02.05.2013 Views

1)1 E1,5?R-1111)171 k:

1)1 E1,5?R-1111)171 k:

1)1 E1,5?R-1111)171 k:

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

1)1 <strong>E1</strong>,5?R-<strong>1111</strong>)<strong>171</strong> k:


MULTATULI<br />

IDEEN<br />

EERSTE BUNDEL .<br />

AMSTERDAM<br />

UITGEVERS-MAATSCHAPPY ,Ef,SEVIF-R"<br />

1907


Druk van H. J . VAN DE GARDE & Co ., Zalt-Bommel .


DE ELSEVIER-EDITIE<br />

Verzamelde Werken van Multatuli<br />

Naar tydsorde gerangschikte uitgave, bezorgd door zijne weduwe.<br />

IN TIEN DEELEN<br />

DEEL III .<br />

IDEEN<br />

EERSTE BUNDEL .<br />

Elk exemplaar, dat bovenstaand merk met handteekening NIET draagt,<br />

is nagedrukt.


VOORBEU,ICIIT VAN DEN AUTEUR<br />

BY DE VYFDE UITGAVE . *)<br />

De beer BusKEN HuET schreef in zijn brochure -MULTATULI ., tdat<br />

ik in den lezer to weinig veronderstelde .» Ik meen to mogen betwyfelen<br />

of deze meening gegrond is . In-allen-geval bevreemdde bet my, ze to<br />

hooren uit den mond van iemand die zelf nog-al to sukkelen had met<br />

de onbevattelykheid van z'n lezers .<br />

Anderen beweren dat ik t begrip myner lezers to hoog stel, en to veel<br />

laat aankomen op den huisdominee of 't knappe kind in de familie . (83)<br />

De waarheid zal wel in 't midden liggen, wat in dit geval zeggen wil :<br />

aan geen der beide zyden. Het is waar dat ik me veel moeife geef om<br />

begrepen to worden, en mogelyk is t dat ik in zulke perioden van stemming,<br />

uitvoeriger ben dan voor sommigen noodig wezen zou . Hiertegenover<br />

staat dat ik, voortgezweept door m'n wensch om zooveel waarheid mogelyk<br />

to geven in kort bestek, op andere plaatsen de zaken aforistisch afdoe .<br />

Het was aanvankelyk myn plan slechts teksten to leveren, omdat het<br />

leven zoo kort is. Het toelichten en duidelyk maken, had ik liever overgelaten<br />

aan jongeren . Tot nog toe evenwel ontwaarde ik weinig sporen<br />

van ingenomenheid met die taak, en dit noopte my nu-en-dan zelf aan<br />

't preeken to gaan . Waarschynlyk wacht men met bet commenteeren<br />

myner werken, tot ik overleden ben, omdat alsdan 't stupide doodzwygen<br />

z'n reden van bestaan zal verloren hebben .<br />

Hoe dit zy, voldoening van m'n arbeid heb ik niet. Deze opmerking is to<br />

verdrietiger, naar mate myn werk meer verkocht, en - naar ik dus veronderstellen<br />

moet - meer gelezen wordt . Het begin deter IDEEN verscheen<br />

voor tien jaren. Zy werden, in weerwil van den vyfden druk then ze thans<br />

beleven, voor zoover my bekend is slechts eenmaal, en wel eerst sedert<br />

onlangs, in een Nederlandsch Tydschrift besproken . J) Over de kinderachtigheid<br />

van dit smoorsysteem, mogen de heeren van de pen zich verantwoorden<br />

by hun lezers . Die opheldering zal waarschynlyk wachten op<br />

den vyfden druk hunner vele werken die tot-nog-toe 't licht niet zagen .<br />

Myne klacht over gebrek aan voldoening, is evenwel geenszins op dat botte<br />

zwygen gegrond. Ze vloeit veeleer voort uit de dagelyksche opmerking, hoe<br />

gering de invloed is die bet WOORD uitoefent op 'n maatschappy, als de onze .<br />

Bij 't opslaan en nalezen der bladzyden in m'n brochure over Vryen-<br />

Arbeid, waar de verontwaardiging my aanspoorde tot bet bestryden der LEU-<br />

GEN die ons yolk opvreet, voel ik my genoodzaakt tot de droevige erkentenis<br />

edit alles is alzoo gebleven tot op dezen dag!"<br />

Behoudende leugens, liberale leugens, rechtleer;ge en moderne leugens,<br />

industrieele leugens, philanthropische leugens, kansel- katheder- kerkkamer-<br />

club- krant- en straatleugens . . .<br />

Och, 't is zoo beschamend, opgang to maken in een land waar't onware<br />

zoo gewild schynt, en 't blyft de vraag, of ik niet meer oorzaak hebben zou<br />

tot vreugde over den schroom my to noemen - 't geen dan toch in een<br />

*) (hoot ran M. D . D.-S.) Dit doelt op de vyfde uitgave van den eersten en<br />

tweeden Bundel . Van den derden Bundel verscheen kort daarop de tweede druk,<br />

terwyl de overige Bundels eerst later ontstaan zyn .<br />

t) Hier wordt gedoeld op Dr. Feringa's Tydschrift VRYE-GEDACHTE, dat toen<br />

to tyd by H. Pyttersen to Sneek verscheen . (Al. D. D.-S .)


VI<br />

VOORBERICHT VAN DEN AUTEUR<br />

bedorven maatschappy als 'n eigenaardige onderscheiding kan worden opgenomen<br />

- dan over de algemeene begeerte my to lezen .<br />

Wat de Nederlanders bewoog, aan deze IDEEN een vyfden druk to<br />

verschaffen, is my 'n raadsel . Met het oog op byna alles wat ik dagelyks<br />

zie gebeuren, zou 't me begrypelyker voorkomen, dat er geen letter<br />

van myne hand to plaatsen ware .<br />

De heer FUNKE had de goedheid my meetedeelen, dat by door aankoop<br />

eigenaar was geworden van 't kopierecht dezer IDEEN, en deed my voorstellen<br />

omtrent herziening en correctie . Ik nam dit werk met yver ter hand, en<br />

voelde my byna overal genoopt, door noten een en-ander toetelichten, doch<br />

werd in die aandrift telkens helemmerd door de herinnering aan de aanmerking<br />

van den heer HUET . Het is dus mogelyk dat ik, weifelend tusschen<br />

te-veel of te-weinig, hier-of-daar plaats gaf aan onnoodige opmerkingen,<br />

en elders 'n opheldering achterwege liet, die sommigen gewenscht toescheen .<br />

Doch . . dit zou niet myne schuld zyn. Het lezend Publiek heeft zich zoo bescheiden<br />

weten to hullen in een hardnekkig mutisme . . . men is voortdurend<br />

zoo gul geweest in het terughouden van alien mogelyken weerklank, dat men<br />

't my niet wyten mag, als ik omtrent de intellectueele vatbaarheid myner lezers<br />

in volslagen onzekerheid verkeer. Ik beroep my hieromtrent op het oordeel<br />

dier zangeres in den Haag, waarvan ik melding maakte op biz . 99 van<br />

den IIin Bundel *) en zal me wel moeten getroosten voorttegaan : -als-of ik<br />

tegen een muur sprak .,, Deze aan den volksmond ontleende vergelyking gaat<br />

alweder mank . Muren immers weerkaatsen 't geluid . Ik had de oorzaken<br />

van m'n akustischen tegenspoed liever in de modder moeten zoeken .<br />

Indie maakte KALIDASA . Griekenland, de homerische rhapsoden, EURI-<br />

PIDES, PLATO en ARISTOTELES. Rome, VIRGILIUS, HORATIUS en TERENTIUS.<br />

Italie, DANTE, PETRARCHA en TASSO . Frankryk, CORNEILLE, MOLIERE, VOL-<br />

TAIRE en ROUSSEAU . Oud-Ierland, z'n barden. Engeland, SHAKESPEARE, SWIFT,<br />

ADDISON, STEELE, GOLDSMITH en STERNE Duitschland, SCHILLER en GOTHE . . .<br />

men neme 't my niet kwalyk, dat ik zoo ver beneden al die mannen sta : ik<br />

ben door niemand gemaakt, en zit nog altyd to wachten op 't eerste blyk dat<br />

Nederland - Nederland als zoodanig -- kennis draagt van m'n bestaan .<br />

Dat dit niet voordeelig werkt, noch op 't gehalte van m'n arbeid, noch op<br />

de gemakkelykheid waarmee ik dien verricht, ligt in de rede, en zou begrepen<br />

worden in al de landen die ik zoo-even opnoemde . Wat Nederland aangaat,<br />

haal ik dien zonderlingen toestand siechts aan ter verschooning voor de<br />

ongelykmatigheid, waarmee m'n noten in dezen herdruk verdeeld zyn . Ik verkeerde<br />

altyd in 't onzekere, of 'n stelling al dan niet toelichting noodig had .<br />

De onderwerpen evenwel, die - naar m'n niet zeer gemotiveerde gissing, want<br />

ik tast in 't duister -- behoefte hebben aan eene verduidelyking die 't bestek<br />

eener noot zou te-buiten gaan, heb ik geheel zonder kommentaar gelaten,<br />

met het oogmerk die later opnieuw, en dan meer uitvoerig to behandelen .<br />

Wat de spelling betreft, ik heb ditmaal, niet zonder tegenzin, nagenoeg de<br />

mode van den dag gevolgd t) niet omdat ik den minsten eerbied voel voor de<br />

taalkennis der personen die heden-ten-dage zoo goed als officieel belast<br />

schynen met de bearbeiding van dat veld, doch om niet het oog des lezers aftestooten<br />

door vreemdheid van spelling. De sop zou de kool niet waard zyn .<br />

*) Volgens de latere inrichting : Idee 659, (M . D. D.-S .)<br />

t) Nagenoeg. Men ziet o. a. dat ik de leelyke i j heb afgeschaft . Het gekibbel<br />

over den oorsprong der ,, doer niets ter zake. Zeker is het dat onze letters i en j<br />

to zamen geen y klank voortbrengen, en dat is naar anze tegenwoordige uitspraak<br />

de eisch . Wie yzer uitspreekt als iz ;;r heeft volkomen recht dat woord to spellen<br />

met 'n i . Maar ik, die yzer zeg, schryj' ook : yzer. Nog-al eenvoudig, dunkt me


BY DE VYFDE UITGAVE . VII<br />

Ik neem deze gelegenheid te-baat voor de opmerking dat ik vroeger, waar<br />

ik van de gewone spelling afweek, geenszins bedoelde een voorbeeld van<br />

goede schryfwys to geven, doch alleen wilde aantoonen dat men ook buiten<br />

de alleenzaligmakende methode der vakmannen van den dag, iets kon voortbrengen<br />

dat het lezen waard was . Toch zou 't me zeer lief zyn, eens tyd to<br />

vinden, onze taal tot 'n gezet onderwerp van studie to maken, of liever - want<br />

dit deed ik reeds sedert m'n kindsheid - bruikbare spelregels voorteslaan .<br />

Zoodra mogelyk wil ik dit beproeven (112) doch ik zie in, dat ik me haasten<br />

moet om gereed to zyn voor den val van het tegenwoordig regime . Dat dit<br />

laatste uit 'n philologisch oogpunt niet hooger staat dan SIEGFNBEEK'S schoolmeesterig<br />

geknutsel, zou nu juist in Holland geen reden zyn voor 'n kort bestaan<br />

Maar het tegenwoordig stelsel - zegge : stelsel ! - is onpraktisch, en dit geeft,<br />

in den stoomtyd, hoop op 'n spoedig uiteinde . Nu voor alsdan : R . I . P.<br />

Men heeft me verweten dat ik zoo vaak myzelf citeer . Daarin ligt, naar ik<br />

verneem, onbescheidenheid, hoovaardy . *) Nu ja, bescheiden ben ik, goddank,<br />

niet . Maar eilieve, ik meende dat er in 't aanhalen van m'n eigen woorden<br />

een blyk lag van consequentie, van correctheid . juist uit den wensch om<br />

op die wyze m'n IDEEN tot ddn geheel to maken, is het afdeelen daarvan in genummerde<br />

paragrafen voortgesproten . Het doet me leed dat ik, meegesleept<br />

door styl, vooral in den IIIn Bundel zoo dikwyls van then vorm ben afgeweken,<br />

en dat ik door velerlei verdrietige omstandigheden genoodzaakt werd, aan<br />

m'n overige werken een andere inrichting to geven . Het aanhalen van een kort<br />

gezegde, waardoor men eene lange redeneering kan uitwinnen, komt me zoo<br />

verkeerd niet voor. Dat sommigen zich door ,nederigheid- genoopt voelen to<br />

vergeten - en to doen vergeten ! - wat ze eenige bladzyden of jren geleden<br />

gezegd hebben . . . nu ja, dit behoort by de alom beoefende enederigheid ."<br />

My is 't zeer aangenaam, indien alles wat ik ooit schreef, in 't geheugen blyft,<br />

en naast later opmerkingen of redeneeringen gelegd wordt, ter toetsing van<br />

de waarheid. De deugdzaamachtigheid dergenen die zoo'n kruis-onderzoek<br />

liever vermyden, komt me nederig, voor niedrig, en zelfs niedertrachtig .<br />

Wie overigens de moeite schuwt m'n citaten opteslaan, deed beter m'n<br />

IDEEN geheel ter-zyde to leggen . 't Is, meen ik, niet to veel gevergd, dat de<br />

lezer zich eenige moeite geve to begrypen, wat de auteur met niet geringe<br />

inspanning - want ik arbeid onder drukkende servituten van gemoed en omstandigheden<br />

- trachtte begrypelyk to maken .<br />

Als handleiding tot het beoordeelen myner IDEEN, ben ik tenslotte zoo vry<br />

nog-eens to verwyzen naar het program dat in m'n eerste brochure over<br />

Vryen-Arbeid voorkomt, en my to beroepen op de wenken in 35,123 en 283 .<br />

Deze drie nummers, in verband altyd met 30, zyn tevens van strikte toepassing,<br />

op al m'n andere werken zoowel, als op m'n geheel leven .<br />

WIESBADEN, 1872 .<br />

MULT .<br />

'~') Om het zoo-even achter 't woord Kstelselr geplaatst uitroepingsteeken to rechtvaardigen,<br />

hier de opmerking dat volgens D . V . en T. W. 't woord hoovaartiy met<br />

twee o's moet geschreven worden, doch hovel ing en hoven met een . Begrype wie 't<br />

kan ! Dat de tweede o op 't eind eener sylbe, in 't geheel geen reden van bestaan<br />

heeft, is onzen lettermannen nu eenmaal to hoog, maar men zou dan toch kunnen<br />

vergen, dat ze consequent waren in hun bekrompenheid . Ziedaar schryvers die 't<br />

wel laten zullen, zichzelf to citeeren !<br />

Ik hoop gelegenheid to vinden, een gedeelte van den IVn Bundel aan taalstudie<br />

to wyden . 't Onderwerp is zoo droog niet, als door velen gemeend wordt . (664)


VOORBERICHT BY DE ZESDE UITGAVE . *)<br />

By deze zesde uitgave der IDEEN herhaal ik het meermalen<br />

gedaan verzoek myn werk to toetsen aan 't program dat in m'n<br />

eerste brochure over Vryen-Arbeid voorkomt .<br />

De Noten waarby geen jaartal staat, waren reeds in vorige<br />

uitgaven opgenomen . Van nieuwe Noten heb ik my, op weinig<br />

uitzonderingen na, onthouden, wat me soms - by de bitterheid<br />

over de weinige voldoening die m'n werk my verschafte - moei-<br />

lyk genoeg viel .<br />

Men bedenke overigens dat alle geschriften naar de dagtee-<br />

kening moeten beoordeeld worden, en dat zeer veel denkbeelden<br />

die heden onder de gemeenplaatsen kunnen worden gerang-<br />

schikt, in 1861 en '62 voor gewaagde paradoksen werden uit-<br />

gekreten.<br />

WIESBADEN,<br />

Augustus 1879 .<br />

MULTATULI .<br />

*) (Hoot, van if. D. D.-S.) Dit Voorbericht verscheen by de zesde uitgaaf van den<br />

eersten bundel Ideen . In dit boekdeel zyn de noten waarby geen jaartal genoemd<br />

wordt, alien tydens den 5den druk, dus in 1872, tusschengevoegd . De by de<br />

zesde uitgaaf geschreven noten dragen het jaar 1879 . -


*) Wees door de Natuur bedeeld met zucht naar kennis . . .<br />

maak van 't streven naar waarheid uw hoofddoel, uw eenig doel . . .<br />

offer alles op aan dat streven . . . verwaarloos alle belangen om<br />

dat eene belang . . . betaal de geringe kans op slagen met uw<br />

rust, met uwe gezondheid, met uw welvaart, met alles wat een<br />

mensch off eren kan . . . verlaat vrouw en kind, zeggende : Vrouwe,<br />

wat heb ik met u to doen ? Kind, wat heb ik met u to doen ? Ik<br />

zoek de waarheid . . . ziedaar myne vrouw, ziedaar het kind van<br />

m'n hart .<br />

Trek naar de woestyn . . . sla u een kemeihuid om de lenden . . .<br />

omgord u met lederen riem . . . voed u met sprinkhanen en wilden<br />

honig .<br />

Denk, peins, overweeg . . . twyfel . . . overweeg nogmaals, en<br />

weder, en nogeens . . . altyd door, altyd op-nieuw .<br />

Rek uw begrip tot de uiterste grens der mogelykheid van<br />

kennen, kunnen, weten en begrypen .<br />

Schroef uw denkvermogen op tot de hoogste mate van bevatting .<br />

Span uwe gedachten voor de logge vracht van alle onopgeloste<br />

vraagstukken . . . zweep ze voort met de kracht van uwen<br />

wil tot raders en zeelen kraken . . ,<br />

Hebt ge dit alles gedaan .<br />

Als ge dan eindelyk meent iets to hebben geleerd, lets to<br />

weten, iets to begrypen . . .<br />

Keer dan terug uit de woestyn. Voig de inspraken van uw<br />

hart dat aandryft tot meedeeling, en zeg<br />

- Broeders, ik geloof deze zaak is alzoo .<br />

Dan zal er afscheiding zyn tusschen wie u hooren .<br />

Een gedeelte zal roepen<br />

- Deze mensch is slecht .<br />

Dit zeggen zy die nadachten over de onderwerpen welke u<br />

*) Vlg. noot by 't slot van 763<br />

IDEEN 1 . 1


ezighielden, maar die niet nadachten als gy in de woestyn . Zy<br />

noemen u slecht, wiji ze vreezen dat het yolk offer zal schatten<br />

boven gebrek aan offer, en inspanning nemen tot maatstaf om<br />

't slagen to meten .<br />

Antwoord dezulken door to wyzen op uw versleten kleed van<br />

kemelvel.<br />

Een ander gedeelte zal bestaan uit hen die nooit hoorden van<br />

de dingen die ge overdacht, uit lieden die zich bezighielden met<br />

niets, al den tyd then gy sleet in zoo zwaren arbeid .<br />

En weder zullen deze zich verdeelen .<br />

Het eerste deel zal zeggen<br />

- M'nheer, net m'n idee .<br />

Toon denzulken uw kleed van kemelvel, dat ge versleet in de<br />

woestyn .<br />

Maar 't ander deel zal zeggen<br />

- Meneer, dat ben ik niet met je eens .<br />

Wys hen op 't versleten kelnelkleed dat uw kleed was in de<br />

woestyn .<br />

Dan zal het yolk roepen<br />

- Wie is deze die een versleten kleed geeft als bewys ?<br />

Antwoord daarop<br />

- Broeders, ik bid u in myn kleed geen bewys to zoeken<br />

voor wat ik zeide, maar een aansporing om to overdenken wat<br />

ik gezegd heb .


«Een zaaier ging tut omn to zaaienn .<br />

JEZUS .<br />

1 . Misschien is niets gelleel waar, en zelfs dat niet .<br />

2 . Twee linker- handschoenen maken geen paar handschoenen ;<br />

twee halve waarheden maken geen waarheid .<br />

3 . Wie twaalf maal zegt : ilc zou . . . zegt elf maal ' n belise.<br />

4. Een verzamelin g van hout, steer, kalk, enz . is niet altyd<br />

'n gebouw . Een vergadering van menschen is niet altijd 'n gezelschap<br />

.<br />

5 . Veel uitstekend-goede - of veel uitstekend-slechte - menschen,<br />

bij elkaar en verbonden, stellen zooveel faktoren daar, die<br />

'n enorm produkt leveren van goed of slecht. Maar de som van<br />

veel middelmatigheid blyf t altyd gelyk aan een middelmatigheid.<br />

Redactie en inhoud van dit IDEE hebben behoefte aan verbetering<br />

en aanvulling . Vooral de eerste stelling komt my onjuist voor, gelyk<br />

reeds blykt uit 9 .<br />

6 . De slotsom der oordeelvellingen van veel onbekwame menschen<br />

waarborgt niet meer kans op juistheid dan 't oordeel van<br />

een onbekwaam mensch .<br />

Een gewaarborgde kans is geen kans meer . De juistheid, niet de<br />

kans, heeft waarborg noodig. Bovendien had ik in-plaats van ,niet<br />

meer» moeten zeggen : -minder.,, Ook dit wordt in 9 verbeterd.<br />

7 . Het beslissen by meerderheid van stemmen is 't recht van<br />

den sterkste in der minne. Het beduidt : Os we vochten zouden<br />

wy winnen . . . laat ors 't vechten overslaan .<br />

Dit stelsel leidt dus niet zoozeer tot waarheid als tot rust .<br />

Doch slechts voor 't oogenblik, een palliatief . Want de leden der<br />

minderheid hebben meestal 't recht voor zich, en zyn sterker,<br />

niet zoozeer uit besef van dat recht, als door meer geslotenheid<br />

en scherper prikkel tot inspanning . Wanneer de minderheid aangroeit<br />

tot meerderheid, verliest ze aan specifieke waarde wat ze<br />

wint in uitbreiding of aantal . Ze neemt al de fouten over van


4 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

de verslagen tegenstanders die, op hun beurt weer, deugd scheppen<br />

uit nederlaag,<br />

De slotsom is treurig .<br />

8 . Het besluiten tot iets groots kan geschieden met kalme<br />

vastberadenheid of in geestdrift . Het eerste staat natuurlyk hooger.<br />

Dit hoogere nu vindt men zelden, maar nu-en-dan toch, by<br />

'n individu . By vergaderingen nooit .<br />

Een grootsch besluit van 'n vergadering wordt altyd genomen<br />

in drift van geest en met geschreeuw. Dat noemt men met een<br />

deftig woord : akklamatie .<br />

Lees niet, bid ik u, dat 'n verandering die schreeuwt en driftig<br />

van geest is, grootsche besluiten neemt .<br />

9 . Ik zeide in 5 dat de optelling van veel middelmatigheden<br />

altyd gelyk blyft aan een middelmatigheid. Waarschynlyk had ik<br />

moeten zeggen : het gemiddelde eener verzameling van middelmatigheden<br />

staat beneden de middelmatigheid .<br />

Neem 'n schaal aan van 10 tot 1000 . De middelmatigheid dobbert<br />

tusschen de 33° en 670. Het meerendeel der menschen staat<br />

zoo naby graad - dat is : zoo naby de greys waarover onbruikbaarheid<br />

begint, of erger - dat de weinigen die zich bewegen<br />

naby 676 - in de buurt van uitstekend -- niet instaat zyn het<br />

gemiddelde van 't geheel optevoeren tot 510 .<br />

In cyfers is de zaak aldus<br />

99 X 33 (of 34 . . . 40) + 1 (of 2 . . . 5 X 63 (of 64 . . . 67)<br />


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

dat is : tot denkbeeld. Zoo'n beeld moet men leeren teekenen .<br />

Denkbeeld is 'n lief woord, en een der velen waaruit de schoonheid<br />

onzer taal blykt . Het grieks-latyns-fransche idee is er arm by,<br />

omdat daarin 't begrip : denken niet vertegenwoordigd wordt . 't Is<br />

jammer dat zoo vaak het besef der ware beteekenis van 'n woord<br />

verstompt door dagelyksch gebruik . De wysgeerige behandeling eener<br />

taal als de onze, leidt dikwyls tot verrassende opmerkingen . Juist<br />

daarom vind ik het zoo betreurenswaardig dat men taalstudie heeft<br />

omgeknoeid in letterziftery .<br />

12 . Gedachten heeft ieder . By weinigen worden ze tot denkbeelden<br />

. Nog minder zyn er, die vorm en kleur weten weertegeven<br />

van die beelden . En wie dit doet, hoort gedurig : „juist wat<br />

ik dacht ." Ja, op omtrek na, op kleur na, op schaduw na. Dat is<br />

op zeer veel na .<br />

En vooral op den moed na, om daarmee op eigen verantwoordelykheid<br />

voor den dag to komen !<br />

13 . Het is zeer moeielyk zich juist uittedrukken . *) Die klaagt<br />

over gebrek aan diepte in deze gedachte, is niet gewoon zich<br />

toeteleggen op juistheid van uitdrukking. Dit is myn denkbeeld .<br />

*) Op dit eenvoudig woord, dat ik verzoek in verband to brengen<br />

met 10, kom ik herhaaldelyk terug, en wel in 't byzonder in mn<br />

verhandeling over Vrye Studie, waarnaar ik verwys . Zie ook 268a .<br />

14 . Onjuistheid van uitdrukking baart stryd . Wie this stryd<br />

wil ontgaan moet zich toeleggen op juistheid .<br />

Volstrekt niet Hy zou daardoor zich vrienden maken van wie<br />

ter goeder trouw zyn, maar tot vyand ieder die belang heeft by<br />

onjuistheid, d . i. de meerderheid .<br />

15 . Een Hollandsche moeder keurt de fransche gewoonte af,<br />

kinderen to doen zogen door 'n gehuurde vrouw . Ook ik vind dit<br />

of schuwelyk,<br />

Een hollandsche moeder voelt zich diep ongelukkig als zy door<br />

zwakte of krankheid wordt verhinderd , geheel moeder" to worden<br />

door met zichzelf het kind to voeden waarvan ze door 't baren<br />

„moeder werd voor 'n deel ."<br />

Maar vaders zenden hun kinderen naar school .<br />

Zoo ver wetenschap staat boven onkunde, zoo ver idee staat<br />

boven stof, zoo ver geest staat boven lichaam<br />

Zoo ver staat 'n hollandsche vader beneden die fransche moeder .<br />

Van force majeure spreek ik niet .<br />

Een moeder die geen voedzaam zog heeft, is ongelukkig .<br />

Een moeder die voedzaam zog heeft, en haar kind besteelt<br />

door dat voedsel terugtedringen in de teleurgestelde klieren, is<br />

misdadig .


IDEEN VAN MULTATULL<br />

En een vader die 't menschmaken van z'n zoon uitbesteedt<br />

tegen zooveel in de maand . . . : wel, zoo'n vader moest 'n fransche<br />

vrouw getrouwd hebben .<br />

18 . Als ik 't woord , ziel" noem, doe ik dat by wyze van spreken .<br />

Als ik iets stel tegenover stof, doe ik dat bij wyze van spreken .<br />

Als ik zeg „God" doe ik dat by wyze van spreken .<br />

Want ik weet niet wie God is. Ik weet niet wat ziel is . En<br />

wat er is buiten stof, weet ik niet .<br />

17 . Ik weet zeer weinig. En 't smart me zoo, dat ik waarlyk<br />

geloof aanspraak to hebben op meer. En daarom wou ik zoo graag<br />

onsterfelyk wezen . )<br />

- Juist, zeggen zy die onsterfelykgeleerdheid maakten tot 'ii<br />

beroep, juist dat verlangen is 'n bewys voor uw onsterfelykheid . . . .<br />

-- Ei, ik heb vurig verlangd naar veel zaken die toch . . . .<br />

- Misschien waren ze niet goed voor u .<br />

- Dat is mogelyk . Als ik nu maar zeker was dat de onsterfelykheid<br />

goed voor me wezen zou .<br />

*) Die wensch komt me nu kinderachtig voor . Zie 149, 150,151,<br />

152, 157 .<br />

18 . Eens-voor-al, het woordjen : is, gebruik ik tot verkorting<br />

van „zou misschien" als ik me niet bedrieg, en u waarschuwende<br />

tegen m'n neiging tot scheefzien, kunnen wezen ."<br />

't Is myn plicht u dit to zeggen .<br />

Maar uw plicht is to zorgen dat ge uw eigen neiging tot<br />

scheef zien niet vergeet .<br />

19 . Wanneer ik heden iets beweer dat me morgen anders toeschynt,<br />

zal ik u dat zeggen voor overmorgen . Ja, ik zal 'n teekening<br />

die me onjuist voorkomt, uitwisschen met meer spoed dan<br />

ik maakte in 't teekenen .<br />

20 . Het kost me niet de minste moeite een dwaling to erkennen.<br />

Jazelfs, vaak doe ik 't gaarne . Maar dat is waarachtig<br />

hoogmoed .<br />

21. Wie veel gedwaald heeft, kan 't best den weg weten. *)<br />

Ik zeg niet dat veel dwalen noodig is om den weg to weten .<br />

Noch dat ieder die veel gedwaald heeft, den weg weet .<br />

*) Lees : heeft by overigens gelyke gegevens het meeste kans den<br />

weg to weten .<br />

22 . ,Ge spreekt veel over uzelf" zeggen velen over wie niet<br />

gesproken wordt, noch door henzelf, noch door anderen : ,gy


I DEEN VAN MULTATULI . 7<br />

spreekt veel over uzelf . . . . dit is tegen den toon van goed g ezelschap.<br />

- Zoek beter gezelschap dan 't myne .<br />

23. ,Ge spreekt veel over uzelf . Dit is tegen den toon . . .<br />

--- 'k Weet al . Maar 't is niet tegen den. toon der wysbegeerte .<br />

By 't cogito ergo sum wordt ,ikzelf" tweemaal gebruikt in drie<br />

woorden .<br />

Ik bedoel hiermee geenszins, dat fameuze uitgangspunt -- ja wel<br />

'n Punt, zie 125 - zoo mooi to vinden. Het wyzen daarop kan<br />

echter dienen tot voldoend antwoord op de nuchtere aanmerking<br />

waarmee dit IDEE begint, en dat is voor ditmaal genoeg .<br />

24. , Ge spreekt veel over uzelf . . .<br />

--- Ik dank u, voor zoover uw verwyt me een bewys is dat ik<br />

veel lheb omgegaan met myzelf .<br />

25 . .,Ge spreekt veel over uzelf . . .<br />

- - .l a . Woudt ge dat ik sprak over u . . . over uw kat . . . over<br />

uw hond . . . over uw ezel ?<br />

Wilt ge dat? Welnu, wees tevreden . Ik deed het dikwyls maar<br />

ge wist het niet, omdat ge telkens u verwart met uws buurmans<br />

ezel. Uw buurman klaagt ook, en zegt dat ik altyd sprak over<br />

u w ezels . Kompensatie . De ezels zelf hebben suet geklaagd, die<br />

goeie stomme dieren .<br />

26 . „G-e spreekt veel over uzelf .<br />

- Ja, ik wil oprecht wezen .<br />

27 . , Ge spreekt veel over uzelf . . . .<br />

- Ja . Ik ben m'n laatste liefde . Ik had lang en veel en vurig<br />

bemind voor die liefde geboren wend . Maar nu ze 'r eenmaal<br />

is . . . en de laatste . . .<br />

28 . ,Ge spreekt veel over uzelf . . .<br />

- J a. Als 't u verveelt . . . wie belet u my to verruilen voor'<br />

'ii Aglaia ? "W at verhindert u een abonnement to nemen op : Het<br />

lever, de lotgevallen en de bedryven van de familie Kappelman<br />

verquld op-snee ?<br />

28a. , Ge spreekt veel over uzelf . . .<br />

--- Ja. Zoodra Gy doet wat Havelaar deed, en wat de ryke~<br />

jongeling in Mattlleus XIX niet deed, zal ik over U spreken .<br />

20 . Er zyn meer muggers dan wespen, meer kappellui dan<br />

droogstoppels .<br />

30 . By 't beschouwen van een kunstwerk, by 't schatten'<br />

eener uitstekende daad, by 't beoordeelen van een uitgedrukte'


8 II)EI1N VAN MtLPATVLI .<br />

gedachte, leg ik myzelf altyd de vraag voor : wat is er omg egaan<br />

in de ziel des kunstenaars, van den held, van den wysgeer, om<br />

dat ideaal to scheppen, om tot die daad to besluiten, om die gedachte<br />

voorttebrengen en ze vorm to geven als denkbeeld ? Dat<br />

is : ik vraag hoe de ziel bevrucht werd ? Welke toestanden ze<br />

doorliep by dracht en verlossing<br />

Welnu, de geschiedenis eener groote conceptie roept me altyd<br />

den tekst toe : met smart zult ge kinderen baren ! (57)<br />

Als 'n graankorrel spreken kon, zou ze klagen dat er smart<br />

ligt in 't ontkiemen .<br />

Helden, artisten en wysgeeren zullen me begrypen en de klacht<br />

van die graankorrel yerstaan .<br />

31 . Aan den uitgever . Dit laatste heb ik gezegd om lezers<br />

to lokken . Gy bekomt zeker veel abonnes op de IDEEN, wanneer<br />

men zoo'n abonnement kan gebruiken als brevet van heldenmoed,<br />

wysbegeerte of kunstgevoel .<br />

32 . De noodzakelykheid is God . Meer weet ik van God niet<br />

to zeggen . En 't spyt me.<br />

Die spyt is voorby. Ik ben thans met myn God volkomen tevreden<br />

. Ook is 't onjuist dat ik niet meer over hem zou to zeggen<br />

hebben . Integendeel . De studie der wetten van het Zyn is even<br />

oneindig als 't onderwerp . Het spreekt dan ook vanzeIf dat ik hierop<br />

herhaaldelyk terugkom . Zie o. a. 886, vlgg .<br />

33 . 't Was niet heel wysgeerig van Frederik den Groote, to<br />

meenen, dat by de landstreek strafte die by 'n wysgeer gaf tot<br />

bestuurder.<br />

Hy, qui tout roi qu'il etait, fut un penseur pro fond, was<br />

hierin niet zeer ,profond" . De gekroonde liefhebbery-halfdenker<br />

nam, verfranst als-i was, het woord filosoof in den zin zooals<br />

de Franschen dat gebruiken . (767, vlgg .)<br />

Ik zeg : gelukkig 't land waar de bestuurders wysgeeren zyn .<br />

Maar dan spreek ik hollandsch, weet nagenoeg wat ik meen, en<br />

zeg nagenoeg wat ik weet . Dit doen de Fransschen soms niet,<br />

en wie de Fransschen napraten, zelden .<br />

34 . Myn IDEEN zijn de „Times" van m'n ziel .<br />

Men beweert namelyk dat de -Times- geen eigenlyk gezegde vooruitbepaalde<br />

richting volgt doch de stemming weergeeft van de meerderheid<br />

der Engelsche natie . In hoeverre dit waar is, of zelfs mogelyk,<br />

weet ik niet .<br />

De bedoeling van m'n IDEE is, to verzekeren dat ik schryf naar<br />

den indruk van 't oogenblik, zonder my to bekommeren, noch om<br />

verband, noch om homogeniteit, noch om eindelyke konklusie . Vandaar<br />

dan ook dat ik zoo dikwyls van onderwerp verander .<br />

.fir ligt alzoo in dit gebrek aan methode een soort van- , metho-


IDEEN VAN MULTATULI . 9<br />

de. En deze is -- onder zekere gegevens - de slechtste niet. Wie steeds<br />

naar z'n beste weten zegt wat hem voorkomt waar to zyn, kan nooit met<br />

zichzelf in tegenspraak komen . De hieruit voortspruitende harmonie tusschen<br />

gedachten die op onderscheiden tydstippen en in geheel verschillende<br />

omstandigheden geuit werden, getuigt misschien voor waarheid doch<br />

ongetwyfeld voor oprechtheid. En juist uit deze overeenstemming ontstaat<br />

ten slotte den geheel, dat klemmender betoogt dan verhandelingen waarin<br />

'n onaangenaam parti pris al to gemaniereerd tusschen kop en staart is<br />

genet . Verlos ons van den . . . pleittoon, Heer !<br />

Toch moet ik - niet zonder verwyzing naar 50 en 51--- velen waarschuwen<br />

tegen 't volgen myner niet-methode,<br />

35.<br />

Hebt ge 't Idee wel gelezen,<br />

niet dat ik neerschreef op enne,<br />

Maar dat ik nut schreef op 't wit<br />

tusschen enne . . . en enne plus een ?<br />

Over dit 1DEE ben ik dikwyls lastig gevallen . Het is 'n aansporing om<br />

tusschen de regels to lezen, en het verband to zoeken dat ik door m'n<br />

niet-methode schynbaar verwaarloos . Het spreekt van zelf dat dit verband<br />

niet tusschen alle op elkaer volgende nummers bestaat, doch 't ontbreekt<br />

daarom niet overal waar 't niet terstond in 't oog valt . Over 't geheel<br />

moet ik zeker gedeelte van Publiek, dat m'n II)EEN slechts gelezen heeft,<br />

wraken als beoordeelaar van m'n arbeid .<br />

36 . De Duitschers verwaarloozen de regels op den hiatus .<br />

En dit doe ik ook als 't me zoo in "t hoofd komt. Ik erken dat<br />

onze eischen op dat punt gegrond zyn . Maar 't is begueule to<br />

veel gewicht to hechten aan die eischen . Men moet en kan zoo iets<br />

goedmaken by 't lezen . Ik neem aan, 35 redelyk goed to lezen<br />

hoewel 't niet goed geschreven is, en wel om aanleiding to hebben<br />

u to zeggen dat ik me niet ophoud met schoolmeestery .<br />

Wat drommel, zet er een ephelkustische n tusschen of liever<br />

een t - zooals de franschen in va-t-en - omdat 35 reeds to<br />

veel ent, of een s . . . 't doet er niet toe .<br />

De matrozen weten 't wel . Zy zeggen den ,ouwe - juister<br />

en griekscher : de-n ouwe - als ze spreken van den meest nominatieven<br />

scheepskapitein . Daarby is geen kwestie van akkusatief<br />

of deklinatie . 't Is een zaak van gehoor .<br />

37 . Als ik doof was zou ik niet kunnen schryven .<br />

38 . Een individu leert veelal zyn taal van 'n schoolmeester<br />

dat jammer genoeg is . Maar schoolmeesters moeten de taal niet<br />

maken . Zyzelf behooren die to leeren van 't Volk dat die taal<br />

spreekt en schryft .<br />

En weer moeten de schoolmeesters niet a ll .e s goedvinden wat<br />

dat yolk schryft en spreekt. Zy moeten ziften<br />

ze moesten geen schoolineesters zyn .<br />

en kiezen dat is


10 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

39 . Tusschen ziel en taal ligt de lengte van 'n trompet . Ik<br />

gis -- en geloof byna -- dat weinig trompetten zoo kort zyn<br />

als de hollandsche .<br />

40 . In elke levende taal is 'n gedeelte dood . „Die vrotiw heeft<br />

'n vlek op haar neus ." Haar news leeft.<br />

,,Waar moet ik die tafel zetten? Zet haar in den hoek ." Haar<br />

is dood . *) Zoo is er veel, dat ik wou uitknippen als dorre takken.<br />

't Geeft ruimte, licht, leven aan de groene .<br />

*) We hebben nu eenmaal in 't hollandsch geen vrouwelyk geslacht<br />

voor levenlooze zaken. Waartoe dit altyd v oorgewend in ons<br />

schryven ? 't Is onwaarheid, als 'n auteur iemand, van de zon sprekende,<br />

zeggen laat : zy gaat op .<br />

41 . Ik leg me toe op 't schryven van levend hollandsch .<br />

Maar ik heb schoolgegaan,<br />

42 . Ik ken weinig schryvers op wier geschryf ik zooveel aanmerkingen<br />

heb als op 't myne .<br />

43 . Als ik schryf ,produKt" ,aKKlimatizatie" enz . bedoel<br />

ik daarmee niet dat die woordeN zoudeN moeteN wordeN geschreveN<br />

met 'n K, die slechts 'n C is met een stokj e .<br />

Eigenlyk zou ik moeten stemmen voor C, omdat die gemakkelijker<br />

is, en kleiner. Maar als ik eenmaal een K gezet heb,<br />

laat ik die staan . Dat is tuchteloosheid .<br />

Tuchteloosheid werd my in de Wetenschappeli~ke bladen door den<br />

heer Buys in z'n beoordeeling van den Havelaar verweten . Voor<br />

zoover dit het hoek aangaat, heb ik er vrede mee. Het gelykt op<br />

geen enkel model, zoo min als deze IDEEN . Wat de f ersoon van<br />

Havelaar aangaat, by sprong juist voor 't handhaven van tucht in de<br />

bres, 't geen hem werd kwalyk genomen door den zeer tuchteloozen<br />

Van Twist, die Havelaars instruktien niet scheen to kennen en z'n<br />

eigen plichten met voeten trad .<br />

Dat ik overigens als schryver me niet stoor nan akademische voorschriften,<br />

is de zuivere waarheid . Ik hoop to bewerken dat die voorschriften<br />

zich eenmaal aan my zullen storen . Mocht dit het geval<br />

worden, dan waarschuw ik ernstig tegen navolging . Men meene toch<br />

in-godsnaam niet dat er oorspronkelykheid ligt in 't naapen van . . .<br />

oorspronkelykheid . 51 is immers duidelyk .<br />

44. 't Is een infame leugen dat Babylon verwoest werd omdat<br />

eens iemand 'n letter had weggelaten uit de laatste, steeds<br />

gesplitste, ernstigste, netste, stoutste, g etoetste, stuitendste,<br />

utrechtsche . . . 'k weet niet Tat.<br />

45 . We hebben n's teveel als slotletter . En dit moet minder<br />

worden , juist omdat er nog een bykomt, de ephelkustische


IDEEN VAN MULTATULI . 11<br />

die we niet kunnen missen . Maar hondjeN met houteN StaartjeN<br />

hoef t Diet. *)<br />

;Ta, al hadden we gebrek aan slot-n's, (lan nog is dat houtig<br />

ennerig staartjeN van de diminutiva Diet to verkiezen . En al<br />

was 't mooi, bet kwispelt Diet, omdat bet nu eenmaal Diet leeft<br />

dat styve staartjen .<br />

Zeg eens : - ,Kom bier, meisjeN !" 1k ben zeker, dat ze wegloopt,<br />

en ze heeft gelyk .<br />

Wat Diet leeft, deugt Diet .<br />

Roep eens : ,Geloof me, o menseh . . . CH! ,,Zoo'n mensch zal<br />

wat gelooven, ja, maar by zal Diet U gelooven . Hy zal gelooven<br />

dat ge een vervelend mens C H zyt .<br />

1 ) Waar 't volgend woord met 'n vokaal begint, en van 't voorgaand<br />

diminutief niet gescheiden is dpor 'n leesteeken, kan die n<br />

geen kwaad . Misschien is 't goed hem daarom aantehouden, en niet<br />

om het duitsche then natepraten, waarmee we niets to maken hebben.<br />

46 . 1k geef wenken, geen regels.<br />

47 . Ik bied 'n vel druks voor 'n goed voornaamwoord van de<br />

tweede persoon . Maar er mag geen g in komen . Ook Been ij, noch<br />

y. Ook geen ou .<br />

U is goed als akkusatief. Maar als nominatief is 't een leelyk<br />

woord, en verraad z'n possessieven oorsprong . U is, beduidt, de<br />

delheid van U is ; uwe Edelheid is, U . E . D . is, U . E . is uwee is .<br />

,, .I a, voor 'n goed nominatief pronomen, tweede persoon, geef<br />

ik 'n vel druks, en wel twee . En, als men er op staat, zonder<br />

een g er in, die zoo leelyk is in ons schoon hollandsch .<br />

Ik durf nog niet schryven „hollans" maar er zal 'n tyd komen<br />

dat ik bet durf .<br />

Hij of lcy is ook Diet mooi, tenzy er een klemtoon op valt .<br />

Melis Stoke en ik vinden „zegt-i en „doet-i" goed . Komaan,<br />

laat ons dat doers . . . we whiners daardoor kracht in hg :<br />

Neen, zeg-i snel, wat-i wil, wil-ikzelf .<br />

omdat by dat begeerd lieeft .<br />

Wat-i denkt, wat-i zegt, wat-i doet,<br />

werd in zyn ziel geboren . . . doet Hy !<br />

In 't gemis aan 'n bruikbaar voornaamwoord voor de tweede persoon,<br />

meen ik een der by-oorzaken to vinden van de moeielykheid<br />

om 'n goed hollandsch drama to schryven . 't Spreekt van zelf dat de<br />

hoofdoorzaak dieper zit . Deze soort van litteratuur zal ten-onzent<br />

nooit bloeien . Ik hoop hierop breedvoerig terug to komen . 't Is to<br />

vreezen dat oak liet Tooneelverbond, jammer genoeg, stroo dorscht .<br />

Wat overigens die ontbrekende tweede persoon~''aangaat, in Zweden<br />

lydt men aan 't zelfde euvel . Voor vele jaren heeft de kroonprins<br />

van dat ry k - ik rneen de tegenwoordige koning - getracht 'n


12 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

bruikbare tweede persoon in de spreektaal intevoeren, maar 't is<br />

hem niet gelukt .<br />

En wat onze g betreft, ze wordt nog altyd overal verscherpt tot<br />

ch . Zoo ook hoort men slechts zeer zelden de v behoorlyk uitspreken<br />

. Byna altyd maken wy er een f van .<br />

De tyd waarin we ,mens" en ,hollans" (zonder staart) mogen<br />

schryven is gekomen, en - wat my betreft - reeds voorby . By de<br />

korrektie dezer uitgaaf veroorloof ik me weinig afwykingen . Ik heb<br />

zeer veel op de tegenwoordige spelling aantemerken, maar indien<br />

ik alles veranderde wat me niet goed voorkomt, zou m'n werk er<br />

vreemd uitzien . Dit vreemde zou misschien sommigen afschrikken, en<br />

daaraan mag ik de verspreiding myner IDEEN niet opofferen, Dus<br />

vroolyk . . . godbetert ! Maar onder protest ! Waarom niet eens-voor-al<br />

de klinkers die 'n lettergreep sluiten, ontlast van die gekke verdubbeling?<br />

Zyn we er ongelukkiger om, dat we sedert 'n halve eeuw jaren<br />

en wren met een a en een u schryven ?<br />

48 . Een ruiter viel van 't paard, en sinds then tyd<br />

Noemde ieder die van 't paard viel zich 'n ruiter .<br />

49 . Als 'n hardlooper zyn been breekt, is 't bal pare by de<br />

kruipers .<br />

50. Ik paste een hoed, en zei : die maat is . goed . M'n kleine<br />

jongen had 'n hoedje noodig, en wou dezelfde maat hebben .<br />

- Papa, je hebt gezegd die maat was goed .<br />

Zoo'n kind .<br />

51 .<br />

Wie me wat nadoet, is dikwyls m'n vyand,<br />

meestal vervelend, en altyd 'n dwaas .<br />

De adverbia in dit IDES zyn inkorrekt en schynen slechts to dienen<br />

om de maat van 't vers voltemaken . Dit is by verzen dikwyls<br />

het geval, eu niet met bywoorden alleen . Het overige is juist .<br />

52 . 't avros M'i1 der leerlingen van Pythagoras bevalt me<br />

niet in Pythagoras .<br />

53. 't Aankleven van 'n opinie ,omdat ik zelf het yezegd heb"<br />

is my 'n duidelyke wenk dat ik 't niet goed heb gezegd .<br />

54. Ik woon by 'n banketbakker .<br />

- Ik eet nooit van die dingen, zei de juffrouw, en ze wees<br />

op de taartjes, want u begrypt, m'nheer, als m'n 't zelf maakt,<br />

en zoo altyd daarby is, en die dingen altyd zoo voor z'n oogen<br />

en onder den neus heeft, dan begrypt u . . . niet waar m'nheer . . ,<br />

ik eet liever ham . . . maar van die dingen eet ik nooit, weet u ?<br />

Ik zei dat ik 't wist, en ging naar-boven . Daarop schreef ik<br />

't is me onmogelyk een roman to lezen . Ik eet liever ham net<br />

als de j of f ro uw,


IDEEN VAN MULTATULI 13<br />

55 . Ik weet niet hoe 't komt, maar<br />

Ein Marchen aus alters Zeiten<br />

Das will mir nicht aus dem Sinn .<br />

„En 't klinkt als<br />

0, what a noble mind is here overthrown !<br />

Zoo is er veel in den Hamlet wat me als muziek door de ziel<br />

ruischt.<br />

Jammer genoeg !<br />

56 . Er zyn dichters die verzen maken .<br />

Ook jammer genoeg ! Want zie, dichters konden hun ziel beter<br />

besteden. Terwyl Hamlet droomt en mymert en muziek-ruischt, zitten<br />

Mr. en Mw . Claudius gerust op den troon van 't land : wherein<br />

something is rotten. Dat peinzend sammelen van de dichters verlengt<br />

den triumf der schelmen. Van Twist heeft onlangs weer meegesproken<br />

over Indische zaken, en niemand spuwde hem in 't gezicht . Op<br />

Java wordt meer dan ooit geplunderd en gemoord. Begrypt men<br />

niet dat dit 'n onmisbaar gevolg is van de wyze waarop myn pogingen<br />

tot nog toe verydeld werden ?<br />

5 7 . Er is maar een weg ten hemel : Golgotha . Wie er wil<br />

komen langs anderen weg, is 'n infame smokkelaar . (30).<br />

58 . Er zyn weinig boeken waaruit men niet leeren kan hoe<br />

men niet schryven moet . (720, vlgg .)<br />

59 . Neem een raad aan. Deze : dat ge geen raad aanneemt .<br />

60 . Als ik iets geschreven heb en dat nalees, is meestal m'n<br />

hoofd-indruk : over die zaak zou veel to zeggen wezen .<br />

61. Wie tevreden is over z'n arbeid, heeft reden van ontevredenheid<br />

over z'n tevredenheid .<br />

62 . 't Was avend . Een vrouwspersoon hield me aan . Kunt ge<br />

niet beter doen dan u verkoopen ? zei ik, en stootte haar weg .<br />

Den volgenden avend *) stond ze weer voor my en wierp me myn<br />

IDEEN in 't gezicht . Dat deed me pyn .<br />

Toen ik 'r weerzag heb ik haar eenig geld gegeven, en de<br />

hand . t)<br />

') Met den besten wil kan ik in 't woord avend geen o plaatsen .<br />

De gewone uitspraak : avend is -- op de d na - geheel in overeenstemming<br />

met beteekenis en etymologie. Noch in venire noch in<br />

abend komt 'n o voor . Ook in aventuur komt die letter niet to pas .<br />

Het gebruiken van de d als slotletter is 'n onwaarheid . De Friezen<br />

zeggen -- op z'n Engelsch - avend, brood, bed, enz. en zy hebben<br />

dus bet recht die d to schryven . Doch byna overal elders sluiten<br />

wy zulke woorden met 'n t : «het broo-t-is gaar .n Toch laat ik


14 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

die ongelukkige d staan, omdat ik anders to vddl woorden to veranderen<br />

heb, waardoor ik weer vervallen zou in die ongewoonheid die<br />

ik, om redenen van hooger belang dan letterziftery, vermyden wil .<br />

t) Met verwyzing naar 79 en 134, en als bydrage tot de gegrondheid<br />

myner verachting voor PUBLIEK, deel ik bier mede dat dit<br />

IDEE is aangevoerd, als blyk van onzedelykhezd. Gelyk lot viel to beurt<br />

aan eenige regels uit het zeveiide hoofdstuk van den Havelaar . In<br />

de Arnhemsche courant van 12 December 1870 wordt den Volke,<br />

gedeeltelyk met m'n eigen woorden (447!) meegedeeld dat ik : 'het<br />

schoone en goede najaag tot in den donkeren avond, waarin mei sjes<br />

over de straat gaan om een weinig eer voor een weinig voedsel<br />

to verkoopen .- Even to voren had de schryver - de achtenswaardige<br />

man Q - verzekerd dat ik m'n -tyd doorbreng in bet koffihuis<br />

met geborgde sigaren, bittertjes, partyen biljart, enz . 'enz .- Uit<br />

welk gedeelte myner werken dit bericht ontleend werd, bleek me<br />

niet. Zoo ver my bewust is, heeft niemand then zoo goed gelnformeerden<br />

schryver op z'n plaats gezet . Integendeel . In bet onmiddellyk<br />

daarop volgend nummer van den Arnhemmer, noemt Dr . van<br />

Vloten - wat al to liberaal, vind ik - bet artikel van die Q ; een<br />

tpractisch stuk .-<br />

Daar nu die Q en z'n vrienden niet in staat schynen uit m'n werken<br />

to besluiten tot de wyze waarop ik van m'n kindsheid of gewoon<br />

ben myn tyd doortebrengen, voel ik me genoopt tot eenigen<br />

twyfel of ze wel zeer huishoudelyk hebben omgegaan met hun tyd ?<br />

Eenige oefening in lezen schynt nog altyd niet aan de heurt gekomen<br />

to zyn .<br />

63 . Jezus heeft veel schoons gezegd . Maar 't schoone dat by<br />

gezegd heeft, beslaat geen half vel druks . (7'/2 cent) .<br />

64 . Jezus moet veel gezegd hebben dat niet in den bybel<br />

staat. Daaronder moet veel schoons geweest zyn . Er staat van<br />

Jezus veel in den bybel, wat Jezus niet kan gezegd hebben .<br />

55 . Jezus is slecht geteekend in den bybel . Wie dat niet voelt<br />

is Jezus' vriend niet . Om Jezus to waardeeren moet men 'n<br />

groot gedeelte van de evangelier. wegwerpen .<br />

66 . Jezus was geen christen . Ik wil hiermee niet zeggen dat<br />

by 'n Israeliet was .<br />

M'n bedoeling was : by dogmatizeerde niet zooals de christenen .<br />

Ik erken thans echter, dat by 't nu en dan wel deed .<br />

67 . Een arbeider verstuikte z'n voet, en de meester riep : voort !<br />

Ik heb m'n geest verrekt, en m'n meester roept : voort !<br />

- Meester ik zal<br />

68.<br />

't Idee dat men daad'lyk begrypt<br />

is veelal 't begrypen niet waard .<br />

69 . Daar heb ik nu om 'n vers to maken -- neen, om 't


1DEEN VAN MULTATULI . 15<br />

to behouden, m.aken deed het zichzelf - „daadlyk" geschreven<br />

voor „terstond" .<br />

Om die fout to herstellen zou ik aan 't knoeien moeten gaan,<br />

en ik heb geen tyd omdat ik IDEEN schryf . Als 'n dichter verzen<br />

maakt zyn er fouten in : Shakespeare . Wie verzen maakt<br />

zonder fouten, is 'n verzenmaker : Boileau en velen .<br />

Maar zie daarover 50 . 't Is verdrietig, en beweegt me byna<br />

' ii purist to worden .<br />

70. Daar heb je nu den kleinen Max . . .<br />

- Strek je arm niet zoo ver uit op tafel, zei z'n moeder, dat<br />

is onhebbelyk .<br />

Ik had den heelen dag rondgeloopen om to bedenken hoe ik<br />

't moest aanleggen om vrouw en kinderen in 't leven to houden .<br />

Ik had gepensioneerde residenten gezien . Ik had redevoeringen<br />

van geachte leden gelezen. O ok 'n f onkelnieuw ministerieel program<br />

dat precies leek op oude programmen . Er kwam veel in<br />

van systeem maar niets van Rech t . Ook had ik vrienden ontmoet,<br />

(lie zeiden : ,bonjour, hoe gaat het ?" DDie vraag doet zeer<br />

als 't heel slecht gaat . En die 't vragen, geven er eigenlyk zeer<br />

weinig om hoe 't u gaat . Dit alles was me weervaren, maar middel<br />

om vrouw en kinderen to voeden had ik niet gevonden . *)<br />

Daarop kwam ik thuis . Misschien riep ik : Eli, Eli . . . of zooiets.<br />

Ik viel neer op 'n stoel, afgemat, uitgeput, byna moedeloos<br />

. . . ik schoof do hand onder 't hoofd dat slap neerviel, strekte<br />

den steunenden elleboog uit op de taf el . . .<br />

-- Mama, riep Max, Papa is onhebbelyk<br />

Dat was onbillyk van kleinen Max .<br />

*) Eerst voor zeer korten tyd ging ik met grooten weerzin over<br />

tot het besluit m'n levensonderhoud in schryven to zoeken, dat me<br />

toen door allerlei -praktische,, machinatien (62) moeielyk genoeg<br />

werd gemaakt . Dat ik eerst zoo laat me schikte in die treurige<br />

noodzakelykheid, was 'n gevolg van de al to naive hoop dat er dan<br />

toch eens eindelyk recht zou geschieden in de Havelaarszaak !<br />

Elke letter die ik nu overgeef aan de pers, is 'n aanklacht tegen<br />

de Nederlandsche Natie . Dit moest sedert lang begrepen zyn door<br />

ieder die de parabels van CHRESOS in de Minnebrieven, en van den<br />

Goudmaker (527, slot) gelezen heeft .<br />

Waarom vordert men niet ook van den laaghartigen Van Twist,<br />

dat by 't Volk op fraaie vertellinkjes onthale voor men hem 'n stuk<br />

brood reikt ? Hy zou er niet toe in staat zyn . Zeer wel . Maar is die<br />

onbekwaamheid dan zoo'n verdienste, dat ze - en na 't slecht<br />

vervullen van z'n plicht nogal ! - aanspraak geeft op levensonderhoud<br />

zonder den ininsten arbeid?<br />

71 . Een veldheer schreef aan z'n luitenant : vernioord al de<br />

inwoners, en houd de rest gevangen . De luitenant dacht dat de


16<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

veldheer gek was, maar by uitte z'n meening niet, omdat by de<br />

gramschap van den veldheer vreesde .<br />

Natuur is alles . Wat er meer is, noemt men metaphysiek, bovennatuurkunde,<br />

d . i . buitenissigheid .<br />

't Is nog niet sedert heel lang dat de luitenants zoo'n veldheer<br />

'n dwaas durven noemen .<br />

72 . Ik geloof niet aan bovennatuurkunde voor men my goed<br />

verklaart wat benedennatuurkunde is .<br />

73 . Ik weet niet hoe men in 't hollandsch vertaalt : les sots .<br />

Ik zeg maar Kappellui .<br />

74. Waar blyven Loch de „knappe" kinderen<br />

75 . „Ga eens mee van-avend, zei me een vriend of zoo-iets .<br />

Er wordt 'n verhandeling gehouden over de onsterfelykheid, door<br />

'n broodbakker . 't Is 'n waar - genie ."<br />

- Waar woont by ?<br />

Myn vriend zei 't my . Ik ging terstond daarheen en kocht 'n<br />

broodje. Dat slecht was. Maar 's avends ging ik de verhandeling<br />

hooren. Hoe die was, weet ik niet, omdat ik geen verstand heb<br />

van onsterfelykheid en verhandelingen . M'n vriend zei, de verhandeling<br />

was mooi, en<br />

- Geloof me, 't is een waar genie . . .<br />

- Z'n broodjen is slecht . Zie, nog heb ik iets bewaard van<br />

de kruim die denken doet aan glazenmaken .<br />

- Dit is mogelyk . Maar de verhandeling was mooi . Geloof<br />

me, by is 'n genie . . .<br />

- Z'n broodjen is slecht .<br />

76 . - Geloof me, by is 'n genie. Ik erken dat z'n deeg op<br />

stopverf gelykt, maar z'n verhandeling over de onsterfelykheid . . .<br />

ge moet bedenken dat by bakt met tegenzin, en verhandelt met<br />

genoegen . 't Een is z'n beroep, 't ander z'n roeping . 't Een is<br />

hem 'n noodzakelyke maar onaangename inspanning van 's middags<br />

vier tot 's morgens acht, 't ander is hem 'n genot dat by<br />

alleen mag smaken in leegen tyd . Er zit veel in then man . Ik<br />

wenschte dat we hem konden helpen . lily is niet op z'n plaats . . .<br />

- Laat hem dan gaan waar z'n plaats is .<br />

77 . - Inderdaad, (lie man is . . .<br />

M'n vriend of zoo-iets, hield daarop 'n verhandeling over mislukte<br />

genien - die 'er niet zyn - en trachtte my overtehalen<br />

iets to doen voor den man die zoo gedeklasseerd was .


IDEEN VAN TNIULTATULL 1 7<br />

Ik dacht na . Ik legde de klyige kruim van 't broodje naast<br />

de aan 't gehengen klevende brokstukken onsterfelykheid, en<br />

kwam tot doze konkluzie :<br />

Als 't waar is dat die onsterfelykheidd minder klyig is en<br />

voedzamer dan I broodje - wat ik niet weet - dan moot die<br />

man chassez-croisez kommandeeren aan beroep en roeping, Hy<br />

moet brood bakken in leegen tyd, en onsterfelykheid van 's middag<br />

vier tot 's morgens acht .<br />

78 . Twee personen die pas gestorven waren, ontmoettenn<br />

elkaar. Voor hun sterven hadden ze veel getwist over ,zyii" of<br />

"Iliet zyn" .<br />

De wyze - de weter - zei :<br />

- Welnu had ik niet gelyk? Ge ziet, we zyn er . Dat vervelende<br />

citaat nit Hamlet heeft, afgedaan .<br />

De onwetende, die generaal geweest was, scheen gees lust to<br />

hebben in diskussie. Althans by antwoordde niet op de uitnoodiging<br />

tot voortzetten van den stryd die afgebroken was door den<br />

dood . Ik gis dat by 't doelloos vond en beneden de waardigheid<br />

van onsterfelyken, vooral nu 't niet langer to doen was om waarheid<br />

dit was tot weerzydsch genoegen uitgewezen in z'n- nadeel<br />

maar over de prioriteit van het vinden dier waarheid .<br />

Hierin scheen de gewezen generaal geen belang to stellen . Maar<br />

w6l was by verdrietig over 't verlies van z'n laatsten veldslag .<br />

I' Verbeeld u, vriend onsterfelyke, ik was gewond . Men bracht<br />

me in I n kamer en to bed . Ik lag den ganschen dag to ylen, en<br />

kon geen bevelen geven . Maar 's avends word m'n geest holder .<br />

Ik liet my de kaarten van de situatie voorleggen, bestudeerde<br />

pozitien, sterkte, snelheid van beweging . Ik gaf orders en zond<br />

m'n adjudanten rechts en links . Dat korps moest hierlangs . . .<br />

't andere dddrheen . . . men zou den vya,iid aantreffen op dat<br />

punt. . . zie!<br />

En met onsterflyken vinger wees by 'ii punt aan op de kleine<br />

aarde .<br />

Welnu, werden uw bevelen niet goed uitgevoerd?<br />

0 ja, maar . . . luister! Na alles 'te hebben geregeld, sliep p<br />

ik in . 'sNacht-s word ik wakker . M'n wakers hadden my alleen<br />

gelaten, vertrouwende op m'n gerusten slaap . Ik hoorde niets<br />

dan 't eentoonig stappen van den schildwacht under m'n venster . . .<br />

Wat is dat . . . een schildwacht?<br />

Definitien zyti moeielyk . Nadenkende over m'n gegeven bevelen,<br />

bedacht ik dat er iets verzuirndd was . De kolonel P . . . kent<br />

ge then ?<br />

1DEEN 1 . 2


1 8 IDE + N VAN MULTATULI .<br />

- Is-i dood ?<br />

- Ik weet niet . . .<br />

Levenden ken ik niet .<br />

- Dat 's waar . . . ik vergat dat we dood zyn . Ik ken hem<br />

ook niet meer . Maar toen scheen ik hem to kennen . Welnu, ik<br />

bedacht dat P misschien to laat zou komen met z' a kolonne als<br />

ik niet spoedig ., . Hoe laat is 't?" riep ik met schrik .<br />

- Hoe laat? Schrik ? Wat is dat ?<br />

- Definitien zyn moeielyk.<br />

- Wat is dat. . .<br />

Laat of vroeg is iets van tyd . .,<br />

- Dat weet ik niet meer, maar val me niet telkens in de<br />

retie . Ik wil u vertellen waarom ik zoo verdrietig hier ben aangekomen<br />

. Ik riep „hoe last is 't!" Niemand antwoordde.<br />

Ik hoorde maar altyd-door dat eentoonig stappen van den<br />

schildwacht en roep nog-eens ! „hoe laat is 't?" zoo luid ik kon .<br />

Maar opstaan kon ik niet. Ik was zwaar gewond, en kon 't<br />

hoofd niet naar de pendule keeren. Die wond aan den hals . . .<br />

- Ik zie uw wond niet, en uw hals niet .<br />

- 't Is waar, we hebben geen hals hier, en geen wonden . . .<br />

dat moet wennen . Maar toen had ik 'n hals, en aan dien hals<br />

een wond die me belette to zien hoe laat het was . Ik riep weer<br />

,,hoe laat is 't?" Geen antwoord .<br />

Maar altyd hoorde ik den tred van dien schildwacht.<br />

En ik hoorde hem hoesten, ja, ik hoorde z'n ademhaling,<br />

Maar als ik riep : „hoe laat is 't?" hoorde by my niet. *) Dit<br />

ere gerde my, maar ik begreep het wel . Die schildwacht was pas<br />

rekruut geweest, en had de stiptheid van iemand die iets weet<br />

maar die 't nog niet lang weet :<br />

post . Wist ge dat ?<br />

by mocht niet spreken op z'n<br />

- Neen, ik was spreker van beroep, en heb dus wel eens<br />

gezwegen op m'n post, waar 't spreken plicht was .<br />

ik hier,<br />

En toch ben<br />

Nu, myn schildwacht komt zeker hier . Hy deed zyn plicht met<br />

rekrutige domheid- Ik riep.. . ik riep . . .<br />

Ach, altyd te-vergeefs !<br />

Ik kreeg de koorts van ergernis . Den volgenden morgen kwam<br />

men my berichten dat de slag verloren was . . .<br />

to laat was gekomen .<br />

omdat kolonel P<br />

*) In de uitgaven van '62-70 wordt hierby aangemerkt : KIIoordi-m-y<br />

niet is beter. Zoo is er veel, maar ik durf het nog niet schryven . Ja, zoo<br />

is er v€e1 in de taal . . . en in de zeden !<br />

Ik verwys hieromtrent naar de noot by 47 . Al to angstvallig echter<br />

kan ik me niet houden aan 't belemmerend schryfgebruik, 'n ware remschoen<br />

der gedechte!


IDEEN VAN MULTATULI . 1 9<br />

„En, zeiden velen - die nooit 'n slag verloren omdat ze nooit<br />

slag leverden - 't zou anders of geloopen zyn als Generaal X<br />

heden nacht vour vier uur 'n estafette had gezonden ."<br />

De domme kwaadaardigheid . . .<br />

- Wat is dat ?<br />

Definitien zyn moeielyk . Val me niet in de rede . De kwaadaardige<br />

domheid redeneerde ditmaal juist. Het was waar ! Inderdaad,<br />

als ik then nacht by-tyds 'n estafette had gezonden . . .<br />

Begryp eens hoe verdrietig ik was !<br />

Terstond na 't bericht van den verloren slag, liet een der manschappen<br />

verzoeken by my toegelaten to worden . Men liet hem<br />

binnen<br />

,,Generaal, ik ben de nachtwacht die op post stond onder uw<br />

venster dezen nacht van twee tot vier ."<br />

„Hm ! . . . zei ik .<br />

,,Generaal, 't was half-drie ."<br />

„0, God, riep ik, waarom dat niet gezegd toen 't weten my<br />

noodig was ?<br />

De klacht van den generaal is gegrond . Het is 'n zonderlinge<br />

leemte in de onsterfelykheidsleer, dat de bevoorrechte-zelf eerst dan<br />

zekerheid bekomt van z'n toestand, als de slag geleverd . , . en misschien<br />

verloren is . Het geheele proefschool-systeem wordt omvergeworpen<br />

door onze onwetendheid van wat er volgen zal . Zie hove ndien<br />

17 en 157 .<br />

79 . Ik heb 'n modiste gekend die 'n onnatuurlyk kindje had .<br />

,, Onnatuurlyk" zeg ik voor de eer van m'n modiste die gehuwd<br />

was . Ik zal u straks den naam van den vader zeggen .<br />

De goede vrouw had haar kindje zeer lief, en kleedde 't zoo<br />

smaakvol ze kon . Een lintje hier, een lintje daar. Soms eenvoudig,<br />

dan weer bont. 't Was der moeder eenig genot zich bezigtehouden<br />

met den opschik van haar kind .<br />

En wie 'r soms zeggen mocht : die kleur is to rood, of to geel,<br />

of to Bets . . . die rand to breed, die sluier to dicht, dat gaas to<br />

yl . . . wie 'r mocht klagen over gebrek aan smaak of gebrek<br />

aan bekwaamheid . . . niemand dacht er aan, de zorgvuldige moeder<br />

to beschuldigen van gebrek aan liefde voor haar kind .<br />

Die moeder heette ParabH .<br />

Poietes heette de vader .<br />

En WAARHEID was de naam van 't kindje dat de moeder zoo<br />

gaarne aankleedde .<br />

80 . Eens liet ze 'r kind zien, en vraagde met de oogen<br />

- Hoe vindt ge m'n kind, m'n schat, m'n alles? Zie eens die<br />

kleur !


20 I1M EN VAN MULTATULI .<br />

- Dat gele streepjen is aardig .<br />

-- Geel . . . die wangen geel ? 't Is rose ! Geel<br />

- Ik sprak van 't j urkj e .<br />

Andermaal liet ze 'r kind zien . en vraag de met de oogen<br />

- Hoe vindt ge m'n kind, m'n schat, m'n alles ? Prachtig,<br />

niet waar ? Zie hoe blank . . . en hoe rood . . . en gemarmerd !<br />

- Daar is to veel styfsel in .<br />

- Styfsel in de armpjes van m'n kind?<br />

- Ik sprak van 't jurkje .<br />

Weder liet de zorgvuldige moeder haar kind zien, en vraagde<br />

met de oogen<br />

- Hoe vindt ge m'n kind, m'n schat, m'n alles ? Zie de vormen<br />

. . . die ronding . . . die lynen !<br />

- Te kort van lyf .<br />

- Myn kind to kort van lyf ?<br />

- Ik sprak van 't jurkje .<br />

Toen werd de moeder verdrietig . Het bedroef de haar dat men<br />

het kind niet zag. Wel tooide ze gaarne haar Reveling, maar 't<br />

smartte haar dat die tooi belette het kind to zien .<br />

81. Smart maakt onbillyk. Parabel werd boos op Poietes, die<br />

't niet helpen kon . Ze scheidde van tafel en bed, en nam haar<br />

meisjesnaam aan : Ameleia .<br />

Ze scheurde den kleine 't valsche jurkjen af, dat de aandacht<br />

wegstal, Daarop toonde ze 'r kind aan vele menschen en vraagde<br />

met de oogen<br />

- Hoe vindt ge m'n kind, m'n schat, inn alles<br />

Een der velen zeide<br />

- Indecent .<br />

De anderen zeiden niets . Zy hadden de vraag van de moeder<br />

niet verstaan en zagen 't kind niet .<br />

Dit bedroefde Ameleia . Ze verzoende zich met Poietes, die 't<br />

graag deed. En ze noemde zich Parabel als vroeger en tooide<br />

haar kind als te-voren .<br />

Ach, riep ze, dan ziet - men toch het jurkjen, en die lieve<br />

strookj es, en die linten ! Misschien zal men in 't eind letten op<br />

m'n kind, en 't schooner vinden dan z'n tooi . (134)<br />

82. 't Is geen gering kwaad de waarheid vervelend to maken .<br />

Dit is een myner vele grieven tegen christenen en tegen de<br />

meeste moralisten .<br />

83. Ameleia beteekend zorgeloosheid, slordigheid . Maar ik geef<br />

in 't vervolg geen vertaling van zoo-iets . Dat 's myn werk niet .


MEN VAN MULTATULL 2 1<br />

Wie 't geluk heeft Been grieksch of latyn to verstaan, moet<br />

maar vragen aan z I n neef den dominee of aan 'n knap kind"<br />

in de familie .<br />

Een schrijver die tyd heeft om alles uitteleggen, heeft niet<br />

veel to schryven .<br />

Een lezer die geen tijd heeft to vragen ,wat is daO" hoeft<br />

niet to lezen .<br />

84. Byron zwom over den HellespoiA, maar by had geen kogel<br />

aan z'n been .<br />

Ik heb gister 'n dertigponder afgescbopt, die me sedert vier<br />

jaren hinderde in 't zwemmen . (riandels- en Effectenblad, Han-<br />

MAW, Amsterdamsche Cowan,, 1, 2 3 of 4 Februari 1863 .<br />

De advertentie moet zoo lang leven als M'n IDEEN . *)<br />

Ik wil den Hellespont over, en voelde dat ik niet langer zwemmen<br />

kon met then dertigponder aan 't been .<br />

1 ) In die advertentie berichtte ik het publiek dat ik me voortaan<br />

niet meer gegriefd voelen zou door de telkens en telkens tegen<br />

my ingebrachte beschuldiging dal; ik zoo arm was . Z66 namelyk<br />

antwoordde Nederland op den Havelaar! Er is in die wyze van bestryding<br />

iets zeer karakteristieks, vooral door ze in verband to brengen<br />

met de keus der personen - indische rykworders - die belast<br />

werden met het herstel der grieven. Reeds elders heb ik de opmerking<br />

gemaakt dat men nu juisi geen geparvenieerden kastelein van 'n<br />

meisjeswinkel tot Censor der Zeden moest benoemen, zooals na "t verschynen<br />

van den Havelaar geschied is .<br />

Als bydrage tot het . . . . zonderlinge de , begrippen in ons landje,<br />

zoodra er sprake is van geld, geef ik hier de volgende mededeeling<br />

die wel verdient voor 't nageslacht bewaard to blyven .<br />

Een achttal jaren geleden was er to Amsterdam 'n tentoonstelling<br />

van oudheden en kurioziteiten . Daaronder beyond zich een ledekant<br />

waarop volgens den katalogus, de Hertog van Alva geslapen had . De<br />

vervaardiger van den katalogus had zich niet kunnen onthouden van<br />

de volgende uitboezeming : men ijst by V bescham.wen van. dit rustbed,<br />

waarop de bloedhond . . .<br />

Lezer, ik geef u to raden wat die bloedhond op dat rustbed heeft<br />

uitgevoerd? Of liever : wat onder hl het daarop misschien uitgevoerde,<br />

den schryver van die Noot byzonder trof, en tevens welke opmerking<br />

hem 't geschiktst voorkwam oni in Nederlandsche harten 'n gevoelige<br />

snaar aan to roeren . Nu, als gyzelf op zn nederlands denkt, hebt ge<br />

kans van juist raden . My waie 't onmogelyk geweest. Ik geloofde<br />

m'n oogen niet toen ik, in-plaats van 'n herinnering aan de geester.<br />

der door Alva vermoorden die hem kwamen sarren in z'n droom, de<br />

echt hollandsche opmerking la -: : dat de -bloedhond- daar had li gen<br />

peinzen -hoe by zyne falryke schulden betalen zou<br />

Is 't niet uniek ?<br />

De droogstoppel die dit schreef - daargelaten nu z'n zonderling<br />

yzingsmotief - schynt niet eens begrepen to hebben welk 'n vereerend<br />

getuigenis by aan den , Medhond- uitreikte, die clan toch wel<br />

heschouwd geen ~gelclwolf- blykt geweest to zyn. Dat Alva ons land<br />

arm verliet, is waar . Ik noem dit, met het oog op de macht waarover<br />

by bescliikte, hooget achtenswaardig,


22 IDEEN VAN MIJLTATULI .<br />

85 . Een ridder streed tegen overmacht. Hy hield dapper vol,<br />

ontving wond op wond, maar verslikte smart en loochende zwakte .<br />

Hy hield stand alof-i niet gewond was en geen pyn voelde . Meer<br />

kan men niet verlangen van een ridder .<br />

De vyand bedacht 'n middel. Hoe men 't uitvoerde, weet<br />

ik niet *) maar 't kwam hierop neer dat er honig kleefde op de<br />

rusting van den krygsman die alleen stond tegen velen .<br />

De vliegen kwamen den vyand to-huip . En deze verheugde zich<br />

met onedele vreugd, zeggende<br />

- Wat ons staal niet vermag, dat zullen de vliegen doers .<br />

I-Iy zal vallen, en thuis zullen we van de vlie(yen niet spreken,<br />

en zeggen dat by viel door onze kracht .<br />

Inderdaad de ridder zou bezweken zijn als hij niet aan z'n dame<br />

had beloofd niet to bezwyken .<br />

-1 ) Toch wel . Zy beschuldigden den armen ridder van mooischryvery<br />

. Deze aanklacht, in verband met middeltjes van de soort die ik<br />

aanroerde in de Noten op 62 en 84, waren de wapens waarmee men<br />

hem bestreed .<br />

86 . In 't ziekenhuis to Amsterdam - dat gasthuis beet, ik<br />

weet niet waarom -- moest 'n matroos geamputeerd worden . Professor<br />

- ik meen Tilanus - zette hem z'n been af. De man<br />

rookte bedaard z'n pyp, beet nu en dan op de tanden, maar verhief<br />

zich boven de pyn .<br />

Professor T . bewonderde die sterkte van ziel, en sprak daarover<br />

met lof, terwyl by 't verband legde .<br />

Op-eons geeft de moedige patient 'n gil, Professor had hem<br />

met 'n speld gestoken .<br />

- Hoe, zuo schreeuwt ge, gy die zoo-even . . .<br />

--- Dat 's waar . . . maar zieje, professor, die speldeprik hoort<br />

er niet by.<br />

De matroos had gelyk .<br />

87 . Een gedachte is 'n polyp . Sny ze in twee, dan hebt ge<br />

twee polypen, Sny die weder in twee . . . en ga voort met snyden .<br />

N'a twintig generatien van sektie geeft alzoo een gedachte meer<br />

dan 'n millioen naneven . En elke naneef is 'n polyp, zoo goed als<br />

z'n stamvader. En elke stamvader in de rechte lyn is nog bovendien<br />

op zijn beurt stamvader van tallooze zylinien . De zylinien<br />

die uitsterven, verdienden 't leven niet.<br />

Een gedachte is autogenerisch . - Vraag uw neef . - Dit idee<br />

is de verklaring van 60.<br />

88 . En toch is 't niet waar dat gedachten de wereld regeeren .<br />

Dit doen zelfs Ideen niet. Nog „opeyne" zooals graaf, WILLEM<br />

meende, en beitelen liet op 'n steen to Alkmaar, die nog to zien<br />

is, naar men my verhaalde .


WHEN VAN MULTATULL 23<br />

Juist door oneindigheid der gedachten verliezen zy aan invloed,<br />

wat ze aangroeien in getal . A . . . M . houden N . . . Z in echec per -<br />

pituel.<br />

Ell de gedachten die zich afronden en tot denkbeeld vormen, regeeren<br />

didrom de wereld niet, wyl ze, - hoe oneindig minder in<br />

getal dan bndergeteeke -nde -- door tegenstrydige menigvuldigheid,<br />

Loch nooit onverdeelden indruk maken . Naast elke nimf staan fallnen<br />

en satyrs .<br />

Wat regeert dan de wereld? Daarnaar zoek ik sedert lang. Ik<br />

geloof byna : non pas la parole . . - mais les mots .<br />

Ook dit is onjuist. Elk mot wordt weer op zyn beurt door andere<br />

mots krachteloos gemaakt .<br />

89, Als dit wadr is, "') zal het mot ,stelselaar" meer systemen<br />

omv6rgooien, dan veel verhandelingen met of zonder persoonlyke<br />

acliti-ng.<br />

*) Namelyk het beweerde in $S, en niet de later daarby geplaatste<br />

noot .<br />

90 . 't Is onbillyk van 'n cirkel, den hook to verwyten dat-i<br />

scherp is .<br />

91 . Ik ben boos op nlyzelf . Ik had nagedacht over God en m'n<br />

(lame. Ik begreep iets van 't een, bemi -nde het antler. Ik droomde,<br />

en meende veel to weten, en veel lieftehebben . Al liefhebbend en<br />

droomend Rep ik 'n restaurant in, en daar heb ik groene-erwten<br />

met spek gegeten .<br />

Daarom ben ik boos op mezelf .<br />

Een blyk van zwakte . lk zou dit waarlykthansnietmeersefiryven-<br />

Er is niets laags in stoffelyke behoeften . Laag is 't pronken met gelogen<br />

6nstof. Toch was er geen onwaarheid in dat IDES . 1k was oprecht<br />

in m'n kinderachtig betreuren van iets datwezenmoot gelykhet<br />

is, en this meer eerbied verdient dan voorgewende verhevenheid .<br />

92 . Wat leert men daaruit ? Ik hob u niets to leeren . Ja dit :<br />

misschien leert ge daaruit verstaan :<br />

,,Wat ik riet schreef op 't wit,<br />

tusschen enne . . . en enne plus 66n .<br />

Als 't de moeite waard is dat to verstaan . Maar 't zou me zeer<br />

smarten als 't niet de moeite waard was . Toch moot ikzelf u waarschuwen<br />

tegen 't aannemen van kemelvellen als bewys .<br />

93 . Jezus ontmoette, een evangelic, en vroeg I<br />

, wie zyt gy?<br />

Ter toelichting van dit ir)pr,, in-verband met 63, 61 en 6,1 beroep<br />

ik my op 671 v4 ,,g.


24<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

94. Lets kan maar eenmaal geschieden . Lets kan worden opgevat,<br />

overgebracht, verhaald, beschreven op oneindig veel wyzen .<br />

Daarom<br />

leugen : waarheid = oneindigheid : een.<br />

't Is mogelyk dat iets Wet geschied is . Toch kan 't worden verzonnen,<br />

overgebracht, verhaald, beschreven, op oneindig veel wyzen<br />

. Dan is 't nog erger .<br />

1 : w = oneindigheid : NUL<br />

Die verhoudingen zyn om van to schrikken . Er komen warachtig<br />

kemelvellen to kort !<br />

95 . Meidinger tout pur . Professor Z was bevriend met apteker<br />

Y. Hij noodigde dezen bij zich op de thee, in 'n briefje dat<br />

verloren ging.<br />

De vinder kende de paraaf en onteyferde de rest . Hy vond daarin<br />

'n middel tegen de kramp van 't hoornvee .<br />

Nu niet-Meidinger. Er gaat geen dag voorby, waarop ik niet<br />

door Publiek word verrast met 'n lezing van m'n geschryf, nog<br />

gekker dan dat recept van Professor Z .<br />

96 . Zoek m'n slaapmuts, zei ik tot twee bedienden . Een uur<br />

later vroeg ik<br />

- Welnu, waar is m'n slaapmuts<br />

De een zei<br />

- Meester, ik heb gezocht en niet gevon(len . Ik weet Yiiet waar<br />

uw slaapmuts is .<br />

De ander<br />

- Meester, ik heb niet gezocht en niet gevonden . Ik weet niet,<br />

waar uw slaapmuts is .<br />

Ik had dus twee bedienden die niet wisten. Maar ik maakte onderscheid<br />

tusschen 't niet-weten van den een, en 't niet-weten van<br />

den ander. Men moet zoeken naar den verloren slaapmuts . En wie<br />

't zoeken heeft verzuimd, mag niet met ongegronde aanhaling van<br />

Sokrates zyn niet-weten opgeven als hoogste wetenschap . Ik won<br />

dat Sokrates dat niet gezegd had. *) Hy heeft er niet aangedacht<br />

hoe 't zou gebruikt worden .<br />

*) Dat niet gezegd had. Wht niet ? leder weet welk woord ik bedoel,<br />

maar de uitdrukking is zeer inkorrekt . Als nuttig voorbeeld<br />

van slordige schryfwys laat ik haar onverbeterd .<br />

97 . En, wat het ergste is . . . de knecht die niet zocht<br />

vond de muts .<br />

Hy gaapte, en rekte zich uit, en sloeg by-toeval de hand


IDEEN VAN AI1LTATULI . 25<br />

op 't plankje waar de huts lag . Toch hield ik meer van den<br />

knecht die niet gevonden had .<br />

98. - Kind, weetje waar je vader is<br />

- Ach, peen .<br />

- Ha, ha, ha . . . . by heeft geen vader !<br />

't Kind begon to schreien. En ik begryp dat schreien wel. Er<br />

is iets kwaadaardigs in de alpha privans van 't woord atheist .<br />

Dit IDES deugt niet, tenzy men drukke op 't woord : kind. I'ueri<br />

p!erilla tractant . Volwassenen storen zich niet aan zulke domheden<br />

99 . Ik weet niet, lezer, of gy 'n lezeres zyt .<br />

Ik twy fel aan 't bestaan van zeeslagen en politieke eerlykheid .<br />

Ik ontken 't weerkomen van gister .<br />

Zy die „weten" verwarren dikwijls de woorden die ik onderstreepte<br />

. En met die verwarring doen ze hun voordeel . Duidelykheid<br />

-van uitdrukking, heeren !<br />

100 . Waar ge een individu hoort _spreken over principes . . . .<br />

wees voorzichtig .<br />

Waar ge een staatsman hoort spreken over systemen . . . wees<br />

voorzichtig.<br />

Waar ge een godgeleerde hoort spreken over dogmen . , . wees<br />

voorzichtig.<br />

101. Ik zat to peinzen en ontving een brief van m'n vrouw,<br />

De kinderen waren wel en ze verzocht me om 'n geloofsbelydenis .<br />

- Ze zeggen dat ik 'n slecht mensch ben, schreef ze, als ik<br />

niet binnen drie dagen 'n geloofsbelydenis afleg, De kinderen zyn<br />

wel, maar wat moet ik belyden ? Ze zeggen, ik moet toch iets<br />

gelooven, iets weten, iets belyden . Max, geef me toch 'n geloofsbelydenis<br />

. Ik kan 't hier anders heusch niet langer uithouden .<br />

De meiden zien er me op aan, dat ik geen belydenis heb . En<br />

kleine Max vraagt me : ,wat is toch 'n heiden, mama? Jansje<br />

wou me geen boterham geven, en zei : ik was 'n heiden." Maar<br />

overigens zijn de kinderen wel.<br />

Ik antwoordde dat ik geen geloofsbelydenis geven kon, dat<br />

ikzelf er geen had . Zy schreef daarop<br />

- Lieve Max, om godswil, zeg me wat ik belyd . Ik geloof<br />

niet „in" den bijbel, zooals ze dat noemen . Dat is wel zeggen ze,<br />

maar de Natuur! Ook in de Natuur heb ik God niet gevonden,<br />

en dat nemen ze my kwalyk . Ze zeggen dat Sirius zoo ver van<br />

ons is, en dat 'n klein beestje nog andere beestjes op zich draagt .<br />

Dat komt me wel onzindelyk voor, en ik vind then afstand van


26 IDEEN VAN MULTATULY .<br />

Sirius wel lastig voor wie 'r heen moet, maar in dat alles vind<br />

ik God niet . Lieve Max, de kinderen zyn wel, maar help my .<br />

Ik antwoordde nogeens dat ik "een geloofsbelydenis geven kon,<br />

dat ikzelf er geen had . Ze schreef weer, en weer, en altyd hetzelfde<br />

. Toen werd ik driftig. Niet om haar verzoek, maar over<br />

de oorzaken die zoo w reed daartoe drongen .<br />

En daarop heb ik de , Geloo fsbelydenis" geschreven, die ge<br />

kunt vinden in den Dageraad, als ge slecht en goddeloos genoeg<br />

zyt er naar to zoeken in dat tydschrift. *) Maar als ge 't vindt<br />

en leest, bedenk dan dat die belydenis 'n wanhopige poging was<br />

om rust to geven aan mn vrouw, en een boterham aan m'n kleine<br />

heiden .<br />

Want = 'n bekentenis ! - de eerste regel de beste van die<br />

belydenis is 'n onwaarheid .<br />

Ik weet niet of er 'n vader was . -f-) Ik weet niet of die vader<br />

de scherpzinnigheid van z'n kinderen beproeven wou . -~)<br />

Maar als men dan heenstapt over den eersten regel, dan volgt<br />

de rest vanzelf . Meer weet ik er niet van to zeggen .<br />

Ze is later opgenomen in de Verspreide stukken.<br />

t) Lees in-plaats van Aik weet niet- ik ontken !<br />

102 . Als 't bestaan van God moet bewezen worden uit de<br />

Natuur, hangen wij weer of van ,isten" en „anen" en de begrippen<br />

over God, van 'n vlekjen in de lens van 't miskroskoop, van 'n<br />

millimeter fout in den graadmeter van 'n thermometer of een<br />

anderen meter, van 't yzer in de nabyheid van 'n kompas, van<br />

verkeerd berekende straalbreking . van gebrekkig achromatisme in<br />

' n kyker. van . . . . van . . . .<br />

Ja, van wat al niet !<br />

Sirius is zddveel mylen ver, dus : God is groot .<br />

Dat infuziediertje houdt redevoeringen tegen z'n medeinfuziediertjes<br />

die hem verstaan en begrypen, dus : God is groot .<br />

Die visch heeft 'n vin die hem in staat stelt voile to maken met<br />

'n hoek van '/uooooo graad, dus : God is groot .<br />

Dit alles is ontdekt door Professor A, Doktor B en Prosektor C,<br />

en deze drie goddienende natuurheeren zyn de theologen van<br />

den dag.<br />

Den volgenden dag blykt er<br />

!<br />

: .<br />

Dat Sirius den myl verder staat God is 'n myl grooter .<br />

Dat het infuziediertje verkeerd verstaan is God is verkeerd verstaan<br />

Dat die visch minder vlug is dan men dacht, en tot wenden 'n<br />

hoek noodig heeft met 'n nul minder in de<br />

der in 't cyfer der waardeering vin God .<br />

break : er is 'n nul min-<br />

Als ik dan toch wil droomen en gissen en mymeren over<br />

wat ik niet weet, houd ik 't met de droomerige ouderwetsche


IDEEN VAN MULTATULI . 27<br />

theologie . De studie van de Natuur is de beste studie, maar<br />

men leert er niets uit kennen . . . dan de Natuur, dat is : alless 1<br />

En juist omdat God is buiten alles, kan men hem niet leeren<br />

kennen uit die natuur, (71) .<br />

103 . Een mislukt genie is geen genie . Ik spreek niet van<br />

mislukking door overlyden aan stuipjes of mazelen,<br />

Wie meent een genie to zyn zal Been genie wordeii door die<br />

meening wanneer by 't nu eenmaal niet is . Maar als by 't is,<br />

en gy allen zegt dat by 't niet is, zult gy gelyk hebben tot by<br />

u dwingt to erkennen dat by 't is .<br />

104 . - Meent ge een genie to zyn<br />

- Ja .<br />

- Die onbeschaamdheid is to geniaal om a niet to gelooven .<br />

105 . - Meent ge een genie to zyn<br />

- Ja .<br />

- Ik ben vry van sterken drank, kan lezen, schryven en 'n<br />

boodschap doen, en toch kan niemand me gebruiken .<br />

- Die onbruikbaarheid is to geniaal om u niet to g elooven .<br />

106 . Al wat ik weet zonder 't van iemand to leeren, roil ik<br />

gaarne voor alles wat ik had kunnen leeren van anderen, en niet<br />

geleerd heb .<br />

Dit meen ik niet . Maar ik moest het meenen.<br />

Van dit laatste ben ik niet volkomen zeker . Het is niet gemakkelyk,<br />

rekenschap to geven van den oorsprong onzer denkbeelden .<br />

We vergissen ons gedurig by 't schiften van indrukken die wy aan<br />

anderen to danken hebben, en dezulken die ons eigendom zyn,<br />

schoon 't de vraag is of hier stipt gezegd eigendom bestaan kan .<br />

In den tekst wordt echter noch van denkbeelden noch van indrukken<br />

gesproken . Ik schyn daar weenschap of kennis bedoeld to hebben<br />

. De waarheid is, dat ik zeer weinig - byv . door schoolgaan<br />

- van anderen geleerd heb . En dit zal wel by de meesten 't geval<br />

zyn . Zie daarover o .a . 870.<br />

107 . Ik zal u vertellen hoe de nederigheid in de wereld is<br />

gekomen,<br />

Pygmee was klein van statuur, en hield er van over anderen<br />

heentezien . Dat zelden lukte omdat-i zoo bitter klein was .<br />

Hy ging op reis en zocht menschen die kleiner waren dan hy,<br />

maar by vond ze niet. En z'n begeerte om heentekyken over<br />

anderen, werd al heviger en vuriger .<br />

Hy kwam in Patagonie waar de menschen zoo -root zyn dat<br />

'n kind, terstond na de geboorte, heenziet over z'n vader .


28 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Dit beviel Pygmee niet . . . in 'n ander . Maar uit wanhoop om<br />

menschen to vinden, kleiner dan hy, bedacht by 'n middel . Hy<br />

vond 'n deugd uit, die voorschreef als eerste beginsel : wie grooter<br />

is dan Pygmee, moet zich bukken tot onder de gezichtslyn<br />

van Pygmee, en de nieuwigheid vond ingang . Alle Patagoniers<br />

werden deugdzaam . Als iemand door 'rechtopgaan zondigde tegen<br />

de „eerste beginselen" van Pygmee's deugd, werd by op eigenaardige<br />

wyze gestraft. Al wat gebogen was en deugdzaam, sprong -<br />

den hardnekkige om den hals, en trok hem naar beneden tt,<br />

z'n hoofd het peil bereikte van patagonische braafheid. En wie<br />

heel Patagonie op z'n schouders droeg zonder deugdzaam to worden,<br />

werd to pronk gesteld met 'n bordj e waarop 'n patagonisch<br />

woord geschreven stond, dat eigenlyk beteekent : deze man stond<br />

Pygmee in den weg .<br />

Dit woord vertaald men in 't hollandsch met : hoogmoed.<br />

108 . Er bestaat geen hoogmoed . Er bestaat geen nederigheid.<br />

Er bestaat aileen waarheid of onwaarheid . Wat daarbuiten<br />

gaat, is uit den pygmesche .<br />

199 . - Zyt ge een goed zwemmer<br />

- Zoo, zoo . . .<br />

De man loog . Hy zwom als 'n eend .<br />

110. - Zyt ge een bekwaam mensch .<br />

- J a.<br />

Deze man was inderdaad bekwaam, en sprak dus de waarheid<br />

. Maar 'n neef van Pygmee zeide, die man is verwaand !<br />

Dat zei Pygmee's neef om rang to geven van „jaa" met behoud<br />

van bescheidenheid, aan z'n eigen : „zoo . . . zoo!" als men<br />

hem vragen zou naar zyn bekwaamheid. Dit wint dubbel, neen,<br />

driedubbel. Ziehier<br />

1 0 Het „zoo . . . zoo!" wordt gezegd op 'n manier die<br />

aanspraak maakt op de voordeelen die „ja !" geven zou .<br />

20 Het „zoo , . . zoo!" maakt alien die geen „ja !" meer<br />

mogen zeggen, omdat er bleek dat ze 't recht niet hadden<br />

ja to zeggen tot vrienden van Pygmee's neef.<br />

3o Als Pygmee toevallig bekwaam is valt by mee . En is<br />

by 't niet . . . wel hyzelf heeft immers gewaarschuwd met<br />

z'n „zoo . . . zoo!" Wat wil men meer ?<br />

0, die winstgevende, vyfde-aktige, brave-hendrikkige deugd !<br />

Noem de dingen by 'r naam, en zeg : buk. .. buig. . . plooi . . . vouw<br />

jezelf in twee . . . dat 's de manier om klaar to komen in de<br />

wereld, en in Patagonie !


IDEEN VAN MULTATULI . 29<br />

111 . Om zeden en wetten to begrypen, is 't nuttig zoo nauwkeurig<br />

mogelyk zich voortestellen welke omstandigheden die wetten<br />

noodig, en die zeden algemeen maakten . 't Is 'n aardige studie,<br />

maar meestal leert zy ons dat eigenbelang de dryfveer was van<br />

wie die wetten en zeden invoerden of handhaafden . *) Zoo handhaven<br />

de parysche modistes de krinoline .<br />

Ik ben daarom niet boos op die modistes, maar ik zou boos<br />

warden, wanneer die werkgevers en die zedemeesters voorgaven<br />

dat ze hun wetten en zeden en uitspansels verdedigen tot heil<br />

van 't menschelyk geslacht . Dat is niet waar !<br />

*) Zie, byv. over eerlykheid en kuischheid, de 7apansche Gesprekken .<br />

112 . Zelden schryf ik wat ik wil, en nooit wat 'n ander wil .<br />

Dit is een der redenen waarom 't me zoo moeielyk valt schryver<br />

van beroep to zyn. Er gaan soms maanden voorby, waarin het me<br />

onmogelyk is my to uiten . Dien tyd breng ik met denken door, en<br />

'n beroepschryver in Nederland kan zich zoo'n weelde niet gunnen .<br />

(67) Erger nog : by kan niet voldoen aan die behoefte . Hoe 't sommigen<br />

rnogelyk is, elken dag 't gansche jaai door, denkbeelden to<br />

leveren - hoofdredacteurs eener courant, byv . - is my 'n raadsel .<br />

Dat talent is me niet gegeven, waarin dan ook de reden ligt dat ik<br />

zoo lang wachtte voor ik me aan die broodschryvery overgaf . Ik<br />

hoopte zoo Lang mogelyk dat men my die marteling besparen zou!<br />

113 . Ik ontving vandaag 'n zonderlingen brief . De schryver<br />

teekent zich : ***, leerling . . . enz. 't Is dus 'n jong mensch . Ik<br />

zoek z'n naam vergeefs in den Almanach de Gotha naar den<br />

geest . Maar dat zal 'n verzuim wezen . Ik begryp namelyk niet<br />

hoe iemand die nog niets heeft gepresteerd, zoo'n brief zou durven<br />

schryven . Hy verwyt me ,in den naam van Jezus Christus<br />

den gekruisten" m'n hoogmoed .<br />

„Wys denzulken 't kleed van kemelvel dat ge versleet in de<br />

woestyn."<br />

Anders of meer weet ik niet to antwoorden op zoo'n hoogmoedig<br />

schryven .<br />

Ja toch . . . dit nog . Ik hoop voor lien „leerling" dat de 15e<br />

wet doorgaat van m'n vriend den kapitalist, op pag . 64 van Vryen<br />

Arbeid . Als dan m'n „leerling" na eenige tientallen jaren zwaren<br />

arbeid zal opgeklommen zyn tot Opper-hoof d-Directeur van 't<br />

een-of-ander, met rang van veldmaarschalk naar den geest . . . als<br />

by de plaats zal hebben ingevuld die nu overbleef door 'n verzuim<br />

.van '+, de zetters der kleine Gotha . . . Mat hem dan eens terugkomen<br />

op z'n onderwerp .<br />

Ret treft aardig dat ik juist 'n paar nummers geleden den<br />

hoogmoed behandelde . Ik houd veel van hoogmoed. 't Is 'n ele-


30 IDEEN VAN MULTATULL<br />

ment dat in onze maatschappy maar al to vaak ontbreekt .<br />

Maar als ik zeg dat ik hoogmoed aanbeveel, dan bedoel ik<br />

daarmee niet zoo'n domme leerlingachtige ultra-christelyke eigengerechtige<br />

zelfgenoegzame jongensverwaandheid .<br />

114. Elke deugd heeft onechte zusters die de familie schande<br />

aandoen .<br />

115 . Als ge met uw zoon overlegt welk beroep by zal kiezen,<br />

let dan goed op of by yverig is, want de graad van z'n yver<br />

moet bepalen of by geschikt is voor staatsbetrekking of voor 'n<br />

byzonder beroep.<br />

De reden hiervan is deze. In beide gevallen begint by z'n<br />

loopbaan als ondergeschikte . Yver zal hem schaden als z'n chefs<br />

publieke personen zyn, maar voordeel doers by 'n partikulier .<br />

Wie 'n bierbrouwer dient en door yverig brouwen 't zyne toebrengt<br />

tot den bloei van de brouwery, sticht zich 'n eerzuil in<br />

den zak des bierbrouwers, maar wie 't Land dient en yverig is,<br />

staat zyn meerderen in den weg .<br />

Het pas de zele van Talleyrand wordt nooit gezegd door 'n<br />

industrieel . * j En als de Gouverneur-Generaal van Indie een bierbrouwer<br />

ware geweest, dat is : als de ellendige knoeieryen die<br />

daar aan de orde van den dag zyn, invloed hadden gehad op zyn<br />

eigen belangen, dan ware Havelaar omhangen met zooveel ridderorden<br />

als er kunnen worden bedacht door den meest dankbare<br />

van alle bierbrouwers .<br />

*) Deze saillie van Talleyrand wordt gewoonlyk verwaterd tot 'n<br />

flauw : pas trop de zele! Het puntige ligt juist in 't weglaten van<br />

dat trop .<br />

116 . Een publiek persoon staat lager of hooger dan byzondere<br />

personen . Trekt by zich de algemeene zaak met denzelfden<br />

yver aan als 'n partikulier de zyne behartigt, dan staat by hooger,<br />

dewyl by in den uitslag van 't goede slechts deelt voor 'n<br />

burgerdeel, en niet naar de maat zyner meerdere inspanning,<br />

Maar behartigt by de publieke belangen juist genoeg om z'n<br />

traktement niet to verliezen, en die goddelyke , aanspraak op<br />

pensioen" . . . maakt by tot „eerst en eenig beginsel" de zorg dat<br />

„het zyn tyd maar uithoude", dan staat by lager dan 'n particulier,<br />

en in myn oog zelfs zeer laag. Toen ikzelf ambtenaar<br />

was, wist ik 't woord ambtenaar uittespreken als 'n scheldwoord .<br />

117 . Ik vind niet goed dat de Prins van Oranje z'n beroep<br />

van koning leert als inspecteur van de kavallerie. De Nederlanders<br />

zyn geen yolk van paarden, noch paardevolk, Ik beweer


IDEEN VAN MULTATULI 31<br />

dat er uit Pope's Essay on man en zulke werken *) meer to leeren<br />

is -- vooral voor iemand die geroepen is tot regeeren of besturen<br />

van menschen - dan in 'n stal .<br />

1879. De myne, byvoorbeeld .<br />

118 . Onlangs to Brussel, kort na den dood van Brouckere zag<br />

ik op de straat 'n vrouw die met veel moeite haar dronken man<br />

naar huis leidde . 't Was 'n zwaar werk, want de man slingerde<br />

vreeselyk en 't vrouwtje was zwak . Maar, zooals vrouwen gewoon<br />

zyn, ze hield vol . Als de man viel, hielp ze hem op en<br />

wist raad om 'n paar schreden to winnen .<br />

lemand die meely met haar had, stelde voor, den patient by<br />

hem neerteleggen om den man to laten uitslapen .<br />

- Ah mon Diem, impossible . . . it y a election aujourd'hui !<br />

1)e man moest kiezen<br />

*) Toch ben ik voor algemeen sterzrecht . Het is de eenige maniei<br />

om die stemmery jets minder schadelyk to maken dan ze nu is .<br />

119. In m'n Vryen Arbeid zeg ik dat de Kamers het Volk<br />

niet vertegenwoordigen, en ik zie dat m'n Uitgever het bewys<br />

daarvan toezegt op den omslag van de eerste aflevering der<br />

IDEEN, Ik zal dat woord inlossen ; maar kan dit niet terstond<br />

doen omdat ik whisten ga van-avend . Tot morgen dus .<br />

Ik ben niet gestemd tot schryven . Verbeeld u dat ik redelyk<br />

goed whist, dat ik over 't geheel goede kaarten heb gehad, dat<br />

ik met m'n aide meer trekken gemaakt heb dan ooze tegenparty<br />

. . . toch wist men my to beduiden dat ik verloren had en<br />

betalen moest .<br />

Die rekeninq loan niet goed wezen !<br />

Ik betaalde, maar met weerzin . Wrevelig stond ik op, en daar<br />

de avend flog niet om was, speelde ik billard . Ik stootte doorgaans<br />

gelukkig, maakte karambole op karambole, telde meer punten<br />

dan m'n tegenparty . . . toch zeiden de omstan ders dat ik<br />

verloren had en betalen moest .<br />

Die rekeninq kan niet goed wezen<br />

L)aarover ben ik nu zoo ontstemd dat ik me maar kort - en<br />

niet goed misschien - zal of helpen van 't bewys dat de Tweede-<br />

Kamer stet NederlaGuieeh,p Vnlk niPt nprtpnpni,,nnrdint<br />

Het ideaal eener regeeringsvorm is : absentie van regeering.<br />

Wat maakt het naderen tot dat ideaal mogelyk ? Vermindering<br />

der behoefte van 'n Volk om geregeerd to worden, dat is : ontwikkeling,<br />

beschaving, verlichting, enz . Als ieder wist wat by<br />

doen moest en daarnaar handelde, ware alle regeering overbodig .<br />

Ik spreek niet van bestvur . In 'n fatsoenlyk gezelschap heeft


32 IDE9N VAN MIJLTAPtLI .<br />

men geen koning, keizer of burgemeester noodig om to beletten,<br />

dat de gasten hun beenen op taf el leggen, of zitten gaan op 't<br />

hondjen van mevrouw . Wie, par inadvertance dan toch gaat zitten<br />

op dat hondjen, of z'n beenen uitstrekt tusschen de schotels,<br />

wordt gewaarschuwd door eigen besef van z'n onbehoorlyheid !<br />

door 't janken van 't hondjen, of - en, dan is 't al heel erg -<br />

door den wenk van de medegasten . Van boete, van straf, is geen<br />

spraak. De natuurlyke straf ligt in den boezem van den misdadiger<br />

zelf . In de zoogenaamde zedekunde noemt men die straf<br />

de stem van 't geweten, en in gezelschap heet ze konfuzie . 't<br />

Komt overeen uit . Die beide dingen komen neer op 'n onaangenaam<br />

gevoel van vernedering, waarvan men verlost wil wezen,<br />

en - maar dit zeer parentheziaal - 't is de vraag of er konfuzie<br />

en gewetenswroeging bestaat in 't gemoed des bewoners<br />

van een, overigens onbewoond eiland ? Op de vraag, wat is zedelykheid<br />

op zoo'n eiland ? hoop ik later terugtekomen . 't Is 'n<br />

gewichtig onderwerp .<br />

Absentie van behoefte aan regeering is 'n onbereikbaar ideaal .<br />

Natuurlyk, anders was 't geen ideaal . Evenals in veel dingen is<br />

hier de eisch : voortdurend streven, en 't resultaat : benadering .<br />

De regeeringsvorm die dit streven 't meest in den weg staat,<br />

is de slechtste .<br />

De regeeringsvorm die dit streven toelaat, bevordert, zooveel<br />

mogelyk vruchtbaar maakt, is de beste .<br />

Dit alles is duidelyk, naar ik meen . Toen ik dit IDEE begon,<br />

was m'n voornemen hierover 'n lang stuk to schryven, maar 'n<br />

briefje dat ik zoo-even ontving en dat me verdrietig maakte,<br />

noopt me tot kortheid . In de hoop daarop later terugtekomen,<br />

sla ik nu de oorzaken over, waardoor alle eerste regeeringsvormen<br />

waarschynlyk zyn geweest, patriarchaal . Daaana werden ze<br />

monarchaal. Vervolgens republikeinsch . De republieken zyn van<br />

velerlei soort : demokratisch, aristokratisch, polykratisch, ochlokratisch,<br />

oligokratisch,alle meer of min autokratisch, despotisch<br />

en tyrannisch .<br />

Uit het botsen der belangen en denkbeelden is voortgekomen . . .<br />

120, Du choc des opinions jaillit . . . in dit geval 'n vervelend<br />

meestal onbruikbaar mengsel van allerlei opinions . Een mengsel<br />

dat de dwalingen van alle richtingen in zich vereenigt, zonder<br />

zich op to lossen in juistheid van richting .<br />

A en B wilden 'n rivier oversteken, die van oost naar west<br />

Rep . Ze stonden aan de zuidzyde, A stelde voor oostwaarts to<br />

gaan om 'n brug to zoeken . B was van gevoelen dat men west<br />

op 'n passage vinden zou .


IDEE N VAN M ULT ATULI . 33<br />

Daar kwam de (Yeleerde C . Ily addeerde B's meening bij de<br />

opinie van A . Daarop halveerde hy, en riep : ik heb 't gevonden,<br />

bet gemiddelde uwer meening is Zuid !<br />

A geloofde hem, maakte rechtsomkeert, en ging . Hy heeft<br />

de rivier nooit weergezien, en zal nu wel aan de zuidpool- •klagen<br />

over gebrek aan juistheid in 't gemiddelde,<br />

B had C niet g eloof d . Hy was blyven staan, en wachtte . . .<br />

Daar kwam de wyze I), die nog wyzer was dan de wyze C.<br />

Ook deze telde de meeningen van A en B by elkaar, deelde die<br />

door twee, en riep : ik heb 't gevonden, het gemiddelde uwer meeningen<br />

is Noord !<br />

B geloofde hem en liep rechtuit, noord-op, de rivier in, waar<br />

by door verdrinken bevryd is van kiagen over de onjuistheid van<br />

't gemiddelde.<br />

121 . Na veel gewurm en geknoei dan, is er iets voor den dag<br />

gekomen, dat men noemt : de konstitutioneele-monarchale regeeringsvorm<br />

met vol ksvertegenwoordiging,<br />

Aan dien vorm van regeeren heb ik 'n hekel, uit temperament.<br />

Maar voor-als-nog weet ik niets beters. 't Is ook volstiekt m'n<br />

bedoeling niet in dit IDEE uitteleggen waarom m'n temperament<br />

zich met dien vorm niet kan vereenigen, en hoe de grove fouten<br />

die m'n verstand vindt in andere regeeringsvormen, my dwingen<br />

voorloopig aan m'n temperament het zwygen opteleggen . Dat alles<br />

zal ik misschien later behandelen .<br />

Van die wyze van reg eeren is de vertegenwoordiging des Yolks<br />

nu eenmaal 'n hoofdbestanddeel . Dit kan niemand ontkennen .<br />

't Is dus geene onnutte vraag : of ons Volk by de regeering<br />

vertegenwoordig(i 1I'o?'dt ?<br />

Dit ontken ik .<br />

En meen niet dat ik no wyzen wil op 118, schoon ik 't recht<br />

hebben zou daarop to wyzen, en op meer van dien aard . Meen<br />

niet dat ik flu spreken wil over den verkeerden invloed van dagbladschryvers<br />

op de kiezers . Meen niet dat ik nu 'n roman ga<br />

maken met 'n slot van beloonde deugd, en „sterf ellendeling !"<br />

Een roman waarin ik M' sieur Prod' homme of de Weledele heer<br />

Kappelman lid van de Kamer maak, om to schetsen hoe zulke<br />

dingen geschieden. Neen, ik sla dit-maal misbruiken over, wat me<br />

zelden gebeurt, omdat er zooveel zyn dat ik veelal- geen tyd heb<br />

tot beoordeeling van 't voorgeschrevene qebruik. Ik spreek inderdaad<br />

van de Wet . Ik spreek hier by uitzondering tegen de bepalingen<br />

die in dit geval 't Nederlandsche Volk beletten zich to doen<br />

vertegenwoordigen in de Tweede-Kamer . . ,<br />

Ik word daar gestoord door een der heeren met wie ik gister<br />

avond whistte, ITy was m'u aide geweest,<br />

11)EEN I .


34<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

't Is toch zonderling, zei ik. Ik ben zeker dat gy en ik samen<br />

meer trekken hebben gemaakt dan die andere heeren, en toch hebben<br />

wy 't onderspit gedolven .<br />

--- Ja, dat begryp ik ook niet . De rekening moet verkeerd zyn!<br />

--- Zeker, de rekening is verkeerd . Maar ga nu, want ik heb<br />

iets to schryven over de wyze hoe 'n Volk niet vertegenwoordigd<br />

wordt. Ik geloof dat ook die rekening niet goed is . M'n vriend<br />

ging.<br />

Als 't waar is, dat de leden van die Kamer het Volk niet vertegenwoordigen,<br />

ligt hierin een groote font . Het hoofddoel toch<br />

van die vertegenwoordiging wordt gemist . Dit hoof ddoel is, meen<br />

ik drieledig<br />

z° Aan de regeering to doen weten wat de wenschen zyn van 't Volk .<br />

2 ° Door 't afstemmen van wetten, de uitvoerende macht to stuiten<br />

in 't verydelen of tegenwerken van die wenschen .<br />

3° Door 't aannemen, kracht to geven aan de wetten die wel overeenkomen<br />

met de wenschen des Volks .<br />

Ik weet wel dat vaak de wenschen van 'n Volk niet in overeenstemming<br />

zyn met z'n belangen, en ik kan me voorstellen dat<br />

'n Kamer -- als ze hooger staat dan dat yolk -in 't belang van<br />

haar lastgever anders handelt dan die verblinde of bedrogen lastgever<br />

zelf zou handelen, wanneer by tot rechtstreeks handelen geroepen<br />

was. En zulk 'n Kamer zou wel doen . Maar ik behandel<br />

hier niet het verschil van meening of opvatting tusschen gemachtigde<br />

en principal . Ik behandel de vraag of die gemachtigde gekozen<br />

is op rationeele wys, op 'n wyze die kans levert - en de<br />

meeste kans - dat gy weet wat de wil van 't Volk is : in een<br />

woord of de wyze van kiezen, zooals die is voorgeschreven, de<br />

meeste kans aanbiedt op wel kiezen .<br />

Daar kwam de persoon met wien ik gister billardspeelde . Ik<br />

zond hem weg, maar riep hem na : 't is onmogelyk dat je gisteravond<br />

gewonnen hebt. Ik heb meer punten gemaakt dan gy . Die<br />

rekening kan niet goed wezen !<br />

Ik ga nu de vraag voorby welke graad van zedelyken moed en<br />

onbaatzuchtigheid er voor 'n vertegenwoordiger des Volks noodig<br />

is, om in 't belang van dat yolk to stemmen tegen de opinie van<br />

z'n lastgever-zelf . Op kleine schaal heeft de heer Duymaer van<br />

Twist then moed gehad in zekere spoorwegkwestie . *) Ik zeg, op<br />

kleine schaal, daar de heer D . v . T. evenals 19/20 van z'n mede-<br />

*) Als afgevaardigde van de hoofdstad stemde by anders dan volgens<br />

de meening der Amsterdamsche kiezers t belang van die stad meebracht .<br />

Dit is hem dan ook zeer kwalyk genomen door dezelfde menschen die<br />

hem z'n gewetenloos plichtverzuim in de Havelaarszaak zoo hoog niet<br />

aanrekenen.


IDEEN VAN MULTATULI . 35<br />

leden niet het Nederlandsche Volk vertegenwoordigt, maar alleen<br />

zeker kiesdistrikt. Ik heb volstrekt geen opinie over die spoorwegwet,<br />

die 'k niet bestudeerde omdat het me niet de moeite<br />

waard was de voordeelige toepassing nategaan eener zaak die niet<br />

oorbaar is over 't geheel, Zoodra ik hoor spreken over 't aanleggen<br />

van spoorwegen met het geld van den Javaan, kan ik me<br />

niet zetten tot het beoordeelen van de richting dier wegen . Het<br />

is my moeielyk my bezigtehouden met uitziften van muggen terwyl<br />

men my aanhoudend kernels to slikken geeft . Maar nu eenmaal<br />

aannemende dat het slikken van kernels den Heer D . v . T .<br />

niet indisponeert, eens vaststellende dat by zich met de muggen<br />

bezighoudt, vind ik 't zeer schoon in hem, zich by dat ziften niet<br />

to laten storen door 't aan den arm stooten of schreeuwen van<br />

z'n lastgevers . En als zoo-iets in de Kamer wat meer gebeurde<br />

zou ik misschien niet noodig gehad hebben dit IDES to schryven,<br />

Bezoek. M'n whister en m'n billardspeler<br />

Ziedaar een aardige zaak . Onze klub is uitgenoodigd to Haarlem,<br />

om daar to billarten en to whisten om den prys . Hoe vindt<br />

ge dat ?<br />

- Hoe luidt het voorstel ?<br />

- Ze vragen of we genegen zijn twee onzer beste whistspelers<br />

en onzen besten billardspeler of tevaardigen .<br />

- 't Is my wel, maar laat me met rust . Ik schryf iets over<br />

afgevaardigden en hoe die moeten gekozen worden .<br />

- Dat komt net van-pas ! Dan zult juist gy ons kunnen zeggen<br />

hoe wy onze afgevaardigden moeten kiezen, opdat ze te Haarlem<br />

de klub geen schande aandoen .<br />

-- Ja . . . zoo? Wie spelen het best van ons alien? De bebeslissing<br />

is moeielyk .<br />

- Wel, dat 's zoo moeielyk niet. Laat ons eerst onderling<br />

spelen om 't meesterschap . De winners gaan naar Haarlem .<br />

- Goed . Maar ik ga in geen geval mee, al wou ik . Ik schryf<br />

IDEEN, en kan dus niet naar Haarlem gaan. Maar ik wil gaarne<br />

van avend 'n oogenblik komen om toetezien en boektehouden van<br />

de zaak, want er hangt veel van of dat we goed kiezen .<br />

's Avends kwam ik . Er werd bepaald dat alles zou beslist<br />

worden door een partie liee, billard zoowel als whist . Dit geschiedde.<br />

Ik hield boek, en uit m'n aanteekeningen bleek<br />

dat A en B den robber whist hadden gewonnen tegen C en D,<br />

dat E den robber billard had gewonnen tegen F .<br />

Naar Haarlem moesten dus A en B om to whisten, E om<br />

billard to spelen .


36<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Zy moesten de eer van de kiub ophouden .<br />

Maar ik bleef beweren dat C, D en F beter speelden, meer<br />

leans boden op eervollen uitslag dan A, B en E . En van dit gevoelen<br />

waren de meesten .<br />

Uit m'n eigen boekhoudery echter bleek dat A, B en E den<br />

robber hadden gewonnen. Die rekening kan niet goed zyn !<br />

Hadden de winners in 't whisten, geluk gehad door betere kaarten<br />

of meer honneurs ? Neen, de honneurs tellen niet in onze<br />

kiub. We tellen alleen levees . En 't geluk in 't kaartkrygen was<br />

van 'n wanhopige gelykheid geweest . Daaraan lag het dus niet.<br />

Had E op 't billard gelukstooten gemaakt ? Niet meer dan F .<br />

Ik had van alles beredeneerd nota gehouden .<br />

Waren, in beide spellen, de verliezers gehinderd geweest door<br />

't een of antler? Waren er oorzaken van-buiten die hen, beter<br />

spelers, 't spel deden verliezen aan spelers van minder kracht ?<br />

Neen, zyzelf verklaarden dat ook daaraan hun verlies niet mocht<br />

worden toeg eschreven.<br />

Toch hadden zy de robbers verloren . Die rekening kan niet<br />

goed zyn !<br />

Den volgenden dag zou de geheele kiub onze tot,,geachte spelers"<br />

gekozen medeleden uitgelei doen . We vergaderden aan de<br />

station . A, B en E hadden iets deftigs in hun voorkomen, iets<br />

kerks, iets zondagachtigs, 'n tint van afgevaardigdheid, iets wat<br />

ge to zien krygt op de gezichten en in den gang van dorpsdominees,<br />

als er groote Nutsvergadering is - lees niet : grootenutsvergadering<br />

- to Amsterdam . Maar C, D en F zagen er<br />

uit als miskende genien .<br />

Die rekening kan niet goed zyn, mompelde ik . Maar ik weet<br />

niet of, ik dit mompelde over onze kiub, of over onze Natie .<br />

Als 'n ander dan ikzelf by die laatste verkiezing had boekgehouden,<br />

zou ik misschien gedacht hebben aan . . . iets heel leelyks,<br />

aan valsheid. Maar ik was overtuigd van m'n nauwkeurigheid<br />

en goede trouw .<br />

Ik zag onze afgevaardigden kaartjes nemen, instappen, wegstoomen<br />

. . . ik zag de niet-gekozenen terugkeeren naar huis . . .<br />

ik voelde dat dezen de kiub hadden behooren to vertegenwoordigen,<br />

en niet de anderen die de robbers wonnen, ik voelde dat we<br />

niet goed hadden gekozen . . . arme klub, die rekening kan niet<br />

goed zyn !<br />

Hoe 't met de uitdaging van de Haarlemmers afliep, zal ik u<br />

later vertellen. In 't zelf de' IDES zal ik trachten u to bewyzen<br />

dat onze Tweede-Kamer niet vertegenwoordigt het Volk van Nederland,<br />

en dat C, D en E naar Haarlem hadden moeten gaan<br />

in plaats van A, B en E . (133) .


IDJ EN VAN MULTATULI . 3 7<br />

122 . Een oud heer ]as , de krant, en hield (lie ver van zich .<br />

- Waarom doet ge dat ? vroeg ik .<br />

- Ik zie niet goed van naby sedert ik oud werd .<br />

- Ik wou dat m'n lezers oud werden en me lezen van verre .<br />

123 . Ik begryp IDES•. N niet .<br />

- Hebt ge ze alien gelezen<br />

- Dan kunt ge N niet beg rypen .<br />

lie ook de noot by 35.<br />

124 . By 'n optelling is men gewoon 'n proef to nemen door<br />

nogeens to tellen in andere richting . Wanneer dht sluit is men<br />

gerust. Welnu, ik zie dat ik in 1 en 94 langs geheel verschil_<br />

enden w eg ben gekomen tot gelyke slotsom, maar tot 'n slot<br />

som die ik liever niet aannam . En Loch, 't moet wel .<br />

Vermenigvuldig de uiterste grenzen van de evenredigheid in<br />

94 met elkander. Doe 't zelfde met de middelste termen, en zie<br />

D+ en oneindig getal waarheden = een leugen!<br />

Ik deed dus misschien verkeerd, m'n eerste IDEE to beginnen<br />

met misschien .<br />

En wat er volgt uit de toepassing van dat IDEE op de tweede<br />

v ergelyking in 94, ontsnapt me,<br />

Maar hoe men 't neemt, het is treurig . En Loch zyn er melischen<br />

die den titel durven aannemen van doctor - d . i . Leeraar -<br />

in de wysbegeerte. Dat begryp ik niet .<br />

125 . Zeg of, ik weet niet, of his ge 't weet, toon dat door<br />

(luidelykheid, en vooral, bouw geen torens op de punt van 'n<br />

naald, zooals de schermers met cogito ergo sum en zulke kinderachtigheden<br />

. En nog eens, wees duidelyk, gy bonzen, rabbi's,<br />

dominees, derwisjen en doctoren ! Als ge dat waart, zou ik vrede<br />

hebben met de fondamenten van uw torens . Maar dat zyt ge<br />

meestal niet.<br />

Wy achten geen wysbegeerte vruchtbaar die zich niet in de<br />

dagelyksche spreektaal to uiten weet ." Dat zegt Dr . van Vloten<br />

in den Dageraad (December 1861 .) Doctor van Vloten ? Ja,<br />

Doctor. Maar ge ziet dat by hier meer is dan Doctor .<br />

126 . De Heer Gunst zond my de nummers van den Dageraad,<br />

die verschenen zyn sedert m'n vertrek uit Amsterdam . Ik<br />

yang veel indrukken op, , en dit was dus ook 't g eval onder 't<br />

lezen van die nummers . Een er van wil ik u meedeelen . Ik had<br />

gisteren weer gehoord dat ik zoo'n begaafde ~chryver was . . .<br />

Leugenaars, huichelaars ! Wie spreekt er over van Vloten, over


38 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Titus, over Scheltema, over A . F . Siffle, over Aramaldi, over<br />

Lachme, en over zoo velen die oneindig beter schryven dan ik ?<br />

Mar is valsheid in dat geroep over mooischryvery .<br />

Als ik weer op reis ga, en men biedt me ergens 'n nachtlyst<br />

aan, zal ik m'n beroep invullen met : begaa fde schryver, en m'n<br />

geboorteplaats met : helaas ! want ik ben 'n Amsterdammer .<br />

127 . Ik heb daar drie en twintig nummers IDEEN verscheurd,<br />

die alien begonnen met, ik lees in den Dageraad : . .<br />

Wat drommel, zoek zelf in den Dageraad ! Of zyt ge dom<br />

genoeg om to antwoorden<br />

Ik lees den Dageraad niet. Ik ben niet van 't gevoelen der<br />

dageraadsmannen .<br />

Antwoordt ge dat ? Dan moet ik u vragen : hoe ge by 't opnemen<br />

van boeken die ge wel leest, vooraf weet dat ze wel zyn<br />

geschreven in overeenstemming met uw gevoelen ?<br />

Dan moet ik u vragen waarom ge zoo bang zyt iets to lezen<br />

dat met uw gevoelen in stryd is?<br />

Dan moet ik u vragen of ge ook misschien vreest iets to lezen<br />

dat uw gevoelen zou doen wankelen ?<br />

Dan moet ik u vragen of dit niet eenig wantrouwen aanduidt<br />

op uw gevoelen ?<br />

Dan moet ik u vragen of ge wel eens gelezen hebt hoe Don<br />

Quichot vreesde z'n helm to beproeven ?<br />

Ja, ja, zoo is 't. Ga liever voort uw helm to houden voor goed<br />

en tegen zwaardslag bestand, dan kans to loopen dat ge na zoo'n<br />

proef zoudt genoodzaakt wezen omtezien naar 'n anderen helm.<br />

Maar erken dan ook dat ge met een slechten helm tevreden zyt .<br />

128 . - Zyt gyzelf van 't gevoelen der dageraadsmannen ?<br />

-- Een zotte vraag . Die mannen, als zoodanig saamgekomen,<br />

hebben Been gevoelen .<br />

- Vervloekte stelselloosheid .<br />

Ja, 't is erg. Verbeeld u dat die redaktie geen program<br />

heeft, geen systeem, geen dogma . Ik heb in een aflevering stukken<br />

gelezen, die lynrecht tegen elkaar inliepen . Als pater Chloroformicus<br />

'n goed stuk schreef over de onbevlekte ontvangenis,<br />

of dominee Anaesteticus 'n goede preek over de transsubstantiatie<br />

. . . waarachtig, ze zouden 't opnemen in hun tydschrift !<br />

- Hebben pacer Chloroformicus en dominee Anaesteticus dat<br />

al eens gedaan ?<br />

Nog niet . Doe gy 't eens . Ge zult zien dat ze uw stuk -<br />

maar 't moet goed wezen - met de meest stelsellooze systeemverkrachting<br />

plaatsen naast 'n antler stuk - dat ook goed is -<br />

en waarin die heerlyke dogmen worden bestreden .


MEN VAN MULTATULL<br />

Vervloekte leerstellingloosheid .<br />

Ja . Dat komt er van als men iets doet zonder behoorlyk<br />

program. Er is geen enkele krant die niet beter geredigeerd<br />

wordt dan dat tydschrift . Probeer eens 'n stuk to schryven tegen<br />

Vryen Arbeid - maar 't moet goed wezen - en zie of 't Handelsblad<br />

dat opneemt? Voorzeker neen. Zoo'n blad heeft'n Principe,<br />

'n leidend beginsel, 'n systeem, ziet ge, en daarom is 't zoo<br />

mooi . Maar die Dageraad is hoe zal ik 't zeggen? Die<br />

Dageraad is tuchteloos .<br />

- Dat kan geen standhouden .<br />

- Wel neen, dat kan geen standhouden . Die heeren zouden<br />

'n goed stuk opnemen, al kwam 't van den pans, met wien ze<br />

overigens niet byzonder wel zyn .<br />

- Vervloekte beginselloosheid. Ze hebben dus eigenlyk geen<br />

gevoelon?<br />

- Neen, dit zeide ik u reeds . Daarom noemde ik 't een zotte<br />

vraag, of lk van hun gevoelen was .<br />

--- Dit zie ik nu in . Vervloekte aevoelenloosheid 1 Ik ga 'n stuk<br />

schryven over de menschwording en de hemelvaart . Ze zullen 't<br />

opnemen, hebt gy g - ezegd? . . . .<br />

- Als gy over menschwording en hemelvaart iets goeds kunt<br />

schryven, ja .<br />

- Dat zal ik doen!<br />

- Ik hoop dat het u gelukt. Ik zou er geen kans toe zien .<br />

0<br />

129 . - Maar ze moeten toch lets hebben dat hen bindt . Lets<br />

als cohaesie . . . .<br />

- Ja . . . zoo . . . 't heeft niet veel om 't lyf .- Ze zoeken waarheid .<br />

- Ik ben 't met u eens dat dit niet veel om 't lyf heeft .<br />

- Ik verwachtte van U niet anders dan zoo'n volledige toestemming.<br />

130. Tk heb 't -edaa -n<br />

- Wat?<br />

- Dat stuk over de menschwording . Maar ze willen 't niet<br />

plaatsen.<br />

- Dat is infaam! Te-meer omdat ik overtuigd ben dat . . . .<br />

.zeg eens, gyzelf, was uw stuk goed geschreven?<br />

Zonderlinge vraag . Hoe kan ik zego -en van mezelf . . . .<br />

't Is waar, ik vergat uw principe over Nederigheid. Ge<br />

moogt niet zeggen : ,ik schreef goed ." Maar wel moogt ge -<br />

wetende dat goed schryven 't onmisbaar beding was - uw stuk<br />

inzenden en daardoor zonder 'n woord to spreken betuigen : Jk<br />

schreef goed ." Ik begryp uw principes niet.<br />

- Dat zy zoo 't wil . M'n stuk was goed .<br />

3 9


40 IDEEN VAX MULTATULI .<br />

- Daar heb ik u !<br />

- Ja . Nu, myn stuk was goed, ziedaar ! Maar de Dageraad<br />

wil 't niet opnemen, omdat z'n gevoelen over de menschwording . . .<br />

- De Dageraad heeft geen gevoelen . Ik gis dat uw stuk<br />

niet goed was .<br />

131. - Waarde Gunst ! *) Wees zoo goed me van-tyd tot-tyd<br />

meetedeelen of 't lezen van den Dageraad toeneemt . Ik hoop ja .<br />

Dan heb ik in m'n IDEEN wat meer ruimte voor andere zaken .<br />

Ik kom plaats en tyd to kort, en wil niets liever dan nu-en-dan<br />

wat van me afschuiven . Zoodra 't mag en kan laat ik alle buitenissigheden<br />

rusten .<br />

*) 1879 . De beer Gunst was jaren lang uitgever van bedoeld tydschrift<br />

. Sedert eenigen tyd heeft het opgehouden to bestaan, doch<br />

niet dan na in wyden kring licht to hebben verspreid . Zeer veel begrippen<br />

die thans by beschaafden en ontwikkelden voor vanzelfsprekend<br />

doorgaan, werden dertig en twintig jaren geleden, toen de<br />

Dageraad ze voorstond, door verreweg de meesten van hen die er<br />

thans mee instemmen, als gewaagde paradoxen verworpen . Deze op-merking<br />

is almede van toepassing op 'n groot gedeelte myner iDEEN . .<br />

Wat ik in 402 voorspelde als over zeer langen tyd to zullen gebeuren, .<br />

is reeds nu het geval.<br />

132 . Maar zoolang 't gekibbel over niet-bestaande zaken nadeelig<br />

werkt op dingen die wel bestaan . . . . zoolang ik moet{<br />

vreezen dat de stemmen, hoe f orsch ook, van mann en die zich -<br />

ten-doel stelden de maatschappy to verlossen van den verderfe<br />

lyken invloed der zoogenaamde godsdienst, niet alom worden ge-hoord,<br />

zoolang zal ik voortgaan met het geven van 'n zweepslag ,<br />

hier-en-daar. Zwygen waar spreken plicht is, noem ik misdadig. .<br />

Onlangs zyn, volgens de nieuwsbladen, in Spanje twee personen ,<br />

veroordeeld tot de galeien ,wegens verspreiding van den bybel ."<br />

Ik vind dat vonnis schandelyk . Laat me dit vooraf zeggen,,<br />

opdat niemand het recht hebbe voortewenden dat ik partytrek<br />

voor zulke barbaarschheid .<br />

Maar, eens aannemende dat zoo'n straf mocht worden toege<br />

past op 't verspreiden van 'n boek . . . .<br />

Aannemende dat die straf behoort to zyn in overeenstemming -<br />

met de nadeelen die er uit de verspreiding en 't lezen van<br />

zoo'n book kunnen voortvloeien, en hier en-daar werkelyk voort-gevloeid<br />

zyn . . . .<br />

Dit alles aannemende, is het vonnis waarbij twee personen ins<br />

Spanje zyn veroordeeld tot de galeien, wegens 't kolporteeren ,<br />

van den bybel, rechtvaardig en niet to streng .<br />

Hoe zoudt gy 't vinden, lezer, als iemand uw kind krankzinnig -<br />

maakte ? Zoo, dat het lag to brullen als 'n wild beest, met schuim,<br />

op den mond ? Zoudt ge dat goedvinden ? Ik denk peen .


IDEFN VAN M[7LTATULI . 41<br />

Amsterdam, 6 Februari 1862 .<br />

Den Heere H. Hoveker,<br />

Bockhandelaar to .Amsterdam .<br />

Weledele Ileer ! Met warme belangstelling heb ik gelezen het by<br />

Uweledeie uitgekomen stukje Verhaal eener geestelyke opwekking, enz, to<br />

Elberfeld . lk geloof dat de algemeene verspreiding der hoogstbelangryke<br />

mededeelingen die daarin zoo naar waarheid worden gedaan, zeer nuttig<br />

werken zoude . In-weerwil van den hoogen prys van dat werkje is bet<br />

niet genoeg overal gelezen, en ik ontwaar met smart dat no, altyd velen<br />

by den dag voortleven, zonder '± minste besef van de ontzaggelyke<br />

vreeselyke schrikbarende werkinge des Heiligen Geestes .<br />

Ik ben eenigszins schryver, en streef naar waarheid, vooral ten aanzien<br />

der dingen die des Geestes zyn . Myn vriendelyk verzoek is of<br />

Uweledele my zoudt gelieven toetestaan dat g eheele boekjen over de<br />

wonderbare werking des Heiligen Geestes, overtenemen in zeker geschrift<br />

waaraan ik op het oogenblik bezig ben, en waarmee ik hoop enkelen<br />

die insliepen, wakker to schudden nit hun doodslaap .<br />

Zoodra ik met m'n werkje gereed ben, zal ik de eer hebben Uweledele<br />

daarvan eon exemplaar aantebieden als 'n goring bewys myner<br />

dankbaarheid vo,or de vergunning waarom ik met de meeste bescheidenheid<br />

ben verzoekende by dozen .<br />

Under betuiging myner byzondere hoogachting voor ieder die naar<br />

waarheid streeft, heb ik de eer to zyn Uw Weledelheids dienstvaardige<br />

Dienaar en Sroeder . . .<br />

En daaronder m'n naam . Zoodra ik toestemming van den heer<br />

Hoveker ontvang om gebruik to maken van hot by hem uitgekomene<br />

boekjen over den noodlottigen invloed des bybels, zal ik<br />

dit IDES vervolgen .<br />

133 . Ik had me voorgesteld heden voorttegaan met m'n betoog<br />

dat de Kamer 't Volk niet vertegenwoordigt . Ge meent dat<br />

ik beter deed to zeggen dat ik daarmee zou beginners, en ik voel<br />

de scherpte van die mooning . Maar hebt ge 't niet vaak ondervonden<br />

dat men u leidde lange anderen weg dan den gewonen,<br />

en toch redelyk wel aankwam waar men wezen won? Er zyn betoogen<br />

die 't gebrk ek hebben van al to groote gemakkelykheid,<br />

en daardoor niet den indruk maken die dikwyls, zeer ten onrechte,<br />

hot gevolg is van ingewikkeldheid . Ik neem aan, m'n stelling<br />

dat er eene zeer groote organieke font is in de bepalingen op 't<br />

kiezen, to bewyzen in drie of vier regels. J a, reeds heb ik dat<br />

bewys hier-en-daar gegeven in 't stuk over Vryen Arbeid . Maar<br />

ik weet by-ondervinding dat 'n saillie niet den indruk achterlaat<br />

dien ik wil teweegbrengen. Ik weet dat er om dien indruk vruchtbaar<br />

to maken, jets noodig is dat hot uitwisschen belet . Zoo<br />

nagenoeg moot de wilde geredeneerd hebben, (lie 't eerst weerhaken<br />

maakte aan Zit pyl .<br />

Ms ik it bewezen had dat de K amer 't Volk niet vertegeitwooriligt<br />

-- nogeens, ik kan (lit doers in drie regels •---- zoudt


42<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

ge wel genoodzaakt zyn dat aantenemen . Maar 't ware daarby<br />

gebleven . Ik moet het u bewyzen met 'n weerhaak, en op 'n<br />

manier die u dringt by elke verkiezing, by elke uitgeleide uwer<br />

afgevaardigden naar de station, hoofdschuddend uitteroepen : die<br />

rekening kan niet goed zyn .<br />

En zie, die rekening is niet goed . Daar kryg ik nu twee brieven<br />

uit Haarlem .<br />

Eefi-ste brief. Amice ! Ge zyt finaal geslagen . Uwe afgevaardigde<br />

heeft vrouwen vertrouwd, kwam terstond uit in de invite, instee van<br />

tegen-invite to doen, by telt twaalf troeven, en vergeeft . Enfonce!<br />

Hoe hebt ge then man kunnen zenden tot het ophouden der eer van<br />

uw klub ? Daar moet een fout zyn in uw wyze van kiezen . Adieu,<br />

en doe beter 'n andermaal !<br />

Hoyle . *)<br />

President van de Haarlemmer Whistklub .<br />

Tweede brief . Amice ! Gy zyt finaal geslagen. Uw afgevaardigde<br />

maakt beesten, heeft geen verstand van gecompliceerde kontra-effecten<br />

en stoot gaten in het laken . Enfonce ! Hoe hebt ge then man<br />

kunnen zenden tot het ophouden der eer van uw klub ? Daar moet<br />

'n fout zyn in uw wyze van kiezen. Adieu, en doe beter 'n andermaal!<br />

Mingo. t)<br />

President van de Haarlemmer Billardklub .<br />

Kort daarop kreeg ik bezoek van de Heeren Hoyle en Mingo .<br />

Na to hebben lucht gegeven aan de verwaandheid die samengaat<br />

met de gemakkelyke overwinning, kwam 't beter gevoel boven,<br />

en met eenstemmige eerlykheid riepen zy<br />

*) Voor wien dit onbekend moge zyn, bier de mededeeling dat Hoyle,<br />

die in 't laatst der v orige eeuw in Engeland leefde, als autoriteit in 't<br />

whisten gold . Nog heden wordt zeker werkje dat by over dit spel schreef,<br />

dikwyls geraadpleegd, vooral in Engeland . Hoyle heeftj door zyn zeer<br />

nauwkeurige kansberekening het whisten verheven tot 'n studie, en<br />

ging hierby - schoon slechts 'n spel behandelende - veel wetenschappelyker<br />

to werk dan, byv . professor Edgar Quinet, die in z'n zoogenaamd<br />

wetenschappelyk werk over de probaliteitsleer, de wetenschap<br />

als 'n spelletje behandelde . Om iets van kansen to begrypen, blykt deze<br />

geleerde noodig gehad to hebben balletjes van verschillende kleur in<br />

'n vaas to doen, die by dan - met meer geduld dan vernuft, waarachtig<br />

! uren lang stuk voor stuk daaruit haalde orn eenig inzicht to krygen<br />

in de wyze waarop de kleuren elkander intermitteerend of in serien<br />

opvolgden . Voor 'n hoogleeraar in wysbegeerte komt me deze methode<br />

nogal . . . leekerig voor . 11c weet dan ook niet tot welke soort van wysbegeerte<br />

het vak van Quinet behoort . Ails ze experimentaal heet, neemt<br />

Zyn hooggel . dit woord wat al to letterlyk op .<br />

Wat overigens kansrekening aangaat, ik hoop dit zeer belangryk onderwerp<br />

dat in zeer nauw verband staat met Darwinismus, aanteroeren<br />

in m'n Millioenen-Studien, 'n arbeid waarin ik nu ruim een jaar geleden<br />

door al to Beotische tegenwerking gestoord werd .<br />

f) Ten-rechte llfainigrud, 'n befaarnd billardspeler.


IDEEN VAN MU LTATULI . 43<br />

- Geloof me, go moet antlers kiezen . Er moot 'n fout wezen<br />

in uw kiesstelsel. Hoe zyt ge to werk gepan?<br />

- Wel, toen uw uitnoodiging kwain<br />

- Hebt go toen in omvraag gebraclit wie de sterkste whis-<br />

ter -was?<br />

vroeg Hoyle .<br />

Neen, daarover zou wellicht verschil van gevoelens ontstaan<br />

zyn . leder had misschien gestemd voor zichzelf, of wat overeen<br />

uitkomt, ieder had a titre de revanche de stem gekregen van z'n<br />

buurman . We hadden niet boekgehouden over vroeger spel, en<br />

moesten spoedig beslissen . Er is gespeeld oin den voorrang<br />

- In hoeveel partyen?<br />

- In partie We . . . 66n robber .<br />

- En de winners van then robber . . .<br />

- We hebben die winners afgevaardigd, helaas, en ze naar<br />

de station gebracht met veel statie .<br />

- Laat me uw aanteekeningan van dien beslissenden avend<br />

eens zien, vroeg Hoyle .<br />

Ik gaf ze .<br />

- Hm ., gelyke verdeeling van geluk in I kaartkrygen . Aantal<br />

keeren geven, gelyk . Alles, alles gelyk . - .<br />

De goede Hoyle zocht, zocht naar de oorzaak van ons verkeerd<br />

of vaardige -n, en op-eens :<br />

- Dddr zit de font, riep hy! Tk wist wel dat er iets haperde<br />

aan uw manier van kiezen . Ziehier :<br />

Aantal levees . Gewonnen spellen .<br />

A & B c & D A & B C & D<br />

Eerste spel 5 4 66n<br />

Tweede spel 0 5 66.<br />

Derde spel . 5 4 66 .11<br />

Totaal 10 13 twee 66n<br />

Ge ziet wel dat we A en B moesten benoemen tot geachte<br />

spelers, zei ik, zy hadden den robber gewonnen . Zoo was er bepaald.<br />

- Juist, z66 was er bepaald, maar die bepaling deugde niet .<br />

Dddraan bebt ge to wyten dat uw stryd tegen ons verloren is.<br />

Uw afgevaardigden vertegenwoordigden niet uw klub, niet dat<br />

bestanddeel van uw klub dat door beter spel . met gelyke gegevens<br />

meer trekken maakte dan andere . Ze vertegenwoordigden<br />

slechts uitslag eener geheel willekeurige, op niets degelyks berustende<br />

- en gy ziet het nu, zeer ondoelmatige en gevaarlyke -<br />

spelregeling! Ge hadt even goed kunnen zeggen : Wy zullen den<br />

blondsten afvaardigen naar Haarlem .


44 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Hoyle had gelyk .<br />

Daarop kwam myn vriend Mingo aan de beurt . Ook by verlangde<br />

de aanteekeningen to zien en vond<br />

Aantal punten . Gewonnen spellen .<br />

E . F . E . F .<br />

Eerste spel<br />

Tweede spel<br />

Derde spel .<br />

.<br />

50<br />

0<br />

49<br />

49<br />

50<br />

49<br />

„<br />

een<br />

een<br />

„<br />

„<br />

een<br />

Totaal 100 148 twee een<br />

- Ge ziet, zei Mingo, dat ge, eens besloten uw keuze to richten<br />

naar 't beste spel van lien avond, eens besloten dat spel to<br />

schatten naar den uitslag, verkeerd deedt then uitslag to laten<br />

afhangen van de slotsom eener geheel willekeurige, op. niets<br />

deggelyks berustende - en ge ontwaart het nu, zeer ondoelmatige<br />

en gevaarlyke - spelregeling! Ge hadt even goed kunnen zeggen<br />

We zullen den bruinsten of vaardigen naar . . .<br />

Naar den Haag. Ja, zao is het. De leden van de Kamer zyn<br />

gekozen naar 'n geheel willekeurige, op niets degelyks berustende,<br />

en - dat hebt gy nu gezien, hoop ik - zeer ondoelmatige en<br />

gevaarlyke kiesregeling .<br />

In die regeling is 'n radikale foot .<br />

In de spelen die ik aanhaalde als voorbeeld, vertegenwoordigden<br />

de gekozenen niet de klub, maar den uitslag van zekeren robber .<br />

In de Tweede Kamer, vertegenwoordigden de gekozenen niet<br />

het Nederlandsche Volk, maar den uitslag van zekere, aan de<br />

zaak zelf geheel vreemde invloeden op willekeurig afgedeelde fraktien<br />

van het Volk.<br />

134 . Omnis comparatio claudicat . Natuurlyk, Anders was 't<br />

similitudo . Gelykheid zou de Gelykenis doen vervallen. Wat zoudt<br />

ge zeggen van iemand die de schoone parabel van Jezus over 't<br />

berouwhebbend kind van zich stootte, omdat . . .<br />

Dat gaat my niet aan . :naar wordt gesproken van 'n verloren<br />

noon . . .<br />

- Welnu ?<br />

- Ik ? Ik ben 'n verloren dochter !<br />

Zoo-iets ontmoet men veel, en ik houd er niet van . Men moet<br />

in 't' vatten van de bedoeling des sprekers of schrij vers van<br />

goeden wille" zyn . En dit is vooral noodig by vergelykingen, gelykenissen<br />

en parabels .


IDEEN VAN MULTATULI . 45<br />

135 . In die kiesregeling (Ian is 'n radikale foot. Ik weet wet<br />

dat alle menschelyke zaken gebrekkig zyn, en 't is al ongelukkig<br />

genoeg dat ook de beste inzichten van 'n wetgever vaak<br />

worden verijdeld door verkeerde toepassing, door afwyking, door<br />

ontduiking, door becirog . Maar juist dit is 'n reden te-meer om<br />

de wet-zelf zoo volmaakt mogelyk to doen wezen, opdat althans<br />

het goede""voorgeschreven zy, en 't kwade uitzondering blyve .<br />

Door de Kieswet nu wordt het kwade tot repel gemaakt, en<br />

't goede tot uitzondering .<br />

In de geheele Tweede-Kamer zyn hoogstens vyf of zes, leden<br />

die gekozen zouden . zyn door 't Nederlandsche Volk, als dat<br />

Volk inderdaad z'n afgevaardigde kiezen mocht . Zonder alien to<br />

noemen, die door de geheele natie zouden uitverkoren worden<br />

om haar to vertegenwoordigen indien de Kieswet haar dit niet<br />

belette, en slechts om m'n bedoeling duidelyk to makers, vroeg<br />

ik of niet de namen van Thorbecke en Van Hall, van Groen<br />

en van Hoevell altyd zouden voorkomen onder hen die de<br />

meeste stemmen hebben ? Zoo bestaan er nog 'n paar namen,<br />

maar niet meer dan 'n paar .<br />

Ik plaats de namen van Thorbecke en van Hall, . .van Groen<br />

en Van Hoevell met voordacht naast elkaar, om to doen in<br />

't oog vallen hoe bier geen spraak is van -zoogenaamde staatspartyen<br />

. De vier inannen die ik noemde, zyn in Nederland bekend,<br />

door 'n groot g edeelte der Nederlanders geacht, en kunnen<br />

worden opgeg even als verteg enwoordigers der meening van velen .<br />

By konkurrentie evenwel in 'n ouwerwets-behoudend kiesdistrikt<br />

zouden de heeren Van Hoevell en Thorbecke den strijd<br />

verliezen tegen iemand die - hoe onbekend en onbeduidend ook<br />

overigens - meer geestverwanten telde in dat distriktje, en zoo<br />

zou 't ook gaan met de heeren Groen en Van Hall, wanneer ze<br />

tegenover deze of gene liberate nietigheid moesten worden gewogen<br />

door 'n kiesdistrikt je waar 't zoogenaamd liberalismus a<br />

l'ordre du jour was .<br />

Van risbruiken spreek ik thans niet ) ik spreek van de wet.<br />

Hoe gebrekkig die is, hoe schadelyk, hoe gevaarlyk zal, meen<br />

ik, ieder in 't oog vallen zonder verder betoog . Toch .zal ik 't<br />

verder betoogen, maar om welwillend gehoor to mynen voor<br />

't bewys a priori -- het bewys dat zoo'n Kieswet geen goeden<br />

uitslag hebben kan - wil ik u even vooraf en a posteriori aantoonen,<br />

dat die wet inderdaad 'n zeer ongelukkigen uitslag heel t .<br />

*) 1879 . lit wordt wel gedaan in de voor omstreeks een jaar by den<br />

uitgever De Graaf to Haarlem verschenen brochure van den heer Van<br />

Vloten, 'n stuk dat de behartiging overwaardig is. Het daarin ten-toongesteld<br />

voorbeeld van de mogelykheid ik zeg : van de waarschynlykheid,<br />

jazelfs van de zekerheid -- dat de uitdrukking van den Volkswil ver•valscht<br />

wordt, is sprekend .


4 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

In m'n stuk over Vryen-Arbeid val ik zeer laag neer op de<br />

Tweede Kamer. Daar bewys ik niets, ik schets maar, en men<br />

heeft het recht die schets karikatuur to noemen . Doch ook 'n<br />

karikatuur heeft waarheid noodig tot grondslag.<br />

Een Iteekenaar, byv . van de Charivari, stelt Dupin voor --<br />

Dupin, den ex-president van de Assemblee Nationale - als 'n<br />

boersgekleed man. Z'n schoenen zyn breed, lomp, grof, ware<br />

schuiten.<br />

Nu is de vraag niet, of Dupin wel zulke schoenen draagt ?<br />

De vraag is : ligt er waarheid in de meening die de artist heeft<br />

willen uitdrukken, dat de heer Dupin zich kleedt als 'n buitenman<br />

? Zulke waarheid nu zoeke men in karikaturen, die wanneer<br />

ze goed worden begrepen, groot nut kunnen doen .<br />

De vraag over m'n charge van de , geachte leden" is alzoo<br />

niet : spreken en handelen die leden zoo als ik ze daar spreken<br />

laat ? De vraag is : staat onze Tweede-Kamer inderdaad op zoo'n<br />

lagen trap als ik heb willen to kennen geven in m'n overdreven<br />

schets ?<br />

En dit is zoo. De schoenen van Dupin zyn iets minder lomp<br />

dan de Charivari die teekent, maar dat Dupin zich voordoet als<br />

'n boer, is de waarheid .<br />

Onze Tweede-Kamer is inderdaad, op vyf of zes uitzonderingen<br />

na, 'n verzameling van nietigheden . En wat zulk 'n verzameling<br />

kan tot-standbrengen, is afteleiden uit 4, 5, 6 en 9 .<br />

De geschiedenis van die Kamer zou 'n treurige staalkaart wezen<br />

van nederlandsche hoedanigheden, als we moesten aannemen, dat<br />

de leden waren gekozen door 't nederlandsche Volk. Laat ons<br />

dus ter eere van dat yolk zoo dikwyls mogelyk den vreemdeling<br />

toeroepen : beoordeel ons niet daarnaar ! Niet wy hebben de<br />

heeren gekozen . ., zie onze Kieswet,<br />

Maar het schryven van die geschiedenis zou 'n groot en tevens<br />

'n ondankbaar werk zyn . Ik wil trachten de nietigheid van<br />

de Kamer op korter wyze aantetoonen, en beroep me op de<br />

taken waaromtrent partyen in con fesso zyn .<br />

Ik heb gezegd : er is verrotting in den Staat !<br />

Tegenspreken zou niet bewyzen dat de Staat gezond was,<br />

maar ik zou verplicht wezen m'n stelling to verdedigen, en de<br />

uitslag zou aantoonen of ik recht had .<br />

Doch zie.. . men spreekt niet tegen . Ik behoef niet to bewyzen.<br />

Men bekent dat ik gelyk heb !<br />

Men ? Wie ?<br />

Ik beschouw de dagbladen - zooals ze than zyn - volstrekt<br />

niet als vertegenwoordigers van de publieke opinie . Maar wanneer<br />

die bladen, zoo kort na 't geen ik hun toevoegde in m'n<br />

stuk over Vryen Arbeid, zoo kort nadat ik afstand deed van<br />

alle sympathie of hulp van hun kant, volmondig toestemmen dat<br />

ik gelyk heb in de hoofdzaak : bedorvenheid der politieke atmos-


M MEN VAN MULTA'l'IT LI . 47<br />

Peer, dan geloof i k ze to mogen aanhalen als bewys dat ik eenvoudige<br />

ronde waarheid zeide, waar men my ouder-gewoonte verdacht<br />

hield van excentriciteit .<br />

En, zooals attoos, ik maak Been onderscheid tusschen staatkurdige<br />

partyen . Alle getuigenissen aantehalen zou my to veel<br />

plaats wegnemen. Ik verzoek my dus, to mogen bepalen tot het<br />

citeeren van twee geheel verschillende bladen, die in zekeren zin<br />

kunnen geacht worden de twee richtingen to vertegenwoordigen,<br />

waarin de stroom der publieke opinie zich verdeelt.<br />

In den Arnhemmer van 12 Februari 1862, wordt betoogd dat<br />

wel-is-waar de Tweede Kamer allerellendigst is saamgesteld,<br />

maar dat men die - om meer of min goede redenen - op dit<br />

oogenblik niet behoort to ontbinden . Om goed begrepen to worden,<br />

zal ik 't heele stuk pier laten volgen, met onderstreeping<br />

van wat ik meer rechtstreeks noodig heb voor m'n doel, nl . to<br />

doen zien dat niet alleen ik verontwaardigd ben over de onbekwaamheid,<br />

de onbeduidendheid, de middelmatigheid onzer vertegenwoordigers<br />

.<br />

De drie woorden op „heid" had ik kunnen samenvatten in dit<br />

eene : misdaad . Want, ook zonder to spreken van omkooping of<br />

oogendienst, het is misdadig plichten op zich to nemen van welker<br />

goede vervulling zooveel afhangt, zonder tot dat vervullen<br />

instaat to zyn .<br />

Arnhem, I I Februari, 1862 .<br />

Bij de tot stand-koming van dit Ministerie is door verschillende<br />

dagbladen de vraag geopperd, of het nu niet noodig en nuttig wezen<br />

zou de Vertegenwoordiging, of ten minste de Tweede Kamer<br />

der Staten-Generaal to ontbinden ?<br />

Er was aanleiding tot die vraag, voornamelvk in het verschynsel<br />

der weifelende en wisselende meerderheden, met welke de Kamers<br />

in de laatste tijden nu eens deze dan weder gene rigting, nu dezen<br />

en dan genen minister gestemd had . Het was niet onnatuurlyk, dat<br />

het publiek, nu eindelyk eens een gouvernement van beginselen optrad,<br />

vroeg : kan zulk een gouvernement met zulk een Kamer zamenwerken<br />

? Kan de besluiteloosheid gemeen overleg houden met de<br />

stelselmatigheid ?<br />

Wij hebben ons die vraag ook gedaan : wy hebben ons afgevraagd,<br />

of het nu niet het juiste oogenblik zijn zou aan het land to zeggen<br />

stel thans aan deze homogene, door stelselmatige liberaliteit krachtige<br />

regeering ook eene homogene stelselmatige Kamer over . Het<br />

denkbeeld lachte ons toe ; kon het verwezenlykt worden, het zou,<br />

van den aanvang af, een nieuw tijdvak van parlementaire werkzaamheid<br />

openen ; versche mannen vrij van compromitteerende antecedenten<br />

konden de weifelaars vervangen, de veel bewogen overtuigingen, die<br />

van alles medegedaan hadden, zouden eenige jaren in stille rust


48 IDEEN TAN MULTATULI .<br />

hunne overgangstydperken doorleven, om zich to bekwamen tot het<br />

vormen nieuwe politieke gevoelens . 1 )<br />

Van dozen kant beschouwd zou eene nieuwe, loch vooral eene met<br />

versche elementen aangevulde, Lamer ons zeer wenschelyk schynen . Doeh<br />

er zyn bedenkingen, die ons eene ontbinding nu ondoeltreffend doen<br />

voorkomen . Voordat men nader op de ontbinding aandringt, moet<br />

men twee moeielyke vragen oplossen : is er een stellige grond van<br />

verschil tusschen Regeering en Vertegenwoordiging, die vocr de<br />

kiezers het uitschrij ven van nieuwe verkiezingen motiveert ? is het<br />

met reden to verwachten, dat algemeene verkiezingen thans eene<br />

Kamer met een nieuw element geven zouden ?<br />

Wij gelooven dat beide vragen ontkennend moeten beantwoord<br />

worden. Eene ontbinding is een beroep van de Regeering op het<br />

yolk, een beroep dat zijne reden alleen kan vinden in een gebleken<br />

onmogelykheid van opregte zamenwerking tusschen het Gouvernement<br />

en de Vertegenwoordiging. Maar van de onmogelykheid dat<br />

de tegenwoordige Kamer met het tegenwoordig Ministerie zamenwerkte,<br />

is niets gebleken . Ronduit gesproken, wij twijfelln aan die<br />

zamenwerking geen oogenblik ; t) deze Regeering zal niet minder<br />

cene meerderheid in de Kamer vinden, dan voorgaande regeeringen<br />

die vonden . De Kamer, zooals zy Mans zamengesteld is, zooals zy ten<br />

gevolge der sling-eringen, staatskunsten en standpunt-toeren der laatste<br />

jaren geworden is, bezit als Kamer geen politiek karakter. Zij is niet<br />

eene liberale Kamer, maar zij is even weinig eene reactionaire, eene<br />

ultramontaansche, eene anti-revolutionaire Kamer : als lichaam, als<br />

eenheid drukt zy geene bepaalde richting uit, maar daardoor heeft<br />

dan ook elk gouvernement, dat talent toont en met kracht optreedt,<br />

de meeste kans om eene meerderheid to v inden . tt ) Wij stellen dit als<br />

een feit, niet als een aanbeveling. Het feit eenmaal zoo zynde, vervalt<br />

voor de Regeering dan ook de grond, waarop eene ontbinding<br />

zou moeten steunen. De kiezers zouden to regt vragen : wat moeten<br />

wij eigenlijk beslissen ? En wy zien nict, wat het gouvernemen t op<br />

die vraag zou kunnen antwoorden . Zou het de kiezers moeten uitnoodigen<br />

alle niet-liberale leden en alle gecompromitteerde liberale<br />

1 ) Zonder het to willen, want de Arnhemmer laboreert nog altyd aan<br />

de stelselziekte, zegt by hier wat ik op 't slot van mn stuk over Vryenarbeid<br />

bedoel met de DERDE PARTIJ . Juist : nieuwepolitiekegevoelens!(1862)<br />

f) Die gerustheid is niet vereerend voor 't ministerie . Ik zeg dat ik van<br />

den heer Thorbecke to hoogen dunk heb, dan dat ik hem in-staat zou<br />

achten iets uitterichten met deze Kamer . 1k zie in den heer Thorbecke<br />

een man die kracht heeft om tegenstanders to o verwinnen, geen man die<br />

medestanders begeert of noodig heeft uit het groote kamp der onbeduidende<br />

middelmatigheden. (1862)<br />

(A7oof ran 1872, rzcf r e)z 7ezrc .ctraz czndr?rl- 13z 1879 •i crhnzzld !) De ondervinding<br />

heeft getoond dat ik van den heer Th. to goede meening had . Hy doet<br />

(deed) in middelmatigheid niet onder voor de rest . Hoe die man aar. z'n<br />

renommee kwam, is my een raadsel. En 'n raadsel zal 't ook zyn voor ons<br />

nageslacht.<br />

ft) 1k zou 't betreuren als de heer Thorbecke de moeite nam zich<br />

bier-op toeteleggen . De Arnhemmer zegt eindelyk : cdie Earner is zoo laag<br />

gtlzonk,en, dat ieder daarvan maken kan wat by wil.n 't Is de scherpste<br />

veroordeeling der zedelyke waarde, die men uiten kan . (1862)


IDEFN VAN MMULT ATULI . 49<br />

leden door nieuwe mannen to vervangen ? Zou men willen, dat bet<br />

gouvernement aan de kiezers verzocht mijnheer A . uit Q . mijnheer<br />

B . uit X ., mijnheer C . uit Z . niet to herkiezen ? Men belroefde dan<br />

slechts een stap verder to gaan en gelijk onder de tegenwoordige<br />

Napoleontische constitutie, de gouvernements-kandidaten aan de kiezers<br />

to beteekenen . Of zou men willen dat het gouvernement de Kamer<br />

onthond, ten einde van bet land to vernemen, of bet wel genoegen<br />

neeni t met dit liberale ministerie ? Het zou, in andere woorden,<br />

gevraagd zijn : ,De koning heeft ons gekozen, rnaar wilt gij ons wel?<br />

ratificeert gij die keuze ?n Men zou een constitutioneel middel niet<br />

inconstitutioneler toepassen kunnen .<br />

Daar de grond om to ontbinden niet aanv.wez;g is, daar de kiezers<br />

niet zouden weten welk punt van verschil zy beslechten moeten,<br />

zou de waarschijnlijke uitslag der verkiezingen deze wezen, dat de<br />

Kamer nagerroeg onveranderd zamengesteld bleef uit dezelfde leden .<br />

Waartoe zou dan de k:esbeweging, waarmede men bet geheele land<br />

in rep en roer gebragt had, dienen ? Zij zou alleen ten gevolge hebben<br />

kunnen, dat de Kamer en bet ministerie, van den beginne af,<br />

in een zeer gewron,en heading tegenover elkander stonden ; er zen<br />

tusschen beiden. een wederkeeri5 mistroewer heerschen 5 ) ; bet ministerie<br />

zou in gemeen overleg treden moeten met eene Vertegenwoordiging,<br />

die bet ondersteld had, dat haar vijandig was, en de Vertegenwoordiging<br />

zou geen njenwe kracht putten uit eene herkiezing die nlets<br />

uitgemaakt had, omdat de kic zers geen oordeel konden vellen over<br />

een geschil dat nog niet had plaats gehad .<br />

Deze bedenkingen doers, dunkt ons, de schaal overhellen, en maken<br />

eene ontlinding thans onraadzaam, HOE WENSCHELIJK WIJ ANDERS<br />

EENE VERNIElTWING DER VERTEGENWOORDIGING, OOK IN HAAR EIGEN<br />

RELANG, REKENEN ZOUDEN . Op dit oogenblik zou de ontbinding toch<br />

waarschijnlijk geen ander gevolg hebben dan eene onvruchtbare kiesbeweging<br />

door bet gansche land en een ontzaggelijk tijdverlies, t (-rwijl,<br />

er zooveel dr-i-ngead work voorhand.,'n is . t)<br />

Nu hoop ik dat men zeggen zal : die Arnhermer is verdacht<br />

van partydigheid . Zyn oordeel over de Kamer kan voortvloeien<br />

uit byredenen, onversehillig welke . Goed. Ik wys this op ' -n ander<br />

orgaan, op 'n ( -dad dat het Volk tracht voorttedryven in andere<br />

richting dan de Arnhemmer . Ik kies daartoe de oude Amsterdamsche<br />

courant, die zich nooit beef t schuldig gemaakt aan radikalismus<br />

of excentriciteit . Laat zien wat zy to zeggen heeft over de<br />

algemeene zaak en de Tweede Kamer . Waarschynlyk zal men<br />

inzien dat ik slechts -war was, toen ik werd gehouden voor ki<br />

to fors . ,Er is eerrotting in den Staat !' hart ik gezegd . . .<br />

Verrotting is 'n sterk woord, dat alleen by overdryving kan gozegd<br />

worden door iemand die persoonlyk diep gekrenkt, eigen<br />

smart neemt voor redeneering, eigen grief voor bewys . Door iemand<br />

!<br />

#) Alsof dat niet ook nu 't geval was! (1862)<br />

t) Kurieus ! Er is veel dringend work . C; w werklui deugen niet . Maar<br />

roep geen ander werkvolk, want . . . er is zonveel dringend werk ! Zoo<br />

redeneert alleen 'n dagblad (1862)<br />

1DEEN I . 4 .


51) IDEEN `'AN MULTATULI .<br />

die z'n oordeel niet put uit z'n verstand, maar uit exceptioneele<br />

indrukken . . .<br />

Verrotting is 'n word dat alleen kan gebruikt worden door 'n<br />

persoon die door lang lyden z'n taal vergat . Die de waarheid overzet<br />

in b dur. Door iemand die klacht geeft in-plaats van betoog,<br />

en voor 'n woord, 'n gil . . .<br />

Verrotting zou niet gezegd zyn door 'n kalm, bedaard, bezadigd<br />

mensch. Er is pyn noodig, en overdryving door smart, om zoo'n<br />

woord uittespreken .<br />

Zegt ge zoo ?<br />

Welnu, luister dan en verneem hoe de bezadigde Amsterdamsche<br />

spreekt<br />

KRACHT.<br />

De dagbladen vergoeden thans in ruime mate de stilte, die er gedurende<br />

het reces der tweede kamer heerscht. Zelfs in die, welke ons<br />

zelden of nooit politieke beschouwingen leveren, wordt bet optreden<br />

van bet ministerie THORBECKE besproken, en met wezenlijk genoegen<br />

merken wij op, dat dit over het algemeen zonder hartstochtelijkheid<br />

geschiedt . Zekere wijze voorzichtigheid zelfs heerscht in de artikelen<br />

van sommige voorstanders, eene voorzichtigheid, die soms aan bezorgheid<br />

voor teleurstelling grenst, en de bladen, anders bet vinnigst<br />

van toon, prediken nu verzoening of trachten tot welwillendheid to<br />

stemmen .<br />

Dat er onder bet geschrevene menige banaliteit voorkomt is bet<br />

natuurlijk gevolg daarvan, dat dezelfde woordvoerders bijna jaarlijks<br />

over eene ministerieele krisis, met de gevolgen van dien, eenige kolommen<br />

hebben moeten vullen . Er zijn evenwel van die bij herhaling<br />

en sints jaar en dag gebruikte woorden en termen, welke al den<br />

schijn van banaliteiten hebben, maar nu echter van meer beteekenis<br />

kunnen, of liever behooren to zijn .<br />

Wat men dus anders als lieux communs achteloos had kunnen<br />

voorbijgaan, verdient thans opmerking en bovenal toetsing.<br />

Zoo mogen wij nu b. v . de herhaling van al wat Lang en onophoudelijk<br />

en bij elke gelegenheid nopens »de krachte van de ialgemeen<br />

erkende behoeftee aan, en de ,nationale wensche naar een<br />

ministerie THORBECKE geschreven is, niet meer als gemeenplaatsen<br />

beschouwen, en als uitvloeisels van de kracht der gewoonte door de<br />

vingers zien . Immers, er is thans een ministerie THORBECKE opgetreden,<br />

en men heeft dus nu bet regt to eischen dat van een en<br />

ander hlijke.<br />

De geschiedenis der wording en zamenstelling was niet schitterend .<br />

Er schijnt zelfs scheuring onder de Amannen van naam van de zuiver<br />

vrijzinnige rigting (zie Arnh . Courant), namelijk die na 1856-bet<br />

vendelt niet schandelijk verlieten, ontstaan to zijn ; niet ligt zal vergeten<br />

worden, dat de Arnh. Courant eenigen van »politieke lafhartigheid<br />

beschuldigd heeft . *)<br />

*) Wat leert men hieruit ? Dat die heele zoogenaamde politieke richting<br />

gekheid is, en duitenplaterij . Er is maar een richting, dat is : de<br />

richting naar waarhei'd Wat daar-buiten is, daar-hoven, daar-beneden,<br />

daar-bezyden, is uit den booze. (1862)


IDEEN VAN DIULT ATULI . 51<br />

Met het oog op vele en beteekenisvolle stemmingen in de tweede<br />

kamer, waaruit feitelijk blijkt, dat de I -leer THORBECKE in haren boezem<br />

geene meerderheid heeft ; ten andere in aanmerking nemende<br />

dat hij nimmer in de voorname kiesdistricten 'I) en als om strijd,<br />

maar daarentegen, in Maastricht en Deventer tot afgevaardigde gekozen<br />

werd ; en eindelijk omdat aanhoudend van geringe ingenomenheid<br />

in den lande met door hem geleverde wetten, b . v. de kieswet<br />

en gemeentewet, blijkt, - kwam het ons voor dat een ministerie<br />

THORBECKE geen deugdelyke raison d'etre had, althans niet, dat het<br />

de vervulling van een -wensch der natie- zou zijn . Wij konden geen<br />

woord voor die bewering vinden, en verklaarden, dat, naar onze<br />

innigste overtuiging, hier niets dan scene stijf en strak volgehouden<br />

dagbladen fiktie bestond . t)<br />

De Arnh. Courant komt daartegen op . Behalve de onbewustheid<br />

in den eersten regel van haar betoog, waar zij ons -een der organen<br />

van de reaktionaire partij s noemt, hetgeen zij niet zou kunnen bewijzen,<br />

waardeeren wij den goeden toon van haar artikel, en het is<br />

.ook daarom dat wij het in overweging namen .<br />

Het heeft ons echter niet van gedachten doen veranderen . De argumenten,<br />

door ons vroeger breeder geformuleerd en ontwikkeld, en<br />

hierboven kortelijk in herinnering gebracht, zijn niet door de Arnh .<br />

Courant wederlegd . De optreding van een ministerie, welks -eminent<br />

hoofd- door de kiezers van de voornaamste distrikten ~) niet gewild,<br />

wien door de vertegenwoordiging nederlaag op nederlaag gegeven is,<br />

kunnen wij niet de vervulling van een algemeenen nationalen wensch<br />

achten §§) en wij handhaven ons woord : eene dagbladen fiktie, anders<br />

niet .<br />

Wij hadden gehoopt, neen, meer nog, wij hadden in gemoede gewenscht,<br />

dat de eerste daad van den heer Thorbecke zuivering zou<br />

geweest zijn van de totaal bedorven politieke atmosfeer : dat is Kamerontbinding<br />

. Bij herhaling is d ; e Kamer veroordeeld, en door eerlijke<br />

mannen van verschillende rigting . Men heeft beweerd, en helaas !<br />

de feitelijke bewijzen ontbreken niet, dat in haren boezem lokale belangen<br />

veler oordeel vervalschten ; dat een egoistische politiek uit<br />

veler handelingen zonneklaar bleek ; dat personen er meestal boven<br />

zaken gingen, - met een woord, de Nieuwe Rotterdamsche Courant<br />

heeft uitgesproken, dat zij een lichaam was -waarvan de geest der<br />

meerderheid totaal is bedorven,s Oordeelde men zoo buiten af, en<br />

had men tot dat oordeel, ongelukkig genoeg, refit, - in de Kamer<br />

zelve waren de wederzijdsche verwijten als aan de orde van den dag .<br />

- Gy Droogstoppel !- - a Neen, Droogstoppel g y !- Wy zullen er maar<br />

niet meer van zeggen .<br />

Ei . . . men stemt dus toe dat de vertegenwoordigers niet zyn de vertegenwoordigers<br />

van 't Nederlandsche Volk ? Ik neem er akte van, en stel voor to bepalen<br />

: voortaan zal ieder lid van de Kamer niet hebben een geheele stem, maar<br />

slechts zooveel zeventigste gedeelten van 'n stem als z`n distrikt deelen vooraeaainheid<br />

bezit. Dit is de onvertnydelyke konklusie van die distriktskiezery . De heer<br />

Thorbecke is •m aar gekozen door Kralingen . Kralingen staat tot Nederland gelyk i<br />

iooo . De stem van Mr . Thorbecke geldt voor '/,,,..stem Quad ahaurdum . (1862)<br />

j i Weer neem ik daarvan akte . Een dagbladschryver - en 'n geacht dagbladschryver,<br />

de heer De Bull is niet le premier sense - spreekt van dagblad-fiktie.-<br />

Heb ik ook iets anders gezegd ? (1862)<br />

~) Adstruktie van de voorlaatste noot . (1862)<br />

Goed ! Akte, Akte ! Zoo doet tie l ertegenwoordigir.g, maar zoo en heel anders,<br />

wil `t Yolk! (1862


52<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Tot dusver de Amsterdamsche Courant . Een weinig verder<br />

herhaalt ze de verklaring dat er „een volslagen bedorven geest<br />

heerscht in de Vertegenwoordiging" ze spreekt van de karakterloosheid<br />

der Tweede Kamer, en alsof dit alles niet genoeg ware<br />

alsof ze er aan hechtte myn woodd : „ verrotting" to yken, door,<br />

't nog eens natespreken op andere wyze en in andere taal, betuigt<br />

zy : „ de Tweede Kamer is . . . hetgeen de Engelschen zeggen<br />

van hun Parlement in gelyke omstandigheden . . . a rotten Parliament!"<br />

Ter-loops wys ik hier op de aanhaling uit den Nieuwen Rotterdammer,<br />

'n ,geacht blad". M'n woorden worden dus herhaald,<br />

bevestigd, versterkt door drie organen van de publieke opinie, door :<br />

Een orgaan in de behoudende richting .<br />

Een orgaan van de zoogenaamd liberale party, en<br />

Een orgaan van radikalen .<br />

Zy roepen alien om 't luidst, karakterloos, bedorven, verrot.<br />

Ik, die zoo excentriek scheen voor weinig tyds, zal weldra<br />

moeite hebben om sterker uitdrukking to vinden voor m'n verontwaardiging,<br />

dan al die zeer incentrieke verkondigers en voorlichters<br />

van de openbare meening .<br />

Bedorven , . . verrot !<br />

Dat zyn nu niet meer myn woorden alleen, Nederlanders -<br />

wel waren 't myn woorden 't eerst ! - dat zeggen thans uw<br />

couranten . Ik ga nu voorby hoe diezelfde couranten dapper hebben<br />

meegewerkt om u aantesporen tot het byeenbrengen van al<br />

de bestanddeelen die oorzaak waren ter verrotting van 't geheel .<br />

In m'n Vry-Arbeid zyn uw kranten voorloopig genoeg bedeeld .<br />

Bedorven . . . verrot !<br />

Uw Vertegenwoordiging, Nederlanders, is bedorven.<br />

Neemt ge daarmee genoegen ?<br />

Het lichaam dat waken moet voor uw dierbaarste belangen,<br />

voor uw bezittingen, voor uw staatkundige waardigheid, voor<br />

uw vryheid en voor uw eer - ik heb geen tyd tot rechtzetten<br />

van den klimax, die verkeerd is, helaas ! - dat lichaam is verrot ., .<br />

Neemt ge daarmee genoegen, Nederlanders ?<br />

In m'n Vry-Arbeid zeg ik : de vreemdeling zal vragen wat by<br />

to denken hebben van de rest, als de elite van 't Volk . . .<br />

Ja, als de elite van 't Volk, de gekozenen, de uitverkorenen,<br />

en bloc genomen - jammer genoeg voor de enkelen die 'n eervolle<br />

uitzondering maken - als de elite saamgenomen, door<br />

mannen van velerlei inzichten, door henzelf die 't hunne toebrachten<br />

tot dat kiezen , . ,<br />

Als de elite van 't Volk door die mannen met touchante eenstemmigheid<br />

wordt uitgemaakt voor 'n verrotte boel ?<br />

*) (Noot van 1872 en 1879!) 0 ja, nog altyd ! En de zieke is verergerd .<br />

Uit den tekst blykt dat men in '65 nog besef had van de kwaal, en op<br />

herstel aandrong . Thans is ze chronisch geworden en men berust er in .


IDEEN VAN MULTATUTA . 53<br />

.<br />

Ja, vreemdeling, ik vraag als<br />

ken van de rest ?<br />

cry : wat heeft men (Ian to den-<br />

Ik zeide (tat de Tweede-Kamer 'n<br />

't eerst !<br />

verrot lichaarn was . ik<br />

Toen werd ik gehouden voor plat, triviaal, onbeleefd, voor onfatsoenlyk<br />

missehien . . .<br />

't Doet me genoegen dat nu zooveel anderen even onfatsoenlyk<br />

zyn geworden, even triviaal .<br />

M'n IDEE N. ZU11en langer leven dan 'n krant . Ik heb, door 't overnemen<br />

van de beide artikelen uit den Arnhemmer en de Amsterdamsche,<br />

gezorgd dat men later by 't lezen van m'n filippika in<br />

Vryen Arbeid inzie : qu' it y await de quoi!<br />

Zoodra mogelyk kom ik op dit onderwerp terug, en ik zal 't nog<br />

dikwyls doen . Het moot wel<br />

136 . De roeping van den mensch is mensch to zyn . Daarheen<br />

moeten leiden : opvoeding, onderwys, beroepskeuze, zedeleer, wetgeving,<br />

godsdienst .<br />

Hierin nu ligt, geloof ik, 'n algemeene f out, dat men veelal het<br />

doel voorbyziet en hoofdzaak maakt van 't middel .<br />

Gesteld dat men als volrnaakt mensch ter-wereld kwam . Dan<br />

zou alle kultus, alle dwang, alle wet overbodig wezen . Ik zeg niet :<br />

alle regel . Integendeel. Absentie van behoefte aan wet, is juist'li<br />

kenmerk van regel en orde .<br />

Maar de onvolmaaktheid die we dagelyks waarnemen in onszelf<br />

- en in alles -- mag niet leiden tot toepassing van middelen, anders<br />

of meer (Ian juist noodig zyn ter bereiking van het doel .<br />

Om m'n denkbeeld overtebrengen in 'n vergelyking, wil ik de<br />

menschelyke fouten en verkeerdhedenn ziekte noemen. Die ziekten<br />

zyn velerlei . Stel dat er 'n- byzonder geneesmiddel bestaat voor elke<br />

ziekte . Dan zyii, in 't algemeen, alle geneesmiddelen noodig voor<br />

alle krankheden . Doeli ieder individu heeft 'n bepaalde ziekte, en<br />

dus behoef te aan 't geneesmiddel dat op zyn krankheid past . Wie<br />

zou nu, wit trage schuw voor de moeite van 't kiezen, aan elk individu<br />

durven voorschryven : Recipe . . . al wat er in de apteek is ?<br />

Het doel is, behoud, of herstel der gezondheid .<br />

Den gezonden schryf t men niets voor . Voor hen maakt men alleen<br />

dan uitzondering als er kan voorzien worden dat die gezondheid<br />

zou gevaarloopen . Er kan, byv . 'n behoedmiddel noodig zyn<br />

voor 'n ziekte (lie men nog niet heef t, doch welker invloed to vreezen<br />

is . Maar niemand zal op 't denkbeeld komen zich to wapenen<br />

tegen cholera of pest, wanneer die plagen niet heerschen of<br />

in de nabyheid zyn . Ook schrijft men geen geneesmiddel voor aan<br />

die behoefte hebben aan zulke veranderiwen als de lieve Natuur<br />

zal bezorgen zonder middel . Men weet dat 'n kind moot groeien<br />

tot man of vrouw . Van 't daartoe noodige voedsel spreek ik niet,<br />

daar ik m'n vergelyking slechts uit de apteek haal . Niemand zal


54 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

angstvallig zoeken naar 'n middel tot vergrooting van z'n kind,<br />

wanneer dat zoo groot is als 't naar z'n jaren behoort to wezen .<br />

De slotsom is, zoo weinig middelen mogelyk .<br />

Maar aan zieken schryft men iets voor . Dit is noodzakelyk . Doch<br />

ook hier is de goede opvatting, naar ik meen : zoo weinig mogelyk.<br />

Dat is, in bei de gevallen, niet meer dan noodig om de gezonden<br />

gezond to houden of de zieken gezond to maken .<br />

*Wie dit anders inziet, wie meent dat het gebruik van medicynen<br />

doel is, en gezondheid byzaak, spant de paarden achter den<br />

wagen, en loopt gevaar ziekee to geven waar ze niet was, en gezondheid<br />

to verdryven waar ze bestond .<br />

Dit zal niemand tegenspreken . Nooit zal 'n g eneesheer zich beroemen<br />

op 't voorschryven van veel medicynen, maar wel zou by<br />

zich mogen beroemen op 't uitwerken van veel goeds met weinig<br />

middelen, en vooral zou by lof verdienen wanneer by gezorgd had<br />

dat er nooit ander kwaad in de plaats trad van 't verdreven kwaad .<br />

Wanneer iemand 10 graden miltsmart moet lyden in betaling<br />

voor 't verlossen van 9 graden koortslyden, noem ik dat geen winst .<br />

Zou'n verlies nu wordt vaak geleden . Ik zeg dit in toepassing van<br />

de vergelyking .<br />

Maar - altyd in toepassing van m'n onderwerp - is er nog wat<br />

ergers. Dikwyls veroorzaakt onnoodige kinine de koorts die er niet<br />

was. Dit is verschrikkelyk .<br />

1k stap van de vergelyking of en herhaal m'n tekst : de roeping<br />

van den mensch is mensch to zyn. Daarheen moet leiden opvoeding,<br />

wetgeving, enz . Alle middelen moeten zoo weinig mogelyk<br />

worden aangewend, juist omdat het gebruik van veel middelen den<br />

weg afsnydt waarlangs men moet geraken tot het hoofddoel. Wie<br />

dat hoofddoel voorbyziet, wie den patient beschouwt als geschapen<br />

om de apteek optehouden instee van de apteek als een inrichting<br />

om den patient to genezen, handelt verkeerd op tweeerlei wyze<br />

Ten-eerste, door voor verdreven verkeerdheden andere - soms<br />

gevaarlyker ! - kwalen in-plaats to geven .<br />

Ten-tweede, door kwalen to veroorzaken die niet zouden bestaan<br />

hebben zonder 't onnoodig middel .<br />

Dit nu maakt me verdrietig, dat wy veelal belet worden mensch<br />

to zyn, omdat we door opvoeding en onderwys zyn verschoold .<br />

Door beroepskeuze verambtenaard, vermilitaird, en verbeursd . Door<br />

zedeleer en wetgeving verwrongen en vermanierd . Door godsdienst<br />

verstelsel d en verkerkt . . .<br />

Zeg niet dat ik vreemde woorden maak. Het Volk-zelf noemt<br />

dat alles in z'n dikwyls kraehtige taal : verdokterd !<br />

137 . Als ge van kurioziteiten houd, kan ik u 't volgende aanbevelen<br />

. Hebt ge wel eens 'n, hond gezien die 'n bochel had ?<br />

Ik nooit .


IDEF,N VAN MULT :ITULI . 55<br />

Welnu, dat kunnen we zeer gemakkelyk to zien krygen . Neem<br />

'n nest jonge honden die 't ongeluk hebben welgeschapen to zyn .<br />

Spreek deze bezwering uit<br />

Natuur, Natuur, Natuur, wat benje dom, Natuur !"<br />

Trek daarna uw hondjes korsetjes aan, liefst wat styf en wat<br />

nauw, en let eens goed op of Natuur niet heel spoedig uw tooverspreuk<br />

gehoorzaamt, en u wat scheefs geeft, waar ze in haar<br />

domheid, voor uw bezwering, meende to kunnen volstaan met<br />

welgeschapenheid .<br />

138. (Vervolg van 132). Ik ontvang van den heer Hoveker<br />

't volgend brief j e<br />

WelEdele Heer, Ik begrijp niet regt UEd s bedoeling. Gaarne echter<br />

zag ik van het bewuste stukje geen gebruik gemaakt.<br />

Ik heb de eer, enz .<br />

De heer Hoveker begrypt m'n bedoeling niet ? Ik ben zeer gewoon<br />

aan gebrek aan begrip, zoowel by anderen als in mezelf,<br />

maar ditmaal . . .<br />

Eilieve, wat kan er duisters liggen in m'n bedoeling? De<br />

Heer Hoveker heeft, met loffelyke zucht om z'n medemenschen<br />

to waarschuwen tegen den verderfely ken invloed des By bels, 'n<br />

boekjen uitgegeven waarin die invloed in vrye scherpe omtrekken<br />

wordt geschetst . Ik schryf hem dat z'n waarschuwend werkjen<br />

ondanks den lagen prys niet genoeg verspreid is, en vraag<br />

vergunning het overtenemen in m'n IDEFN die door 't heele land<br />

gaan .<br />

M'n bedoeling ? Wel m'n bedoeling is meetewerken tot de verspreiding<br />

van de nuttige wenken die in dat boekj e worde n gegeven,<br />

anders niet .<br />

Hoe, de Heer T . M. Looman - zoo heet de vertaler van het<br />

in 't duitsch geschreven werkje - geeft in eenvoudige doch indrukwekkende<br />

taal, 'n tafereel van de vreeselyke gevolgen der<br />

bidstonden, van bybellezing en dergelyke tot krankzinnigheid<br />

leidende - of van krankzinnigheid getuigende - uitspattingen,<br />

en de heer Hoveker, de uitgever staat my niet toe gebruik to<br />

maken van de nuttige wenken die by verkrygbaar stelt tegen<br />

drie gulden de honderd exemplaren ?<br />

Hoe, ik hoor brand roepen, en mag niet herhalen : brand !<br />

Hoe, de schryver van 't verhaal der ,geestelyke opwekking"<br />

to Elberf eid, zegt ons dat er 'n leeuw op ons pad is, en de heer<br />

Hoveker handhaaft z'n kopyrecht op die waarschuwing<br />

Waarlyk, ik begryp den heer Hoveker niet .<br />

Van geldelyk voordeel kan hier geen sprake zyn . Een werkje<br />

dat voor vyf centen to verkrygen is, komt me als f ondsartikel<br />

niet zeer belangryk voor . En al ware (lit antlers, er ligt wreedheid<br />

in 't tegengaan (lei- verspreiding van zoo nuttige waarschuwingen<br />

als in dat kleine boekje worden gegeven .


56<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Een kort verslag evenwel -- altyd in het . belang der zaak -zal<br />

my geoorloof d zyn. Misschien zal men na 't lezen daarvan,<br />

het spaansche vonnis waarvan ik sprak in 132, minder ongerymd<br />

vinden .<br />

Er schynt 'n Evangelisch-Verbond to bestaan, dat in de publieke<br />

bladen alle Christenen heef t opgeroepen om bedestonden<br />

to houden in de week van 6-13 Januari 1861 . Achttienhonderd<br />

61, achttienhonderd, niet vyftienhonderd, niet dertienhonderd, niet<br />

zeshonderd, niet eenhonderd. Ik spreekt van 't den en zestigste<br />

jaar der negentiende eeuw !<br />

In die week dan van dat jaar zouden alle Christenen gemeenschappelyk<br />

bidden . Of alle Christenen 't gedaan hebben, weet ik<br />

niet. Ik denk, neen. Ik althans heb weinig of niets gehoord van<br />

de gevolgen die zoo'n biddery blykt na zich to slepen .<br />

De suppoosten van 't stadsweeshuis to Elberfeld voelden zich,<br />

opgewekt, om ook van hunne zyde gemeenschappelyke bidstonden<br />

to houden, en den Heer, behalve in de door het verbond voorgeschrevene<br />

algemeene aangelegenheden van het Godsrijk . . .<br />

Sic . Dat „ Verbond" schynt de gang elegenheden van 't Godsryk<br />

voorteschryven . Behalve daarin alzoo<br />

Den Heer inzonderheid aanteroepen om de bekeering van de<br />

aan hunne zorg toevertrouwde kinderen, wier verregaande ligtzinnigheid<br />

hun reeds sedert lang menigen zucht had a fgeperst,<br />

en hun gemoed ter neder gedrukt had . . .<br />

Ik ben innig begaan met die zuchtende, ter-neder-gedrukte<br />

suppoosten, en tuchteloos als ik ben, evil ik even ter-zy springen<br />

om wat to zeggen over exordia .<br />

Een exordium, voor wie 't niet weet, is de eerste akte van<br />

'n drama. Knoop, ontwikkeling, beloonde deugd, toepassing, baas-spelend<br />

fatum en ry ke ooms . . . dat alles komt later .<br />

Hebt ge nu ooit 'n zoo schoon ,eerste bedryf" gelezen als ik<br />

u gaf in de weinige kursief gedrukte regels waarmee 't weeshuisdrama<br />

aanvangt ? Al de dramatis personae werden u in een<br />

pennestreek voorgesteld en geschilderd . Men laat u de verwikkeling<br />

van onderscheidene belangen gissen . Ge voorziet stryd . Stryd<br />

tegen de lichtzinnigheid van die kindertj es . Ge voorziet di oefheid .<br />

Zeker, de suppoosten hadden al lang gezucht . Ge ziet overwinnin(y<br />

in de vyf de akte. Ja, overwinning, want alle Christenen<br />

zullen tegelyk bidden van 6-13 Januari . Als dat niet hielp, mocht<br />

de drommel-zelf dramaas maken en bidstonden . uitschryven.<br />

En toch - want ik wil rechtvaardig zyn, zelfs jegens schryvers<br />

van tooneelspelen - toch is er 'n fout in den aanhef . De<br />

booze tante, de onverbiddelyke voogd, de valsehe knecht, de tegenwerkende<br />

kracht is vergeten . I)at is in dit geval, zooals in veel<br />

gevallen, de duivel .


IDEEN VAN MULTATULI . 57<br />

Gege -ven : 'n ,Evangelisch verbond" zuchtende en saamgevouwen<br />

suppoosten, biddende Christenen en 'ii ,Heer" . . . . zie, dat alles<br />

wil denzelfden weg op, De stryd van al die elementen tegen de<br />

lichtzin -nigheid van weeskindertjes zou wat al to gemakkelyk<br />

wezen, nou to weinig leans bidden op de in christelyke bedestonden<br />

en tooneelspelen zoo onmisbare katastroof, wanneer niet de lichtvinnigheid<br />

werd gesteu -ad door zekere macht, stork genoeg omm<br />

vyf akten lang den stryd vol to houden. Welnu, die macht komt<br />

dan ook wel degelyk in 't stuk voor, maar ik had gewenscht die<br />

met 'n enkel trekjen aangeduid to zien in 't overigens zoo schoone<br />

exordium . By herdruk stel ik voor aldus to beginnen :<br />

,,De duivel, die niet begrypt hoe ernst en deftigheid past aan<br />

weeskindertjes, had de weezen to Elberleld ligtzinnig gemaakt ."<br />

Daarop zou dan heel geleidelyk volgen : 't biddend Christendom,<br />

Ae suppoosten en de welbekende Jleer ."<br />

Doch dit kleine vlekje ontneemt niets aan de waarde van den<br />

(diamant .<br />

De aanhef eindigt met do geruststelllende verklaring , dat de<br />

Heer het gebed verhoort, dat by helpt boven bidden en denken,<br />

dat geen arbeid in hem to vergeefs is .<br />

Leer juist : De ,Heer" en de suppoosten, en al die biddende<br />

Christenen zullen den stryd tegen den duivel Nvinnen . De arme<br />

duivel die altyd wordt overwonnen - en altyd op-nieuw gereed<br />

is ten-stryde - moot ook bier alweer den stryd opgeven . Hy<br />

wordt gedwongen den lichtzinnigen geest van de weeskinderen to<br />

doen uitvaren, die ter schadeloosstelliTio , worden bedeeld met 'n<br />

groote maat van vrome, suppoostbehagende, christelykbidstondachtige,<br />

den ,Heel-" welge -vallige krankzinnigheid .<br />

Ik betreur zeer dat my 't verlof geweigerd is he", pronkstuk in<br />

z'n geheel to geven . Ik mag maar 'n paar punten aanstippen .<br />

Reeds op den dertienden Januari was een van de meisjes ,stil<br />

en zichtbaar inwendig aangedaan,'Die datum geeft stof tot<br />

nadenken, en tot bewondering van de wysheid der Evangelische<br />

Verbonden . Men had had bidstonden uitgescbreven van zes tot<br />

dertien Januari, en ziet, reeds op den dertienden was een van<br />

de meisjes stil .<br />

Het nut (ter gebeden zelf ga ik nu eenmaal voorby, om alleen<br />

to wyzen op de maat der gebeden . De kunde van 'n arts toch<br />

openbaart zich evenzeer in de hoeveeiheid al in de soort der geneesmiddelen<br />

die by toedient .<br />

Men zou bidden . Good, maar hoeveel, boelang? Wat was de<br />

noodige dosis van 't gebed ? Hot Evangelisch-Verbond zeide : van<br />

zes tot dertien I-Tanuari . -N'iet : van zee'en tot veertien . Niet : van<br />

vyf tot twaalf. Een voile week, en juist die week .<br />

Wanneer Nverd ee-a der meisjes _Oil en intrendiq aangedaan?' ,


58<br />

IDEEN VAX MULTATULI .<br />

Op den twaalfden ? _Neen . 't Zou schynen of het bidden van den<br />

dertienden overkompleet was.<br />

Op den veertienden ? Nogeens neen . Men zou in dat geval mismoedig<br />

zyn geworden op den laatsten biddag .<br />

Een van de meisjes moest ,stil worden en inwendig aangedaan"<br />

juist op 't ware oogenblik . Niet later omdat men niet vertwyfelde<br />

aan 't effekt. Niet vroeger, opdat niet de hoeveelheid gebed to<br />

groot voorkwam .<br />

„Tegen den avond klaagde zy den vader of directeur, over<br />

zieleangst . . . .<br />

Heel braaf !<br />

„Den volgenden dag werd zy weder onrustig ."<br />

Heerlyke onrust !<br />

„Kort daarna kwam een tweede meisje by den vader, en klaagde<br />

over angst en zondennood . Zy verzocht om den sleutel eener vrye<br />

kamer, om in stilte to bidden . Er werd van de zaak geen gewag<br />

gemaakt ."<br />

Waarom niet 2 Ik begryp dit niet recht . Ook vind ik 't nogal<br />

moeielyk voor bestuurders van weeshuizen, om by zulke gelegenheden<br />

ieder kind 'n lokaal a part to geven .<br />

Nu kwamen er verscheidene meisjes die „aangegrepen" waren,<br />

en de „vader" begon meetebidden .<br />

Maar ziet, 'n afzonderlyk lokaal, 'n ,vrye kamer" scheen niet<br />

meer aan dat doel to beantwoorden . De „vader" werd geroepen<br />

by 'n jongen „die op den keldertrap lag" . , Deze ,had een hevigen<br />

zielestryd" . Men wenschte dat ,allen zich alzoo mochten nederwerpen<br />

voor den deer" .<br />

Ik vrees dat (lit de passage naar lien kelder zou belemmerd<br />

hebben .<br />

De „vader" bad met den ,aangevochten jongen",<br />

Hier eerst komt de Duivel in 't spel, lien we zoo ongaarne<br />

misten in 't exordium.<br />

Nu liepen vier j ongens, , mede aangegrepen, naar den badkel der ."<br />

Ik prefereer dien kelder boven de trap .<br />

„Thans waren zeven jongens aangegrepen, en wel zoo krachtdadig,<br />

dat ze niet konden slapen."<br />

,,Den gansche-n nacht bragten zy door met bidden en smeeken"<br />

en 't hielp z66 ; „dat ze smaad en spot konden verdragen .<br />

Dat zou my to-pas komen' Zoodra mogelyk maak ik 'n uitstapje<br />

naar dien kelder . Maar . . . wie smaadde hen? En waarom Loch?<br />

Zy baden over dag in ieder vry kwartiertje, lazen en verklaarden<br />

(1) de E . Schrift" .


ll)EEN VAN MULTATULI . 5 9<br />

Die „verklaringen zullen kurieus geweest zyn .<br />

„Toen werden er zeven andere jongens overtuigd van hunne<br />

zonden" .<br />

Den volgenden avond lagen er ,zestien jongens op de knieen<br />

o f op het aangezicht."<br />

In gewone gevallen keur ik 't of dat men z'n aangezicht gebruikt<br />

om er op to liggen . Ik geloof dan ook zeker dat het<br />

d:larvoor niet gemaakt is . Maar zoo'n drama heeft byzondere eischen .<br />

Op 31 Januari werd er door 'n kind van tien jaar 'n toespraak<br />

gehouden die klonk als 'n klok, en door 'n veertienjarigen jongen<br />

'n gebed uitg esproken : , waarvan men met verbazing bemerkte<br />

dat de H. Geest het had gewerkt" .<br />

Die verbazing is overkompleet . Na al 't bidden om dien Geest,<br />

verbaas ik my over die verbazing .<br />

Daarna las dezelfde jongen Openbaring 21, en het tienjarig<br />

kereltje hield daarover 'n ,uitweiding, waarby men dikwyls moest<br />

denken : vanwaar komen deze zulke dingen?"<br />

Wel, van den Geest, dat 's klaar !<br />

's Avonds baden er dertig jongens en even zooveel meisjes .<br />

Na dien bidstond gingen de „aangegrepen jongens weder naar<br />

den kelder, en baden . . .<br />

Ter afwisseling zeker . Onder ons, ik denk dat er ook meisjes<br />

naar den kelder gingen, maar dat de gewyde schryver dit verzwygt,<br />

omdat de wereld booze gedachten heeft .<br />

Een jongen was „verstokt" . . . als Koning Faro, denk ik . Hy<br />

„wou niet zalig worden, had by gezegd, al werd ook ieder zalig."<br />

Daar is oriinaliteit g<br />

in dien Elberfeldschen Radboud, maar<br />

't bekwam hem slecht, dat zult ge zien .<br />

Door bidden en weer bidden kreeg ook by 't eindelyk te-kwaad .<br />

Eerst klaagde by ,dat zyn kracht half gebroken was . En 'n<br />

oogenblik later ,gaat ook by naar den kelder" .<br />

Hy valt oogenblikkelyk neder, kermt en valt in de hevigste<br />

stuiptrekkingen neder (tweemaal vallen : sic) zoodat by weder<br />

naar boven moest gedragen worden" .<br />

,,De stuiptrekkingen duurden meer dan drie wren ."<br />

Tegen vier uur vertoonden zieh<br />

weer - de stuiptrekkingen" .<br />

- voor de verandering al-<br />

„Toen uitte by dat by nu gelooven kon ."<br />

Parbleu, it etait pour cela ! Na zooveel stuipen !<br />

's Avonds ten zeven ure viel by weer in . . .<br />

In wat ? denkt gy ? Ditmaal in


60<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Honger, appetyt, trek, begeerte . . . naar wat ? vraagt ge weer .<br />

Raad eens. Ik geeft 't u in drie®n, in zessen, in tienen , .<br />

„Honger naar . . . zielespys" .<br />

Hy zocht met krampachtige bevende vingers kapittels uit den<br />

bybel op, onder anderen Ps . 23 .<br />

,,Hy geraakte in verrukking. Hy nam in handen eene Label<br />

waarop een gezangvers stond uitgedrukt, en maakte den indruk<br />

als wilde by den inhoud verslinden ."<br />

Ik geloof 't graag. Met zoo'n honger.<br />

Na achten hielden de stuiptrekking en eensklaps op . Een weinig<br />

later kwamen ze terug . Toen werd by ,kalm en bad" . De stuipen<br />

lieten zich weder niet wachten . Eindelyk ontving by den „behoorlyken<br />

vrede des gemoeds, die by tot nogtoc behouden heeft."<br />

Nu . . . gestolen heeft de arme jongen lien vrede niet !<br />

Maar nu wierpen zich vele anderen neder voor den ,,Heer."<br />

's Namiddags baden 37 jongens . Er staat ditmaal niet by of<br />

't in den kelder was . Maar we vernemen by deze gelegenheid<br />

*dat de Geest blaast waarheen by wil ."<br />

Dat vind ik plezierig voor den Geest . Verbeeld u de onaangename<br />

pozitie van 'n Geest die maar mag blazen in een richting.<br />

Of van 'n Geest die niet vry is in zyn blazen . Of van 'n<br />

Geest die in 't geheel niet blazen mag .<br />

„ Grootere beweging onder de meisjes . 's Avonds algemeene bidstond<br />

."<br />

Wat al variatie in de stof f Bering . Bidden en stuipen. Stuipen<br />

en bidden ! Maar nu gebeurde ei iets dat lastig wezen zou in<br />

vergaderingen, als 't mode werd . Meer dan zestig jongens en<br />

even zooveel meisjes hielden zich ditmaal bezig met bidden<br />

„Na 't gezang bad de voorganger eerst ; terstond na hem een<br />

der suppoosten, en daarna sloeg een opzichter een gedeelte der<br />

Heilige Schrift ter lezing voor, waarna by ter afwisseling altyd,<br />

- een gebed wilde doen ."<br />

Maar die opzichter had gerekend buiten 'n „el fjarig jongetje"<br />

dat voor hem begon to bidden, en wel zoo dat by er niet toe<br />

komen kon."<br />

A la bonne heure !<br />

En hoe bad dat kereltje ? Hy bad zoo „schriftuurlyk dat het<br />

allen door de ziel ging." Vervolgens begonnen er anderen to<br />

bidden namelyk<br />

„ Vier o f vy f jongens, ook de knaap die den vorigen avond in<br />

stuiptrekkingen gelegen had ."


IDEEN VAN XULTATULI . 61<br />

Die arme opzichter kon maar niet aaii den slag komen . Er<br />

is 'n schoone dramatische spanning in 't vruchteioos streven van<br />

(lien man one to verlossen van z'n gebed . Maar zie, 't jongetje<br />

dat den v origen av and ,, stuiptrekkingen" had gehad, kreeg ditmaal<br />

. . . ,stuiptrekkingen," Dat komt er van als men 'n opzichter<br />

niet aan 't woord laat koinen ! Gelukkig duurden de stuipen ditmaal<br />

niet lang, want kort daarop<br />

zong by lofliederen .'' „illen wares ontroerd ." ,Niemand kon<br />

zich inhouden ." ,,Ieder lief, zyn tranen den vryen loop ." „De<br />

meisjes snikten en weenden laid ." , Er moesten twee volwassenen<br />

en verscheiden kinderen naar buiten gebrach t worden ."<br />

Wat 'n levendigheid in de aktie ! Naar binnen, naar buiten,<br />

naar boven, naar beneden, naar den kelder . op de trap . . . gedurig<br />

verandering van tooneel . Later<br />

„baden eenige jongens ." „ Dc beweging werd hoe larger hoe<br />

sterker ."<br />

De plus fort en plus fort !<br />

,,Over den tyd was men geen mneester meer .<br />

Waarom, denkt ge ? Omdat de horloges verzet waren ? Omdat<br />

er verwarring was in 't klokkenspel van het Elberfeldsche<br />

weeshuis ? Volstrekt iiiet' Men was :<br />

,,over den tyd geen meester meer, omdat de Heer zel f bet bestuur<br />

in handen had genomen, en zoo kon de bidstond eerst to<br />

10 1 , 1 2 uur gesloten worden ."<br />

Die Heer, die Heer ! Is dat, nachtbraken !<br />

Men hoorde overal lo/- en dankliederen weergalmen . Maar<br />

bier en daar laq er ook een die over zyn zonden jammerde!<br />

„In dezen naebt werden den Heer vele kinderen geboren ."<br />

En, lezer, w at, denkt g e dat er plaats vond, den volgenden<br />

avond? Wel :<br />

,,Een bidstond." , 0pwekkinyj onder de kleinere meisjes ." , Zeven<br />

o f achtjarige kinderen riepen om genade, om een rein hart(!),<br />

om den H. Geest voor zich zelve, voor andere kinderen, voor de<br />

suppoosten, voor den onderwyzer ." Een der kinderen viel daarby<br />

ALS DOOD NEDER, en b lee f een langen tijd in koude verstyvinq .<br />

De ,vader" moest met drie groote meisjes „bidden ." Voor by<br />

daarmee gedaan had" w erd by geroepen by de andere meisjes<br />

„die . op de slaapplaats naar hem verlangden ."<br />

En wat voiid by daar ? De oiide geschiedenis . Neen, niet geheel.<br />

De meisjes lagen ditmaal „op hare knieen in de bidden"<br />

wat dan ook gemakkelyker is clan op 'n trap of in den kelder


62 IDEEN VAN MUL'TATULI .<br />

Maar overigens - o heerlyke overeenstemming in verscheidenheid<br />

! - overigens : laid roepen om genade en ontferming, wee -<br />

nen en snikken en jammeren" en tusschen dat alles in : „ bidden ."<br />

,,Op de naaste gangen gebeurde . ..<br />

Wat zou er nu op de naaste gangen gebeuren, denkt ge ? Wel,<br />

op de naaste gangen gebeurde ,hetzelfde" . Merk op, lezer, hoe<br />

de schryver eenheid van handeling weet to huwen aan verscheidenheid<br />

van plaats . Men weent, huilt, jammert, stuipt en bidt<br />

op den trap, in den kelder, in 'n ,vrye kamer", in de bedden,<br />

en nu eindelyk in de gangen .<br />

,Na middernacht kwamen de meisjes tot- rust - "<br />

Ge meent misschien dat ze naar bed gingen pour tout de bon<br />

ditmaal. . . mis !<br />

„De meisjes kwamen tot rust, plaatsen zich in grooten getale<br />

op een der trappen in de naaste gang, en zongen „een<br />

liedje, waarin zy den ,,Koning der eere" uitnoodigen to zien<br />

,,hoe zy zich nederwierpen aan den voet van zyn troop. . . d .i . op<br />

die trap . Dit wordt door den schryver het ,aandoenlykst tooneel"<br />

genoemd.<br />

Den volgenden morgen hadden vele meisjes vrede gevonden,<br />

maar anderen „lagen nog in worsteling ." Er moest weer 'n jongetje<br />

weggebracht worden, en nog drie anderen „die zeer over<br />

hunne zonden kermden ." De kinderen wenschten dien avond . . .<br />

Weer moet ge raden . Welnu ? De kinderen wenschten dien<br />

avond : een „bidstond." Tegen zoo'n hardnekkige biddery is geen<br />

Duivel bestand . „Vier kinderen vielen neder en moesten weggedragen<br />

worden ." Onder deze was een leerling die niet tot het<br />

huis behoorde maar die binnengeleid was „door een onzichtbare<br />

macht." Op weg werd by,,gedwongen hard to loopen ." „Vele dagen<br />

achtereen had hij moeten worstelen, en was daarbij letterlijk<br />

BRULLENDE" (Hu) ! „Den volgenden dag viel 't eene kind na<br />

't andere in zwym." De kinderen hadden stuipachtige aanvallen . . .<br />

verloren de spraak . . . sloegen voortdurend met de handen . . . de<br />

engelen in den hemel zullen zich verblijd hebben ."<br />

Ik heb er niets tegen, maar blyf er by dat het 'n zonderling<br />

amuzement is, en dat die engelen met weinig tevreden zyn.<br />

Een jongen van zeventien jaar had zich onvoorzichtig uitgelaten<br />

. By 't zien van 'n kermenden knaap had by gezegd : „ik<br />

wilde wel, dat ik ook eens in zulke worsteling viel ." Dit had by<br />

niet moeten zeggen, want plotseling zakt by in een, stampt met<br />

de voeten, weent en steunt, slaat met de handen en klaagt hoe<br />

de SATAN hem heeft aangegrepen, en hem den mond toehoudt<br />

als by bidden wil ." Hy zag er , yzingwekkend" uit . Een jongen,


IDEWN VAN MULTATULI . 63<br />

dien by omarmde, riep „hy krabt my! fly waarschuwde dezen,<br />

die niet wilde gekrabt worden, tegen den Duivel : Th . riep by,<br />

bid, by krygt u gewis ."<br />

Den 7den Februari lagen twintig jongens gelyktydig to bed,<br />

en konden grootendeels niet spreken . Voortdurend stuipen . „Hoe<br />

hooger de nood, hoe krachtiger 't verlangen naar 't gebed . Zij<br />

baden den Heere, dat by als de sterkere, niet meer toelaten wil de<br />

dat zy door den boozers vyand nog langer aangevochten werden ."<br />

Ik voor my vind dat de Heere daaraan al lang 'n eind had<br />

moeten maken .<br />

Eindelyk bid 'n tienjarig jongetje heel aardig . Hy zegt dat<br />

zooveel jongens , lauw" zyn in 't gebed .<br />

Ik vind, dat schikte nogal .<br />

Vervolgens betuigt by „dat hyzel f zoo lauw geworden is, maar<br />

dat hij niet weer lauw worden wil ." Hy vraagt om zegen op 't<br />

weeshuis „waarin uW y ' t zoo goed hebben ."<br />

0, die kleine vleier .<br />

Maar by vindt niet goed ,,dat men zoo weinig dacht aan . . .<br />

Weer geef ik u to raden in drieen !<br />

„Dat men zoo weinig dacht aan de Syrische Christenen ."<br />

Hoe vindt ge 't toch, lezer ? Zoo'n kleine politikus !<br />

,,Help hen toch !" zegt by tot den Heer. Maar by doet ook<br />

een goed woordje voor de Mohammedanen ,,die een valschen profeet<br />

hebben, maar trouw in hunnen godsdienst zijn. Zij gaan<br />

waarlijk met hun koran trouwer om, dan veel Christenen met<br />

den bijbel !" Ei ?<br />

Eindelyk bidt by voor de Hollanders in watersnood .<br />

De heilige schryver verzekert ten-slotte, als bewys van den<br />

rykdom der genadegaven Gods, dat van de 295 kinderen in 't<br />

Elberfeldsche weeshuis, het grootste gedeelte AANGEGREPEN is,<br />

en dat . . . o he, 't zal nu wel genoeg zyn !<br />

Lezer, zonder u to willen overhalen tot goedkeuring van 't<br />

spaansche vonnis, durf ik u toch nit dat alles vragen of ge u<br />

niet kunt voorstellen dat menschen die veel houden van hun<br />

kinderen, menschen die minder zachtmoedig zyn dan gy en ik,<br />

menschen die misschien bericht ontvingen van den toestand der<br />

Elberfeldsche wezen . . . dat zulke menschen boos zyn op de verspreiders<br />

van boeken die zulke krankzinnigheid teweegbrengen ?<br />

139 . Een eerlyk man staat dien,,vader" in 't Elberfeldsche<br />

weeshuis, die suppoosten en die arme kinderen met stuipen nader<br />

dan den onnatuurlyken halfwyze die den bybel voor,,Gods Woord',<br />

en heilig houdt, maar zich niet laat,,aangrijpen" door den ,,Geest ."


64 IouEN VAN MULTATULI .<br />

Ik heb 't hoofdstuk nagelezen waarover dat tienjarig jongetje<br />

n verklarende uitweiding hield - Openbaring XXI - en voel<br />

me verwant aan iemand die, dat lezende met behoorlyke krankzinnigheid,<br />

het meent to begrypen en 't gelooft . Maar ik voel<br />

me niet verwant aan den man die, dat lezende met geloof en<br />

voorgewend begrip, op de geleerde manier betoogt niet krankzinnig<br />

to wezen. Ik houd meer van die jongetjes op de keldertrap<br />

dan van dominee Meyboom die 't verwerpen der wonderen<br />

bestrydt door ze natuurkundig to verklarrn . (435)<br />

140 . Wie niet gelooft dat er wonderen geschied zyn, zoo als<br />

ze beschreven worden, houdt hen die ze beschreven voor leugenaars<br />

.<br />

Maar Tie de wonderen natuurkundig verklaart, verlaagt den<br />

wonderdoener-zelf tot 'n kwakzalver, tot 'n bedrieger die misbruik<br />

maakt van z'n meerdere kennis der natuurwetten, om<br />

,,boeren, burgers en buitenlui" to foppen . Een middelweg bestaat<br />

hier niet. Jezus heeft al of niet dingen verricht die schenen<br />

aantetoonen dat by meer dan menschelyke macht bezat . Heeft<br />

by die dingen niet verricht, dan is er onwaarheid in de Evangelien.<br />

Heeft by die dingen wel verricht, heeft by gepoogd<br />

door slinks toegepaste wetenschap to geraken tot onverdiend gezag<br />

- wat hem trouwens, blykens den triumf van z'n vyanden,<br />

niet gelukt is - dan zou by bedrog hebben gepleegd . Ik twyfel<br />

liever aan de geloofwaardigheid der Evangelien dan aan de eerlykheid<br />

van Jezus .<br />

Zoover gaat de zucht tot halveeren, tot vergoelyken, tot tusschen-door<br />

zeilen, tot schipperen, dat de moderne theologie, om<br />

die Evangelien to redden, Jezus-zelf maakt tot 'n goochelaar .<br />

Dit doet ook de oppervlakkige Renan. Volgens dien kwakzalver<br />

was Lazarus slechts schyndood, en Jezus liet zich de opwekkery<br />

aanleunen. Heel achtenswaardig zou dit niet geweest zyn .<br />

Renan moest eens 'n Muzeum van middeleeuwsche schilderyen<br />

bezoeken . Dat to Keulen, byv. Daar zou by 't antwoord vinden op<br />

z'n armzalige pogingen om gezond verstand en ietwat geloovery<br />

door elkaar to knoeien .<br />

In zoo'n Muzeum zyn tallooze voorstellingen van 't met Lazarus<br />

voorgevallen wonder, en nooit vergaten de schilders daarin allerduidelykst<br />

den tekst Joh . XI vs . 39 to illustreeren, 'n tekst dien Renan<br />

niet schynt gelezen to hebben . Op al die schilderyen namelyk, houdt<br />

een der omstanders met afgewend gelaat den neus tusschen duim<br />

en wysvinger.<br />

Toen ik dit het eerste zag, dacht ik aan 'n onsmakelyk realismus,<br />

doch by nadenken begreep ik dat die schilders, hun talent aanwendende<br />

in dienst der Kerk, dat sprekend testimonium van Jezus wondermacht<br />

niet moeten achterwege laten . VandaaT dan ook dat die<br />

bah-zeggende figuur op alle middeleeuwsche voorstellingen der zaak


MEEN VAN MULTATULt .<br />

gevonden wordt. Ze was de rigueur. Ik lees daaruit : opwekken uit<br />

den doode is reeds 'n sterk stuk op ziclizelf, maar als de patient<br />

reeds . . . wat zeg je (1aarvaTI!<br />

Lieve domme halve middeleeuwen, ik sta u nader dan den halfwyzen<br />

- of oneerlyken? Renan en moderne konsorten .<br />

141 . Geloof en buig u, of verwerp en sta rechtop, Naive, kinderlyke,<br />

soms verheven onwaarheid is nu-en-dan to dulden in<br />

poezie . *) Maar 2 X 2 = 5 zal 'n gruwel blijven, zoolang 2 X 2<br />

niet meer en niet minder is dan vier .<br />

') 1879 . Onwaarheid als zoodanig is nooit -verheven- en joist in<br />

.poezie,, kan ze 't ininst geduld worden . (263)<br />

142 . Een kind dat in 't vertrouwen op vaders waarheidsliefde<br />

goloof-slaat aan fabelen, kan beminnelyk wezen in z'n dwaling .<br />

Maar de opgeschoten jongen die 'n jas draagt als papa . . . die<br />

rookt, drinkt, vloekt als papa . . . die latyn verstaat, en meespreekt<br />

over fysika als papa . . . die by dat alles bang is voor weerwolf<br />

en bietebouw . . . zoo'n lummel is onverdragelyk!<br />

143 . Het vinden der waarheid - dat is : het naderen tot waarheid<br />

- zou niet zoo moeielyk wezen als we minder lafhartig<br />

waren. In zeer veel gevallen durven we niet weten wat waar is .<br />

144. Er bestaat aantrekkelykheid in dwaling, en in ons gemoed<br />

ietc, wat we noemen ku -nnen : horror vacui . Gewoonlykgeven<br />

we geen dwaling op, zonder daarvoor wel en deugdelyk 'n<br />

andere dwaling in de plaats to hebben gekregen . Verbeeld u dat<br />

er geroepen is : brand! Ge gaat uit omm to helpers blusschen . Neen,<br />

om to kyken . Neen, omm wat emotie optedoen uw dag was<br />

zoo vervelend .<br />

Daar ontmoet u iemand die verzekert dat er geen brand is .<br />

Die man neemt u iets A Vraag eens ernstig aan uzelf of er<br />

niet zekere teleurstelling ligt in die mededeeling?<br />

Tegen die teleurstelling wilt ge u verzetten . Al zeggende :<br />

zoo . . . des to beter I" houdt ge uw hand dwars voor 't oog<br />

-naar den kant der gmIantaarn, Gy staart in de lucht, en meent<br />

- neen, ge hoopt - rook to zien .<br />

Er is 'n wolkje dat, omm u genoegen to doen, zoo goed is de<br />

gedaante van 'n rookzuil to vertoonen . Of is er 'n veenbrand in<br />

Drenthe die rooden gloed geeft. Of . - . neen, er is niets, niets,<br />

volstrekt niets dat u 't reuht geeft to blyven gelooven aan brand,<br />

en toch . . . al zegge -nde : ,des to beter !" vraagt ge eindelyk :<br />

- Maar . . . zou er dan ook misschien - neen, dat 's 'n wolk<br />

- maar . . . zou er ook misschien iemand in 't water zyn gevallen<br />

?<br />

Als iemand daarop zeIn (yt : , -nee-n, ook dat niet" vindt ge hem<br />

onvriendelyk .<br />

IDEEN 1 .<br />

5<br />

6 5


66<br />

MEN VAN MULPATIILT .<br />

145 . Ja, dwaling trekt aan! De geschiedenis van 't mensdom,<br />

zoowel als van iederen mens in 't byzonder, is eigenlyk niets dan<br />

66n groote stryd tusschen waar en onwaar, tusschen wanbegrip<br />

en gezond verstand, jazelfs meestal niets dan stryd tusschen wanbegrippen<br />

onderling.<br />

Ons verdriet over I verlies van 'n dwaling heeft iets van de<br />

verstrooidheidd die u bezielt, lezer, by 't vruchteloos zoeken naar<br />

de twee of drie geheel onnoodige omslachtige, en dus schadelyke,<br />

ch's die ik wegliet uit de laatstvoorgaande vyf regels . Op die ch's<br />

en dergelyke overbodigheden zal ik later terugkomen . Nu eerst<br />

nog wat over andere dwalingen, of liever over dwalingen in 't<br />

algemeen .<br />

146 . Al wat is, moet wezen . Ook dwaling is noodig. Als 't<br />

mogelyk ware tot absolute waarheid to geraken, zou daaruit voortvloeien<br />

'n soort van stilstand die ons deed insluimeren en misschien<br />

onbekwaam maakte tot waardeering van Vk1einoodt dat<br />

ons ten-deel viel .<br />

Juist uit dwaling en uit de ons aanklevende neiging tot het<br />

onware, ontleent de waarheid haar luister . Licht zonder schaduw<br />

is ondenkbaar . Gezondheid zou 'n zinledig woord wezen als er<br />

geen ziekte bestond . Opstaan ware onmogelyk zonder vallen of<br />

liggen. Er zou voor ons geen plus bestaan wanneer we 't minus<br />

niet kenden . Zonder nacht ware er geen dageraad, en zonder 't<br />

kwade geen goed .<br />

Het zyn juist - of althans, 't zyn meestal - de schadelyke<br />

gevolgen van dwaling, die ons aansporen tot het zoeken naar<br />

waarheid, en vaak gebeurt het dat we in oils streven, hoewel niet<br />

slagende op de wys die we ons voorstelden - jazelfs al geraakten<br />

wy tot 'n slotsom, even onjuist als de meening die wy afkeurden<br />

en verwierpen - dat we, onder 't vruchteloos zoeken<br />

naar iets beters, gewezen worden op 'n andere,nietgezochtouitkomst<br />

die ons nuttig wezen kan . Terwyl, ook waar dit niet hot<br />

geval is, het streven op-zichzelf 'n nuttige oef ening veroorzaakt .<br />

Het kind dat den horizon tracht to bereiken om de kleuren van<br />

den regenboog optevangen in z'nn verfschelp, bereikt zyn doel niet,<br />

maar w6l wordt het doel bereikt van de Natuur die wilde dat<br />

het kind zich bewegen zou . *) Bewegen, dat is : waarnemen, denken,<br />

willen, pogen, dat is nogeens : leven!<br />

Abel Tasman op z'n reis naar Java, stuurde op vry hooge Zuiderbreedte<br />

to lang Oost-op : 'n dwaling! Maar by ontdekte Nieuw-<br />

Holland, en zonder Tasman's dwaling zou Tasmania misschien<br />

New-England geheeten hebben, of genoemd zyn naar dozen of<br />

genen Portugeeschen heilige . Of nu die naam wat afdoet, is hier<br />

de vraag niet .<br />

De schoonste regel uit Malherbe's gedichten<br />

„Et, rose, elle a vicu ce que vivent les roses . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 67<br />

heeft z'n bestaan to danken aan 'n dwaling . Ieder weet dat er,<br />

in 't handschrift stond<br />

,, Et Rosette a vecu . . .<br />

Och, zulke letterzetters zyn er niet meer !<br />

De fosfer die zoo'n belangryke rol speelt in techniek en industrie,<br />

werd gevonden door iemand die dwalende den steen der<br />

wyden zocht in vuiligheid .<br />

Aan de dwalingen der Grieken aangaande 't godsbegrip, hebben<br />

wy hun zinryke mythologie to danken, en de domme monnik die<br />

in de middeleeuwen meende z'n God to dienen door 't werktuigelyk<br />

naschryven en kleuren van brevier en getyboek, leverde<br />

van-tyd tot-tyd, misschien zonder zeif to weten wat-i naschreef,<br />

'n of schrif t van 't een of ander belangryk dokument dat meer<br />

beduidde dan getyboek of brevier .<br />

Ja, dwaling is noodig !<br />

1 ) De natuur heeft geen doel . Zy wil niets, ze moet . Zie hierover o .a .<br />

de uitweiding in 906 over het verkeerd gebruik van 't woord natuurwet.<br />

147 . Dwaling is noodig. Als de objektieve waarheid - ik weet<br />

niet of ze bestaat - als die waarheid ons aantrok, altyd, overal,<br />

zonder tegenwicht . . . als we aan 't streven dddrnaar al onze<br />

krachten konden wyden, geheel, onverdeeld, zonder telkens to<br />

worden afgetrokken door onze neiging tot het onware, zou de<br />

cyclus van de werkzaamheden der Natuur verbroken zijn, en dus<br />

geen cyclus wezen .<br />

Wie der bloem 'n eeuwig leven gaf, zou 't doodvonnis uitspreken<br />

over de nieuwe schepping die aanvangt na 't verkwynen .<br />

Ontbinding is noodig in de stoffelijke natuur, dwaling op verstandelyk<br />

en zedelyk gebied . Wie voor verrotting vreest, is 'n vyand<br />

van het levee .<br />

148 . De Natuur werkt door saamtestellen en door het tegendeel<br />

. Dit laatste heet naar den aard der dingen : oud worden, verslyten,<br />

kwynen, vergaan . Als er gesproken wordt over dingen die<br />

van onzen aard zyn, noemen we dat : sterven . - We doen niets<br />

anders ! - Maar dit alles komt neer op verrotting, 'n woord dat<br />

ons hindert omdat we klein zyn .<br />

't Is 'n schoone taal die oud worden, slyten, vergaan,sterven,<br />

verrotten, samenvat in dit eene woord : ontbinding. Dit woord<br />

duidt zoo volmaakt aan, wat ik het „tegendeel" noemde van samenstellen,<br />

in den eersten regel van dit IDES, dat ik waarachtig<br />

begin to gelooven dat onze sanskritsche voorouders doctoren in<br />

in de fysika geweest zyn .<br />

Er is zekere maat van kennis noodig - ja, in verhouding met<br />

den algemeenen toestand der maatschappy voor vier-, zes- of tienduizend<br />

jaren, een zeer groote maat van kennis - om to begrypen<br />

dat er in 'n walgelyk verrot voorwerp dat de zintuigen aandeed<br />

op de meest onaangename wys, eigenlyk niets bedorven was,


68<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

dat alleen de deelen waren uit elkander genomen, dat slechts de<br />

cohaesie had opgehouden, dat - om 'n heel eenvoudig beeld to<br />

gebruiken - hot huffs was afgebroken met behoud der materialen .<br />

Hoe eenvoudig doze waarheid ook schyne aan natuurkundigen<br />

van onzen tyd, beweer ik toch dat hot Volk nog niet op de<br />

hoogte is van de maatschappy die 't woord ontbinden uitvond en<br />

gebruikte, dat is : die 't begreep. Waarlyk, we zyn achteruitgogaan,<br />

en hot sprookje der lichamelyke opstandingsleer heeft er<br />

geen good aan gedaan!<br />

149 . Ik zeide : „wie voor verrotting vreest, is 'n vyand van<br />

hot leven ." Ja ! En wie zich beklaagt over dwaling, is 'n vyand<br />

van de waarheid . Maar ik spreek van de verrotting, van de dwaling.<br />

Stoffelyk leven is stryd tegen elke verrotting . Zedelyk en<br />

geestelyk leven, stryd tegen eke dwaling .<br />

't Zou kurieus wezen als men myn IDEEN over de noodzakelykheid<br />

van dwaling en ontbinding, opvatte alsof ik party trok voor<br />

leugen, en liever 'n lyk zag dan dat meisje . Men is er toe in-staat .<br />

150 . Wel wis en zeker is de mensch onsterfelyk . . . de mensch.<br />

Wat wilt ge moor?<br />

151 . Komaan, meneer A, B of C, woes oprecht, vindt ge 't<br />

voor 'n Schepper, voor de Natuur, voor wien ook die . . . de goedheid<br />

had u in 't leven to roepen, wel de moeite waard u eeuwig<br />

to bewaren ? Hebt gyzelf niet weleens wat gemaakt dat u naderhand<br />

verveelde, dat u in den weg stond, dat 'n plaats innam die<br />

gebruikt kon worden voor wat beters ?<br />

152 . - Ja, zegt ge, maar misschien klimmen wy. 't Leven is<br />

voorbereiding . . . wy ontwikkelen . . . licht. . . lofgezang . . . engelen en<br />

verklaarde geest . . . van naby zien . . . aangezicht tot aangezicht . .,<br />

- ;Ei, zyt ge zoo op dat alles gesteld ? Ik merk weinig van<br />

uw voorbereiding en ontwikkeling, van uw zucht tot lofzingen . . .<br />

wat me ook vervelen zou . Maar bovendien, als we ons to onbeduidend<br />

achten om onsterf elyk to zyn in onzen tegenwoordigen<br />

toestand, ale die onbeduidendheid gaandeweg moot veranderen in<br />

'n belangrykheid die ons voortbestaan wettigen zou - leerschool,<br />

voorbereiding, enz . - hoe komt hot dan dat leerlingen die op 't<br />

punt staan de school to verlaten, de voorbereidings-scholieren van<br />

de hoogste klasse, zy die moeten worden beschouwd als byna<br />

volleerd . . . hoe komt hot dat die discipelen zoo precies gelyken op<br />

de leerlingen der laagste klasse. dat ze goon haarbreed verder<br />

zyn ? Geen millimeter graad ryper voor do promotie ?<br />

Verklaar me dat eons, gy leerschoolstelselaars !<br />

Als de aarde een leerschool voor den hemel is, betreur ik zeer<br />

dat m'n onbekende voogd me niet op 'n beter instituut heeft gedaan<br />

!


IDEEN VAN MITLTATULI. 69<br />

153 . Vooruitgaan? Wie is de verwaande dwaas die dat woord<br />

heeft uitgevonden, Zeker had by geen kinderen . Anders zouden<br />

die hem geleerd hebben hoe weinig by wist . Ja, 't is de vraag<br />

of 't weinige dat we meer weten dan 't kind, opweegt tegen de<br />

meerdere onwaarheid die we opdeden, en die dus als debetpost<br />

behoort to worden afgetrokken van 't saldo onzer hoogere wetenschap<br />

.<br />

154. Ik wandelde met kleine Max. Voor ons uit ging een man<br />

met zyn kind . Dat kind deed wat kinderen veelal doen, het vroeg,<br />

vraagde . . . ik geloof zeker dat de eerste groot-inkwiziteur 'n kind<br />

is geweest ? Klaine Max en ik luisterden .<br />

- Papa, vroeg 't mannetje, wat is honneur ?<br />

't Was to Brussel. De papa vertelde precies wat „honneur" was .<br />

-- Papa, wat is 'n kerk ?<br />

De papa zei wat 'n kerk was .<br />

Papa wat is humanite, wat is religion, w at is eternite, wat is<br />

beatitude ?<br />

De papa gaf definities van al die dingen .<br />

-- Papa wat is Dieu ?<br />

Daar kwam 'n rytuig in aanstoot met 'n wandelende liedertafel,<br />

en de definitie over , Diru" raakte daartusschen beknepen, Ik<br />

bergde my en Max, zoodat ik voor de 1001e maal de gelegenheid<br />

misliep to weten to komen wie God is . Dit speet me . En m'n<br />

kleine jongen ook, die sedert lang zich beklaagt dat ik zoo dikwyls<br />

zeg : ik weet het niet ? Ja, hij is zoover gegaan dat-i by<br />

z'n moeder geklaagd heeft : ,Wat doe ik met zoo'n papa?"<br />

155 . Van de maan of gezien, zyn wy alien even groot . Voor<br />

'n weter zou er geen verschil merkbaar zyn tusschen de kennis<br />

van 'n kind en van den wysgeer die 't meest en 't zuiverst gedacht<br />

heeft .<br />

156 . Ik wilde gaarne weten of er graden bestaan in niet-zyn ?<br />

Om 'n steen to lichten heb ik, onder zekere gegevens, noodig<br />

'n hefboom van die lengte . Welke werking heeft op lien steen<br />

de hef boom die I/. deel korter is ! Zie, ik wilde dit weten om to<br />

beoordeelen of 't de mo eite waard is omtezien naar 'n anderen<br />

hef boom ?<br />

Ik wilde weten of de WAARHEID het recht heeft ons uittelachen<br />

over onze korte hef boomers ? Wie kan 't me zeg gen, wie ?<br />

15 7 . Onsterfelykheid zonder eeuwigheid is 'n koord met een eind .


70 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

D.w .z . iets onmogelyks . Len onsterfelyk wezen kan geen begin<br />

hebben . Al wat begonnen is, moet eenmaal Eindigen . De tegen deze<br />

waarheid soms aangevoerde stelling dat misschien on.s eeuwig vddrtbestaan<br />

'n onbewuste existentie was, behoeft niet beantwoord to<br />

worden . Wie zoo redeneert, zal zich te-zyner-tyd met 'n even onbewuste<br />

onsterfelykheid moeten tevredenstellen, 'n onbewust genoegen<br />

dat ik niemand ontnemen wil, mits men 't slechts my niet opdringe<br />

als jets wezenlyks .<br />

Het verdient opmerking dat de goede Jesus meer to lyden had<br />

van de Farizeers dan van de Sadduceen die niet aan de opstanding<br />

geloofden. De onsterfelykheidsleer schynt alzoo niet onvoorwaardelyk<br />

moralizeerend to werken . Dit blykt trouwens uit den toestand onzer<br />

geheele maatschappy die geloovig en . . .. infaam slecht is .<br />

158 . Ik wil iets zeggen over humor, en wat daarby behoort .<br />

Alle definition zyn moeielyk . (10, 13) Verbeeld u dat de maanbewoners,<br />

die geen onderlyf hebben, geen beenen en geen voeten<br />

- omdat er geen maanbewoners zyn - verbeeld u dat zoo'n<br />

maanbewoner, die als gevolg van 't gemis dier dingen - wellicht<br />

ook uit gebrek aan existentie - nooit 'n stoel gezien had, u<br />

vroeg : wat is by u, aardlingen, 'n stoel 2 Ik zou 't hem Diet<br />

kunnen uitleggen . Of, als by tevreden was met myn uitlegging,<br />

zou 't alleen bewyzen dat-i even weinig verstand had van ,,bepalingen"<br />

als van stoelen .<br />

Toch kan ik u - nagenoeg altyd - zeggen wat humor is .<br />

Humor is 't weergeven van de Natuur, anders niet . Dit is zeer<br />

eenvoudig. Maar als 't ingewikkeld was, zou 't primo : niet waar<br />

wezen, en secundo : dan had ik 't u niet behoeven to zeggen,<br />

want ingewikkelde waarheden zyn van algemeene bekendheid .<br />

Zie den man die met z'n kind voor me uitging to Brussel, en<br />

vele andere mannen en kinderen .<br />

Rumor is 't weergeven van de Natuur . De Natuur-zelf namelyk<br />

is zeer humoristisch . Ja, zy is alleen humoristisch, en meer nog,<br />

ze is altyd humoristisch . Dat zal ik straks aantoonen . Wat wy<br />

humor noemen, is slechts kopie daarvan .<br />

Dat weergeven van de Natuur kan geschieden op velerlei wyze .<br />

Men doet het in klanken, in kleuren, in vormen, in blik, wenk,<br />

gebaar, kortom, we kunnen die Natuur konterfeiten op zooveel<br />

manieren als we middelen hebben om 'n indruk meetedeelen,<br />

Waarin bestaat nu de humor van de Natuur ?In haar domheid<br />

in-verband met haar algemeenheid .<br />

Haar domheid . De Natuur is zoo dom als elk ander werktuig<br />

dat naar vaste afmetingen, naar bepaalde - neen, naar gegeven<br />

- krachten : hakt, snydt, stampt, drukt, heft, draait maalt, samenstelt,<br />

verbryzelt . . Zoo'n werktuig is schoon, zegt ge ? Ja, als<br />

werktuig. Dat is : t blyf t een werktuig, meer niet. 't Is een tuig<br />

dat werkt, of juister : dat door zekere kracht wordt gedwongen


MEN VAN MULTATUL1 . 7 1<br />

zich z66 to bewegon als noodzakelyk is voor 'n doel, dat geheell<br />

en all ligt buiten 't 1jewustzyn van dat tuig zelf . Er zou juistheidd<br />

liggen in de uitdrukking : 't horloge wordt geloopen.<br />

In 'n koperplettery ziet men, onder andere toepassing van de<br />

stoomkracht, 'n groote schau die voortdurend gaapt en hapt. Als<br />

men niets daartusschen steekt, knipt zy de lucht . Doch haar eigenlyke<br />

bestemming is koperen platen doorteknippen . dat ze dan<br />

ook trouw doet zonder 't minste blyk to geven dat ze 't verschill<br />

begrypt tusschen die platen on de lucht, Reik die schaar<br />

een papiertje toe, ze knipt hot . Eon book, ze knipt hot . Men kan<br />

hot haar niet aanzien, dat ze ouderscheid maakt tusschen 'n taaie<br />

preek of 'n onsamenhai ,.geiide redevoering .<br />

Ga verder nog. Ge bezoekt met dames die plettery . De schaar<br />

knipt. . . . knipt . . . .<br />

Dat meisje naast u is achttien jaar . Ze is lief, bevallig, haar<br />

middel zoudt go oinspannen .<br />

Vat haar hand tusschen duim en vinger van de linkerhand, gryp<br />

haar met uw rechterhand by de enkels, houd haar horizontaal,<br />

strek ze vooruit, breng de taille die ge zoo lief vend, . . .<br />

De schaar knipte . . . knipte lucht, gedurende den tyd then ge<br />

noodig hadt om 't lieve kind optenemen .<br />

Breng haar - maar voorzichtig, want als gy de sohaar aanraakt<br />

zoudt ge u bezeeren - breng haar op 't oogenblik als do<br />

beide lemmetten den grootstmogelyken hook vormen, als do schaar<br />

gaapt . . . .<br />

Wacht even . . ., doze keer is hot to laat, . . . ze sluit zich alweer,<br />

en knipt nogeens lucht, die volstrekt goon hinder heeft van 't<br />

knippen<br />

Nu is hot tyd .,, . nu . . . . juist . . . . daar hebt ge 't!<br />

Het meisje is doorgeknipt . Ge houd in elke hand 'n helft, en<br />

de schaar hoof t al vyf inaall lucht geknipt met dezelf de onverschilligheid,<br />

voor ge tyd had die twee helften weer byeen to brengen,<br />

en u met hot doorgelcuipte kind to verwonderen over de werktuigelyke<br />

domheid van die schaar, die niet weet wat ze knipt .<br />

Zoo dom als die schaar is de Natuur .<br />

De Natuur is algerneen . Haar domheid hebben we gezien in<br />

de koperplettery. Om u opmerkzaam to maken op do algemeenheid<br />

der Natuur, noodig ik u nit tot een bezoek aan 't verkoophuis,<br />

of beter, aan 'n bataviasche toko . Voor niet-indi6rs moot ik hier<br />

even zeggen dat 'n toko staat tot 'n winkel als alles tot niets .<br />

Ret woord winkel, dat eigenlyk beteekent : inspringende hoek,<br />

stamt uit den tyd toen de ruimte tusschen twee uitspringende<br />

vleugels van 't een of ander gebouw gebruikt word tot liet verkoopen<br />

van goederen . Liefst koos men daartoe kerken, wyl die<br />

door den kruisvorm en de uitstekende kapellen do meeste ,winkels"<br />

vormden, Dit in 't voorbygaan .


7 2 ID9L+ 9 VAX )fVLTA'1 VU<br />

In 'n winkel verkoopt men iets, een soort van goederen. In 'n<br />

toko verkoopt men allerlei soorten, alle goederen, alles. Vraag<br />

naar schoensmeer, ham, tandpoeder, muzenalmanakken, domineesportretten,<br />

bonhommes, duikelaartjes, schaatsen, rouwlint, aandeelen<br />

in 'n schip of kuitgespen . . . . dat alles levert u 'n rechtgeaarde<br />

toko.<br />

Zoo'n toko is de Natuur . Zy heeft in haar oneindig magazyn<br />

.alles ! Lucht, zee, leven, lief de, zwaarte, ziekte, vreugd, schoonheid,<br />

karakter, pyn, klank, spoed, traagheid, kracht, groei, ontbinding,<br />

dood . 't Doet er nu niet toe of ze dat alles teweegbrengt<br />

door een middel : beweging, even als 't ons onverschillig is oft<br />

verlcoophuis z'n waren ontvangt uit een fabriek. Genoeg, de waren<br />

'zyn er.<br />

Maar in 't groote verkoophuis van de Natuur ligt alles door<br />

elkander . De polichinel zit schrylings op den nek van 't bronzen<br />

vrouwtje dat haar kind beweent . Napoleon in gips staat tusschen<br />

twee spellen kaarten, en 'n flesch konjak is gewikkeld in 'n traktaatj<br />

e van de of schaf fers .<br />

Want de Natuur is dom, Ze heeft geen verstand van dtalage.<br />

Daardoor is ze humoristisch, en wie dat goed nateekent, is 't ook .<br />

159 . Ja, w 6l legt ze zonder 't minste oordeel des onderscheids<br />

al haar goederen naast elkander . Evenals die domme schaar in de<br />

plettery knipt ze lucht, koper en meisjes door, en hapt naar meer,<br />

onverschillig wat . Zy zet 'n hansworst op den nek van den martelaar,<br />

alsof daar z'n plaats was .<br />

Uw bruidt sterft , . . 't is heerlyk weer. Ge hebt uw kind begraven<br />

. . . de Natuur hagelt op z'n graf . Gy schreit . . . de Natuur<br />

lacht . Uw gemoed is ontstemd, springt, slingert, stuift . . .<br />

zy gaapt en byt maar altyd voort met laf f e lamme lauwe geestelooze<br />

onverschilligheid.<br />

Of, gy juicht . . . de Natuur vermaakt zich met misten .<br />

Gy jubelt . . - zy huilt motregen, Gij voelt u zacht, vriendelyk<br />

,en goedig . . . zy buldert donder . Gy zyt in rust . . . zy jaagt en<br />

stormt . Gy streelt, liefkoost en bemint . . . zy plaagt, sart, zweept,<br />

geeselt en orkaant, altyd even onaaugedaan, altyd even werktuigachtig,<br />

altyd even dom, dat is : altyd even natuurlyk .<br />

160 . Ik woonde eens in de buurt van 'n berg die rookie. Toen<br />

ik hem voor 't eerst zag, meende ik - bedorven door schoolboekjes<br />

- dat zoo'n berg 'n schoon gezicht opleverde . Ik herinnerde<br />

my dat ik in vervoering wezen moest, en deed wat ik<br />

voor plicht hield . By 't opstaan 's morgens zag ik then berg, en<br />

wat by uitblaasde . Een half uur later zag ik hem weer, met z'n<br />

rook . Wat later, 't zelfde . Den volgenden dag, 't zelfde . Weken,<br />

maanden achtereen . . . twee jaren lang, iederen dag, ieder uur,<br />

ieder oog enblik, zag ik hetzelf de . De berg stond er, en blaasde rook .


IDEFN VAN MULTATULI . 7 3<br />

Maar ik leefde . Ik dacht, peinsde, onderging, leed, streefde en<br />

streed . . .<br />

Myn berg blaasde rook .<br />

1 k leed . . . by blaasde . 't Ding kon niets (tan (lat .<br />

Als ik sprak van geloof, gaf by rook . Van geluk, rook. Van<br />

toekomst, rook . Van eerzucht, rook . Van trouw, liefde, offer, ziel,<br />

zaligheid, poezie, eeuwigheid en God . . . altyd gaf by rook, rook,<br />

niets dan rook . 't Ding had niet anders, wilt niet anders, verstond<br />

niet anders . . .<br />

Altyd zat me die domme polichinel op den nek, alsof daar z'n<br />

plaats was .<br />

161 . Er ligt 'n bevestiging myner meening over de domheid<br />

van de Natuur, in het bij zoovelen bestaand geloof dat het intelligent-goddelyke<br />

aanvangt waar van haar weten wordt afgeweken<br />

door 'n „wonder."<br />

Men begrypt eerst verstandelykenzelfhewusten wil van 'ii „God"<br />

als de Natuur schynt optehouden .<br />

Daar die werking der Natuur nooit ophoudt, Been grenzen heeft,<br />

is er alzoo voor 'n God geen plaats . Wie aan God gelooft, moet<br />

wonderen aannemen, op straffe van inkonsekwentie . Een God zonder<br />

wonderen - d . i . 'n God die niet mag, kan of wil afwyken van de<br />

wetten der Natuur - is 'n .overbodig Wezen . Dit wordt in de volgende<br />

JU)EEN betoogd, alsmede in 530,899-307, vlgg. Zie ook 1250, vlgg .<br />

162 . Maar . . . hoe moest het anders wezen ? 't Moest niet<br />

anders wezen . Ik klaag niet omdat het zoo is, maar juist dddrover<br />

dat het zoo wezen moet. Het is gods wil . Dit beduidt, naar<br />

myn opvatting van die versleten zinsnede : 't is alles 'n gevolg<br />

van de noodzakelykheid. Ik had liever to doen met 'n God die<br />

vatbaar was voor rede . Maar dit kan nu eenmaal niet . *)<br />

Wanneer men zeker voorwerp legt naast 'n ander voorwerp,<br />

dan aanschouwen, bezitten of tellen wy : twee voorwerpen . Doch<br />

ook waar wy niet aanschouwen, bezitten of tellen, geheel buiten<br />

ons om : de twee voorwerpen zyn er. Dit is Gods wil, namelyk<br />

't is noodzakelyk dat 1 + 1 = 2 is . Die som kan niet meer wezen<br />

dan twee, ze kan niet minder zyn dan twee, ze is dus twee .<br />

De noodzakelykheid die dit wil, voorschry ft en handhaaft, is<br />

almachtig, eeuwig, onveranderlyk, is God. Die God bouwt zonnestelsels<br />

. . .<br />

Er is geen bol aan 't firmament, die niet z'n bestaan to darken<br />

heeft aan 'n reeks van feitelyke syllogismen, even eenvoudig<br />

als 1 + 1 = 2.<br />

Die God voegt samen, ontbindt, maakt, vermaakt, richt, wendt,<br />

buigt, heft, perst en plet . . .<br />

Ja, plet ! En knipt, als - in die andere plettery - de schaar,<br />

die ook niet weet wat ze doet !<br />

*) Zie de Neat under 165.


74 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

163 . Bidden is aan die schaar vragen of ze zoo goed wil zyn,<br />

ditmaal niet toetehappen omdat or iets tusschen haar kaken ligt,<br />

dat we gaarne wilder heelhouden .<br />

Bidden zou dus, als 't niet kinderachtig ware, een misdadige<br />

poging zijn om de Natuuur to verlokken tot wanorde .<br />

164 . Ik noemde die noodzakelykheid eeuwig. Zeker. Zy die gelooven<br />

aan 'n „Schepping" moeten erkennen dat er ook voor of<br />

buiten die veronderstelde schepping, of niets was . . . of dat er<br />

was wat er naar de gegevens wezen moest . Dit is uitgedrukt in<br />

Jehova's naam : „ die is, was en wezen zal .'' Een plus een zal<br />

altyd twee zyn . Er was geen God noodig -- in de gewone grove<br />

opvatting - om dit vasttestellen . Integendeel, 'n God zooals zich<br />

't yolk then denkt, zou niet hebben kunnen bepalen dat iets anders<br />

wezen zou dan 't is . En de bepaling dat iets zyn zal wat<br />

reeds is, zou onnoodig wezen en doen denken aan den waan van<br />

'n kind dat, de zon ziende schynen, de zon gelast to schynen om<br />

daarna to vertellen dat ze scheen op zyn bevel .<br />

1) Zeer eenvoudig alzoo de konjugatie van 't werkwoord Zyn .<br />

165 . Elk voorwerp bestaat uit de som van z'n eigenschappen .<br />

De som der eigenschappen van de Noodzakelyykheid stelt 'n denheid<br />

daar, die we by benadering trachten uittedrukken door allerlei<br />

naamwoorden met het versterkend al daarvoor . Alwysheid,<br />

algoedheid, almacht, alwetendheid . . , ja, hoe onwetend ook, is<br />

toch diezelfde Noodzakelykheid in zekeren zin alwetend .<br />

Voeg den inhoud van twee zakken meel by elkaar. In den eersten<br />

zak waren x meelstofjes . In den tweeden x + (of -) y . Na<br />

't byeenvoegen zullen er samen zyn juist : 2 x + (of -) y .<br />

Ja, maar er zyn stofjes gebroken, gedeeld . . . de Noodzakelykheid<br />

weet dat precies en heeft voor elk stofje dat gekneusd werd,<br />

gebroken in byv. 100 deelen, 99 stofjes meer berekend .<br />

Maar er zyn stofjes verloren gegaan, d . i. verwyderd . De Noodzakelykheid<br />

heeft ze behoorlyk afgetrokken .<br />

Een boekhouder, een redenaar, kan zich vergissen . De Noodzakelykheid<br />

nooit .<br />

Ander voorbeeld . Gegeven 'n schip met zooveel diepgang, zooveel<br />

tegenstand, zooveel zeilen, enz . De wind blaast op die zeilen<br />

met gegeven kracht, en uit 'n gegeven hoek . Stel alle noodige<br />

opgaven bekend, dat ze niet kunnen wezen omdat er zooveel<br />

f aktoren aan ons gebrekkig waarnemings vermogen ontbreken . Wordt<br />

gevraagd : de snelheid van het vaartuig ? Die berekening is niet<br />

gemakkelyk, en wat volkomen juistheid aangaat onmogelyk . De<br />

Noodzakelykheid weet het. Haar ontsnapt niets . Zy brengt alles<br />

in rekening, tot de wryving van 't vischje dat zich schuurde tegen<br />

't scheepsboord, tot den invloed van den wind op 'n hoof dhaar van den<br />

schepeling, tot den tegenstand van 'n zwevend schuimbolletje voor


IDEEN VAN MULTATULL 7 5<br />

den boeg, tot de verplaatsing van 'n atoom gas in de lading . . ,<br />

alles ! Zy weet de snelheid waarmee 't schip zich moet bewegen<br />

volgens de haar alleen bekende gegevens, en ze noemt die snelheid,<br />

drukt ze uit : door het feit !<br />

De klacht in 162 is dus ongegrond, daar geen wezen zoo redelyk<br />

zou kunnen zyn, als de logika der feiten, die de Rede-zelf is. Dat<br />

smachten naar 'n persoonlyken God is opstand tdgen de Rede . Ik<br />

kom daarvan dan ook reeds in 177 terug . Myn , Gebed van den Onwetende'<br />

is nog met die ziektestof besmet . 't Is inderdaad niet gemakkelyk<br />

zich to onttreklcen aan den invloed der biologie waarmee<br />

men onze jeugd bedierf ! Het zyn juist de oprechtste gemoederen<br />

die 't meest onder (lien overgang lyden . Lauwe geloovers wagen zich<br />

niet aan de vermoeienis van twyfel, en slechts uit 'n zeer hooge maat<br />

van innibe religie kan men den moed scheppen tot het loochenen<br />

van Gods bestaan . Niets is ongodsdienstiger dan vasthouden aan 't<br />

Geloof. Als er 'n God ware, zou by de eerste zyn, die 't kwalyk nam .<br />

166 . Als spel en tot oefening van vernuft, is men gewoon aan<br />

jongelieden optegeven verband to zoeken tusschen twee - of<br />

meer - geheel ongelijksoortige, ver van elkaar verwyderde, en<br />

schynbaar onderling niet verwante gebeurtenissen . Ik herinner me<br />

den tyd toen we ons vermaakten met het aantoonen van den invloed<br />

der babylonische gevangenschap op de amsterdamsche beurs .<br />

Met de gevolgen der vroolykheid van Darius' paard voor de westersche<br />

beschaving . . .<br />

Maar, toevallig, die gevolgen liggen bloot . Een schoolknaap kan<br />

ze u aantoonen, en ditmaal zonder valsch vernuft . Ik had dit<br />

laatste voorbeeld niet moeten kiezen, wyl 't my to doen is om aantetoonen<br />

dat er inderdaad naar Gods wil - men weet nu wat<br />

ik hiermee bedoel - verband is tusschen de schynbaar meest uiteenloopende<br />

voorwerpen, zaken of gebeurtenissen . Daarby komen<br />

dus geon voorvallen to-pas, die elkander raken van zoo naby als<br />

de europeesche beschaving en de voorafgaande persische oppermacht<br />

die Darius to danken had aan de vurigheid van z'n paard .<br />

De Natuur is alles, en alles is natuurlyk . Waar 't ons gegeven<br />

is de volgorde van de logika der feiten nategaan, erkennen<br />

we dat natuurlijke, die Noodzakelykheid . Waar die volgorde ons<br />

niet duidelyk is -omdat we zoo weinig weten - denken we aan<br />

'n God.<br />

Geloof is alzoo 'n opgedrongen surrogaat voor kennis . (167) Ook<br />

de ongeloovige weet weinig, maar by komt er voor uit, en maakt<br />

geen aanspraak op wysheid, door alle mysterien optelossen met 'n<br />

Hank die zelf 'n mysterie is. Wie aan 'n God gelooft verklaart alles<br />

door het terugbrengen tot then God . Dit opzichzelf zou gegrond zyn<br />

maar . . . wy begypen Hem niet,- zeggen ze er by. Het ophelderingsmotief<br />

is alzoo 'n duisterheid . Quod absurduyn .<br />

Reeds elders maakte ik de opmerking dat in den mond der geloovers,<br />

het woord god, gewoonlyk de plaats bekleedt van niemand,<br />

of niemendal, ,God weet het,, is : niernarid weet bet . »B y God alleen


76<br />

IDEEN VAN MUDTATULIL<br />

is genade, hulp - enz . beduidt : Er is gddn hoop op hulp en genade.<br />

,)God vergeve het u!- is synoniem met : uw misdaad is onvergeeflyk.<br />

»Om godswilc heeft de beteekenis van gratis, enz . Die verraderlyke<br />

teal!<br />

167 . Alle waarheden zijn eenvoudig . 't Verschil tusschen schynbare<br />

ingewikkeldheid en duidelykheid ligt in 't getal, niet in de<br />

soort der tusschen-sluitreden .<br />

Wanneer we van een zekere hoeveelheid 'n andere hoeveelheid<br />

aftrekken, denken we by 't noemen van het verschil niet aan de<br />

macht van 'n God die bepaald hebben zou dat 10 - 3 = 7 wezen<br />

zal . En dat behoeft ook .<br />

Maar als 't getal 10 door oneindig veel bewerkingen - alien<br />

opzichzelf even eenvoudig als de bovenstaande aftrekking - wordt<br />

gebracht tot zeven, dan roepen wy uit : dat heeft God gedaan!<br />

Dit behoeft evenmin . We spreken zoo uit ydelheid, omdatwe niet<br />

bekennen willen dat er zooveel schakels ontbreken in onze waarneming<br />

van den keten der sluitredenen .<br />

168. Al wat geschiedt is 't produkt van alle voorafgaande faktoren.<br />

Het getal dier faktoren is oneindig, wyl 't bestaat uit alle<br />

feiten . Als Caesar niet in Gallie was gevallen, schreef ik dit IDEE<br />

niet. *)<br />

Waar wy zeggen : Oorzaak bedoelen wy den faktor die door<br />

meerder grootte of nabyheid ons 't meest in 't oog valt .<br />

En zelfs daarin vergissen wy ons dikwyls . Meermalen houden<br />

we 100 voor 't produkt van 10 X 10, waar 't inderdaad de vereenvoudigde<br />

uitdrukking was, dat is : het door 'n feit uitgedrukt<br />

gevolg van iets als : nX 100 + n-n .<br />

n<br />

11) Zoodra iets anders ware dan 't is, zou terstond alles anders<br />

zyn, of liever : alles zou niet-zyn. Alweer een bewys dat er voor den<br />

werkkring van 'n god geen plaats is . By elk voorkomend geval immers,<br />

is by gebonden aan de ekonomie van alles wat voorafging,<br />

en dit inaakt de eigenschappen waaruit by zou moeten bestaan hls<br />

by bestond, tot sinekuren . Um zoo'n god 'n werkkring aantewyzen,<br />

zou men hem hoedanigheden moeten toekennen die menschelyk, onlogisch<br />

en by-gevolg ongoddelyk zyn. Er blyft dus slechts over : 'n<br />

god zonder werkkring, dat is : 'n faineante god . Quod absurdum.<br />

169. Ik gis dat m'n denkbeeld over de almacht der Noodzakelykheid<br />

zoo oud is als de wereld . Overal vind ik sporen van<br />

dit idee . De Romeinen spraken van 'n Fatum dat boven de<br />

persoon-goden stond . De Grieken hadden hun dvdyxq. Maar 't<br />

Volk maakte ook daarvan weer personen .<br />

Ei, ziedaar, om 't juiste accent op dvdyxq to zetten - ik heb<br />

nooit recht kunnen wysworden uit die accenten - zoek ik 't<br />

woord op, en vind als vertaling, onder andere woorden zoowel


IDEEN VAN MULTATULI . 77<br />

natuurwet als noodzakelykheid . Reeds de Grieken dus vonden<br />

synonimiteit in beide beg rippen .<br />

En vroeger reeds . Onderzoek de bronnen van alle godsdiensten,<br />

overal zal men aan den oorsprong die vereering, of beter die<br />

erkenning, vinden van de noodzakelykheid ! Zelfs menschen die<br />

ter-goeder-trouw meenen zekeren god to aanbidd+en, erkennen<br />

stilzwygend dat ook Hy met de almacht die men hem t~oeschryft<br />

aan de Noodzakelyk1 eid onderworpen is . De vroomste, de geloovigste,<br />

meest bekatechiseerde christen zal niet bidden : laat den<br />

dag van gister terug komen, o Heer ! *)<br />

Als men dit zoo'n geloover voorsloeg, zou by antwoorden :<br />

,,dat kan de Heer niet !" en door z'n antwoord een bewys geven<br />

dat zyn Heer wel degelyk onderworpen is aan de noodzakelykheid .<br />

*) Zie alweer over de soort van hulp die men by den Heer zoekt,<br />

908, 1256, vlgg . Patente wonderen durft men niet vragen . Met bescheidenheid<br />

bepaalt men zich tot wenschen welker vervulling ook<br />

zonder de gevraagde tusschenkomst, voor niet zoo heel onmogelyk<br />

wordt gehouden .<br />

170 . De Tndische Trimourtri - de drieeenheid die wy, langs<br />

wat omwegen en vry verbasterd, hebben overgenomen - bestond<br />

uit scheppen - juister, samenstellen - uit onderhouden en vernietigen,<br />

juister, ontbinden.<br />

De middelste hoedanigheid is eigenlyk niets dan 't voortduren<br />

der werking van de eerste . Er wordt vereenigd en gescheiden,<br />

anders niet. Twee of meer stofdeelen, onder Yekere gegevens,<br />

voegen zich samen . Twee of meer stof deelen, onder andere gegevens,<br />

scheiden zich . Dit is alles .<br />

<strong>171</strong> . Wanneer ge een voorwerp neerlegt en dat later weder<br />

opneemt, hebt ge twee handelingen verricht . Gedurende den tyd<br />

die er tusschen die beide handelingen verliep, lag het voorwerp .<br />

Leggen en wegnemen - samenvoegen en ontbinden -- waren<br />

handelingen. Maar 't liggen was geen handeling, nog van u noch<br />

van 't voorwerp dat lag .<br />

Onderhouden in de Natuur is evenmin 'u aktie als liggen 'n<br />

b edryvend werkwoord .<br />

Deze slotsom is juist, maar 't betoog deugt niet, Wat we bywyze<br />

van spreken stilliggen noemen, bestaat niet, en 't liggen van 'n voorwerp<br />

kan bier dus niet dienen als voorbeeld . Onderhouden is hieroln<br />

geen afzonderlyke handeling van de Natuur, wyl die funktie in 't<br />

voortdurend scheiden en samenstellen begrepen is . Het onderhouden<br />

van 't geheel geschiedt door aanhoudend vernietigen - d . i . op<br />

andere wyze samenstellen - van de deelen .<br />

172 . Wy werpen dus een derdedeel van then Trimourtri weg.<br />

En meer. Want onze god Noodzakelykheid is niet drievoudig,<br />

niet tweevoudig, by is ddnvoudig .


