r vijf tien<strong>de</strong> eeuw, nauw verbon<strong>de</strong>n zijn.<br />
In <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw is <strong>de</strong> verbintenis tusschen <strong>de</strong> woning en <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>ring niet min<strong>de</strong>r innig, doch <strong>de</strong> woonruimten zijn oneindig min<strong>de</strong>r<br />
interessant. De z.g. Braunschweiger Monogrammist", die ons in slechte<br />
g<br />
ezelschappen brengt, onthoudt ons wel niets omtrent <strong>de</strong> behuizingen waar<br />
zich zijn weinig stichtelijke samenkomsten afspelen, maar zij doen niet<br />
oezenlijk mee in <strong>de</strong> uitdrukking van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij. Voorloopig brengen<br />
ons ook <strong>de</strong> vroege werken <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw nog niet in <strong>de</strong> schoone<br />
vertrekhen die wij reeds roem<strong>de</strong>n. Vooral ook omdat het niet <strong>de</strong> beste,<br />
en zelfs niet <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> ze<strong>de</strong>n zijn, die <strong>de</strong> Dogen van <strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>rs het<br />
irieest boeien. Drinken<strong>de</strong>, spelen<strong>de</strong> en vechten<strong>de</strong> boeren en arbei<strong>de</strong>rs,<br />
ijoffeeren <strong>de</strong> rustieke binnenhuizen van Breughel en Brouwer.<br />
Als <strong>de</strong> Tij<strong>de</strong>n rustiger wor<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> burgerij welvaren<strong>de</strong>r, zijn <strong>de</strong><br />
samenkomsten beschaaf<strong>de</strong>r en het binnenhuis schooner. Alles wordt stiller<br />
én <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r dieper geboeid.<br />
Wij zien dit misschien het best in <strong>de</strong> werken van A cl r i a e n van<br />
Osta<strong>de</strong> die, tegelijk met Adriaen Brouwer, te Haarlem bij<br />
Hals werkte, maar waarschijnlijk het meest leer<strong>de</strong> van Brouwer. De helsche<br />
bezetenheid waarme<strong>de</strong> Brouwer's boeren in gesloten herbergen zich te<br />
lijf gaan, heeft van Osta<strong>de</strong> niet nagevolgd. Aanvankelijk waren zijn<br />
landlie<strong>de</strong>n ruwe klanten. Gelei<strong>de</strong>lijk aan zullen <strong>de</strong>ze rauwe gasten zich<br />
beschaven, op <strong>de</strong> zelf<strong>de</strong> wijze als <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rmanier van Osta<strong>de</strong> zich verfijnt,<br />
haar kleurigheid verwisselt <strong>voor</strong> schakeering. De vechten<strong>de</strong> boeren van<br />
132
Brouwer zijn gemoe<strong>de</strong>lijk kletsen<strong>de</strong> en zwetsen<strong>de</strong> lie<strong>de</strong>n gewor<strong>de</strong>n. In het<br />
Haarlemsche milieu wordt door Osta<strong>de</strong>'s broe<strong>de</strong>r 1 s a c k, door C o rne<br />
lis Bega en Cornelis busart het genre <strong>voor</strong>tgezet, terwijl<br />
ook Jan Miense Molenaar een genreschil<strong>de</strong>r is, die het meeren<strong>de</strong>el<br />
zijner mo<strong>de</strong>llen in meer burgerlijke kringen zoekt. Dat doet ook <strong>de</strong><br />
fijnschil<strong>de</strong>r bij uitnemendheid Gerard Do u, te Lei<strong>de</strong>n. Toen Rembrandt<br />
zelf nog een leerling was gaf hij Dou lessen ; een goed oog, een vaste<br />
hand bunnen wij <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> „Avondschool" niet ontzeggen, maar<br />
hij heeft met <strong>de</strong> Dogen noch goed gezien, noch met <strong>de</strong> hand goed geschil<strong>de</strong>rd,<br />
in <strong>de</strong>n zin van <strong>de</strong> meesters. Toch kan het geen verwon<strong>de</strong>ring baren dat hij<br />
bij zijn leven, en lang daarna, bewon<strong>de</strong>rd werd. Zijn werk immers geeft<br />
<strong>de</strong>n indruk van uiterste verzorging, terwijl het slechts geduldig en glad is.<br />
Bij <strong>de</strong>n inzinken<strong>de</strong>n smaak van <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> eeuw moest zijn werk en dat<br />
van zijn leerlingen Frans van Mieris, Godfried Schalk<br />
e n en Pieter v an S 1 i n g e 1 a n d te hoog wor<strong>de</strong>n aangeslagen.<br />
G a b r i ë 1 M e t s u was horten tijd te Lei<strong>de</strong>n Dou's leerling. Hem<br />
trok tenslotte <strong>de</strong> wereldstad Amsterdam, waar ook Rembrandt was gaan<br />
werken en wiens leerling Nico laas Maes (1632-1693), naast<br />
bree<strong>de</strong> portretten, ook in het genrestuk, en wij <strong>de</strong>nken aan zijn „Spinsters"<br />
en <strong>voor</strong>al aan het groote z.g. „Gebed zon<strong>de</strong>r eind", iets brengen zou<br />
van 's meesters licht en duister en warme Fleur.<br />
Te Amsterdam ontplooi<strong>de</strong> zich ook <strong>de</strong> Zwollenaar Gerard T e rb<br />
o r g h (1617-1681) tot een <strong>de</strong>r eerste meesters van Holland.<br />
Indien wij naast Rembrandt slechts Benige meesters zou<strong>de</strong>n stellen, dan<br />
heeft Eugene Fromentin Jacob van Ruysdael en Paulus Potter <strong>voor</strong>gesteld,<br />
Bo<strong>de</strong> noem<strong>de</strong> Jan Vermeer of Pieter <strong>de</strong> Hoogh, maar W. Burger,<br />
pseudoniem van <strong>de</strong>n Franschman <strong>de</strong> Thoré, die <strong>voor</strong> het eerst in een<br />
<strong>de</strong>gelijk geschrift <strong>de</strong> Hollandsche kunst behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, eischte die hooge plaats<br />
op <strong>voor</strong> Gerard Terborgh : „je ne sais pas, si après Rembrandt, on ne<br />
<strong>de</strong>vait pas le mettre tout à fait hors ligne, seal á son rang, comme les vrais<br />
grands bommes".<br />
Gerard Terborgh werd in 1617, als zoon van een schil<strong>de</strong>r-ambtenaar<br />
te Zwolle geboren ; ook zijn zoon zal het ambt van ontvanger van <strong>de</strong><br />
belastingen in zijn va<strong>de</strong>rstad bekle<strong>de</strong>n. In 1632 is het zeker dat hij te<br />
Amsterdam werkt, waar hij veel geleerd moet hebben van <strong>de</strong> genreschil<strong>de</strong>rs<br />
Pieter Cod<strong>de</strong>, Simon Kick en Willem Duyster.<br />
Pieter Mo 1 ij n schijnt hem te Haarlem lessen te hebben gegeven.<br />
Maar tenslotte was, als <strong>voor</strong> alle Ne<strong>de</strong>rlandsche meesters, <strong>de</strong> natuur zijn<br />
leermeesteres, terwijl het binnenhuis zijn eigenlijk terrein was. Hoe lent<br />
hij <strong>de</strong> rust van <strong>de</strong> „sael" en <strong>de</strong> o<strong>de</strong>ur van het „salet", hoe beluistert hij <strong>de</strong><br />
133
klanken van het spinet, <strong>de</strong> cello, of <strong>de</strong> luit. Als gij ze eens gezien hebt<br />
vergeet gij ze niet meer, <strong>de</strong> zalmkleurige atlaszij<strong>de</strong> rokjes, bont omzet,<br />
van <strong>de</strong> vrouwtjes uit <strong>de</strong> wereld en <strong>de</strong> halve wereld. Wat <strong>de</strong>n beschouwer<br />
van zijn kleine portretten ook bijblijft, is <strong>de</strong> grijze stilte rondom <strong>de</strong> statige<br />
en <strong>de</strong>ftige figuren. Bij niemand min<strong>de</strong>r dan Velazquez he eft hij die sfeer<br />
geborgd. Hij leer<strong>de</strong> Castillianen bennen, vóór hij ze in 1646, te Munster<br />
op zijn „Vre<strong>de</strong>scongres", <strong>de</strong> <strong>de</strong>ftigheid gaf waarme<strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>rs wedijveren<br />
als er een ein<strong>de</strong> gemaakt wordt aan een oorlog, die Watergeuzen<br />
begonnen waren.<br />
Van <strong>de</strong> jeugd uit schijnt hij reislustig te zijn geweest. Houbrake n stelt het<br />
vast : „toen hij op eigen wieken kon drijven, reislustig was, en vreem<strong>de</strong><br />
lan<strong>de</strong>n heeft bezocht als Duitsland, Italië, Engeland, Frankrijk, Spanje<br />
en <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n". Is het omdat hij zoo reis<strong>de</strong> dat hij huis en inferieur<br />
met zoo warme genegenheid schouw<strong>de</strong> ?<br />
Is het omdat hij in an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n, on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r Klimaat, an<strong>de</strong>re interieurs<br />
zag, dat hij het Hollandsche binnenhuis zoo vruchtbaar bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>?<br />
Min<strong>de</strong>r reislustig dan Terborgh, <strong>de</strong><strong>de</strong>n dit overigens vele Hollandsche<br />
schil<strong>de</strong>rs insgelijks.<br />
P i e f e r d e H o o g h, die het laatste <strong>de</strong>el van zijn leven eveneens te<br />
Amsterdam werkzaam zal zijn, was te Rotterdam geboren (1629), maar<br />
134<br />
•V<br />
^^; ^^^= lC1 ^<br />
lt_AW14 _<br />
°^ ~<br />
_^ 1^111^^^ ^^<br />
^ la<br />
.II I J^I Ili^<br />
rr..^ •r..^ ^^.^^ ,IH I^^ I I ,,,^ 1•' r. w<br />
..-."--<br />
^_—<br />
i<br />
III<br />
Gerard Terborgh. Gezicht op Zwolle.<br />
•<br />
tuna<br />
^ •^<br />
11I01^ 1<br />
^.,,^,, I^<br />
• ^^nJ<br />
lnu<br />
h(<br />
„'^'^<br />
^^^^ r^^llli►<br />
^,1, •II^<br />
I^^<br />
II,.{ ,^<br />
7 I<br />
^4^^^í1^ ^,} 111^11^^^^1,,-^ ,^ , rp<br />
i q ( ^^ 4"/„. ._.._. ' ►<br />
► I ^I^^ ^ , ,,I^ ^!^ ^•<br />
^ ^ ^— . ^,, ,^,• ^ N _ ^<br />
-^---.a ^ ^^^^^^ ^r.0^.<br />
r,^. %Í/ ^-t ^-.^++<br />
;
zijn rijpste en veruit schoonste werkzaamheid ontwikkel<strong>de</strong> zich in het<br />
stadje, dat <strong>voor</strong>bestemd was een door <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst meest be<strong>voor</strong>rechte<br />
plekken ter wereld te wor<strong>de</strong>n : Delft.<br />
Als er één Hollandsche stad is, die wij op bijzon<strong>de</strong>re wijze in verband<br />
moeten brengen met het „binnenhuis", dan is het Delft. Daar had in het<br />
(Zwartier van <strong>de</strong>n Abt van het Sinte Agathaklooster, met Willem <strong>de</strong>n<br />
Zwijger, het hart van Holland geklopt. Later zou het stadje bestemd zijn<br />
tot het wegdommelen in een provinciale rust, die het op <strong>de</strong>n duur geschikt t<br />
zou maken tot <strong>de</strong>n zetel van een Hoogeschool.<br />
Nog steeds echter heeft het <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> plaats, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n hemel.<br />
„Wat er te zien is in Delft ?" vraagt <strong>de</strong> Fransche schrijver Paul Clau<strong>de</strong>!<br />
zich af, en hij geeft zelf het antwoord : „het schoonste, het zuiverste, het<br />
fijnste licht van Holland." „Het is iets zoowel van intellectueele als van<br />
waarneembare or<strong>de</strong>, dat noch van <strong>de</strong> paarl, noch van <strong>de</strong> bloem is, maar<br />
<strong>de</strong> optische ziel van bei<strong>de</strong>n. Heel Vermeer is vloeibaar gebleven in <strong>de</strong>ze<br />
vochtige en toch hel<strong>de</strong>re atmosfeer".<br />
Uit <strong>de</strong>ze hel<strong>de</strong>re atmosfeer zijn als kristallijnen won<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> veertig<br />
werken van Vermeer ontsproten, door Maurice l3arrès genoemd : le mystére<br />
en pleine lumire. De herinnering die elk van die werken achterlaat, is<br />
<strong>voor</strong>al die van geconcentreer<strong>de</strong> Fleur en lichtpracht, die vanuit <strong>de</strong> luchten<br />
boven het Kustland, als een gave <strong>de</strong>s hemels neervalt.<br />
Toen <strong>de</strong> jonge Vermeer, in 1632 geboren, begon te werken, waren er in Delft<br />
veel schil<strong>de</strong>rs aan <strong>de</strong>n arbeid, on<strong>de</strong>r wie Ant. Pala me <strong>de</strong> s, Leonard<br />
en Pieter Bramer, Pieter en Nicolaas Bronckhorst,<br />
Gerard van Hoe ck g eest en Emanuel <strong>de</strong><br />
Witte, Pieter Steenwijc en Willem van Aelst.<br />
Simon <strong>de</strong> Vlieger wasnaarAmsterdam,en Paulus Potter<br />
naar Den Haag gegaan, maar uit Amsterdam was Care 1 F a b r it<br />
i u s (1622-1754) gekomen, in uien men gaarne <strong>de</strong> leermeester van<br />
Vermeer aanwijst.<br />
Deze Fabritius staat tot Rembrandt in <strong>de</strong> verhouding van Giorgione tot<br />
Titiaan. In bei<strong>de</strong> gevallen <strong>de</strong>nkt men, bij Giogione en Fabritius, aan doublures<br />
die <strong>de</strong> rijke natuur in reserve hield. Giorgione, naar Nasari's getuigenis<br />
„dilettoso continuamente Belle core d'amore", Krijgt op drie-en-<strong>de</strong>rtig<br />
jarigen leeftijd, roekeloosminnen<strong>de</strong> man, Boar een kus van <strong>de</strong> bemin<strong>de</strong><br />
vrouw <strong>de</strong> Diem van <strong>de</strong> pestziekte die hem ten grave brengt. Ware hij niet<br />
zoo jong gestorven, hij zou zeker een Titiaan gewor<strong>de</strong>n zijn. Ware Carel<br />
Fabritius niet bij <strong>de</strong> ontploffing van het Delftsche kruithuis, nog een jaar<br />
jonger dan Giorgione, met een leerling en zijn mo<strong>de</strong>l omgekomen, hij zou<br />
135
een Rembrandt zijn gewor<strong>de</strong>n; zijn prachtig zelfportret uit het jaar van<br />
zijn dood, is er ons borg <strong>voor</strong>. Niet meer dan tien werken schragen <strong>de</strong>n<br />
roem van een meester die zich aan Rembrandt's invloed ontworstel<strong>de</strong>, en<br />
in „het Puttertje" (1654) toon<strong>de</strong> dat <strong>de</strong> stilte van Delft hem gegrepen had,<br />
juist vóórdat hij, met een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong>r stad, in het buskruitgeweld ten<br />
on<strong>de</strong>r ging.<br />
De tijdgenoot wees Vermeer aan, als <strong>de</strong> Phoenix die uit <strong>de</strong> asch van<br />
Fabritius herrees. Maar 't was wel een geheel an<strong>de</strong>re vogel die uit <strong>de</strong> asch<br />
opsteeg. Want in tegenstelling tot het vroeg omgekomen „tumultueuze"<br />
genie, zou <strong>de</strong> stille, geconcentreer<strong>de</strong>, beschouwelijke Vermeer (1632-<br />
16i5) geheel in <strong>de</strong> contemplatieve sfeer van Delft opgaan. Al moge dan<br />
een enkel „vrouweportret" (uit <strong>de</strong> collectie Esterhazy, te Budapest) <strong>de</strong>n<br />
invloed van Fabritius verra<strong>de</strong>n, een vroeg werk als „Christus in het<br />
huis van Martha en Maria", te Edinburg, toont dui<strong>de</strong>lijk afhankelijkheid<br />
tot <strong>de</strong> Utrechtsche school.<br />
Op die afhankelijkheid steunt ook <strong>de</strong> toeschrijving van <strong>de</strong> „Diana" in hei<br />
Mauritshuis, waarbij overigens ook wel gedacht wordt aan <strong>de</strong>n knappen<br />
Utrechtschen meester Paulus Bor.<br />
Tot Vermeer's vroege werken behoort ook <strong>de</strong> fameuze „Keukenmeid" uit<br />
het Rijksmuseum, dat nog een bontheid in <strong>de</strong> fleur vertoont, die <strong>de</strong> latere<br />
arbeid niet meer lent. Reeds is het licht meester in <strong>de</strong> compositie. Dit licht<br />
immers brengt <strong>de</strong> open fleuren rood en blauw, geel, groen en paars in<br />
harmonie.<br />
Van nu af speelt het schoone intérieur en <strong>voor</strong>al hef raam, zijn allesbeheerschen<strong>de</strong><br />
rol on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> weinige requisieten waarme<strong>de</strong> Vermeer zijn, nu<br />
wereldvermaar<strong>de</strong>, composities opbouwt. Zijn briefschrijfsters en lezeressen,<br />
zijn vrouwtjes met parelsnoeren in <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n of met het wijnglas aan <strong>de</strong>n<br />
mond, <strong>de</strong> meisjes met <strong>de</strong> vingers op <strong>de</strong> toetsen aan het spinet, of aan <strong>de</strong><br />
klossen van hef kantkussen, zijn slechts schijnbaar <strong>de</strong> hoofdmomenten <strong>de</strong>zer<br />
composities. De stoelen, <strong>de</strong> tafel en het oostersche tapijt, het witte Delftsche<br />
kannetje of <strong>de</strong> schaal met fruit, zijn het evenmin. Hoe het raam echter<br />
van alles overheerschend belang is, wor<strong>de</strong>n wij <strong>voor</strong>al gewaar <strong>voor</strong> werken<br />
waarin het venster niet te zien of te ra<strong>de</strong>n is. Een vergelijking tusschen <strong>de</strong>n<br />
z.g. „Teekenaar" in het Stä<strong>de</strong>lsches Kunstinstitut te Frankfurt en <strong>de</strong><br />
„Geograaf" uit <strong>de</strong> collectie Jonas te Parijs, maakt, door het ontbreken<br />
van het venster, het twee<strong>de</strong> werk opmerkelijk min<strong>de</strong>r belangrijk. Is het<br />
venster er wél, dan wordt <strong>de</strong> witte wand, met <strong>de</strong> vergeel<strong>de</strong> landkaart of het<br />
schil<strong>de</strong>rij, on<strong>de</strong>r het van links invallen<strong>de</strong> licht, het klankbord <strong>voor</strong> een<br />
kleurpracht die, in een beperking, zelfs van <strong>de</strong>n drietoon blauw-geel-rood,<br />
tot <strong>de</strong> enkele tegenstelling van een bever<strong>de</strong>n goudtoon en een trillend blauw,<br />
136
Cornelis Bega, in <strong>de</strong> Kroeg.<br />
137
niet min<strong>de</strong>r indrukwekkend is. Zon<strong>de</strong>r toets, zon<strong>de</strong>r waarneembare<br />
factuur, eer<strong>de</strong>r in gesmolten glasvloed dan in verven, staan Vermeer's<br />
meesterstukken op een eenzame hoogte in onze Dunst.<br />
De an<strong>de</strong>rs Beaar<strong>de</strong>n, meer menschelijk bewogen Pieter <strong>de</strong> Hoogti, bomt<br />
hem in zijn „Interieur" in <strong>de</strong> National Gallery nabij; Gabriël Metsu<br />
dankt hem het belangrijkste van zijn meesterstuk „het Ziele Kind" in het<br />
Rijksmuseum, maar van <strong>de</strong> kleine wereld in het zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
woonhuis, waarin Vermeer verwijlt, werd niet indringen<strong>de</strong>r, niet met meer<br />
geduld en verbeten toewijding, verhaald, dan door hem. Die Kleine wereld<br />
heeft hij in een concentratie van Fleur, die eraan <strong>de</strong>nken doet dat <strong>de</strong> camera<br />
obscura, als optisch insfruritent, in die dagen reeds groote belangstelling had,<br />
opgebouwd in <strong>de</strong> grootste gemoedsrust, met onnavolgbaar werkmanschap.<br />
Maar zijn kleine wereld, overigens eene van vrouwen, wijn en muziek,<br />
van galante gesprekken en minnebriefjes, eene van gesloten huiselijkheid<br />
in <strong>de</strong> smaakvolste en schoonst verlichte vertrekken die er ooit waren,<br />
is niet die van het Hollandsche volksleven in zijn algemeenheid. Vermeer<br />
proeft uit zijn eigen kleine glas zijn eigen zelfgebottel<strong>de</strong>n wijn, jan Steen<br />
drinkt uit alle roemers <strong>de</strong>n rinschen wijn <strong>de</strong>r bourgeoisie, maar ook met<br />
lange teugen, uit alle steepen kroezen, <strong>de</strong>n volksdrank.<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche Hollandsche meesters is zeker f a n<br />
Steen (1627-1679) <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>r bij uitnemendheid, er is er geen<br />
die, naar <strong>de</strong> strikte beteekenis van het woord, het mar is. Hoewel hij<br />
elke <strong>de</strong>nkbare entourage van landschap en binnenhuis geschil<strong>de</strong>rd heeft,<br />
staat <strong>de</strong> mensch en zijn gedragingen in het hart van zijn Dunst, en is <strong>de</strong><br />
humor <strong>de</strong> grondslag van zijn genie. Ongehoord veelzijdig, is hij evenwel<br />
zeer ongelijk, maar in zijn meest verzorg<strong>de</strong> werk staat hij in het eerste<br />
gelid van <strong>de</strong> meesters.<br />
Terecht werd hij <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> Molitre genoemd, en in<br />
zijn immense oeuvre, (Hofste<strong>de</strong> <strong>de</strong> Groot tel<strong>de</strong> zelfs een duizendtal<br />
werken) spiegelt zich heel het leven van <strong>de</strong>n Hollandschen zeventien<strong>de</strong>eeuwschen<br />
mensch in al <strong>de</strong> geledingen <strong>de</strong>r maatschappij, van <strong>de</strong>n landlooper<br />
tot <strong>de</strong>n doctor, van <strong>de</strong> slet tot <strong>de</strong> patriciërsvrouw, maar ook van hef<br />
hind tot <strong>de</strong>n grijsaard.<br />
Te Lei<strong>de</strong>n geboren, heeft <strong>de</strong>ze brouwerszoon te Delft, te Lei<strong>de</strong>n, te Haarlem<br />
en daarna weer te Lei<strong>de</strong>n gewoond. Brouwer en herbergier, heeft hij in het<br />
levenson<strong>de</strong>rhoud van zijn gezin Dunnen <strong>voor</strong>zien, iets wat hij als schil<strong>de</strong>r<br />
zeker niet zou hebben gekund. Zijn maatschappelijke positie stel<strong>de</strong> hem in<br />
staat, het leven van het vrijgevochten volk in zijn volle schil<strong>de</strong>rachtigheid<br />
op te nemen; zijn blijkbare beschaving, die Bijbel en mythologie len<strong>de</strong>,<br />
en goed Ken<strong>de</strong>, plaatste hem, vaak moraliseerend, maar steeds met humor,<br />
138
oven zijn me<strong>de</strong>menschen, zon<strong>de</strong>r iets van het contact te verliezen tot<br />
mensch en ding van allen dag.<br />
Menschenschil<strong>de</strong>r als geen an<strong>de</strong>r, vond hij in het eigen gezin, te mid<strong>de</strong>n<br />
van het hin<strong>de</strong>rtal dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rsdochter Margriet van Goyen hem schonk,<br />
een observatieveld dat, door het autobiografisch karakter van verschillen<strong>de</strong><br />
zijner werken, ook <strong>voor</strong> ons nog open ligt.<br />
In <strong>de</strong> Hollandsche uitgave van het Vlaamsche Driekoningenfeest van<br />
Jordaens : „soo d'ou<strong>de</strong>n longen, soo pijpen <strong>de</strong> jongen", het fraaie stuk in<br />
het Mauritshuis, zit bijna levensgroot moe<strong>de</strong>r Margriet in al haar vroolijken<br />
levenslust op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond, en is het <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rdom <strong>de</strong>r hin<strong>de</strong>ren die<br />
Stem's biografen het jaartal van ontstaan doet gissen. De fameuze<br />
„St. Nicolaasavond" heeft <strong>de</strong> overtuigen<strong>de</strong> allure van een meegeleefd<br />
familiefeest. In „Prinsjesdag" vieren wij in <strong>de</strong> gesloten herberg van <strong>de</strong>n<br />
katholieken, dus Oranjegezin<strong>de</strong>n Jan Steen, het verbo<strong>de</strong>n feest on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
Republiek. Oranjestrikken sieren het portret van het Prinsje en het<br />
knoopsgat of <strong>de</strong>n hoed <strong>de</strong>r bezoekers. Nog eens beschrijven we <strong>de</strong> scene.<br />
De waard vertoont een „chara<strong>de</strong>", die op een beschreven vel papier op <strong>de</strong>n<br />
<strong>voor</strong>grond wordt verklaard : lang leve het Oranjebaasje, in <strong>de</strong> eene hand<br />
het zwaard in het an<strong>de</strong>re het glaasje I Dit werk is <strong>de</strong> Hollandsche wijze<br />
van vorstenhul<strong>de</strong>, die in an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n en bij an<strong>de</strong>re volkeren in weidscher<br />
<strong>de</strong>coratieven stijl vertolking vond, maar nooit dieper en inniger, on<strong>de</strong>r een<br />
schors van spot en humor tot uiting kwam, dan hier bij Jan Steen.<br />
De „roomsche" Steen, vrij van <strong>de</strong> calvinistische geslotenheid, staat open<br />
<strong>voor</strong> elk schouwspel en vreest geen uitbundigheid in <strong>de</strong> vertolking, die het<br />
eenzijdige beeld dat 'n Vermeer, 'n <strong>de</strong> Hoogh, 'n Terborgh, van het<br />
Hollandsche volli hebben nagelaten, aanvult. Hij heeft op het terrein <strong>de</strong>r<br />
an<strong>de</strong>ren, en zelfs in hun stijl, prachtig werk gemaakt, dat aanleiding werd<br />
tot <strong>de</strong> bouta<strong>de</strong> : fan Steen is het best als hij het minst zich zelf is.<br />
Maar nog eens : hij is <strong>de</strong> Hollandsche ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>r bij uitnemendheid,<br />
en boven <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren. Zoomin als er bij an<strong>de</strong>re volkeren dan het Fransche<br />
en in an<strong>de</strong>re tij<strong>de</strong>n dan <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw een twee<strong>de</strong> Molière is aan te<br />
wijzen, heeft <strong>de</strong> Hollandsche fan Steen een rivaal, waar ter wereld ook.<br />
Wij bunnen immers <strong>de</strong>snoods Hogarth <strong>de</strong> Engelsche fan Steen noemen,<br />
maar het ware belachelijk Steen als <strong>de</strong> Hollandsche Hogarth aan te<br />
dui<strong>de</strong>n. Hoewel opgemerkt moet wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> hooge waar<strong>de</strong> van Jan<br />
Steen, <strong>voor</strong>al in <strong>de</strong> dagen en door het werk van <strong>de</strong>n Engelschen genreschil<strong>de</strong>r<br />
algemeen is doorgedrongen. Zijn ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> verdiensten wer<strong>de</strong>n<br />
toen zoo algemeen erkend, dat zijn zuivere picturale kwaliteiten, zonal<br />
geen miskenning, dan toch wat uit het oog verloren raakten. Wij hebben<br />
slechts op zijn beste werken te zien naar <strong>de</strong> prachtige uitbeelding<br />
139
waarme<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> doo<strong>de</strong> <strong>voor</strong>werpen tot stil leven brengt, om Jan Steen,<br />
ook daardoor, als een <strong>de</strong>r grootsten on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>rs te<br />
waar<strong>de</strong>eren.<br />
Toen Potgieter met een smalen<strong>de</strong> bedoeling sprak van „<strong>de</strong> copiëerlust<br />
<strong>de</strong>s dagelijkschen levens", die zich in <strong>de</strong> Camera Obscura van Hil<strong>de</strong>brand<br />
uitleef<strong>de</strong>, gaf hij een <strong>voor</strong>treffelijke omschrijving van onze Hollandsche<br />
begaafdheid, niet in één tijd, maar in alle tij<strong>de</strong>n. Holland schil<strong>de</strong>rt zichzelf;<br />
als het dat doet is het origineel en uniek in <strong>de</strong> wereld.<br />
140
XI.<br />
DE ZEVENTIENDE EEUW. — Het zieleleven,<br />
<strong>de</strong> Bijbel, Rembrandt.<br />
oen in <strong>de</strong> eerste jaren <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw in Holland een<br />
pleia<strong>de</strong> van schil<strong>de</strong>rs het licht zag, kon men zeggen dat <strong>de</strong><br />
talenten als pad<strong>de</strong>nstoelen in ons vochtige landje uit <strong>de</strong>n grond schoten.<br />
In<strong>de</strong>rdaad als pad<strong>de</strong>nstoelen I Die groeien immers in een bring. Als wij <strong>de</strong>n<br />
kring bij Haarlem beginnen, en hem vandaar langs Lei<strong>de</strong>n, Den Haag,<br />
Delft en Rotterdam vervolgen, dan kunnen wij <strong>de</strong>n cirkel ver<strong>de</strong>r trekken<br />
over Dordrecht en Utrecht, en hem over Amsterdam naar Haarlem sluiten.<br />
Zoon bloei is, buiten Italië, in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst slechts aan te wijzen in <strong>de</strong><br />
Ne<strong>de</strong>rlandsche school, <strong>de</strong> Benige die in laatste instantie, naast, en in zekeren<br />
zin tegenover Italië te stellen is. In die school <strong>de</strong>r Lage Lan<strong>de</strong>n is, in <strong>de</strong><br />
zeventien<strong>de</strong> eeuw, die van Holland in volmaaktheid in zichzelf besloten,<br />
als zij haar beperkt maar prachtig plan ten uitvoer legt.<br />
Holland schil<strong>de</strong>rt zichzelf 1<br />
Wij zagen het portret van <strong>de</strong> menschen, ook in groepsverband. Wij zagen<br />
het portret van het volk in zijn bedrijvigheid. Wij zagen het portret van<br />
stad en land, <strong>de</strong> woning van <strong>de</strong>n hel<strong>de</strong>r tot <strong>de</strong>n zol<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> rivier, <strong>de</strong> zee<br />
en <strong>de</strong> schepen.<br />
Maar schil<strong>de</strong>rt Holland ook zijn ziel, zijn innerlijk leven?<br />
Wl zagen wij <strong>de</strong>n levensmoed en <strong>de</strong> levensvreug<strong>de</strong> op <strong>de</strong> tronies <strong>de</strong>r<br />
mannen, <strong>de</strong> stille ernst en <strong>de</strong> lieve zorgen op <strong>de</strong> gezichten <strong>de</strong>r vrouwen.<br />
Wd zagen wij van het Hollandsche zieleleven wat er van te zien was<br />
in <strong>de</strong> ernstige en besloten maskers, in <strong>de</strong>n vastbera<strong>de</strong>n blik en in <strong>de</strong>n geestelijken<br />
glimlach om <strong>de</strong>n mond. Wd zagen wij <strong>de</strong>n opbouw van het oeconomisch<br />
leven in <strong>de</strong> welvaart, die door het binnenhuis wordt gespiegeld, <strong>de</strong>n veestapel<br />
zagen wij groeien, <strong>de</strong> scheepvaart zich ontwikhelen ... .<br />
Is dit genoeg ?<br />
141
Rembrandt, teekening, <strong>de</strong> ontrouwe dienaar.<br />
Neen.<br />
Waartoe had, na <strong>de</strong> ineenstorting van Willem <strong>de</strong>n Zwijger's politiek,<br />
<strong>de</strong> Pacificatie van Gent: Noord en Zuid, roomsch en onroomsch, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n<br />
ineen <strong>voor</strong> een vrij nationaal bestaan, het noor<strong>de</strong>lijke eigengerei<strong>de</strong><br />
volk zich aangegord ? Door <strong>de</strong> verovering van <strong>de</strong> staatkundige en oeconomische<br />
vrijheid, maar zeker ook <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vrijheid <strong>de</strong>n Bijbel te lezen in<br />
<strong>de</strong> eigen taal, en Gods woord naar eigen geweten te verklaren.<br />
Zullen wij nu ook dit door <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs zien belij<strong>de</strong>n?<br />
In een, als altijd, <strong>voor</strong>treffelijk geschreven opstel, heeft Schmidt Degener<br />
zich veel moeite gegeven om ons <strong>de</strong>n bloei van een Bijbelsche ponst in <strong>de</strong><br />
zeventien<strong>de</strong> eeuw, <strong>voor</strong> te hou<strong>de</strong>n.<br />
„In hei Calvinisme uit zich een tegenspraak : het heeft niet aangemoedigd<br />
wat het wel mogelijk heeft gemaakt : het had het gemoed geopend <strong>voor</strong> een<br />
dieper begrip van <strong>de</strong>n Bijbel — het sloot <strong>de</strong> herken <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lunst die dit<br />
begrip aanschouwelijk pon malen".<br />
„Deze uitbanning trof in hoofdzaak <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst. Het was niet een<br />
uitbanning <strong>de</strong>r ij<strong>de</strong>lheid, noch het verbod van afbeelding van het geschapene:<br />
predikanten van alle gezindten lieten zich portretteeren, en soms in houdingen<br />
van een zeker pathos niet vrij. Het was evenmin een uitbanning<br />
<strong>de</strong>r schoonheid, want <strong>de</strong> kunstnijverheid handhaaf<strong>de</strong> haar plaats met<br />
142
orgelopbouw, hoorafsluitingen, koperen luchters, avondmaalszilver. En<br />
ook <strong>voor</strong> zoover <strong>de</strong> kerken begraafplaats waren, behield <strong>de</strong> beeldhouwkunst<br />
haar emplooi : <strong>de</strong> menschelijke ij<strong>de</strong>lheid vroeg om graftomben en<br />
familiewapens, om epitaphea, glorieus omlijst, en om bazuin-engelen boven<br />
admiraalsfiguren. Maar <strong>de</strong> geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> weergave van <strong>de</strong>n Bijbel was<br />
buitengesloten".<br />
Dit alles komt ons zeer juist <strong>voor</strong>. Zoo ook <strong>de</strong> gevolgtrekking dut <strong>de</strong>ze<br />
houding van het Calvinisme, <strong>de</strong>els <strong>de</strong>n bloei van het profane in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst<br />
ten goe<strong>de</strong> kwam (portret, landschap, interieur, stilleven), <strong>de</strong>els <strong>de</strong><br />
Bijbel-vertolking, en <strong>de</strong>n Kunstenaar afhankelijk maakte van opdrachten.<br />
Nu is het juist <strong>de</strong> groote tentoonstelling van Bijbelsche Dunst, die van<br />
8 Juli tot 8 October 1939 in het Rijksmuseum gehou<strong>de</strong>n werd, die onze<br />
overtuiging gesterkt heeft, dat slechts één schil<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw<br />
van die onafhankelijkheid van opdrachten waarlijk gebruik maakte :<br />
Rembrandt van Rhijn.<br />
In <strong>de</strong> vijftien<strong>de</strong> eeuw beston<strong>de</strong>n geen an<strong>de</strong>re dan christelijk-religieuze<br />
on<strong>de</strong>rwerpen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs, wij zagen hef; alle genres waren er van<br />
afhankelijk.<br />
De zestien<strong>de</strong> eeuw, ook in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, 't bleek op <strong>de</strong> tentoonstelling<br />
dui<strong>de</strong>lijk, is katholiek, in <strong>de</strong>n ruimen zin van „algemeen" genomen. Onze<br />
schil<strong>de</strong>rs reizen en on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n het verband met héél <strong>de</strong> Europeesche kunst.<br />
De zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche schil<strong>de</strong>rkunst ontleent haar wereldhistorische<br />
beteekenis aan haar particularistisch karakter. Ook als in dien tijd <strong>de</strong><br />
Hollan<strong>de</strong>r ver van huis is, behoudt hij zijn afgeslotenheid. Het is in die<br />
eeuw dat het Calvinisme van onze kunst een Bijbelsche had bunnen maken,<br />
indien het niet mét het badwater, het hind had weggeworpen.<br />
Zeper, <strong>de</strong> meeste onzer schil<strong>de</strong>rs hebben wel een on<strong>de</strong>rwerp uit <strong>de</strong>n Bijbel<br />
behan<strong>de</strong>ld, doch zij <strong>de</strong><strong>de</strong>n dit zon<strong>de</strong>r eenigen samenhang en <strong>voor</strong>al —<br />
zij <strong>de</strong><strong>de</strong>n het niet onbaatzuchtig. Hun vereering <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Bijbel sleept<br />
hen niet me<strong>de</strong>, maar zij zoeken en vin<strong>de</strong>n in het Boek van (o<strong>de</strong>n en<br />
Christenen on<strong>de</strong>rwerpen, die geheel stroken met hun talent en hun <strong>voor</strong>keur.<br />
Een schil<strong>de</strong>r van spelers en drinkers als H e n d r i c k ter B r u g g h e n,<br />
vindt die ook in het Nieuwe Testament, en hij noemt zijn schil<strong>de</strong>rij : „<strong>de</strong><br />
Roeping van Mattheus". Een schil<strong>de</strong>r van volksopstootjes en relletjes als<br />
Jan S t e e n schil<strong>de</strong>rt „<strong>de</strong> bruiloft van Cana", en <strong>de</strong> Benige volstrekt<br />
onbelangrijke figuur is Christus. Zij die, als Jan d e Bray, familiegroepsportretten<br />
schil<strong>de</strong>ren, vin<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n Bijbel on<strong>de</strong>rwerpen die hen al<br />
heel weinig uit hun doen halen. De diepe aandacht <strong>voor</strong> <strong>de</strong> doo<strong>de</strong> stof, <strong>de</strong><br />
lof aan <strong>de</strong> stilte en <strong>de</strong> tegenstelling van geel en blauw, blijven <strong>de</strong> uitdrukking<br />
van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring beheerschen, ook als Vermeer met zijn gebruike-<br />
143
Rembrandt, ets, naar zijn moe<strong>de</strong>r.<br />
lijpe en beperkte requisieten en<br />
een tweemaal aangewend mo<strong>de</strong>l,<br />
zijn prachtig „Emmaus" schept.<br />
Zij die landschap en riviergezicht<br />
schil<strong>de</strong>ren als E s a i a s<br />
v a n <strong>de</strong> Veld e, kunnen, zon<strong>de</strong>r<br />
hun gewone werk op' t eerste<br />
gezicht te wijzigen, Christus op<br />
'n scheepje zetten <strong>voor</strong> <strong>de</strong> prediking,<br />
waar niemand werkelijk<br />
naar luistert, zoo weinig is <strong>de</strong><br />
gewone bedrijvigheid zijner<br />
figuurtjes veran<strong>de</strong>rd.<br />
Het zou aan een buitenkerkelijken<br />
geest (het gelukte niet<br />
Rembrandt bij een kerkgenootschap<br />
in te <strong>de</strong>elen) gegeven wor-<br />
<strong>de</strong>n het geloof van héél een volk te belij<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst, die zon<strong>de</strong>r<br />
Rembrandt <strong>de</strong> ziel van Holland niet volledig zou hebben weerkaatst.<br />
De geheele geschie<strong>de</strong>nis Dent niet eén kunstenaar die zoo on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> inspiratie<br />
<strong>de</strong>r Schriften heeft gewerkt, niet eén schil<strong>de</strong>r die speciaal <strong>de</strong>n Evangelischen<br />
geest zoo tot uiting bracht, als hij. 't Valt niet te ontkennen: <strong>de</strong> groote,<br />
trotsche Italianen hebben zoo vaak Bijbelverhaal en Evangeliewoord als<br />
motief gebruikt <strong>voor</strong> <strong>de</strong> meesterlijke oplossingen van <strong>de</strong> zwaarste composifieproblemen.<br />
Zeker in driekwart van wat wij wel gewoon zijn religieuze<br />
kunst te noemen, is het „godsdienstige" niet meer dan een geval.<br />
Zulke grootsche composities bloeien niet altijd op, als bij een Michel<br />
Angelo, in <strong>de</strong> verbeelding van <strong>de</strong>n door <strong>de</strong> Heilige Boeken bezetenen, neen,<br />
in die Boelen wordt vaak alleen gevon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> titel, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> grandiose<br />
scheppingen van het fiere renaissance-brein.<br />
Het zich plaatsen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stof, het zich laten beheerschen door die stof,<br />
ddt is <strong>de</strong> Dracht van <strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlandschen schil<strong>de</strong>rsaard, en Rembrandt<br />
heeft dat gedaan ten opzichte van „het Woord", met vermorzeld hart.<br />
Rembrandt heeft het „Ou<strong>de</strong> Boek vanaf <strong>de</strong> knieën zijner moe<strong>de</strong>r,<br />
Neeltje Willemsdochter, gekend, er uit hooren <strong>voor</strong>lezen eerst, er daarna<br />
zelf in gelezen, zijn leven lang. Geen uithoek van <strong>de</strong>ze oneindige wereld<br />
bleef hem onbekend, geen nog zoo overlezen tekst, of hij wist hem leven te<br />
geven in zijn vertolking. Hij herschiep het woord in beel<strong>de</strong>n die <strong>de</strong>r menschheid<br />
een eeuwig goed zijn gewor<strong>de</strong>n, en <strong>voor</strong>al hij gaf <strong>de</strong>n Christus een<br />
144
gestalte, die noch in <strong>de</strong> uitdrukking van het god<strong>de</strong>lijke, noch in levensintensiteit<br />
door Benig an<strong>de</strong>r kunstenaar nabij getre<strong>de</strong>n werd en wordt.<br />
Hij verkondigt een mild Christendom, dat ver uitging boven <strong>de</strong> enghartige<br />
kerkschheid van zijn tijd en daarom ook niet door dien tijd lion wor<strong>de</strong>n<br />
aangenomen.<br />
Maar alles wat hij, door Oud- en Nieuw-Testament geinspireerd, schiep,<br />
heeft <strong>de</strong> eigenschappen van het zelf-doorleef<strong>de</strong>.<br />
Hij ontleent niet Simson aan het boek Rechteren maar hij is <strong>de</strong> Bijbelsche<br />
Herakles zelf, vanaf diens snorken<strong>de</strong> hel<strong>de</strong>nverhalen tot diens blinding toe.<br />
Met dien an<strong>de</strong>ren blin<strong>de</strong>, met <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n Tobias tast hij met <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n naar<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>uropening, die hij reeds <strong>voor</strong>bij is, als hij door <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong>n ver.<br />
Loren gewaan<strong>de</strong>n zoon wordt aangetrokken. Dien zoon heeft hij, als <strong>de</strong>n<br />
Engel, naar verre lan<strong>de</strong>n vergezeld, met dien zoon bracht hij het geneesmid<strong>de</strong>l<br />
<strong>voor</strong> va<strong>de</strong>rs blindheid. Hij doorleeft Saul, van zijn bezoek aan <strong>de</strong><br />
heks van Endor tot diens Godverlatenheid on<strong>de</strong>r het snarenspel van <strong>de</strong>n<br />
jongen her<strong>de</strong>r David.<br />
Rembrandt vindt in <strong>de</strong>n Bijbel stof <strong>voor</strong> zijn „verre en hooge nagedachten",<br />
waarover <strong>de</strong> tijdgenoot-schil<strong>de</strong>r van Hoogstraeten geschreven heeft,<br />
maar hij vindt er ook stof <strong>voor</strong> zijn teekenstift en etsnaald als hij met een<br />
doorwerktheid, die alleen het<br />
visionnaire steun geeft, <strong>de</strong> meest<br />
fantastische tafereelen van<br />
tempelbouw en hoog-priesterljkambt<br />
in het ou<strong>de</strong> Israël<br />
oproept, of met enkele lijnen<br />
<strong>de</strong> parabels van het Nieuwe<br />
Testament leven geeft. Want<br />
hij heeft tenslotte een <strong>voor</strong>keur<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> Evangeliën en <strong>de</strong>n<br />
persoon van Jezus. Tian uit<br />
Bethlehem heeft hij Hem gevolgd,<br />
om <strong>voor</strong>al bij zijn<br />
leeraarsambt stil te staan.<br />
In <strong>de</strong> compositie van <strong>de</strong> groote<br />
ets, belend als „<strong>de</strong> hon<strong>de</strong>rdgul<strong>de</strong>nprent",<br />
uit 1649, speelt<br />
nog iets van „<strong>de</strong> Nachtwacht"<br />
door, 'n stadswal en een poort<br />
waaruit, niet als in 1642 een<br />
schitteren<strong>de</strong> schuttersstoet te<br />
10<br />
Rembrandt, ets, <strong>de</strong> blin<strong>de</strong> Tobias.<br />
145
Loet of te paard ons tegemoet komt, maar een golf van menschelijke ellen<strong>de</strong><br />
kruipt, als uit een cloaca. Wat schamele stoet bomt uit <strong>de</strong> verborgenhe<strong>de</strong>n<br />
van menschelijk lij<strong>de</strong>n, uit <strong>de</strong> diepe duisternis van het wee, op het troosten<strong>de</strong><br />
licht van <strong>de</strong> openbaring af. En zij die hun „plaats in <strong>de</strong> zon" hebben?<br />
Even ziek als <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren, rijken, laffen en twijfelmoedigen. Daartusschen<br />
in : twee moe<strong>de</strong>rs en drie kin<strong>de</strong>ren ; tot hén gaat al <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> van <strong>de</strong> hoofdfiguur<br />
uit ; <strong>de</strong>n zieke wordt in hope <strong>de</strong>n weg naar <strong>de</strong>n hemel gewezen door<br />
<strong>de</strong> opgeheven linkerhand ; <strong>de</strong> uitgestrekte rechterhand wil <strong>de</strong> hin<strong>de</strong>ren,<br />
en <strong>de</strong>genen die hen gelijk zijn, omarmen, niettegenstaan<strong>de</strong> het afweren<strong>de</strong><br />
Behaar van <strong>de</strong>n apostel.<br />
Ook in <strong>de</strong> opstelling van <strong>de</strong> groep <strong>de</strong>r discuteeren<strong>de</strong> schriftgeleer<strong>de</strong>n,<br />
maar <strong>voor</strong>al in het leven<strong>de</strong> spel van licht en donker klinkt iets van <strong>de</strong><br />
groote barokwerken van <strong>de</strong>n eersten Rembrandt na. Er is misschien nooit<br />
een ets gemaakt, waarin hef zwart schooner gemo<strong>de</strong>lleerd werd en <strong>de</strong><br />
tusfchentonen soepeler afglij<strong>de</strong>n naar het licht, dan op <strong>de</strong>ze prent. De<br />
<strong>voor</strong>grond reeds is met oneindige zorg bewerkt, <strong>de</strong> groote slagschaduw<br />
op het eerste plan won<strong>de</strong>rlijk uitgediept, 't heerlijkste zwart schuift door<br />
<strong>de</strong> groep <strong>de</strong>r ongelukkigen heen, om in <strong>de</strong>n stadsmuur tot <strong>de</strong> grootste<br />
intensiteit te geraken en daarna, hoog in <strong>de</strong> plaat, in eene oneindige complicatie<br />
van karaktervolle harceering, op te lichten tot fijn grijs. Ile lichte<br />
<strong>de</strong><strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n afdruk zijn niet min<strong>de</strong>r won<strong>de</strong>rlijk. Met enkele lijnen<br />
zijn sommige figuren maar aangegeven, vaak alleen <strong>de</strong> kop of 'n hand,<br />
ofwel een wat ver<strong>de</strong>r doorgevoerd <strong>de</strong>tail van <strong>de</strong> kleeding, maar daardoor<br />
misschien is er bij <strong>de</strong> meest natuurgetrouwe levensexpressie van alle <strong>de</strong>tails,<br />
in het geheel, <strong>de</strong> onmiskenbare illusie bewaard van het onvoltooi<strong>de</strong>.<br />
Het rechtsche <strong>de</strong>el van <strong>de</strong> prent is met groote zorg behan<strong>de</strong>ld ; dit <strong>de</strong>el<br />
sluit zich 't meest aan bij het werk uit zijn eersten tijd ; sommige figure<br />
hebben een vage gelijkenis met ou<strong>de</strong> beken<strong>de</strong>n ; <strong>de</strong> zieke man op <strong>de</strong>n kruiwagen<br />
brengt ons zelfs, door teekening en verlichting, <strong>de</strong> „Anatomische<br />
les" te binnen. Hier is alles in toon gezet en tot in het uiterste fijn geharceerd<br />
en in <strong>de</strong> belichting volkomen verklaard en doorgevoerd.<br />
Geheel links is <strong>de</strong> plaat veel sober<strong>de</strong>r, maar nog meesterlijker behan<strong>de</strong>ld;<br />
als in schets wordt hier het leven gegeven aan <strong>de</strong> figuren, met <strong>de</strong> uiterste<br />
oeconomie in <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len, <strong>de</strong> meest mil<strong>de</strong> verkwisting van innerlijk<br />
me<strong>de</strong>leven : <strong>de</strong> „twee<strong>de</strong>" Rembrandt is hier zon<strong>de</strong>r twijfel aan het woord.<br />
Tusschen links en rechts is een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> groep : <strong>de</strong> zitten<strong>de</strong> rijke jongeling<br />
met het hoofd in <strong>de</strong> hand, vlak boven hem <strong>de</strong> weifelen<strong>de</strong> Erasmusfiguur,<br />
<strong>de</strong> heftige Petrus en <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r met het hind op <strong>de</strong>n arm. Vooral door <strong>de</strong><br />
Christusfiguur krijgt het geheel echter <strong>de</strong> rust, het evenwicht en <strong>de</strong> klassieke<br />
gebon<strong>de</strong>nheid, waarnaar, na <strong>de</strong>n levensweg ten halve, Rembrandt met<br />
146
<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> overtuiging zal teruggrijpen, al, hij er zich aanvankelijk van<br />
verwij<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Al stond er niets op <strong>de</strong> koperplaat dan <strong>de</strong> ontroeren<strong>de</strong><br />
Christusfiguur .... ziet, dan nog behoor<strong>de</strong> <strong>de</strong>ze prent tot <strong>de</strong> hoogste<br />
goe<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r menschheid. Voor hen die ernstig dit figuurtje hebben bekeken,<br />
zijn geen an<strong>de</strong>re Christus-figuren eigenlijk meer aannemelijk.<br />
Indien wij, na langere beschouwing van <strong>de</strong> „hon<strong>de</strong>rdgul<strong>de</strong>nprenf" <strong>de</strong> kleine<br />
ets „<strong>de</strong> prediken<strong>de</strong> Christus", het z.g. „La Tombeprentje" slechts noemen,<br />
dan is dat <strong>voor</strong>al niet omdat <strong>de</strong> ontroeren<strong>de</strong> Prediker van het Godsrijk<br />
en van <strong>de</strong> Lief<strong>de</strong> op <strong>de</strong>ze ets een, ook maar iets min<strong>de</strong>re, creatie beteekent,<br />
maar omdat <strong>de</strong> aard van dit geschrift het niet toelaat.<br />
Wel mogen wij Uw aandacht vragen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> groote etsen uit 1653, toen <strong>de</strong><br />
stormen van het leven Rembrandt reeds zoo striemend geslagen had<strong>de</strong>n<br />
en het z.g. „heilige jaar" van Christelijkere inkeer, 1648, nog zoo dicht<br />
achter hem lag, dat hij, met dramatische verbeeldingskracht tot het uiterste<br />
gevoerd, <strong>de</strong> barre rots beklimt, waar Jezus tusschen misdadigers ten kruise<br />
hangt in het blaffen<strong>de</strong> licht van Godverlatenheid en menschelijke bespotting,<br />
waar te mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> geschokte natuur hemel en aar<strong>de</strong> verzoening vin<strong>de</strong>n<br />
in <strong>de</strong> uitgestrekte armen van <strong>de</strong>n Menschenzoon.<br />
Op het <strong>de</strong>r<strong>de</strong> uur van <strong>de</strong>n middag, in het bange licht <strong>de</strong>r duistere zon,<br />
in het hart van <strong>de</strong> geschokte wereld, hangt hier <strong>de</strong> Lief<strong>de</strong> tusschen hemel<br />
en aar<strong>de</strong> hulpeloos en verlaten en toch met hooge majesteit, in <strong>de</strong>n glanzen<strong>de</strong>n<br />
schijn van het bovenaardsche, dat <strong>de</strong>n hoofdman doet knielen en<br />
roepen : „Deze is waarlijk Gods Zoon I"<br />
Beweeg van paar<strong>de</strong>n en ruiters, naleven<strong>de</strong> farizeeërs die trachten te<br />
vluchten en zich te bergen in <strong>de</strong> duisternis, terwijl <strong>de</strong> laatste getrouwen<br />
als opgeslurpt wor<strong>de</strong>n door het licht om <strong>de</strong>n Gekruiste. Met ongehoord<br />
meesterschap is <strong>de</strong> groep <strong>de</strong>r bezwijmen<strong>de</strong> vrouwen in het licht aangegeven<br />
en <strong>de</strong> voetkussen<strong>de</strong> Magdalena on<strong>de</strong>r het kruis geschetst.<br />
En op <strong>de</strong>n eersten „staaf" reeds, waar alles met zooveel zorg is verklaard,<br />
is het toch <strong>voor</strong>al het ongewoon aangrijpen<strong>de</strong> natuurverschijnsel, <strong>de</strong> }damp<br />
tusschen licht en donker, die <strong>de</strong>ze verbeelding tot het Benige Golgothatafereel<br />
maakt dat aannemelijk is.<br />
Brengt U uit alle tij<strong>de</strong>n en scholen het tooneel van Christus' Kruisdood<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong>n geest, en stelt het naast Rembrandt's bran<strong>de</strong>n<strong>de</strong> visioen, — krijgt<br />
dan niet elke an<strong>de</strong>re <strong>voor</strong>stelling iets van Oberammergau?<br />
Wat Rembrandt hier geeft werd misschien aangeduid door Mantegna,<br />
in diens ets van Christus' graflegging of door Tintoretto in <strong>de</strong> Kruisigingschil<strong>de</strong>ring<br />
van <strong>de</strong> Scuola di San Rocco te Venetië.<br />
De meester heeft <strong>de</strong>ze etsplaat doorgewerkt, ze staag veran<strong>de</strong>rd en op<br />
147
<strong>de</strong>n duur geheel getransformeerd. In <strong>de</strong>n laatsten „staat" verdonkeren<br />
hevige verticale lijnen en schrappingen het geheel. Al wat er nog natuurlijk<br />
was in het won<strong>de</strong>re moment, wordt meedoogenloos uit hei Doper geschrapt.<br />
Mei driftige hand valt Rembrandt alles aan in zijn prent wat nog zichtbare<br />
schoonheid a<strong>de</strong>mt, té natuurlijk kwam hem bij het terugzien van zijn<br />
schepping ten slotte het geheel nog <strong>voor</strong>, spookachtiger gedaanten had hij<br />
willen scheppen in een blin<strong>de</strong> wereld; wind en regen, bou<strong>de</strong> en duisternis,<br />
alles te zamen angst en beven, huiver en beklemming, dat moest <strong>de</strong> afdruk<br />
van <strong>de</strong> plaat hunnen geven, en in wanhoop schuurt en krabt hij in het<br />
)doper. Steeds barbaarscher valt hij op zijn werk aan, en <strong>de</strong> compositie<br />
rukt hij aan flar<strong>de</strong>n. Wat had een God aan 't bruis met compositie te<br />
maken ? De atmosfeer van <strong>de</strong> prent moest schrijnen<strong>de</strong>r zijn. 't Gaat niet<br />
over licht en donker, noch over stralen of duisternis : 't gaat over <strong>de</strong>n gescheur<strong>de</strong>n<br />
<strong>voor</strong>hang <strong>de</strong>s Tempels, over geopen<strong>de</strong> graven en verrezen<br />
duo<strong>de</strong>n, 't gaat over <strong>de</strong> Kosmische storingen bij <strong>de</strong>n dood van Gods Zoon.<br />
Rembrandt wil <strong>de</strong> onmacht niet voelen om dat tot uiting te brengen. Met<br />
steeds meer lijnen, met steeds meer zwart compliceert, en vereenvoudigt<br />
I hij tevens, <strong>de</strong>n afdruk ; heele figuren verdwijnen, en moeten ze weer<br />
opgezet wor<strong>de</strong>n, dan gunt hij zich <strong>de</strong>n tijd niet, want van een medaille van<br />
Pisanello brabbelt hij, zenuwachtig, <strong>de</strong>n man te paard na. Die penning<br />
lag waarschijnlijk on<strong>de</strong>r zijn bereik en als hij zoo met weinig overleg die<br />
figuurtjes nateekent, is hef alsof hij het met <strong>de</strong> linkerhand doet, uit<br />
vreeze dat <strong>de</strong> vaardige rechter hem zou verra<strong>de</strong>n.<br />
't Is geen won<strong>de</strong>r, dat <strong>de</strong> tijdgenoot hem hier zeker niet kon volgen en<br />
dat ook nu nog velen <strong>de</strong> ontroeren<strong>de</strong> onmacht als uitdrukking van hoogste<br />
meesterschap, moeilijk aanvaar<strong>de</strong>n.<br />
In uiterste benauwenis werd <strong>de</strong>ze vier<strong>de</strong> „staat" geboren, maar <strong>de</strong> schepper<br />
ervan heeft het grootste drama <strong>de</strong>r wereldgeschie<strong>de</strong>nis mee doorleefd, en<br />
zijn kreet is niet min<strong>de</strong>r fel en ingewandverscheurend als die van Maria<br />
Magdalena op <strong>de</strong> „Pièta" van <strong>de</strong>n stokou<strong>de</strong>n Titiaan, in <strong>de</strong> Acca<strong>de</strong>mia<br />
te Venetië.<br />
Nu het v o 1 b r a c h t is brengt hij ons, d.w.z. <strong>de</strong> menschheid van allen<br />
tijd en van elk volk, in 1654 weer terug op <strong>de</strong>n top van Golgotha, aan <strong>de</strong><br />
voet van hef Kruishout, als hef <strong>de</strong>erniswaardig lichaam van <strong>de</strong>n Gemartel<strong>de</strong><br />
langs een lijnwaad in <strong>de</strong> armen van een werkman neergelaten wordt,<br />
terwijl diens kameraad <strong>de</strong>n lad<strong>de</strong>r afdaalt en een <strong>de</strong>r<strong>de</strong> het lugubere<br />
nachtelijke tafereel met een toorts belicht.<br />
De beengin van <strong>de</strong>n Doo<strong>de</strong>, waarvan <strong>de</strong> linkervoet nog aan het bruis genageld<br />
is, zijn scherp verlicht door <strong>de</strong> toortsvlam, <strong>de</strong> tors en <strong>de</strong> onzegbaar<br />
148
ontroeren<strong>de</strong> Christus-kop zijn reeds half verzwolgen door het schaduwrijk.<br />
Langs <strong>de</strong>n abrupten rotskant aan <strong>de</strong>n voet <strong>de</strong>s Kruises glijdt het licht naar<br />
<strong>de</strong> baar aan <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzij<strong>de</strong> <strong>de</strong>r prent, waar het witte laken met aandoenlijke<br />
tee<strong>de</strong>rheid door <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n discipel wordt gespreid. Alles gedrenkt in lief<strong>de</strong><br />
en me<strong>de</strong>lij<strong>de</strong>n van het allerzuiverste gevoel.<br />
De prent „De Kruisafname bij toortslicht" is met rouwe gedrukt van een<br />
plaat, met tranen geëtst. Maar <strong>voor</strong> alles wat sentimenteel is wordt<br />
Rembrandt bewaard door zijn sterk gevoel <strong>voor</strong> <strong>de</strong> werkelijkheid ; het<br />
leven en <strong>de</strong> natuurlijkste beweeglijkheid is geen oogenblik opgeofferd aan<br />
een effect of een opstelling in <strong>de</strong> een of an<strong>de</strong>re manier. Want <strong>de</strong> laatste<br />
„manier" van Rembrandt is : er heelemaal géén te hebben.<br />
De schrijnen<strong>de</strong> natuurlijkheid, <strong>de</strong> ongehoor<strong>de</strong> eenvoud van <strong>de</strong> gebeurtenis<br />
op <strong>de</strong> barre rots dringt juist door <strong>de</strong> langzame en zware, echt menschelijke<br />
bewegingen, zoo sterk tot ons door. Tegenover <strong>de</strong>n berg <strong>de</strong>s hells verheft<br />
zich, uit het diepe duister van het rechtsche <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r prent, op een an<strong>de</strong>re<br />
berg, het klassieke bou<strong>de</strong>, trotsche bouwsel van <strong>de</strong>n tempel. Het groeit<br />
uit <strong>de</strong> duisternis op als een macht, dit hoovaardig tempelgebouw, 'n<br />
imposante, eeuwen-tarten<strong>de</strong> macht.<br />
't Is alsof op <strong>de</strong> tinne <strong>de</strong>s tempels <strong>de</strong> obelisk <strong>de</strong> plaats aanduidt, waar<br />
eenmaal <strong>de</strong> engel <strong>de</strong>s kwaads <strong>de</strong>n nu Gekruiste bracht om Hem <strong>de</strong> schatten<br />
<strong>de</strong>r aar<strong>de</strong> aan Zijn voeten te leggen. Wat 'n afgrond nu tusschen dien<br />
tempel en <strong>de</strong>n hemeltop, waar het offer werd voltrokken 1<br />
En uit dien afgrond van duisternis doemen toch nog wat figuur<strong>de</strong>tails op.<br />
Niet het minst aangrijpend lijkt wel die ter hulpe gestrekte hand. Is het<br />
die hand, opgedoemd uit <strong>de</strong>n purperen duisternis van <strong>de</strong>n tijd, die op <strong>de</strong>n<br />
jongsten dag misschien <strong>de</strong> Benige getuigenis vóór het menschdom zal zijn?<br />
De hand, die hongerigen spijzig<strong>de</strong>, dorstigen laaf<strong>de</strong>, naakten kleed<strong>de</strong> en<br />
doo<strong>de</strong>n begroef. .. .<br />
En dan nu ten slotte naar Emmaus, het vlek bij Jerusalem, naar <strong>de</strong>n<br />
Verrezene en <strong>de</strong> twee leerlingen van Jezus waarvan Lucas in XXIV: :<br />
13-35 verhaalt.<br />
Door tal van werken heeft Rembrandt blijf gegeven zich bijzon<strong>de</strong>r aangetrokken<br />
te voelen tot <strong>de</strong>ze won<strong>de</strong>re stof. Waar <strong>de</strong> uitgave van <strong>de</strong>n<br />
Rembrandtbjbel er aan herinnerd heeft dat Rembrandt, door trouw en<br />
diep me<strong>de</strong>gevoel en door rijkdom en verschei<strong>de</strong>nheid van <strong>voor</strong>stelling, alle<br />
kunstenaars te zamen overtreft, daar is het niet dan natuurlijk dat zijn<br />
zienersoog zich vaak richten zal naar het eenvoudige vertrek in Emmaus,<br />
waar een God te herkennen valt aan hef breken <strong>de</strong>s broods.<br />
Reeds als jongen nog, in 1629, gaf hij in een geniale barokoplossing vol<br />
149
leven en bedrijf, vol licht en geluid het won<strong>de</strong>r van Emmaus als'n schokken<strong>de</strong><br />
gebeurtenis, als een verschijnsel dat in driftige vaart <strong>de</strong>n beschouwer meesleept....<br />
reeds vóór hij wezenlijk ontroerd is.<br />
Van het hevige en heftige werk uit <strong>de</strong> Parijsche verzameling André<br />
Jacquemart naar het stille heilige schil<strong>de</strong>rij in het Louvre, is <strong>de</strong> gang van<br />
<strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche barok van <strong>de</strong>n jongen Rembrandt naar <strong>de</strong> klassieke<br />
reactie die <strong>de</strong>n meester aanhing, toen hij <strong>de</strong> oneindig dieparen mensch<br />
gewor<strong>de</strong>n was, die niet <strong>de</strong>n tijdgeest dien<strong>de</strong>, maar <strong>de</strong>n Geest <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n als<br />
een sterre in het oog hield.<br />
Toen vond hij <strong>voor</strong> het gelief<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp inste<strong>de</strong> van een levendige barokcompositie,<br />
een statiger symmetrischer bouw, geen ingenieuse mise-en-sdne,<br />
maar <strong>de</strong> meest gewone opstelling, in rust en eenvoud. Als bij Leonardo da<br />
Vinci in het „Avondmaal" te Milaan, zit Jezus, in rustigen driehoekvorm<br />
in het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> tafel. Geen romantisch interieur, waar licht<br />
en schaduw hoorbaar<br />
Dampen, maar een statige<br />
wand, waar <strong>de</strong><br />
aanzet van twee machtige<br />
pilasters zich afteekent,<br />
en waar een<br />
wij<strong>de</strong> nis zich plechtig<br />
welft. Geen gaten vol<br />
schaduw, geen hel<strong>de</strong>r<br />
Ilitsendvuur, maar een<br />
zachte beving van het<br />
licht, geen verblin<strong>de</strong>nd<br />
aureool om het opgeheven<br />
hoofd van <strong>de</strong>n<br />
God, maar een phosphoriseeren<strong>de</strong><br />
glanzing<br />
om het even gebogen<br />
gelaat van <strong>de</strong>n verrezen<br />
Lij<strong>de</strong>r. Hier gebeurt<br />
niets opeens en<br />
hevig, alles gaat langzaam<br />
en als vanzelf.<br />
De discipelen herkennen<br />
<strong>de</strong>n Meester niet<br />
als door een bliksem..<br />
schicht getroffen, <strong>de</strong><br />
150<br />
l".I íIYIIIMII^I<br />
^^Il^,11‘ ,<br />
\ \ \,^0\l<br />
^\^:::`^,,,,:<br />
Rembrandt, ets, 1654, <strong>de</strong> leerlingen van Emmaus.
lindheid valt hert niet plots als schellen van <strong>de</strong> oogen, maar heel, héél<br />
langzaam wordt het licht in hunne zielen, 'n wazig gordijn wordt uiterst<br />
langzaam <strong>voor</strong> hen opgetrokken ; niet getroffen, maar geroerd blikken<br />
zij in het lief<strong>de</strong>volle gelaat van <strong>de</strong>n Heiland. En met hoe weinig wordt<br />
<strong>de</strong> ontroering <strong>de</strong>r jongeren geteekend I Wij zien er een op <strong>de</strong>n rug, zijn<br />
profil-perdu is maar even aangegeven, door <strong>de</strong> heffing van <strong>de</strong> hand<br />
verraadt hij zijn ontroering, De an<strong>de</strong>re, die met <strong>de</strong> linkerhand <strong>de</strong><br />
leuning van <strong>de</strong>n stoel heeft losgelaten, grijpt met <strong>de</strong> rechter zijn servet<br />
bijeen en speurt met ingehou<strong>de</strong>n a<strong>de</strong>m in <strong>de</strong> trekken van <strong>de</strong>n Vreem<strong>de</strong>ling,<br />
<strong>de</strong>n profeet van Galileo. Den bedienen<strong>de</strong>n jongeling ontgaat het gansche<br />
gebeuren.<br />
Hoe zou<strong>de</strong>n wij dit alles met stille stem willen zeggen, en in woor<strong>de</strong>n zoo<br />
eenvoudig als het gevoel van <strong>de</strong>n man die dit schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> I<br />
Welti een afstand tusschen he knappe theaterstuk van <strong>de</strong>n jongen Rembrandt<br />
en dit simpele maar diepe tafereel uit 1648. Naar het uiterlijk :<br />
een terugkeer van barokke losbandigheid naar klassieke gebon<strong>de</strong>nheid,<br />
van geweldige en oorspronkelijke oplossingen naar <strong>de</strong> vredige, beproef<strong>de</strong><br />
schemas <strong>de</strong>r Italianen, van ingewikkel<strong>de</strong>, eer<strong>de</strong>r noor<strong>de</strong>lijke karakteristiek,<br />
naar eenvoudige, eer<strong>de</strong>r zui<strong>de</strong>lijke klaarheid.<br />
En naar het innerlijke ? Bestaat er iets aangrijpen<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong>ze weemoedstralen<strong>de</strong><br />
Christus ? Rembrandt vraagt van ons <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> stille<br />
aandacht, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> lange blikhen, waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> mannen van Emmaus <strong>de</strong><br />
transfiguratie aanschouwen van <strong>de</strong>n bleeken mageren Man.<br />
Heeft men hem ooit zoo gezien, vraagt Eugene Fromentin : „in zijn pelgrimskleed,<br />
met donkergeleur<strong>de</strong> lippen waar het lij<strong>de</strong>n zijn sporen liet,<br />
zijn groote bruine oogen, die zacht en wijdgeopend naar <strong>de</strong>n hemel blikhen,<br />
met dien nauwelijks glanzen<strong>de</strong>n nimbus, die Hem Doel omstralend in<br />
schemerlicht zet, met iets van ik-weet-niet-wat van een a<strong>de</strong>men<strong>de</strong>n leven<strong>de</strong>,<br />
maar die heel zeker door <strong>de</strong>n dood is gegaan ? De houding van <strong>de</strong>ze<br />
God<strong>de</strong>lijke Geestverschijning met een gebaar, niet te beschrijven, maar<br />
zeker niet na te bootsen, met een type, dat zon<strong>de</strong>r lijnen werd vastgelegd<br />
c waarvan <strong>de</strong> uitdrukking door <strong>de</strong> beving <strong>de</strong>r lippen en door <strong>de</strong>n blip is<br />
ontstaan, — <strong>de</strong>ze dingen, <strong>de</strong>n kunstenaar ingegeven en waarvan men niet<br />
begrijpt, hoe hij ze heeft uitgedrukt, dit alles kent in kostbaarheid zijn<br />
we<strong>de</strong>rgave niet. Geen lunst lijkt hierop ; niemand vóór Rembrandt, niemand<br />
ná hem heeft zulke dingen gezegd". 't Is dit waarlijk godmenschelijk<br />
gelaat dat wij missen op <strong>de</strong> ets van 1654, waar toch het essentieele van <strong>de</strong><br />
compositie van 1648 werd bewaard en ook op een teekening van hetzelf<strong>de</strong><br />
on<strong>de</strong>rwerp waar een ledige stoel in een blin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> lichtschittering <strong>de</strong> plaats<br />
van <strong>de</strong>n Verrezene inneemt.<br />
151
Wat Rembrandt <strong>de</strong> menschen in dit werk uit „het heilige jaar", (zoo<br />
werd door biografen het jaar 1648 aangeduid), en later, heeft willen zeggen,<br />
<strong>de</strong> tijdgenooten hebben het niet begrepen, hoewel mogelijk hun collectief<br />
geloof in <strong>de</strong>n Bijbel zich in Rembrandt uitsprak. Twee eeuwen heeft het<br />
geduurd aleer <strong>de</strong> luister van dit werk, dat vergeten in het Louvremuseum<br />
hing, is opgeluid als uit verre klokken van een verborgen rijk. Door hen die<br />
Doren hebben om te hooren, stijgt uit <strong>de</strong> pelgrims van Emmaus een fluisterencle<br />
stem tot <strong>de</strong> ziel, die hen zegt, dat, zoolang doen en verf gespaard<br />
blijven, <strong>de</strong>ze e<strong>de</strong>le stof van het Evangelie door <strong>de</strong>n grootsten aller kunstenaars<br />
tot <strong>de</strong> menschen gebracht zal wor<strong>de</strong>n met die stille bracht, die hart<br />
na hart in vlammen zal zetten.<br />
Eigenlijk is Rembrandt in zijn latere werken steeds geestelijk, zooal niet<br />
bijbelsch. Zijn laatste lief<strong>de</strong>zangen getuigen het. De „Verloren Zoon"<br />
in <strong>de</strong> Eremitage, is een Evangelische parabel. In <strong>de</strong> „ Joodsche Bruid" is <strong>de</strong><br />
portretopdracht zoo boven zichzelf uitgetild, dat „Boon en Ruth" een<br />
van <strong>de</strong> vele Bijbelsche betitelingen is, aan het stuk gegeven. In zijn laatste<br />
werk, uit 1669, werd „het gezin" in zijn glorie zoo veralgemeend dat „<strong>de</strong><br />
Gelukkige Familie", in het Museum te Brunswijk baadt in een christelijk<br />
geestelijke sfeer.<br />
De menschelijke ziel op het eerste plan 1<br />
Rembrandt's latere portretten herstellen het evenwicht in <strong>de</strong> Hollandsche<br />
lunst <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw.<br />
Een ernstige mannebeeltenis van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n M i c h i e l van M i e p e.<br />
v e 1 d (1567-1644, <strong>de</strong>n va<strong>de</strong>r van onze zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche portretkunst),<br />
of een „zin<strong>de</strong>lijk" vrouweportret van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n C u y p, zet<br />
ons het mo<strong>de</strong>l <strong>voor</strong> oogen. Een zwierig geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> regentesse van Hals,<br />
een burger-patricische van Abraham v an <strong>de</strong>n Tempe 1 of<br />
Bartholomeus van <strong>de</strong>r Helst latenonsomtrentnietswat<br />
er te zien is aan <strong>de</strong> afgebeel<strong>de</strong>, in hef duister. Maar wat er niet te zien is<br />
met menschelijke oogen, maar slechts voelbaar is met het hart, glanst uit<br />
„<strong>de</strong> Vrouw met <strong>de</strong>n waaier", 1641, in Buckingham Palace of uit „HendriclZje<br />
Stoffels", het werk uit 1661 in het Louvre, dat <strong>voor</strong> Hollandsche<br />
Dogen <strong>de</strong> Mona Lisa van Leonardo in <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> zaal, verduistert.<br />
Wordt <strong>de</strong> vraag herhaald : Schel<strong>de</strong>rf Holland in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw ook<br />
<strong>de</strong> ziel en het zieleleven ? Greep <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>r, na <strong>de</strong> stof tot <strong>de</strong>n<br />
fijnsten borrel te hebben afgetast, ook naar <strong>de</strong> onzichtbare dingen van <strong>de</strong>n<br />
geest ? Er is an afdoend antwoord : Rembrandt.<br />
152
XII.<br />
DE ACHTTIENDE EEUW. — Een ingezonken perio<strong>de</strong> houdt<br />
in Holland <strong>de</strong> lamp bran<strong>de</strong>nd.<br />
ilt ge het verschil zien tusschen <strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r in<br />
<strong>de</strong> achttien<strong>de</strong>- en dien in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw en daarme<strong>de</strong> <strong>de</strong>n<br />
afstand meten tusschen <strong>de</strong> kunst van het schil<strong>de</strong>ren in onze gou<strong>de</strong>n eeuw<br />
en in die <strong>de</strong>r bewustwording, dan vragen wij uw aandacht <strong>voor</strong> een prentje<br />
van fan L u y k e n in diens „het Menschelijk Bedrijf". Van <strong>de</strong>n dichter<br />
graveur (1649-1712) zijn 3200 gravures beffend en van zijn zoon en<br />
me<strong>de</strong>werker, Caspar, 1100. Tot zijn meest belen<strong>de</strong> prentjes en rijmpjes,<br />
die <strong>de</strong>n geest van <strong>de</strong> achtien<strong>de</strong>-eeuw reeds uitspreken, behooren die, welke<br />
samen vormen „het Menschelijk Bedrijf" dat tachtig ambachten en<br />
bedrijven van zijn tijd behan<strong>de</strong>lt en in 1694 het licht zag ; on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
ambacht- en handwerklie<strong>de</strong>n vindt ook <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r zijn plaats.<br />
Hoe rustig en goed geinstalleerd en uitgerust, zit, gepruikt en in kamerjapon,<br />
<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> zijn ezel. Van <strong>de</strong> tachtig ambachtslie<strong>de</strong>n lijkt <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong> Benige „heer". In zijn ruime werkplaats blikken wij door <strong>de</strong> <strong>de</strong>uropening<br />
in een schonnen welon<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n hof. Hij zelf tempert met het mes<br />
op het palet <strong>de</strong> kleur tot schakeering, zijn ustensiliën heeft hij naast zich,<br />
er ontbreekt hem niets, mogelijk alleen.... werklust, en misschien meer<br />
nog.... werkdrang. Eerlijf gezegd zit <strong>de</strong>ze fin-<strong>de</strong>-si&le-schil<strong>de</strong>r 'n<br />
beetje te lanterfanten, als wij hem vergelijken met het eenvoudige hardwerken<strong>de</strong><br />
kereltje op een schil<strong>de</strong>rij van Adriaen van Osta<strong>de</strong>. In <strong>de</strong>n aanyang<br />
<strong>de</strong>r eeuw was <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r veel min<strong>de</strong>r „heer". Zijn spullen heeft hij<br />
niet gemakzuchtig zoo on<strong>de</strong>r zijn bereik, zijn werkplaats is een oneindig<br />
eenvoudiger vertrek. Maar alles a<strong>de</strong>mt : arbeid. De beenera over elkan<strong>de</strong>r,<br />
<strong>de</strong> tors naar zijn schil<strong>de</strong>ring gebogen, <strong>de</strong> tan<strong>de</strong>n opeen, wij zijn er zeker<br />
van, werkt <strong>de</strong>ze man on<strong>de</strong>r hoogera druk, — alsof a ij n leven er<br />
van afhangt.<br />
153
En in<strong>de</strong>rdaad, zijn leven als<br />
kunstenaar wordt bestendigd<br />
naar <strong>de</strong> mate hij zich geheel<br />
geeft aan zijn taak: indringend<br />
Zien, en in directheid en eenvoud<br />
weergeven. Wij hunnen<br />
niet zien waaraan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r<br />
van Osta<strong>de</strong> werkt, maar 't<br />
moet een levendig beeld zijn<br />
van burgers en boeren, dat hij<br />
zich naar <strong>de</strong> teekening, die hij<br />
misschien <strong>de</strong>n vorigen avond in<br />
<strong>de</strong> herberg maakte, weer <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong>n geest haalt, of beter: <strong>voor</strong><br />
oogen brengt. In ie<strong>de</strong>r geval<br />
schil<strong>de</strong>rt hij, met volledige<br />
overgave en hartstocht, héél<br />
iets an<strong>de</strong>rs dan het sierlijk<br />
geboomte dat fan Luyken's<br />
A. v. Osta<strong>de</strong>, fragment uit een ets.<br />
schil<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> zich heeft op een<br />
landschap, dat hij nooit heeft<br />
gezien, maar waarvan hij heeft „gehoord" en dat hij stoffeert met e<strong>de</strong>lgedrapeer<strong>de</strong><br />
figuurtjes, zooals er in geen geval in zijn va<strong>de</strong>rland rondloopen.<br />
De in <strong>de</strong>n aanvang <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw geboren Hollandsche schil<strong>de</strong>rs<br />
had<strong>de</strong>n in een sterk schoolverband hun profane kunst van eenvoudige<br />
natuurbeschouwing tot een hoogte gebracht, waarop <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste goe<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r<br />
menschheid zich weten te verheffen. Mid<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r hen, maar boven hen<br />
uit, had Rembrandt op een eenzamen top als een Kristal geschitterd. De<br />
eigenschappen van land en volk, gesublimeerd, waren haast onherkenbaar<br />
naar het universeele uitgegroeid. Zijn laatste leerling, <strong>de</strong> aantrekkelijke<br />
A e r t d e G e l<strong>de</strong> r zal tot in 1727, (het jaar van zijn dood), in fijne<br />
manestralen nog iets doorgeven van 's meesters machtig en warm zonnelicht.<br />
Dat Rembrandt <strong>voor</strong>tgezet zou hunnen wor<strong>de</strong>n zou een even vreem<strong>de</strong><br />
gedachte zijn als dat dit met Shakespeare, het genie waarme<strong>de</strong> Rembrandt<br />
in menig opzicht te vergelijken is, het geval zou hunnen zijn.<br />
Maar ook <strong>de</strong> groote talenten, die wij in het portret, hef genre en het landschap<br />
aan het werk zagen, wor<strong>de</strong>n niet door een gelijkwaardige equipe<br />
afgelost, en het eind <strong>de</strong>r eeuw geeft een dui<strong>de</strong>lijke inzinking te zien.<br />
154
In <strong>de</strong>n loop <strong>de</strong>r historie blijkt<br />
telkens, dat er tusschen staatkundige<br />
macht, welvaart en<br />
kunst maar een zeer betrekkelijke<br />
relatie bestaat. De lunst<br />
die haar eigen leven heeft, ontwikkelt<br />
zich naar hef rhythme<br />
van haar eigen categorie.<br />
Dat militaire kracht niet persé<br />
<strong>de</strong> <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>n schept <strong>voor</strong><br />
een geestelijke hegemonie is zoo<br />
dui<strong>de</strong>lijk, dat eer<strong>de</strong>r het tegenovergestel<strong>de</strong><br />
regel lijkt. Als<br />
Hellas volkomen machteloos<br />
ligt on<strong>de</strong>r het Romeinsche juk,<br />
neemt Griekenland met het<br />
Hellinisme bezit van hetgeestelijhleven<br />
in het berken van <strong>de</strong><br />
Mid<strong>de</strong>llandsche zee. Als in 70<br />
Jerusalem verwoest is door <strong>de</strong><br />
Jan Luyken, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r.<br />
troepen van Titus, en het<br />
Joodsche volk verstrooid wordt, zal <strong>de</strong> Monotheistische gedachte, het<br />
uitsluitend geestelijk eigendom van Israël, in haar volmaakten vorm van<br />
het Christendom, bezit nemen van het religieuse <strong>de</strong>nken van heel <strong>de</strong> toenmaals<br />
belen<strong>de</strong> Europeesche wereld. Maar ook, staatkundige macht,<br />
welvaart en kunst vallen niet persé samen. Eest toen Venetië koningin in<br />
strijd en han<strong>de</strong>lsmacht geweest was, werd zij heerscheren in het rijk <strong>de</strong>r<br />
Dunsten. Daarna is zij een schitteren<strong>de</strong> Reine du bal, om in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong><br />
eeuw te wor<strong>de</strong>n eene Vestaalsche in <strong>de</strong>n Tempel <strong>de</strong>r herinnering.<br />
Toen haar lunst hef hoogste bloei<strong>de</strong> was haar macht <strong>voor</strong>bij.<br />
Ook Rubens is niet <strong>de</strong> bloem van Antwerpen's <strong>voor</strong>spoed, <strong>de</strong> stad was<br />
in Rubens' tijd reeds het sterk vervallend Antwerpen. Want behalve<br />
<strong>de</strong> Spaansche furie had immers, vóór Rubens' Domst, <strong>de</strong> stad in 1583—'84<br />
geduren<strong>de</strong> veertien maan<strong>de</strong>n het beleg on<strong>de</strong>r Alexan<strong>de</strong>r Farnese te doorstaan.<br />
In haar grootgin bloeitijd had <strong>de</strong> stad 125000 inwoners, vóór<br />
het Spaansche beleg tel<strong>de</strong> zij 85000, en in 1589 nog slechts 55000<br />
bewoners. De gena<strong>de</strong>slag was het verlies <strong>de</strong>r Schel<strong>de</strong>vaart, die in 1609<br />
aan <strong>de</strong> Noor<strong>de</strong>lijken werd toegewezen .... en in hetzelf<strong>de</strong> rampjaar<br />
komt Rubens triomfantelijk terug uit Italia en begint zijn meesterwerken<br />
te schil<strong>de</strong>ren, die volgela<strong>de</strong>n van opulent leven, tot op he<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
155
illusie weten te wekken van een rijk zeventien<strong>de</strong>-eeueusch Antwerpen.<br />
Die Rembrandt's werken ge<strong>de</strong>nkt of het Amsterdamsche Raadhuis als een<br />
achtste wereldwon<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> zich ziet oprijzen, heeft moeite te geloven<br />
dat <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche bloeitijd <strong>de</strong>r stad reeds achter haar lag.<br />
Wij zagen reeds Jan Steen in „Prinsjesdag" aan het werk in het eerste<br />
stadhou<strong>de</strong>rlooze tijdvak, perio<strong>de</strong> waarin het centrale gezag ten opzichte<br />
van stad en gewest al heel weinig beteebenis had, terwijl er naar expansie<br />
niet meer met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> energie als in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r eeuw werd gestreefd.<br />
Wel was <strong>de</strong> welvaart en <strong>de</strong> rijkdom toegenomen, en een zekere smaak <strong>voor</strong><br />
statie en praal, vóórdien bij ons volk onbekend, trad aan <strong>de</strong>n dag. De tijd<br />
<strong>voor</strong> eens herhaling van wat on<strong>de</strong>r Fre<strong>de</strong>rik Hendrik beproefd werd leek<br />
aangebroken, <strong>voor</strong>al, omdat het Fransche <strong>voor</strong>beeld on<strong>de</strong>r Lo<strong>de</strong>wijk XIV<br />
veel overtuigen<strong>de</strong>r was, dan dat in<strong>de</strong>rtijd door het Frankrijk van Henri IV,<br />
gegeven. Nu was in Frankrijk, on<strong>de</strong>r Colbert en Lebrun en <strong>de</strong> persoonlijke<br />
impuls van <strong>de</strong>n Zonnehoning, een stijl ontstaan die in <strong>de</strong> binnenarchitectuur<br />
<strong>de</strong>r paleizen zijn volledige ontplooiing vond. Eenheid werd nagestreefd en<br />
bereikt tusschen architectuur en sculptuur, schil<strong>de</strong>rkunst, meubelen en<br />
tapijtwerk, en „les arts somptuaires" kregen een beteekenis, die geen<br />
an<strong>de</strong>re tijd hen gegeven had.<br />
Reeds had men zich in ons land in dien samenhang <strong>de</strong>r kunsten geoefend<br />
in <strong>de</strong> versiering van het Amsterdamsche Raadhuis, waar <strong>de</strong> beeldhouw<br />
kunst <strong>de</strong> leiding had, en in <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratie van <strong>de</strong> Haagsche Statenzaal of bij<br />
<strong>de</strong> inrichting van kleinere stadhuizen, waar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst meer op <strong>de</strong>n<br />
<strong>voor</strong>grond trad.<br />
De terugkomst van een Oranje aan .het roer van Staat, toen internationale<br />
verwikkelingen het afdwongen, beteeken<strong>de</strong> ook een coördinatie van <strong>de</strong><br />
kunstinrichting die wij bespreken, maar die, wij mogen het niet vergeten,<br />
in ons volksbewustzijn niet haar uitgangspunt vond. Het mid<strong>de</strong>lpunt van<br />
<strong>de</strong>ze beweging is natuurlijk Den Haag, waar <strong>de</strong> confrérie „Pictura" reeds <strong>de</strong><br />
schaduw was van <strong>de</strong> „Académie <strong>de</strong> peinture et <strong>de</strong> sculpture", door Lebrun<br />
in 1698 te Parijs gesticht, om <strong>de</strong> kunstenaars van <strong>de</strong> tyrannie <strong>de</strong>r gil<strong>de</strong>n<br />
vrij te maken.<br />
Willem 111, <strong>de</strong> belangrijkste politieke tegenstan<strong>de</strong>r van Lo<strong>de</strong>wijk XIV<br />
in Europa, schuwt allerminst het Fransche <strong>voor</strong>beeld. Zal hts bij zijn<br />
paleisbouw, als Fre<strong>de</strong>rik Hendrik, een bouwmeester Post vin<strong>de</strong>n, dan zal<br />
hij weldra in <strong>de</strong>n Hugenoot-banneling Daniel Marot <strong>de</strong>n Franschen meester<br />
waar<strong>de</strong>eren, die zijn verlangens vorm zal geven. Maurits Post zal<br />
tusschen 1674 en '78 aan het paleis Soestdijk werken, terwijl D a n i ë 1<br />
Marot, 1661-1752, na 1684 aan het „Nieuwe Huis op 't Loo" zijn<br />
156
achten geeft. Ook in Engeland doet <strong>de</strong> stadhou<strong>de</strong>r-Boning en zijn<br />
vrien<strong>de</strong>n, door hem tot hooge ambten gebracht, beroep op <strong>de</strong>n Franschman,<br />
die dan ook als een van <strong>de</strong> scheppers van <strong>de</strong>n „William and Mary style"<br />
beschouwd moet wor<strong>de</strong>n.<br />
Na <strong>de</strong>n dood van Willem 111 in 1702 sleept ook in ons land <strong>de</strong> paleisbouw<br />
en sierkunst zich <strong>voor</strong>t tot <strong>de</strong>n Vre<strong>de</strong> van Utrecht in 1713.<br />
Bij <strong>de</strong>ze paleis-sierkunst in ons land moest een beroep gedaan wor<strong>de</strong>n<br />
op <strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r. Hoe staat het met hem ? Wij zei<strong>de</strong>n het<br />
reeds : <strong>de</strong> laatste schil<strong>de</strong>rs uit <strong>de</strong>n gou<strong>de</strong>n eeuw wor<strong>de</strong>n niet door gelijkwaardigen<br />
vervangen. Wij wezen reeds op A e r t d e G e 1 d e r, wij<br />
noemen nu on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> genreschil<strong>de</strong>rs Richard B r a h e r b u r g en<br />
C o r n e l i s D u s a r t, die respectievelijk in 1702 en 1704 van het<br />
tooneel verdwijnen, en W i 11 e m van M i e r is en zijn zoon Frans.<br />
Als <strong>de</strong>ze laatste in 1763 sterft, is <strong>de</strong> Leidsche genre-school van Gerard<br />
Dou en Frans van Mieris <strong>de</strong>n Ou<strong>de</strong>n, in flauwen smaak verloopen.<br />
Het landschap als natuurlijk beeld van <strong>de</strong> Hollandsche natuur was al<br />
eer<strong>de</strong>r verloren. Na Ludolf Bakhuizen, wiens werkzaamheid in 1708<br />
een ein<strong>de</strong> neemt, zullen noch V i t r i n g a, noch Rietschoof, of <strong>de</strong><br />
vroeg gestorven H e n d r i k Kobe 11 het zeegezicht in stand hou<strong>de</strong>n.<br />
De traditie van Ph. W o u w er mans houdt militaire schil<strong>de</strong>rs als<br />
fan Wijck, Dirk Maes en fan Hugtenburg nog op<br />
<strong>de</strong> been, fan W e e n i x is in 1719 gestorven, het vogelstuk in <strong>de</strong>n<br />
trant van H o n d e c o e t e r vindt bij <strong>de</strong>n Dordtschen schil<strong>de</strong>r A e r t<br />
Schouman en Abraham Bischop steun.<br />
Zulke stillevens, en <strong>voor</strong>al bloemstukken, incorporeeren zich trouwens heel<br />
goed in <strong>de</strong> nieuwe <strong>de</strong>coratieve lunst. fan Weenix maakte zelfs een groot<br />
<strong>de</strong>coratief ensemble van jachtstillevens, op bestelling van Johan Willem<br />
van <strong>de</strong> Palts <strong>voor</strong> het slot Bensberg, dat later naar Schleissheim in Beieren<br />
werd overgebracht. Geheel naar een eenvoudig en grootsch naturalisme als<br />
dat waartoe <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re genres in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw waren uitgegroeid,<br />
was het Hollandsche bloemstuk niet ge'e'volueerd. Tot hef mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />
achttien<strong>de</strong> eeuw zullen fan van Huysum, Rachel Ruysch<br />
en L e e n r a a d R a e p e 1 hun tactisch samengestel<strong>de</strong>, <strong>de</strong>coratieve<br />
bloemstillevens, gezocht weten te maken in heel Europa. Op hun tradities<br />
werken fan van 0 s, 1744-1808, en zijn zoon George J. v a n<br />
0 s <strong>voor</strong>t, en zullen ook <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> S p a e n d o n c h s tot diep in <strong>de</strong><br />
negentien<strong>de</strong> eeuw hef bloemstilleven in eere hou<strong>de</strong>n.<br />
Als <strong>de</strong> paleisstijl van Willem 111 tenein<strong>de</strong> is, dan zijn toch zijn <strong>de</strong>coratieve<br />
pogingen nog niet verloren.<br />
157
Van het vorstenverblijf naar <strong>de</strong> woning van <strong>de</strong>n regent, of <strong>de</strong>n grootera<br />
koopman in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eéuw, is slechts een stap.<br />
Hoe veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw het woonhuis Hoe veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
meubels 1<br />
Van een stoel in <strong>de</strong> gloriedagen van Vermeer of Pieter <strong>de</strong> Hoogti, Ilan<br />
moeilijk gezegd wor<strong>de</strong>n dat hij „gemakkelijk" is. Men ziet aan <strong>de</strong>ze<br />
stoelen dat er niet veel op gezeten werd ; <strong>de</strong> mannen zijn ter vaart, heel<br />
om <strong>de</strong>n wereldkloot, <strong>de</strong> vrouwen zijn bezig. De achttien<strong>de</strong>-eeuwsche stoel<br />
is er een om op te zitten. Dat moeten ze in <strong>de</strong> achtlen<strong>de</strong> eeuw veel gedaan<br />
hebben ; die stoelen zijn ware afdrukken van gezeten menschen. Zeper,<br />
<strong>de</strong> rijke loopman stond wel eens op, maar dan was het om op <strong>de</strong> hooge<br />
stoep met een pijp in <strong>de</strong>n mond <strong>de</strong> vaten en balen te tellen, die in zijn on<strong>de</strong>rhuis,<br />
vanuit <strong>de</strong> schepen in <strong>de</strong> gracht, wer<strong>de</strong>n binnengedragen of gerold.<br />
Het groote grachtenhuis in Holland zou in Italië <strong>de</strong> benaming „palazzo"<br />
volkomen verdienen. De Fransche invloed van Marot heeft er lang nagewerkt,<br />
in <strong>de</strong> versiering van <strong>de</strong> op zeer ontwikkel<strong>de</strong> plattegrond opgetrokken<br />
woningen, en <strong>de</strong> Fransche mo<strong>de</strong> op het gebied van <strong>de</strong> sierkunst zal er in<br />
wor<strong>de</strong>n opgenomen, beter: verwerkt wor<strong>de</strong>n, want <strong>de</strong> Hollandsche geaardheid<br />
gaat er niet in te loor.<br />
In <strong>de</strong>n tijd van Willem 111 had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs T e r west en<br />
en v an <strong>de</strong>r S c h u e r in <strong>de</strong> Trveszaal een goe<strong>de</strong> staal gegeven van<br />
die internationale sierkunst, die in het Haagsche milieu wordt nagestreefd.<br />
Zoowel Augustinus Terwesten, í169U, als Mattheus<br />
T e r w es ten 1* 1696, waren Kunstenaars van <strong>de</strong> beteekenis van G e r a r d<br />
d e La i r e s s e, die uit Luik naar Amsterdam was gekomen. Ooh diens<br />
aca<strong>de</strong>mische kunst leen<strong>de</strong> zich <strong>voor</strong>al <strong>voor</strong> <strong>de</strong>coratieve toepassing, en eigenlijk<br />
is het jammer dat <strong>de</strong> Rotterdammer Adriaan van <strong>de</strong>r Werf f<br />
zich tot schil<strong>de</strong>rijen, en vaak zeer kleine, bepaal<strong>de</strong> ; zijn kunst zou, versierend<br />
toegepast, heel veel beter te waar<strong>de</strong>aren zijn geweest, dan nu zij in<br />
glas- en porseleinachtige behan<strong>de</strong>ling, in precieus en pretentieus formaat,<br />
('t kleine is dit zelfs vaker dan het groote) niet te verdragen is. Ilan <strong>de</strong>r<br />
Werff's leerling H e n d rik v a n L i m b o r c h was ten minste een<br />
goed portrettist.<br />
Vanuit <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw reeds had<strong>de</strong>n <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs door hef schoorsteenstuk<br />
<strong>de</strong>l genomen aan <strong>de</strong> versiering van het interieur. Aan het eind van <strong>de</strong><br />
zeventien<strong>de</strong> eeuw was <strong>de</strong> lassos-<strong>de</strong>-porie een an<strong>de</strong>re gelegenheid om door<br />
een stilleven van wild en gevogelte, of door een bloemvaas <strong>de</strong>el te nemen aan<br />
het décor van het interieur. Weldra zullen <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n vrij zijn <strong>voor</strong><br />
beschil<strong>de</strong>ring in allegorische figuurstukken en litteraire landschappen, die<br />
in <strong>de</strong> plaats komen van <strong>de</strong> Vlaamsche wandtapijten, „verduren" genoemd.<br />
158
De Franschman Fre<strong>de</strong>rik <strong>de</strong> Moucheron was in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong><br />
eerste die in Holland met landschappen als wandversiering aankwam,<br />
landschappen die aansloten bij het „Italianismo" uit hef laatste <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r<br />
eeuw. Voor figuurschil<strong>de</strong>rs kwamen in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw ook <strong>de</strong> groote<br />
ron<strong>de</strong>, ovale, of gebogen omlijn<strong>de</strong> zol<strong>de</strong>rvlakken ter beschikking, toen <strong>de</strong><br />
balkzol<strong>de</strong>ringen vervangen wer<strong>de</strong>n door plafonds in stuc.<br />
De eenige onzer schil<strong>de</strong>rs die <strong>de</strong> gebo<strong>de</strong>n gelegenheid met meesterschap<br />
vervul<strong>de</strong> is <strong>de</strong> Amsterdammer f a co h d e Wit, 1695-1754, die te<br />
Antwerpen geschoold werd door het copieëren van Rubens. Hij ontwikkel<strong>de</strong><br />
zich tot een <strong>de</strong>corateur van internationaler snit. Hij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
altaren <strong>de</strong>r Amsterdamsche schuilkerken altaarstukken, en <strong>voor</strong> <strong>de</strong> zalen<br />
<strong>de</strong>r grachtenhuizen plafonds. Met virtuoze vaardigheid werpt hij zijn<br />
f<br />
iguren in plafonneeren<strong>de</strong> perspectief op wolken en tegen het blauw <strong>de</strong>r<br />
lucht. Door een levendig spel in kleur en belichting vergeet <strong>de</strong> beschouwer<br />
<strong>de</strong> <strong>voor</strong>stelling, en heeft <strong>de</strong> verveling van <strong>de</strong> allegorie geen vat op hem.<br />
Er is iets van Veronese, er is wat meer van Coipel in zijn werk, maar er<br />
is tenslotte toch ook wel iets stevig Hollandsch in <strong>de</strong> struische ste<strong>de</strong>maag<strong>de</strong>n<br />
en zelfs in <strong>de</strong> tuimelen<strong>de</strong> en stoeien<strong>de</strong> hin<strong>de</strong>rfiguren.<br />
De naam van <strong>de</strong> Wit is <strong>voor</strong>t blijven leven door zijn imitaties van reliefs,<br />
„en camaieux", uitgevoerd. 't Is typisch Hollandsch dat wat er imitatief,<br />
illusionistisch, „ref echt", in zijn werk was, het meest en liet langst aansloeg.<br />
De nabootsing van <strong>de</strong>ze grauwtjes, van <strong>de</strong>ze „Witjes" geeft een geslacht<br />
van latere <strong>de</strong>corateurs arbeid, on<strong>de</strong>r hen heeft <strong>de</strong> Amsterdammer f a cq<br />
u e s Kuyper, als een <strong>de</strong>r laatsten (1761-180tí) uitgemunt.<br />
Toen Amsterdam <strong>de</strong> eenige groote opdracht <strong>de</strong>r eeuw te vergeven had,<br />
bleef het dui<strong>de</strong>lijk dat er niemand an<strong>de</strong>rs was om haar te vervullen dan<br />
Jacob <strong>de</strong> Wit. 't Moet uiterste noodzaak zijn geweest dat <strong>de</strong> wand in <strong>de</strong><br />
zaal van het Raadhuis, die door <strong>de</strong>n opdracht <strong>de</strong>n naam Mozeszaal kreeg,<br />
aan <strong>de</strong>n katholieken <strong>de</strong> Wit werd gegeven.<br />
Schmidt Degener heeft terecht opgemerkt, dat <strong>voor</strong> het on<strong>de</strong>rwerp„ Mozes<br />
kiest <strong>de</strong> Oudsten <strong>de</strong>s vollis" <strong>de</strong> tijd <strong>voor</strong>bij was toen met het internationale<br />
aca<strong>de</strong>misme <strong>de</strong> Olympus en zijn bewoners waren teruggekeerd.<br />
Een sterke trek naar het internationale kenmerkt <strong>de</strong> eeuw. Rome heeft weer<br />
nieuwe aantrekkelijkheid. Jean Grandjean en Daniël Dupré<br />
behooren tot hen die er heen trekken. Zij zijn niet geïnspireerd door <strong>de</strong><br />
beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> vlucht <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst als <strong>de</strong> naar Italië trekken<strong>de</strong> zestien<strong>de</strong>eeuwers.<br />
Zij zoeken niet als hun confraters van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw<br />
frissche indrukken van een volksleven, on<strong>de</strong>r een warmen hemel en een mild<br />
klimaat, maar zij gaan er heen ter bestu<strong>de</strong>ering van het nieuwe klassicisme,<br />
dat als een golf over Europa zal gaan. Dat an<strong>de</strong>rzijds Parijs een magneet<br />
159
is spreekt van zelf, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs die er heen gaan wordt H a a g,<br />
<strong>de</strong> dierenschil<strong>de</strong>r genoemd en on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> graveurs-illustrators : R e i n ier<br />
Y i n h e le s, die aan het Fransche <strong>voor</strong>beeld een zekere sierlijkheid in<br />
het teekenen en losheid in het hanteeren van <strong>de</strong> graveernaald komt vragen.<br />
Se<strong>de</strong>rt <strong>de</strong>n Stadhou<strong>de</strong>r-koning wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> artistieke ban<strong>de</strong>n met Engeland<br />
niet meer verbroken : A er t S c h o u m n n gaat in 1765 en W ij n an d<br />
Hendriks in 1775 naar Lon<strong>de</strong>n.<br />
De internationale orienteering op staatkundig terrein maakte met <strong>de</strong><br />
Fransche Revolutie in 1795 een <strong>voor</strong>loopig ein<strong>de</strong> aan onze onafhankelijkheid.<br />
Mr. A. Staring schrijft over dat eeuw-ein<strong>de</strong> terecht :<br />
„Ook bij <strong>de</strong> kunst kregen <strong>de</strong> praten<strong>de</strong> theoretici <strong>voor</strong>loopig <strong>de</strong> overhand.<br />
Er kwam wel geen algeheele afbraak van het bestaan<strong>de</strong>, maar er werd ruim<br />
baan gemaakt <strong>voor</strong> bombast en <strong>voor</strong> hoogheidswaan. De Dunst <strong>de</strong>r natuur<br />
moest zich terugtrekken op een stillen achtergrond. Al geeft hit ein<strong>de</strong> van<br />
<strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw op Kunstgebied niet het beeld van Krachtigen bloei, <strong>de</strong><br />
gezon<strong>de</strong> knop was er waaruit <strong>de</strong> bloem moest <strong>voor</strong>tkomen".<br />
De schrijver han daarbij niet het oog gehad hebben op <strong>de</strong> bloemschil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>corateurs van <strong>de</strong>ur- en spiegelstukken, noch op <strong>de</strong> landschapschil<strong>de</strong>rs<br />
die tot behangselschil<strong>de</strong>rs waren afgedaald, al mag dan ook, <strong>voor</strong>al tegen<br />
het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r eeuw, als <strong>de</strong> gefantaseer<strong>de</strong> Italiaansche landschappen vervangen<br />
wor<strong>de</strong>n door gezichten op <strong>de</strong>n va<strong>de</strong>rlandschen bo<strong>de</strong>m, hun werk ware<br />
charme hebben. Hij moet oog hebben op an<strong>de</strong>ren, en van die wordt het tijd<br />
te verhalen.<br />
„La Hollan<strong>de</strong> se sauve toujours par le portret" heeft Eugène Fromentin<br />
terecht geschreven, en het is dan ook steeds bij <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>rs dat wij<br />
het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren veilig weten. Hef portret houdt niet alleen<br />
<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r als vanzelf binnen <strong>de</strong> bedding zijner kunst, maar het is een<br />
<strong>voor</strong>tgezet verlangen van het publiek, ook in tijdperken waarin <strong>de</strong> kunstzin<br />
daalt, <strong>de</strong> Kunstmin zakt.<br />
Aan het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw werd het portret in formaat verkleind.<br />
De portretverzamelingen <strong>de</strong>r burgers, die <strong>voor</strong> het aanleggen ervan<br />
in aanmerking kwamen, had<strong>de</strong>n reeds veel van <strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n in vertrekken en<br />
gangen opgeëischt. De <strong>voor</strong>treffelijke schil<strong>de</strong>rskwaliteiten van <strong>de</strong> latere<br />
meesters als Barth. v an d e r H e ls t en fan M ij tens ston<strong>de</strong>n<br />
het volgend geslacht ten <strong>voor</strong>beeld, maar <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> kleine portretten van<br />
Caspar N e t s c h e r (1639-1684) wer<strong>de</strong>n zeer bewon<strong>de</strong>rd en hun<br />
klein formaat overgenomen. Caspar Netscher, te Hei<strong>de</strong>lberg geboren, werkte<br />
vrij lang te Parijs waar hij Madame <strong>de</strong> Montespan en haar zoontje <strong>de</strong>n<br />
„duc <strong>de</strong> Maine" schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Ooh aan zijn Hollandsche mo<strong>de</strong>llen gaf hij een<br />
160
zekere Fransche chic die waar<strong>de</strong>ering vond. Zijn bei<strong>de</strong> zoons zetten zijn<br />
portretwerk <strong>voor</strong>t, Constantijn Netscher tot 1723, Theodoor<br />
N e t s c h e r, waarvan heel weinig, maar goed werk is overgebleven,<br />
tot 1732.<br />
In <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n tijd werkt <strong>de</strong> Dortsche portretschil<strong>de</strong>r Arno 1 d Bo on<br />
e n te Amsterdam. Zijn naam is <strong>voor</strong>al bewaard als die van <strong>de</strong>n leeraar<br />
van <strong>de</strong> twee belangrijke meesters <strong>de</strong>r eeuw : Cornelis Troost en Johan<br />
Maurits Quinkhard.<br />
Het regentenstuk dat na „<strong>de</strong> Staalmeesters" niet honger stijgen kon, vindt<br />
daarom nog wel talentvolle toewijding. In Haarlem schil<strong>de</strong>rt Fran a<br />
Decker, 1684-1751, <strong>de</strong> regentessen van het Elisabeth Gasthuis, het<br />
zelf<strong>de</strong> gesticht waarvan Hals <strong>de</strong> regenten in 1641 bijeenbracht op zijn<br />
beroemd stuk. Care 1 d e Moo r, 1656-1738, uit Lei<strong>de</strong>n, schil<strong>de</strong>rt in<br />
1717 het regentenstuk met kwaliteiten, dat zich in het Haagsche Raadhuis<br />
bevindt.<br />
Doch in 1724 ontstaat het imponeeren<strong>de</strong> „Collegiam Medicum" van<br />
Cornelis Troost (1697-1750).<br />
Met groote schil<strong>de</strong>rsvaardigheid, met smaak en geest, zijn <strong>de</strong> opgeblazen<br />
doctors geschil<strong>de</strong>rd. De ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>r in Troost gaat op in <strong>de</strong>n portrettist,<br />
die een scherp typeer<strong>de</strong>r van zijn mo<strong>de</strong>llen is. Dezen zijn nu eenmaal<br />
niet <strong>de</strong> wijze mannen van Rembrandt, maar van hun waardigheid heeft<br />
Troost niets in het duister gelaten, dank zij een macht over verf en penseelen,<br />
die geen an<strong>de</strong>r kunstenaar van dien tijd meer heeft, en die zeker<br />
zoo groot is als die van Van <strong>de</strong>r Helst.<br />
Bij zijn al te groot „Regentenstuk van het Aalmoezeniers-Weeshuis'<br />
uit I729, overheerscht <strong>de</strong> ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>r, en is een an<strong>de</strong>re zij<strong>de</strong> van Troost's<br />
talent innig met het werk vervlochten, want ook <strong>voor</strong> het schil<strong>de</strong>ren van<br />
tooneelschermen had hij bijzon<strong>de</strong>re vaardigheid, en meer dan éen décor<br />
van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n schouwburg op <strong>de</strong> Keizersgracht is door hem geschil<strong>de</strong>rd.<br />
Wagenaar heeft een <strong>de</strong>zer décors beschreven : „De nieuwe Hofzaal, door<br />
<strong>de</strong>n kunstrijken Cornelis Troost geschil<strong>de</strong>rd, bestaat eveneens uit vier<br />
schermen aan elke zij<strong>de</strong>, en uit twee schutschermen of achterstukken,<br />
een met eene Poort van <strong>de</strong> Korinthische or<strong>de</strong> en eene met een Troon. Alles<br />
is met zinnebeel<strong>de</strong>n versierd. Men lean <strong>de</strong>ze zaal ook bij <strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />
scherm afsluiten, door een schutdoek, waarop een fraaie schoorsteen geschil<strong>de</strong>rd<br />
is ; en <strong>de</strong> zijschermen met groen geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> paneelgin behangen,<br />
wanneer zij eene zwierige he<strong>de</strong>ndaagsche kamer vertoont". In zoon soort<br />
décor zitten <strong>de</strong> regenten bijeen en vormen wel een zeer potsierlijk gezelschap.<br />
Waar is <strong>de</strong> gezondheid <strong>de</strong>r va<strong>de</strong>ren, b.v. die van <strong>de</strong> schutters<br />
uit Hals' eerste stuk uit 1616 gevaren, vragen wij ons af <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lange<br />
11<br />
161
krijtwitte gezichten. 't Is moeilijk te geldoven dat dit groote werk, toen het<br />
<strong>de</strong> opdrachtgevers getoond werd, heelemaal au sérieux genomen is. En toch<br />
moet dit het geval geweest zijn. Een dui<strong>de</strong>lijker beeld van <strong>de</strong> vreem<strong>de</strong><br />
ontaarding van <strong>de</strong> Hollandsche beau-mon<strong>de</strong> lean men niet wenschen.<br />
Toch is het ook al weer niet goed <strong>de</strong>nkbaar dat Troost, die een zeer vermaakt<br />
beschouwer van zijn tijd geweest is, niet iets toegevoegd heeft<br />
aan <strong>de</strong> potsierlijkheid.<br />
Want in een an<strong>de</strong>r soort werk, dat hij in een eigen procédé, half pastel,<br />
half waterverf en krijt, uitvoer<strong>de</strong>, heeft hij met geslepen opmerkingsgaven<br />
<strong>de</strong> dwaashe<strong>de</strong>n en hebbelijkhe<strong>de</strong>n, malle strijkages en drastische vrijages<br />
buitengemeen weten te karakteriseeren. Hij heeft dit gedaan als illustrator<br />
van Lingelbach's „Ont<strong>de</strong>kte Schijn<strong>de</strong>ugd" of van Asseljn's „Jan Claeszoon<br />
ofte gewaan<strong>de</strong> Dienstmaaght", maar ook in on<strong>de</strong>rwerpen aan zijn eigen<br />
brein ontsproten.<br />
In het kleine zaaltje van het Mauritshuis hangen zij bijeen, <strong>de</strong> pastelteekeningen,<br />
bekend als „Een kransje bij Biberius", en meer nog on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
titel „N.E.L.R.1." 't Gaat over een letterkundig vrien<strong>de</strong>nkransje dat van<br />
lieverle<strong>de</strong> ontaard was in een slempcollege, een dronkemanspartij zon<strong>de</strong>r<br />
weerga, waarin Troost zich <strong>de</strong> verre nazaat van Steen toont. De serie<br />
verdient haar reputatie, mogelijk echter gaan <strong>de</strong> „Huwelijksaanvraag van<br />
Baartje Jans" en <strong>de</strong> „Lief<strong>de</strong>sverklaring van Reinier Adriaanszen aan<br />
Saartje fans" er in karakterteekening nog boven uit.<br />
Q u i n k h a r d, 1688-1772, is zeker <strong>de</strong> min<strong>de</strong>re van Troost doch<br />
een zeer aantrekkelijk portretschil<strong>de</strong>r, ook in hef klassieke formaat van <strong>de</strong><br />
miniatuur. Hij schiet te lort in <strong>de</strong> teekening, maar heeft een warm aangenaam<br />
coloriet. De gegoe<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nstand poseer<strong>de</strong>, bij <strong>voor</strong>keur in familiegroepen,<br />
met <strong>voor</strong>lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Amsterdammer, die ook <strong>de</strong> omgeving<br />
van <strong>de</strong> geportretteer<strong>de</strong>n tot haar recht <strong>de</strong>ed lomen. De portretten van <strong>de</strong>n<br />
jonggestorven Julius Quinkhard, van Tibout Regters<br />
en van an<strong>de</strong>ren, na<strong>de</strong>ren door <strong>de</strong> belangstelling, die zij aan het vertrek<br />
en <strong>de</strong> meubileering geven, het genreschil<strong>de</strong>ren. Als altijd, alleen als <strong>de</strong><br />
Hollan<strong>de</strong>r zijn volle aandacht geeft, heeft hij kansen.<br />
En die aandacht geven Phi 1 i p s v an Dij 1, 1683-1753, Hier on<br />
ymus van <strong>de</strong>r M ii, 1687-1762, en Jacobus Buys, leerling<br />
van Troost. Ook het Regentenstuf behoudt die aandacht : A e r t<br />
S c h o u man schil<strong>de</strong>rt zijn Regentenstuk in het Raadhuis te Mid<strong>de</strong>lburg<br />
in 1787, en W y b r a n d H e n d r ik s, geboren Amsterdammer, die<br />
zich in 1776 te Haarlem vestigt, schil<strong>de</strong>rt levensgroot in 1785 <strong>de</strong><br />
Regenten van Teyler's hofje.<br />
Maar Hendriks is zeker niet het meest te waar<strong>de</strong>eren in zijn groote<br />
162
schil<strong>de</strong>rijen, waarin hij noch <strong>de</strong> perspectivische ruimtewerking <strong>de</strong>r achtergron<strong>de</strong>n,<br />
noch <strong>de</strong> anatomische plastiek <strong>de</strong>r figuren volkomen beheerscht.<br />
In ie<strong>de</strong>r geval Komt hij in die werken <strong>de</strong> Engelsche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n, die hij<br />
op een reis in 1755 heeft kunnen opnemen, niet nabij.<br />
Had hij aanvankelijk lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> binnenhuis en landschap, en wist hij<br />
<strong>de</strong>ze tot uitrdukking te brengen in behangselschil<strong>de</strong>rijen, dan wordt hij<br />
toch <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> zeer verdienstelijke schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> gegoe<strong>de</strong> menistenburgers<br />
van Haarlem, toen hij <strong>de</strong>ze in groepen, in kleiit formaat, in<br />
hun wel stijlvolle, maar toch ook wel wat duffe interieurs, uitbeeld<strong>de</strong>.<br />
Met levendige penseelstreek weet hij het karakter zijner personages tot<br />
aan <strong>de</strong> grenzen van <strong>de</strong> caricatuur <strong>voor</strong> ons neer te zetten in hamers,<br />
waarvan hij <strong>de</strong> atmosfeer voelbaar maakt, door gewetensvolle schil<strong>de</strong>ring<br />
van binnenhuis en stilleven.<br />
Er zou<strong>de</strong>n nog veel meer goe<strong>de</strong> portrettisten aan te wijzen zijn. Maar die<br />
wij noemen Dunnen reeds <strong>de</strong> meering staven, dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van het portret<br />
en <strong>de</strong> groep zich on<strong>de</strong>r hun confraters het best hiel<strong>de</strong>n. Zij droegen er ook<br />
niet weinig toe bij om, zien<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> menschen die zich in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft<br />
<strong>de</strong>r achttien<strong>de</strong> eeuw lieten portretteeren, weer courage te krijgen.<br />
Met een waarlijk aandoenlijke berusting zijn <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n afgetre<strong>de</strong>n<br />
van het hooge staatkundige voetstuk waarop <strong>de</strong> moed, <strong>de</strong> ontembare on<strong>de</strong>rnemingslust<br />
en het Koppige doorzettingsvermogen van een paar generaties<br />
het gemeenebest geplaatst had<strong>de</strong>n. Na <strong>de</strong> Engelsche oorlogen is Holland<br />
geen groote mogendheid meer, en't heeft natuurlijk eerogen tijd gevor<strong>de</strong>rd<br />
<strong>voor</strong> wij dit goed beseften. Maar het is dui<strong>de</strong>lijk : <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>rs nemen<br />
hun lot weer in han<strong>de</strong>n en richten hun staatshuishou<strong>de</strong>n op een lager plan<br />
opnieuw in.<br />
De lamp van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst is, in ie<strong>de</strong>r geval, bran<strong>de</strong>nd gebleven. dolland<br />
bleef schil<strong>de</strong>ren. Wij hebben zelfs wel eens <strong>de</strong>n indruk dat in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong><br />
eeuw, nog meer dan in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>, geschil<strong>de</strong>rd en geteekend werd en<br />
dat het publiek eer<strong>de</strong>r meer, dan min<strong>de</strong>r, meeleef<strong>de</strong>. Dit werd toen <strong>de</strong>n<br />
burger gemakkelijker gemaakt. Eens<strong>de</strong>els wer<strong>de</strong>n, wij zagen het, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs<br />
„artisans", kunsthandwerkslie<strong>de</strong>n, die als décorateurs en <strong>voor</strong>al als<br />
behangselschil<strong>de</strong>rs dichtbij <strong>de</strong>n werkman kwamen, maar <strong>de</strong> fijn-schil<strong>de</strong>rs<br />
en portrettisten waren in <strong>de</strong>n regel theoretisch geschool<strong>de</strong>, naar het<br />
klassicisme gekeer<strong>de</strong> geesten.<br />
De zeventien<strong>de</strong> eeuwsche schil<strong>de</strong>rijen waren „á prendre ou á laisser",<br />
<strong>de</strong> burger nam ze op, Lo<strong>de</strong>wijk XIV liet ze liggen (Enlevez-moi ces<br />
magots 1). Over <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen <strong>de</strong>r achttien<strong>de</strong> eeuw viel te praten. Het<br />
klassicisme immers was te leerera, en <strong>de</strong> leek kon zich door studie toegang<br />
163
verschaffen tot die wereld. De dilettant kwam in persoonlijker omgang met<br />
<strong>de</strong>n kunstenaar, die immers een „heer" was, zooals <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r-teekenmeester,<br />
door zijn leerlingen, toegang had tot <strong>de</strong> families.<br />
De belangstelling en <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> wil is heel levend en het moet hierop zijn dat<br />
Mr. Staring, misschien nog meer dan op Benige goe<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs, zijn<br />
optimisme bouwt <strong>voor</strong> <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> eeuw.<br />
164
XIII.<br />
DE NEGENTIENDE EEUW. — In het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eeuw<br />
wordt weer een groote tijd <strong>voor</strong> het Hollandsche<br />
schil<strong>de</strong>ren ontsloten.<br />
olland schil<strong>de</strong>rt ook aan het eind van <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw.<br />
De teekengenootschappen rijzen in <strong>de</strong> Hollandsche ste<strong>de</strong>n uit<br />
<strong>de</strong>n grond.<br />
In <strong>de</strong> hoofdstad wordt in 1777 Felix Merites opgericht, dat in een nieuw,<br />
bijzon<strong>de</strong>r weidsch gebouw aan <strong>de</strong> Keizersgracht in 1789, ook zalen <strong>voor</strong><br />
muziek en beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> }dunst ter beschikking heeft.<br />
Op <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen in het Rijksmuseum van <strong>de</strong>n te Tilburg geboren<br />
Adriaan d e L e I i e, 1755-1820, vin<strong>de</strong>n wij het enthousiasme van<br />
geleer<strong>de</strong>n, van kunstenaars en dilettanten vertolkt op <strong>de</strong> „lezing van Prof.<br />
van Swin<strong>de</strong>ren", 1788, „<strong>de</strong> Anatomische les van Prof. Bonn", 1792, „<strong>de</strong><br />
Teekenzaal", 1801, en <strong>de</strong> „Beel<strong>de</strong>ngalerij" van 1807. 't Zijn in al hun<br />
eenvoud en „droogte" toch zeer amusante schil<strong>de</strong>rijen. Vooral kleine<br />
figuren, portretten, die hij ook als zoodanig behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>, weet hij levendig<br />
te groepeeren en van wat er uit Felix Merites of <strong>de</strong> Stadsteekenaca<strong>de</strong>mie<br />
aan belangstelling <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kunsten werd gevraagd en verkregen, vertellen<br />
zijn schil<strong>de</strong>rijen overtuigend.<br />
Het teekenen behoort in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong> eeuw tot elke opvoeding,<br />
en dit teekenen heeft zon<strong>de</strong>r twijfel tot het vormen van een vruchtbaar<br />
maecenaat niet weinig bijgedragen, toen Holland een welvaren<strong>de</strong><br />
mogendheid van <strong>de</strong>n twee<strong>de</strong>n rang was gewor<strong>de</strong>n.<br />
Men kan vaststellen, dat goe<strong>de</strong> smaak op het gebied van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst<br />
vrij algemeen verspreid was. Niet alleen dat <strong>de</strong> meesters, speciaal die<br />
van het portret, in Frankrijk en in Engeland juist wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rkend.<br />
Maar aan het eind van <strong>de</strong> eeuw hebben <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
165
zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> <strong>voor</strong>zaten, weer dui<strong>de</strong>lijk <strong>voor</strong> Dogen.<br />
Hebben wij in het begin van <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> uitloopers van <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong><br />
genres Runnen volgen tot hun schijnbaar ein<strong>de</strong>, aan het ein<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>r eeuw ontmoeten wij weer <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw, maar dan als stimuleerend<br />
<strong>voor</strong>beeld, waar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs overigens ge<strong>de</strong>ci<strong>de</strong>erd on<strong>de</strong>r blijven.<br />
Jan E h e 1 s, geb. 1759, heeft het zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche binnenhuis op<br />
hef oog. Jan v an 0 s, geb. 1744 probeert het opnieuw met het ou<strong>de</strong><br />
zeestuk. Jacob v an S t r ij, geb. 1756, heeft Cuyps' werk in het<br />
hoofd. Johannes Kobe 11, geb. Ií78, <strong>de</strong>nkt bij het schil<strong>de</strong>ren<br />
van zijn landschappen met vee aan Paulus Potter. Egbert v an<br />
Drielst, geb. 1746, Pieter Barbiers, geb. 1748, en fan<br />
H u 1 s w it gaan bij ,Jacob van Ruysdael en Mein<strong>de</strong>rt Hobbema in <strong>de</strong><br />
leer, als zij hun romantisch geboomte opbouwen.<br />
Zoo ontstaat weer <strong>voor</strong>zichtig een landschapschil<strong>de</strong>rkunst, geënt op <strong>de</strong>n<br />
ou<strong>de</strong>n stam. Aan <strong>de</strong>n jonggestorven Wouter Johannes v an<br />
T r o o s t w ij k, 1782-1810, die aan Adriaan van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong> herinnert, lean<br />
ook nu nog, niet alleen aandacht, maar ook bewon<strong>de</strong>ring gegeven wor<strong>de</strong>n.<br />
De portretschil<strong>de</strong>rs, die zich langer dan <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren „goed" had<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n,<br />
loopera nu terug.<br />
Bij alle belangstelling, die portretten en portretgroepen van P. C. W o n<strong>de</strong>r<br />
of R i e n k J e ig e r h u i s ook van ons vragen, is het toch<br />
uitgesloten, dat wij ver<strong>de</strong>r gaan en onze bewon<strong>de</strong>ring geven.<br />
De vervelen<strong>de</strong> vertrekken waarin <strong>de</strong> geportretteer<strong>de</strong>n bijeenzitten, bezien<br />
wij tot in kleinighe<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> menschen zelf beschouwen wij als curiosa en,<br />
zijn tog er <strong>voor</strong> in <strong>de</strong> stemming, dan mijmeren wij niet ongenoeg'lijh <strong>voor</strong>t<br />
over <strong>de</strong>n tijd waarin zij leef<strong>de</strong>n .... Van warmte om het hart, die <strong>de</strong><br />
gloed, <strong>de</strong> schoonheid, of het karakter van kunstwerken bij ons oproept, is<br />
geen sprake. 't Is daarom niet te verwon<strong>de</strong>ren, dat aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r<br />
achttien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> Franschman P e r r o nn e au en <strong>de</strong> Duitscher T i s c hb<br />
e i Hopdrachten kregen ; in dien tijd schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> geen Hollan<strong>de</strong>r met<br />
zoo fijne en psychologische toets als Perronpeau, en had geen Hollandsch<br />
palet fleuren tot het schil<strong>de</strong>ren van een incarnaat, als dat wat Tischbein,<br />
op het portret van Wilhelmina van Pruisen, in harmonie wist te brengen<br />
met het bestoven wit van het haar en het frissche groen van <strong>de</strong> bleeding.<br />
In het eerste kwart <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong> eeuw zal <strong>de</strong> Engelschman C. H.<br />
Hodges, 1764-1837, geen me<strong>de</strong>dinger van formaat te bekampen<br />
hebben on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Hollandsche portretschil<strong>de</strong>rs, als hij met al <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rvinding<br />
van <strong>de</strong> Engelsche school, in <strong>de</strong>n trant van Sir T h o m a s<br />
Lawrence, houding weet te geven aan <strong>de</strong> portretten van mannen<br />
166
en vrouwen van beteekenis in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n. Met leerstellige zekerheid<br />
geeft hij zijn figuren plastiek, en met een vast kleurgevoel weet hij die<br />
plastiek ook op een afstand tot haar recht te doen komen. Van Hodges'<br />
teekening en fleur is <strong>de</strong> studiekop <strong>voor</strong> het statieportret van Koning<br />
Willem I in het Rijksmuseum, een overtuigend <strong>voor</strong>beeld.<br />
J. W. P i e n e m a n is <strong>de</strong> eerste naam, waarin <strong>de</strong> aankondiging van het<br />
Ne<strong>de</strong>rlandsch réveil <strong>de</strong>r eeuw klinkt. Er bray zich, met <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r van<br />
„<strong>de</strong> slag bij Waterloo", moed en Dracht opnieuw door, toen het Fransche<br />
<strong>voor</strong>beeld, door Louis David gegeven, weerklank vond in <strong>de</strong>zen sterken<br />
man, die met enthousiasme het historieschil<strong>de</strong>ren ook ten onzent opnam,<br />
om daarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst op een nieuw en honger plan, in een meer<br />
respirabele sfeer te heffen. Het hartstochtelijk beroep op <strong>de</strong> klassieken<br />
droeg ook bij hem vrucht.<br />
Bij al zijn wereldsche manieren was hij een eer<strong>de</strong>r ruwe persoonlijkheid.<br />
Met forschheid en spontaneïteit red<strong>de</strong> hij zijn theatralen veldslag.<br />
Deze tijd heeft weer eerbied gekregen <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n moed en het vertrouwen,<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rnemingsgeest en het doorzettingsvermogen van een J. W.<br />
Pieneman, die in een hamer van een woning in <strong>de</strong> Warmoesstraat te<br />
Amsterdam zijn „Hel<strong>de</strong>nmoed <strong>de</strong>s Prinsen van Oranje bij Quatre-Bras"<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, en door <strong>de</strong> beperkte ruimte zijn doek bij <strong>de</strong>elgin voltooi<strong>de</strong>,<br />
daar hij het niet geheel kon ontrollen. Op <strong>de</strong> „bonne fooi" begon hij zijn<br />
„Waterloo", waarvan hij alleen kon hopen, dat <strong>de</strong> ]honing het stuk ten<br />
slotte zou aankoopen.<br />
Meet <strong>de</strong> fouten van het doer zoo breed uit als gij wilt, er blijft zooueel over<br />
aan zichtbare Kwaliteiten, dat <strong>de</strong> nieuwe <strong>voor</strong>treffelijke opstelling in het<br />
Rijks Museum er volkomen door gerechtvaardigd wordt.<br />
Prof. Barge te Lei<strong>de</strong>n bezit het levensgroote portret van zijn grootmoe<strong>de</strong>r,<br />
dat J. W. Pieneman schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> met een meesterschap, dat waarlijk niet<br />
ver af ligt van dat, wat David in zijn potretkunst tot uiting bracht, een<br />
mooie, jonge vrouw in haar bruidstoilet, met veel plastische kracht uitgebeeld.<br />
In een prachtige gave techniek staat het witte satijn tegen <strong>de</strong> stevige<br />
fleur van het incarnaat en alles is zon<strong>de</strong>r aarzeling, en met <strong>voor</strong>tvarendheid,<br />
tot stand gekomen in 1846.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> J. W. Pieneman met drift en allure portretten, zijn zoon<br />
Nico 1 a as P i e n e m an weet <strong>de</strong> zijne wel een zekere waardigheid te<br />
geven, maar hij mist te zeer <strong>de</strong> kracht van zijn va<strong>de</strong>r, <strong>voor</strong>al als wij hem<br />
uitsluitend beoor<strong>de</strong>elen naar zijn portretten van zijn koninklijken vriend<br />
Willem III. Als Rid<strong>de</strong>r Pieneman echter <strong>de</strong> hoflucht verlaat en een meisjeskopje<br />
schil<strong>de</strong>rt zooals dat in het museum Fodor, dan is hij tenslotte toch een<br />
167
meester, maar niet van hetfôrmaat van zijn va<strong>de</strong>r, die ook maatschappelijk<br />
<strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r bracht op een an<strong>de</strong>r plan dan waarop <strong>de</strong><br />
behangselschil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> paysagisten, <strong>de</strong> bloemen-streefen<strong>de</strong> artisans en <strong>de</strong><br />
miniatuur-penseelen<strong>de</strong> fijnschil<strong>de</strong>rs zich bewogen.<br />
Wij zullen er op terugkomen, wat J. W. Pieneman als eerste presi<strong>de</strong>nt van<br />
Arti et Amicitiae en als eerste directeur van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie <strong>voor</strong> Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten tot stand bracht, maar reeds nu opmerken, dat hem als stuwend<br />
<strong>voor</strong>ganger en leeraar,' door zijn leerling Jozef Israëls steeds groote lof<br />
werd gegeven en warme dank werd gebracht.<br />
Kan er niet geaarzeld wor<strong>de</strong>n, <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n Pieneman te verkiezen boven <strong>de</strong>n<br />
jongen Pieneman, zulks is ook het geval als wij oom en neef K r use man<br />
tegen elkan<strong>de</strong>r afwegen.<br />
Zij bei<strong>de</strong>n zijn het best te genieten als portretschil<strong>de</strong>rs. De weeke evangelische<br />
schil<strong>de</strong>rijen van oom C o r n e l i s von<strong>de</strong>n in zekere religieuze<br />
kringen groote waar<strong>de</strong>ering. Maar <strong>voor</strong> ons staat <strong>de</strong> zoetelijke theatraliteit<br />
van „ Jesus bij Martha en Maria" al te ver van een doorleef<strong>de</strong> kunst en een<br />
kun<strong>de</strong> met eigen karakter, en geeft het zoo weinig blijk van natuurobservatie,<br />
dat slechts <strong>de</strong> vergelijking met <strong>de</strong> sentimenteele romantiek, waarme<strong>de</strong> neef<br />
I. A. Kruseman gebeurtenissen uit onze va<strong>de</strong>rlandsche geschie<strong>de</strong>nis omhing,<br />
er <strong>de</strong> betrekkelijke waar<strong>de</strong> van in het licht stelt.<br />
Als portretschil<strong>de</strong>rs, d.w.z. als schil<strong>de</strong>rs die uit <strong>de</strong>n aard van <strong>de</strong> opdracht<br />
dicht bij <strong>de</strong> werkelijkheid moesten blijven, zijn oom en neef het meest te<br />
waar<strong>de</strong>eren, wij schreven het reeds. Onze waar<strong>de</strong>ering ten opzichte van<br />
elfan<strong>de</strong>r blijft <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>. Cornelis Kruseman weet door iets levends en<br />
Irisc/i ons te treffen, doch al <strong>de</strong> kun<strong>de</strong> van J. A. Kruse in a n gaat<br />
ook in dit genre schuil on<strong>de</strong>r zoon armelijk theatrale en sentimenteele<br />
opstelling zijner figuren, dat wij er toe lomen haar te on<strong>de</strong>rschatten.<br />
De kolommen en draperieën, <strong>de</strong> balustra<strong>de</strong>n en tuinvazen van <strong>de</strong> Engelsche<br />
portretschil<strong>de</strong>rs zijn tot flauwe en onwezenlijke requisieten gewor<strong>de</strong>n, in<br />
afwachting van hun <strong>de</strong>finitieven dood in het atelier van <strong>de</strong>n portretfotograaf.<br />
En dan .... <strong>de</strong> hon<strong>de</strong>n I Indien er nu eens een enkele, zooals op het portret<br />
van Mevrouw Provo Kluit-Assing uit 1833, zijn meesteres aankeek<br />
alsof hij zeggen wil<strong>de</strong> : „weet U nog, hoe ik U als hind van <strong>de</strong>n dood<br />
red<strong>de</strong> door U uit <strong>de</strong>n vijver te halen I" Maar als J. A. Kruseman <strong>de</strong>n<br />
verzamelaar van <strong>de</strong>r Hoop schil<strong>de</strong>rt, vindt hij weer een hond die, in dit<br />
geval, zijn meester van een verdrinkingsdood op jeugdigen leeftijd red<strong>de</strong>...<br />
Tegenover <strong>de</strong>ze portretschil<strong>de</strong>rs, wier stijl en kun<strong>de</strong> <strong>de</strong> dalen<strong>de</strong> lijn volg<strong>de</strong>n<br />
van een <strong>voor</strong>bije glorie, was er toch reeds éénan het werk geweest die met<br />
aarzelen<strong>de</strong> toets eer<strong>de</strong>r een nieuw schil<strong>de</strong>ren aankondig<strong>de</strong>. In 1786 te<br />
Keulen geboren, was Jean Augustin D a i w a i 11 e iets ou<strong>de</strong>r<br />
168
dan J. W. Pieneman. blij bezocht, met zijn ou<strong>de</strong>rs naar Holland<br />
gekomen, het atelier van A. <strong>de</strong> Lelie. Van <strong>de</strong> zelfverzekerdheid van een<br />
Ii Wj Pieneman bezat hij niets. Zijn levensloop is dig van een bs1uite1oo2e.<br />
Korten tijd directeur van <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie, verliet hij <strong>de</strong>ze<br />
met <strong>de</strong> bedoeling naar Brazilië te gaan als agent van <strong>de</strong> Han<strong>de</strong>lmaatschappij.<br />
Hij vestig<strong>de</strong> zich echter te Rotterdam als portretschil<strong>de</strong>r, en<br />
overleed aldaar in 1850. De eenvoud en <strong>de</strong> natuurlijkheid in <strong>de</strong> <strong>voor</strong>dracht<br />
van een portret als dat van <strong>de</strong>n Heer van Demmeltraadt, het<br />
tastend taakenen in analyseeren<strong>de</strong> plastiek van zijn zelfportret, <strong>de</strong> blon<strong>de</strong><br />
lichtval en <strong>de</strong> fijne atmosferische pleur van een vrouwenportret, doen<br />
ons in Daiwaille een directen <strong>voor</strong>looper zien van het réveil in ons figuurs..<br />
schil<strong>de</strong>ren, speciaal zooals het zich in Israëls' portretten zou uitspreken.<br />
Cornelis Kruseman was Daiwailles leerling, 't ware begrijpelijker indien<br />
Jozef Israëls het geweest ware.<br />
Het groote genre was en bleef, in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong> eeuw, het<br />
figuurschil<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong>n vorm van het historiestuk. De aandacht, die door<br />
het beschaaf<strong>de</strong> publiek aan <strong>de</strong>ze kunstuiting gegeven werd, bunnen wij ons<br />
nu nauwelijks <strong>voor</strong>stellen. Zeker is, dat <strong>de</strong> „historie" hierbij verre boven<br />
het „schil<strong>de</strong>ren" werd gewaar<strong>de</strong>erd.<br />
Dit historieschil<strong>de</strong>ren is een algemeen Europeesch verschijnsel, dat van uit <strong>de</strong><br />
Fransche romantiek in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst <strong>de</strong> zuiverste aanmoediging kreeg.<br />
E u g é n e D e 1 a c r o i x is te Parijs <strong>de</strong> wel bestre<strong>de</strong>n, maar toch<br />
algemeen erken<strong>de</strong> meester, die in <strong>de</strong> groote zaal van het Louvre, waarin<br />
<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong> eeuw hangen, met Benige zeer groote en belangrijke<br />
doeken vertegenwoordigd is.<br />
Wij hebben <strong>voor</strong>keur <strong>voor</strong> „1'Entrée <strong>de</strong>s Croisés á Constantinople", dat<br />
Delacroix in 1841 schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong> Versailles, waar Louis-Philippe hef<br />
Museum <strong>de</strong>r Fransche geschie<strong>de</strong>nis van wil<strong>de</strong> maken.<br />
In dit zeer groote schil<strong>de</strong>rij herleven Titiaan, Veronese en Rubens alle drie.<br />
Maar in <strong>de</strong>ze kalme overwinningsscène, „triomphale et apaisée", leeft<br />
volkomen origineel het beste van <strong>de</strong>ze tij<strong>de</strong>n : geen losgelaten barbaren<br />
komen <strong>de</strong> marmeren paleizen <strong>de</strong>r J3yzantijnsche keizers binnen, — maar<br />
<strong>de</strong> menschelijhe, e<strong>de</strong>lmoedige en melancholieke overwinnaars buigen zich<br />
van hun hooge paar<strong>de</strong>n naar grijsaards, vrouwen en hin<strong>de</strong>ren. Dit sentiment<br />
is zoo overheerschend dat het ons zelfs afleidt van <strong>de</strong> breedheid van het<br />
<strong>de</strong>coratieve en <strong>de</strong> pracht van het gezicht op <strong>de</strong>n „gou<strong>de</strong>n horen", 'n witte<br />
stad tegen het blauw en groen van zee en lucht, zooals Eugene Delacroix<br />
ze zag in Noord-Afrika. 0p dit hooge plan heeft niemand ten onzent<br />
romantische historie geschil<strong>de</strong>rd.<br />
169
Toch vond in Frankrijk zelf een Hollan<strong>de</strong>r zijn plaats in <strong>de</strong>ze beweging.<br />
jong was Ary S c h e f f e r, 1795-1858, uit Dordrecht, met zijn<br />
jongeren broer door moe<strong>de</strong>r Scheffer naar <strong>de</strong> Fransche hoofdstad gebracht.<br />
De moe<strong>de</strong>r, die een gou<strong>de</strong>n toekomst <strong>voor</strong> haar zoon verwachtte, is zeker<br />
niet teleurgesteld. 't Gelukte Ary Scheffer met één schil<strong>de</strong>rij <strong>de</strong> attentie<br />
van heel <strong>de</strong> wereld op zich te vestigen : „<strong>de</strong> jonge Augustinus en zijn<br />
moe<strong>de</strong>r Monica <strong>voor</strong> zijn inscheping in Ostia", 'n zeer romantisch<br />
on<strong>de</strong>rwerp, dat hij echter eer<strong>de</strong>r op klassicistische wijze in beeld bracht.<br />
Romantisch schil<strong>de</strong>r is hij meer in zijn „Graaf Eberhard <strong>de</strong>r Greiner" in<br />
Boymans, want daar is niet alleen het on<strong>de</strong>rwerp: <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r, die hef tafellaken<br />
tusschen zich en zijn zoon doorsnijdt, romantisch, maar ook <strong>de</strong> op diep<br />
bruin ingestel<strong>de</strong> coloratie. Een „Gretchen aan <strong>de</strong> bron" maakte, in Holland<br />
tentoongesteld, veel indruk op <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> nieuwe generatie. In<br />
het va<strong>de</strong>rland zochten <strong>de</strong> historieschil<strong>de</strong>rs niet alleen gaarne on<strong>de</strong>rwerpen<br />
in <strong>de</strong> sfeer <strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>leeuwen, waar e<strong>de</strong>lvrouwen <strong>de</strong> Dogen ten hemel slaan<br />
en minstreelen, met zwierige haren en een ponjaard in hun gor<strong>de</strong>l, tegen <strong>de</strong>n<br />
zetel van <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lvrouw leunen, maar ook in <strong>de</strong> eigen historie vin<strong>de</strong>n zij<br />
opwekking, als een Nicolaas Pieneman die „Jacoba van Begeren en haar<br />
hofdames" bijna potsierlijk uitbeeldt.<br />
„Emilia van Nassau" van W. H. Schmidt, 1807-1849, is in Boymans<br />
een typische staal van hetzelf<strong>de</strong> soort werk. J. S p o e 1, 1820—'68,<br />
Rotterdam, is in zijn „Re<strong>de</strong>rijhersoptocht" heel wat makkelijker te<br />
waar<strong>de</strong>eren, terwijl wij ons <strong>de</strong> bekendheid van H. A. v an T r i g t nog<br />
beter Runnen <strong>voor</strong>stellen. Zijn „Spaansche gevangenis", maar <strong>voor</strong>al<br />
zijn „Erasmus" kregen algemeene bekendheid. Een gravure naar het<br />
Erasmusschil<strong>de</strong>rij vond groote verspreiding, en <strong>de</strong> laatste dagyen van <strong>de</strong>n<br />
grootgin Hollandschen philoloog te mid<strong>de</strong>n van zijn vrien<strong>de</strong>n, uitgever<br />
en drukher, te Basel doorgebracht, sloeg aan, <strong>voor</strong>al door <strong>de</strong> eenvoudige<br />
natuurlijkheid en <strong>de</strong> genreachtige behan<strong>de</strong>ling.<br />
De Hollan<strong>de</strong>r heeft ook als historieschil<strong>de</strong>r steeds <strong>de</strong> geneigdheid gehad,<br />
het historiestuk als genre-beeld te behan<strong>de</strong>len. Misschien is 't ook an<strong>de</strong>rs<br />
te zeggen : er zijn er, die <strong>de</strong> figuren op hun genreschil<strong>de</strong>rijen in historisch<br />
costuum steken.<br />
„De Echtscheiding" van J. H. van <strong>de</strong>r Laar, 1807-1874 is hier<br />
een <strong>voor</strong>beeld van.<br />
De archeologie, die eigenlijk eerst op het eind van <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw haar<br />
invloed <strong>de</strong>ed gel<strong>de</strong>n, wordt gemeengoed on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> geletter<strong>de</strong>n. Ziet slechts,<br />
hoe <strong>de</strong> stu<strong>de</strong>eren<strong>de</strong> jeugd er zich <strong>voor</strong> gaat inspannen, haar Dennis op dit<br />
gebied te toongin.<br />
170
De oorsprong van <strong>de</strong> historische optochten <strong>de</strong>r stu<strong>de</strong>nten is geen an<strong>de</strong>re.<br />
Maar het falen van <strong>de</strong> „reconstruction historique" is nergens dui<strong>de</strong>lijker<br />
dan hier te zien. De historische reconstructie mislukt altijd, en overal,<br />
zelfs in <strong>de</strong> literatuur en in een zoo goed <strong>voor</strong>beeld als „Salombo" van<br />
Gustave Flaubert, omdat ook <strong>de</strong> archeologie een wisselen<strong>de</strong> wetenschap is,<br />
en steeds weer <strong>de</strong> oudheid, <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> oudhe<strong>de</strong>n, naar het i<strong>de</strong>aal<br />
van <strong>de</strong>n tijd wor<strong>de</strong>n herschapen. Men zoekt in het verle<strong>de</strong>n, wat men in het<br />
he<strong>de</strong>n hoopt te vin<strong>de</strong>n. Er spreekt, het lean niet an<strong>de</strong>rs, in <strong>de</strong> historische<br />
reconstructie steeds veel me<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n eigen tijd <strong>de</strong>r reconstructeurs.<br />
Zoo is het ook bij <strong>de</strong> restauratie van bouwwerken, iets wat vroeger onbekend<br />
was, maar wat in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw in Frankrijk tot ontwikkeling<br />
komt. Doch aan een gerestaureerd monument in ons land als <strong>de</strong> St. Janskerk<br />
te's-Hertogenbosch han <strong>de</strong> ter zake kundige, gothiek van 1860 dui<strong>de</strong>lijk<br />
on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n van die van 1880, en zal hij <strong>de</strong> gothische reconstructies van<br />
1900 niet verwarren met die van 1920; en toch meen<strong>de</strong>n <strong>de</strong> opeenvolgen<strong>de</strong><br />
restauratie-architecten telkens ter goe<strong>de</strong>r trouw dat zij „gothiek" bouw<strong>de</strong>n.<br />
Mid<strong>de</strong>leeuwsche rid<strong>de</strong>rs in een stu<strong>de</strong>ntenoptocht in 1870 zien er heel<br />
an<strong>de</strong>rs uit dan die in 1900. Hoe zou het an<strong>de</strong>rs kunnen ? 'n Lorenzo<br />
<strong>de</strong> Medici, op het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r negentien<strong>de</strong> eeuw te Delft, is wel een heel<br />
an<strong>de</strong>r man dan <strong>de</strong> Lorenzo <strong>de</strong> Medici op het eind <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong> eeuw te<br />
Florence, al meent dan ook (fen onrechte) <strong>de</strong> Delftsche, dat hij hetzelf<strong>de</strong><br />
costuum draagt als <strong>de</strong> Florentijnsche heerscher.<br />
De geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> historie-reconstructies uit <strong>de</strong> dagen waarover wij schrijven,<br />
zijn niet min<strong>de</strong>r relatief. Men ziet dit overdui<strong>de</strong>lijk aan een schil<strong>de</strong>r als<br />
T e t a r v an E 1 v e n, 1826-1896, die niet zon<strong>de</strong>r verdiensten door<br />
<strong>de</strong>n droom van het historieschil<strong>de</strong>ren zijn talent forceer<strong>de</strong>.<br />
Maar uit dit historieschil<strong>de</strong>ren lomen dan toch twee meesters <strong>voor</strong>t :<br />
Char les Rochussen, een illustratief talent bij uitnemendheid, en<br />
Laurens A lma Ta d e m a, die in London een wereldreputatie zal<br />
verwerven tegen het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r eeuw.<br />
Het publiek blijft <strong>voor</strong> het historieschil<strong>de</strong>ren belang stellen, en <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mieleeraren<br />
Philip Koelman en J. E. J. van <strong>de</strong>n Berg te<br />
's-Gravenhalte en E g e n b e r g e r en W ij nv e 1 d te Amsterdam<br />
blijven het historieschil<strong>de</strong>ren, klassicistisch of romantisch, trouw, als <strong>de</strong><br />
nieuwe schil<strong>de</strong>rsgeneratie er zich van afwendt. De Hagenaar H. A. d e<br />
B 1 o e me en <strong>de</strong> te Amsterdam werken<strong>de</strong> f o h. G. Schwartz e<br />
wor<strong>de</strong>n eerst waarlijk schil<strong>de</strong>rs als zij <strong>de</strong> historie vaarwel zeggen, om<br />
in het portret hun waren weg te vin<strong>de</strong>n.<br />
Wij bespraken aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r achttien<strong>de</strong> eeuw een ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>ring,<br />
171
die in nabootsing van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuivsche meesters haar bracht zocht.<br />
Die kracht was, en bleef <strong>voor</strong>loopig, zwakte. Wij noem<strong>de</strong>n van S t r ij,<br />
en zijn <strong>de</strong> geduldig gelifte en verflauw<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring indachtig, maar <strong>de</strong><br />
Dordtenaar P. Font if n is al even weinig waarlijk schil<strong>de</strong>r.<br />
Noch Fontijn, noch Van Strij, noch <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren, zien <strong>de</strong> tafereelen<br />
die zij schil<strong>de</strong>ren, ze <strong>de</strong>nken ze naar hun zeventien<strong>de</strong> -eeuwsche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n<br />
na. Als <strong>de</strong> Lelie of Wybrandt Hendriks genrebeel<strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>ren waarop geen portretten hen dwingen bij <strong>de</strong> werkelijkheid<br />
te blijven, zijn zij niet veel beter. P. v an S c h e n d e 1's „kaarslichtjes"<br />
zijn waarlijk het ein<strong>de</strong> van een specialiteit. 't Meest geinteresseerd<br />
David Bles, een omtrek met <strong>de</strong> pen, fragment uit „Overwinnend Holland".<br />
172
is <strong>de</strong> he<strong>de</strong>ndaagsche beschouwer <strong>voor</strong> een „boekwinkel" of een „apotheek"<br />
van Johannes J e 1 g e r Ii u i s, <strong>de</strong>n zoon van Rienk Jelgerhuis,<br />
<strong>de</strong>n portretteekenaar en pastellist.<br />
Met historieschil<strong>de</strong>ren begonnen, zal <strong>de</strong> Hagenaar David J o s e p h<br />
B 1 e s, 1821-1899, een genreschil<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n zooals Holland er zeker in<br />
geen eeuw een gezien had.<br />
Door zijn eersten leermeester C. Kruseman en door <strong>de</strong> aanmoediging van<br />
Koning Willem 11, zal lui het Bijbel- en historieschil<strong>de</strong>ren beoefenen, en<br />
naar Italië reizen. In Parijs stu<strong>de</strong>ert hij on<strong>de</strong>r leiding van Robert Fleury.<br />
Terug in Den Haag, in 1843, verrast hij een jaar later met zijn eerste werk<br />
in een comisch-humoristisch genre: „<strong>de</strong> Muziekliefhebbers. 't Is of Bles nu<br />
spiegelen gaat, wat zich ook in <strong>de</strong> litteratuur van zijn tijd zoowel in<br />
Engeland als Ne<strong>de</strong>rland uitspreekt. Van Lennep, Van Koetsveld, Beets,<br />
Klipspaan e.a. gaan naar <strong>de</strong>n luimigen kant, dien Charles Dickens in<br />
zijn in 1836—'37 geschreven Pickwick ook uitging. Maar ook, David<br />
Bles weet <strong>de</strong> verbintenis met <strong>de</strong> Fransche achttien<strong>de</strong> eeuw te behou<strong>de</strong>n,<br />
als hij zich tot een genreschil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n eersten rang ontwikkelt en als<br />
Cornelis Troost ten <strong>de</strong>ele in hem herleeft.<br />
Met veel geest heeft hij zijn on<strong>de</strong>rwerpen als „Wie teekenen leert, leert<br />
zien" (Boymans, Rotterdam) of „Herstelling" en „Acht jaar gewacht",<br />
die intieme huiselijke tafereelen zijn, behan<strong>de</strong>ld, terwijl „Overwinnend<br />
Holland" (Rijksmuseum), het maatschappelijk leven tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> Bataafsche<br />
Republiek schil<strong>de</strong>rt.<br />
Een schil<strong>de</strong>rij als „<strong>de</strong> Negen<strong>de</strong> Dag" moest reeds door het on<strong>de</strong>rwerp<br />
populair wor<strong>de</strong>n, en „<strong>de</strong> Ledige Stoel" door <strong>de</strong>n diepen weemoed van <strong>de</strong><br />
<strong>voor</strong>stelling hef publiek grijpen. Die zin <strong>voor</strong> een goed gekozen on<strong>de</strong>rwerp<br />
zou echter weinig beteekenen indien David Bles zich niet tot een uitmuntend<br />
schil<strong>de</strong>r ontwikkeld had. De studie en <strong>de</strong> nabootsing <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw<br />
dragen ein<strong>de</strong>lijk vrucht in een „echten" schil<strong>de</strong>r, die z i e t, met scherpen<br />
schil<strong>de</strong>rachtiger zin, en <strong>de</strong> natuur volgt met <strong>de</strong>n eerbied en <strong>de</strong> argeloosheid<br />
<strong>de</strong>r ou<strong>de</strong>n.<br />
De Benige die met hem te vergelijken is, is <strong>de</strong> jongere, <strong>voor</strong>treffelijke<br />
A. H. B a h h er Ko r f f, 1824-1882. Te 's Gravenhalte geboren<br />
zal hij in <strong>de</strong> stad van hef „genre" bij uitnemendheid, Lei<strong>de</strong>n, sterven.<br />
Ook hij was een leerling van C. Kruseman. Zijn eerste groote schil<strong>de</strong>rijen<br />
a<strong>de</strong>men <strong>de</strong>n Bijbelschep geest van zijn leermeester. Kleine composities<br />
met <strong>de</strong> pen bewaart het Museum Tetar van Elven te Delft. Op <strong>de</strong> manier<br />
van <strong>de</strong>n Engelschen klassicist gaf Ind in omtreklijnen <strong>de</strong> historie van<br />
Gretchen en Faust. Evenals Bles wordt Balker Korff eerst van beteekenis,<br />
als hij in achttien<strong>de</strong>-eeuwsche interieurs ou<strong>de</strong> vrijsters <strong>voor</strong> <strong>de</strong> piano plaatst,<br />
173
on<strong>de</strong>r een palm laat samenzweren, of ze in bewon<strong>de</strong>ring doet buigen over<br />
een goudvisschenkom. Uitmuntend typeer<strong>de</strong>r van figuren in <strong>de</strong>ze wereld,<br />
is hij <strong>voor</strong>al een prachtig stillevenschil<strong>de</strong>r, die kleur en toon bij <strong>de</strong> uitdrukking<br />
van <strong>de</strong> stof nauwlettend volgt. Als hij <strong>de</strong> Hollandsche Meissonier<br />
genoemd werd, dan weten wij nu dat hij noch <strong>de</strong>n Franschen genreschil<strong>de</strong>r<br />
imiteer<strong>de</strong>, noch zijn min<strong>de</strong>re was. Meesterwerken als „De Romance" of<br />
„The school for Scandal" bleven ook in <strong>de</strong> dagen van het overwinnend<br />
impressionisme zeer gewaar<strong>de</strong>erd. Tot <strong>de</strong> groep van meesters <strong>de</strong>r kabinetk<br />
unst in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r eeuw behooren Rochussen en A I 1 e b é,<br />
met meer eere dan Bakker Korff's leerling Herman ten Kat e<br />
en diens broe<strong>de</strong>r Mari ten Kate.<br />
Hoe schil<strong>de</strong>rt in <strong>de</strong>n aanvang <strong>de</strong>r eeuw <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r het landschap?<br />
Mejuffrouw G. H. Marius heeft terecht vastgesteld dat <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong><br />
eeuw inzette met vijf landschapschil<strong>de</strong>rs, waarvan wij er reeds een paar<br />
genoemd hebben, die niet nalieten het landschapschil<strong>de</strong>rij van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw te bewon<strong>de</strong>ren en te bestu<strong>de</strong>eren. Het zijn : Jacob v an<br />
Strif, Dirk Jan van <strong>de</strong>r Laen, Jan Kobell, Wouter<br />
Joannes van Troostwijk en George Peter Westenberg.<br />
Hun arbeid zal op <strong>de</strong>n duur vruchtbaar blijken te zijn, maar hun streven<br />
naar nauwletten<strong>de</strong> natuurstudie in <strong>de</strong>n geest <strong>de</strong>r Hollan<strong>de</strong>rs, wordt doorkruist<br />
door het enthousiasme dat <strong>de</strong> studie van het klassicisme opriep en<br />
ook het landschapschil<strong>de</strong>ren naar het Zui<strong>de</strong>n dreef.<br />
Zooals <strong>de</strong> figuurschil<strong>de</strong>rs, als sujet, aan een vrouw uit <strong>de</strong> Romagna verre<br />
<strong>de</strong> <strong>voor</strong>keur geven boven een boerin uit Gel<strong>de</strong>rland, zullen zelfs J. W.<br />
Pieneman, als ook het landschap hem opeischt, <strong>de</strong> arcadische gezichten<br />
met her<strong>de</strong>r en her<strong>de</strong>rin in <strong>de</strong>n trant van Nicolas Poussin, ten <strong>voor</strong>beeld zijn.<br />
Een bekwaam Italianiseerend landschapschil<strong>de</strong>r is <strong>de</strong> Brabanter J. A.<br />
Kni p, 1777-1847, die in een „Gezicht op Terni" <strong>de</strong> zui<strong>de</strong>lijke namiddagverlichting<br />
van 'n Asselijn han gieten op een compositie, die aan Berchem<br />
herinnert. Van bedoeld gezicht op Terni bestaat <strong>de</strong> aquarel van het Italiaansche<br />
landschap, vergezicht over een wij<strong>de</strong> vlakte, die in boelen toon<br />
met groote directheid genoteerd werd. P. L. D u b o u r c q is een<br />
Amsterdamsche schil<strong>de</strong>r, die tot <strong>de</strong> laatsten behoort die Italiaansche<br />
landschappen met bouwvallen uit <strong>de</strong> oudheid, naar zijn teekeningen, met<br />
instemming van het naar het klassicisme gerichte geletter<strong>de</strong> publiek,<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. P. R. Klein, 1785-1816, richtte zich echter in zijn vergezichten<br />
reeds weer naar onze eigen rivieren.<br />
De schil<strong>de</strong>r die, heel vruchtbaar, het duinlandschap, al of niet met ruines<br />
in romantischer stijl en in <strong>voor</strong>treffelijke techniek vertolken zal, is<br />
174
A. S c h e lf hout, 1789-1870, die in zijn lange leven groote successen zal<br />
oogsten, <strong>voor</strong>al met zijn wintergezichten, waarop het ijs wat al te doorschijnend<br />
en <strong>de</strong> sneeuw wat te suikerachtig is, en <strong>de</strong> stoffeering wat al te romantisch<br />
aandoet. De glad<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring stond een volgend geslacht eer<strong>de</strong>r<br />
tegen, maar nu <strong>de</strong> <strong>voor</strong>keur <strong>voor</strong> het ruige schil<strong>de</strong>ren zich wat heeft neergelegd,<br />
en <strong>voor</strong>al nu <strong>de</strong> gevolgen van dat schil<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> verwoesting van veel,<br />
wat er <strong>de</strong> schoonheid van was, gebleken is, han <strong>de</strong> gave techniek van een<br />
Schelfhout weer waar<strong>de</strong>ering gegeven wor<strong>de</strong>n.<br />
De romantische landschapschil<strong>de</strong>rkunst leed een gevoelig verlies bij <strong>de</strong>n<br />
dood van W. J. J. Nu ye n, die, in 1813 geboren te 's-Gravenhalte, aldaar<br />
op zes-en-twintig jaar stierf en die blijkens <strong>de</strong> „ou<strong>de</strong> verbran<strong>de</strong> Molen" en<br />
<strong>de</strong> schets „Haltepreek", bei<strong>de</strong>n in het Haagsche Museum, <strong>de</strong> meest begaaf<strong>de</strong><br />
van zijn generatie geweest is.<br />
De ou<strong>de</strong> H. van <strong>de</strong> San<strong>de</strong> Bakhuizen, 1795-1860, en<br />
L. H a n e d o e s, 1822-1905, waren succesvolle meesters van hef<br />
landschap, maar <strong>de</strong> Koekoeks, <strong>voor</strong>al B. C. Koekoek 1803-1862,<br />
overtroffen allen in <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ering van het publiek.<br />
f o h a n n e s H e r m a n u s Koekoek, 1778-1851, die bekendheid<br />
verwierf als zee- en rivierschil<strong>de</strong>r, had zich op typische wijze uit het<br />
achttien<strong>de</strong>-eeuwsche handwerf tot kunstenaar weten te verheffen, hip was<br />
n.1. zijn loopbaan begonnen op een behangselfabriek. Zijn zoon had het<br />
gemakkelijker, want van <strong>de</strong>n va<strong>de</strong>r en leermeester kreeg hij het door<br />
natuurstudie verover<strong>de</strong> me<strong>de</strong>. Barend C o r n e l i s Koe k o ek<br />
was in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r eeuw <strong>de</strong> centrale figuur van onze landschapschil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Zijn groote boschgezichten kan men ook nu niet een zekeren krachtigen<br />
stijl, die aan Wijnands herinnert, ontzeggen, noch Ilan men een warme<br />
natuurlief<strong>de</strong>, die zich uit in nauwgezette bestu<strong>de</strong>ering van het geboomte<br />
in zijn landschappen, ontkennen. Hij bestu<strong>de</strong>ert boom en tak, bruid en<br />
blad zelfs zóó, dat lijf tot een overdrijving bomt, die ons, met een Koekoekeik<br />
in het hoofd, <strong>voor</strong> een ou<strong>de</strong>n eik in <strong>de</strong> natuur zou doen opmerken :<br />
,,is dat alles" ? De Koekoek-eikestam is té kurkachtig en té bemost,<br />
zijn takken té knoestig en <strong>de</strong> bliksem heeft té veel, juist op dien boom,<br />
zijn brachten geconcentreerd.<br />
In <strong>de</strong> stoffeering van zijn schil<strong>de</strong>rijen met figuren en vee bomt die overdrijving<br />
nog sterker uit. Als Koekoek in een hollen weg van het woud<br />
menschen tegenkomt, zijn het mannen, vrouwen en lin<strong>de</strong>ren, komt het vee<br />
door een boschweg, dan zijn het koeien en stieren, schapen en geiten in een<br />
„gesorteer<strong>de</strong>" kud<strong>de</strong>, zooals in werkelijkheid niemand er ooit een ontmoet.<br />
De worsteling om eenvoud en waarheid in hef landschap<br />
175
wordt in het volgend geslacht eerst uitgestre<strong>de</strong>n. Men verwaarlooze echter<br />
Hief het potentieel van <strong>de</strong>n studiezin van een B. C. Koekoek en zijn tijdgenooten.<br />
't Is hun collectieve ijver, 't is hun gezamelijke „noeste vlijt",<br />
die het spelend gemak <strong>de</strong>r volgen<strong>de</strong> generatie heeft opgeroepen. Eerst als een<br />
geslacht alle takken en alle blaadjes heeft uitgebeeld, kan <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
generatie <strong>de</strong> suggestie van <strong>de</strong>n boom op eenvoudige en directe wijze tot<br />
ons brengen.<br />
Op <strong>de</strong> expositie, door het Ste<strong>de</strong>lijk Museum te Amsterdam in <strong>de</strong>n winter<br />
van 1940 ingericht, hing een Kleine studie van geboomte van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n<br />
W i 11 e m Roe 1 o f s, 1822-1897, niet ver van een monumentaler<br />
Koekoek; wat er van <strong>de</strong> romantiek naar het naturalisme was veran<strong>de</strong>rd,<br />
kon niet dui<strong>de</strong>lijker wor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>monstreerd. 't Is <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> afstand die een<br />
zuivere studie van P. J. C. G a b r i ë 1, 1828-1903, scheidt van een<br />
poëtisch schil<strong>de</strong>rij, van b.v. „het Meertje", van J. W. B i 1 d e r s. Tot welke<br />
dichterlijke suggestie <strong>de</strong>ze, in 1811 te Utrecht geboren meester, in staat was,<br />
kan ie<strong>de</strong>r zien, die het trappenhuis opgaat van het gebouw van Arti et<br />
Amicitiae en een blik werpt op hef groote landschap, dat als een beeld<br />
uit <strong>de</strong>n oertijd, van grootheid en verlatenheid spreekt.<br />
Een afzon<strong>de</strong>rlijke vermelding, reeds in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r eeuw, verdient<br />
J. B. f o n g k i n d, 1819-1891, die in <strong>de</strong> vroege golf van het Fransche<br />
impressionnisme <strong>de</strong> plaats van een pionier heeft bezet. Zon<strong>de</strong>r zijn<br />
Hollandsch karakter te verloochenen, zon<strong>de</strong>r zelfs <strong>de</strong> herinnering aan <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong> meesters van Holland Kwijt te raken, grijpt hij het atmosferische<br />
met <strong>de</strong> nieuwe Fransche technische mid<strong>de</strong>len, in riviergezichten, die juist<br />
hierin contrasteeren met <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van het water, die in het va<strong>de</strong>rland<br />
gebleven zijn.<br />
Deze, te Latdorp bij Ootmarsum (Overijsel), in 1819 geboren schil<strong>de</strong>r,<br />
zou <strong>de</strong> eerste stevig gevestig<strong>de</strong> reputatie van onze negentien<strong>de</strong>-eeuwsche<br />
school wor<strong>de</strong>n.<br />
Ilan Schelfhout nam zijn schil<strong>de</strong>rkunst een aanvang. In Frankrijk<br />
werd hij tot het nieuwe schil<strong>de</strong>ren gewekt toen hij in Normandië, te Harfleur,<br />
te Tréport, te Saint- Valery-en- Caux of te Le Havre, met <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n<br />
Bouvin en <strong>de</strong>n jongen Clau<strong>de</strong> Monet, in <strong>de</strong> natuur het vloeien<strong>de</strong> zilveren<br />
licht en <strong>de</strong> fijne grijze luchten, met Benig neergezette toetsen vertolkte.<br />
Het is <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring van het licht in het landschap dat hem tot een schil<strong>de</strong>r<br />
stempelt, die in <strong>de</strong> groep Monet, Sisley, Pissarro een pioniersplaats heeft.<br />
In 1882 schreef Edmond <strong>de</strong> Goncourt : „Een ding treft mij, en dat is<br />
<strong>de</strong> invloed van Jongkind. Al het landschap dat op het oogenblik waar<strong>de</strong><br />
heeft, komt van <strong>de</strong>zen schil<strong>de</strong>r, ontleent aan hem zijn luchten, zijn atmosfeer,<br />
zijn <strong>voor</strong>gron<strong>de</strong>n."<br />
176
't Zijn <strong>voor</strong>al zijn <strong>voor</strong>tvarend tot stand gekomen aquarellen, waarvan<br />
er vele bij zijn jaarlijksche overkomst uit Parijs, aan <strong>de</strong> plassen btu<br />
Rotterdam en Dordrecht ontston<strong>de</strong>n en die hem als studies dien<strong>de</strong>n <strong>voor</strong><br />
zijn schil<strong>de</strong>rijen, die nog he<strong>de</strong>n een frischheid en spontaneiteit vertoonen<br />
die treffend zijn. Zijn nieuwe schil<strong>de</strong>ren hechtte zich op zijn Hollandsch<br />
compositievermogen. Want er zijn „Maannachten" van Jongkind waarin<br />
<strong>de</strong> atmosferische nuances oneindig fijner zijn dan in die van Aert van<br />
<strong>de</strong>r Nees, maar waarvan <strong>de</strong> opzet en <strong>de</strong> expressie, teruggebracht in zwart<br />
en wit, zeer verwant is aan het zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche <strong>voor</strong>beeld, dat hij<br />
blijkbaar niet uit het oog verloor.<br />
Weinig Hollandsche schil<strong>de</strong>rs hebben dat in<strong>de</strong>rtijd gezien. Eigenlijk<br />
is Charles Rochussen <strong>de</strong> Benige die, vanuit <strong>de</strong>ry tijd dat Jongkind te<br />
Maassluis op een notariskantoor zat, hem met interesse gevolgd heeft,<br />
toen hij met een subsidie van <strong>de</strong>n Kroonprins, ter studie naar Parijs<br />
trok. Daar vond hij geen welstand, maar appreciatie die na zijn dood<br />
tot roem zou uitgroeien.<br />
Na Ludoif Bakhuyzen is J. C. Schotel, 1787-1838, <strong>de</strong> eerste die<br />
weer in groote schil<strong>de</strong>rijen <strong>de</strong> zee aandurft, en die door een dui<strong>de</strong>lijk uitgesproken<br />
effect, door zekerheid in <strong>de</strong> uitvoering verkregen, niet nalaat te<br />
imponeeren. Zijn zekerheid is ons nu te groot, zijn kleur te conventioneel,<br />
zelfs vergeleken met zijn eigen meer zilverige waterverfteekeningen, zijn<br />
luchten zijn ons <strong>voor</strong>al te weinig drijvend, en zijn zee.... te veel zee.<br />
In <strong>de</strong>nzeif<strong>de</strong>n zin als Koekoek, brengt Schotel op zijn schil<strong>de</strong>rijen te veel<br />
samen, er is een te veel aan golven, te veel aan wind en te veel aan schepen.<br />
Voor hen die <strong>de</strong> zee slechts zou<strong>de</strong>n kennen uit Schotel's schil<strong>de</strong>rijen moet <strong>de</strong><br />
werkelijke zee een „tegenvaller" zijn.<br />
Ten opzichte van zijn leermeester M a r t in us S c h o u ma n, 17i'0-<br />
Y848, die overigens een kleurgevoelig schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> zee was, is er in<br />
Schotel een streven naar stijl, dat <strong>de</strong> tijdgenoot heeft erkend door hem „<strong>de</strong><br />
roem <strong>de</strong>r zeeschil<strong>de</strong>rs van zijn tijd" te noemen.<br />
Tusschen J3akhuyzen en Schotel ware misschien nog <strong>de</strong> Harlinger<br />
Nico la a s Bauer, 1767-1820, te noemen, wiens kleine zee- en<br />
rivierstukjes het tegenover Schotel nog wel uithou<strong>de</strong>n, maar ndch<br />
B r o n d g e e s t, 1786-1849, nosh A. W a 1 d o r p, 1803-1866, of<br />
J. A. van <strong>de</strong>r Drift, 1808-1883, komen hem nabij ; slechts<br />
J. H. Louis Meyer, 1810-1866, overtreft hem soms.<br />
In een zeer systematische schil<strong>de</strong>ring, waarvan een volgend geslacht<br />
zich al te zeer heeft afgewend, heeft hij in kleinere schil<strong>de</strong>rijen dan<br />
Schotel meer atmosfeer en gevoel gelegd. Dat Jacob en Matthijs Marls<br />
12 177
op zijn atelier gewerkt hebben, moge hem ten goe<strong>de</strong> gerekend wor<strong>de</strong>n.<br />
Hijzelfwas leerling van George Pieter Westenberg, 1791-1873.<br />
Met Westenberg staan wij in het stadsgezicht, dat in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft <strong>de</strong>r<br />
eeuw zich zoo luisterrijk zal ontplooien, maar waar<strong>voor</strong> van af het begin<br />
<strong>de</strong>r eeuw <strong>de</strong> condities wor<strong>de</strong>n geschapen.<br />
In een schil<strong>de</strong>rij, het sneeuwgezicht op „<strong>de</strong> slijpsteenen en het zeerecht te<br />
Amsterdam" van G. P. W e s f e n b e r g, is zooveel natuur, zooveel<br />
eenvoud, zooveel waarheid, dat <strong>de</strong>ze, te Nijmegen geboren maar vanaf 1808<br />
te Amsterdam werken<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, tot <strong>de</strong> meesters gerekend moet wor<strong>de</strong>n.<br />
In 1857 ging hij met zijn gezin naar Batavia, als Bewaar<strong>de</strong>r van het<br />
Kleinzegel. Waarschijnlijk is hij we<strong>de</strong>r een <strong>voor</strong>beeld van een goed schil<strong>de</strong>r<br />
die niet van zijn kunst kon leven, maar <strong>de</strong> armoe<strong>de</strong> niet „nam".<br />
Vele schil<strong>de</strong>rs gaven zich aan het stadsgezicht, toen, oneindig meer dan nu<br />
van het Hollandsche stadsschoon bewaard was. Van T r o o s t w ij k en<br />
J e 1 g e r h u i s schil<strong>de</strong>ren te Amsterdam, J. Smies en G. Craey..<br />
vanger r beoefenen met vrucht hef genre waaraan B. J. van Hove,<br />
te 's-Gravenpage, tusschen zijn <strong>de</strong>coratieschil<strong>de</strong>ren in, zijn beste brachten<br />
geeft.<br />
Met <strong>de</strong> vaardigheid uit zijn beroep gekregen, heeft B a r t h o 1 o m e u s<br />
J o h a n n e s van Ho v e, 1790-1880, <strong>de</strong>coratieschil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n<br />
Haagschee schouwburg, achitectuurschil<strong>de</strong>rijtjes geschil<strong>de</strong>rd, die het werk<br />
178<br />
David Bles, schets <strong>voor</strong> „Wie teekenen leert, leert zien."