78 IDEEN VAN MtTLTATULI .<br />

Liggen is Been handeling. Maar ook leggen en wegnemen zyn :<br />

ofschoon twee handelingen, uitvloeisels van 't zelfde beginsel,<br />

beweging . Scheppen is : samenvoegen met iets anders, of : samenvoegen<br />

op andere wyze. Ziedaar de geheele natuurwet, het godsbegrip,<br />

de leer der Noodzakelykheid, teruggebracht tot dit gene<br />

woord : aantrekken .<br />

Wie of wat het meest aantrekt, wint vorm .<br />

Wie of wat het minst aantrekt, verliest vorm .<br />

Alles wat geschiedt komt voort uit die eeuwige afwisseling<br />

van meer of min .<br />

173 . 't Is kinderachtig - dat heet : het is menschelyk - altyd<br />

to schermen met zonnestelsels, om iets to bewyzen van 'n persoonlyken<br />

god . Breng 't water van uw waschkom in draaiende<br />

beweging. Let op 't samenvoegen van de dryvende zeepbelletjes<br />

en ge ziet een zonnestelsel in 't klein . Elk bolletje neemt de<br />

plaats in, die het naar de omringende gegevens *) innemen moet.<br />

De aarde, de zon, Sirius doen dat ook .<br />

Maar denk u den rand van de kom weg . Want ruimte is oneindig,<br />

zooals stof eeuwig is .<br />

'I) In-verband met z'n eigen toestand natuurlyk . 't Woord -omringende»<br />

is te-veel. De bedoeling is : alle gegevens .<br />

174 . Ge kunt u die oneindigheid niet denken ? Kunt ge u 'n<br />

rand denken aan de waschkom van 't heelal ? *)<br />

Ge kunt u die eeuwigheid van de stof niet voorstellen ! Is 't<br />

u dan wel mogelyk to begrypen dat iets vernietigd is, of geschapen<br />

?<br />

*) Gewis niet . Waar grenzen zyn, bestaat ;'n dynamisch middelpunt,<br />

dat weldra statisch worden zou, nadat het alles tot zich had getrokken<br />

. By gebrek aan tegenwicht zouden de lichamen die 'n veronderstelde<br />

grens vormen, zich in hun verwijderde pozitie niet kunnen<br />

handhaven . 't Heelal ware dan 'n klomp, edn klomp of misschien -oneindig<br />

klein dan ! - een stip vaste stof . Quod absurdum .<br />

175 . Er is slechts edn mysterie ; het zyn . Al het overige volgt<br />

vanzelf uit de eigenschappen van het zyn .<br />

En nog is die mysterie niet zoo diep als het tegendeel wezen<br />

zoude. Denk eens na over de ongerymdheid van : niet zyn .<br />

Er is . Ziedaar chet woord' by-uitnemendheid, de Logos! Ik meen<br />

hierin den besten grondslag voor wysbegeerte to vinden, den stevigsten,<br />

den eenigen. Met iemand die dit punt van uitgang niet aanneemt,<br />

behoeft men niet to redeneeren . Men mag door hem heenloopen<br />

als door 'n geest van Maja . Men mag bem bestelen, bespuwen,<br />

ignoreeren . Of liever, men kan dit alles doen zonder hem reden to<br />

geven tot klachte, daar z'n eerste verzet de verloochening wezen zou<br />

van den voorgewenden twyfel aan het Zyn . En zy die wel genegen


IDEEN VAN MULTAT ULI . 79<br />

zyn dezen Logos aantenemen als grondslag, zullen weldra vrede hebben<br />

met alle uitvloeisels daarvan . Dat de ovcrgang tot myn stelsel onrust<br />

en bekommering teweegbrengt, stem ik toe . loch let stelsel-zelf,<br />

eenmaal aangenomen met, den cerlyken moed die 'n gevolg is van<br />

liefde tot waarheid, voldoet aan de eigenlyke roeping der wysbegeerte<br />

: let werkt verzoenend, bet bevredigt . Wat my aangaat, bet is to<br />

betreuren dat m'n plicht me zoo vaak dryft tot bitter verwyt . Mocht<br />

ik toegeven aan de stemming van mn genioed, ik zou religieuze<br />

lofliederen zingen ter verheerlyking van de zielerust na 't verdryven<br />

van alle spokery . De armen van geest, die gedurig in angst zitten<br />

voor de kuren van cen nooit verzadigden, kleingeestigen, vitzieken<br />

god, kunnen zich geen denkbeeld vormen van de ka.lme berusting<br />

die 't loon is van den moed om doortedenken tot de uiterste konsekwentie<br />

toe . Halve of kwart-atheisten zyn zeker to beklagen . Maar<br />

kan men niet hetzelfde zeggen van halve- of kwart-geloovers ? En. . .<br />

heele geloovers zyn er niet . Ze schipperen, en passen, en meten, en<br />

transigeeren . . . dat behoef ik met myn- god niet to doen, want : tweemaal<br />

twee is vier. Wat daarbuiten gaat is uit den onmogelyke, uit<br />

den ongerymde, en alzoo voor 'n dienaar van den Logos, uit den booze .<br />

Wat overigens m'n aandringen op 't begrip Logos betreft, let karl<br />

slechts worden afgekeurd door hen die zich niet schamen onwel to<br />

zyn met logiek, 'n woord dat daarvan is afgeleid . Het is niet voor<br />

dezulken dat ik in m'n Millioeneiz-Studiinn 'n verbeterde vertaling<br />

voorsla van Johann-es i vs, z : - Iv, den beyinnrr,e was do Rede, en de<br />

Rede was by God, erg de Redo was God .,, lean let duidelyker ? De<br />

theologen hidden den mood niet then tekst onvervalscht onder let<br />

yolk to brengen . 1k daag hen uit myn vertaling to bestryden.<br />

176 . Ik vind myn god overal, tot zelfs in de frazeologie der-<br />

genen die 'n bijzonderen God hebben.<br />

,, Heden overleed ons jongste kindje . 0 f schoon diep getroffen,<br />

wenschen wy to berusten . Wy buigen ons onder Gods hand . . . .<br />

Ik verzeker u dat ik al t, yd berust in den wil van myn god,<br />

dat ik me altyd buig onder den wil van myn god, en dat ik<br />

ver loopen zou oin 't zeer kurieus schlouwspel to zien van iemand<br />

die niet boog onder de Noodzakelykhe d, van iemand die niet be-<br />

rustte in haar wil .<br />

Nooit heb ik in den oprechten flaarlemmer, die zoo byzonder<br />

ryk is in zulke vrome ontboezemingen, gelezen : ons kindje stierf,<br />

maar we laten 't er niet by .<br />

177 . Maar die leer der Noodzakelykheid is troosteloos, meent get<br />

Zoo moot ieder adept van elke persoon-godsdienst gesproken<br />

hebben, toen men hem kwam vertellen dat zyn god alleen in z'n<br />

verbeelding bestond . Ik kan me voorstellen hoe verdrietig de Griek<br />

moot geweest zyn, toen hij begon in to zien det z'n Ceressen en<br />

Minervaas niets anders waren dan dichterlyke personifikatien van<br />

Ideen . Verbeeld u den vromen Katholiek die 't vertrouwen ver-<br />

liest op den Heilige wiens hulp hem bewaren moot voor tandpyn


80 DEEN VAN MULTATULIL<br />

of likdoorns ! Zoo'n Katholiek zou ik, in plaats van z'n heilige,<br />

den raad geven z'n mond zuiver to houden en zich 'n scherp<br />

mesj en aanteschaf f an, Dien G riek had ik, voor Ceres en Minerva<br />

'n abonnement gegeven op de Landbouwkundige Courant, en 'n<br />

exemplaar van Humboldt's<br />

zouden by then ruil.<br />

Kosmos. Ik bezweer dat ze winnen<br />

En gy die klaagt over de troosteloosheid myner leer . . . . gy die<br />

waggelt zoodra men u 't geknakt stokjen afneemt waarop gy<br />

meendet to steunen . . . . gy die vreest niet alleen to kunnen staan,<br />

zonder 'n Wezen dat gyzelf hebt geschapen om aantevullen wat<br />

U ontbrak aan bevatting, kracht en wil, gy. . . . wees niet troosteloos<br />

! Die domme, zichzelf onbewuste, almachtige onwetende<br />

Noodzakelykheid is 'n God van liefde die u meer geeft dan 'n<br />

persoonlyke god doer kon, en -- met het oog op de rechten van<br />

anderen - doen snag. *)<br />

-De Noodzakelykheid is voor alien gelyk . Dit is meer dan men<br />

zeggen kan van elken anderen god .<br />

De Noodzakelykheid is aan zichzel f gelyk . Nooit heeft ze om<br />

iemand to plagen 1 + 1 = 3 gemaakt, Men kan op haar rekenen<br />

. Waar ze meenen dat ze ons verraadde, lag de schuld aan<br />

onszelf . We hadden niet good opgelet . Wy maakten fouten in<br />

onze berekening, niet Zy .<br />

En zelfs waar ze wreed schynt - waar ze jonge meisjes doorknipt<br />

--- ook daar ligt de schuld aan ons . Waarlyk, we hadden<br />

dat meisje niet moeten opnemen tusschen duim en vinger ! Wy<br />

hadden haar niet moeten voorhouden aan de lemmetten tten van die<br />

schaar ! Daarin lag de fout.<br />

En -- vraagt ge, hoop ik - als zoo iets gebeurt buiten onzen<br />

wil door 'n zoogenaamd ongeluk . . . . is er dan nog geen wreedheid<br />

in uw god?<br />

Neen, neen, duizendmaal neon! Wat is, moet zyn . 't Staat<br />

aan ons - en juist dit is Gods wil - voorzichtig to wezen,<br />

opteletten, ons to wachten voor 't kwade .<br />

't Staat aan ons, waartenemen, natedenken, toetepassen .<br />

't Staat aan ons, to<br />

't Staat aan ons, to<br />

willen en to werken.<br />

streven naar ontwikkeling .<br />

't Staat aan ons, genot to vinden in dat alles . . . . dat is in een<br />

woord : het staat aan ons deugdzaam to zyn, want genot - zoo<br />

begrepen - is deugd .<br />

*) Een god die gebeden verhoorde, zou oogenblikkelyk moeten<br />

worden,,afgezet wegens misbruik van gezag en schennis der Natuurwet.<br />

En 'n god, die zich niet schuldig maakt aan deze vergrypen,<br />

is overtollig, en zou zich dus moeten terugtrekken uit verveling<br />

wegens gebrek aan bezigheid . De eenig denkbare funktien immers<br />

van zoo'n god zouden bestaan in 't verrichten van daden die door<br />

.z'n onbevlelcte heiligheid-zelf verboden zyn.


IDl+EN VAN IIIULTATULI . 8 1<br />

178 . Men vraagt me waarom ik zooveel rummers wyd aan<br />

buitenissigheden? Eilieve, wanneer gy goederen to laden heb in<br />

' II vaartuig, en go vindt dat vol, overvol . . . begint ge dan niet<br />

met lossen, reinigen, schoonvegen ?<br />

Kunt ge tarwe opslaaii in een pakhuis dat van boven tot onder<br />

gevuld is met papaverzaad, met opium, met arsenik ?<br />

Is niet het w-vegruimen van 't schadel.yke 'n even nuttige, 'n<br />

even noodzakelyke arbeid als 't aanbrerigen van het goede?<br />

Is niet stryd tegen ktwaling, stryd roor waarheid<br />

Als 't waar is dat die goddienery nadeelig werkt op menschdom<br />

en individu, is 't dan niet ons aller plicht die to bestryden?<br />

Is 't niet onze plicht de afgodsbeelden omtewerpen, die de circulatie<br />

belemmeren op den zoo schooners heirweg van 't gezond<br />

verstand ?<br />

Kant ge eel goed huis bouwen op de plaats waar ge een ruine<br />

vindt, zonder cerst dies bouwval geheel aftebreken en die plaats<br />

schoon to maker<br />

Ik vind bouwen aangenamer werk dan afbreken. Maar als 't<br />

afbreken vereischt wordt . . .<br />

Wie durft beweren dat arbeid met den troffel noodiger is dan<br />

arbeid met 'n honweel ? Maar 't is aangenamer werken met den<br />

troffel, en go zyt dank schuldig aan iemand die uit gevoel van<br />

plicht - en waarlyk niet uit voorkeur - 't houw eel ter hand<br />

neemt .<br />

Gy die noch- afbreekt, noel bouwt, scheldt hem niet uit .<br />

De beschuldiging tegen bestryders van dwalingen, dat ze ,,afbreken<br />

zonder daarvoor iets beters in de plaats to geven« is of gezaagd en<br />

vervelend. Is er niet pozitieve winst in 't derven van wanbegrip ? Moet<br />

iemand die 't bestaan van 'n spook ontkent, andere spoken aanwyzen?<br />

En bovendien, hel is niet wear dat de redelyke godloochenaar afbreekt<br />

zonder optebouwen . In-plaats van 't spokerig geloof, wyst by<br />

op onbevooroordeeld - d . i . ongeloovig - oiiderzoek naar den card<br />

der ding en, op Kennis der Natuur. Is dat niets ? Ik verwys to dezen<br />

aanzien naar rn'n verhandeling over hrye Studie in den IIIn bundel .<br />

17® . ,Als 't waar is dat die goddiencry nadeelig werkt .<br />

- Ja, zegt men, maar dat is sporadisch . 't Komt niet dikwyls<br />

voor . Hy, zij, en ik hebben nooit gestuipt op de keldertrap . We<br />

,gelooven . . . nu ja, maar we laten ons niet dol waken . We doen<br />

behoorlyk onze zaken. We gelooven . . . zoo, zoo . . . met gepaste<br />

matigheid .<br />

Die wezens staan me nader dan gy !<br />

Wie nonsens geloo ft, en door krankzinnigheid bewys geef t voor<br />

de oprechtheid van z'n geloof, heeft recht op medelyden en . . .<br />

genezing, als er genezing mogelyk is.<br />

Maar gy die gelooft . . . j a, maar niet meer dan j uist noodig<br />

is in 't belang van uw „zaken" . . . gy die zondags 'n hemelvaart<br />

IDEEN I .


82 IDEEN VAN MULTATULL<br />

belofzingt, maar 'n knecht zoudt wegjagen als by in de week u<br />

kwamm vertellen dat uw grootboek was opgevlogen . . . gy die uw<br />

krankzinnigheid weet afteknippen op de maat die ge groot genoeg<br />

vindt voor den Hemel, en niet to groot toch voor de aarde . . .<br />

gy die zoo verstandig zyt als de verstandigste waar 't uw dadelyk<br />

belang geld, maar meent den Heere to dienen door dat verstand<br />

to leggen aan 'n halsbandje van spinneweb of yzer, naar 't u voegt,<br />

zoodra er spraak is van - veronderstellen - edeler belang . . .<br />

gy die preekt, bid en oefent, maar onder 't bidden en oefenen,<br />

gedurig 'n oog in 't zeil houdt van 't aardsche scheepje . . . gy<br />

die 't beste deel van iiw ziel bewaart voor beurs, school, societeit<br />

of kabinet, en zondags lappendag houdt om uw ,Heer" to onthalen<br />

op wat of Val . . . gy<br />

Wat moet ik U zeggen? Dit : ga naar de Elberfeldsche weezen,<br />

kryg stuipen en word oprecht .<br />

180 . Wat hebt ge gemaakt van de wereld, gy moordenaar<br />

Konstantyn? Dat ge zooveel leden uwer familie ombracht, vergeef<br />

ik u . 't Zullen er personen naar geweest zyn, en uw f amilie<br />

was to uitgebreid, dit erken ik . 't Heeft bovendien weinig invloed<br />

gehad op den toestand van 't menschelyk geslacht . Wat deed het<br />

er toe of gy 'n broer, neef, bloedverwant meer oni't leven bracht?<br />

Zie, die familiezaken gaan me niet aan .<br />

Maar dit verged ik u niet, dat ge om. Keizer to worden aanleiding<br />

geeft tot het smeden der ketens waarin 't menschelyk<br />

geslacht nu sedert eeuwen gevangen ligt . Of wist ge dat niet?<br />

Dacbt ge er niet aan dat uw fabeltje van 't in hoc signo langer<br />

zou duren dan uw behoef te aan die fabel ? Kondt ge 't niet voorzien<br />

dat die moord aan den menschelijken geest eenmaal zwaarder<br />

wegen zou in de schaal uwer verantwoording dann al de nietige<br />

huishoudelyke privaatmoordjes ?<br />

Wat hebt gy gemaakt van de wereld, o lConstantyn?<br />

Daar liggen nd u de vervelende kerkvaderlyke eeuwen, die niet<br />

eens vatbaar zyn voor beschryving.<br />

Daarop volgt de domme woeste middeltyd met god- en maagddienende<br />

ridders . . . die niet lezen of schryven konden . Met aflatende<br />

monnikken, heerschzuchtige en heerschende priesters . Met<br />

geschoren kudden yolks . Met scheerende graafjes en prinsjes . Met<br />

twist, voor liefde . Met stryd, voor arbeid . Met kerken, voor hospitalen<br />

. Met gezag, voor overtuiging . Met slaverny, voor vryheid .<br />

Met dwepery, in plaats van wat kennis der Natuur . Met slaap,<br />

voor leven . . . en voor gezondheid, lazarus en pest!<br />

Wat hebt gy gemaakt van de wereld, o moordenaar Ko -nstantyn ?<br />

Dat ge uw broeders hebt doodgemaakt, vergeef ik u. Maar ik<br />

vergeef u niet dat ge den geest hebt vermoord van zooveel myner<br />

broeders .


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

181 . Wat hebt gy gemaakt van de wereld, o christenen ? Ik<br />

wend bet oog of van uw walgelyke Historie . . . die gy hebt<br />

vervalscht en omgeknoeid bovendien : ad Majorem Dei gloriam.<br />

Dien Konstantyn noemt go groot, en de rest is even waar als<br />

die grootheid . Ik wend bet oag of van de Geschiedenis, om het<br />

to richten op iets wat ge niet verdraaien, niet verkerkvaderen<br />

kunt, op uw huisgezinnen, op uw dochters . W at hebt ge dddrvan<br />

gemaakt ? Wat hebt ge gemaakt van de vrouw ?<br />

Om u staande to houden op een door 't recht van den sterkste<br />

veroverd standpunt, maakt ge dage lyks uw vrouwen tot huishoudwerktuigen<br />

of erger, en uw dochters tot Kasper Hauser's,<br />

tot Javanen . Ik erken dat gy uw vrouwen nog slechter behandelt<br />

dan uw bybel voorschryft, en dat alles wat er valt aantemerken<br />

op den vernederden toestand der vrouw, to wyten in aan<br />

mozaische of apostolische, voorschrif ten . Nergens lees ik : „laat<br />

uw vrouw dom blyven" of : , zorg dat uw dochters geene begeerte<br />

scheppen uit wetenschap ." C) Maar er staat toch : „gy vrouwen,<br />

weestuw mannen onderdanig ."En, eenmaal die onderdanigheid aannemende,<br />

volgt de rest vanzelf . Zoolang in Zuid-amerika de slaverny<br />

bestaat, zddlang zullen ook natuurlykerwyze de slavenhouders<br />

hun slaven 't lezen verbieden . 't Voorschrift van onderdanigheid<br />

wettigt tevens de alleen mogelyke middelen waardoor ze kan<br />

gehandhaafd worden .<br />

Dit immers staat er, dat de vrouwen onderdanig moeten zyn.<br />

Tot hoeverre ? Waar is de grens ? Dat staat er niet, er wordt<br />

niet gesproken van grens . De apostel laat bet over aan de diskretie<br />

van de heeren .<br />

En al ware dit zoo niet, bezie ze eens goed, die heeren der<br />

schepping, de mannen ! Ga ze na in de diskretie, in hun nietig<br />

streven, in hun bekrompenlieid, in hun onkunde, hun lafhartigheid<br />

. . . en vraag uzelf of 't oorbaar is en rechtvaardig, dat de<br />

andere helft van 't mensehdom zoo maar voetstoots moot onderdanig<br />

wezen aan die helft ?<br />

De eisch der mannen op (lit stuk toont reeds dat die vordering<br />

ongegrond is . Om beer to zyn in 't zedelyke behoorde men to<br />

beginnen met bet begrypen van rechtvaardigheid, en 't is onrechtvaardig<br />

de vrouw, als zoodanig, to stellen beiledeli den man . Verbeeldt<br />

u, Cornelia, Charlotte Corday, de Stael, Beecher-Stowe,<br />

onder den eersten den besten kwajongen !<br />

Maar wie inoet dan heersehen ? 't Antwoord is zeer eenvoudig<br />

er wordt niet geheerscht .<br />

- Goed ! Maar wie behoort bet meest invloed to hebben?<br />

- Wel . . . die 't verdient .<br />

- Nogeens goed, maar . . . wie verdient bet?<br />

*) Parabel van Thug;ester in de Minnebrieven..<br />

83


84 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- Wie 't meest ontwikkeld is als mensch . De geslachtsdeelen<br />

hebben hiermee evenmin to maken als de kleur van 't haar .<br />

Maar . . . als by of zy die 't meest ontwikkeld is als mensch,<br />

niet slaagt in 't verkrygen van den invloed die hem of haar zou<br />

toekomen?<br />

Dan twyf el ik aan die meerdere ontwikkeling, en raad hem of<br />

haar ernstig aan, zich verder to ontwikkelen.<br />

182 . Ik stel me voor, eenige nummers to besteden aan den<br />

toestand der vrouwen in onze maatschappy, vooral voor of zonder<br />

't huwelyk. Maar vooraf moet ik 'n kleine geschiedenis verhalen,<br />

die in 't licht stelt wat de vrouwen to darken hebben aan den<br />

bybel, opdat men niet, wear ik de zeden aanval, antwoorde : dat<br />

is zoo, maar 't voorschrift was toch schoon,<br />

Zy was lief en goed de kleine Agatha . Ze was zoo rein van<br />

hart als de dochter van 'n mensch wezen kan . Van leugen had<br />

ze geen begrip. Met bevreemding zag ze de wereld aan omdat<br />

ze niet begreep dat er zooveel stryd kon wezen . Wat men haar<br />

zeide, geloofde zy kinderlyk. Als kind bad ze 's avends om 'n gerusten<br />

slaap en nooit at ze ongezegende spys . Later ging ze vroom<br />

ter-kerke, en zong met geestdrift<br />

-Want Edom en zyn vollick koen<br />

Acht ik gelyk myn oude schoen .»<br />

of wat er anders to zingen viel . Nooit kwam 't haar in de gedachte<br />

to vragen of Jacob wel heel braaf deed, z'n broer 'n eerstgeboorterecht<br />

to ontfutselen door geleende ruigheid ? Noch of 't<br />

pleizierig was voor de Kananieten, zoo maar altyd-door to worden<br />

uitgeroeid . Zy die geen vogeltj e had kunnen leeddoen, gruwde<br />

niet van de bloedlucht der groote slachtery die men 't Oude-<br />

Verbond noemt. De Heer had gesproken . . . dit was Agatha<br />

genoeg, om niet goedtekeuren - zoo ver kwam ze niet - maar<br />

om zich to onthouden van oordeel, jazelfs om bewaard to blyven<br />

van onaangenamen indruk .<br />

Zoo zyn er meer vromen, die niet bestand zyn tegen de minste<br />

smart, maar heel kalm aanzien hoe Gods uitverkoren yolk huishoudt<br />

met de arme drommels die schuldig waren aan onuitverkorenheid<br />

.<br />

Agatha vroeg ni et naar 't verband tusschen haar zonden en<br />

Adams val : zy geloofde . Niet naar de wyze der verlossing door<br />

't bloed des kruises : zy geloofde . Niet naar 't bewys onzer geestelyke<br />

onsterfelykheid, dat er liggen zou in de lichamelyke opstanding<br />

van Jezus : zy geloofde. Niet naar den samenhang in<br />

Jezus lessen, minder nog naar de onmogelykheid der toepassing,<br />

en nog minder naar 't gehalte van die lessen : zy geloofde .<br />

Agatha was 'n Christin . Haar gemoed was den Heere Jezus<br />

gewyd . Wat van hem kwam, was goed en heilig . Wat tegen hem<br />

was, hield ze voor slecht,


ID]EN VAN MTILTATTJLI . 85<br />

En niet alleen hing ze met hart en ziel aan alles wat voorgeschreven<br />

was door Jezus, maar - zooals 't veelal gaat - ook<br />

aan de gezegden welke door anderen aan dien Jezus in den mond<br />

gelegd zijn. Hot naamwoord , christelyk" was Agatha voldoende<br />

om de zaak schoon to vinden die als zoodanig word gekenmerkt,<br />

en ze beklaagde de Grieken die hun dooden verbrandden in plaats<br />

van ze 'n christelyke begraf enis to geven .<br />

Wat het begraven der dooden to maken heeft met Christendom,<br />

begryp ik niet, tenzy men 't verbranden afkeurt om 't meer<br />

verstrooid raken der deelen, die naar 'n zeer plat begrip, dienen<br />

moeten tot de rekonstruktie van de lichamen .<br />

Agatha leefde christelyk voort tot haar achttiende jaar, en zie<br />

daar kwam iemand vertellen dat by haar beminde en huwen wil<br />

de . Na ruggespraak met vader, moeder en dominee, zei Agatha dat<br />

ze niet ongenegen was 'n huwelyk aantegaan, maar 't moest christelyk<br />

wezen . Zy vroeg den jonkman naar z'n geloof .<br />

- Hoe ik u bemin, Agatha ? \rraag het de sterren, de bloemen<br />

. . .<br />

- Ja, maar uw geloof.<br />

- Overal staat my uw naam geschreven . . . in de wolken, op<br />

de golven der zee! Ik hoor dien in 't ruischen der bladeren, in 't<br />

murmelen van de beek . . .<br />

- Maar . . . uw geloof?<br />

't Zal zaligheid wezen, Agatha, u to bezitten als m'n vrouw,<br />

als m'n leidsvrouw ! Ik zal u liefhebben met al de kracht van m'n<br />

hart ! Ik zal u geven . . . zeg my, Agatha, hebt gy de Minnebrieven<br />

gelezen<br />

- Maar, eilieve , . . uw geloof ?<br />

Daar staat het ! 0, ik had niet noodig dat to lezen om to<br />

weten wat liefde is, Agatha ! Maar toch, 't is aangenaam als men<br />

z'n indrukken zoo vindt beschreven ! Ja, zoo is het, Agatha, zoo<br />

wil ik u liefhebben ! Beminnen is de neiging tot geven, tot bevruchten<br />

van den eenen karat, neiging tot weergeven en baren aan<br />

de andere zyde . . .<br />

Agatha begon iets onfatsoenlyks to vinden in den loop van 't gesprek.<br />

Zy brak het of door nogeens to vragen : maar 't geloof ?<br />

De arme jongen zei weer iets over z'n liefde, en bemerkte niet<br />

eens dat Agatha gedurig aandrong op wat anders. Maar wel had<br />

zy bemerkt dat de liefde van den jonkman wereldsch was. Met<br />

'n beklemd hart ging zij naar den dominee .<br />

Hy had haar Christin gemaakt . iy had in haar opgewekt dien<br />

onleschbaren dorst naar de genadegaven des evangeliums . Hy had<br />

haar gewezen op den eenigen weg die 't licht, de waarheid en het<br />

leven is. Hy moest haar raad geven in deze - haar eerste - bezoeking<br />

. De man sprak aldus<br />

- Heil u, dat ge 't huwelyk alleen dan goedvindt, als ge 't


86<br />

MEN VAN MVLTATVLI .<br />

moogt aangaan, met de hope op den zegen die in Christus Jezus<br />

is . Ik heb alzoo niet tevergeefs gearbeid, o myne dochter, in den<br />

wyngaard uws gemoeds . Heil, driewerf heil u, dat gy geroepen<br />

zyt om een braven, en u oprecht beminnenden, maar helaas, door<br />

wereldzin afgdwaalden, jongeling terugtebrengen op het ware pad .<br />

Ge hebt gelyk, Agatha, uw huwelyk moet christelyk wezen, en<br />

den Heere geheiligd. Zeg uwen verloofde dat ge u voorneemt hem<br />

to beminnen zooals 'n christelyk meisje betaamt . Dat ge bereid zyt<br />

hem to nemen tot uwen echtgenoot naar de voorschriften daaromtrent<br />

gegeven door onzen Heer en Heiland . Laat hem zijn beschouwingen<br />

over den heiligen staat des echtverbonds niet putten uit<br />

zedelooze zielverpestende geschriften, doch zeg hem dat by zich<br />

lave aan de eenig-zuiverende bron . . .<br />

In het kort, - want het walgt my - de verliefde jonkman<br />

moest, om nu recht precies to weten wat 'n Christelyk huwelyk<br />

was, nalemen : Mattheus XIX !<br />

En na then tyd zag Agathe in, dat niet al het Christelyke, schoon<br />

rein, verheven is .<br />

Nog eenigen tyd bleef zij 'n goed meisje . Ze is 'n verstandige<br />

goede vrouw geworden . . . maar - of liever want - christin is<br />

ze niet meer !<br />

183. Hoe . . . er wordt gesproken van 't huwelyk, van de vereeniging<br />

der geslachten, die den mensch - man of vrouw, onverschillig<br />

- eigenlyk voor 't eergt waarlyk tot mensch maakt, en<br />

hy, de wetgever, de voorganger, de opvoeder, de wysgeer, de zedemeester,<br />

heeft daarover niets meetedeelen dan die platte ruwe<br />

ongemanierde opsomming der onderscheiden manieren waarop de<br />

man - neen, 't mannetje - voor 't huwelyk ongeschikt wordt?<br />

Hoe . . . by die 'n vygenboom wist to gebruiken als onderwerp van<br />

vervloeking . . . by die gelykenissen - en schoone ! - wilt vastteknoopen<br />

aan 't geringste voorwerp, een zuurdeeg en mosterdzaad<br />

. . . by die farizeen en schriftgeleerden te-woordstond - en<br />

flink ! - met donderend verwijt en dieper treffenden spot . . . by<br />

wist niets dan dat van 't huwelyk to zeggen ? Hoe . . . by dacht<br />

aan den man alleen, en scheen to verstaan dat men hem om raad<br />

vroeg in 'n kwestie van hygiene? Hoe . . . by vergat die geheele<br />

andere helf t van 't menschelyk geslacht, om de vraag alleen optevatten<br />

met het oog op de dierlyke behoefte, op de allerplatste<br />

konvenientie van deze helft 2 Foei !<br />

Foei, foei, foei !<br />

Nooit heb ik de vrouw behandeld gezien met zooveel vernietigende<br />

minachting .<br />

In veel wetgevingen van zoogenaamde zedemeesters - zie de<br />

mozasche - is zy 'n zaak, 'n ding, 'n meubel, 'n koe . . .<br />

Hier, naar de uitspraak van Jezus, is ze niets, niets, volstrekt<br />

niets ? Elders worden haar rechten miskend om alleen to spreken


van haar verplichti~gen . Hier schynt het niet de moeite w aard zelfs,<br />

met 'n enkel woord van die verplichtingen to spreken !<br />

Ik vraag u of Jezus anders had kunnen antwoorden, als de discipelen<br />

hadden gevraagd of 't goed is pantof fels to dragen ? Of,<br />

in 't nu gegeven antwoord, jets meer is gelet op de belangen der<br />

vrouw, op de rechten der vrouw, op de behoeften der vrouw, dan<br />

in zoo'n antwoord zou gelet zyn op de behoeften, belangen en<br />

rechten van 'n oawe slof ?<br />

Foci, foci, foci!<br />

Ziehier 'n andere lezing die ik voorstel to leggen naast de oude .<br />

Ik wil zien welke Christen den moed heeft die van Mattheus mooier<br />

to vinden.<br />

so) Toen zeiden zyne jongeren tot<br />

hem : staat de zaak eons mans met<br />

zyne vrouw aizoo, dan is het Diet<br />

goed to trouwen .<br />

ii) En hy zeide tot lien : ik zegge<br />

u 't is den man good to trouwen,<br />

opdat zyne ziel geheel worde, en by<br />

mensch zy.<br />

12) En der vrouwe is 't goed to<br />

huwen opdat haar ziel volmaakt<br />

worde, en ze een mensch zy .<br />

13) Want de Heer rustte Diet na<br />

't scheppen van den man . En by<br />

schiep Diet de vrouw alleen, zonder<br />

man . Maar man en vrouw schiep<br />

by ze, opdat de mensch volmaakt<br />

y z .<br />

W Zoo wie eene rechterhand heeft<br />

en de linker mist, by is Diet volmaakt<br />

. En wie een linkerhand heeft<br />

en Diet de rechter, by is Diet volmaakt<br />

. Maar den mensch is gegeven<br />

eene rechterhand en eene linkerhand,<br />

opdat by volmaakt zy .<br />

15) En de rechterhand zegge Diet,<br />

wat is u, linker . . . ik ben de hand.<br />

Noch zegge de linkerhand tot de<br />

rechter, wat is u, ik ben de hand,<br />

want te-zamen zyn ze volmaakt . Alzoo<br />

de man en de vrouw .<br />

16) De rechterhand gespt den<br />

gordel die noodig is . En de linker<br />

draagt de waterkruik die gy noodig<br />

hebt. Wie z'n gordel verliest, en<br />

't geld dat by daarin bewaarde, kan<br />

niet leven . En wie geen waterkruik<br />

meedraagt, zal bezwyken . Alzoo de<br />

man de vrouw,<br />

IDEEN VAN MULTATULI . 87<br />

17) Gy hebt gehoord dat er gezegd<br />

is : zy zullen din vleesch zyn . ..<br />

doen Diet hoereerders en overspeelsters<br />

ook alzoo ? Waarisuw huwelyk ?<br />

18) Gy hebt gehoord dat er gezegd<br />

is : vleesch van myn vleesch,<br />

been van myn been . . . doen niet<br />

de dieren des velds ook alzoo ?<br />

Waar is uw huwelyk 2<br />

zg) Zoowaar uw God is een God<br />

van waarheid, zoowaar zegge ik u,<br />

gy man en gy vrouw, huwt in de<br />

waarheid, opdat gy geen leugen<br />

kweekt.<br />

20) Zoowaar uw God is een God<br />

van geest, zoowaar zegge ik u, gy<br />

man en gy vrouw, huwt in den geest,<br />

opdat Diet de jongen van de dieren<br />

des velds zeggen tot uw kroost : wy<br />

zyn gelyk .<br />

21) Zoowaar uw God is een God<br />

van liefde, zoowaar zegge ik u, gy<br />

man en gy vrouw, huwt in liefde,<br />

opdat gy kinderen voortbrengt die<br />

geteeld zyn in liefde .<br />

22) Gy man, plooi Diet in den<br />

tempel uw mond naar de wyze der<br />

rabbi's als proefdet gy zoeten wyn,<br />

en spreek niet tot uwe vrouw, als<br />

ware er alsem op uw tong .<br />

23) Wie wysheid spreekt in den<br />

tempel, en dwaasheid geeft aan zyne<br />

vrouw, is een dief .<br />

24) Wie heeft u geroepen in den<br />

tempel ? Gy kwaamt ongeroepen.<br />

Maar aan uwe vrouw hebt gy liefde<br />

beloofd . Daarom opende zy, op u<br />

vertrouwende, haar schoot .


88<br />

25) En gy, vrouw, onteer niet<br />

uwen man door to zeggen : beer!<br />

Want als ge uzelve verlaagt, verlaagt<br />

ge hem die met u ddn is . Neem<br />

van zyn pad wat gy kunt opdat by<br />

niet struikele .<br />

26) Doch ik zegge u dit, Diet sprekende<br />

als tot een slavin, maar opdat<br />

gy zelve Diet valt, waar by gestruikeld<br />

is . Want gy zyt ddn .<br />

27) De vrouw zal verantwoorden<br />

voor den man, en de man voor de<br />

vrouw, want ze zyn ddn .<br />

28) Wie zyner vrouw tarwe geeft<br />

dat zy koeken make, edt van die<br />

koeken . Zy is den man geen dank<br />

schuldig . Doet Diet de broederook<br />

alzoo ? Waar is uw huwelyk ?<br />

29) De vrouw die koeken bakt,<br />

dat de man ete, det van die koeken,<br />

De man is haar geen dank<br />

schuldig . Doet Diet de zuster ook<br />

alzoo ? Waar is uw huwelyk 2<br />

30) Maar zoo wie eene ster ziet,<br />

zegge tot zyn beminde : zie die ster,<br />

en verheug u ! En de vrouw die<br />

eene aandoening heeft van vreugde,<br />

deele die met haren man . 't Is zyn<br />

eigendom, en zy verliest niet door<br />

't deelen. En waar de man smart<br />

voelt deelde by die met de vrouw,<br />

opdat zy Diet vrage : ben ik beneden<br />

uw gevoel ?<br />

3 1 ) Waar gy treurt, treure by<br />

mede, opdat zy Diet vreeze lager<br />

to wezen dan zyn droef heid, en beschroomd<br />

worde haar deel to nemen<br />

van blydschap .<br />

32) En als de man verneemt dat<br />

de Sadduceen bekeerd zyn tot bet<br />

geloof aan opstanding, by zegge<br />

dat der vrouw, opdat ze niet inslape<br />

aan haar spinnewiel .<br />

33) En als de draad breekt van<br />

haar spinsel, zy zegge dat Karen<br />

man, opdat by niet meene meer to<br />

zyn dan zy, door schriftgeleerdheid .<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

34) Bevrydde niet Judith bet yolk<br />

van Israel, met koenen moed ? Daar<br />

waren veel mannen to Jeruzalem die<br />

t'huisbleven, toen zy uittoog naar<br />

de tent des geweldigen.<br />

35) Heeft Diet Deborah Israels<br />

yolk gericht, en was er wanorde<br />

toen zy richtte ?<br />

36) En wanneer de man een oprechten<br />

farizeer heeft gezien, by<br />

zegge da.t der vrouw, opdat zy zich<br />

verheuge met hem, als ze 't gelooven<br />

kan. *)<br />

37) En zoo wanneer de schriftgeleerden<br />

hem hebben verstrikt met<br />

strikvragen, by hoore zyn vrouw,<br />

wat ze zegt. Misschien bedacht zy<br />

een antwoord, onder't spinnen, voor<br />

ze de vraag vernam .<br />

38) En de discipelen zeiden : Heer,<br />

hoe is dit ? Der vrouwe is verboden<br />

de schriften to onderzoeken,<br />

hoe zal ze strikvragen oplossen ?<br />

39) En by zeide : uit de schriften<br />

leert men strikvragen stellen, maar<br />

er is veel antwoords in liet denken<br />

by 't spinnewiel .<br />

40) En wederom vraagden de discipelen,<br />

zeggende : Rabbi, daar was<br />

eene vrouw wier man leerde in den<br />

tempel . En by kwam to-huis, en<br />

zeide : ,daar is gesproken over 't<br />

koninkschap van Melchizedek» en<br />

zy vraagde : «wie is Melchizedek?<br />

En by zeide : -wy waren gevangen<br />

in Egypte .' En zy hernam<br />

-ik was nooit in Egypte .,,<br />

En by z€ide : -men vraagt of Elias<br />

hooger zy dan Mozes ? .,<br />

En zy riep : -ik ken Elias niet .-<br />

En by zeide : de tempel is vol nieuwigheidszoekers<br />

die den mensch<br />

verdeelen in lichaam en ziel .- En<br />

zy antwoordde : -deze dingen zyn<br />

my to hoog, ik wil Diet verdeeld<br />

zyn, ik spin .,,<br />

Want Rabbi, al spinnende had ze<br />

*) Dit voorbeeld van slechtschryvery kan gevoeglyk gebruikt worden<br />

op de wyze als bedoeld wordt in 547 . De scherpte der woorden<br />

ale ze 't gelooven kan, past volstrekt Diet by den toon van 't geheel .<br />

De auteur-zelf spreekt bier in-plaats van 't woord to laten aan Jezus,<br />

lien by - overigens nogal op verdienstelyke wyze --sprekend irivoert .


een akker waarvan de grond goed<br />

was, maar daarop groeide geen<br />

graan, ofschoon 't in den tyd was<br />

van den oogst .<br />

42) En by nam een stoksken, en<br />

sloeg tegen de deur van 't huis des<br />

mans wien de akker behoorde . En<br />

de man riep : waarom slaat ge myn<br />

deur?<br />

43) En by zeide : kom uit, en<br />

oogst . Zyn niet de aren gezwollen en<br />

TDEEN VAN MULTATULT . 89<br />

niet geleerd Melchizedek to kennen, roepen om den sikkel ? Waarom<br />

noch hare ziel . Meester, hoe is oogst ge niet van uwen akker?<br />

dit ? 44) De discipelen zeiden : Heer !<br />

4z) Doch hy, voortgaande, zag by heeft niet gezaaid .<br />

45) En hy, antwoordende, zeide<br />

voorwaar, voorwaar, ik zegge u,<br />

wie niet zaait in den zaaityd, by<br />

zal niet oogsten in den tyd des<br />

oogstes, Er zyn weinig akkers onvruchtbaar,<br />

maar 't getal der trage<br />

landbouwers is groot .<br />

46) En nogmaals sloeg by tegen<br />

de deur des mans die niet gezaaid<br />

had . Maar de discipelen begrepen<br />

hem niet .<br />

184 Zoo, denk ik, zal er gestaan hebben in den grondtekst,<br />

en wy zyn meely schuldig aan Origenes die veel pyn heeft geleden<br />

door 't letterlyk opvatten van de verkeerde overzetting . Ik<br />

heb eerbied voor Origenes . Hy geloofde, en handelde naar dat<br />

geloof . Ik die niet geloof, heb vryheid hem niet natevolgen . Maar<br />

hoe de geloovers zich a f maken van den wenk in vers 12 -- vers<br />

12 van den Mattheus uit den bybel, ditmaal - hoe zy kunnen<br />

goedpraten dat ze niet doen wat Origenes deed ,om des hemelryks<br />

wil" zie, dat begryp ik niet . Welke theologiae doctor wil<br />

me dat uitleggen 2<br />

Het gewone antwoord - dat nooit opgaat - gaat vooral hier<br />

niet op . Door namelyk to zeggen . „o, dat was 'n voorschrift<br />

voor de menschen van then tyd, dat gaat ons niet aan" vergeet<br />

men dat dit voorschrif t, op zekeren tyd toegepast, van zonderlingen<br />

invloed wezen zou op de volgende tyden . 't Opvolgen van<br />

den wenk in dat twaalfde vers, zou alle andere wenken en lessen<br />

overbodig gemaakt hebben . 't Is 'n soort van „exit menschdom en<br />

de gordyn valt."<br />

185 . Ja, die Origenes is me lief . . . als 'n Elberfeldsche wees !<br />

Geloof wat ge wilt, maar handel naar uw geloof . Dit vind ik<br />

by Christenen zoo weinig . Hoe, die Jezus is voor sommigen de<br />

zoon van God? Voor anderen 'n onzondig wezen, 'n edel mensch,<br />

n wysgeer, 'n leeraar, 'n hervormer . . .<br />

Hoe menigvuldig ook de nuances zyn, waarmee de Christenen<br />

hun voorganger kleuren, daarin komen alien overeen dat zyn<br />

woorden wetgevend gezag hebben . Ik althans heb nog niet gehoord<br />

van 'n sekte die stelselmatig het verbindende der voorschriften<br />

van Jezus ontkent, Voor alien is, zoo ver my bekend is, zyn<br />

woord de waarheid, niets dan de waarheid, al de waarheid .<br />

Welnu, dit hindert my zoo in de Christenen, dat zy die niet<br />

den moed hebben dat domme zieldoodende stelsel to veranderen<br />

wat de woorden aangaat, zoo gemakkelyk zich weten aftemaken


00 MEN VAN MVLTATT"LI .<br />

van de daden die uit dat stelsel - volgens hun lezing - zouden<br />

moeten voortvloeien .<br />

186 . Ik heb in veel opzichten eerbied voor Jezus, maar volstrekt<br />

niet voor 't zoogenaamd Christendom . Er zyn door Jezus<br />

dingen gezegd die ik geloof - schoon ik ze niet geloof omdat<br />

by 't zeide - maar in 't christendom-zelf geloof ik niet . Ik ontken<br />

't bestaan van dat christendom . *) Ik heb 't nooit ontmoet,<br />

nooit waargenomen, en ben overtuigd dat Jezus, op aarde terugkomende,<br />

heel verwonderd wezen zou to hooren dat men zich<br />

naar hem noemde .<br />

Ik heb 'n neefje die spelfouten maakt en zich daarom Multatulist<br />

noemt . Wat zou m'n aanhang groot wezen als dat opging .<br />

*) Jezus is driemaal gekruizigd. Eens door de Joden, vervolgens<br />

door z'n levensbeschryvers (6b, 92) en eindelyk door de Christenenzelf.<br />

Hy had nooit kwaadaardiger vyanden dan de laatsten .<br />

187 . Het christendom bestaat voor 'n groot deel uit neefjes<br />

die spelf outen maken . Maar dat zyn niet de ergste vyanden van<br />

Jezus . De ergste zyn de manners van geven en nemen, van ,hier<br />

wat of en daar wat by" al naar 't in hun kraam to-pas komt .<br />

Onlangs zag ik joodsche weeskinderen wandelen met 'n suppoost.<br />

Deze Rep rechtop, zuchte niet en ook de kinderen schenen<br />

vry-wel en in 't minst niet „aangegrepen ." Alleen hadden ze lange<br />

jassen aan en groote hoeden op, zoodat ze er uitzagen als ouwe<br />

heereR door 'n omgekeerden tooncelkyker gezien . Een christelyke<br />

straatjongen schold de jodenweesjes uit :<br />

- Heerejesis, wat een hoedjevol ! Zeg, jy, is dat een jurk van<br />

j e grootvader 2<br />

Dit sneed me door de ziel . Zonder to denken aan welken tekst<br />

ook, sprak ik den suppoost aan . Ik had eenige moeite hem to<br />

doen voelen dat ik geen kwaad in den zin had . Na eenig terreinpeilen<br />

kwam ik voor den dag met de vraag of ik then armen kinderen<br />

eenig genoegen mocht verschaffen .<br />

't Was me namelijk of ik my aansprakelyk rekende voor de<br />

onbeschoftheid van den straatjongen, die blond was als ik, Germaan<br />

als ik, gedoopt als ik . Ik voelde solidariteit .<br />

De suppoost antwoordde beleefd, vond m'n aanbod vricndelyk,<br />

maar . . . weigerde geld aantenemen, want het was Sabbath .<br />

- Niet waar, kinderen 2 vroeg by .<br />

- Ja ! riepen ze allen als uit een mond, j a m'nheer, 't is Sabbath I<br />

Nu weet ik wel dat er geen mogelykheid was den Sabbath to<br />

ontkennen - 't was nu eenmaal saterdag - maar de kinderen<br />

hadden in hun Loon iets kunnen leggen wat denken deed aan<br />

aarzeling of spyt . Dit deden ze niet. Er klonk 'n flink martelaarschap<br />

uit hun toestemmen, iets als : ,Sabbathhouden of sterven."<br />

Och, ik had zoo to doen met al de kleine Origenessen, die zoo<br />

heldhaftig zich besneden van 'n stukje koek !


IDEEN VAN MULTATUL I . 91<br />

Zoo doet gy, christenen, niet ! Ik geloof Diet aan uw Christendom,<br />

ik ontken 't bestaan van uw Christendom, zoolang ge Diet<br />

evenals die jodenkindertjes uw wet handhaaft ook tegen zin, lust<br />

en belang . . . zoolang ge niet uw nageslacht vermoordt, zooals<br />

die kerkvader .<br />

Maar denk nu niet dat ik dit vermoorden en die joodsche wettelykheid,<br />

op zich zelf beschouwd, mooi vind .<br />

188 . De voorschriften die de bybel geeft omtrent de behandeling<br />

van de vrouw, aangaande de plaats die zy inneemt in de<br />

maatschappy, zyn zoodanig dat ik ze fatsoenshalve niet mag naschryveh<br />

in m'n IDEEN . De vrouw wordt weggegeven, verkocht<br />

verruild', uitgeleend als 'n rund . Ja, ze staat beneden 't rundvee .<br />

Men snydt haar familiaar in stukken , en gebruikt de brokken<br />

van haar lichaam als konvokatiebrief j es of billets de faire part .<br />

(Richteren XIX) . En, dit hebben we gezien . Jezus stelt haar nog<br />

lager, hij ignoreert de vrouw . Hy wist middel to vinden het<br />

huwelyk to bespreken, zonder haar to noemen zelfs . Het huwelyk,<br />

iets waarby toch 'n vrouw to-pas komen zou, dunkt me, al sloot<br />

men haar overal uit !<br />

Maar ik stap of van de voorschriften, van de wet, om to spreken<br />

over de zeden en 't gebruik. Ik zeg nu niet meer ; Christenen !<br />

wat hebt gy van de vrouw gemaakt? Ik vraag u, Nederlanders,<br />

wat gy daarvan gemaakt hebt ?<br />

189 . De bewoners van 'n land zyn Diet vry of onvry door de<br />

Wet . De maat van vryheid wordt bepaald door de zeden .<br />

Frankryk is onder Napoleon niet vry, zegt men, en als men<br />

z'n wetten leest, schynt die meening zoo heel ongegrond niet .<br />

Maar de bewoner van Frankryk beweegt zich, ondanks die wetten,<br />

vryer dan 'n Nederlander .<br />

Wanneer wij 't getal en de belangrykheid onzer handelingen,<br />

die voorgeschreven of verboden zyn door de Wet, vergelyken<br />

met al de daden die we verrichten of nalaten, gedwongen door<br />

de Zeden, zullen we zien dat we eigenlyk met de Wet al heel<br />

weinig to maken hebben, en dat Mar invloed op ons doen en<br />

laten zeer onbeduidend is in-verhouding tot de dingen, die 'n gevolg<br />

zyn van gebruik, gewoonte en sleur .<br />

Geen wetgever, al gebood by over tienmaal meer soldaten dan<br />

't getal inwoners van 'n land, zon durven bevelen wat nu de<br />

zeden voorschryven . En omgekeerd, we buigen ons onder zeden<br />

die we niet zouden aannemen als ze waren voorgeschreven door<br />

'n wetgever, hoe machtig ook .<br />

Dit nu wilde ik even in 't voorbygaan zeggen, dat er - buiten<br />

Azie - weinig landen zyn waar de zeden grooter dwingelandy<br />

uitoefenen dan in Nederland . De politieke vryheid die wy inderdaad<br />

bezitten baat ons weinig, daar ze gesmoord werd onder 'n


92<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

hoop land- stad- dorps- buurt- huis- en familiegebruikjes, (lie ons<br />

inderdaad maken tot de Chinezen van Europa .<br />

190. Staatkundige vryheid is 'n goede zaak, maar 't is niet<br />

de moeite waard die to geven aan 'n Volk, dat zichzelf aan banden<br />

legt waar 't niet noodig is .<br />

Wat baat het of de kooi van 't vogeltje wordt opengezet,<br />

als 't arme dier dom genoeg was z'n slagpennen uittetrekken, of<br />

als 't in vliegen geen lust heeft .<br />

191 . Om invloed to hebben op de wetten, is 't genoeg minister,<br />

of lid van de Tweede-Kamer to wezen. Om iets to veranderen<br />

in de zeden van 'n yolk, moet men meer zyn dan dat .<br />

't Is gemakkelyker een nieuwe belasting opteleggen dan, byv .<br />

die leelyke ronde hoeden van de mannen afteschaffen . De grootste<br />

geweldenaar zou den moed niet gehad hebben die dingen intevoeren.<br />

En als by 't gewaagd had zou er zeker opstand gekomen zyn .<br />

192 . Geen Wet was ooit zoo kleingeestig en barbaarsch als<br />

de Zeden. Een misdadiger wordt gestraft met gevangenis, zoo<br />

lang . . . . de zeden voegen daarbij : levenslange verachting . De wet<br />

spreekt van ingezetenen . . . . de zeden van onderdanen . De wet<br />

zegt : de Koning . . . . de zeden : Zyne Majesteit, De wet geeft keus<br />

van kleeding. . . . de zeden schryven zulke kleeding voor. De wet<br />

beschermt het huwelyk in z'n burgelyke gevolgen . . . . de zeden<br />

maken van 't huwelyk 'n godsdienstigen, zedelyken -- dat is<br />

zeer onzedelyken - band . De wet, hoe ze ook de vrouw mishandelt,<br />

blyft haar Loch altijd nagenoeg beschouwen als minderjarige<br />

of als iemand die onder kurateele staat . . . . de zeden maken<br />

de vrouw tot slavin. De wet staat toe dat men natuurlyk ter<br />

wereld komt, de zeden plagen, vervolgen, mishandelen 't kind<br />

dat 't leven intreedt zonder pas, De wet geeft zekere rechten<br />

aan de ongehuwde moeder - meer zelfs dan aan de getrouwde<br />

- de zeden stooten die moeder uit, straf f en haar, verdoemen<br />

haar . De wet, op 't stuk van legitieme portien, spreekt van kinderen.,<br />

. . de zeden maken verschil tusschen jongens en meisjes ;<br />

wat de maat betreft van opvoeding en onderwys . De wet erkent<br />

noch vordert belastingen dan vastgesteld op die wyze, met die<br />

voorzorgen . . . . de zeden doen ons schatting betalen aan ydelheid,<br />

domheid, dweepery, geestdryving, gewoonte, bedrog . De wet behandelt<br />

wel de vrouwen als minderjarigen, maar belet niet -<br />

niet rechtstreeks althans - haar ontwikkeling . . . . de zeden dwingen<br />

de vrouw onwetend to blyven, of althans waar ze 't niet is :<br />

onwetend to schyn en .<br />

De wet drukt nu en dan, de zeden altyd.<br />

Zoo dom is geen wet, of er zyn zeden dommer,<br />

Zoo wreed is geen wet, of er zyn ruwer zeden .


IJ)EEN VAN AIULTATULI . 9 3<br />

193 . En dat is altyd zoo geweest, Er, stond niet in de Wet<br />

van Mozes, dat de man 't recht had z'ti vrouw aan stukjes to<br />

snyden, omm die to gebruiken tot visitekaartjes of circulaires . Maar<br />

in de Zeden scheen 't wel to liggen . Althans we lezen in Richteren<br />

XIX geen woord van afkeuring, noch van verwondering<br />

zelfs, over die in ons oog zonderlinge wys van korrespondeeren .<br />

Zoo vinden de menschen altyd middel om to bewyzen dat de<br />

slechtste wetten to goed voor hen zyn .<br />

194 . Welke wet gebiedt de verwaarloozing van de opvoeding<br />

uwer dochters? Welke, dat ge uw vrouwen maakt tot onbezoldigde<br />

huishoudsters ? Pat doen de Zeden .<br />

Welke wet schryft voor, uw kinderen inaar school to zenden,<br />

en hun opvoeding uittebesteden tegen kwartaalhuur? Pat doen<br />

de Zeden. (15)<br />

Waar is de wet die u dwinA uw kroost to laten choroformizeeren<br />

door dominee Splitvezel? Pat doen de Zeden .<br />

Waar wordt u verboden uw gezin Genot to geven ? Waar gelast<br />

het to plagen met kerkgaan, preekpluizery, katechizatie en<br />

oefening in allerlei dingen (lie 't noodig heeft omdat ze niet bestaan!<br />

Pat doen de Zeden .<br />

Waar staat geschreven dat ge den uwen 'n ,geloof" moet opdringen<br />

dat guelf hebt opgegeven sedert lang? Pat doen de<br />

Zeden .<br />

Waar is bepaald dat uw vrouw niet mag meespreken over de<br />

belangen van uw huis, dat Loch ook haar belangen zyn, en over<br />

d6 belangen van haar kinderen? Dat doen de Zeden .<br />

Waar wordt voorgeschreven dat ge uw dochter ter-deure uitzet,<br />

als ze u 'n kind toont (]at de vrucht is van liefde, van verrassing<br />

.,,, ja, al ware het maar de vrucht van lust en lichtzin -nigheid ?<br />

Dat doen de Zeden. *)<br />

Waar eindelyk is bepaald dat 'n flauw, lafhartig : ,dat is zoo<br />

'tgebruik!'wettige reden wezen zou ter verschooning voor 't<br />

schenden der hoogste, alleen heilige wetten van 't gezond verstand?<br />

Pat doen de Zeden .<br />

*) Zie hierover zekere noot op de Yajansche Gesprekken in de - Verspreide<br />

Slukken-,<br />

195 . Wat maakt ge van onze dochters, o zeden! Ge dwingt<br />

haar tot liegen en huichelen . Ze mogen niet weten wat ze weten,<br />

niet voelen wat ze voelen, niet begeeren wat ze begeeren, niet<br />

wezen wat ze zyn .<br />

,,Pat doet geen meisje . Pat zegt geen meisje . Pat vraagt geen<br />

meisje. Zoo spreekt geen meisje!'<br />

Ziedaar schering en inslag van de opvoeding . En als dan zoo'n<br />

arm ingebakerd kind gelooft, berust, gehoorzaamt . . . . als ze heel


94 IDEEN VAN IMULTATULL<br />

onderworpen haar lieven bloeityd heeft doorgebracht met snoeien<br />

en knotten, met smoren en verkrachten van lust, geest en gemoed ., 1 1 ,<br />

als ze behoorlyk verdraaid, verkreukt, verknoeid, heel braaf is<br />

gebleven - dat noemen de zeden brag f! - dan heeft ze kans<br />

dat doze of gene lummel haar 't loon komt aanbieden voor zooveel<br />

braafheid door 'n aanstelling tot opzichtster over z'n linnenkast,<br />

tot uitsluitend-brevetmachine om zyn eerwaard geslacht aan den<br />

gang to houden . 't Is wel de moeite waard!<br />

196 . Zou er ook misschien 'n fljne - neen, I n zeer grove -<br />

ironie liggen in Mattheus XIX? Parbleu . . . . daar hebben we 't!<br />

Jezus doelde op de wenschelykheid om 't geslacht der Kappelmannen<br />

to laten uitsterven . Larochefouca -uld heeft gelyk: men<br />

moot geen tekst afkeuren zonder then van alle kanten bekeken<br />

to hebben.<br />

Nu zie ik in waarom de kapellui van dien tyd Jezus bedoeling<br />

niet verkozen to begrypen, ofschoon by hun begrip trachtte optescherpen<br />

met 'n hartig : ,vie 't vatten kan, vatte het!" Ligt<br />

daarin niet de zin onzer spreekwys over 't aantrekken van schoenen<br />

door wien ze passen ?<br />

Ik laat dus Mattheus XIX, in z'n geheel, en doe afstand van<br />

m'n voorgestelde nieuwe lezing . 't Was ook dom van my to<br />

meenen dat ik hem kon verbeteren, of de vertalers, of de overschryvers<br />

. . . . ik zal 't nooit weerdoen .<br />

En - zie eens die schrif tuitlegge -nde werking van M'11 IDEEN!<br />

- nu wordt ook dat donkere zevende hoofdstuk uit den brief<br />

aan de Corinthiers duidelyk . Wat me daarin vroeger scha-ndelyk<br />

voorkwam en vuil, vertoont zich nu rein en verheven . Wel zeker<br />

is branden beter dan kappelteelt, wel zeker! Paulus had groot<br />

gelyk. Hy zegt - in wat meer woorden en met wat omslag -<br />

precies hetzelfde wat ik in den Havelaar m'n vriend Droogstoppel<br />

toeriep . Alleen gaat by verder dan ik . Hy is radikaler. Ik laat<br />

maar 66n persoon stikken, en in de aangehaalde teksten wordt 'n<br />

heel ras uitgenoodigd om wegteblyven . Dat noem ik entierisme!<br />

197 . Als dan zoo'n meisje heel ineengefrommeld braaf is heeft<br />

ze kans op trouwen . Heerlyke bestemming! Zy die vroeger met<br />

breikatoen - en kinderlyke onderdanigheid - de kousen stopte<br />

van papa, mag voortaan met echt vrouwelyke onderdanigheid en<br />

- breikatoen - de kousen stoppen van then jonkman . De breikatoen<br />

wordt 's winters wol, maar de onderdanigheid blyft in alle<br />

saizoenen tot in eeuwigheid zonder amen .<br />

En, ze mag meer! Ze mag kousies mazen der kindertjes van then<br />

jonkman . Ook mag ze die kinderen zoogen, wiegen, verzorgen . Ja,<br />

ze mag sterven in 't kraambed .<br />

Ook mag ze flu - begryp eens die vryheid! - zy die thuis<br />

naar bed moest v66r elven zooals eei fatsoenlyk kind betaamt, ze


IDREN VAN MULTATULT . 95<br />

mag nu den ganschen nacht opbiyven . Ze mac, waken voor het<br />

bedje van 't kind des jon ,-,-on mans .<br />

En meer nog . 's Morgens ma- zo hem vragen of-i goed geslapen<br />

heeft . Ze mag hem 't ontbyt gereedmaken voor by naar z'n<br />

zaken" gaat .<br />

En als-i t"huis komt mag ze tevreden wezen met de hm!'s en<br />

de ja!'s en de zoo ?'s, die papa overhield van 't aan de ,zaken"<br />

of in de Societeit uit ,eg- eveii kapitaal van papa's geest en gemoed .<br />

En ze mag luisteren als papa spreekt enn zwy(yen als papa knort,<br />

en papa wryvenn met kastanje-olie als-i rhumatisch is . En ze mag<br />

als papa met 'n paar vrin(lea zit to praten over al de pret die ze<br />

hadden v66r hun huwelyk, haar kaniertjen opzoeken om daar to<br />

gaan zitten peinzen over de schitterende belooning van haar deugd .<br />

-<br />

193 . Maar ik wil nu niet spi~ek - en over onbeloonde deugd, over<br />

meisjes die niet huwen, over haar die Aden genade vonden in de<br />

oogen des jonkmans . 't<br />

wat anders .<br />

Z1--d velen toeschynen dat ik spreek over<br />

De natuur is weldadig . Ze moot w6l doen - en dus weldoen -<br />

in alles wat Zn (loot, omdat uiet-w6ll doers haar doodvonnis wezen<br />

zou . De minste afwijking van haar plicht, van de wet der Noodzakelykheid,<br />

zou in vreeselyk toenemende progressie uitloopen op<br />

verwarring in 't geheel, op zelfmoord . De geringste vorkrachting<br />

van den Aard der dingen heeft - niet terstond, maar wel dadelyk<br />

en spoedig -- de verwarring van alle dingen ten-gevolge. Die<br />

verwarring komt in zoover neer op vernietiging, als men zeggen<br />

kan dat iets Wet bestaat, wanneer men, of van de som zyner eigenschappen<br />

wat aftrekt, of die eigenschappen-zelf vernietigt . Wat<br />

hetzelfde is . Want de veriiietiging eerier eigenschap bewerkt -weer<br />

in oneindig snel toenemende progressie - de vernietiging<br />

van alle eigenschappei-,i., en lets z6nder eigenschappen is Niets. In<br />

't voorbygaan wil ik bier die progressie schetsen in twee voorbeelden<br />

.<br />

Wanneer men een streng draadgaren wil vormen tot een kluw,<br />

windt men then om 'n haspel . Als nu by 't gelydelyk afwinden<br />

de draad haakt en sAynbaar verstrikt in nevendraden, en men<br />

meent dat beletsel uit den weg to ruimen door 't ontstrikken van<br />

den nietbestaanden knoop als men ,doorsteekt" - ontstaat juist<br />

dddrdoor 'n tal van werkelyke strikken of knoopen die later niet<br />

kunnen worded ontwikkeld zoii der 't veroorzaken van nieuwe knoopen<br />

. Wanneer men zichh lien draad oneindig denkt, vermeerdert ook<br />

het aantal knoope a tot, in 't oneindige, al ware de redo der geometrische<br />

progressie sleehts 2, de kleinste redo die in dit geval bestaan<br />

kan . Een oneindig-groote strong draad, met 'n onei*,ndig getal knoopen<br />

of strikken, ware geen draad moor . Behalve (Tesoort der grondstof,<br />

zouden allie deelen der bepaling van 't dc-iikbeeld : draad verloren<br />

zyn ueguaan _<br />

. Jazelfs (lie grondstof zou veranderen, wyl doze<br />

11


96 TDEEN VAN MULTATTJLT .<br />

haar hoedanigheid ontleent aan de wyze waarop de deelen onderling<br />

vereenigd zyn, en die wyze van vereeniging zou veranderen door<br />

de oneindigheid der strikken en knoopen .<br />

De natuur nu, steekt nooit door . Liever : ze steekt niet door,<br />

niet die eerste maal waaruit hoofdzakelyk de verlokking tot het<br />

volgende doorsteken voortvloeit .<br />

Een tweede voorbeeld. Gy hebt 'n berekening to maken, 'n<br />

redeneering in cyfers . In den beginne stelt ge ergens ten-onrechte<br />

x + (of -) y in plaats van x . Die y is zoo klein dat<br />

het byvoegen of aftrekken daarvan u voorkomt geen, of geen<br />

belangryken invloed to hebben op de waarde van x. Maar x ondergaat<br />

bewerkingen, veel bewerkingen, en de ten-onrechte afgetrokken<br />

of bygevoegde y deelt daarin, Het afwyken van de uraarheid<br />

wordt hoe langer hoe grooter . I3et baat zelf s niet dat sommige<br />

bewerkingen de onjuistheid van sommige anderen te-niet doen<br />

- 't gebeurt zelden dat 'n tweede doorsteek de eerste als ongeschied<br />

maakt, en al ware dit het geval in de vergelyking, in de<br />

Natuur is 't zoo niet ! --- de onj uistheid van y te-veel of y teweinig,<br />

groeit aan naarmate x meer keeren wordt behandeld .<br />

In de Natuur is alweder 't aantal keeren der behandeling van<br />

x oneindig, dus ook oneindig de maat der onjuistheid van de fout<br />

die ik uitdrukte door y. *) De werking van die Natuur is in den<br />

meest strikten zin : eenvoudig . Ze heeft namelyk maar een middel,<br />

dat tevens doe] schynt : aantrekking. (172) Al wat bestaat, heeft<br />

neiging tot samenzyn, tot vereenigen, tot ineensmelten, tot eenzyn .<br />

Met die neiging wordt ook de mensch geboren . Ik ga nu al<br />

de overige verschynselen welke daaruit voortvloeien voorby, om<br />

my to bepalen by de hoofduitdrukking der algemeene wet, tot de<br />

Liefde, omdat - misschien juist wegens de algemeenheid der<br />

werking van deze wet - ze nergens zoo duidelyk kan worden<br />

waargenomen als in 't geslachtsleven . Hoe men ook - meer of<br />

min willekeurig altoos - de lief de verdeelde in soorten, overal<br />

vervult die hoof duvet de voornaamste, misschien de eenige rol . En<br />

nergens ligt de noodzakelykheid van die wet zoo duidelyk voor<br />

ons oog . Wel nemen wy de ,aantrekking" in alles waar, doch<br />

niet overal, ja nergens blykt zoo duidelyk- de behoefte aan die<br />

neiging. W ie ziet hoe twee stof deelen zich vereenig en, kan no,<br />

altyd ontkennen dat die vereeniging doel of 'n aanwysbaar gevolg<br />

heeft, al erkent by 't feit . Maar de neiging by den individu van<br />

*) Deze uitdrukking is inkorrekt . De Natuur maakt geen fouten, en 't<br />

heeft dus geen zin zich to verdiepen in de gevolgen van misslagen die<br />

ze niet begaan kan . Dit was dan ook m'n bedoeling niet. Ik wilde doen<br />

in 't oog vallen dat elke door ons begane fout, in de nauwkeurige boekhouding<br />

van het zyn blyft doorloopen tot de uiterste fatale konsekwentie,<br />

die produkt of som is van het oneindig aantal keeren inwerkende behandeling.


IDEEN VAN MULTATULI . 9<br />

't dierenryk tot aanhangen, tot samenzyn, tot eenzijn, brengt het<br />

bewijs van hare noodzakelykheid met zich . Ieder ziet in, hoe nietvereenigen<br />

hier synoniem wezen zou met vernietigen .<br />

Ik beweer *) dat die synonimiteit overal bestaat, en dat ze maar<br />

in het geslachtsleven gemakkelijk is waartenemen .<br />

*) Beter : ik gis . Misschien heeft er bevruchtivg plaats by elke aanraking<br />

van atomen .<br />

199 . Onder den invloed der wet van aantrekking staan dus ook<br />

onze dochters . Ik doe afstand van aile - meestal uitgevonden en<br />

voorgewende - onderscheidingen in de soort van aantrekking. Deze<br />

spreekt van zinnelykheid, gene van reinheid . flier wordt deugd<br />

genoemd, daar wulpsheid . Men heeft allerlei liefden uitgevonden<br />

geestelijke, verhevene, platte, dierlyke, sentimenteele, grove, fyne,<br />

betamelyke, schandelyke, verhef f ende, reine, vernederende, zinnelyke<br />

en platonische lief den . . .<br />

Breid de onderscheidingen - meestal ydele - zoo ver ge maar<br />

wilt uit, overal blyft de hoofdzaak : liefde, dat is : aantrekking,<br />

neiging tot vereeniging .<br />

Waar nu aan deze neiging wordt toegegeven - zedelyk en stoffelyk<br />

- kan het meisje voldoen aan haar bestemming, dat is<br />

Mensch zyn .<br />

Waar voortdurend die neiging wordt te-keer gegaan, kan het<br />

meisje niet voldoen aan haar bestemming .<br />

200 . We hebben zeden uitgevonden, we passen die toe, we<br />

beweren die to moeten handhaven . . . zeden welke in aanhoudenden<br />

stryd zyn met de hoofdwet der Natuur .<br />

We meenen die Natuur to moeten tegengaan in haar streven .<br />

We willen haar dwingen tot stilstand waar ze beweging eischt .<br />

Tot alleenzyn, waar ze haakt naar verbinding . Tot scheiding, waar<br />

ze aandringt op vereeniging . We dringen ons als plicht op, die<br />

N atuur to verkrachten .<br />

i)eze verkrachting - of de voortdurende vruchtelooze poging<br />

daartoe - noemen we Deugd.<br />

Onze geheele opvoeding van de meisjes is 'n moorddadige opstand<br />

tegen het goede .<br />

201. Maar vruchteloos is die poging ! De Natuur laat zich niet<br />

weerhouden . Er is 'n spreekwoord in 't latyn, dat op haar doelende,<br />

zegt : jaag haar weg met 'n hooivork,, toch komt ze weer !<br />

.1 a toch komt ze weer . . . maar de wonden van de nydige vork<br />

heeft ze ontvangen. Die wonden bloeden, zweeren, kankeren . . . .<br />

en 't arme kind (tat we maakten tot studie-exemplaar van onze<br />

hooivork-braafheid, teert we,, bezwykt en sterft als 'n slachtof-<br />

IDEEN I. 7


98 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

fer - een van de duizenden - die we, jaar-in jaar-uit met vrome<br />

wreedheid voorwerpen aan den minotaurus onzer zeden .<br />

202. Juist : Minotaurus ! t Is 'n veelslachtig wezen met 'n<br />

muil als een statenbybel, en 'n reusachtige breikous tot achterlyf<br />

dat uitloopt in 'n borduurnaald . En de naam van 't monster is<br />

hysterie !<br />

Het eet meisjes, meisjes, altijd meisjes . . .<br />

En als er 'n Theseus komt, die 't leelyk dier op den kop slaat,<br />

noemt ge dien Theseus 'n slechten kerel .<br />

Ouders, die uw kinderen liefhebt, moogt gy de bondgenooten<br />

zyn van 't beest 2 Moogt ge hem z'n buit gereedmaken, toezenden,<br />

in de kaken werpen ?<br />

Of is 't plicht uw dochters to beschermen tegen z'n vraatzucht 2<br />

Met uw laf f e zedelykheids-komedie wil ik niets to maken hebben.<br />

Ik zeg u dat ik stryden zal tegen den minotaurus, met of<br />

zonder uw hulp . Dat gebied me myn zedelykheid !<br />

En ik zal overwinnen, dat verzeker ik u ! Reken er op dat zeer<br />

veel Ariadnes my den leiddraad gaven en geven zullen om behoorlyk<br />

wegtevinden in den doolhof !<br />

Ik zal overwinnen . Want ik zal 't dubbeldier to voorschyn halen<br />

uit z'n kronkelgangen, en 't voorslepen op myn terrein : het<br />

Licht .<br />

Ik zal het dwingen z'n leugenkop aftewenden waar ik 't myn<br />

schild voorhoud : de Waarheid !<br />

Ik zal 't laten verdoemen en veroordeelen tot ondergang door<br />

'n beroep op myn kampvechter : het Menschelyke in den mensch !<br />

Ik zal 't afmaken met 'n paar slagen van myn zwaard : het Woord !<br />

Ouders, die verlekkerd zyt op den zielemoord uwer dochters, verbiedt<br />

haar myn woorden to hooren . . .<br />

Ouders, die u verlaagt tot slachters en keukenjongens voor de<br />

tafel van 'n gedrocht, zeg vry aan uw slachtvee dat ik de draak<br />

ben die 't wil verslinden, waarschuwt vry uw kinderen tegen myn<br />

invloed . . .<br />

Ik tart u my dien invloed to ontnemen .<br />

Ik tart u to bewerken dat uw kroost my schuwe .<br />

Ik tart u to beletten dat over tien jaren, en vroeger reeds myn<br />

IDEEN 't gebouwtje bmwerpen, dat ge met bebloede hand hebt<br />

saamgeknoeid uit de materialen van uw domme godslasterlyke wreede<br />

zedelykheidsbegrippen .<br />

De verandering der begrippen over dit onderwerp, sedert ik in 1862<br />

deze woorden schreef, is zeer groot . Ook de voorspelling in den aanhef<br />

van 203, is letterlyk uitgekomen, en - als gewoonlyk! - men<br />

heeft my de fout aangewreven die ik bestryd . Ik zou party getrokken<br />

hebben voor Hysterie. Zoo ook was Havelaar, die de wet wilde<br />

gehandhaafd zien, 'n onruststoker . Straks zal men vertellen dat ik 'n<br />

burgerkroon vraag voor Duymaer van Twist!


IDEEN VAN MULTATULI . 99<br />

Hoe dit zy, er komt verandering in onze begrippen over -Deugd.<br />

en men begint intezien dat het geslachtsleven daarin 'n verkeerde<br />

rol heeft gespeeld . 1k stel me voor, dit ontwerp zoodra mogelyk uitvoeriger<br />

to behandelen, vooral naar aanleiding van 'n werk dat onlangs<br />

in Engeland is uitgekomen, en zeer te-recht grooten opgang<br />

maakt . De titel is Elements of social Science, or physical, sexual and<br />

natural Religion.<br />

Behoudens zeer vele aanmerkingen die ik op dat werk to maken<br />

heb - ik verzet me namelyk ten-sterkste tegen de zoogenaamd-practische<br />

slolsommen van den my zeer antipathieken schryver - noem<br />

ik zyn Elements een der nuttigste boeken die ooit verschenen . Daarin<br />

worden wanbegrippen aangetast, die sedert 'n eeuw of wat allernoodlottigst<br />

werken . Het wordt waarlyk t,yd onze begueule maatschappy<br />

to genezen van haar dom en wreed miskennen der Natuur . Onze<br />

fatsoenszeden zyn schandelyk .<br />

De duitsche vertaling - naar den negenden engelschen druk -<br />

kost slechts anderhalve gulden, en is getiteld : Grandziige der Gesellschafts-wissenschaft,<br />

oiler f hysische, geschlechtliche and natiirliche<br />

Religion . Berlin, bei Elwin Slaude . Lezer, schaf u dat boek aan ! Maar,<br />

nogeens, men meene niet dat ik des schryvers konkluzien aanbeveel .<br />

Integendeel. Liever gddn raad dan zdd'n raad !<br />

Noot van 1879 . Bedoeld wer k is seder lang in 't hollandsch vertaald,<br />

en werd druk besproken .<br />

203 . Voor ik den stryd aanvang tegen de misdadige bescherming<br />

die onze zeden verleenen aan hysterie, wil ik worden uitgescholden<br />

over de laatstvoorgaande IDEEN . 't Is me niet to doen<br />

- of, zooals ze dat noemen, mooi - to schryven. Het 'is my to<br />

doen om den stryd to winnen dien ik aanving, en daarom breek<br />

ik hier eensklaps . Om zeker to zyn dat de meisjes lezen zullen<br />

wat ik zeg - want tot hddr wil ik spreken, en niet tot de verbybelde<br />

of verburgerde ouders - om daarvan zeker to zyn, moetik<br />

eerst m'n IDEEN laten plaatsen op den index van verboden<br />

boeken . Ik wil invloed hebben, en waar 't me ontbreekt aan talent<br />

of kracht, roep ik om dien invloed to bekomen de hulp in van<br />

't verbod .<br />

Die taktiek heb ik geleerd van 'n vriendin . . . de Natuur. Ook<br />

zy werkt krachtiger, naarmate zy meer wordt belemmerd .<br />

204 . Op den omslag van de eerste aflevering myner IDEEN<br />

heb ik gezegd dat ik niet alle brieven kan beantwoorden, die aan<br />

my in m'n hoedanigheid van publiek persoon gericht worden . Dit<br />

is waar . Uit alle oorden van 't land ontvang 'k betuigingen van<br />

sympathie en van antipathie, vrag en om inlichting of om toelichting,<br />

pogingen om my terugtebrengen van m'n verkeerde denkbeelden<br />

. . . 't is 'n ware sneeuwval waaronder men my begraaft .<br />

In zekeren zin doet me dit genoegen. 't Is 'n bewys dat de<br />

gisting aanwezig is, die ik zal noodig hebben om to veranderen<br />

wat me verkeerd voorkomt. Ik neem dan ook zeer nauwkeurig


100 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

nota van alles wat men my schryft, hier en daar om de belangrykheid<br />

van de brieven-zelf, en - waar die ontbreekt - om ze to<br />

beschouwen als bydragen tot de teekenen des tyds .<br />

Pie my schryft kan verzekerd wezen dat z'n schryven invloed<br />

heeft, al waar 't dan ook niet juist zulken invloed als by of zy<br />

zich voorstelde .<br />

Maar wat het antwoorden aangaat, men bedenke dat ik alleen<br />

ben, dat ik stryd-voer tegen zeer vele vyanden die - om nu eens<br />

't allereenvoudigste to noemen - ieder voor zich, in materieel<br />

opzicht zelfs, my vele malen in kracht te-bovengaan .<br />

Op de behandeling, byv. van de indische zaken heb ik - en<br />

behoor ik to hebben - meer invloed dan 'n minister dien men<br />

gister niet kende en wiens naam morgen zal vergeten zyn . Maar<br />

dit belet niet dat de natie aan zoo'n minister zoolang by aan 't<br />

bestuur is, 'n plaatsje aanwyst waar by rustig zitten kan, dat by<br />

wordt bygestaan door afgerichte sekretarissen . . . dat men hem<br />

turf en hout verstrekt . . .<br />

Zoo'n minister heeft geen wetskoncept aftebreken omdat z'n<br />

vrouw en kinderen in nood zyn, of omdat het rookt in z'n ministerie . .<br />

Ik hoor dat de nieuwe verwarmingstoestellen niet voldoen.<br />

Nu ja . . . zoo-iets gebeurt zelden . En Us dit eens het geval is,<br />

Tel, dan wordt de portef euille heel voorzichtig overgebracht naar<br />

'n ander lokaal. En ik? Och, als myn kachel rookt, of als ik<br />

geen brandstof heb . . .<br />

Dan breek ik m'n IDEE of . . . zooals ge ziet?<br />

205 . Dat moeten al die briefschryvers bedenken . Ik zal den<br />

Hellespont over, ik zal voortzwemmen . Ik heb de breedte van<br />

den stroom gemeten, en de kracht myner slagen berekend . . .<br />

ik zal er over . Ik wil! Maar by die berekening heb ik geen plaats<br />

kunnen inruimen voor wat adem om antwoord to geven aan allen<br />

die heel rustig op den wal staan met de handen in den zak, en<br />

die me zeer lakoniek komen vertellen dat het mooi weer is" of<br />

vragen „hoe 't me gaat ?"<br />

Niemand late zich hierdoor weerhouden my die mededeeling<br />

of die vraag to doen. Zoodra ik over ben, zal ik antwoorden<br />

„ja, 't was mooi weer" en „heel wel, dankje !"<br />

Misschien, zoo zal ik vragen : , wat deedt gy al den tyd dien<br />

ik zwom !"<br />

206 . Ik zei dat sommige brieven en stukken my belang inboezemden<br />

als teekenen des tyds. Enkelen daarvan zal ik behandelen<br />

in m'n IDEEN. E. g .<br />

Voor eenige dagen ontving ik 'n brochure : , Opmerkingen en<br />

Gedachten over zaken van algemeen belang, door F . P . J. Mulder<br />

en C. de Gavere, studenten." De schryvers boden my dat<br />

met 'n vriendelyk woordjen op den omslag aan .


IDEEN VAN MULTATULI . 101<br />

Ik ontving veel zulke geschenken - eens-voor-al dank! - ik<br />

heb niet altyd loisir of lust den zenders 'n brief to schryven .<br />

Ditmaal echter had ik reden om uitdrukkelyk to bedanken . Ik<br />

was namelyk getroffen door twee byzonderheden . Ten eerste : de<br />

schryvers waren studenten, dat is : ze behooren, wat leeftyd en<br />

werkkring aangaat, tot het Jonge Nederland, tot de adelborsten<br />

op 't schip dat bestemd is bres to schieten in de wallen van 't<br />

vermolmd roofslot, „aan den oever der zee, tusschen Oost-vriesland<br />

en de Schelde! en ten-tweede : die jongelui staken myn vaan<br />

uit. Ze zeggen : „onze leus is vryheid en waarheid, liberaliteit,<br />

en humaniteit ; onze vyanden vinden wy in despotisme en bygeloo<br />

f, slaperigheid, en dweepery."<br />

Die leus is ook myn leus . Die vyanden zyn ook myn vyanden .<br />

Maar dit alleen zou niet genoeg zyn . 't Getal bestryders van de<br />

vyanden is Legio . . .<br />

't G etal vaantj es die m'n kleur drag en, zou als de pylen van<br />

Xerxes' leger de zon verduisteren, wanneer men ze ophief by<br />

't licht van die zon, in-stee van ze saamgerold to bewaren in<br />

'n net foudraaltje, tussehen de voering van z'n rokspand, om ze<br />

schoorhandend en ter-sluik even to ontrollen in 'u nauw vertrekje,<br />

ongezien, met gegrendelde deur, gesloten blinden, by 'n nacht<br />

pitje . . .<br />

Welnu, die beide jonge-lieden ontrollen die vaan, en op hun<br />

krygsroep ; a la rescousse ! was myn plicht to antwoorden : hier<br />

ben ik ! En dat heb ik geantwoord .<br />

Maar zie, 'n paar dagen later ontvang ik 'n brief van twee<br />

andere studenten, die my - wat vorm en inkleeding aangaat,<br />

zeer beleefd - vragen of 't waar is dat ik aan die twee schandvlekken<br />

hunner hoogeschool 'n brief zou geschreven hebben, waarin<br />

onder anderen voorkomt het woord, beste kerels!<br />

,,Dat vertelt men hier . . . wy houden 't voor laster . . . wy<br />

gelooven 't niet voor gyzelf dat erkent, zwart op wit."<br />

Als ik dus met rooden inkt schreef : j a, ik heb 't gezegd!"<br />

zouden ze 't nog niet gelooven .<br />

,,we hebben respekt voor uw kunsttalent . . .<br />

Dat maakt me den indruk alsof men aan Garibaldi 'n kompliment<br />

maakte over z'n juiste denkbeelden omtrent den garnizoensdienst<br />

. Ik heb niets to maken met kunst, kunstigheid, kunstelary,<br />

gekunstelheid, kunstenmaken, en wat dies meer zy.<br />

,,Voor uw kunsttalent, uw waarheidsliefde, aw rechtvaardigheid,<br />

zooals we die meenen optemerken in uw werken . . .<br />

Ei, jongelui, hebt ge dat meenen optemerken in m'n werken!<br />

Ei, ei !


102 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Daar is 'n man die eer, aanzien, toekomst, smyt in 't aangezicht<br />

der misdadige regeering van 'n verbasterd yolk . . .<br />

Daar is 'n man die 't leven van zich en de zynen niet acht,<br />

waar de prys van dat leven deelgenootschap wezen zou aan de<br />

schande van Nederland . . .<br />

Daar is 'n man die als Curtius neerspringt in de gapende kloof<br />

op 't Forum, doch in den sprong vrouw en kin deren meeneemt,<br />

of 't ook sours to weinig ware, 'n romeinsch ridder alleen . . .<br />

Daar is 'n man die elken dag wordt weggeleid in de woestyn<br />

en op de tinne des tempels . . . die elken dag de koninkryke n<br />

deter aarde voor zich ziet uitgespreid als wat lokaas voor z'n<br />

alfval . . . 'n man, die elken dag den Satan wegstoot om to doen<br />

,,het woord dat geschreven staat" in z'n hart . . .<br />

Daar is 'n man die den langen weg kiest naar Golgotha . . .<br />

niet om daar to worden gekruist alleen, maar om to worden gekruist<br />

by elken voetstap . . . weder en weder, en telkens w e-<br />

(ier, ten-pleiziere van Schmoel en konsorten . . .<br />

Daar is 'n man die alles deed, doet, draagde en draagt, leed en<br />

iydt om zyner zaak's wille . . .<br />

Om-den-wille van het recht . . .<br />

En dan komen er 'n paar . . .<br />

„Uwe werken zyn door de respectabele jongelui gelezen en herlezen<br />

. . .<br />

Dan komen er 'n paar „respectabelste" jongelui dien man vert<br />

ellen dat ze uit z'n werk meenden to hebben opgemerkt dat by<br />

iiefde had voor waarheid en rechtvaardigheid !<br />

Ei, respectabelste jongelui, hebt ge dat inderdaad meenen to<br />

merken ?<br />

Schaamt u !<br />

En gy, zoogenaamde hoogleeraren onzer zoogenaamde hoogescholen,<br />

treedt af, en neemt patent als laagleeraren die ge zyt . 't Is<br />

uw schuld, uw schuld, uw grootste schuld, jeugdbedervers !<br />

Hoe, ge leert onze jongelingschap preeken en bidden, pleiten<br />

en ontleeden, taalknoeien en prozodie, wetuitleggen en schriftgeeerdheid<br />

. . . - en by dat alles - neen, door dat alles - ver-<br />

-eet ge hun to leeren wat 'n mensch is ? Uw „respectabelste" jont;<br />

elui praten van kunsttalent tegen iemand die nooit dacht aan kunst ?<br />

Ze zien slechts een boek, 'n menigte letters en woorden in zekere<br />

volgorde gedrukt op papier, in de protesten tegen Nederlandsche<br />

;ohande en Nederlandsche misdaad ? Ze hebben van u slechts geieerd<br />

klanken en frazen to beoordeelen - en hoe ! - waar daden<br />

geschied zyn ! Treedt af, zeg ik u, weest eerlyk en doet afstand<br />

van de anders zoo schoone roeping om meetewerken tot de vervulling<br />

der Spes Patriae die voor 'n deel in uwe handen is . . .<br />

helaas !<br />

Hoe, ge praat, preekt, katechizeert, leest diktaten voor van 't<br />

j aar nul, en by dat alles - meer : door dat alles' - vergeet ge


IDEEN VAN MULTATULI . 103<br />

dat er maar 6611 bron is, een bron van groote gedachten : het hart ,, '<br />

Schande over u, schriftgeleerden !<br />

En gy „respectabelste" jongelui, die meendet optemerken dat ik<br />

liefde had voor waarheid en rechtvaardigheid . . .<br />

Onder erkenning uwer wonderlyke scherpzinnigheid, en om u<br />

to overtuigen dat uw meening redelyk juist is, geef ik u den raad<br />

uw alma mater vaarwel to zeggen en plaats to nemen in de een<br />

of andere kruieniery . Miss,chien ook is er 'n vakature by de drukkery<br />

van 't tractaatgenootschap . Daar kunt ge u vergasten op letters,<br />

woorden, frazen . . . zonder eind .<br />

En in dien winkel, of op die drukkery, tusschen 't plakken van<br />

'n paar peperhuisjes, of 't zetten van twee vodjes over „Zoendood"<br />

en , Genade" . . . tusschen die bezigheid in, als ge wat tyd hebt<br />

Sch aana t u !<br />

207 . Sedert weken heb ik 'n brief op m'n tafel liggen, van<br />

A . v . S. to Z . Ik heb dien niet beantwoord . Ik wilde wachten<br />

tot ik wat gal in de pen had, en me kon behelpen met een duidelyk<br />

: zie boven . Zie boven, m'nheer A . v. S. to Z. Schaam u . . .<br />

gy, tusschen twee akten !<br />

208. Daar heeft waarlyk, volgens de couranten, to Detmold<br />

een geloovige z'n zoon de keel afgesneden . . . a la bonne heure !<br />

Hy had wat hout opgestapeld en was bezig 't lyk daarheen to<br />

sleepen, toen . . . hij'n ram zag, met de hoornen verward in 't struikgewas,<br />

denkt ge `z<br />

Och peen, er was geen ram . D e „Heere" zond 'n paar buren<br />

die den man 't lyk afnamen . Die domme buren beweerden dat<br />

men z'n kinderen niet mocht verbranden .<br />

,, Hy had den Heere zyn eerstgeborene willen of f eren" zei de<br />

man . . .<br />

En, o schande, o vloek, o godvergeten heerelooze brutaliteit<br />

van de Detmoldsche policie . . . . dien man hebben ze in arrest<br />

genomen !<br />

Verbeeld u, Abraham op Moria, gekneveld als 'n misdadiger<br />

en voor 'n rechter ter instructie gebracht !<br />

En de Heere laat zoo'n policie maar begaan !<br />

Dat kan niet zyn .<br />

Ik gis dat de ram die absent was toen deze man zyn Izaak<br />

doodde, eensklaps zal optreden als plaatsvervanger, zoodra die geloovige<br />

wader door de wereldsche macht zal worden behandeld als<br />

moordenaar van z'n kind . . .<br />

Of - ja, zou is het - als krankzinnige.<br />

Maar weer moet ik betuigen zoo'n krankzinnige nader to staan<br />

dan de half-geloovers . Ik beklaag dien man, maar ik begryp hem .<br />

Ik veracht de ellendelingen die met hun vroom gewawel hem


104 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

hebben gek gemaakt, zonder - let wel ! - ooit hun eigen kinderen<br />

den hals of tesnyden .<br />

Zoodra ik weer 'n dominee hoor preeken over : ,Aaaabraham,<br />

den aaaartsvader, een toooonbeeld voor geloooovigen" zal ik zeggen<br />

Ga voor, S. V. P.! Na u, als 't je belieft !<br />

Voor weinig tyds is ook to Antwerpen zoo'n abrahamsoffer<br />

g ebracht. Die aartsvader is nu opgesloten . 't Zal me benieuwen<br />

of z'n nageslacht eenmaal zal kunnen worden vergeleken met<br />

zeezand . (Vgl . Noot op 1257) .<br />

209 . Voor weinige dagen werd 'n jong meisje, behoorlyk bebraafheid,<br />

begodsdienst en behuishoud, door haar familie weggebracht<br />

naar 'n krankzinnigen-gesticht to Utrecht .<br />

Een dame, die in dat gesticht het opzicht heeft over de vrouwelyke<br />

zieken, zeide tot de familie :<br />

- Onze voorschriften zyn eenvoudig . Zachtmoedigheid is de<br />

hoof dzaak. Voorts, dat spreekt vanzelf, licht, lucht, a f leiding,<br />

beweging, gepaste uitspanning . . .<br />

By 't naar-huis gaan werden deze voorschriften besproken door<br />

de verwanten der acme patiente, en 'n jongere zuster vroeg den<br />

vader<br />

- Licht, luclit, a f leiding . . . beweging . . . gepaste uitspanning<br />

? . . . Maar, vader . . . als we daarmee waren begonnen<br />

voor onze arme zuster krankzinnig werd ?<br />

Wat die vader antwoordde, weet ik niet . Maar ik zeg : 't ware<br />

hem beter geweest dat hem 'n molensteen was om den hals gedaan<br />

. . . met toebehooren, een sekonde voor zyn huwelyk, dan<br />

zoo'n vraag to moeten aanhooren uit den mond van z'n kind, dan<br />

zoo'n vraag van z'n kind to verdienen .<br />

Zoo zyn ' er veel vaders wien ik molensteenen aanraad, of wat<br />

gehoorzaamheid aan Jezus' wenk in Mattkeus XIX .<br />

210. 't Is niet waar dat 'n kind onderdanigheid en liefde<br />

schuldig is aan z'n ouders .<br />

Dat ellendig voorschrift is uitgevonden ten-gemakke van ouders<br />

die gebrek voelden aan geestelyk overwicht, en to lui waren of<br />

to droog van hart om lief de to verdienen .<br />

211 . Aan myn kinderen . Ge zyt nog wat klein, en zoudt me<br />

nu niet begrypen, maar eenmaal zal de tyd komen dat ge leest<br />

wat ik hier zeg . Welnu, als ik me ooit tegen u beroep op m'n<br />

vaderschap . . . lacht me uit !<br />

Als ik ooit u onderdanigheid voorschryf . . . bespot my !<br />

Als ik ooit liefde van u vorder . . . omdat . . . omdat . . .<br />

hoe zal ik zeggen ? Lief de, omdat er eenmaal iets geschiedde


IDEEN VAN MULTATULI . 1 .05<br />

waarby ik volstrekt niet dacht aan u . Lief de, omdat ik iets verrichtte<br />

voor gy bestondt . Liefde, omdat . . .<br />

Vult aan, kinderen, ge zult dit kunnen als ge ryp zyt om to<br />

lezen wat uw vader schreef, vult aan !<br />

Als ik ooit liefde vorderde daarom . . . werpt my met vuil !<br />

Lacht me uit, bespot my, werpt me met vuil als ik ooit onderdanigheid<br />

of lief de vorder . . . daarom !<br />

Verbeeldt u dat die by beltekst in de Geboden" verknoeid is<br />

door vertalers . Ja, ja, zoo is bet . Gelooft me, er staat : haat uwen<br />

vader, dan zult gy lang leven!" Beproeft bet eens !<br />

1k wou wel eens 'n ,Heer" zien, die de macht had u to beletten<br />

uw moeder lieftehebben, al loof de by tien lange levens<br />

uit, in tien landen tegelyk ! Met of zonder bybeltekst, voor of<br />

tegen bybeltekst, met of zonder gebod, zullen zy en ik uw liefde<br />

weten to verdienen door lief de . %Vie dat ni et kan, heeft op<br />

lief de geen aanspraak !<br />

Uw onderdanigheid zal bestaan zoolang en voor-zoover myn<br />

geest meer ontwikkeld is dan de uwe, omdat ik 'n paar tientallen<br />

jaren vroeger begonnen ben. Die spanne tyds zult ge weldra<br />

hebben ingehaald, vooral daar ik helaas zoo dikwyls staan<br />

bleef op m'n weg !<br />

Kinderen, ge zult my niets to danken hebben dan wat ik voor<br />

u deed na uw geboorte, en zelfs dat niet . De liefde vindt haar<br />

loon in zichzelf .<br />

Och, waart ge reeds zoo ver dat ge m'n IDEEN kondet lezen,<br />

en alles wat ik bewaar voor u alleen . Och, hoorde ik 't reeds<br />

- Wy hebben u lief, o vader, maar ge hadt daartoe niet<br />

noodig onze vader to zyn !<br />

212 . Arme vader, die niets zyt dan dat ! V reest ge niet als<br />

ge uw kinderen 'n rekening voorhoudt van zeker voorgewend<br />

offer, dat ze u eenmaal zullen antwoorden<br />

- Ik vind dat ge wel wat beters hadt kunnen doen !<br />

Arme waders ! Neen, misdadige vaders !<br />

213 .'t Is zonderling dat zoovele menschen zich verstouten kinderen<br />

to hebben .<br />

In Artis *) ken ik 'n oppasser die met de tygers weet omtegaan<br />

. Een ander is geschikt voor de vogels . Ook de kunstmatige<br />

vischteelt heeft z'n specialiteiten . Maar kinderen houdt ieder (438) .<br />

I) De zoologische ruin te Amsterdam voerl, tot, kenspreuk Natura<br />

Artis Ma'-istre, en wordt naar 't middelste van die woorden genoemd .<br />

214. Artis en kinderen . Voor aeht jaren bezocht ik de school<br />

waarop ikzelf bad geleerd dat men 't woord men >ch moet schryvell<br />

met c. h . Waarom weet ik nug niet .


106 IDEEN VAN MULTAT(JLI .<br />

Ik was uit Indie vertrokken met het voornemen die school to bezoeken,<br />

en al had ik dit niet willen doen uit eigen begeerte om de<br />

plaats weertezien, waar ik zoo byzonder knap ben geworden, ik moest<br />

wel. Veel ouders namelyk in Indie hadden 't onderwys en de opvoeding<br />

van huff kinderen uitbesteed by den onderwyzer van diezelf de<br />

school . By m'n vertrek verzochten ze my hun kinderen to gaan zien<br />

Ik beloof de dit, en heb 't gedaan .<br />

Ik hield then onderwyzer voor 'n braaf, en - in zeer gewonen<br />

zin - voor 'n bekwaam man .<br />

Hy mishandelde de kinderen niet. Hy gebruikte ze niet als dienstboden.<br />

Hy beschouwde ze niet als indische koeien voor z'n hollandsche<br />

melkery op kleine schaal . . , zie, dat alles was by hem<br />

niet het geval. In 't voorbygaan moet ik u zeggen dat dit op vele<br />

hollandsche kostscholen die zich zoo byzonder toeleggen op de ontwikkeling<br />

der kinderen van onze indische broeders" wel 't geval<br />

is . Daarvan weten sommige ouders op Java to spreken !<br />

Welnu, de man was gemoedelyk braaf. De godsdienst - zie,<br />

ik geloof ditmaal 'n ong ehuichelde ! - speelde de hoof drol zooals<br />

ge zult bemerken als ge lezen wilt wat my met hem weervoer in<br />

Artis .<br />

Want daar kwam ik op zekeren morgen met de kinderen teland,<br />

nadat ik ze vroeger met m'n beste vermogens wat genoegen had<br />

verschaft door ze meetenemen naar komedie of concert .<br />

De onderwyzer was meegegaan . Ik zag er zeker uit als 'n sekondant.<br />

Ons troepje jongens, 'n behoorlyke trap der jeugd van<br />

de onnoozele tweeklanken of tot de lyzige halfgare rhetoriek toe,<br />

had op den weg in 't gelid geloopen . Maar in den dierentuin verspreidden<br />

zy zich . Althans zoo meende ik . Doch later bleek me<br />

Fiat ze heel trouw waren byeengebleven .<br />

Wie nu geen verstand heeft van Zoologie en Opvoeding, zou<br />

meenen dat de een keek naar den leeuw, de ander naar de papeg<br />

aaien . Dat de een by de slangen stond, de ander by 'n hyena .<br />

Mis !<br />

Waar zyn de anderen? - vroeg m'n onderwyzer die met<br />

my had plaats g enomen aan ' n taf eltj e - waar zyn de anderen ?<br />

Hy vroeg dit aan 'n klein kereltje dat even zichtbaar was aan<br />

't eind van 'n laan .<br />

- By de apen, m'nheer !<br />

En m'n onderwyzer zette ons gesprek voort, dat afgebroken was<br />

door z'n wensch om to weten „waar de anderen waren ?"<br />

Zoodra ik 'n komma-punt ontwaarde, maakte ik daarvan gebruik<br />

om hem to vragen of by gehoord had wat die kleine jongen geantwoord<br />

had<br />

- Jawel, ze zyn by de apen . Ik wit u dus zeggen dat . . .<br />

Weer wachtte ik 'n komma-punt, en vroeg no,geen,s<br />

Hebt ge gehoord wat by antwoordde


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

-- Wel zeker : ze zyn by de apen daar is geen water . Ik beweerde<br />

dan . . .<br />

By de derde komma-punt viel ik hem weer in de rede . . .<br />

't Vervolg hierna (380) . Ik breek of omdat ik plaats noodig heb<br />

voor 't volaend IDEE.<br />

215 . Wie wat betoogt, en noodig oordeelt z'n betoog voorttezetten<br />

tot de laatste syllogisme, wie noodig heeft z'n konkluzie to noemen<br />

expressis verbis . . . zie, ik geloof dat zoo iemand niet goed betoogd<br />

heeft . (269<br />

't Zou me verdrieten, lezer, als ge niet ver genoeg waart gevorderd<br />

in Zoologie - en Opvoeding - omm nu nog niet to weten dat<br />

'n troep jongens, losgelaten in 'n dierentuin, zich niet verspreidt,<br />

maar dat ze met allergewilligste involging der wetten van assimilatie,<br />

affiniteit, kohaesie, attraktie - meer of min kapillair - zich<br />

vereenigen tot 66n kompakte massa om de apenwarande .<br />

Wist ge dat niet, gy onderwyzers, ouders, opvoeders ?<br />

Wist ge dat niet? Ge moest het weten .<br />

En . . . m66r zoblogie' Ge behoordet ook to weten waarom 'n troep<br />

jongens in Artis zich altyd verzamelt by de Apen-warande .<br />

Daarom schonk ik u met genoegen al uw kennis der leer van<br />

I' mooie handje" kwyt, en van 't ,rechtzitten" en van de ,scherplange<br />

of kortstompe ee's en van de verzoening van het bloed des kruises<br />

." 0, v661 wetenswaardigheden van die soort .<br />

En n6o, meer zo6logie' Ook moest ge weten wat er to doen was<br />

tegen die apen-attraktie . Welke andere neiging tot vereeniging door<br />

u inoest worden opgewekt, oin die neiging tekeer to gaan .<br />

Dit alles weet ge niet, gy onderwyzers, opvoeders, ouders gy die<br />

u vermeet , kinderen to houden . „Of . . . a ls ge 't weet, noem ik u<br />

dubbel misdadig .<br />

10i<br />

*) Beter inisschien : wat er to doen volt om to bewerken dat die apenstudie<br />

geen verkeerden invloed heelt .<br />

216 . De Koning konit in de stad . Dat is wel verdrietig voor me .<br />

Ik zal u zeggen waarom .<br />

Nu hangt men vlaggen uit. Een daarvan waait heen-en weer voor<br />

m'n venster, zoodat het my rood en blauw warrelt in de oogen, ell<br />

ik belet wordt dit IDEE to schryven . Want Ideen hebben helderheid<br />

noodig.<br />

Daarom zal ik maar wat bespiegelingen houden over de verkeerde<br />

plaatsing van sommige dingen . Een steep die nut doet op den<br />

weg of in 'n niuur, zou onaangenaam wezen in de maag . . . rood<br />

met wat zon er door . . . Ik wou dat die vlao , 'k weet niet waar was<br />

. . . slechts dddr niet, voor m'n venster niet!<br />

Om gods-wil, 'k heb behoefte aaii licht, I


108 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Ik kan weer zien . Ik was bezig met de verkeerde plaatsing . . .<br />

blauw schemerlicht . . .flap ! . . . rood daarover . . . 'k zit in paarse<br />

duisternis . . . zie, de zon moireert die kleuren . . . ik behoor<br />

niet onder zoo'n viag to zitten, en daar hoort die viag niet . 't Vervoig<br />

als ik weer zien kan .<br />

'k Wou liever dat de Koning . . . 't vervolg hierna !<br />

. . . . . . . . . . .<br />

Ja, zoo zyn er veel dingen verkeerd geplaatst ! 'n Speld in 't oog,<br />

Engeland to Gibraltar, 1k hier, en daar die viag . . . ik moet het opgeven<br />

!<br />

. . . . . . . . . . . . . . .<br />

Zoo'n steen in de maag, hoort daar niet. Zoo'n speld in 't oog,<br />

hoort daar niet . Die viag . . , 't vervolg hierna !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Waar zoo'n steen t'huishoort en dienst-doet weten wy . En die<br />

viag . . . 'n koninkryk voor 'n vloek !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Die viag, o Koning van Nederland, o Staatslieden van Nederland,<br />

o Volk van Nederland, die viag behoort to wapperen in den Arcllipel<br />

van Insulinde waar onze broeders worden meegevoerd, tot slaaf<br />

gemaakt of geslacht, door zeeroovers !<br />

Daar hoort die viag ! Daar Volk, Regeering en Koning van Nederland<br />

! Daar hoort zy, zeg ik u !<br />

En ze moet niet hier my hinderen in 't schryven van m'n IDEEN<br />

Dat behoorde zy niet to doen, zeg ik u ! Ik laat me niet hinderen . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Daar plakt ze weer voor 't raam, en zuigt zich vast . Wat rood<br />

en wit en blauw . . . 't is donker . . .<br />

Welnu, ik wil zien ! Ik tart die vlag my 't schryven to beletten !<br />

Ik wil zien, ik zie !<br />

Madder maar voort, o viag, in oneerlyke veiligheid ! Ben je niet<br />

bang voor wat regen, voor wat stof ? Zie je al die kappellui daar<br />

beneden op de straat ? Schrik niet ze zyn onschadelyk . . . ze rooven<br />

niet met lans of zwaard of scherpen klewang . . .<br />

En verheug u, weldra zal men u wat rust geven na uw goeverneur-generaals-parade<br />

dienst! Er ligt een net foudraaltje van wasdoek<br />

gereed ! Daar ga je in, vlag . . . wel to rusten !<br />

Maar my dwingen tot werkeloosheid, door je dom plakkerig lichtbedervend<br />

gezwabber en gezwets tegen m'n venster . . . dat zult ge<br />

niet . . . daartoe tart ik u !


IDEEN VAN MULTATULL 109<br />

217 . En ik tart elke macht, op welk gebied ook - in den Staat<br />

in de Kerk, in de Iluisgez -innen . . . overal! -- ik tart elke macht<br />

to beletten dat M'n IDEEN invloed hebben op den loop der zaken . Ik<br />

tart ieder my to smoren!<br />

Ik wil zien, en ik zie! Ik wil schryven en ik schryf. Ik wil omwerpen,<br />

wegruimen, opbouwen, en ik zdl dat alles doen . . .<br />

Maar dat het me makkelyker vallen zou als ik niet zeeziek werd<br />

gemaakt - daar is ze Aveer : ik schryf door . Ze valt beschaamd terug<br />

. . '. juist! - dat (lit, alles my makkelyker vallen zou als ik niet<br />

werd gehinderd door zooveel domheid van' n katoenen lap, dat is waar .<br />

In 's hemelsnaam, dan maar 't moeielyke!<br />

218 . Maar dat ze my zeeziek maakt, blyft de verdrietige waarheid.<br />

Uit wanhoop ga ik nu 'n verslag geven van 't bezoek des eersten<br />

franschen keizers to Breda, in Mei 1810, zooals dat is opgesteld<br />

door 'n bewoner van die stad . Voor de echtheid sta ik borg. Wie lust<br />

heeft, kan 't origineel by my komen zien . . . och neen, dan kryg ik<br />

bezoek . Geloof me maar liever . Dat verslag is slecht gesteld, slecht<br />

geschreven, byna ondrukbaar . Toch wil ik er Been letter in veranderen<br />

. Primo, om die vlag to foppen . Ik gun haar niet eens de voldoening<br />

dat ik moeite heb om to zien, zend m'n verslag naar de<br />

drukkery, en ga met gesloten oogen zitten denken in 'n hoekje . -<br />

Maak me dat eens moeielyk, o vlag! - Secundo, om door den slechten<br />

styl van 't relaas duidelyk to doen blyken dat het niet van my is :<br />

Ik namelyk schryf heel mooi . (126) Men kan uit dit verslag leeren :<br />

Hoe volgzaam protestantsche leeraren zyn .<br />

Hoe ondeugend de katholieke .<br />

Hoe die volgzaamheid werd geprezen .<br />

Hoe de stoutigheid werd berispt .<br />

Hoe welsprekend Napoleon I was . . .<br />

Dit zeg ik in vollen ernst . Ik ben jaloersch op z'n boutades, Z'n<br />

speech is inderdaad napoleontisch . Och, alsjhy eens lezingen had moeten<br />

houden . . . ik kan er van yzen . Ook by zou gebersten zyn!<br />

Hoe rekbaar de Schrift is voor wie daarmee weten omtegaan en<br />

vooral hoe bruikbaar de tekst over Caesar!<br />

Zie, Nederlanders dit alles hebt gy to danken aan uw roemryke<br />

vlag . . , 't oranje van hiernaast schynt door het blauw .<br />

M'n duisternis is groen ditmaal . . .<br />

Daar, jongen, daar hebje kopie, druk maar op!<br />

- Geen noten, m'nheer?<br />

- Neen.<br />

Ristorie verhael van het gebeurde ter aandiening welke Z . M.<br />

den Keyser en Koning heeft gelieven to verleenen in de plechtsaal<br />

van het geregtshof to Breda den 6 van Bloeimaand 1810,


110 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

De Keyser houdende de Keyserin by de hand, en ingevolgte door<br />

H.H. M .M. den Koning en Koningin van Westphalen door Z.K en<br />

K.H . den Prins EUGENIUS, onder Koning van Italien, die de Hertogin<br />

van MONTEBELLO staaddame geleide, trad in de plegtzaal, alwaar de<br />

groote ambtenaren van het ryk tegenwoordig waren . Z .H . den Prins<br />

van Nuschtel en Wagran, de maarschalken, Hertog van Bassano, van<br />

Istrie, van Rougs, (?) van Tirol, de groot minister van de binnenlandsche<br />

zaken, de graaf van (onleesbaar) de Kamer Heer van den<br />

dienst, den marrakies van Argensoie profect van de twee (onleesbaar)<br />

(Moet zyn : NETHEN), een dame van het palys, een Kamer dame en<br />

Enige andere Heeren van het Keyzerlyk Hoff .<br />

De Hooge vierschaar .<br />

De Schepen bank .<br />

De Roomschen geestelykheid (welke niet in plegtgewaad waren .)<br />

De bedienaars der hervormde kerk. Die op ordere van den Gouverneur<br />

in Costume waaren .<br />

De prottestantschen kerken raad alle waren in Enen kring gerangscheerd,<br />

buiten de baalie van de plegtzaal waaren Enige andere Colegis<br />

en vele andere personen .<br />

Den Keyserin ging zitten en de Keyser dede op staande voed de<br />

ronde . Zyde tegens den president van het hof : gy zyt den president<br />

van het hof van appel ? Waar op deze antwoorde Ja Siere ! Hoe<br />

veel zielen rekend gy dat er onder uw juris dictie zyn ? 400 1000<br />

Siele . Waar appeleert men van uwe vonnissen? to Amsterdam . Daar<br />

na met de vinger wyzende op de onderscheidene Collegien wyzende<br />

zyde Z .M, gy zyt de regtbank van de eerste instantie, gy zyt de regtbank<br />

van koophandel, gy de geestelykheid ; bleef staan voor de vicarius<br />

die z'n aanspraak in de hand houdende zyn Compliment uit<br />

sprak Cefeleerde . (?) Den Keyser zonder hem to antwoorde zyde,<br />

waar zyn de protestantschen predikante ? toen werd de Heer TEN<br />

OEVER leeraar der Waalsche kerk met den taberd gekleed zynde,<br />

aan het hoofd der gansche protestantsche geestelykheid en den kerkenraad,<br />

aan den Keyser voorgesteld door Z .H . den Prince van Nuschatel<br />

en Wageran, en na die gewoone pligtplegingen deden den<br />

Heer TEN OEVER aan zyne Majestyd de navolgende aanspraak :<br />

SIERE !<br />

De Geestelykheid en de afgevaarde der Hervormde en Prottestantsche<br />

kerken hebben de eer Uw K . en K . majesteid hunne Eerbiedige<br />

hulde to betuigen . De leerstellingen der protestandsche die door den<br />

zaamenloop der g ebeurdenissen nieuwe onderdanen van Uw onmetelyk<br />

Ryk geworden zyn, kunnen onveranderlyke grondbeginselen zyn<br />

van in alles wat er gebeurd, de hand van eenen heiligen, wyzen en<br />

goeden voorzienigheid to eerbidigen, geven aan den Keyser dat des Keysers<br />

is en ik rekenen het myn Plicht Heere! uw K . en K .M . to verzekeren,<br />

dat wy dat bevel intusschen gehoorzaam aan uw opperheer, wy weten<br />

het Siere, dat nooyt, vooral van de herroeping van het edict van<br />

Nantus die hervormde zooveele voorrechten in Frankryk genooten<br />

hebben als onder het oppergebied van Uw K . en K .M . deze overtuiging<br />

strekt ons tot waarborg dat wy deelen zullen in de bescherming<br />

van den grooten Opperheer die God over ons gesteld heeft dat<br />

by ons zal bewaren by die voorrechten, die wy tot nog toe genoten<br />

(onleesbaar) hebben ; en wy hebben de Eer al onze belangen aan Uw<br />

doorluchtig Huwelyk bevestig (onleesbaar) die bevredigens van geheel


IUEEN VAN MULTATULI . 111<br />

Europa (onleesbaar) en ons order uw opperbestuur de wenschelykste<br />

uitwerkselen daarvan doen ondervinden .<br />

Z .~MI. Zeer aandagtig tot bet einde toe dezes aanspraak aangehoord<br />

hebbende, antwoordde daarop .<br />

Het is zeer wel, gy hebt gelyk, ik bescherm gelykelyk alle Eerdienste<br />

. De protestanten in Frankryk genieten dezelfde voorrechten<br />

die de Catolyken genieten, en in dit departement moeten de Catoliken<br />

dezelfde voorregten genieten als de Protestanten . Zoo uwe kerke<br />

to groot of to menigvuldig zyn moet gy die verdeelen, omdat ik een<br />

volkomen gelykheid wil hebben tusschen alle l,,erediensten, gy moet<br />

als broeders leven .<br />

Den Keyser vroeg aan den Heer TEN OEVER : Mynheer, waarom<br />

zyt gy aldus gekleed ? gy zyt in costuum, waarop dezen antwoordde<br />

Siere, het is een bevel - viel hem in de rede, en zyde de Keizer<br />

bet is wel, het is een gewoonte van het land . Zich alstoen naar<br />

de Roomschen Catolyken geestelykheid wendende, vroeg hy : en<br />

waarom dan Gy lieden, hebt gy ook uwen priesterlyke overrok niet aan ?<br />

gy zegt priesters to zyn, maar wie zyt gy, Prokureurs ! Notaarissen<br />

of Boeren ? Hoe ik kom in dit departement alwaar de meerderheid uit<br />

Catolike bestaat, die door den Koning mynen broeder meerder voorregten<br />

verkregen hebben . En ik koomc om uw alle met de anderen<br />

gelyk to stellen en ondertusschen begind gy met my niet na behooren to<br />

bejegenen, gy durft uw aldus voor myn to verzetten, gy klaagt over<br />

de onderdrukkingen die gy onder bet oud bewin van dit land geleden<br />

hebt, rnaar gy toont door uw gedrag dat gy zulks wel hebt verdient<br />

. Thans komt een Roomsche gezind vorst over uw regeeren, en<br />

die eersten daad van oppergezag dien ik heb moeten uitoefenen, is<br />

geweest om twee van uw pastoors, zelfs uwen apostolischen vicarius,<br />

to doen arresteren, ik heb hem gevangen doen zetten en ik zal ze<br />

doen straffen, en bet eersten woord dat ik uit den mond van een<br />

hervormde predikant hoor is : geef aan den Keyzer dat des Keizers<br />

is . Zie daar de leer welke gy moet onderwyzen, slegthoofden ! Neemt<br />

een voorbeeld aan dien Heer (wyzende met den vinger op den Heer<br />

TEN OEVER) . Hoe ! ik hebben altyd in den Protestanten getrouwe onderdaanen<br />

gevonde, ik heb er 6ooo to Parys, en 8oo.ooo in myn<br />

ryk, en er is geen een, daar ik reede van klaagen over heb ! gy hebt<br />

de Protestanten belasterd door die aan myn voor to stellen als menschen<br />

die grondbeginselen leren, strydig met de regten van den Souvereyn<br />

. Ik hebbe geen beter onderdaanen dan de Protestanten, ik bedien<br />

my van dezelven in myn palys to Parys ; ik geven er hun de<br />

vryen toegang, en bier wil een handvol dweepzieke Brabanters zich<br />

tegen myn oogmerken verzetten, slegthoofde daar gy zyt, zoo ik in<br />

de leer van BossUL (I?ossuez ?) in de grondstellingen van de gallicansche<br />

kerk geen grondbeginselen had gevonden die met de mynen<br />

overeen stemde, zoo bet Concordaat niet aangenomen was, zoude ik<br />

protestant zyn geworden en 30 millioen Franschen zouden des anderen<br />

daags myn voorbeeld nagevolgd hebben .<br />

'Mar gy weetnieten als gy zyt, welken Godsdienst onderwyst gy<br />

lieden? Kent gy de leerstelling van het Evangelic wel die zegt van<br />

to geven a an den Keizer dat des Keizers is? JEZUS CHRISTUS zelf<br />

heeft die niet gezegd : niyn Koninkryk is nih •t van dezen werel d? en<br />

de pans, en gylieden zoud ow met (le zaaken van myn Ryk willen


112 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

bemoeyen, onkundigen ! gy wild voor uw opperheer den Keyzer niet<br />

bidden, wild gy ook ongehoorzaam zyn ? Ik draag er de papieren<br />

bewyzen van in myn zak (ter zelver tyd op de zak slaande) en zoo gy<br />

in zulke grondstellingen volhard, zuld gy hier beneden ongelukkig<br />

zyn, en in de andere wereld hier namaals verdoemd zyn . Vervolgens<br />

zich tot den vicarus wendende, vroeg zyn Majestyd zyt gy den Apostolische<br />

vicarus ? wie heeft uw dat gemaakt ? is het de paus by heeft<br />

er geen recht toe, ik ben het die bisschoppen aansteld .<br />

Daarna sprak den Keizer tegen alle Roomschen geestelyken zeggende<br />

: gy wilt niet bidden voor den Souveryn, omdat een priester<br />

van Roomen myn in de band heeft gedaan . Wie heeft aan een paus<br />

het recht gegeven om een Souveryn in den band to slaan ? Waarom<br />

hebben LUTHER en CALVIEN zich van de kerk geschyden ? het was<br />

de schandaad van uw aflaten die zich hebben doen verzetten tegen<br />

de paus ! het is nog LUTHER nog CALVIEN, maar de duitsche vorsten<br />

zyn het geweest die zich aan uw dweepziek juk (niet ?) hebben<br />

willen onderwerpen,<br />

De Engelschen hebben groot gelyk gehad van zich van uw aftesnyden<br />

. Het zyn de pausen die door hunnen weereldlyke kerken regeeren,<br />

kerken heerschzucht, Europa in vuur en vlam gezet en tot<br />

een bloedblad gemaakt hebben ! Gy zoudt wel op nieuw schavotten<br />

en brandstapels willen oprigten, maar ik zal daar zorg voor weten<br />

to draagen, zyt gy van de godsdienstleer van GREGORIUS den 7 ? Ik<br />

niet. Wie is GREGORIUS den 7 ? gy weet het niet ? Zyt gy van de<br />

godsdienstleer van BONIFACIUS, van BENED1CTUS XIV, van CLEMENT<br />

den XII, of die van een andere paus ? Ik niet . Ik ben van de godsdienstleer<br />

van JEZUS CHRISTUS, die gezegd heeft : geeft aan den Keyzer<br />

dat des Keyzers is, en volgens datzelfde Evangelie geven ik Gode<br />

dat Godes is. Ik draag het weerelds zwaard (slaande op den degen)<br />

ik zal het weeten to behouden, het is God die myn op mynen troon<br />

geplaatst heeft, en gy aardwormen, zouden gy er uw willen tegen<br />

kanten? Ik moet aan niemand, dan aan God en JEZUS CHRISTUS rekenschap<br />

van myn doen en laten geven, en Diet aan een paus .<br />

Geloof gy dat ik een man ben gemaakt om de muilen van een<br />

paus to kussen ? Zoo het alleen van uw afhing, zoudt ge myn de<br />

neus afsnyden, gy zoudt myn de haren afsnyden, gy zoudt myn de<br />

kruin scheeren, gy zoudt my in een klooster zetten, zoo als gy Lo-<br />

DEWIJK de goedaardigen gedaan hebt, of my in Afrika verbannen .<br />

Domkoppen, slegthoofden ! bewyst my door het Evangelie van JEZUS<br />

CHRISTUS, de paus als opvolger van ZINT PIETER, voor zyne stedenhouder<br />

heeft aangesteld, en dat by het recht heeft om den Souveryn<br />

in den band to slaan, weet gy niet dat alle magt van God koomt ?<br />

zoo gy aanspraak op myne bescherming wilt maaken, volgt dan de<br />

Leer van het Evangelie op die wyze zoo als den Apostelen die gepredikt<br />

hebben . Zoo gy goede borgers zyt, zal ik uw beschermen .<br />

zoo niet, zal ik uw uit myn Ryk jagen, ik zal uw wyd en zyt verstrooijen<br />

als de Jooden .<br />

Gy zyt onder het bischdom van Mechelen gesteld . Bied uw aan<br />

uwen Bisschop aan, legt er uw geloofsbelydenis of onderteekend het<br />

Canuraal . (? Fen weinij verder staat het woord Concordaat zee.- duidelyk,<br />

maar hier even duidelyk : Conuraal of Canuraal. Wet dat kan heduiden<br />

weet ik niet .) Hy zal uw myne meningen doen kennen, ik zal<br />

eenn anderen bisschop (onleesbaar) Hertoogenbosch stellen .


IDEEN V-AN MULTATULL 113<br />

Is bier een Semienarium? vroeg den Keyzer en op bet bevestig<br />

antwoord, zyde Z .M. aan den perfeekt van de twee Netten :<br />

Myn Fleer, gy zult zorgen dat deezen den Eed op bet Conkordaat<br />

afleggen, gaat dat semienarium bezoeken, en maakt dat men er de<br />

zuivere leer des Evangeliums onderwyst, opdat meer ligte(verlichtefl<br />

manner uit voortkomen, dan deze domooren van leeraren, waar men<br />

dan eene zoo ongerymde leer onderwyst .<br />

Myn heer de perfekt, gy zult de zaken der kerke op eenen gepaste<br />

wyzen voor alle Godsdienste gelykelyk schikken, zoo dat ik er niet<br />

meer van boor spreeken .<br />

Daar na nam de Keyzer de Keyzerin by de hand, ging met haar<br />

na eenige jonge jufvrouwen die buiten de balie van de plydzaal<br />

stonde, welke aan M . de Keyzerin een mantje bloemen aanboden en<br />

aan haar K . K. en K. K . M. M . haar complimenten aflyde, by monde<br />

van juffrOUW DF. Roov (de Oudste) waarop de hertogin van Montebello<br />

genoemde juffrouw een doos leggende aanbood, en daarna begaaven<br />

H . H. M . M. zich in bet rytuig, zynde hetzelven bespannen met<br />

io paarden . En door een eerewacht wierd gelyd tot aan bet einde<br />

van de steenweg, buiten de Bospoort reisde Hoogsdeszelfs met haar<br />

doorluchtige gevolgt door na 'sHertogenbosch .<br />

Ik vindt dit stuk kurieus . Te-meer nog omdat Napoleon III onlangs<br />

(1862) op nieuwjaarsdag denzelfden tekst over 't w6l vervullen<br />

der verplichtingen j egens ,Caesar" heel grondig heeft behandeld .<br />

Maar de tegenwoordige Keizer der Franschen maakt z'n speeches<br />

en de hier meegedeelde kwamm rechtstreeks van 'chart . Zoo gevoeld,<br />

z66 gedacht, z66 gesproken, en . . . servez chaud?<br />

1879, Er is me later gebleken dat Thiers van die gebeurtenis to<br />

Breda melding maakt, en dat bet bier meegedeeld hartig woordje<br />

van Napoleon herhaaldelyk gepubliceerd is . In den Navorscher van<br />

1854 vindt men op bldz . 175 den franschen tekst, met behulp waarvan<br />

de belangstellende lezer de gapingen en oiqnauwkeurigheden van<br />

myn hollandsch hs . go.makkelyk aanvullen en verbeteren kan . Hetzelfde<br />

tydschrift levert alsmede (deel X . blz, 331) den even karakteristieken<br />

uitval waarmee Napoleon, by gelegenheid der audientie to<br />

Laeken, de brusselsche geestelyken heeft opgefrischt .<br />

219. De vlag is weg!<br />

Ik heb 'n dame gekend die blond was, en zeer bevallig . Dat zult<br />

ge terstond zien . Haar echtgenoot was donkerharig . In haar familie<br />

waren allerlei haarsoorten en ook van zyn karat schenen zich allerlei<br />

rassen i-endez-vows to hebben gegeven .<br />

Het oudste kind van die dame was bruin . Daarop volgde een blond<br />

meisje, Toen twee zwarte jongetjes . Vervolgens 'n engelsmannetje<br />

met rood haar en zoinersproeten . Eindelyk eenige Afrikanen met<br />

krulhaar, Brie of vier Celten, 'n paar strooharigen, wat witkopjes,<br />

toen weer kastanje . . . 't, hield iiiet op, en alles door66n En als ze<br />

gedaan had, be on ze \veer . her maiikeerde maar aan dat ze groene<br />

kindertjes kreeg .<br />

Ik maakte die vruchtbare moeder m .'n kompliment over de volledigheid<br />

van haar verzameling, uit'n anthropologich oogpunt .<br />

IDEEN 1 . 8


114 IDEEN VAN MULTATULL<br />

- Maar, eilieve mevrouw, als 't me vergunt is 'n kleine aanmerking<br />

to maken . . .<br />

-- Hoe dan ?<br />

- Een beetjen orde,mevrouw ! Wat regel, dunkt me, tot gemak<br />

der bezoekers van uw muzeum . De klassifikatie is zoo meeielyk .<br />

- M'nheer, denkje dat ik die dingen doe op kommando ? Als 't u<br />

niet de moeite waard. i s m'n troepje recht to zetten, hecht ik niet<br />

veel waarde aan uw anthropologische studien . Ik beval naar 't my<br />

bevalt, en 't bevalt me niet dat het u niet bevalt dat ik niet beval<br />

naar 't u bevalt. 't Bevallen zou me onmogelyk wezen als ik moest<br />

achtgeven op 't bevallen . Zoodra ik me toelegde op bevallen naar<br />

't u bevalt, zou ik spoedig ophouden to bevallen . En al kon ik voortgaan,<br />

't zou u weldra niet bevallen omdat bevallen geen zaak is van<br />

bevallen. Ik blyf dus bevallen naar 't my bevalt, en als dit u niet<br />

bevalt ga dan waar 't u beter bevalt, en beval zelf als 't u bevalt,<br />

maar ik twyfel of ge dan my bevalt omdat de aanmerking waarvan<br />

ge bevallen zyt over 't niet bevallen van myn bevallen, my bewyst<br />

dat gy geen verstand hebt van bevallen. En nu, ga heen als 't u bevalt,<br />

want ik ga bevallen .<br />

Dit voor m'n IDEEN . Wie wil ze rechtzetten ? Ik neb waarachtig<br />

geen tyd, en beval als die dame zonder to vragen of 't bevalt .<br />

220 . De hoogste graad van moed .<br />

221. Vertrouw nooit iemand die nederig spreekt, want by liegt .<br />

222 . Wie nederig speekt van zichzelf, wordt boos als ge hem<br />

gelooft, en woedend als ge hem nazegt w at-i zegt .<br />

223 . Nederigheid is 'n lafhartige - en oneerlyke ! - manier<br />

om wat to schynen .<br />

224. Zeden zyn onrechtvaardige meesters . Ze straffen de afwyk1ligen,<br />

maar beloonen geen gehoorzaamheid Verbeeld u 'n vrouw<br />

die wat sympathie kwam vragen van de maatschappy, omdat ze<br />

Looit over straat was gegaan in sarong en kabaai,<br />

NQoit had laten blijken dat ze wist wat ze wist,<br />

Ggon latyn verstond,<br />

Noctit billard speelde, en<br />

Noojt andere kinderen had gehad dan onnatuurlyke .<br />

225 . 't Is schande voor de mannen, dat de vrouw in faun eigen<br />

schatting hooger staat naarmate ze minder met mannen heeft omgegaan<br />

.<br />

Precies als met die andere Javanen, wier onbedorvenheid in omgekeerde<br />

cede staat tot hun gemeenzaamheid met Christenen .


IDEEN VAN MULTATULI . 115<br />

226 . Ik wou mezelf gaarne eens ontmoeten omm to weten hoe ik<br />

me beviel . Maar 'k moet byzonder goed gehumeutd wezen op then<br />

dag, want ik hou niet van onaangenaamheden .<br />

227 . De heer Thorbecke heeft veel to doeb, als-i ten minste,<br />

met of zonder titel dan, premier is . Hij moet<br />

De Havelaar-zaak uitmaken,<br />

't Zegel op de dagbladen of schaf f en,<br />

Inkomende rechten . . . idem,<br />

Ministerie van eeredienst . . . idem,<br />

Wetten tegen taster en kindermoord . . . idfth,<br />

En nog een-en-ander . . . ja, nog veel meer . Geschieden zal het!<br />

Ik wou hem graag 'n brief schryven, maar ik begryp dat by 't<br />

byna zoo druk heeft als ik.<br />

2 2 7a . (In de vorige Uitgaa f als Noot gedf-ukt ) . Hier blykt dat<br />

m'n geringschatting van den heer ThorbeckO als staatsman (452,<br />

966 vlgg .) geen parti pris was . Gelyk velen tbrwachtte ik in (1862<br />

inderdaad iets van hem. Hy heeft geen enkele der zaken afgedaan<br />

die ik hier op z'n agenda zette . Ret Dagbla zegel is nu afgschaft,<br />

maar door hem niet . Wat de man wel heeft verricht, is my onbekend<br />

. Hy is nu, geloof ik weer minister (18'2) doch zeker weet ik<br />

het niet. 't Boezemt me geen belang meer ii Er staan heel andere<br />

verandering en voor de deur, dan dat gedurif inruilen van lood om<br />

oud yzer .<br />

Uit de schoone redevoering van den heer Wintgens in de Kamerzitting<br />

van 13 November 1871, meen ik to ogen opmaken dat ik<br />

niet te-vergeefs geleefd, gedacht, geleden, gbarbeid heb . Ook anderen<br />

beginnen intezien . . .<br />

Maar wel is 't weer karakteristiek dat ik, zoo kort na't verschynen<br />

van m'n stuk over Specialiteiten, waarop de debatten van die<br />

maand zoo'n scherp afgedrukt zegel zetten! niet genoemd wierd<br />

noch door den heer Wintgens noch door de andere sprekers, al bleek<br />

er dan telkens - byv . uit het nogal boetvaafdig veroordeelen van<br />

schoolmeester-specialiteiten, door Mr. Thorb eke-zelf ! - dat men<br />

myn beschouwingen over de kamerdebatten pal onlangs gelezen had .<br />

Er is iets komieks in die vrees m'n naam tb noemen . Begrypen<br />

die heeren niet hoe- luid dat zwygen spreekt . adat ik zoo kort geleden<br />

in myn Nog eens Vrije Arbeid heb aan 'etoond dat het zoogenaam<br />

Kultuurstelsel op den aard des favatlnschen Volks gebazeerd<br />

was, en dddrom moest behouden blyven, tberden de voorstanders<br />

van dat stelsel als motief voor hun meenin hoof dzakelyk aan<br />

dat de zaak eigenlyk 'n enthnologisch vraagstuk b*trof,'t geen, zeiden<br />

zy, onlangs verzekerd was door . . . 'n Oostenri er i Ook de kapellenvanger<br />

Wallace - 'n opmerker van de minste sbort, waarachtig -werd<br />

tot getuige geroepen ! 't Is waarlyk om to v'ertwijf elen aan z'n<br />

denkvermogen als men bemerkt dat zulke hansworsten 't met ons


116 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

eens zyn . De man spreekt mee over zaken waarvan by 't eerste<br />

woord niet weet . Ter verontschuldiging kan misschien worden aangevoerd<br />

dat-i niet kon voorzien door Nederlandsche Staatslieden to<br />

worden gepromoveerd tot autoriteit . Op Java zou geen koelie 'n<br />

raad van hem hebben aangenomen, maar voor Den Haag schynt<br />

alles - behalve 't goede, natuurlyk ! - goed genoeg .<br />

Wel eohter kon de man voorzien dat de beoefenaars van z'n vakken<br />

- botanie, zoologie, ethnologie, enz .-- z'n werken zouden raadplegen<br />

gelyk dan ook, byv . door Darwin geschiedt . Dit is zeer to<br />

betreuren, en ik zal dezen eerlyken maar nalven denker waarschuwen<br />

tegen zulke berichtgevers . Wat in Wallace ten-eenenmale ontbreekt,<br />

is : de konscientie der wetenschap . Ik neem aan, dat in z'n<br />

werken aantetoonen . Dat de hollandsche vertaling daarvan door Prof .<br />

Veth, in zekeren zin naar my gedoopt is - Insulinde ! - doet me<br />

hartelyk feed . Het is 'n aardig boek voor leeken, en ontleent z'n grootste<br />

waarde aan de zoo korrekte noten van den heer Veth-zelf, wiens<br />

kennis van indische zaken verbazend is. Het verwondert me dan ook<br />

zeer dat Wallace's gebrek aan wetenschappelyke konscientie niet<br />

meer stuit, of althans dat daarvan zoo weinig blykt . Ook Prof . Veth<br />

vergist zich nu-en-dan . Wie niet? Wat, byv . de baarsche Wallace<br />

- wiens filologische kennis, behalve z'n onwetenschappelyk Engelsch,<br />

zich hoofdzakelyk wel bepalen zal tot muzeum-latyn : dit of<br />

dat ptera Wallacii ! - wat die man outriggers noemt (zie noot 9<br />

van den Heer Veth, blz . 287) zyn de aan twee dwars over 'n klein<br />

vaartuig liggende staken bevestigde stukken bamboe van 'n praoe<br />

sajab = vlerkschuit. Deze uitleggers bevinden zich dus niet, gelyk<br />

de heer Veth meent, aan de loefzyde alleen, 't geen vanzelf spreekt<br />

omdat loef en ly gedurig verwisselen, en men de mekaniek niet telkens<br />

zou kunnen overbrengen. Ook doet ze haar werking niet door<br />

de zwaarte aan den loefkant - de heele toestel is daartoe to licht,<br />

en de manschappen zouden er niet dan zeer moeielyk, en dan slechts<br />

'n oogenblik, op kunnen zitten - maar door den tegenstand van 't<br />

water tegen de met lucht gevulde bamboe aan den lykant van het<br />

vaartuig .<br />

Zulke foutjes zyn menschelyk, en doen 'n goeden opmerker to<br />

meer in 't oog vallen hoe nauwkeurig overigens de heer Veth alles<br />

onderzoekt. Byna ieder ander had die engelsche outriggers zonder<br />

kommentaar laten voorbygaan, Men is grooten eerbied schuldig aan<br />

de wetenschappelyke hoogte waarop de heer Veth staat, al verschilt<br />

men dan ook - gelyk met my 't geval is - van hem in zoogenaamdstaatkundige<br />

richting . Ik-zelf heb genoeg gewerkt om to begrypen<br />

hoeveel by moet gearbeid hebben ! ~ k)<br />

-*) Noot van 1879. Ik laat dit getuigenis met to meer genoegen onveranderd<br />

staan, om daardoor 'n tegenhanger to leveren tegen de laaghartige<br />

oneerlykheid, waarmee de vry-arbeidende professor Veth by-voortduring<br />

den politieken kant,der Indische zaken behandelt . Hy - de schryver<br />

van 't stuk in den Gids, van Augustus 186o! (Minnebrieven, uitgaaf


IDEEN VAN MULTATULT . 117<br />

Met dien Wallace nu is de zaak juist andersom . Mir nichts, dir<br />

nichts gaat by veel belanc-rryks voorby, en geeft telkens, in-plaats van<br />

rezultaten eener - in Indict dikwyls lastige! - wetenschappelyke<br />

naswring, een ter-loops opgevangen praatje, zoodat hy, ook<br />

waar-i de waarheid zegt, zeer dikwyls slechts de verdienste heeft<br />

van juist-raden . De voorbeelden die ik hiervan kan aanhalen, zyn<br />

anekdotic,sh . En soms wapent by zich tegen misraden, door 'n zonderling<br />

: of. Een uit 'n boom gevallen orang-oetang, die by X.B.<br />

zegt ontleed to hebben, had volgens hem 'n been "Of' r, n arm gebroken<br />

. Zou 't misschien de staart ge -weest zyn ?<br />

Het zou 'n werk van langen adem wezen, hl de byzonderheden , optegeven,<br />

die Wallace stempelen tot 'n bevoegde vraagbaak voor ieder<br />

die aan wetenschap Been behoefte voelt . De goedige vergunning om<br />

to kiezen tusschen arm en been van then orang-oetang - let wel,<br />

dat z'n of'Been sine is, maar wel degelyk vel, want twee en drie<br />

regels vroeger spreekt by van vingerspitsen, elders van handen, en<br />

overal stelt by de armen van het Bier tegenover de beenen - de<br />

vergunning mi, om ditmaa,l to kiezen, wordt den lezer wel eenigszins<br />

vergald door de onmeedoogende wys waarop by hem 't getal van<br />

de gedurende zes-en-twintig nachten gevangen nachtuiltjes opdringt<br />

nacht voor nacht, met de dames er by : totaal 1386 stuks, walgeteld!<br />

(blz . 141) . De man die 'n maand zoek maakte met het vangen en tellen<br />

van die nachtuiltjes, heeft middeYgevonden om in drie en een<br />

halve maand (blz . 162) de Javasche Flora en Fauna en de geologische<br />

struktuur van dat groote land to determineeren, aan de -<br />

NB . uit verschillende stammen bestaande - bevolking van vyftien<br />

millioen zielen haar anthropologische plaats aantewyzen, en pour la<br />

bonne bouche gewysde to slaan in 't proces van Kultuurstelsel en<br />

Vryen arbeid . . . waaromtrent by godbeter't van myn opinie is!<br />

Het getal soorten van vlinders noemt by met stipte cyf ers . En dat<br />

der vogels . . . lezer,Wallace verzekert ons dat er in zyn tyd op Java<br />

slechts twee&lei soort van papegaaien waren, en tevens dat hyzelf<br />

vandaar vertrok op den 3111 October 1861 . De ornithologen zullen<br />

dus in November van dat jaar aan de psittaceen niet veel to tellen<br />

gehad hebben.<br />

Zoo'n kwakzalver - een der cnqelsche trompetters, waarvan ik<br />

sprak in de ,Specialiteiten" - wordt als autoriteit aangehaald in<br />

onze Volksvertegenwoordiging! Is 't wonder dat het vaderlandlievend<br />

gemoed van 't straatgrauw, zich richtend naar zulke voorbeelden,<br />

z'n Nederlandismus uitgalmt in : die Wacht am Rhein?<br />

Ik ben nu eenmaal, helaas' slechts 'n Hollander. Kan ik 't helpen ?<br />

18 75, blz. 153) neemt den schyn aan, nooit jets van Havelaar gehoord<br />

to hebben! De balangen der edele vry- arb eidsp arty schynen die voorgewende<br />

ignorantie to vereischen. Wie van 's mans onbeschaamde valsheid<br />

meer weten wil, wordt verwezen naar Roorda's kritiek van z'n werk :<br />

lava, geographisch, etnologisch, historisch, AJI . 28 en 29 ( Weekblad Oost en<br />

West, No . 21, vlgg.)


118 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Maar zy die op-grond hiervan gedurig de vryheid nemen my beneden<br />

den eersten den besten vreemdeling to stellen, moesten bedenken<br />

dat zoo'n antinationaliteit henzelf ook niet verhoogt . Money, of 'n<br />

Oostenryker - 'k weet waarachtig 's mans naam niet, en heb geen<br />

lust then to zoeken - en Wallace . . . hartelyk dank !<br />

Ik betwyfel zeer of men in 't Engelsche Parlement gebruik maken<br />

zou van myn wijsheid als ik 'n vertoog schreef over de werking<br />

van plumpudding of spleen, of 'n handboek voor boksers . Ik zal er<br />

me niet aan wagen !<br />

228 . Ik heb, vooral na die vlag (216) medelyden met, den heer<br />

Thorbecke, zoolang hem deze Tweede-Kamer voor 't venster waait .<br />

Wie zulke dingen niet bij ondervinding kent, kan zich geen denkbeeld<br />

maken van zeeziekte,<br />

229. Ziehier 'n vertelling over zeeziekte, die 'k terstond geven<br />

zal, anders vergeet ik ze . . . de vertelling meen ik. De zeeziekte<br />

vergeet ik nooit . Ik schrik nu al voor Maart 1863 . . . Als Amsterdam,<br />

de Koning, de vlaggen en ik, dat jaar beleven .<br />

'Yoor 'n jaar of wat wandelde 'n redelyk jonge man -'n jonkman<br />

was-i niet meer - op-en-veer langs de kaai der Joliettete Marseille .<br />

La Joliette heet een der havens van die stad . Hy scheen op-reis to<br />

moeten, althans . . . nu ja, de beschryving doet er niet toe . Men zag<br />

't hem aan, dat-i op reis moest.<br />

De lieutenant *) van 't vaartuig dat hem zou overvoeren, was komen<br />

zeggen dat de wind tegen was, en dat de kapitein waarschynlyk<br />

wachten zou met ankerlichten -i-) tot den volgenden morgen . Als<br />

dus de reiziger verkoos terugtekeeren naar z'n hotel in de rue Beau -<br />

veau . . . .<br />

- Non, non, j e pre fere m' embarquer tout de suite .<br />

- Comme vows voulez, m'sieur. Mais je crains que vows ne vous<br />

ennu yiez . . .<br />

*) Lieutenant of second op fransche koopvaardyschepen, is wat wy eerste<br />

- of eenige - stuurman noemen . De meening van landkrabben dat de<br />

stuurman , . . stuurt, d. i . aan het roer staat, is onjuist . Hy surveilleert<br />

den matroos die aan 't roer staat. Deze heet : roerganger of mante-roer .<br />

In vroeger tyd was 't op hollandsche koopvaardyschepen de gewoonte<br />

dat de timmerman - ode baas- noemt men hem aan boord - by het uitzeilen<br />

aan 't roer stond . -- De oorsprong van dit gebruik is me onbekend .<br />

Het komt me to zonderling voor, omdat die on dUroffici er gewoonlyk geen<br />

eigenlyk gezegd zeeman is, en ook overigens op de reis niet wordt gerekend<br />

onder de u roergangers ' . Dit namelyk zyn matrozen, vol-matrozen,<br />

in tegenstelling van tlichtmatrozen en jongens- .<br />

t) Een fout ! de schepen liggen in de Joliette niet ten-anker. Ze zyn met<br />

-trossen» vastgemaakt aan den wal of aan dukdalven, evenals to Amsterdam<br />

en Rotterdam . Lees alzoo voor ankerlichten, den in dit geval gebruikelyken<br />

term : losgooien.


LDEEN VAN TAULTATUM . 119<br />

Als ik Fransman was, gooide ik die derde i weg, zoowaar als ik<br />

me ditmaal veroorloof de c . h . wegtegooien uit Frans.ch . man,<br />

- Le capitaine craint que , vous ne nous ennuyiez a bord.<br />

- Du tout, du tout . - . j'ai mes idees!<br />

Die second dacht zeker : ,net als ik" Want, het is kluchtig, ieder<br />

heeft van die dingen . Altbans niemand klaagt over het tegendeel.<br />

Maar als ik nu ideen ga schryven in dit IDES, dan kom ik nooit klaaj<br />

met m'n vertelling over then Rus, of then . . . Italiaan, uit . . . engelsehe<br />

ouders geboren to Kopenhagen, geloof ik .<br />

fly ging naar boord, bezocht z'n hut, vond daarin twee kooien die<br />

ruimer waren dan men verwachten kon op zoo'n kleine brik als de<br />

Sainte Vierge, pl.aatste z'n weinige bagage in de onderste, en vermaakte<br />

zich daarna met 'n soort van inspectie van 't vaartuig . Althans<br />

by scheen belang to stellen in allerlei dingen, die anderen meestal<br />

onverschillig zyn . Hoe oud de brik en waar ze gebouwd was ?<br />

Hoeveel bemanning ze had ? Hoe scherp ze kon zeilen by den wind ?<br />

Of die kleine mousse nog 'n moeder had?<br />

En by scheen nogal goed t'liuis aanboord . By 't eigenaardig , dekloopen'<br />

wilt by altyd de hoogerhand to laten aan den kaptein . . .<br />

Ik geloof 't graag " Als knaap had-i eens 'n oorveeg gehad, omdat<br />

by den kaptein in den weg stond aan stuurboord .*)<br />

- M'sieur a beaucoup voyage ?<br />

- Si, si!<br />

- 11 parait .<br />

De iersche Rus was dadelyk t'huis aan boord . Daar kwam de<br />

vrouw van den kapitein, met 'n lief kindjen aan de borst .<br />

- Comment, madame, du temps qu'il fait !<br />

Want ofschoon in 't laatst van mei, 't was koud, heel koud .<br />

En by dekte de zoogende moeder toe, met 'n reisdeken .<br />

Die vrouw zag gek op . De kapitein had nog geen tyd gehad haar<br />

to zeggen dat die gemeenzaamheid van den vreemde iets eigenaardigs<br />

was dat men vergeven moest ,a quelqu'un qui vient de si loin .<br />

Ce sont peat-titre les moeurs de son pays."<br />

De son pays!<br />

0 God, hoe bitter klonk den vreemde dat woord, want by had het<br />

verstaan, schoon 't gezegd was met gedempte stem .<br />

De son pays! Of er zede noodig was, landsgewoonte, om iemand<br />

to doen voelen dat het koud is als-i 'n zoogende moeder ziet!<br />

Stuurboord de rechterzy, als men naar den boeg gekeerd is - wordt<br />

voor de hoogerhand gehouden . 't Is, byv . niet iedere sloep geoorloofd<br />

'n schip van then kant to naderen . En ook op het dek behoort de mindere<br />

zich met bakboord to vergenoegen . De kommandeerende officier der<br />

bakboordswacht is lager in rang dan de chef van de stuurboordswacht,<br />

enz . In-zee verandert de lioogerhand naar 't invallen van den wind . De<br />

zN; d,-- beneden's ,A, i n cis het t / j,, en staat in zake van courtoisie lager dan<br />

de loefkant, d . i . de kant vamaaar ' de a ind inkonit .


120 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

De son pays ! Dat deed hem ze®r . Hy was niet van 'n pays . Hy<br />

handelde niet naar de gebruiken van 'n pays ! Hy zou 'n zoogende<br />

moeder hebben toegedekt, al schreef z'n pays ! voor haar bloottestellen<br />

aan kou .<br />

De son pays !<br />

Neen, by was niet van 'n pays? Ik heb gelogen toen 'k zei dat by<br />

'n Deen was, of 'n Engelschman . Hy was geen Franschman, geen<br />

Schot, geen Spanjaard . . . by was 'n mensch, en 'n goed mensch . Dat<br />

zult ge zien, als ik den tyd heb m'n vertelling of tevertellen .<br />

Voor ik overga tot m'n tweede hoofdstuk, wil ik wat op-en-neerloopen<br />

in m'n kamer om uittevloeken tegen alierlei zeden, gelooven,<br />

godsdiensten, reglementen en stelsels, die 't Goede begraven onder<br />

wat sleur .<br />

TWEEDE HOOFDSTUK,<br />

Ik bemerk daar dat ik verzuimd heb : eerste hoo fdstuk to schryven<br />

boven den aanvang dezer historie . Ik wist toen niet dat ze zoo<br />

lang worden zoo als ik nu begin to begrypen . Want van-lieverlede<br />

wordt me weer alles helder, en ik herinner my al duidelyker hoe ze<br />

't vertelde . . . als ze 't vertelde . Want dikwyls deed ze 't niet, maar<br />

aan my zei ze alles . Dat hebben velen gedaan, en daarom schryf ik<br />

zoo moos .<br />

! 230 . - Die Stier . . . o heerlyk Is 't niet of je 'n Rose Bonheur<br />

ziet of 'n Potter?<br />

Ik zeg liever<br />

- Die Potter, die Rose Bonheur . . . heerlyk ! Is 't niet of ge 'n<br />

Stier ziet? Ziet ge dddrom schryf ik zoo mooi . Ik schryf maar na<br />

wat ze my verteld heeft .<br />

-Wie • . .zy?<br />

- FANCY.<br />

- Geen Natuur dus? Lets als . . . fantazie?<br />

- Zy is de natuur . Ik heb nooit wat verzonnen . Dat kan ik niet .<br />

Ik verzin m'n IDEEN zoo min als de bevallige moeder van 219 haar<br />

kinderen verzon.<br />

231 . Nu inderdaad het tweede hoofdstuk. Ik zal spreken van geloof<br />

en van lief de .Van de Sainte Vierge en van meikersen. Van zeeziekte<br />

en van 'n monnik in bruine py.<br />

Maar ook zal ik spreken van ongeloof en sarkasme, van bittere<br />

wysheid - bitter nog omdat ze maar half was - van weemoed en<br />

van stryd . En zooals zy eens gezegd heeft, van de overwinningin 't<br />

eind . Wees dus heel gerust als g e straks daar iemand ziet struikelen<br />

. . .<br />

-- Mon Dieu !


IDEEN VAN mm, ,rATULL<br />

Er kwam 'n schuitje langs-zy . Len monnik met gesehoren kruin,<br />

barrevoets, om de lendenen iets als w oestynkostuum, won er uitstappen,<br />

struikelde . . .<br />

Tyd om to vallen had-i niet . Onze natielooze Griek die den man<br />

had zien aa -nkomen, greep hem . Hoe by zoo gauw kon afglyden langs<br />

boord - hoe by 't juist wist to mikken om hangend aan 't puttingwant*)<br />

!den kloosterling to grypen met den vryen arm . . . zie, dit<br />

alles weet ik niet . 't Was of by voorzag dat die oude monnik hulp<br />

behoeven zou, en of-i zich had klaar( ,emaakt tot het verleenen van<br />

die hulp .<br />

Les moeurs de son pays, missel -iien? Waar zou dat land liggen ?<br />

-Daarheen! Daarheen!<br />

Comment mon .<br />

stelling .<br />

. . . p yre! vroeg by met vriendelyke belang-<br />

Toch lag er iets komieks in de buiging van den toon then by<br />

noodig had om 't woord : pere uittespreken. Zeker was by Protestant,<br />

onze Amerikaan. Methodist, denk ik .<br />

- Merci mon fils, antwoordde de monnik, die niet weten kon<br />

dat het den ander zooveel moeite had gekoslu, P6-e to zeggen . Dat<br />

klinkt ook zoo gek in de ooren van I n<br />

kwaker, of wat onze<br />

Duitscher dan moge geweest zyn ,van geloof ."<br />

- Merci mon fils! -Non, it n'y a pas de mal . Que Dieu vous benisse,<br />

mon fils! Tiens, ma belle robe est mouille'e!<br />

En de monnik lachte met goedmoedige vroolykheid over 't water<br />

dat afdroop van z' ti robe . . . 8a belle robe, naar-i 't ding noemde<br />

. Die robe - was 'n ruw, harig kleed van vtfflbruine stof . Ik heb<br />

fijner vloermatten gezien .<br />

- Je l'ai ichappi belle . . . me mila presque noye . . - qu'auraient-ils<br />

dit a Ni(-(, ?<br />

- Comment, mon . . . pere, y aurait-il uv, concile, comme en 325?<br />

- Tiens, il est theologien! Mais vous vous trompez, mon Ells .<br />

Nice . . . Nizza maritima! Le concile dont "vous parlez . . . oh, mon<br />

Dieu, au itait-ce ? En Bithynie, je crois . Mais moi . . . jeoutez . . ,<br />

En met kluchtige gemeenzaambeid nam by den vreemde onder<br />

den arm, trok hem ter-zyde, en fluisterde :<br />

- J'avoue que fai un pee oublie ma theologie . A me fais vieux,<br />

voyez-vous. Et puis, je seis si occupe! Depuis (Ititarante ans je fais<br />

les provisions . A suis le proved itori . . . voyez !<br />

*) Voor dezen lafisuv heb ik reeds - ik weet niet op welke bladzy<br />

van m'n derden bundel - vergiffenis gevraagd . Er behoort, meen ik,<br />

to slaan : putting-yzers. Ikbedoelde nainelyk de schuins-loopende bouten<br />

of stangen waarmee de rust aar~ 't buitenboord bevestigd is . Het puttingwant<br />

bevindt zich - atweer : near ik meen - op de hoogte van mars<br />

en ra. Ik heb bier in Wiesbaden geen enkelen zeeman in de buurt, en<br />

ook m'n geheugen zeilt achteruit .<br />

121


12<br />

IDEEN VAN MULTATULT .<br />

En by wees op 'n tiental zakken met provisie die by scheen to<br />

hebben ingekocht to Marseille .<br />

- Je pref ere l'ail d'ici . Chez nous a Nice vous venez me<br />

voir a Nice, nest-ce pas? Oh, venez! Nous nous amuserons .<br />

- Mon . . . pere, mon intention etait d'aller a Genes.<br />

-- Tut, tut, cela n' y fait rien . Nous mouillerons a Nice, et vous<br />

verrez ma jolie voliere . . . .<br />

Die voliere was z'n klooster, moet ge weten .<br />

. . . vous vous arreterez chez nous! Demandez le pere Anselme<br />

dites : le joyeux pere proveditore . . . c'est ainsi qu'on me nomme<br />

car je suis toujours de bonne humeur, voyez vous . Dieu, comme<br />

tout le monde vous aimera . . . et nous nous amuserons ! Savezvous<br />

le latin ?<br />

- Un peu, mon . , . pere.<br />

- Suffit ! Moi, je l' ai presque oub lie. Mais j e me souvi ens :<br />

Amore, more, ore, re,<br />

Nauscountour amicitiae .<br />

Nest ce pas? C'est Tiboulle qui l'a dit, je crois.<br />

- Pardon, mon . . . pere, je ne crois pas que Tibulle . . .<br />

- Ca n'y fait rien. Nous nous aimerons . Les amities se ,font<br />

avec ou sans Tiboulle . Venez nous voir. En approchant de Nice,<br />

vous verrez notre voliere de loin. On rira en apprenant que j'ai<br />

failli me noyer !<br />

Et sans absolution, encore, mon . . . pere ! zei de vreemdeling<br />

niet zonder wat spot, die getuigde van protestantsche dorheid en<br />

onkunde.<br />

De vroolyk babbelende schertsende monnik werd op-eenmaal 'n<br />

ander mensch. Zyn gelaat verhelderde, by richtte zich op, er straalde<br />

iets uit z'n oogen dat den vreemde berouw deed voelen over z'n<br />

misplaatsten spot. Heel gelukkig evenwel dat ze afstuitte op de<br />

trouwhartigheid van den barrevoeter, want deze begreep niet dat<br />

er kon gespot worden met iets heiligs als zyn geloof . Ook dacht by<br />

niet aan andere ,gelooven" . Hy was Italiaan, dat ge reeds wist<br />

door z'n uitspraak van de latynsche u . *)<br />

*) Nu ja, wat dit betreft, had-i even goed 'n Duitscher kunnen zyn .<br />

Ik neem doze gelegenheid waar om aantedringen op 't herstellen van<br />

de latynsche u in haar wezenlyken klank. De verkeerde uitspraak van<br />

dezen klinker is lastig als we in aanraking komen met Duitschers, die<br />

toch in dit opzicht meer stem hebben dan de zeer onklassieke Franschen .<br />

Indien we de latynsche u in haar waarde herstelden, konden we then<br />

klinker tevens gebruiken om in hebreeuwsche, arabische en maleische<br />

woorden de vau en wau uittedrukken . De zaak wordt nu zeer gebrekkig<br />

vervuld door ons zonderling letterteeken oe, dat inderdaad 'n verlengde<br />

o is, en waarmee geen koekkoek die op nauwkeurigheid gesteld<br />

is z'n naam spellen kan .


IDEEN VAN MULTATULL 123<br />

- Non, mon fils, j'jtais en itat de grace .<br />

- La Sainte- Vierge en soit louse, mon jvere, hervatte de vreemde,<br />

by die zeker nooit de Sainte Vierge had aangeroepen, by die in<br />

z'n jeugd geleerd had zulke aanroepingen to beschouwen als heidensche<br />

afgodery en bespottelyke dwaasheid .<br />

Toch was er oprechtheid in z'n uitroep . Of 't een anabaptistische<br />

of 'n luthersche aandoening was, weet ik niet, maar by voelde in<br />

z'n gemoed de behoefte om 'n Vierge to scheppen, daaraan to gelooven,<br />

die Vierge to danken . . . alles om den monnik op dat oogenblik<br />

niet alleen to laten staan met z'n kinderlyk geloof . Maar spotzucht<br />

behield de overhand .<br />

- Oui, mon fils, la Sainte- Vierge en soit louse! C'est elle qui<br />

vows a fait si agile, c'est elle qui . . .<br />

, Sain . . . to . . . Vier . . . ge . . . hoooo . . . i!' klonk het nu van<br />

de kaai. Daar stonden naar 't scheen, passagiers op den wal*) die<br />

afgehaald wilden worden . Een reizend heer met toebehooren, dat is<br />

met 'n dame en 'n paar koffers. De second gaf last naar wal to roeien .<br />

- Comment, zei de monnik, ce serait le nom de notre petit navire<br />

? Sainte- Vierge ?<br />

- Oui, mon pere . . .<br />

De vreemde voelde geen hindernis meer in 't uitspreken van dat<br />

katholieke : mon pere . Jazelfs, by begon then klank lief to krygen<br />

om de beteekenis .<br />

- Oui, mon pere . Notre brig s' appelle la Sainte- Vierge .<br />

Tant mieux . . . ca me va! Et vows, mon fils, acceptez, je vous<br />

PrIe . . .<br />

Hy opende z'n haren opperkleed - och onderkleed was er niet<br />

- nam van 'n ruw yzerdraad ringetjen een klein voorwerp, dat met<br />

vele anderen sedert jaren hem bewaarde voor rampen, en in-plaats<br />

daarvan hem aanhoudend schuurde en wondde op de - bloote borst-<br />

- Tenez, mon fils! Voil4 quelque chose pour vous remercier de<br />

votre secours de tout a l'heure . t)<br />

't Was 'n tinnen poppetje dat de Heilige Maagd verbeeldde .<br />

Cela vous pr&ervera - . .<br />

- De malheur, mon pere ?<br />

Als de monnik had kunnen verdacht zyn op spot, had by then<br />

moeten ontwaren op 't gelaat van den vreemde . Maar heel gelukkig,<br />

de man bemerkte niets en antwoordde nogal plechtig -<br />

'I) De scheepsterm is aan wal .<br />

t) Waarschynlyk heeft zich de arme monnik anders uitgedrukt, D<br />

tout-4-Pheure namelyk, ten onrechte gebruikt om 'n verleden oogenblik<br />

aanteduiden, is geen ztaliaansche fout. Ze behoort in noordelyker streken<br />

thuis, en verraadt misschien de nationaliteit van den verhaler die -<br />

zooals veel Hollanders met hun woord straks - daaraan ten-onrechte<br />

'n dubbele beteekenis toekennen .


124 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- Oui, mon fcls, du plus grand malheur, du seul malheur qui<br />

soit au monde . . , cela vous preservera du peche !<br />

Et maintenant, je vais prier !<br />

Dit zeide by hoogernstig, maar alsof op-eenmaal weer z'n bonhomie<br />

de overhand nam op dweepzucht, op vroolyken toon voegde<br />

by er by<br />

Oui, oui, j'ai a prier, j'ai beaucoup a prier, je suis en retard !<br />

Je prierai pour vous aussi, mon fils, soyez tranquille! Elle me<br />

connait, la Sainte- Vierge . . , soyez tranquille !<br />

TUSSCHEN-HOOFDSTUK .<br />

Nu, onze man zonder naive en geloof, was tranquille. Dit moet<br />

men hem ter eere nageven.<br />

De ongegronde meegevoeligheid voor de naive maagdgeloovery<br />

van den monnik, was geweken . De kinderlykheid van dien jongen<br />

ouden man had den vreemde kind gemaakt voor 'n oogenblik, maar<br />

ook niet voor langer dan 'n oogenblik.<br />

Hy liep naar 't achterdek en lachte by 't denkbeeld wat wel z'n<br />

Tubinger vrienden *) zouden zeggen, als ze wisten dat-i daar rondliep<br />

met 'n tinnen poppetje - hu, 'n afgodsbeeldje ! - in de hand !<br />

Overboord gooien wilde by 't niet . De monnik mocht hem eens<br />

daarnaar vragen, en 't zou den vriendelyken man smarten to ontwaren<br />

dat men z'n vroom geschenk versmaad had .<br />

Dit nu scheen voorgeschreven to zyn door 't onbekend „geloof"<br />

van den vreemde, dat by ongaarne iemand smart veroorzaakte . Maar<br />

of-i 't artikel van z'n katechismus, waaruit by dat „geloof" putte,<br />

wel zoo goed in 't hoofd had als 't jaartal der Kerkvergadering to<br />

Nicea . . . zie, dat zou ik betwyf elen .<br />

Hy stak 't heiligenbeeldje in z'n vestzak, en hervatte z'n wandeling<br />

op bet dek, die afgebroken was door de aankomst van den<br />

monnik .<br />

Deze zat op 'n zak knoflook to bidden,<br />

De ongeloovige vreemde die genezen was van z'n sentimenteelen<br />

indruk, zag met medelyden op' den armen man neer, telkens als z'n<br />

wandeling hem in diens nabyheid bracht. Maar wel nam by zich<br />

in-acht voor de uitdrukking van z'n gelaat opdat de monnik niet<br />

bemerken zou hoe bespottelyk by z'n formulier-vroomheid vond .<br />

Integendeel, er lag iets vriendelyks in z'n blik zoodra die den armen<br />

man ontmoette . Hy die betrekkelyk jong was, zag den monnik aan<br />

zooals 'n volwassen mensch op 'n kind staart, met neerbuigende<br />

vriendelykheid . Ik kan alweer niet zeggen op grond van welk geloofsartikel<br />

dit geschiedde, maar 't was zoo .<br />

*) Wat is Tubingen achteruit gezeild by den loop dien de begrippen<br />

namen sedert dien tyd ! Men heeft nu reeds moeite zich voortestellen<br />

dat, zoo kort geleden nog, de meeningen die zich aan de hoogeschool<br />

in die stad begonnen to openbaren, konden gebruikt worden als tegenstellingen<br />

van bygeloof. Ik behoef immers niet to zeggen dat het bier<br />

bedoelde Tubingen in de Ommelanden ligt ?


M'n uitgever laat vragen OM IDEEN .<br />

IDEEN VAN MULTATULL 125<br />

232 . De Katholieke Kerk, van zeker standpunt beschouwd, is<br />

't schoonst wat ooit door mensehen werd tot stand gebracht . Of liever,<br />

zy is - zooals Napoleon op St . Helena zich uitdrukte - zy is<br />

het werk der eeuwen .<br />

In m'n stuk over Vry-Arbeid amplieer ik die uitspraak, door de<br />

opmerking dat ze het resultaat is van de logika der feiten die er<br />

voorvielen in die eeuwen . Deze ampliatie was overbodigheid .<br />

Ik zou ze dan ook niet hebben gegeven als ik niet wist dat er by<br />

zekere lezers behoefte bestaat aan overbodigheid .<br />

Maar ik heb, voor protestantsche lezers vooral, 'n andere opmerking<br />

over het katholicismus, die niet overbodig is. Ik spreek niet<br />

van dogmen, ik spreek van uitwerking . Niet van geloofspunten,<br />

maar van strekking . Niet over de waarheid of onwaarheid van wat<br />

er wordt geleerd door die kerk, maar over sommige uitvloeisels van<br />

die leering .<br />

Die uitvloeisels nu, zyn lief hier-en-daar . Er ligt 'n waas van<br />

po6zie, zelfs over de dwalingen . . . . of wat door andersdenkenden<br />

voor dwaling wordt gehouden .<br />

En niet alleen is dit den protestanten onbekend, veel katholieken<br />

zelfs, die gewoon zyn hun godsdienst uitteoef enen in 'n zoogenaamd<br />

protestantsch land, hebben geen begrip van den weldadigen invloed<br />

der katholieke po6zie op 't dagelyksch leven, in landen waar die<br />

wyze van godsvereering zonder tegenwerking bestaat . Men denkt<br />

niet aan dogmen . . . men gelooft . Of neen, zelfs dat niet . Zonder 't<br />

minste besef der mogelykheid van niet-gelooven, is men vereenzelvigd<br />

met de halfgoden der roomsche mythologie . Men leeft met en<br />

in de heilige Rosalia, Lucia, Monika . Men , gaat om" met de Heilige<br />

Maagd . Men spreekt met haar, bedankt haar voor bewezen dienst,<br />

spoort haar aan tot yver . . . jazelfs de hartelyke intimiteit gaat z66<br />

ver, dat men haar berispen durft op de wyze van 'n kind dat stout is .<br />

Foei, zoete lieve moeder Maria . . . is dat nu mooi van u? Foei,<br />

is dht nu gehandeld als 'n goed moedertje? Dat staat u volstrekt<br />

niet fraai, lieve zoete Maria!<br />

Men liefkoost die moeder, men vleit haar, men streelt haar . . .<br />

Geloof ? Vraag eens aan 't kind op den schoot der moeder of 'tin<br />

die moeder geloolt? Een zotte vraag!<br />

233 . Ik sprak van den weldadigen invloed der katholieke po&<br />

zie. Weldadig? Ja voor kinderen en wie kinderlyk gestemd zyn .<br />

Veel protestanten dan, en zulke katholieken als eigenlyk misplaatst<br />

zyn in landen waar 't koud is, stellen veelal zich alles, wat<br />

in wyd of naLTAv verband staat met godsdienst, als iets styfs voor,<br />

iets onbehagelyks, iets waarby men 't gelaat plooit tot verdrietigen


126 IDEEN VAN MULTATULL<br />

ernst, zooa men kan to zien krygen by elken kerkgang . 't Is aardig<br />

optemerkQ , hoeveel vroolyker de gezichten zyn by 't verlaten der<br />

kerken d 4p by 't binnengaan . Er is iets pynlyks, iets bendpens in 't<br />

voorkompn van protesteerende kerkgangers . (82) Een klooster . . .<br />

hu ! On4eraardsche gewelven, marteltuig, ketens . . . o, zeker ! De<br />

romans van Anna Radclif f e, en dergelyke speculatien op gevoelskitteli<br />

g hebben daaraan geen goed gedaan . *) Een monnik 2 Maar<br />

dat is fn moordenaar, 'n giftmenger, 'n monster . . .<br />

WWl zeker ! Ik ga voort met m'n vertelling, na eerst de protesstan<br />

en to hebben uitgenoodigd, de werking van 't katholicismus<br />

to ,ran waarnemen in katholieke landen .<br />

234. Ik weet niet in welk hoofdstuk van m'n verhaal het reispzelschap<br />

aan boord kwam, dat zoo-even van de kaai had geroepen<br />

a . . . hoooo , . . Sainte Vierge !<br />

De vreemde werd in z'n gedachten gestoord door 'n luid gelach<br />

buiten'sboord . Hy keek over den valreep, dat is over de plek van 't<br />

boord waar, op 'n behoorlyk vaartuig, de valreep uithangt . f -)<br />

Ach, de Sainte-Vierge was 'n armoedig scheepje ! Er slingerde<br />

een dun, vry oud, geteerd touw lang-zy, en 't stond to bezien, of<br />

die dame zich daarmee zou kunnen ophyschen tegen boord . 't Is<br />

waar dat er klampen waren aangespykerd, die dienst deden als de<br />

dwarslatten op den marchepied van 'n kippenhok . Maar zoo'n kippentrap<br />

ligt, of ryst weinig althans, en hier was de opgang zeer<br />

steil.<br />

*) Om niet to spreken van de opschroevery der roomsche gruwelen<br />

door protestanten, die niet schynen to weten dat ook hiun geloofsgenooten<br />

niet altyd heel zachtzinnig omgingen met dissidenten . Zie den liefelyken<br />

Calvyn, zie de mishandeling der katholieken to Alkmaar, die men<br />

-- de zeer gereformeerde Hooft getuigt bet! door rotten liet doorknagen<br />

Zie overal waar de zoogenaamd-hervormden de macht hadden om kwaad<br />

to doen, of liever : let op de gruwelen die ten-allen-tyde en overal 't gevolg<br />

zyn geweest van Goddienery !<br />

En toch is dit niet bet treurigst gevolg van die pest . 't Is waar, er<br />

werden duizenden en duizenden gemarteld en vermoord, maar . . . 't kretiniseeren<br />

van de Measheid, dertig geslachten lang, is erger ! Zonder<br />

dat hadden dan ook die andere gruwelen niet kunnnen plaats hebben .<br />

V66rj't tGeloof, • geeselen en wurgen erg branden kon, moest bet vooraf<br />

de menschen krankzinnig maken . Prizes dementat, precies als Jupiter met<br />

de Koningen . Zie aangaande dat egek maken' de stukken over Onderwys<br />

in den IIIn Bundel,<br />

f) t'alreep is de koord waaraan men zich kan vasthouden by 't beklimmen<br />

van den trap die buiten'sboord hangt. Het touw dat hiertoe<br />

dient, is gewoonlyk zeer net met doek omnaait, en van gekleurde knoppen<br />

of kwasten voorzien, die in kunstig gelegde knoopen bestaan . Als<br />

gars pro toto geeft men den naam van die repen aan de plaats waar men<br />

bet schip betreedt of verlaat. Vandaar dat de hollandsche uitdrukking<br />

teen glaasje by of aan den valreep tot den franschen coup de 1 etrier in<br />

verhouding staat ais zeeman tot' kavallerist . De beteekenis is dezelfde<br />

een afscheidsdronk .


IDEEN VAN MULTATULI . 127<br />

De dame greep het touw, zette haar voetje, net geschoeid - ze<br />

was 'n Francaise - op den ondersten klamp . . . .<br />

- Prenez garde, madame ! riep de second .<br />

- Ah, moi je ne crains rien ! antwoordde zy, al schaterend van<br />

lachen .<br />

Straks zal 't duidelyk worden waarom ze zoo lachte .<br />

- Moi je ne crains rien, je suis solide . . . . allez !<br />

En ze viel !<br />

235 . Wie nooit gevallen is, heeft geen juist besef van wat er<br />

noodig is om vasttestaan . (21) Men vindt dit gebrek aan begrip<br />

dikwyls, en vooral by menschen die weinig gereisd, of weinig geleefd<br />

hebben .<br />

236 . De jonge dame viel op haar koffer en op 'n zak met beddegoed<br />

of wat er naar leek. Ze scheen zich niet bezeerd to hebben,<br />

althans ze lachtte maar al voort. Ook nam ze geen hulp aan van den<br />

vreemde die met z'n linkerarm weer aan de puttingyzers hing om<br />

to helpen, als 't noodig wezen zou . Dit was weer 'n uitvloeisel van<br />

z'n ,geloof" naar 't scheen .<br />

- Non, non, merci ! Dieu, comme, c'est drole ! Et moi qui me<br />

croyais si solide ! Un, deux . . . trois ?<br />

Ze was op 't dek van de Sainte- Vierge gewipt, en riep haar man,<br />

altyd lachend als 'n kind dat onstuimig vroolyk is .<br />

- Bonjour, monsieur l'Anglais ! zei ze daarop tot den<br />

vreemde . Il parait que noes voyagerons ensemble . Dieu comme<br />

c'est drole de voyager ! Voici donc enfin la vraie mer !<br />

Haar vraie mer was iets als 't Westerdok to Amsterdam .<br />

De vreemde, die zy 'n Engelschman noemde - omdat by 'n geruiten<br />

broek droeg, waarschynlyk - moest juist wat uitwyken voor<br />

de bagage die op 't dek „gehand" werd. Voor by iets antwoordde,<br />

hoorde by hoe 't jonge vrouwtje half binnen'smonds en wat teleurgesteld<br />

zeide<br />

-- Ah, it ne comprend pas . Est-il possible de ne pas comprendre<br />

le francais i Sont-ils stupides, ces Anglais avec leer langue apart!<br />

Onze vermeende Engelschman liet de dame in den waan dat by<br />

haar niet verstaan had . Hij vond het pikant naar de uitbundige ontboezeming<br />

van haar vroolijkheid to luisteren, zonder dat zy wist<br />

begrepen to worden.<br />

Viens, Colineau, mon ami . . . viens, noes dinerons . C'est un Anglais,<br />

cet homme-la . Nest ce pas qu'il a un peu l'air de croquemitaine<br />

? Il est maigre comme du pain benit !


1 28 MEN VAN MULTATULI .<br />

De arme Engelschman, die zoo goed Fransch verstond! Dat heeft<br />

men er van, onkunde voortewenden .<br />

Toch had by er schik in, 't levendige vrouwtjen in haar dwaling<br />

to laten . Het ergste had ze immers al gezegd : croquemitaine, en :<br />

mager als 'n mis-ouwel! 't Is om er mager van to worden, als men<br />

't niet al is .<br />

- Viens, mon petit Colineau, noes dinerons, mon pauvre ami . . .<br />

et comme des princes,,te dis-je! Comme c'est dr6le de voyager comme<br />

cela !<br />

Ze zag rond naar 'n plekje waar ze dineeren wilde, De vreemdeling<br />

bemerkte nu dat ze onder de zeer smaakvolle mantille iets<br />

droeg dat volstrekt niet paste by haar elegant toilet . Het was 'n<br />

blikken soldaten-menageketeltje .<br />

Het echtpaar ging naar 't achterdek, en nam daar plaats op 'n<br />

lattenbank .<br />

Maar den opmerkzamen vreemde was 't niet ontgaan hoe de<br />

second van 't vaartuig 'n paar matrozen gelastte de weinige bagage<br />

der laatstaangekomen passagiers to brengen vooruit, dat is naar de<br />

plaats die men op 'n spoortrein derde klasse noemen zou .<br />

Derde klasse , . . zoo I n elegant vrouwtje! En die vroolykheid ?<br />

Dat moet by doorgronden!<br />

Ely volgde de bagage tot ze neergezet werd v66r den watervoorraad,<br />

in de buurt van den armen monnik die nog altyd zat to bidden<br />

op z'n zak met knoflook .<br />

Onze onderzoeker bemerkte nu dat de bagage van Mr . en Mad.<br />

Colineau bestond nit twee - ja, koffers waren 't niet ! - twee<br />

kisten waarop de naam was geschreven, maar ook niet meer dan de<br />

naam .<br />

Nu, dat de man Colineau heette, wist hij reeds, maar dit gaf weinig<br />

licht . Men kan Colineau heeten en I n politieke vluehteli -ng wezen,<br />

of 'n broodbakker, of iets antlers . Zoo'n naam helpt niet veel . En<br />

wat-i had aangezien voor beddegoed, was wel beschouwd 'n pak<br />

onschoon linnen, dat hier-en-daar heenkeek door de gaten van 'n<br />

beddetyk hulsel.<br />

Teleurgesteld - want begrypen en weten scheen hem 'n genot<br />

to wezen - keerde by terug naar 't achterdek, na eerst 'n matroos<br />

die aan-wal ging to hebben opgedragen hem wat kersen meetebrengen<br />

. Ik ben zeker dat men wat noordelyker nog geen kersen had op<br />

then dag, want het was nog altyd vry guur, schoon de Meimaand teneind<br />

begon to loopen .<br />

Toen by zyn kersen had ontvangen, nam by plaats op de lattenbank<br />

naast z'n dineerende reisgenooten, of liever achter een hunner,<br />

want zy wendden 't gelaat naar 't menageketeltje dat tusschen<br />

hen stond.<br />

Gedurende het ontwikkelen van 't middagmaal uit'n servet, under


1DEEN VAN M[JLTATULI . 12 9<br />

't zoeken naar de eenige stalen vork, en onder 't nuttigen zelfs van<br />

de witte boonen met azyn -- want daaruit bestond het diner! -had<br />

het jonge vrouwtje geen oogenblik opgehouden to schertsen en<br />

to dartelen . Ze spietste de haricots aan de vo -,,-k, haalde die er of met<br />

haar witte tanden, en kon haast niet slikken van 't lachen . Daarop<br />

weer reikte zy haar man de vork toe, en spotte guitachtig met z'n<br />

begeerlykheid (lie hem meer boonen deed aanrygen dan zy had kun-<br />

11<br />

nen doen toen 't haar beurt was .<br />

- Mon Dieu, Colineau, comme to es glouton, mon ami! Non,<br />

celui-la m'appartient! C'est mon haricot, to dis-je!<br />

En stoeiend griste zy 'n boon w- eg, die naast het keteltje was neergevallen<br />

op 't servet .<br />

De man, die ook vroolyk scheen, maar niet zoo kinderlyk uitbundig<br />

als zy, trachtte van-tyd tot-tyd haar intetoomen door 'n wenk<br />

op den vreemde die achter haar zat .<br />

- Lui? Comment done! C'est un Anglais, it )ie comprend pas le<br />

mot . . .pas le moindre mot! Est-il dr6le aver son air s&icux 'et ses<br />

c6rises! A-t-il bient6t fini, Colineau! Regarde un peu, sans to diranger<br />

. C'est un Lord . . . mais sans lunettes, comine a Toulouse au<br />

theatre . . . h6las, quand reverrai-je Toulouse !,,Bonjaour milorre,<br />

c,-aoumaen(y v6 faoutre saounti ?" C'est comme ca qu'ils par lent dans<br />

son pays . Nest-ce pas qu'il to fait Veffet d'une perclm en ribote ? A<br />

coup sir-r, it est riche . . . tous ces Anglais sont riches . Des Htises<br />

que la richesse . . . va,je ni'en moque! Et toi mon bon pauvre ami,<br />

toi aussi n'est cc pas ?<br />

Ah, to triches encore, voNt bien le mien, cc haricot, la!<br />

En ze stoeiden weer, en vochten byna, als kinderen om 'n witte<br />

boon . Ik kan hun vroolykheid niet beter beschryven dan door die to<br />

vergelyken by de gekke sprongen van 'n nest jonge katten .<br />

Of 't nu was omdat de matrons den vreemde inderdaad meer kersen<br />

had gebracht, dan deze lust had to eten , . . of dat by misschien<br />

aangestoken door de vroolykheid, lust had in scherts en daarom 't<br />

arme vrouwtje wilde plagen met wat schrik over 't verstaan van wat<br />

ze gezegd had, of ook wellicht omdat by wilde kennismaken met het<br />

grappig paar . . . genoeg, by stond op, plaatste zich voor de dame,<br />

boog zeer beleefd, hood haar de overgebleven kersen aan, en zeide :<br />

- Madame, me permettrier vous d'ajouter un peu de dessert a<br />

votre diner ?<br />

Dieu, it West pas Anglais!<br />

En voor ze recht bekomen was van den schrik, had ze I bord met<br />

kersen in de hand, en onze vreemdeling verwyderde zich na 'n beleef<br />

den maar vriendelyken groet . fly voelde dat er 'n lief gemoed<br />

huisde onder dat loszinnig uiterlyk . Want of by 'n thiblogien was<br />

zooals de monnik beweerd had . . . zie, dit weet ik niet . Maar wat<br />

IDEEN I .


130 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

menschkunde en wat wysbegeerte had-i opgedaan, vooral van de<br />

soort die niet besehreven staat in 'n book .<br />

Hy had altyd stieren en koeien bekeken in de wei, en ze niet bestudeerd<br />

op 'n zooveelste van de ware grootte . . , in olieverf .<br />

237 . Nu inderdaad 'n ander hoofdstuk, maar weer weet ik niet<br />

het hoeveelste . Ik ben genoodzaakt dezen of genen die „rowans<br />

schryft of zulke dingen, to verzoeken, wat regel, verdeeling en styl<br />

to brengen in m'n verhaal, dat ik maar eenvoudig weergeef zooals't<br />

me verteld werd door FANCY .<br />

Na z'n kleine plagery was de vreemdeling naar 't voorschip gegaan<br />

. De monnik sliep met z'n getyboek in de hand . Z'n hoof d rustte<br />

tegen boord, en de py gaapte op de borst, zoodat de yzeren ring zichtbaar<br />

was waaraan-i z'n heiligen bewaarde als 'n bos sleutels . Een<br />

breede roode streep op de borst gaf getuigenis van veel pynly ke<br />

wryving , . .<br />

- 0 God, o God, riep de vreemde, moet zooveel geloof, zooveel<br />

smart, zooveel vertrouwen ydel wezen ? En nog . . . wie weet het to<br />

zeggen, wie ! Wie zegt me of myn smart over twyfel en onwetendheid<br />

daarbinnen, niet dieper wondt clan uitwendige pyn ? Wat slaapt-i<br />

kalm, die eenvoudige geloover !<br />

En - dit scheen weer 'n uitvloeisel van 't ,geloof" des vreemden<br />

. . . het weer was guur ? - by sloot de opening van 't hairen<br />

opperkleed, en beproefde iets zachts to schuiven tusschen 't scheepsboord<br />

en de kruin van den armen monnik die, geschoren, niet eens<br />

't kussen bezat dat den mensch is gegeven in z'n haren .<br />

Maar hoe voorzichtig ook de vreemdeling trachtte to doers, de<br />

monnik ontwaakte,<br />

- Merci mon fils . Vous etes bien bon !<br />

-- Le bois est dur, mon pere !<br />

- Depuis quarante ans je n'ai d'autre oreiller . Il faut venir<br />

noes voir a Nice . . . ah, ne craignez, rien, vous aurez un bon lit, je<br />

vows assure. On est bien chez noes ! Vous vows amuserez .<br />

Quelle heure est-il ! Avez-vous deja prie ? Nous causerons si vous<br />

le voulez bien. Avez-vous prie ?<br />

- Non, mon pere.<br />

- En ce cas, faites-le, ddpechez-vous! Voulez-vous que je vous<br />

prete mon livre ?<br />

De arme man, die niet wist dat men bidden kan zonder boek ! Gelukkige<br />

man, die niet wist hoe er zyn die niet kunnen bidden met<br />

of zonder boek !<br />

- Merci, mon pere, je ne prie pas<br />

Als de knoflook waarop de monnik zat, veranderd ware in vliegende<br />

draken, had de man niet erger kunnen schrikkeu .


1 )FI VAN M[LTATFLI . 131<br />

Vous ne priez pas ? Mais que faites von-s (tone ? Vous ne priez<br />

pas, mon fill<br />

-- 31 on pere, j e n e, saurais prier, parce que j' ignore . . . ce que<br />

c'est! Je suis athee, mon pere .<br />

- Bien, biers, fen connais ! Afais la Vierge, la Vierge ?<br />

- Mon pf re, je a e connais ni Dieu ni la Vierge .<br />

De verbazing van den monnik to schetsen, zou 'n onmogelykheid<br />

zyn . De man was ontsteld en had langen tyd noodig om tot bedaren<br />

to komen. Van athelsten had-i meer gehoord, maar dat iemand niet<br />

gel.oofde in de Saints-Vierge, dat ging z'n verstand to boven !<br />

Laissez-moi, mon fils! Vous avez bien fait de m'dveiller . Tai<br />

beaucoup a prier, alr, beaucoup !<br />

De vreemde voelde wro'eging dat by dien ouden man smart had<br />

aangedaan . Maar by moest toch de waarheid zeggen . I)it schreef<br />

weer z'n ,geloof" voor, naar 't scheen .<br />

238 . 't Werd al kouder en guurder . De vrouw van den kapitein<br />

was vertrokken . De matrozen waren, op 'n enkel man na, te-kooi<br />

gegaan, De vreemde was niet tevreden over zichzelf . Had by niet<br />

dien ouden man in de meening moeten laten dat-i geloofde in z'n<br />

Vierge ?<br />

Was er niet wreedheid geweest in die ontydige niet-wetende wysheid?<br />

Had by niet zich 'n kwartiertje kunnen houden alsof by bad,<br />

en had-i dan maar het liedje van Beranger opgezegd in dien tijd, het<br />

lie~je over den Dieu des bonnes gens ? .1a, al had-i maar geteld van<br />

een tot duizend<br />

Foei, foei, foei, by kreeg afkeer van z'n wysheid, en voelde knaging<br />

. En als by daar op bet voorschip, waar 't zoo sterk naar knoflook<br />

luchtte, de donkere gestalte van den biddenden monnik zag, voelde<br />

by 'n indruk als de luiaard die 't moet aanzien dat 'n ander zyn werk<br />

verricht. 't Scheelde weinig of-i had den man aangestooten, en gezegd<br />

- 11 su ffit, mon pere, arretez ! Je prierai le reste !<br />

Hy was bitter bedroef d, en verweet zich dat-i kwaad had gedaan .<br />

By 't naderen van het achterdek, werd by aangesproken door M'sieur<br />

Colineau die wat konfuzie over de darteiheid van z'n vrouw trachtte<br />

to bedekken met 'n overdreven dankbetuiging voor de kersen .<br />

I)e vreemdeling sprak nu ook het vrouwtjen aan, en zonder to doelen<br />

op haar plaisanterie over den inageren Engelsehman, wist by<br />

door z'n toon haar to doen voelen dat-i volstrekt niet boos was .<br />

't Is waar, ze zag er aardig uit, en dit doet er veel toe in zoo'n<br />

geval . Ik twyfel aan de inschikkelykheid van den vreemde, als by<br />

was uitgemaakt voor , .'n hezemsteel die kermis houdt" door 'n dra-


132 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

gonder-officier. 0, 't is niet altyd schade 'n mooi jong vrouwtje to<br />

wezen !<br />

Toen Madame Colineau hersteld was van den schrik over de ontdekking<br />

dat de Engelschman fransch verstond, hernam ze terstond<br />

haar gewone vroolykheid, en weldra gevoelde zich de vreemde gemeenzaam<br />

genoeg om haar to zeggen<br />

- En verite, madame, j'admire votre caractere .<br />

In Frankryk verwart men in de dagelyksche spreektaal caractere,<br />

temperament, bonne of mauvaise humeur . Over 't geheel spreekt<br />

en schryft men in dat land byna zoo slordig als . . . in sommige andere<br />

landen .<br />

. . . j'admire votre caractere ! Me permettriez-vous de vous poser<br />

une question, un peu . . . indiscrete peat-etre ?<br />

- Mille, monsieur, mile! Ecoute, Colineau, mon pauvre ami,<br />

m'nsieur va me poser une question . Ah, je savais bien que noes<br />

noes amuserons en voyage !<br />

- Madame, si j' osais vows demander la cause de votre gaiete ?<br />

- De ma gaiete? Ha, ha, ha, certainement que je suis gaffe! Je<br />

le suis-toujours, nest-ce pas, mon pauvre Colineau ? MMais aujourd'hui,<br />

. . tenez, monsieur, avez-vous remarque notre diner?<br />

De vreemde aarzelde . Zoo-even had hij den monnik verdriet gedaan<br />

door de betuiging dat-i niet geloofde in de Heilige Maagd,<br />

zou hij nu dat lieve vrouwtje bedroeven door de erkenning dat-i<br />

had achtgeslagen op de soberheid van haar maal ?<br />

- Madame, j'ai cru . , , j'ai vu . . . je me suis apercu . . ,<br />

-Ha . .ha . . .ha!<br />

En weer lachte ze schaterend . Maar op-eens zeer ernstig<br />

- Pardon, monsieur, je ris parce que . . . mais en verite, je vous<br />

en fais mes excuses. Je comprends que c'est par bont que vous<br />

faites semblant de ne pas avoir remarque . . .<br />

En met onbeschryfelyke goedhartigheid reikte zy den vreemde<br />

de hand .<br />

. . . mais cela n'y fait rien. Vous avez vu nos haricots, et notre<br />

fourchette, un peu . , . solitaire, car c'est bien la la seule que noes<br />

ayons : noes sommes pauvres ! Eh, bien, monsieur, c'est parceque<br />

noes sommes si pauv'r°es que je m'amuse tant!<br />

De vreemde drong zich op, die zonderlinge verklaring niet goed<br />

verstaan to hebben, maar meende hiervan geen blyk to mogen geven<br />

. Het gesprek nam 'n andere wending,<br />

Nest-ce pas tout pres d'ici que ce pauvre Dantes a ete prisonnier<br />

? vroeg de dame .<br />

- Dantes ?<br />

- Mais oui, Dantes . Montechristo, si vous voulez .<br />

Ze meende dat die Montechristo 'n persoon was uit de Geschie-


ID<strong>E1</strong>+.N VAN MULTATULL . 133<br />

denis. De vreemde moest haar (lie meening ontnemen * maar ze<br />

gaf 't heel ongaarne op .<br />

- Mais le chateau If, monsieur, et file Marguerite?<br />

- Le chateau d'1 f et file Marguerite sort en pleine leer, madame.<br />

Vous les verrez demain, noes passerons tout pres d .e Ia .<br />

- Comment, la pleine mer ? Nest-ce pas la mer ici ?<br />

Helaas, weer 'n ill.uzie weg !<br />

- Non madame, c'est ici la Joliette, u-n petit port . Je crains<br />

biers que demain soir, vous ne vous portiez pas aussi biers . Le mal<br />

de mer . . .<br />

- Oh, cela ne me fait rien !<br />

- Je croyais avoir compris, madame, que vous passeriez la mer<br />

pour la premiere fois ?<br />

- Si, si, c'est vrai ! Mais tenez, monsieur .<br />

En ze haalde een klein fleschje to voorschijn, dat 'n tinktuurtje<br />

scheen to bevatten .<br />

- Avec ceci, monsieur, je ne crams pas le mal de flier .<br />

De vreemde zei dat-i veel gereisd had, en nog nooit eenig middel<br />

had zien baten tegen zeeziekte . Maar de jonge vrouw liet zich niet<br />

ontmoedigen .<br />

- Mais c'est mon bon Colineau lui-meme qui l'a invente, monsieur<br />

. . . car i t est medecin, mon mari, Oh ce West pas lui qui me<br />

laissera sou frir du mal de mer ! Il m'aime taut !<br />

Wat 'n gek idee, to meenen dat liefde iemand zou voorzeggen<br />

wat er to doen is tegen misselykheid ! Het doet me denken aan 't<br />

kind ,dat z'n moeder zoo wilde lief hebben dat-i haar 'n ster Icon<br />

geven ." Men moet vrouw, kind of apostel wezen om to gelooven<br />

dat liefde alle dingen overwint .<br />

M'n Francaise ging voort en zeide tot haar man<br />

Explique done un peu a Monsieur comment to as invente cette<br />

. . . chose .<br />

De man gaf daarop den vreemde een uitlegging - verbazend geleerd<br />

- van de wyze waarop zyn tinktuur alle mogelyke zeeziekte<br />

radikaal onmogelyk maakte . De slingering van 't schip, de zenuwen,<br />

de maag spieren, wormvormige beweging, samentrekken, uitzetten,<br />

derivatief, reaktie, de ruggegraat, de zenuwvlecht, de kleine<br />

hersen en . . , het was den vreemde to g eleerd . Te beleef d om den<br />

dokter tegen to spreken, zeide by maar dat-i 't beste hoopte van z'n<br />

middel .<br />

Een oogenblik daarna kwam 't gesprek weer op de vroolykheid<br />

van 't jonge vrouwtje . 't Was onmogelyk daarop niet to letten, en<br />

de vreemde betuigde op-nieuw z'n verwondering daarover , . .<br />

*) Ik heb later vernomen dat er inderdaad 'n stukje werkelykheid tengrondslag<br />

ligt aan den bekenden roman van Dumas .


1_34 IDEEN VAN MULTATIILI .<br />

- Madame, je vous admire . E+ n verite, ( ., 'est extr •a ordinaire, cat<br />

;i j'osais . . .<br />

- Men demander l'explication? Volontiers, n'est-ce pas, mon<br />

lion Colineau ? Raconte un peu a Monsieur . . ,<br />

De man verhaalde daarop z'n vry eenvoudige geschiedenis . In<br />

1848 was by student in de medicynen to Parys, en had zich by de<br />

barrikades geimprovizeerd tot chirurgyn- majoor . Toen alles weer<br />

was teruggekeerd tot de orde - zooals dat wordt genoemd door<br />

wie baas blyft - had-i z'n studien voleindigd, en vervolgens zich<br />

als geneesheer neergezet to Toulouse . Her weinige vermogen dat<br />

z'n vrouw hem aanbracht, was in allerlei gekke spekulatien verloren<br />

gegaan . Of 't lag aan hemzelf, aan to weinig bekwaamheid -<br />

by erkende gulweg de mogelykheid daarvan . . .<br />

239 .Wy erkennen liever algemeene dan byzondere fouten . Diezelde<br />

man die de mogelykheid inzag van z'n mindere bekwaamheid<br />

als geneesheer, zou zich driftig hebben gemaakt op iemand die de<br />

werking had betwyfeld van z'n tinktuur tegen zeeziekte .<br />

240 . . . of 't misschien werd veroorzaakt door de groote konkurrentie,<br />

zie, dit durfde de eerlyke Colineau niet beslissen .<br />

Genoeg, de praktyk bleef uit, en na twee, drie jaar huwelyk hadden<br />

ze 't weinige huisraad dat hun overbleef, te-gelde gemaakt om<br />

als passagiers van de derde klasse to kunnen vertrekken naar Italic .<br />

Daar zou misschien met de beweging die op-hand was, gelegenheid<br />

wezen tot plaatsing als officier van gezondheid by 'n regiment van<br />

Garibaldi.<br />

- Je vous souhaite beaucoup de succes, monsieur! Mais cela ne<br />

m'explique pas . . .<br />

- Ah, c' est vrai ! Vous ignorez touj ours pourquoi Madame . . .<br />

- Non, non Colineau, mon pauvre ami, c'est a mop; de dire!<br />

En neerhurkende op het dek naast de kajuitslantaarn *) waardoor<br />

'n flauw licht scheen, opende zy haar mantilje . . . zocht iets, naar 't<br />

scheen, tusschen of onder de keurs van haar kleed, en opstaande .<br />

') Dit is een boven 't dek uitgebouwd getimmerte dat aan de zyden<br />

met glas gesloten is, en gedekt wordt door twee kleppen die, geopend,<br />

d.ienen tot luchtverversching in de kajuit en, gesloten, op kleine schepen<br />

ais tatel of zitbank gebruikt worden . In zee worden de zyden van<br />

dezen nkapu met presenning - zeildoek dat door zoomen en verwen tot<br />

'n bepaald doel bewerkt is - zeer zorgvuldig gesloten, zoowel om *t<br />

geheel to beschermen tegen ;,slagzeeen,, als 's nachts den man te-roer en<br />

den kornmandeerenden officier op 't achterdek, tegen 't valsch licht dat<br />

nders uit de kajuit schynen zou . De etymologie van 't woord presennin,<br />

! :an ik niet opgeven . Ik spel het op den klank af . In 't Woordenlystje<br />

van D . V . en T . W . (Uit~-aaf, z1866) zoek ik het te-vergeefs . Daarin<br />

schitteren trouwens de meeste scheepstermen door afwezigheid. Ter<br />

schadeloosstelling vindt men de ware spelling der woorden : aczfschelyk,<br />

aafschhands, aakster, tien woorden die met behulp van aalbessen gemaakt<br />

kunnen worden - waarom niet honderd ? -- aclkubbe, aalkwabbe . . .<br />

waar zou ik eindigen ! En dat moet Nederlandsche ta,zl heeten !


11)EIYN VAX NULTA'TUL1 . 135<br />

Voici, monsieur, voici poui-quod ie suis ~i contenle d' etrc lvauvre<br />

avec mon bon Colincau . . . roici !<br />

En ze greep den vreemde by den arm . e n ti=ok hem zachtkens voor t<br />

en neder tot by 't lielit dat er scheen gait de kajuit,, en toonde<br />

hem . . .<br />

By m'n ziel, 't was weer 'n sleutelring met heilige poppetjes van<br />

tin of van loon !<br />

De vreemde begon verdiietig to worden . Hij zocht. w'vysheid, en<br />

vond niets dan dwaasheid op z'n weg. Hy wilde wet en, begrypen,<br />

kennen, en overal weed by geplaagd met domheid ! Hy werd knorrig<br />

omdat-i zich teleurgesteld voelde by 't, ontdekken van zulke kinderacl7tigheid<br />

in 'n gemoed dat hem nit 'n oogpunt van menschkunde<br />

de moeite van 't ontleden had waard geschenen . Vry droog uitte<br />

by !. ' 1n verstoordheid door, als tot den monnik maar flu iets ruwer,<br />

to zeggen dat-i geen geloof sloeg aan gekheden .<br />

-- Comment, monsieur, des betises ? MVIa honne, sainte, douce<br />

Vierge . . . des hetises ? Ah, monsieur, si vous saviez comme elle est<br />

pleine de graces? Ah, si vous saviez comme elle nae rend riche Bans<br />

n,otre pauvrete . . . u'est-ce pas, Colinean . ? Dis-done a m'sieur, comme<br />

elle est bonne pour noes, coin inc elle one rend contente et henreuse<br />

tons les fours de ma vie!<br />

Colineau -\vilde juist beginnnen 'n verklaring to geven van de<br />

wonderbare working der Heilige Maagd --- zenuwvlecht, duizeligheid,<br />

zeer kleine hersenen, enz . denk ik -- toen de sombere gestalte<br />

van den monnik zich vertoondo in 't halfdonker van het achterdek .<br />

Hy sprak den vreemde aaii :<br />

- J'ai ,pie, mon fils . 31-on f ils, f ai I)rie pour vows! La bonne<br />

Vierge mn'a exauce Elle vous pardonne yore ignorance, et vous pre<br />

ser-t'era de tout peche !<br />

- Loop naar den duivel, zei de vreemde, ditmaal in 't hollandsch,<br />

loop naar den duivel met j e Sainte- Vierge !<br />

--- En na vluchtig to hebben begroet, ging by naar z ' in hut om to<br />

slapen. Hier aangekomen hoorde by boven zich, hoe de dame die<br />

den ganschen middag zoo dartel was geweest, tot den inonnik zeide<br />

Benissez-moi, mon Sere !<br />

En hoe de monnik antwoordde<br />

- Je vous benis, ma fille! Que notre Dame de La Garde vous<br />

preserve du seal malheur qui soit au monde ! ("<br />

*) Notre Dame de La Garde is de zeer speciale beschermvrouw van<br />

die streken, of misschien alleen van Marseille . By deze stad althans ligt<br />

op 'n hoogte vanwaar men 'n ruirn uitzicht over de zee heeft, cen aan<br />

Maria . onder die benaming gewyde kerk, waarin duizende ex voto's to<br />

pronk hangen, voornamelyk van zeelieden die door haar tussclienhomst<br />

oil gevaren Bred zijn .


1 3 6<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

VOLGEND HOOFDSTUK .<br />

241 . - Ze lyken wel gek met hun Sainte-Vierge!<br />

Dit ongeveer was de eenige gedachte van den vreemdeling terwijl<br />

hij zich uitkleedde, of nagenoeg, want hij wilde den volgenden<br />

morgen op dek wezen : by 't losgooien en uitzeilen . Daarom ging hij<br />

slechts half ontkleed te-kooi . Toen by z'n horloge wilde opwinden,<br />

kwam hem 't looden Mariabeeldjen in de hand . Een oogenblik<br />

voelde hij neiging het wegtewerpen door 't poortje *) van z'n hut,<br />

maar by bedacht zich .<br />

- Bah ! . . . waarom ? Ik zal 't aan 'n kind geven als ik to Genua<br />

kom . Aan wegwerpen heeft niemand wat !<br />

Juist wilde by zyn kooi beklimmen - de bovenste - toen by 'n<br />

f orsche stem op 't dek hoorde zeggen<br />

- Monsieur et madame, auriez vous la bonte de prendre vos<br />

places ?<br />

- Comment, nos places ! V oily quelque chose de joli ? Il me semb<br />

le que nous en avons des places!<br />

- Madame, votre place est la! Vous etes passagers de pont. Passez<br />

devant, je vous en prie !<br />

En de vreemde hoorde hoe 't arme paar opstond van de lattenbank,<br />

en dat de vrouw zeide<br />

- J'y vais, capitaine, j'y vais, Dieu, est-il drole, avec sa place!<br />

Tiens, mon Sevres . . . .<br />

Ze sprak van 't blikken soepketeltje .<br />

- Adieu, capitaine ! Viens, mon bon Colineau, nous nous amuserons<br />

la-bas aussi bien qu'ici. Venez, mon pere ! Vous aussi, vous<br />

d emeurez daps ce quartier-la .?<br />

- Oui, ma fille. Je suds passager de pont .<br />

- Mais c'est un roman cela, un vrai roman nous coucherons<br />

a la belle etoile !<br />

En schaterend van lachen alweer, scheen zy to vertrekken naar<br />

't voorschip .<br />

VOORLAATSTE HOOFDSTUK .<br />

242 . In de kajuit brandde een vuile nachtpit die moeite had bewys<br />

van bestaan to geven .<br />

Alles was stil geworden in 't achterschip .<br />

De vreemdeling hoorde het tikken van z'n horloge dat hem scheen<br />

toeteroepen . Sain-te-Vier-ge Sain-te-Vier-ge . . . .<br />

fly kon niet slapen, en voelde dat hem iets deerde . Eerst wist by<br />

zolf niet wat hem belette to slapen . Z'n bed was goed<br />

*) Poort, poortje : zeemanismus voor venstertje, luikje .


IDEEN VAN MULTATTTLI . 13<br />

Juist, dat was het ! Ely kon niet slepen omdat z'n bed goed was !<br />

Hier volgt weer een artikel uit den g eloof skathechismus van den<br />

vreemdeling.<br />

Als door 'n adder getroffen sprong by op, de kooi uit, en kleedde<br />

zich weer aan . Met vry veel kracht wist-i z'n bagag e die in de onderkooi<br />

geplaatst was, daaruit to halen en buiten de hut to slepen .<br />

Daarop onderzocht hij z' n bed, en vond dat het was saamgesteld<br />

uit 'n stroozak, en daarover iets zachters van veeren of varen<br />

Het bovenbed legde hij beneden, in de onderkooi .<br />

Wat er aan dekking ontbrak vulde by met 'n reismantel en nog<br />

een-en-ander aan. Er waren twee kussens . . . . coed! Een onder, peen<br />

boven . . . . by had twee bedden in z'n but !<br />

Hierna sloop by de kajuitstrap op, zocht op het dek z'n weg<br />

naar 't voorschip<br />

Hu, 't was zoo koud! Des-te-beter, vond hy .<br />

. , . by zocht z'n weg naar 't voorschip, rook de scherpe knoll ooklucht,<br />

. . .. ja, dear moest het zyn<br />

Mon pere ! riep hy .<br />

De monnik scheen hem niet terstond to hooren, maar van 'n weinig<br />

verder klonk 'n lieve vroutivestem<br />

Chut, it dort, le saint homme !<br />

- Comment, e'est vows, madame! C'est -r'ous, par le temps qu'il<br />

fait!<br />

- Ah, l'Anglais! Oui monsieur, c'est moi! Que me voulez-vous ?<br />

-- Madame, i l fait un froid a ff'reux !<br />

-- Le fait est que je f rissonne un peu,<br />

Nu ontwaakte ook de monnik, en de vreemde begon voorwerpen<br />

en personen beter to onderscheiden . Het arme echtpaar lag tusschen<br />

twee watervaten, met het hoofd op den vuil-linnenzak . Colineau<br />

had z'n jas uitgetrokkelu om daarmee z'n vrouw en zichzelf to dekken<br />

. Ze hielden ieder 'n moues , in de hand, alsof ze zich wilden<br />

vastklemmen a an die schrale verwarming . De monnik zat, evenals<br />

's middags na 't bidden, op z'n knoflookzak, met het hoofd tegen 't<br />

boordbeschot .<br />

- Mon pere et vows, madame . . . . je viens vows prier . . . . je voulais.<br />

. . . it fait si froid, mon pere !<br />

- Est-il-Orange, cet Anglais, riep weer 't vroolyke vrouwtje,<br />

croit-il par hasard noun rechauffer par ses conies ! Oui, monsieur,<br />

it fait froid. . . . effectivennnt, it fait tres-froid ! Nous sommes payes<br />

pour le savoir, noes autres passagers de pont! Et pus? TToyons !<br />

Ze klappertandde . . . .<br />

-- 31-ada .me et, roIS, mo-o peg e j'ai (b~-a(.x boos fits O, ? ,()us<br />

o f'rir .


138 ID-FEN ~N iIJLTATULI,<br />

- C'est gentil! _Et oI done, s'il vous plait?<br />

-- Venez, mon pere ! Madame, vnez !<br />

'En met de rechterhand geleidde by de jonge vrouw, en by reikte<br />

den monnik de linker, en by voerde hen naar 't achterschip, in de<br />

ka j uit<br />

Madame, si vouz vouliez prendre le lit d'en-bas . .,, je l'ai arrange .<br />

Ze trad de hut in .<br />

Tiens, c'est gentil ! Cest vrai True je fris8onne, mais . . . . en me<br />

couchant it me semble que je pourrais bier me deshabiller • un peu?<br />

- A votre aise, Madame!<br />

En onze reiziger sloot de gordynen van de hut . De monnik wachtte<br />

tot de dame roepen zou, dat ze ontkleed en to-bed was . Gedurende<br />

(lien ty d had by den vreemde aandachtig gadegeslagen .<br />

- Mon fils, vouz avez bon cceur !<br />

- -Te crois qu' oui, mon pere .<br />

- Voudriez-vous me faire un plaisir, un tres grand plaisir ?<br />

- Mon pere, sit depend de moi. .,,<br />

- Cela dependra de vous, mon fils .<br />

- Parlez, mon pere !<br />

- Ayez foi en noire Sainte- Vierge !<br />

- Mon pere, j e ne saurais<br />

- Acceptez au moms la benediction que je vOis vous Banner en<br />

son nom!<br />

- Mon pere j'accepte !<br />

En de wysgeer zonder geloof, de denker die gespot had met de<br />

beeldjes van tin en van lood, de man van scherp onderzoek en hytend<br />

sarkasme . . . .<br />

Die man knielde neder zonder de minste huichelary<br />

En by weende !<br />

De monnik strekte de handen uit over z'n hoofd, en zeide<br />

- fe vous benis, mon fils ! J'ai prie, j'ai beaucoup prid pour<br />

vow> notre Dame de La-Garde n'exaucera ! Elle vous preservera<br />

du seul malheur qui soit au monde, du pdche!<br />

En uit de but klonk<br />

- Amen!<br />

En<br />

. . . . je suis couchde, mon pere . .,, veuillez entree, et bonne suit !<br />

Dieu, qu'il fait froid! Bonne nuit, m'sieur l'Anglais . . . . voudriez<br />

vous me donner la main?<br />

Ze stak haar handje tusschen de gordynen uit . De vreemde die<br />

iiog Wig by den grond was, vatte het, . . .


Eli, biers, mossiev-r, elt, bic<br />

- Madame !<br />

1DKEN VAN MMULTATULT . 11i)<br />

Of 't weer de moeurs waren van z ' n pays, of 't weer 'n artikel<br />

was uit de ,belydenis van z'n geloof" . . . dat weet, ik niet ! Maar by<br />

begreep haar : eh bien ? met z'n hart dat veel begreep, en by heeft<br />

die kleine hand heel vurig gekust . . . .<br />

Comment, monsieur, vows pleurez ? Tiens, moi ausssi c'est<br />

etrange je vous aim.(, beau-coup !<br />

Zoo had de nietswetende wy sgeer geknield voor de zegenspraak<br />

van den monni k .<br />

Zoo had de onnoozele dweper z'n zegen gegev en aan 'n twyfelaar,<br />

aan 'n „ Geist der stets verneinte" .<br />

Zoo had de onwetende, kinderlyk dartele vrou w 'n traan gesehonken<br />

aan den man then ze zooeven ' 1i bezemsteel had genoemd, die<br />

kermishoudt.<br />

En in aller hasten woonde liefde .<br />

Waardoor waren die wonderen gewroeht ?<br />

Door den godsdienst van bet goede .<br />

Bet laatste hoof dstuk van deze geschiedenis may ik niet verkoopen<br />

. Ik geef (-]at aan wien ik lieflieb.<br />

242a . (In de vorige uitgaa f als Noot gedrukt .) Met den bespottelyken<br />

eigenwaan die me kenmerkt, meende ik in 1862 toen ik die<br />

zeeziekte-vertelling gereed maakte voor de pers, iets schoons geschreven<br />

to hebben - dat meer gebeurt -- en ditmaal zelfs - ook<br />

dit gebeurt meer - iets zeer schoons .<br />

Uit vrees dat het nageslacht misschien in geiyke dwaling vervallen<br />

zou als men het ongewaarschuwd overliet aan z'n eigen oordeel,<br />

acht ik my eerlykslieidshalve verplicht tot de verdrietige mededeeling<br />

dat m'n zeeziekte-vertelling niet alleen zeer ver beneden<br />

Sterne's Sentimental Tourney staat, maar zelf s g ebleken is in zeer<br />

letterlyken zin beneden kritiek to wezen . Geen tydschrift heeft<br />

zich vernederd daaraan 'n enkel woord van of keuring wegtewerpen .<br />

Om nu evenwel to voorkomeai dat latere beoordeelaars, tengevolge<br />

der negatieve voorlichting uit Attika, ook m'n geheelen overigena<br />

arbeid niet de minste aandacht waard keuren, verhef ik me bier<br />

met een van dankbaarheid gloeiend gemoed op 'n getuigenis van<br />

zekeren ivereldberoemden litterator - wiens ilaam ik verzwygen<br />

mag, omdat by ook zonder myn toedoen op alle nageslachtelyke<br />

lippen zweveii zal - die onlangs in 'n Italiaansch tydschrift, onder<br />

den titel : it movimente intellettuale in Olanda een-en-ander mededeelende<br />

nit onze Republiek der Letteren, Yny wel heeft gelieven<br />

to noemen . De wereldberoemde letterkundige dryft de alto stoute<br />

welwillendbeid z6(i ver m t-i my, in gezclnchai) vran twee even we-


1 4 0 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

reldberoemde schryvers - wier namen ik alweer, om gelyke reden<br />

als boven, mag overslaan - 'n plaatsjen aanwyst onder de dii minores<br />

die den Croon omringen eener vierde Nederlandsche wereldberoemdheid<br />

.<br />

Voor j onge studenten in de Letteren zal 't na 'n eeuw of wat<br />

'n aardige - maar niet zeer gemakkelyke - taak zyn de door my<br />

overgeslagen namen in to vullen, en tevens uit een-en-ander to besluiten<br />

tot it movimente hyper-intellettuale en de integriteit der<br />

mannen van Letteren in . , . Bootie.<br />

243 . - U w vriend is, . .<br />

- Dat wist ik. Hyzelf heeft het me gezegd . Hy zegt my alles .<br />

- Uw vriend heeft . . .<br />

- Dat wist ik vanzelf. Hy zegt my alles,<br />

- Uw vriend deed . . .<br />

- Dat wist ik. Hyzelf heeft my alles gezegd wat hem aangaat .<br />

- Dan zal ik iets verzinnen over uw vriend dat hyzelf u niet<br />

zeggen ken omdat by niet kon weten wat ik over hem verzinnen<br />

zou .<br />

244. Lasteraars en dichters scheppen niet. Ze rangsehikken .<br />

245 . Ach, niets is volmaakt . . . zelfs niet de leugens !<br />

246 . Hoogmoed is moed om hoog to staan . Neem daarvan eens<br />

'n proef, gy nederigheidskramers, en wees eens inderdaad nederig<br />

- d. i . wd r - door to erkennen dat uw nederigheid iets heel anders<br />

is dan nederigheid . (107-110, 220-223) .<br />

247 . Toen ik laatst droomde dat ik van steen was, en als borstbeeld<br />

in 'n muzeum van groote mannen logeerde, kwam m'n moeder<br />

- Arme jongen, zei ze, wat heb je toch gedaan ? Heb ik je daartoe<br />

opgebracht 2<br />

Och, 't was zoo koud in dat Pantheon !<br />

248 . Daar kwam 'n arme drommel die meende dat ,schryven" 'n<br />

beroep was, my vragen hoe by 't moest aanleggen om klanten to<br />

krygen.<br />

- Wat heb-je to zeggen?<br />

- Ja; zoo . . . . ik zou wel kans zien 'n verhaal to maken .<br />

- Maken ?<br />

- 0 ja, dat zou 'k wel kunnen .<br />

- Dan heb je myn raad niet noodig, want dat kan ik niet.<br />

249 . Daar kwam 'n ander die minder ken, maar 'n oude moeder<br />

had, en zusters, en allerlei dat hem bewoog om to doen alsof-i wat<br />

kon .


IDEEN VAN MULT ATULI . 1 4 1<br />

- Ach, m'nheer, als ge wist hoe schraal t is by ons, hoe armoedig<br />

!<br />

- Hm . . . zoo?<br />

- Bedenk iets, bid ik u . Geef me een onderwerp op, en zeg me<br />

hoe ik . . .<br />

- Schryf wat over Holland op ti'n smalst .<br />

- Daar weet ik niets van .<br />

- Dat zou geen reden zyn om er over to zwygen als ge overigens<br />

indrukken hebt, vuur . , . j a, dat i s It : lc feu sacrc !<br />

- Ziedaar juist wat me ontbreekt, ik ben zoo koud als onze<br />

kamer . . , ach, myne moeder !<br />

- Geen vuur ? Ik zal j e help en ! M'llheer, ik heb niets met j e to<br />

waken . Bevries, jy en je heele familie ! Met zulk yolk kan ik me<br />

niet inlaten. Daar is de deur, en de trap volgt<br />

- Nu, nu, ik ga ! Dat's infaam ! Zoo'n behandeling . . . 't is om<br />

razend to worden, ja razend ! Dat zal ik je betaald zetten<br />

En de man had vuur, en schreef wat tegen my met veel vuur, en<br />

kon vuur betalen om z'n moeder wat to warmen, en z'n zusters .<br />

250 . In de beoefening van menschkunde maken wy gewoonlyk<br />

dezelfde fout als veel teekenmeesters . Ze laten 't kind 'n prentje<br />

nateekenen waarop iets staat dat 'n paard verbeeldt, maar zelden<br />

teekent dat kind 'n paard .<br />

Als 't mogelyk ware dat 'n onbeduidend mensch zich behoorlyk<br />

kon uitdrukken en al de gedachten weergeven die er opkomen in<br />

z'n gemoed, dan zou de waarneming daarvan voor 'n wysgeer oneindig<br />

meer gewicht hebben dan de diepste studio uit boeken . We<br />

verzuimen meestal de voorwerppen, om naar de prentj es to kyken<br />

waarop die voorwerpen -- gewoonlyk heel gebrekkig - zyn a fgebeeld.<br />

Pompeji en Herkulanum zyn de eenig-ware boeken over de zeden<br />

der Romeinen .<br />

251 . Een professer in de vischkunde was aan 't demonstreeren .<br />

1)e studenten luisterden . , . nu ja, zooals studenten luisteren . En<br />

dan studenten in de Ichthyologie !<br />

- De karper, myne heeren, de karper . . .<br />

Daarop volgde iets over de karper . . . of den karper, ik heb geen<br />

tyd om 't optezoeken, en wel beschouwd geloof ik ook dat het er<br />

drommels weinig op aankomt .<br />

- De karper, myne heeren . . .<br />

En zie, daar kwam een karper - of eene karper - de kollegiekamer<br />

inzwemmen . Hoe 't beest het maakte met de droogte gnat<br />

ons niet aan . De arme studenten hadden daaronder al zoo lang geleden,<br />

en een karper - of eene karper -- is niet beter dan 'n student,


1 42 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Daar is hyzelf - of zyzelve - riepen zy als uit een mond .<br />

En ze lieten den prof esser staan met z'n verhandeling over den<br />

karper - of de karper - en zy bekeken de karper<br />

Dit nu vond ik goed en natuurlyk van die studenten,<br />

Maar ik wou dat wy dat ook deden en ons meer toelegden op de<br />

beschouwing van den mensch - of van de mensch, gy mannen ! -ban<br />

op 't luisteren naar diktaten over menschen .<br />

252 . Er is geen mensch wiens gemoedsgeschiedenis niet belangryker<br />

is dan de ,mooiste" gemaakte roman.<br />

253, Men meent dat ik „opsta tegen alles ." Dat is de term . Och,<br />

als men moist hoeveel dingen ik voor heilig houd .<br />

254. Moed om zichzelf to beschuldigen van verkeerdheden, byvoorkeur<br />

in 't algemeen (239) is vry gewoon . Maar zeldzamer is de<br />

moed zichzelf to pryzen .<br />

255 . Nog nooit heb ik iemand zich in oprechtheid hooren beklagen<br />

over gebrek aan hart, aan ideen of aan ondervinding .<br />

256 . De fouten die men 't liefst erkent, zyn die welke door tegenstelling<br />

denken doen aan deze . of gene goede eigenschap . Distraktie<br />

beduidt : geleerdheid. Drift wil zeggen : goedhartigheid. Slordigheid<br />

is :streven naar hoogere dingen. Zwakte : vatbaarheid voor indrukken<br />

. Ruwheid :inwendige waarde .<br />

By 't laken van zichzelf en by 't pryzen van anderen rekenen wy<br />

op de „maren" .<br />

Van onszelf sprekende zeggen wy : opvliegend ben ik . .<br />

maar aan,)<br />

. (vul de<br />

Van 'n ander : een goed hart heeft-i . . , (vul de maar aan .)<br />

257 . We letten niet genoeg op 't verschil tusschen de woorden<br />

drift, oploopendheid, vuur, fyngevoeligheid, toorn, prikkelbaarheid,<br />

ruwheid, enz .<br />

Er z'n er, die meenen driftig to zyn omdat ze gauw, veel of klankrijk<br />

vloeken.<br />

258 . Nooit zyn twee personen tegelyk even toornig tegen elkaar .<br />

259 . „Hy is zoo'n bedaard mensch," Ik heb deze hollandsche lofspraak<br />

riooit begrepen . Wat beduidt het eigenlyk ? Hy slaat Diet,<br />

schopt niet, vloekt niet, drinkt niet? Is het date Dat kan niet waar<br />

zyn. Want zie, ook ik doe al die dingen niet, en toch bedank ik heel<br />

vriendelyk voor den titel van ,bedaard mensch ."


TDEEN VAN ~tt1~,r~rrTt,r . 1.43<br />

Ik bedank daarvoor, diet oindat ik 't woord versta, inaar oni niet<br />

begrepen to worden onder 't volkje dat zoo genoemd wordt .<br />

260. 't Is 'n groote Pout to meenen dat iemand to prikkelbaar is<br />

voor wat ons klein toeschynt, daarom zwak wezen zou in groote<br />

zaken. (86) . `raak is juist overgevoeligheid voor 't kleine, een blyk<br />

van kracht tot het groote,<br />

261 . Eene kapel zweefde hoog, hoog in de lucht . Ze genoot haar<br />

vryheid, haar schoonheid, en v ooral verlustigde zy zich in 't aanschouwen<br />

van alles w at er onder haar was .<br />

- Komt, komt hier . . . hoog ! scheen ze toeteroepen aan hare<br />

zusters die ver onder haar rondfladderden over de bloemen der aarde.<br />

- Wy drinken honig, en blyven beneden .<br />

0, lieve zusters, al s ge eens wist hoe heerlyk 't was alles to<br />

overzien ! Komt, komt toch .<br />

- Zyn er bloemen daarboven, waaruit we den honig kunnen zuigen,<br />

then wy kapellen noodig hebben om to leven ?<br />

- Men ziet hier al de bloemen, en dat genot . . .<br />

Hebt ge honig daarboven<br />

't Is waar, honig was daarboven niet !<br />

De arme vlinder die tegenzin had in 't woven beneden, werd vermoeid<br />

. . .<br />

Toch trachtte zy zich bptehouden ! ) 't Was zoo schoon, vond<br />

ze, zoo alles to overzien, alles to begrypen in een blik .<br />

Maar honig . . . honig ? Neen, honig was er niet daarboven !<br />

En ze werd zwak, die arme kapel ! Haar vleugelslag werd trager,<br />

al trager. En ze zakte, en ze overzag al minder en minder' .<br />

Toch wou ze . . .<br />

Neen, 't baatte niet ! Ze daalde . . .<br />

Ei, daar kolnt ge, riepen de zusters, wat hebben wij u gezegd ?<br />

Toch komt ge nu evenals wy honig zuigen nit de bloemen hier beneden.<br />

We wisten 't wel<br />

Zoo riepen de zusters, verheugd omdat ze gelyk hadden, schoon<br />

ze dat slechts hadden uit gebrek aan besef van 't schoone daar-boven .<br />

- Kom, en zuig honig als Wy !<br />

En de kapel daalde al lager . . . en wilde nog . . .<br />

Daar was 'n bloemstruik . . . zou ze then kunnen bereiken ?<br />

Ze daalde diet meer . . . ze viel ? Ze viel naast den struik, op den<br />

weg in 't spoor . . .<br />

*) 1k bemerk dat ik hiei 't woord vlinder vrouwelyk maak . De oorzaak<br />

is dat ik begon to spreken ,over eene kapel . Doch, voor den hondersten<br />

keer, waartoe dient dat onderscheid der geslachten van woorden<br />

2 Het is m onze teal 'n onwearheid, en . . . noodeloos lastig.


1 4 4<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

En daar word ze vertrapt door 'n ezel .<br />

262 . Ik heb in 't voorgaand nummer vergeten to zeggen dat de<br />

kapellen beneden, nooit aan haar vertrapte zusters dachten met deernis,<br />

maar altyd met wat genoegen over eigen wysheid, die wel beschouwd<br />

toch maar voortkwam uit honigzucht .<br />

Zoo zyn we!<br />

263 . Er is niets poetischer dan de waarheid . Wie daarin Been<br />

poezie vindt, zal steeds 'n pover poeetje blyven daarbuiten .<br />

264 . Och, 't is zoo jammer dat we geen waar „Levee van Jezus"<br />

hebben ! Dat zou 'n ,mooi boek" wezen, zooals ze datnoemen. Waarschynlyk<br />

hadden wy 'n mensch leeren kennen, en dat wil wat meer<br />

zeggen dan 'n god of 'n halfgod, of 'n heelemaal-god, al naar men<br />

wil . (65, 93, 186) .<br />

265 . Er zyn ridderromans waarin deze of gene preux 'n gewyd<br />

harnas draagt dat bestand is tegen houw en scoot . Als zoo'n bevoorrecht<br />

ridder onaangenaamheden kreeg met iemand die minder bevoorrecht<br />

was, trok ik altyd party voor den laatsten . Ik vond zyn<br />

verliezen schooner dan 't winnen van den ander .<br />

De evangelie-verzamelaars hadden Jezus niet zoo'n gewyd harnas<br />

moeten aantrekken .<br />

266 . Er zyn weinig in de Geschiedenis vermelde personen - ja<br />

ik durf zeggen : er zyn er geen - die ik zoo liefheb als Jezus . Och,<br />

ik zou hem zoo graag kennen in z'n fouten !<br />

't Is onmogelyk dat iemand die Jezus houdt voor zondeloos, hem<br />

zoo lief kan hebben als ik .<br />

Er is 'n zotte begripsverwarring in de meening, dat ik 'n vyand<br />

van Jezus wezen zou . 'Van de duizend en een christendommen, ja!<br />

En ik beweer dat Jezus in die vyandschap m'n bondgenoot wezen<br />

zou .<br />

267 . We hebben zelden 'n meening. Meestal voelen wy maar<br />

indrukken, en daaraan geven wy apres coup rang van opinie, door<br />

er wat sluitredenen voortezetten, die we van-pas maken zooals 'n<br />

eindversrymelaar de regels voor 't vers-eind .<br />

Wat we in zoo'n geval sluitredenen noemen, zyn doorgaans redenen<br />

die niet sluiten, en onze gesyllogismeerde indruk staat tot 'n opinie<br />

als 'n eindvers tot 'n vers .<br />

268. Het denken moet geleerd worden. Er zyn hulpmiddelen<br />

logika, mathesis, enz . Maar meestal nemen wy die middelen voor 't<br />

doel . Er zijn veel bekwame onderwyzers in de logika die onzuiver<br />

denken zoodra ze meenen dat hun logika, hun „vak" niet in 't spel


IDEEN VAN MULTATULI . 1 4 5<br />

is . En menig professer in de wiskunde rede»eert, heel onwis buiten<br />

z'n studeerkamer of gehoorzaal .<br />

Dat kunnen matliesis en logika niet helpen . De fout ligt in d e<br />

meening dat die dingen behooren tot de privatieve weelde der geleerde<br />

wereld .<br />

Dat hun ook daarom zoo kwalyk to nemen is, wyl velen die zich<br />

niet te-buiten gingen aan gezette studie, hierop 'n onbeschaamde<br />

rninachting gronden voor de gymnastie van 't verstand . ,Met logika<br />

en zulke dirigen houd ik me niet op, roepen zy, ik zeg maar . . .<br />

Nu ja, zie verder juffrouw Zipperman, of hoe heet het mensch ?<br />

268a. (In de rorige uitgaa f als Noot gedrukt .) Ik weet niet of<br />

deze regelen onder de oogen komen zullen van den auteur eener my<br />

schriftelyk gedane vra,ag : wat ik bedoelde met de uitdrukking „Enz ."<br />

die in 't vorig nummer op 't woord mathesis volgt . Oppervlakkig<br />

schynt die vraag oiseus. Ze is het echter niet . Niet alien immers zyn<br />

in de gelegenheid 'n kursus in logika of mathesis bytewonen - wat<br />

jammer genoeg is - en 't zou wet to betreuren zyn indien denzulken<br />

alle oefening in het denken ware afgesneden . Ik antwoord op<br />

bedoelde vraag hot volgende .<br />

Zeer stipt genomen -- at to stipt misschien (486) is er 'n fout<br />

in den aanhef van 268 . We zyn denkdieren, kunnen denken, en voelen<br />

aandrang tot denken : sumus, ergo cogitamus . Denken is ons instinkt,<br />

onze behoefte, onze roeping, ons wezen . Ik verwys hieromtrent<br />

naar 838, onder opmerking dat het hier gestelde geenszins in<br />

stryd is met de in 882 voorkomende bewering over zinnelykheid,<br />

maar de toelichting hiervan gaat m'n tegenwoordigbestekte buiten .<br />

Ook loopen is_ ons aangeboren, en toch is er in de wyze van loopen<br />

groot verschil . De knaap die achttien jaren lan g het gaan beoefende<br />

in de praktyk, heeft als rekruut behoefte aan onderricht in loopen .<br />

De strekking daa,rvan is hem to leeren de gaaf der Natuur op de<br />

voordeeligste wys toetepassen . Zyn loopen moet veranderd worden<br />

in goed loopen .<br />

Misschien had ik this in 't vorig nummer moeten zeggen : het<br />

goed denken meet geleerd worden .<br />

Voor ik nu de hulpmiddelen daartoe - buiten eigenlyk gezegde<br />

log i ca en mathesis -- opgeef, moet ik erkennen dat in geen geval<br />

die wetenschappen in zeer algemeenen zin genomen kunnen ontbeerd<br />

worden, en juist hieruit blykt de gegrondheid van de vraag<br />

wat ik met myn ,enz." bedoelde 5? Teder wezen immers dat waarneemt,<br />

opmerkt, vergelykt, afleidt, ontleedt, meet, weegt, oordeelt<br />

en besluit . . . in do woord : ieder die denkt, gebruikt logika, mathesis<br />

. En dit blyft het g eval, ook al had by nooit i ets gehoord van de<br />

benamingen waarmee men die wrerkzaamheden van den geest heeft<br />

gestempeld tot 'n speciaal-studie . Zoo maakt ieder die zich beweegt,<br />

onwillekeurig gebruik van gymnastische hulpmiddelen, zonder joist<br />

daarby de wetenschap vain 1 700' .JAH-, i en EULua to pas to brengen .<br />

IDEEN I . 10 .


1 4 6 IDEEN VAN MTTLTATTTLT .<br />

De hulpmiddelen, zonder om goed to leeren denken --- zonder de<br />

logika of de mathesis van de school, alzoo - zyn van negatieveit en<br />

pozitieven aard.<br />

De zeer noodzakelyke huishoudelykheid met onze geestvermogens<br />

moet zich voor 'n groot deel opennbaren in onthouding . Tot Vrye<br />

studie - want op dit veld behooren deze opmerkingen to-huffs - is<br />

gewis noodig dat we ons verstand niet verdooven door ,Geloof ."<br />

Evenmin door sterken drank, door onmatigheid, door slaverny onzer<br />

zinnen, door onnatuurlyken stryd tegen gepaste aanspraken<br />

der zinnelykheid, door toegeven in hartstocht, door luiheid .<br />

Onder de pozitieve middelen noem ik in de eerste plaats : het<br />

uitroeien der vervloekte gewoonte van niet-begrypen . (462) We<br />

moeten ons doordringen van 't besef dat begrypen plicht is, en 't berusten<br />

in bet tegendeel, 'n onzedelyke lafhartigheid . Elk mysterie<br />

is 'n vyand then de denkridder Mensch uit den zadel behoort to lichten<br />

. Of althans by moet dit, op-straffe van felonie, beproeven . We<br />

zyn geboren kampioenen voor duidelykheid, voor eenvoud, voor<br />

harmonie tusschen daad en woord, voorWaarheid.<br />

De lieve Natuur zorgt er wel voor dat er ten-allen-tyde monsters,<br />

reuzen en spoken to bestryden blyven . Elk verjaagd wanbegrip<br />

laat vlekken na, die uitgewischt moeten worden . Elke verklaarde<br />

verborgenheid baart nieuw mysterie . (869)<br />

By 't lezen van elke bladzy, van elke zinsnede in 't groote boek<br />

dat van eeuwigheid tot eeuwigheid wordt geschreven door de feiten,<br />

behooren wy gedurig onszelf de vraag voorteleggen die Filippus<br />

richtte tot den Kamerling.(.Hand . VIII, vs . 30.)<br />

By deze algemeene opmerkingen voeg ik de opgave van twee byzondere<br />

middelen die me voorkomen van goede werking to zyn .<br />

Ten eerste : men behoort zich toeteleggen op juistheid van uitdrukking<br />

. (10, 13 . Het doet me genoegen dat deze beide nummers<br />

van m'n IDuEN zoo laag zyn .) Gedachte en uitdrukking oefenen wisselwerking<br />

op elkaar uit . Wie logisch denkt, zal - by nadering a]tyd<br />

- de juiste uitdrukking vinden voor z'n gedachten, althans by<br />

zal niet berusten in bet tegendeel . En, omgekeerd, de gewoonte<br />

om naar juistheid van uitdrukking to streven, is zoo wel'nkrachtige<br />

spoorslag tot logisch denken, als 'n doorgaande oe fening in (lie voornaamste<br />

menschenplicht .<br />

Het tweede hulpmiddel is dat men zich zoo dikwyls mogelyk tot<br />

taak stelle iets to verklaren aan anderen, of zich de vraag voorlegge<br />

hoe zou ik antwoorden als iemand op zulke verklaring aandrong<br />

Hierdoor is men genoodzaakt z'n gedachten op korrekter wyze to<br />

rangschikken, dan zoolang we meenen met onszelf-alleen to doen to<br />

hebben. Hoe onwetender we ons daarby onzen leerling voorstellen,<br />

hoe beter. Deze methode verschaft ons niet alleen 'n fielder inzicht<br />

in 't behandeld onderwerp, maar ze geeft ons bovendien zeer dikwyls<br />

'n uitdrukking aan de hand (lie we misschien zonder h a.a r niet zou-


Ii)}E,N V,VN -NIU-LT .A,'I.'U-Ll . - 1-47<br />

den hebben, en die songs de gevonden slotsom StCUIPelt tot puntige<br />

spreuk . Alzoo, en tevens by - -voorbeeld :ut discas doce!<br />

Dat ik niet beweer in (lit, nummer de denktheorie te hebben afgehandeld,<br />

spreekt vanzeif . Ik zal dale ooh wel L , eiioodzaakt zyn daarop<br />

meermalen teru , tekomcii .<br />

11<br />

269 . Om de slotsom onzer gedachten overtegieten in 'n ander,<br />

moeten we niet zoozeer 'n redeiieering voortzetten tot die slotsom<br />

toe, als wel trachten zulke imtrukken meetedeelen als kans aanbieden<br />

(tat de hoorder-zelf zich voelt opgewekt tot denken en besluiten.<br />

Dit nu is, de sokratische manier . Maar de oorzaak der verkieslykheid<br />

van deze leerwyze? Ze ligt, voor 'n groot deel in de ydelheid<br />

. *)<br />

- Peeren van onz' eigen boom! zegt men, en dat beduidt voorkeur<br />

voor die peeren, al waren ze ook onryp, zonder geur of smaak<br />

Zorg dat elke konkluzie aan ieder , een peer van zyn eigen boom"<br />

schyne .<br />

-1) Voor 'n groot deel, rnaar niet geheel . Er bestaat 'n andere<br />

reden die voor deze leerwyze pleit . Wie tot en met dee konkluzie<br />

cloorredeneert, loopt gevaar dat de hoorder gemakshalve de syllogismen<br />

overslaat, en de slotsom - 'n plantje zonder wortel dan -<br />

geloovig aanneemt . Doch, ook zonder geloof, de zelfgemaakte konkluzie<br />

wekt meer belangstelling, en zal waar 't noodig is flinker verdedigd<br />

worden .<br />

270 . Maar grappig is 't ., als men u zoo'n door uzelf gegeven peer<br />

aanbiedt met de boodschap :<br />

-- Die inoet je nu eens proeven . ., . 't is uit bnzen tuin<br />

271 . Ik lees in 't prospektus van 'n ,Maandschrift ter bevordering<br />

der kennis van het wezen des Evangelies" uitgegeven door Dr .<br />

L . S . P . Meyboom, onder medewerking van vele ,geleerden- -<br />

waaronder zes hoogleerareil die precies behooren to weten - dat<br />

alles wat men tot-nog-toe van 't Evangelie verteld heeft, eigenlyk<br />

maar gekheid is . Daar staat namelyk :<br />

Sedert de Evangelic-spiegel, nu vyf jaren geleden, onder myne<br />

redactie begon to v erschyanen. is de ontwikkeling op het gebied van<br />

de kennis des Evangelies wet snelle schreden voortgegaan."<br />

Och, de arme drommels die gestorven zyn in 't geloof aan 'n verkeerd<br />

begrepen Evangelie' Waarom lieten Dr . Meyboom en die<br />

andere ,geleerden" hen niet bytyds in then spiegel zien?<br />

"Nieuwe onderzoekingev zyn in het werk ge8teld, nieuwe uitkomsten<br />

verkregen , en ?cat de Godgelcerden zochtenr, vermoedden en<br />

wisten, is ten deele ook onder den grooteren tiring van niet-Godgeleerden<br />

verbreid . Daaruit zy)?, nieuwe beboeften geboren ."<br />

Nice we uitkollvs't - eIO Wellce " fu-,()(Isi)aaDi, welke? Is liefde niet


148 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

meer - onzinnig genoeg *) - uw hoogste gebod ? Is er 'n andere<br />

weg ten-hemel, dan door,, Christus, en dien gekruist" zoo als gyl . dat<br />

noemt ? „ De godgeleerden zochten, vermoedden, en . . . . wisten" zegt<br />

ge ? Is 't dan waar wat sedert lang zoovelen vermoed hebben, dat<br />

gyl . laag- en hoogleeraren, Isispriestertje speelt en den volke maar<br />

wat of val geef t van uw hooger kennis 2<br />

Ik vind iets klagelyks in uw toon waar ge zegt : , dat is ten deele<br />

ook onder den grooteren kring van niet-godgeleerden verbreid ."Het<br />

klinkt als : ,sakkerloot, we zyn betrapt, het yolk heeft achter de<br />

schermen gekeken !"<br />

„Daaruit zyn nieuwe behoeften geboren! Wel wis en zeker ! Dat<br />

zegt Bamberg ook, als-i - wat hem zelden gebeurt - 'n tour manque<br />

maakt . 't Is uw kaart niet, m'nheer ? Welnu ! . . . . wat antlers<br />

dan! Wie van 't gezelschap heeft 'n zakdoek of 'n horloge 2" Een<br />

goochelaar moet nooit verlegen zyn .<br />

,,Nieuwe behoeften!" Ik,ben jaloers op die uitdrukking . Een tinder<br />

soort van behoefte aan 'n i ndere manier om to geraken tot 'n anders<br />

begrepen zaligheid ! Hoe maken ze 't Loch, al de snkkels die heengingen<br />

onder 't regime van de ouwerwetsche behoef ten 2<br />

,, Meer dan ooit komt het thans b y de nadenkenden onder de<br />

Christenen tot bewustheid dat er een onderscheid bestaat tusschen<br />

bnze inzigten in de waarheid en de waarheid ; tusschen bnze opvatting<br />

van het Evangelie en het Evangelic ; tusschen bnze vormen<br />

van Godsdienst en de Godsdienst<br />

Genoeg ! Genoeg, gy acht leeraren en zes hoogleeren in allerlei<br />

dingen die niet behoeven g eleerd to worden !<br />

Genoeg, uitleggers, verklaarders, voorlichters, wegwyzers, die nu<br />

op-eenmaal met gedwongen oprechtheid heel nuchter den volke<br />

komt vertellen dat ge u tot heden toe vergist hebt !<br />

Genoeg, ambtbekleedende Schriftgeleerden die op-eenmaal zoo<br />

flink - och hemel : 't moest wel ! al uw voorgangers verklaart voor<br />

weetnieten, en ze uitmaakt voor dieven van het loon, van den eerbied,<br />

van onderdanigheid die men neerlegde aan hunne voeten, in de<br />

verkeerde meening dat ze wetenschap gaven voor dat loon !<br />

Genoeg, nieuwe-behoeftescheppers !<br />

Voelt ge niet dat er weldra mannen zullen opstaan, die u de slagen<br />

teruggeven welke gy zoo meedoogenloos uitdeelt aan uw domme<br />

- of bedrieglyke - voorgangers ?<br />

Och, wat zou 't Jezus smarten als by weten kon hoe men z'n blyde<br />

boodschap zou verhandelen, opknappen, omkeeren, lappen en<br />

weer, lappen, als 'n oud kleed !<br />

') Zie o . a . den Brief aan Ds. Francken in de 'Verspreide Stukken' .<br />

Wat de door Christenen dogmatisch-voorgeschreven liefde to beteekenen<br />

heeft, ondervond Havelaar ! Het geheele christelyke Nederland trekt in den<br />

s`ryd dien by voor recht en menschelykheid voert, party voor schelmen,<br />

dieven en moordenaars .


IDEEN VAN AIULTATULT . 149<br />

Ja er is belloafte aan )i nieuw kleed . Mt durf ik u wel nazeg-<br />

,gell, heeren<br />

Maar men maakt geen nieuw kleed uit oude vodden, die afgedragen<br />

zyn, versletell, bevlekt en bemorst, sedert achttienhonderd jaren<br />

.<br />

Waarheid, heeren, waarheid I Dat ge Eu erkent dat uw coup mislukt<br />

is . . . n(Yoed! Maar pas op, de ,niet Iowl(yeleerden" 0<br />

zooals gylie-<br />

den de menschen noemt die Been handwerk maakten van die zoogenaamde<br />

godsdienst, de iiiet-uodgeleerden oyn zeer oplettend geworden<br />

. Er zyn er die IDEEN schryven, zonder de minste god- of andere<br />

geieerdheid. Dat ziet ge .<br />

272 . Of Jezus doctor in de theologie geweest is? Wie kan me<br />

dit zeggen ?<br />

273 . De hoof dindruk then zoo'n prospektus op my maakt, is deernis<br />

met al de onwetenden die 'n ,verkeerde behoefte" voelden . Zoo<br />

immers staat er : ,Er zyn nieuwe behoeften geboren,"<br />

Een kind is ziek . De vader heeft redenen om niet in persoon den<br />

armen lyder to bezoeken. Hy zendt 'n vertrouwde. 5 ) Deze blyft<br />

66n oogenblik bij den zieke, en zegt een-en-ander dat tant bien que<br />

mal door de omstanders wordt opgeschreven, of - daar ze niet schryven<br />

konden - oververteld aan dezen of genen die nu juist ook niet<br />

uitmuntte in notarieele geloofwaardigheid .<br />

Nu wordt bet kind behandeld op allerlei wyzen . De een heeft<br />

,,kwik" verstaan voor ,ziiurdeeg ." ,Laxeeren . . . neen : stoppen !"<br />

roept men door elkaar . ,Wryven" verzekert de een . ,Zweeteil"<br />

heeft-i gezegd, doceert I n ander . , Ik weet bet, schreeuwde 'n zevende<br />

- pappen op de borst . . . hebt ge niet gehoord hoe de gezant des<br />

vaders sprak van zenuwen? Nu, dat wil zeggen : ,pap ." , Waarachtig<br />

niet, beweert, de dertiende, by verhaalt iets van liefde ."<br />

- Liefde? Nu ja . . . en wat besluit ge daaruit?<br />

W61, heel eenvoudig . Dat is : . . . ja . . . liefde is . . . branden .<br />

- Precies<br />

En ze brandden, blakerden, braadden 't zieke kind . En ze papten<br />

't kind . En ze deden 't kind zweeten en purgeeren . En ze gavell bet<br />

ys op 't hoofd, en kwik in de maag. En ze wreven 't kind, en rolden<br />

het, en knepen het . . .<br />

En al die heeren hadden rang van doctor of professor. De kleine<br />

gemartelde patient werd begraven onder officieele wetenschap .<br />

En zie, daar kwamen veertien andere ,,weters" even officieel als<br />

zoodanig erkend even driftig, even getabberd, aan 't arme kind vertellen<br />

:<br />

Wees vroolyk en verheug u I Ze he bben je nog al erg geplaagd .<br />

Christologisch gesproken . Ik plaats me bier op 't standpunt der<br />

Evangeliespiegelaars . Juist zy mochten niet al de vroeger voorgehouden<br />

spiegels uitmalhen voor verweerd .


150<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

dat is waar, en ge zoudt, goed bezien, wel wat recht hebben tot klagen,<br />

maar wees tevreden . Troost je met de gedachte dat je gedurende<br />

die ziekte, brood, rang en vermaak heb verschaft aan al de heeren<br />

die je niet genezen hebben.<br />

En wy . . . wy hebben de „boodschap uws vaders" nauwkeurig<br />

onderzocht, en bevonden dat ze nooit goed begrepen was . Wy iTerzekeren<br />

u op ons woord - van doctor, dominee, professor, enz . -<br />

dat wy die boodschap goed zullen verstaan . . .<br />

-- ,Aeh, kermde de zieke, dat zeiden al die anderen ook ! Sedert<br />

achttien eeuw en floor ik dezelfde verzekeringen . Zoudt ge zoo goed<br />

willen zyn my den zwaren band aftenemen then ze my orn den hals<br />

legden, en 't gewicht dat zoo drukt op m'n hart? Och ik verlang<br />

naar wat lucht, wat licht, wat vryheid . . . staat dat alles niet in de<br />

boodschap van myn vade-r ? Misschien zal ik beteren als ge my overlaat<br />

aan myzelf !<br />

- Maar beste jongen, waar blyven wy dan ?<br />

Dat is waar ! 't Is impertiment van 'n zieke, to verlangennaar betersehap,<br />

en to vergeten dat z'n alle-eeuw sche koorts de weldoende<br />

voedster is van het gezin des geneesheers .<br />

Daarom : ,nieuwe behoeften" heeren ! Nienwe ziekten, heeren !<br />

Altyd wat nieuws . Du nouveau, du nouveau toujours, n'en fu-t-il<br />

plus au monde !<br />

274 . Het lust me hier 't onderwerp to geven eener<br />

MODEL-REKENING .<br />

De<br />

j weleerwaarde zeer geleerde<br />

hoogeerwaardehooggeleerde<br />

heeren<br />

Hier intevullen<br />

al de namen der<br />

geneesheeren die<br />

gefungeerd hebben<br />

van 't jaar Mn N .<br />

C. tot op `t Meyboomscheprospektus.<br />

DEBENT<br />

aan het MENSCHELYK GESLACHT .<br />

Voor aan 1 Uweleerw . Zeergel. I Uhoogeerw . Hooggel. J<br />

p r. abuis geleverd<br />

Loon, ontzag, gehoorzaarnheid, slaverny, gedurende achttienhonderd<br />

een en zestig jai -en<br />

Wie kan die som invullen, wie ?<br />

tantum ?<br />

275 . Maar hoe gaat het nu met iemand die ten-gevolge van zoo'n<br />

verkeerde behandeling niet zalig werd, als er later blykt dat z'n dokter<br />

-- die beter wilt --- voor zichzelf w6 l g ebruik maakte van z'n<br />

meerdere kennis ?


M ~'A _N- NTTLT,-~l T"J .<br />

Dominee yboom zecrt nitdruikkelyk dat ;,n at I<br />

de godqeleerden<br />

wisten, ten-deele verb,i-eid is onder A niet-godgeleerden . Ten deele!<br />

H,r zyn dus no- altyd dingen die bekon(I zyn aan de priesters, en<br />

waarvan 't arme yolk geen begrip heeft, ?<br />

Hoe is dit? Als nu zoo'n tretende godgeleerde 11a z'n Mood beter<br />

afspeelt dan de niet-wotende patient, is dit toch voor dozen heel verdrietig,<br />

dunkt me . TIc won hier namaals'wel eens de ontmoeting<br />

bywonen van zoo'nn verkeerd behandelden kranke en den geneesheer<br />

(lie wist" epn dus tegen beta weten aan, dee ziel van z'npatientliet<br />

ve,floren (ntati . Zou 't zoo 'n annen verdocinde wel heel kwalyk to<br />

nomen zyn, als-i /.'n valsehen dAter in de Karen vloog? Zeker zyn<br />

er wel maatre(Yelen izenomen om zulke ontmoetin loen to voorkomen .<br />

I I .,<br />

276. Kranke, Volk, Mensheid sta op naar den geest ' Ruk<br />

of den halsband die u hindert . Weg met (tat gewicht op uw hart . Ge<br />

zyt niet ziek, ge zoudt niet ziek wezen althans wanneer ge slechts<br />

den moed hadt welfl to zyn'<br />

Mensch, woes menscli! Voedt uiv ziel met spyze, en niet met geneesmiddelen<br />

.<br />

Welke denkbeelden ge u ook vomit van uw God :<br />

Hy is er niet, of Hy moet goed zyn!-<br />

't Is onmogetyk dat 'n almachtig vader z' .n kind veroordeelt tot<br />

eeuwige krankheid .<br />

Ik weet niets van uwen God . Durft gy beweren (tat myn onwetendheid<br />

Hem minder vereert dan 't weten" dergenen die Hem<br />

maken tot 'n zielonplager, tot 'n beul? Ja, en dat doen ze opdat er<br />

voortdurend werk wezen zou voor de S . S . Theologische fakulteit .<br />

'I ffieuwe behoelte immer?<br />

Menseh, wees mensch! De -nk als mensch . Uw denkvermogen staat<br />

in evenredigheid tot uw behoef ten I Ontwikkel u als mensch . Uw<br />

vatbaarheid tot ontwikkeling staat, in evenredigheid met uw behoeften!<br />

En vooral : noel als mensph want voorwaar, uw hart zal<br />

weten `vat coed en wat kwaad is, en 't duidelyk voorzeggen naar<br />

uw behoefte! Maar bederf bet niet, smoor het niet, begraaf bet niet<br />

onder valsche wetenschap .<br />

Er is maar 66n Nvetensebap : de A-annis ran de Natuur . Daartoe<br />

behooren lynen, hoeveelheden, kleuren, aandoeningen, feiten, gebeurtenissen<br />

. Daartoe behoort alles -wet is! Daartoe behoort in de eerste<br />

plaats : gyzelf!<br />

Tracht good to wezen . Denk niet (tat dit volt to leeren van 'n<br />

ander. Er zyn geen reglomenten van 't oede . Het staat niet beschreven<br />

in bladen of boeken . . . die ge ook niet verstaan zoudt, gy<br />

arme die verleerd hebt to lezen in uw eigen oemoed!<br />

Tracht good to zyn<br />

Want bet goede is?<br />

Meent o- e die u&v , werl~eb ,-V,) Wa, ; 't niet Burn my to lokken op<br />

~!`<br />

I


152 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

't onvruchtbaar veld van spitsvondige redeneering ? Deedt ge die<br />

vraag, omdat gy inderdaad weten wilt wat het goede is? Omdat ye<br />

waarlyk bet goede wilt betrachten?<br />

Dan wensch ik u geluk ! Want die vraag, gedaan op die wyze,<br />

met dat doel . . . die vraag is 'n bewys dat ge weet wat goed is, dat<br />

ge reeds goed zyt, want goed zyn is : streven naar 't goede.<br />

En wie niet vraagt • ,wat is goed ?" Of wie gelooft het to vernemen<br />

van God en goed-geleerden . . .<br />

Wie denkt dat anderen zullen kunnen verstaan wat hyzelf niet<br />

verstond, schoon 't luid klonk in z'n eigen borst voor-i 't liet overschreeuwen<br />

door allerlei stemmen van buiten . . .<br />

Wie den last zyner ziel wil werpen op de schouders van officieele<br />

ziele-pakdragers . . .<br />

Wie to traag, to dom, to dor is om z'n eigen hart to maken tot<br />

hoogeerwaardig en hooggeleerd . . .<br />

Wie z'n gemoed laat uitdrogen zooals de Indische fakirs hun arm . . .<br />

ter-eere van 'n God die geen vermaak schept in uitgedroogde dingen . . .<br />

Zoo-iemand . . . ja, wat zal ik zeggen tot zoo-iemand?<br />

Ei, toch iets ! Als in 249, raad ik hem aan, recht boos op my to<br />

worden, opdat er beweging kome in z'n verdorden arm, en vuur -<br />

heilig of niet - in z'n uitgedoofd hart .<br />

277 . Wie is onbeschaamd genoeg om to beweren dat-i niet van<br />

myn ,, geloof" is, als ik zeg dat ik myn God vind in het goede ?<br />

Of ik then God trouw diende ? Altyd? Zonder of val?<br />

Heer, vergeef me myne schulden . . . gy weet dat ik u liefheb !<br />

278 . In m'n Vry-Arbeid maak ik me kwaad op schriftgeleerden<br />

en dergelyken . De voorgaande nummers hebben er ook wel iets van<br />

of ik boos was. Welnu, dit is zoo .<br />

Maar nu 'n korte uitlegging .<br />

Als 't waar is, dat ik het goede bedoel, als 't waar is dat . . . die<br />

anderen hun roeping miskennen, dan heb ik in naam van myn God<br />

het recht, neen, dan is 't m'n plicht daarover boos to worden . En ik<br />

veroorloof me die vryheid, zoo goed als Jesaia, Jeremia, Habakuk<br />

en de rest .<br />

Maar die verstoordheid leidt me niet tot het aanvallen van personen<br />

als zoodani9. Wanneer veertien „geleerden" hun naam leenen<br />

tot het verkondigen van de heel belangryke tyding dat hun voorgangers<br />

- ook „geleerden" immers ? - maar 'n troep weetnieten<br />

waren, dan zie ik niet in waarom ik die veertien heeren niet wat<br />

forsch zou molten toespreken, daar toch ook zyzelf zich veroorloven<br />

zoo weinig omslag to maken met bun voorgangers .<br />

Er zyn er onder die veertien, welke ik persoonlyk ken en in zekeren<br />

An hoogacht. Ik heb geen reden iemand hunner - ale persoon<br />

- aiweer, to minachten . Ja toch . . . maar dat doet er nu niet toe .