van latere schil<strong>de</strong>rs aankondigt. Hij schil<strong>de</strong>rt een gezicht op het Mauritshuis,<br />
dat een vroege K 1 i n k en b e r g lijkt, kerken van buiten, die zijn<br />
leerling H. J. W e is e n b r u c h <strong>voor</strong>spellen, en gezichten in het boor van<br />
kerken,<br />
zooals zijn leerling Johannes Bosboom ze later, en<br />
veel schooner, óók zal schil<strong>de</strong>ren. Zijn zoon Huib van Hove,<br />
1819-1865, wordt genreschil<strong>de</strong>r en geeft in „doorkijkjes" <strong>de</strong> architectuur<br />
van zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche huizen. Hij doet dat eigenlijk beter dan<br />
zijn leerling J. A. B. S t r o e b e 1, 1821-1905, die het genre, met<br />
geforceerd effect en veel min<strong>de</strong>r argeloosheid, <strong>voor</strong>tzet.<br />
Dit speelt zich af te Den Haag, terwijl in Amsterdam Westenberg's neef<br />
en leerling Kaspar K a r se n, 1810-1896, in groote fijnheid zijn<br />
stadsfantasieën componeert ; werkelijkheidszin en romantische geest<br />
versenigen zich in zijn werk, dat meer kunst toont dan zijn leerling C o rn<br />
e lis Springer, 1817-1891, die juist in <strong>de</strong> topografische juistheid<br />
van zijn stadsgezichten zijn kracht zoekt. Van Kaspar kreeg natuurlijk<br />
ook diens zoon, <strong>de</strong> meester <strong>de</strong>r Amsterdamsche school, Eduard Karsen,<br />
zijn eerste lessen.<br />
Misschien is toch <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Jan We is s e n b r u c h, 1822-1880, <strong>de</strong>gene<br />
die het eerst het stadsgezicht, niet alleen beschrijft en omschrijf f, maar het<br />
ook z i e t, werkelijk ziet op <strong>de</strong> wijze waartoe in <strong>de</strong> beste tij<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r<br />
kunst <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r in staat was.<br />
Een groote tijd <strong>voor</strong> het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren is weer ontsloten.<br />
6:,__<br />
179
Zoo ongeveer is het beeld dat Clio „mit <strong>de</strong>m gerichten Griffel", van <strong>de</strong><br />
ontwikkeling <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>rkunst heeft gegrift op <strong>de</strong> tafelen<br />
<strong>de</strong>r historie.<br />
Er werd naar objectiviteit gestreefd in het verhalen van ons beel<strong>de</strong>nd<br />
scheppen in het verle<strong>de</strong>n, echter zon<strong>de</strong>r persoonlijke <strong>voor</strong>keur geheel te<br />
on<strong>de</strong>rdrukken. De lezer moet het bemerkt hebben dat figuren als Bosch en<br />
Breughel, Hals en Rembrandt <strong>de</strong>n schrijver meer in <strong>de</strong> pen gaven dan <strong>de</strong><br />
herinnering aan an<strong>de</strong>re meesters, wier beteekenis <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ontplooiing van<br />
het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren daarom niet min<strong>de</strong>r belangrijk is.<br />
Waar dit boek allerminst een leerboef wil zijn, meen<strong>de</strong> <strong>de</strong> schrijver, ook<br />
als hij on<strong>de</strong>r gelei<strong>de</strong> liep van <strong>de</strong> muze <strong>de</strong>r historie, hier en daar wat langer<br />
te mogen stilstaan, en zelfs te mogen afdwalen, als <strong>de</strong> schoonheid van het<br />
binnenhuis of <strong>de</strong> lichtval in het zeventien<strong>de</strong> eeuwsche interieur hem tot<br />
uitweidingen lokte. Als een uitbundige schuttersoptocht <strong>voor</strong>bijtrok werd<br />
hij afgeleid, en mannen in het zwart rond een tafel <strong>de</strong><strong>de</strong>n hem stilstaan... .<br />
maar <strong>de</strong> stem <strong>de</strong>r muze bracht hem, hij wil het hopen, toch spoedig weer in<br />
beweging.<br />
Naar <strong>de</strong> muze <strong>de</strong>r geschie<strong>de</strong>nis wor<strong>de</strong> nu ver<strong>de</strong>r niet geluisterd, want<br />
het twee<strong>de</strong> <strong>de</strong>ed van dit boek heeft niet <strong>de</strong> bedoeling het eerste <strong>de</strong>el te<br />
vervolgen.<br />
Wat over <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst <strong>de</strong>r laatste vijf tig jaren geschreven zal wor<strong>de</strong>n,<br />
heeft <strong>voor</strong>al niet <strong>de</strong> pretentie een vergelijkend oor<strong>de</strong>el uit te spreken over <strong>de</strong><br />
kunst van dien tijd, en nog min<strong>de</strong>r <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> <strong>de</strong>r Kunstenaars uit die dagen<br />
tegen elkan<strong>de</strong>r af te wegen. Naar objectiviteit wor<strong>de</strong> nu niet meer gestreefd,<br />
vrijmoedig wor<strong>de</strong> het doorleefd getuigenis afgelegd, in <strong>de</strong> wetenschap<br />
dat hij die een tijd me<strong>de</strong>leeft, <strong>de</strong>zen niet han schouwen, zoomin als<br />
een zwemmen<strong>de</strong> in <strong>de</strong>n stroom tegelijkertijd op <strong>de</strong> kant han staan, om<br />
wat <strong>de</strong> rivier <strong>voor</strong>bijvoert, naar volstrekte beteekenis te schiften.<br />
Een later geslacht moge <strong>de</strong> eeuwigheidswaar<strong>de</strong> in <strong>de</strong> kunst <strong>de</strong>r laatste <strong>de</strong>cennia<br />
in objectiviteit vaststellen; <strong>de</strong>n tijdgenoot past geen kritiek, hij geve<br />
zijn bewon<strong>de</strong>ring subjectief en warm, hij geve zijn getuigenis in ootmoed en<br />
eenvoud.<br />
180
a)oo<strong>de</strong>eM Getaieeaif s^
newel <strong>de</strong>n lezer in „een woord <strong>voor</strong>af" reeds werd aangekondigd<br />
dat in het twee<strong>de</strong> <strong>de</strong>el van dit boek slechts het zelf doorleef <strong>de</strong><br />
zou wor<strong>de</strong>n geboekstaafd, meent <strong>de</strong> auteur toch dat hij nog eens moet<br />
wijzen op het subjectieve, en <strong>voor</strong>al ook op het a u t o b i o g r a f is c h e<br />
karaktervan hetgeen hier volgen gaat.<br />
Hij is zoo overtuigd dat <strong>de</strong> Kritiek van <strong>de</strong>n tijdgenoot het masker <strong>de</strong>r<br />
onpartijdigheid niet dragen mag, en dat slechts het volkomen naar <strong>de</strong><br />
eigen persoonlijkheid neerschrijven van het meegeleef<strong>de</strong>, waarlijk beschei<strong>de</strong>n<br />
is, dat <strong>de</strong> autobiografie <strong>de</strong> eenige vorm is waaron<strong>de</strong>r hij dit twee<strong>de</strong> <strong>de</strong>el<br />
van zijn boek schrijven kan. Vooral omdat hij geen pretentie naar <strong>de</strong><br />
schoone <strong>letteren</strong> heeft, kan slechts wat hij zelf weet, door het zelf te hebben<br />
ervaren, slechts dat wat hij gelooft met heel zijn hart, eenige waar<strong>de</strong><br />
hebben <strong>voor</strong> an<strong>de</strong>ren.<br />
De herinneringen die hij zich nu <strong>voor</strong>stelt neer te schrijven, reiken natuurlijk<br />
niet tot zijn geboorte te Parijs op 6 juni 1881. Maar hij is later vaak <strong>de</strong><br />
kerk binnengetre<strong>de</strong>n waar hij werd gedoopt, 'n Kerk die hij in din loop<br />
<strong>de</strong>r jaren steeds overtuig<strong>de</strong>r bewon<strong>de</strong>ring gegeven heeft boven an<strong>de</strong>re,<br />
ou<strong>de</strong>re en meer gerespecteer<strong>de</strong> Panische be<strong>de</strong>huizen. Louis bimier, kenner<br />
van christelijke architectuur, heeft van <strong>de</strong> Saint Vincent <strong>de</strong> Paul geschreven;<br />
Elle est une <strong>de</strong> nos plus belles églises. Le plan <strong>de</strong> la basilique<br />
romaine s'y développe dans sa majesté, et le péristyle qui l'annonce est<br />
achevé dans ses proportions, comme dans le beaufût <strong>de</strong> ses colonnes (L'Eglise<br />
et l'Art).<br />
Boven in het langschip van Hittorf's kerb bevindt zich aan weerszij<strong>de</strong><br />
een fries, met levensgroote statige figuren op gou<strong>de</strong>n grond door Hyppolite<br />
Flandrin, een knappen leerling van Ingres, die ook een „Christus in<br />
Majestate" schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in <strong>de</strong> absi<strong>de</strong>. In <strong>de</strong> Mariakapel, achter <strong>de</strong> absi<strong>de</strong>,<br />
bevin<strong>de</strong>n zich tafereelen van William I3ouguereau, „<strong>de</strong> Geboorte van<br />
Christus" en „<strong>de</strong> Aanbidding <strong>de</strong>r Koningen".<br />
183
In <strong>de</strong> St. Vincent <strong>de</strong> Paul wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r een prachtig bronzen bruisbeeld<br />
van Ru<strong>de</strong>, dat na <strong>de</strong> scheiding van kerk en staat naar het Louvre ging,<br />
<strong>de</strong> namen van <strong>de</strong>n boorling genoemd: Hubert Marie.<br />
Twee jaar na zijn geboorte verhuis<strong>de</strong> <strong>de</strong> familie naar Maisons-Lafitte,<br />
vermaard door een kasteel, dat in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw Francois Mansart<br />
bouw<strong>de</strong>, en in welker tuinen een renbaan werd aangelegd.<br />
Van die tuinen schrijft Jean Cocteau: „Le chdfeau <strong>de</strong> Maisons-Lafitte<br />
ome un vaste part <strong>de</strong> tilleuls, <strong>de</strong> pelouses, <strong>de</strong> plates-ban<strong>de</strong>s, <strong>de</strong> jets d'eau,<br />
<strong>de</strong> barrières blanches <strong>de</strong> tennis, <strong>de</strong> chevaux <strong>de</strong> courses, <strong>de</strong> bicyclistes et <strong>de</strong><br />
propriétés bourgeoises". Het is in een <strong>de</strong>zer „propriétés bourgeoises" dat<br />
<strong>de</strong> kleine familie Luns zich vestig<strong>de</strong>. Een eenvoudige villa met een perron,<br />
aan weerszij<strong>de</strong>n „versierd" met gegoten ijzeren vazen, waarschijnlijk met<br />
agaven getooid.<br />
Die ijzeren vazen, telkens opnieuw brons geverfd, volg<strong>de</strong>n <strong>de</strong> familie van<br />
Maisons-Lafitte naar Haarlem, vandaar naar Amsterdam, Bussum,<br />
Brussel, en terug naar Amsterdam, waar ze trouwens nog in <strong>de</strong> familie zijn.<br />
't Zal wel nooit uit te maken zijn of zij te leelijk of te zwaar waren om<br />
weg te doen.<br />
Va<strong>de</strong>r Th. Luns ging dagelijks per spoor naar Parijs waar hij zijn zaken<br />
had, en nam een enkele keer <strong>de</strong> kleine Hubert mee. Bij zoon gelegenheid,<br />
in <strong>de</strong> spoorwegcoupé, zijn va<strong>de</strong>r vertel<strong>de</strong> het hem steeds met plezier, had<br />
het jongetje eens aan <strong>de</strong> „barbe <strong>de</strong> fleuve" van <strong>de</strong>n wereldvermaar<strong>de</strong>n<br />
genreschil<strong>de</strong>r Jean-Louis-Ernest Meissonier, die naast hem zat, getrokken.<br />
Dit was zijn eerste aanraking met een confrater.<br />
„Titer la barbe" aan een académicien, aan een „grootbons", als <strong>de</strong>n bij<br />
zijn leven zoo vereer<strong>de</strong>n en na zijn dood on<strong>de</strong>rschatten meester, zou een<br />
prachtig begin geweest zijn van <strong>de</strong> loopbaan van een meer révolufionnair<br />
gezin<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r dan <strong>de</strong> schrijver.<br />
't Was overigens <strong>de</strong> laatste leer dat hij op zoo onheusche wijze contact<br />
zocht, <strong>de</strong> laatste (zeer dat hij een collega bij <strong>de</strong>n baard trok, eens<strong>de</strong>els<br />
omdat <strong>de</strong> confraters, <strong>de</strong> een na <strong>de</strong>n an<strong>de</strong>r, <strong>de</strong>zen hebben afgeschoren,<br />
an<strong>de</strong>r<strong>de</strong>els omdat hij met zijn eigen baard genoeg te stellen zou krijgen.<br />
184
VoopIereic)irt6 ,_z-
Charles Rochussen, détail „Kunstbeschouwing" in Arti et Amicitiae, 1847, met <strong>de</strong> portretten van<br />
I. W. Pieneman, N. Pieneman, P. L. Dubourcq, C. N. Klijn, <strong>de</strong> Brune, e.a.<br />
186
I.<br />
DE VOORBEREIDING en het gloren van het rived:<br />
<strong>de</strong> stichting en <strong>de</strong> ontwikkeling van Arti et<br />
Amicitiae en Pulchri Studio.<br />
oolong mijne herinneringen reiken, heb ik teekenen en schil<strong>de</strong>ren<br />
als <strong>de</strong> natuurlijke bezigheid mijner han<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
kunst als <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tduren<strong>de</strong> bezigheid van mijn geest beschouwd. Dat ik iets<br />
an<strong>de</strong>rs zou hebben kunnen wor<strong>de</strong>n dan schil<strong>de</strong>r, is nooit bid mij opgekomen.<br />
Toen vond ik het doodnatuurlijk, nu waar<strong>de</strong>er ik het als een bijzon<strong>de</strong>r<br />
hel<strong>de</strong>r inzicht dat een oom, broer van mijn moe<strong>de</strong>r, in een door mij afgeluisterd<br />
gesprek, mijn ou<strong>de</strong>rs ried mij te laten teekenen, betoogend dat<br />
een uitgesproken levensrichting bij een hind, een door <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rs niet genoeg<br />
te waar<strong>de</strong>eren gesteldheid is.<br />
Mijuou<strong>de</strong>rs vroegen overigens niets liever dan mij „mijn gang te laten<br />
gaan ,, .<br />
Mijn va<strong>de</strong>r had uit zijn jeugdjaren te Lon<strong>de</strong>n, en uit <strong>de</strong> eerste huwelijksjaren<br />
te Parijs doorgebracht, niet alleen zekere „buitenlandsche" manieren<br />
overgehou<strong>de</strong>n, maar ook een begrip om zaken in bree<strong>de</strong>r verband te bezien<br />
dan vele an<strong>de</strong>ren. Mijn moe<strong>de</strong>r was musicienne en had <strong>voor</strong> haar huwelijk<br />
een enkele maal solo gezongen, on<strong>de</strong>r Nicolai, in Diligeitia te Den Haag;<br />
mijn va<strong>de</strong>r hoor<strong>de</strong> ik vaak verklaren dat zijn Bach, Offenbach was, maar<br />
hij hield van schil<strong>de</strong>rijen. Hij zag graag het dier als on<strong>de</strong>rwerp van <strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r: een leeuw van Landseer, een hond van te G e m p t, paar<strong>de</strong>n<br />
van Verschuur of van Nakken, en op Arti had Eerelman<br />
zijn bijzon<strong>de</strong>re belangstelling. Breiteer, die hem wat te veel was gaan<br />
„blad<strong>de</strong>ren", vergaf hij veel vanwege zijn rij<strong>de</strong>n<strong>de</strong> artillerie, die, op een<br />
rijkelijk hoog gehangen schil<strong>de</strong>rij in het Rijksmuseum, in een duinweg<br />
om een hoek kwam aangere<strong>de</strong>n.<br />
Toen ik reeds een jong schil<strong>de</strong>r was gewor<strong>de</strong>n, heeft hij mij dikwijls half<br />
lachend, half ernstig, toegevoegd: „Waarom wordt je toch geen dierschil<strong>de</strong>r?"<br />
In ie<strong>de</strong>r geval was mijn va<strong>de</strong>r geen snob, hij had een natuurlijke<br />
bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> een schil<strong>de</strong>rij van Rosa Bo n h e u r of van Ver la t.<br />
Wat ik als bind mooi vond ?<br />
187
Als vijftigjarige <strong>de</strong> rococozaal van het Venetiaansche operagebouw <strong>de</strong><br />
„Fenice" betre<strong>de</strong>nd, herinner<strong>de</strong> ik het mij zeer scherp. Mij overweldig<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> gul<strong>de</strong>n tooi van <strong>de</strong> zaal als <strong>de</strong> ontknooping van <strong>de</strong> dweepzieke veneering<br />
<strong>de</strong>r kin<strong>de</strong>rjaren <strong>voor</strong> in goud gedrukte nieuwjaarsbrieven, waaron<strong>de</strong>r er<br />
waren met beweegbare duiven en bloemen, maar waaraan <strong>de</strong> met blinken<strong>de</strong><br />
sneeuw bestrooi<strong>de</strong> wintergezichten mij toen in verrukking brachten, als<br />
later in het Museum te Weenen Pieter Breughel's schil<strong>de</strong>rijen het zou<strong>de</strong>n<br />
doen . . . .<br />
1k zou dan mogen teekenen, maar eerst <strong>de</strong> H.B.S. afloopen I<br />
Van <strong>de</strong> zwarte verveling van <strong>de</strong>zen H.B.S.-tijd zonk bijna alles weg in<br />
een <strong>de</strong>r diepe gaten die, gelukkig, <strong>de</strong> levensherinnering Dent.<br />
Zaterdagmiddag's mocht ik teekenen 1<br />
Ik behoef nauwelijks het zoeklicht, dat langs <strong>de</strong> grenzen van <strong>de</strong>n nacht<br />
die zich achter ons verdicht heeft, heenflitst, om een gezichtof een pleb van<br />
beteekenis het maximum van uitdrukking en herrijzenis te geven, in be-<br />
Weging te zetten, om mijn eerste teekenschool <strong>voor</strong> mij te zien.<br />
Op <strong>de</strong> bovenste verdieping van een streng achttien<strong>de</strong>-eeuwsch gebouw,<br />
zetel van „het Nut van het Algemeen", had<strong>de</strong>n Theo Molkenboer en zijn<br />
broer Antoon een Zaterdagmiddag-teekenschool gevestigd, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
beschermen<strong>de</strong>n naam: Hendrick <strong>de</strong> Keijser.<br />
Het schoone hardsteenen gebouw stond achter het Paleis aan <strong>de</strong> Nieuwe<br />
Zijds<strong>voor</strong>burgwal, juist op <strong>de</strong> plaats waar nu hef agressief-onbedui<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
girokantoor staat, als waardig pendant van het niet min<strong>de</strong>r leeljke<br />
postkantoor, dat bij zijn inwijding reeds „een proeve van fruitarchitectuur"<br />
werd geschol<strong>de</strong>n, lettend op <strong>de</strong> bekroning van daken en torens.<br />
Vanuit <strong>de</strong> ramen van <strong>de</strong> teekenschool was een verkeer met Quellinus'<br />
raadhuistympan mogelijk. Het zoo hoogst origineele, en nog steeds on<strong>de</strong>rschatte<br />
meesterwerk, welks exuberantie <strong>de</strong> Koele strakheid van Jacob<br />
van Campen's architectuur in evenwicht bracht, een zwierige Vlaamsche<br />
correctie op Hollandsche geslotenheid, heb ik als jongen, met een platte neus<br />
tegen <strong>de</strong> ruiten, vereerend in mij opgenomen.<br />
Wat ik als jongetje mooi vond ?<br />
Urenlang volg<strong>de</strong> ik op prenten uit <strong>de</strong> London News, door mijn va<strong>de</strong>r uit<br />
zijn Engelschen tijd bewaard, <strong>de</strong> Carlistenstrij<strong>de</strong>rs in het Spaansche<br />
gebergte. „The civil war in Spain" was het hoof d waaron<strong>de</strong>r verslag werd<br />
uitgebracht van een burgeroorlog die, als een opstand in 1868 begonnen,<br />
door <strong>de</strong> Carlisten in 1874 werd verloren .... om hem in 1938 te winnen.<br />
Maar niet „<strong>de</strong> philosophic <strong>de</strong> l'histoire" kon toen tot het jongetje doordringen,<br />
maar wel nam hij gretig het werk <strong>de</strong>r Engelsche illustrators in<br />
188
zich op, om mogelijk toch <strong>de</strong> palm te geven aan Gustave Doré's prenten<br />
in Michaud's „Histoire <strong>de</strong>s Croisa<strong>de</strong>s".<br />
Het jongetje koester<strong>de</strong> zijn eerste boeken.<br />
De biografieën van <strong>de</strong> groote schil<strong>de</strong>rs begonnen bij Velhagen and Klasmg,<br />
on<strong>de</strong>r leiding van Knackfusz, uit te nomen.<br />
ik bare nu nog <strong>de</strong>ze boefjes, <strong>de</strong> eerste die tegen beschei<strong>de</strong>n prijs, in <strong>voor</strong><br />
dien tijd schoone reproducties, <strong>de</strong> meesterwerken <strong>de</strong>r ponst on<strong>de</strong>r ie<strong>de</strong>rs<br />
ooggin brachten, niet juist zien, zooals ze zijn. Het bruin-rood en room-wit<br />
van <strong>de</strong>n omslag brengen mij nil nog <strong>de</strong> vertee<strong>de</strong>ring, waarme<strong>de</strong> ik als<br />
jongen <strong>de</strong>ze boeltjes bekeek. Even zeker als bij velen een geur een heel<br />
complex van gevoelens Ilan terugroepen, even zeker han een kleurcombinatie<br />
een wereld van vereering en begeerte <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n geest brengen. On<strong>de</strong>r mijn<br />
boelen zijn er nog eenigen waaraan ik <strong>de</strong> liefkoozi ngen nog kan voelen,<br />
die zij van mijn jonge han<strong>de</strong>n ontvingen. Ili <strong>de</strong>ny daarbij aan „William<br />
Morris, his art, writings and public life" door Aymer Valiance, een werk<br />
dat later zoo vermaard zou wor<strong>de</strong>n, en niet min<strong>de</strong>r aan „the Pageant<br />
1896", een uitgave verwant aan „the Studio", waarvan <strong>de</strong> invloed in die<br />
jaren grooter geweest is dan ooit een <strong>de</strong>rgelijke publicatie later zou hebben.<br />
Maar door Knackfusz verkeer<strong>de</strong> ik met <strong>de</strong> meesters, maar niet min<strong>de</strong>r<br />
door het Rijksmuseum, dat toen in <strong>de</strong> zware <strong>de</strong>coratieve stoffeering van<br />
Cuypers zéér indrukwekkend was.<br />
De bouwmeester moge dan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen eer<strong>de</strong>r als versiering van zijn<br />
bouwwerk hebben beschouwd, het geheel was een theatrale creatie, zon<strong>de</strong>r<br />
twijfel door een volgend geslacht on<strong>de</strong>rschat. Het binnentre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong><br />
groote hal lion niet an<strong>de</strong>rs dan als een feest door een kunstgevoelig jochie<br />
on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, een feest dat hem bedremmel<strong>de</strong>, maar ook wezenlijk<br />
aangreep.<br />
Maar zelfs boven dat feest waren er <strong>de</strong> bezoeken, op Zondag met mijn<br />
va<strong>de</strong>r, aan Arti. Want, als ik daar langs <strong>de</strong> toen nieuwe trappen van <strong>de</strong><br />
bouwmeesters Berlage en Bleys opging, wist ik, dat ik nu het werk te zien<br />
kreeg van tijdgenooten schil<strong>de</strong>rs, on<strong>de</strong>r wie ik hoopte, en eigenlijk reken<strong>de</strong>,<br />
een plaats te gaan innemen.<br />
„Leven<strong>de</strong> Meesters" noem<strong>de</strong> men toen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> tijdgenooten, en<br />
op een groot percentage hunner was <strong>de</strong> uitdrukking van letterlijke toepassing.<br />
Behalve op <strong>de</strong> „driejaarlijksche", later „vierjaarlijksche", ste<strong>de</strong>lijke tentoonstelling<br />
van kunstwerken, en in <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l, was Arti et Amicitiae's<br />
gebouw <strong>de</strong> uitsluiten<strong>de</strong> tempel <strong>de</strong>r mo<strong>de</strong>rne kunst; 't woord mo<strong>de</strong>m werd<br />
toen overigens slechts sporadisch gebruikt.<br />
,.<br />
189
't Ste<strong>de</strong>lijk Museum, toen Suasso-rnuseum genoemd, was nog in aanbouw<br />
en in <strong>de</strong> eerste jaren heeft het uitsluitend aan zijn doel, hef tonnen van een<br />
permanente verzameling van he<strong>de</strong>ndaagsche lunst, beantwoord.<br />
De <strong>voor</strong>- en <strong>de</strong> najaarstentoonstelling van Arti waren groote gebeurtenissen<br />
en wij, mijn va<strong>de</strong>r en ik, sloegen ze niet over.<br />
Wij voel<strong>de</strong>n ons overigens door <strong>de</strong>n toenmaliger <strong>voor</strong>zitter een beetje<br />
van <strong>de</strong> familie van Arti. De beeldhouwer Bart van Hove was een opmerkelijke<br />
figuur, in <strong>de</strong>n tijd dat mijn ou<strong>de</strong>rs met hem en zijn vrouw vriendschappelijhomgingen.<br />
De jonge Bart stam<strong>de</strong> uit een soort artistieke dynastie.<br />
B. J. van Hove (1790-1880), H. van Hove, (1814-1864), J. H. van<br />
Hove (1827-1865) waren verdienstelijke schil<strong>de</strong>rs, Mevrouw Offermansvan<br />
Hove eene befaam<strong>de</strong> zangeres. Hij had aanvankelijk zeeofficier willen<br />
wor<strong>de</strong>n en hoewel hij jong reeds <strong>de</strong> kunstenaarsloopbaan opging, had zijn<br />
leest en zijn markant opgeheven hoofd het type van <strong>de</strong>n marineofficier<br />
behou<strong>de</strong>n, of verkregen, want zijn autoritair karakter had zich met <strong>de</strong><br />
jaren sterk ontwikkeld.<br />
Als beeldhouwer, Fransch van vorming, had hij in Holland bij <strong>de</strong> burgerij,<br />
en speciaal ook in hofkringen, succes. In kunstenaarsleringen wreekte men<br />
het overwicht van zijn persoon door een on<strong>de</strong>rschatting van zijn gaven.<br />
Als jongen heb ik veel van hem gehou<strong>de</strong>n, maar ik had <strong>voor</strong> zijn werk<br />
niet <strong>de</strong> bewon<strong>de</strong>ring die ik er later aan zou geven. De <strong>de</strong>coratieve<br />
busten van kunstbroe<strong>de</strong>rs als Rochussen, Bosboom of David Bles, heeft<br />
een van zijn kunst afgewend geslacht, toch lang laten staan aan <strong>de</strong>n ingang<br />
van het Ste<strong>de</strong>lijk Museum te Amsterdam, in <strong>de</strong> vestibule van Pulchri<br />
Studio, en boven aan <strong>de</strong> trap van Arti.<br />
Van Arti et Amicitiae nu was Bart van Hove jaren <strong>de</strong> <strong>voor</strong>zitter, die<br />
er <strong>de</strong> traditie van fiere onafhankelijkheid van <strong>de</strong> stichters hoog hield.<br />
De stichting van het kunstgenootschap, en het zeven jaar later te<br />
's-Gravenpage gestichte Pulchri Studio, is zoowel een aankondiging als<br />
een afglans van ons réveil in hef mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eeuw, en als zoodanig<br />
waard ietwat omstandig te wor<strong>de</strong>n verhaald.<br />
Op <strong>de</strong>n 2lsfen October 1654 werd volgens Houbraken's „groote Schouburgh<br />
<strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlantsche Korstschil<strong>de</strong>rs" in <strong>de</strong> hoofdstad eene „Broe<strong>de</strong>rschap<br />
<strong>de</strong>r Schil<strong>de</strong>rkunst, ingewijdt door Schil<strong>de</strong>rs, Beeldthouwers en <strong>de</strong>rzelver<br />
begunstigers". Deze broe<strong>de</strong>rschap vier<strong>de</strong> haar inwijdingsfeest in dën<br />
St. Joris Doelen. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> gasten, 100 in getal, bekleed<strong>de</strong> <strong>de</strong> grijze<br />
Von<strong>de</strong>l <strong>de</strong> eereplaats, en hij bekroon<strong>de</strong> dit feest ook we<strong>de</strong>r met een zijner<br />
gedichten. Het Benige oogmerk <strong>de</strong>zer Broe<strong>de</strong>rschap schijnt intusschen<br />
geweest te zijn jaarlijks, op St. Lucasdag, bij elkan<strong>de</strong>r te komen. Houbra ken<br />
190
meldt tevens met groot leedwezen, dat dit <strong>voor</strong>nemen, „door <strong>de</strong>n nijd<br />
verij<strong>de</strong>ld is gewor<strong>de</strong>n, dat wangunst en eigenbaat <strong>de</strong>zen band verbraken,<br />
en dat <strong>de</strong> groote verwachtingen, in <strong>de</strong> talrijke gedichten uitgedrukt, spoedig<br />
in <strong>de</strong> vergetelheid wer<strong>de</strong>n begraven".<br />
Gelukkig heeft <strong>de</strong> menschheid geen geheugen.<br />
Waar zou an<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> kleine verga<strong>de</strong>ring kunstenaars, die op Dinsdag <strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n December 1839 in het „losaal genaamd <strong>de</strong> Kerseboom" in <strong>de</strong><br />
Kalverstraat te Amsterdam bijeenkwamen, <strong>de</strong>n moed vandaan gehaald<br />
hebben vast te stellen, dat er behoefte bestond aan een vereeniging „om <strong>de</strong><br />
kunstenaars on<strong>de</strong>rling te verbroe<strong>de</strong>ren en eerre gelegenheid te openen om<br />
zich door leerzame gesprekken over kunst te verlustigen en elkan<strong>de</strong>r het<br />
k unstnieuws zoowel van binnen- als buitenlandsch me<strong>de</strong> te <strong>de</strong>elen" ?<br />
filet getuigt van frissche courage, dat zij <strong>de</strong>nzeif<strong>de</strong>n avond overgingen tot<br />
<strong>de</strong> verkiezing van J. W. Pieneman tot presi<strong>de</strong>nt, L. J. J. Postma tot<br />
secretaris en W. C. M. Klijn tot penningmeester, en in <strong>de</strong> notulen lieten<br />
opnemen, dat „<strong>de</strong> geest van het gezelschap zich doorgelijkheid, openhartigheid<br />
en vrolijkheid zou<strong>de</strong> kenmerken". Uit <strong>de</strong>ze opmerking sproot vanzelf<br />
hef motto: Kunst en Vriendschap, dat op <strong>voor</strong>stel van een <strong>de</strong>r le<strong>de</strong>n<br />
„staan<strong>de</strong> <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring" in het latijn werd omgezet: Arti et Amicitiae.<br />
Op <strong>de</strong>ze eerste verga<strong>de</strong>ring wer<strong>de</strong>n J. A. Kruseman, B. Taurel en M. G.<br />
Tétar van Elven aangewezen om een reglement op te stellen. Maar hoerael<br />
toen <strong>de</strong> Karseboom <strong>voor</strong>loopig als vereenigingslokaal werd gekozen,<br />
werd op <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van 12 December 1839 een uitnoodiging<br />
tot <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n gericht „on<strong>de</strong>rzoek te doen naar een geschikt losaal".<br />
Op <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring werd besloten naar <strong>de</strong>n huurprijs van het Gebouw<br />
<strong>de</strong>r Mij. tot Nut van 't Algemeen te informeeren. Als wij in <strong>de</strong> notulen<br />
van <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>ring lenen, dat besloten werd in zittingen van korten duur,<br />
of als buitenle<strong>de</strong>n tegenwoordig zijn, of an<strong>de</strong>re buitengewone omstandighe<strong>de</strong>n<br />
plaats grijpen, het rooken te verbie<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> verwachting, dat „<strong>de</strong><br />
le<strong>de</strong>n gaarne <strong>voor</strong> Benige oogenblikken een klein offer zullen brengen aan<br />
<strong>de</strong> achtbaarheid <strong>de</strong>r Verga<strong>de</strong>ring", zijn wij geneigd haar als niet zeer<br />
belangrijk te beschouwen. Maar twee <strong>voor</strong>stellen kwamen ter tafel, die in<br />
<strong>de</strong>n loop <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> Arti et Amicitiae van het grootste belang zou<strong>de</strong>n<br />
blijken te zijn. C. Steffelaar doet het <strong>voor</strong>stel „gelegenheid te openen <strong>voor</strong><br />
Tentoonstellen" en L. Royer, <strong>de</strong> beeldhouwer, brengt het stichten van een<br />
fonds ter verzorging van weduwen en weezen van overle<strong>de</strong>n kunstbroe<strong>de</strong>rs,<br />
ter sprake.<br />
Reeds in haar <strong>de</strong>r<strong>de</strong> bijeenkomst teelent zich dus Arti et Amicitiae's<br />
artistiek- en maatschappelijk karakter af : <strong>de</strong> kunst dienen door het bie<strong>de</strong>n<br />
van expositieruimten, <strong>de</strong> vriendschap door het verleenen van socialen steun.<br />
191
Uit Wagenaar's ..Amsterdam in zijne opkomst, aanwas, geschie<strong>de</strong>nis enz."<br />
van 1765, blijkt dat in het begin <strong>de</strong>r 18<strong>de</strong> eeuw op het <strong>voor</strong>malig stadhuis<br />
Bene kunsthamer werd ingericht, geschikt tot toon- en verkoopplaats van<br />
kunstwerken, maar tevens lezen wij dat <strong>de</strong>ze kunstkamer weinig aan bare<br />
bestemming beantwoord heeft, daar zij meermalen tot het geven van<br />
on<strong>de</strong>rwijs dien<strong>de</strong>.<br />
't Lijkt zeker dat het ter beschikking krijgen van tentoonstellingslokaliteit<br />
reeds <strong>de</strong>n drie kunstenaars die het initiatief namen tot het bijeenroepen<br />
van confraters in <strong>de</strong> Karseboom, <strong>voor</strong> oogen stond. Want op het feest,<br />
dat het in 1838 opgerichte Genootschap Natura Artis Magistra gaf, ter<br />
inwijding van nieuw aangebouw<strong>de</strong> lokalen, zullen het juist <strong>de</strong>ze zalen<br />
geweest zijn, die <strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r Kruseman, <strong>de</strong>n graveur Taurel en<br />
<strong>de</strong>n architect Tétar van Elven een begeerenswaardig bezit <strong>voor</strong>kwamen<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> kunstenaars. Arti's jaarverslag van 1840 spreekt met dankbaarheid<br />
van „dien ge<strong>de</strong>nkwaardigen avond in „Ards", waar het plan<br />
gemaakt werd om <strong>de</strong> kunstenaars bijeen te roepen, met het hierboven<br />
reeds gemel<strong>de</strong> gevolg.<br />
Op 10 December 1840 hon<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Arti-le<strong>de</strong>n reeds tentoonstellen in een<br />
eigen gebouw. In Juli van datzelf<strong>de</strong> jaar kwam in openbare veiling het<br />
lokaal <strong>de</strong> „Grand Salon" van Duport op het Rokin, met het belen<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
logement „Het Wapen van Utrecht", benevens een huis daarachter gelegen<br />
in <strong>de</strong> Kalverstraat, in het bezit <strong>de</strong>r kunstenaars.<br />
Zon<strong>de</strong>r Benige an<strong>de</strong>re garantie dan die van on<strong>de</strong>rling vertrouwen was <strong>voor</strong><br />
20.000 Gld. op een geheimzinnige inteekenlijst geteekend en toen dit niet<br />
voldoen<strong>de</strong> was, wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ontbreken<strong>de</strong> gel<strong>de</strong>n ten bedrage van 52.000 Gld.<br />
spoedig ingeschreven. De samenwerking was zoo groot geweest dat, hoewel<br />
velen van <strong>de</strong> plannen in Dennis waren gesteld <strong>de</strong> pan<strong>de</strong>n aan het Robin<br />
te koopen, op <strong>de</strong>n avond van <strong>de</strong> veiling niemand on<strong>de</strong>r het publiek zelfs<br />
maar vermoed<strong>de</strong> wie <strong>de</strong> koopers waren.<br />
Als een weerspiegeling van <strong>de</strong>n innerlijken groei <strong>de</strong>r Maatschappij ontwikkel<strong>de</strong><br />
zich het maatschappelijk gebouw.<br />
Op 30 Maart 1841 werd besloten <strong>de</strong>n architect M. G. Tétar van Elven,<br />
gesteund door een commissie van an<strong>de</strong>re bouwmeesters on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n, <strong>de</strong><br />
heergin C. M. W. Kljn, A. C. Pierson en J. Warnsinck, te belasten met<br />
een verbouwing, waardoor op 1 November 1841 een nieuwe kunstzaal kon<br />
wor<strong>de</strong>n ingewijd met een tentoonstelling.<br />
In Juni 1855 wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> gebouwen gesloopt, en op 7 Augustus d.a.v.<br />
leg<strong>de</strong> <strong>de</strong> Voorzitter <strong>de</strong>r Maatschappij, N. Pieneman, <strong>de</strong>n eersten steen<br />
<strong>voor</strong> een nieuwen bouw naar het ontwerp van architect J. H. Leliman.<br />
Op 15 Sept. 1856 werd het voltooi<strong>de</strong> gebouw feestelijk ingewijd; zangers,<br />
192
on<strong>de</strong>r leiding van Richard Hol, brachten een gelegenheidscompositie van<br />
Dr. J. J. Viotta ten gehoon.<br />
Ire 1893 Ord tat ten OhiOUwW, die zich hoofdzakelijk lol <strong>de</strong> binnen..<br />
architectuur bepaal<strong>de</strong>, besloten. Zij werd opgedragen aan <strong>de</strong> bouwmeesters<br />
H. P. Berlage Nzn. en A. C. Bleys. Zij was voltooid op 1 Mei 1894,<br />
waarna we<strong>de</strong>rom in het verjong<strong>de</strong> Arti een reeks van feesten werd gegeven,<br />
waar o.a. „Rhodopis", een dramatisch fragment van Willem Kloos, werd<br />
uitgevoerd.<br />
In 1939 werd op <strong>de</strong>n begaven grond een kunstzaal bijgebouwd, die<br />
als een bewijs van goed vertrouwen, van geestesvrijheid en onverstoorbaarheid<br />
in zwaren tijd, me<strong>de</strong> een hul<strong>de</strong> beteekent aan <strong>de</strong> kunstenaars,<br />
die <strong>voor</strong> hon<strong>de</strong>rd jaren <strong>de</strong> eerste vereeniging van beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunstenaars in<br />
nationaal verband, in Ne<strong>de</strong>rland stichtten.<br />
Was dit het resultaat van <strong>de</strong>n opzet, <strong>de</strong>n kunstenaars tentoonstellingsruimte<br />
te bie<strong>de</strong>n, door lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Kunst ingegeven, <strong>de</strong> Vriendschap, die<br />
blijkens hetzelf<strong>de</strong> verslag van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> bijeenkomst van Arti et Amicitiae<br />
zich uitte door <strong>de</strong> oprichting van het „Fonds <strong>voor</strong> Weduwen en Weezen"<br />
mocht op niet min<strong>de</strong>r succes bogen. Want in <strong>de</strong> notulen <strong>de</strong>r volgen<strong>de</strong> jaren<br />
vin<strong>de</strong>n wij lange opsommingen van giften ten bate van het fonds, dat zich<br />
tot he<strong>de</strong>n bloeiend wist te handhaven.<br />
De Stichting die <strong>de</strong>n naam draagt van „het Fonds <strong>voor</strong> Wed uwen<br />
en Weezen van kunstenaars, le<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r Maatschappij<br />
„A r t i e t Amicitiae", verleent tot op he<strong>de</strong>n behoeftige<br />
nabestaan<strong>de</strong>n van kunstenaars gel<strong>de</strong>lijken steun.<br />
Daarnaast kwamen an<strong>de</strong>re fondsen ter beschikking van Arti. Door testamentaire<br />
beschikking kwam <strong>de</strong> Maatschappij in 1879 in het bezit van ee<br />
vrij groot kapitaal waarvan <strong>de</strong> rente bestemd is om jeugdige Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
kunstenaars te on<strong>de</strong>rsteunen in hun studiën, en dat naar <strong>de</strong>n<br />
erflater genoemd wordt: het „Fonds Willink van Cohen".<br />
Hieruit wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rscheidingen toegekend aan vele jonge kunstenaars,<br />
die later groote reputatie verwierven.<br />
'n Schenker, die onbekend wenschte te blijven, stel<strong>de</strong> <strong>de</strong>r Maatschappij een<br />
som gelds ter beschikking <strong>voor</strong> het door hem zelf genoemd „David sfond<br />
s", waarvan <strong>de</strong> rente op soortgelijke wijze als die van het „Willink<br />
van Collenfonds" wordt besteed. Dit waren wel <strong>de</strong> belangrijkste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
legaten die Arti mocht ontvangen, terwijl <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re in haar steunfonds<br />
wer<strong>de</strong>n gestort. Uiterst belangrijk was <strong>de</strong> erflating van <strong>de</strong>n historieschil<strong>de</strong>r<br />
Paul Tétar van Elven. In 1932 kwam Arti in het bezit van een<br />
Kapitaal, waarvan <strong>de</strong> rente haar in staat stelt om <strong>de</strong> vier jaar een soort<br />
13 193
„Rome-wedstrijd” uit te schrijven, die <strong>de</strong> bedoeling heeft het historie- en<br />
figuurschil<strong>de</strong>ren te stimuleeren, door vierjarige studie van <strong>de</strong>n prijswinnaar<br />
in het buitenland. Met het „Paul Tétar van Elvenfonds",<br />
kw am dus, in <strong>de</strong>n jongsten tijd, Arti 's bestuur een hoogst waar<strong>de</strong>volle<br />
prijs die nationale beteekenis heeft, in han<strong>de</strong>n.<br />
Een neveninstelling van bijzon<strong>de</strong>r belang werd <strong>de</strong> „V e re en i g i n g<br />
tot bevor<strong>de</strong>ring van beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunsten" on<strong>de</strong>r beheer<br />
van het bestuur <strong>de</strong>r Maatschappij.<br />
Zij richt zich tot kunstminnen<strong>de</strong>n, die <strong>voor</strong> een cotisatie van 5 gul<strong>de</strong>n een<br />
aan<strong>de</strong>el krijgen in <strong>de</strong> jaarlijksche verloting van kunstwerken.<br />
Van 1846 af is door het verstrekken van een premie ook aan hen, die het<br />
lot niet in het bezit bracht van een kunstwerk, <strong>de</strong> Maatschappij uitgeefster<br />
gewor<strong>de</strong>n van prenten en ook van plaatwerken.<br />
De lijst van door Arti uitgegeven prenten lean indrukwekkend genoemd<br />
wor<strong>de</strong>n. Houtsne<strong>de</strong>n, koper- en staalgravures, etsen en lithografieën,<br />
reproduceerend of vrijscheppend, door grafische kunstenaars in opdracht<br />
vervaardigd, weerspiegelen een lange perio<strong>de</strong> van beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunst in ons<br />
land.<br />
Maar ook <strong>de</strong> door haar uitgegeven plaatwerken, aan <strong>de</strong> meesterstukken in<br />
onze openbare- en particuliere verzamelingen gewijd, waren <strong>voor</strong>beeldig.<br />
Een jaar na <strong>de</strong> stichting had <strong>de</strong> kunstenaarsgroepeering haar maatschappelijke<br />
plaats blijkbaar reeds gevon<strong>de</strong>n. Want <strong>de</strong> Gouverneur van Noord-<br />
Holland en <strong>de</strong> heer Van <strong>de</strong>r Hoop, als vertegenwoordiger van het Ste<strong>de</strong>lijk<br />
Bestuur, namen <strong>de</strong>el aan het souper waaraan 150 personen aanzaten, na<br />
<strong>de</strong> feestverga<strong>de</strong>ring van 10 December 1840. In <strong>de</strong> 9<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van<br />
6 Februari 1840 werd verslag uitgebracht van een audiëntie bij <strong>de</strong>n Gouverneur<br />
<strong>de</strong>r Provincie, terugijl tevens gewag gemaakt wordt van het verzoek<br />
van <strong>de</strong>n Burgemeester van Amsterdam het lokaal <strong>de</strong>r verga<strong>de</strong>ringen op<br />
te geven.<br />
Reeds bij haar oprichting nationale instelling van beteekenis, was Koning<br />
Willem I haar beschermheer. Bij <strong>de</strong> troonwisseling in 1840 aanvaard<strong>de</strong>n<br />
Koning Willem 11 en Koningin Anna Paulowna <strong>de</strong> titels van Beschermheer<br />
en Beschermvrouwe. Maar van 1849 af zal <strong>voor</strong>al Koning Willem 111 <strong>de</strong>r<br />
Maatschappij een warm hart toedragen, waartoe niet weinig zal hebben<br />
bijgedragen, dat <strong>de</strong> Voorzitters Nic. Pieneman en Herman F. C. ten Kate<br />
's Konings vriendschap genoten. Moge niet vergeten wor<strong>de</strong>n wat <strong>de</strong> Va<strong>de</strong>r<br />
van onze Koningin <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lunst in ons land heeft gedaan. H.M. <strong>de</strong><br />
Koningin Regentes continueer<strong>de</strong> <strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n medaille, in 1870 <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
jaarlijksche tentoonstelling van Arti, door wijlen Haar Gemaal ingesteld.<br />
Na <strong>de</strong> inhuldiging in 1898 verleen<strong>de</strong> jaarlijks H.M. Koningin Wilhelmina<br />
194
<strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rscheiding en bij het jaarlijksclze verblijf in <strong>de</strong> hoofdstad<br />
werd gewoonlijk een bezoek gebracht aan Arti, als bewijs van Harer<br />
Majesteits onverflauw<strong>de</strong> belangstelling in een kunst die Zij zelf beoefent<br />
en in <strong>de</strong> lotgevallen <strong>de</strong>r Maatschappij, waar Zij ter expositie werken<br />
afston d.<br />
Arti et Amicitiae had zich van <strong>de</strong>n aanvang af lan<strong>de</strong>lijk georiënteerd.<br />
Op <strong>de</strong> YO<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, op 13 Febr. 1840, geven zich C. Kruseman en<br />
Joh. Bosboom te 's-Gravenhalte, met nog twee Hagenaars, als buitenle<strong>de</strong>n<br />
op. Op <strong>de</strong> feestverga<strong>de</strong>ring van 1840 wordt lof gebracht aan „<strong>de</strong>n heer<br />
Bosboom, die zooveel zorg had gehad <strong>voor</strong> <strong>de</strong> 24 le<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n Haag",<br />
'n bemoeienis die later zou uitgroeien tot <strong>de</strong> stichting van Arti's zustervereeniging<br />
Pulchri Studio.<br />
Het le<strong>de</strong>naantal van <strong>de</strong> Maatschappij groei<strong>de</strong> snel en weldra waren alle<br />
belangrijke kunstenaars van Ne<strong>de</strong>rland lid van ATti, terwijl <strong>de</strong> imposante<br />
reeks van haar belangwekken<strong>de</strong> tentoonstellingen een aanvang nam. Die<br />
tentoonstellingen en kunstbeschouwingen van Arti<br />
et Amicitiae zijn even innig verbon<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
Kunst <strong>de</strong>r laatste eeuw als <strong>de</strong>ze door Arti's verdienstelijkste le<strong>de</strong>n<br />
zelf geschreven is. Arti plaatste als hoogste eerbetoon hun namen op een<br />
e e r e s c h i 1 d, in het trappenhuis van het maatschappelijk gebouw.<br />
Het eenvoudig lezen van <strong>de</strong>ze namen geeft het kunstenaarsgenootschap<br />
meer lof dan dat door literaire uitwijdingen haar zou Runnen wor<strong>de</strong>n<br />
toegezwaaid, terwijl het bree<strong>de</strong> oor<strong>de</strong>el, dat bij <strong>de</strong> plaatsing <strong>de</strong>r namen<br />
spreekt van een in alle richtingen gaan<strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ering, hans maakt het<br />
goedkeurend zegel van <strong>de</strong>n tijd te verkrijgen.<br />
De schil<strong>de</strong>rsnamen rijgen zich als volgt aaneen: Jozef Israëls, J. Bosboora,<br />
A. Mauve, Ch. Rochussen, Jacob Maris, Geo Poggenbeek, H. W. Mesdag,<br />
L. Alma Ta<strong>de</strong>ma, J. H. Weissenbruch, Matthijs Maris, Willem Maris,<br />
Alb. Neuhuys, Aug. Allebé, B. J. Blommers, P. J. C. Gabniël, Th.<br />
Schwartze-van Duyl, G. H. Breiteer, W. Witsen, G. W. Dijsselhof,<br />
Jan Veth, A. J. Der Kin<strong>de</strong>ren, Pieter <strong>de</strong> Josselin <strong>de</strong> Jong, Floris Hendrik<br />
Versten, Jan Toorop, M. A. J. Bauer, Isaac Israëls en J. Voerman.<br />
Er is alle re<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong>ze her<strong>de</strong>nking ook <strong>de</strong> namen te noemen van hen,<br />
die op een twee<strong>de</strong> eenschild, vanwege hunne bijzon<strong>de</strong>re verdiensten <strong>voor</strong><br />
Anti, wor<strong>de</strong>n geëerd. Het zijn, behalve <strong>de</strong> reeds genoem<strong>de</strong> stichters, Joh.<br />
Georg Schwartze en Kasper Karren, A. Schelfhout en B. J. van Hove,<br />
C. Springer, J. A. B. Stroebel en H. J. Scholten. Ooi <strong>de</strong>n Voorzitters<br />
Bart van Hove, Carel L. Dake, A. Herreliek, A. M. Gorter en C. G.<br />
't Hooft wordt op <strong>de</strong>ze wijze verdien<strong>de</strong> hul<strong>de</strong> gebracht, terwijl het <strong>de</strong><br />
bedoeling is, dat ook <strong>de</strong> secretarissen John. F. Hulk, N. van <strong>de</strong>r Waay en<br />
195
A. F. Reicher, me<strong>de</strong> door <strong>de</strong>ze aanteekening, niet zullen wor<strong>de</strong>n vergeten.<br />
Wij meld<strong>de</strong>n reeds, dat door koninklijke belangstelling sinds 1870 Arti<br />
nog een an<strong>de</strong>r eerbetoon, en wel jaarlijks, mag uitreiken: d e gou<strong>de</strong> n<br />
medaille.<br />
Toen, ter gelegenheid van het 40-jarig regeeringsjubileum van H.M.<br />
Koningin Wilhelmina, een tentoonstelling werd ingericht van werk van <strong>de</strong><br />
laatste veertig gemedailleer<strong>de</strong>n, werd algemeen hul<strong>de</strong> gebracht aan <strong>de</strong><br />
opvolgen<strong>de</strong> besturen, die zeer gelukkig waren geweest in <strong>de</strong> vertolking van<br />
het schil<strong>de</strong>rsoor<strong>de</strong>el, dat vaak <strong>voor</strong>uitliep op een latere meer algemeene<br />
erkenning.<br />
De stichting van Arti et Amicitiae, nu ruim hon<strong>de</strong>rd jaar gele<strong>de</strong>n, was <strong>voor</strong><br />
kunst en kunstenaars in Ne<strong>de</strong>rland een feit van beteekenis. Er moge aan<br />
herinnerd wor<strong>de</strong>n, dat het zelfs in het tijdvak <strong>de</strong>r maatschappelijke<br />
or<strong>de</strong>ning bij uitnemendheid: <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>neeuwen, niet gelukte kunst en<br />
kunstenaars in een maatschappelijk systeem in te sluiten. Reeds Dante<br />
streed tegen <strong>de</strong> poging hem in te <strong>de</strong>elen ófwel bij het notarisgil<strong>de</strong>, ófwel<br />
bij dat van <strong>de</strong> apothekers.<br />
In Arti's jaarverslag van 1847 stelt <strong>de</strong> secretaris A. Oltmans vast, bij zijn<br />
betoog, „dat men wel hier en daar, hoewel zon<strong>de</strong>r Benig bepaald gevolg,<br />
gepoogd heeft datgene af zon<strong>de</strong>rlijk daar te stellen, wat onze Maatschappij<br />
in haar geheel heeft ten uitvoer gebracht", dat <strong>de</strong> kunstenaars in vroeger<br />
eeuwen vaak on<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>re gil<strong>de</strong>n waren gemengd. Hij haalt Houbraken<br />
aan als hij schrijft: „In 1641 werd een genootschap van St. Lucas,<br />
.,zoogezeit <strong>de</strong> fijnschil<strong>de</strong>rs" te Dordrecht opgericht, terwijl <strong>de</strong> kunstenaars<br />
te 's-Gravenhalte in 1656, na bekomen verlof van <strong>de</strong> Regeermg, zich<br />
afschei<strong>de</strong>n van het Gild <strong>de</strong>r Glazenmakers, Stoelenmakers en Boekbin<strong>de</strong>rs,<br />
terwijl toen reeds te Haarlem een bloeijen<strong>de</strong> Kunstgenootschap bestond".<br />
In dienzeif<strong>de</strong>n tijd wordt te Parijs, op instigatie van Charles le Brun,<br />
in 1648, <strong>de</strong> „Académie <strong>de</strong> peinture et <strong>de</strong> sculpture" gesticht om <strong>de</strong>n<br />
kunstenaar aan <strong>de</strong>n onduldbaren dwang <strong>de</strong>r gil<strong>de</strong>n te onttrekken.<br />
Naar <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> beginselen als in Frankrijk, stelt, in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r 18<strong>de</strong><br />
eeuw, te Lon<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> <strong>de</strong>corateur van St. Paul's, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r James Tomhill,<br />
<strong>de</strong> stichting van <strong>de</strong> „Royal Aca<strong>de</strong>my" <strong>voor</strong>, waarvan Sir Joshua Reynolds<br />
<strong>de</strong> groote presi<strong>de</strong>nt zal wor<strong>de</strong>n.<br />
lets in dien geest stond <strong>de</strong>n stichters van Arti et Amicitiae <strong>voor</strong> Dogen.<br />
Hun opvolgers wisten hun stichting in stand te hou<strong>de</strong>n en hun kunstenaarshuis<br />
als een klein „Burlington House" te blijven bewonen. Stichting en<br />
gebouw, expositiezalen, sociëteit en boekerij staan nog steeds open <strong>voor</strong> alle<br />
schil<strong>de</strong>rs en beeldhouwers, die een norm van vakbekwaamheid aannemen<br />
en die het oor<strong>de</strong>el van een onafhankelijk confraterscollege over hun werk<br />
196
niet vreezen. Noch leeftijd, noch kunstopvatting is een beletsel om <strong>de</strong>el uit<br />
te maken van <strong>de</strong> Maatschappij. Dat <strong>de</strong> jongeren in geen perio<strong>de</strong> van haar<br />
hon<strong>de</strong>rdjarig bestaan wer<strong>de</strong>n afgestooten, was me<strong>de</strong> oor zaak van haar bloei.<br />
Dat naast het maatschappelijk en sociaal sterk gefun<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Arti en Pulchri<br />
zich zeer vele groepeeringen, die als Benig doel Dennen: tentoonstellen in<br />
lokaliteiten door stad en land ter beschikking te stellen, hebben gevormd,<br />
is geen bezwaar, zoolang <strong>de</strong> Amsterdamsche Maatschappij en het Haagsche<br />
Genootschap zich principieel ten bate van allen handhaven.<br />
Reeds twee malen werd het Genootschap P u I c h r i Studio genoemd en<br />
ik moge dan nu uw blikken richten op <strong>de</strong>n Haag.<br />
Op <strong>de</strong> tien<strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong> Maatschappij Arti et Amicitiae op<br />
13 Februari 1840, gaven zich Cornelis Kruseman en Joh. Bosboom met<br />
nog twee Hagenaars als buitenle<strong>de</strong>n op. In <strong>de</strong> feestverga<strong>de</strong>ring van 1840<br />
wordt lof gebracht aan „<strong>de</strong>n heer Bosboom die zooveel zorg had gehad<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> vier-en-twintig le<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n Haag".<br />
't Is <strong>de</strong>ze bemoeienis die in 1847 zou uitgroeien tot <strong>de</strong> stichting van A rij's<br />
zustervereeniging: Pulchri Studio. Het schijnt dal aanvankelijk het gezamenlijk<br />
teekenen naar mo<strong>de</strong>l en het hou<strong>de</strong>n van kunstbeschouwingen, d<br />
stoot gegeven heeft tot <strong>de</strong> lokale samenwerking van Jan en J. H. Weisenbruch,<br />
L. en J. F. Har<strong>de</strong>nberg, W. A. en J. F. van Deventer, J. J. v. d.<br />
Maaten, H. Michael en Willem Roelofs Sr. Spoedig tra<strong>de</strong>n ook J. Bosboom,<br />
B. J. van Hove, Charles Rochussen, S. en E. Verveer, David Bles<br />
e.a. toe tot <strong>de</strong> teekenclub, in een huis Wagenstraat 81.<br />
Dat Haagsche gezamenlijk teekenen had een geschie<strong>de</strong>nis die veel ou<strong>de</strong>r<br />
was dan 1847. De „schil<strong>de</strong>rsconf rerie Pictura" was op <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> wijze als<br />
Pukhri in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw begonnen, toen boven <strong>de</strong> Nieuwe Waag,<br />
en later boven <strong>de</strong> Korenbeurs, teekenbijeenkomsten gehou<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n waar<br />
in 1682 <strong>de</strong> Teeken-Aca<strong>de</strong>mie uit ontsproot. De schil<strong>de</strong>rs Willem Doudijns,<br />
Theodorus van <strong>de</strong>r Schuer, Daniel Mijters, Augustinus Terwesten en<br />
Robert Duval had<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> gelijke verdienste van<br />
<strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> Haagsche schil<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw. Het feesten ging<br />
in die confrerie Pictura hand in hand met teekenen en kunstbeschouwen,<br />
zooals dat in een <strong>de</strong>rgelijke omstandigheid ook te Amsterdam het geval was.<br />
Als in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw in <strong>de</strong> hoofdstad <strong>de</strong> grijze Von<strong>de</strong>l het feestmaal<br />
<strong>voor</strong>zat en een dichtwerk <strong>voor</strong>droeg, dan zal in <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong><br />
dichter Bil<strong>de</strong>rdijk, in 1794, in <strong>de</strong> hofstad Bene re<strong>de</strong>voering hou<strong>de</strong>n in<br />
Pictura, „over <strong>de</strong> <strong>voor</strong>treffelijkheid <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst in <strong>de</strong>rzelver <strong>voor</strong>werp<br />
beschouwd".<br />
In 1821 ging Pictura op in <strong>de</strong> Stads-Teekenaca<strong>de</strong>mie, die in 1839 aan <strong>de</strong><br />
197
Princesse-grachi een stijlvol gebouw kreeg, dat, jammer genoeg, <strong>voor</strong> Benige<br />
jaren werd gesloopt.<br />
Doch uit <strong>de</strong> „confrérie" kwam ook <strong>de</strong> eerste openbare tentoonstelling van<br />
kunstwerken <strong>voor</strong>t in 1841. Deze bemoeienis echter zou na 1847 langzaam<br />
maar zeker door Puchri Studio wor<strong>de</strong>n overgenomen.<br />
De kunstbeschouwingen, waarbij evenals dat in Arti et Amicitiae het<br />
geval was, aan een lange tafel <strong>de</strong> teekeningen en aquarellen van hand tot<br />
hand wer<strong>de</strong>n doorgegeven, had<strong>de</strong>n aanvankelijk plaats in <strong>de</strong> groote zaal<br />
van „De ou<strong>de</strong>n Doelen", en wer<strong>de</strong>n daarna verplaatst naar <strong>de</strong> loge-zaal<br />
op <strong>de</strong>n Fluweelen Burgwal. Mid<strong>de</strong>lerwijl was <strong>de</strong> teekenkamer verplaatst<br />
naar een behuizing naast <strong>de</strong> Hal op <strong>de</strong> Groenmarkt, waar tot December<br />
1847 <strong>de</strong> séances naar het mo<strong>de</strong>l gehou<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n. De huur bleek echter te<br />
hoog, en verhuizing naar een zol<strong>de</strong>r boven een stal drong zich op. Spoedig<br />
echter ging het weer beter en Ikon een ruime lokaliteit, hoen Buitenhof-<br />
Gevangenpoort, betrokken wor<strong>de</strong>n.<br />
Uit <strong>de</strong> gezelligheid van dit teekencollege kwam <strong>de</strong> opwekking tot sociëfeifs.<br />
leven.<br />
't Kan geen bevreemding wekken dat in <strong>de</strong> hofstad het Koninklijk Huis<br />
interesse betoon<strong>de</strong>. Koning Willem 11 was in het oprichtingsjaar 1847<br />
reeds beschermheergewor<strong>de</strong>n, en <strong>de</strong> Prinsen eerele<strong>de</strong>n. In 1856 aanvaard<strong>de</strong><br />
Willem 111 <strong>de</strong> bescherming van het genootschap.<br />
1 Mei 1861 is een belangrijke datum in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van Pulchri Studio.<br />
Toen werd het hoof dgebouw van het „Hofje van Nieuwloop" betrokken,<br />
en begon <strong>de</strong> groote bloei van hef schil<strong>de</strong>rkundig genootschap, die samenvalt<br />
met <strong>de</strong> bloei van het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong>n naam kreeg van<br />
„Haagsche School", en waar<strong>voor</strong> <strong>de</strong> tentoonstellingen van Pulchri van<br />
groot belang waren.<br />
In 1893 schreef Johan Gram: „Sinds jaren heeft Pulchri Studio groote<br />
populariteit in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> verworven. Zijn kunstbeschouwingen zijn alom<br />
<strong>de</strong>kend, zijne tentoonstellingen vermaard en zijn feesten gezocht. Speciaal<br />
<strong>voor</strong> die feesten had het schil<strong>de</strong>rkundig genootschap in <strong>de</strong> Regentenzaal<br />
tan 't Hofje van Nieuwloop een prachtig la<strong>de</strong>r gevon<strong>de</strong>n. Dat hofje was<br />
in 1658 gesticht door <strong>de</strong> erfgenamen van <strong>de</strong>n heer Johan <strong>de</strong> Bruin van<br />
Buitenweck, Heere van Nieuwhoop, Noor<strong>de</strong>n en Achttienhoven. De gewelf<br />
<strong>de</strong> koepel met zijn eikenhouten betimmering, <strong>de</strong> fraai gebeeldhouw<strong>de</strong><br />
hooge schoorsteen, <strong>de</strong> rijke lichtkroon, <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche lasten en<br />
meubelen, zooals <strong>de</strong>ze ons in teekeningen van Bosboom zijn bewaard,<br />
drukken hun stempel op <strong>de</strong> „gezellige bijeenkomsten", waarvan Sam<br />
herveer verklaar<strong>de</strong> dat het al even moeilijk was aan h e t h ofj e, als<br />
aan h e t hof te Domen. De Haagsche schil<strong>de</strong>rs schijnen <strong>de</strong>n toegang tot<br />
198
hun gezochte feesten zoo met voetangels en klemmen te beleggen, dat men<br />
allerlei listen verzon om er binnen te bomen".<br />
Tot het schil<strong>de</strong>rijenbezit van het tegenwoordige Pulchri behoort nog een<br />
groote schil<strong>de</strong>ring, die Jacob Maris <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n schoorsteenmantel van het<br />
Hofje schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, naar een prentje met een afbeelding van een Veronese.<br />
Een Madonna met Christuskindje, mid<strong>de</strong>n tusschen St. George en<br />
St. Catherina, werd in het prachtige coloriet van Maris overgezet,<br />
en het werk kraam, me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> suggestieve factuur, tot een<br />
volkomen eigen leven. Als souvenir van <strong>de</strong> schoone omgeving waarin<br />
<strong>de</strong>ze vroege Pulchriperio<strong>de</strong> zich afspeel<strong>de</strong>, heeft het daarenboven historische<br />
waar<strong>de</strong>.<br />
Hoe groot ook <strong>de</strong> belangstelling was van het publiek en <strong>de</strong> z.g. kunstlieven<strong>de</strong><br />
le<strong>de</strong>n, er kwam aan Pulchri's bloeitijd in't Hofje een zeer prozaïsch<br />
ein<strong>de</strong>: <strong>de</strong> financieele lasten waren te hoog. Het huis Prinsengracht 57 werd<br />
7 Oct. 1886, alweer feestelijk, ingewijd. Een dui<strong>de</strong>lijk beeld van <strong>de</strong>n<br />
financieelen toestand van het genootschap geven zijn geschiedschrijvers<br />
niet. Want, waar <strong>de</strong> gel<strong>de</strong>n ontbraken <strong>voor</strong> huur en belasting van 't Hofje<br />
van Nieuwkoop, wordt toch ook gewag gemaakt van een gift uit <strong>de</strong>n<br />
boezem van Pulchri, die aanleiding werd tot het oprichten van een museum<br />
van mo<strong>de</strong>rne lamst. En waar kwam dan nu ineens het geld vandaan <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong> kunstzaal en <strong>de</strong> ruime behuizing, nu betrokken ? Er wordt op een<br />
verloting van kunstwerken gewezen, <strong>voor</strong> dit doel georganiseerd. Maar <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> Haagsche School, die een zeer uitzon<strong>de</strong>rlijk gunstiger<br />
commercieelen tijd meemaakten, tel<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r zich een zeer vermogend<br />
man, <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r H. W. Misdag.<br />
De ou<strong>de</strong> Willem Roelofs Sr. moge <strong>de</strong> grootste verdienste hebben <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
richting die <strong>de</strong> Haagsche landschap- en figuurschil<strong>de</strong>rs insloegen, toen zij,<br />
door het Fransche <strong>voor</strong>beeld geprikkeld, met vernieuw<strong>de</strong> vereering zich<br />
tot <strong>de</strong> natuur wend<strong>de</strong>n, 't is Mesdag's verdienste dat hij die Fransche<br />
<strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n door aankoop naar <strong>de</strong>n Haag bracht (het Museum Mesdag<br />
zou daar later uit groeien), maar ook dat hij op zijn zeventigsten<br />
verjaardag, in 1901, Pulchri Studio installeer<strong>de</strong> in het prachtige huis<br />
Lange Voorhout 15. Mesdag, <strong>voor</strong>zitter van het genootschap, maakte <strong>de</strong><br />
aankoop van dit huis en tuinen, benevens het poetshuis aan <strong>de</strong> Hooge<br />
Nieuwstraat, mogelijk. Zij die <strong>de</strong>n zetel van het he<strong>de</strong>ndaagsche Pulchri<br />
terecht bewon<strong>de</strong>ren, zoowel <strong>de</strong> ongerepte Louis Quinzezaal met <strong>de</strong> fraaie<br />
stucco's van schoorsteenmantel en plafond, als <strong>de</strong> ruime en uitstekend<br />
verlichte kunstzalen, mogen wel eens weten dat Paul Durieu, kunstlievend<br />
lid van Pulchri, <strong>de</strong> knappe architect is van die zalen en annexen.<br />
Meer nog dan <strong>de</strong> schoonheid van het gebouw zal <strong>de</strong> herinnering aan <strong>de</strong><br />
199
meesters, wier namen innig verbon<strong>de</strong>n zijn met Pulchri Studio, <strong>de</strong>n<br />
binnentre<strong>de</strong>n<strong>de</strong>, die op <strong>de</strong> hoogte is, imponeeren. Maar welk kunstlievend<br />
Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r weet niet dat Jozef Israëls, <strong>de</strong> gebroe<strong>de</strong>rs Mans, Joh.<br />
Bosboom, Anton Mauve, Gabriël en vele an<strong>de</strong>re talenten, het Hollandsche<br />
schil<strong>de</strong>ren weer hebben opgestuwd tot zijn hoogste hoogte?<br />
6,<br />
200
tjwtotcerWAiiy -.Digl
R. Vinkeies, fragment van een gravure uit 1768. De Stadsteekenaca<strong>de</strong>mie boven het corps <strong>de</strong> gar<strong>de</strong><br />
van <strong>de</strong> Leidsche Poort te Amsterdam.<br />
202
II,<br />
HET KUNSTONDERWIJS, <strong>de</strong> Rijks-Normaalschool <strong>voor</strong><br />
teekenon<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
k verhaal<strong>de</strong> U dat Theo Molkenboer directeur was van <strong>de</strong><br />
teekenschool Hendrick <strong>de</strong> Keyser, die ik in <strong>de</strong> H.B.S. jaren<br />
Zaterdagmiddags bezocht.<br />
Op zeer natuurlijke wijze (Zwam ik, langs <strong>de</strong>n zoon, op <strong>de</strong> kunstschool<br />
waar <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r W. B. G. Molkenboer <strong>de</strong> directie voer<strong>de</strong>, en waar het Rijk<br />
<strong>de</strong> opleiding <strong>de</strong>r feekenleeraren ter hand had genomen.<br />
Was <strong>voor</strong> dit laatste re<strong>de</strong>n ?<br />
Luisteren wij naar wat hieromtrent <strong>de</strong> nestor van hetNe<strong>de</strong>rlandsche teekenon<strong>de</strong>nuijs,<br />
<strong>de</strong> nu 93-jarige Jan Rubberman, schreef over <strong>de</strong> wijze waarop<br />
hij in Schiedam als jong „broekie" teekenles Kreeg.<br />
„In <strong>de</strong> bovenlokalen van <strong>de</strong> beurs te Schiedam bestond een stadsteekenschool,<br />
waar alle avon<strong>de</strong>n werd les gegeven in handteekenen, in bouwkundig<br />
teekenen en wis- en natuurkun<strong>de</strong>. De twee ineenloopen<strong>de</strong> teekenzalen<br />
had<strong>de</strong>n <strong>de</strong>n vorm van een rechthoek van groote afmetingen; 72 jaar<br />
gele<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ed ik daar mijn entrée".<br />
„De heer <strong>de</strong> Meijer uit Rotterdam leer<strong>de</strong> <strong>de</strong> nieuw aangekomenen teekenen;<br />
het aantal leerlingen was zeer groot en <strong>voor</strong> <strong>de</strong> or<strong>de</strong> bleek het noodig, twee<br />
suppoosten achter <strong>de</strong> leerlingen te laten loopen t bij Benig vergrijp werd je<br />
door zoo'n kod<strong>de</strong>beier (een van hen was een pootigen kleermaker) bij je<br />
lurven gepakt en op onzachte wijze <strong>de</strong> zaal uitgewerkt. [dan zoo'n rechtspleging<br />
werd <strong>de</strong> heer <strong>de</strong> Meijer soms niets gewaar, <strong>de</strong> man zelf had niet het<br />
minste gezag. Bij <strong>de</strong> entrée wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n dag gehaald,<br />
geschaduw<strong>de</strong> teekeningen door <strong>de</strong>n heer <strong>de</strong> Meijer vervaardigd, en van<br />
Juliest, oogera, neuzen, Doren, Doppen, busten en beel<strong>de</strong>n; ook étu<strong>de</strong>s á<br />
<strong>de</strong>ux crayons. le<strong>de</strong>r haal<strong>de</strong> het zijne en men begon. De heer <strong>de</strong> Meijer<br />
liep geregeld <strong>de</strong> vier zij<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n rechthoek af, gaf Benige aanwijzingen<br />
en <strong>de</strong> „affe" teekeningen wer<strong>de</strong>n gesigneerd: „Gez. K. G. <strong>de</strong> M." Ver<strong>de</strong>r<br />
kregen we nog landschappen, boerenwoningen, liar, waterput enz.; er werd<br />
veel werk gemaakt van <strong>de</strong>n „boomslag". Alle teekeningen van Julien<br />
wer<strong>de</strong>n gearceerd zooals <strong>de</strong>ze dat aangaf. 1k was hierin nog al een bol<br />
203
(schrijft Rubberman). De verlichting was zeer primitief (hef stuk speelt<br />
in 1858) men gebruikte hangen<strong>de</strong> olielampen, die niet steeds oliedicht<br />
waren, wat dikwijls aan <strong>de</strong> teekeningen merkbaar was. Na al dat plaatteekenen<br />
kwam gips aan <strong>de</strong> beurt, ornamenten soms met 0.1. inkt gewasschen.<br />
Ver<strong>de</strong>r han<strong>de</strong>n, voeten, koppen, maskers en busten; <strong>de</strong> laatste<br />
on<strong>de</strong>r leiding van <strong>de</strong>n heer Gips —<strong>de</strong>n va<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n Delftschen<br />
hoogleeraar (mijn directe <strong>voor</strong>ganger. L.)"<br />
„En nu gebeur<strong>de</strong> het in diezelf<strong>de</strong> dagen, dat er kisten arriveer<strong>de</strong>n met<br />
volledige collecties Dupuis, ijzerdraadfiguren, blokben etc. die, op <strong>de</strong>n<br />
beken<strong>de</strong>n standaard geplaatst, zou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n geteekend. Zoo herinner<br />
ik me dat ik na het copieeren van <strong>de</strong>n kof van Laöcoon een vierzijdige<br />
pyrami<strong>de</strong> van ijzerdraad te teekenen kreeg ...."<br />
U leest het: ingrijpen van hoogex hand in <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> van ons teekenon<strong>de</strong>rwijs,<br />
was geen overtollige bemoeizucht.<br />
Luistert nu een oogenblik naar wat <strong>de</strong>n inmid<strong>de</strong>ls overle<strong>de</strong>n Amsterdamschen<br />
teekenleeraar en kunstenaar B. W. Wierink in een ge<strong>de</strong>nkschrift<br />
van <strong>de</strong> „Ned. Ver. v. Teekenon<strong>de</strong>rwijs in 1930" opmerkte:<br />
„Het hoor<strong>de</strong> zoo in het begin <strong>de</strong>r 19<strong>de</strong> eeuw bij een voltooi<strong>de</strong> opvoeding,<br />
als hoogsels aan te brengen: Fransch, pianospelen, teekenen en dansen, en<br />
dat was nog zoo mal niet als sommigen onzer allicht zullen <strong>de</strong>nken, want<br />
zeker zijn het vier eerste klasse beschavingsmid<strong>de</strong>len, als ze tenminste<br />
goed on<strong>de</strong>rwezen wor<strong>de</strong>n; wat het laatste vak betreft, schijnt men het in<br />
<strong>de</strong>zen tijd over het algemeen met mij eens te zijn, <strong>voor</strong> teekenen moet<br />
nog wel eens een lans gebroken wor<strong>de</strong>n, <strong>voor</strong>al bij autoriteiten die er zelf<br />
niets van kunnen".<br />
„Die eerste teekenmeesters, die bij <strong>de</strong> <strong>voor</strong>name families, aan <strong>de</strong> spes patriae<br />
<strong>de</strong> e<strong>de</strong>le kunst van teekenen on<strong>de</strong>rwezen, waren geen speciale teekenmeesters,<br />
zooals we ze nu kennen, doch kunstschil<strong>de</strong>rs die, zooals 't nog<br />
gaat, met hun penseel een zeer incompleet inkomen had<strong>de</strong>n, en het tekort<br />
door het geven van teekenon<strong>de</strong>rwijs trachtten te <strong>de</strong>kken, in alle gevalle<br />
menschen die teekenaars van huis uit waren, en een zekere heilige vereering<br />
<strong>voor</strong> hun vak had<strong>de</strong>n".<br />
„De nageur van het classicisme hing nog omstreeks 1850 in <strong>de</strong> lucht, dus<br />
was het klassieke beeld nog een <strong>de</strong>r <strong>voor</strong>naamste mo<strong>de</strong>llen waarnaar men<br />
streef<strong>de</strong>, en <strong>voor</strong>tbouwen<strong>de</strong> op <strong>de</strong> overleveringen van <strong>de</strong> renaissancemeesters,<br />
was copieëren van classieke teekenmo<strong>de</strong>llen, prenten zoowel als gips, <strong>de</strong><br />
hoofdzaak".<br />
On<strong>de</strong>r die teekenmeesters-schil<strong>de</strong>rs moeten er uitsteken<strong>de</strong>n geweest zijn, die,<br />
huisvrien<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> families waar zij lessen gaven, veel moeten hebben<br />
204
gedaan om kunstlief<strong>de</strong> en kunstbegrip om zich heen te versprei<strong>de</strong>n en aan<br />
te moedigen.<br />
Het bestellen van portretten, <strong>de</strong> aankoop van schil<strong>de</strong>rijen, het verzamelen<br />
van teekeningen is zeker door hen vanuit <strong>de</strong> 18<strong>de</strong> eeuw gestimuleerd.<br />
In <strong>de</strong>n „nachten" tijd waarin zij leef<strong>de</strong>n, gevoel<strong>de</strong>n zij dit lesgeven aan<br />
beschaaf<strong>de</strong> leerlingen in fraaie behuizingen, nauwelijks als een last. Dit zou<br />
natuurlijk veran<strong>de</strong>ren toen een perio<strong>de</strong> van meer scheppen<strong>de</strong> bracht er<br />
Bene van beschouwelijkheid kwam aflossen. Luisteren wij slechts naar het<br />
antwoord van <strong>de</strong>n jongere Mauve aan zijn va<strong>de</strong>r.<br />
Dominee Mauve, strij<strong>de</strong>nsmoe tegenover <strong>de</strong> imperatieve verlangens van zijn<br />
zoon Anton, gaf hem, op het punt te zwichten, nog <strong>de</strong>zen raad: „Zorg in<br />
elk geval dat je een goed teekenmeester wordt, dan kun je ten minste met<br />
lesgeven je brood verdienen". Hierop reageer<strong>de</strong> <strong>de</strong> zoon met: „liever als<br />
koloniaal naar <strong>de</strong> Oost dan mijn brood te verdienen met iets, dat ilk zelf<br />
nooit leeren zal I" U hoort het, u ziet het, in het kleed van <strong>de</strong>n ne<strong>de</strong>rigen<br />
hoogmoed richt zich <strong>de</strong> jonge kunstenaar hoog in <strong>de</strong>n za<strong>de</strong>l op. Maar als<br />
<strong>de</strong> besten zich uit het lesgeven terugtrekken, dan is er alle re<strong>de</strong>n <strong>de</strong> opleiding<br />
<strong>de</strong>r teekenleeraren zóó te verbeteren, dat ook zij, die met min<strong>de</strong>r persoonlijk<br />
talent begaafd zijn, nuttig werk hunnen doen.<br />
De Museumscholen te Amsterdam: <strong>de</strong> Rijksschool <strong>voor</strong> Kunstnijverheid<br />
en <strong>de</strong> Rijks-Normaalschool <strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijs, die op <strong>de</strong> bovenverdieping<br />
van het Rijksmuseum een jaar vroeger geopend wer<strong>de</strong>n dan<br />
dat <strong>de</strong> rijksverzamelingen <strong>voor</strong> geschie<strong>de</strong>nis en kunst <strong>voor</strong> het publiek<br />
toegankelijk wer<strong>de</strong>n gesteld, waren geboren uit <strong>de</strong>n drang om onze<br />
nijverheidskunsten en ons teekenon<strong>de</strong>rwijs op het peil te brengen waarop,<br />
door congressen en tentoonstellingen, o.a. te Weenen en te Lon<strong>de</strong>n, gebleken<br />
was dat in het buitenland gewerkt werd.<br />
'n Zeer sterk driemanschap wist zich omstreeks 1880 in <strong>de</strong>ze zalen<br />
invloed te verzekeren: Cuypers <strong>de</strong> bouwmeester, zijn zwager Alberdingk<br />
Thijm en Victor <strong>de</strong> Stuers.<br />
De romantiek van Thijm wist zich, tegenover hef klassicisme van Vosmaer,<br />
meer dan te handhaven. De architectuur van Cuypers was <strong>de</strong> Benige van<br />
die dagen. Op <strong>de</strong> Cuypers-tentoonstelling van 1927 in het Rijns-Museum,<br />
hebben wij er ons nog eens van kunnen overtuigen, hoe sma<strong>de</strong>lijk ongewapend<br />
<strong>de</strong> oppositie was. Da'dr werd namelijk <strong>voor</strong> hef eerst honing<br />
Willem Ill's contra-project <strong>voor</strong> een rijksmuseum vertoond. Hoe onmachtig<br />
<strong>de</strong> architect, die 's koning's stallen te 's-Graven page gebouwd had, <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
groote opdracht stond, bleek zonneklaar.<br />
De drie genoem<strong>de</strong>n vorm<strong>de</strong>n een driehoekscombinatie, die niet alleen aan<br />
alle zij<strong>de</strong>n front kon maken, maar die op verschillen<strong>de</strong> gebie<strong>de</strong>n door <strong>de</strong><br />
205
H. J. Haverman, fragment van een teekening uit 1896. Jhr. Mr. Victor <strong>de</strong> Stuers, Referendaris van<br />
Kunsten en Wetenschappen.<br />
206
hechtste samenwerking, eigenlijk alleen in staat was scheppend werk te<br />
verrichten. Zii kreten invloed: niet door hun vriendschap, maar door<br />
hun tot leven<strong>de</strong> bracht gewor<strong>de</strong>n overtuiging en door <strong>de</strong> breedheid van hun<br />
oor<strong>de</strong>el en houding, alle tegenwerking, openbare en achterbaksche, ten spijt.<br />
Lange jaren wisten zij openbaar anti-papisme en geheim maconiekfanatisme<br />
het hoofd te bie<strong>de</strong>n.<br />
Natuurlijk had Jhr. Victor <strong>de</strong> Stuers zijn fouten, maar zijn <strong>de</strong>ug<strong>de</strong>n zijn<br />
af te meten naar <strong>de</strong> leegte die <strong>de</strong> referendaris <strong>voor</strong> lamst en wetenschap<br />
achterliet, en die een halve eeuw na zijn dood nog even gapend is.<br />
Alleen on<strong>de</strong>r Victor <strong>de</strong> Stuers lion gesproken wor<strong>de</strong>n van een blijken<strong>de</strong><br />
regeeringsbelangstelling <strong>voor</strong> het kunston<strong>de</strong>rwijs, dat na hem, in steeds<br />
meer versneld tempo, werd verwaarloosd.<br />
Niemand in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> lean dit in verband met zijn loopbaan met meer<br />
kennis van zaken neerschrijven dan hij, die als jongen van 16 jaar <strong>de</strong><br />
ein<strong>de</strong>looze steepen trappen opging die <strong>de</strong> leerlingen <strong>de</strong>r Rijks-Normaalschool<br />
te beklimmen had<strong>de</strong>n, vóár zij <strong>de</strong> hooge en opwekken<strong>de</strong> sfeergin<br />
betra<strong>de</strong>n waar zij werkten. De romantische behuizing die, ten <strong>de</strong>ele<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kap van het groote gebouw, <strong>de</strong>n indruk maakte zich te bevin<strong>de</strong>n in<br />
<strong>de</strong> kraken<strong>de</strong> ingewan<strong>de</strong>n van een oud houten schip, en waarvan <strong>de</strong> zeer<br />
uiteenliggen<strong>de</strong> lokaliteiten bereikt wer<strong>de</strong>n langs een soort kippenlooptrappen<br />
over <strong>de</strong> museumgewelven, die aan ruggen van olifanten <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>nnen, drupte een zoo sterken stempel op <strong>de</strong>n geest van <strong>de</strong>n knaap, dat<br />
<strong>de</strong> kleinste <strong>de</strong>tails van werkplaatsen en outillage hem <strong>voor</strong> Dogen bleven.<br />
Hij kon <strong>de</strong> scherpte van <strong>de</strong>zen indruk controleeren toen hij, 25 jaar later,<br />
als opvolger van Molkenboer, <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> trappen opging, om van uit hetzelf<strong>de</strong><br />
Izooggewelf<strong>de</strong> Faustatelier <strong>de</strong> directie te voeren van <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> Rijns-Normaalschool<br />
<strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijs.<br />
W. B. G. Molkenboer had als kunstenaar, hij had in zijn jeugd gebeeldhouwd,<br />
geen bijzon<strong>de</strong>re gaven, maar door zijn bemoeienissen met het<br />
teekenon<strong>de</strong>rwijs, hij sprak makkelijk en geestig en schreef zeer leesbare<br />
rapporten, was hij een figuur van beteekenis gewor<strong>de</strong>n. De gelijkenis<br />
met Renah was niet uitsluitend uiterlijk, want tot hoe klein formaat U<br />
zijn beteekenis zoudt willen terugbrengen, W. B. G. behoor<strong>de</strong> tot netgenus<br />
„groote mannen". Bree<strong>de</strong>r ontwikkeld dan an<strong>de</strong>ren die zich practisch<br />
<strong>voor</strong> het teekenon<strong>de</strong>rwijs inspan<strong>de</strong>n, was <strong>de</strong> allure van zijn geest en van<br />
zijn eer<strong>de</strong>r burlesk uiterlijk <strong>de</strong>coratief, terwijl een leven<strong>de</strong> zin <strong>voor</strong> humor,<br />
niet zon<strong>de</strong>r zelfironie, zich on<strong>de</strong>r alle omstandighe<strong>de</strong>n wist te uiten.<br />
Hoewel hij in Lei<strong>de</strong>n geboren was, had hij Zuid-Ne<strong>de</strong>rlandsche manieren.<br />
In zijn jonge jaren was hij leeraar in <strong>de</strong>n Bosch geweest, waar hij <strong>de</strong><br />
zuster van Antoon Derkin<strong>de</strong>ren had getrouwd. Hij was teekenleeraar aan<br />
207
<strong>de</strong> H.B.S. te Leeuwar<strong>de</strong>n, toen hij door Victor <strong>de</strong> Stoers geroepen werd<br />
een rijksopleiding <strong>voor</strong> teekenleeraren te besturen.<br />
Leeraren <strong>voor</strong> sommige takken van kunston<strong>de</strong>rwijs waren er in die dagen<br />
in ons land niet te vin<strong>de</strong>n. De eerste hoogleeraar in <strong>de</strong> kunstgeschie<strong>de</strong>nis,<br />
speciaal die <strong>de</strong>r bouwkunst, aan <strong>de</strong> Technische Hoogeschool te Delft, was<br />
<strong>de</strong> Duitscher Eug. Gagel, <strong>de</strong> eerste hoogleeraar in <strong>de</strong> graveerkunst aan <strong>de</strong><br />
Rijks-Aca<strong>de</strong>mie was Rudolf Stang, <strong>de</strong> eerste en <strong>de</strong> undigste leerkracht<br />
die er in Holland in het <strong>de</strong>coratief-schil<strong>de</strong>ren geweest is, was <strong>de</strong> Weever<br />
Georg Sturm.<br />
Jonger, beeldhouwer, evenals Sturm leeraar aan <strong>de</strong> k unstnijverheidsschool,<br />
was evenals hij, Oostenrijker. Ook <strong>de</strong> leeraar in bouwkun<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> R.N.S.<br />
was een vreem<strong>de</strong>ling: <strong>de</strong> Zuid-Duitscher Ludwig Beirer. Deze laatste,<br />
een man die alleen „op <strong>de</strong> penning" was en naast zijn ambt eigenbouwer<br />
werd, is er hef beste afgekomen. Want <strong>de</strong> buitenlan<strong>de</strong>rs hebben van hun<br />
benoemingen in het „steinreiche" Holland geen genoegen beleefd. Sturm had<br />
alles tegen om als Kunstenaar in ons land gewaar<strong>de</strong>erd te wor<strong>de</strong>n: perfecte,<br />
wat zwierige Weensche manieren, een bijzon<strong>de</strong>r mooie stijlvolle vrouw<br />
en ....als oud-cavallerieofficier reed hij paard. Da't, en zijn onmiskenbare<br />
vaardigheid, was voldoen<strong>de</strong> om hem het leven in die dagen bij ons<br />
zuur te maken. Jonger, die <strong>de</strong> beste penningen boetseer<strong>de</strong> die er in dien tijd<br />
bij ons gemaakt wer<strong>de</strong>n, vond niet veel meer meer dan geringschatting.<br />
Hij werd steeds meer melancholicus en simuleer<strong>de</strong> verstandsverbijstering,<br />
om vóór <strong>de</strong> uiterste le eftijdsgrens naar Weenen te }dunnen terugkeeren.<br />
Toén was het ruim voldoen<strong>de</strong> om een rechter hand aan een linker arm<br />
te boetseeren om als geestesziek door te gaan. Twintig jaar later ware<br />
dit heel zeker onvoldoen<strong>de</strong> geweest. De gang die „<strong>de</strong> kunst in dien<br />
korten tijd naar het pathologische heeft afgelegd, kan aan dit <strong>voor</strong>val<br />
gemeten wor<strong>de</strong>n.<br />
Als steeds en overal leer<strong>de</strong> men ook op <strong>de</strong>ze kunstscholen, (er was een zeer<br />
nauwe samenwerking tusschen <strong>de</strong> Rijksschool <strong>voor</strong> kunstnijverheid en <strong>de</strong><br />
Rijps Normaalschool) meer van zijn me<strong>de</strong>leerlingen dan van zijn leeraren.<br />
't Ware echter onbillijk het opwekken<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijs van <strong>de</strong>n jongen Kromhout,<br />
die juist bij mijn Domst Joseph Cuypers was opgevolgd, te vergeten.<br />
Als Kromhout op <strong>de</strong> op het rooster aangegeven les verscheen, dan was het<br />
toch steeds te laat. Ddt reeds gaf ons leerlingen het i<strong>de</strong>e dat hij niet op<br />
het on<strong>de</strong>rwijs was aangewezen. Willem Kromhout Czn. was <strong>de</strong> bouwmeester<br />
van „Americain", dat juist in die dagen uit <strong>de</strong>n grond kwam.<br />
Menig <strong>de</strong>tail, ik herinner mij speciaal <strong>de</strong> 1900 koperen luchters, ontston<strong>de</strong>n<br />
op het bord van het theorielokaal van <strong>de</strong> school. Dda'r ook teeken<strong>de</strong> Kromhout<br />
met rake luchtige lijntjes <strong>de</strong>n Koepel van Brunelesco, en hing hij <strong>de</strong><br />
208
schetsen in krijten waterverf op, die hij in Italië en in Frankrijk op studiereizen<br />
maakte.<br />
Kromhout doceer<strong>de</strong> kunstgeschie<strong>de</strong>nis, á batons rompus, aan kunstwerken<br />
die hij uit eigen aanschouwing ben<strong>de</strong>. Ook bij Kromhout moet ik aangevoeld<br />
hebben dat anti-doctrinaire, het ontbreken van die uiterste leerstelligheid,<br />
waarvan ik toen reeds overtuigd was afgekeerd. Men luister<strong>de</strong><br />
met groote aandacht naar zijn zachte stem, waarvan hij zelf overigens<br />
<strong>de</strong> uitwerking ben<strong>de</strong>.<br />
Jan Versluis, „van <strong>de</strong> boeltjes" doceer<strong>de</strong> wiskun<strong>de</strong>, speciaal perspectief<br />
en beschrijven<strong>de</strong> meetkun<strong>de</strong>, zoo droog als dat nu eenmaal betaam<strong>de</strong> en<br />
Dr. A. R. Cohen <strong>de</strong> anatomie, zoo smeuig als dat mogelijk was. Hij wist<br />
van dit vak oneindig meer, en zijn lessen waren <strong>voor</strong> kunstenaars van meer<br />
nut dan die van zijn collega Prof. Carl Dale aan <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie,<br />
die geduren<strong>de</strong> zijn leeraarschap in anatomie er slechts zeer langzaam iets<br />
van te weten (zwam.<br />
Terugkomend op <strong>de</strong>n directeur, zij opgemerkt dat wij hem niet alleen<br />
waar<strong>de</strong>er<strong>de</strong>n om zijn karikaturaal profiel dat zich zoo gemakkelijk op<br />
schotten en muren liet neerklad<strong>de</strong>n, maar <strong>voor</strong>al om <strong>de</strong> wijze waarop hij<br />
methodologie doceer<strong>de</strong>. Als hij vertel<strong>de</strong> wie <strong>de</strong> eerste serie wandplaten <strong>voor</strong><br />
het teekenon<strong>de</strong>rwijs in ons land ontwierpen, liet hij niet achterwege dat<br />
Graat von Ueberfelt een gewezen officier was, en <strong>de</strong> heer Bing een houten<br />
been had, of als hij het jaartal kwijt was waarop Zwier en Dansma's<br />
prenten verschenen, dit wereldschokken<strong>de</strong> gebeuren in <strong>de</strong>n tijd ophing<br />
dat „onze Theo <strong>de</strong> kinkhoest had" ... .<br />
Zou ik dit alles beschouwen van uit het retrospectieve fatalisme dat <strong>de</strong><br />
ou<strong>de</strong>re Goethe erken<strong>de</strong> toen hij zijn levenslooi overzag, dan komt uit <strong>de</strong><br />
studiejaren van <strong>de</strong>n jongen Luns een geheel van begaafdhe<strong>de</strong>n en aspiraties<br />
boven, dat toen reeds wees naar het leeraarsambt. Aan lesgeven dacht hij,<br />
niettegenstaan<strong>de</strong> <strong>de</strong> <strong>voor</strong>bereiding van het mid<strong>de</strong>lbaar teekenexamen, in<br />
het geheel niet. Noch <strong>de</strong> begeerte, noch <strong>de</strong> bereidheid een <strong>de</strong>el van <strong>de</strong>n tijd<br />
van <strong>de</strong> kunstbeoefening af te staan, leef<strong>de</strong> in hem.<br />
Zou hij toen er aan gedacht hebben op <strong>de</strong>n duur teekenlessen te gaan geven,<br />
dan zou hij weinig nut gehad hebben van het <strong>voor</strong>beeld van <strong>de</strong>n teekenleeraar<br />
<strong>de</strong>r museumscholen, D. Huibers.<br />
Te Munchen scheen <strong>de</strong>ze in <strong>de</strong> jeugd goe<strong>de</strong> figuurstudies te hebben ge<br />
schil<strong>de</strong>rd. En hoewel zijn werk later in <strong>de</strong>n stroom van het binnenhuisschil<strong>de</strong>ren<br />
werd meegesleept, had hij omtrent het teekenen van een kop<br />
Benige, wel elementaire, maar toch constructieve begrippen, die hij wel op<br />
ons wist over te dragen, niettegenstaan<strong>de</strong> een evi<strong>de</strong>nt tekort aan uitdrukkingsvermogen.<br />
14<br />
zog
Hoe ontoereikend dat vermogen was bleek op een dag dat Huibers, die<br />
gewoonlijk te veel leerlingen had om er aan te beginnen zich met hen te<br />
bemoeien, mij eens alleen aantrof in het lokaal. Hij vond er toen <strong>de</strong> omstandighe<strong>de</strong>n<br />
naar om mij wat intensiever correctie te geven.<br />
Gewoonlijk gaf hij met half verstaanbare zinnen en met dl te verstaanbare<br />
inkrassing van een langen nagel in onze teelleningen, Benige steeds <strong>voor</strong>komen<strong>de</strong><br />
fouten aan: in <strong>de</strong> loop <strong>de</strong> gezicht<strong>de</strong>elen te groot <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n sche<strong>de</strong>l,<br />
<strong>de</strong> <strong>de</strong>tails te ver behan<strong>de</strong>ld tegenover <strong>de</strong> z.g. doo<strong>de</strong> plekken tusschen oog,<br />
neus en mond. Kon hij er ver<strong>de</strong>r niet uitkomen, dan sloot hij <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rrichting<br />
met: „en daarom is Rafael zoo groot I" Dat hij hierme<strong>de</strong> wil<strong>de</strong><br />
zeggen, dat harmonie <strong>de</strong> hoogste eigenschap is die een kunstenaar in zijn<br />
werk tot uitdrukking lion brengen, zou ik natuurlijk eerst heel veel later<br />
begrijpen.<br />
Maar zooals gezegd, dien morgen zou hij zich wat meer bunnen laten<br />
gaan, ik was ook bij hem bekend als een studieus leerling, wiep zijn raad dus<br />
wel besteed zou zijn. Die raad zou toen culmineeren in het nemen van een<br />
<strong>voor</strong>beeld aan een schil<strong>de</strong>rij van .... Ja, <strong>de</strong>n naam van <strong>de</strong>n meester was<br />
hij vergeten, en dat hij gezien had ....was het in een museum ? bij een<br />
k unsthan<strong>de</strong>laar ? dat was hem ontgaan. En toen raakte hij blijkbaar zoo<br />
in <strong>de</strong> war, dat hij verklaar<strong>de</strong> ook niet meer te weten wat het schil<strong>de</strong>rij<br />
<strong>voor</strong>stel<strong>de</strong> ....Maar dat <strong>de</strong>ed er nu ver<strong>de</strong>r niet toe: „Neem da'a'r maar<br />
een <strong>voor</strong>beeld aan I"<br />
Eens gaf mij, in een gelukkig oogenblik, Huibers een geslaagd beeld van <strong>de</strong><br />
Hollandsche kunstbegaafdheid, dat mij is bijgebleven. Hij wil<strong>de</strong> zeggen<br />
dat <strong>de</strong> bedding <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst „zien en weergeven "is. An<strong>de</strong>ren hebben<br />
dat vóór hem gedaan.<br />
Als een Grieksch schrijver Zeuxis wil prijzen, vertelt hij van een schil<strong>de</strong>ring<br />
van een korfdragen<strong>de</strong> vrouw, waarvan <strong>de</strong> vruchten zóó reëel geschil<strong>de</strong>rd<br />
waren dat <strong>de</strong> duiven, toen het werk in <strong>de</strong> zon te drogen stond, er naar<br />
pikten. In dit Grieksche verhaal is sprake van vrouwen en vruchten, van<br />
<strong>de</strong> zon en van duiven.<br />
Een Vlaamsche schrijver, die wil vaststellen dat Quinten Matrijs ter<br />
werving van zijn bruid, van smid, schil<strong>de</strong>r is gewor<strong>de</strong>n, brengt ons in het<br />
slaapvertrek van Matrijs' aanstaan<strong>de</strong>n schoonva<strong>de</strong>r. De ou<strong>de</strong> heer is nog<br />
te bed, en Quinten, in het volle meesterschap van zijn beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst,<br />
schil<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> pantoffels van <strong>de</strong>n slapen<strong>de</strong> <strong>voor</strong> diens bed. Als bij hef<br />
opstaan <strong>de</strong> nog slaapdronken man zich <strong>de</strong> voeten besmeurd door <strong>de</strong>zen<br />
in <strong>de</strong> geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> muilen te steken, geeft hij zich gewonnen <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
k un<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n jongen Matrijs.<br />
De strekking van het Grieksche en hef Vlaamsche verhaal is hetzelf<strong>de</strong>,<br />
210
maar naar 's lands aard en ze<strong>de</strong>n veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n <strong>de</strong> elementen ; nu<br />
gaat het over een slaapvertrek en pantoffels, over een schoonva<strong>de</strong>r en<br />
bloote voeten.<br />
Hoe werd nu hetzelf<strong>de</strong> <strong>de</strong>nkbeeld door <strong>de</strong>n Hollandschen Huibers vertolkt<br />
Hij haalt een gul<strong>de</strong>n uit zijn zak, legt dien op <strong>de</strong> tafel: „als U dien gul<strong>de</strong>n<br />
niet op tafel zóó kunt schil<strong>de</strong>ren dat ik dien in het <strong>voor</strong>bijgaan eraf wil<br />
nemen, dan verstaat U uw vak niet, dan zijt gij geen schil<strong>de</strong>r".<br />
Te Athene, het vrije licht en <strong>de</strong> gul<strong>de</strong>n zon, te Antwerpen <strong>de</strong> burgerlijke<br />
intimiteit van een slaapvertrek, te Amsterdam gaat het over <strong>de</strong>n gaven<br />
gul<strong>de</strong>n, — <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r <strong>de</strong>nkt nu eenmaal in geld.<br />
De studie aan <strong>de</strong> Rijks-Normaalschool <strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rtvijs en die aan<br />
<strong>de</strong> Rijksschool <strong>voor</strong> kunstnijverheid was een goe<strong>de</strong> prope<strong>de</strong>use <strong>voor</strong> die<br />
aan <strong>de</strong> Rijns-Aca<strong>de</strong>mie, waar het on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> bijvakken op veel<br />
min<strong>de</strong>r hoog peil stond. De kunsthistorie werd gedoceerd door een<br />
aca<strong>de</strong>mische vermaardheid, maar zóó dat het een mid<strong>de</strong>l leek tegen<br />
<strong>de</strong> meest hardnekkige slapeloosheid.<br />
De hoogleeraar die met anatomieon<strong>de</strong>rwijs belast was, 't werd reeds opgemerkt,<br />
wist er weinig van, en zijn perspectiefon<strong>de</strong>rwijs bleef zoo laag bij<br />
<strong>de</strong>n grond als op een ambachtsschool.<br />
Maar het practisch on<strong>de</strong>rwijs in teekenen en schil<strong>de</strong>ren ging natuurlijk<br />
ver<strong>de</strong>r en hooger, op dit ou<strong>de</strong> instituut van honger kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
Oud instituut<br />
Haar oorsprong is te zoeken in <strong>de</strong> Confrerieën of Broe<strong>de</strong>rschappen van<br />
k unstenaars in het mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r 17e eeuw, en vraagt U mij een datum, da<br />
zou ik <strong>voor</strong>stellen 20 October 1653, toen in <strong>de</strong>n St. Joris-Doelen een feesteljke<br />
maaltijd werd aangericht om <strong>de</strong> stichting eener nieuwe „Broe<strong>de</strong>rschap<br />
<strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst" te vieren.<br />
Toen aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r achttien<strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> Fransche revolutie <strong>de</strong> kreet<br />
slaakte „het ambacht is vrij", ontlaad<strong>de</strong> zich in <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> die dat allerwegen<br />
verwekte, <strong>de</strong> ergernis, die <strong>de</strong> tyrannie <strong>de</strong>r sterven<strong>de</strong> gil<strong>de</strong>n reeds<br />
lang had verwekt. Met <strong>de</strong> kunstenaars en <strong>de</strong> gil<strong>de</strong>n had hef nooit geboterd.<br />
Men heeft nooit precies geweten, ook niet in <strong>de</strong> groote dagen <strong>de</strong>r gil<strong>de</strong>n,<br />
rváár kunstenaars on<strong>de</strong>rgebracht moesten wor<strong>de</strong>n : <strong>voor</strong> Dante aarzel<strong>de</strong><br />
men tusschen apothekers en notarissen, en in <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw weiger<strong>de</strong><br />
Jan van Scorel reeds bij herhaling zich bij het gil<strong>de</strong> <strong>de</strong>r versvers aan te<br />
sluiten. Als in 1648 <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r Lebrun, on<strong>de</strong>r Colbert, te Parijs <strong>de</strong> „Aca<strong>de</strong>"mie<br />
<strong>de</strong> peinture et <strong>de</strong> sculpture" sticht, dan is dit met <strong>de</strong> aperte bedoeling<br />
<strong>de</strong> kunstenaars aan <strong>de</strong> dwingelandij <strong>de</strong>r gil<strong>de</strong>n te onttrekken.<br />
Zooals ik reeds opmerkte, was het 5 jaar later dat te Amsterdam „Schil<strong>de</strong>rs,<br />
211
Beelthouwers, Tekenaars en hunne begunstigers door bant van on<strong>de</strong>rlinge<br />
gemeenschap verknocht" bijeenkwam en om een nieuwe bond te stichten.<br />
Die bond heeft het jaarfeest nog eens herhaald en wij danken hieraan<br />
het gedicht „Broe<strong>de</strong>rschap <strong>de</strong>r Schil<strong>de</strong>rkunst" van Asselijn, en „Inwijdinge<br />
<strong>de</strong>r Schil<strong>de</strong>rkunste" op Sint Lukasfeest, van Joost van <strong>de</strong>n Von<strong>de</strong>l.<br />
Maar <strong>de</strong>n bond, die het ou<strong>de</strong> Ambachts-verband moest vervangen, lukte<br />
het toch niet te Amsterdam een „Oefen-schole" op te richten die, nu <strong>de</strong><br />
„Schil<strong>de</strong>rwinkels" „geen volledige opleiding meer bo<strong>de</strong>n", op vrije avon<strong>de</strong>n<br />
gelegenheid gaf tot een ongerepte schoonheidsbeoefening <strong>voor</strong> schil<strong>de</strong>rs,<br />
beeldhouwers, architecten en plaatsnij<strong>de</strong>rs, borduur<strong>de</strong>rs en glasschrijvers.<br />
In an<strong>de</strong>re plaatsen gelukte dit oprichten van teekenkamers en aca<strong>de</strong>mies<br />
wd, wij zagen dit bij <strong>voor</strong>beeld te 's-Gravenha,e, maar te Amsterdam<br />
zijn een paar schil<strong>de</strong>rs op eigen verantwoor<strong>de</strong>lijkheid begonnen, wat el<strong>de</strong>rs<br />
door <strong>de</strong> Confrerie wel aangevangen en <strong>voor</strong>tgezet was. Volgens Wagenaar<br />
open<strong>de</strong>n Barend Graat, en <strong>voor</strong>al Gerard <strong>de</strong> Lairesse, in here huizen<br />
<strong>de</strong> gelegenheid om naar aca<strong>de</strong>misch beginsel <strong>de</strong> teekenkunst te beoefenen.<br />
Bij <strong>de</strong>n dood <strong>de</strong>zer schil<strong>de</strong>rs, in 1709 en 1711, eindig<strong>de</strong> <strong>de</strong> werkzaamheid<br />
<strong>de</strong>zer particuliere aca<strong>de</strong>mies. Mid<strong>de</strong>lerwijl was in het jaar 1708 <strong>de</strong> beschikking<br />
verkregen van Burgemeesteren over een vertrek boven het<br />
„Corps <strong>de</strong> Gar<strong>de</strong>" op <strong>de</strong> Leidsche poort, door Jan Wan<strong>de</strong>laar, teehenaar<br />
en plaatsnij<strong>de</strong>r van groote verdienste, en dààr werd dus <strong>de</strong> Stads-Aca<strong>de</strong>mie<br />
officieel gesticht. Toen echter Wan<strong>de</strong>laar naar Lei<strong>de</strong>n verhuis<strong>de</strong> verliep<br />
<strong>de</strong> zaak, niettegenstaan<strong>de</strong> Bernard Picart, een an<strong>de</strong>r graveur, alles <strong>de</strong>ed<br />
om <strong>de</strong> instelling boven <strong>de</strong> „Forte-gaar<strong>de</strong>", verbastering van „Corps <strong>de</strong><br />
Gar<strong>de</strong>", in stand te hou<strong>de</strong>n. Men leest in <strong>de</strong> stukken van <strong>de</strong>n tijd: „Door<br />
on<strong>de</strong>rlinge ver<strong>de</strong>eldheid, <strong>de</strong> een <strong>de</strong>n an<strong>de</strong>r niets willen<strong>de</strong> toegeven, ... .<br />
wierd <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie gesloten".<br />
Toen begon alles weer opnieuw, oefeningen in het atelier van een schil<strong>de</strong>r,<br />
in een gehuur<strong>de</strong> kamer, tot men na veel tobben zich weer vestig<strong>de</strong> in <strong>de</strong><br />
„korte gaar<strong>de</strong>". De zaak (zwam eerst „op pootera", toen in 1765 on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
hoofddirectie van Burgemeester Jonas Witsen, kunstenaars als J. Buys,<br />
C. Ploos van Amstel, A. Ziesenis en R. Vinkeles, <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r Stadsteekenaca<strong>de</strong>mie<br />
kon<strong>de</strong>n behartigen in een zaal van het schoone en zoo<br />
monumentale Raadhuis. Er kwamen ook mo<strong>de</strong>llen ter beschikking, in <strong>de</strong><br />
vorm van maquettes van bouw- en beeldhouwwerken, die <strong>de</strong> stad had laten<br />
uitvoeren. Er wer<strong>de</strong>n ook „antieke beel<strong>de</strong>n", d.w.z. afgietsels naar<br />
Grieksch-Romeinsche statues, geschonken en aangekocht. Ook <strong>de</strong> verzameling<br />
ou<strong>de</strong> teekeningen en prenten werd weldra zoo belangrijk, dat in<br />
1748 aan Jan van Dijk, door Burgemeesters het beheer over <strong>de</strong> „hunst-<br />
Izamer" werd toevertrouwd.<br />
212
Het is in dien tijd dat <strong>de</strong> Stads-Teekenaca<strong>de</strong>mie bloei<strong>de</strong>, wel te verstaan<br />
ging het niet alleen over teerenen, want bij irgerrncfrrljj van<br />
1768 werd <strong>de</strong>n directeur het recht gegeven ook in schil<strong>de</strong>ren en boetseeren<br />
les te geven. Doch <strong>de</strong> na<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> maatschappelijke beroeringen dreven<br />
weldra <strong>de</strong> Stads-Teekenaca<strong>de</strong>mie uit het groote gebouw op <strong>de</strong>n Dam,<br />
naar een ne<strong>de</strong>rige behuizing aan <strong>de</strong> Raamstraat. Toen <strong>de</strong> storm geluwd<br />
was en onze nationale onafhankelijkheid hersteld was, waren het niet <strong>de</strong><br />
ste<strong>de</strong>lijke magistraten, maar <strong>de</strong> centrale landsregeering, die <strong>de</strong> zaak <strong>de</strong>r<br />
Aca<strong>de</strong>mie opnam. Bij een besluit van <strong>de</strong>n Souvereinen Vorst van 13 April<br />
1817 werd ook het on<strong>de</strong>rwijs in <strong>de</strong> schoone Dunsten geregeld, en werd <strong>de</strong><br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie aangewezen om het honger kunston<strong>de</strong>rwiis te<br />
dienen.<br />
Veel tijd ging verloren aan het opstellen van reglement en instructies, die<br />
op 8 Januari 1820 wer<strong>de</strong>n goedgekeurd. De schil<strong>de</strong>rs J. W. Pieneman,<br />
J. A. Daiwaille en Jan Hulswit, <strong>de</strong> beeldhouwer P. J. Gabriël, <strong>de</strong> graveur<br />
J. E. Marcus en <strong>de</strong> bouwmeester T. Suys, wer<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r het oppertoezicht<br />
van <strong>de</strong>n Raad van Bestuur, wiens <strong>voor</strong>zitter <strong>de</strong> Burgemeester was, aangewezen<br />
het on<strong>de</strong>rwijs aan <strong>de</strong> Koninklijke Aac<strong>de</strong>mie van Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kruisten te geven.<br />
Eerst op 11 Januari 1822 kon <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie met haar lessen aanvangen<br />
op <strong>de</strong> bovenverdieping van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Beurs op <strong>de</strong>n Vijgendam, het fraaie<br />
gebouw van Hendrik <strong>de</strong> Keyser, dat echter <strong>voor</strong> het doel zeer ongeschikt<br />
was. Van <strong>de</strong> 1140 leerlingen die zich had<strong>de</strong>n ingeschreven, kon<strong>de</strong>n er<br />
slechts 262 wor<strong>de</strong>n geplaatst, een getal dat men door het uiterste overleg<br />
tot 350 schijnt te hebben kunnen opvoeren.<br />
Wij zullen U niet <strong>de</strong>n geheelen lij<strong>de</strong>nsweg van <strong>de</strong>ze Kon. Aca<strong>de</strong>mie schetsen,<br />
hoe zij van <strong>de</strong> Beurs verhuis<strong>de</strong> naar het Ou<strong>de</strong> Mannen- en Vrouwengasthuis.<br />
Een rijksbezuiniging van 1851 bracht haar aan <strong>de</strong>n rand van <strong>de</strong>n<br />
afgrond. Een legaat van C. J. Fodor van f 10.000 heeft haar van wissen<br />
on<strong>de</strong>rgang gered. Toen in 1853 Pieneman stierf en <strong>de</strong> beeldhouwer Louis<br />
Roger <strong>de</strong> leiding kreeg, schijnt Arti et Amicitiae op het punt gestaan te<br />
hebben een eigen Aca<strong>de</strong>mie te stichten. Allerlei <strong>voor</strong>stellen tot verbetering<br />
wer<strong>de</strong>n gedaan, van Nicolaas Pieneman, van J. W. Kaiser en van Tétar<br />
van Elven in 1839, in 1860, in 1863. Tot ein<strong>de</strong>lijk in 1870 een wetsontwerp<br />
van Minister Fock, met groote meer<strong>de</strong>rheid van stemmen door <strong>de</strong><br />
volksvertegenwoordiging aangenomen, <strong>de</strong> Kon. Aca<strong>de</strong>mie veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in<br />
<strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie van Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> 'Kunsten.<br />
Een vijf tal hoogleeraren kreeg <strong>de</strong> verzorging van een breed werkplan in<br />
han<strong>de</strong>n, en on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n eersten directeur B. <strong>de</strong> Poorter werd, in 1875, het<br />
gebouw aan <strong>de</strong> Stadhou<strong>de</strong>rska<strong>de</strong> betrokken. Bij het optre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n<br />
213
Georg Rueter, teekening naar zijn in 1914, geschil<strong>de</strong>rd portret van Aug. AIlebé, hoogleeraar van <strong>de</strong><br />
Rijks-Aca<strong>de</strong>mie.<br />
twee<strong>de</strong>n directeur, <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>treffelijhen genreschil<strong>de</strong>r August Allebé,<br />
begon in 1879 <strong>de</strong> bloeiperio<strong>de</strong> <strong>de</strong>r instelling. Met groote persoonlijke toewijding<br />
en bezieling heeft hij <strong>de</strong> Rijns-Aca<strong>de</strong>mie bestuurd, en wees hij zijn<br />
leerlengen, waarvan het meeron<strong>de</strong>el een roemvolle loopbaan wachtte, <strong>de</strong>n<br />
weg. Zoo nuttig ren<strong>de</strong>ment <strong>voor</strong> onze Hollandsche lunst als on<strong>de</strong>r Prof.<br />
214
Allebéheeft <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie tot he<strong>de</strong>n niet meer kunnen geven, omdat zij<br />
nooit mier dan in dien tijd was gericht naar <strong>de</strong> speciale Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
schil<strong>de</strong>rsbegaafdheid, die nooit in het <strong>de</strong>coratief-monumentale, maar<br />
steeds in het intiem-naturalistische gelegen heeft. Een zeer roemvol aan<strong>de</strong>el<br />
had in dien tijd <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie in het schitterend reveil van <strong>de</strong><br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>rkunst, zich uitsprekend in <strong>de</strong> Haagsche en Amsterdamsche<br />
school.<br />
Jozef Israëls reeds was leerling van J. W. Pieneman in <strong>de</strong> dagen <strong>de</strong>r<br />
Kon. Aca<strong>de</strong>mie, en in <strong>de</strong> dagen <strong>de</strong>r Rijks-Aca<strong>de</strong>mie, on<strong>de</strong>r Allebé, werd het<br />
gezien dat een meester als G. H. Breiteer nog eens <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rklasse ging<br />
bezoeken.<br />
August Allebé is zeker <strong>de</strong> merkwaardigste kunstpaedagoog die Holland<br />
heeftgehad, en die op al zijn leerlingen een onuitwischbaren indruk maakte.<br />
Toen hij <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie dreef als een zaak, had zij een bloeiperio<strong>de</strong><br />
die se<strong>de</strong>rt niet meer bena<strong>de</strong>rd werd. Vrijgezel, was <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie zijn huis<br />
en zijn winkel, en was niets hem te veel als het <strong>de</strong> leerlingen of het on<strong>de</strong>rwijs<br />
betrof. Allebé leef<strong>de</strong> in een stage angst dat, indien <strong>de</strong> blikken <strong>de</strong>r regeering<br />
te veel zijn bant wer<strong>de</strong>n uitgetrokken, zij, zonal niet tot directe afschaffing<br />
van een zoo nutteloos instituut zou overgaan, dan toch tot beknotting van<br />
<strong>de</strong> aan zijn zorgen toevertrouw<strong>de</strong> instelling. Diezelf<strong>de</strong> angst bracht <strong>de</strong>n<br />
directeur <strong>de</strong>r Rijks-Aca<strong>de</strong>mie er toe een <strong>de</strong>el van het mo<strong>de</strong>llengeld zelf<br />
te betalen, als <strong>de</strong> rekening hem hieraan wat groot begon te wor<strong>de</strong>n.<br />
Uiterst bekwaam teekenaar, gevoelig en geestig romantisch schil<strong>de</strong>r, had<br />
hij zijn kunstenaarsloopbaan <strong>voor</strong> een groot <strong>de</strong>el prijs gegeven. Jong hoogleeraar<br />
gewor<strong>de</strong>n, was hij vermoe<strong>de</strong>lijk met zijn figuur in het <strong>de</strong>ftige ambt<br />
wat verlegen geweest, en toen schijnt hij zich een, door blazen afgewisseld,<br />
spreken te hebben aangewend, dat later een twee<strong>de</strong> natuur was gewor<strong>de</strong>n<br />
en die zijn conversatie, die reeds naar hef bizarre zweem<strong>de</strong>, nog opvallen<strong>de</strong>r<br />
maakte.<br />
Was hij als kunstenaar tot <strong>de</strong> romantische school te rekenen, als leeraar<br />
was hij klassiek georienteerd, en hij corrigeer<strong>de</strong> ons als een discipel van<br />
Ingres. Parijs en <strong>de</strong> Fransche school had<strong>de</strong>n zijn hart, en over bei<strong>de</strong> sprak<br />
hij met mij, sinds hij op mijn geboortebewijs gezien had dat ik in <strong>de</strong> Ville<br />
Lumiére hef levenslicht zag.<br />
Mijn eerste groote opdracht dankte ik aan Prof. Allebé, die mij had aangewezen<br />
als een jonge schil<strong>de</strong>r, in staat een plafond met figuren te schil<strong>de</strong>ren<br />
<strong>voor</strong> een rijlzgewor<strong>de</strong>n paar<strong>de</strong>nkoopman, die zich een dure villa aan <strong>de</strong>n<br />
Amstel had laten bouwen. Ik liet het ontwerp aan Allebé zien, hij was er<br />
tevre<strong>de</strong>n me<strong>de</strong>. Maar in ware bewon<strong>de</strong>ring geraakte hij toen ik hem<br />
vertel<strong>de</strong> waarom ik <strong>de</strong> jaargetij<strong>de</strong>n, en niet Apollo op <strong>de</strong>n zonnewagen,<br />
215
zooals ik eerst van plan was, als on<strong>de</strong>rwerp genomen had. 1k meen<strong>de</strong><br />
dat <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>n zonnegod nooit naar <strong>de</strong>n zin van een gewezen<br />
stalhou<strong>de</strong>r zou<strong>de</strong>n zijn uitgevallen, en die overigens in <strong>de</strong> leuze van dit<br />
on<strong>de</strong>rwerp reeds een allusie zou zien waarop hij niet gesteld was. „Wat<br />
'n wijsheid I (blazen). Wat een menschenhennis (blazen) <strong>voor</strong> een zoo<br />
jong man ! Veel ou<strong>de</strong>r dan U had ik die nog niet, an<strong>de</strong>rs had ik mij<br />
<strong>de</strong> vergeefsche reis naar Restaurant Riche gespaard, toen ik meen<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong><br />
eigenaar, mijnheer Vruchtmans, bijzon<strong>de</strong>r gesteld zou zijn op 'n prachtige<br />
studie van Jac. van Loog, een kalfskop op schotel".<br />
De sterkste indruk uit mijn leerjaren behield ik aan <strong>de</strong>n eersten avond, dat<br />
ik <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie binnenkwam. Het binnenbomen van het groote<br />
lokaal, waar <strong>de</strong> warmte van het ruischen<strong>de</strong> gaslicht <strong>de</strong> hitte van <strong>de</strong> groote<br />
kolomkachel nog kwam versterken, en waar <strong>voor</strong> het eerst in al <strong>de</strong> pracht<br />
van een roze incarnaat een vrouwelijk naakt als een waar won<strong>de</strong>r <strong>voor</strong><br />
mijn Dogen stond, is mij steeds bijgebleven.<br />
In mijne herinnering wint <strong>de</strong>ze emotie het zelfs van het binnenkomen van<br />
<strong>de</strong> S. Marco te Venetië of <strong>de</strong> Kathedraal te Amiens, van <strong>de</strong> confrontatie<br />
met <strong>de</strong> „Entierro di ton<strong>de</strong> di Orgaz" te Toledo, of het eerstgehoor<strong>de</strong> aanzwellen<br />
van het Kyrie uit Beethoven's Missa Solemnis.<br />
't Spreekt wel van zelf, dat wij op <strong>de</strong> Rijps-Normaalschool er naar<br />
haakten 's avonds op <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie naar levend mo<strong>de</strong>l te teekenen.<br />
Het werken naar gipsafgietsels van meesterwerken uit <strong>de</strong> groote perio<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>r Europeesche lamst, ligt eigenlijk boven <strong>de</strong> brachten van <strong>de</strong>n jongen<br />
leerling. Slechts het stilstaan van het afgietsel maakt het als teekenobject<br />
geschikt, in <strong>de</strong>n tijd, dat <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van <strong>de</strong> studie naar <strong>de</strong> antieken even<br />
ver boven <strong>de</strong> bevatting van <strong>de</strong>n leerling ligt, als <strong>de</strong> kunst van <strong>de</strong>n Griek<br />
onbena<strong>de</strong>rbaar <strong>voor</strong> hem is.<br />
De „koppen" die het dichtst kwamen bij het leven: eenl5<strong>de</strong> eeuwsche Florentijn<br />
of een 18<strong>de</strong> eeuwsche Parijzenaar, had<strong>de</strong>n natuurlijk onze <strong>voor</strong>keur,<br />
maar teekenen naar het leven begrepen wij instinctmatig als arbeid, die ons<br />
in <strong>de</strong> eerste plaats zou liggen. Indien mij toen zou zijn <strong>voor</strong>gehou<strong>de</strong>n dat<br />
ik ruim <strong>de</strong>rtig jaren later, met hartstochtelijke overgave zou teekenen aan<br />
een weergave van <strong>de</strong> marmeren sarcophaag <strong>voor</strong> <strong>de</strong> jonggestorven dochter<br />
van Colleoni, door G. Antonio Ama<strong>de</strong>o <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Kapel te Bergamo gehouwen,<br />
zou ik dat <strong>voor</strong> onmogelijk hebben verklaard, zóó stond ons in <strong>de</strong> jeugd<br />
het afgietsel tegen.<br />
't Was een eer<strong>de</strong>r „gevul<strong>de</strong>" groote jonge vrouw; Bart van Hove had<br />
haar met het gevoel van <strong>de</strong>n plasticus een eenvoudige stand gegeven. In<br />
216
zijn onbeweeglijkheid gaf mij dat roze pralen<strong>de</strong> vrouwenlijf, in waarheid<br />
stralend en lichtgevend, een schok die ik religieus zou willen noemen. Al <strong>de</strong><br />
eerbied <strong>voor</strong> het won<strong>de</strong>r van het schoone, alle lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> wat met kunsten<br />
verband hield, heeft mij bij het binnentre<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> avondteekenklasse <strong>de</strong>r<br />
Rijks-Aca<strong>de</strong>mie toen doortrild. Van dien eersten indruk heb ik altijd<br />
iets behou<strong>de</strong>n, het naakt bleef mij heilig en <strong>de</strong> studie naar het naakt, die<br />
ik ben blijven beoefenen, bleef ik steeds beschouwen als <strong>de</strong> toetssteen evenzeer<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> religieus-artistieke ontroering, als <strong>voor</strong> het beel<strong>de</strong>nd vermogen.<br />
In 1904 kwam ik opnieuw met Prof.<br />
@1f• 1.
in Holland beproefd een staatskunst in het leven te roepen, doch het is<br />
immer op verlies <strong>voor</strong> onze kunst uitgeloopen. Noch on<strong>de</strong>r Fre<strong>de</strong>rik<br />
Hendrik, noch on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n Stadhou<strong>de</strong>r-Koning Willem 111 was dit gelukt.<br />
Niemand <strong>de</strong>nkt er over, <strong>de</strong>n vaardigen Bonthorst of <strong>de</strong> knappe Terwesten's<br />
op een lijn te stellen met <strong>de</strong> stille burgerlijke kleine meesters van Holland,<br />
die noch een maatschappelijke plaats, noch een maatschappelijke rol warm<br />
toebe<strong>de</strong>eld, maar in wier werk, buiten-maatschappelijk, het beste en het<br />
meest origineele van Holland leef<strong>de</strong>.<br />
Hieraan wisten <strong>de</strong> vier jonge schil<strong>de</strong>rs, die in loge naar hun verzegel<strong>de</strong><br />
schets een schil<strong>de</strong>rij gingen maken „Eliscr wekt het zoontje van <strong>de</strong> Sunamitische<br />
vrouw ten leve" weinig of niets; zij zagen slecht <strong>de</strong> eerepenning<br />
en het reisstipendium. Jan Sluijters kreeg bei<strong>de</strong> welverdiend. Een jeugdige<br />
begaafdheid, die spoedig tot het virtuoze zou uitgroeien, bracht, met<br />
een sterk gevoel <strong>voor</strong> het eigentijdsche en actueele, <strong>de</strong>zen schil<strong>de</strong>r immers<br />
aan het hoofd van zijn schil<strong>de</strong>rsgeneratie.<br />
Toen hij op vijftien jaar zich opmaakte zijn studie te beginnen aan <strong>de</strong><br />
Rijks-Normaalschool voo r tee kenon<strong>de</strong>rivijs,<br />
was hij reeds een handig<br />
teekenaar. Een sensatieblaadje,<br />
naar Amerikaansch <strong>voor</strong>beeld, op<br />
rose papier gedrukt „Het Politienieuws",<br />
gaf we e ij s een misdadigersscene<br />
inliet licht, van <strong>de</strong>n<br />
jongen Sluijters, die <strong>de</strong>ze zelf<br />
op steen teelen<strong>de</strong>. Zijn visueel<br />
geheugen, zijn <strong>voor</strong>stellingsvermogen<br />
en zijn technische vaardigheid,<br />
stel<strong>de</strong>n hem hiertoe in staat op<br />
een leeftijd, waarop vele an<strong>de</strong>re<br />
schil<strong>de</strong>rs nog kin<strong>de</strong>rteekeningen<br />
maken. 't Werd een boeiend<br />
schouwspel, <strong>de</strong> ontwikkeling van<br />
het talent van Sluijters te volgen,<br />
die na twee jaar <strong>de</strong> „Prix" liet<br />
vallen, toen <strong>de</strong>ze hem niets meer<br />
te brengen had.<br />
Bij ons vond <strong>de</strong> Prijs-van-Romewinnaar,<br />
terug van zijn studie,<br />
Jan Sluijters, prent !behooren<strong>de</strong> bij het geillustreerd<br />
Politienieuws van 12 Oct.1899. (zeer verkleind).<br />
218<br />
niet als in Frankrijk een „gespreid<br />
bed", maar eer<strong>de</strong>r het
tegen<strong>de</strong>el. In ie<strong>de</strong>r geval meen<strong>de</strong> <strong>de</strong> regeermg, na zoon geweldige<br />
verspilling van rijksgel<strong>de</strong>n (ongeveer twee duizend gul<strong>de</strong>n per jaar) van<br />
<strong>de</strong>n <strong>de</strong>linquent geheel af te zijn. Menig prijswinnaar is uit het buitenland<br />
in het va<strong>de</strong>rland weergekeerd, met een <strong>voor</strong>tijdig gebroken carriére. Hij<br />
stond er al te vaak bloot aan alle boosaardighe<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> kritiek. Niet<br />
aldus Jan Sluyters; hij kwam op vijf en twintig jaar, niet zon<strong>de</strong>r vrien<strong>de</strong>n<br />
en relaties en met een goed gezin<strong>de</strong>n avant-gar<strong>de</strong> pers, in Holland terug.<br />
219
220<br />
W. A. van Konijnenburg, penteekening.
foo<strong>de</strong>4
Prof. N. van <strong>de</strong>r Waay, penteekening uit 1891. In het huis van Alma Ta<strong>de</strong>ma.<br />
222
III,<br />
LONDEN, een bezoek aan het atelier van Alma Ta<strong>de</strong>ma. „De Vlin<strong>de</strong>rs"<br />
van Thijs Maris bij van Wisselingh te Amsterdam.<br />
oor mijn va<strong>de</strong>r was het een bijzon<strong>de</strong>r genoegen zijn oudsten<br />
zoon op 16 jaar mee te nemen op een reisje naar Lon<strong>de</strong>n, om hem<br />
<strong>de</strong> stad te tonnen waar hijzelf als jonge man een aantal jaren gewerkt had.<br />
Natuurlijk wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> National Gallery en <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re musea in <strong>de</strong> eerste<br />
plaats bezocht. Maar een beozek aan het atelier van Alma Ta<strong>de</strong>ma stond<br />
ook op het programma. Als antwoord op een briefje van Bart van Hove,<br />
had mijn va<strong>de</strong>r in zijn hotel in <strong>de</strong> Inns of Court, een vrien<strong>de</strong>lijk briefje<br />
gekregen van <strong>de</strong>n Engelsch gewor<strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>r.<br />
Sir Lawrence had in dankbaarheid <strong>voor</strong> het in Engeland behaal<strong>de</strong> succes<br />
<strong>de</strong>ze stap on<strong>de</strong>rnomen. Als wij er nu aan <strong>de</strong>nken wat Ta<strong>de</strong>ma in Holland<br />
had verlaten en wat hij in Engeland vond, dan hebben wij <strong>de</strong> verklaring<br />
<strong>voor</strong> dien stap.<br />
Wij noem<strong>de</strong>n reeds <strong>de</strong>n naam van Paul Tetar van Elven, als een <strong>de</strong>r<br />
laatsten die het historieschil<strong>de</strong>ren beoefen<strong>de</strong>n. Een van mijn <strong>voor</strong>gangers aan<br />
<strong>de</strong> Technische Hoogeschool te Delft (die toen nog geen hoogeschool was) , moet<br />
hij vaak diep melancholisch gestemd zijn geweest. Ili werd daarvan overtuigd,<br />
toen ik 'n veertigtal jaren later curator werd van <strong>de</strong> „Stichting Paul<br />
Tetar van Elven", die financieel veel moeite heeft het huis van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r,<br />
als een klein instructief museum in stand te hou<strong>de</strong>n.<br />
Tetar van Elven had te Antwerpen, Parijs en Dres<strong>de</strong>n gestu<strong>de</strong>erd en had<br />
<strong>de</strong> meesters gecopiëerd in smaakvolle Kleine schil<strong>de</strong>rijtjes.<br />
In zijn schetsboekjes maakte hij aardige waterverfnotities, als hij in Valhenburg<br />
of Vaassen, in Gulpen of Bochum volkomen argeloos naar <strong>de</strong> natuur<br />
werkte. Als hij met potlood of houtskool een meisje aan <strong>de</strong> piano of bij<br />
<strong>de</strong>n schoorsteen schetste, bereikte hij een „Camera Obscura" stemming die<br />
oneindig beter te waar<strong>de</strong>enen is dan zijn groote schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong> Droom van<br />
Dido", 'n leeg, 'n hol, maar opgeblazen werk, dat met kunst niet veel<br />
heeft uit te staan. Dat hij als historieschil<strong>de</strong>r ver bene<strong>de</strong>n zijn eigen verwachtingen<br />
bleef, is een van die drama's die in kunstenaarslevens zooveel<br />
<strong>voor</strong>komen, en die A. L. H. Obreen schrijven <strong>de</strong>ed: „een dichter zou een<br />
223
224<br />
Picter <strong>de</strong> Josselin <strong>de</strong> Jong, portretkrabbel naar Charles Rochussen.
alla<strong>de</strong> Runnen maken ter eere van Tetar van Elven, als laatste historieschil<strong>de</strong>r<br />
op <strong>de</strong> bouwvallen <strong>de</strong>r Romantische school". Men krijgt juist uit<br />
een geschrif t van Obreen over Tetar, een <strong>de</strong>nkbeeld van het huisbakken milieu<br />
waarin <strong>de</strong> kunstenaar in dien tijd leef<strong>de</strong>: „Eens had Tetar zich uitgesloofd<br />
een portefeuille vol mooie teekeningen gereed te leggen <strong>voor</strong> heeren en<br />
dames, die hij te gast had. Een van die aquarellen stel<strong>de</strong> een ba<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
vrouw <strong>voor</strong>, die bij hem in hooge eer stond om <strong>de</strong> gratie van haar lijnen.<br />
Maar hij verbleekte toen hij een <strong>de</strong>r rijke burgeressen, vrouw van een<br />
boterhan<strong>de</strong>laar, half hard tot haar buren hoor<strong>de</strong> zeggen: Ik zou niet graag<br />
housen willen breien <strong>voor</strong> die dikke beerven I En Obreen voegt er aan toe:<br />
Die man moet in zijn binnenste veel gele<strong>de</strong>n hebben".<br />
Als gij het duffe luchtje uit het een en an<strong>de</strong>r geroken hebt, werpt dan <strong>de</strong>n<br />
eersten steen naar Alma Ta<strong>de</strong>ma 1<br />
MaarCharles Rochussenbieefdantochini-Jolland! Ja, en lui<br />
vond er <strong>voor</strong> zijn onuitputtelijke arbeidslust het terrein <strong>de</strong>r illustratie. Hij<br />
werd immers <strong>de</strong> Benige verluchter van formaat in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> helft <strong>de</strong>r eeuw.<br />
Hij werd als historieschil<strong>de</strong>r dien bant wel opgedrongen. Willem 11, die<br />
misschien in navolging van Louis Philippe in Frankrijk, en on<strong>de</strong>r invloed<br />
van <strong>de</strong> Pieneman's en Kruseman's, een historische galerij had kunnen<br />
aanleggen, liet dit initiatief over aan <strong>de</strong>n Amsterdamschen verzamelaar<br />
Voss, die er natuurlijk niet aan lion <strong>de</strong>nken iets te on<strong>de</strong>rnemen als <strong>de</strong> z.g.<br />
Galerie <strong>de</strong>s batailles te Versailles, waar Baron Gros en Eugene Delacroix,<br />
en ook <strong>de</strong> Vemets in wandschil<strong>de</strong>ringen het historische genre ontvouw<strong>de</strong>n,<br />
met <strong>de</strong> bracht <strong>de</strong>r romantische overtuiging.<br />
De overblijfselen van <strong>de</strong> z.g. historische galerij van Voss, die lang in het<br />
Ste<strong>de</strong>lijk Museum te Amsterdam te zien waren, beston<strong>de</strong>n uit paneeltjes<br />
die <strong>de</strong> va<strong>de</strong>rlandsche geschie<strong>de</strong>nis uitbeel<strong>de</strong>n, en waaron<strong>de</strong>r een nauwelijks<br />
geoefend schil<strong>de</strong>rloog <strong>de</strong> kleine tafereeltjes van Alma Ta<strong>de</strong>ma, Charles<br />
Rochussen en August Allebé direct on<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong>. De an<strong>de</strong>re kleine<br />
schil<strong>de</strong>rijtjes zijn, om te beginnen, niet goed genoeg geschil<strong>de</strong>rd, maar zij<br />
<strong>de</strong>rven te veel monumentaal gevoel in <strong>de</strong> compositie om zelfs maar<br />
behoorlijke illustraties te zijn. Bij alle losheid in <strong>voor</strong>dracht hebben<br />
Rochussen's composities vaak iets monumentaals, dat ze tot schoone verluchtingen<br />
stempelt.<br />
't Is heel jammer dat Rochussen in zijn kwaliteit van illustrator te lij<strong>de</strong>n<br />
had on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> primitieve reproductietechniek dier dagen. De autotypie<br />
was wel in zijn latere levensjaren in opkomst, maar te veel is zijn werk<br />
afhankelijk geweest van <strong>de</strong> Kundigheid <strong>de</strong>r laatste houtgraveurs. De Dun<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong>zer grafici was wel groot. Dennen wij slechts aan het atelier dat Gustave<br />
Doréwist op te bouwen en aan het resultaat dat zijn houtgraveurs bereikten.'<br />
15 225
Rochussen had zulke meester-werklie<strong>de</strong>n niet tot zijn beschikking, maar<br />
ook: hij teeken<strong>de</strong> niet als Doré naar <strong>de</strong>ze reproductietechniek toe. Zijn<br />
eigenlijk materiaal was <strong>de</strong> waterverf die hij met <strong>de</strong> volle virtuositeit van<br />
een Bosboom hanteer<strong>de</strong>. De liniaire omzetting van Rochussen's werk<br />
ontnam er het luchtig sierlijke aan, waarin het uitblonk.<br />
Na <strong>de</strong>n vroegen dood van zijn eersten leermeester, <strong>de</strong>n talentvollen romantischen<br />
Nuyen, ]Zwam hij op het atelier van Waldorp. Rochussen bleef ook<br />
later in olieverf schil<strong>de</strong>ren, en op <strong>de</strong> wijze van <strong>de</strong>n zeventien<strong>de</strong>-eeuwschen<br />
Adriaan van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong>, heeft hij menig schil<strong>de</strong>rij van conf raters met figuurtjes<br />
gestoffeerd. Zagen wij niet onlangs een boschgezicht van Hanedoes, waar<br />
aan <strong>de</strong>n beeldrand een elegant en fleurig pic-nic gezelschap door Rochussen<br />
geschil<strong>de</strong>rd werd Op een hei<strong>de</strong>gezicht van Hoppenbrouwersgallopeerteen<br />
jachtstoet van Rochussen, die in zoon on<strong>de</strong>rwerp uitmuntte, me<strong>de</strong> omdat<br />
hij paar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>treffelijk uitbeeld<strong>de</strong>.<br />
Hij was archeoloog genoeg om zijn figuurtjes <strong>de</strong> costuums hunner dagen<br />
te geven, en ten volle figuurteekenaar om ze, in die bleeding en uitrusting,<br />
natuurlijk in beweging te zetten.<br />
't Waren <strong>de</strong> vroege dagen van het waterverfschil<strong>de</strong>ren die Rochussen meemaakte.<br />
Monochroom (in an kleur) gewasschen in sepia of spijkerinkt, zijn<br />
ons van <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche meesters teelleningen bij hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n<br />
gebleven, maar eigenlijk is Adriaen van Osta<strong>de</strong> <strong>de</strong> Benige on<strong>de</strong>r hen die<br />
veelkleurige waterverfteekeningen maakte, of beter, die zijn penteekeningen<br />
opwerkte met het penseel en met meer<strong>de</strong>re waterkleuren. In <strong>de</strong> achttien<strong>de</strong><br />
eeuw zijn het ten onzent Cornelis Troost en Dirk Langendijk die met<br />
waterverf gekleur<strong>de</strong> penteekeningen maakten. In het laatst van die eeuw<br />
komt het aquarelleeren, zooals <strong>de</strong> Haagsche meesters het begrepen, in zwang<br />
in Engeland. Thomas Girtin en Joseph Turner zijn <strong>de</strong> eersten die landschappen<br />
teekenen met louter waterverf, waarin <strong>de</strong> licht- en <strong>de</strong> schaduwpartijen<br />
wor<strong>de</strong>n te <strong>voor</strong>schijn geroepen, <strong>de</strong>els door het uitsparen van het<br />
witte papier, <strong>de</strong>els door het laten doorschijnen van <strong>de</strong> Bene fleur door <strong>de</strong><br />
an<strong>de</strong>re. Dit dunne en ijle, dit lichte en zachtvloeien<strong>de</strong> aanzien, was wel<br />
biton<strong>de</strong>r geëigend om <strong>de</strong> fijne tonen van grijs en blauwgrijs en grauw,<br />
die alle omtrekken <strong>de</strong>r <strong>voor</strong>werpen in elkan<strong>de</strong>r doen vloeien in het landschap<br />
in Zuid-Engeland en in Ne<strong>de</strong>rland, uit te beel<strong>de</strong>n.<br />
Op <strong>de</strong>n duur zal het aquarelleeren in Holland, b.v. van een AlbertNeuhuys,<br />
schil<strong>de</strong>ren wor<strong>de</strong>n, bij Rochussen echter blijft het nog teekenen. De waterverf<br />
was het medium, bij uitstek geschikt, om zijn fantasie onbelemmerd tot<br />
uitdrukking te brengen. Teekenaar van bewegen<strong>de</strong> figuurtjes, is Rochussen<br />
als een Jan Luyken aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw, wiens fantasie hij<br />
evenaardt en wiens vruchtbaarheid hij nabij komt.<br />
226
Hij strooi<strong>de</strong> ze wel kwistig rond, en legio zijn <strong>de</strong> schetsen en schetsjes met<br />
composities uit alle tij<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r historie die, waren zij met al haar charme<br />
gereproduceerd, wereldvermaardheid had<strong>de</strong>n kruinen verkrijgen.<br />
Dit was echter wel het laatste waar <strong>de</strong> gulle en beschei<strong>de</strong>n kunstenaar zich<br />
zorg over maakte. Hij had in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> een gerespecteer<strong>de</strong> positie, en<br />
vrien<strong>de</strong>n alom die bij ge<strong>de</strong>nkdagen zijn geaquarelleer<strong>de</strong> groetenissen<br />
kregen, zooals <strong>de</strong> grootou<strong>de</strong>rs mijner vrouw, die op hun vijf-en-twintig<br />
jarigen trouwdag een toepasselijk waterverfteekeningetje ontvingen, waar<br />
ik vaak naar zit te kijken ... .<br />
't Is juist iets wereldveroverends dat in <strong>de</strong>n jongen Alma Ta<strong>de</strong>ma gezeten<br />
moet hebben, toen hij als zestienjarige van Leeuwar<strong>de</strong>n naar Antwerpen<br />
trok, waar hij on<strong>de</strong>r Wappers en <strong>de</strong> Keyzer, maar <strong>voor</strong>al on<strong>de</strong>r Leys<br />
zich school<strong>de</strong>. Hij heeft zich toen, misschien niet geheel bewust, maar<br />
daarom niet min<strong>de</strong>r beslist, afgewend van het Hollandsche. Hij had daar<br />
in Friesland, waar hij als zoon van een notaris te bronrijp geboren was,<br />
met <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>ren Bisschop, een van <strong>de</strong> eigenlijke Hollan<strong>de</strong>rs, afwijkend<br />
standpunt, ingenomen. Bij Ta<strong>de</strong>ma zou zich <strong>de</strong> verwij<strong>de</strong>ring steeds sterker<br />
doen gevoelen. Niet naar <strong>de</strong> impressie, maar naar <strong>de</strong> omstandige omschrijving<br />
zou zich zijn trant ontwikkelen, niet naar het intiem-naturalistische<br />
maar naar het monumentaal-gestyleer<strong>de</strong> ging toen reeds zijn begeerte uit.<br />
Toen Hendrik Leys zijn befaam<strong>de</strong> archaïseeren<strong>de</strong> frescos in Antwerpens'<br />
raadhuis schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, was Ta<strong>de</strong>ma een zijner helpers. Wie weet wat Alma<br />
Ta<strong>de</strong>ma op <strong>de</strong>n wand had kannen schrijven, indien hij daar lust toe had<br />
gevoeld. Hij zelf schijnt verklaard te hebben dat hij juist het schil<strong>de</strong>rijen<br />
maken van Leys had geleerd, maar heel zeker heeft <strong>voor</strong>al ook <strong>de</strong><br />
archeoloog in Leys hem gepakt, terwijl kennismaking en omgang in een<br />
bring van te Antwerpen wonen<strong>de</strong> Duitschers, die <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis, <strong>voor</strong>al<br />
het tijdperk <strong>de</strong>r ou<strong>de</strong> Germanen bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>, invloed op hem had. In<br />
dit verband las hij <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> geschriften van Augustin Thierry.<br />
Het eerste werk waar Ta<strong>de</strong>ma naam mee maakte was „De opvoeding van<br />
<strong>de</strong> Kin<strong>de</strong>ren van Clovis", dat door een gravure van Arti et Amicitiae<br />
ruime verspreiding vond. Door die prent hangt nog aan <strong>de</strong>n wand van<br />
menige logeerhamer, Ta<strong>de</strong>ma's werk van 1861. Weinig werken van Alma<br />
Ta<strong>de</strong>ma bleven in Ne<strong>de</strong>rland of lavamen er heen. In Dordt hangt <strong>de</strong><br />
„Fortunafus", in het Rijksmuseum een tweetal werken met oud-Egyptische<br />
on<strong>de</strong>rwerpen. De Fre<strong>de</strong>gon<strong>de</strong> en Praetextatus werd bij ons goed gekend,<br />
omdat het als bruikleen jaren in het Ste<strong>de</strong>lijk Museum te Amsterdam hing.<br />
„De pottenbakker", een van <strong>de</strong> drie fragmenten waarin Ta<strong>de</strong>ma een<br />
al te groot schil<strong>de</strong>rij: „Keizer Marcus Aurelius in <strong>de</strong>n winkel van<br />
227
<strong>de</strong>n pottenbakker" sneed, hield in 1939 op <strong>de</strong> eeuwtentoonstelling van<br />
Anti Ta<strong>de</strong>ma's roem hoog.<br />
Dat die roem zou tanen direct na zijn dood, zelfs in Engeland dat zijn<br />
huist zoo warmhartig steun<strong>de</strong>, daaraan dacht noch <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r, noch het zoontje<br />
die het vrien<strong>de</strong>lijke briefje, tot bezoek aan 's meesters' atelier, ontvingen.<br />
Zoo gingen wij dan, mijn va<strong>de</strong>r en ik, op naar St. Johns Wood, London<br />
N.E., naar Ta<strong>de</strong>ma's befaam<strong>de</strong> atelier, waarvan ik wist dat het in Romeinschen<br />
stijl was gebouwd en versierd. Hoewel ik mij dat nu niet meer precies<br />
Ilan herinneren, moet ik 't toch wel 'n beetje „eng" gevon<strong>de</strong>n hebben, toen<br />
mijn va<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n saterkop-klopper op <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> villawoning van<br />
<strong>de</strong>n beroem<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r liet vallen.<br />
Zoon mooi, rijk huis had ik nog niet gezien. Niets van <strong>de</strong> artistieke slordighe<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong> echte Hollandsche schil<strong>de</strong>rswoning van dien tijd; in uiterste<br />
verzorging was alles in postbaar materiaal tot stand gekomen, terwijl inste<strong>de</strong><br />
van het half duister waarin „<strong>de</strong> gezellige hoefjes" van het Hollandsche<br />
atelier gedompeld waren, hier alles baad<strong>de</strong> in vol, hel light. On<strong>de</strong>r een<br />
pergola, door vestibules en een vestiaire als een paleis, langs sober maar<br />
rijkversier<strong>de</strong> gangen en trappen, bereikten wij het ruime gewelf<strong>de</strong> atelier<br />
waarover <strong>de</strong> koepelzol<strong>de</strong>ring in matzilver, mij danig imponeer<strong>de</strong>. Mijn<br />
va<strong>de</strong>r, die een onbegrens<strong>de</strong> vereering <strong>voor</strong> Ta<strong>de</strong>ma had, groei<strong>de</strong> er in dat<br />
zijn eigenwijs jongetje hier niet van terug had 1<br />
Alles imponeer<strong>de</strong> mij, <strong>de</strong> paneeltjes met composities van <strong>de</strong> eerste Engelsche<br />
schil<strong>de</strong>rs, vrien<strong>de</strong>n van Sir Alma Ta<strong>de</strong>ma, geincrusteerd in <strong>de</strong>n gebogen<br />
wand van <strong>de</strong> absi<strong>de</strong>, <strong>de</strong> fijngeslepen albasten platen die <strong>de</strong> ramen dichtten,<br />
maar transluci<strong>de</strong>, doorlichtend waren, <strong>de</strong> rustbank met dierenvellen, <strong>de</strong><br />
vermaar<strong>de</strong> vleugelpiano in J3yzantynschen stijl van Fox, <strong>de</strong> pauw in <strong>de</strong>n<br />
schoorsteen die <strong>de</strong> vorm had van een Etruskisch graf, <strong>de</strong> ineengestrengel<strong>de</strong><br />
naamletters van <strong>de</strong>n meester in <strong>de</strong> vloertegels, alles imponeer<strong>de</strong> mij, maar<br />
niet het minst het Kleine eenvoudige heertje, dat temid<strong>de</strong>n van die pracht,<br />
om te zien, een echte Hollan<strong>de</strong>r gebleven was.<br />
Was het <strong>de</strong> brief van Bart van Hove die hem zoo vrien<strong>de</strong>lijk gemaakt<br />
had, die hem zich zooveel moeite <strong>de</strong>ed geven ? Was het <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n welleven<strong>de</strong>n<br />
va<strong>de</strong>r, of was het toch <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n langen eigengerei<strong>de</strong>n slungel die een aankomend<br />
schil<strong>de</strong>rtje was, dat hij nagenoeg zijn heele woning doorliep,<br />
<strong>de</strong> oud-hollandsche vertrekken toon<strong>de</strong> waar Lady Laura Alma Ta<strong>de</strong>ma,<br />
een goe<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>res, leerlinge van haar man, werkte en bezoekers ontving ?<br />
Het <strong>de</strong>ed Ta<strong>de</strong>ma kennelijk genoegen dat ik bijna alle <strong>voor</strong>werpen stilistisch<br />
pon thuis brengen, en in <strong>de</strong> <strong>de</strong>ur van <strong>de</strong> biljarthamer een reliek uit een<br />
Egyptisch graf herlen<strong>de</strong>.<br />
228
Toen begon hij van zijn reis naar Egypte te vertellen, die hid op<br />
uitnoodiging van <strong>de</strong>n grooten waterbouwkundigen aannemer Sir folie<br />
Aird on<strong>de</strong>rnomen had.<br />
Toen, in 1898, werd <strong>de</strong> stuwdam te Assouan, die door het opnieuw bevaarbaar<br />
maken van <strong>de</strong>n Nijl nieuwe welvaart aan Egypte zou brengen, ingewijd.<br />
Natuurlijn waren <strong>de</strong> feestelijkhe<strong>de</strong>n niet te vergelijken met die van 1869,<br />
toen op 17 November het Suezkanaal werd geopend, en waarvan <strong>de</strong> op<br />
bestelling van <strong>de</strong>n Khedive door Verdi geschreven opera Aida in <strong>de</strong> kunst<br />
<strong>de</strong> herinnering vasthield, maar Ta<strong>de</strong>ma maakte een schil<strong>de</strong>rij.<br />
Terug in het atelier toon<strong>de</strong> <strong>de</strong> meester het werk dat hij als dankbare<br />
gast zijn gastheer zou aanbie<strong>de</strong>n: een grootsch Egyptisch paleis, waar het<br />
kindje in het „biezen mandje" gevon<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> koningsdochter wordt nagedragen;<br />
en dan héél hoog tusschen <strong>de</strong> Kolommen een plein lichtend streepje,<br />
dat <strong>de</strong>n Nijl in het geheugen riep. Waar hij geen landschap- en zeker<br />
geen rivierschil<strong>de</strong>r was, had hij zich op <strong>de</strong>ze elegante en ingenieuze<br />
manier, van zijn dankbaarheid tegenover <strong>de</strong>n firmant van John Aird and<br />
Son gekweten.<br />
't Meeste succes verwierf Alma Ta<strong>de</strong>ma met zijn Grieksch-Romeinsche<br />
on<strong>de</strong>rwerpen, <strong>voor</strong>al als hij Romeinsche vrouwen <strong>de</strong> schoonheid gaf van<br />
<strong>de</strong> beste specimina van het Angelsaksische ras. Zoon werk stond „aangelegd"<br />
op <strong>de</strong>n ezel. 't Woord „aangelegd" is min<strong>de</strong>r juist gekozen, <strong>voor</strong>een<br />
teekening getrokken met e'en streng en dun lijntje op een wit geplamuurd<br />
paneel, terwijl een paar figuren en Benige architectonische <strong>de</strong>tails quasi<br />
voltooid geschil<strong>de</strong>rd waren. Hieruit reeds was te zien hoe ver Alma Ta<strong>de</strong>ma<br />
het impressionnisme gebleven was, en van hoe vast en onveran<strong>de</strong>rlijk palet<br />
hij in die dagen schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. 't Betrof een „Gezicht in het Circus Maximus"<br />
vanuit <strong>de</strong> keizerlijke loge. De zuilen van porfier en brons van <strong>de</strong> overhuiving<br />
<strong>de</strong>r loge waren geschil<strong>de</strong>rd, en Ta<strong>de</strong>ma wees ons het zeer Kleine<br />
plastische mo<strong>de</strong>l van zoon zuil en basement in <strong>de</strong> bewuste materialen,<br />
waarnaar hij gewerkt had. Naast een <strong>de</strong>zer zuilen stond een jonge vrouw<br />
zooals <strong>de</strong> „English speaking world", en eigenlijk <strong>de</strong> heele wereld, gaarne<br />
ziet. Als alles bij dit bezoek imponeer<strong>de</strong> mij ook dit, maar dat ik het<br />
werkelijk schoon vond, geloof ik niet. ik <strong>de</strong>el<strong>de</strong>, meegesleept in <strong>de</strong>n<br />
machtigen stroom van het impressionnisme, ook <strong>de</strong> <strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>elen van<br />
<strong>de</strong>ze beweging, die bij Ta<strong>de</strong>ma's dood zóó machtig was dat zijn oeuvre<br />
als in een diepe put <strong>de</strong>r vergetelheid wegviel. Bij zijn leven te veel geprezen,<br />
kwam later <strong>de</strong> natuurlijke terugslag.<br />
Ik herlas <strong>de</strong>zer dagen het stuk meesleepend proza, waarin van Deyssel<br />
Alma Ta<strong>de</strong>ma hoont, Thys Maris ter eere. Onze eerbied <strong>voor</strong> <strong>de</strong> literaire<br />
229
prestatie is niet vermin<strong>de</strong>rd, maar <strong>de</strong> tegenstelling tusschen <strong>de</strong> twee aan<br />
Lon<strong>de</strong>n verloren Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs is wel zeer geforceerd, en het aesthetisch<br />
oor<strong>de</strong>el reeds na verou<strong>de</strong>rd.<br />
Ta<strong>de</strong>ma is historieschil<strong>de</strong>r, en een het impressionnisme niet meer volledig<br />
toegewijd geslacht ziet zijn verdiensten dui<strong>de</strong>lijker, dan van Deyssel's<br />
generatie dat vermocht. Marts is natuurlijk geen schil<strong>de</strong>r van historie, maar<br />
is een schil<strong>de</strong>r van sprookjes. De historieschil<strong>de</strong>r tracht alles een waar,<br />
in ie<strong>de</strong>r geval waarschijnlijk, accent te geven, een sprookjesschil<strong>de</strong>r als<br />
Thys tracht juist alles zoo irreëel mogelijk te maken, en' t is dui<strong>de</strong>lijk dat<br />
dit ad absurdum <strong>voor</strong>tgezette streven, hem buiten <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst moest<br />
brengen.<br />
Nemen wij aan dat Alma Ta<strong>de</strong>ma zich op <strong>de</strong>n duur zoo met „<strong>de</strong> wereld"<br />
vereenzelvigd had, dat hij die wereld slechts in vleitaal lion toespreken,<br />
daar is het evenmin twijfelachtig dat ThijsMaris, misanthroop en menschenschuw,<br />
zich van <strong>de</strong> wereld zoo had teruggetrokken, dat hij haar op <strong>de</strong>n duur<br />
niets meer verstaanbaars te zeggen had. Toen, als bij „<strong>de</strong> Vlin<strong>de</strong>rs", sproke<br />
en werkelijkheid vervlochten waren, en toen hij ons bracht in een an<strong>de</strong>re<br />
doch mogelijke wereld, met al <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len van fleuren toon die zijn palet<br />
te bie<strong>de</strong>n had, was Thys een schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> beteekenis van zijn broe<strong>de</strong>rs,<br />
maar al het snobisme eener aesthetiseeren<strong>de</strong> wereld, zal het vorm- en kleurboze<br />
werk <strong>de</strong>r laatste jaren niet binnen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst hunnen hou<strong>de</strong>n.<br />
Pr of. Gerard Brom ziet het juist, als hij in dit verband schrijft: „dat hij <strong>de</strong><br />
geniale zou zijn on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Narissen, vormt wel een legen<strong>de</strong> van dwepend<br />
bijgeloof, waarmee 't m.i. ein<strong>de</strong>lijk tijd wordt te breken".<br />
Toch had hij in <strong>de</strong> jeugd <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>ren broe<strong>de</strong>r Jacob geimponeerd en <strong>de</strong>n<br />
jongeren Willem zijn invloed doen gevoelen. Op zestien jaar gaat hij met<br />
Jacob naar Antwerpen. Als hij een en twintig jaar oud is reist hij naar<br />
Zwitserland, en op <strong>de</strong>n tocht er heen gaat <strong>de</strong> wereld <strong>de</strong>r Duitsche romantici<br />
<strong>voor</strong> hem open en is zijn bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> Alfred Rethel grooter dan die<br />
<strong>voor</strong> Legs te Antwerpen. Freiburg en Lausanne inspireeren hem tot <strong>de</strong>n<br />
schooner „Doopgang" en het prachtige achterbuurtje bekend on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
naam „De Waschdag", het postbaar bezit van <strong>de</strong>n heer H. E. ten Cate.<br />
In 1860 is hij in <strong>de</strong>n Haag terug en ontwikkelt hij zijn indrukken. Maar<br />
in <strong>de</strong> afgewend<strong>de</strong> blikken <strong>de</strong>r jonge vrouwen aan het spinrokken of <strong>voor</strong><br />
het keukenfornuis, is <strong>de</strong> steeds ver<strong>de</strong>r gaan<strong>de</strong> afgewendheid van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r<br />
van <strong>de</strong> werkelijkheid reeds te bevroe<strong>de</strong>n. Als hij <strong>de</strong> werkelijkheid met een<br />
stille en niet aan te wijzen romantischen toover overhuift, maakt hij van<br />
een stadsrand met molens iets even monumentaals als Jacob, maar met<br />
een geestelijk element erin dat <strong>de</strong> natuur bezielt, en juist daarom zoo<br />
volledig aangrijpend is. Dit werk, geïnspireerd op <strong>de</strong> vier windmolens die<br />
230
dicht bij <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rlijke woning bid <strong>de</strong> Loosduinsche brag ston<strong>de</strong>n, is geteekend<br />
M.M. '71, het jaar dat Matthijs zich te Parijs on<strong>de</strong>r het vaan<strong>de</strong>l<br />
<strong>de</strong>r Commune schaar<strong>de</strong>. In dit zelf<strong>de</strong> jaar vereenzelvigt hij zich met <strong>de</strong>n<br />
kleinen man in zwarte kleeding, die over <strong>de</strong> grachtleuning hangt om een<br />
schip te volgen dat zich door een sluisje wringt, op het z.g. „Souvenir<br />
d'Amsterdam", dat hij droomend, <strong>voor</strong> een prentbriefkaart van een houten<br />
ophaalbrug, schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Alleen <strong>voor</strong> het bijna arrogante Kleine zelfportret<br />
k unnen wij ons <strong>de</strong>zen droomschil<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>stellen met het geweer van <strong>de</strong>n<br />
Communard in <strong>de</strong> hand.<br />
Te Lon<strong>de</strong>n, waar hij in 1877 op aanra<strong>de</strong>n van bevrien<strong>de</strong> kunsthan<strong>de</strong>laren<br />
heengaat, om er tot zijn dood op 17 Aug. 1917 te wonen, wordt het evenwicht<br />
tusschen droom en daad, sproke en historie, waan en werkelijkheid<br />
steeds meer verstoord. Maar in evenwicht hebben <strong>de</strong>ze elementen on<strong>de</strong>r<br />
Thijs Maris' han<strong>de</strong>n een kunst gegeven van zeer hoog gehalte.<br />
In <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> zaak van Wisselingh te Amsterdam op het Spui, op <strong>de</strong>n hoek<br />
van het straatje naast het Maag<strong>de</strong>nhuis, is Thijs Maris' schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong><br />
Vlin<strong>de</strong>rs" forten tijd te zien geweest; 't was een groote en e<strong>de</strong>le sensatie.<br />
Als jongen stond ik er <strong>voor</strong> als aan <strong>de</strong>n grond genageld, en <strong>de</strong>n indruk die<br />
het roodblon<strong>de</strong> hind op <strong>de</strong>n blon<strong>de</strong>n duingrond maakte is onuitwischbaar<br />
gebleven.<br />
Met een enkel bloemetje is <strong>de</strong> duingrond een toovertuin, door wat parelen<br />
in het haar is het meisje een prinsesje gewor<strong>de</strong>n. Een natuurlijke fleur<br />
werd, door <strong>de</strong> harmonie van een blond palet, bovenaardsch. Hier greep,<br />
met geen an<strong>de</strong>re mid<strong>de</strong>len dan die <strong>de</strong>r natuur, <strong>de</strong> kunstenaar ons in het<br />
hart, hier wist hij in het schouwspel <strong>de</strong>r natuur iets te accentueeren en te<br />
elimineeren, dat ons droomvermogen bij dag aanzet.<br />
Er bestaat een stuk waarop een jonger meisje, ten halve lijve geschil<strong>de</strong>rd,<br />
eveneens van vlin<strong>de</strong>rs omflad<strong>de</strong>rd, in zandgrond neerligt, dat ik slechts<br />
uit <strong>de</strong> fotografie hen, maar dat mij na mogelijk nog schooner lijkt dan<br />
<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij die mij als jongen overrompel<strong>de</strong>.<br />
Jacob en Willem Marls bleven met <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> voeten geplant in <strong>de</strong> Hollandsche<br />
Klei, <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lste <strong>de</strong>r drie gebroe<strong>de</strong>rs ging eenzaam een weg die hem<br />
leid<strong>de</strong> naar <strong>de</strong> groote en drukke wereldstad, waarheen Ta<strong>de</strong>ma, met geheel<br />
tegenovergestel<strong>de</strong> bedoeling, eveneens heentrok. De laatste vond er wereldschen<br />
omgang en het gerucht van <strong>de</strong>n roem, <strong>de</strong> eerste bijna volstrekte eenzaamheid<br />
en <strong>de</strong> stille hul<strong>de</strong> van gelijkgezin<strong>de</strong>n; bei<strong>de</strong>n sterven met hun<br />
gedachten ver van het va<strong>de</strong>rland.<br />
Het heengaan van Thijs Maris is tenslotte even natuurlijk als het vertrek<br />
van Alma Ta<strong>de</strong>ma; noch het een, noch hef an<strong>de</strong>r valt achteraf te betreuren.<br />
231
Prof. J. H. Jurres. Het lijk van Richard III gevon<strong>de</strong>n door zijn heraut.<br />
Het Hollandsche realisme was weer onbeperkt vaardig over een generatie<br />
van sterke schil<strong>de</strong>rs, die, met behoud van hun persoonlijkheid, in schoolverband<br />
optra<strong>de</strong>n. Noch <strong>de</strong> historie, noch <strong>de</strong> sproke was hun doelwit. Zij<br />
Ken<strong>de</strong>n <strong>de</strong> Fransche bouta<strong>de</strong>: „être un oeil, riep qu'un oeil".<br />
Zij zou<strong>de</strong>n in ie<strong>de</strong>r geval <strong>de</strong> Dogen wijd openhou<strong>de</strong>n, hoogstens <strong>de</strong> oogle<strong>de</strong>n<br />
wat knijpen, om <strong>de</strong>n schijn <strong>de</strong>r wereld grouter en eenvoudiger te maken,<br />
maar ze te sluiten, om achter die gesloten oogle<strong>de</strong>n <strong>de</strong> historie of <strong>de</strong><br />
sproke te zien, was wel het laatste waartoe zij zich opmaakten.<br />
Heeft het schil<strong>de</strong>ren van historie en sproke geen toekomst meer ? De oppervlakkige<br />
beschouwer zou het bunnen veron<strong>de</strong>rstellen. Op onze tentoonstellingen<br />
zijn <strong>de</strong> doeken waarin geschie<strong>de</strong>nis en legen<strong>de</strong> het on<strong>de</strong>rwerp<br />
vormen, uiterst zeldzaam. Een belangrijke prijs als die van het „fonds<br />
Paul Tetar van Elven" is, als gevolg van <strong>de</strong> afgekeerdheid van <strong>de</strong> jonge<br />
generatie, in <strong>de</strong> laatste jaren niet meer uitgekeerd bunnen wor<strong>de</strong>n. Zij die<br />
echter weten hoe snel en radicaal het in <strong>de</strong>ze zaken lean omslaan, en zij<br />
die beseffen dat <strong>de</strong> weg van <strong>de</strong>n geringsten weerstand in vermoei<strong>de</strong> tij<strong>de</strong>n<br />
ook <strong>de</strong> sterkeren verlokt, zijn geneigd zich min<strong>de</strong>r positief uit te laten.<br />
't Is merkwaardig dat het weer twee Friezen, als Bisschop en Ta<strong>de</strong>ma,<br />
twee Leeuwar<strong>de</strong>rs: J. H. J u r r e s en G. Westermaan zijn, die in<br />
vaak zeer omvangrijke doeken historie en sproke schil<strong>de</strong>ren. De latere<br />
232
G. Westermann. „Graaf Adolf is gebleven in Friesland in <strong>de</strong>n slag".<br />
hoogleeraar aan <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie had reeds jong een illustratief talent<br />
als een Rochussen, met Wien hij ook <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> — en <strong>de</strong> studie van —<br />
het paard gemeen had. Meteen vaardigheid in het olieverfschil<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong><br />
soort van een Delacroix, had hij ook diens belangstelling in literatuur,<br />
waaraan immers <strong>de</strong> Fransche meester, op één enkele uitzon<strong>de</strong>ring (<strong>de</strong> z.g.<br />
„Barrica<strong>de</strong>" of „la Liberté guidant le people") na, <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen van zijn<br />
schil<strong>de</strong>ringen ontleen<strong>de</strong>.<br />
De Bijbel <strong>voor</strong>al, maar daarnaast <strong>de</strong> werken van Shakespeare en Cervantes,<br />
van Beaumarchais en Flaubert, bie<strong>de</strong>n Jurres hun stof <strong>voor</strong> uiterst<br />
schil<strong>de</strong>rachtige composities, waarin figuur- en dienstudie samenkomen in<br />
feestelijke verve.<br />
Zon<strong>de</strong>r een streep te wijken en met indrukwekken<strong>de</strong> overtuiging, vervolg<strong>de</strong><br />
hij zijn reeds vroeg gevon<strong>de</strong>n weg. Zijn „losse hand" zou hem tot <strong>de</strong>coratief<br />
sier<strong>de</strong>n van groote wandvlakken bestemd hebben, indien niet een hoogst<br />
onvruchtbaar misverstand (waarop later teruggekomen wordt) dit wandschil<strong>de</strong>ren<br />
juist <strong>voor</strong> talenten als Juryes gesloten hield. Op <strong>de</strong> wereldtentoonstelling<br />
te Neus-York in 1939, vond hij ein<strong>de</strong>lijk, en als door een<br />
toeval, gelegenheid te toongin wat hts waard was.<br />
Met min<strong>de</strong>r gemak, maar met evengroote vasthou<strong>de</strong>ndheid, blijft ook<br />
Westermann zijn genre trouw.<br />
Een vorstelijke karos met zes paar<strong>de</strong>n bespannen, eene door duiven<br />
233
omflad<strong>de</strong>r<strong>de</strong> amazone, zijn on<strong>de</strong>rwerpen die ver afliggen van „nieuwe<br />
zakelijkheid", maar die ou<strong>de</strong> gevoelens, in telkens nieuwe menschen,<br />
vermogen te treffen als zij met schil<strong>de</strong>rsmid<strong>de</strong>len verwezenlijkt wor<strong>de</strong>n.<br />
Meer sprookjes- dan historieschil<strong>de</strong>r, hebben <strong>de</strong> beste on<strong>de</strong>r Westermann's<br />
werken een <strong>de</strong>coratieve bedoeling die echter volkomen picturaal blijft.<br />
Als Jurres houdt ook hij <strong>de</strong> lamp bran<strong>de</strong>nd van een genre dat eer<strong>de</strong>r<br />
<strong>voor</strong> „hooge en verre nagedachten", <strong>voor</strong> fantasie, openstaat, zon<strong>de</strong>r in<br />
sur-realistischen waanzin weg te zinken.<br />
Een terrein waar, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> studie en <strong>de</strong>n zin <strong>voor</strong> historie, plaats bleef,<br />
is <strong>de</strong> versiering van openbare bouwwerken, door <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r die <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
steepen of glazen wand werkt, of <strong>voor</strong> figurale tapijten ontwerpen teelcent.<br />
234<br />
W. A. van Konijnenburg, penteekening.
In zijn „Amsterdamsche Mirakelprocessie" is D e r k i n d e ren een<br />
historieschil<strong>de</strong>r van groote beteekenis. Als Rol a n d H o 1 s t <strong>de</strong> silhouetten<br />
van <strong>de</strong> groote filosofen van het recht laat uitdiepen in <strong>de</strong>n marmeren<br />
wand van <strong>de</strong> groote zaal van <strong>de</strong>n Hooggin Raad <strong>de</strong>r Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n, dan<br />
grijpt hij in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis terug, <strong>voor</strong> zijn versierend didactisch streven.<br />
In <strong>de</strong>n kooromgang van <strong>de</strong> Nieuwe Kerk te Delft, het pantheon <strong>de</strong>r<br />
Oranjes, toont W. A. v an Konijnenburg zich een meester, die in<br />
<strong>de</strong> ontwerpen <strong>de</strong>r gebrandschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> vensters, onze geschie<strong>de</strong>nis op grootsche<br />
wijze vertolkt. Hij is dit niet min<strong>de</strong>r in zijn „Zacharias", en in <strong>de</strong><br />
prachtige teekeningen, waarin hij op eclectische wijze het verle<strong>de</strong>n vertolkt,<br />
doch met zooveel zin <strong>voor</strong> het lenen, dat hij gewoonlijk het anchea<br />
logische overwint.<br />
Een groot beel<strong>de</strong>nd vermogen, dat van speelsche vaardigheid tot strakke<br />
leerstelligheid Ilan gaan, en een uitzon<strong>de</strong>rlijk fijne smaak, in dienst van<br />
een hooggestemd i<strong>de</strong>alisme, geven zoowel <strong>de</strong> figuur van <strong>de</strong>n in 1868<br />
geboren meester, als diens zin <strong>voor</strong> het historische, een bijzon<strong>de</strong>re plaats<br />
in onze kunst. Maar noch <strong>de</strong> strakheid zijner portretten, noch <strong>de</strong> vastheid<br />
van vele zijner composities, mogen er ons van onthou<strong>de</strong>n in van Konijnenburg<br />
toch een scherp en nauwgezet waarnemer van <strong>de</strong> werkelijkheid, en<br />
een <strong>de</strong>r natuur on<strong>de</strong>rworpen Ne<strong>de</strong>rlandsch talent, te on<strong>de</strong>rkennen.<br />
Als hei in <strong>de</strong> bedoeling ligt hei speciale talent van <strong>de</strong>n Hollandschen<br />
schil<strong>de</strong>r, en <strong>de</strong>ft bijzon<strong>de</strong>ren aard van het Ne<strong>de</strong>rlandsch schil<strong>de</strong>ren, scherp<br />
in het licht te stellen, dan wil ik mij er niet aan blootstellen misverstaan<br />
te wor<strong>de</strong>n. Bedoeld wordt allerminst <strong>voor</strong> <strong>de</strong> va<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>rwereld<br />
een bedompt slop, waar het vrije licht van alle hemelstreken<br />
niet zou mogen doordringen.<br />
Alles wat er buiten onze grenzen in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst gebeurt, en alles<br />
wat an<strong>de</strong>rs geaar<strong>de</strong> kunstenaars dan <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche zoeken en vin<strong>de</strong>n,<br />
is ook <strong>voor</strong> ons van belang, <strong>voor</strong> een behoorlijke air-conditioning. De<br />
studie <strong>de</strong>r historie en <strong>de</strong> vertolking van groote gebeurtenissen uit het<br />
verle<strong>de</strong>n, zijn, als luchtverversching van een atmosfeer die al te rustig,<br />
al te loom zou Dunnen wor<strong>de</strong>n, te waar<strong>de</strong>enen; zij kunnen me<strong>de</strong> helpen<br />
spanning en beweging te hou<strong>de</strong>n in onze schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
235
236<br />
2__<br />
W. A. van Konijnenburg, ruiters.<br />
---7
&xirC& JC&OOJ a
238<br />
Jozef Israéls, <strong>de</strong> schaapher<strong>de</strong>r.
Iv.<br />
DE JIAAGSCHE SCHOOL. De vlijt van een toegewij<strong>de</strong>,<br />
maar opgeoffer<strong>de</strong> generatie, brengt bij een volgend<br />
geslacht bloem en vrucht.<br />
e instelling van „<strong>de</strong> commissie <strong>voor</strong> het toekennen van<br />
koninklijke subsidie <strong>voor</strong> jeugdige figuurschil<strong>de</strong>rs", behoort<br />
tot <strong>de</strong> vele gelukkige initiatieven, door Koning Willem III genomen.<br />
Niet lang gele<strong>de</strong>n kwam Arti et Amicitiae in het bezit van in het Fransch<br />
gestel<strong>de</strong> brieven van <strong>de</strong>zen vorst aan zijn vriend, <strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r<br />
Nicolaas Pieneman. Uit <strong>de</strong>ze jeugdbrieven van <strong>de</strong>n koning bleek zoo<br />
overvloedig diens warme belangstelling <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kunsten en diens toegenegen<br />
vriendschap <strong>voor</strong> kunstenaars, dat men <strong>de</strong>n inhoud ervan verspreid zou<br />
wenschen, tenein<strong>de</strong> ze ten goe<strong>de</strong> te doen komen aan <strong>de</strong> reputatie van <strong>de</strong>zen<br />
nog vaak on<strong>de</strong>rschatten Oranje.<br />
Toen ik een jongen van twintig was had <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> commissie tot secretaris<br />
<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r Louis Apol. Louis Apol behoor<strong>de</strong>, als een <strong>de</strong>r laatsten, tot dat<br />
groote geslacht van Hollandsche schil<strong>de</strong>rs, die een vertolking gegeven hebben<br />
van het landschap, zooals <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> massa van ons kunstlievend volk hei<br />
zag. Den schil<strong>de</strong>r van het „bruggetje van Apol", <strong>de</strong> naam waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
„Winterdag in het Haagsche Bosch" vermaardheid verwierf, werd hul<strong>de</strong><br />
gebracht met 'n eenstemmigheid, die in onzen gespleten tijd niet meer<br />
<strong>voor</strong>komt. Hij verkreeg een populariteit van goe<strong>de</strong>n huize, te benij<strong>de</strong>n<br />
door een geslacht als het onze, dat zich al te vaak reeds tevre<strong>de</strong>n toont<br />
met <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ering van een kunstcôterk. Tot Apol richtte ik, na vele<br />
verscheur<strong>de</strong> Kladjes, een schrijven en naar zijn adres zond ik mijn werk<br />
ter beoor<strong>de</strong>eling, in <strong>de</strong> hoop pensionnaire van H.M. te wor<strong>de</strong>n, want <strong>de</strong><br />
Koningin-Moe<strong>de</strong>r had <strong>de</strong>ze steun aan jonge Kunstenaars <strong>voor</strong>tgezet.<br />
In <strong>de</strong> vreug<strong>de</strong> over het bericht van welslagen dat Bart van Hove, lid van<br />
<strong>de</strong> commissie, bracht, had ik er aanvankelijk niet op gelet dat van Hove<br />
er bij verteld had dat in <strong>de</strong> commissie Willem Marls had tegengestemd.<br />
Wat later informeer<strong>de</strong> ik bij van Hove waarom Willem Marls mij zijn<br />
stem had onthou<strong>de</strong>n. „Hij vond dat je werk niet genoeg direct vanuit <strong>de</strong><br />
natuur inspiratie vond".<br />
239
I<br />
Jozef Israëls, krijtkrabbel.<br />
In <strong>de</strong> eigenwijsheid mijner jonge jaren heb ik <strong>de</strong>stijds Mans' opinie niet<br />
ernstig opgenomen. 1k vond het eer<strong>de</strong>r „jammer <strong>voor</strong> hem". Toch heb<br />
ik het nooit vergeten, en toen ik <strong>de</strong>rtig jaar later door H.M. Koningin<br />
Wilhelmina in <strong>de</strong> commissie benoemd werd, waarvan een an<strong>de</strong>re sneeuwschil<strong>de</strong>r,<br />
Louis van Soest, secretaris was, heb ik steeds bij <strong>de</strong> beoor<strong>de</strong>eling<br />
van het werk <strong>de</strong>r aanvragers getracht Willem Maris' criterium aan te<br />
leggen. Het ware talent wordt direct vanuit <strong>de</strong> natuur gevoed, en <strong>de</strong> meest<br />
waar<strong>de</strong>volle inspiratie bereikt <strong>de</strong>n jongen kunstenaar niet langs <strong>de</strong> werken<br />
van an<strong>de</strong>ren, en zeker niet uit <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Ili geloof dat in Willem Maris' uitlating het credo van <strong>de</strong> Haagsche School<br />
dui<strong>de</strong>lijk werd uitgesproken. Zij kwam <strong>voor</strong>t, of beter: zij volg<strong>de</strong> op, wat<br />
genoemd wordt <strong>de</strong> romantische school die, het spreekt van zelf, wel <strong>de</strong><br />
natuur bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>, maar met Dogen die te veel staar<strong>de</strong>n op wat men <strong>de</strong><br />
<strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r meesters noem<strong>de</strong>, om <strong>de</strong> natuur in volle vrijheid, naar <strong>de</strong>n<br />
eigen aard, te hunnen zien, terwijl <strong>de</strong> hand, te sterk gebon<strong>de</strong>n aan het stelselmatige,<br />
niet vrij was <strong>voor</strong> <strong>de</strong> besturing door eigen aandrift.<br />
Bij velen <strong>de</strong>r jonge schil<strong>de</strong>rs is <strong>de</strong>ze veran<strong>de</strong>ring als een breuk gekomen,<br />
bij an<strong>de</strong>ren als een ontwikkeling tot eene uitein<strong>de</strong>lijke vrijmaking. Dit<br />
laatste is het best te volgen in het oeuvre van Israëls, terwijl uit diens loopbaan<br />
tevens blijkt welke gena<strong>de</strong> het lange leven <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n kunstenaar<br />
beteekent. Ware hij jong gestorven, zijn naam zou in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst<br />
onbekend zijn gebleven. Ware f o z e f 1 s r a ë 1 s op mid<strong>de</strong>lbaren<br />
leeftijd heengegaan, hij zou zeker niet <strong>de</strong> grootmeester van een school<br />
gewor<strong>de</strong>n zijn ; in hopgen ou<strong>de</strong>rdom was hij dat onbetwist.<br />
1k hoor nog Dake vertellen aan <strong>de</strong> bittertafel in Arti, dat hip <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n<br />
240
Jozef Israëls, krijtkrabbel.<br />
Israëls te Den Haag had opgezocht, om hem over etsen te spreken die<br />
Doke naar zijn werk maakte. „Ik zat al 'n tijdje in zijn atelier te wachten,<br />
toen ik plotseling een geluid hoor<strong>de</strong> uit wat ou<strong>de</strong> kleeren op 'n stoel, waar<br />
ik aanvankelijk niet op gelet had".<br />
Wij wer<strong>de</strong>n toen geregeld herinnerd aan Israëls <strong>voor</strong>tschrij<strong>de</strong>n<strong>de</strong>n hoogen<br />
leeftijd, door het inschrompelen van zijn toch reeds uiterst tenger lichaam,<br />
maar ook door <strong>de</strong> huldigingen bij zijn 60sten, 65sten, 70sten, 75sten, 80sten<br />
verjaardag, wanneer hij steeds door H. W. Mesdag werd toegesproken.<br />
Deze laatste verstond het overigens niet zijn toespraken te variëeren, en<br />
begon steeds met er aan te herinneren dat hij in Groningen, als bind,<br />
met <strong>de</strong>n jubilaris op straat geknikkerd had. Waar nu Israëls, tusschen zijn<br />
eigen feestelijkhe<strong>de</strong>n in, Mesdag huldig<strong>de</strong> en daarbij het knikkeren ook<br />
niet vergat, wist langzamerhand heel Ne<strong>de</strong>rland <strong>de</strong>ze bijzon<strong>de</strong>rheid, maar<br />
ook dat Israëls <strong>de</strong> nestor <strong>de</strong>r Haagsche schil<strong>de</strong>rs was, en uit zijn werken<br />
wist het reeds lang dat hij <strong>de</strong> belangrijkste Kunstenaar van zijn generatie was.<br />
Zijn vroege werk staat mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> romantiek van Ary Scheller, dien<br />
hij <strong>de</strong>stijds bovenmatig bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, en wiens „Gretchen", in 1845 te<br />
16 241
Amsterdam geëxposeerd, hem bijzon<strong>de</strong>r had getroffen. Zijn vroege historiestukken<br />
, waar<strong>voor</strong> hij <strong>de</strong> stof aan onze vrijheidsoorlog ontleen<strong>de</strong>, zijn wel<br />
beter geschil<strong>de</strong>rd, maar in wezen toch niet veel belangrijker dan die van<br />
Tetar van Elven, hoewel zij zich <strong>voor</strong> ons, die zijn ontwikkeling hennen,<br />
toch wel on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n door een zeker sentiment, en een vage aanduiding<br />
van lichtschil<strong>de</strong>ring.<br />
242<br />
Jozef Israéls,<br />
krijtkrabbel.
Zijn eigen on<strong>de</strong>rwerpen vond hij te Zand<strong>voor</strong>t, waar hij beterschap zocht<br />
<strong>voor</strong> een zwakke gezondheid. Hij werd er <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Hollandse/ze<br />
visschers, en aanvankelijk op een romantische wijze die het publiek<br />
behoor<strong>de</strong>. Wat hij vertel<strong>de</strong> was naar het sentimenteele, en zijn beel<strong>de</strong>nd<br />
vermogen was door studie ontwikkeld. Ooh door zijn tweejarig verblijf<br />
te Parijs, was zijn geest verruimd. Niet <strong>de</strong> enkele aanwijzingen van<br />
schil<strong>de</strong>rs als Horace Vernet en Paul Delaroche of <strong>de</strong>n beeldhouwer<br />
Prather zullen hem hebben verrijkt, maar wel het bruisen<strong>de</strong> Parijsche<br />
leven, dat in 1848 tot revolutionnaire actie kwam, die Israëls weer terug<br />
gedreven had naar het Ka<strong>de</strong>rland.<br />
^`^ . ^ .,1,r ,.r . • ,,^ t,<br />
•<br />
1^^ r^^^.t/w« ♦ ^<br />
• .Y. .Ir .rr.w.. ^ . w w ^ ♦1^ •<br />
^<br />
^1 I .. r ..<br />
.i. w• ^<br />
^.......• rY<br />
^<br />
__.^,,,Q-• :..-<br />
^<br />
r^,^,I.-•^.^^ w • .•<br />
.... . -•^ ^..+^<br />
,, ....r<br />
US. • ^/.Y .....r^<br />
M.I••••'~.. •••i<br />
y .<br />
•<br />
Jozef Israëls, krijtkrabbel.<br />
243
In 1856 schil<strong>de</strong>rt Israëls <strong>de</strong>n levensgrooten visscher met zijn zoontje aan<br />
<strong>de</strong> hand en een jonger bind op <strong>de</strong>n arm, dat on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n titel „Langs Moe<strong>de</strong>rs<br />
graf", groote bekendheid verwierf. De picturale kwaliteiten heffen het<br />
werk niet boven het conventioneel-pathetische on<strong>de</strong>rwerp.<br />
Zeker, er zijn goed geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stukken in hef schil<strong>de</strong>rij, maart is <strong>voor</strong>al<br />
won<strong>de</strong>rlijk te zien met hoe vage aanduidingen het publiek genoegen neemt<br />
en zijn me<strong>de</strong>gevoel geeft. le<strong>de</strong>r weet dat aan het strand niet begraven<br />
wordt, en dat een houten kruisje op een graf geplaatst niet xóó snel<br />
vervallen is ... .<br />
En toch is „fangs Moe<strong>de</strong>rs graf" in mijn Dogen veel beter dan het stuk<br />
waar grootmoe<strong>de</strong>r, moe<strong>de</strong>r en hind in angst verkeeren om va<strong>de</strong>r.<br />
Met <strong>de</strong>n besten wil heb ik in „Na <strong>de</strong>n Storm" ooit een belofte, laaf staan<br />
<strong>de</strong> belofte die Jozef Israëls zoo schitterend heeft ingelost, kunnen zien.<br />
Nauwelijks werk van een schil<strong>de</strong>r 1 Eer<strong>de</strong>r een ontwerp <strong>voor</strong> een tafereel<br />
uit een revue van Henri Ter Hall, een sane die met een belichting door<br />
een gaasscherm iets schil<strong>de</strong>rijachtigs zal krijgen. On<strong>de</strong>r het bezien van<br />
„Na <strong>de</strong>n Storm" hoor<strong>de</strong> ik steeds het gerammel van <strong>de</strong> collectebus <strong>voor</strong> het<br />
Donis Rijkersfonds. Het platte <strong>de</strong>cor waarin zich alles afspeelt, en dan<br />
het bind, dat in <strong>de</strong> hin<strong>de</strong>rstoel on<strong>de</strong>r hef paplepelen, zoo bezorgd na<strong>de</strong>nkt<br />
over <strong>de</strong> mogelijk treurige gevolgen van <strong>de</strong>n storm...., 't is even valsch<br />
van gevoel, als <strong>de</strong> geheele schil<strong>de</strong>rij valsch van toon is.<br />
Israëls heeft zijn on<strong>de</strong>rwerpen te Zand<strong>voor</strong>t gevon<strong>de</strong>n, maar eerst langzaam<br />
zal hij na 1869 te Scheveningen <strong>de</strong>zen weten te verdiepen en zal hij een<br />
groot schil<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n. Hij gaat in vereenvoudiging steeds meer tot <strong>de</strong><br />
I<strong>de</strong>m van het menschelijk gevoel, als hij zijn composities ontdoet van het<br />
bijkomstige en <strong>de</strong> atmosferische schoonheid van het natuurbeeld ont<strong>de</strong>kt.<br />
't Is vreemd, maar het publiek merkte <strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring van Israëls' werk<br />
niet op, of wil<strong>de</strong> hef niet opmerken. Het had uit zijn eerste werken Israëls'<br />
naam gehoord en het leer<strong>de</strong> zijn talent bewon<strong>de</strong>ren. Toen het die bewon<strong>de</strong>ring<br />
eenmaal gegeven had, ontnam het die niet toen zijn werk zoo veran<strong>de</strong>rd<br />
was dat het eer<strong>de</strong>r tegenstond dan meesleepte, en toen hij waarlijk<br />
schil<strong>de</strong>r werd bleef <strong>de</strong> publieke opinie hem trouw.<br />
't Is niet gemakkelijk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> menschen van nu te zien, hoe ongelooflijk<br />
machtig en origineel <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong>n visscher, van <strong>de</strong>n schaapher<strong>de</strong>r,<br />
van <strong>de</strong> vrouwen en kin<strong>de</strong>ren van het visschersdorp, eigenlijk is.<br />
Er is natuurlijk het Fransche <strong>voor</strong>beeld. De generatie van Millet ont<strong>de</strong>kt<br />
het honingschap van <strong>de</strong>n arbeid, 'n ont<strong>de</strong>kking die verband houdt met<br />
sociale i<strong>de</strong>alen, die in het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eeuw <strong>de</strong> wereld wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>gehou<strong>de</strong>n.<br />
De steenklopper van Courbet en <strong>de</strong> boer van Millet vin<strong>de</strong>n in<br />
<strong>de</strong>n mijnwerker en puddler van Constantijn Meunier een lotgenoot, en<br />
244
in <strong>de</strong>n schelpenvisscher van Israëls een kameraad. Roep echter in uw<br />
herinnering terug het rauwe messentrekken<strong>de</strong> herbergvolk van Brouwer,<br />
of <strong>de</strong> meer leutiggebaren<strong>de</strong> Osta<strong>de</strong>-mannetjes, en plaats daar dan tegenover<br />
Israëls' werken<strong>de</strong> menschheid, en <strong>de</strong> grootheid van <strong>de</strong> conceptie bomt u<br />
weer frisch <strong>voor</strong> oogen.<br />
Israëls werd een heel groot schil<strong>de</strong>r, toen hij het vloeien<strong>de</strong> licht als een<br />
aanbid<strong>de</strong>lijk schouwspel in zich opnam, toen hij het menschelijke, zon<strong>de</strong>r<br />
sentimentaliteit, in zijn mo<strong>de</strong>llen peil<strong>de</strong>, toen hij zijn penseel in rich<br />
doopte om dagelijks weerkeerend leed uit te beel<strong>de</strong>n. Als een won<strong>de</strong>r<br />
stroomt het licht door het raam van <strong>de</strong> visscherswoning binnen; <strong>de</strong> vrouw,<br />
van elke romantische schoonheid gespeend, heeft <strong>de</strong> har<strong>de</strong> trekken die <strong>de</strong><br />
dagtaak haar gaf; <strong>de</strong> doodsangst om hen die op zee zijn, doemt uit een<br />
palet op dat <strong>de</strong> zuivere weerkaatsing is van <strong>de</strong> sombere on<strong>de</strong>rtoon <strong>de</strong>s<br />
levens. Die sombere on<strong>de</strong>rtoon <strong>de</strong>s levens is niet zon<strong>de</strong>r hoop. Die hoop<br />
sneeuwt door het raam van <strong>de</strong> visscherswoning „in afwachting", zij glanst<br />
plechtig door het venster in <strong>de</strong> Tot and Verklarung van „Alleen op, <strong>de</strong><br />
Wereld", zij streept zich af als een rozige klaarte in <strong>de</strong> lucht van menig<br />
somber landschap „langs vel<strong>de</strong>n en wegen".<br />
Na eeuwen kwam in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst van het Lage Land een figuur in het<br />
zicht, die <strong>de</strong> herinnering aan Rembrandt bracht. Als Rembrandt greep hij<br />
diep in <strong>de</strong> menschelijke ziel, als <strong>de</strong> 17<strong>de</strong> eeuwer omwasem<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> vormen<br />
in een lichtglans, die van goud bij Rembrandt, zilver werd bij Israëls;<br />
hun bei<strong>de</strong>r werk won in <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>rdom oneindig aan beteekenis.<br />
Dat het genie <strong>de</strong>r noor<strong>de</strong>lijke barok, tot e<strong>de</strong>l klassicisme verstild, het<br />
<strong>voor</strong>beeld was <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n negentien<strong>de</strong>-eeuwer, het ware dwaasheid het te<br />
ontkennen, evenmin is het loochenbaar dat <strong>de</strong> Haagsche meester zelf<br />
steeds meer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n indruk raakte van <strong>de</strong> vergelijking. Een „Adam en<br />
Eva, een „Joodsche Bruid", een „David en Saul" waren an<strong>de</strong>rs door<br />
Israëls mogelijk niet geschil<strong>de</strong>rd. Maar het is even zeker dat het rhythme<br />
waarin <strong>de</strong>ze, en werken als „<strong>de</strong> Man van het ou<strong>de</strong> Volk" en „<strong>de</strong><br />
Wetschrijver" verschenen, zijn levensavond een grootschee stijl gaven.<br />
De groote „David en Saul", in hopgen ou<strong>de</strong>rdom geschil<strong>de</strong>rd, zag ik eens<br />
gehangen aan <strong>de</strong>n langen wand van <strong>de</strong> groote zaal van het Ste<strong>de</strong>lijk<br />
Museum te Amsterdam, zoo opgesteld dat bij hef opgaan van <strong>de</strong> vestibule<br />
trappen, het schil<strong>de</strong>rij langzaam oprees. Op zoo groote afstand week <strong>de</strong><br />
sombere figuur van <strong>de</strong>n Godverlaten koning terug <strong>voor</strong> <strong>de</strong> plechtige schoonheid<br />
van het blauwwasemen<strong>de</strong> vergezicht, dat als on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> vingers van<br />
<strong>de</strong>n harpspelen<strong>de</strong>n her<strong>de</strong>rsknaap werd opgeroepen.<br />
Die latere werken von<strong>de</strong>n instemming in <strong>de</strong> geheele schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> wereld,<br />
een instemming die misschien culmineer<strong>de</strong> in Israëls' succes op <strong>de</strong> Parijsche<br />
245
'/n ♦ -<br />
f1/4...._, • f..<br />
i<br />
.<br />
l+f ....,i .<br />
-, 4-,‘..y,v..0 O<br />
.,,<br />
- :...1.<br />
r,4..<br />
IN1\ ! . '. 't' .<br />
.M` • ^.,<br />
M<br />
^^i^<br />
H. W. Mesdag. Strand te Scheveningen.<br />
wereldtentoonstelling van 1900, toen <strong>de</strong> geheele kunstzinnige wereld zich<br />
boog <strong>voor</strong> het genie van <strong>de</strong>n Haagschen meester.<br />
Voor <strong>de</strong>ze zelf<strong>de</strong> wereldtentoonstelling had W i 11 e m Ma r is een groot<br />
wei<strong>de</strong>gezicht geschil<strong>de</strong>rd, dat, nog nat van <strong>de</strong>n ezel, bij J3uffa in <strong>de</strong><br />
Kalverstraat te zien was, vóór het naar Parijs zou wor<strong>de</strong>n gezon<strong>de</strong>n.<br />
De heer Slagmuller, eigenaar van <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l, was steeds vrien<strong>de</strong>lijk<br />
<strong>voor</strong> jonge schil<strong>de</strong>rs, maar als negentienjarige was ik niet erg op mijn<br />
gemak toen ik toegang vroeg om <strong>de</strong> Mans te zien, <strong>de</strong>n winkel doorliep, en<br />
<strong>de</strong> paar tre<strong>de</strong>n opging naar het heilige <strong>de</strong>r heilige, waar het groote schil<strong>de</strong>rij,<br />
laag op <strong>de</strong>n ezel, in volle pracht van stralend licht, mij opnam in <strong>de</strong><br />
optrekken<strong>de</strong> morgennevelen boven een drassig land.<br />
Het warme zonlicht heeft zijn strijd tegen het dampen<strong>de</strong> water vrijwel<br />
gestre<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> loeien met <strong>de</strong> ponten in <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> sloot, overgoten van licht,<br />
behooren bij <strong>de</strong>n rietomzoom<strong>de</strong>n kluitigen wei<strong>de</strong>grond. Het licht is meester,<br />
als Gods Geest zweeft het over <strong>de</strong> wateren en doordringt alles met zijn<br />
levenwekken<strong>de</strong> bracht. Geen spoor van zichtbaar arrangement in dit stuk<br />
Hollandsche natuur, waarvan het water en het weiland, <strong>de</strong> lucht en het<br />
licht, zoo dicht <strong>de</strong>n beschouwer na<strong>de</strong>ren, dat hij Neerlands weeken grond<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> voeten, en <strong>de</strong> veendamp in <strong>de</strong> neusgaten, voelt.<br />
En het drong zich aan mij op, dat heel <strong>de</strong> arbeid <strong>de</strong>r gou<strong>de</strong>n eeuw een<br />
246
Jhr. C. N. Storm van 's-Gravenson<strong>de</strong>, loodsbooten.<br />
<strong>voor</strong>bereiding was <strong>voor</strong> <strong>de</strong> glorie van dit werk, en dat van Goyen en Ruysdael,<br />
Cuyp en Potter tenslotte ook nog Beleef<strong>de</strong>n gewerkt hebben <strong>voor</strong> dit<br />
geslacht van meesters.<br />
Kleinere stukken natuur als Willem Maris' slootkantjes wer<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n<br />
loop <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n nooit grooter gezien, nooit dieper geschouwd. Als hij er<br />
zijn een<strong>de</strong>n als plod<strong>de</strong>rs room in neerwerpt, vat hij heel <strong>de</strong>n arbeid samen<br />
van generaties Hollandsche schil<strong>de</strong>rs.<br />
Men verbeel<strong>de</strong> zich niet dat Maris' sloten en wei<strong>de</strong>n, wilgen en elzen,<br />
broos en riet, loeien en een<strong>de</strong>n, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> onbegrensd toegewij<strong>de</strong> studie<br />
van een <strong>voor</strong>afgaand geslacht, zijn opgebloeid.<br />
De schil<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> eerste generatie van het reveil hebben <strong>voor</strong> hun directe<br />
opvolgers „het oog gewasschen, het hart gezuiverd", en zij hebben hen<br />
„spiegelen<strong>de</strong> in <strong>de</strong> plassen van Loosdrecht en <strong>de</strong> Kaag, <strong>de</strong>n hemel diep<br />
doen zien" (Werumeus Burring).<br />
't Zijn niet alleen zij die aan <strong>de</strong> meesters <strong>voor</strong>afgaan die hun weg geeffend<br />
hebben, die van belang zijn, maar <strong>de</strong> steun die <strong>de</strong> min<strong>de</strong>re schil<strong>de</strong>rs in een<br />
perio<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst geven, wordt doorgaans on<strong>de</strong>rschat.<br />
Wordt er niet te veel geschil<strong>de</strong>rd ?<br />
Zijn er niet te veel schil<strong>de</strong>rs?<br />
Deze vragen wor<strong>de</strong>n nog al eens gesteld, terwijl er dan gewoonlijk bij<br />
247
vergeten wordt dat velen moeten geroepen wor<strong>de</strong>n, om weinigen tot uitverkorenen<br />
te maken. Het schil<strong>de</strong>ren is, in een land als het onze, niet alleen<br />
een continu- maar ook een collectief bedrijf. Als er zijn die <strong>de</strong> vruchten<br />
plukken, dan zijn er velen van noo<strong>de</strong> die ne<strong>de</strong>rig werk verrichten in <strong>de</strong><br />
gaar<strong>de</strong>, <strong>voor</strong>dat <strong>de</strong> druiven bersten van <strong>de</strong>n wijn.<br />
De Verveers, Sam en Elchanon, D. A. Constant Artz<br />
en Phi 1 i p S a d é e en ook B. J. B 1 o m me r s hebben het visschersdorp<br />
als hun arbeidsveld gekozen en het visschersleven in studie gehad,<br />
opdat Jozef Israëls hun aller meester zou zijn. Het genreschil<strong>de</strong>rij heeft in<br />
Balher Korff en David Bles, en daarna in Aug. Allebé,<br />
uiterst gelukkige beoefenaars gevon<strong>de</strong>n, maar wie zou durven zeggen<br />
dat <strong>de</strong> Ten Kate's, Herman en Mari, of Tony Offermans<br />
geen <strong>de</strong>el gehad hebben aan het meesterschap van een Albert Neuhuijs,<br />
en zelfs epigonen als Evert Pieters en Bernard <strong>de</strong> Hoog<br />
mogen niet geheel uit <strong>de</strong> glorie van <strong>de</strong>n meester wor<strong>de</strong>n gebannen.<br />
W i lle m Roe lofs moge dan <strong>de</strong> eerste zijn die het landschap weer<br />
onbevangen zag en <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>righeid hervond die <strong>de</strong> grootheid is van <strong>de</strong>n<br />
Hollandschen landschapschil<strong>de</strong>r, hoe groot<br />
het aan<strong>de</strong>el is dat J. W. B i 1 d e r s en<br />
Julius J. van <strong>de</strong> San<strong>de</strong> B akh<br />
u y z en genomen hebben in <strong>de</strong> ontplooiing<br />
van het nieuwe landschapschil<strong>de</strong>ren, is niet<br />
juist te meten, maar 't is heel zeker belangrijk.Zou<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong> Haas en <strong>de</strong> Stortenbeker's,<br />
Johan en Pieter, en zelfs<br />
Jan Y r o 1 ij k niet betrokken zijn in<br />
Willem Maris' meesterschap over run<strong>de</strong>ren<br />
en koebeesten ? Een heele generatie van ste<strong>de</strong>schil<strong>de</strong>rs,<br />
waarvan wij Ka rsen, Springer<br />
en <strong>de</strong> jongere K 1 in k e n b e rg, maar <strong>voor</strong>al<br />
Johannes Weissenbruch noem<strong>de</strong>n,<br />
stuwt aan op Jacob Maris' Bree<strong>de</strong>n blik<br />
op Amsterdam en Dordrecht.<br />
B. I. Blommers, krabbel.<br />
248<br />
Dien Bree<strong>de</strong>n blikhad Jacob Mans<br />
trouwens niet van ston<strong>de</strong> af aan, analytisch<br />
zien is het synthetische schouwen <strong>voor</strong>afgegaan,<br />
zooals het <strong>voor</strong>zichtig teekenen het roekeloosbrabbelen<br />
van later mogelijk maakte.<br />
De leerling van Stroebel en van Huib van
Hove, die copieën maakte naar Schelfhout, legt in <strong>de</strong> grootste consciëntie<br />
<strong>de</strong> grondslagen van zijn kun<strong>de</strong>. Als hip zijn Antwerpschen studietijd en<br />
zijn reizen in Duitschland, Zwitserland en Frankrijk reeds achter <strong>de</strong>n rug<br />
heeft, en <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n zeeschil<strong>de</strong>r Louis Meyer bijstaat in het voltooien van<br />
diens schil<strong>de</strong>rijen, is Jacob een eer<strong>de</strong>r „fijnschil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong>" genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Het moet in <strong>de</strong> jaren 1865—'71 te Parijs zijn geweest, dat ]rij langzaam,<br />
maar beslist, zich wen<strong>de</strong>n ging tot liet landschap, me<strong>de</strong> door <strong>de</strong> bewon<strong>de</strong>ring<br />
die <strong>de</strong> meesters van Barbizon bij hem opriepen. Rousseau en Dupré, Millet<br />
en Corot moeten, met hun vrijen schoon schil<strong>de</strong>ren, grootera indruk op hem<br />
gemaakt hebben, en 't is door het realisme van die Fransche meesters dat<br />
hij wordt aangezet <strong>de</strong> Oud-Hollandsche landschapschil<strong>de</strong>rs, met enthousiasme<br />
door hen bestu<strong>de</strong>erd, met nieuwe<br />
Dogen op te nemen. Als hij in 1870 <strong>de</strong><br />
bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> „Veerpont" schil<strong>de</strong>rt dankt<br />
hij aan <strong>de</strong> Franschen en van Goyen, maar<br />
niet min<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> natuur, <strong>de</strong> frischheid<br />
van het werk, in contrast met het dorre<br />
en conventioneele schil<strong>de</strong>ren dat nog welig<br />
tier<strong>de</strong> in het va<strong>de</strong>rland.<br />
Noodig was het natuurlijk dat hij terug<br />
k warn naar <strong>de</strong>n Kleigrond onzer rivieren,<br />
<strong>de</strong>n geestgrond en het strand van Holland,<br />
om er <strong>de</strong>n monumentaler vertolker van<br />
te wor<strong>de</strong>n.<br />
Reeds in 1872 is hij dat. Want dan<br />
ont<strong>de</strong>kt hij het monument in <strong>de</strong> Hollandsche<br />
werktuigwoning, <strong>de</strong> molen, het emblematische<br />
beeld <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lage lan<strong>de</strong>n, waar<br />
<strong>de</strong> wind in flappert en ruischt als in <strong>de</strong><br />
zeilen van een schip, om <strong>de</strong>n mensch het<br />
meel uit <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste vrucht <strong>de</strong>r aar<strong>de</strong><br />
vrij te maken. Hij plaatst <strong>de</strong> molen niet<br />
tegen <strong>de</strong> oneindigheid van <strong>de</strong>n hemel, maar,<br />
hem afsnij<strong>de</strong>nd door het la<strong>de</strong>r, zet hij <strong>de</strong><br />
rustieke monumentaliteit aan, tegenover<br />
<strong>de</strong> nietige huizen die aan zijn hoe<strong>de</strong> zijn<br />
toevertrouwd. Hij vindt dan met <strong>de</strong> zware<br />
en diepe fleuren, die bij uitstek van <strong>de</strong>ze<br />
lan<strong>de</strong>n zijn, <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> toets <strong>de</strong>r penseelvoering<br />
die macht over vorm en atmosfeer<br />
Jozef Israéls, krabbel.<br />
249
H. J. Haverman, portret van Jacob Mara.<br />
250
krijgt, als nog geen schil<strong>de</strong>r in<br />
<strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw ten onzent<br />
wist te veroveren.<br />
De Fransche <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n blijven<br />
rusten en <strong>de</strong> „Italiaansche meisjes",<br />
die hij als leerling van<br />
Hébert te Parijs schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, zijn<br />
snel vergeten. Holland met zijn<br />
prachtige baksteenen ste<strong>de</strong>n, met<br />
zijn bree<strong>de</strong>, loom door <strong>de</strong> zware<br />
blei stroomen<strong>de</strong> rivieren, met<br />
zijn zwaar bewolkten hemel,<br />
neemt hem in zijn ban. Amsterdam,<br />
van het Y gezien, wordt<br />
reeds in <strong>de</strong> zeventiger jaren een<br />
zijner on<strong>de</strong>rwerpen. Als <strong>de</strong> ou<strong>de</strong><br />
Karren componeert hij vrij zijn<br />
stadsgezichten, zet <strong>de</strong>n Schreierstoren<br />
en het groene koepeldak<br />
van <strong>de</strong> ron<strong>de</strong> Luthersche Kerb<br />
neer, waar hem dit goeddunkt.<br />
Ruysdael herleeft in het rijke<br />
evenwicht van gecomponeer<strong>de</strong><br />
land-, zee- en stadsgezichten in<br />
Jacob Maris, ets, ware grootte.<br />
zware kleurpracht. Grootscher<br />
dan Cuyp het <strong>de</strong>ed, grijpt hij Dordrecht samen in haar groote kerk en<br />
haven. Als Vermeer hem in zijn onvolprezen „Gezicht op Delft" een<br />
<strong>voor</strong>beeld is, dan is dit <strong>voor</strong>beeld hem een verworvenheid, dan wil Jacob<br />
Marts en zijn begenadigd geslacht niet herhalen, maar <strong>voor</strong>tbouwen. De<br />
ambitie van hef vorige geslacht ging niet ver<strong>de</strong>r dan <strong>de</strong> herhaling, en als<br />
steeds werd die ambitie niet ten volle bevredigd en bleven <strong>de</strong> resultaten ver<br />
on<strong>de</strong>r het gehoopte. Nu gaat <strong>de</strong> ambitie ver<strong>de</strong>r; diep in <strong>de</strong> natuur zullen<br />
<strong>de</strong> jonge Hollandsche schil<strong>de</strong>rs doordringen en hun <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n uit het<br />
verle<strong>de</strong>n achter zich laten. Zij verkeeren met <strong>de</strong> natuur inniger dan <strong>de</strong><br />
vorige generatie, die door <strong>de</strong> blaadjes en <strong>de</strong> takken <strong>de</strong> boom, en door <strong>de</strong><br />
boomgin het bosch niet zagen, die wel <strong>de</strong> steengin tel<strong>de</strong>n, maar toch het huis<br />
niet waarlijk zagen, en die door <strong>de</strong> huizen <strong>de</strong> stad niet <strong>voor</strong> Dogen kregen.<br />
In <strong>de</strong> lan<strong>de</strong>lijke omgeving van <strong>de</strong>n Haag wordt lang en ernstig gewan<strong>de</strong>ld,<br />
ook met confraters. Wat wij te danken hebben aan <strong>de</strong> samensprekingen,<br />
mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> objecten, van Mans en Mauve, als zij op hun tochten door<br />
251
<strong>de</strong> tuin<strong>de</strong>rijen van liet Westland of langs het Scheveningsche strand, elkan<strong>de</strong>r<br />
bemnvloed<strong>de</strong>n, is slechts te bevroe<strong>de</strong>n. Zij wedijver<strong>de</strong>n in argeloosheid<br />
tegenover het schouwspel <strong>de</strong>r natuur en in openheid <strong>voor</strong> <strong>de</strong> wisselingen van<br />
het licht, waarvan zij weten dat het meester is over het geschapene.<br />
Zij hon<strong>de</strong>n het leeren van <strong>de</strong> meesters, maar nog dui<strong>de</strong>lijker het zelf in <strong>de</strong><br />
natuur zien, dat in <strong>de</strong> luchten het accent ligt van het Hollandsche landschap,<br />
en zij geven weer aan <strong>de</strong>n hemel zijn ruime plaats in het ka<strong>de</strong>r,<br />
en dringen <strong>de</strong> stoffage terug tot <strong>de</strong> ne<strong>de</strong>rige rol die zij, én bij <strong>de</strong> meesters,<br />
én in <strong>de</strong> werkelijkheid, vervult. Hoe nietig is het aspect van het schuimen<strong>de</strong><br />
randje <strong>de</strong>r ein<strong>de</strong>looze zee tegenover het weidsche gekoepelte van <strong>de</strong>n hemel!<br />
En is een eenzame schelpenvisscher niet nog <strong>de</strong> meest waardige herinnering<br />
aan <strong>de</strong>n mensch? Mag het witte trekpaard op het jaagpad ons afhou<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong>n dramatischen strijd tusschen zonnestralen en wolken, tusschen<br />
windvlagen en regenhoozen, die zich boven hem afspeelt Draaien <strong>de</strong><br />
molenwieken in het<br />
ijle? Of is <strong>de</strong> lucht<br />
een stof als het water,<br />
waardoor <strong>de</strong> ra<strong>de</strong>ren<br />
van een an<strong>de</strong>r soort<br />
molens wor<strong>de</strong>n gestuwd<br />
? Moet dan ook<br />
<strong>de</strong> stuwen<strong>de</strong> stof rond<br />
<strong>de</strong>n windmolen niet<br />
voelbaar en zichtbaar<br />
gemaakt wor<strong>de</strong>n ? Dat<br />
nu verstond Jacob<br />
Marts meesterlijk, en<br />
niet het minst dooreen<br />
nieuwe schil<strong>de</strong>rtrant,<br />
die 'n ruige verfopdracht<br />
een atmosferisch<br />
kleurspel, als er<br />
nog nooit beproef d was,<br />
mogelijk maakte. In<br />
een sterk kleurgamma,<br />
dat zich later weer wat<br />
vergrijs<strong>de</strong>, bond hij<br />
met een door over-<br />
- -- schil<strong>de</strong>ring verkregen<br />
Jacob Marls, krijtkrabbel.<br />
impasto, aar<strong>de</strong>, water<br />
252
en lucht aaneen. Vooral aan <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond wordt door stage schil<strong>de</strong>ring<br />
een ruige stevigheid gegeven, waarop dan al <strong>de</strong> rest gedragen wordt. Met<br />
<strong>de</strong> breedheid van een roekeloos schil<strong>de</strong>ren, groeit het formaat naar hef<br />
horizontale. Misschien was zijn zwaar lichaamspostuur, dat hem dwong<br />
uitsluitend zittend aan <strong>de</strong>n ezel te werken, me<strong>de</strong> een re<strong>de</strong> geweest dat Ind<br />
het hoogteformaat min<strong>de</strong>r aanwend<strong>de</strong>, maar het vlakke land, <strong>de</strong> bree<strong>de</strong><br />
stroomen en <strong>de</strong> lange trekvaarten eischtten niet min<strong>de</strong>r het bree<strong>de</strong> formaat<br />
op. In het vierkant heeft hij overigens ook vaak indrukwekkend gecomponeerd.<br />
lk herinner mij<br />
hoe ik als jongen werd<br />
opgenomen in het natte<br />
groen van zoon vierkante<br />
tuin<strong>de</strong>rij, waarboven<br />
<strong>de</strong> regenwolken<br />
een oogenblik weken<br />
<strong>voor</strong>een lichtstraal, die<br />
niet <strong>de</strong> zon, maar een<br />
herinnering aan haar<br />
was.<br />
Als ik <strong>voor</strong> <strong>de</strong> magis.,trale<br />
„Zee", met <strong>de</strong><br />
zoo aan Ruysdczel herinneren<strong>de</strong><br />
hooge lucht<br />
in het Rijksmuseum<br />
sta, is mijn eerste gedachte<br />
steeds : hoe<br />
spijtig dat <strong>de</strong> jonge<br />
.<br />
schil<strong>de</strong>rs van nu dit<br />
werk niet meer zien<br />
kunnen in al <strong>de</strong> pracht<br />
van een schil<strong>de</strong>ring, die<br />
helaas niet tegen <strong>de</strong>n<br />
,<br />
tijd bestand bleek. Gebarsten<br />
in bijna al haar<br />
h ',.ki;<br />
x,, ^^ ,., ,<br />
leuren, met vergeel<strong>de</strong><br />
plekken in <strong>de</strong> blanke<br />
.. ,<br />
...=^ .<br />
,<br />
lucht, is <strong>de</strong>ze „Zee"-<br />
.<br />
.. ,<br />
!^1 r^<br />
een schaduw van wat Q<br />
zij geweest is.<br />
w<br />
if<br />
Mogen wij hun wel<br />
Jacob Maris, krijtkrabbel.<br />
253
euvel dui<strong>de</strong>n dat hun schil<strong>de</strong>rijen niet bestand waren tegen <strong>de</strong>n tijd?<br />
Hun vereen waren, een enkele Fleur uitgezon<strong>de</strong>rd, goed. De on<strong>de</strong>ug<strong>de</strong>lijkheid<br />
van <strong>de</strong> nooit drogen<strong>de</strong> betume is nu algemeen bekend, maar moest in <strong>de</strong><br />
dagen van <strong>de</strong> Haagsche School nog blijken. Een Larensch moestuintje van<br />
Mauve of een portret van T/iérèse Schwartze zijn er om te bewijzen, dat<br />
<strong>de</strong> olieverf van dien tijd goed was. Maar een Israëls en 'n Marls hebben<br />
te veel gevraagd aan <strong>de</strong> olieverf. Door het telkens overschil<strong>de</strong>ren raakten,<br />
en daar werd naar gestreefd, <strong>de</strong> fleuren „uit <strong>de</strong> verf". Maar het heele<br />
werk zou op <strong>de</strong>n duur „uit <strong>de</strong> verf" raken, d.w.z. zich niet meer<br />
bevin<strong>de</strong>n binnen dat, wat aan olieverf gevraagd han wor<strong>de</strong>n. Zip dwongen<br />
<strong>de</strong> verf, als materie, tot prestaties boven haar Dracht, en <strong>de</strong> verf heeft<br />
zich gewroken.<br />
Gebarsten, en plaatselijk vergeeld waar met olie werd uitgehaald, staan nu<br />
ook Jacob Mans' genreschil<strong>de</strong>ringen ge<strong>de</strong>eltelijk ontluisterd. En wat is er<br />
toch nog oneindig veel schoons overgebleven van <strong>de</strong> huiselijke tafereelen<br />
uit zijn familieleven, die zijn landschapschil<strong>de</strong>rijen aanvullen I Het boor<br />
lingetje in kanten kleedje ligt op <strong>de</strong>n schoot van <strong>de</strong> baker, haar ron<strong>de</strong> hand<br />
met <strong>de</strong>n zilveren ring op <strong>de</strong> doopjury, <strong>de</strong> glanzing van het lichtblauwe<br />
lint on<strong>de</strong>r haar cornet. Het ou<strong>de</strong>re zusje, op 'n afstand, maar naar het<br />
kleine won<strong>de</strong>r gebogen, staart broertje aan. Dat broertje zal, wat jaren<br />
later, in een fluweelen pakje viool spelen bij <strong>de</strong> diepzwarte vleugelpiano,<br />
in hetzelf<strong>de</strong> interieur.<br />
Dat interieur was in een tijd, die <strong>voor</strong> <strong>de</strong> binnenarchitectuur zeker geen<br />
goe<strong>de</strong> perio<strong>de</strong> was, door <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>rssmaak van <strong>de</strong>n bewoner, schoon.<br />
Het diepkleurig rood van oostersche tapijten, het donker eikenhout van<br />
<strong>de</strong> glimmend gewreven meubelen met hier en daar een fluweel lussen, dat<br />
in volmaakte harmonie was met het geheel, het zwart van <strong>de</strong> piano en <strong>de</strong><br />
gou<strong>de</strong>n glanzing van een schil<strong>de</strong>rijlijst, dat alles bleef in het gamma van<br />
's meesters palet.<br />
Dit interieur verried ook <strong>de</strong>n welstand van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, een welstand die<br />
<strong>de</strong> corypheëen <strong>de</strong>r school dankten aan <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l. De geschie<strong>de</strong>nis<br />
van dien han<strong>de</strong>l in dien tijd is, bij mijn weten, nog niet geschreven. Wat<br />
firma's als Coupil, v. Wisselingh, Preyer, Buffa, Voskuil of Knoedler te<br />
New- York <strong>voor</strong> <strong>de</strong> verspreiding van het Hollandsche schil<strong>de</strong>rij gedaan<br />
hebben, is moeilijk te overdrijven. Zeper, zij waren uit op hun eigen gewin,<br />
maar zooals men nu eenmaal niet han<strong>de</strong>len Ilan in steenkool zon<strong>de</strong>r bij<br />
gelegenheid min of meer zwart te wor<strong>de</strong>n, kregen velen van hen <strong>de</strong> laatst<br />
lief. Natuurlijk waren er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kunsthan<strong>de</strong>laren, die <strong>voor</strong>al han<strong>de</strong>laren<br />
waren en bleven, maar er waren er zeker ook die met lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kunst<br />
begonnen, en die lief <strong>de</strong> niet verloren als zij door omgang met groote schil<strong>de</strong>rs<br />
254
aan inzicht wonnen. Natuurlijn weet ik, en ik zal het wel ter sprake<br />
brengen, dat <strong>de</strong> invloed van <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l ook, als alle dingen on<strong>de</strong>r<br />
<strong>de</strong> zon, zijn schaduwzij<strong>de</strong> had, maar al had <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l slechts <strong>de</strong> Hollandsche<br />
schil<strong>de</strong>rkunst naar alle zij<strong>de</strong>n weten te versprei<strong>de</strong>n, dan stond zijn<br />
beteekenis reeds vast. Niet alleen dat <strong>de</strong> kunsthan<strong>de</strong>l een belangrijk aan<strong>de</strong>el<br />
had in hef opnemen van Hollandsche schil<strong>de</strong>rijen in <strong>de</strong> musea van Europa,<br />
maar ook die van <strong>de</strong> nieuwe wereld open<strong>de</strong>n zich <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Hollandsch<br />
meesters: het Metropolitan Museum te New-York en dat te ' Boston, Phila<strong>de</strong>iphia,<br />
Washington, St. Louis, Chicago e.d. En was <strong>de</strong> kunsthan<strong>de</strong>l niet<br />
betrokken bij het samenstellen van collecties als die van E. van Essen,<br />
Dentz van Schaik, E. H. Crone, C. D. Reich Jr., M. P. Voûte en zoovele<br />
an<strong>de</strong>re te Amsterdam, W. H. van Bil<strong>de</strong>rbeek te Dordrecht, van Randwijn<br />
en van <strong>de</strong>r Scheer te's-Gravenhalte, of die van J. C. J. Drucker te Lon<strong>de</strong>n,<br />
die later in rijksbezit zou overgaan ? Maar <strong>voor</strong>al, en dit wor<strong>de</strong> niet<br />
vergeten, <strong>de</strong> han<strong>de</strong>l heeft in dien tijd een tiental belangrijke schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong><br />
zorgen <strong>voor</strong> het dagelijks brood ontnomen, en hun naar die zij<strong>de</strong> rust en<br />
<strong>de</strong> mogelijkheid van concentratie op hun werk geschonken, zon<strong>de</strong>r welke<br />
zij zeker niet zoo vruchtbaar geweest zou<strong>de</strong>n zijn.<br />
Vruchtbaar waren zij ook omdat zij tusschen hun groote olieverfschil<strong>de</strong>rijen,<br />
ter <strong>voor</strong>bereiding van een monumentaal werk, of als afglans van een<br />
kapitaal stuk, waternerf teeheningen maakten. Het woord aquarelleeren<br />
werd hier<strong>voor</strong> op <strong>de</strong>n duur gebruikt, maar aanvankelijk heette het, en<br />
was het ook, waterverfteekenen, d.i. teelenen met waterverf. Dat <strong>de</strong><strong>de</strong>n<br />
Rochussen en Bosboom als zij <strong>de</strong> waterverf al teekenend opbrachten.<br />
Johannes Bosboom<strong>voor</strong>al <strong>de</strong>ed dit prachtig, en dat niet alleen<br />
in zijn kerkinterieurs, maar evenzeer in zijn binnenhofgezichten en boeren<br />
<strong>de</strong>elen. Hij had in <strong>de</strong> jeugd veel gereisd. Vanuit het atelier van Huib van<br />
Hove, waar hij als jongen tooneel<strong>de</strong>cors schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, behield hij belangstelling<br />
<strong>voor</strong> architectuur. In 1835, achttien jaar oud, maakt hij met Sam<br />
Verveer een reis naar Keulen en Coblenz, twee jaar later naar België.<br />
Voor reisschetsen was het waterverfteekenen als aangewezen. In 1838 is<br />
hij te Rouaan en te Parijs, en in '41 opnieuw in België. Dan beginnen zijn<br />
tochten door <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n waar het exterieur, maar meer nog het interieur<br />
van herhen zijn aandacht houdt. Mij nomen nog steeds zijn waterverfteekeningen<br />
schooner <strong>voor</strong> dan zijn olieverfschil<strong>de</strong>rijen, hoe indrukwekkend<br />
Benige er van ook zijn, en hoe waardig zij zich aansluiten bij het werk van<br />
<strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche Saenredam, Houckgeest en Em. <strong>de</strong> Wit. Well<br />
een afstand tusschen een kerninterieur van Waldorp en Bosboom I Maar<br />
toch zegt hij mij teekenend meer, ik volg liever zijn waterverfpenseel dan<br />
zijn schil<strong>de</strong>rkwast. Hij geeft meer ruimte aan <strong>de</strong> fantasie als hij het<br />
255
ongebroken wit van het papier mee doet zingen, in <strong>de</strong> doorschijnen<strong>de</strong><br />
melodie welke hij vorm geeft.<br />
Dit waterverf teelenen vindt misschien alleen bij Bauer in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
generatie, evenwaardige <strong>voor</strong>tzetting. Door het aanwen<strong>de</strong>n van een an<strong>de</strong>r<br />
woord suggereer<strong>de</strong>n wij reeds dat het waterverven veran<strong>de</strong>rt. Aquarelleeren<br />
houdt het woord teekenen niet meer in, hef verliest alle speelsche<br />
luchtigheid, als het in kleurenspel en diepte van toon <strong>de</strong> olieverfschil<strong>de</strong>ring<br />
bena<strong>de</strong>rt.<br />
Als Mauve <strong>de</strong>n papieren grond nog niet vrij geeft, dan zullen Maris en<br />
Weissenbruch <strong>de</strong> opperhuid van het papier oplossen in <strong>de</strong> <strong>de</strong>kken<strong>de</strong> verflaag<br />
van het geheel, en er ontstaat een geheel nieuw uitdrukkingsmid<strong>de</strong>l <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong>ry schil<strong>de</strong>r, dat <strong>de</strong> Hollan<strong>de</strong>r alleen tot volledige ontplooiing bracht.<br />
In een savante combinatie van <strong>de</strong>kken<strong>de</strong> gouache en doorschijnend lalt, in<br />
een herhaal<strong>de</strong> bewerking van opbrengen en afwasschee, waartegen het<br />
beroem<strong>de</strong> Engelsche Whatmanpapier bestand was, werd dit aquarelleeren<br />
in <strong>de</strong> hand van <strong>de</strong>n Hollandschen colorist een volkomen nieuwe techniek,<br />
die <strong>de</strong> kunstwereld verover<strong>de</strong>. Is het wel erg te verwon<strong>de</strong>ren dat ons natte<br />
landje juist in waterverf zooveel van zijn ‘aard teruggaf ? 'n Aquarel van<br />
Neuhuys of Weissenbruch werd zoo vast en stevig van toon, dat <strong>de</strong> witte<br />
J. H. Weissenbruch, penteekening.<br />
256
passe-partout van het ou<strong>de</strong>re waterverf teelenen, tegen <strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n lijst<br />
van het olieverfschil<strong>de</strong>rij verwisseld kon wor<strong>de</strong>n.<br />
Niet dat dit aquarelleeren olieverf nabootste, maar in een volkomen eigen<br />
behan<strong>de</strong>ling wordt <strong>de</strong>ze van teekenen, schil<strong>de</strong>ren, zoodat een aquarelle van<br />
H. J. W e i s s e n b r u c h een compleetheid kreeg, zoo volstrekt als<br />
zijn olieverfstukken.<br />
Wat een aantrekkelijke kunstenaar, <strong>de</strong>ze in 1824 geboren Haagsche meester,<br />
die het atelier van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n Bart van Hove bezocht, maar te Scheveningen,<br />
in het Dekkersduin te Voorschoten en te Naor<strong>de</strong>n, door <strong>de</strong> natuur tot<br />
kunstenaar werd gewelkt 1<br />
Ik roem<strong>de</strong> reeds zijn stadsgezichten, die blijk gaven dat hun maker meer<br />
„oog" had dan zijn tijdgenooten-ste<strong>de</strong>schil<strong>de</strong>rs.<br />
In zilveren atmosfeerschil<strong>de</strong>ring (eer<strong>de</strong>r dan an<strong>de</strong>ren heeft zich Weissenbruch<br />
van <strong>de</strong> bruine voerkleur bevrijd) schil<strong>de</strong>rt hij daarna boer<strong>de</strong>rijen,<br />
om tenslotte weidsche gezichten van rivieren en stran<strong>de</strong>n te aquarelleeren,<br />
waarvan er sommigen, door het gebruik van slecht papier, veel verloren<br />
hebben van hun oorspronkelijke macht. Die macht naar het evocatieve was,<br />
als bij Jacob Maris, bij Weissenbruch heel groot, en ook, hij behoort tot <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs wie het gegeven was, het specifiek Hollandsche schil<strong>de</strong>ren weer op<br />
te stuwen tot <strong>de</strong> hoogte, waarop <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n Haagsche School ons kettert.<br />
.,<br />
W. B. Tholen, een huisje, 1886.<br />
17 257
't Is niet belangrijk dat, na een tijd van belachelijk hooge geldwaar<strong>de</strong>ering,<br />
er een gevolgd is van even belachelijk lage han<strong>de</strong>lswaar<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> werken<br />
van die meesters. De intrinsieke waar<strong>de</strong> van hun kunst han in <strong>de</strong> waar<br />
<strong>de</strong>ering slechts stijgen, verankerd als hun schil<strong>de</strong>ren ligt in Holland's beste<br />
eigenschappen: natuurlief<strong>de</strong> en natuurlijkheid, beschei<strong>de</strong>nheid die ware<br />
menschelijkheid is, en eenvoud die naar grootheid reikt.<br />
'{ •<br />
k‘9, 24',.;<br />
. t , ^^ ,<br />
^n ^/<br />
^ ^.!<br />
v_ r ^<br />
`^^ ^^, ^'^t^` a k^.x^ 1<br />
Willem Roelofs. Penteekening, bij Vogelenzang.<br />
258<br />
r'<br />
^ ...i<br />
I ^.