IDEEN VAN MILTATIJLI . 153<br />

De manier evenwel waarop zyliedei in deze zaak, en de schriftgeleerden<br />

in 't algemeen met zeer weinig uitzondering, beantwoorden<br />

aan hun roeping, ja daarvoor heb ik 'n afkeer, dat walgt me, daartegen<br />

verzet ik my !<br />

279 . Zou 't wel zoo erg wezen? Overdryving zeker . . .<br />

Ei, en ik toon u 'n prospektus waarin duidelyk wordt verklaard<br />

dat al 't vroeger geleerde gekheid was ? Die veertien heeren hebben<br />

gelyk . of ze hebben ongelyk . Ze zeggen tot de slotsom gekomen to<br />

zyn dat er verschil is tusschen ,onze inzichten in de waarheid, en<br />

de waarheid ." Als tusschenzin, 'n aardige parafraze van : „tot nog<br />

toe hebben wy u maar wat voorgelogen ." Men kan het niet fatsoenlyker<br />

uitdrukken.<br />

De heeren hebben gelyk, of niet . Hebben zy g elyk dan geldt<br />

myn : ,vloek over u, schriftgeleerden !'' de oudjes . Hebben de veertien<br />

evangelie-spiegelaars geen gelyk, nemen zyzelf 't yolk waarheid<br />

af, om 't leugen in de plaats to geven, dan adresseer ik m'n<br />

verontwaardiging aan de modieusen of modernen, of hoe ze dan heeten<br />

mogen.<br />

Zou 't wel erg wezen ? Dat zullen wy onderzoeken, terloops . . .<br />

want waar zou 't heen als we een bock maakten van de domheden<br />

die voor-en-na zyn uitg ekraamd door wie bezoldigd werden en worden<br />

om wijsheid to leveren ?<br />

We zien met minachting neer op doctor iYathalsius of dominee<br />

Kroeghouderius - 't is nog zoolang niet geleden dat geleerdheid<br />

zich openbaarde in 'n latynschen staart aan den naam - en ik moet<br />

erkennen dat het niet to verwonderen is dat onze groot-ouwelui niet<br />

heel snugger waren, wanneer men let op 't g ehalte hunner voorgangers.<br />

Ja, op die oude voorgangers zien we met minachting neer, en to<br />

recht. Wat vroeger de zoogenaamde hoogescholen leverden . . .<br />

Ik heb gezien - gezien en gelezen - een akademisch proefschift,<br />

waarop summa cum laude de graad verleend is van doctor in de rech -<br />

ten, een proefschift waarin betoogd wend dat de hekscn-vonnissen,<br />

zooals ze tot then tyd toe waren geveld voor 'n groot deel onwettig<br />

waren .<br />

Ei . . . dat is zoo heel erg niet, meent g e ? Voor 'n aanstaanden<br />

advokaat is 't inderdaad sterk dat-i 't verbranden van arme leelyke<br />

oude vrouwtj es of keurde . . .<br />

Een oogenblik ! De doctorandus keurde 't verbranden niet af, by<br />

beweerde maar dat de vonnissen meestal niet goed geredigeerd waren,<br />

omdat daarin boven en behalve verboden omngang met den duivel,<br />

zoo dikwijls als verzwarende omstandigheid vermeld werd dat de<br />

delinkwente den beer gemaal DUIVEL een kind had gebaard . Dit urn<br />

hield de doct-orandus voor 'n onmogelykheid : quia frigidum diaboli<br />

semen . En by betoog de die kou op heelkundig zoologische gronden


1 5 4 I DEEN VAN MULTAT ULI .<br />

Dat heb ik geleden! En terstond niet, maar na eenigen hoop ik<br />

't stuk to kunnen toonen .<br />

't Komiekste was dat de man z'n werk opdroeg : carissiro patri,<br />

zeker om z' n oudeheer to doe zien dat-i z'n tyd aan de akademie<br />

good besteed had!<br />

Och arm, ik kan me zoo voorstellen hoe zoo'n wader zi( ;h zal hebben<br />

verkneuterd van plezier over zooveel knapheid !<br />

Maar, meent ge . . . heksen 2 Dat is lang geleden, 't stuk is 150<br />

jaren oud, 'n stipje tyds, 'n seconde slechts in de geschiedenis !<br />

Toch schynt ons dat tydsverloop lang . Dit dringen wy ons op,<br />

omdat we gaarne ver staan van zooveel dwaasheid . Ik ben zeker<br />

dat onze achterkleinkinderen ook zullen trachten alle geestverwantschap<br />

met de tegenwoordige geleerden van zicll aftewerpen door<br />

't voorgeven : , dat het al fang geleden is !<br />

Of meent ge dat men over honderd jaar trotsch wezen zal op de<br />

tegenwoordige voorgangers der natie<br />

Op schoolmeesters die taal, geest, genie, ondergeschikt achten<br />

aan spelling?<br />

0 p volksverteg enwoordigers die niet spreken kunnen ?<br />

Op hoogleeraren die 't yolk willen voeden met de gedachte aan<br />

zekere visschen die rondzwemmen in zekere zee? 5 )<br />

Op Godgeleerden die brutaal-weg komen verkondigen dat „al 't<br />

vroeger geleerde - NB . achttienhonderd jaren lan -ng - maar gekh<br />

eid was ?<br />

Op andere geleerden die . . .<br />

Ja, gy maakt 'n uitzondering, hooggeleerde Muurling ! Op U<br />

zal 't nageslacht staren als 'n vuurbaak in den Oceaan der theologie<br />

. Gy zoudt nooit op 't denkbeeld komen dat er fouten waren in<br />

de heksen-vonnissen ! Gij zoudt . . .<br />

Laat zien wat gy voor den dag brengt, gy . . . geen doctorandus<br />

meer, maar doctor, leeraar ? Gy, geen doctor meer, geen leeraar<br />

meer, maar hoog-doctor, hooq-leeraar, leeraar van doctoren, doctor<br />

van leeraren, opperleeraar, opperdoctor !<br />

En : hoogleeraar, niet in de cone of andere menschelyke nietige<br />

zaak, niet in de geneeskunde, niet in de natuurkunde, neen, in de<br />

boven-natuurkunde, in de kennis van iets hoogers dan de Natuur,<br />

*) De hier bedoelde professoriale onnoozelheid wordt aangehaald in<br />

m'n stuk over Vryen Arbeid. Fen fransch staathuishoudkundige beging<br />

dezer dagen (1872) in de Liberte 'n gelyke . . . staa.thuishoudkundigheid .<br />

leder weet dat er in Frankryk gebrek is aan edel metaal, of althans aan<br />

'n behoorlyke hoeveelheid circuleerend medium . Indien dit laatste alleen<br />

't geval ware zou de nood, by welstand van andere zaken, zoo groot<br />

niet zyn, dock - gelyk in Holland met de voeding - er bestaat pbnurie .<br />

Onze staathuishoudkundige voorlichter geeft 'n eenvoudig redmiddel aan<br />

de hand . Hy becyfert de opbrengst der onlangs ontdekte Nevada-mynen<br />

in Amerika, en raadt Frankryk aan : -dat zilver tot zich to lokken .A<br />

Simple comme bonjour! Met de middelen om die zilververhuizing to doen<br />

pleats hebben, hemoeit by zich niet .


[T)FIl"I'll VA-N- F,TITA TJT<br />

iii de kennis vau 'n Goil (lie tot (le Na tutir sta,at als fly tot 'n schooljongen,<br />

o Muurling I<br />

Opper-hoop-leeraar dus in de oppersle hoogste dingen . Ja, in dingen<br />

zoo hoog, dat zy er niet zyn . . . . wat in myn oog uw hoogleeraarschap<br />

heel moeityk maakf .<br />

Gy, Muurling, hebt gehoord dat er huwelyken worden gesloten .<br />

Gy weet dal; znlke maatsch appe tyke overeenkomst,en - die, dit<br />

erken ik, sours nuttic, zyn - worden gezeo'end, bezecend, ingezegend<br />

. Wat inzcgenen I ,, , weet ik niet . By analogie met inzouten,<br />

heeft het jets van : rondom besprerikelen met ze-en, doortrekken met<br />

zc-ei,, inkuipen . -wen, of erhy gekuipt, worst wet ik niet .<br />

Genoeg, gy hooggeleerde Allnurlino, wist (]at or getrouwd -wrordt,<br />

enMat daarby moot gezegend worden .<br />

Uw hooogeleerd verstand begreep dat het inzege -nen goed moest<br />

11 -<br />

geschieden . _Dat zeg ik ook. Wat al jammer zou er voortvloeienuit<br />

verkeerde onvoldoende, scheeve onhandige ffizege -ning!<br />

De vrees nu dat, sommige zegenaars hun beroep niet goed zouden<br />

uitoefenen, heeft u be,,~- ogen 'n boekje to schryven als handleiding<br />

tot het zegenen, zooals Professeurs (de Teu to Homburg en to Spa<br />

Manuel scbryven pour gagner a la banque<br />

Wie speelt moet goed spelen, z66 dat-i wint. Wie zegent moet<br />

goed zegenen, z66 dat het helpt. Dit alies is klaar als de theologie .<br />

Neen, klaarder . U ,,at ons nu eens zien hoe gy uw , ,A/Ianuel" geschreven<br />

hebt .<br />

Le trente et quarantc se jouc . . . Ik ben in de war . Hier is I<br />

,,FORMULIER<br />

ter<br />

HUWELIJKSINZEGENING<br />

DOOR<br />

W . MUURLING, HOOGLEERAAR TE GRONINGEN .<br />

JEUGD1G* ECHTPAAR - - -<br />

Halt! Nu zult ge terstond inzi en, lezer, waarom ik zoo-even pro<br />

fessor Muurling benoemde tot kandidaat lichtbaak . Nu zult ge ontwaren<br />

hoe vreeselyk ondankbaar ons nageslacht wezen zal, als 't later<br />

zoo's voorganger op e'6ii lyn stelt met den heksendoctor van zooeven!<br />

Nu zult ge begrypen . . .<br />

Wat is 't eerste woord van Muurlino, 's inzegenmethode ? Bet eerste<br />

woord, vraa,g ik u, 't aller-eerste?<br />

Ja, 't eerste! Want v erder dan 't eerste, heef t 'n hoog-opper-voorganger<br />

in de heilige Godgeleerdheid niet to gaan, om to toonen hoe<br />

hemelsbreed het verschil is tusschen laag- en hooggeleerdheid . . .<br />

't Eerste woord alzoo is : TEUGDIG .<br />

Goed! Maar de domme laaggeleerde zou vragen : als nu eens de<br />

braid oud i4, en de bruidecom bejaard, of 66n van de twee is wat<br />

onjeugdi(r?<br />

11


156 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Gy laaggeleerde, zwyg! Gy hebt met Muurling's arbeid niets to<br />

waken . Ge laat u geduldig bezegenen en beformulieren, hoe ook .<br />

't Is voor U niet, inzegening-dorstende leeken, dat de hoogeerwaardehooggeleerdeMuurlingzichverwaardio<br />

, dheeftby datwoord :<br />

,jeugdig" 'n sterretje to plaatsen .<br />

Want, er staat 'n sterretje by .<br />

Dit sterretje is :<br />

1 1. 't Symbool van Muurling's godgeleerd genie .<br />

2 0 . Een verwyzing naar de noot onder de bladzyde .<br />

Een noot? Ja . Die noot zullen wy - met gepasten eerbied -<br />

behandelen .<br />

Neen, domme ongeleerde leek, niet tot U spreekt de getabberde<br />

hoogleeraar! Die noot kunt gy overslaan, gy die daarvan de diepte<br />

niet zoudt peilen . Die noot is gericht tot de personen die beroepshalve<br />

zich bezighouden met inzegenen . Hebt ge Diet gezien op deun<br />

titel van t' Manuel dat de uitgave ge,9chiedt door de predikantenvereeniging<br />

in de provincie Groningen?" Zie-hier 't voorbericht .<br />

Want het stuk heeft 'n voorbericht ook . Ziehier :<br />

Dit formulier ter huwelyks-inzegening werd in de vergadering<br />

der predikanten-vereeniging der provincie Groningen den 28<br />

September 1858 als 'proeve me6gedeeld, en in het verslag van<br />

die vergadering gedrukt .<br />

Om aan de veelvuldige aanvragen to voldoen, heeft de predikanten-vereeniging<br />

besloten, het voor hare eigene rekening to<br />

laten drukken, en algemeen verkrygbaar to stellen .<br />

Vooraf is het door den opsteller herzien.<br />

C . H . VAN HERWERDEN C . Hz .<br />

GRONINGEN, President .<br />

November 1861 . J . SINNIGHF. DAMSTPE,<br />

Secretaris.<br />

Ziet ge wel, leek, dat het sterretje by 't woord jeugdig" Uniet<br />

aangaat? Die ster is 'n ridderorde van den geest des professors, 'n<br />

grootkruis van 't verstand des hooggeleerden, en tevens - waaromm<br />

zou ik 't verzwygen? - tevens licht dat sterretje de Zeergeleerde<br />

inzegenaars voor, omm ze to leiden naar 't Bethlehem der noot waarvan<br />

ik sprak, en waarin de professor zyn heerlykheid to aanschouwen<br />

geeft .<br />

Die noot, die noot! . . .<br />

Wilt ge 't volstrekt weten, leek? Wilt ge? Vreest ge niet blind<br />

to worden, als ik de gordyn ophaal waarachter de hooggeleerdheid<br />

des theologiae professoris blinkt, glanst, schittert"als 'n vuurpyl?<br />

Vreest ge die blindheid Diet? Kunt ge zoo veel licht verdragen?<br />

Welnu, erken dat ik u gewaarschuwd heb .<br />

Professor Muurling vertelt als noot op I woord jeugdig : -' dat<br />

dit epitheton naar omstandigheden moet gewyzigd worden!"<br />

En - o, diepte der wysheid en der kennisse! - in diezelfde noot<br />

vermaant by zyn discipelen - de zeer,"geleerde Groningsche Dominees<br />

alzoo - om jnplaats der vertegenwoordigers van de gemeente


IDEEN VAN MULTATULI . 157<br />

de gemeente zelve aantespreken, als die tegenwoordig is . Maar 't<br />

fynst, het diepst, het hoogst, het belangrykst, het meest oosterschesterachtige<br />

is : de professorale erkenning van 't ongepaste om ouders<br />

en bloedverwanten aantespreken, als er geen ouders en bloedververwanten<br />

zyn<br />

Wat verder vertelt de man --- ik gis, na inspiratie van den H . G .<br />

- dat de zeer-geleerde heeren inzegenaar's niet moeten roepen<br />

,,kniel!" als ze geprevenieerd zyn dat het zegenbehoevend paarniet<br />

knielen wil .<br />

Ook, dat ze niet hoeven to zeggen : sta op" als er niet geknield<br />

is .<br />

By m'n arme ziel het staat er !<br />

De hoog-geleerde die zulke wenken geeft . . .<br />

De zeer-geleerden die aan zulke wenken - zie 't voorbericht -<br />

behoefto voelden . . .<br />

Die lui zullen aan 't yolk vertellen wie God is, en hoe 'n ongeleerd<br />

burgermensch 't moet aanleggen om behoorlyk zalig to worden !<br />

Voor drie stuivers kan men 't vod koopen . Ik hoop dat het ding<br />

veel aftrek vindt, niet zoozeer omdat ik me verheug over de behoe fte<br />

van die predikanten, nlaar w gl ik graag zou zien dat het Volk behoefte<br />

voelde eens to overwegen of 't ook behoe fte heeft aan voorgangers<br />

die behoe f to voelen aan andere zaken dan muurlingsche goden<br />

hoog-geleerde formulieren .<br />

280 . Verder behandel ik 't ding niet . 't Walgt me. Van begin tot<br />

eind is 't een gewawel in de tale Kanaans, vol onzin, blyken van onkunde,<br />

leugen en godslastering, d . i . schending der lieve wetten van<br />

de Natuur.<br />

Ik erken echter dat ook professorale onwetendheid in de wetten<br />

der Natuur ligt, zoowel als myn zucht om to protesteeren tegen<br />

zulke kwakzalvery .<br />

Neen, verder behandel ik 't prul niet, dat evenwel hoogstbelangryk<br />

is als graadmeter van de laagte waarop onze maatschappy<br />

staat. Ook is de verdere behandeling niet noodig . leder kan weten<br />

wat er to wachten is van iemand die met hooggeleerd gezag voorschryf<br />

t, geen ouwelui „j eugdig" to noemen, en dat men geen oprichten<br />

moet bevelen aan personen die overeind staan .<br />

Welnu, 'k had erger zotternyen kunnen`:aanvoeren ten bewyze hoe<br />

„verrot" onze Staat is, ook op 't gebied van kennis en wetenschap .<br />

Maar ik koos di t.maal den hoog-eerwaarden hoog-geleerden Muurling<br />

by voorkeur, om dat voorbericht . 't Gebeurt namelyk meermalen,<br />

wanneer ik personen aanval - in publieke hoedanigheid immer, -dat<br />

men de rechtvaardigheid van den aanval erkent .<br />

Niemand, byv . zal party trekken voor den ellendigen Duymaer<br />

van Twist.<br />

. . . gewoonlyk geeft men de betrokken persoon en pature, maar<br />

men tracht de algemeenheid van 't kwaad to ontkennen .


158 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

En ook hier zal menigeen, denk i k . d e korte exekutie van den<br />

1 oog eerwaarden hoog-geleerden Muurling met genoegen bygewoond<br />

hebben. Welnu, ik zeg : we hebben met then Muurling niets to maken<br />

. Misschien is die man zoo dom niet . Niet dommer althans dan<br />

de eerste de beste . Wellicht moeten we hem nog pryzen voor de<br />

goedheid zich zoo to hebben neergebogen om to voldoen aan zulke<br />

behoe ften .<br />

We hebben hier noch met Muurling noch met welke persoon ook<br />

to doen, we hebben to doen met de zeergeleerde dor2inees in 't godzalig<br />

Nederland .<br />

1 0 Muurling's werkjen is geschreven ten behoeve van predikanten,<br />

2 0 't Is als proe f onderzocht in 'n vergadering van predikanten .<br />

Eilieve, hoe kan dat ? Om to weten of Muurling's manier van inzegenen<br />

goed is, zou men rezultaten moeten of wachten . Ik gaf er<br />

veel voor om eens precies to weten hoe Muurling's ouwelui zyn ingezegend,<br />

om de f outen van die methode to vergely ken met den uitslag<br />

die hun noon zulke formulieren doet begaan .<br />

3° De inzegenings-methode is proefhoudend bevonden in 'n vergadering<br />

van predikanten, die 't hebben laten drukken in 't verslag<br />

Bier Vergadering .<br />

40 Er hadden ,veelvuldige aanvragen" plaats . Die aanvragen<br />

moeten zyn uitgegaan van andere predikanten. Natuurlyk. Want<br />

de leden der vergadering die 't formulier geproefd had en smakelyk<br />

bevonden, bezaten 't ding in hun verslag .<br />

Uit dit alles nu blykt : dat d e predikantEN in Nederland behoe fto<br />

hebben aan zulke lessen .<br />

En ik konstateer dat zulks geschiedde in 't jaar huns heeren 1861 .<br />

Zie den datum van 't Voorbericht .<br />

Nogeens : de zeergeleerden zullen 't Volk vertellen, wat het huwelyk<br />

is. Wat de ziel is. Wat onster felykheid is . Wie,' wat, en hoe<br />

God is? Wat men doen en laten moet om wys en gelukkig to worden<br />

. . . in een woord : wat goed is !<br />

280a . In de uitgaaf van 1872 oorspronkelyk als hoot gedrukt .)<br />

Wat is er to vcrwachten van 'n yolk dat sedert eeuwen door de<br />

godzalige dominees werd in slaap gewiegd, verstompt, verdierlykt,<br />

gekretiniseerd, bedorven ? Zin voor ernstige waarheid werd ten-allen-tyde<br />

door Drutni-sprookjes vermoord . (985)<br />

Tot overmaat van ramp maken zich heden-ten-dage , modernen"<br />

van den uitgeputten patient meester, en met helsche gevatheid gebruik<br />

van de doorbrekende behoefte aan wat licht, om nu op hun<br />

beurt 'n ander soort van vervalschte waren aan den man to brengen .<br />

(443) „De slaapdrank verveelt u . . . ziedaar dan rottekruid : traktement,<br />

invloed en fatsoen als-voren ."<br />

Als-voren ? Waarachtig niet ! Ze leggen hooger rekening voor .<br />

Boven en behalve de oude emolumenten van 't bedriegersvak, willen<br />

ze nu tevens gehonoreerd worden als voorgangers in koolzuur,


1ll1,,1,;N VAN NUi TATULI . 1o9<br />

elektriciteit, staats-ekonomie, nyverhei 1 . budjetverstand, hoofd-artikel-voorlichtery,<br />

sociaal-kwestietratiek, onderwys-gebeuzel, parlement-geleuter,<br />

en --- more majoruio log altyd --- niet het minst in<br />

belletrie . V erssies en novelletj es lnaken zy ook . En dat ze bovendien<br />

heel aardig beunhazen in 't kunstreehten, spreekt vanzelf .<br />

M'n vriend de Geyter to Antwerpen maakte voor eenige jaren de<br />

opmerking dat onze litteratuur voor 'n groot deel i11 hander van dolninees<br />

was . Ik zeide iets dergelyks op bladz . 96 van 1n'n Pruisen<br />

en Nederland .'' 1'%T'en deplaisse aan zekeren beer Alexius van Staden,<br />

die 't - ik weet niet meer in welk tydschrift - - ontkende, houd ik<br />

staande dat de Geyter en ik gelyk hadden .<br />

Hadden . Men kon imniers, twintig, dertig jaar geleden, nietin'n<br />

Muzen-almanak spuwen zouder 'n dominee to raken, eel vermaak<br />

dat dan ook die dingen allergesehikst maakte tot kwispedoor .<br />

Dat is . . . grof !<br />

- 0, ja ! Even als Jezus voel ik to fyn om niet grof to zyn tegen<br />

de bedervers van m'n broeders .<br />

De G-evter en ik hadden gelyk . En als we heden onze klacht herhalen,<br />

h-ebben we gelyk, maar . . . finders nog ! Ik kom hierop terilg<br />

in 932 . z'l jg . waarnaar ik verwys<br />

1879 . De beer Cd Busken Huet heeft onlangs de goedheid gehad<br />

met beminnelvke openhartigheid to vertellen wat 'n gewezen dominee<br />

toekoint . lie SJJeeial:'leiten, 2e druk, biz, 199 .<br />

281 . Spreekwoorden bevatten de wysheid der volkeren . Eilieve .<br />

waarom maken professors geen spreekwoorden ?<br />

282 . Spreuken en puntige gezegden dragen nleestal het bewys<br />

in zich dat ze geboren w - erden in 't gemoed van 'n leek .<br />

Zy doelen op 'n beroep of bedryf. Ze zyn gewoonlyk genomenuit<br />

de Natuur -- in engen zin ditmaal,ik bedoel bier de groene - van<br />

de werktafel, uit den w -inkel, van de markt, d . i . alles saamgenomen,<br />

uit de Natuur in meest uitgebreiden- zin .<br />

Maar spreekwoorden van kansel (en katheder of nit de studeerkamer,<br />

hebben wt, niet of weinig .<br />

K omaan, hoog-geleerden en zeer-geleerden, lever ons wat volkeren`vysheid<br />

aan 't `yolk dat u w v,-v,,in-huur heeft en betaalt !<br />

Salomo versmaadde het Diet . R_onfucius niet. Solon, Thales, Bias,<br />

Chilo, Pittakus, Periander, K leobulus • . . die alien versmaadden 't<br />

islet . . .<br />

En Jezus versinaadde het niet !<br />

Komaan, zeer- en hooggeleerden, komaan !<br />

283 . .<br />

284 . 't Voorgaand nummer bevat 'n paar honderd IDEEx die ik<br />

niet sebreef, omdat ik daarin wend verhinderd door kommer .<br />

I8 (lit 'n JUNE'? .la en neeti . t it niet, 1uaar over jaren zal 't stof


1 6 0 MEN VAN MtJLTATtJLI .<br />

geven tot IDEEN aan wie de geschiedenis zullen schryven van onzen tyd .<br />

Jammer dat Victor Hugo den j uisten titel die er passen zou op<br />

zulke geschiedenis, heeft weggekaapt om dien to maken tot uithangbord<br />

voor 'n roman.<br />

Toen ik dit schreef had ik 't werk dat zoo grooten opgang<br />

maakte, niet in-handen gehad, en begreep den titel verkeerd. Ik<br />

meende dat de schryver daarin «Ellendelingen' tentoonstelde, van<br />

de snort die my stoorden in m'n arbeid . Toen ik later 't vod ]as<br />

- gedeeltelijk slechts, omdat ik tyd, oogen en stemming noodig<br />

heb voor beter dingen - bemerkte ik dat ik me vergist had . Tot<br />

m'n groot genoegen ontwaar ik thans dat het fabrieksmerk van den<br />

faiseur Victor Hugo zeer aan 't dalen is . Des to gegronder is alzoo<br />

de klacht in 't nu volgend nummer,<br />

285 . - 0, die Miserables is zoo mooi !<br />

Wat „mooi" beduidt in den mond van 'n Hollander, weet ik .<br />

Maar in Frankryk schynt men oprecht to wezen in z'n mooi vinden.<br />

Daar houdt men den man in 't leven, die toch maar wat maakte .<br />

Hier zegt men tot den man die wat deed : „ heel mooi, en sterf maar<br />

voort" .<br />

Och, ik ware zoo graag t'huis geweest op den verjaardagvan m'n<br />

jongste kind. Was dat to veel gevergd, Nederlanders<br />

286 . Ik heb gezegd dat Nederland verkeerde in 'n toestand van<br />

verrotting. Dit gaat U aan, gy allen die m'n IDEEN niet leest .<br />

Myn oordeel over den staat uwer zedelyke gezondheid werd beaamd<br />

door alle partyen .<br />

Maar nu zie ik dat ook de Minister die aan 't hoofd staat der<br />

Regeering van Nederland, iets dergelyks mededeelt aan hen die<br />

zoogenaamd dat Nederland vertegenwoordigen . . In de zitting van<br />

Dinsdag den 13 Mei 1862 heeft de heer Thorbecke erkend : dat er<br />

sedert jaren een „contagium" heerschte in de politiek van den<br />

Staat. *)<br />

Wil men nu onderscheid maken tusschen de beteekenis van het<br />

door my gebruikte woord verrotting, en de uitdrukking van den<br />

heer Thorbecke die slechts over besmetting klaagt, my is 't wel.<br />

Maar hoe men ook 't woord „contagium" verkiest to vertalen, ik<br />

vraag of er niet wat behoort gedaan to worden ter genezing ?<br />

Dit vraag ik aan u, gy die m'n IDEEN wei leest.<br />

*) Zoo gebeurt het vaak dat de heeren en place - overigens zich<br />

aanstellende alsof ze niet wisten dat ik bestond - my napraten en<br />

de vruchten van myn arbeid, van myn onderzoek, van mvn moed om<br />

ongeykte waarheid to zeggen, aanbieden als upeeren uit hun tuin .' (278)<br />

Inderdaad, Thorbecke, er heerscht» contagium} in den Staat, en<br />

de opgang dien cy inaakt is daarvan 't doorslaand bewys . Zelfs de<br />

pedante vertaling van myn woord verrotting in : contaa ium is daarvan<br />

'n treurlg blyk . Ge steelt m'n linnengoed en zet er uw merk<br />

in. Inderdaad, 'n zeer droevig contagium !


1DEFN VAN 'TRULTATULI . 1 6 1<br />

Zoo hebt gee ook onht'tgs wede,r - h zt~~, rzittin November of<br />

December 1871 - myn linnen gebruikt om er heel verstandig uittezien<br />

. Uwe optnerkirig over de hl uikhnarheicl i1r zekete gevallenl van<br />

schoolmeesters-specialiteitt n - eclele ze lf~c1 .1~, c~' l~ci- ~aar ! -- is om<br />

to kussen van juistl1eid . .1k erkeu die snort pan specialiteiten in m'n<br />

monografie over chit onderiverp to, hebbei, (vcrg+_-slagcn, en dat ge<br />

dus uw inzichi da`:un,n!rci -it riot rech!stb ,eeks nit m y n 'aerk gehazld<br />

heht . Niet rechls/ieeks . /1,3ar overigcns ? 1)tirfr f c' be`vcren dat de<br />

wysheid die r e daau over 1 eLt ui±gekraan1d, de i we ~x as ? Ze geleek<br />

niet op Mr . Thorbt-,cke, - ri seer frappant op myri Duizernd en cell<br />

Hoofdstukken die Wen onl,~~~f;s verschencn<br />

dat ge die niet gelez-n<br />

tiw ;iron, Zeg, als ge dur ft,<br />

i<br />

287 . Het provinciaal ei'eehfsllof van Noord-l .olland heeft uitgemaakt<br />

dat de Max II(tvelaerr behoorf aan dell hoer de Ruyter<br />

en den beer Tan Lennn p .<br />

Ik verklaar op inyn ocr, '(t liatlisebrift van flat Lock niet aan den<br />

beer Van Lennep to hela)cn verkocht .<br />

Ik heb weinig acht gegeven op den loop van dal pi- oces . De slag<br />

was geslag e n v66 t- ple id ooi en vonnis : d e _Ha cel aet-t s saak was ye-<br />

a-moord . Bet juiste tydstip oni '1i be.oep op 't t:oh to doen, was<br />

voorby . Men had in rui!ntc den lyyd gehad om iondtevertellen dat<br />

die Havelaar zoo's byzonJe,r ;;leeht nmenseh . was, hEtl daarin had men<br />

gelyk . In 't vertelleit . 1neen ik . Dit loch vat<br />

; 'f ce11ige wapen dat<br />

men gebruiken kon, e11 't, spreekt vanzelf (tat nieu 't opnam .<br />

Maar toch vied ik 't ver(lrieti,-, (tat de -E-irma De Ruyter & Van<br />

Lennep nu 't geld ont van g t dat c r verd (ent t w o rdt -- g ew onnen,<br />

meen ik - op dat boek, al wend clan ook (tat geld gewonnen tegen<br />

myn zin . Want ik had daarvan 'ii paar jaren kiannen levee met vrouw<br />

en kinderen . Ik had IllEEN kunnen . sehryven in alien tyd, en ik ware<br />

thuis geweest op fort verjaardag van in 'n kieine Nonnie .<br />

288 . Daar wappert 'u donkere vlag voor 111'11 genioed . Die verjaardag,<br />

dat wappert . . .<br />

'k Heb zooeven '11 von11i5 gelezotn . Meii ze 't dttariu, geloof ik,<br />

dat Diet ik, maar de Heer de Rttyter den IIat'elaar heeft geschreven<br />

. I)at niet ik, maar de Heer Van Leiniep zich verzet heeft tegen<br />

hollandsch-indische geweldenary . Dat nniet Ma': etn Nonnie, maar de<br />

kinderen van die heeren gebrek lyden o1r1 den op,titand hurts vaders<br />

tegen goddieitende schelmery . . .<br />

Ik beegryp dit alles Diet mulit . en verwacht nn ook 'n vonnis dat<br />

Jan Salie den roeni van S'caevola heeft gekoeht ---n met het behoud<br />

van reehterhand altoos -- eli diet (to adlel tiers 11Touilniorenci's als<br />

fondsartikel is overgegaan op in'niheer 1)roogstoppel . Waarom Diet?<br />

E6-ti ding won ik graag we"te1u . -Vvr anlncor naysn vrouw, ik en ons<br />

kindje, op Lebak iets attders bailout ge ete11 ban eieren en ,samarangsche<br />

beschuit uit 'n blik", of clan Jatu SaLie on Droogstoppel<br />

daarvan buikpyil zouden gekregen hebben?<br />

En flit : of hu-f kindereit mager 'a order, (,\,.!,,, de togae h,< nger~- .<br />

tui :+- a I . . t


162 IDEEN VAN MU'LTATULI .<br />

Me dunkt, by overname van wat room - by loon voordeelige<br />

overname vooral ! - moest men de servituten mee overnemen die<br />

daarop rusten .<br />

Dit had ik vooral van den heer Van Lennep verwacht, die zich door<br />

z'n advokaat zoo bitter laat beklagen over al de moeite die 't hem<br />

gekost heeft ' om beroemd to worden . . . 'n klacht die me door de<br />

ziel sneed ! Dertig, veertig jaren van zwaren vPrs-arbeid, van legende-fabriek<br />

- met certificaat van namaak altoos - van roman-makery<br />

- zonder certificaat van oorsprong ditmaal - zie, na zooveel getob<br />

en gewurm, zoo weinig roems . . . ja, dat is inderdaad hard ! Zooveel<br />

leed zou 'n vyand doen schreien, al ware hyzelf - met permissie<br />

- „letterkundige" van beroep . Maar de heer V . L . die dus by<br />

ondervinding weet hoe duur die roem is, al ware ze dan ookk<br />

van mindere soort . . . me dunkt, hy althans had geen Montmorencirang<br />

moeten overnemen, zonder toebehooren van moed en offer .<br />

Maar . . . men kan 'n manuskript koopen over de Montmorenci's 2<br />

Zeker ais men kunstkooper is, of uitgever, ever, of m'nheer Van Lennep .<br />

289 . Mr. Van Lennep, ik heb u den Havelaar niet verkocht !<br />

Ik heb op uw verzoek li 'n stuk papier gegeven, waarin ik verklaarde<br />

dat manuskript aan u aftestaan in vollen eigendom ,om u<br />

- zoo waren uwe woorden<br />

sluiten met 'n uitgever .<br />

- in staat to stellen een kontrakt to<br />

In datzelfde stuk erkende ik, tevens op uw verzoek : ,den vollen<br />

prys daarvoor ontvangen to hebben ."<br />

Gyzelf erkent dat ik then prys niet ontvangen had . Er was geen<br />

spraak geweest van prys, evenmin als van verkoop over 't geheel .<br />

De geheele voorstelling der zaak in uw gepubliceerden ,Brief "<br />

is valsch . Niet ik heb uw hulp gevraagd . Ik had die tot de uitgave<br />

van 't boek niet noodig, want ik had 'n uitgever .<br />

verzoeken by u to komen .<br />

Gy hebt my laten<br />

Zoodra 't me lust zal ik die zaak behandelen, dock - (lit schreef<br />

ik u al - niet voor 't my lust .<br />

Heb geduld, Mr. van Lennep . Bedenk dat ik andere zaken to dragen<br />

heb, die zwaarder wegen dan misbruiken in de kunstkoopery .<br />

Bedenk dat ik moeite heb vrouw en kinderen in 't leven to houden .<br />

Die zorg gaat voor, ziet ge, en ze is heel zwaar, vooral omdat ik<br />

geen kans zie myn gezin to voeden met beunhazery in bittere smart<br />

en bloedige offers van 'n antler .<br />

Mr . Van Lennep, ik heb u den Max Havelaar niet verkocht !<br />

289a . (In de Uitgaa f van 1872 oorspronkelyk als Noot gedrukt .)<br />

By 't korrigeeren en nalezen van de drie laatste nummers was ik gedurig<br />

in wyfeling deze zaak uitvoerig toetelichten . Als altyd echter<br />

. . . ik heb er geen lust in . Maar ik zal er toch iets van z eggen .<br />

de heift van de whist is my -nh 287 - door den beer V . L . uitbetaald,<br />

zynde de a.nidere helft, gelyk volkonlen billijk was, genoten


[DEEN VAN 1MULTATULI, 163<br />

door den uitgever. Doch niet hierover liep de kwestie. Het boek<br />

had terstond in goedkoope editie moeten verschynen om door 't eensklaps<br />

opwekken van de publieke opinie de Regeering to dwingen<br />

tot rechtdoen . Met dat doel immers was het geschreven en dit was<br />

ook de grondslag der afspraak met den heer V . L . toen ik hem op<br />

zyn verzoek de onderhandeling met 'n uitgever opdroeg .<br />

Ik vertrok daarop naar Brussel, en gedurende myn afzyn veranderde<br />

V. L . van . . . stemming. De vrienden van Van Twist gebruikten<br />

hun tyd en invloed voorbeeldig, en dit doers ze nog . Ik maakte<br />

aanmerking op den prys van 't boek, op de weinige aankondiging,<br />

op de schrale verzending naar Indie - to Batavia moet honderd<br />

gulden voor 'n exemplaar betaald zyn ! - en toen ik ten-laatste m'n<br />

lastgeving opzei, beriep de heer V . L . zich eensklaps op 't hem gezonden<br />

,bewys van eigendom ." Hyzelf heeft later, in stukken die<br />

ik toonen kan, erkend dat de heeft van de opbreng st my behoord e,<br />

't geen ongegrond wezen zou indien ik hem 't kopierecht verkockt<br />

had . Dit laatste heeft by dan ook nooit beweerd . In een tegen my<br />

gepubliceerden „Brief - dien ik nog thans volledig kan wederleggen<br />

: de eerste regel de beste van dat stuk is 'n onwaarheid - vermydt<br />

by met zorg de zinsnede : Gy hebt my den Havelaar e'erkocht!<br />

Deze.indrukrhad in z'n gemoed boven-op moeten liggen, en dus -<br />

onwillekeurig zelfs - telkens voor den dag komen . J uist andersom<br />

evenwel, hield by die binnen. Dit geschiedde niet onwillekeurig,<br />

voorzeker ! Want wie iets natuurlyks nalaat, meet er byzondere redenen<br />

voor hebben . Nooit sprak by het woord uit waarop de heele<br />

zaak neerkwam. Noch rechters noch advocaten - armzalige psychologen<br />

gewoonlyk ! - hebben gelet op (lie beteekenisvolle leemte .<br />

Wat myzelf aangaat, voor 't Hof betuigde ik kortelyk dat boek<br />

niet aan den heer V. L . verkocht to hebben . Betoogd, bewezen, gepleit,<br />

heb ik niet. Voor de zitting reeds ontwaarde ik dat de Voorzitter<br />

stokdoof was, en bovendien ik wist . . . kortom, ik was misselyk<br />

van de zaak en dat ben ik nog . Toch voel ik - nu eenmaal<br />

de elementen aannemende waaruit zoo'n kollegie is saamgesteld -my<br />

verplicht dat het Hof, na myn dedain om de zaak behoorlyk<br />

uitteleggen, niet anders beslissen kon dan 't gedaan heeft .<br />

Als menschkundige studie zou de uiteenzetting belangryk zyn,<br />

van de redenen die de beer V . L . bewogen : to bel etten dat myn boek<br />

in kroegen en toko's gelezen werd . Aldus luiden zyn woorden in den<br />

gepubliceerden ,Brief", welk stuk alzoo de erkentenis inhoudt dat<br />

by afweek van de voorwaarden waarop ik hem m'n handschrift had<br />

toevertrouwd . Zoo schreef de man die me kort te-voren verzekerde<br />

flectere si nequeo superos acheronta movebo ! N ii, om then Acheron<br />

was 't me niet to doen, als m'n boek maar overal op z'n tyd to verkrygen<br />

was geweest ! Men zag 't byna nooit in 'n boekwinkel. Telkens<br />

werd er uitgestrooid dat bet uitverkocht was . Dit heeft jaren<br />

geduurd, en lang genoeg om 't effect to vermoorden waarop ik reeht<br />

had, 'n verraad dat Nederland en Julie zeer dour to staan komnt .


164, IDEEN VAN MULTATULL<br />

Ilet herstel der zaken in Insulinde is gaandeweg onmogelyk gew<br />

orden -<br />

Hoe noode ik my met de geschiedenis van den -Havelaar bezighoud,<br />

acht ik 't hier de plaats zekere . . . beschuldigin l o, te wederleggen,<br />

die men gretig heeft aangevat omm den indruk van dat boek to<br />

verzwakken . Na de door de clique van Van Twist uitgestrooide en<br />

levendig gehouden bakerpraatjes omtrent myn karakter - dat men<br />

toch zoo gemakkelyk uit Havelaars nooit ontkende handelingen kon<br />

leeren kennen! - heeft niets my meer geschaad dan de aanklacht<br />

van mooischryvery . . . 'n ongewoon vergryp waarschynlyk! Van<br />

T wist zelf gaf daartoe het sein, door in de Kamer to praten van<br />

,,des schryvers talent" warachter by - 66k 'n talent warachtig! -<br />

z'nn eerloos plichtsverzuim wegstopte .<br />

„Hot book is 'n roman" zegt men, en als bewys wordt aangevoerd<br />

dat de namen van plaatsen en sommige personen niet voluit<br />

gedrukt zyn . Voor Lcbak staat : ,Leb ." In-plaats van Serang moet<br />

men genoegen nemen .Ser . . ." of S . . ."<br />

Die kinderachtige puiitjes nu -- met andere zaken, sommige,<br />

doch niet alle, van minder belang, als byv . de zevensterrige interpunktie,<br />

die beneden kritiek is - zyn van de korrigeerende redactie<br />

des heeren Van Lennep .<br />

Dat ik niet in zulke puntjes doe, blykt nogal duidelyk uit alles<br />

wat later van my verscheen . Ik spel den naam van Van Twist in<br />

letters.<br />

Na 't verschynen van den -Havelaar zag ik wel terstond in hoe<br />

nadeelig dat ontmannen van m'n arbeid werken moest, maar nooit<br />

wend my de strekking van then Coup de Jarnac zoo duidelyk als<br />

onlangs by de verschyning van de door prof . Veth, onder den titel<br />

"Insulinde" bezorgde vertaling van 't werk des engelsehen schryvers<br />

Wallace .<br />

Die auteur is zooloog, entomoloog, botanist, enz . Na in deze hoedanigheden<br />

'n blauwmaandag to hebben rondgezworven in de bosschen<br />

van Borneo, Celebes, Timor, en zelfs - doch heel eventjes<br />

maar, - van Java, na 't uitteekenen van apen, kevers en hagedisen,<br />

achtte by zich, op eenniaal bevoegd - Specialiteiten, v66r - tot het<br />

uitspreken van 'n oordeel over Indische toestanden . Hy werpt den<br />

Havelaar, then by 'n ,vervele-nde en langwylige geschiede-nis'<br />

noemt, mir nichts dir nichts opzy, en verwyt me dat myn boek<br />

,,slechts de strekking had omm aantetoonen dat de Nederlansche gezaghebbers<br />

de oogen sluiten voor de afpersingen der inlandsche hoofden,<br />

en dat in sommige distrikten de inboorlingen moeten werken<br />

zonder betalingen, en zich hunne goederen zien ontnemen zonder<br />

vergoeding." (Insulinde, blz . 165.) Nu, iets anders dan dit - en<br />

dat de weledele heer Droogstoppel dat goedvindt - heb ik dan ook<br />

niet willen aantoonen . Het spyt me voor Mr, Wallace dat by 't niet<br />

genoeg vindt . Op die betuiging van ontevredenheidd volgt 'n verdediging<br />

van 't Rerceringstelsel - alsof ik dat had aangetast, ik die


IDEEN VAN MULTATULI . 1665<br />

j uist aandrong op 't handhaven van de ;vet ! en by beweert dat<br />

m'n werk vooral daarom geen waarde heeft :omdat ik geen dagteekeningen<br />

en geen byzonderiieden vermeld, en de door mij aangevoerde<br />

grieven alzoo niet konden onderzocht worden,"<br />

Hier zyn we alzoo aangeland in de buurt der vernuftige puntjes<br />

des heeren Van Lennep . MTyn integriteit wordt gewraakt omdat<br />

die letterkundige 't woord Lebak met een letter verkoos to spellen<br />

en de jaartallen met stipjes !<br />

Het spreekt vanzelf dat die verraderlyke verminking aan de eerste<br />

uitgaaf van den Havelaar een minder vertrouwbaar vookomen<br />

gaf, en dit schynt men lien Wallace verteld to hebben, daar by 't<br />

boek niet gelezen hee ft. 't Is voor z'n apen en kevers to hopen dat<br />

ze wat minder van-hooren-zeggen geportretteerd zyn, de arme dieren<br />

Neen, gelezen heef t de eerlyke man 't , vervelende en lankdradig"<br />

boek niet ! Want by verstaat geen hollandsch, en in de engelsche<br />

vertaling van m'n vriend Nahuys zyn de van Lennepsche puntjes<br />

behoorlyk door letters vervangen .<br />

De diepzinnige kritiek van Mr. Wallace zou dus nogal gemakkelyk<br />

to weerleggen zyn . Men ziet echter hieruit welk wapen de heer<br />

Van Lennep den tegenstanders van m'n armen Havelaar in-handen<br />

gaf ! En dit is nog zoo . De laatste uitgave van dat boek door den<br />

tegenwoordigen eigenaar Schadd (1871) is even verminnkt als de<br />

vorigen . Die heer heef t het niet de moeite z-v aard geacht by die<br />

uitgaaf myn hulp interoeper., noch zelts vie daarvan kennis to geven.<br />

Ik geloof niet dat zoo-iets in'n beschaafd land zou kunnen plaatsvinden<br />

. Over de wyze waarop in 't goddienend Nederland m'n<br />

naam, m'n arbeid, m'n denkbeelden, m'n teg enspoed, g eexploiteerd<br />

worden, zyn boekdeelen to schryven . De lust om dit aantetoonen<br />

vergaat me by 't besef dat ik 't woord richt tot 'n Publiek dat -<br />

,,met God" waarschynlyk - party-trekt voor schelmery .<br />

290 . Ja, daar waait me een donk're vlag voor 't gemoed . Zoo'n<br />

proces en de verkiezingen . . .<br />

Toch zal ik me kandidaat stellen ;,schoon de rekening niet goed<br />

is ." (133)<br />

AAN HET VOLK VAN NEDERLAND . 1 )<br />

Ik heb me verkiesbaar gesteld tot lid der Tweede-Kamer van de<br />

Staten-Generaal .<br />

1k betwyfel zeer of ik in eenig distrikt zal kunnen konkurreeren<br />

met de Ubyzordere geachtheids van doze of geene onbekende grootheid,<br />

vooral ook omdat ik niet beloof de «heI ngen van een distrrikl»<br />

voortestaan, zooals velen dat beloven uit overmaat van naiveteit of<br />

'E') Door 'n, verdrietig misverstand is dit beroep op 't Volk, m'n lezers to laat in<br />

handen gekomen, of voor 'n deel in 't geheel niet . Men hedenke dat ik nog altyd<br />

zwem met veel kogels aan 't been (84) en me this niet kan bewegen ,iaar<br />

den eisch myner zaak . Toch e eras! Ondergaan is onmogelyk . (1862)


166 IDS+ NON VAN AIULTATULI .<br />

van onbeschaamdheid, doch zekerlyk niet uit overman t van eergevoel<br />

of plichtbesef, evenmin als van welbegrepen belangstelling in<br />

de publieke zaak welke niet gebaat wordt door 't behartigen van<br />

allerlei privaat-belangen die elkaar kruisen, in den weg staan en vernietigen.<br />

De rondborstigheid waaarmede men voor den dag treedt met die<br />

schandelyke bewyzen der politieke verrotting van omen Staat, roept<br />

de aandacht tot zich van alien 'die nog niet geheel zyn verleugend .<br />

Ziek-zyn is niet schandelyk .<br />

Ziekte veroorzaken, bevorderen, in bescherming nemen, bestendigen, is<br />

wel schandelyk .<br />

En zich to berc'enzen op die schande, is 't ergst van al .<br />

Waarschynlyk doelde de I-leer Thorbecke op ziilke schande toen'<br />

by onlangs erkende : , dat er sedert jaren een »contagium- heerschte<br />

in de politiek van den Staat .« (Kamerzitting van 13 Mei 1862 .)<br />

En zeker werd daarop door my gedoeld, toen ik zeide - ik het<br />

eerst, - maar velen zeiden 't me volnlondig na ! - dat er verrotting<br />

heerschte in den Staat .<br />

Contagium, besmetting, verrotting . . . 't komt overeen uit .<br />

En als er nog bewys noodig ware, men zou 't kunnen vinden in<br />

de omstandigheid dat er geen enkel lid van de Kamer die clan toch<br />

medeplichtig is aan al 't verkeerde, opstond om to protesteeren tegen<br />

zulke beschuldiging.<br />

Men kon voorgeven to ignoreeren wat ik schreef.<br />

Men kon niet voorgeven niet verstaan to hebben wat de Heer<br />

Thorbecke zeide.<br />

Bovendien het staat in 't Byblad, en ook de nakomeling zal eenmaal<br />

weten hoe de premier den mood had de vertegenwoordigers van<br />

't Volk 'n beschuldiging in 't aangezicht to werpen, die 'n eenvoudigeerlyk<br />

man zou beantwoorden met 'n vuistslag.<br />

Een beschuldiging - dat erken ik - die zoo'n beantwoording<br />

zou rechtvaardigen, als niet de besclzuldigde gevoelde die ten voile<br />

to hebben verdiend .<br />

Ja, onze Tweede-Kamer is 'n verrot lichaam .<br />

Kiezers van Nederland, uw Vertegenwoordigers zyn in 't aangezicht<br />

geslagen - en ten rechte ! - door uw Regeering.<br />

Ik ben geen aanhanger van den Heer Thorbecke . Ik hang niemand<br />

aan - en verlang dat men my aanhange - maar ik heb eerbied<br />

voor den man die ongemeen genoeg durft to wezen om de waarheid<br />

to zeggen, schoon by minister is . 5)<br />

Ik stel my verkiesbaar voor die Tweede-Kamer .<br />

Myn program? Men kent m'n tuchteloosheid . Ik heb geen program .<br />

Ik minacht die zoogenaamde partyen in den Staat, of liever ik<br />

erken die partyen niet. Hot zyn hoogstens farnilie- of provincie-cliques,<br />

vennootschappen van Javaan-exploitatie in 't groot en klein .<br />

Ik stel my verkiesbaar voor die Tweede-Kamer.<br />

Als ik lid van de Kamer ben, zal elke Minister 'n antwoord ontvangen,<br />

wanneer by de politiek van den Staat ,besmet- noemt.<br />

Ik zal hem tegenspreken als by onwaarheid zegt, en voldoening<br />

vragen in naam van 't Nederlandsche Volk .<br />

5) Alweder een bewys dat ni'n latere opinie over den heer Thorhecke als<br />

taatsman (969, vlgg.) geen gevolg was van perli-prix.


1ORKNI T VAN MULTAJULL 16 7<br />

.<br />

)J'Ior 11\7 zegt, eel ik - dot erkennemle<br />

hem uitrioodigen ni't my mect,-werkcn ter genessin,,.<br />

Of waar by dit \veigert<br />

hem d2artoe &r ingen<br />

-- zooals Ministers gewoon zyn - zal i1c<br />

Ik wil den y ,Tinister<br />

,<br />

vragen wet by gedaan heeft otn al die ellendelingen<br />

to straffon die den Javaan -<br />

laten hongeren ? *)<br />

ook tbans weer - periodiek<br />

Wht, om zulken hongersnood to v(,orkomeiz2<br />

W-ht, om zeeroof tegen to gaan?<br />

Wit, om to bewerken dat de gemartelde bevolking daarginder<br />

ni , -t tehoop loope, neat opsta, niet in dol<br />

renlange miskenning van menschenrecht?<br />

amok wraak neme overja-<br />

Dat alles is I)e1angryker dan het gewawei over afkoop van tiendi.-In<br />

en 't gelcibbel over Vrven Arbeid.<br />

1k veigis my . Over 117i) e,-i A-beid durven zy, na myn boekje daarover,<br />

niet meer spreken . let VV'rord zelf is verdacht geworden . Men<br />

noeint die huichel-achtige droogstoppelary tbans : partikuliere indusb<br />

I*e . De slavenhandel op Afrika s Westkust heette ook aldus . Zulke<br />

benamingen zyn uitvindsels van de Nederlandsche Tweede-Kamer,<br />

zy die met godslaq-terly ke vroomheid 'n eind wil maken aan de officieele<br />

slaverny in de West, maar met 'n fariseeseb : zik dank u<br />

I-leer!'slavers maakt van al de Nederlandsche onderdanen in Insulinde .<br />

En weer vergis ik my . Neen, men maakt da,arvan geen slaven,<br />

want aan slaven is men voeding en bescherming schuldig, en in<br />

Neeriandscli-Tndle laat men de bevolking<br />

Overdryv,;-ng?<br />

weo-roovenn en verhongeren .<br />

Nederlanders, leest ge dan de couranten niet? staat er niet duidelyk<br />

to leze-nn dat er wederom hongersnood is op .7avaF dat er<br />

wederom 'jeers tweekon(leptal MENSC HEN - Xederlandscheonderdanen<br />

hoort gy! - zyn weggerootd op de kusten van Celebes!<br />

Een tweelionderdtal! 't Is naff! Geen drie, geen dertig, geen duizend,<br />

geen zes dozen . . . neen, 'n tweehonderdlal!,,<br />

Myn God, rnyn God, als 't kippen waren, zou men de moeite<br />

hebben genomen ze nauwkeurig to tellen!<br />

Lees het, na, Nedorlanders, in de laaste Landmail-couranten .<br />

Honger en zeeroof!<br />

En bier spreekt men van konsignah'e!<br />

En de dagbladschryvers wawelen van stelsels!<br />

En de Kamerleden van Alaas-aflaplingl<br />

Er worden heel andere dingen dan Maaswater afgetapt uit het<br />

hart des Nederlandschen Volks!<br />

Men zuigt daaruit weg alie gevoel van recht, alle gevoel van menschelykheid,<br />

alle gevoel van eer!<br />

Nra, gelooft mv, Nederlanders . zyzelven die zoo yverig 't hunne<br />

deden om ii to berooven van al wat den mensch tot mensch maakt,<br />

zyzelven zu1 11en - evenals nu! - met verachting zeggen : g) , zyt<br />

hesmet, ~g aal .-


1 6 8<br />

IDE +'N VAN MULTATTJLI .<br />

1k stel my verkiesbaar tot lid van die Tweede-Kamer .<br />

Daar zal ik rekenschap vragen van al die ellende die de verrotte<br />

politick der laatste jaren heeft teweeg gebracht finder, en tier!<br />

Ik roep de lezers myner IDECN op, myn kandidatuur voortestaan<br />

in alle distrikten .<br />

Ja, over-al! Opdat er blyke of ik rekenen kan op 't beter deel des<br />

folks, al ware 't my dan onmogelyk den stryd to winnen tegen hen<br />

die, natuurly'e »zeer geacht,, in hun distrikt, zoo volslagen onbekend<br />

zyn daarbuiten d it men niet eenmaal zelfs de moeite neemt hen to<br />

lasteren voorby den naasten lantaarnpaal die de grens aanwyst van<br />

hun roem .<br />

Ik beroep my op 'n manifest aan de kiezers, in de ' Minnebrieven. »<br />

ik beroep my op wat ik deed. Het is vermeld in wat ik sciereef.<br />

En dat ik de waarheid schreef ? Ik ben bereid ieder belangstellende<br />

inzage to qeven van n bew ys dat de tegenwoordige Gouverneur- Genet<br />

aal van 1'Vederl Indie de - waarheid van den Max Havelaar<br />

met ronde woorden erkend heeft . *)<br />

Wie na deze verklaring tegen my is, erkenne dat by onrecht zoekt,<br />

onrecht voorstaat, belanb heeft by onrecht, en daarom onrecht wil,<br />

maar by verschuile zich niet langer achter de voorgewende moeielykheid<br />

om to welen wat recht is!<br />

AAN DE LEZERS MYNER IDEEN .<br />

Ja, U roep ik op om bewz s to geven van 't leven dat ik in u vooronderstel.<br />

Niet volkomen nog - maar eenigszins toch - heb ik aan U my geopenbaard<br />

.<br />

Tot H sprak ik, waar ik 'n beroep deed op het gedeelte der natie<br />

„dat nog niet geheel is verleugend!" (Slot „V rye Arbeid .")<br />

Op . . . op . . , helpt my, helpt uzelven, helpt lnsulinde, helpt Nederland<br />

.<br />

Trekt party voor de waarheid, opdat er niet gezegd worde dat alleen<br />

de leugen dienlstknechten heeft die den moed bezitten eener<br />

overtuigiug welke, in Min ziel, niet bestaat!<br />

Toont gy dat het geen droom was, to meenen dat nog hier en daar<br />

'n vonk gloorde die : wel aangelegd, gloed kan meedeelen aan al dat<br />

dorre hout om u been .<br />

Bewyst het dat niet ook gyzelf leugenaars zyt, wanneer ge uw<br />

kinderen spreekt van lief de tot den medemensch, van recht, van<br />

deugd, van eergevoel .<br />

0, ik weet het, ik zou alleen staan in die Lamer! Alleen, of nagenoeg<br />

. Maar, Kiezers, een Loch moet de eerste zyn, een die 't luid<br />

verkondigt hoe by Nederland genezen wil van de rottende ziekte die<br />

sedert jaren kankert aan zyn nationale eer .<br />

Een moet de eerste zyn !<br />

En die eerste wil ik wezen ik die begon myzelf en de mynen neertewerpen<br />

in poel onzer staatkundige verdorvenheid .<br />

") Of ik dat bewys thans nog zou kunnen leveren, is de vraag . Maar 't is karakteristiek<br />

dat nooit iemand er naar gevraagd heeft . (1872)


TDHENN V,UN -11ULT2MUL1 .<br />

Wie grooter offer braeht, sta, op . toore (]at, epn ik zal terugtreden<br />

met cerbied .<br />

Tot zoolang houd ik staande dat my do roeping is opgelegd een<br />

eind to maken aai -ii de schande der natie .<br />

Daar is hoogmoed in die meenhig . 0, (, ewis , ''t Is de hoogmoed van<br />

Curtius die - ongehuwd echter i-ieersprong in den kuil ten-gerieve<br />

van de Romeinsche burgery (lie heel nederig bleef staan toekyken<br />

op .t Forum .<br />

Hoogmoed? Zeker! I)e hoogmoed van Cambronne die zich niet,<br />

overgaf . Hy, kinderloos eve -r,,wel!<br />

Hoogmoed? Ongetwyfeld! De hoogmoed van d' Assas die stierf<br />

voor z 'n wapenbroeders. Hy, (lie vader was noch echtgenoot!<br />

Hoogmoed? Waarom niet? De hoogmoed van den vrywilliger die,<br />

op last van z'n koningin, met, *n hartelyk : ,,merci, ma Dame!" vooruit<br />

vlie9t, , en vastberaden sterft op de bres die by wil vullen met<br />

zyn lichaam . Och, zoo'n vrywilliger heeft vrouw noch kinderen .<br />

Hoogmoed? Wis en waarachtig hoogmoed! En zelfs dddrop ben ik<br />

hoogmoedig dat ik dien hoogmoed bezit .<br />

Ik erken dat het velcii zeer gek zoo staan als ze voorgaven hoogmoedig<br />

to wezen! Mr . Van Twist . . .<br />

0,gy alien die my vordenkt, van eerzucht, ge vergist u !<br />

Gy vergist u dien An dat ik andere eenucht voel, dat ik booger<br />

doel heb dan de plaats intenemen, pas verlaten door z6o"n gouverneur-generaal<br />

in ruste l<br />

Zoodra de verkiezingen zyn afveloopeu, zal ik voortgaan met de<br />

IDEEN, die ik tydelyk afbi - ak uit verdriet over de publieke zaak, en<br />

ja . . , uit kommer ,<br />

Zegt dat voort lezers, zegt het aan die lauwe lamme laffe wergild<br />

daarbuiten, en zegt er by: ,dat is weer Uwe schande, Nederland,<br />

dat is niet zyne schande!"<br />

.1a, zegt dat voort, lezers, en zorgt zooveel in u is dat niet ee -nmaal<br />

myn kommer ook Uw schande zy .<br />

(1872). Byde korrektie van dit stuk voelde ik verbazing en byna<br />

schaamto over de naIveteit waarrnede ik in '62 no, meenen kon dat<br />

'n beroep op 't eergwoel van het Nederlandsche yolk, of op 'n deel<br />

daarvan, zou behoord en verstaan worden . Hoe kon ik op tweeen-veertigjarigen<br />

leeftyd zoo kinderlyk zyn!<br />

291. We hebben nu 'n zoogenaamd liberaal ministerie - *) Ik beweer<br />

heel liberaal to wezen, inaar wat in 6ns land het woord Liberalismus<br />

beteekent, weet ik niet . I-let wil denk ik, eenvoudig zeggen:<br />

verandering in de soort van knoeiery, verplaatsing van verkeerdheden<br />

. 't Volk noemt dat : lood om yzer .<br />

Ook heeft dat woord liberaal geen vaste beteekenis, naar *t schynt .<br />

Tk heb 'n dominee gekend die zich libe.raal noemde omdat-i geed<br />

bef droeq en 'n pastoor lie voor vi-yzin -nig won u doorgaan onidat by


1 7 0 IDEEN VAN 1AULTATULL<br />

geen boete oplei aan iemand die door 't voorgaan van z'n horloge<br />

was gevallen in de zonde van vleescheten op Vryda lo .<br />

Wanneer men tegenover liberaal stelt : bekrompen, dan wil ieder<br />

voor liberaal doorgaan . Nooit hoorde ik zeggen : jk heb bekrompen<br />

denkbeelden" of : myn principes zyn wat steil,"<br />

,,Maar, roepen de liberalen, wy staan niet tegenover bekrompenheid,<br />

we staann tegenover behoud" (Onder ons : wat zyn die behouders<br />

bekrompen, niet waar?)<br />

Ei, tegenover Behoud! Maar cok dat woord begryp ik niet . Nooit<br />

zeide ieinand : jk wil dat alles blyve zoo als 't is, alles moet behouden<br />

worden ." Integendeel, ieder beweert al 't verkeerde to willen<br />

verbeteren .<br />

De vraag is alzoo : ,wht is verkeerd, wa"t moet verbeterd worden<br />

T'<br />

Juist. Omm daartoe to geraken, dient ons noch Liberalismus noch<br />

Behoud . Daartoe hebben we noodig to weten wat wddr is en, v66r<br />

alles, behooren we niet boos to worden op iemand die daarnaar<br />

streelt.<br />

') (1872,) Zoo schreef ik in 1862 . By de eerste korrektie van dit<br />

blad had ik 't zelfde kunnen zeggen . Maar zie, v66r ik de drukproef<br />

voor de tweede maal onder de oogen kreeg, was dat ,Iiberale ministerie,,<br />

aiweer gevallen . Tusschen nu en de uitgaaf kunnen we<br />

nog best 'n paar ministerien verslyten . Meent men iets goeds tot<br />

stand to brengen met zulke hansworstery?<br />

(1879) . Dezelfde opmerking geldt voor alle uitgaven sedert then<br />

tyd . Ook op dit oogenblik vernemen wy weder dat er 'n ministerieele<br />

krisis voor de deur staat .<br />

292 . Herhaaldelyk heb ik verzekerd niet to behooren tot een<br />

der Nederlandsche staatspartyen . Ik ga verder, en geloof zelfs niet<br />

aan 't bestaan van die partyen .<br />

Een voorbeeld . De zoogenaamd behoudende party to Amsterdam<br />

was in 't laatst van 1859 heel boos op 'n behoudend ministerie, dat<br />

een spoorwegwet had ontworpen waardoor Amsterdam meende benadeeld<br />

to zyn . Ik weet er zoo iets van! Men dreigde den Havelaar<br />

to zullen gebruiken als 'n vuutrmaker . Letterlyk er ligt bier<br />

- in Amst . - sedert eenigen tyd veel brandstof vergaderd . . . d&<br />

boek kon tvel eens de vonk aanbrengen oi-n die to doers ontvlammen . -<br />

Jazelfs, die party wilde my of vaardigen in de Kamer . Ik schold<br />

zoo mooi, dachten zy . Wn antwoord was dat ik me niet liet gebruiken<br />

.<br />

Waar bleef dat partytrekkenn voor Recht, zoodra die spoorwegwet<br />

in de Eerste Kamer gevallen was?<br />

't Behoud werd weer . . . Behoud, en 't recht van Havelaar, dat<br />

niet larger kon dienen als machine de guerre, word . . . onrecht .<br />

Z66 en daaroin is de Havelaar gesmoord .<br />

En de Liberaten? 't Zou uiet onaardig wezen eeiis al glen lof<br />

van him karat over dat boek to vc!uameleti . 1)at zoo 'ii 11 Ut'ieL18 boek


IDEE'A VAN MULTATULT . 1 7 1<br />

worden op-zielizeh" . Missehien geef ik eeimia,a] den tekst eener oproeping<br />

van liberate zy, oin den edelen Ravelaar by to staan ."<br />

Daarin komt iets voor van 'n standbeeld . Dit nu hoeft niet. W61<br />

ware ik graag thuis geweest op Nonnie's verjaardag .<br />

Goed . Een standbeeld dus voor den edelen Havelaar ."<br />

V66r de oprichting, dat heet : v66r de verschyning van die circulaire,<br />

verzekerde ik de fiberaleii dat ik heel liberaal was en juist<br />

daarom Diet kon behooren tot hun partij. Van then tyd of was Havelaar<br />

,zoo'n byzonder slecht mensch" de circulaire wend Diet gedrukt,<br />

en 't recht, van ,ister werd heden . . . onrecht . Precies als met<br />

de behouders .<br />

Had ik meegevloekt over die spoorwegwet, (Ian zouden de Amsterdamsche<br />

behouders meely hebben gevoeld met den Javaan en<br />

verontwaardiging over indische schelniery .<br />

Had ik v66r Vry-Arbeid geschreven, enn vooral den beer Rochussen<br />

gesmaad -- letterlyk : ,hij moet liet aanbeeld wezen waarop<br />

hij k 1 o ,pt.' *) dan, ja dan waren de Liberalen bewogen geworden<br />

met Javaansche ellende.<br />

Er bestaan geen partyen. Er bestaan iiiaar cliques .<br />

*) Z66 stond er in den brief waarop gedoeld wordt in de Inlez'din,g,<br />

der Alh'imebrieven . Ik antwoordde daarop met 'n ruwe weigering<br />

en met m'n eerste brochure t6gen 17ri ien-arbeid . Dit gechiedde kort<br />

na 't verschynen van den Havelaar, en zoodra my bleek dat men<br />

van dat werk 'n party -wapen maken wilde . Toch beweerde onlangs<br />

naar ik verneern, 'n Bataviasche voorlichter die in libemlismus doet,<br />

dat ik in m'n Nogeens Vryen Ai,1)ei*d - eenn nieuw pleidoo: tegen<br />

then &-h.wintlel - omgekocht door V Behoud en van richting veranderd<br />

was .<br />

11c vereer den man 'n klein oorveegjen in de Milhoenen-studien,<br />

en meer kan ik niet voor hem doen daar de onsterfelykheid nu eenmaal<br />

z'n zaak niet is . Hy bedenke dat ik z'n geschryf niet lees .<br />

Als-i weer wat ontdekt, Zal Htiet hem wel honoreeren met de emolumenten<br />

waarop zekere . . . rangsehikkers 'n onbetwisthaar recht heb-<br />

(244) Niet ditmaal van poeten .<br />

Maar 't zoo jammer zyn hem to veal notitie to wyden . De man .<br />

ran ,schikt vry slordig . Niets van poeten alweer . Zoowel de Minneb,i"en<br />

als do eerste brochure over Vyen-Abeid dateeren van '6i .<br />

't Is dus 'n ongelukkige rangschikking - van poeten wordt alweer<br />

niet gesproken - mn ATo,, eees Vl , yen 44ei'd van 1870 voortestellen<br />

als frontverandering .<br />

Len Redakteur die lezen kan is den aandeelhouders van 'n liberaal<br />

blad ter verheuoing, ina,ar snelschryvers die verkeerd . . . rangschikken,<br />

moeten poeet zyn om niet ondertegaan in 244) .<br />

292 . -- Hnheer, zou u denken dat ik mag openblyven na twaalveTi<br />

- 't mensch meende haar kroeg - ze zeggen dat er nu 'n liberaal<br />

ministerie i~ .<br />

-- Ik weet hot Diet, juffrouw . Rzelf ben heel liberaal, maar als<br />

ik wat to ze , g-en lid o' not ik je<br />

- 66r hvaaIN- eii, ja 'k sloot je heele


1 7 2 1DEEN VAN MULTATULI .<br />

Ik tneende haar kroeg .<br />

Als boutade laat ik dit gelden . De waarheid is, dat Lands-of Gemeentebesturen<br />

zich met zulke dingen niet to bemoeien hebben .<br />

294. - Ik stem voor 't behoud, zei 'n predikant die bang was<br />

dat de liberalen zouden tornen aan de bezoldiging der geestelyken<br />

van Landswege .<br />

Ikzelf ben zeer behoudend, man, en geloof daarom dat men liever<br />

dan U to behouden, uw tractement in kas moest houden . Wie behoefte<br />

voelt aan uw waar, moge die zelf betalen.<br />

295 . Zonderling toch dat de zielen worden gerepareerd op kosten<br />

van den Staat, en als ik dverschoend word of achterlappen noodig<br />

heb, vind ik nergens een van-Landswege gesalarieerd schoenmaker.<br />

.<br />

Is de oorzaak misschien dat de wetgever - hu ! - heeft gevreesd<br />

voor verwaarloozing van 't geestelyk schoeisel als 't lappen daarvan<br />

geld kostte ?<br />

Een voorstel ! Een voorstel aan 'n liberaal ministerie<br />

ONTWERP VAN WET .<br />

Fenig artikel . Het repareeren van de schoenen der ziel, komt voortaan<br />

ten-laste van wie er op loopt .<br />

Och, wat zouden de zielen gauw blootsvoets gaan !<br />

En goed ook ! De Staat zou er by winnen - d. i . gy en ik, lezer,<br />

- en de Gemeente ook, want er zou weldra blyken hoe weinigen<br />

er zyn die inderdaad behoef to voelen aan knelling en likdoorns . En<br />

wie er niet buiten kan . . . welnu, 't staat immers ieder vry zich to<br />

verminken mits hyzelf de kosten betale aan ,meester en apteker ."<br />

Roman, liberaal ministerie !<br />

296 . Als „liberaal" beduidt : onbekrompen, rechtvaardig, dan is<br />

er veel to doen .<br />

't Is niet voldoende, Mr . Thorbecke, to verklaren dat er „contagium"<br />

heerscht . Als ge dit erkent is 't uw plicht die besmetting tegentegaan<br />

. Dddrvoor zyt ge premier .<br />

Zeg eens, wat doet gy om to voorkomen dat deze of gene die U<br />

zal vervangen, den tyd van Uw bewind kenschetste met even onlief<br />

elyke woorden ?<br />

11w staatkundige principes . . .<br />

Noch ik noch de natie hebben iets to maken met uw staatkundige<br />

principes. Er met gehandeld worden .<br />

Als in m'n beroep op 't Volk (299) vraag ik u wat er gedaan is<br />

om de ellendelingen to straffen - liberaal of behoudend, om 't even<br />

- die den Javaan periodiek laten verhongeren<br />

Wat, om hong ersnood to voorkomen?<br />

Wat, om zeeroof tegen to gaan ?


IDEEN VAN' _MULT.VrIJLT . 173<br />

Uw staatkundige principes ? Ziehier iiiyn principes, zoo{ler staatkunde<br />

. Ik geloof niet aan .,Staatl cede ." 't Is 'n woord, niets dan<br />

' n woord.<br />

Myn principes zyn dat men geen nederlandsehe on(lerdanen mg<br />

laten doodslaan of wegvoeren door zeeroovers, en dat het onbillyk is<br />

den Javaan to laten omkomen van honger in 'n land zoo ryk als 't<br />

zyne . Ziedaar myn principes . 'k Heb nog 'n paar dozyn van die soort,<br />

en alien even eenvoudig .<br />

297 . Zeeroof `? Zou 't waar zyn? Maar Nederlanders, ziet ge dan<br />

niet in elke courant van Java, dat de roovers gaandeweg brutaler<br />

worden ? Of denkt go dat ik die rapporten schryf en dat ge u de<br />

zaak niet behoeft aantetrekken „omdat die Havelaar zoo'n byzonder<br />

slecht mensch is?" Ik begryp 't verband niet recht .<br />

'k Ontvang daar weer 'n brief, waarin zekere „Merano" instantelyk<br />

informeert naar m'n gedrag en karakter. De man dr'ugt aan<br />

op antwoord, en zegt dat-i overal kwaa,d van my zal spreke -.l als ik<br />

weiger hem te-antwoord to staan . De eisch van Merano is billyk en<br />

kiesch . Hy beg int met de verklaring dat-i een christen is . . nu j a<br />

(tat merle ik wel .<br />

Daar ik nu bevreesd ben voor 't kwaadspreken van (lien chliAen,<br />

durf ik hem niet zonder antwoord to laten, en daarom zeg ik ja op<br />

alles wat-i vraagt . Are ja, beminnely ke Merano, ik hen zoo slecht<br />

Maar, eilieve, vertel 't niet over . Want, ziet ge, 't zou Loch jammer<br />

wezen als al (lie acme Nederlandsche onderdanen daarginder by<br />

voortduring worden weggeroofd omdat ik niet zoo braaf ben als gy .<br />

En al vat ik nu niet welk verband er is tussehen Havelaars verdorvenheid<br />

en de schelmery van 't Nederlandsch gezag in Indie, anderen<br />

schynen daarin wel verband to vinden, en zelfs grond tot rechtsweigering<br />

. Daarom, o deugdlievende Merano, zoo' 't niemand dat<br />

ik ronduit erken schuldig to we Len aan al 't kwaad dat men my tenlaste<br />

legt, en aan meer no ,, . . . o, aan nog v6el meer ! Ik verleid drie<br />

meisjes in 't uur - middelbare tyd -- ik smoor ongeboren kinderen<br />

tusschen de kopie van m'n IDEEN . Ik heb ,verboden c.mgang" met<br />

den duivel, en bovendien vloekwaardige opinien over uwe erfzonde .<br />

Maar dat's flog niet ailes, brave Merano, ja, 't ergste niet . Ik heb<br />

m'n plicht gedaan, ben . . . doodarnl, en Nederlander van geboorte,<br />

ziedaar !<br />

Wilt ge nu, ter belooning van m'n oprechtheid, me wat helpen in<br />

't uitroeien van Nederlandsche deugden die, voor wie ze ondergaat,<br />

iets zwaarder to dragen zyn dan myn v reeselyke misdaden ? En lees<br />

eens na, lieve Merano, wat Jezus zei over kemelen en muggers, en<br />

bedenk dat ik lang kinderen kan smoren die er niet zyn, en meisjes<br />

verleiden die 'k nooit gezien heb, voor ik zooveel kwaad heb uitgericht<br />

als 'n Gouverneur--Generaal van uw geloof die z'n plicht niet<br />

doet .<br />

Wees nu tevreden, Merano . Ge ziet dat ik goedgeefs ben, als al-


174 IDEEN VAN AIVLTATVLI .<br />

tyd . Gy vraagt slechts 'n plaatsjen op denl omsiag, en 'k maak u<br />

onsterfelyk met 'nn heel nummer van M'n IDEEN .<br />

Maar ik kan die onsterfelykheid niet toezeggen aan 61ken verwaanden<br />

gek die u navolgt in onbeschaamdheid,<br />

298. Ge spreekt veel over uzelf.<br />

- Ja, dat doet immers ook de winkelier die u wat leverde en<br />

vergeefs aandringt op betaling .<br />

299 . - Ge spreekt veel over uzelf .<br />

- Ja, dat zou ieder doen, wien ge laster gaaft voor recht .<br />

300. En nu weer de zeeroovers . Ik verzeker u dat zy zich volstrekt<br />

niet storen aan eenig ,staatkundig principe", hoe onvatbaar<br />

fyn ook, van onze turkschewip-ministeries, evenmin als ze zich stoorden<br />

aan de circulaire van den heer Van Twist die - als Opperbevelhebbber<br />

van de Land- en Zeemacht beoosten de Kaap de Goede<br />

Hoop! hen te-keer ging met 'n larmoyant beroep op de weldadigheid<br />

precies als de juffrouw die haar bestaan verloor, of<br />

haar eer, door onvoorziene omstandigheden .<br />

De roovers hebben volgens de laatste berichten weer schromelyk<br />

huisgehouden, en ditmaal by Bawean. 0, 't is niet voor 't eerst .<br />

Ik beweer niet u iets nieuws to vertellen . 't Is maar om er by<br />

to zeggeiidatheteilandBaweanzeernabyJ'avaligt,enzelfs'nonderdeeI<br />

uitmaakt van een Javaseb e Residentie . 't Gren st dus aan koffit, Nederlanders.<br />

Zeker hebben de arnbulante industrieelen gehoord dat de nederlandsche<br />

Tweede-Kamer zich bemoeit met de Marine, en dit schynt<br />

de laatste vonk van respekt voor die Marine to hebben uitgedoofd .<br />

Heel natuurlyk. Met de kieswet in de hand, kunnen zy precies<br />

weten wat er to wachten valt van zoo'n Kamer .<br />

Als ik de eer had zeeroover to worden zbnder patent, in-plaats<br />

van Nederlander met geboorte-akte die voor patent geldt, zou ik<br />

evenzoo oordeelen . Deliberante senatu . . . . is 't de juiste tyd om<br />

to gaan plunderen by Bawean . Dat is duidelyk .<br />

Wie drommel had kunnen denken dat die zeeroovers latyn verstonden<br />

? En 'n ablativus absolutus nogal, dien ze zeker opvatten<br />

als 'n volstrekte noodzakelykheid om iets we15oltenemen .<br />

0A diable la latinitj va-t-elle se nicher?<br />

-1) Ook dddrover is de man nooit ter verantwoording geroepen .<br />

301. Ik verneem nu dat de heer Thorbecke onlangs in de Kamer<br />

verklaard heeft : niet to behooren tot 'n party . A la bonne<br />

heure! Dan is er kans dat er wat gedaan wordt.<br />

Maar ik erken dat die verklaring , my - en velen - verrast<br />

lieef t.<br />

En . , fair play is 't niet. Dat nu die zoogenaamde liberale party<br />

in minachting begint to raken by 't Volk, levert Been reden


IDEES VAN MULTATUM . 1.(5<br />

die party aftevallen nadat men door haar op 't kussen gebracht is .<br />

Let op, als 't Christendom wordt afyeschaft, zullen de muurlingers<br />

beweren dat ze er nooit toe behoord hebben, en wanneer<br />

ik de derde party - de 66nige - zal hebben gebracht tot aanzien,<br />

zal D . V. T . om 't luidst met Slymerin ' ,en, Droogstoppels<br />

en Kappellui uitroepen : precies m'n idee!"<br />

Op de bres, heeren I Sterft 'it beetjen op de bres van uw geloof,<br />

van uw principes, van de ovartid.gingen, zooals ge de dingen noemt<br />

die u voordeel aanbrengen .<br />

Richard Leeuwenhart sloeg 'n yzeren staaf door . Saladyn'n kanap6kussen<br />

zonder watersnood . >5 ) Maar ik splyt wolken, naar<br />

't schynt .<br />

5 ) Watersnood en daarhy behoorende liefdadigheid - 'n pest! -<br />

waren in '62 aan de orde van den dag . Dames- vereenigingen, loteryen,anti-makassars,<br />

kanapdkussens, verzenmakery "ten-voordeele van<br />

de ongelukkige slachlofers- speelden 'n hoofdrol . Ook in de Minnelrieven<br />

komen sporen van al die bombarie voor . Dock naar de oorzaak<br />

van den waterslan .,l vroe,, niemand . Zulke dingen komen van<br />

,,God,, . En ,als God wil, dan moet je berusten,, omm met juffrouw<br />

Laps to spreken . Voor onkundige of plichtvergeten ministers is die<br />

stelling niet onaangenaam .<br />

Het indijken van rivieren is 'n onvergeefelyke domheid . Heeft dit<br />

nog uitlegging noodig? (1050d)<br />

302 . Er is geen eer to behalen aan tegenstanders zonder karakter .<br />

303 . Principes zyn dingen die men gebruikt orn iets onaangenaams<br />

natelaten .<br />

Zeker! Wanneer twee personen getuigen zyn van 'n ongeluk dat<br />

gevaarlyke of opofferende hulp vereischt, zat altyd dc niet-helper<br />

principes weten aantevoeren voor z'n onthouding . De ander die wel<br />

helpt en dus hart heeft denkt niet aan principes . Hy heeft ze dan<br />

ook niet noodig. Zie 934 .<br />

304. In den Havelaar spreek ik ergens over : ,een dorp dat pas<br />

was veroverd"door nederlandsche soldaten, en this in brand stond ."<br />

Dat ,dus" is pikant? Kunstig? Ik ben niet kunstig, en waar<br />

ik pikant ben, is 't alleen omdat de waarheid pikant is . Ik begryp<br />

wel dat handeldryvende Nederlanders - uit zuinigheid - my liever<br />

- houden voor 'n kunstenschryver dan voor 'n schryver die de<br />

waarheid zegt, omdat de Kunst te-koop is voor weinige centen<br />

huurgeld, en 't erkennen van de waarheid heel duur kosten zou,<br />

maar toch wil ik nu en (Ian 'n bydrage leveren tot de stukken<br />

van 't proces dat eenmaal zal worden gevoerd tus,9chen do hollandsche<br />

natie en myn nagedachtenis .<br />

Ik beweerde dat 'n dorp in brand stond omdat bet veroverd was<br />

door nederlandsche soldaten .<br />

Merin liqt heel dui(lelyk (14" besc-<strong>1111</strong>1(fi .f , in I , ( Litt, ons krYI",s "v


176 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

schandelyk huishoudt in veroverde plaatsen, en ik, die gewoonlyk<br />

vry juist meen vat er in m'n uitdrukkingen 1 iqt, verklaar clan ook<br />

by dezen dat inderdaad m'n bedoeling was die beschuldiging intebrengen<br />

tegen de, voor hoog geld gehuurde, welgewapende kolporteurs<br />

van nederlandsche beschaving, en verdere deugden .<br />

Ja, het dorp was veroverd door nederlandsche soldaten, en stond<br />

dus in brand .<br />

Op nederlandsche heldendeugd volgt brand . Nederlandsche overwinning<br />

leidt tot verwoesting . Nederlandsche krygsbedryven. b a -<br />

ren wanhoop .<br />

Dit moest niet wezen, vindt ge wel? En als dat - door myn<br />

invloed - zal veranderd zyn, boor ik reeds Mr. Van Twist en<br />

konsorten roepen : precies m'n idee!<br />

M.aar't is jammer dat de man zoo'n idee niet precies had, of althans<br />

dat-i niet zoo'n precies idee had, toen de natie hem vry precies<br />

betaalde bm dat idee to hebben .<br />

Ik heb - zonder betaling - de preciese waarheid gezegd, ook<br />

in dat woordje : dus.<br />

De Havelaar verscheen in Mei 1860 . Door de vriendelyke zorg<br />

van de firma D . R. & V. L . werden er slechts weinige exemplaren<br />

naar Indie gezonden . ' T ie 't loochent wordt verwezen naar de<br />

klachten daarover in de indische bla,den . 't Effekt moest gedoofd<br />

worden - de anti-Amsterdamsche spoorwegwet was gevallen -<br />

en daarom geschiedde de verzending langzaam, schroomvallig met<br />

vreezen en beven, zooals 'n geneesheer rottekruid toedient . De beoordeeling<br />

van 't Bataviaasche handelsblad begint met de woorden<br />

: ,eindelyk is 't ons molten gelukken dat book machtig te worden<br />

." En vroeger reeds had hot ,aan Multatuli den raad gegeven,<br />

in 't vervolg eon minder slaperigen uitgever to kiezen ."<br />

Die beschuldighig nu was ongegrond . De uitgevers D . R. & V.<br />

L . waren niet slaperig geweest, maar integendeel redelyk wakker .<br />

Alen kan heel aktief zyn in 't opzettelyk nalaten .<br />

Hoe dit zy, ik konstateer dat de Max Havelaar, die in Mei 1860<br />

verschenen was, eerst vier, vyf maanden daarna - en met belemmering<br />

altoos - op Batavia to verkrygen was .<br />

Het beteekenisvolle woordje : dus, dat brandstichting en nederlandschen<br />

heldenmoed koppelde tot 'n infaam huwelyk, kan daa .r<br />

populair zyn geworden in September of Oktober van dat jaar.<br />

Als ik slechts 'n kunstenschryver was, zou 't verzet tegen mIn<br />

kunstigheid moeten zyn uitgegaan van dozen of genen officier van<br />

t Nederlandsche leger . In-stede daarva,n . . .<br />

Ziehier - en wel van den meestbevoegden leant - 'n toestemmend<br />

antwoordd op m'n beschuldiging .<br />

,,DAG-ORDE .<br />

Hoofdkwarlio , Batavia 5 October i- 86o .<br />

-By het lezen van de vole goed bewerkte korpsgeschiedenissen, die


TDEIaN VAN' T] UL t`ATULT . 1.77<br />

bet militair departenie!it opvolgend zijn aangeboden, wordt men, to<br />

niidden van ]let vole goede, dat men daarin vindt, weemoedig gc-troffen<br />

door een tal van claqrin vermelde verwoestingen, die eene<br />

schaduw werpen op zoo menige schoone bladzijdc .<br />

-Men zoekt vergeefs near den oorsprong van die heillooze gewoonte,<br />

die zoo vele overwinningen en nederlagen doet gepaard gaan met de<br />

vernielin , : , van hel, weinige wat het Volk f)czit . Van waar, vraagt<br />

men zich, heeft bet leger, dat naar bescha.,-ifde en (2hristelijke beginselen<br />

bestuurd wordt, bet refit geput, zoo strijdig toch met het<br />

oorlogsregt van heschaafde volken, om bet private eigendom to vernielen,<br />

en schuldelooze vrouwen en kinderen of magtelooze grijsaards<br />

bloot to stellen, om door gebrek orn to ],,omen ?<br />

-E en werktuig van wraak of bestraffing kan bet nict zijn - want<br />

de taak van bet leger is niet oni to ka .stijden, noch om to kwellen,<br />

rnaar om to strijden, to overwinnen, en de gevolgen van den oorlog<br />

zoo min mogelijk schadelijk to maken . Len ander beginsel onteert<br />

den Staat, onder -,wens vlag de oorlog wordt gevoerd .<br />

-Het kan ook niet zijn een middel, om de overwinningen gemakkelijker<br />

to maken, of de gestoorde rust spoediger to herstellen, - want<br />

in stede van verzoening, verwokt de verwoesting slechts verbittering,<br />

versterkt zij bet verzet, en vergroot zij den dorst naar wraak . Hoe<br />

zou men ook kunnen meenen, dat een onkundig, onbeschaafd en<br />

meestal misleid yolk, wanneer a] wat bet hezit, ook zijne voedingsmiddelen,<br />

haldadig verwoest zijn, ddrder genegen zonde zijn, om de<br />

wapenen neder to leggen en den overwinnaar to gehoorzamen dan<br />

zoo lang de kans no, hestaat door onderwerping weder in het bezit<br />

van have en goed iertig to kornen ?<br />

,,Evenrnin kan zLilks gerechtvaardigd worden door de allerwege gehuldigde<br />

beginselen van bet volkenregt. Toen, twee eeuwen geleden<br />

(1 6 74), de P,)Its door bet Fransche leger verwoest werd, liet gansch<br />

Europa een kreet van verontwaardiging hooren over deze afschuwelijke<br />

daad. Zoude dat.ln het Nederlandsch-Indische leger twee eeuwen<br />

later moge doen, wat in een minder bi? ,schaafden tijd reeds is veroordeeld?<br />

-Niets kan inderclaad die verwoestingen regtvaardigen, en wanneer<br />

men ze niettemin ziet plants grijpen, dan inoet men ze wel houden<br />

voor bet gevolg van verouderde overleveringell, die bereids fang<br />

hadden moeten verlaten worden, of van vaIsche beschouwingen .<br />

,,Wanneer in India oorlog gevoerd wordt, is bet altl'jd voor eene<br />

van deze beide oogmerken, to weten : onder misleide on oproerige<br />

onderdanen (-!e rust to herstellen ; - of, om de regenten van onbeschaafde<br />

volksstarnmen, die cog bet zelfbestuur hebben behouden,<br />

in het belang der 1.)eschaving, mildere beginselen van bestuur en van<br />

internationale betrekkingen op to leggen . \Toor beide deze gevallen<br />

past een beschaafde en milde oorlog beter, en zal deze ook betere<br />

werking hebben, en heilzamer indrukken nalateii clan brandstichting en<br />

verwoesting . Reeds zijn de gevolgen van de oorlogen op zich zelven zoo<br />

verderfelijk voor de welvaart van bet Volk, dal, het niet noodig is die opzettelijk<br />

to vermeerderen, om heter de kasiijdende hand to doen gevoelen .<br />

lDaarom is het wenschelijk, om het tot dusverre gevolgde~,)oorgoed<br />

to verlaten eil de beginselen der 14schoal'de volkeren, aan to semen .<br />

tDaarom ook is bet werschelijk dat de officieren, door het beoefenen<br />

van bet volkenregt zich bekend maken met bctgeen als oorlogsregt<br />

voor geoorloofd en ongeonrloofil wordt g-t-houden, en zich overtuigen<br />

van de onhetanielijkl -wid en onbevoegclheild wart bet aanrigten van<br />

IDEIEN I . 12


-178 ID EEN VAN n ULTAT ULI .<br />

opzettelijke veree'oestingcn . Aldus zullen zij, wanneer het uur der<br />

toepassing - zal gekomen zijn, met overtuiging en kennis van zaken, to<br />

beter hij hunne onderhoorigen de edeler gevoelens, die toch bij alle<br />

dapperen aanwezig zijn, kunnen opwekken, om de minder edele to onderdrukken,<br />

en den oorlog niet tot een hardvochtig handwerk to maken .<br />

De Luitenant-Generaal,<br />

Adjudant des Konings in buitengewonen dienst,<br />

Kormandant van Izet Oost-Indisch leger,<br />

VAN S W IETEN,»<br />

WWe leven in 'n tyd van verkiezingen . Ik geef den kiezer in overweging,<br />

hun uitverkoren societeitspresidenten op to dragen, aan<br />

de Regeering do vraag voorteleggen : of het ook tyd wordt „om<br />

't tot dusverre gevolgde voor goed to verlaten, en de beginselen van<br />

beschaafde volkeren aantenemen?<br />

305 . Ik verzoek het nageslacht, de gelden, die 't zal willen byeenbrengen<br />

voor myn standbeeld, to gebruiken tot 'n belooning voor<br />

't beste : „historisch kritisch onderzoek naar de wyze waarop de<br />

Goddienende Nederlandsche Natie zich heeft vrygepleit van de<br />

beschuldiging die Multatuli tegen haar inbracht, toen by 't woordje<br />

,,dus" plaatste tusschen nederlandschen heldenmoed en verwoeste<br />

dorpen ."<br />

305a . (Dit nummer is in 1879 tusschen gevoegd .) Zoo schreef<br />

ik zeventien jaar geleden . Is er sedert lien tyd iets verbeterd?<br />

Als antwoord op deze vraag geef ik hier eenige uittreksels uit het<br />

onlangs verschenen work van denzelfden Luitt-Genl Van Swieten<br />

over den Atjinschen oorlog<br />

,,Onze strijd in Atjeh is geen gewone oorlog, Been strijd waar<br />

twee mogendheden zich afbreuk doen, tot de overwonnen partij den<br />

oorlog mocde, vrede vraagt en tot het nederleggen der wapenen besluit.<br />

Het Joel van dezen oorlog is om het land en het Volk to onderwerpen,<br />

- het yolk tot onderdanen en het land tot eene bezitting<br />

van Nederland to maken . Waar vindt men een tweede voorbeeld, dat<br />

om een dergelijk doel to bereiken, het land verwoest, het yolk verarmt,<br />

de bezitting tot een lastpost maakt, en daarvoor ongeveer honderd<br />

a honderd vijftig millioen en vele menschenlevens ten offer brengt?<br />

Wij hebben getracht den oorsprong to vinden van eene oorlogvoering,<br />

die voor de eer der nederlandsche wapenen zoo beleedigend<br />

is dat zij aan NIultatuli heeft doen zeggen : een dorp dat pas veroverd<br />

was door de nederlandsche troepen en ,dus- in brand sfond. Wij hebben<br />

die niet kunnen vinden. Wij weten echter dat ze vroeger niet<br />

bestond, en eerst sedert ongeveer 25 jaren door eenige bevelhebhers<br />

is ingevoerd . Wij hebben op Java den oorlog mode gemaakt<br />

in de jaren 1827 tot 1829, als tweede luitenant odder Michiels en<br />

Ledcl, twee mnannen die onder de actiefste Kolonne-Kommandanten<br />

gerelkend worden . ~-1aar simmer hebben wij in then tijd eon Kampnng<br />

71011 vferl)randen . Wij ztillen hilt 17fiwOren flat bet elders, under do


ll)EEN V,1N ui,,_rA'_t`OLI . 1_ 7 tl<br />

bevelen van a,ndert : h(ilonnG-l`_L)rnmanCi il7ten itI t? i i sc lne(t(li', (near<br />

wij kunnen vc,rhl rE n dat let tot de zF ld .aemli t a benaard, . I :nz . ~~nz .<br />

Het is toch niet van C', Seelig, Delprat, \-an Overstraten, Scheltus,<br />

Van Mulken en Knoop, dat zulke kwade leerstellingen zijn uitgegaan<br />

! Wij kunnen, wij durven er geen ante- nerd op geven . Wij<br />

kunnen slechts die heginselen uit naam der menschelijkheid, der<br />

beschaving, der eer van het leger en de nede .rlandsche viag, der<br />

moraliteit en utiliteit, als sehandelijk hestenipelen . Enz . enz .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

`Vij zeggen andermaal met Multatuli, dat wij niet mogen «afdwalen<br />

tot het zeer lage standpunt van den vijand, in stede van nooit<br />

zelfs tegen den onbeschaafden, to vergeten eat men aan eigen beschaving<br />

verplicht is .-<br />

De heer van Swieten heeft hier uit bet geheugen aangehaald<br />

want zoo heb ik me nooit uitgelaten, My koint bet zedelyk standpunt<br />

van den Atjinees (lie zoo moedig zyn land tegen roovers<br />

verdedigt, zoo laag niet voor. Doch dit doet nu niet ter- zake . De<br />

vraag is slechts of ik door de mededeeling der woorden van den<br />

heer V . S . het woordje ;,dus" in de Saldjah-geschiedeilis gerechtvaardig<br />

d heb .<br />

Wat overigens de door dien generaal vruehteloos nagespoor(le<br />

oorzaak van de gewraakte barbaarsche donmheid aangaat, ze ligt<br />

in den algemeenen toestand van ons Staatsbesf,uur (286) en in de<br />

onzedelykheid der Maatschappy die daarinee by voortduring genoegen<br />

neemt. Wat kan er verwacht worden van 'n Volk dat voor<br />

Droogstoppels party trok tegen }Iavelaar 2<br />

306 . Volgens 'n amerikaansch dagblad, is onlangs zekere juffrouw<br />

Nancy Smidt verkozen tot burgemeester van de stad Oskaloso<br />

in den staat Jowa . Ik weet niet of 't waar is, want 't staat<br />

in 'n dagblad, maar ills 't waar is, denk ik dat die kiezers to Amsterdam<br />

zyn geweest, en 'n afschrik hebben gekregen van inannelyke<br />

besturen . 't Is zoo vreeind iiiet .<br />

Ze zullen daar de waterhoudende trottoirs hebben gezien, met<br />

akkompagnement van keldergaten, stoeptrappen, winkelkasten en<br />

verdere guet-apens . Ook hebben zy waarsehynlyk een-en-ander<br />

vernomen van den staat der geldnsiddelen in die stad, en van de<br />

manier waarop de vroine burgervaderen kilns hebben gezien oin<br />

bankroet to gaan, zonder dat iemand begrypen kan waar 't deficit<br />

gebleven is .<br />

Ik gis dat de Oskalosers 'n brand hebben bygewoond, waarby<br />

de spuiten absent bleven omdat de stad Amsterdam chicaneert op<br />

de betaling van de premiers . `)<br />

Dit alles, denk ik, zal aanleiding - hebben geg even tot de meening<br />

dat bet tyd werd eons to beproeven of 'n dame even schandelyk<br />

als 'n man -rou misbrnik maken van 't verfrouweni rarer inedeburgers<br />

.


I1)EEN VAN MULTATULL 1 8 1<br />

gen in kiesrazerliy, heel ontevreden zyn over den loop der zaken .<br />

Zy moesten konsekwent wezen, parbleu! en 't heel mooi vinden<br />

dat er deficitten zyn in do trottoirs, en equivalente gapingen in<br />

de geldmiddelen . *) Eerst schepen ze u op met allerlei pronkmodellen<br />

van onbeduidendheid, en wanneer dan de boel schandelyk<br />

slecht gait, roepen ook zy om 't hardst : precies m'n idee<br />

Wat er to verwachten is van uw gekies waar 't 's Lands belang<br />

geldt, o Nedeflanders, gy die reeds niet-instaat zyt de belangen<br />

eener stall to overzien? I)it kunt ge nalezen in m'n IDEE<br />

over 't whisten . Uwe rekening deugt niet . (119, 121, 133) .<br />

*) Een nieuwe belasting vvaarmee de burgery in die dagen werd<br />

bevoorrecht, heette het equivalent . Of ze nog wordt geheven, weet<br />

ik niet. Waarschynlyk wel, want de maatregel heette provisoir .<br />

309. Onlangs vertelde het Handelsb1ad dat m'nheer die, absoluut<br />

in de kamer moest, want by was zoo byzonder liberaal . In<br />

't voorbygaan : 'n tegenstander dus van den heer Thorbecke, die<br />

uitdrukkelyk verklaard heeft niet to behooren tot de liberale party.<br />

Good, die liberale man moest in de Kamer . Niemand kende den<br />

stumpert, maar by was zoo heel erg liberaal, zei 't .Handelsblad .<br />

De man had nooit wat uitgevoerd, dat is zoo, maar . . . vreeselyk<br />

liberaal was-i! Pit 6titkende dan ook niemand, want niemand<br />

kende den man, en 't zou onbeleefd wezen to twyfelen aan deze<br />

of gene onbekende hoedanigheid van 'n p6rsoon wiens naam men<br />

zoo-even hoorde voor 't eerst .<br />

Die man kon . . . (lie man zou . . . die man was . . . kortom, 't<br />

Handel8blad voorspelde dat de sportlui in den Haag verbaasd wezen<br />

zouden over dat produkt van Amsterdamsche kiezery .<br />

Maar tegelykertyd had die krant'n middell gevonden tegen hondsdolheid,<br />

en wat later drong ze er op aan dat de burgery haar melk<br />

zou kooken om geen blaren to krygenn onder de tong, zooals de<br />

acme koeien die 't geluk niet hebben kranten to lezen .<br />

Ik ben nu zoo vry doze drie zaken in verband to brengen :<br />

De melk moest gekookt, om de blaren tegentegaan .<br />

0mm niet dol worden, of to blyven, moest men 't recept gebruiken<br />

van 't Handelsb1ad .<br />

Om de verrotting in den Staat to genezen, behoorde men to<br />

kiezen : m'nheer 'k weet waarlyk den naamm van then feniks<br />

niet, 'n rechte Tweede-Kamersnaamm dien men terstond vergeet<br />

omdat er niets aann verbondenn is . Jansen of Klaassen of<br />

zoo-iets . Maar liberaal was-i, dat verzekerde het -Handelsblad<br />

op z'n liberale blads-eer .<br />

Ik komm hierop teru, zoodra ik 't rummer weet van de krant<br />

waarin dat recept voorkomt te(- ,,eti hondsdolheid . Ik wil 't letterlyk<br />

geven, om 't vermoeden to voorkomen dat ik 't gemaakt heb .<br />

Men mocht eens weer zeggen dat hot zoo niooi" geschreven was,<br />

en dus niet to vertrouwen .


182 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

310 . Sokrates was 'n verwaande gek en de Athener ss hadden<br />

,root gelyk hens to veroordeelen. Alleen vind ik z'n straf wat ligt .<br />

Sterven ! Dat moet immers ieder, zelfs de onschuldige aan alle<br />

goed ! Ik vind het zeer onbillyk, aan iemand die zich toewydde<br />

aan 't algemeen welzyn, opteleggen als straf, wat tenlaatste ondergaan<br />

wordt door de nuchterste onbeduidendheid die ooit 'n yolk<br />

vertegenwoordigde . De Atheners warert to driftig, precies als de<br />

Jo len. Zie lMTinnebrieven, in 't voorbericht .<br />

Maar Sokrates ! Ziehier wat ik over hens vind in Plutarchus<br />

„in Athene bestond het gebruik dat de beschuldigden zich voor<br />

de rechtbank verdedigden met kunstige redevoering, en op 't gemoed<br />

hunner rechters trachtten to werken door tranen en smeekbeden. Sokrates<br />

achtte het beneden zich zulke onwaardige middelen aantewen<br />

den . . .<br />

Ik heb u al gezegd, dat Sokrates gek was .<br />

«In z'n eenvoudig pleidooi wees by op zyn levensloop .<br />

Heel dom alweer. De man meende zeker dat men letten zou op<br />

wat-i gedaan had . Dat was de vraag niet, o Sokrates ! Ge hadt<br />

moeten zeggen : ik ben liberaal . . of behoudend - al naar de<br />

wind woei - ge hadt behooren to spreken van uw geloo f- ouderwets<br />

of modieus, naar 't uitkwam, alweer - ge hadt iets moeten<br />

vertellen van principes en stellingen - volgens de eischen van<br />

den dag, altoos - zie, dat was uw fout ! Plutarchus had wel gelyk,<br />

uw verdediging eenvoudig to noemen, eenvoudig, ja, tot onnoozelheid<br />

toe .<br />

Goed, by wees dan op z'n levensloop . Maar<br />

-Deze verdediging vond geen ingang by z'n rechters, en zy \'eroordeelden<br />

heir ter dood . . .<br />

Niets dan dat ? V ervloekte lamheid van de Atheners die geen<br />

begrip schenen to hebben van christelyk martelen, stomme heidenen<br />

als ze waren !<br />

Volgens Atheensch gebruik, moest de veroordeelde zelf verklaren<br />

welke straf by meende verdiend to hebben . Dit werd ook gevraagd<br />

nan Sokrates, die daarop verklaarde dat by geloofde verdiend to<br />

hebben op algemeene kosten to worden onderhouden door den Staat,<br />

als ware by overwinnaar geweest in de Olympische spelen .<br />

IIad ik niet gelyk toen ik zeide dat die Sokrates gek was ?<br />

Geen spoor van christelyke nederigheid ! Maar . . . ja, natuurlyk<br />

-Door dit antwoord verbitterde by zn rechters nog meer . . .<br />

Ik geloof 't graag . 't Is ook heel onpleizierig, als men denkt<br />

iemand voetstoots to veroordeelen, dat zoo'n persoon zich vermeet<br />

aanspraak to inakeri op beloouing . De rechters hadden groot<br />

gelyk zich to verbitteren op zoo'n antwoord, en


IDEK'N VAN MULTATIT 183<br />

Vel . en hunner die eerst hadden gesteind tcgr.n de doodstraf, stemden<br />

nu daar vddr . Hy word veroordeeld .-<br />

Tot z66ver Plutarchus . Die droge levensbeschryver geeft Diet<br />

eens plaats aan 'n enkel woord van lof over die verbitterde reellters<br />

. Ik deiik dat Plutarchus liberaal was, en dat de rechters behoudend<br />

waren, of omgekeer'l . In Griekeii1and preen men nooit<br />

iemand die behoorde tot 'n andere party,<br />

311 . Als er iemand opstond (lie beweerde - eu bewees -- dat<br />

die partyen eigenlyk Diets waxen dan gemeene cliques, dan haastte<br />

men zich om corant populo dat is : in de Tweede--Kamer van<br />

dat land - to verklaren dat men met die partyen niets to maken<br />

had, en alleen 't algemeen NNTelzyn bedoelde . Er waxen alts d<br />

Grieken die 't geloofden, vooral in Bceotie .<br />

Maar ook waren er - ditmaal Diet in Bwotie --- die 't Diet<br />

mooi vonden dat men z'n inoeder verloochende .<br />

- 't Merisch heeft zich gemeen gedragen, zei men, dat is wel<br />

waar, maar . . .<br />

- Hy heeft fortuin gemaakt, zei men, ook dkt is waar, doch . . .<br />

- Eilieve, by maakte dat fortuin door hair slecht gedrag' . *<br />

kwam z' -n deugd niet wat laat? En is er veel to verwachten van<br />

deugd die zich eerst openbaarde nadat de ondeugd ophield voordeel<br />

to geven'~<br />

Zoo- spreken sommigen in Griekenland .<br />

312 . 't Is me een raadsel (tat in onze Tweede-Kamer niemand<br />

is opgestaan om to protesteeren tegen de betuiging van den heer<br />

Thorbecke dat-i Diet behoorde tot de liberate party .<br />

Ik begryp dat men zich schaamt daartoe to behooren . Maar ik<br />

begryp Diet hoe men die schaamte durft toonen met zooveel<br />

onbeschaamdheid.<br />

Ik verwacht nu 'n annonce van dezen of genen bierbrouwer :<br />

-Heel ondankbaar voor 't genoten vertrouwen, en vervuld van minachting<br />

voor de dwazen die myn extrakt kochten, voel ik my gedrongen<br />

ter-kennisse to brengen van 't geextralheerd publiek, dat ik<br />

-1/ale<br />

Diet belloor tot de party die eenige waarde toekent aan 't<br />

dat<br />

ik met liberaal-kwistige hand toediende aan elk die gek genoeg was<br />

urn my to gelooven toen ik Dog Diet in t bezit was van de huitenplaats<br />

waarvan ik dit program doe uitgaan .<br />

Dat er een -contagium , onder myn lyders heerscht, is wel waar,<br />

doch die besmetting kan Diet worden genezen met 'n aftreksel van<br />

stinkbast .<br />

-lk geef doze verklaring ter-liefde van de waarheid, die ik aanbid<br />

nadat ik zooveel mogelyk heb geproiiteerd van net tegendeel, en ook<br />

uit malznyd tegen anderen die, nog Been buitenplaats hebbende, myn<br />

voorbeeld zouden tvillen volgen, en 't 1)ubliek op nieuw extraheeren .<br />

MaI7-rust den wveelslen .<br />

P.S . Men heeft bier-en-daar wat leege flessch,-n achv"orziell<br />

vall n -'Yll vont -mall", Iiher'wil va-


184 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

chet . Met al de opreclitheid van iernand die geen voor -<br />

deel by leugens heeft, waarschuw ik tegen 't koopen<br />

en gebruiken van de drankjes die deze of geene onverlaat<br />

zonder buitenplaats, onder myn gewezen vlag<br />

zou willen binnensmokkelen in de magen der Bceotiers .<br />

Ze hebben vooreerst genoeg!<br />

313 . Schande over u, Thorbecke!<br />

Mocht gy misbruik maken van de bekende oiinoozelheid eener<br />

Kamer die u op 't kussen bracht in de meening dat gyzelf althans<br />

waarde hechtte aan uw Malz? Is 't niet onedel den idioten die<br />

Nederland niet vertegenwoordigen, hun lichtgeloovigheid in 't aangezicht<br />

to smyten, en uw eigen brouwsel aftekeuren nadat ge hen<br />

daarmee halt dronken gemaakt?<br />

Hoe, gy spreekt van algemeen belang? Gy, de schepper onzer<br />

ellendige Kieswet?<br />

Floe, gy verloochent uw party, ge loochent zelfs, 't bestaan der<br />

partyen? Gy, de partyman by uitnemendheid? Gy, de vaandrager?<br />

Gy, de voorgaDger? Gy, het verzamelingspunt van die zoogenaamde<br />

liberalen, 't mikpunt der zoogenaamde behouders?<br />

0, Thorbecke, byna beweegt ge my konservatief to worden!<br />

Noch Groen van Prinsterer, noch -Mackay, noch Elout zouden hun<br />

publiek zoo'n Hoffachtige circulaire hebben gezonden . En Hoffzelf<br />

had liever gezwegen, al waar 't uit vrees alleen, dat-de bedrogenen,<br />

woedend geworden, hem zouden weghalen van z'n buitenplaats<br />

.<br />

't Is waar, uw publiek schynt niet recht verstaan to hebben<br />

wat gy gezegd hebt . Dit ziet men meer by menschen die niet<br />

spreken kunnen .<br />

En 't Volk? Hot yolk leest niet `vat gy zegt in die Yweede-<br />

Kamer .<br />

Maar w6l leest dat Volk myn IDEEN, o Thorbecke!<br />

En daaromm zal ik zorg dragen dat men 't wete hoe gy, na zooveel<br />

mogelyk to hebben gebruik gemaakt van de meening :<br />

dat er in Holland bestond : een liberale party,<br />

dat gy daarvan de hoofdman waart,<br />

dat die party het algemeen belaug vertegenwoordigde . . .<br />

dat gy, nu ge minister zyt, verklaard heb, niet to behooren tot<br />

die party .<br />

314 . Dat uw haagsche cliques - liberaal of behoudend - niets<br />

to maken hadden met waarheid en recht, heb ik gezegd, o Thorbecke!<br />

Uw verklaring is 'n plagiaat .<br />

Toch ware 't my een genoegen geweest die to hooren herhalen<br />

uit oprechten mond . Maar niet gy hadt het recht myn woorden<br />

tot de uwen to maken, gy die aan 't ellendig partystelsel-geknoei


,1)LLLk:N VAN \ItJLTATULI . 1 8 5<br />

uw opkomst to darken hadt . (.try hadt moot-en sterven op do bres<br />

van 't zoogenaand liberalisinus ! N ogeens, dat zou de heer Groen<br />

van Prinsterer doen, op de neei - geschoten bouwvallen van zyn systeem<br />

.<br />

Dat ge by 't aanvaarden van uw bestuur bevreesd waart 'n program<br />

to geven, is me zees verklaarbaar . G o moist dat ik 't Volk<br />

misselyk had gemaakt van nw programmed . Ook is 't my verklaarbaar<br />

dat men betuigt : „ik zal 't goede do :~n' of aithans „ik<br />

zal trachten naar hot goede." Zeker, ik zou goon andere betuiging<br />

weten, ik die alle gestelsel verafsehuw . Maar, Thorbecke, die betuiging<br />

paste niet in Uww mood .<br />

Gy waart, na zoo langen en voorbeeldigen verkoop van uw mout,<br />

zedelyk verpiicht de bruikbaarheid daarvan to bewyzen . 't Volk,<br />

had recht van u to veru -achten da,t- gyzelf a daarvail bedienen zoudt<br />

tegen de „besmett?ng" .velker bestaan gy -- en naar waarheid !<br />

- konstateert .<br />

Roe, de malz-leverancier Hoff is ziek, floff is besmet" en Hoff<br />

gebruikt lets anders dan z'n eigen brouwsel?<br />

En met 'n soort van zetfverheffing beroemt-i zich op minachting<br />

voor 't extrakt dat-i vroeger Net aanpryzen in zeskolommige<br />

artikelen ? En en speekt-i van 't klare water dat ik aanprees<br />

als nuttig en to verkrygen om-niet, toen ' t aan my stond aandeel<br />

to nemen in do zeer 'v instg e vende f abriek van stinkhout !<br />

floe, m'nheer Ilof f ? line m'nheer Thorbecke ?<br />

Ik heb 't recht arkanen to minachten . 1k, hoort ge, die daaraan<br />

niet geloctftie teen or vat, mee to verdionen eras . Gy hebt dat<br />

re(,-ht niel !<br />

Ik heb 't recht to zoggen dat, er maar een arkanum is tegen staatkundige<br />

besmettinrj : waarheid ! Gy, Thorbecke=, hebt (Tat recht Wet!<br />

Gy, Thorbecke, Hoff, en konsorten, gy behoort, Malz to slikkezi,<br />

en extrakt van liberalismus, tot het einde ewer dlagea . Zoo<br />

zy hot<br />

315 .<br />

15 . De deer Thorbecke zou ditmnaal naar-i verzekerd heeft,<br />

het „algemeen belang" behartigen . Tie er vat van gemerkt heeft,<br />

ik niet . En, evenals die Grieken waarvan ik sprak, ik geloof niet<br />

in late deug d .<br />

Laat zien wat de heor Thorbecke get_laan heeft in dat algemeen<br />

be lang ?<br />

Reef t-i de zegelwet op de dag bladen of geschaf t ? Men zegt dat-i<br />

't doen zal. Die wet Zen j den Raacl van State zyn, ter overweging<br />

. ,Oin to beproe en" zouden de groningsehe dominees zeggen.<br />

Er schynt dus no ,, d ,roef" noodig to wezen oft weten<br />

of 't goed is moat publiek lover to brengen in 'n verdroogd Volk .<br />

Dat 'moet de hand van State ect'st ,,heproeven !" Die omsiag is<br />

grondwettig, antwoordt men ''


lSd IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Z ker, 't k, grondwettig. I)at be(luidt : ellendig, slymerig, onpraktisch,<br />

hollandsch en haagsch . Neem den eersten den besten<br />

burger in. 't verhoor, en vraag hem : waartoe dient die Raad van<br />

,State ? Antwoord zelf tens, lezer .<br />

I3eeft de heer Thorbecke de officieel erkende, door de natie<br />

betaalde, domineer afgeschaft? Integendeel. Die kwaal is bestendigd<br />

door 'n fonkelnieuwe pensioenwet voor die heeren .<br />

Reef t de heer Thorbecke 'n eind gemaakt aan de belemmerende<br />

onzedelyke domme inkosnende rechten ? Weer integendeel . De leden<br />

van de Tweede-Kamer houden zich bezig met napluizen der hoogstgewichtige<br />

vragen : of smeerkaarsen moeten belast worden naar<br />

't gewicht, en of de krenten - volgens hen : C .O .R .I .N .T .H .E.N .<br />

-- behooren to worden behandeld gelyk met de pruimen<br />

'k greet wel dat de Regeering die hun zulke nietigheden ter<br />

overweging geef t., 'n exkuuts zou kunnen zoeken in de zeer gegronde<br />

bewering dat de Nederlandsche Tweede-Kamer niet in-staat<br />

is zich bezig to houden met gewichtiger zaken (9) maar eilieve<br />

doch ik ga voort to onderzoeken wat de heer Thorbecke gedaan<br />

heef t in 't alge-meen belang ?<br />

Waarom heeft-i dan die Kamer niet naar-huis gezonden met<br />

de groeten aan de kiezers, en de welgemeende boodschap<br />

natie met zulke nulliteiteli niet langer gediend is?<br />

dat de<br />

Waarom niet de K.ieswet-zelf veranderd, die ellendige ezelsbrug<br />

van den stal naar 't Kapitool<br />

I)it laatste ware konsekwent geweest in iemand die van 't liberalismus<br />

overging tot de derde party. leder zou 't natuurlyk hebben<br />

gevonden dat men 'n andere manier van kiezen behoeft voor<br />

't algemeen belong, dan toen die kiezery dienen moest om zekere<br />

clique in de hoogte to steken .<br />

Hot wegzenden van de Tweede-Kamer en de verandering der<br />

Kieswet, had de eerste maatregel moeten zyn van 'n minister die<br />

zelf begon met de verklaring dat er besmetting heerschte .<br />

316 . „Bes)netting !" Ik laat dit woord niet los, o Thorbecke !<br />

Gy hebt het gezegd .<br />

Er heerscht besmetting in de politiek, sedert jaren ! Dat hebt<br />

gy gezegd, o Thorbecke!<br />

Weer beschuldig ik u van plag iaat . 1 k 't eerst heb gezegd dat<br />

de huishouding van staat verrot was .<br />

Ik mocht dit zeggen, ik die my verzet had tegen de kwaal .<br />

Maar gy ? Moogt gy 't me nazeggen, gy die zooveel aandeel hadt<br />

in de oorzaken van de ziekte ? Gy, die - om dit alleen to noemnen<br />

- de smetstof hebt vergaard, in kracht gehouden, overgedaan<br />

en bestendigd in uw Kieswet ?<br />

N och do Koning - j amer genoeg ! - noch eenig minister -<br />

laf llartig genoeo , ! -- beef t den eed op de g rondwet gebroken . Hoe<br />

slecllt olns land gerege Jrd Nvordt on verd, mnen week niet of van


IDE,-EN VAN MULTATU'Ll . 1 8 7<br />

de hoofdregelen die gy - of wie ook in uw geest - voorschreef .<br />

De besmetting waarvan gy spreekt, is 'n gevolg van uw systeem .<br />

Dat ge nu, rekenende op de domh-eid van de Kamer en op de<br />

onwetendheid des Volks, dat systeem verloochent, dat ge iinmy<br />

napraat en u aanstelt als waart,geceiimenseli,inste-,vap.'P.staa,tskunstenmaker,<br />

zie, dit geeft tt geen recht nu met zelfgenoegzame<br />

verontwaardiging to spreken over J)esinettiiig . -<br />

Zoo deed ook Duymaer van Twist die, om de begrooting van<br />

'n antagonist to doen vallen, heel naYf -- of onbeschaamd - lange<br />

redevoeringen hield om aantetoonen hoe 'n ellendige boot . 't was<br />

in datzelfde Indie dat hy vyf jaren bostuurde .<br />

Zulke duitenplateri z' oe afleidingen sta ik u suet oe . Reken or<br />

op, dat myn woorden gehoord worden door 't Volk, (tat eindigen<br />

zal ze ook to verstaan ten-laatste .<br />

De Van Twisten hebben zich terugtetrekken op hun buitenplaatsen<br />

. Tk kan 't nict beletten, schoon 't onbillyk is . Maar weten<br />

zhl men `vat ze achterlieten ter verantwoording .<br />

En gy, zeg nog tienmaal dat de huishouding van Staat besmet"<br />

is, tienmaal zal ik u antwoorden : sta op van uw zetel en maak<br />

plaats voor wat beters, gy die klacht en aanklacht, geeft voor zelfverwyt,<br />

gy die laag neerziet op de dingen quorum pars maxima<br />

tuisti!<br />

Veracht de Tweede-Kamer zooveel gy wilt - daarin zal ik u<br />

niet of vallen - geef haar krenten, rozynen en smeerkaarsen to<br />

verduwen zooveel ze maar slikken kan, good! Maar spreek nict<br />

alsof gyzelf daarbbven stondt of daarbuiten .<br />

De Tweede-Kamer, die pronkkamer van Nederlandsche middelmatigheden,<br />

dat muzeum van misdadige nietigheid, is uw werk,<br />

o Thorbecke!<br />

217 . Ik begryp heel good hoe men behoudend wordt, door good<br />

opteletten wat 'n liberaal is .<br />

Dit is onjuist uitgedrukt . Er behoort to staan : -door 'n c)P'PervIakkig<br />

acht geven op de Liberalen . » Wie hen nauwkeurig gadeslaat, komt<br />

weldra tot de overtuiging dat de liberalen byna doorgaande niet liberaal<br />

zyn, en zou dus daardoor niet worden genoopt tot afval van 't<br />

liheralismus. Wat de zoogenaamde Lkberaler, aangaat, zy spelen op<br />

maatschappelyk en staatkundig terrein nagenoeg het rolletje dat de<br />

modernen op theologisch gebied vervullen . Ze ontkennen joist genoeg<br />

om inkonsekwenter to zyn dan zy die alley behouden, en behouden<br />

to veel om in de oogen van 'n denker de minste verdienste to hebben<br />

in 't wegwerpen van de rest .<br />

318 . In de kamerzitting van 23 Juni j .1. (1862) was kwestie<br />

over 't bedrag der belasting op zeker artikel, op linnen, geloof ik .<br />

De regeering had voorgesteld 5'<br />

Twee leden - ik weet waarachtig de stamen niet, en 't duet<br />

or niet toe, ge zoudt ze toch veer vergeten twee leden amendeerden<br />

(lie bepaling, eii meenden (tat, 1 betor was .


1 8 8 JDEEN VAN MULTATULI .<br />

En, lezer, nu vraag ik u waarom ? Als ge 't raden wilt, denk<br />

aan Muurling. Juist, dat is het . Men hoeft de ouders niet toetespreken,<br />

als er geen ouders zijn . Wie niet ligt of zit, hoeft niet<br />

optestaan . En<br />

« i c is beter dan 5-o amdat 5 °- _meer belemmering teweegbrengt in den<br />

handel."<br />

En, let op, zulke muurlinger staatswysheid wordt te-berde gebracht,<br />

als 'n roman van Dumas, met kollaboratie . Om to verlossen<br />

van zulke vruchten, zyn ze in de Kamer met hun tweeen .<br />

Ik zou natuurlyk nooit op het denkbeeld gekomen zyn dat 5 o inkomende<br />

rechten zwaarder drukt, belemmerender werkt op den<br />

handel, dan 10 . Doch men bedenke dat ik m'n IDEEN alleen schryf,<br />

zonder andere hulp aithans dan van de indignatio die Juvenalis<br />

hielp aan z'n verzen .<br />

Toch zou er zeker blyk van goedhartigheid uit zulke opmerkingen<br />

van geachte leden kunnen gedistilleerd worden .<br />

Ik liet in m'n Vry-Arbeid voorstellen, 'n rund tweemaal to<br />

slachten voor 't dood wezen zou . Zonder 't vriendelyk amendement<br />

van de twee uitverkorenen - behoudens byzondere geachtheid,<br />

en altyd heel onpartydig de belangen voorstaande van hun<br />

distrikt - van opinie zijn dat 5 o meer is dan 10 , zonder dat<br />

zou wellicht hier-en-daar m'n runder-voorstel zyn gehouden voor<br />

'n charge . Nu ben ik gerust .<br />

En ook Fockenbroch kan rusten to St . George d'Elmina . Z'n<br />

„Godenraad" is onaantastbaar voortaan, en Neptuun staat niet<br />

langer alleen met de nuchterheid van z'n voorstel tot genezing<br />

der besmetting van zyn tyd<br />

't Eerste is dat men zal verbien<br />

Buiten de poort to loopen spelen . . .<br />

Maar Neptuun had die monsterlyke genialigheid alleen bedacht . . -<br />

behoudens persoonlyke geachtheid alweer, en 'n 't onpartydig belang<br />

van z'n distrikt.<br />

Ik trek alles in wat ik tegen of over den beer Thorbecke zeide,<br />

daar ik nu op-eens begryp dat men zoo moet gekscheren met 'n<br />

Kamer die zich bezighoudt met zulke amendementen .<br />

Maar wat ik nog altyd niet begryp, is d at men niet door-redeneert<br />

op de stevige bazis dat vy f meer is dan een.<br />

Een is meer dan 'n half . Een half is meer dan 'n tiende, en<br />

zoo voort . Daarom is 1/2o inkomend-recht, beter dan 1 o inkomendrecht,<br />

en 1;10 beter dan 1 /2<br />

Juist, hoe lager inkomend-recht, hoe beter . Hoe hooger, hoe<br />

meer belemmerend voor de alg emeene welvaart .<br />

Dewyl nu nul minder is dan 1,1 1 0 , dan 1 / 2 , dan 1, dan 5 0 , en<br />

omdat alzoo alle inkomende rechten schadelyk zyn . . .<br />

Daarom zou ik weigeren to treden in diskussie over 't wegen<br />

van smeerkaarsen, en over den juisten tyd om krenten to behan-


TDEEN VAN MULTAT GTLI .<br />

delen, om m'n aandacht en m'n stem to bewaren voor dit eenig<br />

artikel : a lle inkomende-rechten zyn a fgescll-aft.<br />

Vrage : hoeveel Nederlandsche persoonlyke geachtheid er noodig<br />

is om de waarde to vatten van dat wetsartikel, als er twee<br />

geachte leden vereischt. worden om to bedenken dat vy f meer is<br />

dan een ?<br />

De niet zeer deftige oorsprong der belasting op den Invoer wordt<br />

aangeduid in 't volgend nummer . Haar we;-king is ellendig. Ze stremt<br />

het verkeer . Ze is oorzaak van veel tydverlies . Ze belemmert de nationals<br />

onaf hankelykheid, daar men gedurig om-den-wille van naburen<br />

genoodzaakt is tot geven en nemen . Ze drukt zeer ongelyk omdat ze<br />

slechts 't verbruik treft, en niet de bezitting . Ze kost veel aan perceptie<br />

. Zy is vexatoir, en geeft aanleiding tot 'n zeer onkiesch doorsnuffelen<br />

van intieme zaken . Ze verschaffen den smokkelaar 'n voorrecht<br />

boven anderen . Ze schept in de nabyheid van alle grenzen 'n<br />

gedepraveerde bevolking . Ze vereischt 'n zeer omslachtige kontrole<br />

en veel misbruikte wetenschap die liever moest toegepa .s t worden op<br />

't onderzoeken der voedingsmiddelen . We gebruiken onze Scheikunde<br />

om uittemaken of 'n handelaar wol, zyde of katoen invoert? Of er<br />

soms alkohol kan verborgen zyn in kaviaar en noordsche balken ?<br />

We putten onze scherpzinnigheid uit, by 't niet zoo makkelyk bepalen<br />

van 't woord : },rondstof, en ter oplossing van allerlei spitsvondigheden<br />

van then acrd . . . maar met al 't vergif dat ons dagelyks<br />

wordt toegediend door heeren winkeliers, bemoeit zich de gouvernementeele<br />

wetenschap niet !<br />

Vraagt men naar 'n geschikt equivalent? lk meen op die vraag 'n<br />

voldoend antwoord to kunnen geven, doch bepaal my in dit nootje<br />

tot de opmerking dat dit equivalent op verre na zoo hoog niet behoeft<br />

to zyn, als thans de geraamde opbrengst der lnkomende-Rechten .<br />

De waarde van den grond en 't vertier zouden oogenblikkelyk zoo<br />

toenemen, dat he', de vraag is of er aan 'n plaatsvervangende belasting<br />

behoefte wezen zou ? Doch al ware dit antlers, hierin zit de moeielykheid<br />

niet. Als we maar verlost waren van de sleurmannen, van de<br />

inkapaciteiten die methodisch op den voorgrond worden geschoven !<br />

Met ons tegenwoordig Slaats-organisme kunnen we geen bekwame<br />

personen aan 't hoofd krygen<br />

319 . Daar zyn altyd meer schapen dan wolven geweest . De<br />

reden is eenvoudig . Elke wolf heeft veel schapen noodig om fatsoenlyk<br />

to kunnen bestaan . Daarom ook waxen er altyd meer gemeenen<br />

dan ridders in Europa, en "van zoo'n ridder wil ik 'n geschiedenis<br />

vertellen . Hy had 'n lang zwaard, en daarop beet by<br />

als-i honger ha .d, zooals nu de schryvers van beroep, op hun pennen.<br />

Zoo zat by bytend en hongerend aan den kant van den weg,<br />

en klaagde over de verbastering der zeden, Toch waren ze nog<br />

zoo heal slecht niet, die zeden, want zie, daar naderde een oud<br />

man, die 'n pakkje droeg .<br />

- Wat draag je daar<br />

- Pruimen, krenten en smeerkaarsen, edele heer !<br />

De ridden sloeg den ouden man good, behandelde de krenten<br />

1 89


1(0 IDEEN VAN AIULTATULI .<br />

gelyk met de pruimeii, en woog de smeerkaarsen, omdat-i van 'n<br />

lid der Tweeele-Lamer gehoord had dat dit overeenkwamm met de<br />

Il eerste" beghiselen der staathuishoudkunde .<br />

Da,arop beet-i weer op z'n zwaard, en keek weer uit, en klaagde<br />

weer over de zeden . Maar ten-onrechte . Want daar naderden<br />

pruimen, krenten en smeerkaarsen . Ook waren er menschen by,<br />

die de ridder ditmaal niet allemaal doodsloeg . Hy berekende namelyk<br />

dat het beter was ze to dwingen tot dienst . Dit had-i geleerd<br />

uit de eerste Geschiedenis van Gezag, in de Minnebrieven<br />

,,die niet mooi zyn" naar ik tot m'n genoegen verneem .<br />

HST sloeg die menschen niet meer dan juist noodig was om ze<br />

to doordringen van 't gevoel hunner verplichting tot dankbaarheid<br />

dat by ze niet heelemaal doodsloeo ,, en dwong lien hem to helpen<br />

aan 't bouwen van 'n huffs met dikke muren en hooge torens .<br />

Toen 't klaar was, ging-i op de stoep zitten, en beet, en keek<br />

uit, en klaagde als te-voren .<br />

Maar ditmaal klaagde by met wat grond . Die lieden die pruimen,<br />

krenten en sineerkaarsen verkochten, zagen z'n huis van verre,<br />

en kozen 'n anderen weg . Wel waren ze volkomen overtuigd van<br />

't goed recht des ridders hen to dwingen tot dienst, en hun de<br />

goederen aftenemen die ze voornemen-s waren ter-markt to brengen<br />

hier of daar, doch ze wiltien liever niets te-doen hebben met<br />

dat recht.<br />

Ze hadden 'n omweg gevonden, waar hun slechts de heift van<br />

hun waar werd afgenomen door 'n anderen ridder, die hen overigens<br />

ongedeerd liet doorgaan, ten-eerste omdat-i volk genoeg<br />

had, en ten-andere wyl-i begreep dat iemand die eens was doodgeslagen,<br />

niet terug zou komen omm op-nieuw pruimen, krenten<br />

en smeerkaarsen to brengen . En - ziehier een der ,eerste" staathuishoudkundige<br />

beginselen van then anderen ridder - ,men<br />

moest den handel niet belemmeren" .<br />

't Scheen dat nu de eerste ridder, die altyd door had zitten<br />

byten, uitzien, en klagen over verbastering van zeden, eensklaps<br />

op zyn beurt 'n ,eerste" beginsel zoog uit z'n zwaard . Althans<br />

by gelastte een zyn-er aanhangers den weg op to gaan, tot waar<br />

de kooplui het zypad kozen, hen vriendelyk toestespreken en to<br />

verzekeren van 'n civiele bediening . Men zou hun 't leven laten,<br />

en 'n krent meer dan die ander . Ook zouden de smeerkaarsen ge-<br />

,zvogen worden, dat van groot belang is in de staathuishoudkunde .<br />

Voorts liet de ridder beloven- dat-i de pruimen gel,r k met de krenten<br />

zou behandelen, om volgens 't een of ander ,eerst" beginsel<br />

„den handel Diet to belemmeren" .<br />

Het ,tarief" van den ridder was inderdaad voorbceldig . Hy kon<br />

de menschen doodslaan, en by sloeg ze maar . Hy had de macht<br />

om de smeerkaaxsen to taxeeren en by woog ze . 't Stond aan hem,<br />

de krenten en pruimeTi aftonderlyk to behandelen, en by bebandelde<br />

ze lcgelyk .


I1)r(EN VAN MULTIT(JLI . 1t 1<br />

1)e man is {lood . Z rn zwaar(l is verroest . Z' ,. ,. liars 1 ;; in «e'<br />

len . Maar de geest des edelern rid(ler s vv aart r'ond op 't binnenhof<br />

in den Haag, in de gedaant.e van 'r oud vrouwtje met 'n gewogen<br />

smeerkaars in de eene hand, en in (le andere wat, pruimen<br />

en krenten . . . die ze gelyk behandeit .<br />

Om de lenden draag t ze 'n heel versletern j u ili e van oerste beginselen<br />

."<br />

320 . Tk rekommandeer a an den teekenaar van den Spectator,<br />

't volgend on(ierwerp : ceu nederlandseli Volksvertegenwoor ;liger<br />

thuiskomende<br />

Kom . wisch het zweet my van de worngen,<br />

En, dierbaar wyf, richt aan . ( 7ollee.c) .<br />

En op den achtergrond hott oude vrouwtje van zoo-even .<br />

Of beter nog, dat vrou ,Ttje-zelf, do funk tien waar°riemende<br />

van 't ,dierbaar wyf'' .<br />

Zulk tweet moot zoo afgewischt \vorden . Ziedaar 'n eerst beginsel<br />

van allerlei kunde .<br />

321 . Ik las dezer dagen iii 'ii afsehuwelyk tydsehrift, l c('n<br />

zeer weiwillende beoordeeling myner IBEEN .<br />

Dit is my wel .<br />

Maar niet wel is 't my, dat die rec :;rrsent me besehuldigt van<br />

verflauwde minachting voor Publiek .<br />

Dit is Taster, en als Laehme 't weer zegt, doe ik here 'n proces<br />

van injurie aan .<br />

1) In den Dageread namelyk Ilet stoat niet aa,n my, den na-trn<br />

to noemen van den hartelyken door-en-door iundigen man, (lie zicli<br />

in dat Tydschrift onder de pseudoniern I,czrhmt' verhorg of<br />

openhaarde, near men wil . Ik Nvyd hem echter by dew 'n w'oord<br />

van symphatieke herinnering . Arre I .achme! Hy is op allertreurigste<br />

wyze ondergegaan in den voor sommigen zoo zwa en 11'ampf<br />

um 's Dasein. De lui die niel to karnpen hel ;ben, spraken van eigen<br />

schuld ." Dat spreekt vanzelf.<br />

322 . Een kommissie uit de Twoede-Kamer heeft in 'n zeer<br />

verward rapport betoogd dat er honderd-en-dertien millioen zoek<br />

zyn op de indisehe administratie van 1836 tot 1842 .<br />

De verwarring in dat rapport wordt ver :oorzaakt door 't v ermengen<br />

van opgaven uit ongelyksoortige bronrro ;n . ,, .Ia :n heeft<br />

z'n been verstuikt, hoe is 't mogelyk slat Pieter niet rnank gaat?"<br />

Of : „als Money<br />

er dan gestolen to<br />

) gedejeuneerd heeft: to liuitonz org, hoeveel is<br />

1k zeg : e^o is n,cets 1ie , 1vlcu . N iet, op de i'er •z neetrcle wys aitliaus .<br />

en de vreugde over do ontdekking v~a,rn dat deficit, is stints titan<br />

broodrryd van (le liberalen .<br />

Indie wordt geregeerd door papier. 1'it overrnaat VP,tr .ecersfe<br />

.and<br />

beginselea 11 is; do adrninistratie zoo kmrstig gotvon1enn al"},t<br />

daaruit vvv~svvordeii k~rn . D it o'n i .,, tile ninno',e .


1 9 2<br />

IDEEIN VAN MULTATULL<br />

Het 1NI-ederlandsche Volk kan gerust wezen over die 113 Hiillioen<br />

. Op 't papier zijii ze weggeraakt . Op, met, en door papier<br />

zullen ze terugkonien . t)<br />

Maar intusschen zullen de liberalenn weer gebruikmaken van<br />

die duitenpLatery, omm de hoofdzaak ter-zy to schuiven, dat is :<br />

de Havelaarszaak on de inishandeling van de indische bevolking .<br />

Waaromm benoemt men geen kommissie om, to onderzoeken of<br />

't waar is -Nvat ik daarvan gezegd heb, instee van 't narekenen<br />

der opgaven van 'n baarschen vreemdeliiig die hier-en-daar terloops<br />

wat heeft opgevangen?<br />

De Javaan wordt mishandeld (lit gaat ons goddienend Nederland<br />

niet aan .<br />

Er zyu onnauwkeurigheden in de administratie . . dkt roert<br />

de ziel! Dat treft de fynste zenuwen van alle kruideniers die<br />

gewoon zyn pruimen en krentenn to-gelyk to behandelen! Dat<br />

schreit ten hemel!<br />

0, Lachiu6, hoe kunt ge zeggeii dat ik verflauw in verachting<br />

voor zoo'n Publick. gercpreseiiteerd door z66'n Kamer!<br />

,<br />

:<br />

,<br />

, ) Zie over then Money, Alinnebi-ieven biz. 53 . Het boek van<br />

dezen man wordt gedurig aangehaald door de velen die beweren<br />

dal, alles op Java volkomen in orde is . Men heeft bet gebruikt als<br />

tegenwicht van den Havelaar . By Kannerleden en 'n Publiek dat<br />

niet lezen kan, is deze tactiek zoo kwaa,d niet, al houdt ze overigens<br />

keen steek . Money betoogt eenvoudig dat Nederland zooveel uit<br />

Indie trekt . Dat is de kwestie niet! Bovendien zyn z'n opgaven zeer<br />

onjuist. Op 'n touristen-reisje langs den grooten postweg had by ze<br />

hier-en-daar te-hooi en to-gras opgedaan . E6n zyner voornaamste<br />

zegslieden was N .B . de Gouv . Gen. Pahud, de waardige opvolger<br />

van Van Twist .<br />

Ik neem deze gelegenheid waar, oun 'n drukfout (?) in den Havevelaar<br />

to herstellen . Toen ik in'n ontslag namm als Ass .-Resident • van<br />

Lebak, voelde ik my tot then stap bewogen, o . a . omdat ik den<br />

opvolger van Duymaer Van Twist - den hier bedoelden gewezen<br />

minister Pahud, 'n allerordinairst bureaumannetje - jende en<br />

omdat ik wist dal er van hem diets le verwachlen was.'Z66 staat<br />

er in het Handschrift . De heer Van Lennep heeft laten drukken :<br />

,,7j n otvolger ken ik niet, en weel niel - dit zal ,vcl beduiden : -en<br />

ik weet nict" - wal er vann hem to wachlen vall ." (Zie Havelaar,<br />

biz . 249 en A , oot.) Ik noem die . . . drukfout, zonderling . Dear ik den<br />

Havelaar nooit gelezen heb en slechts zelden inzie is me die bedorven<br />

tekst to laat in 't oog gevallen om bytyds to protesteeren . leder<br />

begrypt hoe ook weer deze verminking my benadeelde, daar ze een<br />

der gronden wegnain waardoort vragen van tn'n ontslag gewettigd werd .<br />

Wat overigens Money aangaat, de opgaven van then lief hebberyfinancier<br />

zyn niets waard<br />

io . Otridat ze onjuist zyn, Vanhier dan ook, dat kwazi- deflcit van<br />

113 millioen .<br />

20 Omdat ze niets bewyzen tegen de stellffig dat er in Indie geroofden<br />

,, emoordwordt . Alt zoodanigirnmers wordt Money's book<br />

gebruikt. Het heeft allecn a,,in die manoeuvre z'n opgang to danken


IDlEN VAX M'ULTATtILT. 1 93<br />

3° . Omdat zy - al waren ze juist - slechts to-meer doen in I<br />

oog vallen dat Nederland verkeerd administreert . De door Money<br />

opgegeven cyfers zyn nietig in verhouding met de winst die<br />

'n rechtvaardiz bestuur opleveren zou . Het BATIG SALDO is bespottelyk<br />

gering .<br />

t) Dit schreef ik in '62, toen alles in rep en roer was over de<br />

zoekgeraakte z z 3 millioen . Nu (1872) vraag 1k of ik gelyk had? Gevonden<br />

is dat geld niet, en toch beweert niemand langer dat het<br />

verloren is . De finantie-specialiteit die 't deficit ontdekte : is nu Minister,<br />

en wel van Kolonien . Men heeft het recht den heer Van<br />

Bosse to vragen, niet waar die millioenen beland zyn, maar waar<br />

z'n bereddering over die millioenen gebleven is ? Ook met die laffe<br />

duitenplatery heeft men weer maanden lang de aandacht van Kamer<br />

en Volk weten afteleiden van de hoofdzaak.<br />

323. Eerstdaags zal er 'n kommissie worden benoemd, om to<br />

onderzoeken of niet onder de personen die by Bawean zyn weggeroofd<br />

door de zeeroovers, een kind was? In dat geval namelyk<br />

zouden de „eerste beginselen" van administratie voorschryven het<br />

getal gestolen Nederlandsche onderdanen, in de boeken to reduceeren<br />

tot negen-en-vyftig en 'n half, inplaats van zestig. Ook beweren<br />

sommigen dat de fouten bestaan in de boeking der verminkte<br />

vrouwen op de kusten van Menado .<br />

Men -rermoedt dat er door ontrouwe ambtenaren veel personen<br />

zyn opgegeven als gevierendeeld, en volgens 't nauwkeurig onderzoek<br />

van 'n reizenden Engelsman, in drieen of vyven gehakt zyn .<br />

Ook zyn er lyken gevonden met eene borst, terwyl de leugenachtige<br />

indische rapporten met voorbygang van alle „eerste beginselen"<br />

stoutweg beweren dat de zeeroovers onder bescherming van<br />

de absentie der Nederlandsche vlag, beide borsten hadden afge&neden<br />

aan de vrouwen die hun in-harden vielen .<br />

't Geweten des Volks dringt aan op de rektifikatie van zulke<br />

gruwelen . . . in de boekhouding !<br />

324 . De hevigste uitdrukking van smart is sarkasme.<br />

325 . ,The proper study o f mankind is MAN."<br />

Goed. Maar men waarschuwe toch den leerling in 't Engelsch,<br />

dat proper hier niet moet worden vertaald met : zindelyk of rein .<br />

Ik vind dat de Natuur ons wel 'n prettiger bezigheid had kunnen<br />

geven .<br />

Nog nooit is 'n ornitholoog lastig gevallen door 'n koekkoek, omdat-i<br />

verteld had dat deze vogel zyn eieren had gelegd in 'n verkeerd<br />

nest . (Koekkoek is mannelyk, en vogel ook . De zeer vrouwelyke<br />

handeling van eierleggen verandert niets aan de schoolmeestery<br />

.)<br />

Maar als de anthropoloog iets dergelyks zegt van de anthropen,<br />

dan worden ze kwaad, en krabben hem de oogen uit, en vertellen<br />

IDEEN I . 13


194 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

dat-i geen verstand heef t van hun zeden, dus zedeloos is, dat is<br />

in hun ts.al : slecht .<br />

326 . Er is geen individu die niet zou worden gehouden voor<br />

misdadig, indien by zich veroorloof de wat de Staat zich veroorloof<br />

t .<br />

't Gaat daarmee als met kinderen die, betrapt op 't een of ander<br />

misdryf, als verschoonende omstandigheid meenen to mogen<br />

aanvoeren : ,,ik heb 't niet alleen gedaan ."<br />

Ik geloof niet aan de deugd van individuen die zich onschuldig<br />

achten aan de misdaden der natie , omdat ze 't niet alleen gedaan<br />

hebben ."<br />

32 7 . Ik vraag ieder Nederlander, wat-i zal antwoorden, als 'n<br />

vreemdeling hem de dagorder voorlegt, die ik mededeelde in 304?<br />

Daarin wordt voorgesteld : „de beginselen eener beschaa fde natie<br />

aantenemen, en den tot dusverre gevolgden weg to verlaten ."<br />

Zal men zeggen : 0, die generaal V. S . is 'n romancier, by<br />

schryf t zoo mooi ?<br />

Of : die generaal slaat z'n vrouw ?<br />

Of : die generaal is excentriek ?<br />

Of : by is 'n zedeloos persoon ?<br />

Denkt men met zulke praatjes de eer van Nederland to redden?<br />

Wanneer niet voor deze 26 vellen IDEEN verschenen zyn, 'n radikale<br />

verandering geschiedt ten-goede, laat ik die dagorder opnemen<br />

in de voornaamste kranten van Europa . En ik zal er byvoegen<br />

dat, naar myn o vertuiging, op de groote mogendheden de plicht<br />

rust 'n end to waken aan zoo 'n stand van zaken .<br />

Aan zedelykheid in de politiek geloof ik niet . Maar men kan<br />

verzekerd wezen dat en Engeland en Frankryk gruwen zullen van<br />

zooveel bnzedelykheid, zoodra 't straffen daarvan winst oplevert .<br />

328 . De zedelykheid van privaatpersonen is meerendeels lafhartigheid<br />

.<br />

Jan, Pieter of Paul durven hun namen niet zetten onder 'n oproeping<br />

om diefstal by-nacht to plegen, gewapend, door meer dan<br />

een persoon .<br />

Maar als Jan, Pieter of Paul minister worden, dan teekenen zy<br />

flinkweg : de Ministers, omdat het geweten zich laat bedotten door<br />

'n onnoozel lidwoord.<br />

Nooit heeft men gehoord dat de ministers in corpore werden<br />

geplaagd door verschyningen . Nooit springen ze - homogeen gesproken<br />

- uit wanhoop in 't water .<br />

329 . Homogeniteit is een der malste woorden die we to wyten<br />

hebben aan de staatkundige fiktie welke men parlemetaire regeeringsvorm<br />

noemt . 't Is 'n overeenkomst tusschen vyf, zes, acht<br />

personen, om tezamen een - dat is geen - geweten hebben .


IDEEN VAN MULTATULI. 195<br />

Als Paul 'n snuif door steelt, wordt by gestraft .<br />

Maar wanneer Paul - minister - erger dingen begaat, dan<br />

antwoordt-i op wat verwyt, heel deftig : ik heb 't niet alleen gedaan<br />

. Ik was homogeen met de andere heeren. En dat zeggen die<br />

„an dere heeren" ook .<br />

Ik wou wel eens weten hoe christenen die zoo precies weten<br />

hoe er zal worden gestraft en beloond, oordeelen over 't kwantum<br />

loon of straf voor homogeene deugden of misdryven ?<br />

Verbeelje, iemand is 'n pronkstuk van deugd iu 't byzonder<br />

leven, maar - onder bescherming van 'n bepalend lidwoord -<br />

als homogeen minister, bndeugend . Hoe wordt die rekening verevend<br />

?<br />

Om op den man of to gaan, welke zielen dragen de verantwoording<br />

voor 't verhongeren van de Javanen? Op wiens gewetensbegrooting<br />

wordt de jammer geaffekteerd van de arme<br />

drommels die weggevoerd zyn door zeeroovers ? Ten wiens laste<br />

komen de gruwelen in veroverde dorpen?<br />

330 . Ik zou den moed hebben alleenheerscher to zyn . Maar<br />

wyl ik niet geloof aan substitutie of surrogatie van gewetcn,<br />

zou 'k niet den moed hebben konstitutioneel Koning to wezen<br />

van 'n Staat met parlementairen regeeringsvorm .<br />

331. Aan den Koning. - Sire! Voor ik den .Havelaar uitgaf,<br />

heb ik U geschreven . Gy hebt niet geantwoord . Niet rechtstreeks<br />

althans . Het aanbieden eener betrekking houd ik voor 'n welwillende<br />

vergissing . Ge zult nu wel eindelyk begrypen, o Koning,<br />

dat ik geen betrekking kan aannemen in 'n Staat die zoo<br />

geregeerd wordt .<br />

By de uitgave van den Havelaar heb ik U dat boek aangeboden.<br />

*) Ook daarop ontving ik geen antwoord . Ik gis dat men<br />

om U afteschrikken U zal gezegd hebben dat het boek „mooi"<br />

geschreven was . En, Sire, dat is wel waar, maar 't was de<br />

vraag niet of ik , mooi" schreef .<br />

Dat was de vraag niet, o Koning, noch voor my, noch voor<br />

Uwe arme onderdanen daarginder, noch voor Uzelf, Sire !<br />

Voor my niet, wyl ik er niet aan dacht 'n schryver to wezen<br />

van beroep, die z'n glorie zoekt in welwillende recensien, vorstelyke<br />

doekspelden en schrale voeding .<br />

Voor Uw verdrukte onderdanen was 't de vraag niet, o Koning,<br />

wyl tot-nog-toe myn mooie styl geen enkele vermoorde<br />

moeder daarginder terugriep in 't leven . Wyl de verontwaardiging<br />

die myn pen bestuurde, geen enkelen verhongerden Javaan<br />

deed opstaan uit den dood . Daar is door myn „talent van mooischryven"<br />

geen traan gedroogd, geen wond gesloten, geen wan-<br />

*) Ik heb redenen om to gelooven dat het hem nooit in-handen gekomen<br />

is .


196 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

hoop getroost, geen smart gelenigd, geen woede reruggebracht<br />

tot berusting en kalmte . . .<br />

Daar. is door myn schryven tot nog toe niets van dat alles<br />

te-weeg gebracht, o Koning, omdat Uw raadslieden dat niet hebben<br />

gewild.<br />

En eindelyk, Sire, ook U heeft de ,mooiheid" van myn schryven<br />

niet gebaat, dewyl Gy voor de Geschiedenis der Mensheid<br />

zult terechtstaan zonder de minste homogeniteit, onverschillig of<br />

myn boek mooi of leelyk was .<br />

Dat „mooi" vinden van myn schryven, Sire, was voorwendsel<br />

en gezichtsbedrog.<br />

Voorwendsel, om wegtegoochelen wat ik schreef.<br />

Gezichtsbedrog, omdat velen die U omringen, zoo byzonder slecht<br />

schryven dat het gewone hun toescheen buitengewoon to zyn .<br />

Daar ge dus waarschynlyk den Havelaar niet hebt gelezen,<br />

o Koning, wyl men U in den waan bracht dat by to „mooi"<br />

was om Uw aandacht to verdienen, neem ik de vryheid LT hierby<br />

aantebieden myn IDEEN, waarin voorkomt een dagorder van<br />

Uwen adjudant in buitengewonen dienst, den Luitenant-Generaal<br />

van Swieten .<br />

Ofschoon dat stuk goed geschreven is, Sire, hoop ik dat Uw<br />

omgeving ditmaal niet slagen zal in de pogingen die zy voorzeker<br />

zal aanwenden om U terugtehouden van de lezing .<br />

Ik ben bereid, Sire, U opmerkzaam to maken op eenige fouten<br />

van taal en styl in dat stuk, die my voorkomen voldoende<br />

verschooning to leveren voor 't letten op de zaak die daarin<br />

wordt behandeld. Ik heb de eer . . . enz .<br />

332 . Parlementaire regeeringsvormen stellen 'n systeem van<br />

assurantie tegen misbruik voor, maar ik beweer dat de som der<br />

premien hooger is dan de vermoedelyke tirannenschade .<br />

333 . Ik heb hooren beweren dat de kans 'n groot man to<br />

vinden, tot de kans om 'n verzameling van groote mannen byeentebrengen,<br />

staat als 't getal leden dier verzameling tot een .<br />

Dit is niet waar . Ik geloof dat de zaak anders moet worden<br />

voorgesteld en wel aldus<br />

Aangenomen dat de Aloe eens bloeit in honderd jaar, hoelang<br />

moet men, by 'n zeer beperkten voorraad van die plant, wachten,<br />

voor men 'n zeventigtal bloeiende Aloes byeenziet?<br />

Nota voor den oplosser. De hier bedoelde praat-aloes hebben<br />

de eigenaardigheid dat de bloesems afvallen en te-niet gaan, als<br />

ze in minoriteits-verhouding worden gebracht tot niet bloeiende<br />

planten : drie bloemdragende plus vier dorre = zeven dorre.<br />

't Omgekeerde . zou ook waar zyn, maar komt zoo zelden voor,<br />

dat het niet hoeft in rekening gebracht to worden . (9)


IDEEN VAN ATULTATULL 197<br />

334. 't Verdeelen van verantwoordelykheid is 'n vrucht van<br />

lafhartigheid en wantrouwen . Wantrouwen van wie 't opdringt,<br />

lafhartigheid in wie 't aanneemt .<br />

335 . Zoodra er nood is, ligt het in de natuur der harten terugtekeeren<br />

tot autokratie .<br />

,,De dokter moet het weten" zeggen de beangste omstanders<br />

by 't ziekbed. ,Kapitein, help ons !" roepen de verschrikte passagiers.<br />

Konsulten en scheepsraden zyn uitgevonden, niet om zieken to<br />

genezen of schepen to behouden, maar voor 't gemak en de kwazirechtvaardiging<br />

van wie schepen en zieken lieten verloren-gaan .<br />

336 . Schep 'n individu op de volgende wyze . Neem de hoedanigheden<br />

van veel menschen by elkaar, tel ze samen op, en<br />

deel door 't getal personen . Van dat individu denk ik me een<br />

geschiedenis : ,Aventuren van 't gemiddelde, of Leven en daden<br />

van 'n extract- mensch' .<br />

Het werd geboren op verschillende tyden, in onderscheidene<br />

Kiesdistrikten . Met lof en nut bezocht het allerlei inrichtingen<br />

waar middelmatigheid gedoceerd wordt, en 't werd nooit homogeen<br />

veroordeeld wegens diefstal of moord . Het trouwde met<br />

veel juffers, en bracht extrakten voort - van . . . alles . Het bakte<br />

brood en staatkunde . 't Brouwde bier en twist . Het stookte jenever<br />

en argwaan . 't Kuipte vaten en intrigues . Het verkocht<br />

koffie en godsdienst, wysheid, stroop en eerste" beginselen .<br />

't Liep drie pas v66r- en drie pas achteruit, en bleef waar<br />

't was . Het daalde en rees, en kwam niet hooger of niet lager .<br />

't Werd ziek, en stierf, en leefde voort . . . heel jammer! Het sprak<br />

gedurig, maar zei ,ja', en neen" 6m-en-6m, zoodat het was of<br />

't niet gesproken had . Het was niet blauw of geel, niet rood of<br />

groen of grys, maar alle verf door66n : 'n wankleur .<br />

Het was niet hoog, niet laag, niet diep of breed of lang, niet<br />

dik, niet dun- het was geen ding, het was 'n onding .<br />

Het deed niet dit, het deed niet dat, het deed het een en 't<br />

a6r, het deed van alles wat, en deed dus niets . . .<br />

Dat wil zeggen : het richtte veel kwaad uit, want het werd<br />

afgevaardigd om w6l iets to doen .<br />

337 . 't Is 'n treurig verschynsel dat het woord ,origineel" 'n<br />

lof spraak is .<br />

338 . Ik dank u, lieve Natuur, dat ge dit althans hebt verordend,<br />

dat ieder belast blyft met z'n eigen digestie .<br />

Men kan z'n indrukken niet kiezen . Maar de wyze van opvatting,<br />

verwerking en gebruik blyft overgelaten aan onszeIL


198<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

339 . 't Is 'n Wetgever niet geoorloofd verkeerd begrepen to<br />

worden .<br />

En 'n auteur ook niet. Ik ben zeer schuldig op dit punt . Maar<br />

Loch beroep ik my ter verschooning op zekere opmerking in 380,<br />

en Staring's epigram op droomerige lezers.<br />

340. 't Was winter. Daar ginds op die breede vaart vermaakte<br />

men *zich met schaatsryden . Het ys lag gelyk met den weg. Men<br />

had er maar optestappen .<br />

Toch was er 'n brug gelegd over 'n breede gleuf die ik den<br />

vorigen dag niet gezien had- En ieder die de brug passeerde, betaalde<br />

een cent aan den man die 't brugj e gemaakt had , om de<br />

gleuf" zeide hy. Maar sommigen fluisterden<br />

- Hy heeft de gleuf gemaakt om 't brugje .<br />

Is 't geen schande, dat men middel heeft gevonden om 't uitleggen<br />

van de wet to maken tot 'n winstgevend beroep.<br />

341 . De maatschappy is overal doorsneden met zulke gleuven,<br />

en meestal om den ,bruggeman" in 't leven to houden .<br />

Wat zou er worden van de schoolmeestery, als we flinkweg<br />

schreven zoo-als 'n beschaafd mensch spreekt2<br />

Wat van de militairen, als we wilden begrypen dat het kleinste<br />

Volk sterker is dan 't grootste leg er ?<br />

Wat van de advokaten, als we wetgevers hadden die in-staat<br />

waren hun gedachten duidelyk uittedrukken ?<br />

Wat van de dominees, als we begrepen dat ieder z'n godsdienst<br />

behoort to zoeken in z'n eigen hart?<br />

En eindelyk, wat van de zedemeesters, als we die zeden wisten<br />

terugtevinden in de lieve Natuur ?<br />

Och, wat al bruggemannen op non-aktiviteit !<br />

342 . Ik heb - innig medelyden met Hooft - of Geeraardt<br />

Brandt ? - als ik naga wat-i zal to lyden gehad hebben, omdat-i<br />

zich verstoutte , ik" to schryven zonder c .<br />

343 . Er is vaak meer moed noodig om kleinigheden aantetasten,<br />

dan om groote verkeerdheden to bestryden . De kleine dingen<br />

hebben meer aanhangers . (29)<br />

344 . - Een nietig mensch heeft me geprezen . . .<br />

- Verheug u, dan is uw zaak gewonnen . Wees verzekerd dat<br />

de meerderheid op uw hand is .<br />

Dit gaat niet door. Het bewyst slechts dat de lofredenaar dit<br />

meende .<br />

345 . - Zie eens, myn noon, hoe wys de Voorzienigheid alles


IDEEN VAN MULTATULI . 199<br />

gemaakt heeft. Die vogel legt zyne eieren in deszelfs nest . De<br />

jongen zullen uitkomen tegen den tyd dat er wormpjes en vliegjes<br />

zyn om dezelve to voeden . Dan zingen zy een loflied ter -<br />

eere van den Schepper die Deszelfs schepselen overlaadt met weldaden<br />

. . . .<br />

- Zingen die wurmen mee, papa<br />

Het vragend zoon tj e wacht nog altyd op antwoord.<br />

346 . Ik ken 'n vader die precies weet hoeveel z'n zoon hem kost<br />

aan onderwys . Hij schryft alles op .<br />

Maar wat by leert van z'n kind, schryft-i niet op .<br />

Dat is onbillyk .<br />

347 . Twee knapen vielen in 't water . ,Door Gods liefderyke<br />

goedheid" werd een gered . De andere verdronk . . . .<br />

Door Gods boosaardige kwaadheid ?<br />

Ook deze vraag blyft heeren theologen ter beantwoording aanbevolen<br />

.<br />

348 . 't Heeft zoo moeten wezen !<br />

Juist . Het heeft zoo moeten wezen . Dat, en dat, en dat . . . .<br />

alles wat is, moet zyn . Alles wat geschiedt is 'n rechtstreeksch<br />

gevolg van 't naastvorige, en indirekt 'n gevolg van al 't vorige .<br />

Er zijn zeer velen die gelooven in myn God, de Noodzakelykheid<br />

. Ze moeten wel !<br />

En die godsdienst zal worden verheven tot godsdienst van Staat,<br />

tot alleenheerschende, tot alleenzaligmakende kerk, zoodra er 'n<br />

behoorlyk ministerie van eeredienst zal opgericht zyn : departement<br />

tot uitbreiding van de kennis der natuur .<br />

Dit behoeft niet . De afschaffing van officieele bemoeienis met het<br />

tegendeel is voldoende . Zoodra de Staat z'n budget ontlast van<br />

') eredienstc( zal de goddienery van-lieverlede uitsterven . De Regeering<br />

moest van Kerk, kerken en gemeenten niet meer notitie nemen<br />

dan van andere lief hebbery-kollegien. Men zou dan spoedig ontwaren<br />

dat de behoefte aan -geestelijk voedsel' niet zoo groot is als<br />

nu de dominees voorgeven, of liever : dat het Volk de voorkeur geeft<br />

aan betere spys. (294, 295) .<br />

349 . - Eilieve, gy die beweert God to kennen, kunt ge my<br />

)ok zeggen waarom ik hem niet ken?<br />

- De verdorvenheid van uw hart . . .<br />

- Was uw hart dan zoo byzonder goed, toen by zich aan u<br />

)penbaarde ?<br />

350 . - Nogeens, waarom ken ik God niet ?<br />

-- Gy zyt slecht .<br />

- Dat is zoo. Maar juist daarom, dunkt me .


200 ID1EN VAN MULTATTILI .<br />

351. Wie aan God geloofd, moet wonderen aannemen, d .i . atwykingen<br />

van de regelen der Natuur .<br />

Verbeelje, een god met konstitutie? Een god met hindernissen 2<br />

Un Dieu faineant !<br />

Vlg . de noten by 168, 169, 175, 177, 909 .<br />

352 . Op 'n hoogen toren stond 'n moeder met haar kind . Het<br />

kind viel haar uit de armen .<br />

Ter-zelfder-tyd viel 'n antler voorwerp . Het was van omvang,<br />

als 't kind. Van soortelyk gewicht, als 't kind . De aantrekking<br />

naar de aarde, de tegenstand der lucht . . . . alles was by dat voorwerp<br />

als by 't vallend kindj e .<br />

Maar dat kindj e leefde, en had 'n moeder die zich de Karen uittrok<br />

van wanhoop .<br />

Aan 't andere voorwerp was niets gelegen .<br />

-- 0 God, 0 God, m'n kind, m'n lief kind, jammerde de moeder .<br />

0 God, bewaar m'n kind !<br />

Niemand bad voor dat andere ding .<br />

En naast elkaar daalden de beide vallende lichamen met gelyke<br />

snelheid .<br />

En de Natuur - 't was voor Newton . . . . toch wist ze precies<br />

hoe ze moest laten vallen ! - de Natuur ging haar gang. Zy berekende<br />

heel kalm de vierkanten . . . . lette op miler tegenstand<br />

beneden, waar de lucht minder yl is . . . . trok dat meerdere of van<br />

de snelheid (165) . . . .<br />

Nogeens riep de moeder<br />

-- 0 God, m'n kind, . m'n lief kind !<br />

't Kind viel te-pletter . De moeder die vergeefs gebeden had,<br />

stierf . De vader van 't wicht werd krankzinnig, enz .<br />

Maar de zak met kurk, of de ham, of wat het wezen mocht,<br />

dat met het kind gelyk van then toren viel, bleef 'n zak met kurk,<br />

of 'n ham, en zag er uit alsof er niets gebeurd was .<br />

Toch was er niet gebeden voor die kurk .<br />

Of 't zoo goed is? Zeker, zeker ! De minste of wyking zou verwarring<br />

to-weeg brengen en daardoor ongeluk stichten, oneindig<br />

grooter dan 't sterven van 'n kindje . Ik vertelde die historie niet<br />

om aanmerking to maken op de Natuur, maar om to doen in 't oog<br />

vallen dat bidden niet helpt, en dat men z'n kind goed moet vasthouden<br />

als men er mee op 'n toren staat .<br />

Want, ook daarvoor zorgt de Natuur, als men At doet, zal 't niel<br />

vallen. Hierin is ze even wis als in 't toepassen der wetten var .<br />

Newton, dat is : van haar wetten, die Newton bestudeerde voor<br />

'n klein deel, nadat ze reeds sedert oneindigen tyd korrekt ge.<br />

fungeerd hadden .<br />

Sedert oneindigen tyd . Wie aan 'n begin gelooft, aan 'n Scheppin,<br />

zou tevens moeten aannemen dat er 'n oogenblik geweest is, waaror


IDEEN VAN MULTATULI . 201<br />

tweemaal twee begon gelyk to worden aan vier, dus ook 'n tydvlak<br />

waarin tweemaal twee rziet gelyk was aan vier, en alzoo dat eenmaal<br />

'n waarheid ongerymd, en 't ongerymde wddr was . In dat ongerymde<br />

saizoen zou God z'n Scheppingsplan hebben opgevat . Zie overigens<br />

over 't voorbestaan der logische noodzakelykheid, 866. vlgg.<br />

353 . De woorden „geloof" en „bygeloof'I aannemende in den<br />

gewonen zin, begryp ik 't laatste beter dan het eerste .<br />

Bygeloo f is als de vrees van 'n kind dat spoken ziet .<br />

- Hoe zyn ze in de kamer gekomen 2 Alles is gesloten .<br />

- Wel, spoken . . . die hebben geen opening noodig. Daar zyn<br />

ze spoken voor .<br />

Geloo f is de meening dat er geen spoken bestaan, maar dat 'n<br />

persoon van vleesch, been en verder toebehooren, 'n gesloten kamer<br />

kan binnendringen zonder eenige opening natelaten .<br />

354 Geloof is bygeloof .<br />

355 . Wie 't eerst , geloof " wist to verhef fen tot deugd, moet<br />

'n stout man geweest zyn .<br />

Misschien bernerkte by dat de zwakken en tragen van geeste lust<br />

hebben in geloof, vermeende behoeften aan geloof. Mundus volt decipi!<br />

En in dat geval was 't opdringen van geloof als deugd, minder<br />

gewaagd. Tirannen worden door slaven gevormd, en geloovers lokken<br />

bedrog uit . Menig waarzegger of profeet zou er misschien nooit<br />

aan gedacht hebben boodschappen over tebrengen nit den Hemel, als<br />

niet de ge7neente door haar heilbegeerig dorsten naar bedrog hem<br />

tot vichelary verleid had . Oorzaak en gevolg zul.len hierin wel, als<br />

gewoonlyk, onderling van rol verwisseld hcbben.<br />

356 . Er is veel to leeren uit de gewoonte zich by denkbeelden,<br />

gezegden of gedachten de vraag voorteleggen : wie heeft die<br />

gevormd, gezegd en gedacht ? Wat bewoog hem daartoe? Welke<br />

geschiedenis doorliep z'n gemoed, voor by 't dacht, zeide of vormde<br />

? (30, 111 .)<br />

357 . Deugden zyn. voorstellingen van deugd, zooals de poppetjes<br />

in 't Doolhof ) de koningin van Scheba voorstelden, of Elizabeth<br />

van Engeland, of 't bestj e Van Meurs .<br />

*) Ik verneein dat het Doolhof to Amsterdam niet meer bestaat . In<br />

m'n kindsche jaren was dit 'n toen reeds vry ouderwetsche inrichting<br />

waar kinderen zich vermaakten . In den tuin 'n soort van labyrinth,<br />

kon 'n zeer klein kind met wat goeden wil zich verbeelden den uitweg<br />

niet to vinden . Daar waren attrappes, mekanieke poppen, optische<br />

fopperyen, kapricieuze springbronnen die de wandelaars verrasten<br />

. . . o, 'n heele pret !<br />

Onder de poppen speelden behalve de bovengenoemden, Goliath<br />

en David 'n groote rol . Dat Doolhof was in vroeger tyden by de Amsterdarnsche<br />

jeugd zeer populair . Het : dear heb je nou . . . enz, in den<br />

tekst, is citaat . Zoo sprak de explikateur .


202 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- Daar heb j e nou . . .<br />

Juist, daar heb je nu 'n man die matig is, en eerlyk, en kuisch,<br />

en fatsoenlyk, alles to gelyk . . .<br />

- Kan die reus praten ?<br />

fly slaat geen enkle van z'n vrouwen. Hy drinkt niet, vloekt<br />

niet, schopt niet . . .<br />

- Leeft die koningin van Scheba?<br />

Hy kleedt zich naar de mode van den dag, volgt de gewoonten<br />

van den dag, niemand heeft iets op hem aantetnerken, by geeft<br />

ieder 't zyne . . .<br />

Zit er 'n hart in die Elizabeth 2<br />

- Kind, je bent lastig met je vragen . Daar heb je nou . . . 'n<br />

poppetje . . .<br />

Juist. Daar heb je nu 'n poppetje . Precies m'n idee !<br />

358. Heine dacht aan onsterfelykheid, toen-i 'n paar netgesmeerde<br />

laarzen by 'n graf zag staan .<br />

Eilieve, als nu eens de meid van den doodgraver daar 'n slaapmuts<br />

had te-bleek gelegd ?<br />

359 . Ik houd zooveel van Heine, dat ik bly ben hem nooit ontmoet<br />

to hebben .<br />

In de vorige drukken is 't woordje -nooit- uitgevallen, waardoor<br />

dit IDES in verband met 226 geen zin heeft . Ik erken overigens dat<br />

myn genegenheid voor Heine zeer verminderd is, en dat ik hem nu<br />

wel zonder gevaar voor oneenigheid zou kunnen ontmoeten . By gelegenheid<br />

hoop ik de oorzaken to ontwikkelen, waarom ik hem lager schat<br />

dan vroeger .<br />

360 . Ik heb u iets to vertellen van de Keulenaars . Dat is 'n<br />

gemeen yolk .<br />

Ze zyn kleinsteedsch, bekrompen, gierig, dom, kwaadaardig, ondankbaaar<br />

en ydel .<br />

Kleinsteedsch . Ze vermaken zich met praatj es over 't intiem leven<br />

hunner medeburgers .<br />

Bekrompen . Ze veroordeelen iemand die niet houdt van hun Kilmmel.<br />

Gierig en ondankbaar . Ze laten de menschen die hun diensten<br />

bewezen, omkomen van honger .<br />

Dom.Ze begrypen geen verschil tusschen groot en klein !<br />

Kwaadaardig . Zy belasteren ieder then ze niet begrypen, of boyen<br />

zich voelen .<br />

Ydel. Ze maken zich meester van 'n roem die de hunne niet is,<br />

door 'n standbeeld opterichten voor Vondel - in den trant van<br />

dat to Dordrecht *) - onder voorwendsel dat-i to Keulen geboren<br />

is. Toen by leefde kenden ze hem niet .


IDEEN VAN MULTATULL 203<br />

Ja, 't is 'n gemeen yolk . . . die Keulenaars !<br />

*) Voor Arie Scheffer namelyk, wiens roem de . . . Keulenaars zich<br />

toeeigenen.<br />

361 . Wat poezie, myn God, opdat ik niet verga van walging<br />

over zooveel waiglyks om my !<br />

Wat poezie, myn God, alwaar't ten-dank alleen dat zy U schiep ! *)<br />

Nietwaar, ge zyt daar niet ? Ge zoudt met almacht niet zoo werkloos<br />

zyn? Ge zoudt niet rusten als 'n trage luiaard, die nuchter<br />

aanziet hoe de misdaad heerscht ? Hoe laagheid hoog staat, en wat<br />

hoog is, laag ?<br />

Ge zoudt uw armen niet zoo vadsig kruisen, als ging 't heelal,<br />

uw maaksel, u niet aan ? Ge zyt daar niet, niet waar ? Als ge<br />

daar waart, ge zoudt van-tyd-tot-tyd uw vuist verhef f en, en die<br />

dondrend neerslaan op 't verrot gebouw, dat zich 'n maatschappy<br />

noemt hier beneden .<br />

Wat poezie, myn God, gy die door hair alleen bestaat, en in<br />

de werkelykheid u bezighoudt met nietsdoen . . . fraai bedryf !<br />

1k werk, en sloof en tob, met weinig kracht, en in uw traagheid<br />

ligt 'n Almacht braak ! Dat is toch jammer van zoo'n almacht,<br />

vindt ge niet ?<br />

Op, op, gy god die niet bestaat, help mee? Steek uit uw handen,<br />

sla eens rechts, sla eens links, voor, achter, overal, en wees<br />

vooral niet minder in de daad, dan men u teekende in den bybel<br />

myner jeugd.<br />

Daar zat gy op 'n hoogen Croon van wolken, en zaagt er grimmig<br />

en vervelend uit . . .<br />

Om 't even, er was handling in uw zyn. Ge waart vertoornd,<br />

jaloers, van-tyd-tot-tyd . . . soms grillig en geneigd tot booze luim<br />

- zooals to wachten is van oude goden die - zoo lang alleen<br />

en dus in slecht gezelschap, zich - vervelen .<br />

Maar toch, al zaagt ge 'r niet beminlyk uit, Loch voelde ik eerbied,<br />

vrees o ~ wat het zy . . . iets voelde ik, toen de baker my berispte<br />

omdat ik vroeg of ze u gekend had zonder baard, en of ge<br />

ooit jong geweest waart als 'n ander ?<br />

Dat was verboden vragen, zei me 't mensch, en 'k zou verdoemd<br />

zyn als ik 't weer vroeg, dacht ze . Goed ! Ik hield die vragen<br />

voor my in 't vervolg, en smoorde zucht naar kennis met de vrees<br />

dat de aarde zich zou oopnen voor myn voet, zooals to lezen staat<br />

in elken „Weg der Za ligheid."<br />

Ook, meende ik, zou zich 't vraagstuk of uw baard altyd zoolang<br />

geweest was, en zoo wit, misschien vanzelf verklaren als ik<br />

groot was . . .<br />

*) Valsche poezie namelyk. De echte heeft geen behoefte aan onwaarheid.<br />

(263.)


204 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Helaas, helaas, ik ben sints lang al groot, veel grooter zelfs dan<br />

toen die baker was, en nog is my die baard 'n raadsel . . . als gyzelf<br />

!<br />

Maar toen begreep ik u . Ik leefde met u, in u, en geloofde<br />

toen ter-goeder-trouw dat gy ook leef det in my . (ISoot b y 165 .)<br />

En als ik kwaad bedreef . . . o, weet ge 't nog hoe 'k eens -<br />

't was vreeselyk ! - op uw neus 'n bril geteekend heb met houtskool<br />

?<br />

Waarachtig, 't was tot tydverdryf alleen, boos opzet niet ! Een<br />

kind verveelt zich soms, ja vaak omdat z'n ouders meestal bezig<br />

zyn met andere dingen dan hun kinderen .<br />

Wat was ik bang ! Hoe sidderde my 't hart by 't denkbeeld dat<br />

men eens dien bril ontdekken zou, en vragen : wie toch heeft dien<br />

bril op god z'n neus gezet ?<br />

En . . . zonder dat die baker 't feit ontdekte, gy die alles wist,<br />

gy wist het en zoudt „toornen", branden, slaan met pestilentie of<br />

wat anders .<br />

Ik hoorde reeds de vraag : of ik verkoos myn eerstgeboorne<br />

to offeren aan uw wraak, dan of ik liever maazlen wou, of pest<br />

door 't gansche land?<br />

Ik had gemazeld, god, en nog geen eerstgeboorne . Die keuze<br />

was ligt alzoo . Maar' pest ? Dat vond ik hard voor al het arme<br />

yolk dat nooit u iets misdeed, althans niets gruwelyks als het teekenen<br />

van zoo'n bril .<br />

Wat werd ik bleek by 't hooren der trompet, die eigenlyk maar<br />

zei : de diligence is aan, dock my in 't oor klonk als bazuin der<br />

kind'ren Assurs, die gy to-hulp riept om dien bril to wreken .<br />

Daar rolden wagenen de stad in, vol van sterke mannen met<br />

namen die niet uittespreken waren . En toen ik onze meld vroeg<br />

of ze moed had om to slapen by 'n vreemden heer, vyandelyk generaal,<br />

en diens hoof d to brengen in 'n zak, als Judith? . . . zei<br />

ze : ne !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Ik wist geen raad, o god, en ik verging van angst . .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Goed, goed, ge waart er toen ik voelde dat ge er waart !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

En nu ?<br />

Wat poezie, myn God, gy die in poezie alleen bestaat.<br />

Wat poezie, myn God . opdat ik niet verga van walging over<br />

zooveel walglyks om my .<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Lieve FANCY, wilt ge my een sprookje voorzeggen?


Chronologiseh-arehaelogiseh onderzoek naar den oorsprong dezer geschiedenis,<br />

en van den naam der hartenstraat . Over i'oezie in 'n stad wier naam op dam<br />

uitgaat . Ongeneeslyke liefde, en vlechten van valsch haar . De held van deze historie<br />

verdedigd tegen 't vermoeden van misdaad . Apothiose van GLORIOSO . 't<br />

Gevaar van den roern, en de veiligheid van 't bovenste plankje . De geduldige<br />

Kat van vader VAN ALPHEN, die nooit zooveel geduld noodig had - ik meen<br />

de Kat - als de kinderen die z'n versjes moesten leeren - de versjes van<br />

VAN ALPHEN, meen ik - en als de martelaars van de ouderlyke ydelheid, die<br />

ze moesten aanhooren .<br />

362 . Het jaar weet ik niet. Daar ge er belang in stelt, lezer,<br />

het tydstip to weten, waarop de geschiedenis die ik u verhaleri wil<br />

aanvangt, zal ik 'n paar punten opgeven als jalons .<br />

M'n moeder klaagde over duurte van levensmiddelen en brandstof<br />

. 't Moet dus geweest zyn voor de ontdekking der staathuishoudkunde.<br />

Onze meid was getrouwd met den barbiersknecht die<br />

maar een been had . ,Dat was zoo zuinig, meende de ziel, om 't<br />

schoeisel ." Daaruit zou men nu weer besluiten dat de staathuishoudkunde<br />

wal uitgevonden was.<br />

Hoe dit zy, 't is lang geleden . Men zeide nog niet : ik heb bepaald<br />

pyn in 't hoofd . Amsterdam had nog geen trottoirs, de Inkomende<br />

Rechten bestonden nog, men gebruikte in zekerebeschaafde<br />

landen nog galgen, en stierf niet zoo dagelyks aan anevrismen. Ja,<br />

't is lang geleden . *)<br />

Ik heb nooit begrepen waarom de hartenstraat, hartenstraat genoemd<br />

wordt. Of moet men hartestraat schryven, of hartenstraat ?<br />

Nooit heb ik in die buurt meer hartelykheid opgemerkt dan elders,<br />

en ook hertebeesten waren er niet menigvuldig, schoon er iemand<br />

woonde die kippen verkocht, en dus poelier genoemd werd, wat<br />

kachelmaker beteekent .<br />

Ik ben daar in-lang niet geweest ; en herinner me alleen dat<br />

het 'n straat is die twee hoof dgrachten aan elkander verbindt, hoof dgrachten<br />

die ik zal laten dempen zoodra ik de macht heb Amsterdam<br />

to makers tot een der schoonste hoof dsteden van Europa . Wat<br />

een myner vele plannen is . *)<br />

*) (1879) Over de doodstraf ben ik tot andere gedachten gekomen .<br />

De anevrismen-mode is den weg der krinoline gegaan, en heeft plaats<br />

gemaakt eerst voor trichinosis, later voor angina diphtheritica . De<br />

stopwoga cuitery als ydie welke zich openbaarde in 't woordje ' be-<br />

paalweN eb<br />

rt er dagelyks dapper op toe . Dat de Inkomende Rech-<br />

ten eon dense onzedelyke belasting zyn, houd ik vol. Men zwyge<br />

toch van w sehavinge en A Verlichtingu zoolang die harbaarsche erfenis<br />

van de middeleeuwen niet met den voet verstooten wordt .


206 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Die ingenomenheid met de toekomst onzer hoofdstad maakt me<br />

niet blind voor haar gebreken . Daaronder reken ik in de eerste<br />

plaats haar volslagen ongeschiktheid tot tooneel van romantische<br />

voorvallen. Men ontmoet daar geen gemaskerde dominoos op de<br />

straten. . . de burgerlyke stand wordt geregeld bygehouden . . . er<br />

is geen Ghetto, geen Templebar, geen „Chinesche kamp", geen<br />

Cour des miracles . . . wie er 'n moord doet, wordt gestraft . . .<br />

en de meisjes heeten Mietjen of Jansjen . Alles proza .<br />

Er is moed noodig om 'n verhaal to doen aanvangen in 'n plaats<br />

die op „dam" uitgaat, en waar men dus moeielyk Emerenke's of<br />

Heloizes kan laten wonen . Wat ook weinig baten zou, wyl die<br />

frajigheden al lang geprofaneerd zyn .<br />

Hoe maken 't toch de fransche schryvers om hun Margots en<br />

hun Marions aantekleeden als idealen, en om niet to doen walgen<br />

van de Henri's en Ernesten die evenzeer doen denken aan<br />

M'aieu Henri Msieu Ernest uit den nouveaute winkel, als burgwallen<br />

aan vuil water?<br />

Clothe was 'n moedig man : Grietje, Klaartje . . .<br />

En ik : in de hartenstraat!<br />

Maar ik schryf geen roman, dat 's waar . En al schreef ik 'n<br />

roman, dan nog zie ik niet in, waarom ik then niet geven zou als<br />

geschiedenis . Ja, 't is 'n geschiedenis! En wel van iemand die in<br />

z'n jeugd verliefd werd op 'n houtzaagmolen, en lang heeft nagesukkeld<br />

aan die kwaal .<br />

Want verlief dheid is 'n kwaal, al is 't maar op een molen .<br />

Men ziet dat m'n verhaal heel eenvoudig wezen zal . Te eenvoudig<br />

eigenlyk om alleen to staan . En daarom, als 't me wat<br />

al to mager voorkomt zal ik er wat tusschenvlechten hier-endaar,<br />

zooals de Chinezen doen met hun staarten wanneer die wat<br />

dun zyn, omdat ze geen Eau de Lob hebben en geen olie van<br />

Makassar . . . waar ik trouwens nooit 'n beer ontmoette die vet<br />

leverde aan Rowland .<br />

In de hartenstraat dan was 'n leesbibliotheek . Een kleine jongen<br />

met 'n stadskleurig gezicht stond op de stoep, en scheen besluiteloos<br />

. Het was hem aantezien dat-i gebukt ging onder 'n<br />

plan boven z'n kracht .<br />

Telkens stak-i de hand uit naar de kruk van de deur, en telkens<br />

veranderde by die half volbrachte bewegingen in'n onnoodigneertrekken<br />

van 't rechthoekig hemdskraagje dat als 'n juk op z'n schouders<br />

lag, of in 'n even onnoodig tegenhouden van 'n gemaakte kuch .<br />

*) Neen, de hoofdgrachten moeten niet gedempt worden. Maar wel heeft<br />

Amsterdam behoefte aan 'n flinke passage-galery in de buurt van mol- en<br />

toren-stegen, en vooral aan Markten. 't Is to hopen dat de leden van den<br />

gemeenteraad eens to Brussel of elders gaan zien : wet ,'n mark is. Het<br />

rondventen op de straten en 't geschreeuw daarby, behoort in de middel-<br />

eeuwen thuis .


IDEEN VAN MULTATULI . 207<br />

Schynbaar verdiept in de beschouwing der bonte twee-duitsprenten<br />

die de glazen voordeur van den aandoeningswinkel maakten<br />

tot 'n staalkaart van onbegrypelyke dieren, vierkante boomen<br />

en onmogelyke soldaten, dwaalde z'n blik gedurig scheefuit, als<br />

van iemand die vreest betrapt to worden op misdryf . 't Was duidelyk<br />

dat-i 'n opzet in den zin had, dat ten-eeuwigen-dage moest<br />

verborgen blyven voor de blikken van voorbyganger en nageslacht,<br />

en wie bovendien lette op de krampachtigheid waarmee by met<br />

de linkerhand onder 't opgeschort kieltje iets scheen to betasten<br />

en to knypen in z'n broekzak, zou allicht op 't denkbeeld zyn gekomen,<br />

dat Wouter voornemens was huisbraak to plegen, of zoo-iets .<br />

Want by heette Wouter .<br />

't Is wel gelukkig dat ik op 't idee ben gekomen z'n geschiedenis<br />

to verhalen, en ik beschouw 't als 'n eerste plicht u te zeggen<br />

dat-i volkomen onschuldig was aan poging tot huisbraak of<br />

moord .<br />

Maar 't zou me veel waard zyn hem even bondig to kunnen<br />

vryspreken van andere vergrypen . 't Voorwerp dat by heen-enweer<br />

keerde in z'n linkerbroekzak, was wel Been rossignol, geen<br />

passe partout. geen casse tete, geen tomahawk of machine in fernale<br />

. . . maar toch 'n papiertje dat de veertien stuivers inhield,<br />

waarvoor-i z'n Nieuw-Testament met gezangen had verkwanseld<br />

aan den stallenman op d'ouwenbrug, en 't plan dat hem zoo kleven<br />

deed aan die stoep in de hartenstraat was niet meer of minder<br />

dan z'n intrede in de tooverwereld der romanlektuur ; hij wilde<br />

Glorioso lezen .<br />

Glorioso ! Lezer, er zyn vele navolgingen, er is maar een Glorioso<br />

!<br />

Al de Rinaldini's en Fra Diavolo's van latere tyden mogen niet<br />

op een dag genoemd worden met den onvergelykelyken held die<br />

gravinnen schaakte by duizenden, pausen en kardinalen uitplunderde<br />

als f eilbare menschen, en Wouter Pieterse schuldig maakte<br />

aan testamentsverduistering .<br />

Maar dit laatste was Glorioso's schuld niet . zeker niet . Men<br />

zou schromen 'n held of 'n genie to wezen - of 'n roover zelfs<br />

- als men daarom belast werd met de verantwoordelykheid voor<br />

misdaden die na jaren kunnen begaan worden om onze geschienis<br />

machtig to worden .<br />

Ik protesteer ernstig tegen medeplichtigheid aan de vergrypen<br />

die na m'n dood zullen geschieden ter stilling van den dorst naar<br />

kennis myner lotgevallen, en verklaar dat ik me op m'n weg naar<br />

roem niet laat terughouden door de bedenking, dat eenmaal 'n<br />

Nieuw-Testament met gezangen kon worden verkwanseld voor 't<br />

Leven en de daden van Multatuli" schoon ik't niet duur vinden zou .<br />

- Wat maalje daar toch, jongetje ? Motje wat, kom in. Anders,<br />

ga heen .<br />

Nu moest Wouter wel binnengaan, of by had afstand moeten


208 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

doen van Glorioso . Want de man die, bukkende over de toonbank,<br />

zich als 'n alikruik omwrong om de deur to openen, en onzen held<br />

die woorden toetegrauwen, had geen gezicht dat uitlokte tot terugkeeren,<br />

als-i eenmaal toornig was gemaakt door doelloos „malen"<br />

aan de deur. Althans Wouter, die eerst den moed niet had binnentegaan,<br />

durfde nu niet wegloopen . Hy voelde zich binnengetrokken<br />

. . . 't Was of de boekwinkel hem inslikte .<br />

Glorioso . . . asjeblieft, m'nheer, en hier . . .<br />

Hij haalde z'n machine in f ernale voor den dag .<br />

. . . en hier is geld !<br />

Want hy wist van den schoolmakker die hem had aangestoken<br />

met de romanziekte, dat men in 'n leesbiblioteek ,pand" eischte<br />

van onbekende klanten.<br />

De boekenman scheen zich „gedekt" to achten door de neergelegde<br />

veertien stuivers . Althans by nam uit de kast, 'n deeltje<br />

dat, vet en belezen, op omslag en bladzyden teekens droeg van<br />

veel onzindelyk genot .<br />

Ik ben zeker dat de preeken van dominee Splitvezel, die van<br />

hun bovenste plank in ongestoorde rust en met minachting neerzagen<br />

op de lektuur van den dag, zich zouden geschaamd hebben<br />

hun onbezoedeld gewaad in aanraking to brengen met zooveel vuiligheid.<br />

Maar 't is niet moeilyk rein to blyven als men op de bovenste<br />

plank staat, en nooit wordt uitgevraagd . Ik vind dus dat<br />

die preeken ongelyk hadden . En dat vind ik van veel preeken .<br />

Na met 'n bevend stemmetj e den man to hebben opgegeven hoe-i<br />

heette, verstopte Wouter z'n misdadig geluk onder't helend kieltje,<br />

en vloog de deur uit, schichtig als 'n kat die haar prooi beet heeft,<br />

nadat ze ,uren lang gedoken zat ."<br />

Een kort hoofdstuk in vyf deelen en 'n IDEE achteraan. z° De nederigheid<br />

van den schryver blykende uit de erkentenis zyuer onwetendheid omtrent<br />

den naam van zekere poort . 2° De invloed van FRANSJE HALLEMAN op<br />

WOUTER's heldenziel. 3° Verband tusschen then invloed en de profetii'n van<br />

HABAKUK. 4° 1Vog iets over HABAKUK, met 'n weak over de onbegeerlykheid<br />

van gedrukte perzikken . 5° Groote menschen bezien door de kleine . Lets<br />

over den staarl van myn chinees, en de halskraagjes van 't menschdom .<br />

363 . Wouter liep, Rep . . . en wist niet waarheen . Naar huis<br />

kon-i niet. Daar toch werd by to streng bewaakt . Wat niet moeielyk<br />

viel, want de ruimte was bekrompen .<br />

Hy koos eenzame straten, en kwam eindelyk aan 'n poort die by<br />

zich herinnerde meer gezien to hebben . Maar den naam wist-i niet.<br />

en ik ook niet. *) 't Was 'n platte lage poort waar het altyd zoo<br />

*) 't Was de Zaag- of de Raampoort . Niet ver van daar lag de zoogenaamde<br />

Aschbelt, waar al de haardasch, die Amsterdam opleverde, werd


IDEEN VAN MVIULTATULI . 209<br />

naar asch rook, en waar-i eens then sprong had gedaan, toen by<br />

met Fransj e Halleman was weggebleven van de katechezatie, die<br />

meende dat Wouter niet durf de wegblyven en van de poort springen.<br />

Maar Wouter durfde wel, en deed het, juist omdat Fransje<br />

Halleman getwyfeld had aan z'n durven .<br />

Aan dat wegblyven had by to danken dat-i zoo byzonder goed<br />

thuis was in Habakuk, wiens prof etien by twaalf maal moest of -<br />

schryven tot straf . Die sprung bezorgde hem bovendien 'n barometer<br />

in z'n verstuikten grooten teen, die uit edele wraak hem<br />

later altyd waarschuwde als 't regenen zou .<br />

In zekeren zin was Habakuk to beschouwen als Wouter's overgang<br />

van de kinderlektuur tot de boeken waarin van ,groote menschen"<br />

wordt verteld. Sedert eenigen tyd namelyk voelde by zich<br />

geschokt in z'n eerbied voor brave Hendrikken, en by walgde van<br />

de papieren perzikken der naarstigheid . Andere perzikken kende<br />

by niet, omdat die zoo niet voorkomen in 'n burgerhuishouden .<br />

Niets was natuurlyker dan dat-i vurig verlangde met z'n grootere<br />

makkers op de school to kunnen meespreken over de wonderen<br />

die er gebeuren in de werkelyke wereld, waar men in 'n koets<br />

rydt, steden verwoest, prinsessen trouwt, en 's avends opblyft na<br />

tienen, al is er niemand jarig . Ook bedient men zichzelf aan tafel<br />

in die wereld, en heeft maar to kiezen wat men gebruiken wit .<br />

Zoo meenen de kinderen .<br />

364 . Ieder knaap heeft z'n heldeneeuw, en 't menschdom heeft<br />

'n kieltj e met ' n j ukkraagj e gedragen .<br />

Maar tot hoever gaat die overeenkomst ? Waar houdt ze op ?<br />

uitgestort . Dit was in Wouters tyd, en nog lang daarna, een heele heuvel<br />

waarop de straatjeugd zich altyd vermaakte, en cfatsoenlykea kinderen<br />

nu-en-dan, zoo vaak ze namelyk zonder opzicht werden gelaten . De<br />

zucht om to klauteren is in laaglanden iets zeer karakteristieks . 1k zeg<br />

daarover een-en-ander in 't hoofdstuk : Bergpoezie in Millioenen Studien .<br />

Men zou zich vergissen, als men uit het opgeven der namen van de<br />

beide poorten welke hier bedoeld worden, de slotsom trok dat de Wouter<br />

geschiedenis nuchtere waarheid behelsde naar den zin van onzen Droogstoppel.<br />

Ook die soort van waarheid is er in, doch zelden . De strekking<br />

is waar in hooger beteekenis . Uit den aanhef van 361 kan men opmaken<br />

dat ik behoefte voelde my door verandering van toon eenigszins to<br />

herstellen van de misselykheid die 'n gevolg was door beschouwing van<br />

onzen politieken en maatschappelyken toestand .<br />

Myn voornemen was in den - outer i 'n schets to geven van den<br />

stryd tusschen laag en hoog, tusschen zielenadel en ploertery . Wouter<br />

is een nieuwe - en betere ! - Faust, een Don Quichot naar den geest .<br />

Ontevredenheid met m'n Publiek - dat niet lezen kan (zie de noot by het<br />

slot der zeeziekte-vertelling) - belette my .telkens voorttegaan. Ik durf me<br />

vleien met de meening dat het nageslacht dit jammer vinden zal .<br />

(1879) De door sommige geopperde meening dat de Wouter-geschiedenis<br />

myn biografie wezen zou, is bespottelyk van ongerymdheid .<br />

IDEEN 1 . I4


210 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Zal 't menschelyk geslacht ryp worden ? En meer dan ryp, oud ?<br />

en gebrekkig, kindsch ?<br />

Hoe oud zyn we nu, in 62? Zyn we knaap, jongeling, man ?<br />

Of misschien reeds . . . neen, dat ware onaangenaam .<br />

Laat ons gemakshalve vaststellen dat wy leven in de Flegeljahre<br />

van Jean Paul. We zyn dan niet geheel kind meer, en er is nog<br />

wat to hopen van de toekomst .<br />

Ja, van de toekomst, als ons die muf f e schoollucht zal afgewaaid<br />

zyn. Als we vrede zullen hebben met het korte buisje van 't jongetje<br />

naast ons . Als men de vryheid hebben zal ongesmaad geboren<br />

to worden zonder verlof van de wet . Als er een taal zal wezen .<br />

Als metaphysiek en theologie zullen vergeten zyn, en kennis der<br />

Natuur zal gelden als adel. Als we voor-goed zullen hebben gebroken<br />

met de bakervertellingen over Godsdienst .<br />

Ziedaar wat zyde gevlochten in 't dunne staertje van m'n Chinees<br />

. Sommigen zullen zeggen dat 't maar vlas is .<br />

Een italiaansehe roover op 'n buitensingel van Amsterdam . Proefje van 't<br />

bitter lyden der deugdzame AMALIA . PRIVAT en Jouvin met huwelyken en<br />

godsdienstige waskaarsen, de palladia der zedelykheid . Bewys van het fatsoen<br />

der Hallemannen, waaruit men tevens kan to weten komen, hoe eerlykheid ryk<br />

maakt. Korte bespiegeling over gebrek aan ruimte .<br />

365 . Wouter dacht volstrekt niet aan heldeneeuwen, chinesche<br />

staarten, toen-i heel ongevoelig voor de afwezige schoonheid van<br />

't landschap aan 'n moddersloot kwam,waarover 'n onnoodig brugje<br />

lag, welks leuning by uitkoos tot lezenaar, na goed to hebben rondgezien,<br />

en zich overtuigd dat-i alleen was, en ongestoord kon overgaan<br />

tot het verslinden van z'n roover .<br />

Ik heb 'n oogenblik den lust in my voelen opkomen den lezer<br />

deelgenoot to maken van Wouters's genot, door 't leveren eener<br />

schets van 't onsterf elyk werk dat hem zoo boeide . Maar, behalve<br />

dat ik Glorioso's geschiedenis niet recht ken - wat me trouwens<br />

niet volstrekt beletten zou er over to spreken - heb ik u veel<br />

andere zaken to verhalen van dringender aard, en ben dus wel genoodzaakt<br />

u to verwyzen naar de hartenstraat, in de hoop dat ge<br />

daar zult terugkomen zonder uwen weg to nemen over d'ouwenbrug<br />

. Laat het u genoeg zyn to weten dat het „heel mooi" was.<br />

„De deugdzame Amalia, die, by flikkerend toortslicht aan het treurig<br />

sterfbed van hare vereerde moeder, in het somber cypressendal,<br />

plechtig had gezworen, dat hare vurige lief de, voor den edelen<br />

roover, door het yzingwekkende valluik, en de verroeste ketenen,<br />

met derzelver zilte tranen . . . kortom, 't was treff end . Ook was<br />

er meer zedelykheid in dan in al die flauwe navolgingen . Al de<br />

leden der bende waren behoorlyk getrouwd, en droegen handschoenen<br />

. In de grot stond 'n altaar met kaarsen, en de hoofdstukken<br />

waarin meisjes geschaakt werden, eindigden met eerbare puntjes


IDEEN VAN MULTATULL 211<br />

of geheimzinnige gedachtenstrepen die Wouter vergeefs tegen 't<br />

licht hield om er meer van to weten .<br />

Hy las tot „sterf verrader" . Toen was 't donker en by begreep<br />

dat bet tyd werd 'n eind to maken aan de voorgewende wandeling<br />

met de Hallemannetjes „dat zulke fatsoenlyke kinderen waren ."<br />

Met weerzin sloot by 't dierbaar boekjen, en liep haastig weg,<br />

omdat-i vreesde beknord to worden over z'n lang uitblyven .<br />

„Hy zou nooit weer permissie krygen" werd er by zoo'n gelegenheid<br />

gedreigd . Maar Wouter begreep wel dat dit geen ernst<br />

was . Daartoe wist-i to goed dat men graag de kinderen „eens van<br />

de vloer heeft, als men zoo klein behuisd is ." En : „de Hallemannetjes<br />

waren zoo buitengewoon fatsoenlyk. Ze woonden naast 'n<br />

huis met 'n balkon, en hadden onlangs heel lief hun petjes afge-<br />

11<br />

nomen.<br />

Ik voor my geloof niet dat de Hallemannetjes fatsoenlyker waren<br />

dan de andere mannetjes onder Wouters kennisen . En daar<br />

ik graag reden geef van m'n geloof, wil ik hier 'n voorval inlasschen<br />

dat iets vroeger heeft plaats gevonden .<br />

Wouter ontving geen zakgeld. Z'n moeder zei dat hoefde niet<br />

omdat by thuis alles kreeg wat-i noodig had. 't Stuitte hem altyd<br />

to moeten wachten op vergunning om ,meetedoen" als z'n kameraadjes<br />

met den bal speelden, en hem verweten dat by 't zyne<br />

niet had bygedragen tot aanschaffing van dat meubel . 't Kostte<br />

drie duiten in Wouter's tyd . Nu zal 't wel duurder wezen . . .<br />

neen, goedkooper . . . door de staathuishoudkunde .<br />

En by veel gelegenheden meer had-i verdriet over z'n voortdurende<br />

geldeloosheid . Later zullen we zien of 't waar was, wat<br />

z'n moeder zei, dat-i thuis alles ontving wat by noodig had . Zeker<br />

is bet, dat men hem thuis niet de gelegenheid gaf om nu-en-dan<br />

over 'n kleinigheid to beschikken naar eigen wil . Wat Loch zoo<br />

heel prettig is voor kinderen . En voor menschen .<br />

De Hallemannetjes - die zoo byzonder fatsoenlyk waren -<br />

gaven hem heel duidelyk to kennen dat bet hun verveelde, langer<br />

alleen de kosten to dragon van 't verkeer. Fransje berekende<br />

dat Wouter's vriendschap hun al negen stuivers gekost had --- wat<br />

ik duur vied, niet om de vriendschap, maar om 't berekenen -<br />

en Gus zei dat 't nog meer was, maar dat laat ik daar . Ook had<br />

deze hem vier griften voorgeschoten, welke by noodig had om z'n<br />

hof to maken by lange Ceciel die niet van hem weten wou omdat-i<br />

'n insteekpakje droeg . *) Maar de griften had ze aangenomen<br />

en overgedaan aan Gus voor 'n zoen .<br />

*) De overgang van zoo'n iinsteekpakjen- op 't ubuisje boven de<br />

broekn was 'n enorme sprong, vooral omdat daarby 'n vest to pas kwam,<br />

waarvoor by zoo'n insteekpakje geen plaats was . Hierby namelyk was<br />

bet buisje gesloten, en de broek van alle zyden daarop vastgeknoopt .<br />

Of die hierarchie in 't kindertoilet nog bestaat, si me onbekend . In<br />

Wouter's tyd speelde ze 'n groote rol . En ook jaren daarna . Ik zelf heb


212 IDEEN VAN MULTATULL<br />

De bittere verwyten der Hallemannetjes - die byzonder fatsoenlyk<br />

waren - maakten Wouter wanhopig .<br />

- Ik heb gevraagd aan m'n moeder, zeide hy, maar ze wil me<br />

niets geven.<br />

- Dat gaat ons niet aan, antwoordden de Hallemannetjes d . z .<br />

b . f. w. Je bent 'n klaplooper .<br />

Wouter hoorde dit woord voor 't eerst, maar begreep het terstond<br />

. Niets maakt scherpzinniger dan bitterheid van hart .<br />

- Klaplooper, klaplooper . . . ik ben 'n klaplooper !<br />

Schreiend Rep by heen, en koos 'n omweg om de straat to myden,<br />

waar lange Ceciel's vader 'n lappenwinkel „deed." Och, als<br />

ze gezien had hoe by als 'n klein kind Rep to huilen op straat<br />

. . . zeker dat was erger dan de broek boven 't buisje .<br />

- Klaplooper, klaplooper !<br />

Hy ontmoette veel groote menschen, die misschien ook klaploopers<br />

waren, maar ze huilden er niet om als Wouter .<br />

- Klaplooper !<br />

Hy zag 'n diender, en haalde diep adem toen die voorby was .<br />

't Bevreemde hem dat de man hem niet gevangen nam .<br />

Klaplooper !<br />

Daar kwam de man van de vuilniskar, die 't woord naklepperde<br />

met z'n ratel. 't Was niet uittehouden !<br />

Onze arme lyder herinnerde zich, hoe de Hallemannetjes d . z.<br />

b. f . w . hem eens hadden voorgespiegeld welke winst er viel to<br />

behalen op 'n kleinhandel in peperment . Voor vierentwintig stuivers<br />

had men 'n grooten zak vol . By verkoop tegen z66veel Auks<br />

voor 'n duit zou 't voordeel enorm wezen, als men maar kapitaal<br />

had om to beginnen . Dit hadden de Hallemannetjes precies uitgerekend<br />

. Want ze waren niet alleen byzonder fatsoenlyk, maar<br />

knap ook . Knapheid en fatsoen gaan meestal samen . Maar, hadden<br />

ze gezegd, er moest kapitaal wezen . Zy zouden de inkoopen<br />

doe4n, zy zouden zich belasten met den verkoop, en als Wouter maar<br />

een gulden kon bydragen was de zaak gezond.<br />

-- Klaplooper . . . klaplooper . - .<br />

Wouter stal 'n gulden uit het „knipje" van z'n moeder, en bracht<br />

then aan de Hallemannetjes d. z . b. f. w.<br />

- Hoe kom je 'r aan2 vroeg Gus, maar zorgde dat Wouter<br />

geen tyd had om to antwoorden, en tevens dat-i 't antwoord niet<br />

verstond, dat deze gaf door zwygende verlegenheid .<br />

menigen traan geschreid omdat het -open buffs,, met daarby behoorend<br />

-vest ., my onmenschelyk lang onthouden werd .


IDEEN VAN MULTATULI . 213<br />

- Hoe kom je 'r aan - zonder vraagteeken alzoo - zie, nu<br />

zullen Franssie en ik ieder 'n dubbeltje byleggen, dat maakt vierentwintig,<br />

en dan kopen wy de peperment . Op de rozengracht is<br />

'n fabriek . . . zoo'n zak voor vier schellingen ! Wy zullen al de<br />

moeite doen, Franssie en ik . By ons op school is meer gelegen<br />

heid om to slyten, weetje ! Kris Kloskamp heeft er al twaalf be-steld<br />

- by zal betalen na de vakantie - wy zullen ons al de<br />

moeite getroosten . . . jy behoeft niets to doen, Wouter . . . en gelyk<br />

deelen, daar kunje-n-op aan . . .<br />

Wouter ging naar huis, en droomde van ongehoorde winst. Hy<br />

zou 'n daalder teruggeven in 't knipje van z'n moeder, en voor<br />

lange Ceciel 'n potlood koopen van den man die er gaten mee prikte<br />

in 't hout van z'n kruiwagen . Zoo sterk waren ze ! Dat was<br />

wat anders dan 'n paar griften, dacht-i, en als lange Ceciel hem<br />

dan flog niet wou hebben tot 'n vryertje, dan . . . neen, verder<br />

dacht Wouter niet. Daar zyn op den weg onzer verbeelding afgronden<br />

die we niet durven peilen . Wy worden ze instinktmatig gewaar,<br />

schrikken terug, sluiten de oogen, en . . . ik weet niet verder<br />

. Maar dit weet ik, dat Wouter then avend heel gelukkig insliep,<br />

in de hoop dat-i weldra 'n goed geweten hebben zou over<br />

't bestolen knipjen en 'n voldaan hart over z'n liefde tot lange<br />

Ceciel.<br />

Helaas, helaas, Wouter had gerekend buiten de knapheid en<br />

't fatsoen van de Hallemannetj es !<br />

Den volgenden dag namelyk zochten zy hem op toen-i de school<br />

verliet . Wouter die zich gevleid had hen to zien krygen onder 't<br />

gewicht van 'n grooten zak, Wouter die zoo verlangend was to<br />

weten of Kris Kloskamp z'n kordate bestelling had volgehouden,<br />

Wouter die brandde van nieuwsgierigheid naar den uitslag . . . och,<br />

by voelde zich bitter teleurgesteld toen-i Gus Halleman ontwaarde,<br />

die niet alleen geen zak peperment droeg, maar bovendien 'n zeer<br />

ernstig gezicht meebracht . Ook Franssie keek als de deugd.<br />

- Wel, hoe staat de zaak ? vroeg Wouter zonder een woord<br />

to spreken . Hy was to nieuwsgierig om niet to vragen, en to angstig<br />

om die vraag anders to uiten dan door 'n geluidloos openen<br />

van z'n mond en 't vooruitsteken van zyn gelaat .<br />

- Hoor eens, Wouter, we hebben ons bedacht . . . er is veel<br />

tegen .<br />

A rme Wouter ! Daar verongelukten in een schipbreuk, z'n geweten<br />

en z'n hart . Weg, droomen van zedelyke rehabilitatie, weg,<br />

gapend „moeder's knipje", weg, houtborend potlood dat 'n opening<br />

klieven zou in 't hart van lange Ceciel . . . weg . . . weg . . . weg . . .<br />

alles weg !<br />

- Je begrypt, Wouter, die peperment zou smelten . . .


214 IDnmN VAN MULTATULL<br />

- Ja . . . a . . . a, hikte de acme jongen .<br />

- En die Kris Kloskamp, die 'r twaalf besteld heeft, weetje ?<br />

- Ja . . . a . . .<br />

Of Kris ook smelten zou?<br />

. . . by gaat van-school, en zal zeker niet weerom komen na<br />

de vakantie,<br />

- Zoo ., . o . . .?<br />

- Ja, en daarom . . . en ook . . . we hebben uitgerekend, Franssie<br />

en ik, dat er veel minder in 'n pond gaan dan we meenden, omdat<br />

de peperment tegenwoordig heel zwaar is, weetje?<br />

--- Ja, voegde Fransjen er by, met hoogen ernst als iemand<br />

die in levensgevaar 'n eerst" beginsel verkondigt. Ja, de peperment<br />

is heel zwaar tegenwoordig. V oel eens, maar je moet 't<br />

weeromgeven .<br />

En by bood Wouter 'n pepermentjen aan, dat deze heel goedmoedig<br />

woog op z'n vinger . De arme jongen gaf het trouw terug .<br />

Zwaar vond-i 't . . . och by was zoo bedrukt, en zou alles zwaar<br />

gevonden hebben op dat oogenb]ik .<br />

Fransje stak 't zware pepermentjen in z'n mond, en zei, al zu igende<br />

- Ja, wezenlyk, heel zwaar . . . 't is engelsche, weetje? En<br />

dan is 'r nog wat . . . niet waar Gus? 't Fatsoen! Toe Gus, zeg<br />

jy 't maar .<br />

- 't Fatsoen, Wouter! riep Gus bedenkelyk .<br />

- We meenen 't fatsoen, herhaalde Fransjen, alsof-i wat ophelderde<br />

.<br />

Wouter zag beiden beurtelings aan, en scheen begrip tekort to<br />

komen.<br />

- Zeg jy 't maar, Gus .<br />

- Ja, Wouter, Franssie zal 't je wel zeggen .<br />

- Wouter, onze pa is in de diakenie, weetje, en-i gaat rond<br />

met 'n zakje, en by ons „op" de gracht . . .<br />

- Ja, riep Fransj e, by ons op de gracht . . . weetje . . . daar woont<br />

m'nheer Krullewinkel die 'n buiten heeft . . .<br />

- En 'n balkon . . .<br />

- 't Is maar om 't fatsoen . . . weetje, Wouter? En als er huisbezoek<br />

komt, dan presenteert onze mama . . .<br />

- Ja, dan presenteert ze madera . . . heusch, en onze tabakspot<br />

is van zilver . . .<br />

Ne, Franssie . . . Maar 't is net als zilver, weetje, Wouter ?<br />

De arme jongen zei maar dat-i 't wist, hopende eindelyk to weten<br />

to komen wat-i inderdaad niet moist : het verband tusschen al<br />

die dingen en zyn vervlogen hoop. Hy stamelde<br />

- Ja, Gus . . . ja, Franssie . . . maar de peperment?<br />

- 't Is maar, weetje-n-om je to zeggen dat we heel erg fatsoenlyk<br />

zyn .<br />

- Ja, Gus .


IDEEN VAN MULTATIJLI . 215<br />

- En braaf .<br />

- Ja . . . a . . . Franssie<br />

Arme Wouter !<br />

- En daar j e zei dat j e geen zakgeld krygt . . . .<br />

- Ja, Wouter, en weetje, omdat onze pa zoo fatsoenlyk is . . .<br />

als 't winter wordt kan je 't zien, dan gaat-i rond met 'n wees-<br />

J ongen . . .<br />

- Ja, en-i schelt aan al de deuren . Nu, daarom zyn we bang<br />

dat je . . .<br />

-Datje . . .<br />

- Die gulden . . .<br />

- Die gulden, weetje<br />

--- Dat je 'm niet . . .<br />

Dat je 'r niet eerlyk aankomt . . . dat is het, zei Fransje, die n<br />

tweede pepermentjen uit z'n zak haalde en in den mond stak, tot<br />

versterking zeker na dat beslissend woord .<br />

't Was er uit ! Arme, arme Wouter !<br />

En daarom, Wouter, willen we niet met j e meedoen . Maar gelyk<br />

deelen . . . dat is afgesproken !<br />

- Ja, gelyk deelen, riep Gus . Je begrypt . . . wy hebben al de<br />

moeite gehad, en daarom . . .<br />

20+2x2<br />

De hallemannetjes waren knap . Gelyk deelen : - --8.<br />

3<br />

Wouter ontving acht stuivers .<br />

- Weetje, zei Gus, 't is omdat onze pa diaken is .<br />

- Ja . . . en onze tabakspot . . . al is 't dan Been zilver, 't lykt<br />

precies op zilver .<br />

Op deze waarachtige historie grondt zich my n geloof aan de buitengewone<br />

fatsoenlykheid der Hallemannetjes, en ik hel over tot<br />

de meening dat dit fatsoen eigenlyk niets was dan 'n uitvindsel<br />

van Wouter's moeder, omdat ze ,nauw behuisd" was . 't Is de vraag<br />

of zy ooit iets zoo byzonder fatsoenlyks in die kinderen zou ontdekt<br />

hebben, als ze kans had gezien Wouter met wat nut to gebruiken<br />

in 't huishouden .<br />

366 . Veel wetten en de meeste zeden zyn ontstaan uit gebrek<br />

aan ruimte in verstand, hart, karakter, woning, landstreek, of middelen<br />

van bestaan .<br />

Dit is toepasselyk op de leer van 't rechterhandje zoowel, als<br />

op de instelling van 't huwelyk, en op veel dingen die daartusschen<br />

liggen .<br />

Zie over 't huwelyk, als uitvloeisel van schraalte der levensmiddelen,<br />

de Japansche gesprekken . De voorrang van de rechterhand is 'n gevolg<br />

der nauwte aan-tafel . Ook by den Javaan staat de linkerhand in 'n slecht<br />

blaadje, maar dit heeft 'n geheel andere reden die geenszins verwerpelyk<br />

is, en wel voor z'i kiesheid pleit .


Een hoof dstuk met IDEEN er doorheen (219) . V erlor•en suikerpotten en zoekgeraakte<br />

bybds voor de rechtbank van 't geweten. De onmannelykheid der natie,<br />

volgens SIEGENBEEK en andere moralisten . De verdiensten en gebreken van<br />

LEENTJE, besehouwd uit 'n mensehen-vriendelyk oogpunt. Verregaande onkieschheid<br />

van de voorprinselyke spelmethode . IDEM van den schryver dezer IDEEN .<br />

Uitvallen tegen deugdzame vuiligheid . KAPPELMAN'S preek over zeggen en doen .<br />

367 . Hoe 't zy met die principe-barende vruchtbaarheid van<br />

de nauwte, Wouter kende de vrucht, al was-i niet zoo wysgeerig<br />

ingelicht omtrent den oorsprong . Over z'n laat thuiskomen bekommerde<br />

by zich dus niet zoo erg, als over de vreeselyke straf die<br />

hem wachtte als men z'n nieuw testament met gezangen zou missen.<br />

Hy was teruggekeerd van z'n uitstapjen in de Abruzzen,<br />

en by z'n terugkeer in Amsterdam viel hem de herinnering aan<br />

z'n boosheid - of liever 't voorzien van de straf die er volgen<br />

zou op die boosheid- drukkend zwaar op 't gemoed .<br />

368 . Er zou weinig overblyven van wat wy geweten noemen,<br />

als we de noodzakelyke gevolgen van 't bedreven kwaad konden<br />

wegdenken .<br />

369 . Maar Wouter troostte zich met de bedenking dat-i ditmaal<br />

geen vingerhoed had weggemaakt, zooals laatst . Men zou 't Nieuw-<br />

Testament niet gauw missen, dacht-i, omdat de Zondag nog ver<br />

was, en in de week zou er niet naar gevraagd worden .<br />

Nogeens : 't was geen vingerhoed, geen breipen, geen suikerpot,<br />

of zoo-iets van dagelyksch gebruik . . .<br />

370. Zonderling, dat de christenen, die naar hun zeggen de zaligheid<br />

uit den bybel halen, zoo gauw verzadigd zyn van die zaligheid<br />

. Wouter's bemoedigende parallel tusschen vingerhoeden en<br />

blyde boodschappen was volkomen juist . Ik ken veel christenen die<br />

hun bybel nooit inzien - dat dan ook 't eenig middel is om christen<br />

to blyven - velen herinneren zich iets aangaande den bybel,<br />

uit hun katechizatietyd, maar weinigen hebben zooveel daarin gelezen<br />

als, byv . ik, die me toch van zaligheid op geheel andere wyze<br />

voorzie .<br />

Aan 't meerendeel der christenen, die boos op me zyn omdat ik<br />

veel afkeur in then bybel, vraag ik met succes : hebt ge hem gelezen,<br />

gelezen, inderdaad : gelezen ?<br />

371. Toen onze held thuiskwam, verstopte by den vetten Glorioso<br />

achter de latafel van Leentje, van de zelfde Leentje die na-


WHEN VAN MULTATULL 217<br />

den poortsprong z'n broekje herstelde, dat zoo gaapte aan z'n knie,<br />

zoodat z'n moeder 't nooit geweten heeft .<br />

Ja, ze is ten-grave gedaald zonder kennis aan die gescheurde<br />

broek ! Ik weet niet of „broek" mannelyk is, en heb geen lust<br />

het optezoeken, vooral omdat ik 't toch begrypen zou, al vond ik<br />

,,broek, m." in 'n woordenlystje . Onlangs vond ik geen m. achter<br />

natie . Dat zal 'n scherpe geestigheid van Siegenbeek geweest<br />

zyn .<br />

Of Wouter's broek mannelyk was, uy eet ik niet, maar Leentje<br />

had de scheur geheeld. Dat is de waarheid. Zoo heelde ze meer<br />

breuken, en ontving daarvoor zeven stuivers in de week, en 's avends<br />

'n boterham .<br />

Lang na Habakuk, dacht Wouter nog meermalen aan haar deemoedig<br />

: „goeden avend, juffrouw . Goeden avend, m'nheer en jongejuffrouwen<br />

. Goeden avend, Wouter" . . . en de rest.<br />

Want Wouter's moeder heette ,juffrouw" om de schoenmakery .<br />

De jonge-juffrouwen . waren z'n zusters, die dansen geleerd hadden<br />

. En z'n broer was „m'nheer" sedert diens benoemiug tot derden<br />

ondermeester aan de stads-tusschenschool . *) Hy had toen verlengstukken<br />

aan z'n buis gekregen om ontzag inteboezemen aan<br />

de schooljeugd, en „Stoffel" paste toen niet langer, meende Wouter's<br />

moeder . Maar deze noemde Leentje eenvoudig - Wouter, omdat-i<br />

nog maar 'n kleine jongen was . Ook was by haar drie stuivers<br />

schuldig, of eigenlyk zes-en-twintig duiten, die by haar nooit<br />

heeft teruggegeven, want toen hy, jaren later, die schuld wilde<br />

afdoen, waren er geen duiten meer, en Leentje was ook dood .<br />

Dit speet hem zeer, want-i had veel van haar gehouden . Ze<br />

was f oei-leelyk, nogal vuil, en bovendien wat onrecht van leest .<br />

Ook beweerde Stoffel de schoolmeester, dat ze 'n booze tong voerde<br />

. Ze zou namelyk hebben oververteld dat-i bessen met suiker<br />

had gedronken in de Nederlanden . -1-)<br />

Ik wil dit wel geloven, maar wat kan men verlaiigen voor zeven<br />

stuivers en 'n boterham ? 'k Heb hertoginnen gekend van ruimer<br />

inkomen, en toch niet aangenaam in den omgang .<br />

Dat Leentje scheef was, kwam van 't aanhoudend naaien . Ze<br />

hield het gansche gezin „heel" en verstond de kunst om een broek,<br />

twee buisjes en 'n lakensche pet to maken uit 'n duffelsche jas, en<br />

toch schoten er nog lappen over voor de souspieds *) die Stoffel<br />

noodig had voor z'n examen als sekondant naar de Kaap . Dat niet<br />

lukte, door 'n font in Euklides .<br />

*) Die zoogenaamde tusschenscholen zullen nu wel niet meer bestaan<br />

. Het waren inrichtingen van onderwys voor niet ze6r arme<br />

kinderen, maar toch voor dezulken wier ouders niet by machte<br />

waren 't voile schoolgeld to betalen. Of men op zoon school nog<br />

minder leerde dan by 'n Msjeu, weet ik niet .<br />

t) Een herberg met tuin, even buiten de stad .


2 1 8<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Niemand buiten Wouter was tevreden met Leentje . Ik denk<br />

dat men bang was haar to bederven door groote zachtzinnigheid .<br />

De „jonge-j of f rouwen" spraken gedurig van „stand" en , dat ieder<br />

op z'n plaats moest blyven . ,Dit gold haar. Leentje's vader namelyk<br />

was 'n schoenmaker geweest die achterlapte, en de vader<br />

van de jonge-juffrouwen had 'n winkel ,gedaan" waarin-i schoenen<br />

verkocht die uit Parys kwamen . Dit maakt 'n groot verschil .<br />

Want het is deftiger iets to verkoopen dat gemaakt is door een<br />

ander, dan zelf wat to maken .<br />

De moeder meende dat Leentje wel wat zindelyker wezen kon .<br />

Dat juist gemeend was . Maar ik kom weer terug op den prys,<br />

en op de moeielykheid van 't wasschen, voor iemand die geen tyd,<br />

geen zeep, geen ruimte en geen water heeft . Duinwater was er<br />

nog niet, en al was het er geweest, het zou toch niet doorgedrongen<br />

zyn tot Leentje .<br />

*) Dit is met het oog op andere tydaanwyzende omstandigheden,<br />

'n fout. De sous-pieds zyn van eenigzings lateren datum, en zullen nu<br />

wel haast terugkomen . Liever zag ik de lange broeken afgeschaft,<br />

die leelyk staan en zeer ondoelmatig zyn .<br />

372 . In 'n guur klimaat is zindelyke armoede'n onmogelykheid .<br />

Ik spreek niet van zoldertrappen, huisvloeren, of bovenkleeren. In<br />

'n land als 't onze zyn meer dan middelmatige inkomsten noodig<br />

om inderdaad - d . i . niet op z'n hollandsch - zindelyk to wezen<br />

. Een bad in Amsterdam kost meer dan 'n middagmaal, en bidets<br />

zyn zeldzaamheden in Nederland, vooral in,, fatsoenlyke huizen .<br />

Want, behalve armoede -- of betrekkelyke armoede - speelt ook,<br />

als overal, de deugd 'n rol in 't veroorzaken van die onreinheid .<br />

- Denkje dat m'n dochter 'n hoer is? vroeg 'n vader aan den<br />

geneesheer die 't meisje behandelde, en Herkules spelen wilde in<br />

haar stal .<br />

Zoo'n pudieke vader zal dit nummer myner IDEEN heel onkiesch<br />

vinden .<br />

Juist, aller pudiekste vader ! Maar bedenk dat m'n bezem niet<br />

rein blyven kon, na 't aanraken en weggeven van uw deugdzaamachtige<br />

vuiligheid .<br />

t) Men verzekert my, niet zeer lang geleden in 'n lyst van verkochte<br />

meubelen, zoo'n voorwerp to hebben omschreven gezien<br />

«een vioolkast op pooten .,, 't Was 'n onbekend ding! Wie zoo-iets<br />

in Frankryk vertelde, zou geen geloof vinden . Ik moet echter erkennen,<br />

dat daar, en elders buiten Holland, andere zaken voorkomen,<br />

die erger zyn . Ik zie op 't oogenblik geen kans behoorlyk uittedrukken<br />

wat ik bedoel . Toch zal ik 't later eens beproeven .<br />

373. In de zoogenaamde godsdienst gaat het even zoo .<br />

De vromen maken 'n god, takelen then bespottelyk toe en ale


IDEEN VAN MULTATULI. 2 1 9<br />

ik dan spot met die bespottelykheid, zeggen ze dat ik iets heiligs<br />

aantast . (253 .)<br />

Eilieve, beproef eens myn god to bespotten, de lieve domme<br />

geestige naive almachtige onwetende kinderlyke tokoachtige Natuur<br />

.<br />

Dat kunt ge niet, gy ongepatenteerde godenmakers!<br />

374 . De oude heer Kappelman had 'n bui van wysbegeerte, en<br />

sprak aldus<br />

- Myn zoon, let op uw zeggen, meer dan op uw doen en het<br />

zal u welgaan in den winkel then ik u geven zal naast het kamertjen<br />

uwer geboorte .<br />

Het doet er weinig toe, myn zoon, of de pruimen goed zijn die<br />

ge verkoopt, zeg en herhaal : wat zyn die pruimen byzonder goed .<br />

Denk over dominee Theokraat wat gy verkiest, myn zoon .<br />

Weiger hem des-noods krediet als by weder klontjes laat halen<br />

op jaarrekening. Werp hem ter-deure uit, myn zoon, als by u to<br />

zeer verveelt in de dagen der drukte met nieuwe rozynen, maar,<br />

myn zoon, let hierop, zeg nooit, die dominee is een uil, of : het<br />

zyn eigenlyk rozynen van verleden jaar .<br />

Schop uwe vrouw, myn zoon, als gy verzekerd zyt krachtiger<br />

to schoppen dan zy . Maar, myn zoon, zeg nooit : ik wou dat he t<br />

mensch dood was, of : zy heeft sproeten .<br />

Krab iemand een oog uit, als dat wezen moet, myn zoon, maar<br />

zeg nooit, die man is scheel .<br />

Veracht de lieden die zich slecht gedragen in het publiek, en<br />

ga een straatjen om, myn zoon, om hen to ontwyken, maar zeq<br />

ik maakte een omweg om het kraambrief j e lezen van de j of f rouw<br />

die bevallen is . En als er geen juffrouwen bevallen zyn in die<br />

buurt, zeg dan dat ge die straat koost, om to zien of er ook misschien<br />

j of f rouwen bevallen waren?<br />

En als gy iemand ziet die beschonken nederviel op den weg,<br />

myn zoon, zeq dan : die man rust .<br />

En wanneer gy onreinheid ontwaart op uw pad, zeg dan : er<br />

was vandaag veel visch op de markt, of : het zal regenen als de<br />

wind gaat liggen, of : de wind zal bedaren al het regenen gaat,<br />

of zoo-iets, of zeg volstrekt niets, myn zoon, maar spreek in alien<br />

gevalle niet over de onreinheid die gy zaagt .<br />

Want, myn zoon, aldus is de mensch geschapen, dat by veel<br />

onreins kan slikken, doch geenszins uwe woorden over onreinheid .<br />

En aldus, myn zoon, veel dingen noemende met vreemde namen,<br />

of wel die dingen niet noemende, zult gy veel rozynen verkoopen<br />

- al waren dezelfve dan ook overjarig - en 't zal u in uw winkeltje<br />

gaan zooals ik gezegd heb toen ik begon buyig to worden<br />

van wysbegeerte .<br />

375 . Oef! Nu weer van Leentje . Stoffel beschuldigde haar


2 20 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

van then verkeerden val in z'n hemdsboordjes, „die zoo nadeelig<br />

werkte op t respekt" en klaagde dat ze hem altyd zoo mal aankeek,<br />

als-i ,heeren had ."<br />

Dat „heeren hebben" was 'n privatissimum over de leerwyze<br />

van Prinsen, die nog niet was uitgevonden, maar door Stof f el<br />

werd voorgevoeld . Leentje bracht thee by die zaak, en was eenmaal<br />

niet geslaagd in 't wegbyten van 'n lath, toen ze Stof f el<br />

z'n naam hoorde spellen, en uitvaren tegen 't onkiesche ouwerwetsche<br />

,esse te" dat dan ook leelyk is .<br />

En clan, die bessen met suiker!<br />

Kort hoo f dstuk zonder IDEEN . De hollandsche graven in-verband met de pryzen<br />

van 't vleesch, en de ongegronde verdenking-van PENNEWiP'S eer . LEEN-<br />

TJE's onzichtbaar talent om kleeren en zielen to herstellen .<br />

376 . Aldus had ieder z'n grieven tegen 't arme Leentje . Maar<br />

Wouter hield veel van haar, en was met niemand buiten haar in<br />

huis gemeenzaam, misschien wel omdat de anderen niet van hem<br />

hielden, en by dus wel genoodzaakt was, of genoopt althans, z'n<br />

troost to zoeken by haar. Want alle aandoening zoekt 't uitweg,<br />

en er gaat niets verloren,evenmin in de zedelyke als in de stoffelyke<br />

wereld . 'k Had hierover IDEEN kunnen schryven met afzonderlyke<br />

nummers, maar dat wil ik flu niet, omdat er 'n orgelman<br />

onder m'n venster staat, die me overlaadt met onnoodige indrukken<br />

tot byna-gekwordens toe .<br />

Wouter's moeder noemde hem : „die jongen." Z'n broers - er<br />

waren er meer dan Stof f el - beweerden dat-i valsch en gni epig<br />

was, omdat by weinig sprak en niet van knikkeren hield . Maar<br />

als-i wat zei, verweet men hem 'n geheel onbewezen verwantschap<br />

met de kat van koning Salomo . De zusters verklaarden hem voor<br />

„sleets" of „sleetsch ." Ik weet niet hoe ze 't spelden, omdat ik<br />

het alleen heb van hooren-zeggen. Maar by Leentje kon onze Wouter<br />

altyd terecht . Zy troostte hem, en vond het schande dat men<br />

niet meer ,werk maakte van 'n jongen als by." Ze scheen dus to<br />

hebben ingezien dat-i niet 'n kind was als 'n ander . En dit vind<br />

ik ook . Anders zou ik niet de moeite nem en z'n geschiedenis to<br />

irertellen .<br />

Tot kort na de expeditie naar ouwenbrug, hartenstraat en aschpoort,<br />

was Leentje Wouter's eenige vertrouwde . Haar liet-i de<br />

verzen lezen die versmaad waren door lange Ceciel . Haar klaagde<br />

by z'n smart over de onrechtvaardigheid van meester Pennewip,<br />

die hem ,redelyk" gaf, en ,uitmuntend" met 'n krul, aan 't roodharig<br />

Keesj e . Aan Keesj e. die geen , som" alleen wist to maken<br />

en altyd steken bleef in de hollandsche graven .<br />

- Arme jongen, zei Leentje, je hebt wel gelyk . Ze kwamen


IDEEN VAN MULTATULI . 2 2 1<br />

in 't huis van Beieren . . . 't is wel schande ! En dat om 'n duit<br />

op 't pond.<br />

Zy beweerde namelyk dat Pennewip goedkoop vleesch kreeg van<br />

Keesjes vader die slachter was, en dat er alzoo knoeiery plaats<br />

had met die graven en hun gedurig verhuizen .<br />

Later heeft Wouter haar verdacht van vromen leugen op dat punt,<br />

omdat Pennewip, wel beschouwd, er niet uitzag als iemand die<br />

misbruik maakt van bief stuk . Maar in die dagen nam by de lichtvaardige<br />

verdenking van 's mans eer gretig aan, als pleister op de<br />

zyne die gekrenkt was door Keesjes voorzitterschap . Want waar<br />

onze eer in 't spel is, of wat we daarvoor houden, geven we minder<br />

om die van 'n ander .<br />

Of, als z'n broers hem plaagden met 'n sarrend „professor Wouter"<br />

. . . of, als de zusters op hem de schuld wierpen van dat ,mal<br />

gekrabbel op 't behangsel" . . . of, als z'n moeder hem strafte voor<br />

dat opsnoepen van de rystebry die gister overschoot, en nog juist<br />

zoo goed zou geweest zyn voor morgen . . . dan was 't altyd Leentje<br />

die Wouter's gemoed in evenwicht bracht op dezelfde handige<br />

mauier als ze den winkelhaak in z'n kleeren onzichtbaar maakte<br />

met 'n onnavolgbaar ,heen-en-weertie ."<br />

0, leelyke vuile scheeve kwaadtongige Leentje, wat heeft Wouter<br />

je lief gehad ! Wat al troost straalde hem tegen uit je koperen<br />

vingerhoed, wat al bemoediging lag er in je maasbal, wat'n<br />

zalving in j e lief deryk<br />

- Daar heb je-n-'n naald, en 'n draad, en 'n lappie . . . naai<br />

'n zakje voor je griften, m'n jongen, en vertel me nogeens van<br />

al die graven die gedurig overgingen van 't eene huis in 't ander .<br />

W eer 'n hoof dstuk zonder IDEEN . Di epzinnige achterhoudendheid van ju f -<br />

f rouw LAPS . Predikatie Van STOFFEL . WOUTER'S standvastige trouw aan<br />

GLORIOSO . Roerende terugblik op SCELERAJOSO'S flood, lien w e . o m 't gevoel<br />

der lezers to sparen, en wegens zeer uitgebreide binnenlandsche betrekkingen,<br />

slechts lieten gissen in 365 . Fatsoenlyk ster fgeval van GLORIOSO .<br />

De laatste Koning van Athene. Bedorven magen en verscheurde trommelvliezen,<br />

voorgesteld als gevolgen eener eigenaardige sto f wisseling .<br />

377 . Ik weet niet welke profeet onzen Wouter werd ingegeven<br />

tot straf voor 't wegmaken van z'n bybeltje . De huisdominee<br />

kwam er by to-pas, en de de man was puur ontsteld over zooveel<br />

boosheid . Juff rouw Laps die op de ondervoorkamer woonde, had<br />

er ook van gehhoord . Ze was zeer godsdienstig en beweerde dus<br />

dat zoo'n jongen opgroeide voor de galg, want<br />

- Men begon met 'n bybel, zei ze beteekenisvol, en eindigde<br />

met wat anders .<br />

Niemand evenwel heeft ooit kunnen to weten komen wat dan<br />

toch dat andere wel wezen zou, als men begonnen was met 'n


2 2 2 IDEEN VAN MULTATULL<br />

bybel. Ik denk dat zyzelf 't niet wist, en dat ze 't maar zoo zeide<br />

om de menschen in den waan to brengen dat ze veel levenswysheid<br />

bezat, en meer van de zaken verstond dan zy uiten wilde.<br />

't Is my wel, schoon 'k niet houd van wysheid die zich niet<br />

openbaart in verstaanbare woorden, en als 't myn zaak geweest<br />

was, zou 'k juffrouw Laps den duim tusschen de deur gezet hebben.<br />

Stof fel hield 'n napreek, waarin-i aanvulde wat huisdominee<br />

vergeten had . Hy sprak van Koran, Dathan en Abiram, die iets<br />

dergelyks misdaan hebbende als Wouter, daarvoor waren gestraft<br />

met 'n ontydige begraf enis . O ok zeide by : , dat de eer van de f amilie<br />

op d' ouwenbrug was verloren gegaan, dat hy, . als „eenige"<br />

oudste zoon van 'n onbesproken weduw, en als derde ondermeester<br />

op de stads tusschenschool, ' erplicht was zorg to dragen voor<br />

de eer van 't huis . . .<br />

- Van Beieren, zei Leentje zacht .<br />

. . . dat 'n huwelyk of 'n andere konditie voor de meisjes kon<br />

afspringen door Wouters's schuld, want dat niemand zou willen<br />

tedoen hebben met meisjes, die . . . in 't kort, Stoffel beweerde<br />

„dat het schande was, en dat-i de oogen neersloeg voor ieder die<br />

kennis droeg van 't f eit . Hy had duidelyk bemerkt dat „de j ongens"<br />

er ook al van wisten, want Lodewyk Hopper had de tong<br />

tegen hem uitgestoken."<br />

En eindelyk : „dat-i bevreesd was over de Nieuwmarkt *) to<br />

gaan, omdat die hem zoo onaangenaam herinnerde aan de vreeselyke<br />

voorspelling van juffrouw Laps omtrent Wouters's toekomst ."<br />

Daarop volgde nog iets over die Koran, Dathan en Abiram,<br />

waarop de heele familie uitberstte in gehuil, omdat het zoo byzonder<br />

tref f end was .<br />

Wouter troostte zich met de gedachte aan Glorioso, en als er<br />

gesproken werd van „dat andere" dat komen zou volgens juffrouw<br />

Laps, droomde by aan z'n huwelyk met de schoone Amalia wier<br />

sleep gedragen werd door zes pages . Juf f rouw Laps zou zeker<br />

vreemd hebben opgezien, als ze die uitlegging van haar ingeslikten<br />

klimax ware to weten gekomen .<br />

't Spreekt vanzelf dat alle pogingen om onzen held to bewegen<br />

tot het openbaren der wyze waarop by 't ontvangen geld had besteed,<br />

ydel waren. Men moest daarvan of zien, na 't vruchteloos<br />

aanwenden van alle gebruikelyke middelen . Water en brood, water<br />

en geen brood, brood zonder water, water noch brood, huisdominee,<br />

Stof f el, Habakuk, j of f rouw Laps, tranen, slaag . . . alles<br />

te-vergeefs. Wouter was er de jongen niet naar Glorioso to verraden<br />

. Dit had-i juist zoo leelyk gevonden in then Scelerajoso,<br />

die dan ook slecht afspeelt, zooals we gezien hebben .<br />

*) Op die markt namelyk werd gegeeseld, gebrandmerkt en gehangen,<br />

in die dagen .


l<strong>E1</strong>N VAN MT'LPATVLI . 22 3<br />

Zoodra 't hem was vergund to wandelen met de Hallemannetjes<br />

d . z . b. f . waxen, ylde by naar de brug buiten de aschpoort, om<br />

z'n boeiende lektuur voorttezetten, en by herhaalde dit tot het<br />

rampzalig oogenblik waarop-i moest afscheid nemen van z'n held,<br />

die op 't laatste blaadje als berouwhebbend generaal-majoor sterft<br />

in de armen van de deugdzame Elvira.<br />

Toen Wouter z'n boek had teruggebracht in de hartenstraat<br />

werd z'n blik aangetrokken door amandeltaartjes by 'n banketbakker<br />

op den hoek . Hy handelde met Glorioso als de Atheners<br />

met Kodrus : niemand was waardig z'n held optevolgen, en binnen<br />

weinig tyds was 't overschot van 't Nieuw-Testament veranderd<br />

in maagbedervend gebak. Dat ook weer veranderde .<br />

Wat het aandeel der „gezangen" betreft in het saldo dat Wouter<br />

restte na z'n italiaansche reis, ze leverden zeer eigenaardig<br />

de vaste stof tot 'n drietonige mondharmonica die ooren, en<br />

ziel scheurde, en weldra door meester Pennewip wend gekonfiskeerd<br />

als storend voor de schoolrust .<br />

Besehouwingen over de manier om een groot man to worden . Bezoek by<br />

m'sieu WILLAIRE, die zoo knap was. Uitstapjen naar ARTIS . Vervolg en<br />

slot van de apenstudie in 214 en 215 . Twee stokpaartjes . De lezer wordt<br />

bedreigd met verzen en uitgenoodigd tot wat lo f over de kunstige wyze waarop<br />

de schryver, na tuchteloos dwalen, hem terugbrengt naar WOUTER .<br />

378. Ik acht me niet geroepen tot uitspraak in 't geding tusschen<br />

Pennewip en Leentje, op 't stuk van diens partydigheid voor<br />

Slachterskeesje . Maar 't vurig gevoel voor recht dat me plaagde<br />

van m'n eerste jeugd of - helaas, sedert jaren wacht ik te-vergeefs<br />

op 'n tweede - en de loffelyke zucht om yverig to zoeken<br />

naar verschooning, al ware er ook misdryf bewezen, dwingen<br />

my u to zeggen dat meester Pennewip's lot gelden kon als verlichtende<br />

omstandigheid voor iemand die overtuigd was van acht<br />

hoof dzonden tegelyk .<br />

Ik heb opgemerkt dat veel groote mannen hun loopbaan begonnen<br />

als varkenshoeder - zie alle biografische woordenboeken -<br />

en 't schynt alzoo dat die betrekking de grondstoffen aanbiedt,<br />

welke vereischt worden om menschen to regeeren of to verlichten.<br />

Wat niet hetzelfde is .<br />

Aan de theologen die vitten op m'n verhaal, en dus deze gelegenheid<br />

aangrypen om my to beschuldigen van verregaande onkunde,<br />

omdat ik 'n hoofdzonde meer tel dan hun bekend is, en<br />

van laster omdat ik 't menschelyk geslacht doe voorkomen als 'n<br />

varieteit van varkens, antwoord ik dat er'n nieuwe kanonieke zonde<br />

kan uitgevonden wezen, die zy nog niet beoefend hebben . Wat<br />

hun aangenaam moet zyn, als de griep den apteker,<br />

Nieuwe behoe f ten, heeren ! (271, 273)<br />

En wat die vergelyking met de zwynen aangaat, men denke aan


224 IDEEN VAN Mt LTATULT .<br />

de verwantschap van kool en diamanten, en ieder zal tevreden zyn,<br />

zelfs de theologen .<br />

Maar, na die opmerking over de heerlyke vooruitzichten van<br />

iemand die z'n teere jeugd doorbracht met knorrige kooldiamanten<br />

uit het dierenryk, heeft het my meermalen verwonderd dat er in<br />

de levens van groote mannen zoo weinig gewezen schoolmeesters<br />

voorkomen, daar toch al de ingredienten die 'n varkensweide schynen<br />

to maken tot 'n broeiery van 't genie, in zoo ruime mate aanwezig<br />

zyn in de schoolkamer .<br />

't Omgekeerde heeft dikwyls plaats . Dagelyks ziet men weggejaagde<br />

prinsen onderwys geven aan de leergrage jeugd . Dionys<br />

en Lodewyk Philips zyn de eenige niet, en ikzelf heb beproefd<br />

fransch to leeren aan 'n Amerikaan . Dat onmogelyk was .<br />

Wanneer de verkiesbare koningschappen eens weer in de mode<br />

kwamen, zou ik gaarne zien dat de keuze des yolks zich byvoorkeur<br />

bepaalde tot personen die den mensch hadden bestudeerd naar<br />

de modellen op 'n zooveelste van de ware grootte, zooals men de<br />

aardrijkskunde leert op draagbare globes of handatlassen . Alle deugden,<br />

neigingen, hartstochten, dwalingen, misdaden, die punten van<br />

noodzakelyke beoefening uitmaken in de werkelyke maatschappy,<br />

vindt men op kleine, beter to overziene schaal, op de schoolbanken<br />

terug, en de hooggeroemde kunsten van menigen staatsman<br />

komen, wel beschouwd, eenvoudig neer op 't ,beentje-draaien" dat<br />

schering en, inslag is bij de taktiek der Machiaval's van drie voet<br />

hoog.<br />

Het beroep van schoolmeester is dan ook niet gemakkelyk en<br />

ik heb nooit begrepen waarom 't zoo karig wordt bezoldigd, of,<br />

daar dit nu eenmaal zoo schynt to moeten wezen, hoe men altyd<br />

personen vindt die voor gelyke belooning, niet liever als serjantinstrukteur<br />

de lading in twaalf tempoos onderwyzen. *)<br />

Ook was ik liever dominee . Deze toch heeft altyd to doen met<br />

menschen die de zaak volkomen met hem eens zyn, en naar hem<br />

komen luisteren uit vrye keuze, terwyl de onderwyzer gedurig to<br />

kampen heeft met onwil en 'n hoogst gevaarlyk mededingerschap<br />

van tollen, knikkers en papieren mannetj es, om nu niet eens to<br />

spreken van suikergoed, tandwisselen, roodvonk en zwakke moeders .<br />

*) Dit riekt naar de vuursteen-periode. De auteur is niet met z'n tyd<br />

meegegaan .<br />

379 . Pennewip was 'n man van den ouden stempel . Zoo althans<br />

zoud-i ons nu voorkomen als we hem voor ons zagen in z'n gryzen<br />

schooljas, dyvest, korte broek met gespen, en dat alles gekroond<br />

met 'n bruin pruikje, dat-i gedurig heen-en-weer trok, en dat in<br />

't begin der week altyd zoo krulde als er g een regen aan de lucht<br />

was . Want krullen kunnen geen nat verdragen, en zondags kwam<br />

de man met het yzer .


IDEEN VAN MULTATULI . 2 25<br />

Doch dat ouderwetsche is misschien maar denkbeeldig . Wie weet<br />

of-i niet modern was in zyn tyd, en hoe spoedig men 't zelfde<br />

van ons zal zeggen . Hoe dit zy, de man heette meester, z'n school<br />

was 'n school en geen instituut, wat dan ook de zaak minder goed<br />

uitdrukt, en ik vind het 'n vreemde manier van vooruitgang, de<br />

dingen anders to noemen dan ze werkelyk heeten . Op zn school,<br />

waar volgens de naive gewoonte van die dagen, jongens en meisjes<br />

door-een zaten, leerde men - of kan men leeren - lezen,<br />

rekenen, schryven, vaderlandsche geschiedenis, psalmzingen, wollennaaien,<br />

breien, merken en de godsdienst . Dat alles was aan de<br />

orde van den dag, maar wie uitmuntte in aanleg, yver of gehoorzaamheid,<br />

kreeg nog bovendien onderricht in 't verzenmaken, een<br />

kunstje waarin Pennewip veel liefhebbery had .<br />

Hy maakte de jongens ,klaar" tot het ,aannemen" toe, en met<br />

behulp van z'n vrouw voerde by de meisjes op tot 'n merklap met<br />

'n rood vader-ons op zwarten grond, of 'n gespietst hart tusschen<br />

twee bloempotten . Dan waren ze volleerd, en des-verkiezende klaar<br />

om grootmoeders to worden van onzen tegenwoordigen burgerstand .<br />

Van natuurkunde was geen sprake in dien tyd . Dit punt laat<br />

trouwens ook in onze dagen veel to wenschen over . *) Dat jammer<br />

is . Want het is 'n kind nutter to weten hoe 't koren groeit,<br />

dan het to kunnen toespreken in vreem de taal . Maar 't zou kunn<br />

en samengaan .<br />

De burgerscholen waren gebrekkig in de dagen toen Wouter en<br />

Slachterskeesjen om 't langzaamst rondkropen in 't renperk der eer,<br />

maar ik geloof dat er niet veel anders to zeggen valt van onze<br />

instituten . Ik geef ieder den raad eens 'n school to bezoeken van<br />

't gehalte der inrichting waard-i z'n jeugd doorbracht, en ben overtuigd<br />

dat hier-en-daar 'n enkele vader die 't wel meent met zn<br />

kinderen, hen zal thuishouden na die proef . Want men komt tot<br />

de overtuiging, dat er toch bitter weinig to leeren viel op die<br />

school by meester Willer, by den man die zoo knap was dat-i zich<br />

M'sieu Willaire, liet noemen uit pure knapte .<br />

Zonder die proef blyven we voortleven in 't geloof aan de knapheid<br />

van M'sieu Willaire, even als wy altyd iemand voor byzonder<br />

groot houden dien we als man kenden in onze kindscheid, en<br />

later niet weerzagen .<br />

Gebruikmakende van de my geoctroieerde tuchteloosheid, wil ik<br />

hier 't vervolg en slot geven van m'n ontmoeting in Artis, waarvan<br />

ik onlangs 't verhaal of brak om de nieu w sgierigheid to spannen .<br />

*) Ik erken dat hieromtrent sedert de laatste zes jaren 'n groote<br />

verbetering hesft plaats gevonden.<br />

380 . (Vervolg van 214) Er was dus geen water in de buurt<br />

der apen-warande. De ouders die hun kroost toevertrouwden aan<br />

den - inderclaad braver --- onderwyzer die bezig was iets to be-<br />

IDEEN I . Is


22 6 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

toogen in den dierentuin, konden gerust wezen op 't stuk van verdrinken<br />

. Naar den vleesche althans.<br />

- Ik zeide dan, herhaalde de menschmaker . . .<br />

- Goed, goed, ik ben alles met u eens. Ik wilde maar weten<br />

of ge 't niet of keurt dat de kinderen zich zoo aanhoudend verlustigen<br />

by de apen ?<br />

- Ik begryp u niet .<br />

- Ik meen . . . ik bedoel . . . ik geloof . . . 't komt me voor . . .<br />

Waarlyk, ik was verlegen met de zaak . 't Is moeielyk to spreken<br />

met menschen die zoo braaf zyn geworden dat ze schynen vergeten<br />

to hebben wat 'n mensch is, en vooral 'n jong mensch .<br />

- Ik vrees dat uw kweekelingen daar . . .<br />

- Er is traliewerk . . .<br />

- Juist, traliewerk . . . heel doorzichtig . Ik denk dat uw kweekelingen<br />

er doorheen kyken . En dus . . .<br />

' k Had medelyden met den man om de vergeef sche moeite die<br />

by zich gaf my to begrypen . Maar ik vind dat ook ik medelyden<br />

verdiende om de moeite die ik my gaf om begrepen to worden.<br />

Eindelyk - ik kan niet omgaan met braaaave menschen, eindelyk<br />

werd ik driftig<br />

- Ziedaar dan . . . dat ! riep ik, zoo duidelyk 't mogelyk was to<br />

spreken met de hand, dat meen ik !<br />

- Ooooooo . . . meenje dat ? 0 . . . zooooooo ! Och, ik heb hun<br />

gezegd dat faun lichaam is 'n tempel Gods, en dus . . .<br />

Ik had er genoeg van . Nu wist ik precies hoe men doen moest<br />

om vleesch en blood to veranderen in hout en steen, ad majorem<br />

Dei gloriam .<br />

Verbeelje, men geeft zoo'n zieleherder z'n kind in-handen om<br />

er 'n mensch van de maken, en na 'n jaar of wat stuurt-i je 'n<br />

tempel thuis ! Prettig voor 'n vader !<br />

Daarom vind ik 't zoo nuttig de school van M'sieu Willaire<br />

eens to bezoeken van-tyd-tot-tyd . En dit aangenomen zynde, kan<br />

ik weer voortgaan met m'n vriend Pennewip .<br />

381 . Toen ik zoo-even beweerde dat de schoolmeesters to karig<br />

beloond worden, was dit niet omdat ik die belooning beschouw<br />

als onevenredig met de geleverde hoeveelheid, wetenschap of menschmakery.<br />

Ik had alleen het oog op de bitterheid van 't brood dat<br />

betaald wordt met zoo lastigen arbeid, en op voldoende schadeloos<br />

stelling voor 't gemartel van den man die z'n leven doorbrengt<br />

in een wespennest .<br />

Buiten 't verzenmaken bereed meester Pennewip nog 'n stokpaardje,<br />

dat hem boven ieder ander aanspraak gaf op 'n troon . Hy


IDEEN VAN MULTATULL 2 27<br />

was bezeten door de verdeelwoede, een ziekte die aan weinigen bekend<br />

is omdat ze er maar zelden en niet dan sporadisch voorkomt.<br />

*) Ik heb die ziekte nooit goed begrepen, maar alle onderzoek<br />

naar de eerste oorzaak opgegeven zoodra ik inzag dat het<br />

moeilyk omgaan is met stokpaardjes uit de stal van 'n ander, en<br />

zal me dus bepalen tot de korte beschryving van Pennewip's onschuldig<br />

dier . Hy bracht al wat-i zag, waarnam of ondervond, tot<br />

familien, genera, klassen, species en onderdeelen, en maakte alzoo<br />

de heele maatschappy tot een botanischen tuin waarvan by de<br />

Linnaeus was . Hy beschouwde dit als de eenige wyze om to geraken<br />

tot 'n helderen blik in de einddoelen der schepping, en tot<br />

de verklaring van alle duisterheden in en buiten de school . Ja,<br />

by ging zoo-ver, to beweren dat Wouter's Nieuw-Testament weer<br />

zou te-voorschyn gekomen zyn, als juffrouw Pieterse maar had<br />

kunnen opgeven tot welke klasse de man behoorde, die 't gebonden<br />

had in zwart sjagryn . Maar dat wilt ze niet.<br />

Wat my aangaat, ik zou niet eens gesproken hebben over Pennewips<br />

verdeelzucht, als ik niet kon van zyn arbeid gebruik maken<br />

om m'n lezers eenig denkbeeld to geven van den kring waarin<br />

de held myner geschiedenis zich bewoog, even als ik gezegden<br />

Pennewip ongestoord zou hebben laten onderricht geven in verzenmaken<br />

- dat apes-tout niet verboden is - wanneer ik niet<br />

voorzag weldra 'n paar gedichten van z'n leerlingen to zullen noodig<br />

hebben tot plaatselyk kleursel .<br />

Na de gewone hoof daf deelingen van bezield en onbezield -<br />

waarby de goeie man stoutweg den mensch 'n ziel gaf - volgde,<br />

'n stelsel dat er uitzag als 'n pyramide, waar God met engelengeesten<br />

en verder toebehooren, bovenop stond, terwyl oesters, polipen<br />

en mosselen op den bazis rondkropen of stil lagen naar verkiezing.<br />

Ter-halverhoogte stonden de koningen, schoolopzieners, burgemeesters,<br />

wethouderen en dominees-doctoren in de H . Godgeleerdheid.<br />

Uaaronder, prof essoren en kooplieden die niets zelf maken .<br />

Vervolgens, doctoren in wereldsche dingen - mits tweepaardig<br />

*) Toch niet ! De manie van classificeeren is algemeener dan ik<br />

hier aannam . En ook de oorzaak is my duidelyk geworden . Die<br />

oorzaak is, . . traagheid . We nemen in kunst, wetenschap, moraal<br />

en staatkunde, zekere konventioneele onderscheiding van soorten<br />

aan, om door 't rangschikken van elke voorkomende zaak onder<br />

een van die rubrieken, ons ontslagen to rekenen van verdere beoordeeling.<br />

-Die man is van de klasse der geleerden . " Dus : by<br />

weet het ! KRafael staat genoteerd onder de meesters . - Dus : die<br />

schildery is mooi ! WHet tegenwoordig ministerie behoort tot de<br />

liberale party.,, Dus : hoerah voor dat ministerie ! Enz .<br />

Den zotten schroom om myn werken to noemen, schryf ik voor<br />

een deel toe aan de moeilykheid on, ze onder deze of gene -soortvan<br />

letterkundery to rangschikken. Men is bevreesd voor de inspanning<br />

die 't kosten zou hen to beoordeelen zonder maatstaf . Pennewip's<br />

pruik weet er geen weg mee .


2 2 8 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

- advokaten en ongedokterde dominees, kolonels van de burgerwacht,<br />

de rector van de latynsche school, en zoo voort . Wysgeeren<br />

- maar ze moesten 'n stelsel hebben - dokters met een paard,<br />

en dichters kwamen later . Heel laag daaronder, en vry naby de<br />

mosselen, had-i de zevende onderaf deeling geplaatst der III klasse<br />

van den burgerstand, en in die buurt hoorde myn held thuis .<br />

BURGERSTAND, IIIe KLASSE, ZEVENDE ONDERAFDEELING.<br />

Burgermenschen „op kamers" wonende .<br />

a) Vrye opgang . Drie ramen. Twee verdiepingen met achterkamers.<br />

De jongens slapen alleen, maar kleeden zich in gegezelschap<br />

van de meisjes. Kraamschut . Leeren fransch, en<br />

reciteeren den Kerstnacht. De meisjes heeten LENA, MARIA,<br />

soms - maar zelden - LOUISE. Ze borduren en zeggen : U.<br />

De jongens op 'n kantoor . Houden meid, naaister en 'n<br />

,, mensch voor 't grove werk ."De was nat thuis . Lezen preeken<br />

van v . d . Palm. Zondags rookvleesch, schoon linnen, en likeur<br />

na de ko ffi. Godsdienst en fatsoen.<br />

a) Altyd nog Brie ramen . D+ en verdieping . Boven woven<br />

buren die,, tweemaal schellen" (Zie b 2 ) LEENTJE, MIETJE, JANS-<br />

JE, LoUISE komt minder dikwyls voor . De onderdeur wordt<br />

opengetrokken met 'n touw dat glimt van lange dienst Slapen<br />

in ddn kamer. Kraamschut. Meid. „halve naaister" en<br />

'n ,mensch . - Zondags kaas, geen likeur, maar overigens godsdienst<br />

en f atsoen als-boven .<br />

b 2) Tweeschellige buren . Nagenoeg als-boven. Zonder meid,<br />

maar met 'n „mensch ." Naaister, kaas en schoonlinnen van<br />

tyd tot-tyd, maar zelden . Godsdienst als-boven .<br />

c) Tweede verdieping . Twee schui framen. Kleine achterkamer<br />

die inspringt om de binnenplaats . 't Heele gezin slaapt<br />

in twee bedden . Van kraamschut geen spoor. De jongens heeten<br />

LOUW, PIET of GERRIT, en gaan „op'' horologiemaken o f<br />

l etterzetten . Soms naar zee, maar zelden . Gedurig twist met<br />

de buren over dien verstopten gootsteen in 't portaal. Overigens<br />

godsdienst als-boven . Hebben kennis aan „heel fatsoenlyke menschen<br />

." Lezen den Haarlemmer samen met III, 7, b 2 (Pp) .<br />

Geen meid o f „mensch" maar 'n naaister van zeven stuivers<br />

en 'n boterham . . .<br />

Daar zyn we aangeland by j of f rouw Pi eterse .<br />

De lezer weet nu vry juist wat-i to denken heeft van Wouter's<br />

omgeving, en begrypt waarom ik z'n gezichtje stadskleurig<br />

noemde toen we hem voor 't eerst zagen in de hartenstraat .