f&e
,-..^...,<br />
."...,....<br />
260<br />
.•<br />
#<br />
,-<br />
...e.'- 1-...0.,'<br />
Ant. Mauve, kriftkrabbd.<br />
...... ..m.werod. '
V.<br />
DE SCHOOL VAN LAREN. Contact met een ongerept lan<strong>de</strong>lijk<br />
dorp, en verkeer met een schil<strong>de</strong>rachtige boerenbevolking,<br />
brengen het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren groote winst.<br />
n mijn prille jeugd kwam <strong>de</strong> vacantie in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>, in <strong>de</strong>n zin dat,<br />
<strong>de</strong>s zomers <strong>de</strong> stad uitgaan om een optrekje op het land te zoeken,<br />
in zwang kwam, ook bij <strong>de</strong> bourgeoisie.<br />
Gingen mijn ou<strong>de</strong>rs later een week of zes in een in <strong>de</strong> natuur gelegen hotel,<br />
als <strong>de</strong> Witte Brug tusschen Den Haag en Scheveningen toen nog was,<br />
of naar Maiwald te Kleef, dan was <strong>de</strong> eerste vacantieverpoozing van <strong>de</strong><br />
familie het vertrek naar Inren, waar <strong>de</strong> woonkamers van <strong>de</strong> boer<strong>de</strong>rij van<br />
Baas Puick wer<strong>de</strong>n gehuurd.<br />
Laren was toen nog een volkomen lan<strong>de</strong>lijk boerendorp in het vrijwel<br />
ongerepte Gooi. Hilversum begon toen al <strong>de</strong> eigenaardige afschuwelijkheid<br />
te krijgen van het steedsche <strong>de</strong>el in <strong>de</strong>n omtrek van het station, maar in<br />
Laren wuif <strong>de</strong>n <strong>de</strong> hooge olmen rond <strong>de</strong> meent, een buitengewoon fraaie<br />
kom van een lieflijk lan<strong>de</strong>lijk dorp. In 1882, vier jaren <strong>voor</strong> hij er zich met<br />
zijn gezin zou vestigen, schreef Mauve uit Laren aan zijn vrouw: „'t Is<br />
aandoenlijk mooi hier, zoo een fijnheid van lijnen, zooals nergens. Eene<br />
liefelijke poëzie straalt uit alles, binnenhuizen, wegen, akkers, boschjes en<br />
<strong>de</strong> prachtige hei<strong>de</strong>. De menschen zijn van <strong>de</strong> lief ste soort, dat te be<strong>de</strong>nken is".<br />
Als kind nog, herinner ik mij van Laren het best <strong>de</strong> klachten, en wat er<br />
bij hoor<strong>de</strong>, van Baas Puick, als wij wat lang zoek waren in <strong>de</strong>n moestuin,<br />
waar wij door <strong>de</strong>n boer betrapt wer<strong>de</strong>n tusschen <strong>de</strong> bessen en frambozen.<br />
Maar het staat mij toch ook nog dui<strong>de</strong>lijk <strong>voor</strong> dat te Laren, hier en<br />
daar, in verbouw<strong>de</strong> boer<strong>de</strong>rijen groote ramen door <strong>de</strong> rieten daken staken.<br />
Dddr werkten, het schil<strong>de</strong>rtje in <strong>de</strong>n dop wist dit reeds, <strong>de</strong> kunstenaars<br />
die aan het dorp wereldvermaardheid zou<strong>de</strong>n geven.<br />
Wat er precies achter die atelierramen te zien was, en van wat er achter die<br />
hooge vensters gestre<strong>de</strong>n en gele<strong>de</strong>n werd, lion ik natuurlij li geen begrip hebben.<br />
Wat er te zien was, b.v. in Mauve's werkplaats?<br />
De schil<strong>de</strong>r Ter Meulen heeft het in 1893 met een paar eenvoudige zinnen<br />
verteld.<br />
261
A. Mauve, krijtkrabbel.<br />
„Ik werd verrast door die schil<strong>de</strong>rijen, zoo aantrekkelijk en tevens zoo<br />
eenvoudig. Alles was er zoo alledaagsch mogelijk. De beesten had<strong>de</strong>n geene<br />
aardige stan<strong>de</strong>n en vorm<strong>de</strong>n geene mooie groepen; <strong>de</strong> landschappen waren<br />
uit een land, „waar niets te zien was"; <strong>de</strong> luchten waren evenmin „intéressant-<br />
, alle stil, vele grauw en regenachtig. Maar het scheen wel alsof hier<br />
het omgekeer<strong>de</strong> plaats had van wat ik mij placht <strong>voor</strong> te stellen: alsof juist<br />
het gewone, <strong>de</strong> stilte, <strong>de</strong> soberheid alles zoo <strong>de</strong> moeite van het aankijken<br />
waard maakte. ik wist wel, dat het theatrale uit <strong>de</strong>n booze was, dat<br />
mensch noch dier mocht „poseeren"; maar ik dacht mij dat meer als een<br />
uiterste, dat men wel niet bereiken, maar toch terwille van het indruk.<br />
wekken<strong>de</strong> soms nabij mocht Domen, — niet als iets waarvan juist het<br />
tegen<strong>de</strong>el zoo bevallig en .... indrukwekkend kon zijn. In het hort: ik<br />
kw am on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> bekoring van het karakteristieke, opgevat dooreen geniaal<br />
man van fijnen smaak; ik maakte eens goed Dennis, om een woord van<br />
Mauve zelf te gebruiken, met het „echte"."<br />
Maar hoe dit „echte", dit stille, dit eenvoudige veroverd werd, is in<br />
Mauve's brieven te bevroe<strong>de</strong>n. In '64 schrijft hij uit Oosterbeer aan<br />
Willem Mans:<br />
„Doe een christelijke daad, en kom hier een verdool<strong>de</strong>n kunstbroe<strong>de</strong>r<br />
opheffen uit zijn hersenschimmige overspanning, en maak een mensch<br />
262
A. Mauve. krijtkrabbel.<br />
van hem 1" Hij schrijft er een brief overheen waarin <strong>de</strong> noodkreet blinkt:<br />
„Kom spoedig om een doo<strong>de</strong> weer tot bewustzijn te brengen", en hij voegt<br />
er aan toe „Ik ben op dit oogenblik zoover gevor<strong>de</strong>rd met mijn kunst, dat<br />
ik er niets meer van begrijp". In een an<strong>de</strong>r schrijven uit hetzelf<strong>de</strong> jaar,<br />
ditmaal uit Amsterdam, lezen wij: „Ik verlang erg om met je te praten,<br />
niet het minst over kunst".<br />
„Ik maak tegenwoordig leeljke dingen — maar vind ze toch beter clan<br />
vroeger, meer uit me zelven, eenvoudig loeien met lucht en groenigheid".<br />
Van <strong>de</strong>n strijd, die gestre<strong>de</strong>n moet wor<strong>de</strong>n vóór <strong>de</strong> „on<strong>de</strong>rwerplooze<br />
kunst" van <strong>de</strong>n Hollandschen schil<strong>de</strong>r in het zicht komt, geeft dit slechts<br />
een flauw beeld.<br />
Reeds het vin<strong>de</strong>n van een natuur „waar niets te zien is", was niet<br />
eenvoudig.<br />
Van Haarlem, waar <strong>de</strong> jonge Mauve van <strong>de</strong>n teekenmeester-schil<strong>de</strong>r<br />
P. F. van Os lessen had, die hem niet meer zou<strong>de</strong>n brengen dan een levenslang<br />
behou<strong>de</strong>n eerbied <strong>voor</strong> het metier, was hij naar Oosterbeer getrokken.<br />
Daar vond hij <strong>de</strong> sterken<strong>de</strong> vriendschap van <strong>de</strong>n zwakken, jonggestorven<br />
G. Bil<strong>de</strong>rs, en daar had hij een ontmoeting van beslissen<strong>de</strong>n aard, die door<br />
H. L. Berkenhoff in 1890 in <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> regelen werd vastgehou<strong>de</strong>n: „De<br />
han<strong>de</strong>n nog altoos gebon<strong>de</strong>n, <strong>de</strong> geest gekneld in <strong>de</strong> conventie van zijn<br />
eersten leerlingtijd, zat Mauve op dien heugelijken morgen naar <strong>de</strong> natuur<br />
te teelenen, zich afmattend in het angstig weergeven van <strong>de</strong> bewegelijke<br />
omtrekken <strong>de</strong>r natuur. Daar zat hij we<strong>de</strong>r, het fijngepunte potlood in <strong>de</strong><br />
hand, benauw<strong>de</strong> streepjes op het papier zetten<strong>de</strong>".<br />
263
„Achter hem stond een jong kereltje, dat vroeg of hij mijnheer ook hin<strong>de</strong>r<strong>de</strong>.<br />
„Neen mannetje, kijk maar gerust toe", antwoord<strong>de</strong> Mauve".<br />
„Straps bemerkte hij, dat het mannetje ook een „album" in <strong>de</strong> hand hield<br />
en hij vroeg het eens in te zien. Nauwelijks had Mauve het schetsboek opengeslagen<br />
of hij riep: „God beware me —wat een artist ben jij 1" en hij<br />
pakte het mannetje in vervoering beet, als had hij hem willen pussen. Die<br />
krachtig gevoel<strong>de</strong> horten<strong>de</strong> krijtstrepen, zwellen<strong>de</strong> van leven alsof er een<br />
bloedstroom door werd <strong>voor</strong>tgestuwd, hier en daar met <strong>de</strong>n duim weggeveegd,<br />
tot tonige schaduw. Mauve voel<strong>de</strong> zijn polsslag versnellen. Er<br />
was hem een licht opgegaan; het werkte als Bene openbaring I Het mannetje<br />
heette Willem Maris ....”<br />
De natuur van Oosterbeek zal hij ook na zijn vertrek blijven waar<strong>de</strong>eten.<br />
In '65 schrijft hij vandaar, weer aan Willem Maris in Den Haag: „Toe<br />
herel, laat je niet wachten, loom hier, of heb je er geen behoefte aan eens<br />
te rollen in het welige gras ?" En hij voegt er, wat zichzelf aangaat aan<br />
toe: „Wat zou ik graag eens heelemaal koe wezen om zoo recht eens dat<br />
kin<strong>de</strong>rlijk plezier te voelen, dat zoon beest heeft als het in <strong>de</strong> wei rondholt<br />
met <strong>de</strong>n staart in <strong>de</strong> hoogte, allerlei malle sprongen doet en uit <strong>de</strong> volheid<br />
van zijn hart bulten bullet ? Ili ga dikwijls naar <strong>de</strong> Amhemsche beestenmarkt.<br />
Verle<strong>de</strong>n waren er over <strong>de</strong> 2000 stuks vee. Je han begrijpen dat<br />
liet mooi was".<br />
Maar zijn hart trok geregeld, ook door <strong>de</strong> vriendschap met <strong>de</strong> Narissen,<br />
naar Den Haag, waar hij zal huwen en waar het „Dekkersduin" hem<br />
op <strong>de</strong>n duur zoo aantrok, dat hip in een boer<strong>de</strong>rij „Kranenburg" zijn<br />
tenten opsloeg. Hoe aantrekkelijk <strong>de</strong> blon<strong>de</strong> duingrond <strong>voor</strong> hem ook was, en<br />
hoe zijn ontwikkeling als kunstenaarook <strong>voor</strong>tschreed, hij ken<strong>de</strong> er tij <strong>de</strong>n van<br />
vertwijfeling, niet zon<strong>de</strong>r be<strong>de</strong>nking <strong>voor</strong> zijn geestesleven. Daarbij kwam<br />
dat het Dekkersduin langzaam maar zeker ontluisterd werd, het natuurschoon<br />
werd aan <strong>de</strong> bouwspeculatie ten offer gebracht en toen ook <strong>de</strong> schapen<br />
wegtrokken, werd het landschap met her<strong>de</strong>r en vee <strong>de</strong> stoffage ontnomen.<br />
Toen heeft Mauve het in Drenthe geprobeerd, maar het zwaarmoedige<br />
Drenthsche landschap wist hij met zijn reeds aanwezige on<strong>de</strong>rtoon van<br />
melancholie gelukkig te ontgaan, toen hij in het Gooi zijn i<strong>de</strong>ale landschap<br />
en een bijzon<strong>de</strong>r gezon<strong>de</strong>n lucht <strong>voor</strong> zijn gestel vond.<br />
Na er drie jaren alleen <strong>de</strong> zomermaan<strong>de</strong>n te hebben doorgebracht, nam<br />
Mauve in 1886 het besluit zich <strong>voor</strong>goed te Laren te vestigen. Daar wist zijn<br />
elegische natuur zich geheel met het landschap te vereenigen, daar vond zijn<br />
blon<strong>de</strong> palet <strong>de</strong> matzilveren atmosfeer en <strong>de</strong> Fleuren die in hem leef<strong>de</strong>n.<br />
Mauve behoor<strong>de</strong> tot <strong>de</strong> hyper-sensitieve naturen, en zijn zwak zenuwgestel,<br />
dat hem niet ou<strong>de</strong>r dan vijftig jaar <strong>de</strong>ed wor<strong>de</strong>n, was tegen zware<br />
264
A. Mauve, knjtkrabbeL<br />
265
schokken niet bestand. H. L. Berckenhoff heeft er van verteld, hoe het<br />
invallen van het Door in Beethoven's negen<strong>de</strong> symphonie hem zoo nerveus<br />
maakte, dat hij het concert moest verlaten, en dat een opvoering van Shakespeare's<br />
Macbeth een te groote Krachtproef <strong>voor</strong> zijn zenuwen was. Een<br />
schets naar het dramatische, als die van <strong>de</strong> „Schapen in <strong>de</strong> sneeuw" in het<br />
Haagsche museum, is van een <strong>voor</strong> Mauve uitzon<strong>de</strong>rlijk krachtig effect.<br />
Hef grootsche en gigantische in <strong>de</strong> natuur, zoowel als in <strong>de</strong> lunst, stond hem<br />
tegen als een al te sterken drank. Al wat bracht was in zijn natuur bond<br />
hij samen in een strijd tegen het mystiek-overspannen dat in hem was<br />
als een dreigen<strong>de</strong> sloopmg van zijn wezen. Welre overwinningen van<br />
klaarheid en eenvoud die strijd hem bracht weten wij uit zijn werk,waar<br />
<strong>de</strong> trouwe lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> natuur hem <strong>de</strong> intieme poëzie van het hei<strong>de</strong>- en<br />
wei<strong>de</strong>landschap, dat het best overeenstem<strong>de</strong> met zijn innerlijk, toefluister<strong>de</strong>.<br />
^^^.1 •^....• ^ ^.^•rat.,,,tr• NM.NM .4MV • ^ •w • • lY., ~<br />
^ •• , •^^rá^^^^^^^J rrY•7 ^<br />
.^ i ^ .«......•r..^.r«^^^fi.^rK:^:^fn^ ` j -7^<br />
:..^ {.`1 • ~ ,^^^..^^..• ^.<br />
'^.^ ^^^^^: ." 11r.. 1<br />
' • ' •^ ' .wW' ..<br />
~• j^^^' . r. ••.Y.^ ^ • :•+^ I!'^<br />
L' s .v.^ , -.^..wrr ' "' a^^ ' ,•'. _....>^^ ' +^r<br />
ii i r•<br />
A. Mauve, krijtkrabbel.<br />
266<br />
44 '11<br />
'•^^^"^"^
Toen ik, zeven-en-twintig jarige, <strong>de</strong>n zich met pensioen terugtrekken<strong>de</strong><br />
A d. L e c o m t e opvolg<strong>de</strong> als hoof dleeraar aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie van<br />
Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten en Technische Wetenschappen te Rotterdam, heb ik in<br />
gesprekken met mijn <strong>voor</strong>ganger, die, behalve een celebriteit op het gebied<br />
<strong>de</strong>r <strong>de</strong>coratieve lunst, ook een gevoelig schil<strong>de</strong>r van riviergezichten was,<br />
zooveel als oorbaar, hem „uitgehoord" over zijn beroem<strong>de</strong>n zwager<br />
Mauve. Hij vertel<strong>de</strong> mij echter niet meer dan eigenlijk ie<strong>de</strong>reen han zien<br />
in zijn schil<strong>de</strong>rijen, waterverfteekeningen en krijtkrabbels: dat het beste<br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>ren in Mauve leef<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> grootste onzer landschapschil<strong>de</strong>rs<br />
in hef verle<strong>de</strong>n, ons <strong>de</strong> ritselen<strong>de</strong> wind in laag geboomte, het lichten<br />
van blanke slanke berkenstammetjes, <strong>de</strong> gul<strong>de</strong>n stofwolken van een huppelen<strong>de</strong><br />
schapenkud<strong>de</strong>, of het dampen van een Koestal, niet zoo dichtbij gebracht<br />
hebben als hij, die in een langdurig samenleven met <strong>de</strong> natuur niets ontging.<br />
Omstreeks 1880 kwam A 1 b e r t N e u h u y s te Laren, aanvankelijk<br />
^ _<br />
^ Y ^<br />
^'•<br />
C .^<br />
1•ii<br />
. ^. 3 • ,<br />
-<br />
rt rPq;y .<br />
Iti. ^-<br />
.'. ,,,,<br />
• • • ,. .<br />
^:..^^ .-^— • : . ^• . ^ ,.. .<br />
^^•~ . A•• • ^..r^^^'^,^ ^<br />
I }'<br />
r`^e•o ^ •^<br />
•f, •• .4,. AI<br />
.0 • .f t .. .<br />
,^/.rix../<br />
^.,<br />
.<br />
^ 5<br />
.^ - t 7` •<br />
vela<br />
...q5%/./'Y ' II•^,<br />
• •^.•{ ^ 71 i • .^<br />
^• a • •<br />
' F ^ J^^ . - • ^'M iI rj .<br />
! '^..•i\ +, • ^ 4,10r4.!.• • ^<br />
• r'<br />
` , ^ •rlx• r1Y.^ ,^•V}. •~<br />
^J ► S!<br />
• ^<br />
A. Mauve, krijtkrabbel.<br />
i<br />
,<br />
267
Albert Neuhuys, krijtkrabbel.<br />
om er telkens een tijdje te werken, maar spoedig verhuis<strong>de</strong> hij er van Den<br />
Haag met zijn familie heen en betrok een villa op <strong>de</strong>n Naar<strong>de</strong>rweg, juist<br />
naast Mauve. Hij begon er <strong>de</strong> reeks van prachtige stukken met vaak<br />
levensgroote figuren uit het Gooische boerenleven, die zijn naam naast en<br />
met dien van Mauve aan <strong>de</strong> glorie van het dorp zou verbin<strong>de</strong>n. Wat later<br />
heeft hij op <strong>de</strong>n Brink gewoond, en tusschen 1885 en 1888 te Hilversum,<br />
van waaruit hij te Blaricum bleef werken.<br />
Albert Neuhuys was in 1849 te Utrecht geboren. Hij was <strong>de</strong> jongste van<br />
acht lin<strong>de</strong>ren, waarvan <strong>de</strong> oudste, Jan, studiegenoot van Alma Ta<strong>de</strong>ma<br />
te Antwerpen was. Met groote moeite worstel<strong>de</strong> Albert zich naar <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rkunst; <strong>de</strong> teekenmeester Gijs Craeyvanger heeft hem tegen <strong>de</strong>n zin<br />
van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n Neuhuys daarbij geholpen. Met koninklijke subsidie gaat<br />
hij naar Antwerpen op <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie, waar hij als historieschil<strong>de</strong>r zijn<br />
loopbaan aanvangt. Van Antwerpen gaat hij in 1872 bij zijn ou<strong>de</strong>rs te<br />
Amsterdam wonen.<br />
Vier jaar vroeger had Albert reeds een Nunspeetsch boereninterieur geschil<strong>de</strong>rd,<br />
en nu in Amsterdam zet Ind <strong>de</strong> binnenhuisschil<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong>t, en<br />
268
daarme<strong>de</strong> het historieschil<strong>de</strong>ren aan <strong>de</strong>n kant. Zijn werk vindt waar<strong>de</strong>ering<br />
bij Israëls, Mauve en <strong>de</strong> Marissen.<br />
Bij zijn huwelijk in 1876 vestigt hij zich te's-Gravenhage, dat hem boven<br />
Amsterdam aantrok door milieu en menschen. 't Is op <strong>de</strong>n N.-W. Binnensingel<br />
dat hij zich neerzet, .... naast Jacob Maris. Dit vertrek naar<br />
Den Haag, waar <strong>de</strong> Marissen en Bosboom woon<strong>de</strong>n en ook Israëls zich<br />
gevestigd had, is begrijpelijk, en Neuhuys verklaar<strong>de</strong> zelf „er was meer<br />
milieu, er ging meer om, er viel meer te leeren". Hoe <strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>rs in<br />
on<strong>de</strong>rling verkeer en door on<strong>de</strong>rlinge kritiek zich ontwikkel<strong>de</strong>n, begrepen<br />
spoedig <strong>de</strong> kunsthan<strong>de</strong>l en het maecenaat, en zelfs <strong>de</strong> Staat, die op advies<br />
van Jhr. Victor <strong>de</strong> Stuers „Visschersvrijage" aankocht <strong>voor</strong> het Rijksmuseum.<br />
In zijn eersten Larenschen tijd, 1883—'85, is <strong>de</strong> kleine, hooggeschou<strong>de</strong>r<strong>de</strong>,<br />
wat scheeve man reeds populair in ons land, als hij in Noord-<br />
Holland, maar ook in Brabant aan het werk is. 't Is misschien in <strong>de</strong><br />
Hilversumsche perio<strong>de</strong> die er op volg<strong>de</strong>, dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r <strong>de</strong> beslissen<strong>de</strong><br />
stappen doet naar <strong>de</strong> grootheid in zijn kleine on<strong>de</strong>rwerpen, en dat hij met<br />
„Moment <strong>de</strong> peine" of <strong>de</strong><br />
„Lente", na 1888, uitreikt<br />
boven het genreschil<strong>de</strong>ren.<br />
Als hij in 1900 te Amsterdam<br />
gaat wonen en overal heentrekt,<br />
en zelfs in 1911 ten behoeve<br />
van zijn jongsten zoon te<br />
Zurich woont, dan zal hij toch<br />
steeds in <strong>voor</strong>- en najaar te<br />
Laren, met <strong>de</strong> applicatie van<br />
een jongstu<strong>de</strong>eren<strong>de</strong>, aan het<br />
werk zijn. Hij zal bij zijn<br />
mo<strong>de</strong>llen in huis, bijna aan hun<br />
leven <strong>de</strong>elnemend, zijn beste<br />
kunst scheppen. Hoe origineel<br />
die kunst was, heeft Prof.<br />
Martin in zijn prachtig ga m.<br />
streerd boekwerk, dat in't jaar<br />
van 's meester's<br />
dood,1914, reeds<br />
4 r N r -<br />
w„^q^W _<br />
verscheen, <strong>voor</strong>- ;" r ..^ ,. ^u iii..<br />
^M!~^ '~<br />
treffelijk vastge- ....... ,-,--<br />
-,r,<br />
steld: „Reeds <strong>de</strong><br />
oud-Hollandsche<br />
A. Mauve, krijtkrabbel.<br />
269
meesters weliswaar hebben in hun schil<strong>de</strong>rijen boerenbinnenhuizen afgebeeld.<br />
Maar men vergete niet, dat hunne opvattingen op tal van punten van<br />
die <strong>de</strong>r mo<strong>de</strong>men afwijken. Zoo is b.v. het boereninterieur met verschei<strong>de</strong>n<br />
groote figuren een zeldzaamheid in <strong>de</strong> zeventien<strong>de</strong> eeuw. Een enkele maal<br />
vin<strong>de</strong>n wij het, maar niets belangrijks werd in dit opzicht in die jaren<br />
hier te lan<strong>de</strong> <strong>voor</strong>tgebracht. In dien tijd van reusachtige portretgroepen is<br />
bij<strong>voor</strong>beeld een levensgroote of bijna levensgroote boerenvrijage on<strong>de</strong>nkbaar,<br />
omdat het als picturaal gegeven noch <strong>de</strong>n toenmaligen kunstenaar, noch<br />
<strong>de</strong>n liefhebber voldoen<strong>de</strong> belang inboezem<strong>de</strong>. Ook is in het algemeen het<br />
zeventiend' eeuwsche boerenbinnenhuis niet an<strong>de</strong>rs dan op anecdotische wijze<br />
geschil<strong>de</strong>rd, behalve daar, waar het stilleven op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond treedt en<br />
het figuur bijzaal is gewor<strong>de</strong>n. Eerst <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw heeft, met <strong>de</strong><br />
Fransche lunst <strong>voor</strong>op, <strong>de</strong> mogelijkheid geschapen van an<strong>de</strong>re opvattingen,<br />
en het is ten onzent o.a. Albert Neuhuys geweest, die <strong>de</strong>ze in een<br />
groot <strong>de</strong>el zijner werken heeft gehuldigd en die daarin, wat het weergeven<br />
van het huttenleven <strong>de</strong>r Larensche boerenarbei<strong>de</strong>rs betreft, onzen schil<strong>de</strong>rs<br />
is <strong>voor</strong>gegaan".<br />
Daar<strong>voor</strong> trok hij, als zijn schoon en rijkgemeubeld atelier hem niet<br />
inspireer<strong>de</strong>, naar <strong>de</strong> woningen zijner mo<strong>de</strong>llen om er te werken. Zijn<br />
vrien<strong>de</strong>n hebben hem vaak gevraagd hoe hij er toe kwam zijn gerieflijke en<br />
gezellige woning telkens tij<strong>de</strong>lijk te ruilen <strong>voor</strong> een <strong>de</strong>el, of vochtig boerenhuis,<br />
en Neuhuys, die geen man van veel woor<strong>de</strong>n was, moet dan telkens<br />
gezegd hebben: „jelui weten niet hoe mooi die witte muurtjes zijn ...."<br />
Nu weet <strong>de</strong> heele wereld het. En als het niet is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> witte muurtjes op<br />
zijn aquarellen, dan is het om <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring van het hind, waarin hij zelfs<br />
Pieter <strong>de</strong> Hoogh overtreft, dat men Neuhuys driemaal naar <strong>de</strong> Nieuwe<br />
Wereld noodigt. En telkens was zoon Amerikaansche reis een groot succes<br />
<strong>voor</strong> Holland en zijn schil<strong>de</strong>rs.<br />
Men heeft Neuhuys terecht een <strong>de</strong>r meest aangrijpen<strong>de</strong> hin<strong>de</strong>rschil<strong>de</strong>rs<br />
genoemd. Ili mag niet vergeten licht te werpen op zijn vertolking van het<br />
onbedorven Hollandsche boerenkind, <strong>voor</strong>al als het met an<strong>de</strong>re Kin<strong>de</strong>ren<br />
speelt of met zich zelf bezig is.<br />
Dat <strong>de</strong>el van Neuhuys' oeuvre heeft <strong>de</strong> tien jaar jongere J. S. H. K e v e r<br />
het best begrepen en <strong>voor</strong>tgezet. Hij is <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> belangrijke Larensche<br />
schil<strong>de</strong>r. Hij was Amsterdammer, en werkte ook in Brabant en te Nunspeet.<br />
Niet dat hij Israëls' compositiegevoel na<strong>de</strong>rt, of Neuhuys coloristische<br />
grootheid heeft, maar wel is hij als bei<strong>de</strong>n ontvankelijk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> schoone<br />
lichtcirculatie in het boerenvertrek, waar zijn menschen en hin<strong>de</strong>ren wel<br />
„leven". Als het hem gelukt in <strong>voor</strong>namen <strong>voor</strong>dracht tegen <strong>de</strong>n grijzen<br />
achtergrond <strong>de</strong> sobere kleurigheid van bloemen te plaatsen, is hij een<br />
270
stillevenschil<strong>de</strong>r van rang, en is hij onafhankelijk van Laren en van<br />
Neuhuys. Eenige jaren was Laren een wereldvermaard dorp. Van<br />
1896-1900 was er een Engelsch pension waar hoof dzakelijk Amerikanen<br />
logeer<strong>de</strong>n. Er waren goe<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs on<strong>de</strong>r die Amerikanen, als Barlow,<br />
Barthold en Darling.<br />
Max Liebermann werkte jaren in het Gooische dorp. Een zijner meest<br />
beken<strong>de</strong> doelen, „<strong>de</strong> Vlasspinnerij", maakte hij in het atelier, dat later als<br />
<strong>de</strong> „Vlasschuur" werd aangeduid, en dat nu nog een atelier is.<br />
In Laren's vroege dagen behoor<strong>de</strong>n H e n d r i k V a 1 h en b u r g en<br />
Tony Off e r m a n s tot <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs wier streven zich in <strong>de</strong> richting<br />
<strong>de</strong>r drie grootmeesters bewoog. Ook To o n d e J o n g schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> toen<br />
binnenhuizen in het Gooi. Mevrouw Wally Moes woon<strong>de</strong> er en<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> er een enkele maal een Huizer boerin, met een evi<strong>de</strong>nt zoeken<br />
naar stijl, dat buiten het Larensche Schoolverband stond. fan Vet h<br />
en A n t. D e rk in d e re n ston<strong>de</strong>n daar natuurlijk eveneens buiten,<br />
hoewel Veth enkele malen typische specimina <strong>de</strong>r bevolking tot mo<strong>de</strong>l nam<br />
<strong>voor</strong> zijn straklijnige portretkunst. F. Hart N i b b r i g behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong><br />
wel speciaal Larensehe on<strong>de</strong>rwerpen, maar in een zoo van <strong>de</strong> Hollandsche<br />
meesters afwijken<strong>de</strong> techniek, dat hij met zijn leerstellig pointillé toch<br />
moeilijk tot <strong>de</strong> school lean gerekend wor<strong>de</strong>n.<br />
Een twee<strong>de</strong> golf van kunstenaars streek omstreeks 1896 te Laren neer.<br />
On<strong>de</strong>r hen schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong> te vroeg gestorven F rans D e u t man n, in<br />
fijnen toon, figuur. Toen kwamen ook C o B rem a n, die het minst ver<br />
van Hart Nibbrig stond, D. K o m t e r, D. M e lis en Ever t<br />
Pieters, van Vlaamsche huize, die te Blaricum en ook te Katwijk zijn<br />
on<strong>de</strong>rwerpen in <strong>de</strong>n trant van Neuhuys zocht.<br />
Een paar jaar later volgt een grootere groep van kunstenaars, waaron<strong>de</strong>r<br />
er verschillen<strong>de</strong>n zijn die Laren niet als een sketching ground, maar als<br />
een aangename woongemeente beschouw<strong>de</strong>n, en <strong>voor</strong> wie een omgang met<br />
confraters rond Hamdorf, bekoring had.<br />
De beeldhouwer Men<strong>de</strong>s da Costa maakte te Laren zijn Amsterdamsche<br />
volksfiguren in aar<strong>de</strong>werk. D i r k W i g g e r s bleef er zijn Gel<strong>de</strong>rsche<br />
vergezichten even trouw als H. H e y en b roc h zijn hoogovens en<br />
fabrieksinterieurs , en A u g. L e e r a s werkte te Laren <strong>de</strong> indrukken<br />
van zijn reizen in Algerië uit, maar zette zich ook wel eens neer in een<br />
Larenschen stal. In 1898 (Zwam ook H. J. Wo 1 t e r er <strong>voor</strong> Benige jaren<br />
wonen, zon<strong>de</strong>r dat dit bijzon<strong>de</strong>ren invloed op zijn werk had. Fran s<br />
L a n g e v e 1 d ver<strong>de</strong>el<strong>de</strong> zijn picturale belangstelling tusschen <strong>de</strong><br />
lan<strong>de</strong>lijke gemeente en <strong>de</strong> hoofdstad. De Amsterdammer J a a p<br />
Doo yew a a r d vond er on<strong>de</strong>rwerpen, maar weldra bevriend met <strong>de</strong>n<br />
271
David Schulman, Larensch dorpsgezicht.<br />
<strong>voor</strong>treffelijken Amerikaanschen schil<strong>de</strong>r Singer, trekt hij met <strong>de</strong>zen<br />
geregeld naar het hooge Noorwegen.<br />
Ver<strong>de</strong>r woon<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> Korteren of langeren tijd te Inren Mejuffr. v. cl.<br />
Willigen, en <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs Leo Gestel, H. M. Krabbé,<br />
van Blaa<strong>de</strong>ren, Broe<strong>de</strong>let, Court On<strong>de</strong>rwater,<br />
J a c. S n o e k e.a. W. G. F. Jansen, <strong>de</strong> landschapschil<strong>de</strong>r, bleef Laren<br />
trouw, en David S c, h u 1 m a n, een onzer zeldzame schil<strong>de</strong>rs van<br />
dorpsgezichten, vindt in <strong>de</strong> ongerepte <strong>de</strong>elgin van het schoongelijn<strong>de</strong> land<br />
nog inspiratie <strong>voor</strong> zijn beste werk. Die inspiratie zoeken er niet <strong>de</strong> jongste<br />
schil<strong>de</strong>rs als Raoul Hynckes, Rilling en Halsbergen.<br />
Ongerepte <strong>de</strong>elgin van Laren zijn wel zeldzaam gewor<strong>de</strong>n, maar dat is<br />
niet min<strong>de</strong>r het geval in het Oosterbeek van <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> Bil<strong>de</strong>rs', het Oosterbeek<br />
waar Mauve en Willem Mans kennismaakten, of in Nunspeet dat<br />
B ri ë t tot het laatst trouw bleef. Ware Nunspeet ongerept gebleven, Briët<br />
ware niet verplicht geweest op eigen erf een huisje te bouwen, waar hij met<br />
<strong>de</strong> Dun<strong>de</strong> van een panopticum- of panorama<strong>voor</strong>grondartist, een boerenwoning<br />
imiteer<strong>de</strong> met boersche bric-brac, die hij, van hier en daar, in<br />
zijn lange leven had verzameld.<br />
't Is niet te ontkennen dat in later tijd ook <strong>de</strong> boerenbevolking van Laren<br />
ingeboet had aan rusticiteit.<br />
Als ik er op wijs dat Jan Sluijters van 1909-1911 te Laren woon<strong>de</strong>,<br />
dan is het om op te merken dat hij mogelijk da'dr zijn wrok tegen <strong>de</strong> naar<br />
het sentimenteele gerichte laffe lieflijkheid van <strong>de</strong> epigonen van Neuhuys<br />
en Kever, op<strong>de</strong>ed. Eer<strong>de</strong>r zwakke navolgers gaven in hun werk niets van<br />
272
<strong>de</strong> dramatische grootheid van Israëls in zijn „Boeren<strong>de</strong>el", of van <strong>de</strong> tragische<br />
spanning in zijn „In Afwachting". Te Stophorst zag Sluijters boeren<br />
en boerinnen, wel heel ongelijk aan <strong>de</strong> beroepsmo<strong>de</strong>llen van Laren. Dddr<br />
greep hem hun hard lof, hun geestelijke afzon<strong>de</strong>ring, hun in <strong>de</strong> aar<strong>de</strong><br />
wortelend bestaan. Niet op idylische wijze, maar in hard realisme zou lui<br />
verhalen van een wereldschuwe afgetob<strong>de</strong> bevolking, maar <strong>voor</strong>al hij zou<br />
ze niet vrijmaken van hun omgeving. Hij zou <strong>de</strong> menschen niet plaatsen<br />
boven hun dorp en hun huizen, hij zou in het mid<strong>de</strong>n laten of <strong>de</strong> grond en<br />
het land hen zóó had<strong>de</strong>n gemaakt, of dat hun tragisch leven zijn stempel<br />
drukte op hun omgeving. Hij zou trachten razend en bran<strong>de</strong>nd hun karakter<br />
tot uitdrukking te brengen, en zou daar<strong>voor</strong> geen vervormingen schuwen.<br />
Als Sluijters zich te Stophorst <strong>voor</strong>nam „boerengestalten" te schil<strong>de</strong>ren,<br />
dan zal niemand ontkennen dat hem dit gelukt is, en dat <strong>de</strong> nawerking<br />
ervan als een hallucinatie bijblijft, waarin <strong>de</strong> wrangen smaak van een<br />
dieptonig palet elke „hoop laat varen", 'n „I.QSC1aiC ogni speranza",<br />
waarin <strong>de</strong> koperschatering van een melkkan, of hef roze van <strong>de</strong> wangen<br />
van een idiote dochter, geen glimpje ware hoop vermag te wekken.<br />
Er is in dit Stophorst een protest, niet tegen Mauve en Neuhuys, maar<br />
tegen het in exploitatie genomen Laren, tegen het mercantisme dat er in <strong>de</strong><br />
nadagen van <strong>de</strong>n Amerikaanschen han<strong>de</strong>l hoogtij vier<strong>de</strong>, toen niet <strong>de</strong><br />
han<strong>de</strong>l <strong>de</strong> kunst dien<strong>de</strong>, maar <strong>de</strong> kunst <strong>de</strong>n han<strong>de</strong>l.<br />
Maar nooit zal een protest kunnen opgaan tegen het beschei<strong>de</strong>n werk<br />
van <strong>de</strong> stille en eenvoudige schil<strong>de</strong>rs die zich, zon<strong>de</strong>r genialiteit, maar met<br />
onaantastbare sinceriteit, wij<strong>de</strong>n aan hef lieflijk aspect van <strong>de</strong> blon<strong>de</strong> hei,<br />
<strong>de</strong> fijne berkenstammen en <strong>de</strong> zachte tinteling van het zilveren van <strong>de</strong><br />
wat armelijke omgeving van hetHollandsche Barbizon, waar zij in trachten<br />
door te dringen met het oog <strong>de</strong>r lief<strong>de</strong>, als zij ongekunsteld en pretentieloos<br />
aan <strong>de</strong>n arbeid zijn.<br />
Maar hebben schil<strong>de</strong>rs dan het recht zich zoo af te zon<strong>de</strong>ren, zoo ver<br />
te blijven van wat een intellectueele élite aan ethische i<strong>de</strong>alen nastreeft,<br />
of van wat <strong>de</strong> gemoe<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r massa op sociaal en politiek gebied beweegt ?<br />
Als in an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n tijd, het vaak satirieke talent van<br />
vele schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>elneemt aan <strong>de</strong>n strijd <strong>de</strong>r meeringen, mogen dan in<br />
Holland schil<strong>de</strong>rs in Kalme gemoedsstemming, in vaak <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen,<br />
van een tot het dweepzieke gaan<strong>de</strong> natuurlief<strong>de</strong> getuigen?<br />
Voor het antwoord verwijzen wij naar <strong>de</strong> gloriedagen van onze kunst.<br />
Gaan wij naar het „Huis ten Bosch" niet een beetje uit plichtsbesef, en<br />
dan nog slechts eens in ons leven ? Als wij <strong>de</strong> apotheose van het gebeuren<br />
dier dagen op <strong>de</strong> doeken van Jordaens of van van Thul<strong>de</strong>n volgen, zijn<br />
18<br />
273
wij dan een oogenblik <strong>de</strong> kleine meesters van Holland vergeten ? En nemen<br />
wij dan niet het besluit, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> zooveelste maal naar het Mauritshuis<br />
te gaan, om hef werk van schil<strong>de</strong>rs te bezien, die, zon<strong>de</strong>r kritiek op het<br />
maatschappelijke leven van hun tijd, <strong>de</strong> rustige grootheid van hun land<br />
en <strong>de</strong> kleurenriikdom van het menschelijh bedrijf, onovertroffen aanschouwelijk<br />
gemaakt hebben ?<br />
Als wij tot Laren nog eenmaal terugkeeren, laat het dan zijn om met<br />
Mej. G. H. Marius <strong>de</strong> vraag te stellen: „Heeft Mauve, <strong>de</strong> eenvoudigste,<br />
of liever <strong>de</strong> meest enkelvoudige, in <strong>de</strong> scherpte zijner waarneming, in <strong>de</strong><br />
raakheid, in het intellectueele ook van zijn waarneming, waarmee hij<br />
zon<strong>de</strong>r sentimentaliteit het lan<strong>de</strong>lijke leven te boek stelt, een nieuwe bladzij<strong>de</strong><br />
aan onze schil<strong>de</strong>rkunst toegevoegd, en zoo ja, is hij wezenlijk zooveel<br />
ver<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> natuurlijkheid zijner waarneming gegaan dan een Osta<strong>de</strong>;<br />
— heeft hij zoo uit het volle leven —niet dat van <strong>de</strong>n arbeid, dat ken<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>ze ou<strong>de</strong>n niet —gegrepen als <strong>de</strong>ze, <strong>de</strong> menschen, zoo heel en al levend<br />
om hans zelfs wil, te zien gegeven?"<br />
De lezer moge met een volmondig ja antwoor<strong>de</strong>n.<br />
6,„<br />
274
v*2CedVO1k IOdi -ate
Jean-Baptiste-Camille Corot (1796-1875), mogelijk het eerste schetsje naar een schil<strong>de</strong>r die huilen,<br />
in het vrije Iicht, schil<strong>de</strong>rt, omstreeks 1830.<br />
276
VI.<br />
VINCENT VAN GOGH. Een Hollandsche schil<strong>de</strong>r van beteekenis<br />
neemt roemvol <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> ontwikkeling van het<br />
nieuwe impressionnisme in Frankrijk.<br />
n<strong>de</strong>r hen die in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw in Frankrijk <strong>de</strong>n glorieuzer<br />
strijd stre<strong>de</strong>n, waren Ary S c h e f f e r, J o n g k in d en<br />
Van Gogh, Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs.<br />
De eerste, Ary Scheller, heeft zijn plaats in <strong>de</strong> beweging die <strong>de</strong> „romantische"<br />
genoemd wordt, terwijl Jongkind en van Gogh in <strong>de</strong> eerste en in<br />
<strong>de</strong> twee<strong>de</strong> golf van het „impressionnisme" terecht tot <strong>de</strong> stuwen<strong>de</strong> brachten<br />
gerekend wor<strong>de</strong>n.<br />
Zij bleven Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs, doch indien Ary Scheffer in Dordrecht was<br />
gebleven en Johan Barthold Jongkind Overijsel niet verlaten had, dan<br />
had<strong>de</strong>n zij en hun werk niet <strong>de</strong> plaats die zij verkregen. Wddr een kunste<br />
naar sterft zegt ons vaak meer aangaan<strong>de</strong> zijn oeuvre dan <strong>de</strong> naam van<br />
zijn geboorteplaats.<br />
In 1858 stierf Scheffer te Argenteuil bij Parijs, in 1891 Jongkind<br />
straatarm te La Côte-Saint-André, in het Fransche <strong>de</strong>partement Isère, en<br />
in 1890 was hem Mincent Willem van Gogh in <strong>de</strong>n dood <strong>voor</strong>afgegaan<br />
te Auvers-sur-Oise.<br />
Wat nu van Gogh betreft, mag geen artistiek patriotisme het verdoezelen<br />
of uitwisschen: zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> grootsche ontplooiing van zijn talent vanaf 1888<br />
te Arles, St. Remyen Anvers, zou zijn oeuvre <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitieve aantrekkelijkheid<br />
missen. De zon van Provence gaf zijn werk <strong>de</strong> verblin<strong>de</strong>n<strong>de</strong> straling<br />
die het op zoovelen uitoefent.<br />
Sne<strong>de</strong>n wij het Fransche werk uit zijn oeuvre, het zou onthoofd zijn.<br />
Met dit werk staat hij mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> groep neo-impressionisten, neemt hij<br />
<strong>de</strong>el aan een evolutie van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst naar het directe, en naar het<br />
licht, dat <strong>de</strong>ze school haar plaats geeft in <strong>de</strong> ontwikkeling eenergod<strong>de</strong>lijke<br />
scheppingsgedachte, die in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst te pronk staat.<br />
Zeker, wat van Gogh in Brabant teeken<strong>de</strong> en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> heeft waar<strong>de</strong>, als<br />
<strong>de</strong> worsteling van een moeizaam tot ontwikkeling gekomen talent, maar <strong>de</strong><br />
277
z.g. „maniére noire et verte" zou<strong>de</strong>n wij met heel an<strong>de</strong>re Dogen zien als<br />
wij het werk uit zijn Franschen tijd niet len<strong>de</strong>n.<br />
Vooral in zijn Fransche jaren is Vincent van Gogh een groot schil<strong>de</strong>r,<br />
wiens figuur zich overigens leent tot elk misverstand.<br />
Want naast een groot schil<strong>de</strong>r is hij ook een groot schrijver. Waar hij er nu<br />
nog een zeer merkwaardig mensch bij geweest is, en die in zielsziekte zijn<br />
ein<strong>de</strong> vond, zijn er alle elementen om verwarring te stichten, ook bij <strong>de</strong>n<br />
eerlijksten beschouwer van zijn schil<strong>de</strong>rkunst. Ik duid het slechts aan, dat<br />
<strong>de</strong> lotgevallen van het menschenleven van een kunstenaar zich bij menig<br />
schil<strong>de</strong>r hebben ontwikkeld onafhankelijk van zijn lunst, dat bij an<strong>de</strong>ren<br />
het autobiografische karakter van hun kunstwerken, <strong>de</strong>n indruk wekt dat<br />
hun menschenbestaan en hun oeuvre geheel vervlochten zijn.<br />
Er moge ver<strong>de</strong>r op gewezen wor<strong>de</strong>n dat meer schil<strong>de</strong>rs goe<strong>de</strong>, ja zelfs<br />
uitsteken<strong>de</strong> schrijvers waren.<br />
Om in Frankrijk en <strong>de</strong> 19<strong>de</strong> eeuw te blijven, kunnen wij Eugene Delacroix<br />
aanwijzen als een <strong>voor</strong>treffelijk literator, blijkens zijn beroem<strong>de</strong> dagboel<br />
en zijn correspon<strong>de</strong>ntie. In <strong>de</strong>n zelf <strong>de</strong>n tijd was <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r Eugéne Fromen.<br />
tin <strong>de</strong> geniale schrijver van <strong>de</strong> roman „Dominique" en van „Les MaI'tres<br />
d'Autrefois" . De lezers van „Un été dans le Sahara" van <strong>de</strong>nzelfclen<br />
schrijver, lomen er gemakkelijk toe Fromentins' schil<strong>de</strong>rijen van woestijn.<br />
on<strong>de</strong>rwerpen te i<strong>de</strong>aliseeren, getroffen als zij reeds zijn door <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n<br />
van <strong>de</strong>n schrijver.<br />
Van Gogh's meesterlijk geschreven brieven, zelfs als zijn gedachten in<br />
slecht Fransch zijn vervat, geven uiting aan wat er in zeer veel schil<strong>de</strong>rs<br />
omgaat. Slechts zeer weinigen hebben het talent dit an<strong>de</strong>rs te uiten dan<br />
in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst. Van Gogh staat met dit dubbele talent <strong>voor</strong> het<br />
nageslacht in een zeer be<strong>voor</strong>rechte positie, nog afgezien van het feit dat<br />
hij met <strong>de</strong>ze dubbele begaafdheid een dubbel publiek treft.<br />
De dramatische levensgang van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r laat niet na velen aan te<br />
grijpen, en dit alles verklaart, dat men heeft bunnen zeggen en drukken<br />
dat Vincent „<strong>de</strong> grootste schil<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r latere eeuwen" is.<br />
Niemand meer dan van Gogh zelf zou zich daarover geërgerd hebben,<br />
daar hij zelf een ongemeen blare beoor<strong>de</strong>elaar geweest is van zijn talent.<br />
Van Kunstenaars spreke men niet van groot, grooter, grootst. Men blijve<br />
buiten elk wedstrijdgevoel. Meer eer, dan vast te stellen dat Vincent een<br />
prachtige schakel is in <strong>de</strong>n beten van kunstenaars, waardoor <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong><br />
eeuw in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst <strong>de</strong> min<strong>de</strong>re niet is van an<strong>de</strong>re tij<strong>de</strong>n, behoef<br />
van Gogh niet te wor<strong>de</strong>n gegeven.<br />
Er geschiedt in die negentien<strong>de</strong> eeuw in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst iets dat niet<br />
ie<strong>de</strong>reen ge<strong>de</strong>nkt, en waarvan niet ie<strong>de</strong>r het belang en <strong>de</strong> gevolgen lent.<br />
278
Eerst in het mid<strong>de</strong>n dier eeuw plaatsen <strong>de</strong> kunstenaars <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>rsezel<br />
in <strong>de</strong> open lucht en in het vrije licht, dan wordt er in <strong>de</strong> natuur <strong>voor</strong> het<br />
eerst naar haar geschil<strong>de</strong>rd.<br />
Wat dit speciaal <strong>voor</strong> het landschapschil<strong>de</strong>ren zou beteekenen, is niet te<br />
overdrijven.<br />
De landschapschil<strong>de</strong>rs in vroeger tij<strong>de</strong>n teeleen<strong>de</strong>n in en naar <strong>de</strong> natuur,<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n echter naar hun teelleningen in <strong>de</strong> werpplaats.<br />
Het schil<strong>de</strong>ren was een moeizaam en langdurig bedrijf, waar niemand aan<br />
dacht dat het buiten lion geschie<strong>de</strong>n. En ook toen het prima schil<strong>de</strong>ren in<br />
<strong>de</strong> plaats kwam <strong>voor</strong> het schil<strong>de</strong>ren in twee tempi, lavamen <strong>de</strong> kunstenaars<br />
er niet toe het toch nog beslommerend bedrijf van olieverfschil<strong>de</strong>ren in het<br />
vrije veld uit te voeren.<br />
Het schil<strong>de</strong>ren in twee tempi beteekent het mo<strong>de</strong>lleeren van <strong>de</strong> vormen, eerst<br />
in z.g. doodverf, en het kleuren daarna in <strong>de</strong>els doorschijnen<strong>de</strong> lazuren.<br />
Prima schil<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>ed reeds vaak een Frans Hals, als hij met vrije toetsen<br />
en in-eens, vorm en fleur tegelijk neerschreef.<br />
De uitvinding verf te bewaren en me<strong>de</strong> te voeren in z.g. tuben, was een<br />
noodzakelijke <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>, <strong>voor</strong>dat <strong>de</strong> vel<strong>de</strong>zel en <strong>de</strong> parasol in het<br />
Jozef Israéls, krabbel naar <strong>de</strong> natuur met ingeschreven kleuren.<br />
279
plein-air zou<strong>de</strong>n geplant wor<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rlist, palet en verven<br />
kon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n meegenomen.<br />
Waar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs daar<strong>voor</strong> op hun visueel geheugen en summaire indicaties<br />
in hun schetsen waren aangewezen om het natuurbeeld op hun doeken<br />
te herscheppen, daar Ikon nu het doer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n frisschen indruk <strong>de</strong>r<br />
natuur ontstaan.<br />
Ik meen dat hef hierbij gereproduceer<strong>de</strong> teekeningetje van Corot, uit<br />
ongeveer 1830, het vroegste geteeken<strong>de</strong> bericht van dien aard is. Wel<br />
heeft men <strong>voor</strong>dien schil<strong>de</strong>rs buiten aan het werk, speciaal als stoffage<br />
van landschappen, uitgebeeld, doch dan, ôf wan<strong>de</strong>lend met een portefeuille<br />
op zoek naar het sujet, ôfwel gezeten met een teekenbordje op <strong>de</strong> knieën,<br />
aan het werk aan schetsen of uitvoerige teelleningen, die in het atelier <strong>voor</strong><br />
het schil<strong>de</strong>ren op doer of paneel zullen wor<strong>de</strong>n aangewend.<br />
Lang bleven <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs geteeken<strong>de</strong> notities getrouw, getuige het hierbij<br />
afgedrukte kriitkrabbeltie van Jozef Israëls, waarop hij in woor<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
kleuren noteer<strong>de</strong>, zooals Pieter Breughel en PeterPaulRubens het ook <strong>de</strong><strong>de</strong>n.<br />
Toen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs buiten gingen schil<strong>de</strong>ren, zagen zij aanvankelijk <strong>de</strong><br />
natuur, zooals zij gewoon waren haar uit te beel<strong>de</strong>n in het atelier.<br />
Weldra viel hun <strong>de</strong>ze betrekkelijke blindheid als schellen van <strong>de</strong> oogen.<br />
De beschouwers echter behiel<strong>de</strong>n nog langer die betrekkelijke blindheid, en<br />
eerst langzaam open<strong>de</strong>n <strong>de</strong> impressionisten <strong>de</strong> oogen van het publiek <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong> nieuwe kleuren en het nieuwe licht.<br />
Voor <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs was onbevangenheid <strong>de</strong> <strong>voor</strong>waar<strong>de</strong>, <strong>voor</strong> het publiek een<br />
zich vrijmaken om het nieuwe schil<strong>de</strong>ren te hunnen waar<strong>de</strong>eren.<br />
Van dit nieuwe schil<strong>de</strong>ren is „<strong>de</strong> Bloeien<strong>de</strong> Boom", bekend on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
naam „Souvenir <strong>de</strong> Mauve", in het Museum Kröller-Müller op <strong>de</strong> Hooge<br />
Veluwe, een prachtig staal, ook van zijn meest geslepen techniek.<br />
De uitdrukking: geslepen techniek, moge ik wat ruimer toelichten.<br />
Natuurlijk heb ik in <strong>de</strong>n loop <strong>de</strong>r jaren met leken vaak gesprekken gevoerd<br />
over Vincent van Gogh, en dan trof het mij vaak welke zon<strong>de</strong>rlinge<br />
meeningen omtrent <strong>de</strong>zen schil<strong>de</strong>r bij velen hebben post gevat.<br />
't Komt er vaak op neer dat zij van Gogh beschouwen als een heel an<strong>de</strong>r<br />
schil<strong>de</strong>r dan zij nconf raters; zij gelooven vaak niet dathij een beroepsschil<strong>de</strong>r<br />
is, of willen hem niet als zoodanig beschouwd zien. Van dat „beroepsschil<strong>de</strong>r"<br />
hebben zij dan een <strong>de</strong>nkbeeld dat niet ver afligt van het begrip:<br />
broodschil<strong>de</strong>r. In<strong>de</strong>rdaad is het van Gogh zeer tegen zijn zin, en tot zijn<br />
waar verdriet, niet gelukt met zijn kunst zijn brood te verdienen — dit<br />
heeft hij echter met hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n kunstbroe<strong>de</strong>rs gemeen. In zijn tijd, en in<br />
alle tij<strong>de</strong>n trouwens, beston<strong>de</strong>n er quasi geen kunstenaars-broodschil<strong>de</strong>rs.<br />
Want iemand die er in <strong>de</strong> eerste plaats op uit zou zijn z'n brood, en iets<br />
280
er op of er naast, te verdienen, zal <strong>de</strong> kunstenaarsloopbaan niet liezen.<br />
Trouwens die loopbaan wordt nooit gekozen. Als er kwestie zou zijn van<br />
keuze, dan zou niemand dien levensweg inslaan. Zelfs 'n Goethe wordt geen<br />
schil<strong>de</strong>r omdat hij in <strong>de</strong> jeugd aarzelt, en dus blijkbaar kan liezen.<br />
Tot schil<strong>de</strong>ren wordt men onwe<strong>de</strong>rstaanbaar aangedreven, het talent roept<br />
imperatief. Het riep van Gogh als alle an<strong>de</strong>ren, en als alle an<strong>de</strong>ren lion hij<br />
aan dien roep geen weerstand bie<strong>de</strong>n, zelfs niet toen zijn hart hem tot<br />
an<strong>de</strong>re religieuze en sociale arbeid drong.<br />
Dat van Gogh, tegen alle tegenwerpingen in van zijn omgeving, en tegen<br />
alle omstandighe<strong>de</strong>n in, schil<strong>de</strong>r werd, is niet iets uitzon<strong>de</strong>rlijks, maar<br />
't is <strong>de</strong> regel.<br />
Een <strong>de</strong>el van het publiek meent ook, en ik heb nooit begrepen waarom, dat<br />
Vincent slechts matige belangstelling <strong>voor</strong> <strong>de</strong> technische zij<strong>de</strong> van het vak<br />
had, en om dat uit te drukben wor<strong>de</strong>n dan zinnetjes gebruikt waarvan die<br />
„dat hij van binnenuit werkte" <strong>de</strong> begrijpelijkste is.<br />
Doch van binnenuit werken doet ie<strong>de</strong>r kunstenaar, en Leonardo da Vinci's<br />
„la pittura é mentale" is een eeuwige waarheid.<br />
Als ik dan vroeg hoe men aan 't vreem<strong>de</strong> <strong>de</strong>nkbeeld kwam dat Vincent<br />
van Gogh maar matige belangstelling had <strong>voor</strong> Dun<strong>de</strong>, dan werd ik naar<br />
zijn brieven verwezen, en nu is 't won<strong>de</strong>rlijke dat in zijn brieven heel<br />
dui<strong>de</strong>lijk het tegenovergestel<strong>de</strong> staat, en dat <strong>de</strong> technische zij<strong>de</strong> van het<br />
teelenen en schil<strong>de</strong>ren, dat hij als een vak wil beoefenen, hem bij <strong>voor</strong>tduring<br />
bezighoudt.<br />
In hetfraaie boekje: Vincent v. Gogh, Rijks Museum Kröller-Müller, dat<br />
een St. Hubertus uitgave is, en waar W. Auping Jr. bij elk werk van <strong>de</strong>n<br />
meester een uittreksel uit zijn brieven geeft, han men haast geen bladzij<strong>de</strong><br />
opslaan zon<strong>de</strong>r dat <strong>de</strong> worsteling van Vincent met <strong>de</strong> materie van krijt en<br />
papier, verf en doer blijkt. „L' art eest un combat — dans l'Art it faut y<br />
mettre sa peau" heeft hij zelf neergeschreven, alsme<strong>de</strong> „dat het bliksems<br />
moeilijk" is om te komen tot het waarachtige, „men moet er lang en veel<br />
<strong>voor</strong> werpen. "<br />
In een an<strong>de</strong>re brief stelt hij vast „ie<strong>de</strong>re teellening die men maakt, ie<strong>de</strong>re<br />
studie die men schil<strong>de</strong>rt, is een stap".<br />
Want hij werkt om <strong>de</strong> verovering van zijn uitdrukkingsmid<strong>de</strong>len en hij<br />
voegt er apert bij: „als veel an<strong>de</strong>ren dat <strong>de</strong><strong>de</strong>n en doen" en hij noemt die<br />
studies eigenlijk geen kunstwerken, als hij zegt dat „ze het zaad zijn<br />
waar later teelleningen van lomen".<br />
Over zijn vor<strong>de</strong>ringen is hij vaak diep teleurgesteld; op an<strong>de</strong>re tij<strong>de</strong>n<br />
spreekt hij <strong>de</strong> verwachting uit dat zijn kun<strong>de</strong> zich „net als bij ie<strong>de</strong>r an<strong>de</strong>r,<br />
die met lief<strong>de</strong> werkt," zegt hij uitdrukkelijk „op zijn tijd ontwikkelen zal".<br />
281
Maar Vincent schrijfthetook weltriornfanteljk neer: „Enfin, tegenwoordig<br />
voel ik toch: „ilk heb een teekenknuist en ik ben erg blij dat ilk zoo'n<br />
instrument aan 't lijf heb, al is het nog onhandig".<br />
Om dat instrument handig te maken laat hij niets na, ook niet hef teekenen<br />
naar fotografieën, hij „houdt 't er <strong>voor</strong> dat het een goe<strong>de</strong> oefening is".<br />
Want van stage oefening verhoopt hij het teekenen als een schrift te leerera.<br />
„Het schijnt een mirakel als men een schoolmeester zoo vlug ziet schrijven".<br />
Hij voelt zich als een bind als hij <strong>de</strong> prachtige steenteekeningen <strong>voor</strong> zich<br />
ziet, uitgegeven als „Excercices du fusain" van Barque, en hij schrijft<br />
dat hij ze aanhou<strong>de</strong>nd en herhaal<strong>de</strong>lijk nateekent. Vaardigheid tracht hij<br />
ook te verkrijgen door het copiëeren van <strong>de</strong> door hem zeer bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
Holbein-koppen in een an<strong>de</strong>re serie: Modtles d'aprs les maf tres.<br />
Vaak ontmoette ik <strong>de</strong> <strong>voor</strong>stelling alsof van Gogh, zon<strong>de</strong>r verband met <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs van zijn tijd, als revolutionnair kunstenaar, ook <strong>de</strong> relaties met<br />
<strong>de</strong> meesters van het verle<strong>de</strong>n verbrak. Noch het een, noch het an<strong>de</strong>re is<br />
juist. Zijn vereering <strong>voor</strong> <strong>de</strong> meesters van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst heeft hij, alweer<br />
blijkens zijn brieven, niet on<strong>de</strong>r stoelen en banken gestoken.<br />
Troost en inspiratie vindt van Gogh naar zijn eigen getuigenis in <strong>de</strong><br />
beschouwing van „<strong>de</strong> Nacht" van Mic h e 1 A ng e 10, „<strong>de</strong> Dronkaard"<br />
van D a u m i e r, „<strong>de</strong> Spitters" van Mille t of „een oud Paard" van<br />
Mauve. Vaak <strong>de</strong>nkt hij na „over wat <strong>de</strong> groote meesters hebben geschil<strong>de</strong>rd",<br />
en letterlijk zegt hij : „mijn lief<strong>de</strong> en respect <strong>voor</strong> <strong>de</strong> groote<br />
kunstenaars neemt toe" en dat, naarmate hij zelf van datgene „wat tracht<br />
te maken dat men alle dagen op straat ziet".<br />
Millet, wiens „Glaneuses" hij klassiek acht — als ie<strong>de</strong>reen — noemt hij <strong>de</strong><br />
essentieel mo<strong>de</strong>rne schil<strong>de</strong>r", D u p r é en L h e r m i t t e hebben zijn<br />
groote bewon<strong>de</strong>ring, hij schrijft van „1' excellent peintre M o n t i c e 11 i".<br />
In <strong>de</strong> natuur <strong>de</strong>nkt hij aan <strong>de</strong> meesters en spreekt van „een grijs luchtje<br />
zoo stil, zoo vredig als Co r o f of van Co y e n". 1 s r a ë 1 s is zijn<br />
<strong>voor</strong>beeld en hij is er trotsch op met B r e i t n e r door oud-Amsterdam te<br />
flaneeren. Te Parijs behoor<strong>de</strong>n S i g n a c en <strong>voor</strong>al S e u r a t tot zijn<br />
vrien<strong>de</strong>n. Uiterst breed en ruim is zijn waar<strong>de</strong>ering, zij gaat van Delacroix<br />
„et ses tons rompus" naar <strong>de</strong> „prachtige houtsne<strong>de</strong>n uit <strong>de</strong> Graphic" die<br />
hij verheugd te pakken heeft gekregen, en hij schrijft zelfs van zijn<br />
„enthousiasme <strong>voor</strong> die teekenaars".<br />
In vereering <strong>voor</strong> <strong>de</strong> meesters, zij Vincent <strong>de</strong>n jongeren steeds ten <strong>voor</strong>beeld<br />
gehou<strong>de</strong>n.<br />
En wat zijn tijdgenooten betreft, over verschillen<strong>de</strong> heeft hij met jaloersche<br />
bewon<strong>de</strong>ring geschreven. Hij benijdt hun kun<strong>de</strong> als een hoog goed.<br />
282
Vincent van Gogh, krijtkrabbel in Holland.<br />
Er kan geen bezwaar tegen zijn v. Gogh <strong>voor</strong> te stellen als een autodidact,<br />
als er slechts bij wordt gedacht dat hij het niet meer en an<strong>de</strong>rs was dan<br />
an<strong>de</strong>ren.<br />
Alle schil<strong>de</strong>rs hebben hun beel<strong>de</strong>nd vermogen zelf veroverd.<br />
Als leeraar in het kunston<strong>de</strong>rwijs, 30 jaar lang, moge ik het vaststellen:<br />
niemand heeft ooit van iemand schil<strong>de</strong>ren en teelenen geleerd. le<strong>de</strong>r<br />
schil<strong>de</strong>r heeft 't zich zelf geleerd.<br />
De kunst van <strong>de</strong> individueele passie bij uitnemendheid: <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst,<br />
behoeft een schrift dat individueel is, en dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r zichzelf aanleert<br />
en verovert naar <strong>de</strong> mate er om gestre<strong>de</strong>n wordt, en Vincents' brieven zijn<br />
één lang oorlogsbulletin.<br />
Wil dit zeggen dat hij niet —als alle schil<strong>de</strong>rs — raad kreeg van an<strong>de</strong>re<br />
en Knappe confraters? In het geheel niet.<br />
Ein<strong>de</strong> December 1881 vertrekt Vincent van Etten in Brabant, waar zijn<br />
va<strong>de</strong>r dominee is, naar Den Haag waar hij twee jaar verblijft en lessen<br />
krijgt van Anton Mauve, een familielid <strong>de</strong>r van Goghs, die door<br />
Vincent als kunstenaar zeer hoog wordt geschat.<br />
Mauve geeft hem raad en bemoedigt hem, en weldra schrijft hij aan zijn<br />
broe<strong>de</strong>r Theo: „Mauve zegt dat het goed zal gaan, ik heb er zelf ook wel<br />
hoop op", maar naar zijn eigen uitdrukking moet hij op zijn teeheningen<br />
283
Vincent van Gogh, Mid<strong>de</strong>llandsche zee.<br />
„ter<strong>de</strong>ge sjouwen". Bij een an<strong>de</strong>re gelegenheid zegt hij: „Mauve heeft nog<br />
een nieuwen weg gewezen om iets te maken, n.l. het aquarelleeren. III zit<br />
te smeren en weer uit te wasschen" en hij noemt het waterverfprocedé:<br />
„quelque chose <strong>de</strong> diabolique".<br />
Mauve moet hem „troosten als zijn teelleningen zwaar, dik, mod<strong>de</strong>rig<br />
zwart en dood wor<strong>de</strong>n" en hij verklaart het dui<strong>de</strong>lijk, „ik heb Mauve<br />
of iemand an<strong>de</strong>rs die heel knap is, noodig om me wat courage te geven".<br />
Wat later schrijft hij Theo triomfantelijk. „Theo, ik heb zoo door Mauve<br />
Benig licht gekregen in <strong>de</strong> mysteries van 't palet en het aquarelleeren".<br />
Juist toen van Gogh <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij „<strong>de</strong> Bloeien<strong>de</strong> Boom" geschil<strong>de</strong>rd had,<br />
bereikte hem in 1888 het bericht van Anton Mauve's overlij<strong>de</strong>n, en hij<br />
schrijftaan Theo in het Fransch: „1k werkte aan een doek no. 20, buiten<br />
in een boomgaard, een paarse omploeg<strong>de</strong> aar<strong>de</strong>, een omheining in riet, twee<br />
perzikboompjes tegen een glorieuze lucht, blauw en wit. W a a r s c h if n.<br />
lijk het beste landschap dat ik gemaakt heb. Op<br />
het oogenblik dat ik het thuis bracht Kreeg ik van onze zuster een Hollandsch<br />
284
geschrift gewijd aan Mauve's herinnering, met zijn portret (heel goed dat<br />
portret). Maar <strong>de</strong> tekst slecht, nietszeggend, een fraaie ets erbij gereproduceerd.<br />
Iets onzegbaars is mij toen overvallen, en <strong>de</strong> Deel dichtgesnoerd<br />
en ik heb op mijn schil<strong>de</strong>rij geschreven:<br />
Souvenir <strong>de</strong> Mauve, Vincent et Theo.<br />
en als je hef werk, zooals 't is, goed vindt, dan zullen wij het van ons<br />
tweeën naar Mevrouw Mauve zen<strong>de</strong>n.<br />
Ik nam met noordacht <strong>de</strong> beste studie die ik hier maakte, ik weet niet<br />
wat ze er bij ons van zullen zeggen, maar dat is mij om het even, 't komt<br />
mij <strong>voor</strong> dat als herinnering aan Mauve iets t e e d e r s en hee 1<br />
v roo ij k sen geen studie in een meer ernstig gamma zich opdrong .<br />
En als Vincent, van Arles het werk naar Theo te Parijs heeft gezon<strong>de</strong>n,<br />
schrijft hij hieromtrent:<br />
„Als je het souvenir aan Mauve dragelijk vindt, dan zou het bij <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong><br />
zending naar Den Haag gezon<strong>de</strong>n kunnen wor<strong>de</strong>n in een eenvoudige<br />
witte lijst".<br />
En nu hangt dit werk, even glorieus als <strong>de</strong> lucht achter <strong>de</strong> perzik.<br />
boompjes, in het Museum Kröller-Müller en on<strong>de</strong>rschrijf ik gaarne <strong>de</strong>s<br />
schil<strong>de</strong>rs oor<strong>de</strong>el: „Probablement le meilleur paysage que j'ai fait", ook<br />
al <strong>de</strong>nken wij er bij dat 'n schil<strong>de</strong>r zijn laatste werk gewoonlijk het<br />
beste oor<strong>de</strong>elt.<br />
Vanuit dit werk spreekt ons van Gogh toe in <strong>de</strong> volle rijpheid van zijn<br />
talent, in <strong>de</strong> fijnste geslepenheid van zijn ontplooi<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rtechniek.<br />
Hij kwam te Arles uit Parijs, en <strong>de</strong> perio<strong>de</strong> daar doorgebracht, werd terecht<br />
genoemd een tijdvak van aanpassing aan een nieuwe technische uitrusting,<br />
om het won<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Provenvaalsche zon te kunnen uitbeel<strong>de</strong>n.<br />
De zon te Arles verovert Vincent. Hij gelooft in die zon zóó dat hij<br />
„god<strong>de</strong>loos" noemt hen, die <strong>de</strong>ze zon niet vereeren:<br />
„Ah, ceux qui ne croient pas au soleil d'ici sort bien impies". En hij tijgt<br />
aan het werk als een bezetene — maar als een k e r n g e z o n d schil<strong>de</strong>r.<br />
Want als ooit schil<strong>de</strong>rstverk in <strong>de</strong> ware bedding van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst<br />
vloei<strong>de</strong>, dan is het wel dit werk, waarin <strong>de</strong> eenvoudige weergave van het<br />
natuurbeeld het eeuwige program van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r vormt.<br />
In <strong>de</strong>n letterlijken zin is Vincent van Gogh in dit werk een groot colorist;<br />
een breed gamma van Fleuren ligtop zijn palet, <strong>de</strong> meest disparate kleuren<br />
huwt hts aaneen tot een harmonie, die door <strong>de</strong> aanwending ook van<br />
dissonanten, tot een polyphonen rijkdom kwam als <strong>de</strong> muziek van <strong>de</strong><br />
negentien<strong>de</strong> eeuw.<br />
285
Laat ik hier invoegen dat Vincent van kleuren wel een gebruik heeft willen<br />
maken, dat ik „heraldisch" zou willen noemen. In <strong>de</strong> heraldiek immers<br />
wordt <strong>de</strong> leeuw wel rood gekleurd omdat rood <strong>de</strong> fleur is van <strong>de</strong> bracht<br />
en van <strong>de</strong>n moed, <strong>de</strong> fleur heeft dan <strong>de</strong>nzeif<strong>de</strong>n symbolischer zin als <strong>de</strong><br />
leeuw als vorm.<br />
In dit verband schrijft van Gogh: „Ik zou het portret willen schil<strong>de</strong>ren<br />
van een kunstenaar-vriend, die groote droomera droomt, die werkt als <strong>de</strong><br />
nachtegaal zingt, omdat het zijn natuur is. Die man is blond. ik zou in<br />
mijn schil<strong>de</strong>rij al <strong>de</strong> genegenheid willen leggen die ik <strong>voor</strong> hem gevoel.<br />
ik overdrijf het blond van zijn haren, ik stuw het op tot oranje tonen, tot<br />
chroomgeel en bleeke citroenkleur. Achter <strong>de</strong> kop, in ste<strong>de</strong> van <strong>de</strong> banale<br />
muur van hef beroepen appartement weer te geven, schil<strong>de</strong>r ik <strong>de</strong> oneindigheid,<br />
ik maak een fond van blauw, hef rijkste en meest intense dat ik<br />
maken han en door <strong>de</strong>ze eenvoudige combinatie Krijgt <strong>de</strong> blon<strong>de</strong> verlichte<br />
kop tegen die rijke blauwe grond, een mysterieus effect als een ster tegen<br />
diep azuur".<br />
Van die, zooals ik het noem<strong>de</strong>, „heraldische" toepassing van <strong>de</strong> kleur is<br />
in ons schil<strong>de</strong>rij geen sprake. Als er sprake is van symbolische kleur dan<br />
is het die van <strong>de</strong> natuur, die met <strong>de</strong> roze bloesem van het perzikboompje<br />
ons het <strong>de</strong>nkbeeld <strong>de</strong>r lente inprent.<br />
Vincent is in „Souvenir <strong>de</strong> Mauve" <strong>de</strong> eenvoudige en trouwe vertolker<br />
van het natuurbeeld, dat hij in wij<strong>de</strong> opening in zich opnam, om het in<br />
vereering en met drift aan ons over te dragen.<br />
Hij schrijft uit Arles aan zijn broer: „ Je suis dans une rage <strong>de</strong> travail,<br />
puisque les arbres lont en fleur et que je voulais faire un verger <strong>de</strong><br />
Provence d'une gaieté monstre".<br />
In een an<strong>de</strong>re brief bericht hij „1k heb zes studies van het <strong>voor</strong>jaar on<strong>de</strong>rhan<strong>de</strong>n,<br />
waaron<strong>de</strong>r twee boomgaar<strong>de</strong>n. 't Vraagt groote haast want <strong>de</strong><br />
effecten zijn <strong>voor</strong>bijgaand".<br />
Aan zijn vriend Bernard laat hij een nieuwe boomgaardstudie toekomen,<br />
eenvoudig van compositie: een witte boom, een klein groen boompje, een<br />
vierkant hoekje groen, een paarse grond, een oranjekleurig dak en een<br />
groote blauwe lucht.<br />
En Ilan Gogh voegt er bij: 1k ben met negen boomgaar<strong>de</strong>n bezig, een witte,<br />
een roze, bijna rood, een blauwachtig witte, een grijs-roze en een groen<br />
en roze.<br />
De beschouwers van dit werk in onzen tijd, kunnen zich geen <strong>de</strong>nkbeeld<br />
maken van <strong>de</strong> frischheid en van <strong>de</strong> prille pracht die het schil<strong>de</strong>rij in 1888<br />
286
^ `^<br />
.<br />
^....^.^^.u^•<br />
'^^<br />
^,'^ ^t ^ Ri ^^ `( f<br />
1^^>^ :', , f^ iq 1 ^`.^^,,<br />
i ^^<br />
1 ^ ^^,,<br />
^ii;<br />
.^ 1<br />
, ^ i IP^ ± ,I- ,y.<br />
i 4^^q^( . '^l; ^<br />
^, L ^`;^ur^tlu;1!'U mil ^ ^ = : 'Tv<br />
- - ^ 1<br />
-"' !Ji!ir,' ^ e:,....3.<br />
:iw<br />
Vincent van Gogh, krabbel uit een brief.<br />
uitstraal<strong>de</strong>. De tijd heeft haar „patina" over <strong>de</strong> verf gelegd, het kleurgamma<br />
volkomen veran<strong>de</strong>rd, of beter, <strong>de</strong> toonhoogte omgezet, <strong>de</strong> harmonie<br />
niet vermin<strong>de</strong>rd, maar waar <strong>de</strong> witten vergeeld zijn, heeft <strong>de</strong> schateren<strong>de</strong><br />
toon van het lentemotief zich verzacht.<br />
Men Ilan nu 'n van Gogh evenmin in <strong>de</strong> oorspronkelijke pracht <strong>voor</strong> zich<br />
zien als een Pissarro of 'n Sisley, meesters die in een verwante techniek<br />
werkten, en <strong>de</strong> fleuren eer<strong>de</strong>r mengen wil<strong>de</strong>n in het oog van <strong>de</strong>n beschouwer<br />
dan op hun palet, als zij met kleine grillige toetsen ongebroken fleuren,<br />
licht en leven van <strong>de</strong> natuur, buiten het bruine conventioneele gamma van<br />
hun <strong>voor</strong>gangers, vertolkten. Als <strong>de</strong>ze Fransche impressionisten on<strong>de</strong>r hooge<br />
inspiratie werken, komt niet alleen het zonlicht uit hun doelen, maar <strong>de</strong><br />
geuren van het land stroomen ons toe, als <strong>de</strong> zon en het parfum van <strong>de</strong><br />
lente uit van Gogh's boomgaar<strong>de</strong>n.<br />
Ilan <strong>de</strong> inspiratie en <strong>de</strong> <strong>voor</strong>tvarendheid waarme<strong>de</strong> zij werkten geeft<br />
Mincent een zeer welsprekend verslag.<br />
„ Je dofs te prévenir que tout le mon<strong>de</strong> va trouver que je travaille trop<br />
vite. N'en crois rien.<br />
Volkomen juist: Als wij ge<strong>de</strong>nken wat <strong>de</strong>ze meesters maken willen, dan<br />
werken zij nooit snel genoeg. Immers, om het vlugtige effect van het schuiven<strong>de</strong><br />
zonlicht bij te hou<strong>de</strong>n, moeten <strong>de</strong>s schil<strong>de</strong>rs rappe han<strong>de</strong>n, zijn<br />
287
prompte blikben kunnen volgen om <strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n zonnewagen van<br />
Apollo bij te hou<strong>de</strong>n.<br />
En Vincent vervolgt: „West ce pas l'émotion, la sincérité du sentiment <strong>de</strong><br />
la nature, qui nous twine et si ces émotions lont quelquefois si fortes qu'on<br />
travaille sans sentir qu'on travaille, lorsque quelquefois les touches viennent<br />
avec une suite et <strong>de</strong>s rapports entre eux, comme les mots dans un discours<br />
ou dans une lettre".<br />
In<strong>de</strong>rdaad, vlin<strong>de</strong>rlicht heeft <strong>de</strong> kleur zich op het doek gespreid, neergeschreven<br />
als een prachtigen evenwichtigen zin staat het verhaal van <strong>de</strong><br />
triomfantelijke lucht, die zich welft over <strong>de</strong> weel<strong>de</strong>rige bloemenstruis.<br />
Maar niet immer vloeit alles zoo vanzelf uit het penseel, en Vincent waarschuwt<br />
zich zelf : „il faut alors se souvenir que cela n'a pas toujours été<br />
ainsi, et que dans l'avenir it y aura Bien <strong>de</strong>s jours lourds, sans inspiration."<br />
Zware dagen zou<strong>de</strong>n spoedig Domen.<br />
Tusschen Februari 1888 en Mei 1889, werkte hij met waarlijk toomelooze<br />
passie, in <strong>de</strong> schroeien<strong>de</strong> zon. Als die zengen<strong>de</strong> zon alles vrij sloeg wat er<br />
nog sluimer<strong>de</strong> in zijn talenten, was zij dan me<strong>de</strong> oorzaak van <strong>de</strong> eerste<br />
verschijnselen <strong>de</strong>r zielsziekte, die een schril tegenbeeld vormen tot het<br />
gezon<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rswerk, toen verricht? Wie zal het zeggen?<br />
De pijnlijke inci<strong>de</strong>nten tusschen van Gogh en Gauguin, die in Arles op<br />
Vincents herhaal<strong>de</strong> smeekingen bij hem kwam wonen, zijn in aantocht,<br />
en zij zijn <strong>de</strong> <strong>voor</strong>bo<strong>de</strong>n van zijn opname in het hospitaal te Arles en in<br />
<strong>de</strong> inrichting <strong>voor</strong> zenuwzieken te St Remy.<br />
De sterfelijke van Gogh gaat op 27 Juli 1890, 37 jaar oud, te Anvers-sur-<br />
Oise btu zijn vriend Dr. Cachet ten on<strong>de</strong>r.<br />
Van toen af keer<strong>de</strong> zich <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r alles ten beste.<br />
Hij liet <strong>de</strong> wereld een boeiend oeuvre na, dat, waar hij nimmer verkocht<br />
had, bijeengebleven was. Zijn literair talent bleef in zijn brieven bewaard,<br />
en het tragisch ein<strong>de</strong> van zijn jonge leven gaf een wrang accent, dat op<br />
duizen<strong>de</strong>n indruk maakte; ware vereering riep <strong>de</strong> gestorven van Gogh op.<br />
Geen dui<strong>de</strong>lijker blijk van het een en van het an<strong>de</strong>r dan het prachtige<br />
Museum, dat door <strong>de</strong>n Belgischen bouwmeester van <strong>de</strong> Vel<strong>de</strong>, toch<br />
<strong>voor</strong>al <strong>voor</strong> <strong>de</strong> collectie <strong>de</strong>r van Gogh's werd gebouwd, op bestelling van<br />
Mevrouw Kröller-Müller, die tot <strong>de</strong> meest toegewij<strong>de</strong> propagandisten van<br />
het oeuvre van van Gogh behoor<strong>de</strong>.<br />
Die propagandisten waren aanvankelijk zeer noodig in een land als<br />
het onze, met zijn schil<strong>de</strong>rsbeschaving van eeuwen her.<br />
Uit Vincent's geweldige nalatenschap, wer<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r scherpe keuze,<br />
288
cel te omvangrijke tentoonstellingen ingericht. Daar hin<strong>de</strong>n zijn overwinningen<br />
naast zijn ne<strong>de</strong>rlagen. Fanatieke bewon<strong>de</strong>raars kon<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
ne<strong>de</strong>rlagen niet on<strong>de</strong>rkennen, terwijl <strong>de</strong> bedillers <strong>de</strong> overwinningen niet<br />
wil<strong>de</strong>n zien.<br />
De ou<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rsbeschaving, die liefst in schakeering zich uitsprak, werd<br />
ruw aangesproken door een vrijmoedig tegen elkan<strong>de</strong>r plaatsen van ongebroken<br />
forsche kleuren, terwijl een eeuwenou<strong>de</strong> gecultiveer<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rssmaak<br />
zich gesteld zag tegenover een culte van het leelijke, die bij na<strong>de</strong>re<br />
beschouwing vaak een zin <strong>voor</strong> nieuw-schoon bleep te zijn.<br />
Maar dit nieuwe schoon moest verworven wor<strong>de</strong>n door het publiek, zooals<br />
het door een schil<strong>de</strong>r veroverd was, zelfs, en wij begrijpen dit nu niet<br />
meer zoo goed, in zijn prachtige bloemstukken.<br />
Pissarro moet van v. Gogh's bloemen gezegd hebben: „zij lijpen op menschen",<br />
en Emile Bernard: „zij lijpen op prinsessen". Het was <strong>voor</strong><br />
<strong>de</strong>n tijdgenoot reeds moeilijk genoeg er waarlijk bloemen in te zien, zoo<br />
<strong>voor</strong>naam, en tegelijk hin<strong>de</strong>rlijn, ston<strong>de</strong>n zij te bloeien, of in <strong>de</strong>ernis<br />
te sterven.<br />
Toch waren er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> jonge Kunstenaars reeds velen, <strong>voor</strong> wie <strong>de</strong> eerste<br />
van Gogh-tentoonstelling, in het Panoramagebouw te Amsterdam in 1892<br />
gehou<strong>de</strong>n, al dit werk, in heroische worsteling ontstaan, als een openbaring<br />
openging. Die tentoonstelling was mogelijk gewor<strong>de</strong>n, toen na <strong>de</strong>n dood<br />
van Theo van Gogh, een half jaar na het overlij<strong>de</strong>n van Vincent, Theo's<br />
weduwe in het bezit geraakte van heel het oeuvre.<br />
't Werd reeds vastgesteld, een algemeen succes waren noch <strong>de</strong> Amsterdamsche,<br />
noch <strong>de</strong> daaropvolgen<strong>de</strong> tentoonstellingen te Groningen, Den<br />
Haag en Rotterdam.<br />
Niet bij het groote publiek, maar toch in ruimen bring, 'drong van<br />
Gogh's beteekenis door, sinds Vincent's vriend Emile Bernard, <strong>de</strong> aan<br />
hem en aan Theo gerichte brieven publiceer<strong>de</strong>.<br />
L e eren is nog steeds gemakkelijker dan z i e n, en <strong>de</strong> vrijmoedigheid<br />
en <strong>de</strong> Dracht waarme<strong>de</strong> het picturale standpunt van <strong>de</strong>n schrijver ver<strong>de</strong>digd<br />
werd, maakte indruk. Nog meer sleepte het literaire meesterschap,<br />
waarme<strong>de</strong> <strong>de</strong> strijd (van alle schil<strong>de</strong>rs) beteekend werd, en als iets vertrouwelijks<br />
werd opgenomen, vele lezers me<strong>de</strong> in een ware cultus, die,<br />
zoo <strong>de</strong>ze al niet zuiver picturaal was, warmhartig om zich heen bewon<strong>de</strong>ring<br />
spreid<strong>de</strong>.<br />
't Is te <strong>voor</strong>zien dat <strong>de</strong> vlammen van <strong>de</strong> van Goghcultus zich wat zullen<br />
neerleggen, als <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> historie van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst zijn <strong>de</strong>finitieve<br />
plaats zal hebben gekregen.<br />
19 289
Dan zullen naast <strong>de</strong> hooimijten van Clau<strong>de</strong> Monet en het cabaret van<br />
Toulouse Lautrec, <strong>de</strong> riviergezichten van Pissaro en <strong>de</strong> winters van Sisley,<br />
naast het ballet van Degas en <strong>de</strong> baadsters van Renoir, <strong>de</strong> bloeien<strong>de</strong> boomgaar<strong>de</strong>n<br />
van Vincent van Gogh <strong>de</strong> wijding van <strong>de</strong> historie gekregen hebben.<br />
Vincent's beste werken zullen dan geen „ou<strong>de</strong>" kunstwerken zijn. Want<br />
die bestaan niet. Het kunstwerk is eeuwig jong, want het wordt steeds<br />
opnieuw, in <strong>de</strong> hoof <strong>de</strong>n en in <strong>de</strong> harten van <strong>de</strong>n aandachtigen en lief<strong>de</strong>vollen<br />
beschouwer, herboren.<br />
Van Gogh zal steeds <strong>de</strong> tijdgenoot blijven van hen, die met warm natuurgevoel<br />
in bloeien<strong>de</strong> boonren heel <strong>de</strong> lente <strong>voor</strong> zich zien — en die zullen<br />
er altijd zijn.<br />
290
ffLiiftaTllJC& JC&OOI s^
292<br />
G. H. Breitner, krabbel.
VII.<br />
Tusschen 1885 en 1890 dient zich een nieuw geslacht van schil<strong>de</strong>rs aan,<br />
waarvan <strong>de</strong> meesten, on<strong>de</strong>r leiding van August Allebe, op <strong>de</strong><br />
Rijks-Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam gevormd wor<strong>de</strong>n.<br />
e grootmeesters van <strong>de</strong> Amsterdamsche School, G. H. Breiteer<br />
en Marius Bauer, wer<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> mij wezens van vleesch en<br />
bloed, toen ik, door <strong>de</strong> relatie Bart van Hove, bij het huwelijk van <strong>de</strong><br />
Koningin in 1901, van <strong>de</strong> figuratie mocht zijn in <strong>de</strong> tableaux vivants die,<br />
on<strong>de</strong>r leiding van die Kunstenaars, geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> gala<strong>voor</strong>stelling in <strong>de</strong>n<br />
Stadsschouwburg gegeven wer<strong>de</strong>n.<br />
In „Prinsjesdag", het beroem<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij van Jan Steen, dat geimiteerd<br />
werd, vervul<strong>de</strong> ik <strong>de</strong> rol van een jongen die een baring eet op <strong>de</strong> klassieke<br />
manier. Toen ik niet voldoen<strong>de</strong> „fond" was, genoot ik <strong>de</strong> eer door Breiteer<br />
met een paar zachte pastels getoond te wor<strong>de</strong>n, mijn witte kraag, maar<br />
ook mijn gezicht.<br />
ik kwam toen <strong>voor</strong> het eerst achter <strong>de</strong> coulissen, in <strong>de</strong> wereld van <strong>de</strong>n schijn,<br />
die op zoovelen onwe<strong>de</strong>rstaanbare aantrekkingskracht uitoefent. Toen<br />
snoof ik <strong>voor</strong> het eerst theaterlucht die, an<strong>de</strong>rs, maar even penetrant en<br />
herkenbaar is als circuslucht. Ili rook <strong>voor</strong> het eerst dat mengsel van stof<br />
en.... féminité, <strong>voor</strong>al toen hef ballet van <strong>de</strong> Berlijnsche Opera als een<br />
vlucht groote vlin<strong>de</strong>rs langs mij heen stoof.<br />
Het comité had in het va<strong>de</strong>rland van <strong>de</strong>n Prins, te Schwerin, gezocht naar<br />
een nummer dat <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n gala-avond geschikt t zou zijn, maar had tenslotte<br />
uit Berlijn ballerina's meegebracht, die nu haar kunsten ten tooneele vertoon<strong>de</strong>n<br />
.... ik zag ze volkomen gebroken achter <strong>de</strong> coulissen terugkomen,<br />
met <strong>de</strong>n glimlach, als een angstige greins, nog op <strong>de</strong> gezichten.<br />
Had Breiteer schil<strong>de</strong>rijen <strong>de</strong>r ou<strong>de</strong> Hollandsche meesters in beeld gebracht,<br />
Bauer had zich meer moeite gegeven toen hij oostersche tafereelen ontwierp,<br />
die naar ik nil meen héél fraai waren, en door gebruik van sluieren<strong>de</strong><br />
<strong>voor</strong>hangen, braam het effect zijner tableaux vivants zeer dicht bij dat van<br />
zijn leven<strong>de</strong> aquarellen.<br />
De benaming Amsterdamsche School is een vager begrip dan <strong>de</strong> uitdrukking<br />
<strong>de</strong> Haagsche School, omdat bij het laatste dui<strong>de</strong>lijker gedacht kan wor<strong>de</strong>n<br />
aan Den Haag als <strong>de</strong> woonplaats van <strong>de</strong> kunstenaars die tot die school<br />
293
G. H. Breitner, krabbel.<br />
^^e,,.,- ^._ -- ^. __^_ _..fi• ..4 4r-r1w....<br />
.,.`►^+- .^^ .."'_ ^ ^,•^<br />
'^w ._ .,<br />
^^- ^v . ►<br />
^^ - ^ ^ ^, •.^<br />
'+ti"<br />
ti w^-ro►.arn. .....^ . * / \l<br />
\ \,<br />
,-,,,<br />
^<br />
1/4„.____<br />
gerekend wor<strong>de</strong>n, terwijl Amsterdam dat niet in gelijke mate is, ten opzichte<br />
van <strong>de</strong> kunstenaars die men tot <strong>de</strong> Amsterdamsche School rekent.<br />
Er wordt slechts mee vastgesteld dat <strong>de</strong> hoofdstad, na oorspronkelijk <strong>de</strong><br />
stad van Pieneman en <strong>de</strong> zijnen te zijn geweest, haar eerste positie in <strong>de</strong><br />
kunst in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> weer had hernomen na <strong>de</strong>n Haagschen bloei, toen na<br />
Israëls en <strong>de</strong> Narissen een nieuwe generatie schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> aandacht vroeg.<br />
Bedoeld wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>r generatie, waarvan er in het begin <strong>de</strong>r<br />
tachtiger jaren aan <strong>de</strong> Rijns-Aca<strong>de</strong>mie aan het werk waren: W i 11 e m<br />
Witsen en Eduard Karsen, Jan Veth en Anton Derh<br />
in<strong>de</strong>ren, Jacobus van Looy en fan Toorop, De<br />
Zwart en v an <strong>de</strong>r V a lk e.a. Er werd reeds gewag gemaakt<br />
van het opnieuw bezoeken <strong>de</strong>r Rijks-Aca<strong>de</strong>mie van Breiteer, toen <strong>de</strong>ze zijn<br />
Haagschee aca<strong>de</strong>mietijd reeds eenigen tijd achter <strong>de</strong>n rug had. Ook hij<br />
behoort dus tot <strong>de</strong> groote equipe, die overigens door een dui<strong>de</strong>lijk zwakkere<br />
werd afgelost, waaron<strong>de</strong>r ter arakteriseering te noemen zijn: S c h a a p<br />
en Krabbé, Verka<strong>de</strong> en Vlaan<strong>de</strong>ren, Graadt van<br />
Roggen en Gil<strong>de</strong>meester, Paul Rink, Carl Breitenstein<br />
en R. N. Roland Holst.<br />
Amsterdam en Breiteer behooren bijeen als Titiaan en Venetië; die het eerre<br />
woord uitspreekt <strong>de</strong>nkt aan het an<strong>de</strong>re. George Hendrik Breitner<br />
is <strong>de</strong> eeuwige hoe<strong>de</strong>r van Amsterdam's langzaam verwelken<strong>de</strong> schoonheid.<br />
De herinnering die ik in mij bewaar van Breitner's uiterlijk is die van een<br />
stevig, sterk lichaam van mid<strong>de</strong>lbare grootte, dat eer<strong>de</strong>r naar achteren dan<br />
294<br />
..^'..,,^
„:.1,::<br />
oh Kt<br />
G. H. Breitner, krabbel.<br />
naar voren boog en dat <strong>de</strong>n hop met dichtgeplant haar hoog droeg, terwijl<br />
bijziendheid aan <strong>de</strong>n blik iets opmerkelijks gaf.<br />
Breitner was zeker geen man van veel woor<strong>de</strong>n, maar toch had ik als zeer<br />
jonge man aan <strong>de</strong> leestafel in Arti, het geluk, ik begreep dat toen reeds als<br />
zoodanig, een lang gesprek met hem te mogen voeren. Hij vertel<strong>de</strong>, vrij<br />
omstandig, dat in <strong>de</strong> jeugd historieschil<strong>de</strong>ren zijn i<strong>de</strong>aal was geweest en<br />
verzeker<strong>de</strong> dat, als hij <strong>de</strong> „spullen” had gehad, of geld om costuums te<br />
koopera of te huren, hij zeker historieschil<strong>de</strong>rijen zou gemaakt hebben. In dit<br />
verband gaf hij hoog op van Rochussen, die zijn eerste leermeester-raadgever<br />
geweest was. Het was ook op diems raad dat hij van Rotterdam, waar hij<br />
in 1857 geboren was, naar Den Haag kwam om er in 1876 <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie te bezoeken. Koelman, <strong>de</strong> directeur <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie, „la <strong>de</strong>rrière<br />
cartouche" van het klassicisme in ons land, zal hem, zoo min als Suze<br />
Robertson, Floris Verster en Willem <strong>de</strong> Zwart, veel beïnvloed hebben.<br />
't Mag opgemerkt wor<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> jonge Brenner, als besluit van zijn<br />
teekenstudies, in 1877 het leeraarsdiploma M.O. behaal<strong>de</strong>. 't Heeft hem<br />
geen kwaad gedaan, maar het stel<strong>de</strong> hem wel in staat <strong>de</strong>n eersten moeilijken<br />
tijd, door hef geven van avondlessen, door te lomen. Toen echter schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
hij on<strong>de</strong>r Willem Maris, in het kleurengamma van Jacob.<br />
Blijkens zijn vroegste teekeningen, (ten <strong>de</strong>ele in het bezit van zijn weduwe),<br />
die ik <strong>de</strong>zer dagen nog eens mocht doorzien, had hij van nature een zin<br />
295
<strong>voor</strong> het weergeven van bewegingen van menschen en paar<strong>de</strong>n, maar toch<br />
niet het compositiegemak en het <strong>voor</strong>stellingsvermogen, dat b.v. Charles<br />
Rochussen aangeboren was. Zijn eerste on<strong>de</strong>rwerpen zijn militaire geweest,<br />
en als hij later <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van manoeuvres van het Ne<strong>de</strong>rlandsche leger<br />
zal wor<strong>de</strong>n, dan hangt dit toch ook samen met <strong>de</strong>n lust <strong>voor</strong> historieschil<strong>de</strong>ren,<br />
die trouwens weerslag vond in zijn oeuvre.<br />
Er is een prachtige aquarel uit zijn zeer vroegen tijd, napoleontische stafofficieren<br />
rond kaarten op een tafel, <strong>voor</strong> een breed raam. 't Is <strong>de</strong> teekening<br />
waarover in November 1882 Vincent van Gogh schreef : „Bij v. d. Weele<br />
zag ik een uitmunten<strong>de</strong> schets van Brenner, een teekening die niet af was<br />
— misschien ook niet af te maken — het stel<strong>de</strong> <strong>voor</strong> officieren, die over een<br />
landkaart of plan <strong>de</strong> bataille zitten te <strong>de</strong>libereeren <strong>voor</strong> een open raam...."<br />
Zij wordt gewoonlijk aangeduid als: „Krijgsraad (Bataafsche Republiek)".<br />
En dan zijn er <strong>de</strong> „Ruiters in <strong>de</strong> Sneeuw" dat zich zoo leent om vergeleken<br />
te wor<strong>de</strong>n met een historiestuk van groote bekendheid, „1814 " van Meis-<br />
G. H. Breitner, krijtkrabbel.<br />
z96
Bonier. In <strong>de</strong> compositie doet het er sterk aan <strong>de</strong>nken en lijkt het er zelfs<br />
op geïnspireerd. Zooals Napoleon zijn état-major <strong>voor</strong>uitrijdt, doet ook <strong>de</strong><br />
groote huzaar het zijn escadron. Waar echter van <strong>de</strong> figuren van <strong>de</strong>n<br />
Franschen historieschil<strong>de</strong>r getuigd kan wor<strong>de</strong>n : it ne marque pas un bouton<br />
aux guêtres, daar kan ons <strong>de</strong>, op zijn manier Breitner bewon<strong>de</strong>ren<strong>de</strong>,<br />
criticus Loffelt op weg helpen om het groote verschil met <strong>de</strong>n Hollandschen<br />
impressionnist te omschrijven.<br />
Als hij zegt dat bei<strong>de</strong> stukken, op een tentoonstelling door Breiteer<br />
ingezon<strong>de</strong>n, „<strong>de</strong>n prijs ten volle waard zijn", dan moet het hem<br />
uit <strong>de</strong> pen: „het figuur te paard heeft noch spieren, noch been<strong>de</strong>rengestel,<br />
men <strong>de</strong>nkt meer aan een stok waarover een jas is gehangen dan aan een<br />
mensch." In het woordje „<strong>de</strong>nken" ligt <strong>de</strong> fout, een schil<strong>de</strong>rij van Breiteer<br />
moet niet gedacht, maar gezien wor<strong>de</strong>n. Meissonier heeft veel<br />
gedacht bij het ineenzetten van zijn, overigens terecht, vermaard schil<strong>de</strong>rij,<br />
maar Breitner heeft beter gezien. Daardoor is <strong>de</strong> laatste een grouter<br />
schil<strong>de</strong>r — want hij doet ook <strong>de</strong>n beschouwer meer zien op zijn „Ruiters<br />
in <strong>de</strong> Sneeuw", en wel in <strong>de</strong> eerste plaats <strong>de</strong> atmosferische pracht van het<br />
wintersche schouwspel, waaraan <strong>de</strong> figuratie on<strong>de</strong>rgeschikt is. Reeds door<br />
G. H. Breitner, krijtkrabbel.<br />
297
het tegen elkan<strong>de</strong>r zien en aaneenschil<strong>de</strong>ren van lucht en sneeuw, van<br />
ruiters en boomstammen, is hij aan het begin van zijn loopbaan een meester,<br />
met een kleurkrachtig en dieptonig palet geboren. Met dat dieptonig palet<br />
is hij te Den Haag aan het werk, verbluffend <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs die hem<br />
zien werken. 't Zijn <strong>voor</strong>al militaire stukken, direct uit <strong>de</strong> natuur opgenomen,<br />
en waarin het paard een zeker zoo <strong>voor</strong>name plaats inneemt als<br />
<strong>de</strong> mannen die uit zijn han<strong>de</strong>n Domen, zoo boor<strong>de</strong>vol van leven en beweging,<br />
dat <strong>de</strong> burger er geen raad mee weet. De schil<strong>de</strong>rs zien het wel, dat sinds<br />
Frans Hals <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> kwast in geen vaardiger hand gelegd was, en dat die<br />
Inwast <strong>de</strong> natuur trillend levend uit <strong>de</strong> zware pate te <strong>voor</strong>schijn brengt, of<br />
uit <strong>de</strong> volle vloeiing van <strong>de</strong> waterverf laat uitstroomen.<br />
Breitner is zeven-en-twintig jaar als liii, in 1884, een tijdje te Parijs werkt<br />
op het atelier van Cormon, <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r van „<strong>de</strong> Familie van CaIn". Het<br />
glorieuze werk, dat in zijn oeuvre van dien Parijschen studietijd getuigt, is<br />
hef witte paard, ook wel genoemd — „Souvenir <strong>de</strong> Montmartre", dat on<strong>de</strong>r<br />
zijn meesterwerken telt.<br />
In 1885 gaat hij met d e Zwart die, als hij, van een sonoor palet<br />
directe impressies schil<strong>de</strong>rt, naar Drenthe.<br />
Een jaar later Komt Breitner met zijn „Gele Rij<strong>de</strong>rs" te Amsterdam sterk<br />
in <strong>de</strong> algemeene belangstelling, terwijl het stuk vrij onverwacht, op <strong>voor</strong>stel<br />
van Jhr. Victor <strong>de</strong> Stuers, door het Rijk werd aangekocht. Ili lean mij uit<br />
mijn jongensjaren goed herinneren hoe het stuk, wel wat hoog, en eigenlijk<br />
ook wel wat eenzaam, in het Rijksmuseum hing en hoe mijn va<strong>de</strong>r, die in<br />
<strong>de</strong>n grond Verschuur en Nakken prefereer<strong>de</strong>, toch <strong>voor</strong> „<strong>de</strong> rij<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
artillerie die <strong>de</strong>n hoek om kwam", respect had.<br />
In het najaar van 1886 komt Breiteer naar Amsterdam, waar <strong>de</strong> soldatenschil<strong>de</strong>r<br />
wijken gaat <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n stadsgezichtenschil<strong>de</strong>r die hij zich opmaakt te<br />
wor<strong>de</strong>n, en waardoor hij zoo vast geklonken raakt aan Amsterdam, dat<br />
alleen zij, die <strong>de</strong>ze won<strong>de</strong>rschoone stad van het hoogste picturaal gehalte<br />
bennen, in staat zijn <strong>de</strong> volle grootheid van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r waar<strong>de</strong> te geven.<br />
Natuurlijn was het grootsche schil<strong>de</strong>rachtige van <strong>de</strong> stad een attractie, maar<br />
niet <strong>de</strong> Benige; het geestelijk leven dat er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> jongeren was opgebloeid<br />
was het niet min<strong>de</strong>r. Het sprak zich uit in schil<strong>de</strong> r s en schrijver svriendschappen<br />
als die van Witsen en Kloos, Verster en Verwey, Isaac<br />
Israëls en van Deyssel. Daar kwam dan nog bij dat Allebé en <strong>de</strong> Rijks-<br />
Aca<strong>de</strong>mie op een kunstenaar als Breiteer, die er steeds op uit was zijn<br />
aangeboren talent een grond van studie te geven waarop het ook <strong>voor</strong> <strong>de</strong><br />
toekomst zou kunnen groeien, aantrekkelijkheid uitoefen<strong>de</strong>n.<br />
't Is ook in dien tijd dat <strong>de</strong> Kempenaar f a n Voerman, die reeds van<br />
1876 af vier jaar op <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie gewerkt had, na een verblijf te<br />
298
Brussel, en na lessen van Verlat aan <strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie, als logeleerling<br />
van Allebé te Amsterdam terugkwam. Mogelijk on<strong>de</strong>r diens<br />
invloed werd hij een tijd Airztdamh lettre-schil<strong>de</strong>r, tom hij fob 1SSO<br />
daar verbleef, en op <strong>de</strong> Rozengracht het ou<strong>de</strong> atelier van Jozef Israëls<br />
bewoon<strong>de</strong>.<br />
Als hij later, door <strong>de</strong>n geboortegrond getrokken, weer naar Kampen trekt<br />
om op <strong>de</strong>n duur <strong>de</strong> meester van Hattum te wor<strong>de</strong>n, die in blijkbare reactie<br />
tegen het al-te-zegevierend impressionisme eigen wegen zoekt, dan blijft<br />
<strong>de</strong>ze schil<strong>de</strong>r van '80 door en door Hollandsch. De eenvoud en <strong>de</strong> directheid<br />
van <strong>de</strong> stille aandacht, dig hij aan een eenvoudig potje met Oost-<br />
Indische hers of met rozen geven zou, als hij in blank-zuivere aquarellen<br />
een rustig en <strong>de</strong>coratief effect bereikte, is even va<strong>de</strong>rlandsch als <strong>de</strong> bouw<br />
van zijn weidsche riviergezichten, die hij, na zich in waterverf volledig<br />
te hebben uitgesproken, in dunne olieverf vertolken zal. Een wei<strong>de</strong> met<br />
koeien of noppen<strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n, on<strong>de</strong>r een bijna architectonisch Bebouw<strong>de</strong>n<br />
wolkenhemel van Voerman, staat op het eerste gezicht wel ver van Breiteer,<br />
maar behoort toch tot <strong>de</strong> werken van <strong>de</strong> school, waarin zooveel eigen accent<br />
bleef, dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r ervan, naast <strong>de</strong> meer op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond tre<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
meesters, zich in het stille Hattum een blijven<strong>de</strong> plaats lion veroveren in <strong>de</strong><br />
kranst van zijn tijd en van zijn land.<br />
Breitner's eerste groote schil<strong>de</strong>rij te Amsterdam is geen stadsgezicht, maar<br />
hef in zijn atelier op <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Schans geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portret van Mevrouw<br />
Frenkel-Bouwmeester in <strong>de</strong> rol van Franciion. Het baar<strong>de</strong> op <strong>de</strong> najaarstentoonstelling<br />
van Arti groot opzien. In 1901 schreef fan Veth : „,%ammer<br />
genoeg bestaat dit werk niet meer." Het is sinds ten<strong>de</strong>ele herrezen uit <strong>de</strong>n<br />
staat waarin <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r, met ergernis <strong>voor</strong> zooveel misverstaan bij publieh....<br />
en mo<strong>de</strong>l, het werk gebracht had. Hij loog<strong>de</strong> het in volle pate<br />
beschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> doer met groene zeep af, en hij schijnt het zelfs ten<strong>de</strong>ele overgeschil<strong>de</strong>rd<br />
te hebben. Natuurlijk is het nu een schaduw van wat het geweest<br />
is. De compositie en <strong>de</strong> grootsche lijnen en kleurvlekken zijn gespaard en<br />
verkrijgen onze volle bewon<strong>de</strong>ring. Tenslotte is er toch genoeg overgebleven<br />
om <strong>de</strong>ze vrouw, als een monumentale Jacob Marisfiguur, tegen het glimmend<br />
zwart van <strong>de</strong> piano te zien staan. Er zijn weinig werken van Breiteer<br />
waarin <strong>de</strong> greep naar het gecomponeer<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij steviger gedaan werd.<br />
Tot een gelijke figurale grootheid verhief hij zich in 1861, toen een<br />
viertal groote naakten ontston<strong>de</strong>n, waarvan er een al <strong>de</strong> i<strong>de</strong>alen van glorieus<br />
schil<strong>de</strong>ren van heel <strong>de</strong> school samenbracht, in <strong>de</strong> meest monumentale schets<br />
naar een trillend vrouwenlichaam, dat ooit geschil<strong>de</strong>rd werd. De meesterlijke<br />
beschrijving ervan door Jan Veth moge het werk in Uw aller gedachten<br />
roepen.<br />
299
David Oyens, portret, inktkrabbel naar Pieter Oyens.<br />
„Wat een schil<strong>de</strong>r I Wat een durven en een kunnen, zooals er misschien nog<br />
nooit gekund is. Manet, met zijn stoute, franke zien, heeft geloof ik, niet<br />
zóó geschil<strong>de</strong>rd. Brenner heeft niets van het pedantisme van knapheid,<br />
hij laat niet merken hoe verbazend geweten alles is, hij souligneert niet,<br />
hij is nergens opzettelijk, hij schil<strong>de</strong>rt zoo, of het van zelf spreekt, blij-weg,<br />
als met zuiver ingeboren, koninklijke kracht".<br />
„Het is alles bij hem het heitres Wissen, het bol<strong>de</strong>s Können, waarover<br />
Heine het heeft".<br />
„Zie hoe <strong>de</strong>licieus in <strong>de</strong> platte pate van gave verf, die hooge blanke heup<br />
en dat ge<strong>de</strong>elte build om die won<strong>de</strong>rteer gekleur<strong>de</strong> glooiing, van <strong>de</strong> naar voren<br />
komen<strong>de</strong> dij geschil<strong>de</strong>rd zijn, en hoe vrij, hoe magistraal fijn die blozen<strong>de</strong><br />
lijnen van <strong>de</strong> kneep aan <strong>de</strong> kniebuiging er sierlijk ingewipt staan, en hoe<br />
groot dan weer <strong>de</strong> vaste streek teelcent van het doffe licht over <strong>de</strong> glanzen<strong>de</strong><br />
strakke huid van <strong>de</strong> scheen. Dat is in zijn volle bracht, het nobele talent<br />
van <strong>de</strong>n, —vergeving <strong>voor</strong> het woord dat in discrediet schijnt te zijn —<br />
van <strong>de</strong>n geweldigen schil<strong>de</strong>r".<br />
Na een ziekte, waar<strong>voor</strong> hij in 1893 te Nunspeet genezing zocht, komt<br />
300
Breitner in zijn atehier<br />
op <strong>de</strong> Lauriersgracht<br />
en doet zich<br />
kennen als genreschil<strong>de</strong>r,<br />
niet op <strong>de</strong> wijze<br />
van Jan Steen, maar<br />
op die van Vermeer.<br />
Nu het genreschil<strong>de</strong>ren<br />
ter sprake komt,<br />
mogen <strong>de</strong> namen van<br />
een zeer begaaf<strong>de</strong>n<br />
tweeling: David en<br />
Pieter Oyens,<br />
uit een groote Amsterdamschekoop-----mansfamilie<br />
gespro-<br />
ten, genoemd wor<strong>de</strong>n<br />
en hun kunst bespro- ' :^<br />
ken wor<strong>de</strong>n.<br />
Mijn va<strong>de</strong>r, die met<br />
een ou<strong>de</strong>ren broe<strong>de</strong>r, 16„,,zky^" .R 9,<br />
Gerrit Oyens, in<br />
zaken te Parijs ge-<br />
David Oyens, krijtkrabbel, <strong>de</strong> Amstel.<br />
associeerd geweest was, had hen vaak ontmoet en verklaar<strong>de</strong> steeds, dat<br />
het in hun doen en laten <strong>de</strong> meest volstrekte schil<strong>de</strong>rs waren, die men zich<br />
kon <strong>voor</strong>stellen. Ter staving hiervan vertel<strong>de</strong> hij dan, dat bij <strong>de</strong> begrafenis<br />
van hun moe<strong>de</strong>r, van wie zij bijzon<strong>de</strong>r veel gehou<strong>de</strong>n had<strong>de</strong>n, bij <strong>de</strong><br />
geopen<strong>de</strong> groeve, een <strong>de</strong>r broe<strong>de</strong>rs <strong>de</strong>n an<strong>de</strong>ren had aangestooten, en toegefluisterd<br />
: „zie je rechts die prachtige lucht I"<br />
Tot ontsteltenis van hun va<strong>de</strong>r zat het i<strong>de</strong>e, schil<strong>de</strong>r te wor<strong>de</strong>n, reeds heel<br />
vroeg in <strong>de</strong>n tweeling. Als <strong>de</strong> jongens, die op school niet veel presteer<strong>de</strong>n,<br />
<strong>voor</strong> hun gezondheid naar het land gezon<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, dan zullen <strong>de</strong> schoonhe<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>r Gel<strong>de</strong>rsche natuur niet het doeltreffen<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>l blijken te zijn<br />
om <strong>de</strong> jongens van hun idée fixe af te brengen. Integen<strong>de</strong>el, alles en elkeen<br />
strekte hen tot mo<strong>de</strong>l, en niet het minst <strong>de</strong> frissche boerenmei<strong>de</strong>n, wier<br />
kleurenrijke en levendige carnatie zij bewon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n. De bewoners van Apeldoorn<br />
weten weldra dat zij schil<strong>de</strong>rtjes zijn, <strong>de</strong> jongens in zwierige blauwe<br />
buisjes boven schotsbonte pantalons; zij zien het aan hun lustig in <strong>de</strong>n wind<br />
wapperen<strong>de</strong> ron<strong>de</strong> dassen en aan <strong>de</strong> tot <strong>de</strong> schou<strong>de</strong>rs rijtien<strong>de</strong> blon<strong>de</strong> haren.<br />
301
Toen zij zoo, en in uitsteken<strong>de</strong> gezondheid in Amsterdam terugkwamen,<br />
gaf <strong>de</strong> va<strong>de</strong>r, bankier-makelaar, het ver<strong>de</strong>r maar op, en op aanra<strong>de</strong>n van<br />
<strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r J. Kruseman gaan <strong>de</strong> jongelui naar Brussel, waar<br />
zij plaats krijgen in het atelier van Portgels, <strong>de</strong>n beroem<strong>de</strong>re schil<strong>de</strong>r van<br />
„une Loge a l'Opéra <strong>de</strong> Budapest". In 1860 had <strong>de</strong>ze leerling en schoonzoon<br />
van Navez (uitmuntend portretschil<strong>de</strong>r, die lessen kreeg van <strong>de</strong>n ou<strong>de</strong>n<br />
Louis David, in ballingschap te Brussel) een atelier opengesteld <strong>voor</strong> een<br />
twintigtal begaaf<strong>de</strong> leerlingen.<br />
In ruim drie jaren zijn David en Pieter Oyens, in het atelier van Portgels,<br />
<strong>de</strong> prachtige genreschil<strong>de</strong>rs gewor<strong>de</strong>n wier werken en werkjes, Hollandsch<br />
in alles, <strong>de</strong> waardige <strong>voor</strong>tzetting zijn van het ze<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>r<br />
zeventien<strong>de</strong> eeuw.<br />
Hoewel zij nooit in elkan<strong>de</strong>rs arbeid schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n, hebben zij steeds samen<br />
gewerkt. Eenige jaren waren zij uit elkan<strong>de</strong>r. Uit Brussel weer naar<br />
Amsterdam gekomen, schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n zij nog eenigen tijd on<strong>de</strong>r P. Greive, en<br />
had<strong>de</strong>n tot me<strong>de</strong>leerling August A 11 e b é, die zich ook tot een<br />
uitmuntend romantisch genreschil<strong>de</strong>r ontwikkel<strong>de</strong>. In 1866 huw<strong>de</strong> David,<br />
en trok weer naar Brussel. In 1869 ging Pieter naar Parijs, waar hij in het<br />
Louvre copiëer<strong>de</strong>. De oorlog van 1870 en <strong>de</strong> tweelingdrang dreven hem terug<br />
naar zijn broe<strong>de</strong>rlijken alter ego. Van toen af verlieten zij elkan<strong>de</strong>r niet<br />
meer en werkten in een uitnemend atelier in <strong>de</strong> stille rue <strong>de</strong> la Charité,<br />
Benige stappen van <strong>de</strong> drukke Avenue <strong>de</strong>s Arts, te Brussel.<br />
Toen ik als jonge man bij Mommen mijn verf bocht, dacht ik er steeds aan<br />
dat het atelier van Oyens in het achterhuis van <strong>de</strong>ze zaak gelegen had.<br />
1k noem<strong>de</strong> het zoo juist een uitmunten<strong>de</strong> werkplaats. Hiervan getuigen hun<br />
werken. Als regel schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n zij immers hun atelier, waarvan zij <strong>de</strong> belichting<br />
portretteer<strong>de</strong>n met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> nauwgezetheid, als waarme<strong>de</strong> zij<br />
elkan<strong>de</strong>r uitbeeld<strong>de</strong>n. Nauwgezetheid ? fa, maar dan een heel an<strong>de</strong>re<br />
dan die van <strong>de</strong> fijnschil<strong>de</strong>rs in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r eeuw, die niet waarlijk<br />
zagen. De Ogens'en zien <strong>de</strong> fijnste schakeeringen van licht en toon,<br />
en schil<strong>de</strong>ren in <strong>de</strong> volle pate <strong>de</strong> Fleurigheid van hun, in hoog licht stralend,<br />
atelier. Zij volgen dat licht, met <strong>de</strong>n <strong>de</strong>emoed van <strong>de</strong>n waren Hollan<strong>de</strong>r<br />
uit alle tij<strong>de</strong>n. Waar het zich hecht, weet <strong>voor</strong>al David met zijn fijn<br />
impasto, nieuwe lichten te ontsteken; zijn clair-obscur wordt er van doorzeefd.<br />
De ron<strong>de</strong> baret van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> blanke borst van het mo<strong>de</strong>l,<br />
<strong>de</strong> glimlachten van <strong>de</strong> gedraai<strong>de</strong> pooten van een stoel, overstralen <strong>de</strong> fijne<br />
grijze atmosfeer van het interieur, waarin <strong>de</strong> menschen zoo waarlijk leven<br />
als in <strong>de</strong> binnenhuizen van hun zeventien<strong>de</strong>-eeuwsche <strong>voor</strong>gangers. Als zij,<br />
wer<strong>de</strong>n zij on<strong>de</strong>rschat ; naar mijn gevoel wor<strong>de</strong>n zij het nog. Maar dat is<br />
nu eenmaal het lot van <strong>de</strong>n uitsluiten<strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r. Werpen waar eigenlijk<br />
302
zoo min over te praten als te schrijven valt, waar slechts naar ge zien<br />
moet wor<strong>de</strong>n, hebben hef steeds moeilijk.<br />
Niet in <strong>de</strong>n zin van David Ovens, was G. H. Breitner een genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Wel zijn er Benige werken van Breitner, en ik <strong>de</strong>ny daarbij o.m. aa<br />
„<strong>de</strong> Dame met Kat", die vrij dicht bij Pieter Ovens' grootere figuurschil<strong>de</strong>ringen<br />
staan, maar Breiteers genrestukken uit <strong>de</strong> negentiger jaren zijn,<br />
meer nog dan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rijen van Vermeer, eigenlijk stillevens.<br />
Bij zijn eerste bezoek aan het Rijksmuseum was <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r zeer on<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n<br />
indruk van't won<strong>de</strong>r in blauw en oud goud, dat „hef Brieflezen<strong>de</strong> Vrouwtje"<br />
van Vermeer is. Het meesterstuk zweeft hem <strong>voor</strong> Dogen bij „hef Vrouwtje<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Spiegel". In strenge schema's een enkele maal in het zuivere vierkant,<br />
vindt Breiteer eenvoudige opstellingen <strong>voor</strong> zijn in kimono geklee<strong>de</strong><br />
meisjes. De „japonnerie" vier<strong>de</strong> in heel Europa hoogtij. Whistler had er<br />
boeien<strong>de</strong> accenten aan ontleend. Nauwelijks aantrekkelijk als lui met krijt<br />
teekent, is Breiteer uiterst vaardig en meesleepend als hij met het penseel<br />
in volle verf teekent. Een oostersch tapijt, een geborduurd Japansch costuum,<br />
beeldt hij uit met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> juistheid, als waarme<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
architectuur<strong>de</strong>tails opneemt en weergeeft.<br />
In 1890 maakt hij, met een monumentale schil<strong>de</strong>ring van <strong>de</strong>n Dam, een<br />
begin aan <strong>de</strong> reeks uitbeeldingen van Amsterdam, waarin het krachtigst<br />
zijn genie tot uiting kwam. Hij ziet Amsterdam zoo in het hart, dat <strong>de</strong><br />
Amsterdammers, die hij zijn visie opdrong, het nooit an<strong>de</strong>rs meer kunnen<br />
zien. Was Amsterdam eigenlijk ooit geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> De arme Jan van<br />
<strong>de</strong>r Heij<strong>de</strong>n wordt naast Breiteer.... een brandmeester, en Springer... .<br />
een teekenmeester.<br />
Met het vurige en het plotselinge, dat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rtoon is van zijn werk, doorgloeit<br />
Breiher zijn stadsgezichten, die in waarheid „gezichten" zijn.<br />
Juist misschien omdat hij er niet was opgegroeid, zag hij het organisch<br />
stevige van <strong>de</strong>n Amsterdamschen gevel, <strong>de</strong> karakteristiek van <strong>de</strong>n bruinzwarte<br />
geólie<strong>de</strong>n baksteen, het warme wit <strong>de</strong>r houten vensterkozijnen, Benig<br />
in <strong>de</strong> wereld, en wist hij het harmonisch uitgebouw<strong>de</strong> van <strong>de</strong> binnenstad te<br />
doorgron<strong>de</strong>n.<br />
Met driftzet hij ons het zware schouwspel <strong>voor</strong>, als hij zijn penseel zoo<br />
diep dooit in <strong>de</strong> atmosfeer <strong>de</strong>r stad, dat alleen Amsterdammers het in <strong>de</strong>n<br />
diepsten grond kunnen waar<strong>de</strong>eren. Niet <strong>de</strong> tourist die eens rondkijkt in<br />
Rembrandt's stad, maar slechts zij, die <strong>de</strong> diepe melancholie van <strong>de</strong>n<br />
winterschee toon, maar ook <strong>de</strong> vurige vlagen van bruisend leven die langs<br />
haar gevels strijken, kennen, weten Breitner's Amsterdam volledig te<br />
genieten. De internationale waar<strong>de</strong>ering van zijn werk heeft daaron<strong>de</strong>r<br />
303
gele<strong>de</strong>n. Als hij niet <strong>de</strong> bekendheid van <strong>de</strong> grootmeesters <strong>de</strong>r Haagscha<br />
school kreeg, clan, zoo heeft het mij steeds willen <strong>voor</strong>komen, is <strong>de</strong> onbekendheid<br />
met het specifiek Amsterdamsche schoon, <strong>de</strong> oorzaak.<br />
Slechts een enkele maal schijnt <strong>de</strong> zon langs <strong>de</strong> boomer van <strong>de</strong> gracht,<br />
en het zijn niet zijn beste werken die dat effect vertolken.. Grijs weer geeft<br />
het Amsterdamsche palet maximum uitdrukking, en als <strong>de</strong> grauwe sneeuw<br />
tegen <strong>de</strong> rosse somberheid van <strong>de</strong> winternamiddaglucht staat, dan is <strong>de</strong><br />
stad met iets eeuwigs geteekend. Maar met stoute kracht ontstel<strong>de</strong> het <strong>de</strong>n<br />
beschouwer, en zelfs <strong>de</strong> bijna dagelijksche omgang met een compleet werk<br />
van Breitner, ontneemt er het ontstellen<strong>de</strong> niet aan. ik kon dit controlearen<br />
aan „<strong>de</strong> Lauriergracht in <strong>de</strong> Sneeuw", het dierbare bezit van Arti et<br />
Amicitiae, waaraan ik, niettegenstaan<strong>de</strong> ik het bijna dagelijks <strong>voor</strong> Dogen<br />
heb, nooit „wen". De huizenrij, <strong>de</strong> sleeperswagen met het hulppaard <strong>voor</strong><br />
het tweespan, en rechts <strong>de</strong> struische Jordaansche met haar doek van<br />
hemelsch roze in het zware grauw van het geheel, behield macht over mijn<br />
ontroering, als weinig dingen in <strong>de</strong>n loop van mijn leven.<br />
De kou verstijft <strong>de</strong> menschen, maar <strong>de</strong> dieren bewegen zoo natuurlijk, dat<br />
het prachtig gebruik <strong>de</strong>r fotografie er uit valt af te lar<strong>de</strong>r. Breitner fotografeercie<br />
uitstekend ; Witsen <strong>de</strong>ed dat ook. Bart van Hove heeft mij in 1899<br />
verteld dat, bij gelegenheid van <strong>de</strong> huldiging van <strong>de</strong>n zeventigjarigen<br />
Duitschen genreschil<strong>de</strong>r Ludwig Kraus, Breiteer en hij, namens Arti et<br />
Amicitiae naar Berlijn gegaan waren. Geduren<strong>de</strong> het forte bezoek aan <strong>de</strong><br />
Duitsche hoofdstad nam Breiteer 200 foto's in <strong>de</strong> straten, <strong>voor</strong>al naar<br />
bewegen<strong>de</strong> menschen en dieren. De documentatie, <strong>de</strong> hulp aan zijn visueel<br />
geheugen, die <strong>de</strong> foto hem bood, heeft hij meesterlijk aangewend. Slechts ee<br />
enkele maal, ik herinner mij een sleeperswagen op een brug, heeft die documentatieh<br />
verra<strong>de</strong>n, als regel wist hij haar dienstbaar te maken aan zijn<br />
picturale expressie. En die werd tusschen 1890 en 1900 staag grootar en<br />
machtiger : <strong>de</strong> Reguliersgracht, <strong>de</strong> Paleisstraat, <strong>de</strong> bruggen met <strong>de</strong> meisjes<br />
in wind en regen, of in <strong>de</strong> sneeuw.... Het mid<strong>de</strong>n van Amsterdam staat<br />
ook in het mid<strong>de</strong>n van Breitner's werk: <strong>de</strong> Dam bij avond, <strong>de</strong> Dam met<br />
het schil<strong>de</strong>rachtige trambedrijf.<br />
Vaak zijn wij met dat schil<strong>de</strong>rachtig een slag achter. In <strong>de</strong>n tijd van <strong>de</strong><br />
paar<strong>de</strong>ntram spreekt menigeen van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rachtige diligence. Nu het<br />
te laat is, spreken wij van het schil<strong>de</strong>rachtige trampaard tegenover <strong>de</strong><br />
autobus, maar toen het nog tijd was heeft Breiteer het gezien, en het ons<br />
on<strong>de</strong>r het oog gebracht<br />
Ook in waterverf heeft hij <strong>de</strong> witte hoppen <strong>de</strong>r paar<strong>de</strong>n gegeven, tegen het<br />
spel van het blafar<strong>de</strong> licht van <strong>de</strong>n schel<strong>de</strong>n<strong>de</strong>n dag en <strong>de</strong> ron<strong>de</strong> en groene<br />
tramlichtjes, die zich als Fleurige slangetjes in <strong>de</strong> natte straat reflekteeren.<br />
304
Het herven in het lillen<strong>de</strong> vleesch van <strong>de</strong> binnenstad, b.v. bij het slaan van <strong>de</strong><br />
Raadhuisstraat in onzen grachtengor<strong>de</strong>l 1 Mr rcitncr tQt z{jn prachtige<br />
afbraken, op <strong>de</strong> wijze waarop van Gogh tot zijn verwelkte zonnebloemen<br />
)zwam. Picturale feesten zijn, on<strong>de</strong>r Breitner's penseel, <strong>de</strong> romantische<br />
wanor<strong>de</strong>n die hei houweel geschapen heeft, of die in <strong>de</strong>n nieuwbouw door<br />
onvoltooi<strong>de</strong> huizenblokken verkregen wer<strong>de</strong>n. Tusschen afbraak en <strong>de</strong>n<br />
nieuwbouw ligt <strong>de</strong> put, <strong>de</strong> heistelling en het grondwerk; onbe<strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>eld<br />
zoeker naar schoonheid in karakter, vindt hij on<strong>de</strong>rwerpen die niemand<br />
<strong>voor</strong> hem bevroed<strong>de</strong>.<br />
Zoo omstreeks 1900 kreeg men <strong>de</strong>n indruk dat Breitner achteruitging, hij<br />
verloor aan spanning en zijn kleurkracht boette in aan sonoren klank. Later<br />
heb ik mij wel afgevraagd of dit oor<strong>de</strong>el wel juist was, gedachtig zijn groote<br />
heiwerken, zijn grondkruiers en werkpaar<strong>de</strong>n, en ook zijn houthavens<br />
met <strong>de</strong> half besneeuw<strong>de</strong> houtvlotten. Zeper, zij zijn in een lichteren toon geschil<strong>de</strong>rd,<br />
maar ze zijn dan ook hel<strong>de</strong>r<strong>de</strong>r en geven meer ruimte, en dat<br />
laatste <strong>voor</strong>al is geen verlies. Maar al ware <strong>de</strong> scheppingsperio<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n<br />
kunstenaar vroeger geëindigd dan zijn leven, dan han dit slechts een tragische<br />
omstandigheid <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r zelf zijn, maar zij kan <strong>de</strong> geheel<br />
uitgesproken figuur van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r in onze kunst, niet scha<strong>de</strong>n. Die figuur<br />
is er Bene zooals Zola ze teelen<strong>de</strong> in „1' Oeuvre" , en in haar compleetheid<br />
een pure Amsterdamsche glorie, uitstralend over zeer begaaf <strong>de</strong> tijdgenooten.<br />
1 s a ii c I s r a ë 1 s was een buitengewoon vroegrijp schil<strong>de</strong>r, die op<br />
zestien jaar zijn va<strong>de</strong>r reeds respect afdwong met zijn : „Begrafenis van<br />
een Marinier", en „Kolonialen op <strong>de</strong> Rotterdamsche Willemsbrug". Reeds<br />
<strong>de</strong>ze start heeft hij, wat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen aangaat, met Breitner gemeen,<br />
maar hij schil<strong>de</strong>rt als jongen heel an<strong>de</strong>rs en omschrijft met zooveel <strong>de</strong>tail<br />
<strong>de</strong>n vorm dat hij nauwelijks een impressionist is. Dit veran<strong>de</strong>rt als hij<br />
in 1885 van Den Haag, waar hij <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie bezocht, naar Amsterdam<br />
bomt.<br />
't Wil mij steeds <strong>voor</strong>komen dat, zon<strong>de</strong>r Breitner, zijn weg een an<strong>de</strong>re<br />
had kunnen zijn.<br />
Zijn omzwervingen door <strong>de</strong> stad met <strong>de</strong>n acht jaar ou<strong>de</strong>ren meester, beinvloe<strong>de</strong>n<br />
hem aanvankelijk diep. Als Breiteer zal hij een schil<strong>de</strong>r van het<br />
volk wor<strong>de</strong>n, als hij, gaat hij <strong>de</strong> beweging in zijn figuren hartstochtelijk<br />
najagen. In <strong>de</strong> danstenten van <strong>de</strong>n Zeedijk noteert hij, met een aan Breiteer<br />
sterk verwant palet, <strong>de</strong> draaien<strong>de</strong> paren. Op <strong>de</strong> Amsterdamsche grachten<br />
schil<strong>de</strong>rt hij snel <strong>de</strong> dienstmeisjes en vangt er, tusschen <strong>de</strong> boomer, wat meer<br />
dan Breiteer, licht en schaduw als vluchtighe<strong>de</strong>n op. Trouwens Breitner's<br />
<strong>voor</strong>beeld wijst hem wel een richting, maar vindt bij Isaac Israëls op <strong>de</strong>n<br />
20<br />
305
duur zeker geen navolging ; Breitner's <strong>voor</strong>beeld vuurt hem aan. Hij is<br />
an<strong>de</strong>rs geaard, en <strong>voor</strong>al, <strong>de</strong> greep van Amsterdam op <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r is<br />
losser en laat hem spoedig vrij. Het licht ean Ile-<strong>de</strong>-France stemt in <strong>de</strong>n<br />
grond meer overeen met Israëls wezen. De luchtige gratie van Parijs, waar<br />
hij lang en geregeld gaat werken, oefent ook in het atmosferische sterken<br />
invloed op hem uit, zooals ook het zuivere en open licht aan het Scheveningsche<br />
strand hem ongemeen bekoort.<br />
Niet naar <strong>de</strong> kracht, maar naar <strong>de</strong> opperste picturale distinctie gaat zijn<br />
streven, hij on<strong>de</strong>rscheidt tot in <strong>de</strong> lichtste vibratie kleur en toon. Niet <strong>de</strong><br />
zwaarte van het in wezen zijn<strong>de</strong>, maar het ijle van <strong>de</strong>n schijn noteert hij<br />
met weergalooze vaardigheid. Elk nieuw werk is een waagstuk, in elke<br />
on<strong>de</strong>rneming speelt hij va-banque.<br />
Hij varieert op <strong>de</strong>n duur zijn on<strong>de</strong>rwerpen : modieus geklee<strong>de</strong> en ontklee<strong>de</strong><br />
vrouwtjes, <strong>de</strong> meisjes van <strong>de</strong> mo<strong>de</strong>zaken wisselen af met kermisgasten,<br />
ruiters in jachtcostuum nemen <strong>de</strong> plaats in van hin<strong>de</strong>ren op stran<strong>de</strong>zels,<br />
Parijsche parkwan<strong>de</strong>laars maken plaats <strong>voor</strong> Indische dansers en gamelangspelers,<br />
die hij op <strong>de</strong>n daltuin van zijn groote atelierwoning te<br />
's-Gravenhalte laat poseeren.<br />
Maar zijn manier, zijn werkwijze, eenmaal gevon<strong>de</strong>n, wijzigt zich niet<br />
meer. Het gecomponeer<strong>de</strong> figuurschil<strong>de</strong>rij, waar<strong>voor</strong> hij als jongen zooveel<br />
aanleg toon<strong>de</strong>, Deert hij resoluut <strong>de</strong>n rug toe, slechts een enkele maal gaat<br />
hij in het portret boven het snel schetsmatige uit.<br />
Telkens opnieuw zet hij zijn volle picturale vermogens in, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n strijd<br />
van één uur. Hij neemt geen maatregelen tegen een ne<strong>de</strong>rlaag, hij zoekt geen<br />
<strong>de</strong>kking en stelt zich nooit zeker. Als hij zich in niets langdurig vastbijt,<br />
dan strijdt hij toch niet min<strong>de</strong>r vinnig, al is zijn gevecht, als dat op <strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>gen, kort.<br />
Hij weet dat geen vlijt en geen hardnekkigheid hem Dunnen baten in het<br />
kansspel, dat hij speelt met <strong>de</strong> vluchtige natuur, waaruit hij zoo vaak als<br />
volledig overwinnaar te <strong>voor</strong>schijn Komt. Vraagt niet aan dit kansspel <strong>de</strong><br />
bevrediging, die een lang en diepgaand tweegesprek met <strong>de</strong> natuur U geven<br />
kan, maar aanvaardt dankbaar <strong>de</strong> opwinding die het U aanbiedt.<br />
Als zelfs van <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> gezegd wordt dat zij zijn kan „on first sight",<br />
geniet dan van dien eersten blik dien Isaac Israëls vasthoudt met een<br />
vaardigheid die, meer nog dan die van Breitner, <strong>de</strong>nken doet aan Hals.<br />
En die eerste blip is <strong>de</strong> zuiverste en <strong>de</strong> meest geraffineer<strong>de</strong> van zijn generatie.<br />
Wat <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen aangaat meer verwant, wat <strong>de</strong> manier betreft meer<br />
verschei<strong>de</strong>n dan Breitner en Isaac Israëls, waren Breitner en Willem Witsen<br />
levenslang bevriend. Kort na elkan<strong>de</strong>r gestorven, von<strong>de</strong>n zij hun laatste<br />
307
ustplaatsen naast elkan<strong>de</strong>r. Op <strong>de</strong> Ooster-begraafpiaats te Amsterdam<br />
kunnen <strong>de</strong> nu beroem<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rsnamen in een a<strong>de</strong>m gelezen wor<strong>de</strong>n. Als<br />
jongen heb ik W i 11 e m Witsen veel gezien, later hem mogen ontmoeten.<br />
Groot liefhebber van zwemmen (Zwam ik geregeld in <strong>de</strong> over<strong>de</strong>kte zwem-<br />
F. Bobeldijk, 1916, inktkrabbel naar Willem Witsen.<br />
inrichting aan „<strong>de</strong> Heilige Weg." ik had <strong>de</strong>ze zien bouwen op <strong>de</strong> plaats<br />
waar het ou<strong>de</strong> Amsterdamsche Spinhuis was gesloopt, slechts het fraaie<br />
poortje van Hendrik <strong>de</strong> Keyser bleef gespaard. Ik herinner mij niet alleen<br />
dat ik met mijn va<strong>de</strong>r een bezoek bracht aan het ou<strong>de</strong> cachot, maar in een<br />
mijner oudste schetsboekjes staan teekeningetjes van <strong>de</strong> massief eiken<br />
cel<strong>de</strong>uren, die met zware gren<strong>de</strong>ls en sloten waren overla<strong>de</strong>n, en als<br />
308
dingen uit een ver en romantisch verle<strong>de</strong>n (ten minste zoo leek het<br />
toen) mijn volle jongensbelangstelling had<strong>de</strong>n.<br />
De zweminrichting, <strong>de</strong> eerste over<strong>de</strong>kte die Amsterdam kreeg, was een<br />
groote attractie en ilk was een <strong>de</strong>r luidruchtigste bezoekers, maar<br />
zag ilk Willem Witsen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> douche staan, dan bond ik direct in,<br />
want wat <strong>de</strong>ze lange, sterkgebouw<strong>de</strong> man, die het zwartbehaar<strong>de</strong> hoofd<br />
wat <strong>voor</strong>over droeg, en die heel lang en schijnbaar onaandoenlijk on<strong>de</strong>r<br />
heete en bou<strong>de</strong> waterstralen stond, <strong>voor</strong> <strong>de</strong> kunst van het schil<strong>de</strong>ren<br />
beteeken<strong>de</strong>, wist ik. Was <strong>de</strong> „Winter" in hef Ste<strong>de</strong>lijk Museum, het licht<br />
Willem Witsen, fragment van een ets, <strong>de</strong> Schaapher<strong>de</strong>r.<br />
309
esneeuw<strong>de</strong> huizenrijtje op <strong>de</strong> Ou<strong>de</strong> Schans, dat zich op een druileriger<br />
doormiddag spiegelt in goor water waar ijsschollen drijven, niet een meesterwerk,<br />
waar wij, jongens, stil van wer<strong>de</strong>n, en was ik nu dit bewijs van eerbied<br />
niet evenzeer <strong>de</strong>n maker schuldig ? Een onzer had eens gezegd : „Zie, aan<br />
<strong>de</strong> rust, aan <strong>de</strong> waardigheid van dit schil<strong>de</strong>rij hun je zien dat <strong>de</strong> Witsen's<br />
in vorige eeuwen burgemeesters van Amsterdam waren." Dit werd gezegd<br />
tientallen jaren vóór geschreven werd „Amsterdam zien als een hooghartig<br />
patriciër, was een van <strong>de</strong> eigenschappen die Witsen lang had...."<br />
An<strong>de</strong>re eigenschappen, die wel eens te veel uitgespeeld wer<strong>de</strong>n ten opzichte<br />
van zijn olieverfschil<strong>de</strong>ren, waren zijn formidabele grafische kwaliteiten.<br />
Vooral wist hij door aquatint zijn zuiver gevoel <strong>voor</strong> valeurs in zijn<br />
etsen tot uiting te brengen. Zijn heele Dun<strong>de</strong> en distinctie maakte hij dienstbaar<br />
aan een uitbeelding van Amsterdam, die veel min<strong>de</strong>r spontaan engel is<br />
dan die van Breitner, maar die als zelfstandige vertolking haar plaats heeft<br />
naast die van Breitner, zooals een meer bezadig<strong>de</strong> natuur zich lean laten<br />
gel<strong>de</strong>n tegenover een driftig temperament.<br />
Hij is zeker niet alleen <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rlijke vertolker van Amsterdam, maar hij<br />
is het ook, tusschen 1888 en '91, geweest van Lon<strong>de</strong>n, waarvan hij <strong>de</strong><br />
grootheid en het massale van bruggen en pleinen heeft gegeven met een<br />
macht, die hij later misschien niet meer had.<br />
Hij beeld<strong>de</strong> ook het landvolk, zwaar tegen <strong>de</strong>n avondhemel of fel in <strong>de</strong> zon<br />
van <strong>de</strong>n middag, met groote forschheid van silhouet. De inspiratie van<br />
Millet laat zich aflezen van zijn, overigens volkomen Hollandsche,<br />
schaapher<strong>de</strong>rs of aardappelenrooiers. Reeds met <strong>de</strong> eerste serie van zijn<br />
buitenfiguren, die hij in zijn doorwerkte etstechniek uitgaf, verkreeg hij <strong>de</strong><br />
aandacht van <strong>de</strong> picturale wereld.<br />
Als hij in later jaren aan pracht en <strong>voor</strong>al ook aan lust tot scheppen<br />
inboette, forceer<strong>de</strong> hij toch, door menig eenvoudig portret of bloemstuk,<br />
<strong>de</strong> achting, <strong>voor</strong> een nog steeds groot bunnen, van zijn pairs.<br />
Willem Witsen met iets van Thijs Marrs, zou een omschrijving kunnen<br />
zijn van het werk van een schil<strong>de</strong>r die wel eens een Amsterdamsche gracht<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, maar gewoonlijk aan <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong>ljken buitenkant van <strong>de</strong> stad zijn<br />
on<strong>de</strong>rwerpen vond, indien niet met <strong>de</strong>n naam Eduard K a r s e n<br />
een sterk origineel talent werd aangeduid. Hij is <strong>de</strong> rustigste en meest<br />
in zichzelf besloten picturale persoonlijkheid van <strong>de</strong> Amsterdamsche School.<br />
Zijn duister palet is <strong>de</strong> uitdrukking van dwepen<strong>de</strong> lief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ongereptheid<br />
van boerenbehuizing en erf. Hij geeft <strong>de</strong> romantiek van zijn va<strong>de</strong>r<br />
Kasper, maar in een oneindig zwaar<strong>de</strong>ren tijd. Zijn schil<strong>de</strong>ring in toon,<br />
die op <strong>de</strong>n duur inboet aan klank, heeft een schoone gebon<strong>de</strong>nheid, die <strong>de</strong>n<br />
beschouwer tot mijmeren en droomen brengt. Een tegenbeeld van Isaac<br />
310
M. Bauer, krijtkrabbel, Benares.<br />
311
Israëls is <strong>de</strong>ze Eduard Kansen, die alles wat vluchtig is ontgaat, die met<br />
hardnekkigheid in zijn kleine schil<strong>de</strong>rijtjes het langzame nastreeft, en in een<br />
kunst, zon<strong>de</strong>r weidschheid, dieper tast dan op'teerstegezicht mogelijk schijnt.<br />
Aan <strong>de</strong> lichtlooze somberte waarin soms Kansen vervalt, doet het werk'<br />
van <strong>de</strong>n iets ou<strong>de</strong>ren, in 1857 geboren, Haagschen figuurschil<strong>de</strong>r M. v a n<br />
<strong>de</strong>r M a a r e 1, <strong>de</strong>nken.<br />
Deze heeft wel weidschheid, maar <strong>de</strong> doodsheid van zijn in al te<br />
gelijkmatige toets geschil<strong>de</strong>rd werk, maakt te zel<strong>de</strong>n plaats <strong>voor</strong> <strong>de</strong> diepe,<br />
fonkelen<strong>de</strong> kleur, die hij nastreeft.<br />
Aan Karsen's zorgvuldig architectuurschil<strong>de</strong>ren doet een enkele maal<br />
F l o r is V e r s ter <strong>de</strong>nken. Deze Lei<strong>de</strong>rsaar was een jaar eer<strong>de</strong>r dan<br />
Karren geboren, in 1861. Op een avondteekenschool kreeg het joggie les<br />
van <strong>de</strong>n jongen teekenleeraar Brenner. later zal hij in menig bloemstuk<br />
en stilleven diens schil<strong>de</strong>rdrift nabijkomen, als fonteinen van pralen<strong>de</strong><br />
kleuren ontspringen aan zijn palet. Maar er is ook een an<strong>de</strong>re Venster, die<br />
van <strong>de</strong> Leidsche stadsteekeningen of van het Oegstgeestsche buurtje. In dien<br />
Venster steekt iets van Karsen's zorgvuldigheid, hardnekkigheid en bezinning.<br />
Later, zullen stillevens als „<strong>de</strong> T innen Kannetjes" en „<strong>de</strong> Eieren"<br />
van die veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> gezindheid blijk geven, zon<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n rijkdom en <strong>de</strong>n gloed<br />
van zijn zware ron<strong>de</strong>n, groenen en gou<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> zooveel natuurlijker<br />
geboren, vroegere werken, te doen vergeten.<br />
M. Bauer, inktteekening, Russische be<strong>de</strong>laars.<br />
312
Keergin wij tot Amsterdam terug, dan weten wij dat in het Rijksmuseum<br />
<strong>de</strong> werken van Breitner en Bauer dicht bijeenhangen, en <strong>de</strong> kern vormen<br />
van <strong>de</strong> opstelling <strong>de</strong>r werken met <strong>de</strong> Amsterdamsche School. Want, hoewel<br />
Mari Alexan<strong>de</strong>r JacquesBauernietteAmsterdammaar<br />
te 's-Gravenpage geboren is, brillante studies maakte aan <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie en in het Pulchri-milieu zijn eerste ontwikkeling vond, is toch<br />
zijn latere grootheid aan Amsterdam gebon<strong>de</strong>n. Indien <strong>de</strong>ze reiziger, naast<br />
het Oosten, nog een tehuis gehad heeft dan is dat bij, of in, Rembrandt's stad.<br />
Reiziger ? Als geen an<strong>de</strong>r Hollandsch schil<strong>de</strong>r 1<br />
De gou<strong>de</strong>n Hoorn of <strong>de</strong> Nijl eerst, Moskou en het Kremlin, <strong>de</strong> Ganges en<br />
Benares later, om ten slotte <strong>de</strong> J3oroboedoer en Bali te bezoeken.<br />
„Om recht te genieten van Istamboel moet je een beetje verbeelding hebben,<br />
en steeds <strong>de</strong>n boel aanzien zooals het heeft kunnen zijn, en zeker ook<br />
geweest is, <strong>voor</strong> een paar hon<strong>de</strong>rd jaar."<br />
Naast verbeelding had Mari Bauer <strong>voor</strong>stellingsvermogen, dat oneindig meer<br />
waard is, en in een mate die hem waarlijk in staat stel<strong>de</strong> het parfum van<br />
het verle<strong>de</strong>n toe te voegen aan <strong>de</strong> lucht van het he<strong>de</strong>n. Geboren met een<br />
„teekenhand" zoo soepel, zoo vrij, zoo los, dat, ofwel hef lijntje van zijn<br />
krabbel alles en precies geeft wat het brein opnam, ofwel uit een gewirwar<br />
van streepjes wordt <strong>de</strong>n beschouwer <strong>de</strong> leus gelaten, waardoor <strong>de</strong>ze actief<br />
betrokken wordt in het werk, op <strong>de</strong> wijze van Rembrandt. Vanuit <strong>de</strong><br />
geboorte had hij vele gaven, maar zijn hooge en onwrikbare plaats in <strong>de</strong><br />
...<br />
e<br />
M. Bauer, teekening in inkt.<br />
313
kunst van zijn tijd en van zijn land verover<strong>de</strong> hij in een leven, dat zeldzaam<br />
uitsluitend aan <strong>de</strong>n arbeid werd gewijd. Gecultiveer<strong>de</strong> geest als<br />
weinigen, was zijn bree<strong>de</strong> en diepe beschaving <strong>de</strong> steun van zijn picturaal<br />
wezen, en niet omgekeerd. Zijn mondiale succes dankt hij aan zijn<br />
etswerk. Wij moeten terug tot Rembrandt om een grafisch oeuvre te<br />
vin<strong>de</strong>n van <strong>de</strong>zen snit. Zijn groote, zoo oneindig doorwerkte prenten<br />
hebben hun weerga niet.<br />
Fantastisch ? Men zij <strong>voor</strong>zichtig. Als het U gegeven was zijn schetsbla<strong>de</strong>n<br />
en notitieboekjes te doorbla<strong>de</strong>ren, ge zoudt U rekenschap geven<br />
van <strong>de</strong>n Hollandschen aard van zijn kunst, die uit <strong>de</strong> zuiverst opgenomen<br />
détails het geheel construeert. 'n Studiezin bleef tot het ein<strong>de</strong> van zijn bestaan<br />
levend in hem. Op zijn eerste reizen naar het verre Oosten noteert hij op het<br />
blauw-gelinieer<strong>de</strong> pocketbook in fijne lijntjes als van een etsnaald, met<br />
potlood of krijt, alles wat een zoekend en geboeid oog speurt in vreem<strong>de</strong><br />
grondformatie, won<strong>de</strong>rlijke architectuur of uitheemsche menschelijkheid.<br />
Hij doet dat aanvankelijk scherp en juist, om aan het eind van <strong>de</strong>n tocht,<br />
of bij een twee<strong>de</strong> reis, met enkele vlekken het schil<strong>de</strong>rij te noteeren dat hij<br />
er van zal maken. Het verwezenlijken, later in <strong>de</strong> Aer<strong>de</strong>nhoutsche of<br />
Amsterdamsche werkplaats, zal dan toch nog blijven hef hachelijk avontuur<br />
dat <strong>de</strong> geboorte van een Kunstwerk steeds is, en zal hem vaak het hoofd<br />
in <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n doen nemen en uitroepen dat hij <strong>de</strong> ongelukkigste <strong>de</strong>r menschen<br />
is.... Maar het effect blijft luchtig en spelend, <strong>de</strong> smaak als van zoete<br />
confiture, <strong>de</strong> geur als van een bloem, terwijl alles een elegante allure heeft<br />
die wel eens misverstaan werd als zorgeloosheid. Meer toegewij<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r<br />
dan Bauer is er in <strong>de</strong> school niet geweest, al was hij dan ook <strong>voor</strong>al graficus.<br />
Niet dat zijn schil<strong>de</strong>rijen in olieverf niet schoon en evocatief zijn, 'maar<br />
aan ets en waterverf teellening gaf zijn schrift een luister, die niet zoo gemakkelijk<br />
en natuurlijk van het olieverfpalet op het doer kwam. Hij<br />
werd een groot waterverfteekenaar, met <strong>de</strong>n nadruk op teekenaar. Want niet<br />
op <strong>de</strong> wijze van 'n Weissenbruch of 'n Neuhuys be<strong>de</strong>lt hij het papier, of<br />
beter, lost hij het papier op in <strong>de</strong> waterverf, maar zijn penseel streelt het<br />
vlak waarvan het wit tot leven wordt gebracht.<br />
ik wees er el<strong>de</strong>rs reeds op dat Bauer <strong>de</strong> Benige groote <strong>voor</strong>tzetter was van<br />
I3osboom's waterverf teehenen. Hij had met <strong>de</strong>n Haagschen grootmeester<br />
ook gemeen zijn zin <strong>voor</strong>, en kennis van, architectuur. In dit verband mag<br />
er op gewezen wor<strong>de</strong>n dat ook Breitner <strong>de</strong> <strong>voor</strong>treffelijke weergave van<br />
bouwkunst, gegrondvest op zijn kennis ervan, nastreef<strong>de</strong> en bereikte. De<br />
Nieuwe Kerb op <strong>de</strong>n Dam te Amsterdam is met juisten zin <strong>voor</strong> proportie en<br />
met volmaakte Dennis van het <strong>de</strong>tail, op het doek gekomen. Maar Bauer<br />
is een kundiger en vaardiger teekenaar, en hij noteert met natuurlijk gemak<br />
314
of •7<br />
M. Bauer, inktteekening.
alle on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>elen van <strong>de</strong> meest uitheemsche bouwkunst, waarover hij in zijn<br />
aquarellen en etsen niet journalistisch verhaalt, maar ze opneemt in zijn<br />
picturale visie, waarin mensch en dier toch <strong>de</strong> hoofdrol vervullen : hef<br />
gedrang in <strong>de</strong> straten van Bagdad, <strong>de</strong> menigte die <strong>de</strong> Ganges afdaalt te<br />
Benares, kameelen bij Cairo, olifanten te Delhi, maar ook <strong>de</strong> Maleische<br />
die een bloem neerlegt bij diet I3ouddhabeeld. ...<br />
Hoe verschei<strong>de</strong>n toch is <strong>de</strong> individualiteit aan <strong>de</strong>ze picturaal verbon<strong>de</strong>nen!<br />
Naast Bauer op zijn tapijt uit <strong>de</strong> 1001 Nacht, <strong>de</strong> „boersche" instelling<br />
van 'n Poggenbeek, die bij zijn ]koebeesten en Dalveren blijft. G. J. H.<br />
Pogg e n b e e k blijft er waarlijk zoo dicht bij als een Mauve. Hij is<br />
mét zijn halveren in die sappige wei<strong>de</strong>n met dotterbloemen, die hij schoon<br />
uitbeeldt. Te jong gestorven, hij werd juist vijftig jaar, gaf hij <strong>voor</strong>al in<br />
waterverf <strong>de</strong> verbon<strong>de</strong>nheid van vee en wei<strong>de</strong>, gras en hemel, tot die<br />
weel<strong>de</strong>rige volheid, die alleen hef Hollandsche pol<strong>de</strong>rland biedt.<br />
N i c. E a s t e r t, met Wien Poggenbeek zeven jaren samenwerkte,<br />
wiens invloed hij on<strong>de</strong>rging, en die met hem naar Frankrijk reis<strong>de</strong>, werd een<br />
kerngezond Hollandsch landschapschil<strong>de</strong>r. Sommigen prefereeren zijn eenvoudige,<br />
vroege studies, boven <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> riviergezichten als <strong>de</strong> Vecht. De<br />
besten er van hebben echter een frischheid in <strong>de</strong>n opzet, een hel<strong>de</strong>rheid in<br />
<strong>de</strong>n lichten<strong>de</strong>n wolkenhemel, een kristallijnen puurheid in het spiegelen<strong>de</strong><br />
water, die ze een aantrekkelijke natuurlijkheid geven.<br />
Die natuurlijkheid hebben ook <strong>de</strong> pretentielooze werken van J. H.<br />
W ij s m u 11 e r en <strong>de</strong> beste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> havengezichten van H. W. ,J a ns<br />
e n. Ook A. M. Gorter was een vaak gelukkig en steeds vaardig<br />
uitbeel<strong>de</strong>r van Gel<strong>de</strong>rsche dreven, Achterhoeksche boerenplaatsen, en van<br />
opgaand geboomte langs slootomran<strong>de</strong> wei<strong>de</strong>n. Hij nam in <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
formatie een soortgelijke plaats in als T h eo ph i 1 e d e Bo c h<br />
in het Haagsche milieu....<br />
Mag ik ze weer opnemen in <strong>de</strong>n roem van <strong>de</strong> meesters, die tientallen van<br />
schil<strong>de</strong>rs die, min<strong>de</strong>r éclatant begenadigd dan hun gelukkiger confraters,<br />
het gros van het leger versterkten, dat <strong>de</strong>n opmarsch naar <strong>de</strong> schoonheid<br />
mogelijk maakte van een begaafd geslacht, dat na <strong>de</strong> Haagsche meesters<br />
gekomen, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> benaming Amsterdamsche School wordt samengevat.<br />
Die opmarsch naar <strong>de</strong> schoonheid was echter niet zoo eensgezind en zoo<br />
eensgericht als die van <strong>de</strong> meesters <strong>de</strong>r Haagsche School. Het absolute<br />
schil<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> vorige generatie, waarin <strong>de</strong> kleur, geheel on<strong>de</strong>rworpen<br />
aan <strong>de</strong>n invloed van het licht, en waarin <strong>de</strong> lijn slechts <strong>de</strong>grees was tusschen<br />
kleur- en toonwaar<strong>de</strong>n, riep reacties op die, gevoed door literairen smaak,<br />
en door <strong>de</strong> van Engeland over Europa vaardig gewor<strong>de</strong>n belangstelling<br />
316
^r '^ ^ pittili`1^^► ^^/<br />
►<br />
,<br />
.,,<br />
^<br />
^+,+^^^^^l,^I<br />
^^^^<br />
^ l<br />
1,/,p,',//,'// ^ f/ti'i/lii'<br />
Il ^<br />
{ ^, i !Ii^ Ij^^^^ ^,<br />
, /^<br />
, ill/I II^ ^'^^ /II, /,,<br />
^Í1^,^,,^/.^<br />
► ,<br />
;1100,4A/it ^^1,-,l<br />
.<br />
^^ ^l^^ ^^ ^, ►<br />
s'y<br />
► !^ ^ ^^ ^I ^h, ^,^<br />
i ^ ^'<br />
r j,i,,,ti,/t,i1/,,<br />
I<br />
. ^.^ ^„, ^ ► ^<br />
Ill<br />
I . +tij(<br />
I<br />
^ ^•,^:<br />
111<br />
í<br />
^ ,i<br />
^<br />
,^ ^ ^ ^i^.<br />
.<br />
, ^^1+'^^ i ^^^ ^; ^<br />
`^^ ^<br />
Iiiii/i,,,it,i//,',,,/ ^^<br />
l ,<br />
^I,'l^ ^I^ ^, iii `<br />
^^^' ^^^^'^^<br />
+<br />
1.<br />
^<br />
^^<br />
^^, ^ ^r ^ , ^,<br />
,^,.^,^, I 1<br />
",^^, ^'i^^„f, ^^,,,^<br />
^^<br />
,I +' ^,+^^^ ^/^^ ' ^^^/<br />
^, ^ pi^ l ^ ! ^^^<br />
I^,^^<br />
^<br />
^ ^^'^^^<br />
;4,, ,',,i0i)1,),';,?(///,',/,<br />
'^,^<br />
,,^i^ ^<br />
^^ +l,^ ^,,,^Í ^<br />
^ ^ ^^,I^I r ' / ^^i,^<br />
^^<br />
^,; ^ ^^^<br />
4,i<br />
! ;^ , l, f' ,,, ^<br />
: I ^^;l ^^ ^^ ^^ ,<br />
^,•^^<br />
k'3;<br />
^,1/11,//ii-,11 1,1/<br />
r, ► ,^I,1 j ,<br />
►11 ^ r, , - lilrfi I / ^^^' ^^ i I, ^,^^^!^l^I^^<br />
,^ I,, ► ^ , . ,,l ^<br />
, l ' (+' ^II;,+i^'^^^!1, 01 '^•^I ^<br />
+^ f<br />
l I ' I^il , 1,,'l^i i<br />
^^<br />
'j ^IIII' I '^I^) ^' ^ '7J<br />
i ' + t<br />
i ^^l^ ^ ^ 1 ^/<br />
;<br />
( ^ ./^ ^<br />
^ ^ ^ I I, + ^ ► ;^ I,I ^ ^^ , + ' ^<br />
^ ,^ I I<br />
^Í , ► ^ ► ^,i^!'^^:,^ ^^^10 ^ ,, ,> >^ ,^ If<br />
^I, ^ ' I ^ ► ,I^I^I^1',';I^^^ ► ,;^^;, ,, JJ ; 1<br />
I,• , ^, f ' ( /+^^^^^^ !. ^^ ! ^1^^1 I;^ ..<br />
^ ^ ^,, Í^^^^', ^,^ , ,^^ Ih ^ ,I^<br />
1<br />
'<br />
: 0"1!;i , y. ^ ! ^^^ ” í^l'l^<br />
;1i-,I,,,^^s, l ,<br />
,<br />
tfli 1<br />
^<br />
?^^l^lj I a '^ 41^. (I<br />
\li<br />
^^^^<br />
,<br />
I 41';',;;;;<br />
+,, i,<br />
^,^ ^<br />
Ait<br />
^^^ ^I^<br />
^<br />
,^^Il<br />
^ ii ,^'<br />
i ^^ ^ ^,,^, ^ ^^^ +^ ^^^^ i ',<br />
^/ ^'^ '^^^^ i^<br />
I 4^^ /^/^, ,^ I ^( ^ ^^ , I ^I^ ^,<br />
^ ^` I^ ^<br />
l I ' ^, '^ ^ Í çl<br />
/^ , i r, I I^<br />
^ï►^ . -<br />
,–.<br />
t!'<br />
' ' ^/ ►<br />
'^^<br />
'4Jj1<br />
^ ;, ^<br />
itt<br />
^,<br />
^<br />
/<br />
IIi^<br />
!^ ^ ^,<br />
. ^ '^ ^ ^ ►<br />
N^ it /(4)1,', /'<br />
^ ^ - ^^<br />
^^ ^ l, I^r^<br />
pM^.!^i► ^^►,^^^ ,^^, ^^<br />
► ^ ^<br />
^^ ,r+:^ A/<br />
^„^:: :^•;^^I^I^ ^ '^^^^ i<br />
I<br />
^<br />
,<br />
^iir^^„^i^^^rl I^ (' II I+ 'I I<br />
"''i^^'^'i^:^ j ^^^ ^j<br />
^ f ^ f' I<br />
;i^^ ^;"'^^Í/^ll ^^^<br />
/ ^ ^^<br />
^i • /1:'1' 1I ;^^r^ i^!^%^^ ^`.Illl.+l ,!^I ^^•l / ^I^^I ^ I<br />
^^i^^^R iii^Ó! 7;^ ^^í^1 I l<br />
, ..,. :,r<br />
. ,,,<br />
Í rr ILfI ^ /^`^ j 'III<br />
'i ^t11^ ^„^:: ::i ii1^i"^^! ^^t/ ,^^'I<br />
^^ r.,<br />
. ^ ,:: , : ' ^'<br />
^ / 1I<br />
^^;; ^^ ^^ „^^^^r^. ^I'^► '^^1^+<br />
^.^.,^^^'^^ir^i'^^iN1'.,,,' I^IÍÍ^ ► 'l^ ^^'41 ^ ^ I<br />
j'^^^;;.;:^ . ^;;,.^.:^1^ ,<br />
,<br />
^^ I^ ^ r ^ ^ , ^Ir^^ ,,,,,• ^:^;;<br />
+ ^ I ^ ^<br />
^ ^ ^^i<br />
, ,.;,.,. . . - . ,, ;.: y^ II ' ^ , ,r^/ ' ^^ ^^'^'` 1 ^^,<br />
%.1,i;:',9-. ^ % ^ 'ï%^^ l ^,^ ^ 0 , 0'0 ^ 1 ! I^^^ ^1^'<br />
^, ► ^%^..''..f!,..:',/<br />
I 1'<br />
,,,..^<br />
. ^ , ^ ^ ^ ^ I ^I ^^<br />
:i^^;^^'^,i^i,^: l ^ ,<br />
1, 1 +<br />
: , . ^I'I,+`'',I'^' ^<br />
^ ! ,^ I<br />
r ,^'';' ^^ ' , ^^ ^ g' # ^ ^ ^^^i+, ^<br />
^ ^+ ^^^ ^<br />
^^^ r ^';'^,j l,' ,I o^ 04 1/ 01110 ^,^ I I r ,^^ ^<br />
, :..: ,,, ^ ;, ; ” ^'^' . 1 ^'; ^^ ^ ^ I (^' 1 t,<br />
^r i<br />
^ ",,., ^'i , (^, ►^^^ , ^^I^ ^<br />
► Í ^^<br />
^^^<br />
^.^<br />
4#/'<br />
^1;;' l ';: ' '^ U lv ^^<br />
'<br />
' ^^ ^+^^^ , ^i,^ ,<br />
I^ r, ^ „I{^ 1^ l ^ ^, 1 ^1 ^ 1 ^ ^'^<br />
^^ ^/ ^ '^ • ^^I^^, ^( i^<br />
♦ ^ ,<br />
. 4,0;ii ^^, l l^i`,<br />
^^ ^^' 1 ^ , ^l, ^ I ^^ ^<br />
^ ^,^
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> nijverheidskunsten, aan het on<strong>de</strong>rwijs en aan <strong>de</strong> lijn, nieuwe<br />
waar<strong>de</strong> toeken<strong>de</strong>n.<br />
Als in <strong>de</strong> Amsterdamsche School zuivere impressionnisten, als Breiteer<br />
en Isaak Israëls, <strong>voor</strong>aan gingen, dan zullen er on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs van<br />
1880 ook zijn als Veth en Haverman, Derkin<strong>de</strong>ren en<br />
Too r o p, die niet als zoodanig bunnen wor<strong>de</strong>n aangemerkt.<br />
Wantrouwend, evenzeer tegenover <strong>de</strong> volstrekte weergave <strong>de</strong>r impressionnisten<br />
aan het zichtbare schoone, als tegenover <strong>de</strong>n uitsluiten<strong>de</strong>n hartstocht<br />
van het schil<strong>de</strong>ren, bomt een kritische zin tot uiting, die literaire<br />
werkzaamheid bij hen oproept.<br />
Een enkele, Jacobus van Loo y, hoog begaafd schil<strong>de</strong>r, wordt<br />
dit in <strong>de</strong> Dogen van het publiek, als hij <strong>de</strong> schrijfpen ter hand neemt,<br />
zóó indrukwekkend, dat hij in zijn schil<strong>de</strong>ren met verf en penwelen,<br />
wordt on<strong>de</strong>rschat.<br />
Y a n <strong>de</strong>r V a 1 k is misschien <strong>de</strong> eerste die naar pen en schrijfpapier<br />
grijpt; Jan V e t h is zeker niet <strong>de</strong> minste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schrijvers in „<strong>de</strong><br />
Nieuwe Gids", en <strong>de</strong> Weekbla<strong>de</strong>n „<strong>de</strong> Amsterdammer" en „<strong>de</strong> Kroniek"<br />
wij<strong>de</strong>n kolommen aan schil<strong>de</strong>rsbewon<strong>de</strong>ringen, schil<strong>de</strong>rsverontwaardigingen,<br />
en bijten<strong>de</strong> satire.<br />
Mais tout cela, eest une autre histoire, waarover in een volgend hoofdstuk<br />
verhaald zal wor<strong>de</strong>n.<br />
Floris Verster, krijtkrabbel.<br />
318<br />
rio-vr^^ V/t..o' .
I<strong>de</strong>ffectiolirme -
Jan Veth, inktschets, Prof. C. H. Bakker.<br />
320
VIII.<br />
Het intellectualisme en <strong>de</strong> nijverheidskunsten lei<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>treffelijke<br />
kTachien Van <strong>de</strong>n hoJIieg win het Ho1Iidiehe<br />
schil<strong>de</strong>ren af.<br />
e indruk, dien het werk van een kunstenaar op <strong>de</strong>n tijdgenoot<br />
maakt, wordt vaak me<strong>de</strong> bepaald door <strong>de</strong> eigenschappen<br />
van <strong>de</strong>n kunstenaar op an<strong>de</strong>r gebied dan het zijne. Treffen<strong>de</strong> <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n<br />
heb ik daarvan aan te wijzen. Een portret van Jan Veth was <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
„ontwikkel<strong>de</strong>n" beschouwer omhangen met veel van <strong>de</strong> „brio" van <strong>de</strong><br />
persoonlijkheid van <strong>de</strong>zen, naar zoo vele zij<strong>de</strong>n begaaf<strong>de</strong>n, man. Vóór<br />
zij hef zagen had<strong>de</strong>n velen reeds een <strong>de</strong>nkbeeld omtrent een nieuw werk<br />
van <strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r, wiens ponst-politiele gaven heel groot waren.<br />
Niet alleen dat <strong>voor</strong> velen het eens geklasseer<strong>de</strong> reeds waar<strong>de</strong>vol is, maar<br />
het zien met <strong>de</strong> hersens is nu eenmaal <strong>voor</strong> meer<strong>de</strong>ren gemakkelijker dan<br />
het zien met <strong>de</strong> ooggin.<br />
Geslachten die een kunstenaar niet hebben gekend, zijn persoonlijke charme<br />
niet hebben on<strong>de</strong>rgaan, begrijpen dan ook vaak weinig of niets van <strong>de</strong><br />
waar<strong>de</strong>ering door <strong>de</strong>n tijdgenoot. Het beste <strong>voor</strong>beeld dat mij nu <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n<br />
geest komt is, wat genoemd zou Dunnen wor<strong>de</strong>n, het misverstand Mignard.<br />
En Rigaud, én Largillire prefereert nu ie<strong>de</strong>reen, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>rs<br />
ten tij<strong>de</strong> van Lo<strong>de</strong>wijk XIV, boven Pierre Mignard, die blijkens onwraakbare<br />
getuigen, door <strong>de</strong> tijdgenooten boven <strong>de</strong> genoem<strong>de</strong> meesters gesteld<br />
werd. Als in zijn „les Caractères ou les Moeurs" La Gruyére schrijft: „V.<br />
est un peintre, C. un musicien, et l'auteur <strong>de</strong> Pyrame est un poète ; mais<br />
Mignard est Mignard, Lolly est Lolly et Corneille est Corneille", dan geeft<br />
hij hierme<strong>de</strong> uitdrukking aan <strong>de</strong>n indruk, die <strong>de</strong> blijkbaar overrompelen<strong>de</strong><br />
persoonlijke eigenschappen van Mignard, wiens werken door het nageslacht<br />
als te zoet en als zon<strong>de</strong>r karakter wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n, op <strong>de</strong>n<br />
tijdgenoot maakten.<br />
Simplistisch <strong>de</strong>nken velen: een knap man moet, als hij schil<strong>de</strong>rt, ook een<br />
knap schil<strong>de</strong>r zijn.<br />
Simplistisch is het echter ook, als het publiek gemakshalve een veelzijdig<br />
kunstenaar klasseert, acht slaan<strong>de</strong> op één zij<strong>de</strong> van zijn begaafdheid en<br />
werkzaamheid. De Fransche schrijvers beschouw<strong>de</strong>n lang <strong>de</strong>n auteur van<br />
21 321
„Dominique", Eugne Fromentin, als een schil<strong>de</strong>r, terwijl <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs in<br />
hein <strong>voor</strong>al <strong>de</strong>n schrijver zagen. Ook J a c. v an Loo y heeft ten<br />
onzent hieron<strong>de</strong>r gele<strong>de</strong>n en zijn ergernis niet <strong>voor</strong> zich kunnen hou<strong>de</strong>n.<br />
Bij herhaling heeft hij zich beklaagd dat het publiek hem on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Hollandsche<br />
schrijvers van hooggin rang had geplaatst, maar daarme<strong>de</strong> dan ook<br />
van hem af wil<strong>de</strong> zijn. Gaarne werd volop eer gegeven aan <strong>de</strong>n schrijver van<br />
„Jaapje", „<strong>de</strong> Nachtcactus" of „het Stierengevecht", maar dit ging dan<br />
z.i. ten hoste van <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ering, waarop hij zelf meen<strong>de</strong> recht te hebben<br />
als schil<strong>de</strong>r. Die placht was niet ongegrond, en hef on<strong>de</strong>rschatten van fac.<br />
van Looy als schil<strong>de</strong>r, hield verband met'n zelf<strong>de</strong> soort simplisme dat vaal<br />
een artist, op straffe van broo<strong>de</strong>loosheid, in een genre knel<strong>de</strong>, dat vrij<br />
willekeurig door het publiek werd aangewezen : Mauve moest schapen<br />
schil<strong>de</strong>ren, en Willem Marts koeien, want, zoo re<strong>de</strong>neer<strong>de</strong>n vele tentoonstellingbezoekers<br />
in hun on<strong>de</strong>rbewustzijn : „Er is mij alles aan gelegen<br />
dat ik op een expositie reeds in <strong>de</strong> verte zien lean wie <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r van een<br />
schil<strong>de</strong>rij is. Waar zou 't naar toe gaan als ik een Mauve niet herlen<strong>de</strong> of<br />
mij in een Willem Marts vergiste ? Den stijl, het schrift van <strong>de</strong>n meester<br />
kan ik toch niet herbennen, maar zijn on<strong>de</strong>rwerpen kan ik tenminste<br />
onthou<strong>de</strong>n." Schil<strong>de</strong>rs die zich, via <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l, dit publieke<br />
standpunt lieten opdringen, hebben hiervan, ten koste van hun lunst,<br />
vaak financieele vruchten geplukt.<br />
Het opsluiten van een schil<strong>de</strong>r in een genre heeft, ik heb het vaak gezien,<br />
groote bezwaren. Men moet een zeer krachtige persoonlijkheid zijn om zich<br />
niet in een genre te verarmen, maar om in een beperking rijk te zijn, en het<br />
te blijven. Zeldzaam zijn b.v. <strong>de</strong> uitsluiten<strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>rs die zich<br />
van gemanieerdheid vrijhou<strong>de</strong>n, als zij niet geregeld een heilzame vlucht<br />
nemen in een geheel an<strong>de</strong>r genre. Wijs zijn <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>rs die, na lang<br />
achtereen zwarte jassen geschil<strong>de</strong>rd te hebben, naar bloemen grijpen om<br />
in die kleurigheid zich <strong>de</strong> Dogen te spoelen.<br />
On<strong>de</strong>r het publiek zijn er die weten, dat het <strong>voor</strong>tgezet portretschil<strong>de</strong>ren<br />
in vele gevallen een zekere matheid bij <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r tengevolge heeft,<br />
en doen daarom portretbestellingen bij landschapschil<strong>de</strong>rs. Zoo eenvoudig<br />
is dat ook weer niet, maar T h o 1 e n heeft, van <strong>de</strong> opinie dat alleen<br />
iemand die zoo nu en dan een portret schil<strong>de</strong>rt, het aantrekkelijk doen<br />
lean, geprofiteerd.<br />
De z.g. contemporaine kunstkritiek in dagblad, tijdschrift en ook een<br />
enkele maal in lossen brochurevorm, heeft in <strong>de</strong>n tijd dat ik haar heb Dunnen<br />
volgen, nooit iets goeds, maar wel veel verwarring gesticht.<br />
De beste on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> critici had<strong>de</strong>n steeds het oog gericht op <strong>de</strong> literatuur.<br />
De schil<strong>de</strong>r Termeulen heeft, in een Gidsartikel van 1874 reeds, en later<br />
322
nog eens in '79, <strong>de</strong> stem van <strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r doen hopren : „dat een<br />
schil<strong>de</strong>rij als kunstweik waarh<br />
bezit, alleen in zooverre er zichtbaar<br />
schoon aanwezig is dat in<br />
woor<strong>de</strong>n niet is uit te drukhen."<br />
Aphoristisch, en bij wijze van<br />
bouta<strong>de</strong>, zou men kunnen zeggen<br />
dat van schil<strong>de</strong>rijen <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> in<br />
omgekeer<strong>de</strong> verhouding staat tot<br />
wat er over geschreven kan wor<strong>de</strong>n.<br />
Termeulen haalt een geval aan van<br />
iemand, die zich buitengewoon belachelijk<br />
maakte door een schil<strong>de</strong>rij<br />
met alle macht op te hemelen om<br />
een heele geschie<strong>de</strong>nis, die, n.b. hij<br />
zelf er bij fantaseer<strong>de</strong>, en tenslotte<br />
uit te roepen : „Ziet mijne heerera,<br />
dat is schil<strong>de</strong>ren I"<br />
Termeulen meen<strong>de</strong> dat uit het<br />
kamp <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rs wel eens het<br />
antwoord mocht Domen : „Neen<br />
mijnheer I dat is schrijven I"<br />
WAS Fv- BOWEL<br />
E306-ÇBINIDER<br />
KERKSTRAAT 53<br />
AMSTBRDAM<br />
Theo Molkenboer, affiche. iche.<br />
In 1892 schreef Jan Meth een boekje om Derkin<strong>de</strong>ren's wandschil<strong>de</strong>ring<br />
in het Bossche Stadhuis aan te prijzen, dat direct daarop door <strong>de</strong>n heer<br />
van Duyl in een tegenbrochure niet zeer steekhou<strong>de</strong>nd werd bestre<strong>de</strong>n.<br />
Ik herlas <strong>de</strong>zer dagen Veth's geschriftje, dus ongeveer een halve eeuw na<br />
zijn uitkomen, en proef<strong>de</strong> <strong>de</strong>n wrangen smaak van een niet verwezenlijkt<br />
i<strong>de</strong>aal dat ik, zoo tusschen <strong>de</strong> 20 en 25 jaar, ten <strong>de</strong>ele me<strong>de</strong> had bele<strong>de</strong>n.<br />
Hef kan niet ontkend wor<strong>de</strong>n dat het impressionnisme <strong>de</strong>r Haagsche en<br />
Amsterdamsche school, zoo omstreeks 1900, vaak een benepen tyrannie<br />
uitoefen<strong>de</strong> in <strong>de</strong> tentoonstellingsjurys en in <strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l.<br />
Tot <strong>de</strong> jongeren van die dagen, die hiertegen in verzet kwamen, behoor<strong>de</strong><br />
Theo Mo 1 k e n b o e r, mijn eerste leermeester. Zijn wat archaïseerend<br />
werk is <strong>de</strong> eerste invloed dien ik in <strong>de</strong> Dunst on<strong>de</strong>rging, en die een<br />
afspiegeling vond in mijn allereerste portretjes.<br />
Theo Molkenboer's lot zou droevig zijn.<br />
Pinnig bekampt door <strong>de</strong> „uitsluiten<strong>de</strong>" schil<strong>de</strong>rs, niet gesteund door <strong>de</strong><br />
in <strong>de</strong>n grond gelijkgezin<strong>de</strong>n, brachten zijn geteeken<strong>de</strong> en gelithografeer<strong>de</strong><br />
portretten het niet tot <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>ering die Veth's en Haverman's werken<br />
323
verkregen. Zijne in hout gesne<strong>de</strong>n of op steen geteeken<strong>de</strong> affiches, fiches, wer<strong>de</strong>n niet<br />
met die van Cachet of Dysselhof op een lijn gesteld. Zijne pogingen om goed<br />
en goedkoop meubilair te vervaardigen, gingen on<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> algemeene mislukking<br />
van Fre<strong>de</strong>rik van Ee<strong>de</strong>n's sociale on<strong>de</strong>rnemingen. Jong verbitterd,<br />
verloor Theo Molkenboer echter <strong>voor</strong>al <strong>de</strong>n strijd tegen zichzelf. In een<br />
laatste worsteling tegen <strong>de</strong> tuberculose, dolf hij op 49-jarigen leeftijd het<br />
on<strong>de</strong>rspit. Zijn dood te Meran, vervreemd van zijn vrien<strong>de</strong>n, maakte <strong>de</strong>n<br />
indruk van een verlossing.<br />
blaar in <strong>de</strong>n tijd waarover ik nu schrijf lag dit alles nog in <strong>de</strong>n schoot van <strong>de</strong><br />
duistere Nemesis. Molkenboer had toen het belangrijke portret van <strong>de</strong>n<br />
Jezultenpater van Schijn<strong>de</strong>l geschil<strong>de</strong>rd, het affiche <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n boekbin<strong>de</strong>r<br />
Em. van Bommel in langs-perenhout gesne<strong>de</strong>n, en zijn frissche, goedjeschreven<br />
eerste opstellen in „Van Onzen Tijd" waren verschenen.<br />
Het kon wel niet an<strong>de</strong>rs, of ook <strong>de</strong> jonge beweging in <strong>de</strong> „Arts en Crafts"<br />
en haar rationalistische theorieën, door velen hier te lan<strong>de</strong> rond 1900 met<br />
bracht en geest ver<strong>de</strong>digd, moest ook jonge schil<strong>de</strong>rs meesleepen. Daarbij<br />
kwam een waarlijk fanatieke, door <strong>de</strong> triomf van het impressionnisme als<br />
reactie opgeroepen, bewon<strong>de</strong>ring <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Pre-Rafaëlitische meesters. Met<br />
<strong>de</strong>zen bedoel ik niet <strong>de</strong> Engelsche imitatoren, die zijn hier eigenlijk nooit<br />
geheel gewaar<strong>de</strong>erd, daar<strong>voor</strong> waren zij al te weinig „schil<strong>de</strong>rs", maar <strong>de</strong><br />
meesters <strong>de</strong>r vijftien<strong>de</strong> eeuw, Vlaamsche en Italiaansche.<br />
Stern voel<strong>de</strong>n in die dagen mijn me<strong>de</strong>leerlingen en ik, <strong>de</strong> armoe<strong>de</strong> aan<br />
vijftien<strong>de</strong>-eeuwsche kunstwerken van ons Rijksmuseum. Wel maakte Dr.<br />
Pit in die dagen een aanvang met <strong>de</strong> opstelling van <strong>de</strong> sculptuur en <strong>de</strong> meubels<br />
uit <strong>de</strong> late mid<strong>de</strong>neeuwen, een opstelling waaruit <strong>voor</strong> het eerst een Noord-<br />
Ne<strong>de</strong>rlandsche school random het fragment <strong>de</strong>r „musiceeren<strong>de</strong> engelen"<br />
in het licht zou komen, maar afgezien van Geertgen tot St. Jans, was ons<br />
schil<strong>de</strong>rijenbezit uit dien tijd vrij pover. Mijn lieve Va<strong>de</strong>r zal nooit precies<br />
hebben bunnen weten wat hij zijn jongen gaf, toen een reisje naar Brugge,<br />
Genten Antwerpen hem <strong>de</strong> kunstschatten van Vlaan<strong>de</strong>ren <strong>voor</strong> Dogen stel<strong>de</strong>.<br />
En wat Italië betreft ? ik herinner mij scherp, hoe op een zomermiddag<br />
op hef terras van Americain, Theo Molkenboer op het cafétafeltje een rolletje<br />
uit Rome open<strong>de</strong> en aan fan Kalf en Gust. van Erven Dorens (<strong>de</strong><br />
latere directeuren van het Rijksbureau <strong>voor</strong> <strong>de</strong> monumentenzorg en het<br />
Openluchtmuseum), en ook aan mij, <strong>de</strong> eerste foto's toon<strong>de</strong> van <strong>de</strong><br />
frescos van Pinturicchio, on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kaiklaag van <strong>de</strong> Borgiavertrekken van<br />
het Vaticaan juist te <strong>voor</strong>schijn gehaald.<br />
Het fotografeeren van kunstwerken maakte groote vor<strong>de</strong>ringen en <strong>de</strong> reproductietechnieken<br />
gingen met <strong>de</strong>n dad <strong>voor</strong>uit. Héél fraaie boeken verschenen,<br />
waarin plastische kunstwerken in lichtdruk, z.g. heliogravure,<br />
324
gcrcprcducccrd wcricn, nvv fri els Mets ham tcn hp meer gedrukt<br />
wordt. Deze en an<strong>de</strong>re technieken zijn <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n vulgariseeren<strong>de</strong>n druk<br />
van <strong>de</strong>zen tijd te postbaar gewor<strong>de</strong>n en <strong>de</strong> kundige retoucheurs er<strong>voor</strong> vereischt,<br />
zijn in Frankrijk zelfs uitgestorven. Uiterst vaardige itihografen<br />
verzorg<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kleurenlitho's, in <strong>de</strong> Kostbare werken die <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieve ponst<br />
<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>bije eeuwen on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> oogen van <strong>de</strong>n kunststu<strong>de</strong>nt bracht. De<br />
kunstenaars grepen met hun enthousiasme en hun spontaneïteit in <strong>de</strong><br />
grafische technieken in. De stempelband werd door <strong>de</strong>n ontwerper zelf in<br />
hout gesne<strong>de</strong>n, het programma of <strong>de</strong> verpakking door hem zelf op steen<br />
gebracht, maar <strong>de</strong> beroepslithografie ging, toen zij teruggedrongen werd<br />
naar het min<strong>de</strong>re en minste werk, langzaam ten gron<strong>de</strong>.<br />
In ste<strong>de</strong> <strong>de</strong> kun<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze artisans aan te wen<strong>de</strong>n bij hef op steen brengen<br />
van kunstenaarsontwerpen, wer<strong>de</strong>n zij door Prinzipienreiterei buiten het<br />
werk gesteld. ,laren lang heeft men maar steeds met stelligheid herhaald dat<br />
Dürer's houtsne<strong>de</strong>n door hem zelf gesne<strong>de</strong>n wer<strong>de</strong>n, terwijl toch Passavant<br />
(1787-1861) reeds onomstootelijk vaststel<strong>de</strong> dat het niet waar was, en dat<br />
hij zijn werk uitgaf aan, ten <strong>de</strong>ele bij name benen<strong>de</strong>, beroepsgraveurs.<br />
Het intellectualisme en <strong>de</strong> beweging in <strong>de</strong> kunstnijverheid bei<strong>de</strong>, hebben<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>rsbegaafdheid onheil gesticht. Zij brachten<br />
Benige schil<strong>de</strong>rs van beteekenis uit hun baan en an<strong>de</strong>ren geheel uit hun werk.<br />
't Eerste is het dui<strong>de</strong>lijkst waar te nemen in <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong>n zoo<br />
hoog begaaf<strong>de</strong>n Brabanter, Anton Oerhin<strong>de</strong>ren.<br />
In <strong>de</strong> jeugd schil<strong>de</strong>rt Derkin<strong>de</strong>ren het portret van een prelaat <strong>de</strong>r Premonstratensers<br />
van <strong>de</strong> Abdij van Heeswijck, dat tot <strong>de</strong> beste beeltenissen<br />
behoort van <strong>de</strong>n tijd. Hij verrast met het zoo schil<strong>de</strong>rachtigegroote processiestuk,<br />
door Mgr. Klönne <strong>voor</strong> het Bagijnhof besteld. De schil<strong>de</strong>r is in dit<br />
waarlijk monumentale werk <strong>de</strong> kameraad en me<strong>de</strong>strij<strong>de</strong>r van Brenner,<br />
of van welken an<strong>de</strong>ren grootgin schil<strong>de</strong>r, uit <strong>de</strong> school dien U zoudt willen<br />
noemen. 't Groote doel, dat in<strong>de</strong>rtijd in zoo fraai licht indrukwekkend hing<br />
in het Ste<strong>de</strong>lijk Museum te Amsterdam, werd, na <strong>de</strong>n dood van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r,<br />
door <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> zorgen ( ?) van vrien<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong> slechtste belichting die <strong>de</strong>nkbaar<br />
is in <strong>de</strong> herkaan het Bagijnhof weggezet, on<strong>de</strong>r het pretext dat het daar<strong>voor</strong><br />
geschil<strong>de</strong>rd was, alsof <strong>de</strong> uitvoering niet heel ver boven <strong>de</strong> opdracht reikte.<br />
't Is in <strong>de</strong> hal van het Bossche Raadhuis dat <strong>de</strong> onbe<strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>el<strong>de</strong> <strong>de</strong><br />
noodlottige vergissing, die tegen 1900 het wandschil<strong>de</strong>ren tot een af zon<strong>de</strong>rlijk<br />
soort schil<strong>de</strong>ren proclameer<strong>de</strong>, hef dui<strong>de</strong>lijkst tegemoet bomt. Zelfs in <strong>de</strong>n<br />
wat vervuil<strong>de</strong>n en verbruin<strong>de</strong>n staat, is <strong>de</strong> z.g. „eerste Bossche wand" een<br />
kunstwerf van hooggin rang, schoone gedachten wor<strong>de</strong>n er zuiver picturaal<br />
vertolkt in een toon en schil<strong>de</strong>rtrant, die volkomen aansluiten bij <strong>de</strong> meesters<br />
van Holland. In bree<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ring staan tafereelen <strong>voor</strong> ons, die ons tref-<br />
325
G. W. Dysselhof, , in houtgesne<strong>de</strong>n vignet <strong>voor</strong> „Kunst en samenleving."<br />
fen door <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>len van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, in een tijd dat zijn Dunst volledig<br />
ontplooid was. 't Fransche <strong>voor</strong>beeld van Puvis <strong>de</strong> Chavannes is<br />
volkomen op <strong>de</strong>n achtergrond gebleven en <strong>de</strong> eigen Hollandsche aard<br />
spreekt zich uit in teekening en schil<strong>de</strong>ring.<br />
Draait <strong>de</strong> beschouwer zich om en richt hij zijn blikken naar <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re<br />
zij<strong>de</strong>, dan is <strong>de</strong> désillusie volkomen. Links van ons schil<strong>de</strong>rt <strong>de</strong> confrater<br />
en <strong>de</strong> tijdgenoot van een Breitner (die overigens <strong>voor</strong> een <strong>de</strong>r figuren<br />
poseer<strong>de</strong>), rechts houdt <strong>de</strong> archeologisch geschool<strong>de</strong> literator een re<strong>de</strong>voering.<br />
Van toonschil<strong>de</strong>ring geen spoor. Schoone gedachten ? Ili wil het graag<br />
aannemen, maar tusschen <strong>de</strong>n eersten en <strong>de</strong>n twee<strong>de</strong>n Bosschee wand is<br />
<strong>de</strong> groote schil<strong>de</strong>r ten on<strong>de</strong>r gegaan in <strong>de</strong>n theoreticus en oudheidkenner.<br />
Wat moet er in <strong>de</strong> meest volmaakte goe<strong>de</strong> trouw, gelezen, bekeken en<br />
besproken zijn, om palet en penwelen zóó terug te dringen, en een groot<br />
picturaal talent <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Hollandsche school verloren te doen gaan.<br />
Tot het publiek drong dit aanvankelijk niet door. De intellectueelen, die<br />
<strong>de</strong> pers in han<strong>de</strong>n had<strong>de</strong>n, verdubbel<strong>de</strong>n hun lofza ngen bij <strong>de</strong> onthulling van<br />
<strong>de</strong>n twee<strong>de</strong>n wand. Hoe zou 't publiek ook <strong>de</strong> „pastiche" in stijl, van dit<br />
en an<strong>de</strong>r werk, gewaar wor<strong>de</strong>n ? De kostbare uitgaven met reproducties<br />
van mid<strong>de</strong>neeuwsche wandschil<strong>de</strong>ringen, als die van Gilot, Didot en Laf116,<br />
k wamen niet on<strong>de</strong>r zijn oogen, en daar alles er zorgvuldig uitzag en zelfs<br />
„dui<strong>de</strong>lijker" was dat op <strong>de</strong>n eersten wand, gaven velen zich gaarne over<br />
aan verklaren<strong>de</strong> teksten en brochures. Lezen is altijd gemakkelijker dan<br />
326
Prof. Dr. A. Derkin<strong>de</strong>ren, vignet <strong>voor</strong> „Gijsbrecht van Aemstel".<br />
zien. 't Zijn <strong>de</strong> bemoeienissen van <strong>de</strong>n knappen Jan Veth, die het mis<br />
verstand accentueer<strong>de</strong>n. Hij werd <strong>voor</strong> zijn getheoretiseer in zijn eigen werk<br />
gestraft, dat op <strong>de</strong>n duur aan picturale Kwaliteiten verloor toen hij zijn<br />
bree<strong>de</strong> kwasten verwissel<strong>de</strong> <strong>voor</strong> fijne penseeles, en kleur niet meer zag<br />
toen hij een wit boord vergrauw<strong>de</strong>, een zwarte jas vervaal<strong>de</strong> en het incarnaat<br />
verbruin<strong>de</strong>, zoodat er van spontanen schil<strong>de</strong>rsblik, als die uit zijn vroeg<br />
portret van <strong>de</strong>n jongen Verwey sprak, eigenlijk niets meer overbleef. Toch<br />
is Jan Veth <strong>voor</strong> onze cultuur van heel groote beteekenis geweest en dat<br />
niet alleen als schrijver en kunsthistoricus, maar ook door <strong>de</strong> lange reeks<br />
van beeltenissen van Hollandsche intellectueelen van zijn tijd, aan wie hij<br />
geestelijk verwant was, en ze dus, begrijpend, hos uitbeel<strong>de</strong>n. Min<strong>de</strong>r<br />
schil<strong>de</strong>r dan <strong>de</strong> Josselin <strong>de</strong> Jong of Thérse Schwartze, heeft hij <strong>voor</strong>al in<br />
knappe lithografieën scherpe karakterteekeningen gemaakt, waardoor<br />
<strong>de</strong> ou<strong>de</strong> Alberdingk Thijm in zijn stu<strong>de</strong>ervertrek, Cuypers aan zijn<br />
teekentafel, <strong>de</strong> jongere Schaepman gebogen over zijn schrifturen, <strong>de</strong> geleer<strong>de</strong><br />
Winkler boven <strong>de</strong> microscoop en zoovele an<strong>de</strong>ren, zullen blijven leven.<br />
Veth's ingrijpen in <strong>de</strong> kunstnijverheidsbeweging 1900, waarvan hij <strong>de</strong><br />
i<strong>de</strong>alen, maar ook <strong>de</strong> misvattingen, <strong>de</strong>el<strong>de</strong>, Ikon niet gelukkig zijn.<br />
De fern van het misverstand was dat men een scheiding beproef<strong>de</strong> tusschen<br />
327
hythme en emotie en men overeenkwam te spreken en te schrijven over :<br />
een rhythmische of <strong>de</strong>coratieve, en een emotioneele of vrije lunst.<br />
't Is nu wel dui<strong>de</strong>lijk dat <strong>de</strong>ze in<strong>de</strong>eling kunstmatig en gevaarlijk was.<br />
Immers, rhythmische kunst die geen emotie wekt is geen Dunst, terwijl<br />
emotioneele kunstwerken zon<strong>de</strong>r rhythme, niet bestaan.<br />
Er is echter maar één schil<strong>de</strong>rkunst, maar één<br />
beeldhouwkunst.<br />
De dwaling „vlakke figuren" (in een afschuwelijk misverstand „gestyleer<strong>de</strong><br />
figuren" genoemd) ten spijt, is het nu al wel zeker dat slechts die <strong>de</strong>coratieve<br />
lunst in <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw in haar volle waar<strong>de</strong> zal blijven, die haar vast<br />
verband met <strong>de</strong> lunst tout-court had behou<strong>de</strong>n. Want wandschil<strong>de</strong>rkunst<br />
en bouwbeeldbouwkunst hebben slechts te maken met <strong>de</strong>n mensch en zijn<br />
plaats in <strong>de</strong> wereld. En of in een zekeren tijd <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r dat standpunt<br />
uiteenzet op doer in een lijst, of op 'n muur, mag en han in wezen geen<br />
verschil maken.<br />
Daarom is <strong>de</strong> strenge scheiding tusschen rhythmiek en emotie, gebon<strong>de</strong>nheid<br />
en vrijheid, Kunstmatig en gevaarlijk, al blijft het waar dat een wandschil<strong>de</strong>ring<br />
allicht een meer apparent rhythme zal te zien geven dan een<br />
schil<strong>de</strong>rij, een verplaatsbaar wandvlak.<br />
Dat er een <strong>de</strong>coratieve schil<strong>de</strong>rstijl zou bestaan naast een an<strong>de</strong>ren vrijen<br />
schil<strong>de</strong>rtrant, is even dwaas als te spreken van een religieuzen naast een<br />
profanen stijl.<br />
Tusschen <strong>de</strong>n stijl van een kerkelijk en een profaan bouwwerk is, noch in <strong>de</strong><br />
vroege noch in <strong>de</strong> late Mid<strong>de</strong>neeuwen wezenlijk verschil. Als het <strong>de</strong> tijd is<br />
<strong>voor</strong> eene weel<strong>de</strong>rige, beweeglijke en overdadige vormgeving wordt er geen<br />
verschil gemaakt tusschen <strong>de</strong> versieringswijzen van een kerk en van een<br />
paleis. Als het tijd is <strong>voor</strong> rococovormen dan wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong>ze toegepast bij het<br />
maken van stoelen, maar evenzeer bij het ontwerpen van altaren. De mid<strong>de</strong>neeuwsche<br />
beeldbouwers <strong>de</strong>r cathedralen, rond 1400, hebben geen twee stijlen:<br />
een <strong>voor</strong> heiligen en een an<strong>de</strong>r <strong>voor</strong> vorstenbeeltenissen, evenmin als Bernini's<br />
St. Theresia er an<strong>de</strong>rs uitziet dan zijn buste van <strong>de</strong>n jongen Lo<strong>de</strong>wijk XIV.<br />
Een even groote dwaling, niet min<strong>de</strong>r gepropageerd in <strong>de</strong>n tijd waarover wij<br />
schrijven, is <strong>de</strong> meering dat <strong>de</strong> aan te wen<strong>de</strong>n techniek, als zoodanig,<br />
van veel invloed is op <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieve vormen.<br />
De historie leert het an<strong>de</strong>rs. Tusschen een vroeg-mid<strong>de</strong>neeuwsche schil<strong>de</strong>rin<br />
en een vroeg-mid<strong>de</strong>neeuwsch wandtapijt is geen verschil in stijl. Een Vlaamscheg<br />
uit <strong>de</strong> zestien<strong>de</strong> eeuw geeft ôfgetuigenis van Italianismo, dat ook<br />
schil<strong>de</strong>rijen te zien geven, ofwel 't is in <strong>de</strong> taal van Pieter Breughel geweven.<br />
Tusschen een altaarretabel (schil<strong>de</strong>rij) van Giotto en een wand<strong>de</strong>coratie<br />
(fresco) van <strong>de</strong>nzelf<strong>de</strong>n meester, is geen wezenlijk on<strong>de</strong>rscheid. Een schil<strong>de</strong>rij<br />
328
van Botticelli in <strong>de</strong> Uffizi te Florence en een wandschil<strong>de</strong>ring van meester<br />
Sandro in <strong>de</strong> Sixtina te Rome, vertoont geen stijlverschil. Zoo zijn ook <strong>de</strong><br />
weinige tafelschil<strong>de</strong>ringen aan Michel Angelo toegeschreven, naar <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
principes geschil<strong>de</strong>rd als zijn groote fresco's.<br />
Een geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>de</strong>coratie van Boucher en een gobelin van <strong>de</strong>n zelf<strong>de</strong>n<br />
schil<strong>de</strong>r on<strong>de</strong>rscheidt men slechts van zeer dichtbij, als men <strong>de</strong> dra<strong>de</strong>n<br />
van het weefsel kan zien. Zoo zijn <strong>de</strong> figuurtjes van dieren en jagers op een<br />
Perzische miniatuur, volkomen gelijk aan die op hun tapijten.<br />
Heel iets an<strong>de</strong>rs is het natuurlijk, vast te stellen dat er dingen zijn die meer<br />
geschikt t zijn blijvend op een wand te staan, dan op 'n schil<strong>de</strong>rijdoek te<br />
wor<strong>de</strong>n geworpen. In het algemeen zal statistische rust beter bij een wand<br />
passen dan dynamische bewogenheid. Ooh vraagt het van dichtbijzien<br />
van een schil<strong>de</strong>rij meer détailuitwerking en laat het een meer ingewikkeld<br />
rhythme toe dan een wandschil<strong>de</strong>ring, waar juist het rhythme eenvoudiger<br />
en <strong>de</strong> massawerking krachtiger moet zijn. Zoo is eerigothisch ivoren beeldje<br />
dat met <strong>de</strong> hand betast kan wor<strong>de</strong>n, in <strong>de</strong> uitvoering meer gekeerd naar het<br />
analytische, terwijl een steepen beeld uit <strong>de</strong>nzeif<strong>de</strong>n tijd in een portaalnis<br />
geplaatst, iets meer naar het synthetiseeren<strong>de</strong> zal gaan ; maar nog eens :<br />
geen wezenlijk stijlverschil.<br />
Er zijn geen twee beeldhouwkunsten en twee schil<strong>de</strong>rkunsten. Er is maar<br />
an schil<strong>de</strong>rtaal in een tijd en in een land, zooals er maar an spreektaal<br />
<strong>voor</strong> een volk in een perio<strong>de</strong> is. Zij die meenee dat er een profane taal en een<br />
religieuze taal is, vergissen zich, en hebben bij <strong>de</strong> an<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> verzuchting<br />
opgeroepen : verlos ons van <strong>de</strong>n preektoon. Er is maar één leven<strong>de</strong> wijze<br />
van spreken, over welk on<strong>de</strong>rwerp en <strong>voor</strong> welk doel dan ook. Natuurlijk<br />
blijft er : het accent.<br />
Als het <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> taal is die van mensch tot mensch gebruikt wordt om onze<br />
gedachten over te brengen, en die van <strong>de</strong>n mensch tot <strong>de</strong> menigte wordt<br />
gesproken, dan is het dui<strong>de</strong>lijk dat langzaam en met nadruk het woord<br />
gevoerd wordt in een groote zaal.. Langzaam en met nadruk hebben <strong>de</strong><br />
meester-schil<strong>de</strong>rs uit alle tij<strong>de</strong>n op <strong>de</strong>n wand <strong>de</strong> ééne schil<strong>de</strong>rtaal gesproken.<br />
Een an<strong>de</strong>r gelief<strong>de</strong> vergissing dier dagen: versierend werk moet op <strong>de</strong> plaats<br />
zelf wor<strong>de</strong>n gemaakt, is als uitspraak al evenmin juist.<br />
Viollet-le-Duc heeft opgemerkt dat aan <strong>de</strong> sculpturen van het Parthenon<br />
détails <strong>voor</strong>komen die alleen door <strong>de</strong> vogels gezien wor<strong>de</strong>n. Dat is juist.<br />
Maar hij had er bij kunnen opmerken dat dit ook het geval is met <strong>de</strong><br />
versieren<strong>de</strong> beeldhouwkunst <strong>de</strong>r door hem zoo vereer<strong>de</strong> cathedralen. 't Zou<br />
<strong>de</strong> moeite zijn er over na te <strong>de</strong>nken of die <strong>de</strong>elgin van versieringen, die <strong>de</strong><br />
beschouwer op <strong>de</strong>n begaven grond niet ziet, geheel <strong>voor</strong> hem, en <strong>voor</strong> het<br />
werk, verloren zijn. Zou <strong>de</strong> onbaatzuchtigheid, het e<strong>de</strong>lmoedige élan<br />
329
waarme<strong>de</strong> versier<strong>de</strong>rs zich geheel geven aan <strong>de</strong> ciselure van een monument,<br />
buiten <strong>de</strong> optische waar<strong>de</strong>, geen beteekenis hebben ?<br />
De plaats waar <strong>de</strong> kunstenaar zijn versierend werk maakt is alleen geestelijk<br />
genomen streng omschreven, hij bou<strong>de</strong> zich aan <strong>de</strong> plaats die <strong>de</strong> bouwmeester<br />
hem aanwijst, hij aanvaar<strong>de</strong> <strong>de</strong> plaats die hem in het orkest wordt<br />
toegewezen. Maar het schil<strong>de</strong>ren of beeldhouwen op <strong>de</strong> plek waar het<br />
schil<strong>de</strong>r- of beeldhouwwerk moet wor<strong>de</strong>n aangebracht heeft vaak veel, en<br />
ook wel eens alles, tegen.<br />
Dat wat er vóór zou zijn aan te voeren : <strong>de</strong> kunstenaar in het bouwwerf<br />
zelf arbei<strong>de</strong>nd, geeft zich eerst recht rekenschap van het effect van zijn<br />
werk, is maar heel zel<strong>de</strong>n waar.<br />
Steigerhout onttrekt vaak <strong>de</strong>n wand, en altijd het plafond, aan zijn blikken.<br />
Gewoonlijk ziet <strong>de</strong> <strong>de</strong>corateur op <strong>de</strong> steigers heel weinig van zijn werk,<br />
maar bijna nooit vindt hij daar <strong>de</strong> rust en <strong>de</strong> concentratie, <strong>voor</strong> zulken<br />
arbeid een allereerste behoefte. Een hoovaardig kunstenaar op <strong>de</strong>n steiger<br />
is als <strong>de</strong>corateur gevaarlijker dan in zijn atelier.<br />
De <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n zijn er dan ook te over, dat <strong>de</strong> geest van het ter plaatse<br />
ontstane werk oneindig min<strong>de</strong>r op zijn plaats is, dan b.v. <strong>de</strong> <strong>de</strong>coraties<br />
van Puvis <strong>de</strong> Chavannes, die steeds in <strong>de</strong> rustige sfeer van zijn atelier<br />
wer<strong>de</strong>n geschil<strong>de</strong>rd, zelfs wel <strong>voor</strong> bouwwerken die hij nooit had gezien,<br />
zooals b.v. <strong>de</strong> <strong>bibliotheek</strong> te Boston. Om dit te Dunnen doen is slechts<br />
eene elementaire architectonische opleiding noodig, die <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r of beeldhouwer<br />
in staat stelt bouwkundige teelleningen te hunnen lezen, als voedsel<br />
<strong>voor</strong> zijn verbeeldingspracht.<br />
Dit zijn zoo Benige van <strong>de</strong> misvattingen die bij het <strong>de</strong>coratieve streven<br />
„1900" behoor<strong>de</strong>n. De grootste misvatting was echter misschien dat men<br />
<strong>de</strong>ze en an<strong>de</strong>re opvattingen verhief tot eeuwige en onvergankelijke principes.<br />
De bracht van <strong>de</strong> beweging, dat zij alles wat zij verkondig<strong>de</strong> als onwrikbare<br />
beginselen huldig<strong>de</strong>, was in <strong>de</strong>n grond haar zwakte. In perfecte goe<strong>de</strong> trouw<br />
meen<strong>de</strong>n velen dat nu ein<strong>de</strong>lijk d e stoel was ontworpen, het vrouwecostuum<br />
was gesne<strong>de</strong>n, d e letter was geteekend I Dat vijf jaren reeds lang<br />
was <strong>voor</strong> een mo<strong>de</strong> werd wel toegegeven, maar ontkend werd dat <strong>de</strong> boekinbinding<br />
naar „<strong>de</strong> goe<strong>de</strong> beginselen van het boekbin<strong>de</strong>n" een mo<strong>de</strong> was,<br />
dat het in ahornhout snij<strong>de</strong>n van een aanplakbiljet wel eens zou gaan<br />
vervelen, dat goe<strong>de</strong>, met „pen en gat" geconstrueer<strong>de</strong> meubelen, door een<br />
jonger geslacht als afschuwelijk verou<strong>de</strong>rd zou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n beschouwd.<br />
Als wij het nu be<strong>de</strong>nken wat een schil<strong>de</strong>r als Klaas van Leeuwen 'n energie<br />
heeft verloren aan het teelenen van leerstellige wandplaten en stijve monogrammen,<br />
en wat er in het algemeen verspild werd aan <strong>de</strong> eendagsvlieg<br />
330
het affiche, dan is het moeilijk recht te doen aan <strong>de</strong> overtuig<strong>de</strong> en toegewij<strong>de</strong><br />
dienaren van een beweging, die toch <strong>voor</strong>tbracht <strong>de</strong> falence van het<br />
vroege Rozenburg van Colenbran<strong>de</strong>r, een rijk gebatikt Kamerschut als<br />
dat <strong>de</strong>r paarlhoen<strong>de</strong>rs, van Dysselhof en een prachtige teekening als die<br />
van <strong>de</strong>n Katwijkschen visscher, op het beste „plakat" dat in Holland gemaakt<br />
werd, door Jan Toorop.<br />
On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> kunstenaars van het eeuwein<strong>de</strong>, die zich op an<strong>de</strong>re dan <strong>de</strong><br />
oerou<strong>de</strong> Hollandsche wegen bewogen, had Jan Too r o p, in scheppend<br />
vermogen en in lyrische vervoering, zijn gelijke niet.<br />
De schil<strong>de</strong>rkunst heeft hij in alle richtingen verkend. Hij zag <strong>de</strong> natuur<br />
Jan Toorop, meisjeskopje.<br />
331
doordringend en zuiver, <strong>de</strong> Thames, het Katwijksche strand of <strong>de</strong> Domburgsche<br />
duinen. Hij leek naar buiten met <strong>de</strong> half toegeknepen Dogen van<br />
<strong>de</strong>n impressionnist, maar achter <strong>de</strong> gesloten oogle<strong>de</strong>n blikte hij diep in <strong>de</strong><br />
wereld van <strong>de</strong>n droom. Hij troffel<strong>de</strong> <strong>de</strong> verf op het doek of stipte <strong>de</strong> kleur<br />
op hef paneel, hij wiesch in papier of streel<strong>de</strong> met waskrijt over carton.<br />
Hij kerf<strong>de</strong> met zwart tot het gruizel<strong>de</strong> in zijn han<strong>de</strong>n of blies <strong>de</strong> fijnste<br />
grijzen over het glas.... maar steeds wist hij met zijn werk <strong>de</strong> verbeelding<br />
van zijn tijdgenooten te prikkelen.<br />
Het aesfheticisme eener eindigen<strong>de</strong> wereld is hij met zijn grafische symboliek<br />
tegemoet getre<strong>de</strong>n tot <strong>de</strong> uiterste grenzen van eenera verfijn<strong>de</strong>n smaak.<br />
Elbe materie was hem een willig medium. Tot verhoog<strong>de</strong> schoonheid werd<br />
het licht als het veel door gebrandschil<strong>de</strong>rd glas van Jan Toorop. Droge<br />
naald en ets, houtsne<strong>de</strong> en litho, had<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> hem geen geheimen. Hij<br />
ciseleer<strong>de</strong> en emailleer<strong>de</strong>, sneed in har<strong>de</strong> pate <strong>de</strong> gevoeligste bas-reliefs<br />
en in sextiel mo<strong>de</strong>leer<strong>de</strong> dij <strong>de</strong> krachtigste verbeeldingen.<br />
Aan vignet en boekband, aan programma en affiche gaf hij zijn krachten,<br />
en waartoe hij in staat was zegt ons het elegante slaoliebiljet, het nerveuze<br />
affiche <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vrouwebeweging en <strong>de</strong>n reeds genoem<strong>de</strong>n Katwijkschen<br />
visscher.<br />
Mid<strong>de</strong>n in Toorop's leven staat zijn overgang naar het Catholicisme, die<br />
een gebeurtenis werd van <strong>de</strong> waar<strong>de</strong> van Von<strong>de</strong>ls toetreding in <strong>de</strong> 17<strong>de</strong><br />
eeuw. Het aanvaar<strong>de</strong>n van Toorop's overgang wordt ie<strong>de</strong>r gemakkelijk<br />
gemaakt, die <strong>de</strong>nken wil aan <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> vlucht die sindsdien zijn werk nam,<br />
aan <strong>de</strong> groote hoeveelheid arbeid die hij verrichtte en die bij alle verschei<strong>de</strong>nheid<br />
van opgave en oplossing een bewon<strong>de</strong>renswaardige eenheid kreeg.<br />
Zijn felle en meesleepen<strong>de</strong> hel<strong>de</strong>ngestalten ontston<strong>de</strong>n toen. Zijn portretten<br />
wer<strong>de</strong>n rustiger en dieper : Pater Raaymakers behoort tot <strong>de</strong> schoonste<br />
beeltenissen van <strong>de</strong>n tijd.<br />
Klaar<strong>de</strong>r en eenvoudiger wer<strong>de</strong>n zijn symbolieke teekeningen, want hoe<br />
modieus en gekunsteld wordt niet „<strong>de</strong> Tuin <strong>de</strong>r Weeëre", vergeleken bij hei<br />
onvolprezen „Brugge of <strong>de</strong> God<strong>de</strong>lijke Lief<strong>de</strong>gang"; zijn fantasie heeft nu<br />
een bedding, zijn verbeelding haar grenzen gevon<strong>de</strong>n....<br />
En toch, als U zich nu <strong>de</strong>n enormer bijval herinnert die in aesthetiseeren<strong>de</strong><br />
Dringen, en ver daarbuiten, Toorop's werk verkreeg, dan komt U dat reeds<br />
nu moeilijk begrijpelijk <strong>voor</strong>. Er was in Toorop's wezen een element van<br />
modieusheid, dat <strong>de</strong>nken doet aan <strong>de</strong>n uitroep van <strong>de</strong>n driejarigen Alfred<br />
<strong>de</strong> Musset: „DépêcheZ-voos donc manvan, mes souliers neufs seront vieux I"<br />
zóó ongeduldig was het jongetje om zijn roo<strong>de</strong> mo<strong>de</strong>rne schoentjes <strong>de</strong>n<br />
volke te tonnen. Toorop's roo<strong>de</strong> schoenen hebben hun aantrekkingskracht<br />
reeds verloren.<br />
332
Jan Toorop, schets naar Hugo Verriest.<br />
333
Wat er van hem gebleven is, is dat, wat boven <strong>de</strong>n tijdgeest uitgegroeid,<br />
rij f t naar een gaaf Ne<strong>de</strong>rlandsch vijf tien<strong>de</strong>-eeuwsch verle<strong>de</strong>n. Zijn werk<br />
won aan beteekenis, naar <strong>de</strong> mate het zich hechtte aan <strong>de</strong>n aard van land<br />
en volk. Want <strong>de</strong> greep naar het monumentale en samenvatten<strong>de</strong>, hield hij<br />
steeds meer terug <strong>voor</strong> analytische vormomschrijving, en dit streven bindt<br />
hem aan alle groote Ne<strong>de</strong>rlandsche kunstenaars van verle<strong>de</strong>n en he<strong>de</strong>n.<br />
Toorop moge dan het teelenen van een loop bij <strong>de</strong>n ooghoek of een neusvleugel<br />
beginnen, <strong>de</strong> bril van <strong>de</strong> Koningin-Moe<strong>de</strong>r werd als een tegenbeeld<br />
van <strong>de</strong> oogglazen van van Eyck's kannunnik van <strong>de</strong> Paele.<br />
Hoe het Ne<strong>de</strong>rlandsche realisme het merg was van het beste <strong>de</strong>el van zijn<br />
lunst, is goed te zien in het werk van zijn imitatoren en epigonen, die<br />
meen<strong>de</strong>n oogera zon<strong>de</strong>r traanbuisjes, of luipen zon<strong>de</strong>r mondhoeken te hymnen<br />
teekenen.... in Toorop's stijl.<br />
Aan het eind van <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw hebben <strong>de</strong> wetenschappen een vrij<br />
scheppen in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst eer<strong>de</strong>r in <strong>de</strong>n weg gestaan. De archeologie,<br />
ik merkte het naar aanleiding van het historieschil<strong>de</strong>ren op, was <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst<br />
eer<strong>de</strong>r tegenovergesteld. Rijpend inzicht in wat <strong>de</strong> Dunsten ons in het<br />
verle<strong>de</strong>n reeds brachten moet eclectisch of archai'seerend werken : het<br />
schouwen en het scheppen, dat een mystische drang is, zijn<br />
van verschillen<strong>de</strong> or<strong>de</strong>.<br />
Waar zij niet scherp uiteengehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n, vloeit het leven weg.<br />
R. N. R o 1 a n d Ho 1st ' s oeuvre geeft een dui<strong>de</strong>lijk beeld van <strong>de</strong><br />
vermenging van schouwen en scheppen in <strong>de</strong>n trant <strong>de</strong>r Pre-Rafaelieten.<br />
Zijn kunst was, als die van <strong>de</strong> nu te zeer verguis<strong>de</strong> Engelschen, een i nz<br />
i c h t, met literaire smaak en overtuiging <strong>voor</strong>gedragen.<br />
Zij on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs die het minst dachten maar het meest zagen,<br />
hebben <strong>de</strong> grootste lans door hun werk te blijven leven. Als zij, vrij van<br />
eclectisme en archaisme, met oorspronkelijke schil<strong>de</strong>rsdrift, als mystisch<br />
gedwongenen, aan het werk zijn in <strong>de</strong> ware bedding <strong>de</strong>r schil<strong>de</strong>rkunst,<br />
wars van on<strong>de</strong>rwijzen en prediken, dan zullen hun werken, indien <strong>de</strong>ze<br />
slechts feesten <strong>voor</strong> d e o o g e n zijn, <strong>de</strong> wisselen<strong>de</strong> inzichten ten<br />
spijt, blijvend wor<strong>de</strong>n gewaar<strong>de</strong>erd.<br />
6,2,<br />
334
Jc&[()ereIJeIl 9z-
Lizzy Ansingh, teekening naar The'rése Schwartze.<br />
336
IX.<br />
Nooit in <strong>de</strong> kunsthistorie, en nergens ter wereld, verover<strong>de</strong>n <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>ressen een zoo volkomen gelijkheid met <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r,<br />
als in onzen tijd in Holland.<br />
Qns hoofdleeraarschap aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie van Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten<br />
en Technische Wetenschappen te Rotterdam bracht Ferdinand<br />
G. W. Ol<strong>de</strong>welt en mij in <strong>de</strong> jury <strong>voor</strong> <strong>de</strong> laatste vierjaarlijksche, in die<br />
stad gehou<strong>de</strong>n. Zij werd ingericht in <strong>de</strong> lokaliteiten van het ou<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>miegebouw<br />
aan <strong>de</strong> Coolvest.<br />
't Was bij die gelegenheid, en daar, dat ik kennis maakte met Thérè,se<br />
Schwartze. 1k zag haar toen <strong>voor</strong> het eerst. Natuurlijk stond mij haar<br />
jeugdige zelfportret in <strong>de</strong> Uffizi te Florence, waar zij met typisch gebaar<br />
van <strong>de</strong> rechterhand <strong>de</strong>n blip beschut tegen het hoog invallend licht van het<br />
atelier, <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n geest. Ooh len<strong>de</strong> ik foto's uit lateren tijd. Maar ik had mij<br />
toch niet heelemaal <strong>voor</strong>gesteld dat zij zoon pittig, kernachtig, parmantig<br />
vrouwtje gebleven was. On<strong>de</strong>r haar loopgin door <strong>de</strong> zalen tikte zij met een<br />
stokje op <strong>de</strong>n vloer en was een en al belangstelling.<br />
ik wist dat zij als jong meisje in Parijs eens van zich zelf geschreven had:<br />
„Gif wilt weten hoe ik er uitzie ? Wel als altijd: sproeterig, klein, mager,<br />
leelijk met uitpuilen<strong>de</strong> Dogen (geen zwarte) en een bleeke gelaatskleur.<br />
Voila Thérèse Schwartze". 't Was nu op haar vier-en-zestigsten jaar nog<br />
dui<strong>de</strong>lijk te zien dat zij zich <strong>de</strong>ze coquetterie toen kon veroorloven.<br />
Te Rotterdam, geduren<strong>de</strong> <strong>de</strong> genoeglijke déjeuners, die nu eenmaal bij<br />
jurywerk behooren, had ik <strong>de</strong> meest levendige sympathie <strong>voor</strong> Thértse<br />
van Duyl-Schwartze, die onze maaltij<strong>de</strong>n geestelijk en geestig presi<strong>de</strong>er<strong>de</strong>,<br />
ook al omdat Willem Witsen, die een man van <strong>de</strong> wereld was, haar die<br />
plaats overliet. Thérse had niets van een Rosa Bonheur, die in mannenkleeren<br />
in het atelier meen<strong>de</strong> te moeten rondloopen en zware sigaren rookte<br />
om, in dien tijd dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> vrouw steeds als dilettante werd<br />
aangezien, <strong>voor</strong> vol te wor<strong>de</strong>n gehou<strong>de</strong>n.<br />
Zeper, in vorige eeuwen zijn kunstenaressen in <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rscholen<br />
van Europa aan te wijzen, waaron<strong>de</strong>r Mad. Vigee-Lebrun in<br />
Frankrijk en Angelica Kauffmann in Duitschland, misschien <strong>de</strong> meeste<br />
vermaardheid verwierven.<br />
22 337
In 1938 werd bij gelegenheid <strong>de</strong>r Frans Hals-tentoonstelling te Haarlem<br />
bijzon<strong>de</strong>r licht geworpen op Hals' <strong>voor</strong>treffelijke leerlinge Judith Legster,<br />
<strong>de</strong> latere „mevrouw" Jan Mierse Molenoer.<br />
Hoe in 1881 schil<strong>de</strong>ressen en haar werk ten onzent wer<strong>de</strong>n besproken,<br />
moge het volgen<strong>de</strong> wel zeer verou<strong>de</strong>r<strong>de</strong> proza van Johan Gram U leergin:<br />
„Wie lent het begaafd trio niet, <strong>de</strong> dames Bakhuyzen, Adriana Haanen en<br />
Marguerite Roosenboom, die met zooveel virtuositeit het lieflijk genre van<br />
bloemen en vruchten beoefenen. In smaakvolle rangschikking en verschei<strong>de</strong>nheid<br />
geven zij elkaar weinig toe, maar in opvatting zijn zij zoo<br />
verschillend, dat een kenner niet licht <strong>de</strong> rozen of druiven van juffrouw<br />
Roosenboom met die van bare bei<strong>de</strong> me<strong>de</strong>-kunstenaressen verwarren zal.<br />
De composities van juffrouw Adriana Johanna Haanen<br />
(geb. 1814 te Oosterhout) zijn dikwerf uitgebrei<strong>de</strong>r dan die harer twee<br />
kunstzusters; ik herinner mij gele en ron<strong>de</strong> rozen van haar, zoo magistraal<br />
getoetst, het losse, doorschijnen<strong>de</strong> en <strong>de</strong> fijne schakeeringen zoo heerlij<br />
teruggeven<strong>de</strong>, dat men aan verf noch penseelgin meer dacht. In hare fruitstudiën<br />
bereikt juffrouw Haarsen soms eene bracht en diepte, die het door<br />
haar beoefend genre hoogere waar<strong>de</strong> schenken."<br />
„Juffrouw Gerardine van <strong>de</strong> San<strong>de</strong> Bakhuyzen (geb.<br />
1835 te 's-Gravenpage) is hierin haar evenknie.<br />
Zoo gezond, frisch en natuurlijk schil<strong>de</strong>rt en teekent zij bare bloemen en<br />
vruchten, dat men een bezoek van <strong>de</strong> vogelen <strong>de</strong>s hemels uit hef sprookje<br />
van Apelles niet onverwacht zou vin<strong>de</strong>n".<br />
„Het schoonti talent van Juffrouw Margaretha Roosenboom<br />
(geb. 1843 te 's-Gravenhalte) lean, dunkt mij, niet beter en gunstiger gekenschetst<br />
wor<strong>de</strong>n dan door pare treffen<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij „Herinnering", ter<br />
Rotterdamsche tentoonstelling van 1879. Rozen en klimop slingeren zich<br />
om een guitare, <strong>de</strong>els met rouwfloers be<strong>de</strong>lt. Het geheel trekt onweerstaanbaar<br />
aan door <strong>de</strong>n heerlijken toon en het fijngevoelige <strong>de</strong>r opvatting.<br />
Hare rozen zijn min<strong>de</strong>r kleurig, het bijwerf is stiller en ge<strong>de</strong>mpter, soms<br />
doet <strong>de</strong> olijfkleurige toon <strong>voor</strong> overdrijving vreezen, maar over het geheel<br />
heeft <strong>de</strong> fijne, tee<strong>de</strong>re opvatting van juffrouw Roosenboom's scheppingen<br />
<strong>voor</strong> mij eene zeldzame aantrekkingskracht." ,<br />
„Als men juffrouw Haarsen noemen en over j uffrouw Maria Vos<br />
(geb. 1824 te Amsterdam) zwijgen wil<strong>de</strong>, zou het zijn alsof men Aagje<br />
Delen van Betje Wolff scheid<strong>de</strong>. Bei<strong>de</strong>n toch, <strong>de</strong> dames Haarsen en Vos,<br />
zijn eveneens door innige vriendschap aan elkaar verbon<strong>de</strong>n, bewonen<br />
één huis te Oosterbeek, hebben één gezamenlijk atelier en, zou men haast<br />
bij het aanschouwen van enkele harer werken zeggen, schil<strong>de</strong>ren van één<br />
palet."<br />
338
„In het schil<strong>de</strong>ren van stillevens vindt men on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> tegenwoordige schil<strong>de</strong>rs<br />
<strong>de</strong> weerga<strong>de</strong> niet van juffrouw Maria Vos. Haar kloeke, echt artistieke<br />
opvatting herinnert aan onzen Weenix en Heda. Niet min<strong>de</strong>r uitmuntend<br />
van uitvoering dan van tegenstelling van kleuren, behoren bare spreken<strong>de</strong><br />
zonnige stillevens het oog door hunne groote natuurlijkheid en prachtigen<br />
toon. Verbeeld u eene eetzaal met vakken door <strong>de</strong>ze vier dames beschil<strong>de</strong>rd;<br />
stel u daarin een wel<strong>voor</strong>zienen disch <strong>voor</strong>, waaraan het begaafd quartet<br />
gezeten is, dat even eenvoudig en beschei<strong>de</strong>n is als bare lunst boeiend en<br />
schitterend.”<br />
„Niet min<strong>de</strong>r belend en geëerd dan <strong>de</strong>ze kunstenaressen, is Mevrouw R o nn<br />
e r-K n i p (geb. 31 Mei 1821 te Amsterdam) te Brussel, <strong>de</strong> populaire<br />
dierenschil<strong>de</strong>resse, die een veel moeilijker genre beoefent. Slechts door<br />
studie <strong>de</strong>r anatomie, <strong>de</strong> volledige kennis van het dier, dat men wil afbeel<strong>de</strong>n,<br />
door het geduldig toezien en <strong>de</strong> fijne waarneming zijner bewegingen en<br />
eigenaardighe<strong>de</strong>n, is het mogelijk, het volkomen natuurlijk weer te geven.<br />
Een figuurschil<strong>de</strong>r han mo<strong>de</strong>llen nemen, geeft <strong>de</strong>zen <strong>de</strong>n stand dien hij<br />
verlangt en brengt het daarme<strong>de</strong> een heel eind ver. Natuurlijk is ook het<br />
mo<strong>de</strong>l slechts een gebrekkig hulpmid<strong>de</strong>l, en waar het op <strong>de</strong> uitdrukking<br />
van een gemoedstoestand, op actie aankomt, moet <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> éérste<br />
plaats weten en gevoelen, hoe hij dit zal <strong>voor</strong>stellen, en han hij het mo<strong>de</strong>l<br />
vóór hem slechts met omzichtigheid raadplegen."<br />
„In dit moeilijk genre nu heeft mevrouw Ronner het zéér ver gebracht,<br />
en <strong>voor</strong>al het leven <strong>de</strong>r Fatten zoo nauwlettend ga<strong>de</strong>geslagen, dat zij ons<br />
die in alle stan<strong>de</strong>n en steeds even waar <strong>voor</strong>stelt. Daarbij is zij coloriste,<br />
zoodat elk karakterstukie ook in dat opzicht veel aantrekkelijks heeft.<br />
Haar dieren-epos is nimmer uitgeput. Tellens voegt zij er een geestig<br />
couplet big, en telkens zijn wij opnieuw verrast door eene of an<strong>de</strong>re boze<br />
streek harer guitige latjes. Welk eene studie en <strong>voor</strong>tdurend ga<strong>de</strong>slaan en<br />
339
onthou<strong>de</strong>n, eer men in staat is, <strong>de</strong> als kwikzilver zoo bewegelijke diertjes<br />
op hef doek te brengen ; want ie<strong>de</strong>reen begrijpt, dat van gezet schil<strong>de</strong>ren<br />
naar het leven hier geen sprake han zijn."<br />
„Van al <strong>de</strong>ze dames is mejuffrouw T h é r é s e S c h w a r t z e, dochter<br />
van wijlen <strong>de</strong>n beken<strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r, zeker <strong>de</strong> jongste. Zou men het<br />
ae kleine tengere gestalte aanzien, dat zij het penseel zoo kloek,<br />
als 't ware mannelijk hanteert ?"<br />
De laatste opmerking is mogelijk nog het meest verou<strong>de</strong>rd, want niemand<br />
in Holland twijfelt eraan, dat vrouwen Inwasten en penwelen met <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong><br />
kracht en breedheid voeren als mannen.<br />
De <strong>voor</strong>treffelijke portretschil<strong>de</strong>r John George Schwartze (1815-1874)<br />
„wiens zelfportret zoo iets boeiends van opvatting, zoo iets grootsch van<br />
schil<strong>de</strong>ring bezit, zooiets zielsvols in <strong>de</strong> <strong>voor</strong>dracht" (Mej. G. H. Marius),<br />
werd te Amsterdam <strong>de</strong> „stichter" van het hoofdste<strong>de</strong>lijk schil<strong>de</strong>rsgeslacht,<br />
waaraan zijn dochter Thérése zoo grooten luister zou brengen : Thérése<br />
Schwartze immers werd, na <strong>voor</strong>tgezette studie te Munchen bij Lenbach<br />
en te Parijs bid Bonnat, <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>res bij uitnemendheid in <strong>de</strong> eerste<br />
„Wilhelmijnsche perio<strong>de</strong>". Een uiterst vlot talent maakte haar bij uitstek<br />
tot <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>res van het representatieve portret van mannen, die in haar tijd<br />
op <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>grond tra<strong>de</strong>n, als een minister van Tienhoven, een architect<br />
Dr. Cuypers, een generaal Joubert, een presi<strong>de</strong>nt Kruger en niet min<strong>de</strong>r<br />
van <strong>de</strong> vrouwen uit <strong>de</strong> gegoe<strong>de</strong> en aristocratische kringen van Ne<strong>de</strong>rland.<br />
Met psychologisch inzicht en met grooten smaak stelt zij haar mo<strong>de</strong>llen<br />
en leunt in <strong>de</strong>compositie vaak aan tegen <strong>de</strong> groote Engelschen. Op Hollandsche<br />
wijze wordt het licht een rol toebe<strong>de</strong>eld, die <strong>de</strong> werking van <strong>de</strong> plastiek<br />
op een afstand ten goe<strong>de</strong> bomt. In <strong>de</strong> behan<strong>de</strong>ling van <strong>de</strong> olieverf is zij een<br />
virtuoze, zij kent door en door die moeilijke en vaak verra<strong>de</strong>rlijke stof,<br />
die zij geheel naar <strong>de</strong>n aard op het doer brengt. Zon<strong>de</strong>r bitume, maar<br />
in een even warmen toon, staat ongebarsten en onverkleurd haar werk<br />
nu nog in volle pracht, niet omdat zij an<strong>de</strong>re, betere verf gebruikte dan<br />
haar confraters, maar omdat zij beter schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, d.w.z. het <strong>voor</strong>tdurend<br />
overschil<strong>de</strong>ren vermeed en onnoodig zwaar impasto niet aanwend<strong>de</strong>.<br />
In 1885 begon Thérése Schwartze <strong>de</strong> verovering van haar bril lante<br />
pasteltechniek, welke <strong>voor</strong>al in <strong>de</strong> vele kin<strong>de</strong>rportretten bijzon<strong>de</strong>r gelukkig<br />
toepassing vond. Het pastelportret, in bezit van Arti et Amicitiae, van<br />
H. M. <strong>de</strong> Koningin is een <strong>voor</strong>treffelijke staal van haar kunst en wel even<br />
belangrijk als het groote portret <strong>de</strong>r Vorstin <strong>voor</strong> Mecklenburg, in olieverf<br />
geschil<strong>de</strong>rd.<br />
De herinnering aan <strong>de</strong> groote schil<strong>de</strong>res, uit 1916 te Rotterdam, hangt<br />
340
<strong>voor</strong> mij vast aan wat ik het inci<strong>de</strong>nt van het „conclave" <strong>voor</strong> <strong>de</strong> medailles<br />
zou willen noemen. Het was <strong>de</strong> plompe, vierkante aankomst van Tholen,<br />
die met meer okehhddighatd dan noodig was, tot uitdrukking bracht dat lui<br />
zich slechts ge<strong>de</strong>rangeerd had om <strong>de</strong> gou<strong>de</strong>n medaille <strong>voor</strong> zijn vriend Jan<br />
Vetti te komen halen. Als Vetti een portret schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> van Oerkin<strong>de</strong>ren,<br />
dan was <strong>de</strong> re<strong>de</strong>n verdubbeld <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n „partisan" om zich in te spannen.<br />
Hij <strong>de</strong>ed dit dan ook met een plompe scherpte die tegenspraak niet wel<br />
mogelijk maakte. Thérèse, qui voyait venir le coup, schetste een tegenstand<br />
die niet ver<strong>de</strong>r dan een schets kwam.<br />
Deze medaille aan haar concurrent was <strong>voor</strong> haar <strong>de</strong> dissonant aan het<br />
ein<strong>de</strong> van een aardig liedje. lk ben er zeker van dat <strong>de</strong> dagen, in Rotterdam<br />
doorgebracht, <strong>voor</strong> haar genoegelijk geweest waren.<br />
Is 't behoorlijk te spreken van concurrent ? 't Is nu eenmaal zoo dat het<br />
kunstenaarschap mid<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> wereld van vraag en aanbod staat, en <strong>voor</strong>al<br />
in een plein land als Holland bewegen zich <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs zoo dicht op elkan<strong>de</strong>r,<br />
dat zij elkan<strong>de</strong>rs temen bijna niet vermij<strong>de</strong>n hunnen.<br />
Veth en Thérèse waren te Amsterdam, Josselin <strong>de</strong> Jong en Haverman<br />
te Den Haag, een tijdlang <strong>de</strong> portretschil<strong>de</strong>rs on<strong>de</strong>r wie <strong>de</strong> portretopdrachten<br />
van beteekenis wer<strong>de</strong>n ver<strong>de</strong>eld. De, steun, die <strong>de</strong> kunstkritiek in <strong>de</strong> pers<br />
in toenemen<strong>de</strong> mate aan Vetti verleen<strong>de</strong> zou beter te verdragen zijn geweest,<br />
indien zij niet gepaard was gegaan met een kennelijke onwelwillendheid<br />
tegenover Thérse Schwartze, 'n onwelwillendheid die <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>res<br />
niet an<strong>de</strong>rs dan als een onrecht moet gevoeld hebben, want zij moet gei<br />
weten hebben wat zijzelf waard was, en bij volle erkenning van Veth's<br />
verdiensten, wist zij toch ook dat het vaak diens tekortkomingen waren die<br />
geroemd wer<strong>de</strong>n.<br />
Maar zelfs <strong>de</strong> onwelwillendste kritiek waag<strong>de</strong> het niet <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>res, als<br />
vrouw, in een min<strong>de</strong>re positie te plaatsen tegenover haar mannelijke confraters.<br />
In Holland was <strong>de</strong> volkomen gelijkheid door <strong>de</strong> vrouw in <strong>de</strong> kwast<br />
verkregen, een <strong>de</strong>finitieve verovering waartoe ook <strong>de</strong> in 1857 te 's-Gravenhage<br />
geboren schil<strong>de</strong>res S u x e Rober t s o n het bare had bijgedragen.<br />
Als Thérése Schwartze verwissel<strong>de</strong> zij van naam, werd <strong>de</strong>ze Mevrouw<br />
van Duyl, dan werd zij, na haar huwelijk met <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r Richard<br />
Bisschop, Suze Bisschop-Robertson. Zij behoort tot <strong>de</strong> sterkste coloristische<br />
talenten <strong>de</strong>r Hollandsche school die, hoewel ten slotte weer te<br />
's-Gravenhave gevestigd, eer<strong>de</strong>r <strong>de</strong>n Amsterdamschen invloed van Brenner<br />
on<strong>de</strong>rging. De sonore kleurpracht van haar stillevens, haar persoonlijke<br />
visie op het figuur en <strong>de</strong> vurige hartstocht die uit haar stadsgezichten<br />
spreekt, behooren tot hef beste door impressionnisten in Holland <strong>voor</strong>tgebracht.<br />
Hoe ver staat <strong>de</strong> summaire vormgeving van dit werk, met zijn fonkelen<strong>de</strong><br />
341
kleurkracht, af van <strong>de</strong> zorgvuldigheid <strong>de</strong>r bloemstillevens van mejuffrouw rocttu<br />
Roosenboom ? Welre afstand tusschen haar bree<strong>de</strong> toets en zware empatementen<br />
van een „Poort te Har<strong>de</strong>rwijk", en Henriëtte Ronner's<br />
1 kattenschil<strong>de</strong>rijen!<br />
Dichter bij het eer<strong>de</strong>r tragische accent<br />
van Suze Bisschop staat <strong>de</strong> arbeid van<br />
Sina Mesdag-van Houten, die,<br />
te Groningen in 1834geboren, te' s-Gravenhage<br />
als <strong>de</strong> echtgenoote van <strong>de</strong>n zeeschil<strong>de</strong>r<br />
H.W . Mesdag, haar bree<strong>de</strong> hei<strong>de</strong>gezichten<br />
en haar groote stillevens van sierpompoenen<br />
in forschen trant schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>.<br />
Uit hetzelf<strong>de</strong> begaaf<strong>de</strong> geslacht <strong>de</strong>r van<br />
,Houten'strokBarbara van Houten<br />
Mevr. S. Mesdag-van Houten, krijtk abbd. <strong>de</strong> aandacht door haar zeer bijzon<strong>de</strong>re<br />
etsen. In <strong>de</strong> zeldzaam gewor<strong>de</strong>n portefeuilles<br />
van „<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche Etsclub" komt haar werk, dat niets meer<br />
heeft van het wat schuchtere dilettantisme dat vrouwewerk <strong>voor</strong>heen<br />
wel kenmerkte, tot zijn recht.<br />
Keerera wij tot <strong>de</strong> Schwartzes terug met L i z z y A n s i n g h, nicht van<br />
Thérése Schwartze en van Georgine Schwartze, <strong>de</strong> beeldhouwster, dan<br />
komt met haar een lichte en romantische verbeelding zich voegen bij <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rlijke eigenschappen <strong>de</strong>r familie. Met portretten, met een tikje<br />
ironischer humor, en poppenschil<strong>de</strong>rijen, welke nauwelijks stillevens zijn<br />
en waarvan <strong>de</strong> toets uiterst levendig, vaak elegant en <strong>de</strong> kleur even vaak<br />
boeiend is, plaatste zij zich in het allereerste gelid van onze Kunstenaars.<br />
Dda'r is ook <strong>de</strong> plaats van Coba R i t s e m a, met wie zij in 1894<br />
aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie ging werken. Deze werd in het stillevenschil<strong>de</strong>ren<br />
van waarlijk grootsche allure. Coba Ritsema's begaafdheid ligt in het hart<br />
van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst en doet wel, ook wat <strong>de</strong> kwaliteit betreft, <strong>de</strong>nken aan<br />
J3reitner, die haar lessen gaf, door <strong>de</strong> volle fleur en het grootsche schrift.<br />
Zij die zich om <strong>de</strong>ze bei<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ressen van zeer groot talent groepeer<strong>de</strong>n,<br />
wer<strong>de</strong>n wel aangeduid als „<strong>de</strong> Amsterdamschejoffers", en in<strong>de</strong>rdaad lean<br />
van een school gesproken wor<strong>de</strong>n, door een verwant fijn Kleurspel dat,<br />
in een gevoelige maar ]drachtige toets, gloed geeft aan figuurstudies en<br />
stillevens.<br />
Coba S u r i e, die van 1908 tot 1910 bij Coba Ritsema werkte, komt<br />
<strong>de</strong>ze wel eens nabij in schil<strong>de</strong>rijen, waarin zij het figuur met stilleven<br />
verbindt. Met forschen streek brengt zij rijp coloriet in haar werk.<br />
342
B. Westendorp-Osieck, potloodteekening, Arles,<br />
343
^-<br />
Bijzon<strong>de</strong>r gelukkige accenten<br />
van fijne grijzen<br />
vond, in cursief geteeken<strong>de</strong><br />
stillevens in olieverf,<br />
vaak Marie van<br />
Resteren Altena,<br />
leerlinge van Poggenbeek<br />
en Van <strong>de</strong>r Valli.<br />
Ans van <strong>de</strong>n Berg,<br />
die lessen had van Paul<br />
Rink, schil<strong>de</strong>rt bloemen<br />
in een aan haar kunstzusters<br />
verwanten trant.<br />
De schoone stillevens en<br />
:. k % '<br />
z r<br />
" ,. krachtige figuurstudies<br />
, ,,. van Mevr B a u e r-<br />
,:,:^ ^ ^^, ,.^^^, ^,%^ ,;^ ; ^<br />
Mevr. Bauer-Stumpf f, portretkrabbel naar <strong>de</strong> moe<strong>de</strong>r van Bauer.<br />
t.^. ^t S t u m hou<strong>de</strong>n,wat<br />
ff<br />
' ° het karakter betreft, hef<br />
mid<strong>de</strong>n tusschen die van<br />
Coba Ritsema en die va<br />
Mevr. Westendorp-<br />
Osieck. De laatste is<br />
mogelijk <strong>de</strong> meest Fransche van <strong>de</strong> groep. Vaak heeft haar schoon<br />
coloristisch werk een zekere mondaine elegantie die, ook in <strong>de</strong> luchtige<br />
lijnen van haar etsen en reisschetsen, van overtuigen<strong>de</strong> charme is.<br />
Wil men <strong>de</strong> kenmerken<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ringen van al dit werk toetsen aan een<br />
vorige generatie, dan kan <strong>de</strong> vergelijking er van met dat van een W all y<br />
Moes, t 1918, of van een Marie Wandscheer, r 1937, die<br />
dui<strong>de</strong>lijk in het licht stellen. Plasschaert roemt Wally Moes' werk als<br />
„soms van ware vrouwelijkheid" en noemt <strong>de</strong> figuurstukken van Marie<br />
Wandscheer „van ou<strong>de</strong>rwetsche tee<strong>de</strong>rheid". Haar bei<strong>de</strong>r talent, dat wat<br />
moeizaam tot ontwikkeling kwam, lijkt <strong>de</strong> <strong>voor</strong>bereiding te zijn geweest<br />
tot <strong>de</strong> schijnbare „dësinvolture" waarme<strong>de</strong> het volgend geslacht zich zou<br />
gaan uitspreken. Naast het centrum Amsterdam, kent Den Haag on<strong>de</strong>r <strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>ressen niet <strong>de</strong> aangesloten groep die wij hierboven behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong>n,<br />
maar wel meer afzon<strong>de</strong>rlijke talenten als A n n a A b r a h a m s, t 1930,<br />
die bloemen op een zeer eigen feekenwijze en in een verfijnd mo<strong>de</strong>rne lichte<br />
kleur schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>. Met haar vergeleken, is het werk van Mej. M. V 1 i e-<br />
1 a n d e r H e i n eer<strong>de</strong>r aan dat van <strong>de</strong> Amsterdamsche schil<strong>de</strong>ressen<br />
verwant. De blanke, min<strong>de</strong>r impressionnistisch geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stillevens van<br />
344
Lucie van Dam<br />
van Isselt, die<br />
vaak, met een aan <strong>de</strong><br />
primitieven ontleen<strong>de</strong><br />
aandacht, <strong>de</strong> stof beziet,<br />
zijn ook meer<br />
op Haagsche dan op<br />
Amsterdamsche tentoonstellingen,<br />
te zien<br />
geweest. Jo Koster,<br />
die reeds haar zeventigsten<br />
verjaardag<br />
vier<strong>de</strong>, met belangrijke<br />
naar het luminisme<br />
gekeer<strong>de</strong> landschappen ,<br />
in „Pulchri Studio",<br />
werd te Kampen geboren.<br />
Te Rotterdam<br />
vorm<strong>de</strong> zich Mevr<br />
S. Heyberg-Le<strong>de</strong>boer<br />
tot een portrettiste<br />
van formaat.<br />
Ook <strong>de</strong> nieuwste stroomingen<br />
von<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r<br />
M. E. van Regieren Altena, reisschets.<br />
vrouwen overtuig<strong>de</strong> en<br />
zeer talentvolle a<strong>de</strong>pten ; dochter van een geniaal va<strong>de</strong>r vindt Mevr.<br />
Char le y To o r o p's uiterst karaktervol werk ook ver ,buiten onze<br />
grenzen bewon<strong>de</strong>ring, terwijl ook Els e Berg's expressievolle mo<strong>de</strong>rniteit<br />
ruime waar<strong>de</strong>ering gegeven wordt.<br />
Bij gelegenheid van het veertigjarig regeeringsjubileum van H. M. Koningin<br />
Wilhelmina, die zelf zich tot een goed landschapschil<strong>de</strong>ren ontwikkel<strong>de</strong>,<br />
heeft Arti et Amicitiae een tentoonstelling ingericht van <strong>de</strong> kunst van<br />
vrouwen, die in die perio<strong>de</strong> aan het werk waren. Het werd Bene <strong>voor</strong>treffelijke<br />
verzameling zeer verschei<strong>de</strong>n werk, dat in niets achterstond bij het werk <strong>de</strong>r<br />
mannen. Want dat is <strong>de</strong> belangrijke verovering <strong>de</strong>r vrouwen in dien tijd<br />
geweest. Toen dan ook, wat jaren terug, <strong>de</strong> auteur, daartoe aangezocht,<br />
een groep schil<strong>de</strong>ressen trachtte te overtuigen dat het van belang was dat <strong>de</strong><br />
Hollandsche vrouwen uit zou<strong>de</strong>n komen op een tentoonstelling te Parijs, waar<br />
werk van vrouwelijke kunstenaars uit alle <strong>de</strong>elen <strong>de</strong>r wereld bijeengebracht<br />
345
werd, is hem dit nauwelijks gelukt. De dames von<strong>de</strong>n dat Holland<br />
juist niet meer aan zoon expositie behoef<strong>de</strong> <strong>de</strong>el te nemen, daar zij <strong>de</strong> v o 1h<br />
omen gel ij k h e i d met hun confraters immers reeds bevochten<br />
had<strong>de</strong>n. Zij had<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>ze opvatting geen ongelijk. Alleen uit solidariteitsgevoel<br />
in <strong>de</strong>n strijd van <strong>de</strong> vrouwen in an<strong>de</strong>re lan<strong>de</strong>n, besloten zij ter elf<strong>de</strong>r<br />
ure in te zen<strong>de</strong>n.<br />
Ondoenlijk is het allen te noemen, die glans geven aan <strong>de</strong> kunst van <strong>de</strong>n dag<br />
en op <strong>de</strong> periodieke tentoonstellingen aandacht trekken.<br />
Zon<strong>de</strong>r Benige aanspraak op volledigheid signaleeren wij <strong>de</strong>n lezer nog : <strong>de</strong><br />
krachtige Jkvr. d e Jonge, die zich ook als leidster van een Internationaal<br />
Atelier te Amsterdam liet Dennen. Mevr. Olga van I t t e r s o n-<br />
K n o e p f 1 e, die zwierig visschep schil<strong>de</strong>rt op een ron<strong>de</strong> tafel, is een<br />
levendig talent. Henriëtte R e u c h 1 i n-L u c a r d i e, die haar werkzaamheid<br />
ver<strong>de</strong>elt tusschen Rotterdam en Parijs, ontbreekt met haar<br />
portretten en naakten zel<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> „Salon", Mej. Franken en<br />
haar stillevens, Sari Goth en haar kin<strong>de</strong>rportretten even zel<strong>de</strong>n op<br />
Arti of St Lucas. Mevr. L u t tg e-D e e t man Kreeg met haar frissche<br />
buitenstudies uit Marokko en haar schil<strong>de</strong>rijen van het Italiaansche<br />
boerenleven, een vaste plaats op <strong>de</strong> tentoonstellingen.<br />
Waar<strong>de</strong>eren<strong>de</strong> aandacht verkregen ook N e 11 y Bo d e n Ii e i m, een<br />
<strong>de</strong>coratief talent dat teelent en lithografeert met geest en fijnen smaak,<br />
mevr. Peizel-Ansingh, die bloemstukken en figuurstuken on<strong>de</strong>rteekent:<br />
Sore 11 a (zuster van Lizzy Ansingh),<br />
Mevr. Woutersen-van<br />
Doesburg h, een <strong>de</strong>r heel weinigen<br />
die miniatuurportretten schil<strong>de</strong>rt.<br />
Mej. Bieroma Oosting en<br />
haar sterke mo<strong>de</strong>rne grafiek, heeft<br />
een eigen publiek. Twee dochters van<br />
Schil<strong>de</strong>rs : Elise Domen mevr.<br />
Loos Brinks-Sluji ters zijn<br />
veelbeloven<strong>de</strong> Kunstenaressen ... .<br />
't Moge tenslotte nog eens herhaald<br />
wor<strong>de</strong>n, en uit het bovenstaan<strong>de</strong><br />
moge het gebleken zijn, dat in geen<br />
land en in geen tijd door vrouwen<br />
aan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst zooveel frisch<br />
talent gegeven werd, als in Holland<br />
Mevr. L. Brinks-Sluijfers, Berber-vrouw. <strong>de</strong> laatste vijftig jaren.<br />
346
vertmUWeD ^-
348<br />
Jan Sluijters, het Bad.