Voorbereiding tot 'n avendje. Rolverdeeling . Stryd tusschen wllena en zyn,<br />

geopenbaard in 'n kindermymering (daguerreotiep) . Modderslootsdroomen,<br />

stroohalm-wedvliet, eenden-oorlogen, molen-vertellingen, eindigende met 'n<br />

luchtreis .<br />

381 . 't was woensdag. Er zou 'n „avendje" wezen by de Pietersens<br />

. Juffrouw Laps was gevraagd, en ook de juffrouw boven<br />

den melkkelder, wier man „aan de beurs" was . Voorts vrouw Stotter<br />

die zoo lang gebakerd had „maar altyd heel in 't fatsoenlyke ."<br />

Dan de weduwe Zipperman, „die 'n dochter ,getrouwd had met<br />

iemand van assurantie, of 't kadaster, of zoo-iets ." Voorts de juffrouw<br />

van den koekbakker . Dat kon niet anders, want het was<br />

"zoo opvallend als men allerhande en janhagel liet halen zonder<br />

haar meetevragen ." Dan de juffrouw van onder-achter die wel niet<br />

komen zou, dacht men „maar men wou graag de minste wezen<br />

na dat gekibbel over 't gebroken glas ." En kwam ze nu niet, dan<br />

was 't ook uit, zei juffrouw Pieterse. Ja, dan zou 't uit wezen met<br />

de juffrouw van achter-onder. Ik zal nu maar terstond zeggen dat<br />

ze niet gekomen is, en dat het dus met die juffrouw uit was .<br />

De kleinere kinderen zouden vroeg naar-bed, met de belofte,<br />

van 'n kop koude saliemelk aan 't ontbyt, ,als men ze dan den heelen<br />

avend niet hoorde." 't Is ook lastig de kinderen to ,hooren" als<br />

men 'n avendje heeft . Wat voor hoort, moet voor gaan . Wouter<br />

kreeg, vergunning om to wandelen met de Hallemannetjes, d. z .<br />

b . f. waren, en by moest thuiskomen tegen acht uur, werd er gezegd,<br />

maar op 'n toon die hem deed voelen dat-i niet zou bekeven<br />

worden als by ditmaal wat langer uitbleef . Laurens, die natuurlyk<br />

op 't letterzetten was, en gewoonlyk 's avends teg en zeven<br />

uur thuiskwam, was groot genoeg om van de party to wezen,<br />

maar hij moest beloven stil to zitten en to bedanken by 't tweede<br />

kopje . De groote meisjes hoorden er by, dat sprak vanzelf -<br />

ze hadden de belydenis en de merklap achter den rug - en Stoffel<br />

zat voor. Hy zou de heeren te-woord staan als die tegen tienen<br />

de juffrouwen kwamen halen, en 't gezelschap vermaken met<br />

vertellingen over Mungo Park en de bepalende lidwoorden, waarin-i<br />

zoo byzonder sterk was .<br />

Leentje zou blyven tot de ,menschen" er waren, wyl 't anders<br />

voor de jonje-juffrouwen zoo lastig was telkens de deur opentetrekken.<br />

Ook kon ze wat helpen aan 't wegzetten van de latafel,<br />

en aan al 't geredder dat onafscheidelyk is van 'n avendje .<br />

,,Maar ze moest wat vlugger wezen, of anders deed men 't waarlyk<br />

liever zelf ."<br />

Het oudste der meisj es, juffrouw Truitj e, zou voor de saliemelk


2 30 IDEEN VAN MULTATULL<br />

zorgen . Pietje had de boterhammen tot haar aandeel, en Myntje<br />

de bestellen, „maar ditmaal moest er wat meer boter in, omdat<br />

ze laatst zoo droog waxen ."<br />

I Zou allerprettigst wezen „als nu juffrouw Laps maar niet<br />

altyd bet hoogste woord voerde, want dat was no- al haar zwak."<br />

Ook was bet to hopen dat de weduwe Zipperman wat minder opsneed<br />

van haar schoonzoon, omdat zoo-iets toch vervelend wordt<br />

op 't laatst." En de juffrouw boven den melkkelder „mocbt ook<br />

wel wat bescheidener wezen, want ze had niet altyd in 'n toehuis<br />

gewoond, en 'n winkel was geen schande, en op-kamers-wonen ook<br />

niet . . . heere, neen !" Ook kon niemand weten waar-i toe komen<br />

zou .<br />

Niemand begreep ook waarom de juffrouw van den koekbakker<br />

altyd zooveel fransche woorden gebruikte, dat niet to pas komt<br />

in den burgerstand, „ en als ze-n-'t weer doet, Stoffel, zeg jy<br />

dan ook maar iets wat ze niet begrypt . Dan zal ze toch zien dat<br />

wy ook geen yolk van de straat zyn, en dat wy ook weten hoe<br />

't hoort ." - En ,dat de juffrouw van onder-achter niet komt,<br />

raakt me niet, ging juffrouw Pieterse voort, 't raakt me volstrekt<br />

niet. Ik ben niet om haar verlegen . . . vier . . . vy f . . . daar kan<br />

Louw zitten, dan moet-i z'n beenen maar vour zich houden . . . en<br />

daar 'n stoel . . . ja, zoo . . . 't is heel goed dat ze niet komt, 't was<br />

toch to vol geworden . . . . Leentje, ga aan je werk, en snuit je<br />

neus . . . of neen, ga 'ns even naar juffrouw Laps, en vraag of de<br />

juffrouw me-n-'n paar krukjes wil leenen, zonder leuning, weetje<br />

. . . omdat die stoelen . . . zie je, tegen den schoorsteen dat schuift<br />

niet in . . . ja, vraag 'n paar krukjes aan de juffrouw, en zeg aan<br />

de juffrouw dat 't voor my is, en dat ik de juffrouw wacht tegen<br />

zevenen . . . maar doe 't kompliment aan de juffrouw, en snuit<br />

je neus.<br />

Juf f rouw Pieterse hield niet niet van persoonlyke voornaamwoorden.<br />

't Was zoo onbeleefd, vond ze .<br />

382 . Wouter was dien namiddag reeds vroeg uitgegaan naar<br />

z'n brug, die ditmaal wat minder overbodig was dan gewoonlyk .<br />

Want, na de regens van den vorigen dag was er ditmaal wezenlyk<br />

water in de sloot, en in dat water zelfs beweging, zoodat de<br />

kleine strootjes die by gedachteloos of vol gedachten - wat byna<br />

't zelfde is -- daarin wierp, werden meegevoerd haar den poel<br />

waar de balken lagen die gezaagd moesten worden door de beide<br />

molens „d' Morgenstond" en „den Arend" welke sedert eenige<br />

weken getuigen waren van Wouter's gedroom .<br />

Na Glorioso namelyk, en de onmogelykheid om dat boek waardig<br />

to vervangen, was-i in de namiddagen die by vry had, onwillekeurig<br />

weergekeerd naar de plek waar-i kennis had gemaakt met<br />

de boekerige romanwereld, en hoe grof ook de kleuren waren van<br />

't eerste beeld uit die wereld dat zich aan hem voordeed, ja, mis-


IDEEN VAN MULTATULI . 2 3 1<br />

schien juist om de grofheid van die kleuren, by voelde zich daardoor<br />

zoo aangetrokken, dat-i zichzelf heel veranderd voorkwam, en<br />

niet meer begreep hoe by ooit z'n genot had kunnen zoeken in<br />

die taartjes op den hock .<br />

Een vreemd verschiet had zich voor hem ontsloten . Hy droomde<br />

van dingen waaraan-i geen naam kon geven, maar die hem bitter<br />

ontevreden maakten met z'n werkelyken toestand .,Hy wilde graag<br />

alles doen wat voorgeschreven is om in den hemel to komen, maar<br />

't bidden zou zooveel beter gaan, meende by in 'n grot met kaarsen<br />

. En wat het eeren van z'n moeder betrof, waarop deze altyd<br />

zoo aandrong . . . waarom had ze geen sleep, zooals die gravin ? Hy<br />

had z'n bybel niet moeten verkoopen . . . dat is waar . . . ook zou-i<br />

't nooit weerdoen, dit had-i vast beloofd . . . maar dan behoorde by<br />

toch ook 'n kistj e to hebben met dukaten, en 'n veer op z'n muts,<br />

zooals in 't hock stond . Ook verveelde hem z'n broer Stoffel, en z'n<br />

zusters, en juffrouw Laps, en huisdominee, en alles . En by begreep<br />

niet waarom de heele familie niet naar Italic ging, om daar 'n behoorlyke<br />

roovery optezetten . Maar Pennewip hoefde niet mee,<br />

dacht-i, en Slachterskeesjen ook niet .<br />

't Zou hem beni euwen wat er gebeuren zou met z'n vers . . .<br />

Alle Woensdagen namelyk leverden de leerlingen die 't minst<br />

ondeugend waren geweest, en daarom waard gekeurd werden meetedingen<br />

naar den lauwer der eer, een gedicht op 'n onderwerp<br />

dat de meester had opgegeven. Wouter had ditmaal „de deugd"<br />

tot zyn deel gekregen, niet zonder toespeling op z'n vroegtydige<br />

verdorvenheid, en den wenk dat die dichtoefening mocht dienstbaar<br />

wezen aan z'n zedelyke verbetering . Maar Wouter had al zoo<br />

dikwyls op de deugd gerymd, en by vond dit onderwerp zoo droog,<br />

zoo uitgeput, zoo vervelend, dat-i de vryheid had genomen iets<br />

anders to behandelen, en wel wat hem 't naast aan 't hart lag,<br />

de roovery.<br />

Hyzelf was, als alle schryvers - en menschen - zeer ingenomen<br />

met z'n werk. Hy hield zich overtuigd dat de meester dit<br />

ook wezen zou, en hem om-den-wille der voortreffelyke uitvoering<br />

de afwyking van de deugd vergeven zou . Het vers zou zeker naar<br />

den burgermeester worden gezonden,die er kennis van geven zou<br />

aan den Paus, waarna deze Wouter tot zich zou roepen, en hem<br />

aanstellen als hoof droover .<br />

Zoo droomde by, en wierp z'n strootjes in 't water . Ze dreven<br />

langzaam voort, en verdwenen tusschen de groenbemoste<br />

balken . Onwillekeurig beg on Wouter's verbeelding verband to scheppen<br />

tusschen de richting der strootjes, en zyn indrukken . Daar<br />

ging de gravin met haar sleep, maar ze haakte aan den kant, en<br />

bleef steken in de molder. De kuische Amalia had geen beter<br />

lot, en raakte verward in 't kroos . Nu Wouter-zelf : by naderde<br />

Amalia's kroos, en juist toen-i hoopte haar to redden uit haar gevangenschap,<br />

of die to deelen zoo 't behoort, werd-i opgeslokt door


2 3 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

'n eend . Die daaraan zeer verkeerd deed. Want het was Wouter's<br />

laatste strootje, en in 't geklapper van den molen hoorde by duidelyk<br />

Amalia's verwytend geklaag<br />

Warre, warre, warre, wou,<br />

Waar is warre, warre wou . . .<br />

Wouter die me redden zou ?<br />

Dit maakte hem verdrietig, en by kon zich niet weerhouden<br />

'n steen to werpen naar den eend die door z'n gulzigheid oorzaak<br />

was van Amalia's twyfel aan z'n riddereer .<br />

De eend koos de beste party, en vertrok, na Wouter to hebben<br />

uitgescholden zoo goed by kon . Maar de molens schenen zich niet<br />

to storen aan de gebeurtenissen van then middag, en klapperden<br />

dapper voort .<br />

Wouter hoorde in hun gekraak en gezaag allerlei liedjes, en<br />

vergat weldra Amalia en den Paus, om to Juisteren naar de vertellingen<br />

die ze hem deden . Om den lezer niet to brengen in de<br />

verkeerde meening dat er lets byzonders was in die molens, haast<br />

ik my to zeggen dat ze knarden en.knersten juist als andere houtzaagmolens,<br />

en dat alles wat Wouter meende to hooren en to verstaan,<br />

niets anders was dan de weerklank der aandoeningen in z'n<br />

eigen gemoed .<br />

383, 't Gebeurt meermalen dat we gelooven lets gewaar to worden<br />

van buiten, wat voortkomt uit onszelf, en even dikwyls meenen<br />

wy zeif iets to hebben uitgedacht, dat eigenlyk afkomstig is<br />

van 'n ander .<br />

Dit is 'n soort van buikspraak die dikwyls aanleiding geeft tot<br />

ongenoegen en vyandschap .<br />

384. - Wie 't snelste draait ? Wel . . . me dunkt . . . neen . . .<br />

gelyk beginnen . . . z66! Neen, de Arend was v66r ! Nogeens . . .<br />

nu ! Och, weer verkeerd !<br />

Wie nu 't eerst boven is . . . neen, dat gaat niet . . . nog eens<br />

van die wolk af. Morgenstond, pas-op . . . weer mis ! Ik kan 'r<br />

geen oog op houden . . . wat 'n gedraai !<br />

Zoo, ben j e moe ? 'k Wil 't wel gelooven !<br />

Als ik eens op zoo'n wiek zat . . . ik zou me goed vasthouden<br />

. . . w at zou de molenaar gek kyken !<br />

Waarom heetje Morgenstond? Ileb je wat in den mond ? En<br />

. . . Arend . . . kunje vliegen `z Wilje my meenemen? Ik zou wel<br />

willen . . . wat een ruim to daarboven . . . en geen school !<br />

Hoe is toch de eerste school begonnen ? Wat was er 't eerst<br />

. . • 'n school of 'n meester ?<br />

Maar die eerste meester moet toch op school geweest zyn . . .<br />

en de eerste school moet toch 'n meester gehad hebben . . .<br />

Of zou de meester vanzelf . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 23 3<br />

Vanzelf ? Neen, dat kan niet. Kunje draaien vanzelf ? Door den<br />

wind? Kunje omkeeren, anders-omdraaien vanzelf ? Doe 't eens,<br />

Arend . . . toe ! Kryg de Morgenstond . . . gauw, gauw . . . pak 'm<br />

beet . . . mooi !<br />

Nu weer alleen, laat los . . . los . . . good zoo!<br />

Nu weer samen . . . karre, karre, kra, kra . . . steek-uit j e armen<br />

. . . neem me mee . . . wilje niet? Good, Arend! Zet je hoed op . . .<br />

wat fladderen die linten . . . hoe heetje? Warre, warre, warre, wou<br />

. . . ik kon 't niet helpen . . . 't was die eend . Zeg, hoe heetje? Fanne,<br />

Fanne, fan, fan, . . . heetje Fan? En jy, Morgenstond, hoe is<br />

je naam? Sine, sine, sine si . . . wat is dat voor 'n naam, si ? Nu tegelyk,<br />

komaan . . . samen . . . zingt 'n liedje samen<br />

Fanne, fanne, fan, fan . . .<br />

Sine, sine, si, si . . .<br />

Fanne, sine, fanne, sine,<br />

Fanne sine . . . Fan . . . c rf . . .<br />

Fancy . . . wat meenje daarmee ? Ileetje Fancy? En . . . vat is<br />

dat . . . hebj e vleugels ?<br />

Ja, „d' 1Vlorgenstond" en „den Arend" waren ineengesmolten,<br />

hadden vleugels, en heetten FANCY .<br />

FANCY nam Wouter op, en voerde hem mee .<br />

Toen ze hem weer neerzette op de brug, was 't al lang donker<br />

. Wouter schudde zich of als iemand die nat is, wreef zich de<br />

oogen uit en ging naar-huis . We zullen later zien wat hem daar<br />

wachtte, doch moeten daartoe 'n paar uren teruggaan, en ik hoop<br />

dat de lezer niet to collet monte is tot bet aannemen van m'n uitnoodiging<br />

op de saliemelk van juffrouw Pieterse . Men bedenke dat<br />

haar man niets zelf maakte, en alles van Parys kreeg .<br />

In 't voorbygaan echter, wenschte ik 'n kort bezoek to brengen<br />

by meester Pennewip .<br />

Dirhtoef ening, pruikevreu(jd, pruikenverdriet en pruikenwanhoop .<br />

385 . De school was ledig, en de bankers za(yen er uit alsof de<br />

leerlingen daarop al hun verveling hadden achtergelaten . De kaart<br />

van Europa keek verdrietig neer op den stapel schryf boekjes, waarnaast<br />

de boutjes lagen *) die tot aan het tandvleesch waren afgeschreven<br />

op de streepjes en haakjes waarmee sedert onheuge-<br />

*) t3outjes heetten de ganzenpennen van de soort die op de scholen,


23 4 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

lyke tyden de toegang wordt ontsloten aan alle geleerdheid Wel<br />

prykte nog die moeielyke breukensom in al haar luister op 't zwarte<br />

bord, maar toch, de school was geen school meer, de geest was er<br />

uit, 't was 'n lyk .<br />

Ja, de geest was vertrokken met de kinderen . Want dat dezen<br />

'n groote hoeveelheid van dit artikel met zich omdroegen, zal den<br />

lezer weldra blyken .<br />

Wy weten reeds dat het heden de groote dag was, waarop meester<br />

Pennewip de dichterlyke voortbrengselen van 't genie zyner<br />

leerlingen keuren zou. Daar zat-i . Z'n veelbewogen pruikje deelde<br />

in de aandoeningen die hem bezielden by 't lezen der dichtstukken,<br />

en we zyn onbescheiden genoeg over z'n schouders to zien,<br />

om op onze beurt bewogen to worden door indrukken van onwaardeerbaar<br />

kunstgenot .<br />

Pruik : recht, en in rust.<br />

,, TRYNTJE FOP, op haar mots.<br />

Ik heet Tryntje Fop,<br />

En heb een mots op myn kop ."<br />

- Niet - kwaad . . . maar . . . laat zien - ja, zoo is 't beter -<br />

die beide laatste woorden verzwakken den indruk van het geheel<br />

door derzelver overtolligheid . -f-)<br />

Meester haalde de beide verzwakkende woorden door, en nu had<br />

Tryntje Fop heel eenvoudig den muts op, zonder kop . Ik mag then<br />

styl wel.<br />

Pruik : iets of wat links .<br />

,,LUKAS DE FRYER, op het Vaderland .<br />

Vaderland, koek en amandelen,<br />

1k ga in de maneschyn wandelen,<br />

Koek, vaderland en brandewyn,<br />

Ik ga wandelen in de maneschyn,<br />

Vy f vingers heb ik aan de hand<br />

Ter eer van 't lieve vaderland ."<br />

- Zangerig, zei meester, zeer zangerig ! Er is er diepte in die<br />

koek met brandewyn, en 't vaderland daartusschen .<br />

gebruikt werd . De betere soort noemde men, naar ik meen, schachten .<br />

Stalen pennen kwamen veel later, en werden niet vriendelyk ontvangen .<br />

Men kon er geen krullen mee trekken, een kunstje dat in Pennewip's dagen<br />

in hooge achting stond . Toen, en vooral ruim honderd jaren vroeger<br />

nog, schynt de schryfkunst 'n veel hoogeren rang bekleed to hebben<br />

dan tegenwoordig. In de iBelachelyke Jonkersc van Bernagie wordt het<br />

mooie schrift van een der mededingers naar de hand van 'n meisjen<br />

in alien ernst opgenoemd onder de verdiensten die hem den voorrang,<br />

waardig maken .<br />

t) Op Pennewip's recensentenwysheid is aanmerking to maken van gelyke<br />

soort als die welke voorkomt in de Noot op 183 . Over 't geheel


Pruik : rechts .<br />

IDEEN VAN MULTATULI . 2 3 5<br />

LYSJE WEBBELAAR, op het beroep van haar vader,<br />

De kat viel van de trappe,<br />

Myn vader verkoopt aardappe-<br />

Len en uyen ."<br />

- Oorspronkelyk . . . maar dat doorsnyden van de aardappelen<br />

keur ik af.<br />

Pruik : links .<br />

,,JANNETJE RAST, op een windwyzer.<br />

By staat op een schoorsteen van binnen vol roet,<br />

En wyst aan den wind hoe by draaien moet ."<br />

- Dit is niet geheel juist . . . want, wel beschouwd . . . maar<br />

als dichterlyke vryheid kan het er door .<br />

Pruik : vooruit. GRIETJE WANZER, op een raps.<br />

Het rupsje zonder schromen,<br />

Springt rond op alle boomen ."<br />

- Beschryvende dichtsoort. Er is stoutheid in de voorstelling<br />

van die onbeschroomd rondspringende rups.<br />

Pruik : in rust.<br />

,,LEENDERT SNELLEMAN, op de lente .<br />

In de lente is het heel aardiq<br />

In Mei is myn broertje jarig,<br />

Maar nu heeft by wintervoeten,<br />

Zoodat wy de lente pryzen moeten,<br />

Dan gaan w y samen kuieren,<br />

En op paasch, vacantie met eieren ."<br />

-- 't Is jammer dat by het rym zoo verwaarloost . Zyne denkbeelden<br />

zyn inderdaad ongemeen, en goed ontwikkeld . Die overgang<br />

op de eieren is zeer eigenaardig .<br />

Pruik : in den nek.<br />

is de goede man bier gechargeerd, Zeer ten onrechte belast ik hem met<br />

het geeselen onzer verzensmeden, daar dit niet tot de klasse der werkzaamheden<br />

behoort, waartoe by by-voorkeur zou geschikt zyn. Ironie past<br />

niet in z'n rol. Een andermaal beter !<br />

(1879) De meeste verzen van volwassen personen -even in zotterny aan<br />

die van Pennewip's leerlingen weinig of niets toe. Het byna eenig onderscheid<br />

ligt slechts hierin dat bet gerymel van groote » rnenschen- meestal<br />

minder vermakelyk is. Wanneer toch zal die kinderachtige spelery 'n<br />

eind nemen ? Men moest zich schamen 1


2 36<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

„SLACHTERSKEESJE, lofdicht op den meester.<br />

Myn vader heeft menigen os den doodsteek gegeven,<br />

Maar meester Pennewip is nog in leven .<br />

Soms waren zy mager, en somtyds vet,<br />

En by hee ft zyn pruik op zy genet."<br />

De pruik ping inderdaad op-zy, en nogal heel ver.<br />

Hm . . . 't is zonderling . . . wat zal ik daarvan zeggen 2<br />

De pruik ging over-stag naar de uiterste rechterzyde .<br />

\rat heb ik met die ossen to maken 2<br />

De pruik protesteerde door eenige indrukwekkende bewegingen<br />

tegen alle verwantschap met die ossen .<br />

- Hm . . . zou dat nu wezen wat de nieuwerwetsche boekenmakers<br />

humor noemen ?<br />

De pruik werd neergehaald tot aan de wenkbrauwen, wat twyfel<br />

aanduidt . *)<br />

Ik zal lien jongen eens onderhanden nemen . . .<br />

De pruik kwam weer terecht op 't zenith, om haar, tevredenheid<br />

uit to drukken over meester's voornemen om Slachterskeesjen een<br />

terdeeg onder-handen to nemen .<br />

,,LUKAS DE WILDE, op de godsdienst .<br />

De godsdienst is een goede zaak,<br />

En gee ft het menschdom veel vermaak ."<br />

- Het gronddenkbeeld is j uist en schoon, zei meester, maar hetzelve<br />

had iets meer uitgewerkt behooren to worden .<br />

De pruik wipte duidelyk dat ze dit ook vond .<br />

,, TBUITJE GIER, op ju ffrouw Pennewip.<br />

Het pad der deugd wyst zy ons aan,<br />

Wie zou niet gaarne medegaan ?<br />

En in verloren oogenblikken<br />

Leert zy ons naaien, stoppen en stikken ."<br />

De pruik maakte een vreugdesprong, en de krullen omhelsten elkaar<br />

. Meester kon niet nalaten z'n vrouw terstond deelgenoot to<br />

maken van Truitje Gier's ontboezemiug, die opgeplakt en boven<br />

de schoorsteen word gehangen, ter eere van zangster en bezongene.<br />

') Ten-onrechte ! Want al is 't geen humor, wel worden soortgelyke<br />

grappen daarvoor uitgegeven, en slechts daarop kan meester Pennewip's<br />

vraag bedoeld hebben. Het twyfelen van de pruik is dus ongegrond, en<br />

ik raad haar de aandachtige lezing aan van Prof. Oosterzee's verhandeing<br />

: de scepticismo cede vilando .


IDEEN VAN MULTATULI. 23 7<br />

By 't volgend gedicht hing de pruik waterig, slap en schynbaar<br />

onbewogen, maar de oplettende beschouwer had 'n hysterische geestvervoering<br />

kunnen waarnemen, in de trilling van haar krullen .<br />

,,KLAASJE VAN DER GRACHT, op God.<br />

Grootmachtig opperheer, verbazing, hoogverheven,<br />

Met stof, en stergevoel, van 't aardsch bazuingeschal !<br />

Verbeelding, tydsgewricht, Verzoening, juichend beven,<br />

Wie zegt ons waar 't gewoel, een einde nemen zal ?<br />

Tot weerklank van Genae, met eng' len op de transen,<br />

Gevaar van 't smalle pad, uit onbekend genot . . .<br />

Een vader weegt zyn kind, met eeuw'ge kroonbalansen,<br />

Zich spieg' lend in, en door, en op en onder God .<br />

Laat vry de zondenval, op onwaardeerbre wyzen,<br />

Het zevenslotig boek, een zang van 't boos geslacht,<br />

Nooit zal het ster f lyk lied, by nacht naar onder ryzen,<br />

Dit vers is saamgedicht door Klaasje van der Gracht van<br />

den katechiseermeester, boven den pottenwinkel, in de Peperstraat,<br />

oud dertien jaar, en ongevaccineerd ter eere der predestinatie<br />

waar de vliegende theeketel uithangt ."<br />

- Verheven ! Als z'n vader hem daaraan niet geholpen heeft,<br />

is het verbazend! Dit is nu al des jongelings derde gedicht op God,<br />

en telkens heeft by nieuwe denkbeelden over dat onderwerp. Hy<br />

groeit my boven het hoofd . . . het is verbazend !<br />

Ook de pruik was verbaast : ze verro erde zich niet .<br />

„LOUWTJE DE WILDE, op de vriendschap .<br />

De vriendschap is een schoone zaak,<br />

En geeft het menschdom veel vermaak .<br />

De pruik scheen niet tevreden, De godsdienst van Lukas de Wilde<br />

werd voor den dag gehaald, en ter vergelyking neergelegd naast<br />

Louwtjes vriendschap .<br />

- Hm . . . zoo . . . het is mogelyk . Men ziet wel eens meer, dat<br />

een denkbeeld geboren wordt in twee hoof den tegelyk . Het kan wezen<br />

. . . of zyn .<br />

,, WIMPJE DE WILDE, op het hengelen .<br />

..get hengelen is . . .<br />

- Hoe . . . wat is dat ?<br />

Ja waarachtig, 't stond er<br />

Het heng' len is een schoone zaak,<br />

En geeft het menschdom veel vermaak ."<br />

De pruik was in voortdurende beweging . 't Scheen wel dat ze<br />

meehengelde.<br />

Meester bladerde de nog oningeziene proeven door, zocht de voortbrengselen<br />

van de heele wilde-f amilie byeen, en . - . jawel ! Mietje


238<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

de Wilde, Kees de Wilde, Piet en Jan de Wilde, alien verklaarden<br />

met eenstemmigheid dat godsdienst, vriendschap, hengelen, droomen,<br />

bloemkool en goochelen schoone zaken waren die veel vermaak<br />

gaven aan 't menschdom ! 't Was 'n stortvloed van schoone<br />

zaken en vermakelykheden .<br />

Wat zou de pruik doen ? Ze deed wat in de gegeven omstandigheden<br />

't beste was, en meer kan men niet verlangen . Na 't<br />

inzien der vruchteloosheid barer bemoejingen om onderscheid to<br />

vinden tusschen hengelen en vriendschap, goochelen en droomen,<br />

godsdienst en kool, hield ze zich alsof de zaak haar niet aanging, en<br />

bleef in 't juiste midden, met 'n uitdrukking in haar krullen, of<br />

ze met verlangen uitzag naar 't vervoig, als de lezer.<br />

11 LEENTJE DE HAAS, op de Admiraal de Ruyter .<br />

,, Hy is op een toren geklommen,<br />

En heeft daar touw gedraaid,<br />

Toen is by op zee gekommen,<br />

En werd met roem bezaaid .<br />

Hy wou 't er by laten,<br />

En heeft Saleh geveld .<br />

Toen hebben de heeren Staten<br />

Rem aangesteld als held .<br />

Toen is h y aangekomen<br />

In 't roo fziek Engeland .<br />

Dat heeft by zonder schroomen<br />

Belegerd en verbrand .<br />

Hy heeft veel christenslaven<br />

Met vryheid overstrooid .<br />

Toen hebben Neerlands braven<br />

Zyn glazen ingegooid .<br />

Tot a fschrik van verraders<br />

Toen by de zee bevoer,<br />

Was zyn naam bestevader,<br />

Zyn vrouw was bestemoer.<br />

Hy ga f de eer den Heere,<br />

En was als Christen groot.<br />

Toen kreeg by door zyn kleeren<br />

Een kogel, en was dood.<br />

De pruik klapte toejuichend in de krullen . Ze scheen verheugd .<br />

Helaas . . . de vreugde van zoo'n pruik duurt niet lang ! Ook de


IDEEN VAN MULTATULI . 23 9<br />

bare zou weldra . . . maar wy willen de gebeurtenissen niet vooruitloopen<br />

. Spoedig, al to spoedig zullen we haar zien . . .<br />

,,WOUTER PIETERSE, Rooverslied . . .<br />

- He . . . wat is dat ? En de deugd . . . waar is de deugd ?<br />

Meester vertrouwde z'n oogen niet . Hy keerde het blad om en<br />

bekeek de achterzyde, of misschien de deugd zich daar verscholen<br />

had . . .<br />

Helaas . . . helaas . . . er was geen spoor van deugd to zien op<br />

Wouter's blaadje .<br />

Arme pruik !<br />

Ja, arme pruik ! Want na to hebben ondergaan wat nooit 'n<br />

pruik onderging, na to zyn getrokken, geplukt, gehavend en gemarteld<br />

op 'n wyze die zelfs de verbeeldingskracht zou to boven<br />

gaan van de familie de Wilde, rukte meester Peunewip haar af,<br />

kneep ze tusschen de krampachtig saamgevouwen handen, stamel<br />

de een kort : heeremensechristenzieligehemelsgoeiegenadigedeugdvan<br />

meleven, hoe komt'i er aan ! . . . plakte ze met 'n vuistslag weer<br />

op z'n schedel . . . dekte haar toe met z'n eerwaaardig driepuntjen,<br />

en vloog de deur uit als 'n bezetene .<br />

Hy ging den weg op naar Wouters woning, waar we hem weldra<br />

zullen zien binnenkomen, na vooraf behoorlyk onzen plicht to<br />

hebben vervuld als geschiedschryver van de gebeurtenissen die daar<br />

waren voorgevallen .<br />

Een salieavendf e met wysgeerige zysprongen op 't gebied der kunst . Dergelyk<br />

uitstapje naar POMPEI, Vid FONTAINEBLEAU . Mogelyke promotie van de<br />

baker. Vreeselyke gaping in de geleerdheid van den schryver, die niet eens<br />

weet wat wimp[ geantwoord heel t en wie er seheld e . STOFFEL'S zoologische geestigheid,<br />

oorzaak van 'n laatsten punischen oorlog . PENNEwiP homoeopaath en<br />

vredestichter malgre lui . Arme WOUTER !<br />

386. .-- Heeremens ! da-doeme plissier dat uwe der al bent . Leentje,<br />

se-chou die stoel wech, en cheef ereis 'n tessie in die stoof . . .<br />

toe as n meit, of 'k doe 't liefer selif . En-oe maak je 't wens?<br />

Juf f rb-Laps k' mt ook, weetj e ? - Myntj e, denk ' m j e deeg, en skei<br />

uit me-kamme - ze ken niet fn d'r hare blyve, die meit, as er folk<br />

is . . . ga sitte, mens . . . ne, niet in die hoek . . . 't tocht 'r so . . .<br />

Het tochtte in lien hoek niet meer dan in andere hoeken .<br />

Maar . . . vrouw Stotter was 'ii ,vrouw" en geen „juffrouw." Ze<br />

had dus geen recht op de eereplaats, want eens-vooral, 'n juffrouw


24 0 IUEEN VAN MULTATULIL<br />

gaat boven 'n vrouw, zoo goed als 'n mevrouw gaat boven'n juffrouw .<br />

Ieder moot op z'n plaats blyven, vooral op boven . kamer III, 7, t<br />

of c (Pp) waar de preseance nauwkeuriger wordt in achtgenomen<br />

dan aan 't hof to Madrid, jazelfs met 'n angstvalligheid die 't caremoniemeesterschap<br />

op die hoogte der maatschappy, tot 'n hoof dbrekend<br />

werk maakt voor menige juffrouw Pieterse .<br />

Ik zeg dit maar, om door 't woord ,hoofdbreken" ongezocht to<br />

geraken tot de opmerking dat ik zooveel moeite heb gehad met de<br />

juiste konstruktie der welkomstgroet van vrouw Stotter, en dat ik<br />

niet zal kunnen overgaan tot het meedeelen van haar antwoord,<br />

voor't afleggen van 'n bezoek op dezen of genen III, 7, b 1, (Pp).<br />

387. Er zyn kunstrechters die 't 'n verdienste vinden in Paul<br />

Delaroche, dat-i 't slyk op de laarzen van Napoleon to Fontainebleau<br />

zoo onachtzaam geschilderd heeft . Maar ik beweer dat de beschouwer<br />

van iedere schildery, en de lezers van ieder boek, recht hebben<br />

op onberispelyke modder, en dat de schilder of schryver zich van<br />

de parerga niet mag afmaken met 'n onachtzaamheid die denken<br />

doet aan mislukt jagen naar genialiteit. Niets moet den grooten<br />

man to klein wezen, en ik zie niet in, waarom vrouw Stotter's ant<br />

woord niet even goed het bestudeeren waard is als de tekst van 'n<br />

duistere plaats in 't een of ander handschrif t van onbekende personen<br />

. Men verdiept zich in bespiegelingen over de juiste beteekenis<br />

van de hansworstjes op den muur der wachtkamer to Pompei, en<br />

zoekt daarin de oorzaken van den val des Romeinschen ryks . We<br />

vinden 'n breede, hooge of diepe meening, in 't toevoegen van twee<br />

letters aan Abram's naam . Wy hebben elkaar doodgeslag en - ik<br />

meen u en my niet, lezer - de menschen hebben elkaar doodgeslagen<br />

om verschil van opinie over de ware hoedanigheid van gegeten<br />

brood . . . wie zegt ons of 't slyk op de laarzen waarvan ik sprak,<br />

niet eenmaal . zal worden verheven tot 'n god, en of niet alsdan de<br />

juiste kennis van dat vuil noodig wezen zal tot het erlangen van de<br />

eeuwige zaligheid ?<br />

Dit nu eens aannemende als mogelyk - er zyn wel gekker dingen<br />

gebeurd - is Delaroche dan niet misdadig, Delaroche, die door<br />

z'n onvergefelyke slordigheid oorzaak zal wezen dat duizenden verdoemd<br />

worden 2 Want er zyn vel e soorten van modder, en er is maar<br />

een zaligheid .<br />

En als 't nu eens later iemand in 't hoof d komt, vrouw Stotter<br />

to verhefen tot algemeene baker van 't heele menschdom, zal 't dan<br />

niet voor alles noodig zyn nauwkeurig to weten wat ze gezegd heeft,<br />

en hoe ze 't gezegd heeft ? Lieve menschen, moet het dan juist<br />

hebreeuwsch wezen, of plat-grieksch, wat u aantrekt ? Wat my betreft,<br />

ik wasch m'n handen in onschuld, en ga terstond naar de<br />

Noordermarkt .<br />

388. Ik ben er geweest ! Ziehier:


IDEEN VAN MULTATULI . 2 4 1<br />

- Och me lieffe juffre Pi eterse . . . 'k was so bedaan toe Louweris<br />

me kwam fraache. Want 'k sech al so teuche Wimpie, die<br />

musse maakt, weetie - nd dankie f'r fuur . Strakkies, Pietje -<br />

'k sech al so teuche Wimpie, hoe sou juffre Pieterse 't make,<br />

'mda-'k in so lang niet fa-je chehoort-ep, weetje - ja, lech 'm<br />

m'r neer, 't is m'n outje - je neemt ommes niet kwalik, da-'k<br />

m'r m'n outje heb omchedaan ? . . . en doe zei Wimpie, omda-we<br />

net aan de was wasse . . .<br />

Wat Wimpie daarop gezegd heeft, weet ik warachtig niet . Het<br />

,,outje" van vrouw Stotter werd opgenomen, en neergelegd aan<br />

't voeteneind op de bedstee in de achterkamer, met last aan de<br />

kinderen die daar saamgeplakt lagen, de beenen niet uittesteken,<br />

om baker's ,outje" niet to bederven .<br />

Wel wens, cha sitte . . . ja, da's f'rons . . . 't is tweemaal -<br />

Leentje, wa-benje weer . . . d'r wordt cheskelt, hoorje niet ! - 't<br />

sel juffre Sipperman wese . . . w'nt juffre Sipperman k'mt ook,<br />

weetje . . .<br />

Ik weet alweer niet, of 't inderdaad juffrouw Zipperman was die<br />

gescheld had, en de lezer mag me verwyten dat ik geschiedenissen<br />

vertel die ikzelf niet recht ken . Maar in 't onzekere latende of 't<br />

ditmaal juffrouw Zipperman was, of juffroutiv Mabbel van den koekbakker,<br />

of juffrouw Krummel „die 'n man op de beurs had" of juffrouw<br />

Laps . . . neen, die hoefde niet to schellen, want ze woonde<br />

op de ondervooi kamer . G enoeg, voor half acht was 't heele gezelschap<br />

kompleet., en Stof f el rookte z'n pyp alsof 't zoo hoorde . Leentje<br />

was weggegaan zonder boterham . „Die zou ze morgen wel krygen,<br />

omdat 't zoo druk was vandaag, en men kon niet alles tegelyk<br />

doen."<br />

389 . - En toe hebbe ze daadelik 'n andere chenome . . . uwe weet<br />

wel . . , die soo'n flakki op 'r neus het .<br />

- Och, 't is soo'n chemaal met-i meide . . . zei juffroutiv Pieterse .<br />

Toe, neemt uwe d'r noch eentj e, en la-j e nie nooie . . . 't is een koekie<br />

f'n j'eiche deech .<br />

- Friskuus, zei de koekbakkersjuffrouw, met 'n konynenmondje,<br />

dat fatsoen beduidt .<br />

- Keman, of 'k sou denken da-je 't nie luste .<br />

vat mocht ze niet laten denken, want ze had 't zelf gebakken,<br />

en was niet zoo oprecht als myn juffrouw en ik . (54)<br />

- Dan mag 'k je nie riffesdre, juffrouw Pieterse . Chobliseert<br />

en dankie wel.<br />

- En uwd, juffre Laps, toe, mach 'k 'r j'eentje cheefe?<br />

J-uf f rouw Laps koos j anhagel .<br />

- Skenkerissin, Trui ! --- J a, fre Stotter, nou je hier bent, mo<br />

IDEEN I . I6


242<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

je meedrinken, 't wort je f'n harte chechunt, mens ! - Pietje, feeg<br />

de tafel 'r's of . . . so, as 'n meit . . . en cha nou'r'skyke na de kleintjes,<br />

en sech da 'k se nie hoore mot . - Och, juffre Mabbel, 't is<br />

zoo'n gedoe mettie kindere . . . en hoe faart uwe's Sientje mette<br />

kinkhoest 2<br />

We hebbe d'r nou 'n machenetiseur bycheroepe, m'r 't wil nie<br />

vatte . . . 't m'nkeert 'm an de kleerfenjanse fa de sonnebuul .<br />

- Isset moooochelik . . . wat 'n mens al beleef t ! En w'nneer komt-i<br />

. . . die kle . . . klik . . . kleer . . .<br />

- Dat left 'm an de senewe, juffre Sipperman . M'r nou het-i<br />

d'r slaapmussie, en d'r hempie waar ze-n-in gezweet het, weet uwe,<br />

en nou sel 't chou komme, seit-i .<br />

- Wel mens, wat sech-i ! M'r oe chaat 't dan 2<br />

- Wel . . . dan sel de sonnebuul 't seche, wa-me doen motte .<br />

Juffrouw Laps was er tegen.<br />

- Ik deej't niet, ik deej't niet . . . f6-cheen werelds choet !<br />

Want weetje wat ik sech? Ik sech maar, as Chot 't wil, d'n m6-je<br />

beruste, da sech ik !<br />

- Ja, juffre Laps, m'r de juf f r' uit de chruttery het 't ook chedaan,<br />

en d'r kind is veel beter .<br />

- Dat seit uwe, juffre Mabbel, maar ik sech da-se wat in d'r<br />

oochies het, wa-me niet befalt . . .<br />

- Wa-dan, juffre Laps?<br />

- Se kykt onstichtelyk . . . en ik houw 't f'r sonde . . . en dat<br />

sech ik maar . 't Benne allemaal m'r kunste die nie to pas komme . . .<br />

en as Chot wil, m6-je beruste .<br />

- Kom, Stof f el., prateris mee . . . j e sitter by as de steeneman.<br />

Secheris 'n fersie op, of fertellis fa-je school . Ja juffre Mabbel,<br />

i-ken 'n heel fers f'n buite, en da-ken-i opseche achtermekaar . En<br />

ook ken-i al de werrikwoorden f'n 't frouwelik cheslacht .<br />

- Moeder, wa-praat uwe fan, zei Stoff el onvergenoegd, uwe sieta-'k<br />

rook .<br />

- Ja, ja, as je pypie uit is, meen ik, m6-je-n's 'n werrikwoord<br />

opseche . - Je sou seche, w'r haalt de jong' f'ndaan, juffre Sipperman.<br />

- Hoe is 't 'k weer, lobbes ? . . . ik sou beskonke chewees<br />

syn, den by sou beskonkechewees zyn - och heere, begryp 't goed,<br />

mens, niet omdat-i dronke was, gut ne, m'r't kwam so to-pas in s'n<br />

werrikwoord, 't is 'm je slap to lachen, as-i bechint . - Skenkerissin,<br />

Trui, en blaas es in de tuit . . . d'r sit 'n blaatj e f oor .<br />

390 . De lezer zal my ten-goede houden, dat ik wat luchtig heenstap<br />

over de verdere geschiedenis van dat salieblaadje, en dat ik ook<br />

in 't verder relaas van juffrouw Pieterse's avendje, my eenige afwyking<br />

veroorloof van den juisten tekst der gesprekken . Wat ik zeide<br />

in 387, moge waar zyn, doch : s'il Taut de la bone, pas trop n'en


IDEEN VAN MULTATULI . 243<br />

Taut, en zeker niet meer dan juist noodig is om to doen voelen hoe<br />

haastig, en in welke gemoedstemming, Napoleon was aangekomen<br />

to Fontainebleau . Dit namelyk is uit 'n onaesthetisch oogpunt de<br />

bedoeling van dat slyk, en wie er meer van geeft dan daartoe noodig<br />

is, doet gewis verkeerd . Even verkeerd zeker, als de schilder<br />

wien de moed ontbreken zou dat slyk to geven in 't geheel, uit<br />

vrees voor de ,Shockings" van deze of gene geangliseerde kunstbeschouwster,<br />

Zonder in 't minst my to verantwoorden voor PUBLIEK, en uit<br />

luim alleen, verklaar ik hier dat ik den Loon der Pietersen's noodig<br />

had in myn schildery, van myn Wouter, to myn Fontainebleau .<br />

Wie 't niet aanstaat wordt op thee verzocht by schoone Amalia in<br />

365 .<br />

391 . Maar alle zelfopoffering heeft zyn grenzen . (41) Wanneer<br />

ik al m'n gangen naar de noordermarkt kon aaneenknoopen in edn<br />

richting, ware ik reeds lang aan de pool geweest .<br />

Stoffel dreunde z'n vrouwelyk werkwoord op, met veel gevoel,<br />

en de dames schaterden van lachen toen-i haar vertelde dat by beschonken<br />

geweest was, en dat zy 't wezen zouden . Daarop werd de<br />

buurt over de hekel gehaald, en de juffrouw van „onder-achter"<br />

kreeg haar deel. Dat spreekt vanzelf want ze was er niet .<br />

De godsdienst en 't geloof speelden 'n groote rol, en j of f rouw<br />

Laps gaf to kennen dat ze van plan was 'n „oefening" optezetten,<br />

omdat de tegenwoordige dominees wel wat los heenliepen over de<br />

zaak en niet goed in de hoeken veegden .<br />

- Ik zeg maar, 't staat in de Schrift dat 'n mensch 'n mensch<br />

is, riep ze, en char kom ik maar op . Men moet 't niet beter willen<br />

weten dan God-zelf . De zaligheid komt van de genade, en de genade<br />

komt door 't geloof, maar als je niet uitverkoren bent dan hebt<br />

j e de genade niet en j e kunt niet gelooven . . . en dat is dan de reden<br />

dat je verdoemd bent, zieje 2 Ik zeg maar : dat is zeker, zoo goed als<br />

twee maal twee, zieje . . . en daarom wou'k zoo graag 'n eigen oefeningetje<br />

houwen . . . niet omgeld of gewin . . . heere, neen . . . maar<br />

om 'n zakduitje op kermis en nieuwejaar . Denk 'r 'ns over juffrouw<br />

Mabbel.<br />

Juffrouw Mabbel zei dat haar man er tegen was, omdat-i graag<br />

's avonds uitging en zy dan op den winkel moest passen . Bovendien<br />

,,'t kwam zoo slecht uit met bakken . Niemand kon begrypen wat<br />

'n „werkelyk" beroep was."<br />

- TJwd dan, juffrouw Zipperman, vindt uwe ook niet, dat 't wel<br />

gaan zou ! Ik zou koffi-zetten, en de zielen konden daar wat voor<br />

neerleggen in de schotelj es . . . want om geld is 't me niet to doen,<br />

gut nd ! We zouden beginnen met 't ouwe testement . . . en dan . . .<br />

oefening, weet uwe . . . oefening weet u ?<br />

Juffrouw Zipperman wist 't wel, dock haar schoonzoon van de as-


244 MEN VAN MULTATULIL<br />

surantie - of van 't kadaster - had gezegd dat de dominees voor<br />

die zaak betaald werden, en dat dus alle verdere oef ening onnoodige<br />

kosten wezen zou.<br />

Die heeren van 't kadaster - of van de assurantie - zyn zoo gek<br />

ni et.<br />

- Wat denkt uwe d'r van, juffrouw Krummel? Vindt uwe niet<br />

dat zoo'n oef eningetj e . . .<br />

Juffrouw Krummel zei dat ze zich oefende met haar man, als-i<br />

van de beurs kwam . Lapsje was nu wel genoodzaakt zich to wenden<br />

tot vrouw Stotter, schoon ze voelde dat er iets derogeerends in lag,<br />

zulke aanbiedingen to doen aan 'n „vrouw'"<br />

- Och, me lieve juffrouw Laps, als je-n-'ns zoolang gebakerd<br />

had als ik, zou je lust wel vergaan . Daar heb je nou m'nheer Luttelmans<br />

van de Prinsengracht . . . then heb ik gebakerd . . . en die<br />

zei altyd . . . want ik heb altyd in 't fatsoenlyke gebakerd, weetje<br />

. . . 't is 'n huis met hooge stoep, en in den gang stond zoo'n klok,<br />

weetje, van regen en wind . . . en die zei altyd : „vrouw Stotter,<br />

zeit-i, je bent 'n goeie vrouw, zeit-i, en m'n heele familie zal je gegebruiken,<br />

zeit-i, maar zeit-i, als de mensen je zoowat zeggen, zeit-i<br />

moet je maar net doen of je 't niet hoort, - dankie, juffrouw Pieterse,<br />

m'n koppie is omgekeerd, dat zie je wel - en daarom zeg ik<br />

maar altyd, ieder moet weten wat-i doet .<br />

- Maar zoo'n oefeningetje . . . vrouw Stotter .<br />

't Is mogelyk, juffrouw Laps, 't is wel mogelyk . . . maar ik<br />

heb al zooveel ondervinding van die dingen . dat ik maar zoo m'n eigen<br />

gang ga, en dat 's dan ook maar 't beste . Want ik ben in 'n<br />

kraam geweest by m'nheer De Witte die 'n oom heeft aan 't stadhuis,<br />

weetje, omdat-i zoo grappig was, weetje : die zei altyd : „baker,<br />

baker, zeit-i, je bent m'n 'n baker!" Zoodat ik maar zeggen wil dat<br />

'k heel goed weet wat 'k doe, want ik heb 'r al wat ingespeld van<br />

m'n leven. Daar heb je nou m'nheer . . . hoe heet-i ook . . . ook op<br />

de prinsengracht . . .<br />

De lezer zal vinden dat vrouw Stotter gedurig afweek van 't punt<br />

in kwestie. Maar dat doen er wel ineer .<br />

- En uwe, juffrouw Pieterse, hoe denk uwe over 'n oefeningetje<br />

2<br />

- Och mensch, ik heb al zoo'n geoefen met m'n kinderen !<br />

Je weet niet wat 't is, mensch, om 'r zoo negen groot to brengen .<br />

En ik doe daar m'n godsdienst mee, want in de Schrift staat, . .<br />

Trui, geef klein a Kee 'r wat voor, ik hoor 'r weer .<br />

Truitje had iets edels in haar houding toen ze naar de achterkamer<br />

ging om kleine Kee er ,wat voor to geven ." Men kon 't naar<br />

aanzien dat ze zich gestreeld voelde door de overdracht der moederlyke<br />

waardigheid. Kleine Kee scheen minder gestreeld .


IDEEN VAN MULTATULL 245<br />

-- Waar was ik ook weer ? Ja, dat is m'n godsdienst, zeg ik maar .<br />

't Is 'n getob met die kinderen, mensch, je weet 't niet ! En ik vind,<br />

als ik ze goed opbreng . . . ga jy nu 'ns, Pietje, en breng Simon terecht,<br />

die knypt zeker z'n zussie weer, dat doet-i altyd als 'r yolk is.<br />

Simon werd terechtgebracht .<br />

Als er yolk is, zyn de kinderen altyd zoo lastig . . . wat boor ik<br />

daar weer ! Myntj e, ga 'u s gauw kyken, en zeg dat ze slapen moeten.<br />

Myntje ging, en kwam terug met de tyding ,dat ze wat hadden<br />

omgegooid ."<br />

Algemeene strafoefening. Vinnige boodschap van de juffrouw van<br />

„achter- onder ." 't Is dan ook heel onaangenaam voor de juffrouw<br />

van achter-onder, als de kinderen van boven-voor wat omgooien,<br />

achter. Vreeselyke opschudding .<br />

Eindelyk<br />

De kinderen waren ,terechtgebracht" Juffrouw Zipperman zat<br />

weer in den hoek ,waar 't zoo tochtte" waaruit men ziet hoe alle<br />

aardsche schoonheid 'n keerzy heeft, en dat een schoonzoon by 't kadaster<br />

- of de assurantie - regelrecht aanspraak geeft op zinkings .<br />

Juffrouw Laps was heel tevreden over de kordate manier waarop de<br />

kinderen waren gekastyd . ,'tWas juist zooals 't in de Schrift stond" .<br />

zei ze, en haalde een tekst aan waarin wordt voorgeschreven iemand<br />

to slaan . Waar 't staat, weet ik niet, maar 'k ben zeker dat het ergens<br />

staat . Vooral van slaan .<br />

- Kom, Stoffel, vertel jy nou'reis wat, zei de vriendelyke gastvrouw,<br />

die toonen wilde dat haar kinderen meer konden dan knypen<br />

en omgooien .<br />

- 'k Weet niks op 't oogenblik, zei Stoffel, zonder de minste<br />

s okratische hovaardy .<br />

- Och toe, zeg maar 'reis wat je verleden zei . . . och toe - zoo<br />

is-i altyd, juffrouw Mabbel, by moat aan den gang geholpen worden,<br />

anders gaat 't niet. Maar dan weet-i 't wel, dat zal uwe zien - toe,<br />

Stof f el ! - by zal moe wezen van z'n school, weet u . . , 't is 'n gedoe<br />

met zoo'n school ! Ja, juffrouw Krummel, daar is 'n heele boel<br />

aan vast . . . zou u dat wel zeggen, dat alle woorden mannelyk of<br />

vrouwelyk zyn . Is 't niet waar, Stoffel ?<br />

- Ne moeder .<br />

- Niet, wel nou kom-an . . . en verleden zei je - 't is maar,<br />

weet uwe, juffrouw Zipperman, om 'm aan 't praten to krygen,<br />

maar dat kan zoo in-eens niet, weet uwe, omdat-i moe is van z'n<br />

school - en verleden zei je, dat alles . . .<br />

- Ne, moeder . Mannelyk, vrouwelyk, of onzydig, heb ik gezegd .<br />

- Nou hoort awe 't, juffrouw Mabbel . . . waar haalt-i 't vandaan<br />

! Begryp 'ns baker, ik ben vrouwelyk, en de tafel ook, en je<br />

muts ook - je korrenet, weetje - en jy ook . . .


24 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- Ne, moeder, kornet is mannelyk . . . alle mannelyke bedryve<br />

. . . en baker ook . . .<br />

- Baker keek heel vreemd. Zy mannelyk . . . . dat had ze nooi<br />

geweten .<br />

- Baker is mannelyk, ging Stoffel voort - nou begint-i ! riel<br />

z'n moeder - alle woorden op k. e . r . zyn mannelyk : rakker, mak<br />

ker, bakker . . . raker, maker, baker .<br />

-- Is 't mogelyk ! riepen de gasten uit een mond .<br />

- Ja menschen, en nog meer, zei juffrouw Pieterse, je zult ver<br />

stomd staan als j e hoort . Wat denkj e wel dat j e bent, j of f rou--~<br />

Krummel?<br />

- Ik . . . ik ? Wat ik ben ?<br />

- Ja, ja . . . wat j e bent, wat j e eigenlyk bent ?<br />

- W61 . . . ik ben juffrouw Krummel, zei 't mensch, maar ze ze<br />

't met wat twyfel, want ze las uit den zegepralenden blik van juft<br />

frouw Pieterse, en op de diepzinnig saamgeknepen lippen van Stof .<br />

fel, dat ze in 't eind wel heel wat anders wezen kon dan juffrous<br />

Krummel.<br />

De spanning was to mooi om die niet to rekken, en daarom, vai<br />

'n byzondere zaak 'n algemeene makende, vroeg Stoffel's moeder<br />

kringsgewys rondgaande met haar blik<br />

- En uwe ook, juffrouw Mabbel, en uwe, juffrouw Laps, ei<br />

uwe, juffrouw Zipperman, en jy, vrouw Stotter . . . wat denk je .<br />

lui allemaal wel dat j e bent?<br />

Ze wisten 't geen van allen. Dit nu zal niemand vreemd voorko .<br />

men die de moeielykheid van zelf kennis heef t ingezien, maar z&<br />

meende de hoogschalke Stoffel't niet . De zaak zat dieper . Juffrouw<br />

Laps antwoordde het eerst, en riep met verwaande zelfgenoegzaamheid<br />

- Ik ben juffrouw Laps !<br />

Mis . . . mis . . . glad mis !<br />

- Wel heerem'ntyd, ben ik juffrouw Laps niet ?<br />

- J . . . a . . . a . . . je bent wel juffrouw Laps, maar Stoffel heefl<br />

niet gevraagd wie je bent, maar wat je bent . . . daar zit 'm 't fyne'<br />

- Wat ik ben ? Wel . . . grif f ermeerd !<br />

- Ja . . .a . . .a . . .a . . .dat ben je wel m . . .a . . .a . . .r . . .ne, dal<br />

is 't nu niet . De vraag is . . . wat je bent? Stoffel, help me-n-eens . . .<br />

Stoffel zei tusschen twee rookwolken in, en dus zoo professoraal<br />

mogelyk<br />

Juffrouw Laps, ik wensCHte to weten wat gy zyt uit een dierlyk<br />

oogpunt.<br />

- Daar bemoei ik me niet mee, zei juffrouw Laps, als iemand<br />

die op 't punt staat zich beleedigd to voelen .<br />

- Ik ben 'n baker, zei vrouw Stotter, en daar blyf ik by.<br />

- En ik ben de juffrouw van de koekbakker, riep de overbuur-


IDEEN VAN MULTATULI . 247<br />

vrouw, met iets beslissends in haar toon, die gissen deed dat ze van<br />

plan was vasttehouden aan die meening .<br />

- Goed, goed, juffrouw Mabbel, maar ik meen uit'n dierlyk oogpunt<br />

. . .<br />

- Als 't onfatsoenlyk word, ga ik liever heen, zei juffrouw Laps .<br />

- Ik ook, voegden de juffrouwen Krummel en Zipperman er by,<br />

want we komen voor ons plezier .<br />

Menschen, wees bedaard . . .'t staat in 'n boek - Stoffel, zeg 't<br />

maar - je zult 'r om lachen, juffrouw Mabbel, en 't mooiste is dat<br />

't in 'n boek staat . . . je kunt er niets tegen zeggen -- toe, Stoffel,<br />

zeg 't maar !<br />

- Juffrouw Laps, zei Stoffel plechtig - en er was 'n gewichtig<br />

oogenblik aangebroken in 't avendj e van juffrouw Pieterse - juffrouw<br />

Laps, je bent 'n zoogdier .<br />

392 . Ik erken onbekwaam to zyn tot geschiedschryver van de<br />

krisis die er volgde op dat vreeselyk woord .<br />

Juffrouw Laps, die meer rechtstreeks dan de anderen was aangevallen,<br />

en die bovendien als aanstaande oefenaarster iets meer<br />

militants in haar karakter had, liet haar gelaat alle kleuren aannemen<br />

die gewoonlyk gebruikt worden om toorn afteschilderen . De<br />

voorlaatste Fransche romanschool ging tot groen, maar wyl ze geen<br />

fransch las, bepaalde zy zich tot een schrikinboezemend violet, en<br />

riep . . . neen, ze riep niet, want ze had geen adem. Maar ze kneep<br />

haar j anhagel tot gruis, en zag beurtelings Stoffel en diens moeder<br />

aan, op 'n wyze die haar zeer zou hebben bezwaard in rechten, als<br />

doze personen then avond waren komen to overlyden .<br />

Stoffel ontging haar blik, door, nagenoeg op de manier der inktvisschen<br />

als ze onaangenaamheden voorzien, zich to hullen in 'n<br />

dikken wolk van rook . Maar de arme juffrouw Pieterse die niet<br />

rookie, was wapenloos. Ze stamelde deemoedig :<br />

't Staat in 'n boek, 't staat waarachtig in 'n boek ! Och lieve menschen,<br />

wees bedaard . . .'t staat in 'n boek !<br />

Er kwam lucht in de keel van juffrouw Laps, genoeg lucht om<br />

haar to bewaren voor stikken. Ze wachtte daarna'n oogenblik, hoestte,<br />

wierp 't mishandeld over schot van 'r janhagel op tafel, en begon :<br />

- Juffrouw Pieterse, je bent 'n keronje ! Je mag zelf 'n zoogdier<br />

wezen, jy en je zoon, dat zeg ik je ! Ik ben zoo fatsoendelyk als jy<br />

durft to denken, want m'n vader was in de granen, en nooit heeft<br />

iemand . . . zie zooveel op me to zeggen gehad ! Vraag alle menschen<br />

na me, en of ik me ooit heb opgehouden met manvolk of zooiets-<br />

. . . en of ik niet ieder 't zyne geef . . . en-i was fakter, weetje . . .<br />

en we woonden over 't bessieshuis . . . want-i was in de granen, en<br />

char kan je na me vragen, hoorje ! Je kan, goddank, overal na me<br />

vragen . . . maar nooit of nooooit is me dat overkomen wat jy me<br />

aandoet, en als ik me niet ontzag, zou ik je zoogdieren tot je bezoog-


2 4 8 IDEEN VAN MULTATULL<br />

dierd werd . . . ja, dat zou ik ! En ik zeg je nou nog 'ns dat je-n 'n<br />

keronje bent, jy en je zoon en je heele familie - weg, Trui ! -m'n<br />

vader was in de graven, weetje . . . en ik ben to fatsoenlyk om door<br />

you<br />

-Maar mensch, 't staat in 'n boek . . . omdeliefdewil, geloof me<br />

. . .'t staat in 'n boek !<br />

- Houje mond, met je boek ! Je mocht wel zwygen van je boek,<br />

jy die Godswoord hebt verkwanseld en verdaan op d'ouwenbrug . . .<br />

Dit was niet geheel juist . Dat had Wouter gedaan, en niet z'n<br />

moeder. Maar als men driftig is, neemt men wel eens meer 't een<br />

voor 't ander .<br />

Staff el, haal dan toch j e boek, riep de moeder, en wys 't toch aan<br />

de juffrouw . . . och lieve god, cwt heb ik begonnen !<br />

- Loop naar de hel met je boeken en zoogdieren ! Je hebt me<br />

niets to wyten in je boek, dat zeg ik je ! En ik zeg je nogeens dat<br />

je-n 'n keronje bent, jy en je lummel van 'n zoon, en je sletten van<br />

dochters die opgroeien als . . .<br />

Truitje, Myntje en Pietje, meenende to moeten ontkennen dat er<br />

iets haperde aan hare wyze van opgroeien, kraaiden nu ook- mee . 't<br />

Overige deel van 't gezelschap schreeuwde er van-tyd tot-tyd 'n<br />

woordje tussehen . Er kwam weer 'n boodschap van de juffrouw van<br />

achter-onder, die met de politie dreigde. De kinderen maakten gebruik<br />

van de opschuddding, om hun konsigne to breken . Ze hadden<br />

't bed verlaten, en loerden door 't sleutelgat . Juffrou.w Pieterse riep<br />

om haar „Lodderyndoos" en zei dat ze 't besterven zou . Vrouw Stotter<br />

eischte haar ,oudje" en Stoffel speelde den inktvisch, zoo<br />

goedii kon .<br />

Allen waren opgestaan en wilden vertrekken . „Men kon veel verdragon,<br />

maar dat niet." Juffrouw Krummel zou 't geval meedeelen<br />

aan haar man . Juffrouw Zipperman aan de assurantie of kadaster .<br />

Vrouw Stotter zou 't vertellen aan dien m'nheer op de prinsegracht,<br />

then ze gebakerd had, en juffrouw Mabbel aan ik weet Diet wien .<br />

Kortom, ieder wilde dezen of genen deelgenoot maken van de zaak,<br />

en de hemel weet of 't by die bedreiging zou gebleven zyn, als niet<br />

ter-goeder-uur de huisgenius der Pietersens op dat oogenblik aan<br />

de bel had laten trekken door den waardigen man dien we zoo wanhopig<br />

deugdzaam achterlieten in 't vorige hoofdstuk .


Nasliep van den allcrLatsten pu ;,-isehen oorlog . Nederlaag van HANNIBAL-<br />

LAPS door SCIPIO-PENNEWIP . Politick baskule-systeem . Litterotuur van de toecomst<br />

. Buiten.kansf e voor den lozer, die hier allerlei gewiehtig nieuws verneemt<br />

lat flog gebeuren moet .<br />

393 . Ja daar werd gescheld . . . nogeens : 't was „f'r ons"<br />

Juffrouw Pieterse haalde adem, en daaraan deed ze wel, vind ik,<br />

schoon't altyd dom is to zeggen wat men zou goedvinden to doers als<br />

men 'n ander was dan men is . (3) 't Komt me echter nu zoo voor,<br />

)mdat ik in haar geval adem zou gehaald hebben . In de eerste plaats,<br />

laar ik berekenen kan dat ze 't in lang niet gedaan had . Voorts, omlat<br />

ik weet hoe men in hachelyke omstandigheden uitkomst wacht<br />

van elke verandering, en verandering van elke kleinigheid . En einlelyk,<br />

wyl ik denk dat juffrouw Pieterse op dit punt wel 'n mensch<br />

aal geweest zyn als 'n ander .<br />

- Och, me lieve menschen, zei ze, wees toch bedaard, daar zullen<br />

de heeren wezen .<br />

De „dames" beweerden dat de „heeren" nog niet konden daar zyn,<br />

wyl 't nog to vroeg was, en juist deze twyfel of 't de heeren waren,<br />

;af 'n gunstige wending aan de vreeselyke krisis .<br />

Twyfel werkt altyd verlammend, onverschillig of ze al dan niet<br />

in-verband staat met de zaak die oils bezighoudt . Bovendien, als men<br />

;estoord wordt in toorn, is 't heel moeilyk het juiste punt weertevinden<br />

waar men gebleven was .<br />

Juffrouw Laps beproefde dit wel, maar 't ging niet, want haar<br />

„ ' n zoogdier . . . heb je van z'n leven, 'n zoogdier werd overstemd<br />

loor ,heden-m'ntyd, anders komt-i nooit voor tienen ." .Tuffrouw<br />

Pieterse maakte handig van die afleiding gebruik, en wist haar geaelschap<br />

to beweg en weer plaats to nemen . Myntj e zou , opentrekken<br />

." Truitje werd belast met het „terechtbrengen" van de kinderen<br />

- die er heel slecht by voeren - en de gastvrouw-zelf was juist<br />

jegonnen met 'n nieuwe zoologische verhandeling die 'n ongehui-<br />

Jhelden vrede zou herstellen onder de krygvoerende partyen, toen de<br />

Jeur geopend werd, en meester Penuewip zich vertoonde aan 't nog<br />

ontstemd gezelschap. Ook by was ontstemd, de lezer weet het .<br />

De homoeopathen zullen hier denken aan hun similia similibus,<br />

want de verrassing van z'n koms t werkte gunstig op de aangevangen<br />

rredesonderhandelingen . Er werdstilzwygend 'n wapenstilstand ge-<br />

;loten tusschen de krygvoerende partyen - niet zonder voorbehoud<br />

ran Laps-leant, om den stryd weer aantevangen zoodra de nieuws-<br />

;ierigheid naar de oorzaak van Pennew ip's koinst zou voldaan zyn<br />

- en ze ging hiertoe to gemakkel~vker over, wyl men 't den man kon


2 5 0 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

aanzien dat-i wat zeer gewichtigs had meetedeelen . De pruik rie<br />

duidelyk moord en brand, en daar hield ze van, die goeie juffrou`<br />

Laps .<br />

- Goeden avend, juffrouw Pieterse, ik ben uw onderdanig e die<br />

naar. Ik zie, ge hebt gezelschap, maar . . .<br />

- Dit is niks, meester . Komt uwe maar in, en ga maar zitten .<br />

't Gezelschap was niels, en : ga maar zitten ." Daar heerscht '<br />

zonderlinge beleefdheid op Burgerstand III, 7, b 1, (PP)<br />

- Wil uwe-n-'n koppie meedrinken, meester . . . saliemelk ?<br />

- Juffrouw Pieterse, zei de man op waardigen toon, ik ben nie<br />

gekomen om saliemelk to drinken !<br />

- Maar ga toch zitten meester . . .<br />

Dit ging moeielyk genoeg, maar men schikte wat, en 't kwan<br />

er toe .<br />

Pennewip kuchte met ernst . Hy zag 't gezelschap rond, haaldi<br />

een rol papieren voor den da, g trok de pruik scheef en sprak<br />

Juffrouw Pieterse ! Gy zyt een brave, fatsoenlyke vrouw, en uw<br />

man . . . verkocht schoenen . . .<br />

Juffrouw Pieterse zag juffrouw Laps aan, met 'n zegevierendei<br />

blik.<br />

- Ja meester, dat deed-i !<br />

- Val my niet in de rede, juffrouw Pieterse . Uw overleden echt<br />

genoot verkocht schoenen . Ik heb uwe kinderen op myne school ge<br />

had, van zoo groot af, tot de belydenis toe. Is dat niet waar, juffrouv<br />

Pieterse ?<br />

„Ja, meester, antwoordde zy benauwd, want zy begon angst to voe<br />

len over de indrukwekkende plechtigheid van Pennewip's toon, ja<br />

wel, dat is waar, meester .<br />

- En ik vraag aan u, juffrouw Pieterse, of gy u, zoolang gy, doo :<br />

middel van uwe kinderen, iets heb to doen gehad met myne school<br />

klachten hebt - ik bedoel gegronde klachten, juffrouw Pieterse -<br />

over de wyze waarop ik - met behulp myner echtgenoote - aai<br />

uwe menigvuldige kinderen heb onderricht gegeven in lezen, schry .<br />

ven, rekenen, vaderlandsche geschiedenis, psalmzingen, naaien, brei .<br />

en, merken en de godsdienst ? Dat vraag ik aan u, juffrouw Pie .<br />

terse ?<br />

Akelige stilte . De juffrouw van onder-achter had reden tot tevredenheid.<br />

- Dat vraag ik aan u, juffrouw Pieterse, herhaalde de mees-


IDEEN VAN MULTATULI . 2 5 1<br />

er, terwyl by 'n neusknyper opzette die voor ouderwetsch dooring<br />

in die dagen, doch bestemd was weer nieuwerwetsch to worsen,<br />

eenige tientallen jaren later .<br />

- Maar, meester . . .<br />

- Geen maren, juffrouw Pieterse . Ik vraag aan u, of u -<br />

rant het is volkomen geoorloofd, juffrouw Pieterse, in dit geval<br />

set voorzetsel achterwege to laten - ik vraag u of gy klachten<br />

tebt - ik bedoel natuurlykerwyze : gegronde klachten - over<br />

nyn onderwys in lezen, schryven en rekenen . . .<br />

- Gut ne, meester, ik heb geen klachten, maar . . .<br />

- Zoo? Geene klachten alzoo ! Welnu, dan verklaar ik u . . .<br />

~vaar is uw zoon Wouter ?<br />

- Wouter ? - 't Is waar ook - is-i niet thuisgekomen, Trui ?<br />

Wouter is uit wandelen, meester, met de Hallemannetjes . Dat<br />

,yn heel fatsoenlyke kinderen, meester, en ze wonen . . .<br />

- Zoo . . , met de Hallemannetjes . . . die op de fransche school<br />

;aan ! Zoo . . . ei ! Ei . . . zoo! Het is dus van de Hallemannetjes, dat<br />

nen die dingen leert . . . van de Hallemannetjes, III, 7, a1 . . . mis-<br />

;chien a . . . ja, wie weet . . . het kan wel II wezen . . . of zyn -- want<br />

tat is hetzelf de, juffrouw Pieterse - het kan niet anders . . . zedeoosheid,<br />

verderf . . . op de fransche school . . .<br />

Welnu juffrouw Pieterse, ik zeg dat uw zoon . . .<br />

- He ?<br />

- Ik zeg u dat uw zoon Wouter . . .<br />

De meester zag rond, als wilde by de ademlooze stilte inzuigen,<br />

lie 'n gevolg was van z'n spookachtige voordracht . Juffrouw Laps<br />

iaastte zich den zegepralenden blik van zooeven met woeker te-<br />

-ugtegeven aan de ongelukkige gastvrouw, die weer groote beioefte<br />

had aan haar au-de-la-reine doosje, niet zoozeer omdat ze<br />

vat ongunstigs hooren zou over Wouter „dien jongen" die haar<br />

dtyd zooveel verdriet had gedaan, als wel uit ergernis dat juf -<br />

rouw Laps getuig e was van 'n beschuldiging die zy gewis zou<br />

;ebruiken als wapen in den zoologischen stryd . Dit geschiedde dan<br />

)ok.<br />

HA ik 't niet gezegd ? Van dien Wouter komt nooit wat goeds .<br />

Ien begint met 'n bybel, en eindigt met . . . wat anders . Ja, mees-<br />

:er, ik verwonder me niet over de zaak . . . in 't geheel niet ! Ik<br />

Zeb 't reeds lang voorzien . Wat kan men ook verwachten van 'n<br />

Familie, waar . . .<br />

Juffrouw Pieterse begreep met bliksemsnelheid dat zich 'n ge-<br />

.egenheid voordeed om 't voordeel to herwinnen dat ze verloren<br />

lad . Stoffel had gezegd : het stond in 'n boek . . . wat in 'n boek<br />

;tond, moest meester weten, en dus<br />

- Meester, riep ze, is 't waar of niet, dat juffrouw Laps 'n<br />

r,oogdier is ?<br />

Ik ben overtuigd dat Pennewip de vraag rangschikte onder de


252<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

klasse der zonderlinge ontboezemingen, vooral na z'n onvoltooide<br />

beschuldiging tegen Wouter . Hy keek over zyn bril heen, en beschreef<br />

langzaam 'n kring met z'n blik, die overal vooruitgestoken<br />

hoof den ontmoette, met lange halzen, open mond en teruggehouden<br />

adem . Vooal juffrouw Laps had iets dreigends in haar<br />

gelaat en houding, dat duidelyk zeide : antwoord of sterf, ben ik<br />

'n zoogdier ?<br />

- Wie heb ik het genoegen to spreken ? vroeg Pennewip, waarschynlyk<br />

zonder to bedenken dat doze vraag de kwestie nog vreemder<br />

maakte, wyl 't nu den schyn kreeg of de dierlyke hoedanigheid<br />

van j of f rouw Laps of hankelyk was van haar naam, woonplaats,<br />

ouderdom, familiebetrekkingen en beroep .<br />

- Ik ben juffrouw Laps van onder-voor, zei ze .<br />

- Ah . . . zoo! Juffrouw Laps, gy behoort inderdaad tot de klasse<br />

der zoogdieren .<br />

Er slaakte zich in 't gezelschap 'n tienvoudige zucht . Juffrouw<br />

Pieterse triumfeerde weer . In de staatkunde en op bovenvoorkamers,<br />

is 'n volstrekt evenwicht onbestaanbaar . De partyen of mogendheden<br />

zyn voortdurend in op-of neergaande beweging.<br />

De mogendheid Laps, die niets gewonnen had met de hevigheid<br />

van zoo-even, wilde nu eens beproeven wat gemoedelykheid<br />

zou uitwerken .<br />

- -Maar, meester, hoe kan uwe dat zeggen ? Myn vader was<br />

in de granen . . .<br />

- Juffrouw Laps, antwoord my . . .<br />

- Gut ja, meester, maar . . .<br />

- Antwoord my, j uff rouw Laps, waar woont gy in, of j uister<br />

uitgedrukt : waarin woont gy ?<br />

- Waarin ik woon ? Wel . . . in m'n kamer, hieronder . . . twee<br />

ramen . . . vrye opgang . . . kwart in den regenbak beneden . . .<br />

- I)it was geenszins de bedoeling myner vraag, juffrouw Laps .<br />

Derzelver bedoeling was, to weten of gy behoort tot de byzondere<br />

klasse van bewerktuigde wezens welke zich ophouden in een<br />

oesterschelp ?<br />

- Ja, ja, juffrouw Laps, riep de zegepralende gastvrouw, dddrop<br />

komt de zaak veer, daarop komt nu juist de heele zaak veer,<br />

zieje !<br />

En Stoffel voegde er by dat eigentlyk de heele zaak dddrop neerkwam<br />

.<br />

Juffrouw Laps zag in dat ze dan 'n verloren mensch was, want<br />

ze moest erkennen dat ze haar ge woon verblyf niet hield in 'n oesterschelp<br />

.<br />

Dit was 'n illuzie van 't schepsel .<br />

Met verbazing zag zy den meester aan, die zich volstrekt niet


IDEEN VAN MULTATULI . 253<br />

stoorde aan den indruk zyner ondervragingen, en met iets rechterlyks<br />

in toon en pruik, voortging<br />

- Kunt gy leven in 't water ? Hebt gy kieuwen ?<br />

- In 't water? Maar, meester . . .<br />

Pruik links. Dat beduidde : geen maren.<br />

- Of half in 't water, half op het land?<br />

- Meester hoe zou ik . . .<br />

Pruik rechts : geen uitvluchten !<br />

- Antwoord my, juf frouw Laps . Hebt gy koud bloed ? Brengt<br />

gy levende jongen ter wereld ?<br />

- 't Is zonde, meester !<br />

De pruik had iets van 'n stormram, en-terecht . Want daar volgde<br />

de stormrammige vraag<br />

- Kunt gy eieren leggen, juf f rouw Laps? Dit vraag ik maar,<br />

slechts dit, kunt gy eieren leggen . . . he ?<br />

Dat kon ze niet !<br />

- Dan zyt gy een zoogdier, juffrouw Laps .<br />

En de pruik kwam weer in 't midden, en in rust . Ze had juffrouw<br />

Laps uit 't veld geslagen .<br />

Ik stel er belang in, to weten hoe de lezer zich 't gezelschap<br />

voorstelt, na dit verschrikkelyk vonnis, dat Been hooger beroep toeliet,<br />

want Pennewips gelaat had het voorkomen van 'n gewysde .<br />

Ook was er geen spoor van gratie in z'n saamgeknepen wenkbrauwen .<br />

394 . De gedachte is my opgekomen, wat al verkeerde meeningen<br />

er zouden worden te-voorschyn gebracht over wat er na 't zooeven<br />

verhaalde voorviel, wanneer ik hier op-eenmaal m'n boek sloot,<br />

en hoevele duizende gissingen 't mensdom eeuwen lang zouden<br />

bezighouden, als ik verhinderd werd voorttegaan door orgeldraaiers,<br />

of . . . door wat anders . (283)<br />

Het lust my 'n oogenblik toetegeven in dat denkspel, en 'k lees<br />

duidelyk in de dagbladen van de 50e eeuw<br />

EERSTE BERICHT .<br />

AEr heeft weder 'n gevecht plaats gehad, tusschen de LAPSIANEN en<br />

de STOFFELIANEN . De laatsten hebben 't veld geruimd, doch niet zonder<br />

hun geloof to bezegelen met veel bloed, De heilige lap is behouden,<br />

maar er is 'n gat in. Men ziet dagelyks 'n nieuw treffen to gemoet,<br />

waarby waarschynlyk de KRUMMELIANEN, KADASTERISTEN en MABBELAARS<br />

de behulpzame hand zullen bieden aan de geloofsverwante LAPSIANEN, om


2 5 4 IDEEN VAN MULTATIILI .<br />

'n eind to maken aan het overwicht der STOFFELIANEN, die met behulp<br />

der PENNEWIPPERS, 'n hoogstverderfelyken invloed uitoefenden in Opper-<br />

Azie.<br />

«Zonder te-kort to doen aan de heiligheid der zaak, komt het ons voor,<br />

dat wy, opper-aziaten, die de beschaving hebben gemaakt tot ons privaat<br />

eigendom, beter deden ons to bemoeien met de bebouwing onzer<br />

landeryen en 't melken van onze koeien, clan gedurig to stryden over<br />

dingen die zoo lang geleden zyn voorgevallen in 't verloren hoekje gronds,<br />

dat by oude geschiedschryvers voorkomt onder den naam EUROPA .-<br />

TWEEDE BERICHT.<br />

-Naar men verneemt, is er gisteren een groote zege behaald door de<br />

oude STOTTERS op de nieuwe STOTTERS, Men weet dat sedert eenigen<br />

tyd, de secte der STOTTERS gescheiden is in twee hoofdafdeelingen . De<br />

oude STOTTERS hebben 't genoegen gehad hun jonge geloofsbroeders<br />

geheel uitteroeien, zoodat nu de vraag over de juiste kleur van vrouw<br />

STOTTER'S oudje naar den zin der Iaatstlevenden is beslist . .,<br />

DERDE BERICHT.<br />

,-Er is 'n nieuwe secte van STOFFELIANEN opgestaan, die in zooverre<br />

afwykt van de oude leer, dat ze op eenige punten de onfeilbaarheid van<br />

STOFFEL PIETERSE in twyfel trekt . Die twyfel zou gegrond wezen op z'n<br />

malle houding in de Nederlanden . (Het bekende bessen-met-suikerdogma .)<br />

-De oude STOFFELIANEN hebben 'n concilie gehouden, waarin besloten<br />

is, de ware leer to gaan verkondigen in alle landen waar die nog niet<br />

is doorgedrongen . Er zal 'n algemeene kollekte worden gehouden om<br />

ammunitie en STOFFILIUMS intekoopen . Ook wordt er'n korps europesche<br />

wilden aangeworven, die wel halsstarrig weigeren toetetreden tot het ware<br />

geloof, maar zeer bruikbaar zyn in godsdienst-oorlogen, waartoe zij (als<br />

de handgelden hoog zyn) 'n instinkmatigen aanleg schynen to bezitten .,-<br />

VIERDE BERICHT.<br />

«Er is sprake van de ontdekking der JANHAGEL, die door juffrouw<br />

Laps werd saamgeknepen, kort voor haar dood . Drie theologen zyn in<br />

kommissie gesteld om dat eerwaardig overblyfsel derv geloofsheldin to<br />

keuren.<br />

Reis-, verblyf- en keuringkosten zyn genomen ten laste van den Staat<br />

en zullen bestreden worden uit equivalente verhooging der belastingen<br />

op brood en brandstof.-<br />

VYFDE BERICHT.<br />

«Bij alle rechtzinnige boekhandelaars des aziatischen ryks is verschenen<br />

: -7Vieuw joist en omstandig bericht van wat er heeft plants gevonden op<br />

III, 7, b' (Pp), na de kategorische verklaring des meesters over de ware natuur<br />

van juffrouw LAPS.<br />

Alle weldenkende tydschriften doen hulde aan de homiletische en exegetische<br />

waarde van dit prachtwerk, dat naar den zuidoost-Afrikaanschen<br />

tekst, met behulp der nieuwste bronnen, is vertaald uit het,- Europeesch,<br />

De overzetting der la-.tste woorden van juffrouw LAPS,` geven 'n geheel<br />

nieuw inzicht in de bedoeling harer dierwording, en .,toonen ten<br />

duidelykste aan hoe hare zoogvatbaarheid in nauw verband staat met<br />

de welbegrepen belangen van volksbeschaving en verdere zoologie .


IDEEN VAN MIILTATIILI . 2 5 5<br />

Ook beweert men dat er 'n nieuwe lezing is uitgedacht van de laatste<br />

verzuchting des bakers, die 'n Bind ma .akt aan den langen stryd over<br />

z'n mannelykheid, en csie de hooge waarde van STOFFEL PIE'rERSE'S grammatikaal-theologische<br />

roeping In 't helderst licht plaatst, waardoor opnieuw<br />

de overeenstemming wordt aangetoond tusschen de wetenschap<br />

en de heilige boeken van ons geloof.a<br />

ZESDE BERICHT .<br />

,-De KRUMMELS en ZIPPERLIEDEN hebben elkaar de hand geboden, en<br />

in de geloofsartikelen opgenomen dat men niet volstrekt verplicht is vasttehouden<br />

aan juffrouw ZIPPERMAN'S verkoudheid, met uitdrukkelyke bepaling<br />

evenwel, dat dit geloof niet schaden zal aan de zaligheid, mits<br />

men vaststa in 't kadaster, omdat de laatste opgravingen in Europa hebben<br />

aangetoond dat het venster op 111, 7, b' (Pp) redelyk goed gesloten was .<br />

Deze ontdekking, in verband met de jongste nasporingen omtrent de<br />

kanonieke beteekenis van de assurantie, schynt tot gezegde verbroedering<br />

geleid to hebben .<br />

ZEVENDE BERICHT .<br />

'Het blykt hoe langer hoe duidelyker uit de yverige nasporingen van<br />

den theologischen doctor KLESMEYER, dat juffrouw LAPS wel degelyk aan<br />

meester PENNEWIP 'n oog heeft uitgekrabt, wat natuurlyk haren tairyken<br />

vereerders aangenamm is to vernemen. Die geleerde onderzoeker heeft<br />

namelyk in 't hooge Noorden, waar ons gezegend Azie grenst aan 't oude<br />

Europa, 'n ysbeer ontmoet die zich vermaakte met 'n denglazerigen neusknyper,<br />

uit welke ontmoeting de diepdenkende hooggeleerde scherpzinnige<br />

eer- en geldwaardige KLESMFYER zyn stelling onweersprekelyk bewyst,<br />

vooral door die in verband to brengen met den gekromden voorvinger<br />

en den gescheurden navel van juffrouw LAPS, op de autentieke<br />

schildery to FOPPIPOLIS .'<br />

ACHTST E BERICHT .<br />

,)Het verheugt ons onze lezers to kunnen onthalen op de aangename<br />

tyding dat onze stad deter dagen 'n waar feestgenot heeft gesmaakt, en<br />

wel 'n genot dat meermalen zal kunnen herhaald worden .<br />

Er is namelyk 'n aanvang gemaakt met het verbranden van alle in<br />

onze handen vallende personen die zich verstouten langer of korter to<br />

zyn dan onze burgemeester .<br />

De behoefte a an dozen maatregel werd sedert lang gevoeld, maar de<br />

onwil van eenige buitenmatige personen heeft ons tot-nog-toe weerhouden<br />

gevolg to geven aan de algemeene billyke wenschen des yolks, en de<br />

eerste beginselen van tucht, orde, godsdienst, deugd en fatsoen .<br />

De schuldigen zyn onder 't meten en branden tot afleiding en opbeuring,<br />

beziggehouden door dominee STIKLEER, die hen gewezen heeft op<br />

STOFFEL'S verdienste en dood, in verband met de lengte van z'n buis, na<br />

de benoeming tot derden ondermeester, en met z'n edel pogen tot algeheele<br />

ontworteling der onzedige oud-christelyke spel-methode .<br />

Die welsprekende redenaar heeft alzoo door zyn gemoedelyke toespraak<br />

veel bygedragcn tot de vroolykheid en den genoegelyken afloop van 'n<br />

teest, dat in aangename herinnering blyven zal by ieder die de juiste<br />

maat had.,,


256 IDEEN VAN MULTATU LI .<br />

NEGENDE BERICHT .<br />

We kunnen ons niet weerhouden 'n kort verslag to geven van de ingrypende<br />

leerrede die gisteren in onze hoofdkerk werd gehouden door<br />

den eerwaarden ZIELKNYPER . De waardige man had tot tekst gekozen<br />

baker's onwaardeerbaar gezegde : ,banfie met, jufre $ieter~e, . m'n<br />

Stoppie W omgefeerb, bat lieje wet!"<br />

Hierop volgt 'n verslag van die preek . De nederige berichtgever<br />

uit de 50e eeuw noemt het kort . Dit moge waar zyn,<br />

maar ik vind het zoo belangryk, zoo uitlokkend, dat ik geen<br />

weerstand bieden kan aan den lust om dat zielknyperig voortbrengsel<br />

van de toekomst in z'n geheel to lezen . Ik ga naar<br />

den boekverkooper die de zaken van godsdienst tot z'n specialiteit<br />

maken zal in die eeuw, en koop de preek . Ik doe dit gedeeltelyk<br />

om uwentwil, lezer, maar voornamelyk om myzelf, wyl<br />

ik in dat stuk genoemd word met veel onderscheiding . Gy begrypt<br />

hoe aangenaam het is, to ontdekken dat men over zooveel<br />

eeuwen nog aan ons denkt . Zie hier<br />

3ooriang .<br />

0/ Safer Do[ van 3atigL eib/<br />

5ie 6ou um Of niet iittgen !<br />

0/ lafer Zie be Safer apt<br />

93an acre Sternetingen !<br />

C safer/ toor ons juic~en aan/<br />

try mp met U uit baaf'ren gaan .<br />

D Safer/ groot in £ief en £eeb/<br />

~tt lraam3aa1 of Saretje!<br />

Bie ~eeft iooveet ark (lip reeb~ beeb ;'<br />

Il e~peib in een Caervetje !<br />

5p fttieten bibbenb Door U veer<br />

(~n iingen/ safer U ter (Sev .<br />

,die op um troodt genabig veer<br />

Zan ulven zroon op Borfen .<br />

er teef t ark CIIp Been Safer meer/<br />

Clp bafert acre &tfen<br />

bloei eeumig boor van Stinbermin/<br />

en ~perb ons in Um £uieO in .<br />

,,Gelietde Medestotters ! De rust van de kraamkamer, en de vrede van<br />

de luiermand kome, zy, en blyve overvloediglyk over u alien . . . dat<br />

zy zoo!<br />

-Wat is het dan toch, myne veelgeliefde Medestotters, dat u op elken<br />

woensdag doet to zamen komen in dit heilig stotterhuis ? Is het winstbejag,<br />

zucht naar aardsch genot? Is het de wensch om gezien to worden,


IDEEN VAN MULTATULI . 257<br />

de begeerte om u to verheffen boven uwe medeburgers? In het kort,<br />

bestaat er eene reden van zinnelyken aard, die u hier saamvergadert aan<br />

den voet van dit gestoelte ?<br />

-Neen, neen, ik zie het aan uwe blikken, die met nedergeslagen oprechtheid<br />

en bedekte helderheid, luide uitroepen : -dat is verre van ons !<br />

Wy zyn hier gekomen tot het opslokken van de kruimelen die er zullen<br />

afvailen van de feesttafel des eeuwigen gastmaals . Wy dorsten naar het<br />

brood van de onbevatbare geheimenisse des BAKERS, en ons hongert<br />

naar de springfontein zyner onafzienbare zelfvolkomenheid" .<br />

,,juist, myne geliefden, dat is de ware stemming om optegaan tot de<br />

verhevene openbaring des onbekenden Woords, want er staat geschreven :<br />

„baar pit )ooge ftoepen aan be Sui3en" en weldra zal't koppie worden<br />

omgekeerd . Wie wys is, zie toe dat by de gesprokene woorden versta<br />

opdat niet eenmaal de dwaas zegge : „bat 3ie je wet" .<br />

,,Het is dan ook deze bemoedigende beschouwing, geliefden, die my<br />

aanleiding geeft, uwe onafgebrokene opmerkzaamheid interoepen by de<br />

behandeling van het punt dat me zal bezighouden op dezen heiligen<br />

bakerdag, een punt zoo gewichtig, zoo treffend, zoo uitnemend, zoo verheven,<br />

zoo diep, zoo belangryk, zoo indrukwekkend, zoo luistervol en<br />

onbegrypelyk . . . dat het niet to zeggen is, en dat ik my dus voorstel kortelyk<br />

tot klaarheid to brengen .<br />

,,Gy vindt de woorden van mynen tekst die van deze verklaring den<br />

grondslag zal uitmaken, opgeteekend in het elfde Stof felium, en daarvan<br />

het elfde hoofdstuk, het elfde vers .<br />

,,Ik heb gezegd : het elfde vers uit het elfde hoofdstuk des elfden<br />

Sto ff eliums, waar we - met gepasten eerbied - het volgende lezen<br />

Hier volgde de tekst dien we reeds kennen uit 't negende bericht,<br />

en bovendien uit ons verslag van 't salie-avendje .<br />

,,Hoe langer wy de onschatbare heilige Stof'elien beoefenen, geliefde<br />

Stotters, hoe meer ons de diepe wysheid van alles wat daarin voorkomt<br />

in 't oog springt, en hoe meer we geraken tot de overtuiging dat die<br />

onvergetelyke wegwijzers ter zaligheid juist aldus moesten zyn geplaatst<br />

op ons pad, om ons aftehouden van de dwaalwegen der Kadasteranen,<br />

of wegtelokken van de poelen der Pennewipsche kettery .<br />

»Onder alle andere heilige uitspraken, worden wy in 't byzonder getroffen<br />

door de voorgelezene tekstwoorden, die niet alleen de laatstvoorgaande<br />

opmerking ten duidelykste bevestigen, doch bovendien ook dardrom<br />

zoo uiterst gewichtig zyn voor ons eeuwig heil, omdat de BAKER<br />

zich in die woorden openbaart in de volheid zyner houding, en in al<br />

den rykdom van Zyne Bakerlyke waardigheid, terwyl voorts de diepzinnige<br />

toespeling op weer en windklok die in de gang stond, ons<br />

voldoende middelen aan de hand geeft om onze Heilige Schriften to<br />

verdedigen tegen de goddelooze wereld, die voorgeeft to twyfelen aan<br />

BAKER'S bestaan, en durft beweren dat wy geen verstand hebben van<br />

natuurkunde.<br />

,,Ik stel u te-dien-einde voor, geliefde Medestotters, my to volgen met<br />

uwe aandacht, als ik, na :<br />

-ten eerste, den historischen zin myner tekstwoorden to hebben<br />

toegelicht .<br />

'ten tweede, zal overgaan tot de ontwikkeling van de stralen die<br />

daarin doorlichten, en wel :<br />

IDEEN I . 17


25 8 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

a) Eerste straal . De straal van BAKER'S goedheid.<br />

b) Tweede straal . De straal van BAKER'S wysheid .<br />

c) Derde straal . De straal van BAKER'S mensehenkennis.<br />

d) Vierde straal . De straal van BAKER'S matigheid .<br />

e) Vyfde straal . De straal van BAKER'S standvastigheid .<br />

f) Zesde straal . De straal van BAKER'S algemeenheid .<br />

g) Zevende straal . De straal van BAKER'S zelfkennis .<br />

h) Achtste straal . De straal van BAKER'S edelmoedigheid .<br />

i) Negende straal . De straal van BAKER'S nederigheid .<br />

j) Tiende straal . De straal van BAKER'S kuisheid,<br />

k) Elf de straal. De straal van BAKER'S levenswysheid .<br />

1) Twaalfde straal . De straal van BAKER'S onschuld .<br />

sn) Dertiende straal . De straal van BAKER'S dubbelslachtigheid .<br />

n) Veertiende straal . De straal van BAKER'S eeuwigheid .<br />

o) Vyftiende straal . De straal van BAKER'S waarheidlievendheid .<br />

p) Zestiende straal. De straal van BAKER'S voorzichtigheid .<br />

q) Zeventiende straal. De straal van BAKER'S geduld.<br />

r) Achttiende straal . De straal van BAKER'S zedigheid.<br />

s) Negentiende straal. De straal van BAKER'S geheimzinnigheid.<br />

t) Twintigste straal . De straal van BAKER *s eenvoud .<br />

u) Een-en-twintigste straal. De straal van BAKER'S liefde.<br />

v) Twee-en-twintigste straal. De straal van BAKER'S trouw .<br />

w) Drie-en-twintigste straal . De straal van BAK HR'S yver .<br />

x) Vier-en-twintigste straal . De straal van BAKER'S schranderheid.<br />

y) Vyf -en-twintigste straal . De straal van BAKER'S f atsoen.<br />

z) Zes-en-twintigste straal . De straal van BAKER'S goedertierenheid .<br />

z) Zeven-en-twintigste straal . De straal van BAKER'S volmaaktheid .<br />

Aom daarna : ten derde, over to gaan tot de beschouwing der bakerplichten,<br />

die uit de voorafgegane bakerbeschouwing voortvloeien .<br />

DHet mensdom, myne geliefden, was verzonken in duisternis en<br />

hooge belastingen. Alom werd ten duidelykste gevoeld dat er verlichting<br />

noodig was, maar to vergeefs wendden zich de blikken naar het<br />

Oosten en naar het Westen, naar Zuiderpool en Noordermarkt . Alles<br />

bleef even duur en donker. Daar schoot op-eens een golf van licht door<br />

den drabbigen hemel. Er werd door de aardbewoners een ster gezien<br />

die losberstte in geruisvolle stilte, en by het schuchter gedonder van<br />

die omstandigheid, kwam STOFFEL ter wereld. Hy leefde en leerde zooals<br />

by geboren was, met zachtmoedig geweld .<br />

AHet zou ons nu to ver leiden, geliefden, als we thans ons bezighielden<br />

met zyn prille kindsheid en slanke jeugd . . . neen, even a!s de<br />

reiziger die noode afscheid ncemt van de bloemryke aardappelvelden<br />

langs zynen weg, rnaar toch met begeerige blikken voorwaarts staart op<br />

den nabyliggenden berg der toekomst, zoo ook, geliefde Stotters, nemen<br />

wy voor heden afscheid van STOFFEL, en richten onze blikken op den<br />

tekst die voor ons staat als 'n berg van genot .<br />

-De saliemelk der deugd was genoten, en de tuitstoppende blaadjes


IDEEN VAN MULTATULI. 25 9<br />

waren verwyderd uit de monding des ketels door den krachtigen moeder-gehoorzamenden<br />

adem van de oudste der dochteren des huizes .<br />

De yverige juffrouw LAPS, die de onvergankelyke ziel stelde boven 't<br />

brooze lichaam, en de oefening der genade boven het streven naar<br />

zoeten drank . . . zy die woonde op de onder-voorkamer van het huis<br />

dat gezegend was onder alle huizen . . . zy had toegegeven in de begeerte<br />

om meetepraten, en hieraan sluiten zich de voorgelezene tekstwoorden<br />

met verbazende geleidelykheid .<br />

DIk heb moeite, geliefden, my to weerhouden reeds nu uitteweiden<br />

over de voortreffelykheid die er ligt in die taal, maar de vrees afbreuk<br />

to doen aan den straalbundel dien ik my voornam aftesteken in het<br />

tweede deel myner rede, doet my besluiten u eenvoudig to wyzen op<br />

den eerwaardigen BAKER STOTTER, en op het bont-katoenen jak dat<br />

Zyne gelukzalige lenden met geestelyken wellust omsluit . Ziet, geliefden,<br />

hoe zyn geheel lichaam beeft van innigen zielevrede, ziet hoe Hy den<br />

vinger opheft by het uiten der nadrukkelyke woorden : bat 3eiti! Merkt<br />

op, hoe er spanning is by die herinnering aan de onvergetelyke klok, en<br />

geestdrift by het meten van die stoep . . .<br />

-Want Hy moet die stoep gemeten hebben, myne geliefden! Het is<br />

van hoog gewicht, achtteslaan op deze byzonderheid .<br />

,~Ta, geliefde Stotters, er zyn hooge stoepen, en er was een klok met<br />

wind in de gang! Dit geloof staat als een rots ! Wat er wankele of bezwyke,<br />

wy houden vast aan die hooge stoep en aan dien wind ! Hoe ook<br />

de verdoolde mensch zich aankante tegen de openbaring der Geheimenissen<br />

van het bakerschap, by zal zich te-pletter stooten tegen ons stoepsel,<br />

en verbryzeld zal by worden door den wind onzes geloofs !<br />

tMaar, geliefden, vat gy het wel, begrypt gy wel ten-voile wat er in<br />

dien wind zit? Zyt gy wel geheel doordrongen van dien wind? Doorblaast<br />

u die wind wel behoorlyk by uw opstaan en uw slapen gaan, by<br />

uw middagmaal en uw ontbyt? Dringt die wind wel met voldoend stormgeweld<br />

door het weefsel uwer ziel, en doorbruist by wel behoorlyk de<br />

porien van uwe gedachten ? .<br />

-Of - helaas, geliefden, vergeeft my deze schrikwekkende, maar noodige<br />

vraag - of is die storm wellicht in uwe harten geworden tot een<br />

zuchtje ? Is misschien uw wind weggekrompen tot een labberkoeltje, to<br />

zwak om 't lichtste voorwerp voorttedryven naar, opteheffen tot, binnen<br />

to sturen in de eeuwige gelukzaligheid?<br />

-En die stoep . . . geliefden ! Wat hebt gy met uwe stoep gedaan ?<br />

Hebt gy wellicht . verleid door de doemwaarde leeringen van de Pennewippers,<br />

medegewerkt om de stoep des heils, de hooge stoep der zaligheid,<br />

de verheven stoep der genade, to verlagen tot 'n dorpeltje, hoog<br />

genoeg -- ja, maar ter-nauwer-nood hoog genoeg -- om opteklimmen<br />

tot de bovenste plank uwer aardsche etenskast, gy die een stoep noodig<br />

hebt om den hemel to bereiken, een wind om u die stoep optewaaien ?<br />

Zegt het my, zegt het my, geliefde verdwaasden . 0, zegt het my,<br />

dierbare Medestotters, waar is uw stoep en waar is uw wind?<br />

., Gy zwygt .<br />

tHemelsche BAKER, zie in genade neder op dat zwygen, en neem onze<br />

belofte aan, dat we onze stoep zullen herstellen en onzen wind aanblazen<br />

tot er de zaligheid op volgt . Dat zy zoo!<br />

tDoch laat ons voortgaan . Na de diepzinnige toespeling op die stoep<br />

en dien wind, haalt de verheven BAKER met ernst en nadruk de woorden<br />

aan van den man die dagelyks die stoep beklom, dagelyks den adem


260 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

diens winds voelde, de woorden van den man die als het ware met die<br />

stoep en dien wind vereenzelvigd was : ,, e bent 'n goeie 93roi u/ ~Broum<br />

etotter/ en 'n fnappe Zafer !"<br />

Ben goeie vrouw en 'n knappe baker! Kan er treffender getuigenis worden<br />

gegeven, myne geliefden ? Hy zegt niet : Je bent 'n goeie vrouw, en<br />

daarmee uit ! En niet : Je bent 'n knappe baker, en daarby blyf t het ! Neen,<br />

duidelyk staat er : Je bent 'n goeie vrouw en 'n knappe baker, zoowel dus<br />

het hen als bet ander . . . het andere niet minder dan het e6n . . . beiden<br />

to-zamen . . . alles tegelyk !<br />

AIk weet wel, geliefde Stotters, " dat er sedert eenigen tyd onder de<br />

valsche geleerden dezer aarde lieden zyn opgestaan die beweren dat het<br />

voegwoord : „ en" in den grondtekst, zou behooren vertaald to worden<br />

met het tegenstellend : -maar- en dat alzoo de heilige stoep-en-windman<br />

eigenlyk bedoelde de hoedanigheid des BAKERS to stellen niet naast maar<br />

tegenover die der vrouw, maar de BAKER die zorge draagt voor Zyne<br />

kraamkinderen tot het einde der eeuwen, heeft niet gewild dat er twyfel<br />

wezen zou over een zoo gewichtig punt, en daarom heeft by toegelaten<br />

- wat zeg ik, Hy heeft bewerkt - dat de juiste tekst Zyner woorden<br />

is bewaard gebleven in het Sto f elium naar de beschryvinge des Heiligen<br />

MULTATULI .<br />

-Ja Geliefden, daar staat het : „en een fnappe Safer!" Dat zegevierend<br />

„en" springt in het oog als een vonk van diamant, en wy kunnen<br />

den man niet genoeg danken, die door zyne nauwkeurigheid bet mensdom<br />

bewaard heeft voor de dwalingen die een onmiddellyk gevola wezen<br />

zouden van de verkeerde lezing des onschatbaren voegwoords : „ en" .<br />

,,, n, Geliefden, en ! Uwe zaligheid berust op, hangt of van, is verscholen<br />

onder, spruit voort uit, gaat samen met, is to vinden in, wordt<br />

verzekerd door . . . dat goddelyke en !<br />

{Doch verder nog gaat de helsche PENNEWIPPERY onzer dagen . Er<br />

zyn er die den braven eenvoudigen MULTATULI zelven verdenken, bf van<br />

onkunde, of van opzettelyke verkrachting der waarheid . . .<br />

,,Verdoolden 1 Ziet ge niet waartoe gy wordt vervoerd door uwe zucht<br />

om alles to bekladden en to bederven wat ten leven leidt? Beseft gy<br />

niet de ydelheid uwer pogingen om aftebreken wat opgebouwd werd<br />

door zoo heilige harden? Gevoelt gy niet dat elke aanval op het gebied<br />

der Bakerlyke Stoff elien uitloopt op uwe beschaming . Was Hy niet heilig,<br />

Hy de eenige onvolprezen BAKER STOTTER in Zyn bonte jak? En als<br />

men dit toestemt - wat dan toch wel niet kan ontkend worden - moet<br />

dan niet ook by heilig en onfeilbaar wezen, die de daden en woorden<br />

van dien Heiligen persoon heeft te-boek gesteld? En aldus die heiligheid<br />

aannemende als uitgemaakt, kunnen er dan fouten wezen in zyn geschrift,<br />

geheel geschreven onder den invloed der begeesterende indrukken van<br />

het pas ontloken Bakerdom dat nog maagdelyk en nieuw, nog niet bedorven<br />

door menselyke byvoegselen en helsche PENNEWIPSELS, eenen<br />

heiligen invloed uitoefende op de schryvers die getuigen waren, of die<br />

althans achternaneven hadden kunnen gezien hebben van de getuigen<br />

der gebeurtenissen die zy boekstaafden ?<br />

A Weg van ons, gy wereldsche wysheid die knagen wilt aan onze zaligmakende<br />

voegwoorden ! Neen, aarde en hel, gy ontneemt ons niet het<br />

vast geloof aan de juistheid ; aan de zuiverheid, aan de geloofwaardigheid,<br />

aan de heiligheid onzes onvolprezenen Stoffeliums! Met nederige<br />

fierheid zien wy neder op uw ydel gepoog ! Met onzeggelyke gemoeds-


IDEEN VAN MULTATULI . 26 1<br />

rust en betooverend zelfgevoel, roepen wy juichend uit : „ t) mad eene<br />

goebe &oum en een fnappe Safer!"<br />

'Dock dit is nog niet alles . Verder nog, hooger nog, dieper nog, sterker<br />

no,, grypt onze tekst in de dierbaarste belangen onzer toekomst . . .<br />

Hy zal altyd 'n goeie vrouw en 'n knappe baker BLYvEN ! Gevoelt gy wat<br />

dit zeggen wil, Geliefdenn ? Wat by was, was by niet voor een oogenblik,<br />

voor heden, voor gisteren of voor den dag van morgen . . . neen,<br />

Hy zal blyven wat by was, altyd, eeuwig . . . 'n goeie vrouw en 'n knappe<br />

baker !<br />

-De aarde zal verkruimelen en te-niet gaan : Hy zal blyven ! Het heelal<br />

zal verzinken : Hy zal blyven voortbakeren ten einde toe!<br />

' O, Geliefden, wien duizelt niet bet hoofd by bet beschouwen van<br />

zulk eene roeping ! by zal bakeren, bakeren, bakeren tot er niets meer<br />

zal to bakeren vallen en toch blyven voortbakeren ! Myne zwakke krachten<br />

schieten to kort by dit denkbeeld ! De onnoozele mens beschouwt,<br />

overpeinst, begrypt er niets van, aanbidt en . . . zwygt .<br />

»Ja, zwygen ! Daarom verkondigen wy luide onze overtuiging ! Zie,<br />

o mens, gy die bouwt op dingen van edn dag, zie onze vastigheid<br />

die gegrondvest is op de onomstootbare mannelyke schouderen der<br />

vrouw ! Waar alles ligt, zal Hy staan blyven. Waar alles bukt, zal fly<br />

zich oprichten . Waar alles vergaat, zal Hy bloeien . . . bloeien in al de<br />

frisheid Zyner jeugd, als op den stond toen Hy, tusschen juffrouw MAB-<br />

BEL en de Weduwe ZIPPERMAN, nederig naar den mens, maar groot<br />

als uitverkoren BAKER, zegevierend getuigen kon ! „bat piti"<br />

-En Hy zal blyven wat Hy was, niet voor U alleen, niet voor my<br />

alleen, neen, wy lezen duidelyk in bet hoofdstuk waaruit we onzen<br />

tekst kozen : „ mVn fjeefe ;~amifie 3af je aftzb gebvuifen!"<br />

z Ziet gy, Geliefden, zyne geheele f amilie ! Wat is de familie van iemand<br />

die eene zoo hooge stoep heeft, en een windklok? Dat is het mensdom.<br />

Vrouw STOTTER is de BAKEIt van bet geheele menselyke geslacht.<br />

Hy is uW BAKER, Hy is myn BAKER, Hy is zyn BAKER, Hy is haar BAKER,<br />

Hy is onze BAKER . Hy is ulieder BAKER . Hy is hun BAKER, Hy is de<br />

BAKER van ons alien, ja van allen . . . behalve van die vervloekte Pennewippers<br />

en andere verdoolden die van ons verschillen in geloof .<br />

"Weg van zyn bakerlyken schoot, gy die geen deel aan hem hebt,<br />

die niet zyt van de farnilie des mans des verheven stoepsels en der<br />

windklok! Weg van Hem, en vaart naar de diepe gewelven, waar geen<br />

BAKER is . Betreurt daar uwe doemwaardige verstoktheid, en vergaat, in<br />

bakerlooze ellende !<br />

nJa, Hy zal bet mensdom bakeren ten einde toe !,,9aar" staat er<br />

verder,afa be men6cfjen je mat 3eggen/moet je nez boett of je't niet f oort !"<br />

De bedoeling dezer verhevene woorden is : bet zal gebeuren dat uw<br />

zuigeling - bet ingebakerd mensdom, namelyk -- wederspannig is,<br />

en zich kryterid en schreeuwend teweerstelt . . . doe of je 't niet hoort,<br />

BAKER ! Speld er maar dapper op toe . Beschouw elke beweging als


262 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

strydig met de ware beginselen van Bakerdom en deugd . Maak een<br />

pakje van Uwen voedsterling, en laat elke nieuwe Bakerspeld luide<br />

verkondigen met kop en punt : het Bakerdom heeft zegevierd over de<br />

aangeboren verdorvenheid van de familie des mans des verheven stoepsels<br />

en der windklok !<br />

,,Doe net o f je 't niet hoort . Baker ! Stop uwe ooren voor de gebeden<br />

der omstanders . Luister niet naar de betweters die meenen dat schoppen<br />

en trappen en om zich slaan, de eerste natuurlyke uitspanning is van ons<br />

geslacht. Speld toe, BAKER, speld toe ! Er staat geschreven dat Gy BAKER<br />

zyt, en BAKER blyven zult . . , baker dus het mensdom tot het einde<br />

der eeuwen. ,, oei eeumig boor, zooals de psalmist zegt,<br />

„ltoei eeumig boor van Ainbermin,<br />

en ~petb one in um £uier in!"<br />

Loch Hy is ook mens, die BAKER, en wat meer zegt - of volgens<br />

sommigen, minder - Hij is vrouw ! Ja, Hy is vrouw op het avendje<br />

van juffrouw PIETERSE, en met echt vrouwelyke bescheidenheid, en iets<br />

dubbelnaturigs dat ook de meest verstokte harten treffen moet, hooren<br />

wy hem in onzen tekst uitroepen : ,, anfie/ 3ufroum $ieter e, mtn<br />

foppie W omgefeerb/ bat liege wet!'<br />

' Hy bedankte, Hy had z'n koppie omgekeerd, en zy zag het wel ! Verheven<br />

drieeenigheid van zinnediepte) Hy bedankte, ja . , . maar Hy bedankte<br />

niet alleen . Hy keerde te-gelyker-tyd Zyn koppie om, en wel<br />

verre van zich to bepalen tot die Heilige handeling, voegde Hy ter<br />

onzer leering daarby : dat zieje wel !<br />

,, Voor ik overga tot de verklaring dezer hoogstgewichtigheid, maak<br />

ik de zielpynigende opmerking, Geliefden, dat sommigen beweren dat<br />

het woord ,,koppie- in den europeeschen grondtekst tot een verbasterd<br />

taaleigen behoort, dat niet dan door lieden van den laagsten stand, en<br />

slechts in den gemeenzamen omgang gebruikt werd, waaruit zy aanleiding<br />

nemen, om een smet to werpenop de deftigheid van MULTATULI<br />

den Stoflelist. Doch, zooals immer, valt ook deze steen neder in den<br />

hof des rampzaligen, die den steen geworpen heeft . Want is niet juist<br />

dat wedergeven van vrouw STOTTER'S aanbiddelyke taal, letterlyk zdd<br />

als zy moest gesproken hebben om begrepen to worden door juffrouw<br />

PIETERSE, een bewys voor de echtheid des Heiligen boeks ? Zou niet de<br />

nooit volprezen MULTATULI, indien by 't beeld des BAKERS had willen<br />

opsieren met franjekleederen of krulgewaden . . .<br />

Hier begint dominee Zieleknyper zoo uitteweiden in myn lof,<br />

dat ik uit pure zedigheid genoodzaakt ben terugtekeeren tot den<br />

tyd toen er nog inkomende-rechten bestonden, en dus voor Baker-apothdose<br />

en anevrismen.<br />

De lezer zal zich herinneren dat de preek, waarvan ik 'n<br />

fragment mededeelde, alleen mogelyk was door de veronder-


IDEEN VAN MULTATELI . 26 3<br />

stelling dat ik verhinderd ware geweest den indruk to schetsen,<br />

then de nederlaag van juffrouw Laps by haar en hare zoog-lotgenooten<br />

teweeg bracht, en dat er dus vry spel ware gelaten aan<br />

de behendigheid van toekomstige godsdienstsmeden, om uit de<br />

katastroof op III, 7, bi (PP) de elementen byeentezoeken tot 'n<br />

bruikbaar windselsysteem .<br />

Daarvan gebeurt niets . De godenmakers die na ons komen, zullen<br />

zich moeten behelpen zoo goed ze kunnen, want wel verre<br />

van m'n boek hier to sluiten, verklaar ik uitdrukkelyk dat het<br />

verbaasd gezelschap, na Pennewip's beslissing, zich bepaalde tot<br />

den uitroep : „Z . . . o . . . o . . . 6 . . .6!" zonder iemand aantevliegen,<br />

to bekrabben, of ander molest aan to doers .<br />

Ik deed wel aan 't meedeelen dezer bakerpreek . Er bleek me dat<br />

ze zoo mooi is dat menigeen, na die eenmaal gehoord of gelezen<br />

to hebben, voor-goed genezen is van 't idioot kerkgaan . Dit is iets<br />

gewonnen !<br />

395 . Spot met zoogenaamd „heilige" zaken, bewyst niets tegen<br />

die zaken, maar wekt de tragen op, en geeft den vreesachtigen<br />

moed : tot nadenken over de vraaq : o f die zaken wel heilig zyn ?<br />

Dit is veel gewonnen, want dan is de tyd daar tot eenvoudige<br />

redeneering, en de konklusie ligt niet ver . . , ja, ze wordt dan<br />

meestal , een peer uit eigen tuin ." (269)


Ontwikkeling der oorzaken van den lankwyligen vrede in Europa, waarnit<br />

tevens (ALLES IS IN ALLES) den lezer 't nut blyken kan van de gezette studie<br />

der salieavenden . Vervolg en slot der dichtproeven, zeer geschikt voor rederykers<br />

en andere knappe versopzeggende kinderen. Arme WOUTER . . . peen,<br />

ryke WOUTER<br />

396. De oplettende lezer die op menskunde gesteld is, wil<br />

natuurlyk gaarne weten welke oorzaak ons vorig hoofdstuk zoo<br />

kalm deed eindigen, en waarom 't saliegezelschap zoo vreedzaam<br />

berustte in 't geval dat nog kort geleden aanleiding had gegeven<br />

tot zoo hevige ontploffing?<br />

Nog geheel vervuld van den indruk der bakerpreek, zal ik de<br />

oorzaken der betrekkelyke kalmte die er heerschte na Pennewips<br />

vonnis, splitsen in drie deelen<br />

Vooreerst. Men was reeds drif tig geweest, en dus wat uitgeput .<br />

Ten tweede . Juffrouw Laps, die aanvoerster in den stryd, overzag<br />

met genialen blik het slagveld en zonder juist to denken aan<br />

't wereldberoemd gevecht van de Horatiers en Curiatiers, vatte<br />

zy met aangeboren talent de taktiek van 't , verdeel en heersch !"<br />

Met de mogendheden Stotter, Mabbel, Krummel en Zipperman<br />

tegen 't ,huis" der Pietersens . . . dat kon . Maar nu dat huis gesteund<br />

werd door Pennewip's meesterlyk gezag, schreef de voorzichtigheid<br />

voor zich terugtetrekken uit den stryd . Want wie verzekerde<br />

Talleyrand-Laps dat ze rekenen kon op haar bondgenooten?<br />

Wie kon haar waarborgen dat niet de baker, of misschien<br />

juffrouw Zipperman zelve, zou overgaan tot den vyand, al ware<br />

het uit bekrompen eerbied alleen voor meester's beweeglyke pruik ?<br />

Neen, neen . . . niet op zulken onzekeren bodem liet j of f rouw<br />

Laps de artillerie voortrukken van hare welbespraaktheid . , Zwygend<br />

zei ze : „'k zal je later wel krygeil !" en als we ons haar,<br />

en al de verhoudingen van 't gezelselhap, vermenigvuldigd den-,<br />

ken met twintig, of dertig millioen, zouden we ons kunnen voorstellen<br />

den volgenden dag in deze of gene ,onder invloed staande"<br />

Juffrelapsehe krant to lezen :<br />

„De verhouding met het ryk der<br />

Pietersens is allerkordiaalst. Men spreekt zelfs van 'n vriendschappelyke<br />

byeenkomst der respektieve soevereinen, zonder 't minste<br />

staatkundig doel, en alleen om zich to verheugen in elkanders<br />

aanschyn. Men ziet hieruit alweder hoe ongegrond de geruchten<br />

waren omtrent zekere spanning die er zou bestaan hebben over de<br />

ware natuur onzer geeerbiedigde vorstin . De lezer zal zich herin-


IDEEN VAN MULT ATULI . 2 6 5<br />

neren dat wy die geruchten dan ook slechts onder reserve hadden<br />

meegedeeld."<br />

Ten derde . De derde en voornaamste reden van den wapenstilstand<br />

was : nieuwsgierigheid . Wie zich op-nieuw boos maakte, of boos<br />

bleef, of boosheid blyken liet zou moeten vertrekken . En wie vertrok,<br />

zou niet weten waarom meester Pennewip was komen vertellen<br />

dat er weer wat aan de hand was met Wouter. Hieruit ziet men<br />

voor den duizendsten keer dat alle zaken haar goede zyde hebben .<br />

Als Wouter Pieterse deugdzaam ware geweest in meester's oogen,<br />

hadden die oogen waarschynlyk 't lot ondergaan dat hun in zoo'n geval<br />

door den archaeoloog Klesmeyer eenmaal in de oud-europeesche<br />

mythologie zou worden aangewezen .<br />

397 . - Maarmeester, vroeg juffrouw Pieterse - na op 't overwonnen<br />

zoogdier 'n blik to hebben geworpen die golden kon voor<br />

'n : „waar blyf je nou !'.' met rang van overwinningsbulletin - maar<br />

meester, wat heeft die Wouter dan nu weer uitgevoerd?<br />

- Ja, wat heeft Wouter nu weer gedaan ? werd er bygevoegd<br />

door juffrouw Laps, die zich verheugde omdat het gesprek 'n andere<br />

wending nam, en tevens over de nieuwe misdaad die zy vernemen<br />

zou, omdat ze zoo godsdienstig was . Want in de godsdienst is de zondaar<br />

'n ding waarop men zich oefent . En juffrouw Laps hield veel<br />

van oef even, zooals we gezien hebben .<br />

Juist zou Pennewip 'n begin maken met de akte van beschuldiging,<br />

toen de bel ging . . . nogeens . . . - „'t was f'r ons" - en de<br />

arme delinkwent trad de kamer in .<br />

By was nog bleeker dan gewoonlyk, en er was reden toe, want er<br />

waren vreemde taken met hem gebeurd sedert FANCY hem opnam<br />

en meevoerde . . .<br />

- Juffrouw Pieterse, begon Pennewip, myne school is beroemd<br />

tot op Kattenburg . . . hoort gy dat, en verstaat gy dat ?<br />

- Och ja, meester .<br />

- Ik herzeg : beroemd, en wel voornamelyk wegens de goede zeden<br />

die daar heerschen . . . ik bedoel natuurlykerwy,ze : op myne school .<br />

Godsdienst en deugd staan by my op den voorgrond . Ik zoud,e u verzen<br />

kunnen toonen over God . . . maar dit zal ik, nu met stilzwygen<br />

voorbygaan . Het zy ulieden genoeg, to weten dat myne school beroemd<br />

is tot op . . . n-at zeg ik . . . zelfs heb ik'n zoontje gebad van<br />

iemand op \ ittenburg *) - van den klokkenmaker - en eenmaal<br />

'I) Kattenburg en Wittenburg zyn afgelegen buurten in den Amsterdamschen<br />

oosthoek . Even als het nog verder gelegen Oostenburg, zyn<br />

't eilandjes die slechts door bruggen met de eigenlyke stad vereenigd


26 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

zelf ben ik schriftelyk geraadpleegd over de verbetering van 'n knaapje<br />

wiens vader heel to Muiderberg woonde .<br />

- Gut, meester !<br />

- Ja, juffrouw Pieterse e . ik ben nog in het bezit van den brief,<br />

then ik u zoude kunnen toonen als ik zulks verkoos - de man was<br />

doodgraver, en die jongeling had zich overgegeven aan het teekenen<br />

van ongepaste figuren op de zerken - maar juist daarom - ik<br />

bedoelde om de godsdienst en deugd waaromtrent ik zoo beroemd<br />

ben - voel ik my verplicht u by dezen medetedeelen dat ik niet<br />

verkies den goeden naam myner school to zien verloren gaan door<br />

uw deugniet van 'n zoon die daar staat !<br />

De arme Wouter was onthutst. Dat klonk anders dan 'n pauselyke<br />

aanstelling . . . die by trouwens niet langer begeerde, want by<br />

had zoo-even 'n heel andere aanstelling bekomen die hem beter aanstond.<br />

Z'n moeder wilde terstond overgaan tot wat zy haar godsdienst<br />

noemde en hem 'n kastyding toedienen, om den meester tevreden<br />

to stellen en dezen to toonen dat ook in haar huis deugd en goede<br />

zeden op den voorgrond stonden . Maar meester vond beter het gegezelschap<br />

to doen weten wat er aan de hand was, om, daardo or tegelyker-tyd<br />

het schuldbesef van den patient inniger to maken .<br />

- Uw zoon, juffrouw Pieterse, behoort tot de klasse der roovers,<br />

moordenaars, vrouwenschenners en brandstichters . . .<br />

Meer niet .<br />

,,Heilige genade ! Goeie hemelsehe gerechtigheid ! Barmhartige<br />

christenziele nog toe ! Och, lieveheeremenschelyke deugd, is 't mogelyk<br />

! wat 'n mensch moet beleven !" Zoo omtrent - maar ik<br />

sta niet in voor de j uistheid - was de stortvloed van uitroepingen<br />

waaronder de tienjarige roover, moordenaar, vrouwenschenner<br />

en brandstichter bedolven werd . Arme Wouter .<br />

zyn. De voornaamste tak van bedryf in die buurten is de scheepsbouw .<br />

Men noemde de daar wonende scheepstimmerlieden rbyltjes,, en deze<br />

menschen gingen in de woelige tyden der Republiek voor byzonder<br />

oranjegezind door. Wat daarvan de oorzaak was, en of 't nog zoo is,<br />

weet ik niet .<br />

In den mond van PENNEWIP, en naar de schatting zyner hoorders is<br />

Wittenburg iets als 't eindje van de wereld . In WOUTERS jeugd waren er<br />

duizende Amsterdammers die nooit het gebied der stad hadden verlaten .<br />

Sommigen zelfs overschreden de grenzen eener bepaalde buurt niet . En<br />

dit is waarschynlyk nog niet geheel veranderd. De bekrompenheid van<br />

blik die 't meerendeel der inwoners kenmerkt, gaat dan ook alle beschryving<br />

to boven . Ze weten niet eens wat 'n mnarkt is .<br />

Toch raad ik vreemdelingen ten-sterkste aan, die stad to bezoeken en<br />

to bestudeeren . Dit is veel interessanter dan 't bezien van moderne hoofdsteden,<br />

die alien op elkaar gelyken . Waar vindt men, byv . een Jodenbuurt<br />

als te Amsterdam? 't Is belangwekkend van leelykheid .


IDEEN VAN MULTATULI . 267<br />

- Ik zal u 'n stuk voorlezen van zyne hand, zei meester, en<br />

wie daarna flog twyfelt aan de verdorvenheid van dezen knaap . . ,<br />

't Heele gezelschap beloofde dat men er niet aan twyfelen zou .<br />

Het stuk dat de meester daarop voorlas, was dan ook van 'n aard<br />

dat die twyfel heel moeilyk viel, en ikzelf, die Wouter heb gekozen<br />

tot myn held, ik zal moeite hebben den lezer to overtuigen,<br />

dat-i niet zoo slecht was als-i er uitzag in z'n vreeselyk<br />

,,ROOVERSLIED .<br />

Met myn zwaard,<br />

Op m'n paard,<br />

En myn helm op het hoofd,<br />

Er op in! En den vyand den schedel gekloofd,<br />

En vooruit!<br />

- Christenzielen, riep 't heele gezelschap, is-i dol ?<br />

„En vooruit!<br />

Op den weg,<br />

Langs de heg,<br />

Met een houw en een stoot<br />

De dragonders verjaagd, en den markgraa f gedood . . .<br />

-- Lieve goeie god, wat heef t-i toch tegen then markgraaf?<br />

jammerde de moeder .<br />

Om den bait !<br />

- Zieje, 't is om den buit, zei juffrouw Laps ! ik zeg maar<br />

altyd, men begint met 'n bybel, en . . .<br />

„En die buit<br />

Is myn braid . . .<br />

- Hebje van z'n leven . . . z'n braid ! De jongen heeft pas gewisseld<br />

!<br />

En die buit<br />

Is myn braid,<br />

My gekocht met m'n staal . . .<br />

- Met z' n st . . . a . . . a . . .1 !<br />

En die bait<br />

Is myn braid,<br />

My gekocht met z'n staal,<br />

En ik voer, als een veer, met my mee haar in 't zaal,<br />

Naar de grot . . .<br />

- Hemelsche genade, wat wil-i in die grot uitvoeren ?<br />

,,Als de wind<br />

Zoo gezwind,<br />

Jaag ik voort met myn vracht,<br />

En ik sla op haar schreien en kermen . . .<br />

- Och, gerechtigde vrede . . . 't mensch kermt 'r van !


26 8 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

En ik sla op haar schreien en kermen geen acht,<br />

Wat genot !<br />

- Dat noemt-i genot ! Ik word er koud van !<br />

1, En dan weer<br />

Op-en-neer,<br />

Rechts en links door het land . . .<br />

Lieve Jesis, daar gaat-i weer !<br />

„En dan weer<br />

Op-en-neer,<br />

.Rechts en links door het land,<br />

Iffier een villa verwoest, daar een klooster verbrand,<br />

Tot vermaak !<br />

- De hel zit in lien jongen . . . tot vermaak !<br />

,,En dan voort<br />

Weer gespoord<br />

Naar een nieuw aventuur . . .<br />

- Alweer ? Waar wil-i in godsheeren-naam nu weer naar toe?<br />

't Is om to bezwyken . . .<br />

En dan voort<br />

Weer gespoord<br />

Naar een nieuw aventuur,<br />

En myn reisweg geteekend met bloed en met vuur,<br />

Om de wraak . . .<br />

- Goeie god, wat hebben ze 'm toch gedaan ?<br />

„Want de wraak<br />

Is de taak<br />

Van den koning van 't wood .<br />

- Is-i razend . . . 'k zal 'm koningen !<br />

„Want de wraak<br />

Is de taak<br />

Van den koning van 't wood .<br />

Die, alleen tegen allen, zijn schepter behoudt . . .<br />

- Wat 's dat voor 'n ding ?<br />

„Die, alleen tegen alien, zyn schepter behoudt,<br />

En banier !<br />

Op, hoezee . . .<br />

Wie yaat mee ?<br />

't Gezelschap rilde op die uitnoodiging .<br />

„Op, hoezee . . .<br />

Wie gaat mee ?<br />

Nu geen schepsel verschoond<br />

Nu de manners gehangen . . ,


MEN VAN MULTATULI .<br />

- Lodderyn ! *) Trui, je ziet da-k . . .<br />

„Nu de mannen gehangen, de vrouwen . . .<br />

- Lodderyn . . . Lodderyn !<br />

„de vrouwen gehoond . . .<br />

- Lodderyn, lodderyn, lodderyn . . . Trui !<br />

,,de , vrouwen gehoond,<br />

Voor p leizier !"<br />

2 69<br />

- Voor pleizier . . .herhaalde de meester op 'n graftoon, voor<br />

pleizier ! Hy . . . doet . . .die . . . dingen . . . voor . . . zyn . . . plei . . . zier!<br />

't Heele gezelschap lag in zwym . Ook Stoffel's pyp was uitgegaan<br />

. Maar Wouter had lets kalms in z'n wezen, en toen z'n<br />

moeder hem genoeg geslagen had om haar bezinning terugtekrygen,<br />

legde hij zich niet ontevreden neer in 'n hoekje van de achterkamer,<br />

waar-i weldra insliep om to droomen van FANCY .<br />

*) De ontstelde vrouw bedoelde eau de la reine de Hongrie een<br />

reukwatertje dat in vogue de eau de Cologne voorafging . Behalve by<br />

gelegenheden als de in den tekst vermelde, diende het in de kerk<br />

om de vrouwelyke toehoorders wakker to houden, waaruit alzoo blykt<br />

dat die lodderyn, uit een theologisch oogpunt een gewichtige zaak<br />

was . De klassieke wyze van gebruik was 'n klein sponsje daarmee<br />

to bevochtigen, dat de dames in een net gepolyst cocotilledopj e by<br />

zich droegen . Onder de preek gin, zoo'n ding van de eene hand in<br />

de andere, en ieder die nog niet sliep snuifde er aan ter kontinuatie<br />

van halve wakkerheid, en tusschen twee knikjes aan de vriendlyke<br />

eigenares in .<br />

Nauwkeurig bericht omtrent den toestand der hoo f dpersonen van deze geschiedenis,<br />

na de katastro f e . Malle uitval van den schryver, zeer geschikt om de genegenheid<br />

van PUBLIEK to winnen, en dat monster over to halen tot vernieuwing<br />

van z'n abbonnement .<br />

398. Den volgenden dag was er veel teruggekeerd tot de oude<br />

orde van zaken, en om niet den schyn van lompheid op ons to laden,<br />

als bekommerden Wy ons niet over de personen waarmee wy<br />

een zoo genoeglyken avend hebben doorgebracht, zullen we in 't<br />

voorbygaan aanstippen dat juf f rouw Mabbel weer aan 't bakken<br />

en machenetiseeren was gegaan, en vrouw Stotter weer aan 't bakeren.<br />

Ze veroordeelde de ongelukkige schepsels die aan hare zorg<br />

werden toevertrouwd tot 'n twee- of driemaandelyksche onbewe-


2 7 0 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

gelykheid, zeker om den pasgeborenen 'n prettig denkbeeld inteboezemen<br />

van hun nieuwbegonnen loopbaan, en om ze to straffen<br />

voor de brooddronken luidruchtigheid waaraan ze zich hadden<br />

schuldig gemaakt voor hun geboorte .<br />

Meester Pennewip hield zich als gewoonlyk bezig met het fatsoeneeren<br />

onzer gewezen aanstaande groot-ouwelui, en z'n pruik,<br />

nog niet geheel hersteld van de ondergane aandoeningen, verlangde<br />

reikkrullend naar Zondag.<br />

Klaasje van der Gracht had den prys gekregen, met 'n plechtig<br />

: „ga zoo voort, myn noon!" Dat-i gedaan heeft . Nog dagelyks<br />

zie ik gedichten verschynen die zyn meesterhand verraden door<br />

duidelykheid, bondigheid en geestverheffing, en daar ik verneem<br />

dat er kwaadwilligen zyn die beweren dat de ongevaccineerde Klaasjen<br />

overleden is aan de pokken, acht ik me verplicht hem in bescherming<br />

to nemen tegen then laster. 't Genie sterft niet, dat<br />

spreekt vanzelf, anders zou -t voor 'n genie niet de moeite waard<br />

wezen zich to laten geboren worden. Doch al ware onze Klaas dood<br />

naar den mens, zyn geest leeft voort in z'n volgelingen, en dit<br />

vind ik 'n schoone onsterfelykheid .<br />

Ook de familie de Wilde is niet uitgestorven, en zal niet uitsterven<br />

. Daar ben ik zeker van. *)<br />

Juffrouw Krummel vroeg haar echtgenoot of ze werkelyk 'n<br />

zoogdier was, en by die veel levenswysheid had opgedaan aan de<br />

beurs, antwoordde na eenig overleg dat-i van zulke praatjes nooit<br />

meer geloofde dan de helft . „In dit geval : de laatste" zeid-i er<br />

binnensmonds by .<br />

*) By 't gereedmaken van deze uitgaaf, voelde ik onder 't korrigeeren<br />

der dichtoefeningen van Pennewip's leerlingen, den lust in my opkomen,<br />

die voorbeelden van poetery op eigenaardige wyze to vermeerderen .<br />

In-plaats namelyk van onzen meester over de schouders to zien, en Lysje<br />

Webbelaar en Tryntie Fop cum sociis sociabusque rymelend intevoeren,<br />

dacht ik er aan wat tekst to ontleenen aan onzen grootemensen-Helikon.<br />

Maar zie, ik mag 't niet doen . De stortvloed overstelpt<br />

my . . . waar zou ik eindigen ? I<br />

Zeer ernstig gesproken, ik zie kans 'n dikken bundel to vullen met<br />

aanhalingen uit de rymliteratuur van volwassen mensen - dominees,<br />

kiezers, echtgenooten, mannen met 'n baard, gegradueerden, deftige lui,<br />

rechts- of andere Meesters, vaders en grootvaders - aanhalingen waarover<br />

Pennewip's pruik zich verbazen zou !<br />

Versjes-maken is 'n onschuldige lief hebbery . Maar niet onschuldig is<br />

het, daarvan een metier to maken, dat spelletjen uittegeven voor iets<br />

wezenlyks, daarmee 't onnoozel yolk to bedriegen, en het door klinkklank<br />

to biologeeren tot onverstand . Het Drutni min in 564 is 'n versje !<br />

De zeer weinige inderdaad schoone verzen die er bestaan - ze zyn<br />

by enkele regels to tellen - wegen niet op tegen 't misbruik dat er van<br />

vers-lymery gemaakt wordt . Niet alleen dat de ware poezie niet in zulke<br />

kunstjes bestaat, maar ze is er wars van . Ik zou 't beschouwen als •' n<br />

b!yk van grooten vooruitgang, als volwassen mannen door de publieke<br />

meening veroordeeld werden zich to schamen als ze met bundels verzen


IDEEN VAN MULTATULI . 2 7 1<br />

Juffrouw Zipperman kadasterde burgerlyk voort, en was verkouwen<br />

. Maar ze had het er voor over, want ze was 'n „schikkelyk<br />

mensch." Alleen kon ze niet verdragen dat juffrouw Laps zoo hoog<br />

had opgegeven van haar vader ,in de granen" en van haar deugd .<br />

De oude Laps, beweerde zy, was niet in de granen geweest, maar<br />

er onder. Hy had ze namelyk gedragen in 'n zak op z'n hoof d, dat<br />

heel anders is dan granen to verkoopen, want wie wat verkoopt,<br />

staat alweer wat hooger dan die wat draagt . Dat had alzoo juffrouw<br />

Laps niet moeten zeggen . En wat haar deugd betrof, ieder wist van<br />

die historie met den briefbesteller die zulke zware bakkebaarden<br />

had. 't Was niet om 't mensch to skandeliseeren, heere neen ! 't Was<br />

maar dat men 't wist, en dat men er van sprak . . . dat was 't maar !<br />

Die juffrouw Laps mocht dus wel zwygen van 'r deugd ." Juffrouw<br />

Zipperman wou echter de „de zegsman niet wezen, omdat kwaadspreken<br />

haar gewoonte niet was, maar de briefbesteller keek nog<br />

altyd naar boven, als-i voorbyging . . . dat deed-i !"<br />

Truitje en haar zusters zaten zoo goed mogelyk opgeschikt voor<br />

't venster, en als er jongelui voorbygingen, trokken ze haar gezichten<br />

in 'n plooi alsof ze nooit iemand godsdienstiglyk hadden terechtgebracht."<br />

De juffrouw van onder-achter vertelde in de komeny dat ze verhuizen<br />

wou „want 't was 'n schandaal by de Pietersens . . . 'n waar<br />

schandaal." En : ,er had juist wat onder gestaan !"<br />

Juffrouw Pieterse beredderde haar huishouden, en zag er uit als<br />

'n „mensch ." Van-tyd tot tyd deed" ze haar godsdienst op de kinderen,<br />

die, als ze 't voor 't wenschen hadden gehad, gewis liever<br />

waren ter-wereld gekomen by Alfoeren, Dajaks of andere verblinden<br />

die wat minder gevoeligheid belyden in hun godsdienst .<br />

Juffrouw Laps had byzonder goed geslapen, then nacht. Wat my<br />

genoegen doet . Ik zou wel meer van haar kunnen zeggen, maar dit<br />

houd ik voor me omdat ik nooit m'n onderwerp uitput .<br />

Stof f el was naar z'n school gegaan, en had daar getracht aan de<br />

jeugd verachting in to boezemen voor rykdommen, naar aanleiding<br />

van 'n gedicht dat gemaakt scheen op 'n vliering, door iemand die<br />

vermoedelyk niet veel last had van z'n rykdom . Maar de jongens<br />

waren onoplettend, en schenen maar niet to vatten welk genoegen<br />

'r in stak geen geld to hebben om knikkers to koopen . Stoffel<br />

schreef die hardheid hunner harten toe aan Wouter's wangedrag .<br />

voor den dag kwamen. De opmerking van Droogstoppel dat ivoordraaien<br />

moeilyker is dan verzenmaken, komt me zoo gek niet voor .<br />

Dat ook 'n dichter soms verzen maakt, heb ik reeds in 66 erkend .<br />

Maar dit blyft zeldzame - uitzondering . In den regel zyn verzenmakers<br />

g6 6n poeten. 't Is 'n kinderachtig handigheidje dat ieder zich kan eigen<br />

maken, en dat voor den denker niet de minste waarde heeft .<br />

Wat ik nu in den aanhef deter noot bedoelde, is : dat onze verzenmakers<br />

zelfs in dat nietige handigheidje over t algemeen zeer laag staan .<br />

De Vlamingen zyn ons op dit punt ver vooruit .


2 7 2 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Ze hadden zeker al gehoord van den aanslag op 't leven van then<br />

markgraaf, en van dat zonderling logeeren in 'n grot . Daarmee bewezen<br />

zy minder eerbied aan Stoffel, dan hem toekwam als derden<br />

ondermeester met 'n verlengd buis .<br />

En Wouter ?<br />

Deze was nog altyd in afwachting van de straf die by zoo ruimschoots<br />

verdiend had, want z'n moeder had hem to kennen gegeven<br />

dat de „terechtstelling" van den vorigen avend maar 'n voorloopige<br />

godsdienstoefening geweest was, en dat de eigenlyke bezoldiging<br />

zyner zonde uitbetaald worden zou als ze daarover had gesproken<br />

met huisdominee . Wat billyk was . Want, in zaken van godsdienst,<br />

heeft de dominee - huis- of niet - 'n stem . Hy wordt er voor betaald,<br />

en studeert er voor . De mensen die dus beweren dat men<br />

wel doet de geestelijken uit z'n huis to houden, weten niet wat ze<br />

zeggen.<br />

Maar intusschen wist Wouter niet wat-i zou aanvangen . Naar<br />

school gaan, kon-i niet. Meester had hem uitdrukkelyk verboden<br />

verder meetescheppen uit die bron van Wetenschap . Wandelen<br />

mocht-i niet . „God weet wat je weer uitvoert als ik je'n-uit m'n<br />

oogen verlies" zei de moeder, die voorgaf bevreesd to zyn dat-i weer<br />

zou losgaan op de kloosters, maar eigenlyk alleen daarom 't verlof<br />

tot uitgaan weigerde, omdat Wouter dat verlof gevraagd had . Want<br />

ze meende, als velen, dat het voor ondeugende kinderen nuttig is,<br />

in alles to worden gedwarsboomd .<br />

Als Wouter slaw ware geweest, had-i misschien voorgewend<br />

verlief d to zyn op die donkere achterkamer, om de trap to worden<br />

afgejaagd tot zedelyke verbetering, en dan had-i 'n bezoek<br />

kunnen brengen aan z'n molens .<br />

Maar Wouter was niet slaw .<br />

En de voorkamer was hem verboden omdat de jonge juffrouwen<br />

„hem niet konden zien ." Met doze woorden namelyk druk=<br />

ten zy haar afschuw van roovers en Wouter's verdorvendheid uit .<br />

399 . Ja, wel was ze donker, die achterkamer ! En ware zy<br />

maar alleen donker geweest, doch ze was bovendien vuil, bekrompen,<br />

en gevuld met al de dampen die de dagelijksche atmosfeer<br />

uitmaken van III, 7, bi (PP) .<br />

Als 'n looden domper drukt zoo'n verblyf iemand op 't hart en<br />

ik mag niet toegeven, aan wat misschien m'n plicht was, aan de<br />

begeerte tot nauwkeurige beschryving van zoo'n hol, om niet oorzaak<br />

to wezen van de misselykheid die auteur en lezer bevangen<br />

zou by zulke beschryving.<br />

Ja, m'n plicht misschien ! Want wie met de pen spreekt tot<br />

het Volk, heeft 'n roeping to vervullen, 'n roeping to heiliger<br />

omdat ze niet als sommige andere roepingen mag worden gemaakt<br />

tot 'n beroep .<br />

Wat toch beweegt my, u to verhalen van onder-voorjuf f rouwen,


IDEEN VAN MULTATULI . 2 7 3<br />

en Pennewip's pruik? Van zingende molens en bakersoudje? Van<br />

vuile achterkamers en de hysterische godsdolheid der Lapsen ?<br />

Van Stoffel's vrouwelyke werkwoorden en Wouters koninkschap .<br />

Wat beweegt my daartoe ?<br />

Is 't me om eer to doen ?<br />

Fraaie eer, de kopiist to wezen van de schimmelige portretten<br />

die onder, naast, boven, en achter ons rondwandelen, en to bekyken<br />

zyn op elke noordermarkt, om-niet .<br />

Dank?<br />

Ge hebt my niet to danken, PUBLIEK . Ik schryf wat ik verkies,<br />

onverschillig of 't u aanstaat . En als ik let op de dingen<br />

die u wel aanstaan, als ik de voddery onderzoek, weeg en schat,<br />

waarvoor gy uw handen roodklapt . . . zie, dan hoop ik dat ge u<br />

te-bersten fluit over myn werk . *)<br />

Meent ge inderdaad dat 'n schryver wiens schryven middel is,<br />

en geen doel . . . een schryver, die „wat to zeggen heeft" iemand<br />

die zich opgewekt voelde iets tot-stand to brengen dat verre ligt<br />

buiten 't bereik van de ambachtslui der litteratuur . . . meent ge<br />

waarlyk dat zoo-iemand gesteld is op uw goedkeuring, en dat by<br />

uw : „matte animo, m'n jongentje" opvangt in z'n muts, als 'n<br />

welkome aalmoes van den goedgeluimden rentenier aan 't genie?<br />

Meent ge dat ?<br />

Ha, ha, gy die alles uit Parys ontvangt, of uit Neurenberg . . .<br />

en gy anderen die niets wezen zoudt, als ge niet tot iets waart<br />

gemaakt in de koninklyke voorkamer, of in 't kabinet van 'n minister<br />

die meestal zelf moeite heeft iets to blyven . . . meent gy<br />

alien inderdaad wat to beduiden, omdat ge in voordeeligen handel<br />

met granen, speelgoed, slaapmutsen of bestuursluim, de weinige<br />

stuivers hebt gewonnen die noodig zyn om myn werk -<br />

dat is : 't papier en den arbeid des zetters -- to betalen ?<br />

*) Amen, dat zy zoo!<br />

Tot dezen hartelyk gemeenden wensch, voel ik my onder de korrektie<br />

meer dan ooit gedwongen, door al wat ik dezer dagen (Juni '71) over<br />

den onlangs gestorven THORBECKE to lezen kreeg . By alle andere, my<br />

onbekend gebleven qieminente- eigenschappen van then f etisch, verneem<br />

ik nu ook : dat-i zoo-uitmunt to als . . . SchrEver !<br />

Aan het ophemelen van den «Staatsman,' - een der meest doorslaande<br />

blyken en oorzaken onzer dekadentie ! - was ik gewoon . Maar<br />

dat men hem nu ook als auteur verheft, is me eenigszins nieuw . De<br />

man schreef allergebrekkigst, en levert in z'n kreupele werken (452) een<br />

getrouwe afspiegeling van z'n bekroinpen geestvermogens . Hy was een<br />

der kleinste mannen die ooit 'n rolletje speelden op publiek terrein .<br />

Arm Nederland<br />

Wat my betreft, ik schaam my opgang to maken in 'n land dat zich<br />

sedert twintig jaren liet gebruiken tot voetstuk van zooveel walgelyke<br />

geestesarmoed, als die dorre droge kommiezige ideenlooze bureau-kunstenmaker<br />

by voortduring ten-toon spreidde, en ik houd me aan den<br />

wensch in m'n tekst ; om godswil, fluit my uit ! Ik zou anders genoodzaakt<br />

zyn de pen neerteleggen .<br />

IDEEN 1 . I8


274 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Scheurt eens 'n blaadjen uit uw kopyboek, gy kooplui, en teekent<br />

eens 'n denkbeeld uit op dat blaadje, dan zullen we zien<br />

hoe 't eerste ding er uitziet dat ge niet hebt gekregen uit vreemde<br />

f abriek.<br />

Trekt eens los die zyden linten van uw portefeuille lien gezoo<br />

pronkerig draagt onder den arm, o ministers, alsof 't Volk<br />

niet wist dat die vodden sedert jaren het distinktief zyn der prachtuitgaven<br />

van onbeduidendheid ! Trekt eens los die linten . . . open . . .<br />

open ! Laat eens zien wat ge hebt, wat ge zyt, wat ge inderdaad<br />

wezen zoudt als MENS, indien ge niet door 'n bovendryvend<br />

kliekje Kamerleden waart opgeheven tot schynbare vertegenwoordigers<br />

der denkbeelden die zyzelf niet hebben !<br />

Wat me tot schryven beweegt, nogeens ?<br />

Geld . . . betaling ?<br />

Ontvangt het schaap betaling voor z'n wol, de koe voor haar<br />

melk ?<br />

De betaling is voor de lakenkoopers en voor de kaashandelaars,<br />

die geen melk of wol zel f makers . Wat veel fatsoenlyker is, zooals<br />

we gezien hebben .<br />

Doch schapen en koeien worden gevoed ten minste, zy 't dan<br />

ook niet ter belooning van wat ze gaven, dan Loch opdat ze gevende<br />

blyven zouden .<br />

Maar schryvers, dichters, kunstenaars . . .<br />

Ja, ook de koeien en schapen worden nu-en-dan gevoed . Maar<br />

't is niet de ruime frissche wei . Men bewaart ze in muffe dompige<br />

boven-achterdoosjes . . . en dan klaagt men nog dat ze er 'niet<br />

voordeelig uitzien, en schrale wol geven, of blauwe melk . . .<br />

Foei !<br />

Betaling ?<br />

(1879 .) Nederlandsche ambachts- of kooplieden, industrieelen . enz. laten<br />

zich niet afschepen met minder loon dan hun kollegaas in 't buitenland<br />

ten-deel valt, maar 'n hollandsch schryver - die N . B . to wedyveren<br />

heeft met de vernuften van heel de beschaafde wereld ! - moet zich<br />

tevreden stellen met 'n bespottelyk geringe betaling . Dit is even oneerlyk<br />

als dom van de Natie . En vraagt men of in ons land deze onhebbelyke<br />

fout wordt goedgemaakt door hartelyker hulde, dieper vereering,<br />

meer invloed, hooger aanzien, verhevener standpunt? Geenzins! Om nu<br />

van den waan der geldmannen niet to spreken, het voddigst ministertje<br />

van den dag, die zoo-even door 'n haagsch knoeierytjen op 't kussen<br />

kwam en wiens naam straks zal vergeten zyn, acht zich verheven boven<br />

den man die zonder de minste hulp van anderen, uit eigen brein of hart,<br />

door eigen arbeid en en vaak ten-koste van bittere levenservaring, duizenden<br />

sticht, leert of vermaakt . Een deel van PUBLIEK, dom als altoos, neemt<br />

met die koddig treurige rangverwarring genoegen, zonder zelf to weten<br />

hoe uilig het zich aansteld. Een ander deel tracht door smaak aantevullen<br />

wat er aan betaling ontbreekt. En dat PUBLIEK maakt nog aanspraken<br />

! Dat eischt nog mooischryvery van z'n auteurs ! Dat wil'n tnederlandsch<br />

tooneel» hebben ! Dat spreekt van Nationaliteit! Allons donc!


IDEEN VAN MULTATULI . 2 7 5<br />

400 . Wat me dan beweegt ? 1 k zal 't u zeg g en, PUBLIEK . . . voor<br />

'n deel althans . Ikben u nietsschuldig,dos ook niet al de waarheid .<br />

Maar wat ik u geef, zal waarheid wezen .<br />

Wat me beweegt ? Ziehier<br />

Ge zult moeite hebben my to gelooven, maar toch wil ik u verzekeren<br />

dat er menschen bestaan die van hun j eugd of zich bezighielden<br />

met denken.<br />

't Klinkt vreemd, paradoks, 't j aagt u schrik aan . . maar inderdaad<br />

het is zoo .<br />

Daaronder zyn er die opgemerkt hebben dat er in onze maatschappy<br />

veel is wat anders wezen moest, en met w at goeden wil, anders<br />

wezen kon . Het terechtbrengen van al 't verkeerde is onmogelyk,<br />

maar 't berusten in verkeerdheden, omdat wy ze niet alien kunnen<br />

veranderen, is aftekeuren, en - naar myn opvatting der roeping<br />

van den mens - misdadig.<br />

Want wie op zyn weg 'n steen vindt, die oorzaak wezen kan van<br />

struikeling voor wien na hem komt, kantele dien ter-zyde . Het is<br />

niet voldoende den steen omtegaan, en alleen zichzelf to waren tegen<br />

schade. Daar rust op ieder lid van 't groote reisgezelschap des<br />

menselyken geslachts 'n dure verplichting den kant des wegs dien<br />

by langs-ging, to merken met weggeruimde hindernissen, opdat die<br />

eervolle gedenkteekenen van z'n arbeid, aan latere reizigers strekken<br />

tot voordeel, hen opwekken tot dankbaarheid, en aansporen tot<br />

navolging .<br />

Maar er zyn zeer zware steenen ! Daartoe gebruiken de mynwerkers<br />

kruit en dynamiet .<br />

En de groote, logge, schynbaar onbeweeg bare rotsblokken die den<br />

weg naar volksgeluk en volmaking versperren, laat men springen<br />

door wat geest .<br />

Veel is er niet noodig, zooals ge ziet. Maar toch altyd meer dan er<br />

wordt gestookt uit uw granen, PUBLIEK .<br />

Sedert lang heb ik my beyverd hier-en-daar 'n steen uit den weg<br />

to ruimen. En als 't me niet gelukt, zal ik toch zorgdragen dat wie<br />

na my komt, sporen vinde van myne pogingen .<br />

401 . Het is niet zonder doel dat ik den held van m'n verhaal liet<br />

geboren worden in den kring van burgelyke bekrompenheid . Bekrompenheid<br />

naar ziel en lichaam beide, want er bestaat 'n zeer innige<br />

verwantschap tusschen de benauwde tweede-achterverdiepingsche<br />

denkbeelden, en de bekatechiseerde stof f erigheid van zoo'n<br />

omnibus-bedstee . Alles is in alles . Begrippen van deugd, zedelykheid,<br />

godsdienst, zyn veelal geschoeid op de leest van de ruimte<br />

waarin men zich bewoog . (336) Want de mens - zooals de geheele<br />

Natuur - schept niets . Om to geraken tot de gothische bouworde,<br />

moesten wy eerst zien hoe 't eikenwoud zich welf de tot 'n kerkdak,<br />

en de omk rullende akanthus was noodig om ons de korinthische<br />

to leeren. Wie in en met zonneschyn leeft, maakt zich 'n god van


27 6 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

licht en kleuren, en waar men genoodzaakt is den ell eboog aan 't<br />

lyf to houden om vrede to hebben met 'n kontubernaal, heeft men<br />

'n godje noodig dat niet veel plaats inneemt . Dien god zal men dus<br />

kleinzeerig, kribbig, lastig, kwalyknemend, vervelend en kwaadaardig<br />

waken, als men steeds gedwongen was z'n eigen leven to persen<br />

in kleine vormen, en als er dan nog bovendien vuiligheid bykomt,<br />

is er in 't geheel geen huishouden met zoo'n god .<br />

De zoogenaamd christelyke godsdienst heeft het meest opgang<br />

gemaakt, zich 't best staande-gehouden in streken waar de mensen<br />

't dichtst op elkaar gedrongen zyn, en waar alzoo in benauwde kamertjes<br />

de beste gelegenheid bestond tot het uitbroeien der spokerige<br />

vertellingen van zondenval, zoendood, genade of ongenade, en eeuwige<br />

verdoemenis . Het leven in de opene, vrye, groene natuur -<br />

niet voor 'n individu, want 'n individu brengt z'n begrippen van<br />

huis mee - het Volksleven in de ruimte, vaagt die bekrompen denkbeelden<br />

weg, en men overstroome de zoogenaamd-onbeschaafde landen<br />

vry met zendelingen en evangeliums, zonder dwang zal men<br />

nooit slagen in de trouwens moeielyke taak om de muf f e kamerzotternyen<br />

optedringen aan volken die gewoon zyn hun indrukken to<br />

ontvangen van de frissche buitennatuur .<br />

402 . Ik heb 'n serjant gekend die de willems-orde ,reklameerde."<br />

Ik was toen klerk op 'n prokureurskantoor, en hielp den<br />

man aan z'n rekwesten „en 7erder gemaal met dat ministerie ."<br />

Z'n ,beleid" stond vast. Z'n ,trouw" was verheven boven<br />

alien twyfel. Dit kon men lezen op z'n koperen medaille van<br />

twaalfjarigen dienst. De zaak kwam dus alleen neer op z'n moed<br />

- Zieje, jongeheer, dat kan ik ze maar niet aan 't verstand<br />

brengen . Ik Rep . . . en schoot . . . en zei . . . en de luitenant<br />

zei . . . en toen kwam ik . . .<br />

Volgt : de historie van z'n moed. Och arm . . . soldatenmoed !<br />

Daar is wat andere moed noodig in 't leven !<br />

- Zieje, jongeheer, dat wou ik ze nog 'refs goed aangetoond<br />

hebben in 'n rekwest . . . maar 't moet op pooten staan. Ik wou<br />

graag m'n moed bewezen hebben, weetje . . . als je dat doet,<br />

ben ik klaar .<br />

Ik zei : Jawel, en schreef 'n rekwest - 't was het zeventiende,<br />

geloof ik - deze keer met een paar latynsche spreuken er in,<br />

omdat ik klerk was by 'n prokureur .<br />

De moed zegevierde ditmaal . . . waarschynlyk door 't latyn .<br />

M'n serjant werd ridder en ik ging met hem wandelen. Dit vond<br />

ik prettig om 't aanslaan.<br />

Helaas, helaas, welke prokureursklerk zal 'n rekwest schryven<br />

voor my, waarin wordt aangetoond welken moed ik noodig had<br />

om to schryven zooals ik schryf 2<br />

- Zieje, jongeheer, als ze daar zoo zitten achter hun lessenaar<br />

op dat ministerie, begrypen ze niet . . .<br />

Ziet ge, toekomstig PUBLIEK, als ge daar zoo zit in uw lateren


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

2 7 7<br />

tyd, achter den hoogen lessenaar uwer twintig eeuwen meer . . .<br />

zult go niet begrypen hoeveel mood er noodig was in 1862, om<br />

inteloopen tegen de battery die u zoo laag en platgeschoten voorkomt,<br />

in drie-duizend zooveel ! (Vgl . Noot op 131 .)<br />

Maar willems- of andere orden wil ik er niet voor hebben,<br />

403 . Ik trek te-velde tegen al wat op zedelyk, maatschappelyk<br />

en staatkundig gebied klein, gemeen, bekrompen of benauwd is .<br />

- Wat de wyze aangaat waarop ik dien stryd voer, begeer<br />

ik m'n volkomen vryheid to bewaren, zonder achttegeven op gewoonte<br />

of school. Wie 't niet aanstaat, mag zich by m'n buurman<br />

voorzien .<br />

En wie meenenn mocht dat ik gebrek aan beleid verraad door<br />

de oneerbiedigheid waarmee ik u aanspreek, PUBLIEK, toont zelf<br />

niet ruim voorzien to wezen van beleid . Want, dit moet ik zeggen<br />

in uw voordeel, kwalyknemend of haatdragend zyt ge niet.<br />

Ik hoor u sedert achttien eeuwen uitschelden voor goddeloos,<br />

verdorven, verdoemd, en zoo al voort, en in plaats van boos to<br />

worden, zingt ge psalmen op de wys van m'n bakerlied, ter eere<br />

van de verdoemers .<br />

Er is nog iets dat ik in u heb opgemerkt, of liever ik heb de<br />

oude opmerking bevestigd gezien, dat het veel veiliger is 'n heel<br />

publiek uitteschelden dan 'n individu .<br />

Als men polichinel z'n bochel verwyt, schynt by aan de eer<br />

zijner familie verplicht u rekenschap to vragen van uw gebrek<br />

aan scherpzichtigheid, daar ge - volgens hem - hadt moeten<br />

heenkyken door dien bochel .<br />

Maar als men een geheel Publiek<br />

opmerkzaam maakt op zulke kameelige verhevenheden, troost zich<br />

de een met de mismaaktheid van den ander, en „vermaakt er<br />

zich mee" als 'n ,springend" wichtje van Van Alphen. 0, gy<br />

bochels . . .<br />

404 . - Lieve god, Marianne, zet toch 't venster open !<br />

Ach, lezer, ik heb u vergeving to vragen . Als 't niet m'n<br />

vaste gewoonte was nooit iets door to halen, zoudt ge de voorgaande<br />

oneerbiedige paragrafen nooit onder de oogen hebben gekregen<br />

. Verbeeld u dat ik door huiselyke omstandigheden -<br />

orgels, zangers, opgenomen vloerkleeden, boos humeur van de<br />

meid, geldgebrek en dergelyke gemoeds-servituten - ben aangeland<br />

op 'n keukenkamertje . Daar zijn de regels geschreven die<br />

u geweldig moeten hinderen, en die onverschoonbaar wezen zouden<br />

als ik niet ware beklemd geweest tusschen 'n paar aarden potten,<br />

'n keukenmeid en 'n bak met wortelen .<br />

Gebrek aan ruimte, aan kalmte en aan lucht heeft zoo nadeelig<br />

gewerkt op m'n humeur, dat ik - die anders vroolyk van<br />

aard ben, en al m'n lezers dol liefheb - ben verleid geworden<br />

tot zwartgalligheid en onaangename toespraak . Ik schyn niet


2 7 8<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

recht by m'n zinnen geweest to zijn . Ik veracht u in 't minst<br />

niet, ik zou lust hebben u om den hals to vliegen uit pure genegenheid,<br />

en hoe ik u bezie van-achteren of van voren, ik vind<br />

geen spoor van 'n bochel . Ook was 'k nooit klerk by 'n prokureur.<br />

Ge ziet dus dat ik niet wist wat ik zeide .<br />

Ja, de frissche lucht heeft uw bochel afgewaaid, en ik ga wat<br />

wandelen . Zoodra 't goed weer is, zal 'k eens 'n paar hoof dstukken<br />

schryven a la belle etoile .<br />

Wat vluchtige karakterstudie, gevolgd door 'n zot sprookje .<br />

405 . Maar als ik, die van-tyd-tot-tyd de werelddeelen doorjaag<br />

als 'n nieuwe Mazeppa, als ik zoo op-eenmaal toegaf aan den<br />

benauwenden indruk van 'n keukenkamertje, hoe moet dan wel<br />

de ziel van dien armen Wouter zijn benepen geweest tusschen de<br />

muren zyner mooning, en in de sterk toegehaalde banden van z'n<br />

geheel bestaan .<br />

De arme jongen was bewinseld en bezwachteld van z'n geboorte<br />

af. Kromme beentjes, bybelsche geschiedenis, engelsche<br />

ziekte, met twee woorden spreken, versjes over deugd en gehoorzame<br />

jongetjes, mooi-handje geven, knielende avendgebedjes, toornige<br />

godsgerichten, zwarte mannen voor stoute kinderen, „oogjes<br />

toe" voor en na 'n boterham, slapen met opgetrokken knieen,<br />

zonde doen, angst over gescheurde broeken, godsdienstoefeningen<br />

met of zonder akkompanjement van gevoeligheid . . . arme Wouter !<br />

Ik weet wel dat duizenden en duizenden geen beter lot hebben,<br />

maar juist daarom zeg ik : Arme Wouter ! Misschien dat die uitroep<br />

anderen opwekt tot de klacht : arme Wuters 1<br />

En al ware dit zoo niet, wat den een past, is to ruim of to<br />

nauw voor 'n ander, en Wouters ziel was van ongewone leest .<br />

Het kluchtig rooverslied dat hem was ingegeven door 't pas<br />

gelezen boek, toonde hoe zyn maagdelyke verbeelding was getroffen<br />

door de indrukken van wat hem groot voorkwam . Hy was<br />

nog geheel kind, en bovendien 'n goed kind . Hy zou geen vliegje<br />

hebben leed gedaan, zoodat de hoogst krimineele strekking van<br />

z'n lied alleen voortkwam uit de zucht om op-eenmaal 't hoog8te<br />

to grypen, het verste to bereiken, de eerste to zyn, in 't wedperk<br />

dat z'n kinderlyke fantazie hem had ingeleid .<br />

Roover . . . goed ! Maar dan ook 'n flinke roover, 'n roover<br />

boven alles, 'n roover zonder genade, 'n roover voor pleizier !<br />

Van dat vrouwen honen had-i eigenlyk geen begrip . Hy zei dat<br />

maar om 't rym, en wyl-i uit 'n paar zinsneden van z'n boek<br />

had opgemaakt dat het zoo'n byzonder aangename uitspanning was .<br />

Als-i voor z'n veertien stuivers toevallig 'n Karel Grandisonvervelender<br />

gedachtenisse ! - had to lezen gekregen, zou z'n gedicht<br />

van dien woensdag heel anders uitgevallen zyn, en by had<br />

misschien . . . ja zeker had-i dan de hand van verzoening gereikt


IDEEN VAN MULTATULI . 27 9<br />

aan Slachterskeesje, en dien wellicht nog 'n paar griften toegegeven,<br />

met volkomen vergiffenis voor 't onjuist verhuizen van<br />

dezen of genen graaf .<br />

Want het eigenaardige van gemoederen als dat van Wouter,<br />

is dat ze geheel zyn wat ze zyn, en verder gaan, in welke richting<br />

ook, dan oppervlakkig scheen to liggen in de macht der indrukken<br />

die hem 't eerst die richting volgen deden. Er zou van<br />

zulke karakters veel to wachten zyn, wanneer niet het Coeval -<br />

d .i. deze of gene natuurlyke oorzaak die we niet kennen, en die<br />

we toeval noemen uit schaamte over dat gebrek aan kennis, wanneer<br />

niet zoo'n toeval zich vermaakte de Wouters to doen geboren<br />

worden in 'n kring waar ze niet worden begrepen . . . en<br />

dus mishandeld .<br />

Want ook dit is een van onze eigenaardigheden, dat we gaarne<br />

iemand mishandelen wiens ziel anders is bewerktuigd dan de onze .<br />

,,Hoe beweegt zich toch dat horloge ?" vraagt 'n kind, en rust niet<br />

voor-i het door hem niet begrepen raderwerk heeft stuk gedraaid .<br />

Dan ligt de boel in elkaar, en de kleine misdadiger verontschuldigt<br />

zich met de betuiging ,dat-i weten wilde hoe 't gemaakt<br />

was" .<br />

Zoo ook willen volwassen kinderen van de soort die we kortheidshalve<br />

mensen noemen, als het toeval hun 'n kostbaar<br />

werk in handen speelt - een werk althans dat anders is samengesteld<br />

dan gewone Neurenberger eieren - gedurig onderzoeken<br />

hoe 't gemaakt is ? En ze rusten meestal niet voor ze hun<br />

gebrek aan werktuigkunde hebben gewroken op 't ongelukkig<br />

voorwerp dat zich verstoutte ietwat to verschillen van die eieren .<br />

De pointe van 't achtste courantenbericht uit de vyftigste eeuw<br />

is niet nieuw. Ik beweer niet ooit iets nieuws to schryven, wat<br />

dan ook zelden de moeite waard wezen zou, want de waarheid<br />

is oud. Lang voor brandstapels en katechizeermeesters was er<br />

' n man die zich vermaakte met het „terechtbrengen" van de<br />

voorbygangers, door ze in zyn bedstee to leggen en uitterekken<br />

tot zyn maat als ze to kort waren, of door afteknippen wat uitstak<br />

als ze zich verstoutten zyn model in lengte to overtref f en.<br />

Dien man heef t Theseus doodgeslagen, en daaraan deed Theseus<br />

wel . Maar by heeft de bedstee laten bestaan, en dat is<br />

niet goed, want de erfgenamen van dien juiste-maatstelselaar<br />

zetten op hun gemak 't handwerk voort.<br />

Maar omdat nu m'n venster openstaat, wil ik voor ditmaal<br />

den lezer hierover niet verder lastig vallen . Ook zou 't den schyn<br />

hebben alsof ik anderen wou pasmaken in myn bedstee . Dat<br />

wil ik niet, en daarom vertell ik nu weer wat anders .<br />

406 . Wouter zat met beide ellebogen op de tafel, en liet daarop<br />

het hoofd rusten . Hy scheen verdiept in 't over'shandsche<br />

naadje dat Leentje bezighield, maar we zullen terstond zien dat


2 8 0 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

z'n gedachten elders waren, en wel zeer ver van Burgerstand<br />

III, b 1 (P P).<br />

Men had haar verboden to spreken met ,,die :i kwajongen" en<br />

slechts van-tyd tot-tyd, als juffrouw Pieterse de kamer verliet,<br />

vond Leentje gelegenheid hem eenige troostwoorden toetevoegen,<br />

schoon 't haar in 't oog viel dat Wouter niet zoo bedroefd<br />

was als men veronderstellen zou van iemand die benepen zat<br />

tusschen de kastyding van gister en den huisdominee van morgen.<br />

Want morgen zou de man komen om de zaak aftedoen .<br />

- Maar, Wouter, hoe kon je spreken van brandstichten ?<br />

- Och . . . ik meende . . . sjt !<br />

- En die graaf . . . wat was dat weer met then graaf ?<br />

- 't Was 'n markgraaf . . . sj t !<br />

- Wat is dat voor 'n graaf ? Zeker weer uit 'n ander huis ?<br />

- Ja . . . 't was de vader van Amalia . Maar dat is de zaak<br />

niet . . . ik heb je wat to zeggen, Leentje . . . sjt !<br />

- Amalia? Wie is Amalia?<br />

- Dat was m'n bruid . Maar Leentje, ik wilde je zeggen . . . sjt !<br />

- Je bruid ? Benje g ek, Wouter . . . je bruid ?<br />

- Ja, dat was ze . . . maar nu niet meer . Ik wou haar helpen,<br />

en dreef daarheen . . . toen kwam er 'n eend . . . maar,<br />

Leentje, dat is de zaak niet . . . ik begryp nu alles , . . sjt !<br />

Ik ben voorbygedreven . . . sjt !<br />

- Wie . . . waar . . . wat benje voorbygedreven?<br />

- Amalia. Ze zat in 't kroos . . . ik begryp nu alles . . .<br />

ik ben . . . sjt !<br />

- Ik begryp er niets van, Wouter. Maar zeg eens, die vrouwen<br />

. . . waarom toch wou je die vrouwen . . .<br />

Arme Leentje . . . zy was nooit gehoond ! Ze had er zooveel<br />

voor over gehad !<br />

- Die vrouwen stonden in 't boek . Maar hoor eens . . . ik<br />

ben . . . sjt !<br />

- En dat klooster ?<br />

-- Dat doet er` niet toe. Ik weet nu alles, alles . . . luister,<br />

ik zal 't je zeggen, Leentje . . . sjt!<br />

- M'n god . Wouter, jongen, wat mankeert je ? Je kykt alsof<br />

je gek bent .<br />

Wouter was opgestaan . Hy hief zich hoog op, richtte een fieren<br />

blik naar de balken, legde de rechterhand op 't hart, stale<br />

de linker uit als om 'n spaan chen mantel to drapeeren . . .<br />

Men bedenke dat Wouter nooit in den schouwburg geweest<br />

was , . .<br />

. . . en zeide .<br />

- Leentje, ik ben 'n prins<br />

Daarop - kwam de moeder binnen, en verwyderde hem met 'n<br />

paar oorvegen uit Leentje's tegenwoordigheid .


WHEN VAN M VLTA,.TULI. 281<br />

407 . Het prinsdom van Wouter lag in de maan . . . neen,<br />

veel verder.<br />

Ziehier hoe hij gekomen was tot de nieuwe waardigheid .<br />

Lang voor 't begin dezer geschiedenis - ja, z66r lang geleden<br />

was er 'n koningin der geesten, juist als in Hans Heiling.<br />

Ze heette A-00 .<br />

Ze bewoonde geen hol, zooals in Hans, maar hield haar hof<br />

ver boven - de wolken, wat luchtiger is en dan ook beter past<br />

voor 'n koningin .<br />

Ze droeg 'n halssnoer van sterren, en er was 'n zon gezet<br />

in haar zegelri -ng .<br />

Als ze uitging stoven de nevelvlekken op als stof, en met<br />

een waaierslag verjaagde ze de firmamenten .<br />

Haar kinderen speelden met planeten als knikkers, en klaagden<br />

dat die zoo moeielyk waren weer to vinden na 't wegrollen<br />

tusschen 't huisraad .<br />

Het zoontje der koningin, grins Upsilon, was verdrietig daarover,<br />

en verlangde gedurig ander speelgoed .<br />

De koningin liet hem 'n doosje siriussen geven, maar binnen<br />

weinig tyds waren ook deze weer verloren . Doch 't was Upsilon's<br />

eigen schuld . Hy had maar beter moeten achtgeven op z'n<br />

speelgoed.<br />

Men stelde hem zoo goed mogelyk tevreden . Maar wat men<br />

hem ook gaf, gedurig vraagde by wat anders, wat grooters, en<br />

m66r. Dit was 'n fout in 't karakter van den kleinen grins .<br />

De moeder, die als koningin der geesten 'n zeer verstandige<br />

vrouw was . . .<br />

408 . Daar is tusschen verstand en geest geen zoo wyde kloof<br />

als beweerd wordt door wezens die gebrek hebben aan beide .<br />

409 . . . . de moeder begreep dat het voor den kleine nuttig<br />

wezen zou zich 'n beetje to gewennen aan ontbering .<br />

Daarom gelastte zy dat men Upsilon eenigen tyd geheel zonder<br />

speelgoed laten zou .<br />

Dit geschiedde .<br />

Men nam hem alles af. Zelfs de komeet waarmed-i aan 't<br />

kaatsen was met prinses Omikron, z'n zusje .<br />

Prins Upsilon was driftig van aard, en vergat zich in z'n uitdrukkingen<br />

z66ver dat by iets oneerbiedigs zeide over zijne moeder .<br />

Ook prinses Omikron, verleid door zyn voorbeeld - want niets<br />

is verderfelyker dan slechte voorbeelden - wierp met driftig<br />

gebaar haar palet tegen 't heelal . En dat staat niet voor'n meisje .<br />

Nu bestond er in 't ryk der geesten 'n wet dat wie 't ontzag<br />

voor de koningin uit het oog verloor, of iets tegen 't heelal<br />

aangooide, daarvoor zou worden gestraft met tydelyk verlies van<br />

alle waardigheid .<br />

Prins Upsilon werd 'n zandkorl .


282 IDEEN VAN MtJLTATULI .<br />

Na zich 'n paarduizend eeuwen goed gedragen to hebben, werd<br />

hem de heugelyke tyding medegedeeld dat-i bevorderd was tot<br />

mosplantje .<br />

In deze hoedanigheid paste by braaf op, en deed wat 'n goed<br />

mosplantje behoort to doen .<br />

Op zekeren morgen ontwaakte by als poliep .<br />

Dit geschiedde omstreeks den tyd toen de mensen begonnen<br />

hun spyzen to bereiden met vuur .<br />

Hy bouwde 'n paar werelddeelen, en werd 'n eeuw of duizend<br />

daarna tot belooning van z'n yver veranderd in 'n garnaal .<br />

Ook in deze betrekking had niemand de minste klachte over<br />

z'n gedrag, en weldra ging-i over in de klasse der zeeslangen .<br />

Hy vermaakte zich heel onschuldig door schuilhokje to spelen<br />

met de zeelui *) maar deed niemand kwaad, en kreeg daarop<br />

vier pooten, met rang van mastodont, en de vergunning zich wat<br />

to vertreden op 't land .<br />

Met wysgeerige gelatenheid schikte by zich in then nieuwen<br />

stand, en hield zich bezig met geologische opmerkingen .<br />

Een paar millioen eeuwen later . . .<br />

Als ik zoo van eeuwen spreek, houde men in 't oog dat al die<br />

tyd te-zamen genomen in het ryk der geesten maar 'n klein kwartiertje<br />

was . . . of juister : dat die tyd volstrekt niets was. Want<br />

*) Schuilhokje - als anisterdamismus juister : schuilhokkie - gelde voor<br />

schuilhokje. In vorige uitgaven staat : schuilevinkje, dat ik gedachteloos<br />

geschreven had, en waaromtrent ik verwys naar de noot op 887, onder<br />

opmerking dat ik waarschynlyk deze fout niet zou gemaakt hebben, inthen<br />

het hier myn doel ware geweest een by-uitsluiting taalkundig werk<br />

to schryven, gelyk met den arbeid des heereu D . V. en T . W. wel het<br />

geval was . Wie dit op zich neeint, behoort er meer van to weten dan<br />

zich die geleerden - volgens getuigenis van zoo'n binnengesmokkelden<br />

vink -- blyken to veroorlooven .<br />

Wat de zeeslangen aangaat, deze sujetten vertoonen zich periodiek , . .<br />

in couranten . De zeer ,geloofwaardige getuigen» ontbreken nooit, zoo<br />

dikwyls er penurie is aan nieuws of politiek .<br />

Toch begryp ik de mogelykheid der goede trouw van sommigen die<br />

beweren zoo'n zeeslang gezien to hebben . Onder eenige voorwaarden<br />

van weer, wind en dampkring, vertoont zich op den Oceaan somwylen<br />

aan de kim zekere rafeling die - met wat voorbeschiktheid tot het<br />

wddrvinden van iets vreemds - zou kunnen worden opgevat als het<br />

schuifelen van 'n reusachtige slang . Ook is hier misschien fata morgana<br />

in het spel, zooals byv . op den Blocksberg . Zoodanige aan gezichtsbedrog<br />

ontleende verontschuldiging houdt evenwel op, wanneer de igeloofwaardige<br />

getuigeni hun berichten met afbeeldingen opluisteren. Er bestaan<br />

platen waarop de slang zich eenige malen om den romp van 'n driedekker<br />

kronkelt, en dan nog lengte genoeg overhoudt om met kop en<br />

staart beide, de bramzaling to bereiken . Een sloep kan ongedeerd tusschen<br />

de tanden van zoo'n monster heenroeien, Toch blykt niet ieder<br />

die deze byzonderheid to zien krygt, oogenblikkelyk van schrik to sterven,<br />

want er blyven somtyds -geloofwaardige getuigena die teekenen<br />

kunnen, in leven om de zaak behoorlyk in plaat to brengen .


IDEEN VAN MULTATULI . 2 83<br />

tyd is uitgevonden tot gemak van de mensen, zooals wy spelboeken<br />

geven aan kinderen . Voor geesten is toen, nu en dan<br />

volkomen hetzelf de. Zy grypen gisteren, heden en morgen te-zamen<br />

met een blik, even als men zonder spellen 'n woord leest . Wat<br />

was en wezen zal, is .<br />

Dat wisten de Egyptenaars en de Feniciers heel goed, maar<br />

de Christenen hebben 't vergeten .<br />

FANCY begreep dat Wouter niet lezen kon, en daarom spelde<br />

ze hem Upsilon's geschiedenis voor, zooals ik doe voor den lezer .<br />

Een paar millioen eeuwen later alzoo, klom-i op tot olifant en<br />

'n geestminuut of wat daarna, dat is dus tiers jaren - menschelyke<br />

jaren ditmaal - voor den aanvang van m'n verhaal, werd-i<br />

overgeplaatst in de klasse der mensen .<br />

Wat-i als olifantt misdaan had, weet ik niet . *)<br />

Maar, had FANCY gezegd, om nu niet verder teruggezet, en<br />

om binnen weinig tyds hersteld to worden in z'n rang als prins<br />

van den geeste, moest-i nu als mens braaf oppassen, geen roofliederen<br />

maken, niets verkwanselen, zelfs geen bybel . . . en dan<br />

zou 't wel gaan .<br />

Ook moest-i zich schikken in de sleepeloosheid van juffrouw<br />

Pieterse . ,Dit was nu eenmaal zoo!" zei FANCY .<br />

*) Zeer inkorrekt! De geestigheid van FANCY'S mededeelingen is van<br />

beter gehalte dan deze boutade van den auteur, die alweder - gelyk<br />

in 183 en 385 en zeer ten onrechte - de sprekende produkten van<br />

z'n eigen vinding in de rede valt . JEZUS, PENNEWIP en FANCY hebben<br />

reden tot klachten, en ik beken schuld. Toch laat ik dien ongepasten<br />

uitval staan, daar by me by-gelegenheid dienen kan als uitmuntend voorbeeld<br />

van valsch-vernuft, geheel iets anders dan gewoonlyk met dien<br />

naam bestempeld wordt . Valsch vernuft namelyk is niet gelykbeteekenend<br />

met geen vernuft, zooals door sommigen gemeend wordt .<br />

410 . Die FANCY scheen 'n soort hofdame van Wouters moeder<br />

to wezen, die hem 'n bezoek bracht in z'n ballingschap om hem<br />

wat optebeuren en moed intespreken, opdat-i de tydelyke bestraffing<br />

die hem ten-deel viel, niet zou opvatten alsof men boos op<br />

hem was .<br />

Zy beloof de hem to bezoeken van-tyd tot tyd . . .<br />

- Maar, had Wouter gevraagd, hoe vaart m'n zusje 2<br />

- Uw zusjen is ook gestraft . . .ge kent de wet . Doch zy is 'n<br />

lief kind. Ze schikt zich geduldig in de kastyding, en belooft beterschap<br />

. In den beginne is zy een luchtbolletje geweest, en heeft<br />

zich als zoodanig onberispelyk gedragen . Daarop werd ze een<br />

maanstraal, en ook in die hoedanigheid was er niets op haar to<br />

zeggen . Zy scheen dat het 'n lust was, en uw moeder had geestkracht<br />

noodig om haar straf niet to bekorten . Zeer spoedig is ze<br />

dan ook bevorderd tot geur, en voldeed byzonder, want ze vulde<br />

de heelallen dat wy er hoof dpyn van kregen . Dit gebeurde om-


28 4<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

streeks den tyd toen gy begonnen zyt gras to gebruiken . Wel<br />

dra werd ze 'n vlinder . Maar uw moeder vond die konditie niet<br />

geschikt voor 'n meisje, en liet haar daarom spoedig overgaan<br />

in 'n sterrenbeeld . . . zie, daar staat ze . . . onder ons .<br />

Wouter zocht Omikron, maar vond haar niet . . .<br />

411 . 't Gebeurt zeer dikwyls dat we - iets niet zien omdat het<br />

to groot is.<br />

412 . - Zie, zeide FANCY. daar . . . rechts . . . peen, iets verder<br />

. . . daar . . . daar . . . de noordster ! Dat is haar linkeroog .<br />

Het rechter kunt ge niet zien, omdat ze bukt naar Orion, haar<br />

pop, then ze op haar schoot houdt en lief koost . . .<br />

Wouter zag het duidelyk en riep<br />

- Omikron . . . Omikron !<br />

- Neen, neen, sprak de hof dame, , dat gaat niet, prins ! Er<br />

staat uitdrukkelyk in den last der Koningin dat uw straf cellulair<br />

is . 't Is reeds 'n groote guest dat ge samen zyt opgesloten<br />

in den heelal . Toen onlangs uw broertjes den melkweg hadden<br />

bemorst met zondvloeden, zyn ze heel ver van elkaar gezet.<br />

Wouter was daarover zeer bedroef d . Hy had zoo graag 'n kus<br />

gegeven aan al die sterren met 'n pop op den schoot, die z'n<br />

zusjes waren . . .<br />

Ach, FANCY, riep hy, laat me samenwezen met Omikron !<br />

FANCY zeide niet, ja, en niet : peen. Ze had iets in haar wezen<br />

als iemand die nadenkt over de mogelykheid van het tot<br />

stand brengen eener hoogstmoeielyke zaak .<br />

Maar Wouter, moed scheppend uit haar weifelen, herhaalde<br />

z'n bede<br />

- Ach, laat me samenwezen met m'n zusjen . . . al moest ik<br />

weer gras eten of werelddeelen bouwen, ik zal eten en bouwen<br />

met lust en met yver als ik mag samenzyn met Omikron !<br />

't Schynt dat FANCY bevreesd was iets toetezeggen wat boven<br />

haar macht stond, en tevens dat het haar smartte die toezegging<br />

niet to kunnen geven<br />

- Ik zal 't vragen, fluisterde zy, en nu . . .<br />

Wouter wreef zich de oogen uit . . . . daar was 't brugj e . . . .<br />

daar de sloot . . .<br />

Hy hoorde de eend, die hem nog altyd uitschold uit de verte . . .<br />

Hy zag z'n molens weer . . . ja, ja, zy waren het !<br />

Maar ze heetten niet meer . . . hoe was ook weer die naam ?<br />

Die molens heetten d' 11forgenstond en den Arend, en zy riepen<br />

zooals houtzaa,gmolens gewoon zyn<br />

Karre karre, kra kra . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 28 5<br />

Daarop was Wouter naar-huis gegaan, en we hebben gezien<br />

wat hem daar wachtte .<br />

Plechtig bezoek van huisdominee, dat anders afloopt dan de scherpzinnigste<br />

lezer kan voorzien . .Taal, genade, 't huis op den hoek, de qekompromiteerde<br />

vrouw uit BABILON, prikkelslangen, napreek met gevoeligheid . . . arme WOUTER !<br />

413 . Daar de lezer veel ondervinding heeft - ik zoek sedert<br />

jaren te-vergeefs naar iemand die zich beklaagt over gebrek aan<br />

die waar - zal-i weten dat genoegens en rampen nooit zoo groot<br />

zyn als zy ons toeschenen in de verte.<br />

Het was dus to voorzien dat de huisdominee die W outer boven<br />

't hoofd hing, niet zoo zwaar op hem zou neerkomen als men zonder<br />

de wysgeerige opmerking meenen zou . Dit was ook zoo .<br />

De man was eigenlyk maar beunhaas in 't vak . Hy behoorde<br />

namelyk tot de Masse der katechizeermeesters en krankbezoekers,<br />

en stond tot 'n wezenlyken dominee, als 'n likdoornsnyder tot 'n<br />

geneesheer . Maar voor de eksteroogen van III, 7, bt (PP) was-i<br />

bekwaam genoeg. En al ware by dit niet geweest, ieder moet de<br />

tering naar de nering zetten . Mensen die op de tweede verdieping<br />

wonen, kunnen geen aanspraak maken op grieksch in hun zielevoedsel<br />

.<br />

Wouter zou dan ook gekappitteld worden in gewoon hollandsch .<br />

Juffrouw Pieterse had 'n schoon jak aan . Stoffel had pypen neergelegd,<br />

en er was 'n stoel neergezet voor Juffrouw Laps die verzocht<br />

had van de party to wezen : ,om de stichting" zei ze . De<br />

meisjes waren uitgegaan, daar de huisdominee geweldig met de<br />

amen slingerde als er indruk noodig was, en ze dus voorzagen dat<br />

er behoefte wezen zou aan ruimte .<br />

- Jonchelinch . . . sprak de man, en er scheen al terstond indruk<br />

noodig to wezen, jonchelinch . . .<br />

Het is zeer opmerkelyk hoe 't geloof en de genade invloed hebben<br />

op de uitspraak van de meest gewone woorden . Huisdominee<br />

zou zeker niet gezegd hebben, lanche pyp of jonche doperwten,<br />

maar de heiligheid verandert alles . En niet de uitspraak alleen,<br />

de heele taal, de woord- en zinvorming verandert door 't geloof .<br />

Ik ben niet ongenegen dit aantenemen als 'n bewys voor de kracht<br />

en de waarheid van die dingen, en denk ernstig aan 'n verhandeling<br />

: ,over den invloed der genade op de hollandsche taal ." Ja,<br />

'k ga in deze meening zoo ver dat ik twyfel koester aan de rechtzinnigheid<br />

van iemand die op dagelyksche manier, zonder zalving<br />

of gebrauw, Iny 'n opmerking meedeelt over 't weer, of tyding<br />

vraagt van m'n gezondheid . Zelfs in hoesten en niezen moet de<br />

genade zich openbaren, of de zaak is niet zuiver . Let maar eens


28 6<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

op of 'n dominee z'n neus an ders snuit dan 'n ander ?<br />

- Jonchelinch, ge zyt diep gezonkcn . . .<br />

Juffrouw Laps knikte dat dit juist geoordeeld was . Stoffel zoog<br />

aan z'n pyp, met 'n uitdrukking van onbeschryfelyke godzaligheid .<br />

Juffrouw Pieterse hield 'n hoek van haar voorschoot gereed om<br />

by-de-hand to wezen als ze huilen moest .<br />

- Jonchelinch, of juister gezegd : jonche dochter . . .<br />

't Gezelschap keek wel wat vreemd, maar men hield het voor<br />

'n lapses linguae. Ook moet men by geestelyke toespraken niet<br />

vitten op 'n woord. Dit is lastig voor den spreker, en leidt tot niets .<br />

- Jonche dochter, uit kracht van myn ambt, en door de roeping<br />

als hoochpriester in den Heere . . .want ieder die 't Evangelium<br />

verkondigt, is 'n hoochepriester in den Heere . . . in den Heere . .<br />

De man zag rond alsof-i toestemming noodig had . Ieder knikte .<br />

- In den Heere . . .<br />

Nieuwe blik om bevestiging uittelokken . Die blik slaagde, maar<br />

ik kan niet ontveinzen dat men verwonderd was over z'n buitengewoon<br />

lang toeven by then ,Heere ."<br />

Ditmaal sloeg men de oogen neer om hem to dwingen voorttegaan.<br />

- Door myn hoochepriesterschap . . . in den Heer . . . zeg ik u,<br />

jonche dochter, dat gy gelyk zyt aan de hoere van Babilon die<br />

hoereerde met de koningen der aarde . . .<br />

Niemand myner lezers mag den neus optrekken voor 't juist weergeven<br />

van huisdominee's taal . Ik erken dat ik, die geen christen<br />

ben, de vryheid nemen zou de deur to wyzen aan iemand die zich<br />

zulke uitdrukking veroorloof de in myn stal . Maar christenen kunnen<br />

toch welstaanshalve zich niet beklagen als men hen toespreekt<br />

met woorden uit hun bybel .<br />

Dit was 't dan ook eigenlyk niet wat de toehoorders hinderde .<br />

Juffrouw Laps vernam zelf s gaarne een-en-ander over de slechte<br />

reputatie der babilonsche vrouw . Ze had daarby iets in haar houding<br />

dat to kennen gaf dat zy nooit in Babilon geweest, en dus<br />

buiten spel was . Juffrouw Pieterse en Stoffel waren to goed gewoon<br />

aan de onbeschofte platheden der tale Kanaans, dan dat zy<br />

daarover zouden verwonderd of onsticht geweest zyn. Neen, de<br />

verbazing van 't gezelschap had 'n heel anderen grond .<br />

Men moet erkennen dat meester Pennewip by 't oplezen van<br />

Wouters zondenregister zeer weinig kapitale misdaden ongemoeid<br />

had gelaten, en zie, daar komt de huisdominee die 't brandstichten<br />

overslaat, het rooven vergeet, van moord en doodslag geen melding<br />

maakt, het vrouwenhoonen op den achtergrond laat, en in-


IDEEN VAN MULTATULI . 2 87<br />

plaats van dat alles Wouter heel onverwacht beschuldigt van „hoerery<br />

met de koningen der aarde ." Dit was iets heel nieuws, en<br />

hoe ook gewoon aan Kanaansche beeldspraak, juffrouw Pieterse<br />

vond het wat sterk. Zy waagde dus 'n bescheiden : friskuus! het<br />

afgekeurde stopwoord van de koekbakkersjuffrouw . Zoo gaat het .<br />

Men schimpt op iets vreemds, en neemt het over . Maar hier was<br />

't geval ernstig genoeg om 't gebruik van wat vreemds to wettigen.<br />

- Friskuus, dominee ! Wouter . .<br />

Juffrouw Laps wilde ook wat zeggen maar ze werd in de rede<br />

gevallen<br />

- Zwyg, o gy vrouwe van de muren Jericho's, gy die 'n huis<br />

van ontucht bewoont op de wallen der stad . . .<br />

- Maar dominee, de juffrouw woont onder-voor . . .<br />

- Ja, en m'n vader was . . .<br />

- Houd op met je gevlei . . . o gy Delihah-Rachab ! en gy, vrouw<br />

. . . ik zeg u . . . zoowaar de Heer leeft . . . dit meisje is weggezonken<br />

. . .<br />

- Maar dominee, Wouter is 'n jongen !<br />

- Zwyg, en hoor de woorden des hoochepriesters ! Ik zeg u<br />

dat zy is weggezonken in 'n poel van ongerechtigheid . . .<br />

- Maar dominee . . .<br />

- Laat 'm begaan, fluisterde juffrouw Laps, daar zit wat achter.<br />

fly zal op Wouter neerkomen met 'n omweg . . . dat doers ze<br />

wel meer .<br />

Hierin had juffrouw Laps gelyk .<br />

Dit meisje, ging de huisdominee voort, met 'n uitdrukking van<br />

indruk die veel plaats noodig had, en die ons noopt de wysheid<br />

to bewonderen van de dochteren des huizes, welker uitgaan ruimte<br />

liet aan dominee's welsprekendheid, dit meisje is 'n meisje !<br />

- In-godsnaam dan, zuchtte j of f rouw Pieterse .<br />

Maar dat toestemmen kostte inspanning . Want niets is moei •lyker<br />

to gelooven dan 'n wonder dat men ziet . De wonderen die<br />

men niet ziet, maken 'n onderscheid .<br />

- In-godsnaam dan . . .<br />

- A . . . dit meisje is 'n meisje . . . en wat meer zegt, ze is<br />

eene vrouw ! Ja, ze is eene vrouw, en heeft gehoereerd . . .<br />

Och lievechristenzielen, ik kan er niet uit wysworden !<br />

- Ik wel, zei juffrouw Laps, ik begryp 't heel goed .<br />

- Ja, slang . . . j e begrypt me! Je geweten verklaart j e de woorden<br />

die er stroomen van de lippen des mans Gods . . . en je verdorvenheid<br />

doet je de verzenen tegen de prikkels slaan .<br />

Juffrouw Laps had reeds lang opgemerkt dat de huisdominee zich<br />

by-voorkeur tot haar wendde . Ze had dit beschouwd als 'n hulde<br />

aan haar diepere geloofskennis, en als des sprekers wensch zich<br />

to verzekeren dat de verheven zin zyner woorden beter werd begrepen<br />

dan van den patient of de anderen kon verwacht worden .


2 8 8 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Maar toch zou ze nu graag een woordjen in 't midden brengen<br />

over die verdorvenheid, om to protesteeren tegen de meening dat<br />

deze haar privaat eigendom wezen zou<br />

- Ja zeker, dominee, verdorven zyn we alien . . . alien zonder<br />

onderscheid, maar . . .<br />

- Zwyg, goddelooze vrouwe Babilons . . . en vertrek uit je huis<br />

op de muren der stad. Je bent verdoemd, zeg ik je, en . . .<br />

- He 2 vroeg j of f rouw Laps verwonderd en ietwat beieedigd .<br />

Want de vromen nemen verdorvenheid en verdoemenis met veel<br />

genoegen aan, zoolang men die dingen kollektief uitdeelt, maar ze<br />

worden boos als men verklaart dat er iets hapert aan hen persoonlyk<br />

. Juist als met de bochels in 403 .<br />

- He . . . hoe meent u dat, dominee 2<br />

- Ik zeg dat je verdoemd ben, vrouwe uit Josua twee . . . er<br />

hangen roode koorden uit je venster . . .je hebt gehoereerd met de<br />

koningen der aarde . . .<br />

Tot-dusver was alles goed. Het hoereeren met koningen heeft<br />

jets deftigs, en schaadt niet . Maar<br />

. . . met de koningen der aarde, en met den briefbesteller die zulke<br />

dikke bakkebaarden heeft .<br />

Dit was erger dan , zoogdier."<br />

Voor juffrouw Laps den tyd had haar eer to herstellen door 't<br />

verscheuren van den man gods, vioog Leentje de kamer in<br />

- De vent is dronken, j of f rouw, by is stomdronken . . . by heeft<br />

gebitterd op den hoek . . . daar is-i de deur uitgegooid, en de jongens<br />

loopen 'm na . . . kyk hier !<br />

En ze wees door 't raam naar-buiten, waar inderdaad de straatjongens<br />

met veel gejuich 'n preek kommenteerden die huisdominee<br />

scheen gehouden to hebben, want ze riepen : ho, ho, prikkelige<br />

slang met je verzenen . . . houd je staart recht !<br />

Stomdronken was nu de huisdominee niet, dit hebben wy gehoord,<br />

maar dronken was-i . In 't wynhuis op den hoek had by<br />

oefening gehouden, en Leentje die dit wist of giste, was uitgeloopen<br />

om daarvan zekerheid to hebben, en door de openbaring van<br />

's mans toestand, de pyniging van Wouter to bekorten . In dit voornemen<br />

werd zy to-hulp gekomen door huisdominee zelf, die in ' t<br />

wynhuis had hooren spreken over die geschiedenis van den briefbesteller,<br />

en by z'n aankomst in de woning van juffrouw Pieterse,<br />

zich vergiste in den patient dien-i behandelen moest .<br />

-- En, voegde Leentje er by, 't is nu niet alleen . . . 't Is niet<br />

altyd even erg, maar laatst met Habakuk . . .<br />

- Zwyg j y, en ga aan j e werk, zei Juf f rouw Pieterse, die beschaamd<br />

was, omdat ze zich vergist had in de soort van wynberg<br />

dien huisdominee bearbeidde .<br />

My komt die vergissing heel verschoonbaar voor, en ik ben ze-


IDEEN VAN MULTATULI. 289<br />

ker dat ze nog lang had kunnen voortduren als de kloeke Leentje<br />

daaraan geen eind gemaakt had .<br />

Niet zonder moeite beschermde men huisdominee tegen de woede<br />

van juffrouw Laps. Stoffelhielp den man de trap af, zoo goed-i kon<br />

en leverde hem over aan de straatjongens die terstond 'n liedjen op<br />

hem maakten, vol prikkelslangen en jenever . Ik heb dat dichtstuk<br />

niet kunnen machtig worden . Wat jammer is . En iets to maken en<br />

dat uittegeven als echten codex, strydt tegen m'n principes .<br />

Zoodra juffrouw Laps zich 'n beetje hersteld had, koos zy de verstandigste<br />

party, en beschuldigde zichzelf van verkeerde opvatting .<br />

-- 0 . . . o . . . o . . . o ! Zoo ziet men hoeveel oef ening er noodig is, om<br />

vasttestaan in de leer ! Ik herinner me nu klaar hoe er in de Schrift<br />

wordt gesproken van verkeerde handelingen der dochteren Jeruzalems.<br />

Dat heeft-i bedoeld met z'n briefbesteller . M'n vader was in<br />

de granen, en ieder weet dus wie ik ben . De zaak is duidelyk, maar<br />

ik voel hoe langer hoe meer behoefte aan oefening . . .aan oefening,<br />

weetje ?<br />

- Maar, lie ve j of f rouw Laps, de man was dronken . . .<br />

- Zoo zegt Leentje, maar . . .<br />

- En al dat yolk op straat ! Hoor eens . . .<br />

- Juist als met den profeet Eliza . Ook hem beschimpten de kinderen<br />

op de straat, en toen kwamen er beeren . . .<br />

„Hei, hei . . . pas op j e verzenen !" klonk het buiten.<br />

Waarom zendt de Heer z'n beeren niet, klaagde juffrouw Laps<br />

die inzag dat de eenige wys om zich rein to wasschen van then briefbesteller,<br />

bestond in 't verhef f en van huisdominee tot profeet . En<br />

hierin had ze alweer gelyk. Wat 'n profeet zegt, kan men opnemen<br />

als men wil. Een bruid is een kerk,een tempel is 'n lichaam, een vader<br />

is 'n zoon, een noon is 'n geest, een geest is 'n vader, een is drie,<br />

drie is een, en 'n briefbesteller is niemendal .<br />

Maar de man was dronken, herhaalde juffrouw Pieterse, alsof ze<br />

hierin 'n reden vond om huisdominee's taal niet zoo ver wegtewerpen<br />

als wanneer-i eenvoudig ware bezetengeweest door bybelwoede .<br />

- En al waar-i voor 'n oogenblik gevallen, wat zou dat bewyzen ?<br />

Blyft men niet altyd mensch, en is de val niet noodzakelyk om de genade<br />

to doen uitkomen ? Zeg mensch, waar bleef de genadezonderval?<br />

Dit wist juf f rouw Pieterse niet, en ik ook niet .<br />

Ik vind dat die juffrouw Laps alweer gelyk had : zonder val geen<br />

genade, en zonder genade geen val. Die dingen hooren bij-elkaar<br />

als slot en sleutel . en wie er wat of neemt, doet verkeerd . Als men<br />

'n gebouw wil laten bestaan, moet men niet hier-en-daar 'n pyler<br />

omhalen of 'n hoeksteen wegbreken . Sit ut est, aut non sit . Huisdominee<br />

was dus geheel in z'n recht, en juffrouw Laps ook, schoon zy<br />

eigenlyk de zaak alleen dddrom overbracht op het terrein der H . Godg<br />

eleerdheid, wyl ze de aandacht wou afleiden van haar briefbesteller .<br />

IDEEN I .<br />

I9


290<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

- Maar wat moeten we dan in-godsnaam aanvangen met dien<br />

kwaj onzen ? riep juffrouw Pietes se in 't rond .<br />

Stof f el begreep, by ontstentenis van huisdominee geroepen to zyn<br />

tot de preek van den dag. Hy behandelde Ezechiel in de afscheiding<br />

van de tien stammen, en deed er wat by uit Mattheus. Daarna<br />

ging-i over op Makkabeeen, en sloot met Daniel, Paulus, 'n Onze vader<br />

en den H. Geest .<br />

Heel goed, zei juffrouw Laps, maar nu de straf ?<br />

Want de vromen zyn nooit tevreden voor er wat van straffen in<br />

komt,waarin ze, met het oog op de Schrift, volkomen konsekwent zyn,<br />

- Water en brood . . . stelde de moeder voor, of . . . wat zou je denken<br />

van de Oppenbaring ?<br />

- Ja . . . zoo . . . ik mag de psalmen nogal, of . . de geslachtsregisters<br />

. . . Jacob gewan Juda, Zadok gewan Achim . . .<br />

- Och, mensch, dat is alles al geprobeerd, en heeft niets geholpen .<br />

- Als we hem eens 'n paar hooldstukken lieten van-buiten leeren,<br />

van achteren-af ?<br />

Jammer dat dit voorstel niet doorging . Misschien ware er wat<br />

voor den dag gekomen waarin slot en zin stale .<br />

Als ik hem eens by my nam, juffrouw Pieterse 2 Om 't geld<br />

is 't me niet to doen, je zou kostgeld kunnen geven . . .<br />

Wouter rilde .<br />

Och ja, ging juffrouw Laps voort, je zou kostgeld kunnen geven,<br />

en ik zou hem oefenen . . . want om 't geld is 't me volstrekt<br />

niet to doen. Oefenen, weetje?<br />

Ik heb niet juist kunnen to weten komen welke marteling er ditmaal<br />

voor Wouter werd uitgedacht . Ik denk dat men hem gemakshalve<br />

geslagen heeft, en dit vied ik dan ook - alles in aanmerking<br />

genomen - maar het beste .<br />

Wat Ideen zonder hoofdsluk .<br />

414 . Hoofdstukken als 't vorige vervullen my met walging, maar<br />

ik geloof dat het de plicht is „den steen niet omtegaan, die er ligt<br />

op onzen weg ." (400)<br />

De zoogenaamde godsdienst ligt j uist op 't voetpad, en daarom<br />

wil ik haar wegkantelen als ik kan .<br />

415 . Ik zeg : zoogenaamde godsdienst, want ze bestaat niet, Neem<br />

een God aan, zooals ge wilt . . . maak hem dartel en wellustig als<br />

Jupiter, of lastig en kwalyknemend als de god der christenen . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 29 1<br />

noem hem VISCHNOU, SIWA, BOUDDHA, THAUT, ZAO, JEHOVAH, ZEUS,<br />

VOORZIENIGHEID, ALMACHT, NOODLOT Of NATUUR . . . dienen kunnen<br />

wy hem niet !<br />

Om niet to blyven hangen aan 'n woord, wil ik dat „dienen" wel<br />

aannemen in den zin van : hem aangenaam zyn, zyn wil doers . De<br />

vraag is dus : wat is zyn wil ?<br />

Voor my zou er in zekeren zin een antwoord kunnen bestaan op<br />

die vraag . (162) Maar die vraag kan niet worden beantwoord door<br />

de aanbidders eener persoon of van personen. Niemand weet het,<br />

en zy die beweren het to weten, zyn 't onderling niet eens .<br />

416 . Wanneer wy't woord „God dienen" opnemen in den zin van :<br />

„hem aangenaam zyn" dan behooren wy tevens to stellen dat het<br />

hem aangenaam wezen zou : IEDER to doen weten wat hem aangenaam<br />

is . Dat-i dit niet gedaan heeft, blykt uit de verschillende opvatting<br />

van z ' n wil .<br />

-Zoolang hen menschenzoon dien god niet kent .<br />

Zdolang is 't laster to gelooven aan dien god!<br />

Zeker ! Want in dat geval zou by dien eenen onwetenden mensenzoon<br />

onbillyk behandeld hebben . . . my, by-voorbeeld . (98)<br />

Alzoo draagt het geloof aan een persoonlyken god de besehuldiging<br />

van onrechtvaardigheid in zich . . . quod absurdum .<br />

417 . Godsdienst is schadelyk, en wel op twee wyzen : door doen<br />

en door niet-doen.<br />

Het eerste ligt voor de hand . Zie Abrams-offers, elberfeldsche<br />

weezen (138), kerkmoorden, brandstapels, het vierde bericht uit de<br />

50e eeuw . . . ja, dat voorval !<br />

Maar de schade die de godsdienst bewerkt door 't verhinderen van<br />

wat beters is niet zoo gemakkelyk vatten, en toch is ze heel groot<br />

De Theologiae Doctor Klesmeyer ware misschien 'n bekwaam<br />

timmerman geworden, als-i zich had toegelegd op 'n, wezenlyk bedryf,<br />

instee van naar de noordpool to reizen om Pennewip's neusknyper<br />

to zoeken .<br />

Misschien hadden wy geleerd zomerwarmte als snyboonen inteleggen<br />

tot wintergebruik, als we aan 't vinden van de juiste manier<br />

de moeite hadden besteed die er nu wordt ten koste gelegd aan 't<br />

bepalen der ware natuur van deze of geene juf f rouw Laps .<br />

Of, zonder to treden op fantastisch gebied, alle burgers van den<br />

Staat zouden kunnen zingen, schaken, met vrucht lezen, zich nuttig<br />

en produktief bezighouden in een woord, als men ze daartoe had opgeleid<br />

in den tyd dienu is verloren gegaan aan HHabakuk en konsorten .<br />

Pit IDEE is voor uitbreiding vatbaar, maar ik heb geen tyd, en<br />

noodig den lezer uit eens to berekenen wat-i al zou hebben kunnen<br />

doen, uitvinden, bewerken, tot-standbrengen, als men hem niet van<br />

jongs-af had geplaagd met buitenlssigheden .


29 2<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

418 . Welnu, er is nog veel meer ! Al werd uwe lyst lang, ik zeg<br />

u, er is nog veel meer . Ja, 't meeste blyft nog over .<br />

Iemand die in een kwartier voor zooveel stuivers alkohol gebruikt,<br />

verliest niet alleen dat kwartier tyds uit z'n leven, en zooveel<br />

stuivers uit z'n beurs, by ontbeert vele kwartieren daarna zyn<br />

verstand en bovendien zooveel guldens die hem dat verstand zou<br />

hebben kunnen opbrengen .<br />

Wanneer men in de kerk zich inderdaad bezighoudt met de vertellingen<br />

die daar worden uitgekraamd, is 't onmogelyk nuchter<br />

thuis to komen.<br />

Wie dus wel nuchter in de werkelyke wereld terugkeert,<br />

heeft in de kerk gehuicheld door zich aantestellen alsof by dronken<br />

was, en in dat geval gaat er by hem 'n kapitaal verloren aan zededelykheid,<br />

dat van veel grooter belang is dan zooveel kwartieren en<br />

zooveel guldens verstands-produktie .<br />

Zie over den nadeeligen invloed der goddienery op 't Onderwys, den<br />

kommentaar op de verhandeling over Vrye-Studie in den Illn Bundel .<br />

419 . - Godsdienst is noodig voor de zedelykheid. *)<br />

- Welke godsdienst ?<br />

- De christelyke.<br />

- Zoudt ge dan een booswicht zyn als uw papa 'n Turk geweest<br />

was?<br />

*) De zelfbeleediging die in dit voorgeven ligt opgesloten, schynt den<br />

geloovers niet to deeren . En tevens stellen zy hun eigen God laag<br />

door de meening dat by kan gediend zyn met 'n deugd die gegrond<br />

is op de vrees voor z'n ongenade . Om de onzedelykheid van dit begrip<br />

to doen in 't oog vallen, behoeft men zich slechts de vraag<br />

voorteleggen, wat men to denken hebbe van een kind dat alleen voor<br />

z'n vader het goede doet ! Het goede, dat dan eigenlyk ten-gevolge<br />

van het ellendig motief, 't kwade wezen zou ?<br />

eNeen, zegt men, wat God wil, is per se het goede. Het zou goed zyn<br />

op-zichzelf, ook al kenden we zyn wil niet . -God- en -goedzynA is<br />

synoniem. "-<br />

Dan is God overbodig, en de aanmerking op de fraze waarmee dit<br />

IDEE begint blyft van voile kracht .<br />

420 . - Godsdi enst is noodig voor 't Volk . *)<br />

- Geef dan aan de dominees traktement, rang en kostuum van<br />

politiekommissaris.<br />

*) Ook deze opmerking is niet vereerend voor wie haar maakt .<br />

Er ligt iets in als : nu ja . . . 't is wel onwaar, doch we hebben zoo'n<br />

leugen noodig om baas to blyven .<br />

1k ontken die behoefte aan onwaarheid, doch al ware dit anders<br />

. . . neen, 't kon niet anders wezen?<br />

Bovendien : Volk ? Het Volk ? Wat ben ik dan ? Wie zyt gy die<br />

zoo spreekt ? Staaan wy buiten het Volk ? Waar zou 't heen indien<br />

ieder zichzelf maakte tot iets byzonders, en alle anderen tezamen tot<br />

Volk dat men zou mogen voeden . . . neen, vergiftigen met leugens ?


IDEEN VAN MULTATULI . 29 3<br />

421. - Geloof me, zonder godsdienst ware het Volk niet to regeeren.<br />

- Nogeens, zonder welke godsdienst ?<br />

- Zonder de onze . . . de ware .<br />

- Honderde volken werden geregeerd zonder uw godsdienst .<br />

422 . - Toch geloof ik dat onze godsdienst noodig is om 't Volk<br />

in-toom to houden .<br />

- Ik verdeel uwe meening in twee . Ge zegt : dat het zoo wezen<br />

zou en : dat gy 't geloo ft .<br />

Op 't eerste heb ik reeds geantwoord .<br />

En 't andere, uw geloot aan die intoomende macht der godsdienst<br />

. . . ik geloof niet aan uw geloof zoolang daarvan de oprechtheid niet<br />

blykt : door de armoede der notarissen, door uitteering van rechtsbezorgers,<br />

door wanhoop der slotenmakers, door intrekking van 't<br />

politiewezen, door afschaffing uwer wetboeken . . .<br />

- 0, er blyven altyd slechte mensen . . .<br />

- Juist . En die worden in-toom gehouden, niet door uw godsdienst,<br />

maar door al de dingen die afgeschaft zouden kunnen worden<br />

als er to rekenen viel op den invloed van die godsdienst .<br />

423 . Maar wat is dan uw punt van uitgang om to geraken tot de<br />

kennisse des goeds en des kwaads ?<br />

- Ik heb daarop reeds geantwoord in 276 en op veel plaatsen<br />

meer. *)<br />

Doch ge deedt verkeerd my die vraag to doen op dilemnatoon .<br />

Want al kon ik u daarop niet antwoorden, die onkunde van myn<br />

kant zou niets bewyzen voor uw godsdienst, die leugenachtig wezen<br />

kan, ook al weet ik daarvoor_niets beter in de plaats to geven .<br />

*) In een werk als deze IDEEN kon dit onderwerp niet onaangeroerd<br />

blyven . Toch heb ik 't nooit monograf sch behandeld, misschien<br />

wel juist omdat het zich overal op den voorgrond dringt . Ook in 922<br />

komt icts voor over 't uitgangspunt onzer zedelykheidsbegrippen,<br />

doch alweer ter-loops, en reeds daar stelde ik my voor, dit punt aan<br />

een ernstig onderzoek to onderwerpen . Ik hoop dat voornemen zoodra<br />

mogelyk uit to voeren, o. a . naar aanleiding der essay van Dr .<br />

F .FETtINGA, in zyn zeer belangryk : Democratie en Wetenschap . (Groningen<br />

by P. van Zweeden .)<br />

424 . - Maar . . . men moet toch iets wezen.<br />

- Zeker. Doch juist daarom moest men zich niet maken tot<br />

niets, door 't aanhangen van allerlei dwaasheid .<br />

- Goed. Maar toch eisch ik dat ge daarvoor iets in de plaats<br />

geeft *)<br />

- Welnu, ik zal 't beproeven . Luister oplettend . A. verhaalt<br />

dat U. P. door de waarden van G. neergegaan is tot het vergeten<br />

der uitzichten, waardoor C. K. S. met de handeling van<br />

L . tot buiten. Hebt ge dit begrepen ?


2 9 4 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- Neen.<br />

- Ga heen dan, en vraag de verklaring aan anderen .<br />

- Ik heb opheldering gevraagd aan ieder dien ik ontmoette,<br />

maar er is verschil van gevoelen .<br />

- Dat geloof ik gaarne. Zeg-op, wat beteekenen de woorden<br />

die ik u voorzei ?<br />

- A . meende 't was 'n middel tegen staatsbankroet ? B . zei dat<br />

het wel 'n praktizyns-rekening wezen kon . C . beweert dat het<br />

'n minnelyden is . D . noemt het 'n waschlyst . E . houdt het voor<br />

'n uitgewerkt problema. F geloof t . . . in 't kort, ieder maakt er<br />

wat van : 't is 'n grondwet, 'n roman, 'n doodvonnis, 'n reglement<br />

op den garnizoensdienst, 'n troonrede, 'n lief desverklaring, 'n kataloog,<br />

'n brief van mama . . .<br />

- Wel, wel ? Maar gy, wat denkt gy ?<br />

- Ik . . . ik weet het niet ! Ik kan niet wys-worden uit het ding.<br />

- Ge moet me zeggen wat het beduidt .<br />

- Ik kan niet . . . ik weet het niet !<br />

- Dan veroordeel ik u to kiezen tusschen liefdesverklaring,<br />

doodvonnis, waschlyst, troonrede . . .<br />

- Dat kan ik niet !<br />

- Ik blyf aandringen op keuze .<br />

- Dat is onbillyk .<br />

- Juist. Myn vordering is onbillyk. Uw onmacht om onzin to<br />

verkiaren, maakt dien onzin niet tot wysheid .<br />

Anders<br />

- Daar buiten loopt 'n wezen met zeven koppen, twee neuzen,<br />

'n staart van drie ellen, en oogen van zand . Het heeft horens op<br />

den rug, en vleugels als 'n vleermuis . . .<br />

- Dat geloof ik niet .<br />

- Dan moet ge my zeggen wie daarbuiten loopt op de plaats<br />

waar dat monster loopen zou als 't bestond.<br />

Dat kan ik niet zeggen .<br />

- Geloof dan aan myn monster,<br />

- Die vordering is onbillyk .<br />

- Juist. Zeer onbillyk !<br />

Anders:<br />

- Uwe tante is blond ?<br />

- Neen .<br />

- Bruin?<br />

- Ook niet.<br />

- Nogal donker ?<br />

- Nog minder .<br />

- Ze heeft rood haar?<br />

- Volstrekt niet .<br />

*) Een zonderlinge eisch ! Vordert men dit ook van den geneesheer die<br />

'n ziekte bestrydt ?


- Of 'n andere kleur van haar ?<br />

- Ook niet .<br />

- Maar is ze dan kaal ?<br />

- Dat kan ik niet zeggen .<br />

IDEEN VAN MULTATULI . 29 5<br />

- Ze is niet . . . ik heb geen tante . . . ze is dus Nets .<br />

- Niets ? Dat geloof ik niet ! Dan houd ik haar voor kaal, want :<br />

iets moot men wezen !<br />

425 . Geloof is slaap . Twyfel is begeerte . Onderzoek is arbeid .<br />

Het getal werklieden is gering.<br />

426 . Onder de niet-werkenden zyn minder slapers dan men<br />

meent . De meesten twyfelen, en begeeren waarheid, doch niet zoo<br />

sterk als noodig wezen zou om zich gedrongen to voelen tot eigen<br />

onderzoek .<br />

Wanneer men van alien die op de bevolkingstaten zich inschryven<br />

als behoorende tot een der tallooze christelyke gezindheden,<br />

aftrok de velen die zich gereformeerd, katholiek, luthersch, enz .<br />

noemen : uit gewoonte, of: omdat hun ouders zich aldus noemden,<br />

of: omdat ze nu eenmaal tot die gemeente behooren,of : omdat men<br />

toch iets wezen moet (424) of: om 't voorbeeld voor de kinderen,<br />

of : uit mensenvrees . . . dan voorzeker zouden er weinigen overblyven,<br />

en de meerderheid der bevolking zou waarschynlyk blyken<br />

niet to behooren tot de zoogenaamde christelyke kerk .<br />

Ik beweer echter dat de tegenstanders niet veel winnen zouden<br />

by den overgang van die naamchristenen tot de openlyke hulde<br />

aan 't gezond verstand .<br />

Want die overgang zou eerst plaats-vinden als 't mode werd en<br />

geen schade deed. We zouden alzoo vrydenkers krygen van 't gehalte<br />

der christenen aan 't hof van Constantyn . (7)<br />

't Is om to schrikken !<br />

42 7 . Geen schooner beeld dan 't beeld van,, den laatsten christen! "<br />

Dit ID ER is verkeerd begrepen . Men heeft daarin een weerslag meenen<br />

to zien - 'n flauw weerslagje aan! - op de eerste helft van 't<br />

bekende<br />

Que les boyaux du dernier pretre<br />

Serrent le cou au dernier roi !<br />

Myn bedoeling was eenigszins heflyker dan dit vonnis . Ik zie niet<br />

in dat we veel winnen zouden door 't verdryven van priesters en koningen<br />

op die wyze . Bovendien, koningen kunnen nuttig zyn . En ik<br />

vraag wie ons na zoo'n onvriendelyke exekutie, zou afhelpen van den<br />

bezel die ze ten uitvoer had gelegd?<br />

De meening van 427 is - in-tegenstelling met het slot van 426<br />

- eerbied uittedrukken voor de oprechten van harte, die hun geloof<br />

in de goddelykheid van Jezus blyven bewaren nadat het plebs zal zyn<br />

overgegaan tot ontkenning. Dezelfde snort van geloovers die nu my


29 6 IDEEN VAN MULTATULI<br />

verdoemt, zal - ongeloovers geworden - zeer onverdraagzaam wezen<br />

voor de aanhangers van 't oude .<br />

428• Bet voorbeeld voor de kinderen? Hoe, gyzeif gelooft niet<br />

,,aan die gekheid" - dat is de term - en toch zendt ge uw kinderen<br />

naar katechizatie of biechtstoel ? Hoe, ge schimpt op de , zwartrokken",<br />

ge yvert voor 't gescheiden houden van Kerk en Staat, ge<br />

verwerpt pausdom, therokratie, priesterregeering, en toch laat ge<br />

uw kinderen biologeeren door die priesters ? Ge verwerpt de wonderen<br />

van Tobias, van Paulus, van Elias, of hoe al die goochelaars<br />

heeten mogen, en ge gaat voort de kerken to bezoeken die in-stand<br />

worden gehouden door 't vertellen . uitleggen, kommentarieeren van<br />

wonderen? Hoe, ge spot met de wawelary van dominee of pastoor<br />

die 'n broodwinning maakt van 't uitrekken eener zinledige fraze<br />

tot 'n preek, en zonder protest gaat ge voort de belasting optebrengen<br />

waarmee dat gewawel betaald wordt ?<br />

Duizendmaal liever is my de eenvoudige geloovige . Hy verkracht<br />

niet het gezond verstand dat-i niet heeft. Doch wi e, daarmee wel<br />

begaafd, toch den weg opgaat van die arme zinneloozen, begaat<br />

'n moord aan z'n denkvermogen .<br />

429 . Het voorbeeld voor de kinderen ? Fraai voorbeeld !<br />

Is dat niet 'n voorbeeld van valsheid en huichelary ? Wanneer<br />

gyzeif 't geluk hadt u to outworstelen aan de banden van 't bespottelyk<br />

bygeloof dat onze maatschappy in windsels houdt, moogt<br />

ge dan uw kinderen overgeven aan 'n invloed dien ge nadeelig<br />

acht voor uzelf ?<br />

Wat moet het kind denken van z'n vader, als 't dezen later<br />

ziet glimlachen over dingen die hyzelf het liet inprenten als iets<br />

heiligs. Zal niet de dus opgevoede zoon den vader verwyten dat<br />

by hem bedroog? En zal by niet recht hebben tot dat verwyt?<br />

Voorbeeld? Ik begryp dat men z'n zoon 'n voorbeeld geeft<br />

van yver, van orde, van eerlykheid, van studie, van dapperheid,<br />

van matigheid, van hoogmoed . . . van goede zaken in 't eind, maar<br />

waartoe 't voorbeeld dient dat men z'n kinderen geeft door 't luisteren<br />

naar domineespraatjes, of door ,het opgaan naar de tafel<br />

des Heeren - zoo heet het immers ? - dat begryp ik niet !<br />

En vreest men niet dat de knaap, zoodra by later inziet dat<br />

de vader willens-en-wetens hem leugens gaf of geven liet voor<br />

waarheid, genoopt wezen zal tot het verwerpen van andere zaken,<br />

minder overbodig, minder schadelyk dan kerkslaverny en wondergeloof<br />

? Zulien niet yver, eerlykheid, en andere deugden die dezelf<br />

de vader zoo aanprees, den weg opgaan van Habakuk's voortref<br />

f elykheid ? Zal niet de matigheid en de hoogmoed in een hoek<br />

wordeji (Yeworpen met de heele bybel-rhapsodie ?<br />

Daartoe moet de zoon van den half- of kwart-vrydenker onmisbaar<br />

geraken, wyl-i tot ontwikkeling meer aanleiding beef t, en<br />

op dien weg minder hinderpalen ontmoet dan 'n ander. *)


IDEEN VAN MULTATULI . 29 7<br />

lemand die, van Christen-ouders geboren, later de on«- aarde<br />

inziet der onverteerbare vertellingen die men hem in z'n jeugd<br />

reikte als voedsel voor den geest, kan by 't veranderen van<br />

z'n begrippen daaromtrent, blyven vasthouden aan de waarheidsliefde,<br />

aan de oprechtheid zyner ouders, en tevens aan de deugden<br />

die zy hem, naast het zoo,-enaamd Christendom, hebben ingeprent<br />

. Maar de noon van den vrydenker moet den vader verachten,<br />

die den moed niet had z'n eigen kind deelgenoot to maken<br />

van z'n meening omtrent zaken welker kennis voor 't kind<br />

van zoo hoog belang is .<br />

Van hoog belang . . . ja i Want de maatschappy wordt in beweging<br />

gebracht door die zaken . De zoogenaamde godsdienst dringt zich<br />

in alles, bestuurt alles, onderwerpt alles, maakt gebruik van alles,<br />

heft belasting op alles, stelt zich overal in de plaats van 't eenvoudig<br />

gezond verstand en de daarmee samengaande volkswelvaart .<br />

Niets is haar to goring, niets is haar to hoog . Van de bewaarschool<br />

tot den troon . . . van de soep- en turfkaartjes tot de manifesten<br />

der koningen . . . van de blauwkous-lotery tot de bloedige<br />

Sebastopols . . , van de straat tot bet hof . . . van de kinderkamer<br />

tot het sterf bed . . . overal perst zy zich in, overal heerscht ze,<br />

overal verdringt ze wat er in den weg staat . En dat doet ze preekend,<br />

zingend, zalvend, gluipend, gniepig, valsch . Hier vraagt ze<br />

'n penning, en vertelt iets van 'n weduw . Dddr neemt ze 'n landschap<br />

weg, en betoogt dat die streek noodig is voor 't ,geloof ."<br />

Er is behoefte aan geld . . . betaalt : god wil het ! Er moet geleden<br />

worden . . . lydt : god wil bet ! Er is dief stal noodig . . . gaat en neemt<br />

god wil bet! Moord en doodslag . . . doodt en moordt : god wil het !<br />

En dan zien we den wil van dien god geschreven in reusachtige<br />

bloedletters op de slagvelden van Melegnano, Magenta en Sol ferino .<br />

Overal klaagt men over zware belastingen, en overal gaat men<br />

voort belasting optebrengen aan kerken en kerkedienaars . In gehuchten<br />

waar de MENSEN ter nauwernood beschut zyn tegen weer<br />

en wind, en hun verblyf deelen met de varkens, steken de kerken<br />

onbeschaamd hun spitsen omhoog als om den spot to dryven<br />

met de ellende die hen omringt. In de steden zien ze met pauwige<br />

verwaandheid neer op de armen die wegrotten in vochtige<br />

kelderholen under de oppervlakte van de zee .<br />

430 . Ik zeide : niemand weet wat god aangenaam is, en hoe<br />

by dus zou willen gediend worden .<br />

*) Dit is de vraag . Het gebeurt vaak dat juist die hinderpalen aansporen<br />

tot nadenken en verzet . Zeker soort van femelary verwekt afkeer in<br />

den knaap, die dan al zeer spoedig zich voorneemt : als ik groot ben,<br />

zal ik . . .<br />

Maar jammer blyft bet dat de zoodanige voor by ,groot- is, zich moot<br />

plooien tot 'n schyn van onderwerping, waarby altyd de oprechtheid<br />

schade lydt.


298 IDEEN VAN MULTATULL<br />

De god zelf zou immers in z'n eigen belang hebben gezorgd dat<br />

er geen twyfel bestond over de wyze van dienen .<br />

Stel u voor, dat velen u belasting schuldig zyn en die behooren<br />

optebrengen in natura . Ge hebt in uw huishouden zeker artikel<br />

noodig . De opbrengst daarvan zou u aangenaam wezen, daarmee<br />

zou men u dienen .<br />

Maar de personen die verplicht zyn u then dienst to bewyzen,<br />

hebben geen kennis gekregen van uw behoef to aan 'n bepaalde zaak .<br />

Zy wenschen u tevree to stellen, want ze weten dat gy de macht<br />

hebt - en den wil ! - hen to straffen als de geleverde waren<br />

niet naar uw zin zyn. Nu brengt de ddn dit, de ander dat, maar<br />

niemand raadt uw begeerte . Duizende jaren ziet gy uit naar de<br />

verlangde zaak, maar altyd te-vergeefs .<br />

Wat zou eenvoudiger wezen dan eens vooral to zeggen : „goede<br />

lieden, ik begeer dat !"<br />

Waarom die arme belastingschuldigen to plagen met de voortdurende<br />

onzekerheid of 't opgebrachte wel inderdaad strekt tot<br />

kwyting van hun schuld ?<br />

Men heeft me verweten dat de opvatting van 't godsbegrip, zooals<br />

bet , in dit nummer wordt v oorgesteld . t o menselyk is. Het<br />

is my onbekend of doze opmerking behoort gerangschikt to<br />

worden onder beestachtige, kinderlyke, barbaarsche, duivelsche<br />

of goddelyke redeneeringen . Wat my aangaat, ik ben noch<br />

god, noch duivel, noch barbaar, noch kind, noch beest . Ik ben<br />

MENS . Ik gevoel als mess, denk als mens , arbeid als mess, In die<br />

hoedanigheid schryf ik m'n IDEEN, en 't komt me voor dat die ook<br />

door mensen zullen gelezen worden .<br />

Mocht ik eenmaal van hoedanigheid veranderen, dan zou ik by<br />

die gelegenheid waarscbynlyk teveins voorzien worden van de eigenschappen<br />

die tot myn nieuwen staat behooren zouden . Voorloopig<br />

houd ik bet voor passend my to bedienen van de intellektueele<br />

organen die me op myn tegenwoordig standpunt gege,ven zyn, en<br />

dus : als mens, menselyk to oordeelen . Een god die daarover ontevreden<br />

was, zou n zonderling god wezen !<br />

431 . - Maar, z eggen . d e vromen, uw vergelyking is niet<br />

juist. Wy weten wel wat onzen Beer aangenaam is. Hy heeft<br />

zich verwaardigd ons dat to openbaren,<br />

- Ei zoo ? Laat eens hooren .<br />

Eerste vrome : Hy begeert psalmen .<br />

- Neen, roept de tweede vrome, ik vereer hem door in de<br />

rondte to draaien .<br />

Derde vrome . Ik spreek door den neus . . . dat doet hem zeker<br />

plezier .<br />

Vierde vrome : Ik verveel me alle zondagen tot zyn eer .<br />

Vyfde vrome : Ik ontbyt met Ezechiel . *)<br />

*l Ziehier weder 'n foul. van dezelfde soort als in 183, 385 en<br />

409 . Ik bedoel 't ontbyten niet zoozeer -- schoon ik ook dat afkeur<br />

- als wel onzen tekst. Ik leg den vyfden vrome'n uitroep in


IDEEN VAN MULTATULI . 2 9 9<br />

den mond, die my werd ingegeven door VOLTAIRE'S luchtig kritLiekje<br />

van Ezechiel IV, VS. 12 . Hy zegt daarvan : pourva que le<br />

Seigneur ou son pro lke ne m'invitent p,!s a dijeuntr, of zoo-iets.<br />

De manier waarop men gewoonlyk die fransche aardigheid beantwoordt,<br />

houdt geen steek . De vanpas-makers der Schrift beweren<br />

dat bier geen sprake is van spyzen . minder nog van de<br />

spys-zelf, maar van brandstol en dat dus VOLTAIRE ten-onrechte<br />

zoo afkeerig was van 'n invitatie om aan 't maal deeltenemen .<br />

Dat mest - byv. van runderen - in sommige Oostersche landen<br />

gebruikt wordt als brandstof, is waar, al kan ik niet verzekeren<br />

dat dit ook 't geval is met de in den aangehaalden tekst uitdrukkelvk<br />

omschreven snort . Aannemende echter dat vs . 12 . naar den<br />

wensch der theologen, in Diet al to onzindelyke beteekenis kon<br />

worden opgevat, dan no, verzetten zyzelf zich door die opvatting<br />

flagrantelyk tegen hun -Heer- die in 't volgend vers ronduit verklaart<br />

dat het ditmaat z'n stellig voornemen is, iets heel onsmakelyks<br />

to doen gereedmaken. In vs. ii wil ik me Diet verdiepen,<br />

om niet meer to bewyzen dan noodig is .<br />

Er blykt alzoo duidelyk dat VOLTAIRE'S tegenzin in de uitnoodiging<br />

volkomen gewettigd is en schriftuurlyker dan die der uitleggers<br />

.<br />

Toch heeft by ongelyk! De vraag is namelyk niet, hoe en waar<br />

by ontbyten wil, maar : of by op die wyze de strekking van<br />

EZECHIEL's bedoelingen weerlegt? Ik beroep my to dozen aanzien<br />

op 134, en zou misschien door anderen verwezen worden naar<br />

395 en 't slot van 432 . De lezer moge kiezen, Wat my betrelt,<br />

ik kan uit den geheelen EZECHIEL niet wys worden, al keur ik dan<br />

ook de manier niet goed, waarop VOLTAIRE hem aanvalt. My komt .<br />

byv . de zoo gewraakte beeldspraak in cap . XXIII, Diet alleen verdedigbaar<br />

maar zelfs grandioos voor.<br />

Hoe dit alles wezen moog, ik liet onzen vy1den vrome iets zeggen<br />

dat in hem wezen kon, en voor die scliryversfout vraag ik vergeving .<br />

Zesde vrome : Ik lees alle dagen 'n book dat bond noch kat<br />

verstaan kan . Als-i daarmee niet gediend is, verklaar ik hem voor<br />

zeer exigent .<br />

Zevende vrome : Dat alles is 't rechte Diet . De ware manier<br />

om hem in 'n goed humeur to helpen, is 'n groot huis to bouwen,<br />

en eens in de week dauin by-elkaar to komen om to luisteren naar iets<br />

dat men even goed weet als die 't vertelt en evenmin begrypt als hyzelf .<br />

Achtste vrome : Ik roep gedurig dat ik 'n ellendeling ben, onbekwaam<br />

tot alle goed . Dat moet hem 'n prettigen indruk geven .<br />

Negende vrome : Ik soupeer vier malen's jaars op klaarlichten dag .<br />

Tiende vrome : Ik onderzoek zyn Wezen, en versehaf hem wat<br />

afleiding door de verklaring dat by driedeelig is .<br />

El lde vrome : Gekheid! Moderne theologie . . . geloof met<br />

scheikunde . . dat is 't ware !<br />

Twaalfde vrome : Glad mis! Rabeljauw op viydag . . . dAdr<br />

houdt-i van .<br />

Dertiende vrome Alles fout! Niemand uwer weet het . Men moet .<br />

Halt, dertiende vrome! ,Xiemand uwer weet het" . . . Q . E . D.


3 0 0 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

432 . Ik heb het recht myn meening aantekleven en voortteplanten<br />

.<br />

Dit beroep op m'n recht is niet zoo overbodig als 't na eenige<br />

eeuwen schynen zal .<br />

De christenen houden niet van Domitianus, die hen verbrandde<br />

en vechten liet met wilde beesten . Ik erken dat die bebandeling<br />

onaangenaam is, en begryp . dus volkomen hun ingenomenheid<br />

tegen then man . Maar wat ik minder begryp, is dat de christenen<br />

zoo dikwyls doen aan anderen, wat zy afkeuren in Domitianus.<br />

De zaak komt altyd neer op het oude : ,ieder mag gelooven<br />

wat by wil, mits-i geloove als wy," Zoo neen, dan wordt<br />

de afwyker uitgesloten, geplaagd, mishandeld, zooveel de ,,burgerlyke"<br />

wet maar eenigszins toelaat, ja, meer dan ze toelaat .<br />

Let eens bovendien op 't verschil in toon van de aanhangers<br />

dier schrale christelyke mythologie, en van de tegenstanders . In<br />

een gezelschap zal de dusgenoemde godgeleerde spreken over<br />

z'n zaken, zondenval, verdoemenis, genade, enz . - op 'n wyze<br />

alsof er geen twyfel aan de algemeene toestemming denkbaar<br />

ware. Maar iemand die niet zoo heel zeker is van 't bestaan<br />

dier dingen, moet al zeer bescheiden en omzichtig to werk gaan<br />

om niet to worden behandeld als 'n onverlaat, zelfs door hen die<br />

eigenlyk in den grond der zaak niet van hem verschillen in gevoelen,<br />

maar meenen dat men niet „spotten mag met heilige zaken ."<br />

Zeker, met heilige zaken mag men niet spotten, maar men mag<br />

wel spotten met de zeer onheilige vertellingen die men ons opdringt<br />

als godsdienst. Jazelfs wordt spotten plicht, waar redeneering to<br />

vergeefs wezen zou. (395)<br />

433 . De heilige Kwip of Kwap was onthoofd . In-plaats van<br />

daarin to berusten en zich er by neerteleggen, zooals gy en ik<br />

doen zouden, lezer, neemt-i zijn hoof d onder den arm en wandelt<br />

er mee been .<br />

Ik voor mij twyfel aan de mogelykheid van die wandeling . Want<br />

om iets to doen, behoort vooraf to bestaan de wil, het voornemen,<br />

of aithans de onwillekeurige aanleiding om iets to doen . De organen<br />

die dat voornemen opvatten, of door die aanleiding worden<br />

geaffekteerd, bevinden zich in de hersenen, en vandaar worden door<br />

de * zenuwen de bevelen overgebracht naar de lichaamsdeelen die<br />

belast zyn met de uitvoering. Op het oogenblik toen de heilige<br />

Kwip den wil had, of aanleiding vond, om wegteloopen met z'n<br />

hoof d, was dat hoof d gescheiden van den romp, en er bestond dus<br />

stremming in 't dienstverkeer tusschen de hersens en de andere<br />

lichaamsdeelen. De hand kon niet weten dat ze 't hoof d onder den<br />

arm moest plaatsen, de arm had geen bevel ontvangen dat hoofd<br />

vasttehouden, en de beenen bleven verstoken van de uitnoodiging<br />

om Kwip to doen wegloopen . Ik beweer dus dat die stoornis van<br />

kommunikatie . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 30 1<br />

- 0, gy domme tegenspreker, ziedaar u verstrikt in de strikken<br />

uwer wereldsche wysheid . 't Mooie van de zaak is juist dat<br />

Kwips hersens den last tot wegloopen met z'n hoofd hadden gegeven<br />

voor de stremming der kommunikatie . . .<br />

Redeneer niet met de vromen<br />

434. Maar, zegt de protestant, die zotte vertellingen over Kwip<br />

of Kwap gelooven wy evenmin als gy. Wy zyn ver verheven boven<br />

de katholieken, wij versmaden menselyke uitvindsels, fabelen,<br />

priesterpraatjes . . . zie eens onze godsdienst ! By ons is alles zuiver<br />

gezond verstand. Wy hechten niet aan de zotte toevoegselen, we<br />

houden vast aan den geest - aan de moraal, weetje ? - aan de<br />

moraal en den geest die ons is verkondigd en meegedeeld door den<br />

Heere JEzus CJRISTUS, hij die geboren werd uit eene maagd, gestorven<br />

is voor onze zonden aan het kruis, nedergedaald ter helle,<br />

en opgevaren ten hemel . . .<br />

- Ei !<br />

Iemand bezocht 'n gekkenhuis, en by 't rondgaan werd-i begeleid<br />

door 'n persoon die hem inlichtingen meedeelde over de soort<br />

van krankzinnigheid der opgeslotenen . De begeleider scheen gevoelig<br />

van aard, althans by toonde zich diep bewogen met het lot<br />

van die arme dwazen . De een was koning, de tweede 'n speldenkussen,<br />

de derde, vierde, vyfde . . . . tot den drie-en-twintigsten<br />

toe, waren dichters . Daarop volgden de godsdienstgekken - ik<br />

heb ze niet geteld - toen 'n paar lief degekken, - weinig, want<br />

die zyn er minder dan men denkt - vervolgens de ongegrondehoogmoedsgekken,<br />

de eerzuchtsgekken, de geldjachtsgekken . . .<br />

in 't kort, het was 'n wereld in 't klein .<br />

- Zonderling toch en bedroevend, sprak de vriendelyke geleider,<br />

dat de menschelyke geest zoo kan of dwalen . De man daar<br />

verbeeldt zich dat-i Paus is, en deze hier houdt zich voor 'n brandende<br />

vetkaars ! En dat is toch niet juist, m'nheer. Want u begrypt,<br />

als 't waar was had ik hem al lang uitgewaaid.<br />

De man protesteerde tegen de gekheid van de anderen, en meende<br />

zelf dat-i 'n zuidwestenwind was . . .<br />

Die protestante wind was de lastigste gek van 't heele huis .<br />

435 . Ik gis dat men de charge in 433 overdreven vinden zal .<br />

Welnu, men leze Dr. Meyboom's moderne wonderverklaring, waarvan<br />

't volgende proef j e<br />

Het veranderen van water in wyn is zoo moeielyk niet als<br />

t schynt. Elke druif bevat immers z6oveel deelen water die<br />

later in wyn overgaan . Het kunstje komt dus eenvoudig hierop<br />

neer dat Jezus de wynwording ietwat versnelde . . .


3 0 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Juist ! het kunstje van Kwip is zoo ongelooflyk niet wanneer<br />

we maar aannemen dat z'n hersens diligent waren in 't geven der<br />

bevelen tempore utili . . . klaar benje !<br />

En voor zulke wyshedens worden de Meyboomen betaald ! Ministers<br />

die 't beter behoorden to weten - en die 't inderdaad soms<br />

beter weten - hebben de onbeschaamdheid belastingen voortestellen,<br />

waaruit zulk elller~dig geknoei moet beloond worden ! Zoogenaamde<br />

volksvertegenwoor - digers voteeren de budjetten waarop<br />

de . jaarlyksche premien op zulken verstandsmoord voorkomen .<br />

Ten-onrechte stonden, in vorige uitgaven, de in dit IDES kursief<br />

gedrukte regels tusschen aanhalingsteekens, alsof ik de woorden van<br />

Ds . Meyboom wedergaf. Dit is zoo niet. Maar wel bevatte de onderhaalde<br />

regels zeer nauwkeurig den zin zyner wonderverkiaring .<br />

436 . En ware het nog zoo rechtstreeks alleen het nadeel dat<br />

de zoogenaamde godsdienst berokkent aan de maatschappy, maar<br />

op zedelyk en verstandelyk gebied steelt zy nog onbeschaamder op<br />

indirekte wys de beste vruchten uit den hof van volkswelvaart .<br />

Een kind dat misschien vermogens bezitten zou tot het aanleeren<br />

of . uitvinden van nieuwe middelen om de Natuur dienstbaar to<br />

waken aan den mensch - dat eeuwig-noodig probleem ! - wordt bedwelmd<br />

of verstikt onder psalmen, evangelien, en hoe al de voddery<br />

heeten moog . In-plaats van het to onderrichten in de wetten<br />

van die Natuur, waarvan de kennis nog zeer gebrekkig is, doet<br />

men 't kennismaken met Jozef's veelkleurigen mantel of 't hondje<br />

van Tobias . In-plaats van het de wereld to doen begrijpen waarin<br />

het leeft, voert men het rond in een spokerige leelyke kunstwereld<br />

die voor eeuwen rhapsodisch werd uitgebroeid in de verwarde hersens<br />

van leegloopende vagebonden .<br />

En als dan later dat kind in 't werkelyk leven behoef to hebben<br />

zou aan de flinke toepassing van dezen of genen regel der Natuur,<br />

zoekt het vergeefs in z'n hoofd naar de wetenschap die 't noodig<br />

heeft. Het zoekt waarheid, vindt leugen, en . . . vloekt vader of<br />

opvoeder die tegen beter weten aan opium reikte voor spyze .<br />

437 . En ook zonder then verstandbedervenden invloed van de<br />

vertellingen waarop het christendom gegrond is, hoe kunnen ouders<br />

hun kinderen een boek in-handen geven, dat onovertroffen is in<br />

schandelyke taal en walgelijke vuiligheden? Wie 't ontkent, heeft<br />

nooit dat boek gelezen . Met welk recht weert men de werken van<br />

De Sade, Pigault, Lebrun of Paul de Kock uit z'n huis, als men<br />

z'n dochters de geschiedenissen in-handen geeft van ABRAHAM,<br />

LOTH, JACOB, JUDA, RUTH, DELIA, JUDITH, RACHAB, BATHSEBA, en<br />

konsorten ?<br />

Men omzwachtelt in 't dagelyksch leven de onschuldigste zaken<br />

met to verregaande angstvalligheid, en schroomt niet zyn kinderen<br />

geheel andere, niet onschuldige, zaken to laten leven in 'n bybel


IDEEN VAN MULTATULI, 3 03<br />

die geschreven schynt om dragonders to doen blozen . En dat all es<br />

om qod to dennen . . . !<br />

Weg met die halfheid, gy die beter weet, en juist daarom oneindig<br />

lager staat dan de geheel-geloovige met z'n kinderlyk onnoozele<br />

vroomheid . Hy geeft wat-i bezit. Gy bezit het betere, en<br />

geeft het slechte. Als zyn kind hem vraagt om uitlegging van<br />

deze of gene vuiligheid, kan er nog iets eerwaardigs, iets naffs<br />

wezen in z'n poging om de Majesteit van z'n God to rymen met<br />

den walgelyken vorm waarin by zich liens wet voorstelt, maar<br />

als uw zoon, als uwe dochter, vragend met den vinger wyst op<br />

Sodom en Gomorrha, moet gy u omkeeren om den lach of de verlegenheid<br />

to verbergen, die aan uw kind L'erklappen zouden dat ge<br />

't om den tuin hadt geleid met uw ,handleiding ter zaligheid" .<br />

En meer nog. Ge blyft dat christendom en lien bybel aankleven<br />

om 't voorbeeld aan de kinderen, zegt ge ? Wie opzettelyk een<br />

voorbeeld geeft, moet daarby de bedoeling hebben dat voorbeeld<br />

to zien volgen . Welnu, stellen we dat gy slaagt in die bedoeling .<br />

Uw kinderen gaan den weg op, lien gy hun aanwyst . . .<br />

Uw gehoorzame zoon liegt, bedriegt, steelt, moordt, rooft en<br />

hoereert : ,het staat in den bybel" zegt-i .<br />

Uw dochter doet als uw zoon : „'t st-aat in den bybel" zegt ze .<br />

,,Want ik daag u uit, een ondeugd to bedenken die niet voorkomt<br />

in uw bybel. En niet alleen komt ze er in voor, maar ze<br />

wordt daarin meegedeeld met 'n glimp van verschoonbaarheid, ja<br />

zelfs meerendeels met den yk van Gods welgevallen .<br />

En meen niet u dan to redden met vertoogen als : ja, dat staat<br />

daar wel, ma . . a . . a . . r . . . enz . want ge raakt in de klem met<br />

die maren. De knaap en 't meisje wyzen zegevierend op 't Woord<br />

van God dat gy hun in handen gaaft, op 't woord van „God lien<br />

men meer moet gehoorzamen dan de rnenschen" en wees zeer tevreden<br />

als ze u niet het zwygen opleggen met de woorden van<br />

Jezus : „man, wat heb ik met u to doen" dat alsdan in hun mond,<br />

in duidelijk hollandsch wil zeggen :<br />

„loop naar den duivel !"<br />

En dan zijn er nog die beweren dat het in-standhouden van die<br />

godsdienst noodig is voor de openbare zedelykheid !<br />

Ik houd de in dit IDES voorkomende aanmerkingen op den bybel<br />

staande, zoolang wy to doen hebben met de maatschappy gelyk die<br />

thans is . Maar ik erken dat we ons een hooger standpunt kunnen<br />

denken, vanwaar de aanmerking op de onkiesheden in den bybel,<br />

als zoodanig, zou vervallen . Hierop werd dan ook reeds bedoeld in<br />

de noot op 431, waar ik EZECHIEL's brutale beeldspraak tegen VOL-<br />

T AIRE in bescherming neem . Het zal nog lang duren voor Droogstoppel<br />

hoog genoeg staat om zich niet to ergeren aan de fatsoensfouten van<br />

de Schrift. Maar waarom blyft by dan zweren, by de heiligheid ? De<br />

tyd zal komen dat myn geestver,wanten de naiveteit des bybels in<br />

bescherming nemen, tegen de naneven der tegenwoordfge geloovers .


304 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Een treffende vogelhistorie, met 'n wenk over 't nad eel van hoef yzers als<br />

voedsel. Doorslaand bewys van WOUTFR's beterschap, blykbaar uit 'n kerkelyk<br />

getuigsehrift . WoUTER's eerste uitgang . Zyn studie in de liefde . Kongrevisehe<br />

vertelling die doorbrandt in water .<br />

438. M'n vriend Ornis kocht, na den dood zyner vrouw, tot<br />

afleiding wat vogels . Als ik de smart over 't verlies van z'n<br />

wederhelft moet afmeten naar de hoeveelheid pluimgedierte dat .<br />

haar verving, moet ik erkennen dat-i zeer bedroefd geweest is<br />

Want het getal zijner vogels was groot . Hij had vinken met<br />

oogen, en blinde vinken. Kanarivogels, zwarte, groene en gele .<br />

Zeventien soorten van duiven . Voorts papegaaien, kakatoea's *)<br />

lysters, kraaien, eksters, kippen, raven, pauwen, eenden, kalkoenen,<br />

ganzen, korhoenders, kazuarissen, struisvogels en nog<br />

meer . . . . to veel om to noemen, juist als de vaderlandsche zeehelden<br />

in 'n schoolboek.<br />

Hoe by gekomen was aan die verzameling, weet ik niet, en<br />

dat doet ook niets tot de geschiedenis die ik vertellen wil .<br />

Op zekeren morgen moest Ornis uit de stad. Z'n afwezigheid<br />

zou van eenigen duur zyn.<br />

- Beste vriend, zeide hy, ik voel me genoodzaakt 'n beroep<br />

op uw vriendschap to doen,<br />

Ik houd niet van die beroepen. Want er zyn menschen die<br />

de vriendschap a la lettre nemen, en van zulke beroepen 'n beroep<br />

maken .<br />

- Ik moet uit de stad, vervolgde hy, en weet niet hoe ik<br />

't zal aanleggen om . . .<br />

- Wel . . . neem 'n plaatsbriefjen op de spoor .<br />

- Neen, dat is 't niet . Ik weet niet hoe ik 't zal waken met<br />

m'n vogels .<br />

- Als ge ze meenaamt, stelde ik voor .<br />

- Dat gaat niet, om de kosten . Bovendien, Liwi is broeis . . .<br />

Liwi was 'n jeugdige kanarivogel, die partant pour la Syrie floot .<br />

- Wel, last uw vogels thuis .<br />

- Men ziet wel dat ge nooit getrouwd zyt geweest . . . dat<br />

ge nooit vogels hebt gehouden, ,Laat ze thuis" is fraai gezegd!<br />

*) Het zal misschien sommigen niet onaangenaam zyn, bier de beteekenis<br />

van dat woord to to vinden . In 't maleisch is kaka 'n oudere zuster.<br />

Met dit woord spreekt men op beleefde wys een niet zeer jonge vrouw<br />

aan . Toea beteekent oud. Alzoo kaka toea oude vrouw. Om de gelykenis<br />

met den mond van 'n besje, hebben de inlanders aan een nyptang<br />

den naam kakatoea gegeven. En daar de bekende vogel iets zeer ouwevrouwelyks<br />

in z'n voorkomen heeft, en tevens 'n bek die hem als nyptang<br />

dient, bestond er 'n dubbele reden voor 't naamgevend peetschap .<br />

Moet ik om verschooning vragen voor deze en dergelyke nootjes ?<br />

Men bedenke dat ik voor velen schryf die 't in de kennis van . . , Indische<br />

zaken nog minder ver brachten dan 'n bewoner van Batavia, of<br />

dan de specialiteiten uit "de-n-Oost« in onze Tweede-Kamer .


IDEEN VAN MULTATULI . 30 5<br />

Wie zal er op passen, als ik weg ben ? Wie zal ze toespreken,<br />

voororgelen, eten geven, reinigen?<br />

- Ah zoo, is dat de zaak ! En uw beroep op m'n vriendschap . . .<br />

- Ja, dat is de zaak. Ik wilde u verzoeken, gedurende myn<br />

afzyn u to belasten met de zorg voor m'n vogels .<br />

- Ik heb veel bezigheden .<br />

- Stel ze nit . M'n vogels . . .<br />

- M'n vaderr is ziek .<br />

- Wat doet er dat toe? M'n vogels . . .<br />

- M'n kinderen hebben de mazelen .<br />

-- Warmhouden. Mn vogels . . .<br />

-- M'n zaken zyn in de war .<br />

- Vraag Surseance. M'n vogels . . .<br />

- Beste Ornis, ik heb geen verstand van vogels .<br />

- Hoe ?<br />

- Geloof me, ik heb nooit vogels gehouden . Ik weet waarlijk<br />

niet hoe ze moeten behandeld worden .<br />

- Dat maakt 'n onderscheid . Ge doet zeer wel my dat to zeggen<br />

. Dan zal ik trachten iemand to vinden, wien ik m'n lievelingen<br />

kan toevertrouwen .<br />

En Ornis liet my met rust, eindelyk : omdat ik geen verstand<br />

had van vogels .<br />

Nu vraag ik wat toch juffrouw Pieterse bewoog en wat zoovelen<br />

beweegt, om kinderen to houden ?<br />

Die goeie Ornis stoorde zich niet aan de ziekte van m'n vader,<br />

niet aan m'n bezigheden, niet aan de ongesteldheid myner kinderen,<br />

niet aan de moeielykheden waarin ik verkeerde, by stoorde<br />

zich aan niets . . . tot op 't pynlyk oogenblik dat ik verklaarde<br />

geen verstand van vogels to hebben!<br />

Dat was 'n reden !<br />

Op die betuiging trok-i zyn verzoek in !<br />

Geen verstand van vogels ! Hoe, zou-i z'n vinken laten behandelen<br />

als kraaien, en z'n eksters als kalkoenen ? Zou by aan m'n<br />

onkunde overleveren het talent van Liwi die door broeien en<br />

fluiten aanspraak had op dubbele zorg ? Zou by de ooren van gevoelvolle<br />

tortels laten kwetsen door de wulpsche melodien van<br />

't orgel der vlasvinken ? Zou by, by vergissing in 't voedsel -<br />

zooals to verwachten was van onbedreven handen als de myne -de<br />

teedere maag van 't winterkoninkje blootstellen aan de hoefyzers<br />

en ouwe pantoffels die er overbleven van 't ontbyt der kazuarissen<br />

? „Keen, neen, honderdmaal neen ! Geen verstand van<br />

vogels ? Dan zyt ge niet waardig ze to bewaken en to verzorgen !"<br />

Zoo sprak O rnis . En nu vraag ik nogeens : waarom hield juffrouw<br />

Pieterse kinderen?<br />

En als ik dan bereken dat bet getal kinderen op de wereld omtrent<br />

zeshonderd millioen is • . .<br />

En dat die kinderen worden , gehouden" door de drie- of vier-<br />

IDEEN Y . 20


30 6<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

honderd millioen mensen die voor 't meerendeel geen verstand<br />

hebben van . . .<br />

Ach, dan moet ik m'n venster openen, om niet toetegeven in<br />

'n stemming als die van 't arme winterkoninkje na zoo'n<br />

keerd ontbyt!<br />

ver-<br />

439 . Het schynt dat ook onze Wouter teveel hoefyzers had<br />

binnen gekregen, want by was bedrukt en neerslachtig . Zelfs Leentje<br />

had moeite hem optebeuren, en te-meer omdat ze, ronduit gezegd,<br />

niet goed kon wys worden nit haar beschermeling .<br />

In 't mazen zocht ze vergeefs haar weerga, en ik heb al gesproken<br />

over de onzichtbaarh eid van haar heen-enweertj es - dat<br />

toch alles is wat men van heen-en-weertj es verlangen kan - doch<br />

haar bevattingsvermogen schoot te-kort by Wouter's vertrouwelyke<br />

mededeelingen, en ze kon zich niet onthouden van-tyd tottyd<br />

den jongen aantezien met 'n medelydenden blik die twyfel<br />

verraadde aan de gezondheid van z'n verstand . Te-vergeefs bespaarde<br />

zy eeni ge duiten van haar schraal weekgeld om hem<br />

optevroolyken met de vroeger zoo welkome pepernoten , . . helaas,<br />

Wouter's ziel was haar pepernoten ontwassen, en de ontdekking<br />

hiervan veroorzaakte Leentje bittere smart .<br />

- Maar, beste jongen, wees dan toch verstandig, en laat je<br />

niet het hoofd op-hol brengen met zulke praatjes ! Die FANCY, of<br />

hoe 't schepsel heeten mag, heeft je beet gehad . Of misschien<br />

heb je gedroomd .<br />

-- Neen, neen, neen, Leentje . . . alles is de waarheid ! Ik weet<br />

zeker dat alles wat zy gezegd heeft, de zuivere waarheid is.<br />

- Maar Wouter . . . die historie met je zusje . . . dat had je<br />

dan toch vroeger moeten weten, dunkt me .<br />

- Ik wist het ook, maar ik had bet vergeten . Al wat FANCY<br />

zeide, moist ik. Het was me maar ontgaan. Terwyl ze sprak, kwam<br />

't my weer duidelyk voor den geest .<br />

- Ik zal eens naar then molen gaan, zei Leentje .<br />

En dat deed ze . Naar Wouters aanwyzing vond zy de juiste<br />

plek waar die belangryke ontmoeting zou hebben plaats gehad .<br />

Zy zag de balken, de modder, de eenden, het kroos . . . alles was<br />

er tot aschlucht toe, alles . . . behalve FANCY en haar vertellingen .<br />

En ook Wouter-zelf vond FANCY daar niet meer . Te-vergeefs<br />

wandelde by met de f atsoenlyke Hall .emannetj es, zoo dikwyls men<br />

hem thuis „van den vloer" wenschte. Te-vergeefs stood by uren<br />

lang aan de leuning van z'n brugje, en luisterde naar 't geklepper<br />

van de molens . Ze vertelden hem niets, en zongen niet, en<br />

er kwam geen FANCY.<br />

Zy zal to veel bezigheid hebben aan 't hof myner moeder, zuchtte<br />

Wouter, en bedroefd gin-i' naar huis .<br />

Maar als-i door 't venster al de schoone sterren zag die zoo


IDREN VAN MULTATULI . 3)7<br />

vriendelyk tintelden alsof ze hern toewenkten moed to houden,<br />

dan werd by iets beter gestemd . De treurigheid bleef, maar ze<br />

was minder bitter . Ze ging van smart over . in heimwee, in zoet<br />

verlangen ,naar huis", en met betraand oog, maar niet wanhopig<br />

meer, riep by fluisterend :<br />

- OMIKRON, OMIKRONT !<br />

440 . Wie hoorde dat roepen? Wie verstond die klachte over ballingschap<br />

? Waar, door w ien, werd achtgeslagen op die zucht naar 't<br />

hoogere, op die vurige begeerte om weertekeeren tot edeler stand?<br />

Of - juister, helaas! w6rd, dat roepen gehoord? W6rd die klacht<br />

verstami? W6rd er golet op dat verlangen?<br />

Dat weet ik niet!<br />

Ik weet niet of we zyn geschapen met een Joel,<br />

Of maar by-toeval dddrzyn . . .<br />

Maar 't komt me voor, dat gewoonlyk de meeste blyken van<br />

dat verlangen naar iets hoogers, juist niet worden gegeven door<br />

wie beweren dat alles wN to weten .<br />

En die opnierking troost me nu-en-dan over myn onwetendheid .<br />

Indien Loch het streven naar 't goede afneemt in kracht, naarmate<br />

de zekerheid toeneemt dat zulk streven zal bekroond worden<br />

met goeden uitslag, hebben de onwetenden geen oorzaak tot<br />

klachte . Ik denk dat het dezen by de thuiskomst des vaders -<br />

als er zoo'n vader is, en als-i thuiskomt! - wel gaan zal als<br />

Lystermannetje die 't naast aan de waarheid was zonder to hebben<br />

meegeraden . (Zie : Geloolsbelydenis in de Verspreide stukken) .<br />

441. Na lang beraad, en op Wouter's uitdrukkelyke belofte<br />

van beterschap, had eindelyk meester Pen -newip zich laten verbidden,<br />

en de hoof droover-vrouwenhooner word weer in genade<br />

aangenomen, of althans nagenoeg . Wouter mocht weer naar school<br />

gaan, en zich oefenen in verzenmaken, schoonschryven, werkwoorden,<br />

kort-stomp-scherplaiige o's, hollandsche graven en dergelyke<br />

wetenswaardigheden .<br />

Meester zei dat het jo -ngetie van Muiderberg nog verdorvener<br />

geweest was, en dat by zelfs dddrvoor raad had geweten . Met Wouter<br />

zou 't dw,, ook wel gaan . Maar juffrouw Pieterse moest veranderen<br />

van huisdominee, want de tegenwoordige behoorde tot de<br />

klasse der wynzuipers ." Nu, dat deed ze. Wouter werd op de katechisatie<br />

gedaan" by 'n wezenlyken dominee die na kerktyd "n<br />

boekje ,vragen overhoorde" . Den titel van 't boekje weet ik -niet,<br />

meer, maar de eerste regels waren :<br />

le Vraag : Vanwaar hebt gy, en alles wat er is, uw oorsprong! . .<br />

Wouter had graag willen ze-gen : wel, van m'n moeder . . . maa. r<br />

in 't boekje sto -nd :<br />

Antw . Van God, die alles uit niet heett voortgebracht,<br />

2e Vraag : Hoe weet gy dit?