X.<br />
VERTROUWEN. — Met onvermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> toewijding blijven <strong>de</strong><br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>rs aan <strong>de</strong>n arbeid.<br />
an een onzer eerste schil<strong>de</strong>rs kreeg ik <strong>de</strong>zer dagen het volgen<strong>de</strong><br />
schrijven :<br />
Waar<strong>de</strong> vriend,<br />
Zooals je weet matigen zich een groep van schil<strong>de</strong>rs, (die ik aanduid<br />
als archaisanten), het recht aan te beweren, dat het impressionnisme<br />
d o o dg el o o p en is en dat zij, om weer tot het werkelijke schil<strong>de</strong>rij<br />
te geraken, teruggaan tot <strong>de</strong> primitieven en het handwerf weer in<br />
eere willen herstellen.<br />
Over dat handwerf-techniek valt te praten. Ik geloof dat er héél<br />
wat meer vakbekwaamheid noodig is om een stuk naakt, zooals b.v.<br />
Breitner dat schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, in elkaar te borstelen, dan een naakt<br />
zooals die heerera dat maken. Het eerste is m.i. behalve kunst, een<br />
uiting van groot technisch kunnen, het twee<strong>de</strong>, behalve slechte of<br />
géén kunst, slechts een kwestie van maniertje of truc.<br />
Ili zoek in mijnwerf , zooals je weet, evenmin er naar het impressionisme<br />
<strong>voor</strong>t te zetten. 1k tracht van <strong>de</strong> veroveringen van het<br />
impressionisme een dankbaar gebruik te maken, om daarop <strong>voor</strong>tbouwend<br />
(dus vervolgend en niet herhalend), evenals <strong>de</strong>ze bovengenoem<strong>de</strong><br />
schil<strong>de</strong>rs meer tot hef gecomponeer<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij te komen.<br />
Wanneer het mij, of an<strong>de</strong>ren, die een soortgelijke opvatting hebben,<br />
gelukt <strong>de</strong>n weg te banen naar een nieuwe klassieke kunst, dan han<br />
dat een <strong>voor</strong>uitgang beteekenen op vroegere kunstperio<strong>de</strong>s, terwijl<br />
hef streven <strong>de</strong>r archaisanten slechts han lei<strong>de</strong>n tot een slappe<br />
herhaling van wat eens prachtig geweest is, en dus feitelijk niets<br />
an<strong>de</strong>rs dan <strong>de</strong>generatie beteekent.<br />
349
ik schrijf je dit naar aanleiding van een lezing van een kriticus,<br />
die het door mij aangehaal<strong>de</strong> beweer<strong>de</strong>, n.l. dat het impressionnisme<br />
afgedaan had (wat feitelijk zeggen wil, dat het nooit als kunstuiting<br />
van belang was) en dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs, die hij op het oog had, in<br />
<strong>de</strong>ze Kunstvernieuwing het behoud <strong>de</strong>r kunst zagen.<br />
Hierop volg<strong>de</strong>n collegiale plichtplegingen en <strong>de</strong> handteeening.<br />
Dit schrijven moge iets oplichten van <strong>de</strong>n sluier, die <strong>de</strong>n strijd <strong>de</strong>bt welke<br />
ook <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>r steeds te voeren heeft tegen <strong>de</strong> altijd leven<strong>de</strong><br />
bekoring, het te gaan zoeken waar het niet verloren is. Niets schijnt eenvoudiger,<br />
maar blijkt moeilijker, dan het bewan<strong>de</strong>len van <strong>de</strong>n hoofdweg,<br />
waar telkens lokken<strong>de</strong> zijpa<strong>de</strong>n, wegen van min<strong>de</strong>ren weerstand, zich<br />
openen. Want ik zou er U van willen doordringen: alles is gemakkelijker<br />
dan zien en weergeven. En het is treffend met hoeveel ijver<br />
menig, in oorsprong begaafd schil<strong>de</strong>r, zich geestelijk en technisch gaat<br />
inspannen niet te schil<strong>de</strong>ren.<br />
Ili heb ze in mijn veertigjarigen paedagogischen arbeid ga<strong>de</strong> geslagen,<br />
<strong>de</strong> jongelui die met ernst aan <strong>de</strong> studie waren en plotseling, zoo leef het<br />
tenminste, het roer omwierpen. De strijd tegen wind en golven was hen te<br />
zwaar, ma wind en golven werd alles eenvoudiger. Zij liepen een tijd<br />
geduldig langs <strong>de</strong> slingeren<strong>de</strong> pa<strong>de</strong>n, die in elke ernstige studie bewan<strong>de</strong>ld<br />
moeten wor<strong>de</strong>n, <strong>voor</strong>uitgaan<strong>de</strong>, maar ook schijnbaar achteruitgaand....<br />
Tot zij plotseling het i<strong>de</strong>e kregen zoogenaamd recht op het doel af te gaan,<br />
buiten <strong>de</strong> pa<strong>de</strong>n om, dwars door <strong>de</strong> perken, bloem en blad vertrappend,<br />
recht door te loopera, om tenslotte <strong>de</strong>n uitgang te missen, tegen een muur te<br />
staan waar geen doorbomen aan is. . . .<br />
Waarom met zooveel zorg teekenen en schil<strong>de</strong>ren als <strong>de</strong> jonge Willem Mans,<br />
als het toch <strong>de</strong> bedoeling is te gaan werken als Penmeke ? Waarom <strong>de</strong><br />
natuur bestu<strong>de</strong>eren, waarom haar met een menschelijk oog doorvorschen,<br />
als <strong>de</strong> lens van <strong>de</strong> camera het veel beter doet, waarom <strong>de</strong> zichtbare wereld<br />
uitbeel<strong>de</strong>n, als <strong>de</strong> fotografie dat van ons heeft overgenomen ?<br />
't Ongeluk is dat zij <strong>de</strong>zen en an<strong>de</strong>ren onzin vaak zelf gelooven, en zij<br />
beginnen vlakken te ver<strong>de</strong>elera, ze te rhythmeeren, streepjes, puntjes en<br />
vierkantjes te teekenen. En er ontstaan ontwerpen <strong>voor</strong> bed<strong>de</strong>kleedjes in<br />
olieverf. Zij vin<strong>de</strong>n <strong>de</strong> meest dwaze van alle uitdrukkingen: „abstracte<br />
kunst", alsof niet alle kunst in <strong>de</strong> eerste plaats, uit <strong>de</strong> abstractie en in<br />
d e realiteit moet gebracht wor<strong>de</strong>n!<br />
Het zijn vaak juist <strong>de</strong> tekortkomingen in het werk van meesters, waarop zij<br />
zich beroepen als <strong>voor</strong>beeldig. Niet <strong>de</strong> schoongebroken tonen van Cézanne,<br />
maar het scheeve van zijn potjes en pannen komt op hun doek. En telkens<br />
350
heeft die leugen een schooner naam. Uit verzuchtingen van Cézanne in<br />
zijn strijd om het ruimtelijke, wordt het woord „cubisme" gelanceerd.<br />
Als een paar uiterst vaardige Italianen <strong>de</strong> beweging tot paroxisme brengen<br />
en beschei<strong>de</strong>n hun werk „futurisme" noemen, dan is er weer een woord<br />
<strong>voor</strong> iets, dat niet <strong>de</strong> toekomst had en geen vijf jaren heeft geduurd. Als <strong>de</strong><br />
realiteit buiten het beel<strong>de</strong>nd vermogen blijkt, na aanvankelijke inspanning,<br />
dan kan je je bergen in het „surréalisme".Als je dan merkt dat een muziekinstrument,<br />
zelfs in projectie, bijzon<strong>de</strong>r moeilijk te teelenen is, wel, dan<br />
teeken je het slechts ten halve, en vult <strong>de</strong> leege plek aan met een slecht<br />
gesilhouetteerd vrouwebeen.<br />
Een „echte" schil<strong>de</strong>res zond mij hierover het volgen<strong>de</strong> :<br />
Geef ons guitaren en nog eens guitaren<br />
En weer guitaren en meer guitaren<br />
Cylin<strong>de</strong>rs en ballen<br />
Steengin druiven en duiven<br />
getuimeld, gevallen,<br />
Een dwalen<strong>de</strong> arm, van een vrouw gereten,<br />
En al dt dooreengesmeten<br />
Alsof er een heete wind kwam gevaren,<br />
Daarna, ijzige hou<br />
Die alles verstar<strong>de</strong>,<br />
Die alles verhard<strong>de</strong>,<br />
Opdat het tot Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunst wor<strong>de</strong>n zou.<br />
En mandolinen en blokken en strepen,<br />
Om mee te dwepen,<br />
Een loerend oog<br />
Dan een boog.<br />
Een cirkel, een krant<br />
Een brok van een hand —<br />
En guitaren guitaren I<br />
Ilan omlaag, van omhoog.<br />
Zijn <strong>de</strong> belij<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong>ze dwaashe<strong>de</strong>n dwazen ? Als regel zeker niet. Men<br />
han <strong>de</strong> Ketterij verfoeien en <strong>de</strong>n ketter in zijn hart sluiten. Hij die <strong>de</strong>n<br />
weg van <strong>de</strong>n minsten weerstand inslaat weet dit bijna nooit. Hip leeft zich<br />
uit, hij ontwikkelt zich in zijn eigen rhythme, en maakt alles goed door een<br />
ontwijfelbare sinceriteit. 't Is daarom niet min<strong>de</strong>r waar dat <strong>de</strong> dwaasheid<br />
„<strong>de</strong>s coupes Bombres" slaat, ook in onze Ne<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>rsbegaaf dheid,<br />
351
en dat <strong>de</strong> vraag om natuur en waarheid <strong>de</strong> e<strong>de</strong>lste roep, <strong>de</strong> verovering<br />
van <strong>de</strong>n eenvoud, een nooit overbodige kreet is.<br />
Er zijn kunstenaars die le<strong>de</strong>ren invloed on<strong>de</strong>rzoeken, die alle „ismen"<br />
doorloopen vóór zij in het Hollandsche visueel-picturale terugkeeren.<br />
Wie zal ze hierin veroor<strong>de</strong>elen ? Er zijn naturen, en het zijn vaak <strong>de</strong><br />
sterkste, die zich slechts gewonnen geven aan <strong>de</strong>n uitslag van het eigen<br />
on<strong>de</strong>rzoek. Diezelf<strong>de</strong> naturen zijn slechts bereid afstand te . doen van die<br />
zaken, die in waarheid hun bezit zijn, die <strong>de</strong> weel<strong>de</strong> willen afleggen als<br />
zij er door gekoesterd zijn, die het gekunstel<strong>de</strong> slechts verwerpen, als zij het<br />
door en door verbruikt hebben, die <strong>de</strong> heilige armoe<strong>de</strong> aanhangen, als <strong>de</strong><br />
rijkdom hen daartoe geschikt maakte.<br />
Als beperking <strong>de</strong>n meester kenmerkt, dan is vóóron<strong>de</strong>rsteld dat zijn<br />
terrein ruim, ja onbegrensd was. Als wij ons overgeven aan <strong>de</strong> majesteit<br />
van het rimpellooze watervlak in stralen<strong>de</strong>n zonneschijn, dan is dat <strong>voor</strong>al<br />
omdat wij het stormgeweld <strong>de</strong>r golven en <strong>de</strong> jagen<strong>de</strong> wolkgevaarten<br />
die het licht verduister<strong>de</strong>n, nog versch in hef geheugen hebben.<br />
Zoo zijn <strong>de</strong> laatste werken van fan S 1 u ij ter s een terugkeer in het<br />
uitsluitend picturale, <strong>de</strong> weerkeer in <strong>de</strong> bedding van een kolken<strong>de</strong>, <strong>de</strong> uiterwaar<strong>de</strong>n<br />
ver overstroomen<strong>de</strong> rivier.<br />
Sluijters' oeuvre zal komen<strong>de</strong> geslachten een beeldgenen van <strong>de</strong> stroomingen,<br />
die ook <strong>de</strong> Hollandsche schil<strong>de</strong>rkunst vanaf 1900 stimuleer<strong>de</strong>n en verontrustten.<br />
Het kenmerk van <strong>de</strong>n jongen Sluijters was reeds zijn openheid <strong>voor</strong><br />
alle indrukken en zijn afzijdigheid van elk <strong>voor</strong>oor<strong>de</strong>el. Wat er speciaal<br />
tusschen 1907 en 1914 wordt geëxperimenteerd, houdt Jan Sluijters bezig.<br />
Zijn avant-gar<strong>de</strong> geest heeft het juiste gevoel <strong>voor</strong> wat het oogenblik vraagt,<br />
hij weet precies waar het op een oogenblik tijd <strong>voor</strong> is.<br />
Zijn dit <strong>de</strong> juiste speculaties van een berekenen<strong>de</strong>n geest ? Slechts zeer ten<br />
<strong>de</strong>ele, daar<strong>voor</strong> klinkt alles wat hij maakt te vol, daar<strong>voor</strong> draagt alles<br />
te veel het kenmerk <strong>de</strong>r roekeloosheid, daar<strong>voor</strong> is <strong>de</strong> overgave te volstrekt.<br />
Men vergete ook niet dat Sluijters' groote vaardighe<strong>de</strong>n hem in staat<br />
stel<strong>de</strong>n het : „on<strong>de</strong>rzoek alle dingen" van Augustinus, op zijn terrein,<br />
in praktijk te brengen. Zijn scherpe intelligentie doet hem <strong>de</strong> kern van<br />
<strong>de</strong> ..ismen", die hem verlokten, on<strong>de</strong>rkennen, terwijl zijn vaardigheid<br />
hem in staat stelt technische mogelijkhe<strong>de</strong>n naar alle zij<strong>de</strong>n te on<strong>de</strong>rzoeken,<br />
om tenslotte, <strong>voor</strong>al door zijn portretten, <strong>de</strong> Hollandsche visueele klassieke<br />
schil<strong>de</strong>r te wor<strong>de</strong>n, die hij in 1940 is.<br />
Met welke mid<strong>de</strong>len suggereert Sluijters ons in zijn portretten zijn meesterschap<br />
? Door <strong>de</strong> afwezigheid van elke extravagantie, door <strong>de</strong> aanwending<br />
van <strong>de</strong> eenvoudigste schil<strong>de</strong>rwijze en het soberste coloriet.<br />
Dit nu Ilan <strong>de</strong> negen-en-vijftigjare Sluijters zich veroorloven. Eerst na<br />
352
Prof. H. J. Wolter, havengezicht, Bretagne.<br />
een leven van speuren en zoeken, wringen en worstelen, kunnen <strong>de</strong> leegte<br />
en <strong>de</strong> stilte veroverd wor<strong>de</strong>n. Met het kapmes baant <strong>de</strong>n jeugd, aan <strong>de</strong> voet<br />
van <strong>de</strong>n berg, zich een doortocht. Met het zwaard wor<strong>de</strong>n in <strong>de</strong>n middag<br />
<strong>de</strong> lianen van <strong>de</strong> ondoordringbaar lijken<strong>de</strong> moeilijkhe<strong>de</strong>n en verlokkingen<br />
doorsne<strong>de</strong>n. Langs bloedsporen wor<strong>de</strong>n hoogten na hoogten beklommen.<br />
Maar als het plateau bereikt is, wordt <strong>de</strong> ruimte met lange teugen gedronken<br />
en valt <strong>de</strong> stilte als een gave <strong>de</strong>s hemels.<br />
In dit opzicht heeft Sluijter's generatie het veel moeilijker gehad dan die<br />
van Breiteer en die van <strong>de</strong> Narissen. Vooral zij die, min<strong>de</strong>r soepel en<br />
eer<strong>de</strong>r stug aan het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren vasthiel<strong>de</strong>n, zijn met <strong>de</strong> tan<strong>de</strong>n<br />
opeen aan het werk geweest, bloot als zij ston<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong> verwijten „<strong>de</strong>n<br />
polsslag van <strong>de</strong>n tijd niet te voelen", als zij met stillen ernst <strong>de</strong> natuur<br />
ingingen of zich met gesloten opvatting aan het portret gaven.<br />
In <strong>de</strong> nijverheidskunsten ging alles <strong>voor</strong>bij, maar <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rij die, door aan<br />
<strong>de</strong> monumentaliteit verpan<strong>de</strong> zielen, dood was verklaard, blief leven.<br />
De architecten weer<strong>de</strong>n steeds overtuig<strong>de</strong>r het schil<strong>de</strong>ren uithunbouwwerken,<br />
maar „<strong>de</strong> kunst aan touwtjes", naar <strong>de</strong> smalen<strong>de</strong> uitdrukking van een<br />
begaafd schrijver, hangt nog steeds, en verkrijgt nog volop het beste <strong>de</strong>el<br />
van <strong>de</strong> Hollandsche kunstbegaafdheid.<br />
Bij een vorig geslacht zagen wij schil<strong>de</strong>rs vanuit <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieve- en nijverheidskunsten,<br />
terugkeeren naar palet en penseelgin. Dysselhof eindig<strong>de</strong> als<br />
23<br />
353
schil<strong>de</strong>r, Klaas van Leernoen eveneens, een Wenckebach sier<strong>de</strong> en illustreer<strong>de</strong>,<br />
maar is als landschapschil<strong>de</strong>r overle<strong>de</strong>n ; een ,$, H, <strong>de</strong> Roos, die zijn leven<br />
wijd<strong>de</strong> aan letter en typografie, teelent weer, on<strong>de</strong>rworpen, naar <strong>de</strong><br />
natuur.<br />
Maar ook <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst als zoodanig <strong>de</strong>ed zich weer gel<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> versieren<strong>de</strong><br />
kunst, b.v. in die van het gebran<strong>de</strong> glas. De generatie, die in 1900<br />
hierin <strong>de</strong>n boventoon voer<strong>de</strong>, heeft zich nooit hunnen <strong>voor</strong>stellen dat het<br />
schil<strong>de</strong>ren op glas <strong>de</strong>n speelschep schil<strong>de</strong>rijvorm zou aannemen, die jongere<br />
glazeniers er reeds aan gegeven hebben, evenmin dat het affiche tot <strong>de</strong> losse<br />
lettering zou geraken, die nu in <strong>de</strong> mo<strong>de</strong> is. Van <strong>de</strong> „ambachtelijke zuiverheid"<br />
zooals die in 1900 werd geponeerd, is niets meer te zien. Deze<br />
dingen gaan <strong>voor</strong>bij .... Wat in Holland nooit <strong>voor</strong>bijgaat is <strong>de</strong> schoone<br />
natuur en <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> haar uit te beel<strong>de</strong>n.<br />
Hoe groot het aantal is van hen die in ons land teekenen en schil<strong>de</strong>ren, is<br />
gebleken toen, in <strong>de</strong>n winter van 1939-1940, het ontruim<strong>de</strong> Rijksmuseum<br />
zijn poorten open<strong>de</strong> <strong>voor</strong> dc beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> kunstenaars van het he<strong>de</strong>n. 3200<br />
kunstwerken wer<strong>de</strong>n tentoongesteld. Deze expositie „Onze Kunst van<br />
He<strong>de</strong>n" heeft antwoord gegeven op <strong>de</strong> vraag of <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>rkunst<br />
van <strong>de</strong>gen tijd als geheel genomen, beteekenis heeft.<br />
Alle groepeeringen van kunstenaars had<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong>ze juryvrije tentoonstelling<br />
me<strong>de</strong>gewerkt. Hoewel <strong>de</strong> overgroote meer<strong>de</strong>rheid <strong>de</strong>r samenwerken<strong>de</strong><br />
vereenigingen eer<strong>de</strong>r naar het selectieve waren gekeerd, had<strong>de</strong>n<br />
Martin Monnic1 endam, Amsterdamsch stadsgezicht.<br />
354
zij het vertrouwen gewaar<strong>de</strong>erd, dat van honger hand gesteld werd in het<br />
ambachtelijk geweten <strong>de</strong>r vereenigingen, en haar oor<strong>de</strong>el aanvaard, dat het<br />
lidmaatschap een waarborg was <strong>voor</strong> het bonafi<strong>de</strong> kunstenaarsschap.<br />
Een adviescommissie had in zake <strong>de</strong> toelating van niet georganiseer<strong>de</strong><br />
kunstenaars ruimhartig raad gegeeen. De <strong>voor</strong> zitter <strong>de</strong>zer commissie<br />
constateer<strong>de</strong> bij <strong>de</strong> opening :<br />
„Zij die zich afzijdig hiel<strong>de</strong>n <strong>de</strong><strong>de</strong>n dat bewust. Deze afwezigen, een zeer<br />
kleine groep, had<strong>de</strong>n ongelijk. Sommigen on<strong>de</strong>r hen bleken te zorgzame<br />
hoe<strong>de</strong>rs van een precaire reputatie, an<strong>de</strong>ren verkozen het veilige haventje van<br />
<strong>de</strong>n kunsthan<strong>de</strong>l en vrees<strong>de</strong>n <strong>de</strong> open bries en <strong>de</strong>n golfslag van <strong>de</strong> vrije zee."<br />
De directeur van het Rijksmuseum Dr. F. Schmidt Degener stel<strong>de</strong> in het<br />
<strong>voor</strong>woord van <strong>de</strong>n catalogus vast dat <strong>de</strong> museumzalen „in normale tif<strong>de</strong>n<br />
<strong>de</strong>n eerbied leeren <strong>voor</strong> een schil<strong>de</strong>rscultuur uit vroeger eeuwen. Zij verkondigen<br />
wat <strong>de</strong>ze cultuur <strong>voor</strong> <strong>de</strong> wereld te beteekenen kreeg : geen<br />
relaas over menschelijke beschaving, of het geeft ook aandacht aan het<br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>rij. Deze zelf<strong>de</strong> wan<strong>de</strong>n verkondigen op dit oogenblik<br />
<strong>de</strong>n omvang van een herboren streven naar zelf-uitdrukking : zij vertellen<br />
van worsteling en openbaring en beschouwelijkheid; zij vertellen van het<br />
oog en van <strong>de</strong> ziel die om <strong>de</strong> dingen dwaalt en van hen die aldus het<br />
wezenlijke trachten te veroveren."<br />
„De kunstenaar han in tij<strong>de</strong>n van maatschappelijke benauwenis weinig<br />
positiefs doen om rampen af te wen<strong>de</strong>n, maar wel kan hij door me<strong>de</strong> te<br />
helpen nationale uitingen op het eigenaardigst naar voren te brengen het<br />
gemeenschapsbesef versterpen."<br />
F. Everbag, Amsterdamsch stadsgezicht.<br />
355
S. Garf, inktkrabbel, stilleven.<br />
Tenslotte sprak Dr. Schmidt Degenen een verwachting uit : „Toppunten<br />
van talenten of genius blijven ook in tij<strong>de</strong>n van grootgin bloei, uitzon<strong>de</strong>ring.<br />
Wel verwachten wij <strong>de</strong> erkenning dat het huidige schil<strong>de</strong>rs-vermogen zich,<br />
zij het op een verschillend geacci<strong>de</strong>nteerd, maar toch ruim en hoog plan<br />
beweegt."<br />
In <strong>de</strong>ze verwachting zat vertrouwen, een vertrouwen dat door <strong>de</strong> tentoonstelling<br />
volledig werd ingelost.<br />
Want het hooge gehalte waarop het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> van het werk stond, is<br />
niemand ontgaan. In geen land ter wereld, ook niet te Parijs, zou een proef,<br />
als hier werd genomen, een resultaat hebben opgeleverd, als hier werd bereikt.<br />
Het Ne<strong>de</strong>rlandsche volk bleek nog steeds een schil<strong>de</strong>rsvolk te zijn, én door<br />
het aantal aan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst toegeurij<strong>de</strong>n, én door <strong>de</strong> mate van zijn<br />
begaafdheid. Bij geen volk als het Hollandsche bleef nog steeds een aangeboren<br />
gevoel <strong>voor</strong> kleur in <strong>de</strong> ooggin, en een gave <strong>voor</strong> het teekenen in <strong>de</strong><br />
han<strong>de</strong>n, te zijn gelegd. Zij die met aandacht het schil<strong>de</strong>rlijk leven van<br />
ons volk ga<strong>de</strong>sloegen, had<strong>de</strong>n het getuigenis van „onze Kunst van He<strong>de</strong>n"<br />
niet van noo<strong>de</strong>, om vertrouwen te stellen in <strong>de</strong> toekomstige lotgevallen van<br />
onze schil<strong>de</strong>rkunst. Zij wisten van het opgewekte picturale leven dat in <strong>de</strong><br />
tentoonstellingen van <strong>de</strong> vereenigingen zich uitsprak. De vraag werd reeds<br />
356
eantwoord, of er mogelijk bij ons en inliet he<strong>de</strong>n te veel geschil<strong>de</strong>rd wordt.<br />
Wat hieraangaan<strong>de</strong> werd opgemerkt, chat er zeer veel geroepenen moeten<br />
zijn om weinigen tot uitverkorenen te maken, slaat ten<strong>de</strong>ele ook op <strong>de</strong><br />
vraag of er naast <strong>de</strong> Maatschappij Arti et Amicitiae en het Genootschap<br />
Pulchri Studio, wel plaats is <strong>voor</strong> <strong>de</strong> vele groepeeringen van beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
kunstenaars die in <strong>de</strong> laatste vijftig jaren ontston<strong>de</strong>n.<br />
Ik heb het bij verschillen<strong>de</strong> gelegenhe<strong>de</strong>n uitgesproken, dat <strong>de</strong>ze kleinere<br />
en grootere vereenigginen een uitdrukking zijn van <strong>de</strong> vele schakeeringen<br />
waartoe geduren<strong>de</strong> een gespleten tijd, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rtaal van een volk als<br />
het onze aanleiding geeft. Die vereenigingen zijn slechts in sommige<br />
gevallen elkan<strong>de</strong>rs doublures.<br />
Als regel zijn zij <strong>de</strong> rijke uitdrukking van <strong>de</strong> schakeering van het geheel<br />
ontplooien<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rsleven, ook tot in, wat men <strong>de</strong> uithoeken noemt van<br />
Ne<strong>de</strong>rland. Een kunstenaar die in <strong>de</strong> groepeering A niet thuis hoort,<br />
er ge<strong>de</strong>balloteerd zou wor<strong>de</strong>n, vindt in <strong>de</strong> vereeniging B zijn plaats en<br />
wordt er als een belangrijke aanwinst ontvangen.<br />
Eert norm <strong>voor</strong> het schil<strong>de</strong>ren kan in <strong>de</strong> twintigste eeuw niet wor<strong>de</strong>n aangelegd.<br />
Ik heb mij volkomen vrij uitgesproken over wat ik houd <strong>voor</strong> het<br />
wezen en <strong>de</strong>n aard van onze peinture. Maar dit inzicht kan en mag<br />
niemand wor<strong>de</strong>n opgelegd, het moet m.i. veroverd wor<strong>de</strong>n. Ook <strong>de</strong><br />
tegensprekers zijn van noo<strong>de</strong>, en zelfs kan <strong>de</strong> beteekenis van dit zuiver<br />
Hollandsche visueele schil<strong>de</strong>ren slechts volledig blijken in confrontatie, ik<br />
zeg niet, met haar tegen<strong>de</strong>el, maar toch in ie<strong>de</strong>r geval met afwijken<strong>de</strong><br />
opvatting. Men make <strong>voor</strong>al geen splitsing tusschen kunstenaarsschap e<br />
technische vaardigheid. Als er van geen dwingend op te leggen kunstenaarsnorm<br />
sprake mag zijn, dan is er ook geen norm <strong>voor</strong> het technisch<br />
kunnen. Dddr schort het in geen gevat. Er is in <strong>de</strong>zen tijd een groot en<br />
Herbert van <strong>de</strong>r Poll, panter.<br />
357
wijd verbreid technisch vermogen, dat echter even genuanceerd is, als heir<br />
wezen van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst verschillend wordt begrepen.<br />
In het slijpen van <strong>de</strong> diamant hebben Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>rs een wereldreputatie;<br />
bij het slijpen tot vele facetten van <strong>de</strong>n e<strong>de</strong>lsteen van onze schil<strong>de</strong>rkunst<br />
hebben zij eveneens blijk gegeven van scherpte en zuiverheid. De straalr<br />
breking door <strong>de</strong> vele vereenigingen van streven en strijd in onze groote<br />
ste<strong>de</strong>n, doch ook in onze provinciale centra, is zuiver en scherp en in <strong>de</strong>zen<br />
tijd onmisbaar.<br />
Ik moge U vragen mij te volgen naar <strong>de</strong> periodieke exposities <strong>de</strong>r vereenigingen,<br />
tenein<strong>de</strong> het opgemerkte bevestigd te zien.<br />
Als wij bij <strong>de</strong> oudste en nog steeds grootste vereeniging in <strong>de</strong> hoofdstad<br />
beginnen, dan zijn het <strong>de</strong> vier Kunstzalen op <strong>de</strong> verdieping en een nieuwe<br />
zaal op <strong>de</strong>n beganer grond van het eigen gebouw van <strong>de</strong> Maatschappij<br />
Arti et Amicitiae, die wij in gedachten in het <strong>voor</strong>jaar bezoeken. 't Is<br />
di&?ir dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ressen vrijwel en bloc exposeeren, zij wer<strong>de</strong>n reeds<br />
genoemd, en er werd over haar werk reeds gesproken. Het portret vindt<br />
on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n steeds bekwame beoefening. De losse hand van F é 1 i c i e n<br />
B o b e 1 d ij k en <strong>de</strong> meer strakke van Georg Rueter zijn er op<br />
hoog plan aan het werk, terwijl ook 1 a n S 1 u ij t e r s geen tentoonstelling<br />
van <strong>de</strong> Maatschappij, die hem bij haar eeuwfeest, als gevolg van een<br />
referendum <strong>de</strong> ste<strong>de</strong>lijke medaille uitreikte, overslaat. Figuurschil<strong>de</strong>rs als<br />
A. J. G. Colnot, landschapkrabbd.<br />
358
P r o f. D u r r es en G. W e s ter man n, die ook nooit ontbreken,<br />
wer<strong>de</strong>n reeds gekarakteriseerd. P r o f. H. J. Wolter zendt even<br />
geregeld zijn boeiend werk, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> zonverlichte Amstel als on<strong>de</strong>rwerp,<br />
in ie<strong>de</strong>rs geheugen bleef. Vaak zijn het ook in Bretagne of het zui<strong>de</strong>n<br />
van Europa geziene sujetten die hij in teekening of olieverf vertolkt.<br />
Martin Mo n n ic k e n d a m, wiens meesterlijke portretten <strong>voor</strong>al<br />
van theaterfiguren tot het beste Amsterdamsche werk behooren, ontbreekt<br />
zel<strong>de</strong>n. Zijn groote, in kleurenweel<strong>de</strong> ba<strong>de</strong>n<strong>de</strong>, figurale composities<br />
wisselen zich in Arti af met zijn uit Italië meegebrachte impressies van<br />
kunstste<strong>de</strong>n. De Nestor van <strong>de</strong> Maatschappij, Eduard K a r s e n,<br />
neemt bij gelegenhe<strong>de</strong>n nog slechts <strong>de</strong>el aan Arti's kunstmanifestaties,<br />
en vindt er steeds groote waar<strong>de</strong>ering.<br />
Zoo is hei ook met <strong>de</strong> tonige stadgezichten en <strong>de</strong> café-interieurs van<br />
Marinus v an R a a lte en <strong>de</strong> bree<strong>de</strong> landschappen en grootsch<br />
geziene stillevens van A. J. G. Co lno t.<br />
Het stilleven, steeds een toetsteen van het picturaal vermogen, omdat het<br />
on<strong>de</strong>rwerp <strong>de</strong>n beschouwer gewoonlijk niet afleidt van <strong>de</strong> zuivere waar<strong>de</strong>ering<br />
van die vermogens, vindt in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n steedsgroote beoefening.<br />
Op <strong>de</strong> tentoonstellingen van „Arti" vragen gewoonlijk, naast <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ressen,<br />
D. H. W. Filarsky, Germ. <strong>de</strong> Jong en J. N. Buning<br />
aandacht, maar ook S. Garf, F.Ev erba g, H. Y k e 1 e n s t a m,<br />
D. Komter, A. P. van Merg er, L. van <strong>de</strong>r Vlist,<br />
W i 1 m Wouters en J. van Tongeren, weten op on<strong>de</strong>rling<br />
A. G. Huishof f Pol, Pol<strong>de</strong>rland.<br />
359
¼iç. ^<br />
f ^"' v.....<br />
tt^<br />
verschillen<strong>de</strong> wijze, in het stilleven<br />
arbeid van beteekenis te leveren.<br />
S. Garf is echter ook een <strong>voor</strong>treffeelijk,<br />
in verzorg<strong>de</strong> techniek schil<strong>de</strong>rend<br />
kurist, ook Wouters zendt vaak<br />
figuurschil<strong>de</strong>rijen in, zooals Everbag<br />
een stadsgezicht en Ykenlenstam een<br />
landschap, en <strong>de</strong> Jong en Filarsky<br />
werken, naar reisnotities geschil<strong>de</strong>rd.<br />
De he<strong>de</strong>ndaagsche Hollandsche schil<strong>de</strong>rs<br />
reizen. S. L. Schwarz, wiens<br />
formule <strong>voor</strong> het affiche waar<strong>de</strong>ering<br />
vindt, was in Zuid Frankrijk en op<br />
Majorca. A. M. L u t t g e, <strong>de</strong> eerste<br />
winner van <strong>de</strong>n Tétar van Elvenprijs,<br />
reis<strong>de</strong> in Spanje en Italië en was<br />
langeren tijd in Marokko, waar ook<br />
Kuno Brinks, prix <strong>de</strong> Rome in<br />
<strong>de</strong> graveerkunst, stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong>. De portretschil<strong>de</strong>r<br />
Ho f k e r werkte langeren<br />
tijd in Indië, terwijl <strong>de</strong> genreschil<strong>de</strong>r<br />
L. H. H. Schutte zijn illustratief<br />
behan<strong>de</strong>l<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerpen nog al eens<br />
in mid<strong>de</strong>n-Europa zoeft.<br />
De gang naar „Artis" is zeker een<br />
vorm van reizen die <strong>voor</strong> het werk<br />
Willy Sluiter, Krabbel <strong>voor</strong> een portret. van vele tijdgenooten vruchtbaar is.<br />
Herbert van <strong>de</strong> Poll stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
er naar het dier en maakte er <strong>de</strong> schetsen en studies <strong>voor</strong> zijn beste<br />
werk. Dok S a m. van Beek, broe<strong>de</strong>r van <strong>de</strong>n goe<strong>de</strong>n landschapschil<strong>de</strong>r<br />
Bernard v an Beek, vond in „Adis" een „skefchingground"<br />
<strong>voor</strong> zijn, vaak naar het <strong>de</strong>coratieve gerichte, vogelschil<strong>de</strong>ringen.<br />
C. J. M en Sion gaat als Delftenaar eer<strong>de</strong>r naar <strong>de</strong> Rotterdamsche<br />
Diergaar<strong>de</strong> als hij naar leeuwen en tifgers, herten en beren, studies maakt<br />
<strong>voor</strong> dierschil<strong>de</strong>rijen, die op Arti's exposities even gewaar<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n<br />
als op die van Pulchri.<br />
Op <strong>de</strong> tentoonstelling van S t. L tt c a s, waar<strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>voor</strong>zitter, <strong>de</strong> knappe<br />
portretschil<strong>de</strong>r Bart P ei z e 1, en <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> <strong>voor</strong>zitter E d. Ger<strong>de</strong>s,<br />
natuurlijk hun beste werk bewaren, vin<strong>de</strong>n wij van <strong>de</strong> hierboven genoem<strong>de</strong><br />
en an<strong>de</strong>re Amsterdamsche schil<strong>de</strong>rs, als J o s. Rover s, vaak het meer<br />
360
omvangrijke werk dat in <strong>de</strong> groote<br />
zalen van het Ste<strong>de</strong>lijk Museum<br />
bijzon<strong>de</strong>r tot zijn recht komt. Doch-<br />
Ier van Arti, heeft St. Lucas een<br />
opgewekt vereenigingsleven, waaraan<br />
<strong>de</strong> namen van Gorter en<br />
Schaap verbon<strong>de</strong>n zullen blijven,<br />
vanuit haar oorsprong weten te<br />
bewaren, en dit in menige expositie<br />
tot uitdrukking weten te brengen.<br />
Ook <strong>de</strong> Onafhankeljken<br />
exposeeren in het Ste<strong>de</strong>lijk Museum,<br />
nadat zij in hun „storm en drang",<br />
met het zwarte schaap in 't vaan<strong>de</strong>l,<br />
in min<strong>de</strong>re loyaliteiten hun meerrevolutionnaire<br />
gezindheid had<strong>de</strong>n<br />
uitgevierd. Toch behiel<strong>de</strong>n zij, boven<br />
<strong>de</strong> kleine formaties als d e Maa tschappij<br />
Rembrandt en<br />
<strong>de</strong> Brug, waar Jan <strong>de</strong> Boer<br />
en Gerard van Vliet, Kees .<br />
Heijnsius en Otto Hanrath<br />
nooit ontbreken, een eigen karakter<br />
van experimenteerend streven, waarbij<br />
zij <strong>de</strong> aanvankelijke juryvrijheid ^/ i-(2.....—<br />
tot op zekere hoogte wisten te be-'<br />
waren. De groote figuur-schil<strong>de</strong>rijen, P. van <strong>de</strong>r Hem, krabbel <strong>voor</strong> een portret.<br />
met on<strong>de</strong>rwerpen gewoonlijk aan het<br />
circusleven ontleend, van <strong>de</strong>n <strong>voor</strong>zitter C. J. M a k s, hangen er<br />
tusschen „nieuwe zakelijkheid" en „abstracte kunst", in. Door het uiteenloopend<br />
streven van <strong>de</strong> inzen<strong>de</strong>rs, is <strong>voor</strong> velen <strong>de</strong> tentoonstelling van <strong>de</strong><br />
„Onafhankelijken" juist aantrekkelijk.<br />
Op <strong>de</strong> Hollandsche Kunstenaarskring is gewoonlijk werk<br />
te zien van schil<strong>de</strong>rs van <strong>de</strong> z.g. Bergsche School, een wel wat weidsche<br />
naam <strong>voor</strong> een groepeering die zich in het Noord-Hollandsche dorp nestel<strong>de</strong>.<br />
Leo Gestel en A. J. G. Colnot, Piet en Math. Wiegman,<br />
S. L. Schwarz en Els a Berg behooren tot die groep. Ook Filarsky<br />
woon<strong>de</strong> in Bergen, waar Charley Toorop en Th. Lau, Kasper<br />
Niehaus en Jaap Weynand, <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> 'Graadt van Roggen<br />
en <strong>de</strong> jonge Harry K u y ten nu nog wonen. Het ware onjuist <strong>de</strong><br />
361
verzamelaars B o e n d e r m aker en R e g n a u 1 t, die veel bijdroegen<br />
tot hef succes <strong>de</strong>r Bergsche schil<strong>de</strong>rs, niet te noemen.<br />
Piet van W if n g a a r d t is in <strong>de</strong> Hollandsche Kunstenaarskring<br />
een geziene persoonlijkheid. Zijn breed coloristisch werk staat in <strong>de</strong><br />
scherpste tegenstelling tot <strong>de</strong> „nieuwe zakelijkheid" van schil<strong>de</strong>rs wier<br />
werken, steeds meer, uitsluitend in <strong>de</strong>n K u n s t h an d e l te zien zijn.<br />
Pijpe Koch en Raoul Hijnckes, Willink, v. d. Vel<strong>de</strong><br />
en F e r n h o u t, maar ook van Herwijnen, laten hun werk niet<br />
meer op <strong>de</strong> vereenigingstentoonstellingen zien.<br />
In Den Haag zijn <strong>de</strong> periodieke exposities van „Pulchri Studio" soortgelijke<br />
manifestaties als die van „Arti" te Amsterdam. In <strong>de</strong> prachtige zalen<br />
van het Genootschap bomt het werk <strong>de</strong>r Haagsche schil<strong>de</strong>rs bijzon<strong>de</strong>r tot<br />
zijn recht. Het figuur vindt er o.m. beoefening bij W z 11 y S 1 u i t e r,<br />
<strong>de</strong>n presi<strong>de</strong>nt, bij van Wijngaerdt, P o 1. Dom, bij J a n<br />
Franken, huP. C. <strong>de</strong> Moor, bij Willem van <strong>de</strong>n Berg,<br />
die, ook na zijn benoeming tot hoogleeraar-directeur <strong>de</strong>r Rijks-Aca<strong>de</strong>mie<br />
Den Haag niet vergeet, bij Piet v an <strong>de</strong>r Hem, <strong>de</strong>n uiterst vaardigen<br />
meester van het groepsportret, een <strong>de</strong>r ou<strong>de</strong> glories van Holland.<br />
In het landschap on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n zich gewoonlijk Louis v an Soest,<br />
Louis Bron, Ype Wenning.<br />
Het stilleven vindt ook in „Pulchri", door ou<strong>de</strong>ren en <strong>voor</strong>al door jongeren,<br />
op velerlei wijzen beoefening; het is er dan ook steeds ruim, in ellen zin<br />
S. L. Schwarz, Havenstadje in het Zui<strong>de</strong>n.<br />
362
genomen, te zien. Als een enkele maal W i 11 e m van Ko n if n e nb<br />
u r g in „Pulchri" exposeert, trekt <strong>de</strong>ze meester steeds <strong>de</strong> grootste<br />
belangstelling met zijn in monumentaler zin gebouwd figuraal werk, dat bij<br />
zijn meest veelzijdige bemoeienissen, levend en aan <strong>de</strong> natuur verbon<strong>de</strong>n<br />
bleef. De steeds hooggestem<strong>de</strong> bijdrage van <strong>de</strong>zen fijnzinnigen geest, tot<br />
<strong>de</strong>n stand van hef Haagsche werk, han moeilijk overschat wor<strong>de</strong>n.<br />
D e Haagsche Kunstkri ng, schepping van Th. <strong>de</strong> Bock,<br />
staat tot Pulchri Studio, als St. Lucas tot Arti et Amicitiae. De le<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>rs<br />
vormen er een on<strong>de</strong>r<strong>de</strong>el van <strong>de</strong>, ook op an<strong>de</strong>re terreinen <strong>de</strong>r<br />
,dunst, werkzame vereeniging. Met hoogten en laagten wist zij toch, in<br />
<strong>de</strong>n loop <strong>de</strong>r tij<strong>de</strong>n, menige frissche tentoonstelling in te richten.<br />
Ook een formatie van Tateren datum, d e Ne<strong>de</strong>r la n d s c h e K u n s tk<br />
r in g, die ook wel in Amsterdam en el<strong>de</strong>rs exposeert, heeft haar zetel<br />
te 's-Gravenhalte.<br />
't Moet verwon<strong>de</strong>ring baren hoe <strong>de</strong>, door het mo<strong>de</strong>rne verkeer toch zoo vlak<br />
naast elkan<strong>de</strong>r gelegen ste<strong>de</strong>n, Amsterdam, Den Haag en Rotterdam, op<br />
kunstgebied toch ver van elkan<strong>de</strong>r liggen. Schil<strong>de</strong>rsnamen die in Rotterdam<br />
een goe<strong>de</strong>n klank hebben, zijn in Amsterdam onbekend. Als een Rotterdammer<br />
als H. J. v an M a s t e n b r o e k naar Den Haag gaat<br />
wonen en overal zijn havergezichten tentoonstelt, of als een portretschil<strong>de</strong>r<br />
als A. C. M e e s, met reproducties naar werk, door <strong>de</strong> pers bekendheid<br />
Krijgt, is het natuurlijk an<strong>de</strong>rs. Doch zij die wat té uitsluitend in Rotterdam<br />
op tentoonstellingen van <strong>de</strong> Rotterdamsche Kunstenaars-<br />
S o C i ë t e i t of van R. 33 te zien zijn, dringen niet gemakkelijk door<br />
Kuno Brinks, Marokkaansche stad.<br />
363
Sam van Beek, Flamingos.<br />
in <strong>de</strong> kunstminnen<strong>de</strong> belangstelling van <strong>de</strong> hoofd- en van <strong>de</strong> hofstad. Ik<br />
weet door mijn tienjarig /zoofdleeraarschap aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Rotterdam,<br />
beter dan wie ook, hoeveel toewijding door Rotterdamsche kunstenaars<br />
en hoeveel daadwerkelijke steun door het grootere en kleinere mecaenaat<br />
van onze eerste havenstad gegeven wordt, en welk vruchtbaar contact<br />
met het beste buitenlandsche werk, door mid<strong>de</strong>l van d e Rot ter d a ms<br />
c h e Kunstkring, on<strong>de</strong>rhou<strong>de</strong>n werd.<br />
Overal in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> wisten <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs kringen te formeeren. Te Utrecht<br />
bloeit het Genootschap Kunst 1 i e f d e, te Groningen werken<br />
<strong>de</strong> le<strong>de</strong>n van „d e P 1 o e g", met overtuiging naar alle zij<strong>de</strong>n. In het<br />
uiterste Zui<strong>de</strong>n wordt door <strong>de</strong> L í m b u r g s c h e K u n s t k r i n g en<br />
an<strong>de</strong>re formaties in regionaler zin gewerkt, zij von<strong>de</strong>n zeer talentvolle<br />
le<strong>de</strong>n, die een, dui<strong>de</strong>lijken invloed hebben op heel ons kunstleven.<br />
Ten<strong>de</strong>elegaanhaarle<strong>de</strong>nopin <strong>de</strong> Algemeene Katholieke<br />
Kunstenaarsvereeniging, die in <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst op <strong>de</strong><br />
liturgische aanwending bijzon<strong>de</strong>r licht werpt. De religieuze kunst wist<br />
zich vrij te maken van een al te stereotyp karakter, en het zoet-idyllische<br />
uit <strong>de</strong>n weg te gaan.<br />
Het oudste kunstleven in Brabant ontwikkel<strong>de</strong> zich te 's-Hertogenbosch ;<br />
<strong>de</strong> bijhans hon<strong>de</strong>rdjarige „Koninklijke School" is er nog he<strong>de</strong>n <strong>de</strong> reeks<br />
van; 'n Pieter <strong>de</strong> Josselin <strong>de</strong> Jong, 'n Anton Derk<br />
in d e r e n, maar ook een Jan S t u ij t e r s kregen er hun eerste<br />
364
C. J. Mension, Beertjes,<br />
teekenon<strong>de</strong>rwijs. Een schil<strong>de</strong>rsfamilie als die <strong>de</strong>r S 1 ag e r's en een<br />
vruchtbaar illustrator als Herman Mo e r k e r k, verkregen in heel<br />
ons land bekendheid. Veel Hollandsche schil<strong>de</strong>rs waren korteren of langeren<br />
tijd rond Den Bosch werkzaam, en Hollandsche krachten als <strong>de</strong> Rotterdammer<br />
André Ve r k o r s t zijn er aan het kunston<strong>de</strong>rwijs verbon<strong>de</strong>n.<br />
Naast Den Bosch kwamen ook Tilburg, met <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie van <strong>de</strong> R. K.<br />
Leergangen, en Eindhoven met zijn fraai Museum van Abbe, in het krijt,<br />
terwijl in <strong>de</strong>n jongsten tijd <strong>de</strong>Bredasche Kunstkring levendige<br />
werkzaamheid ontwikkelt.<br />
Meer<strong>de</strong>re kunstscholen in <strong>de</strong>n lan<strong>de</strong> steun<strong>de</strong>n <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst. Te Arnhem<br />
oefent <strong>de</strong> School van het Genootschap Kunstoefening<br />
met haar talentvollen directeur, <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r G. J. van L e r v e n,<br />
een invloed uit als in<strong>de</strong>rtijd <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r <strong>de</strong> Vries Lam te Leeuwar<strong>de</strong>n,<br />
door zijn picturaal on<strong>de</strong>rwijs aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie Minerva. On<strong>de</strong>r <strong>de</strong> leerlingen<br />
van <strong>de</strong> Arnhemsche kunstschool werd <strong>de</strong>, te jong gestorven, D. Ke t,<br />
een meester.<br />
Natuurlijk bleef bij het formeeren van kunstkringen het Gooi niet achter.<br />
Twee vereenigingen, n.l. die van Laren - B 1 a r i c u m en die v a n<br />
Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunst te Hilversum, zijn er werkzaam en<br />
behartigen er <strong>de</strong> kunstbelangen van <strong>de</strong> streek.<br />
Kleinere ste<strong>de</strong>n als Haarlem, Amersfoort en Delft, om slechts <strong>de</strong>ze te<br />
noemen, hebben hun kunstkringen. De uitsteken<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>r H. F. Boo t<br />
te Haarlem, heeft in „Kunst zij ons Doe 1" beroepsschil<strong>de</strong>rs en<br />
365
amateurs weten te vereenigen, het Ame rfoortsche Kunsten<br />
a a r s g i 1 d e heeft op verschillend gebied van zich doen spreken.<br />
De grafische kunstenaars zijn reeds lang afzon<strong>de</strong>rlijk georganiseerd in<br />
<strong>de</strong> Vereeniging ter bevor<strong>de</strong>ring <strong>de</strong>r Grafische<br />
Kunst, waaron<strong>de</strong>r <strong>de</strong> stichters in 1914 : T h. van Ho y t e m a,<br />
R. N. Roland Holst, Alb. Hahn en Ph. Zilcken<br />
genoemd mogen wor<strong>de</strong>n. Van <strong>de</strong> veteranen geven J. G. V e 1 d h e e r,<br />
W. 0. J. Nieuwenkamp en G. A. H. van <strong>de</strong>r Stoknog<br />
hun Drachten aan een vereeniging, die vernieuwing vond in jonge toegewij<strong>de</strong><br />
opvolgers op het gebied van houtsne<strong>de</strong>, kopergravure, ets en lithografie.<br />
Een vereeniging <strong>voor</strong> Penn i ng kunst verzorgt een<br />
kunst die tusschen beeldhouw- en schil<strong>de</strong>rkunst in ligt, en waarvan <strong>de</strong> eerste<br />
geniale beoefenaar, Pisanello, zich met Benige ostentatie „pictor" noem<strong>de</strong>.<br />
Ook moet er op gewezen wor<strong>de</strong>n dat het illustreeren van boeken en<br />
tijdschriften in ons land op hoog peil staat. Als in een vorige generatie<br />
een Joh. Braakensiek, een J. Hoynck van Papendrecht,<br />
en Bene Mej. C. v an <strong>de</strong>r Hart uitsteken<strong>de</strong> krachten waren, dan<br />
zijn nil, om er slechts twee te noemen, een J o Spieren een Do e v e,<br />
hun min<strong>de</strong>ren niet.<br />
ik ben mij volkomen bewust dat het noemen van eigentijdsche schil<strong>de</strong>rsnamen,<br />
zooals dit hierbovengeschied<strong>de</strong>, een uiterst hachelijke on<strong>de</strong>rneming is.<br />
Want, zelfs het volkomen subjectieve van <strong>de</strong> keuze in aanmerking genomen,<br />
waardoor het zeker geen on<strong>de</strong>rscheiding behoeft te wezen in <strong>de</strong>ze opsomming<br />
te zijn opgenomen, lean <strong>de</strong>ze niet dan een slordige zijn. 't Is zeker dat ik<br />
namen vergat van schil<strong>de</strong>rs, die ook ik hoogschat en wier kunst een facet<br />
vormt van het va<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>ren. De bedoeling zat <strong>voor</strong>, het vereenigingsleven<br />
<strong>de</strong>r Hollandsche schil<strong>de</strong>rs, als levend en rijk, te schetsen.<br />
Het zou ons in<strong>de</strong>rdaad te ver voeren, indien wij van het zoo uiterst geschakeerd<br />
vereenigingsleven van <strong>de</strong>n Hollandschen kunstenaar, een geheel<br />
uitgepenseeld beeld wil<strong>de</strong>n geven. Hetzij genoeg vast te stellen dat in 1940<br />
Holland schil<strong>de</strong>rt als in het verle<strong>de</strong>n, dat het beste <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r Hollandsche<br />
hunstbegaafd/ieid <strong>voor</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst gereserveerd blijft, dat <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs<br />
zich in vrijheid bon<strong>de</strong>n, en reeds een eeuw gele<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>beeldige organisaties<br />
stichtten, die nog niets van hun werfkracht verloren hebben.<br />
Wat <strong>de</strong> maatschappelijke positie van <strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlandsche kunstenaar betreft,<br />
heb ik mij even vrij en overtuigd uitgedrukt, als ilk dit <strong>de</strong>ed over het wezen<br />
en <strong>de</strong>n aard van zijn bijzon<strong>de</strong>re begaafdheid. De belangrijkste, <strong>de</strong> meest<br />
origineele en <strong>de</strong> meest karakteristieke kunstenaars van Holland, hebben<br />
a-maatschappelijk geleefd en gewerkt. Zij waren in dienst van niet s<br />
366
en van niemand, d.w.z. zij waren in dienst van <strong>de</strong> natuur en van<br />
zichzelf. Von<strong>de</strong>n zij geen an<strong>de</strong>re aansporing dan in zichzelf en geen<br />
an<strong>de</strong>re bescherming dan van het eigen geweten, dan waren zij, in volle<br />
on<strong>de</strong>rworpenheid aan <strong>de</strong> natuur, niemands knecht. Elke an<strong>de</strong>re bescherming<br />
is in Holland <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst tot scha<strong>de</strong> geweest. Terwijl <strong>de</strong> namen van <strong>de</strong><br />
bescherm<strong>de</strong>n vergeten zijn, blijken die van <strong>de</strong> in stilte en maatschappelijke<br />
afzon<strong>de</strong>ring werken<strong>de</strong>n, nog met leven<strong>de</strong> klaarte.<br />
Maar 't is alweer zoo : die stilte en maatschappelijke afzon<strong>de</strong>ring mogen<br />
en kunnen niet opgelegd wor<strong>de</strong>n, zij moeten in vrije leuze wor<strong>de</strong>n aanvaard.<br />
Zij die dit Hollandsche standpunt niet innemen, of nog niet veroverd<br />
hebben, moeten <strong>voor</strong> hun overtuiging een uiting kunrien vin<strong>de</strong>n.<br />
Als naar mijn inzicht er <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Ne<strong>de</strong>rlandschen schil<strong>de</strong>r niets ver<strong>de</strong>rfelijker<br />
is dan een staatskunst, mag toch hen die trachten, tegen <strong>de</strong> leering<br />
welke <strong>de</strong> gebeurtenissen in <strong>de</strong>n aanvang en aan het ein<strong>de</strong> <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong><br />
eeuw (Fre<strong>de</strong>rik Hendrik en Willem 111) inhoudt, in, iets <strong>de</strong>rgelijks te<br />
beproeven, slechts <strong>voor</strong>gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n dat zij zich vergissen. Zoo' staat<br />
het ook met <strong>de</strong> m.i., <strong>voor</strong>al in Ne<strong>de</strong>rland onaantastbare waarheid, dat<br />
kunst, zoomin als godsdienst, regeeringszaak is, maar een zaak van het<br />
individueele geweten. Ali hit zonneklaar blijft uit heel <strong>de</strong> historie<br />
Wilm Wouters, krabbel met <strong>de</strong> pen.<br />
367
van onze lunst, en niet het minst uit haar lotgevallen van <strong>de</strong> laatste vijftig<br />
jaar, dat <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche schil<strong>de</strong>r noch een maatschappelijke taak,<br />
noch een maatschappelijke plaats heeft, dan zullen alweer zij, die <strong>de</strong>ze<br />
waarheid niet hunnen of niet willen zien, verre van onnuttig zijn <strong>voor</strong><br />
het kunstleven, omdat zij, in contrast, me<strong>de</strong>helper <strong>de</strong> majesteit van het<br />
Hollandsche standpunt in het licht te stellen.<br />
Een groote groep, <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst in haar visueel karakter aanvaar<strong>de</strong>nd,<br />
met al <strong>de</strong> beperkingen die dat meebrengt, is ook ntí met <strong>de</strong> tan<strong>de</strong>n opeen<br />
aan het werk. In die groep zijn Benige meesters; <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis krijgt vast<br />
te stellen wie <strong>de</strong>ze meesters zijn en tot welke hoogte zij het zijn. Om <strong>de</strong>ze<br />
groep strij<strong>de</strong>n <strong>de</strong> zwakkere Drachten in hun rol van „supporter", zij<br />
hebben een niet kleire en niet onbelangrijk <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> zege van enkelen.<br />
Maar ook zij, die het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren verwerpend, met verf en penseelen<br />
op an<strong>de</strong>re wijze aan het werk zijn, mogen, ik betoog<strong>de</strong> het met<br />
nadruk, niet als „onnutte knechten van het schoone beschouwd wor<strong>de</strong>n.<br />
Nog eens, nooit genoeg zal het beseft wor<strong>de</strong>n hoe het schil<strong>de</strong>ren een continu,<br />
maar ook een collectief bedrijf is. Ook zij b.v., die in een m.i. onnoodige<br />
zelfkwelling zich <strong>de</strong> ascese hebben opgelegd van een nieuw begin, nu er<br />
nog geen sprake is van een versleten ein<strong>de</strong>, hebben nog een kans <strong>de</strong> rol van<br />
een onnoodig, opgeofferd geslacht te spelen, ten opzichte van nakomers,<br />
wier hun geduld en vlijt ten goe<strong>de</strong> komt.<br />
Laat het ook nooit vergeten wor<strong>de</strong>n dat elke toewijding, zelfs van <strong>de</strong>n minst<br />
succesvollen dilettant, elke lief<strong>de</strong>volle gedachte, zelfs van <strong>de</strong>n meest verstrooi<strong>de</strong>n<br />
beschouwer, haar waar<strong>de</strong> hebben. Want <strong>de</strong> lief<strong>de</strong> is ook hier <strong>de</strong><br />
stille kracht die achter heel dit innerlijk bedrijf, verzinnelijkt met verf<br />
en penwelen, leeft.<br />
Elke steun, aan schil<strong>de</strong>rkunst en schil<strong>de</strong>r gegeven, vindt zijn directe beboning,<br />
want het schoone schil<strong>de</strong>rij legt U iets open van <strong>de</strong> schoone wereld<br />
die gij miskent, of on<strong>de</strong>rschat.<br />
In het hart van Oslo, tusschen <strong>de</strong> standbeel<strong>de</strong>n van Bjoernson en Ibsen,<br />
Strindberg indachtig, en met <strong>de</strong> muziek van Grieg in <strong>de</strong> noren, kreeg <strong>de</strong><br />
Noor <strong>voor</strong> mij gestalte. In <strong>de</strong> Scala te Milaan on<strong>de</strong>r Italiaanschen<br />
mannenzang, die is als „<strong>de</strong> trillen<strong>de</strong> schaduw van een palmboom in <strong>de</strong><br />
woestijn", prentte het zich in mij vast : 1 t a 1 i ë zingt 1 Te Sevilla<br />
han het een ie<strong>de</strong>r dui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n dat Spanje danst... .<br />
Moge dit geschrift <strong>de</strong>n lezer sterken in zijn overtuiging dat Ho 11 a n d,<br />
met ongeschokt vertrouwen in zijn begaafdheid, schil<strong>de</strong>r t en zal<br />
blijven schil<strong>de</strong>ren, omdat schil<strong>de</strong>ren zijn van God gegeven taal is.<br />
368
iT<strong>de</strong>fiiI recijLei aa<br />
De gegevens van dit Zakelijk Register, dat met me<strong>de</strong>werking van <strong>de</strong>n<br />
publicist H. P. van <strong>de</strong>n Aardweg tot stand gekomen is, zijn <strong>de</strong>els ontleend<br />
aan <strong>de</strong> inlichtingen, welke <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs en schil<strong>de</strong>ressen op ons verzoek zelf<br />
verstrekt hebben en <strong>de</strong>els aan bestaan<strong>de</strong> biografische handboeken.<br />
Dit Register Ilan overigens niet an<strong>de</strong>rs zijn dan een groote stap na<strong>de</strong>r tot<br />
een comp 1 e e t register, waaraan Mej. G. Marius en Alb. Plasschaert<br />
reeds gewerkt hebben.<br />
Een zoo uitgestrekt on<strong>de</strong>rzoek als thans werd ingesteld, had nog niet plaats.<br />
Het resultaat mag echter niet zon<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>behoud bevredigend genoemd<br />
wor<strong>de</strong>n, waar lang niet allen op <strong>de</strong> hun gestel<strong>de</strong> vragen geantwoord hebben.<br />
Wij laten <strong>de</strong> mogelijkheid open, dat in <strong>de</strong>zen tijd niet allen het tot hen<br />
gerichte verzoek in han<strong>de</strong>n kregen.<br />
Vooral een groote moeilijkheid was het achterhalen van <strong>de</strong>n sterfdatum<br />
van menig kunstenaar.<br />
Schil<strong>de</strong>ressen wer<strong>de</strong>n aangeduid met eens, schil<strong>de</strong>rs over wie wij geen<br />
gegevens hon<strong>de</strong>n krijgen wer<strong>de</strong>n met twee** geteekend en <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ressen<br />
met drie***.<br />
H. L.<br />
24 369
Aa, D. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1731 te Den Haag.<br />
Over!. 23 Februari 1809.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
In hoofdzaak ontwerper van tapijten en schil<strong>de</strong>r<br />
van kin<strong>de</strong>rgroepen.<br />
Aanholt, J. van<br />
Werkt in verschillen<strong>de</strong> stijlen.<br />
Aarts, J. J.<br />
Geb. Augustus 1871 te Den Haag.<br />
Gest. 19 Oct. 1934 te Amsterdam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Verwierf <strong>voor</strong>al vermaardheid als graficus.<br />
Hoogleeraar in <strong>de</strong> grafische vakken aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam.<br />
A6bing, F. H.<br />
Geb. 8 Mei 1901 te Teteringen bij Breda.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie van Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten te Amsterdam.<br />
Zijn picturale belangstelling gaat ook naar het<br />
<strong>de</strong>coratieve uit.<br />
Abels, J. Th.<br />
Geb. 1 Sept. 1803 te Amsterdam.<br />
Over!. 13 Juni 1866 te Abcou<strong>de</strong>.<br />
Leerling van J. v. Ravenzwaay. Figuren en<br />
dieren in landschap.<br />
*Abrahams, Anna A<strong>de</strong>lai<strong>de</strong>.<br />
Geb. 16 Juni 1849 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Gest. 1930.<br />
Leerlinge van Schutz te Mid<strong>de</strong>lburg, van Mej.<br />
Wildrik en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Den Haag.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong>al bloemstillevens.<br />
Adams, Jean.<br />
Geb. 3 Febr. 1899.<br />
Leerling van het Rijksinstituut tot opleiding van<br />
Teekenleeraren en van <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie <strong>voor</strong><br />
Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten te Amsterdam. Thans is hij<br />
pastoor van een klein plaatsje en heeft hij allen tijd<br />
zich aan <strong>de</strong> kunst te wij<strong>de</strong>n. Hij schil<strong>de</strong>rt hoofdzakelijke<br />
religieuze on<strong>de</strong>rwerpen, doch ook wel<br />
portretten,<br />
Adamse, Mar.<br />
Geb. 17 Oct. 1891 te Dordrecht.<br />
Was eerst bij Bouvy te Dordrecht. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
van 1911113 13 te Munchen. Schil<strong>de</strong>r van portretten<br />
en landschappen.<br />
Addicks, Christiaan Johannes.<br />
Geb. 6 Juni 1871 te Rotterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Winteravondschool ,<strong>de</strong>r Rotterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r van landschap en stilleven.<br />
Addiks, H.<br />
Geb. Febr. 1853 te Amsterdam.<br />
Gest. ?<br />
Les gehad van P. Kiers, Mej. C. Kiers en E.<br />
Verwoerd. Hoofdzakelijk bloemen.<br />
A<strong>de</strong>r-Bergsma. E. C.<br />
Geb. 25 Sept. 1902.<br />
Leert. v. J. Nieweg en J. J. Voskuil. Landschap,<br />
stilleven en bloemen.<br />
Adolfs, Ger. P.<br />
Vooral Indische tafereelen.<br />
Adriaans, G.<br />
Geb. 15 Febr. 1898.<br />
Voorlief<strong>de</strong> <strong>voor</strong> pastel en linosne<strong>de</strong>. Stadsgezicht<br />
en portret.<br />
*Adriani-Hovy,E.<br />
Geb. 25 Jan. 1873 te Amsterdam.<br />
Leerlinge van E. S. Witkamp en H. W. Jansen.<br />
Vooral bekend door haar teekeningen naar ou<strong>de</strong><br />
monumenten en ste<strong>de</strong>n.<br />
Aerts, Johan Petrus.<br />
Geb. 22 Aug. 1898.<br />
Kreeg zijn eerste aanwijzingen van <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r<br />
Schutz te Mid<strong>de</strong>lburg en zette later zijn studie<br />
<strong>voor</strong>t bij Ton Meijer te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>rt stillevens, landschappen en portretten.<br />
A k en, M. A. van.<br />
Geb. 24 Jan. 1854 te Den Haag.<br />
Gest. ?<br />
Leerling van J. W. F. Kachel.<br />
*A leersloot-Berg, B.<br />
Geb. 16 Dec. 1851 bij Oslo, Noorwegen.<br />
Gest. 18 Dec. 1922 op Vlieland.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te München en te Parijs, werkte te<br />
Scheveningen en op Vlieland.<br />
Akkeringa, Johannes Evert.<br />
Geb. 17 Jan. 1864 op het eiland Banca, 0.1.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche en Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mies.<br />
Schil<strong>de</strong>r van stillevens, bloemen, naakt,<br />
<strong>voor</strong>al bekend door zijn strandgezichten.<br />
Akkersdijk, Jac.<br />
Geb. 12 Febr. 1815 te Rotterdam.<br />
Overl. 4 Jan. 1863 te Rotterdam.<br />
Voornamelijk dorps- en stadsgezichten en boerenkermissen.<br />
Alandt, M. A.<br />
Geb. 8 Juni 1875 te Amsterdam.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Quellinusschool ; 's avonds op<br />
<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie. Voornamelijk landschappen.<br />
Alban, C. J.<br />
Geb. 20 Jan. 1873.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portretten, landschap, stadsgezicht<br />
en stilleven. Ook houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Albers, Henk.<br />
Geb. 2 Febr. 1898. Autodidact.<br />
Landschap, stilleven, dieren.<br />
371
Alessie, C. R.<br />
Geb. 10 Juli 1896.<br />
Overl. 13 Dec. 1938.<br />
Aquarelleer<strong>de</strong> <strong>voor</strong>al.<br />
A l e w ij n, Jhr. D.<br />
Geb. 7 Maart 1797 te A'dam en aldaar overle<strong>de</strong>n<br />
9 Maart 1837.<br />
Ale'w ij n, Jhr. Mr. W.<br />
Geb. 9 Mei 1769 te Amsterdam.<br />
Overl. 4 Dec. 1839 te Utrecht.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Alf f, Paulus Nicolaas van.<br />
Geb. 10 Maart 1878.<br />
Veelal figuren. Ook „heraldisch teekenaar".<br />
AlIebé, Auguste.<br />
Geb. 19 April 1838 te Amsterdam.<br />
OverI.10 Jan. 1927, A' dam.<br />
Leerling van P. F. Greive en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Genreschil<strong>de</strong>r van beteekenis. Op aandringen van<br />
Israéls gaan lithografeeren. Als Hoogleeraar-<br />
Directeur aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie groote invloed<br />
uitgeoefend op <strong>de</strong> jongere generatie.<br />
Alma, P.<br />
Geb. 18 Jan. 1886 te Sumatra.<br />
Leerling Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Werkte op het<br />
atelier Humbert. Maakte studies te Pa rijs.<br />
Hoofdzakelijk wandschil<strong>de</strong>ring.<br />
Alozerij, G.<br />
Geb. 24 Maart 1872.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> acte teekenen L.O. en M.O.<br />
o.l.v. J. Visser. Ging schil<strong>de</strong>ren o.l.v. G. W.<br />
Knap. Heeft geen bepaal<strong>de</strong> <strong>voor</strong>keur. Stadsgezichten,<br />
landschappen, figuren en stillevens.<br />
Altink, Jan.<br />
Geb. 21 Ocotober 1885.<br />
Schil<strong>de</strong>r van landschappen, portretten en stillevens.<br />
Altmann, G.<br />
Geb. 25 Mei 1877 te Rotterdam.<br />
Gest. 17 Aug. 1940 Rotterdam.<br />
Ontving les van Jan <strong>de</strong> Jong te Rotterdam en<br />
stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
In hoofdzaak landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Altmann, Sybr.<br />
Geb. 6 Sept. 1822 te Den Burg op Tessel.<br />
OverI. 6 Juni 1890 te Amsterdam.<br />
Leerling van P. van Schen<strong>de</strong>l.<br />
Van 1880 af Professor aan <strong>de</strong> Teeken-aca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam.<br />
Hij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten en lithografeer<strong>de</strong>.<br />
372<br />
AItorf, Johan Coenraad.<br />
Geb. 1 Jan. 1876 te Den Haag.<br />
Stud. a. d. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Voorn. beeldhouwer.<br />
*Amesz, Nans.<br />
Geb. 4 Nov. 1897.<br />
Ontving haar opleiding aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Verricht illustratief werk.<br />
Schil<strong>de</strong>rt naakt, Madonna's (in olieverf) en teekent<br />
portretten.<br />
**Amey<strong>de</strong>n, K. van<br />
Figuur en portret.<br />
A n d r é a, W. F.<br />
Geb. 20 Maart 1875.<br />
Leerling van <strong>de</strong> TeekenschooI v. Kunstnijverheid<br />
te Haarlem en kreeg ook les van P. van Looy.<br />
Lithografeer<strong>de</strong> ook.<br />
Anrooy, A. van.<br />
Geb. 11 Jan. 1870 te Zaltbommel.<br />
Behaal<strong>de</strong> in 1892 het diploma architect aan <strong>de</strong><br />
Polytechnische school te Delft. Bezocht ook <strong>de</strong>n<br />
Avondcursus <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Vooral<br />
portretschil<strong>de</strong>r. Se<strong>de</strong>rt 1896 in Lon<strong>de</strong>n.<br />
*Ansingh, M. E. G.<br />
(Noemt zich Lizzy.)<br />
Geb. 13 Maart 1875 te Utrecht.<br />
Leer<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>ren op het atelier van haar tante<br />
Thérèse Schwartze. Op 12-jarigen leeftijd hulp<br />
van Prof. van <strong>de</strong>r Waay. In 1893 aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam gaan stu<strong>de</strong>eren.<br />
Schil<strong>de</strong>res van portretten, landschappen, dieren,<br />
poppen, bloemen en stadsgezichten.<br />
Apol, Louis F. H.<br />
Geb. 6 Sept. 1850 te Den Haag.<br />
Overl. 1936 te Den Haag.<br />
Leerling van Joh. Hoppenbrouwers en P. Stortenbeker.<br />
Schil<strong>de</strong>r van boschgezichten en landschappen.<br />
Zijn sneeuwgezichten zijn vermaard.<br />
A p o 1, L. P. H.<br />
Geb. 12 Maart 1874 te Dan Haag.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Antwerpen en<br />
Den Haag.<br />
Apol, P. J.<br />
Geb. 12 Aug. 1876 te Den Haag.<br />
Werkte te Florence, Brussel en Amsterdam.<br />
*A r end, D. J. M. v. d.<br />
Geb. 1861 te Haarlem.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool (hoofdzakelijk<br />
Grabijn) en korten tijd bij H. Krabbe'. Schil<strong>de</strong>res<br />
van bloemen en stillevens.<br />
*Arendsen, Ar. H.<br />
Geb. 1840 te Haarlem.<br />
Over!. 1915.<br />
Leerlinge van C. Lieste. Voornamelijk bloemen<br />
en vruchten.
Arends, Albert.<br />
Geb. 25 Febr. 1881 te Grave.<br />
Eerst leerling van zijn va<strong>de</strong>r, daarna van Friedr.<br />
Hummel. Ook gestu<strong>de</strong>erd te Munchen.<br />
Arntzenius, Paul.<br />
Geb. 20 Mei 1883 te Den Haag.<br />
Leerling van W. B. Tholen en van <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Werkte vier maan<strong>de</strong>n bij H. v. d. Poll.<br />
Bekend door stillevens, landschappen, portretten<br />
en etsen.<br />
Arntzenius, P. Florens N. J.<br />
Geb. 9 Juni 1864 te Soerabaja. Gestu<strong>de</strong>erd aan<br />
<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Amsterdam en Antwerpen.<br />
Hoofdzakelijk stadsgezichten van Den Haag ;<br />
duingezichten en portretten.<br />
Arps, B.<br />
Geb. 1 Sept. 1865 te Culemborg.<br />
Aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie gestu<strong>de</strong>erd en<br />
aan <strong>de</strong> Polytechnische School. Hoofdzakelijk<br />
portretten, landschappen en lithographieën.<br />
Arian <strong>de</strong> Saint Martin, L.<br />
Geb. 24 Mei 1890 te Nieuwpoort.<br />
Hij was leerling van Mariette en vertrok on<strong>de</strong>r<br />
invloed van <strong>de</strong> meesters van Barbizon naar Parijs.<br />
Voornamelijk zeegezichten.<br />
Artz, D. A. C.<br />
Geb. 18 Dec. 1837 te Den Haag.<br />
Overl. 8 Nov. 1890 te Den Haag.<br />
Hij stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Ging in 1866 on<strong>de</strong>r invloed van Josef Israëls<br />
naar Parijs en bleef daar tot 1874. Inmid<strong>de</strong>ls<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij ook in Schotland, Duitschland,<br />
Engeland en Italië. Men noemt hem een leerling<br />
van J. Israëls.<br />
Asperen P. van<br />
Leeuwar<strong>de</strong>r Landschap en stadsgezicht.<br />
*Asscher, H.<br />
Geb. te Amsterdam.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Normaalschool <strong>voor</strong> teekenen.<br />
En van Ed. Frankfort. Schil<strong>de</strong>res van stillevens,<br />
vruchten en bloemen.<br />
Assen<strong>de</strong>lf t, Corn. Alb. van.<br />
Geb. 11 Mei 1870 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Hij heeft on<strong>de</strong>r invloed gestaan van Vincent<br />
van Gogh. In hoofdzaak landschappen.<br />
Aten, W.<br />
Geb. 1894 te Zaandam.<br />
Leerling van Alb. Scheerens, Feith, Carl Dake,<br />
Harry Kuyten.<br />
Werkt hoofdzakelijk in <strong>de</strong> Zaanstreek.<br />
Aué, J.<br />
Geb. 25 Augustus 1895 te Bussum.<br />
Schil<strong>de</strong>r van landschappen, pastels ; <strong>voor</strong>al ook<br />
penteekeningen.<br />
Augustini, J. L.<br />
Geb. 30 April 1748 te Haarlem en stierf aldaar<br />
4 Aug. 1822. Etste ook.<br />
**A <strong>voor</strong> t, H. v. d.<br />
Baak, Nico.<br />
Geb. 10 Mei 1892.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rijksnormaalschool te Amsterdam,<br />
daarna naar <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Van<br />
1918-1920 loge-leerling van Prof . Der Kin<strong>de</strong>ren.<br />
**Baardscheer, J. H.<br />
**Baaren Ruysenaars M. T. v.<br />
Baarsel, C. W.<br />
Geb. 1791.<br />
Overl. 17 April 1854 te Amsterdam.<br />
Baarsel, P. W. van.<br />
Geb. 21 Aug. 1877 te Delft.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r van<br />
intérieurs en landschappen. Teekenaar van kleine<br />
portretten op perkament.<br />
Bach, F. H.<br />
Geb. 28 Mei 1865.<br />
Bezocht eerst <strong>de</strong> aca<strong>de</strong>mie „Minerva" te Groningen.<br />
In 1884 behaal<strong>de</strong> hij <strong>de</strong> Mid<strong>de</strong>lbare Acte<br />
teekenen. Thans is hij leeraar aan „Minerva".<br />
Hij schil<strong>de</strong>rt portretten, landschappen en stadsgezichten,<br />
kruiswegen in olieverf.<br />
Bach, J. M.<br />
Geb. 2 Jan. 1866 te Den Haag.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> o.a. Aca<strong>de</strong>mie v. B.K. in zijn geboorteplaats.<br />
Werkte on<strong>de</strong>r leiding van Lecomte. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
o.a. glasramen.<br />
BageIaar, E. W. J.<br />
Geb. 16 Juli 1775 te Eindhoven.<br />
Overl. 8 Febr. 1837.<br />
Schil<strong>de</strong>r van portretten, dieren en Iandschappen.<br />
***B a k e, Mia.<br />
B a k e, W. A.<br />
Geb. 1821.<br />
Overl. 1845 te Aricia.<br />
Leerling van Pieneman en Eeckhout.<br />
Bakeis, Dr. R. S.<br />
Geb. 4 Aug. 1873 te Hoorn.<br />
Eerst jurist, daarna, in 1904, gaan schil<strong>de</strong>ren.<br />
Vooral portretten en landschappen.<br />
373
*Bakema, Francina Petronella<br />
josephina.<br />
Geb. 19 Juni 1902.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Brussel, te Parijs, aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam. Is beeldhouwster en portretschil<strong>de</strong>res.<br />
Signeert : Nel Bakema.<br />
**Bakhoven, J. A. P.<br />
Bakker, Ar.<br />
Geb. 14 Aug. 1806 te Rotterdam.<br />
Over!. 10 Jan. 1843 bij Schiedam.<br />
Bakker, C.<br />
Geb. 5 Juni 1771 op Goeree.<br />
Overl. 9 Jan. 1849 te Rotterdam.<br />
Leerling van A. C. Hauck.<br />
Meestal landschappen met vee.<br />
**Bakker, Charles.<br />
Bakker, Frans.<br />
Geb. 6 Aug. 1871.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie v. Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten. Maakte studiereizen door Ne<strong>de</strong>rl.<br />
India en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche en Indische<br />
landschappen.<br />
**Bakker, Jan A.<br />
Bakker, Jan.<br />
Geb. 1 Juli 1879 te Schiedam.<br />
Bezocht geduren<strong>de</strong> twee jaar <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie<br />
v. Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten ; later kreeg hij<br />
eenige leiding van W. B. Tholen.<br />
Meestal schil<strong>de</strong>rt hij waterlandschappen.<br />
Bakker, Teunis.<br />
Geb. 3 Nov. 1896 te Purmerend.<br />
Bezocht Rijks Normaalschool <strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijzers<br />
en Rijks Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Bakker Korf f, A. H.<br />
Geb. 31 Augustus 1824 te Den Haag.<br />
Overl. 28 Jan. 1882 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Kleine interieurs met figuren. Genreschil<strong>de</strong>r van<br />
beteekenis. Leert. van C. Kruseman en J. E. J.<br />
v. d. Berg.<br />
Baksteen, D.<br />
Geb. 29 Maart 1886 te Rotterdam.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>rt <strong>voor</strong>namelijk landschappen en stillevens.<br />
Baksteen, G.<br />
Geb. 2 Dec. 1887 te Rotterdam.<br />
Eerst naar <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
te Antwerpen on<strong>de</strong>r Prof. Juliaan <strong>de</strong><br />
Vriendt.<br />
374<br />
Bal, C. G.<br />
Geb. 11 Sept. 1841.<br />
Overl. 2 Febr. 1908.<br />
Balvee, C. A.<br />
Geb. 14 Augustus 1863 te Amsterdam.<br />
Over!. ?<br />
Verkreeg zijn opleiding aan <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool<br />
te Haarlem.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Iandschap, o.m. te Nunspeet.<br />
***Ban, E. F. v. d.<br />
Ban<strong>de</strong>r, Jan C.<br />
Geb. 4 Aug. 1885 te Amsterdam.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rijksnormaalschool en <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam. Boetseer<strong>de</strong> ook en is<br />
thans meer speciaal portret- en landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
*Ban<strong>de</strong>r-Lutomirski, Leonie.<br />
Geb. 4 April 1887 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijksnormaalschool en aan <strong>de</strong><br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie <strong>voor</strong> Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten te Amsterdam.<br />
Figuur in het intérieur, stillevens, bloemen en<br />
landschappen.<br />
Bantzinger, C. A. B.<br />
Portret en figuur.<br />
Barbiers, B.<br />
Geb. 1740 te Amsterdam.<br />
Over!. 1808 te Amsterdam.<br />
Ontwerper van tooneeldécors en landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Barbiers Pzn. B.<br />
Geb. 1784 te Amsterdam.<br />
Over!. 28 April 1816 te Amsterdam.<br />
Leerling van P. Barbiers Pzn. In hoofdzaak<br />
landschappen.<br />
*Barbiers, M. G.<br />
Geb. ?<br />
Overl. 30 Jan. 1849 te Haarlem.<br />
Leerlinge van P. Barbiers Bzn. Schil<strong>de</strong>res van<br />
bloemen.<br />
Barbiers Bzn., P.<br />
Geb. 23 Jan. 1772 te Amsterdam.<br />
Over!. 18 Sept. 1837 te Haarlem.<br />
Leerling van B. Barbiers. Voornamelijk historische<br />
schil<strong>de</strong>rijen en landschappen.<br />
Barbiers Jr., P.<br />
Geb. 27 April 1798 te Haarlem.<br />
Over!. 29 Nov. 1848 te Zwolle.<br />
Barendregt, W.<br />
Geb. 15 Febr. 1880 te Dreischor (Schouwen).<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en<br />
<strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. In 1903 naar <strong>de</strong><br />
Rijksnormaalschool. Daarna leerling <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie.
Barnouw, N.<br />
Geb. 22 April 1809 te Schiedam.<br />
Overl. 1873 te Overschie.<br />
tn hoofdzaak landscha] ken ; toerkte ook veel te<br />
Renhum.<br />
Bastert, Nicolaas.<br />
Geb. 7 Jan. 1854 te Maarsseveen.<br />
Gest. 18 April 1939 te Loenen afd. Vecht.<br />
Leerling van P. J. Lutjens en M. Heyl en van<br />
<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Antwerpen en Amsterdam.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r van beteekenis, kregen <strong>voor</strong>al<br />
zijn riviergezichten groote vermaardheid. Hij<br />
werkte <strong>voor</strong>al aan <strong>de</strong> Vecht, te Nigtevecht en<br />
te Nieuwersluis.<br />
***Baucke-Kleine, A. J.<br />
Bauer, M. A. J.<br />
Geb. 25 Jan. 1864 te Den Haag.<br />
Over!. 18 Juli 1932 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> van 1879—'84 aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te<br />
Den Haag.<br />
Schil<strong>de</strong>r, aquarellist, maar <strong>voor</strong>al graficus.<br />
Reis<strong>de</strong> naar Rusland, Britsch Indië en Ne<strong>de</strong>r<br />
landsch 0.1. Zijn etsen behooren tot het beste<br />
door <strong>de</strong> negentien<strong>de</strong> eeuw op dit gebied <strong>voor</strong>tgebracht.<br />
*Bauer-Stumpf, J.<br />
Geb. 22 Maart 1873 te Amsterdam.<br />
Leerlinge van Prof. Allebé aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam; <strong>voor</strong>al stilleven, ook bloemen en<br />
portretten.<br />
Bauffe, Vict.<br />
Geb. 1849.<br />
Over!. 13 Oct. 1921 te Den Haag.<br />
Schil<strong>de</strong>r van landschappen en stillevens.<br />
Baukema, Sieger J.<br />
Geb. 3 April 1852 te Ou<strong>de</strong> Mirdum (Fr.)<br />
Overl. 10 Sept. 1936 te A rnhem.<br />
Tot zijn 25ste jaar on<strong>de</strong>rwijzer geweest. Behaal<strong>de</strong><br />
in 1879 <strong>de</strong> acte M.O. teekenen. Directeur <strong>de</strong>r<br />
Arnhemsche teekenschool. Schil<strong>de</strong>r van portretten<br />
en landschappen.<br />
*Baukema-Philipse, M.<br />
Geb. 16 April 1863 te E<strong>de</strong>, Gld.<br />
Schil<strong>de</strong>res van stadsgezichten.<br />
Baur, N.<br />
Geb. 12 Sept. 1767 te Harlingen.<br />
Over!. 28 Maart 1820 te Harlingen.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r (J. A. Baur).<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stads- en zeegezichten.<br />
B a u r, J. A.<br />
Voornamelijk bekend als portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Bautz, D.<br />
Geb. 3 Juni 1884 te Den Haag.<br />
Leerling aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie ; werkte van<br />
4904—'O6 On<strong>de</strong>r leiding van F. Jansen. Bestu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
te Parijs ou<strong>de</strong> Italiaansche en Spaansche<br />
meesters. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> veel stillevens van gevogelte.<br />
*Bayens, Bets.<br />
Geb. 14 Sept. 1891.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Industrieschool en leer<strong>de</strong> het handteekenen<br />
; later kreeg zij les van Kees Spoor en<br />
v. Bayens.<br />
Bij <strong>voor</strong>keur schil<strong>de</strong>rt zij „karakterpoppen" ;<br />
ook stillevens en portretten.<br />
Bayens, H.<br />
Landschap en naakt.<br />
Becht, Ed.<br />
Geb. 25 April 1868 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Hij speel<strong>de</strong><br />
eenigen tijd tooneel. Schil<strong>de</strong>r van landschappen.<br />
Becker, Frid.<br />
Geb. 24 Maart 1830 te Den Haag.<br />
Over!. 2 Maart 1895.<br />
Was een vriend <strong>de</strong>r Marissen.<br />
Beckhuis, H.<br />
Leeuwar<strong>de</strong>n 5 Juni 1887.<br />
Schil<strong>de</strong>rt stillevens en bloemen.<br />
Beef tink, A.<br />
Geb. 1 Juni 1908.<br />
Leeraar M.O. Teekenen. Stilleven en landschap.<br />
Beek A. van<br />
Delftsch schil<strong>de</strong>r en restaurateur.<br />
Beek, B. A. van.<br />
Geb. 30 Jan. 1875 te Amsterdam.<br />
Over!. 6 Maart 1941, Kortenhoef.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r.<br />
Schil<strong>de</strong>r van landschappen <strong>voor</strong>al te Kortenhoef.<br />
Beek, J. A. B. ter.<br />
Geb. 23 Aug. 1799 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl. ?<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten, landschappen enz.<br />
*Beek, Sam v.<br />
***Beek-Stroeve, Bella.<br />
Beek, W. van.<br />
Geb. 14 Juni 1867 te Amsterdam.<br />
Geduren<strong>de</strong> één winter stillevens geteekend bij<br />
Georg Rueter. Bekend als schil<strong>de</strong>r van stillevens.<br />
Beekman, Chris H.<br />
Geb. 28 Mei 1887.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Ver<strong>de</strong>r autodidact, Figuur.<br />
landschap en stilleven. Graficus.<br />
375
**Beerendonk, Th.<br />
**Beers, Han.<br />
Beest, Alb. van.<br />
Geb. 11 Juni 1820 te Rotterdam.<br />
OverI.8 Oct. 1860 te New York.<br />
Schil<strong>de</strong>r van zeegezichten, dieren en landschappen.<br />
Beever, E. van.<br />
Geb. 28 Maart 1876 te Antwerpen.<br />
Overl. Juni 1912.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Quellinusschool en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam. Schil<strong>de</strong>r van intérieurs, stillevens<br />
en dorpsgezichten.<br />
Behr, C. J.<br />
Geb. 9 Juli 1812 te Den Haag.<br />
Over!. 10 Nov. 1895 te Den Haag.<br />
Leerling van B. J. van Hove. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in hoof dzaak<br />
stadsgezichten.<br />
Bekker Jr., C. F.<br />
Geb. 31 Dec. 1890.<br />
Korten tijd Rijksaca<strong>de</strong>mie en Aca<strong>de</strong>mie Antwerpen.<br />
Voornamelijk Iandschappen.<br />
**Bekker, P.<br />
**Bekman, Hubert.<br />
Belmer, J. D.<br />
Geb. 6 April 1827.<br />
Over!. 6 Mei 1909 te Barneveld.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Antwerpen. Schil<strong>de</strong>rt<br />
stillevens en landschappen.<br />
Bendorp, Sr. C. F.<br />
Geb. 1736 te Sas van Gent.<br />
Over!. 3 October 1814 te Dordrecht.<br />
Leerling van W. Uiterlimmige. Hij etste<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stadsgezichten.<br />
Bendorp, Jr. C. F.<br />
Geb. 21 Jan. 1819 te Dordrecht.<br />
Overl. 1864.<br />
Bendorp, J. C.<br />
Geb. 1767 te Dordrecht.<br />
Overl. 15 Nov. 1849 te Dordrecht.<br />
Leerling van D. Langendijk.<br />
Maakte teekeningen en kopergravures.<br />
Benner, J. Ph.<br />
Geb. 31 Oct. 1876 te Amsterdam.<br />
Leerling van Herbert van <strong>de</strong>r Poll, Iandschap.<br />
*Berch van Heemste<strong>de</strong>, jkvr. C. v. d.<br />
Geb. Maart 1885 te Neer Langbroek.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
376<br />
portretten,<br />
en<br />
*Berg, A. C. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 18 Febr. 1873 te Amsterdam.<br />
Werkte op het atelier van M. Hagemans te<br />
Brussel, daarna bij P. Rink en stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Parijs.<br />
Zij schil<strong>de</strong>rt bloemen, figuren en intérieurs.<br />
Berg, A. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 19 Mei 1852 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r van figuren, stillevens en landschappen.<br />
***Berg, Else.<br />
Berg, Johannes Fre<strong>de</strong>ricus (noemt<br />
zich Freek van <strong>de</strong>r)<br />
Geb. 29 Mei 1918.<br />
Kreeg eenigen tijd les van J. Wiertz en Han<br />
van Dam en bekwaam<strong>de</strong> zichzelf ver<strong>de</strong>r. Hij<br />
schil<strong>de</strong>rt figuren, portretten, landschappen en<br />
stillevens.<br />
Berg, Jhr. J.<br />
Geb. 3 Juni 1851 le Amsterdam.<br />
Gest. ?<br />
Leerling van P. Greive, Allebé en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Antwerpen. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Zeeuwsche figuren.<br />
Berg, J. E. J. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 1802.<br />
Overl. 1861.<br />
Naar <strong>de</strong> klassieken gericht schil<strong>de</strong>r, anatomie en<br />
proportieleer.<br />
Berg, Mijn<strong>de</strong>rt van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 5 Juli 1876.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie v. Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten<br />
te Den Haag.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschappen en stadsgezichten.<br />
Berg, S. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 4 Nov. 1812 te Overschíe.<br />
Over!. 8 Juli 1891 te Arnhem.<br />
Leerling van P. G. van Os. Directeur van het<br />
Mauritshuis. Vooral dierenschil<strong>de</strong>r.<br />
Berg, W. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 16 Febr. 1886 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en werkte on<strong>de</strong>r<br />
Ieiding van zijn va<strong>de</strong>r, A. v. d. Berg. Maakt<br />
stillevens, portretten en landschappen. Hoogleeraar<br />
directeur van <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Bergh, P. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 30 Nov. 1865 te Den Haag.<br />
Leerling van Th. <strong>de</strong> Bock en W. Maxis.<br />
**Bergman, C.<br />
**Bertels, M. J.
Bergsma, G.<br />
Geb. 19 April 1873 te Winterswijk.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam ; bezocht<br />
Italië en Munchen. Schil<strong>de</strong>r van figuren en landschappen.<br />
Berten, H. G.<br />
Larensch schil<strong>de</strong>r. Debuteer<strong>de</strong> eerst op zes en<br />
veertigste jaar. Landschap.<br />
Den Besten, Pieter.<br />
Geb. 15 Februari 1894.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie v. B. K. en T. W. te<br />
Rotterdam.<br />
Toegepaste kunsten, portretten en stillevens.<br />
Besters, A. J.<br />
Geb. 1747 te Den Haag.<br />
Overl. 11 Sept. 1819 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
**Betzema, B. C.<br />
Beur<strong>de</strong>n, A. F. W. E. van. Schoonhoven<br />
van.<br />
Geb. 28 October 1883.<br />
Behaal<strong>de</strong> <strong>de</strong> mid<strong>de</strong>lbare acte handteekenen en<br />
kunstgeschie<strong>de</strong>nis. Is leeraar aan het Amsterdamsch<br />
Lyceum. Schil<strong>de</strong>r van landschappen,<br />
bloemen en symboliek.<br />
**B e u s e k o m, D. Ch. v.<br />
Beveren, Ch. van.<br />
Geb. 6 April 1809 te Mechelen.<br />
Over!. 16 Sept. 1850 te Amsterdam.<br />
Bezocht Rome. Schil<strong>de</strong>r van portretten en intérieurs.<br />
*B e y m a, Jhvr. T. v an.<br />
Geb. 24 Juni 1878 te Den Haag.<br />
Leerling van W. J. Bampse te Lei<strong>de</strong>n en van<br />
W. C. Rip.<br />
Bezaan, Johannes.<br />
Geb. 2 Aug. 1894.<br />
Is autodidact • kreeg slechts eenige aanwijzingen<br />
van K. Hentschel.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschappen met en zon<strong>de</strong>r figuur<br />
en portretten en stillevens.<br />
Bieling, H. F.<br />
Geb. te Rotterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>r en beeldhouwer.<br />
**Bielkine Wlad.<br />
Bieruma Oosting vgl. Oosting.<br />
Bies, Marinus Johan.<br />
Geb. 12 Februari 1894.<br />
Kreeg ruim een jaar les en leiding van A. M.<br />
Gorter te Amsterdam. Ver<strong>de</strong>r autodidact.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschappen, <strong>voor</strong>al <strong>de</strong> Peel en zijn<br />
bewoners.<br />
I<br />
**Biesiot, P.<br />
Bil<strong>de</strong>rs, A. G.<br />
Geb. 19 Dec. 1838 te Utrecht.<br />
Overt. 8 Maart 1865 te Amsterdam.<br />
Protégé van Kneppelhout ; leerling van zijn va<strong>de</strong>r.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r leiding van Charles Humbert.<br />
Bil<strong>de</strong>rs, J. W.<br />
Geb. 18 Aug. 1811 te Utrecht.<br />
Overt. 29 Oct. of 1 Nov. 1890 te Oosterbeek.<br />
Maakte kunstreis door Duitschland. Schil<strong>de</strong>r van<br />
landschappen.<br />
*Bil<strong>de</strong>rs-van Bosse, M. Ph.<br />
Geb. 21 Febr. 1837 te Amsterdam.<br />
Overl. 12 Juli 1900 te Wiesba<strong>de</strong>n.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>res.<br />
Leerlinge van v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen en J. W.<br />
Bil<strong>de</strong>rs. Ontving ook hulp van Bosboom.<br />
Birnie, G.<br />
Geb. 28 April 1879 te Groningen.<br />
Bezocht <strong>de</strong> H.B.S. te Groningen. Daarna schil<strong>de</strong>rles<br />
van W. Roelofs en van B. Schregel. Maakte<br />
portretten.<br />
Birnie, J.<br />
Geb. 31 Oct. 1866 te Djember ( Java).<br />
Gest. ?<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie Minerva te Groningen.<br />
Etser en landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Bisschop, Chr.<br />
Geb. 22 April 1828 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overt. 6 Oct. 1904 te Scheveningen.<br />
Leer<strong>de</strong> teekenen bij Wester. Kwam in 1846 te<br />
Amsterdam bij Schoemaker Doyer, daarna bij<br />
H. W. Schmidt. Stel<strong>de</strong> zich in 1848 on<strong>de</strong>r leiding<br />
van H. van Hove. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Parijs on<strong>de</strong>r leiding<br />
van Gleyre. Figuurschil<strong>de</strong>r, <strong>voor</strong>al Friesche<br />
intérieurs en portretten.<br />
*Bisschop-Swift, C. S. F.<br />
Geb. 6 April 1834 te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Over!. ?<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in <strong>de</strong>n trant van haar man.<br />
Bisschop, R.<br />
Geb. 21 Juni 1849 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Over!. ?<br />
Leerling van zijn oom Chr. Bisschop en van <strong>de</strong><br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret en kerkinterieur.<br />
*Bisschop-Robertson, S.<br />
Geb. 17 Dec. 1857 te Den Haag.<br />
Overl. 18 Oct. 1922.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie ; nam eenige<br />
lessen aan <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en<br />
stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> o.l.v. P. v. d. Vel<strong>de</strong>n.<br />
Landschap, figuur, stilleven in zwaar coloriet.<br />
377
BIaa<strong>de</strong>ren, G. W. van.<br />
Geb. 18 Juni 1873 te Nieuwer Amstel.<br />
Overl.?<br />
Leerling van H. Hulk en Vaarzon Morel. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
één jaar aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Antwerpen.<br />
Schil<strong>de</strong>r van stadsgezichten, stillevens en figuren.<br />
Bleckmann, W. C. C.<br />
Geb. 14 Febr. 1853.<br />
Leerling van Allebé. Schil<strong>de</strong>r<br />
landschappen.<br />
Bleeker, L. M.<br />
Geb. 20 Mei 1905.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Portretschil<strong>de</strong>r en glazenier.<br />
*Bleeker, M. A.<br />
Geb. 20 Jan. 1885 te Groningen.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie Minerva in haar geboortestad<br />
en van <strong>de</strong> Haagsche Tee kenaca<strong>de</strong>mie.<br />
Zij etst en schil<strong>de</strong>rt stillevens.<br />
*Bleuland, van Oordt. A.<br />
Geb. 5 Juni 1862 te Rotterdam.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
ook on<strong>de</strong>r leiding van Tony Offermans ermans en G.<br />
Henkes. Kin<strong>de</strong>rportretten.<br />
*Bleuland van Oordt, J.<br />
Geb. 28 Aug. 1865 te Katendrecht bij Rotterdam.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Zij schil<strong>de</strong>rt<br />
en boetseert.<br />
Bles, David J.<br />
Geb. 19 Sept. 1821 te Den Haag.<br />
Overl. 1899.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Haagsche Teekenaca<strong>de</strong>mie en<br />
te Parijs bij Robert Fleury. Werkte ook in het<br />
Louvre. Genreschil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
*Block-Smul<strong>de</strong>rs, A. <strong>de</strong><br />
Geb. 14 Oct. 1876 te Rotterdam.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Kreeg<br />
ook les van Toorop. Te Ajaccio op Corsica heeft<br />
zij een atelier gehad. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
BIoem, H. van.<br />
Geb. 31 Maart 1874 te Amsterdam.<br />
Leerling van Heynen. Trok <strong>de</strong> aandacht van<br />
Th. <strong>de</strong> Bock en van Poggenbeek.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stadsgezichten en landschappen.<br />
Bloeme, H. A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 17 Sept. 1802 te Den Haag.<br />
Overl. 3 Nov. 1867.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Teekenschool „Het Nut" te Amsterdam,<br />
van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en van Pieneman.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ook aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Vooral portretschil<strong>de</strong>r.<br />
378<br />
van portretten en<br />
**B l o m, P.<br />
Blommers, B. J.<br />
Geb. 30 Jan. 1845 te Den Haag.<br />
Overl. 5 Dec. 1914.<br />
Werd aanvankelijk opgeleid tot lithograaf. Was<br />
later leerling van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en van<br />
Christoffel Bisschop. Hij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> intérieurs,<br />
portretten, strand- en dorpsgezichten en ook eenige<br />
portretten en vervaardig<strong>de</strong> lithografieen en etsen.<br />
*Blommestein, L. A. van.<br />
Geb. 17 Maart 1882 te Parijs.<br />
Les van Blanc Garin te Brussel. Schil<strong>de</strong>res van<br />
bloemen, stillevens en kin<strong>de</strong>rportretten.<br />
Boasson, I.<br />
Geb. 21 Nov. 1875 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Leerling van W. Schutz en J. C. Ritsema.<br />
Werkte ook met Corn. Kuyper. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> veel<br />
landschappen uit het Oosten.<br />
Boas-Zélan<strong>de</strong>r, M. C.<br />
Geb. 5 Sept. 1889.<br />
Leerling van H. F. Boot en S. Garf en <strong>de</strong> Rijks<br />
Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam. Vooral stilleven.<br />
Bobeldijk, F.<br />
Geb. 17 October 1876 te Koog a/d. Zaan.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en van<br />
Willem Witsen. Etser en lithograaf en schil<strong>de</strong>r<br />
van landschap en stadsgezicht en <strong>voor</strong>al van portretten,<br />
in <strong>de</strong>n lateren tijd ook van bloemstukken.<br />
Bock, Th. E. A. De<br />
Geb. 14 Jan. 1851 te Den Haag.<br />
Overl. 22 Nov. 1904 te Haarlem.<br />
Eerst een betrekking bekleed bij <strong>de</strong> Holl. Spoorwegmaatschappij.<br />
Daarna is hij gaan schil<strong>de</strong>ren<br />
en leerling gewor<strong>de</strong>n van J. W. van Borselen en<br />
J. H. Weissenbruch. Heeft veel invloed on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n<br />
van Jacob Maris. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong>al het<br />
Gel<strong>de</strong>rsche landschap.<br />
**Bockstal, W. F.<br />
Bodaan, J. J.<br />
Geb. 1 Febr. 1881.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Stilleven, dieren en bloemen.<br />
*Boddaert- te JolIe, S. A.<br />
Geb. 10 Febr. 1790 te Amsterdam.<br />
Over!. 21 April 1856 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res,<br />
Bo<strong>de</strong>, J. F. G.<br />
Geb. 12 Juni 1870 te Breda.<br />
Leerling van P. Balmaker te Breda. Gewerkt bij<br />
Paul Bodif ee te Deventer.
*Bo<strong>de</strong>nheim, I. C. H. Nelly.<br />
Geb. 27 Maart 1874 te Amsterdam.<br />
Eerst naar <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam, daarna<br />
gewerkt bij Jan Veth. Zeer bekend door haar<br />
prentenboeken, bewoog zich ook op het gebied <strong>de</strong>r<br />
Kunstnijverheid.<br />
Bodif ée, P.<br />
Geb. 29 Juni 1866 te Amsterdam.<br />
Over!. 23 Jan.1938 te Deventer.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Normaalschool van Teekenon<strong>de</strong>r.<br />
wijzers te Amsterdam en waarschijnlijk van <strong>de</strong><br />
Bock. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Iandschappen, buurtjes en wintergezichten<br />
te Deventer.<br />
Hoen<strong>de</strong>rmaker, C.<br />
Geb. 27 Mei 1904 te Amsterdam.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd te Haarlem en Amsterdam, kreeg<br />
ook lessen van Gestel, Colnot en M. Wiegman.<br />
Vooral stilleven.<br />
*Boer (Stella <strong>de</strong>n Boer), Estella<br />
Johanna Emerance.<br />
Geb. 24 Mei 1912.<br />
Behaal<strong>de</strong> in 1933 het einddiploma aan het<br />
Instituut <strong>voor</strong> Kunstnijverheidson<strong>de</strong>rwijs te Amsterdam<br />
<strong>voor</strong> <strong>de</strong> grafische vakken. De Iaatste<br />
jaren wijdt zij zich geheel aan <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rkunst en<br />
vervaardigt Iandschappen, stillevens en bloemen.<br />
Boer, G. J. J. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 23 Nov. 1847 te Amsterdam.<br />
Ontving teekenles aan <strong>de</strong> Rijksnormaalschool<br />
<strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijzers en aan <strong>de</strong> Quellinusschool.<br />
Schil<strong>de</strong>rt figuren en Iandschappen.<br />
Boer, Jan <strong>de</strong>.<br />
Geb. 3 Oct. 1877 te Harlingen.<br />
Oorspronkelijk bestemd <strong>voor</strong> <strong>de</strong> zeevaart ; reis<strong>de</strong><br />
veel met zijn va<strong>de</strong>r, die koopvaardij-kapitein<br />
was. Als schil<strong>de</strong>r heeft hij zich zelf gevormd.<br />
Beeldt <strong>de</strong> natuur in sprookjesvorm uit.<br />
Boer, J. <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 19 Nov. 1877 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Leerling van Schiitz. Schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur<br />
boerenwoningen op Walcheren.<br />
Boer, 0. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1797.<br />
Overl. 1856.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> veelal Bijbelsche on<strong>de</strong>rwerpen.<br />
*Boer, Wilh. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 26 Juni 1880 Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> fe Rotterdam on<strong>de</strong>r Heiberg en <strong>de</strong><br />
Jong. Ging naar Java. Stilleven en Iandschap.<br />
**Boermeester, L.<br />
**Boers, Frans<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Boers, Willy.<br />
Geb. 13 Oct. 1905 te Amsterdam.<br />
Autodidact. Stadsgezichten uit Parijs, landschappen<br />
uit Zuid-Frankrijk, portretten, stilleven<br />
en figuren. Ook beeldhouw<strong>de</strong> hij eenige koppen.<br />
*Boevé, Cesina B.<br />
Geb. 1 Dec. 1881 te Rotterdam.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie v.<br />
B. K., en T.W.<br />
Beweegt zich <strong>voor</strong>al op grafisch gebied (etsen en<br />
Iitho's).<br />
Bogaerts, J. J. M.<br />
Geb. 6 Juli 1878 te 's-Hertogenbosch.<br />
Eerst opgeleid bij Antoon van Welie. Ook leerling<br />
van J. en A. <strong>de</strong> Vriendt. Kreeg bekendheid door<br />
zeer uitvoerig geschil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stillevens.<br />
Bogman, Herman.<br />
Geb. 22 Sept. 1890.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Stadsgezichten en stillevens.<br />
**Bogtman, L.<br />
*Bóhncke-Kelting, Marie.<br />
Geb. 29 Oct. 1886.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> in „Artis" o.l.v. Aug. Allebé.<br />
Dieren, bloemen, stillevens, portretten.<br />
Bóhncke, Petrus Thed. Henr.<br />
Geb. 7 Mei 1873.<br />
Autodidact. Dieren en figuren.<br />
*Boks, G. J. W.<br />
Geb. 18 Maart 1873 te Apeldoo rn.<br />
Leerlinge van Coba Ritsema en Mevr. H. v.<br />
Voorthuysen-van Hove.<br />
Boks, M.<br />
Geb. 1849.<br />
Overl. 1885.<br />
Leerling van Mauve en Jacob Mails.<br />
*Bol-Smit, Elizabeth.<br />
Geb. 13 Febr. 1904.<br />
Doorliep <strong>de</strong> 5-j. H.B.S. Ging eerst in 1935<br />
regelmatig teekenen en schil<strong>de</strong>ren. Kreeg van<br />
Karel van Veen aanmoediging en veel technische<br />
aanwijzingen.<br />
Schil<strong>de</strong>rt portretten en stillevens.<br />
Bolding, C.<br />
Geb. 7 Jan. 1897 te Wormerveer.<br />
Leerling van Meta Cohen Gosschalk, Prof. G.<br />
Sturm, N. v. d. Waay en van J. H. Jurres.<br />
Schil<strong>de</strong>rt <strong>voor</strong>namelijk figuren en stadsgezichten.<br />
Leeraar Aca<strong>de</strong>mie v. B.K. te 's Gravenhage.<br />
379
BoIomey, B.<br />
Geb. 19 Mei 1739 te Lausanne.<br />
Over!. 19 Dec. 1819 te Lausanne.<br />
Portrettist van <strong>de</strong>n Prins van Oranje.<br />
*Bolte, H.<br />
Bombled, K. F.<br />
Geb.1 Maart 1822 te Den Haag.<br />
Overl. 4 Jan. 1902 te Chantilly.<br />
In het bijzon<strong>de</strong>r etser.<br />
Bomhof, Evert.<br />
Geb. 15 Nov. 1886 te Zwolle.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschap en figuur.<br />
*Bonebakker, Claire.<br />
Geb.1 Mei 1904.<br />
Leerlinge van Ernst Richard Dietze te Dres<strong>de</strong>n<br />
en van An<strong>de</strong>rs Osterlind te Parijs.<br />
Schil<strong>de</strong>res van portretten, landschappen en stillevens.<br />
Bonebakker, J. A.<br />
Geb.1 Aug. 1889 te Amsterdam.<br />
Leerling van G. v. d. Wal Perné, van H. v. d. Poll<br />
en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rt in hoofdzaak<br />
portretten.<br />
Bongers, B. A.<br />
Geb. 2 Juli 1866 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r van intérieurs<br />
en stadsgezichten<br />
**Bonttres, J.<br />
**Boogaard, Herm. v. d.<br />
*Boom-Pothuys, Ch.<br />
Geb. 13 April 1869 te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Werkzaam geweest bij Meyer <strong>de</strong> Haan en bij<br />
Jan<br />
Ztircher. Etste.<br />
Boom, K. A. A. J.<br />
Geb. 26 Oct. 1862 te Semarang.<br />
Eerst leerling <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie, daarna gewkrkt<br />
on<strong>de</strong>r leiding van Jac. Smit. Bij 1<strong>voor</strong>keur tr schil<strong>de</strong>rt, hil<br />
hij stadsgezichten en portretten.<br />
Boon, Jan.<br />
Geb. 2 Dec. 1882 te Nieuwer-Amstel.<br />
Kreeg te 's-Gravenhage zijn eerste lessen van<br />
Ph. Zilcken.<br />
Vooral graficus (etser).<br />
**Boon, W.<br />
Boon, A. v. cl.<br />
Geb. 30 Sept. 1836.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en van Dirk Wiggers. Landschap.<br />
380<br />
Boot, H. F.<br />
Geb. 8 Febr. 1877 te Maastricht.<br />
Leerling van Weingartner te Breda en van.<br />
<strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie ; ver<strong>de</strong>r van Maasdijk,<br />
D. G. Ezerman en Mie<strong>de</strong>ma.<br />
Voornamelijk figuren en stillevens.<br />
BorseIen, J. W.<br />
Geb. 20 Sept. 1825 te Gouda.<br />
Overl. 24 Sept. 1892 te Den Haag.<br />
Leerling van A. Schelf hout. Vooral bekend door<br />
zijn „wilgen". Hij etste ook en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> veer<br />
landschappen.<br />
Bos, G. J.<br />
Geb. 1825.<br />
Over1. 1898 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Dierschil<strong>de</strong>r.<br />
**Bos, A. v. cl.<br />
Bosboom, Johannes.<br />
Geb. 18 Febr. 1817 te Den Haag.<br />
Overl. 14 Sept. 1891 te Den Haag.<br />
Leerling van B. J. van Hove, gaat in 1837<br />
naar België, in 1838 met C. Kruseman naar<br />
Parijs. Vermaard schil<strong>de</strong>r van kerkinterieurs,<br />
waterverfschil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
Bosch, E.<br />
Geb. 10 Mei 1863 te Amsterdam.<br />
Overl. ?<br />
Werkte on<strong>de</strong>r Koelman aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie<br />
Schil<strong>de</strong>r van stadsgezichten in Italië, figuren en<br />
stillevens.<br />
Bosch-Reitz, S. C.<br />
Geb. 20 Febr. 1860 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te München en Pa rijs, <strong>voor</strong>namelijk<br />
Iandschap.<br />
**Bosma, Wim.<br />
*Bosscha, Aï J.<br />
Geb. 6 Nov. 1858 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Leerlinge van Arnand Gerkes, van <strong>de</strong> Haagsche<br />
Teekenaca<strong>de</strong>mie en van Ol<strong>de</strong>welt.<br />
Voornamelijk stadsgezicht.<br />
***Bosschaert, L.<br />
Bottema, Hil.<br />
Woont en werkt te Katwijk aan Zee. Illustreert<br />
Kin<strong>de</strong>rboeken.<br />
Bottema, Tjeerd.<br />
Geb. 6 Febr. 1884 te Langezwaag in Friesland.<br />
Overle<strong>de</strong>n 1940.<br />
Ontving eerst teekenles bij Rosenbeek te Heerenveen<br />
en volg<strong>de</strong> daarna te Amsterdam avondlessen<br />
op <strong>de</strong> Ambachtsschool van <strong>de</strong>n werken<strong>de</strong>n stand.<br />
Avondlessen aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Lithografeer<strong>de</strong> affiches.
Bottema, Tjerk.<br />
Geb. 12 Maart 1882 te Schoterland (Fr.)<br />
Over!. Juli 1940.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam ;<br />
studies op <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Teekenaar geweest van „De Notenkraker" ;<br />
schil<strong>de</strong>r van maaiers en Lon<strong>de</strong>nsche stadsgezichten.<br />
Bou<strong>de</strong>wijnse, A. J. P.<br />
Geb. 23 Juli 1862 te Den Haag.<br />
Overl. Febr. 1909 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en van Cormon<br />
te Parijs.<br />
Bij <strong>voor</strong>keur schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hij portretten, stalintérieurs<br />
en Zeeuwsche landschappen.<br />
**Bouhuys, Jaap.<br />
Bouman, Prof. Dr. K. H.<br />
Roogleeraar in <strong>de</strong> Psychiatrie aan <strong>de</strong> Amsterd.<br />
Universiteit. Verdienstelijk liefhebberij-schil<strong>de</strong>r.<br />
Bout, J. D.<br />
Geb. 12 Jan. 1891.<br />
Raad van Joop Weyand en Klaas van Leeuwen.<br />
Figuur en dieren. Graficus.<br />
Bouten, Ch.<br />
Geb. 1871 te Amsterdam.<br />
Over!. 1895.<br />
Schil<strong>de</strong>r van dieren, stadsgezichten en stillevens.<br />
Bouwmeester, Goosen Egbert.<br />
Geb. 26 Sept. 1897.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portretten, stillevens, landschappen, figuur.<br />
*Braakensiek-Dekker,AnnaMaria<br />
Gestu<strong>de</strong>erd in Antwerpen en Parijs. Gereisd<br />
in Frankrijk, Spanje en Italië. Stillevens, portretten,<br />
maar in hoofdzaak landschappen.<br />
Braakensiek, Joh.<br />
Geb. 24 Mei 1858 te Amsterdam.<br />
Over!. 27 Februari 1940 te Amsterdam.<br />
Leerling van Tetar van Elven en van <strong>de</strong> Rijks<br />
Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Teekenaar en illustrator.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> ook het Hollandsche volksleven.<br />
Kreeg ook inte rnationale bekendheid door <strong>de</strong><br />
wekelijksche politieke prenten van <strong>de</strong> Groene<br />
Amsterdammer, die hij zelf op steen teeken<strong>de</strong>.<br />
Braat, L. P. J.<br />
Geb. 23 Nov. 1908 te Arnhem.<br />
Na gymnasium, naar <strong>de</strong> Kunstnijverheidschool te<br />
Arnhem ; stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Parijs ; <strong>voor</strong>n. portretten.<br />
**Braken, P. v. d.<br />
Bran<strong>de</strong>nburg, C.<br />
Geb. 5 Dec. 1884 te Wormerveer.<br />
Leerling van George Rueter; aar<strong>de</strong>werkschil<strong>de</strong>r<br />
op <strong>de</strong>lateelbakkerij „De Distel". Daarna<br />
avondles paan <strong>de</strong> Ri 1'ksaca<strong>de</strong>mie<br />
on<strong>de</strong>r Allebé,<br />
later on<strong>de</strong>r Derkin<strong>de</strong>ren. Leer<strong>de</strong> etsen van Dupont<br />
en werkte bij Schnabel.<br />
**Brandt, W. J.<br />
Brante, Gerrit Lubertus.<br />
Leerling van het Rijksinstituut tot Opleiding<br />
van Teekenleeraren. Logeleerling o.l.v. Prof. H. J.<br />
Wolker. Schil<strong>de</strong>r van portretten, figuren, landschappen<br />
en stillevens.<br />
*Brante-Bloemen, Maria Anna.<br />
Geb. 5 Maart 1909 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie <strong>voor</strong> Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten<br />
in haar geboortestad. In 1934 behaal<strong>de</strong><br />
zij <strong>de</strong> zilveren medaille <strong>voor</strong> <strong>de</strong>n Prix <strong>de</strong> Rome<br />
vrije schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Schil<strong>de</strong>rt alle genres.<br />
**Breemen, J. W. van.<br />
Breetvelt, Adolf.<br />
Geb. 31 December 1892.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie v. B.K. te Den Haag.<br />
Maakte studiereizen naar Spanje, Italië, Egypte,<br />
Fransch Indo China, Japan en Ned. India.<br />
Abstracte fantasieën (olieverf) en avuardlen<br />
geduren<strong>de</strong> zijn reizen.<br />
Breitenstein, C. A.<br />
Geb. 23 Dec. 1864 te Amsterdam.<br />
Overl. 5 Sept. 1921 te Velsen.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in luministischen trant landschappen<br />
en <strong>voor</strong>al zeegezichten.<br />
Breitner, G. H.<br />
Geb. 12 Sept. 1857 te Rotterdam.<br />
Over!. 5 Juni 1923 te Amsterdam.<br />
Leerling van Neur<strong>de</strong>nburg en van Rochussen en<br />
van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Grootmeester van <strong>de</strong> Amsterdamsche school. De<br />
impressionistische schil<strong>de</strong>r van het Amsterdamsche<br />
stadsgezicht. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> ook eenige beroem<strong>de</strong><br />
„naakten". Groot aquarellist.<br />
Breman, Co.<br />
Geb. 7 Dec. 1865 te Zwolle.<br />
Gest. 18 Nov. 1938 te Laren.<br />
Opgeleid door J. D. Huibers. Hij ging naar<br />
Brussel en Parijs. Vestig<strong>de</strong> zich later in het Gooi.<br />
Landschap, stadsgezicht en figuur.<br />
*Breman..Schouten, Lizzy.<br />
Geb. 29 November 1887 te Amsterdam.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
Geh. met wijlen Co Breman.<br />
Bremmer, H. P.<br />
Geb. 1872 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Verwierf <strong>voor</strong>al bekendheid als spreker en schrijver<br />
over kunst.<br />
381
Bren<strong>de</strong>r A Brandis, G. A.<br />
Geb. 21 Maart 1878 te Den Haag.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie ; 1889-1900<br />
in <strong>de</strong> kolonie van Fre<strong>de</strong>rik van Ee<strong>de</strong>n ; daarna<br />
weer een half jaar aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur landschappen, stillevens en<br />
figuren. Woont te Blaricum.<br />
Breuhaus <strong>de</strong> Groot, F. A.<br />
Geb. 13 Juni 1824 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 23 Juni 1875 te Brussel.<br />
Hij etste en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> riviergezichten.<br />
Briedé, Johan.<br />
Geb. 2 Mei 1885.<br />
Kreeg een <strong>de</strong>coratieve opleiding bij Chris Lebeau<br />
en ging illustreeren en schil<strong>de</strong>ren bid L. W. R.<br />
Wenckebach.<br />
Schil<strong>de</strong>r van zee, strand, schepen en havens.<br />
Illustreert.<br />
**Briel, E. van.<br />
Briét, A. H. C.<br />
Geb. 25 Januari 1867 te Madioen.<br />
Overl. 23 Febr. 1939 te Nunspeet.<br />
Kreeg te Utrecht les van Hoevenaar ; daarna<br />
naar Antwerpen en naar Parijs. Schil<strong>de</strong>r van het<br />
binnenhuis en het boerenleven.<br />
**Brink, Jan van <strong>de</strong>n.<br />
Brinks, Kuno.<br />
Geb. 24 Maart 1908 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan het Rijks Instituut tot opl. v.<br />
TeekenIeeraren en aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie te<br />
Amsterdam. Prix <strong>de</strong> Rome. Kopergravure 1933,<br />
<strong>voor</strong>al graficus.<br />
Broeckman, A. M.<br />
Geb. 1 Maart 1874 te Amsterdam.<br />
Werkte bij Alex Boom en Dijsselhof. Hij copieert<br />
en schil<strong>de</strong>rt portretten en stillevens.<br />
*Broeckman-Klinkhamer, A.<br />
Geb. 4 December 1876 te Amsterdam.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Etste<br />
later bij Zilcken. Zij illustreert.<br />
Broe<strong>de</strong>let, A. V. L.<br />
Geb. 7 Augustus 1872 te Batavia.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie te Den Haag en van Frits<br />
Jansen. Binnenhuis en figuur.<br />
*Broe<strong>de</strong>let, Hetty.<br />
Geb. 18 Jan. 1877.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie v. B. K. on<strong>de</strong>r<br />
Frits Jansen.<br />
Haar genre is <strong>voor</strong>namelijk stillevens en bloemen.<br />
***Broekman-Klinkhamer.<br />
382<br />
**Broekman, N. M.<br />
*Broeksmit, F. H.<br />
Geb. 14 Augustus 1875 te Charlois bij Rotterdam.<br />
Leerlinge van H. Melis en van <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in Noorwegen.<br />
**Broers, Dick.<br />
*Broers, Edm, W.<br />
Geb. 12 November 1877 te Geertrui<strong>de</strong>nberg.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche teekenaca<strong>de</strong>mie en van<br />
Haverman.<br />
Zij is portretschil<strong>de</strong>res.<br />
Bron, J, L. H. Louis.<br />
Geb. 6 Juli 1884 te Den Haag.<br />
Kreeg les van B. A. Bongers en aan <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rt land- en zeegezicht.<br />
Brondgeest, A.<br />
Geb. 2 Dec. 1786 te Amsterdam.<br />
Overl. 30 Juli 1849 te Amsterdam.<br />
Leerling P. G. van Os en H. Numan. Riviergezichten.<br />
Broos, Dick.<br />
Geb. 23 Febr. 1903.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> zes jaren aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie v.<br />
Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong> Kunsten te Amsterdam, voo rnamelijk<br />
o.l.v. Prof. Jurres en Prof. Roland Holst.<br />
Is ook houtsnij<strong>de</strong>r en glasschil<strong>de</strong>r (hoofdzakelijk<br />
mozaieklegger).<br />
Broos, J. J. Zui<strong>de</strong>ma<br />
Geb. 5 September 1833 te Vor<strong>de</strong>n.<br />
Overl. ?<br />
Leerling van Bakker Korf f. .<br />
Brouwer, A.<br />
Geb. 18 Juli 1827 te Nijkerk.<br />
Overl. 4 Juli 1908 te Hilversum.<br />
Hij is naast kerkschil<strong>de</strong>r, <strong>de</strong> ontwerper en hoofduitvoer<strong>de</strong>r<br />
van het Panorama- Jerusalem geweest.<br />
***Brouwer, A.<br />
**Brouwer, Fred.<br />
Brouwers, Jul. H. J. M.<br />
Geb. 26 Juli 1869 te Gulpen (L.)<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> bij Gabriél te Scheveningen en een jaar<br />
aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Luik. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschap.<br />
Browne, R. Ives.<br />
Geb. 6 April 1866 te Rotterdam.<br />
Leerling van F. Jansen.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur landschappen, intérieurs<br />
en stillevens.
Bruckman, W. L.<br />
Geb. 11 Maart 1866 te 's Gravenhage.<br />
Overl. 28 Sept. 1928 te Laren, N.H.<br />
Heeft in Engeland gewerkt. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Brug, H. ter.<br />
***Bruggen, B. v.<br />
Brugghen, G. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 2 November 1811 te Nijmegen.<br />
Overle<strong>de</strong>n 18 Juli 1891 te Ubbergen.<br />
Leerling van P. G. van Os.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> hon<strong>de</strong>n.<br />
*Bruin, Annie Martha EIisabeth.<br />
Geb. 24 Sept. 1870.<br />
Schil<strong>de</strong>rt in hoofdzaak landschappen ; is leerares<br />
M.O. teekenen.<br />
*Bruining, J. J.<br />
Geb. 9 April 1865 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Leerlinge van Suze Robertson.<br />
Schil<strong>de</strong>res van bloemen, stillevens en landschappen.<br />
Bruyn, J.<br />
Geb. 19 Sept. 1906.<br />
Les van G. Rueter en Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Portret.<br />
Bruyn Ouboter, R.<br />
Geb. 7 Juli 1894 te Hulst.<br />
Leerling van Bernard Schregel en stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te<br />
Minhen en Parijs, ook in Italië.<br />
Vooral waterverf, stilleven en bloemen.<br />
Bueno <strong>de</strong> Mesquita, D. A.<br />
Geb. 23 Maart 1889 te Amsterdam.<br />
Leerling Rijks Aca<strong>de</strong>mie on<strong>de</strong>r Prof. Derkin<strong>de</strong>ren.<br />
Prix <strong>de</strong> Rome : 1913. Woont en werkt te<br />
Florence.<br />
Buisman, H. van Borsen.<br />
Gek 1 Jan. 1873 te Wieringerwaard.<br />
Leerling van Le Comte, van <strong>de</strong> Haagsche en van <strong>de</strong><br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Conservator van het Teylers Museum te Haarlem.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur portretten.<br />
**Buitink, F.<br />
Buning, J. N.<br />
Geb. 19 Juni 1893.<br />
Vorm<strong>de</strong> zichzelf.<br />
Schil<strong>de</strong>r van stillevens en Iandschappen.<br />
**Bunit, Livinus v. d.<br />
Burg, Marinus Arnold Hendrik<br />
van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 4 Juni 1880.<br />
Bezocht bij Prof. Allebé <strong>de</strong> Avondklasse van <strong>de</strong><br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mic.<br />
Zijn genre is stillevens.<br />
Burgers, H. J.<br />
Geb. 9 Januari 1834 te Huissen bij Arnhem.<br />
Oval. October 1899 te Parijs.<br />
Leerling van Louis Royer en J. Israëls.<br />
Burgh, H. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1796 te Den Haag.<br />
Overl. 1858 te Den Haag.<br />
Genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Burgh, H. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Zoon van H. v. d. Burgh. Wei<strong>de</strong>n met vee.<br />
Burgh, P. D. van <strong>de</strong>r.<br />
Zoon van H. v. d. Burgh. Stadsgezichten.<br />
Burnier, R.<br />
Geb. 6 Augustus 1826 te Den Haag.<br />
Overl. 17 Maart 1884 te Dusseldorp.<br />
Leerling van T royon te Parijs ; stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ook<br />
on<strong>de</strong>r Achenbach en J. W. Schirmer.<br />
Hij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschappen met vee.<br />
Buse', J. C.<br />
Geb. 18 Sept. 1891.<br />
Les van Herm. Kruy<strong>de</strong>r. Enkele jaren in Parijs<br />
gewerkt.<br />
Butter, M.<br />
Geb. 23 Maart 1877 te Den Hel<strong>de</strong>r.<br />
Over!. 1940 te 's-Gravenhage.<br />
Ontving zijn opleiding aan <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Antwerpen on<strong>de</strong>r Prof.<br />
P. Verhaert. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> figuur.<br />
Buys, Corn.<br />
Geb. 1745 te Amsterdam.<br />
OverI.1826 aldaar.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschappen en stadsgezichten err<br />
teeken<strong>de</strong>.<br />
Buys, C. B.<br />
Geb. 25 Maart 1808 te Groningen.<br />
Overl. (?)<br />
Leerling van zijn oom, E. J. Eelkama en van<br />
Otto Broers, later naar <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>r van portretten en bloemen.<br />
Buys, Jac.<br />
Geb. 19 November 1724<br />
Overt. 7 April 1801 te Amsterdam.<br />
Leerling van C. Pronk, van <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
Teekenschool en van C. Troost. Later directeur<br />
v. d. Amsterdamsche Teekenaca<strong>de</strong>mie.<br />
Illustreer<strong>de</strong> en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten.<br />
*Bijsterveld, L. J. van.<br />
Geb. 1 Febr. 1888 te Den Haag.<br />
Les gekregen van Bernh. Schregel.<br />
Schil<strong>de</strong>rt stillevens enz.<br />
383
***Bijsterveld, L. J. van.<br />
Bijvoet, H, A.<br />
Geb. 14 Febr. 1897, A'dam.<br />
Rijks Aca<strong>de</strong>mie Amsterdam.<br />
Bijbelsche on<strong>de</strong>rwerpen.<br />
Cachet, Lion C. A.<br />
Geb. 28 November 1864 te Amsterdam.<br />
Teeken<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r leiding van B. Wierink en<br />
lithografeer<strong>de</strong>. Figuur van beteekenis in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandsche<br />
Kunstnijverheid. Vooral <strong>de</strong> versiering<br />
van groote Mailschepen bracht hem vermaardheid.<br />
Calisch, M.<br />
Geb. 12 April 1819 te Amsterdam.<br />
Overl. 14 Maart 1870 te Amsterdam.<br />
Leerling van A. C. Kruseman.<br />
**Calkoen Jr., H. J.<br />
*Callenf els- Von Stein, J. W.<br />
Geb. 7 December 1831 te Vlaardingen.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Leerlinge van D. van Lokhorst en Oppenoorth.<br />
Zij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> liet liefst landschappen en bloemen.<br />
***Cambier v. Nooten, W. van.<br />
Can<strong>de</strong>l, W. Ph.<br />
Geb. 16 Juli 1838 te Den Haag.<br />
Overl. 8 December 1909 te Den Haag.<br />
Leerling van A. Dona.<br />
*Canta, Agnes.<br />
Geb. 14 November 1888 te Rotterdam.<br />
Leerlinge van Nachtweh, Maasdijk en Ol<strong>de</strong>welt<br />
van <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Bij <strong>voor</strong>keur<br />
schil<strong>de</strong>rt zij stillevens en landschappen.<br />
***Carbon-Gips, W.<br />
Cardinaals, L. H. A.<br />
Geb. 27 April 1895.<br />
Autodidact. Figuur, landschap en stilleven.<br />
**Carrasio, F.<br />
*Carsten, M. P.<br />
Geb. 3 September 1893 te Roermond.<br />
Les gehad aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Den Haag en<br />
als leerlinge gewerkt bij Alb. Roelofs.<br />
Caspari, H. W.<br />
Geb. 28 Januari 1770 te Wezel.<br />
Overl. 8 September 1829 te Amsterdam.<br />
Leerling van G. Grijpmoed ; portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Caspari, J. W.<br />
Geb. 1779 te Amsterdam.<br />
Overl. 1838 aldaar.<br />
Graveer<strong>de</strong> vele portretten van zijn broer, H. W.<br />
Caspari.<br />
384<br />
Casteelen, J. G.<br />
Geb. in <strong>de</strong> eerste helft <strong>de</strong>r 19<strong>de</strong> eeuw te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 1850 aldaar.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r en beeldhouwer.<br />
Cate, H. G. ten.<br />
Geb. 22 Febr. 1803 te Amsterdam.<br />
Overl. 6 Maart 1856 aldaar.<br />
Leerling van P. G. Westerberg.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> bloemen, stadsgezichten, landschappen,<br />
enz.<br />
Cate, P. ten.<br />
Geb. 21 Jan. 1869 te Scherpenzeel.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Den Haag.<br />
Landschappen en stillevens.<br />
Cate, S. J. ten.<br />
Geb. 27 Febr. 1858 te Sneek.<br />
OverI. Dec. 1908 te Parijs.<br />
Les van Schmidt Crans en Ieerling van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Antwerpen. Reis<strong>de</strong> ook in Egypte.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stadsgezichten en landschappen.<br />
Cels, Cornelis.<br />
Geb. 10 Juni 1778 te Lier.<br />
Overl. 3 Maart 1859 te Brussel.<br />
Was directeur <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie te Doornik. Bekend<br />
om zijn portretten.<br />
Cevat, Nicolaas F. H.<br />
Geb. 15 Mei 1884 te Aken.<br />
Korten tijd les gehad v. Simon Mara. Landschap<br />
en stilleven.<br />
**Chabot, H.<br />
**Chabot, Wim.<br />
Chantal, L.<br />
Geb. 1822 te Amsterdam.<br />
Overl. 14 Nov. 1899.<br />
Leerling van J. A. Kruseman. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
**Chapchal, Paul.<br />
Chattel, F. J. van Rossum du.<br />
Geb. 10 Febr. 1856 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Over1. 10 Maart 1917 te Yokohama.<br />
Bezocht eerst <strong>de</strong> teekenschool van Mathesis<br />
Scientiarum Genetrix te Lei<strong>de</strong>n ; later kreeg hij<br />
hulp bij zijn werk van Willem Mara. In 1908<br />
naar Indië. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Chimaer van Ou<strong>de</strong>ndorp, W. C.<br />
Geb. 11 Juli 1822 te Osten<strong>de</strong>.<br />
Overl. 1 Jan. 1873 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten.
Christ, J. F.<br />
Geb. 11 Nov. 1790 te Nijmegen.<br />
Overl. 9 Maart 1845.<br />
Leerling van J. van Eijn<strong>de</strong>n. Stadsgezichten en<br />
landschappen.<br />
Citroen, Paul<br />
Geb. 15 Dec. 1896.<br />
Stud. te Berlijn en<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
figuur.<br />
Roelof.<br />
***Ci'troen, v. Leeuwen F. C.<br />
Cler, Jan <strong>de</strong><br />
Schil<strong>de</strong>r <strong>de</strong>r realiteit. Na<strong>de</strong>rhand werkz. in een<br />
reclame-studio.<br />
Cocheret, Ch. A.<br />
Geb. 4 September 1880 te Rotterdam.<br />
Kreeg eerst les van Weyns en werkte later op het<br />
atelier van C. J. Mension te Delft. Teeken<strong>de</strong><br />
caricaturen.<br />
Cock, Aart.<br />
Geb. 1905 te Menado. M. 0. Teekenen. Inlandsche<br />
motieven. Ook portret.<br />
Coenen, P. H.<br />
Geb. 18 Aug. 1894.<br />
Landschap, stilleven, portret.<br />
Weimar. Was docent a. d.<br />
Portretten, Iandschappen,<br />
Coert, A.<br />
Geb. 14 Dec. 1872 te Goe<strong>de</strong>ree<strong>de</strong>.<br />
Leerling van Lampe te Lei<strong>de</strong>n. Was on<strong>de</strong>rdirecteur<br />
van het Museum aldaar. Schil<strong>de</strong>r van<br />
landschappen en stadsgezichten.<br />
Cohen, M.<br />
Geb. 4 Maart 1901 te Tiel.<br />
Leerl. Rijks Aca<strong>de</strong>mie te A'dam. Landschap en<br />
figuur.<br />
***Cohen Bendriks Jacobson, M.<br />
Cohen Gosschalk, J.<br />
Geb. 3 Nov. 1873 te Zwolle.<br />
Overl. 18 Mei 1912 te Amsterdam.<br />
Portret en landschapschil<strong>de</strong>r. Leert. v. Jan Veth.<br />
Legateer<strong>de</strong> een prijs a.d. Rijks Aca<strong>de</strong>mie v.<br />
Beeld. Kunst. te A dam.<br />
Colk,W.A.v.d.<br />
Geb. 27 April 1889.<br />
Leerling van J. Ritsema. Stillevens, bloemen en<br />
planten.<br />
Collette, Joan.<br />
Geb. 1889 te Delft.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Kunstnijverheidsschool. Had in<br />
Toorop een raadgever. Kerkschil<strong>de</strong>r en graficus.<br />
C o l n o t, A. J. G.<br />
Geb. 26 Jan. 1887 te Amsterdam.<br />
Werkte bij Jan Maandag. Schil<strong>de</strong>rt stillevens en<br />
landschappen. Wordt gerekend tot <strong>de</strong> „Bergsche<br />
school".<br />
Comte, A. le.<br />
Geb. 30 Aug. 1850 b.d. Geestbrug.<br />
Gest. ?<br />
Zwager van Mauve, was ook hij landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Heeft zich <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>de</strong>coratieve kunst veel<br />
moeite gegeven. Was ook verbon<strong>de</strong>n a.d. „Porceleyne<br />
Fles" te Delft. Leeraar a.d. PoIyt. Techn.<br />
school en daarna hoofdleeraar a.d. Ac. v. B. K.<br />
en T.W. te Rotterdam.<br />
Cooke, W.<br />
Geb. 27 April 1803 te Rotterdam.<br />
Over!. ?<br />
Eerst gestu<strong>de</strong>erd on<strong>de</strong>r leiding van Ouboter en<br />
A. J. Offermans ermans en daarna aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te<br />
Antwerpen.<br />
Cool, S. Th.<br />
Geb. 12 December 1831.<br />
Overl. 29 Aug. 1870.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie te Den Haag. Was ook etser.<br />
*Cornel<strong>de</strong>r-Dof f egnies, Th. A.<br />
Geb. 2 April 1865 te Zevenaar.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie v. Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten te Den Haag. Toorop gaf haar wenken.<br />
Cornet, J. L.<br />
Geb. 1815, overl. 1882. Verwant aan <strong>de</strong> Visie<br />
van <strong>de</strong> Haagsche school.<br />
Cossaar, J. C. W.<br />
Geb. 8 Aug. 1874 A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> A'dam, Lon<strong>de</strong>n en Parijs.<br />
Stadsgezichten.<br />
Coster, J. H.<br />
Geb. 26 Juli 1846 te Almelo.<br />
Leerl. v. Prof. Allebé en Wijnveld. Ook<br />
richt v. H. Valkenburg. Landschap.<br />
Court On<strong>de</strong>rwater, H. Th.<br />
Geb. 6 Aug. 1877 te Dordrecht<br />
Overl. 8 Mei 1905 aldaar.<br />
Schil<strong>de</strong>r v. binnenhuizen te Laren.<br />
Couwenberg, A. J.<br />
Geb. 1806 te Delft. t.<br />
Overl. 6 April 1844 te Arnhem.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Couwenberg, H. W.<br />
Geb. 1814.<br />
Overl. 1845.<br />
**C o x, C.<br />
on<strong>de</strong>r-<br />
25 385
Cozijnsen, Ton.<br />
Werkte veel in het buitenland. Caricaturist.<br />
Craeyvanger, G.<br />
Geb. 21 Oct. 1810 te Utrecht.<br />
Overl. 17 Juli 1895 te Utrecht.<br />
Was leerling van J. W. Pieneman en op zijn<br />
beurt leeraar van Alb. Neuhuys. Ook etste hij.<br />
*Cramer, Rie.<br />
Geb. 10 Oct. 1887 te Soekaboemi.<br />
Eerst naar <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie ; kreeg Iater<br />
raad van Th. Hoytema en wenken van W. van<br />
Konijnenburg en Veldheer. Haar illustraties en<br />
etsen zijn bekend.<br />
Crans Schmidt, J. M.<br />
Geb. 30 April 1830 te Rotterdam.<br />
Overl. 14 Nov. 1907.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
*Cremers, M. E.<br />
Geb. 12 Jan. 1875 A' dam.<br />
Leerlinge v. Georg. Schwarzte en v. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
Amsterdam. Kreeg ook les v. J. Veth<br />
en Marie v. Regteren Altena.<br />
Croin, Jos.<br />
Geb. 15 Maart 1894.<br />
Opl. a. d. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en Rijksac.<br />
Amsterdam.<br />
***Croin.Engelhardt, Mauja.<br />
*Croiset van <strong>de</strong>r Kop, Behrend J.<br />
Geb. 1862 te Den Haag.<br />
Teeken<strong>de</strong> en schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in haar jeugd o.l.v.<br />
S. Mesdag van Houten.<br />
Cunaeus, G.<br />
Geb. 1 Nov. 1828 te Den<strong>de</strong>rmon<strong>de</strong>.<br />
Overl. 5 Sept. 1895 te N. Amstel.<br />
Leerling van Pieneman.<br />
CuyIenburg, C. van.<br />
Geb. 1754 te Utrecht.<br />
Overl. 1824 te Den Haag.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Daalhof, H. A. van.<br />
Geb. 1867.<br />
Stond on<strong>de</strong>r invloed van Toorop en Thorn<br />
Prikker. Schil<strong>de</strong>r van stillevens en stadsgezichten.<br />
Daamen, Kreel.<br />
Geb. 2 Febr. 1916.<br />
Bijbelsche en Volksche tafereelen; portretten.<br />
Daiwaille, J. A.<br />
Geb. 1786 te Keulen.<br />
Overl. 12 April 1850 te Rotterdam.<br />
Leerling van A. <strong>de</strong> Lelie.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r en etser.<br />
386<br />
Daiwaille, A. J.<br />
Geb. 21 Jan. 1818 te Amsterdam.<br />
Overl. 1888 te Brussel.<br />
Leerling van J. A. Daiwaille en van B. C.<br />
Koekoek.<br />
D a k e, Jr. C.<br />
Geb. ?<br />
Zoon v. Prof. Dake.<br />
Invloed on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Barbizonners.<br />
Vooral landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Dak e, C. L.<br />
Geb. 26 Aug. 1857 te Amsterdam.<br />
Overl. 8 Aug. 1918.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mic ; tevoren<br />
had hij gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam,<br />
waar hij Iater Hoogleeraar werd. Hij schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
en verwierf <strong>voor</strong>al bekendheid als etser en in latere<br />
jaren als kunstcriticus.<br />
**Dam, Han van.<br />
*Dam, H. Ch. van.<br />
Geb. 14 Aug. 1884 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Leerlinge van haar va<strong>de</strong>r ; schil<strong>de</strong>res van portretten<br />
en stillevens.<br />
Dam, Willem J. van.<br />
Geb. 21 Sept. 1895 te Montfoort.<br />
Exposeer<strong>de</strong> in Indië en Zuid-Amerika. Landschap<br />
en portret. Etst en lithografeert.<br />
Dam, Max. van<br />
Geb. 19 Maart 1910 te Winterswijk.<br />
Leerl. Rijksaca<strong>de</strong>mie en daarna van Prof. Is.<br />
Opsoomer te Antwerpen. Figuur en Landschap.<br />
*Dam-van Isselt, L. van.<br />
Geb. 15 Juni 1871 te Bergen op Zoom.<br />
Te Kampen ontving zij les van Belener ; daarna<br />
stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> zij aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rt<br />
landschappen en stillevens.<br />
D a m m e, J. J.<br />
Geb. 8 Dec. 1877.<br />
Op!. a. d. Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijzers<br />
te A'dam. Voorn. bloemen.<br />
Dankmeyer, Ch.<br />
Geb. 8 April 1861 te Amsterdam.<br />
Over!. 11 Maart 1923 te Den Haag.<br />
Schil<strong>de</strong>r van landschappen, stadsgezichten, riviergezichten<br />
en stillevens.<br />
Dantzig, M. M. van.<br />
Geb. 4 Juni 1903.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap, portret, stip<br />
leven, figuur.<br />
Dasveldt, J. J.<br />
Geb. 1770 te Amsterdam.<br />
Over!. 11 Febr.1855 te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong>al hon<strong>de</strong>n.
**Davids, Arnold.<br />
Dee, Dr. C. H.<br />
Geb. 20 April 1862 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Schil<strong>de</strong>rt <strong>voor</strong>al veel bloemen.<br />
**Deene, J. F. van.<br />
**Dehé, Emile.<br />
*Deinum, Maria Elizabeth.<br />
Geb. 22 Mei 1907 Semarang.<br />
Les van mevr. Mid<strong>de</strong>righ-Bokhorst en Lizzy<br />
Ansingh. Bloemen en boekillustraties.<br />
Dekker, H. A. C.<br />
Geb. 28 September 1836 te A'dam.<br />
Overl. 12 Mei 1905.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie<br />
(A. B. B. Taurel) en van Rochussen. Ook lessen<br />
v. d. grafeur J. W. Kayser. Lithografeer<strong>de</strong> en etste.<br />
Delft, Jan P. van.<br />
Geb. 6 Sept. 1879.<br />
Koninkl. School te Den Bosch en Rijksnormaalschool,<br />
A'dam. Portret, bloemen en stillevens.<br />
Werken bij kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
Derkin<strong>de</strong>ren, A. J.<br />
Geb. 20 Dec. 1859 te Den Bosch.<br />
Overl. 2 Nov. 1925 te A'dam.<br />
Eerst opgeleid <strong>voor</strong> on<strong>de</strong>rwijzer aan <strong>de</strong> Kweekschool<br />
te 's-Hertogenbosch ; daar kreeg hij teekenles<br />
van J. Stracké. Later stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> hij aan <strong>de</strong><br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en ging hij met Toorop<br />
naar Brussel. Figuur v. beteekenis in <strong>de</strong> monumentale<br />
schil<strong>de</strong>rkunst. Maakte schil<strong>de</strong>ringen in 't<br />
Bossche Raadhuis, Beurs v. A dam (glasvensters)<br />
en had als directeur v. d. Rijksacad. te Amsterdam<br />
grootera invloed.<br />
Derksen, G.<br />
Geb. 25 Nov. 1870 te Doesburg.<br />
Overl. 24 April 1920 te Arnhem.<br />
Leerling van <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs H. W. Jansen en Baukema<br />
en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Amsterdam en<br />
Den Haag.<br />
Derkzen, A.<br />
Vooral etsen.<br />
Derkzen van Angeren, A. Ph.<br />
Geb. 11 April 1878 te Delft.<br />
Was tot 1901 aan een aar<strong>de</strong>nwerk f abriek werkzaam<br />
te Delft. Vindt te Rotterdam zijn weg als<br />
etser van havengezichten. Ook werkzaam bij het<br />
kunston<strong>de</strong>rwijs te Rotterdam.<br />
Destrée, J. J.<br />
Geb. 27 Maart 1827 te Laeken bij Brussel.<br />
Overl. 17 Maart 1888 te Den Haag.<br />
Leerling van B. J. van Hove en A. Schelfhout. hout.<br />
Bekend zijn <strong>voor</strong>al zijn landschappen en zeegezichten.<br />
**Determeyer, Paul.<br />
**Deurse, J. van.<br />
Deutmann, Fr.<br />
Geb. 27 Maart 1867 te Zwolle.<br />
Overl. 18 Juli 1915.<br />
Eerst les gehad van J. D. Huibers, daarna van<br />
Verlat. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> intérieurs uit Laren en portretten.<br />
Deventer, J. F. van.<br />
Geb. 27 November 1822 te Brussel.<br />
Overl. 1866.<br />
Kreeg les van H. v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen. Hij<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschappen en etste.<br />
***Deventer, Joh. v.<br />
Deventer, W. A.<br />
Geb. 30 Juni 1824 te Den Haag.<br />
Overl. 1893.<br />
Leerling van H. v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> rivier-, strand- en zeegezichten.<br />
*Dieleman-Magendans, J. C. F. H.<br />
Geb. 7 Mei 1876.<br />
Voorkeur <strong>voor</strong> zeegezichten.<br />
Dieperink, Alex Gerhardus.<br />
Geb. 13 Oct. 1901.<br />
Stud. a. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Stillevens, portretten, landschap.<br />
**Dieperink, A. G.<br />
Dieperink Jzn., H. B.<br />
Geb. 7 Mei 1887.<br />
Les bij verschillen<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs.<br />
Bloemen en landschap.<br />
Dievenbach, H. A.<br />
Geb. 25 Juli 1872 te Haarlem.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie. Hij schil<strong>de</strong>rt<br />
<strong>voor</strong>al figuren.<br />
Dillen, P. M.<br />
Geb. 6 Aug. 1890 te Mierlo.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r van beesten en figuren.<br />
*Dingemans-Numans, H. G.<br />
Geb. 15 Aug. 1877 te Singtang op Borneo.<br />
Leerlinge van H. van Thol en van Akkeringa.<br />
Portretten, stillevens en mo<strong>de</strong>l.<br />
Dingemans, Waalko Jans.<br />
Geb. 16 Juni 1873 te Lochem.<br />
Overl. 9 Oct. 1925 Haarlem.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie „Minerva", Groningen en<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur- en dierschil<strong>de</strong>r (paar<strong>de</strong>n).<br />
387
**Dingemans Jr., Waalko.<br />
Dirckx, A.<br />
Geb. 6 Oct. 1878 te Rotterdam.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
***Disselhof, M.<br />
DisseIvelt, A. G.<br />
Geb. 24 Febr. te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Over!. 19 Sept. 1903 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stillevens.<br />
Dittlinger, Jhr. M.<br />
Geb. 20 Maart 1864.<br />
Overl. ?<br />
Schil<strong>de</strong>r van stadsgezichten, portretten en landschappen.<br />
Dobbenburgh, Aart van.<br />
Geb. 30 Sept. 1899 te A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> a.d. Quellinusschool, A'dam. Spec.<br />
zich in <strong>de</strong> Lithografie.<br />
DoeIeman, J. H.<br />
Geb. 1848 te Rotterdam.<br />
Overl. 18 Mei 1913 te Voorburg.<br />
Voornamelijk landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Does, G. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 20 Juni 1878 te Den Haag.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie en aan<br />
<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie Julian te Parijs. Landschappen,<br />
portretten en stillevens.<br />
*Doesburgh, E. L. H. van.<br />
Geb. 7 Dec. 1875 te A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> a. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie en te Stuttgart.<br />
Doeser, J. J.<br />
Geb. 8 Dec. 1884 te Utrecht.<br />
Autodidact ; stond on<strong>de</strong>r invloed van Vinc.<br />
van Gogh. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Dokkum, G. W. van.<br />
Geb. 1828.<br />
Overl. 1904.<br />
Leerling van <strong>de</strong>n portretschil<strong>de</strong>r Poorter.<br />
Dokkum, G. W. P. van.<br />
Geb. 19 Febr. 1870 te Utrecht.<br />
Werkte aldaar.<br />
*Dom, Elise.<br />
Geb. 14 Juli 1913.<br />
Autodidacte. Figuur en stilleven.<br />
**Dom, Pol.<br />
Dona, J.<br />
Geb. 1 Febr. 1870.<br />
Overl. 7 Mei 1941.<br />
Ac. v. B.K. te Den Haag. Ver<strong>de</strong>r autodidact.<br />
Stilleven en bloemen.<br />
388<br />
Doncker, Ko.<br />
Geb. 6 April 1874 te Haarlem.<br />
Overl. 1917.<br />
Was een leerling van Duco Crop, Ol<strong>de</strong>welt en<br />
K. Sluiterman.<br />
D o n g e n, C. (zich noemen<strong>de</strong> Kees) v a n.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en woont<br />
se<strong>de</strong>rt 1898 te Parijs, waar hij zich een internationale<br />
reputatie verwierf door portretten, bloemstukken<br />
en landschappen.<br />
**Donker Duyves,<br />
**Doorman, Cl.<br />
Geb.1 Mei 1907.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
*Doornik, Tine van.<br />
Geb. 25 Juli 1906.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Landschap en dieren.<br />
Dooyewaard, Jaap.<br />
Geb. 12 Aug. 1876 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> in zijn geboortestad aan <strong>de</strong> Quellinusschool<br />
en aan <strong>de</strong> Normaalschool <strong>voor</strong> Teekenen.<br />
Werkte in Amerika, Spanje, Frankrijk en<br />
Noorwegen. Schil<strong>de</strong>rt portretten en intérieurs.<br />
Dooyewaard, Willem.<br />
Geb. 7 Oct. 1892 te A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> a. d. Rijksschool v. Kunstnijverheid,<br />
A'dam en bij Prof. Strasser te Weenen. Heeft veel<br />
gereisd.<br />
Dorgelo, Al.<br />
Geb. 10 Febr. 1888 te Winterswijk.<br />
Nam teekenlessen te Den Haag en Deventer.<br />
Maakt landschappen, bloemen, stillevens, en<br />
inktteekeningen.<br />
**Dor p, L. H. 0. v an.<br />
Dort Sr., W. van.<br />
Geb. 8 Sept. 1875.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Antwerpen. Rivieren en figuur.<br />
**Douwes, P. L.<br />
Doyer, J. Schoemaker.<br />
Geb. 24 Juni 1792 te Krefeld.<br />
Overl. 9 Juni 1867 te Zutphen.<br />
Leerling van J. Andriessen en M. I. van<br />
Bree.<br />
*Doyer, Sonja.<br />
Les Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Indische motieven.<br />
Dozy, R.<br />
Geb. 28 Sept. 1880 te Nijmegen.<br />
Nam les te Antwerpen en te Parijs. Maakte<br />
houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Drabbe, J.<br />
Geb. 21 Juli 1865 te Bergen op Zoom.<br />
On<strong>de</strong>rging <strong>de</strong>n invloed van Toorop.<br />
J.