308 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Antw. Uit de Natuur en uit de Openbaring .<br />

Wouter begreep dit niet, maar goedig en volgzaam als-i was antwoordde<br />

by trouwhartig wat in 't boekje stond . Wel speet bet hem<br />

dat de pleizierige schoolvrye zondag, anders zoo uitnemend geschikt<br />

tot wandelen, bedorven werd door 't , opzeggen" der koningen Israels,<br />

wel was by nayverig op de Joden die telkens werden „weggevoerd"<br />

- 'n ongeluk dat hem byzonder prettig voorkwam -<br />

maar by schikte zich met vroom geduld, en was niet de minste<br />

onder de zaligheidsleerlingen. Althans toen 't jaar om was, ontving<br />

by 'n boekje met drie-honderd-vyf-en-zestig bybelteksten, een-entwintig<br />

gebeden, even zooveel dankzeggingen ; een vader-ons, de<br />

tiers geboden en artikelen des geloofs . Er was een voorschrift by,<br />

en dat alles moest gebruikt worden : eens per dag, 'n jaar lang . . -<br />

driemaal daags, 'n week lang by herhaling . . . en de rest quantum<br />

sufficit . Voorin stood op 'n ingeplakt blaadje<br />

ter belooning<br />

aan WOUTER PIETERSE<br />

omdat by<br />

de lessen in de Noorderkerk<br />

wel<br />

heeft opgezegd<br />

en<br />

ter aanmoediging<br />

om<br />

ter eere Gods<br />

op<br />

den ingeslagen weg<br />

voorttegaan .<br />

En daaronder stonden de namen van Dominee en Ouderling met<br />

krullen die Pennewip zouden beschaamd gemaakt hebben .<br />

Het fatsoen der Hallemannen nam toe . De ouders van die kinderen<br />

huurden 'n tuin ,aan den Overtoom ." Dit was zoo „heelemaal<br />

buiten" zeiden zy, en „men kon Loch niet altyd in de stad<br />

blyven ." Bovendien „de kosten waren zoo groot niet, want er was<br />

een tuinman voor 't heele pad, er stonden wel dertig bessenboompjes<br />

en dat was toch altyd 'n aardigheid." Ook zou er wel gras<br />

genoeg zyn om 't kleingoed to bleeken, en dat won zooveel uit<br />

op de wasch „want, zei de stamvrouw der Hallemannen, verleden<br />

was er yzersmet in Betsy's Kanesoe . . . dus was 't heel goed om<br />

then tuin to huren, en als de mensen er over spraken - want<br />

dat deden ,ze" altyd - was 't uit pure jalouzie . Ook was er 'n<br />

regenbak by . . . en juffrouw Karels had gezegd dat die lek was,<br />

maar dat was laster, want ieder moet zelf weten wat-i doet, en<br />

Us je wat doet, heb je-n-altyd zoo'n gemaal met de mensen . . .<br />

want 't was vooraan op d' O vertoom . . . en als j e j e daaraan storen<br />

zou, konje nooit iets doen . . . en voor de kinderen was 't 'n


IDEEN VAN AIULTATULI . 3 09<br />

heele uitspanning . . . die j of f rouw Karels moest maar letten op 'r<br />

zelf . . . en als Gus jarig was, mocht-i jongeheeren vragen . . ."<br />

Gus werd jarig . Er zouden jongeheeren gevraagd worden, en,<br />

o geluk, Wouter was onder de uitverkorenen .<br />

Hot zou me to ver leiden, hier to onderzoeken wat Gus en Franssie<br />

bewoog hun gewezen kommanditair-deelgenoot in den pepermenthandel<br />

voortedragen tot kandidaat-f eesthouwer . De lyst der<br />

genoodigden werd opgemaakt en goedgekeurd, en daar juffrouw<br />

Pieterse zich gestreeld voelde door den omgang van haar zoon met<br />

,,menschen die 'n buiten houwen" werd ook van dien kant geen<br />

bezwaar gemaakt, mits Wouter beloof de „heel f atsoenlyk to wezen,<br />

zich niet vuil to inaken, niet to ravotten, z'n kleeren niet to<br />

scheuren, en zoo al meer . Ook zei juffrouw Pieterse ,dat 't zoo<br />

lief van 'r was, dat ze dit toestond, want 't was toch 'n heel ding<br />

voor 'n kind om zoo eens uittegaan .<br />

Ja, Wouter zou uitgaan ! Voor 't eerst uitgaan, voor het eerst<br />

eten, drinken, zich vermaken onder 'n vreemd dak . 't Was 'n hoofdgebeurtenis<br />

in z'n leven, en by voelde al minder nayver op de Joden<br />

die zoo dikwyls uitgingen, en ten-laatste nooit weer thuiskwamen<br />

.<br />

De heuchelyke middag was aangebroken . Met onbeschryfelyke<br />

fierheid stapte Wouter de poort uit. „t Was rechts, links, weer<br />

links, dan 'n brug over, en daarna recht uit, het kon niet missen"<br />

had Gus gezegd . En de tuin heette Stad-rust, dus : „Wouter moest<br />

maar vragen, dan zoud-i 't zeker vinden ."<br />

Dit was ook zoo . Wie voor 't eerst uitgaat, komt altyd to<br />

vroeg . Wouter was op Stad-rust voor de andere genoodigden<br />

maar Gus en Franssie ontvingen hem vry wel, en stelden hem<br />

voor aan hun ouders, die zeiden dat Wouter 'n lief gezichtje<br />

hebben zou als-i wat minder bleek was geweest .<br />

De andere speelnootjes kwamen vervolgens opdagen, en 't<br />

stoeien, draven, gooien, nam 'n aanvang, zooals dat by knapen<br />

gebruikelyk is . De pret wei°d afgewisseld met wafelen en<br />

limonade „die heel langzaam moest gedronken worden, omdat<br />

de kinderen zoo bezweet waren ."<br />

Toen de stammoeder der Hallemannen melding maakte van<br />

de bessenboompjes en den zoo kwaadaardig belasterden regenbak,<br />

had ze onder de volkomenheden van Stad-rust, ook dat<br />

prieel moeten opnoemen waar Betsy zat met dien heer . . .<br />

- Wie is dat 2 vroeg Wouter aan de kleine Emma, die<br />

meespeelde met de jongens .<br />

- Wel, dat is Bety's vryer .<br />

Nu weten we uit de tref f ende geschiedenis van lange Ceciel,<br />

dat Wouter z'n eerste liefde reeds achter den rug had, maar<br />

toch trof hem dat gezegde van Emma als iets vreemds . Tot-nog<br />

toe was 'n vrystertje, in zyn meening, 'n meisjen aan wie men<br />

griften en ulevellen geeft, en die Betsy scheen verheven boven


3 1 0 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

zulke dingen . Wouter begreep terstond dat-i lange Ceciel niet<br />

behaorlyk behandeld had, en op eenmaal beving hem de lust om<br />

to Weten hoe 'n volwassen heer vryt met 'n meisje dat niet<br />

meer schoolgaat .<br />

-- Haar vryer ?<br />

- Wel zeker . . . geengageerd !<br />

Dit woord was Wouter to modern, en als nu de lezer scherpzinnig<br />

is, kan by met vry veel juistheid berekenen in welk jaar<br />

onze meid haar ekonomiesch huwelyk aanging met den barbiersknecht<br />

. Men stelle zich slechts de vraag : wanneer is in de<br />

Klasse Burgerstand III, 7, ax (PP) 't flauwe ,geengageerd<br />

zyn" in twang gekomen voor 't hartelyke : vryen ?<br />

- Ge . . . wat 2 vroeg Wouter .<br />

- Geengageerd . . . ze verkeeren .<br />

- Wat is dat ?<br />

Wel, ze willen samen trouwen . Weetje dat niet ?<br />

Wouter voelde schaamte dat-i zoo'n eenvoudige zaak niet<br />

wist, en zooals, meer gebeurt, by schaamde zich nogeens, juist<br />

over die schaamte .<br />

- W el zeker, dat moist ik wel . Ik had niet goed verstaan<br />

Emma . . . wilje met my trouwen ?<br />

Emma kon op 't oogenblik niet, wyl ze geengageerd was<br />

met haar mama . Maar zoodra ze weer vry werd, zou ze zich bedenken,<br />

en dan had Wouter veel kans . Want ze keek hem heel vriendelyk<br />

aan voor ze weghuppelde om to voldoen aan 'n konvokatie<br />

tot ,,stuivertje wisselen" in 'n anderen hoek van den tuin .<br />

442 . Als den lezer de Spectator van Van Effen bekend is,<br />

zal-i zich herinneren dat daarin voorkomt de heel aardige beschryving<br />

eener burgervryaadje . Ik houd die beschrij ving voor<br />

echt, en vergeef onzen Justus makkelyker 't afluisteren dan 't<br />

verzinnen . 't Eerste is nagenoeg geoorloofd, jazelfs byna plicht<br />

in iemand die mensen bestudeert om Spectators of IDEEN to<br />

schryven . Wie 't afkeurt, moet ook den geneesheer veroordeelen<br />

die z'n patient bespiedt met het doel diens kwalen to leeren<br />

kennen om ze to genezen.<br />

Ik spreek dus Van Effen vry van onbescheidenheid, maar erken<br />

eenigszins jaloersch to wezen op de gelegenheid die by schynt<br />

gevonden to hebben tot zoo nauwkeurige waarneming . Wy weten<br />

weinig van 't huiselyk ]even der trekvogels, de hartstochten<br />

der schelpdieren ontsnappen voor 'n groot deel aan onze<br />

scherpzinnigheid, en toch staat in zekeren z'n de natuurlyke<br />

historie van oesters en zwaluwen in helder licht, wanneer wy<br />

die vergelyken met de kennis van onszelf . Vooral is die kennis<br />

moeielyk to verkrygen ten aanzien van 't geslachtsleven - in<br />

alle beteekenissen ! -- dat zich meer dan andere handelingen<br />

verbergt voor de blikken van den opmer. ker .


IDEEN VAN MULTATULI . 3 1 1<br />

„Wat zouden die twee elkaar to zeggen hebben ?" vraag ik<br />

altyd myzelf als ik 'n verliefd paar zie, en soms betrap ik my op<br />

de verdrietige vraag : „ zouden ze elkaar wat to zeggen hebben<br />

Verdrietig, ja ! Want het doet me leed als ik 'n lid van myn<br />

geslacht, 'n wederdeel dus van myzelf, een wens, moet verdacht<br />

houden van gebrek aan adel, van onkunde in liefde, van<br />

verwaarloozing der schoonste - neen, van de eenige - kracht der<br />

Natuur, van opstand teg en de aantrekkingswet . Lief de -- ik heb 't al<br />

meer gezegd, en men heeft myn bepaling zeer onzedelyk gevonden,<br />

wat me genoegen doet - liefde is neiging tot eenzyn (199)<br />

Maar gewis openbaart zich die neiging op oneindig veel wyzen<br />

. Gelyk overal, is ook hierin de Natuur eenvoudig in repel,<br />

veelvoudig in toepassing. De liefde van 'n dief zal wel beduiden<br />

kom, laat ons scam uit stelen gaan . De goddiener vereenigt<br />

zich met z'n geliefde in den gebede of in den psalme, en zoo<br />

al voort : , elck ghedierte naar synen aerdt ."<br />

Of zou die neiging tot meedeelen, tot samenzyn, tot vereenigen,<br />

by sommigen tevens de begeerte wezen tot het goede ?<br />

By Wouter was het zoo, a1 wist hyzelf dat niet . Had-i niet<br />

eens, in naam van lange Ceciel, de vryheid weergegeven aan<br />

't vogeltje dat zoo angstig rondvloog in de nauwe kooi ? Wel<br />

had Ceciel daarom gelach en, en gevraagd of Wouter gek was ! Wel<br />

begreep zy niet dat er verband was tusschen zyn medelyden met<br />

het arme dier, en 't kloppen van z'n hart als-i haar naam kraste<br />

op de bevroren ruiten van de achterkamer, maar misschien zou<br />

ze dat verband begrepen hebben als ze Wouter had liefgehad .<br />

En dat kon nu eenmaal niet, om die broek boven 't buisje .<br />

Hoe dit zy, hem ware 't onmogelyk geweest to denken aan<br />

iets kwaads als-i OMIKRON riep . Daarby vergst by lange Ceciel,<br />

en zeker zou by zeer verwo_ nderd geweest zyn als deze verschenen<br />

ware op then roep. Kleine Em.ma leek er meer op, vond-i<br />

nu. Zonder to denken aan 't schryven van 'n Spectator, voelde<br />

Wouter groote begeerte om to weten hoe de jongeheer die met<br />

Betsy in 't prieel zat, zich kweet van 't , verkeeren ." H y wist middel<br />

to vinden zich aftezonderen van z'n kameraadjes, en hoorde<br />

een-en-ander dat hem niet veel wyzer maakte in z'n liefdestudie .<br />

- Ja, ik heb ook gezegd : met Mei , , .<br />

- We] zeker, om de bovenhuizen . . .<br />

- 't Is 'n gemaal ! En wat zegt je moeder ?<br />

- Zoo . . . zy vindt we moesten 't nog 'n jaartjen aanzien .<br />

't Is zoo onfatsoenlyk gauw to trouwen . 't Is net, weetje of . . .<br />

- Vier jaar . . .<br />

- Ja, vier jaar . Louw en Anna zyn zeven jaar geengageerd<br />

geweest . . .<br />

Wouter was er grootsch op, dat-i nu precies wist wat dit<br />

beduidde. By begreep dat het zooveel wit zeggen als : samen 'n<br />

bovenhuis huren liefst in Mei .


3 1 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

- En kryg je nou die linnenkast ?<br />

- Neen . . . die wil m'n moeder zelf houden . Maar als we nog<br />

'n jaar wachten, zal ze ons 'n andere geven, zegt ze, 'n kleine .<br />

- 'k Had liever de groote .<br />

-- Ik ook . Maar, weetje, zy zegt jongelui hebben geen groote<br />

kast noodig . Maar toen m'n zuster trouwde, heeft ze toch 'n<br />

groote kast , meegekregen."<br />

- Zeg dan dat je er ook een moet hebben .<br />

- 't Zal niet helpen .<br />

-- Probeer 't maar . . . ik trouw niet zonder die groote kast .<br />

- 'k Wil 't wel vragen, maar . . .<br />

Van dit gehalte waren de gesprekken die Wouter afluisterde<br />

in 't prieel . Hy was zeer onvoldaan, en verschool zich peinzend<br />

in 'n donker hoekje Wat hem eindelyk ontbrak, wist-i<br />

zelf niet, maar toen kleine Emma hem kwam roepen, bleek<br />

er dat-i aan heel iets anders had gedacht dan aan linnenkasten<br />

en vakante woonhuizen, want met vroolyken schrik riep by<br />

- Zou zy 't wezen . . . m'n zusje ?<br />

443 . 't Was avend geworden, en het spel der kinderen zou<br />

binnens'huis worden voortgezet . De kleine gemeente was vermoeid.<br />

Er zou verteld worden door een van de grooten .<br />

Welke „groote" verdwaald was op Stad-rust, om daar Moore's<br />

Peri en Paradys to behandelen, weet ik niet . Men zal vinden<br />

dat het niet paste by Betsy's „engagement" en die liefdesmorende<br />

linnenkast . Maar evenals volgens sommigen, ieder persoon<br />

dens ten-minste wordt bezocht door de fortuin, zoo ook<br />

schynt er in de platste, minst dichterlyke omgeving, ddnmaal<br />

althans iets voortevallen dat „aan wie 't vatten wil" de gelegenheid<br />

geeft zich to verhef f en boven 't alledaagsche . Ednmaal wordt<br />

den drenkeling toegeroepen : ge kunt zwemmen, sla uw armen uit !<br />

Zal deze of gene then roep verstaan in m'n IDEEN ?<br />

De „groote" volgde in z'n vertelling den engelschen dichter<br />

niet . Hy volgde een *van de vele wyzen waarop de peri-legende<br />

in alle talen is bezongen, nadat ze in de gemoederen van wile<br />

volken ontstaan was . Het grondbegrip van schuld, boete, offer,<br />

verzoening en eindelyken triumf van 't goede, is diep geworteld<br />

in den menselyken geest, omdat de Urdichters behoefte<br />

hadden aan dramatische spanning . Iedere stam had ten-al] entyde<br />

z'n FANCY-verschyning, z'n verlangen naar huis, de zucht<br />

om terugtekeeren tot vorigen heilstaat . Overal vinden wy in de<br />

herinnering een gouden eeuw die wordt aargenomen als punt<br />

van uitgang en als doel voor de toekomst tevens . Al mogen<br />

wy vaststellen dat zulke indrukken alleen bestaan in ons gemoed,<br />

en geen grond hebben in onverbiddelyke werkelykheid,<br />

toch blyft het zeker dat die indrukken bestaan, en wie -<br />

als ik, helaas ! - de onbestreden heerschappy van 't goede voor


IDEEN VAN MULTATULI. 3 1 3<br />

of na ons, ontkent, moet toch toestemmen dat er naar het goede<br />

gestreefd wordt, 't geen op zichzelf reeds goed is . (276)<br />

Ieder yolk, ieder irdividu, heeft eenmaal smachtend uitgezien<br />

naar 'n geliefde OMIKRON, en 't is de schuld van den minnaar<br />

niet, dat ten-allen-tyde deze of gene priester zich vertoonde op<br />

then roep, en met uitgestoken hand antwoordde<br />

- OMIKRON ? Dat ben ik . Mag ik a zes schellingen verzoeken<br />

voor de moeite ?<br />

Die zes schellingen hebben veel bedorven . Want of men betaalde<br />

die, en hield den priester in 't leven die zich voordeed<br />

als de gezochte minnares . . . of men werd wakker, lichtte kleed<br />

en mombakkes op, herkende den bedrieger en wierp hem terdeure<br />

uit met de klacht : FANCY heeft me bedrogen, ze zond my<br />

'n valsche OMIKRON !<br />

Dat deed FANCY niet, dat deed de priester om die zes schellingen .<br />

444. „De PERT die voor de poorten van 't paradys vruchteloos<br />

smeekte to worden toegelaten tot den heilstaat der gelukzaligen,<br />

bracht alzoo na veel vergee f sche pogingen eindelyk als 't schoonste<br />

wat de aarde opleverde, den laatsten zucht van 'n berouwhebbend<br />

zondaar, en vond genade in de oogen des wachters aan<br />

de poort, om de heiligheid der gave die zy o ferde.<br />

- Nu pandverbeuren ! riep Gus .<br />

- Pandverbeuren, pandverbeuren ! riep de gansche kleine gemeente<br />

hem na .<br />

Er werden panden verbeurd, gegeven en ingelost . Er moest<br />

„gezoend" worden, dat spreekt vanzelf . Een raadseltjen opgeven" .<br />

't Werd niet geraden, . . natuurly k . Wie 't wist, mocht het niet<br />

zeggen! Dit is by raadsels zoo de gewone konditie .<br />

- Wat zal de eigenaar van dit pand toen ?<br />

- Op een been staan<br />

- Over 'n strootj e springen !<br />

- Een vers opzeggen !<br />

- Neen, 'n fabel . . . la cigale, of zoo-iets !<br />

- Ja, ja, ja!<br />

't Pand was van Wouter .<br />

- Ik ken geen fabel, zeid-i bedrukt, en fransch versta ik ook niet .<br />

-- Ik zal j e helpen, riep Emma . . . le pere, du pere.<br />

- Och, dat 's geen fabel . . . toe, Wouter !<br />

't Was 'n heele pret voor sommigen in den kring, dat Wouter<br />

geen fabel kende en geen fransch verstond. Als 'n bekwaam<br />

mens wist hoeveel genoegen by velen doet met 'n blyk van<br />

wat onbekwaamheid, zoud-i waarlyk menigmaal zich dom houden<br />

uit louter mensenlief de.<br />

Maar Wouter dacht ditmaal niet aan 't pleizier van de anderen<br />

dat-i ook niet zou begrepen hebben . Hy schreide, en was boos op


3 1 4 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

meester Pennewip die hem geen fransch en geen fabels geleerd had .<br />

- Komaan, Wouter, komaan ! plaagden de pandhouders .<br />

- 't Iloeft geen fransch to wezen, vertel maar 'n fabel .<br />

- Maar ik weet niet wat 'n fabel is .<br />

- Wel, dat is 'n vertelling met beesten .<br />

- Ja . . . of met boomen : le ciaene un jour dit au roseau, zieje,<br />

er hoeft juist geen beest in to komen .<br />

- Ja, ja . . . 'n fabel is 'n vertelling, anders niet . . . er mag<br />

inkomen wat 'r wil .<br />

- Maar 't moet rymen<br />

Wouter was op 't punt z'n rooverslied optezeggen . Maar by<br />

bedacht zich, en gelukkig. Want dat ware een groot schandaal geweest<br />

in den huize Halleman, dat zoo byzonder f atsoenlyk was .<br />

- Wel peen, 't hoeft niet to rymen ook, riep 'n ander die al weer<br />

wyzer was dan de rest, „de koe geeft melk, Jantje - zag eens pruimpjes<br />

hangen, prins Willem de eerste was 'n groot wysgeer" . Zieje, Wouter<br />

't gaat vanzelf, komaan . . . vertel wat, of j e krygt j e pand niet .<br />

445 . Wouter begon .<br />

„Er was eens 'n jongetje gestorven, dat niet in den hemel mocht . . .<br />

Ho, ho, dat 's de geschiedenis van de Peri! Wat anders!<br />

Ik zal 't anders maken, beloof de Wouter verlegen .<br />

„Nu dan, dat jongetje mocht niet in den hemel, omdat-i . . .<br />

geen fransch verstond, en ook omdat-i dikwyls stout was geweest<br />

en ook omdat-i meestal z'n vragen niet had gekend, en omdat-i . . .<br />

omdat-i . . .<br />

Ik geloof dat Wouter hier wat zeggen wilde over 't onzalige „moedersknipje''<br />

. Maar by slikte het in, uit vrees de Hallemannen to<br />

grieven door 'n schynbare toespeling op den pepermenthandel .<br />

„ . . . omdat-i eens geiachen had onder 't bidden . Want dit is zeker,<br />

jongetjes die lachen onder 't bidden, komen niet in den hemel .<br />

- Zoo . . . o . . . o . . • o ? vroegen 'n paar schuldbewusten.<br />

„Ja, die komen niet in den hemel, Nu had dat jongetjen 'n zusje<br />

gehad, dat een jaar voor hem gestorven was . Hy had veel van<br />

haar gehouden, en toen by dood was, zocht-i terstond naar z'n<br />

zusje . „Wie is uw zusje? vroeg men hem . . .<br />

- Wie vroeg dat ?<br />

Stil, valt 'm niet in de rede, laat Wouter voortgaan .<br />

- „Ik weet niet wie dat vroeg . Maar 't jongetje zei dat z'n<br />

zusjen . . . 'n blauw jurkje droeg, en kuiltjes in de wangen had . . .<br />

- Net als Emma .<br />

- Ja, net als Emma. Men zei hem dat er in den hemel 'n<br />

klein meisje was, dat er juist zoo uitzag . Ze was daar 'n jaar ge-


IDEEN VAN MULTATULI . 3 1 5<br />

leden gekomen, en had verzocht haar broert binnentelaten, die<br />

zeker naar haar vragen zou, Maar 't jor tje mocht niet binnen<br />

. . . ik heb al gezeg d waarom" .<br />

- Had zy altyd r' „vragen" gekend ?<br />

- Zeker wel . Dat spreekt vanzelf. Laat Wouter voortgaan .<br />

,,Hy was heel verdrietig omdat-i z'n zusje niet zou weerzien,<br />

en vond Du dat het sterven eigenlyk niet de moeite waard was<br />

geweest . Och laat me toch binnen !" vroeg-i heel vrindelyk aan<br />

'n heer die aan de deur stond . . .<br />

- Aan de port, verbeterden velen tegely k, die zich gestuit voelden<br />

door de dagelyksheid eener dear, maar niet getroffen waren<br />

door de verhevenheid van Wouter's begrippen over 't sterven .<br />

Zoo gaat het meer .<br />

„Goed, aan de poort, zei de arme jongen, beschaamd dat-i zich<br />

zoo bezondigd had aan deftigheid . Maar die heer aan de poort zei<br />

neen . Daarop keerde 't jongetje terug naar de aarde ."<br />

- Dat kan niet . . . eens dood, blyft dood, riepen de wysgeeren .<br />

- Laat 'm toch voortgaan . . . 't is immers maar 'n vertelling .<br />

,,Hy keerde terug naar de aarde en leerde fransch . Toen-i daarna<br />

weer voor de . . . poort stond, zeid-i owi m'sieu ! Maar 't hielp<br />

niets, by mocht toch niet binnengaan .<br />

- Dat geloof ik graag . . . by had moeten zeggen : j'aime, to aimes .<br />

- Dat weet ik niet, zei Wouter nuchter .<br />

,,Nogeens ging-i naar beneden, en leerde z'n ,vragen" zoo dat-i<br />

ze kon opzeggen van-achter-af, van : Beer, kom haastelyk tot<br />

met privilegie . En dat deed-i aan de poort. Maar 't hielp weer<br />

niet . .- by mocht nog niet binnen ."<br />

- Dat wil ik wel gelooven, riep 'n wyze . Om in den hemel<br />

to komen, moet men „aangenomen" zyn . Was-i aangenomen ?<br />

,,Ach neen, zei Wouter, daarom juist was 't zoo moeielyk ! Hy<br />

beproef de telkens wat anders, maar 't lukte niet. Hy zei dat-i met<br />

z'n zusje geengageerd was . . .<br />

- Net als Betsy ! riep Emma .<br />

,,Ja, net als Betsy. Dat-i haar zoo liefhad, dat-i zoo graag met<br />

'r trouwen wilde . . . maar 't hielp alles niet, by mocht niet in den<br />

hemel. Op 't laatst durf de by niet terugkomen uit vrees dat die<br />

heer aan de poort knorrig worden zou . . .<br />

- Nu, en hoe is 't verder ?<br />

- Ik . . . :veet . . . niet . . . verder, stamelde Wouter, ik weet<br />

niet wat het jongetje doen moest om in den hemel to komen .<br />

Wouter wist wel vender, al kon by niet onder woorden brengen<br />

wat-i wist. Dit bleek 'n uur later .<br />

By 't naar huis gaan, toen het heele gezelschap verschrikt uiteenvloog<br />

om 't rytuig to ontwyken dat in dolle vaart de poort uitholde,<br />

gleed Emma onder de leuning van de brug door, en viel in<br />

de stadsgracht . Men loosde een gil . . . nog een . . .


3 1 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Wouter was 't kind nagesprongen .<br />

Als-i op dat oogenblik gestorven ware, zou zeker de „heer aan<br />

de poort" hem niet hebben afgewezen omdat-i geen fransch verstond<br />

of niet , aangenomen" was .<br />

,,Maar toen-i nat en bemodderd werd thuisgebracht, zei juffrouw<br />

Laps dat men den Heere niet mocht verzoeken . En At was 't toch,<br />

als men to-water sprong zonder to kunnen zwemmen .<br />

Ik vind dat die ,Heer" 't best to-pas komen zou by iemand die niet<br />

zwemmen kan . Wie 't wel kan heeft meer kans zichzelf to helpen .<br />

En juffrouw Pieterse klaagde „dat er met then jongen altyd<br />

wat was ."<br />

Nu, dat vind ik ook .<br />

446. Aan sommigen myner lezers . Ik verneem van m'n uitgever<br />

dat ge u beklaagt over de onregelmatige wyze waarop Mn IDEEN<br />

verschynen.<br />

Ik begryp uw klacht niet, en zou eer uw verwondering begrypen<br />

als m'n geschryf regelmatig verscheen .<br />

Ik heb 't u immers gezegd : de gang van den man, wien NATHAN<br />

volgde met IOCHAZ „en de rest" . . . was wankelend.<br />

,-Zie daar zygt-i neer!<br />

Hy schynt toch zwak to wezen . . . 't kruis is zwaar . . .<br />

En, lieve sommige lezers, noch NATHAN de zone DAOUDS, noch<br />

de man die zoo gauw moe werd van 't dragen zyner kleine, noch<br />

zelfs de onbescheiden IoOHAZ . . . . eilieve, zy alien klaagden immers<br />

niet over de traagheid van den kruisganger . Woudt ge minder<br />

inschikkelyk zyn dan dezen ?<br />

Hoogstens was er vrees dat-i, uitgeput<br />

-niet spreken zou aan 't kruis . . .<br />

omdat dan 't meegaan niet de moeite waard zou wezen.<br />

Neemt liever 'n voorbeeld aan den man die, hoe zwaar beproefd<br />

ook door 't gemis van z'n kashmir,<br />

-die licht van kleur en koeler was . . .<br />

aan den man die, na 't dragen van z'n kind, zoo wysgeerig uitriep<br />

-Het drukt zoo op den duur, al schynt het licht in 't eerst l'<br />

Ja, neemt aan then man 'n voorbeeld, en let er op hoe hy, z'n<br />

eigen smart vergetende, met onverzettelyk vertrouwen op de ,taaiheid"<br />

van den patient, z'n vrienden en geburen moed inspreekt,<br />

en hen by herhaling uitnoodigt niet toe to geven aan den vreeselyken<br />

angst dat de kruisman voor goed bezwyken zou voor-i tot het einde<br />

toe hun kinderen stof had geleverd<br />

'tot 'n vroolyk kruismansspel .-


IDEEN VAN MULTATULI . 3 1 7<br />

Weest eerlyk, lieve sommige lezers, en erkent dat het meegaan<br />

met den stoet niet de moeite waard wezen zou, als niet de held<br />

van 't feest nu-en-dan neerzwikte, zoodat een oogenblik<br />

A de top en de arm van onder 't kruis<br />

Dat sling'rend voortschoof onder 't wagglen, gants verdwynt,<br />

En niet dan langzaam weer omhoog ryst . . .<br />

Bovendien, hoort niet SOHMOEL by 't feest . En zou niet aan<br />

dien onmisbaren toeschouwer by elken kruisgang, het werpen<br />

met drek moeilyker vallen, als niet van-tyd-tot-tyd de hoofdpersoon<br />

hygend neerzeeg om 't mikpunt zekerder to maken ?<br />

Eere den man die z'n kashmir vergat, eere den zone DAOUDS,<br />

eere IdOHAZ . . . zy allen klaagden niet, noch verwonderden zich,<br />

over den tragen gang van den kruisdrager .<br />

Nogeens, lieve sommige lezers, wilt ge minder toegevend<br />

zyn dan dezen ?<br />

Wie zich verwondert over de onregelmatigheid waarmee m'n<br />

IDEEN in 't licht komen, heeft zeker 283 niet, of verkeerd, gelezen .<br />

Ik zeg met dien ander<br />

"Het is hem aantezien<br />

Dat by veel droeg, maar kracht heeft meer to dragen,<br />

Dat by veel leed, maar lang nog lyden kan .-<br />

Goed, de kruisman is ,taai, en zal spreken aan 't kruis", maar<br />

vordert nog, men verwacht dat-i altyd zal doorspreken . Jezus heeft<br />

slechts zeven korte frazen gezegd, en by stierf toch, maar . . .<br />

Ik verzeker u, sommige lezers, dat het my van-tyd-tot-tyd zeer<br />

moeielyk valt aan u vertellingen to geven - die ge dan nog<br />

veelal niet begrypt - aan u gedachten medetedeelen - die ge<br />

dan nog dikwyls averechts opvat - als het hart me bloedt by<br />

't aanschouwen van den nood myner vrouw en kinderen .<br />

Is dat 'n klacht ?<br />

Het is 'n aanklacht !<br />

En al ware het 'n klacht, -is 't zoo vreemd dat 'n lyder roept<br />

my dorst ? Is 't zoo vreemd dat-i z'n vader vraagt : myn God,<br />

myn God, waarom hebt ge my verlaten ? Is 't zoo vreemd dat-i<br />

tranen stort als droppelen bloeds, in Gethsemane ?<br />

Juist daar is Jezus mens, d . i . by is groot. Niet groot in vertellingen<br />

die hem laten hemelvaren . Wie geen smart voelt, heeft<br />

van 't lyden de eer niet .<br />

En toch is myn klagen, aanklacht . Als vroeger roep ik den<br />

farizeen, schriftgeleerden, wetgevers en bestuurders toe, dat er<br />

verrotting in den Staat is, verrotting door HUN schuld !<br />

Wie 91 begrepen heeft, zal inzien hoe 't me stuit aftedalen<br />

tot het dagelyksche . Maar ik wil myzelf daartoe dwingen, en<br />

pogen de taal to spreken van den dag .<br />

Ziehier. Om to schryven, om to arbeiden, moet ik leven . Daartoe<br />

moet ik eten, drinken, wonen . Om dat to verkrygen heb ik


3 1 8 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

geld noodig, juist als 'n makelaar in koffi . Ik erken nederig in<br />

dit opzicht dezelfde behoefte to hebben als Droogstoppel .<br />

Ook zou my noodig wezen zekere kalmte, zekere rust . Ik wilde,<br />

byv . - als 't niet teveel gevergd is - zoo gaarne niet alleen<br />

vandaag wonen en eten, maar ik maak eenige aanspraak op wat<br />

zekerheid dat ik ook morgen in-staat zal wezen tot arbeid, of<br />

althans, wanneer men die aanspraak onbescheiden vindt, ik<br />

verklaar behoefte to voelen aan die zekerheid .<br />

Bovendien, al stelt men my - ten-onrechte, voorwaar ! -- to<br />

hoog om my onderhevig to achten aan menselyke behoeften van<br />

stoffelyken aard, dan nog word ik in 't doordenken van de onderwerpen<br />

die ik behandel, meermalen gestoord door de vrees dat in<br />

allen geval de mynen niet verheven zyn boven zulke behoeften .<br />

Missehien zou I „mooier" schryven als dit niet het geval was .<br />

Alweer erken ik dit voor 'n zwakheid to houden . Ik, die om<br />

eigen wel of wee me niet bekommer, waar hot te-doen is om<br />

het goede, ik, die in dienst van myn God, dagelyks het dierbaarst<br />

wat ik heb, prysgeef, ik moest ook de kracht bezitten<br />

dit to doen zonder smart, of althans ik moest die smart niet<br />

laten heerschen over m'n stemming .<br />

Maar die kracht heb ik nu altyd niet . Ik bracht het offer breng,<br />

't dagelyks weer, voel nooit de minste begeerte om terug to keeren<br />

van den Loch zoo zwaren gang naar de off erplaats . . . dit alles is<br />

waar, doch . . . vroolyk, opgewekt, geschikt tot denken, dat is : tot<br />

arbeiden maakt me die dagelyksche tocht naar Moria niet !<br />

Als ge dus somwylen 'n IDEE of 'ii vertelling ,niet mooi"<br />

vindt - eilieve, zyt gyzelf zoo mooi ? - denk dan : misschien<br />

was by in angst over de ongesteldheid van z'n kind.<br />

En als ge oordeelt dat ik u to lang w achten laat op 'n vertelling<br />

of 'n IDEE, troost u dan met de vermakelyke zekerheid,<br />

dat myn verdriet nog grooter is over 't lang wachten op Recht . . -<br />

over 't lang wachten op 'n gelegenheid om m'n ger in to huisvesten,<br />

to kleeden en to voeden .<br />

Ziet ge, sommige lezers, wees billyk, als dat ten minste niet<br />

teveel gevergd is van . . . lezers .<br />

En, sommige lezers, gy die u beklaagt dat ik niet geregeld opkom<br />

in de vervelende werkplaats van 't schryversambt, eilieve,<br />

wat hebt gy gedaan, al den tyd then ik, buiten de werkplaats,<br />

doorbracht in zwaren arbeid ? Wat hebt gy gedaan ? (205)<br />

Hebt ge tot het Volk gezegd : laat ons onderzoeken of deze<br />

man waarheid heeft gesproken ?<br />

Of hebt ge 't onverschillig aangezien dat by belasterd werd<br />

en mishandeld, verguisd en bestolen ?<br />

Hebt gy iets gedaan om de smet uittewisschen, die er kleef t op de<br />

natie waartoe gy behoort .<br />

Hebt ge meegewerkt in 't wegruimen der vuile brokstukken van<br />

't ineengestort gebouw der nederlandsche zedelykheid ?


IDFEN VAN MULTATULI . 31 9<br />

Hebt gy iets bygedragen tot stichting der religie van het goede?<br />

Ja of neen . . . hoe ook 't antwoord zy op die vragen, cult den man<br />

niet hard, die deed wat-i kon in den tyd en met de vermogens die hem<br />

overbleven na 't pynlyk tobben over 't noodige voor vrouwen kind .<br />

In Pruisen stelde men dezer dagen de afgevaardigden schadeloos<br />

voor de nadeelen hun berokkend om 't afstemmen der militaire begrooting<br />

. My heeft men tot heden toe 't papier niet betaald, waarop<br />

ik m'n Vrye-Arbeid en m'n Ideen schreef !<br />

Noch zelfs de kosten die ik maakte tot de reis van Lebak naar Batavia,<br />

om den ,, rooten heer to spreken over de ellende der bevolking."<br />

't Is waar, in Pruisen verzette men zich tegen Zuitgaven, en ik<br />

verzette my slechts tegen geweldenary, roof en moord .<br />

Daar was het to doen om wat geld, en hier maar om geweten en<br />

ecr.<br />

Maar, zeggen sommige l ezers . ge spreekt veel over uzelf, ge stelt<br />

uzelf op deli voorgrond ? . . .<br />

Ik hob op die beschuldic;ing reeds vaak geantwoord . (22- 28,<br />

298, 299, en op veel plaatsen meer.)<br />

Ik spreek veel over mezelf, en stel my op dens voorgrond . . .<br />

Ja!<br />

Dit deed ik reeds to Lebak, town ik tot do be volking zeide : „verzet u<br />

niet, gaat rustig naar huis, ik zal zorgen dat u recht worde gedaan ."<br />

En zelfs mn vrouw stelde zich op den voorgrond, toen ze, nadat<br />

haar de vergiftiging myns voorgangers gebleken was, uitriep : ,ik ga<br />

niet, wy eten en drinken samen !"<br />

Ik stel mezelf op den voorgrond . . .<br />

Ja!<br />

Wien anders wilde men dat ik op den voorgrond stelde ? Een makelaar<br />

in kruienierswaren ? Of 'n gepensioneerden resident? Of 'n<br />

leverancier van ryst op Banka ? Of iemand die met zooveel succes<br />

hammen en jachtgeweren verkocht ? Of 'n aandeelhouder in de Bilitonmynen?<br />

Of 'n kunstkoopende verzenmaker Of 'n kommies<br />

van de buitenzorgsche sekretarie ? Of 'n tabaksplanter ? Of Duymaer<br />

van Twist, rustiger- gedachtenisse ?<br />

Ik vraag het u sommige lezers, wat zou zulk yolk op den voorgrond<br />

doen ?<br />

Zouden die lui er niet heel verlegen uitzien op hun voorgrond ?<br />

Ik denk : ja !<br />

Want hoogmoed is hooge moed, en ik vrees dat hun de moed<br />

ontbreken zou om hoogmoedig to wezen .<br />

„Maar . . . ge zyt zoo bitter van toon . . .<br />

Il y a de quoi! dunkt me.<br />

„Maar . . . ire zyt zedeloos . . .<br />

Ja!


320 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

„En zelfs onzedig . . .<br />

Ja ! Het doet me genoegen dat gy 't onderscheid vat tussehen<br />

die beide woorden . Ik put daaruit de hoop dat ge ook de vertelling<br />

zult begrypen, waarmee ik dezen bundel myner IDEEN besluit .<br />

„Is die vertelling 'n klacht 2"<br />

Neen, neon, neen, sommige lezers, duizendmaal neen . . . ze is<br />

'n aanklacht !<br />

447 . In Samojedie - ik weet niet of 't land zoo heet, maar<br />

dat is 'n leemte in de taal, die we moeten aanvullen - in Samojedie<br />

is het de gewoonte zich van-top tot teen to besmeren met ransige<br />

traan. Een jonge Samojeed verzuimde dit . Hy besmeerde zich volstrekt<br />

niet, noch met traan, noch met wat anders .<br />

Ge volgt de zeden niet, zei 'n samojedisch wysgeer . . . ge<br />

hebt geen zeden . . . ge zyt zedeloos .<br />

Dit was heel juist gezegd .<br />

't Spreekt vanzelf dat de jonge zedelooze Samojeed mishandeld<br />

werd. Hy ving meer robben dan elk ander, maar 't baatte hem<br />

niet. Men nam hem z'n robben af, gaf ze aan Samojeden die<br />

behoorlyk naar traan stonken, en hem liet men honger lyden .<br />

Maar 't werd nog erger.<br />

De jonge Samojeed, na eenigen tyd to hebben voortgeleefd in<br />

onbesmeerden staat, begon eindelyk zich to wasschen met eau- decologne.<br />

Die welriekendheid was niet uittestaan in Samojedie !<br />

- Hy handelt tegen de zeden, sprak nu de wysgeer van den<br />

dag, by is onzedig ! Komt, we zullen voortgaan hem de robben<br />

aftenemen die by vangt, en bovendien . . .<br />

- Dit geschiedde .<br />

Maar wyl men in Samoj edie geen laster had, geen kopyrecht,<br />

geen verdaehtmaking, geen domme orthodoxie, noch valseh liberalismus,<br />

noch bedorven politiek, noch bedervende ministers, noch<br />

verrotte Tweede-Kamer . . . sloeg men den patient met de afgekloven<br />

beenderen van de robben die hyzelf gevangen had .<br />

Aan m'n overige lezers myn hartelyke groet !


Verzamelde Werken van Multatuli<br />

Naar tydsorde gerangschikte uitgave, bezorgd door zyne weduwe .<br />

IN TIEN DEELEN<br />

DEEL IV .<br />

Elk exemplaar, dat bovenstaand merk met handteekening NIET draagt,<br />

is nagedrukt.<br />

DE ELSEVIER-EDITIE<br />

IDEEN<br />

TWEEDE BUNDEL .


M ULTATULI<br />

IDEEN<br />

TWEEDE BUNDEL .<br />

AMSTERDAM<br />

UITGEVERS-MAATSCHAPPY ,ELSEVIER"<br />

1907


Druk van H . J . VAN DE GARDE & Co., Zalt-Bommel .


"Een zaaier ging uit om to zaaien ."<br />

J r, z u s .<br />

44.8, Aan ele Jf'ed . X . geboren Y . to Z . *)<br />

Ainsterdam, October 1863 .<br />

Nlevrouw, ik heb u iets to zeggen . Ik wensch u toetespreken<br />

oin uwentwil, omdat ge in droefheid verkeert . Om mynentwil,<br />

wyl ik behoefte gevoel aan citing myner vreugde. Om-den-wille<br />

van anderen, die misschien met eenige belangstelling zullen lezen,<br />

wat een diep verdorven medeschepsel kan to zeggen hebben aan<br />

eene zuster in verdorvenheid .<br />

Want ik ben infaain slecht, mevrouw . Ik hoop, dat deze hoogmoedige<br />

verklaring moge gelden als paswoord, voldoend-onheilig<br />

om toegang to verschaffen aan den broederlyken groet, then ik<br />

ii hierby zend.<br />

Neem then aan, Mevrouw! Versmaad m'11 groet niet al<br />

ware 't om de zeldzaamheid alleen, ten-laatste iemand to ontmoeten,<br />

die u niet overstelpt met bitterzoete braafheid .<br />

Want van braafheid zult gy last hebben in deze dagen uwer<br />

bezoeking .<br />

Men zal u spreken van zedigheid en van christendom . Van<br />

kuisheid en beschaving . - Van voorvaderen die nooit zondigden<br />

en van voormoederen met gesteven halskraag en dito begrippen<br />

. Men zal u spreken van Gods goedheid in uw kerker!<br />

Van zyne almacht . . . in uwe verdrukking! Van inaatschappelyke<br />

plichten en van godsdienstige plichten . Van hooge plichten en lage<br />

Ik acht my niet geroepen de gebeurtenis die aanleiding gaf tot het<br />

schryven van dezen brief, nader toe to lichten. Scandaleuse kroniek is m'n<br />

zaak niet. In 1863 was 't hier behandeldd voorval den meesten lezers beter<br />

dan aan niyzelf bekend, en 't zal niet schaden, wanneer ze in later jaren<br />

(laarvan nog minder weten dan meet, nay 't geval was, toen ik -- geheel<br />

ten-onrechte, -- meende te-doen to hebben met eerie van zoogenaamde afd<br />

,valing overtuigde vrouw. Alen wordt alzoo uitgenoodigdd dit stuk to lezen<br />

Ids-of daarin eene cases positio werd beliandeld : gesteld eens dat 'n jonge<br />

weduw, inoeder van een kind uit haar huwelyk, naar het oordeel der Avereldd<br />

zich misdroeg . . . gesteld dat zy een onecht kind ter-wereld bracht . .<br />

yesteld dat ze . . .<br />

Maar nog-eens, dit alles was zoo niet. Ik had ine vergist .<br />

Myne beschouwingen over zoo'n zaak, en myn tuchteloos party-trekken<br />

voor zekere soort van zonde tegen zekere soort van deugd, blyven evenwel<br />

van voile kracht. Missehien ook kan de inededeeling daarvan nuttig zyn,<br />

your 't geval dat er eens eenmaal iets plaats vond van den aard als tenopzichte<br />

van Alevr. X . weed verondersteld . (1872)<br />

IDEEN 2


2 IDEEN VAN MULTATULT.<br />

plichten, van groote en kleine plichten, en daarna van allerlei<br />

plichten. Men zal u laffe dingen zeggen met klinkende woorden .<br />

Men zal u spreken van geloof, van heiligmaking, van Gods toorn,<br />

van contritie, van zonde, verdoemenis en fatsoen<br />

En, mevrouw, ik wil u spreken over liefde .<br />

Men zal u verzekeren, dat gy diep gezonken zyt . En men zal<br />

eigen braafheid op stelten zetten, om u precies to doen voelen<br />

hoe diep<br />

Och, of ge dat niet wist, arme patiente! Alsof die diepte niet<br />

bleek uit alles wat u omgeeft! Alsof er kans ware op ontkenning<br />

van 't verschil in toon tusschen de toespraak uwer wachters nu,<br />

en 't vorige : I'Mevrouw, ik heb de eer !" Alsof er vergeten moyelyk<br />

ware van 't vlymend onderscheid tusschen uw salon van<br />

vroeger, en 't kamertje van heden, waarin men u opsloot en bewaart<br />

voor wat welkom schandaal . *)<br />

Vergist ge u niet some des morgens by 't ontwaken ? Kost het<br />

*) De verkeerde spelling van dit woord levert alweder'n bewys dat wy veel<br />

to gul zyn met onze leelyke ch's. Straks krygen we Schaevola, Schamander,<br />

Schantinius, schansie, proschenium, schapulier, schalp . . . of zyn die woorden<br />

reeds aangenomen? Verwonderen zou 't me niet, daar ik een schelerate<br />

schepticus ben, die zich verbeeldt dat de schepter onzer taalkunde in schabreuse<br />

handen is .<br />

Het Nword dat wy nu schandaalsehryven, is gelykbeteekenend net het<br />

scandale der Franschen, dat wel met schande verwant is, dock daarvan<br />

niet mag worden afgeleid, tenzy nien, als de Juffrouw van achter-onder<br />

(398) den indruk der woorden meent to versterken door er een staart aan .tezetten.<br />

Den oorsprong van scandale en schande beide zullen wel in 't Sanskrit<br />

moeten gezocht worden, even als van 't grieksche uxdAaAov, dat in letterlyken<br />

en overdrachtelyken zin aanstoot beduidt, en alzoo in 't laatste geval<br />

: ergernis . Misschien ook werd het woord door de geestelyken in gebruik<br />

gebracht . Ik meen althans dat er in den grondtekst - Markus IX vs . 47<br />

van uxavda .Zt~,-tv gesproken wordt, en in dat geval komt schande van<br />

scandaal, en niet orngekeerd . Dan zou ook in 't eerste woord de ch geen<br />

reden van bestaan hebben, zoo min als de professers die zoo'nn ding doceeren<br />

.<br />

Behalve de beteekenis die aan 't woord scandaal wordt gegeven in bybelschen<br />

zin, als ergernis, gebruiken de Franschen het tevens voor den<br />

ophel waarnic6 men tracht eene zaak als schandelyk voortestellen, onversehillig<br />

of daarin al dan niet iets schandelyks gelegen zy. Men kan scandaal<br />

inaken over eene onbeduidende of zelfs oorbare zaak,<br />

ce refus effrontj<br />

Avec un grand scandale au prince est racovti . (Am)RiEux)<br />

Daar ik nu juist in den zin van onqepast misbaar maken 't woord in<br />

den tekst gebruik, achtte ik deze uitlegging niet overbodig . Eerstens om to<br />

doen in 't oog vallen dat juist in dies ophef 't zwaartepunt van voorvallen<br />

ale het behandelde gelegen is, en vervolgens om aanleiding to vinden tot<br />

het opsporen van de oorzaken waarom nien in zoodanigm nphef genoegen<br />

schept. Men zie daarover de noot onder blz . 10.


IDEEN VAN MULTATULT. 3<br />

u geen moeite de weerspannige verbeelding terug to wringen in<br />

de werkelykheid ? Is 't u niet reeds gebeurd den braven rechter<br />

der instructie - die nooit zondigde - aan to spreken als uw<br />

kind, en zyn onkreukbare rechtsdeftigheid to ontvangen als vroeger<br />

den morgenkus uwer kleine, die u ontroofd werd door de even<br />

deftige onkreukbaarheid van het recht ? Is 't u al voorgekomen,<br />

dat ge, pas teruggeschrikt in het leven, en noode afscheid nemend<br />

van droomen, die zich verstoutten liefelyk to zyn in een kerker,<br />

is 't u al geschied dat ge den gevangenbewaarder verzocht : ,te<br />

laten inspannen tegen elven als 't goed weer is ?"<br />

Zeg mevrouw, hoe langen tyd en hoeveel kracht hebt ge noodig<br />

des-morgens, tot het afschudden van onbewusten slaap of<br />

valsch vleienden droom ?<br />

Niet waar dat bed is zoo vreemd dat linnen zoo<br />

grof die kamer zoo eng dat uitzicht zoo doodsch . . . .<br />

zoo kaal die wand, zoo ruw de vloer<br />

0 God, o God mevrouw, , ik wenschte to mogen ontwaken<br />

in uw plaats!<br />

Neen, gy zult het niet vergeten, dat gy diep, zeer diep zyt gezonken!<br />

Ook zonder de wettische zalving, van de geloovers, en<br />

zonder de tale Kanaiins van de wet, zal 't u onafgebroken worden<br />

herinnerd door de werkelykheid, zooveel welsprekender nog dan<br />

de best bespraakte beroeps-cant .<br />

Maar Loch hoop ik, dat myn taal den stryd winnen zal, ook tegen<br />

die welbespraaktheid . Want ik zal ze putten uit een hart<br />

evenzeer vervuld van werkelyke liefde, als uwe gevangenis van<br />

werkelyke getuigen en tolken uwer ellende.<br />

Ik wil beproeven balsem to gieten in de wonden, die u pyn<br />

doen . Ik wil pogen u de ruwheid van 't gevangenisbed to doers<br />

vergeten, door de zachtheid myner toespraak . Ik wil de scherpte<br />

afronden van den overgang tusschen uw droomen en uw waken .<br />

Ik wil de wanden van uw kerker opsieren met bloemen uit den<br />

tuin myner heerlyke FANCY .<br />

Wat me hiertoe beweegt, mevrouw - ik had ongelyk m'n<br />

brief to beginnen met hoogmoedig sarkasme over slechtheid -<br />

wat my hiertoe beweegt ?<br />

Is 't u nooit gebeurd, u die ryk waart, behoefte to voelen tot<br />

meedeeling aan wie armer waren ? Ik ben er zeker van dat gy,<br />

niet als velen, bevroren door zondelooze kou - de fouten, die<br />

men u ten-laste legt, zyn daar om dat to bewyzen - dat gy menigmaal<br />

warmte hebt meegedeeld waar 't noodig was! Zeker<br />

daarvan, dat gy, die waarschynlyk zyt gestruikeld uit gevoeligheid,<br />

ondervinding hebt van jevoel! Zeker daarvan, dat ge vroeger,<br />

toen u voorspoed ten-deel viel, toen men u eerde en achtte<br />

en liefhad en vleide, dat ge toen meermalen de hand hebt gereikt<br />

aan minder bedeelden. Niet waar, gy voeldet to veel egolsme,<br />

om tevreden to zyn met eenzaam geluk, en vaak hebt ge met


4<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

edele hebzucht u meester gemaakt van hooger genot door deeling<br />

van overvloed .<br />

Wat my beweegt, mevrouw ? 't Is z -hlke hebzucht.<br />

0, ik weet wat het is, den dag to zien opryzen, als een spook,<br />

dat ons sarrend in de armen neemt, om zestien, achttien uren<br />

lang - ja 't etmaal uit sours ! - ons heen-en-weer to slingeren<br />

met marteling als van den gehangene, die niet sterven kan !<br />

En lieden, mevrouw, heden den vierden October, ontwaakte<br />

ik met een heerlyke aandoening van geluk . Ik heb gister zoo'n<br />

goeden dag gehad . Ik vond het leven zoo schoon . Ik had zooveel<br />

liefde ontvangen en gegeven en toen ik my ter-ruste legde -<br />

moe als altyd, maar ditmaal niet vermoeid van smart - o,<br />

mevrouw, ik was verdrietig geen God to kennen ik had<br />

hem zoo graag gedankt !<br />

En ik shop in met de gedachte : wat 'n vreemdheid morgen!<br />

Wakker to worden zonder then schrik zonder dat tandenbyten<br />

van inspanning om niet to bezwyken . Ik nam my voor,<br />

het licht van den dag to begroeten met vroolyken spot : je zult<br />

me niet martelen van daag! Ze weten 't al thuis, dat er weken<br />

lang geen angst wezen zal, als naar treurige gewoonte . Dat zy<br />

den proprUtaire zullen kunnen ontmoeten met wat minder verlegenheid,<br />

en niet langer liefkoozingen van een ondeugend kind<br />

behoeven to ,maken" met pynlyke inspanning, tot het vruchteloos<br />

verbloemen van schaamte over geldgebrek .<br />

En ik schreef reeds, dat ik gauw thuis komen, en dat er groot<br />

feest wezen zou by 't weerzien, na veel dapper gedragen Teed.<br />

En dat was niet alles nog, j a zelfs het meeste niet . Het was<br />

maar wat ik u het maklykst noemen kan onder de zegeningen<br />

van m'n dag. Want nog schooner aandoeningen vielen my tebeurt,<br />

dan 'n paar woken wapenstilstand van armoede, en stemden<br />

my tot* goedheid en mededeeling .<br />

% En, toen ik heden ontwaakte, dacht ik aan u, mevrouw, en aan<br />

uw ontwaken.<br />

Ziedaar dan 't antwoord op de vraag, wat my beweegt to spreken.<br />

Ik vertrouw, dat gy my begrypen zult, en ik reken daarby<br />

op de eigenaardigheid van dolingen als de uwe, die meestal samengaan<br />

met eene vatbaarheid voor gevoel, als men gewoonlyk tevergeefs<br />

zou zoeken by ongerepte zondeloosheid .<br />

En al schreef ik reeds naar-huis, dat ik spoedig komen zou,<br />

en al houdt uwe smart my nu hier, eenige dagen langer dan ik<br />

hoopte o, ik weet hoe men 't my daarginder zou verwyten<br />

als ontrouw, wanneer er bleek, dat ik hen liever had dan verlaten<br />

droefheid . Zeker zal myn kleine - een jaar ouder slechts<br />

dan 't kind dat gy met eerbiedwaardigen diefstal terugroofdet<br />

van de wet - zeker zal zy zeggen : papa komt niet waarschynlyk<br />

word by opgehouden by 'n zieke.


IDEEN VAN MITIA'ATULL<br />

Want daar, in den lileinen kring, waar ition gelooft, met myA<br />

geloof, en 't goede dient naar myne godsdienst, daar weten zy<br />

als zoovele vrouwen des koninklyken kruisvaarders, lice 't, plicht<br />

en vreugde is de lippen to zetten op de giftwonde, orn die te zuiveren<br />

van venyn .<br />

En dA.Araan, aan gif, zal 't ii niet ontbroken ! Wat al vrienden<br />

die nooit zondigden - zullen u verlaten . En h -un zyt ge dank<br />

schuldig, inevrouw . Want zy zyn lafhartig alleen, en niet vreemd<br />

do anderen die tot u komen met honend vermaan, en vertooning<br />

van ne6rbuigende deugd . Of hebben allon it veflaten ? 0,<br />

ware dit zoo ! Want hoeveel kalmer zal 't it wezen, uwe bittere<br />

overdenkingen to verduwen in eenzaamheid, dan geplaagd to<br />

worden met gehuichelde deelneming, die, zich openbaart in ongovraagde<br />

zorg voor 't welvaren uwer ziel .<br />

Zeker hebt go 't nooit goweten, hoe innig' t)raaf zy waren, allele<br />

die u onigaven . Dit zal it eerst gebleken zyn, thans, nu die braafheid<br />

dienen kan, one u ne6rtebuigen onder 't plomp gewicht<br />

liunner onbeproefde deugd . Nit eerst zult gar do vroomheid leeren<br />

kennen, en haar vreeselyke kracht ter ,zelfverguizing"<br />

van 'n ander. Nu zult gy 't weten, eindelyk, hoe zwaar 't ,geloof'<br />

nekdrukt op arme zondige zielen . Nu zal men u voorpreeken,<br />

hoe er 'n God is, die slaat en strait, en bezoekt, en gruwelt en<br />

wreekt, en behagen schept in verbryzeling des harten .<br />

Nu zult gij alum dat broedermoordend gebed lezen, op trekken<br />

in houding en in Loon : ,ik dank u Heer, dat ik niet ben gelyk deze . "<br />

En mevrouw, ik vrees ik vrees dat gij 't hoofd zult<br />

buigen onder zooveel vernedering, onder zooveel schande, onder<br />

zooveel smart .<br />

En daarom haastte ik my heden morgen in 'n korten brief,<br />

die misschien onderschept is door ,het- recht", u toe to roepen :<br />

Ue u zel 'Ivernedering voorpreekt als deugd, is 'n bedrieger . *)<br />

Met de waardigheid van iemand, die veel gedragen heeft, uit<br />

kracht van de roeping, die my aandryft den verdrukte to verdedigen<br />

tegen de huichelachtige meerderheid van den sterke, en<br />

uit naam van den God, then ik dien, roep ik u toe moed to houden .<br />

Hoog uw hoofd in den kerker, en voor 't gerecht ! Vrees niet<br />

de steenen, die men opraapt, tot ongeroepen wraak over gesellonden<br />

zedelykheid . Sluit niet de oogen met angst . Gebruik ze om<br />

'I) Dit Loch is schering en inslag van de christelyke godsdienst . Ze schyllt<br />

zich ten-doel to stellen de waarde van den inenseli terug to brengen tot<br />

zeker minimum, waardoor dan evenrediger-wyze het aanzien van de priesters,<br />

die dat knotten en snoeien tot hunne specialiteit maker, ryzenn illoet .<br />

Deze geheele vernederings-methode is trouwens volkonien in overeenstemming<br />

met de dogmatiek . 't Ware to wenschen dat de geloovers zich in alles<br />

zoo consequent betoonden. De evenzeer geleeraarde verachting van 't slyk<br />

der aarde laat veel to wenschen over . (1872)


6 IDEEN VAN MULTATULL<br />

rond to staren, dat ge 't weet, wie de onbeschaamdheid heeft<br />

de ,eerste" to zyn in 't werpen .<br />

Hy, de eerste, mevrouw by heeft gezondigd als gy . En<br />

meer dan gy heeft-i gezondigd, want by gelyke zwakte, voegt-i<br />

de vervloekte wreedheidd van 't eigenwillig beulschap . En vergeef<br />

het hem, opdat by schaamte voele, en zich betere .<br />

En die ander, die tweede, mevrouw by heeft gezondigdd ale<br />

gy. En meer dan gy heeft-i gezondigd, want al ware by zonder<br />

smet gebleven tot op dezen dag, de steen diein-i opnam, weegt<br />

zwaarder in de schaal zyner schuld, dan uw zwakheid in die van<br />

de uwe .<br />

En de derde, die u veroordeelt, en de vierde die u minacht, en<br />

de vyfde die u vloekt, en de zesde die u verdoemt, en zy alien,<br />

die u steenigen met zooveel schuldhatende graagte o w&1<br />

hebben zy behoefte aan uwe vergiffenis, die ge hun niet zult onthouden,<br />

dat hoop ik, geadeld als gy nu zyt door zooveel<br />

smart !<br />

Ik ben verheugd, mevrouw, dat ik zooveel fouten heb, die me<br />

uw fouten doen begrypen . Zooveel zwakheid, die my de verklaring<br />

geeft van uwe zwakheid. Want zie, als ik in 't bezit ware<br />

der schuldeloosheid, die gesteld is tot voorwaarde van 't recht<br />

om to steenigen, zou ik missehien met minder warmte deelnemen<br />

in uw leed . Ja, 't is de vraag of ik dat leedd zou begrepen hebben<br />

in 'tTgeheel en of myn medegevoel u baten zou, wanneer 't de<br />

stuitende kenmerken droeg, gevloeid to wezen uit 'n nooit beproefdd<br />

of onbezweken hart .<br />

Wat moet het JEWS gesmart hebben, all de zondaren, die hem<br />

naderden om troost, to bedroeven door de vreeselyke tegenstelling<br />

van zyne vlekkeloosheid! Och, zou 't nooit in hem opgekomen<br />

zyn, dat minder hoogte hem nader stellen zou aan laagte,<br />

en dus meer geschikt maken tot opheffen van 't gevallene ?<br />

Ik weet wel, dat by niet mocht liegen, maar toch zou ik zoo<br />

graag gehoord hebben, dat-i - al waar 't dan met gehuichelde<br />

ondeugd, - den last der fouten van anderen had verlicht, door<br />

het wyzen op eigen vergryp . 't Is zoo treurig alleen to staan in<br />

dwaling, en 't leidt zoo vaak tot moedeloosheid in 't opsporen<br />

van den beteren weg .<br />

Maar nog-eens, mevrouw, gy staat niet alleen, en 't is de vraag<br />

of niet weldra anderen behoefte zullen voelen aan uwe schuldvergiffenis,<br />

aan uwe vermaning om niet meer to zondigen .<br />

En wat hebt ge dan eigenlyk gedaan, dat uw naam wordt<br />

weggeworpen op de straten als slyk ? welke misdaad heeft u<br />

doen afvallen van de maatschappelyke hoogte, waarop ge vroeger<br />

geplaatst waart ?<br />

Men zegt - en ik geloof het ditmaal. met wat lichtvaardigheid,<br />

omdat ontkenning of twyfel my zou beletten u 't troost-


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

woord to doen hooren, dat weerklinkt in m'n hart --- men zegt,<br />

dat gy 'n ,onecht kind" ter wereld bracht .<br />

Een ,onecht" kind ? Wat is dat ? Is zoo'n kind niet in staat<br />

to spreken, to denken, to beminnen, goed to zyn die eenige<br />

roeping van echte menschen ? Is het een monster ?<br />

Geenszins, niet waar ? Zoo'n kind heeft vermogens als-'n ander<br />

- veelal meer dan In ander - aanspraak op groei en ontwikkeling,<br />

op vreugd en geluk als 'n ander, niet waar ?<br />

Zoo'n kind kan nuttig zyn, liefhebben en bemind worden als<br />

'n ander, niet waar ?<br />

Maar de wet ?<br />

De Wet is nog zoo heel erg niet, mevrouw ! 't Is waar, zy stelt<br />

den kleine, die de wereld inkwam zonder haar verlof, op 'n andere<br />

plaats dan de houders van 'n geregistreerd entreebiljet, maar<br />

zy zou toch het vermoorden of mishandelen van zoo'n binnengesmokkeld<br />

indringertje straffen op gelyke wyze, als van de geborenen<br />

met patent. En nu daarlatende of 't mooi is, dat zy den<br />

onechte met de ,onnatuurlyke" huwelykskinderen eerst dan gelyk<br />

stelt, wanneer die gelykstelling haar toelaat wat to straffen,<br />

daarlatende of ze niet beter deed haar billykheid to doen beginnen<br />

voor ze daartoe - werd aangespoord door misdryf of 't niet<br />

edeler ware, zich minder toe to leggen op juist straffen, en wat<br />

meer op tydig beschermen toch is 't waar, dat ze, eindelyk<br />

beschermt, al is 't dan wat weinig - en veelal to laat.<br />

Maar de zeden o . die zeden !<br />

De Wet zou 't euvel vinden . als-men een ,natuurlyk" kind<br />

sloeg tot blauwwordens toe . Als men het in 't water gooide . .<br />

tot verdrinkens toe . Want zie, blauwe plekken, drenkelingen en<br />

worging zijn de dingen, die de wet kan zien en tasten met haar<br />

waarnemingsvermogen, dat nog-al grof is .<br />

Maar de zeden !<br />

De zeden sparen geen marteling, noch veroordeelen die, en<br />

waar we de stereotype mededeeling lezen : , OPYeVi8cht het lykje<br />

van 'n pasgeboren kind van 't zooveelste geslacht - want dit zetten<br />

de krantenschryvers er altyd heel conseientieus by, of daarnaar<br />

de vraag was ! - zie als we die dagelyksche mededeeling lezen,<br />

dan is 't to betwyfelen of de krankzinnige moeder<br />

Een moeder, die haar kind vermoordt, is krankzinnig .<br />

of die arme moeder wel zoo heel verkeerd deed, in haar<br />

waanzin de voorkeur gevend aan snelle stikking, boven de langzame,<br />

die 'r voor den onwelkomen gast zou gereed liggen in de<br />

zeden .<br />

En die zeden zyn nog niet eens oprecht in haar domme wreedheid<br />

. Want diezelfde man, die zyn dochter zou weigeren aan den<br />

j ongeling van ,natuurlyke" geboorte, heeft heel natuurlyk op zyn<br />

beurt meegeplant in den grooten tuin der Natuur. En waar by


8 IDEEN VAN MULTATIMT.<br />

't niet deed ik verdenk hem van droogheid der ziel, of van<br />

lafhartigheid .<br />

. Want dit behoort hun eens-voor-goed gezegd to worden aan<br />

al die braven, wier braafheid veel-al voortvloeit uit gebrek aan<br />

hart, in velerlei beteekenis, uit to weinig liefde en to weinig moed .<br />

,,Nooit heb ik 'n fatsoenlyk meisje ongelukkig gemaakt" luidt<br />

het by velen .<br />

Zaagt ge 'r ooit kans toe ? vraag ik .<br />

,,Nooit heb ik my z66ver laten vervoeren, dat ik misbruik<br />

maakte van genegenheid . Myn geweten<br />

Zou 't ook meer liggen aan stompheid van gemoed, dan aan<br />

fynheid van geweten ? vraag ik .<br />

,,Nooit heeft door myne schuld eene moeder geschreid om 't<br />

verstoord geluk van haar kind<br />

Was 't ook veeleer de vuist van den vader die u wehhield<br />

dan de tranen der moeder, vraag ik ?<br />

En eindelyk vraag ik hun, die zoo overvloeien van allerlei<br />

braafheid :<br />

Hebt ge ook sons, voorzichtig en dor, bescheiden en gemeen,<br />

boven 't gevaar en de moeite van wilden maar oprechten hartstocht,<br />

de voorkeur gegeven aan nagernaakte liefde met vuil genot ?<br />

- Ja dan n weet je precies wat je kwyt bent<br />

Ik CITEER!<br />

En zelfs dht veroordeel ik niet zoo sterk, als stemmen zou met<br />

de heiligheid van m'n gevoel . Begrypen is vergeven, en begrypen<br />

wit ik . Ik erken de onbillykheid, die 'r liggen zou in de vordering<br />

dat ieder to hoog sta voor 't lage . Ik vergun zonder bitterheid<br />

afwezen van hart, j a zelfs voel ik medelyden met de grofheid der<br />

ziel, die behoefte heeft aan zulk voedsel, of uit armoed zich daarme&<br />

vergenoegt.<br />

Neen, niet uit armoede . Want de lieve Natuur, die Mar weg stipt<br />

volgt, zonder achttegeven op de valschgestelde merkpalen eener<br />

uitgevonden zedelykheid, heeft ook daarin - noodzakelykerwyze !<br />

- voorzien, dat ieder juist voldoende bezit om to koopen, wat-i<br />

behoeft . Ongelukkige, onbeantwoorde liefden zyn er niet . Waar<br />

gegeven werd, wordt ontvangen. Waar gezaaid werd, is oogst .<br />

En wie 'r klaagt over miskenning van gevoel, over schade in den<br />

handel van z'n hart, over terug-ontvangen koft voor uitgestraalde<br />

warmte o, zeker was dat hart schraal toegerust, dat gevoel<br />

wat 6ngevoelig, en die warmte wat koud .<br />

Qui se plaint de froideur n'a pas assez aimi, en moet dus maar<br />

tevreden wezen met die froideur, wat dan ook gewoonlyk by<br />

zoo-iemand gauw 't geval is .<br />

Begrypen is vergeven. Ook dit alzoo behoort vergeven to worden<br />

dat men 't metaal zyner ziel wegwerpt als leelyk nikkel . Maar,<br />

indien ooit begrip en vergeving mocht to kort schieten, 't zou wezen


IDEEN VAN MULTATl 7 La . 114<br />

i)ij 't aanzien der huiehelary, die deze voile pasinunt van de<br />

deugd wil uitgeven voor goud.<br />

Tegen then leugen stryd ik, dat bedrog wil ik ontmaskeren .<br />

Hebt geen hart en leeft als ge kunt, maar scheldt niet<br />

op hen, die wel een hart noodig hebben om to leven .<br />

Zit, ligt of hangt, als bet staan en 't loopen u vermoeit, maar<br />

schimpt niet op den arme, die valt, wyl by niet daartegen was<br />

gewaarborgd, als gy, door ongevaarlyke rust .<br />

Kruipt in 't slyk en voedt daarmee uwe ziel, als 't vliegen u<br />

to moeilyk is, of ander voedsel onwelkoxn, maar verdoemt niet<br />

den onvoorzichtige, die opstygen zou naar ander genot, en treurig<br />

neerstrykt met geknakten vleugel .<br />

Weest lam, plat, laag en gemeen, gy allen die kleinhandel dryft<br />

in de gevraagde deugdj es van den dag maar ik smeek u<br />

weest WAAR .<br />

Is 't u zoo onbegrypelyk, gy die de zinnen bedriegt met ge<br />

koehte liefde, dat er gelyk, ja sterker zelfbedrog kan plaatsvinden<br />

op 't gebied der fantazie ? Vindt ge 't zooveel liefelyker<br />

de verbeelding to foppen met een ryksdaalder, dan haar dwalend<br />

- dit erken ik, maar dwalend ter-goeder-trouw -- heenteleiden<br />

naar den doolweg, waar elke schrede zoo hoogen tol betaalt<br />

met 'n deel van het hart ?<br />

Vindt ge u,v gevaarloos toegeven aan platte begeerte zooveel<br />

edeler, dan 't onvoorzichtig maar koen trotseeren der maatschap-py,<br />

dat ,, waarr gewapend spook ?"<br />

Vo ,.,lt, gy u zooveel beter gy anderen, die meent 'n heldendaad<br />

to hebben verricht door 't dooden eener zinnelykheid niet<br />

leefbaar geboren misschien, veelal ook zonder uw toedoen overleden<br />

aan bloedarmoede of ander gebrek in de samenstelling der<br />

vochten ?<br />

Weest WAAR, gy allen die schuldig zyt aan de onmenschelyke<br />

zonde der zondeloosheid . Laat liggen de steenen, die niet daar<br />

zyn om geworpen to worden door 'n onmogelyken ,eerste" . Zet<br />

er den voet op, stuwt op-zij den buurman, die er naar grypt, en<br />

zegt hem<br />

-- Broeder, zou niet de zonde van 't werpen grooter wezen,<br />

dan de zonde die ons ergert ?<br />

Of beter nog<br />

Weet gy zeker, dat wyzelf - ook zonder de wrake, (lie<br />

ons niet voegt -- dat we beter zyn, dan de arme vrouw, die<br />

daar staat met de handen voor bet aangezicht ?<br />

Of j a, zoo is bet<br />

---- Komt hroeders, allen, komt ! Haasten wy ons tot haar to<br />

gaan . Laat ons zaehtkens die banden wegschuiven van de oogen,<br />

(lie - zonder grand immers ? - bevreesd zyn in ons hare beulen<br />

to zien . Wy willen hAAr ou ze schuld belyden wellicht schept<br />

ze moed tot berouw, uit onze deelgenootschap in schaamte


10 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

misschien zal 't daarna haar - en oxs ! lichter vallen niet<br />

meer to zondigen . 9 )<br />

Maar wat hebt ge dan toch gedaan, mevrouw ?<br />

Men zegt, dat ge een onecht kind ter-wereld bracht .<br />

Ik weet niet of gy daaraan verkeerd deedt . 't Is wel niogelyk .<br />

Maar, mevrouw, waart ge goed voor dat kind ? Hebt ge 't<br />

hartelyk welkom gekust in het leven ? Hebt go 't aan de borst<br />

gelegd, waarnaar de kleine lippen gulzigsnuivend zochten met<br />

wettelooze onbescheidenheid, geholpen door medeplichtige v uist-<br />

*) Het woord scandaal nemende in den zin dies ik daaraan toeken by 't<br />

slot der hoot op blz. 2, ban de vraag gedaan worden : van waar die algemeene<br />

zucht, oni fouten als de bier bedoelde, met zooveel ophef tot 'n<br />

cause celebre to maken ? Men kan tocli niet bewerenn dat de zaak zoo byzonder<br />

zeldzaam is?<br />

Velen zullenn meenen de oorzaak daarvan to vinden in boosaardig sirrartgenot,<br />

in wraak, in verveling, in gebrek aan behoorlyk zielevoedsel, in 't<br />

verlangen haar 'n voorwendsel orn den Heer to danken dat-i ons ,niet gelyk<br />

deze" gemaakt heeft, in caste-haat, in ba-bbel- of preekzucht . . .<br />

Alles inogelyk. Maar onder al die redenen is de ware reden nog niet genoenid .<br />

De hoofdoorzaak waarom misslappen van de soort ells die Mevr . X . , . .<br />

niet beging, zoo breed worden uitgemeten, ligt in onbevredigde geslaehtsdrift,<br />

n HYSTERIE .<br />

Het uitpluizen van scabreuse voorvallen is 'n fatsoenlyk surrogaat voor noode<br />

vermeden scabreuse handelingen. Men tracht zich door hard oordeel eenigszins<br />

schadeloos to stellen voor de winstderving tier niet zoo heel erg verafschuwde<br />

zonde. 't Zelfde verschynsel valt by honden waartenernen, en to gemakkelyker,<br />

omdat de oprechte dieren hun reikhalzende begeerte niet verstoppen achter gehuichelden<br />

of keer .<br />

Het kwaadspreken der braven in 't stedeke Z . - ik bedoel hier geenszins laster,<br />

doch't vermeien in de door Mevr. X ., nu als werkelyk begaan veronderstelde,<br />

verkeerdheid - herinnert aan 't karakteristieke ,,poffertjes-ruiken" der Amsterdarnsche<br />

straatjeugd, en vloeit in case doodeenvoudig voort uit . . . afgunst .<br />

De heeren, en vooral de dames, die ditmaal verhinderd waren naar hartelust rnee<br />

to zondigen, wilden er toch wat van hebben, en snoven gretig't geurtjen op .<br />

Dit verklaart dan ook, waarom geene voorvallen -- hoeveel belangryke ook,<br />

dan 'n allergewoonste Liebes eschichte -- zooveel scandaal verwekken, als dezulke<br />

die met het geslachtsleven in verband staan .<br />

Een rekenfout van LFVERRIER, zou in de Z .sche kringen weinig besproken zyn .<br />

Men is daartoe niet nayverig genoeg op LEVERRIER'S genot, op juistheid. Een<br />

flinke diefstal vindt reeds beter onthaal, omdat de gestolene som in de oogen<br />

schittert . Het gewone „he, hoe brutaal !" beduidt eigenlyk : och, als ik dat<br />

geld had ! Bovea alles echter zyn geschiedenisjes uit de alkoof welkom . De heeren<br />

en dames to Z . mogen nu zelf uitmaken waarom .<br />

De oorsprong van 't kwaadspreken is altyd : afgunst, naar omstandigheden<br />

verwikkeld met besef van onmacht, eigenliefde, heb- of eerzucht, wrok, en --'t<br />

is rnyn plicht duidelyk en waar to zyn : slechts de leugen is triviaal - rriet . . , .<br />

GEILHEID !<br />

Het woord is er uit, heeren en dames to Z ., en 't eenige wat ii nu overblyft,<br />

is . . . kwaad van my to spreken . Geneert u niet ! (1872.)


IDEEN VAN MULTATULI . 1 1<br />

jes - zoo lief om to zien ! - niet bewust als ze waren, dat de<br />

11 zeden" verschil maken in aanspraak `?<br />

Hebt ge u verheugd dAArover, dat uw kleine meer graagte me6bracht,<br />

dan kennis, die 'm zou gedwongen hebben z'n graagte<br />

to beteugelen met vrees ? 't Is 'n geluk, niet waar, dat zoo'n<br />

ventje maar flink plaats neemt in de groote zaal der maatschappy<br />

dat-i brutaal rondkykt, zonder angst voor den Sui88e, die eenmaal<br />

hem op den schouder zal tikken, en verwijzen naar het achterbankje<br />

waar het zoo benauwd is en bekrompen .<br />

Hebt ge uw kind vriendelyk toegeknikt, en u gehaast het to<br />

doen weten, dat er ruimte genoeg is in het hart eener moeder,<br />

om den balling optenemen, die elders zal worden verstooten<br />

?<br />

Hebt ge 't warmte toegedacht, voor de ko -h die er toeft in de<br />

wereld ? Steun tegen de verdrukking, die eenmaal op hem zal<br />

neervallen als lood ? Hulp in den stryd, dien-i zal to stryden hebben,<br />

omdat gy onvoorzichtig waart ? Naamt ge u plechtig<br />

voor, het to schutten met eigen lyf tegen de pylen, nu reeds klaar<br />

gelegd op den boog, then de wereld gespannen houdt, en richten<br />

zal met kwaadaardige juistheid, zoodra 't mikpunt zal gegroeid<br />

wezen tot besef van pyn ?<br />

Zeg mevrouw, hebt ge uw kind ontvangen en gebaard met 'n<br />

rykdom van liefde, groot genoeg om 't schadeloos to stellen voor<br />

't onliefelyk vooroordeel daarbuiten? Voelt gy den wil en den<br />

moed om uw fout to maken tot deugd, uwe zwakheid tot sterkte,<br />

uwe afdwaling tot hooge vlucht ?<br />

Voelt ge tot dat alles de kracht in uw hart ?<br />

Dan, mevrouw, is er niets verloren . Dan zal uwe schande zich<br />

omzetten in eer, uw droefheid in zegepraal, uwe vernedering in<br />

fiere hoogheid want voorwaar, voorwaar, ik zegge u : de<br />

adel en de eer des menschen wonen boven den navel!<br />

Maar wat hebt ge dan toch eigenlyk gedaan, mevrouw ?<br />

Men zegt, dat ge 'n onwettig kind ter wereld bracht .<br />

Misschien hadt ge dit moeten nalaten . Geenszins wyl 't, op<br />

zich zelf beschouwd, niet vrystond aan u, maar omdat zoo'n<br />

kindje vaak to lyden heeft van 'n wereld, die drukkend grootsch<br />

is op haar wettigheid, en wyl 't de vraag blyft of ge altyd de<br />

kracht zult hebben het to beschermen, dat onwettige kindje .<br />

Maar . . . . wat hebt gy geleden!<br />

Niet waar, 't was 'n vreeselijk oogenblik toen de Natuur u<br />

toeriep dat zy zich niet stoorde aan de bepalingen van den burgerlijken<br />

stand . Dat zy haren weg ging zonder omzien naar<br />

de Wet, die, in 't belang van haar plompe orde zich verstout<br />

premien van bescherming to stellen op onnatuurlykheid .<br />

Ik heb diep medegevoel met den angst die u bezielde by de<br />

vreeselyke ont,dekking dat men het weten zou - die wreede<br />

,,men" --- hoe zwak ge -,w ,aart . Wat al pyn hebt ge uitgestaan


1 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

om verg<br />

twyfeling to verplooien tot een glimlach, en de weerspannige<br />

best intepersen tot ,fatsoen."<br />

0, ik heb 't waargenomen, meer dan eens waargenomen, hoe<br />

akelig de stryd is tusschen<br />

't ongeoorloofde moederschap<br />

verschillende aandoeningen van<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

. . . . woes stil . . . . verzet u niet zoo woelig<br />

tegen de nauwte die moeder noodig heeft om niet to worden<br />

gesteenigd . . . . nu reeds ! Ja, we'] zal ik u liefhebben wel zal<br />

ik awe schande dragen als de myne . . . . zoodra dat moet . . . . zoodra<br />

gy zult geboren wezen om krytend uitteroepen wat ik zoo<br />

graag verborgen hield . . . . altoos ! Maar toeh . . . .<br />

Stil, kind . . . . moeder lydt . . . . en peinst . . . . of 't nog mogelyk<br />

wezen zou . . . . in 't geheim . . . .<br />

Want . . . . als men 't weet !<br />

Om-Godswil, wool zoo niet, myn kleine, en wring u niet naar<br />

boven, om verwytend aantekloppen aan m'n hart !<br />

Heb meely, kind ! Dat hart zal voor u openstaan om u to Bergen<br />

en to warmen, maar nu . . . . om gods-wil, heb geduld, en weest<br />

zoo haastig niet met voortgroeien tot onschuldig verraad .<br />

Heb deernis, kind! Vergeef me dat ge daar zyt vergeef me<br />

uw aanzyn, en bedenk, dat moeder bitter lydt ! Och, maak haar<br />

marteling niet grooter dan uw ongeduld om 't licht to zien, dat<br />

al to f el weldra u zal in de oogen branden<br />

Wees stil, mijn kind, en wreek niet nu reeds door uw pynlyke<br />

onrust, al de schande die met u binnensloop in mynen schoot .<br />

Stil ! Moeder peinst of nog geheimheid mogelyk is en of<br />

misschien de blik, de Loon, de vraag, waarmee zoo-even een<br />

„vriendin" haar vriendschappelyk wondde, gevolg kon wezen van<br />

iets anders dan verdenking ?<br />

Wees stil, m'n kleine ! Heb toch meely en geduld !<br />

wel hoe ge u inspant om uw knietjes rechttestrekken<br />

bedenk om godswil, kind bedenk<br />

die gy zoekt is moeders wanhoop !<br />

Ja, 'k voel<br />

maar<br />

de ruim.te,<br />

0, als ge 't wist, hoe guur en eng 't misschien u eenmaal wezen<br />

zal daarbuiten kind, gyzelf zoudt niet zoo dringend begeeren<br />

de ruirnte en kou der wereld interuilen tegen de koesterende<br />

nauwheid myner lenden !<br />

Wees stil, myn kind ! Laat niet uw ongeduld een weerhaak<br />

meer zyn aan de pyl, die my doorboort en vasthoudt zonder genade<br />

. Straf gy me niet o kind, straf gy me niet ! Wy zullen<br />

samen dragen al dien last, dien 't leven ons to dragen geven zal . . . .<br />

maar leg niet gy 't gewicht daarby - al hebt ge 't recht !<br />

't ondraagbaar wicht van uw verwyt myn kind !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Was het niet zoo, arme moeder ? En erkent ge dat ik m'n recht<br />

tot vertroosting mag puttee uit kennis der smart ? En begrypt


TT)EEN VAN MULTATULT . III<br />

ge dus nu, waaron -i iA, tot U spreek, ik die zoo graag de droefheid<br />

van alien wil dragon, als niet to hoogen prys voor 't heerlyk<br />

recht om vryspraak to bieden aan aller fouten ? En voelt ge, hoe<br />

deelname aan smart kan heiligen tot hoogepriesterschap ? Hoe<br />

't doordringen in ellende opvoert tot weten en begrypen, tot<br />

vergeven met gezag ?<br />

(), z6.ker hebt ge veel geleden ! Maar toeb, mevrouw, Loch vloeien<br />

Ear nog bitterder droppers dan gy geproefd hebt, uit den beker,<br />

then de wereld met wreede onkunde uitstort over dwalenden .<br />

Bet zou my leed doen als 't wyzen op dieper wonders, dan u werden<br />

geslagen, balsem ware voor de uwe, door zelfzuchtige vreugd<br />

na onedel vergelyl,-- maar wel hoop ik dat ge kracht zult<br />

putten uit het besef, hoe n6g zwaarder bezoeking, n6g meer<br />

kracht dan u noodig was, noodzakelyk maakte bij anderen .<br />

Hebt ge 'r wel eens aan gedacht, hoeveel moeilyker uw taak<br />

ware geweest, als bekrompenheid van middelen u belet had, uwen<br />

weg to kiezen, zoo-als uw toestand vorderde ? Hoeveel meer leed<br />

en angst nog u zouden hebben aangegrepen, als ge waart gebonden<br />

geweest door armoede, dienstbaarheid of ouderlyk opzicht . ?<br />

Kunt ge u voorstellen, hoe zich 'n meisje gevoelt in uwen staat<br />

0 zeker, de schande, de ongerymde schande, die de straf is der<br />

,jucliteloosheid", blyft hoofdzaak . Die had gy to vreezen en to<br />

ondergaan als zy, maar voolt gy hoe groot hat verschil is in de<br />

middelen, om die to ontwylcenn eerst, om ze to drc~qen daarna. ?<br />

Gy kondet uw gezelsehap kiezen, de plaats uwer woning . Voor<br />

u stond de wereld open, zoov6r stoom of wind iemand voeren kan .<br />

ay hadt de keus ,iw kind to doen geboren worden to midden van<br />

onverschillige vreeniden althans, wier lauwte gloed mocht heeten,<br />

tegenover de guurheid, waarme& 't zou ontvangen worden door<br />

uwe ,naasten" .<br />

-l-let stond u vry, en 't was u mogelyk, afstand to brengen tussclien<br />

't gillen -Li-wer weeiln, en 't oor VaD- wie uw barensnood<br />

zonden verzwaard hebben met ruwen vloek . En al gloorde or dan<br />

al geen liefde in 't eerste woord, dat de wereld richten zou tot<br />

uw kind, dat woord zou Loch minder klinken naar boat, dan to<br />

wlachten is van al to deugdzai -ne verwanten .<br />

day wise, dat ge uw kind een I)edje zoudt kunnen spreiden,<br />

zacht of 't een kussen ware, geleend uit de nevensstaande sponde<br />

van wettige bruidschap . Gy hadt de kans uwe droefheid to verlokken<br />

tot aangenaRie zorg voor stoffelyke behoefte, en weldra misschien<br />

zou 'r een glimlach zyn gebroken door uwe tranen, by<br />

't aanzien hoe ,snoepig" dat echte kcanten jurkje uw kind kleedde,<br />

dartelend in niet-bewuste onechtheid .<br />

Ge hebt zeker veal geleden, mevrouw, m6h aan lyden is u gespaard<br />

gebleven : bet proza van de arrnoede<br />

G'-y hebtschan(le gevreesd voor um , kind good, maar geen<br />

lionger! Ge voeldet sehrik voor ritwlieid en kofi goed, maar


14 IDEEN VAN MULTATULT.<br />

niet voor de ruwheid van 't plaveisel der straten, niet voor de<br />

ko -ft, die zich meedeelt in storm en sneeuwjacht . Gy waart huiverig<br />

uw kind neer to leggen aan 't hart van vader, moeder, nicht of<br />

vriendin goed, , maar ge dacht er niet aan of ge 't 7oudt<br />

n -inp.tP.n np.Arli-um-n nn PPn qfnt- . -n t<br />

Er was angst in uw ziel, v66r de eerste kreet 't wicht ontsnappen<br />

zou , goed, maar die angst ging nooit zoo ver, dat ge<br />

waanzinnige kramp voeldet in de vingers zich onwillens<br />

-aereedmakende - o God! - then kreet to stikken in moord !<br />

Want dht gaat er om in het hart van een meisje, mevrouw, dat<br />

heeft zy to lyden! Die stryd om leven en dood is de hare, vyf-entwintig<br />

-milj oen folterende seconden lang !<br />

Dan krimpen de trekken van 't gelaat tot een afzichtelijk beeld<br />

van ellende . Dan klinkt haar stem hol, stug en kort, als vreesde<br />

zy, dat 66n toon meer 't ontzettend geheim zou me6voeren over<br />

de lippen. Dan is haar gang onwis, waggelend, stokkend, of 'r<br />

'n afgrond ware v66r, achter, aan weers-zy . Dan zyn die handen<br />

kond en anbald- als om de naaeb; te. doen curnnien door't vlenqnh --of<br />

't soms baatte die poging om de pyn van 't hart to verplaatsen<br />

naar buiten ! Dan is die houding gebogen, die borst gedrukt, die<br />

adem belemmerd . Dan zyn de spieren gespannen, die zenuwen<br />

in beving . Dan staan die oogen hol en strak en glazig en verward . . . .<br />

dan rnp.nf<br />

a,11,- .r allpoz P.vp.n Mid nm wafdi-.P.rnic<br />

om Lrenade<br />

En toch zyn er velen, die dezen kreet niet hooren, niet verstaan,<br />

mevrouw. Want er is iets doofs in braafheid .<br />

In braafhe id j a ! want<br />

,,O, wader is zoo braaf ! En by was altyd zoo braaf ook k<br />

toen-i jong was dat heeft hyzelf gezegd . Hoe gruwde hem<br />

onlangs dat kleine vergrv-P van m'n broertie! Hv zou 't besterven<br />

als-i wi t hoe ik<br />

En moeder is zoo braaf ! En ze was altyd zoo braaf ook<br />

toen ze j ong was . . . . dat heeft zyzelf gezegd . Hoe rift ze van<br />

,i..fschuw by de minste verkeerdheid ! Ach, ze zou bezwyken, als<br />

ze wist . hoe tk .<br />

O God . o God als ze wisten !<br />

Nog gister heeft zy me geliefkoosd en 't deed my zeer!<br />

Zy was vriendelyk<br />

en 't heeft my gebrand. Ze stelden my<br />

tot voorbeeld aan de kleineren ik verging van schaamte .<br />

Wat moet ik ? Waar moet ik heen ? Wie zal my aannemen, helpen,<br />

verzorgen ? Ben ik dan zoo vreeselyk slecht, dat ik geen red-<br />

dinor 'v- mdiPn 9<br />

God God gy weet alles ! Gy weet hoe zwaar ik lyd .<br />

gy, de eenige voor wien ik geen schaamte voel !<br />

0, ik geloof in . u ! Heb ik niet steeds gebeden, gedankt als een<br />

geloovig kind? Help my, God! Gy kunt het gy hebtalmacli t<br />

. en die is noodig hier I.


IDEEN VAN l .5<br />

(4eef steun nu, God<br />

myn geloof !<br />

wys mtkonist nu, ter belooning van<br />

Ze zeiden altyd : wie gelooft zal behouden worden ik geloof,<br />

God! Ik geloof in uw almacht help my! Gy zyt alwetend<br />

en kent myn smart ik gelool help my<br />

Gy zyt alomtegenwoordig, alziend ik geloof God, help<br />

my ! Gy zyt algoed ik gelool ik geloof gy hoort<br />

myn gejammer God help my!<br />

1k geloof in uwe algoedheid waarom laat gy my jammerenj<br />

tevergeefs, ? In uwe alwetendheid waarom mgaaft<br />

gy my beproeving<br />

boven kracht ? In uwe alomtegenwoordigheid waar<br />

waart ge toen ik viel ? In uwe almacht waarom hebt gy my<br />

zwak geschapen waarom mliet<br />

gy my zwak ?<br />

Neen, neen o God, ik doe u geen verwyt ! Ik verwyt niet . .<br />

_1k vraag niet ik, ik ben slecht, misdadig, zondig, verdorven<br />

ik, ik- heb schuld, berouw, wroeging, wanhoop ik wentel<br />

my in 't stof ik aanbid en ik geloof ja,ja<br />

ik geloof ik geloof alles<br />

0 God ik geloof help my<br />

Die God is doof en blind en onmachtig, als vaders deugd en<br />

moeders braafheid .<br />

En de arme verlatene, die schuldig was aan to veel,,geloof",<br />

rukt zich de haren uit 't hoofd, en er is verwarring in 't brein<br />

dat de we6rpyn voelt van 't verbryzeld hart . De ongelukkige,<br />

die to redden was met een handdruk, met 66n blik, met 66n woord<br />

van liefde, zinkt weg in den pool van vertwyfeling, die zich openbaart<br />

in 't krankzinnig gebed .<br />

Want bidden is krankzinnigheid .<br />

En nader en nader komt de dag waarop de gevolgen van onvoorzichtigheid<br />

zich zullen vertoonen, als onverdiende straf voor<br />

niet begaan misdryf. De ,deugd.", de schrale, dorre wreede deugd<br />

is daar, om to verkeeren in marteling, wat liefelyk wezen zou zon . ,<br />

der hddr .<br />

Dan is daar altyd 'n vader, die nooit zondigde, en eene moeder,<br />

die zoo braaf was of 'n heer en een meesteres, zoo ongenaakbaar<br />

in hun afschrikwekkende deftigheid<br />

En eindelyk slaat het uur waarin moeder en kind zullen stryd<br />

voeren om den voorrang in keuze tusschen geollerd worden en<br />

offeven . Hier is geen middelweg . Hy vermoordt hair met zyn<br />

eersten kreet, of zy'hem met haar eerste liefkoozing .<br />

Want als de hand der wanhopige 't mondje zoekt, datt hare<br />

schande zal uitschreeuwen, de kleine keel wier eerst geluid een<br />

*) Om deze stelling begrypelyk to vinden, wordt de lezer uitgenoodigd haar<br />

to toetsen aan de opmerking in 530, man de noten by 161, 168, 17 7 en un. de<br />

redeneering in 906 .


1 6 IDEEN VAN MULTATULL<br />

vonnis wezen zal ter harer verdoorn-enis, dan blyf t het de vraag<br />

altoos, of de vingergreep, die 't wicht belet zich door z'n eerste<br />

levensdaad to maken tot beul zyner moeder, gedreven word door<br />

de liefde die streelen wil, of door den waanzin die vermoordt .<br />

Wel hebt gy veel geleden, mevrouw, maar dat hebt ge niet ondervonden<br />

!<br />

Maar wat hebt ge dan Loch eigenlyk gedaan ., mevrouw ?<br />

Men zegt, dat ge een onecht kind ter-wereld . bracht . 0, 't ware<br />

voorzichtiger geweest, dit niet to doen maar ris<br />

dan onvoorzichtigheid<br />

zoo'n vreeselyk vergryp ? Ik geloof, dat wy beter<br />

zouden doen, onze verontwaardiging to bewaren voor andere<br />

vergrypen .<br />

Zoo'n arme moeder als waarvan ik sprak, ,onteerde" een<br />

,,brave" familie - lieve god ! - of : ,het huffs," - och arm !<br />

en daaraan deed ze verkeerd, want 'n vader of moeder of meesteres,<br />

die to deugdzaam was om by-tyds 't gevallen meisje optewekken<br />

tot vertrouwen, heeft waarlyk de ,eer" hoognoodig, en<br />

er hoeft geen schande naar de wereld gevoegd to worden by de<br />

schande, die ik ontdek in dorre liefdeloosheid, geen ,wee" van<br />

buren of vriendinnen by 't ,wee" dat ik uitroep over zulke deugd .<br />

Ja we kunnen onze verontwaardiging gebruiken voor andere<br />

vergrypen. Want denkt men er wel eens aan, dat elk opgevischt<br />

lykje - van dit of dat geslacht altoos, en min of meer ontbonden,<br />

volgens de dagbladen - dat elk lykjen een vader had ?<br />

Waar zyn die vaders ?<br />

Waar was zoo'n vader, toen 't arme schepsel - zoo hoogschuldig<br />

aan vertrouwen anders niet ! toen ze de dagen en<br />

de uren telde, die haar onweerstaanbaar voortsleepten naar den<br />

dag en 't uur der ontdekking ?<br />

Waar was zoo'n vader, toen eindelyk dat uur sloeg ? Toen de<br />

oogen - die by zoo roemde ! - starblikten als gescheurd glas ?<br />

Toen or kramp was om de lippen die hij eenmaal kuste met zooveel<br />

vervoering ? Toen 't lichaam, dat eens door liefelijke vormen<br />

hem aantrok, en opwekte tot toomelooze drift, wanstaltig wegkromp<br />

in onlydbare wee6n niet eenmaal verlucht zelfs<br />

door 'n verboden gil ?<br />

Waar was de vader, toen daar dat lykje lag met blauwen hals,<br />

wachtend tot er wat bezinning en kracht zou weergekeerd zyn<br />

in de uitgeputte moeder, als ze - weldra opgezweept door angst<br />

voor braafheid - het zal omwikkelen met doeken, druipend van<br />

haar blood, om 't met verbeten pyn, waggelend weg to dragen in<br />

haar voorschoot ?<br />

Waar was de vader, toen geburen, verwanten en vriendinnen<br />

haar schuwden als 'n pest ? Toen haar de ouders vloekten en<br />

verdoemden ? Toen de geloovers ongevraagd voorschot gaven op<br />

Gods wraak, en hunnen ,Heer" dienden met de scorpioenen<br />

hunner tongen ?<br />

Waar was de vader, toen eindelyk 't gerecht kwam aanklop-


JIJEEN 11<br />

WEEN VAN MULTATULL 1 . 7<br />

pen met barsell gelaat ? Toen de arme moeder word heengeleid<br />

naar den kerker? Toen ze, verpletterd onder 't wicht van schaamte,<br />

zich vertoonen moest voor 'n vierschaar van deftige mannen -die<br />

nooit zondigden ! - om 't walgelyk gehuichel aan to hooren<br />

van 'n zondeloos publiek ministerie, dat - in ,eene sierlyke rede"<br />

altoos - betoogde en bewees hoe verkeerd zy deed, hoe zy de<br />

maatschappy had beleedigd, en hoe ze strafbaar was, eerst omdat<br />

zy deed wat door de Natuur was gevorderd, en niet verboden word<br />

door 't hart daarna wyl ze krankzinnig was geweest van<br />

wanhoop.<br />

Waar was by dit alles, de vader, mevrouw<br />

diet waar, ge stemt my toe, dat de ,braven" zouden we'l doen<br />

hun verontwaardiging to bewaren voor zulke vaders ?<br />

En gy mevrouw, die veel geleden hebt, maar die niet hebt geleden<br />

als z-hlk eene moeder, neemt gy u niet voor, by elke gele -<br />

gen-heid troost to bieden, waar uw oog, gescherpt door eigen smart,<br />

zulke smart zal ontwaren ? En is niet de macht, de wil, het recht<br />

en de geschiktheid, om by anderen waanzinnig vergryp, en folterende<br />

wroeging to voorkomen door tydigen steun, een heerlyke<br />

bloem, die er groeide aan den doornstruik uwer eigen ondervinding<br />

? Is 't u niet een verheffend denkbeeld, mevrouw, dat wellieb t<br />

eenmaal een arme bedrogene, bemoedigd door uwe zwakte<br />

zal durven naderen als haren God ,,voor wien alleen zy niet be- ' u<br />

schaamd was ?" *)<br />

Maar wat hebt ge dan gedaan, mevrouw, dat uw naam op aller<br />

tong is, dat de Wet zich met u gemoeid, de Wet, die stom en werkeloos<br />

blyft, waar iets goods valt to beloonen, jets edels op to wekken,<br />

maar terstond stem heeft en sterkte, waar veroordeeld kan<br />

worden of gestraft ? Wat hebt ge dan Loch eigenlyk gedaan ?<br />

Men zeyt, dat gy een onecht kind ter-wereld bracht, en<br />

nog wat dat ge 'n ander kind - echt ditmaal - hebt gestolen,<br />

geroofd, verborgen of zoo-iets .<br />

aliens kind ?<br />

Het uwe immers ?<br />

Hoe, de arme moeder die in krankzinnige vrees voor 't spook<br />

der,,braafhoid" haar kind doodt, zou de maatschappy beleedigen `?<br />

Zy mag niet beschikken over een staatsburger, then zy voedde<br />

met UAr blood, then zy herbergde onder hAi-r hart, wiens polsslag<br />

de hare was, wiens leven zy leefde ? Zy heeft niet het recht,<br />

*) Voor ongeveer Lien jaren vraagde de voorzitter van het Hof van N . Holland<br />

aan een dienstrceisje dat terechtstond wegens kindermoord, waarom zy<br />

haar toestand niet aan hare meesters had geopenbaard ?<br />

hot antwoord luidde :<br />

- Ik durfde niet, ondat m'nheer en mevrouw zulke brave menschen waren<br />

Elke geheime verlossing, elke kindermoord, is 'n vreeselyke aanklacht, ; n<br />

hartz , bewys van onwaardigheid, tegen alien in wier omgeving de lvdster zich<br />

noon inaanden gemarteld bewoog. 1863)<br />

2


is IDEEN VAN MULTATULL<br />

iiiet zelfs in razerny het recht, een Bind to inaken aan 't bestaan<br />

van 'n wezen, dat haar eigen wezen is, haar vleesch, haar been,<br />

haar lichaam ? Dan zou de maatschappy mogen optreden met gehuichelde<br />

belangstelling, om aanspraak to maken op eigendom, alsof<br />

ze niet gereed stond, datzelfde wicht to verstooten, en hulpeloos<br />

overteleveren aan kwaadaardige braafheid, indien niet de moeder<br />

dat had voorkomen door sneller en minder wreed vonnis ? Eerst<br />

zou die maatschappy recht hebben tot veroordeeling over een<br />

kind to-ved, later over een kind te-weinig, en dezelfde Wet, die zoo<br />

nauwgezet is in 't opdragen van moederzorg, die zoo wreed straft<br />

waar moederplicht verzuimd werd, diezelfde wet zou een moeder<br />

veroordeelen omdat ze wel zorgde voor haar kind ? Omdat z'er<br />

Been afstand van doen wilde ? Omdat ze de inspraak van haar hart,<br />

en de litteekens harer verlossing hooger stelde dan een wettelyke<br />

fictie, die de vrucht van haar lenden wou overgeven aan een ander ?<br />

Dit dus is uwe misdaad, mevrouw, dat ge uw moederschap<br />

hebt gehandhaafd ? Dat ge niet hebt willen begrypen, hoe de onechtheid<br />

van 't een, grond gaf tot verloochening van 't ander ?<br />

Dat ge niet hebt willen erkennen plaats to derven in uw hart<br />

voor beiden ? Dat ge u verzet tegen de beschuldiging, als zou de<br />

adem verpest wezen, waarme6 ge uw wettig kind kust, nadat uwe<br />

lippen 't wichtjen aanraakten, dat niet had mogen geboren worden,<br />

volgens de meening der braven . . .<br />

Eilieve, wat had het dan moeten doen<br />

Gy mevrouw, gy hebt ondanks alles den moed gehad, natuurlyk<br />

to zyn. Daarme6 wensch ik u geluk . Zeker heeft uw hart zich verzet<br />

tegen 't begrip, hoe 't ooit k6n to pas komen, dat een moeder<br />

haar kind afleverde op deurwaarders exploit . Hoe 't ooit oorbaar<br />

k6n zijn, of rechtvaardig, of billyk, eene moeder op rantsoen to<br />

stellen van omgang met haar kind . Hoe ze ooit k6n worden gebracht<br />

tot een staat van afhankelykheid, die haar weldra zou<br />

doemen tot ne&rzitten aan de deur eens vreemden<br />

bede-<br />

laarster als ze dan wezen zou, deemoedig smeekend om den aalmoes<br />

van 'n lachje harer kleine . -<br />

Dat hebt gy niet gewild, mevrouw! Dat vond ge onrechtvaardig,<br />

onbillyk, onnatuurlyk, dat screed tegen de inspraak uwer<br />

moederliefde, en ge hebt naar die inspraak gehandeld . 0, hadt<br />

ge 't niet gedaan, dan zou ik u hebben aangeklaagd, van .,slecht<br />

levensgedrag" . Dan had ik u het moederlyk gezag onwaardig<br />

verklaard .<br />

Maar nu ge 't gedaan hebt, nu ge uzelf zoo'n sprekend bewys<br />

liebt uitgereikt van moederlyke waardigheid, nu wensch ik u geluk,<br />

mevrouw, en ik zie met verwondering en verlangen uit, naar de<br />

wyze waarop men thans u van ,slecht gedrag" zal trachten to<br />

overtuigen .<br />

In die bewysvoering zal zeker dat ,onechte" kind een groote<br />

rol spelen . Dit had er niet mogen wezen . Nog-eens waar had het


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

dan moeten zyn? Hadt ge "t moeten worgen, vierendeelen, smoren.<br />

Dat zou de wet u nog sneer euvel genomen hebben .<br />

- Neen maar rdat<br />

kind had niet moeten bestaan . . . . ooh<br />

v66r de geboorte .<br />

Waarom niet ? Ik vraag met nadruk en ernst : waarom niiet ?<br />

1k weet wel dat m'n vraag riekt naar den armen Sainojeed<br />

die niet van traan hield (447) en dat m'n onwetendheid my to staan<br />

komt op verlies van alle aandeel in voorspoed, maar Loch blyf ik<br />

vragen : waarom mocht gy geen onecht kind ter-wereld brengen ?<br />

Hoe brengt men dit in verband met ,slecht-levensgedrag"?<br />

Waar staat het geschreven, dat onwettige verlossing schandelyk<br />

is 'e Welke wysgeer heeft dit beweerd ? In well: wetboek van zede -<br />

lykheid wordt het verkondigd . CONFUCIUS zegt het niet. ZOROASTERR<br />

zegt het niet . JEZUS zegt het niet. En - hooger dan die alien<br />

- de lieve Natuur zegt het niet . Em - n6g hooger - mijn hart<br />

niet .<br />

Ook zegt het niet de geschiedenis des menschdoms in 't verledene,<br />

noch de feitelyke toestand van het menschdom tegenwoordig<br />

. Van 't getal geboorten, - ruim een in drievierde sekonde<br />

- is zeker meer dan twee-derde deel onwettig . En in de<br />

verhalen der ,vaderen" wemelt het van onechte kinderen . Ook<br />

de bybel is er vol van . JEZUS zelf was 'n onecht kind, en<br />

toch werd MARIA nooit ontzet van de voogdy over dozen of genen<br />

,,echten" broeder des Heeren.<br />

Ik weet wel hoe men gewoon is maatschappelyke verordeningen<br />

to verwarren met ,zedelyke" plichten, en hoe er velen<br />

in 't ontzien van de regelmaat der wetten, vergoeding zoeken<br />

voor de ontbrekende inspraak van het hart . Wel weet ik hoe<br />

men ,deugden" schept en betracht, om ,deugd" to ontwyken,<br />

maar die droogstoppelige substituut mag toch niet z66 ver gaan,<br />

dunkt me, dat er door 'n rechtbank een stempel van wettelyke<br />

afkeuring wordt gedrukt op iets wat inderdaad oorbaar is, en<br />

glom dagelyks, ja iedere seconde plaats heeft . Gy waart 'n jonge<br />

vrouw en bracht een kind ter wereld . Niets natuurlyker . Wat is<br />

daarin voor vreemds ? Waarin bestaat het slechte ? Hebt ge<br />

't kind mishandeld, geslagen ? Dit ware niet goed geweest . Maar<br />

dat hebt ge niet gedaan. DiArin ligt dus de font niet . En vreemd ?<br />

Is 't vreemd dat een vrouw een kind ter-wereld brengt ? Had het<br />

volgens de rechtsmoralisten een kalf moeten zyn ? Of had men u<br />

die onwettelyke verlossing minder kwalyk genomen, als ge een<br />

man waart geweest ? Die beide gevallen zou ik vreemd gevonden<br />

hebben. Maar slecht ? Neen vreemd alleen .<br />

Inderdaad ik ben verlegen met m'n onwetendheid en blyf<br />

altyd zoekende naar de reden waarom gy niet mocht verlossen,<br />

mevrouw, en waaroin die verlossing u ongeschikt maken zou tot<br />

moeder over uw eerste kind . Geen wysgeer zal 't , dan ookbeweren .<br />

,eon zedelykbeids-wetboek, oud noeh nieuw, sehryft bet vooi%


20 IDEEN VAN MTTT,TATTJLT.<br />

Natnur en hart spreken het tegen 't is een volkspraNje !<br />

En zelfs de wet de platte, droge wet strydt er tegen. Uit<br />

vrees zich to wagen op een terrein waar de ,wetgever" zich niet<br />

thuis voelen zou, verklaart ze uitdrukkelyk : het huwelyk alleen<br />

to beschouwen als burgerlyke instelling . Wie gebruik wil maken van<br />

de rechten, die zy daaraan verbindt, wie zich buigen wil onder<br />

de bezwaren, die zy 't oplegt, khn huwen . Maar nergens wordt<br />

in die wet 'n woord van afkeuring uitgesproken tegen hen, die<br />

zich onttrekken . En daarin heeft de wet groot gelyk . Zy wilde<br />

haar weldaden niet opdringen - wat oak vergeefs gepoogd zou<br />

zyn - en de zorg waarmee de burgerlyke staat van ,natuurlyke"<br />

kinderen" is omschreven, steekt inderdaad gunstig of by de wreedheid,<br />

waarmee zulke kinderen worden verstooten door 't vooroordeel<br />

der menigte .<br />

En zou nu dezelfde wet, die 't ,natuurlyk" geboren worden<br />

noch straft noch verbiedt, zy die juist met het volksvooroordeel<br />

daaromtrent in tegenspraak is, thans in uw geval, mevrouw, aan<br />

dat vooroordeel eene meening mogen ontleenen, die tot slechtheid"<br />

maakt, wat nergens werd verboden ? Dit zou ongerymd wezen .<br />

En mochten er rechters gevonden worden, zwak, dom of laf -<br />

hartig genoeg om zich to laten meesleepen door den stroom der<br />

gemeene begrippen mochten ner<br />

zyn, die zich verwarren in<br />

de Loch zoo licht to vatten onderscheiding tusschen ongewoon en<br />

misdadi tusschen afwyking van repel en afwyking van plicht . . . .<br />

mochten er zyn, die to laag staan als wetgeleerde om to weten, dat<br />

uw daad geen vergryp was volgens die wet, to laag als wysgeer ook,<br />

om to vatten, dat ge w6l deedt, al had het de wet verboden<br />

dan nog, mevrouw, behoort er onbeschaamde moed toe, om u to<br />

beschuldigen van ,slecht levensgedrag," omdat ge 'n kindje<br />

ter-wereld bracht .<br />

Zekerlyk, zy bevielen nooit, de"heeren van den gerichte! Maar<br />

't zy hun gevraagd of er nooit wanhoop was in 't hart van een<br />

verlatene door hunne schuld ? Het zy gevraagd aan officieren en<br />

niet-officieren van justitie, aan voorzitters,, leden, gerechtsboden,<br />

griffiers, aan al den omhaal die 'r leeft van ons duur en verknoeid<br />

recht, hun allen zy deze vraag voorgelegd : of zy altyd braaf van<br />

gedrag waren, indien uwe handeling - volgens wet of geweten<br />

dan - een ,slecht levensgedrag" daarstelt ? En dit : of ze 'r<br />

genoegen in zouden nemen hun kinderen aftegeven, indien er werd<br />

bewezen, dat zy dAArom alleen nooit onwettig zyn bevallen, wyl<br />

'n man dit nu eenmaal niet kan ?<br />

Ja . . . . en 't zou misschien ook niet zoo heel verkeerd zyn, die<br />

vragen voor to leggen aan uwen deugdzamen schoonvader .<br />

En wanneer allen die laatste vraag beantwoorden met neen . . . .<br />

als ze ja durven zeggen op de vorige verwys hen dan naar<br />

(lee zinsnede waar ik iets zeide van 'n ryksdaalder!<br />

,,Onbeschaamde moed" heb ik gezegd . Welnu men heeft dieii


TDEEN VAN MULTATULT . 2 1<br />

mood gehad, ik xeet het . Alen heeft zich tiangeniatig(I to verklaren<br />

dat gy, dappere moeder, to slecht" waart om moeder to<br />

zyn . En men wilde u berooven van 't echte kind, oni u to straffen<br />

voor 't ter wereld brengen van 't onechte . En gy hebt a gesteld<br />

boven de Wet, en gy hadt den cooed eon lief to wezen van uw<br />

eigen good, en ge heft het verborgen en verscholen met angstige<br />

zorg,, zoo-als 't wyfje van den lee-aw haar jong verbergt in de diepten<br />

van het woud . . . . ile wensch ti geluk, meN,muw.<br />

Ik wensch u geluk met law dubbel moederschap, a die 'n schooner<br />

wetboek in den boezem ronc -ldraagt, dan 'r ooit voedsel gaf aan<br />

hongerige a dvokatery. fk reik u de fi,z,nd, mevrouw. l k bied a<br />

ntynen groet aan .<br />

(y hebt geleden en gestreden . . . . gy hebt uw hart gesteld<br />

boven de doinme bygeloovery der zeden, do liefde voor uw kind<br />

boven vrees voor familie-dwang, vonnissen, rechters, wetten en<br />

schandaal . . . . Ik groet u, mevrouw, en roep 't u nogmaals luide<br />

too! hoog uw hoofd in den kerker en voor 't gerecht . . . . wie u<br />

zelfvernedering voorpreAt als deugd, is 'n I)edrieger . . . . want,<br />

voorwaar, voorwaar, ik zegge it : de adel en dc cer des ?nen,qrh()n<br />

,woizen boven den navel !<br />

445 . Helaa,s !<br />

Tk ben erg bedroefd, mevrouw ! Tk heb, sedert ik den brief schreef<br />

then ge zoo-even gelezen hebt, uwe M'emorie van TV erdediyiny in -<br />

Yezien . . . .<br />

Och waarom schreeft gyzelf die niet met iiw hart, in plants<br />

v,-in ze to laten maken door 'n rechtsgeleerde, die Been moeder<br />

is ! ffy zegt, dat ge niet onecht zyt bevallen - hoe weet by<br />

dat ? - en dus niet van ,slecht levensgedrag" . Ach, mevrouw,<br />

nu ge dus ,I,)raaf" zyt, voel ik met verdriet hoe wyd d-e Move is<br />

tusschen it en my . En ook zit ge niet in. de gevangenis, naar ik<br />

vet, neem, maar 'it ander zit daar in uwe plaats . En dat kindjen<br />

in den vreemde heeft een n voor 'n d in den waam . En, zegt -cm, ad -<br />

vokaat, er zyn rechtsfouten begaan in de dagvaarding . . . . e r<br />

scliending van Wet en recht in den ii gestelden. termyn van verdediging<br />

. . . .<br />

Ik wil 't wel gelooven, mevrouw . LJw advoki -tat, zal wel de waIxheid<br />

zeggen, zoo-als advokaten wel-eens doers . 0, ik geloof het zoo<br />

gaarne, dat gy ,braaf" zyt, mevrouw, en ik verzoek u myn brief<br />

aan onbraafheid aericht, to beschouwen als niet geschreven . . . .<br />

maar 't spyt me zoo innig dat de braafheid a thans belet een voorbeeld<br />

to geven, hoe veel milder, goediger, rvkei-, de fieve natnur<br />

is, dan uitgevonden opgedrongen zeden!<br />

Misschien zelfs gevoelt ge -it thans zoo braaf, dat myn groet u<br />

niet welgevallig is . Missehien stuit bet u, dat ik 'n oogenbli .k u<br />

held voor diet) o'eno(-(, (A)ooen om de hand to lumneu vatfort van<br />

vale """Ieclitell" die "'ioiutl lwfioeven, on t(e la ig, vieleti oni diee met


22 IDEEN VAN MULTATULL<br />

vertrouwen uittestrekken naar 't hooge voetstuk, waarop ge thans<br />

plaats neemt . . . .<br />

Vergeef het my, mevrouw. Ik bedoelde geen kwaad . Ik dacht,<br />

ik meende . . . .<br />

Och het spyt-me zoo . Komt het u zelf niet jammer voor, dat ge<br />

u niets to verwyten hebt ? Is uw deugd u niet tot last, by 't be -<br />

denken, welke lieve zegepraal ge 't hart zoudt verschaft hebben<br />

over vooroordeel ? Berouwt het u niet : rechtsgeleerde finesses en<br />

geleerde exceptien to moeten aanvoeren, waar ge, met minder<br />

braafheid, 'n edelen stryd hadt had kunnenn stryden voor uw twee -<br />

soortig kroost ?<br />

Is 't geen teleurstelling u to moeten bezig-houden met spitsvondige<br />

bewijsvoering over onschuld, waar ge, met wat schuld,<br />

u hadt kunnen verheffen tot eerbiedwaardig martelaarschap ?<br />

Welt ge niet leegte in de onechte zyde van 't hart en een arm to<br />

veel aan den linkerkant, nu dat hart en die arm geen onwettig<br />

kindje hebben to beschermen tegen de wereld, omdat het<br />

zooals uw advokaat zegt - niet bestaat ? Of ook misschien, omdat<br />

de tweede sylbe van z'n naam - o, diepte der letterzedekunde !<br />

- aanvangt met 'n verkeerde dentaal ? Of omdat er 'n andere<br />

moederis . . . . ook 'n weduwe, zegt uw advokaat . . . .<br />

Een andere moeder . . . . och !<br />

Zou ook die andere stryd voeren tegen de famiheraden? Zou men<br />

ook hAAr echte kinderen afstelen ? En zou ook zy, hart stellend<br />

boven vrees in dit geval zoo'n kind durven terugrooven van de Wet ?<br />

0, waar is ze ? Ik wou haar, hAAr, de schuldige, de gevallene, zoo<br />

gaarne een brief schryven, zooals ik deed aan u mevrouw, toen ik<br />

meende - vergeef my - dat gy gevallen en schuldig waart .<br />

Maar - dit hebt ge dan Loch gedaan, niet waar ? - gy hebt<br />

in weerwil uwer vlekkeloosheid uw dochtertje beschermd tegen de<br />

ongeroepen voogdyschap van 'vreemden,<br />

dit hebt ge dan Loch<br />

gedaan, niet waar ?<br />

Nu, dan groet ik u t6ch . . . . en hartelyk, al twyfel ik nu of<br />

ge myn groet aanneemt. Want Jk ben zeer slecht" mevrouw .<br />

Slecht, ja . . . . en bitter bedroefd over uw schuldeloosheid .<br />

Maar mevrouw . . . . als men uw verheeld kind mocht vinden . . . .<br />

als men 't u afnam . . . . als ge 't weer wilt stelen en verbergen . . . .<br />

Als ik dat dan voor u kan doen of u daarin behulpzaam zyn . . . .<br />

Dan ben ik gaarne, gaarne, tot uwen dienst, met al m'n energie<br />

met geheel myn moed, en met al den haat, die 'r in my gloeit<br />

tegen valsche deugd .<br />

Want uw kind mag men u niet afnemen, al zyt ge ,braaf" .<br />

450 . 't Is moeilyk zich juist uittedrukken . Dit weet ik, en ik<br />

zeide 't reeds in 13 . Maar ik vind dat de ,wetgever" zich wel<br />

'n beetje mocht toeleggen op benadering van juistheid . Wat<br />

is byv. slecht ? Schippers en linguisten zullen zeggen : glad,


IDEEN VAN 1RULTATULL 2 3<br />

,<br />

.<br />

,<br />

(,#en, gelyk . Wat is : lei ensgedrag ? Zyn er dood8gedragen ook ?<br />

Eindelyk, wat is : algemeene bekendheid ? In Parys heb ik iemand<br />

gesproken, die niets wist van de ,slechtheid" eener dame in . . . .<br />

KnAwinkel . Ook geloof ik dat de koningin van Madagaskar<br />

er niets van gehoord heeft . M'n kleine jongen weet het ook niet .<br />

En er zyn er nog meer, die geheel onkundig bleven van 't vreeselyk<br />

vergryp, . . .dat Mevrouw X . niet begaan heeft .<br />

Algemeene bekendheid! Wie is 't algemeen ? De Krdhwinkelschee<br />

bakers ? De juffrouwen uit de buurt ? Uit welke buurt ?<br />

Hoe groot is 'n buurt ? Is de stad Krdhwink 't algemeen ?<br />

Of Overysel ? Of Nederland ? Of Europa ? Of ons planeetje ?<br />

Als die Mevrouw X . niet zoo vervelend braaf was, en dus<br />

verdediging noodig had tegen de Wet, dan zou ik haar voorstellen<br />

den braven aanklager de produktie opteleggen van een behoorliJ<br />

k -aeregistreerd -<br />

en gelegaliseerd bewys, dat hare verdorvenheid<br />

bekend was by die Mddchen am ]3runnen of tout Paris . . . .<br />

op Sirius . Ja, en nog elders, . . . . wat verder !<br />

Algemeene bekendheid ! Slecht gedrag ! Eilieve, wat is geed<br />

Van gedrag ? Wat is goed ? Ben ik goed ? Ik tracht er naar, ja . . . .<br />

maar of ik 't b&n `!<br />

Is m'nheer die goed ? Mevrouw die ? Waren die ,brave" meesters<br />

van dat arme dienstmeisje in Haarlem goed ? Ik zeg neen, Ik zeg<br />

dat ze ellendelingen zyn . Maar dat zeggen zy missehien van my .<br />

Wat is 't Loch lastig zoo onwetend to zyn .<br />

Algemeene bekendheid bestaat niet. De wet zegt dus : AN, het<br />

le vensgedrag slecht is, volgens lets dat niet be8taat . . . .<br />

Waarschynlyk zyn er meer menschen, die my voor slecht houden<br />

- en ikzelf weet waarachtig niet of ze ongelyk hebben - dan er<br />

ooit mevrouw X veroordeelden . Zou men nu daarom ook my m'n<br />

kinderen kunnen afnemen ? Ik hoop neen, en zeker zou ik slecht<br />

genoe~ zyn om my to verzetten tegen de brave Wet, die 't beproefde.<br />

De deurwaarder, die zoo'n exploit kwam uitvoeren, had waarlyk<br />

een plaatsje verdiend by de bestorming van de Mippeler schansen .<br />

De wet ! Eilieve, zegt de wet ook, dat een brave schoonvader<br />

't kind zoogen zal, welks moeder van slecht gedrag is ? En welke<br />

middelen heeft de wet om zoo'n schoonvader to dwingen tot nakoming<br />

van then plicht, in geval van onwil of onvermogen ?<br />

En nog 'n paar vragen :<br />

Belast de wet zich met de zorg voor 't welzyn van alle kinderen,<br />

welker moeders onbraaf waren ? Gaan de officieren van justitie<br />

rond in de publieke huizen, om to vernemen of wellicht de ontucht<br />

vruchtbaar was hier-en-daar, en of 't tyd is zulke vrucht wegterukken<br />

van den vuilen bodem, waarop ze groeide ? Zyn er fondsen<br />

op de begrooting van den Staat, waaruit de quarantaine betaald<br />

wordt tegen moederlyke besmetting ?<br />

ffet wemelt op de straten van bedelaars met kinderen, en ik gis


24 IDEEN VAN MULTATULL<br />

dat die ouders niet veel goods leeren aan bun kroost ? Waar zyn<br />

de schoonvaders en publieke ministeri6n, om die hope des vaderlands<br />

to bewaren tegen verderf ? Of zyn alle Nederlandsche bedelaars<br />

braaf, zedelyk, plichtlievend, als 't gemeentebestuur, dat<br />

ze duldt ? Zouden er niet soms onder dat volkje worden gevonden,<br />

die hun kinderen mishandelden ? Trekt men alleen party tegen<br />

schennis van uitgevonden zeden, en niet tegen 't miskennen van de<br />

lieve Natuur ? Is verkeerd bestuurde hartstocht die schept, zooveel<br />

misdadiger dan de lage wreede hebzucht, die 'n kind vermoordt ?<br />

Of bemoeit de brave Wet zich alleen dan met de zedelyke vorming<br />

van een kind, als er fortuinen zyn to bewaren ? Zou 't heele<br />

schandaal misschien achterwege zyn gebleven, als de kleine DA-<br />

NIELA arm ware geweest ? Dit moot men wel aannemen . Anders<br />

toch zouden niet zooveel slechtlevensgedragende moeders uit armoede<br />

en wanhoop hun kind] e hoeven in 't water to gooien, to<br />

smoren of in stukken to snyden, zoo-als we dagelyks lezen in alle<br />

beschaafde couranten . Een certificaat van ,slechtheid" geteekend<br />

door buren, schoonvaders, vriendinnen, keukenmeiden of publieke<br />

aanklagers, zou jure 't schepseltj e maken tot pupil van den braven<br />

Nederlandschen Staat . En later kon 't in de zaken komen van z'n<br />

voogd. In de vry-arbeidery misschien . Of 't kon opgeleid worden<br />

tot gouverneur-generaal, rustende op z'n buitenplaats . Of tot<br />

volksvertegenwoordiger . Of tot een ander braaf beroep .<br />

De Wet ? Slecht gedrag ?<br />

Zou dit ook missehien slecht wezen, dit : het bemeesteren van<br />

intime brieven ? 't Ontcyferen van geheimschrift ? Het publiek<br />

maken van innigheid ? Hot onbeschaamd woelen en roeren en<br />

wroeten in de ingewanden van de ziel . ?<br />

Hot lezen van brieven door iemand voor wien ze niet bestemd<br />

waren, is zedeloozer daad, dan er ooit door dat lezen kan worden<br />

aan 't licht gebracht . En hoe nu, als later onschuld blykt ? Vie<br />

of wat geneest de wonde der verkrachting van intimiteit ? Hoe,<br />

't publiek ministerie maakt zooveel ze kan algemeen bekend wat<br />

bestemd was voor geheimheid, en wil daarna die algemeene bekend-<br />

7beid ten-laste brengen van de beschuldigde ? Eerst iemand in<br />

't water werpen en dan hem aanklagen, omdat-i nat is ?<br />

Maar eilieve, wie zegt u of den voogd, die gy geven wilt aan 't<br />

kind - o brave Wet! - wie zegt u, of by niet weldra zou blyken<br />

to zyn : van "algemeen erkend slecht levensgedrag" wanneer<br />

ge alles gingt ontcyferen en publiceeren wat-i ooit schreef of<br />

zeide of deed ? Hoeveel brieven moot men gelezen hebben en<br />

openbaar gemaakt, voor 't brave publiek gerust kan zyn dat er<br />

een kind is overgeleverd aan slechte voogden ? En wie zou dat<br />

publiek vertegenwoordigen ?<br />

Wie zal censor wezen ? Naar welk wetboek zal er geoordeeld<br />

worden ? Moot de israelietische vader ontzet worden van de voogdy,<br />

omdat by z'n kind niet liet doopen ? Dc christenvader, omdat


I-DEEN VAN MITLTATITU . 1.1 0<br />

by 't niet besneed ? Doze omdat by 'I, jenever goeft, de ander ollidat-i<br />

't leert vloeken ? De een omdat by 't onbehoorlyk opvoedt,<br />

en verkeerde begrippen inprent over erfzonde of genade, de ander<br />

omdat-i 't opleidt tot, aanbidder van 't gouden kalf ? Velen we6r<br />

orridat ze hun kindereen in 't gefiteel niet opvoeden ?<br />

Dit laatste wind iii, web r slecht, m ik ~,ta vrv alleen in die<br />

meening. De meeste andere dingen hangers van tyd af . Wat heden<br />

schoon wordt gevonden, zal later leelyk zyn, en omgekeerd . Ret<br />

zeclelylcsiieid, ,4ge.l)otiwt,,i(,ii omer PutatschIcippy heeft Been vasten<br />

grond .<br />

S"Jeclit gedrag ? Dil - is in alle eeuwen en tyden sleclit gedrap ,<br />

dat men onder scliyn van zorg, de toekomst van 'n kind bederft<br />

door 't schandvlekken van de moeder . Dit, dat men die moeder<br />

wou berooven van het byzyn barer kleine, 't eenige nog wat dan<br />

strekken kan tot zoogenaamde verbetering . . . . als die noodig<br />

is, wat ik niet weet, en wat niemand weten khn . Maar zy die eene<br />

nioeder slecht noemen, mogen haar 't lief geneesmiddel niet, afiternen,<br />

dat er tegen slee'htlieid ligt in den onivang met haalr kind .<br />

Wimneer eeiie vrouw zich onbeboorlyk gedraagt, moesten de pitbheke<br />

ruinisteri6n zorgdragen dat ze spoedig een kindje i -recy .<br />

Dat zou wat zedelyker wezen, dan haar 't dochtertje aftenemen,<br />

slat ze reeds heeft, en dat - zoo iets ! - haar zal opheffen .<br />

De Wet ? Slecht gedrag ? Voogdyschap ? Eilieve, het staat niet<br />

ewes in de Wet, (tat men een moeder snag berooven van haar kind,<br />

en de heeren van den gerichte schynen in hun ,wet" evenmin<br />

thuis to zyn, als in nienschkunde, in gevoel, in kiesheid, in besef<br />

van hoed en kwaad .<br />

De wet is slordig geredigeerd . Dit wetenn wy . 't, Is advokatenwerk,<br />

en vertaald bovendien . Maar Loch stond ze in dit geval nog boven<br />

de uitlegging . Mevr. X . had haar dochtertje niet behoeven wegtestoppen,<br />

of naar 't buitenland to brengen . Met de Wet in de,<br />

hand had zy kunnen weigeren liet aftegeven . Er staat uitdrukkelyk,<br />

dat een kind aan zyne ouders eerbie d en ontzag schuldig<br />

is . en slecht,s eerbied aan den voogd . (Artt. 353 en 441 B.W .) En<br />

bet 450e artikel van 't (.'ode Civil, waarvan ons 441e een vertaling<br />

is, spreekt niet eens van eerbied of welk ander gevoel ook, dat den<br />

pupil moot bezielen . 1k laat nu daar toe, zot let is, eerbied voortescliryven<br />

.* Alleen aan de aitd(ers is bet kind honneur et respect<br />

schuldig . (C . N . art . 371) De hollandsehe vertalers hebben er then<br />

Il eerbied" voor den voogd tusschengevoegd . Misschien waren er<br />

*) 't Is een nudum praeceptu-, en dus 'ii fort in de wet . Men nioest genii<br />

bepalingen maken, welker liandhaving onmogelyk is . Over 't geheel is de<br />

Wet slechts geredigeerd, daar nu eenryi.aal rechtsgeleerden geen heksenmeesters<br />

zyn in juistheid van uitdrukking . Wie hiervan een bewys verlangt, sla<br />

bv . de definitie op, die de Wet geeft van een schat." De geheele omschryving<br />

daarvan kan, under zekere bi -omstandighederi, van toepassing zyn<br />

on 'n hoopie vuilnis . (1872) .


26 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

voogden onder die heeren, die inzagen dat ze 'n wet noodig hadden<br />

om aan wat eer to geraken .<br />

Wy kunnen nu daarlaten waar ontzag begint, en eerbied ophoudt .<br />

:Ale definition zyn moeielyk, en geven dikwyls onbillyk vat op<br />

leemte of onj uistheid . Maar in 't midden latende vv aar de j uiste<br />

grens is tussehen honneur en respect, is dit Loch zeker dat „eerbied<br />

en ontzag" sterker uitdrukking is, meer onderdanigheid voorschryft<br />

dan „eerbied" alleen . Nergens lezen wy dat de voogd geheel<br />

in de plaats treedt van vader of moeder . Integendeel, er staat uitdrukkelyk<br />

(art. 441 B. W.) dat by voor den persoon van den minderjarige<br />

zal zorgdragen, en „denzelven in alle burgerlyke handelingen<br />

vertegenwoordigen ."<br />

In alle burgerlyke handelingen ! Dit staat in 't zelfde artikel,<br />

waarin wordt gesproken van dat zorgdragen, en dus als 't ware<br />

om uitteleggen : welke zorg . Van vaderl yk gezag is geen sprake,<br />

evenmin als van vaderlyke plichten . Een minderj arig kind mag<br />

zonder toestemming zyns vaders - of waar deze absent of verhinderd<br />

is, van de moeder - het huffs niet verlaten . Zulk een<br />

recht wordt den voogd niet toegekend. Ouders zyn verplicht hunne<br />

minderj arige kinderen to onderhouden en to voeden . Zulke<br />

verplichtingen worden den voogd niet opgelegd. Als de bedoeling<br />

geweest ware, den voogd de rechten van ouders to geven, zou de<br />

heele omschryving van rechten en plichten der voogden overbodig<br />

wezen, en kunnen saamgevat worden in de verklaring<br />

dat de voogd in de plaats des vaders treedt. Juist de uitdrukkelyke<br />

bepaling : dat by opkomt voor de burgerlyke behandeling<br />

van den minderj arige, sluit de bemoeienis met andere belangen<br />

uit, vooral w anneer die bemoeienis in tegenspraak komt met het<br />

hooger staand ouderlyk gezag. Waar dit spreekt, moet de voogd<br />

zwygen, en zeker zou z'n eerste plicht zyn, den eerbied then de<br />

pupil hem betoont, to gebruiken als hulpmiddel om dezen to nopen<br />

tot het ontzag, dat by verschuldigd is aan zyne moeder .<br />

Zoowel volgens de Wet als naar 't gevoel, staat alzoo moederschap<br />

boven voogdschap .<br />

Een voogd die misbruik maakt van de macht die hem de Wet<br />

geeft, om de hoogere macht to krenken, welke door diezelfde Wet<br />

wordt gegeven aan de moeder . . . . een voogd, die 't kind tot<br />

zich roept, dat de moeder bij zich houden wil . . . . een voogd die<br />

met hulp van publieke ministerion, van Leurwaarders en schandaal,<br />

den schoonen band tracht los to rukken, die 't kind aan de<br />

moeder bindt . . . .<br />

Zoo'n voogd handelt tegen de wet .<br />

Dit ware to vergeven . Men kan tegen do Wet handelen en redelyk<br />

braaf zyn .<br />

Maar zoo'n voogd is schuldig aan hartschennis. Hy is voor de<br />

rechtbank van elk edel gemoed to veroordeelen wegens „slecht<br />

levensgedrag" van erger soort waarachtig dan afgedwaalde


IDEEN VAN MULTATULT. 27<br />

zinnelykheid ! - en by moet dus ontzet wordeii van de voogdy .<br />

Ja, en ook de heeren die hem hielpen aan z'n voorgenomen<br />

roof, mogen geen voogden zyn, want ze zyn medeplichtig aan<br />

,,slechtheid" .<br />

Ik vraag elke moeder - braaf of onbraaf --- of ik daarin niet<br />

recht heb ?<br />

Er is maar gene slechtheid, 66.n misdaad, gene zonde : gebrelc<br />

aan hart .<br />

Ware 't proces tegen mevr . X gevoerd op-grond van vermoeden,<br />

dat ze 'n kind had verstooten, besteed, weggedaan, verkocht . . . .<br />

o, ik zou geen party hebben getrokken voor de onnatuurlyke<br />

moeder, die schuldig was aan zoo'n misdaad!<br />

Onlangs ontdekte de justitie to Maastricht, dat 'n orgeldraaier<br />

pogingen aanwendde zich to ontdoen van een kind . Er was gebleken,<br />

dat by met z'n echtgenoot-orgeldraaister vertrekken<br />

wilde, zonder 't schaap meetenemen .<br />

Die echtelieden hadden waarschynlyk de stukken over Mevr .<br />

X . gelezen . Zy beraamden middelen om certificaten overteleggen<br />

van "algemeen erkend slecht levensgedrag" en wilden zeker om<br />

in 't bezit to geraken van zoo'n document, naar Zwol gaan, waar<br />

alle menschen braaf zyn, thorbeckiaansch, ministerlyk braaf.<br />

Om de kosten van 't onnoodig heen en weh reizen to vermyden,<br />

denk ik, begrepen zy dat bet kind niet nie&hoefde, daar 't<br />

na de slechte ged-rags-verklaring die ze zochten Loch in-hander<br />

zou komen van 'n schoonvader, of van Nederland.<br />

Maar de orgeldraaier en zyne echtgenoot hebben zich vergist .<br />

De maastrichtsche justitie, het voornemen dies lieden bemerkendo,<br />

heeft hun 't kind nagezonden, met last het by zich to houden<br />

en opteleiden tot bet maken van straatmuziek . En meer nog .<br />

Die justitie heeft alom de autoriteiten doen waarschuwen dat de<br />

orgeldraaier met echtgenoot hun kind wilden wegdoen, met aanbeveling<br />

die menschen to dwarsboomen in hun verheven plannen .<br />

Nu heb ik eon paar vragen to doen :<br />

Is de justitie wel zeker, dat de man zoo arm is als by zich<br />

voordoet ? Immers als by fortuin had - en wie weet of -i geen<br />

armoede huichelt - zou 't zaak wezen hem to helpen in z'n liefelyk<br />

voornemen. Ik ben van-goederhand verzekerd, dat er administratie-kantoren<br />

zN,- n l die in dat geval zich willen belasten<br />

met het beheer van I vermogen, en met de zedelyke vorming<br />

van 't kind. Van de zedelykheid zouden ze niets voor zich nemen .<br />

Van 't beheer der middelen 5% .<br />

Tweede vraag . Is 't voorzichtig en billyk den orgelman to laten<br />

wachten op de certificaten van slecht gedrag, die by to Zwol gewis<br />

krygen zou ? Want als by nu eens op-eenmaal braaf werd, of de Zwollenaars<br />

werden par impossible onbraaf, zoodat er hapering kwamm in<br />

't produceeren van de bewvsstukken, en de Nederlandsche Staat<br />

geraakte daardoor in winstderving van een ryken pupil, hoe dan ?


28<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

Derde vraag. Bestaat er een model van certificaten die men<br />

moet overleggen om afgekeurd to worden als vader of inoeder `?<br />

Was er niemand to Maastricht, die 't den man geven wou ? Moes t<br />

by daartoe wegreizen met z'n echtgenoot ? Is 't geen tyd voor<br />

ons yverig ministerie - dat zoo hartelyk zorg draagt voor de<br />

belangen van 't Volk - die zaken eens voorgoed to regelen, opdat<br />

Nederlandsche ouders precies kunnen weten hoe "algemeen<br />

bekend slecht" ze moeten zyn, om hun kinderen verzorgd to zien ?<br />

Verbeeld u eens, dat men nu tot welzyn van z'n kroost, zich vruchteloos<br />

toelegde op ,algemeene bekendheid" en op ,,slechtheid"<br />

en er bleek later dat men, na al de moeite, niet geslaagd was<br />

in 't, vnldnpn van de wettion voorwaarden ?<br />

Dan zou men in verzoeking komen braaf to worden uit moede<br />

1n" .1-irk<br />

.<br />

Vierde vraag. Heeft de justitie to Maastricht de ,autoriteiten"<br />

ook opgedragen toetezien : hoe 't orgelpaar nu 't kind behandelt ?<br />

Is er ook vrees dat de vormelykheid der Wet, die 't afwees,<br />

omdat die stukken niet in orde waren, nu gewroken wordt op den<br />

armen jongen, die 't Loch niet helpen kan, dat z'n ouders nict<br />

dilioent waren in -- -alat-mepn bekendeslopliflit-id" ?<br />

Ret hart bloedt by de gedachte aan 't lot van dat schaap .<br />

't Is to hopen dat het jongetje nooit to weten komt, hoe z'n<br />

ouders zich beyverden hem to maken tot pupil van de Nederlandsche<br />

Wet . Dat gevoel van to veel zyn<br />

hP.P.1 nn annap.naam wp.zp, -nin<br />

'n orgelfamilie, moet<br />

Maar w&1 past deze bydrage tot de kennis der offici6ele zedelvklie,id-<br />

als seherne teoen4elling- by de zaak van Mevr . X .<br />

Wanneer men nagaat hoe de nakomelingschap ons verachten<br />

zal by 't beoordeelen van onze beschaving, van onze wetten, van<br />

ons gevoel, van onze menschenlielde, van ons gelool, - pigi en<br />

niet p6ge - dan voelt men iets als schaamte by 't erkennen van<br />

tydgenootschap, door 't schryven van 'n jaartal .<br />

451. 0, er zyn veel voogden - en ouders ! - die verdienen zouden<br />

to recht to staan voor de chambre ardente to Zwol. Hoe zou 't<br />

de regeering van den Nederlandschen Staat maken, als zy eens<br />

word opgeroepen zich to zuiveren van den blaam, dat ze schuldig<br />

is aan verwaarloozing en mishandeling van pupillen en stiefkinderen<br />

?<br />

Om nu niet to spreken van 1ndi6, hoe is 't gesteld met z'n<br />

eigen kind, met het Nederlandsche Volk ?<br />

Dit willen we eens nagaan en als handleiding daartoe, acht<br />

ik 't goed hier een brief to publiceeren, then ik voor weinig inaanden<br />

schreef, en waarop me byval tendeel viel . 't Zal misschien<br />

nuttig wezen then byval op to wekken in grooter kring, opdat<br />

er kracht ontsta door vereeniging .


ID EE,TN' YAN TVITTLTATUL-1 . 29<br />

-Den Flaag, 110 J811LI-Ol'i 1864<br />

Amice Wy hebben meernialen en vooral in den laatsten tyd,<br />

al pratende ons bezig gehouden met de publieke zaak. Dat praten<br />

is 8preken geworden, en uit dat spreken is zekere stemming voortgevloeid,<br />

die ons dringt vender to gain, en 't niet to laten blyven<br />

by spreken. Handelen dus, werk.zaam zyn, lets doen, dat is do<br />

aandrift die sedert weken en maanden ons vervult, en meermalen<br />

stuiten we alleen op de vn.-iag : hoe ? Als 't xaar is, dat alle beginselen<br />

moeielyk zyn, dan verklaar ik dezen brief voor een moeielyk<br />

Slechts zeven jaar zvii er stAert deze dagf eell-ening verloopen, en reeds<br />

konit my dit stuk verouderd voor . Er had eerie groote verandering plaats .<br />

De toestand des Volks is geenszins verbeterd, maar 't publiek levee is in<br />

zooverre ontwaakt, dat men alont op zulke verbeteringen begint aan to drillgen<br />

. Wat voor zeven jaar de zwartgallige meening sclieen van den pessimist,<br />

werd in korten tA 'd erkende waarheid, en weldra geineenplaats . Eerlang<br />

zal't, met behulp van allerlei schreei-twerties en seliry% , ertjes, eerie vervelende<br />

scic zyn, een afgezaagde deun . Men lieeft rare in Kainer en kroeg zoo herhaaldelyk<br />

nagepraat (51) dat ik by de correctie van ni'n eigen werk, gedurig den<br />

indruk voel, alsof ik de courauten van gister en eergisfer gekopi6eerd had .<br />

Nageslacht dit is zoo iiiet! Aan ii die 't ziilt, ondermnden hebben dat ik<br />

waarheid sprak, aan u verklaar ik dat er in 1864 mood noodig was, ow 't<br />

eerst en alleen staande, to zeggen wat nu in ieders atond is .<br />

Ik verwys overigens, wat ii)yne beoordeeling van den toestand des Nederlandschen<br />

Volks aangaat, naar iii'n Ben en auder over Pruisen en Nederland,<br />

en de beide brochures over t'ryen-Arbeid, daar ik niy overtuigd houde<br />

dat inyne beschouivingen over dit onderwerp, eeninaalaan geschiedvorschers<br />

bronnen zullen leveren, by 't nasporen der oorzaken van Ilollands val .<br />

Hot is dan ook voornamelyk hierom, dat ik de lezing van 't nu volgend<br />

Auk - in nauw verband met 452 - nog altyd durf aanbevelen, onder opinerking<br />

evenwel, dat ik 't nu anders schryven zou . By alle kwalen, die bestaan<br />

bleven, heeftt zich een nieuwe ramp gevoegd : "het geka,kel der politiseerende<br />

demokraatjes . Arm yolk dat gored moot worden door zulke advokaten<br />

!<br />

We hadden : liberalismus, Thorbeckery, behoud, halfheid, traagheid, karakterloosheid,<br />

vervalschte levensmiddelen, specialiteiten, kiezery, Kamerspeeches,<br />

verrotte politieke atmosfeer . . . . dit alles was niet genoeg ! De clubziekte ontbrak<br />

nog. De heeren democraat-byeenkomers zien niet in, dat ze nu reeds --<br />

't is wat vroeg - al de fouten overnemen van de nog niet verslagen tegenstanders<br />

(7). Het aantal Volks toes tandverbeteringen is legio, en allen kopi6eren<br />

de Tweede-Kamer -'n ongelukkig model! met belachelyke nauwkeurigheid<br />

. In-plaats van praten, had men moeten beginnen to leeren lezeii,<br />

en zich to oefenen in denken. Wal er nu voor den dag konit is onbekookt .<br />

De toekomst is zorgwekkend, of liever - ii , ant zorg veronderstelt, niogelykheid<br />

van redding -- de toekoinst is veroordeeld .<br />

GEORGE DANIDIN heeft hot gewild !<br />

Ook in de Volksvertegenwoordiging begint men my iiateprateil . Men<br />

herhaaIt myne OpMerkingen, men bezigt inyne uitdrukkingeD . . . . altyd<br />

zonder my to noenien, natnurlyk . Eene zaak slaat men gewoonlyk over<br />

rnyn aandringen op recht !<br />

Hot is dan ook dit gebrek ani) eerIvIdieid, -waar(loor alle herstel ollmogelykwordt<br />

gernaakt . (1872)


30 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

werk, want myn voornemen is hem to maken tot punt van uitgang,<br />

althans dit to beproeven . Ik zal schryven zonder veel inspanning<br />

opmerking en studie is 't schryven voorafgegaan -- losweg en<br />

als pratende, met dit verschil alleen tusschen myn tegenwoordig<br />

schryven en vroeger gesprek, dat het u mogelyk wordt door het<br />

meedeelen van deze blaadjes, dezen en genen deelgenoot to maken<br />

van onze inzichten. En daarom noem ik dit schryven een punt<br />

van uitgang wijl het u in de gelegenheid zal stellen to onderzoeken,<br />

of wy dan zoo geheel alleen staan met°onze meening<br />

I . Dat er aan 't weizyn des Yolks veel ontbreekt .<br />

II . Dat dit voor een groot deel is toeteschryven aan _verkeerdheden<br />

in de Staatsinrichting .<br />

Na deze beide punten to hebben behandeld, wil ik my bezig -<br />

houden met het onderzoeken van de vraag, welke middelen daartoe<br />

zouden moeten aangewend worden . *) Doch ik herhaal hier<br />

dat dit schryven inderdaad het eerste middel is . Gelukt het u nainelyk,<br />

door 't meedeelen van deze bladzyden, sommigen to bewegen<br />

tot aansluiting aan onze voornemens, dan volgt de verdere<br />

loop der zaak vanzelf . Zoo niet, dan is 't moeielyker . Want publiciteit<br />

is . . . . kracht, ja, maar kracht voor de toekomst alleen . Publiek<br />

is niemand . Publiek gelooft, neemt aan, juicht toe of verwerpt,<br />

beschimpt en verdoemt maar : toegejuicht of veroordeeld,<br />

men blyft even ver als voor Publiek's meening . t)<br />

*) Op deze incorrecte uitdrukking kon ik by 't behandelen der kroinschryvery<br />

van Mr . THORBECKE terug . (1872)<br />

t) Algemeene toejuiching is zelfs schadelyk in een klein land . Nooit heeft<br />

de ellendigste droogstoppelary zich vaster op 't kussen gezet, dan na „'t<br />

mooi vinden" van den Havelaar . Wat de behouders deden met schrooni<br />

en matig, doet een huichelend liberalisme met grenzelooze ondeschaamdheid .<br />

Men is immers zoo zeker van de stemmen !<br />

Voor-en-na worden de indische residenten gepensioneerd en trekken naar<br />

Driebergen. De Vry-arbeid regeert in den Haag. DUYMAER VAN TWIST rust<br />

op z'n buiten . De bloedige oorlog op Borneo rust niet. Groote spoorwegconcessien<br />

hebben de kleine kultuur-kontrakten vervangen . Voor nog geen<br />

jaar zyn in 't Buitenzorgsche, dus in de onmiddellyke nabyheid van den gouverneur-generaal,<br />

Javanen van honger gestorven, precies als in den Havelaar.<br />

Men kan 't nalezen in 't Bataviaasch Handelsblad. De Nederlandsche couranten<br />

hebben 't overgenonien zonder commentaar, en even droog alsof 't de verplaatsing<br />

gold van een brigadier der marechaussees . In de Kamer worden sans<br />

vergogne vervalschte stukken overgelegd in de zaak van den Heer STIELTrES.<br />

Niemand klaagde er over. 't Schynt zoo to behooren .<br />

Wat heeft Publiek gedaan om iets to veranderen in then toestand ? Niets !<br />

Ja toch, men heeft den man die, niet met een pedant praatje, als THoR-<br />

BECRE, maar met opoffering van zyn duurst belang, aantoonde : „dat er<br />

verrotting in den staat was" gehoond, gelasterd, en trachten to smoren door<br />

hem 't leven moeielyk to maken .<br />

Een der eerste daden van ons liberaal rrunisterie was - onder andere der-


IDEEN VAN MULTATULL 31 .<br />

E6.n persoon, die uit hartelyke overtuigiiig steunt of tegenwerkt,<br />

weegt zwaarder in de schaal die overslaat naar slagen of mislukken,<br />

dan 't gemiddelde van al de stemmen die elkaft viceversa<br />

vernietigen. Wanneer het u of my gelukte ' eenige personen<br />

byeen to brengen, die ernstig het goede willen, is er meer gewonnen<br />

dan by algemeene toejuiching, die krachteloos wordt juist door<br />

hare algemeenheid .<br />

Ik wil een voorbeeld aanhalen van die onmacht der publieke<br />

opinie, in tegenoverstelling van de macht die kan worden uitgeoefend<br />

door een individu.<br />

Stel ii voor, dat ge een accoord hadt gemaakt met 'n koetsier,<br />

om u to vervoeren van Arnhem naar Amsterdam . Ge betaalt<br />

hem vooruit. Naby Utrecht blyft by staan met zyn rytuig . Waarom,<br />

doet nu niet ter zake : by will dat zoo. Hy bekommert er<br />

zich niet om, of gy haast hebt, of 't u onaangenaam is, langer<br />

dan noodig to vertoeven in z'n rytuig, Ity heeft in zyn belang,<br />

of vermeend belang, zich 't recht aangematigd u to doen wachten .<br />

Naby Amsterdam vertoont-i dezelfde komedie nog eens, en arrogeert<br />

zich zelfs 't recht u optesluiten in z'n wagen, zoolang by<br />

verkiest.<br />

Welk individu zou zich zoo'n behandeling laten welgevallen<br />

Niemand!<br />

Nu, 't ,Publiek" w6l . De Rynspoor-directie steunende op die<br />

onniacht van 't Publiek, op de zwakte der ~Iyemeenheid., durft<br />

to doen, wat niemand zich zou veroorlooven omtrent 'n persoon,<br />

en waar ieder persoonlyk zich beklagen zou over den voerman,<br />

die misbruik maakte van z'n koetsiersgezag, gaat de weerzin van<br />

't publiek krachteloos verloren in onnutten wrevel .<br />

En als nu die onmacht blykt, zelfs dan wanneer al de leden<br />

eener verzameling geleerde individu6n samenstemmen in ontevredenheid<br />

- niem and zal beweren dat de bedoelde handeling<br />

van de Rynspoor-directie hem behaagt - hoeveel te-meer is dit<br />

dan het geval, waar de algemeenheid der goedkeuring van nieuwe<br />

denkbeelden, tegenstand uitlokt . Tegenstand uit eigenbelang, uit<br />

onkunde, uit vooroordeel, uit de verwaande begeerte tot het voeren<br />

van 'n eigen viag . 0, zal men misschien zeggen, de waarheid<br />

zal zegevieren, en wie anders wil overwinnen dan door haar, verdient<br />

die zegepraal niet . Dit is zoo . De waarheid zal zegevieren,<br />

nadat de leugen tijd in overvloed heeft gehad, zich to verzadigen<br />

gelyke - den Heer CORNETS DE GROOT die nooit wet byzonders uitrichtte,<br />

DERTIEN DUIZEND gulden 's jaars to bezorgen! En Havelaar's kinderen<br />

lyden gebrek .<br />

Ik zou er niet over spreken, als 't my maar niet belette to werken . Ddirover<br />

klaag ik, en men zal begrypen, waarom ik Publiek, met of zonder z'n<br />

toejuichingen of ,rrooi-vinden" veracht . Ik doe niets om mooi of leelyk to<br />

worden ,,evonden . Pat, is 't, work van publieke vrouwen en van mannen die<br />

&aarmee gelykst ,awt . (L864)


32 TDEEN VAN MULTATULT.<br />

aan misbruik. Zeker zal 'n tyd komen, dat men met minachting<br />

neerziet op den tegenwoordigen toestand, maar zy die daarvan<br />

voordeel trekken ten nadeele van 't algemeen, zullen niet meer<br />

citabel zyn voor de rechtbank, die dan uitspraak doen zal. Het<br />

baat den Javaan weinig, of men eenmaal de Nederlandsche overheersching<br />

zal afsehetsen als een droogstoppelig Jezuitisme . De<br />

weinigen die zich vetmestten tenkoste van de algemeene nationale<br />

eer, en met voorbyzien van de algemeene welvaart, hebben daardoor<br />

geen grein verloren van 't gewicht, dat hun oneerlyke winst in<br />

de schaal legt van hun oneerlyk gezag . Het baat der Natie weinig<br />

of reeds nu deze en gene inziet hoe ze wordt opgeofferd aan de<br />

goochelary van een zeer kleine clique zoogenaamde Staatsmannen .<br />

Die ,staatsmannen" plukken intusschen de vruchten van wat zy<br />

zaaiden, en de Natie levert daartoe gedurig bodem en bemesting .<br />

Ja, zeker zal de waarheid zegevieren, zeker ! Dat zeide ook<br />

gewis 'n enkele denker by 't zien verbranden van een heks .<br />

Maar . . . . 't arme oude vrouwtj en is verbrand .<br />

En de ,heeren van den gerichte" dier dagen zyn rustig gestorven<br />

op hun bed.<br />

I . Er ontbreekt veel aan het welzyn des Volks .<br />

Deze stelling laat zich gevoegelyk beschouwen uit drie gezichtspunten<br />

a.) Er ontbreekt veel aan den zedelyken toestand des yolks .<br />

b .) Er ontbreekt veel aan den verstandelyken toestand des Volks.<br />

c.) Er ontbreekt veel aan den stoffelyken toestand des Volks .<br />

a.) Moreel. Hoe is de toestand van publieke eerlykheid ?De statistiek<br />

der rechtbanken toont aan, dat zoogenaamd-kleine gluipende<br />

lafhartige vergrypen toenemen. De misdaden waartoe energie,<br />

moed, vaste wil, vereischt worden, nemen af . Kindermoord<br />

is frequent, en men yst by 't denken aan het cyfer der vermoorde<br />

kinderen, als men 't onbekende afleidt uit het aantal dagelyks<br />

blykende gevallen. Het vinden van kinderlykjes levert een welkom<br />

vulsel aan de couranten . En tevens bieden die kranten zelf,<br />

in hare annonces, 'n goede gelegenheid tot waarneming van 't<br />

peil der publieke zedelykheid . ,Geen gryze Karen meer ." ,Dit<br />

middel geneest nog iets meer dan alle kwalen ." Tie dat boek niet<br />

gel ezen heeft, heeft niets gelezen ." Enz .<br />

Men lette voorts op den Loon van polemiek op staatkundig<br />

gebied, van controverse in 't godsdienstige . Niemand acht den<br />

tegenstander, en al zeer spoedig bemerkt men, dat die wederzydsche<br />

minachting, gegrond is .<br />

Er behoort vervolgens ter schatting van de publieke zedelykheid<br />

to worden acht-gegeven, op de wyze hoe 't meerendeel des<br />

Yolks zich vermaakt. Arbeid is noodzaak, uitspanning keuze . Die<br />

keus geeft dus middelen aan-de-hand ter beoordeeling van zede-


IDER VAN MTTLTATULI . 33<br />

lyke ontwikkeling of bekrompenheid . Dis moi comment to t' amuses<br />

j e to dirai qui to es, zeg ik met wat verandering het bekende spreekw<br />

oord na . Het Volk spreeakt niet, het wawelt of twist . Het zingt<br />

niet, het lolt . - 't Is me om 't even of ik grof schyn in de keus<br />

myner woorden, myn hoofddoel is waar to zyn, onverschillig of<br />

die waarheid ruw of liefelyk klinke . De taken die ik behandel, zyn<br />

ook niet fyn . - Het Volk wandelt niet, het slentert. Het Volk<br />

vermaakt zich niet, het zoekt in luidruchtigheid, met of zonder<br />

opwinding door drank, een middel tot verdooving . Want de doorgaande,<br />

de normale toestand is : zorg . Ik zeg met voordacht<br />

zorg, en niet : smart, omdat er tot het gevoelen van smart, zekere<br />

vatbaarheid voor fynerr indrukken noodig wezen zou, die<br />

voor 'n groot deel verloren is gegaan, zelfs in die mate dat het<br />

oogenblikkelyk vergeten van de dagelyksche ellende, in de schatting<br />

der lyders rang heeft genomen van vermaak.<br />

Zeg my hoe ge u vermaakt, ik zal daaruit opmaken wie gy zyt .<br />

Ik weet dat het een fout is, uit op zichzelf staande feiten al<br />

to stoutmoedig to besluiten tot aigemeene conclusion . Maar ook<br />

*) Ieder kan uit de voorafgaande en straks volgende regels van den tekst<br />

beoordeelen hoe ik denk over de wyze waarop zeker gedeelte des yolks zich<br />

op de kermis vermaakt . In-weerwil daarvan of juist daarom, verklaar ik<br />

't afschaffen der kermissen voor wreed en dom . Er bestaat een rationeeler<br />

middel om 't misbruiken van de kermis to fnuiken. Men hehoeft ze slechts<br />

permanent to verklaren . Van zulken maatregel ware goede vruchten to wachten.<br />

Van belemmering of afschaffing nooit ! Expellas furca enz .<br />

Men had behooren intezien, dat de uitspatting een gevolg is van penurie<br />

aan vermaak . De arme lieden die 364/365e deel van 't jaar hun kommerlyk leven<br />

doorkniezen, zyn dol zoodra zy zich op then omen overigen dag opdringen<br />

,pleizier" to moeten hebben. En dit zou dan ook, in zulke omstandigheden,<br />

zonder den vervloekten jenever niet gelukken . Zeer kort nadat de niet<br />

heel aanlokkelyke kermisvermaken op-den-duur werden toegelaten-waarom<br />

niet, als er liefhebbers zyn ? - zou de nieuwsgierigheid naar tweekoppige<br />

kalveren en dikke dames verstompen, en dan ware de tyd gekomen<br />

om zorg to dragen voor uitspanning van beter soort . Dan ook zou die poging<br />

slagen, en door den veranderden smaak van 't Volk zelf. En . . . . men voorkwam<br />

den wrevel die thans hot zeer natuurlyk gevolg is van 't verbod .<br />

Zoo-als men nu doze zaak behandelt, is er geen verbetering denkbaar .<br />

Eerst de menschen krankzinnig to maken door onthouding, en dan door<br />

nog meer, of zelfs volslagen onthouding hen to willen terugbrengen tot rede<br />

. . . . 't is al to dwaas .<br />

Zulke maatregelen zouden dan ook in niemands hersenen opkomen, indien<br />

niet de geloovery de hand in 't spel had : „God" wil niet dat men zich vermaakt<br />

.<br />

Ik bezweer dat er geen vreugdhatende goden of gemeentebesturen noodig<br />

zyn, om den arme to behoeden tegen weelderigheid . Men behoeft waarlyk<br />

deze aarde niet kunstmatig tot 'n jammerdal to maken, om 't verlangen<br />

naar den hemel levendig to houden . Met die taak belast zich voor 99/IOOe<br />

deel onzer natuurgenooten, de nypende zorg voor 't dagelyksch brood, de<br />

vreeselyke Kamp f urns Dasein . (1872)<br />

IDEEN TI 3


34 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

zou 't een fout wezen, niet, to letten op schynbaar nietige voorvallen,<br />

waar we zoo dikwyls zien dat belangryke waarheden door onbeduidende<br />

verschynsels worden aan 't licht gebracht . Ik herinner<br />

me by de behandeling van het thema : „de keus van vermaak,<br />

een kenteeken van den stand der beschaving" eene opmerking,<br />

die ik maakte by gelegenheid eener kermis to Amsterdam .<br />

Men j oelde, verdrong zich, en . . . . maakte veel geluid. Dat geluidmaken<br />

bestond in 't vry vervelend herhalen van twee of drie<br />

maten tang. Om exact to zyn, mag ik niet zeggen dat men ,,liedjes"<br />

zong . Het eentonig geschreeuw bestond in eene uitboezeming<br />

de diepzinnige beschouwing der crinoline . Velen noemen het een<br />

,,onzedelyk lied ." Dit is myns insziens onjuist gezegd, in then zin<br />

namelyk, dat de ,onzedelykheid niet zoozeer is gelegen in zekere<br />

zeer laffe toespeling op de geslachtsdeelen, als wel in de verwaarloozing<br />

van 't schoonheidsgevoel. Niemand is slecht omdat by<br />

blyk geef t to weten hoe de mensch gevormd is, vrouw of man<br />

om 't even, maar wel is 't een bewys van zedelyke verlaging,<br />

uitspanning to zoeken in 't onophoudelyk uitschreeuwen van dezelfde<br />

waarheid waarnaar niemand vraagt, en welker herhaling<br />

dus - op z'n zachts gezegd - overbodig is.<br />

Over 't algemeen bestaat er een groote afdwaling van de waarheid<br />

in 't schatten der zedelykheid . De nauwte van ons landje<br />

en onzer woningen, de duurte der voedingsmiddelen, de moeite<br />

om „aan den kost to komen dit alles heeft veroorzaakt dat<br />

men by die schatting, teveel de geslachtsdrift wil to-pas brengen .<br />

(366) Als 't kleeding, brood en vleesch regende, zou dat gauw<br />

veranderen, en ons arm gemeen zou zeer spoedig uit zichzelf 't<br />

pros sel van z'n liedjes flauw vinden . *)<br />

Dat het gemeen, in afwachting van wat ruimte in spys en woning,<br />

nu grof en smakeloos is, stem ik toe. En misschien worden<br />

weinige ooren daardoor zoo onaangenaam aangedaan als de myne .<br />

Ik houd niet van grofheid, en voel dikwyls myn smaak gekwetst<br />

in heel andere gezelschappen dan er zingend loopen op straat .<br />

Maar ik maak verschil tusschen 't beleedigen van den smaak,<br />

en krenking van het hart . De straatliedj es noem ik vies en wal-<br />

,gelyk . Het byblad van de Staatscourant noem ik slecht .<br />

Naar myn gevoel - en ook naar myn gevoelen - is een minis-<br />

*) Ik bedoel hiermede niet, dat de inhoud van een lied juist altyd iets<br />

als weerklank geven zou van wat in 't gemoed des zangers omgaat. Dit is<br />

eene algemeen verspreide dwaling . Hoogstens kan men daaruit eenigszins<br />

- en nog volstrekt niet altyd - besluiten tot z'n smaak, en daarby speelt<br />

de melodie, 't wysjen, een hoofdrol . Het invoeren of opdringen van zoogenaamde<br />

volksliederen is onmogelyk . Zoo zyn er ook verzemakers die meenen<br />

dat men legenden makers kan. En er worden kindergedichtjesgefabriceerd . . . .<br />

altemaal onzin . Die dingen hebben wortels noodig, waaruit zy groeien . Ze<br />

moeten ontstaan, en kunnen niet op kommando vervaardigd worden . Ik hoop<br />

gelegenheid to vinden, op dit onderwerp terugtekomen (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 3 5<br />

ter of ander staatsdienaar, die rang, inkomen en macht aanneemt,<br />

zonder daarvoor terugtegeven eene evenredige hoeveelheid yver,<br />

kunde en goede trouw, oneindig dieper to verachten, dan personen<br />

die, uit armoed van ziel, zich schuldig maken aan grove toespeling<br />

op 't geslachtsleven . 't Een is laf, plat, smakeloos . Het ander<br />

noem ik misdadig .<br />

Het klein gemeen vraagt en verdient genezing. Het groot gemeen<br />

moet gesti-aft worden, en zonder genade . Want het is geen<br />

geringe zaak een heel Volk to bederven . Dat 's wat erger, dan<br />

't zingen van domme liedjes.<br />

Nu, de kermistroep dacht niet aan byblad of ministers, en<br />

zong zulke liedjes . Men vermaakte zich, en ik wilde dat vermaak<br />

schatten, meten, wegen, beoordeelen . Ik werd in m'n studie<br />

geholpen door 'n schreeuwende bende die eensklaps ophield met<br />

het uitgalmen der natuurlyke historie van de crinoline, en bleef<br />

stilstaan voor 'n koffiehuis .<br />

Welk vreemd voorval was belangwekkend genoeg om 't vermaak<br />

of to breken ?<br />

Voor het koffiehuis stonden stoelen. Een heer zat daar, zeker<br />

als aanschouwer van de kermispret . Misschien oak waardeerde<br />

by 't gehalte der vermaken, en zie : die heer had z'n hoed algezet .<br />

Dit was alles .<br />

,,Ei kyk, 'n heer zonder hoed! M'nheer, je zal . ko -h vatten!<br />

M'nheer, kom hier, ik zal je toedekken !" enz .<br />

Het schandaal van iemand, die 't waagde een oogenblik daar<br />

to zitten zonder hoed, was belangryk genoeg om het vermaak to<br />

vergeten, of liever dat grootere vermaak verdrong gedurende 'n<br />

paar minuten het kleinere . Wat moet men nu denken van de<br />

11titspanning der feestvierders over 'N 't geheel, als er zoo weinig<br />

noodig was om de heele uitspanning to vergeten ? En men meene<br />

niet dat deze opmerking op zichzelf staat . Noch dat ze niet thuis<br />

hoort in dee rubriek : toestand der zedelykheid . Ik herhaal, dat men<br />

to veel gewoon is, by dat woord alleen to denken aan zaken die<br />

in betrekking staan tot het geslachtsleven . Ik heb daarover geheel<br />

andere begrippen dan de gewone en trachtte myn meening<br />

kort en forsch to formuleeren door de uitdrukking : de eer van<br />

den mensch woont boven den navel . Doch al is men dit niet met<br />

my eens, al beweren sommigen - zeer ten-rechte misschien 1<br />

dat ik hunne eer een to hooge plaats aanwys, dit Loch zal ieder<br />

moeten toestemmen, dat er geen grooter onzedelykheid kan bestaan,<br />

dan eene zoo ellendige armoede van ziel als men alom by 't<br />

Volk kan waarnemen . Is onzedelykheid niet to vergelyken by een<br />

ziekte ?En is niet by ziek, die uitgeput is, en zwak, en hongerend,<br />

en verslapt ? Ligt er dus niet onzeddykheid in die totale absentie<br />

van wil, geest, gevoel smaak ? Is die leegte niet onzeddyk ? 0 zeker,<br />

men zou den man niet gezond noemen, die Teed aan een gelyksoortige<br />

versterving van 't lichaam! Bloedarmoede, gebrek aan veer-


3 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

kracht in de spieren, uittering * ), verval van krachten, dit alles valt<br />

lichter waartenemen. Maar de ziel, die zedelyke werking van 't<br />

lichaam, zou verwaarloosd kunnen worden zonder gevaar ? Dit is<br />

ongerymd . En ik noem de dwaling on yedelyk, die de zedelykheid<br />

alleen zoekt in dingen van meestal conventioneelen aard . Kracht is<br />

geest, energie, het scheppingsvermogen der gedachten, dat is niet conventioneel,<br />

dat behoort tot de dagelyksche gymnastic van den<br />

mensch. Waar wy die gymnastie zoo in het oogloopend zien verwaarloozen,<br />

zou 't misdadig wezen, daarvan geen melding to<br />

maken, daarop niet to wij zen als een verontrustend verschynsel .<br />

Ieder is by machte het eenvoudig voorbeeld, dat ik aanhaalde,<br />

to toetsen aan eigen ervaring . Het nietigst voorval op de straten<br />

geeft welkome aanleiding om de gedachten aftetrekken van de<br />

schrale werkelykheid. Een kip to-water is 'n schouwspel . Een<br />

eenigszins vreemd kleedingstuk geeft stof tot gejoel . Een dronkeman<br />

geeft ware feestvreugde .<br />

Wanneer nu sommigen beweren, dat ik de laagte der zedelykheid<br />

ten-onrechte noteer op de peilschaal van 't vermaak, vraag<br />

ik of m'n opmerking niet ten-volle wordt bewaarheid, wanneer<br />

men 't oog slaat op schynbaar ernstiger zaken dan vermaak . Schynbaar<br />

. . . . want : all es is in ales. Genot en vermaak zyn evenzeer<br />

integreerende deelen van 't mensch-zyn, als arbeid en inspanning .<br />

Wie kan ontkennen, dat ons Volk laag is gezonken, als men<br />

let op den lawmen toon, die er heerscht in 't zieleleven, toegepast<br />

op zaken ? Waar is ondernemingsgeest ? Welke groote flinke dingen<br />

worden tot stand gebracht ?<br />

Zoo-even over vermaak sprekende, doelde ik voornamelyk op<br />

de zoogenaamd lagere klasse, schoon ook de hoogere stof genoeg<br />

zou leveren tot gelyksoortige opmerkingen . Waar van zaken<br />

kwestie is, mag men de veerkrachteloosheid van den groothandelaar,<br />

niet afscheiden van de lamme mismoedigheid, die den werkman<br />

kenschetst. Ik laat nu in 't midden of handel alleen in-staat<br />

is eene iatie to onderhouden, met wat zekerheid voor de toekomst,<br />

doch dit nu voorbygaande, welke handel ' dryf t Nederland ? De<br />

beide hoofdartikelen van den zoogenaamden Nederlandschen handel<br />

bestaan in koffi en suiker, en die handel zal ophouden, zoodra<br />

wy de tuinen missen, waarin wy die artikelen doen voortbrengen<br />

op'zeer onzedelyke wys . En, de onzedelykheid der manier van<br />

voortbrengen daargelaten, kan het handel heeten, dat kunstmatig<br />

makelaarschap tusschen 't consumeerend Europa, en den tot<br />

slaaf gemaakten Javaan ? Er is inderdaad aan handel, aan wezenlyken<br />

handel, een zeer geniale zyde . Een der kenmerken van<br />

*) Uittering. Zoo schreven de hh. D . V . & T . W. De bedoeling is nitt<br />

eering. Z66 namelyk behoort 't woord geschreven to worden, en wel niet alleen<br />

om redenen van praktyk - iets waarmee die heeren zich liefst niet inlaten<br />

- dock ditmaal ook op gronden die in hun eigen schoolmeestery to<br />

huis behooren. (1842)


IDEEN VAN MULTATULT . 3 7<br />

zulken handel, is het opwegen, in zekere mate, der kansen van<br />

winst door verlies . De verhouding tusschen die kansen - ik zeg<br />

niet de gelykheid, want dan zou 't dobbelen zyn - veroorzaakt<br />

zekere spanning, die moed, kracht, inzicht, kennis, energie vordert .<br />

Welke energie of kennis is er noodig tot het verschacheren van<br />

waren die' men. verkreeg tegen pryzen welke de kooper zelf vaststelde<br />

naar willekeur ? Ben ik handelaar, als ik me beer maak<br />

over 'n werkman, en hem dwing z'n werk aan my to leveren<br />

tegen een prys beneden de markt ? Sluit dit niet alles buiten,<br />

wat handel zou maken tot iets geestverheffends ? Moet niet<br />

by die daarme6 zich hoofdzakelyk bezighoudt, vanzelf terugvallen<br />

in een zeer onzedelyke apathie ?<br />

Wees niet bevreesd voor de tegenwerping dat de materieele<br />

zycle alles domineert, dat men niet ver komt met sentimenteele<br />

politiek, want straks by 't behandelen van den 8tollelyken toestand<br />

des Volks, zullen wy zien dat hier, gelyk veelal, zedelykheid -de<br />

ware - hand-aan-hand gaat met welvaart, en dat het voordeel<br />

van de weinige exploiteurs die zich handelaars noemen,<br />

in-geenen-deele bet voordeel is van de Natie . 't Zou dan ook wel<br />

heel ongelukkig wezen, als een Volk ontzenuwende handelingen<br />

noodiq had om to blyven bestaan . Zoo'n yolk mag uitsterven<br />

als de roodhuiden .<br />

Handel ? Is de geestdoodende vrachtvaart van producten<br />

z66 voortgebracht ! - b andel ? De overgroote meerderb eid onzer<br />

reederyen staat in ondernemingsgeest beneden de aandeelhouders<br />

in een binnan-trekschuitveer . Deze toch zyn onafhankelyk van kansen,<br />

welker berekening eenige inspanning gekost heeft, terwyl d(,,<br />

zoogenaamde groote vaart, met volkomen zekerheid hare inkomsten<br />

vooruit ken vaststellen, of waar zy dit niet kan - zoo-als<br />

byv. onlangs by de vrachtvermindering - geheel afhangt van<br />

de willekeur eener party, en niet van den natuurlyken loop der<br />

zaken . De mogelykheid bestaat dat 'n ministerie, Set zeer gemakkelyken<br />

pennestreek, de vrachten terugbrengt tot Wrig bedrag<br />

en daartoe ware slechts zekere invloed noodig, then A,,,-,-Y,herhaaldelyk<br />

op zeer onzedelyke wys hebben zien influenceeren op de publieke<br />

zaak . Alzoo is die dusgenaamde handel oeheel-en-al afhan -<br />

kelyk van luim of eigenbelang der regeering, of juister : van de<br />

weinige personen die tydelyk regeeren, en niet van een in de natuur<br />

der dingen liggenden toestand . Welk zeer onzedelyk dryven<br />

en pogen hieruit voortvloeit, behoeft geen betoog . Men verbeelde<br />

zich 'n speeltafel, waar sommige personen de niacht bezitten, de<br />

kaarten to verdeehen near goeddunken, en van die faculteit misbruik<br />

maken ten--behoove van vrienden, of ten nadeele van tegenstanders<br />

. Maar de onzedelykheid der reyeeriny hoort thuis onder<br />

de fouten der staatsini-ichting . Dus daarover straks .<br />

Handel, nog-eens ? Wanneer men het daartoe noodig kapitaal -in<br />

economisch-juisten zin nit -- verdeeld heeft in . : kennis, ligging


38 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

en opbrengst van het land, hulpbronnen van verkeer, behoeften<br />

van eigen yolk en van anderen, kortom in al de factoren, die 't<br />

dryven van handel mogelyk maken, wie zal dan ontkennen dat ka<br />

pitaal -in dagelykschen zin : geld - een hoofdingredient uitmaakt<br />

van 't geheel ?<br />

Welnu, waar zyn de kapitalen des Volks ? Waartoe worden<br />

ze gebruikt ? De bezitting der kapitalisten steekt in papier, in<br />

schuldbrieven. En de voornaamste handel bepaalt zich tot ,,weddingschap<br />

op hausse of baisse" . Wie roode, geele of blauwe Grieken<br />

koopt, wedt dat die papieren zullen stygen . Wie ze verkoopt<br />

tenzy gedrongen door nood, en dit maakt de zaak niet schooner -<br />

wedt dat Griekenland zal achteruitgaan . En waarop bazeert zich<br />

dat wedden ? Op 't bestudeeren der omstandigheden van dat land ?<br />

Op kennis van zaken ? Volstrekt niet. Een gril, een luim, een niets,<br />

beweegt den effectenspeler tot koop of verkoop, en evenmin als<br />

de dwazen to Homburg of to Spa, weet b y reden to geven van z'n<br />

zet. Doch aan zoo'n speelbank is iets openhartigs by de zaak . De<br />

speculant op rouge of noir zegt, na voordeelig spel : ik heb gewonnen .<br />

Onze effectenlui zeggen, zeer onzedelyk liegende : ,ik heb verdiend !"<br />

Is 't handel eindelyk, de oproepingen die we dagelyks vinden<br />

van ,voorname" huizen aan 't publiek, om geld to schieten tot<br />

een onderneming, waartoe men hoogstwaarschynlyk Publiek's geld<br />

niet behoeven zou, wanneer ze zoo voordeelig waren, als die ,voorname"<br />

huizen dat afschetsen ? Daarby behooren dan : namen. De<br />

kommissaris is kommandeur van de een of andere kroon . Een der<br />

directeuren is staatsraad in zekere - of onzekere dienst. De raad<br />

van toezicht schittert van sterren en titels . Maar als later de geloovige<br />

geldschieter zich aanmeldt by een van die heeren, om dividend,<br />

om rente, om inwisseling a pari zelfs, van het verstrekte, dan blykt<br />

er, dat de heeren die de oproeping teekenden, de onderneming<br />

wel patroniceerden, maar volstrekt niet garandeerden. Het antwoord<br />

ligt aor-de-hand, al spreekt men 't dan liever niet uit<br />

,,Myn Mueie man . . . . dit begrypt ge toch . . . . als de zaak<br />

zoo goed ware geweest als we zeiden . . . . zou ik niet uw geld,<br />

maa .r m'n eigen geld daartoe gebruikt hebben ! * )<br />

*) Dat een niet bemiddeld persoon gelden tracht byeentebrengen voor<br />

eerie zaak die z'n eigen financieele krachten te-boven gaat, en by zulke gegenheden<br />

buitengewone voordeelen toezegt, kan zeer wel overeen to brengen<br />

zyn met goede trouw. Doch het aanpryzen van wistgevende ondernemingen<br />

door vermogende personen of „soliede huizen" is altyd zwendelary. Het antwoord<br />

dat ik in den tekst geven laat aan een bedrogen geldschieter, wy st<br />

dit Wt.<br />

Zoodra homers de voorgespiegelde winst hooger is dan de huurprys van<br />

't geld by disconto, wisselprolongatie, beleening of hypotheek, ligt het in de<br />

rede, dat het „soliede huis" of de vermogende persoon", de gelegenheid<br />

niet zou laten ontsnappen oin zelf de winst to behalen, die by nu - al to<br />

grootmoedig waarlyk ! - ten-beste geeft aan Publiek . Slechts eenmaal is


IDEEN VAN MULTATULT. 39<br />

Onlangs las ik eon dusdanige oproeping in de nieuwsbladen .<br />

Eenige heeren met vel.erlei titels -- de vrome ex-burgemeester<br />

van Amsterdam stond boven aa,11 - raadden de lezers aan, geld to<br />

schieten in eene internationale logement , -(`pzettery . - NB . (le<br />

my eene negotiatie voorgekonien waarop deze bedenking niet van toepassiiig<br />

was . Hot was by gelegenheid der pogingen oni kapitaal byeen to brengen tot<br />

bet Bergen der lading van een schip - de LUTINE --- ht voor omstreeks<br />

honderd jaar is gezonken, en rnillioenen scha~s aaii boord had . De oproepers<br />

erkenden, dat de zaak een dobbelspol was, en dat er mogelvkheid bestond<br />

de gestorte gelden to verliezen . Tegenover die kans stood natuurlyk groote<br />

wirist . De nemers van action ivisten dus waaraan zy zich b lootstelden . l k<br />

herhaal dat dit de geheel 66nige negotiatie van dien aard is, tegen welke ik<br />

myne beschuldiging van zwendelary diet staande houd .<br />

In 't voorbygaan noteer ik bier, dat ook de onlangs door 't Fransch Goitvernement<br />

gesloten leening, alweder een der infami6n, is, die we dagelyks<br />

ongestraft zien plegen door de dieven die zich fatsoenshalve financiers noemen .<br />

De winst die er door de Fransche regeeringsmanneii ten-koste van la there<br />

patrie -- het uitgemergeld Frankryk ! . . op die zedelooze manoeuvre behaald<br />

worden, zou voldoende zyn urn 'n termyn der oorlogsschatting aan de<br />

Pruisen to betalen . Ze bedraagt waarschynlyk een vy1de of een zesde der geheele<br />

Leening. De brave THIERS teekende openlyk voor een millioen frankeil,<br />

d. i. by maakte zich door 't storten van . . vier tonnen gouds tot schuldeischer<br />

van den Staat voor byna vy/ ton . Van 't gestorte geld trekt hy, tegen vyf<br />

procent over 't nominale kapitaal, ruim zes procent rente, en alzoo anderhalf<br />

maal de marktwaarde. Hy kan des-verkiezende elk oogenblik zyne a(--ti6n<br />

met twaalf procent winst van de hand zetten . Toch liet by in de couranten<br />

zyn deelneirdng aan die schelniery uitkryten als 'n blyk van patriotismus<br />

! To Parys beweert men dat by doze zonderlinge vaderlandsliefde, in<br />

't geheim nog veel verder gedreven heeft . En de schatryke minister POUYER!<br />

Ook doze heeft zich in zake ,vaderlandsliefde," niet onbetuigd gelaten .<br />

Die POUYE R QUERTIER wordt voor con bekwaani financier gehoudeii .<br />

Hy gaat door voor de Fransche VAN BossE . Sans comparaison met dezen<br />

- then ik voor gewoon-onbekwaamm houd als de meeste specialiteiten . Zie<br />

z'n becyferingen over de zoekgeraakte honderd en vyltiers miljoen - beweer<br />

ik dat de Fransche minister crimineel behoorde to worden terecht<br />

gesteld . De uitslag der door hem uitgeschreven Leening waarin by aandeel<br />

nam, bewyst dat-i zyn arm vaderland schandelyker plundert, dan . . . . van<br />

de onnoozele Communards beweerd wordt. Wie zal Frankryk redden van z'n<br />

redders ?<br />

Wat overigens de Leeningen aangaat, 't is altyd knoeiwerk . Hot leveren<br />

van geld aan den Staat, moet uitbesteed worden aan den minstvorderenden .<br />

Vat daarbuiten gaat, is uit den booze . Ik neem doze gelegenheid waar,<br />

om to voorzeggen dat zeer vele leeningen nooit zullen worden afgelost . Het voorwendsel<br />

tot afschaffing der staatsschulden zal te-zyner-tyd gevonden wordell<br />

in den woeker waarmee ze werden aangegaan . Daarvoor zyn echter ook<br />

redenen, die alle voorwendsels overbodig maken . Een dier redenen heet force<br />

majeure.<br />

Dit alles nu gaat op dit oogenblik Nederland nog niet aan . - Hot kan evenwel<br />

by de behandeling van Nederlandsche toestanden zyn nut hebben, op<br />

zulke zaken acht to geven . Ook ten-onzent bearbeiden de LANaRAND-Du-<br />

MONCEAU's een al to vruchtbaar veld . (1872)<br />

Onder de correctie dezer noot verneem ik, dat bet nianneke TRIERS eel-


40 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

vermoedelyke kapitaalskracht der onderteekenaars reikte waar-schynlyk<br />

ruim toe, om de benoodigde som, zonder Publiek, byeentebrengen,<br />

doch daarin bleken zy geen lust to hebben. - Dezelf de<br />

bladen behelsden op 'n andere bladzy, een entrefilet : , men verneemt<br />

dat de aandeelen in de internationale hotel-vereeniging,<br />

op de beurs to Londen met eene premie van 7 , '~, a I t', oo worden<br />

verhandeld !" De heeren dreven dus de edelmoedigheid zoo ver,<br />

dat zy die winst welke to Londen terstond to behalen was, niet<br />

voor zichzelf namen, maar die geheel belangeloos ter beschikking<br />

stelden van ieder, die in-staat was zich 'n aandeel aanteschaffen<br />

van 25 pond sterling .<br />

Zyn zulke kwakzalveryen zedel yk ?<br />

Is er moraliteit in 't speculeeren op de onkunde van de menigte<br />

die voortgaat aan zekere namen en titels eenige waarde to hechten ?<br />

Hoe 't overigens gaat met zoodanige ondernemingen ! Ik ben<br />

in de gelegenheid geweest, eene daarvan nategaan in wording en<br />

lang een nieuwe leening zal uitschryven . De couranten verhalen - wat al to<br />

naif vind ik ! - dat by deze aangelegenheid besproken heeft met z'n vriend,<br />

den ryken POUYER . Dus zal 't wel goed zyn, meenen ze .<br />

Eilieve wie 't proces van den prefect JANVIER DE LA MOTTE gevolgd heeft,<br />

en acht sloeg op de zonderlinge rol die de Minister van Financien POUYER<br />

daarin speelde, zal 't eenigszins vreemd vinden, dat men de ruggespraak met<br />

then man aanvoert als blyk van zorgvuldige behartiging der belangen van het<br />

Land.<br />

Na 't proces van JAN VIER, was dan ook de financier POUYER een onmogelyk<br />

personage geworden als minister . 't Was al to grof .<br />

Doch . . . . als vriend van THIERS en als bevoegd tot het beoordeelen van<br />

particuliere financie-belangen schynt by nog altyd bruikbaar to zyn . En dit<br />

ontken ik niet . De minister viel, maar de beursspeculant bleef staande,<br />

en is, na en door Frankryks ellende, ryker dan ooit . Niet minder dan vroeger,<br />

blyft-i alzoo geschikt tot complice van nieuwe schelmery .<br />

Frankryk kon en wilde de nog aan Duitschland to betalen drie duizend<br />

millioen, door vrywillige gi f ten by-een-brengen . De geestdrift was algemeen .<br />

Wie heeft dit plan tegengewerkt ? Wie heeft die geestdrift gesmoord ? Wie<br />

heeft zelfs 't beproeven belet, waarmee Loch niets gewaagd werd ?<br />

Dit deed het presidentje TxIERS, die met z'n makker POUYER op-nieuw<br />

wat verdienen wilde aan 't schacheren met 'n leening !<br />

Dat die leening met de noodige mise en segne van Regeeringswege, terstond<br />

zal volgeteekend worden, is buiten twyfel . Maar afgelost wordt ze<br />

NOOIT ! THIERS, POUYER en de medeplichtige bankiers - daaronder is oak<br />

'n Banque des Pays-Bas ! - zullen wel zorgen, de aanstaande non-valeurs<br />

van de hand to zetten, voor de uitbarsting van de algemeene Europeesche<br />

bankbreuk.<br />

Ikzelf heb daar in 'n prullekast, 'n paar honderd duizend franken liggen,<br />

in assignaten van een der vorige knoei-republieken ; \\ ie wil, kan ze kome :n<br />

zien . En zelfs ben ik bereid ze op aanvrage ter bezichtiging to zenden . Zal<br />

't yolk dan nooit wys worden ?<br />

Na achttien eeuwen goddienery, na vier a vyf eeuwen ridderschap en adel,<br />

nu ten-laatste in de handen van bankiers to vallen . . . . onze verlichting is<br />

van zonderlingen aard ! (Juli 1872)


IDEEN VAN MIULTATULT . 4]<br />

voortgang . Een bankierskantoor stelt, de negotiatie open, en<br />

begint met 'n speculatie op de dubbele beteekenis van het woord :<br />

goed . Een goed huis, dat is zoodanig 76ais, welks handteekening discomptabel<br />

is by de bank, heeft meermalen die renomm6e van goed,<br />

dat is : solide ter verplichte betaling, solvent, to danken aan 'n<br />

reeks van handelingen die volstrekt niet goed zyn . Hot bankiershuis<br />

waarvan ik sprak, was zeer solide. Of 't goed was in moreelen<br />

zin, zal straks blyken . Op aanpryzing van het,,goede" huis, waren<br />

de veertien of zestien ton die er tot de bedoelde onderneming<br />

noodig waren, spoedig by-elka&r . Ret goede huis vergat niet,<br />

de behoorlyke administratiekosten of to trekken . Indien . het dit<br />

verzuimd had by doze en vorige gelegenheden, zou immers het<br />

huis onmogelyk zoo ,goed" geweest zyn .<br />

Na 't verwerken van de hoofdsom, bleek er - of althans men<br />

gaf voor - dat er fouten waren ontdekt in de raming . De aandeelhouders<br />

werden genoodigd tot suppletie . Hot mes word op<br />

de keel gezet : ,om niet alles to verliezen, moest er 50% by."<br />

Velen deden het . Anderen, onmachtig, verkochten de aandeelen<br />

in het hoofdkapitaal voor 12 a 15 % . Van die aldus verkochte<br />

aandeelen, kwam het grootste gedeelte in-handen van het ,goedc',<br />

buis . Na eenige jaren arbeids, deed zich een force majeure voor,<br />

die volgens de circulaire van het ,goede huis" de zaak zeer beleminerde,<br />

en alle vooruitzicht den bodem insloeg, tenzy men voorzag<br />

in eene nieuwe suppletie van fondsen. Wederom daalden de<br />

aandeelen . Hot huis bad. geen concurrent in 't opkoopen, en<br />

maakte daarvan een ruim gebruik, met gevoig, dat eindelyk<br />

een bedrag van circa drie miljoenen gestorte fondsen, of wel de<br />

voor dat bedrag verkregen rentable arbeid, in het bezit is geraakt<br />

van het juis" dat daarvoor niet meer dan 9 a 12 %, of circa<br />

drie tonnen heeft uitgegeven . Hot verschil drukt het verlies lilt,<br />

dat geleden word door vele ay m ei? . Ik weet van zeer naby, dat 'n<br />

otide keukennieid, dienende by de familie van het „goede huh"<br />

haar spaarpenningen by die speculatie heeft ingeschoten .<br />

Is dit zedelyk 9<br />

Ik sprak van couranten en hare betaalde entrelilet8 . Is 't zedelyk,<br />

dat ze een verraderlyk : ,men verneemt" laten drukken voor<br />

een kwakzalversbetoog, en aldus op hare beurt misbruik maker<br />

van de lichtgeloovigheid der naive lezers ? Hoe overigens de<br />

nieuwsbladen in elkaar worden gezet, heb ik gekarakteriseerd<br />

in m'n eerste brochure over Vryen-Arbeid .<br />

En als er nog bewys noodig ware voor de verregaande onzedelykheif-1<br />

der voorlichters van de publieke *) opinie hebben we nict<br />

*) A 1s er nog bewys noodlly ware . Men lette eens op de geheel versebillende<br />

wyzen waarop de couranten't compte-rendu geven van eene Kamerzitting, van<br />

cone redevoering, van 't verhandelde by andere gelegenheden . Wordt niet<br />

alles op de meest onbeschaamdc wyze verwrongeu, verknoeid, verdraaid,


4 2 IDEEN VAN MULTATULL<br />

nog onlangs gezien t) hoe een zoogenaamd liberaal blad zich aan<br />

eon tegenstander verkocht ? Is dat zedelyk ? Wat moot men zeggen<br />

en denken van lieden, die jaren lang voorgaven zekere opinie<br />

to zyn toegedaan, en eindelyk na veel groote woorden van : principes,<br />

overtuiging, vaderlandsliefde, gehecb theid aan het ware en<br />

goede, die - nh dat alles - hun invloed, hun talent, hun orgaan,<br />

weggeven voor 't bod des tegenstanders, opdat-i zyn invloed, zyn<br />

talent, zyn orgaan daarvoor kunne in de plaats stellen, om later,<br />

wie weet ! - dat alles weer to verkoopen by een convenabel bod ?<br />

Is dit zedelyk ?<br />

Is 't zedelyk dat een predikant - onder toejuiching nog-al!<br />

z'n gemeente verwyt, dat ze dom en lichtgeloovig was in 't aannemen<br />

van de leugens, die by vroeger verkondigde voor loon,<br />

en dat by nu onbeschaamd voortgaat, dat loon to ontvangen,<br />

schoon-i betaald wordt voor 't bespreken van 't tegendeel ?<br />

Dat-i nu 't yolk bedriegt op twee6rlei wys, de geloovers door een<br />

walgelyk laffe klanknabootsing van de oude taal Kanahns, de half -<br />

denkers, door 't noemen van 'n waarheid hier-en-daar ? Dat-i voorts<br />

zich aanstelt als hadde by die waarheden ontdekt, hy, en niet de<br />

velen, die lang voor hem ze luide hebben verkondigd, en daarvoor<br />

scheldwoorden en laster inoogstten van hem en z'n geestverwanten<br />

? Ik spreek hier uit persoonlyke ondervinding .<br />

Is dat zedelyk ?<br />

Gy begrypt dat ik in dit vluchtig schryven minder betoog dan<br />

aanstip . Het is my minder to doen om volledig to zyn, dan waar .<br />

Ik zou nog veel to zeggen hebben over de scholen, over de kroegen,<br />

over de schouwburgen, over de kerken . Over de schandelykheid,<br />

welke er gedoceerd wordt in die inrichtingen . En over veel meer,<br />

dat ik nu oversla om 't bestek van dozen brief niet te-buiten to<br />

gaan . Ook zal ik op veel punten terugkomen by 't behandelen<br />

van den intellectueelen en stoffelyken toestand, daar alles zoo<br />

nauw in-elkaar grypt, dat splitsing moeilyk is . Voor ik evenwel<br />

afstap van de vluchtige opsomming der feiten, die over 't algemeen<br />

den staat van onzedelykheid der natie staven, wil ik nog<br />

even terugkomen op den zoogenaamd geringen stand . By den<br />

workman bestaat niet de minste gedachte, dat er door yver en inspanning,<br />

mogelykheid is tot ,vooruitkomen" . Hot blyft de vraag<br />

of die gedachte, als ze bestond, hem gelukkiger maken zou, en<br />

of niet de vruchteloosheid zyner begeerte hem meer zou grieven,<br />

clan thans zyn slaperige, onbewuste apathie, schoon 't aan den<br />

anderen kant zeker is, dat alle moreele en materi6ele vooruitgang<br />

onmogelyk blyft, zoolang by daartoe geen begeerte voelt .<br />

v, ,rvalscht naar den eisch der party waartoe het blad behoort ? Is dii suet,<br />

als de rest trouwens, in hooge mate onzedelijk. (1872)<br />

t) In den Haag namelvk, waar het ,Dagb1ad" van den beer MON Z'11<br />

tagenstander met huid en haar opslAte . (1872)


IDEEN VAN MULTATULI. 43<br />

Onze vrachtvloot is voor 'n zeer groot gedeelte, ja uitsluitendbyna,<br />

bemand met Denen, Noren, Zweden, Jutten en Oostzeeduitschers.<br />

Het Nederlan .dsche Volk, zoo by-uitnemendheid zeevarend<br />

naar men zegt, vaart volstrekt niet ter-zee . Er staan veel<br />

schepen geboekt op naam van Nederlandsche kantoren, dit is alles .<br />

De noodige energie -- toch zoo groot niet --- om dienst to nemen<br />

aan boord van een koopvaardyschip, schynt to ontbreken, en dit<br />

is to meer in 't oog vallend, wanneer men let op 't verschil tusscbeil<br />

de voeding van den matroos en van den ambachtsman, een vetschil<br />

dat menigeen naar zee rnoest lokken, naar 't schynen zoit<br />

aan ieder die geen acht slaat op 't treurig, zeer onzedelyk verschynsel,<br />

dat zelfs honger niet in-staat is bet, yolk wakker to<br />

schudden.<br />

Is die toestand zedebjk ?<br />

We&r moet ik aandringen op 't besef der onzedelykheid van de<br />

dwaling, die zedelooshei*d by uitsluiting zoekt in bet geslachtsleven .<br />

Dat hebben de heeren moralisten gemakkelykshalve ingevoerd<br />

om door 't prediken van ,onthouding" zich den schyn to geven<br />

van boetprofeten. Het, is zeker lichter de heel passieve deugd<br />

van onthouding to preeken, dan voorschriften to geven hoe men<br />

behoort to handelen. De ware zedelykheid is werkend, niet lydend .<br />

Deugd is : geluk geven, en geven is 'n hand cling .<br />

Hoe is 't uit dit oogpunt beschouwd, gesteld . met de zedelykheid<br />

van 't yolk ? Wat'is, om nu by de dusgenoemd lagere klasse<br />

to blyven, de vader voor den zoon ! De man voor de vrouw ?<br />

Tat zyn de kinderen voor de ouder-,, ? Hoe volbrengen die individu6n,<br />

van we&rszyde, in 't algemeen de verplichting, die wy zoo<br />

treffend vinden in een boek, maar zoo zeiden aantreffen<br />

in de wereld ? Klinkt bet niet byna als een ongerymde vordering,<br />

dat menschen inderdaad menschen zyn ? Geidt niet in 't spraakge -<br />

bruik, de uitdrukking : , by drinkt niet" als 'n lofspraak ? Zyn wy<br />

aiet reeds tevreden, als er van een workman wordt gezegd : "by<br />

is oppassend" alsof dit genoeg ware ? Alsof 't voldoende was, da,t<br />

1-1<br />

by geen reden geeft om to worden weggejaagd uit winkel of werkplaats,<br />

en alsof z'n zedelyke minderheid zoo wordt aangenomen<br />

als van algemeene bekendheid, dat zelfs de rorderixy van iets<br />

hoogers ons voorkomt als ongerymd ?<br />

Ligt er niet in de laagt,e der eischen, die we gewoon zyn to stelle-11<br />

aaii den geringeren stand, een bewys, dat er over 't geheel van de<br />

zedelykheid in then stand weinig verwacht ~korclt ?<br />

Van then stand ? Wat wil 't zeggen van then stand ? Is de<br />

scherpe afzonclering der standen, zooals die in Nederland wordt<br />

gehandhaafd, zedelyk ? Ik trek geen party voor den onttroonden<br />

adel der middeleenwen, maar zyn we zooveel verder. met ooze<br />

kruieniershoogheid ? Met onzen boerentrots ? Met de morgue van<br />

onze parvenu's ? Met de insolentie onzer vT-y-arbeiders ., contractanten,<br />

concessionnarissen, effectenprinsen, eti hoe al 't yolk lieetetj


44 IDEEN VAN MULTATULL<br />

m oge, dat'n onevenredig deel inslokte van de algemeene welvaart ? *)<br />

Welk nut heeft 't Volk getrokken van de fransche revolutie,<br />

als de plaats der ci-devants overal wordt ingenomen door ander<br />

canaille ? Drukte de belasting, die men in ontzag, goederen en bloed<br />

bloed moest opbrengen aan gemeene ridders, zooveel zwaarder,<br />

dan die,'r nu wordt opgebracht aan fatsoenlyk gemeen ? Is 't zoo'n'<br />

voordeel, dat wy de wolven hebben verruild voor vampiren ?<br />

Wonden en snellen dood, voor tering en langzaam sterven ?<br />

Wat beduidt overigens, die gelykheid in kerk of loge, de broederschap,<br />

die we hooren preeken, binnenskamers, maar die<br />

terstond schynt to vervallen, zoodra de broeders zyn teruggekeerd<br />

in de maatschappy ? Wat helpt het of men een God heeft, die als<br />

algemeene vader heeft to fungeeren, als i zyn gezin zoo ongelyk<br />

behandelt, voedt, kleedt en huisvest ? Of als de beter bedeelde<br />

broeders op de anderen neerzien met minachting ? Zou 't ook<br />

hier zyn : un lrere est un ennemi donng par la nature<br />

Is die afscheiding van standen zedelyk ?<br />

Meen niet dat ik gelykheid predik . Volstrekt niet. Zooveel als<br />

de maat van myn kleeding verschilt van de maat die 'r past aan<br />

m'n kleinen jongen(50) zooveel ook is er groot verschil in zedelyke<br />

waarde, in verstandelyke ontwikkeling, in gepresteerden dienst,<br />

en dus in aanspraak . Volstrekte gelykheid is ongelykheid, en<br />

daarom onbillyk . Maar 't verschil van, stand wordt niet aangewezen<br />

door verschil in bezitting . Hoe ? M'heer die of die wist<br />

miljoenen by elka&r to zuigen uit de bron, die alien moest ?amen<br />

. . . . anderen hebben to weiniq wat by to veel genoot . . . .<br />

en men zou hem by 't onwettig leeuwendeel, dat-i wist to verzame -<br />

len, nog eerbied en onderdanigheid bewyzen bovendien ?<br />

Is dit stellen van een premie op 't byeenschrapen van fortuin,<br />

niet laag en laf in wie ze aanbiedt, oneerlyk en laag in wie ze vordert<br />

of ontvangt ?<br />

Is die toestand zedelyk ?<br />

Ik erken, dat de lamzalige onderdanigheid van middelstand en<br />

armen my meer stuit dan de trots der anderen . Als ik kiezen<br />

*) Dit is op zichzelf reeds erg genoeg, maar de zaak blykt nog treuriger,<br />

als men bedenkt dat de aldus verkregen weistand de sporten levert,<br />

waarlangs men de Volkstribune en den ministerszetel beklimt. Vooral met<br />

betrekking tot Indische zaken is 't ergerlyk, juist zulke personen 't hoogstee<br />

woord to hooren voeren, die op 't bankje der beschuldigden behoorden geplaatst<br />

to worden . Men zie hierover o . a . de laatste bladzyden van Eew-en<br />

ander over Pr. en Ned. en eene passage in 528. (1872)<br />

t) De iiiiddelstand vooral maakt zich ten-onzent schuldig aan eene karakterloosheid<br />

die alle begrip te-boven gaat . Ik zou meermalen genoodzaakt<br />

zyn de hulp van notaris en getuigen in to roepen, orn de voorbeelden<br />

die ik hiervan ban aanhalen, geloofbaar to maken voor m'ri Vlaanische<br />

lezers .<br />

Een paar nit zeer veleii . Een gezagvoerder van 'n koopvaardyschil)


IDEEN VAN MULTATUU . . 45<br />

moest tusschen een kalf en wie er voor knielt, kies ik 't kalf .-<br />

Het beest is stom, en kan niet zeggen : besteed j e tij d en j e knie8n<br />

beter.<br />

Gelykheid `? 0 neen ! Geen twee bladen aan een boom zyn ge-<br />

wenschte z'n zoontje op zekere school to doen . Toevallig verneemt by<br />

dat zich onder de leerlingen dier school een zoon bevindt van den boekhouder<br />

zyner reedery, die tevens mede-eigenaar was van 't door onzen<br />

zeeman gevoerd schip . Dit standpunt kwam dozen - de man was overigens<br />

'n achtenswaardig persoon, en behoorde zelf door afkomst, familie<br />

en relati6n, tot den zoogenaamd deftigen stand - zoo verheven voor,<br />

dat by z'n kind niet naar de school zond, zonder daartoe heel ootmoedig<br />

verlof to hebben gevraagd . Do aanraking der beide kinderen ,mocht<br />

misschien den heer patroon niet aangenaam zyn!" De beer patroon stond<br />

de zaak genadig toe .<br />

In zeker restaurant to Amsterdam maakte een beschonken jongmensch<br />

spektakel. Na vruchtelooze vermaningen , gaf de eigenaar diet inrichting<br />

aan de bedienden last den levenmaker buiten de deur to zetten. Ik<br />

heb then maatregel door eenige gasten hooren afkeuren, niet omdat bet,<br />

gedrag van den beschonkene to verontschuldigen was, maar : ,de restaurateur<br />

W . had toch moeten bedenken dat by -- de verwyderde kwaejongen ---op<br />

de Keizersyracht woonde !"<br />

Een derde voorbeeld . Zeker makelaar to Amsterdam, verklaarde my eens,<br />

in bet heetst van den zomer, dat by zoo gaarne een lichten strooien hoed<br />

zou dragen, doch dat die vrypostigheid hem zeer kwalyk zou worden genomen<br />

door heeren patroons. De man durfde bet niet doen . Zoo'n verregaande<br />

emancipatie zou hem zyn to staan gekomen op It verlies van<br />

z'n broodwinning !<br />

Niet waar, vlaamsche lezers, dit alles komt u als 'n sprookje voor ?<br />

Ik heb in al deze voorbeelden, die ik met honderden zou kunnen vermeerderen,<br />

de zuivere waarheid gezegd . En velen die dit zouden kunnen getuigen,<br />

hebben misschien oorzaak myne geloofwaardigheid to doen betwyfelen.<br />

Daarom wensch ik nog een paar andere bewyzen aantevoeren,<br />

van andere soort, gedrukte, onloochenbare .<br />

Het eerste ontleen ik, voor de hand weggrypende, aan bet ,Nieuws van<br />

den dag ." Het is eene advertentie :<br />

„De ondergeteekende in zijne zaken en oingeving last hebbende van eenige<br />

lasterlijke geruchten ten zijnen opzigte in on-loop, oordeelt, dat hij ter zijner<br />

rechtvaardiging niet Wei , kan doen dan doze advertentie to doen plaatsen,<br />

verklarende degenen die deze geruchten verspreid hebben, voor gemeene,<br />

vuige lasteraars .<br />

Omstreeks de maand Februari 1871 werd ik lid der Smidsvereeniging Regt<br />

q)oor Allen, op verzoek van den gezel J . SCHOENMAKER . Ik kwam op eene<br />

vergadering, maar kon daar niet blijven zonder lid to zijn . Uit een zekeren<br />

trots als zoon van een Smidsbaas, meende ik dan liever Donateur to moeten<br />

worden, dan mij als eenvoudig lid onder de gezellen to mengen. Deze hoogmoed<br />

kostte mij Drie Gulden per jaar, waarvan ik betaalde Een Gulden,<br />

en aldus nog Twee Gulden schuldig bleef .<br />

Daar hoorde ik dingen die my niet zeer bevielen, en sprak daar niet, zoo als<br />

somrnige lasteraars my naar het hoofd werpen. Ik oordeelde dus niet meet<br />

ter vergadering to moeten koinen, en ben daar niet meer geweest,<br />

zooals onderst,aande liandlo ,,keningen getuigen, beide van gezellen die echter<br />

joist, dachten zoo-,ils 1 1,;, hoi de daar gehouden speeches tegen de hestaande


46 IDEEN VAN MULTATULL<br />

lyk. Geen twee bladen zelfs in de heele natuur . Geen twee stofjes.<br />

Neen, geen gelykheid !<br />

Er is verschil, en groot verschil tussehen een mensch en een<br />

orde van zaken streden, en ook uit genoemde vereeniging gegaan zijn .<br />

Nu geloof ik, daar de wet meldt dat men binnen drie maanden niet betaald<br />

hebbende geroijeerd zal worden, niet Internationaal to zijn, to meer<br />

daar juist op de vergadering waar ik verscheen, de aansluiting aan de Internationale<br />

aangenomen werd . JEAN, RICHARD, DE GRAAF ."<br />

De kinderachtige kibbelary die in dit stukje behandeld wordt, hebben wy<br />

gelukkig nosh to begrypen, noch to beoordeelen . Ik gaf bet in z'n geheel,<br />

om de meening to voorkomen, dat misschien het weggelatene iets als vergoelyking<br />

bevatten kon van de zinsnede die ik aanvul . Wat dunkt u, * liberale<br />

Vlamingen, van 't manneke dat zich tegenover z'n medewerklieden zoo plomp<br />

durft beroepen op z'n trots als zoon van een smids . . . . baas ?"<br />

Beeft MONTMORENCY, EGMONT, TREMOILLE, BREDERODE, HABSBURG<br />

WASSENAAR en BOURBON beeft, en borgt wat zotten geslachtswaan<br />

van den jonker uit de smedery !<br />

En meent ge dat de vazallen van onzen blaasbalg-dynast protesteerden<br />

tegen dien toon ? Neen ! Hierin ligt juist de bewyskracht van het door my<br />

gekozen voorbeeld . Met verlangen zag ik naar de volgende nummers der<br />

courant uit . En, zie twee, drie dagen later, werd me voor den honderdsten<br />

keer 't verwacht blyk gegeven, hoe zot het is in Nederland van liberalismus<br />

to spreken. De kameraden van onzen hertog zetten den twist heel kranterig<br />

en met de gebruikelyke hevigheid -- „logen, laster" enz . -- voort . Maar<br />

zelfs uit hun wrevel putten die ,democraten" het besef niet, aan welke incrongrulteit<br />

zich de prins van den smidsbloede schuldig maakte, uit 'n democratisch<br />

oogpunt. Nog-eens, wat dunkt u hiervan, myne vrienden van<br />

't CROMBRUGGHE's Genootschap ?<br />

Democratie in ware beteekenis bestaat in Holland niet ! En hierop doelde<br />

in de noot op blz . 30, myn uitval tegen al de democratische vereenigingen<br />

die sedert 'n paar jaren als paddestoelen uit den grond schieten . In-stee<br />

van de zeden to verbeteren, zoekt men alles in verandering van den vorm der<br />

Regeering . (190-192) Het ware republicanisme heeft met dien vorm niets<br />

to maken . Geen land was ooit zoo bespottelyk aristocratisch, als de oude Republiek<br />

der Vereenigde Nederlanden, en dit verandert niet by 'n Wet .<br />

Als ware het om deze bewering to staven, komt my onder de correctie een<br />

N . Rotterdamsche courant in handen, waarin wy de volgende opmerkelyke<br />

mededeeling vinden .<br />

Rotterdam, 30 Juni . In het Handelsblad komt een ingezonden stuk voor,<br />

waarin de geest van uitsluiting wordt afgekeurd, die by de samenstelling der<br />

Amsterdainsche Thorbecke-commissie geheerseht heeft . O .a .wordtdaargezegd:<br />

„In deze negatieve eigenschap, in dit v o o r b ij g a a n, was de candidatenlijst,<br />

door de meerderheid opgemaakt, onberispelijk . Met onverbiddelijke<br />

volharding keurde zij in den voorhof des tempels hem, die in hare schatting<br />

het heiligdom niet mochten binnentreden. De teergevoelige goudschaal<br />

der maatschappelijke preutschheid werd ter hand genomen en niet ter zijde<br />

gelegd, eer het gehalte tot zelfs van den laatste proefhoudend was bevonden .<br />

Aan alle eischen, die het gevoel van s t a n d in den waan van sommigen stelt,<br />

werd goedgunstig voldaan . Het kenpierk der voordracht was : stelselmatige<br />

uitsluiting van den breeden zoom van ingezetenen, wier maatschappelijke<br />

stelling, hoe onberispelijk overigens ook, den denkbeeldigen ridderslag van<br />

het aanmatigend publiek niet ontvangen zou .


IDEEN VAN MULTATULI. 47<br />

mensch. De waarlyk brave man, die 't goede wil, die 't beirachtte,<br />

die daaraan zyn leven wydt, daarvoor zich opoffert als 't noodig is<br />

o, by staat niet gelyk met den ellendeling die onder schyn<br />

„Consequent was die opvatting . Bedenkelijk is zij tevens . Aan d i t veldteeken<br />

heeft Thorbecke voorwaar zijne volgelingen niet gewend . Nu de maarschalksstaf<br />

aan zijne handen is ontvallen, worde hij niet tot richtsnoer genomen<br />

. De voorbereiding eener zaak, die zijn naam tot middelpunt heeft,<br />

mag niet alleen een type vertoonen, achtenswaardig op zich zelve, doch<br />

geenszins uitsluitend achtenswaardig . Ook in andere rijen der stedelijke bevolking,<br />

ook in den kleinhandel, ook order des arbeiders kiel leeft het nationaal<br />

bewustzijn, klopt het Neerlandsche hart, stelt menig ontvankelijk geinoed<br />

de zegeningen der zelfregeering uit Thorbeckes hand ontvangen, op<br />

prijs."<br />

Ik noemde deze mededeeling opmerkelyk . Geenszins om den inhoud -<br />

dat standverschil en die uitsluiting van ondeftigheid, is de bekendste zaak<br />

der wereld - inaar om de moeite die de inzender zich geeft, dit alles to brandnlerken<br />

als iets nieuws . Meende by dan, dat THORBECKE en thorbeckery iets<br />

to maken hadden met waar liberalismus ? 't Is ,waarlyk al to onnoozel .<br />

THORBECKE was een der minst liberale personen, die men ooit op publiek terrein<br />

to zien kreeg . Tot liberalismus is vocr alles : hart noodig, en hoe 't hierinee<br />

by dat afgodje gesteld was blykt o . a . uit z'n onsmakelyke geschriften .<br />

Ditzelfde geldt ten-aanzien zyner vereerders . Wat brachten ze voort ?<br />

De Amsterdamsche voorgangers die by deze gelegenheid hunne liefde voor<br />

de „liberale party" wilden to luchten hangen, waren door 't buitensluiten<br />

van blouses, petten en vereelte hand en, volkomen trouw en aan hun fetisch -<br />

zie z'n kieswet ! - hn aan hun party . Dat THORBECKE z'n ,volgelingen niet<br />

zou gewend hebben aan 't veldteeken" van zulke bekrompenheid, is onwaar .<br />

Z'n heele zoogenaamd-staatkundige bemoeienis - het afschynset van z'n<br />

dorre persoonlykheid - had de strekking oin de kleingeestigheid onzer<br />

zeden to yken tot 'n stelsel .<br />

Ik betwyfel zeer of armen en geringen zullen uitgesloten worden van 'n<br />

byeenkomst ter evereering der nagedachtenis van den ultra-behoudenden,<br />

anti-revolutionairen, orthodoxen heer GROEN VAN PRINSTERER . Ook to Rome<br />

worden de armen toegelaten by den paus . Maar 'n paus van 't nederlandsch<br />

liberalismus - nu ja, dat is 'n wezen van veel fatsoenlyker gehalte !<br />

Het doet me genoegen, door dat ingezonden stuk de onliberale strekking<br />

van de thorbeckery zoo in flagranti to kunnen betrappen . En . . . . pour la<br />

bonne bouche de opmerking hoe de zeer thorbeckiaansche schryver zel f, de<br />

zwakheid van z'n eigen liberalismus verraadt, door ,achtenswaardigheid"<br />

to stellen tegenover „de andere ryen der bevolking, kleinhandel en arbeiderskiel<br />

." Pit is karakteristiek .<br />

Wdar liberalismus bestaat in Nederland niet ! En juist hierom zy n de door<br />

THORBECKE, uit andere landen, met onoordeelkundige verminking overgeuomen<br />

stukken en brokken grond- kies- en gemeentewet, prulwerk voor<br />

ons land . Hy stond niet boven z'n tyd niet alleen, wat van iemand op zyn standpunt<br />

to vorderen ware - doch zelfs beneden de gewone dagelyksche praktyk,<br />

die dan toch voorschryft dat men te-rade ga met terrein en omstandigden<br />

. Zielkunde, kennis van 't Volk, was den uitgedroogden wettenfabrikant<br />

een gesloten boek . Waar iets to doen viel, stonden z'n handen verkeerd. Zie<br />

o .a . de door hem zoo yverig beschermde veepest, en den nooit praktisch bestreden<br />

watersnood . llaarvan stolid niets in de boekjes die by van-huiteii<br />

kre lF . ( 1872)


48 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

van nederige bezigheid, zich alleen bezighield met het mesten<br />

van zyn ik, met rusten zonder ooit to hebben gearbeid. CURTIUS,<br />

die in den kuil sprong om Rome to redden, staat niet gelyk met<br />

'n verrader, die z'n medeburgers in den kuil gooit om zich-zelf<br />

to bevoordeelen. Ik sta niet gelyk met DUYMAER VAN TWIST .<br />

En zulk verschil van stand wit_ en zal ik handhaven met alle macht .<br />

In dat verschil ligt ook de natuurlyke add, die nooit kan worden<br />

weggecyferd, al heeft men ten-rechte den maatschappelyken<br />

onnatuurlyken perkament-adel beroof d van alle prerogatief .<br />

De ware adel zit in 't hart, en plant zich voort in de harten .<br />

Ten-allen-tyde zal 't een kind aangenaam zyn to hooren, en een<br />

spoorslag wezen ten goede, dat men hem zegt : uw vader dacht<br />

en handelde - goed. Die adel blyft bestaan. G-evolg van feiten,<br />

is hyzelf een feit .<br />

En er bestaan ook andere verschillen . Verschil in ontwikkeling<br />

van denkvermogen, toon, beschaving, ontwikkeling, smaak . 0<br />

zeker, dit alles scheidt de menschen in soorten en klassen . En<br />

ikzeif erken, zeer aristocratisch gesteld to zyn op het handhaven<br />

van dat onderscheid, en daarom dan ook afkeerig van veel<br />

omgang *) . Maar dit alles wettigt de afscheiding van standen niet,<br />

zoo-als we die waarnemen in onze maatschappy, en die belachelyk<br />

wezen zou, als de gevolgen niet zoo treurig waren . De groothandelaar<br />

acht zich verheven boven den tweedehands koopman . Deze<br />

boven den makelaar of winkelier. De winkelier in die straat, boven<br />

z'n collega in een andere straat. Deze weer boven den uitventer<br />

op den publieken weg. Hot getal afscheidingen is eindeloos, en<br />

er hoort een microscopischen blik toe, om al de verschillen waartenemen<br />

. Ik ben er dan ook dikwyls mee in de war, en verwys<br />

u, als gy gesteld zyt op juistheid in de classificatie, tot meester<br />

PENNE WIP .<br />

't is treurig zeide ik . Ja . Want de zoogenaamd hoogere klasse<br />

leert do lagere niet kennen. De broederschap openbaart zich alleen<br />

in tyden van gevaar. Dan is de arme of minder welvarende broeder<br />

goed voor schutter, conscrit, pypgast, of nummer zooveel<br />

*) Wie gelykheid predikt, en tegelykertyd anderen van schelmery en<br />

domheid beschuldigt, geeft zichzelf een certificaat van laagheid . Het besef<br />

van eigenwaarde behoort optewekken tot aandringen op ongelykheid . 1k<br />

ben zoo vry. Naar myne meening behoort de leus van den waren volksvriend<br />

niet to zyn : ied er 't zelfde, maar ieder het zyne . En by de beoordeeling der<br />

vraag : wat ieder het zyne is, moet men van hooger standpunt uitgaan dan<br />

politiseerende clubmannen gewoon zyn. Het is niet waar, dat 'n huurkoetsier<br />

of karrevrachtryder dezelfde aanspraken heeft als byv . een schrynwerker .<br />

't Is niet waar, dat deze zou gelykstaan met 'n teekenaar van modellen . . . enz .<br />

En ook in een ander opzicht is gelykheid onzin . De straffen die de Wet<br />

uitspreekt, werken zeer ongelyk door 't verschil van positie, graad van ontwikkeling<br />

en karaktcr der veroordeelden . Wat de een voorkomt als 'n klcinigheid<br />

zou den ander vervoeren tot wanhoop . (1872)


IDEEN VAN MULTATULL 49<br />

op de lyst van choleralyders . Dan zakt de hoogheid een beetje,<br />

en verwaardigt zich tot kennisname van 't bestaan der lager<br />

geplaatste broeders . Overigens blyft ze, zelfs waar menschenliefde<br />

't pakjen aantrok van uithangbordige philantrophie, op 'n<br />

afstand, grootsch, styf, vormelyk, en wreed. Zonder in 't<br />

minst party to trekken voor verjaarde toestanden, beweer ik, dat<br />

de verhouding tusschen adel en gemeen, tusschen slavenhouders<br />

en slaven, over 't geheel, meer lichtpunten aanbood, meer liefelyks<br />

bevatte, dan er in onze maatschappy wordy ge -vonden in<br />

de relatien van armen, burgerlui en ryken . En dit nog : de ryken<br />

zyn 't ergst niet. De middelstand, '<br />

de ,heele fatsoenlyke" middel-<br />

stand drukt veelal met z'n half bakken fatsoen nog zwaarder op<br />

den armen werkman, dan de ryke wiens hoogheid - niet betwist<br />

wordt en die dus, eenmaal 't gouden kalf vertoonende, althans<br />

in z'n rol is door kalverigheid .<br />

Ook de verhouding tusschen patronen en cli6nten to Rome was<br />

schooner, dan wat daarvoor in de plaats zou moeten zyn by ons .<br />

En zoo geheel anders was de opvatting van den band tusschen<br />

meester en slaaf by de oude Romeinen, dat we in onze moderne<br />

talen het woord jamilie" hebben overgenomen ter aanduiding<br />

van bloedverwantschap, terwijl dit woord oorspronkelyk het huigezin<br />

beteekende : met inbegrip van lljleiqenen. Dat men oudtyds<br />

z'n slaven mishandelde is waar . 't Is even waar als dat er<br />

tegenwoordig zooveel kinderen mishandeld worden door de ouders .<br />

Maar uit alle geschriften blykt, dat de verhouding tusschen mees -<br />

ter en knecht, tusschen aanzienlyk en gering, in vroeger<br />

tyd inniger was dan by ons, en misschien ware 't niet onjuist het<br />

woord familiaar to vertalen met : zoo-a18 een dienaar (famulus) tot<br />

z'n heer spreekt . Zoo kan er verwyt liggen in spraakgebruik, en<br />

soms moet men de taal verkrachten om leugenachtige zeden to<br />

verschoonen . Van ons woord : 81echt, dat in maatschappelyken<br />

zin beduidde : onaanzienlyk, niet voornaam, heeft de meisjesachtige<br />

preutsheid van die zeden een neus-optrekkend michant gemaakt .<br />

Kerel = 'n manbaar persoon, een volwassen sterk, dapper man<br />

- misschien even als 't woord kracht, van den sanskritwortel<br />

kr = werken, maleisch : kerdja - is vastgegroeid aan : gemeen .<br />

Ja, 't adjectief heft er niet eens by . De beteekenis daarvan is<br />

opgenomen in 't hoofdwoord . Wie werken kon, wie sterk was,<br />

flink, dapper en bekwaam om z'n handen uit to steken, moest 'n<br />

gemeen persoon wezen. 't Was ,onfatsoenlyk" dachten de meisjes<br />

van de kostschool, die 't menschdom bezoekt sedert een eeuw of<br />

vier . 't Woord zelfs hoort gebeel by deze opmerkingen .<br />

Gommun, communis, ke-- of gemein, common overal heeft<br />

die klank nu de beteekenis van zekeren degradatie, terwyl Loch de<br />

oorspronkelyke zin alleen doelt op ontstentenis van rang. 't Woord<br />

dief - Saksisch theof -- beduidt nict : iemand die steelt . 't Is<br />

een dienstknecht, een volgeling, een lyfeigene, iemand van lagen<br />

IDEEN II .


50<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

rang altoos, maar geen misdadiger daarom . Het denkbeeld<br />

rnisdaad, oneerlykheid, schande enz . is, in al die woorden een uitvindsel<br />

van 't ploertig fatsoen der eeuwen . * )<br />

Maar genoeg van taal . Is 't in onze maatschappy zedelyk, dat<br />

de armen en gemeenen op zoo verren afstand worden gehouden ?<br />

De ryken en aanzienlyken zyn of beschaafder, verstandiger,<br />

beter dan de geringen, en in dat geval zyn ze wat meedeeling<br />

schuldig van den zedelyken schat, then zy bezitten . Of ze zyn<br />

dat alles niet, en dan vervalt hun aanspraak op onderscheiding .<br />

Maak evenwel uit dit alles niet op, dat ik de geringen zedelyk<br />

hoog stel. Integendeel, ik vind het gemeen meestal zeer gemeen.<br />

*) Reeds HORATIUS maakte de opmerking hoe de woorden van beteekenis<br />

veranderen, en ook ik doelde daarop in 498 . Uit 't oogpunt van taalstudie is<br />

(lit verschynsel niet onbelangryk, dock 't blyve hoofdzaak to letten op de fisiologische<br />

aanleiding daartoe. De vraag kan byv. gedaan worden, waarom<br />

de woorden gemeenlyk dalen in rang, en zelden of nooit in aanzien klimmen ?<br />

De laatste zinsnede in den tekst geeft daarvan eene gedeeltelyke opheldering,<br />

doch er is meer. Behalve zekere fat soenlykheid die telkens iets laags of onteerends<br />

meent to vinden in 't geen vroeger voor behoorlyk doorging, lydt<br />

onze maatschappy aan zekere armoede van geest, die zich achter hooggegrepen<br />

woorden tracht to verbergen. 't Gevolg is dat zoo'n klank - want<br />

sneer dan klank is 't gewoonlyk in dit geval niet - weldra via kollegiekamer,<br />

krantengeschryf, salon, societeit, kroeg en bordeel, vry gehavend in de keuken<br />

en op straat terechtkomt. Ik doelde daarop meermalen, en o .a. in myne<br />

Specialiteiten . De professers die ,'t eerst schermden met ob- en subjectief,<br />

met concreet en intens, hebben reden tot verbazing over den weg then hunne<br />

Kra f tausdriicke in korten tyd aflegden .<br />

Is dit 'n blyk van beschaving ? Neen, neen, neen<br />

Ilet bewys alleen dat het praat- en schryfplebs zich aan een academischen<br />

klank tracht op to hyschen . En dit gelukt niet . Zonder de minste verheffing<br />

van eigen peil halen zy 't opgevangen jargon uit hooger sfeer naar beneden,<br />

dat dan ook den consument kleedt als 'n gestolen jas .<br />

De schuld ligt grootendeels aan de voorgangers . Indien zy denkbeelden<br />

onder 't Volk brachten (218) zouden hunne terminologische nouveaute's<br />

- lood om oud yzer gewoonlyk ! - zooveel aftrek niet vinden . Thans echter<br />

moot men zich by mangel aan gedachten, wel vergenoegen met 'n woodd -<br />

geenszins in den zin van een mot, een bon mot als bedoeld wordt in 28 -<br />

met de eenigszins anders klinkende benaming van zaken of begrippen die<br />

men to voren ininstens even goed wist to omschryven, aanteduiden of uit-<br />

Wdrukken .<br />

En al ware (lit laatste zoo niet, al bestond er in „de wetenschap" inderdaad<br />

behoefte aan eene nieliwe uitdrukking, men wane niet dat doze, afdalende<br />

onder de gemeente, hare waarde behoudt. Noch ook dat zy de „wetenschap"<br />

zelve populariseert . Zoolang v akmannen niet zullen geleerd hebben hunne<br />

meerdere kennis op verstaanbare wyze to uiten, kunnen zy verzekerd zyn<br />

niet de minste eer inteleggen met hun frazen. Ik heb - om 't voorbeeld<br />

by do bewering to voegen -- de ,intieme fictie" dat menigen professor iii<br />

Staathuishoudkunde, in de Reehteu, in Bespiegelende wysbegeerte, de baron<br />

rouden to-berge ryzen, als by getuige was van de mishandelingen waaraan<br />

de troetelkinderen zyner bespiegelenul ; ~ welspr4comidheid by zekere gelegenheden<br />

zyn blootgesteld . (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 5 1<br />

Alleen beweer ik, dat de ongemeenen verantwoordelyk zyn voor<br />

de laagte waarop hun gemeene broeders staan. Als ik 't straatgezang<br />

hoor, dat me zoo walgt, ben ik verontwaardigd, ja, Maar<br />

in dit gevoel is beklag van de zangers, aanklacht tegen de voorgangers.<br />

Tegen de voorgangers in de raadzaal en wettenfabrieken,<br />

op kansels of katheder . Op hun hoof(] komt de liederlyke smakeloosheid.<br />

van 't Volk . 't Is de witharige wysheid van 't fatsoenlyk<br />

canaille, dat aangetast moet worden over den toestand der armen .<br />

En dat voor then toestand boeten zal, als ik nog wat leef, en gelegenheid<br />

heb om to werken . De maskers van gehuichelde deftigheid<br />

moeten afgelicht worden . Het Volk moet weten : eerst hoe laag 't<br />

zonk, daarna hoe 't door gelool, staatkunde en latwen, met grondwetten,<br />

kiezerybluf en dagbladen, met witte dassen en keizersgrachtery,<br />

met bybels, tractaatjes en een ,Heer" tot die laagte<br />

gebracht . i s .<br />

Een Heer ? Zeker . Ik mag myn hoofdstuk over de zedeloosheid<br />

des Volks niet sluiten, zonder melding to maken van den godsdienst<br />

die zoo'n ellendige hoofdrol speelt in onze maatschappy . (428,<br />

429, 436, 437) In gods naam stuurt men de kinderen naar ka -<br />

techisatie of biechtstoel. In gods naam naam Mat men ze biologeeren<br />

door 'n geestelyke . *) In gods naam verwaarloost men verstand,<br />

hart, karakter, wilskracht, eergevoel<br />

In gods naam maakt men den Javaan tot slaaf, en idioten van<br />

de Hollanders<br />

Och, de aarde zou zoo leelyk niet wezen, als men zich minder<br />

liet bedriegen door al 't ontuig dat z'n zes schellingen vraagt<br />

voor 'n boodschap uit den hemel . (443)<br />

Voor ik overga tot de beschouwing van den intellectueelen<br />

toestand van 't Volk, moet ik u nogmaals herinneren hoe deze<br />

brief door myzelf wordt gehouden voor zeer onvolledig . Meermalen<br />

zag ik kans, een regel daaruit, to maken tott tekst van 'n heele<br />

preek. Gy weet, dat ik maar aanstip, en staat-maak op den rykdom<br />

uwer eigen opmerkingen, en die van andere lezers, om aan -<br />

tevullen en uittebreiden wat ik voorbyging of vluchtig noemde .<br />

Voor ik verder ga heb ik evenwel 'n andere opmerking. Straks<br />

in de tweede en derde afdeeling van dit b oofdst-uk, zal 't u wellicht<br />

toeschynen, dat ik ten onrechte sommige punten behandel als ver-<br />

8tandige /outen, wyl ze thuishooren op stoffelyk gebied. Misschien<br />

ook zal ik aan andere zaken plaats geven onder de afdeeling :<br />

materieele toestand, die ten onrechte zouden behooren bij de beschouwing<br />

de zedelykheid . Welnu 't is me om 't even . 't Moge u<br />

een bewys to meer zyn, dat ik ditmaal vluchtig schryf, meer doelende<br />

op wakker-maken (tan op overtuiging, meer op alarm roepen,<br />

Wat de cretiniseerende werking van den godsdienst aangaat, beroep<br />

ik my alweder op den kommentaar van 't stuk over T'rye-Studie in den Iffit<br />

bundel . (1872)


52 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

dan op wegwyzen of aanvoeren. 't Ontwaken moet elke verbetering<br />

van richting voorafgaan. Gelukt het my een Bind to maken aan<br />

den loggen slaap waarin Nederland verzonken is, dan scheelt het<br />

me weinig of deze en gene opmerking in dit schryven op de rechte<br />

bladzy staat. Bovendien, gy weet het, ik ben zeer tuchteloos . En<br />

dit wil ik blyven, vooral ook omdat ik zoo weinig goeds zie doen<br />

door de lui die tucht hebben naar hun zeggen .<br />

En, eilieve, is 't wel waar, dat deze of gene opmerking -niet op<br />

de juiste plaats gesteld is ? Bestaat er wel een juiste plaats voor<br />

opmerkingen, die alien in-elkaar grypen ? Had ik ook wellicht<br />

beter gedaan, elke verdeeling weg to laten ? Zou 't ook misschien<br />

ordelyker wezen, alles dooreen to plaatsen, juist om aan to toonen,<br />

hoe alles in-verband staat ? Mischien wel .<br />

Nu, zoodra ik weer zoo'n brief schryf, zal ik de kiezery laten<br />

volgen op de voeding, de straatliedjes op de preeken, de veerkrachteloosheid<br />

van den werkman op 't plichtverzuim van regeerders,<br />

en dat alles onder dit eene hoofd : verrotting ;<br />

Maar nu ik eenmaal begonnen ben met in drien to preeken als<br />

'n domine, zal ik zoo voortgaan . Ik ben genaderd tot<br />

b. Intellectueel. Het onderwys is slecht. De kinderen en jongelui<br />

leeren over 't algemeen juist genoeg om to geraken tot 'n<br />

broodwinning . En zelfs-dat ter-nauwernood . Professor DE GELDER<br />

klaagde, dat men hem zooveel studenten op z'n colleges zond,<br />

die niet bedreven waren in de vier hoofdregels der lagere rekenkunde<br />

! En spreek eens met jongelui, die schoolgaan, of de<br />

scholen reeds verlieten. Merk eens op, hoe weinig ze weten, en<br />

hoe nog dat weinige verward dooreen ligt . Hoe oppervlakkig<br />

meestal de kennis is, die ze hebben van de meest gewone zaken .<br />

van zaken, die ze toch noodig hebben to weten . Op hooger- en<br />

lager scholen wordt een en ander onderwezen, dat meestal later<br />

blykt eigenlyk meer to zyn opgenomen onder vakken van onderricht.<br />

om zeker soort van leeraars aan den kost to helpen, dan om<br />

die leerlingen tot practisch-bekwame menschen to vormen . (340,<br />

341) Dit geldt voor den werkman zoo goed als voor den zoogenaamd<br />

geleerde. Het lezen en schryven van den eerste, baat<br />

hem even weinig, als de klassieke schoolgeleerdheid den ander .<br />

Oefening in het denken - beter buiten dan in de school - wordt<br />

meermalen eer onderdrukt dan aangemoedigd, en de blyken daarvan<br />

zyn menigvuldig. Het zeer gemakkelyk autoriteitsgeloof<br />

neemt de plaats in van zelf oordeelen, en de oogst zou zeer schraal<br />

wezen, als men de oorspronkelyke denkbeelden byeensprokkelde,<br />

die er sedert lang gegroeid zyn op Nederlandschen grond . *) In<br />

*) Het gebrek aan oorspronkelykheid (337) is een der gevolgen van 't<br />

schoolgaan . De karakters gaan verloren, en : geen karakter, slecht karakter<br />

Le mauvais earactere est de n'en point avoir .<br />

1tlaar dit schoolgaan is nu eenmaal een treurige noodzakelykheid . We


IDEEN VAN MULTATULI . 152<br />

requisitoren en vonnissen beroept men zich brutac I - "!Cm op ju<br />

risprudentien van It een of ander hof, dat is : op de meening van<br />

In paar onbekende ouwe heeren, die lang genoeg leefden om raads -<br />

heer to worden . Het heeft er veel van alsof men zeide : zoo was<br />

't gevoelen van apostel die of profeet die. En aldus worden er<br />

vonnissen gegrond op opini6n van personen, die aan spoken geloofden,<br />

en niet wisten dat de aarde draait . Dat noem ik de theologie<br />

van het recht .<br />

fk- herinner me, in Indi6 eenmaal kwestie to hebben gehad<br />

over de vraag, of zeker meisje, dat ten-huwelyk aangeteekend was<br />

en trouwen wilde zonder den by de --- toen nieuwe - wet<br />

bepaalden ouderdom to hebben bereikt, al of niet mocht huwen ?<br />

De heeren van de rechten brachten er JUSTINIANUS en HUGO DE<br />

GROOT by to pas . . . . of to on-pas . Ik liet het kind by my komen,<br />

zag duidelyk zonder DE GROOT of JUSTMANUS to raadplegen,<br />

dat ze onder de nude wet voorsehot had genomen op de nieuwe,<br />

en trouwde haar.<br />

Schryvers wedyveren in onbeduidendheid en zouden nog onopgemerkter<br />

voorby gaan dan het geval is, wanneer zy niet onderling<br />

d titre de revanche elkander verhieven door ]of, of - wat byna<br />

op 't zelfde neerkomt - deden in 't oog vallen door tegenspraak .<br />

In het algemeen is de niveau van hen die 't Volk voorgaan<br />

in kennis, geleerdheid en oordeel, zeer laag, en er ware een heel<br />

dagblad to vullen met de dagelyksche vermelding alleen, der<br />

anecdotische nietigheid van de Schriftgeleerden . Zie als 'n staaltje<br />

in m'n IDEEN, de aanhaling van PROFESSOR Muurling, die in z'n<br />

formulier ter inzegening van 't huwelyk, den predikanten uitdrukkelyk<br />

voorschryft, het huwend paar geen opstaan to bevelen,<br />

wanneer dat paar niet geknield ligt, noch de gemeente<br />

toe to spreken als de gemeente niet tegenwoordi g is, enz . enz .<br />

't Verzamelen van dergelyke staaltjes moge den lachlust der<br />

lezers opwelcken, het is een treurige arbeid, en wie I t, in den grond<br />

wel meent inet 't yolk, geeft daarover zyn sarkasyne diet zonder<br />

smart.<br />

Vat is er to denken van den intellectueelen toestand der mind<br />

eren, als we byvoorbeeld in een krant-artikel lezen, dat het publiek<br />

ministerie in een rode . . . . den dood eisehte,<br />

gelyk onlangs in de Rotterdamrner. "'elk denkbeeld heeft zoo'n<br />

schryver van sierlylcheid, van,,den dood eischen" en van misdaad ?<br />

AVat moot men gelooven van de verstandelyke ontwikkeling<br />

nioeten dus door de riefititig van 't onderwys deze kwaal zooveel mogelyk<br />

neutraliseeren. Gepaste onthouding behoort hierin een voorname rol to spelen .<br />

In den kommentaar op 'rye-Studie heb ik gewezen op de gewone hoofdfout, :<br />

opdringery van een beetje zoogenaamde wetenschap, waardoor 't zelfstandig<br />

denken wordt belemuierd, en (!at Cie vatli .-aarbei(i tot leeren na 't verlaton<br />

van de school, vevtorript (1872)


54 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

eens Volks, waar een minister van financien niet weet wat 'n<br />

bankier is . Zoo-als onlangs bleek .<br />

Kort na de koncessie voor 't doorgraven van Holland op z'n<br />

smalst namelyk, zei de Heer BETZ, dat die zaak toch zeker goed<br />

was „want by wilt van goeder-hand, dat er Londensche bankiers<br />

waren, die hunne bureaux wilden openstellen voor de inschrij -<br />

ving" . Dat is : er waren in Londen wet menschen die zonder<br />

eenige risico, 5 % van 18 milj oen wilden verdienen, En er was<br />

niemand in de kamer, die opstond om den minister to vragen,<br />

welke bewyskracht ten voordeele van de verleende consessie er<br />

in zyne mededeeling gelegen was ?<br />

Ik denk, dat de Londensche bankiers ook wel genegen zyn -<br />

tegen 5 % altoos - gelden to ontvangen om een spoorweg naar<br />

de maan to maken, als ze maar niet gehouden zyn hun geld daarin<br />

to steken, of meetereizen .<br />

Wat heeft men to denken van de intelligentie eens Volks, dat<br />

na zoo moeilyken barensnood by 't kiezen, voorgelicht en geholpen<br />

door zoovele kiescollegien en dagbladen, niets anders weet<br />

byeen to brengen dan de zeventig heeren, die 't vertegenwoordigen,<br />

die 't zoo vertegenwoordigen als we dat dagelyks kunnen lezen<br />

in 't byblad ? Van zoogenaamd-staatkundige partyen spreek ik<br />

nu niet. Ik spreek van bekwaamheid, van talent, van kunde .<br />

Dat alles toch ware to vorderen in menschen die ondersteld worden<br />

de elite der natie to zyn. Misschien zelfs zou er spraak behooren<br />

to wezen van genie, in mannen die geroepen zyn kennis to hebben<br />

van alles . Doch zonder de eischen zoo hoog op to voeren,<br />

welke uitstekende mannen heef t ons parlement opgeleverd sedert<br />

1816 ? En vooral sedert 1848 ? * )<br />

Een aandachtige beschouwing van de Nederlandsche parlementaire<br />

geschiedenis, geeft aanleiding tot zeer bedroevende<br />

opmerkingen . (Vergelyk, wat ik daarover zeg in myn eerste brochure<br />

over Vryen-Arbeid, alsmede myn uitval in dat boekje<br />

tegen de dagbladschryvers . )<br />

En de Ministers, de Regeering ! Afwisselend behoudend en libe-raal,<br />

blyf t zy zich standvastig gelyk in onbekwaamheid . De stuk -<br />

ken, die de ministerieele bureaux verlaten, munten uit door ge-<br />

*) Ik ontwaar dat de dagbladen tegenwoordig vry wel met my eens zy im,<br />

dat de Volksvertegenwoordiging beneden kritiek is . De wyze waarop byv . do<br />

N . Rotterdamsche verdlag geeft van de zittingen, is - met uitzondering<br />

natuurlyk van het oordeel over den heer aandeelhouder FRANSEN VAN DE<br />

PUTTE, wiens redevoeringen altyd uitstekend zyn - geheel in overeenstenlining<br />

met wat ik sedert jaren over onze Tweede-Kamer schreef . Welnu,<br />

ik begryp die overeenstemming niet, in een blad dat tot de liberale party<br />

behoort . Die party heeft ons met de Kieswet gedoteerd waarvan de Tweede<br />

Kamer een uitvloeisel is . Hoe kan rnen dan toestemmen dat het met die vergadering<br />

zoo ellendig geschapen staat ? Ze moesten volgens de Kieswetmannen<br />

uitstekend zyn . (1872)


IDEEN VAN MULTATULT . 55<br />

brek aan styl, door slechte redactie . Nog niet zeer lang geleden,<br />

werd dit in de Kamer erkend door partyloopers van 't betrokken<br />

ministerie zelf, en ook zonder die erkening zou 't moeilyk wezen<br />

het tegendeel vol to houden . Wat dan ook nooit beproefd wordt .<br />

Ik hecht aa,n welsprekendheid en aan 't kunstje van schryven,<br />

niet de waarde, die daaraan wordt toegekend door 't algemeen .<br />

Maar zy die wel hechten aan de wyze van citing, op welke schitte -<br />

rende voorbeelden hebben zy to wyzen ? Waar blykt het, dat die<br />

kansten welke volgens my leiden tot parlage en verbiage, maar<br />

die door anderen worden toegejuicht, ik zeg niet op hoogen, maar<br />

zelfs op middelmatigen trap staan in ons land ? Waar is in ons<br />

parlement, GTETIZOT, THIERS, JULES FAVRE, BERRYER ? Of OM<br />

terug to gaan, welken DANTON hebben wy 9 welken ROBESPIERRE ?<br />

welken BARNAVE ? En vooral welken MIRABEA -U? Ik spreek nix<br />

met van staatkundige richting . ik spreek alleen van talent .<br />

En onze rechtbanken en balie ! Telkens als er 'n lid sterft van<br />

rechtbank of hof, zegt de president by 't installeeren van z'n<br />

opvolger : dat die overledene nu juist zoo byzonder knap was .<br />

Zoolang de man leefde wist niemand iets van die knapheid .<br />

Althans men bemerkte er niets van in de rechtspraak . 't Is een<br />

gewetenstillende regel geworden, dat de uitspraak der justitie<br />

niet zoozeer ten-doel heeft het recht to handhaven, als wel : op<br />

wettelyke wyze een eind to makers aan kwestien . *)<br />

Ach . . . . die opmerking behoorde in m'n afdeeling : zedeloosheid .<br />

En als de couranten verslag geven -- welke verslag, lieve hemel<br />

1 - van 'n terechtzitting, heeft de advokaat die of die altyd<br />

zoo byzonder mooi gesproken . Eilieve waar is onze DUFAURE,<br />

CREMIEUX, CHAIX D'EST-ANGE, LACHAUD, JULES FAVRE alWeer,<br />

en BERRYER alweder, en vooral waar is onze PAILLET ?<br />

Ja, zegt men welsprekend zyn ze niet ten onzent, maar . . . .<br />

't zyn zulks knappe juristen ." Och! Dat zei men ook van den<br />

procureur DUYMAER VAN TWIST!<br />

Onlangs las ik 'n memorie van verdediging . gesteld door zoo'n<br />

knappen jurist. 't Ding was geredigeerd op 'n wyze, die 't maakte<br />

tot een memorie van zelfbeschuldiging . De ,knappe jurist" liet<br />

eerst z'n cli6nte een paar punten ontkennen, en daarna ,god<br />

almachtig" aanroepen by 'n volgend punt, alsof ze zoo'n prachtig<br />

woord by de vorige ontkenningen niet durfde gebruiken, en die<br />

alzoo introk . De heele verdediging gaf daardoor den indruk van<br />

schuldbekenteni8, vooral wyl de zinsnede, waarin god voorkwaiii<br />

als geciteerde getuige a decharye - of -i gecompareerd is, weet<br />

Precies dug; als de beslissing by meerderheid van stemmen . (7) Maar<br />

zeer aangenaani voor 'n veroordeelde of iernand die een civiel proces verbest,<br />

is doze opvatting der plichten van een Rechter niet ! (1872)<br />

1) Men han als vry zeker stellen dat de benoeming tot zoo'n 1 ,byzonder<br />

koap jurist" eon wanhopende poging is om ientaud in de hoogte to stplen,<br />

tian wieu niets ttitstekmds t ,,, z,, vam T-alt . (1872)


56 IDEEN VAN MULTATULL<br />

ik niet - zoo kronkelig gesteld was, dat meer de plants naar,<br />

dan 't feit zelf scheen bedoeld to worden, waarom 't dan Loch<br />

om de schuld to beoordeelen, to doen was .<br />

En intelligentie op ander terrein . De voorbeelden heb ik voor 't<br />

grypen . Is niet VAN DER PALM de prins der kanselredenaars, bybeluitleggers,<br />

enz . ? lees eens die bybeluitlegging, en als ge niet verbaasd<br />

zyt over de diepte zyner opmerkingen, over deze byv . : 1 ,dat<br />

onder 't woord beddekens - als kind las ik altyd de~ens - moot<br />

verstaan worden groote bedden en kleine bedden" dan zoudt ge<br />

verdienen ten eeuwigen dage to slapen op zoo'n klein bed .<br />

Wilt ge iets van later tyd ? Onlangs kocht ik postpapier, en<br />

las 't gedrukte blaadje, waarin 't gewikkeld was . Ik vernam daaruit<br />

dat de wyn, die Jezus wonderde to Kana, ,van zoo byzonder<br />

goede hoedanigheid was . Premier crit' zeker. En hoe wist de schryver<br />

dit ? Wel, heel eenvoudig : ,de hofmcester van den huize had<br />

het verklaard, en die was een de8kundige." Ge begrypt, dat ik<br />

den naamm wilde weten van den voorganger des Volks, die zooveel<br />

- en zulk ! - licht verspreidt . Ik vraagde er naa .r : de man<br />

heet NoNHEBEL, van beroep : schriftgeleerde .<br />

Wilt ge meer staaltjes ? Voor eenigen tyd had Domino KOETS-<br />

VELD ontdekt, dat er in den bybel zooveel vieze dingen staan .<br />

Met het bekende slendertje : ,het woord gods is in den bybel,<br />

maar de bybel is gods woord niet" beloofde by een nieuwe en verbeterde<br />

editie to bezorgen van dat boek . ,En, stond er in 't program<br />

zyner onderneming : ik zal de paarlen zuiveren van zand<br />

en slyk." Groot rumoer in de gemeente .<br />

Protesten, demonstration, deftig bezoek van een kommissie by<br />

Domino KOETSVELD, om to reclameeren tegen zyn ,slyk en zand . "<br />

De man scheepte de klagers af, met de verzekering, dat by ze zou<br />

tevreden stellen . Maar het program was nu eenmaal in de wereld .<br />

De inteekenaars hadden recht op gezuiverde ,paarlen" . En aan<br />

de vromen had de man toegestemd, slat er geen zuivering noodig<br />

was. De toestand was moeilyk maar niet to moeilyk voor 'n intelligenten<br />

voorganger der gemeente . De bybel naar de beschryvinghe<br />

van Domino K . verscheen, en in 't voorbericht kan jong<br />

en oud deze tevredenstellende woorden lezen : ,Met hot slyk<br />

heb ik bedoeld : hot slyk der zonde . Het zand is de zandlooper des<br />

tyds ." Vrage : hoe zand een zandlooper wezen kan ? Vrage : wat<br />

zoo'n uitlegging to-pas komt by 't in z'n program verkondigd<br />

voornemen de vuiligheden der hoogheilige schrift to supprimeeren ?<br />

Vrage o allerlei vragen ! Maar is niet alleen deze genoeg :<br />

Wat heeft men to denken van de intelligentie eens Volks, dat<br />

gediend is met zulke voorgangers ?<br />

Intelligentie? Welke uitvindingen zyn er gedaan in Nederland,<br />

op 't gebied van techniek, van industrie, van natuurkunde ? Wat<br />

hebben we den laatsten tyd opgeleverd in sterrenkunde, geologie .<br />

botanie, chemie, landbouw . zeevaart, natuurkunde ?


IDEEN VAN MULTATULL 57<br />

0, men werpe my geen ) , enoiwv,(-e.s d cloches tegen . ?Vat of<br />

wie inderdaad lets beduidt, breekt baan over de grenzen, en zeker<br />

is de eenige persoon in on ,~ land die, sedert ERASMUS, HUYGENS,<br />

BOERTIAVE en DE R-jYTEa, bogen kan op Europeesche bekendheid,<br />

Dr . P . BLEEKER . die ongelukkiplerW3TS als 'n echte Hollander z'n<br />

roem heeft gezocht benoden de oppervlakte van de zee, door zich<br />

to waken tot den UzNAEUS van de vi,-,scben .*)<br />

Wat men hier of daar vermeld vindt over europeesche vermaardheid<br />

van deze-a of genen Nederlander onzer dagen, is veelal -<br />

j a, ik geloof byna altyd - broedersehap en camaraderie a titre<br />

de revanche. Zie 't Jeruzalem, waarvan domine ten KATE verlost<br />

is in 't Hollandsch . Men heeft weten to bewerken, dat er een stuk<br />

in de couranten geplaatst weed, vol italiaansche verrukking over<br />

nederduitsche welluidendheid . Domine TEN KATE is tot ridder<br />

geslagen, alsof -i TANCRIET) of GODFRIED zelf was, en zeker zal do<br />

italiaansche verrukking ook beloond worden . En dit zal billyk<br />

wezen. Want ik vind het makkelyker een paar duizend verzen<br />

saemtelymen in 't hollandsch, dan daarover verrukking to voelen<br />

in 't italiaansch . Dit moet veel inspanning gekost hebben, en in<br />

Holland zelf heeft men 't dan ook zoo ver niet kunnen brengen .<br />

ills men my mocht tegenwerpen . dat MOLENSCHOT to Turyn, en<br />

KERN, die to OXFORD beroepen werd, . Nederlanders zyn, antwoord<br />

ik dat die beide heeren in Nederland geen plaats vonden naar<br />

verdienste, en dat dus hunne beroeping naar den vreemde, pleit<br />

tegen de intelligentie der Natie, Toch zal men later MOLESCHOT en<br />

KERN opnemen onder de beroei-nde Nederlanders 1') zoo-als men<br />

nu doet net ARY SC IIEFFER, tot wiens ontwikkeling, room en<br />

welvaart, Nederland niets heeft bygedragen . Hier had men den<br />

man belet verf en paneel to koopen, en by zou gestikt zyn uit<br />

ergernis . (36 0) By 't .- l erste schoone stuk van zyn hand, had men<br />

hem uitgemaakt voor 'n onverlaat . Van domine TEN KATE heb<br />

ik nooit iets kwaads gehoord .<br />

De eenige man, die er ooit in slaagde, recht populair to worden<br />

en to blyven in Neder and, is de laffe, vuile platte vader Cats<br />

die nota bene zes geslachten lang voor 'n dichter is aangezien .<br />

Holland heeft twee e : uwen noodig gehad, om HUET voorttebrengen,<br />

die den algemeenen vader - en 't kroost er by, dat help<br />

't vaderschap opdroeg -- ontkroostte en ontvaderde met 'n flinken<br />

oorveeg. Ik ben er waarlyk grootsch op, dat ik als kind reeds<br />

then lammen liederlyken godzaligen rymelaar heb veracht . Maar<br />

toen durfde ik 't niet zeggen .<br />

*) Later bleek my dat ook Prof . DONDERS inderdaad beroemd is in 't<br />

Buitenland . Ikonderstreep dit,,inderdaad'' omdatvelenerden slag van hebben<br />

door opdracht van boeken -- die in zoo'n geval niet gelezen worden - of door<br />

relatie met het personeel der gezantschappen, reclames to plaatsen. (1872)<br />

t) Inplaats van beroemd to worden, is KERN op dit oogenblik hoogieeraar<br />

to Leiden . De tvd zal leeren of die twee zaken zich verdragen . (1872)


58 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Die CATS was ook een voorganger in z'n tyd, een heel fatsoenlyk<br />

persoon met ringkraag, pruik, deftige relatien, buitenplaats,<br />

geloof, en verder toebehooren van fatsoen. Als by nu leefde werd-i<br />

zeker lid van de Kamer . Zulk soort van voorgangers hadden<br />

en hebben wy velen, al makers ze geen verzen . Maar wat is er to<br />

zeggen van 't eigenlyke Volk? Van de ongeleerde laffe aristocratie,<br />

van den ploertigen middelstand, van den werkman, van den ar. me ?<br />

0, ik weet dat de statistiek in Nederland een hooger cyfer dan<br />

elders aangeeft, voor 't getal lotelingen of bruidsparen, die hun<br />

naam kunnen teekenen. Is dit intelligentie ? Maar dan is de<br />

Chinesche natie de intelligentste van de wereld, want elk Chinees<br />

kan lezen en schryven. 1k heb meermalen opgemerkt, dat het<br />

onderwys daarin de ontwikkeling van het denkvermogen eer<br />

belemmert dan bevordert. Lezen, als hulpmiddel om gedachten<br />

van anderen in zich op to nemen, die to verwerken, to beoordeelen<br />

en daardoor to geraken tot het vormen van eigen denkbeelden,<br />

werkt zeer beschavend. Maar client het lezen den werkman tenonzent<br />

daartoe ? Wat leest by ? Verstaat by wat-i leest ? Blykt<br />

het uit de ontwikkeling zyner denkbeelden, dat het lezen waarlyk<br />

vruchten draagt ? Ik geloof hot niet .<br />

Hoor een Nederlandschen workman iets verhalen, en oordeel of<br />

by een zoo geregelden gedachtenloop heeft, als byv . de Franschman,<br />

die niet leerde lezen ? Naar myne ervaring is dit zoo niet,<br />

en zeker heeft nooit een vreemdeling, by 't waarnemen van de<br />

geestontwikkeling onzer landgenooten, de opmerking gemaakt<br />

er blykt me dat ik my in een land bevind, waar de statistiek<br />

van lezen en schryven gunstiger is dan by ons" .<br />

En zy die lezen kunnen, lezen zy inderdaad? Zoo neen, waartoe<br />

dient het ? Zoo j a, wat lezen zy ? Wat werkt het uit ? Ik ontdek<br />

er nets van, en weet, dat het boeken-debiet hier to lande --- met<br />

uitzondering van de godzalighedens, maar die worden minder gelezen<br />

dan gekocht - in zeer ongunstige verhouding staat tot het<br />

bevolkingscyfer. De vraag moot zyn : hoeveel wordt er gelezen, wat<br />

wordt ex gelezen, en met welk resultant ? Begrypt men 't gelezen :?<br />

Meestal neen . En dit gaat niet den geringen man alleen aan. (95)<br />

Ik weet er zoo iets van ! Na de meeste moeite om my duidelyk uitte<br />

drukken bemerk ik gewoonlyk niet geslaagd to zyn . Myn stryd<br />

tegen hysterie byv . is gelezen alsof ik party-trok voor dat monster .<br />

Als-of ik ontucht predikte, en zelf-bederf ! Een schryver heeft zelden<br />

bekwaamheid genoeg, om zich to verplaatsen op de laagte<br />

zyner lezers. En in-plants van natedenken over de kwestie : wat is<br />

waarheid ? moet by zich voortdurend tot afmattens toe, inspannen<br />

tot het beantwoorden der vraag : hoe zal ik de waarheid uitdrukken,<br />

dat ze geen leugen schyne door verkeerde opvatting ?<br />

Dit is zeker, dat in weinig landen, de lagere klasse niet alleen,<br />

maar ook de zoogenaamde middelstand, en zelfs de hoogere<br />

klasse des Volks, zoo weinig weten van de Staatsinrichting, van


IDEEN VAN MULTATULI . 59<br />

algerneene belangen, van volkswelstand, enz. als by ons. Menig<br />

paryzer concierge zou daarin, wat zyn land betreft, een beschamend<br />

voorbeeld kunnen geven aan veel Nederlanders, die zich in ontwikkeling<br />

ver boven hem verheven wanen .<br />

Ik acht bet geenszins wenschelyk, bet ras der politieke tinnegieters<br />

uittebreiden. Maar volslagen onkunde baart onverschilligheid,<br />

en 't is die onverschilligheid, welke aan de weinige raddraaiers<br />

die ons rechtstreeks of indirect regeeren, de gelegenheid<br />

geef t, ten algemeenen nadeele, beer to spelen over de natie .<br />

Op 't platteland, in de provinciesteden althans, is de middelstand<br />

iets meer ontwikkeld dan in de hoofdplaatsen, maar hier<br />

is 't dan toch ook zeer erg . Als onderwerp van studie is 't belangryk,<br />

de gesprekken aan to hooren, zoo-als die gewoonlijk worden<br />

gevoerd in de kof f ihuizen, en men staat meestal verbaasd over de<br />

verrassende onwetendheid en de nietigheid van die heeren . * )<br />

Gewoonlyk komt by my 't denkbeeld op : dat zyn de lui die den<br />

Javaan willen beschaven, verlichten, tot mensch maken, enz .,<br />

en onwillekeurig doen we de vraag, of 't niet tyd wezen zou eene<br />

aziatische zendingszaak in 't leven to roepen, tot beschaving en<br />

verlichting van den Nederlander ? Daartoe ware by den oosterling<br />

slechts noodig zekere geest van proselytisme, die 't angelsaksisch<br />

ras schynt to kenmerken, en die meermalen zucht tot<br />

verovering bedekt met 'n voorgewende blyde boodschap . Wy weten<br />

overigens dat in de overzeesche bezittingen de inlanders 't minst<br />

beschaafd en 't diepst verdorven zyn op de plaatsen, waar ze 't<br />

meest in aanraking kwamen met Nederlanders . De intelligentie<br />

onzer natie schynt zich dus 't best to openbaren in bet meedeelen<br />

van bederf, of misschien wel daarin alleen . f)<br />

c .) Materieel . Alles is in alles . Alles hangt samen in-verhou ;<br />

ding van oorzaak en gevolg . Of wel, er bestaat 'n soort van zusterschap<br />

tusschen alle omstandigheden, door geboorte uit dezelfde<br />

oorzaak . De toestand van 't Nederlandsche yolk in materieelen<br />

zin, is zeer nauw verwant met den lagen trap, waarop intelligentie<br />

en moraliteit staan. We" kunnen nu in 't midden laten of gebrek<br />

aan genot - in wysgeerigen zin gelykstaande met gebrek aan<br />

deugd - oorzaak of gevolg is van onvoldoende voeding, slechte<br />

woning en verdere gebreken of schraalte in den materieelen toestand<br />

. Ik denk dat en 't een en 't ander wel waar zal wezen .<br />

*) 1k geef daarvan een voorbeeld in 71,8, en breng daar de hebbelykheid<br />

om genoegen to nemen met zinledige en dus zinnelooze praat, in-verband met,<br />

verkeerd lezen en gebrekkig schryven . Ook bier geldt : dis-moi comment to<br />

t'amuses : je to dirai qui to es . Mag men zoo boos worden over laffe crinolienliedjes,<br />

als de zeer fatsoenlyke firma SPOORZAGER & ZAAGSPOOR zich vermaakt<br />

met even zouteloos gehabbel, waaraan nog hovendien de zangdeun<br />

on tbreekt ? (1872)<br />

t) Zie : Nog eens Vrye-Arbeid, b1z . 54. (1872)


60 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Fen volledige schets van de ellende des yolks op stoffelyk terrein,<br />

zou 'n zeer groot werk vullen, en by strikt-nauwkeurige<br />

behandeling jaren arbeidens vereischen . Ook zou daartoe noodig<br />

wezen, wat ruimte en geldelyke middelen, want het Volk is<br />

beschroomd en achterdochtig. Het geeft namelyk z'n openhartigheid<br />

niet gaarne om-niet . Er wordt tot het volbrengen van zulk<br />

werk nog meer gevorderd, dat ik niet bezit, maar nu voorbyga,<br />

wyl ik in dit schryven geen aanspraak maak op volledigheid .<br />

Het zal voldoende wezen straks eenige hoofdpunten aan to stippen .<br />

Vooraf 'n paar aanhalingen uit het schoone werk van LE PLAY,<br />

Les ouvriers Europeans, aanhalingen, die zeker menigen hollandschen<br />

werkman zullen doen watertanden, en niet alleen den werkman.<br />

Men zal er uit zien, dat zelfs de Nederlandsche middelklasse<br />

in reeel welzyn, staat beneden den half-nomadischen Oural-bewoner<br />

in Oost-Rusland . .<br />

1k verzoek u uit den toon en verdere byzonderheden van LE<br />

PLAY'S werk, to beoordeelen met welke nauwgezetheid de schryvers,<br />

die daaraan meewerkten, hun onderwerp hebben behandeld .<br />

Het is na oplettende inzage, onmogelyk to twyfelen aan de juistheid<br />

der opgaven die overal het eigenaardig kenmerk dragen van<br />

de conscientie der wetenschap. Bovendien, by elke opgaaf staat<br />

de naam vermeld van 't huisgezin, dat tot type gekozen is . Men<br />

zou kunnen tegenwerpen, dat het navragen niet gemakkelyk is,<br />

wyl vele opgaven den toestand betreffen van gezinnen die ver-af<br />

wonen, en niemand er licht toekomt, zich naar Rusland of Noorwegen<br />

to verplaatsen, om 't werk van LE PLAY to controleeren .<br />

Ik heb hierop veel to antwoorden<br />

V ooreerst. Hy levert insgelyks vele opgaven over den toestand<br />

van gezinnen, die niet veraf wonen, en omtrent welke 't onderz*,-)ek<br />

dus gemakkelyk is.<br />

Ten tweede. Wat ver wezen zou voor 'n particulier, ligt onder<br />

't bereik van de Staatsbesturen en der diplomatie . Het schoone<br />

werk van LE PLAY is gedrukt op de keizerlyke drukkery . In Frankryk<br />

namelyk, dat zoo vreeselyk despotisch geregeerd wordt,<br />

bemoeit zich de slechte keizer met den toestand van 't Volk, en de<br />

pogingen om daarin verbetering to erlangen, worden ondersteund .<br />

Dit is nu wel zeer tyranniek, onvry, onhollandsch en infaam, maar<br />

't is zoo, en de arme Franschen moeten zich schikken . Ten-gevolge<br />

van zulke schandelyke ondersteuning, is dan ook dat werk tot<br />

stand gekomen, waaraan misschien wel 'n millioen franken zal<br />

ten-koste gelegd zyn . Dit alles brengt mede, dat LE PLAY's arbeid<br />

de waarde heef t gekregen van een staatkundiq f eit, dat niet mag<br />

geignoreerd worden door de europeesche diplomatie, of door de<br />

officieele economisten onder de ministers van alle landen, waar<br />

't bestuur tyranniek genoeg is om to willen wezen : wat het Volk<br />

eet, hoe 't zich vermaakt, hoe het leeft . Daar men nu van de juist-


IDEEN VAN MLTI, r rATULT. 61<br />

heid der opgaven uit eerie nissische of deensche provincie, zich<br />

to Petersburg en to Kopenhagen even goed kan vergewissen, als<br />

to Parys van de accuratesse der donn4s uit 'n fransch departement,<br />

is 't niet to veronderstellen, dat le PLAY zich zou hebben darven<br />

blootstellen aan dementi.<br />

Ten derde. De medearbeiders aan 't work van LE PLAY hadden<br />

geen thesis to verdedigen. Zy pleitten niet . Wanneer ik, die<br />

begon met den toestand des Nederlandschen Volks ellendig to noemen,<br />

straks of later een paar budgetten geef van Nederlandsche<br />

gezinnen, kan men denken, dat ik de truffels, die de Nederlandsche<br />

werkman gebruikt, uit m'n opgaaf weglaat uit rechthaberei, dat ik<br />

de pates de loi gras verzwyg uit ra)zcvne, omdat ik my to beklagen<br />

heb over de Natie . En men ral dus weldoen myn opgaven na to<br />

rekenen, waartoe ikm .y aanbeveel. Maar LE PLAY en z'n medearbeiders<br />

werden, zoover ik weet, in hun vaderland nooit mishandeld,<br />

en hebben dus geen aanleiding tot dubbelzien by 't kyken<br />

naar de menage van een Rus . Ook beweren zy niet, dat de toestand<br />

elders beter of slechter is dan ten-hunnent . Zy noemen 't<br />

goede en 't kwade zooals ze dat vinden, en laten de conclusion over<br />

aan lezers en . . . . regeeringen . Dat zy voorts den Keizer niet trachten<br />

to vleien met verzonnen welvaart, blykt uit de schets der ellende<br />

in de Soissonnais en elders, in Frankryk zelf .<br />

In-weerwil van dit alles erken ik, dat sommige cyfers my to<br />

hoog voorkomen . Maar ik schryf daarover aa,n LE PLAY, en zal<br />

de justificatie meedeelen zoodra ik kan .<br />

En ik voorzie nog een opmerking, want men is vindingryk in<br />

't aanvoeren van bedenkingen, als er beweerd wordt dat Nederland<br />

geen modelstaat is . Men vraagt : is dan alles in 't buitenland<br />

beter dan by ons, ? Op die nuchtere vraag antwoord ik even nuchter,<br />

dat ik dit niet beweerd heb, maar alleen dit beweer, dat er<br />

ten-onzent veel leelyks is . Ik denk, dat men hier-en-daar in 't<br />

buitenland regeeringen zal vinden, schuldig aan flog onverantwoordelyker<br />

plichtsverzuim, werklui en armen, n6g ellendiger gevoed<br />

en gehuisvest dan by ons . Maar doze ontdekking verschoont<br />

6ns bestuur niet, voedt 6nzen arbeider niet, en maakt het krot, dat<br />

by bewoont, niet tot een menschelyk verblyf . Het gedurig beroep<br />

op den ellendigen toestand elders, bewyst juist de gegrondheid<br />

der klachte, en doet denken aan SLYMERINGS theorie, die vond,<br />

dat HAVELAAR ongelyk had, zich zoo to bekommeren over LEBAK<br />

- W yl. Dat . Alles. Te. Tjiringien. Nog . Erger. Was .<br />

Nu volgen eenige aanhalingen uit LE PLAY'S werk<br />

Herder -Baschkirs in Oost-Rusland .<br />

I' Dans tous les cas, l'abondance des moyens de subsistance rend facile le<br />

soulagement de ceux qui tombent moment an6ment dans la d6tresse . . . .<br />

Er staat uitdrukkelyk by, dat in die streken geen inrichtingen


62 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

zyn van liefdadigheid. Ze zyn er niet noodig. In 't voorbygaan zy<br />

gezegd, dat niets meer den lagen trap aanduidt van algemeene welvaart<br />

en zedelykheid, dan 't groot getal inrichtingen van dien<br />

aard.*) Ons woord „godshuizen" is karakteristiek . Waar liefde ontbreekt,<br />

komt terstond in daad en woord een god voor den dag. En<br />

als men de herkomst van die godshuizen opspoort, zal er blyken,<br />

dat ze een bydrage leveren tot de opmerking, hoe verkeerd de kapitalen<br />

verdeeld zyn . Honderd welvarende gezinnen zouden geen<br />

gestichten van dien aard noodig hebben . Waar zoo'n ding is opgericht,<br />

kan men aannemen, dat de welvaart van negen-en-negentig<br />

is opgeslokt door een . Er zouden weinig oude vrouwtjes of weeskinderen<br />

onder dak komen, als de roovers het aardsche slyk konden<br />

meenemen naar hun hemel. Als ze sterven moeten, koopen<br />

ze hun lieveheer om, door hem een deel to bieden van den buit,<br />

om daarmee de joyeuse entree in de zaligheid to betalen. Er zou<br />

geen voordeeliger betrekking wezen, dan die van god in een Staat<br />

waar veel armen zyn, als-i maar wat meer kon rekenen op z'n<br />

administrateurs . Godsdienst en menschenliefde staan lynrecht<br />

tegenover elkander .<br />

Een Javaansch hoof d vraagde my eens hoe 't kwam, dat er<br />

in Nederland zooveel weeshuizen waren ? ,Zou men anders een<br />

ouderloos kind laten omkomen" ? vraagde by<br />

Nu weer naar Rusland<br />

,,Chaque habitant peut couper tout le bois de f eu, necessaire a sa<br />

consommation . . . .<br />

„Les droits de chasse, de peche et de cueillette sont a la disposition<br />

de tous<br />

„les jours de fete on mange de la viande, rOtie dans de la graisse,<br />

ou dans le beurre de vache . On prepare quelquefois un mets nomme<br />

bichbarack, compose de viande hachee, d'orge, d'oignon et de legumes<br />

assaisonnees de sel et de divers aromates<br />

„les jeunes gens s'amusent une foil par semaine au jeu de balle, a la<br />

lutte, a la course, et se disputent les prix institues a cet effet par les notables.<br />

Its se livrent aussi au chant . . . .<br />

„Un repas copieux termine toujours certaines journees de travail . . . .<br />

*) Ik houd over 't algemeen Liefdadigheid - 't is een uitvloeisel van den<br />

godsdienst -- voor eene fout . In een goed georganiseerden Staat komt ze niet<br />

to-pas . Zonder thans deze stelling toetelichten, wil ik even opmerkzaam maken<br />

op de ongerymdheid der internationale liefdadighedens . Chicago brandt of<br />

. . . . Holland komt to hulp . Straks ligt Holland onder water --'t wordt tyd<br />

dat de zotte rivierdyken eens weer doorbreken - America moet bystaan .<br />

Eilieve is dit niet 'n roekeloos wegsmyten van dubbele onkosten der remise ?<br />

De oproepingen by zulke gelegenheden zyn komiek, en leveren stof . . . .<br />

Neen genoeg daarvan voor heden . Lief dalggheid verd ien t een mononrafietje<br />

dat ik H .Ed . by dezen plechtiglyk toezeg . (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 63<br />

Voeding van een Baschkir-huisgezin, uit den laagsten stand<br />

aedurende een iaar. Twee mannen, twee vrouwen en vier kinderen .<br />

Tarwe, rogge, gerst, haven<br />

Boter en room<br />

.Illelk, kaas, eieren<br />

V l eesch en visch<br />

!~/l~Mi'~M DM On+l//'ilf'OM<br />

voorts zout peper kaneel, koek, thee, suiker en honig.<br />

1443 kilo<br />

63<br />

3866 „<br />

226 ,,<br />

274<br />

Dit alles werd genoten door een arm gezin in het barbaarsehe<br />

Rusland ! En in datzelfde land verbruikte<br />

.<br />

Een gezin van karrevrachtryders (tien personen, waaronder twee<br />

k~,nderen beneden de vier iaar) in de stevnen van Oremburc<br />

Tarwe, rogge, enz<br />

7,177 kilo<br />

Boter, vet en olie . . . .<br />

123 „<br />

%VI elk, eieren, enz<br />

1,060 •„<br />

Vleesch en visch<br />

642 „<br />

Groenten en vruchten . .<br />

1,724 „<br />

Zout . honia . 'vever, enz .<br />

135 „<br />

Diverse aeaiste dranken<br />

10 .060<br />

A nm .hn,7;,nnen. ii,;t, T,-P PT .A V'c nwrk<br />

„daps ces occasions - op fcestdagen -- on mange une grande q uaiitit<br />

de mets, six a huit par repas : des soupes de viande aux navets,<br />

au vermicelli, des viandes froides a la gelee, ou des pates farcis ; des<br />

r6tis de boeuf, de mouton, de cochon de lait, de poules, de canards,<br />

d'oies, et de dindons : des boudins au gruau ; beaucoup de gruaux<br />

diversement assaisonnes de lait, de creme, de beurre, d'oeufs, de miel ;<br />

des palettes, des bouillies frites ; des flans, diversement assaisonnes do<br />

beurre, d'ocufs, de creme, de miel . . . .<br />

En zulke feesten komen gewoonlyk negen-en-twintig malen<br />

in 't j aar voor !<br />

Dat barbaarsche Rusland ! Nu weet ik wel, dat de menschen<br />

daar toch niet recht gelukkig kunnen zyn, omdat ze 't ware geloof<br />

niet hebben, en geen Kieswet als wy, maar toch betwyfel ik of<br />

ze zouden willen ruilen . Ik denk dat ze verblind zyn door ind .igesti<br />

P va,n wP I va,re n<br />

Ons strafwetboek is altyd in de maak - Toch straffen de rechtbanken<br />

maar altyd voort. Hoe durven zy dit to doen, als zy<br />

zeif erkennen, dat de bepalingen op 't straffen niet deugen ? --<br />

Nu, hoe zou 't wezen als we in de nieuwe wet vaststelden, dat<br />

hoofdmisdaden zullen gestraft worden met verbanning naar de<br />

steppen van Oremburg ? Of zou misschien die strafbepaling<br />

den Nederlandschen hongerlyder verlokken tot misdaad? 't Is,<br />

moaelyk en zelfs waarschynlyk .<br />

Lastdragers-schuitenvoerders in Centraal-Rusland. Twee mannen,<br />

vier vrouwen en een kind van negen jaren, gedurende een jaar .


64 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

Een man gedurende een half faar,en een man in tachtiq dagen, gebruikten<br />

to zamen<br />

Haver en gerst 6,502 kilo<br />

Boter, room, vet en olie 95 „<br />

Melk en eieren 1,286 „<br />

V l eesch en visch 328 , ,<br />

Groenten en vruchten 1,088 „<br />

Specery en toespys 153 ,,<br />

Gegiste dranken 7,300 „<br />

Aanhalingen uit LE PLAY'S werk<br />

„les membres de cette famille appartiennent a la ~ .lasse la plus mnodeste<br />

„les jeunes filles se reunissent assez souvent dans la belle saison, pour<br />

se livrer a la danse<br />

„les recreations principales sont les fetes de mariage, les reunions de<br />

travailleurs, et surtout les repas copieux pris dans ces occasions, et dans<br />

une multitude de fetes et de reunions .<br />

Smid en Kolenbrander in Noord-Rusland . Sterkte : man en<br />

vrouw met, vyf kinderen, 19, 11, 9, 7, en 1 j aar .<br />

Tarwe, gerst, haver, enz 2,027 kilo<br />

Boter en olie 22 „<br />

Melk en eieren 2.243 „<br />

Vleesch en visch 285 ,,<br />

Groenten en vruchten 763 „<br />

Toespys en specery 55 „<br />

Gegiste dranken 16 „<br />

Het waken van dergelyke specifieke uittrekse]s uit het book<br />

van Lie PLAY zou my verder leiden dan in dit schryven past .<br />

Wel ware dit belangryk, maar het zou to huis behooren in een<br />

uitvoerig werk, dat geschreven werd om de oogen van 't Nederlandsche<br />

Volk to openen, en ik stel my voor dit to doen, zoodra<br />

ik in staat zal wezen geregeld to arbeiden . Nog eenige korte aanduidingen<br />

zullen voldoende zyn voor m'n tegenwoordig doel .<br />

Opgave van het gebruikte aan vleesch o f visch in een jaar, door<br />

de gezinnen van een<br />

Smidsgezel to Danemora (Zweden) 420 kilo<br />

Werkman by de kobalt mynen to Buskerud (Zuid-Noorwegen<br />

489 „<br />

Smid to Samakowa (Turkye) 172 „<br />

Landman in Middel-Hongarye 443 ,,<br />

Gieter by de zilverwerken to Schemnitz (Hongarye) . . 191 „<br />

Schrynwerker to Weenen 72 „<br />

Kolebrander in Carinthie (een persoon) 44 ,,<br />

Arbeider in de kwikmynen to Carniola (Oostenryk) . . 31 „<br />

Mynwerker in den Opper Hartz (Hannover) 85 „<br />

Werkman by een yzergietery in Pruissen 77 „


TJ)EEN VAN MITLTATTJLI . 65<br />

_41-beider in een Wapentabriek to Solingen 314 kilo<br />

W ever in Pruissen 73 „<br />

Horlogiemaker to Geneve 153 „<br />

„<br />

(een ander gezin) 148 „<br />

Boerenarbeiders- anilie in Castilie 62 „<br />

]Iijnwerker in Galicie (Een persoon gedv.rende 210 dayen)<br />

.fit is alleen e.isch 1I „<br />

W erkman in een messenjcriek° to Londen 297<br />

W erkman to Sheffield 208 „<br />

t chr ynwr1cer to Sheffield 217 , ><br />

W erkman in een yzergieter y ( Derbyshire) 240 „<br />

1)aglooner in de wynbergen to Armagnac <strong>171</strong> „<br />

Daglooner to Morvan (Deze klasse van menschen gebruikt<br />

slechts eenmaal 's jaars vleesch . Hun toestand wordt dan<br />

ook beschreven als peer ellendig .) 4 „<br />

Daglooner in de Maine (Opmerking als boven) 4 „<br />

Daglooner in Nedet -Bretagne . (Opmerkinq nagenoeg als<br />

boven) 13 ~,<br />

Maaier in de Soissonnais . (Opmerking als boven) . . . . 5 „<br />

Zonder nu to willen beweren, dat alleen het gebruik van vleesch<br />

de krachten der bevolking voortbrengt en regelt, verdient het toch<br />

aandacht, dat er zooveel huwelyken in de laatstgemelde provincie<br />

onvruchtbaarr zyn . Ik vind in zeker dorp van de Soissonnais,<br />

op 73 huisgezinnen slechts 98 kinderen opgegeven .<br />

ffet oordeel van MALTHTJS over de verhouding tusschen bevolking<br />

en voedingsmiddelen is bekend . Maar minder bekend is de<br />

opmerking, die ik geloof to moeten maken, dat men by die verhouding<br />

niet alleen behoort to letten op 't cyfer der bevolking, maar<br />

tevens wel degelyk op 't gehalte . 't Ware to wenschen, dat het<br />

gebrek aan voedingsmiddelen in Nederland, zich openbaarde<br />

in minder geboorten, maar dan van een antler soort. *) Onze bevolking<br />

neemt norrnaal toe, maar . . . . 't is er ook na of naar !<br />

Gietersgezel in de Nivernais 106 kilo<br />

Hynwerker in Auvergne 13 „<br />

fever to Mamers (S arthe) 17 „<br />

Hoefsmid in de Maine 35 „<br />

C) Een allerbelangryslkt, desideratum ! Ik hoop het to behandelen naar<br />

aanleidink van 't Engelsche werk dat ik vermeldde in de noot op 202 . Het<br />

gewoon wanbegrip out elke ryzing van 't bevolkingscyfer voetstoots als<br />

gunstig verschynsel to beschouwen, rnoest nu hebben uitgediend . bat byna<br />

immer betrekkelyke of stellige achteruitgang, een ongunstig kenteeken is<br />

gee f ik toe, doch de waarheid van het tegendeel dezer stelling is afhankelyk<br />

van zeer veal bvkonnende onistandigheden die nauwlkeurig moeten geanalyseeent<br />

worden, voor men recht heeft zich zoo to verheugren, als officieele<br />

verslaggev ers gewoon zvn . (l S72)<br />

11,r .FN 11 . 5


66<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Waschman, blanchisseur to Parys 341 kilo<br />

Voddenraper to Parys . (Het gezin van dezen man bestaat<br />

slechts uit man, wow en een dochtertj e van 13 jaren .) 33 „<br />

Ik gelbof de aanspraken van den Nederlandschen werkman<br />

niet to hoog to stellen als ik voor hem vorder : minstens gelykheid<br />

met een voddekrabber . 1k zal daarom hier eenige aanhalingen<br />

Eaten volgen uit het werk van LE PLAY, die den toestand van zulk<br />

een industrieel voldoende blootleggen, om then to kunnen vergelyken<br />

met het bien-titre van den smid, den timmerman, den schrynwerker,<br />

den fabrieksarbeider ten-onzent, lieden die in hun bedryf<br />

Loch alien een zeker kapitaal meebrengen van kennis, van handigheid,<br />

bekwaamheid en kracht, terwyl de voddekrabber geen<br />

andere bezitting inlegt, dan oogen, beenen, een haakstokj e, en<br />

wat relatie met 'n opkooper van z'n straatoogst .<br />

„La famille fait regulierement deux repas par jour . La petite<br />

fille emporte en outre a l'ecole un troisieme repas . . . .<br />

Het dejeuner bestaat uit koffi met melk en suiker, en brood . De koffi<br />

is vermengd met 25% chicorei . Het diner uit : soupe a la graisse et au<br />

pain, een schotel linzen of witte boonen, ryst of vermicelli . Eens in de<br />

week vleesch - dit wordt toebereid gekocht op de markt St . Honore -<br />

met aardappelen of uien . Eenmaal 's weeks : fromage de Brie . . . .<br />

,,Quelquefois en outre on ajoute a chacun des mets ci-dessus indiques,<br />

du fromage de Brie, des pommes de terre, ou des oignons frits . . . .<br />

„Pendant trois mois de fete, une f ois par semaine, on achete de la<br />

viande de bceuf ou de vache, chez le boucher. On en mange le premier<br />

jour une partie bouillie et chaude, puis, le deuzieme jour le reste froid<br />

avec de l'huile ou du vinaigre ; on mange deux autres jours de la soupe au<br />

pain, et de la salade ; pendant les trois autres jours, diverses sortes<br />

de legumes, achetes ordinairement dans le temps ou ils abondent,<br />

parfois aussi en temps de primeur<br />

En temps de primeur Verbeeld u j onge doperwten !<br />

En onze Nederlandsche werkman ?<br />

Maar ik spreek hier niet van een werkman, ik spreek van een<br />

vodderaper . LE PLAY noemt hem uit beleefdheid of ter bekorting<br />

ouvrier en dit moge juist wezen in wetenschappelyk-economischen<br />

zin, op den maatschappelyken eeretitel van werkman heef t de<br />

vodderaper geen aanspraak .<br />

„l'ouvrier prend quelquefois en rentrant le soir, un morceau de pain . .<br />

„1'enfant emporte chaque matin en s'en allant a l'ecole, deux tartines<br />

faites de pain tendre<br />

Pain tendre f yn witbrood een voddekrabberskind !<br />

Ik gun het aan 't meisjen, o ja ! Maar . . . . wat krygen de kinderen<br />

van onze werklui mede naar school ? Ik herinner me hoe eens<br />

to Brussel een dienstmeisje weigerde roggebrood to eten, dat<br />

ik als zeldzaamheid had meegebracht uit Holland. Ze zei : c' etait<br />

pour les chiens et les ehevaux . Ik beweerr niet dat dit meisje daarin


IDEEN VAN MULTATULI. 67<br />

geiyk had . Ik haal 't maar aan om to doen zien welke pretentien<br />

er in het buitenland gemaakt worden door personen uit den<br />

geringen stand. Al keurt men nu die aanspraken af, er blykt uit<br />

aan welke pretentien ze gewoon zyn, welke aanspraken hun toestand<br />

blykt to veroorlooven . 't Is er ver af, dat wy den werkman<br />

ten-onzent zouden behoeven to berispen over to groote keurigheid .<br />

Maar ik erken, dat dienstboden vaak lastig zyn . Ze zyn bedorven<br />

door to nauwe aanraking met halve fatsoenlykheid, of fatsoenlyk<br />

onfatsoen .<br />

Wit brood, en<br />

„dlli pain tendre, et une compote de fruits . . . .<br />

Compote de fruits een voddekrabberskind ! Zeer goed. Ik<br />

gun het dat meisje nog-eens, en hartelyk, maar . . . . de kinderen<br />

van onze werklui, wat krygen zy meP naar school ?<br />

„la fainille mange une grande quantite de fruits, et elle fait coiiuiie<br />

jouissance, quatre repas copieux chaque annee . . . .<br />

l'habitation situee a un deuxieme etage, consiste en une grande chanilire<br />

(six metres sur trois) ayant vue sur un j ardin . . . .<br />

le lnobilier est proprement entretenu ; it est simple, sans indiquer<br />

le-denument ; quelques . objets, tels qu'un fauteuil, une montre, une bibliotheque,<br />

indiquent une tendance au luxe bourgeois . Les v6teinents de's<br />

deux epoux sort propres . Ceux de la petite fille ont meme un certain<br />

degre d'elegance<br />

Een bibliotheek . . . . elegance in de kleeding van bet kind ! En<br />

onze werklieden ?<br />

Nu volgt het hoofd : recreation : uitspanning van 't gezin des<br />

voddekrabbers .<br />

De schryver erkent dat dit door hem gekozen voorbeeld geen<br />

type is van 't geheel . Dit zou ook ongerymd wezen . Het voorbeeld<br />

heeft niet ten doel to bewyzen : hoe de vodderapers to Parys leven .<br />

Het toont aan : hoe 't leven to Parys voor een vodderaper mogelyk is .<br />

„Les principales qualites de l'ouvrier, le developpement de l'esprit<br />

religeux, l'habitude de la reflexion, et l'amour de la faznille, se revelent<br />

dans le choix de ses recreations . Toutefois celles-ci se ressentent aussi<br />

de la penurie .<br />

du menage<br />

Een penurie die den Nederlandschen werkman zou voorkomen<br />

als weelde .<br />

„sa distraction habituelle est de s'entretenir avec sa-fille, et de lire<br />

a haute voix la bible, ou un autre livre religieux . .<br />

De man hoewel van geboorte Italiaan en katholiek, beef t<br />

neiging tot het protestantisme .<br />

,,en accompagnant cette lecture do reflections et de commentaires,<br />

souvent empreints d'une profonde connaissance de la vie, et du ceeur<br />

humain . . . .<br />

Men vindt dit veel by menschen, die een zwervend ]even leiden .


68<br />

IDEEN VAN MULTArr1JLT .<br />

Herders, bedelaars, Cbalde6n, AvoestvnbeA , o tiers, Zigeuners, nomaden,<br />

volkeren of individuen zonder vaste woonplaats, schynen<br />

uit hun omdwalen iets eigenaardigs optedoen. (3 78) De man,<br />

van wien hier sprake is had veel gezworven . Onder anderen was by<br />

in z'n jeugd to Harderwyk geweest, en werd daar aangenomen ais<br />

Nederlandsch held . Het schynt, dat die betrekking hem niet aanstond<br />

. Althans by Rep weg en is dus aan den Nederlandschen<br />

Staat z'n handgeld schuldig . Maar ik vind beter dit niet terug to<br />

vorderen schoon het een prachtig onderwerp wezen zou voor Kamerspeeches<br />

en geleerde diplomatieke verwikkelingen . Ik beweer,<br />

dat de man z'n handgeld ruim vergoedt door de gelegenheid,<br />

die by ons geeft, om den toestand van 't Nederlandsche Volk<br />

to vergelyken met den toestand elders . Mocht ons braaf ministerie<br />

hem lastig vallen om die schuld, dan stel ik m'n lezers voor,<br />

dat gezamelyk voor hem to betalen . Het zou m'n geweten bezwaren<br />

als ik 'm door myn schryven in ongelegenheid bracht .<br />

Wat overigens dat lezen aangaat van bybel en godsdienstige<br />

boeken, niet dAArdoor is de man van goed gedrag, niet ddArdoor<br />

weet by zich in z'n lage maatschappelyke betrekking to verheffen<br />

tot een denker. Juist andersom . De man is een denker, by houdt '<br />

van onderzoek, dat en z66 is by geworden door loopbaan en<br />

neiging . Z'n lezen is ge , rolq, geen oorzaak van zyn zedelyke hoogte .<br />

Hy zoekt waarheid, en als-i ten-slotte bemerkt dat die niet to vinden<br />

is in z'n lectuur, zal by z'n bybel wegwerpen en de verloren<br />

inspanning betreuren, tenzy deze hem den weg wees naar betere<br />

bronnen van kennis, of de behoefte daaraan opwekte .<br />

Wie de juistheid van myn oordeel over bybelsche lectuur betwyfelt,<br />

lette op de liederlykheid, neen op de smakeloosheid<br />

van onzen geringen stand, die zooveel tractaatjes leest . Al die<br />

crinolienzangers hebben bybels in huis .<br />

'Iles plus grands plaisirs de la famille sont les quatres repas des jours<br />

de Noel, du Mardi-gras, de PAques, et de Pentec6te . Le mets composant<br />

ce repas, est un macaroni au beurre et au fromage . On y ajoute un litre<br />

de vin .<br />

L'ouvrier ne frequente point les autres familles des chiffonniers<br />

it ne boit jamais avec eux . Huit fois par an, it va faire un petit repas<br />

a la barri6re, avec sa femme et sa fille . 11 rrAche les bouts de cigares<br />

qu'il ramasse dans la rue. La femme ach6te du tabac a priser . L'un des<br />

plus grands plaisirs des parents est de faire de temps en temps un petit<br />

cadeau a leur enfant . . . .<br />

Ik stap voor ditmaal of van het werk van LE PLAY, dat een<br />

gezette studie overwaard is . Het geeft stof tot vergelyking en diep<br />

nadenken. Ook tot op- en aanmerkingen . Die alien to voorzien en<br />

to beantwoorden zou my te-ver leiden. Bovendien, veel aanmerkingen<br />

maak ikzelf. Wat een Franschman soupe noemt, is dikwyls<br />

slechts een lauw zout watertje met wat broodkruimels . Hy geeft<br />

vaak mooie namen aan onbeteekenende dingen .'t Woord biblioW-


TDEEN VAN MULTATULL 69<br />

(pte moet Nva,ar-schynlyk vertaald worden met bocke) -el.je- Compote<br />

aax fruits zal wet beduiden yekneusde appelen, meer niet, enz .<br />

Doch Nat ons zien wat bier-to-lande wordt gebruikt. In<br />

Nederland is volgens officieele opgaven -- die ditniaal juist zullen<br />

Avezen, wjjl de cyfers moeten overeenstemnien met de ontvangen<br />

accyns - in 66n jaar aan rundvleesch gAruilct voor veertien<br />

millioen gulden . *)<br />

Dat is dus gemiddeld ruim vier gulden per hoofd .<br />

Dit cyfer is welsprekend . Hier is geen sprake van cc eelde, van<br />

overdaad . Hier helpt geen godsdienstige afkeer van alles wat lykt<br />

naar vroolykbeid . , pret, wereldseben zin. Hier wordt gesproken<br />

van 't noodige.<br />

Wy beklagen hier den werkman, niet oindat-i verstoken is<br />

van Oostersche pracht, van parysche verfyning . . . . 't is hier on -1<br />

vleesch to doen, om vleesch, dat in ,:,y)i weiden groeit . Vleesch van<br />

de runderen die by ziet grazen, die by loeien hoort in 't veld .<br />

Vleesch, dat-i ziet to koop hangen in de winkels der sJachters .<br />

Vleesch, dat-i ziet wegvoeren naar Engeland<br />

Vleesch, dat by overal ziet of waarneemt behalve op ,z'yn<br />

tafel, behalve op zyn schotel, behalve in zyn maag .<br />

Vleesch, dat-i noodig heeft om gezond to zyn naar ziel en lichaam<br />

. Om let werk to verrichten, dat van hem geeischt wordt .<br />

Vleesch, dat zich in hem zou behooren on -i to zetten in spieren<br />

en bloed, met evenredigen levenslust, wilskra,clit en energie .<br />

Is 't niet treurig ?<br />

-Alen heeft op dit. cyfer van vier gulden 's-ja, ,trs per hoofd deze<br />

beide aanmerkingen gemaakt :<br />

De opgave van 14 millioen gulden aan qe8lacht rundvleesch,<br />

berast op den geboekteii accyns . Er kanyesloken z yn .<br />

Ja, z6ker is e -,: gesloken . De hatelyke accyns wordt zooveel<br />

niogelyk ontdokeii . Wie durft het wraken ? Maar aannemende,<br />

dat let geslokene 10 pet . bedraagt van 't aangeoeven cyfer -<br />

ni66r zal men toch niet durven stellen - dan verhoogt dit de<br />

waarde van 't door 66n persoon 's jaars genoten rundvleesch, tot<br />

op nog geen f 4 1 ,', Verandert dit iets aan de zaak ? Bovendien, de<br />

vraag is niet, of de arme, de werkman - jazelfs de middelstand<br />

voor een groot deel - of by voor vier gulden per hoofd aan vleesch<br />

gebruikt, dan wed voor vier en een halfj ? . . . . de treurige waarheid<br />

is : dat at die personen geen vleesch gebruiken . Dit immers volgt ult,<br />

de opmerking, hoevelen er in die veertien initlioen deelnemen<br />

voor vyftig gulden, voor honderd, t ,weelionderd gulden 's jaars<br />

enn ineer.<br />

Een tweede aanmerking was deze :<br />

De yeringe man yebrvikt by voorketir of spek.<br />

*) Het doet my leed dat 1k my iiiet, iwwr hei-<strong>1111</strong>101 , (M-11r uvelk jaar deze<br />

opgaaf loopt . 't Zal '62 of o3 geweest zpi-


70<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Varkensvleesch eet by weinig . Het is to duur . Spek gebruikt<br />

hy, wanneer-i dit betalen kan - straks zullen we zien of en in<br />

hoeverre dit het geval is - maar by gebruikt het niet by voorkeur.<br />

Volstrekt niet. Althans niet by-voorkeur van smaak. Evenmin<br />

omdat by zich bemoeit met berekeningen over voedingsvermogen<br />

of verwarmingskracht van 't vet . Dit laatste zou boven -<br />

then 's zomers geen reden zyn om spek to eten .<br />

Het gebruik van spek by den arme, heeft 'n andere reden . Hy<br />

heeft vet noodig om aardappelen to slikken . Wat het vet in de, maaU<br />

uitwerkt, gaat hem niet aan, by gebruikt het voor de keel . Scheikundigen,<br />

die in filanthropie doen - ik bedoel dezulken, die by<br />

hun wetenschap gezond verstand kunnen gebruiken, en niet uit<br />

boekerigheid afkeerig zyn van de onornstootelyke waarheid der<br />

feiten - worden uitgenoodigd eens de voedingskracht to ontleden<br />

van 't maal dat b yv. de amsterdamsche werkman gebruikt .<br />

Daarby is van vleesch geen spraak . En zelfs meestal niet van vet .<br />

Het surrogaat daarvan is ,, Kattenburger doop" namelyk : water en<br />

azyn .<br />

Men zou 't den soldaat niet durven voorzetten. Jazelfs den ge<br />

vangene niet . En men bedenke, dat de werkman arbeiden moet,<br />

dus meer behoefte heeft aan goed voedsel, dan gevangenen of<br />

militairen.<br />

Wie officieel in den kost is by den Nederlandschen Staat<br />

door misdryf of conscriptie dan - heeft aanspraken . Hy kan<br />

reclameeren . Dit kan de workman niet, naar 't schynt . En daarom<br />

doe ik 't voor hem, by dezen. Men schynt to meenen, dat de<br />

arbeider geboren is tot onthouding, verdriet, geloof, vermoeienis,<br />

tweet, hongerlyden en berusten. Ik geloof aan vooruitgang. Tot<br />

alien vooruitgang is beweging noodig . Die beweging ontbreekt in<br />

Holland . De arme teert zwygend weg . Hy heeft de geestkracht<br />

niet om verbetering van z'n lot to vorderen, en juist datzelfde<br />

lot belet hem om to geraken tot geestkracht . Dit alles loopt rond<br />

in 'n fatalen kring, die verbroken moet worden . En dit kan wel,<br />

Ik zal 't beproeven .<br />

Ik wil hier 'n opmerking tusschenvoegen, die geheel thuishoort<br />

op economisch terrein, en die ik dringend aanbeveel in de attentie<br />

van heeren filanthropen. Hoe komt het, dat een slagl in Oost<br />

of West - v66r de afschaffing*) - geldswaarde had, en dat het<br />

Nederlandsche individu Been geldswaarde heeft .<br />

*) Dat de slaverny in Nederlandsch-Oost-Indie geheel-en-al zou afgeschaft<br />

zyn, geloof ik niet . Zonder hiervan bericht ontvangen to hebben, kan<br />

ik berekenen dat er nog altyd op zeer vele plaatsen - byv . op de eilandengroepen<br />

benoorden Celebes - slaven zyn, onder de benaming van orang<br />

beroetang, d.i . schuldpandelingen. Of de afsehaffng daarvan wenschelyk,<br />

oorbaar, of zelfs mogelyk is, zou ik niet kunnen beslissen .<br />

Maar wel durf ik beweren dat bet loskoopen van Niasser gevangeneil,


IDEEN VAN MULTATULT. 71<br />

-<br />

Een slaaf kon door matig werk de kosten opbrengen van z'n<br />

onderhoud . Men was door eigenbelang genoopt - en waar dit<br />

zweeg, door de wet gedwongen -- hem to onderhouden . De meester<br />

verschafte hem deksel en voedsel, beiden in overeenstemming<br />

met z'n behoeften . Jazelfs was 'n eigenaar den slaaf ondersteuning<br />

schuldig, in-geval van ziekte of verwonding. Al deze uitgaven<br />

konden bestreden worden uit de winsten, die de arbeid van<br />

den slaaf af wierp . En bovendien werd uit die winst gedekt : de rente<br />

en, risico van 't voor inkoop van den slaal betaalde kapitaal .<br />

Eilieve, welk kapitaal zouu men durven uitgeven voor een<br />

werkman ten-onzent ? Wie zou hem ---- onder verplichting r(tv<br />

behoorlyk onderhoud -- durven<br />

koop gesteld warden ? Niemand .<br />

koopen, ik',anneer by mocht to<br />

Een afrikaansch Bier van 't genus : homo, had geldswaarde .<br />

De eigenaar eener negerin die verloste, deed winst.<br />

Een Nederlandsch dier van dat genus, heeft Been waarde .<br />

Elk kind dat bier ter-wereld komt, is 'n lastpost .<br />

Glinds brachten de geboorten rykdom aan . Hier vermeerderen<br />

zy de arnioede . Daar stal men kinderen en menschen . Hier legt<br />

men ze to vondeling. Gemeenten en armbesturen kibbelen en<br />

procedeeren om 't eigendomsrecht van zich afteschuiven .<br />

Hoe is dit, filanthropen, christenen, were] dbeschavers ? Hebben<br />

al uw bemoeienissen niets voortge-bracht dan dit ? Niets dan<br />

dat gy op uw ei gen pryscourant den mensch hebt gebracht beneden<br />

de waarde van een rund .<br />

Hoe, die zwarte slaverny was zoo afschuwelyk, hebt gy gezegd<br />

dat verkoopen en koopen van<br />

I<br />

niewsclien streed tegen uw<br />

gevoel, wyl de koopwaar word gel ykgesteld met paarden, kalveren<br />

onder verplichting van schuld-verdienen, eerie jitenschelyke zaak blyft .<br />

Nias namelyk-een eiland even benoorden de linie, ten westen van Sumatra<br />

gelegen - is zeer bevolkt. De stammen in 't binnenland, waar wy<br />

Ni -einig of geen invloed hebben, zyn voortdurend met elkander in oorlog, en<br />

vermoorden hunne gevangenen, wanneer niet de Nederlandsche gezaghebber<br />

op 't kust-etablissement Goenoeng-Setoli die ongelukkigen vrykoopt. In<br />

myn tyd zond men de alzoo gelosten -- paiidelingen heeten ze dan --- naar<br />

Padang, de hoofdplaats van Sumatra's Westkust, waar zy door eenige jaren<br />

arbeids in dienst van partikulieren of van de Regeering, hunne schuld aflossen<br />

. Gedurende then tyd werden zy behoorlyk gevoed, gehuisvest en gekleed<br />

. Of dit alles nog zoo is, weet ik niet . Ik spreek van (lertig jaren geleden .<br />

1)e ethnologische oorsprong dier Niassars ligt, naar ik meen, nog altyd iii<br />

hot duister . 't Is zelfs de vraag of ze, toch zoo naby 't maleische Sumatra<br />

gelegen, van maleisch ras zyn ? Zy hebben lets in neus en oogen, dat aan<br />

rnongoolsche afkomst doet denken, en hunne gelaatskleur is geeler dan vats<br />

den Sumatraan . De speed waarniee de lieden, kort te-voren nog in nagenoeg<br />

wilden staat in dee bosschen levende, betrekkelyk beschaafd worden, grellst<br />

;tan 't wonderbare . In een onimezien tyds vorui)en zy zich tot handige ainbaoUslieclen,<br />

eii zelfs, ale de weester dit, verkiest, lot . . . nitizilcaflt,eTI . 00k<br />

A,, huisbed'en(leti eve zy weir gezoehf, (1872)


7 2 IDEEN VAN MULTATULL<br />

of ander vee . . . . en gy ziet het koelbloedig aan, dat in ons land<br />

in 't land der witte slaverny, uw eigen landgenooten ver beneden<br />

dat vee staan ? Het stuitte u nooit, dat de eigenaar van een kalf<br />

waarde ontvangt voor z'n beest, en dat in uw land niemand eigenaar<br />

zou willen wezen van een mensch, dan onder schadeloosstelling<br />

voor den last van het bezit, Het hindert u niet, dat een<br />

neger of koebeest bate was of is, en uw arme landgenooten schade ?<br />

Het kalf plus, de mensch minus ?<br />

Hoe is dit filantropen ?<br />

Het afschuwelyk, menschenslachten in Dahomey strydt niet<br />

tegen myn beweren, dat de waarde van 't neger-individu, in 9conomischen<br />

zin, boven die van den blanke staat . Dat slachten zou<br />

ophouden als men then koning - koning ! - geld bood voor z'n<br />

offers. Maar geld bieden voor een mensch foei ! Slachten, en<br />

toelaten dat-i geslacht wordt, is veel t),ienschelyker, niet waar ?<br />

Vat overigens die afschaffery van 't slavenstelsel aangaat,<br />

herinner ik my een voorval, dat de hartelyke innigheid kenschetst<br />

van de uithangmannen by zulke bewegingen .<br />

Voor Lien of twaalf jaar woonde ik, in een ma(,-,onnieke loge, de<br />

receptie by van iemand die naar Berbice of Demerary zou vertrekken<br />

. By 't gezellig onderhoud, dat er volgde op de ceremoni6ele<br />

handeling der zaak, vraagde en kreeg een oud advokaat<br />

het woord. Hy ,broederde" vreeselyk, en had tot tekst zyner<br />

toespraak gekozen : de slaverny. Nu weet ik niet of 't wel to-pas<br />

kwam - want ik meende, dat de slaverny al lang was afgeschaft<br />

in de kolonie waarheen de nieuwe ,broeder" vertrekken zou<br />

maar hoe dit zy, a]. had dan de jonge metselaar de toespraak<br />

niet noodig, de spreker had de slaverny noodig om z'n toespraak<br />

to houden. 't Duurde lang . Het was een peletonsvuur van woorden<br />

als : vertrapt menschenrecht, allemaal gods kinderen, rechten<br />

der natuur, beschaving, zedelykheid, broederschap, en wat er verder<br />

by zoo-iets hoort. Hy waarschuwde den broeder, by smeekte<br />

den broeder en by dreigde den broeder. Alles in 't belang van de<br />

arme negers. De wyn verschaalde er van, en ik denk, dat de nieuwe<br />

broeder - als ten-minste z'n hart goed was - zich voornam<br />

zyn slaven nooit to straffen met zulke lange toespraken .<br />

Na den toast - of de preek - zei ik, niet als speech, maar<br />

zooals men spreekt in gezelligen kring, dat ook ik de slaverny<br />

afkeurde, maar dat er dikwyls iets liefs werd gevonden in de verhouding<br />

tusschen slaaf en eigenaar . Ik vertelde hoe ik eens een<br />

klein slavejongetje had hooren zeggen tegen een vrijen loonbediende<br />

: hood je stil, zwyg . . . . jy moogt niet mee8preken . . . . ik hoor<br />

by m'nheer, ik ben z'n eigen kind (saya toewan poenja anakh sendiri,<br />

loe tjoema orang-sewah) jy bent maar een huurmensch . En ik<br />

haalde eenige feiten aan, waaruit bleek, dat er - by al die gruwelen,<br />

die er door slaverny ontstaan - Loch nu-en-dan iets goeds<br />

kan voortvloeien uit het stelsel, al deugt dan ook dat stelsel zelf


A<br />

IDEEN VAN LIULTATULI . 73<br />

iiiet . Ik iiieejide onptu-tyclig to oordeclon, dti,ar ik zelf nooit slaven<br />

bezeten had, nooit la nger althans dan n ,- -t 't koopen noodig was tot<br />

vrygeven .<br />

Alaar zie de advokaat werd boos . Nu onderging ik een speech, die<br />

hierop neerkwam, dat alle menschen, die eon groot deel van hun<br />

]even hadden doorgebracht in linden waar de slaverny bestond,<br />

verdorven waren van hart, verstompt van gevoel, enz .<br />

Tk droeg myn lot geduldig . En toen 't uit was vraagde ik bet<br />

woord, ditmaal vormelyk .<br />

Tk zeide, dat ik geroerd was door de toespraak van den broeder .<br />

Dat ik inzag geen behoorlyk Nederlandsch hart to hebben . Pat dit<br />

my zeer speet . Pat ik verging van i\ , roeging over de smetten van<br />

in'n Wed. Dart ik alles toostemde, wat de brooder daarover en over<br />

de slaverny, had georeerd, of oreeren zou . Pat ik -berouwvoelde . . .<br />

Hier haalde ik m'n portefuille uit en vraagde een bla, , idje of bord .<br />

-dat ik m'n beroiiw toonen tiff ilde<br />

Tk nam wat I)ankp ,,.,pier en legde dat op bet blaadje .<br />

.,dat ik naar myn vermogen wilde nieeNA ,w(-rken tot bet vrykoo .<br />

pen van slaven<br />

Ik bood den brooder het bord aan . -De man was ryk .<br />

,,en dat ik niet twyfeldee of de brooder, die zoo schoon gesproken<br />

had<br />

1)e ,broeder" was opgestaan en zoeht z'n hoed<br />

Ik be],) 'in nooit wec~rgezien.<br />

Nog-tens, filanthropen, hoe is dit ? Wa .-,it-oni Loch hebt gy-elf<br />

de slaven niet vrygekocht ? AV'aaroini taa,t, ge ow mealsellenheid,<br />

betalen door den arine (lie inie~ J .)AT(lr , i,agt tot. bet budjet, wa,arop<br />

de afkoop geaffecteerd is ?<br />

De zwarte slaverny was inderdaad in beginsel eon gruwel,<br />

nia,ai zy was openlyk, oprecht, frank . En : de slag- f werd<br />

I)csrhermd door de wet .<br />

Me beschernit den witten slaaf ? Wie verzacht of geneest den<br />

kanker van de blanke slaverny ? Ook dat is een gritwel, filanthropen,<br />

en een gruwel met toe t)ehooren van hulebelary en vaIsheid .<br />

De, invoering eener yereylementeerrIe slaverny met verplichting<br />

a,,in den leant des ineesters, om z'n elgendom behoorlyk to onderbouden,<br />

zou voor zoo men ig -Nederlandsch werknian een weldaad<br />

N,i, ezen als ze bestaan kon . _NI_a(, tr niemand zou iets durven<br />

bieden N, oor 'n blanke, en daarom is 't onniogelyk . Daarom, en niet<br />

oindat onze zeden zowlen verheven zvn boN-en de begrippen, die<br />

slaverny dulden . Integendeel, ze staan daar beneden, en bedekken<br />

haa,r zelf zucht ig terugdeinzen voor de verantwoordelykheid van 't<br />

patronaat, met 'n va Isch kleursel van eerbied voor menschenrecht .<br />

De christelyke besehaving is fvn en slim in hare berekeningen .<br />

Zy zegt : gy moogt met t, erkoch worden ze meent : ik wil u<br />

niet koopen. Zy zegt : ik wit niet dat ge sla.a l zyt ze meent :<br />

ik wil UNV cigenvar nit Nvezen . Zy zegt : behoudt uiN , 'vaardc als


74<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

mensch . . ze meent : ik wil myn kapitaalswaarde niet verliezen . Zy<br />

zegt : geen vernedering voor u . . . . ze meent : geen schade voor my .<br />

Want de werkman in onze maatschappy is slaaf . Z'n maag levert<br />

hem gebonden over, aan ieder die hem 'n maal aardappelen met<br />

azyn betaalt . Hy is slaaf, minus 't recht op onderstand, minus registratiekosten,<br />

minus gezegelden koopbrief, minus rente en risico .<br />

Ja, zonder risico . Want als-i ziek wordt, ongeschikt om to ar-<br />

I)P.iclpn- mid- oP.T)rp.kL-ig- - - - wp.lnli- dan Timirt, men een nipmwen<br />

slaaf, die weiken kan-, en betaalt hem als z'n voorganger met<br />

'n Maft] aar(lannPlen da'aas----<br />

Moeten dan de fabrikanten hun betaling verhoogen, de werkbazen<br />

hun loon ? Volstrekt niet. Dit kunnen ze niet . Die betaling<br />

is geregeld door de verhouding van vraag en behoefte. Er kunnen<br />

evenwel maatregelen genomen worden om die verhouding<br />

gunstiger to maken. Althans men kan zich die vraag voorleggen .<br />

Maar dit behoort in de volgende aldeeling, of liever ik zal later de<br />

kwestien over tariel en vryhandel - want op dit terrein hoort<br />

deze zaak voor een groot deel thuis - afzonderlyk behandelen . 't Is<br />

heel eenvoudig gelyk alles, wanneer men maar in oprechtheid zich<br />

voorstelt : wat de vraag is, en niet met infame bruggemanstaktiek<br />

byten hakt, om wat to verdienen aan onnoodige plankjes . (340)<br />

Weinig vraagstukken zyn onoplosbaar, en 't zou wel heel<br />

ongelukkig wezen, als 't zoeken naar voldoend levensonderhoud<br />

onder die weinige kwesti6n behoorde . Zoo-als nu de zaken staan,<br />

noem ik den toestand van ons Volk 8chandely7c . Zeven-achtste<br />

deel der gehuwde mannen, moeten de vruchtbaarheid hunner<br />

vrouwen verwenschen, en zeker zouden de vogeltjes die zoo vroolyk<br />

spys zoeken en rinden voor hun jongen, met minachting<br />

nerzien on 't verwaand menselidom- As ze wisten hoe schra,al de<br />

t,,-tfp,l bnrpid i .q- waarnm 't aan7it<br />

Ik zeide, dat er in Nederland door6,6n sleclits voor vier guides<br />

's jaars aan rundvleesch wordt genoten door elk individu . Of<br />

liever, dat zoo ?, , elen in 't geheel geen vleesch eten . En ik heb reeds<br />

eenige opmerkingen beantwoord, die ik op deze me&deeling<br />

verwachtte . Nu zal ik dezelfde treurige waarheid eens betoogen<br />

langs anderen weg . Stel dat de opgaven der accynsen onjuist<br />

zyn . Dat er veel wordt gesloken, zooveel zelfs dat er in Nederland<br />

niet voor veertien millioen giilden 's jaars, maar voor Lien of<br />

.,<br />

twintig malen meer aan runderen wordt geslacht . Waar blyft dan<br />

dat meerdere vleesch ? Wie koopt het ? Wie gebruikt het ?<br />

De werkman ? Immers neen, want al berekende men dat er<br />

lionderdmaal meer vleesch ter-sluik werd ingevoerd en geslacht<br />

dan aan9In egeven is, dan blyft het toch altyd waar, dat de betaling<br />

daarvan de middelen van den werkman te-bovengaat .<br />

Stel verder - maar 't is zoo niet - dat by liever schapenvleesch<br />

gebruikt, of spek . Neem zelfs aan, dat die spyzen gezonder<br />

zyn, voedzamer, meer warmte ontwikkelend .


IDEEN VAN MULTATULL 75<br />

Dit belet dan Loch niet, dat oak (lit schapenvleesch moot betaald<br />

worden met 25 it 30 centen, en varkensvleesch met 35 h 40<br />

centen het pond<br />

Vanwaar bekonit (to ~krerknian die centen, die stuivers ? Vanwaar<br />

vooral bekomt by de quldens, Ai , aartoe ze aangroeien als men<br />

relent by week of Tnaand ..<br />

Tk geef u bier de be grooting van een hoilandsch huisgezin .<br />

Later hoop ik meer to publiceeren, en ik zal ze den Koning<br />

voorleggen, opdat by wete hoe de arme drommels gevoed worden,<br />

die zoo schreeniven en geestdriften als by Amsterdam bezoekt .<br />

Kan de Koning 't lielpen . . . . vraagt ge ? Dit beweer ik niet .<br />

Maar we] beweer ik, dat een Koning zulke dingen weten moet, en<br />

dat de ministers behooren weggejaagd to ANord-en, die hem onkundie<br />

laten van den toestand des Volks .<br />

Budjet van een huisye-zin to Amsterdani . Inkomen zes gulden<br />

in de week, vrye woning en cry brand,sto/ . Sterkte : ntan, vrouw,<br />

drip N.ndprpn van 7 tot 10 4o-en .<br />

De man was vroeuer by de kavallerie, en heeft z'n paspoort<br />

bekomen wegens expiratie van verplichten dienst .'Hy heeft daarop<br />

z'n vorig beroep hervat, en dient nu sedert veertien jaren als<br />

knecht op 'n houtzaagmolen . Z'n patroon legt loffelyke getuigenis<br />

of over z'n Ledrag . ,H -v drinIct niet" en duet goed z'n werk .<br />

Aan brood<br />

UITOUVEN<br />

A an hooldspy8 voor 't middaq?naal<br />

Dit bestaat uit 5 kop aardappelen of 2 kop<br />

erwten, of 2 pond meet .<br />

.=fan tout<br />

boter ons daags<br />

vet, ons daags<br />

peper, azyn, mosterd, meet voorsav,s<br />

koffi, 2 ons in de week<br />

ye.brande stroop id<br />

melk, l/., kan dams<br />

karnernelk . eens in dee week,<br />

4 kan, . . . .<br />

f 0,10<br />

3 ons meel<br />

1 ' 2 ons stroop ---,06<br />

- ---,04<br />

,20<br />

olie voor licht in de week<br />

zeep, sty lsel, blauwset, droogwat<br />

garen, band, sajets'<br />

contributie aan 't begravenislonds<br />

schoolgeld voor een kind<br />

taba,k- , sell ercn, en ,;on?,s een (71a,,3<br />

id .<br />

id .<br />

id .<br />

id.<br />

fonever<br />

'I'ota .,--d<br />

("Oltell, In de week<br />

d , l ass -<br />

22 t ., f 1,57'<br />

20 - 1,40<br />

5<br />

5<br />

3<br />

,07'<br />

,35<br />

,35<br />

,15<br />

,26<br />

,03<br />

,21<br />

' 09<br />

,20<br />

,20<br />

' 18<br />

,10<br />

40<br />

15,77' /2


76 IDEEN VAN MIULTATULL<br />

Uit dee overschietende 22 1 x., cent in de week, nioet betaald worden,<br />

Heeding, schoeisel, onderhoud van de meubelen, geneeskundige<br />

hulp . . . .<br />

Het spreekt vanzelf, dat die 22 1 ,'., cts . daartoe niet voldoende<br />

zyn. Mocht echter de welvarende lezer die geneeskundige hulp<br />

onnoodig achten, en tevens den post : onderhoud van meubels (!)<br />

willen schrappen, dan blyft toch altyd de behoefte aan kleeding<br />

bestaan. Het schoeisel vooral is zeer duur .<br />

1k heb my geinformeerd waaruit dit gevonden wordt, en daarop<br />

't volgend antwoord bekomen :<br />

,,Als er byv. een hemd noodig is, wordt dit gekocht op Zaterdagavend.<br />

Dan moeten de daarvoor uitgegeven 90 cts . worden bezuinigd<br />

op de voeding van de volgende week . In plaats van 5 kop aardappelen<br />

worden er 3 kop daag8 gebruikt. In plaats van twee kop<br />

erwten, 1 1 ,"., kop, in plaats van 2 pond en meel, 1 F " 2 pond. Dit moet<br />

zoolang worden volgehouden tot het to kort aangezuiverd is .<br />

Gevraagd : Gebeurt het dikwyls' dat op die wyze de dagelyksche<br />

begrooting moet verminderd worden om 'n uitgaaf van Zaterdagavond<br />

to verevenen ?<br />

Antwoord : Ja, er is altyd iets noodig . Als ik of een der mynen<br />

een jas, broek of antler kleedingstuk moeten hebben, gebeurt het wel,<br />

dat ik f 10 of f 12 voorschot vraag van den patroon . Dit moet dan<br />

worden aangezuiverd door inhouding van 50 centen 's weeks . Deze<br />

inhouding gevoegd by de wekelyksche uitgaaf voor kleeren en schoenen,<br />

maakt dat wy, zoolang die aanzuivering niet algeloopen is,<br />

moeten hongerlyden . In zulke dagen eten wy droog brood en 's middags<br />

aardappelen of erwten met zout, zonder boter of vet .<br />

Gevraagd : Gy hebt op uw begrooting 40 centen 's weeks gebracht<br />

voor sigaren, scheren, borrels en tabak<br />

Antwoord : Ja . Maar zeer dikwyls doe ik deze uitgaaf niet . R<br />

gebruik zeer zelden en dan nog weinig jenever . Veel zou ik ookk niet<br />

kunnen betalen . Maar ik beken, dat ik soms voel eene opwekking<br />

noodig to hebben om niet moedeloos to worden . *)<br />

Gevraagd : Kan uwe vrouw niets verdienen?<br />

Antwoord : Als zy kan, gaat ze uit schoonmaken t) en verdient<br />

*) Ik beveel de lezing aan van het werkje : Is NEERLANDS MOED JE-<br />

NEVERMOED, DAN YIVAT DE JENEVER, voor 20 Centen to bekomen by K . RIS,<br />

buiten de Utrechtsche Barri&e, Noorder-ZaagpoortYY 141, to Amsterdam .<br />

Het is een hartig stukjen, en geschreven door een werkman . Zoo'n stem uit<br />

het Volk is veel belangryker dan de gemeenplaatsen van de zedepreekende<br />

afschaffers. Ikzelf ben zeer tegen sterken drank, maar . . . . ik ben v66r<br />

vleesch, v66r welstand . De beste afschafler is : biefstuk .<br />

Men zal zich die geringe uitgaaf niet beklagen, en door 't boekje in groogetale<br />

to bestellen en to verspreiden, tevens een goed werk doen . (1864)<br />

1) Voor m'n Vlaarnsche lezers bier de opmerking dat dit ,schoonniaken"<br />

een hollandismus is voor reinigen (kuischen) poetsen, schrobben, schuren,<br />

dwylen, boenen, inlet water morsen . 't Gebruik in dezen zin van 't, woord


JDEEN VAN MULTATTTLI . 7 7<br />

dan acht stuivers. J1a,ar daarop kan niet worden gerekend, omdat er<br />

niet altyd ,huizen zyn, en ook omdat zy zich overwerkt hee/t, en bovendien<br />

geplaagd is met rhumatiek .<br />

Gevraagd : Wie zorgt voor uw eten als uw vrouw uit schoonmaken<br />

gaat '?<br />

Antwoord, Dat niaakt ze den vorigen avond gereed, en ik zet<br />

het op 't vuur, als ik van den molen kom .<br />

Gevraa,qd : Wie zorgt voor uw kinderen als uwe vrouw uit is :<br />

Antwoord : De kinderen zyn op school, en krygen een boteram mee .<br />

Vraag : Hoee is over 't algemeen de gezondheidstoestand van<br />

uw gezin ?<br />

Antwoord : Slecht . M'n kinderen zyn zwak. Myn dochtertje van<br />

elf jaar lydt, nit zwakte, aan witten vloed . De dokter zei, dat ze versterkende<br />

middelen moest gebruiken<br />

Bouillon, biefstuk ? Zeker, dat zou goed zyn . . . . maar<br />

. . . . by zei er niet by in weike apteek, die to verkrygen zyn .<br />

Gevraagd : Doet gy we] eens uitgaven om uzelf, uwe vrouw,<br />

of kinderen eenig genoegen to verschaffen ?<br />

Antwoord : Ik ,weet niet waarvan ik 't betalen zou .<br />

En ik deed nog meer vragen, welker mededeeling het bestek van<br />

dezen brief to buiten gaat, doch waarop ik zal terug komen by<br />

latere behandeling van dergelyke toestanden.<br />

Vie nu aanmerkingen mocht to maken hebben op de begrooting<br />

van then werkm--an, wordt verzocht optegeven : hoe die begrooting<br />

dan zou hehooren ingericht to zyn ?<br />

Het is daarme6 als met de 1000 millioen gulden die er in Indi6 verloren<br />

gaan onder 't bestuur van een Gouverneur-generaal, die z'n<br />

plicht niet doet. Velen vinden dat cyfer overdreven, omdat ze,<br />

zoo-als vaak gebeurt de kracht der vermenigvuldiging niet kennen.<br />

Welnu, men rekene uit, hoeveel er dan in vyf jaren tyds op<br />

onwettige manier wordt afgenomen van de veertig-millioen onderdanen<br />

daarginder, en nerve daarby tot ma,atstaf de feiten in den<br />

,,Havelaar" en de opgaven- in de,,Minnebrieven" . Die opgaven zyn<br />

nooit weersproken, wat ook niet doenlyk is . Wil men nu door verandering<br />

in de rauttiplicatie (Minnebr . pag 1-04, volgg .) tot 'n<br />

tinder resultant komen, tot 800, tot 500 millioen ? Tot 200, of<br />

zelfs tot 100 millioen ? My is 't voorloopig wel, schoon ik de juistheid<br />

myner eyfers staande houd . 't Komt waarlyk niet aan op<br />

"Sehoon" is karakteristiek . Ook is 't eigenaardig dat zoo'n vrouw iverkster,<br />

werkvrouiv genoemd tii7ordt, oindat naar burgerlyk-huishoudelyk begrip,<br />

het ,werken" by-uitneuiendheid bestaat in 't plassen met water. En<br />

ten derde : zoo'n werkster of schoonmaakster heet in de taal van : Burgerstand,<br />

III, 7, a, 01 , b9, (Pp) een ,mensch" .<br />

Ziedaar de beteehenis die door zekeren stand in zeker landje gehecht<br />

wordt san de begrippert : schoati, arheiden eji mensch zyn. Dat verraderlyk<br />

spr, takgebrek ! (IS72)


78 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

een paar millioen meer of minder, als slechts het f eit geconstateerd<br />

is . Debat over nauwkeurigheid in slotsommen volgt later . En ik<br />

ben nieuwsgierig naar 't resultaat van hen die my beschuldigen<br />

van overdryving. 't Zou waarlyk komiek wezen then VAN TWIST<br />

to hooren beweren<br />

MULTATULI heeft overdreven . Ik kan narekenen en bewyzeii,<br />

dat er onder myn bestuur maar vyf millioen zyn verwaarloosd<br />

of geroof d j azelfs, heel stipt genomen, is 't nog drie gulden<br />

minder, en dus<br />

Zoo gaat het veelal. Voorgewend wantrouwen in een cyfer<br />

wordt gebruikt om de waarheid aan to tasten, die door zulk cyfer<br />

bewezen wordt, en die waarheid blyven zou, al kon men iets afdingen<br />

op de vol komen juistheid der opgave . Hier nu, byv. de begrooting<br />

van den werkman . Ik noemde 't woord hongerl yden.<br />

Nu is niets gemakkelyker dan met VAN TWIST of anderen, die zoo<br />

goedkoop tot rust komen, uit to roepen : overdryving ! Maar ik<br />

vraag hoe men dan die begrooting zou inrichten, zoodat de man<br />

geen gebrek lydt met z'n gezin ?<br />

Kom-aan, filantropen, en gy vooral, die uw eigen welvaart<br />

neemt tot maatstaf om 't geheel to beoordeelen, gy die vindt que<br />

tout est pour le mieux dans le meilleur des mondes possibles, schryft<br />

eens voor hoe een werkman, die zes gulden in de week verdient<br />

--- en al waren het twaalf ? - z'n uitgaven behoort to regelen,<br />

om niet z'n bestaan voort to sleepen in ellende, zooals nu 't<br />

geval is.<br />

Zes gulden in de week voor een huisgezin ! Eilieve, ik zie in<br />

't verslag van het Fonds ter aanmoediging van gewapenden dienst,<br />

dat er gedurende 1863, voor 84 verminkte en infirme militairen<br />

in 't invaliden-gesticht to Leiden is uitgegeven / 21 .950 . Dit bedraagt<br />

vyf gulden per hoofd in de week. Hoe kan dan een werkman,<br />

die kracht noodig heeft, die arbeiden moet, met zyn gezin<br />

bestaan van zes gulden ? Bovendien er worden voor zulke gestichten<br />

veel zaken in 't groot en dus goedkooper ingekocht, terwyl<br />

de werkman alles ten duurste betaalt .<br />

Hoe woont overigens de arme, de minvermogende, ten onzent ?<br />

Jazelfs, hoe woont een groot gedelte der burgerklasse ? Meermalen<br />

heb ik daarop bedoeld (401, 429) en zal nu geen beschryving<br />

geven van de woningen der armen . Ik ben realistisch genoeg geweest<br />

in de laatste bladzyden en naar myn smack zelfs to veel .<br />

Myn pen is moe van walg .<br />

Maar over dat wonen, toch eene vraag, en 'n mededeeling .<br />

De vraag is deze : zouden de heeren, die onlangs fondsen van<br />

anderen trachten by-elkaer to krygen, om hotels op to zetten<br />

voor reizigers, niet beter doen hun eigen geld to gebruiken tot<br />

het bouwen van woningen voor armen ? Maar geen kazernes .<br />

Dit bereikt het doel niet .<br />

Ik begryp dat burgemeesters-filanthropen, als ze gereisd hebben


IDEEN VAN MULTATULT . 79<br />

veel aannierkingen maken op de europeesahe logementen, en voorat<br />

die in Nederland. Maar als ze een tydje hadden doorgebracht<br />

in een kelderwoning to Amsterdam, geloof ik, dat ze die logemen<br />

ten bovenal de moeite van het hervormen zouden waardig keuren .<br />

En nu de mededeeling . Ik geloof, dat ze treffend is ! Er bestaat<br />

in Nederland eene Maatschappy tot Nut van 't Algemeen .<br />

Die Maatschappy houdt j aarlyks algemeene vergaderingen . De<br />

afgevaardigden der departementen hebben 't recht voorstellen to<br />

doen natuurlyk moetende strekken : tot nut van 't algemeen .<br />

In de laatste vergadering werd door het departement Franekeradeel<br />

voorgesteld<br />

;,den departementen aantebevelen, elk in zyn kring zooveel<br />

mogelyk onderzoek to doen naar de gesteldheid der woningen<br />

voor den geringen stand, armen o f behoe ftigen ; o f zy schadelyk<br />

zyn voor de gezondheid en den welstand, en daardoor nadeeligen<br />

invloed uitoef even op het huiselyk geluk, en oorzaken zyn van<br />

kwyning, achteruigang, zedeloosheid, onverschilligheid, verdierlyking<br />

. . . .<br />

Ge ziet dat ik niet alleen sta in m'n oordeel over den invloed<br />

van het wonen op de zedelykheid .<br />

„en plaatselyke maatregelen to behroeven ter verbetering ten<br />

d eze .<br />

Zoover 't voorstel van Franekeradeel . Nu de behandeling in<br />

de fitting volgens de gepubliceerde verslagen<br />

,,Het voorstellend lid licht zyn voorstel nader toe, en wil zel f s<br />

by de regeering, policie- of andere maatregelen hebben uitgelokt<br />

om het voorgesteld e doel to bereiken . . . .<br />

-Elet domme departement Franekeradeel . 't Verdiende waarlyk<br />

geschrapt to worden van de ledenlyst der maatschappy :tot nut<br />

van 't algemeen .<br />

Het lid ARUM acht het een onbereikbaar ideaal<br />

Spoedig een eikenkroon voor dat lid ARUM . Ik zei ten-onrechte,<br />

dat er geen uitvindingen worden gedaan door ons yolk . zie<br />

ARUM eens ! Hy heeft idealen weten to ontde kken - en onber.<br />

eikbare nog-al ! ---- in dingen, waarin ikzelf ze niet gevonden zou<br />

hebben, en ik, de droomer by uitnemendheid ! En ARUM vindt<br />

nog meer uit. Dat dichterlyke lid beweert<br />

„dat het onderwerp in kwestie niet ligt op den weg der<br />

maatschappy tot nut van 't algemeen . . . .<br />

Ik vraag, wat ligt er dan op then weg ? Tractaatjes ? Bybels ?<br />

Histories van brave Hendrikken ? Ik zou 't een schoonen weg vinden,<br />

die tot nut van 't algemeen leidde naar behoorlyke woningen .,


80 1 DEEN VAN__ MULTATULL<br />

al struikelde men dan meet op die wandeling over bundels preeken<br />

en verhandelingen. Maar ik schyn dit mis to hebben . Althans naar<br />

't oordeel der afgevaardigden van onze maatschappy - tot<br />

nut van 't algemeen, vergeet dit niet ! -had. het dichterlyke<br />

ARUM yelyk, en 't praktisch domme FRANEKERADEEL ongelyk :<br />

,,Het voorstel werd by acclamatie verworpen :<br />

Is 't niet bedroevend ? Gy begrypt, dat er onder die acclantecrende<br />

afgevaardigden veel dominees zyn . Moesten ze niet in natte<br />

kelders worden gestopt , om daar door nauwte en vuil, door vocht<br />

en stank wat menschelykheid . to leeren by hun godsdienst, of liever<br />

in-plaats daarvan ?<br />

II. Veel van 't verkeerde is to wyten aan onze Staats-instellingen .<br />

Algemeenheid van grieven lokt uit tot het bedenken van specieuse<br />

antwoorden . Een byzondere klacht eischt een verklaring,<br />

die op de zaak past, maar zoodra een grief herhaaldelyk en aan alle<br />

zyden wordt ingebracht, componeeren de betrokkenen een adagio<br />

dat de verantwoordelykheid schynt to dekken . Als gy of ik een<br />

brief verliezen, die ons werd toevertrouwd ter bezorging, zouden<br />

we verdriet voelen over dat geval . We zouden ons moeite geven<br />

om den klager tevreden to stellen door 't opgeven der redenen<br />

van het verlies, en door de -meest mogelyke inspanning om 't<br />

verlorene terug to vinden . Maar by de postkantoren, waar herhaaldelyk<br />

brieven zoek -raken, heeft men 't gemakkelyk geoordeeld<br />

eens-vooral 'n paar frazen to bedenken, waarme6 alle vragers worden<br />

afgescheept .<br />

- M'nheer als de brief waarnaar ge vraagt bier is aangekomen,<br />

is by bezorgd. Klager exit.<br />

- M'nheer, als uw brief bier op de post is gedaan, is by verzonden .<br />

Klager exit .<br />

- M'nheer. kunt gy verzekeren, dat het op8chriIt<br />

luidde zoo -aI8<br />

ge zegt ? Men kan zich vergissen in 't schryven van ' een adres . . . .<br />

Dat is waar : Klager exit.<br />

Zulk een algemeen geldend antwoord - ik zeg, dat zulke antwoorden<br />

a18 repel niet gelden - zoo'n dean is er ook uitgevonden,<br />

om alle klachten over den toestand des yolks to smoren, wanneer<br />

men die in verband brengt met onze Staatsinrichting . Dat antwoord<br />

luidt :<br />

Dit is de zaak niet van de Regeering .<br />

Het yolk is zedeloos en onzedelyk dit is de zaak niet van<br />

de Regeering .<br />

Het Volk is dom dit is geen Regeeringszaak .<br />

Met Volk lydt honger, 't Volk woont ellendig, 't is uitgeput,<br />

malingre, moedeloos . . . . geen zaak van de Regeering .<br />

Al die dingen liggen niet op den weg der Regeering, om to spreken<br />

met ARUM en met de heele nuts -maatschappy, behalve 't nobele<br />

FRANEKERADEEL .


IDEEN' VAN MULTAITIA .<br />

wat ligt et- dan loch «,61 oh den `vet; `' \Vat in 's lienielsuaam,<br />

gnat dan der Regeering wA-1 aan ? Of gaat haar niets aan,<br />

ligt er niets op haar weg, dan 't kibbelen over een plaatsje voor<br />

dozen of genera staatsrnan<br />

Waarlyk de heele Regeering lykt op een spoor weg -maatschappy<br />

die vergeten zou de treinen to doen loopen, om zich alleen bezig<br />

to houden met het benoemen van conducteurs . Ik kom daarop terug .<br />

\Vat men in Nederland vryheid noemt, is niets dan een lafhartig<br />

en wantroirwend -verdeelen van verantwoordelykheid . Zie<br />

doarover m'n 11DEEN 5, 6 . 7 1 8 1 9 1 119, 120, 121, 135,<br />

326, 329, 330, 332, 333, 334, 335 .<br />

Uit vrees voor tyrannic heeft men alles zoo ingericht, dat het<br />

lydende Volk zich op niemand beroepen kan . Een grondwetkoning<br />

is zoogewtairid onschendbaar, dus : niet aansprakelyk .<br />

Hy is verantwoord, wanneer-i zieh stipt houdt binnen de beperkingen<br />

van zoo'n instrument, en wel genoodzaakt, one_ niet<br />

nieineedig to Nvorden, verstand, oordeel, hekwaaniheid, goeden<br />

-wil, hoogere IMIchten, alles wat in hem is, voor 'n groot deel te,<br />

besteden as 't bestudeeren van militaire modes . Pit is zoo<br />

erkend, dat reeds by de opvoeding en opleiding van aspirantkoningen<br />

. alle wordt geregeld op 'n wyze die ze vatbaar maakt<br />

voor latere onbeduide -ndheid (117)<br />

Dat koningen sores gaarne ivat meer en wat anders doen, i~ ;<br />

onlangs gebleken by den hollandsehen watersnood. En men ziet,<br />

diee aandrift oral toch ook eens iets to mogen wezen of to doen<br />

zonder verlof van den minister . overal by brand en dergelyke<br />

ongelukken . Altyd is daar 'n koning of grins by . Wel loopen ze<br />

dikwyls in den weg, maar mag dit worden kwalyk genomen, als<br />

men nagaat, dat zoo'n voorval een der weinige gelegenheiden aanbiedt,<br />

die hun den mood geven tot ('cole, buissonniere ? Laat ons<br />

billyk zyn, en zacht oordeelen over personen die - alleen onder<br />

a l hun medeburgers ---- verstoken zyn van 't recht zichzel/ to wezeil .<br />

Een koningszoon moet, om eenmaal zyn beroep goed waar te,<br />

nemen, z'n karakter dooden, z'n geest u .itblusseheD, z'n wil onderdrukken<br />

. Cam wat to wezen, moet-i niets zyn . he grondwet<br />

leert, dat-i eenmaal zal to teekenen hebben wa men hem voorlegt,,<br />

en dat z'n hoogste verdienste of bekwaamheid wezen ml,<br />

goon bekwaaniheid of verdienste to bezitten .<br />

Waar individueele verdienste bestaat - on men ziet dit nicest<br />

al by vorsten die niet werden opgovoed als troonopvolgers --- is<br />

hun hoofdstreven, to verbergen dat zee minder onbeduidend zyn,<br />

dan de grondwet voorschryft . Ze moeten dan hun I)eki ,,,aamheid<br />

verstoppen, als 'n sch-uchter meisje haar gevoel .<br />

Niets zou dan onbillyker wezen dan een grondwet-koning<br />

aansprakelyk to houden voor de ellende des Volks . Hy mag zich<br />

zelfs niet benioeien iiiet, do pul -)Iiek - e zaak, en staat this be-ned-en<br />

ieder ander. AN' ,inneci' by v . cen koning de zaken inza,g tils ik,<br />

IDEEN II . 6


82 IDEEN VAN MULTATULL<br />

zou by 't recht niet hebben daarover openlyk to klagen als ik .<br />

Zyn plicht zou bestaan in 't nalaten van wat myn plicht my voorschryft<br />

to doen. De ministers en liberale bladen zouden terstond<br />

hem terechtwyzen :<br />

- Met uw verlof, Sire . . . . wees zoo goed to zwygen. Gy zyt<br />

gedoemd tot onbeduidendheid. Volgens de grondwet zullen wy<br />

terstond ophouden met roepen : leve de Koning! zoodra ge bewyzen<br />

geeft niet dood to zyn. Uwe taak is, niets to doen . Uwe<br />

roeping is, geen roeping to hebben. Uwe zorg is : alle zorg over<br />

to laten aan anderen .<br />

Aan anderen ?<br />

Aan wien ? Aan wie?<br />

Dit moeten wy vragen. Natuurlyk. Want, als dan de koning<br />

volgens z'n grondwets-instructie zich niet mag bemoeien met<br />

de taken, spreekt het vanzelf, dat by geheel-en-al buiten verantwoordetykheid<br />

moet gesteld worden, zooals dat ook bedoeld<br />

wordt door 't woord onschendbaar.<br />

Wanneer dus anderen belast zyn met beslissen en handelen .<br />

dan moot ook de verantwoordelykheid by die anderen gezocht<br />

worden.<br />

Er moet toch een domicilium citandi wezen, waar 't Volk zich<br />

kunne aanmelden om recht to vragen, als 't verdrukt wordt, of -<br />

zooals by ons - verwaarloosd. Neem eens aan, dat samenscholing,<br />

oproerig geschreeuw, brandstichten en plunderen, wettige<br />

en zedelyke dingen waren voorr wiens huis moet het Volk<br />

samenscholen, wiens naam moot bezongen worden in oproerliedjes,<br />

wiens glazen moeten worden inguegooid, wiens huis geplunderd '?<br />

Dit weet ik waarlyk niet. En -dat w'eet niemand . Doze onwetendheid<br />

is de triumf van het parlementair stelsel, en 'n gemakkelyk<br />

bedkussen van gewetenlooze regeerders . Als er klacht is,<br />

heeft niemand het alleen gedaan . (326)<br />

De ministeri6ele verantwoordelykheid is een leugen . Die heeren<br />

zyn zedelyk verantwoordelyk, ja - als ieder ander individu -<br />

maar overigens zyn ze inderdaad onschendbaar .<br />

Een koning staat te-recht voor de geschiedenis . En al beleeft<br />

by z'n vonnis niet, de moqelykheid bestaat, dat by er aan denkt<br />

met belangstelling, En zelfs de benoeming zyner ministers -<br />

naar den uitslag van I n Kamerstemming! - is in-zooverre onderworpen<br />

aan eenige pudeur, dat hy, wat dan ook die Kamer<br />

gestemd hebbe, toch z'n paard niet zou mogen benoemen tot<br />

consul, zoo-als men vertelt van CARACALLA. Ook heeft een koning<br />

soms de eer op to houden van z'n geslacht . Ook by heeft achtteslaan<br />

op populariteit . Hoe ontmand ook door de grondwet,<br />

het k6n zyn dat'n vorst zich den loop der zaken aantrok . 't Is<br />

zeldzaam, maar er zyn voorbeelden van . Zie HENDRIK den Vierden,<br />

die z'n koninkschap beschouwde als 'n roeping om to zorgen<br />

dat z'n onderdanen goed gevoed werden, en elke week een hoentje


TDEEN V.XN MULTATULT, 83<br />

in den pot konden steken . Ook zyn er voorheelden in de Geschiedenis,<br />

dat een Volk dol wordt, alles vergeet, z'n koning doodslaat<br />

of hem wegjaa.g t met z'n familie, en die voorbeelden zouden<br />

misschien dezen of genen koning kunnen opwekken tot belangstelling<br />

in de publieke zaak .<br />

Maar . . . . de ministers ? Eilieve, wat hebben zy to vreezen<br />

Hoe bereikt hen de afkeuring der geschiedenis, de vloek van den<br />

tlydgenoot ? Geslachts-eer hebben ze niet op to houden . . . . h e t.<br />

Volk kent hen ternauwernood, en de geschiedenis heeft wel wat<br />

anders to boeken, dan de namen der onbeduidendheden die elka6r<br />

opvolgen aan de groene tafel . Wy hebben sedert twaalf of veertien<br />

jaar, byna honderd van die heeren versleten . 't Is in Nederland<br />

een distinctie geworden, geen minister to zyn geweest .<br />

Ministeri6ele verantwoordelykheid ? Onzin . Heeft VAN MAANEN<br />

de kosten betaald van den tiendaagschen veldtocht ? Zullen de ontelbare<br />

ministers die oorzaak zyn van 't toekomstig verlies onzer<br />

bezittingen in Tndi6 een nieuw Insulinde weergeven aan Nederland<br />

? Zullen zy voorzien in een nieuw equivalent van een nieuw<br />

batig saldo ? In een nieuwe koffi - en suikervrachtvaart ? Waar zyn<br />

nu al de ministers, die jaa -r-in jaar-uit gelden aanvraagden voor de,<br />

marine, en daa.rmee niets tot stand brachten dan de algemeene<br />

erkenning dat die marine in sleehten staat is ? Zyn de gelden, welke<br />

dan toch de Natie gedurig opbracht, zoo slecht besteed geworden ?<br />

Wie of wat waarborgt dat de fondsen die nu worden toegestaan ',<br />

beter resultaat zull.en opleveren? *) Als over tien jaar het tegendeel<br />

blykt, zal de tegenwoordige minister ver to zoeken wezen,<br />

zooals nu zyn voorgangers .<br />

Welke minister za,l de ellende boeten, of herstellen, waaraan<br />

't Volk ten prooi is ? Wie zal 't genezen van het bederf der vochten,<br />

dat natuurlyk gevolg van slechte voeding.? Welke minister<br />

is aansprakelyk gesteld voor den sch,andelyken watersnood van<br />

1862 ? Tot welke civiele of crimineele actie geeft het plichtverzuim<br />

eens ministers, wettelyke aanleiding ? Hoe moet die actie<br />

geinstitu.eerd worden ? Waar beteekend ? Door wien ?<br />

Enquete in de Tweede Kamer ? Eilieve, de leden dier Kamer<br />

zyn immers juist de personen met wier hulp de minister staande<br />

blyft. Zoodra by in die Kamer de meerderheid- verliest, treedt by<br />

*) Ditzelfde vraag ik nu weder, en met to nicer aandrang, omdat thins<br />

ieder wel erkennen moet dat deze vraag in 1864 met grond gedaan werd .<br />

Niemand byv . durft party trekken voor den toestand waarin Leger en Vloot<br />

zich bevinden . Toch zyn daaraan ook sedert dat jaar alweder groote sommen<br />

ten-koste gelegd . Het organismus van ons bestuur is hetzelfde gebleven .<br />

De ministers zyn by voortduring onschendbaar, daar zy zich telkens door 'ii<br />

eenvoudig verzoek om ontslag aan alle verantwoordelykheid onttrekken .<br />

De Tweede-Kamer werkt belemmerend, als altoos . Wat zou er sedert '64<br />

kunnen verbeterd zyn ? Zoolang wy het kinderachtig stelseltje van een zoo<br />

begrepen parleirientarismus niet laten varen, in alle herstel onmogelyk . (1872)


84 IDEEN VAN MULTATULL<br />

af, trekt zich terug, en is vergeten . Het zou een curieus ding<br />

wezen, die Kamer to hooren vonnissen over de daden van 't<br />

afgetreden ministerie . Maar daartoe komt, het nooit, want de lieden<br />

du jour hebben 't zoo druk met 't vast houden aan 'r gezag van<br />

heden, dat ze meestal geen tyd hebben om de fouten en misdaden<br />

van gister to behandelen . Bovendien, de mannen, die op 't<br />

kussen zyn, hebben een eigenaardige goedwilligheid voor de verkeerdheden<br />

hunner voorgangers . Het tegendeel mocht eens gewoonte<br />

worden, en hoe dan, als ook hun opvolgers lastig werden ?<br />

't Is daarmee als met advocaten, die elkander sparen . . . . ten<br />

koste van de respectieve cli6nten . Die elienten zyn in dit geval :<br />

het Nederlandsche Volk.<br />

De heele inrichting van ons bestuur berust op leugen. Die geheel<br />

onverantwoordelyke, onaantastbare ministers zyn 't product<br />

van de stemmingen eener Kamer, die zelf 'n leugen is . Die<br />

Kamer is niet gekozen door 't Volk . Ze is het voortbrengsel van<br />

krantengeschryf . Wie dat voortbrengsel wil leerenkennen, ga naar<br />

den Haag, of leze 't byblad . Als men 't een to ver vindt, en 't<br />

ander to vervelend, dan verwys ik naar 336, waar ik een kort<br />

levensbericht heb medegedeeld van ons parlement, dat meteen<br />

kan gelden als portret .<br />

Onder de dagbladen hebben die kranten 't hoogste woord en<br />

den meesten invloed, welke in den aanvang gesteund door kapitaal,<br />

den tyd hadden, door Hoff-advertenti6n en Holloway-annonces,<br />

zich to maken tot ,'n veel gelezen blad ." Een gezelschap<br />

raddraaiers, dat een paar ton wil ten koste leggen aan de verspreiding<br />

van een goedkoope courant, kan zeker wezen, na weinig<br />

jaren het uitgeschoten kapitaal met woeker terug to ontvangen<br />

en den Staat to regeeren. Naast en tusschen de annonces over<br />

revalenta of haar-groeimiddelen, geven ze den lezer hun politiek<br />

brouwsel in. Wien het geneest door 't middel van dokter<br />

die, zal baatvinden by 't stemmen van m'nheer die . Als dat<br />

lid in de Kamer komt, verdwynen de sproeten . Honderd certifieaten<br />

uit vreemde landen, dat m'nheer die 'n ware liberaal is,<br />

en dat z'n staatkundige loopbaan alle kinderen geneest van engelsche<br />

ziekte . Likdorens zyn onmogelyk voortaan, als m'nheer<br />

die een plaatsje krygt op 't binnenhof, en 't stamelen zal mythe<br />

worden, zoodra m'nheer die aan 't woord komt in den Haag .<br />

Longtering en opcenten . . . .<br />

0 genoeg, arm rachitisch Volk met uw pillen en kranten, en<br />

poeiers en kiescollegien .<br />

Moet er niet een algemeene oorzaak zyn, die Nederland gebracht<br />

heeft tot den staat waarin het verkeert ? Byzondere gevallen<br />

hebben, gedert de zoogenaamde restauratie, geen plaats gevonden .<br />

Doch als we teruggaan naar de 17e eeuw, toen de ,compagni8n<br />

van verre" winst begonnen of to werpen, waardoor van-lieverlede<br />

alles wat niet ,verre" was, werd verwaarloosd en bedorven, vin-


IDEEN VAN MULTATULI . 85<br />

din wy misschien eels der hoofdoorzaken van 't later verval .<br />

De geschiedenis van 'n yolk biedt meermalen punten van<br />

vergelyking aan .met de lotgevallen van cen individu, en 't zou<br />

nie t ongepast wezen, den nadeeligen invloe,-] van den kunstmatigen<br />

compagnie's handel to vergelyken by loterywinst, waarop<br />

Been zegen is, zooals 't Volk zegt, en ten rechte misschien .<br />

Want zulke winst maakt lui, onachtz-aani, onbekwaam om na<br />

't verliezen van dien rykdom, op nienw aan 't werk tegaan .<br />

:Mar oin nu alleen to spreken van lateren tyd, welke reden<br />

is er, dat onze natie achteruit gaat ? Sedert 1816 zyn er geen<br />

algemeen werkende catastrofen gebeurd . De treurige twist met<br />

Belgie is onbeduidend, als men die van een geschiedkundig standpunt<br />

beschouwt. *) De uitgaven voor wapening -- jaren lang, en<br />

to lang -- na den tiendaagschen veldtocht, haclden ruim kunnen<br />

gedekt worden uit dee paten van Tndi6, als 't, goed bestuurd was<br />

geworden . -- In 't voorbygaan zeg ik ii, dat Indie oneindig meer<br />

kon opbrengen . Het zoogenaamd batig saldo bedraagt geen tiende<br />

gedeelte van wat daar wordt verwaarloosd . Aan koffi alleen wordt,<br />

naar raining der ambtenaren van 't bintictilandseb bestuur,<br />

evenveel weggeworpen -),Is ingeleverd .<br />

Watersnood was in de laatste vyftig jaren niet frequenter,<br />

noch belangryker, dan overeenstemt met den doorslag-norm<br />

van zulke onverantwoordelyke gebeurtenissen. Ook vroeger bouwde<br />

men dyken - dat is verkeerd - en ook vroeger maakte men<br />

die, van zand, dat slecht is . De onbekendheid en 't gebrek aan<br />

doorzicht onzer dagen, bestonden vroeger evenzeer op dat punt .<br />

Cholera of andere ziekten heerschen in de laatste jaren niet<br />

meer noch heviger dan andere kwalen van then aard in vroeger<br />

tyd. Oorlog hadden we niet . De eeuwigdurende vechtpartyen op<br />

de indische btiltenposten raken niet aan 't hart der natie, dat<br />

is : niet aan koffi . Ik zwyg van bloed nu, ik spreek van zaken .<br />

Welke zaken kunnen te-weeg brengen dat alles is, zooals 't is<br />

Dit is hoofdzakelyk to wyten aan 4echf best?o,r .<br />

*) Ja wel treurig was (lie twist ! Is de in 1830 geslagen wond nog to genezen<br />

? Kan de zoo baldadig gespleten Nederlandsche stain weder tot 66il<br />

krachtig geheel wordeti vereenigd?<br />

Zeer dikwyls heb ik m *y ernstig met dit vraagstuk beziggello tide] i en ook<br />

anderen dachteii daaraan . Zolfis werden er ---- v66r 1866 ! - pogingen aangewend<br />

oni to geraken tos 'ii begin van uitvoering . Ze stuitten of op . . . . overiii,tat<br />

van gewoonheid in persoiien welker standpunt andere hoedanigheden<br />

vorderde . De geschiedenis derjaret) '66 on '70 zoit waarschynlyk een anderen<br />

loop genoinen hebben, indieii . . . .<br />

't Kan nog ! Allamitigeii, 't Kan nog<br />

Alaar . . . . aan beide zy(ten nioet men een-en-ander leeren, en . afleeren .<br />

Als dit geschiedde, zouden we ons orn 't Buitenland niet behoeven to bekommereii<br />

. Elke iiatio --- oii ivy, Nederlanders zyn een natie, wat men van<br />

veel politieke aggloinprafi("*ri iw~l zeggen kaii (Ake natie is sterker dan It,<br />

gro c) t s t t , lege r . ( I8 ; 2)


86<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

De ministers, die zich terugtrekken op hun buitenplaatsen-, als<br />

de boel verkeert loopt, regelen, beschikken, benoemen, bevorderen<br />

of ontslaan naar 't hun lust . *) A pM3 eux 16 deluge, dat is : waters -<br />

nood . . . . of andere nood . Wij hebben dAAraan, in medeplichtigheid<br />

met de kiezery, een stel regeerders en bestuurders van land<br />

en stad to wyten, dat treuren doet of lachen, al naar men gestemd<br />

is, maar in iederge val minachting en verontwaardiging opwekt .<br />

Vandaar dan ook dat men nergens den minsten eerbied bespeurt<br />

voor de ,Overheid" . Meestal zelfs is er iets vyandigs in den toon,<br />

waarop men hoort spreken over regeeringsdaden of bestuurders .<br />

Van innig verband tusschen Regeering en Volk is geen spoor .<br />

Zooveel de wet maar eenigszins toelaat, onttrekt zich ieder aan<br />

't vervullen van burgerplicht . Belangstelling in de res publics<br />

is een onbekende zaak geworden. Kan het anders ? Waar men<br />

't oog vestigt op de handelingen van bestuur, stuiten we overal<br />

op onkunde, op inertie, op gebrek aan bekwaamheid. De kunst<br />

van regeeren en besturen moet geleerd worden . Daartoe is aanleg<br />

yver en studie noodig, en waar 't Volk dit alles ziet ontbreken<br />

op-den-duur, kan er geen ontzag bestaan voor bestuur of regeering.<br />

Let eens op de staatpolicie in onze groote steden . Het wyzen<br />

daarop zal voor ons tegenwoordig doel genoeg zyn, schoon 't<br />

niet onaardig ware, eene reeks van zaken aan to voeren, die myne<br />

bewering staven. Ik zou van de anecdotische onbekwaamheid<br />

der ministers kunnen afdalen tot schynbare nietigheden toe . Ja, tot<br />

het plankje van 't frankeer-raampjen in 't postkantoor, dat door<br />

I<br />

n schrenier-gleuf in tweee**n is gedeeld, om toch vooral den spoed<br />

to verhinderen, die bevorderd worden zou door 't eenvoudig wegstryken<br />

van terugbetaalde pasmunt. Men is nu genoodzaakt<br />

stuk voor stuk op to nemen . Er wordt vaak geklaagd over de postbeambten<br />

en deze klagen op hun beurt over de lompheid en de<br />

exigentie van Publiek . PUBLIEK is lomp, maar in z'n eischen op<br />

vlugge dienst heeft het recht . Als echter de dienst slordig - en<br />

met tydverlies - wordt verricht, is dit meestal niet zoozeer de<br />

schuld van de beambten, als van de ellendige domme organisatie<br />

van 't postwezen . Nog-eens wil ik wyzen op iets zeer eenvoudigs<br />

opdat ieder kunnen mee-oordeelen . Zou men niet meenen, dat de<br />

*) Deze uitdrukking in zooverre onjuist, dat de ministers veel to afhankelyk<br />

zyn van de eischen hunner halfslachtige positie : en dus in dit opzicht<br />

niet willekeurig kunnen to werk gaan niet alleen, maar zelf veel to weinig onafhankelykheid<br />

bezitten . Doch de belemmering in hunne machtsoefening<br />

vloeit niet voort uit het besef der verantwoordelykheid, noch voor de rechtbank<br />

van 't geweten, noch voor de vierschaar der publieke meening . Zy behoeven<br />

slechts hof to maken aan de meerderheid- der Kamer. Hierin slagende,<br />

achten zy zich van alle verdere aansprakelykheid voor de gevolgen van hun<br />

wanbestuur ontheven . En ook wanneer die meerderheid zich tegen hen ver-<br />

.klaart, zyn zy oogenblikkelyk door 't aftreden tegen alle veroordeeling gedekt.<br />

Dit is inderdaad al fe geiiiakkelyk ! De font ten (leze wordtaaiigewezen<br />

in 334 . (1872)


TUEEN VAN MUL7' .kTIJLI . 8 7<br />

amhtetiaar, die belast is net do frankatuur, met aanteekenen,<br />

met debiet van postzegels, z'n zitplaats nloest hebben by de guichet<br />

? Me dunkt dit zou nog al in de rede liggen . Zoo-als 't nu goregeld<br />

is, doet de man zyn dienst loopende en legt geheel onnoodig<br />

alle dagen eenige siren gaans af . Reken maar na . Icy is langer op de<br />

been dan de briefbestellers zelf, die toch op loopen gehuurd zyn .<br />

`Tie dus voor zoo'n venstertje zyn tyd staat to verstampvoeten,<br />

duide hot niet euvel ann de schraal-betaalde ambtenaren . Deze<br />

kunnen er niet aan doers, of althans niet veel . De fout ligt in de<br />

verregaande onbekwaamheid hooger-op . * )<br />

Aiaar, evenzeer willende vermyden to wyzen op voorbeelden,<br />

die zoogenaamd hoog liggen, als op veel wat nietig schynt, zoek<br />

ik iets, dat geen vat heeft op niet-ontvankelykheid, noch door<br />

schynbaar verhevenheid, noch door evenschynbare laagte van terrein<br />

. Ik wil niet dat -men zich incompetent verklare door 'n lamzalig<br />

: dat is m.q to hoog . of door 'n onjuist : dat is my to nietig ..<br />

Daarom gryp ik iets uit hot hidden, en kom terg ug op de straat<br />

policie. De schoone studio der petite voirie blykt by elken voetJstap'n<br />

onbekende zaak to wezen . Teder schreerlwt, timmert, handelt<br />

op den publieken weg, alsof 't z'n winkel of werkplaats<br />

ware . Behoorlyke markten, zoo-als in andere groote steden van<br />

Europa, zyn er niet . Alignement van huizen of stadswal is 'n<br />

onbekende zaak . De reinheid ---- behalve op de hoofdgrachten -schynt<br />

niet to hooren onder de punten van bestuur . Regels op<br />

't wonen, in dien z in, dat er zooveel kubiek ruimte zy voor zooveel<br />

individuen, bestaa .n er niet . In de achterbuurten hoopt zich<br />

alles op elkaer en deelt, elkander mee, wat or zooals mee to deelen<br />

vale in die buurten . . De mnannen van de regeering ignoreeren<br />

dedaigneuselyk alle kennisnanie van die vuiligheid, en zeker<br />

zouden de bewoners eener groote stad er veel by winnen, als men<br />

friesche of noordhollandschc boeren snot hot bestuur belastte,<br />

Ik teem deze gelegenheid waar otti voortestellen, bet geheel debiet<br />

van frankeerzegels aan de postkaid,oren, afteschaffen . I- tet neemt veel tyd<br />

weg, en stretttt den toegang tot de gscichets . De adntinistratie behoorde de<br />

zegels in hot grout en tegen -rabid verkrygbaar to stellen, in welk geval ze weldra<br />

in alle kleine winkels zouden gedebiteerd woolen . Dit is thans uitzondering<br />

onrilat de winkelier beschr ootild is opcennte-rz t e vorderen, (tat dan ook op de<br />

zeer kleiiie zegeltjes taut zoo ktnineii geschieden . En Loch kan men van derv<br />

kleinltandelaar iiiet verlangen dat hyzichmet, doze transactie belast zonder<br />

winst. Door den voorgestelden ii aat,regel condo tevens bet bezwaar nit deii<br />

weg gerrnnid zyn, tat then des avonds, of op zekere ltien van deft Zon&t;<br />

cett brief niet frankeeren . katt, wanneer men verzititttd heeft zidt in-tyds vast<br />

eett zegeltje to voorzieu .<br />

\Cat hot to verleenen rabat aangaat, bet zou minder bedragen dan de geldswaarde<br />

van den tyd, die thans verloren gaat aan 't afleveren der stempeltjes,<br />

gewoonlyk juist op oogenblikken kort voor 't vertrek der post, en dus<br />

zeer ten-nadeele van de andere w-,rkzaa,mlareden die groote nauwkeurigheid<br />

vereischen . (1872)


88 IDEEN VAN MULTATUL1,<br />

mits ze zich verbonden hun geadministreerden to behandelei) als<br />

vroeger hunne koeien . Ik geloof niet, dat een rechtgeaarde koe<br />

er in berusten zou, to logeeren als nu drie-vierde deel van de<br />

bevolking to Amsterdam .<br />

Maar dit gaat het bestuur niet aan . Dit alles liyt niet op den<br />

weg van 't bestuur .<br />

En by 't klagen daarover, stuit men alweder en altyd op dat<br />

vo6rheerschend kenmerk van 't parlementarisme : op gebrek<br />

aan verantwoordelykheid .<br />

Als een pikant staaltje van de wyze hoe er bestuurd wordt,<br />

hoe de bestuurders hun roeping begrypen, wys ik op 't volgende .<br />

WY weten nu eenmaal, dat het Volk geen vleesch eet . Voor<br />

n oogenblik aannemende, dat het bestuur daaraan niets doen<br />

kan, zal 't toch waar blyven, dat zoo'n feit belangstellende aandacht<br />

verdient. Ziehier hoe de Gedeputeerde Staten van Friesland<br />

zich van hun plicht daaromtrent kwyten . Wy lezen in 't verslag<br />

van die provincie over 1661 :<br />

Wij moeten nog wijzen op 't verbliidend ver-schijnsel,<br />

dat de invoer van Smeer<br />

de, ,Nederland,3che Industrieel" voegt bier zeer gepast by :<br />

,,dat is : de a/val van ons naar Engeland gezonden vee ."<br />

. . ._8meer, een artikel zoo nitnemend geschikt om bij de<br />

geringe volkskla88e het gernis van vleesch to vergoeden, in de<br />

beide laatqte jaren weder klimmende is."<br />

Het is moeielyk by zulke mededeeling niet bitter to worden .<br />

Men vraagt zich wat de overhand heeft by die heeren Gedeputeerde<br />

Staten, de domheid, de onverschilligheid, of de wreedheid ?<br />

Of zou er ironie liggen in dat verblyden over 't verruilen van<br />

versch vleesch tegen oud smeer ? Zou 't een geestigheid wezen ?<br />

Laat ons het zachtste oordeel kiezen en dus de zaak houden voor<br />

domheid. We kunnen daarvoor de minder domme opinie teruggeven<br />

- niet als verblydend verschynsell helaas ! - d at 'n vlucht<br />

uilen, ,zoo by-uitnemendheid geschikt wezen zou om H .H .<br />

Gedeputeerde Staten van Friesland to vervangen .<br />

Als ik wilde toegeven in den lust om zeer veel voorbeelden<br />

van then aard aan to halen, was er geen eind aan . Beter zou 't<br />

gezegd zyn : als ik den walg kon overwinnen, die my dat aanhalon<br />

veroorzaakt. In 't groote en kleine, in stads- provincie- en landsbestuur,<br />

overall dezelfde onbekwaamheid van een onverantwoordelyk<br />

: ,niet alleen gedaan ." Partant . . . . overal 't zelfde gebrek<br />

aan geweten .<br />

In Januari 1862 haalde ik in m'n Vry-Arbeid SHAKESPEARE'S<br />

woorden aan : er is verrotting in den Staat. Weinig tyds daarna<br />

herhaalden vele dagbladen van verschillende richting dat woord,<br />

en niemand sprak het tegen . Kort daarop erkende de minister THoR -


IDEEN VAN MULTATULI 89<br />

BECKE - let wel, toen by optrad, en dus al 't gowiclit van de beschuldiging<br />

kon werpen op z'n voorgangers ,,dat er een conta,qium<br />

heerschte in den Staat"<br />

Besmetting dus . Het ware nu, na twee jaron thorbeckery,<br />

voor 'n afgevaardigde de moeite waard then minister de vraag<br />

voor to leggen : wat by gedurende zyn be .stuur verricht heeft,<br />

om die besmetting tegen to gaan ? En 't ware to wenschen, dat er<br />

een aannemelyk antwoord kon worden gegeven op die vraag .<br />

't schynt, dat de besmetting terstond is geweken by 't<br />

optreden van den heer THORBECKE zelf, en dat er niets noodig<br />

was dan 't vertoonen van zyn ziektewerend gelaat aan de ministerieele<br />

tafel, om gezond to maken wat ziek was, om ar--<br />

M()Pr1f1P filo cTPrbpPrPn in rATIMOM in i,.Ilonrloc in -qliolip.irl<br />

We zullen zoo vry zyn niet to gelooven aan then omkeer, zoo<br />

I .-, 1-f, -,H, hhift hot 1,dt<br />

Weer moet ik'hior terugkomen op den leugen den Vertegenwoordiging.<br />

Al was er niet zooveel geknoei in 't kiezen door de<br />

weinigen, die 't recht hebben zich daarmee to bemoeien, of die<br />

van dat recht gebruik maken, dan nog zou de heele zaak leugen<br />

zyn want . . . . het hongerlydend gedeelte der Natie spreekt niet<br />

merle . De niet-etende workman heeft evenmin stem by de behandeting<br />

zyner zaken, als de koeien zelf, die by ziet wegvoeren naar<br />

Engeland. Het is niet waar dat doze of gene vertegenwoordiger<br />

is gekozen door 't Nederlandsche Volk. Kleine stedelyke of provincial°<br />

cliques vaardigen in hun belang dezen of genen of naar<br />

den Haag . Een p-,aar overigens onbeduidende couranten, of in<br />

soldy van 't bewind, of in hoop op soldy van 't volgend bewind --want<br />

oppositie is meestal hofmakery aan de toekomst - zoo'n<br />

paar kranten verheffen deze of gene nulliteit tot 'n orakel . Een<br />

man van wien vroeger niemand iets wist, wordt op eenmaal voorgesteld<br />

als 't non plus ultra van welsprekendheid, kennis, onbaatzuchtigheid,<br />

vaderlandsliefdc . . . .<br />

Neen, vaderlandsliefde niet . Dit moet men die kranten als<br />

certificaat van betise nageven, dat ze meestal by-voorkeur de<br />

districts-liefde pryzen van hun candidaat, als om een belaclielyk<br />

zegel to zetten - huns ondanks natuurlyk, en uit domheid -op<br />

de treurige waarheid, dat m'nheer die of die van plan is, z'n<br />

stadje en omliggende dorpen to vertegenwoordigen en niet het<br />

Volk van Nederland . Aldus blykt do leugen onzer verkiezingen<br />

uit de naive bekentenis zelve dergenen, die den mond vol hebben<br />

van onze onschatbare grondwet, van con stitutioneele on twikkeling,<br />

en diisdani-ye woorden moor_<br />

Eens was ik in Friesland, buiten myn weten, candidaat gesteld<br />

voor de Kamer. Ik las in de Provinciale Friesche Courant, dat men<br />

my onder anderen ook dd6.rom aanbeval, ,wvl ik een Fries was",<br />

1k haastte my die dwaling to releveeren, en werd niet gekozen,<br />

nattiurlyk. Nu, dit zou inisschien toch niet geschied zyn, maar


90 IDBIEN STAN MULTATULI.<br />

de aanbevelingen in de friesche couranten- hielden terstond op .<br />

De oorzaken die tot verkiezing leiden, zyn allerzonderlingst,<br />

en - met het oog op de gevolgen - meer dan zonderling .<br />

Het grenst aan misdaad . Ja, "t is misdaad. Onlangs in Deventer<br />

waren er personen, die aan DUYMAER, VAN TWIST de kandidatuur<br />

wilden opdragen . De man bedankte met wysheid, zelfkennis<br />

,en rustliefde. Als-i de onbeschaamdhelid had gehad bet aan to<br />

nemen, zou ik my vernederd hebben tot concurrentie, om eens<br />

to weten hoe ver die onbeschaamdheid gaan zou . Tegelykertyd<br />

hadden de winkeliers en leveranciers eener andere stad, een districtlievend<br />

persoon ontdekt in een gewezen bataviaschen tokohouder,<br />

die waarlyk niet in staat is een redelyken brief to schryven .<br />

De man had met thee -laten -maken en rvstleveren - ook die<br />

ryst wordt den kinderlyken Javaan afgekocht voor weinig geld,<br />

meestal op 't veld nog drie maanden later is er hongersnood<br />

op die wys had de man rykdom verzameld en by wist then rykdom<br />

to doen aanzien voor bekwaamheid, voor kennis van Indi6 !<br />

,,Die man was zoo byzonder knap in indische zaken" zeiden de<br />

eenige, kiezers welke hem aanprezen op 'n manier die HOFF beschaamd<br />

maakt. Men zeide, dat byzelf die ronflante artikelen<br />

schreef. Dit was laster . De man is er niet toe-in-staat . Toch scheelde<br />

't weinig of by was Lid van de Kamer geworden . *)<br />

Over 't geheel openbaart zich de ,besmetting" 't duidelykst in<br />

de schatting van personen . Ten-allen-tyde was rykdom een middel<br />

tot bedervenden invloed . Maar ik geloof, dat zelden die inv .1oed<br />

zich zoo onbeschaamd deed gelden als tegenwoordig . Welke<br />

aanspraken had de beer FRANSEN VAN DE PUTTE, om gekozen<br />

to worden tot volksvertegenwoordiger, tot minister ? Wat had<br />

by verricht ? Waaruit was gebleken, dat by bekwaamheden bezat,<br />

groot genoeg om die verheffing to billyken ? Als de beer<br />

FRANSEN VAN DE PUTTS bekwaamm was voor z'n betrekking<br />

eene mogelykheid, die wel door hem zelf zal erkend worden -zal't<br />

een bloot toeval wezen . Noch zyne opleiding, noch z'n levensloop<br />

leidden daartoe . En al hadde by zich geoefend in kennis, wetenschap,<br />

studie der publieke zaak, dan nog is Tyne verheffing onverantwoordelyk,<br />

wyl in dat geval die oefening zoo in 't geheimm<br />

zou geschied zyn, dat niemand daarvan ooit iets gewaar werd .<br />

Diet Nederlandsche Volk wi.,;t van den beer VAN DE PUTTS dit<br />

alleen dat by in Indi6 nog spoediger was ryk geworden dan vele<br />

anderen, en ik zou juist hierin een reden vinden om by-voorkeur<br />

hem uit to sluiten van allen invloed . Ook op den Javaan maakt<br />

*) Later werd by dit inderdaad, en by is het nog ! Dagelyks spreekt by<br />

sans vergogne mee over indische toestanden, bescherming van den Javaan,<br />

Nederlandsche en andere plichten, en water alzoo verder by die zaken behoort .<br />

En de Kamer luistert naar dat gepraat ! En de Ministers antwoorden op de<br />

vragen van then man! En de couranten geven verslag van zyn speeches<br />

En . . . . het Volk meent vertegenwoordiqd to zyn . ". Is ergerlyk . (1872)


IDEEN VAN MULTATULL<br />

het; een slechten indruk, dat er in Nederland premi6n worden gosteld<br />

op snellen geldoopst . Ik weet wel, dat, men bier to lande rykdom<br />

verwart met verdienste, maar 't zou good wezen dit niet<br />

zoo duidelyk to toonen, want de Javaan zal daardoor alien mood<br />

verliezen tot openba-ring, zyner krachten . Immers, by moet nu<br />

gaan denken, dat het minste verzet tegen heeredienst of levering<br />

van koelies, de minste weifeling in 't zoo bitter nadeelig diseompteeren<br />

van z'n oogst, hem later zal worden betaald gezet, wangeer<br />

de persoon waarmee by daeht to doen to hebben als speculant,<br />

aan 't hoofd van 't bestuur komt te-staan! Wanneer de handelaar,<br />

contractant of vryarbeider, juist door 't aldus gewonnen<br />

geld, zal zyn opgeklommen tot gezag 1 We z-x,,n immoreel, laag en<br />

gemeen, maar eilieve, laat ons dit niet yken als maatstaf . 't Zou<br />

goed zyn den Javaan in de meening to laten, dat uitzuigen en<br />

afpersen en snel ryk-worden private liefhebberyen zyn, en geen<br />

off icieele deugden .<br />

Ik geloof, dat de beer VAN DE PUTTE bekwamer is dan over<br />

't algemeen kan verwacht worden van lieden, die zoo byzonder<br />

bedreven zyn in 't geldverdienen . Of liever, ik houd hens voor<br />

vlug en handig genoeg oral ooze Tweede Kamer bezig to houden<br />

met ,duitenplatery" . Cc n'est pas juror yro8 . Zie de grappige uitweiding<br />

over 't kadaster op Java, waarvoor alle wezenlyke belangen,<br />

die aan dee orde van den dag behooren to zyn, worden terzy<br />

gesteld . Doch al ware de beer VAN DE PUTTE inderdaad bekwaam,<br />

al had by kennis van indische zaken, dan immers nog is 't een<br />

ongerymdheid, in tyden van kwestie over Vrye-Arbeid en cultuur-contracten,<br />

iemand aan 't hoofd van koloni6n to plaatsen,<br />

die juist met, en door die d-ingen I fortuin gemaakt, en hoo9qt-<br />

waarscbynlyk nog altyd belany beeft by de wyze van exploitatie<br />

der Javanen .<br />

.Roewel ik me persoonlyk heb to beklagen over den beer VAN<br />

De PUTTE, die van 'n zonderling verblyf op den ministerzetel<br />

gebruik beeft willen maken om my voor den gek to bouden, en<br />

onedelen spot to dryven met myn eervollen armoed - zooals<br />

troetelkinderen van stom geluk gewoon zyn - gaat toch deze<br />

uitval niet hem aan. Myn opmerkingen betreffen de inrichting<br />

van den Staat, die zulke zotte benoemingen mogelyk maakt,<br />

en zelfs frequent, of --- erger nog - die ze onmisbaar ten-gevolge<br />

hebben moet .<br />

In-verband met de KarnerkDoeiery had de beer DioRBECKE<br />

-- na 't aftreden van den inderdaad bekwanien, zeer inteyren, zeer met<br />

de indisch,e huishouding bekenden minister UHLENBECK - iemand<br />

noodig, die paste in 't lystje dat onze regeeringskarikatuur omvat .<br />

De vraag schynt niet geweest to zyn : Wie is bekwaam ? Wie toonde<br />

op de hoogte der zaken to zyn ? Van wien kan men yver, kunde,<br />

en goede trouw met grond verwachten ?<br />

De vraag was deze : welke persoon kan geacht worden, kame-


92 IDEEN VAN MULTATULL<br />

raden genoeg to hebben onder de septuaginta, o , )n _-'n 1)cyrootinyen<br />

to doen doorgaan ?<br />

Daar nu de beer VAN DE PUTTE een joviaal mensch is, aangenaam<br />

in den omgang - och dat, is zoo makkelyk als men niet<br />

wordt neerge drukt door zorg -, ik kan ook zoo vroolyk wezen, als<br />

m'n kinderen schoenen hebben ! -- daar by zich ,goed voordoet'~<br />

en de gaaf heeft om onkunde to verbergen onder woorden -<br />

juist andersom als UHLENBECK, die uit gebrekk aan woorden z'n<br />

kunde niet kon toonen - zie, daarom moest de Heer VAN DE PUTTE<br />

minister zyn. Hy is dit, niet in 't belang der zaken alzoo, maar<br />

opdat THORBECKE minister blyven zou .<br />

Dit zyn de eischen van ons Regeeripp8tel8el . lk tast Been personen<br />

aan . Ik tast bet stelsel aan, dat zfilke personen noodig<br />

heeft, om zich overeind to houden .<br />

Ik vraag niet of 't billyk is dat van de PUTTE minister is, terwyl<br />

ik moeite heb bet papier to betalen, waarop ik myn IDEEN<br />

sjhryf! lk vraag niet . of 't billyk is, dat we ternauwernood de<br />

kans ontliepen een gewezen ryst-opkooper-tokohouder-theelatenmaker<br />

in de Kamer to zien - een man, die niet behoorlyk sebryven<br />

kan, en 't in de rekenkunde nooit verder bracht, dan nu reeds<br />

m'n kleine Max - terwyl ik m'n gezin niet kan onderhouden,<br />

omdat men my I t arbeiden onmogelyk maakt ? lk vraag niet :<br />

of 't billyk is, dat HAVELAAR wordt bespat door de modder<br />

van Slymeringen en Droogstoppels ? Ik vraag : Of 't STELSEL<br />

goed wezen kan, dat zulke toestanden gedoogt en ze118 teweegbrengt ?<br />

Ik vraag, wat er moet gedacht worden van de wyze, waarop<br />

andere belangen worden behandeld, als z -hlke voorbeelden van<br />

schandelyk onrecht mogelyk zyn ?<br />

lk vraag, hoe zich de arme, de werkman recht zal verse haffen,<br />

als 't my niet gelukte tot-nog -toe, my, then men Loch altyd eenigs -<br />

zins , ontziet ,omdat ik zoo mooi schryf" . Want zie, eenmaal<br />

Loch zal ik 't zoover brengen, dat ik een plaatsje vind om rustig<br />

to werken, en dan begrypt men toch dat ik de macht hebben<br />

zal rekenschap to vragen op andere wys, dan door ,mooi schryven"<br />

alleen .<br />

Hoe zal de mishandelde arme zich doen hooren ?<br />

DAArvoor zal ik optreden en dit schryven is een begin . *)<br />

*) Met terugziebtopdenotenonderbldzz .30 en 46, moetik bier erkenliell,<br />

dat de wyze waarop men zich sedert 'n paar jaren in zekere schryvende en<br />

sprekende kringen heeft meester geinaakt van quasi-staathuishoudkundige<br />

1clanken, my in 't volbrengen der aangevangen taak zeer beleinmert . Do werkman<br />

wil maar niet inzien dat zyn goddelyk recht gegrond is op z'n waarde<br />

als arbeider, en dat by dit recht verliest, zoodra by zich tot prater verlaagt .<br />

Wat zouden wy gewonnen hebben by 't wegjagen of verbeteren onzer ellendige<br />

Kamers, als werklieden 't metier van parlementeeren gaan voortzetten<br />

? Babbelen en fzazenmaken brachten de ellende des Folks voort .<br />

Meent men die nu to genezen door frazen_en gebabbel ?


IDE,EN' VAN -NIULTATULL<br />

I )e turae vomit met vortugen~N'oor(14-'d ? \k'eint-1 . van heden<br />

of hen i z ( - o vertegem , , oordiger van dim arme. De Regeering<br />

draagt geen kennis van de behoeften des yolks `? 1k zal<br />

haar die behoeften doen kennen .<br />

En als de tyd d6A-r is, zal ik haar bericht doen van de eischen<br />

des Volks .<br />

De arm-e die stom was, zal voortaan 8preken . De hongerlydende<br />

bevolking van Nederland zal niet ]anger zwygend hongerlyden .<br />

-- 117y willen eten., waarlyk leven, yenieten . Wy willen yelukkiq<br />

zyn.<br />

Ziedaar de eerste . zeer onparlementaire, redevoering, die ik<br />

namens den arme, den werkman en de grootste helft der burger -<br />

k1,asse, richt tot de Regeering van Nederland .<br />

Vat- , aa,iigaa,at, de andere redevoeringen, gehouden door de<br />

othcieele vertegenwoordigers, ze zyn ! ,eugen . Leuyen tegen de<br />

meening dat die sprekers hekwaam zouden zyn om goed to spreken<br />

. Leugen tegen het standpunt waarop ze zich lieten plaatSeD<br />

als mannen van talent, van studie, van belangstelling in 'Hot<br />

des Yolks . Le?tfje??n tegen hun mandaai .<br />

Diee heeren waxen niet afgezonden naar den Haag, oni to redekavelen<br />

over stelsels, meeningen en parlenientaire spitsvondj,Q,hed-en<br />

. Het Yolk eischt velwaart, bien-itre, genot, geluk,<br />

en 'tt is de plicht van wie een mandaat aannam, diem. eiseh to<br />

doen hooren, diiArover to spreken, en de Regeering to n open<br />

-- desnoods to dminyen -- zich dAArmede to bemoeien.<br />

De ieugens moeten ophouden . Het Yolk eet z'n droog brood<br />

en z'n aardappelen, met of zonder vet dan . in waarheid . Het,<br />

heeft dus ook recht op Aivaarheid in 't noemen van die zaken .<br />

De verslagen van gemeenten en provincieD zyn leugenachtig .<br />

De rapporten der beambten moetenn k1oppen met den geest van<br />

de clique die op 't kussen zit . De mededeelingen nit lndie zijn<br />

Zoodra mogelyk hoop ik de ,sociale kwestie" monografisch to behandelen .<br />

Daartoe echter is ineer lolsir noodig dan my gewoonlyk door de oinstandigheden<br />

gegund wordt. Ook vrees ik dat het our eene~r onbloedige oplossing<br />

verstrekeii is . Indien men in 1864 naar myne Avoorden had willen luistereii,<br />

ware (lit - voor -TIN- ederland althans - nog mogelyk geweest . Ik heb gedaan<br />

wilt in m n vermo(mi was . In de laastemaanden des jaa,rs 1867 --- kort voor<br />

aftreden van 't ministe6, TIEE -NISKERK, VAN ZUYLEN, SCH11M1ELPEN'-'-P'-'C1i<br />

AVINTGENS, HASSELAIAN--stoud ik op hot punt coil Joel to bereikell, dat<br />

waarscliynlyk aan den stand der zaken coil geheel antler aanzien zoo "' ,egevell<br />

hebbei) . Hot verhaal der Nvyze waarop myne po"ingen misluliten, ZOO lily<br />

to ver leiden . Ook long k daarover met, u1tweiden, onidat bet openbaren<br />

van de ineeste daartoe behoorende byzOnderheden ml met vrystaat . Indien<br />

de zaak my-zelf alleen aanging, had ik ze lerstond publieh gemaakt . Mocht<br />

zich eene gelegenlieid ter verandering In . den geest die ons reyeert, weder voordoen<br />

-- het is mogelyk ! dais zal k nog-eens beproeven, al zv dan de leans<br />

op gooden uitslag diet verbeterd sedert I dion tyd . (t872)


94 IDEEN VAN MVLTATITLI .<br />

leugenachtig. Ter-zelfder-tyd als men publiceert, dat daarginder<br />

alles rustig en tevreden is, moet men ter beteugeling van<br />

opstand en oproer, z'n verdedigers zoeken tot in Altona en<br />

Afrika toe . De troonrede die de ministers laten uitspreken, is<br />

een jaarlyks terugkeerende leugen . En 't antwoord insgelyks .<br />

Nooit laat men den Koning zeggen : ,Heeren, 't Volk lydt gebrek<br />

. " Nooit antwoordt men : ,Sire, 't Volk heeft honger ."<br />

En zoo toch z ou. e r moeten gesproken worden, als er naar waarheid<br />

gestreefd werd .<br />

Hoe kan men haar ook verwachten, die waarheid, van personen<br />

die 't recht van spreken alleen to danken hebben aan een<br />

zoo leugenachtige fictie als onze Kieswet ? Zou niet bijiia ieder<br />

lid der tegenwoordige vergadering als-i aandrong op waarheid,<br />

in zekeren zin een zelfmoord begaan ? Zou by niet v66r alles<br />

de hekentenis moeten afleggen -: geen vertegenwoordiger van<br />

't Volk to wezen ?<br />

Het belang dat de vertegenwoordiging schynt to stellen in de<br />

, I kleur" van 't kabinet is, met het oog op haar mandaat, al<br />

we6r een leugen . De principaal - het Volk - droeg zynen gemachtigde<br />

niet op strydtevoeren tegen dezen of genen minister . Het<br />

Volk verlangt welvaart, loon voor geleverd werk, levensgenot, voedsel .<br />

En nu zegge men'niet, dat de ,kleur" van 't kabinet in-verband<br />

staat met deze wenschen des Volks . Geenszins. 0 't ware inderdaad<br />

de moeite waard, een staatsdienaar to verwyderen, die 't<br />

't yolk deed hongeren, om hem to doen vervangen door 'n ander,<br />

onder wien 't behoorlyk zou worden gevoed . Maar dit geschiedt<br />

niet. Het Volk lydt gebrek, en onder zoo genaamde behouders, en<br />

onder zoogenaamde liberalen, en z66 ver gaat de gewoonte,<br />

van 't wegdringen der waarheid, dat men zich zelfs de moeite<br />

niet geeft, de eenige wezenlyk ernstige partyleus : 's Volks welvaart<br />

to gebruiken tot uithangbord . Hierin staan , onze regeerders nog<br />

beneden een ouderwetschen kroeghouder die door 'n gekroond,<br />

I' Landswelvaren" tracht z'n jenever in en aan den man to brengen .<br />

De welstand van 't Volk ,Iigt niet op den weg der Regeerinq ."<br />

Vry-arbeid, nog liever Kadaster - ik denk, dat de minister<br />

j of vrouw Z1PPERMAN gesproken heeft, of 'r schoonzoon . . . . waar<br />

't so tochtte" - vry-arbeid in Indi6, staatsspoorwegen, doorgravingen,<br />

afschaffingen van tiendrecht, tariefsherziening, alle deze<br />

meer of min belangryke onderwerpen worden met half of kwart<br />

talent gebruikt als banier om iets to schynen, om to poseeren als<br />

man van ,principe" van,,opinie," van ,kleur" maar voor de heel<br />

eenvoudige zaak van voeding komt niemand op . 't Ware to wenschen<br />

- zonder scherts, ik spreek in treurigen ernst - dat er<br />

in de Kamer een vleesch-party opstond. Hierin lag misschien een<br />

behoedmiddel tegen ,opstaan" op andere wyze, ,opstaan" eener<br />

andere party en buiten de Kamer ditmaal, eener party, die -


IDEEN VAN MULTATULT . 95<br />

god-bewaar-ons' ---- later in de Geschiedenis den naam zal dragen<br />

van kaas en broodvolk . Zoo-als we dat meer zagen gebeuren en zullen<br />

zien gebeuren, omdat het ligt in den almachtigen acrd der dingen .<br />

Een vleescb.party in de Kamer ! 0, zeker zou die party we<br />

zoo belangryk wezen als nu de e6teriFn van liberalen van behouders,<br />

van juste milien, richting, van kakelttars over Cbristelyk-<br />

`<br />

historiscbe standpunten, of der halfwyze Nrereerders van een<br />

goddelyk recht . . . .<br />

Er is een goddelyk recht . Dat is 't reebt des Volks om brood to<br />

eischen voor arbeid. Hot recht omm niet to sterven van honger,<br />

of in leven to blyven met moeite, in een land, dat ruimsehoots<br />

't noodige opbrengt, maar welks voedende kracht door wanhestuur<br />

ten deele wordt weggeleid naar 't buitenland, ten deelee<br />

misbruikt om eenige weinigen to overladen met gunst .<br />

De spitsvondige, sebynbaar diepzinnige redeneeringen over<br />

tarieven en vryhandel worden niet gevoerd met hot plan om to<br />

geraken tot waarheid. Deze is -- het kan niet to dikwyls gezeg(I<br />

worden - eenvoudig, als altoos .<br />

'Vryhandel ? zeker' Vrye handel, geen belemmering van uitvoer,<br />

geen bescherming, die traag maakt en vadsig en onhekwaam,<br />

maar . . . . ook geen bescherminq van den vreemdeling .<br />

Tk zal die zeer gemakkelyke kwestie afzonderlyk behandelen in<br />

m'n IDEEN, en spreek daarover nu alleen oin ze op to nemen<br />

onder de dingen waarmee men in den. Haag zich bezighoudt,<br />

als 't Volk gelooft, dat er gesproken wordt over wezenlyke vraag-<br />

stukken . De zaak is belangryk, maar 't gekibbel daarover hoort<br />

%<br />

thuis in den malade imayinaire van MOLII+,_RE, waar twee geleel-den<br />

zich in vuur zetten over de vraa9, , of men zeggen moet<br />

la figure of la forme Xun chapeau .<br />

De hoofdzaak voor de ellende des Yolks Hat in zulke ,duitenplatery<br />

." Als men 't byblad leest en na elke redevoering de<br />

vraag doet : ,,geacht lid, heeft uw lastgever u opgedragen aldus,<br />

of dAirover, to spreken `? 11 of : ,meent gy to zyn afgevaardigd met,<br />

de bedoelling, dat ge zoo, of diiArover spreken zoudt ?" Zeker, dan<br />

zou 't antwoord altyd neen wezen .<br />

'Mar er was tot-nog-toe niemand omm die vraag to doen, op .<br />

'n wyze, die dwingen zou tot antwoord en beterschap . Dit zou<br />

anders wezen, als de leugen van de verkiezingen had opgehouden,<br />

als er in de raadzalen der Regeering mannen zaten, die inderdaad<br />

door 't Volk waren daarheen gezonden . Door 't Volk, dat dan<br />

letten zou op de handefingen en redevoeringen van z'n lasthebbers<br />

. Het Volk, dat eindelyk zou ophouden eerbied to koesteren<br />

voor diepzinnigheid, -,A ,aar ze niet to-pas komt, en leeren zou dee<br />

dingen, die 't aangaan, to begrypen .<br />

Tk ben tegen 't parlementair stelsel . Maar als men dit nu eenmaal<br />

houden wil, behoorthet in oprechtheid to worden toegepast - ,<br />

en niet met de fiuiebelarv van een I)evottelyken revs?v? .


96 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

Vrye en algemeene verkiezingen, dat is - nu we eenniaal me&varen<br />

in 't schuitj e van de eeuw - 't eenige middel oin dat vaartuig<br />

to doen aanlanden in goede haven, en vooral om to beletten,<br />

dat, reizigers en bemanning al to erg worden uitgezogen .<br />

De lyders der constitutiekoorts willen, dat het yolk meespreke .<br />

Welnu : dat dan ook 't Volk mee8preke ! 't Is valsch en schandelyk,<br />

hot in den waan to brengen, dat er gezorgd wordt voor z'n belangen,<br />

als dit inderdaad niet, geschiedt .<br />

Vrye en aluemeene, verkiezingen, ja . . . . maar om die verkiezingen<br />

vry to doen zyn, moet de invloed der holloway-dagbladen<br />

worden gefnuikt, die juist omdat het eigenlyke yolk niet leest -<br />

waar blyft de zegelwet, o, ministerie ? - dagbladen, die juist<br />

digrom, en a1166n daarom, invloed hebben zooveel als noodig is<br />

om een kiescollege to doen triumfeeren met 'n onbeduidenden<br />

candidaat, tegen de candidatuu.r van 'n andere onbeduidendheid .<br />

Algemeene verkiezingen . Ja! Men zou wel gedwongen zyn to<br />

letten op de publieke zaak, als 't Volk daarin nie&sprak . De<br />

scherpte van den toon, welken de honger geeft, zou ook anderen<br />

wakker~maken, die nu hun recht tot kiezen niet waardeeren ,,omdat<br />

het Loch niet helpt ."<br />

Er zou beweging komen in ons politiek leven, en al ware sours<br />

die beweging onordelyk, al raakte ze aan de grens waar roering<br />

begint, of zelfs schandaa-11 . . . . welnu, dit alles ware to verkiezen<br />

boven den tegenwoordigen doodslaap .<br />

We zouden mannen in de Kamer krygen, die, om to voldoen<br />

aan de opdracht van den lastgever, zich wel moesten onthouden<br />

van voorgewend ingewikkelde kwesti6n, op straffe van 't verliezen<br />

der goede meening hunner principalen, die hen hebbende<br />

afgevaardigd om iets to doen, geen genoegen zouden nemen met<br />

onbegrepen gepraat . Niet liberale of behoudende beginselen zouden<br />

op den voorgrond staan by 't beoordeelen van candidaten, men<br />

zou zich afvragen : wat heeft die man verricht ? Wat geeft ons de<br />

hoop, dat by iets ten algemeenen nutte verrichten zal ?<br />

Het Volk is eenvoudig in z'n eischen en begrippen . Het heeft<br />

voedsel en levensgeluk noodig, en zou dus verlangen, dat het aanschaffen<br />

van voedsel en levensgeluk mogelyk werd ., tegen pryzen,<br />

die 't betalen kan. In-allen-geval zou 't vorderen, dat men zich de<br />

vraag stelde : of er aan den algemeenen toestand niets valt to verbeteren,<br />

in-plaats van zoo-als nu, brutaal, insolent, wreed en lui,<br />

zich van alles of to waken met het praatje : dat is geen Regeeringszaak<br />

.<br />

Thans, zooals 't nu gaat met de verkiezingen, zyn er van de<br />

zeventig<br />

't Volk<br />

heeren in den Haag hoogstens drie of vier bekend by<br />

. En dit is natuurlyk . De eigenschappen, die er noodig<br />

waren om in een provinciaal of stedelyk clubje to worden aangezien<br />

voor zoo ,,byzonder achtenswaardig" zyn geheel iets<br />

anders, dan wat er vereischt wordt om een volksman to worden,


TDT]EN V,', -"T M'TTM',kTTTTj . 97<br />

en onze beele kiezery is gelyke dwaaslieid als or liggen zou in de<br />

I)enoeming tot admiraal, van ieniand then men zoo aardig had<br />

zien spelevaren in 'n sloot. *)<br />

Waar zyn de admiralen, vraagt ge 'e Die zullen verschynen,<br />

zoodra er near admiralen wordt uitgezien zoodra er by algemeene<br />

verkiezingen, algemeene hoedanigheden zifflen ', noodig wezen . Tot<br />

zoolang is 't degradeerend en vervelend, to concurreeren niet<br />

dorpsrenomm6en.<br />

De heer VAN HALL is bekend . De heer ROCHUSSEN is bekend .<br />

1)e heeren GROEN, VAN HOEVELL, THORBECKE en nog 'n paar<br />

anderen zyn bekend. Overigens bestaat ons parlement - met<br />

ap- en dependentie van "ex-leden, rentree leden in spe, in-langniet-vertoond<br />

leden en dergelyken - uit cogs de village .<br />

En al ware er iemand by 't Volk bekend als publiek persoon<br />

van eenig belang, les hommes ne. manquent jamais aux circonstances.<br />

(Zie myne brochure over Vry-Arbeid, bl . 17) Er zullen<br />

mannen opstaan, zoodra er vraag naar mannen is . 't Gaat daarmee<br />

als met fosfer, die vroeger duur en zeldzaam was, en later<br />

toen de behoefte aangroeide, goedkoop word en overvloedig .<br />

De huishouding van Staat had tot-nog-toe geen lichtstof noodig,<br />

en daarom is de sociale fosfer op dit oogenblik zoo duur . Ze zal<br />

te-geef worden, a18 ermaag naar is.<br />

Algemeene verkiezingen dus . Afschaffing van den census, die<br />

bespottelyk is, en in principe en in toepassing.<br />

In Principe. Zooveel veronderstelde welvaart geeft recht om<br />

invloed uitteoefenen op de welvaart . Dus de arme drommel, die<br />

juist zoo hoognoodig had om tot welvaart to geraken, wordt<br />

uitgesloten . Hebben schipbreukelingen, die aan-boord zyn van<br />

't zinkend wrak, minder recht op hulp-roepen, dan die half of<br />

heel gered zyn ? Mag iemand die meer honger heeft dan een ander<br />

niet meeroepen om voedsel ?<br />

In toepassing . Heeft de beschaafde man, die zich intellectueel<br />

ontwikkelde, maar juist dAArom misschien op geldverdienen zich<br />

niet toelegde, minder recht van bemoeienis met de publieke zaak,<br />

dan de kastelein van een meisjeswinkel ? Staat de eerlyke arme<br />

- arm misschien omdat-i eerlyk was - boven den gelukkigen<br />

gauwdief, boven den woekeraar ? Moot 'n dokter in de letteren,<br />

een wysgeer, de man van studie, lager staan dan een schacheraar ?<br />

Is 't voorts billyk dat menig kleinhandelaartje op 't platteland<br />

mag meestemmen, en de met hem gelykstaande winkelier in<br />

I n stad niet, omdat er voor de woonplaats van den laatste een<br />

hooger census is voorgeschreven ?<br />

En eindelyk : waarom kiezen de vrouwen niet mee ? Als de<br />

ministers het geld van de Natie wegsmyten, zoodat de belastingen<br />

hoog blyven, lyden zy toch ook onder then druk . Als we<br />

VA de geschiedenis van jonker WRITS in de Specialiteiten .<br />

IDEEN II . 7


98 IDEEN VAN MULTATULI'L<br />

door slecht bestuur oproer krygen, of oorlog, of watersnood,<br />

lyden zy toch ook onder die rampen .<br />

De zotterny der bepalingen op 't kiezen, springt overigens<br />

terstond in 't oog door dit enkel staaltje : dat er minder wordt<br />

vereischt om lid van de Kamer to wezen, dan om kiezer to zyn .<br />

Dit alleen is voldoende om de diepte to peilen van de inzichten<br />

der heeren - THORBECKE bovenaan die Nederland zoo grootmoedig<br />

met de kieswet doteerden .<br />

By algemeene verkiezingen zou men niet telkens nulliteiten<br />

of erger -- zien verheffen op den ministerstoel, want het beter<br />

gehalte der Kamer zou andere tegenspraak vereischen of andere<br />

toelichting, dan er nu meestal wordt gegeven aan de groene tafel .<br />

Zou een BETZ, minister van financien - van financier ! -hebben<br />

durven terugkomen, na flink to zyn uitgelachen over zyn<br />

onkunde ? Zou THORBECKE kunnen volstaan met z'n am bigulteiten,<br />

als er tegenover hem mannen stonden, die de puntjes wisten<br />

to zetten op de i's . Zou 'n Kamer, die wat beduidde, zich later<br />

afleiden van de behandeling der toestanden in Indie - die voorziening<br />

vereischen ! door langgerekte verhalen over 't kadaster,<br />

waarnaar niemand vraagde, welke met then toestand niet in<br />

't minst verband staan, en over 't geheel pure nonsens zyn<br />

De verkiezingen zooals ze thans geschieden, waarborgen byna<br />

altyd de zegepraal van middelmatigheid . De middelmatigheid<br />

is misdaad in mannen, die in rang, geld, aanzien en gezag, betaald<br />

worden voor wat anders en meer. Non omnibus licet . . . .<br />

zich aantestellen als een bceotier .<br />

Hoe overigens de verkiezingen zouden moeten geregeld worden<br />

om ze to maken tot waarlyk vry en algemeen, hoort thuis in een<br />

nieuwe Kieswet, die 'k nu niet schryf. Thans is ze ellendig ! En deze<br />

opmerking is ten slotte voldoende voor 't doel van dezen brief .<br />

Onder voorbehoud om later op veel punten terug to komen, en<br />

bepaaldelyk op de middelen ter verbetering, resumeer ik<br />

I. Het yolk verkeert stoffelyk, zedelyk en verstandelyk, in een<br />

ellendigen toestand .<br />

II . Het is voornamelyk to wyten aan de inrichting van den<br />

Staat, wyl niemand zich aansprakelyk houdt voor die ellende .<br />

De Koning niet, o?ndat-i voigens de grondwet, onschendbaar<br />

is, en daardoor met den besten wil, onmachtig .<br />

De ministers niet, wyl ze - bon an, mal an - om de twee, drie<br />

jaar aftreden, en zich dan ni et bekommeren over de latere qevolqen<br />

van de wyze waarop zy bestuurden .<br />

III . Die toestanden zyn 't onvermydelyk gevolg<br />

Voor een deel van 't Parlementair Stelsel in het algemeen.<br />

Voor een ander deel - en voornamelyk ! - van de wyze waarop<br />

dat Stelsel in Nederland is voorgeschreven door de Wet en wordt<br />

toegepast in de daad .


IDEEN VAN MULTATULL 99<br />

1k eindig voor ditmaal met den catonischen uitroep : Ik voor<br />

my, ik blyf er by, dat de ellende des VA8 moet worden uitgeroeid !<br />

Zorg dat ge welvaart, laat uw kleinen jongen zich vooral<br />

toeleggen op 't 1ran8ch *) en tot-ziens .<br />

.,Myn volkje thuis is wel, en kleine Max heeft 'n pt-ix d'excellence<br />

gekregen. Sakkerloot . . . . als-i een ,knap kind" wordt onterf<br />

ik hem . Dat zou 'n plaag wezen . Myn ouders waren heel gezegend<br />

op dat punt . Adieu !<br />

452 . A an den Uitgeeer . Ik zie dat ge Inyne filippica tegen<br />

THORIBEcKF, hebt geannonceerd, (.) en daarna de zaalbergery. My<br />

wel, maar ik heb 't erg druk met WOUTERTJE PIETERSE . En om<br />

u de waarheid to zeggen, die kleine jongen ligt nader aan myr<br />

schryvershart, dan . . . . dan . . . . dan anderen . Ik ben niets gestemd<br />

tot aanmerken en vitten, en zou waarachtig wel wenschen<br />

dat MR. THORBECIcE en Ds . ZAALBERG op eenmaal veranderen<br />

in iets degelyks, om my de moeite van correctie to besparen,<br />

typographiptement parlant, natuurlyk . Want m'n oogen zyn<br />

ontstoken.<br />

Maar ik zal u niet in den steek laten met It `w aankondiging .<br />

Och, druk 't ding maar, dat ik voordroeg in de club . Er is 'n<br />

verhandelingtoon in . . . . goed ! Dat poseert 'n mensch . Laat do<br />

zetters bier-en-daar tusqcbenvoegen : ,geachte boorders" en<br />

nu-en-dan een regel wit laten voor suikerwater en neussnuiten .<br />

Overigens kan 't zoo blyven . Men zal daaruit wel ten naasten-by<br />

begrypen wat ik bedoel . En zoo niet, dan zal ik bett later nog-eens<br />

.<br />

,<br />

*) Na de gebeurtenisset -i van '70 schynt (it, studio iii het duitscli d4, voorkeur<br />

to verdienen . (1872)<br />

4) Onitrent het nu volgend Auk tegen den heer THORBECKE -- altoos<br />

in zyne publieke hoedanigheid van auteur en minister -- inaak ik in zekeren<br />

zin dezelfde opmerking, als op 't vorig nurnmer (noot op blz . 30 .) Vraagi .<br />

men my of de wyze van bewerking my bevalt ? Neon ! Doch wel houd ik<br />

staande dat ons armm landje behoefte heeft aan een geheel andere soort van<br />

inarmeD, dan waartoe de heer THORBECKE, blykens z'r, n doen en niet-doer<br />

getoond beeft to behooren, en dat de slotsommen die ik uit z'n schryvery<br />

haal geheel overeenkomende trouwens met zyne handelingen als Staatsman<br />

correct zyn. Hy is op dit oogenblik weer minister, en Nederland, dat<br />

aan groote mannen zoo dringend behoefte heeff, blykt met de zeer kleine<br />

tevre-den to zyn . Maar dat hot dan ook tevreden zy met de qevolgen der slordigheid<br />

waarmee 't z'n gunsteling kiest . Heeft de invloed dien de heer THOR-<br />

BECKE sedert 1848 uitoefende -- - by trad nii-en-dan af, maar z'n hoofdgewvrocht<br />

: de Kieswet, b166f - - gunstig of ongunstig gewerkt ? Zyn we met<br />

en door then man vooruit gegaan of achteruit ? Wie deze vragen naar waarheid<br />

beantwoordt, zal moeten erkennen, dat ik then Staatskunstenaar juist<br />

beoordeeld heb, al grondde ik dan myn oordeel op een nietig boekje. Is 't,<br />

myn schuld dat de antevr THORBECKE Been belangryker werken geschreven<br />

heeft ? Men moet zich t evreden stelleD met de bronnen die er zyn. (1872)


1 00 II)EEN VAN MULTATIJLI .<br />

toeliehten, zoodra ik WOUTER heb heengeho .ipeli door ad, ap-ud,<br />

ante, en de rest.<br />

„Ik voor my ik blyf er by dat de ellende des Volks moet worden<br />

uitgeroeid !"<br />

Gy hebt naar ik hoop, die woorden, welke jk van deze plaats<br />

voor acht dagen tot u sprak, teegejuicht in uwe hasten, en ik<br />

vertrouw, dat gy, meer nog door eigen aandrift tot het goede,<br />

dan bewogen door myne toespraak, uzelven beloofd hebt, daartoe<br />

meetewerken naar uw vermogen .<br />

In christenkerken spreekt men van broederschap . „Zoo wat ge<br />

den minsten myner broederen gedaan hebt, dat hebt ge my gedaan,"<br />

zegt JESUS . In het oude testament, dat velen onder ons<br />

ten zedelyk wetboek is, staat voorgeschreven : „gy zult uwen<br />

naaste liefhebben als uzelf, ." - Veel christenen beweren, dat<br />

JESUS dit het eerste heeft gezegd. Ze kennen dikwyls hun eigen<br />

bybel niet. Het staat in Leviticus 1X, maar komt bovendien<br />

voor in veel andere geschriften, van ouder datum dan 't begin<br />

van dat zoogenaamd christendom . - En ook de vrymetselaren<br />

noemen zich broeders en prediken liefd .e .<br />

De wysgeer maakt liefde jegens den naaste niet tot een gebod.<br />

Hem is 't oorzaak tot handelen, geen bevel waaraan men gohoorzaamt,<br />

noch doel dat bestreefd wordt . Wie waarheid zoekt,<br />

gevoelt dat hyzelf een deel is ---hoe klein dan ook, een deel<br />

toch - van 't geheel . Dat broederhaat zel/moord is, en lauwheid<br />

voor 't welzyn van zyn naaste, eigen verwaarloozing . In dien zin<br />

is eigenbelang de hoogste, ja, de eenige deugd. En dit is een he-<br />

wys to meer voor de stelling dat algemeen en byzonder r belang<br />

ineenvloeien . Zekerlyk zouden nooit zulke voorschriften van<br />

zedelykheid of godsdienst ingang gevonden hebben, wanneer zy<br />

indruischten tegen ons bewustzyn, dat wy behoefte hebben aan<br />

verbroedering .<br />

Evenals duizend gulden samengenomen, grooter kracht nitoefenen,<br />

dan duizend verspreide guldens, zoo ook voelen we onze<br />

waarde verhoogd, we voelen ons gelukkiger, beter, naarmate wy<br />

met meer yver en ernst de plichten vervullen, die ieder onzer<br />

maken tot 'n schakel aan den grooten keten der menschheid en<br />

van de oneindige wereldgeschiedenis.<br />

Indien dit al waar is in 't algemeen, hoeveel te-meer is het dan<br />

in acht to nemen, waar onze begeerte tot helpen en steunen kan<br />

worden toegepast op hen, die onze genooten zyn in 't Land onzer<br />

inwoning, op 't Volk waartoe wy behooren, bet Volk welks voorspoed,<br />

ook in den meest rechtstreekschen zin, ooze voorspoed is .<br />

Geachte hoorders, wy hebben in vorige byeenkomsten gezien .<br />

hoe er aan de welvaart van dat Volk veel ontbreekt, en ik heb<br />

u voorloopig opgeroepen, my to steunen in de pogingen die ik<br />

wil aanwenden tot verbetering.


II)r+:EN VAN MULJI'A'rUI,I . 101<br />

V66L- alles echter is uoodig, dat we 't eons zyn Ill ()ordeal over<br />

den algemeenen toestand . Ik zeide a reeds, (tat, enkele regels<br />

uit, de opsomming der verkeerdheden, die 't onderwerp uitmaken<br />

nlyner beide laatste voordrachten, gevoegelyk stof zouden leveren<br />

tot geheele verhandelingen . Ik heb tot nog toe slechts teksten opgegeven,<br />

Been precken gemaakt .<br />

Om evenwel aan to toonen, dat ik niet lich.tvaardig myn 0ordeel<br />

geuit heb, wil ik heden a vond een byzonder punt tot onderwerp<br />

myner beschouwingen maken .<br />

(may weet hoe ik herhaaldelyk gezegd heb, (tat vela der verkeerdheden,<br />

waaronder 't Volk gebukt gaat, zyn toeteschryven<br />

aa.n ons .SYtaatsbestuur. Tot die moaning wil ik a traehten te brengen,<br />

door eene eenigszins nauwkkeuri, e beschouwinq van den geest,<br />

dic er by dat bestu-ur sehunt to h.eerschen. Dit zal dus hot o) , ndc--r •-weir<br />

vVPzen van myn voordracht, e11 als ?'ocfrWer J) ter beoordeeling,<br />

kiezen zy voor hedenav011(1 hot cerste stuk till, den b1lrldel<br />

torisehe schetsen" van den tegenwc)olrctigell Irliilistel ., den heer<br />

J . R . TIORBE('KE .<br />

lk wenschte<br />

ten eerste, to reeht vaa,i •digerl onze kecrs i.rit rh it erken des. heel - ell<br />

THORRFCOKE, als punt van riit,gang 0111 den f/Pest du Regeering<br />

to doen kennen,<br />

tcf t u'eedc, met u na to gaan, wa .t. NN e ii) (lio' wei ei) '- inden, ell<br />

voorat wat we er nut in vinden, emn<br />

tcrt la.a t.,te, ons aftevragc n, of we niet aan onze landgenooten,<br />

aan onszelf, aan onze nazaten verseh_Ialdigd zyn, aante-dringen<br />

op r'eranderincl in den geest die ons regeert .<br />

Maar vooraf daze opmerking . Mocht het, iI sonis toeschynen,<br />

(tat ik, in 't beoordeelen van den staatsdienaar . die ons regeert,<br />

de broederlyke liefde (tie 't beginsel onzer daden behoort to zyn,<br />

tilt, het oog verlies, dat ik dus in tegenspraak sehyn met de<br />

inclrukken, waarop ik zelf zoo-even een beroep deed . . . . 0, Ineln<br />

bedenke,' dat JEzus sprak van .,den minste ryner hroederen"<br />

en niet van welvarende en tevreden hoogepriesters . Men hedenke .<br />

(tat joist zyn voorliefde voor de armen en verdrukten, hem do<br />

krachtige vervloeking tegen verdrukkers en ryken in den mond gaf .<br />

Liefde en hulp . . . . ja ! M.aar voor hen, die lyden, voor de armen<br />

van geeste, voor hongerigen, voor nooddruftigen . Gcen liefde,<br />

g6en hulp, geen inschikkelykheid, gce-n steun, voor opgedrongen<br />

wereldsche grootheid, die armoede, honger en nooddruft teweeg-brengt,<br />

onderhoudt en bestendigt .<br />

Zulke steun zou medeplichtigheid wezen aan nnisdaad .<br />

1 . De rechtvaardiging onzer keus van eon yedeelte der werkon


1 02 I:DLEN VAN M.ULTATULIL<br />

van den beer rIHoRBEC1KE, als maatsta f ter beoordeelivg van den<br />

geest onzer Regeering .<br />

Zekerlyk, die keus moot gerechtvaardigd worden . De mogelykheid<br />

bestaat, dat eene Regeering niet mag worden beoordeeld naar<br />

'n dun boekjen, of naar 'n gedeelte daarvan, dat eenmaal werd<br />

begaan door een van hare leden . Wanneer we byv . het ministerie<br />

Guam onder Louis PHILIPPE zouden waardeeren naar de inleiding<br />

die deze staatsman schreef in 't werkje van Miss NIGH-<br />

TINGALE, over Ziekenverpleging, dan zouden wy voorzeker onrechtvaardig<br />

zyn . 1\iisschien werden wy verleid tot afkeuring<br />

van de spaansche huwelyken, door die in-verband to brengen<br />

met het hoogstgewichtig voorschrift der liefdezustery : dat men<br />

geen krakende laarzen moet dragen in 'n ziekenkamer, en dat<br />

men niet moet schudden aan 't bed van iemand die hoofdpyn<br />

heeft . Wat GUIZOT schreef in een oogenhlik van sentimenteele<br />

ingenomenheid met liefdezustery de ware liefdezuster is de<br />

vrouw, die de man en de kinderen gelukkig maakt, het meisje,<br />

dat de laatste levensdagen van haar ouders opvroolykt, en daartoe<br />

hoeft men niet naar de Krim to ga,an --- wat GUIZOT in zulke<br />

stemming schreef, beef t niets to maken met z'n staatkundige<br />

waarde . . . of onwap.rde . Want wat GUIZOT, en ,-- ja, THTER ook<br />

eigenlyk hebben verrieht, weet ik niet Dit kan liggen aan xnyn onkunde<br />

of nlyn gebrek aan begrip . Ik heb lange redevoeringen van<br />

die heeren gelezen, onlangs, byv . die van TRIERS over de Mcxicaansche<br />

expeditie, en ik heh er niets uit geieerd, dan dat hy,<br />

't'IIERS, die expeditie afkeurde, omdat-i er de oorzaken niet van<br />

wilt. Ik gis, dat Napoleon zal vergeten hebben hem die meetedeelen .<br />

In 't algemeen zou ik u aanraden de geykte somm iteiten op elk<br />

gebied eens nauwkeurig to beschouwen, en vooral op 't gebied<br />

der staatkunde . Ik houd my overtuigd dat gy meermalen u zult<br />

verwonderen - als by den tafeldans - niet over 't dansen van<br />

dat meubel, maar overr de mogelykheid oni zoovelen in den<br />

waan to brengen dat het danste. Waarschynlyk zult ge, na<br />

byna elke beschouwing, u versterkt gevoelen in ongeloo f .<br />

In het algemeen dan meen ik, dat men ter beoordeeling<br />

iemand moet beschouwen in zyne daden, zoo-als die zich aaneengeschakeld<br />

voordoen . Niet een daad maakt het karakter duidelyk<br />

. De slechte kan iets goeds doen, de goede iets slechts .<br />

De wyzen kan dwalen, en de zot iets waars zeggen . 't Is daarnnee<br />

als met woeker, dronkenschap en menschenliefde. Men is<br />

niet daarom 'n dronkaard, omdat men eenmaal beschonken was.<br />

Niet by is een woekeraar, die in zekere omstandigheden, by uitzondering,<br />

zich z'n geldelyke hulp laat betalen boven den rentekoers<br />

. En zeker zal niemand den titel van menschenvriend schenken<br />

aan 'n persoon, die eens by-Coeval wat goeds deed . Il faut<br />

titre coutumier du fait om er de eerr of de schande van to hebben .


IDEEN VAN MULTATULL 1 0 3<br />

C'otdamier Ja fait, vats de load . hJoist. Nii, deden vats den<br />

leer THORBECKE hebbenn wy voor 't oogenblik niet veel, en ik<br />

vrees als we daarnaar zooliten, dat het ons gaan zou, als met<br />

den absenten tafeldans .<br />

By-gebreke van (laden, zoeken wy naar woordev, naar betuigingen,<br />

naar eene belydenis des geloofs . Zekerlyk, waar de vraag<br />

on.beantwc-ord blyft : wat Debt 9-y ged.aan ? Volgt het onderzoek :<br />

vat hebt gy verzekerd, geopenbaardals nleening ? Welkeil cathechhNikuts<br />

volgt gy, of beweert gy to volgen ?<br />

Op die vraag zou GUIZOT waarschyiityk atitwoorden : ik ben<br />

ductrinair van staatkiindig geloof, en in leegen tyd schryf ]k<br />

inicidimfen voor krankbezoeksters . (75, 76, 77) Zou de heer TaoR-<br />

BEC'.KE een even helder, een even bevredigend antwoord kunne,11<br />

geven ? Zou de heer THORBECKE kunnen zoggen : ik ben Jibe raal<br />

Velen meenen (lit . Dan zou altyd de vraag overblyven : -Wat is<br />

Iliberaal ? Waarin versehilt een liberaid van andere 'Iaucasiers,<br />

van andere Saksers, van andere Kaninefaten of Kennemers<br />

( -<br />

en Friezen '? Is politick liberalisme een bewys van hberaliteit ?<br />

. Is jar -zeggeil op zoo I ,<br />

I<br />

n wet, of neon op 'n andere, naar de maa,t dei ,<br />

geheelitheid aan de voorstellers, een bewvs van liberalisme ?<br />

[Vat is liberah8me ?<br />

Bestaat het inischieii in 't weggeven van millioenen spoorwegconcessien,<br />

in-stede van tonnen kultuur-concession ? Of is 't<br />

liberalisme, de ledenn van de stembureaux<br />

hun brood]e met 'a<br />

kop koffi to misgunnen, tot styving ' der gemeentekassen, en tot<br />

onsterfelyke eer van Nederland ?*) Is 't liberaal, op 't capitool<br />

to beraadslagen of smeerkaarsen moeten worden gewogen en<br />

geschat ? Of men de krenten gelyk met de rozynen behandelen<br />

zal! (315, 319) .<br />

Kortom, wat is toch eigenlyk liberalisme ? Wy moeten die vraag<br />

wel doen, wyl 't antwoord daarop ons den maatstaf zal aangeven,<br />

waarmee wy den heer THORBECKE behooren to meten . En, geachte<br />

hoorders, als de vraag onbeantwoord bleef, zou 't 'n oogenblik<br />

schynen of de heer THORBECKE geen maatstaf had, en alzoo behoorde<br />

tot de incommensurable grootheden .<br />

Liberalisme is is o gelukkig, wy behoeven dit voor<br />

ons doel van heden avond niet to weten . En al wisten wy 't, het<br />

zou ons niet baton, want . . . . de heer THoRBECKE is niet liberaal .<br />

Ik bedoel hiermee niet, dat by een liberaal bekrompen mensch<br />

wezen zou . Dit ware moeilyk to bewyzen, omdat de meeste daden<br />

van den heer THORBECKE gelyk we reeds opmerkten, den betooverenden<br />

stempel dragen eener totale onbekendheid . Neen, do<br />

heer THORBECKE i,5 Been liberaal, in dezen zin : dat by niet be-<br />

hoort tot de liberale party .<br />

*) Met zulke voddery heeft zich inderdaad de beroernde Staatsnian beziggehouden<br />

. 't Is by hero altyd geweest : de magnis non carat Praetor. (1872) .


104 TDEEN VAN MULTATULT .<br />

We hierin myn zegsman is? IIyzell. ]By 't aanvaai- den van<br />

zyn ministerie heeft by in-stee van 'n program van richting, in<br />

plaats van een belydenis des liberalen gelools, verklaard niet to<br />

behooren tot eene party . Precies als ik dus : ,m'nheer, net m'n idee!"<br />

Juist . . . . maar zonder versleten kemelsvel, Mr. THo -RBECKE !<br />

Hoe by z'n afval goedmaakt by de kiezers, die hem in de Kamer<br />

brachten - by FONGERS van Haarlem, onder anderen - begryp-ik<br />

niet recht. Ik vind, men moet z'n afkomst niet verloochene'n.<br />

Ook begryp ik niet, hoe alle zoogenaamd liberale bladen<br />

er genoegen me6namen, dat hun hoofdman wegliep, zoodra er<br />

een plaatsjen open was, dat hem beviel. En dat ze voortgaan<br />

zich to houden, alsof by nog aan hun hoofd stond . *)<br />

In Italic was eens 'n roover, die reizigers schrik aanjoeg door<br />

mannequins achter boomen to plaatsen . Men meende 'n heele<br />

bende voor zich to hebben, werd bevreesd, en gaf toe in de vorderingen<br />

van den 66nen man, then de reizigers zeer goed hadden<br />

kunnen gevangen nemen, als men maar geweten had dat-i a lleen<br />

*) Ik wacht nog altyd op inlichtingen . In-weerwil van TH's - my nagesproken<br />

- verklaring, ,dat-i niet behoorde tot de liberale party", bleef<br />

die party hem tot z'n dood toe, als hoofdman beschouwen . Het is dan ook<br />

in die hoedanigheid, dat men hem dezer dagen wil bestandbeelden .<br />

Wie dit ontkent, wie beweren moelit dat de vergoding van den overledene<br />

gegrond is op de diensten die by 't Land bewees, op de degelyke verbeteringen<br />

die by tot stand bracht, wordt verzocht die diensten en die verbeteringen to<br />

noevz en, en wel als't niet to veel gevergd is : met eenigen eerbied voor WAAR-<br />

HEID .<br />

leder weet dat de N . Itotterdamsche Courant in-geene-deele een partyblad<br />

is. Die Courant verheft dus onzen THORBECKE niet als partyman, doch one<br />

z'n verdiensten, en gaf trouw alle toe- en aanspraken ten-beste, waarin men<br />

verwachten kon die verdiensten to zien in het licht gesteld . By die verwaclitilig<br />

is 't dan ook gebleven. Wat TH . verricht heeft ten-voordeele van 't "Yederlandsche<br />

Volk, schynt alto aanbiddelyk, on , zoo niaar Urbi et orbi verkondigd<br />

to worden. Wat my betreft, ik heb uit de aangevoerde preuves for canonisatio<br />

van onzen held, niets geleerd dan dat by :<br />

zoo'n byzonder schoonen styl schreef,<br />

een braaf huisvader was, en<br />

in God geloofde .<br />

Het laatste werd onder overlegging van een briefje verzekerd door Mr .<br />

JOLLES, een van TH's ambtgenooten, die 't dus wel een beetje doet voorkomen<br />

alsof dat geloof een niet gemakkelyk kunststukjen is .<br />

En dan die fraaie styl ! En 't huisvaderschap .!<br />

Nederlanders, voelt ge niet, hoe alle moed om iets goeds voort to brengen,<br />

uitdooft in een land dat zooveel gejuich ten-beste geeft aan prullige middelmatigheid<br />

? Met welk recht straft men den doodslager wiens vergryp slechts<br />

66n slachtoffer eischte, indien de Voorgangers des Volks zoo onbeschaamd<br />

het gezond verstand der menigte vermoorden ? 't Is ergerlyk .<br />

Zal men dan nooit inzien, hoe dit alles den hoogmoed en de eigenliefde<br />

kittelt van wie door zoo'n Volk worden miskend en rnishandeld ? Reeds om<br />

deze reden alleen behoorde men iets keuriger to zyn in 't uitreiken der brevetten<br />

van uitstekendheid . (1872)


IDEEN \'"AN MULT TFLI . 1 05<br />

was . Nlaar hier is de zack jiaist andersonl . De, dag blad-nm,annecluins<br />

zetter. ci'n man vooruit, €fn man, die xiict tot hen behoort,<br />

(lie hen niet kept, die hen verloochent, en toch wordt door<br />

den onnoozelen voorbyganger --- - hier : 't Nederlandsche Volk<br />

de gevorderde schat ting betnald .<br />

,,De her TnORB ECK E dan, heef t uitdru kke l yk verklaard : ni et, to<br />

behooren tot de liberale party . Wat moot de man een bitterr verdriet<br />

hebben van de kranten, die hem Loch gedurig liberale kamerleden<br />

toezonde(i ' . By 'li eerstvolgende gelegenheid moest<br />

men hem tevreden stellen door 't ophemelen van m'nheer VOLLEN-<br />

RO V E N , onzen burgemeester, of van den heer S (--.!x W ARTZ, den j odenbekeerder.<br />

Na do ruiterlvke verklaring van den heer 'rHORBECKE,<br />

is 't waarlyk to bejammeren, dat geen enkele kruistochtridder<br />

heeft vergeten to sterven. doo'n middeleeuwsehe geweld-aanbidder<br />

zoo 'n. goed figuur maken by 't afgezworen liberalisme van den<br />

.-Leer 'hHORBECKE .<br />

Of zou die afzwering van 't liberalisnlc, een /raze geweest zyn<br />

309, vol.gg . )<br />

Wat de heer T -ii, gedaan heeft in 't; algeineen belang ? D it<br />

gaa,n we nu voorby, omdat bet tot nog-toe alleen gesehreven staat<br />

in 't on uitgegeven werk der toekomst.<br />

Vlaar eilieve, als dus de heer THORBECKE niet is to kennen uit<br />

daden, die niet geschied zyn . . . . als by viet mag beoordeeld<br />

worden naar den politieken katechismus een(-,r party, waartoe by<br />

verklaard heeft niet to behooren . . . . wat adders blyft on.s over dan<br />

zyne geschri ften ?<br />

Ja, mits ter-zake-dienende geschriften . (seen introduction van<br />

liefdezusters, of albumversjes uit de jeugd . . . . die ik trouwens<br />

van MR. THORBECKE nooit gezien heb .<br />

Welnu, er bestaan, geschriften van den beer THORBECKE . Opgang<br />

hebben ze niet gemaakt . 1k durf u vragen of gy ze gelezen<br />

hebt, en ik ben overtuigd, dat de meesten ewer de vraag met<br />

neon zullen beantwoorden .<br />

, . Er zyn van 1834 tot 1860 - dat is : in een t ydvak van 24- jaren<br />

-- eenige stukjes van den heer TIIORBECKE verschenen, die samen<br />

genomen een dun boekdeeltje vormen . Dat is de arbeid van een<br />

kwarteeuw . Ais men nagaat, dat de heer THORBECKE niet gedrukt<br />

ging onder knellende zorgen voor levensonderhoud - de Natie<br />

heeft hem altyd behoorlyk betaald -- als men beseft, dat de beer<br />

II noRBECKE ongedeerd, ongelasterd, niet gepynigd door vuilc<br />

kwa:idaardige zielemarteling - zoo-als anderen ten-deel valt,<br />

die wel iets deden - dat-i zich altyd vryelyk kon overgeven aan<br />

de inspraak van z'n gemoed, aan de vlucht van zynen geese, dan<br />

zal men de hoeveelheid van 't geleverde gering vinden .<br />

Maar de hoedanigheid ? Dit zullen wy zien !<br />

,,Hoe de inhoud van dit bundeltj e zy, wy hebben recht then to<br />

houden voor do staatkundigc openbaring, voor 't publiok Evan-


106 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

gelie van onzen regeerenden minister, en ik beroep my te-dienaanzien<br />

op de woorden, waarmee hyzelf zyn vroeger verspreide<br />

stukjes by 't Nederlandsche publiek inleidt . Hv zegt : dat ze met<br />

den politieken levensgang van den auteur in nauwe natuurlyke gemneenschap<br />

staan ." (Inleiding der „Historische Schetsen ." )<br />

Ik meen aldus to hebben aangetoond, dat wy bet recht hebben,<br />

den beer THORBECKE naar doze zyne „Historische Schetsen"<br />

to beoordeelen .<br />

Dewy] nu de meerderheid der Tweede- Kamer, dien man aanhangt,<br />

dewyl voorts de overige ministers door dien man werden<br />

gekozen en gesteund worden, dewyl onze Koning en den<br />

Heer THORBECKE en die andere ministers benoemd heeft, mogen<br />

wy naar ik geloof, tot bet besluit komen, dat er uit de geschriften<br />

van den Heer THORBECKE mag worden geconcludeerd : tot den<br />

geese onzer geheele tegenwoordige Regeerin .g, en deze slotsom wordt<br />

iuct ivedersproken door do feiten . Wy zullen daarvan overtuigd<br />

nu in de lie plaats, nagaann, wat we in die werken vinden, en wat wy<br />

daarin niet grind en.<br />

Voor heden avend zal de beschouwing van bet eerste en niet<br />

hot minst uitgebreide der stukken, voldoende wezen .<br />

En niett bet minst uitgebreide . . . . godbewaarme, dat ik boeken<br />

zou meten met de el, of geschriften by 't pond ! Maar 't verdient<br />

toch opmerking, hoe err in eon bundel die de vruchten bevat van<br />

-!-ier-en-twintig wren arbeids, in (-en work, dat wegens de uitdrukkelyke<br />

verklaring des schryvers, „in nauwe natuurlyke gemeenschap<br />

staat met den politieken levensgang van den auteur" . . . .<br />

een werk alzoo, dat we mogen aannemen als logboek van do<br />

reis zyn.er staatkundige begrippen hoe er in zoo'n werk<br />

slechts gewyd worden, aan<br />

,,Johar, de Witt" 19 blz .<br />

„Onze betrekking tot Duitschland" 4- (!) „<br />

„Mr . G . Wittwaal" 1 5<br />

de ,Schets eenerr geschiedenis der provinciaal-burgerlyke wet- „<br />

geving in de Republiek der Vereenigde Nederlanden" . . . . 28 (!) „<br />

,,Simon van Slingeland's toeleg om den Staat to hervormen" 18 (!) „<br />

„bet hedendaagsche Staatsburgerschap" 13 (!) „<br />

„R . J . Schimnlelpenninck en S . I . Wiselius . .<br />

3•i<br />

„ Ro ell's onderhandeling to Parys in 1809 en 1810 :<br />

Denk cons na by die j aartallen . . . . doordrin,gt u van 't belang<br />

der zaak haalt u 't napoleontiseh Wereldryk in de gedachten<br />

. . . . bet opslokken onzer Republiek, eerst onder 'n Koning, die prefect<br />

was, later onder prefecten die koninkje-speelden denkt aan<br />

aan 't continentaal stelsel . . . . aan Frankryks wrok . . . . aan Engelands<br />

baatzucht . . . . aan de plannen van inval . . . . aan de bataafsehe<br />

marine . . . . aan 't kamp to Boulogne . . . . aan de spanning<br />

tusschen NAPOLEON en . . . . Louis, . , . aan de tank van RoELL . . . .


IDEEN VAN MULTATULL 107<br />

aaii 't belang der onderhandel-iiigeti over dat Ales, en nu<br />

't is geen verp;sing als ik a zeg, dat de beer THORBECKE (lit alles<br />

behandelt -- zegge natuurlyk niet behandelt --- in . . . . drie bladzyden<br />

. Daarop volgen een pair stukjes, getiteld : ,Karel Hendrile<br />

Ver-Huell en Rutger Jan Schimmelpenninek", ,Bi ,i bet pertret<br />

van Guizot" en ,Anton Reinhard ?alck."<br />

. Ik heb my de vervelende inoeite getroost u de opschriften<br />

letterlyk meetedeelen om u good to doen begrypen wat de beer Tx .<br />

beweert to geven in zyn boekje . Hy zegt niet : ,iets over Jan<br />

de Witt" niet : ,eene opmerkincq over onze betrekking tot Duitsehland."<br />

Neen . fly geeft flinkweg aan z'n opstelletjes, titels die<br />

voegen zouden aan werken van zeer grooten omvang. Dit - gevoegd<br />

by de logboek-professie -- verschaft ons bet recht, de<br />

stukken die wy voor ons hebben, to beschouwen en to beoordeelen,<br />

zoo . . . . als wy de vryheid- zullen nemen heden avond to<br />

doen . Wy duiden 't niemand euvel als by weinig weet, of weinig<br />

uitriehtte. We moeten ieder de vryheid laten onbeduidend<br />

to zyn . Maar wy verzetten ons tegen zulken pretentieusen schynn<br />

van beteekenis als de heer TuORBECKE zich aanmatigt.<br />

En zelfs dht zouden wy voorbygaan met stilzwygen, als niet<br />

de schyn door velen word en wordt opgevat voor 't wezen, en<br />

als niet doze dwaling zoo noodlottig invloeide op den loop der algeineene<br />

zaak . Waarlyk er is verband tussehen de sehrale voeding<br />

van den arbeids-werkman, en de schraalte van den arbeid,<br />

dien de beer THoRBECKE ons wil opdringen als werk. Ook z66 alweder<br />

is a1le8 in alles ! Zoo proeven wy den onvoedzamen aardappel<br />

van den arme, in 't vruchteloos zoeken naar wat voeding<br />

voor den geest, in 't armoedig boekje van den minister . Z66 voelen<br />

wy de rifling van winterkou by 't bladeren in zulke koude geschriften<br />

. Z66 vatten we, by 't achtslaan op den toestand des Volks,<br />

het verband tussehen vuile smakeloosheid beneden, en hartelooze<br />

, onzedelykheid omhoog . Z66 begrypen we, hoe alles samenwerkt<br />

. . . . hoe voor den wysgeer en den dichter -- die 66n zyn !<br />

alle versehil tusschen hoog en laag wegvalt . . . . hoe iemand die<br />

joist, voelt, alles met denzelfden blik overziet . . . . alles vergelykt . . . .<br />

alles doorsehouwt met 66ne inspanning . . . . altos samenvat met<br />

66n greep . . . . alles teekent tot een beeld : waarheid .!<br />

Ik betwyfel zeer of JAN DE WITT zich gestreeld zou hebben gevoeld,<br />

als men hem had kunnen voorspellen, dat een soort van<br />

opvolger hem zou bedeelen met slechts negentien bladzyden<br />

druks, in een werk, dat den politieken levensloop - of levensgany,<br />

zooals de man zyn onbeduidend aanzyn noemt --- van then opvolger<br />

heet to schetsen . Negentien bladzyden octavo . . . . dat is<br />

in den boekhandel een waarde van drie of vier stuivers .<br />

Laat ons eens zien wat Nederland ontvaiigeti Ileeft voor z'11<br />

twintigu centen .


1 08 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Zonder in'tminst den Dortschen pensionaris hoog testellen, erken<br />

ik toch dat 'n beschryving van z'n leven en daden - als er beschryvenswaardige<br />

daden in dat leven voorkomen, wat ik eigenlyk betwyfel,<br />

vooral na 't bestudeeren van Mr . Thorbecke's opstel<br />

dat zoodanige beschryving belangryk wezen kon door 't verband<br />

met andere zaken . Maar ziet, er blykt reeds by den eersten opslag,<br />

dat de naam : Johan de Witt, niets was dan een uithangbord . Het<br />

stukje handelt eenvoudig over 'n werk, dat Mr. SIMONS in 1835<br />

heeft geschreven over JAN DE WITT . Ik zou evengoed dit deel<br />

van m'n voordracht, door 'n valschen titel, kunnen voorstellen,<br />

als ,beschryving der res gestae van Mr . SIMONS," omdat ik 'n<br />

opstel behandel, waarin iets over Mr . SIMONS gezegd wordt .<br />

Wy merken hierby al terstond op . hoe omzichtig men wezen<br />

moet, met geloofslaan aan titels en programmen van boeken en<br />

Regeeringen, en wy hebben 't recht to vragen of de verklaring<br />

van den minister, by de aanvaarding van zyn bewind : dat by<br />

't algemeen belang zou bevorderen, en niet dat van eene party" moet<br />

worden opgevat met dezelfde stiptheid, als de titels der werken"<br />

van den beer THORBECKE . *)<br />

De styl is slecht . Of juister :<br />

de wyze van uitdrukking is zeer<br />

gebrekkig, want styl bezit de heer THORBECKE niet. Hy schryft,<br />

als velen . . . . de jufvrouw na . (Minnebrieven, blz. 68 en 95 .) Van<br />

styl, van lien weerschyn der aandoeningen der ziel kan geen<br />

spraak zyn in zull&e ziellooze voortbrengsels . Wy moeten lager<br />

zoeken om grond to vinden tot lof en berisping, heel laag zelfs,<br />

en daarom ben ik wel genoodzaakt om to letten op fouten van een<br />

soort, als men anders zoo gaarne vergeef t aan wie blyken gaf<br />

verheven to zyn boven kleine onvolkomenheden .<br />

Niets, volstrekt niets ontheft den heer TH. van de verplichting<br />

*) Wie meenen mocht, dat ikzelf een dergelyke oneerlykheid beging,<br />

door aan m'n Havelaar den ondertitel van ,koffiveilingen" to geven, bedriegt<br />

zich . Ik weet dat er zyn die dit gelooven, omdat ze, als de schryver van een<br />

stukje in de „Deutsche Jahrbicher fur Politik and Literatur" niet aandachtig<br />

hebben gelezen . In dat tydschrift vinden wy in de aflevering van Maart 1862<br />

"Max Havelaar, of de Koffiveilingen op Java (sic) door Multatuli.<br />

Das interessante Buch ist bisher, so viel wir wissen, ins Deutsche nicht<br />

ubersetz worden, obgleich Uebersetzungen in mehreren Sprachen vorbereitet<br />

werden . Von ,Kaff ee-Auktionen" enthalt es kaum ein Wort : dieses Aushdngesehild<br />

schien in Holland nothig !"<br />

Volstrekt niet ! Ik ga nooit langs omwegen. Ik heb dat boek genoemd<br />

Koffiveilingen, wyl 't inderdaad daarover handelt . (lie blz . 256) . Het boek<br />

is een epigram, Nederlanders, en misscbien weet ge, dat men 't zwaartepunt<br />

van zoo'n stuk moet zoeken in den laatsten regel . Later zal men erkennen dat<br />

die titel van 'n verdrietige juistheid is .<br />

De schryver van 't stuk in de Deutsche Jarhrbucher, heel t niet aandaclrtiger<br />

gelezen dan de inenschen . Hy komt, na zeer uitvoerige, inaar oppervlakkige<br />

behandeling van myn week, tot do coriebisie : (Le,t vry-arbeid zoo'1i<br />

scleootie za,ak ie ,. Anne SAi1JAx . (18(14)


I'DEU-14 VAN ,ATJLTATUTJ, 1 09<br />

tot vlekkeloosheid in 't nietige . Welnu in-stet,, van . vlekkeloosheid<br />

vinden we, na een komma-punt, uitdrukkingen ale deze :<br />

,,maar het eigen wezen van den tijd aan wells hoofd DE WITT Inet .<br />

weinig anderen stond, van een tijd, then hij gemerkt heel t inet zij n naam,<br />

to teekenen, naar dez( , belofte wil dee anteur (Mr . S11mons) zijn werk beoordeeld<br />

zien."<br />

. . . . gemerkt heelt met z'n naam to teekenen, naar deze belofte .o<br />

hoe vindt ge I t ? Sommigen zullen begrypen wat de bedoeling is<br />

van dezen zin . Ook ik begryp wat de heer THORBECKE zeggen<br />

wilde . Maar yezeyd heeft-i 't niet in die kakografie. (58)<br />

Wij laten onze aanspraak vallen . . . .<br />

Dat ,Iaten vallen" van In ,aanspraak" vind ik jammer . Ik vind,<br />

men moest niets laten vallen en vooral geen ,aanspraak", die<br />

In aanstaand minister misschien later kan to pas komen by 't<br />

openen van de Kamers, of by 't leggen van 'n eersten steen .<br />

. . . . orn den heer S . to volgen<br />

Waarin, denkt go ? In 'n schaapskooi ? In een herberg ? In de<br />

witte societeit ? In de besognekamer ? Neen<br />

. . . . in hetgeen by geef t . "<br />

Ik vind in dit diepzinnig plan geen verschooning, voor dat slordig,<br />

,Iaten vallen" van de ,aanspraak" .<br />

. . . . vervulde by -- Jan de Witt -• een rol in de bestelling . . . .<br />

van pakjes, brieven of boodschappen meent ge ? Mis<br />

. . . . in de bestelling van . . . . Europa .<br />

Ziedaar Europa besteld door JAN DE WITT! Gefrankeerd ? Aan<br />

wiens adres ? Aan Jupiter . . . . vii, Bosporus `? Met protest terug<br />

misschien, omdat ze gecompromiteerd was ?<br />

,,JOHAN DE WITT aav .vaordde 't gemeenteb( ,st . . . .<br />

De heer THORBECKE laat ons in 't onzekere, of die aanvaarding<br />

geschiedde onder voorrecht van boedelbeschryving . We zullen<br />

er 't beste van denken .<br />

"Wie dit niet, dat is, in verband met let vooralyaande : die puntev<br />

van uttyany - met de gansche reeks hunner, elkarider doorkmisendee<br />

gevolgen, volkomen in heeft, overziet den werkkring niet, enz .<br />

Hier moet men, one een werkkring to overzien, punten van uitgang<br />

in-hebben. Neen, mooier nog, men moet die punten volkomen<br />

,,in" hebben . Er mag geen staartje van al die punten buiten blyven,<br />

of er ontstaat 'n vreeselyke leemte . Die acme Mr . SIMONs<br />

had, -,Tolgens den heer TfT. niet genoeg punten in-genomen, of<br />

genii volkomen punter, of by wes er we6r van ontlast . Hoe dit<br />

ZY, SUMONS' (over-Mg de WITT'S ni ;,tar line! miserabc-1 .


1 1 0<br />

IDEEN VAN MULTAT ULL<br />

Straks zullen we zien, wat de heer THORBECKE zolf ---met of<br />

zonder volkomen punt-gebruik -- van then werkkring overzien<br />

heef t .<br />

Hy schynt byzondere voorliefde to koesteren voor punten . Althans<br />

een beetje verder lezen we<br />

"Die vraag wen] . . . . beslecht . . . .<br />

Een twist wordt beslecht. Vragen : beantwoord of opyelcist .<br />

„Die vraag word . . . . beslecht; op eene wyze, welke . . . . het keerpuiit<br />

geworden is."<br />

Eene wyze ,welke" 'n keerpunt geworden is ? Wat men toch<br />

weinig kan staatmaken op de toekomst ! BARNEVELD had gelyk<br />

,,o god, wat komt er van" . . . .'n wyze !<br />

genomen worD den, natuurlyk .<br />

dit punt moet weer 'in-<br />

„Men behoefde slechts de hand der generaliteit, welke den evenaa r hield,<br />

to verkrachten, en de schaal van Holland haalde, door zyn natuurlyk gen-icht,<br />

de andere provincien, ieder afzonderlyk en alle to zamen, van zelfs . .<br />

Zel fs . . . . sic . Maar dat kan een drukfout wezen .<br />

,,vanzelfs over ."<br />

Pit is curieus van onzin. Wanneer een der schalen van eene balans<br />

zwaarder is dan de andere, „door natuurlyk gewicht"<br />

de heer TH . schynt ook onnatuurlyk gewicht to kennen -- dan<br />

valt er niets to verkrachten, om die zwaarder schaal to doen overhalen.<br />

Er zou juist verkrachting noodig wezen, om haar niet to<br />

doen doorslaan. De heer TH. schynt to meenen, dat natuurlyke<br />

dingen moeten gevioleerd worden . Zoo verkracht-i ook - we<br />

zyn in voile schoolmeestery, geachte hoorders - de se-.,-e van 't<br />

woord „schaal" dat vrouwelyk is. Ik denk dat-i zulks geleerd heeft<br />

van mynen baker .<br />

„Alles hangt van het kompas af, waarop de schryver koers zet ."<br />

Ik heb redelyk veel gereisd, ook ter-zee, en kan betuigen nog<br />

nooit to hebben gezien, dat men koers zette op een kompas .<br />

„Onder deze omstandigheden moest de Iijn van gedrag der Republiek,<br />

ten aanzien van Westelijk Europa, voor het vervolg beschreven worden .<br />

Wij zien niet . . . .<br />

Hoe gelukkig, dat DE WITT die lyn had to beschryven voor<br />

't vervolg. Verbeeldt u, wat zou de man in angst hebben gezeten,<br />

als-i na de,,aanvaarding van 't Gemeenebest" had moeten beslissen,<br />

beslissen hoe men zich verleden j aar gedragen zou . „Die lyn moest<br />

voor 't vervolg beschreven worden" alzoo, en . . . . volgt daar<br />

onmiddellyk op<br />

,,Wij zien niet, dat de schrijver -- die armie Mr. SrMONS -- van hun wezen<br />

en verband eenig begrip gegeven heeft ."


IDEEN VAN M.-ULTATULL III<br />

HUN 2i)ezen cit i;erba.nd .P' Eenig begrip geqei-en? Wy zien niet,<br />

dat, de heer TjiORBECKE eenig begrip heeft gegeven van 't wezen<br />

en 't verband des woordekens : hun . Een prysvraag : Welke<br />

Hun wordt hier bedoeld ? Zou 't ATTILA wezen ? Jk moet met,<br />

schaamte betuigen dat die persoon de eenige Hun is, then ik<br />

de eer heb by-name to kennen . 1k kan this niet me6raden, met,<br />

wat leans op treffen .<br />

. . . . gelijksoortig aan die, waarin Lom,,wi.jK XIN' haa,r, ten aanzien<br />

van Frankrijk to brengen dacht ."<br />

Ik geloof,, dat hier onze schryver heeft in het duitsch to schryven<br />

en het hollandsch op een styve manier to verdraaien, gemeend .<br />

11 1,ODEWIJK onderhield den oorlog nicer, dan dat hij deel nam aan een<br />

krijg gedurende welken Frankrijk zich ongehinderd voorbereidde tot den<br />

overval der Spaansche Nederlanden, in Mei 1667, terwijl dc'. Republiek on<br />

Elngoland nog tegen elkander streden, volvoerd ."<br />

Wie wil ALEXANDER spelen by dezen knoop ? Men moet veel<br />

,,piinten" in-hebben, om den ,k~ring" van zoo'n fraze to overzien .<br />

,, De W ITT sto rid op een scherpen post, ."<br />

1k weet wat scherpe patronen zyn . Ik ken de scherpte van<br />

't zwaard des hongers . Ook weet ik ten-naaste-by wat scherpe<br />

kritiek is . . . . maar scherpe ,posten" ken ik niet . En daar 't iets<br />

schynt to wezen, waarop men staat, denk ik dat deze zinsnede<br />

doelt op 'n goocheltoer, then DE WITT verrichtte ter uitspanning .<br />

Of om-den-broode missehien, toen er niets meer viel to verdienen<br />

als besteller. We willen hopen, dat de man zich niet bezeerd<br />

hebbe, en dat-i later op 'n prettiger manier z'n brood heeftt kunnen<br />

verdienen .<br />

Z'n brood hebbe kunen verdienen . . . . oef<br />

Eilieve, geachte hoorders, meent niet, dat ik myn schryven<br />

goed vind . Ik heb daarop veel aanmerkingen, en voel inderdaad<br />

vrees voor de kritiek, waaraan ik myn eigen werk zou onderwerpen<br />

(42, 58, 61) als ik my niet ontslagen rekende van de verplichting<br />

orn schoolmeesterig om to gaan met myzelf. Ik ben zoo vry<br />

to gelooven, dat ik 'n beetje recht heb op 't, maken van fouten .<br />

En dat ik gebruik maak van dat recht ? Ziet eens, in m'n zeeziektevertellino<br />

, (229) laat ik een Groenlander reiken van 't puttingwant<br />

tot naby 'n sloep, langs-zy van 't vaartuig. Er zal bedoeld<br />

zyn : putting-yzers. 't Was een lapses calami. Ik zie dat ik<br />

voor weinige dagen schreef -- neen, dat ik heb laten drukken (pag .<br />

33) geschreven had ik 't niet --- ,welke middelen daartoe moeteii<br />

worden aangewend" zonder vooraf to hebben gezegd : wAkrtoe<br />

? 't Woord : ,,verbetering" was voorafgegaan, en uitgevallen<br />

by correctie .<br />

Maar, ook zonder zulke verontschuldigingen, ik maak veel<br />

fouten, en ze vervelen my zoo, datt ik nit ergernis daarover, niet


1 1 2 TDEEN VAN MULTATULL<br />

eons geabonneerd ben op m"n IDEEN . Want ik wil m'n humeur<br />

ni et bederven .<br />

Wie uwer in 't bezit is van wat menschkunde, zal begrypen hoe<br />

ik my geweld moest aandoen om zoo lang uit to weiden over nietigheden.<br />

Geloof t toch, dat ik u en my daarboven zou verheven<br />

achten . . . . als ik niet ditmaal ware genoodzaakt geweest to wyzen<br />

op 't kleine, op 't ambachtelyke . Waarlyk, het zou me niet in 't<br />

hoofd komen to vitten - zooals ik nu erken gedaan to hebben,<br />

omdat het moest --- wanneer de schryver had blyk gegeven de hoedanigheden<br />

zyner fouten to bezitten, en daardoor in-staat to zyn,<br />

die fouten lostekoopen met 'n koninklyk rantsoen van genie.<br />

Wy zullen zien, hoe 't met dat loskoopen gelegen is .<br />

De negentien bladzyden over ,JOHAN DE WITT" zouden tenrechte<br />

moeten heeten : ,Mislulct betoogje, dat Mr Simons niets van<br />

de zaken wist ." En - om nog 'n reden aantehal.en ter verontschuldiging<br />

van myn Loon - ik verzeker u, dat de heer TH. zyn patient<br />

niet genadiger behandelt, dan ik de vryheid neem hem to doen .<br />

Maar ik twyfel of by daartoe hetzelfde recht had. Want . . . .<br />

die Mr SIMONS maakte geen aanspraken. De man had een werk<br />

geschreven - veal belangryker althans, dan 't kwart-eeuw-product<br />

van Mr . TH. - en daarmee uit . SIMONS liet zich nooit benoemen<br />

tot eminentie . Men moet de personen beoordeelen near de aanspraken<br />

. . . . die ze niet lieten vallen .<br />

Na eene klacht over de onvolledigheid van 't werk des heeren<br />

SIMONS, nadien'schryver to hebben verweten, dat by ten-onrechte<br />

z'n boek doopte met den naam van : Johan de Witt en zijn tijd<br />

klacht en verwyting die gek luiden in den mond van iemand die<br />

voorbeeld geeft van veel grooter onvolledigheid, van veel brutaler<br />

titelroof - geeft ons de heer Th . zoo verward, styf en kromsprakig<br />

als-i dan gewoon is zich uittedrukken, iets als antwoord<br />

op de vraag, wat we van hem hebben to wachten, wanneer hyzelf<br />

eenmaal het leven van JAN DE WITT zal beschryven<br />

„Het karakter dus van den tijd, althans in zoo ver D . W . er mede in<br />

aanraking gekomen is . In groote omtrekken, of uitvoerig : dit zij in des<br />

scbrijvers willekeur gesteld ; maar het eigen wezen van den tijd, aan<br />

welks hoofd DE WITT met weinig anderen stond, van een tijd then hij<br />

gemerkt heeft met zijn naam, to teekenen, naar deze belofte wil de<br />

auteur zijn werk beoordeeld zien . Welk een tafereel ! De feiten der,, -<br />

hoestbui van den spreker - „ en diplomatie, in vrede en oorlog, inaken<br />

er slechts een klein deel van uit ; de toestand, zelf, waarin zij voorvielen,<br />

het geheele samenstel van het bijzonder zoowel als openbaar<br />

leven der europeesche wereld in zijne verschillende takken en algemeen<br />

verband, dit alles om een persoonlijk middenpunt<br />

Dit is, by 'n welgeschapen mensch, de navel . Onze auteur zal<br />

bedoeld hebben : om een persoon als middelpunt. Die punten,<br />

die punten !


IDEENT VAN MUTL ATTJLT . 113<br />

Ill Penn persmniilijL l1lidderlpilnt, gescllaar(I, ;gal oii,s, welligt i1a(t<br />

de k oust Van eon vour heft nog gebuieht wouuden .<br />

Nly we] . Ik ben er zeei , benieuwdd naar. Onze auteur zal inzien<br />

dat-i dan moot heginnen met tienmaal 'n kwarteeuw oefening in<br />

nauwkeurigheid van denken en zeggen . (10, 11, 12, 13) Of misschien<br />

ziet by 't niet in, joist omdat hem to l - iiog-toe die oefening<br />

I en-eenenmale ontbrak .<br />

Maar ik hoop, geachte hooi'der_s, dat u zooeven een woord ontgaan<br />

is, een post op den ,,taat der desiderata . Ik heh gehoest waar<br />

ik nog niet verstaan Won wo den, en vond bet, aardig uwe nieuwsgierigheid<br />

naarr de ooiuza,ak myner verkoudheid eenigszins to spannon<br />

.<br />

De voorgelezen tekst, met inbegrip van 't, v -oorhygehoeste, is<br />

een kostbare bydrage tot do kennis der politieke levensriehting<br />

van den beer THORBECKE .<br />

AL- gy of ik bet leven hadden to beschryven van een voornaani<br />

piersoon, en ran zyn tyd, zouden we zeker de belangrykheid gevoelen<br />

van zulk'n opgave, en terugschrikken voor de verantwoordelykheid,<br />

die w e op ons laadden door zoo'n program . Maar de beer<br />

Tx. die de eischen der Historie zoo hoog opvat, naar z'n zeggen --en<br />

als-i 't meende zou ik hem gelyk geven - doet nuu zelf aan<br />

't work, den heelen Jan de Witt a/, in 19 bladzyden '<br />

Hy verwyt den beer SIMONS, dat doze slechts een verhaal<br />

geeft, van wat er met ons vaderland ten tyde van DE WITT is<br />

gebeurd" - ik vind dit nog al wel . Wat had de man dan moeten<br />

vertellen ? - en de criticus-zelf geeft in z'n opstel, dat dan toch<br />

,JOHAN DE WITT ' getiteld is, volstrekt -nets daarvan.<br />

Het heele opstel handelt over - zie hier de rede myner verkoudheid<br />

van zoo-even -- over . . . . staatkunst. Hot woord staatkunde,<br />

kunde, kennis van den Staat, komt by den beer THORBECKE<br />

niet vour, en reeds by 'n vorige gelegenheid heb ik de opmerking<br />

geuit, dat dit zeer karakteristiek is .<br />

Vroeger schreef men de geschiedenis van Koningen bet<br />

Volk was niets . Van kroon- en zwaarddragende roovers . . . . bet<br />

Volk was niets . Sedert lang reeds is die 1 isloire bataille veroordeeld<br />

. Welnu, vour nu eens eindelyk 't V of k schynt aan de<br />

beurt to komen, bet wezenlyke Volk, de ware bestanddeelen<br />

waaruit bet menschdom is samengesteld schynen wy 'n<br />

soort : histoire-ministre to moeten doorloopen, de geschiedenis<br />

van de staat-kii.nst, van do staat-ku .nsten. van de staats-kustenaars<br />

en wat dies meerr zy. Ik kan om goed begrepen to worden, niet<br />

to dikwyls herhalen, dat de Heer THORBECKE dit bundeltje geeft<br />

als spiegelbeeld zyner politielre ontwikkeling . Welnu, naar de<br />

fotografie to oordeelen. leven wy au bean milieu van staats-kunstenmakery.<br />

Wy, gy, ik onze vrouwen eii kinderen, zyn de biljardballen<br />

waarmee de heelen in den Haag carambole maken . Wy zyn de<br />

IDEEK II . 6


1 1 4 IDEEN VAN MULTATLTLI .<br />

volants welke door liberalen en behouders --- en door nl'nheer<br />

THORBECKE ook, want by speelt sedert z'n avenement mee, al<br />

zy 't dan ditmaal zonder partykaartje - aan elkander worden<br />

toegekaatst . Wy, gy alien en ik, zyn de schaakstukken, waarmee<br />

de heeren zich vermaken, en wie 't gewone schaakspel mocht<br />

afkeuren, omdat het voor wetenschap te-veel op spel gelykt, en<br />

voor spel te-veel inspanning vordert, zal zeker dit schaakspel to<br />

erger verfoeien, naarmate het als vermaak ten-koste van een<br />

Volk, to wreed, en als onzedelyke iaagheid to weinig vermakelyk is .<br />

Wy zien dan in ons stukjen overal diplomatie en staatskunst<br />

op den voorgrond, ,Voorgrond" is onjuist gezegd, want achtergrond<br />

is hier niet .<br />

Overal vinden wy meer of min diepzinnige beschouwingen<br />

over de verdeeling van macht en gezag : wie 't best caramboleerde .<br />

Over knoei-finesses tusschen de onderscheiden provincien : wi ec<br />

den volant het best wi,4 terugtekaatsen . Over 't al of niet begeven<br />

van ambten en,waardigheden : of men den prins van Oranje koningin<br />

wou laten halen . Over ,verkrachten van den evenaar" . . . -<br />

aan dit laatste zou ik den naam geven van on-fair pat-zetten,<br />

in de spelletjes die de heeren speelden, en waarin des heeren THOR-<br />

BECKE'S staatskunst zich vermeit, precies zooals wy 'n party van<br />

ANDERSEN of MURPHY napluyzen .<br />

Ik zal de vryheid nemen, eenige voorbeelden aantehalen ter<br />

staving van myn beweren .<br />

„Hij --- Johan de Witt -- was bet hoofd eoner staatspartij, e» de<br />

braafste, trouwhartigste, staatsdienaar . . . .<br />

Ei, Mr. Thorbecke ! En toen 't in uw kraam to-pas kwam, hebt,<br />

gy gezegd niet to zyn 't hoofd eener party, niet to behooren tot<br />

'n party ? Gy zeidet - precies m'n idee ! -- dat dit niet geoorloofd<br />

was. Dat men 't algereen belang moest behartigen . Kortoin<br />

ge hebt gesproken alsof ik 't was. Het kon niet beter. Maar<br />

hoe rymt dit in U, Mr . THORBECKE ? Ge neemt immers niet<br />

kwalyk, dat ik uw historische (!) schetsen in ,naauw" verband<br />

breng, met den politieken levensgang van den auteur ? ,Bedenk<br />

toch dat gyzelf uw boekjen hebt aangeprezen als handleiding<br />

daartoe . Of hadt ge er op gerekend, dat weinigen kunnen lezen ?<br />

„I)e generale =Kegeering had onder meer andere, drip voorname ta,kken<br />

Vleesch, visch . groente ? . . . . Voedsel, deksel, woning ? . . . .<br />

Welvaart, zedelykheid, geluk ? . . . . Geloof, hoop, liefde ? . . . . Ocli<br />

neen . De droge takken van m'nheer THORBECKE dragen niet<br />

zulke sappige vruchten. De takken van de generale regering onder<br />

then braven DE WITT, waren tot neerbuigens toe beladen met<br />

.,het maken van verbonden, van vrede of oorlog, het defensiewezeii,<br />

en de f nanci ele middelen ten behoove der verdediging ."


[DEEN VAN MITINATULL 115<br />

1k tel daaruit vier takkeii, maar -aan een boom zoo vol geladen"<br />

komt het op een tak niet aan . Let eons op, hoe de financii.,ele<br />

middelen alleen worden to-pas gebracht als bestuurszaak,<br />

en volstrekt niet in-verband met de krachten, de belangen en 1 ,.et<br />

\N, (,- Izyn der betalenden. Die financie-tak schynt dus aan den boom<br />

t(, groeien voor 't privatief genoegen van den tuinman .<br />

Men meene niet, dat ik de opgegeven zaak onbelangryk aclit,<br />

als onderwerl)en van. zorg voor de Regeering . Volstrekt niet . De<br />

za,ak is maar, dat de heer T-u . slechts die of dusdanige, onderwerpen<br />

schynt teo kennen . Fly brengt het geheele Volk, at z'n belangen,<br />

wenschen hoop en rechten, terug tot dit eene : besturen, regeeren,<br />

heerschen . En dit alles, niet ten-I)ehoeve van (lit Volk, maar geheel<br />

alleen met het oog op de belangen of 't verinaak der heeren die<br />

van dat besturen, enz . een vak makers, 'n qutspanninq, een me'tiel `<br />

. .<br />

't Zs de gescbiedenis vart de spoorwegdirectie en haar conducteurs .<br />

't Publiek --- bier het Nederlandsche folk ---- telt, niet me6. (pag . 32)<br />

„Men hehoefde slechts (le, hand der Generaliteit to verkracliten, en do<br />

schaal van Holland haalde, door zijn (sic) natuurlijk gewicht, de amlel-e<br />

provinei6n, ieder afzonderlijk en alle to zainei), van zelfs (sic) over .<br />

Ziedaar 'n zinnetje, dat ik reeds besehoawde als voorbeeld<br />

van gebrekkige uitdrukkingswyze n'est pas auteur qui vent, Mr .<br />

THORBECKE daar hoort rn66,r toe en dat ik nu herhaal als 66n<br />

grondtype, ads voorheerschend kenmerk van Tn's staatkunstige<br />

liefhebhery. Weh is hier : alles in alles . De wanordee in 't teekenen<br />

van 'n denkbeeld, komt hier geheel overeen met de wanordelyke<br />

vermenging van belang en plicht . De schryver die ,natuurlyke"<br />

zwaarte ,verkracht tot d66rslaan" is de minister, de staatskunstenaar,<br />

die z'n kunstjes waardeert, uitvoert, en aan-den-man<br />

brengt op 'n wyze, die duidelyk aantoont hoe in zyn gemoed de<br />

evenaar verkracht is, waarmee 't belang des Volks behoort bewogen<br />

to worden . In al de werken (!) van den heer TH . vinden we<br />

een sterksprekende voorliefde voor dingen als clat geknoei over<br />

rnacht, gezag, prerogatief . Over volkmelvaart geen woord. Ju,<br />

nti-en dan iets er van, maar slechts wanneer 't - als b ,ijZaak --te-pas<br />

komt by de spelletjes van de heeren in den Haag . (4y<br />

ziilt zien :<br />

De invloed van Holland kwarn in de plaats van het algemEen gezag,<br />

dat oorspronkelijk aan al de provinei6n in onverdeelde gemeenschap<br />

behoorde .<br />

Aan dit belang was een andere vraag, die ineii, latere tijden ri -let deze<br />

verwarrende, gemeenlijk vooropstelt, ondergeschikt . . . .<br />

Welke andere ,vraag" zou (tat wezen ? We6r vraag ik : Zou<br />

er nu waarlyk kwestie zyn van iets degelyks, i n 't eind ? Misgeraden<br />

Hieraan was ondergeschikt :<br />

"(1ee vraag on treat (le NN-edervervullin g, van ate :ilgenwene elm ptoviliciale<br />

ambten (lei, prinsf~n vane Oranie .


1 1 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Dat is hoogst interessant ! Wat zal 't vleesch goedkoop geworden<br />

zyn, toen die vraag beslist was !<br />

"In dezen geest hervormde de groote vergadering . . . .<br />

Dat wil zeggen : in den geest van zekere heel diepzinnige knoeiery<br />

met then evenaar<br />

"in then geest hervorrnde zy het stelsel van de republiek ; en tot uitvoering<br />

van dit stelsel, tot beleid van de groote . . . .<br />

Groote . . . .<br />

. . . . door al de leden van het staatswezen zich verspreidende . . . .<br />

Groote . . . . door al de leden van het staatswezen zich ver,3preidende<br />

. . . . prachtig ! Nu : tot ,beleid" der mirobolante<br />

,,gevolgen van dat stelsel . . . .<br />

Dat is - o, Cambronne ! - van eigenlyk niemendal . . . .<br />

. . . . werd J . DE WITT aan hett roer geplaatst . . . .<br />

Eindelyk I Nu, 't doet me veel pleizier, dat de man een baantje<br />

heeft en we hopen, dat z'n betrekking van stuurman hem beter<br />

moge bevallen, dan dat staan op iets scherps, of z'n vroegere<br />

functie van besteller. Maar let-op, hoe die benoeming van DE<br />

WITT tot roerganger, 't slot is van een climax. Dht . . . . dht . . . .<br />

dht . . . . en dht . . . . bleef aarde, hemelen, juicht : de Witt is yeplaat8t<br />

!<br />

Dat is : overghe88t synde in de jaerspraeke van van-daag<br />

THORBECKE is klaargekomen met 'n conditie - N.B . Er zal<br />

meer op betaling, en vertoon van Wichtigkeit, dan op lat8oenlyke<br />

behandeling worden gelet .<br />

Geachte hoorders, het walgt me u al de bewyzen voorte * lezen<br />

van de ,,verkrachting" waaraan onze staatskunstenaar zich voortdurend<br />

schuldig maakt, by 't ,wegen" der belangen van Volk<br />

en regeerders .<br />

En . . . gy zoudt kunnen vragen, of ik ook misschien zulke gedeelten<br />

van z'n werk oversla, waarin gesproken wordt over<br />

andere dingen, dan die voddige twisten der mannen en place, op<br />

den pre aux clercs, hunner liefhebbery. Ik bid u, koopt het voddig<br />

boekje. Leest de stukjes, en als ge ergens blyk vindt, dat de<br />

belangen, de wezenlyke belangen des Volks - -ik zeg niet, :<br />

't hoogst stonden in de schatting van onzen minister, neen !<br />

als 't u blykt, dat de man ooit op het denkbeeld is gekomen, zich<br />

daarme& to bemoeien, daarop to letten of die belangen -- al was<br />

't maar zydelings - optenemen in den punt-kring zyner kleine<br />

beschouwingen . dan . . . . dan . . . . ja, wat ? Ik beloof u ,griffermeerd"<br />

to worden als juffrouw LAPS, wanneer ge 't vindt. Meer<br />

kan ik niet zeggen dunkt me .<br />

1k zeide reeds, dat bet woord staatlc-unst. niet van my is . De


IDERTN' VAN MULTATULT . 1 1 7<br />

heer THORBECKE kwalificeert aldus de hoedanigheid, de eigenschap,<br />

de verdienste, de gaaf, of wat dan de ,,kunst" wezen mag,<br />

die hem eigen is, of die by meent to bezitten .<br />

Ik erken, dat er kunst noodig is om goel to regeeren, maar . . . .<br />

kunde moet voorafgaan . En wel in dit geval de bepaalde kunde<br />

die ons-in-staat stelt to oordeelen over de behoeften des Volks .<br />

Staatskunst komt nooit to pas . Etymologisch is dat woord onzin .<br />

Maar als en/ant terrible is die zeer gebrekkige uitdrukking van<br />

groote beteekenis . De onbekweramheid van den auteur verklapt<br />

den toekomstigen minister . Ja . Want wy lezen in 't boekje van<br />

den schryver duidelyk, hoe de regeerder iv spe, den Nederlandschen<br />

grond beschouwt als 'n kermisplein, waarop hy : "zoodra<br />

JAN DE WITT aan 't roer zal staan" z'n kunsten wil vertoonen .<br />

Maar van half-geld of vrybiljetten is geen spraak . De belastingen<br />

zyn en blyven hoog. En dat zou niets wezen -- ik ben voor<br />

hooge belastingen, hoe-meer hoe-beter ! -- doch . . . . de middelen<br />

oin die belastingen op to brengen zonder to groote inspanning, inoeten<br />

daarmee in evenredigheid staan . En vooral : de Reyeerinyen<br />

zyn daarvoor aan de inyezetenen SCHULDIG' Pene evenredige mate<br />

van WELVAART, VAN GENOT, VAN GEL -UK .<br />

De heer TH . verwyt Mr SimoNs gedurig, dat-i niet genoeg<br />

aantoont, hoe de be8twurszaken in elkander zaten . Eens heeft<br />

S.imoNs - o. gruwel verzuimd to zeggen :<br />

"Of er dan in de overige provincien buiten h olland namelyk geen<br />

Gecommitteerde Raden of Gedeputeerde Staten aanwezig waren<br />

Hebt ge ooit gehoord van zoo'n infaam verzuim ? Verbeeldt u,<br />

dat men over twee honderd jaar iets vergeten zou to vertellen<br />

van onze friesche Gedeputeerde Staten! (blz . 91) Wat moet er in<br />

I s hemelsnaam worden van de menschheld, als de nazaat zoo<br />

lichtzinnig heenstapt over de eerbiedwaardige overblyfsels van<br />

de lui, die zorg-droegen dat er geen vleesch in 't land was, en<br />

die zich zoo vermoelend verheugden over plaatsvervangend smeer!<br />

On dank baarheid, uw naam is nageslacht .<br />

"In hetgeen de schrijver van de biiinenlandsche aa,ngelegenheden<br />

zegt, is everimin als in zijn verhaal van de<br />

eenheid, zainenhang of begrip ."<br />

Meent niet dat de klacht over gebrek aan me6deeling over<br />

binnenland.,r,h,, aangelegenheden, doelt op welvaart, of zoo-iets,<br />

van 't Volk . 0 neen! Van zulke nietigheden is nergens spraak .<br />

Dat hoort niet thuis in de tent waar de kunst wordt vertoond .<br />

Bemoeit zich de goochelaar inet den welstatid der toekykers P<br />

Binnenlandsche aangelegenheden in den mond van den heer Tn .,<br />

zyn kwestien over gezag, pr68jance-vraagstukken, kibbelaryen<br />

tusschen provincien of de vertegenwoordigers daarvan . Kortoni,<br />

bet geschryf van (ten beer T Fi . i s een handleiding ---- en zeifs<br />

als zoodanig no', Maai , ' ti zeer onv(diedi9e lunidleiding -- vwt,


1 1 8 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

'n honderdtal personeti ., die- zoo -als dat. sedert agelyke onhee tyden<br />

plaats-vond - hun carriere trachten to maken door den Nederlandschen<br />

Staat in dienst to nemen .<br />

„De inrichting der Republiek zal niemand leeren kennen uit het gebrekkig<br />

bescheid van den heer SIMONS ."<br />

Nu men verliest daaraan niet veel . De ontstentenis dier kennis<br />

geeft ruimte tot weten en begrypen van iets degelyks . Waarlyk,<br />

wie geheel op de laagte is van de ellendige bekrompenee<br />

laffe finesses der bestuursinrichting van die tyden . . . . wie al den<br />

oinslag weet to ontwarren, waaronder 't belang der wezenlyke<br />

zaken werd gesmoord . . . . wie zich goed thuis-voelt in de kinderachtige<br />

zotternyen dier dagen . . . . inderdaad, zoo-iemand zou<br />

oni to veranderen in iets degelyks - zich inoeten haasten bevryd<br />

to raken van then ballast . En wie zich beroemde op bedrevenheid<br />

in wetenschap van die soort, zou verdienen benoemd to worden<br />

tot familiekroniek-oudnicht .<br />

Men ziet overigens, dat alle medelyden met onzen eminenten<br />

patient vervalt, by 't achtgeven op de wyze waarop b y -zelf z'n<br />

plak laat neerkomen op zyn slachtoffer .<br />

1k bezit het werk van den heer SimoNs niet . Maar ik herinner<br />

my, het in m'n jeugd gelezen to hebben, en als die herinnering<br />

my niet al-te-zeer bedriegt, is die schryver niet zoo volkomen<br />

onschuldig aan wawelende oudnichtery, als de heer TH . hem tenlaste<br />

legt. Dat by naar den zin van onzen minister niet genoeg<br />

bakerpraatjes meedeelt, wil ik gaarne gelooven, maar dat er in<br />

't boek van SIMONS volslagen gebrek wezen zou aan vergetenswaardigheden,<br />

houd ik voor laster. Doch dit daargelaten - .wv<br />

hebben met THORBECKE, niet met SimoNs to doen - ik herinner<br />

me iets uit dat werk, waaraan ik niet denken kan, zonder eenige<br />

vreugd to voelen over myn byna doorgaande afwyking van nederlandsche<br />

begrippen . Rond-uit gezegd, ik voel 'n beetje trots . . . .<br />

anders to zyn, dan wat in ons land gemeenlyk wordt gehouden<br />

voor : goed. (447) Het staaltje dat me uit SimoNs' boek in 't ge -<br />

lieugen bleef hangen, moge u tevens een voorbeeld zyn van de<br />

staatskuns',,enmakery der heeren diplomaten nit diee zoo geroemde<br />

tyden van de WITT .<br />

DE P-,UPI. TER had zich by de ,Heeren Staten" beklaagd over<br />

de verplichting die hem was opgelegd, om by 't ontmoeten van<br />

Engelsche schepen to salueeren, ook dan, wanneer hy, volgens<br />

de gewone begrippen van marinebeleefdheid, het recht hebben zou,<br />

dat saluut af to wachten van een mindere in rang . Zyn verzoek<br />

werd afgewezen door de haagsche heeren, die toenmaal de bewakers<br />

waren van de nationale eer. D E RUYTER, hollandscli admiraal<br />

; moest en zou salueeren, antwoordden de kantoermannen,<br />

die to beschikken hadden over de hoogte of laagte der Nederlandselie<br />

vlag . Men weet, dat er by den zeeman, en vooral by den


lr)EEN VAN MITLTA.TU I i . 119<br />

krygsman ter zee, eene eigenaardige prikkelbaarheid bestaat,<br />

op 't punt van courtois ?e . I k laat nu onbeslist, of niet soms in zulke<br />

gevallen karakter overgaat in kleingeestigheid . . . . dat is zeker, dat<br />

het voor DE RUYTER, metal z'n dikwyls walgelyke onderdanigheid<br />

aaan die „Heeren Staten" ---- kleine mannen, wier naam voor<br />

n groot deci vergeten is ---- dat het voor de RTTYTER eene onaangename<br />

zaak was . De man was niet .,tuchteloos" genoeg om to bedanken<br />

voor't vo -:~ren van 'n admiraalsvlag, die 'm scheen gegeven<br />

to zyn om gestreken to worden . Ik ken personen, die in zyn gevaal<br />

geantwoord zouden hebben : lieve Heeren Staten : doet met<br />

,t, w eer of onder, wat ge wilt . . . . neemt cry ii w lieder leelyke pruiken<br />

of voor een Engelsehen schoenpoetser, als a we hoog-mogendheden<br />

genoegen scheppen in zulke laagheid . . . . maar ik stryk myn<br />

hollandsche admiraalsvlag niet voor 'n britschen schoener .<br />

-- Maar DE RUYTER vol militaire courage, schynt zeer christelyk-lamlendig<br />

geweest to zyn, zoodra by in aanraking kwam met<br />

de godzalige ,Overheid" dies dagen . -Ditmaal evenwel scheen hem<br />

de haagsche karakterloosheid wat a] to erg . Althans by klaagde<br />

flog-eels, en verzocht : dan toch alleen in de Noordzee gedwongen<br />

to zyn tot zulke slaafsche onderdanigheid .<br />

Het antwoord op dat verzoek is curieus, geachte hoorders,<br />

en doet ons een blik slaan in 't karakter van vergaderingen<br />

Er kon volstrekt niet worden getreden in het voorstel van<br />

den „lieven, getrouwen" admiraal, omdat Engeland zulke regeling<br />

der zaak, zou aanmerken, als orkenning van z'n aanspra,ken<br />

op overwicht in de Noordvee . . . .<br />

Ik herinner my hierby een man, die, geslagen door z ' n vrouw<br />

wegkroop onder de sofa, en op haar dreigend bevel z'n schuilplaats<br />

to verlaten om 't restant van de hem toegedachte correctie<br />

in ontvangst to nemen . . . . zich beriep op z'n karakter, om gehoorzaamheid<br />

to weigeren . . . .<br />

.J a, zco schoven die „Heeren Staten" onze nationals eer onder<br />

do bank, en als heden, geachte hoorders, trachtten zy een belachelyk<br />

tintje van staa-tskunst to leggen op de jammerl-,ykste<br />

flauwhartigheid . *)<br />

I , ) Hot relaas van al de laaghartigheden waaraait de llegeering %rail otis<br />

Landje zich in die zoo hoog geroemde zeventiende eeuw schuldig nmaakte,<br />

zou een groot werk vullen. Dit is evenwel met het oog op onze betrekkelyke<br />

zwakte, niet zoo stuitend, als de blufferige ophef then wy inaken van heldenmooed<br />

en verdere onvergelykelyke hoedanigheden onzer voorvaderen . «'icc<br />

de zwakste is, snag in zekere gevallen zonder groote schande onderdocn,<br />

maar vantardise is 'n leelyk gebrek . Wy steken in dat opzicht de Gaskonjers<br />

naar de kroon. WTerken als Nederlandsch heldendaden ter-zee, e . a. zyn inderdaad<br />

voor 'n waarheidlievend gemoed, ware braakmiddelen . Wie de Vaderlandsche<br />

geschiedenis kritisch leest, wordt wee van al de snorkery .<br />

Mien meene niet, dat er tot grondige beoordeeling der feiten zeer diehe<br />

studio noodig is, of dat daarby joist altyd oinslachtige bronnen inoeten ge-


1 20 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Fir zy n byn , de, fig ;fares, vertoopen, seder t ; ik het- werk van<br />

Mr . STMONS, waaruit ik deze byzonderheid vernam, gelezen heb .<br />

Nooit is de indruk uitgewischt, die ze teen maakte op myn jong<br />

raadpleegd worden. 1)e vechtrapporle-n ryna gewoonlyk met zoo weinig talent<br />

vervaardigd, zoo kinderachtig ingekleed, dat men zich ergert over 't succes<br />

der al to plompe leugens . By 't behandelen vain de prille-prinshistorie (753)<br />

gaf ik daarvan een voorbeeld, een uit duizenden . Ook elders woes ik herhaaldelyk<br />

op de echt-hollandsche ondeugd van zelfverheffing, waarmee wy op<br />

scholen en in versjes de jeugd bederven, en daarmee tevens het nationaal<br />

karakter voor de toekomst . We inaken ons belachelyk in de oogen van ecru<br />

vreemdeling, die toevalliger wyze - als byv . d e generaal VON GAGERN -<br />

iets van ons geschryf to weten kolnt . Wy dryven den bluf zoover, dat we,<br />

al bluffende, ons verheffen op ,oud-hollandsche eenvoudigheid, die zoo byzonderr<br />

wars is van bluffery ." C'est le sublime du genre . Ik hoop op dit alles<br />

eenmaal met aanhaling van feiten terug to kolnen. Voorloopig verwys ik Jul<br />

naar 't sta,altjen in den tekst, en naar m'n stukjen over Waterloo, dat - inet<br />

Hods hulp - in de f'erspreide Stukken is opgenomen .<br />

Wie onze vaderlandsche geschiedenis niet anders kept, dan zoo-als die<br />

hoot uit schoolboekjes of in rynlpjes geleerd word, staat verbaasd over de<br />

verandering van tint der gebeurtenissen, zoodra men die, naar do bronnen,<br />

heschreven, of analogisch ontleed vindt .<br />

Zeer zelden worden wy door vreemdelingen geprezen, en waar dit geschiedt,<br />

liggen de oorzaken der uitzondering duidelyk voor oogen . VOLTAIRE, SCHIL-<br />

LER, MACAULEY, MOTLEY, PRESCOTTzyn wraakbare getuigen . Hot is van byna<br />

alle die schryvers zeer to betwyfelen of ze Nederduitsch lazen . Van de meesten<br />

liunner is met zekerheid het tegendeel bekend . SCHILLER byv. komt er heel<br />

deenioedig voor uit . En VOLTAIRE verstond zelfs geen hoogduitsch . Doze preen<br />

op goed geloof -- lnisschien zelfs met ongeloof - al wat niet Fransch was<br />

pout' faire enrager ces Welches . Dat by ons, in-weerwil van eenige loftuitingen,<br />

verachtte, blykt voldoende uit z'n canaux, canards . . . . en no, iets . Nit, do<br />

verachting van then man is niet meer van beteekenis dan z'n lof. De zeer<br />

brave SCHILLER was verzenmaker, romantiker, idealist, en daarom even onbekwaam<br />

tot kritisch ziften als tot wysgeerig toepassen . MACAULAY, MOTLEY<br />

ell PRESCOTT schreven als partymannen en . . . . als schryvers . Die heeren zyn<br />

altyd iets als Orangist, Protestant, modern-constitutioneel of Republikein .<br />

Nooit geven ze hunne beschouwingen zonder politieken bysmaak . Zy vermuelden<br />

niet hot gebeurde, zy schryven de Geschiedenis niet, inaar leveren Noderlandsche<br />

theses tot huisgebruik eener Engelsche of Amerikaansche Staatsparty<br />

. Zoo fabriceerden anderen vryheidshelden uit BRUTUS, TELL, FIESKo<br />

en MASSANIELLO, om door 't ophemelen dier opera-sujetten, ware of vermeende<br />

tyrannie to bestryden, of . . . . om den tekst to leveren tot 'n boek, 'n ,mooi<br />

boek.<br />

Want - ik zeide het reeds - die heeren schreven : als schryvers . Sty],<br />

talent, dramatisch effect, dat alles dringt zich zoo op den voorgrond, dat<br />

or waarlyk niet veel plaats overblyft voor de behandelde feiten . 'Vie by elke<br />

bladzy de nuchtere vraag doet : is dit waar ? of : hoe weet ge dit ? blyft gewoonlyk<br />

onbevredigd, en weldra gaat de ontevredenheid over in wrevelig : dat<br />

kan niet waar zyn, dat kon de schryver niet weten . De slotsom is alzoo, dat<br />

men dieper inzage heeft erlangd in de methode van den auteur, om zich als<br />

wel onderricht voortedoen, dan in de Geschiedenis die by ons meedeelen zoo .<br />

Dat schry verstalent is eeii ware plaag . Wie imiiiers die daarmee niet be-


11)KEN VAN MTTLTAT[Tjj .<br />

gemoed . En, hoorders, er is verball(1 tusseheri myti afiwer van<br />

_Itee.ren Staten" die zelfs den cooed niet hadden laffiartig to<br />

wezen, en myn walg van do thorbeckiamische klaebten over<br />

Debt is, zoo, It in z)i hersons krygen de (ieschiedenis to sehrvven van een Volk<br />

welks taal. b y niel, verst,wil ? Deze oudenwinitig zelve f)rengt, lint betwwys<br />

vast onbevoegdheid mede . -]-) at, de meeste staakshikkeu, oiue geschiedenis<br />

betreffende, die men Ican hebben geraadpleegd, geschrevenn warell inl lit<br />

Spaanseli, Fransch, 1,,ng(,Is(-Ij- of Duitseh, leidt tot de uieening dat auteurs<br />

die daaruit geput hebben, groot gevaar fiej)en in hun oordeel to dwalen, daar<br />

het, juist de roeping van den kritischen Geschiedschryver wezell zoo, die<br />

beseheiden door toetsing aann de werkelykheid to zifiveren van de onwaarlieden<br />

die in officieele stukken schering en inslag zyn . Tot (lie toetsing nn,<br />

is -- onder veel andere gegevons --- kennis van de t,aal des Lands een vereiselite<br />

.<br />

Dat ik aan de bedoelde geschiedschryvers ---- 't, klinkt vrecii)(I geiio(g<br />

inissehien hun schryverschap verwyt, is bierop gegromld dat eon consetencie'lls<br />

hiStOl'ielIS nooit eon Nierk over geselliedenis sehryveii kan, dat als literarisch<br />

product, als voortbrengsel van belletrie, waarde heeft. De arbeid van den navorscher<br />

is z66 zwaar, en 't legio beschouwingen die zich aan hells opdringen,<br />

werkt zoo afmattend, dat (to, vorin hieronder lyden moet, . Waar nu die vot-111<br />

literarisch goed is, mag men veilig aannenien dat de auteur zich wat al to gegemakkelyk<br />

van dienn arbeidd en van het ziften dier beschouwiligen heeft afgerimakt.<br />

Ook hier alzoo is de eisch der waarheid, het onvoAmdakte . (715) .<br />

Niet als bewys, dochh om non bedoeling toetelichten, herinner k bier -- zon-<br />

(ier vergelyking overigens - aan den door overmaat van talent I onbekivainen<br />

leugenaar. ,Die mail spreekt to glad, zegt men zeer-terecht, ik vertroull -<br />

hern, niet." Ik geef den lezer in overweging deze beschouwingen over Historieschryvers<br />

in-verband to brengenn met 514, 515, 516, 517 .<br />

Men begrypt, dat ik in deze noot niet kan uitweiden over al de zondei -<br />

linge ineeningenn die er door Gesehiedschryvers ointrent, ons Landje zyn in<br />

oniloop gebracht. Doeh zeker is het, dat myn oordeel over de weinige vreemdelingenn<br />

die ons prezen, door Europa blykt gedeeld to worden . In-weer%vil<br />

nainelyk der drie afgezaagde topics over den ,worstelstryd met Spanje"<br />

over de ,ontwoekering aann het ziltig element" enn over onzen ,verbazenden<br />

rykdom" zyn wy Nederlanders in het Buitenland niet geacht . Ik durf vragen<br />

of niet steeds elke Hollander then 'n vreemd auteur gelieft optevoerenn in<br />

roman, drama of kluchtspel, eene erbarmelyke roll speelt ? Van de drie genoeinde<br />

schryvers-stokpaardjes laat men hem gewoonlyk alleen het laatste,<br />

dock overigens herinnert zynn figuur bitter weinig, noch aann spaansche worstelingen,<br />

noch aan then fametizen zoutwater-woeker . De buitenlandschel of<br />

schynt dus geen ingang to hebben gevonden, en we mogen van geluk spreken<br />

dat men geen kennis draagt van al de heerlykheid waarinee wy gewoonn zyn<br />

ons binnen'slands opteschikken . Deze laffe hebbelykheid kon dan ook alleen<br />

wortel schieten enn in levenn blyven, omdat men aan gene zyde der grenzen<br />

onze taal niet verstaat, enn wy dus niet worden gewaarschuwd door bespotting<br />

. Ik erken dat ook de Franschenn aan een dergelyk euvel plank gain .<br />

Daar men echter hunne t,aal wel leest, wordenn zy wel uitgelachen . Doch de<br />

spot bereikt hen niet, omdat zy weer op hunn beurt de taal der Buitenlanders<br />

niet verstaan . Het getal der Franschen die Duitsch of Engelseli lezen -- zelfs<br />

of vooral in de zoogenaarlid-geleerde wereld -- is zeer gering .<br />

fiet fabula docet deter noot is : laat ons trachten waar to zyn . (1872)


1 22 TDETiN VAN MULTATULT .<br />

SIMONS verzifini : iets te vertellen over JAcummitteerde rad.ell"<br />

of dergelyke nietigheden . Ret was den,, Heeren Staten" van 17<br />

vry onverschillig, wat er gebeurde buiten hun vergaderzaal,<br />

tits zy slechts 't dekkend plaatsje onder de sofa behielden,<br />

even-als thans de ware belangen des yolks geheel ondergeschikt<br />

warden geacht aan 't handhaven in verkregen voorrecht, van<br />

personen welke zich met die belangen moesten bezighouden .<br />

Wie hiervan niet overtuigd is, sla de gschiedboeken van die<br />

tyden op, en vergelyke de toestanden van vroeger, met den toestand<br />

van heden . Dezelfde geest die onder DE RUYTER noodzaakte<br />

tot 'n laagheid in dienst, welke by niet zou begaan hebben<br />

a i ls, men8ch . . . . dezelfde geest, die 'm weinig jaren later, onvoldoende<br />

uitgerust in den stryd jaagde, om hem to doen bezwyken<br />

by Syrakuse . . . . die geest belet heden onze ministers, onze hoogniogenden<br />

- godbeter 't ! --- in zulke infamie iets anders to zien,<br />

dan nwterie ter homologatie ran zeer capable beslechting eener hooystepineuse<br />

kwestie over 't jus gentium .<br />

De kommies- van-staat die 't salutvraagstuk ineende optelossen,<br />

door in 't uitzetten van de grenzen der schande, glimp van vergoeding<br />

to zoeken voor verwaarloosde eer, is waarschynlyk beloond<br />

geworden voor de webbige fynheid van zyn begrip . En als<br />

(te man eens mocht terugkomen, ligt - onder onze ministers - z'n<br />

fortuin gereed . Zulke personen zyn noodig . . . . in zulke toestanden .<br />

Gy begrypt, geachte hoorders, dat de heer THORBECKE zich<br />

niet bezighoudt met dusdanige opmerkingen . Al wat raakt aan<br />

hart of karakter, is beneden de kunst van onzen auteur . Z'n<br />

klacht is, dat men uit SIMONs werk de inrichting van de Republiek<br />

niet leert kennen, dat is : de bureaukratische inrichting . . . .<br />

de ambtenary .<br />

Ik voel my zeer verplicht aan Mr . SIMoNs, voor die leemte -<br />

verbeeldt u, myn geheugen is goed . . . . 't had kunnen wezen,<br />

dat ik jets onthouden had, van die onnoodigheden - maar . . . .<br />

zoudt ge nu niet denken, dat de heer THORBECKE u wel zal meedeelen<br />

hoe 't huwelyk van diplomaat-juffrouw die of 't ontslag<br />

van staats-keukenmeid die, eigenlyk in zyn werk is gegaan . . . .<br />

dat is : dat by u iets gaat verhalen over die verkrachtings-inrichtery<br />

van de Republiek?<br />

Nu vreest niet, geachte hoorders, Zelfs al naamt gy de *moeite,<br />

die vervelende dorre ,hi8tO,-i8che" schetsen van Mr . TH . to doorworstelen,<br />

ik verzeker u, dat ge . . . . vermoeid wezen zoudt, ja . . . .<br />

maarunietbezwaard zoudt gevoelen met overmaat van onnoodige<br />

wetenschap. Uw gemoed zou rein blyven van staatkundige spinnekoppery,<br />

en ik hoor zelfs, dat ge juist dit zult geleerd hebben<br />

uit uw lectuur, dat er uit zulke lectuur, niet to leeren valt . Het<br />

boekje van den heer TH . is, wat norm en inhoud aangaat beide,<br />

een kostbare bydrage tot de groote verzameling van al 't geschryf,<br />

waaruit men precies kan to weten komen hoe men niet


I I) EF.N VAN M i7L'I' .V'I'nla1 . 123<br />

behoort to schryven (58) en als zoodanig is 't waarlyk veel nuttiger<br />

dan de jenever-epopee, die ik aanprees op bl . "q.<br />

Neen duizendmaal neen ! Op heel andere wyze ka,li ons<br />

't (Inteursehap van den minister nuttig zyn<br />

De misgeboren aloe-bloem van THORBECKE moet gereken .d.<br />

warden onder de welda,digste voortbrengselen van 't tuintje der<br />

hollandsche maagd, als we, by 't besehouwen van dat kwartbakken<br />

product, ons voelen opgewekt tot zorg, dat er in dien<br />

twin worde plaatsgegeven aan andere planten !En als zoodanig<br />

zy)n we den heer THORBECKE dank schuldig, (]at by one zoo gul<br />

fen staalkaart heeft gegeven van de algemeene heersehende zielet<br />

r,aagheid, onkunde en kwade trouw .<br />

Zou de man missehien een goed .e hedoeling hebben gehad,<br />

met dat wyzen op z'n staatkundigen ,Ievensgang" ? Zou 't eein<br />

waarschuwing wezen `? Zou 't. beduid_en : menschen, gy h.emelt me<br />

zoo op . . . . weet, wat ge duet ! Ik hen niet bekwamer . (Ian ge uit,<br />

die voddery kunt opmaken . Wilt ge my in weerwil daarvan toeh<br />

volstekt benoemen tot J AN DE WITT . . . . tot eminentie . . . . tot<br />

minister . . . . dat is uw zaak : I k heb gewaarschuwd . De gevolgen<br />

zynD voor rekening ewer hlindheid . . . .<br />

Kom-aan . . . . laat ons dit gelooven, geachte hoorders, en alzoo<br />

itit: sues het aangenaamste kiezen. Dan scheiden we straks onder<br />

den indruk, dat Holland een prachtig land is, waar men naive,<br />

guile, kinderlvke oprechtheid beloont met min .istersrang . . . . en<br />

waar zekerr de onnoozelee bronwer van Preston, die zyns-ondanks<br />

den vyand op de vlueht joeg, ware benoemd geworden tot veldmaarschalk,<br />

als-i one --- ter beoordeeling van . z'n militairen ,?even.'?gang"<br />

--- een proefje had aangeboden van (?en ale. waaraan by vieren-twintig<br />

jaar brouwens besteed heeft .<br />

Voor we echter mogen berusten in de zekerheid, dat zulke ohvatting<br />

van de hedoeling des heeren THORBECKE de juiste is, zullen<br />

we gemakshalve ons houden als-of we z'n boekje niet aanzagen<br />

voor een strydpaard, dat den bangen ruiter tot held maakte tegen<br />

zyn wil . . Wyr zullen voortgaan to meenen, dat ruiter en paard een<br />

wil hebben, en dat Mr THORBECKE juist even langzaam en juist,<br />

zoo is vergroeid tot een staatskunstenaar, als z'n verspreide op -<br />

stelletjes in vier-en-twintig jaren zyn saemgekreu.pel.d tot 'n<br />

hoek .<br />

far zou waarlyk Been eind zyn aan de aanhalingen, indien ik<br />

u alles wilde voorzlezen, wat ons recht geef t tot de meening, dat<br />

voor den beer THORBECKE staatskunde is : de kunst, bet kunstje,<br />

om met zekere gegevens, zich zelve en eenige vrienden een plaats<br />

to bezorgen, en zich daarop to handhaven . En dit zal to duidelyker<br />

in 't oog vallen, wanneer wy nu in de tweede plaats nagaan<br />

wat er in 't boekje van Mr . THORBECKE niet wordt gevonden.<br />

Ik hoop, dat de onderwerpen, welke tot deze cathegorie<br />

behooren, iets aantrekkelyker mogen zyn, dan de zaken, die onze


1 94 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

minister wet behande.lt, of zich verbeeldde to behandeleii . * )<br />

Ik houd niet van utopien. Een HARDEN AL RASCHID, die verkleed<br />

rond gaat onder 't yolk, om recht to doen, is niet van onzen<br />

tyd, on . . . . van geen tyd. Eon heerscher, die aldus handelt, verwaarloost<br />

z'n plicht, en toont dat by dien al-lang verwaarloosd<br />

heeft . Want zyn tack is niet : nu-en-dan eons recht to doen, uit<br />

luim . . . . maar to zorgen : dat er doorgaand recht geschiede . 't Zou<br />

wel ongelukkig wezen, als 'n verongelykte moest zitten wachten<br />

op zoo'n koninklyk bezoek.<br />

Ook wensch ik de staatkunde niet onderwezen to zien in do<br />

school van FENELON, die TELEMA .CHUS door MINERVA laat voeren<br />

tot koning IDOMENEUS, om hem door dien wyzen vort st to doen<br />

onderrichten in de kunst, hoe men een Volk gelukkig maakt .<br />

Evenmin ben ik de meening van SOCRATES toegedaan, die AL-<br />

CJB1ADES ongeschikt achtte tot het vervullen van een hoop staatsambt,<br />

omdat-i - onverwachts gevraagd - hot juiste cyfer der<br />

Atheensche inkomsten niet noemen kon .<br />

Dus nosh . HARO E N, noch FENELON, noch SOCRATES . Ik heb naar<br />

ik meen, beter zegsman, dan die heeren . 1k beroep my op uw oordeel .<br />

1k noemde zoo-even hot woord : kunst om een Volk gelukkig to<br />

,makers . Wy erkennen reeds, dat hierin inderdaad een kunst gelegen<br />

is, waneer men maar niet hot woord opvat, als diplornati-<br />

$ehe kunstjes,van d : ~ soort als waarop wy gewezen hebben . Dock<br />

aannemende, dat er in 't hooge doel van qeluk geven ., kunst ligt,<br />

aannemende, dat die kunst, als alle andere kunsten, de Natuur<br />

tot, voorbeeld behoort to nemen do Natuur, die veel vrylaat,<br />

en weinig dwingt, haar die zich ineestal openbaart in 'n weldadig<br />

laisser-allerdit alles aannemende, en tevens alzoo dat kunde<br />

die kunst behoort vooraf to gaan . . . . dan zal niemand ontkennen,<br />

hoe er voor alles onmisbare behoefte is aan : het beset van de noodzakelykheid<br />

Bier kunde .<br />

Dit besef nu ontbreekt in de schetsen van den heer THORBECKE,<br />

ten-eenen-male ! Ik daag uit wie wil, my in 's mans werken eene<br />

zinsnede aan to toonen, waaruit blykt, dat de heer D4 . er ooit aan<br />

gedacht heeft, dat de toestand des Volks den staatsman moot terharte-gaan,<br />

of dat by ooit zich op cenige studio daaomtrent heeft<br />

toegelegd .<br />

De man is zoo verdiept in zz'n sta:atskunst, dat by tot-nog-toc<br />

verzuimd heeft om to zien naar de minste kunde van den staat,<br />

naar kennis van 't Volk, dat by regeert, naar de hinderpalen, die<br />

*) Noot order de correctie .<br />

By 't voorlezen van de aanhaling uit THORBFCK E'S boekje, was de verveling<br />

der toehoorders blykbaar . En ik-zelf nioest nie inspannen, tot hot nitspreken<br />

van al die gordiaansche frazen . Men seine er de proef van, en leze<br />

aan een gewoon ontwikkeld persoon de brokstukken voor, die ik aan zyn geschryf<br />

ontleende. Men zal ondervinden dat ik ondervond : kramp in de keel,<br />

en iets als niedelyden met den hoorder . (1864)


VAN MATLTATU[J . 1 2 5<br />

(wzei- welvaai-t, en onzer ontwikkelti)g in denn weg staan . In 6611<br />

noord : by heeft \ ,erz(jinid zich bekwaam to inaken : tot hot f1c .tien<br />

van geluk .<br />

Men meene vooral niet, dat ik dit woord gebruik in ziekelyk-sentimenteelen<br />

zin . Ik wil van Nederland geen Arkadi6 maken --w,<br />

aartoe 't ook to koud is - ik wil onze ineisjes, niet berscheppen<br />

in herderinnen met korte rokken, of rosieres met lange gezichten .<br />

A wil niet dat onze jongelingen Grandissons worden, of Melibceon<br />

. . . . ook daartoe is hier alles to koud . Vreest evenmin,<br />

dat ik den beer THORBECKE wil- zien optreden in ball-etkostnum,<br />

met byenvlerken en roosklewige kousen . . . . to koild, to kotid,<br />

to koud !<br />

Neen, niets van dat alles<br />

1K WILDE DAT HET VOLK BROOD 11 AD . . . . BROOD, VLEESCM EN<br />

1J,'VENSLTTST!<br />

.I k wilde, datdc, man, (lie by zyn optrediDg a] Ie, vorige besttiren<br />

en niet geheel ten-on,recli to! ---- zoo'n f lij.iken slag in 't aangezicht<br />

gaf, door to zeggen : dat cr een bederl heerwhtc in den Staat . . . .<br />

ik wilde, dat (lie man blyk-gaf, althans lets to willen doen ter geiiezing<br />

. Tk wilde, dat by pewees, ', 't geed to meenen met bet, Volk,<br />

((plat, we Diet eindelyk tot de slotsom geraken, dat ]let, heele<br />

bederf waarop by doelde, niets was dan spyt, dat zyn eminent"iCe<br />

met op 't kussen zat!<br />

En van dit alles is n-jets gebeurd . Zoo-weinig men in de gescliriften<br />

van dien man blyken vindt van belangst-el .ling in de<br />

publieke zaak, zoo-weinig ook bleek diee helangstelling uit zyne<br />

daden. Zoo-min er in Nederland- 66n stuk brood meer is gegeten,<br />

ten gevolge der kunstjes van JAN DE WITT, zoo-min ook is er,<br />

tot-nog-toe 66n stuk vleesch meer genoten, door do kunstjes van<br />

Mr . JAN RUDOLF THORBECKE .<br />

Voor zulke eenvoudige belangeii, zyn do heeren kunstenaais<br />

te- veel kunstemakers . Ze schynen van hun kermis-triteau niet to<br />

kunnen afdalen tot de eenvoudige werkelykheid . Een tournooi<br />

tegen den heer GRoEN . . . . wat gekibbel over do vraag, of zekere<br />

diplomatieke depkhe moot worden beschouwd als al of niet , ontvangen,<br />

zoo-lang ze niet is ingenomen op de agenda *) . . . . zulke<br />

dingen nemen de plaat8 in van nuttige bezigheden, zulke voddery<br />

vordert al de kracht, al de 8tudie, al 't genie van de heeren die 'n<br />

winstgevend spelletje spelen met Nederland .<br />

En zondelinger nog --- moot ik niet zeggen : misdadiger nog ?<br />

is de afdwaling van plichtbesef . Voor ruim 'n jaar hebben wy<br />

op 't punt gestaan, to jouisseeren van do aftredenig eons ministers<br />

omdat-i met den heer THORBECKE verschilde van gevoelen over<br />

hot toe] aten . . . . van een boekekraa , mpjen op 't plein in den Haag.<br />

*) De scherpzinnige lezer zal in ,nners wel begrypen dat doze en dergelyke<br />

toespeling actualiteiten waren, toeii ik ze schreef ? (1872)


1 26 1DEEN VAN MULTATULL<br />

De diepzinnige kwestie kwam hierop neer, geloof ik, of 't verlengen<br />

der vergunning - dan wel het wettigen van lange gewoonte<br />

door verguning, - afhing van binnenlandsche taken,<br />

of van koloni6n . . . .<br />

Z66 kopieert. men de WITT . . . . en dan nog op 'n zooveelste van<br />

de ware kleinte ! In 16-1700, werd er gegoocheld met het politiek<br />

evenwicht van de provinci6n . . . . van Spanje . . . . van Munster . . . .<br />

van Lodewyk XIV . . . . met allerlei evenwichten meer . . . . in<br />

18-1900, is 't - met of zonder verkrachting dan - om de balans<br />

to doen van gezag, in het weren of waren van 'n armen boekej ood .<br />

En . 'n . . . 1900 als in 1700 : het voLK VAN NEDERLAND BETAALT<br />

HET SPEL .<br />

Wat we niet vinden in de werken van den heer THORBECKE<br />

Niets, volstrekt niets van wat wy zouden zoeken by iemand,<br />

die 't w6l meent met de publieke zaak. Geen schyn van aandacht<br />

wydt by aan 's Lands welvaart . De toestand des Volks is<br />

hem een gesloten . book, en nergens blykt zelfs z'n begeerte, dat book<br />

to openen Zulke begeerte zou dan ook moeten voortkomen uit<br />

het, hart, en hoe dor 't geschapen staat met dat ,persoonlyk<br />

middelpunt" - of ovaal-brandpunt, als ge wilt --- des ministers,<br />

zyn we gewaar geworden uit den styl van den auteur .<br />

En hoe openbaart zich dat gebrek aan hart in de handelingen<br />

der Regeering ? Als-of 't zoo behoorde ! Alsof de doorgaande verwarring<br />

van denkbeelden, en 't gedurig vooropzetten van klein<br />

eigenbelang, ten-koste van groot algemeen belang, GOED WAS !<br />

Ik kan natuurlyk niet op een avend al de kamerzittingen behandelen,<br />

die plaats hadden onder dit ministerie . Zittingen, waarin<br />

dan Loch de belangen van het Volk zouden moeten ter-tafel<br />

gebracht zyn, en waar men - als in THORBECKE'S werken -gedurig<br />

wordt bezig gehouden met iets anders . Ik noem die verzaking<br />

van plicht, zedeloos, en op zoo-iets doelde ik, toen ik onlangs<br />

zoo'n zacht vonnis uitsprak over ,gemeene liedjes ." (pag. 35)<br />

De Kieswet - ook dat ding is 'n gewrocht van den heer<br />

THORBECKE, en van den geest, die ons regeert - waarborgt hem<br />

en denzulken, de toejuiching der middelmatigheid . De wet is<br />

er op ingericht, de besmetting voorttebrengen, welke THORBECKE<br />

- na my altoos - geconstateerd heeft, door het Volk z66 to<br />

doen vertegenwoordigen, dat het niet vertegenwoordigd wordt .<br />

(119,12 0, 121, 138) Die districtskiezery sluit alle karakters en alle<br />

bekwaamheid uit, en ik geloof my to mogen beroepen op 't geykt<br />

gezegde over de moeilykheid om proleel to wezen in z'n vaderland,<br />

als ik beweer, dat zeer zelden iemand van eenige waarde genade<br />

zal vinden in de oogen zyner districtskiezers . Wy kunnen aannemen<br />

als vasten regel, dat de meerderheid van suffrage in de<br />

buurt die men bewoont, een certificaat is van onbeduidendheid. *)<br />

*) Vgl. Duizend en eenige hooldstukken over Specialiteiten .


IlEEN VAN \IU UFATULJ . 127<br />

Och . . . . men wreekt- zich zoo spoeidig door laster en verdaehtmaking,<br />

op iemand, die uitsteekt boven zyn districtsgenooten !<br />

Zou JEZUS gekozen zyn in NAZARETH ?<br />

Alzoo is de heele strekking der Kieswet : het verzekeren der<br />

n merieke meerderheid aan de middelmatigheden, om to kunnen<br />

d ienst-doen als bondyenooten en hul ptroepen van ind ivid u eel e mid -<br />

delmatigheid, in dit geval : van Mr . 'rHORBECRE .<br />

Door zulke kunsten houden d le ministers zich staande . Want . .<br />

bet natuurlyk gevoig van de, wyze der- verkiezing is, dat onze<br />

'I'weede-Kamer zwyyend de yespeelde kunstjes aanziet, ja daurin<br />

1riieespeelt ! Het is zoo'n trionif voor (lorpsnietigheden, ook eens<br />

'n eenvoudige zaak tee naogen loaken tot een „bedenkelyk" geval,<br />

tot 'r7 doornige vraag, die studie eischt, en voorzichtigheid, en<br />

rhetorica, en suikerwater . (Vi -y-Arbeid, pag . 59 .)<br />

Dit alles ware niet zoo geinakkelyk to pas tee brengen by nlotien<br />

a,ls deze :<br />

„1K VOOE MY, IK STEM ER VOOR, DE ELLENDE DES VOLKS TER<br />

'(AF EL '[`E BRENU EN !"<br />

Er zou dan door de heeren sprekers worden ingezien, dat het<br />

VOLK acht-cyaf op den uitslag der stemming over zoo'n voorstel .<br />

En dat het niet tevreden wezen zou, als er belemmerende amendementen<br />

werden voorgesteld, vol ,verblydend" sm,eer, of smorende<br />

motieen van orde, o vervol van niemendal .<br />

Wat de kunstige ministers gek zouden opzien, zoo op eeninaal<br />

(-to dingen to hooren noemen by den waren naan . .'<br />

Wat'n vreemdheid zou 't wezen een lid der Vertegenwoordiging<br />

to hooren protesteeren tegen alle onnoodige diepzinnighedens,<br />

byv . b y de tariefskwestie<br />

Of . . . . als eens iemand recht eischte voor den Javaan, en veer<br />

den man, die daarginder zich opofferde voor de nationals eer .*)<br />

Of . . . . als men toonde geen genoegen to nernen met de bratale<br />

vervalsehing van stukken, zooals in de zaak van den beer<br />

'4TIELTJES gebeurd is.<br />

Ja wat zou 't een vreeniheid wezen, in zulk eene Kamer<br />

eens to hooren aandringen op recht . Recht in alles, en voor alien<br />

ook voor den arme. Hetzy dan voor den arme der straten . . . .<br />

hetzy voor den arme die 't slachtoffer is van duur fatsoen . . . . hetzy<br />

voor den arme, die arm werd omdat by niet meeloog, niet<br />

aueeknoeide, niet mee . . . . stal .<br />

Wat zou dat alien; vreemd afcteken by de staatskunsten van<br />

*) 1k neem er acte van, dat de beer GEVEEs na z'n terugkonist uit Indie,<br />

in de Kamer heeft verklaard dat MULTATULI de waarheid had gezegd . Of<br />

liever - want ik heb 's mans getuigenis niet noodig--diArvan neem ik acte,<br />

slat die Kamer alweer gezwegen heeft op die verklaring . Ms-of fir dan op ztulke .<br />

getuigenis niet iets moest •volgen ! (1864)


1 28 TDREN VAN MULTATTTLI,<br />

den beer THORBEOKE, zooals wy die waarnamen in z'n boek, en . . . .<br />

in zyne regeering !<br />

En wat zouden er by zoo'n verandering'n jufvrouwen flauivvallen<br />

. . . . en ministers !<br />

III. Ons rest de beantwoording der vraag : o/ wy niet aan<br />

onze landgenooten, aan ons-zelf, aan onze nazaten, verschuldigd<br />

zyn, aantedringen op verandering in den geest die ons regeert.<br />

Moet die vraag inderdaad nog beantwoord worden ? 1k hoop<br />

peen, geachte hoorders . (269) Ik hoop niet noodig to hebben, u<br />

to herinneren, dat wy ons te-goed rekenen, om - hier in byna<br />

letterlyken zin - de speelballen to zyn van de kaatsvirtuozen<br />

to 's Gravenhage . Het mannelyk gevoel verzet zich tegen zulke<br />

miskenning onzer menschenwaarde .<br />

Hoe onze voorvaderen zouden de vryheid der burgers verdedigd<br />

hebben tegen adellyke roovers, en zy lieten ons die vryheid na !<br />

Zy streden tegen Spanje, veroverden hunne onafhankelvkheid,<br />

en lieten ons die na! In 't eind der vorige eeuw ontworstelden zy<br />

zich aan de macht der would-be aristocraten, die stad en provincie<br />

beschouwden als familie-eigendom, en ook dezen trium<br />

erfden wy! Zouden wy al then stryd nutteloos maken door nu ons'<br />

t<br />

to buigen onder zeer onddel lyke, onder zeer trzviale heerschappy van<br />

een gezelschapje staatskunstenaars, die zich niet eenmaal kunnen<br />

beroepen op kracht van wapenen als PHILIPS, niet, op kracht van<br />

prestige als DE WITT, niet op kracht van geboorte, traditie of Historie<br />

als ORANJE, niet op kracht van vooroordeel zelfs, als de<br />

zoogenaamde patrici6rs der 17e en 18e eeuw . . .<br />

Zouden we ons dAironder buigen ?<br />

Wat zullen wy den vreemdeling alltwoorden, als by ons vraagt,<br />

welke eigenschappen wy in de plaats stellen van do verloren<br />

energie onzer voorvaderen.<br />

Wat zullen wy den arme antwoorden, den Nederlandschen<br />

werkman, als deze ons vraafft : waarom by met harden arbeid<br />

niet in staat is, den zynen het noodige to geven ? Waarom by z'n<br />

aanwezen moet voortslepen in ellende, veroordeeld tot onbe-<br />

,schermde slaverny ? Waarom z'n kinderen bleek zien ? Waarom<br />

z'n vrouw schrikt by de ontdekking, dat er weldra een mond<br />

meer zal verschynen aan den nu reeds al to schralen disch ?<br />

Waarom by gedoemd is tot eeuwigdurende tantaluspyn, by 't<br />

denken aan wat vriendelyk geluk ?<br />

Hoorders, ik wenschte, dat wy ons geereed maakten tot antwoorden<br />

op die vragen.<br />

Of zou 't misschien beter zyn, to wachten tot dat antwoord<br />

zal worden gegeven door 't Volk zelf, op brutalen toon, zooals<br />

Parys in 1848 heeft geantwoord op 't pedante niets-doen<br />

van de Thiersen en Guizots, dier kleine mannen welker staatskunstigheden<br />

oorzaak waren van Louis PHILIPPE'S val ?