Drayer, R. J.<br />
Geb. 10 Juli 1899.<br />
Autodidact. Landschap en stilleven.<br />
Dreibholtz, C. L.<br />
Geb. 8 Sept. 1799 te Utrecht.<br />
Overl. 16 Maart 1874.<br />
Leerling van J. C. Schotel.<br />
Drielst, Egb. van.<br />
Geb. 1746 te Groningen.<br />
Overt. 4 April 1818 te Amsterdam.<br />
Leerling van Jan Augustini. Schil<strong>de</strong>r bid <strong>voor</strong>keur<br />
in Drente.<br />
Driesten, A. J. van.<br />
Geb. 12 April 1878 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Heeft veel te danken aan Th. <strong>de</strong> Bock. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Drift, J. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1808 te Den Haag.<br />
OvenI.1883 te Weert.<br />
Leerling van A. Schelf hout. Schil<strong>de</strong>r van stadsgezichten.<br />
Etste.<br />
**bronsberg v. d. Lin<strong>de</strong>n, C.<br />
Dros, A. H.<br />
Geb. 11 Maart 1862 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Autodidact.<br />
***Drost, Fré.<br />
**Drost, G.<br />
Drumpt, J. D. D. van.<br />
Landschap.<br />
**Drunen, J. van.<br />
*Dropsteen, W. C.<br />
Geb. 10 October 1880 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijksnormaalschool v. Teekenen en<br />
<strong>de</strong> Rijksschool v. Kunstnijverheid ; schil<strong>de</strong>rt<br />
portretten, stillevens en landschappen. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Dubourcq, P. L.<br />
Geb. 25 April 1815 te Amsterdam.<br />
Overl. 5 Mei 1873 aldaar.<br />
Was een leerling van J. van Ravenzwaay en<br />
A. Schelf hout. Is <strong>voor</strong>al bekend om zijn tafereelen<br />
uit Italië.<br />
Duffelen, G. van.<br />
Geb. 21 September 1889 te Rotterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Stillevens, figuren en stadsgezichten. Etst.<br />
*Duivenbo<strong>de</strong>n, Milly van<br />
Stilleven en iguur.<br />
Dulmen Krumpelman, E. B. van.<br />
Geb. 25 Augustus 1897 te Kreuznach afd. Nahe.<br />
Liet zijn studies beoor<strong>de</strong>elen door Allebé, Breitner<br />
en Witsen. Stadsgezichten en figuren.<br />
Dumont, Ch.<br />
Geb. 10 Juni 1866 te Semarang.<br />
Kreeg les van C. v. d. Windt te Lei<strong>de</strong>n. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
landschappen en etste.<br />
Dunselman, J.<br />
Geb. 5 Augustus 1863 te Den Hel<strong>de</strong>r.<br />
Overle<strong>de</strong>n te A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie ; won<br />
<strong>de</strong>n Prix <strong>de</strong> Rome. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten en<br />
„kruiswegen" in kerken.<br />
Dupont, P.<br />
Geb. 5 Juli 1870 te Amsterdam.<br />
Overl. 7 Feb. 1911 Hilversum.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rijksnormaalschool v. Teekenon<strong>de</strong>rwijs<br />
en van <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie v. Beel<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten. Werd hoogleeraar i. d. Grafische Kunst<br />
a. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie. Verwierf groote vermaardheid<br />
als grafeur in koper.<br />
**Dupont, W. F.<br />
**Duynen, J. van.<br />
**Duyvendak, J.<br />
*Duyvis Debora, G.<br />
Geb. 17 Febr. 1886.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Graf eert.<br />
*Duyvis, Li ze.<br />
Geb. 12 Dec. 1889.<br />
Leerlinge v. Coba Ritsema. Stillevens.<br />
Dijk, A. v.<br />
Geb. 2 Febr. 1859 te R'dam.<br />
Overl. te Lei<strong>de</strong>n 27 Dec. 1924.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te R'dam aan <strong>de</strong> Ac. v. B. K. en T.W.<br />
Landschappen.<br />
Dijk, Louis van.<br />
Geb. 22 Sept. 1910 te Buitenzorg (N.O.I.).<br />
Rijksinstituut <strong>voor</strong> teekenen. Stilleven, planten<br />
en bloemen. Illustreert. Graficus.<br />
**D ij k, W. J.<br />
**Dijk, W. Z. van.<br />
389
*Dij k man, A. S.<br />
Geb. 15 Jan. 1876.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mies te Rotterdam en Den<br />
Haag. Etste.<br />
Dijkstra, Johan.<br />
Geb. 23 Dec. 1896 te Groningen.<br />
Stud. Ac. Minerva Groningen en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Vooral etsen en houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Dij k wel, M. Theo.<br />
Geb. 15 Juli 1881 te Dordt.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Brussel en te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bloemen en vruchten en lithografeert.<br />
Dijsselhof, G. W.<br />
Geb. 8 Febr. 1866 te Zwollerkerspel.<br />
Overl. 14 Juni 1924 te Overveen.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie, aan <strong>de</strong><br />
Normaalschool en aan <strong>de</strong> School v. Kunstnijverheid<br />
te Amsterdam. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> veel aquariumstukken<br />
en landschappen ; verkreeg in <strong>de</strong> nijverheidskunst<br />
grooten naam.<br />
Dijxhoorn, P. A.<br />
Geb. 1810.<br />
Overl. 1839.<br />
Leerling van M. Schouma. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> zeegezichten.<br />
Eberhard, G. A. G.<br />
Geb. 17 Oct. 1879 te Maastricht.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> Rijksac. te A'dam.<br />
Bloemen en stadsgezicht.<br />
E k, G. A. 0. van.<br />
Geb. 27 Febr. 1865 te Gorkum.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> o.a. aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen, hofjes etc.<br />
Eck, Willem van.<br />
Geb. 17 Juli 1901.<br />
Stilleven, portret, bloemen.<br />
**Eckhart, C. H.<br />
***Eckhart-Bisschop, S.<br />
E<strong>de</strong>n, E. M.<br />
Geb. 5 Juli 1885 te Amsterdam.<br />
Ontving teekenles van N. M. Krabbé en stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
Ee<strong>de</strong>n, Paul van<br />
Figuur.<br />
**Eekman, N.<br />
Eelkema, E. J.<br />
Geb. 8 Juli 1788 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 27 Nov. 1839 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Bloemenschil<strong>de</strong>r.<br />
390<br />
*Eelsingh, Stien.<br />
Geb. 1 Sept. 1903 te Zwolle.<br />
Les v. H. Meyer te Den Haag. Autodidacte.<br />
Eerelman, 0.<br />
Geb. 23 Maart 1839 te Groningen.<br />
Overl. (?)<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie Minerva te Groningen en<br />
bekwaam<strong>de</strong> zich daarna te Brussel in figuuren<br />
dierschil<strong>de</strong>ren.<br />
Eernink, Henr.<br />
Geb. 13 Dec. 1874.<br />
Stadsgez., stilleven. Etst.<br />
**Eewij k, H. van.<br />
Egenberger, J. H.<br />
Geb. 22 April 1822 te Arnhem.<br />
Overl. 14 Mei 1897.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Egmond, P.<br />
Geb. 12 Jan. 1864 te Hoogwoud.<br />
Overl. 31 Oct. 1908 te Bergen.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Quellinusschool te Amsterdam en<br />
werkte te Brussel. Maakte een studiereis naar<br />
Algiers en Tunis.<br />
*Egter van Wissekerke, A.<br />
Geb. 23 Sept. 1872.<br />
Werkte en stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Manhen.<br />
Etste en lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Eiselin, N.<br />
Geb. 3 Oct. 1885 te Den Hel<strong>de</strong>r.<br />
Kreeg lessen van Beever te Laren.<br />
Eitjes, Willem.<br />
Geb. 1 Mei 1893.<br />
Autodidact. Landschap, havens.<br />
Ekker, E.<br />
Geb. 21 Oct. 1858 te Kampen.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Antwerpen, Lyon<br />
en Weenen. Schil<strong>de</strong>r van portretten, figuren en<br />
stillevens.<br />
Elf f ers, D.<br />
Geb. 9 Dec. 1910, R' dam.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Wandschil<strong>de</strong>ringen. Werkzaam<br />
bij 't on<strong>de</strong>rwijs.<br />
Eling, Rieks.<br />
Geb. 16 Maart 1898.<br />
Portret, figuur, stilleven.<br />
*Elout.Drabbe, M.<br />
Geb. 4 Maart 1875 te Utrecht.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Den Haag. Zij<br />
schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschappen, stillevens en kin<strong>de</strong>rportretten.
EIsinga, Joh.<br />
Geb. 5 Dec. 1893 te Wommels.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam.<br />
Landschap en portret.<br />
*EIst, J. J. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 24 April 1899 te Amsterdam.<br />
Les gehad van Alb. Roelofs en W. van Konijnenburg.<br />
Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Elven, P. H. Th. Teter van<br />
Geb. 13 Sept. 1823 te Antwerpen.<br />
Overl. 28 Febr. 1896 te Scheveningen.<br />
Leerling van E. J. E. v. d. Berg ; woon<strong>de</strong> te<br />
Parijs en te Turijn. Historie- en genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Was leeraar Pol. Tech. school te Delft.<br />
Engel Jzn., F.<br />
Geb. 3 Nov. 1872 te Koog aid. Zaan.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Quellinusschool te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschap en vee.<br />
Engelberts, W. J. M.<br />
Geb. 21 Jan. 1809 te Amsterdam.<br />
Overt. 9 Mei 1887 te Aalst (Gel<strong>de</strong>rf.)<br />
Leerling van Fr. <strong>de</strong> Braeckeleer. Etste ook.<br />
**Engels, P. A. M.<br />
*Enschedé, A. M.<br />
Geb. 29 Sept. 1864 te Haarlem.<br />
Bloemen.<br />
*Enschedé, C. G. A.<br />
Geb. 10 Dec. 1791 te Haarlem.<br />
Overl. 6 Maart 1873.<br />
Stillevens.<br />
*Enschedé, C. J. A.<br />
Geb. 7 Juni 1828 te Haarlem.<br />
Over!. 24 Oct. 1883 te Bloemendaal.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res.<br />
Ensinck, C. V.<br />
Geb. 1836 te Breda.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Antwerpen en te<br />
Parijs.<br />
Overl.?<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten.<br />
Epen, Jop van.<br />
Geb. 14 Maart 1880.<br />
Autodidact. Schil<strong>de</strong>rt van alles.<br />
Er f mann, F. G.<br />
Geb. 12 Oct. 1901.<br />
Autodidact. Figurale compositie.<br />
Erkelens, A.<br />
Geb. 22 Maart 1885 te Alphen.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Es, B. van.<br />
Geb. 15 Sept. 1876 te Amsterdam.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Teekenschool v. Kunstambachten.<br />
Landschappen, figuur en dieren.<br />
**Eshuis, C. J.<br />
**Eshuis, Joh.<br />
Essen, J. C. van.<br />
Geb. 25 Febr. 1854 te Amsterdam.<br />
Overl. 23 Mei 1936 te Scherpenzeel.<br />
Kreeg les van P. F. Greive en werkte op het<br />
atelier van Valkenburg.<br />
Figuur, Landschap, <strong>voor</strong>al dieren.<br />
Essers, B.<br />
Geb. 1893.<br />
Landschap.<br />
**Everbach, F.<br />
Everdingen, A. v.<br />
Geb. 22 Juni 1832 te Utrecht.<br />
Overl. 4 Sept. 1912 te Utrecht.<br />
Leer!. W. Bil<strong>de</strong>rs te Utrecht. Landschap.<br />
*Evers-Keg, M. S.<br />
Geb. 10 Febr. 1887 te Princenhage.<br />
Leerlinge van Schutz te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Schil<strong>de</strong>rt <strong>voor</strong>namelijk stadsgezichten, bloemen,<br />
portretten ; ook houtsne<strong>de</strong>n.<br />
*Everts, A.<br />
Geb. 1869 te Rotterdam.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Rotterdamsche en Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mies. Kin<strong>de</strong>rportretten.<br />
Everts, Jan.<br />
Geb. 8 Nov. 1899.<br />
Leert. v. Louis Goudman en van <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
te A'dam. Portret, stilleven, landschap.<br />
**Exter, B. <strong>de</strong>n.<br />
Eyck, Charles H.<br />
Geb. 24 Maart 1897 te Meerssen ; Stud. a. d.<br />
Rijksac te A'dam ; vervul<strong>de</strong> in latere laren<br />
<strong>de</strong>coratieve opdrachten, ook in kerken.<br />
Eijs<strong>de</strong>n, R. van.<br />
Geb. 22 April 1810 te Rotterdam.<br />
Overl. Oct. 1890 te Apeldoorn.<br />
Portretten.<br />
*Eysinga, Jkv. E. H. J. van.<br />
Geb. 12 Febr.1881 te Noordwijkerhout.<br />
Kreeg les van Th. van Hoytema en van Frits<br />
Jansen. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ook te Dres<strong>de</strong>n en teeken<strong>de</strong> in<br />
Italië.<br />
391
Ezerman, D. G.<br />
Geb. 4 Juli 1848 te Zutfen.<br />
Overl. 5 Nov. 1913 te Rotterdam.<br />
Gewerkt en gestu<strong>de</strong>erd o.I.v. Allebé en Wijnveld.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> portretten, stillevens en landschappen.<br />
Faber, J.<br />
Geb. 19 Juli 1902.<br />
Aca<strong>de</strong>mie „Minerva" Groningen.<br />
Landschappen, hoofdzakelijk in Groningen.<br />
***Famers-Testas, M. M. <strong>de</strong>.<br />
F a u r e, M. J. A.<br />
Geb. 14 Dec. 1893.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag en Sloteschool, Lon<strong>de</strong>n.<br />
Dieren, portretten, landschap.<br />
Favier, Jacob.<br />
Geb. 5 Febr. 1864 te Horsen (Geld.).<br />
Stud. a. d. Ac. te Den Haag. Landschap.<br />
Feldmann, C. A.<br />
Geb. 24 Aug. 1894 te Keulen.<br />
Te Delft gestu<strong>de</strong>erd bij A. F. Gips en A. W. M.<br />
O<strong>de</strong>. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ook te Munchen. Portretten.<br />
Fels, I. I.<br />
Geb. 1816 te Kampen.<br />
Overt. ?<br />
Leerling B. C. Koekoek. Landschappen.<br />
**Fernhout.<br />
*Fernhout-Toorop, Ch.<br />
Geb. 24 Maart 1890 te Katwijk.<br />
On<strong>de</strong>r invloed van haar va<strong>de</strong>r ging zij schil<strong>de</strong>ren.<br />
Zij is bekend door haar f iguurstukken en portretten.<br />
Ferwerda, B.<br />
Geb. 3 April 1880 te Amsterdam.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Landschappen.<br />
Feu<strong>de</strong>l, A.<br />
Geb. 27 Maart 1857 te Harthau in Saksen.<br />
Bezocht <strong>de</strong> K. Aka<strong>de</strong>mie te Dres<strong>de</strong>n en te Manchen.<br />
Heeft 17 jaar in Amerika gewoond. Portetten,<br />
landschappen en zeegezichten.<br />
**Fi ks, A.<br />
Filarski, D. H. W.<br />
Geb. 15 October 1885 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Quellinusschool te Amsterdam en<br />
<strong>de</strong> Kunstnijverheidschool aldaar. Werkte samen<br />
met Colnot, Rae<strong>de</strong>cker, Bendien, Smorenberg.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bloemen en landschappen en etste ook.<br />
392<br />
Fles, M. (Etha).<br />
Geb. 1857.<br />
Gestorven?<br />
Stadsgezichten, schrijfster.<br />
Fleur, Willy.<br />
Geb. 13 Juni 1888.<br />
Autodidact. Geen specifiek genre.<br />
Flier, H. R. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 26 Nov. 1827 te Baarn.<br />
Gestorven ?<br />
Leerling van J. <strong>de</strong> Rijk.<br />
Fock, G. H. G. Bracken<br />
Geb. 28 Dec. 1859 te Kou<strong>de</strong>rkerke.<br />
Gestorven ?<br />
Kreeg teekenles van J. F. Schatz. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
bij <strong>voor</strong>keur landschappen.<br />
**Foktrens, Phocas.<br />
*Fontein, Adriana S.<br />
Geb. 5 Juli 1888.<br />
Landschap, bloemen, stilleven.<br />
**Fortuin, Anton.<br />
Fortuin, Pieter.<br />
Geb. 25 Febr. 1879 te Lemmer.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
***Fo u re, J.<br />
*Fraissinet, E.<br />
Geb. ?<br />
Over!. 23 Oct. 1912 te Hilversum.<br />
Franck, C. F.<br />
Geb. Mei 1758 te Zwolle.<br />
Overl.1816 te Bennebroek.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Franckenberg en Proschlitz, D.<br />
0. L. van.<br />
Geb. 16 Jan. 1822 te Sas van Gent.<br />
Over!. Dec. 1907 te Den Haag.<br />
Leerling van W. H. Schmidt te Delft.<br />
*Franco, M. J. E. Cohen-Gosschalk.<br />
Geb. 10 Dec. 1877 te Zwolle.<br />
Les v. H. J. Haverman.<br />
Francq van Berkhey, J. le.<br />
Geb. 1729 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 1812.<br />
Franken, Jan.<br />
Geb. 8 April 1878 Tilburg.<br />
Werkte te Parijs en Keulen.<br />
Figuur- en portretschil<strong>de</strong>r.
Franken, Pzn., J.<br />
Geb. 18 Nov. 1896, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Reis<strong>de</strong> naar Italië, Frankrijk,<br />
België en Duitschland. Portret en figuur. IIlustreert.<br />
Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Franken, J. C.<br />
Geb. 7 Jan. 1866 te Tilburg.<br />
Overl. 25 Juli 1911.<br />
Werkte te Parijs en Keulen. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Veeschil<strong>de</strong>r.<br />
*Franken, Marianne.<br />
Geb. 11 Maart 1884, A'dam.<br />
Les van Monnickendam en Jkvr. M. <strong>de</strong> Jonge.<br />
Figuur en stilleven.<br />
Frankfort, Ed.<br />
Geb. 21 Jan. 1864 te Meppel.<br />
Overl. 19 Aug. 1920 Laren.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Amsterdam en<br />
te Antwerpen. Maakte intérieurs (synagogen),<br />
landschappen en portretten.<br />
**Frankot, R.<br />
Franquinet, Rob.<br />
Schreef gedichten. Portretten.<br />
Frater, J.<br />
Geb. 1887 te Vlissingen.<br />
Kreeg les van Nuys te Mid<strong>de</strong>lburg ; stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong><br />
ver<strong>de</strong>r aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Brussel, Parijs en later<br />
bij Hart Nibbrig te Laren.<br />
Figuur, landschap en stilleven.<br />
Frauenfel<strong>de</strong>r, H.<br />
Geb. 10 Juni 1885 te Vught.<br />
Overl. 1922.<br />
Autodidact; landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Fre<strong>de</strong>riks, G.<br />
Geb. 3 Mei 1890.<br />
Kunstnijverheidschool Haarlem.<br />
Landschap en stilleven.<br />
Fresco, A.<br />
Geb. 20 Juni 1903.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en Rijksaca<strong>de</strong>mie Amsterdam.<br />
Portret, figuur, stilleven.<br />
**Frielink, A. B.<br />
*Fritslin, M. Ch. L.<br />
Geb. 16 Oct. 1870 te A'dam.<br />
Opl. Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>res.<br />
Froonen, H. A. G.<br />
Geb. 6 Jan. 1878 te Nieuwer Amstel.<br />
Kreeg raad van J. Toorop. Schil<strong>de</strong>rt figuren,<br />
landschappen en stillevens.<br />
**Funke, A.<br />
Gabriël, P. J. C.<br />
Geb. 5 Juli 1828 te Amsterdam.<br />
Overl. 23 Aug. 1903 te Scheveningen.<br />
Leerling Rijksaca<strong>de</strong>mie en B. C. Koekkoek. Bevriend<br />
met Mauve te Haarlem en te Brussel met<br />
W. Roelofs en <strong>de</strong> Haus. Landschapschil<strong>de</strong>r van<br />
beteekenis, schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> ook bloemstillevens (violen).<br />
Gall, J. Ph. Th.<br />
Geb. 30 Dec. 1880.<br />
Autodidact. Stilleven, figuur.<br />
**Gallas, C. E.<br />
Garf, S.<br />
Geb. 6 Dec. 1879 te Amsterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool en aan<br />
<strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie. Portret, figuur en stilleven.<br />
Garjeanne, J. J.<br />
Geb. 30 Nov. 1860 te Delft.<br />
Opgel. Aca<strong>de</strong>mie Den Haag en Polytechnische<br />
School te Delft. Zee- rivier- en landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Garms, C. M.<br />
Geb. 4 Sept. 1863 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Quellinusschool en <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie <strong>de</strong>s<br />
Beaux Arts te Brussel.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r en etser.<br />
*Gast-Rosse, B. S. ter.<br />
Geb. 1 Sept. 1884.<br />
Stud. te Lon<strong>de</strong>n en Parijs. Ook Acad. v. B.K. te<br />
Den Haag. Landschap en portret.<br />
*Gavere, C. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 25 Jan. 1877 te Meester Cornelis ( Java).<br />
Kreeg les aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res.<br />
Gebhard, Joh.<br />
Geb. 14 Nov. 1865 te Amsterdam.<br />
Overl. ?<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie in zijn geboortestad ;<br />
werkte 4 jaar in Algerie.<br />
**Geel, Chr. 0.<br />
Geerling. J. S.<br />
Geb. 25 Juni 1893. Kreeg Iessen van <strong>de</strong>n glasschil<strong>de</strong>r<br />
Veldhuis en Bongers, schil<strong>de</strong>r, bei<strong>de</strong>n te<br />
Delft. Stud. lithografie b. v. Dobbenburgh.<br />
Geerlings, J. H.<br />
Geb. 11 Sept. 1859 te<br />
Over!. 26 Nov. 1939 te<br />
Leerling van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n. Etste<br />
***Geesink, S.<br />
Laagkeppel (Geld.)<br />
Zeist.<br />
te Amsterdam.<br />
en lithografeer<strong>de</strong>.<br />
393
Gel<strong>de</strong>r, Bobette van.<br />
Geb. 1897. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Berlijn, Lon<strong>de</strong>n en Parijs.<br />
Teekeningen en olieverfschil<strong>de</strong>rijen.<br />
*Gel<strong>de</strong>r, Hendrika van.<br />
Geb. 7 Mei 1870 A'dam.<br />
Leerlinge v. Ed. Frankfort.<br />
Geldorp, P. J. van.<br />
Geb. 1873 te Rotterdam.<br />
Bezocht het gymnasium ; eerst kreeg hij les<br />
van zijn va<strong>de</strong>r en later stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> hij vier jaar<br />
aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam. IIlustrator.<br />
Gempt, B. te.<br />
Geb. 25 April 1826 te Wychen.<br />
Overl. 2 Jan. 1879 te Amsterdam.<br />
Leerling van N. Pieneman. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>voor</strong>al<br />
hon<strong>de</strong>n.<br />
Geraerdts, Pieter.<br />
Geb. 5 Juni 1911.<br />
Portret, Landschap, Religie.<br />
Geraerdts, Wijnand Aloysius.<br />
Geb. 5 Juni 1883.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Antwerpen, Manhen.<br />
Portret, Kerkelijke kunst.<br />
**Gerber, J.<br />
Gerbrandts, Roelf.<br />
Geb. 11 Nov. 1891 te Groningen.<br />
Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rw jzers.<br />
Landschap, bloemen. Etst en lithografeert.<br />
Ger<strong>de</strong>s, E.<br />
Geb. 3 Jan. 1887 te Amsterdam.<br />
Leerling van Deutmann. Intérieur, portret, landschap<br />
en stilleven.<br />
Gerkens, J. C. D'Arnaud.<br />
Geb. 22 Mei 1823 te Den Haag.<br />
Overl. 21 April 1892 aldaar.<br />
Leerling van L. Vincent ; maakte houtskool.<br />
schetsen.<br />
Gerrits, Ger.<br />
Geb. 24 Dec. 1893.<br />
Les van zijn va<strong>de</strong>r. Hoofdzakel. autodidact.<br />
Stilleven, landschap. Graf eert.<br />
Gerritsen, Huub.<br />
Geb. 23 Mei 1897.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap en portret (<strong>voor</strong>al<br />
kin<strong>de</strong>ren). Lithografeert.<br />
Geselschap, Ed.<br />
Geb. 1814 te Amsterdam.<br />
Gestorven ?<br />
Figuur en intérieur.<br />
394<br />
Gestel, D.<br />
Geb. 31 Aug. 1862 te Dirksland.<br />
Leerling van Weintgartner en van <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Landschap en stilleven.<br />
Lithografeer<strong>de</strong> en etste.<br />
Gestel, Leo.<br />
Geb. 22 Nov. 1881 te Woer<strong>de</strong>n.<br />
Rijksnormaalschool v. Teekenon<strong>de</strong>rw. en volg<strong>de</strong><br />
<strong>de</strong> avondteekenklasse <strong>de</strong>r Rijksaca<strong>de</strong>mie te<br />
A'dam. Wordt gerekend tot <strong>de</strong> „Bergsche School".<br />
Zijn oeuvre heeft een wisselend aspect. Figuur en<br />
landschap. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Gestel, W.<br />
Geb. 22 Febr. 1853.<br />
Landschappen, stilleven.<br />
Geursen, J.<br />
Geb. 13 Nov. 1889 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Den Haag en<br />
Groningen.<br />
In hoofdzaak figuren, stillevens en landschappen.<br />
Gidding, Jaap.<br />
Geb. 10 Mei 1887.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Rotterdam. Stud. ook München en<br />
Berlijn. Stilleven.<br />
Gidding, M.<br />
Geb. 23 Mei 1863 te Rotterdam.<br />
Over!. ?<br />
Kreeg les van J. H. Wijtenkamp en bezocht <strong>de</strong><br />
Acad. v. B.K. en T.W. te Rotterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stillevens.<br />
*Giesberts, Julia.<br />
Geb. 9 Mei 1893.<br />
Acad. v. B.K. te Amsterdam. Landschap met<br />
architectuur, stadsgezichten. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Giltay, W.<br />
Geb. 20 Mei 1877.<br />
Autodidact. Bloemen, stilleven, landschap.<br />
Gimbel, P. C.<br />
Geb. 5 Dec. 1912.<br />
Autodidact. Vooral portret.<br />
Gispen, W. H.<br />
Sillevens, landschap en stadsgezicht.<br />
Gits, B. T.<br />
Geb.1892 (?)<br />
Overl. 17 Juni 1918 te Rotterdam.<br />
***Gleichstein.<br />
*Goe<strong>de</strong>waagen, Nelly.<br />
Geb. 16 Aug. 1880 te Gouda.<br />
Leerl. Aca<strong>de</strong>mie Den Haag, en v. Bernh. Schregel.
Goedhart, J,<br />
Stilleven en landschap.<br />
Goedvriend, Th. Fr.<br />
Geb. 31 Jan. 1879 te <strong>de</strong> Steeg.<br />
Leer!. v. A. J. Derkin<strong>de</strong>ren en v. Hoytema.<br />
Gewerkt te Munchen, Florence en Rome.<br />
Stillevens (<strong>voor</strong>al pad<strong>de</strong>stoelen), landschap.<br />
*Goes, Jkvr. H. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 6 Mei 1881 te Den Haag.<br />
Leerlinge van W. Roelofs Jr. Stillevens.<br />
G o g h, V. v a n. (ook Vincent).<br />
Geb. 30 Maart 1853 te Zun<strong>de</strong>rt.<br />
Over!. 29 Juli 1890 te Anvers sur Oise.<br />
Meester van het neo-impressionisme in Frankrijk.<br />
Kreeg lessen van Mauve werkte <strong>voor</strong> zijn f ran-.<br />
schen tijd <strong>voor</strong>al in Noord-Brabant.<br />
Goot, A. J. J. van.<br />
Geb. 15 Febr. 1901 Lon<strong>de</strong>n.<br />
Autodidact. Stilleven, bloemen, figuur, landschap.<br />
*Goor, J. G. A. van.<br />
Geb. 23 Juli 1884 te Makassar.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en kreeg schil<strong>de</strong>rlessen<br />
van Van Horssen. Zij schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur<br />
stillevens en keukenintérieurs.<br />
*Gori, B,<br />
Geb. 8 Nov. 1873 te Breda.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en gewerkt bij<br />
Haverman.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>res ; lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Gorter, A. M.<br />
Geb. 3 Dec. 1866 te Ambt-Almelo.<br />
Overl. 16 Sept. 1933 A'dam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> Teekenon<strong>de</strong>rwijzers<br />
en van <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Vruchtbaar Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
*Gorter, H.<br />
Geb. 11 Juni 1866 te Sneef.<br />
Les van haar neef, A. M. Gorter, van W. Hamel<br />
en later van Carl Sierig.<br />
Gosschalk, Jos. H.<br />
Autodidact. Portret, landschap en stadsgezicht.<br />
Graficus.<br />
Goteling Vinnis, E. R.<br />
Geb. 15 April 1868 te Haarlem.<br />
Overl. 26 Sept. 1894.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Teekenaca<strong>de</strong>mie te Den Haag on<strong>de</strong>r<br />
Koelman. Landschappen, intérieurs, portretten.<br />
Goth, M.<br />
Geb. 2 Maart 1873 te Szatmar (Hong).<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Munchen, Weenen<br />
en Parijs.<br />
Portretten en landschappen.<br />
*Gi th, Sari (Chart.)<br />
Geb. 29 Maart 1900.<br />
Leert. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Werkte te Mi nchen<br />
en Parijs. Kin<strong>de</strong>rportret en stilleven.<br />
Goudman, L. J.<br />
Geb. 29 Aug. 1880 te Brussel.<br />
Oven . 26 Sept. 1939 te A'dam.<br />
Stud. a. d. Rijksschool <strong>voor</strong> Kunstnijverheid en<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Voord portretschil<strong>de</strong>r.<br />
*Goudschaal, A. C. G.<br />
Geb. 23 Febr. 1877 te Ro<strong>de</strong>n (Dr.)<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie „Minerva" te Groningen.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res.<br />
Gouwe, A. H.<br />
Geb. 8 Mei 1875 te Alkmaar.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool te Amsterdam.<br />
Vervolgens leerling <strong>de</strong>r Rijksacad. v. Bed<strong>de</strong>n<strong>de</strong><br />
Kunsten. Behaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>n Prix <strong>de</strong> Rome in 1901.<br />
Limburgsche tafereelen en het landleven (<strong>voor</strong>al<br />
paar<strong>de</strong>n). Vertrok naar Tahiti.<br />
Graadt van Roggen, J. M.<br />
Geb. 28 Mei 1867 te A'dam.<br />
Stud. aan „Minerva" te Groningen en Rijks<br />
Aca<strong>de</strong>mie te A'dam ; Landschappen. Verwierf<br />
<strong>voor</strong>al bekendheid als grafisch kunstenaar (etst en<br />
lithografie).<br />
*Graaff, Jacoba A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 28 Sept. 1857 te Rotterdam.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Leerlinge van H. J. Melis en van <strong>de</strong> Rotterd.<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen met vee ; etste ook.<br />
Graaff, Jac. W. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 26 Oct. 1876 te Oud-Vossemeer.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> Teekenon<strong>de</strong>rw.<br />
te A dam.<br />
Aquarellen en krijtteekeningen.<br />
Graafland, Jhr. Rob.<br />
Geb. 26 Nov. 1875 te Maastricht.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Normaalsch. v. Teekenon<strong>de</strong>rw.<br />
en aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam. Figuur in<br />
pleinair. Etste ook.<br />
*Grandmont.Hubrecht, A. A. L.<br />
Geb. 21 Juli 1855 te Rotterdam.<br />
Overl. 5 Nov. 1913 in Surrey (Eng.).<br />
Leerlinge van Prof. Allebé.<br />
Schil<strong>de</strong>res van Italiaansche tafereelen ereelen en van<br />
portretten.<br />
Gras, A. J. le.<br />
Geb. 21 Febr. 1864 A' dam.<br />
Overl. 1 Nov. 1915 te Laren (N.H.)<br />
Stud. a. d. Rijksac. v. B. K. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> ook in<br />
Algerië en Tunis.<br />
395
Gratama, G. D.<br />
Geb. 22 Maart 1874 te Groningen.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mies te Den Haag en Antwerpen.<br />
Directeur v. h. Frans Halsmuseum te Haarlem.<br />
Portretten en stillevens.<br />
Grauss, G. H.<br />
Geb. 9 Juli 1882 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overl. 1 Oct. 1929, Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Antwerpen en Brussel.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Grave, J. A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 21 Oct. 1878 te Groningen.<br />
Leerling Haagsche en Groningsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret- en bloemenschil<strong>de</strong>r.<br />
**Gre'goire, Jr., J.<br />
Greive, J. C.<br />
Geb. 2 April 1837 te Amsterdam.<br />
Overl. 14 Mei 1891.<br />
Leerling van zijn oom P. F. Greive en van<br />
C. Springer.<br />
Greive, P. F.<br />
Geb. 25 Maart 1811 te Amsterdam.<br />
Overl. 4 Nov. 1872.<br />
Leerling van C. J. L. Poortman.<br />
Stadsgezichten.<br />
**Grieken, Jos. J. v.<br />
Griep, J. P.<br />
Geb. 5 Sept. 1886.<br />
Autodidact. Landschappen, stillevens.<br />
Groen, H. P.<br />
Geb. 16 Juni 1886 te Kralingen.<br />
Avondlessen aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Etste ook.<br />
Groeneveld, B. H.<br />
Geb. 4 Nov. 1866 te Groningen.<br />
Les v. G. W. Knap en v. M. Monnickendam.<br />
Stadsgezichten.<br />
Groeneveld, Theo J.<br />
Geb. 18 Maart 1897 te Haarlem.<br />
Bezocht School v. Kunstnijverh. te Haarlem.<br />
Als schil<strong>de</strong>r Autodidact.<br />
Grondhout, W. Adr.<br />
Geb. 16 Febr. 1878 te Dinxperloo.<br />
Overl. 12 Aug. 1934 te Den Haag.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen en stadsgezichten.<br />
Groot, A. M. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 10 Aug. 1870 te Sliedrecht.<br />
Stud. te München en Parijs. Portretten.<br />
396<br />
Groot, C. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 28 Aug. 1878 te Rotterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Scheveningen o.l.v. Akkeringa_<br />
Voornamelijk landschappen.<br />
Groot, J. W. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 2 Sept. 1877 te Rotterdam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie..<br />
Bezocht Spanje, Italië, Frankrijk. Landschappen.,<br />
figuren en intérieurs. Lithografeer<strong>de</strong> ook.<br />
**Grootens, A. J.<br />
**Grosman, J.<br />
Gruppe, Ch. P.<br />
Geb. 6 of 3 Sept. 1860 te Picton (Canada).<br />
Overl. 30 Sept.1940 te New-York.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te München ; na<strong>de</strong>rhand invloed<br />
on<strong>de</strong>rvon<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> Haagsche school.<br />
***Gruyter, <strong>de</strong> Feuerstein, G.<br />
Gruyter, J. W.<br />
Geb. 7 April 1856, A' dam.<br />
Over!. 15 Juni 1908 Egm. a. Zee.<br />
Les v. z. va<strong>de</strong>r.<br />
Gruyter, Jr. W.<br />
Geb. 6 Sept. 1817 te Amsterdam.<br />
Over!. 7 Jan. 1880 aldaar.<br />
Leerling van H. Koekkoek. Zeeschil<strong>de</strong>r.<br />
Grijs, H. F. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 19 Maart 1866 te Groningen.<br />
Oven.14 Nov.1933, AImelo.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Intérieurschil<strong>de</strong>r.<br />
***Gunzburg, L. <strong>de</strong>.<br />
*Gijswijt, Agnieta Cornelia.<br />
Geb. 19 Dec. 1873 te Gorkum.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te Amsterdam..<br />
o.I.v. Prof. Allebé. Etste.<br />
Haag, F. Ph. C.<br />
Geb. 1737 te Cassel.<br />
Overl. 1812 te Den Haag.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Haak, J. J.<br />
Geb. 28 Maart 1890 te Wageningen.<br />
Leerling van zijn grootva<strong>de</strong>r J. A. M. Haak<br />
en ver<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool te<br />
Haarlem.<br />
Landschap- en portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Haan-Meyer, I. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 14 April 1852 te Amsterdam.<br />
Over!. 24 Oct. 1895 aldaar.<br />
Leerling van P. F. Greive. Portretschil<strong>de</strong>r.
,Haanebrink, Th. P.<br />
Geb. 24 Mei 1901.<br />
Acad. B.K. te Den Haag. Lithografeert.<br />
Maanen, G. C.<br />
Geb. 23 Aug. 1807 te Utrecht.<br />
Overl. 1879 te Bilsen.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, C. Haanen. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
intérieurs.<br />
Haanen, R. A. van.<br />
Geb. 5 Jan. 1812 te Oosterhout.<br />
Overl. 13 Aug. 1894 te Aussee.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, C. Haanen. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Haanstra, Joh.<br />
Geb. 8 Jan. 1914.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam.<br />
Figuur in Iandschap en intérieur.<br />
Haar. H. P. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 2 Dec. 1867 te Avenhorn.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Aca<strong>de</strong>mie te Dusseldorf. Landschappen<br />
en portretten.<br />
*Haaren, Adriana Johanna.<br />
Geb. 14 Juni 1814 te Oosterhout.<br />
Overl.?<br />
Leerlinge van haar va<strong>de</strong>r C. Haanen. Stillevens,<br />
bloemen.<br />
Haaren, D. J. van.<br />
Geb. 21 April 1878 te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>rt landschappen en paar<strong>de</strong>n.<br />
Haarman, P.<br />
Geb. 24 Mei 1854 te Den Haag.<br />
Overl. 31 Jan. 1937 Haarlem.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en van H. ten<br />
Cate. Stilleven en figuur.<br />
Haas, J. H. L. d e.<br />
Geb. 6 Maart 1832 fe He<strong>de</strong>l.<br />
Overl. 6 Aug.1908 te Kinigswinter.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie en van<br />
G. P. van Os. Landschap en dieren.<br />
*Haas, C. P. Hermine van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 13 Juni 1843 te Amsterdam.<br />
Overl. ?<br />
Leerlinge van J. Ph. Koelman en J. Stroebel.<br />
Schil<strong>de</strong>res van bloemen.<br />
Haas, W. F.<br />
Geb. 3 Aug. 1878 te Den Haag.<br />
Leerling van Prof. Allebé ; ging met v. d. Hem<br />
naar Parijs.<br />
Landschappen, portretten en bloemen. Etste ook.<br />
**Haas, Wim <strong>de</strong>.<br />
H a b e s, H. R. M.<br />
Geb. 23 Aug. 1902 A'dam.<br />
Stud. Rijksac. A'dam.<br />
Kleine stillevens in pastel; portretjes.<br />
Habets, J. H.<br />
Geb. 11 Aug. 1882.<br />
Kunstgewerbeschule Aken. Eerst Iandschap, thans<br />
zgn. neo-classisme.<br />
***Haersolte-De Lange,<br />
J. S. Baronesse van.<br />
*Haes-Gram, J. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 28 Dec. 1865 te Den Haag.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Teekenaca<strong>de</strong>mie ;<br />
schil<strong>de</strong>res van figuren en bloemen.<br />
**Hage, H. A.<br />
**Hage, Matthijs.<br />
Hahn, A.<br />
Geb. 17 Maart 1877 te Groningen.<br />
Overl. Aug. 1918 te Amsterdam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Groningsche Aca<strong>de</strong>mie, van <strong>de</strong><br />
School v. Kunstnijverheid te Amsterdam en van <strong>de</strong><br />
Aca<strong>de</strong>mie aldaar.<br />
Teekenaar van politieke prenten; lithografeer <strong>de</strong> ook.<br />
H a h n Jr., A. P.<br />
Geb. 10 Sept. 1894.<br />
Vooral les van zijn va<strong>de</strong>r. Buitenl. studiereizen.<br />
Illustraties en politieke prenten.<br />
Halewijn, Louis Ernest.<br />
Geb. 8 Jan. 1910 Bandoeng.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Ham, Jan van.<br />
Geb. 4 Maart 1892.<br />
Autodidact. Aanvankelijk het dorpsbeeld in<br />
Zeeland en N.-Brabant, later dorpsgezichten uit<br />
België en Frankrijk ; stadsgez. in Marokko.<br />
**Ham, Toon v.<br />
Hamburger,<br />
Geb. 1809.<br />
Overl. 1871.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
J. C.<br />
*Hameetman-Schlette, E.<br />
Geb. 20 Aug. 1878 te Den Haag.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie ; werkte<br />
in Munchen en kreeg wenken van Franz v.<br />
Lenbach. Portret- en figuurschil<strong>de</strong>res.<br />
Hamel, Jack.<br />
Geb. 24 Nov. 1890 te Kralingen.<br />
Leerl. v. W. Hamel. Figuur, landschap, stilleven.<br />
397
Hamel, W.<br />
Geb. 16 Nov. 1860 te Rotterdam.<br />
Landschap en portret.<br />
**Hamers, F.<br />
Hammes, C. H.<br />
Geb. 13 Oct. 1872 te Andijk.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Quellinusschool en aan <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
te Amsterdam. Landschappen en intérieurs.<br />
Hamstra, Rinze.<br />
Geb. 30 Juli 1895.<br />
Hij schil<strong>de</strong>rt, zooals hij het zelf noemt, <strong>de</strong> uitbeelding<br />
<strong>de</strong>r i<strong>de</strong>e.<br />
Hanau, J. H. L.<br />
Geb. 26 Aug. 1864 te Utrecht.<br />
Overl. 18 Jan. '29 te Utrecht.<br />
Leerling van Huibers. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stadsgezichten.<br />
Was bij 't Kunston<strong>de</strong>rwijs werkzaam.<br />
**Handgraaf, J.<br />
Hanedoes. L.<br />
Geb. 14 Juli 1822 te Woudrichem.<br />
Overt. 9 Febr. 1905 aldaar.<br />
Leerling van C. Kruseman en B. C. Koekkoek.<br />
Boschgezichten en landschappen.<br />
Hanrath, J. Otto.<br />
Geb. 8 April 1882 A'dam.<br />
Leerl. v. Alb. Hahn.<br />
Landschap, figuur en bloemen.<br />
Hanrath, Th.<br />
Geb. 22 Sept. 1854 te Amsterdam.<br />
Overl. 10 Sept. 1883 aldaar.<br />
Leerling van J. H. Veldhuyzen.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
**Hansen, Co.<br />
**Hansen, J. G.<br />
Hansen, L. J<br />
Geb. 12 Aug. 1803 te Staphorst.<br />
Overl. 21 April 1859 te Amsterdam.<br />
Kreeg les van zijn va<strong>de</strong>r C. L. Hansen, van<br />
J. W. Pieneman en J. 0. Daiwaille. Etste ook.<br />
*Har<strong>de</strong>nberg, M. E.<br />
Geb. 21 Nov. 1869 te Den Haag.<br />
Leerlinge van haar va<strong>de</strong>r, Lambertus Har<strong>de</strong>nberg.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>res<br />
van stillevens.<br />
Hari, J.<br />
Geb. 24 Oct. 1772 te Den Haag.<br />
Overl. 7 Oct. 1819 te Den Haag.<br />
Leerling van J. G. Teissier.<br />
Schil<strong>de</strong>r van militaire figuren.<br />
398<br />
*Harinxma thoe Slooten,A. Baronesse<br />
van.<br />
Geb. 8 Jan. 1900 te Groningen.<br />
Kreeg teekenles van Fr. v. d. Feltz en schil<strong>de</strong>rles<br />
van Nanninga. Ook leer<strong>de</strong> zij houtsnij<strong>de</strong>n aan <strong>de</strong><br />
Grafische School. Etst.<br />
*Hart, C. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 5 Dec. 1851 te Fort <strong>de</strong> Kock (Sum.).<br />
Overl. ?<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuren, stadsgezichten, landschappen, <strong>voor</strong>al<br />
illustraties met <strong>de</strong> pen.<br />
Hart Nibbrig, Ferd.<br />
Geb. 5 April 1866 A'dam.<br />
Oven.12 Oct.1915 Laren N.H.<br />
Opl. Rijksac. A'dam en in 't atelier v. Cormon te<br />
Parijs. De meest consequente aanhanger van 't<br />
„pointillisme" in ons land. Landschap en figuur.<br />
Harting, D. H. M.<br />
Geb. 8 Maart 1884 te Salatiga ( Java).<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie bij P. Dupont.<br />
Vooral etser. Lithografeert ook.<br />
**Hartman, A. F.<br />
Hartman, Wibo Ch. J. E.<br />
Geb. 2 Nov. 1903.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Reis<strong>de</strong> in Italië. Voord<br />
portret. Naakt. Landschap.<br />
*Hartong, Marianne.<br />
Geb. 25 Nov. 1879 te Rotterdam.<br />
Leerlinge van Rott. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur- en bloemenschil<strong>de</strong>res.<br />
Hartz, Louis.<br />
Geb. 11 Sept. 1869 te Amsterdam.<br />
Over!. 18 Oct. 1935 te Heemste<strong>de</strong>.<br />
Portret en figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Hartz, Sem.<br />
Geb. 28 Jan. 1921.<br />
Zoon van Louis Hartz.<br />
Rijksac. on<strong>de</strong>r Prof. Aarts. Grafeur in Koper.<br />
*Hasselt, B. van.<br />
Geb. 22 Sept. 1876 te Zwolle.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
En lessen v. H. P. Bremmer.<br />
*Hasselt, Marg. Livina.<br />
Geb. 1879 te A'dam.<br />
Over!. 1935 te Fon<strong>de</strong>n bij Voorst.<br />
Leert. v. Paul Rink, Rijksacad. en Monnickendam.<br />
Hasselt, W. van.<br />
Geb. 1885 te Rotterdam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
***Hatterman, Nola.
Hauck, A. C.<br />
Geb. 3 Maart 1742 te Mannheim.<br />
Over!. 1801 te Rotterdam.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, J. Hauck. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Havelaar, Just.<br />
Geb. 12 Febr. 1880 te Rotterdam.<br />
Overl. ?<br />
Stud. Aca<strong>de</strong>mie Rotterd. en bij Dirk Wiggers.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r en maakte naam als schrijver.<br />
**Haver, Droese .1.<br />
Havercorn van Rijsewijck, H. A.<br />
Geb. 26 Febr. 1868.<br />
Gestorven ?<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Haverkamp, G. C.<br />
Geb. 15 Juni 1872.<br />
Autodidact. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
*Haverkamp-Mackwirth,<br />
Geb. 21 Oct. 1874 te Moordrecht.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret- en figuurschil<strong>de</strong>res.<br />
*Haverman-Birnie, C.<br />
Geb. 1864 te Djember.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie. Portretten,<br />
bloemen en stadsgezichten.<br />
Haverman, H. J.<br />
Geb. 25 Oct. 1857 te Brummen.<br />
Overl. 11 Aug. 1928 te Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie en later <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Antwerpen on<strong>de</strong>r Verlat. Reis<strong>de</strong> in Algeria.<br />
Zeer gewaard. portretschil<strong>de</strong>r, landschap en naakt.<br />
Heeft veel portretten van beken<strong>de</strong> tijdgenooten<br />
gelithografeerd.<br />
**Havermans, J. W.<br />
Heck, N. H. van<br />
Portretten.<br />
Heel, Jan van.<br />
Geb. 27 Juli 1898 Rott.<br />
Leerl. Ac. B.K. en T.W. Rott. Werkt regelmatig<br />
te Parijs. Clowns en stadsgezichten.<br />
*Heemskerck van Beest, Jhr. Bern<br />
a r d.<br />
Geb. 1 April 1876 te Den Haag.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Raad van<br />
Toorop. Lithografeer<strong>de</strong> en etste.<br />
Heemskerck van Beest, Jhr. J. E.<br />
Geb. 1828.<br />
Overl. 1883.<br />
Zeeschil<strong>de</strong>r.<br />
J.<br />
Heer, Simon <strong>de</strong>.<br />
Geb. 16 Nov. 1885.<br />
Rijksac. v. B.K. te. A'dam.<br />
Portret, landschap. Etst.<br />
Heesters, J. H.<br />
Geb. 8 Jan. 1893 te Schijn<strong>de</strong>l.<br />
Stud. o.a. Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie en Rijksac. te<br />
Amsterdam. Werkte ook in Frankrijk, Italia,<br />
Spanje en Noord Afrika.<br />
**Hei<strong>de</strong> Hemsing, A. P. v. d.<br />
**H e i l o, R.<br />
Heilo, Jzn, R.<br />
Geb. 27 Jan. 1882.<br />
Autodidact. Bloemen, stillevens.<br />
Hein, C. H.<br />
Geb. 1815 te BellingwoI<strong>de</strong>.<br />
Overl. ± 187,5 te Kampen.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Rijk te Hilversum.<br />
Hein, J. W.<br />
Geb. 1822 te Kampen.<br />
Overl. ± 1872 aldaar.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stillevens.<br />
*Hein.Vlielan<strong>de</strong>r, M.<br />
Geb. Sept. 1871 te Den Haag.<br />
Les van Mej. L. Metselaar en C. v. d. Hart ;<br />
ook kreeg zij eenige lessen van B. Schregel..<br />
Stillevens.<br />
Heinekee, Wim.<br />
Geb. 20 Oct. 1895.<br />
Ac. v. B.K. en T.W. Rotterdam.<br />
Stilleven, bloemen.<br />
*Heineken, M. H.<br />
Geb. 8 Juni 1844 te Amsterdam.<br />
Overl. 1 Maart 1930 te Amsterdam.<br />
Les van Allebé en Greive.<br />
Hekker, Th.<br />
Geb. 7 Febr. 1880 te Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Stillevens.<br />
Helf f erich, Franciscus Willem.<br />
Geb. 9 Febr. 1871.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie, waaraan hij na<strong>de</strong>rhand.<br />
42 jaar leeraar geweest is.<br />
**Hell, Jan van.<br />
**Hellcndoorn, Eduard.<br />
399
Hem, P. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 9 Sept. 1885 te Wirdum (Fr.)<br />
Bezocht eerst <strong>de</strong> Kunstnijverlieidsschool te<br />
Amsterdam. Later stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> hij aan <strong>de</strong> Rijks<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Reizen gemaakt naar Parijs, Rome,<br />
Spanje en Moskou. Portretten en figuren, ook<br />
jachttaf ereelen.<br />
Hemelman, A.<br />
Geb. 7 Jan. 1883 te Nee<strong>de</strong> in Gel<strong>de</strong>rland.<br />
Leerling van Klaas van Leeuwen, van <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool<br />
te Amsterdam en van <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
aldaar. Landschappen. Etst.<br />
Hemkes, Johannes.<br />
Geb. 3 April 1894 te Schalsum (Friest.)<br />
Autodidact. Teekenaar en graficus.<br />
Hendriks, Arend.<br />
Geb. 31 Oct. 1901 te A'dam.<br />
Autodidact. Teekenaar en graficus.<br />
*Hendriks, A. S.<br />
Geb. 3 Juni 1901.<br />
Les v. Prof. Willem v. d. Berg. Portret, dieren.<br />
Hendriks, B. L.<br />
Geb. 8 Dec. 1830 te Arnhem.<br />
Overl. 6 April 1899.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Amsterdamsche en Haagsche Aca<strong>de</strong>mies.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
*Hendriks, Elis.<br />
Geb. 19 Aug. 1865.<br />
Overl. 4 Oct. 1887.<br />
Leerlinge van haar oom, B. Hendriks. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong><br />
stillevens.<br />
Hendriks, Fr. H.<br />
Geb. 17 Jan. 1808 te Arnhem.<br />
Overl. 4 Mei 1865 aldaar.<br />
Les van Van Amerom. Cremer was zijn leerling.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Hendriks, H.<br />
Geb. 27 Maart 1882 te Amsterdam.<br />
Kreeg raad van Haverkamp. Etser.<br />
Hendriks, J.<br />
Geb. 24 Jan. 1859.<br />
Leerling van B. Hendriks.<br />
Kerkintérieurs.<br />
Hendriks, W.<br />
Geb. 24 Juni 1744 te Amsterdam.<br />
Overl. 28 Jan. 1831 te Haarlem.<br />
Directeur Teyler's verzameling. Etste.<br />
Hendrikse, W. N.<br />
Geb. 27 Maart 1863 te Zierikzee.<br />
Overl. ?<br />
Leerling <strong>de</strong>r Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten.<br />
400<br />
H e n k e, C. J.<br />
Geb. 22 Maart 1885.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret, figuur, stilleven.<br />
Henkes, G.<br />
Geb. 25 Juni 1844 te Delf spaven.<br />
Gest. 1 Mei 1927 te Den Haag.<br />
Leerling van J. Spoel en <strong>de</strong> Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie<br />
Intérieurs en figuur.<br />
Henricus (eigenlijk Henricus Jansen).<br />
Geb. 2 Jan. 1867 te Den Haag.<br />
Overl. Febr. 1921 aldaar.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Bezocht Normandië, Bretagne en Tunis.<br />
Figuur, landschap, stadsgezicht en wandschil<strong>de</strong>ringen.<br />
**Henriet, H. A.<br />
**Herfst, J. A.<br />
Herwijnen, J. v.<br />
Geb. 4 Nov. 1889.<br />
Landschap, stilleven, figuur.<br />
*Heshusius, M.<br />
Geb. 1881 te Amsterdam.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Rotterdam en<br />
Den Haag. Gewerkt te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Hess, Felix.<br />
Geb. 20 Juni 1878 A'dam.<br />
Stud. a.d. Rijksaca<strong>de</strong>mie te A'dam. Genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Teeken<strong>de</strong> het kladschrift van Jantje in <strong>de</strong><br />
Groene Amsterdammer.<br />
***Hessen-Goe<strong>de</strong>ket,H. E. van.<br />
Hesterman Jr., J. A.<br />
Geb. 30 April 1877 te Amsterdam.<br />
Eerst les van zijn va<strong>de</strong>r, die schil<strong>de</strong>rijenrestaurateur<br />
was en later naar <strong>de</strong> Rijksnormaalschool<br />
<strong>voor</strong> Teekenon<strong>de</strong>rw. te Amsterdam. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
*Heteren-Vink, R. V.<br />
Geb. 1875 te Utrecht.<br />
Leerling van Joh. Gabrielse.<br />
**Hettinga Tromp, F. G. M. van.<br />
Heuff, H. D.<br />
Geb. 9 Juli 1875 te Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en werkte on<strong>de</strong>r<br />
Fl. Arntzenius. Maakt stadsgezichten, <strong>voor</strong>al<br />
etser.<br />
***Heukelom-Mouthaan,P. J.G.van.
Heukelom, S. van.<br />
Geb. 1885 te Amersfoort.<br />
Ent o.l.v. van Dokkam ; daarna gotid cr4<br />
aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Antwerpen. Les van v. d.<br />
Valk. Stadsgezichten.<br />
Heuperman, Joh.<br />
Geb. 2 Dec. 1886.<br />
Quellinusschool A'dam. Stilleven.<br />
**Heus<strong>de</strong>n, B. J. van.<br />
Heuvel, W. van <strong>de</strong>n.<br />
Geb. 27 April 1874 te Utrecht.<br />
Overl. 6 Aug. 1925 te BiIthoven.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Heyberg, J. G.<br />
Geb. 9 Dec. 1869 te Rotterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rijen,<br />
<strong>voor</strong>al militaire , on<strong>de</strong>rwerpen ; portretten. Gaf<br />
zich in latere uren uitsluitend aan 9 t Kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
*H e y b e r g-Le<strong>de</strong>boer, S.<br />
Geb. 1867 te Rotterdam.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret<br />
en figuur.<br />
**Heybroek, Folke M.<br />
Heyenbrock, H.<br />
Geb. 24 Juli 1871 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Rotterdam. Havengezichten<br />
en hoogovenbedrijven. Dir. van 't Museum<br />
v. d. Arbeid te Amsterdam.<br />
H e y I. F. M.<br />
Geb. 22 Maart 1835 te Utrecht.<br />
Overl. 29 Jan. 1931 te A'dam.<br />
Landschappen.<br />
Heyligers, H.<br />
Geb. 22 Febr. 1877 te Batavia.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mies te Den Haag en<br />
Parijs. Etste.<br />
Heynes, M.<br />
Geb. 8 Maart 1888 te Amsterdam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r QuellinusschooI te Amsterdam.<br />
Maakte in Zand<strong>voor</strong>t studies van visschen.<br />
Werkte ook in Bretagne.<br />
***Heyningen-Giesberts, J. v.<br />
*Heynis, Joh. A.<br />
Geb. 1868 te Delfshaven. shaven.<br />
Leerlinge van <strong>de</strong> Teekenschool van Mej. Kerlen<br />
te Amsterdam. Schil<strong>de</strong>rles van Mej. Keuchenius.<br />
Later lessen van Van Walchren te Renkum.<br />
26<br />
Heynsius, Kees.<br />
Geb. 29 April 1890 te Schoonhoven.<br />
Stud. a.d. Aca<strong>de</strong>mie te 's-Gravenhage. Overigens<br />
autodidact. Reis<strong>de</strong> naar Frankrijk en Belie'.<br />
Landschappen. Graf eer<strong>de</strong>.<br />
H e y z e, J.<br />
Geb. 16 Sept. 1882 te Zierikzee.<br />
Kreeg te Mid<strong>de</strong>lburg teekenles van Nuys en<br />
stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Amsterdam aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur en naakt.<br />
HilIe, van H.<br />
Geb. 12 Sept. 1903.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten, stilleven, landschap.<br />
Hilverdink, E. A.<br />
Geb. 12 Mei 1846 te Amsterdam.<br />
Overl. 12 Oct. 1891 aldaar.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, J. Hilverdink.<br />
Stadsgezichten.<br />
Hilverdink, J.<br />
Geb. 18 Jan. 1813 te Groningen.<br />
Overl. 1 Oct. 1902 te Amsterdam.<br />
Leerling van J. A. Daiwaille en<br />
Pieneman.<br />
Zeegezichten.<br />
Hingman, J.<br />
Geb. 5 Oct. 1864 te Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rt figuur,<br />
naakt, landschap en intérieur.<br />
**Hirsch, F.<br />
**Hoboken, J. van.<br />
J. W.<br />
Hodges, Ch. H.<br />
Geb. 1764 te Porthmouth.<br />
Overl. 24 Juli 1837 te Amsterdam.<br />
Portrettist van groote beteekenis uit <strong>de</strong> Engelsche<br />
school.<br />
Hoef. G. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 2 Maart 1879 te Amsterdam.<br />
Ging naar Brussel, waar hij 's winters <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
bezocht. Maakte wandschil<strong>de</strong>ringen in een<br />
kerk. Etste.<br />
*Hoef, G. W. ten.<br />
Geb. 9 Sept. 1857 te Amsterdam.<br />
Ging in 1894 naar <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie. Ook les<br />
gehad van Th. <strong>de</strong> Bock.<br />
*Hoeven, G. E. C. Pruys van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 22 Febr. 1839 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 29 Aug. 1921 te Den Haag.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res.<br />
got
Hoevenaar, W. P.<br />
Geb. 16 Maart 1806.<br />
Over!. 31 Oct. 1863.<br />
Leerling van C. van Gielen en P. Won<strong>de</strong>r.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> binnenhuizen. Etste en lithografeer<strong>de</strong>.<br />
***Hof , D r. M.<br />
Hof f. A. J. van 't.<br />
Geb. 7 Dec. 1893 te Den Haag.<br />
Over!. 1933.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en kreeg schil<strong>de</strong>r-<br />
Ies van F. Jansen en D. Bautz en etsles van Grondhout.<br />
Landschappen, visschcn en pad<strong>de</strong>stoelen.<br />
Hof ker, W. G.<br />
Geb. 3 Mei 1902 Den Haag.<br />
Rijksacad. A'dam. Ook leert. v. Willem Witsen.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r en graficus. Maakte reis naar Indië.<br />
Hofs, G.<br />
Geb.1 Juli 1874 te Winch.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie ; gewerkt op 't<br />
atelier van v. d. Poll. Etste.<br />
*Hogendorp-'s Jacob, Baronesse v.<br />
Geb. 28 Jan. 1859 te Batavia.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Leerlinge van Liernur en van <strong>de</strong>n Bergh. Werkte<br />
drie jaar op het atelier van Mej. M. Roosenboom.<br />
Hogerwaard, Frans.<br />
Geb. 10 Nov. 1882 te Batavia.<br />
Overl. 15 Juni 1921 te Den Haag.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Kunstnijverheidsschool te Haarlem.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> twee jaar aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Behaal<strong>de</strong> <strong>de</strong>n Prix <strong>de</strong> Rome, reis<strong>de</strong> in Spanje.<br />
Hogerwaard, Georges.<br />
Geb. 9 Sept. 1878 Soerabaja.<br />
Overl. 1940 te 's-Gravenhage.<br />
Zes maan<strong>de</strong>n a. d. Rijksac v. B. K. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Hollan<strong>de</strong>r Czn., H.<br />
Geb. 7 Aug. 1823 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Over!. 1 Juni 1884 te Amsterdam.<br />
Leerling van J.W. Pieneman en van Nic. Pieneman.<br />
Hollestelle, .J. H.<br />
Geb. 19 Nov. 1858 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en <strong>de</strong> Polytechnische<br />
School te Delft. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
HolIman, Charles.<br />
Impressionist. Landschap en stadsgezicht.<br />
Holst, R. N. Roland.<br />
Geb. 1869.<br />
Overl. 31 Dec. 1938 te Bloemendaal.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Maakte Muurschil<strong>de</strong>ringen<br />
in <strong>de</strong> Beurs van Berlage te Amsterdam<br />
en als laatste werk : versiering van het gebouw<br />
van <strong>de</strong>n Hoogenraad te 's-Gravenhage.<br />
Directeur van <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Steun<strong>de</strong> ook met geschriften <strong>de</strong> monumentale<br />
schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Lithografeer<strong>de</strong> een reeks beken<strong>de</strong> affiches.<br />
402<br />
Holswil<strong>de</strong>r, J.<br />
Geb. 1850 te Lei<strong>de</strong>n.<br />
Over!. 1890 te Den Haag.<br />
Van 1885 af werkt hij <strong>voor</strong> <strong>de</strong> Lantaarn.<br />
Teekenaar v. pol. prenten en caricaturen.<br />
**Holthe tot Echten, M. L. v.<br />
Homberg, D.<br />
Geb. 8 Dec. 1885 te Rotterdam.<br />
Leerling van J. H. Weyns en <strong>de</strong> Rotterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Homberg-Hannema, Nita.<br />
*Honig, Nellie G.<br />
Geb. 26 Oct. 1879 te Helsingfors.<br />
Rijksnormaalschool en Rijksac. te A'dam.<br />
*Honig, Tine.<br />
Geb. 10 Dec. 1894.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Stilleven.<br />
*Hooft, Ina.<br />
Geb. 17 Jan. 1894 Den Haag.<br />
Leert. Ac. Beeld. Kunsten te Den Haag. Leer!.<br />
v. Fl. Arntzenius. Figuur.<br />
**Hooft, J. P.<br />
Hooft, C. G. 't.<br />
Geb. 30 Juni 1866 te Dordrecht.<br />
Overt. 7 Jan. 1936 te A'dam.<br />
Leerling van J. Vetti en G. Breitner. Conservator<br />
van het Fodor Museum. Stadsgezicht en schepen.<br />
Hoog, B. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 19 Nov. 1867 te Amsterdam.<br />
Les van J. Hulk en J. van Essen. Intérieur.<br />
Hoog, H. L. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 27 Oct. 1886 te Rotterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie in zijn geboortestad.<br />
*Hoogendijk, Maria Ida Adr.<br />
Geb. 20 Mei 1875 Krimpen a. d. I J.<br />
Les te Arnhem v. Geerlings. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Hoogerhey<strong>de</strong>n, Eng.<br />
Geb. 13 Oct. 1740 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Over!. 1809 aldaar.<br />
Marineschil<strong>de</strong>r.<br />
Hoogeveen, Dr. D. M.<br />
Geb. 4 Maart 1891.<br />
Leerling van M. W. v. d. Valk. Landschap en<br />
stilleven.<br />
Hoogeweegen, Henri.<br />
Portret, bloemen.<br />
***Hoogewerf.Goddard L.
Hooiberg, Elb.<br />
Geb. 21 Nov. 1903.<br />
Les v. z. va<strong>de</strong>r. Overigens autodidact. Schil<strong>de</strong>rt<br />
het volksleven.<br />
**Hoonaard, Sr.<br />
**Hoowy, J. H.<br />
Hippe, B.<br />
Geb. 20 Febr. 1841 te Kleef.<br />
Oven. 22 Dec. 1922, A'dam.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Dásseldorp.<br />
Landschappen en riviergezichten.<br />
Hoppe, Theo P. J.<br />
Geb. 20 Aug. 1872 A' dam.<br />
Overl. 26 Jan. 1928 te Best.<br />
Stud. en werkte te Amsterdam. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
Hoppenbrouwers, J. F.<br />
Geb. 16 April 1819.<br />
OvenI.18 Juli 1866.<br />
Leerling van Schelf hout. Landschappen.<br />
**Hordij k, Gerard.<br />
**Horn, Jos. ten.<br />
Horn, Lex.<br />
Geb. 23 Jan. 1916.<br />
Riiksacad. A'dam. Monumentale schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Horrix, H. M.<br />
Geb. 30 Mei 1845 te Den Haag.<br />
Overl. ?<br />
Leerling van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie, van Van<br />
Leuven en Ph. Sa<strong>de</strong>e. Schil<strong>de</strong>rt Zeeuwsche figuren.<br />
Horssen, W. B. van.<br />
Geb. 8 Mei 1863 te Rijswijk.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en bid<br />
Tony Offermans. ermans.<br />
**Horst, L. ter.<br />
Horstok, J. P. van.<br />
Geb. 1 April 1745 te Overveen.<br />
Overl. 20 Maart 1825 te Haarlem.<br />
Leerling van P. H. Jelgersma en van P. Barbiers.<br />
Boerentafereel.<br />
Houbolt, Ed.<br />
Geb. 9 Aug. 1885 te Delft.<br />
Autodidact. Bijbelsche figuren, portret, stillevens.<br />
Hout, P. in 't.<br />
Geb. 9 Febr. 1879 te Den Haag.<br />
Leerling van J. en P. Stortenbeker. BIoemen en<br />
boschgezichten.<br />
*Houten, van Alida.<br />
Geb. 22 Aug. 1868 te Groningen.<br />
Acad. Minerva. Stilleven en bloemen. Ook<br />
landschap.<br />
*Houten, Barbara E. van.<br />
Geb. 8 April 1862 te Groningen.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie, Normaalschool<br />
te Amsterdam en van Rijks Aca<strong>de</strong>mie aldaar.<br />
Grafica.<br />
Houten, G. van.<br />
Geb. 29 Aug. 1866 te Groningen.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven en<br />
landschap.<br />
*Houten, M. van.<br />
Geb. 22 Aug. 1868 te Groningen.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Groningsche Aca<strong>de</strong>mie. Bloemen<br />
en portretten.<br />
***Houtman-v. d. Spoel, C.<br />
**Houweninge, Chiem van.<br />
Hove, B. J. van.<br />
Geb. 28 Oct. 1790 te Den Haag.<br />
Overl. 8 Nov. 1880 aldaar.<br />
Leerling van J. H. van Hove en A. Breckenheimer.<br />
Leermeester van Bosboom en Weissenbruch.<br />
Stadsgezicht en intérieur.<br />
Hove, Huib van.<br />
Geb. 14 Mei 1814 te Den Haag.<br />
Overl. 14 Nov. 1864 te Antwerpen.<br />
Leermeester van J. Marls.<br />
Zijn werk omvat landschappen, binnenhuizen en<br />
stadsgezichten.<br />
Hove, J. H. van.<br />
Geb. 7 Maart 1827 te Den Haag.<br />
Over!. 1865.<br />
Leerling van B. J. van Hove.<br />
*Hove, van Maria Arnoldina.<br />
Geb. 12 Mei 1884 Nieuwer-Amstel.<br />
Overle<strong>de</strong>n ? te A'dam.<br />
Dochter v. d. beeldh. prof. Bart v. Hove. Rijksacad.<br />
A'dam.<br />
***Hove ter Kuile, M. G. v.<br />
Hovenkamp, A.<br />
Geb. 4 Mei 1896.<br />
Autodidact. Bloemen en landschap.<br />
Hoynck van Papendrecht, J.<br />
Geb. 18 Sept. 1858 te Amsterdam.<br />
Over!. 11 Dec. 1933 te Den Haag.<br />
Leerling v. d. Aca<strong>de</strong>mies te Antwerpen en Munchen.<br />
Schil<strong>de</strong>r en teekenaar van militaire on<strong>de</strong>rwerpen<br />
en landschappen.<br />
403
***Hoytema, Antoinette van.<br />
Hoytema, Th. van.<br />
Geb. 18 Dec. 1863 te Den Haag.<br />
Overl. 28 Aug. 1917 te Den Haag.<br />
Teeken<strong>de</strong> op <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Dieren,<br />
planten en stadsgezichten. Lithografeer<strong>de</strong> jaarlijks<br />
een kalen<strong>de</strong>r die groote bekendheid verwierf.<br />
Hubeck, Frits.<br />
Geb. 1 Oct. 1884.<br />
Landschap, stilleven en bloemen.<br />
*Hubrecht, Abr.<br />
Geb. 2 Juli 1855 te Rotterdam.<br />
Overl. 5 Nov. 1913 in Engeland.<br />
Leerlinge van Aug. Allebé. Langen tijd in Sicilië<br />
gewoond. Portretten en stillevens.<br />
*Hugenholtz, Ar.<br />
Geb. 20 Sept. 1851 te Haarlem.<br />
Overle<strong>de</strong>n?<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Bevriend met Mauve. Landschapschil<strong>de</strong>res. Etste.<br />
Huibers, J. D.<br />
Geb. 27 Dec. 1830 te Deventer.<br />
Overl. 7 April 1918.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie te A'dam en stud.<br />
<strong>voor</strong>ts te Mi nchen en Nurnberg. Les in teekenen<br />
o.a. Rijksnormaalschool, A'dam.<br />
Hui<strong>de</strong>kooper, Chr.<br />
Geb. 2 Juni 1878 Groningen.<br />
Overl. 1939 te Rabat (Sp. Marokko). Bezocht<br />
Rijksnormaalschool v. Teekenon<strong>de</strong>rw. en was een<br />
jaar leerl. v. Jac. v. Looy. Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> en verbleef<br />
in latere jaren in Spanje. Figuur en landschap.<br />
**Huisman, C.<br />
**Hui, N.<br />
Hulk, J. F.<br />
Geb. 29 Jan. 1829 te Amsterdam.<br />
Overl. 12 Juli 1911.<br />
Leerling van zijn broe<strong>de</strong>r, A.Hulk. Stadsgezichten.<br />
Hulk Jr., John F.<br />
Geb. 17 Nov. 1855 te Amsterdam.<br />
Overl. 14 Juni 1913 te Vreeland.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r (J. F.) en van <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Leiding van Boulanger en<br />
Lef évre. Portret en dieren. Conservator v. Teylers<br />
Stichting te Haarlem.<br />
Hulsbergen, J. E.<br />
Geb. 12 Mei 1901 Hengelo (0.). Rijksac. A'dam.<br />
Figuur.<br />
404<br />
Hulshoff Pol, A. G.<br />
Geb. 12 Febr. 1883 te Hengelo.<br />
Kreeg leiding van Gorter. Reis<strong>de</strong> in Italië. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
**Hulsing, Ber.<br />
Hulst, J. B. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1790 te Lei<strong>de</strong>n of Leuven.<br />
Overl. 1862 te Den Haag of Brussel.<br />
Leerling van J. G. Geerts. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Hulswit.<br />
Geb. 11 April 1706 te Nieuwer Amstel.<br />
Overl. 8 Aug. 1922 aldaar.<br />
Leerling van P. Barbiers Pzn. Landschappen en<br />
stadtgezichten. Etste.<br />
Humalda v. Eysinga, Jhr. A. E.<br />
Geb. 8 Nov. 1878.<br />
Les v. Th. v. Hoytema. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Stilleven, figuur, vogels, landschap, houtsne<strong>de</strong>n.<br />
***Hustinx, K.<br />
**Huszar, V.<br />
***Huussen, C. T.<br />
Huygens, J.<br />
Geb. 25 Jan. 1833 te Den Haag.<br />
Overl. ?<br />
Leerling van F. L. Huygens en Weiszenbruch.<br />
Zeeschil<strong>de</strong>r.<br />
**Huysmans, F.<br />
**Huysmans, J.<br />
**Huysser, G.<br />
Hynckes, Raoul.<br />
Geb. 11 Mei 1893 Brussel.<br />
Stud. Acad. Brussel on<strong>de</strong>r Monthald. Schil<strong>de</strong>r<br />
van zeer uitvoerige stillevens.<br />
Hyner, A.<br />
Geb. 18 Sept. 1866 te Arnhem.<br />
Overl. Juli 1916.<br />
Leerling van Schulman en van <strong>de</strong> Antwerpsche en<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mies. Figuren, portretten, stil-<br />
Ievens en dieren.<br />
Idserda, A.<br />
Geb. 1879.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen<br />
**Idserda, J.<br />
**Idserda v. cl. Lee, C.
Immerseel, Chr.<br />
Geb.1 Maart 1809 te Den Haag.<br />
Overl. 1866.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> landschap met vee.<br />
Ingen, H. van.<br />
Geb. 16 Juni 1846 te Renkum.<br />
Overl. Maart 1920.<br />
Dierenschil<strong>de</strong>r.<br />
***Ingen-Reerink, E. v.<br />
**Ingenhoes, Jan.<br />
Stillevens.<br />
L o r d e n s, D. J. R.<br />
Geb. 6 Aug. 1855.<br />
Overl. 10 Jan. 1939.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag en leert. v. P. v. d. Vel<strong>de</strong>n<br />
en Roermeester, Landschap. Ook stilleven en<br />
binnenhuis.<br />
Isaacson, J. J.<br />
Geb. 20 April 1859 te Den Haag.<br />
Overl. ?<br />
Bezocht <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en <strong>de</strong> Polytechnische<br />
School. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> ook o.l.b. Meyer <strong>de</strong> Haan.<br />
Bracht 9 maan<strong>de</strong>n in Egypte door.<br />
Fantastische tafereelen.<br />
Ishoven, J. L. van.<br />
Geb. 1870 te Amsterdam.<br />
Overl. ?<br />
Leerling <strong>de</strong>r Kunstnijverheidsschool. Etste. Teekenaar<br />
van volkstypen.<br />
Israëls, Is.<br />
Geb. 3 Febr. 1865 te Amsterdam.<br />
Overl. 7 Oct. 1934 te 's-Gravenhage.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en werkte<br />
te Parijs, Lon<strong>de</strong>n, in Zwitserland en Indië.<br />
Portretten, stadsgezichten, circusfiguren en gamelanspelers.<br />
Groot impress. schil<strong>de</strong>r.<br />
Israëls, J.<br />
Geb. 27 Jan. 1824 te Groningen.<br />
Overl. 12 Aug. 1911 te Den Haag.<br />
Eerst naar <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie ..Minerva" te Groningen.<br />
Later teeken<strong>de</strong> hij te Parijs op <strong>de</strong> Ecole <strong>de</strong>s<br />
Beaux Arts. Noem<strong>de</strong> zich zelf leerling van J. W.<br />
Pieneman en J. A. Kruseman. Grootmeester <strong>de</strong>r<br />
Haagsche school met wereldreputatie.<br />
Isselman, D.<br />
Geb. 29 Oct. 1890.<br />
Les van zijn va<strong>de</strong>r, J. W. F.<br />
Bloemen en stillevens.<br />
*Iterson Knoepfle, Olga van.<br />
Geb. 3 Oct. 1879 te Ueberlingen i. Ba<strong>de</strong>n.<br />
Vooral leerl. v. Isidor Opsomer te Antwerpen.<br />
Groote stillevens.<br />
**Itserda, A.<br />
***Itserda-v. d. Lee.<br />
Jaarsma, E. M.<br />
Geb. 12 Jan. 1883.<br />
Rijksschool <strong>voor</strong> Kunstnijverh. A'dam en Aca<strong>de</strong>mie<br />
Antwerpen. Portret, landschap, stilleven,<br />
caricatuur.<br />
*Jacobson, Mirjam Rosa.<br />
Geb. 14 Juli 1887.<br />
Leert. Rijksschool v. Kunstnijverh. en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Portretten, stilleven, bloemen.<br />
*Jama-van Ra<strong>de</strong>n, Louise.<br />
Geb. 1871 te Batavia.<br />
Leerlinge <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portretschil<strong>de</strong>res, Etste.<br />
Jamin, 0. F.<br />
Geb. 23 Jan. 1838 te Amsterdam.<br />
Overl. 6 Jan. 1865 aldaar.<br />
Leerling van P. F. Greive.<br />
**Jans, Jan.<br />
**Jansen, E. A.<br />
Jansen, Fr. J.<br />
Geb. 1856 te Den Haag.<br />
Overl. ?<br />
Leerling <strong>de</strong>r Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Leeraar aan en on<strong>de</strong>rdirecteur van <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Jansen, H. W.<br />
Geb. 12 Dec. 1855 te Nijmegen.<br />
Overl. 2 Nov. 1908 te Zeist.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in Hamburg en Venetië. Schepen,<br />
dokken, landschappen en kerkintérieurs.<br />
**Jansen, J.<br />
**Jansen, Jan H.<br />
**Jansen, Lamb.<br />
**Jansen, W.<br />
*Jansen-Rob, M.<br />
Geb. 5 Nov. 1878 te Nijmegen.<br />
Leerlinge van H. Luyten te Antwerpen.<br />
Lan dschapschi l<strong>de</strong> res.<br />
*Jansen-Grothe, S.<br />
Geb. 11 Aug. 1852 te Zeist.<br />
Overl. ?<br />
Gehuwd met H. W. Jansen.<br />
Stillevens en portretten.<br />
405
J ansen, W. G. F.<br />
Geb. 25 Dec. 1871 te Harlingen.<br />
Leerling van <strong>de</strong> Kunstnijverheidschool te Haarlem.<br />
Landschappen en stadsgezicht.<br />
Janson, J. C.<br />
Geb. 1763 te<br />
Overl. 17 Oct. 1823 te Den Haag.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, Joh. Janson.<br />
Janssen, B. A. M.<br />
Geb. 1874 te Amsterdam.<br />
Leerling J. Geerlings ; ook gestu<strong>de</strong>erd aan <strong>de</strong><br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Janssen-v. Kruiningen, H.<br />
**Jaspers, J.<br />
**Jekel, E. M. Th.<br />
Jelgershuis, J.<br />
Geb. 24 Sept. 1770 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 6 Oct. 1836 te Amsterdam.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r, R. Jelgershuis en P.<br />
Barbiers Pzn.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> stadsgezichten en intérieurs. Etste.<br />
Jelgershuis, R.<br />
Geb. 1729 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 1806 te Amsterdam.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
**Jeltsema, F. E.<br />
**Jessurun <strong>de</strong> Mesquita, S.<br />
**Joghem, J. A. F.<br />
**Jonas, H. C.<br />
J o n g, A. J. d e. (Toon).<br />
Geb. 14 Aug. 1879 te Laren.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rijksschool <strong>voor</strong> Kunstnijverheid<br />
A'dam. Etst.<br />
Jong, Germ. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 8 Maart 1886 te St. Jacobi-Parochie (Fri.)<br />
Leerling <strong>de</strong>r Quellinusschool te Amsterdam en <strong>de</strong>r<br />
Aca<strong>de</strong>mie te Rotterdam. Stillevens en landschap.<br />
Jong. Jan <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1863 te Rotterdam.<br />
OverI. 1901.<br />
Leerling van Weitkamp ; bezocht ook <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie<br />
te Rotterdam.<br />
J o n g. J. d e (Jurjen <strong>de</strong> Jong).<br />
Geb. 7 Oct. 1807 te Harlingen.<br />
Over!. 7 Mei 1890 aldaar.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
406<br />
*Jonge, Jkvr. E. M. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1872 te Amersfoort.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam ;<br />
was leidster van het Intern. Atelier. Stillevens.<br />
Jonge, Jhr. Mr. J. A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 7 Nov. 1864 te Rotterdam.<br />
Leerling van Fr. Becker en Fr. Jansen.<br />
Schil<strong>de</strong>rt bij <strong>voor</strong>keur intérieurs, strand- en<br />
zeegezichten.<br />
*Jonge, <strong>de</strong> J. A. C.<br />
Geb. 4 Febr. 1888.<br />
Les v. H. M. Savry te Haarlem.<br />
**Jongert, Jac.<br />
longkind, J. B.<br />
Geb. 3 Juni 1819 te Latrop (0v.).<br />
Over!. 15 Sept. 1891 te C6te St. André.<br />
Leerling van Schelf hout.<br />
Kreeg een eervolle plaats in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis van<br />
het Fransche Impressionisme.<br />
**Jongman, Rollf.<br />
Jonnis, J. L.<br />
Geb. 1789.<br />
Over!. 1866.<br />
Leermeester van Bil<strong>de</strong>rs.<br />
Miniatuurportretten.<br />
Joosten, D. J. H.<br />
Geb. 25 Sept. 1818 te Haarlem.<br />
OverI. 7 Juni 1882 aldaar.<br />
Leerling van G. J. J. van Os.<br />
Stillevens, bloemen en vruchten.<br />
Jordaan, L. J.<br />
Geb. 30 Dec. 1885 te Amsterdam.<br />
Bezocht <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie ; teekenaar van<br />
politieke prenten.<br />
**Jor<strong>de</strong>ns, D.<br />
**Jor<strong>de</strong>ns, J. G.<br />
Jorissen, Willem.<br />
Geb. 15 Oct. 1871 Dordrecht.<br />
Overt. 6 Jan. 1910 te Princenhage.<br />
Leert. Rijksac. te A'dam.<br />
*Jorissen_Cox, Marie C.<br />
Geb. 20 Nov. 18 72 Batavia.<br />
Geh. met Willem Jorissen; bezocht Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam.
Josselin <strong>de</strong> Jong, P. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 2 Aug. 1861 te St. Oe<strong>de</strong>nro<strong>de</strong>.<br />
Overl. 2 Juni 1906 te A'dam.<br />
Leerling van P. M. Slager te 's Hertogenbosch.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> aan <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie te Antwerpen en te<br />
Parijs aan <strong>de</strong> Ecole <strong>de</strong>s Beaux Arts. Vooral<br />
portret- en figuurschil<strong>de</strong>r, fabrieksint.<br />
Jungmann, M. J. B.<br />
Geb. 7 Sept. 1877 te Rotterdam.<br />
Leerling <strong>de</strong>r Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur,<br />
landschap en stilleven.<br />
Jurres, J. H.<br />
Geb. 7 Jan. 1875 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverheid en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Werd hoogleeraar a.d. Rijks Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r, groote romantische historiestukken.<br />
Kaal, Jaap.<br />
Geb. 23 Oct. 1893 te Wormerveer.<br />
Rijksacad. Amsterdam (avondklasse). Stillevens<br />
en figuur.<br />
Kaemmerer, F. H.<br />
Geb. 1839 Den Haag.<br />
Overl. 1893 Parijs.<br />
Figuur; <strong>voor</strong>treffelijk illustrator in Franschen<br />
trant.<br />
**Kagie Jr., Jan.<br />
Drentsch schil<strong>de</strong>r.<br />
*Kahn, Dorry.<br />
Geb. 19 Mei 1896.<br />
Portret interieur en stilleven.<br />
Kal<strong>de</strong>nbach, J. A.<br />
Geb. 2 Jan. 1760.<br />
Overl. 29 April 1818.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
*Kalshoven-Biermins, El.<br />
Geb. 29 Juli 1878 te Aken.<br />
Overl. ?<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Kamerlingh Onnes, H. H.<br />
KamerIingh-Onnes, M.<br />
Geb. 25 Febr. 1860, Brussel.<br />
Overl.?<br />
Stud. a. d. Poly Techn. School. Was portretschil<strong>de</strong>r<br />
en aquarellist van stillevens.<br />
**Kamman, J.<br />
**Kammer, A. H.<br />
**Kamp, J. B.<br />
**Kamstra, F.<br />
Kan, M. J. H. E. G. van.<br />
Geb. 9 Febr. 1886 Maastricht.<br />
Overl. 15 Sept. 1930 Parijs.<br />
Leerl. v. Klaas v. Leeuwen.<br />
Karsen, Ed.<br />
Geb. 10 Maart 1860 A'dam.<br />
Gewaar<strong>de</strong>erd meester <strong>de</strong>r Amsterdamsche school.<br />
Stads- en dorpsgezichten en enkele maal figuur.<br />
Karsen, Kars par.<br />
Geb. 2 April 1810 A'dam.<br />
Overl. 24 Juli 1896 te Biberich.<br />
Leerl. v. P. G. Westenberg. Schil<strong>de</strong>r van stadsfantasieën.<br />
Va<strong>de</strong>r v. E. Karsen.<br />
Kat, Otto B. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 7 Juni 1907 Dordrecht.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam en daarna Ac. <strong>de</strong>s Beaux<br />
Arts te Brussel. Portret en landschap.<br />
Kate, ten H. F. C.<br />
Geb. 16 Febr. 1822 Den Haag.<br />
Over1. 26 Maart 1891 te Den Haag.<br />
Leerl. v. C. Kruseman. Figuur en illustraties.<br />
Kate, ten J. M. H.<br />
Geb. 4 Maart 1831, Den Haag.<br />
Over1. 1910 te Den Haag.<br />
Leerl. v. zijn broe<strong>de</strong>r H. F. C. Reis<strong>de</strong> naar India.<br />
*Kaulbach, H. A. K. van.<br />
Geb. 6 Febr. 1900.<br />
Les v. h. va<strong>de</strong>r en op <strong>de</strong> Aca<strong>de</strong>mie Munchen.<br />
Portret, stilleven.<br />
**K e e l i n g, W. J.<br />
*Keer, El.<br />
Geb. 12 Juni 1871.<br />
Leerl. v. Baukema. Etste.<br />
***Keezer-SIijper, Viry.<br />
Keizer, Anthony.<br />
Geb. 3 Maart 1897 Meppel.<br />
Gestud. Brugge en Genève. Reizen naar Duitschland,<br />
Zwitserland en I talia. Drentsche hei<strong>de</strong>land..<br />
schappen.<br />
Kel<strong>de</strong>r, Toon.<br />
Geb. 24 Nov. 1890 te Rotterdam.<br />
Aca<strong>de</strong>mies Rotterdam en Den Haag. Werkte<br />
daarna autodidactisch te Lon<strong>de</strong>n. Figuur en landschap.<br />
*Ketting, Marie.<br />
Geb. 29 Oct. 1886 A' dam.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverheid. Dieren en planten.<br />
407
Kerkhof, B. J.<br />
Geb. 7 Mei 1879.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven, landschap.<br />
Kerkhof f, Gerard.<br />
Geb. 7 Jan. 1872.<br />
Aca<strong>de</strong>mie A'dam en Rotterdam. Stilleven.<br />
Kerkmeyer, J. C.<br />
Geb. 9 Dec. 1875 Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Leerl. Rijksnormaalschool v. Teekenon<strong>de</strong>rw.<br />
A'dam. Stadsgezicht en landschap.<br />
*Kerling, A.<br />
Geb. 19 Maart 1862 Den Haag.<br />
Overl. ?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret, landschap.<br />
K e s l e r, J. G.<br />
Geb. 28 Sept. 1878 Haarlem.<br />
Kunstnijverheidschool Haarlem.<br />
Bloemen en stilleven.<br />
***Kessenich, Michiels van, Judy.<br />
**Kesteren, C. L. v.<br />
Kef, Dirk Hendr.<br />
Geb. 10 Oct. 1902, Den Hel<strong>de</strong>r.<br />
Overl. 15 Sept. 1940, Bennekom.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> op „Kunstoefening" te Arnhem.<br />
Portretten en stillevens.<br />
KeuItjes, G. L.<br />
Geb. 10 Aug. 1786 Utrecht.<br />
Overl. ± 1817.<br />
Zeegezicht.<br />
Keus, A.<br />
Geb. 7 Sept. 1875 Rotterdam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap. Etst.<br />
Kever, J. S. H.<br />
Geb. 19 Juni 1854 A'dam.<br />
Over!. 29 April 1922, Laren.<br />
Leerling v. P. F. Greive, A'dam en Verlat.<br />
Stillevens, intérieurs. Meester v.d. Larensche school.<br />
K i e f t, J.<br />
Geb. 10 Juli 1798.<br />
Over!. 20 Dec. 1870 A'dam.<br />
Portretten.<br />
K i e r s, G. L.<br />
Geb. 26 Jan. 1838.<br />
Overl. 22 Juli 1916.<br />
Leert. v. Louis Meyer, Den Haag.<br />
Kievit, P. W. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 22 Juli 1889, Utrecht.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
408<br />
Kikkert, C.<br />
Geb. 23 Nov. 1882, Den Haag.<br />
Stillevens.<br />
**K i m p e, R.<br />
***Kingma-Key, G.<br />
**K i o n, P.<br />
*Klaassen, Nel.<br />
Geb. 21 Oct. 1906.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam. Figuur en dieren.<br />
Klaver, L.<br />
Geb. 21 Sept. 1870 te Hattem. •<br />
Les van Voerman. Landschap en stilleven.<br />
Etst en lithografeert.<br />
**Kleef, J. A. W. v.<br />
**Kleima, E. A.<br />
**Klein, Frits.<br />
**Klein, Leo.<br />
**Klein, W.<br />
Kleintjes, J. L.<br />
Geb. 24 Mei 1872 Rotterdam.<br />
Leer!. v. C. v. Dopperen en van <strong>de</strong> Rijksacad.<br />
A'dam. Portret, figuur, landschap.<br />
*Kleintjes-van Osselen, H. C. A.<br />
Geb. 1 April 1871 te Putten, (Geld.).<br />
Over!. 1936 te Heer<strong>de</strong>. Stillevens.<br />
Klene, B.<br />
Geb. 1870, A'dam.<br />
Stud. Antwerpen, Munchen en Brussel. Intérieur,<br />
dieren en landschap.<br />
KIey, Henri.<br />
Geb. 13 Nov. 1903.<br />
Landschap.<br />
Kleyn, L. J.<br />
Geb. 14 Aug. 1817 Eikenduinen.<br />
Over!. ?<br />
Les v. Schelf hout. Wintergezichten.<br />
Kleyn, P. R.<br />
Geb. 1785 Lage Zwaluwe.<br />
Over!. in 1816.<br />
Les v. J. v. Strij. Landschap.<br />
Klinkenberg, J. C. K.<br />
Geb. 14 Jan. 1852, Den Haag.<br />
Overt. ?<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Stadsgezicht. Etste.
**Klinkenberg, S.<br />
Klinkhamer, H. A.<br />
Geb. 9 Jan. 1810.<br />
Overl. 1872. Etste.<br />
Kloes, P. C.<br />
Geb. 28 Oct. 1898.<br />
Landschap en portret.<br />
Kloos, C.<br />
Geb. 11 Nov. 1895.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur.<br />
Klooster, J. F. E. ten.<br />
Geb. 7 Aug. 1873 te Koedoes.<br />
Les v. W. v. Konijnenburg. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
***KIuitman, Nel.<br />
Kluyver, M.<br />
Geb. 18 Jan. 1872 te Koog a.d. Zaan.<br />
Leerling v. C. Spoor en Herb. v. d. Poll. Dierschil<strong>de</strong>r.<br />
Kluyver, P. L. Fr.<br />
Geb. 6 Maart 1816 A'dam.<br />
Overl. ?<br />
Landschap.<br />
**Klijn, Albert.<br />
**Klijn, Willem.<br />
Knap, G. W.<br />
Geb. 2 Mei 1873, A'dam.<br />
Overl. 24 Nov. 1931, A'dam.<br />
School v. Kunstnijverheid.<br />
Figuur- en stadsgezicht.<br />
*Knap, Jos.<br />
Geb. 16 Febr. 1900, A'dam.<br />
Leerl. v. h. va<strong>de</strong>r G. W. Knap. Figuur, poppen.<br />
(gehuwd met M. Smeenk).<br />
*Kneppelhout, S. E.<br />
Geb. te Doorn.<br />
Werkte te A'dam en Lon<strong>de</strong>n. Later on<strong>de</strong>r leiding<br />
van H. P. Bremmer. Portret en stilleven.<br />
Knip, J. A.<br />
Geb. 3 Aug. 1777, Tilburg.<br />
Overl. 1 Oct. 1847, Berlicum.<br />
Landschap.<br />
Knip, W. A.<br />
Geb. 31 Jan. 1883, A' dam.<br />
Les v. Lebeau. Landschap.<br />
*Knipscheer, Rie.<br />
Geb. 4 Juni 1911, A'dam.<br />
Leert. Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam.<br />
Intérieur en figuur.<br />
Knoll, F. C.<br />
Geb. 1771, Rotterdam.<br />
Overl. 23 Maart 1827, Utrecht.<br />
Stallen.<br />
***Knuttel, Elize.<br />
Knuttel, G.<br />
Geb. 8 Dec. 1880, Delft.<br />
Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Kobell, J.<br />
G e b. 18 April 1800, Rotterdam.<br />
Overl. 8 Nov. 1838, Rotterdam.<br />
Wei<strong>de</strong>n met vee.<br />
Kobell, J. B.<br />
Geb. 8 Nov. 1778, Delfshaven. shaven.<br />
Overl. 23 Sept. 1814, A'dam.<br />
Landschap. Etste.<br />
**Kochen, H. L. D.<br />
Koekkoek, B. C.<br />
Geb. 11 Oc t. 1803, Mid <strong>de</strong>l b.<br />
Overl. 5 April 1862, Kleef.<br />
Landschappen. Lithografeer<strong>de</strong>. Meester <strong>de</strong>r romantische<br />
school.<br />
Koekkoek, G.<br />
Geb. 27 Mei 1871, Hilversum.<br />
Leerl. v. z. va<strong>de</strong>r J. H. B. Landschap.<br />
Koekkoek, H.<br />
Geb. 14 Maart 1815, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overl. ?<br />
Zee- en riviergezicht.<br />
Koekkoek, H. J.<br />
Geb. 5 Dec. 1811, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overl. 8 April 1831, Breda.<br />
Watergezichten. Etste.<br />
Koekkoek, J. H.<br />
Geb. 17 Aug. 1778 te Veere.<br />
Overl. 1851, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Riviergezichten.<br />
Koekkoek, J. H. B.<br />
Geb. 6 Juli 1840, A'dam.<br />
Overl. 24 Jan. 1912, Hilversum.<br />
Landschap, zeegezicht.<br />
Koelman, J. D.<br />
Geb. 1831, Den Haag.<br />
Overl. 20 Maart 1857.<br />
Dieren.<br />
Koelman, J. H.<br />
Geb. 22 Jan. 1820, Den Haag.<br />
Over1. 1887, Rome.<br />
Les v. C. Kruseman. Portretten.<br />
409
Koelman, J. Ph.<br />
Geb. 11 Maart 1818, Den Haag.<br />
Overl. 1887 te Den Haag.<br />
Les v. C. Kruseman. Directeur Haagsche Aca<strong>de</strong>mie<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
**Koeman, J.<br />
Koerse, Willem.<br />
Geb. 20 Juli 1905.<br />
„Kunstoefening" Arnhem en Rijksaca<strong>de</strong>mie,<br />
A'dam. Landschap.<br />
Koets, D. J.<br />
Geb. 16 Juli 1895, Wissekerke.<br />
Landschap, stilleven. Boetseert.<br />
Koetser, H.<br />
Geb. 1877, Maastricht.<br />
Leerl. Rijksaca<strong>de</strong>mie en Ed. Frankfort A'dam.<br />
Intérieurs en landschap.<br />
K ó h l e r, Mr. W. H.<br />
Geb. 16 Dec. 1876, Ravesteijn.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
*Kohnstamm, D.<br />
Geb. 21 Aug. 1869, A'dam.<br />
Overl.?<br />
Les v. M. Monnickendam.<br />
Stilleven. Etst, lith.<br />
Kok, W. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 8 Juni 1883.<br />
Gestud. o.a. te Munchen en Rome. Vooral. portret.<br />
Kol<strong>de</strong>wey, B. M.<br />
Geb. 23 Nov. 1859 te Dordt.<br />
Overl. 17 Dec. 1898 aldaar.<br />
Les van J. C. <strong>de</strong> Vogel. Landschap.<br />
**Kolthoff, M.<br />
Komter, D.<br />
Geb. 13 April 1871 te Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverh. en Rijksacad.<br />
A dam en Acad. Brussel. Stilleven.<br />
Koning, A. H.<br />
Geb. 2 April 1860, Winschoten.<br />
Rijksacad. A'dam. Landschap.<br />
Koning, Cornelis.<br />
Geb. 10 Juli 1873, Zaandijk.<br />
Rijksacad. A'dam. Figuur en landschap.<br />
**Koning, Dirk.<br />
Koning, Edzard W.<br />
Geb. 1869.<br />
Figuur en landschap.<br />
410<br />
Koning, Roeland.<br />
Geb. 5 Aug. 1898, A'dam.<br />
Stud. a.d. Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Figuurschil<strong>de</strong>r<br />
en teekenaar.<br />
Konijnenburg, W. A. v.<br />
Geb. 1868.<br />
Meester van <strong>de</strong> monumentale schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
Portretten, figurale composities, gebrand glas.<br />
Kooi, W. B. v. d.<br />
Geb. 1768.<br />
Overl. 1837.<br />
Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
**Kooistra, Ulco.<br />
*Kool, Cath.<br />
Geb. 12 Juni 1860, A'dam.<br />
Overl. 26 April, 1933, E<strong>de</strong>.<br />
Leerl. v. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
**Kool, Han.<br />
*Koolhaas, Lind<br />
„Naaldschil<strong>de</strong>rijen."<br />
**Kooten Jr., L. W. van.<br />
KoppenoI, C.<br />
Geb. 26 Dec. 1865.<br />
Leerl. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en landschap.<br />
***KoppenoI-Lehman, A. E. F.<br />
Korf f, A. H. Bakker.<br />
Geb. 1824, Den Haag.<br />
Overl. 1882 te Den Haag.<br />
Leert. v. C. Kruseman en v. Huib v. Hoven.<br />
Vermaard genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Kort, A. W.<br />
Geb. 13 Febr. 1881 te Haarlem. Leerling van<br />
Krabbé en <strong>de</strong> Vries. Landschappen, figuur.<br />
Kortenhorst, L. A.<br />
Geb. 26 Nov. 1884 te Weesp.<br />
Leerl. Rijksnormaalschool v. T.O. en Rijksacad.<br />
A'dam. Stud. ook te Munchen. Vooral landschap.<br />
Korthals, Jan.<br />
Geb. 1 Mei 1916.<br />
Kunstnijverh. school A'dam.<br />
Portret, stilleven, stadsgezicht.<br />
Koster, A. L.<br />
Geb. 8 Aug. 1859, Terneuzen.<br />
Overl. 28 Mei 1937, Heemste<strong>de</strong>.<br />
Acad. te Den Haag. Landschap (tulpenvel<strong>de</strong>n).<br />
*Koster, Jo.<br />
Geb. 16 April 1869, Kampen.<br />
Stud. Aca<strong>de</strong>mie Rotterdam en Brussel. Figuur en<br />
landschap in luministischen trant.
Koster, K.<br />
Geb. 13 Jan. 1885.<br />
Rijksnormaalschool en Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Figuur en Iandschap.<br />
***Koster-Thoe Schwartzenberg<br />
en Hohenlansberg, Baronesse.<br />
**K o u w, C. M. L.<br />
**Kraag, S.<br />
Krabbé, H. M.<br />
Geb. 4 Mei 1868 te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 22 Dec. 1931.<br />
Figuur. Aquarelleer<strong>de</strong> groote portretten.<br />
Kraemer-Obreen, E.<br />
Teekenaca<strong>de</strong>mie Rotterdam. Stillevens.<br />
Kramer, Martinus.<br />
Geb. 3 Aug. 1860 te Den Haag.<br />
Stud. o.a. Acad. v. Rotterdam en Den Haag.<br />
Landschap. Etste.<br />
**Kramer, P. C.<br />
Krauss, J. Ph.<br />
Geb. 12 Nov. 1865, Rotterdam.<br />
Overl. 24 April 1909, Den Haag.<br />
Leerl. Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Havengezichten.<br />
Krausz, S. A.<br />
Geb. 1760, Den Haag.<br />
Overl. 1825, Den Haag.<br />
Leert. v. d. Luikschen schil<strong>de</strong>r C. Defrance en<br />
leeraar v. H. v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen.<br />
Krat', Hein.<br />
Landschap en portret.<br />
*K r e e k-v. d. Werff, Cl. v. d.<br />
Geb. 12 Aug. 1895.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Bloemen, landschap, portret.<br />
Kreuz, Alf r. F.<br />
Geb. 3 Mei 1899 te Weenen.<br />
Bezocht Aca<strong>de</strong>mie aldaar en behaal<strong>de</strong> Prix <strong>de</strong><br />
Rome in 1926. Stilleven, figuur en landschap.<br />
Krol, G. C.<br />
Uitbeel<strong>de</strong>r van het oorlogsleed te platten lan<strong>de</strong>.<br />
**Kroon, J. J.<br />
Religieuse on<strong>de</strong>rwerpen.<br />
**Kroone, G.<br />
***Kroone, Greetje.<br />
Monnikendam. Illustratriece.<br />
**Kropff, J.<br />
Krug, Han.<br />
Geb. 21 Dec. 1890, Den Haag.<br />
Leerl. Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Werkte in Frankrijk,<br />
België en Engeland. Landschap, zeegezicht,<br />
bloemen. Ook houtsne<strong>de</strong>n.<br />
**Kruger, L.<br />
**Krui f, T. <strong>de</strong>.<br />
**Kruininga, H. van.<br />
Kruizinga, Dirk.<br />
Geb. 24 Nov. 1895, Deventer.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag.<br />
Kruseman, C.<br />
Geb. 1797, A'dam.<br />
Overt. 1854.<br />
Schil<strong>de</strong>r v. bijbelsche on<strong>de</strong>rwerpen en van portretten.<br />
Kruseman, J. A.<br />
Geb. 1804.<br />
Overl. 1862.<br />
Vooral vermaard als portretschil<strong>de</strong>r. Directeur<br />
v. d. Aca<strong>de</strong>mie te A'dam.<br />
**Kruseman Jr., J. A.<br />
**Kruy<strong>de</strong>r Bouman, J.<br />
Kruyf, f, J. R. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 12 Aug. 1844.<br />
Overt. 23 Jan. 1923.<br />
Stud. te Delft en Weenen. Dir. Rijksschool v.<br />
Kunstnijverh. A'dam.<br />
**Krijnsen, Mijn<strong>de</strong>rt.<br />
**Kuilenberg, W. v.<br />
**Kuipers, H. J.<br />
**Kuperus, Sjoerd.<br />
***Kuster, GiseIle.<br />
Kuus, Evert.<br />
Geb. 1871.<br />
Overt. 1933.<br />
Eigenaardige kin<strong>de</strong>rfiguren.<br />
**K u y k, L. v.<br />
Kuypers, C.<br />
Geb. 22 Sept. 1864 te Gorinchem.<br />
Stud. te Amsterdam. Landschappen.<br />
Kuypers, Johan.<br />
Figuur (boeren).<br />
Kuyten, Harry.<br />
Geb. 19 Dec. 1883 te Utrecht.<br />
Stud. Antwerpen on<strong>de</strong>r Juliaan <strong>de</strong> Vriendt.<br />
Landschap en figuur.<br />
**Kwint, Corn.<br />
** Kijff, J.<br />
411
Laan, G. v. d.<br />
Geb. 9 Juni 1844, Heerenveen.<br />
Overl. 15 Nov. 1915, Den Haag.<br />
Zeegezichten.<br />
**Laan, K. J.<br />
Laar, J. H. v. d.<br />
Geb. 1807 Rotterdam.<br />
Over!. 1874 Rotterdam.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Laars, Tiete v. d.<br />
Geb. 31 Aug. 1861, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overl.?<br />
Rijksschool V. Kunstnijverh. en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A dam. Deed zich <strong>voor</strong>al kennen als heraldicus<br />
**Labberbon.<br />
**Labots, G. D.<br />
Laen, D. J. v. d.<br />
Geb. 16 April 1719, Zwolle.<br />
Overl. 26 Febr. 1829, Zwolle.<br />
Landschap.<br />
Laguna, B. Lopes <strong>de</strong> Leao<br />
Geb. 16 Febr. 1864, A'dam.<br />
Aca<strong>de</strong>mie A'dam. Larensche intérieurs. Portretten<br />
en bloemen.<br />
Lam, D. <strong>de</strong> Vries.<br />
Geb. 20 Jan. 1869, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 5 Juli 1937, Groningen.<br />
Leert. Acad. A'dam. Directeur „Minerva" Groningen.<br />
Landschap en stadsgezicht.<br />
Lamberts, G.<br />
Geb. 1776.<br />
Overl. 1850.<br />
Stads- en kerkgezichten.<br />
**Lamberts, J. B. H.<br />
Lamme, Arie.<br />
Geb. 1748.<br />
Overl. 1801.<br />
Decoratieschil<strong>de</strong>r, Dordrecht. Grootva<strong>de</strong>r van<br />
Ary Scheffer. er.<br />
**Lammers, A. B.<br />
Lamoen, H. J. M. van.<br />
Geb. 6 April 1900.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Rotterdam. Glazenier.<br />
**Lamsweer<strong>de</strong>, Mr. C. Baron van.<br />
Landheer, Hugo.<br />
Geb. 9 Dec. 1896.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Landschap en stadsgezicht,<br />
kin<strong>de</strong>r- en dierfiguren, kerkinterieurs en zeegezichten.<br />
412<br />
**Landkroon, P.<br />
***Landt, Anna C. op 't.<br />
Lange, A. F.<br />
Geb. 22 Aug. 1861, Den Haag.<br />
Leert. v. Ph. Koelman te Den Haag en v. Jul.<br />
Lef évre te Parijs. Landschappen.<br />
Lange, Daan <strong>de</strong>.<br />
Geb. 31 Oct. 1873.<br />
Autodidact. Landschap. Graf eert ook.<br />
**Lange, J. B. <strong>de</strong>.<br />
Langelaan, H.<br />
Geb. 1799, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Lon<strong>de</strong>n. Portret en dieren.<br />
Langeveld, Fr.<br />
Geb. 1877 te A'dam.<br />
Over!. ?<br />
Leert. v. Dysselhof. . Stadsgezicht.<br />
**Langeweg, G.<br />
Lanooy, Chris.<br />
Geb. 1881 op Tholen.<br />
Hoof dz. pottenbakker.<br />
Lapidoth, M. C.<br />
Geb. 1 Mei 1868, Amsterdam.<br />
Heigezichten. '<br />
L a r y, J.<br />
Geb. 7 Dec. 1879 te Dordrecht.<br />
Over!. ?<br />
Werkte in Ne<strong>de</strong>rl. India.<br />
Landschappen.<br />
Lary, Rol.<br />
Geb. 22 Dec. 1855, Dordrecht.<br />
Overt. ?<br />
Les Antw. Aca<strong>de</strong>mie. Werkte in Brabant. Portretten,<br />
stilleven, landschap.<br />
Last, C. C. A.<br />
Geb. 11 Dec. 1808.<br />
Over!. 17 Dec. 1876.<br />
Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
L a u, M. J.<br />
Geb. 6 Febr. 1889 te <strong>de</strong> Rijp.<br />
Werkte in Keulen en Dusseldorf. Landschappen.<br />
Lavieren, Rijk van.<br />
Geb. 26 Maart 1889.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Rotterdam. Schil<strong>de</strong>r en graficus.<br />
Portret, figuur, landschap, stadsgezicht en bloemen.<br />
Leck, B. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 26 Nov. 1876, Utrecht.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur. Etst en lithografeert.
**Leef lang, A.<br />
Leegstra, Eelco C.<br />
Geb. 25 Oct. 1891.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Figuur en Iandschap. Lith.<br />
**Leemhuis, W. H.<br />
Leen, W. van.<br />
Geb. 1753 te Dordt.<br />
Over!. 6 April 1825, Delf shaven.<br />
Bloemen.<br />
***Leer, F. van.<br />
**Leeuw, D. <strong>de</strong>.<br />
Leeuw, H.<br />
Geb. 7 Oct. 1861, Roermond.<br />
Overl. ?<br />
Dieren. Etste. Lithografeer<strong>de</strong>.<br />
Leeuw, Louis L. P. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 21 Dec. 1875, Arnhem.<br />
Aca<strong>de</strong>mie „Minerva", Groningen. Lithografeert.<br />
Leeuw, J. P. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 28 Juni 1889, Goes.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten en boekban<strong>de</strong>n.<br />
**Leeuwen, Cornelis van.<br />
Leeuwen, G. J. van.<br />
Geb. 29 Juni 1736, Arnhem.<br />
Over!. 28 April 1825.<br />
Bloemen en vruchten.<br />
**Leeuwen, H. van.<br />
Leeuwen, KI. van.<br />
' Geb. 12 Oct. 1868, Harlingen.<br />
Overl. 10 Aug. 1935, Aalsmeer.<br />
Amst: Aca<strong>de</strong>mie. Portret, figuur, stilleven. Etste.<br />
Verdienstelijk paedagoog.<br />
**Leeuwen, Marinus W. J. van.<br />
**Leeuwen, W. A. van.<br />
Legner, J. C.<br />
Geb. 2 Nov. 1859, Schiedam.<br />
Overl. 29 Dec. 1932, Haarlem.<br />
Polytechn. school. Werkzaam bij kunston<strong>de</strong>rwijs<br />
in Utrecht. Portret en stadsgezicht.<br />
Legras, Aug.<br />
Geb. 21 Febr. 1864, A'dam.<br />
Over!. 1 Nov. 1915, Laren.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Portretten en dieren. Maakte<br />
reis naar N. Afrika.<br />
*Lehmann, A.<br />
Geb. 1876 Delft.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven, landschap. Etst.<br />
Leickert, C. H.<br />
Geb. 22 Sept. 1816, Brussel.<br />
Over!. 1907.<br />
Leert. v. W. Nuyen en A. Schelf hout.<br />
Zee- en wintergezichten. Etste.<br />
Lelie, A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 19 Mei 1755, Tilburg.<br />
Over!. 30 Nov. 1820, A' dam.<br />
Portretten, groote figuurcomposities en groepsportretten.<br />
**Lelyveld, L. J. J.<br />
Lelyveld, Th. B. van.<br />
Geb. 18 Febr. 1867. Semarang.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret, Iandschap. Etst.<br />
Lennep, Jhr. D. J. van.<br />
Geb. 28 Dec. 1896.<br />
Autodidact. Portretten en caricaturen.<br />
Lensvelt, Fr.<br />
Geb. Maart 1886 te Den Haag.<br />
Stud. te Lon<strong>de</strong>n. Boekillustraties. Costuumkun<strong>de</strong><br />
en toonel.<br />
*Lensvelt, N.<br />
Geb. 22 Juli 1882 te Doesburg.<br />
Rijksnormaalschool A'dam. Portret, landschap,<br />
bloemen.<br />
***Lent-Gort, Henriette J. van.<br />
Leon, M.<br />
Geb. 10 April 1838.<br />
Overt. 1865.<br />
Les van Bles en Greive.<br />
*Leonhardt-Wirix. V.<br />
Geb. 28 Juni 1875, Maastricht.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Les v. Coba Ritsemá. Portret,<br />
bloemen en stilleven.<br />
Leopold, Joh.<br />
Geb. 26 Dec. 1877.<br />
Autodidact. Landschap, bloemen en stilleven.<br />
Lerven, Joh, Gerard van.<br />
Geb. 24 Nov. 1885.<br />
Leer!. Rijksschool v. Kunstnijverheid. Dir.<br />
Kunstnijverheidschool „Kunstoefening" te Arnhem.<br />
Landschap en bloemen.<br />
**Leucker, E.<br />
413
Leus<strong>de</strong>n Jr., W. van.<br />
Geb. 25 Sept. 1885 te Utrecht. Haagsche en<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mies. Etste. Portret en stilleven.<br />
**Levendig, F. J.<br />
**Levigne, Hub.<br />
*Lewin, A.<br />
Geb. 5 Juli 1858 in Westphalen.<br />
Overt. ? te Den Bosch.<br />
Les van Ant. v. Welie. Portret en figuur.<br />
Ley<strong>de</strong>n, Ernst 0. M.<br />
Geb. 16 Mei 1892, R'dam.<br />
Aca<strong>de</strong>mie aldaar. Figuur, landschap, stilleven.<br />
Liernur, W. A. A.<br />
Geb. 7 Febr. 1856, Den Haag.<br />
Overt. ?<br />
Interieurs. Etste.<br />
Lierop, W. van.<br />
Geb. 2 Juli 1891 te Nieuwer Amstel.<br />
Rijksnormaalschool v. T.O. en v. George Rueter.<br />
Stilleven.<br />
Lieste. C.<br />
Geb. 28 Oct. 1817, Haarlem.<br />
Overt. 25 Juli 1861, Haarlem.<br />
Hei<strong>de</strong>gezichten.<br />
**Lin<strong>de</strong>, J. van <strong>de</strong>r.<br />
**Lin<strong>de</strong> Jr., J. van <strong>de</strong>r.<br />
Lingeman, L.<br />
Geb. 26 April 1829, A'dam.<br />
Overt. 19 Oct. 1894, Abcou<strong>de</strong>.<br />
Leerl. v. P. F. Greive. Figuur en intérieur.<br />
Linse, Joh.<br />
Geb. 30 Maart 1875, R'dam.<br />
Overl. ?<br />
Rotterd. en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Decoratief<br />
teekenen.<br />
***Lint, Suze <strong>de</strong>.<br />
Linthorst, J.<br />
Geb. 1745, A'dam.<br />
Overl. 7 Aug. 1815 aldaar.<br />
Stillevens.<br />
Lintz, F.<br />
Geb. 22 Dec. 1824, Brussel.<br />
Overl. ?<br />
Genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Lintz, F. E.<br />
Geb. 2 Maart 1833, Den Haag.<br />
Overt. ?<br />
Dierschil<strong>de</strong>r.<br />
414<br />
**Lób, Alfred.<br />
**Lo<strong>de</strong>izen, J.<br />
**Loeber, Lou.<br />
Loeff, H. D.<br />
Geb. 6 Febr. 1774.<br />
Overl. 1845.<br />
Portret.<br />
Lohman, Th. W. E.<br />
Geb. 18 Maart 1880, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Autodidact. Illustreert. Stadsgezicht en landschap.<br />
**Lohmann, J. B. A.<br />
Lohr, J.<br />
Geb. 27 Febr. 1882 te Salemba.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap. Etste.<br />
Lokhorst, D. van.<br />
Geb. 11 Nov. 1818 te Utrecht.<br />
Overl. 1893 aldaar.<br />
Les v. J. W. Bil<strong>de</strong>rs. Dierenschil<strong>de</strong>r. Etste.<br />
*Loon, M a u d. v.<br />
Werkte te Parijs. Stilleven.<br />
**Loontjes, Huub.<br />
**Loots, Alb.<br />
Looy, Jac. v.<br />
Geb. 12 Sept. 1855, Haarlem.<br />
Overl. 24 Febr. 1930, Haarlem.<br />
Prix <strong>de</strong> Rome. Reis door Italië, Spanje, Marokko.<br />
Figuur, portret, landschap, intérieur. Groot letterkundige.<br />
Looy, P. van.<br />
Geb. 13 Maart 1803, Haarlem.<br />
Les v. z. va<strong>de</strong>r en op <strong>de</strong> Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Etste.<br />
Lopes Suasso, Jhr. Abr.<br />
Geb. 3 Febr. 1855, A'dam.<br />
Overl. ?<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Les v. Gabriel en v. Willem<br />
Mais.<br />
Louwerse, H. C.<br />
Geb. 19 Sept. 1878, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschap, stilleven.<br />
Louwerse, J.<br />
Geb. 24 Maart 1882, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>rt en teelcent portretten.<br />
Etst.<br />
L ii c k e r, E. F. J.<br />
Geb. 9 Juli 1876, Roermond.<br />
Aca<strong>de</strong>mies Brussel en Leuven. Etst.
L u g t, H.<br />
Geb. 6 Nov. 1881, A'dam.<br />
Les v. Jan Veth. Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portretten,<br />
stadsgezichten.<br />
Lulof, G.<br />
Geb. 9 Juli 1870.<br />
Stilleven en portret.<br />
Luns, Huib M.<br />
Geb. 6 Juni 1881, Parijs.<br />
Rijksnorm. v. T.O. Rijks Ac. A'dam. Werkte te<br />
Brussel. Portret en figuur. Hoogleeraar in handteek.<br />
en kunstgesch. a. d. T.H. te Delft.<br />
Luns, T h. M. H.<br />
Geb. 22 Juni 1910.<br />
Leerl. Rijksinst. v. teekenleer en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Portret, landschap en stilleven.<br />
**Lunteren, J. van.<br />
*L iip s, E. M. D.<br />
Geb. 17 Juli 1889 te Velp.<br />
Leert. v. Kunstoefening te Arnhem en v. d.<br />
schil<strong>de</strong>r L. W. v. Soest.<br />
Luttge, J. M.<br />
Geb. 24 Mei 1904, Buiksloot.<br />
Rijksnormaalschool en Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Verkreeg <strong>de</strong>n prijs Paul Tetar v. Elven v. Arti et<br />
Amicitiae. Verbleef in Italië, Spanje, Marokko.<br />
Figuur, landschap.<br />
*Luttge-Deetman, A. G.<br />
Geb. 10 Aug. 1902 te Zwolle.<br />
Leerlinge v. d. Rijksnormaalschool en Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Verbleef in Spanje, Italië en<br />
Marokko. Figuur, landschap, bloemen.<br />
Luyn, Dick G. van.<br />
Geb. 29 Sept. 1896 te Utrecht.<br />
Autodidact. Landschap en figuur.<br />
Luyt, A. M.<br />
Geb. 24 April 1879, Sliedrecht.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuurschil<strong>de</strong>r. Militair<br />
genre en wand<strong>de</strong>coraties.<br />
*Lyn<strong>de</strong>n, Besse. Machtella van.<br />
Geb. 1880, Haarlem.<br />
Kunstnijverheidschool Haarlem. Rijksacad. A dam<br />
en les v. H. J. Haverman te Den Haag.<br />
Maandag. D.<br />
Landschap en stilleven.<br />
Van Maanen, G. D.<br />
Geb. 4 Sept. 1876, Hoorn.<br />
Autodidact.<br />
**Maas, Harry.<br />
**Maas, L. v. d.<br />
Maasdijk, A. H. R.<br />
Geb. 1856 te Brussel.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Aca<strong>de</strong>mie Brussel. Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Maaten, J. J. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1820 te Den Haag.<br />
Overl. 1879.<br />
Landschappen.<br />
Maarel, M. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 1 Sept. 1857, Den Haag.<br />
Over!. 19 Maart 1921.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur, portret, strandgezichten<br />
en stillevens.<br />
Mackenzie, M. H.<br />
Geb. 3 Aug. 1878.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stadsgezicht, havens en<br />
portretten.<br />
**Mac Lean, H. C.<br />
Mak, P. J.<br />
Geb. 1842, Schiedam.<br />
Overt. ?<br />
Landschappen.<br />
Makkink, J. H.<br />
Geb. 6 Maart 1868.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Landschap en dieren.<br />
Maks, C. J.<br />
Geb. 22 Aug. 1876, Amsterdam.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Amsterdam en v. Breitner. Studiereizen<br />
door Italië, Spanje. Figuren en dieren, <strong>voor</strong>al<br />
circusscones.<br />
Manche, Louis Emile. (z. n. Lou).<br />
Geb. 4 Dec. 1908.<br />
School v. K. T. en A. te Den Bosch. Portret,<br />
muurschil<strong>de</strong>ring, illustraties. Ook glas in lood.<br />
*Manen, E. C. van.<br />
Geb. 30 April 1873 te Winkel.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Werkte ook in Indië.<br />
Portretten.<br />
Mankes, J.<br />
Geb. 15 Aug. 1889 te Meppel.<br />
Overl. 1920 te Eerbeek.<br />
Avondcursus Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Autodidact.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, etste en lithogr.<br />
Mangold, Adolf.<br />
Geb. 9 Oct. 1858 te Semarang.<br />
Leerl. v. P. A. Haaxman en H. W. Mesdag.<br />
415
**Mansveld, F. J. v.<br />
Marchal, A.<br />
Geb. 19 Juni 1887.<br />
Autodidact. Stilleven en bloemen.<br />
*Marchant, C. W.<br />
Geb. 6 Juni 1866 te Gorinchem.<br />
Leerlinge van Baukema. Bloemen en portretten.<br />
**Marchant, W.<br />
*Marcus, H.<br />
Geb. 9 Juni 1891 te Amsterdam.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie Amsterdam. Portret, bloemen<br />
landschap.<br />
***Maria, Karin.<br />
**Maris, Jac.<br />
Maris, Jacob H.<br />
Geb. 25 Aug. 1837, Den Haag.<br />
Overt. 7 Aug. 1899 te Karlsbad.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie, Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur, portret, landschap. Etste, lithogr. Meester<br />
<strong>de</strong>r Haagsche School.<br />
Maris, Matthijs.<br />
Geb. 17 Aug. 1839 te Den Haag.<br />
Oven . 22 Aug.1917 te Lon<strong>de</strong>n.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur, landschap, dieren.<br />
Etste en litogr. Meester van <strong>de</strong> Haagsche School.<br />
Maris W z n., S.<br />
Geb. 21 Mei 1873 te Den Haag.<br />
Overt. 22 Jan. 1935, A'dam.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r en van <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en portret.<br />
Maris, Willem.<br />
Geb. 18 Febr. 1844 te Den Haag.<br />
Overt. 10 Oct. 1910. Les van zijn broe<strong>de</strong>rs en<br />
van <strong>de</strong> Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Weiland met vee,<br />
slootkant met een<strong>de</strong>n. Meester <strong>de</strong>r Haagsche<br />
School.<br />
Maris Jcbzn., W.<br />
Geb. 11 Juni 1872 Den Haag.<br />
Overl.?<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r en van <strong>de</strong> Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Werkte in Spanje. Landschappen.<br />
*Marius, G.<br />
Geb. 7 Juni 1854 te Hengelo.<br />
Overl. 8 November 1919, Den Haag.<br />
Les van Allebé. Ook critica. Schreef een boek over<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rl. schil<strong>de</strong>rkunst.<br />
416<br />
en<br />
Markus, A.<br />
Geb. 7 Sept. 1870 te Arnhem.<br />
Kwam on<strong>de</strong>r invloed <strong>de</strong>r Barbizonners. Portretten<br />
en Iandschap.<br />
Martens, G. G.<br />
Geb. 8 Nov. 1894 te Groningen.<br />
Les van zijn va<strong>de</strong>r. Zeegezichten.<br />
Martens, W.<br />
Geb. 1 December 1856 te Semarang.<br />
Overt. 24 Jan. 1927 te Den Haag.<br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te Parijs.<br />
Portretten en figuren buiten.<br />
Martens, Willy J.<br />
Geb. 1839.<br />
Overl. 1895.<br />
Landschappen, <strong>voor</strong>al Italiaansche.<br />
Maschhaupt, J. H.<br />
Geb. 20 November 1826 te Amsterdam.<br />
Overl. 30 Mei 1903.<br />
Portretten.<br />
**Massink, A. J.<br />
Mastenbroek, J. H.<br />
Geb. 4 Dec. 1875 te Rotterdam.<br />
Autodidact. Havengezichten.<br />
Matthes, 0. P.<br />
Geb. 24 Jan. 1872 te Koningsbergen.<br />
Autodidact. Stadsgezichten.<br />
Mauve, Anton.<br />
Geb. 18 Sept. 1838, Zaandam.<br />
Overl. 5 Febr. 1888, Arnhem.<br />
Leert. v. P. F. v. Os en W. F. Verschuur. Woon<strong>de</strong><br />
van 1886 af te Laren en werd <strong>de</strong> grootmeester <strong>de</strong>r<br />
schil<strong>de</strong>rschool, die daar ontstond. Landschappen<br />
met vee, hei<strong>de</strong>gezichten met schapen, boerenhoeven<br />
en boschgezichten. Etste.<br />
Mauve, A. R.<br />
Geb. 10 Dec. 1877 te Den Haag.<br />
Haagsche en Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap,<br />
figuur en portret (<strong>voor</strong>al zeegezichten).<br />
M a y, J. W.<br />
Geb. 24 Aug. 1792, Amsterdam.<br />
Overl.1 Juli 1866, Lon<strong>de</strong>n.<br />
Portret.<br />
Meeles, D. W.<br />
Geb. 11 Februari 1872, Deventer.<br />
Les van Allebé. Stilleven en landschap.<br />
Meeles, Th. T. C.<br />
Geb. 12 Dec. 1877 te Deventer.<br />
Avondklasse. Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Boetseer<strong>de</strong><br />
ook.
***Meeles-v. Groningen, L.<br />
Meer, E. A. V. A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 30 Jan. 1846, Den Haag.<br />
Overl. 10 Mei 1899 aldaar.<br />
Leert. van „Minerva" te Groningen. Landschappen.<br />
*Meer <strong>de</strong> Walcheren-Verbrugge,<br />
Chr. v. d.<br />
Geb. 10 Aug. 1876 te Vlissingen.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> in Italië. Litogr. ook.<br />
Mees, F. A.<br />
Geb. 27 Juli 1887 te Batavia.<br />
Over!. ?<br />
Leer!. van M. Monnickendam.<br />
Portret, dieren, stadsgezichten.<br />
**Mees, Herman.<br />
*Mees, H. Ellen.<br />
Geb. 1880 te Veendam.<br />
Les Amsterd. en Rott. Aca<strong>de</strong>mies. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> en<br />
werkte in Lon<strong>de</strong>n. Portretten.<br />
Meester, Annie Roland Holst-<strong>de</strong>.<br />
Geb. 9 Juni 1894, Rotterdam.<br />
Leert. Rott. Aca<strong>de</strong>mie en v. J. Voerman. Portretten.<br />
*Meester-Obreen, A. H. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1866 te Breda.<br />
Rijksnormaalschool en Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Stud. ook te Parijs. Weduwe van <strong>de</strong>n schrijver<br />
Johan <strong>de</strong> Meester.<br />
**Meine Jansen, J.<br />
Meiners, H. C.<br />
Geb. 19 Aug. 1819 te Amsterdam.<br />
Overt. 20 April 1894 bij Arnhem.<br />
Les van Koekkoek. Landschap.<br />
Meiners, P.<br />
Geb. 1 November 1857.<br />
Over!. 15 Oct.1903 op <strong>de</strong> Lage Vuursche.<br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret en stilleven.<br />
Etste ook.<br />
**M ei s c h k e, Ir. M. C. A.<br />
Meissner, Th. G.<br />
Geb. Jan. 1884 te Batavia.<br />
Les van Th. van Hoytema en van Haverman.<br />
Portret, naakt, stilleven en landschap.<br />
Mekkink, J.<br />
Geb. 27 Aug. 1904.<br />
Portret en stilleven.<br />
Melchers, Fr. M.<br />
Geb. 16 April 1863 te Munster.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Brussel.<br />
Landschap, figuur, intérieur, portret.<br />
Melgers, H.<br />
Geb. 11 April 1899.<br />
Aca<strong>de</strong>mie „Minerva". Groningen. Figuur en<br />
landschap.<br />
**Melis, L. G.<br />
Mets, Jack.<br />
Woont en werkt in Brabant.<br />
**Men dli k, 0.<br />
Mens, I. M. C. van.<br />
Geb. 15 Aug. 1890, Berlicum, N. Br.<br />
Autodidact.<br />
Mension, C. J.<br />
Geb. 11 Maart 1882 te Delft.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen en stadsgezichten.<br />
Vooral echter dieren. Etste.<br />
***Meppelink, G.<br />
Mertens, J. C.<br />
Geb. 1743 te Amsterdam.<br />
Over!. 1821 aldaar.<br />
Leert. v. J. M. Quinckhard.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> in Antwerpen. Figuur.<br />
Mesdag, H. W.<br />
Geb. 23 Febr. 1831, Groningen.<br />
Over!. 10 Juli 1915, Den Haag.<br />
Aanvankelijk in <strong>de</strong>n han<strong>de</strong>l en gaat na<strong>de</strong>rhand<br />
schil<strong>de</strong>ren on<strong>de</strong>r invloed van J. W. Bil<strong>de</strong>rs.<br />
Werkte te Brussel. Meester van het Ho!!. Zeegezicht.<br />
Etste en lithogr.<br />
*Mesdag-van Calcar, G.<br />
Geb. 2 Juli 1851 te Hoogezand.<br />
Overl. ?<br />
Leert. „Minerva" Groningen. Landschap en<br />
intérieur.<br />
Mesdag, Taco.<br />
Geb. 21 Sept. 1829, Groningen.<br />
Over!. Augustus 1902 te Den Haag.<br />
Leert. van „Minerva" te Groningen.<br />
Landschap (met schapen).<br />
*Mesdag-van Houten, S.<br />
Geb. 23 December 1834, Groningen.<br />
Overl. 20 Maart 1909, Den Haag.<br />
Gehuwd met H. W. Mesdag. Landschap, stillevens<br />
en dieren.<br />
Mesker, J. J.<br />
Geb. 25 Febr. 1834, Den Haag.<br />
Over!. 1890.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
27 417
Mesker, Th.<br />
Geb. 25 Febr. 1843, Den Haag.<br />
Over1. 1894.<br />
Les v. W. Marls.<br />
Figuur en stadsgezicht.<br />
Mesquita, D. Bueno <strong>de</strong>.<br />
Geb. 23 Maart 1889, A'dam.<br />
A'damsche Aca<strong>de</strong>mie ; Prix <strong>de</strong> Rome. Kleine<br />
mythologische schil<strong>de</strong>rijen. Portret en illustraties.<br />
Mesquita, H. J. Bueno <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1 Juli 1887, A'dam.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Wijd<strong>de</strong> zich later a. d. Kunstnijverheid.<br />
Mesquita, S. Jessurun <strong>de</strong>.<br />
Geb. 6 Juni 1868, A'dam.<br />
Autodidact. Figuur en dieren. Grafisch kunstenaar.<br />
On<strong>de</strong>rscheid<strong>de</strong> zich door houtsne<strong>de</strong>n.<br />
**Mettez, Frans.<br />
Metzelaar, C.<br />
Geb. 1846, A'dam.<br />
Overl. 1881, A'dam.<br />
Les v. Karssen en P. F. Greive. Landschap.<br />
Werkte te Parijs.<br />
Metzoldt, M.<br />
Geb. 19 Mei 1859.<br />
Overt. ?<br />
Berl. en Antw. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en intérieur.<br />
Meulemans, A.<br />
Geb. 24 Aug. 1766, R'dam.<br />
Over!. 30 Mei 1835, Den Haag.<br />
Intérieurs.<br />
*Meulen, Antonia Elisabeth ter.<br />
Geb. 30 Oct. 1886.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Portret, dieren en stilleven.<br />
Meulen, F. P. ter.<br />
Geb. 9 Maart 1843.<br />
Overt. 11 Juni 1927, Den Haag.<br />
Les v. H. v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen.<br />
Landschap met schapen, on<strong>de</strong>r invloed van<br />
Mauve.<br />
***Meulen, Ony ter.<br />
Meurs, Harmen.<br />
Geb. 17 Jan. 1891.<br />
Figuur, landschap en stilleven.<br />
**Meurs, Jan van.<br />
Meyer, A. P. van.<br />
Geb. 27 Jan. 1899, Zaandam.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie, A'dam. Stillevens, landschap en<br />
figuur.<br />
418<br />
***Meyboom.Meyboom, L. H. F.<br />
Meyer, Henk.<br />
Geb. 22 Dec. 1884.<br />
Les „Minerva", Groningen. Hoof dleeraar Haagsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Portret.<br />
Meyer, Joh.<br />
Geb. 5 April 1885, A'dam.<br />
Leerl. v. A. M. Gorter. Landschap.<br />
Meyer, J. H. Louis.<br />
Geb. 9 Maart 1810.<br />
Overl. 31 Maart 1866.<br />
Les v. J. W. Pieneman. Meester van het zeegezicht.<br />
***Meyer_Smets, A. J.<br />
**Meyer, Sal.<br />
Meyer, Ton.<br />
Geb. 17 Maart 1892, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverheid. Werkte in Frankrijk<br />
en Spanje. Portret, landschap en stilleven.<br />
**Meyers. F.<br />
**Meys, Louis.<br />
Michaëlis, G. J.<br />
Geb. 1775, A'dam.<br />
Overl. 31Oct. 1857, Haarlem.<br />
Landschap.<br />
**Michel, P. J.<br />
**Mie<strong>de</strong>ma,<br />
J.<br />
**Min<strong>de</strong>rman, W.<br />
Minne, Mr. E. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 2 Dec. 1883, Zevenbergen.<br />
Overt. 4 Dec. 1932.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret, figuur en stilleven.<br />
Miolee, A.<br />
Geb. 2 April 1879 te Vlissingen.<br />
Kunstnijverh. school, Haarlem.<br />
Landschappen.<br />
Miranda, A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 12 Sept. 1888, A'dam.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en dieren.<br />
*Mirandolle, E.<br />
Geb. Dec. 1870, R'dam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur. Etste.
Moen, Chr. A.<br />
Geb. 9 Maart 1878 te Amsterdam.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverh. Aca<strong>de</strong>mie Amsterdam.<br />
Figuur, portret, bloemen.<br />
M o e n s, J. F.<br />
Geb. 14 Augs. 1856 te Edam.<br />
Overl. ?<br />
Autodidact. On<strong>de</strong>rging <strong>de</strong>n invloed <strong>de</strong>r Barbizonners.<br />
Moerkerk, H.<br />
Geb. 2 Maart 1879, Den Bosch.<br />
Les van Th. van Kempen. Illustrator. Teekenaar<br />
van caricaturen.<br />
*Moes, Wally.<br />
Geb. 16 Nov. 1856, Amsterdam.<br />
Overl. 1918 te Laren.<br />
Leerlinge van AIIebé. Intérieur en figuur. Etste<br />
ook.<br />
**Mogendorf f, Ro.<br />
Mol, W.<br />
Geb. 21 Maart 1785 te Haarlem.<br />
Overl. 30 Augs. 1857 aldaar. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> te<br />
Parijs. Portretten.<br />
**Molen, Tom v. d.<br />
Molkenboer, A.<br />
Geb. 8 April 1872, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Rijksnormaalschool T.O. en Rijksacad. A'dam.<br />
Figuur. Ook caricatuur, en in latere jaren wandschil<strong>de</strong>ring<br />
en mozaïek.<br />
Molkenboer, Th.<br />
Geb. 23 Febr. 1871, Amsterdam.<br />
Overl. 1 Dec. 1920 te Lugano.<br />
Leerl. Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> T.O. A'dam,<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portretten en figuur. Wijd<strong>de</strong><br />
zich ook a. d. Kunstnijverheid.<br />
M o l 1, E.<br />
Geb. 15 December 1878, Voorburg.<br />
Autodidact. Werkte te Parijs en Lon<strong>de</strong>n. Rivieren<br />
zeegezichten.<br />
**M o 11, T.<br />
Molijn, P. M.<br />
Geb. 9 Juli 1819.<br />
Overl. 28 April 1849, Antwerpen.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Mondriaan, Fr.<br />
Geb. 16 April 1853 te Den Haag.<br />
Overle<strong>de</strong>n ?<br />
Ontving raad van W. Mais.<br />
Landschappen en intérieurs.<br />
Mondriaan, P.<br />
Geb. 7 Maart 1872, Amersfoort.<br />
Kreeg les van zijn oom F. Mondriaan. Amsterd.<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en landschap. Later schil<strong>de</strong>r<br />
van „abstracte kunst".<br />
Mondt, J. A.<br />
Geb. 5 Maart 1859, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Les v. Roermeester. Landschappen.<br />
Monnickendam, M.<br />
Geb. 25 Febr. 1874, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> en werkte te<br />
Parijs. Stadsgezicht, portret, landschap. Reis<strong>de</strong><br />
in Italia.<br />
M o o g, F. A.<br />
Geb. 4 Oct.1884.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stadsgezicht.<br />
**Mooihuizen, J. J.<br />
Landschap en portret.<br />
**Moor, Chr. <strong>de</strong>.<br />
**Moor, Corn. <strong>de</strong>.<br />
Moor, P. Cornelis <strong>de</strong>.<br />
Geb. 28 Mei 1866.<br />
Les op <strong>de</strong> Rott., Antw. en Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Reis naar Jeruzalem. Figuur, landschap, dieren<br />
en bloemen.<br />
**M o o y, F. A.<br />
M o o y e n, P. A. J.<br />
Geb. 26 Juni 1879, Kloetinge (Zeel.).<br />
Antw. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Morel, I. Vaarzon.<br />
Geb. 1803 te Amsterdam.<br />
Overl. 20 Febr. 1876 te Gorinchem.<br />
Bloemen.<br />
*Morel, Petronella.<br />
Geb. 15 Juni 1905 te Oosterbeek.<br />
Les van haar va<strong>de</strong>r. Dieren en illustraties.<br />
Morel, W.<br />
Geb. 26 Maart 1901 te Arnhem.<br />
Les van zijn va<strong>de</strong>r. Landschap, stilleven en<br />
intérieur.<br />
Morel, W. F. A. J. (noemt zich Vaarzon<br />
Morel) .<br />
Geb. 9 Augs. 1868 te Zutphen.<br />
Kunstnijverheidschool Haarlem. Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong>, etste en lith. Illustrator.<br />
419
Moret, Chr.<br />
Geb. 25 Augs. 1870, A' clam.<br />
Rijksnormaalschool T.O. A'dam.<br />
Moritz, L.<br />
Geb. 29 Oct. 1773 te Den Haag.<br />
Overt. 23 November 1850, Amsterdam.<br />
Portret-, figuur- en historieschil<strong>de</strong>r.<br />
**Moulijn, E.<br />
Moulijn, S.<br />
Geb. 20 Juli 1866 te Rotterdam.<br />
Rotterd. en Amst. Aca<strong>de</strong>mies. Landschappen.<br />
Etst ook. Lithografeert <strong>voor</strong>al.<br />
'k H. C. van.<br />
**Hoort , .<br />
**Mourik, J. van.<br />
*Mouthaan, P. J. G. v. Heukelom.<br />
Geb. 29 Jan. 1892 te Vrijenban.<br />
Stud. bij Prof. O<strong>de</strong> en Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
**Mul<strong>de</strong>r, A. B. J.<br />
Mul<strong>de</strong>r, J. Ch. A. W.<br />
Geb. 30 Maart x895.<br />
Autodidact. Geen speciaal genre.<br />
**Mul<strong>de</strong>r, J. L.<br />
Mul<strong>de</strong>r, L.<br />
Geb. 9 April 1822.<br />
Over!. 1908.<br />
Werkte o.a. in Italië. Stillevens.<br />
**Mul<strong>de</strong>r, Petrus.<br />
**Mul<strong>de</strong>r, Riet.<br />
**Mul<strong>de</strong>r, W.<br />
Muller, G. F.<br />
Geb. 20 Jan. 1861, Amsterdam.<br />
Overt. 26 Maart 1929.<br />
Amsterd. en Antw. Aca<strong>de</strong>mies. Werkte in Spanje,<br />
Algiers, België en Frankrijk. Portretten en landschap.<br />
*Muller-Bos, Tini.<br />
Geb. 4 Dec. 1911.<br />
Rijksinst. v. Teekenleeraren. Bloemen en fruit.<br />
Munninghoff, Xeno.<br />
Geb. 25 Augs. 1873 Deventer.<br />
Stud. te Deventer en A'dam. Landschappen.<br />
***Munninghof f-v. Vliet, M. J.<br />
Munthe, G. Morgenstjerne.<br />
Geb. 7 Augs. 1875 te Diisseldorp.<br />
Aca<strong>de</strong>mie aldaar. Zee- en strandgezichten.<br />
420<br />
Muys, Nic.<br />
Geb. 1740, Rotterdam.<br />
Over!. 1808, aldaar.<br />
Genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Muysenberg, Toon v. d.<br />
Geb. 17 Febr. 1901.<br />
Les v. D. Kruizinga. Autodidact. Landschap,<br />
stadsgezicht en stilleven.<br />
**M ij e, D. v. d.<br />
**Naar<strong>de</strong>n, Is.<br />
**Naastepad, P.<br />
Nachenius, J. C.<br />
Geb. 12 Augs. 1890, Soest.<br />
Les v. Haverkamp en Voerman. Landschap.<br />
N a c h t w e h, J. H. F. C.<br />
Geb. 21 Febr. 1875, Deventer.<br />
Overl. 1 Maart 1941, Rotterdam.<br />
Leert. Rijksaca<strong>de</strong>mie. Was leeraar a.d. Roil.<br />
Aca<strong>de</strong>mie.<br />
N a k k e n, W. C.<br />
Geb. 9 April 1835, Den Haag.<br />
Over!. 4 Jan. 1926.<br />
Les v. A. F. Dona en op Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Paar<strong>de</strong>n in landschap. Werkte in <strong>de</strong> Ar<strong>de</strong>nnen en<br />
in Normandië.<br />
Nanninga, D. B.<br />
Geb. 15 Sept. 1868, Arnhem.<br />
Stilleven en Iandschappen in pastel en olieverf.<br />
Etst.<br />
**Nanninga, F. C.<br />
Nardus, L.<br />
Geb. 1868, Utrecht.<br />
Les Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
Nat, W. H. v. d.<br />
Geb. 4 Sept. 1864, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Autodidact. Lith., illustr., landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Ook vee.<br />
Nauta, Max.<br />
Geb. 2 April 1896, Deventer.<br />
Leerl. Rijksschool v. Kunstnijverh. en Rijksacad.<br />
A'dam. Figuur, ook gebrandschil<strong>de</strong>rd glas.<br />
Nek, H. van.<br />
Geb. 24 Augs. 1881, Zaan di j k.<br />
Rijksac. A'dam. Stilleven.
*Neree tot Babberich v. Houten, C.<strong>de</strong>.<br />
Geb. 4 Mei 1858 te Curaçao.<br />
Over!. ?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. BIoemen en figuur, <strong>voor</strong>al<br />
geborduurd.<br />
Neree tot Babberich, C. H. K. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 18 Maart 1880.<br />
Overl.19 Oct. 1901 te Todtmos.<br />
Illustrator on<strong>de</strong>r invloed van Beardsly.<br />
Neree tol Babberich, Fr. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 13 Febr. 1882.<br />
Broe<strong>de</strong>r v. C. H. K.<br />
Naakt, bloemen en caricaturen.<br />
Net, G. van 't<br />
Vindt inspiratie bij Cezanne. Lithografeert.<br />
**Neuberger, S. E.<br />
**Neuhuys, Albert.<br />
Neuhuys, J.<br />
Oudste broe<strong>de</strong>r v. J. Albert Neuhuys. Antw.<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Neuhuys, J. AIbert.<br />
Geb. 10 Juni 1844, Utrecht.<br />
Over!. 6 Febr. 1914, Locarno.<br />
Les v. G. Craeyvanger en op <strong>de</strong> Antw. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Aanv. portretten en historiestukken, wordt na<strong>de</strong>rhand<br />
<strong>de</strong> meester v. 't boerenintérieur te Laren.<br />
Neuhuys, J. H.<br />
Geb. 7 April 1841, Utrecht.<br />
Overt. Maart 1890, Warmond.<br />
Leer!. v. z. broe<strong>de</strong>r Albert en v. d. Antw. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen.<br />
**Neujean, A. B.<br />
Neumann, J. H.<br />
Geb. 1819, Keulen.<br />
Over!. 1898, Den Haag.<br />
Leert. v. J. A. Kruseman en N. Pieneman.<br />
Portretten. Zijn dochter Clasina maakte ook<br />
portretten.<br />
**Neut, M. v. d.<br />
**Neven, G. A.<br />
Nicolaas Jr. Joh.<br />
Geb. 14 Juni 1885, A'dam.<br />
Leer!. v. G. W. Knap en H. M. Krabbé. Schil<strong>de</strong>r<br />
en etser.<br />
Nicolas, Joep A. H. F.<br />
Geb. 6 Oct. 1897, Roermond.<br />
Rijksschool Kunstnijverh. A.dam. Figuurschil<strong>de</strong>r<br />
en glazenier.<br />
***Nie-van Ni e, J. M. v.<br />
Niehaus, Kasper.<br />
Geb. 29 Oct. 1889, Groningen.<br />
Leerl. v. d. Acad. „Minerva", Groningen en<br />
Rijksacad. A'dam. Figuur, landschappen.<br />
**Niehorster, Leo.<br />
Niekerk, C. C. van.<br />
Geb. 22 Jan. 1897, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r, etser, lith. en<br />
vervaardigt houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Niekerk, M.<br />
Geb. 11 Sept. 1871, A' dam.<br />
Leert. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Niemantsverdriet, J. F.<br />
Geb. 12 Nov. 1885 te Kolimaro.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven. Etst.<br />
Nieweg, J.<br />
Geb. 26 Mei 1877 te Hoogebeintum.<br />
Predikant. Schil<strong>de</strong>rles v. H. P. Bremmer. Landschap.<br />
**Nieuwenhoven, Willem van.<br />
Nieuwenhuis, A. J.<br />
Geb. 21 Juli 1865, Deventer.<br />
Stu<strong>de</strong>er<strong>de</strong> in zijn geboorteplaats bij J. Striening<br />
en Baukema en te Delft bij Tetar v. Elven en<br />
A. Ie Comte.<br />
*Nieuwenhuis, E.<br />
Geb. 1882, Utrecht.<br />
Les v. Sarah Hense te Zeist.<br />
Acad. A'dam. Illustreert.<br />
Nieuwenhuis, Th.<br />
Geb. 26 April 1866.<br />
Les Rijksschool v. Kunstnijverh. Wijd<strong>de</strong> zich<br />
later uitsluitend aan <strong>de</strong> Kunstnijverheid.<br />
Nieuwenkamp, W. 0. J.<br />
Geb. 27 Juli 1874, A'dam.<br />
Autodidact. Etste en sneed in hout. Reizen naar<br />
Indië, woont te Florence.<br />
**Nieuwenhuyzen, L. v. d.<br />
Ni f teri k, G. van.<br />
Geb. 6 Juni 1886, A'dam.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
**Ninaber v. Eyben, A.<br />
Noord, J. L. v.<br />
Geb. 18 Mei 1878, Hin<strong>de</strong>loopen.<br />
Over!. 13 Juni 1937, Soest.<br />
Eerste opl. te Heerenveen en daarna te A'dam.<br />
421
**Noor<strong>de</strong>n, Frans.<br />
*Noor<strong>de</strong>wier, Gr.<br />
Geb. 6 Nov. 1869.<br />
Overt. 30 Sept. 1916.<br />
Les van Le Comte.<br />
**Noor<strong>de</strong>wier, Dr. M.<br />
**Noordijk, Willem.<br />
Nooy, W. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1765 te Nijkerk.<br />
Overl. ?<br />
Stadsgezichten.<br />
**Nor<strong>de</strong>n, Hans van.<br />
Noteboom, D,<br />
Geb. 19 Mei 1877, R'dam.<br />
Acad. Rotterdam ; ging naar Indië.<br />
Numan, H.<br />
Geb. 1744 te Ezinge.<br />
Overl. 8 Maart 1820, A'dam.<br />
Leerl. v. z. va<strong>de</strong>r. Portret.<br />
N u y en, W. J. J.<br />
Geb. 4 Maart 1813, Den Haag.<br />
Overl. 2 Juni 1839.<br />
Kerkintérieurs, stads- en riviergezichten. Romantisch<br />
schil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
Nyland, D. Hid<strong>de</strong>.<br />
Geb. 2 April 1881 te Dordrecht.<br />
Les van Derkin<strong>de</strong>ren. Landschap, rivier- en stadsgezicht,<br />
figuur en portret. Graficus. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Nijland, J. C.<br />
Geb. 16 Augs. 1888 te Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stillevens. Boetseer<strong>de</strong> ook.<br />
Obbes, J. F.<br />
Geb. 30 Nov. 1869, Assen.<br />
Les van Zilcken. Etst en lith.<br />
Obbes, L.<br />
Geb. 15 Dec. 1875.<br />
Autodidact. Waterverf- en penteekeningen.<br />
Oberman, A.<br />
Geb. 1781, A'dam.<br />
Oven .1845, A'dam.<br />
Dieren. Etste.<br />
Ocker, J.<br />
Geb. 9 Augs. 1882, A'dam.<br />
Aca<strong>de</strong>mie aldaar. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Oepts, Willem.<br />
422<br />
Oer<strong>de</strong>r, F. D.<br />
Geb. 7 April 1867, Rotterdam.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Portret en stilleven. Reist naar<br />
Z.-Afrika.<br />
**Oever, 0. ten.<br />
Of f ermans, Tony L. G.<br />
Geb. 8 Nov. 1854, Den Haag.<br />
Overl. 23 Augs. 1911 te Laren.<br />
Les v. B. J. Blommers. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Oger, AIb. L.<br />
Ol<strong>de</strong>welt, Ferdinand L. W.<br />
Geb. 19 Augs. 1857 te A'dam.<br />
Overl. 22 April 1935 te Laren.<br />
Amst. en Antw. Aca<strong>de</strong>mies. Later hoogleeraar.<br />
Rotterd. Acad. Portretten, bloemen en stadsgezichten.<br />
**Olff, C.<br />
**Oltermeyer, P.<br />
On<strong>de</strong>rwater, H. Th. Court.<br />
Geb. 6 Augs. 1877, Dordt.<br />
Overl. 8 Mei 1905.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Intérieur, figuur, portret.<br />
Oort, J. M. van.<br />
Geb. 29 Mei 1867 te Sluis.<br />
Over!. 12 Oct. 1938, Geldrop (N.B.).<br />
Amsterd. Acad. Volkstypen en dieren. Aquarellist.<br />
**Oortmessen, J. v.<br />
Oosterzee, H. A. van.<br />
Geb. 5 Dec. 1863, Rotterd.<br />
Overt. 12 Mei 1933.<br />
Les v. Striening en Gabriel. Landschappen. Etste<br />
en lith.<br />
**Oosthout, L.<br />
*Oosting, A. J. W. Bieruma.<br />
Geb. 5 Febr. 1898, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Les school v. Kunstnijverh. Haarlem. Etst.<br />
Oppenoorth, W. J.<br />
Geb. 2 Oct. 1847, A' dam.<br />
Over!. 19 Mei 1905, Den Haag.<br />
Aca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
***Op 't Landt, A.<br />
Opzoomer, S.<br />
Geb. 19 Sept. 1819, R'dam.<br />
Overl. 1878 te Antwerpen.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.
Ortiz Echaque, A.<br />
Geb. 1883 te Guadalajara.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Julian te Parijs. Portrettist. Deze<br />
Spanjaard werkte geruimen tijd in Ne<strong>de</strong>rland.<br />
Os, A. van.<br />
Geb. 6 Febr. 1888.<br />
Overl. 21 Oct. 1940. Aca<strong>de</strong>mie, R'dam.<br />
O s, G. J. J. van.<br />
Geb. 20 Nov. 1782, Den Haag.<br />
Overl. 23 Juli 1861, Parijs.<br />
Stillevens, bloemstukken, landschap.<br />
O s, J. v.<br />
Geb. 23 Febr. 1744, Mid <strong>de</strong>lharnis.<br />
Overt. 7 Febr. 1808, Den Haag.<br />
Bloemen.<br />
**O s, J. P. C.<br />
*0 s, M. M. van.<br />
Geb. 1780, Den Haag.<br />
Over!. 17 Nov.1862, aldaar.<br />
Stillevens.<br />
Os, P. F. van.<br />
Geb. 1808.<br />
Overt. 1860.<br />
Inspireer<strong>de</strong> zich op Paulus Potter. Leermeester v.<br />
Mauve.<br />
Os, P. G. van.<br />
Geb. 8 Oct. 1776, Den Haag.<br />
Over!. 28 Maart 1839, aldaar.<br />
Les v. z. va<strong>de</strong>r J. v. Os, Dieren.<br />
Os-Delhez, Henri van.<br />
Geb. 20 Nov. 1880, Nieuwer AmsteI.<br />
Les v. A. M. Gorter. Landschap en stilleven.<br />
*Osieck, B. Westendorp.<br />
Geb. 29 Dec. 1880 te A'dam.<br />
Les v. Lizzy Ansingh en <strong>de</strong> Amst. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portretten, stillevens, stadsgezichten.<br />
Offerbeek, J. H.<br />
Geb. 31 Juli 1839, Den Haag.<br />
Over!. ?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten.<br />
**Oud, Tames.<br />
**Ouwersloot,<br />
Oven, C. van.<br />
Geb. 21 Sept. 1883 te Dordt.<br />
Antw. en Brusselsche Aca<strong>de</strong>mies. Portretten.<br />
J.<br />
Overbeek, G. J. van.<br />
Geb. 19 Juli 1882 te Dordt.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Dieren.<br />
*Oyen, Dorine van.<br />
Geb. 30 Sept. 1887, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en landschap.<br />
Ovens, D.<br />
Geb. 29 Juli 1842 te Amsterdam.<br />
Over!. 1902 te Brussel.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd te Brussel. Portret, intérieur, landschap.<br />
Meester van het intérieur.<br />
Oyens, P.<br />
Geb. 29 Juli 1842 te Amsterdam.<br />
Overl. 1894 te Brussel.<br />
Gestu<strong>de</strong>erd te Brussel. Landschap, intérieur.<br />
Als zijn broe<strong>de</strong>r D. Oyens schil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
**Pabst, C. J.<br />
Geb. 12 Nov. Woer<strong>de</strong>n.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven, landschap enz.<br />
P a b s t, J. C.<br />
Geb. 12 Aug. 1853 te Den Haag.<br />
Overl.?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschap, intérieur.<br />
*Paehlig, Hanny.<br />
PaereIs, W.<br />
Geb. 15 Juli 1878 te Delft.<br />
Schil<strong>de</strong>r<strong>de</strong> in Scheveningen, Rotterdam, Brussel<br />
en Parijs.<br />
Landschap, stilleven. Etste.<br />
Paets, B. Th.<br />
Geb. 13 Juli 1872 te Woer<strong>de</strong>n.<br />
Landschap.<br />
**Pakkoo, A.<br />
***Pallandt, C. Bar. v.<br />
***Palstra-Hesterman,<br />
**Pan<strong>de</strong>r, J.<br />
***Pannekoek van Bemmel, G.<br />
*Paré, H. M.<br />
Geb. 14 Juli 1896 te Druten.<br />
Les van J. van Vucht Tijssen, Albert Roelofs en<br />
W. van Konijnenburg.<br />
**Paré, Ru.<br />
Paul, Jean.<br />
Geb. 1922.<br />
M.<br />
Pauli<strong>de</strong>s, H.<br />
Geb. 19 Juli 1892, Utrecht.<br />
Leert. v. Klaas v. Leeuwen en <strong>de</strong> Rijksaca<strong>de</strong>mie<br />
A'dam. Figuurschil<strong>de</strong>r. Ook wandschil<strong>de</strong>ring;<br />
maakt een reis naar Indië.<br />
423
**Pauw, M.<br />
*Peere, W. d' Auméri- van.<br />
Geb. 27 Dec. 1962, R'dam.<br />
Over!. 23 Dec. 1938 aldaar.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Rotterdam.<br />
**Peeters, J.<br />
Peizel, B.<br />
Geb. 6 Aug. 1887 te Veendam.<br />
Rijksnormaalschool v. T. 0. A'dam.<br />
Portret, bloemstukken en stadsgezichten.<br />
Pelt, G. Th. M. van.<br />
Geb. 17 Jan. 1873 te Antwerpen.<br />
Overt.?<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. BIoemen.<br />
**Penning, R.<br />
**Pennings, Jan H.<br />
***Pesch, C. R. v.<br />
Peski, M. F. van.<br />
Geb. 19 Mei 1889 R'dam.<br />
Les van Jan Voerman te Hattum.<br />
**Pessers, Henriette.<br />
**Peterich, Lukas.<br />
**Peters, P.<br />
**Petri, J. J.<br />
Philippeau, K. F.<br />
Geb. 31 Aug. 1825 te Amsterdam.<br />
Overt. 15 April 1897 te Princenhage.<br />
Amsterdamsche en Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mies.<br />
Figuur.<br />
Philippi, J. R. Th.<br />
Geb. 1 Febr. 1871 te Rotterdam.<br />
Over!. 10 Aug. 1914 te Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap met koeien.<br />
*Pieck, A. J.<br />
Geb. 29 April 1894 te Scheveningen.<br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie; les van Knip.<br />
Landschap, bloemen en figuur.<br />
*Pieck, Gretha.<br />
Geb. 16 Aug. 1898 te Amsterdam.<br />
Overt. 31 Maart 1920.<br />
Les van Knip en Toon <strong>de</strong> Jong.<br />
Penteekeningen. Etste. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
424<br />
Pieck, H. C.<br />
Geb. 19 April 1895, <strong>de</strong>n Hel<strong>de</strong>r.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie; schil<strong>de</strong>r en illustrator.<br />
***Pieneman, Johanna.<br />
Pieneman, J. W.<br />
Geb. 7 Nov. 1779, Abcou<strong>de</strong>.<br />
Over!. 8 April 1853, A'dam.<br />
Autodidact. Portret- en historieschil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
Pieneman, N.<br />
Geb. 1 Jan. 1810, Amersfoort.<br />
Over!. 30 Dec. 1860, A'dam.<br />
Leert. v. z. va<strong>de</strong>r J. W. Portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Pieters, Evert.<br />
Geb. 11 Dec. 1856, A'dam.<br />
Overl. 17 Febr. 1932, Laren.<br />
Leert. v. Theod. Verstraeten te Antwerpen.<br />
Schil<strong>de</strong>r v. h. Larensche boerenleven.<br />
**Pieterse, M.<br />
Pietersen, Joh.<br />
Geb. 23 Dec. 1893, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap, Stilleven. Ook<br />
etser.<br />
**Pinkhof, L.<br />
PIas, Adr. v. d.<br />
Geb. 31 Jan. 1899.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Ook graficus.<br />
Plas, W. P. v. d.<br />
Geb. 10 Febr. 1913 te U<strong>de</strong>nhout N.-Br.<br />
stud. Rijksinst. v. Teekenlcer te A'dam en Antw.<br />
Aca<strong>de</strong>mie. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
*Plekker-Muller, B.<br />
Geb. 1887 te Heerlen.<br />
Landschap, stilleven, bloemen.<br />
Pletser, J.<br />
Geb. 25 Juni.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven, landschap.<br />
PIuymers, Toon.<br />
Geb. 25 April 1910, Mid<strong>de</strong>lburg. d <strong>de</strong>lburg.<br />
Figuur, Iandschap en stilleven.<br />
*Poel, Fem.<br />
Geb. 6 Jan. 1902.<br />
Stilleven, bloemen en landschap.<br />
Poesiat, Henk B.<br />
Geb. 25 Jan. 1913.<br />
Utrechtsche Vrije Aca<strong>de</strong>mie.
Poggenbeek, G. J. H.<br />
Geb. 20 Juli 1853, A'dam.<br />
Overt. 4 Jan. 1903 aldaar.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r, wei<strong>de</strong>n met vee. Meester <strong>de</strong>r<br />
Amsterdamsche School.<br />
Pointl, Chr.<br />
Geb. 19 Dec. 1889.<br />
Portret, stilleven, figuur.<br />
*Pointl_Marcus, Henr.<br />
Geb. 9 Juni 1891.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Portret, stadsgezicht, landschap.<br />
Poi, A. v. d.<br />
Geb. 4 Nov. 1886.<br />
Impressionisme.<br />
Pol<strong>de</strong>rman, H. N.<br />
Geb. 17 April 1886 Nieuwland bij Leerdam;<br />
te Arnhem „Kunstoefening" en Rijksnormaalschool<br />
v. T. 0. te A'dam.<br />
Poll, Herbert v. d.<br />
Geb. 23 April 1877, A'dam.<br />
Les v. Hobbe Smith en Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
Dierenschil<strong>de</strong>r, ook portretten.<br />
Poll, Jkvr. J. v. d.<br />
Geb. 30 Dec. 1872.<br />
Pollones, J. A.<br />
Geb. 23 Sept. 1882, A'dam.<br />
Les v. Hart-Nibbrig en Jan Veth.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r. Werkte te Parijs.<br />
PoIvliet, B. J. W.<br />
Geb. 2 Dec. 1869 te Schoonhoven.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Ponsioen, J.<br />
Ponstijn, J. P.<br />
Geb. 3 Oct. 1883 te A'dam.<br />
Rijksnormaalschool <strong>voor</strong> T. 0. aldaar. Bloemen.<br />
Ook als sierkunstenaar werkzaam geweest.<br />
**P o o l e, S. le.<br />
Poortenaar, Jan.<br />
Geb. 23 Juli 1886.<br />
Portret, stilleven en stadsgezichten. Vooral graficus.<br />
Poorter, B. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1813.<br />
Overl. 1880.<br />
Bij 't Kunston<strong>de</strong>rwijs te A'dam werkzaam.<br />
Port, Justin v. d.<br />
Geb. 9 Mei 1895.<br />
Portret, landschap enz.<br />
Portman, G. J. L.<br />
Geb. 20 Oct. 1779, A'dam.<br />
Overl. 18 Oct. 1867, Parijs.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r. Leermeester van P. F. Greive.<br />
**Postma, H. N.<br />
Pothast, B. J. C.<br />
Geb. 30 Nov. 1882.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie en Ecole <strong>de</strong>s Beaux Arts Parijs.<br />
Figuur en intérieur.<br />
Pou<strong>de</strong>royen, C.<br />
Geb. 20 April 1868, Rotterdam.<br />
Leerl. v. Jan Striening aldaar. Landschap.<br />
Werkz. bij het Kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
**Prange, J. M.<br />
Graficus.<br />
Prikker, J. Thorn.<br />
Geb. 6 Juni 1868, Den Haag.<br />
Overt.?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Monumentaal schil<strong>de</strong>r. Glas<br />
in Lood. Etste. Lith.<br />
Prins, B.<br />
Geb. 21 Jan. 1860, Arnhem.<br />
Overt. 4 Oct. 1934, A'dam.<br />
Amsterdamsche en Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuren.<br />
Prins, Claas.<br />
Geb. 22 Jan. 1903.<br />
Landschap.<br />
Prins, J. H.<br />
Geb. 1758, Den Haag.<br />
Overl. 1806, Utrecht.<br />
Stadsgezichten. Etste.<br />
**Prins, L. K. C.<br />
Prins, R.<br />
Geb. 25 April 1905.<br />
Autodidact. Landschap.<br />
Proost, J.<br />
Geb. Geervliet.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschap, figuur. Etste.<br />
Prooyen, A. J. van.<br />
Geb. 7 Sept. 1834, Groningen.<br />
Overl.?<br />
Landschappen.<br />
425
*Psicha, F.<br />
Geb. 9 April 1866, Brussel.<br />
Leert. v. Marie Wandscheer. Amsterdamsche<br />
Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Boetseeren, Etste.<br />
PuffeIen, C. van.<br />
Geb. 16 Juni 1859, Mid<strong>de</strong>lburg<br />
Over!. 1921, Den Haag.<br />
Rotterdamsche en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
***Putten-Lanzing, H. van.<br />
Puyl, I. F. G. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 4 Maart 1750, Utrecht.<br />
Overt. 1807.<br />
Portrettist.<br />
Puype, P.<br />
Geb. 13 Sept. 1874.<br />
Rijksschool v. Kunstnijverheid.<br />
Pijnenburg, R. M.<br />
Geb. 19 Febr. 1884, Vught.<br />
Les v. P. H. Slager te Den Bosch en Antw. Acad.<br />
Werkte veel in Spanje en Marokko. Figuur.<br />
***Pijpers, Edith.<br />
Raalte, M. van.<br />
Geb. 31 Dec. 1873, Rotterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie en M. v. d. Valk.<br />
Figuur. Stadsgezichten. Etste.<br />
**Raag, J. v.<br />
Rabbers, E.<br />
Geb. 31 Jan. 1875, Hengelo.<br />
Autodidakt.<br />
Rackwitsz, F.<br />
Geb. 19 Juni 1887, Rotterdam.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen. Etste.<br />
Rackwitsz, P.<br />
Geb. 8 Maart 1892, Rotterdam.<br />
Autodidakt, Romant. landschap. Etste.<br />
Raemaekers, L.<br />
Geb. 6 April 1869, Roermond.<br />
Werkte te Amsterdam, Brussel, Parijs.<br />
Portretten, Landschap, Genre. Maakte naam als<br />
teekenaar van politieke prenten in <strong>de</strong>n wereldoorlog.<br />
*Ranitz, Jkvr. E. <strong>de</strong>.<br />
Les o.a. van Martin Monnickendam. Bloemen,<br />
landschap, interieur en portret.<br />
426<br />
Ranitz, Jhr. S. M. S. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 1847, Nijmegen.<br />
Overl. Den Haag.<br />
Landschap, bloemen.<br />
Rappard, A. G. A. Rid<strong>de</strong>r van.<br />
Geb. 14 Mei 1858, Zeist.<br />
Overl. 1892 Santpoort.<br />
Rijks Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Intérieurs, Scenes uit fabrieken. Etste.<br />
Ravenzwaay, J. van.<br />
Geb. 29 Nov. 1789, Hilversum.<br />
Over!. 2 Maart 1869, Hilversum.<br />
Leerling P. G. v. Os. Dierstukken.<br />
**Rebel, J.<br />
Reekers, H.<br />
Geb. 21 Sept. 1815, Haarlem.<br />
Over1.15 Mei 1854, Haarlem.<br />
Leert. Joh. Reekers en G. J. v. Os.<br />
Vruchten, bloemstukken. Lith.<br />
Reekum, J. van.<br />
Geb. 31 Mei 1877, Rotterdam.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen, Dieren.<br />
**Reel p, L.<br />
*Rees, E. van.<br />
Geb. 15 Mei 1890, Buitenzorg.<br />
Leer!. B. Schregel.<br />
Pastel, Aquarel, Penteekenen.<br />
Rees, Koen, v.<br />
Geb. 5 April 1885.<br />
Aca<strong>de</strong>mie R'dam<br />
Landschap en figuur.<br />
Rees, 0. van.<br />
Geb. 20 April 1884 Freiburg.<br />
Leert. van Toorop.<br />
Landschappen. Decoratief figuurschil<strong>de</strong>r. Lith.<br />
Rees, W. K. van.<br />
Geb. 1 Juli 1880.<br />
Leerling school <strong>voor</strong><br />
bloemen, stilleven.<br />
**Regout, G.<br />
R e g t, P. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 3 Juni 1877.<br />
Leerling van Markus.<br />
Landschappen. Etste.<br />
kunstnijverheid. Portret,<br />
*Regteren Altena, M. van.<br />
Geb. 19 Sept. 1866.<br />
Overl. 10 Oct. 1908 te Apeldoorn.<br />
Leerling J. Veth. Portret en figuur.
Regteren Altena, M. E. van.<br />
Geb. 28 Dec. 1868, Amsterdam.<br />
Leerlinge G. Poggenbeek en Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Stillevens. Een van <strong>de</strong> Amsterd. Joffers.<br />
**R e h m, H.<br />
Reicher, A. F.<br />
Geb. 1858, Kampen.<br />
Oven .1937.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Etste. Stadsgezichten.<br />
**Reiher, H.<br />
Rein<strong>de</strong>rs, W. F.<br />
Geb. 18 Febr. 1881, Noordlaren.<br />
Groningsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen.<br />
**Reitman, F. H. P.<br />
**Reitsma Valenta, E.<br />
Reitz, S. C. Bosch.<br />
Geb. 20 Febr. 1860, Amsterdam.<br />
Overl.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Mïinchen.<br />
Landschappen.<br />
***Remhof f.Behrens, Di.<br />
**Remiens, A.<br />
**Remmen, H. v.<br />
Remmers, J. W.<br />
Geb. 8 Dec. 1874, Rotterdam.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Antwerpen.<br />
Rensburg, E.<br />
Geb. 1872, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Etser.<br />
*Repelaer van Driel, Jkvr. C.<br />
Geb. 4 Sept. 1880, Arnhem.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Historische figuren. Stillevens. Etst.<br />
*Repelius, B.<br />
Geb. 31 Jan. 1848, Amsterdam.<br />
Overl. 23 Jan. 1921, Amsterdam.<br />
Amsterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Intérieur.<br />
Rest, P. v. d.<br />
Geb. 20 Juli 1895, Rotterdam.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
*Reuchlin.Lucardie, H. J.<br />
Geb. 28 April 1877, Rotterdam.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Figuur, landschap en<br />
stilleven. Reis<strong>de</strong> en werkte te Parijs.<br />
***Reurhof f..Behrens, J.<br />
Reus, M. P.<br />
Geb. 4 Aug. 1865, Dordrecht.<br />
Leert. Rol. Lary.<br />
Portretten. Landschappen. Stadsgezichten.<br />
Reyenga, J.<br />
Geb. 19 Aug. 1867 te Groningen.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam.<br />
Reyenga, Tj.<br />
Geb. 24 Febr. 1858 te Groningen.<br />
Reyntjes, H. E.<br />
Geb. 1817 Amsterdam.<br />
Overl. 1850.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Reysen, L. Fl. van.<br />
Geb. 3 Maart 1798, Haarlem.<br />
Overt. 28 Maart 1883, Haarlem.<br />
Landschappen.<br />
Rezelman, P. D.<br />
Geb. 11 Febr. 1887 te AnnapauIowna.<br />
Autodidact.<br />
Rhynnen, J. v.<br />
Geb. 1 Dec. 1859, Den Haag.<br />
Overl. 28 Juni 1927, Den Haag.<br />
Leerl. v. Vrolijk en W. Roelofs.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Boschgezichten.<br />
Richters, B.<br />
Geb. 27 Maart 1888, Rotterdam.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
*Richters, letske.<br />
Geb. 22 Maart 1912.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret.<br />
Richters, M. J.<br />
Geb. 20 Maart 1878, Rotterdam.<br />
Rotterdamsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Etste, Houtsne<strong>de</strong>n, Stadsgezichten, Havens.<br />
Riegen, N.<br />
Geb. 31 Mei 1827, Amsterdam.<br />
Overl. 27 November 1889, Amsterdam.<br />
Zeeschil<strong>de</strong>r.<br />
**Riegstra, Th.<br />
**Rietveld, G.<br />
427
Ringeling, H.<br />
Geb. 1812 Lei<strong>de</strong>n.<br />
Overl.?<br />
Stadsgezichten.<br />
Rink, P. P.<br />
Geb. 25 Sept. 1852, Veghel.<br />
Overl. 2 Sept. 1903, Edam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur en Landschappen. Lith.<br />
*Rink-Boellaard, Corrie.<br />
Geb. 6 Febr. 1869 Nijmegen.<br />
Stud. A'dam en Parijs.<br />
Weduwe van P. Rink en Prof. Hector Treub.<br />
Rinsema, Thijs.<br />
Geb. 18 Juni 1877.<br />
Stilleven.<br />
R i p, W. C.<br />
Geb. Februari 1856, Rotterdam.<br />
Leerling van Eys<strong>de</strong>n.<br />
Landschappen. Plassen. Lith.<br />
*Ritsema, J. (Coba).<br />
Geb. 26 Juni 1876, Haarlem.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Eén van <strong>de</strong> Amsterd. Joffers.<br />
Stillevens. Coloriste v. beteekenis.<br />
Ritsema, J. C.<br />
Geb. 10 Juni 1869, Haarlem.<br />
Leerling van Gabriël.<br />
Plassen, hofjes en landschap.<br />
Ritzen, Henri.<br />
Schil<strong>de</strong>r v. h. Limburgsche landschap.<br />
Riviére, A. <strong>de</strong> la.<br />
Geb. 1857, Rotterdam.<br />
Overl. 29 April 1941.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Aquarellen.<br />
**Rober, G.<br />
*Robertson, Suze Bisschop-<br />
Geb. 17 Dec. 1855, Den Haag.<br />
Overl. 18 Oct. 1922.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur, stillevens en stadsgezichten. Kunstenaresse<br />
v. beteekenis.<br />
Rochussen, Charles.<br />
Geb. 1 Aug. 1814, Rotterdam.<br />
Overl. 22 Sept. 1894, Rotterdam.<br />
Leerling W. J. J. Nuyen en W. Waldorp. Roman!.<br />
historieschil<strong>de</strong>r en illustrator van beteekenis. Vooral<br />
aquarellist. Lith. Etste.<br />
Roelandse, J. C.<br />
Geb. 6 April 1888.<br />
Autodidact. Landschap.<br />
428<br />
Roelofs, 0. W. Albert.<br />
Geb. 5 Sept. 1877, Schaerbeek.<br />
Over!. 31 Dec. 1920, Den Haag. Les v. z. va<strong>de</strong>r<br />
en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuurschil<strong>de</strong>r. Etste. Lith.<br />
Roelofs Sr., W.<br />
Geb. 10 Maart 1822, Amsterdam.<br />
Over!. 12 Mei 1897, Berchem.<br />
Leerling H. v. d. San<strong>de</strong> Bakhuyzen. Landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
De vroegste meester v. d. Haagsche School.<br />
Etste. Lith.<br />
Roelofs Jr. W. E.<br />
Geb. 24 April 1874, Schaerbeek.<br />
Overl. 2 Juni 1940, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven (visschen). Etser.<br />
Lith.<br />
***Roelofs-Blec k mann, E.<br />
**Roelofsen, G. J.<br />
Roermeester, G. J.<br />
Geb. 24 Febr. 1844, Den Haag.<br />
Over!. 2 Maart 1936.<br />
Landschappen on<strong>de</strong>r invloed van Mara.<br />
Roest, J. C. G. A.<br />
Geb. 29 Sept. 1899.<br />
Autodidact.<br />
**Roggeveen, D.<br />
**Rol, C.<br />
*Roland Holst-<strong>de</strong> Meester, A. M. J.<br />
Geb. 9 Juni 1893, Rotterdam.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Teekenaresse van portretten<br />
(kin<strong>de</strong>ren). Ook <strong>de</strong>coratief schil<strong>de</strong>res.<br />
Roland Holst, R. N.<br />
Geb. 4 Dec. 1868, A'dam.<br />
Over!. 31 Dec. 1938 te Bloemendaal.<br />
Monumentaal schil<strong>de</strong>r en graficus. Gebrandschil<strong>de</strong>rd<br />
glas en beken<strong>de</strong> affiches. Hoog!. Dir.<br />
Rijksac. v. B. K. te A'dam.<br />
Ming, G. V. A.<br />
Geb. 16 Aug. 1904, Den Bosch.<br />
Rijksacad. A'dam. Figuurschil<strong>de</strong>r, ook <strong>de</strong>coratief.<br />
. Hoogl. Rijksac. A'dam.<br />
***Riïling-Grolle, T.<br />
**Romondt, B. Ph. v.<br />
**Rompelman, M.<br />
o mij n, H.
Ronda, Fr.<br />
Geb. 25 April 1899.<br />
Autodidact. Landschap.<br />
*Ronner, A.<br />
Geb. 1857, Brussel.<br />
Vooral stillevens. Dochter v. M. Ronner-Knip.<br />
*Ronner-Knip, Henriette.<br />
Geb. 31 Mei 1821, Amsterdam.<br />
Overl. 2 Maart 1909, Brussel.<br />
Leerlinge J. A. Knip. Beken<strong>de</strong> dierenschil<strong>de</strong>res.<br />
*Ron<strong>de</strong>-Heyermans, M. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 14 October 1859, Rotterdam.<br />
Haagsche en Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuurschil<strong>de</strong>res.<br />
Lith.<br />
Roo<strong>de</strong>nburg, H. E.<br />
Geb. 23 Juli 1895, Den Haag.<br />
Leerling Ph. Zilcken. Stadsgezichten. Etser.<br />
Roos, C. F. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 15 Sept. 1802, Amsterdam.<br />
Overl. 18 Juli 1874, Hilversum.<br />
Landschappen.<br />
Roos, S. H. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 14 Sept. 1877.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Portret in Iandschap.<br />
Roosenboom, M.<br />
Geb. 24 Oct. 1843.<br />
Over1. 26 Dec. 1896 te Voorburg.<br />
Leerling v. h. va<strong>de</strong>r N. Roosenboom. Stillevens,<br />
bloemen, vruchten.<br />
**Roovers, D.<br />
Geb. 15 Dec. 1893.<br />
Landschap en figuur. Naakt.<br />
**Ros, J. D.<br />
*Rose, L.<br />
Geb. 1875, Venlo.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten. Stillevens.<br />
Rosemeier, A. C.<br />
Geb. 18 Juli 1888.<br />
Les van A. Bayens. Portret, figuur en landschap.<br />
Rosierse, J.<br />
Geb. 1818, Dordrecht.<br />
Overl. ?<br />
Schil<strong>de</strong>r van „Kaarslichtjes".<br />
Roskam, Ch.<br />
Geb 1853, Amsterdam.<br />
Over!. 10 Oct. 1921, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Tooneel<strong>de</strong>coratie.<br />
Rosse, Hermann.<br />
Geb. 1887.<br />
Leert. v. K. J. Sluyterman en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Werkte 25 jaar in Amerika. Hoogt. in <strong>de</strong> Decor.<br />
Kunst a. d. T. H. S. te Delft.<br />
Rot, J.<br />
Geb. te Zaandam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Karikaturen, Red. teekeningen,<br />
houtsne<strong>de</strong>n. Lith.<br />
Roth, G. A.<br />
Geb. 11 Sept. 1809, Amsterdam.<br />
Overl. 28 Juli 1887, Amsterdam.<br />
Leerling P. Westenberg. Landschappen.<br />
**Rothmeyer, A.<br />
RouvilIe <strong>de</strong> Meux, H. J. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 17 Nov. 1863, Curacao.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Fig. in landschap. Etser. Lith,<br />
Rovers, J. J.<br />
Geb. 15 Dec. 1893.<br />
Figuur, landschap, naakt.<br />
Roy, Chr. le.<br />
Geb. 21 Maart 1884, Deventer.<br />
Leerling Liernur en Korteling Sr. Landschappen,<br />
stillevens, bloemen en planten.<br />
Royaards, J. J.<br />
Geb. 4 Sept. 1903 te Westham (Engl.).<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Figuur- en Stadsgezicht.<br />
**Rozendaal, W. J.<br />
***Rueb, G. J. W.<br />
Rueter, W. Ch. Georg.<br />
Geb. 8 Maart 1875, Haarlem.<br />
Rijksnormaalschool en Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portretten, Lith. Houtsne<strong>de</strong>n, <strong>de</strong>coratief werk.<br />
**Rummers, J.<br />
Rust, J. A.<br />
Geb. 13 April 1828.<br />
Overl. 28 Juli 1915, Amsterdam.<br />
Stadsgezichten.<br />
***Rutgers v. d. Loeff-Mielziner Fr.<br />
***Ruys-Ty<strong>de</strong>man, De.<br />
***Ruyzenaars, C.<br />
Rijf f, Eduard.<br />
Zeegezichten.<br />
Rijk, J. d e.<br />
Geb. 17 Mei 1806, Hilversum.<br />
Overl. ?<br />
Leerling J. v. Ravenzwaay. Figuren en dieren.<br />
RijIaarsdam, J.<br />
Geb. 2 Maart 1911.<br />
Les van Hulshoff Pol. Schil<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> ou<strong>de</strong> stad.<br />
429
Saalborn, L.<br />
Geb. 1890, Rotterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret, Landschap, Stadsgezicht. Etser. Bekend<br />
tooneelspeler.<br />
Sadie, Ph. L. J. F.<br />
Geb. 7 Februari 1837, Den Haag.<br />
Over!. 14 Dec. 1904, Den Haag.<br />
Leerling J. E. J. v. d. Berg. Intérieurs, Zeeën,<br />
Stadsgezichten.<br />
Salberg, F.<br />
Geb. 6 Januari 1876, Dusseldorf. .<br />
Overl. 16 Mei 1909, Voorburg.<br />
Leerling M. v. d. MaareI. Fig., Bloemen, Stadsgezichten,<br />
Etser.<br />
Saleh (Ra<strong>de</strong>n).<br />
Geb. te Semarang 1814.<br />
Overt. te Buitenzorg 23 April 1880.<br />
Leerling A. Schelf hout en C. Kruseman. Historische<br />
fig., dieren. Lith.<br />
**S a 1 i m.<br />
*San<strong>de</strong> Backhuyzen, G. J. v. d.<br />
Geb. 1826.<br />
Over!. 1895.<br />
Les v. h. va<strong>de</strong>r H. v. d. S. B. Bloemen.<br />
San<strong>de</strong> Backhuyzen, H. v. d.<br />
Geb. 2 Jan. 1795.<br />
Overl. 12 Dec. 1860.<br />
Dieren.<br />
San<strong>de</strong> Backhuyzen, J. J. v. d.<br />
Geb. 18 Juni 1835.<br />
Overt. 21 Oct. 1925.<br />
Leerl. v. z. va<strong>de</strong>r H. Landschappen en stadsgezichten.<br />
Sangster, H. A.<br />
Geb. 25 Sept. 1825 te Nijkerk.<br />
Overt. 23 Febr. 1901 te Amsterdam.<br />
Portrettist.<br />
Santen, G. J. van.<br />
Geb. 1 Juni 1912.<br />
Amateurschil<strong>de</strong>r. Stilleven.<br />
*Sauerbier, H. G.<br />
Geb. 18 Sept. 1885 te Rotterdam.<br />
Leal. van Neur<strong>de</strong>nburg.<br />
Savry, H.<br />
Geb. 4 Nov. 1823, Haarlem.<br />
Overl. 13 Maart 1907.<br />
Schil<strong>de</strong>r v. dieren.<br />
430<br />
Savry, H. H.<br />
Geb. 13 Dec. 1871, Haarlem.<br />
Les van zijn va<strong>de</strong>r. Herfst- en winterimpressies.<br />
**Sax, Jaap.<br />
**Schaaf, C. C.<br />
Schaap, E. R. D.<br />
Geb. 4 Juli 1862, Nigtevecht.<br />
Overl. 24 Mei 1931.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Etser, Lith.<br />
*Schaap-v. d. Pek, H. W. J.<br />
Geb. 9 Jan. 1867, Amsterdam.<br />
Overl. 27 Juli 1914.<br />
Amst. Aca<strong>de</strong>mie. Portretten, landschappen.<br />
Schaefer, D.<br />
Geb. 12 Febr. 1864, Den Haag.<br />
Over!. Febr. 1941.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Bloemen, Composities.<br />
Etser.<br />
Schaer, S. v. d.<br />
Geb. 11 Maart 1879.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Etser.<br />
***Schaer-SchregeI, B.<br />
Schafer, Karl, Willy.<br />
Geb. 14 Febr. 1908.<br />
Stud. te Erfurt. Maakte studiereizen. Emailschil<strong>de</strong>r.<br />
**Schaft, M. v. d.<br />
Schagen, G. F. van.<br />
Geb. 7 Maart 1881.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Autodidact.<br />
Schaik, H. W. van.<br />
Geb. 24 Juni 1875 te Beetsterzwaag.<br />
Leiding van Bisschop en van Herkomer. Landschappen.<br />
Etser.<br />
Schaik, W. H. van.<br />
Geb. 8 Aug. 1874, Beetsterzwaag.<br />
Leiding C. Bisschop. Landschap. Caricatuur.<br />
*Schaik-Russell, A. M. van.<br />
Geb. 12 Aug. 1876 te St. Bees (Engl.).<br />
Leert. v. Herkomer. Bloemen.<br />
**Scheerboom, H.<br />
Scheeres, H.<br />
Geb. 3 Aug. 1829.<br />
Over!. 12 Jan. 1864.
Scheffer, Ary.<br />
Geb. 10 Febr. 1795, Dordt.<br />
Overl. 15 Juni 1858, Argenteuil.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r J. B., daarna Parijs.<br />
Heeft z. plaats in <strong>de</strong> geschie<strong>de</strong>nis <strong>de</strong>r Fransche<br />
romantiek. Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Scheffer, H.<br />
Geb. 1797.<br />
Over!. 1862.<br />
Leerling van Guérin. Portrettist, Intérieur, Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Broer v. Ary.<br />
Scheffer, J. B.<br />
Geb. 1765.<br />
Overl. 1809 te Amsterdam.<br />
Leer!. van Tischbein. Portrettist, Binnenhuizen.<br />
Schelfhout, A.<br />
Geb. 16 Febr. 1787, Den Haag.<br />
Overl. 19 April 1870, Den Haag.<br />
Leert. J. H. A. A. Brechenheimer. Wintergezichten,<br />
Landschappen, Zeegezicht, Strand. Lith. Etser.<br />
Schelfhout, L.<br />
Geb. 23 Aug. 1881, Den Haag.<br />
Leerling v. Vrolijk, Schregel en Maris. Historische<br />
fig. Landschappen. Vooral graficus.<br />
Scheltema, L.<br />
Geb. 7 Aug. 1876, Nes op Ameland.<br />
Leert. van Plasschaert, Bongers, Artz. Landschap.<br />
Portret.<br />
Scheltema, T.<br />
Geb. 1760, Harlingen.<br />
Overl. 1837.<br />
Portrettist.<br />
Scheltema, T.<br />
Geb. 2 April 1831, Arnhem.<br />
Overt. 14 Oct. 1867, Den Haag.<br />
Leert. J. E. J. v. d. Berg. Romantisch.<br />
Schen<strong>de</strong>l, P. van.<br />
Geb. 21 April 1805, Terhey<strong>de</strong>.<br />
Overt. 28 Dec. 1870, Brussel.<br />
Leal. M. J. v. Bree.<br />
Historische fig. portret, Stadsgezichten.<br />
Schenkel, J. J.<br />
Geb. 7 Februari 1829, Amsterdam.<br />
Overt. 16 Juli 1900, Amsterdam.<br />
Leer!. van Bing en van Braat v. Ueberf eld. Stadsgezichten.<br />
Schermer, C. A. J.<br />
Geb. 12 Juni 1824, Den Haag.<br />
Overl.?<br />
Leerling van C. Kruseman. Paar<strong>de</strong>nschil<strong>de</strong>r. Etste.<br />
**Schermer, W.<br />
**Scherpbier, R.<br />
Scherrewitz, J. F. C.<br />
Geb. 18 Maart 1868, A'dam.<br />
Landschap.<br />
Schiedges, P. P.<br />
Geb. 7 Juni 1812.<br />
Overt. 1 Dec. 1876.<br />
Leerling van Louis Meyer.<br />
Schiedges, P. P.<br />
Geb. 21 Maart 1860, Den Haag.<br />
Overt. 3 Nov. 1922.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap met molens.<br />
Schild, H. D.<br />
Geb. 1 Sept. 1872, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schildt, M.<br />
Geb. 29 Aug. 1867, Rotterdam.<br />
Overt. 15 Juni 1921, Rotterdam.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Historische fig., Intérieur„<br />
Volkstypen, Stillevens, Stadsgezichten.<br />
Schiller, Frits.<br />
Autodidact. Bloemen, stilleven en figuur.<br />
Schilling, J. H. E.<br />
Geb. 27 Juni 1893, Delft.<br />
Leerling van A. Plasschaert. Historische fig. Lith..<br />
Schilt, L. A.<br />
Geb. 24 Oct. 1873, Stolwijk.<br />
Landschappen.<br />
**Schipper, M.<br />
Schipperus, P.<br />
Geb. 6 Maart 1840, Rotterdam.<br />
Overt. 4 Oct. 1929.<br />
Boschgezichten.<br />
**Schluter, C. E.<br />
Schmidt, G. A.<br />
Geb. 17 Mei 1791, Dordt.<br />
Overt. 22 Maart 1844, Dordt.<br />
Leerling van P. Hofman. Genreschil<strong>de</strong>r.<br />
Schmidt, Iz.<br />
Geb. 11 Juli 1746, Amsterdam.<br />
Overt. 17 Mei 1818, Amsterdam.<br />
Leerling van J. M. Quinckhardt. Portrettist.<br />
**Schmidt, Joh.<br />
431
Schmidt, W. H.<br />
Geb. 12 April 1809, Rotterdam.<br />
Overl. 4 Juni 1849, Delft.<br />
Leerling van G. <strong>de</strong> Meyer. Historische fig.<br />
Schmidt Crans, J. M.<br />
Geb. 30 April 1830, R'dam.<br />
Overl. 15 Nov. 1907.<br />
Stud. te R'dam en later bij Ary Scheffer er te Parijs.<br />
Schoenmakers, J.<br />
Geb. Nov. 1755, Dordt.<br />
Overl. 4 Juni 1842, Dordt.<br />
Leerling van J. v. Strij. Stadsgezichten.<br />
Scholten, H. J.<br />
Geb. 24 Juli 1824, Amsterdam.<br />
Overl. 29 • Mei 1907, Heemste<strong>de</strong>.<br />
Leerling van P. F. Greive. Historische fig. Etser.<br />
*Scholten v. Heek, Ina.<br />
Geb. 4 Mei 1860, Ensche<strong>de</strong>.<br />
Les v. E. Frankfort.<br />
**Schonberg, R.<br />
**Schoonboom, J.<br />
**Schoonbrood, H. L. D.<br />
**Schoonhoven, J.<br />
***Schoonhoven-v. Beur<strong>de</strong>n, W.<br />
Schooten, J. A. van.<br />
Geb. 9 Febr. 1870 te Deventer.<br />
Schotel, A.<br />
Geb. 20 April 1896, Rotterdam.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Etser.<br />
Schotel, A. P.<br />
Geb. 5 Sept. 1890, Dordrecht.<br />
Stud. i. z. geboorteplaats. Zee- en riviergezichten.<br />
Schotel, J. C.<br />
Geb. 11 November 1787, Dordt.<br />
Overl. 21 December 1838, Dordt.<br />
Leerling van M. Schouman en Meulemans. Zeeen<br />
riviergez. Lith.<br />
*Schotel, J. M. P.<br />
Geb. 10 Dec. 1884 te Sitoebondo ( Java).<br />
Acad. Den Haag en Antwerpen.<br />
Schotel, P. J.<br />
Geb. 19 Aug. 1808.<br />
Overl. 23 Juli 1865.<br />
Les v. z. va<strong>de</strong>r J. C. Zee en schepen.<br />
**Schotman, J.<br />
432<br />
Schouman, M.<br />
Geb. 29 Januari 1770, Dordt.<br />
Overl. 30 October 1848, Breda.<br />
Leerling van M. Versteeg en A. Schouman. Zeeschil<strong>de</strong>r.<br />
Schram, Wout.<br />
Geb. 17 Nov. 1895, A'dam.<br />
Leert. v. Kl. v. Leeuwen en Rijksacad. Stilleven,<br />
figuur.<br />
Schregel, B. P.<br />
Geb. 17 Mei 1870, Den Haag.<br />
Leerling van Fr. Jansen en J. Vrolijk. Molens,<br />
boschgezichten, duinstreken.<br />
Schreu<strong>de</strong>r van <strong>de</strong> Coolwijk, J. W.<br />
H. M.<br />
Geb. 28 Febr. 1868.<br />
Leerling van J. Rosier.<br />
Stillevens en naakt. Intérieur.<br />
Schrikbel, Louis.<br />
Geb. 6 Sept. 1902.<br />
Stilleven, bloemen en landschap.<br />
**Schró<strong>de</strong>r, Sierk.<br />
**Schuhmacher, W.<br />
Sch aller, J. C.<br />
Geb. 1872.<br />
Overl. 12 Jan. 1915, Nunspeet.<br />
Etser.<br />
Schulman, D.<br />
Geb. 31 Oct. 1881, Hilversum.<br />
Landschappen.<br />
Schulman, L.<br />
Geb. 27 Maart 1851, Hilversum.<br />
Overl.?<br />
Leerling van J. <strong>de</strong> Rijk.<br />
Schultze, P.<br />
Geb. 7 Mei 1893, Hilversum.<br />
Figuren.<br />
**Schuilpen, H. G. v.<br />
Schut, H.<br />
Geb. 28 Aug. 1872, Groningen.<br />
Gron. Aca<strong>de</strong>mie. Decoratieschil<strong>de</strong>r.<br />
Schutte, L. H. H.<br />
Geb. 24 Juli 1904, Aalsmeer.<br />
Rijksacad. A'dam. Figuur in intérieur en landschap.<br />
Schutz, J. F.<br />
Geb. 2 Dec. 1817.<br />
Overl. 27 Febr. 1888, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Zeeschil<strong>de</strong>r.
Schutz, W. J.<br />
Geb. 18 Aug. 1854, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overl.?<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r. Schil<strong>de</strong>r v. Zeeuwsche<br />
stroomen met schepen.<br />
Schwartze, J. G.<br />
Geb. 20 Oct. 1815, Amsterdam.<br />
Over!. 28 Aug. 1874, Amsterdam.<br />
Figuur- en portretschil<strong>de</strong>r.<br />
*Schwartze- Th. van Duyll.<br />
Geb. 20 Dec. 1852, Amsterdam.<br />
Overl. 23 Dec. 1918, Amsterdam.<br />
Leerlinge van haar va<strong>de</strong>r J. G. en G. Max en<br />
Von Lenbach. Vermaard portrettiste en figuurschil<strong>de</strong>res,<br />
ook in pastel.<br />
Schwarz, S. L.<br />
Geb. 28 Juli 1879 te Zutphen.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap en stilleven.<br />
Gelith. affiches.<br />
**Schijffelen, D.<br />
Sebes, P. W.<br />
Geb. 1830, Harlingen.<br />
Overl.?<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Seckel, J. A.<br />
Geb. 23 Dec. 1881, R'dam.<br />
Rott. Aca<strong>de</strong>mie. Stud. te Parijs. Figuur en stilleven.<br />
Segaar, A.<br />
Geb. 14 April 1888.<br />
Autodidact. Landschap, bloemen en portret.<br />
**Selhorst, Ad.<br />
Sen f, L. J.<br />
Geb. 11 Maart 1860, Delft.<br />
Overl.?<br />
Lith. Etser. Landschap.<br />
Sengers, Lo<strong>de</strong>.<br />
Geb. 5 Sept. 1896.<br />
Lessen van Huib Luns, Moulijn en Derksen van<br />
Angeren, Muurschil<strong>de</strong>ringen, mozaiek en grafiek.<br />
Serton van Roswey<strong>de</strong>, P. A.<br />
Geb. 28 Oct. 1888, Utrecht.<br />
Overl. 30 Juni 1914, Utrecht.<br />
Kunstnijverh. School. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Sicking, Henri.<br />
**Sie<strong>de</strong>nburg, W.<br />
**Siegers, F.<br />
Sierig, F. C.<br />
Geb. 12 Maart 1893, Den Haag.<br />
Over!. 19 Oct. 1905, Den Haag.<br />
28<br />
**Simon, J. B. L.<br />
**Sinemus, W.<br />
Singer, W. H.<br />
Geb. 5 Juli 1868 te Pittsburgh (U.S.A.).<br />
Stud. Parijs. Werkte in Noorwegen en te Laren.<br />
Landschapschil<strong>de</strong>r. Sneeuwgezichten.<br />
**Sinnecker, F. W.<br />
*S i x, Willy, Bloemen.<br />
Sjo!lema, D. P.<br />
Geb. 1760, Terbanterschans.<br />
Overl. 1840, Terbanterschans.<br />
Landschappen.<br />
**Sjollema, J. S.<br />
*Slager, Corrie.<br />
Geb. 6 Mei 1883, Den Bosch.<br />
Leerl. van haar va<strong>de</strong>r. Stillevens,<br />
Aquarellen.<br />
Slager, Frans.<br />
Geb. 23 April 1876, Den Bosch.<br />
Leerling v. z. va<strong>de</strong>r. Stadsgezichten<br />
schappen.<br />
*Slager, Jeanette.<br />
Geb. 14 Juli 1881, Den Bosch.<br />
Leerlinge van haar va<strong>de</strong>r en broer.<br />
Bloemen, Stillevens, Kin<strong>de</strong>rportretten.<br />
*Slager-van Gilze, Marie P. A.<br />
Geb. 19 Aug. 1891.<br />
Zelfstudie en lessen v. h. echtgenoot Frans Slager.<br />
Studiereizen naar buitenland. Figuur en landschap.<br />
Slager, P. J. Th.<br />
Geb. 12 Nov. 1871, Den Bosch.<br />
Over!. 8 Febr. 1938 te Den Bosch.<br />
Antw. Aca<strong>de</strong>mie en les v. z. va<strong>de</strong>r P. M. Landschap,<br />
figuur, portretten. Was bij kunston<strong>de</strong>rwijs<br />
werkzaam.<br />
Slager, P. M.<br />
Geb. 4 December 1841, Den Bosch.<br />
Over!. 10 November 1912, Den Bosch.<br />
Kon. School Den Bosch. Portrettist. Leeraar v.<br />
P. <strong>de</strong> Josselin <strong>de</strong> Jong.<br />
***Slager-Velzen, Suze.<br />
Geb. 6 Nov. 1883 te Oostburg.<br />
Les v. haar man P. Slager Jr. en A. B r i ê t.<br />
Brabantsche boerenerven met bloemen en intérieur<br />
van het boerenwoonhuis Elst.<br />
S l e b e, F. J.<br />
Bloemen- en vruchtenstillevens.<br />
BIoemen,<br />
en land-<br />
433
Sleeswijk, A. C.<br />
Geb. 15 Jan. 1870, A' dam.<br />
Rijksacad. A'dam. Stadsgezichten.<br />
Sluiter, J. W. (Willy).<br />
Geb. 24 Mei 1873, Amersfoort.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuurschil<strong>de</strong>r, portrettist,<br />
Landsah. Caricaturist.<br />
Sluizer, Kurt.<br />
Geb. 26 April 1911, A'dam.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie A'dam. Figuurschil<strong>de</strong>r.<br />
**Sluyter, G.<br />
Sluyter, H.<br />
Geb. 16 Juni 1839.<br />
Overl. 26 Febr. 1931.<br />
Acad. A'dam.<br />
Sluyters, Jan C. B.<br />
Geb. 17 Dec. 1881, Den Bosch.<br />
Rijksnormaalschool v. Teekenon<strong>de</strong>rwijs. Rijksac.<br />
Prix <strong>de</strong> Rome. Figuurschil<strong>de</strong>r en portrettist van<br />
beteekenis. Ook stillevens en stadsgeziciit. Lith.<br />
Sluyters Jr., Jan.<br />
Geb.1 Sept. 1914.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Portret, landschap en stadsgezicht.<br />
*Sluyters, Louise Brinks-.<br />
Geb. 14 April 1908, A'dam.<br />
Rijksnormaalschool en Rijksacad. A'dam. Figuur<br />
en landschap.<br />
Smalt, A.S.<br />
Geb. 1852.<br />
Overl. 1930.<br />
Figuur.<br />
*Smeenk-Knap, Jos. A.<br />
Geb. 16 Febr. 1901.<br />
Les v. h. va<strong>de</strong>r. Figuur en portret.<br />
Smeerdijk, A.<br />
Geb. 3 Aug. 1885, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie en H. v. d. Poll. Stillevens,<br />
Landschap, portretten en kerkintérieurs.<br />
Smeet, R.<br />
Geb. 14 Sept. 1905.<br />
Wandschil<strong>de</strong>ringen, glazenier.<br />
Smissaert, Jhr. F. A. E. L.<br />
Geb. 28 Aug. 1862, Den Haag.<br />
Haa 8sche<br />
Teekenaca<strong>de</strong>mie. Figuur en<br />
sc Vp<br />
.<br />
*Smit, G.<br />
Geb. 4 Maart 1883, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Smit, H. F.<br />
434<br />
Land-<br />
***Smit, Ineke.<br />
**Smit Kin,, J.<br />
Smit, W. B.<br />
Geb. 9 Nov. 1860, SIikkerveer.<br />
Smith, Hobbe.<br />
Geb. 7 Dec. 1862, W i t marsum.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r van zee- en riviergezichten.<br />
Ook landschappen.<br />
Smith, Joh.<br />
G e b. 10 Jan. 1900, A'dam.<br />
Landschappen en bloemen.<br />
Smits, J. C.<br />
Geb. 2 Febr. 1823, Den Haag.<br />
Over!. 8 September 1910, Den Haag.<br />
Stads- en dorpsgezichten. Aquarellen.<br />
Smorenberg, D.<br />
Geb. 4 Sept. 1883, Alkmaar.<br />
Landschap. Mo<strong>de</strong>rn <strong>de</strong>coratieschil<strong>de</strong>r.<br />
**Smout, C. A.<br />
*Smul<strong>de</strong>rs, Annie.<br />
Geb. 14 Oct. 18 76, R'dam.<br />
Acad. R'dam. Advies Toorop. Porirettiste.<br />
*Snethlage, W. A.<br />
Geb. 31 Dec. 1890.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Bloemen.<br />
Snoeck, Jhr. J. C.<br />
Geb. 2 Jan. 1881, Den Haag.<br />
Overl. 8 Dec. 1921, Laren.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Intérieurs v. kerken.<br />
**Snij<strong>de</strong>rs, Chr.<br />
Soer, Chr.<br />
Geb. 23 Febr. 1882.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Landschappen.<br />
Soeren, G. J.<br />
Geb. 20 Juni 1859, Amsterdam.<br />
Over!. 9 Maart 1888, Amsterdam.<br />
Dieren.<br />
Soest, L. W. van.<br />
Geb. 5 April 1867, Poerworecjo op Java.<br />
Autodidact. Rivier- en Wintergezichten. Etser.<br />
***Solopub, Leonia.<br />
***Someren-Greve, F. v.<br />
**Soonius, Louis.
*Sorella, geh. m. B. Peizel.<br />
Pseud. v. mevrouw Peizel-Ansingh (zuster v.<br />
Lizzy Ansingh).<br />
Spaling, Johan.<br />
Geb. 3 Juni 1891.<br />
Stilleven en berglandschappen.<br />
*Spanjaard-Spanjaard, R.<br />
Geb. 5 Dec. 1866, Borne.<br />
Leert van E. Frankfort. ort. Bloemen, Portretten.<br />
Speenhoff, J. H.<br />
Geb. 23 Oct. 1869, Kralingen.<br />
Vruchten, bloemen, landschappen. Prentjes bij zijn<br />
liedjes. Vermaard als bard en dichter van levensliedjes.<br />
Spier, Jo.<br />
Geb. 26 Juni 1900 le Zutphen.<br />
Les van B. Stomps, Klaas v. Leeuwen en op <strong>de</strong><br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Atelier Cormon Parijs. Vooral<br />
teekenaar en illustrator.<br />
Spoel, J.<br />
Geb. 19 Oct. 1820, Rotterdam.<br />
Overl. 30 Oct. 1868, Rotterdam.<br />
Leerling van H. W. Schmidt, Historie en portretschil<strong>de</strong>r.<br />
Lith.<br />
Spoor, C. R. H.<br />
Geb. 1867, Den Haag.<br />
Overt. 22 Febr. 1928.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portrettist.<br />
*Spoor, N.<br />
Geb. 24 Mei 1885, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Illustratrice.<br />
**Sprenkels, V. H.<br />
Springer, C.<br />
Geb. 25 Mei 1817, Amsterdam.<br />
Overl. 18 Febr. 1891, Hilversum.<br />
Leert. van J. v. d. Stok, H. C. ten Kate en C.<br />
Karssen. Stadsgezichten. Houtskoolteekeningen.<br />
Lith. Etser.<br />
***Spronck, E.<br />
Spijker, Jan L.<br />
Geb. 9 Oct. 1876, Den Haag.<br />
Overl. 22 Juli 1906.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Stahl, L. A.<br />
**Stainer, L.<br />
Stal, Jacq.<br />
Geb. 13 April 1891.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
28*<br />
I<br />
**Stal, H. J. v. d.<br />
Staller, G. J.<br />
Geb. 2 Jan. 1880.<br />
Aca<strong>de</strong>mie A'dam. Stadsgezichten en f igtmr,<br />
Stamhart, F.<br />
Geb. 27 October 1875, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Zwart en wit.<br />
**Stap, H. N.<br />
**Starrenburg, A. P. W.<br />
**Stauthamer, Cephas.<br />
Steel, H. van.<br />
Geb. 28 Febr. 1856, Waddinxsveen.<br />
Overl.?<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
Steelink, A. G.<br />
Geb. 26 Nov. 1844, A'dam.<br />
Overl.?<br />
Acad. Amsterdam.<br />
Steelink, W.<br />
Geb. 30 April 1826, Amsterdam.<br />
Overl. 1913.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Etser.<br />
Steelink, W.<br />
Geb. 16 Juli 1856, Amsterdam.<br />
Over/. 27 Nov. 1928.<br />
Amsterd. en Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Interieurs<br />
met figuren. Etser.<br />
Steen, Louis v. d.<br />
Geb. 28 Maart 1891.<br />
Autodidact. Bloemen, stilleven en landschap.<br />
**Steene, C. v. d.<br />
Steenhof f, W. J.<br />
Geb. 13 Jan. 1863, Utrecht.<br />
Overl.?<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Publiceer<strong>de</strong> boeken over<br />
schil<strong>de</strong>rkunst. Landschappen. Etser.<br />
**Steenhuis, J. Jelmes.<br />
Steenwijk, H. van.<br />
Geb. 14 Sept. 1864, Amsterdam.<br />
Aristerd. en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Steffelaar v. d. Kerkhoff.<br />
Geb. 22 Jan. 1886.<br />
Bloemen en stilleven.<br />
435
*Steffens, L. E.<br />
Geb. 1841.<br />
Over!. 1865.<br />
Kloosterintérieurs.<br />
**Stein, J. A. W. von.<br />
Stern, W. J. C. J. L.<br />
Geb. 4 Juli 1879, Sluis.<br />
Kunstnijverh. school. Bloemen, Stillevens.<br />
**Sterre <strong>de</strong> Jong, J. F.<br />
Geb. 22 Juni 1866 te A'dam.<br />
Rijksacad. te A'dam. Figuur en landschap.<br />
Steuerwald, J. D.<br />
Geb. 13 April 1805.<br />
Overl. 16 Mei 1869.<br />
Steyn, W.<br />
Geb. 28 Jan. 1914.<br />
Landschap en portret (<strong>voor</strong>al het eerste).<br />
**Stik<strong>voor</strong>t, Koos.<br />
**Stiphout, Th. G. W.<br />
**Stok, C h. v. d.<br />
Stok, G. A. H. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 28 Jan. 1870 te Pelatoengan Java.<br />
Muurschil<strong>de</strong>ringen en gebrand glas. Droge naald.<br />
Lith. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
***Stok, Suze v. d.<br />
Stokvisch, H.<br />
Geb. 6 Febr. 1768, Loenen.<br />
Overl. 1824 te Amsterdam.<br />
Leerling van J. G. Schultz. Landschap met dieren.<br />
*Stolk, A. J. E. van.<br />
Geb. 16 Nov. 1898.<br />
Lessen van verschillen<strong>de</strong> schil<strong>de</strong>rs. Portret, figuur,<br />
Iandschap en stilleven.<br />
**Stol k, S. L. v.<br />
**Stolle, H.<br />
***Stolp, Corrie.<br />
Stomps, B. H.<br />
Geb. 6 Jan. 1867, Gouda.<br />
Rijksnormaalschool Amsterdam. Zeegezichten en<br />
bloemen.<br />
***Stoppelaar, C.<br />
**Stordia, P.<br />
436<br />
*Stork-Kruyf f, A. M. (later mevr. v. d.<br />
Werk).<br />
Geb. 19 Nov. 1870, Sassenheim.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portret, Landschap, Intérieur<br />
Etste.<br />
Storm van'sGravesan<strong>de</strong>. Jhr. C.N.<br />
Geb. 21 Jan. 1841, Breda.<br />
Overl.?<br />
Leerling van W. Roelofs en F. Rops. Vooral<br />
graficus.<br />
Storm van'sGravesan<strong>de</strong>, Jhr. L.<br />
Geb. 16 Juni 1861, Vor<strong>de</strong>n.<br />
Overl. 3 Juli 1930, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Kin<strong>de</strong>rportreiten. Miniaturen.<br />
Stortenbeker, C. S.<br />
Geb. 29 Oct. 1838, Den Haag.<br />
Over!. ?<br />
Leerling van P. Stortenbeker en C. Bisschop.<br />
Vogels.<br />
Stortenbeker, J.<br />
Geb. 29 October 1821, Den Haag.<br />
Overl.?<br />
Figuur- en <strong>de</strong>coratieschil<strong>de</strong>r.<br />
Stortenbeker, P.<br />
Geb. 21 April 1828, Den Haag.<br />
Overl. 17 April 1898, Den Haag.<br />
LeerI. van J. Stortenbeker en H. v. d. San<strong>de</strong>-<br />
Bakhuyzen. Dieren.<br />
**Stouthamer, C.<br />
**Straesheim, H. J. P.<br />
***Strathon-v. Gel<strong>de</strong>r, B.<br />
Streurman, G. H.<br />
Geb. 8 Maart 1892 te Helpman.<br />
Leerl. van Molenaar en 0. Eerelmann. Landschap<br />
en Stillevens.<br />
Striening, Jr. J.<br />
Geb. 27 Febr. 1827, Haarlem.<br />
Overl. 3 Jan. 1903, Rotterdam.<br />
Leerling van J. P. Blom. Werkzaam bij Kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
Portrettist.<br />
Stroebel, J. A. B.<br />
Geb. 23 Nov. 1821, Den Haag.<br />
Overl. 21 Aug. 1905.<br />
Leerl. van B. J. v. Hove en H. v. Hove. Binnenhuisschil<strong>de</strong>r.<br />
Etser. Lith.<br />
**Strube, J.
Stry, A. van.<br />
Geb. 31 Dec. 1753, Dordt.<br />
Overt. 7 Maart 1826, Dordt.<br />
Leal. van J. Ponse. Fig. en Intérieur. Etser.<br />
Stry, J. van.<br />
Geb. 2 Oct. 1756, Dordt.<br />
Overt. 4 Febr. 1815, Dordt.<br />
Leert, van A. C. Leus. Landschappen met vee.<br />
Etser.<br />
Stuber, M.<br />
Geb. 9 Mei 1873, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap. Stillevens.<br />
Stuers, Jhr. C. M. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 10 Dec. 1894, Pasoeroean, Java.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Fig. en Stillevens.<br />
Stuers, Jhr. E. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 15 Febr. 1879, Soe rat a ja.<br />
Landschap en Figuur.<br />
*Stuiveling-van Essen, J. L.<br />
Geb. 29 April 1870, Den Haag.<br />
Leert. van Scheurleer.<br />
Sturm, G.<br />
Geb. 12 Aug. 1855 te Weenen.<br />
Overl. 1923 te Wageningen.<br />
Kunstnijverh. school te Weenen. Portrettist en<br />
<strong>de</strong>coratief figuurschil<strong>de</strong>r. Werkz. b. h. kunston<strong>de</strong>rwijs.<br />
Stutterheim, L. Ph.<br />
Geb. 15 Aug. 1873.<br />
Acad. Rotterdam en les v. Jan Stroebel te Den<br />
Haag.<br />
**Stuyvenberg, P. 0.<br />
Suasso, Jhr. A. Lopes.<br />
Geb. 3 Febr. 1855, Amsterdam.<br />
Over!.?<br />
Leert. van H. Texeira <strong>de</strong> Mattos en W. Mais.<br />
Landschappen.<br />
*Suermondt-v, d. Hoeven, S.<br />
Geb. 1869 te Rotterdam.<br />
Over!.?<br />
Leert. v. S. Robertson en R Bisschop. Portrettiste.<br />
*Surie, J.<br />
Geb. 5 Sept. 1879, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur, portretten, bloemen,<br />
stillevens. Etste. Eene <strong>de</strong>r Amst. Joffers.<br />
Swagema kers, Theo.<br />
Werkte te Parijs.<br />
Portretten.<br />
**Swart, T j.<br />
***Swart-Hunziker, Frieda.<br />
**Sijthoff, G. J.<br />
***Sythof f-v. Rijswijk, J. B.<br />
Taanman, J.<br />
Geb. 9 Oct. 1836, Zaandam.<br />
Overt. 2 April 1923, Amsterdam.<br />
Leert. van J. Arents en P. F. Greive. Portretten.<br />
Intérieurs. Etste.<br />
Taanman, W. J.<br />
Geb. 10 Juni 1876, Nee<strong>de</strong>.<br />
Rijksschool Kunstnijverh. Rijksac . A'dam. Landschappen.<br />
**T a d e ma, A. A.<br />
Tadama, F.<br />
Geb. 1871 te Bandar, Sumatra.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Etser. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
* Tadama-Groeneveld, Th. H. B. J.<br />
Geb. 15 Oct. 1872 te Utrecht.<br />
Leert. van W. v. Konijnenburg. Strandgezichten.<br />
Ta<strong>de</strong>ma, Sir L. Alma.<br />
Geb. 8 Januari 1836, Dronrijp.<br />
Overt. 25 Juni 1912, Wiesba<strong>de</strong>n.<br />
Leert. van L. Wappers en van <strong>de</strong> Keyzer en<br />
werkte on<strong>de</strong>r Leys. Etser. Lith. Vermaard historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Takx, A.<br />
Geb. 28 Dec. 1872, Roosendaal N.B.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Dorps- en boschgezichten.<br />
Tamson, G. M.<br />
Geb. 20 Sept. 1873, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overt. 14 Nov. 1939.<br />
Leer!. van Huibers.<br />
Landschappen. Stadsgezichten. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
**T ebben, J. T h. L.<br />
**Teding v. Berkhout, H.<br />
***Teding v. Berkhout-<strong>de</strong> Meyere, W.<br />
Teer4link, A.<br />
Geb. 5 Nov. 1776, Dordrecht.<br />
Overt. 26 Mei 1857, Rome.<br />
Leert. van M. Versteegh en A. Lamme. Ital.<br />
Landschappen.<br />
Teerlink, A. A.<br />
Geb. 16 Jan. 1854, Dordrecht.<br />
Overt. 6 Juli 1908.<br />
Leer!. Rijksschool v. Kunstnijverh. A'dam.<br />
437
**Teeseling, C. G. van.<br />
Teixeira <strong>de</strong> Mattos, H.<br />
Geb. 21 Dec. 1856, Amsterdam.<br />
Overt. 19 Dec. 1908, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Beeldhouwer (portretten,<br />
dieren). Interieur schil<strong>de</strong>r.<br />
Teixeira <strong>de</strong> Mattos, Jos.<br />
Geb. 29 Juli 1892, A'dam.<br />
Leert. v. S. Jessurun <strong>de</strong> Mesquita. Vooral teekenaar.<br />
Figuur en landschap.<br />
Temminck, L.<br />
Geb. 1753, Den Haag.<br />
Overl. 1831, Den Haag.<br />
Portrettist.<br />
*Tepe, Josef a.<br />
Geb. 5 Mei 1884.<br />
BIoemen en stillevens.<br />
**Termote, A. P.<br />
*Terpstra-Rurink, W. M.<br />
Geb. 1863, Lochem.<br />
Rijksacad. A'dam.<br />
Terwey, J. P.<br />
Geb. 11 October 1883, Amsterdam.<br />
Quellinusschool en Rijksaca<strong>de</strong>mie. Decoratief<br />
Landschap. Relig. figuren. Etser. Lith.<br />
**Testas, M. M. <strong>de</strong> Famars.<br />
Testas, W. <strong>de</strong> Famars.<br />
Geb. 30 Aug. 1834, Utrecht.<br />
Overt. 24 Maart 1896, Arnhem.<br />
Leert. van J. E. J. v. d. Berg. Historische fig.<br />
in interieur.<br />
Illustratie. Etser.<br />
*Testas, W.<br />
Geb. 5 November 1876, Amsterdam.<br />
Leert. van J. Hoevenaar Hzn. Mo<strong>de</strong>rn Borduurwerk.<br />
**Teunissen, P.<br />
*** Thalé-Hulst.<br />
Drentsch schil<strong>de</strong>res.<br />
***Thieme, Lucie.<br />
**Thoenies, Carl.<br />
*T hol-Ruysch, A. J. J. van.<br />
Geb. 6 Aug. 1860, Den Hel<strong>de</strong>r.<br />
Leerl. van E. Doors. Stillevens. Binnenhuizen.<br />
Landschappen.<br />
Thol, H. 0. van.<br />
Geb. 28 Dec. 1859, Den Haag.<br />
Overt. 4 Juli 1902, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Winterlandschappen.<br />
438<br />
*Tholen, M.<br />
Geb. 1870, Kampen.<br />
Overt. 19 Juni 1911, Apeldoorn.<br />
Leert. van Gabrid en v. Voerman. Stillevens.<br />
Landschappen.<br />
Tholen, P. H. H.<br />
Geb. te Bo<strong>de</strong>graven 1829 of 1831?<br />
Over!. 8 Dec. 1913, Apeldoorn.<br />
Leert. van Gebr. Hein. Stillevens.<br />
Tholen, W. B.<br />
Geb. 13 Febr. 1860, Amsterdam.<br />
Over!. 5 Dec. 1931, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Schil<strong>de</strong>r van land- en watergezichten.<br />
Etser, Lith. Aluminiumplaatjes.<br />
***T hij n, P.<br />
T h y s e n, C. J.<br />
Geb. 28 Aug. 1867, Rotterdam.<br />
Over!.?<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Hist. fig., portretten.<br />
Tid<strong>de</strong>ns, J. R.<br />
Geb. 2 Febr. 1793, Groningen.<br />
Over!. ?<br />
Kaarslichtles.<br />
Tiele, J. C.<br />
Geb. 8 Juli 1884, Utrecht.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Bloemenschil<strong>de</strong>r.<br />
**Tielens, George.<br />
**Tielens, J.<br />
**Tilburg, K. C. v.<br />
**Timmer, C.<br />
Timmermans, H.<br />
Geb. 6 April 1858, Antwerpen.<br />
Stud. Acad. Antw. on<strong>de</strong>r V erlat.<br />
***Timmermans-Viertelkousen,<br />
J. H.<br />
**Timmers, Adr.<br />
**Timmers, Fr.<br />
Tom, J. B.<br />
Geb. 4 Maart 1813, Boskoop.<br />
Overt. 18 Juli 1894, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Leerl. van P. v. Os en A. Schelf hout. Wei<strong>de</strong>n mei<br />
run<strong>de</strong>ren. Hei<strong>de</strong>. Etser.<br />
Tomkins, D.<br />
Geb. 24 Mei 1880 te Deventer.<br />
Illustreert kin<strong>de</strong>rboeken met houtsne<strong>de</strong>n<br />
teekeningen.<br />
of pen
Tonge, L. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 24 Febr. 1871, Amsterdam.<br />
Overl. 11 Dec. 1937, Laren.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Binnenhuis met figuur.<br />
Tongeren, J. v.<br />
Geb. 28 Juni 1897.<br />
Leerl. v. Klaas v. Leeuwen en <strong>de</strong> Rijksnormaalschool.<br />
Landschap en stilleven.<br />
**Tonneyck, R. P.<br />
*Toorop, Ch.<br />
Geb. 24 Maart 1890, Katwijk.<br />
Dochter v. Jan Toorop. Figuursclu'l<strong>de</strong>res.<br />
Toorop, J. Th. (Jan).<br />
Geb. 20 Dec. 1858, Poeru'oredjo, Java.<br />
Overl. 3 Maart 1928, Den Haag.<br />
Pol. School. Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie, naar alle zij<strong>de</strong>n<br />
begaafd meester, portrettist, monumentaal schil<strong>de</strong>r,<br />
glazenier en graficus.<br />
***T o t h, E.<br />
**Trautwein, K.<br />
*Treub-Boellaard. C.<br />
Geb. 1879, Nijmegen.<br />
Leerl. van P. Rink. Landschap.<br />
Trigt, H. A. van.<br />
Geb. 22 Oct. 1829, Dordt.<br />
Overl. 6 Juni 1899, Heilo.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Historiestukken. Aquarellen.<br />
Troelstra, Jelle.<br />
Geb. 17 Jan. 1891, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Leerl. v. W. Schuhmacher. Figuur, landschap,<br />
stilleven.<br />
Tromp, J. Zoetelief.<br />
Geb. 13 Dec. 1872, Batavia.<br />
Overl. ?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Binnenhuis.<br />
Troostwijk, W. J. van.<br />
Geb. 28 Mei 1782 te Amsterdam.<br />
Overl. 20 Sept. 1910 te Amsterdam.<br />
Leerl. van A. Andriessen. Landschappen. Stadsgezichten.<br />
Etser.<br />
***T rijnes, L.<br />
Turken, H.<br />
Geb. 10 Dec. 1791, Eindhoven.<br />
Overl. ?<br />
Portrettist.<br />
Tussenbroek, 0. van.<br />
Geb. 5 Febr. 1882, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Landschappen. Stillevens. Wijd<strong>de</strong> zich in latere<br />
jaren aan <strong>de</strong> kunstnijverheid.<br />
Tutein Nolthenius, B. C. J.<br />
Geb. 5 Nov. 1851, A' dam.<br />
Overt. ?<br />
Les v. Lef ébre, Boulanger en Harpiynies.<br />
**Tuynman, L.<br />
T yssen, J. v. Vucht.<br />
Gcb. 5 Sept. 1884, Nijmegen.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Portrettist, Fig. in interieurs.<br />
Tijssen, N.<br />
Geb. 2 April 1898.<br />
Stadsgezichten, landschap, stillevens.<br />
**Tijssen, W.<br />
**U h I, J.<br />
Uiterwaal, S.<br />
Geb. 8 Jan. 1809.<br />
Figuur.<br />
Urk, Kees v.<br />
Geb. 26 Maart 1895.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap, figuur (religieus).<br />
**Utterwaal, J.<br />
***Uyl<strong>de</strong>rt-Mayer, Lotte.<br />
***Vaillant, H.<br />
**V a k e n, G. v. d.<br />
Valk, A. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 24 April 1884, Delft.<br />
Haagsche en Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Etser. Lith.<br />
Valk, M. W. v. d.<br />
Geb. 16 Dec. 1857, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Stillevens.<br />
Etser. Lith.<br />
**Valk, H.<br />
**Val k, W.<br />
Valkema Blouw, J. P.<br />
Geb. 23 Oct. 1884, Haarlem.<br />
Landschap, bloemen, stillevens. Wajangpoppen.<br />
Etser. Lith.<br />
*Valkema-Hermann, M.<br />
Geb. 18 April 1880. Soekamadjoe. Java.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten. Bloemen.<br />
Valkenburg, H.<br />
Geb. 8 Sept. 1826, Deventer.<br />
Overt. 29 Oct. 1896 te Laren.<br />
Intérieurs. Boerenleven.<br />
439
Valois, J. Fr.<br />
Geb. 1778 te Paramaribo.<br />
Overt. 7 Dec. 1833, Den Haag.<br />
Landschappen. Stadsgezichten.<br />
**Valstar, J.<br />
*Varenhorst..Schenck, G. G.<br />
Geb. 23 Jan. 1858, Kampen.<br />
Overt.?<br />
Rijksnormaalschool Amsterdam. Stillevens. BIoemen.<br />
Etste.<br />
*Veegens, A.<br />
Geb. 25 Jan. 1850.<br />
Portret en stilleven.<br />
**Veen, D r. H.<br />
**Veen, G. J. v. d.<br />
Veen, K. J. van.<br />
Geb. 23 Aug. 1898, Rotterdam.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stillevens. Landschappen.<br />
Portret. Intérieur.<br />
*Veer, E. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 23 Juni 1887, Schoonhoven.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret. Illustratrice.<br />
**Veer, J. L. ter.<br />
Veerman, Jaap.<br />
Geb. 7 Juni 1902.<br />
Stilleven.<br />
Vel<strong>de</strong>, C. W. M. v. d.<br />
Geb. Dec. 1818, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Overt. 20 Maart 1898 te Besancon.<br />
Vel<strong>de</strong>, H. v. d.<br />
Geb. 14 Jan. 1896, A'dam.<br />
Leer!. v. H. M. Krabbé. Stud. te Parijs en<br />
Florence.<br />
Vel<strong>de</strong>n, P. v. d.<br />
Geb. 5 Mei 1837, Rotterdam.<br />
Over!. 1915.<br />
Leermeester van Suze Robertson. Visschersleven.<br />
Lith.<br />
Veldheer, J. G.<br />
Geb. 4 Juni 1866, Haarlem.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Grafisch meester.<br />
**Veldhuizen, J. v.<br />
Ven, E. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 12 Nov. 1866, Den Bosch.<br />
Teekenschool Den Bosch. Landschap. Stillevens.<br />
440<br />
**Ven, Paul v. d.<br />
**Verbeek, A. W.<br />
**Verboog, E.<br />
**Verburg, H.<br />
**Verburg, H. M.<br />
Verdonk, F. W.<br />
Geb. 1903.<br />
Portret en stilleven.<br />
**Vergeer, J. N. A.<br />
**Verheul, Jr., D.<br />
***Verheus, Marg.<br />
Verheyen, J. H.<br />
Geb. 22 Dec. 1778, Utrecht.<br />
Overl. 16 Jan. 1846.<br />
Stadsgezichten.<br />
**Verheyen, Jos.<br />
**Verhoeven, K.<br />
Verhoeven, L.<br />
Geb. 11 Oct. 1883, Dordt,<br />
Bloemen en Stillevens.<br />
**Verhorst, A.<br />
**Veringa, J.<br />
Verka<strong>de</strong>, J.<br />
Geb. 18 Sept. 1868, Zaan da m.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Stillevens.<br />
Muurschil<strong>de</strong>ringen. Werd Benedictijner monnik.<br />
Verkerk, H. M. G.<br />
Geb. 9 Oct. 1880, Amersfoort.<br />
Leerling van W. SteeIink en P. P. Schied es.<br />
Landschappen. Stillevens.<br />
**Verkoren, L.<br />
Verleur, A.<br />
Geb. 1876 te Amsterdam.<br />
Leiding v. W. Mais en Th. <strong>de</strong> Bock. Landschappen.<br />
***Verman<strong>de</strong>, W.<br />
Vermeulen, A.<br />
Geb. 23 Maart 1763, Dordt.<br />
Over!. 6 Juli 1814, Amsterdam.<br />
Leer!. van zijn va<strong>de</strong>r C. Vermeulen.<br />
Landschappen. Wintergezichten.
Vermeulen, M.C.T.<br />
Geb. 19 Jan. 1868, Tilburg.<br />
Leert. Rijksnorm. v. T. 0.<br />
*Vermijne, J.<br />
Geb. 30 April 1886, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten.<br />
**Verschuren, A. J. J.<br />
Verschuur, W.<br />
Geb. 11 Juni 1812, Amsterdam.<br />
Over!. 4 Juli 1874, Vor<strong>de</strong>n.<br />
Leerl. v. P. G. v. Os. Leermeester van Mauve.<br />
Paar<strong>de</strong>n en stalintérieurs. Lith.<br />
Versluys, A.<br />
Geb. 7 Maart 1893.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret.<br />
Versteeg, J. A.<br />
Geb. 22 Mei 1877, Giesendam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Bloemstukken.<br />
**Versteeg, L. P.<br />
Versteegh, M.<br />
Geb. 30 Augustus 1756, Dordt.<br />
Over!. 14 Nov. 1863, Dordt.<br />
Paar<strong>de</strong>n en intérieurs.<br />
Verster, F. H.<br />
Geb. 9 Juni 1861, Lei<strong>de</strong>n.<br />
Over!. 21 Jan. 1927 aldaar.<br />
Leerling van Breitner. Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Schil<strong>de</strong>r van beteekenis. Vooral stillevens. Etste<br />
en Lith.<br />
Verstijnen, H. C. G. M.<br />
Geb. 9 Juli 1882, Soekaboemi.<br />
Dieren en planten. Lith.<br />
Vertin, P. G.<br />
Geb. 21 Maart 1819, Den Haag.<br />
Over!. 14 Sept. 1893, Amsterdam.<br />
Leert. van B. J. v. Hore. Stadsgezichten. Etser.<br />
Lith.<br />
Verveer, E.<br />
Geb. 19 April 1826, Den Haag.<br />
Overl. 24 Aug. 1909, Den Haag.<br />
Leert. van S. L. Verveer. Visschersleven.<br />
Verveer, S. L.<br />
Geb. 30 Nov. 1813, Den Haag.<br />
Overl. 5 Jan. 1876, Den Haag.<br />
Leert. van B. J. v. Hove. Zeegezichten.<br />
Stillevens.<br />
Etser.<br />
Verwey, Kees.<br />
Geb. 20 April 1900, A'dam.<br />
Leert. v. H. F. Boot en v. d. Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
Stadsgezichten, landschap en stilleven.<br />
Verwey van U<strong>de</strong>nhout, L.<br />
Geb. 2 Oct. 1884, Sidohardjo, Java.<br />
Overl. 4 October 1913, Maarssen.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten. Etser.<br />
Veterman, Ed.<br />
Geb. 9 Nov. 1901.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Tooneel<strong>de</strong>cors, portretten,<br />
figuur.<br />
Veth, Cornelis.<br />
Neef van Jan Veth.<br />
Caricaturist en criticus.<br />
Veth, Dr. Jan P.<br />
Geb. 1864 te Dordt.<br />
Over!. 1 Juli 1925, A'dam.<br />
Rijksacad. A'dam. Portretschil<strong>de</strong>r van beteekenis.<br />
Etate, Lith. Belangrijk schrijven over kunst.<br />
Vettewinkel Dzn., H.<br />
Geb. 20 Oct. 1809, Amsterdam.<br />
Overl. 8 Mei 1878, Amsterdam.<br />
Schepen.<br />
Viegen, Jos.<br />
Stadsgezicht en figuur. Schreef on<strong>de</strong>r pseudomiem<br />
verzen.<br />
Vincent, L. A.<br />
Geb. 1812.<br />
Over!. 1842.<br />
Leerl. van B. J. v. Hove en C. Kruseman. IIIustrator.<br />
Vinger, B. L.<br />
Geb. 15 Dec. 1881.<br />
Les v. D. Lako. Illustrator.<br />
*Vinger, Truus.<br />
Geb. 10 Maart 1903.<br />
Opgeleid door haar va<strong>de</strong>r. Illustratrice.<br />
Vis, D.<br />
Geb. 8 Juli 1906, Ne<strong>de</strong>rhorst <strong>de</strong>n Berg.<br />
Stilleven en intérieur.<br />
Vis, H.<br />
Geb. 28 Febr. 1883, Zaandam.<br />
Leert. van Arents. Schepen en landschap.<br />
**Visscher, R.<br />
Visser Jr., J.<br />
Geb. 18 Oct. 1856, Groningen.<br />
Overl. 3 Dec. 1938 te Aer<strong>de</strong>nhout.<br />
Acad. „Minerva" Groningen. Werkz. b. Kunston<strong>de</strong>rw.<br />
Uitmuntend portretlithograaf. Figuur en<br />
stilleven.<br />
Visser, J.<br />
Geb. 18 Maart 1879, Alkmaar.<br />
Teekenschool <strong>voor</strong> Kunstnijverheid. Landschap,<br />
portretten. Etser.<br />
441
Visser, L.<br />
Geb. 7 Sept. 1880, Amsterdam.<br />
Leert. van G. Westermann en J. Visser Jr. Decoratieve<br />
werken. Lith.<br />
**Visser, P. <strong>de</strong>.<br />
Visser, Tj.<br />
Geb. 12 Dec. 1876, Workum.<br />
Normaalschool, Amsterdam. Beeldhouwer. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
*Vista, Tula di.<br />
Geboren in Portugal.<br />
Portret en landschap.<br />
**Vlaan<strong>de</strong>ren, André.<br />
Illustrator.<br />
Vlaan<strong>de</strong>ren, J.<br />
Geb. 15 Aug. 1867, Kralingen.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap. Bloemen. Etser.<br />
*Vlielan<strong>de</strong>r Hein, M. J. M.<br />
Geb. 6 Sept. 1891.<br />
Lessen van mej. C. v. d. Hart en raad v. W. Marls<br />
Jacobzn. en Bluch Schregel. Stilleven.<br />
Vliet, Ger. v.<br />
Geb. 10 Dec. 1880, A'dam.<br />
Rijksnorm. T. 0. Landschap en stadsgezicht.<br />
V l i s t, L. v. d.<br />
Geb. 11 Mei 1894 te Numansdorp.<br />
Leerl. v. W. v. d. Nat en W. <strong>de</strong> Zwart en v. d.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stillevens.<br />
Vlijmen, Bernard van.<br />
Geb. 23 Oct. 1895, Den Haag.<br />
Rijksnormaalsch. en Rijksac. A 'dam. Teek.<br />
Portretten.<br />
**Vlij men, J. v.<br />
Vlijmen, Koos van.<br />
Geb. 15 Juli 1909.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Werkte in Frankrijk en Italië.<br />
Voerman, Jan.<br />
Geb. 23 Jan. 1857, Kampen.<br />
Overl. 25 Maart 1941.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschappen en bloemstillevens. Zijn riviergezichten<br />
en wei<strong>de</strong>n met vee kregen vermaardheid.<br />
Voerman Jr., J.<br />
Geb. 23 Jan. 1890.<br />
Leerling van zijn va<strong>de</strong>r. Vooral lithogr. van<br />
bloemen.<br />
Vogel, C. J. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 29 Dec. 1824, Dordt.<br />
Overl. 9 Mei 1879, Dordt.<br />
Landschappen.<br />
442<br />
v.<br />
Vogel, H. P.<br />
Geb. 27 Nov. 1833.<br />
Overt. 5 Jan. 1886.<br />
Leerling van Fromberg.<br />
Vogel, J. G.<br />
Geb. 25 Juni 1828, Hooge Zwaluwe.<br />
Overl. 15 Mei 1915, Velp.<br />
Leert. van A. Schelf hout. Landschappen.<br />
*Vogel-Rooseboom, H. C. J. W.<br />
Geb. 23 Oct. 1843, Den Haag.<br />
Overt. 26 Dec. 1896, Den Haag.<br />
Leert. van haar va<strong>de</strong>r N. Rooseboom. Bloemen.<br />
**Vogel, L. <strong>de</strong>.<br />
Vogelaar, J.<br />
I Geb. 23 Nov. 1865, Dinteloord.<br />
Overl.?<br />
Les van J. v. Looy. Landschappen.<br />
**Vogtschmidt, J.<br />
**Volkers, A.<br />
**Volkhemer, M.<br />
V o l m a r, H. W. N.<br />
Geb. 26 Dec. 1881.<br />
Over!. 1921.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Etser.<br />
**Volmer, W.<br />
**V o l z, D. H.<br />
**Voogd, G. A. A. d e.<br />
**V o o g t, J. C.<br />
Voogt, Kees <strong>de</strong>.<br />
Geb. 12 Dec. 1893.<br />
Aca<strong>de</strong>mies Rotterdam en Munchen. Landschap,<br />
stilleven en stadsgezicht.<br />
Voor<strong>de</strong>n, A. W. van.<br />
Geb. 25 Nov. 1881 te Rotterdam.<br />
Overt. 2 Oct. 1921, Rotterdam.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stads- en havengezichten,<br />
**Voorn, A. J.<br />
*Voorthuyzen-v. Hove, H. var..<br />
Geb. 6 Sept. 1861, Den Haag.<br />
Over!. 18 Dec.1918, A'dam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
**Vos, Ch.<br />
**Vos F. <strong>de</strong>.
**Vos, Henri.<br />
Vos, Hubert.<br />
Geb. 17 Febr. 1855, Maastricht.<br />
Overt.?<br />
Had in Amerika een succesvolle Ioopbaan. Portretten.<br />
*Vos, M.<br />
Geb. 21 Dec. 1824, Amsterdam.<br />
Overl.11 Jan. 1906, Oosterbeek.<br />
Leert. van P. Kiers. Stillevens. Vooral bloemen.<br />
Etste.<br />
**Voskull, J. J.<br />
Voskuyl, H.<br />
Geb. 10 April 1893.<br />
Autodidact.<br />
**Voskuyl, Jeroen.<br />
Vossen, Andr. v. d.<br />
Geb. 26 Febr. 1893, Haarlem.<br />
School v. Kunstnijverh., Graficus.<br />
Vree<strong>de</strong>nburgh, C.<br />
Geb. 25 Aug. 1880, Woer<strong>de</strong>n.<br />
Leerl. van Roermeester, A. Roelofs. Landschappen.<br />
Etst.<br />
Vree<strong>de</strong>nburgh, G.<br />
Geb. 26 Maart 1849, Nieuwerbrug.<br />
Overl.?<br />
Portret, Landschap, Stillevens, Tooneel<strong>de</strong>cor.<br />
Vree<strong>de</strong>nburgh, Gijsb.<br />
Geb. 6 Maart 1876, Woer<strong>de</strong>n.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Brussel. Aquarellen.<br />
Vree<strong>de</strong>nburgh, Jr. G.<br />
Geb. 28 Oct. 1873, Woer<strong>de</strong>n.<br />
Brusselsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
Vree<strong>de</strong>nburgh, H.<br />
Ceb. 20 April 1887, Woer<strong>de</strong>n.<br />
Landschap. Stillevens.<br />
*Vree<strong>de</strong>nburgh-Schotel, M.<br />
Geb. 10 Dec.1884, Sitoebondo, Java.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Vries, A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 13 Febr. 1841, Amsterdam<br />
Over!. Dec. 1872, Haarlem.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Vries, Jr. B. A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 2 Mei 1868, A'dam.<br />
Overt. 25 Maart 1906.<br />
Rijksacad. Stillevens.<br />
Vries, D. <strong>de</strong>.<br />
Ceb. 21 Juli 1895, Utrecht.<br />
Haart. Kunstnijverh. School. Etser. Lith. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Vries, Hendrik <strong>de</strong>.<br />
Geb. 17 Aug. 1896.<br />
Autodidact. Figuur en landschap.<br />
**Vries, Henk <strong>de</strong>.<br />
**Vries, Joh. <strong>de</strong>.<br />
**Vries J r., R. W. P. <strong>de</strong>.<br />
Graficus en criticus.<br />
*Vries, S. C. Henriette <strong>de</strong>.<br />
Geb. 29 Mei 1867, A'dam.<br />
Leer!. Rijksnorm. school en Rijksacad. Figuur.<br />
Etst.<br />
Vrint, C. C.<br />
Geb. 21 Jan. 1870, A'dam.<br />
Leert. Haagsche Acad.<br />
V r o l y k, J. M.<br />
Geb. 1 Febr. 1846, Den Haag.<br />
Over!. 2 Sept. 1896, Den Haag.<br />
Leerl. van P. Stortenbeker. Schil<strong>de</strong>r v. dieren,<br />
wei<strong>de</strong>n met vee. Etser.<br />
Vrijthof f, Jhr. A. J. Th.<br />
Geb. 18 Sept. 1863, Maastricht.<br />
Overl.11 Juli 1924.<br />
Romantisch Landschap.<br />
Vuuren, J. van.<br />
Geb. 26 Jan. 1871, Molenaarsgraaff. .<br />
Leerling van Dysselhof. . Boschgezichten. Ou<strong>de</strong><br />
Stadjes.<br />
**Vijlbrief, P.<br />
*Vijzel, Constance van <strong>de</strong>.<br />
Geb. 20 April 1882, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
*Vijzel, Ida v. d.<br />
Geb. 10 Aug. 1880, Hilversum.<br />
Leert. Rijksacad. A'dam.<br />
Waay, N. van <strong>de</strong>r.<br />
Geb. 15 Oct. 1855, Amsterdam.<br />
Over!. 18 Dec. 1936.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Hoogleeraar Rijksacad.<br />
A'dam. Portret, landschap en figuur. Weesmeisjes.<br />
**Waegeningh, Leo v.<br />
Landschap.<br />
443
Waereld, E. F. v. d.<br />
Geb. 18 Oct. 1857, Amsterdam.<br />
Overl.?<br />
Leerling van Bing. Etser van Stadsgezichten.<br />
**Wagemaker, A.<br />
**Wagemaker, Janus.<br />
**Wagenaar, W.<br />
W al, H. A. v. d.<br />
Geb. 29 Juni 1882.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Landschap.<br />
**Walchren, P. M.<br />
Waldorp, A.<br />
Geb. 22 Maart 1803, Den Haag.<br />
Overt. 12 Oct. 1866, Amsterdam.<br />
Binnenhuizen, portretten, kerkintérieurs, riviergezichten.<br />
Lith.<br />
Wall, W. R. v. d.<br />
Geb. 1756.<br />
Overl. 1813.<br />
Leermeester van Kobell. Dieren.<br />
Wall Perné, G. v. d.<br />
Geb. 18 Mei 1877, Apeldoorn.<br />
Overl. 28 Dec. 1911.<br />
Rijksnormaalschool. Decoratief landschap en<br />
figuur. Ook graficus.<br />
W a l l e, W. A. v. d.<br />
Geb. 15 Mei 1906.<br />
Rijksnormaalschool A'dam. Decoratief figuur,<br />
glazenier en graficus.<br />
**Walrecht, B.<br />
**Walstra, H.<br />
*Wandscheer, M.<br />
Geb. 19 Nov. 1856, Amsterdam.<br />
Overl. 18 Sept. 1936, E<strong>de</strong>.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en stilleven. Etste.<br />
Waning, C. A. van.<br />
Geb. 26 Juli 1861, Den Haag.<br />
Overl. 27 Oct. 1829, Den Haag.<br />
Leerl. van Bosboom. Riviergezichten.<br />
*Waning.Stevels, M. van.<br />
Geb. 2 Dec. 1874, Gorkum.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portretten, dieren en stillevens.<br />
Waning, M. van.<br />
Geb. 1888, Den Haag.<br />
Landschappen. Portretten. Lith.<br />
**Warf f emius, E.<br />
444<br />
***Warmelo-Russell, A. M. v.<br />
*Wartena, Fr.<br />
Geb. 28 Juli 1857, Akkrum.<br />
Overl.?<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Binnenhuizen.<br />
*Wasch, J.<br />
Geb. 31 Oct. 1886, Rotterdam.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Leerl. van Zilcken en<br />
Roelofs. Portretten. Stillevens.<br />
Wassenaar, W. A.<br />
Geb. 14 Dec. 1873, Katwijk aid. Rijn.<br />
Leerling van Toorop. Landschappen. Etser.<br />
*Wassink, C. E.<br />
Geh. geweest m. Mr. N. J. Vonck.<br />
Geb. 2 Maart 1891, A'dam.<br />
Les v. H. M. Krabbe'.<br />
***Waterschoot v. d. Gracht,<br />
Giséle.<br />
Wattez, J. H.<br />
Geb. 31 Juli 1882, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Leerl. van W. Schutz.<br />
**Wed<strong>de</strong>pohl, C. H.<br />
Weegewijs, H.<br />
Geb. 7 Jan.1875, Nieuwer-Amstel.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stillevens. Etser.<br />
W e e l e, H. J. v. d.<br />
Geb. 13 Januari 1852, Mid<strong>de</strong>lburg.<br />
Overl. 2 Dec. 1930.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap met koeien.<br />
Ploegen<strong>de</strong> paar<strong>de</strong>n. Etser.<br />
Weeme, B. H. ter.<br />
Geb. 28 April 1880.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en stillevens.<br />
Weeme, Th. ter.<br />
Geb. 27 Juli 1868, Nieuwer AmsteI.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Stillevens.<br />
Figuren.<br />
Weeshoff, Dirk.<br />
Geb. 1825.<br />
Overl. 1886.<br />
Bloemen.<br />
Weezel Errens, A. v.<br />
Geb. 8 Juli 1866.<br />
Overl.?<br />
Werkz. bij 't on<strong>de</strong>rwijs.<br />
**Wei<strong>de</strong>ma, Fed<strong>de</strong>.<br />
Wei<strong>de</strong>n, Mathé, P. J. v. d.<br />
Geb. 27 Juni 1890.<br />
School <strong>voor</strong> kunstnijverh. Haarlem. Portret, stilleven<br />
en <strong>de</strong>coratief werk.
Weissenbruch, Is.<br />
Geb. 27 Aug. 1826, Den Haag.<br />
Overl.13 Nov. 1912.<br />
Houtgraveur.<br />
Weissenbruch, Jan.<br />
Geb. 18 Maart 1822, Den Haag.<br />
Over!. 15 Febr. 1880, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Stadsgezichten. Etser. Lith.<br />
Weissenbruch. J. H.<br />
Geb. 30 Nov. 1824, Den Haag.<br />
Overl. 14 Maart 1903, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Duingezichten. Etser.<br />
Weissenbruch J. Hz., W.<br />
Geb. 14 Febr. 1864, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Stillevens.<br />
Etser.<br />
Weitkamp, J. H.<br />
Geb. 12 Juni 1834, Rotterdam.<br />
Overt.?<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Boerenleven, Etste en Lith.<br />
Welie, A. van.<br />
Geb. 18 Dec. 1866 te Affer<strong>de</strong>n er<strong>de</strong>n Geld.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Internationaal portrettist.<br />
Wenckebach, L. 0.<br />
Geb. 16 Juni 1895, Heerlen.<br />
Kunstnijverh. school Haarlem. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Hoogleeraar Boetseeren a. d. T. H. te Delft.<br />
Wenckebach, L. W. R.<br />
Geb. 12 Jan. 1860, Den Haag.<br />
Overt. 25 Juni 1937 te Santpoort.<br />
Leert. van D. v. Lokhorst. Amsterd. Stadsgezichten.<br />
Etser. Lith.<br />
Wenning, Y. H.<br />
Geb. 26 Sept. 1879, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Ook graficus.<br />
**Werk, W. M. v. d.<br />
***Werk-K r u y f f, A. Mar. v. d.<br />
**Werkman, H. N.<br />
Werner, Frans.<br />
Geb. 7 April 1879.<br />
Les v. Bart v. Hove.<br />
Wervelman, Jan.<br />
Geb. 9 Mei 1901.<br />
Acte M. 0. Teekenen. Portret en landschap.<br />
**Wesselaar, H.<br />
Wesseling, H. J.<br />
Geb. 26 Febr. 1881, Haarlem.<br />
Leert. van Fr. Loots. Portrettist. Bloemen. Stillevens.<br />
Landschap.<br />
West, J. H. van.<br />
Geb. 30 Sept. 1803, Den Haag.<br />
Over!. 1881, Den Haag.<br />
Leert. van C. Kruseman. Intérieurs.<br />
Westenberg, P. G.<br />
Geb. 1791, Nijmegen.<br />
Over!. 16 Dec. 1873, Brummen.<br />
Leert. van J. Huiswit. Stadsgezichten.<br />
**Westerdorp-Osieck, B.<br />
Geb. 29 Dec. 1880, A'dam.<br />
Leer!. v. Lizzy Ansingh en Rijksacad. Stilleven,<br />
portret, figuur, reisschetsen. Etst.<br />
Westerbeek, C.<br />
Geb. 13 April 1844, Sassenheim.<br />
Over!. 22 Oct. 1903, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap met koeien.<br />
Westermann, G. B. J.<br />
Geb. 25 Dec. 1880, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Romantisch figuur- en landschapschil<strong>de</strong>r.<br />
Ook paar<strong>de</strong>n. Illustreer<strong>de</strong>.<br />
Westerwoudt, J. B. A. H.<br />
Geb. 20 Dec. 1849, Amsterdam.<br />
Overt. 2 April 1906, Arnhem.<br />
Amsterd. en Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Stadsgezichten.<br />
Wetering- <strong>de</strong> Rooy, J. E. v. d.<br />
Geb. 7 Aug. 1877 te Woudrichem.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Stadsgezichten.<br />
Weyand, J. G.<br />
Geb. 8 Maart 1886, Amsterdam.<br />
Rijkschool v. Kunstnijverheid en Rijksacad.<br />
Portret, figuur en stilleven. Ook glazenier.<br />
Wegers, B. W.<br />
Geb. 11 Mei 1866, Kampen.<br />
Leert. v. W. B. Tholen. Stilleven.<br />
W e y n s, J. H.<br />
Geb. 6 Dec. 1864, Zwolle.<br />
Rijksnormaalschool. Landschap en portret.<br />
*Wichers Wierdsma, R. M.<br />
Geb. 30 Oct. 1891 te Franeker.<br />
Larensche Kunstschool. Droge naal<strong>de</strong>n. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Lith.<br />
445
Wichmann, E.<br />
Geb. 11 Aug. 1890, Utrecht.<br />
Overl.?<br />
Leert. v. Von Kreyfeldt en v. d. Laars. Houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Kopergravures. Lith. Etser.<br />
Wiegers, J.<br />
Gcb. 31 Juli 1893, Kommerzijl.<br />
Gron. en Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Portret en stilleven<br />
en grafiek.<br />
Wiegersma; H. J. M.<br />
Geb. 7 Oct. 1891.<br />
Autodidact.<br />
Figuur, landschap en glasbran<strong>de</strong>r.<br />
**Wiegman, G.<br />
Wiegman, J.<br />
Geb. 11 Febr. 1884, Zwolle.<br />
Leerl. van T j. Bottema. Illustreert kin<strong>de</strong>rboeken.<br />
Wiegman, M.<br />
Geb. 31 Mei 1886, Zwolle.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Stilleven. Figuurstukken<br />
met relig. on<strong>de</strong>rwerpen, muurschil<strong>de</strong>ringen. Lith.<br />
**Wiegman, P.<br />
**Wiegmans, Willem.<br />
Geb. 28 Oct. 1892.<br />
Kerkelijke sierkunst.<br />
Wierink, B. W.<br />
Geb. 4 Jan. 1856, Amsterdam.<br />
Overl.?<br />
Leerl. van N. A. C. Dekker. Batikt. Illustreert.<br />
Lith.<br />
Wiersma, Ids.<br />
Geb. 21 Juni 1878.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Vooral teekenaar en graficus.<br />
Wiertz, H. F.<br />
Geb. 7 Oct. 1784, Amsterdam.<br />
Overl. 1858, Nijmegen.<br />
Leerl. van J. Lauwers, J. <strong>de</strong> Frey. Stillevens<br />
(Schelpen).<br />
**Wiertz, H. L.<br />
Wiggers, D.<br />
Geb. 26 Maart 1886, Amersfoort.<br />
Overf. 15 Febr. 1933.<br />
Rottend. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen, <strong>voor</strong>al vergezichten<br />
in Gel<strong>de</strong>rf.<br />
**Wiggers, Karel.<br />
**Wigmans, W.<br />
446<br />
**W il<strong>de</strong>nhain, F. R.<br />
**Wildschut, George.<br />
*Willebeek le Mair, H.<br />
Geb. 23 April 1889, Rotterdam.<br />
Leerl. van Maasdijk en Ezerman. Illustratrice.<br />
**Willeboordse, Marie.<br />
**Willemse, C. N.<br />
**Willemsen, Wilh. A.<br />
Willemsz., Melle.<br />
Geb. 23 Oct. 1887, A'dam.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Stud. ook te Parijs.<br />
Willerding, K. J.<br />
Opgeleid door H. v. d. PoeL Zijn i<strong>de</strong>aal is eery<br />
schil<strong>de</strong>rij, dat door ie<strong>de</strong>reen genoten kan wor<strong>de</strong>n.<br />
*Willigen, C. A. v. d.<br />
Geb. 7 Mei 1850, Haarlem.<br />
Overt. 1 Aug. ,1931 Laren.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Bloemen.<br />
Willink, A. C.<br />
Geb. 7 Maart 1901 te A'dam.<br />
Gewerkt te Berlijn on<strong>de</strong>r Prof. H. Balutchek.<br />
Later te Parijs. Stilleven, landschap en figuur.<br />
***Willink, M.<br />
Willink, W. E. J.<br />
Geb.1 Sept. 1867.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
**Windhausen, Paul.<br />
**Windhorst, J. C.<br />
Windt, G. C. L.<br />
Geb. 1 Sept. 1869, Den Haag.<br />
Aca<strong>de</strong>mie Den Haag. Landschappen.<br />
Windt, Ph.<br />
Geb. 4 Sept. 1847, Den Haag.<br />
Overl. Sept. 1921, Den Haag.<br />
Figuur.<br />
Windt, C. v. d.<br />
Geb. 22 Aug. 1877, Brussel.<br />
Etser.<br />
Windt, L. v. d.<br />
Geb. 1878, Brussel.<br />
Oval. 11 Aug. 1916.<br />
Etser.<br />
Wingen, Edmond.<br />
Limburger.<br />
**Wipkoop, J. W. v.
Wins, J. W. M.<br />
Geb. 1881, Makassar Celebes.<br />
Leer!. van C. Nuys en Schutz.<br />
Aquarellen en houtsne<strong>de</strong>n.<br />
Winter, A. H.<br />
Geb. 1800 te Utrecht.<br />
Overt. 28 Mei 1861, Amsterdam.<br />
Leert. van P. C. Won<strong>de</strong>r.<br />
Portret. Etser. Lith. Dieren.<br />
Winter, A. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 28 Mei 1882, Utrecht.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Bloemen. Lith.<br />
Wirtz, W.<br />
Geb. 1888, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Decorat. ontwerpen <strong>voor</strong> boek- en reclamekunst.<br />
Wissel, A. v. d.<br />
Geb. 1865 op Marken.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen.<br />
**Wit, J. <strong>de</strong>.<br />
Witjens, W.<br />
Geb. 8 Nov. 1884, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap. Etser.<br />
Witkamp, E. S.<br />
Geb. 13 Maart 1854, Amsterdam.<br />
OvenI.1 Oct. 1897, Amsterdam.<br />
Leert. van A. Koopman. Figuren. Met N. v. d.<br />
Waay <strong>de</strong>coratieve schil<strong>de</strong>ringen.<br />
Witsen, Willem A.<br />
Geb. 13 Aug. 1860, Amsterdam.<br />
Overl. 13 April 1923 te Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Meester van <strong>de</strong> Amsterdamsche<br />
school. Stadsgezicht, landschappen met<br />
figuren, portretten, stillevens, vermaard etser.<br />
Witsen, S. van.<br />
Geb. 29 Oct. 1833, Den Haag.<br />
Overt. 24 Nov. 1911.<br />
Leerl. van B. J. v. Hove en H. v. Hove.<br />
Wittenberg, J. H. W.<br />
Geb. 30 Jan. 1886, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Fig. Landschappen. Stadsgezichten.<br />
Stillevens.<br />
*Wittig-Keyser, Lucie.<br />
**Woerkom, W. v.<br />
**Wolbers, D. J.<br />
WoIbers, H. G.<br />
Geb. 27 Mei 1856, Heemste<strong>de</strong>.<br />
Overt. 28 Dec. 1926.<br />
Leert. van Verster. Dicren en landschappen.<br />
Wolff, B.<br />
Geb. 1759 te Dessau.<br />
Over!. 15 Oct. 1825, Amsterdam.<br />
**Wolff, C. <strong>de</strong>.<br />
Wolter, H. J.<br />
Geb. 15 Juli 1873, Amsterdam.<br />
Antwerpsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschap en stadsgezicht,<br />
portret en figuur. Lith., was Hoogleeraar<br />
aan <strong>de</strong> Rijks Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam.<br />
*Wolterbeek Muller, Th. E.<br />
Geb. 1876, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Won<strong>de</strong>r, P. C.<br />
Geb. 10 Jan. 1780, Utrecht.<br />
Over!. 12 Juli 1852, Amsterdam.<br />
Portrettist. Binnenhuis.<br />
**Wondt, Gerrit.<br />
Wouters, H.<br />
Geb. 6 Mei 1866, Zwolle.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Binnenhuis. Figuur. Portretten.<br />
Etser. Lith.<br />
Wouters, W. H. M.<br />
Geb. 6 Febr. 1887, Den Haag.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Figuur en stilleven. Ook<br />
graficus.<br />
*W outersen-v. Doesburgh, E. L. H.<br />
Geb. 7 Dec. 1875, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Miniatuurportrettiste, Hofjes.<br />
Eiste.<br />
Wuisman, G. W.<br />
Geb. 30 Jan. 1896.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie. GIazenier.<br />
*W u l f se, A. J. C.<br />
Geb. 28 Aug. 1896.<br />
Leerl. v. Voerman, Garf, Krabbé en Coba Ritsema.<br />
Gewerkt Parijs en Munchen. Portret en bloemen.<br />
Wust, A.<br />
Geb. 13 Dec. 1837.<br />
Over!. 3 Mei 1876.<br />
Leert. van zijn va<strong>de</strong>r.<br />
**Wijland, G. v.<br />
**Wijmans, Louis.<br />
447
**Wij mans, W. L.<br />
**Wijn, W. A. d e.<br />
Wijngaerdt, Piet Th. v.<br />
Geb. 4 Nov. 1873, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap, Figuur, stillevens<br />
en bloemen. Etser.<br />
Wijnman, W.<br />
Geb. 10 Juli 1897.<br />
Rotterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Figuur.<br />
Wijnstroom, A. C.<br />
Geb. 6 Mei 1888.<br />
Rijksaca<strong>de</strong>mie. Landschap. Ook portret.<br />
Wijnveld, B.<br />
Geb. 13 Aug. 1821, Amsterdam.<br />
Overl. 18 Febr. 1902, Haarlem.<br />
Hoogleeraar Rijksaca<strong>de</strong>mie. Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Wijsmuller, J. H.<br />
Geb. 13 Febr. 1855, Amsterdam.<br />
Overl. 23 Mei 1925.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Landschap en Stadsgezichten.<br />
Etsen.<br />
*Wijthof, f, A. C. F.<br />
Geb. 29 Oct. 1863, Amsterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie. Aquarellen.<br />
Y<strong>de</strong>ma, E.<br />
Geb. 23 Juli 1876, Ou<strong>de</strong>nga.<br />
Landschappen (Friesland en Giethoorn).<br />
Ykelenstam, H.<br />
Geb. 24 April 1897.<br />
Rijksacad. A'dam. Portret, stadsgez. en stilleven.<br />
Ook graficus.<br />
**Yperen, G. W. v.<br />
**Yssel_Mui<strong>de</strong>n, Jacq.<br />
Ysseldijk, k, Cees v.<br />
Geb. 27 Sept. 1901, Utrecht.<br />
Aca<strong>de</strong>mie, Antwerpen. Portret, stilleven en stadsgezichten.<br />
**Zan<strong>de</strong>n, Ed. van.<br />
Zandleven, J. A.<br />
Geb. 6 Febr. 1868. Koog aid. Zaan.<br />
Autodidact. Bloemen. Boschgezichten. Stillevens.<br />
Stadsgezichten.<br />
Zee, Jan v. d.<br />
Geb. 16 Febr. 1898, Leeuwar<strong>de</strong>n.<br />
Aca<strong>de</strong>mie „Minerva" Groningen. Portret, landschap<br />
enz.<br />
448<br />
Zeegen, Jr., Adr. van.<br />
Geb. 14 Febr. 1881.<br />
Leert, v. J. Sluyters. Visschen.<br />
*Zeegers, Be.<br />
Geb. 15 Maart 1891, Amsterdam.<br />
Penteekeningen van bloemen.<br />
*Zethraeus, Ag. Wilh.<br />
Geb. 23 Dec. 1872, Amsterdam.<br />
Stadsgezichten.<br />
Zilcken, Ph.<br />
Geb. 21 April 1857, Den Haag.<br />
Overt. 3 Oct. 1930, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Les v. Mauve. Landschappen.<br />
Bekend graficus.<br />
Zimmerman, J. W. Gerstenhauer.<br />
Geb. 1816 te Monnikendam.<br />
Overl. 1887 te Rotterdam.<br />
Amsterd. Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Portret.<br />
Zoetelief Tromp.<br />
Geb. 13 Dec. 1872, Batavia.<br />
Overl.?<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie en Rijksaca<strong>de</strong>mie.<br />
Zon, J.<br />
Geb. 21 April 1872, Den Haag.<br />
Over!. 27 Maart 1932.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie.<br />
Landschap en figuur.<br />
Zonneveld, Arie<br />
Over!. 1941.<br />
Landschap. Ook graficus.<br />
Ziircher, A. F.<br />
Geb. 14 April 1826.<br />
Over!. 14 April 1876.<br />
Figuren.<br />
Zurcher, Dr. J.<br />
Geb. 18 Oct. 1851, Amsterdam.<br />
OverI.9 Maart 1905, Den Haag.<br />
Etser.<br />
Zutphen, J. H. van.<br />
Geb. 24 Nov. 1879.<br />
Kunstnijverh. school Haarlem. Beeldhouwer,<br />
amateurschil <strong>de</strong>r.<br />
Zwaanshals, D.<br />
Geb. 20 Nov. 1862, Vlissingen.<br />
Brabantsch Landschap.<br />
Zwart, W. D.<br />
Geb. 7 Dec. 1867.<br />
Aca<strong>de</strong>mie „Minerva" Groningen.
Zwart, P. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 29 Febr. 1880, Den Haag.<br />
Haagsche Aca<strong>de</strong>mie. Landschappen. Etser.<br />
Zwart, W. H. P. J. <strong>de</strong>.<br />
Geb. 16 Mei 1862.<br />
Overl. 11 Dec. 1931.<br />
Leerl. v. J. Maris. Landschap, stadsgezichten,<br />
figuur, portret en stilleven.<br />
Zwe<strong>de</strong>n, J. v.<br />
Landschap, figuur en portret (teekeningen).<br />
Zweep, D. J. v. d.<br />
Geb. 10 April 1890, Utrecht.<br />
Kunstnijverh. school Utrecht. Stillevens.<br />
Zwiers, Piet.<br />
Geb.1 Aug. 1907.<br />
Autodidact. Portret en Landschar.<br />
Zwijsen, Jacq.<br />
Geb. 5 Maart 1894.<br />
Portret, figuur en landschap.<br />
Zij<strong>de</strong>rveld, W.<br />
Geb. 1796 te Amsterdam.<br />
Overl. 24 Dec. 1846, Amsterdam.<br />
Historieschil<strong>de</strong>r.<br />
Zijl, Maarten.<br />
Geb. 13 Nov. 1889.<br />
Stilleven en figuur.<br />
449
INHOUD<br />
EEN WOORD VOORAF........<br />
Blz.<br />
............ 9<br />
I. HISTORISCHE INLEIDING......... . ....... 111<br />
DE ONTWIKKELING DER NEDERLANDSCHE<br />
SCHILDERKUNST VAN 1400-1850.<br />
I. DE VIJFTIENDE EEUW. De eerste klanken, he<br />
karakter van <strong>de</strong> Bogh kunstbegaafclheid,<br />
Jan van E .....................<br />
11. DE VIJFTIENDE EEUW. Vlaamsche kunstenaars in het<br />
Noor<strong>de</strong>n geboren; het begin van een Hollandsche schil<strong>de</strong>r-<br />
III. DE VIJFTIENDE EEUW. De mid<strong>de</strong>neeuwsche zekerheid<br />
wankelt, <strong>de</strong> verstoring van het mediaevale evenwicht in <strong>de</strong><br />
verfij an i us<br />
B<br />
IV. DE ZESTIENDE EEUW. „De nieuwe zoete stijl" Komt<br />
<strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlan<strong>de</strong>n binnen, Lucas van Lei<strong>de</strong>n en Jan van Scorel. 41<br />
V. DE ZESTIENDE EEUW. Een die weerstond : Pieter<br />
Breughel 55<br />
V.I. DE ZESTIENDE EEUW. De Haarlemsche en Utrechtsche<br />
centra, het ontstaan van het groepsportret ......... 69<br />
VII. DE ZEVENTIENDE EEUW. De internationale barokkunst<br />
vindt weerklank aan het stadhou<strong>de</strong>rlijk hof van Fre<strong>de</strong>rik<br />
Hendrik .... •••••••••••••••••••• .... 79<br />
VIII. DE ZEVENTIENDE EEUW. De portretschil<strong>de</strong>rs van het<br />
groepsverband, het schuttersstuk, het regenten- en anatomiestuk<br />
91<br />
450
Blz.<br />
IX. DE ZEVENTIENDE EEUW. Het landschapschil<strong>de</strong>ren,<br />
sterk picturaal voelen, tot ongemeen rijken bloei gebracht . 103<br />
X. DE ZEVENTIENDE EEUW. „De copieérlust <strong>de</strong>s dagenliiksclzen<br />
levens" vindt in hef schoons burgerwoonhuis, in het<br />
mid<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r zeventien<strong>de</strong> eeuw, een prachtig gegeven tot <strong>de</strong><br />
hoogste ontplooiing van het genre-schil<strong>de</strong>rij 121<br />
XI. DE ZEVENTIENDE EEUW. Het zieleleven, <strong>de</strong> Bijbel,<br />
Rembrandt 141<br />
XII. DE ACHTTIENDE EEUW. Een ingezonken perio<strong>de</strong><br />
houdt in Holland <strong>de</strong> lamp bran<strong>de</strong>nd 153<br />
XI//. DE NEGENTIENDE EEUW. /n het mid<strong>de</strong>n van <strong>de</strong> eeuw<br />
wordt weer een groote tijd <strong>voor</strong> het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren<br />
ontsloten 164<br />
2. DOORLEEFD GETUIGENIS 181<br />
I. DE VOORBEREIDING en het gloren van het réUeil: <strong>de</strong><br />
stichting en <strong>de</strong> ontwikkeling van Arti et Amicitiae en Pulchri<br />
Studio 187<br />
11. HET KUNSTONDERWIJS, <strong>de</strong> Rijns-Normaalschool<br />
<strong>voor</strong> teekenon<strong>de</strong>rwijs en <strong>de</strong> Rijks-Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam. 203<br />
111. LONDEN, een bezoek aan het atelier van Alma Ta<strong>de</strong>ma,<br />
„De Vlin<strong>de</strong>rs" van Thijs Marls bij van Wisselingh te<br />
Amsterdam 223<br />
IV. DE HAAGSCHE SCHOOL, <strong>de</strong> viiit van een toegewij<strong>de</strong>,<br />
maar opgeoffer<strong>de</strong> generatie, brengt bij een volgend geslacht<br />
bloem en vrucht 239<br />
V. DE SCHOOL VAN LAREN, contact met een ongerept<br />
lan<strong>de</strong>lijk dorp, en verkeer met een schil<strong>de</strong>rachtige boerenhevdki:w<br />
brengt het Hollandsche schil<strong>de</strong>ren groote winst. 259<br />
451
Blz.<br />
VI. VINCENT VAN GOGH, een Hollandsche schil<strong>de</strong>r van<br />
beteekenis neemt roemvol <strong>de</strong>el aan <strong>de</strong> ontwikkeling van het<br />
nieuwe impressionnisme in Frankrijk 275<br />
VII. DE AMSTERDAMSCHE SCHOOL. Tusschen 1885 en<br />
1890 dient zich een nieuw geslacht van schil<strong>de</strong>rs aan, waarvan<br />
<strong>de</strong> meesten, on<strong>de</strong>r leiding van August Allebé, op <strong>de</strong> Rijks-<br />
Aca<strong>de</strong>mie te Amsterdam gevormd wer<strong>de</strong>n 293<br />
VIII. HET INTELLECTUALISME en <strong>de</strong> nijverheidskunsten<br />
lei<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>treffelijke Drachten van <strong>de</strong>n hoofdweg van het<br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>ren 321<br />
IX. SCHILDERESSEN. Nooit in <strong>de</strong> kunsthistorie en nergens<br />
ter wereld, verover<strong>de</strong> <strong>de</strong> schil<strong>de</strong>res een zoo volkomen gelijkheid<br />
held met <strong>de</strong>n schil<strong>de</strong>r, als in onzen tijd in Holland 337<br />
X. VERTROUWEN. Met onvermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong> Toewijding blijven <strong>de</strong><br />
Hollandsche schil<strong>de</strong>rs aan <strong>de</strong>n arbeid 349<br />
3. ZAKELIJK REGISTER 369<br />
452<br />
r ^ ^----^^`<br />
................<br />
^11<br />
André Verhorst, Riviergezicht.