IDEEN VAN MTV LTATULL 1 29<br />

Ook zy verzijimderi. 't groote voor het klein.e. Ook die heeren<br />

meenden, dat hun mimsterschap hoo/dzaak was, en VOLKSGELUK<br />

by7,aak .<br />

Ook zy brachten laffe ' onnoodige finesses mee, in hun ministers<br />

werkplaats, by gebrek aan bekwaamheid .<br />

Ook zy wisten niet to puttee_ uit die eenige bron van goede<br />

edele gedachten, van grootsche daden : uit het HART .<br />

Ook zy geloofden wonder -wat to hebben verricht, als ze een<br />

nietig knoeierytje hadden geleid tot 'n diets afdoend einde . De<br />

spaansche huwelyken! Er ware voor GT31ZOT heel wat anders to<br />

doen geweest, dan een dochter van Spanje aan den man to brengen<br />

of een kind van z'n patroon tot de spaansche infantuur . Er is<br />

aan 't huwelyk van MONTPENSIER meer tyd, papier en bekwaamheden<br />

verspild, dan noodig wezen zou om good voedsel toegankelyk<br />

to maken voor ieder .<br />

Het is inderdaad zeer karakferistiek hoe die lust in 't behandelen<br />

van byzaken, als liefhebbery, zich openbaart in de keus van<br />

uitspanning, zoodra die liefhebbery hoofdzaalc geworden is . Gui-<br />

ZOT-minister beknoeide 'n paar huwelyken . GUIZOT-auteur beschreef<br />

. . . .<br />

. . . . den toestand van 't fransche Volk ?<br />

Volstrekt niet : by maakte onder den titel : ,un mariage royal"<br />

een diplomatiek romannetje, inhoudende de mjsaventurC8 des<br />

prinsen van Wales, die in gezelschap van den gemeenen Bo-<br />

LINGBROKE, 'n blauwtje liep to Madrid .<br />

Aldus levert de soort der uitspanning van den seer GUIZOT<br />

n bydrage tot de kennis der redenen, waarom de minister Gutzo<br />

,r niet in staat was z'n plicht to doen : ,Dis-moi, comment to<br />

t' amuses, je to dirai qui tit es ." (blz. 34)<br />

Ik ben benieuwd naar de vruchten van het otium des heeren<br />

THORBECKE, als by eenmaal weer zal optreden als schryver .<br />

Maar ik vrees, dat die vruchten draderig en onvoedzaam zullen<br />

wezen . Ook is 't -met het oog op den tyd, dien-i schynt noodig<br />

to hebben tot voortbrengen - de vraag, of 66n onzer de pretense<br />

rypheid dier producten zal beleven .<br />

Geachte Hoorders, er is thans groote beweging op het terrein<br />

van den zoogenaamden godsdienst . Ik voor my geloof . . . de ware<br />

godsdienst is : zorg to dragon, dat het onzen broederen wUgaat .<br />

Om daartoe to geraken, is in de eerste plaats noodig dat wy de<br />

waarheid weten. En onze byeenkomsten zulle daartoe dienen,<br />

naar ik vertrouw . Als ge uw geest en uwe inzichten niet verwant<br />

voeldet met myne inzichten en mynen geest, zou ik u hier niet<br />

voor my zien. Ik beweer niet de waarheid gegrepen to hebben,<br />

maar ik meen to hebben bewezen, dat ik naar waarheid streef.<br />

En ik heb, dat niet gedaan door 't schryven van een boekj* e .<br />

Ik heb dat gedaan door handelingen . Wat ik schreef was slechts<br />

IDEEN U. 9


1 3 0<br />

IDEEN VAN MULTATULT .<br />

de bekendstelling van die handelingen, van leiten dus . . . . diee nooit<br />

we6rsproken zyn.<br />

]k haal dit aan, om 't - moeilyk veroverd recht to handhaven,<br />

niet to worden verdacht van by-oogmerken, van ordinairee<br />

eerzucht, van jacht op eigen belang .<br />

Vat overigens myn eerzucht aangaat, ik ben eerzuchtig . Zoozelfs,<br />

dat ik hoop my-zelf to blyven, enn rond-uit gezegd . . . .myn<br />

hoogmoed vind ongerymdheidd in de meening, dat ik zou kunnen<br />

winnen by verandering. (107,108,113, 220-223, 246 en Minneb.<br />

pag . 68)<br />

Ik streef naar waarheid. Ik zal u wenken geven, die ik verder<br />

aan uw eigen beschouwing overlaat . De toepassing moge volgen,<br />

zoodra er weder zal moetenn gekozen worden voor stads-raad,<br />

provincie-bestuur, of volksvertegenwoordiging . Dan zullen wy<br />

misschien wakker genoeg wezen om acht to geven op de onwaarde<br />

der aanbevelingenn van kiescollegien en dagbladen . Dan zullen<br />

wy weten wat het zeggen wil, als deze of gene wordt uitgeroepen<br />

als zoo byzonder achten8waardig . Dan zullen wy begrypen hoe verkeerd<br />

we deden, door onze droomerigheid al to gemakkelyk spel<br />

to geven aan de politieke escamoteurs . Dan zullen wy inzien, dat<br />

onze nazaten eenmaal 't recht zullen hebben, onze daden te beoordeelen,<br />

zooals wy dat doen van onze voorvaderen .<br />

Nog-eens, ik beweer niet de waarheid to bezitten . Maar w6l<br />

hoop ik u op to wekken tot het overdenken myner woorden, opdat<br />

gy, zoo-al geen vruchten me6nemende van deze plaats, evenwel<br />

de kiem met u me6.draagt, waaruit vrucht zal kunnen voortkomen.<br />

Is 't niet zoo, dat ge, na myn beschouwing van eenn gedeelte<br />

der werken van den heer THORBECKE, voortaan niet meer zoo gereedelyk<br />

zult aannemen als bewezen, dat die man zoo byzonder<br />

eminent is ? Zal 't niet later, wanneer iemand wordt aanbevolen<br />

om kleverige gehechtheidd aan thorbeckiaansche beginselen, als<br />

vanzelf voor uwen geest staan, hoe eigenlyk die zoogenaamde<br />

beginselen met de ware Volkswelvaart nets to makenn hebben ?<br />

En zult gy dan niet uitzienn naar andere aanspraken op onderscheiding,<br />

om to geraken tot wat zekerheidd dat er op andere wyze<br />

worde gearbeidd aan vooruitgang in zedelyk, verstandelyk en Stolfelyk<br />

welzyn.<br />

Zult ge niet, na onze byeenkomst van heden avond, aan de<br />

vereerders van 't tegenwoordig bewind, de eenvoudige vragen<br />

voorleggen :<br />

Wat heeft dan Loch eigenlyk de man die aan 't hoofd staat,<br />

verricht ?<br />

Is 't Volk, verlichter, zedelyker, ver,4andiger, welvarender<br />

Zyn de belastingen verminderd. ? Of juister : is er iets gedaan<br />

om to bewerken, dat de zeer hooge belastingen kunnen worden<br />

opgebracht zonder al to groote inspanning ?


IDEEN VAN MULTATUM,<br />

Maar anderen bleken to goeder trou" , te he -bben nie6gegeten<br />

van de taartjes . Ze waren slaperig als 't yolk-zelf .<br />

Dat noem ik domme, maar cerlyke pastoibakkers .<br />

Eenigen luisterden naar de opmerkingen der chemisten en zoehten,<br />

zochten naar 'n surrogaat voor den feuilleteerenden<br />

slaapstroop. Intusschen gingen ze voort met verkoopen van de<br />

taartjes . . . . zonder ooit d aarVaD. to proeven .<br />

Dat waren niet zeer eerlyke pasteibakkers .<br />

Een hunner verklaarde z'n geweten bezwaard net, wroeging<br />

over 't verkoopen van ongezond voedsel . fly waarschuwde z'n<br />

publiek, en zeide dat hy voortaan geen taartjes zou verkoopen,<br />

dan aan wie uitdrukkelyk verklaren zou, die to begeeren, en dan<br />

nog met zoo weinig slaapstroop als maar eenigszins m.ogelyk was,<br />

al zou by ook gedurende den tyd dien-i daardoor overhield, zich<br />

moeten bezighouden met heel ander werk . Ja, al zou-i een courant<br />

samenstellen, mits zonder papaver-feuilletc_'o of leading-articles . *)<br />

Fen kraut, alleen van deeg . Dit lukte vrywel, schoon 't eigenlyk<br />

geen arbeid was voor iemand, die werd opgeleid tot pasteibakker .<br />

Maar do man was hoogst bekwaani en schikte zich in . zyn lot .<br />

Dat was *n eerlyke en flinke pasteibakker .<br />

Weer 'n ander haalde z'n uithangbord geheel in, verklaarde<br />

ronduit, dat-i geen taartjes meer bakken zou . En dat het hem leed<br />

deed, ze zoo lang gebakken to hebben . fly schudde 't meet van<br />

z'n kleederen, baadde zich driemaal, en hop weg naar 'n stad,<br />

die onlangs afhrandde fl en waar-i me6hielp aan 't opbouwen .<br />

Dat was een zeer eerlyke, een zeer flinke pasteibakker .<br />

Alzoo deed een gedeelte der bakkers watule is7ilde eenden doen,<br />

als men er op schiet . . . . ze vlogen her-en-der. En een ander<br />

gedeelte deed wat de uilen doen, alsmen er niet op sehiet . . . .<br />

ze bleven zitten en verdraaiden hun oogen, on trokken malle<br />

deftige gezichten .<br />

Haar 66n uil<br />

Dit is een groote Pout. Ikzelf heb gezegd, dat men een vergelyking<br />

niet to lang mag voortzetten, en doe dus verkeerd me<br />

langer bezig to houden met uilen en eenden. Ik wilde iets vertellen<br />

van pasteibakkers, en daarby moet ik blyven .<br />

Een pasteibakker dan, overlegde in z'n hart, hoe by z'n belang<br />

zou over-eenbrengen met den loop der zaken, en hoe by z'n<br />

taartjes-winkel zon kunnen aanhouden, zonder strydvoeren tegen<br />

de wetenschap der chemisten, en zonder verlies van klanten<br />

*) De Haarlenische . (181- 2)<br />

t) Enschede .<br />

133


1 3 4 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Ja zelfs, by berekende, hoe by to handelen had, om z'n clientele<br />

uittebreiden, door al de lui tot zich to trekken, die voor 'n gesloten<br />

deur kwamen by zyne eerlyke collega's, of afkeerig waren geworden<br />

van de waar der anderen .<br />

En meer nog : zyn plan was zoo overlegd, dat-i ter-zyner-tyd<br />

zou kunnen meedingen naar de medaljes, die eenmaal zullen<br />

worden toegekend aan wie zich verzet hebben tegen de slaapstroop-bereiding<br />

.<br />

Dat was een berekenende pasteibakker, van alle markten thuis,<br />

naar ik meen.<br />

Hy begon met al z'n klanten by elkaar to roepen en to zeggen,<br />

dat het niet to pas kwam taartjes to bakken met opium .<br />

Ja zelfs by verweet hen, dat zy er zooveel hadden gekocht en<br />

en gegeten . Maar 't geld, dat-i had ontvangen voor z'n vroeger<br />

baksel, gaf-i niet terug .<br />

Hierin toonde by to zyn, wat men op de beurs zou noemen<br />

een ,goede" of ,soliede" pasteibakker .<br />

En van de scheikundigen, die de taartjes hadden afgekeurd lang<br />

voor hem, en die by daarom had genoemd met grove namen, zoolang<br />

er niet to voorzien was, dat het yolk zou geloofslaan aan<br />

hun wetenschap, zie van die heeren sprak by niet . Of,<br />

fraaier, nog, b y zeide, dat-i met die mannen niets to maken had .*)<br />

Gy begrypt, dat z'n bedoeling was, z'n klanten in den waan to<br />

brengen, dat hy-zelf zoo'n bekwame chemist was, en zoo'n eerlyke<br />

bakker.<br />

Wel beschouwd was by dus een valsche pasteibakker .<br />

Daarop vertelde by den volke, dat de amfioen in de taartjes<br />

niet alleen onnoodig was, maar zelfs dat de gebakjes lekkerder<br />

zouden wezen, als men ze bakte zonder heulsap .<br />

En als een proefje gaf by er zestien, die inderdaad aan velen<br />

redelyk smaakten . Onze bakker had gezorgd het uiterlyk to<br />

doen gelyken op dat der vorigen, want by wist dat menschen,<br />

die pasteitjes gebruiken - en anderen ook -- veelal smaak putten<br />

uit gewoonte .<br />

Dat noem ik een handige pasteibakker .<br />

En velen, die niet begrepen hoe men slaapstroop missen kon<br />

in de bereiding, onderzochten het nieuwe gebak . . . . en vonden . . . .<br />

slaapstroop als to voren, maar ditmaal vermengd met rottekruid .<br />

Dat was een infame pasteibakker .<br />

De kwalificatie, en het nu volgend Auk waarin ze geadstrueerd wordt,<br />

staan almede in-verband met 451 en 452 . De geest die onze eeuw be-<br />

*) ZAALBERG werpt uitdrukkelykI6 alle verwantschap met de manners van<br />

den Dageraad van zich af . (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 135<br />

heerscht, blykt evenzeer nit het knoeien mot geloofssaken, als uit de<br />

ellendige zoogenaarnde politiek . 01) beid'~ terreinen ontbreekt het eerie<br />

noodige ; oprecht streven naar Waarheid . In-plants van zich de vraag<br />

voorteleggen : wet is ? kunstelt men svsteempjes waarin de beteekellis<br />

der zieh openbarende feiten meet wordea van pas-gewrongen . De pogingen<br />

om de mystiekery, van 't oude geloof overeeritebrengen niet<br />

hedendaagsche standpunten, is even belachelyk -- en rnisdadig ! -<br />

als 't schermutselen met „politieke beginselen" die geen wortel hebben<br />

in 't gezond verstand, omdat men daarby voortdurend verzuitrit<br />

met d e f eiten lo-rode t o gaan . (1872)<br />

454 . Reeds in 1 .51 heb ik gezegd, zoodra mogelyk alle buitenissigheden<br />

to willen laten rusten . Er valt zooveel optemerken aan<br />

dingen die zyn, dat het waarlyk j ammer schynt, studie ten koste<br />

to leggen aan dingen, die niet zyn . Maar 't gekibbel over niet bestaande<br />

zaken, is Been buitenIssigheid, en 't bestryden van den<br />

nadeeligen invloed der twisten over nietigheden, blyf t noodig .<br />

(138, 417-437)<br />

Wel is 't zeker, dat eenmaal de stryd over de ware natuur van<br />

JEZUS, belachelyk zal voorkomen, pennewipperig en lapsiaansch,<br />

maar intusschen wordt die stryd gevoerd, en de ware belangen van<br />

't menschdom lyden daaronder, zoo-als de school wordt verzuimd<br />

door 't knaapje, dat den langsten weg zoekt tot korting<br />

van den tyd, en zich onder-weg ophoudt om to weten of 't hoen<br />

dat to-water vloog, een haan of een kip is .<br />

Deze vergelyking is onjuist . Zoo'n kind verwaarloost z'n tyd<br />

om iets to weten, waarvan de kennis maar overbodig is . Wy menschen<br />

verwaarloozen tyd, kracht, alle waarde, om 't nasporen der<br />

eigenschappen van niets.<br />

Ik meng me nu en dan in den stryd, niet om daaraan deeltenemen,<br />

maar om, zoo mogelyk beide partyen weg to dringen van<br />

den akker, waarop de stryd gevoerd wordt. 't Is me om winst of<br />

verlies der partyen niet te-doen, maar om wat ruimte voor 't<br />

opschietend graan, dat zoo plomp vertreden wordt door de theologische<br />

vechtbazen .<br />

„JEzus maakte zulken goeden wyn" (blz . 58) goed, heeren, best !<br />

Het doet me genoegen voor hem en z'n tafelvrinden, . Gebruikt<br />

gyzelf er van, zooveel u lust benevelt u, zooveel u aanstaat<br />

. . . . maar, eilieve . . . . maakt niet myn broeders dronken, myn broe .<br />

ders, de MENSCHHEID die to arbeiden heeft, en geen tyd tot uitvieren<br />

van wondergeloovige haarpyn.<br />

„JEzus zweette druppelen bloed . . . . goed, heeren, my wel, als<br />

gylieden dit noodig oordeelt tot heil uwer ziel . . . . ik heb er<br />

niets tegen . . . . mits ge slechts die vertellingen niet gebruikt als<br />

middel om bloed to doen zweeten door myn broeders : de MENSCH-<br />

HEID .


1 36 IDEEN VAN MULTATULY.<br />

„JEZUS voer ten hemel . . . . best, heeren, wy wenschen hem<br />

hartelyk goeie-reis, en zyn benieuwd, of-i QuIRINUs heeft ingehaald,<br />

die zeven weken voor hem, langs denzelfden weg vertrok .<br />

Alles zeer goed . . . . volgt hem, hem en de velen, die even wolkerig<br />

verdwenen . . . . vliegt mee op, allemaal . . . . indien soortelyke lichtheid<br />

u dringt tot zoo verheffende locomotie . . . . maar och, laat<br />

myn broeders omlaag, myn broeders : het MENSCHDOM, dat werken<br />

moet op de velden beneden .<br />

„JEZUS was half -god, kwart-god, heel emaal god . . . . mooi, schoon,<br />

heerlyk, prachtig, al wat gy wilt ! Verknoei, verdraai, vervorm,<br />

verbak en verkracht z'n natuur, zooveel maar eenigszins mogelyk<br />

is, of onmogelyk, . . . .maar, ik bid u - dat is : in naam der<br />

heilige waarheid beveel ik u ! - houdt op met verdraaien, verkrachten<br />

en verknoeien van de natuur myner broeders : van 't<br />

MENSCHDOM .<br />

„JEZUS was mensch, van gelyke beweging als wy . . . . zegt ge ?<br />

Welnu . . . . misbruik dan niet zyn voorbeeld als middel om myn<br />

broeders - de MENSCHHEID '; - to verderven, en to doemen tot<br />

redeloosheid, door uw liederlyk onderricht in onanie van de ziel .<br />

„Precies m'n idee !" zei domine ZAALBERG, en by heeft die<br />

preciesheid uitgebakken in zestien taartjes . (De godsdienst van<br />

JEzus en de moderne richting . Christelyke toespraken, enz . )<br />

Ik heb my voorgenomen dat baksel to analyseeren .<br />

Onlangs sprekende over dit voornemen met iemand, then ik<br />

houd voor een eerlyken dienstknecht in den hof der waarheid,<br />

wend de meening geopperd, dat het streven van de ,modernen<br />

niet zoo afkeurenswaardig was als ik beweerde . En, werd er gezegd,<br />

er was over dat onderwerp zekere brief geschreven, waarin<br />

men party-trok van de eerlykh-eid of voor de mogelykheid van<br />

eerlykheid, der nieuwmodische heeren . Ik vraagde, of dat stuk<br />

gedrukt was ? ,Neen." Of ik 't mocht inzien, uitgeven en behandelen<br />

? „Ja" .<br />

Ik acht het nuttig dit eerlyk stuk publiek to maken, wyl ik<br />

geloof, dat vele •weldenkenden - die echter niet juist denken,<br />

in dit geval (18) - daarin weerklank zullen vinden van hun<br />

oordeel over de nieuwerwetsche behandeling der theologische<br />

kwestie, en ik alzoo door de beantwoording van 't welmeenend<br />

schryven, dat nu volgt, die kwestie of doe op 't terrein, waar ze<br />

door de besten onder ons gebracht is .<br />

Het stuk is gericht aan zekeren kerkeraad . Ik hoop, dat de gegemoedelyke<br />

toon, die daarin heerscht, aangename afwisseling<br />

moge bieden, na al de bitterheid, die er stroomde uit myn pen,<br />

voortgedreven alts ze was en is door de indignatio van JUVENALIS.


Wel i, erwaarde Heeren<br />

IDEEN VAN MTTLTATULI . 137<br />

lk heb met belangstelling do brochures gelezen, door UEerw . uitgegeven,<br />

als tegenhangers van Ds . A . PIERsoN's ,,Onverdraagzaamheid,"<br />

doch na do lezing, voel ik ndj genoopt bet, woord op to vatten, niet om in<br />

de byes to springen voor Ds . A . PIERSON, aan wiens welversneden pen eigen<br />

verdediging beter is toevertrouwd, maar om, in het algerneen, een<br />

woord in to brengen ten gunste der liberale rigting .<br />

Hot nicest pijnlijk heeft mij getroffen de door Ds . SCHWARTZ zoo onveiholen<br />

uitgesproken beschuldiging van onoprechtheid . Hot is nzij niet<br />

ingevallen, Eerw . Heeren, oan 1TE . goede trouw to twijfelen . Ik weet<br />

dat giji. voor uwe overtuiging, miskenning en vervolging hebt geoogst, ja,<br />

dat de Eerw . SCHWARTZ zelfs in levensgevaar heeft verkeerd . *) Gij zijt in<br />

gemoede overtnigd, dat de Bijbel-boeken hot refine, onvervalschte woord<br />

van God bevatten, en dat de he uwe kerken als grondslagen heerschende<br />

leerstellingen, overeenkomstig do Heilige Schrift, als de eenige ware<br />

siting van den geest Gods zij n aan to zien . Maar waarom nu is volgens<br />

UEerww ., anderer overtuiging van hot tegendeel, niet, ook ter goeder trouw?<br />

Toen gij, Eerw. Heer SCHWARTZ, u van bet kerkgenootschap, waartoe<br />

gij vroeger behoordet, hebt a .fgescheiden ~f ), lrobt go toes, in de oogen<br />

uwer vroegere geloofsgenooten, niet ook Bone : ,doctrine etrange" verkondigd,<br />

en heeft hot ii steeds niet onaa .ngoonaain moeten aandoen,<br />

wannoer uw,ve denkbeelden aan bijoogmerkon werden toegeschreven, omdat<br />

die denkbeelden niet die van de ineerderheid waren<br />

Maar hoe handolt nu de orthodoxie?<br />

Niet zoodra treedt een Leeraar op, die na rijp ondorzoek tot de overtuiging<br />

is gekomen, dat aan de traditie niet dat onvoorwaardelijk gezag<br />

moot worden toegeschreven . wat er tot nu toe aan gehecht word, en die,<br />

even als gij, Eerw . Heeren, b ; ',i-1' 1 zvnor overtuiging heeft en zeg openlijk<br />

urtspreekt, of een anathema woi It + .tilingerl tegen zlilken „loup Bans la,<br />

bergerie" du Seigne -Lir. In Parijs is hot COQvERIOL, in Haarlem BUSKEN<br />

HUE T, in Amsterdam PEVILLE, in de Kaapstad Col . NZO, en is het nu<br />

niet wat sterk onr deze nlannen van kwade trouw to beschuldigen, ja, to<br />

vragen: hoe het, met him goweten is overeen to brengen, dat zij als predikanten<br />

den cooed hebben oin to vorklaren, dat lmnne overtuiging niet de-<br />

*) De beer SCHWARTZ trachtte gelyk z'n plicht was de Joden to Amsterdam<br />

to bekeeren . Een jodenknaap van zyn kant overdreef z'n plicht, en trachtte<br />

den straatprediker met een dolk to vermoorden .<br />

Eenigen tyd daarna word de beer SCHWARTZ tot predikant to London<br />

beroepen. Daarvan sprekende, zeg ik ergens : by nam die beroeping aan,<br />

waarschynlyk gedreven door den geest Gods en . . . door verhooging van<br />

tracteinent. Doze uitdrukking schynt in-stryd met de hoogachting tivelke ik<br />

erken schuldig to zyn aan ionrand die in levensgevaar verkondigt wat by voor<br />

waar houdt . Myn oordeel daarov er blykt voldoende in 704 .<br />

Hoe die plichtsvervulling van den beer SCHWARTZ to rymen is met hot courtiseeren<br />

van den mammon, rnoge hyzelf verantwoorden . Juist na den<br />

moord-aanslag imm(, rs, Hook er moor dan ooit, dot do Joden to Amsterdam<br />

behoefte hadden aan 't Evangelium dat alle zedelke kwalen geneest . Een<br />

waarheid is 't, dat by 't verplaatsen van dominoes, slechts zeer zelden de<br />

Geest Gods do voorkour gooft aan vermindering v,,a tract.enment, iets wat my,<br />

inet bet oog op de volslagen onwaarde van aardsch slyk, allerzondorlingel,<br />

voorkomt . (1872)<br />

1') Do beer SCHWARTZ is nanielyk vane geboorte con Israeliet . (1872)


1 3 8 IDEEN VAN MULTATULL<br />

zelfde is, als die in de kerkformules is vervat ? Mijns inziens zijn veeleer<br />

diegenen ter kwader trouw, die om aan de gemeente to behagen,<br />

anders spreken dan zij meenen .<br />

Maar als, a priori, reeds ieder woord door eenen predikant gesproken,<br />

in strijd met de traditioneele formulieren, wordt aangemerkt als misbruih<br />

van positie, en als poging om de gemeente to verleiden (blz . 43 der<br />

brochure), dan is de beschuldiging toch zeer gegrond, dat met de orthodoxie<br />

niet valt to twisten, aangezien deze zegt : „Wij zien in Christus<br />

den weg, de waarheid, het leven," en het dus bij haar als eene ongerijmdheid<br />

wordt aangemerkt, om ook maar aan dwaling harerzijds to denken,<br />

daar zij andersdenkenden, apodiktisch, dwalenden noemt *) en zich dus,<br />

wel niet bet monopolie van de wetenschap, maar toch dat der waarheid<br />

toeeigent, en bet bij haar niet opkomt, to gelooven, dat er, behalve hAre<br />

overtuiging nog eene andere, opregte, ter goeder trouw kan bestaan .<br />

Wij willen niet eens tot uitersten overgaan . Tusschen de geloofsbelijdenissen<br />

bijv . der Hervormden, Evangelisch- of Hersteld-Lutherschen, Doopsgezinden,<br />

Remonstranten, de vrije Schotsche Kerk, de gemeente onder<br />

't Kruis, enz . bestaan verschillen, die mij, van mijn onverschillig<br />

standpunt, ongeschikt voorkomen . Maar van bet standpunt van UEerw .<br />

is geen dogma ondergeschikt . Ieder dogma toch is in uw oog, een wel<br />

niet onfeilbare, maar toch zoo goed mogelijk-geformuleerde uitdrukking<br />

van bet wezen en den wil Gods . Nu kan de wil of bet wezen Gods, u uit den<br />

aard der zaak niet m.eer o f min ongeschikt voorkomen, en ieder onzer zal<br />

consequent moeten bekennen, dat de geloofsbelijdenis van ieders kerk, hem<br />

voorkomt de meest juiste to zijn . Nu kunnen toch niet Hervormden en Remonstranten,<br />

Lutheranen en Mennonieten, alien evenveel gelijk hebben, en<br />

volgens uwe eigene consequentien, moet dus uitsluitend een van alien de objectieve<br />

waarheid hebben, en de andere gemeenten in dwaling verkeeren . t)<br />

Wanneer iets nieuws geleerd wordt, in strijd met bet oude, en dat<br />

nieuwe wordt, zooals bij Ds . SCHWARTZ (blz . 23), zonder omstandigheden,<br />

doch ter goeder trouw, met den naam „nieuwerwetsche dwaling"<br />

bestempeld, met welk regt mag zich dan Ds . CHANTEPIE zoo afkeurend<br />

uitlaten over LEO X, die in LUTHER van zyn standpunt uit, ook slechts<br />

nieuwerwetsche dwalingen bestreed ? §)<br />

*) Van hun standpunt zeer terecht . In dit voetstoots veroordeelen van<br />

andersdenkendcn ligt juist bet raison d'etre van de orthodoxie, en tevens is<br />

dit een criterium van hare oprechtheid . Een rechtzinnige die my iets minder<br />

toewenscht dan de hel, is 'n ellendeling . Wie in 't bezit is van rechtstreeksche<br />

-- lieve lezer, vroeger schreef ik rechtstreeke, zie me nu die orthodoxe<br />

spelling eens aan ! - wie directe berichten van God ontvangt,<br />

moet zich houden aan z'n lastgever . Schipperen, modderen, transigeeren, is<br />

kwade trouw jegens z'n principaal . Leven de orthodoxen !<br />

Of liever, weg met hen ! Want zie, ook zy, de Hervormers der XVie eeuw,<br />

wierpen wat weg en hielden wat aan, ook zy speelden in hun tyd de moderniseering-komedie<br />

. Leven de katholieken !<br />

Of liever, weg met hen ! Want zie ook zy geneeren zich niet om nu-en-dan<br />

naar bevind van zaken wat to geven en to nemen, niet zonder ietwat voorkeur<br />

voor 't laatste . . . .<br />

Weg alzoo met de goddienery, en leve bet gezond verstand ! (1872)<br />

t) Wel zeker ! waartoe zou eene openbaring dienen, als men daarna nog<br />

i n twyfel bleef ? (1872)<br />

1) De mieux en mieux ! Al dat I,afkeurend uitlaten" is vice-versa volkomen


IDEEN VAN MULTATULI . 1 3 9<br />

Er is nog iets . De orthodoxe is op een makkelijker en aangenamer standpunt<br />

geplaatst, dan de liberaal *) .<br />

Gene behoeft slechts aantenemen, deze moet veel verwerpen. Gene meent<br />

gevonden to hebben, deze zoekt, en, wat vooral den liberaal in het nadeel<br />

stelt : de orthodoxe heeft zijn standpunt eerlijk, nnaar zonder slag of stoot<br />

ingenomen . De liberaal heeft dikwijls eerst na hevigen zielestrijd, zijn<br />

standpunt verworven .<br />

Of acht gij, bijv . den strijd gering, then de Augustijner monnik had door<br />

to staan, eer hij Dr . MARTINUS LUTHER werd .<br />

Het grootste voordeel van alles bestaat echter daarin voor den orthodoxe,<br />

dat hij, (ieder in zijn eigen kerk) de (men vergeve mij het woord) ,,of -<br />

fcciele" waarheid heef t, en dat hunne predikanten zich altijd kunnen laten<br />

voorstaan op hun good regt, om to verkondigen hetgeen zij voor waar aannemen,<br />

omdat het geschrevenn staat ; terwijl de liberalen hunne geloofsovertuiging<br />

Diet ongehinderd mogen uitspreken, waarvan voorbeelden to-over<br />

zijn, en waarvan ik reeds eenigen aanhaalde .<br />

Ik verhief mij dan ook minder tegen het protesteeren der drie Ouderlingen,<br />

dan wel tegen de authorisatie, die zij daartoe uit hun beroepsbrieven<br />

putteden. Wat nu aangaat de vraag of de liberalen of de orthodoxen het<br />

rijkst en magtigst zijn, zoo inoet ik hier eene zinsnede releveeren, die z66<br />

hatelijk klinkt, dat zij V, Eerw . Heer SCHWARTZ, zeker uws ondanks uit<br />

de pen is gevloeid . Ik bedoel de berekening dat, daar er 's jaars f 24,000,000<br />

aan jenever worden uitgegeven, de niet-orthodoxen rijker zijn, dan Ds . PIER-<br />

SON meent. Nu zal mij wel een ieder toegeven, dat de rnindere klasse de<br />

meeste jenever drinkt, en dat die klasse door hare uit den aard der zaak<br />

Diet wetenschappelijke opvoeding in zaken van kerkelijk gebied meest<br />

orthodox is, zoodat dan volgens eenvoudige logica, het argument zich tegen.<br />

Ds . SCHWARTZ zou keeren, en uit diens redeneering, (het zij zonder hatelijke<br />

bedoeling gezegd), zou blijken, dat de Ineeste jenever door orthodoxen<br />

werd gedronken . Ook de geijkte tirade over comedies en concerten,<br />

laat ik voor wat ze is .<br />

Het is echter volkomen waar, dat het geld tot stichten van liefdadige<br />

iustellingen, gaarne gegeven wordt aan de orthodoxie . Immers de orthodoxie<br />

is : de kerk, de officiele meening, en als zoodanig : corporatie . De liberalen<br />

staan buiten de kerk t) of zoo zij er in staan, dale is het alleen als de wolf<br />

in de schaapskooi, zij zijn uit den booze . Uit den aard der zaak, is de or-<br />

gegrond, en dit is eon natuurlyk gevolg van 't wederzydschp geschipper.<br />

Geopenbaarde zaken behoorden onwederlegbaar duidelyk . . . . geopenbaard<br />

to zyn . Het legio meeningen en opvattingen bewyst doodeenvoudig dat er<br />

Diets geopenbaard is . (1872)<br />

*) Dit blyft slechts waar, zoolang de liberaal niet . . . . liberaal is, Diet inderdaad<br />

vryzinnig . Dat het standpunt van iemand die leugens halveert om<br />

ze tot waarheid to maken, Diet gemakkelyk is, spreekt vanzelf . Halfheid<br />

leidt tot valsche positie . (1872)<br />

1) Hier moot ik den welmeenenden leek tegenspreken . De zoogenaamdliberalen<br />

hebben zich zeer orthodoxelyk een officieel erkend plaatsje weten<br />

to veroveren, en beginnen ook in financielen invloed met de ouwerwotsche<br />

staats- en fatsoenskerk to wedy veren . Er is to voorzien dat zy weldra voorgoed<br />

op 't kussen zullen komen. Niet de modernen worden door de officiele<br />

wereld in den ban gedaan, het zyn slechts de radicale vrydenkers die Diet<br />

ongesmaad met bun gevoelens voor den dag kunnen kommen . (1872)


hot slot van 521<br />

1 40 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

thodoxie aristocratisch §) en telt dus de voornaaniste in den lande onder<br />

hare vanen en met hen, het zij tot hunne eer gezegd, het machtige, tot weldoen<br />

gaarne bereide geld .<br />

De liberale banier wordt doorgaans slechts opgestoken door de vrijmoedige<br />

leden der onafhankelijke, hoogere burgerklasse, die door eene<br />

beschaafde opvoedings in staat zijn, een betoog op wetenschappelijk gebied<br />

to volgen, en die zelfstandig genoeg zijn, om hunne rneening to durven<br />

belijden .<br />

Op blz . 20 en 21 beschuldigt Ds . CH . Ds . P. van overmoed<br />

„Wat zou u weerhouden, roept hij uit . Onze taal isoleert ons van het<br />

,,overige Europa . Buitenlandsche kritiek hebt gij niet to vreezen, en in het<br />

vaderland vormt gij eene coterie, die zich het wetensehappelijk monopolie<br />

hee f t toegeeigend .<br />

Nog eens, ik ben niet zoo onbescheiden, om als verdediger van Ds . P .<br />

optetreden, maar Eerw . Heer CHANTEPIE, ik vraag u in gemoede, of<br />

E . RENAN of D . F . STRAUSZ geene binnen- ofj buitenlandsche kritiek hadden<br />

to vreezen ?<br />

Of niet beiden, met vervolging, met ontzetting uit ambt en waardigheid<br />

zijn gestraf t, voor hun cooed ? En of niet zij dus ook smaadheid hebben geleden,<br />

om hun geloofswille ? Eindelijk, of die beiden in hun vaderland ook<br />

eene coterie vormen van wetenschappelijk monopolie ?<br />

Gy zult die vragen ontkennend moeten beantwoorden .<br />

En nu vraag ik verder : Wanneer alzoo noch eer, noch voordeel, die<br />

Heeren heeft bewogen . . . . Wat dan ? Immers niets dan hunne overtui-<br />

ging ? En is het nu een onredelijke eisch, wanneer de liberalen aan de orthodoxen,<br />

die zooveel op hen vooruithebben, vragen : ,Gij bekent verdraagzaam<br />

to zijn op Godsdienstig gebied . . . . welnu, weest het ook op<br />

kerkelijk gebied . Bestrijdt onze leer, gelijk wij de owe bestrijden . Maar<br />

gunt ons het regt van bestaan . Loochent niet zoo apodiktisch, ook maar<br />

de mogelijkheid van waarheid onzer overtuiging ."<br />

En hoe is die vraag nu, en vroeger, beantwoord ? Moeten wij herinneren<br />

hoe reeds Arminianen en Gomaristen in het, nauwlijks van gewetensdwang<br />

bevrijde vaderland, elkander bestreden ? En hoe de strijd eindigde met een<br />

dogmatische beslissing op hoog bevel ? Wat men den Spanjaard met het<br />

zwaard in do vuist had afgedwongen, werd den brooder geweigerd . En<br />

het is smartelijk, rnaar waar, in onze dagen is het niets beter .<br />

Elke leer, anders dan die der traditie, elk kritisch onderzoek naar do<br />

bronnen van den Bijbel, wordt verketterd . Alle deugd en zedelijkheid<br />

aan de liberale rigting ontzegd . , Blinde leidslieden, adderengebroedsel, gij<br />

zel f gaat niet in het koninkrijk, en belet anderen daarin to komen ." De text<br />

klaarblijkelijk tegen ,huichelaars" gerigt, wordt toegepast op de liberale<br />

,,dwalenden" waarmede gij ,diep medelijden" hebt . Het is this zeker dat<br />

de liberalen dwalen ? . . . . De orthodoxie zegt het en . . . . zij moet het<br />

weten . Hoe laag moet gij niet nederzien op niet-Protestanten, Roomschen,<br />

Toden, Turken en Heidenen .<br />

De liberalen kunt gij altijd nog beschouwen als gevallen Engelen, maar<br />

§) De welmeenende leek is hier in schynbare tegenspraak met zichzelf,<br />

daar by in de vorige alinea juist de allerlaagste klasse't meest orthodox noemt .<br />

Er bestaat misschien hier onnauwkeurigheid in de uitdrukkingen, dock<br />

waar is het dat de steil-bybelsche rechtzinnigheid zoowel in de hoogste Standen<br />

als by het grauw in eere is . Wat daartusschen ligt, is gewoonlijk uit den<br />

moderne. Ik heb daarop menig maal gewezen, b yv . in<br />

. (1872)


IDEEN VAN MTTLTATULT . 141<br />

wat moet uw oordeel zijn over lieden, die in alle opregtheid, zonder<br />

twijfelingen, en met ijver en nauwgezette naleving eene leer ornhelzen,<br />

zoo geheel and ers dan de uwe, en nog wel eene kerkelijke leer. (De heidenen<br />

natuurlijk uitgezonderd .)<br />

Pat ge hen als verdoeniden beschouwt, wien het uw pligt is to redden<br />

van den eeuwigen dood, bewijzen uw zendelingen, die ik eer, maar waarmede<br />

ik niet sympathiseer. Maar gelooven U .welEerw. i n gemoede, dat het<br />

eeuwige geluk of ongeluk van eenen rr!eDSch afhankelijk is van zijn opvatting,<br />

van ver,,verping of aannemon van leerstellingen P Ik acht ieder<br />

even hoog, onverschillig hoe hij over erfzonde, verzoening of voldoening<br />

door hot bloed des kruises, de driedenheid, de sacramenten, enz . denkt,<br />

traits : hip blijke ter goeder troum to zijn . *)<br />

En dit is zoo grievend voor de liberalen, dat de orthodoxen hen, ore hunne<br />

dogniatisclie o1watting aehting ontzeggen, en hen verketteren . Gij zegt<br />

dat Jr,,zus nooit tegen doginatische dwalingen beeff . geijverd, orridat de<br />

Isra6lieten, door droevige ondervinding geleerd, sedert den terugkeer uit<br />

de Babylonische leer. vilsche goden hadden gezocht, en<br />

dat het dus niet iiuod<br />

;egenn dwalingen die niet bestonden .<br />

Maar gijl . geeft cNardoor IL :. 1"' bijna toe, idat<br />

Jezus geene dogma's heeft gecre-<br />

6erd, en dat doe leerstellige opvattiny van JEZUS woorden dus feilbaar<br />

menschen-werk is .<br />

-Als godgeleerden zal hef, u . niet onbekend zijr), hoe hoofdzakelijk op de<br />

Kerkvergadering van Nicea, over den bijbelschen canon is beslist, en<br />

tenzij gijl . aannoemt, dat ook die kerkvaders den Heiligen geest hadden<br />

ontvangen, dan is, over het al of niet zyn van Gods woord, bij meerderheid<br />

van menschelijke stemmen besloten !<br />

Gij zult op elk wetenschaT.jpelijk gebied den mensch het regt toelcennen,<br />

our door eigen onderzoek naar do waarheid to trachten, en zelfstandig<br />

to zijn . Maar op kerkelijk, of liever 11-1heologisch gebied wilt gij de rede gevangen<br />

nemen, onder het geloof. Dat is : ieders geest is vrij op elk gebied,<br />

maar op godsdienstig gebied poet ieders geest zich bukken under het gewicht<br />

der objectieve waarheid, die ?xij verkondigen, en die v;ij alleen bezitten<br />

."<br />

Die eisch is to zwaar . Op die grondslagen kunnen wij geen vredesconferentie<br />

houden .<br />

A.Maar trots de oorlogsverklaring van Ds . CHANTEpm, bieden wij u de<br />

broederhand, en vragen u als grondslag voor de oriderhandeling : weest niet<br />

zoo exclusief, maar weest liefderijk . Bcstraft ons, waar wij het niet zijn,<br />

maar laat het einde van den strijd v - ezeji, &.if wij alien onze harton gevangen<br />

geven onder he t gebod :<br />

Hebt God lief boven alles en den naaste alsu, zelven .<br />

War is iets beminnelyk in dit stuk van 'n leek, die 't geloof<br />

niet wit opgeven aan de oprechtheid der half-denkers . En wellicht<br />

heeft by ten-deele gelyk . Misschien zyn er onder de I'modernen"<br />

- wat 'n woord ! -die ter-goeder-trouw hun weg gaan,<br />

in de meening, dat die weg leidt tot waarheid .<br />

En gewis oordeelt de leek juist, dAAriD. dat het den orthodoxen<br />

niet voegt, ieder voetsstoots to veroordeelen, die den moed<br />

I<br />

*) Precies m'n idee ! loch juist daarom moet die goede trouw onder-<br />

-I zoelit worden . En dat doe ik in 'i - volgend stuk . (1872)


1 42<br />

IDEEN VAN MULTATULT.<br />

had of to wyken van hun geloof . J- ) Dit, gemoedelyke awadlift oni<br />

party-te-trekken voor de -inogidykh.eid van eerlyke nasporing der<br />

'waarheid, in hen die daartoe een anderen weg kozen dan den<br />

gewonen, trof my. En als de schryver van den brief, dien ik meedeelde,<br />

inderdaad is, zooals schynt to blyken nit dat schryven,<br />

dan geloof ik, dat by welhaast om nh to Aaan aan het,,koninkryk<br />

der hemelen" niet zal behoeven to kiezen tusschen oud of nieuw,<br />

tusschen orthodox, liberaal of modern . . . . maar dat-i zonder<br />

aansluiting aan eenige richting, dat koninkryk weldra zal vinden<br />

in z'n eigen hart .<br />

Want : geloof in 't goede, is goed . Vertrouwen op adel is adel .<br />

Strevennaar waarheid is waarheid . (276, 443)<br />

Verder dan dat, kunnen wy 't niet brengen . (1)<br />

En, gelukkig ! Het menschdom is als 'n kind, dat voor z'n<br />

pleizier reist, en wiens vermaak een Bind neemt by 't aankomen .<br />

Het stoppen aan de station : waarheid, zou de waarheidd terstond<br />

doen veranderen in leugen . Want ophouden van beweging is<br />

dood, en dus onmogelyk, ongerymd, onwaar, juist omdat het zyn<br />

uit beweging bestaat, beweging is .<br />

Maar dit alles is hier de vraag niet. De vraag is niet of ieder<br />

't recht heeft zyn weg to kiezen, op de groote reis naar waarheid . . . .<br />

de vraag is : of 't geoorloofd zy, voortegeven dat men waarheid<br />

zoekt, wanneer die voorgevers a la recherehe zyn van iets anders, ?<br />

JEzus nam zyne beelden waar by ze vond, en dezelfde vryheid<br />

nemende, kom ik terug op de vergelyking met 'n spoorweg .<br />

Het staat iedere directie vry, hare treinen to doen loopen waarheen<br />

ze goedvindt. Maar 't staat haar niet vry, reizigers aan to werven<br />

voor 'n toertje rechts, als ze inderdaad van plan is hen links-uit<br />

to sturen .<br />

WY zullen zien, of de moderne domine ZAALBERG ons brengt<br />

naar de plaats, die gedrukt staat op z'n biljetten .<br />

Misschienzal, na dat onderzoek, deze en gene liever op eigen<br />

beenen wandelen - wat ik trouwens aanraad in elk geval ook op<br />

ander terrein - dan zich toetevertrouwen aan een conducteur,<br />

die belooft zuid- en noord-op, to sturen te-gelyker-tyd. Zoo'n<br />

trein kan nooit te-recht komen. Het gemiddelde van richtingen<br />

voert to-water of naar de pool, maar we niet wezen moeten . (IL20)<br />

Er worden in de stukken, die ZAALBERG heeft gepubliceerd,<br />

veel zaken by den waren naam genoemd . En - dit in 't voorbygaan<br />

- er komen daarin genoeg blyken van talent voor, om<br />

to doen betreuren, dat de man z'n gaven niet beter besteedt,<br />

dan over het geheel genomen, 't geval is. Maar we hebben niet met<br />

het talent van den heer ZAALBERG te-doen. Hy werd nooit<br />

t) Met verwyzing naar de noot op blz . 140, trek ik deze woorden in . De<br />

orthodoxen mogen geen genoegen nemen met modieuse verandering . Sit<br />

ut est aut non sit ! (1872)


IDEEN VAN MULTATULL 1 43<br />

als de nietige schryver then we ter-loops behandelden in ons<br />

vorig nummer-benoemd tot jets uitstekends, en er valt dus<br />

ditmaal niet to decanoniseeren . Bovendien, er zyn inderdaad<br />

zeer schoone stukken in ZAALBERG'S werk . 't Geheel is slordig .<br />

Men weet reeds, dat we hier bedoelen de zestien preeken, verhandelingen<br />

of voordrachten, die onlangs versehenen, en die by<br />

getiteld heeft : ,de Godsdienst van Jezus en de moderne richting."<br />

Die titel zelf is z6.6r modern . La France et la Pologne . . . . Le<br />

Pape et la Diplomatie . . . . La Sainte Bible et Mr . Renau . . . . le<br />

ceci et le cela . . . . het dit en de dat . . . . de dht en het dit . . . . datten<br />

en ditten . . . . kort-om :<br />

,Ilk kan u verzekeren, dame, dat die kleur veel gevraagd wordt,<br />

tegenwoordig<br />

,<br />

Zoo spreekt n goed-afgerichte winkeljuffrouw, als ze zich<br />

\vil afhelpen van 'n verschoten lapje .<br />

En de dame, die geloovig luistert naar zulke praatjes heeft<br />

kans heel modern gefopt teo worden . Want . . . . al was er veel vraag<br />

naar die kleur, en al was ze niet verflenst, dit bewyst nog niet,<br />

dat zulk blauw, geel of groen voegen zou aan hi6r .<br />

Tk ben redelyk oplettend, en vooral op de zoogenaamde kleiiiigheden,<br />

die aan velen de moeite van 't bestudeeren niet waard<br />

schynen, en juist daarom zeer dikwyls iets verklappen, wat<br />

verborgen blyven zou, als men 't zocht in de vermeend belangryke<br />

zaken, die w6l overdacht zyn . Welnu domine ZAALBERG'S<br />

keus van den titel - iets van ondergeschikt belang, meent ge<br />

- geeft my, in zekeren zin, den sleutel tot de fabriek, waarin zyn<br />

book gemaakt is . Dat kunstelend moderniseeren van iets ouds,<br />

is<br />

I<br />

niet zonder beteekenis, en ik geloof waarlyk - wanneer ik<br />

n boek to schryven had, als tegenhanger - dat ook ik me nu<br />

Myna zou verleid voelen door de mode, en onwillekeurig dat<br />

boek een naam geven, als byv . . . . de nieuwerwetsche pasteibakkers<br />

en . . . . 't een en ander, dat ik nu nog niet weet, maar dat<br />

me wel zal to binnen schieten voor ik tot het schryven van zoo'n<br />

boek overga.<br />

Ja, ZAALBERG zegt veel wiirs . Daar ik nog altyd verkeer in<br />

m'n verhandelings-bui, zal ik dat kortelyk aantoonen in de<br />

eerste plaats.<br />

ten tweede, zullen wy onderzoeken, of dat zeggen van iets waars,<br />

in dit geval de waarheid is ? Daartoe hebben wy acht to geven :<br />

op andere zaken, die by evenzeer als waarheid geeft, op den<br />

Loon van z'n spreken, zyne wyze van uitdrukking, op de plaats<br />

waar-i z'n rneening verkondigt, en op nog een en ander meer .<br />

lVe millen vervolgens, :<br />

ten derde, by benadering oordeelen : of de (,'eniqe eerlyke uiaarheid<br />

gediend wordt, door 't zeggen van iets waars op de wyze van ZAAL-<br />

BERO . En daarby zullen we tevens misschien gelegenheid vinden,<br />

tot antwoorden op then brief aan den orthodoxen kerkeraad .


1 44 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

't Is we] mogelyk, dat ik onder 't scbryven m'n preek anders<br />

inricht dan ik hier voorstelde . In dat geval verzoek ik m'n lezers<br />

myne schets to veranderen naar goeddunken of zelf de<br />

preek to waken, waartoe ieder in-staat zal zyn die opgelet heeft,<br />

hoe ik 't ding maak.<br />

ZAALBERG zegt, dat ten-allen-tyde iedc-rr die wat nieuws verkondigde,<br />

is beschuldigd van ,beroering"<br />

„Toen ELZA nieuw godsdienstig leven in Israel kwam opwekken, voerde<br />

ACHAB hem op zekeren dag toe : Zijt gij daar, beroerder Israels ? Doch<br />

ELZA antwoordde : ,niet ik heb Israel beroerd, maar gij en het huffs uws<br />

vaders !"<br />

Toen LUTHER het diep vervallen Christendom herscheppen wilde,<br />

weergalmde gansch Europa van den kreet : Hy beroert de kerk . En 't<br />

waren voor een goed deel zeer welmeenende en vrome menschen, die dat<br />

zeiden . Niet enkel monniken en priesters riepen : Anathema ! maar ook<br />

achtbare godgeleerden, Godvruchtige moeders, en zelfs zachte jonkvrouwen<br />

maakten het teeken des kruises, en zeiden : Anathema .<br />

Maar wat spreek ik van ELZA en LUTHER, daar ik van JEZUS to spreken<br />

heb ? Hij kwam Israels godsdienst tot wereldgodsdienst hervormen, en<br />

wat was zijne ontvangst ? Zij zeiden : „Hij beroert het Yolk !"<br />

En wat bewijst dit nu ? Op zichzelf nog niets voor de moderne richting ;<br />

inaar toch z66veel, dat alle godsdienstige hervorming van oudsher als<br />

rustverstoring begroet is . De waardigheidsbekleeders der kerk verklaren<br />

plechtig dat zij geergerd zijn . De heerschende godgeleerdheid doet de<br />

nieuwe denkbeelden in den ban . Vrome zielen heffen klagelijke klagten<br />

aan . Het yolk grijpt ligt naar slijk en steenen, . . .<br />

Precies ! En niet het yolk alleen . Ik kan betuigen dat ZAALBERQ<br />

hier niets gezegd heeft dan de waarheid, al zeide by alles niet.<br />

Hy zweeg nog van Taster en verdachtmaking, die onder beschaafde<br />

volkeren zoo byzonder geschikt zyn om 't ,slyk en de steenen"<br />

der onbeschaafden to vervangen met voordeel .<br />

Lets verder vraagt onze domine, hoe de bybel voorziet in de<br />

behoeften des geestes van den armen daglooner die 's avonds<br />

vermoeid thuis komt .<br />

„Moet hij beginnen met GENESIS, en voortgaan tot de OPENTBARING toe .<br />

Zal hij avond aan avond in 't leezen uit LEVITICUS van de kleeding, spijsen<br />

offergeboden der priesterschap Israels, den troost zijns levens zoeken ?<br />

Moet hij zijne tong vermoeien door 't leezen . . . .<br />

Alle goeie geesten . . . . ZAALBERG ! Hebben wy geen overbodigheden<br />

genoeg in onze spelling ? Sedert lang doe ik myn best,<br />

wat ballast over boord to gooien - om ruimte to winnen voor,<br />

lading, weet ge - en daar begint gy nu to leezen !<br />

Vat ik u bidden<br />

mag, schryf een zeventiende preek, om den Volke to verkondigen,<br />

dat ge tot die spelling niet waart gedreeven door den geest . Anders<br />

krygen wyy weldraa ooveral die duuplicaat onnoodigheedens .<br />

Er zouden veel schoone, gedachten zyn uittedrukken met de letters,<br />

die nu in elk boek zeer overcompletelyk de plaats innemen<br />

van gedachten .


IDEEN VAN MULTATULI . 1 4 5<br />

Moet hij zijn tong vermoeien door 't leezen van vele hoofdstukken, uit<br />

GENESIS en NUMERI, uit JOZUA en REGTEREN, uit ESRA en KRONIJKEN,<br />

met bijna niet dan reeksen van onuitsprekelijke namen gevuld ? Zou ook<br />

EZECHIEL, denkt gij, door die moeder worden verstaan, Of ZACHARIA uitgelegd<br />

aan 't kind, door den vermoeiden vader ? Dan ga ik ook eens luisteren,<br />

als hij den RoMER-brief verklaart, en na 't, geschrift van JUDAS nu<br />

eindlijk ook het laatste boek, die verborgenheid der OPENBARING opent .<br />

Voorwaar gij woort wel zuur verdiend, gij dagelijksch brood der godsdienst .<br />

„ . . . . maar als men nu aan dat boek der boeken gebonden wordt, zooals<br />

myn orthodoxe m-neester wil, gebonden in gedachten en overtuiging, in<br />

woord en gevoel, in leer en leven, waar is dan nu, DIVn JEzus ! de zachtheid<br />

van uw juk, --- de ligtheid van uwen last ? . . . .<br />

Neen, 't is me onmogelyk my to houden aan verdeeling van<br />

ZAALBERG' S schryven in waar of onwaar, en misschien toon ik<br />

myn : , wat to bewyzen was" het duidelykst aan, juist door die<br />

onmogelykheid. Straks zal ik andere regels aanhalen, waaronder<br />

ieder denker gaarne zyn naam zetten zal, al ware het dan ook<br />

met de noot : ,dat wisten we al land ?"Maar nu . . . . die klacht<br />

over de onvoedzaamheid des bybels lezer, zoudt ge 't<br />

kunnen gelooven, dat er op Bezel fde bladzy waar de arme drommel<br />

beklaagd wordt, die z'n zuur-verdiend dagelyksch brood der godsdienst<br />

moet gahren uit de verborgen openbaring des bybels, woorden<br />

worden gelezen als deze<br />

„Want dat stichtelijk gebruik des bijbels zal voortduren, zoolang er godsdienst<br />

op aarde is, zelf reik ik immers daartoe den bijbel aan de armnen<br />

nit . . . .<br />

Arme armen !<br />

„ . . . . en in mijne laatste uur moge op dit dierbare heerlijk boek mijn<br />

matte hoofd nog rusten . . . .<br />

Daarop volgt onmiddellyk de reeds aangehaalde zin : „Maar<br />

als men nu aan dat boek der boeken gebonden wordt" enz. Dus<br />

't mag wel gebruikt worden als kussen voor een mat hoofd<br />

och, 't hoofd dat zoo gemakkelyk waar en onwaar te-gelyk herbergt,<br />

hoeft niet to worden voorgesteld als zoo byzonder mat !<br />

Wel als kussen alzoo kan men den bybel gebruiken - straks<br />

zult ge zien, dat by er pis-que-pendre van zegt - maar als band<br />

schynt by niet to deugen . Men kan er op rusten, maar als voeding<br />

is het : zuurverdiend brood." Dkt noem ik : menager la chevre<br />

et l e chou . . . .<br />

Komaan, dit spreekwoord helpt me van myn preek af . Geit<br />

en keel sparen ! Ik wist wel, dat ik niet in-staat was tot preeken,<br />

eens-vooral, lezer, als ik u dreig met zoo-iets, denk dan maar dat ik<br />

driftig was, en 't zoo kwaad niet meende . M'n heele preek komt nu<br />

veer op 'n paar etaaltjes van :<br />

Kool<br />

wat de geit krygt, en : wat kool is .<br />

„Zegt niet : Verbiildteiiis ! van Lilies ti~aarvan dit yolk zegt : 't is eerie<br />

10<br />

IDEEN II .


146 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

verbindtenis ! En vreest htnuie vreeze niet, en wordt niet verschrikt (Jesaias<br />

VIII, vs . 12)<br />

„Gy nu, zwanger wordende jonkvrouw, uw kind zult gij inogen noemen<br />

T MMANUEL - God met ons . - Ja waarlijk : „IMMANUEL -- God is met<br />

ons" - roept de ziener uit . Want alzoo heeft Jehovah tot inij gezegd, met<br />

een sterke hand<br />

Hier schynt Jehova doofstom . Precies m'n idee ! Maar ik<br />

geef de kool in haar geheel, en heb geen tyd elk blaadje to verlezen<br />

. Alleen moet ik betuigen, dat ik 't indecent en geloovigonbeschoft<br />

vind, 'n jonkvrouw lastig to vallen met praatjes,<br />

terwyl ze bezig is met zwanger to worden .<br />

„En is 't niet al to veel van uwe lippen gevergd„ -- misselyk ! - konit,<br />

bidt dan nu zingende met mij en voor mij<br />

-c1)/ bat Hw (lee& ben teeraar e6terf/<br />

,bet leget iette op at jt)rt Tnert/ enz. 't Vervoig in 364 .<br />

Nu iets voor de geit<br />

„Van dat kind" - namelijk : van de moderne godsdienstige richting<br />

„ping echter de vorige eeuw reeds zwanger, en gelijk elke groote hervorining,<br />

had ook dit verschijnsel voor lang 7ijn herauten en wegbereiders . . . .<br />

Die uitgescholden werden door de Zaalbergen .<br />

„Bij de reuzenontwikkeling van wetenschap cn beschaving, werd, vooral<br />

sedert de laatste helft der vorige eeuw, bij het denkend gedeelte der Christenheid,<br />

de breuk tussehen de wereldbeschouwing der schrift, en die des<br />

ilieuwen tijds, hoe langer zoo grooter . De platte aarde des Bijbels inoest<br />

voor den aardbol der nieuwere wetenschap wijken . . . .<br />

Ja en de platte hemel ook .<br />

„Het scheppingsverhaal van Genesis week voor do ontdekking der natuuronderzoekers<br />

in den schoot der aarde, waarin de Almachtige Schepper met<br />

eigen hand, in inergel en steenkoollagen, in versteende planten en dieren,<br />

eene gansche andere geschiedenis der aardsche schepping schreef, dan de<br />

dichter van Genesis kende ."<br />

Hier heeft de geit reden tot klachte . Er is to veel voor de kool<br />

gedaan . Die ,eigen hand des Almachtigen Scheppers" is, geologisch<br />

gesproken, onzin . Ook passen die mergel en steenkool en versteende<br />

planten, in 'n scheppingsverhaal, als 't nieuwe paleis voor volksvlyt<br />

in TACITUS' boekj en over de Germanen . De geit klaagt, dat de<br />

domine zich 'n eeuw of wat vergist misschien, j a waarschynlyk<br />

: millioenen eeuwen . Versteende planten, enz . zyn,<br />

om nu de taal van den dag to spreken, zeer modern . Dit kan een<br />

kind begrypen . Ir moet al veel gebeurd zyn na zoo'n dusgenaamde<br />

Schepping, een heel onwetenschappelyk woord ! -- voor<br />

er wouden bestonden . Veel meer nog, voor ze ovvergingen, in, steenkool<br />

.<br />

Hoe grappig dikwyls de uitkomst is, als men wetenschap en


TDIECEN VAN MULTATMI . 1 4 7<br />

geloof wil door elka6r knoeien, kan men zien in 't schoolboekjen<br />

over natuurkunde van VAN DEN BURG, waarin de deftige opmerking<br />

wordt gemaakt, ,dat het y8 des winters de rivieren vloeibaar<br />

houdt ." Sakkerloot als er dus g66n ys was . . . . zouden ze<br />

bevriezen, dat is k1aar!<br />

Vervolg geit :<br />

"Waar was de heineltent des ouden Hemelkonings, nu de reuzenkijker<br />

der sterrenkunde in then uitgespannen hemel een eindelooze wereld van<br />

zonnen en starren, in nevelvlekken starrehoopen, in stippen zonnestelsels<br />

deed vinden ?"<br />

Ja waar was nu die tent ? Dat is de vraag. En ZAALBERG,<br />

die de oude tent wegredeneert, en tech blylt volhouden, dat er een<br />

tent is, moest ons dat ding kunnen wyzen . Wie er my naar<br />

vraagt verwys ik naar 424 .<br />

I' Maar waar was nu ook het doodenrijk van Israel, die school in de diepte<br />

der aarde, en waar nu het vuur van den helschen poel, en wdar nu bij 't<br />

verdwijnen van dezen, de satan met zijne engelen des afgronds ?<br />

Ik denk, dat ze moderne katechiseermeesters geworden zyn .<br />

En wdar zoo veel, zoo ontzaggelijk veel, dat bij de geheel andere natuur-<br />

en wereldbeschouwing der oude Oosterlingen, in hunne verbeelding<br />

het aanzijn kreeg ? Genoeg, de gansche voorstelling van Israel omtrent God<br />

en de wereld, hing natuurlijk zarnen met de heersehende zienswijze dier<br />

tijden, omtrent zigtbare dingen . . . .<br />

Juist . Maar ik vind dit nog makkelyker to geven, dan 't borduren<br />

van tafreeltjes over onzichtbare dingen, zoo-als wy straks<br />

zullen aanhalen onder de rubriek : kool .<br />

"De gansche bijbelsche godgeleerdheid was een kind van 't Oostersche<br />

denken en voelen<br />

Toch legt men matte westersche hoo/den . . . . ter ruste op dat<br />

oostersche kind !<br />

. . . . een gebouw opgetrokken op een grondsiag die by 't licht der nieu-<br />

11<br />

we wetenschap wegzinken moest in 't niet . . . .<br />

Toch reikt men then weggezonken grondslag . . . . aan de armen<br />

Uit !<br />

Geit :<br />

"Wat baatte voor een tijd het wanhopig gekunstel oin de Schriftuur<br />

wat natuurlijk, en de natuur wat Schriftuurlijk to maken ?<br />

Watt dit baatte ? Wet 't gaf een middel aan de hand om geit<br />

en kool beiden to behouden . Om geloofd to worden door de vromen,<br />

en niet al to erg geminacht door de verstandigen. Hoe<br />

kunt gy vragen, ZAALBERG, welke baat er to vinden is by ,,wan .<br />

hopig gekunstel ?"


1 48 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

Voor de geit<br />

„Nu wil de orthodoxie dat wij onze moedertaal een weinig verleeren,<br />

om to bidden in de tale van Kanaan .<br />

Kool<br />

Voor iemand, die z'n moedertaal niet wil verleeren voor de „taele<br />

Kanaans" vind ik dit nog al wel .<br />

,, . . . . Jonkvrouw, als gij moeder zult worden, noem dan uw kind IM-<br />

MANUEL ! Neen, neen, zegt de schare, verschrikt en bewogen, noem het<br />

veeleer IKABOD, - weg is de eere ! Verbintenis, verbintenis . Ziet, de Syriers<br />

rusten op Efraim. De fondamenten worden omvergestooten . Jeruzalem<br />

zal vallen. De tempel stort in . . . .<br />

„En waarom dan Loch, gij zeer verschrikte menigte ?<br />

Dat is, waarom al die bereddering in den Haag, over den naam<br />

die 'n onbekende jufvrouw zou geven aan 'n kind, dat niet eens<br />

nog geboren was ? Eilieve, als 't nu eens 'n meisje was ? Wat dunkt<br />

U van IKABODINA ? Of IMMANUELLA ? Maar ik beken, dat ik volstrekt<br />

niet aan namen hecht . Voor myn deel mag 't kind, dat<br />

domine ZAALBERG introduceeren wil by z'n haagsche gemeente,<br />

heel ouwerwetsch GRIETJE heeten, als ze maar geen moderne nonsense<br />

vertelt.<br />

Na aldus gevraagd to hebben, waarom de gemeente to 's Gravenhage<br />

zoo verschrikt is over die keuze van 'n naam, en over<br />

al de dingen, die 'r gebeurden met Jeruzalem, met de fondamenten,<br />

met den tempel, met de Syriers en met Efraim, komt er weer<br />

iets voor de geit<br />

,,Omdat het nu blijkt dat de godgeleerdheid der kerk sedert eeuwen<br />

van verkeerde voorstellingen heeft geleefd, en het vuur der wetenschap<br />

nu al dat hout, dat stroo en die stoppelen verteert ?<br />

't Is waar, het blijkt nu dat de geest der kerkhervorniing twee eeuwen<br />

lang is miskend . . . .<br />

Hier raken we aan de koolzy . Want daarin ligt iets, of de klok<br />

van 't verstand op de groote kerk to Dordrecht, nog juist Rep<br />

in 1618. Er is hier waariyk kunst in 't mengen van de bestanddeelen<br />

. Men is in twyfel of papaver of arsenicum de overhand<br />

heeft.<br />

Geit<br />

„Het blijkt nu . . . . dat de Schriften des ouden en des nieuwen verbonds,<br />

een anderen oorsprong hebben, dan het kerkgeloof dacht .<br />

Halt : Apostelen staat er . Dit hoort weer by de kool .<br />

„Dat . . . . de boeken van Moms eerst duizend jaren na Moms afgewerkt,<br />

en de Evangelien, in hunnen tegenwoordigen vorm, eerst na den dood der<br />

apostelen . . . .<br />

,, . . . . eerst iia den dood der Apostelen, en dus niet door oor- en oog-


IDEEN VAN MULTATULI . 1 49<br />

getuigen geschreven zijn. Dat PAULUS anders dacht, dan PETRUS en JA-<br />

COBUS, en dat de ware geschiedenis van JEzUS, even als bet leven van<br />

alle hero6n der nude menschheid . . . .<br />

Lees : der jonge of jongere menschheid<br />

. . . . oinkleed is met hot bekoorlijk toovergaas der legendedichting,<br />

pier poezij, der verbeelding. Dat, en zooveel sneer is gebleken, geboekstaafd,<br />

I)eqveze ,n, . Met dit alles heeft de oude theologiee heron doodsteek ontvangen .<br />

Met uw verlof : domine ZAALBERG . Die oude theologie is<br />

springlevend, en heeft juist zoo-even daarvan een bewys gegeven,<br />

door 't bywonen van een gemaskerd bal waarop ze door weinigen<br />

herkend is . Maar ik ben ondeugend genoeg haar to verklappen .<br />

Ze draagt een,,modern" manteltje over 'n arlekynspak, dat sa&mgelapt<br />

is uit steenkool, geloof, halve wetenschap, onbekende jonkvrouwen,<br />

die op 't bevallen staan., Tkabods, nafauronkunde en .<br />

allerlei.<br />

[fool<br />

,Ilk wil u onderwijzen, van stuk tot stuk, en zegt alleeii niet, ,Verbiritenis<br />

!" want by God, dat is zoo niet, . . . .<br />

Het woord ,verbintenis" schynt in de een of andere taal eene<br />

vieze beteekenis to hebben . Aithans ZAALBERG wordt telkens<br />

boos, als-i er aan denkt . Misschien beduidt het kritiek .<br />

"Genoeg, breekt gijlieden dozen tenipel af, door niet to dulden dat hij<br />

verniettwdd en gereinigdd worde, zij" --- de moderne godsdienst, geloof<br />

ik -die gij van tempelsehennis beschuldigt, zij zal u in den naam van<br />

JEZUS binnen Brie dagen een anderon bouwen, die niet met rnenschenhanden<br />

gemaakt is, een nieuwen tempel van geloof, van hoop, en van liefde<br />

een tempel des Heiligen Geestes, waarvan de oneindigheid de omtrek . . . .<br />

en altijd aWidd weder, JEZUS CHRISTUS de leveude hoelsteen, ('11 't beeld<br />

van den Gekruiste de glorie zal zijn .<br />

Dus die ,moderne" tempel komt in de plaats van de tent die<br />

door de ,wetenschap" was weggeredeneerd . De nieuwe tempel<br />

heeft, volgens ZAALBERG, tot joepeldak" . . . . en blauwen hemel .<br />

Tot ,?,loer" . . . . de met bloemen bezaaide aarde . . . .<br />

Och or wordt nog veel meer verteld over de constructie van<br />

then tempel, maar ik heb geen lust het nateschryven, omdat<br />

ik denk aan al de arme drommels, die 't zoo hongerig en koud<br />

hebben op then vloer, en wien de blauwe hemel zoo guur is !<br />

Geen platter proza dan valsche poezie, o ZAALBERG ! En . . . .<br />

meen niet echte poezie to vinden buiten de waarheid . (263) Er<br />

valt niet to tempelen . Het Volk heeft honqer . De eenige-noodige<br />

tempel op 't oogenblik, i ,c eon goede niet al to dure restaurant .<br />

Vervolg kool .<br />

II Mijne vrienden in CHRISTUS!"<br />

Dat wil zeggen : iv 't, yeheel Been vrienden . Precies als - ,God


1 50<br />

ID1EN VAN MULTATULI .<br />

weet het" beduidt :<br />

er is geen hulp .<br />

niemand weet het. „God alleen kan helpen"<br />

Ik heb voor deze opvatting een bondgenoot in Wamba, den nar<br />

van Cedric den sakser, uit den Ivanhoe. De zeer fatsoenlyk godsdienstige<br />

WALTER SCOTT verklapt daar een geheim uit de school<br />

van 't geloof . Ik vergeef . . . . u als christinne . . . . zegt ROWENA tot<br />

REBECCA, 't edel jodenkind, dat Loch vooral wat gif van 't waar<br />

geloof moest meeslikken, by 't innemen van de andere vergeving ;<br />

,,als christin - roept Wamba, de nar, dien de schryver meer<br />

oprechtheid meedeelt dan hyzelf den moed had to bezitten -<br />

als christin? Nu, dan mag ze oppassen ! , Het doet denken aan<br />

de geestig-menschkundige saillie uit den Gilblas : On nous reconcilia,<br />

nous nous embrassdmes, et depuis ce temps nous sommes ennemis<br />

mortels.<br />

Ik verhaal of betoog zelden iets nieuws . Ieder wist wat ik zeg,<br />

of althans ieder voelde het . Veelal had men slechts verzuimd,<br />

dat gevoel to rangschikken tot gedachte, tot meening . (2 6 7) Ik<br />

vraag 't u, lezer, zoudt ge ooit iemand voor uw vriend hebben gehouden,<br />

die u naderde met de betuiging : ik ben uw vriend . . . . in<br />

Christus ? Is dit niet iets als : neef . . . . van-adams-wege, dat is<br />

geen neef ?<br />

Kool<br />

Verdraag mij een weinig in mijne onwijsheid . . . .<br />

Deze wensch van domine ZAALBERG is niet volstrekt onverklaarbaar.<br />

Doch 't is de vraag niet, of de haagsche gemeente<br />

zyne onwysheid zal verdragen . De vraag is, of ze moet voortgaan<br />

hem daarvoor to betalen als-of 't wysheid ware.<br />

„De heerlijke zon der Godsdienst breekt hare stralen in zeventigmaal<br />

zeven kleuren, en iedere reine traan van 't menschenoog glinstert gelijk<br />

een dauwdrop op de bloemen in dat eeuwige licht . Daarom zeg ik met<br />

PAULUS . . . .<br />

Wat-i nu met dien Paulus zegt, is me waarlyk geheel onverschillig<br />

. Ik vraag maar of 't niet al to bescheiden is, alle kennis<br />

der taal van Kanaa n to loochenen, wanneer men zulke monsterprismatische<br />

blyken geeft dat idioom vlot to spreken, als 'n geboren<br />

Kananiter ?<br />

Vervolg kool<br />

De wettige zonen der Hervorming, en erfgenamen in de regte lijn van<br />

JEZUS CHRISTUS, den Genius der Godsdienst, dat zijn wij, dat moeten wij<br />

zijn, strijdende den strijd des geloofs . . . .<br />

Hoe rymt dat geloof met de steenkool ? Hoe, die strydende<br />

stryd voor iets zeer onwetenschappelyks, met de wetenschap ?<br />

zoekende naar de toekomende stad, grijpende naar't eeuwige leven<br />

Maar dan ook iederen dag ons gedompeld<br />

Hu!


,, . . . . tot zeveninaal toe ons gedompeld . .<br />

IDEEN VAN MULTATULT. 101<br />

Vreeselyk ! Men moet zelf van Kanaan we .zen, om niet to<br />

schrikken .<br />

„ . . .' in het bad der wedergeboorte, en der veritieuwing des geestes .<br />

Dan inogen wij gaan tot de levenden . . . .<br />

Lezer, ik raad u eon Kanaanitische gramnlaire to koopen, als<br />

ge 'r prys op stelt to woten wat domino ZAALBERG zoo-al weet<br />

to zeggen in een taal, die by beweert niet to verstaan . Dan na<br />

=i i dat baden, mag men dus gaan tot de levenden, en<br />

,, . . . . en zegenend zien otis de at ervenden aatt . .<br />

Waarom toch ? Omdat men zich zevenmaal gebaad hec,.f t. ?<br />

„ . . . . eli tusselien de dooden en levenden in, staan we . . . .<br />

Alweer vraag ik: waarom toch ?<br />

„ . . . . en heffen de oogen op . . . .<br />

Lieve hemel . . . . dzarvoor zoo'n bereddering to maker ! Maar<br />

ik erken, dat het volgende moeilyker is, en wel zeven dompelbaden<br />

waard :<br />

. . en profeteeretl de hope der heerlijkheid, de 66ne k tidde ender<br />

eenen Herder . . . .<br />

Dat centralisatie-begrip schynt iets aanlokkelyks to hebben .<br />

Ik vind beter, dat het arme vee zich wat verspreidt . Een wei is<br />

zoo spoedig kaal gegeten . Maar nu 't vervolg van dat profeteeren .<br />

,, . . . .de toekoinst waaritt God in alien, inaar data ook alien alles zal zijn .<br />

My wel . Ik hoop, dat dan met-een 't vleesch wat goedkooper<br />

wordt, anders heeft de arme- en middelklasse bitter-weinig aan<br />

al die veranderingen.<br />

Vervolg kool<br />

,,Maar al ware 't inogelijk dat bijna alien heengingen, door zooveel<br />

,,goddeloosheid" verschrikt, en dat er bij al de invloeden die bier lei, stede<br />

werken . . . .<br />

_De onderstreeping is van ZAALBERG . Welke invloeden zouden<br />

dit Loch zyn ? Zou de antichrist in 't spel wezen ? Die personage<br />

hoort by zulke praatjes . Nu, al bleef er : na dat heengaan aan en door<br />

die invloeden<br />

11 . . . . slechts eon seha.ntel kuddeken over<br />

Let op, hoe 't echt-kanaanitisch zalf-dialect zich openbaart<br />

in de diminutiva . Bed, beddeken . Kind, kindeken . Kudde, kuddeken .<br />

Nu a] bleef er dan Maar een klein troepjen over - maar zeer<br />

weinigen namelyk, die geologie kunnen gebruiken in geloof, of<br />

geloovery in scheikunde - zie, dan nog zou ZAALBERG


1 5 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

,, . . .vast verzekerd van de toekomst aan deze wedergeboorte des Christendoms,<br />

ook in ons midden bereid, vol moed het Pinksteren beiden, het<br />

Pinksteren met zijn 3000 nieuwe gedoopten, gedoopten - zij 't niet door<br />

mij, dan door anderen en beteren, - maar gedoopten in deze richting met<br />

heiligen geest en met vuur ."<br />

Nu weer iets voor de geit<br />

,, . . . . Eischt nu de zaligheid van my, dat ik elk wonderverhaal der<br />

Schrift geloof? Moet ik, die uit Gods Schepping weet, dat deze aarde<br />

door allerlei gedaantewisseling heen, in millioenen jaren haar tegenwoordig<br />

gelaat ontving, met GENESIS gelooven, dat God in zes dagen de wereld<br />

schiep, en op den laatsten werkdag rustte? Moet ik, die zeker weet,<br />

dat de zon nooit om de aarde voer, nu toch ter zaligheid gelooven, dat<br />

op de stem van JOSUA de zonne stilstond in Gibeon, en de maan in 't dal<br />

van Ajalon? Moet ik, die van JEzus heb geleerd<br />

Daar is wat koligs in .<br />

,, . . . . ik die van JEZVS heb geleerd in God den eeuwigen geese to eeren,<br />

nu toch gelooven, dat God in zigtbare gestalte verschenen is, en uit den<br />

hemel nederkwam om Babels toren to zien . Kan ik geen geloovige zyn,<br />

zonder to gelooven<br />

Neen domine ZAALBERG, ziehier de heele zaak door u zelf genoemd<br />

by den waren naam . Zoo is het ! Gy kunt Been geloovige<br />

zyn, zonder to gelooven .<br />

,, . . . . zonder to gelooven, dat EVA uit ADAMS ' rib gemaakt werd, terwijl<br />

die ADAM sliep ? Dat Cherubim met vlammenden zwaarde den armen<br />

mensch terugdreven van den boom des levens, den NU verboden boom?<br />

Dat de engelen, de zonen Gods, de dochteren der menschen aanzagen,<br />

dat zy schoon waren en uit haar schoot een geslacht van reuzen verwekten,<br />

geweldige mannen, mannen van name? Dat NOACH in eene ark, van<br />

alle, alle dieren van lucht en land, een paar, of zeven paar vergaderde en<br />

voedde, den ganschen 15 maanden langen zondvloed door? Dat de Heere<br />

God in ABRAHAM'S tente kwam, en SARAI's koeken at ? . . . .<br />

Neen, domine ZAALBERG, gy kunt geen geloovige zyn, zonder<br />

dat alles to gelooven. Gy hebt, gelyk ieder, het recht al die vertellingen<br />

weg to werpen in den hoek waar ge, op zestien-, achttienjarigen<br />

leeftyd, de bakersprookjes uwer kindsheid wegwierpt,<br />

maar ge hebt niet het recht, jongeling en kind te-gelyk,<br />

man en jongeling to-gelyk to willen zyn. Ge moogt niet voortgaan<br />

u een geloovige to blyven noemen, de voordeelen to blyven<br />

genieten die er verbonden zyn aan then titel, en ter-zelfdertyd<br />

openlyk verklaren dat ge niet gelooft .<br />

Uw vraag : „ Kan ik geen geloovige zyn zonder to gelooven dat . . . .<br />

dat . . . . dat ?" enz . is 'n theologische zelfmoord, en 't eenvoudig<br />

: neen ! dat ieder moet uitspreken op die vraag, is een korte,<br />

maar vry krachtige lykrede op het graf uwer dominees-eerlykheid.<br />

Ik herinner me uit een griekseh leesboekjen, een vertelling


IDF,E'N VAN MULTATULT . 153<br />

van 'n Syrabiet die krain p of buikpyn kreeg als-i zag werken .<br />

Ik ben geen Sybariet, zie gaarne arbeiden en ikzelf werk graag .<br />

Maar ik meet bekennen sybaritische kramp to voelen by 't<br />

aanschouwen van de nioeite die ZAALBERG zich geeft, om, nietyeloovi,qe<br />

toch yelooviy to blyven, en den titel to blyven behouden<br />

na 't verwerpen van de load die aanspraak geeft op then titel .<br />

Ik heb geen lust de zestien preeken geheel to ontleden, en<br />

geef dit werk als een aardige taak op, aan jongeren die meer<br />

tyd hebben . 't Is niet moeielyk . Alleen een beetje vervelend en<br />

omslachtig, omdat in ZAALBERG'S werk de zorg oin 't qeitje to<br />

sparen, hier-en-daar zoo dooreen gekluwd is met de begeerte<br />

om vooral de kool niet to verliezen, dat er soms oplettendheid<br />

noodig is, tot nauwkeurig onderscheiden en afhaspelen .<br />

Ik denk dat men my, - na de staaltjes die ik aanhaalde uit<br />

slechts de eersle twee preeken, - zal gelooven, wanneer ik betuig<br />

dat ik met gemak een groot aantal voorbeelden daarvan zou<br />

kunnen by-een brengen, als ik my de moeite getroostte, al die<br />

stukken to analyseeren . Maar dat hoeft nief . Vie naar waarheid<br />

zoekt, zal m'n opmerking ten-voile bevestigd vinden, ook zonder<br />

verdere aanwyzing van myn kant . En slit geeft my ruimt~,tot<br />

andere beschouwingen .<br />

De teksten ! Eilieve, hoe rymt ge het niet-yelooven, bet wegwerpen<br />

van den bybel, als boek van yezaq, met die lange preeken<br />

over stukken uit dien bybel ? Hoe brengt men 't minachten der<br />

tale Kanadns overeen met de behandeling van brokstukken,<br />

z66 kanadnitisch, dat LANGENDIJK'S KAMACHO -- jae, miester<br />

JOCHEM zeif", zeggen zou, dat : ,,hongt nosh kat het niet verstaen<br />

kan !"<br />

Ik vraag u, teat heeft iemand, die niet gelooft, to maken met<br />

dingen als : , Ikabod ? Wat heeft de Haagsche gemeente -,,die<br />

ontsteld is in een tweetal gestalten . . . . zoo staat er - wat heeft zy<br />

to maken met : ,JERUZALEM ?" bevende voor REZIN, en voor<br />

PEK.Aci-i, den zoon van REMALJA ?" Nog eens, het stiAt er zoo .<br />

Wat beduidt de dubbele tekst van preek IV, LUKAS XXIV :50-52<br />

en Handel . I : 9- 12 in welke gezegd wordt : „En En het geschiedde<br />

. . . . dat . . . . wend opgenomen in den Hemel . . . . en , A Is by dit<br />

gezegd had, werd by opyenomen . . . . en een wolk nam hem weg van<br />

voor hunne oogen . . . . wat beduiden die teksten in een preek,<br />

waarin voorkomt : ,Lieve Gemeente, ik ge1001 NIET dat JEzus<br />

van den Olylberg zigtbaar ten hemel is opgevaren, evenmin als ik<br />

aan de opstandi'liq van zyn lichaam gelooven kan ?" Waarachtig,<br />

zoo staat er. Wat beduidt het preeken over MARK . 1 : 14, 1 .5 (,,de<br />

tyd is vervuld en het koninkryk Gods is naby ; bekeert u en geloolt<br />

het evangelie") als men zoo even heeft aangetoond, dat er niet to<br />

rekenen valt op de echtheid van al die vertellingen . Want, dat<br />

stAAt er. Wat is de bedoeling van den tekst over die tongen van<br />

vuur, over den Heiligen Geest, over dat spreken van allerlei talen .


1 54<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

(Hand . II : 1 4) in een preek, die betoogt dat deze dingen heel<br />

anders geschied zyn, dan de ,,lieve gemeente" tot-nog-toe geloofde ?<br />

Want, dat staat er. Waartoe dien tekst : „Zoo dan, indien iemand<br />

in CHRISTUS is, die is een nieuw sch_ epsel ; het oude is voorbygegaan<br />

. . . . enz . (2 Cor-V : 17 - VI :2) ? „Waartoe : „Zalig zyn de armen<br />

van geest enz . (MATT . V :3 - 12) ? Ik vraag : waartoe dienen<br />

die, en zulke teksten uit den bybel waaraan men niet geloo f t ?<br />

Want, voor de laatste maal : dat stcidt er !<br />

Voor ik antwoord op die vragen - want ik meen daarop to<br />

kunnen antwoorden, moet ik nog even terugkomen op ZAALBERG's<br />

oordeel over dien bybel, opdat ook de lezer zich gedrongen voele<br />

tot de vraag : waarom preekt by dan uit dat boek ? ZAALBERG<br />

spreekt, en wy beamen<br />

,, . . . . Is dat nu - de bijbel, namelijk - mijn God! Uw woord, uw eigen,<br />

heilig woord?<br />

Gij - nam . : de gemeente - beklaagt mij? Gij prijst welgelukzalig de kinderkens<br />

die alien gelooven, en de mannen, die hun verstand onder de gehoorzaamheid<br />

des geloofs gevangen geven . Ei, dan stel ik mij nu op dat<br />

standpunt uws geloofs en zwijge dus van al die bovennatuurlijke verhalen,<br />

to meer, daar ik er later opzettelijk van spreken rnoet . Ik onderwerp<br />

inijn denken voor een wijle aan uw geloof, maar ik bid 1i,<br />

wat moet ik nu gelooven ? Daar zijn in de 6 3 gewijde boeken, zoo<br />

vreeselijk veel tegenstrijdigheden, berigten, die elkander tegenspreken<br />

meeningen, die elkaer weerleggen . Gij, veel geloovende, wat<br />

moet ik nu gelooven? Met het eene stuk uit GENESIS , dat het ABRA-<br />

HAM was, die zijne SARAI bij ABIMELECII den koning van Gerar, voor zijne<br />

zuster uitgaf, of met een ander stuk uit datzelfde boek, dat ISAaK het<br />

deed met REBEKKA? Met het eene biad van SAMUEL, dat DAVID reeds<br />

voor SAUL de harp gespeeld had, eer hij den GOLIATH dooden kwam, of<br />

met het andere biad, dat SAUL hem toen voor 't eerst ontmoette? Met de<br />

Koningen, dat DAVID door God werd opgewekt om zijn yolk to tellen,<br />

of met de Kronijken, dat het niet God, maar Satan was, door wien hij<br />

werd aangepord? Met JOB, dat Satan in den raad des hemels zit, of met<br />

JOHANNES, dat hij den afgrond bewoont? Met den een, dat God niet liegen<br />

kan, of met den anderen, dat hij MozEs leerde PHARAO om den tuin<br />

to leiden, en de Egyptenaars door bedrog to berooven, Met MATTHEUS,<br />

dat JozEF en MARIA met het kind JESUS uit Bethlehem twee jaren lang<br />

naar Egypte weken, of met LUKAS dat zij na den veertigsten dag onmiddellijk<br />

wederkeerden naar Nazareth? Met MATTHEUS, dat beide de kwaaddoeners<br />

JEZUS lasterden, of met LUKAS, dat de een hem gezegend heeft?<br />

Met de drie eerste Evangelien, dat PETRUS den Heer bij KAJAPHAS verloochende,<br />

of met het vierde, dat het reeds vroeger bij ANNAS heeft plaats<br />

gehad? Met de drie eersten, dat JEZUS joist op het Paaschfeest gekruist<br />

is, of met den vierden, dat JEZUS niet op maar vbbr het feest is gestorven?<br />

Met MARKUS, dat JEZUS reeds op den dag der verrijzenis werd opgenomen<br />

in den hemel, of met LUKAS, dat hij eerst op den veertigsten<br />

dag ten hemel voer?<br />

Moet ik nog verder gaan? De stof vloeit er voor over, en zoo gij u van<br />

de geschiedenis tot de leer wilt wenden, dan ga ik even dringend vragen,<br />

Moet ik met den 119den psalm mijnen vijand ijselijk vloeken, of met JEzus<br />

mijne vijanden zegenen? Moet ik met JOB en menigen psalm, de on-


IDEEN VAN MULTATULI. 1 55<br />

sterfelijkheid erkennen, of naar hot Evangelic des N . I , . op eeuwig levee<br />

hopen ? Moot ik met PAULUS alle spijzen geoorloofd achten, of met, JA-<br />

KOBUS rnij van blood en 't, gestikte onthouden? Moot ik met JAKOBUS<br />

de rechtvaardigheid zoeken in do werken, of met PAULUS alleen in 't geloof<br />

? Moot ik met i Petri gelooven, dat de ivereld reeds 18 eeuwen geleden<br />

vergaan zou, of met 2 Petri, dat zij na de eerste eeuw riog wel eeri<br />

tyd kon voortbestaan ?<br />

Ik vraag niet meer . Ja toch, nog even dit cone : In de gesehied enis ver-<br />

wart gij u, de geloo fsleer spant u strikken: en hoe staat gij nu met de ze-<br />

deleer, gij strenge wachters op Sions ? Gij geeft mij eenen Bijbel als'I,<br />

\-Voord van God, en nu zal ik niet alleen alles en alles gelooven moeten,<br />

maar nog veel meer, dat woord ook doen. Och, gij die anderen leert to gehoorzamen,<br />

waarom gehoorzaamt gij zelf dan met ? Dat woord gebiedt<br />

de heiliging van den 7den dag der week, en nergens spreekt dat woord<br />

van Zondagswijding. Toch arbeidt gij op Zaterdag en houdt op Zondag<br />

rust . Dat woord gebiedt, aan de vrouw haar hoofd gedekt to houden, en<br />

aan jonge weduwen abet aan hertrouwen to denken . En nogthans verheugt<br />

gij u met, de jonge weduw-bruid, en vieren uwe dochteren met on<br />

gedekten hoofde de bruiloft me&. En ale u de Prediker in datzelfde 1-)(-w k<br />

gebiedt : , ees niet alto rechtvaardig ! en hood ii niet al to wijs !" gij, die<br />

in elk woord der Schrift Gods Woord will. vinden, wat klaagt gij dan no"<br />

aIs de menschen jegens u niet al to rechtvaardig en eerlijk zijn ?<br />

D e orthodoxie niaakt tnoede, en ik wil rust . Gij mannen van het midden,<br />

die, ofschoon to vrij om orthodox to zijn, ons nogthans toeroept<br />

,,Och ! wordt Loch niet modern!" zoo bid ik a dan nu, edele mannen! zegt<br />

gij niij, wat do waarheid is ! Wat moot ik nu zeker vasthouden, oni veilig<br />

iii 't geloof to staan? In twee dingen zijt gij 't da.ti Loch tens, to weten, dat<br />

gij 't oneens met -, do rogtzinnigon zijt, en alley de modorne rigting schuwt .<br />

Tegen de eerste verklaart gij, dat Gods WW roord niet de Schrift zelve is,<br />

tegen de laatste waarschuwt, gij, omdat zij Schriftgezag ontkent . Maar<br />

wat is dan in die Schrift wel, wat niet Gods Woord? Behoof ik niet alles voor<br />

waar to houden, en mag ik nog minder aan alles twijfelen, zeg dan nu kort<br />

en bondig, hoever moet hot geloo f , hoever slechts t tvijf el gaan ? Eilacij !<br />

gaat gij twisters? Gij zoudt ntij zekerheid en ruste geven, en z66voel hootdon,<br />

zooveel zinnen in uwen geeerden kring . A gaat eon inijlpaa,l ver,<br />

eii schudt hot hoofd oin B, (lie tot den tweeden voortschrijdt . B vindt A<br />

vv ri j bekrompen, maar waarschuwt C . voor den derden paal. En C . die 't<br />

met de angsten van A en B niet vinden kan, vindt D zeer roekeloos, on-<br />

-(tat hij tot den vierden goal -, . Hier is or een, die bij 't verhaal der Evangelisten<br />

orntrent de verschijning van MozEs en ELTA op den bergkruin<br />

zweert, maar intusschen de verschijuing van Satan in Judea's woestijai,<br />

door de drie zelfde Evangelisten niet minder uitvoerig beschreven, ale<br />

onhistorisch ter zijde schuift . Dear is een ander, die de steminen uit den<br />

heanel betwijfelt, inaar in 't geloof van Engelverschijning een hoofdstuk<br />

der godsdienst ziet . Ginds is een derde, die wonder t:ij wonder natuurlijk<br />

verklaart, maar onderwijl in toorn ontsteekt, wanneer eon ander dat<br />

duet Met iets, waaraan hij nog als wonder vasthoudt . lets verder beroept<br />

zich iemarid op 't gezag der Aposteleii, als get uigen van 's Heeren herleving,<br />

maar wraakt datzelfde gedrag, als zij, cii (tat . nog veelvuldiger, de<br />

zigtbare wederkoinst des Heeren verkondigen. Dat do Hebreerbrief niet<br />

van PAULUS, maar rnisschion van APPOLLOS is, wordt met nadruk gezegd<br />

door eeri Man, die erg vertoornd is, onidat een ander aati den Johanateischeii<br />

oorsprong van 't vierde Evangelie twijfelt . En onder die verdeelden staat


15 6 IDEEN VAN MULTATULL<br />

een Man, ondenkbaar tegen zich zelven verdeeld, waar hij met PAULUS<br />

woord : jndien er geene opstanding der dooden is, zoo is ook CHRISTUS<br />

niet opgewekt!" tot heftig wordens toe de geestelijke opvatting der opstanding<br />

van JEzus bestrijdt, en op datzelfde oogenblik de, in hetzelfde<br />

vers door PaULUS als noodzakelijk met die van CHRISTUS zamenhangende<br />

gepredikte, opstanding der dooden zelf in geestelijken zin verklaart !<br />

Due ZAALBERG preekt, doceert, vermaant, troost, helpt, steunt,<br />

profeteert, enz . uit een boek waarin alles, of byna alles tegenstrydigheid<br />

is. Waarom ?<br />

Komaan, er moet antwoord wezen op die vraag!<br />

Welnu, ik meen dit antwoord to vinden in de slotsom der berekening<br />

van den pasteibakker die den ouden vorm gaf aan z'n<br />

nieuw baksel, omdat-i wist hoe menschen die taartjes - en<br />

preeken ! - gebruiken, smack putten uit gewoonte .<br />

Als bewys voor die meening, verzoek ik u to letten op het slot<br />

van ZAALBERG'S pre&ken . Hy laat z'n klanten altyd vertrekken<br />

met 'n naklank van ouderwetsche godzaligheid in de ooren, een<br />

galmm van den geloovigen voortyd . Wilt ge een paar staaltjes ?<br />

Ziehier :<br />

. . . en riep, de nu verschrikte menigte, als altijd oordeelende naar<br />

h ei "uiterlijk aanzien, dan triomfantelijk uit : ,waar is toch nu hun God!"<br />

0 moeder! die mij uw kind blijft toevertrouwen, nog zou ik goedsmoeds,<br />

ja nog zoude ik ook dan geloovig tot u en uw jongsken" - hollandsch : jongetje,<br />

mannetje, kereltje . Zie de opmerking over de Kanadnitische dirninutiva<br />

jot u en uw jongsken zeggen JMMANUEL - GOD MET ONS"<br />

Hebt gy gelet op dat : ook dan geloovig" op 't eind van 'n<br />

pre6k, van dezelfde pre6k, waarin by uitdrukkelyk vertelt<br />

to gelooven ?<br />

Ziehier 'n ander slot :<br />

niet<br />

,Js er zulk een godsdienst? Ja, en zij is geen nieuwe, maar de vernieuwing<br />

der oude. De wedergeboorte der eenmaal in Palestina geborene. De<br />

wederkomst in den geest van JEZUS met zijn liefelijk, vertroostend, goddelijk<br />

woord : ,komt herwaarts" enz .<br />

Z66 oudmodisch-klinkend eindigt alweder de pre&k, waarin<br />

nota bene de woorden voorkomen : ,Maar als men nu aan dat<br />

boek der boeken gebonden wordt, zooals myn orthodoxe meester wil,<br />

gebonden. in de gedachte en overtuiging, in woord en gevoel, in leer<br />

en leven, waar is dan nu myn JEZUS, de zachtheid van uw juk,,<br />

ligtheid van uw last ?<br />

de<br />

Ja, dat vraag ik ook, en vooral vraag ik door welk wonder<br />

op eenmaal die last zoo licht is geworden, en dat juk zoo zacht,<br />

by het einde van de preek ?<br />

Ander slot :<br />

"Ja, bovennatuurlijk of natuurlijk<br />

leven . . . .<br />

van oorsprong, godsdienst is ons<br />

Die vrye keus tusschen natuur en onnatuur is handig. Wie<br />

daarme6 niet tevreden de kerk verlaat, noem ik lastig .


godsdienstl is oil,<br />

T , T1,KN VAN MI-TLTATIT .111 . 1,57<br />

Ik vind, dat er veel hilder dringend werk is. 't Is waar, dat<br />

daarby geen dominees kunnen gebruikt worden.<br />

godsdienst is ons leven, en dat levee in God, is levee uit God ."<br />

In . . . . uit ? Komaan nog een paar voorzetsels . . . . en zie verder<br />

de d icht-oefeni.n g van KLAASJE VAN DER GRACHT, met z'n spiegel-kroon-balansen<br />

. Ook m'n bakerpre6k kan gevoegelyk dienen<br />

ale vervo1g .<br />

,10 God, mijn . God . . .,<br />

Lezer, 't staat er zo Als dat gegod u verveelt, 't is myn schuld<br />

niet . Bedenk, dat ik bezig ben u den klank to laten hooren, waarme6<br />

de predken eindigen . Daarom is 't hier to doen . Straks zal u<br />

blyken wat daarvan het zeer moderne doel is .<br />

,10 God, mijn God, ik zoek in u den dagera ,.td . . . .<br />

Hier wordt niet bedoeld het tyd.schrift . ZAALBERG zegt uitdrukkelyk,<br />

dat by met de mannen, die daaraan meewerken niets<br />

to maken heeft. Ik vind het nogal ondankbaar, zoo to spreken<br />

over personen, die de waarheden al byna vergeten hebben, welke<br />

ZAALBERG nu pas begint to leeren, en die by verkoopt als ,peren<br />

uit, zyn tuin." (219) Hy zoekt God in den morgenstond . Waarom ?<br />

Het is om den klank, der finale.<br />

I' Mijne ziele dorst naar U .<br />

Let op : ziel . . . . E . Die E is 't etiket van 't zalfpotje .<br />

,,Des avonds is mijn hart onrustig, tot dat het in U ruste" - rust . . . .<br />

E! - ,vindt . Zie, Eeuwige, hier zijn wij, wij strekken de arnien uit, en zeg-<br />

I,,en net JFzus : herder ! . . . . onze Vader<br />

Alweer gaat de gemeente naar huis, met iets als de oude stichting.<br />

Een ander slot :<br />

IN raden wij ook vruchteloos naar de onzienlijke wereld, wij gevoelen<br />

haar nabijheid, wij genieten hare geuren . . . .<br />

Hoe zoo'n valsehe pokie in 't zotte loopt ? Wat blykt er uit<br />

die fraze ? Dat de neus der geloovers beter ingericht is dan hunne<br />

oogen of hun verstand. Ze ruiken wat ze niet kunnen raden of<br />

zien.<br />

't Heeft iets van de honden .<br />

Nonsense, zegt ge . Juist. Maar er is KLANK noodig. Na 't ,genieten<br />

van die geuren" zien wy :<br />

,,van den Olijfberg des geloofs naar het nieuwe JERUZALEM Op.<br />

De man gelooft niet, maar zoodra er spraak is van een olyfberg"<br />

- een klinkend woord - van 'n geloofberg met olyven<br />

alzoo, verandert de zaak .


1 5 8<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

"En wij staan daar niet alleen . Met de gemeente van achttien eeuwen<br />

vereenigd, zien wij uit alle geslachten der menschheid de nieuwe geloovigen<br />

opklimrnen . Zij dringen om ons heen . De twaalve" - v . . . . E! - ,worden<br />

twaalf maal twaalf duizenden. De menschheid verzamelt zich . In alle<br />

talen en tongen klinkt daar hot hemelvaartslied der groote gemeente, en<br />

13, o Vader der geesten, U zij de heerlijkheid in die gemeente, door CHRIS-<br />

TUS JEZUS" -'niet : Jez. Chr. Er is zalving noodig! - ,in alle geslachten,<br />

tot in alle eeuwigheid . Anien ."<br />

Ander slot :<br />

110 dag van Pinksteren! wordt in ons verVL11d! Breek heen door do<br />

nevelen des tijds, breek door, gij groote en doorluchtige dag des Heeren .<br />

en och, of al het yolk van God profeten ware . . . .<br />

Wie zouden parterre maken, als ieder meespeelt ?<br />

11 . . . . dat God Zijnen Geest op alien gaf?"<br />

Ik vind, dat elke ouderwetsche domine zoo kan eindigen zonder<br />

z'n allerkromste rechtzinnigheid to schenden. Een ander slot :<br />

"Gerneente des levenden Gods! Verhef u en zeg net tongen als van<br />

vtiur: ,Al zou de zon veranderd worden in duisternis, en de niaan in<br />

bloed, de groote en doorluchtige dag des Heeren koint ."<br />

"En wat dan, zoolang die dag nog beidt, wat zal ons geschieden? Wat<br />

ons en onzen kinderen, bij de teekenen die de aarde beroeren kunnen?<br />

"Ecii iegelijk . . . .<br />

Let wel : ,een iegelyk" Kanadnitisch, voor : ieder<br />

de. .<br />

Een iegelijk die den naam des Heeren aanroept, zal zalig wor-<br />

Onze vriend HELLENBROEK, de bedienaar des H . Evangeliums<br />

to Rotterdam, wiens ,Voorbeeld der godlyke waarheden" voor me<br />

ligt, zou 't niet beter kunnen zeggen . En domine SCHWARTZ,<br />

die door den Geest . . en door verhooging van tractement, denk<br />

i - naar Londen geleid is, ook niet . Ander slot :<br />

"Zoo waarachtig God belt en uwe ziele" - I . . . . E jeeft, een biddend<br />

leven is een onsterfelijk leven, 't geloof in God do ontdekker der<br />

nieuwe wereld . . . .<br />

1k weet wel, dat ZAALBERG hier niet doelt op COLUMBUS of<br />

Amerika maar 't is moeilyk to zeggen, wat-i w6l bedoelt . Nu<br />

dit doet er niet toe . 't Is nu alleen OM KLANK to doen.<br />

. . . . der nieuwe wereld, het sterfbed der vromen eene poort des heine<br />

'i s en de laatste gebedstroost een gezigt van het vaderland ."<br />

Ander slot :<br />

,,0, zalig wic van de bergen komen . . . .<br />

Blykens 't voorafgaande wordt hier bedoeld ,de berg der zaliq-<br />

/tedcn" - heden sic . Ik had dus ongelyk in 387 -- „de berg des<br />

gebeds, de kruisberg. GOLGOTHA." 't Is opmerkelyk, hoe ZAALBERG


IDEEN VAN MULTATULT . 159<br />

telkens met 1('i qen in de ~v, eer is. De meesten zyner preeken eindigen<br />

op 'n berg. .Dit is de gewone valsehe poezie van menschen,<br />

die een vlak land bewonen en weinig gereisd liebben . Een berg .<br />

bony . dieht by de<br />

zil!*)<br />

l ucht . . . . by den hemel . . . . dat moet mooi<br />

,,Zalig wie van do to rgeti koinen . Met God verzoend zynde, llebben<br />

zy eeuwigen vrede. Ja, en indien ietnand in CHRISTUS is, die is een nieuw<br />

schepsel . . . .<br />

Als 't waar is, wou ik dat de oude stumperd die my m'n ontbyt<br />

brengt, in CHRISTUS raakte . Ja, en ik-zelf ook . Want m'n oogen<br />

liebben vernieuwing noodig, na 't lezen van die preeken vooral .<br />

,, . . . . een nieuw schepsel . Het oude is voorby gegaaa . Ziet, het is Mlles<br />

nieuw geworden . Amen ."<br />

0, CAMPFHUYZEN ! 0, LODENSTEIN ! 0, HELLENDOORN ! 0,<br />

SCHWARTZ ! En nu - tot slot van al die sloten - dit nog<br />

„En vast verzekerd van den kostbaren geschiedkundigen kern der<br />

Evangelien . . . .<br />

Ei . . . . vast verzekerd ? En niet gelooven toch ? . . . . Maar genoeg<br />

kommentaar . Men leze dit slot van de VIIIe preek aandachtig, en<br />

vergelyke den toon, den Hank, den galm, het dialekt van Kanaan,<br />

dat we daarin waarnemen, met de voorgewende moderne verlichtheid<br />

van onzen preekheer, of wel - dit komt over-een uit -- men<br />

vergelyke z'n wetenschap ,welker vuur al dat hoot, en al die stoppels<br />

der oude theologie verteerd hee ft" met de onverteerde en onverteerbare<br />

stoppels, die by hier z'n gemeente mee naar-huis geeft<br />

„En vast verzekerd van den kos tbaren, geschiedkundigen kern der<br />

Evangelien, en onder dell doorzigtigen sluijer der overlevering, den waren<br />

JEZVS van Galilea en Jeruzaleni, den bode van Gods vaderliefde,<br />

den Heiland van armen en zondaren, den stichter der ware Godsdienst,<br />

den lijder vol heerlijkheid erkennende, buigen wij onze knie eerbiedig,<br />

voor den Gekruisten Koniug der nenschheid . Van Hem gelooven wij al<br />

«vat, goed is . In Hem aanschouwen wij het ideaal van ons eigen leven, en<br />

dien oversten Leidsrnan tot zaligheid, lien Voleinder des geloofs, met innige<br />

liefde aanhangende, zeggen wij met de drie eerste Evangelien: deze JEZUS<br />

is de CHRISTUS, de Zaligmaker der wereld! En met het vierde : Hij is het<br />

Licht der wereld, het Brood des Levens, de Goede Herder, de Ware Wijnstok,<br />

de Deur der Schapen, de Weg, de Waarheid en het Leven, ja de<br />

Zoon van God, en de Opstanding en het Leven der menschheid ."<br />

Zoo staat er . . . . oef ! Ik vraag verlof tot ademhalen .<br />

Het einde van elke preek alzoo, en de teksten van die preeken<br />

zyn KANAANITISCH. Dat wilde ik aantoonen .<br />

En nu keer ik my tot den welmeenenden leek, die zoo gaarne<br />

wilde blyven gelooven aan de mogelykheid van oprechtheid, en<br />

*) Ik zeg daarover lets in de MILLIOENEN-STUDIEN .


1 60<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

vraag hem of dit kkn worden toegeschreven aan toeval ? Of 't<br />

een toeval wezen kan, dat de kop en de staart overal moeten worden<br />

gerangschikt onder de rubriek : kool, en dat er slechts een gedeelte<br />

van 't overige gegeven wordt aan 't arme geitje ?<br />

Zonder talent is ZAALBERG niet . Hy bezit althans het talent der<br />

klanken . Ik bedoel hiermee niet, dat ik al z'n klanken even mooi<br />

vinden zou. Dit zy verre. Maar er zyn blyken genoeg, dat onze<br />

preeker, die 't onzichtbaar koninkryk der Hemelen laat ruiken<br />

door de geloovigen, dat koninkryk zou doen vinden op 't geluid<br />

af, als hem de taak ware to-beurt gevallen, burgers, boeren, en<br />

buitenlui binnen to roepen . Zoo heeft ieder z'n specialiteit, en<br />

ieder kiest een byzonder zintuig tot bondgenoot in 't geven van<br />

den indruk die later gelden moet als opinie . (267)<br />

Nu is de theologiae doctor ZAALBERG voldoend gesehoold om<br />

den schoolregel to kennen - dit maal trouwens gebazeerd op de<br />

Natuur - dat het zwaartepunt eener verhandeling, van een betoog,<br />

of van 'n preek, behoort to liggen : in het slot . Daarin vat<br />

men te-zamen, men resumeert de denkbeelden die men wenschto<br />

to verbreiden, de overtuiging welke men in anderen trachtte overtegieten<br />

.<br />

Men kan de natuurlyke toepassing van dezen regel vinden by<br />

elke gelegenheid waar iets betoogd, beweerd of bewezen wordt .<br />

In de wiskunde - die schoone logica met cyfers en lynen, de<br />

plastiek, der waarheid - is altyd het ,quod demonstrandum<br />

Brat" de zegenspraak waarmee de bevredigde waarheidzoeker de<br />

kerk van 't gezond verstand verlaat .<br />

Wat is nu by ZAALBERG de thesis? Welk denkbeeld vervulde<br />

hem by 't zestienvoudig ,optreden" ? Wan welken aard was de<br />

gloed, die hem verteerde ?<br />

Die thesis, dat hoofddenkdeeld, die gloed was : ongeloovig,<br />

kritiseh, skeptiek, modern . . . .<br />

Indien een vriend hem gevraagd had : wat gaat ge doen ? zou<br />

hy, onvoorbereid moetende antwoorden, gezegd hebben : ,ik ga<br />

hun vertellen dat die oude sprookj es onwaar zyn . Ja, zelf s voorbereid,<br />

by zegt dit in z'n preeken .<br />

Die aandrift beheerschte ZAALBERG, en volgens de wetten der<br />

Natuur - ditmaal tevens de regelen der School - had by telkens<br />

zyn gemeente moeten laten vertrekken, onder den indruk<br />

van ontevredenheid met vorige leer .<br />

Dit doet by niet ! En vraag ik u, of er dus niet studie ligt<br />

'n leelyke studie ! - in dat overmatig bezalven van de staartjes<br />

zyner preeken ?<br />

Ja . . . . en van de koppen ook . Tekst en slot zyn overal onmodern<br />

. De arme leek die 't verstand heeft in z'n ooren, komt<br />

tevreden thuis en zegt aan vrienden en buren : „Die domine


1DEE-N VAN' -!VfTJLT,XT(TL1 . 161 .<br />

ZAALBERG is zoo slecla viet a18 ze zeyrjeii, want by hee It yesproken<br />

van IMMANUEL, van IKABOP, van CHRIS TUS -J EZUS ' den ' ZOON<br />

van God, van yoed.e Iterders, van ware wyn8tokk- en en van ' schapendeuren<br />

. . . . precies als 't 1)(!hoort in 'n lat8oen lyke preek . De man is<br />

bela8terd.<br />

1k bewys niet gaarne . Liever wek 1k op tot onderzoek en nadenken,<br />

opdat ieder-zelf de bewyzen vinde . Ik geef u na al het opgemerkte<br />

in overweging de preeken van domine Z . to toetsen<br />

aan wat ik zeide, en ben overtuigd, dat gy, als ik, de verrn .oeienis<br />

van then Sybariet zult leeren kennen .<br />

En nu de martelarv van domine ZAALBERO ! Heeft de man z'n<br />

overtuiging geboet met armoede ? Heeft-i vrouw en kind zien<br />

hongeren, omdat by waarheid verkondigde ? Is-i gesteenigd,<br />

verbrand, gevierendeeld ?<br />

0 ZAALBERG, ge kunt nog langen tyd moderne liederen zingen<br />

op kanadnitische melodic, voor gy weten zult wat het ze119 y en wil,<br />

overgeleverd to zyn aan het geloofsgericht der Nederlandsche<br />

Droogstoppels ! Zelfs 't weinige, dat JEZUS leed, en Huss, en zoo<br />

v6len die maar stierven, hebt ge niet ondervonden . Gy haalt<br />

Russ aan, gy spreekt van GALILEI als om de gemeente op to<br />

wekken tot medegevoel voor uw leed, als orn to wyzen op den moed<br />

then by noodig had, om . . . . niel, de -waarheid to zeggen . Tot het<br />

ondergaan ewer kansen op marteling, o ZAALBERG, leende ik zonder<br />

angst m'n kleinen MAX uit, als ik maar zeker was, dat ik hem we6r<br />

kreeg zonder zalf, zalving, bezalving, zalvery . . . . hoe heet het ?<br />

En dan uw nuttig desavoueeren en neusoptrekken by 't aanhalen<br />

der mannen van den Dageraad!<br />

0 ZAALBERG, onder deze mannen zyn er, die ten-koste hunner<br />

dierbaarste belangen - hoort ge ! - waarheid verkondigden, lang<br />

voor gy school gingt en toen ge nog niet eenmaal op 't denkbeeld<br />

waart gekomen, dat er andere waarheid bestond dan die ge -<br />

tot ,nh den broek over 't , buisje" - to leen kreegt van uw baker !<br />

En moogt ge nu, inziende, dat er verandering zal komen in<br />

,,den geest die ons regeert," moogt ge nu de vonkjes die gy slaat,<br />

doen voorkomen als flambouwen ? De takjes, die ge aandraagt,<br />

als een woord ? De kleine dagtaak, die ge verricht hebt als een<br />

levensarbeid? Uw kinderwimpeltjes, als een legervaan ? Uw onmoedig<br />

laf geschipper, als heldhaftigheid ?<br />

Moogt ge uw twee linker-liandschoenen uitventen als 'n<br />

paar? (2)<br />

Moogt gy steenkool mengen onder uw theologie, om deze to<br />

doen gelyken op wetenschap? Ikaboddery enn hemelsche schapedeuren<br />

onder uw wetenschap, om ze to doen lyken op geloof ?<br />

IDEEN It . 11


162 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

En vooral, moogt ge u aanstellen als-of gy de banier der<br />

WA ARUEID opstaakt, gy, in dienst en soldy der Kerk, gy die met<br />

vleermuizige voorzichtigheid uw heil zoekt joist by de grootste<br />

vyan din van het WARE, by H ALFEEID ? ( 140 volgg. 17 9, 2 71, 2 7 6) .<br />

Moogt gy dat Idles ?<br />

Gyzelf lokt uit tot beslissing dier vragen . Als wist ge, dat hierin<br />

't criterium ligt uwer officieele dominees-eerlykheid, legt ge uzelf<br />

- en ons - de formule voor, die wy nog eens, als de eenvoudigste<br />

vorm waarin de kwestie kan worden voorgesteld, herhalen<br />

Ge vraagt telkens : „ben ik geen geloovige, omdat ik niet geloo f . . . .<br />

dat . . . . dat . . . . en dat ?" (Preek II . )<br />

Daarop, en op al de vragen die ik stelde zoo-even, is maar een<br />

antwoord mogelyk : NEEN ?<br />

Dit eenvoudig neen is uw vonnis, o ZAALBERG . En tevens is<br />

't een antwoord op den brief van onzen welwillenden leek . (* )<br />

455 . 't Was vyf December . . . . ST. NIKOLAAS ! De moeder<br />

strooide zoetigheid, en zorgde dat de „kleintjes" niet zagen waar<br />

al dat lekkers van-daan kwam, om de pret van 't grabbelen to<br />

verhoogen - naar ze meende - door 't prikkelen van de nieuwsgierigheid<br />

.<br />

De moeder meende 't goed. Maar ze had ongelyk in haar veronderstelling,<br />

dat de kinderen zich zouden bezighouden met onderzoek<br />

naar de wyze waarop SINT-NIKOLAAS suikergoed kon<br />

werpen door de muren, die dik waren, of door 't venster, dat gesloten<br />

was. Want kinderen houden meer van ulevellen dan van<br />

wetenschap .<br />

's Avends laat, toen de „kleintjes" naar bed waren, beluisterden<br />

twee der ,grooteren" de moeder, die zeide<br />

Ik heb meer genot van 't strooien, dan de kinderen-zelf<br />

van hun grabbelen .<br />

*) Wie de aanmerking maken mocht, dat ik in dit stuk slechts de onoprechtheid<br />

der moderne begrippen van domine ZAALBERG heb aangetoond,<br />

en niet die der moderne richting in het algemeen, passe myne wyze van behandeling<br />

op andere studie-exemplaren toe. Ik ben overtuigd dat men<br />

overal tot dezelfde slotsom zal geraken . Dat ik ZAALBERG diet poseeren,<br />

geschiedde omdat by een der meest geruchtmakende apostelen van 't nieuwe<br />

theologische snufje geweest is . Ook MEYBOOM wordt door sommigen op den<br />

voorgrond geplaatst . Dezen bedacht ik met 'n paar woorden in 271 en 435 .<br />

Inconsequentien als die van RENAN behandelde ik in 139-142 . Zie bovendien<br />

over dezen kunstenmaker, de noot by 482 . Dat die man opgang maakt<br />

in 't onwetende Frankrijk - waar de vodjes van DUMAS fils worden aangenomen<br />

als wysgeerige orakelspreuken - laat zich begrypen . Maar dat ook<br />

elders, in Duitschland en in Holland, sommigen zich tevreden toonen met<br />

zulk geknoei . . . . 't is ergerlyk! Men voelt zieh verlegen met z'n brood, in<br />

landen waar zulke pasteitjes aftrek vinden . (1872) .


IDEEN VAN MULTATULI . 1 6 3<br />

Een der grooteren, die een goed hart had en eerl!jk was, zeide<br />

den volgenden dag tegen zyne moeder :<br />

- Lieve Moeder, ik weet nu dat gy 't zyt en niet SINT-NIKO-<br />

LA As, die op vyf December zoetigheid strooit . Ook heb ik nu vernomen,<br />

dat het geven een genot was . Ik wilde voortaan me6<br />

doen met U die geeft, en niet ]anger met de domme ,kleintjes"<br />

die nemen . Ook zou ik hun gaarne willen zeggen dat die NIKOLAAS<br />

een doode man is, en dat wy - gy en ik - levend zyn en geven.<br />

De moeder keurde dit plan goed, en zoo zou 't wezen, een volgend<br />

jaar.<br />

Maar de andere groote, die me6geluisterd had toen de moeder<br />

betuigde dat ze genot vond in 't geven, overlegde by zich-zelf :<br />

- Ik zal me houden of ik blyf gelooven aan SINT-NIKOLAAS .<br />

Anders zou myn wysheid my misschien to staan komen op verlies<br />

van recht tot me&grabbelen . . . . en zelfs zou ik kunnen genoodzaakt<br />

worden tot betaling van myn d-eel in de kosten van het feest .<br />

Ik vind die berekening niet edel, en meen dat men z'n genot<br />

moet zoeken of in geloovig grabbelen, 6f in edelmoedig oprecht<br />

meCdeelen . Maar 't hoeft niet altyd suikergoed to wezen.<br />

456 . Neen, niet altyd suikergoed! Het kan kleur ook zyn .<br />

Dit blykt uit de volgende vertelling .<br />

Een kind meende, dat er verf was to verlixygen uit (ten regenboog,<br />

en daar 't hemzelf wat v6r scheen, verzocht-i een ouder<br />

broeder, die verf voor hem to halen. Hy beloofde daarvoor ten<br />

loon, de helft van van zyn speelgoed .<br />

De ouder broeder ging op-weg, en vernam al zeer spoedig, dat<br />

goon kleursel to ga6ren was uit nevel . Maar by nam zich terstond<br />

voor, die nieuwe wetenschap geheim to houden voor z'n broertje,<br />

om niet z'n deel to verliezen aan het speelgoed .<br />

Hy vond 'n stukje verweerd glas . Dit maakte by vochtig en<br />

zeide den kleine, dat deze vochtigheid de verf was, die by had opgevangen<br />

van den regenboog .<br />

Het kind, de kleur van 't glas nemende voor die van 't vocht,<br />

was teleurgesteld . Want mooi zyn zulke verweerde kleuren niet .<br />

Maar Loch betaalde by 't beloofde loon, wyl z'n broeder -- naar<br />

diens zeggen - de verf had gehaald van zoo ver .<br />

457 . Welk soort van verf de dominoes by de Gerelormeerden,<br />

by de Remonstranten, by de Doopsgezinden, enz . enz . beloven me6te<br />

brengen van den nevelboog der oude theologie, weet ik niet .<br />

Zeker is 't dat men hun geen tractement toelegt om verweerd<br />

glas to leveren. Maar ik ben in 't bezit van 't ordinatie formulier<br />

per Evangelisch Luthersche gemeente, en wat de hoo/d-zaken<br />

aangaat, zal de instructie der andere heeren wel nagenoeg overeenkomen<br />

met de belofte die 'n Luthersch predikant aflegt, voor


1 64 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

hem 'n deel wordt toegezegd van 't speelgoed der gemeente .<br />

Die belofte luidt aldus<br />

Ik ondergeschrevene verklaar bij deze opregtelijk : dat ik tot de Evangelie-verkondiging<br />

in de Nederlandsche Evangeliesch-Luthersche Kerk<br />

toegelaten, de belangen van het Christendom in het algemeen, als van<br />

het Nederlandsch Evangelisch-Luthersch Kerkgenootschap in het bijzonder,<br />

door leer en wandel, zorgvuldig zal behartigen ; dat ik de leer,<br />

welke, overeenkomstig met Gods Heilig woord, in de aangenomen Symbolische<br />

Boeken der Evangelisch-Luthersche Kerk is vervat, ter goeder<br />

trouw aanneme en hartelijk geloove, dat ik Christus en Christendom<br />

getrotiw en naarstig zal prediken naar de Schrift ; dat ik op de bevordering<br />

van godsdienstige kennis, christelijke zeden, orde en eendracht mij<br />

met alien ijver zal toeleggen, verbindende ik mij bij deze mijne handteekening,<br />

tot al het voorgeschrevene en om, zoo ik bevonden mogt worden<br />

tegen eenig gedeelte van deze verklaring en belofte gehandeld to hebben,<br />

deswege mij to zullen onderwerpen aan de uitspraken der bevoegde kerkelijke<br />

besturen .<br />

Is dit duidelyk ? My dunkt j a !<br />

Ik neem voor ditmaal afscheid van de zaalbergery, met de<br />

woorden, die de eerwaarde predikant LUDWIG LENTZ den theologiae<br />

professor LOMAN toeroept<br />

II Niemand zwingt dich, das Predigt-Amt in unserer Kirche zu begehren ;<br />

kannst du, definer Ueberzeugung gemasz, Christum and Christenthum<br />

nicht predigen nach der Schri f t, sondern nur nach „den eischen van hoof d<br />

en hart der thans levenden" also nach dem Winde des stets wechselnden<br />

Volks- and Zeitgeistes, geht seine Stroming auch gegen das biblische<br />

Christenthum, wohlan! so suche dir einen Wirkungskreis ausser der Kirche,<br />

die bis jetzt noch den ebenen Grund der Propheten and Apostel,<br />

da Christus der Eckstein ist . Eph . II : 20), den schwindelnden H ohen der<br />

sogenannten Wissenschaft vorzieht ."<br />

458 . Ik kryg daar een brief van JAN DE WITT . De man is<br />

boos, omdat ik, naar by beweert, in 45 2 hem verward heb met<br />

' n . . . . nicht - geloof ik -die burgemeester-pensionaris van<br />

Dordrecht geweest is . Ook zegt-i dat ik veel fouten maak van<br />

then aard, onder anderen in 135, waar ik den heer THORBECKE<br />

laat afvaardigen door KRALINGEN . Dit moet, geloof ik, URK of<br />

SOHOKLAND wezen . Ik beken myn verregaande onwetendheid, en<br />

zou geheel verlegen zyn als ik byv, den naam moest noemen van<br />

den Staten-bode, die, op 21 Juni 1672, des avends to half elf<br />

DE WITT vergezelde, toen deze, by 't verlaten der vergaderkamer<br />

van de Hollandsche Staten, werd aangevallen door CORNELIS<br />

DE BRUYN, PIETER DE GRAEFF, en ADOLF BORREBACH . Ook weet<br />

ik den naam niet van den beul, die 't vonnis uitvoerde - onthoof -<br />

ding', - dat, ten-zoen van dit - feit, onder DE WITT'S invloed,<br />

werd uitgesproken tegen JAKOB DE GRAEFF, den broeder van een<br />

der daders . Er is veel, zeer veel, dat ik niet weet. Ik kan zelfs aan<br />

't nageslacht niet meedeelen, hoe de dragonders heetten die ge-


IDEEN VAN MULTATULI . 1 65<br />

durende de heuchelyke Novemberfeesten van 1866 in last hadden<br />

den heer THORBECKE to beschermen tegen a] to nadrukkelyke<br />

uiting der volksliefde . Ook is 't my onmogelyk die behoefte aan bescherming<br />

over-een to brengen met de populariteit van iemand,<br />

wiens aanzien 't product wezen zou van de kieswetterig uitgedrukte<br />

vox populi. Eens-voor-al ik erken zoo weinig to wezen . . . .<br />

dat ik me byna ryp voel voor hollandsch minister, of voor schryver<br />

van staatskunstige auteurs-levensgangen. Dus : THORBECKE is<br />

nia van KRALINGEN, en de burgemeester van Dord of Schiedam<br />

- ik weet niet recht - heette CORNELIS, of zoo-iets, en de<br />

andere oudnicht hette JAN . Nu weten wy 't eens-voor-altyd<br />

hoop ik.<br />

Het vleesch is nog altyd zeer duur .<br />

459 . Kunst -- in hoogen zin - is een der krachtigste middelen<br />

tot het opwekken van schoonheidsgevoel . Dat is : ter veredeling.<br />

Dat is : tot oefening in de bekwaamheid om to genieten .<br />

Dat is : om deugdzaam to wezen . Dat is : to naderen aan geluk.<br />

Regeerders, die meenen dat kunst Been regeeringszaak is * )<br />

taken 't regeeren tot 'n kunstje .<br />

460 . Er zyn weinig fouten -- ja, misschien geene die niet<br />

voortkomen uit luiheid .<br />

"1) Dit namelyk was door deal heer TRORBECKE beweerd . Missehieii heeft<br />

by zich aiiders uitgedrukt dais z'n bedoeling was, schoon de dorheid dezer<br />

neening geheel strookt n et. d e wyze waarop by zich in andere opzichten<br />

deed kennen .<br />

Floe dit zy, ik beweer geenszins dat de Kwnst by den Staa t in den kost<br />

uroet besteed worden . Officieele broeiery houd ik voor iiadeelig ((;40,<br />

630) . M-laar wel is 't de plicht der regeering hunst en schoonheidsgevoel optenenren<br />

in den kring van staathuishoudkundige yeyevens . Pit wordt ook<br />

door de economisten to veel over het hoofd gezien, en 't is wet treurig dat<br />

men naast den boor die 'n aardappel heeft . . . . laten groeien, zoo heel nederig<br />

een plaatsje vragen moet voor een artist, die Jan tool ook waarde<br />

heeft voortgebracht. De enorme prysverhooging die 'ri stuk yzer ondergaat<br />

door het to veranderen in horlogeveeren, is bekend . Toch is de daaraan<br />

besteedde arbeid grootendeels slechts van fabriekmatigen aard . Ik dring<br />

aan op den staathuishoudkundigen eerbied voor de inspanning van den kunstenaa.r,<br />

in wiens voortbrengsels het verschil der waarde van grondstof en<br />

hei~ , erkt artikel veel grooter is .<br />

En ook in andere opzichten is de barre opinie vary den heer TH . to veroordeelen<br />

. Geest, smack, kunstgevoel, genialit .eit -- 't woord wordt hedenten-dage<br />

allertreurigst misbruikt ---- en zelfs genie . . . . al die hoedanigheden<br />

hevntden zich tegenwoordig waarlyk niet in bloeienden toestand . Mag ran<br />

'n minister zyn otlicieel standpunt rnisbruiken, om eon nninachtend stempel<br />

to zet-ten op de veroordeelen der Kappellui ? ,Kunst is geen Regeeringszaak''<br />

zegt gy - koffi en suiker wel, niet waar ?--,A, elnu, Mr . THORBECKE, ik<br />

hiehl altyd het regeeren voor iets zeer moeielyks, dock naar de wyze waarop<br />

gy u afrnaakt van die teak, komn ik tot de overtuiging dat uw regeeren -- zoo<br />

regeeren -- geen kunst is . (1872)


1 66 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

461 . De traagheid der Natuur is onwil om to veranderen van<br />

beweging, of om daarmee optehouden. De traagheid van onzen<br />

geest is gewoonlyk onwil om to bewegen .<br />

462 . Niet begrypen is 'n verkeerde gewoonte .<br />

463 . Meer-weten en minder-weten liggen zeer naby elkander .<br />

(462) Maar er is groot verschil in het toepassen van 't weinige,<br />

dat wy weten .<br />

464 . Missehien weten wy allen juist evenveel. Er zal wel iets<br />

als horror vacui wezen in ons gemoed. Doch gewoonlyk wordt<br />

dit vacuum gevuld met onnoodig vulsel . Toen ik 'n kleine jongen<br />

was, kende ik al de namen der koningen van Juda en Israel . Nu<br />

weet ik waar de drukker woont, die straks dit IDES zal op de<br />

pers leggen . Dat wist ik toen niet . ARISTOTELES wist dingen,<br />

die MAx niet weet. Maar MAx weet waar de beste taartjes tekoop<br />

zyn, en hoe by z'n moeder moet belezen om er een to krygen.<br />

Dit wilt ARISTOTELES weer niet. CICERO wilt niet wat er na z'n<br />

dood gebeuren zou met z'n hoofd . Nu weet dit elke latynsche<br />

schoolj ongen, die weer op zyn beurt niet veel weet de of ficiis of<br />

de oratore, en waarschynlyk heel verlegen zou hebben gestaan<br />

tegen-over VERRES . Later, als by iets weten zal van plichten,<br />

redenary, en van landvoogden die ter verantwoording moeten<br />

geroepen worden, zal-i misschien weer vergeten hebben waar de<br />

beste taartjes to koop waren .<br />

Ik vrees, ik vrees, dat wy maar ruimte genoeg hebben voor<br />

een bepaald quantum.<br />

Als dit waar is noem ik 't zeer verdrietig . Maar 't is een spoorslag<br />

te-meer, om nauwkeurig to letten op hoedanigheid, rangschikking<br />

en gebruik der goederen die we inslaan in 't bekrompen<br />

magazyn.<br />

465 . - M'nheer, ik ben 't niet met u eens . . . .<br />

Ik dank u. Ik dacht wel, dat ik de waarheid zeide . Maar<br />

't is aangenaam daarvan nu-en-dan een nieuw blyk to vinden .<br />

466 . - M'nheer, ik ben 't niet met u eens . . . .<br />

Zyt ge in Egypte geweest ? . . . .<br />

Neen.<br />

Waarom niet ?<br />

Wel . . . . ik ben nooit daarheen gegaan .<br />

Juist . Als gy den weg hadt afgelegd, then ik heb afgelegd,<br />

zoudt ge in Egypte geweest zyn . Tot zoo-lang, is uw opmerking<br />

dat ge daar niet geweest zyt, vry onbelangryk .<br />

467 . M'nheer ik ben 't niet met u eens . . . .


IDEEN VAN MVLTATULI . 1 67<br />

- Heel natuurlyk . Gy zyt, het eens" melt de meerderheid .<br />

-Draagt ge 's nachts een slaapinuts ?<br />

__ Ja . . . .<br />

-Met 'n piaim<br />

- Ja . . . . een groote! M'n vrouw zegt, dat-i me byzonder<br />

goed staat . . . .<br />

Ziedaar de reden, van uw ,niet-eens" zyn met my . Ik draag<br />

geen slaapmuts, weetge . En gy hehoort tot de eenszynige klasse<br />

der velen, die wel mutsen dragen . . . . met of zonder pluim dan .<br />

468 . - M'nheer, ik ben 't niet met u eens .<br />

- De oude heer KAPPELMAN ook niet. (73)<br />

469 . M'nheer, ik ben 't niet met u eens . . . .<br />

- Waarlyk ? Nu ik wensch u - en myzelf vooral! - continuatie<br />

van on-eensheid .<br />

470 . -- M'nheer ik ben 't niet met u eens . . . .<br />

Vreeselyk ! Zoudt gy 't met my 66,ns willen zyn . .e<br />

0, volstrekt niet !<br />

Welnu, dan hebt ge.'niet<br />

to klagen. Verheug u in 't bezit<br />

eener opinie die u past .<br />

'<br />

471 . - M'n heer, ik ben 't niet met u eens<br />

Afschuwelyk! Zoudt gy 't met my eens willen zyn ?<br />

Gaarne! Als ik maar begreep<br />

Zeer goed . Gy wilt begrypen . Dit is eene edele wil, want<br />

begrypen is genot, en genot is deugd. Welnu, om dan to beginnen<br />

met<br />

- Excuseer, ,ik moet naar de beers . . . .<br />

„ik moet naar Artis . . . .<br />

„ik moet naar de societeit . . . .<br />

„ik moet naar de kerk . . . .<br />

„ik ga m'n hond dresseeren . . . .<br />

I A heb 'n alspraak met den jongen Kappelman . . .<br />

dus later! Au revoir . . . .<br />

- Neen : adieu!<br />

472. - M'nheer, ik ben 't niet met u eens . . .<br />

- Yselyk ! Zoudt ge 't met my eens willen zyn ?<br />

- Zeer gaarne . Als ik maar begreep . . .<br />

-- Zeer wel . Ge wilt begrypen. Dit is 'n edele wil, want begry -<br />

pen is genot en genot is deugd . Welnu, om dan to beginnen<br />

met . . . Maar voor-af dit : als ge zult begrepen hebben, wat ontvang<br />

ik dan voor uw ,Ah . . . z66 . . . ei ?"<br />

Wat ge er voor ontvangt ? Moet daarvoor betaald worden<br />

Door u, ja ! En vollen prys nog wel . Want anders vrees


1 6 8 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

ik dat gy met de waarheid zult doen, wat er geschiedt met entrees<br />

de f aveur van een schouwburg. Ze worden door Jan-Rap<br />

op straat verschacherd tegen kwartgeld, en dat deprecieert ,het<br />

Auk" Ik houd u voor iemand die 'n discipel van JEZUS zou geworden<br />

zyn, alleen om wat to verdienen aan 't uitventen van<br />

zyn bergrede du jour . „Burgers, boeren en buitenlui . . . ziet-hier 't<br />

nieuwste nieuws dat de dwaas van Nazareth gezegd heef t !" En<br />

als de man gezwegen had, then dag, zoudt ge in-staat zyn uw<br />

eigen nieuws in de plaats to geven, liever dan neen-verkoopen .<br />

473. M'nheer ik ben 't niet met u eens . . .<br />

Nog iets ?<br />

Ja . . .Ik kom u verzoeken dat to laten drukken, met m'n<br />

naam er by.<br />

Wat ? Dat ge 't niet met my eens zyt ?<br />

Ja, M'nheer. Ziehier waarom . Myne moeder bakt oliekoeken,<br />

en ik denk dat ze veel of trek hebben zal, als men verneemt<br />

dat ze een noon heef t die 't niet met u eens is . . .<br />

Is uw moeder arm ?<br />

Haar grootste rykdom bestaat in 'r kroost, en ik ben haar<br />

eenig kind . . .<br />

Arme vrouw ! M'nheer, ik zal doen wat ge vraagt. Mag<br />

ik uw naam weten ? Die moet er by, anders helpt de true niet .<br />

-- Myn naam is KAPPELMAN, m'nheer .<br />

Van de familie KAPPELMAN die ik wel-eens ontmoet heb,<br />

hier-en-daar ?<br />

Ja, m'nheer.<br />

Ik heb juist zoo-even allerlei brieven van uwe ooms, vaders,<br />

neven . Benz. gekregen. Ze vragen allemaal wat gy vraagt. Er schynen<br />

veel oliekoek-neringen in uw f amilie behoef to to hebben aan<br />

reelame .<br />

474 . -- M'nheer, ik heb my bedacht . Zou, 't voor het debiet<br />

van m'n moeders baksel ook misschien beter zyn, als u - met<br />

m'n naam er by altoos, want daarop komt het voornamelyk<br />

aan - als u schreef, dat ik 't wet met u eens was?<br />

Lieve KAPPELMAN, dat kan niet. Dan verlies ik meer aan<br />

reputatie, dan uw mama by 't meeste succes kan winnen op 'r<br />

oliekoeken?<br />

475 . Krygskunde is lafhartigheid met rang van wetenschap .<br />

Om de waarheid van dit InEE to betoogen, zoude ik eene ,Geschiedenis<br />

van den Oorlog" moeten schryven . D'ici-ld beveel ik het kritisch lezen van<br />

alle vechtrapporten ten-zeerste aan . Ze dragen den stempel der onwaarheid<br />

op 't voorhoofd . Zie daarover de noot op blz . 123 van dit deel . Niet door<br />

- zeer onpraktische ! -,,Vredebonden" an de oorlog worden voorkomen<br />

of zeldzaam gemaakt . Dit euvel moet bestreden worden door oe-


L1)EEN VAN MULTATUL1 . 1.69<br />

fening in lezen. Zoodra ieder lezen kan, zullen de vechtrap porten Met meer<br />

zoo onnoozel als waar worden aangenomen, en dais is 't met de militaire<br />

glorie gedaa.n . (1872)<br />

476 .<br />

Takken, likdoorns en harten groeien tegen 't mes in .<br />

477. Wie niet werkt, zal niet eten zei 'n apostel . En by at .<br />

Maar dat was ook al 't werk dat-i deed .<br />

478. Wie niet werkt, zal niet eten zei 'n economist. En 't hongerlydend<br />

yolk antwoordde : ,wie niet eet, kn-n niet werken .<br />

479 . Wie' niet werkt, zal niet eten zei 'n staatskunstemaker .<br />

En by beschreef z'n politieke loopbaan .<br />

480 . Wie niet werkt, zal, niet eten zei 'n minister . En de arbeiders<br />

die leeg-liepen antwoordden : Wie 't werken RELET ., evenmin ."<br />

481 . Ue fleet werkt, zal niet etcn zei 'n inoralist in effecten .<br />

En b y kocht integralen .<br />

482 . Op zeker veld zag 't 'r woest uit . Err groeide niets dan<br />

doornen . Daar kwamen mannen, die de moeite van zwaren arbeid<br />

niet schuwden en niet bevreesd waren voor de wonden die hun<br />

de dorens reten in bet vleesch . Zy arbeidden in dat veld met ploeg<br />

en spade, en wisten 't na veel inspanning zoover to brengen, dat<br />

or eindelyk iets bruikbaars groeide op 'n terrein, dat vroeger niets<br />

opbracht . Of altans, er was nuhoop dat er weldra iets groeien zen .<br />

f )nder den arbeid waren ze lastig gevallen door de voorbygangers,<br />

die boos waren over de vlyt der arbeiders, omdat daarin<br />

naar ze meenden ik vind dit ook -- een stomme veroordeeling<br />

lag van hunne traagheid . Haar dat zy de wi- erklui hinderden in<br />

hun arbeid, wordt verklaard, dock niet gerechtvaardigd. door<br />

die meening . Veel-min nog dat ze met steenen wierpen, en met<br />

allerlei. Want niets-doen, en dan nag lastig wezen voor anderen<br />

die_ wel wat doers- , is 'n dubbel kwaad .<br />

,ti adat alzoo nle arbeiders in bet veld zich hadden afgetobd<br />

nit bestwil . . . . nadat ze zich hadden verheugd in 't vooruitzicht<br />

weldra vrucht to zien van hun werk . . . . nadat ze zelfs besloten<br />

hadden een deel der opbrengst of to s taan aan de menschen-zelf<br />

die hun arbeid hadden bemoeilykt door smaad . . . . zaten ze op<br />

zekeren avond, na volbrachte dagt-aak, to rusten. Ze wischten<br />

zich het zweet van bet voorhoofd, en zagen een man naderen,<br />

die voor z'n pleizier reisde .<br />

Hy zag de arbeiders niet . besefte niet hoeveel inoeite er noodig<br />

was geweest, oni 't veld dal b y naderde, to brengen tot den staat,


1 7 0 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

waarin by 't vond, maar . . . . wel bukte by zich, en plukte 'n boter .<br />

bloempje, dat zeer dicht by den weg op 't geploegde veld groeide,<br />

en zonder inspanning to vatten was met de hand .<br />

Hy riep allen die by ontmoette by-elkaer, toonde hun 't onnoozel<br />

bloempje, en zei, dat het de groote Victoria regia veritatis<br />

was, waarnaar zooveel botanisten al lang zochten .<br />

Het yolk geloofde hem terstond, omdat het een leugen was .<br />

Of liever, omdat-i de leugen zeide op 'n aangenamen toon . En hyzelf<br />

geloofde misschien, dat by de waarheid sprak, want zeer sterk<br />

in de botanie was by niet .<br />

De ware naam van 't bloempje was :<br />

,het leven van Jezus"<br />

en die pleizier-reiziger heette : ERNEST RENAN, dilettant-botanist<br />

van beroep .<br />

De namen van de arbeiders waren : JEAN MESLIER, Rous-<br />

SEAU, VOLTAIRE, DIDEROT, D'ALEMBERT o, zeer velen die<br />

braaf hadden meegewerkt, vroeger en in onzen tyd* )<br />

En, lezer, ook in ons land ligt zoo'n veld . Ook ten-onzent worcit<br />

er gearbeid. Ook in Nederland worden de werklieden gesmaad<br />

en belasterd . In de noot onder deze bladzy vindt ge meerendeels<br />

vreemde namen . Maar SPINOZA geldt voor velen! Ook bevat die<br />

zeer onvolledige lyst, voor 'n groot gedeelte, namen uit vroeger<br />

tyd. 't Is myn schuld niet, dat ik niet leefde in 17 - of 1800, om<br />

toen to verkondigen wat eerst nu begint erkend to worden door<br />

't beste gedeelte der menschheid, dat namelyk die mannen zich<br />

hebben verdienstelyk gemaakt omtrent het menschelyk geslacht .<br />

*) Voor de hand weggrypende, en zonder aanspraak to maken op volledigheid,<br />

of chronologische orde noem ik<br />

Uit Frankryk: MONTAIGNE, DESCARTES, GASSENDI, LA METTRIE, ST . LAM-<br />

BERT, HOLBACH, HELVETIUS, BOULANGER, SYLVAIN MARECHAL, FRERET,<br />

DULAURE, Dupuis, VOLNEY, NAIGEON, LALANDE, DE POTTER, J . SALVADOR,<br />

REGHELLINI, GUEPIN, BOUVIER, CLAVEL, COHEN, LARROQUE, CH . POTVIN,<br />

PAUL RENAND, A. ERDAN, POULIN . . . .<br />

Uit Enqeland : BLOUNT, TOLAND, BOLINGBROKE, HORBES, WOOLSTON,<br />

ROBERT TAYLOR, ROBERT OWEN, ROBERT COOPER, HOLYOAKE, BRAD-<br />

SHAW, DE FLEURIhRE, LOGAN MITCHELL, W . J. BIRCH, BROOKSBANK . . . .<br />

Uit Duitschland : LESSING, C . F . BAUR, LUTSELBERGER, GHILLANY, DAU-<br />

HER, VENTURINI, STRAUSS, BRUNO, BAUER, SCHOLL, RADENHAUSEN, BRAUN,<br />

NORK, NOACK, RUMPF, BALZER, UHLICH, H . HAU, REIMARUS, FEUERBACH,<br />

SCHOPPENHAUER, E. M . HEILBUTT, (schryver, van de : Geschichte des RABBI<br />

JESCHUA ben JOSZOF HANOOTZRI ? . . . .<br />

Uit Amerika : THOMAS PAINE, J . S . HITTELL, PALMER, JOSEPH BARKER .<br />

Uit Holland : SPINOZA . (Zie VAN VLOTEN'S BARUCH D'ESPINOZA .<br />

En ik vergat nog MOLENSCHOT, CZOLBE, \TOGT, HUDSON, TUTTLE,<br />

B UCHNER . . . .<br />

0, die lyst zou lang worden . . . .<br />

Of ik alles eens ben met die manner ? Dit is de vraag I det . I k bent 't mete<br />

lien eens, in zoo verre als ze den moed hadden, to ontderzoeken ., en de vruchteu<br />

van dat onderzoek to toonen . (1864)


IDEEN VAN MULTATULT . <strong>171</strong><br />

Nlaar w6l kan ik den nazaat ter-hulp koinen als-i onderzoekt<br />

wie in onzen tyd, in on8 land, zorg-dragen olie to gieten in de lamp<br />

die de menschheid verlicht .<br />

En al is niet altyd die olie sa6mgesteld uit de tranen en verzuchtingen<br />

van den martelaar *) toch vloeiden er druppelen zweets<br />

in de schaal, t, ,-)ch was er moed noodig om die omhoog to houden<br />

in 't gedrang der menigte, die liclit begeert, maar haat voelt en<br />

vyandschap openbaart tegen wie dat licht ontstaken .<br />

Ik wil met eerbied de namen noemen van sommigen onder ons,<br />

die smaad verdragen om den wille der waarheid . En ik doe dit<br />

te-liever, omdat onlangs een theologiscliee kunstenmaker met<br />

halve wetenschap en kwart geloof, op die mannen heeft gezin -<br />

speeld met mislukte verachting .<br />

Ik noem ARAMALDI, ALEXANDER D . M ., H, J. BERLIN, S.<br />

BRAKEL, F. GUNST, LACH74t, Mr . A . J . NIEUWENHUIS, Dr . S . P.<br />

SCHELTEMA, Mr . A . F. SIFFLE, TIMOTHEUS, TITUS, THOMAS, VAN DE<br />

DER VALK (gewezen zendeling), Dr. J VAN VLOTEN, VAN DER VOO,<br />

QUINTILIANUS, RUDOLF CHARLES, (R . C . MEYER, myn uitgever,<br />

ten-rechte : R . C . D' ABLAING VAN GIESSENBURG .) Ik vraag vergeving<br />

aan de velen die eene eervolle plaats innemen in dit legioell,<br />

maar wier namen ik oversloeg om niet al to uitvoerig to wezen .<br />

En uw naamm breng ik in herinnering, breeder DAG, JUNIGHTTHN,<br />

geoloog, botanist, denker ! t)<br />

En wie meenen mocht, dat er gebrek aan bloed blykt uit het<br />

verbergen van namen onder pseudonymen, bedenke eerstens : dat<br />

die pseudonymen voor 't meerendeel leuzen zyn, die wel verre<br />

van iets to bedekken of to verbergen, juist dienen tot hoog-gehouden<br />

vaandel, waarop de vyand mikt . Ten-andere : dat velen,<br />

dier stryders vrouw en kind hebben, welke niet als myn vrouw,<br />

niet als myn kinderen moed en kracht bezitten tot hl to zware<br />

ontbering . En waar dit ontbreekt, is het misschien to vergeven --begrypelyk<br />

zeker! -- dat men 't plicht acht z'n gezin te beschermen<br />

tegen de auto-da-le"s, die de wereld gereed houdt als kwaadaardig<br />

loon voor ontvangen weldaad .<br />

Vat overigens moed aangaat vrouwen en meisjes gaan u<br />

voor, gy half-mannen met knevels , en ringbaard! MARIE ANDER-<br />

SON - gewezen leerling van den schipperenden ZAALBERG --geeft<br />

haar geachten naam onbeschroomd en pi^iture om getuigenis<br />

to g aeven even van haar eerlyk ongeloof. En er staan v6le meisjes, v661<br />

plenrs et wo., soupirs soot l'huile de la lampe<br />

Qve Dien vovs fail porter devoid Chumanite !<br />

1)E LAMARTINF-<br />

t) Men leze zyne Ltcht- en &haduwbeelden uit de binnenlanden van Java,<br />

uitgegeven by GUNST, thans verkrygbaar by H . 11 . HiTISTAIAN, to Amsterdam .<br />

JUNIGHUHN heeft ook belaugr0oo geologische weaken geschreven . (1872)<br />

1 1 1


172 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

vrouwen, gereed om openlyk to protesteeren tegen 't kinderachtig<br />

maar oprecht gefabel van vroeger . . . . tegen 't oneerlyk 'geknoei<br />

van van-daag . Ze worden niet weerhouden - als mannen<br />

gewoon zyn - door vrees voor 't noemen van de waarheid, maar<br />

door schr, oom, dat ze wellicht zich zouden blootstellen aan kritiek<br />

uit 'n oogpunt van letterkunde . En zoodra ik 't noodig oordeel<br />

zal by velen die schroom wyken voor de aandrift om openlyk<br />

to worden meegenoemd onder de personen, die in onzen kl einen<br />

tyd durfden streven naar iets grooters .<br />

Er zouden boekdeelen to vullen zyn met kommentaar op dit nummer,<br />

vooral naar aanleiding van al de namen die ik noemde in de noot op biz .<br />

176 en 177 . Uit plaatsgebrek bepaal ik my tot een paar opmerkingen.<br />

By het nagaan van den weg dien de meeste arbeiders op het veld van<br />

onafhankelyk denken hebben afgelegd, heeft men reden tot verwondering<br />

dat byna alien, na eenmaal zich z66 ver to hebben verwyderd van 't gebaand<br />

pad, niet nog eenige stappen verder durfden gaan . Zelfs van den<br />

achtenswaardigen SPINOZA komt het my niet uitgemaakt voor, dat by<br />

een doordenker was, gelyk by door DR . VAN VLOTEN genoemd wordt . Ik<br />

erken evenwel dat by al z'n tydgenooten, en de meesten zyner opvolgers<br />

verre voorby streefde .<br />

JEAN MESLIER, de pastoor van Estrepigny en But, is minder bekend dan<br />

by verdient. Ik beveel de lezing van zyn Testament du cure MESLIER, dat<br />

naar 't honderdjarig handschrift voor 't eerst werd uitgegeven door de<br />

firma R . C . MEYER to Amsterdam, ten-zeerste aan . 't Is een litterarische en<br />

antitheologische curiositeit . Men zal daaruit o .a. ontwaren hoe VOLTAIRE<br />

dien man geplunderd heeft . Ook als historische bydrage is dat Testament<br />

belangryk, wyl daauit blyken kan wat er in sommige gemoederen omging,<br />

v66r 't uitbreken der Fransche Revolutie . 0, wanneer eens al onze dominees<br />

zoo'n uitersten wil nalieten !<br />

RENAN heb ik met een nootje bedacht by 140, en ik kom hier slechts op<br />

hem terug, om to klagen over de verdrietige hebbelykheid waarmee wy<br />

onbeduidende voortbrengsels van de vreemde pers verheffen, met terugzetting<br />

van Nederlandsche arbeiders op het gebied der gedachte . De oorzaken<br />

van die zeer oneerlyke fout zyn vele . Het doodzwygen komt veelal<br />

voort uit kleinsteedsheid .<br />

Onder andere redenen - die ik nu voorby ga, doch waarop ik hoop terug<br />

to komen - wys ik ter-loops op zekere eigenaardigheden onzer dagbladsclhryvers,<br />

wier luiheid, onbekwaarnheid, afgunst en gebrek aan moed,<br />

voor een ,root deel oorzaak zyn dat die infarnie tenonzent zoo welig tiert .<br />

Om met zekeren schyn van eruditie melding to maken van buitenlandsch<br />

gesehryf, behoeft men slechts wat kritiek - en reclame ! uit vreemde<br />

bladen overtenemen. De beoordeeling van een Hollandsch werk zou . . . .<br />

oordeel vereischen. Het onlangs verschenen boek van Dr . FERINGA, Democratie<br />

en yl'etenschap, een werk waarin de auteur zich als onafhankelyk<br />

denker openbaart, en dat dan toch eene ample bespreking overwaardig<br />

is, wordt op zeer weinige loffelyke uitzonderingen na, door de Nederlandsche<br />

pers geignoreerd .<br />

In-plaats eener flinke beoordeeling dier belangryke publicatie, worden<br />

wy dagelyks onthaald op de mededeeling dat de beer John LEMOINNE<br />

iets verzekerd heeft, dat de heer LOUIS ULBACH betoogt, dat de heer RIEN-<br />

DUTOUT beweert, dat de beer NOBODYRNOWS voorspelt, dat de heel , NoEs-<br />

NADA uiteenzet, dat de heer GARNICHTS hoest, en dat de heel' ENIENTE


IDEEN VAN MULTATVL1 . 173<br />

inisschien van voornernen " .on kunnen zyn z'n neus to snuiten . . . .<br />

Al die onbekendo grootheden hebben de tai tst,-kend"' , verdienste van een<br />

doode : ze staan onzen daghladschryvertjes en tydschriftmannen niet<br />

in den weg . (657) .<br />

Pat eindeloos citeeren en behandelen van buitenlandsch product biedt<br />

nog 'n ander gemak aan. Men hehoeft by 't aanhalenn der hoest- en niesbuien<br />

van den vreemdeling niet zoo angstvallig to onderzoeken of de verkondigde<br />

tiitwerp-,els ive.1 behoorlyk passen in 't lystje der party van het<br />

"blad" . Zip-,-Iam' ILIHIH-1, onbekwaamheid, Wade trouw, afgunst ! Is 't<br />

niet armzalig ? (1872)<br />

483 . Een kapel zweefde hoog, hoog in de lucht . . . .<br />

- Lieve FANCY, ik ken die vertelling . (261)<br />

-- Ik geloof het niet . Luister . Een kapel zweefde hoog, hoog<br />

in de lucht. Ze genoot hare vryheid, haar schoonheid, en vooral<br />

verlustigde zy zich in 't aan8chouwen van alles wat onder haar<br />

was . Ze riep hare zusters toe om-hoog to komen, maar deze weigerden<br />

wyl ze den honig niet wilden verlaten, die beneden was .<br />

Doch zy wilde niet dalen omdat zy vreesde vertrapt to worden<br />

door lompe hoeven. Daar ze evenwel gelyke behoefte had aan honig<br />

als andere vlinders, vloog ze naar een berg waar schoone<br />

bloemen groeien, en die to steil is voor ezels ' . Hier fladderde zy<br />

vroolyk en ga6rde veel honig, en was dankbaar, dat het ryzen<br />

der bloemen haar 't verdrietige dalen bespaard had . En als<br />

ze een harer zusters beneden al to dicht zag naderen aan het<br />

spoor op den weg, waar zooveel gezonken vlinders worden vertrapt<br />

. . . . dan trachtte zy to waarschuwen zooveel ze kon, door<br />

trilling van haar vlerkjes .<br />

Maar dit wend niet opgemerkt. Jazelfs, de vlinder op den berg<br />

werd in 't geheel niet gezien door hare zusters beneden, omdat<br />

dezen zich alleen bezighielden met hot gaeren van honig in de<br />

laagte, en niet wiste -ri dal, er ook bloemen groeiden daarboven,<br />

484 . Honig ? Zoetioheid ? Heb 1k zoeten honig verzameld eii<br />

gegeven in de laatste blade_ ? Was 't niet alsem veeWer ?<br />

Ja, bitterheid . . . . omdat het inoest . Is 't myn schuld ?<br />

Kan ik het helpen, dat er zooveel giftplanten opschieten om<br />

my been ? Planten, die Ltitgerukt moeten worden met den wortel<br />

als 't mogelyk is . . . . op 't gevaa,,r af, beschuldigd to worden, van<br />

lust in uitrukken ?<br />

Is de landman, die den akker zuivert of tracht to zuiveren<br />

van onkruid, eon vriend van dat onkruid .<br />

En als-i de uitgetrokken stoppels verzamelt en tot bossen bindt,<br />

om die to verbranden, ligt er dan wreedheid in zyn yver ?<br />

Is niet veel-eer z'n vernietigings-oorlog tegen Avoekerplant en<br />

onkruid, hlyk van betamelyke zorg voor 't graan.


1 7 4 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Is niet stryd tegen dwaling stryd voor waarheid ? Oorlog tegen<br />

't kwaad, bescherming van het goede ?<br />

Zoo meen ik .<br />

En wie zich door 't nalezen der 69ste bladzyde van myn ,VRY-<br />

ARBEID"tot getuige maakt van den stond, waarop myn gemoed<br />

werd bevrucht met de „IDEEN" zal inzien, dat ik niet anders schryven<br />

kon, niet anders schryven mag .<br />

Toch verlang ikzelf naar jets liefelyks . Maar we hebben geen keus<br />

van indruk . Ik wil u daarvan een verdrietig voorbeeld meedeelen .<br />

Eenige dagen geleden, na myne middagwandeling thuiskomende,<br />

meende ik gereed to zyn tot het opschryven van de vertellingen<br />

over WOUTER, die FANCY my had voorgezegd. Voor ik m'n kamer<br />

bereikte, ontmoette my een vriend, die my vraagde<br />

Zou 't waar zyn ?<br />

- Wat ?<br />

Dat eten van levende diern en op de kermis ?<br />

Er was namelyk vroeger daaroverr gesproken, als iets onmoge -<br />

lyks, iets ongerymds . 't Zou 'n goochelary wezen . . . . een kunstje<br />

. . . . een grap, meenden wy .<br />

Ik wil 't weten, riepen wy to gelyk .<br />

En we gingen naar den focus van 't melankoliek pleizier des<br />

yolks, naar de Botermarkt .<br />

Daar in die tent moet het zyn . . . . als 't waar is !<br />

Ja, daar moest het zyn . Want boven die kermistent was een<br />

zeil gespannen, waarop iemand had getracht een wilde to schilderen.<br />

't Had ook 'n INCA kunnen verbeelden, Of MONTEZUMA . Het<br />

levensgroot portret had een duff in de hand . En voor de tent stonden<br />

manden met duiven . In een dezer korven was een konyn . . . .<br />

Nog veinsde ik hoop, dat er gegoocheld zou worden ! En by 't<br />

passeeren van die arme dieren, mompelde ik een gebed om vergiffenis<br />

voor 't binnengaan. „Ik ben student in menschkunde,<br />

zei ik zacht tot het konyntje, en daarom moet ik wel, arm dier !"<br />

Myn vriend en ik traden binnen. De vertooning zou terstond<br />

beginnen . Ja, natuurlyk ! Waarom zou men langer wachten ?<br />

De tent was immers vol, eivol !<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

Welnu, 't was zoo ! Wat we zagen, wat we ondergingen, wat<br />

we gevoelden, ga ik voorby . Ik zou 't beschryven onzedelyk vinden,<br />

en ik kan het niet !<br />

Dat had men niet gedacht van myne pen ? En ikzelf dacht het<br />

niet. Maar waarlyk, myn moed schiet-to-kort by die afzichtelykheid .<br />

Myn vriend en ik beiden, voelden ons onwel . en my was 't<br />

tot op dit oogenblik toe, onmogelyk opteschryven wat FANCY<br />

my had voorgezegd over WOUTER.<br />

Maar wel heb ik den volgenden morgen deze beide brieven ge-,<br />

schreven


Den Weledelgestrengen .Heer<br />

HOOFDCOMMISSARIS van<br />

POLITIE<br />

to<br />

AMSTERDAM,<br />

IDEEN VAN MULTATULI . 1 75<br />

Atust, , rdaru 1 > Septeinher 1864.<br />

Weledelgestrenge Heer ! Ik beschouw het als myn burgerplicht U .W .<br />

E.G . opmerkzaam to maken op een feit dat by gelegenheid der kermis hierter-stede,<br />

elken dag plaats heeft, en dat, myns inziens, ten-rechte behoort<br />

to worden gerangschikt onder de rubriek : ,attentat aux moeurs ."<br />

Een zoogenaamde wilde verslindt ten aanzien van kermisgasten - die<br />

voor hun genoegen uit-zyn -- levende dieren. Onder 't publiek dat z'n<br />

tent bezoekt, zyn kinderen.<br />

Ik ben overtuigd, mynheer de Hoofd-Kommissaris, dat ik geen woord<br />

behoef toetevoegen aan deze mededeeling, om IT.W.E .G . to moveeren<br />

ten-spoedigste een Bind to maken aan zulke grove, barbaarsche schending<br />

der wetten van goeden smaak, van gevoel, van publieke zedelykheid .<br />

Ik heb de eer, enz .<br />

Amsterdam, 15 September 1864 .<br />

Den Hoogedelgestrengen Heer<br />

OFFICIER VAN JUSTITIE by de<br />

ARRONDISSEMENTS-REGTBANK<br />

to<br />

AMSTERDAM.<br />

Hoogedelgestrenge Heer ! Waarschynlyk ten-overvloede, geef ik my<br />

de eer, U .H .E .G. hierby aan to bieden afschrift van een biljet, dat ik<br />

zooeven de vryheid rim to richten tot den Heer Hoofd-Kommissaris<br />

van Politie . S<br />

U.H.E.G . beleefdelyk verzoekende, deze myne handeling alleen toeteschryven<br />

aan myne begeerte, om in den kring myner vermogens meetewerken<br />

tot het goede, heb ik de eer, enz .<br />

Wat my later blykt gevolgd to zyn op deze brieven, zal ik<br />

zoodra mogelyk mededeelen . En daarby zal ik tevens antwoorden<br />

op de vragen eener lieve hollandsche schryfster in Frankryk,<br />

over 't juist begrip van het woord : ZEDELIJKHEID .<br />

Dit laatste is nog altyd in de pen (noot by 423) . Wat die barbaarsheid<br />

op de Kermis aangaat, ik wil gelooven dat ze nu heeft opgehouden, vooral<br />

omdat ik herhaaldelyk gezien heb dat men in andere landen zulke vertooning<br />

verboden heeft. Zeker is het dat myne pogingen in September 1864<br />

vruchteloos bleven . De tent van den wilde werd niet gesloten . Misschien<br />

vonden de betrokken ambtenaren het vreemd, dat men zich met hun<br />

zaken bemoeide. In geen land is 't begrip van burgerzin, burgerplicht en<br />

hurgerrecht zoo weinig ontwikkeld als in Nederland . Hierom dan ook<br />

is onze constitutie een onding . (189, 190)<br />

Zonderling is het, dat stadsbesturen die de kermissen willen afschaffen<br />

wegens de onzedelykheid waartoe zy aanleiding geven, zulke gruwelen<br />

geduld hebben. Altyd de oude geschiedenis van kemelen en muggen ! (1872)<br />

485 . Stipte terminologie in wetenschap is onmisbaar . Stiptl<br />

Reid van terminologie buiten de wetenschap, is pedant .


1 7 6 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

486 . Als in dat ander deel der Natuur, de stof (16) is elke<br />

indruk, iedere gedachte, en elk gevoelen, deelbaar tot in 't oneindige.<br />

Niets is bepaald : zoo . Alles is zoo . . . .zoo . . . . en zoo. Wie<br />

te-veel zoo's samenvat, is ruw, slordig en cassant. Wie te-veel<br />

zoo's onderscheidt, wordt subtiel, specieus, ungeniessbar .<br />

487 . Talen zyn vogelvry . Elke uitdrukking is 't eigendom<br />

van wie 'r vangt .<br />

Wanneer nu iemand kraaien verzamelt, en ge vindt z'n verzameling<br />

leelyk, geef ik u gelyk . Maar dat doe ik, niet omdat<br />

ik 't verzamelen afkeur, maar wyl ik niet van kraaien houd .<br />

488 . Er zyn weinig talen en zeer veel dialecten .<br />

De ve gelykende taalstudie is sedert een dertigtal jaren zeer vooruitgegaan,<br />

en wy hebben recht tot de gissing dat ze ons nog veel verder<br />

dan thans zal terugvoeren tot zekere eenheid van oorsprong, die eenig<br />

licht werpen kan op 'n deel der Geschiedenis van de Mensheid . Hoogstwaarschynlyk<br />

bevaf dit deel slechts 't ontstaan van eene der nieuwere<br />

beschavings-perioden die, wat Europa aangaat, 'n aanvang nam met<br />

de tyden welken door de historici luk-raak in CECROPS, DANAUS, PELOPS<br />

en CADMUS gepersonifieerd zyn . Deze tot naamgevers van gebeurtenissen<br />

uitgevonden personen kwamen ,Uit het Oosten," liefst uit Egypten, het<br />

Hessenland der grieksche Batavieren . En Egypte ontstak z'n licht aan<br />

Indie, waaruit ook de Germaansche wouden zouden bevolkt zyn . Hoe<br />

de ruwheid der zeden van de Germanen kan overeengebracht worden<br />

met de afstamming van zeer beschaafde volkeren - die toch uit de taal<br />

blykt ---- is my een raadsel . Het is jammer dat de achtenswaardige TACITUS<br />

zoo weinig berichten omtrent de spraak der barbaren gevraagd of bekomen<br />

heeft . Als ik my wel herinner, is 't woord glas - ales staat er naar ik meen,<br />

en daarmee schynt barnsteen bedoeld to zyn - het eenige Germaansche<br />

woord waarvan by melding maakt. Ook dat latiniseeren der eigennamen is<br />

to betreuren. Den waren naam van CLAUDIUS CIVILTS kennen wy niet<br />

eens, zoo min als van z'n brooder PAULUS, of van then CRUPTORIx die zoo<br />

gecompromitteerd werd door 't sparen zyner hoeve. Indien de romeinsche<br />

legerhoofden, by eenige kennis van het grieksch, litterarisch tastgevoel<br />

hidden bezeten, zou hun de overeenkomst in het oog gevallen zyn, zoowel<br />

van de telwoorden als van de eensylbige benamingen der lichaamsdeelen,<br />

die steeds tot de oudste elementen eener taal behooren. Dit had hun wellicht<br />

de verwantschap doen gissen, waaraan zy niet blyken gedacht to<br />

hebben . En . . . . dan ware misschien dit 488 achttien eeuwen vroeger<br />

geschreven . (1872)<br />

489. - Zoudt ge wel gelooven, dat de man, die daar loopt,<br />

van de familie is der LUSIGNAN' S, de koningen in partibus van<br />

Cyprus ?<br />

Inderdaad by ziet err niet naar uit .<br />

Toch is het zoo . Hy is een DU PUY DE MONTBRUN, verwant<br />

aan 't huis van SAVOIE. Men kan de familien vry nauwkeurig<br />

verdeelen in twee soorten : vervallen hoogheid en geklom,men<br />

laagheid . Wat leert ge hieruit ?


IDEEN VAN MULTATULT . 1 7 7<br />

- Dat adeltrots gek is .<br />

- Ja en meer nog. Dat de schoolmeesters verkeerd doen hun<br />

neuzen al to hoog op to trekken voor : ismen. Want bet is met<br />

de talen als met de famili6n gegaan .<br />

Een voorbeeld uit duizenden . Het woord mew - of menscia<br />

dan, als ge then staart noodig oordeelt - is van 6.6n familie<br />

met bet latynsche mew -- verstand . De gemeenschappelyke<br />

stamvader is 't sanskritsche man, dat is : denken .<br />

Maar ik erken, dat de grondbeteekenis vry algemeen verloren<br />

is gegaan.<br />

490 . Wat beduidt bet woord god?<br />

Ik zeg : weten. Myn vriend VAN DER TUUK, de orientalist, zal nasporen<br />

of ik gelyk heb, en dan zal ik u uitleggen langs welken weg<br />

ik gekomen ben tot die conjectuur, voor ik wist, dat ons woord<br />

weten zuiver sanskrit is . *) Er is veel to leeren uit taalstudie .<br />

Jammer dat zoo velen daaruit niets leeren dan taal . . . .<br />

*) Myne gissing wordt bevestigd door de nadere bepaling der beteekenis<br />

van den wortel . Daarin ligt het begrip van heilig weten, het weten van<br />

verheven zaken, 't, PrIlesterlyk weten. Met then wortel is dan ook het woord<br />

cedah verwant, en misschien avesta, dat wy dan in ons imperfectum wisten<br />

bewaard hebben . Ik houd ons woord god, goden, voor 'n anderen vorin<br />

van Wodan --- de verwisseling van g en w is frequent - en in dat woord<br />

bleef de oorspronkelyke vorm vry wel behouden . Ook ons wet is waarschynlyk<br />

van denzelfden stam . (1872)<br />

491 . Qui bene di8tinguit, bene docet . Juist . Wie onderricht<br />

geeft, moet scheiden en onderscheiden, om den leerling bet geheel<br />

to doen vatten by gedeelten .<br />

Maar de wysgeer -- o6k 'n leerling altoos ---- die geroepen is<br />

tot bet verkondigen van algemeene slotsommen, moet samenvatten<br />

om to begrypen en to oordeelen .<br />

Wy beginnen met distinctie, analyse, antithese . Wy behooren<br />

to beginnen met synthese en conjunctie .<br />

Als men den loop onzer studie trachtte voor to stellen in zichtbaren<br />

vorm, zou die vorm gelyken op platvisch . 't Begin en 't<br />

einde puntig, en wat breedte in 't midden . De meesten onzer zyn<br />

en blyven tusschen kop en staart .<br />

Ms we zoo ver komen! Velen blyven zeer specialiteitiglyk ver van den<br />

hop . Het tegendeel schets ik kortelyk in 664 . Ook in myne Duizend-en-een<br />

/loo ldstukkew, wordt die plicht oin samentevatten behandeld . (1872)<br />

492 . Ik zat met Fancy op 'n bank buiten Haarlem . Daar in<br />

de verte strompelde een vrouwtje . Ze bukte telkens, en raapte<br />

wat op, en verzamelde iets in haar voorschoot. Och 't waren kleine<br />

stukjes bout, die ze zocht. - .<br />

Wat een arm-oede dacha ik . En ik berekende, dat ze straks ko-<br />

I UEEN 11 . 12


1 7 8 IDEEN VAN MULTATULL<br />

men zou in de nabyheid der bank waarop ik zat, en ik wierp een<br />

stukje geld veer, dat ze 't sprokkelen zou .<br />

En ik verheugde my by elken stap, then ze nader kwam aan<br />

't geschenk, dat ik haar wou laten geven door het toeval .<br />

Maar, sprokkelende vrouwtjes en kometen zyn twee . Deze<br />

komeet beschreef een andere baan dan ik berekend had, en ik<br />

vreesde . . . .<br />

Vrouwtj e !<br />

He ?<br />

Je zoekt zoo yverig . . . . ik geloof, dat daar iets ligt . . . .<br />

Ze kwam niet en ging voort met sprokkelen . Heel natuurlyk.<br />

Ze zocht hout en takjes onder de boomen, en wat ik haar wyzen<br />

wilde, lag op 't voetpad . Daar was geen hout, naar ze begreep .<br />

Misschien dacht ze dat ik haar bespotte .<br />

- Waarlyk, wezenlyk, waarachtig . . . . vrouwtje . . . . kom dezen<br />

leant uit. Ik geloof, dat daar iets ligt . . . . j a . . . .'t lykt wel geld . . . .<br />

Nou . . . . as j e dat docht, had j e 't zel f wel opgeraapt !<br />

Toen nam ik 't geldstukjen, en bracht het haar, en was bedroefd,<br />

dat die oude vrouw zoo weinig goede menschen had ontmoet<br />

in haar lang leven .<br />

493 . Men kan de leugens verdeelen in algemeene en byzondere .<br />

Of juister misschien, in organieke en speciale .<br />

Veel ouders en opvoeders, die hun kind streng berispen over<br />

't zeggen van een onwaarheid, schamen zich niet 'o -ver den eenen<br />

grooten leugen der geheele opvoeding . Ze nemen - kwalyk, dat er<br />

een distel groeit op 't veld dat zyzelf maakten tot 'n wildernis .<br />

Er bestaat - als tusschen deugden en deugd - groot verschil tusschen<br />

onwaarheid spreken en onwaar zyn. Zeer oprechte menschen zullen soms<br />

iets onwaars zeggen, terwyl anderen zoo slinks het uitspreken eener stellige<br />

waarheid weten to vermyden, dat hun geheel zedelyk bestaan den<br />

menschenkenner voor oogen ligt als een doorgaande leugen. Dit laatste<br />

is, helaas, het kenmerk der Maatschappy, zoo als zy zich vertoont in Kerk,<br />

op de School, in Politiek, op de Beurs, in de Dagbladen, in Letterkunde . . . .<br />

overal ! Niemand zou willen te-doen hebben met 'n individu die zich<br />

schuldig maakte aan de karakterloosheid van : ieder-een. „Men" is slecht .<br />

Dit is dan ook de hoofdoorzaak der sociale rampen waaraan wy lyden .<br />

Herstel is onmogelyk zonder terugkeer tot WAARIEID. (1872)<br />

494 . Wat velen hun kinderen vertellen over zedelykheid, is<br />

voor 'n groot deel een organieke leugen . De uitroep : 't was heel<br />

mooi ! by het verlaten van kerk of schouwburg, of na 't lezen van<br />

een boek dat de liefelykheid der deugd schildert - of zelfs van<br />

wat ten-onrechte meestal voor deugd doorgaat - is byna altyd<br />

een onwaarheid. Men zou z'n kinderen zeer spoedig terughouden,<br />

wanneer ze dat mooie wilden navolgen .<br />

In kinderboeken -'n mal • woord . . . . is er kinderbiefstuk<br />

ook ? in kinderboeken begint dat gelieg al . ,Jantje gee ft z'n


TDEEN VAN MULTATULI . 179<br />

ontbyt aan 'n bedelaar ." 1)at is „heel mooi van 't lnodeljantje .<br />

Maar als EUGENE of HENRI dat model willen navolgen, zal men<br />

hun zeggen, dat . . . . dat . . . . dat . . . . kortom allerlei, hierop neerkomende,<br />

dat in een geregeld huishouden ieder z'n eigen boterham<br />

moet opeten . Ik erken dat dit waar is . Maar waartoe dan<br />

't leugenachtig voorbeeld ?<br />

495 . Het toejuichen in een schouwburg is leugen . Hetzelfde<br />

publiek, dat in de handen klapt over 'n deugdheld, speelt onverbeterlyk<br />

de verraders-rollen in de wereld . En 't heeft er veel<br />

van of wy 't schoone ---- en wat daarvoor doorgaat toejuichen<br />

als prys voor het recht oni het leelyke to doen .<br />

Ik heb schurken en extase gezien by wonder-eerlykheid op<br />

de planken . I k heb kuisheid en zulke dingen hooren app laudi -<br />

seeren door publieke vrouwen, of door anderen die lager stonden<br />

dan publieke vrouwen .<br />

Dikwyls by 't hooren roemen van iets edels, voel ik de verwytende<br />

gedachte in my opkomen : ,Dus wisT ge 't!"<br />

Het eenvoudig verhaaltje, dat ik gaf in 492, zal „lief" worden<br />

gevonden door dezelfde menschen, in wier midden de arme vrouw<br />

---- die zoo weinig goede menschen ontmoette ---- geleefd had .<br />

496 . Een grysaard de olympische spelen willende zien, kon<br />

Been zitplaats vinden . - Waar-i zoekende langs ging, werd by bespot<br />

en uitgelachen over z'n verlegenheid . Eindelyk naby de plaats<br />

komende, waar de Lacedaemoniers zaten, stonden alle kinderen en<br />

veel mannen op, en boden hem om stryd hun plaatsen aan . Het geheel<br />

,, Publiek" der Grieken was getro f fen door deze beta-melyke daad<br />

van handelen, en toonde, door algemeen handgeklap, hoe men daurmel<br />

was ingenomen .<br />

De grysaard zeide zeer bedroe f d : „O Goden, men ziet wel dat alle<br />

Grieken weten wat betamelyk is, maar dat alleen die van Lacedaemon<br />

h pt b efrireinkp d n(,;n "<br />

Dit is eene vertelling, die aan de schoolbanken herinnert, en<br />

aan 't<br />

() -,r,6<br />

.-roe, waarover we altyd zoo'n pret hadden, omdat het<br />

zoo gek klonk, vonden we.<br />

Maar by dat versehil tusschen handklappen en doen, is meer<br />

optemerken dan ons geleerd werd op de school, waarr zooveel was,<br />

dat we niet leerden .<br />

Myn : dus WIST ge 't? en de verdrietige opmerking van den<br />

ouden man, bevatten eene beschuldiging van oneerlykheid .<br />

Ik laat nu daar of men moet plaats-maken voor elken grysaard .<br />

Ik zeg peen. Ik ken veel personen, die lang leefden, en then ik<br />

het recht niet toeken een jong hondje to derangeeren.<br />

Maar, eens aannemende dat het opstaan voor grysaards onvoorwaardelyk<br />

goed is, zoo-als de Grieken schynen gemeend to


1 80 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

hebben, mochten zy die bleven zitten, niet door toej uiching zich<br />

meester maken van den schyn als-of ze hadden deelgenomen<br />

aan 't goede dat geschied was .<br />

Niet to weten wat betaamt, is of to keuren .<br />

Dit wel to weten en niet to doen, is erger .<br />

Maar 't ergst van al is, na dat alles, zich door openlyke goedkeuring,<br />

to willen doen doorgaan voor geestverwant van hen<br />

die 't betamelyke deden, v6or ze wisten dat Grieken en anderen meer<br />

besef van deugd hadden, of hebben, in de handen dan in de harten .<br />

Het „mooi vinden" van den Havelaar is de rechtvaardiging<br />

myner verachting voor Publiek .<br />

497 . Niets is gewoner dan een entomoloog in verrukking to<br />

zien, by 't aanschouwen of beschryven van een schynbaar onaanzienlyk<br />

beestje. Zoo is voor den psycholoog elk exemplaar, van<br />

't menschenras - al ware 't dan ook een gekorven exemplaar, j a<br />

misschien de sterk gekorvenen 't meest - zeer belangryk . Hy leest<br />

een boeienden roman, in gemoederen die onbeschreven - of<br />

,,niet mooi" beschreven - voorkomen aan de velen die zich niettoelegden<br />

op de schoone kunst van ontcyfering .<br />

498 . De wetenschap heeft meer verplichting aan de leeken, dan<br />

leeken aan de wetenschap .<br />

499. Er is een aanhoudende wisseling van dienst tusschen<br />

wetenschap en empirie. Veelal bestaat de functie der eerste alleen<br />

in 't formuleeren van wat de laatste gevonden heeft .<br />

Het zou niet moeielyk zyn dit IDES en 't vorige met tallooze bewyzen<br />

to staven, maar 't komt me onnoodig voor .<br />

Ook buiten de dusgenaamde eigenlyke Wetenschap, is 't opmerkelyk<br />

hoe er voor menschen die een bepaald vak beoefenen, voordeel ligt in het<br />

letten op oordeelvellingen van personen die - overigens begaafd met<br />

gezond verstand - in dat vak onbedreven zyn . Men zegt dat de, by flauwe<br />

koelte - v66r den wind, zoo nuttige lyzeilen door 'n vrouw werden uitgevonden<br />

. 't Zou dan ook daarom zyn, dat die zeilen by de Franschen<br />

bonnets genoemd worden . Die naamsafleiding nu bewyst niet veel, doch<br />

waar is het, dat nadenkende onwetendheid dikwyls goeden raad geef t<br />

aan berustend half-wtten. Een fabrikant, een koopman, een staatsman,<br />

behoorde van tyd-tot-tyd zyn vermeende bekwaamheid to toetsen aan 't<br />

oordeel van onkundigen . Juist ten-gevolge van 't voortschryden in kennis,<br />

verliest men sommige fondamenteele waarheden uit het oog, die niet<br />

worden voorby gezien door minder vergevorderden, wier blik niet beneveld<br />

is door routine . Zelfs - of misschien vooral - kinderen kunnen<br />

door hun onbedorven primitiviteit, nuttige wenken geven . Vandaar dan<br />

ook het legio „knappe kinderen" . Wie z'n jonkske voor iets buitengewoons<br />

aanziet, vergeet,meestal dat die verbazende knapheid nets is dan maagdelykheid<br />

van oordeel . Des to meer jammer dat me zich zoo haast dat<br />

oordeel to bederven . We moesten door gepaste onthouding zorg dragen<br />

dat er uit al die knappe kinderen, knappe menschen groeiden . Zie hierover<br />

myne beschouwingen over 't ONDERWIJS in den III bundel, en het<br />

stuk over Specialiteiten. (1872)


IDEEN VAN MUUfATULI . 1 8 1<br />

500. -De stryd om voorrang tusschen praktyk en theorie, berust<br />

- als v6.61 stryd - op misverstand. Theorie die in de praktyk<br />

faalt, is : gebrekkige valsehe theorie . . . . dat is : Been theorie .<br />

Al wat de theoriemenschen ten-laste-leggen aan de praktyk, gaat<br />

verkeerde praktyk aan . En wat de practici afkeuren in de theoristen,<br />

komt voor rekening van would-be-theoristen .<br />

501. ,Die twee verstaan elkander niet" beduidt in ons spraak-gebruik<br />

: Ze liggen overhoop, ze twisten, ze zyn oneenig . Dit is<br />

zeer goed gezegd, en wie de uitdrukking : elkaer niet verstaan,<br />

het eerst heeft gebezigd om tweedracht aan to duiden, was een<br />

denker. Er zou minder oneenigheid zyn, minder twist, ja zelfs minder<br />

vermeende ongelykheid van gevoelen, als men zich juist wist<br />

uit to drukken, en . . . . als 't juist uitgedrukte ook met juistheid<br />

werd opgevat . Daarom schreef ik 10 . Er ligt lielde in dat IDEE.<br />

502 . Ik ken zeer weinig menschen, die lezen kunnen .<br />

Dit Inns staat in namv verhand met 162 . 't Had (laarop moeten volgen .<br />

(1872)<br />

503 . .Ales ondergaat aandoening . Maar niet alles ondergaat<br />

die met bewustzyn, hetgeen op zichzelf ook aandoening is . En de<br />

individuen die bewustzyn hebben van de affectie, verschillen in<br />

de maat, in de logische continuiteit, in 't beset" van dat bewustzyn,<br />

in macht en bekwaamheid tot regeling van de aandoeningen .<br />

Zeker zyn er nog meer verschillen, maar die heb ik hier niet noodig .<br />

Men kan zich elke eenheid, van 'n denkbeeldig atoom of *)<br />

tot den mensch toe, voorstellen als een -werf -depot, waar zich<br />

voortdurend recruten aanmelden .<br />

By sommige depots Is de boel zoo slecht ingericht, dat er niemand<br />

notitie neemt van 'n nieuweling .<br />

By andere individuen of eenheden, uit stof-individuen samengesteld<br />

-- worden de recruten aangenomen met onverschilligheid .<br />

En de maat van het bewustzyn is moeilyk to bepalen . Hiermee<br />

bedoel ik het opvangen van aandoenigen door planten en sommige<br />

dieren .<br />

Wat hooger weer ti7orden de recruten ingeschreven, geboekt . . .<br />

maar niet in een behoorlyk register . Ook wordt er geen zorg gedragen<br />

dat de bruikbare recruten in dienst blyven . Als ze<br />

verlokt door hooger premie, door meer attractie of affiniteit<br />

(172) - neiging heb-ben zich elders to verbinden, is er niets dat<br />

hen we6rhoudt .<br />

By 'n andere soort van werf-bureaux worden de aandoeningen<br />

die zich voordoen als recruut, w6l opgenomen met bewustheid,<br />

w6l ingeschreven, w6l verplicht tot blyven, maar . . . . men verzuimt<br />

ze afterichten tot soldaten, of - erger nog --- men richt<br />

ze verkeerd at .


1 8 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Het ideaal van volkoinenheid is : veel flinke gezonde recruten<br />

to ontvangen, aantenemen, in to schryven, aan zich to verbinden,<br />

to vormen tot goede krygslieden, en daarna hen to gebruiken in<br />

een rechtvaardigen en goed bestuurden oorlog .<br />

De naamm van den recruut, die zich elke seconde by ons aanmeldt<br />

is gevoel . Het is onze plicht hem opteleiden tot flink soldaat,<br />

dat is tot : gevoelen, meening, opinie .<br />

*) Ik zie dat de chemici weder beginnen to spreken van atomen . Ik zeg :<br />

,weder, want het is 'n revenant-verschyning . Zy mogen dit niet, en elke slotsom<br />

waartoe ze - met behulp van aether, nota bene! -- geraken, na to<br />

zyn uitgegaan van iets ondeelbaars, is fantazie, als 't punt van uitgang zelf .<br />

Komiek is 't dat ze aan die atomen den bolvorm toekennen . Een bol heeft<br />

omtrek, middellyn, middelpunt. Men kan hem snyden, deelen, kubeeren,<br />

enz . Dit alles veronderstelt : uitgebreidheid. Een chemisch atoom is dus -<br />

't moet naar den zin des woords, ondeelbaar zyn - eene uitgebreidheid zonder<br />

uitbreiding . En dan die kinderachtige aether, de stof die geen stof is maar<br />

toch de stoffelyke functie verricht van 't vullen der ruimten tusschen<br />

de atoom-bolletjes ! 't Is al to gek. De heele zaak is dan ook slechts de on6prechte<br />

omschryving van een graag vermeden : nescimus . Niet weten is nader<br />

aan de waarheid dan verkeerd weten .<br />

Het woord ,denkbeeldig" in den tekst, behoorde eigenlyk pleonastiek<br />

gevonden to worden . Ik durf het evenwel niet weglaten. Uit het bovenstaande<br />

ziet men, dat er veel voorzichtigheid noodig is. Het woord atoom<br />

is 'n uitdrukking die alleen in bespiegelende wysbegeerte mag gebruikt worden .<br />

Voor den scheikundige blyve het een kettersche klank . Hy is dit verplicht<br />

aan de eer van z'n wetenschap, die aan scheiden haar naam ontleent. Wie<br />

aan atomen gelooft, moet eo ipso genoegen nemen met halve, lcwart, enz .<br />

atomen, waaruit blykt dat z'n geloof ongeloof is . (1872)<br />

504. Velen geven hun recruten voor soldaten uit . (267) . Dit<br />

is aftekeuren. Maar dat zeer dikwyls soldaten zyn geslagen door<br />

recruten, is waar. Dit geschiedde echter niet omdat 'n recruut<br />

sterker is dan een goed soldaat, maar wyl recruten met hart, meer<br />

beduiden dan soldaten wier hart weg-geexerceerd is door domme<br />

of nalatige instructeurs .<br />

Die instructeurs zyn wyzelf . Er was veel to doen met de indrukken<br />

die wy opvangen, als we ons de moeite gaven ze goed<br />

to gebruiken .<br />

505 . Niemand schathoog genoeg wat-i kan zyn. Niemand<br />

laag genoeg wat by is.<br />

506 . Ondankbaarheid is eene uitvinding van valsehe weldoeners.<br />

507 . Klacht over egoisme is egoisme .<br />

508 . Niets is meer beschreven en minder bekend, dan de liefde .<br />

Wie er iets van weet, ergert zich over de vertellingen, diee schry-


IDEEN VAN MULTATULI. 1 83<br />

vers daarvan opdisschen . Meestal voelt men dat de , auteur 'n<br />

land beschryft, dat by nooit heeft gezien .<br />

Zyt c; y in dat land geweest ?<br />

-- Ja !<br />

Geef gy ons dan de beschryving . . . .<br />

Ik deed het gaarne waarachtig ! Maar . . . .<br />

Er schynen bezwaren to zyn . Misschien iets als delicatesse ?<br />

Inderdaad ik voel bezwaren, maar niet van zulken aard.<br />

Juist de kieschheid zou me dwingen tot schryven . Want voelt ge<br />

niet hoe het my hindert, telkens to hooren vertellen dat er ysbeeren<br />

zyn in Italie ? Ik zou het juist delicaat vinden, die beesten<br />

to plaatsen waar zy hooren. Myn schroom heeft 'n andere reden .<br />

Ik ben bevreesd, dat . . . . gy niet lezen kunt . Ik ben er aan gewoon<br />

de poezie der waarheid to hooren opvatten, alsof 't de grofheid van<br />

de leugen ware . Daartoe leent zich FANCY niet, en ook myn fancy<br />

is er to goed voor . Tracht beschaafd to worden, oefen u in oordeel<br />

des onderscheids van den smaak . Dan misschien zal ik eenmaal u<br />

verhalen, wat ik zou kunnen verhalen over lief de .<br />

Maar wel wil ik nu reeds dit zeggen : beminnen is goed zyn .<br />

Dit is een ysbeer teruggej aagd naar 't Noorden<br />

509 . Niets is grooter dan 't goede . Wie climax zoekt in woorden<br />

als : hoog, groot, grootsch, verheven, edel, enz . verspreekt zich<br />

als wie zeggen zou : ronder dan 'n bol .<br />

.<br />

-<br />

WOUTER PIETERSE redivivus . Groote verandering in de familie . WOUTER's<br />

benoeming tot lyfpoeet van Juf frouw Laps. De bergen in _4 zie, gebruikt als<br />

behoedmiddel tegen europeesche verwaandheid .<br />

510. Ik denk, dat jufvrouw PIETERSE een erfenis had gekregen .<br />

Want de PIETERSES verhuisden op eenmaal naar 'n fatsoenlyker<br />

buurt" en de j onge -j of vrouwen kenden geen enkele meer<br />

van de meisj es waarmee ze waren „op naaien" geweest . Zulke<br />

dingen hooren by erfenissen, of by verhuizen met „verbetering" .<br />

En er waren nog andere blyken . LEENTJ E word plechtig uitgenoodigd<br />

haar verleden-deelwoord,,gezeid" to veranderen in : ,gezegd",<br />

want juffrouw PIETERSE had opgemerkt, dat de ,mevrouw van<br />

hier-naast" zoo conjugeerde . Dus zou 't we] . good wezen . En STOF-<br />

FEL zei, dat by 't al lang geweten had<br />

Maarr moeder dan moet uwe ook niet zeggen : remplizant<br />

't Is pla, moeder . Denkt uwe maar om plaats .<br />

Remplaats . . . .<br />

- - NEB moeder, pla . . . . plas . . .<br />

T 'ufvrouw PIETERSE zei, dat het lastig was, zoo op alles to mopten<br />

letten . Ze zou het heele woord dan niaar liever niyden, dacht,<br />

ze . Maar 't zou moeilyk wezen, want er was juist zoo'n gedoe<br />

over do „militie" en ze vet telde gaarne :<br />

was haar zoon to rompl . . . .<br />

„hoe ze heel good iii-stao


1 84 IDEEN VAN MULTATUIA .<br />

- Ne, moeder, uwe remplaceert LAURENS niet<br />

Och, wat 'n gemaal ! Ik meen maar dat de mevrouw van<br />

hier-naast gezeid heeft<br />

Gezegd, moeder.<br />

Ja, juist . . . . hoorje LEENTJE . . . . je mot zeggen : gezegd .<br />

Onthou 't nou, en laat ik 't nou niet weer hoeven to zeggen . . . .<br />

en snuit j e neus .<br />

WOUTER had 'n jasje gekregen met 'n kraagje zoo-als nu palfreniers<br />

dragen . De garricks hadden afgedaan, en cloaks waren<br />

er nog niet. 't Gaat hiermee in de mode, als in de zoologie . Meest-al<br />

vindt men van die overgangs-soorten, omdat de Natuur en kleermakers<br />

geen groote sprongen doen . *) En 't spreekt vanzelf, dat nu<br />

*) Behalve zekere Ur-klanken die naar ik gis in alle talen bewaard bleven,<br />

vinden wy misschien nergens zoo duidelyk zekere betrekkelyke primitiviteit<br />

terug, als in de kleeding . Ik spreek nu niet van opschik, ofschoon ook<br />

daarin minder afwyking plaats heeft, dan men oppervlakkig denken zou .<br />

Halskettingen, oorhangers, versierde gordels, vingerringen, dit alles zal blyven<br />

bestaan, omdat het, z'n oorsprong heeft in den vorm van ons lichaam .<br />

Wat echter de eigenlyke kleeding aangaat, wys ik op de zeer korte en<br />

geleidelijke geschiedenis die 't gewaad van een Alfoer heeft to ondergaan,<br />

om to veranderen in een habit frangais, den hedendaagschen frak .<br />

De bewoner der Menadosche binnenlanden bedekt gewoonlijk, en niet<br />

altyd zeer zorgvuldig, alleen de schaamdeelen . Hy is to onbedorven om<br />

van die zaken zooveel mysterie to maken als wy . Met dat toilet evenwel<br />

houdt by zich niet voor gekleed, en die meening is vry gegrond . Ziehier<br />

nu, hoe by zich w6l kleedt . 's Avonds zit de gansche familie - of de familien<br />

die tot een dapoor behooren, d . i. die onder een dak wonen, en gezamenlyk<br />

eene stookplaats hebben - byeen, en houdt zich bezig met . . . .<br />

kauwen van bamboe . De murwgebeten houtige vezel wordt tot 'n vry dikken<br />

draad ineengedraaid en daarvan weeft men iets wat ik geen lap noemen<br />

mag, omdat het daartoe wat styf is . Nu, een plank is 't niet, dit is 't<br />

slapste wat ik er van zeggen kan . Zoo'n voorwerp is, naar ik gis, drie voet<br />

breed en acht voet lang . Juist in 't midden snydt onze kleermaker 'n gat<br />

van een voet middellyn, waardoor by 't hoofd kan steken . Het gewaad is<br />

klaar, en de Alfoer volkomen tevreden. Zoodra z'n kleed hem in z'n arbeid<br />

of in 't gaan hindert, legt by het af, en by voelt alzoo geen behoefte daaraan<br />

iets to veranderen .<br />

Elders evenwel werd die behoefte wel gevoeld . Het slingeren van zoo'n<br />

styven lap belemmerde het gaan. Men naaide daarom, beneden de oksels,<br />

de zyden aan elkander, en de hierdoor ontstane armsgaten noodigden uit,<br />

daarin mouwen to zetten . Doch tevens werd nu 't aantrekken moeielyk .<br />

Men vond zich genoopt den voorkant doortesnyden . Toen slingerden de<br />

voorpanden . Vandaar eerst de gordel, toen de knoopen, weldra de opspelden,<br />

en ten-laatste het afsnyden van de schuinsche slippen. Deze radicale<br />

maatregel gaf 't aanzyn aan den tegenwoordigen frak, op welks achterpanden<br />

nog altyd de knoopen staan, die vroeger tot het vasthouden der omgeslagen<br />

slippen van den v66rkant gebruikt werden .<br />

In 't voorbygaan stip ik hier aan, dat in Europa de kleeding, wat de<br />

byzaken aangaat, zeer dikwyls gewyzigd werd naar militaire behoefte .<br />

Nog thans wordt een pet in 't Fransch casqu-ette = helmpje genoemd, en de


I DEEN VAN MULTATULI . 18 1")<br />

't buisje boven den broek was geraakt . „'t Stond al to kinderachtig,<br />

hadden de j onge-j of vrouwen gezegd, voor ' n j ongen die<br />

al rymen kon."<br />

Want, dat WOUTER rymen kon, vertelde men aan ieder die<br />

't hooren wou . Eigenlyk was 't nog-al valsch, roem to oogsten van<br />

't feit, dat zoo kwalyk werd genomen aan de persoon zelf, die<br />

't verrichtte . Dit bewyst alweer hoe ydelheid een groote rol speelt .<br />

Ook zorgde men wel, dat WOUTER niet to weten kwam, hoe men<br />

zich on zvne talenten verhief . Men snrak daarover slechts als<br />

by er nief by ,wc,,<br />

Het hues PIETERSE handelde hierin als veel natien gewoon<br />

zyn . Meermalen trachten ze tegenover den vreemdeling zich to<br />

verheffen op deugd en genie - och, ook dat is een ! - van<br />

mannen, die men wreed en dom pennewipte toen ze ,er by waren"<br />

dat is : zoolang de mannen leefden . WOUTER zou inderdaad<br />

grootsch geworden zyn, wanneer by alles had kunnen hooren,<br />

wat men van hem zei, als-i niet tegenwoordig was . Jazelfs, ik<br />

ben niet vreemd van 't denkbeeld, dat by zou uitgeroepen zyn als<br />

wonderkind, wanneer-i voor die zotterny niet ware bewaard<br />

gebleven door z'n ,kinderachtigheid ." STOFFEL namelyk trok<br />

den neus op voor 't jongetje, dat nog altyd zakjes naaide voor<br />

z'n griften, met 'n yver en 'n inspanning als-of-i nooit verzen<br />

had gemaakt . En ook de jongejuffrouwen hadden WOUTER onnoozel<br />

gevonden, by gelegenheid eener kraamhistorie in de buurt .<br />

WOUTER had zonder fluisteren gevraagd : ,wat het was ?" Nu . . . .<br />

„zoo'n groote jongen moest toch weten dat men fluistert by zulke<br />

veleaenheden."<br />

Het beeld van lange CECIEL was uitgesleten in WOUTER'S<br />

hart, en ook de kleine EMM A was vergeten . Zelf s OMIKRON moest<br />

van-tyd tot-tyd haar gelaat toonen in de sterren, om 't kind aan<br />

z'n liefde to herinneren . En zelfs, als by den avendhemel zag,<br />

als by werd aangedaan door dat onuitsprekelyk verlangen naar<br />

het goede . . . . dan nog bestond WOUTER' S aandoening niet zoozeer<br />

in het denken aan OMIKRON, dan wel in 't onbewust ondergaan<br />

van liefelyke herinneringen . Er bestond reeds in z'n twaalfjarig<br />

leven een mythische voorwereld, zoo moeilyk to scheiden van ge-<br />

klep heet visiere. Ook onze wyze van groeten dagteekent van de riddertyden<br />

. Het afzetten van den helm, desheaumer, en 't uittrekken van den -<br />

yzeren - handschoen waren blyken van vredelievende gezindheid .<br />

Ik hoop eenmaal op dergelyke byzonderheden terug to komen, en die<br />

in-verband to brengen met Darwinismus . De thans geheel onnoodige knoopen<br />

op de achterpanden van een frak, hebben voor ieder die 491 begrypt<br />

dezelfde beteekenis als de tepels by mannelyke zoogdieren, en de rudera<br />

van kieuwen by wezens die van longen voorzien zyn . Alles wyst duidelyk<br />

op geleidelyke wording, die 't scheppen tot eene ongeryindheid maakt . Men<br />

ziet hieruit alweder hoe weinig er wordt opgelost door DARWIN'S natural<br />

selection . 1-toksknoopen paren niet . (1872)


1 8 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

schiedenis, en niet ongelyk aan de groote geologische of voorgeologische<br />

waarvan FANCY scheen gesproken to hebben. In den<br />

grooten droom, dien 't kind droomde, was verwarring tusschen<br />

zyn en niet-zyn. Hyzelf wilt niet meer met juistheid to bepalen,<br />

welke beelden hem waren voorgeteekend door nuchtere werkelykheid,<br />

welke door zyne fantazie, die trouwens evenzeer werkelykheid<br />

was . De kleuren der teekening vloeiden in-een, en na lang<br />

staren, na vermoeiend zoeken, na vergeefseh pogen om helder<br />

to zien in z'n eigen hart, voelde by iets als afmatting en moedeloosheid<br />

. Als-i ouder geweest was, zou by waarschynlyk slechte<br />

verzen hebben gemaakt, met tranen er in, en onmachtig verdriet .<br />

Maar daar 't hem ontbrak aan de handigheid om weemoed to<br />

verkoopen by de maat, zweeg de arme j ongen, en droeg-i heel<br />

alleen de ergernis over de wanorde van z'n gevoel .<br />

Zelfs wist-i niet dat by verzen maken kon . Hy geloofde heel<br />

goedig dat zyn rooverslied beneden kritiek was, en groette<br />

KLAASJE VAN DER GRACHT, met 'n soort van eerbied .<br />

Och, by wist zoo weinig van WOUTER ! Zoo weinig dat niemand<br />

minder dan hyzelf in-staat zou geweest zyn de geschiedenis to<br />

schryven van z'n eigen hart .<br />

Maar dat-i verzen waken kon, hoorde by van juffrouw LAPS .<br />

't Was hem een pure revelatie .<br />

't Mensch ,had aanstaande week 'n oom jarig ." En ze legde<br />

een staatsie-bezoek of by de PIETERSE'S, om to vragen of WOUTER<br />

een ,aardigheidje" wou waken voor die gelegenheid .<br />

Ze had er 'n ons ulevellen voor over . * )<br />

Maar, juffrouw PIETERSE, uwe moet hem zeggen, dat het<br />

godsdienstig moet wezen, en dat m'n oom 'n weduwman is . t)<br />

*) Met den naam ulevellen duidt men in Holland zekere suikertabletjes<br />

aan, die in Belgie, meen ik, caramellen genoemd worden, waarschynlyk<br />

ten-rechte carmellen of carmeliten, naar de kloosterorde die zich met<br />

het maken van die dingen voorbereidde tot het eeuwige leven .<br />

Met FRiTS op blz. 3 van den Havelaar, geloof ik dat men, als 't er wat<br />

op aan kwam, uhlenf eldt9 es zou behooren to schryven, omdat volgens de<br />

traditie, net gebruik van zulke suikerplaatjes door zekeren UHLENFELDT -<br />

ik meen dat by Deensch gezant in den Haag was - zou ingevoerd zyn. Ziedaar<br />

alzoo een diplomaat die z'n naam op onschuldige wys heeft weten to<br />

vereeuwigen. Zoetigheid zy zyner assche . . . . neen, vloek over dien man !<br />

Tot de eigenaardigheid dier pastilles behoort dat zy in papier gewikkeld,<br />

en van een devies voorzien zyn . In myne kindsheid reeds ging dit gebruik<br />

voor zeer oud door, en 't bestaat nog . Dis-moi comment to t'amuses je to<br />

dirai . . . . wat de Nederlandsche verzemakery is. Deze industrie bestaat<br />

voor 'n groot deel in 't opzamelen en samenlymen van die UHLENFELDTpoezie<br />

. Daarom trok ik zooeven m'n zegen in (1872)<br />

1) Een oom jarig hebben . . . . een weduwman . . . . ik zal immers myn Vlaanische<br />

lezers niet behoeven to verzekeren dat deze en dergelyke uitdrukkingen<br />

amsterdamismen zyn, uit de regioenen van Burgerstand, III, 7, a of b, . PP ?<br />

Weduwman = homo of vir viduus is overigens zoo kwaad niet .


IDEEN VAN MULTATULI . 187<br />

Ziet u, dat moet-i er in brengen . En ik wou't graag hebben op<br />

de wys van psalm 103, dan kan 't gezongen worden, want m'n<br />

oom heeft die psalm op 'n liertje .<br />

De begaafde lezer begrypt, dat juffrouw LAPS niet sprak van<br />

APOLLO'S her. Ze meende zoo'n draaiding dat 'n jingelend geluid<br />

geef t .<br />

Juffrouw PIETERSE zou 't Wouter zeggen als-i van school<br />

kwam, maar overlegde met STOFFEL hoe ze haar verzoek of bevel<br />

zou inrichten, dat WOUTER daarin geen grond vond tot zelfverheffing<br />

. „Want, dat haatte ze als de dood . . . . in 'n kind."<br />

Ik ook, als 't ongepast is, en dus oneerlyk . En dan wind ik 't<br />

zeer of to keuren maar niet alleen in kinderen .<br />

-- Heb je je les gekend, WOUTER ?<br />

Neen, moeder . Ik moest dertien bergen in Azie opnoemen,<br />

en ik wist er maar negen .<br />

Dat gaat niet met je. Ik betaal schoolgeld voor niemendal .<br />

Denk je dat het geld me op den rug groeit ? Wat moet er van je<br />

worden ?<br />

Ja, dat zeg ik ook. Wat moet er worden van iemand die niet<br />

weet hoe allerlei bergen heeten, welke by nooit zal hoeven to<br />

beklimmen ?<br />

511 . Op de scholen worden by voorkeur dingen onderwezen,<br />

die de taak der onderwyzers bepalen tot het ,overhooren" van<br />

lessen of 't keuren van ,schriftea ." Als voorzitter eener commissie<br />

van onderwys heb ik daarop nauwkeurig gelet, en ik herinner<br />

me kurieuze staaltjes van die waarheid . Zekere school was beroemd<br />

om de historie-vastheid der leerlingen, en 't schoonschryven<br />

en teekenen. Ik erken dan ook, teekeningen van discipelen<br />

dier school gezien to hebben, welke moeilyk to onderscheiden waren<br />

van staalgravures.<br />

llet doet my Teed, niet altyd juist to weten welke woorden of uitdrukkingen<br />

den Vlaaulschen lezer vreemd zyn . Gaarne zoude ik daarvan telkens<br />

eerie verklaring geven, maar ' k ben bevreesd dingen uit to leggen die geen<br />

uitlegging behoeven . Er is in die cis- en citra- Moerdyksche idiotismen iets<br />

zeer eigenaardigs . Wanneer ik naga hoeveel uitdrukkingen van Vlaamsche<br />

schryvers in Holland niet begrepen, of met afkeuring vreemd worden gevonden,<br />

moet ik vreezen dat ook myn geschryf voor de Vlamingen sozns<br />

onverstaanbaar is. Deze gedachte is my zeer onaangenaam, vooral daar ik<br />

erken dat er van onze Zuidelyke stamverwanten veel kan geleerd worden .<br />

Van de tien Hollanders zyn er negen die CONSCIENCE een middelmatig schryver<br />

vinden, omdat by iemand de oogen ten hemel doet ,sturen" . Sturen namelyk<br />

heeft in Holland, behalve als scheepsterm, sedert 'n paarhonderd jaar<br />

by-uitsluiting de beteekenis van expedier . Nu, verba, valent usu, als men<br />

slechts ruimte genoeg van blik"behoudt, orn to begrypen'dat eerie ons ongewone<br />

uitdrukking correct kan zyn,, en dat het onbesuisd afkeuren bekrornpen<br />

is . (1872)


1 8 8 IDEEN VAN M ULTATULI .<br />

Eens op 'n examen lag de Geschiedenis aan de beurt . De onderwyzer<br />

had me een boekje ter hand gesteld, waarin ze gewerkt<br />

hadden." Zoo was de term. En ik werd verzocht dat boekje to<br />

nemen tot leiddraad by 't ondervragen .<br />

De kinderen wisten alles precies . Och, ik was zoo bl y, dat ik<br />

maar behoefde to vragen. Want, zie . . . . als ik had moeten antwoorden,<br />

zou de machtigste examinator boos geworden zyn over m'n<br />

verregaande onwetendheid . Die kinderen wisten alles ! Ze noemden<br />

het geboortjeaar van ALEXANDER, alsof ze kandeel hadden<br />

gedronken in de kraamkamer van mevrouw PHILIPPUS . Den tyd<br />

der stichting van Rome, alsof ze meegesticht hadden . Het jaar<br />

der hemelvaart van ENOCH, alsof ze 'm hadden zien afryden . En<br />

zelfs den ouderdom der aarde, wisten ze optegeven met minutige<br />

juistheid . . . . als ten-minste de schoolklok niet voor of na<br />

was. Want dit weet ik niet .<br />

Kort-om ik voelde schaamte over m'n onkunde, en byna ware<br />

ik opgestaan om de plaats to verlaten, waarop elke dreumis toonde<br />

meer recht to hebben dan ik .<br />

Voor ik evenwel myn nederig : wit je niet liever hier zitten ?<br />

geuit had, sloeg ik 't boekje dicht .<br />

Zeg eens, mannetje . . . . NAPOLEON stierf in 21 . . . . j uist . . . .<br />

Ja . . . . den 5n Mei, m'nheer .<br />

Ja, j a, precies ! Wie was NAPOLEON.<br />

Geen antwoord .<br />

- Nu . . . . wie was NAPOLEON ?<br />

Stilte.<br />

--- Kan niemand het my zeggen ?<br />

Eindelyk<br />

-- Mynheer, NAPOLEON was bekend door zyn goede karakter .<br />

(letterlyk ! )<br />

Er waren j aartallen genoemd, die in betrekking stonden met de<br />

Hervorming . 't Concilie van Kostnitz, LUTHER'S geboorte, z'n aanplakken<br />

der thesis to WITTEMBERG, z'n verblyf op den WARTBURG.<br />

E+ en en ander van ZWINGLIUS, van CALVYN, enz . Ze wisten alles .<br />

Eilieve, wat beduidt dat woord Hervorming ?<br />

Na lang wachten, ontving ik dit antwoord, weer letterlyk :<br />

Mynheer, de roomschen waren slechte menschen .<br />

Een der oudere leerlingen had een plaat, viermaal vergroot,<br />

overgebracht in crayon . Het was de bekende voorstelling eener<br />

moeder, van smart krankzinnig op 't graf van haar kind . De<br />

vergroote kopy was schoon .<br />

Zeg eens, wat stelt deze teekening voor ?<br />

Een vrouw met groote oogen m'nheer ! ( letterlyk)<br />

ik weet wel, dat het niet overal even erg is, maar 't hoef t<br />

ook niet zoo erg to wezen om heel erg to zyn .<br />

Kan een onderwyzer, die dertig, veertig kinderen op z'n school<br />

heeft, al die kinderen opleiden tot denkers ? Neen, dat kan by niet.


\'AN MULTAT(.Ihl . .1 8 9<br />

;Mar daarom dan ook n oem ik die sch olen verderfelyke inr_ ich -<br />

tingen . (15, era de stukken over Onderwys, in den IIIn bundel . )<br />

WoUTEU's eerste les in verzemakery, en z'n 1001e in nederigheid . Belangryke<br />

ontmoetinq van 'n wasehbrouw en haar dochter . Onderricht in 't<br />

alleen zaligmakend geloof.<br />

512 . De opd.racht om 'n vers to maken streelde WOUTER.<br />

Jufvrouw PIETERSE en STOFFEL hadden zich to vergeefs beyverd<br />

hun goede meening ointrent zyn talent, to omzwachtelen met<br />

geringsehatting . De arme j ongen schrikte van genoegen, by de<br />

ontdekking, dat men hem „voor iets aawag" . Hy had zoo vaak<br />

gehoord, dat-i eigenlyk niemendal was, en nooit iets worden<br />

zou . . . . dat by nu ternauwernood lette op al de pogingen die z'n<br />

rn oeder en broer in 't werk stelden, om hem to doen gelooven, dat<br />

de heele commissie eigenlyk een straf was voor z'n onkunde in de<br />

namen van bergen. „Ja, zei STOFFEL<br />

Ja, ik kan je verzekeren, dat het by my op school niet gebeuren<br />

moest . . . . maar nu moet je letten op behoorlyke afwisseling<br />

van liggende en staande regels . . . .<br />

- He ? vroeg Wouter .<br />

Wel zeker . . . . weet je dat nog niet eens ? Heeft meester<br />

PENNEWIP je dat niet geleerd ? Of heb je weer niet opgelet ?<br />

Kyk . . . . zoo !<br />

En STOFFEL wilde voorbeelden bedenken .a , Maar 't lukte niet .<br />

-- TRUI, geef me je gezangboek . Kyk, WoUTER : hoog, omhoog,<br />

het hart naar boven . . . . dat 's liggend, zieje. En : bier beneden<br />

is het niet . . . . dat staat, weetje ? En dan moet je er wat inbrengen<br />

van God . . . .<br />

- Ja, en dat-i wewenaar is, voegde de moeder er by .<br />

- Haar oom . . . . v erbeter. d e STOFFEL . En alle regels moeten<br />

even lang wezen .<br />

- En je krygt ulevellen . . . . en als je 'r niet mee terecht<br />

kunt, zeide moeder, vraag dan inaar aan STOFFEL.<br />

---- Wel zeker ik zal je telkens zeggen wat ryrnt . 't Is heel makkelyk<br />

. . . .<br />

WOUTER had er wel zin in . Hy ging naar de achterkamer,<br />

nam een lei en schreef er op . Maar mooi was 't niet . Ook kon-i<br />

maar niet verder komen dan : Een weduwnaar van God . . . .<br />

0 God, een weduwnaar . . . .<br />

Zou dat nu staan of liggen ? dacht-i . De arme j ongen beet de tanden<br />

slee op z'n grift, en 't grift tot gruis . . . . maar och, 't ging niet .<br />

Hy was een oogenblik verwaand geweest, en werd daarvoor zwaar<br />

gestraft, want nu begon by to gelooven, dat z'n moeder gelyk had,<br />

toen ze zeide : ,dat er van then jongen nooit iets komen zou ."<br />

Hy vraagde aan LEENTJE, of zy wist wat liggende en staande<br />

regels waren ? En daar zy 't ook niet wist, besloot by ,morgen


1 90 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

eens weer to probeeren . Misschien zou 't dan beter gaan ." Dit<br />

vond LEENTJE ook.<br />

My wel, zei de moeder, maar denk er aan dat je me niet<br />

veraffrenteert voor juffrouw LAPS . . . . want ik heb gezeid, dat .<br />

j e 't kon . . . . en de man is j arig woensdag acht dagen . . . . dus<br />

veel tyd heb j e niet .<br />

WOUTER ging naar de aschpoort, zocht het brugje, en begon<br />

daar bitter to schreien .<br />

Ga eens kyken wat dat jongetje scheelt, hoorde by 'n<br />

vrouw zeggen tot een meisje van veertien, zestien jaren, 't kind<br />

heeft zeker iets verloren .<br />

Heb j e wat verloren jonge-heer ?<br />

WOUTER zag op en schrikte . Want het was hem, alsof i dat gelaat<br />

herkende . 't Deed hem del:en aan FANCY.<br />

0, nu is alles goed . . . . nu gy daar zyt ! Ik heb zoo naar u<br />

verlangd . . . .<br />

Naar my, jonge-heer ?<br />

Ja, j a, j a ! Ik wist niet, dat ik verlangde . . . . maar nu<br />

weet ik het. 0, zeg het my toch spoedig . . . . wat staande regels<br />

zyn, en hoe ik m'n vers moet maken ?<br />

Het meisje, dat met hare moeder waschgoed to bleeken legde<br />

op 't gras, keek WOUTER gek aan . Ze liep terug naar de moeder,<br />

en zei niet to weten wat dat kind mankeerde . Maar dat er iets<br />

aan haperde was zeker .<br />

Hy ziet er uit, of -i geschrokken is, zei ZE .<br />

En daarop haalde ze uit 'n klein huisje, in de buurt, wat water<br />

dat ze WOUTER toereikte in een theekopje . W0uTER-zelf begon to<br />

begrypen, dat-i zich vergist had . Maar er was iets zoo goedaardigs<br />

in het voorkomen en in de wyze van doen van het meisje,<br />

dat by zich tot haar voelde aangetrokken, al heette zy dan maar<br />

FEMKE . Zoo noemde haar de moeder . En bovendien deze naam<br />

deed hem denken aan FANCY, dat al veel was.<br />

FEMKE wees WOUTER 'n omgekeerd mandje aan, en noodigde<br />

hem uit, haar to vertellen wat de oorzaak was van .n zyn verdriet .<br />

WOUTER deed dit zoo goed by kon, terwyl moeder en dochter<br />

zich bezig-hielden met haar ,bleek ."<br />

Misschien kan ik j e wel helpen, jonge-heer . . . . zei de moeder<br />

Want m'n man heeft een aangetrouwden neef, die wewenaar is . .<br />

Ja, juffrouw . . . . maar die liggende regels ? En er moet van<br />

God inkomen .<br />

Precies, jonge-heer. Och, 't is 'n heele historie . Z'n vrouw<br />

was m'n mans nicht, weetje, want we zyn roomsch, en ze deed<br />

haar geloof goed . . . . leg 'n steentje op die asseldoekies *) FEMKE,<br />

I Zegge : okseldoekjes . Het zyn de vierhoekige stukjes lynwaad die<br />

aan de onderzyde der armsgaten, op 'n wyze die de speling van 't bewe


KEEN VAN MULTATULI . 191<br />

anders waaien ze weg . . . . ja, jonge-heer, 't is een heel ding met<br />

zoo'n bleek, je heb 'r geen begrip van, zoo'n ding als 't is . . . . nu, ze<br />

onderhield haar godsdienst, en daar deed ze goed aan, want - dat<br />

zal je ook wel weten jorige-heer. - als 'n mensch z'n godsdienst<br />

ii jet duet, is er niet veel aan, maar by . . . . trek dat hemd wat na<br />

je toe, FEMKE, de mouw liangt in de sloot . . . . maar by gaf er<br />

niet om, en zei, dat 't allemaal gekheid was . . . . maar toen ze stierf<br />

en by zag hoe ze bediend werd . . . .'t was paten JANSEN, die 'r<br />

bediende, jonge-heer, je zal hem wel kennen . . . . by loopt alty d.<br />

met zoo'n zwart stokkie, en raakt er nooit mee aan den grond . . . .<br />

De vrouw zag WOUTER vragend aan . De arme jongen zat op<br />

't omgekeerde korfie, met de ellebogen op de knie, en de kin in<br />

beide handen . Hy luisterde met open mond, en spande zich in om<br />

to begrypen hoe die vertelling zou ne6rkomen op verzemaken .<br />

Maar van pater JANSEN en diens aarde-verachtend stokje had by<br />

nooit gehoord . Dit moest-i bekennen .<br />

- Nu 't was pater JANSEN, die 'r bediende . En toen m'n mans<br />

neef dat-zag . . . . giet niet bezyen, FEMKE, dan spat er de modder<br />

zoo op . . . . ja, toen-i zag dat 'n mensch toch niet sterft als 'n<br />

stom beest, toen had-i 'r weet van, en naderhand heeft-i z'n paschen<br />

gehouden als 'n ander en toen-i verleden jaar z'n been brak,<br />

want by is schilder *) weetje, toen heeft-i negen weken lang dertien<br />

stuivers van de armen gehad . . . . zoodat ik maar zeggen wil,<br />

dat ik ook een w6wenaar in m'n familie heb . En nu moet je<br />

opstaan van je mandje, jongeheer, want ik heb 't noodig.<br />

WOUTER stond haastig op alsof-i bevreesd was onbescheiden to<br />

wezen in 't gebruik maken van de gastvryheid . En de vrouw ging<br />

heen, na een ernstige vermaning aan FEMKE, om goedd op de bleek<br />

to passen enn haar to roepen, als 'r kwa6jongens kwamen . Want<br />

dat gebeurde wel eens, zei ze.<br />

- Ben je weh beter, jonge-heer ? vraagde de vriendelyke<br />

FEMKE .<br />

- 0 ja, antwoordde Wouter, maar ik begryp niet hoe ik dat<br />

alles zal to-pas brengen in m'n vers .<br />

Weinig lezers zullen zonder myn hulp, hier op 't denkbeeld<br />

komen, dat WOUTEPR moed noodig had om z'n gebrek aan begrip<br />

to erkennen . We zyn zoo gewoon aan het niet begrypen, dat we<br />

daarin uit traagheid berusten. En 't gedurig waarnemen van die<br />

berusting in anderen, maakt ons beschaamd over onze stompheid,<br />

waarmee wy meenen alleen to staan . Waarlyk, er is moed<br />

noodig om alleen dom to wezen, en hierdoor is de wysheid der<br />

gen toelaat, de niouwen verbinden inet het hemd. Hoe in case zulke lapjes<br />

op eigen gelegenheid werden te-bleek gelegd . . . .<br />

Ik gis dat de auteur 't woord assel heeft willen plaatsen, om een bewys<br />

to geven hoe aandachtig by 't volksdialect bestudeerde . (1872)<br />

*) Schilder, amsterdamisme voor verwer .


1 92 IDEEN VAN MULTATULL<br />

menigte meestal niets dan commanditair wanbegrip . Laat een<br />

schryver, een spreker, een redenaar, die zich verheugde over algemeene<br />

toejuiching, den indruk onderzoeken then z'n arbeid<br />

gemaakt heeft op elk individu, dan zal by meestal ontwaren, dat<br />

de algemeene goedkeuring de som is van7persoonlyk onverstand,<br />

en dat men niet hem heeft toegejuicht, maar zichzelf een certificaat<br />

gegeven van gelyke scherpzinnigheid als men, nog-al gewaagd,<br />

in alle andere veronderstelde . De meeste schryvers, dichters,<br />

wysgeeren van naam, hebben daaraan hun roem to danken.<br />

Hoe dit zy, WOUTER was oprecht, en zei ronduit aan FEMKE,<br />

dat z'n vers hem nog evenzeer bezwaarde als vroeger .<br />

- Je moet bedenken dat het rymen moet, FEMKE, dat alle<br />

regels even lang moeten ' zyn, dat ze moeten liggen en staan . . . .<br />

want dat heeft m'n broer gezegd, die zelf schoohneester is .<br />

FEMKF, peinsde, en op-eens :<br />

- Ken-je latyns ? vraagde zy, of WOUTER dan geholpen was .<br />

- Ach neen . . . .<br />

- Nu 't doet er niet toe, riep ze, 't hollandsch staat er naast . . . .<br />

ik zal je helpen. Wil je even op de bleek passen ?<br />

WOUTER beloofde het, en FEMKE liep naar huis .<br />

Daar naderden een paa'r jongens, die met steenen wierpen .<br />

WOUTER in het diep besef zyner verantwoordelykheid voor de<br />

bleek, riep hun toe daarme6 optehouden . Nu werd het erger .<br />

Zy naderden en plaagden onzen kleinen bewaker, door op het<br />

waschgoed to loopen . Hy had 'n gevoel of-i FEMKE zelf zag mishandelen<br />

en, vloog dapper op de bleekverstoorders in . Maar by<br />

was de sterkste niet, en alleen tegen twee, zoodat-i waarschynlyk<br />

zou bezweken zyn, als niet z'n dame tydig was we&rgekomen .<br />

Deze verloste hem, en verjaagde de ondeugende aanvallers .<br />

Toen zy zag, dat WOUTER bloedde aan de lip, gaf ze hem een zoen .<br />

Het hart van den knaap tintelde . Zyn ziel groeide op-eenmaal<br />

tot ongekende hoogte, by voelde we&r -- voor 't eerst in langen<br />

tyd - dat prinselyke waarme6 by LEENTJE eens zoo verschrikt<br />

had. Z'n oogen flonkerden, en den armen jongen, die zoo-even<br />

geen vers wist saemtelymen, doorschoten op-eenmaal de stralen<br />

van gevoel, van verbeelding en van moed, die den mensch maken<br />

tot dichter .<br />

- 0 FANCY . . . . FANCY . . . . sterven voor u . . . . sterven met zulk<br />

een kus op de lippen . '<br />

Het speet hem, dat de jongens weg waren . Ja, al waxen er tien<br />

geweest, by had lust in ongelyken stryd .<br />

En FEMKE, die nooit dichterlyke uitboezemingen gehoord had,<br />

begreep hem terstond, omdat ze een onbedorven meisje was, en<br />

dus in 't bezit van de rouerie, die de Natuur ten bruidschat geeft<br />

aan onschuld . Zy voelde WOUTER's ridderlykheid, en tevens<br />

dat ze een dame was, die ridderlykheid beloonen kon .<br />

- Je bent een lieve, lieve, jongen, zei ze, en greep zyn hoofd


met beide harden, en kuste hem weer, en nog-eens . . . . op 'n<br />

wyze alsof ze 't meer gedaan had . Wat toch niet waar was .<br />

- En nu moest je eens kyken in dit boekje, waarin verzen staan .<br />

Misschien zal 't je helpen voor je tante . . . .<br />

Ze is m'n tante niet, antwoordde Wou , rER, inaar 't boekje<br />

wil ik wel zien .<br />

Hy legde 't op de leuning van de brug, en begon to lezen .<br />

FEMKE grooter dan hy, had den arm oin zyn hall geslagen .<br />

en wees hem met de andere hand, wat by lezen moest . Een lie ve,<br />

schildery ! *)<br />

- Zie, die regels zyn even lang, zei 't meisie,<br />

- Ach j a . . . . maar ze rymen niet .<br />

En WOUTER las :<br />

Allerreinste moeder,<br />

Allerzuiverste nioeder,<br />

Ongeschondene trioeder,<br />

Onbevlekte moeder,<br />

Machtige niaagd,<br />

(xoedertierene inaagd,<br />

Getrouwe inaagd,<br />

Geestelyk vat,<br />

Eerwaardig vat,<br />

Schoon vat van devotie,<br />

Geestelyke roos,<br />

Toren van David,<br />

Ivoren toren,<br />

Dour des hemels . . . .<br />

- Maar FEMKE, hoe kan ik dat gebruiken voor myn vers ?<br />

1k begryp er niets van .<br />

Nu moet ik erkennen, dat FEMKE-zelf er ook nets van begreep .<br />

Sedert vier, vyf jaren las ze dagelyks in dat boekjen, en was altyd<br />

tevreden geweest met de maat van haar begrip. Maar nu ze<br />

door WOUTER'S onnoozelheid in mor6 gesteld werd, reden to geven<br />

van haar geloof, bemerkte zy voor 't eerst, dat zy even onwetend<br />

was als hy. Zy voelde schaamte hierover, en sloeg 't boekje dicht .<br />

- Maar ken je dan 't geloof niet ? vraagde zy, alsof hun beider<br />

domheid het gevoIg kon zyn van die byzondere omstandigheid .<br />

*) Voor 't byna ondenkbaar geval, dat onze schilders een oogenblikje<br />

tyd vonden, na 't afwerken van hun heiligen, binnenhuizen, stillevens of<br />

den eeuwigen : 66n heer,met 46n hond en 66n haas, ben ik zoo vry hun myn<br />

WOUTERTJEN allereerbiedigst aantebieden . Ik weet wel dat het gewaagd<br />

is, by den Lucullischen rykdorn aan denkbeelden, waarvan onze schilderytentoonstellingen<br />

getuigenis geven, op de behandeling van een nieuw onderwerp<br />

aantedringen, rnaar 't k6n eens zyn, dat de weelderige inspiratie van<br />

richting veranderde . Nu voor alsdan geef ik den heeren kennis, dat FEm-<br />

KEN een Amelander kap .~,4raagt . Quaerttur : hoe koinen de vrouwen van dat<br />

eiland aan een hoofdtooisel dat meer met het Noordhollandsche uit de buurt<br />

van Alkmaar, dan met bet Friesche overeensternt ? (1872)<br />

IDEEN II .<br />

IDEEN VAN MULTATULI . 1 9 3<br />

13


19 ID VM<br />

-Z66 niet, zei WOUTFr, . Ik heb 't anders, geleerd .<br />

- Maar je gelooft toch aan Jezus ?<br />

- 0 ja, dat is de zoon van God. Maar ik wist niets van die vaten<br />

en torens . Hoort dat by 't geloof ?<br />

We] zeker ! En je kent de Heilige Maagd toch ? Dat is Maria.<br />

ZOO ? MARIA ? Ja, dan weet ik het .<br />

En 't vagevuur ?<br />

Daar'weet ik niet van .<br />

En de biecht ?<br />

-Gut n6 . . . .<br />

Maar hoe maak jelui 't dan ?<br />

Hoe meen je dat, FEMKE ?<br />

Wel . . . . om zalig to worden .<br />

Ja, dat weet ik niet, antwoordde WOUTER. Meenje, om in den<br />

hemel to komen ?<br />

- Wel zeker. Daarom is 't to doen, en dat kan niet zonder de<br />

Heilige Maagd, en zonder zoo'n boekje . Wilje, dat ik je 't geloof<br />

leer, WOUTER ? Dan komen we samen in den hemel .<br />

Nu, dit wilde WOUTER wel . En FEMKE begon :<br />

God schiep de wereld . . . .<br />

Wat deed by v66r then tyd, FEMKE ?<br />

Dat weet ik niet. Maar de menschen zyn slecht geworden<br />

door een slang, en toen heeft de Paus de slang vervloekt, want<br />

de Paus woont to Rome, weetje . En toen is JEzus gekruizigd,<br />

om de menschen weer goed to maken dat is lang geleden . . . .<br />

- Ja, dat weet ik wel, zei WOUTER. JEzus heeft het jaar veranderd<br />

. Hy begon met nul by z'n geboorte .<br />

Dit wist FEMKE weer niet. Zoo vulde de een de wysheid aan van<br />

den ander, en Wouter was grootsch, dat-i toch iets wist van 't<br />

geloof, al was het dan volgens FEMKE 't ware niet.<br />

- Nu, JEzus heeft de menschen we6r goed gemaakt, en als, je<br />

nu goed bidt uit zoo'n boekje, dan wordt je zalig . Begryp je 't<br />

nu, WOUTER ?<br />

- Nog niet geheel. Wat is eigenlyk een ivoren toren ?<br />

- Wel, dat is zoo'n benaming van de Heilige Maagd . 't Is byvoorbeeld<br />

alsof je . . . . pacer tegen den pastoor zegt . Daar heb je<br />

nu . . . .<br />

FEMKE zocht een voorbeeld .<br />

. . . . daar heb je nu je moeder, hoe noem je die ?<br />

Wel . . . . ik zeg : moeder .<br />

Juist. Maar hoe noemt haar een ander ?<br />

Dan zeggen ze juffrouw PIETERSE .<br />

*) FEMKE wist niet to antwoorden op deze onnoozele vraag, en Wou<br />

TER drong niet op verklaring aan . Ik evenwel stel aan de theologen dezelfdevraag,<br />

en dring wel aan op antwoord . Men zie over die v66rscheppingsperiode,<br />

564 en 565, (1872)


IDEEN VAN MULTATULL<br />

Precies . Nu, als men de Heilige Maagd aanspreekt, zegt<br />

men ivoren toren, juist zoo-als men je moeder jufvrouw PIE-<br />

TERSE noemt . Als men roept : julrrouw Pieter8e . 1 dan is het, dat ze<br />

luisteren zal, en zoo wil ivoren poort zeggen, dat men onder de<br />

Heilige Maagd moet doorgaan, om in den fiemel to komen . Want<br />

daarom is 't to doen .<br />

- Maar FEMKE, wat is dat Loch eigenlyk . . . . een in aagd<br />

FEMKE kleurde .<br />

Dat is iemand, die npoit een kindje gehad lieeft . . . .<br />

Ik ? vroeg WOUTER verbaasd .<br />

Wel neen, malle jongen . . . . 't moet een meisje wezen .<br />

Ben jy een maag(i ?<br />

Wel zeker . . . .<br />

FEMKE sprak de zuivere waarheid .<br />

Wel zeker . . . . omdat ik niet getrouwd ben,<br />

Maar MARIA was toch getrouwd en JEZUS was haar kindje .<br />

Dit is nu juist het heilige van de zaak, antwoordde FEMKE .<br />

En daarom heet ze ivoren poort . Begrypje 't nu, WOUTER '?<br />

WOUTEPR begreep het niet, maar by vraagde verlof het boekje<br />

mee to nemen om er in to studeeren . Dit kon niet, want FEMKE<br />

moest het dagelyks gebruiken, zeide zv, en WOUTER berustte<br />

hierin met te-meer spoed, omdat-i voor geen schatten oorzaak<br />

zou willen zyn, dat er iets bedorven word aan FEMKE'S zaligheid-<br />

Maar FEMKE noodigde hein uit, dikwyls weer to koinen. Ze wilde<br />

hem altyd gaarne vertellen, wat zy van de zaak wist, en als er<br />

iets haperde, zou ze't aan pastoor JANSEN vragen . Dan kon Wou-<br />

TER heel gauw *) zoo knap worden als de beste .<br />

WOUTER vertrok, ma FEMKE hartelyk gegroet to hebben . 1)e<br />

ontmoeting met dat meisje, dat geheimzinnige boekje . 't zaligworden,<br />

zyn gevecht met de bleekverstoorders, alles warde zich<br />

dooreen met de gedachte aan 't vers, dat-i maken moest . En --zonderling<br />

! -ook scheen er verband tussehen dit alles en zyne<br />

droomen van macht en heerlykheid . Dit had hem dan ook we6rhouden<br />

van veel vragen en tegenwerpingen, (lie z'n gezond ver-<br />

*-) Ik betwyfel of inpi Vlaamsche lezers het woord yauw keuneu . De<br />

beteekenis in gemeetizaam hollandsch, is : v1ug, snel, spoedig . Geheel ill<br />

afwyking van anderen die gauwdiel afleiden van yamv, houd ik ons ganiv<br />

voor 'n aanduiding van den spoed en de behendigheid waarnA een gauwdief<br />

steelt . Dit woord nan - ielyk is 't hoogduitsche yawheb, a highwayman,<br />

un voleur de grand chemin . De beteekenis van dit gau, beeft oorsprolikelyk<br />

niets to niaken met spoed . 't S ,_)reekt vatizelf dat inallengeval die -,v overcompleet<br />

is : drie Ws naast elkander ! Onze taalmeesters houden daarvan .<br />

Van honved, de benaming der Hongaarsehe rnilitie, later scheldwoord als<br />

iansknecht (lansquenet) schobbejak en pandoer maken zy : hondsvod . Dit<br />

rehabiliteert de jufvrouw van den koekbakker, die clairvoyance tot ,,kloer<br />

van jansen" oi, ,nknoeide . Ik vraag 'n professoraat ill de letterel) VoOr die<br />

dame . (1872)<br />

1 95


19 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

stand hem zouden hebben in den mond gelegd, by 't kort begrip<br />

van FEMKE's theologie. Hy zou begrepen hebben, dat haar weten<br />

ver beneden 't zyne stond, maar in zyn onbestuurd gevoel<br />

veranderde alles van zin. Thuiskomende bladerde by in STOF-<br />

FEL's boeken of daarin ook soms iets to vinden ware van heilige<br />

vaten, ivoren torens, of allerzuiverste maagden . Maar, helaas,<br />

by vond niets dan dorre schoolboekjes, die over allerlei dingen handelden,<br />

maar niet over de zaligheid . WOUTER voelde neiging tot<br />

zweven en z'n heele omgeving dwong hem tot kruipen .<br />

Hy had aan FEMKE grvraagd, wat God deed voor by de wereld<br />

schiep . Deze vraag namelyk had hem sedert lang bezig gehouden .<br />

Hy kon zich 't niet-zyn niet voorstellen, en het verdroot hem,<br />

niet to kunnen doordringen tot de eerste oorzaak der dingen .<br />

Telkens als zyn ongeoefend denkvermogen stuitte op 'n onmogelykheid,<br />

of afdwaalde op bypaden, bracht by zich met inspanning<br />

terug tot zyn punt van uitgang, om op-nieuw to beproeven<br />

of by een doortocht vinden kon naar 't ebne onbekende<br />

de oorzaak van het zyn :<br />

Meester PENNEWIP heeft 'n vader en eene moeder gehad,<br />

zuchtte by . . . . goed ! En de oude heer PENNEWIP, die spekslager<br />

was . . . . zou dat ook de reden zyn, dat SLACHTERSKEESJE . . . .<br />

neen, ik wil niet afdwalen . Die oude heer PENNEWIP moet ook<br />

'n vader gehad hebben . . . • . en die weer . . . . en die ook . . . . en die<br />

weer . . . . ja altyd . . . . maar wie is de eerste PENNEWIP geweest ?<br />

En wie zou de varkens geslacht hebben voor er spekslagers waren ?<br />

En wat deden de spekslagers, toen er nog geen varken was ?<br />

En waar is 't eere ste konyntj e van-daan gekomen ? En de<br />

ee rste appel ? Of 't eerste pitj e ? En wat zou er eerst geweest zyn,<br />

een appel of 'n pit ?<br />

En God, toen by aan 't scheppen gang, moet by Loch een wil<br />

gehad hebben . Wat deed by met then wil, toen er niets was ?<br />

Ik begryp er niets van, en zou het toch zoo graag willen weten .<br />

Ja, WOUTER wilde zoo graag weten, wat sedert menschen-bestaan<br />

gezocht is door alle wysgeeren. 't Was hem niet kwalyk<br />

to nemen, dat-i bleef vasthouden aan die kinderlyke neiging om<br />

zich een begin to denken. En als veel anderen - ouder, maar niet<br />

veel wyzer dan by - wanhoopte by niet . Eenmaal zo.u by 't<br />

weten dacht-i .<br />

Aan hen die WOUTER kinderachtig vinden, moet ik zeggen dat<br />

ik hem niet veel dommer vind, dan PLATO, KANT en dezulken.<br />

En voor deze heeren kan geen j eugd worden aangevoerd als<br />

verlichtende omstandigheid, terwyl zy zich bovendien voor<br />

hun onkunde lieten betalen, als-of 't wysheid geweest ware .<br />

Eenmaal zou hy';dat alles weten, dacht WOUTER . Als-i maar zoo<br />

gerust ware geweest over den afloop van 't vers, dat nog altyd<br />

niet op stapel stond. Als dat maar eerst klaar was, meende hij,<br />

dan zou by de eerste oorzaak der dingen ook wel to weten komen .


IDEEN VAN MULTATULI .<br />

197<br />

Intusschen droomde by van FEMKE, van haar blauwe oogen,<br />

van haar vriendelykheid, en van die zachte lippen . En van de<br />

stem, waarmee ze gezegd had : j e bent een lieve, lieve j ongen . . . .<br />

- Zou zy 't wezen . . . . OMIKRON ? dacht hy .<br />

Een zonderling hoof dstuk, dat echter in nauw verbannd staat met Wou-<br />

TER'S geschiedenis . Mythe en Historie. Waarheid en leugen. De Nederlandsche<br />

volksvertegenwoordiging en waarheid . Beminnen, wet en, stryden, de hoo fdnn.eigingen<br />

van individu en snensheid .<br />

513. Zoo droomde 't kind . En by den knaap, als in de ontwikkelingsperiode<br />

der mensheid, werkten de krachten van de<br />

driedubbele veer die ons voortdryf t, in eene richting .<br />

Beminnen, weten, stryden ---- alles saemtevatten in : beweging<br />

ziedaar de zielkundige analyse van 't doel, dat de jeugd aantrekt<br />

en die tevens eenige opheldering geeft van de wereldgeschiedenis,<br />

vooral uit de tyden, die we gewoon zyn duister to noemen, doch<br />

die in zekeren zin helderder voor ons oog staan, dan de zoogenaamdstrikthistorische<br />

.<br />

Eenmaal aannemende, dat niets geheel waar is (1) zal men<br />

moeten erkennen, dat zeer dikwyls het naderen tot waarheid<br />

lichter valt by 't ontleden eener mythe, dan wanneer men ze<br />

zoekt in de opzettelyke leugens der geschiedschryvers .<br />

Maar, ook zonder opzet, de invloeden, die leiden tot vervalsching<br />

der geschiedenis zyn velen . En de kans op verspreiding<br />

van geloof aan die onwaarheden is grooter, wanneer ze ons met<br />

deurwaardersdeftigheid worden opgedischt als 'n ,relaas van<br />

wedervaren" dan als ze, zonder aanspraak op letterlyke juistheid,<br />

het licht kenbare kleed dragen van kinderlyke of dichterlyke behandeling<br />

. Niemand zal na 't lezen van PHAEDRUS of LAFONTAINE,<br />

gelooven dat vossen en raven spreken kunn .en, maar wel verkeeren<br />

nog altyd velen in den waan, dat WILLEM de ZWYGER zoo'n byzondere<br />

vader was van het vaderland, dat nooit z'n vaderland<br />

geweest is .<br />

Zoo opgevat is er meer waarheid in GENESIS dan in de Historie,<br />

en wat men leugen zou noemen in beide, is verschoonlyk<br />

in de eerste, omdat de dichter niet kon voorzien, d at men eenmaal<br />

z'n visioenen zou gebruiken als punt van uitgang, om 't menschdom<br />

to overvallen met roovers-geweld, en in kluisters to slaan .<br />

't Is waarlyk de schuld niet van den verteller, als de hoorder<br />

van z'n versierd verhaal, byzaak aanziet als hoofdzaak (79)<br />

of erger nog, wanneer deze als een gebeurd feit aanneemt wat<br />

slechts werd gegeven als spel der verbeelding .<br />

Maar meestal is dit laatste zoo niet . De dichter - in waren<br />

zin, natuurlyk : van verzenmakers spreek ik niet - de dichter verzamelt<br />

en rangschikt bouwstoffen, en by is slechts maker -<br />

;rot ,)jr~,g - als de bouwheer, die materialen zoekt, uitkiest, by-


1 9 8 IDEEN VAN MULTATULL<br />

eenbrengt, en op zekere wyze verbindt . Dichter en bouwmeester<br />

geven den norm aan wat er werd verzameld in hun werkplaats,<br />

maar de inhoud -- zin of ruimte - van beider werk, was niet<br />

hun eigendom . Het maakte, lang v66r hen, een deel uit van 't<br />

oneindige zyn .<br />

Ja, ja, er is altyd waarheid in pokie (263) en waar wy ze niet<br />

ontdekken, ligt de schuld aan ons. Het is een droogstoppels uitvinding,<br />

poezie to wantrouwen, en om zich to hoeden tegen bedrog,<br />

moet men juist zeer voorzichtig zyn met geloofslaan aan<br />

proza. De staatsdienaar, de wysgeer, de filanthroop, de statisticus,<br />

die vreugd noch smart laat doorschynen in betoog of eyferopgave<br />

. . . . geloof my, zy hebben zoo weinig aanspraak op vertrouwen,<br />

als de meest oppervlakkige beschouwer . Gevoel, verbeelding<br />

en 2noed zyn onmisbare dryfveeren ter aansporing van<br />

den man die weten wil. En daarom is wysbegeerte 66n met po6zie .<br />

De waarheid met al haar eenvoud, is hartelyk, kleurig en beeldryk.<br />

De leugen rechtlynig, afgepast en dor .<br />

1k ben gewoon misverstaan to worden, en zelfs zyn er die ineenen<br />

dat ik my toeleg op veroorzaken van misverstand . Dit is zoo<br />

niet . Integendeel het doet my leed de gaaf niet to bezitten my begrypelyk<br />

to maken voor ieder die my nu leest, maar wel troost<br />

ik my met de gedachte, dat myn denkbeelden duidelyker voor<br />

den geest zullen staan, van wie my later lezen zullen . Er zyn<br />

voorwerpen, die men niet duidelyk ziet van na.by. (122)<br />

Om aantetoonen, dat ik gaarne wil begrepen worden, zal ik<br />

even stilstaan by de betrekkelyke kans op waarheid in pokie<br />

en 't gevaar van leugen in proza.<br />

PsucH.k nadert den slapenden Amor . Met behoedzamen tred<br />

schrydt ze langzaam voort. Er is schroom in haar gang, vrees<br />

voor struikelen, angst voor 't bereiken van haar doel . Maar al<br />

die terughouding is in stryd met haar blik, die de ruimte doorboort.,<br />

en vlammende tegenspraak uitstraalt tegen de traagheid<br />

van hare voeten. Niet voor haar tred schiet de hoog-gehouden<br />

lamp haar licht, maar op den Amor . Zyzelf treedt in 't duister .<br />

Alleen op 't voorbeeld van hare begeerte kaatsen de stralen terug,<br />

die eigenlyk dienen moesten om den weg helder to maken, welken<br />

zy heeft of to leggen om dat voorwerp to bereiken . Daaraan<br />

denkt PS -UCHk niet. Ligt er op den weg een hindernis . . . . zy<br />

zal struikelen. Een afgrond . . . . zy stort er in . Als de onbekwame<br />

maar hartstochtelyke zeeman stuurt ze recht-toe op de haven,<br />

onverschillig of er klippen of rotsen liggen tusschen die haven<br />

en zyn kiel . . . .<br />

Ze nadert, nadert! En naby den sluimerenden knaap gekomen,<br />

wekt ze hem. Door welluidend roepen ? Door liefkoozing ?<br />

Door 'n zucht ? Neen . Dat had ze gewild, maar er was een wyde<br />

kloof tusschen haar willen en haar durven . Zy meende dat zy den<br />

knaap wekken zou . . . . o zeker ! Zoo dacht zy, v66r de afstand


IDEEN VAN MULTATUM . 199<br />

tusschen zyn fiefelyk beeld en haar brandende begeet-te vje-s afgelegd.<br />

Maar nu ? Nu ? Naby ? Zy schrikt voor het genot van "t<br />

bereiken. Ze had kracht om to naderen, maar geen sterkte om to<br />

blyven. ITitgeput door 't begeeren, ontzinkt haar de moed, die<br />

noodig schynt tot het bezit, en geschokt door den tweestryd der<br />

keuze tusschen vlucht en genieten, siddert de vermoeide hand,<br />

die de lamp houdt . . . . A mor ontwaakt door de pyn van de bran dwonde<br />

. . . .<br />

Leugens zegt DROOGSTOPPEL.<br />

Waarheid, waarheid! antwoord ik . Ja, waarlyk, z66 is het .!<br />

Z66 inderdaad ontwaakt de lie fde, wakker gebrand, door de pyn<br />

die 't gevolg is van de onhandig bestuurde eerste begeerten der<br />

stoutmoedige ziel .<br />

`War blyft uw leugen-proza by die waarheid, o nuchtere koopman,<br />

die : elf, tien noemt, of : tier zeven, of : veel weinig, of : weinig,<br />

alles, naarmate 't u dient in uw geschacher op beurs of in winkel .<br />

Waar blyft daarby uw proza, o statisticus, die algemeene welvaart<br />

boodschapt, terwyl 't grootste deel uwer medemenschen<br />

wegsterft in ontberingen en kommer ?<br />

Waar blyft by die waarheid der mythe, uwe waarheid, o geschiedschryver,<br />

die met drogen ernst ons wat vertelt van prins<br />

die, van koning z66, als-of er geen yolk stond onder, naast, boven<br />

zoo'n potentaatje . ?<br />

Waar blyft uw waarheid, o staatsdienaar, die in dorre deftigheid<br />

u aanstelt als-of ge inderdaad geloofdet het ,per8oonlyk<br />

middelpunt" to zyn van de mensheid ?<br />

Waar blyft uw waarheid, godverkondigers, die winkeltje speelt<br />

met vertellingen waaraan gyzelf niet gelooft ?<br />

Waar blyft uw waarheid, preekers, babbelaar8, redevoeringhouers,<br />

spreek- praat- redeneer- vertoog- pleit- verhandelkranen, h raison<br />

van zooveel woorden in 't u.ur, van zooveel centen 't woord . . . . gy<br />

splitters van gevoel, debitanten van wysheid, inn volzinnen groot en<br />

klein, by den emmer en by het maatje . . . . waar blyft uw aller waarheid<br />

by den diepen zin die 'r ligt in de dichtverhalen der jonge<br />

mensheid ?<br />

Ik begryp GENESIS niet. Maar zie, eer zou ik geneigd wezen<br />

iets aan to nemen van de zonderlinge paradys-historie, dan geloof<br />

to slaan aan de groote voordeelen die men behalen zal door zyn<br />

geld to geven in die ,bank", in die ,nmatschappy ter ontginning",<br />

in die levensverzekering" en dergelyke . Er is waarheid in den<br />

roman van JOB, van TOBIAS, van de Makkab6en - een schoon heldendicht<br />

! - maar er is geen waarheid in de redevoeringen van<br />

onze Tweede-Kamer. Zoowel daar als in GENESIS worden de<br />

feiten verkracht . Maar 't verschil ligt in de bedoeling . De oude<br />

dichters brengen tegen hun wil de lezers in dommeling en tot<br />

wanbegrip. De hedendaagsche prozalsten liegen met voordacht, en<br />

betalen niet eenmaal het bereiken van hun doel, met de smarte-


200<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

lyke inspanning, die noodig is tot groote conceptie . Een prozaleugen<br />

kost niet veel, j a niets meestal, want men produceert ze<br />

gewoonlyk door 'n onthoudend zwygen over de zaak, die genoemd<br />

had moeten worden . Elk Kamerlid dat by de behandeling onzer<br />

verwarde indische zaken, zwyt van de Havelaars-geschiedenis,<br />

is een leugenaar . Elk Kamerlid, dat geen woord spreekt over<br />

den ellendigen toestand des Volks, is een leugenaar . Elk Kamerlid,<br />

dat, niet geloovende aan christendom, christelykheid, opstanding,<br />

eeuwigheid, godsloon, genade, straf, enz., toch zonder protest<br />

de begrootingen laat goedkeuren, waarop millioenen voor die<br />

dingen zyn uitgetrokken, is een leugenaar . Elk Koning eindelyk<br />

die in troonredenen spreekt van ,z'n geliefd yolk" en dat Volk<br />

maar heel eenvoudig laat bederven en verarmen, is een leugenaar.<br />

Maar ook in zulke dingen ziet men de omtrekken juister op 'n<br />

afstand, en om dit besef op to wekken, wil ik een paar hoofdstukken<br />

vullen met leugens die men nu wel als zoodanig erkennen<br />

zal, maar die voor tachtig en minder jaren werden aangenomen<br />

als de officieele waarheid . Wanneer ik geleefd en geschreven had<br />

in then tyd, zou ik getracht hebben ze to ontmaskeren, als nu .<br />

Maar evenals thans, zou ik overschreeuwd zyn geworden, door<br />

't groot getal dergenen, die - ik moet dit wel gelooven ! - belang<br />

hebben by 't verdedigen van onwaarheid .<br />

Na alzoo eerst gewezen to hebben op de dorre officieele leugen<br />

der Historie, zal ik, als tegenstelling, terugkomen op de kinderlyke<br />

oprechtheid, die er doorstraalt in de legenden uit de jeugd<br />

van ons geslacht, en daarna aantoonen hoe de knaap WOUTER,<br />

even als 't kind : Mensdom, werd voortgedreven door'n driedubbele<br />

kracht, door behoefte aan liefde, aan wetenschap en aan stryd .<br />

Eerste hoof dstuk der historische bydragen . „)<br />

514. WILLEM de Vyfde was een achterneef van den vader des<br />

vaderlands, en bekleedde alzoo krachtens zyne geboorte, de eervolle<br />

functie van vader. Ik heb hier niets tegen. Maar wat moet<br />

ik nu gelooven van dat vaderschap, als ik de Publicatie lees van<br />

16 Januari 1795, die door 't ,Committ6 revolutionnaire" van<br />

Amsterdam werd aangeplakt ? Hier is ze<br />

BRAAVE STADGENOTEN .<br />

UWE MEDEBURGERS<br />

GREGRORIUS CRUIS .<br />

SAMUEL IPERUSZ. WISELIUS .<br />

ISAAC JAN ALEXANDER GOGEL .<br />

JACOB THOEN .<br />

*) Ik ben bereid ieder belangstellende inzage te'geven van de onwraakbare<br />

stukken, waaruit ik de mededeelingen die nu volgen zullen, geput<br />

heb. Ik meen dat ze kurieus zyn. (1864)


IDEEN VAN MULTATULI . 201<br />

DANIEL VAN LAER .<br />

JURIAN ONDORP .<br />

EDUARD VAN DER SLUIS .<br />

P . B . DUIRVELDT .<br />

JOHANNES WILLEM VAN HASSELT .<br />

PIERRE JEAN BABTISTE CHARLES VAN DER AA .<br />

Uitmakende uw Committe revolutionn aire, wenschen u met deze omwenteling,<br />

Heil en Broederschap .<br />

Thans zyt gy door de edelmoedige hulp des Franschen yolks, en het gepast<br />

gebruik dat gy van uwe eigene krachten gemaakt hebt, vry .<br />

Gy verkrygt daardoor alle uwe rechten, welke u gewelddadig ontvreemd<br />

waren, en waarop gy alien, wie gy ook zyn moogt, een gelyke aanspraak<br />

hebt .<br />

GY ZYT VRY ! GY ZYT GELYK !<br />

Uwe overheerschers zyn reeds door ons van hunne posten ontslagen .<br />

Zy zyn gevlugt, of schuwen thans het licht !<br />

Opdat nu de noodzakelyke bestiering uwer belangens in deze stad, met<br />

de minste verwarring by voorraad zou kunnen voortgaan, tot dat het yolk<br />

i n staat gesteld wordt eene eigene regeringsvorrri to kunnen verkiezen, bieden<br />

way u op den voet der vrye Franschen, tot uwe Provisionele Representanten<br />

de volgende medeburgers aan - in vertrouwen dat, Gy onze ernstige<br />

pogingen zult goedkeuren, en verwwwagten, dat Gy, zo er iernand onder<br />

mogt zyn, welke algemeen mishaagt, uwe afkeuring zult to kennen geven .<br />

NICOLAAS VAN STAPHORST, koopman .<br />

JAN PIETETERSE, koopman.<br />

GUILLIEMUS POMPEUS VAN DER LEYDEN .<br />

GUILLIEMUS (sic) TITSINGH, koopman .<br />

ISAAC VAN Eys.<br />

WILLEM VAN DER VUURST.<br />

JACOB TEYSSET, Junior .<br />

JAN WILLEM IRHOVEN VAN DAM, advokaat .<br />

SALOMON Bos, winkelier.<br />

GEORGE HENDRIK DE WILDE, koopman .<br />

HERMANUS TEN KATE, dito .<br />

KAREL D'AMOUR .<br />

HENDRIK VAN GASTROP, advokaat .<br />

RUTGER JAN SCHIMMELPENNING (ninq : sic) advokaat .<br />

NICOLAAS BREUKELAAR, horologiemaker .<br />

GERARD VAN DER ZOO, cassier.<br />

DAVID VAN AKEN, koopman .<br />

JACOB LUDEN HENDRIKS, dito .<br />

MATTHYS VAN MAURIK .<br />

JAN GOLBERG, assuradeur .<br />

JAN VAN LANG, koopman.<br />

Vindt gy, onze medeburgers, dat wy, uit u aller naam, de volmagt van<br />

dezen uwen en onzen vertegenwoordigers teekenen ? - Om in den naam<br />

van 't Volk van Amsterdam, al datgene to verrigten wat de tydsomstandigheden<br />

zullen vereischen ?<br />

„Wy wien alleen het algemeene heil ter hate gaat, wenschen u geluk<br />

met uwe Provisioneele Vertegenwoordigers ! Op uwe burgertrouw en Vaderlandsliefde<br />

staat makende, verwachten wy dat gy alien zult inedewer-


20 2<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

ken om Eensgezindheid, Rust en Orde to helpen hanhaven . Weet ook dat<br />

de vrye Franschen, onze vrienden, alle ongeregeldheid en mishandeling<br />

afkeuren . . . . Dat Deugd en Braafheid ! dan by ons alien steeds de ordre<br />

van den dag zy .<br />

Broederschap,<br />

uit naani van het Committe revolutionnaire,<br />

P . J . B . C . VAN DER AA .<br />

Amsteldani, den 19 January<br />

eerste dag der Hollandsche Vryheid .<br />

Wie spraken hier onwaarheid, de ,medeburgers" die de heeren<br />

en meesters van gister „lichtschuwende overheerschers" noemen .<br />

of de dominees die den vorigen dag hun god hadden gesmeekt,<br />

al die ,vaderen" van stad en land to beschermen ?<br />

Het is opmerkelyk dat onder al die mannen die to Amsterdam<br />

werden op den voorgrond gesteld, slechts een - die van SCHIM-<br />

MELPENNINK - eenige vermaardheid heeft gekregen . Toen, als<br />

nu, schynen de middelmatigheden opgeld gedaan to hebben .<br />

Wy willen nu eens een ander stuk inzien . Het is van 20 Januari<br />

1795, en van fransche redactie, maar 't hollandsch staat er naast<br />

als in FEMKE'S boekje . 't Zou zoo jammer geweest zyn, als de<br />

ongeleerde gemeente verstoken ware gebleven van al de waarheden<br />

die 't bevat .<br />

Ainsteldam, den le van Pluviose van<br />

't 3e jaar van de eene en onverdeelbare<br />

Fransche Republiek .<br />

DE VERTEGENWOORDIGERS VAN 'T FRANSCHE<br />

VOLK, GEZONDEN BY DE LEGERS VAN 'T NOOR-<br />

DEN, EN VAN SAMBRE EN MAAS .<br />

aan 't<br />

BATAAFSCHE VOLK .<br />

„De Dwingelandy tegen de vryheid der Volken saemgespannen, kondigde<br />

ons den Oorlog aan, en ondernam ons to onderdrukken .<br />

„Een weerspannige stadhouder (un statthouder rebelle) had zig meester<br />

gemaakt van Uw Gouvernement . Hy trad in de goddelooze vereeniging<br />

der Dwingelanden, en vormde met hun het zinnelooze besluit van een groot<br />

Volk onder to brengen .<br />

„Uw bloed, uwe schatten, wierden verkddst tot deze misdadige onderneeming<br />

.<br />

„'t Lot der wapenen heeft aan de Regtvaardigheid van onze zaak beantwoord<br />

en onze overwinnende legers zyn op uw grondgebied getrokken .<br />

„Bataven, wy konden niet denken, dat gylieden tot dit gruwelyk bestaan<br />

medepligtig waart . Onze vyanden zyn ook de uwen .<br />

„Het bloed der stichters van de Republiek der vereenigde Provintien<br />

vloeit nog in uwe aderen, en in 't midden der gruwelen des Oorlogs hielden<br />

wy niet op, Ulieden aan to merken als onze vrienden en bondgenooten .<br />

,,'t Is op then voet dat wy thans in 't midden van TT zyn . Wy brengen<br />

g€yen schrik, inaar 't vertrouwen .<br />

„'t Is maar weinig jaren geleden dat een trotscb Ov rwinnnaar 11 wetteln<br />

voorschreef . Wy geven TJ de vryheid weder .


IDEEN VAN MULTATULI . 203<br />

„ Wy komen niet by U oni 11 onder ' E, j uk to brengen ; de Fransche natie<br />

zal uwe onafhankelykheid eerbiedigen. De lagers v'xn de Fransehe Republiek<br />

zullen de strengste krygstucht oeffenen .<br />

„Alle baldadigheden, alle buitens r>orighedet t tegen de Inwoonders, zul .len<br />

strenglyk gestraft wwworden .<br />

„De veiligheid van personen en goederen zullen worden gehandhaafd .<br />

„De vrye godsdienstoefening zal ongestoord lily vt n .<br />

„De wet ten, gewoontens en gebruiken zullen vooralsnog gehandhaafd<br />

worden,<br />

„Het Bataafsche yolk, gebruik makende vats zyn oppergezag, as.l allee#i<br />

kutnnen veranderen of verbeteren de Inrigting van zyne Regeering .<br />

'ILLET .<br />

~~ <strong>E1</strong>,1,EG,ARUF .<br />

J . B . LACOSTE . l€tr ~37 ;RT.<br />

"o-In'T1,, ( de l


204 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Natuurlyk wie baas is, wil bass blyven, en wat daartegen strydt<br />

is uit den booze. In deze Publicatie, die ik hier niet mag invoeren,<br />

omdat ze to lang is, wordt het roepen van ,,Oranjeboven" bedreigd<br />

met ,strenge geesseling en daarop volgende gevangenis van vyf<br />

jaren, en daarna bannissement uit deze prbvincie ."<br />

Zoo'n geesseling duurt maar weinige minuten . Die straf kan dus<br />

toegepast zyn . Maar vyf jaar gevangenis ? En daarna bannissement<br />

? Och, de waarheid van 4 Maart 95 duurde zoo lang niet,<br />

evenmin als de waarheid geduurd had, die weinige dagen vroeger<br />

op 't kussen zat . Welgezinden . . . . kwalykgezinden . . . . die woorden<br />

veranderen telkens van beteekenis . Vandaag was Oranje-boven<br />

een klaar bewys van diepe verdorvenheid . Morgen zou men infaam<br />

zyn door Oranje-beneden. Want men meene niet, dat er by zulke<br />

gelegenheden slechts spraak is van politieke verdeeldheid. 0<br />

neen, in de Publicatie die ik aanhaalde, worden de andersdenkenden<br />

flinkweg : misdadigen genoemd.<br />

Ook zou 't verkeerd wezen, to gelooven, dat alleen de Patriotten<br />

het privilegie hadden van lankdradige publicaties, en van 't oordeel<br />

over deugd of ondeugd . Maar toch heerscht er een andere<br />

geest in de staatsstukken van den Oranje-kant . Men ziet dat de<br />

opstellers gewoon waren aan bureau-werk, en beter den officleelen<br />

leugentoon wisten aantenemen . In de meeste publication<br />

van die zyde wordt vermaand om toch niet, uit overdreven yver<br />

voor de belangen van het huffs van Oranje, de andersdenkenden to<br />

beleedigen of to mishandelen . Er moest uit die stukken, door een<br />

glimp van inschikkelykheid, blyken dat de prinsgezinden 't sterkst<br />

waren, wat Loch niet waar was . Want in '87 moesten de Pruisen<br />

hun to-hulp komen, en in '95 lagen ze onder . De patriotten liegen<br />

brutaal en plomp als menschen, die voor 't eerst liegen . De orangisten<br />

spreken bedaarde f atsoenlyke ministerioele onwaarheid .<br />

De patriot liegt als een boer . De orangist als 'n kommies . De stadhuiswoorden<br />

van de stadhouderlyke party rieken naar de kanselary.<br />

Die der patriotten naar winkel en werkplaats . Maar, beschouwd<br />

op den afstand van zeventig, tachtig jaren, wekt aan<br />

beide zyden de taal, die toen de officieele waarheid heette to<br />

verkondigen, onze diepe verachting .<br />

Het spreekt vanzelf, dat er twee Nederlandsche goden waren<br />

in die dagen . Een die de Pruissen in 't land hielp, en WILLEM V<br />

op den - zetel, een die dezen zetel omwierp en aan de Franschen<br />

den weg wees over de rivieren . Later daagden er meer goden<br />

op . Er was er een, die Louis NAPOLEON beschermde. Deze god<br />

maakte plaats voor den : dieu des armees van den Keizer, die weer<br />

op zyn beurt het veld van Leipzig en Waterloo moest ruimen<br />

aan de privaatgoden van Rusland, Pruissen, Engeland, Nederland,<br />

Reuss-Schleitz, Katzenellebogen, enz .<br />

Maar we zyn nog zoover niet . Wy zyn in voile Republiek,<br />

en ik zal voortgaan met het aanhalen van eenige uittreksels uit


IDEEN VAN MULTATULI . 205<br />

de staatstukken dier dagen. De kommentaar blyft grootendeels<br />

overgelaten aan den scherpzinnigen lezer .<br />

PROCLAMATIE DER PROVISIONELE REPRAESENTANTEN VAN<br />

HET VOLK VAN HOLLAND . 4 MAART '95 .<br />

. . . . Dat sedert, den jare 1787 tot het tydstip toe, dat de Fransche<br />

wapenen door het zichtbaar bestel der goddelyke Voorzienigheid begunstigd,<br />

het yolk van Nederland in s taat hebben gesteld om aan het vorig<br />

willekeurig bestier een einde to maken<br />

Hoe rymt die vroomheid met de vroomheid van twintig jaren<br />

vroeger, of twintig jaar daarna ? Streed die god onder fransche<br />

vlag ? Onder Bataafsehe-Republieksvlag ? Was by orangist ?<br />

Dominees, gy die u aanmatigt lets to weten van then god, gy die u<br />

een bezoldigd beroep maakt van bet verkondigen zyner begeerte,<br />

zegt gylieden my eens : wanneer loogt ge ? Loogt-gy in den Oranjetyd<br />

? In den patriottentyd ? In den franschen tyd ? Of loogt ge<br />

na Waterloo ? Diende uw God in 't leger van de Pruisen, toen ze<br />

WILHELMINA kwamen wreken in '87, of was by in dienst der<br />

Franschen van '95 ? Zyn wy Republikeinsch ge -worden met god, of<br />

t6gen god ? Werden wy Fransch, Bataafsch, weer Fransch, en<br />

Nederlandsch eindelyk, met uwen god of t6gen uwen god ? Komt,<br />

antwoordt eens . dominees!<br />

Ik heb recht tot die vragen. Want zie, in een andere Proclamatie<br />

van die dagen lees ik weer dat god Republikein was, en toch had<br />

Prins WILLEM hem, weinige jaren vroeger, tot voibloed orangist<br />

benoemd. En z66 werd by ook gekwalificeerd door professor<br />

OOSTERZEE, in November 1863 . Er moet een eind komen aan die<br />

weifelende gods-politiek . Dat gedurig veranderen van party<br />

schaadt aan zyn reputatie . Men zou 't zelfs kwalyknemen in een<br />

minister die toch nog 'n soort van vrybrief sehynt to hebben tot<br />

karakterloosheid .<br />

Ik lees in de Proclamatie, die ik hier bedoelde, dat ,,de zoo<br />

heuchelyke ommezwaai der zaaken in deeze landen, duidelyk door<br />

de goddelyke Voorzienigheid is bestuurd" en iets dergelyks is er<br />

to vinden in alle stukken van dien tyd . De ,Staten Generaal<br />

der Vereenigde Nederlanden" vertellen ---- onder aanroeping van<br />

God, altyd -- dat bet , vorig bestuur onder de prinsen van Oranje,<br />

beneden kritiek was . Ik vraag, hoe 't kwam, dat die patriotische<br />

god dat dan niet vroeger had verbeterd ? Het komt mee voor, dat<br />

men er iets aan hebben moest, met zoo'n god geallieerd to zyn, en<br />

dat de geloovers niet zoo zeker van hun zaak zyn als ze voorgeven .<br />

Althans ze halen hun bondgenoot er eerst dan by, als de boel verknoeid<br />

is. God is een soort van wonderdokter, die geroepen wordt<br />

als de fatsoenlyke geneesheer den patient heeft opgegeven . "Baat<br />

bet niet, 't schaadt toch niet" zegt bet yolk, en ondanks alle<br />

vrome praat bewyst bet z'n ongeloof, door eerst dan van god to<br />

spreken ', als de verstandige middelen tot herstel zyn uitgeput (909)


206 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

a, 't Oranj e bestuur was heel slecht geweest, zeiden de , S taaten<br />

Generaal" en zy verklaarden daarom dat de regten vah den mensch<br />

onbestaanbaar waren met het handhaven der 1 ,persoon of van het<br />

buys des Princen van Oranie" in de minste waardigheid .<br />

Wat 'n geluk voor die ,prince" en dat „hugs" dat zy een eigen<br />

god hadden, die hun later al die waardigheden - en meer<br />

zou teruggeven, met behulp van WELLINGTON, BLUCHER en nog<br />

een paar heeren .<br />

Er wordt in die Proclamatie van uitsluiting, veel gesproken<br />

over de ,Regten van den mensch." Missehien zal ik eenmaal dat<br />

stuk in z'n geheel uitgeven, en wie dann klaprenn mocht, na de lezing<br />

niet veel wyzer to zyn geworden omtrent menschenrecht,<br />

verwys ik naar het Joel waarmede i k deze stukken behandel :<br />

de aantooning namelyk hoe men .ten-allen-tyde '<br />

frazen heeft ge-<br />

geven voor iets degelyks . Dat nu zal elk lezer erkennen by 't inzien<br />

der documenten uit de tyden onzer grootouders, maar niet<br />

zoo duidelyk blykt deze waarheid by 't beoordeelen der zaken<br />

die naderby zyn . De staatsstukken van onzen tyd zullen eenmaal<br />

worden ontleed van verre, en dann zal er blyken of wy zooveel<br />

verstandiger waren, dan 't voorgeslacht . Ik beweer dat byv. de<br />

relazenn der Kamerzittingen van onze dagen, aanleiding geven tot<br />

dieper schaamte, dan de dolste Publicatie van '95 . Ik noemde de<br />

patriotsche leugens boersch en grof . . . . welnu, de haagsche onwaarheden<br />

van tegenwoordig, zyn nietig, klein, subtiel . In '95<br />

heerschte de vermetelheid der onkunde, thans hebben wy met<br />

lafhartige middelmatigheid to doen . Men durfde vroeger leugens<br />

verkondigen . In onze dagenn heeft men den moed niet tot het<br />

zeggen van de waarheid . En wat talent aangaat . . . . och, dat zal<br />

wel nagenoeg hetzelfde zyn .<br />

Alweder blykt er kort na de revolutie, dat de god die Nederland<br />

hielp omwentelen, moeite had zich in z'n nieuwe politieke<br />

positie staande to houden . Althans ik vind in een stuk van<br />

de Amsterdamsche regeering (6 April 1795) een premie uitgeloofd<br />

van ,drie duizend Guldens van twintig stuivers Hollands<br />

ieder" aan dengeen, die zal weten to vertellen : wie ,Iaat8leden<br />

Woensdag, den In April, op verschillende wyzen een beginsel van<br />

oproer lieeft aan den daq gelegd."<br />

Die onbekende oproer-beginselaars worden ,kwalykgezinden en<br />

onverlaaten" genoemd, en de naam of naamen van aanbrenger<br />

of aanbiengers zullen worden gesecreteerd ." Nu dit was lief van de<br />

Amsterdamsche Regeering. Er ligt iets aandoenlyks in die vertrouwelykheid<br />

tusschen 't stadsbestuuur dat / 3000 wil cadeau<br />

geven aan 'n gemeen sujet, en den ,braaven" burger die geld verdient<br />

door 't verklikken van den medeburger die 't eerst Oranje<br />

boven had geroepen .<br />

De stad moet ryk geweest zyn, meent ge, dat zy zoo hoogen<br />

prys kon betalen voor zoo'n leelyken dienst ? 0 neen, de stad


IDEEN VAN MULTATULI . 207<br />

was niet ryk . Vier weken vroeger had zy de negotiatie opengesteld<br />

eener vrywillige leening van acht millioen . Daarin staat<br />

uitdrukkelyk dat deze som binnen eene maand moest gestort<br />

zyn, op poene van gedwongen helling.<br />

't Geld was dus schaars. Maar er was genoeg in kas, om bespieding<br />

en verraad to betalen . Wat 'n zedelykheid!<br />

In de proclamatie van I Juni 1795 wordt gedecreteerd dat<br />

de provisioneele Representanten van Holland op Woensdag<br />

den <strong>171</strong>1 Juni, zich en corps zullen begeeven naar eene openbaare<br />

plaats, ova, den God van Hemel en Aarde to danken voor zyne Zegeningen,<br />

aan dil, rt -yrjewordeit Gemeenebest beweezen ."<br />

Weer durf ik dat stuk niet in z'n geheel to geven, omdat het<br />

to lang is. Fen paar uittreksels :<br />

Wierden wider het voorig bestitur onze keetens vaster gesiueed door<br />

eene, Alliantie met dat trotsch Engelseh Gouvernernent, hetwelk steeds<br />

ondankbaar was aan den edelmoedigen, zoo dikwerf door deze Republicq<br />

'iari de Britsche natie verleeriden bijstand, en hetwelk overal de vrijheid<br />

als hare niededingster vervolgt ; door eeno Alliantie waarbij men de b Iangens<br />

van eenige weinigen en niet van de natie had in het oog gehouden,<br />

gelijk de rampzalige gevolgen, helaas ! van rondom doze verschrikkelijke<br />

waarheid bevestigen : thans is onze vrijheid bevestigd door een verbond<br />

hetwelk naar de belangens der twee Volken berekend is, en welks daarstelling,<br />

zonder eenige vreenide tusschenkomst, van Gouvernement tot<br />

Grouvernement het verlie ven kenmerk van broederschap hoof t gedragen,<br />

waarbij do alliantien der Koningen zoo koud zyn . J)at yolk is onze bondgenoot<br />

geworden, hetwelk immer getoond heeft ons gemeenebest to betitinnen,<br />

en nazelf zijn ketens verbroken to hebben, ons hot ijzeren juk heeft<br />

helpen afwerpeu, in 46n woord dat groot yolk bij hetwelk uit eene onwrikbare<br />

vryheidsliefde die voortreffelyke (laden zijn gebooren, voor welker<br />

glans de oogen van Slaven sellemeren, en die voor hen fabelen en hersenschimmen<br />

zijn. Gij weet het, yolk van Holland, toen de Franschen hunne<br />

ketens verbraken, wierden die, welke wij droegen, ons ligter, en bij ieder<br />

hunner voorspoeden, was het of wij in het land der slavernij een zuiverder<br />

lucht inademden .<br />

Ook deden de namen van vrijheid en gelijkheid, welke onder hen Weergalm-den,<br />

welras de vorige Bestierderen, die zoo klein in himne gewaande<br />

grootheid wareii, verbleeken, en ras, gedienstig, aan den wenk van eenen<br />

stadhouder die ineester van zijne meesters wilde zijn, en wiens heerschzu<br />

cht, Revoed door eerie trotsche vrouw, here naauwer verbond aan vreem -<br />

de hoven dan aan 't Vaderland dat hens voedde, riepen zij ontsteld : to<br />

Wapen, to Wapen, laat ons mede tegen dat Volk opstaan hetwelk zoo stout<br />

is, e vrij to willen zijn ; laat ons mode die w6erspannigen helpen vernielen,<br />

~er het verschrikkelijk licht dat zij verspreiden ook henendriilge, door de<br />

donkere sluier welke onze iiiisdadige staatkunde voor het oog dos Volks<br />

bedekt ."<br />

Maar de God, die ooze Vader,uiet oiizee tyran is . . . .<br />

Nu ja, die god schynt patriot geweest to zyn . Wat vender zeggen<br />

de heeren Representanten, dat de verj aagde stadhouder :<br />

in een leugenachtig manifest zijn looze staatkunde bedekte onder het


20 8<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

masker van groote trouw, regtvaardigheid en maatschappelijke orde, en<br />

trachtte met bloemen den weg to bedekken, waarlangs men het yolk tot<br />

den afgrond leidde<br />

. . . . het is in den mond der republikeinen dat de waarheid, van waar<br />

zij ook moge verbannen zijn, haar laatste schuilplaats zou moeten vinden . .<br />

Deze heele Proclamatie is zeer gezwollen en toont aan dat de<br />

patriotten hadden omgezien naar mannen van „talent," naar<br />

„schryvers," naar ,stukkenmakers."<br />

Grappig is de klacht tegen 't vorig bestuur, dat het „den eerdienst<br />

van God tot een staatkundig spel verlaagde ."<br />

. . . . met verontwaardiging en smart zagen wij Hem bij zoodanige en andere<br />

gelegenheden (nam- . : by dank- en bededagen) van den predikstoel<br />

a is een wreker, of als een weldadig Vader aan het oog des yolks aantoonen,<br />

naar gelang der oogmerken welke bereikt moesten worden, ja uit deeze<br />

zelfde Raadzaal (in den Haag) zoodanige ongerijmde schilderij van hem<br />

opgehangen, dat indien dezelve waarheid gehad hadden (sic , gehad" )<br />

de deugdzame vaderlander tot niets minder zou gebragt geweest zijn, dan<br />

tot den verschrikkelijken wensch, dat die dus afschilderde God, niet bestaan<br />

mogt . („a,f schilderde" sic .)<br />

Verre van die brave Patriotten zulke snoodheid ! Neen, God<br />

mocht niet meedoen . God moest neutraal blyven. God was buiten<br />

spel, constitutioneel, onschendbaar . . . . precies als 'n koning . En<br />

om daarvan een voorbeeld to geven, bepalen de representanten<br />

dat ze „aanstaanden Woensdag" in 't publiek then God zuRen<br />

bedanken voor 't genotene, en .,nieuwe Zegeningen van zyne<br />

liefde voor dit Gemeenebest afsmeeken ."<br />

Ik heb nog vergeten to zeggen dat er in dit staatsstuk wordt<br />

verzekerd dat<br />

de naam : Vrijheid, na den naam van God, in dit land de meestgekende,<br />

en de meest geeerbiedigde zal zijn, en als de voornaamste schat, meer<br />

genoemd zal worden dan die van vader, zoon en echtgenoot .<br />

De styl der leugenstukken van then tyd werd met den dag,<br />

bloemiger., kunstiger. De mannen van „talent" kwamen voor den<br />

dag en raakten in dienst van stad en land . Of, juister misschien,<br />

de mannen van 't schootsvel begonnen vertrouwd to worden met<br />

de pen . Er schynt vraag geweest to zyn naar frazen . In een proclamatie<br />

der Amsterdamsche regeering van 13 Juni, wordt gesproken<br />

van ,het wimpelvoerend Y," en over „de jeugd, die bloozen<br />

zou, als 't yolk zich overga f aan wangedrag, zedeloosheid o f<br />

let op den climax - onbescheid."<br />

Het Amsterdamsche bestuur schryft zelfs voor hoe men zich<br />

kleeden moet<br />

Bevallige tooij, door nette eenvoudigheid, dat cieraad van onze vaders<br />

en moeders, bestuurd, zal de zoonen en dochteren der vrijheid op het<br />

heerlijks onderscheiden van die Slaaven en Slaavinnen, welke weleer door<br />

hunne opschik voor den Oranjen Afgod, zich zelven en de menschheid<br />

onteer, den,


IDEEN VAN MULTATULI . 2 09<br />

Ik begryp niet recht, hoe dan die vaders en moeders - de<br />

„slaaven en slavinnen"' die zich Loch altyd gekleed hebben naar<br />

modeplaatjes uit den tyd der slaverny - hun ,toov" hadden<br />

kunnen „besturen door nette eenvoudigheid ." Men ziet, het talent<br />

der officieele frazen-leveranciers liet to wenschen over.<br />

Maar ze leerden vlytig aan . Als staal volgt hier een prachtig<br />

stuk . De kommies, die 't gemaakt heeft, was prevot of maitre<br />

d'armes op de pen . 1k erken echterr dat de man heden-ten-dage<br />

niet zou kunnen voldoen . Er zyn nieuwe bottes uitgevonden . In<br />

1796 loog men door versiering, tegenwoordig door afleiding . Toen<br />

maakte men a tot : AAAaAAA . . . . tot 'n soort van klankguirlande<br />

. Nu spreekt men de a uit, als : b of x . en zet er een droog<br />

gezicht by . Er was minder scherpzinnigheid noodig, om de Aukken<br />

van '95 en '96 terugtebrengen tot de wezenlyke onwaarde,<br />

dan thans om allerlei doorgravings- en spoorwegknoeiery to ontdekken<br />

in gedesavoueerd „liberalisme" en om to weten dat, het<br />

woord kadaster *) eigenlyk beduidt bedrog, m ishandeling, afpersing,<br />

roof en moord . Tegen den tyd dat ons geslacht zal geleerd<br />

hebben de licentiae politicae der haagsehe heeren to vertalen in .<br />

wat waarheid . . . . och, „de olifant, de koning, of zyzelf zullen dan<br />

wel dood zyn." En er zyn buitenplaatsen waar men rusten kan .<br />

VRIJHEID, GELIJKHEID, BROEDERSCHAP .<br />

PROCLAMATIE .<br />

Gecommitteerden van het Provintiaal Bestuur van Holland . Aan de Burgerij<br />

der Stad Amsterdam<br />

Heil en broedersehap !<br />

Het aanzienlijk, het magtig Amsterdam, die schoone Parel aan Neerlandsch<br />

Kroon - die steun van 's Lands Welvaart, Vermogen en Vrijheid, heeft<br />

binnen zijne muren noodlottige gebeurtenissen gezien, die zijnen roem bevlekken,<br />

de pijlers van zijnen welvaart hebben doen schudden en het Hart<br />

van den waaren Vaderlander van weedom doen krimpen . - Eerbied voor het<br />

gezag, ontzag voor de Wet, bedaarde zucht voor het gemeen belang, en ondergeschiktheid<br />

aan het oordeel en beleid van een verlichten Raad, door<br />

het Volk verkoozen, en met de macht des Volks bekleed, hebben plaats<br />

gernaakt voor het toomeloos hollen van ziedende drif ten, van heiligschennend<br />

oproer, van raazende muitzucht . - Binnen deze muuren van het agtste wae-<br />

1`) Met de Kadaster-kwestie namelyk heeft de minister FRANSSEN VAN<br />

DE PTTTE de Kamer bezig gehouden . Sedert een tal van jaren weet elke minister<br />

een topic optedringen, waardoor de hoofdzaak wordt op-zy geschoven .<br />

En geen lid der Kamer komt tegen dat gegoochel op! Niemand zegt : dat, dat,<br />

dat is de vraag niet . De vraag is : of er in Indie onder oogluiking van ons<br />

gezag, wordt geplunderd en gemoord ? In de noot op blz . 56 van $pecialiteiten,<br />

die over dit onderwerp handelt, heb ik verzuimd melding to maken<br />

van het laatst gebruikt, afleidings-middel . Dat was de reorganisatie der<br />

Preanger regen tschappen . Het schynt nu uitgediend to hebben, en is weer in<br />

den doofpot . Wat er thans aan de beurt ligt, zal de tvd leeren . Die VAN DE<br />

PJTTTE is weer minister . (1_872) .<br />

IDEEN ii . 14


2 10 IDEEN VAN MULTATULL<br />

reldwonder is het Heiligdom der Wet handdadig aangevallen, en de Majesteit<br />

des Volks opentlijk en geweldig geschonden, de Wet verkracht en het Recht<br />

vertrapt geworden . - Baldaadigen overweldigen den Zetel der Wetgeving<br />

daar Burgertrouw of Burgermoed scheenen to faalen : En de overweldigde<br />

Arm der Gerechtigheid zeeg, ontzenuwd en moedeloos, met een gebroken<br />

Zwaard op het verscheurde Wetboek neder !<br />

Amstels Burgeren ! erkent aan dit akelig Tafreel, door nachttoortsen<br />

verlicht, de gevaaren van uwen toestand ! uwe Raden en Rechters, aan de<br />

woede ontkomen, bragten radeloos en met bevende lippen dien kommerlijken<br />

toestand in den Vaderlijken schoot der Hoogstgeconstitueerde Macht<br />

van Holland ; Zij kwarnen dien met gegronde en bittere klachten vertrouwelijk<br />

schetsen, en lieten aan Haar de middelen over, om 's Lands belang<br />

in Amsterdam to redden .<br />

Die vergadering, verbaasd en ontzet, en gloeiende van verontwaardiging,<br />

bloosde van schaarnte over de bedreeve spoorloosheden, voor de Eer van den<br />

Patriottischen Naam : - Handhaafster van Wet en Recht, gevoelde Zij<br />

al het gewicht van haaren Plicht ; Zij beloofde herstel en bescherming, besloot<br />

en werkte ; Zij benoemde ons uit haar midden, om haare bevelen uit to voeren<br />

; en Wij, getrouw aan de verplichting, ons door het Volk van Holland<br />

in onze benoeming opgedragen, en bij onzen gedaanen Eed erkend en beloofd,<br />

mochten ons aan dezen hoogstonaangenamen, ja, gevaarlijken last niet<br />

onttrekken .<br />

De Vergadering voorzag in onze veiligheid, door ons de middelen in hander<br />

to stellen, welke hare bevelen kracht konden geven : met het gezag des gantschen<br />

Volks bekleed, vermogten wij onze Persoonen aan geene beleedigingen<br />

blootstellen, waardoor de Oppermacht des Volks zou geschonden zijn geworden<br />

: Neen, wij konden ons niet waagen to midden in het oproer ! Hoe !<br />

zouden wij zonder bescherming verschenen zijn in eene regeringloze Stad,<br />

daar de Wet gehoond en zonder bescherming gebleven was ! - Burgers !<br />

beantwoordt dit zelven : - wij kwamen, ja omstuwd met eene gewapende<br />

macht, en onze voorhoeden waren reeds binnen uwe poorten, niet met den<br />

trotsch van dwingelanden, of om Medeburgers to onderdrukken ; maar om<br />

de Wet to doen spreeken, en onverlaaten to doen bukken voor den algemeenen<br />

wil ; uwe verbijstering stelde U buiten staat, om dit onderscheid to gevoelen ;<br />

- de opstand binnen uwe muuren bleef in kracht, en uwe overmande Raad<br />

zond bezendingen, om ons den optocht to doen staaken : hunne krachtigste<br />

beweegredenen waren de sterkste bewijzen van eene nieuwe schuld, en een<br />

(te recht verdagt) voorgeven van hersteld gezag ; maar zij schilderden ons<br />

met ontzettende trekken het onberaaden opzet van een geweldadige tegenstand,<br />

die ijsselijkheden ten gevolge konden hebben .<br />

Voorstanders van de Eene en Onverdeelbare Republiek erkenden dan niet<br />

eens de werkelijke Eenheid van Holland ; in eene enkele Gemeente zou tegenstand<br />

geboden zijn aan de Troupes van het geheele Bataafsche Volk ! - men<br />

waagde het, deze onderneming to rangschikken bij die van eenen WILLEar<br />

den 2den, en van eenen FDRDINAND van Brunswijk.<br />

Misleide Burgers ! is dit uwe verlichting, wat zal dan uwe vrijheid zijn ?<br />

- waandet gij uwe vrijheid to verdedigen, door misdadigen to beschermen ?<br />

Genoeg wij deinsden terug op het enkel denkbeeld van onschuldig, van<br />

verbijsterd Burgerbloed to doen stroomen, en, daar geen gevaar ons konde<br />

keeren, werden wij door uw belang ontwapend : wij mochten, wij wilden U<br />

op dezen toets niet stellen, die de nagedachtenis dezer gebeurtenis in de geschiedenissen<br />

zou gebrandtekend, en mogelijk uwen welvaart den hartader<br />

afgestooken hebben.


IDEEN VAN MULTATIM. 2 1 1<br />

Ziet daar, Burgers ! genoeg, oin ons gedrag to beoordeelen, en U to doen<br />

gevoelen, wat gij van ons to wagten hebt : w .;j Ionien nu ongewapend tot Ti,<br />

om onzen last to volbrengen, onder de toevallige beveiliging van eene onzijdige<br />

macht, die de rust en orde verzekerd : wij komen uwe Wetgeving herstellen<br />

in haare Eer en gezag, het Recht in Working brengen tegen de schuldigen,<br />

en uwe rust voor het vervolg to verzeekeren ; En, zo wiJ ons in het onderzoek<br />

van het gebeurde mengen, zal het zijn, orn to zekerder de Wet tegen den verleider<br />

to wenden, en de misleide werktuigen to spaaren.<br />

Amstels Burgers ! keert dan weder onder de wet, beschermt als voorheen,<br />

het Publiek gezag, en bedaart de gisting der gemoederen ; - Laat rust,<br />

orde en veiligheid onder U heerschen, als weleer ; Laaten dezen uwen vrijheidsboom<br />

omringen, omdat onder zijne schaduw, welvaart en vermogen tot TIT<br />

wederkeeren, en dee bezorgde vreemdeling, gerust op de soliditeit van T"'we .<br />

Beurs, en op de zekerheid van itwe Bank, gewaarborgd door de Hollandschfe<br />

trouw, niet aarzele, zijne schatten in uwen schoot to blijven storten : Zoo<br />

gnat het den Koopinan, en dan ook den Arbeidzaamen, wel! En, zo gij moedig<br />

de wapenen aangrijpt, zo zij het dan, ter verdediging van Vaderland en Vrijheid<br />

en tot handhaving der Wet : En Anisterdma is, ale weleer, het Cieraad<br />

van Nederland, het Puikjuweel der Steden .<br />

.4msterdam, den 28 Mey 1796, het Tweede Jaar<br />

d,, r Bataafsche Vrij*heid .<br />

M. TE.MMINCE .<br />

ADS . HARTIEVELT .<br />

R, VAN DEN Bosen .<br />

D . VAN AKETN HENDZ .<br />

J . DE JONG-11 VAN HEED] KIIF IZEIN .<br />

C . J . VAN BRAKF15.<br />

C . VAN FOREEST .<br />

Is dit niet een prachtig stuk ? Is 't niet een kostbare bydrage<br />

tot een verzameling van offici6ele effectleLigens ? Bedenk, lezer,<br />

dat zoo'n vod toch eenmaal met quasi-ernst is afgekondigd, en<br />

dat het hier-en-daar door een welwillend burger met wezenlyken<br />

ernst gelezen is. Is 't niet verdrietig ?<br />

Tweede hooldstuk vol oftWele leu(jens .<br />

515 . By 't bladeren in de staatstukken van vroeger tyd, staan<br />

we verbaasd over de onnoozelheid, waarmede onze grootouders<br />

zich lieten bedriegen . Overal klank voor waarheid . En 't heeft<br />

inderdaad zyn nut daarop to wyzen, om to be-,verken dat eenmaal<br />

onze kleinkinderen ons voor lets minder dom mogen aanzien,<br />

dan wy nu wel genoodzaakt zyn het voorgeslacht to doen .<br />

Er liggen vole stukken voor my, waarin hot burleske om den<br />

voorrrang strydt met onbeschaaw-dheid . Wie zou 't byv . gelooven,<br />

dat in 1811, by gelegenheid van den verjaardag van NAPOLEON,<br />

de geestdrift to Batavia zoo groot was, dat de Gouverneur- Gene -<br />

raal JANSSENS de ingezetenen moest uitnoodigen niet to illumineeren,<br />

wyl al te, veel Keizersgezindheid den prys der olie to hoog zou<br />

opvoeren ? Pit belet niet, dat (Jeze1fde JANSSENS kort daarna


2 12 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Java overgaf aan de Engelsehen . De datum van of cieele geestdrift<br />

en illuminatie moet toen op eenmaal veranderd zyn .<br />

lets vroeger voelde de hardvochtigste mens zich gedrongen een<br />

traan to wyden aan de angsten van den maarschalk DAENDELS,<br />

die op den „2n van herfstmaand 1810" niet wist wie baas was,<br />

en of men dus geestdriftig moest wezen of niet, en zoo ja, voor<br />

wien ? Op lien dag namelyk was LODEWYK jarig, en reeds den<br />

8n Augustus to voren was er officieele last gegeven tot geestdrift .<br />

Dat was makkelyk geweest . Maar zie, tusschen 8 Augustus<br />

en 2 September waaiden er geruchten over, dat de „dierbare"<br />

persoon van den ,beminden" koning, geen koning meer was,<br />

en dus ook geen dierbare persoon meer . Men mompelde van<br />

abdicatie, van inlyving by Frankryk, enz . Op wiens gezondheid<br />

moest nu de brave maarschalk drinken ? Welke persoon was nu<br />

dierbaar ? Welke vorst bemind ? Och, die arme DAENDELS<br />

Ziehier het verslag uit de officieele Bataviasche Courant van<br />

7 September 1810, en men bewondere den bekwamen man die<br />

,,kool en geit" wist to sparen, zoo goed als een moderne domine .<br />

BATAVIA, den 2n van Her f stmaand 1810 .<br />

De dag van heden was voor ons een dag van bijzondere vreugde : de geboortedag<br />

van onzen geliefden Koning werd statig gevierd ingevolge<br />

der bepalingen bij besluit van Zijnen Excellentie, den Maarschalk en Gouverneur<br />

Generaal, van den 8sten van Oogstmaand voorgeschreven, en in<br />

ons No . 33 medegedeeld .<br />

Na gehoudene groote parade, ontving Zijne Excellentie de gelukwenschingen<br />

van de Hooge Regering, van het gansche korps Land- en Zee-officieren,<br />

van alle de Collegian en verdere Ambtenaren, als mede van eenige<br />

Regenten der Jakkatrasche bovenlanden, van de officieren der Burgerij, van<br />

de Kapiteins en Luitenants der Chinezen, en van den Majoor en verdere<br />

Officieren der Mooren, welke alien op het zeerst de blijken van hunne<br />

verkleefdheid aan den dierbaren persoon van Zijne majesteit, onzen beminden<br />

Koning, en Hoogstdeszelfs Doorluchtig huis, aan den dag gelegd<br />

hebben.<br />

Bij den openbaren Eeredienst van heden is de bijzonderheid van den<br />

dag ook pligtschuldig aangedacht (Sic.) : Voor een langgerekt genoegelijk<br />

leven en de voorspoedigste regeering van den verjarenden Koning, we'd<br />

in de Hervormde Kerk, door Professor Ross, eene hartelijke en ernstige<br />

voorbidding gedaan, en is in de Roomsch Catholieke kerk met veel plegtigheid<br />

het T e Deum gezongen geworden.<br />

Des avonds gaf zijne Excellentie een prachtig soupe en bal waarbij twee<br />

honderd personen aanwezig waren . De volgende gezondheden zijn bij<br />

die plegtige gelegenheid door Zijne Excellentie ingesteld, en met enthusiasme<br />

gedronken<br />

1 . ZIJNE MAJESTEIT, de Koning van Holland, onze Heer en Meester,<br />

aan ons allen even hartelijk dierbaar, hetzij Hoogst dezelve bliwe onze Souverein,<br />

dan wel de Kroon van Holland mogte verwisseld hebben tegen den<br />

Troon van een aanzienlijker gewest en gelukkiger klimaat .<br />

Men lette op de regels, die ik onderstreep, en bewondere DAEN-<br />

DEL'S vinding.


IDEEN VAN MULTATUIJ . 21 3<br />

2. De Keizer NAPOLEON DE GROOTE, ons mede even dierbaar als broeder<br />

van onzen Koning, of als onze aanstaande Souverein .<br />

3. Het verdere huis der NAPOLEONS .<br />

Alles even hartelyk dierbaar alzoo. De koning die 't smokkelen<br />

begunstigde, en de man van 't continentaal stelsel . De nieuwe<br />

keizer, en dee oude prefect. Is 't niet walgelyk ?<br />

Als eervolle uitzondering op de cant dier dagen, citeer ik 't<br />

stuk, waarin Lodewyk afstand doet van den Croon . Het is waardig<br />

en eenvoudig .<br />

AAtSTERDAAI, den Men van Hoohnaand .<br />

LODEWIJK NAPOLEON, door de gratie Gods en de Constitutie des Koningrijks,<br />

Koning van Holland, Conn6table van Frankrijk .<br />

Allen den genera, die deze tegenwoordige zullen zien of hooren lezen,<br />

Salut.<br />

Hollanders! Daar ik overtuigd bon, dat niets rneer voor uw belang of<br />

we welvaart door mij kan worden uitgewerkt, near integendeel mijzelven<br />

aanmerke als een' hinderpaal, welke den goeden wil en be6ogingen van<br />

mijnen broeder jegens dit land kon stremmen, heb ik mijnen rang en Koninklijke<br />

waardigheid afgestaan ten behoeve van mijnen oudsten zoon<br />

NAPOLEON LODEWIJK, en zijnen broeder Prins KAREL NAPOLEON .<br />

Hare Majesteit de Koningin, van regtswege volgens de Constitutie Regente<br />

van het Koningrijk zijnde, zoo zal, tot Hare aankomst, het Regentschap<br />

in hander zijn van den Read der Ministers .<br />

Hollanders ! nimmer zal ik een zoo goed en deugdzaain yolk, als gylieden<br />

zijt, vergeten . Mijne laatste zorg zoo wel als mijne laatste zucht<br />

zullen zijn voor iiw geluk . Terwijl ilk u verlate, kan ik u niet genoeg aanbevelen,<br />

de Militaire en Civiele Beambten van Frankri k w6l to ontvangen .<br />

Dit is het eenige middel ons zijne Majesteit den Keizer, van wien uw lot,<br />

dat van uwe kinderen en dat van uw geheel land afhangt, genoegen to geven .<br />

En daar nu kwaadwilligh~ , id en laster mij niet langer kunnen bereiken, ten<br />

minste voor zoo verso tot u betrelcking heeft, heb ik de wel gegronde hoop,<br />

dat gij eindelijk eene belooning zult vinden voor alle uwe opofferingen,<br />

on voor alle uwe grootinoedige standvastigheid . --- Gegeven to Haarlem,<br />

den 1st-ii vwt Uooitnaand 1810 .<br />

N kPOLRON .<br />

Den 20sten Februari 1811 was DAENDELS verlost van den<br />

tweestryd . Wy lezen in de Bataviasche Courant van then datum :<br />

Eindelijk zagen wij hier, na zoo lang verstek, nit bet vaderland zelve's<br />

lands oorlogsbrik de Claudius Civilis onder bevel van den Opper-Luitenant<br />

ter zee GEORGE ALEXANDER POOL, den 17n dezer ter reede aangekomen,<br />

afgezonden met de stellige tijding der gewigtige staatsgebeurtenis,<br />

waardoor ons dierbaar vaderland met het groote Fransche Keizerrijk is<br />

vereenigd geworden . Des anderen daags gaf Zijne Excellentie de Gouverneur-Generaal<br />

DAENDELS des avonds een aanzienlijk festijn voor 130<br />

personen, waar bet eerst ter eere en op de gezondheid van onzen nieuwen<br />

Souverein, Ziine Majesteit den Keizer NAPOLEON, plegtig werd gedronken .<br />

Er lag sarkasme in de keus van 't vaartuig dat deze tyding<br />

naar Indi6 overbracht. De (.1audius Civilis, de Bataaf by uitne-


214 IDEEN VAN MULTATULL<br />

mendheid, moest komen vertellen, dat z'n bataafsche nazaten<br />

Franschen waren geworden . Zonderling klinkt bovendien het<br />

woord,,dierbaar vaderland" in een mededeeling die, weinige regels<br />

verder, den feestdronk vermeldt op den man die dat dierbare<br />

vaderland had ingeslikt . Woorden, frazen, leugens !<br />

Het proces-verbaal der plechtige aankondiging van die gebeurtenis<br />

in Indi6, is weer to lang om hier in z'n geheel to worden<br />

meegedeeld . Maar 't is jammer, want daarin komen zonderlinge<br />

beschouwingen voor . Onder anderen zegt DA ENDELS :<br />

dat het door ons als eene bijzondere beschikking des Allerhoogsten,<br />

in wiens hand het lot der volken is, moet worden aangemerkt, dat het Zijne<br />

Majesteit den Keizer en Koning goedgunstig behaagd heeft, een oog van<br />

medelijden op ons land to vestigen, en Holland een gedeelte to doen uitmaken<br />

van die groote natie, welke een ieder over hare daden in verbaasdheid<br />

en verwondering houdt opgetogen, van welk belangrijk evenement<br />

wij de heilzaamste gevolgen zoo voor Holland zelve als voor deze Kolonie,<br />

met vertrouwen op de vaderlijke zorgen van Hoogstged : Zijne Majesteit<br />

onzen tegenwoordigen Souverein to gemoet zien .<br />

Men weet hoe MARIE ANDERSON in de Dageraad zich uithet .<br />

over nationaliteit . Heeft ze niet volkomen recht ? Is er 66n woord<br />

to vuil, om zooveel vuiligheid naar behooren to karakteriseeren ?<br />

Onder de regelingen, die 'n gevolg waren van den nieuwen<br />

stand van zaken, behoorde ook :<br />

Om, in stede van de, bij de op den 24 van sprokkelmaand 1807, gearresteerde<br />

order van voorbidding in de respectieve kerken van Indi6, vermelde<br />

Hoogste Magten in het Moederland, bij den openbare eeredienst van alle<br />

Kerkgenootschappen hier to Lande, van nu voortaan to doen voorbidden<br />

voor H. K . K . M . den Keizer en Keizerin der Franschen, en de verdere<br />

Keizerlijke famillie .<br />

Dus ,God" kwamm er weer by to pas . De vergadering, waarin<br />

DAENDELS zich mir nichts dir nichts ontsloeg van den eed aan<br />

Louis gedaan, zonder achtteslaan op de dynastieke rechten -van<br />

diens zoons, was dan ook heel fatsoenlyk geopend met een gebed .<br />

De fransch-hollandsche generaal JANSSENS liet zich in 1811<br />

door z'n kommiezen in den mond leggen :<br />

,,dat de naam- en geboortedag van onzen doorluchtigen Souverein, den<br />

grooten keizer NAPOLEON, door de geheele uitgestrektheid van het magtigste<br />

en luisterrijkste rijk der aarde, met geestdrift gevierd wordt, en dat<br />

ieder gevoelt hoe men bij het vereeren van zijn Souverein, to gelijk hulde<br />

doet aan den grootsten der Stervelingen .<br />

De soort van mensen, die zulke dingen by elkaar fiegen, maakt<br />

nu memori6n van budgets -toelichting, troonredenen, leading articles<br />

over vry-arbeid, kultuurstelsel en kadaster, ministeri6ele<br />

speeches . . . . 't 66n zooveel waard als 't ander . Ook graven ze<br />

Holland door, zoo smal mogelyk . En ze vervalschen de stukken,<br />

die men voorlegt aan de kamer, zoo onbeschaamd mogelyk .


I-DEENL VAN MULTATULI . 215<br />

En ze houden de ministers op 't kussen, zoo lang mogelyk . En ze<br />

bedriegen 't Volk, zoo brutaal mogelyk. En 't Volk dat niet lezen<br />

kan verdraagt dat alles, zoo I-amlendig mogelyk .<br />

Kort na die grootsten der stervelingen-parodie, vinden wy 't<br />

reeds aangehaald verzoek van JANSSENS, om toch niet to illumineeren,<br />

wyl de olie to duur zou worden . . . . z66 groot was 't enthousiasme!<br />

Wy willen hopen, dat het gelukt zy, zich zonder<br />

illuminatie van al die geestdrift to ontlasten. 't Moet om to stikken<br />

geweest zyn .<br />

Of heeft men z'n drift van geest, en z'n olie opgespaard tot<br />

Nveinig jaren later, toen die dingen noodig waren voor den souvereinen<br />

vorst ? Toen was weer die groote NAPOLEON een slecht<br />

sujet geworden . Niemand bad voor hem, en er waren geen Gouvernements<br />

Publication sneer noodig, om do olie to beschermen<br />

tegen al to gloeiend enthousiasme . Het tydvak van 1815 tot<br />

1-825 is ryk aan voorbeelden van publieke leugens . Na Waterloo<br />

vertelden de deftige schryvers van den dag, dat ,die Corsicaansche<br />

tyran volstrekt geen genie was, en dat het tot then<br />

tyd toe maar scheei) . . . . omdat- ,i can den drank, wa,,° verslwald ."<br />

Er was namelyk in zyn reiskoets die buitgeniaakt word op den<br />

weg van Belle-Alliance, een flewhrum gevonden . Zie de Vaderland-<br />

8che Letteroeleningen van die dagen. Neerlands god had dus eigenlyk<br />

zoolang geworsteld met den god van Jamaica .<br />

En, als slotstaaltje, twee regels die ik vond in de Euphonia,<br />

een Tydschrift geredigeerd door domine DECKER ZIMMERMAN, met<br />

collaboratie van , luivroi1w PETRONELLA MOENS :<br />

[too niaakt het lioNN.AI.vnTl_ . :~ Good<br />

!Fij vr~-t, laurieren, en zuiht blood !"<br />

Wie 't 't leelyk vindt, verwys ik naar de Christelyke redactie<br />

van dat tydschrift, een der deftigste in hot tweede decennium<br />

onzer eeuw . 't Is vol goddienery en geloof, dat spreekt vanzelf .<br />

- I)erde<br />

boolldsht4-col pro/ essorale en proles.sioneele leugens .<br />

516 . Fen -iaar j geIeden l vierde men hot halve eeuwfeest van<br />

Nederlands Herstelling, zoo-als men dat noemt . 'Wat er eigenlyk<br />

hersteld is, weet ik niet . Maar wie 't precies weten wil, koope<br />

't bekende boekje van VAN DER PALM . Daarin zal welhaarfyn<br />

worden uitgelegd welke zegeningen Nederland overstelpten<br />

in 1813 . Er zi -n onlangs daarvan duizende exemplaren verkocht .<br />

en ik - die 't niet heb gelezen -- vertromi, dat m'n lezers bet,<br />

kennen. 't Ts zoo ,niooi" zegt men. Wel niogelyk . Ik weet slat<br />

VAN DER PALM handig was, want ik herinner me hoe by de<br />

straf van de slang in 't paradys wilt to doen rymen met 6ene-<br />

-3is I, waar van kruipende dieren wordt gosproken . Er was ge-<br />

- raawd hoe 'f , kruipen eon straf koi) v.y-n, daw , r fn , 11 reoct,<br />

kropen was v66r tie, zonde ?


2 1 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Lees voor kruipen : wriemeldn, voor kruipend gedierte<br />

wriemelend gedierte . . . en de zaak is gezond, zegt de uitleggende<br />

professer .<br />

Men zie z' n aanteekeningen op den bybel .<br />

Die man zou aan 't yolk vertellen wie God is !<br />

Nu, 't schynt dat men juist geen appels gegeten hoeft to hebben<br />

van 'n verboden boom, om vertrouwd to zyn met de wormbeweging<br />

die kruipen heet . Altans VAN DER PALM, de deftige<br />

redenaar by uitnemendheid, dezefde VAN DER PALM, die weinig<br />

j aren later Nederlands herstel zou gedenkstukken, werd in 1808<br />

belast met het leveren en uitspreken der openingsrede by 't<br />

verjaarfeest der Orde van de Unie .<br />

Het ding „wriemelt " van bombast, onnatuur, flikvlooiery . . .<br />

en leugen . Ik zal er een paar staaltjes van meedeelen, doch houd<br />

de meeste myner aanmerkingen terug . De lezer make die zelf<br />

en verachte met my den man, die z'n slappen rug zoo diep wist<br />

to buigen om 'n kruimpjen optevangen van de tafel der koninklyke<br />

gunst. Laat ons betreuren dat by niet aanving met het<br />

slot, waar-i heel komedianterig zegt : dat het „snikken hem<br />

belet voorttegaan ." Wat 'n geluk dat die behoefte aan snikken<br />

hem eerst aangreep toen 't uit was ! Men ziet dit meer by officieele<br />

redenaars. Het schynt een voorwaarde hunner benoeming<br />

to wezen, dat ze hun snikken weten to plaatsen waar 't to-pas<br />

komt.<br />

Hoe zou 't een redenaar gemaakt hebben, die Been kind<br />

had verloren by de ramp van Leiden ? Altyd doorgesproken ?<br />

Zoo is er zegen by ongeluk, als men z'n smart maar goed weet<br />

to gebruiken . VAN DER PALM, de professioneele leugenaar, ,verwriemelde"<br />

de nagedachtenis van z'n verloren kind tot 'n gedenkstuk<br />

van walgelyke vleiery, en sausde het leugenoff er dat-i bracht<br />

aan de goden van den dag, met de tranen van z'n verbryzeld hart .<br />

Louis kan tevreden geweest zyn .<br />

Of deze later, in z'n afzondering, het andere ,gedenkstuk"<br />

heeft gelezen ? Dr . WAP, zal 't wel weten, die hem daar bezocht<br />

heeft. Een onttroonde Koning moet een smartelyken indruk<br />

hebben van de mensheid . . . .<br />

Welnu, in April 1808 was LODEWYK nog niet onttroond, en<br />

de man kan toen nog naif genoeg geweest zyn, om met aandoening<br />

to luisteren naar de praatjes van den professer. Deze begon<br />

dan met de verklaring : dat Louis „de Koninlclyke Order der<br />

Unie had toegeheiligd aan alles wat groot., good en edel is" en op then<br />

oneenvoudigen bluf volgt : ,dat deze eenvoudige spreuk . even ales<br />

de oud-hollandsche acrd, onder een nederig voorkomen, de verhevenste<br />

gevoelens uitdrukt ."<br />

Wat verder verhaalt hy, dat : ,wy de Hollanders namelyk


IDEEN VAN MULTATULI . 217<br />

- eenmaal onze reddinq, ons herstel, (tan Louis NAPOLEON zullen<br />

to danken hebben ."<br />

Dit nu is niet geschied, zoover ik weet . Maar VAN DER PALM<br />

-- bedacht op 'n uitweg, voor 't geval dat 'zn profetie eens falen<br />

mocht - maakt een conditie . Die red- en herstelgeschiedenis<br />

zal plaats vinden als . . . . als . . . . raad eens, lezer .<br />

„Als het de alrnachtige voorzienigheid behaagt, ons bestaan to doen<br />

voortduren."<br />

Kyk, dat is prachtig gezegd voor een officieelen welspreker .<br />

De zieke zal in leven blyven als-i niet sterft. We zullen gered<br />

worden, als we niet vergaan . En dat conditioneele redden zou<br />

uitgevoerd worden door Louis<br />

„Liefde tot het vaderland is de eerste van alle burgerlijke deugden ;<br />

want uit haar vloeijen alle andere deugden voort ."<br />

Dan is VAN DER PALM wel heel deugdeloos geweest, by die in<br />

deze zelfde speech vry bnvaderlands den vreemdeling flikvlooit,<br />

en diens „grooten broeder," door wien 't „vaderland" weldra<br />

zou worden ingepakt . Maar ook voor de inlyving, was 't niet zot<br />

- neen, huichelachtig ! - in den hybridischen toestand onder<br />

Louis, van een vaderland to spreken ?<br />

De slimme ,redenaar" schynt dit to hebben ingezien, en by<br />

,,dekt" zich, door jets verder, waar-i weer hoog opgeeft van die<br />

gloeiende liefde voor het vaderland, heel jezuitisch daartusschen<br />

to smokkelen<br />

„Ik bedoel niet liefde tot eenig staatkundig stelsel, waar liefde voor<br />

onzen vaderlandschen grond ."<br />

Nu weet men wat onze professer bedoelt met vaderlandsliefde .<br />

Die aandoening is hem een soort van modderzucht, moerasliefde,<br />

vuilwaterdronkenschap, onverschillig of die modder bebloed is,<br />

of er slangen baas-spelen in die moerassen, en of dat vuile water<br />

ongezond is . Volgens VAN DER PALM, kunnen hier Laplanders<br />

ons de wet stellen . . . . 't doet er niet toe : het land blyft ons dierbaar<br />

water . De Russen mogen komen, en ons de zegeningen meedeelen<br />

van den knoet . . . . 't doet er niet toe : 't blyft VAN DER<br />

PALM'S dierbare modder . De eerste de beste geweldenaar moge<br />

ons den voet op den nek zetten, ons onze vrouwen en kinderen<br />

afnemen, ons vertrappen, berooven, vermoorden ,zoodat de weeke<br />

grond hygt onder 't wigt van wee !" . . . . het doet er niet toe : die<br />

met bloed gedrenkte grond blyft het geliefd moeras van VAN DER<br />

PALM en consorten.<br />

Ook behalve myn afschuw van vaderlandsliefde in anderen zin,<br />

moet ik betuigen verwonderd to zyn geweest over die uitlegging<br />

van dat ellendig woord . Hy zegt dat : „ liefde tot het vaderland<br />

d. i . in zyn mood, die ongeneeslyke moddermanie -- niet onder-


2 1 8 IDEEN VAN MULTATULL<br />

scheiden is van de heilige, natuurlyke, onititroeibaree lie lde voor<br />

eigen kroost . "<br />

Wat zoo'n redenaar al rare dingen zeggen kan ! Eilieve, dan<br />

moet ik terstond een ridderorde hebben voor vaderlandsliefde,<br />

omdat ik veel van m'n jongens houd . En hoe maken 't dan de<br />

mensen, die geen kinderen hebben, met hun vaderlandsliefde ?<br />

Een advertentie in de courant : ,heden werd ik vaderlandslievend "<br />

zou dan beduiden, dat je vrouw bevallen was ? Wat dromme],<br />

dan wordt elke baker staatsraad, en elke vroedvrouw minister .<br />

Hoe gelukkig, dat ik maar een eenvoudig mens ben en geen<br />

betaalde lofredenaar. Want zie, als ik flat alles vroeger had geweten<br />

- en geloofd! - dan zou ik verzuimd hebben myn kinderen<br />

lief to hebben, ik die myn vaderland . . . . niet byzonder hoogstel.<br />

Ik meende vroeger, waar-achtig ter-goeder-trouw, dat die<br />

twee dingen volstrekt niet in verband stonden .<br />

VAN DER PALM geeft in z'n walgelyk stuk, de necrologie van<br />

veertien stuks 1 ,ridder-," die in den loop van dat jaar - of sedert<br />

de stichting, dit weet ik niet - ontvallen waren aan de Orde .<br />

Al die heeren waren voorbeelden van deugd, dapperheid, edelmoedigheid,<br />

frans-hollandsche vaderlandsliefde, enz ., enz. Jammer<br />

dat de namen van byna al die helden nu, na slechts vyftig<br />

jaar, glad vergeten zyn . Of VAN DER PALM heeft gelogen - en<br />

juist het bewys dAArvan lever ik door deze redeneering - of<br />

dat vaderland is een zeer ondankbaar vaderland geweest . Ik zal<br />

u een staal toonen, lezer, en ik laat u de keus in 't dilemma, :<br />

Maar waarom moet ik hier aan U . M . het smartelijk verlies van 66n<br />

harer Groot-Officieren, dat van then dapperen en edelen N .N . herinneren .<br />

Door U . M . met het Groot-Kruis dezer Orde versierd en met een der aanzienlijkste<br />

eereposten begiftigd, ja, 't geen oneindig meer zegt, met uwe<br />

achting, Sire, met uw vertrouwen en met uwe vriendschap ver6erd, was<br />

hij een zegen voor het nieuwe Vaderland, door hem aangenomen, gelijk<br />

hij dat zijner geboorte tot sieraad en luister verstrekte .<br />

Maar welke zijner deugden of verdiensten zal ik het eerst vermelden, om<br />

aan zijne nagedachtenis regt to doen . Zal ik hem met mijne verbeelding<br />

volgen, daar hij als krijgsman nauwelijks de loopbaan der wapenen intreedt,<br />

of hij ziet zijn moed, zijn beleid, zijn standvastigheid met de heerlijkste uitkomsten<br />

bekroond ! Zal ik hem vergezellen, daar hij in Marengo's velden<br />

Frankrijks schoonste zegepraal door zijn bloed en wonden helpt bevechten ?<br />

Of daar hij, na den vrede, welks verbreeking aan Europa zoo vele rampen<br />

berokkende, in Amerika's afgelegene oorden, eene hem toevertrouwde<br />

Volkplanting met onbezweken heldhaftigheid verdedigt ? Met een handvol<br />

yolks biedt hij het hoofd aan een tienmaal magtiger vyand : geene herhaalde<br />

bloedige stormen brengen zijn gevoel van plicht en eer aan het<br />

wankelen ; schoon elk zijner brave manschap meer dan dubbel gewroken<br />

valt, ziet hij nogtans zijne kleine bende verminderen en smelten, maar<br />

weigert zich aan zijnen vijand to onderwerpen . Het noodlot zelf eerbiedigt<br />

zijne standvastigheid : door de overmacht verplet, is zijne nederlaag<br />

aan eene zegepraal gelijk, en de verbaasde Overwinnaar zelf doet hulde<br />

aan zijne meerderheid! Of zal ik zijne regtvaardigheid, zijne wijsheid,


IDEEN VAN MULTATTJLI . 219<br />

zijne zachtzinnigheid naar waarde pogen to roenien ! niet slechts in zijnen<br />

rijperen ouderdom, in kaline tijden, maar ook in die dagen, toen Frankrijks<br />

naam bijkans op hetzelfde oogenblik het afgrijzen en bewondering des<br />

wereldronds was ; ook daar aan den dag gelegd, waar de hitte der geestvervoering,<br />

de onrustige gemoederen deed gisten en koken ; doch wier<br />

woede of door zijn verstandig beleid werd afgekeerd, of door zijne innernende<br />

zeden bedaard, of door zijne onwrikbare vastheid van geest beteugeld<br />

. Zal ik eindelijk de grootheid, de openhartigheid, de edehnoedigheid<br />

zijns karakters malen, die in alle zijne betrekkingen, en zelfs in den dagelijkschen<br />

onlgang, heir ieders eerbied, achting en liefde deden verwerven<br />

Doch wie is er, wiens hart niet, gaarne instemnt niel de gevoelvolle lofspraak<br />

van alien, die here kenden, die met de tranen van zijne bedrukte vrienden,<br />

van zijne troostelooze echtgenoote, niet gaarne zijne tranen vermengt !<br />

Sire dat in lengte van dagen geene verliezen gelij k dit, het hart van IT . M .<br />

doen bloeden ! Dat de bescherming der Eeuwige Voorzienigheid, over<br />

Haar uitgestrekt, ook alien, die de zuilen van Haren Troon zijn, met Hamheveilige.<br />

Nlen ziet ik heb (Len naam opengelaten . :uls die man zoo'n<br />

feniks was, lnoet men hem kennen, dunkt me . Welnu, dat pronkmodel<br />

van volkomenheid, die sublime N .N ., heette . . . . VOGUES .<br />

Kent ge hens ? _1k niet.<br />

1r aar let op de gevatheid van den redenaar . .Kon by z'n tractement<br />

als officieele vleier beter verdienen, dan door zoo uitteweiden<br />

over iemand, die de gunsteling van Louis blykt geweest<br />

to zyn ? (!'est le .sublime du genre . En by brengt die taal voor den<br />

dag, weinige oogenblikken voor by van plan is to ,snikken over<br />

't verlies van z'n eigen kind_eren ." De ellendeling wilt de tranen,<br />

die by straks zou noodig hebben, binnen to houden, tot by ontlast<br />

rvas van den honig lien by to leveren had, en leverde con amore<br />

Als ik aarl god geloofde zou ik godslastering vinden in VAN DER<br />

_PALM' S vleitaal . Maar om.dat ik, liever dan voor een god, party<br />

trek voor het goede, poem ik hem schuldig aan laster van 't edelste<br />

dat in ons is, aan verkrachting van den adel des gemoeds .<br />

Ik ben misselyk van den professer en z'n speech, en sluit dit<br />

hoofdstuk, iederen lezer uitnoodigende de speeches van onzen tyd<br />

to toetsen aan de opmerkingen die ik over vorige dagen ten beste<br />

gaf, want helaas ,dat alles i.s alzoo gebl even tot op dezen day !"<br />

1i'aarheid in legende .<br />

517 . ,Kinderen zeggen de waarheid." Deze uitspraak is van<br />

volle toepassing op bet menselyk geslacht, welks algemeene<br />

geschiedenis bet beste kan worden voorgesteld als een groot Faust<br />

drama . De eerste mens --- dat is : het mensdom in z'n eerste<br />

aandoening van zelf bewustzyn -- wilde weten. FAUST zich opdringende,<br />

dat by man was, na het doorloopen der kinderschool van<br />

allerlei logien, wilde weten. En ook de kleine W OUTER onbewust<br />

ontwakend nit den slaap zyner eerste j wren, wi lde weten. W at<br />

ADAM meende to plukken van een boom, wat FAUST dacht to


220<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

vernemen van MEPHISTO, onze kleine j ongen zou 't vragen aan<br />

FEMKE, aan pater JANSEN . . . . om't even . Er was dorst naar kennis .<br />

Die dorst moest gelescht worden, onverschillig aan welke bron .<br />

Maar er is meer, dat aandryf t tot beweging . Onze zeden hebben<br />

een gemaakten of schuw uitgevonden tegen geslachtsdrif t, en<br />

zy veroorlooven eerder een opgedrongen leugen, dan 'n wysgeerige<br />

waarheid, die niet „f atsoenlyk" wezen zou . Wie echter z'n<br />

,,fatsoen" zoekt in de waarheid, erkent, dat hysterische aandoening<br />

ten-allen-tyde een hoof drol speelde in de Geschiedenis van<br />

mensdom en mensen. Men lette op den phallus-dienst, op 't<br />

aanbidden van 't scheppend beginsel, op de liefde-maal.tyden der<br />

eerste Christenen, op 't smachtend vereeren van den lieven JEZUS<br />

door de nonnen, van de - altyd schoone en altyd jeugdige -<br />

Maagd MARIA door de Monniken. Overal ziet men dat de zucht<br />

tot liefhebben, tot aanhechten, tot eenzyn een hoofdrol speelt,<br />

ook waar de vertooners-zelf slechts onbewust de werktuigen zyn<br />

van die neiging .<br />

Als de man de vrouw niet had liefgehad, zou 't<br />

paradys-gebod niet overtreden zyn. De hoogdravende wenschen<br />

van FAUST kwamen neer op 'n nog-al platte liefdesgeschiedenis .<br />

WOUTER verwarde zyn hemelsche FANCY met de ordinaire FEMKE .<br />

De zucht tot weten en kennen van den knaap, van den allerlei-dingen-doctor,<br />

die met al z'n geleerdheid een kind was, en<br />

eindelyk van dat allerdomste kind, dat in Azie voor duizende<br />

eeuwen tot bewustzyn raakte van zichzelf, vloeiden in-een met<br />

die andere hoof dvoorwaarde van ons bestaan : met liefde.<br />

Kennen, beminnen . . . . nog ontbrak er iets ! Indien er voldaan<br />

ware aan de zucht naar wetenschap, zou er verzadiging ontstaan<br />

zyn, en de knaap, de geleerde, de mensheid, ware tot stilstand<br />

geraakt.<br />

"'Dit mocht niet . Of juister - want het zou schynen, als-of er<br />

iets bepaald was : opdat wy bestaan zouden . Er is geen : opdat,<br />

alles is : omdat - juister is het to zeggen : dat wy er niet wezen<br />

zouden, als wy niet door de eigenschappen van ons zyn, werden<br />

gedwongen tot voortbestaan . Wanneer de individu - en dit geldt<br />

omtrent ons gansch geslacht - verzadigd wezen kon van kennis,<br />

ware die verzadiging een doodvonnis . Zoo ook met liefde, met begeerte<br />

tot toenadering, onverschillig of ze zich openbaart in een<br />

zucht, in 't schenken eener bloem, in 't beklimmen van een venster,<br />

in 't opsporen van een noorder doortocht naar Indie, in 't<br />

bespieden der grondstof van een centraal-zon, of in 't verplaatsen<br />

onzer verbeelding naar zoogenaamd hooger sfeer van bovennatuurkunde<br />

. . . . overal is juist die brandende begeerte tot eenzyn<br />

met het onbekende, de oorzaak onzer beweging, dat is : van ons<br />

bestaan. Het spreekt dus vanzelf, dat ons bestaan vernietigd<br />

werd, wanneer het bereiken van 't doel mogelyk ware. En deze onmogelykheid<br />

stelt alzoo de derde soort van kracht daar, die ons instand<br />

houdt : opstand tegen het verbod, behoefte aan stryd.


IDEEN 'AN MULTATULL 221<br />

,<br />

Dit wist MEPHISTO . Pit voelde de dichter van GENESIS . En dit<br />

weet ik, die getracht heb de bitterheid to schetsen van WOUTER'S<br />

gemoed, by die geen bybels mocht verkoopen op d'ouwebruq, by<br />

die z'n beentjes niet mocht uitstrekken als er een ,bakers -oudj e"<br />

aan 't voeten-eind lag, en niet eens permissie kon krygen om<br />

een behoorlyke roovery optezetten in Italic .<br />

Stryd! Waarom gaf ,der Geist der stets verneinte" den doctor<br />

die weten wilde, een arm meisje to verleiden - verleiden is 't<br />

woord hier . In de wereld komt het zelden voor - waarom een<br />

meisje to bederven, in-plaats van 'n volmaakte cirkelkwadratuur ?<br />

In-plaats van de oorzaken der wetten van de snelheid der vallende<br />

lichamen ? In-plaats van antwoord op de vraag : water zyn<br />

zou, als iets anders was dan 't is ? In-plaats van verklaring der<br />

magneetkracht ? In-plaats van een lofrede op de milt, welker<br />

hooge verdienste tot nog toe onbekend is ?<br />

Waarom gaf MEPHISTO, in-plaats van dit alles, een meisje to<br />

veroveren. Lets nietigs in-plaats van 't moeilyke, dat FAUST vroeger<br />

toch scheen gezocht to hebben ?<br />

Het antwoord op deze vraag ligt voor de hand. Ik geloof niet<br />

dat de dramaturg G15TIlE verdienste heeft in 't behandelen van<br />

dit onderwerp . Na den gezwo .Ilen proloog, had FAUST heel andere<br />

dingen moeten begeeren, dan 't bezit van de onnoozele<br />

GRETCHEN . Doch waar de schryver G6THE een fout maakt, speelt<br />

de mens G6THE onwillekeurig 't en lant terrible van de waarheid.<br />

MEPHISTO scheen beter to weten ' dan FAuST-zelf, niet wat<br />

deze begeerde, maar wat by noodig had . GRETCHEN ? Volstrekt niet .<br />

Stryd 6m GRETCHEN, en daardoor stryd met opgewekte zinnelykheid,<br />

stryd met zichzelf ten eeuwigen dage . 0, de prikkel tot<br />

weten zou spoedig verstompt zyn, na al to gemakkelyke voldoening<br />

door duivelskunst ! Een cyfer hooger, een cyfer lager in de<br />

schatting van afstand of uitgebreidheid . . . . wat nieer betrekkelyke<br />

juistheid in de ontleding eener zoogenaamde grondstof . . . .<br />

drie, vier, v66r-oorzaken meer by 't terugdenken aan de nooit<br />

gevonden eerste oorzaak van het zyn . . . . och, dit alles had den doctor<br />

niet bevredigyd . niet bezig-gehouden, niet in beweging althans,<br />

en alzoo was de stryd then de duivel tot 'n zonderling loon gaf voor<br />

de levering eener ziel, inderdaad de hoofdvoorwaarde, zonder<br />

welke de ziel niet bestaan kon . FAUST begon met dorst naar<br />

kennis, by werd afgeleid door behoefte aan beminnen, en als noodzakelyk<br />

aanvulsel werd, zyns ondanks, z'n gemoed necrgeworpen<br />

in de bloedige arena van een triviaal leven, dat was de stryd .<br />

Of G6THE 't alzoo heeft bedoeld ? Hieraan twyfel ik . Maar<br />

G6THE zelf is geen rechter over GbTHE'S werken . Hy, als de dichters<br />

en zieners van vorigen tyd, zullen wel eens meer de waarheid<br />

hebben gezegd, zonder dat ze 't wilden of wisten . Het staren<br />

op de werkelvkheid prent verleidelyke voorbeelden in 't gemoed,<br />

en by 't bestudeeren van schryvers, valt er dikwyls meer to leeren


222 IDEEN VAN MVLTATULL<br />

uit onwillekeurige fouten, dan uit afgerichte volkomenheid . Hoe<br />

onberispelyker de werkstukken zyn van PHIDIAS, hoe minder<br />

z'n Apollo's en Venussen gelyken op Grieken en Griekinnen . De<br />

eisch der waarheid is : onvo lmaaktheid en als zoodanig is G6THE'S<br />

FAUST een schoon monument van de geschiedenis der Mensheid .<br />

En nu weder ADAM . Even als WOUTER moet-i gevraagd hebben,<br />

waar Loch alles vandaan was gekomen ? Wy lachen om de<br />

stereotype tooneelfraze van eene heldin, die uit'n bezwyming ontwaakt<br />

: o,4 8uisje ? Welnu -weer een bewys hoe er waarheid<br />

ligt in de fouten der schryvers - juist die afgezaagde uitroep<br />

is de natuurlyke vraag van ieder die tot zelfbewustzyn komt .<br />

ADAM moet geroepen hebben : oit suisje ? Jazelfs : ciel o€ sui.3-je<br />

d'oit vien.3-je ?<br />

Zeker, de ciel hoort er by. Die is hoog, dus verheven. Van daar<br />

komt het licht, dus ook de kennis . Daar zweven bollen - groot<br />

of klein dan, in de schatting van 't verre voorgeslacht - die bollen<br />

zyn niet onderworpen aan de aantrekkingskracht der aarde<br />

althans ze vallen niet - dhhr, in de buurt dier onafhankelyke<br />

bollen of stippen mocht macht, wysheid en gezag wonen Ja,<br />

ciel past bij de bede om kennis . Is niet een der eerste vragen<br />

van 'n kind : waarom de zon niet valt ?<br />

ADAM wilde weten. Dit blykt uit den naam van den verboden<br />

boom. De dichter achtte het onnoodig melding to maken van<br />

ADAM's begeerte . Er is waarheid in dat verzuim . Het toont aan,<br />

niet alleen, dat het zoo was, maar tevens dat het vanzelf sprak .<br />

Verbeeld u een kinderverhaal, waarin de schryver me6deelt hoe<br />

de moeder het snoepen der suiker verbiedt . Voelt ge niet, dat het<br />

wyzen op den lust der kinderen, op hun begeerte naar suiker, overbodig<br />

wezen ZOU ? 't Zou schynen als of die kinderen een byzonde -<br />

ren smaak hadden . Hun snoeplust wordt verondersteld bekend<br />

to wezen.<br />

't Spreekt immers van zelf, dat ADAM begeerig was naar kennis .<br />

Als legendaire figuur gelykt by evenzeer op de Mensheid in hare<br />

eerste ontwikkeling, als op 't knaapje dat onverzadelyk is in<br />

begeerte om to weten. ,Waarom beweegt zich dat water altyd<br />

daarh66n ? Waarom vloog die drop van den tak naar den grond 9.<br />

Waarom verdween by daar ? Waarom bewegen diebladen . . . .<br />

wie of wat raakt ze aan ? Waarom vallen zy ? Hoe zullen er nieuwe<br />

komen ? Wat is met my geschied, toen ik onlangs de oogen sloot ?<br />

Och, er was niets to zien, alles was zwart geworden . . . . toes<br />

heb ik even - een ganschen nacht dit weten wy nu - niet<br />

gedacht, niet gevoeld, niet waargenomen, en toen ik de oogen<br />

weer opende, was alles gekleurd en helder als vroeger . Slaap . . . .<br />

wat is dat Honger, dorst, vermoeienis, voldoening, vreugd,<br />

zorg, begeerte, ? ' smart, genot . . . . wat is dat alles ? Ik wil weten.<br />

Hoe, ik de schoonste onder al deze dieren, ik die heerschappy<br />

voer over de "visschen in de zee, over de vogelen onder den he-


IDERN v-AN MULTATULI . 22 3<br />

met, en over at 't gedierte, dat op de aarde krulpt," 11i., k6en gegeven<br />

is, ,al het zaadhebbend kruid op de aarde, en allerlei<br />

vruchtbare boomen tot een spys" ik zou niet mogen wet ej??<br />

Wanneer ADAM aldus gesproken had by kon niet, by gebrek<br />

aan woorden, maar de indruk was er zoude by z'n broeders<br />

FAUST, WOUTER en ons alien, maar -,n , at vooruitgeloopen hebben .<br />

En aan hem, als aan alien, were, in de jeugd van ons verstand,<br />

ten. antwoord gegeven : ,gy wilt weten ? Ziedaar EVA, ziedaar<br />

GRETCHEN, ziedaar FANCY, FEMKE, of jets dergelyks . . . . ziedaar<br />

de Lielde .<br />

Is 't niet zoo ? En is er duidelyker aantooning mogelyk, van<br />

't verband tusschen zucht near kenni8 en hysterie! Ik spreek nu<br />

niet van de ziekelyke afdwalingen dezer driften, ik spreek van<br />

gezonde aandrift om teo weten en to beminnen, en men zal inzien,<br />

dat de lieve Natuur, die w6.1-1-3-andelen moet, op straffe van vernietiging<br />

(198) ook hierin goed heeft gehandeld, door al hare<br />

krachten aan to wenden in 66ne richting . Zon der de oorzaken<br />

natesporen, was 't reeds voorlang by moralisten en psychologen<br />

een erkende zaak, dat nieuwsgierigheid een hoofdbestandde ,,-l<br />

was van de liefde. Maar zy dachten daarby aan zinnelyke fiefde<br />

alleen, en de beide terinen van overeenkomst evenredig verheffende<br />

tot hoogeren zin, beweer ik dat de edele weetlust een voortbrengsel<br />

is van denzelfden bodem, waarop edele liefde groeit .<br />

Doordringen, ontdekken, bezitten, besturen en veredelen, ziedaar<br />

de taak en de begeerte van minnaar en natuuronderzoeker . Alzoo<br />

is iedere Ross of FRANKLIN een WERTHEIPR van de Poolstreek,<br />

en elk die liefheeft een MUNGO PARK van het gemoed .<br />

Wel weet ik, dat overal vele PiZARRO'S vw, orden gevonden tegen<br />

66n LAS CASAS . -,',Iaar deze treurige opmerking, treft de wyze van<br />

uitvoering, niet den indru-'.k . Zy veroordeelt personen, niet de<br />

aandrift der natuur . Tege-nover LOVELACE en FATJBLAS, staat ,<br />

ST . PREUX. Tegenover astrologie, de sterrenkunde . Tegenover<br />

MESMER en CAGLIOSTRO, ALEXANDER VON HUMBOLDT .<br />

"Ziedaar EVA ' iw ,as 't eerste ant wvoord dat de feiten gaven op<br />

de bede om kennis. ,Ge wilt ?veten bemin !" sprak de Noodzakelykheid<br />

tot ADAM .<br />

En terstond daarop volgde, by hem als elders, voorgewende<br />

zonde als onmisbaar gevolg van een weldadig verbod, om hem<br />

wegtedryven uit een paradys waar vrede en rust woonden, naar de<br />

wilde streken die hem en z'n geslacht de gelegenheid bieden zouden<br />

tot den stryd die 't voortbestaan der Mensheid verzekeren zou .<br />

Weldadig was dat gebod . Gewis . Want de stoutmoedige dichter<br />

kan niet verzinnen, wat er zou te-recht gekomen zyn van<br />

FAUST, van ADAM, en alzoo van 't mensdom, als niet de Noodzakelykheid<br />

- de god, die paradyzen sluit, omdat het voortbestaan<br />

in paradyzen onmogelyk is - ons allen hadde voortgezweept<br />

naar 't strydperk, dat leven heet. Nog heden-ten-dage bestaat het


224 IDEEN VAN MITLTATULI.<br />

verbod : gy zult niet den van den boom der kennisse !" Ons leven is<br />

juist altyd door : naderen tot dien boom, poging om daarvan de<br />

vrucht to plukken, stryd met de hindernissen, die ons in den<br />

weg staan, en die voortdurend aangroeien naarmate wy in 't wegruimen<br />

slagen . Die stryd is ons leven. De opheffing van 't weldadig<br />

paradysverbod ware ons aller doodvonnis, en alzoo heef t<br />

de oude dichter van GENESIS wel gezien, toen by terugdenkend<br />

uit het bestaan der Mensheid besloot dat eens-voor-al het onbegrensd<br />

doordringen naar kennis moest verboden zyn, juist opdat<br />

er alkyd iets to bereiken zou overblyven . Weer moat ik hier de<br />

opmerking maken, dat volstrekte kennis niet verboden is ! opdat<br />

wy zouden bestaan, maar : dat wy bestaan omdat volstrekte kennis<br />

onmogelyk is . Hot leven is 'n raadsel, zegt men. Juist ! Maar<br />

als 't raadsel opgelost ware, zou 't geen raadsel, en alzoo het<br />

leven geen leven meer zyn . Hot zou niet zyn.<br />

Als in de genesis-legende en in het drama van FAUST, moest<br />

ook de weetgierigheid van WOUTER, samensmeltend met de aantrekkingskracht<br />

die 'n onbeduidend meisjen op hem uitoefende,<br />

het middel wezen om hem toe to rusten tot den stryd dien by zou<br />

to voeren hebben. En dat was de zin myner meening, toen ik,<br />

eenige bladzyden geleden, van myn onderwerp scheen of tedwalen,<br />

door het wyzen op zooveel waarheid in poezie, tegenover de brutaal-domme<br />

leugens der Historie .<br />

518. -- Maar, WOUTER, lees je dan thuis geen boeken over<br />

't geloof ?<br />

Dit vraagde FEMKE aan haar vrindje, toen daze den volgenden<br />

dag weer by haar zat op 't omgekeerde mandje .<br />

Ja, maar ze zyn niet mooi .<br />

Ken je niet wat van-buiten ?<br />

WOUTER zei een vers op van een protestanterig gezang, dat geen<br />

genade vond in den smaak van FEMKE. Maar wel vond ze dat-i<br />

't mooi opzei .<br />

Lees j e niets anders ?<br />

WOUTER bedacht zich . Hy doorliep snel de bibliotheek van<br />

STOFFEL : Werken van 't dichtlievend genootschap . . . . IPPEL, Aardrykskunde<br />

. . . . V erhandeling over de spelling . . . . Reglement op de<br />

brandwacht . . . . Geschiedenis van Joze f , door HULSHOFF . . . . De<br />

brave Hendrik . . . . V ader Jakob onder zyn kindertf es . . . . Preeken<br />

van dominee HELLENDOORN . . . . Kathechismu$ van idem . . . .<br />

HooRNs liedeboek . . . .<br />

Hy voelde heel goad, dat er van dit alles niets to-pas kwam<br />

by FEMKE . Eindelyk<br />

- Ik weet wel iets, maar 't is niet van 't geloof . . . . het is van<br />

GLORIOSO . . . .


IDEEN VAN MULTATULI . 22 5<br />

FEMKE beloofde to zullen luisteren, en WO LITER vertelde . Eerst<br />

sprak by afgebroken, en met al de en toen's die niet gemist kunnen<br />

worden by een holllandsch verhaal, maar weldra verplaatste<br />

Ity zich in den toestand van z'n held, en verhaalde beter dan-i<br />

gelezen had in dat -, - oddig boely . By elke schaking, by elk heldenfeit,<br />

stond by op van z'n korf, en bootste de daden van z'n<br />

held na, zoodat FEMKE er van schrikte. Maar prettig vond ze<br />

't toch, en toen by eindelyk zweeg, was er een vonk van zyn<br />

zonderling bestuurde m-aar oprechte geestdrift gevallen in haar<br />

hart, dat als 't zyne klopte van verrukking over al 't schoone<br />

dat zy gehoord had . Beider wangen gloeiden, en waarlyk als<br />

er 'n trekschuit had gereed gelegen naar ltali6, ik geloof dat<br />

FEMKE oogenblikkelyk ware me&gereisd om deeltenemen aan<br />

zooveel gevaar, zooveel aventuren, en . . . zooveel minnary. En<br />

't fraaist was, dat er nit WOTITER'S vertelling bleek hoe zuiver<br />

zoo'n italiaansche roover in 't geloof is .<br />

Weet je nog iets ?<br />

Ja, zei WOTJTER die op-streek raakte. Ja nog iets . . .'t<br />

staat in een klein boekje . . . een almanak, geloof ik .<br />

En by verhaalde :<br />

-- FEMKE, er was eens in een groot land een koning die<br />

INCA heette . Al de koningen van dat land heetten INCA . . .<br />

Zoo-als hier Oranje . . .<br />

Ja, zoo-als hier Oranje . Maar daar in Peru - want het land<br />

heette Peru, - waren de koningen uit de zon gekomen, en<br />

als ze stierven, keerden zy terug naar de zon. En zy mochten<br />

niet trouwen met 'n meisje dat niet uit de zon voortkwam .<br />

Dat was zoo de wet in Peru . . .<br />

- Is 't waarlyk gebeurd, WOUTER ?<br />

- Het staat zoo in 't boekje, FEMKE . Nu was er een koning .<br />

die drie kinderen had, eene dochter en twee zoons . De zoons<br />

heetten TELASCO en Kusco, maar den naam van 't meisje heb<br />

ik vergeten.<br />

Zeg maar MARIE.<br />

Dat is, geloof ik, geen peruaansche naam . Neen, LouiSE<br />

is beter, of EMMA. . Of wil je dat ik FEMKE zeg 'e<br />

- Wel neen, zeg maar EMMA . Anders weet ik niet of je met<br />

my spreekt, of van die prinses .<br />

- Goed : EMMA . EMMA was 't eenige zonnekind in heel Peru .<br />

En niemand wist wie na den dood van den Koning, INCA worden<br />

zou, want TELASCO en Kusco waren gelyk geboren . Gebeurt<br />

dat meer ?<br />

Wel zeker, dat zyn tweelingen . Een nicht van ons heeft er<br />

drie te-gelyk gehad . . . dat kan heel goed .<br />

- Nu, TELASCO en Kusco waren tweelingen, en de Koning<br />

wilt niet wie hem zou opvolgen . Hy hield van beiden evenveel,<br />

en ook het yolk van Peru had graag beiden tot INCA gehad .<br />

IDEEN II. 15


22 6<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Maar dat mocht niet, omdat er in de wet stond dat er altyd maar<br />

een INCA wezen zou. Toen riep de koning alle priesters by el<br />

kaer op een hoogen berg, om nader aan de zon to wezen . . .<br />

want de zon zou beslissen wie koning worden moest .<br />

Maar WOUTER, dat kan niet waar zyn .<br />

Het staat zoo in 't boekj e, FEMKE. En . . . 't is lang geleden,<br />

heel lang . Dat land Peru is een land van vroeger tyd, weetje,<br />

net als de ivoren poort .<br />

FEMKE was maar half tevreden . Maar, nieuwsgierig naar 't verhaal,<br />

hield ze zich alsof WOUTER'S oplossing haar voldeed .<br />

- Op bevel van den koning, maakten de priesters twee groote<br />

brandstapels, en legden daarop veel groote kransen van bloemen .<br />

Maar ze staken het hout niet aan . . . . dit moest de zon zelf doen .<br />

Dat kan heel goed . . . . met 'n brandglas . . . .<br />

Neen, zonder brandglas, want de Peruanen hadden geen<br />

brandglazen. En bovendien het was juist te-doen om den wil<br />

van de zon to weten. De kransen op den eenen brandstapel waren<br />

gelegd of 't een letter T was, dat beduidde TELASCO . Op den ander<br />

had men een K geschreven . . . . ik meen met bloemen . Die K<br />

wilde zooveel zeggen als Kusco . Nu vie] de koning op de knieen,<br />

en alle priesters ook, en zy zongen een gebed aan de zon . . . .<br />

Dat was heel slecht, WOUTER. Men mag, voor niemand knielen<br />

dan voor heiligen . En dat bidden mag ook niet . . . . dat is<br />

afgodery .<br />

Ja juist, 't staat ook in 't boekje dat die mensen in Peru<br />

afgodendienaars waren. Maar, FEMKE, dat moet je nu zoo beschouwen,<br />

zie . . . . 't is lang geleden . . . . en 't was een ander yolk . .<br />

een heel ander yolk moet j e denken . Daar heb j e nu by-voorbeeld<br />

. . . . in Frankryk . . . . daar noemen ze een vader pere . . . . dus<br />

je ziet, dat ieder yolk zoo z'n eigen manieren heeft .<br />

FEMKE knikte, als byna overtuigd .<br />

Zy zongen een gebed aan de zon . TELAsco, Kusco en EMMA<br />

zongen mee, want zy waren nog nieuwsgieriger dan de anderen,<br />

dit begryp je wel, want al.s Kusco's houtstapel het eerst brandde<br />

zou by INCA worden, en TELASCO bleef maar prins. En als TE-<br />

LASCO's stapel 't eerst aanging, werd by koning, en niet Kusco.<br />

Nu, voor EMMA was 't ook een heele zaak . . . . want ze moest<br />

trouwen met den nieuwen INCA. Ze wou dus graag weten wie 't<br />

' t wezen zou . . . .<br />

Maar . . . . 't waren haar broers !<br />

Wel j a. Dat moest zoo, omdat ze 't eenige zonnekind was .<br />

Ze woonden in Peru, moet je denken, dat was alles anders dan<br />

by<br />

ons . . . .<br />

- Ja, dat 's waar zei FEMKE, die bang was, dat to veel ongeloof<br />

haar de vertelling kosten zou . 't Zal wezen als met GLORIoso<br />

en die gravin . Zulke dingen gebeuren hier niet . . . . dat vind<br />

je alleen in verre landen .


IDEEN VAN MULTATULL 22 7<br />

- Ja . . . . of heel lang geleden. Nu dan, na lang bidden stak<br />

de zon geen der beide brandstapels aan . . . .<br />

- He! zei 't meisje verwonderd, want na al 't zonderlinge, dat<br />

ze vernam, had ze zich gereed gemaakt nog meer vreemds to hooren<br />

- Neen, de zon stak ze niet aan, maar riep den INCA en 't yolk<br />

van Peru toe, dat EMMA kiezen moest tusschen TELASCO en Kusco.<br />

Wie ze 't meest beminde zou koning zyn .<br />

- Toen was 't gauw uit, dacht FEMKE, en dat zei ze .<br />

- Juist andersom . EMMA wilde niet kiezen, De zon had haar<br />

een maand tyd gegeven, om to bedenken. Zy peinsde en overlegde,<br />

en kon niet tot een besluit komen . Of, als ze een oogenblik<br />

meende to weten wien ze voortrok in haar hart, dan wilde<br />

zy 't niet zeggen, omdat ze den ander to liefhad om hem to bedroeven.<br />

Want zy wist, dat beiden haar beminden en dat haar voorkeur<br />

van den een, den dood van den ander wezen zou . Zy vraagde om<br />

raad by TELASCO . Deze raadde haar aan, Kusco to kiezen . . . .<br />

- He ? riep FEMKE weer . En er was een vragende Loon in haar<br />

uitroep . Zy meende niet goed verstaan to hebben .<br />

- 't Was in Peru . . . . en heel lang geleden. En daarop smeekte<br />

zy Kusco, haar to zeggen, wat ze doen moest . Kusco beweerde,<br />

dat TELASCO haar gelukkig maken zou, en dat zy then kiezen<br />

moest . Ook vond by TELASCO waardiger om INCA to worden,<br />

dan zichzelf.<br />

Alzoo vond EMMA by de broeders geen troost . En by de priesters<br />

ook niet. En ook niet by den koning, die in 't geheel geen raad<br />

geven wou, omdat het een zaak van de zon was, waarme6 by zich<br />

niet mocht bemoeien . EMMA was troosteloos. Ze wist hoe lief<br />

Kusco haar had . 's Avonds in het woud had ze hem beluisterd,<br />

toen-i een lied zong, waarin by zeide, dat-i zonder haar niet leven<br />

kon. Toen was zy hem om den hals gevallen, en ze ging naast hem<br />

zitten op de zodenbank, en ze zei : lieve Kusco . . . . en ze legde<br />

't hoofd tegen zyn schouder, en begon bitter to schreien, omdat ze<br />

hem zoo erg lief had . Er is een plaatje by, FEMKE .<br />

- Kun je 't boekje niet eens meAbrengen ? vraagde het meisje .<br />

Ze wilde zoo gaarne, dat prentje zien .<br />

- Ach peen, 't boek is van STOFFEL, en by heeft gezegd dat<br />

ik nets mag wegnemen uit zyn kastje. Dit is zyn bibliotheek,<br />

weetje, omdat-i schoolmeester is . Nu, zy weende van liefde .<br />

En Kusco ook . . . . khn dat ?<br />

- Wel neen !<br />

- In 't boek staat het Loch. Maar hoor verder. Toen ze daar<br />

zoo zaten, kwam TELASCO . Hy beluisterde hen - een oogenblik<br />

maar - en trad opeens to voorschyn . Daarop viel by op de knie6n<br />

voor Kusco, en zeide : ,heil u, INCA van PERU, de dochter der zon<br />

heeft u gekozen . " En by boog z'n hoofd tot de aarde, en wilde<br />

Kusco's voet op z'n nek plaatsen . Dat beduidde onderwerping


228 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

in Peru . Maar EMMA en Kusco stonden haastig op, en beiden<br />

te-gelyk riepen zy, dat TELASCO zich vergist had . ,Zy heeft u<br />

lief, broeder, sprak Kusco, aan a denkt zy, van u droomt zy,u<br />

bemint zy, o TELA .SCO ! Gy zyt koning in haar hart en dus INCA<br />

van Peru ."<br />

TELASCO sidderde, want by had Kusco to lief, om to willen, dat<br />

het waar was . Twyfelend zag by EMMA aan en nu werd het eerst<br />

recht moeielyk voor hem, want nu viel ze hem om den hals en<br />

kuste hem innig, en trok hem naast zich op de bank van zoden .<br />

Maar terwyl ze aan de eene zyde TELASCO omarmde, trok ze met<br />

de andere hand Kusco tot zich, en . . . . toen zat ze in 't midden<br />

tusschen de broeders . En als ze TELASCO kuste, zuchtte zy : ,lieve<br />

KUsco !" en als ze Kusco liefkoosde, fluisterde zy TELASCO'S<br />

naam . . . . och, FEMKE, 't was zoo moeielyk .<br />

Ja, zuchtte FEMKE, 't was een moeielyk geval .<br />

- En ads TELASCO meende, dat ze iets hartelyker tegen Kusco<br />

was, zeide hy : ,Gy moet kiezen EMMA !" in de hoop, dat ze Kusco<br />

gelukkig maken zou. Maar by durfde niet aandringen op die keus,<br />

als by meende to gevoelen, dat zy hem kiezen zou . Want by kon<br />

wel z'n eigen smart dragen, maar by schrikte voor de wanhoop<br />

van z'n broer .<br />

En KUsco riep, ,Kies, EMMA !" als zy zich wendde naar TE-<br />

LASCO'S zyde, maar by zweeg als EMMA's hoofd op zyn schouder<br />

lag. Hy vreesde den dood niet -- want, FEMKE, by wilde sterven,<br />

als-i niet leven kon met haar - maar by was bekommerd over<br />

TELASCO'S jammer, als deze Emma's beeld zou moeten verdryven<br />

uit zyn hart . Kun je dit alles begrypen, FEMKE ? Ik weet niet<br />

of ik 't goed vertej, maar 't staat zoo in 't boek . . . .<br />

- Ja, ik begryp het heel goed, antwoordde FEMKE. Ze waren<br />

tweelingen, zieje, daar komt het van .<br />

Nu moet ik als waarheidlievend gesehiedschryver getuigen geen<br />

geloof to slaan aan FEMKE's begrip. Ik verdenk haar van ,schipperen"<br />

met het . geloof aan WOUTER'S vertelling. Zy drong zich<br />

het begrypen op, omdat zy zich voelde aangetrokken door de liefde<br />

en offerzucht der drie helden van het verhaal . Ze was niet geleerd<br />

genoeg om met spot neertezien op't verhevene, al werd het haar dan<br />

dan ook meegedeeld op 'n wyze die hier-en daar barok schynt . De<br />

jeugd- van individu en Mensheid alweer - is romantiek. Ze heeft<br />

behoefte aan onmogelykheid, of wat daar naby komt, en nu<br />

WOUTER eenmaal FEMKE zoo ver had veroverd, dat zy zich verplaatste<br />

in zoo vreemde toestanden, vond zyne geloofwaardigheid<br />

een sterken bondgenoot in FEMKE' S vurige begeerte om 't vervolg to<br />

weten dier aandoenlyke geschiedenis . Zy had hem - met minder<br />

moeite, want WOUTER was j onger, en bovendien onevenredig kinderlyker<br />

- haar ,ivoren torens en geestelyke vaten" ingegeven,<br />

nu zou 't hem weldra gelukt zyn haar het geheele zonnestelsel


IDEEN VAN MULTATULI . 229<br />

to doen slikken. Maar de acme jongen wist dit niet . Om to ontleden<br />

hoe zucht tot weten wordt afgeleid door behoefte aan lie/do, had by<br />

eenige tientallen jaren ouder moeten wezen, en niet zelf de patient<br />

van dit zielkundig verschynsel . De lezer zal wel zoo goed zyn myne<br />

opmerkingen aftescheiden van WO -JTER'S indrukken en niet den<br />

natuuronderzoeker verwarren met de kikvorsch die dezen tot<br />

onderwerp diende van z'n galvanische proef. Wie to traag is om<br />

de analyse to volgen van 'n mensenhart, abonneere zich op de<br />

romans van , XAVIER DE MONTEPIN, PAUL F,--A7AL, PoNsoN DU<br />

TERRAIL en dergelykei-i . Wie zich verheven waant boven de ontleding<br />

van een gemoed, raad ik aan octrooi to verdienen op 't<br />

uitvinden van iets belangrykers . En wie eindelyk myn werk afkeurt,<br />

als iets onvolledigs, of myn slotsommen a~ls onwaar . . . . ik<br />

zal hem dankbaar zyn voor terechtwyzing . Maar in dat geval<br />

wenschte ik de blyken to zien van wat inspanning en studie, want<br />

d at kost het my ook . . . . en nog iets. (30)<br />

WOUTER vond het prettig, dat FEMKE de gedeeldheid van<br />

EMMA's hart begreep, en tevens de edelmoedigheid der beide broers .<br />

Wanneer by dat had moeten uitleggen, ware by moedeloos geworden.<br />

Nu drukte FEMKE '-, snel begrip het zegel op zyn ingenomenheid<br />

met de Peruaansche historie, en by vond ze schooner<br />

dan ooit. Deze indruk maakte hem welsprekender dan-i tot nog<br />

toe geweest was . Het word hem nu een punt van eer, FEMKE'S<br />

goede meening to rechtvaardigen, en onwillekeurig overgaande<br />

van den verhaaltoon tot dramatische voorstelling, voerde by zyne<br />

personen sprekende in. Fr was een quousque tandem van tee(jerheid<br />

in 't naspreken van TELASCO'S woorden :<br />

. . Dochter der zonne, beslis! fly heeft u lief, Kif sco, myn brooder<br />

de edele Kusco . Is er eon ree vlugger op 't gebergte . een lager<br />

zekerder van zyn schoto eon held order de dapperen van . Peru,<br />

vlugger, zekerder, heldhaftiger, dan b y ?<br />

,,Dochter der zonne, beslis ! Hy heeft u lief, Kusco, myn brooder,<br />

de edele Kusco . Zie ik \7erraste hem in den ,,,Iaap, en hoorde<br />

hoe by droomend uw naani sprak . Hy strekto zyi .,e armen Tfit,<br />

als orn u to zoeken, by klemc-1-c u vast aan zyn hart, en zyne lippen<br />

bewogen zich als kussen ,Ie. Dochter der zoniie, beslis, en kies<br />

den edelen Kusco !"<br />

,,Niet alzoo, antwoordde Kusco . Ook ikheb'UELAScobespied,<br />

den verhevensten telg van de INCA'S Hy schreef uwen naam, o<br />

dochter der zon, met kunstigen knoop in z'n gordel *) en luid heeft<br />

herinner my niet .net zekerheid of het knoopenschrift in Peru<br />

dan wel in Mexico te-huis behoorde . Misschien was het gebruikelyk in heide<br />

landen die, hoe ver ook van Oka& gelegen, eii hoee ook in sominige opzichten<br />

van elkander versehille .r., de, toch ri,mv, , riva -fltsehap en gelykheirl<br />

van klimaat zeer vele pititeii vii -i overce , ikom ,4 to hadden . Ooh 1~ ;<br />

my onbekend hoe ver de nn : ,.est beschaafde Zidd-ArneriLiansche volkereii


230 IDEEN VAN MIILTATULIL<br />

by dien naam geroepen in den stryd tegen de vyanden van Peru .<br />

Zy vloden op then roep, als ware de beschermende zon zelve neergedaald<br />

omim de belagers van haar kinderen to verdelgen . Kies TELASco,<br />

den dapperen TELASCO . . . . o gy verhevene dochter van<br />

't licht !"<br />

. .Kusco kwam my to-hulp in den stryd. Zonder hem ware ik<br />

verslagen . Hy heeft de pryzen behaald in alle spelen der j onkheid<br />

van 't land. Hy worstelde, streed en overwon in uwen naam . . . .<br />

,,TELASCO lief my de overwinning! Hy doodde zyn eerzucht in<br />

uwen naam . . . .<br />

„Kvsco heeft u bezongen in heerlyke gedichten . . . .<br />

,,TELASCO heeft ze gezongen op goddelyke melodie<br />

,,Bedenk dat Kusco sterven zal, wanner gy niet hem boven<br />

alles bemint, hem alleen . . . .<br />

het gebracht hadden in de kunst om gedachten door knoopen uittedrukken,<br />

toen de Spanjaarden hen met een andere beschaving kwamen verrassen .<br />

Het is uit ethnologische en f ilologische oogpunten zeer to betreuren dat<br />

veroveraars zoo weinig tyd hebben zich met de humaniora to bemoeien.<br />

Gewapende beschavers toonden gewoonlyk groote behoefte to hebben aan<br />

eenige . . . . beschaving .<br />

Met verwyzing naar de noot op 488 en als vervolg daarop, ben ik niet<br />

vreemd van de meening dat de Romeinsche Legerhoofden in Germanie<br />

en de Spanjaarden in Zuid- Amerika, onze kennis van den loop die de taal<br />

genomen heeft, zeer zouden hebben uitgebreid, indien ze iets minder hoogmoedig<br />

hadden neergezien op den Kultuurstaat der volkeren die zy tenonder<br />

brachten. Misschien ware dan de gissing' dat' Amerika de bakermat<br />

is der oud-indische beschaving, iets minder wolkerig dan ze nu nog altyd<br />

schynt . Al zy het namelyk dat de taal van de Mexikanen en Peruanen der<br />

vyftiende eeuw, niet die der oorspronkelyke bewoners was - beter : van<br />

vroegere bewoners, daar het begrip oorspronkelykheid altyd relatief blyft<br />

- dan nog moeten daarin altyd kenteekenen zyn bewaard gebleven, die<br />

ons op den weg hadden kunnen helpen. Wat wy thans van Amerikaansche<br />

talen vernemen, draagt veelal de zeer onwetenschappelyke kleur van Jo-<br />

NATHAN'S humbug. En ook Europesche berichtgevers zyn niet to vertrouwen<br />

. De lezer herinnert zich den blunder van den franschen abbe DoME-<br />

NECH, die de geleerde wereld verheugd heeft met een palympsest, dat aan<br />

ieder die platduitsch verstaat, gebleken is 't zakboekje van 'n slachtersjongen<br />

uit Munster to zyn . De fide caute vitanda . . . . zeg ik met professor<br />

OOSTERZEE na.<br />

Hoe dit zy, de overeenstemming tusschen oud-Amerikaansche en byv .<br />

sommige Egyptische monumenten, is onmiskenbaar. Men zie daarover<br />

o . a. het schoone plaatwerk : Denkmaler der Kunst, zur Uebersicht ihres<br />

Entwickelungsganges von den ersten kiinstlerisehen Versuchen bis zu den<br />

Standpuneten der Gegenwart, door ERNST GUHL en JOSEPH CASPAR, uitgegeven<br />

by von Ebner 4r Seubert to Stuttgart . Ook het bekende Handbuch der<br />

Kunstgeschichte van Dr . FRANS KTJOLER kan met vrucht worden geraadpleegd,<br />

ofschoon deze geleerde de meeste Amerikaansche monumenten<br />

een vry modernen oorsprong aanwyst, en meer de vraag behandelt of de<br />

Amerikaansche beschaving uit Azie weed ingevoerd, dan wel het omgekeerde<br />

van die stelling. (1872)


IDEEN VAN MULTATULL 2 3 1<br />

" Meent ge, dat TELASCO zou leven, zonder uwe liefde ?<br />

Eindelyk sprak het meisje :<br />

,Ilk heb u lief, TELASCO en u'Kusco, heb ik lief . Ik khn niet<br />

kiezen, zoo waar ik eene dochter ben van het licht . Myne hand<br />

beeft zoodra gy my aanraakt, o K -usco maar TELASCO, ze trilt<br />

evenzeer als zy den druk voelt van uwe hand . Myn hart siddert,<br />

by de gevaren des oorlogs, als ik weet, dat gy beiden vooraan<br />

staat in de reien der kinderen van de zon, en ik khn niet beslissen<br />

hoe ik den pyl richten zou, die bestemdd was 66n uwer to tref -<br />

fen . . . . als ik veroordeeld was die richting to bepalen .<br />

,,Als ik uw gezang hoor, o K -usco, dan voel ik al 't wee en al de<br />

zaligheid van 'n liefde die my oneindig schynt, maar toch is er<br />

in myn hart plaats voor 'n alles verterenden gloed, by 't inzuigen<br />

der goddelyke tonen uwer muziek, o TELASCO, als zy de woorden<br />

van Kusco begeleidt . Myn ziel leeft door 't genieten van u-%i,<br />

beider bestaan. Uw beider namen hoor ik roepen door den tortel<br />

in 't geboomte, door den wind als by suist of buldert . Uw beider<br />

naam staat me in liefelyke kronkeling geschreven op de vlakte<br />

van 't meer, in rangschikking van kleur op de blaadj es der bloemen,<br />

in gloeiend schrift op de zon zelve, die vlekkelooze oorsprong van<br />

ons bestaan. En, TELASCO, als ik neerkniel naast den INCA, OM<br />

met de kinderen van Peru onzen god to bidden om zegen voor zyn<br />

land, dan was myne bede een zucht : uw naam! En Kusco,<br />

by 't danken voor de zegeningen die de oorsprong van het licht<br />

schonk aan 't blinkend land van Peru, dankte ik, de dochter der<br />

INCA'S, met dit 66ne woord : Kusco !<br />

I' Daarom, o edele broeders, laat my vry van keuze, ik khn<br />

niet . . . . ik khn niet !"<br />

Aldus sprak de dochter der zon.<br />

Maar TELASCO antwoordde :<br />

"De zon heeft gesproken, en gezegd dat gy kiezen zoudt, Az-<br />

TALPA . . . .<br />

- H6 ? EMMA heette zy . . . .<br />

- Neen AZTALPA, riep WOUTER, wien de geestdrift het geheugen<br />

weergaf, ze heette AZTALPA. TELASCO zeide :<br />

,,De zon heeft gezegd, dat gy kiezen zult . Zoudt gy 't gebod<br />

der zon niet opvolgen ?"<br />

1 ,Laat my sterven, TELASCO<br />

"Neen, ik ik! . . . . riepen beide broeders tegelyk . . . .<br />

Beslist gylieden wien uwer ik moet kiezen . . . . ik zal gehoorzamen<br />

."<br />

,,,Kies TELASCO riep Kusco .<br />

"Kies Kusco! riep TELASCO .<br />

Maar het meisje kon niet gehoorzamen aan beider gebod tegelyk,<br />

en durfde niet ongehoorzaamm wezen aan 66n der geboden .<br />

TELASCO bedacht zich .<br />

,,Ik weet, ik weet ! riep hy . Hoor AZTALPA en gy Kusco, hoort


232 IDEEN VAN MULTATULL .<br />

daar myn voorstel . Dat heeft my een god ingegeven ! Zyn niet<br />

de vederen uwer pylen blauw, myn broeder ? Zyn niet de myne<br />

rood ? Door-aan ! Morgen voor 't verschynen der zon, zullen wy<br />

tezamen uitgaan naar 't jachtveld . Wy zullen ons in het kreupelhout<br />

plaatsen . . . . gy, honderd schreden voorby den boom,<br />

die AZTALPA's naaim draagt, door ons beiden gesneden in de schors .<br />

Ik, honderd schreden aan deze zyde van lien boom. Daar zullen<br />

wy het uitzicht hebben op den heuvel, waarlangs 't wild vlucht,<br />

als het wordt opgejaagd door de jachtgezellen. Wy beiden leggen<br />

aan op de eerste hinde die er opdaagt uit het woud. Als de vederen<br />

van den pyl die haar dooden zal, rood zyn, wil ik dat AZTALPA<br />

my kieze . Als 't uw pyl is, Kusco,die 't wild treft . . . . als de getroffen<br />

hinde uw kleur draagt . . . .<br />

De beide broeders bedekten zich het gelaat, als vreesden zy<br />

iets to zien, wat uitslag spellen zou van den vreeselyken stryd<br />

then TELASCO voorsloeg .<br />

„Ik neem aan ! riep Kusco op eens, ja TELASCO, ik neem uwen<br />

voorslag aan . Waarlyk, die straal van licht in uw hart was een boodschap<br />

der goden. Ik neem aan, ik neem aan . . . . my zal zy kiezen<br />

als de vederen blauw zyn ! 0 stem toe, AZTALPA, beloof,<br />

dat gy berusten zult in den uitslag van TELASCO'S voorstel .<br />

,,Zweer ons dat met duren eed, AZTALPA ! smeekte de andere<br />

broeder.<br />

En het meisje beloofde en riep daarby de heilige zon aan,<br />

haar hart to richten naar de kleur der veeren van den pyl, welke<br />

den volgenden dag de eerste hinde treffen zou, die er opdaagde<br />

uit het woud .<br />

Den volgenden morgen vroeg by 't eerste licht der zon, hoorde<br />

TELASCO van verre, hoe de jachtgezellen het wild opj aagden<br />

met trom, bekkens en geschreeuw . En daar recht voor hem lag<br />

de kleine heuvel, waar gewoonlyk 't wild het geboomte verliet,<br />

als het schrikkend wegvlood voor 't gevaarspellend geraas . Z8o<br />

jaagde anders TELASCO niet . Zoo was de buit to licht gewonnen,<br />

en zelfs kwam zoo'n jacht hem voor als verraad. En ook nu jaagde<br />

TELAsco niet op die wyze, want zie z'n pylkoker lag naast hem,<br />

en de hand, die den boog moest spannen ondersteunde het hoofd .<br />

Toch greep by eindelyk langzaam de roodgeveerde pyl, toch<br />

vatte z'n trage linkerhand den boog, om gereed to zyn tot misschieten,<br />

al.s de eerste hinde zich vertoonen zou . ,Misschien heeft<br />

de opmerkzame Kusco myn pylen geteld, by 't samen uitgaan,<br />

dezen nacht" . Zoo dacht hy, en maakte zich gereed tot zorg, dat<br />

er een pyl zou ontbreken aan 't getal . . . .<br />

Het gerucht kwam nader. Weldra zou . . . .<br />

Daar vloog een hert, hooggeweid . . . wilde buffels . . . . ruige<br />

zwynen . . . . bevallige gazellen . . . . meer herten, meer buffels . . . .<br />

zwynen weer . . . . o God, de hinde, de hinde . . . . daar was zy !


IDEEN VAN MULTATULL 233<br />

Daar stond. het verschrikte dier hygend op den heuvel, blootgesteld<br />

aan de wisse schoten der jagers . . . . neen, ditmaal beschermd<br />

door TELASCO's en Kusco's edelmoedigheid .<br />

Want TELASCO schoot in de lucht, en by volgde z'n pyl met<br />

de oogen, maar sloot ze weer om zich voor to stellen hoe die pyl<br />

hemzelf het hart doorboorde.<br />

En ook Kusco doodde de hinde niet. Hy verborg z'n pyl in<br />

den grond, en dekte then toe met wat aarde, en bet sebeen hem of<br />

by daar zichzelf begroef .<br />

Maar beide broeders staarden verwonderd op de hinde, die ongedeerd<br />

vender vluchtte .<br />

,,Gy hebt my bedrogen, TELASCO gy hebt niet geschoten!"<br />

riep Kusco, die wild te-voorschyn sprong .<br />

jk heb we] geschoten, broeder . Maar gy, gy hebt my misleid<br />

Gy hebt misgeschoten met opzet !" antwoordde TELASCO, die<br />

z'n broeder te-gemoet snelde .<br />

jk zweer u dat ik niet heb misgeschoten met opzet, TELASCO.<br />

En bedroefd keerden de twee broeders naar huis en verhaalden<br />

aan AZTALPA wat er geschied was, Beiden klaagden zy over misleiding<br />

.<br />

Ditmaal viel er een straal van licht in Kusco's ziel . Hy zeide :<br />

Wederom zullen wy ons tegen den daoeraad plaatsen in het<br />

kreupelhout, TELASCO . Weer zullen de jachtgezellen het wild<br />

opjagen naar den heuvel . Weder zal de kleur van de pyl, die de<br />

eerste hinde treft, AZTALPA's keuze bepalen, maar . . . . TELASCO<br />

zweer my, dat gy schieten zult, ditmaal !<br />

,Ilk zhl schieten En gy beloof my, dat gy treffen zult .<br />

,,Ik zhl treffen<br />

„G y zult schieten zoo goed als een jager dat kan ? Met het<br />

doe] om to raken en to dooden ? Werkelyk, de eerste hinde ?<br />

,ja ja ik beloof dat alles . En gy, TF-,i.,Asco<br />

"Rusco, ik beloof het u"<br />

Den volgenden dag lagen de broeders in hinderlaag, als den vorigen<br />

. Wel waxen ze nu inderdaad jagers, die begeerig loerden<br />

op wild. Strak omklemde de linkerhand den slangenhouten *) boog .<br />

Duim en voorvinger van de rechter weerhielden de pyl tegen 't<br />

halfgespannen koord . Het cog staarde over den gestrekten duim,<br />

zich richtend langs de punt van de schicht naar de opening van<br />

*) Deze Zuid-anierikaanseha houtsoort waarvan ik den botanischen naam<br />

niet weet, is zeer hard, en zoo z-waar to bewerken dat Europesche schrynworkers<br />

er ongaarne itA to doen hebben, ofsehoon do daaruit vervaardigde<br />

meubelen zich zeer, schoon laten polysten . Do kleur is bruingeel met<br />

kleine donkere vlekken, eii hover sehryf ik hiemaii den naam toe, dan aall<br />

de b . v . in Guiana heerschende uleening dat dit hout, van een boom konil,<br />

waarom zich by-voorkeur slangen kronkelen . Of hot - echter vcerkrachtig<br />

genoeg is oin tot boog to dienen, kan ik iiiet, verzokerpii . Misscliien is dif<br />

een fout in den tekst, (18T2) .


234 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

het woud. 0, lang vobr de hinde den top des heuvels bereikt had .<br />

zou zy ditmaal getroffen zyn ! Daar vloog een bison snuivend uit<br />

de wildernis . . . . zwynen weer . . . . herten . . . . een hinde . . . .<br />

Doodelyk getroffen stortte het arme dier neer . . . .<br />

„Ik groet u INCA van Peru !"<br />

Dit riepen TELASCO en Kusco te-gelyk, haastig te-voorschyn<br />

tredend uit het kreupelhout .<br />

,,Gy hebt verwonnen, Kusco . . . . 't was uw pyl !<br />

,,De uwe, TELASCO ! 't Kan de myne niet geweest zyn . . . . myn<br />

hand sidderde toen ik schoot .<br />

,,Myn oog was verduisterd, toen ik aanlegde .<br />

,,Heil u, INCA van Peru, TELASCO bemind door AZTALPA !<br />

,,Heil u. INCA van Peru, Kusco den Reveling der zon !<br />

11 Gy"<br />

„Ik verzeker u dat myn pyl<br />

,,'t Khn de myne niet geweest zyn<br />

,,Den heuvel op !<br />

Dit laatste riepen de beide broeders te-gelyk . En te-zamen<br />

ylden zv naar de plek waar de hinde gevallen was<br />

„Ik zie uwe kleur . . . . riep Kusco nog op een afstand .<br />

,,Onmogelyk broeder . . . . de pylveer is . . . . blauw ! En 't moet<br />

blauw zyn, want<br />

,,Het moet rood zyn, want<br />

Twee schichten hadden de hinde het hart doorboord . Beide<br />

broeders hadden getroffen, maar beiden hadden geschoten met<br />

verwisselde kleur .<br />

Want 's nachts was Kusco, voorzichtig als 'n misdadiger, geslopen<br />

in de woning van TELASCO, en by had een rooden pyl<br />

geroofd uit den koker zyns broeders . En niet moeielyk was deze<br />

diefstal, want TELASCO's legerstede was ledig . Er was niemand<br />

ter bewaking van de wapens, waarmee by niet wilde overwinnen . .<br />

Waar was de zorgelooze TELASCO, toen Kusco hem beroofde ?<br />

TELASCO was ter-sluik zyns broeders woning binnen getreden,<br />

om den blauwgeveerden pyl to stelen, waarmee by Kusco wou<br />

maken tot AZTALPA'S uitverkorene, tot INCA van Peru. Begryp<br />

j e 't, FEMKE ?<br />

Ja, . . . .maar . . . .<br />

Je moet altyd denken, 't was ver van hier, en !t is lang<br />

geleden . Luister verder, Nu waren de beide broeders zeer bedroefd,<br />

en AZTALPA ook . Ze wist niet wat ze doen moest, en bad aan<br />

de zon . Dit deed Kusco ook, en ook TElasco. Maar de zon antwoordde<br />

altyd hetzelfde : dat AZTALPA kiezen moest<br />

Antwoordde de zon altyd, als men haar om raad vraagde ?<br />

-- Altyd. 't Staat zoo in 't boekje 't was ver weetje . Nu<br />

AZTALPA moest kiezen. Daar was niets, niets, niets tegen to doen .<br />

Erg toch wou ze niet, en riep maar al dat zy liever sterven wilde,


IDEEN VAN MITL TATTTLT . 2 3 5<br />

Toen kreeg'FELA4CO een liebt in zyn ziel, en by zeide -<br />

-Verheven dochter van de zon, it geschiedde naar uwe begeette<br />

. (11ly wilt niet kiezen, AZTALPA . . . . welnu, ge zillt, sterven .<br />

0 God, riep FE-AnKE . . . .<br />

Stil, FEMKE, luister goed . TELASCO rneende het niet -1, dat<br />

zal je zien . Hyzeide, (]at zy sterven moest, en daar-i begreep,<br />

dat AZTALPA niet zou gelooven dat by dit inderdaad bedoelde,<br />

legde by haar uit, waarom :<br />

,,(-',v moet sterven, AZTALPA . OM uwentwil zou er verdeeldheid<br />

komen in 't land van Peru . leder die Kusco bemint, wensclit<br />

dat ge my kiest, omdat men weet hoe 't den goeden Kusco<br />

zou bedroeven, my verstooten to zien . En wie my liefheeft,<br />

vordert dat ge aan Kusco uwe hand reikt, wyl men beseft hoe<br />

It my zou smarten, gelukkig to zyn by zyn wanhoop . Gy moet<br />

sterven, AzTALPA! Geen burgeroorlog mag "t gevolg zyn der<br />

verdeeldheid van uw hart . Na uwen dood, als ge zult ( ;Pg ,) Va -<br />

ren zyn tot den oorsprong van uw bestaan, zal er geen scheiding<br />

wezen tusschen de offerwolken die u onze liefde boodschappen,<br />

noch twe6rlei toon in de zangen des yolks van Peru . Eenstemmig<br />

zullen onze gebeden opstygen, en er zal geen wanklank<br />

van verdeeldheid zyn in onze lofliederen . Daai dhhr<br />

daarboven, zyt ge ons beiden even naby, AZTALPA! Daar kutit<br />

ge ons beiden gelyk deel geven in den oneindigen rykdom uwer<br />

bescherming . Gy zult Kusco antwoorden in 't ruischen det ,<br />

palmen, zonder slat ik te-vergeefs naar uw stem luister in de<br />

in uziek van de zee . Hem en my zult ge verschynen in den drooin<br />

. . en myn arm zal niet slap neervallen by de gedachte aan Kusco's',<br />

verlatenheid, noch by bedroefd zyn door 't besef dat zyn genot<br />

my de ziel verscheurt . Voor 'n liefde als de uwe, AZTALPA, is<br />

almacht noodig . W66.s almachtig, gy kunt het, gy moogt het,<br />

gy inoet het ! Dat is de wil der zon, die 't wist dat gy noch<br />

Kusco zoudt kiezen, noch my, maar dood en verheffing tot<br />

geest, omdat een mensenhart to nauw is tot bevatting van<br />

zoo veel gevoel .<br />

Sterf dus, AZTALPA, sterf, en verhef u tot licht . In uw hart<br />

is geen plaats voor ons beiden, maar wel zal er plaats wezen<br />

voor ons beiden op uw graf, als ge zyt opgevaren ten hemel . . .<br />

Aldus sprak TELASCO.<br />

Kusco zweeg .<br />

En AZTALPA zeide :<br />

"Broeders, ik ben bereid ."<br />

'En kort daarna vergaderden de priesters en de koning, in<br />

het woud op den berg, waar men gewoon was to offeren aan<br />

de zon . En daar was veel yolks byeen gekomen om den rook to<br />

zien, waarin AZTALPA zou opvaren . Want, nadat ze gedood<br />

was, zou ze verbrand worden .


2 36 znEEN VAN MULTATULL<br />

„Je weet, FEMKE, de rook gaat altyd naar boven . Dat is om<br />

optestygen, weetj e ?<br />

Ja, antwoordde het meisje, met 'n overtuiging als-of ze<br />

VELLEDA zelf was . Och, ze had 'r boekje vergeten, en was ontrouw<br />

aan al haar Heiligen .<br />

0 God, WOUTER, 't doet me zeer ! Moest AZTALPA nu<br />

waarlyk sterven ? 't Was wreed van TELASCO . . .<br />

Wat zou jy gedaan hebben, FEMKE ?<br />

Ik zou, ik zou . . . ik weet het waarlyk niet, WOUTER.<br />

Zieje, 't was moeielyk . Nu, daar stond AZTALPA, tusschen<br />

de beide broeders. Ze was in 't wit gekleed, en een witte sluier<br />

hing haar over 't gelaat . Het yolk zong een treurig lied . Men<br />

knielde . AZTALPA omhelsde haar vader, groette de menigte met<br />

de hand, en riep<br />

„Ik ben gereed. Broeders, geleidt my!"<br />

Zy reikte aan beiden de hand, en trad fier naar den brandstapel<br />

. Kusco's houding was gebogen en zyn tred was wankelend .<br />

Maar TELASCO scheen moediger. 0, FEMKE, by wist, dat AZTALP A<br />

niet sterven zou . . . .<br />

Een diepe ademhaling verluchtte FEMKE'S gemoed. Met open<br />

mond staarde Zy WOUTER aan, als wilde zy de vreeselyke ontknooping<br />

opvangen met al de kracht van haar ziel .<br />

Neen, zy zou niet sterven, en ik geloof, dat TELASCO het wist.<br />

Hy trok den gewyden dolk, bad AZTALPA om vergeving . . . .<br />

KUsco stond met de handen voor het gelaat . . . . AZTALP A kruiste<br />

de armen voor de borst . . . . zy boog het hoofd . . . .<br />

Daar viel zy eensklaps op de knieen voor TELASCO<br />

„Broeder . . . . een oogenblik ! Eene bede ! ach laat my den dood<br />

ontvangen van Kusco's hand!"<br />

TELASCO slingerde den dolk weg, en riep<br />

,, Geloof d zy de zon, zy heef t gekozen ! Volk van Peru, daar<br />

staat uw INCA ! AZTALPA, vaarwel !"<br />

Alle Peruanen bogen daarop het hoofd voor Kusco .<br />

Maar toen deze zyn broeder zocht, was TELASCO verdwenen .<br />

Men heeft hem nooit weergezien. Vindje 't niet mooi, FEMKE ?<br />

- Hoor WOUTER, als dat meisje geweten had hoe TELASCO<br />

haar verzoek zou uitleggen, had ze 't niet gedaan . Maar de vertelling<br />

is mooi . Ik wou wel eens weten of zoo iets waarlyk gebeuren<br />

kan ?<br />

Ver van hier en lang geleden, FEMKE. In allen geval, 't<br />

staat zoo in 't boekje . Maar nu moet ik naar huis, want ik heb<br />

geen stuiver om den poortman to betalen, als ik binnen kom na<br />

achten. *) Och, FEMKE, ik wou zoo graag dat myn vers al of was . . . .<br />

in WOUTERS jeugd, en nog lang daarna, werden de poorten to Am-


MEEN VAN MULTATTTIA . 237<br />

't Zal wel gaan . Denk maar aan TELA,','co . Die had ook iets<br />

tnoeilyks to doen .<br />

- Neen, ik zal denken aan 't meisje. Goeden avend, FEMKE . . . .<br />

WOUTER kreeg een zoen, zoo hartelyk als by verdiend had met<br />

z'n vertelling . En droomend van AZTALPA, die op 'n bleek paste,<br />

stapte by door de aschpoort, en naar huis . De maan scheen helder,<br />

en 't speet hem, dat-i niet nog wat by FEMKE had kunnen blyven .<br />

Hy verbeeldde zich, dat by nu by 't maanlicht, beter nog dan anders<br />

zou verteld hebben . Maar 't kon niet, om den stuiver, die-i<br />

niet had .<br />

WOUTER's Broom. *)<br />

519 . - Moeder, WOUTER knypt me! riep LAURENS, den volgenden<br />

nacht, en jufvrouw PIETERSE k1aagde, met recht vind<br />

ik, dat die jongen" zelfs in den slaap z'n rust niet houden kan .<br />

sterdamm gesloten 's avonds op uren die met de saizoenen wisselden. Welk<br />

doel men eigenlyk met then maatregel beoogde, is velen een geheimgebleven,<br />

vooral daar ieder die de kleine belasting betaalde, zonder verdere<br />

contr6le word binnengelaten. Zonderling dat de ingezetenen zich zoo geduldig<br />

schikten in eene plagery, die ingesteld scheen om de beschermelingen<br />

der bestuursmannen aan eene betrekking to helpen . De poort werd gesloten<br />

om 't openen noodig to maken . (340)<br />

Die berusting blykt echter minder zonderling, als men opmerkt hoe ook<br />

thans nog genoegen wordt genomen met wanbestuur . Inwoners van Brussel<br />

zullen ter-nauwernood gelooven dat in Amsterdam door ratelwachts,<br />

en to 's Hage door klepperlieden, nog steeds als in 1600, des nachts, - waarschynlyk<br />

om dieven en straatschenders to waarschuwen - de heele en<br />

en halve uren worden uitgebulkt . Ik meen dat dit ook to Rotterdam nog<br />

,- Ityd het geval is. Dat deze antiquiteit in de kleinere steden bewaard bleef,<br />

spreekt vanzelf. Er bestaat geen land, waar buiten de muzeen zooveel inummi6n<br />

to zien zyn als in Nederland . (1872)<br />

*) Sedert lang had ik my voorgenomen, by do eerste gelegenheid dat<br />

ik 'n vers beging, de beschuldiging to behandelen, die door Vlaanische letterkundigen<br />

tegen ons Hollanders is ingebracht, dat we geen,verstand hebben<br />

van prosodie .<br />

De noot die ik hiertoe gereed maakte, word to uitvoerig, en daarorn bepaal<br />

ik my tot 'n vriendschappelyken groet aan den flinken JULIUS VUYL-<br />

STEKE, en de erkentenis dat inderdaad het woord hofbou.wgrond goon dactylus<br />

is . Maar . . . . is dit de eisch wel ? Behoort or niet hover gevraagd to<br />

worden of wy, die nu eenrnaal gewoon zyn onze verzen to doen afhangen<br />

van de hoeveelheid der sylben, en niet van de -- zeer vaak conventioneele<br />

- waarde ons over spond6e&, dactylen, trochain, tribrachen, en hoe die dingen<br />

vender heeten mogen, moeten bekommeren ? In zekeren zin hebben<br />

wy slechts met de harmonic tusschen klemtoon en verscadans to doen .<br />

Dat evenwel ons verwaarloozen van de uitspreekwaarde aanleiding geeft<br />

tot groote onwelluidendheid, stem ik toe . De eerste regel byv. van 't zevende<br />

couplet in 't versje dat nu volgt, was ,schandelyk" onuitsprekelyk, maar<br />

dit vloeit niet voort uit prosodische oorzaken, doch uit de smakelooze opeenhooping<br />

van consotiatiten, ook in de sylben die, prosodisch-gesproken,


23 8 IDEEN VAN MTJLTATULI .<br />

Ziehier de oorzaak waarom WOUTER z'n broeder LA-t7RENS zoo<br />

onheusch bejegende .<br />

DAAR ZAT EEN SLAPEND MEISJE IN 'T GRAS . . . . OF 'T FEMKE WAS ?<br />

Wat stond zich de maan to vervelen,<br />

Dien . avend in 't luchtruim all een !<br />

De sterretjes waren verdwenen,<br />

Omdat zy to flikkerend scheen .<br />

Het is voor zoo'n maan niet pleizierig<br />

An lleen aan den hemel to staan .<br />

Die eenzaamheid brengt aan het kniezen,<br />

En helpt het humeur . . . . naar de maan .<br />

Ze zocht bier en daar wat verstrojing,<br />

En troostte wat smachtend gevoel,<br />

En hielp een paar dichters aan verzen,<br />

Maar bledf als die verzen zoo koel .<br />

Zy straalde wat hoop in de harten,<br />

En droogde in 't voorbygaan een traan,<br />

Maar 't mooist wordt ten laatste vervelend . . . .<br />

Ze had dit zoo vaak al gedaan .<br />

Zy gaapte, en ze keek, en ze staard a . . . .<br />

Vervelend was al wat ze zag .<br />

,,Och, riep zy, als dat niet verandert,<br />

„Dan neem ik als maan m'n ontslag .<br />

,Ilk sta als een gek hier to schynen,<br />

,,En schitter me kreupel en lam .<br />

„Geen mens, die me er ooit voor bedankte,<br />

,,Of die er notitie van nam .<br />

„ Dat mensvol k is bitter ondankbaar<br />

„ Voor 't zonnetje maakt men zich mooi,<br />

,,Haar opent men deuren en vensters<br />

Als ik kom . . . . dan gaan ze te-kooi .<br />

,,Men moest daar beneden bedenken,<br />

„Dat 'k nooit van m'n overvloed scheen .<br />

,,Ikzel f sta in, 't kryt van m'n zuster . . . .<br />

,,Die leent me . . . . sinds Genesis een .<br />

't recht hadden zich 'n beetje breed-voortedoen . Ik verander daarom 't<br />

schandlyk uit vorige editien, in bitter, en meen hiermee iets verbeterd to<br />

hebben, schoon die woorden in de prosodie van gelyke waarde zyn . Of liever,<br />

hieruit blykt juist, dat we eigenlyk met die prosodie niet to maken hebben .<br />

De stomme e in bitter zou immers altyd kort blyven, al werd ze - wat<br />

nu hier 't geval niet is - door een op dat woord volgenden medeklinker, eene<br />

vocalis ante duo consonantes ? Maar, beste VUYLSTEKE, is de sop de kool<br />

wel waard ? (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . `?39<br />

„'t Is drukkend - vooral aan f amiel je -<br />

,,Zoo'n schuld van 'n eeuw o f wat licht !<br />

„I k schrik als de zon me komt manen,<br />

.,Err, bleek wordt m'n manegezicht ."<br />

Zoo pruilde op een avend het maantje,<br />

En dit had de nachtwind verstaan .<br />

Hy v;ond, dat ze recht had to treuren,<br />

En was met haar droe f heid begaan .<br />

En suizend begon by to jagen<br />

Lanqs wegen en vaarten en wei<br />

,,Hop . . . . hop . . . . al wat mee kan, aan 't dansen,<br />

„ Wy geven de maan een party !<br />

,,Hop, hop . . . . in de rondte . . . . naar boven . . . .<br />

,,Omlaag weer . . . . omhoog weer . . hop, hop !"<br />

Daar dansten de bladen in 't ronde .<br />

O f schuif elden voort in galop .<br />

Daar knakten de takken der boomen,<br />

En zeiden de stammen zaarwel,<br />

En zwierven als dansende spoken,<br />

En speelden een wonderlyk spel .<br />

Daar vlogen de pannen der daken,<br />

En namen hun deel aan het f Best .<br />

De schoorsteenen bogen deemoedig,<br />

Als waren zy hof lug geweest .<br />

De molens vergaten het malen,<br />

En noodden de boomen ten dans .,<br />

En walsten met hunne beminden<br />

Op muren en wallen en schans .<br />

,,Hop, hop . . . . in de rondte . . . . vooruit maw . . , .<br />

,,Dien weg uit . . . . omlaag by de poort . . . .<br />

„ Wat 'n aschlucht ! . . . . om 't even . . . . vooruit maar<br />

„Hop, hop weer, en lustigj es . . . . voort !"<br />

I)aar zat een slapend meisje in 't gras . . . . o f 't FEMKE was?<br />

Daar naderde joelend de bruiloft,<br />

En huppelde om 't slapende kind .<br />

Haar bleekgoed reel op van de zoden,<br />

En danste op muziek van den wind .<br />

Daar neigden de hemden potsierlyk,<br />

En boden elkaar hun manchet .<br />

_Dar danste een pudiek chemisetje<br />

H et ' n and erbroek een menuet .


2 40 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Daar lonkte de slaapmuts van passie,<br />

En maakte haar pluimpje zoo mooi .<br />

En drukte aan 't fladderend jabootje<br />

Heel sentimenteelig de plooi .<br />

De zakdoeken werden zoo dartel<br />

En waagden zich boven hun stand,<br />

En reikten aan nut fige kraagj es<br />

Hun opengewerkten rand.<br />

De slobkous, verliefd van complexie,<br />

.Maakte aan een fichutje de tour,<br />

En sloot het verrukt in z'n knoopen,<br />

En zuchtte zoo innig : bonjour !<br />

Daar walste een bretel met een vestje,<br />

Een kindersok met een servet,<br />

En 't windje gal lustig de maat aan,<br />

En maakte Been Bind aan de pret .<br />

En warrelde vroolyk daartuschen,<br />

En joeg alles rond op de baan .<br />

En suisde : „hop, hop . . . . a vos dames . . . .<br />

„Wy geven een bal aan de maan !<br />

Daar zat een slapend meisje in 't gras . . . . of 't FEMKE was ?<br />

En dichter en dichter gedrongen,<br />

Sprong all e8 om 't slapende kind . . . .<br />

Daar fladderden wild haar de lokken<br />

Omhoog, op muziek van den wind<br />

Een glimlach . . . . een zucht . . . . en daar stond ze !<br />

En ylings . . . . de stoet nam haar mee,<br />

En droeg War . . . . o hemel . . . .<br />

FEMKE . . . . FEMKE'<br />

FEMKE, FEMKE ! riep WOUTER in den slaap, en greep naar<br />

de verschyning, die in een wolk van kousen, sokken, onderbroeken,<br />

hemden en halsboordjes, op weg was naar de maan<br />

Het was by die gelegenheid, dat de letterzettende LAURENS<br />

zoo geknepen werd, dat-i wel genoodzaakt was tot het nachtrumoer,<br />

waarmee dit hoofdstuk zoo dramatisch begirt .<br />

Het ,huis" PIETERSE vergaderde voor WOUTER'S bed. Daar<br />

was de edele stamvrouw, gehuld in 't eerbied-inboezemend jak,<br />

dat in breede plooien neerviel op den zwart-merinossen rok. Daar<br />

was TRUITJE met haar domme blauwe oogen . MYNTJE en PIETJE . .<br />

och wat zeg ik : zoo heetten de meisjes niet meer, na 't verhuizen .<br />

TRUITJE was GERTRUDE geworden, zoo goed als 'n ongekeurde


IDEEN VAN MULTATULL 241<br />

vorstin van Hessen, *) MYNTJE heette nu MINA, en wie haar<br />

pleizier woft doen, sprak de a uit als e . Dat gaf zoo'n franschen klank,<br />

vond ze . Maar haar onnoozel gezicht stond nog precies even<br />

onbeduidend als voor de naamsverandering . En PIETJE heette<br />

PETR6 . STOFFEL had gezegd, dat dit een fatsoenlyke naam was .<br />

Hy zelf kwam ook voor 't licht, en verbaasde zelfs z'n moeder<br />

die zooveel van hem verwachtte, door z'n deftigheid in gang en<br />

houding .<br />

Wat scheelt je dan toch, jongen ? riep ieder tot WOUTER .<br />

0, moeder, moeder . . . . FEMKE!<br />

De jongen is gek, was 't eenstemmig antwoord der PIETER-<br />

SENS .<br />

En heel ongelyk hadden ze niet . WOUTER ylde.<br />

- Ze zouden haar wegdragen . . . . al draaiende . . . . altyd in de<br />

rondte . . . . en ze sloot zich aan den rok, die opstygt . . . . dochter<br />

van de zon, beslis . . . . hier is TELASCO . . . . neen, sterven zult<br />

gy niet, EMMA, AZTALPA FEMKE, o god, blyf, blyf . . . .<br />

ik zal op de bleek passen . . . . ik zal de hinde schieten . . . . blyf,<br />

FEMKE, blyf . . . . een weduwnaar met god . . . . samen door de<br />

ivoren poort . . . . daar gaat ze wek . . . . alleen . . . . omhoog . . . . Omi-<br />

RRON, blyf !<br />

- Als we eens den domine lieten roepen ? vraagde de moeder<br />

aarzelend . Ze wist niet of er gebeden moest worden of gestraft . . . .<br />

of beide.<br />

En voor 't eerst van z'n leven misschien had STOFFEL een goede<br />

gedachte :<br />

-- Moeder ik geloof, dat er een dokter noodig is . . . . WOUTER<br />

is ziek.<br />

Zoo was het. De arme jongen was aangetast door een zenuwzinkingskoorts<br />

. Dit was een geluk voor hem, want de geneesheer,<br />

die hem behandelde, was een menschenkenner, die door lief -<br />

deryke terechtwyzing een heilzamen invloed had op WOUTERS ge-<br />

*) De in 1866 verjaagde Keurvorst van Hessen is morganatisch gehuwd<br />

met de gewezen vrouw van een officier then by met een som gelds tot scheiding<br />

bewogen had . Zy heet GERTRUDE, en werd zoo well door haar gemaal<br />

als in de wandeling door 't Folk, TRUTCHEN genoemd . Zy en haar kinderen<br />

dragen de titels van Furstinn en Prinsen van Hanau. De huiselyke geschiedenis<br />

der Hessen-Casselsehe vorsten is, voor en na 't koninkryk Westfalen,<br />

buitengewoon . . . . zonderling . En ook de korte regeering van JEAT&F,<br />

past wat Chronique scandaleuse aangaat, vry wel in 't lystie van het Casselsehe<br />

hof .<br />

Het verjagen der kleine vorsten is waarschynlyk een vooruitgang, dock<br />

men zou zich vergissen in do meening dat het veranderen van hofstaatjes<br />

in presidentschappen,, onvoorwaardelyk gunstig werkt op de belangen<br />

des Volks . Er zyn maren by, als altoos . Er bestond zeer dikNvyls tusschen<br />

dip kleine potentaatjes en hunne onderdanen, iets hartelyks, dat thans in<br />

in de uitbreiding der dorre anibtenarY, geheel is ond ,,rgega,an - Tk hoop hierop<br />

eens terugtekomen. (1872)<br />

IDEEN T1. 16


242 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

moed. Maar dit kon eerst later geschieden, want in den beginne<br />

was de ziekte van 't kind gevaarlyk . Ook voor juffrouw PIETERSE<br />

was de kennismaking nuttig . De dokter verhaalde haar tot 'r<br />

groote verbazing, dat men z'n kinderen niet als pakgoederen mag<br />

opstapelen in een bedstee . Dat er lucht, leven, licht, beweging,<br />

gent noodig is tot ontwikkeling van ziel en lichaam . Dat straf -<br />

f en - met of zonder Heer dan - niet to-pas komt. Dat haar<br />

godsdienst best achterwege kon blyven by de opvoeding . . . . en<br />

meer zaken van deze soort, die juffrouw PIETERSE nooit gehoord<br />

had, en waartegen ze nog-al niet hef tig opstond, omdat de dokter . .<br />

Gut, juffrouw LAPS, uwe moest eens maken, dat uwe hier<br />

was, als-i komt. Hy schryft z'n receppies met 'n gouwe pen,<br />

en z'n koetsier heeft eene bruine beer om z'n hals . . . .<br />

Ja juist ! zoo'n gouden pen en eene beerehuid ! Och, als alle<br />

menschen, die waarheid voorstaan, hun koetsier behoorlyk konden<br />

kleeden, dan zou 't gauw gedaan wezen met veel vooroordeelen<br />

. Maar meestal is dit zoo niet . Jazelfs, ik ken waarheidlievende<br />

personen, die in 't geheel geen koetsier houden, met of<br />

zonder beerevellen dan . En ook de gouden pennen zyn gewoonlyk<br />

in verkeerde handen .<br />

Ik wou maar, dat juffrouw SIPPERMAN eens kwam juist<br />

als de dokter er was . Ga 't haar eens zeggen, SERTRUDE . . . . dat<br />

WOVTERTJE ziek is, meen ik . . . . en zeg, dat we koffidrinken zoo<br />

tegen twaalfe . . . . zoo laat kwam-i gister. En jy LEENTJE, ga eens<br />

na de kommeny . . . . er moet toch zout wezen . . . . en maak 'n<br />

praatj e . . . . 't is niet om to praten, weetj e . . . . j e weet, ik hou<br />

niet van praterigheid . . . . 't is maar weetj e, om to weten of de<br />

menschen 't gezien hebben ? En jy PETR6, denk er om dat je<br />

me een schoone mus geeft als-i weerkomt, want 't is m'n 'n man<br />

. . . . zoo'n dokter ! Ik ben der ontdaan van, zoo als-i sprak . . . .<br />

en j e moet hem niet zoo aangapen, MINA, dat staat niet<br />

maar ik ben benieuwd of ze 't gezien hebben in de kommeny .<br />

Ik wou niet graag to hard oordeelen, maar waarachtig, ik geloof,<br />

dat juffrouw PIETERSE schik begon to krygen in WOUTER's ziekte .<br />

Er was iets voornaams in dat dokters-koetsje voor de deur<br />

Alas, poor mankind !<br />

W eer een avendje.<br />

520. - Maar, lieve juffroUW PIETERSE, hoe moet het nu<br />

met m'n oom ? Jelui bent allemaal gevraagd, en ik heb gezegd,<br />

dat er een vers wezen zou.<br />

,,Dat 's moeilyk, juffrouw LAPS. Je begrypt, dat het wurm<br />

nu geen verzen maken kan. Wat denk je over STOFFEL ? Als<br />

we 't hem eens vroegen ?<br />

--- Ik heb er niets tegen, als er maar een vers is . Anders ben<br />

ilk geskandeliseerd .


TDEEN VAN MULTATITL1 . 243<br />

STOFFEL werd uitgenoodigd WOUTERS plaaiI -s to vervallen,<br />

fty had er veel tegen .<br />

- Moeder, uwe begrypt dit zoo iiiet, maar eigenlyk zou ik<br />

te-kort doen aan 't respect . Want, ziet-u als men zoo omgaat<br />

met de jeugd, dan is respekt nummer een, en zoo'n vers . . . .<br />

Maar de jongens op school hoeven 't niet to weteD . . . .<br />

't Woord komt altyd verder dan de man, m . oeder . Dat weet<br />

uwe zoo niet. Op de diaconie-school was een kweekeling die ook<br />

verzen maakte, . . . . en wat is er van gekomen ? Hy is naar de<br />

Oost, moeder . . . . en by is me nog de helft schuldig in een kruik<br />

inkt. Zieje, moeder, dat komt er van . Teder moet op z'n zaken<br />

passen . Zoo'n vers . . . . dat is goed en wet voor een jougetje<br />

als WO-UTER . . . . maar als men zelf onderwyzer is<br />

En meester PENNEwip dan ? vroeg juffrouw LAPS .<br />

Juist, riep STOFFEL, als-of deze aanhaling hem hielp in de<br />

hewysvoering . Juist, zieje, meester PeNNEWIP . . . .<br />

Ik heb een vers van hem gelezen, STOFFEL!<br />

Juist . . . . je hebt een vers van hem gelezen . . . . dat is . . . .<br />

dat komt . . . . hoe zal ik 't j e nu precies uitleggen, j ufvrouw LA Ks .<br />

fe begrypt, by zoo'n vak als 't onderwys, heb je allerlei soort van<br />

dingen. Daar heb je by-voorbeeld de aardrykskunde . Nu zal ik<br />

maar eens zeggen : Madrid ligt aan den Manzanaras, begrypt it,<br />

moeder !<br />

Jaw6l, j aw - &I, STO FFEL, dat is byv . of j e zeggen zou . . . .<br />

Amsterdam aan 't Y . Precies. En dan heb je weer heel andere<br />

dingen, want jufvrouw LAPS, je kunt je niet voorstellen, wat<br />

or alzoo by dat onderwys to pas komt . Een kruienier mengt z'n<br />

suiker met wat anders, en dan moet ik kunnen uitrekenen hoe<br />

duur by 't pond moet verkoopen, om geen scha6 to hebben,<br />

verbeeld je eens ! En dan heb je nog de gezelschapsrekening, en<br />

de breuken, en de werkwoorden . . . . maar nit moet ik weg, antlers<br />

slaan de jongens den boel stuk .<br />

STOFFEL ging then middag vroeger naar z'n school dan gewoon -<br />

tyk, en liet jufrouw LAPS heel ongesticht achter . 't Mensch wou<br />

maar niet begrypen, hoe Madrid en die kruienier met de breuken,<br />

hinderpalen konden wezen voor STOFFEL's rymgenie of schoolmeesters-fatsoen.<br />

Juffrouw PIETERSE praatte het goed, ik weet<br />

niet hoe, en ze stuurde juffrouw LAPS naai- meester PENNEwii<br />

zelf .<br />

De man zag vreemd op by 't verzoek van 't vertoornde zoogdier,<br />

maar was weldra gerust gesteld omtrent haar bedoeling .<br />

Tot welke klasse behoort uw oom, jufvrouw ?<br />

Wel . . . tot de klasse van . . . van . . . meent u weer iets van<br />

oesterschelpen en eieren ?<br />

-- Geenszins, j ufvrouw. Ik bedoel op welken trap by staat . .<br />

ik bedoel . . . op welke hoogte . . . ik herzeg op welken trap .<br />

als gy deze uitdrukking begrypt - het is eene beeldspraa~,


2 44 IDEEN VAN MULTATULIL<br />

jufvrouw ---- op welken trap dan van de ladder der maat,schappy<br />

?<br />

--- In de granen, meester. Meent u dat ?<br />

Dit is niet voldoende, juf vrouw LAPS. Men kan in de granen<br />

zyn . . . als koekbakker . . . als broodbakker . . . als kleinhandelaar<br />

. . . als groothandelaar . . . als tusschenhandelaar . . . en ook deze<br />

bedryven hebben weder derzelver eigenaardige onderverdeelingen.<br />

Daar hebt ge by-voorbeeld : JOZEF in Egypte. Deze<br />

godsman - die door sommigen onder de klasse der Aartsvaders<br />

wordt gerangschikt, ofschoon anderen beweren . . . doch dit<br />

zullen wy onbeslist laten - zeker is het, dat JOZEF granen opkocht,<br />

en op den bovensten trap stond, want, Jufvrouw LAPS,<br />

wy lezen in Genesis X LI . . .<br />

Ja, dat weet ik ook. Hy reed in FARAO'S wagen, en droeg<br />

een witte zyden rok. Myn oom is fakter . Dat was m'n vader ook .<br />

Z66 . . . o . . . o ! Fakter . . . ten-rechte gezegd : factor . . . ei<br />

Daarvan zegt Genesis niets . . . en ik weet niet met zeker-heid<br />

of deze klasse van personen . . .<br />

. . Myn oom is wewenaar . . .<br />

Ziet ge, daar hebt gy 't verschil reeds . Wy lezen uitdrukkelyk<br />

dat JOZEF huwde met ASNATH, de dochter van POTIFERA,<br />

den priester to On, en nergens vinden wy dat deze zyne echtgenoote-<br />

of volgens sommigen, echtgenoot - reeds overleden<br />

was, toen by zich toelegde op den graanhandel . Dus jufvrouw<br />

LAPS . . . ik zou u raden, als 't u ernst is uwen oom to bezingen<br />

in een godsdienstig lied, u to begeven naar een myner leerlingen<br />

. . . KLAASJE VAN DER GRACHT .<br />

En meester PENNEwIP beduidde haar, waar ze dat wonderkind<br />

vinden kon . Weder moet ik vergeving vragen als myn<br />

oordeel to scherp is, maar ik verdenk PENNEWIP van 'n leelyk<br />

gebrek. Zie, ik Teen to weten dat hyzelf het gevraagde vers<br />

zou geleverd hebben, als jufvrouw LAPS' oom een wit kleed<br />

van den Koning had gekregen, of den Haag was doorgereden<br />

in een Hofkoets. Maar 't bezingen van den „fakter" liet by over<br />

aan 't genie van den ,vlegenden theeketel in de Peperstraat .<br />

Dit was niet mooi van PENNEwiP . Kon die oom het helpen<br />

dat-i nooit in 'n put was gegooid door z'n broers ? Dat-i niet<br />

verkocht was aan Arabieren ? Dat-i geen droom kon uitleggen ?<br />

En dat men tegenwoordig geen scherpzinnigheid beloont met<br />

ringen, witte rokken, galakoetsen en onderkoningschap ?<br />

Hoe dit zy, jufvrouw LAPS stapte naar de Peperstraat, en maakte<br />

kennis met den ouden heer VAN DER GRACHT, die zich gevleid<br />

voelde door 't bezoek .<br />

Er werd plechtig besloten, dat KLAASJE nog dienzelfden avend<br />

het vers kant en klaar zou maken. Hy zou 't den volgenden morgen<br />

by jufvrouw LAPS komen opzeggen, en als 't waardig werd<br />

gekeurd de tolk to zyn van hare gevoelens j egens 'r oom, zou


IDEEN VAN MULTATULL 245<br />

KLAA S me6genood worden o p 't avendj e . En, had z'n vader gezegd,<br />

dan zou by 'n witten das om hebben, met 'n opstaand boordj e,<br />

- Ja, net als JOZEF,; zei jufvrouw LAPS . . . . ZOO zieje hoe de<br />

Schrift toch alles vooruit wist .<br />

En 't mens thuiskomende, las Genesis XLI na, en trachtte<br />

overeenkomst to vinden tusschen JOZEF'S verheffing en de apotheose,<br />

die KLAASJE VAN DER GRACIIT verbeidde. Zy droomde<br />

dien nacht, dat ze een mantel in de hand hield .<br />

De poeta laureatus meldde zich den volgenden morgen by haar<br />

aan, en dreunde z'n vers op. Wy zullen het later hooren, als het<br />

wordt voorgelezen op 't avendje, dat ons wacht, maar voor-af<br />

moet ik melding maken van een voorval, dat then achtermiddag<br />

ten huize van de PIETERSENS plaats vond .<br />

WOUTER, zwak, maar niet ylend meer, lag to-bed . De dokter<br />

had rust voorgeschreven. Het kind telde de bloemen van 't behangsel,<br />

en dwong zich die anders to rangschikken in zyne verbeelding .<br />

Hy liet ze over elka6r springen, in6envloeien . Hy zag er gezichten<br />

in . . . . personen . . . . legers . . . . wolken . . . . och, alles leefde!<br />

Xel was 't vermoeiend, maar by kon niet anders . En als-i zich<br />

(-)Mkeerde naar de muur-zy, was 't nog erger . Die bieroglyfische<br />

1krassen vertelden allerlei dingen die by niet noodig had to weten,<br />

en overlaadden hem met onnoodige indrukken . Hy moest<br />

de oogen well sluiten, maar vond geen rust . Het was hem,<br />

of-i werd meegevoerd door de wilde bruiloft, en zyns ondanks<br />

inoest deelnemen aan 't bal, dat de nachtwind aan de maan gaf .<br />

Alles draaide en warrelde hem van binnen . Hy greep met beide<br />

handen zyn hoofd, als om de afmattende slingering zyner gedachten<br />

tot, stilstand to brengen, inaar 't baatte niet . Dat behangsel,<br />

die gordynen, die muur, die bloemen, die dans, dat opnemen<br />

van FEMKE door den wervelwind . . . . zyne poging om haar vasttehouden<br />

. . . .<br />

Het kind bersttte in tranen uit . Hy wilt nu, dat alles verbeelding<br />

was, by wist dat-i ziek was . Hy wist, dat schoorsteenen niet<br />

konden dansen, en dat geen meisje wordt weggewalst van de aarde,<br />

oin de maan wat op to beuren in haar eenzaambeid . . . . maar<br />

Loch<br />

Schreiend riep by zachtkens FEMKE'S naam, zacht genoeg om<br />

niet gehoord to worden door zyne verwanten, laid genoeg om<br />

wat lucht to geven aan zyn beklemd gemoed<br />

- Wat is dat ? . . . . riep by opeens, antwoordt ze ? Is dat<br />

ook verbeelding ?<br />

Inderdaad W01TTER hoorde zyn naam noemen, en 't was FEM-<br />

KE'S stem !<br />

- Ik wil weten of ik droorn, lei 't kind, en by richtte zich<br />

overeind in z'n bed . Dat is een roode bloem . . . . daarnaast een<br />

zwarte . . . . ik heet WOVTER . . . . LAURENS is op 't letterzetten . . . .<br />

dit is alles juist . . . . ik droom niet . . . .


246 IDEEN VAN MULTATULL<br />

En -hy,juisterde weer, en boog zich buiten de bedstede, eo<br />

opende mond en oogen zoo wyd mogelyk, als-of long en gezicht<br />

konden ter-hulpe komen aan zyn gehoor . . . .<br />

God . . . . FEMKE'S stem ! Ja, j a, zy is het !<br />

Ditmaal was by zeker . Hy sprong van 't bed af, de deurr uit,<br />

rolde de trap af, en viel buiten kennis neder aan de voeten<br />

van 't bleekersmeisje, dat in 't portaal beneden een harden stryd<br />

voere de met het gezin der PIETERSENS.<br />

FEMKE had WOUTER gewacht, den dag na die peruaansche<br />

vertelling . Eerst meende zy, dat het om 't prentje was, waarop<br />

AZTALPA de beide broeders omhelsde. Ze hoopte nog altyd, dat<br />

WOUTER'S schoolmeesterlyke broeder we] . to bewegen zou zyn,<br />

een uurtje afstand to doen van den almanak, die zooveel schoons<br />

bevatte . En, ook zonder dat prentj e, FEMKE verlangde WoU-<br />

TER weertezien . Om z'n persoon kon 't niet wezen - zoo'n kind !<br />

- maar WOUTER vertelde zoo aardig . En misschien vloeiden<br />

in 't hart van dat meisje WOVTER'S persoon in-een met de verhalen<br />

die by deed . Analyseeren, verdeelen, is een hulpmiddel tot studie .<br />

Qui bene distinguit, bene docet, ja, en zelfs : qui bene distinguit,<br />

bene discit . . . . dit alles is waar, maar FEMKEverstond geen latyn<br />

. Zy onders weer niet, en leerde niet, ze onderging slechts .<br />

De Natuur, die niet studeert, en maar eenvoudig daarstelt, vulde<br />

haar hart met allerlei aandoeningen door elkaar, en liet het over<br />

aan dezen of genen professor in de ichthyologie, om uittemaken<br />

hoe de vinnetjes in elkaar zaten, waarmee FEMKE - die lieve karper<br />

! --- zou rondzwemmen in den vyver van haar zestien j aren .<br />

(251)<br />

Leg 't goed in de zon, riep haar de moeder toe . . . .<br />

En dit vertaalde FEMKE aldus : zon . . . . Peru . . . . AZTALPA . . . .<br />

Kusco . . . . WOUTER !<br />

Jaag de kinderen weg . . . . ze gooien vuil op de bleek . . . .<br />

FEMKE vertaalde : moedig in den stryd tegen de vyanden van<br />

Peru . . . . by de edelste telg der INCA'S . . . . TELASCO . . . . WOUTER !<br />

Och . . . . alles riep : WOUTER !<br />

En by kwam niet ! Den eersten dag was zy bedroef d . Den<br />

tweeden, ongeduldig, Den derden, ongerust . . . .<br />

-- Moeder, ik wil gaan zien, waar dat j ongetj e blyf t, dat ' n<br />

vers moest maken . . . .<br />

Ga je gang, meid ! zei de moeder . En weet je 'm to vinden .<br />

FEMKE antwoorde toestemmend, maar ze j okte . Zy wist niet<br />

waar WOUTER woonde, doch voelde zekeren schroom om dit to<br />

erkennen . Er lag moed in haar voornemen om 't kind op to sporen,<br />

welks woning zy niet wilt, en lien moed wilde zy verbergen<br />

. Waarom ? Dit begreep zy zelve niet . Misschien vreesde zy<br />

't hoe mal ? dat zoo vaak ons weerhoudt van iets goeds . Er is<br />

'n eigenaardige pudeur in liefelyke aandoeningen . Veelal verber-


IDEEN VAN MULTATULL 247<br />

gen wy 't goede dat in ons is, en pronken liever met fouten . Dit<br />

is huichelary a rebours .<br />

Hot meisje kleedde zich zoo mooi ze kon, en nam het weinige<br />

geld mode, waarover ze beschikken mocht . . . . eenige stuivers .<br />

Ze liep met gej aagdheid onder de aschpoort door, en liet zich een<br />

winkel wyzen waar men boeken verhuurde . Zeer natuurlyk kwam<br />

ze terecht in de Hartestraat . De loop der straten, die in 't eerste<br />

hoofdstuk dezer geschiedenis, onzen WOUTER onwillekeurig had<br />

geleid naar de aschpoort, voerde nu FEMKE van die poort naar<br />

den boekwinkel waar we onzen held het eerst aantroffen . Minder<br />

beschroomd dan WOUTER - FEMKE was ouder, had meer omgegaan<br />

met menschen, en dacht minder na - vraagde zy flinkweg<br />

den onvriendelyken man van den winkel : ,om 't boek over<br />

die gravin met den sleep ?"<br />

He ? Hoe is de titel ?<br />

Daar weet ik niet van, zei FEMKE. Maar 't is over een roover . . . .<br />

de Paus komt er ook in . . . . of eigenlyk . . . . och 't is my to doen<br />

om een jongetje, dat gelezen heeft in zoo'n boek . Ik wilde u vragen<br />

waar dat jongetje woont . . . . en ik wil er graag voor betalen . . . .<br />

- Kom je my hier voor den gek houden ? Denk je dat ik hier<br />

zit om jongetjes optezoeken ?<br />

- Maar m'nheer, ik wil er voor betalen, zei 't meisje, en zy<br />

legde haar schat op de toonbank .<br />

S cheer j e weg, meid, wat weet ik van j e jongetje !<br />

Nu word FEMKE boos<br />

Je hoef t me niet weg to j agen . als-of ik kwaad deed . . . . dat<br />

laat ik me niet doen . Als je 't niet zeggen wilt, dan kun je 't laten<br />

. . . . maar ik zeg j e, dat j e heel onvrindelyk bent .<br />

En ze wilde vertrekken. Maar eensklaps<br />

Dat kan er na wezen. Ik ken je niet . En wat wou je hebben ?<br />

Ik vraag 't boek van den roover en Amalia, zei FEMKE .<br />

0, zy verhief zich in rang ! Ze had ditmaal geen berichten to<br />

vragen om-niet . . . . zy voelde zich klant nu .<br />

Ik weet van geen roover en Amalia . Meen j e Rinaldo Rinaldini ?<br />

Neen . Zyn er nog andere boeken over roovers ? Toe, asj<br />

eblieft, help my . . . .<br />

FEMKE zei dit op een Loon, die den man vermurwde . Hy verwaardigde<br />

zich optestaan, en den catalogus ter-hand to nemen .<br />

Vry spoedig noemde by GLORZOSO . . . .<br />

-- Pat is het . . . . juist, dat is het! riep FeMKE verrukt .<br />

Maar je moot pand geven, zei de man, terwyl by op con<br />

trapje klom, om 't dierbaar boek to krygen .<br />

Neen, neen . . . . ik heb 't boek niet noodig, ik wil maar<br />

weten waar het jongetje woont, dat het gelezen heeft . Och, ik<br />

wil er zoo graag voor betalen !<br />

En ze wees op den schat, then ze offeren wilde . Maar dat hoefde<br />

ijiet, zei do marl . „ H y was zoo niet, of h v wwr ilde wet eon dienst


2 48 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

doen, als men 't hem vrindelyk vraagde ." Och, FEMKE zag er<br />

zoo lief uit, en ze had iets in haar stem dat stuursheid moeielyk<br />

maakte .<br />

De man zag na in 't register, waar-i spoedig den naam vond,<br />

then FEMKE opgaf : WOUTER PIETERSE, met vermelding van de<br />

woonplaats . Hy wees het haar, en wilde nu bovendien uitleggen,<br />

hoe zy den kortsten weg nemen kon . . . .<br />

FEMKE was al de deur uit, en had zelfs vergeten, haar neergelegd<br />

geld mee to nemen . De man liep haar achterna om het<br />

terugtegeven, maar-i had moeite om 'r intehalen . Zoo liep ze !<br />

Aan de opgegeven woning gekomen vernam ze dat de familie<br />

PIETERSE verhuisd was naar „een fatsoenlyker buurt ." 't Was<br />

nog al ver, maar 't meisje liet zich niet afschrikken . By de PIE-<br />

TERSENS aangeland, werd ze ontvangen met een barsch ,wat<br />

moet j e ?" van de j onge-j of frouwen.<br />

Och, jufvrouw, ik wilde weten, hoe WOUTER 't maakt ?<br />

Wie ben je ?<br />

Ik heet FEMKE, jufvrouw, en m'n moeder is waschvrouw . . . .<br />

maar ik wou weten hoe het met WOUTER is ?<br />

Wat heb jy met WOUTER to maken, vraagde nu jufvrouw<br />

PIETERSE, die kwam aanloopen op 't gerucht .<br />

- Och jufvrouw . . . . wees er niet boos om . . . . ik wou 't zoo<br />

graag weten . . . . en m'n moeder weet er van, dat ik hier ben om<br />

het to vragen . . W OUTER heeft my verteld van TELASCO, en van<br />

dat meisje, dat sterven moest . . . . o god jufvrouw, zeg me of by<br />

ziek is . . . . ik kan er niet van slapen . . . .<br />

Je hebt niks to maken met WOUTER . . . . j e kunt heengaan . . .<br />

ik zeg j e nu dat j e heengaat . . . ik houd niet van yolk aan de dear . . .<br />

Om godswil, jufvrouw ! riep 't meisje en wrong de handen .<br />

De meid is mal ! Duw 'r de deur uit, TRUI, en gooi die toe . . . .<br />

TRUITJE begon dit bevel uit to voeren . MYNTJE en PIETJE<br />

maakten zich gereed haar bytestaan, maar 't moedig kind hield<br />

vol. Ze greep de leuning van de trap, en klemde zich vast .<br />

Gooi er de deur uit, die brutale meid . . . .<br />

0 god, jufvrouw, ik ben niet brutaal . . . . och, ik zal terstond<br />

gaan . . . . zeg my maar of WOUTER ziek is? Toe, jufvrouw, zeg me<br />

dat ! Dan zal ik gaan . . . . o, dadelyk ! Och, zeg my of WOUTER<br />

ziek is, jufvrouw . . . . en . . . . of . . . . by . . . . sterven . . . . zal ?<br />

Hier berstte 't edel kind in schreien uit. Alleen vrouwspersonen<br />

van de soort als waarmee zy-te-doen had, konden ongeroerd<br />

blyven, by 't aanzien van FEMKE' S smart . Maar de j of -<br />

vrouwen PIETERSE hadden burgerlyke zielen .<br />

FEMKE zou begrepen zyn geworden door lager gemeen, of<br />

door adel . 't Is met gevoel, als met het goud der speelbanken .<br />

Dat komt niet in aller handen. Daar zitten courtisanes en marquises<br />

naast elkaer . De heele „fatsoenlyke menschen, die schoenen<br />

verkochten uit Parys", komen daar niet .


IDEEN VAN MULTATULI . 24 9<br />

Ik ga niet ! gilde FEMKE . . . . o god, ik ga niet ! Ik wil weten<br />

of 't kind ziek is<br />

Men hoorde boven aan de trap eene dear openen . WWOUTER<br />

vertoonde zich, rolde de trap af, viel als een born op de strydenden,<br />

en daarna voor FEMKE'S voeten in zwym .<br />

Herej esis, die j ongen ! kermde de moeder, en de meisj es<br />

stonden roerloos. Maar FEMKE nam WOUTER op, en droeg hem<br />

naar boven. Men wees haar WOUTER's bed, en daar legde zy<br />

't kind neer. Niemand had den moed haar to verj agen, toen<br />

ze zich neerzette voor de legerstede, en als er op dat oogenblik<br />

gestemd had moeten worden over voorrecht, rang, gezag . . .<br />

o, aller stemmen waren op FEMKE gevallen . Maar zyzelve wist<br />

niet dat ze groot was . Ze schreide en mompelde : ,,Och, neem<br />

't me niet kwalyk, j of vrouw, maar ik kon er niet van slapen . . .<br />

zoo dacht ik aan d at kind!"<br />

521 . De avend is haar. LEENTJE past op WOUTER, en 't huis<br />

PIETERSE is present by den j arigen weduwnaar . Jufvrouw L a Ps<br />

hield de eer van den salon op .<br />

't Is een raar geval, jufrouw PIETERSE, zei de jarige oom .<br />

En wat wou ze eigenlyk, dat meisje ?<br />

Gut m'nheer . . . dat weet ik niet . En ik heb al honderdmaal<br />

aan SERTRUDE gezegd, dat ik er nets van begryp, Verbeelj<br />

e . . . een vreemd schepsel, zoo maar baasspelen in j e huis . . .<br />

en ik zeg al zoo tegen MINA ! gooi 'r toch de deur uit . . . en toen<br />

zei PETRO . . .<br />

Nou . . . ik had haar ter-dege beet, blufte de dappere PETRo<br />

en toonde een blauwe plek aan den pols, waaruit ik zou besluiten<br />

dat FEMKE haar had beet gehad .<br />

- Ze moet weerkomen, riep GERTRUDE, ik zal 't haar verleeren.<br />

En ik, zei MINA .<br />

Zoo was ieder heldhaftig geworden, na den stryd. Dit gebeurt<br />

wel meer. Maar zeker is 't, dat FEMKE'S naam nu niet zou getriumfeerd<br />

hebben, als er ware gestemd geworden over zedelyke<br />

waarde.<br />

Een gemeene meid m'nheer !<br />

Een heele gemeene meid !<br />

0, zoo'n gemeene meid !<br />

En hoe is uwe toen eindelyk van haar verlost ?<br />

Ja, dat was moeilyk . . . . ik zei . . . .<br />

Ne moeder . . . . ik zei . . . .<br />

Ne, ik !<br />

Ne, ik !<br />

leder wilde wat gezegd hebben . Ieder wilde doorgaan voor<br />

't middelpunt der gebeurtenissen die 'r werden verhaald .


250 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Ik wou wel 'ns weten waar de jongeheer VAN DER GRACHT<br />

blyft, zei jufvrouw LAPS. Ja, oom, er is 'n verrassing . . . .<br />

't Was jufvrouw PIETERSE niet aangenaam, dat er werd uitgezien<br />

naar iemand anders, als zy iets to vertellen had .<br />

- Nu dan, wy zeiden . . . . j a wat zeiden we ook, SERTRUDE ?<br />

Moeder . . . . ik zei . . . . dat het schande was .<br />

Ja dat heb ik ook gezeid . Nu . . . . toen vroeg dat schepsel<br />

koud water . . . . en toen we 't niet gauw genoeg gaven, stond<br />

ze op en liep naar de pomp . . . . brutaalweg, net of ze thuis was !<br />

En ze pompte . . . . en maakte een doek nat, en legde then op<br />

WOUTER's hoofd. Ik was ontdaan over zooveel brutaligheid . En<br />

ze huilde of 't haar j ongen was, m'nheer ! Nu, 't kind kwam by,<br />

en toen gaf ze hem een zoen . . . . verbeelj e, daar we by waren<br />

Ja, riepen de drie dochters, we waren er allemaal by !<br />

En toen bleef ze nog wat zitten voor 't bed, en praatte met<br />

WOUTER . . . .<br />

Waar Loch de jongeheer VAN DER GRACHT blyft ? zuchtte<br />

jufvrouw LAPS . 't Is maar, weet u, oom, omdat we 'n verrassing<br />

hebben.<br />

En eindelyk ging ze heen . . . . en ze liep als een princes .<br />

Net 'n prinses . . . . betuigden de meisjes, die niet wisten,dat<br />

ze waarheid zeiden.<br />

En ze zei tot WOUTER, dat ze terugkomen zou. Maar je<br />

begrypt, dat zal mis wezen . . . .<br />

Daar ging de schel. Jufvrouw LAPS vloog op . . . . och ja, de<br />

katechiseermeester VAN DER GRACHT stapte met zyn noon de<br />

kamer in . Jufvrouw PIETERSE had er spyt van. Zy voelde, dat<br />

de ster van haar discours verbleeken zou, voor de zon van 't vers<br />

dat KLAASJE meebracht. En ook zonder vers, wat zagen die anderhalve<br />

katecheseermeesters er def tig uit ! Wat 'n stap, wat ' n<br />

houding, wat 'n stem . . . . en boven alles die witte das, en guillotine-boordjes<br />

!<br />

- Mynheer en jufvrouwen, de Heer schenke u Zynen onmisbaren<br />

zegen op den avend van dezen dag ! Dit is myn zoon KLAAS . .<br />

. . . . van wien u wel gehoord zult hebben. Hy is my to na om hem<br />

to pryzen . . . . maar u begrypt wel . . . . als men vader is . . . . nu,<br />

alle zegen komt van boven !<br />

Ja oom, er is een verrasssing .<br />

Juist, jufvrouw, een ware verrassing . De gelukwenschen aan<br />

dezen heer . . . . op den heugelyken dag van zyn verj aren . . . . brengt<br />

ons in de stemming van den Psalmist . . . . en ik verheug my door<br />

de genade . . . . want mynheer . . . . alles komt van boven . . . . dat<br />

zal uwe ook wel weten .<br />

- Ga zitten man, ik dankje wel, zei de gastheer, die begreep,<br />

dat er een felicitatie was uitgesproken, koud buiten ?<br />

-- Ja, 't is frissies . Koud kan ik niet zeggen. 't Is wat je<br />

noemt . . . . frissies, weet u. De Heer geeft het weer naar zyn wel-


IDEEN VAN MULTATULL 25 1<br />

behagen . . . en daarom zeg ik maar : frissies . Alles komt van boven.<br />

- Och ja! riep 't heele geze1schap en meende wonder verdienstelyk<br />

to wezen. Verbeelje 't lot van een armen drommel die<br />

in dezen kring had moeten verkondigen, dat sommige dingen<br />

van beneden komen ? Gelukkig was men 't eens, ditmaal .<br />

-- Wel oom, wat dunkt u, zullen we nu maar beginnen met<br />

de verrassing ?<br />

Ga je gang, nicht. Wat is het ?<br />

Och een kleinigheid m'nheer, antwoordde de katechiseermeester.<br />

Myn zoon is een dichter . Pryzen zal ik hem niet . . . .<br />

want by is me to na . . . . maar 't is mooi, dat durf ik gerust zeggen .<br />

't Is niet om to roemen, alles komt van boven . . . . neen,<br />

roemen zal ik ni et . Als ik roem, mynheer,'' dan roem ik in den Heere .<br />

Maar ik zeg dat het mooi is .<br />

De dichter KLAAS maakte z'n mondje klein, als-of-i met z'n<br />

lippen to drinken gaf aan een vogeltje .<br />

Hy sloeg de oogen ne6r, en speelde met den ondersten knoop<br />

van z'n vest . Z'n heele gezicht stond naar verzemakery . Er was<br />

iets knoeierigs in then jongen, iets van een gekramden schotel . .<br />

neen, by leek op 'n verfrommeld papier . . . . neen, op ongestreken<br />

finnen . . . . neen, op 'n gebruikt servet . . . . neen, op ongaar<br />

brood . . . .<br />

Och, wat weet ik het, waarop die lummel geleek ! Ga naar<br />

een christelyke jongelings-vereeniging . Daar vindt ge modellen<br />

in overvloed van de soort, die ik bedoel, adept-clowns in de kermistent<br />

des Heeren, pierr6t.9 van de onanie .<br />

- Dus, mynheer, 't is niet om to roemen . . . . haal 't ma ar<br />

voor den dag, KLAAS . AN vader, mynheer, moet ik u zeggen . . . .<br />

't Is mooi ! Want ziet u, in de Schrift . . . .<br />

KLAAS haalde z'n vers voor den dag .<br />

. . . . in de Schrift wordt, om zoo to zeggen, niet gesproken<br />

van weduwnaar . . . . de Heer zal daarvoor wyze redenen gehad<br />

hebben. Wat doet nu de jongen ? Hy volgt Gods wenk, en heeft<br />

een vers gemaakt vol weduwen . . . .<br />

KLAAS legde 't vers voor zich op tafel .<br />

. . . . Vol weduwen . Ja, ik zou durven zeggen, by heeft er byna<br />

al de weduwen ingebracht, die in de Schrift staan .<br />

- Reb ik niet gezegd, dat er eene verrassing wezen zou ! riep<br />

jufvrouw LAPS.<br />

-Lees jy maar op, KLAAS ! Er zyn er zeventig, mynheer .<br />

zeventig weduwen ! Lees nu maar op, j ongen !<br />

KLAAS stroopte z'n armen op, streelde z'n boordjes, en begon


2 52<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Al de weduwen der Heilige Schrift<br />

Worden bier tot een vers gezift ;<br />

Ter verblyding op 't verj aren<br />

Van godzalige weduwnaren ;<br />

Juichend, bloeiend in den Heer,<br />

Aan JEHOVAH lof en eer .<br />

Dit is 't opschrift, lichtte de vader toe .<br />

Ja, dat is het opschrift. Nu begin ik<br />

In GENESIS XXXVIII, vers II kan men lezen<br />

Dat 'n weduw in bet huis van haar schoonvader moet wezen ;<br />

En EXODUS XXII, ik zeg 't zonder vrees,<br />

Zegt in vers 22, beleedig weduw noch wees . . . .<br />

Merk op, mynheer, dat het vers en het kapittel beide tweeen-twintig<br />

zyn . Daarmee heeft de [leer zeker eene bedoeling gehad<br />

. . . . want Gods wil is ondoorgrondelyk, en alle zegen komt<br />

van boven . G a voort, KLAAS<br />

Twee verzen later ontsteekt de toorn des Heeren,<br />

Hy zal alle vrouwen in weduwen verkeeren ;<br />

Uit LEVITICUS XXI, vers 14 blykt gewis<br />

Dat een weduw geen goede vrouw voor een priester is ;<br />

Een hoofdstuk daarna (maar een vers minder) doet ons weten<br />

Dat een weeuw zonder kinderen 't brood van haar vader mag eten ;<br />

En NuMERIE XXX, vers negen, wel geteld,<br />

Zegt, dat de belofte van een weeuw ten hare laste geldt .<br />

In DEUTERONOMIUM X, vers 18, betuigt de Heer met geschreeuw . . . .<br />

--- He ? vroeg jufvrouw LAPS .<br />

--- Ja, dat wil zeggen : majesteit, legde de Katechiseermeester<br />

uit. Luister maar verder, jufvrouw . . . . 't is niet om to roemen . . . .<br />

ik zeg maar : luister verder ! Ga voort, KLAAS<br />

met geschreeuw<br />

Dat Hy altyd recht doet en kleeren geeft aan wezen en weeuw ;<br />

In DEUTERONOMIUM XIV, vers 29, worden wy gespoord<br />

Om alle drie jaar iets to geven aan weduwen in de poort ;<br />

Twee hoofdstukken later, vers II en 14 kunt ge lezen<br />

Hoe men met de weduwen in de poort vroolyk moet wezen<br />

In Hoofdstuk XXXIV, vers 12, staat vermeld<br />

Dat men een schoof voor de weduw moet achterlaten op 't veld ;<br />

In de twee volgende verzen wordt van de weduw geschreven,<br />

Dat ze druiven en olyven krygt die aan den boom zyn gebleven<br />

Kapittel XXVI, vers 12 en 13 zegt 't voort<br />

Spreekt weer over de weduw die to eten krygt in de poort<br />

Een hoofdstuk verder laat de Heer door MozES betuigen ;<br />

In vers 19, dat men 't recht van de weduw niet mag buigen ;<br />

Twee SAMUEL XX, vers 3, spreekt er uitdrukkelyk van<br />

Dat Davids bywyven leefden als weduwen by 't leven van haar man . .<br />

By . . . . wat?, vraagde jufvrouw PIETERSE.<br />

Bywyven, jufvrouw, antwoordde de oude heer VAN DER<br />

GRACHT. Uwe ziet hoe de jongen er alles inbrengt, wat in betrekking<br />

staat tot weduwen


IDEEN- VAN MULTATULT . 253<br />

De regels zyn niet even lang, klaagde STOFFEL . . . . en ze<br />

liggen en staan niet om-en-om .<br />

-- Hoor STOFFEL, daarin kan je gelyk hebben . . . . omdat je<br />

schoolmeester bent . . . . maar dat kan my niet schelen . Ik vind<br />

die by . . . . by . . . . by . . . . hoe zal ik zeggen ?<br />

--- Jufvrouw PIETERSE, uwe moet niet vitten, ri ep jufvrouw LAPS .<br />

--- .Tliiqt- 7,pi dpd kale hi~PPrman_ allp, zpven knmt vin bnvtn-<br />

G'a voort KLAAS<br />

--- Neen, z u I e dingen w i I ik niet hooren . . . . 't is om de meisj es .<br />

Nu ja, de meisjes bekeken heel fatsoenlyk haar nagels. Dat<br />

wil in zoo'n geval zeggen, dat men heel braaf is, niet weet wat bywyven<br />

zyn, en in-weerwil van die onwetendheid, toch openlyk<br />

betuigt nooit iemands bvw_vf to willen worden .<br />

Ga voort KLAAS !<br />

Volstrekt niet! Als ik geweten had, dat er zulke dingen<br />

zouden worden gezegd, had ik myn meisjes thuisgelaten . . . .<br />

___ Maar, jufvrou-w, 't staat in de Schrift! Uwe zal u toch niet<br />

verzetten tegen't woord des Heeren ?<br />

- N6 . . . . ik verzet me niet . Maar ik wil niets hooren, dat onfatsoenlyk<br />

is . Myn man . . . .<br />

- ___ Uw man verkocht schoene-,i, dat weet ik wel, jufvrou-w . . . .<br />

nmar uwe zal toch niet tegen de Schrift<br />

-- Ik doe niets tegen de Schrift . . . . maar ik houd niet van<br />

cemeeniuheid. Kom . SERTRUDE . . . .<br />

Men ziet, jufvrouw PIETERSE was fatsoenlyk geworden . Vroeger<br />

was zy zoo prikkelbaar niet, en de jonge jufvrouwen hadden<br />

wel erger dingen uit de Schrift geslikt, zonder de minste walging .<br />

Maar 't verhuizen van een zystraat naar 'n hoofdstraat<br />

en kinderen met fransche namen . . . . en 'n dokter met boat op<br />

z'n koetsier . . . . och, 't is zoo moeilyk schrifturig-gemeen to blyven<br />

als zooveel krachten samenwerken one ons to drvven on den fatsoenlyken<br />

weg<br />

Wills ik nu 'n roman schreet en dus vryhel- d had de gebeurtenissenn<br />

to regelen naar myn zin, zou ik jufvrouw PIETERSE nogeens<br />

laten erven, om den lezer to doen zien hoe ze door nog meer<br />

fatsoen, weer terug viel in 't gemeene . De bybelwoede open.baart<br />

zich 't duidelykst by groot en klein gemeen. De tusschenstand<br />

schrikt terug voor 'n naaktheid van uitdrukking, die geoorloofd<br />

schynt in straat- kansel- of hoftaal, maar die den moed to boven<br />

gaat, van iemand wiens ,fatsoep" be?vys noodig heeft .<br />

Erie niet to vies is, om waarheid op to vangen, al klinkt ze onschoon,<br />

kan weten hoe 't gemeen een dagelyksch scheldwoord<br />

rnaakt van 't burgerschap in een verbrande stad. Och . . . . 't is<br />

con.4quence I Tk heb 't op straat hooren zeggen door en tot<br />

klelnentei-8jes, die er toch volstrekt uiet aan dachten op hoeveel


254 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

manieren men zich kan bezondigen aan een engel . Zy gebruikten<br />

dat woord nog wel zonder 't met „permissie" waarmee men anders<br />

' n vuiligheid meent to ver. schoonen. Neen, „permissie" is niet noodig<br />

in dien stand. De kleinste mondjes laten zonder scheuren de<br />

grootste woorden door, en ook de kleinste oortjes vangen die op,<br />

zonder veel pyn . Zoo'n bybelsch scheldwoord voelt zich thuis<br />

op straat .<br />

Wat hooger volgt de klasse van 't pietersensfatsoen, dat zich<br />

to handhaven heeft in z'n niet onbetwisten rang !<br />

Maar, nog hooger ? 0, daar verandert de zaak ! Men . staat den<br />

Heere nagenoeg, om Zyn taal to spreken, en al gebruikt men die<br />

niet tot scheldwoorden, de bybel biedt overdaad van gelegenheid<br />

om zich to voorzien van 't allertriviaalste, ter inkleeding van orthodoxe<br />

femelary. Het is een fout in 't portret van DROOGSTOP-<br />

PEL, dat ik hem z'n dochtertje laat dwingen de geschiedenis van de<br />

jufvrouwen LOTH voortelezen. Dat doet geen fatsoenlyke makelaar .<br />

Zulke dingen hooren thuis in 'n steeg of in 't VooRHOUT, in pottekelder<br />

of op de heele fatsoenlyke KEIZERSGRACHT . De middelstand<br />

staat niet hoog genoeg, of acht zich niet hoog genoeg, om met<br />

den Heer onfatsoenlyk to zyn, en toch rekent zich die stand tehoog<br />

om gemeen to wezen zonder dien Heer . Ziehier dus een van<br />

de vele errata die verbeterd moeten worden in den Havelaar .<br />

De lezer gelieve die - en andere ! - to verbeteren in margine<br />

der strafregisters van Marie en den auteur .<br />

522 . Lezer, ikzelf houd my voor een der beste schryvers die<br />

ooit bestaan hebben, j a . . . . voor den besten misschien . Denk<br />

niet dat dit scherts is, met rang van vaste nederigheid . Niet, dat<br />

het 'n andere soort van nederigheid is, die door zich ironice voortedoen<br />

als hoogmoed, op geloof rekent waar ze schynbaar zich blootstelt<br />

aan spot . Niet dat het een boutade is ter plaatsvulling. Niet,<br />

niet, niet . . . . denk niet dat ik jets anders,bedoel dan ik zeg<br />

ik houd my voor een der beste schryvers, ja misschien voor den<br />

besten onder allen wier werk ge ooit onder de oogen hadt .<br />

Maar voor ge my al to zeer bespot, lees ditmaal wat ik hier,-zeg,<br />

en lees eens niet wat ik hier niet zeg . Ik leg, my toe op juistheid<br />

van uitdrukking (10, 13, 14) en hoewel ik erken, die juistheid<br />

nooit to bereiken, geloof ik toch eenig recht to hebben tot' de<br />

vordering, dat wie my leest zich insgelyks toeleggeo' op juist lezen .<br />

(99, 501, 502)<br />

523 . Geen schryver is verstandig genoeg om de domheid zyner<br />

lezers to begrypen.<br />

524. Het gemiddeld peil der lezers, staat beneden 't gehalte<br />

van den gebrekkigsten schryver .<br />

525 . Al 't overige gelykstaande, is de kans op waarheid grooter


IDEEN VAN MULTATULL 25 5<br />

in den man die iets zegt, dan in den hoorder . Grooter in schryver<br />

dan in lezer.<br />

Ik verwed 'n IDEE, dat 999 van de 1000 lezers -- zelfs na deze<br />

weddingschap - niet letten op den onderstreepten aanhef van<br />

dit IDEE .<br />

En, lezer, als ge die weddingsehap aangaat, deponeer uw inleg<br />

by 'n notaris . Ik wil geen bankroet lyden, als ik win .<br />

En eischt ge zekerheid, dat ik betalen zal, als ik verlies ? Ziehier<br />

myn inleg : i1c yelool dat ge u houdt voor lien ee.nen dqtizend8ten<br />

lezer . Met dit IDEE zult ge wel tevreden zyn .<br />

526 . Juistheid van uitdrukking . . . . o, 't is zoo moeielyk! Ik<br />

zie nu reeds, dat ik in 522 niet juist zeide, wat ik bedoelde . Ik<br />

beweer niet een der beste schryvers to zyn - of de beste - maar<br />

geloof, dat er weinigen of geenen zyn, die ~!'zoo goed schryven als<br />

ik, juist omclat ik geen schryver ben . De',:gil der moeder in dat<br />

sprookje uit de minnebrieven, was ,,zoo mooi", juist omdat zy<br />

geen actrice was. Zoo ,mooi" zou iedere welgeaarde moeder, gillen,<br />

als ze haar kind in nood zag, maar ze zou 't weldra verleeren op<br />

de planken, als ze gillen moest op de maat. En zonder gillen<br />

want, onder ons, ik houd er niet van - zelfs de meest gewone<br />

uitdrukking van 't dagelyksch leven, gaat het meest geroemd<br />

schryverstalent te-boven in waarheid. Wie 't mina schryver is,<br />

schryft het best, en m'n betuiging, dat ik zoo hoog loop met myn<br />

schryvery, komt eigenlyk hierop neer, dat ik erken geeen schryver<br />

to wezen. Die Havelaar - ik meen 't boek - is my een walg,<br />

en ik kan dit niet beter uitdrukken dan -- zooals ik mondeling<br />

meermalen deed --- hun die my verzekeren : dat werk ,met zoo -<br />

veel genoegen to hebben gelezen" to antwoorden<br />

- Dan ben je een ellendeling!<br />

En waar een heel publiek zich schuldig maakt aan ,'t scheppen<br />

van genoegen" in zoo-veel leed . . . . daar antwoord ik, zooals ik<br />

deed in 't eerste werk, dat van my verscheen, nh then opgang<br />

"Publiek, ik veracht u met groote innigheid ."<br />

Die impressario uit het sprookje wachtte nog met z'n gemeen<br />

mooi-vinden tot het kind gered was .<br />

Hy stoorde de moeder niet in 't redden. Hy vergenoegde zich<br />

met niet-helpen, met stompzinnige hardhartigheid . . . . en, apres<br />

tout, by bood de vrouw wat aan, al was 't dan ook niet wat zy<br />

noodig had . De man was alleen schuldig aan miskenning van gevoel,<br />

en z'n wreedheid was maar dom .<br />

Maar wanneer-i z'n bewondering over 't gillen gebruikt had<br />

als beweegreden om moeder en kind onder water to houden<br />

Indien by gezegd had :<br />

-- Je gilt ,mooi" dus : verzuip, jy en je kind!


2 56 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

Hoe zoudt ge dat hebben gevonden, gy eene lezer ?<br />

Nederlanders, als ge 't woord ,verzuipen" plat vindt - een<br />

woord, dat nooit over myn lippen kwam, want ik ben zoo grof<br />

niet -- bedenk dat ik tot u spreek, tot u, gy die erger dingen kunt<br />

verduwen, dan gemeene woorden . Gemeene daden storen de digestie<br />

uwer zielen niet, en daarop o. a . doelde ik in 338, toen ik de<br />

Natuur bedankte voor de wyze regeling der spysvertering . Ik<br />

leende u niet gaarne de maag van myn ziel .<br />

leder ziet hier, dat ik geen schryv er ben . Een schryver legt<br />

zich toe op behagen . Een schryver is coquet. Een schryver is 'n<br />

hoer . En wie nu, als ik, zich toelegde op eenvoudige meedeeling,<br />

van wat er omgaat in z'n gemoed, zonder to denken aan schryvery,<br />

zou weldra „even mooi" schryven als ik . ,Greift nur hinein, in<br />

's voile Menschent eben ! Juist, GoTHE !<br />

Goed. Maar daarby behoort, dat men dat ingrypen dan ook<br />

doe in oogenblikken waarin 't ons schikt, in stemmingen die ons<br />

bekwaam maken om dezen of genen indruk optevangen en weertegeven.<br />

Het zit niet alleen in de keus van ons onderwerp<br />

dat voile mensenleven ! - maar tevens in ons ,grypen ." Daar<br />

ik nu op eenmaal geen lust had langer to grypen in de volheid van<br />

't avendje by den weduwnaar, laat ik hem, KLAAS, juffer-LAPS,<br />

SERTRUDE en de bywyven van DAVID los, ga wat wandelen, en<br />

geef u hier den indruk van een betoog der stelling, dat ik geen<br />

schryver ben . Denk nu maar onder 't lezen, dat ik bezig ben met<br />

vloeken tegen al de 999 lezers, die ook dat betoog alweer niet hebben<br />

begrepen. Maar eenmaal zal men 't begrypen, en inzien, dat het<br />

myn verachting rechtvaardigt . (122)<br />

527 . (Overgedrukt uit den Tydspiegel van November 1860),<br />

Max HAVELAAR aan MULTATULI. Waarde MULTATULI ! Neen,<br />

dat zal niet gaan . . . . ik ben geen schryver : Te Brussel heb ik<br />

een man gekend, die steenen zaagde voor grafzerken . Hy zaagde<br />

acht uren daags, en dacht aan wat by wilde . Ik ben j aloers op<br />

then man, maar . . . . een schryver ben ik niet.<br />

Men biedt my geld aan, zooveel voor 't vel . Hoe bedoelt men<br />

dit ? Die steenzager ontving, meen ik, dertien franken voor een<br />

,,volwassen" zerk, en voor kinderzerkjes iets minder . Ook was er<br />

versehil in de betaling naar de soort van steen, en die hing weer of<br />

van de mast der treurigheid. Ik voel wat ge denkt . . . . gy meent,<br />

dat de keus tusschen marmer en zandsteen bepaald wordt door<br />

den rykdom van den treurder ? In zekeren zin, j a. Maar het gaat<br />

niet geheel door . Armen, byv. of de zoodanigen, die den geheelen<br />

dag noodig hebben voor de zorg om in 't leven to blyven, mogen en<br />

kunnen niet treuren. Treuren is weelde. Waar getreurd wordt,<br />

is geld . Geld voor marmer of hardsteen. Geld voor een buste of<br />

'n kruis. Geld voor immortellen, haarschilderytjes, hoopvolle


IDEEN VAN MULTATTTLI . 257<br />

citaten nit de Sehrift, of krullige bid-voor-de-ziels . De arme -zit<br />

Or WALTER SCOTT op na, in zyn Oudheidkenner - de arme<br />

heef t `Tel wat anders to doen dan to treuren om 't verlies van<br />

broer, zuster, wader, nloeder, of geliefde . _1)e arme heeft geen broer,<br />

geen liefde. fly heeft riiets van dat alles . Hy lheeft z y n leven to<br />

onderhouden, anders diet .<br />

Hot kind van den arme is een lastpost op 't budget . De man,<br />

de vader, in 't gezin van den arme, is een blanke Javaan die<br />

jenever drinkt, en saterdags zyn batig saldo komt storten . De<br />

moeder is eene Amerikaansche naaimachine . Waar de vader sterft,<br />

zyn zeven gulden 's weeks verloren . Waar een kind bezwykt,<br />

is een pak kleeren over .<br />

- Das en broekie fa me broertj e, weet-uwe, f6, me broertj e<br />

da doot is . 1-j-is ferleje week gesturreve n-en leit op sint-entonies,<br />

weet-uwe .<br />

Zoo zei dat j ongetj e . Ik had schik in zyn ephelkustieke n . . . .<br />

maar dat by zoo grootsch was op 't broekje van z'n broer<br />

dat hinderdn mv_ ()eh_ dat arme hrnertie zonder brook 1 en tneh<br />

Es muss dock ruhig sein,<br />

Da unter Gras and Blumen,<br />

Zu schlaten aanz allein !<br />

Daar ziet ge weer wat verzen zyn ! Want ga eens kyken op dat<br />

St . Antonie's kerkhof, en zoek Or naar bloemen ! Gy zult Or hoogstens<br />

de gemeene bloemen vinden, die de natuur voor-niet geef t,<br />

maar beschaaf de, f atsoenlyke, officieel-treurende bloemen vindt<br />

ge daar niet. Ik lieg er maar by, in myn liedj en, om de maat .<br />

Wanneer gy nu een zerk bestelt by dien man to Brussel, denk<br />

er dan aan hem .uwe maat optegeven, anders blyft gy ongedekt,<br />

tot veertien dagen na 't weerschryven. Ik verzeker u, dat by geen<br />

hand aan de zaag slaat, voor by weet hoeveel plaats ge denkt inten<br />

em en<br />

- Nit woar menier . . .'k en mut tuch weten, of dien hier<br />

loangk of kurt ies ?<br />

En ik dan, MULTATULI ! Hoe kan ik weten wat de maat is van<br />

de ziel der heeren die myn geschryf bestellen ? En al wist ik<br />

die maat, . . . ach, 't zou Loch niet gaan ! Ik ben geen schryver<br />

en gy ook niet . Ik heb daar juist een recensie van uw boek gelezen,<br />

waarin veel waars voorkomt . Ik meen in de recensie.<br />

Men zegt daar onder anderen, dat het een misgeboorte is . . .<br />

nu bedoel ik uw boek, natuurlyk . De recensent, die ter goedertrouw<br />

schynt to gelooven dat gy slechts een book hebt willen<br />

schryven, heeft groot gelyk het als zoodanig een misgeboorte<br />

to noemen. Ikzelf vergelyk het met een kalf met to veel staarten,<br />

en zonder kop . De recensent kon niet weten, of kon voorgeven<br />

niet to weten, dat er juist een kalf zonder kop of to veel<br />

staarten noodig was . De memorie waarover ik u sprak in myn<br />

I DEEN II . 17


2 5 8<br />

TD EEN VANT MULTATULT .<br />

vorigen brief *) - ik zie, gy hebt then laten drukken, zeer geed !<br />

- dat stuk nu, was w&lgeboren, en heeft geen geluk gehad .<br />

De misgeboorte die gy voortbraclit, het boek over koffiveilingen,<br />

schynt beter in den smaak to vallen. Ik maak amende honorable<br />

voor de verwyten die ik u deed over verzen uitschryven,<br />

en uwe hevigheid. Gy hadt gelyk, voddery to geven waar voddery<br />

noodig was. De uitkomst heeft u gerechtvaardigd, want<br />

uw boek maakt fureur, en myn geschryf, zonder slechte verzen . .<br />

helaas ! fl<br />

Maar . . . meen nu daarom niet, dat ge goed schryft . Er is geen<br />

enkel boek goed geschreven, en 't uwe het minst van al . Als ge<br />

verwacht, op die wyze iets duurzaam goeds tot stand to brengen,<br />

hebt gy gerekend buiten uw gebrek aan talent . Of liever<br />

gy vergeet dat een ziel zich niet openbaart in woorden, allerminst<br />

in gedrukte woorden . E6n slag op de tafel bewyst meer,<br />

bewerkt meer althans, dan duizend frazen . CROMWELL was<br />

de welsprekendste man ter wereld . Gy kent zyn redevoering,<br />

Neem weg die prullen ! En by nam die prullen weg .<br />

Waar gy op 't gevoel werkt, zyt ge komediant . Of kunt gy<br />

ontkennen, dat ge by die aandoenlyke tirade - ik weet niet,<br />

waar - zyt opgestaan om uwe sigaar aan to steken ? En waart<br />

ge niet innig verdrietig, by 't schetsen van dat koddig tafereel ?<br />

Was er niet studie, in 't naast elkaar leggen van ernst en luim,<br />

van schaterlach en traan ?<br />

0, meent ge, studie schaadt niet, studie is noodig, zonder<br />

studie ware er niet goeds voorttebrengen . . . toegestaan ! Maar<br />

Dit slaat op den Brief aan den heer DUYINIAER VAN TwiST, oud-Gouverneur<br />

Generaal van NA ., die onder jndrukken van den dag" is opgenomen<br />

in het tweede deel dezer verzamelde werken .<br />

t) De verzen in den Havelaar zyn niet alien even slecht, doch dat ding<br />

uit SJAALMAN'S jeugd had wel ongedrnkt mogen blyven . Het riekt naar<br />

de Muzen-almanakken van 't jaar '30. Heel lang na die periode is 't dan<br />

ook niet vervaardigd . lets dergelyks heb ik van de Bruid daarboven to zeggen,<br />

schoon dat stuk toch altyd op z'n minst genomen zoo goed is als de meeste<br />

andere voortbrengselen uit de larmoyante school, waartoe het, helaas, behoort<br />

. Men zal 't my toch niet euvel duiden, dat ik dertig jaren geleden, my<br />

nog niet had losgescheurd van alle litterarische traditien ? Indien de Bruid<br />

daarboven verschenen en opgevoerd ware, terstond nadat ik dat stuk schreef,<br />

zou 't ,zeer mooi" gevonden zyn . En dat is by velen wier smaak eenigszins<br />

ndgaat, nog thans het geval . Ook is dat stuk, nu eenmaal 't vervelend genre<br />

aannemende, niet geheel onverdienstelyk . De dialoog b yv. is goed, en dat<br />

is meer dan men zeggen kan van velen zyner tydgenooten en opvolgers .<br />

De hoofdfout blyft in myn oog ; dat het tot eene school behoort, welke dan ook .<br />

Zulke dingen kunnen nooit andere waarde hebben, dan als bydragen tot de<br />

kennis van den ,Ievensgang des auteurs" om met Mr . J. R . THORBECKE<br />

to spreken . (1872)<br />

Onder de correctie . Na 't schryven dezer noot, is De Bruid daarboven opnieuw<br />

herdrukt . Ik heb er een narede by geschreven, waarnaar ik verwys .<br />

(1872)


IDEEN VAN MULTATULT. 25 9<br />

met studie ook niet. Zonder studie zyt ge slordig en dom . Met<br />

studie, gemaakt en tooneeldchtig.<br />

Als ik myn zin had, kwamen er geen andere boeken in de wereld,<br />

dan handleidingen tot de grondbeginselen van deze of gene<br />

wetenschap . Ja, vooral grondbeginselen . . . verder komen we<br />

niet. Alleen boeken over de sciences exactes kunnen jets waard<br />

zyn. Wat daarbuiten gaat, is leugen .<br />

Zoudt ge wel gelooven, dat ik in vole dingen party-trek voor<br />

DROOGSTOPPEL ? Ja zelfs, ik zou den man hoogachten om vele<br />

zyner meeningen, als maar mocht verondersteld worden dat<br />

by die to danken had aan redeneering, en ze niet aankleefde<br />

uit gebrek aan ziel .<br />

Gy wilt dat ik schryven zal, en verzekert my dat de Tydspiegel<br />

zoo goed- zal wezen myn geschryf optenemen . Eilieve, hoe<br />

zoudt gy staan to kykea, als men zeide : ,praat eens wat. daar<br />

is een man die naar u luisteren wil, by zal u ruim betalen voor<br />

nwe moeite." Beproef dat eens, on zie in den spiegel, of ge er<br />

niet uitziet als de aanspreker tot wien men zeide : ,spreek my<br />

cens aan ?"<br />

Zonder geheel to deelen in hot gevoelen van hen die do uitvinding<br />

der boekdrukkunst, een ramp noernen *) moet ik toch<br />

bekennen dat die zoogenaanado kunst veel kwaads heeft toweeg<br />

gebracht, vooral sedert men van boekenschryver eon boroep<br />

heeft gemaakt . Men mag onderstellen van iemand die<br />

v66r die uitvinding iets voortbracht dat do moeite van 't opof<br />

overschryven waardig werd gekeurd, dat by werkelyk jets to<br />

zeggen had . De kans is grooter althans, dan na ('OSTER en Gu'[, -<br />

TENBERG. Maar sedert men bet schry -ven heeft verheven - of<br />

v- erlaagd tot eon broodwinning . spreekt het vanzelf dat or om<br />

het lieve brood, gedurig jets moet geleverd worden van weinig<br />

'ehalte . 1.k wil eens de volgende berekening maken . 11c ben veer-<br />

*) De boekdrukkunst is niet aitgevondon . In 't begin der 1,5e eeuw begon<br />

zich de weetlust bier en daar to ontwikkelen in genoegzame mate, orn 't<br />

versneld reproduceeren van geschriften tot een Avinstgevend beroep to inaken .<br />

Do, stryd tusschen MAINZ en 11AAR.1,<strong>1111</strong> is duitonplatery. De zoogenaamde<br />

geleerden die zich bezighielden mot onderzoek naar persomi, ilaats of natie,<br />

welke de kinderachtige eer zouden hebben jets to hebben uitgevonden wat<br />

ieder wist, bedrogen 't yolk dat bun gelcerdheid betaalde . Maar opmerkelyk<br />

is 't, hoe dat yolk bedrogen worden wil . Jeder heeft tool afdruUen gezioli<br />

van roineinsche, grieksche, egyptische zegels ? En zonder die zegels, ieder<br />

zal Loch wel eens afdrukken van voile handon of bernodderd schoeisel hebben<br />

waargenomen ? Doch ook 'buiten dat, illes . . . , een bectio na(lenke .11- ! Mere<br />

sehynt, oin die belmigryke kwestie uittem .01- vii, gewacht to hebbm op do<br />

konist van den man die niet gez,cbt, was, eii geen witte baron had :,,1icve ineylsehen,<br />

de heilige PTONYSIUS word noch to HAARLEN geboren, 110 1,11 to MAINZ . -<br />

by was doodeenvoudig een ovor0opschietend voorthreiigs, ,l van de behoefte<br />

dier iyder) ." G5 .) WA al w .t sh6d Is cr over<br />

die nonsense-k-11'estie ! (1663)


26 0<br />

IDEEN VIN MULTATULIL<br />

fig jaar, en zou my kunnen bezig houden met schryven tot myn<br />

zeventigste. Dit geef t - tien vel druks in de maand gerekend,<br />

- over dertig jaar, vierdehalf duizend vel, zegge : zes-en-vyftig<br />

duizend octavo bladzyden, zegge : honderd-veertig boekdeelen .<br />

Daarvoor zou my worden uitbetaald . . . ik weet niet hoeveel<br />

duizend gulden . Welnu, ik moet betuigen dat al wat ik weet,<br />

to schryven is op een klein blaadje, en dat men een slechten koop<br />

sluiten zou, als men daarvoor een braspenning betaalde .<br />

Beschuldig my niet van hoogmoedige nederigheid, want myn<br />

oordeel over anderen is niet veel beter. ik heb reeds gezegd dat<br />

ik niet spreek over boeken, die exacte wetenschap behandelen,<br />

maar denk eens aan dezen of genen schryver van beroep,<br />

die fantazie-stukken heeft voortgebracht - liefst aan een veelschryver,<br />

van wien gy alle werken gelezen hebt - en ik vraag<br />

u wat ge derven zoudt, wanneer gy al dat geschryf niet gelezen<br />

hadt ? Ik wil u terstond op de proef stellen, .d<br />

antwoord snel . . .<br />

zoek geen uitweg . . . wat hebt gy geleerd van WALTER SCOTT ?<br />

Als ge nu voor my stond, zou uw stamelen bewyzen dat ik<br />

gelyk heb.<br />

- WALTER SCOTT? WALTER SCOTT ? Ja . . . WALTER SCOTT . . .<br />

by is . . . by heeft . . . by schreef . . .<br />

Juist ? Gy weet het niet ! Ge zoudt des-noods al zyn romans<br />

kunnen opzeggen uit het hoofd, maar gy stutzt op de onverwachte<br />

vraag : wat hebt ge van hem geleerd ?<br />

Nu denkt ge my gevangen to hebben door de tegenwerping<br />

dat ikzelf zoo even WALTER SCOTT aanhaalde om to bewyzen<br />

dat de arme niet treurde .<br />

Zeker, ik heb dit gedaan omdat ik ongelyk heb in die bewering<br />

. De arme treurt wel. Ik haalde WALTER SCOTT aan, omdat<br />

ik het tooneeltj en aan 't strand, waar die arme visschersweduw<br />

haar netten herstelt, zoo lief geschetst vind, . . . . zoo lief, dat<br />

ik me liet verleiden tot waarvinden van de pikante leugen,<br />

die de schryver vastknoopt aan de verscheurde netten . Zie 't<br />

eens na, of liever . . . doe wat beters .<br />

Een schryver - iemand die van schryven een beroep m .aakt,-spreekt,<br />

zonder dat by iets to zeggen heeft . Hy levert uitdrukkingen,<br />

waar geen indruk is . Hy weerkaatst beelden die niet<br />

bestaan. Hy j aagt op pikante tegenstellingen, en moet daaraan<br />

de waarheid opofferen . Jazelfs, indien toevalliger-w yze<br />

de waarheid pikant is, - zoo als hier-en-daar in uw boek, -<br />

dan mag by die niet geven zooals ze is, eenvoudig en kort . Hy<br />

moet ze rekken op ' t PROKRUSTUS-bed van den uitgever die<br />

staat-maakt op zooveel kopy . Hy moet haar kleuren, opsieren,<br />

aankleeden . . . dat is, met een woord, haar tot leugen maken .<br />

Al het schoone dat JEZUS gezegd heeft, zou geen half vel druks<br />

vullen<br />

Ik deed eens een reis met een Fransch schip . De bevelhebber,


IDEEN VAN MULTATULT . 26 1<br />

een zeer wetenschappelyk - man, had uitgebreide correspondentie<br />

to voeren met geleerde genootschappen, en by gebruikte<br />

daartoe een zyner scheepsofficieren, die eigenlyk geen zeer goede<br />

opleiding gehad had - de man lag gedurig overhoop met Noel<br />

et Chapsal - maar die zich byzonder duidelyk wist uittedrukken<br />

. Ik sprak eens met then man over styl, en vooral over zyn<br />

styl, die naar myn inzien uitstekend was .<br />

- Mais . . . c'est tout simple. Avant de commencer, je me demande<br />

ce que j'ai a dire .<br />

Ziedaar, geloof ik, de heele taktiek van een goed stylist .<br />

Maar . . . daaruit volgt dat er weinig to schryven valt, want :<br />

on n'a pas toujours quelque chose a dire ! *)<br />

En wanneer ge nu aan dezen taktiek-regel de meeste boeken<br />

toetst, zult ge met my instemmen dat er weinig boeken goed<br />

geschreven zyn . Wat doet byv. die steenzager na myn brief ?<br />

Of dacht ik er aan, dat ik zoo spoedig een voorbeeld zou noodig<br />

hebben van slecht schryven ?<br />

Wie zich toelegt op goed schryven, kan nooit veel voor den<br />

dag brengen . Ziehier myn tegenwoordigen epistel teruggebracht<br />

tot den eenvoudigsten - d . i . tot den besten - vorm .<br />

Waarde MULTATULI! Ik kan niet schryven .<br />

M . B" .<br />

Maar dan gelooft men 't niet . En men zou gelyk hebben my<br />

diet to gelooven, als ik zoo schreef . Men wil omhaal, voorrede,<br />

tusschenrede, narede, alles tegen de rede, en zonder reden. Van<br />

wien ook weer die aardige satire op veelschryvery en breedsprakigheid,<br />

naar aanleiding eener advertentie op den dood van<br />

een koekbakker ? Daarin was oorspronkelyk vermeld : ouderdom,<br />

aard en duur der ziekte, geloofsbelydenis, gronden van troost<br />

voor de nablyvenden, voornemens over rouwen en niet rouwen,<br />

en ik weet al niet meer. Jazelfs de Openbaring van Johannes<br />

was er by gehaald. Een funk vriend zette (Ie scl -iazir er in, en de<br />

a4vertentie kwam ten laatste neer op :<br />

JAN . . . . Z66, is good.<br />

De 'u_'-ed,uw blylt koekebalck.en .<br />

Oat au de Opreclite flaarlemmer zoo-iets niet })rettig vindt,<br />

I)it is 011ilIst, 1)IS voile al en"chenlebra o , en I-vert Glen denker<br />

yd overvloedig stof tot opitterkingen, (a z66veel ht, men cfi) , , rby telkens<br />

lw,rinnord ivordt . ,,an het laat.ste vers van't Evangelie van JOILXNNFS .'t G(`<br />

bourt, echter vaak dat , nwi! zich niet niteii kan, 6f omdnt de aanwezige<br />

hnnwstoffen niet behoorlvk z ' vii geratigsehikA (464) 6f om redeiien van itutteri6elen<br />

aard, W . . . . nit inoedeloos1wid ! Ifet, lev'11 va"I den artist' beweegt<br />

zieh in een Cj'ejjjS van jr),1:1),'-MIM",<br />

Inoest hem z'11 14'!'71\ito<br />

ik mid 'Irf-ln (t, ),) i. J tie (k)IIII-wid . Lip'<br />

daarover 659 . (1872)


26 2 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

begryp ik .*) Maar de belangen van den Haarlemmer zyn niet altyd<br />

in overeenstemming met het algemeen belang en den goeden<br />

smaak, en dan moet de Haarlemmer wyken, dunkt my. Als die<br />

flinke vriend by my kwam met zyn schaar, kreeg de Tydspiegel<br />

geen kopy.<br />

Ik zie 't u aan, dat ge beschaamd zyt over uwe bedremmeld-<br />

*) Voor m'n Vlaamsche lezers hierover de volgende opmerkingen . De<br />

Oprechte Haarlemsche Courant is een der oudste bladen van Europa, en dus<br />

van de wereld, ja, ik meen : het oudste . Men voelt iets als eerbied, by de gedachte<br />

dat onze voorouders uit die courant de overwinningen van DE RUYTER<br />

vernamen . Hare oprichting dagteekent van 8 Januari 1656 . Sedert tweehonderd<br />

en veertien jaren alzoo, houdt zij 't Nederlandsch Publiek op de hoogte<br />

of laagte der gebeurtenissen van den dag, en - dit vooral is eigenaardig -<br />

zy is niet meer met den tyd ineegegaan, dan volstrekt noodig was om hare<br />

populariteit to behouden . Ze polemiseert niet, en geeft slechts berichten waarvan<br />

de verantwoordelykheid op anderen valt . De thesis ware verdedigbaar,<br />

dat er in dat blad nooit eene onwaarheid geschreven is, tenzy men die zoeke<br />

in de advertentien . De Haarlemmer beweert niet, dat Parys in Frankryk<br />

ligt. Hoogstens zou de Courant mededeelen dat zoo'n meening door dezen of<br />

genen wordt verkondigd . Haar program is kleurloosheid of om 't jargon van<br />

den dag to spreken : objectiviteit . Of ze hieraan stipt voldoet, mag betwyfeld<br />

worden, en missehien is dit onmogelyk. By beperkte ruimte immers, eene<br />

keuze inoetende doen tusschen zeer veel berichten en redeneeringen van anderen,<br />

spreekt het vanzelf dat die keuze zich richt naar de meer of mindere<br />

sympathie met de zienswyze der schryvers van wien zy iets overneemt .<br />

In het overzicht der Pers van den dag, byv. wordt misschien eene onevenredig<br />

groote plaats ingeruimd aan de orthodoxe stukken die de heer GROEN<br />

VAN PRINSTERER ten-beste geeft, terwyl zy van publicatien die eene andere<br />

richting volgen -- van mynen arbeid byv . - geen melding maakt . Maar . . . .<br />

dit laatste doen nu eenmaal de andere bladen ook niet, eene handeiwyze<br />

die in de noot van 482 eenigszins wordt toegelicht .<br />

Hoe dit zy, zelf redeneeren doet de Haarlemmer Courant niet . Ik erken<br />

dat myn oordeel over deze methode, sedert de laatste twintig jaren eenigszins<br />

gewyzigd is . Vroeger zou ik misschien een blad geminacht hebben, dat<br />

diet eens to beschikken had over den toch zoo goedkoopen pluralis majestatis,<br />

die in de hoofdartikelen der andere Couranten zoo'n belangwekkende<br />

rol speelt .<br />

Na 't intiem kennis maken met al de wyen en onsjes die - sedert de afschaffing<br />

van 't zegel vooral - gelyk paddestoelen opschieten, lees ik met<br />

zekere dankbaarheid de Courant die my eenvoudig vertelt wat er gebeurd is,<br />

en de toepassing of beoordeeling daarvan welwillend overlaat aan myzelf(338)<br />

De Haarlemsche Courant is voorts in goed Hollandsch geschreven, en<br />

gewoonlyk goed onderricht . In zeer veel kringen geniet zy eene populariteit<br />

waaruit de wyen en onzen haar niet kunnen verdringen. Voor duizende<br />

burgerlyk-deftige huisgezinnen is zy nog altyd gelyk in de dagen van DE<br />

RUYTER : de Krant . Men heeft kunnen opmerken dat ik haar by PENNEwIP'S<br />

klassif catie-sy steem, als onderscheidend kenteeken heb aangevoerd .<br />

Dat ze by en door dit alles, zich verheugt in een soort van monopolie voor<br />

advertentien, spreekt van zelf. Een echte Hollander is niet ter-dege geboren,<br />

getrouwd of dood, voor by als zoodanig vernield staat in de OPRECHTE IIAAR-<br />

LEMMER COURANT. (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 2 6 3<br />

heid van zoo-even, toed ik u vraao ,,Ie wat 9~' y creleerd hadt van<br />

e-I<br />

WALTER SCOTT. Gy hebt nu een antwoord hedacht . Ziebier :<br />

- De opgave is niet altyd, en niet alleen, iets to leeren. Die<br />

lectuur heeft myn 8choonheidsyevoel ontwikkeld . . . .<br />

Uwe bewering is verwaand, - en wat meer zegt - onwaar.<br />

Ge zyt immers een Nederlander ? Een Amsterdammer zelfs, geloof<br />

ik . Welnu, dan wil ik eens dat ontwikkelde schoonheidsgevoel<br />

van naby bezien, en neem gemakshalve al uw stadgenooten<br />

by elka6r . Zy allen hebben WALTER SCOTT gelezen, en Notre<br />

Dame de Paris, en FREDERIKA BREMER en GRANDISSON, en den<br />

braven HENDRIK . . . .<br />

Gylieden ademt dampen in van vuil water . . . . het ziet zwart .<br />

Toch zyn er in uw stad schryvers, die verzen maken, waarin<br />

kristalbeekjes eeuwige liefde ruischen . . . . of murmelen, ik weet<br />

het niet . Als er verband is tusschen helderheid van water, en<br />

liefde - wat ik niet ontken : al het schoone is verwant - dan<br />

ben ik zoo vry een evenredig verband to zoeken tusschen modder<br />

en hatelykheid. Gylieden vat dit verband niet :<br />

8choonheidsgevoel .<br />

gebrek aan<br />

Uw straten zyn krom, benauwd en morsig . Uwe dochters loopen<br />

over die straat . Dit hindert u niet : gebrek aan schoonheidsgevoel .<br />

Gy gaat uit met uwe vrouw . 't Is mooi weer. De kleine moet<br />

in de lucht, en de bonne volt u met het kindje . Neen . . . . ge<br />

laat de bonne voorgaan, om haar in 't oog to houden, want ge<br />

ziet graag den kleine then ze draagt . Ook is 't noodig het dienstmeisje<br />

to waarschuwen van-tyd-tot-tyd, voor aanrollende rytuigen,<br />

kruiwagens en gedrang . . . .<br />

- Steun het hoofdje wat ! roept uwe vrouw, en ze heeft gelyk.<br />

Want die kleine kop is wat zwaar voor 't halsje . . . . en dan<br />

die schokken van den tred . . . .<br />

- Op-zy . . . . opzy . . . . myn hemel<br />

Ja, op-zy! Op-zy voor een handkar . Op-zy voor een kar vol<br />

jonge kalveren, op- en naast- en door-elkaft gesmeten, met de<br />

koppen log heen en-weer slingerend over den scherpen kant van<br />

de kar .<br />

Die kalven zyn zoo oud, als uw kind, en men gaat ze slachten .<br />

Dit hindert u niet : gebrek aan schoonheidsgevoel .<br />

1k heb lust u eene kleine geschiedenis to verhalen, en sla over<br />

coat ik zou to zeggen hebben over vele zaken, die ge dagelyks<br />

waarneemt en die uw schoonheidsgevoel moesten kwetsen, als<br />

alles waar was, wat gy beweert omtrent die lectuur . Ik zou u kunnen<br />

spreken over vochtige kelderholen, suikerbroodige dames,<br />

bedelaars in lompen, kraampjes en uitstallingen tusschen de inspringende<br />

hoeken uwer kerken, advertenti6n in de couranten over<br />

specifieke geneesmiddelen, opgeschikte vrouwspersonen die u aanroepen,<br />

walgelyke inlichtingen voor . . . . ik zoek een fatsoenlyk


2 64 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

woord . . . . kort-om, ik had een gansche kyriel le gereed om u<br />

naar 't hoofd to werpen, maar gy komt er goed af . Ziehier alleen<br />

die kleine geschiedenis .<br />

Ik wandelde met haar . Hebt ge verstand van liefhebben ? 0,<br />

antwoord niet to snel ! Er zyn er weinig die 't recht hebben hartelyk<br />

j a to zeggen op die vraag . Ze was myn ideaal, myn blyde<br />

boodschap . TINE zou ditmaal ongelyk gehad hebben, zy die<br />

altyd zegt dat de kleur der voorwerpen die ik zie, veelal maar 'n<br />

weerschyn is van myne kleur .<br />

FANNY - ik noemde haar FANCY - begreep me zoo goed .<br />

Nooit vraagde zy, hoe leeft ge toch ? Hoe betaalt gy de huur van<br />

uw kamer ? Wat eet gy ? Zy vergat dat alles, als-of ze ikzelf<br />

was . En ook ik zag in haar geen persoon van vleesch en been,<br />

met spieren, pezen, zenuwen . . . . geen aangevuld skelet . Maar<br />

't duurde niet lang, gy heeren met uw schoonheidsgevoel !<br />

We spraken - neen, spreken deden we niet - we dachten<br />

samen aan onsterfelykheid en wederzien . Ik heb u vaak gezegd,<br />

dat ik niets weet . Maar op lien avond - alleen met myn fancy<br />

meende ik wat to weten . Althans het kwam my ongerymd voor,<br />

dat ik ooit FANNY of myn fancy zou verliezen . Was zy niet ilc ?<br />

Dachten en leden wy niet samen ? Was myn voortbestaan mogelyk<br />

zonder het hare ? Wat zou er overblyven van myzelf, zonder<br />

fancy ? En kon zy vergaan ? Neen, neen, duizendmaal neen . . . .<br />

ik geloo f de !<br />

Voor een spekslachterswinkel hingen twee varkens . Ze hingen<br />

daar, opengespalkt, bloederig en nog bloedend, nog rookend .<br />

De gespleten kop van het grootste stuitte op de vuile straat,<br />

en boog zich ter-zyde met pynlyke wending<br />

0 MULTATULI, lach niet ! Ik zou vloeken wie er om lacht . . . .<br />

dat varken kuste het kleinere dat naast hem hing ! Ik heb het<br />

gezien ! Zoo had ik FANNY gekust ! Ernstig, weemoedig, treurig<br />

met gebogen hoof d . . . . zoo had ik FANNY gekust !<br />

En toen ik haar aan 't hart drukte, ik, dwaas, die meende dat<br />

ik een engel omhelsde, zonder vleesch of been . . . . een engel : die<br />

gedachte is, en gevoel en lief de alles in geest alleen . . . . o, toen<br />

had ik iets omarmd, als 't arme dier dat daar hing, en dat uit<br />

zyn gekneusd lyk, zoo luid tot my sprak<br />

- Ook ik heb geademd, geloopen, gespeeld . Ik heb, als gy,<br />

begeerd, gevreesd, genoten . Ik had lief naar gaven en vermogen<br />

. . . . zie wat ze gemaakt hebben van myne liefde naast my !<br />

Zie in my, en beschouw uwe liefde van-binnen !<br />

En er kwam een hond, die lekte aan 't druipende bloed, dat<br />

zich marmerde in de modder .<br />

En er gingen meisjes voorby, die lachten .


IDEEN VAN MULTATULI . '2 65<br />

Maar toen -1k afscheid nam van fancy, noemde ik haar FANNY,<br />

zoo-als ze thuis genoemd wordt door haar ouders en broeders,<br />

die haar waren naam niet kennen . Ik had m'n/ancy veloren voor<br />

langen tyd.<br />

Ach, als ge werkelyk gelooft, dat romans ,en zulke dingen" gunstig<br />

werken op schoonheidsgevoel, leg dan wat geld by-een met<br />

uwe vrienden, koop een groote collectie van die boeken, en tend<br />

ze aan de heeren die de stud uwer inwoning besturen .<br />

Nog iets . Laat het voortaan by vonnissen tegen doodslagers en<br />

geweldenaars, eens-voor-al gelden als verlichtende omstandigheid :<br />

dat de beklaagde is opgegroeid in een stall, waar men, door het tentoonstellen<br />

van opengehakte natiturgenooten, zich beyverd heelt hem,<br />

van der jeugd a/, yemeenzaam to maken met bloedstorting .<br />

Nu weer over schryven gesproken . Ziehier hoe ik, volgens<br />

de les van then Franschen officier, de geschiedenis van 't geslachte<br />

varken had moeten vertellen :<br />

EENIG ARTIKEL . ER MOETEN ABATTOIRS WORDEN OPGERICHT<br />

B-UTITEN DE STAD .<br />

Maar zou 't gebaat hebben ? Waarlyk niet! FANNY moot<br />

er by, en onsterfel.vkheid . . . fancy in 't eind .<br />

Dit is wansmaak . Zeker! Mag ik daaraan toegeven ? Gy<br />

deedt het in uw boek, en met goed gevoIg *) dit moet ik erkennen,<br />

maar 't walgt my .<br />

Volstrekt niet. De toestand van den Javaan is ellendiger dan ooit .<br />

Een vaIsch liberalisme heeft de plaats ingenomen van 't behoud . De fouten<br />

zyn bewaard, en we hebben de huichelary er by gekregen . Men duldt als<br />

minister een man, wiens eenige aanbeveling was, dat by nog sneller dan anderen,<br />

ryk werd door Javanen-arbeid, en onlangs heeft die fortuinmaker<br />

I ,arnpel geconfereerd over bet tegengaan van misbruiken" met oud-raden<br />

van Indie en oud-residenten ! Juist dus met de soort lieden die door HAVF-<br />

LAAR in staat van beschuldiging zyn gesteld .<br />

Dat de Nederlanders niet vatbaar zyn voor eenvoudige taal, is waar .<br />

Maar dat men ze tot iets goeds zou kunnen bewegen door speculatie op hun<br />

wansmaak, is niet waar . flet nationaal geweten is geld, geld en geld . En toch<br />

is 't uurwerk van dat geweten in wanorde . Begrypt men niet, dat er schade<br />

zal voortvloeien uit hot benoemen tot minister, van een man die zulke goede<br />

zaken deed ? Het maakt den Javaan wakker en geeft hem alto duidelijke inzage<br />

in de geld-moraal van NEDEPLA -ND . (1865)<br />

Wederom noteer ik bier, dat heden -- 25 Augustus '72 - na eenige chassez-croisez<br />

van Jiberaal" en ,behoudend" dezelfde man voor den tweeden<br />

keen aan het hoofd staat van Kolonidn . Aan hem draagt de Natie de taak op<br />

I'misbruiken" uitteroeieii! Zal men dan nooit inzien dat er geen grooter<br />

inisbruik kan bestaan dan zoo'n benoeniing P Ook in de Kamer heeft de man<br />

zooveel kwands ge .Oieht, als eenigszins niogelyk was. In z'n I-rhaaldo<br />

discussion met den beer WINTGENS, pronkte by met ,Specia',Ilkennis van<br />

Tndische zaken" op cone wyze die duidelyk aantoont, hoe weinig dee kai)-I(--,rled(,<br />

Ti - die 't zonder protest aanhoorden -- geprofiteerd hebben van den<br />

hun in den Spectator gegeven wenk : dat er uit myne ,Duizend-en-een Hoof dshikken<br />

over Specialiteiten" voor hen iets to leeren vie] . (1872)


26 6 IDEEN VAN MULTATULL<br />

Wat er voorvalt tusschen my en fancy, behoort my . Ik kan<br />

dat niet weggeven, - niet verkoopen aIthans, - zonder onkuisheid<br />

.<br />

't Is waar . . . z66veel voor 't vel . . .<br />

Maar begrypt ge niet, dat dan ook de veile deem in haar good<br />

recht wezen zou, als zy z66veel lonken geeft voor zooveel geld .9<br />

't Is voor haar moeder misschien . Ze onderhoudt haar broertjes<br />

met 'r walgelyke winst . Dit is mogelyk, - en dan is zy -<br />

engel of niet, maar diep gevallen z6ker - de weldoende engel<br />

van haar gezin . . . . al doet ze niet w6l .<br />

Flauwe woordspeling . . . ik lyk wel een Franschman . 0, als<br />

gy de brieven laast, die ik aan FANNY schreef, v66r dat arme<br />

varken! De brieven waren oprecht. Er was geest in, gevoel,<br />

vuur, en dat alles met, eenvoud . Haar had ik lief, et j'avais quelque<br />

chose a dire !<br />

Maar brieven als aan FANNY kan ik u niet geven . Kan't meisje<br />

dat zich verkoopt, u den glimlach geven, then ze lachte v66r<br />

zy wist dat er wat to verdienen was met zoo'n lath ?<br />

De schoonste regel die misschien ooit geschreven is - gy zult<br />

vreemd opzien - staat in het duitsche versje, dat gy uit myn<br />

pak hebt gehaald. Niet ik had then regel geschreven . Hy is van<br />

kleinen MAx, een kind van vyf jaar .<br />

- Moeder, als ik groot ben, zal ik u zoo lielhebben, dat ik- u een<br />

ster Icangeven .<br />

Ga er eens toe zitten en schryf eene verhandeling over de lie/dc.<br />

Beproef of gy in honderdduizend regels iets kunt voortbrengen,<br />

dat zooveel zegt over de kracht van liefhebben ? En zeg nu niet :<br />

hoe komt een kind daaraan ? Juist een kind heeft veel grooter<br />

kans iets goeds to zeggen, dan . . . . een schryver . Hot behoeft or<br />

de Schrift niet op na to zien, om to voelen dat de liefde alle dingen<br />

overwint .<br />

Ik zal u een ander voorbeeld geven van good schryven . Er was<br />

onlangs kermis to Amsterdam . . . . neon, vrees niet, er komt niets<br />

in van do Westermarkt. Gy weet, dat ik veel van muziek houd .<br />

Muziek is my een ware behoefte, en meermalen offerde ik myn<br />

m-iddagmaal op, om een concert by to wonen . Maar in myn smaak<br />

ben ik burgerlyk . Bravourstukken bevallen my niet, en een vol<br />

orkest doet my zeer . Ik loop groote kunstenaars uit den weg,<br />

en toen ik eens, half gedwongen, WINIAWSKY hoorde, wekte by<br />

inaar 66ne gedachte by my op : wat zou die man met z'n snelvingerigheid<br />

een carri&re hebben gemaakt, als zakkenroller .<br />

Tk kan niet good beschryven hoe de muziek wezen moet om<br />

my to behagen . En al kon ik dit, dan nog zou ik my daarvoor<br />

wachten, om niet door alle dilettanten to worden uitgemaakt<br />

voor een barbaar. Maar sommige meesters zouden my vriendelyk<br />

toeknikken . Met zang gaat het my even zoo. Een nietige romance<br />

zal my treffen, maar ik blyf koud by veel kunstig geluid . Koud


IDEEN VAN MULTATULI . 26 7<br />

is het woord niet, want ik heb altyd innig medelyden met de mensen,<br />

die hun klanken moeten uitpersen met zooveel moeite.<br />

Myn eenige indruk by zulke gelegenheid is : arm schaap, ik scheniz<br />

u die noot. Want ikk kan geen evenmens zien lyden zonder smart<br />

to voelen, wat met andere woorden zeggen xil, dat ik pynn in de<br />

keel voel by moeielyke nauziek . 't Is waar dat het publiek gewoonlyk<br />

gekomen is, juist om de noot to hooren, die ik 't mens<br />

schenken wilde . . . . maar ik blyf er by, dat het een zonderlinge<br />

smaak is, de vox humana eerst dan schoon to vinden als ze tonen<br />

voortbrengt, die men veel gemakkelyker en goedkooper kan hale a<br />

uit een dwarsfluitje .<br />

Ik was in 't Odeon, waar een talryk gezelschap kermiszangers<br />

alle avenden een talryk publiek lokte, meestal juitenmenschen"<br />

zoo-als de Amsterdammers iemand noemen, die ,meisje" zegt .<br />

voor ,meissie ." Fatsoenlyke Amsterdammers met hunne meissies<br />

gaan in kermistyd niet naar 't Odeon, dat ze dan ook - fatsoenshalve<br />

zeker - Oodeon noemen. Ja toch jongelui . . . . dat<br />

kan er even door .<br />

Veel schoons werd er niet uitgevoerd . Men hoorde ' daar chan-<br />

sons comiques, burlesque scene, heterogene potpourri's, saemgelapte<br />

mozaik-brokken met geiisurpeerden rang van "fantasie" ge-<br />

Wrangeerde meesterstukken . . . . kortom, het was een kermisvermaak.<br />

En zie, daar zongen twee meisjes, waarop ik niet eens acht<br />

had gegeven - want mooi waren ze niet - eene romance, die<br />

my trof . Ik stond achter in de zaal, en kon dus de woorden niet<br />

verstaan, maar voelde my liefelyk aangedaan door de melodie,<br />

welke my iets vertelde van minneklacht en vroolykheid, van<br />

zang en dood, van hartstocht en van rust . Later heb ik my kunnen<br />

overtuigen, dat ik goed verstaan had en my niet bedroog als byv .<br />

BOLIVAR, die de sentimenteele pastorale van zyn vriend den armen<br />

student gebruikte - en met succes ! - als cen stormmarsch . . . .<br />

In 't voorby 9 aan : wat al leugens in do muziek ! GEORGE in<br />

de Dame blanche, zingt zyn heele ciel naar den kelder, en het fille<br />

cUre! van ELEASAR, in de Juive, is een perfecte melodie voor<br />

een drinkliedje, hoe platter hoe liever . Zing 't maar eens, en neem<br />

or een glas by, en waggel een beetje<br />

Laat ons drinken,<br />

Laat ons klinken,<br />

Laat ons vro . . . . ho . . . . ho . . . . lyk zyn<br />

Men kan er de jenever uit proeven, en volgens den tekst van do<br />

opera zou het toch kokende olie moeten wezen . Och, MULTA-<br />

TULI, waarom hebt go DROOGSTOPPEL laten stikken ? Vat had<br />

by met zyn nuchter verstand nog veel goeds kunnen uitrichten .<br />

Tk houd van then man .<br />

Welnu, in 't Odeon bedroog ik me ditmaal ausnahmsweise niet.<br />

Al de aandoeningen, die de melodie der romance in my opwekte,<br />

b ad de dichter waarlyk neergelegd in de woorden . Er was ditmaal


2 6 8<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

inderdaad overeenstemming tusschen die twee zusters in Apollo<br />

poezie en muziek, toon en gedachte .<br />

Maar . . . . er waren nog meer punten van overeenstemming .<br />

De meisjes,zongen niet kunstig . Ze waren niet schoon, en maar<br />

povertjes gekleed . Wel had de oudste een gevoelvolle of gevoelwekkende<br />

alt ten geschenke gekregen van de natuur, maar dit<br />

was ook byna alles . De j ongste had aan de natuur weinig to danken,<br />

en haren muziekmeester niets, naar 't me voorkwam . Het<br />

gebeurde dan ook dikwyls, dat zy door hare zuster bestraf fend<br />

werd aangezien, met een blik, die zeide : lieve BERTHA, hoe zal<br />

't gaan met onze ouders en onze broertj es, als j e niet beter leert<br />

zingen ?<br />

Want - dit vernam ik later - die gemeene kermismeiden<br />

zongen voor haar ouders .<br />

Al dat gebrekkige, dat onschoone, dat onopgeschikte, harmonieerde<br />

met de romance, die geen, opschik gedoogde . Hier is ze :<br />

Zwei Nachtigallen sangen<br />

In einem Gartenraum ;<br />

Auf hoher Tanne die Eine,<br />

Die andere auf bliihendem Baum .<br />

Das Lied der Einen war freudig,<br />

War gliihender Liebeskusz . . . .<br />

Das Lied der Andren war traurig,<br />

Wie schmelzender Wehmuth ergusz .<br />

Vom Bluthen-Baume steigt Jubel<br />

Melodisch im lautem Klang . . . .<br />

Von der Tanne wallte hernieder<br />

Der Klage seufzender Sang .<br />

Und lauter wurde das Jauchzen,<br />

Und lauter wurde der Schmerz . . . .<br />

Da brach die Wonne der Einen,<br />

Die Wehmuth der Andren das Herz .<br />

Da sanken die Nachtigallen<br />

Hinab in den Gartenraum,<br />

Und trauernde Zweige neigte<br />

Ueber beide der blilhende Baum .<br />

Und deckte mit fallenden Bluthen<br />

Die Herzen so friihe verbliiht . . . .<br />

Und es rauschten die Tannenzw eige<br />

Den Sangern ein Schlummerlied .<br />

Ik zal er geen noten by schryven, zooals gy myn vriend DRooa--<br />

STOPPEL laat doen op dat „ding" van HEINE . Ik zeg, dat het<br />

lief is, en wie anders meent, is zelf niet lief .<br />

Ik drong door de menschen heen, en vraagde aan de meisj es of<br />

ik 't lied mocht zien, dat zy gezongen hadden .<br />

- Wy hebben het niet hier, mynheer . Maar als ge zoo goed


TD'P,EX VA IT V1_T_TT,T,A_T 11 LL 2 69,<br />

wilt wezen morgen 1-6 ,~ i , ie koin-ii, wy het u geven . W<br />

zuIlen . . . . myne zustej - }gel, voor a ititschryven! Niet we I°<br />

BERTHA ?<br />

- Becht yern, zei BEWFUTA, die nog e0n kind was .<br />

De oudere kernliSlDeid diee jong was, maar geen kind meer,<br />

scheen to gevoelen, dat de ', ,kleine BERTHA" dat ding voor my<br />

moest uitschryven en niet zy .<br />

Ik kende de gemeene duitsche meisjes to goed, om verwonderd<br />

to zyn over die kiesheid. Gy weet, M -ULTATTMI, hoe ik<br />

eenmaal rondzwierf met die Silesische zangersfamilie . . . . och,<br />

't heeft my zwei Thaler boete gekost : omdat ik jeinen Gewerbschein"<br />

had. 1ATat lachte ANNA, die my das Lied der Thrdne uitschreef<br />

met dubbel onderstreept laatste woord : aulwiedersehn !<br />

Gy, die u Multatuli noemt, ge hadt eens haar guitar moeten dragen!<br />

Maar then avend in 't Odeon, was ik ontevreden over RIEK-<br />

CHEN's aanbieding, om die nachtegaals-elegie voor my to laten<br />

uitschrvven. Zoo had ik 't niet bedoeld .<br />

Dat komt er van, als men zich inlaat met gemeen yolk . Primo :<br />

ik moest nu den volgenden avend terugkomen, wat anders myn<br />

voornemen niet was . Secundo : door 't aannemen van 't my toegezegde<br />

afschrift, laadde ik 'n soort van verplichting op my .<br />

Ge weet, dat zulke menschen, nets voor-niet doen . Tertio : ik<br />

kwam daardoor in eene relatie, die . . . . die . . . . kortom, 't is niet<br />

goed eene kapelsteeg in to gaan .<br />

Maar ik was den volgenden avend in 't Odeon . BERTHA wenkte<br />

my en gaf me 't beloofde .<br />

Toen maakte ik twee verzen, 't eene ,heel grappig" en 't andere<br />

,,met godsdienst" voor een paar dames, die my daarom hadden<br />

gevraagd, one haar ouwelui to verrasssen by de aanstaande zilveren<br />

bruiloft . Ziehier hoe dit toeging .<br />

-- Niet waar, meneer, uwe is ommers meneer HAVELAAR<br />

had. de meid gevraagd, die me scheen op to wachten op de stoep<br />

van een huis, waar ik vaak voorby ging - mevrouw wou uwe<br />

zoo graag es spreke, en de jonge-jufvrouw ook . . . .<br />

Ce quee c'est la gloire . . . . och arm<br />

Ten die beide dames my hare wenschen hadden voorgedragen,<br />

verwees ik ze naar ONSTEE Of SCHENKMAN. Maar . . . . let<br />

nu eens op, hoe de menschelyke lotgevallen in elkaft grypen . . . .<br />

Na het aannemen van die romance, was ik aan die gemeene<br />

kermismeiden iets schuldig . Gy weet, dat ik . . . . niet zeer ryk ben .<br />

Ik meldde my aan by de mevrouw die een ,godsdienstig" vers<br />

noodig had. Het zusje, dat een ,grappig" gedicht wenschte, was<br />

present .<br />

Ah . . . . m'nheer HAVELAAR .<br />

Ik zag rond, en . . . . op de _,'tay&e stond nog de flakon, die me


270 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

by 't eerste bezoek was in 't oog gevallen . Het was eenn langelys,<br />

gemonteerd met zilver<br />

Mevrouw . . . . ge behoeft niet naar ONSTEE to gaan.<br />

0, dat is heerlyk, riep ze, wilt gy het doen ? Maar . . . . godsdienst<br />

. . . . weet u . . . . veel godsdienst !<br />

En 't myne grappig . . . . heel grappig ! riep de kleine .<br />

Ik stond in 't midden van de kamer . De twee zusters terweerszyde<br />

. Ik voelde een lieve hand op elken schouder . De ineid, die<br />

my had binnengeloodst by 't eerste bezoek, stond 'in de geopende<br />

deur . Ze had iets triumfeerends in haar blik, als riep ze : then god<br />

heb ik gemachineerd !<br />

't Was een treffend tooneel, MULTATULI .<br />

Mevrouw, ge zult uw vers hebben !<br />

Goddank ! En wat veel . . . .<br />

Godsdienst. Vol godsdienst, Mevrouw ! Uwe ouders zullen<br />

schreien over al de godsdienst .<br />

En ik, m'nheer HAVELAAR, ik ?<br />

Jufvrouw, ge zult uw vers hebben !<br />

En grappig ?<br />

Vol grappen. Uwe ouders zullen schateren over de grappen,<br />

de lieve menschen !<br />

Ik kende ze niet .<br />

Heerlyk, heerlyk, riepen beiden, en de handen verlieten<br />

myn schouders om to klappen . . . .<br />

Maar . . . . zei ik op een graf Loon . . . .<br />

Schrik !<br />

. . . . maar . . . . op een voorwaarde . . . .<br />

0 spreek, spreek . . . . wat wilt- ge ?<br />

De kleine meid stak haar lief dom gezichtje toe . De meisjes<br />

meenen altyd, dat het om een kus to doen is, alsof 't leven een<br />

pandspelletje ware . Mevrouw keerde zich ietwat af, maar niet<br />

veel . Ik weet rriet wat aanlokkender is<br />

. . . . . . . . . . . . . . . . . .<br />

: ge zyt met uw tweeen . .<br />

Ja, ik en . . . .<br />

Een blik op 't zusj e.<br />

Juist . En deze flakon ?<br />

Ik nam de langelys .<br />

Is die flakon ook gepaard ?<br />

Gepaard ?<br />

Ja . . . . ik moet er twee hebben. Twee, niet hetzelfde, maar<br />

op elkaer gelykend . Niet even groot, maar samen een stel uitmakend.<br />

Niet gelyk gebloemd, maar beide aardig, lief, elegant .<br />

Er moet harmonie wezen door 't verschil, symmetrie door afwyking,<br />

overeenstemming door onderscheid . Mevrouw, ik moet twee


IDEEN VAN MULTATULL<br />

flakons hebben, tot elkander in rede, als gy tot uwe zuster . . . .<br />

als langelyzen tot pieterselie ! *)<br />

Zoo sprak ik . En myn rode had indruk gemaakt . Zy zeiden iets<br />

als ,pieterselie of sterven !" en ik ging naar huis om de verzen<br />

to maken .<br />

Den volgenden dag - ik bedoel natuurlyk den volgenden<br />

avend, want het geheim van do verrassing moest bewaard blyven<br />

- sloop ik het huffs in, met myn godsdienst en myn grappen,<br />

on verliet hot - na wat pandspel - met twee flakons .<br />

By 't uitlaten, vraagde my de meid om een brief op ryn), voor<br />

iemand, die tydelyk in het Kamp to Millingen logeerde . . . .<br />

HULTATULI, wat hebt ge van my gemaakt!<br />

Ik pakte de twee flakons in een reglement op den garnizoensdienst,<br />

schreef or een kort briefje by, met een paar taalfouten -bah,<br />

die kermismoiden ! -- en gaf een-en-ander den knecht in<br />

't ()d6,on ter bezorging. Deze zocht my op in de zaal, en zeide<br />

___ De jufvrouwen laten u bedanken,en zullen u schryven .<br />

_I)aar heb je 't a], d-acht, ik . Verzen gemaakt, pandspel, flakons<br />

met zilveren dop . . . . on waarom dat alles ? Om er of to zyn. En<br />

zie . . . . nuu ben ik or niet of !<br />

Ik verwacbtte, een briefje als : Waarde Her ! IVy wonen in de . . . .<br />

z66-straat, numnier z66veel . Of althans iets, dat de strekking had<br />

om de relatie aan to houden met iemand, die zulke fraaie geschenken<br />

gaf . 't Is waar, dat picterselie was wat verbakken, en de !angely8<br />

waggelde . Ook was 't monteersel vry dun . Maar had ik clai,<br />

allos dan niet dour genoeg betaald ? Was do straf niet zwaar genoeg<br />

? Twee . . . . verzei) en welke verzen, hove hemel! En 't<br />

pandspel-in`? En Millinflen. ? Foei, foci . . . . had ik dht, verdiend ?<br />

Ik zat<br />

2 7 1<br />

angst voor den volgenden avend, en toch . . . . weg-<br />

Myven durfde ik iiiet . Zy zouden in staat zyn my optewachten,<br />

nateroepen, to dagvaarden . . . .<br />

Do knecht, gaf me werkelyk den volgenden avend eon briefje .<br />

Ik heb ii een voorbeeld beloofd hoe men goed .vhrylt . . . . ziehier<br />

Sehr geMirter Herr!<br />

\lit groszem Vergniigen-i empfingen wir 1hr sch6nes Geschenk .<br />

\','ir sagen Ihnen tinsern herzlichsten Dank : aber um so mehr Froude<br />

inacht es uns, da wir in eiiiigen Tagen Holland verlassen werden, cud Ihr<br />

liebes Greschenk ffir uns eine atigenehnie Erinnerung bleiben wind .<br />

Achtungsvoll grdszen,<br />

RIEKOHEN and BERTHA L .<br />

*) Voor de onhigewijden diene, dat ,pieterselie" de, benaining is, voor<br />

zekere soort van bloemsel op Chineesch porselein . ,Langelyzen" zyn de<br />

va,atjes en pulletjes waarop uitgerekte jufvrouwen staan . Ik was niet geleerd<br />

genoeg dit to weten, niaar verneeni het van myn hospita die een zoon<br />

in Indie, en dus grondig verstand heeft van oostersche zaken . (1860)


2 7 2 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Ik noem, dat briefj e schoon, MULTATULI ! * )<br />

Toen heb ik de meisjes opgezocht, en ik voelde me zeer vereerd,<br />

dat ze my wilden ontvangen . Twee dagen daarna begeleidde ik<br />

haar naar de spoor, en by 't afscheid heb ik ze hartelyk gezoend .<br />

Wie 't afkeurt, keur ik af .<br />

Den volgenden nacht droomde ik, dat ge my een vischhaak<br />

in 't hart had geslagen - zooals ge wel meer doet - en daarby<br />

zongt ge een liedje op de scheepswyze van : ho . . . . ho . . . . hoi<br />

. . . . hoi . . . . ! By elken hoi een ruk . De tekst van uw zang was<br />

ko . . . . ko . . . . kopy . . . . py!<br />

Ik schreef naar Keulen<br />

Lieve meisjes ! Daar gy getoond hebt zoo uitmuntend otntegaan met<br />

de pen, en myn innige vriend MULTATULI . . . . ai !<br />

Daar gy getoond hebt zoo uitnemend uwe gedachten in korte woorden<br />

to kunnen uiten, en myn zeer waarde MULTAT . . . . ai !<br />

Kortom, daar gy bewezen hebt de kunst to verstaan, de meest delicate<br />

zaken samen to vatten in weinige regels, en de heer MULT ai !<br />

Zoo verzoeke ik u . . . . ai ! . . . . om kopy . . . . ai ! voor den T. ydspiegel<br />

. . . .ai!<br />

Ik heb de eer to zyn . . . . ai !<br />

Vcor ik wakker werd, ontving ik het volgende antwoord<br />

Sehr verehrter Herr !<br />

Wir Bind nicht gewohnt zu schreiben, wenn wir nichts zu sagen haben .<br />

Hochachtungsvoll . . . . enz .<br />

Beste MUL, riep ik . . . . verlos me van uw vischhaak .<br />

MAX IIAVELAAR .<br />

Arme Max, dat zal ik doen. Ik vertel zelf liever een paar geschiedenissen,<br />

die ik eens gehoord heb . . . . van m'n bakes .<br />

I: erste geschiedenis . (Toen ik heel klein was .)<br />

PIET HEIN had veel bygewoond, en veel geleden . Hy was koks-<br />

*) Deze gevolgtrekking zou nets beteekenen, als de verteiling verzonnen<br />

was . Welnu, ze is wdAr . Ook de historie der beide verzen is vry nauwkeurig<br />

gecopieerd naar m'n doorgaand model : de werkelykheid .<br />

Schryverig gelogen is slechts 't verband tusschen die twee aventuurtjes.<br />

Ik had me van de naive dames, die haar ouwe lui ,godsdienstig" en<br />

,,grappig" wilden verrassen, geene belooning bedongen, maar kocht heel<br />

eenvoudig de flakons by 'n uitdrager, en liet ze monteeren by 'n zilversmid<br />

in de Kalverstraat, die 't zich nog wel herinneren zal .<br />

Het zou me veel waard zyn, lezers to hebben, die in-staat waren de kiesche<br />

fynheid in 't Briefje dier beide meisjes op to merken . Maar . . . als ik zulke<br />

lezers had, zou er veel anders zyn. Dan ware ook byv . een FRANSEN V . D .<br />

PUTTE, geen minister van Kolonien !<br />

Och, 't is zoo verdrietig, schryver to zyn in een land waar men niet<br />

lezen kan ! (1872)


IDEEN II .<br />

IDEEN VAN MULTATULT. 27 3<br />

-,-mi<br />

, at geweest, en matroos, en had meege6nterd en meegevochte i -i .<br />

Jazelfs had by kousenn gebreid one zyn wader in 't leven to houden,<br />

toen deze, als by, krygsgevangen was op de engelsche pontons .<br />

De arme jongen had 7.ich overal, by elke gelegenheid, dapper gedragon.<br />

Maar . . . . als by, ontslagen uit gevangenschap, of terugkeerend<br />

van een krygstocht, wek aan wal stapte in 't vaderland,<br />

,7,oette niemand den flinken PIET HEIN .<br />

Later werd by adrniraal . Hy kon 't niet helpen, dat-i zoolang<br />

leefde, en had genoeg zyn best gedaan, om 't nooit zoover to<br />

brengen. En zie, daar komt een konvooi spaansche schepen hem<br />

verzoeken om de eer door hem genomen to worden . Uit goedhartigheid<br />

. - misschien wel uit vrees voor onaangenaamheden<br />

neemt by 't aanbod aan, en brengt die schepen, met wat er op<br />

en in was behouden in 't vaderland .<br />

Toen werd PIET HEIN door 't vaderland bevorderd tot held .<br />

Maar by schudde 't hoofd over die prornotie .<br />

Tweed, e qescliiedeni,s. (Toen ik een beetje grooter was .)<br />

Een alchymist verstond de kunst, afgestorvenen in 't leven terug<br />

to roepen. Ik bezocht hem, en v ond . in zyn kabinet vele personen,<br />

die ik lang dood JNTainde, en van wier terugkeer ik nooit gehoord<br />

had . Ik zag &iar LUTHER, CAMBRONNE, VAN SPEYK, CURTIUS,<br />

On D'AsSAS .<br />

Myn vriend de Alchymist versmaadde uit kiesheid bet goudmaken,<br />

en zette een zo6logie-winkel op, met een ecri.teaut . - specialitY.<br />

d'hommes .<br />

Een groot man verzocht zyn assortiment to zien . Die man<br />

heette : PUBLIEK .<br />

- Ik Tecommandeer u dozen beer, zei 't winkelmeisje . Hy<br />

alleen namm hot op tegen de grootste macht , der aarde . . . . tegen<br />

bet Pausdom . 't Is de ech.te LUTHER, mynbeer, en niet duur . . . .<br />

Hm! zei m'nheer -PITBLIER .<br />

Dezen VAN SPEYK kan ik u laten voor weinig geld . . . .<br />

is renaissance van oude helden. Hy ,deed meer fl zoo als ge<br />

tweet - by offerde zyn ]even, en stierf met roem . . .<br />

- Hm. ! zei m'nheer PtTBTTEY. .<br />

-) Men heeft itivop [wspotlelvke wys geprezen over 't sehryveil van een<br />

boekje, doch myne handelingen to Lebak worden niet aangeroerd . Al ligge<br />

de oorzaak hiervan duidelyk voor oogen, ik neem hiernieA geen genoegen,<br />

eu sellud het hoofd als PITT Hmx . Dat men, oni my reel -it to doen, veel<br />

anderen in staat van beschuldiging zou moeten stellen, is waar . Zoolang<br />

Regeering en Natie dnartoe den cooed niet hebben, blyf ik Mr . PUBLIEK<br />

verachten - de mooivinders van den Havelaar 't ineest ! - en ik ben zoo<br />

vry to gelooven dat do nil in den tekst volgende parabel, mijnc stemming<br />

to-lien aanzien, volkonien ivetfigf . (18T21 )<br />

t) In een der volksliod( ,roii van '3(), eindigde elk couplet -- nadat daarin<br />

18


2 74 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

En zie dit exemplaar eens, m'nheer, - keer je wat om, CAM-<br />

BRONNE ! - Het is CAMBRONNE van de garde, die zich niet overgaf.<br />

*) De prys staat er op, 't is to geef . . . .<br />

- H'm ! zei m'nheer PUBLIEK .<br />

- En hoe bevalt u deze ? Het is D'AsSAS, die z'n leven gaf,<br />

om z'n kameraden to redden . . . . ge weet wel, 't regiment Auvergne,<br />

in den veldtocht van Hannover . . . . schandekoop!<br />

H'm! zei m'nheer PUBLIEK .<br />

Geef den ouden CURTIus eens aan . Bezie dozen CURTIUS,<br />

m'nheer . . . . by is een beetje beschadigd . Hy heeft lang in een diep<br />

gat gelegen . . . . m'nheer zal dat wel weten . Ik laat hem u beneden<br />

fabrieksprys . . . .<br />

- Hm ! zei m'nheer PUBLIE K, kocht niets, stapte in zyn wagen,<br />

en reed weg. 's Avends vertelde by in alle gezelsehappen dat<br />

er niets byzonders to-koop was in den winkel van myn vriend,<br />

den alchymist .<br />

Deze word mager en begon byna berouw to krygen over z'n<br />

kiesheid, die hem belette goud to maken .<br />

Toen kwam er in 't huis daarnaast een nieuwe buurman wonen,<br />

een koopman in vlasvinken. Hy bracht den mensenfabrikant<br />

een bezoek, en vraagde naar de nering .<br />

Wat hebt ge hier al zoo ?<br />

Wat oude helden, zuchtte de goudmaker, maar 't gnat niet!<br />

Wat is er dat voor een ?<br />

Hy waagde zyn leven to WORMS, voor z'n overtuiging . . . .<br />

Poeh ! Je moet eens in ini/n winkel komen. En dezo ?<br />

Hy liet zich in de lucht springen voor de eer zyner vlag . . . .<br />

Poeh ! Korn myn vinken eons hooren . En deze ?<br />

met zekere minachting op antieke heldendaden gewezen was met list<br />

refrein :<br />

Van Speijk deed meer, hij offerde zijn leven,<br />

Hij stierf met roevim voor Vorst en Vaderland !<br />

't Spreekt van zelf dat het gezongen werd op de wys van to souviens-tu.<br />

Dit is voor zulke dingen de rigueur .<br />

Myne geringsehatting der verzemakery (I la HELMERS, met het obligaal :<br />

,,wat bralt ge o Romers" enz . mag niet leiden tot de meening dat ik laag<br />

nederzie op de daden als die van VAN SPEYK . Juist in tegenstelling met al<br />

de hedendaagsche niet-overwinnaars en in-leven blyvers, hecht ik er aan,<br />

myn eerbied voor then man openlyk to betuigen . De officieren der flotilje<br />

op de Schelde hadden onderling hun woord van eer verpand, zich niet overtegeven<br />

. De edele jongen deed wat by beloofd had . We moesten 't recht<br />

hebben dit zeer eenvoudig to vinden, maar . . . . met het oog op den toestand<br />

onzer Maatschappy, hebben wy dit recht niet! Of Nederland zoo'n offer<br />

waard is, is 'n andere vraag . Men zie hierover : Een-en-ander over Pruisen,<br />

enz . blz . 93, (1872)<br />

*) Zoo zei 't Winkelmeisje . Straks meer daarvan . (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 2 7 5<br />

- Hy y ilF:le liever stej'ven, (Ian de, ourle garde gevangen zien .<br />

Poeh ! Ik heb er een die ifs viral zingt, en Herz, mein Herz .<br />

Xat heeft doze gedaan<br />

- H y gaf z'n leven voor z ° n broeders .<br />

Poeh ! In een tredmolentje heb ik een oude kanarie, zonder<br />

slagpennen . Zy loopt, loopt den ganschen dag, en fluit : en<br />

a-rarat, marchons ! Kom eens kyken. Wat deed die vyfde<br />

-- Hy offerde zich op voor zyn vaderland .<br />

-- Gekheid ! Kan by niet wat zingers ?<br />

Ach neon !<br />

Of spreken<br />

Misschien . . . . Heidaar, CURTIUS !<br />

CURTIUS sprak. LUTHER sprak . VANS' PEYK, CAMBRONNE, D'As-<br />

SAS spraken . Maar ze spraken, ale geesten gewoon zyn, spookachtig,<br />

dof, eentonig . Ook scheen ieder maar een fraze to kunnen<br />

uiten .<br />

Ik geef u een vink per stuk, zei de vogelman . En de koop was<br />

gesloten.<br />

Hy nam het vyftal mee naar zyn winkel, en stak het de oogen<br />

uit. PUBLIEK, die 's avends daar langs wandelde, werd aangenaam<br />

verrast, toen by onder 't gefluit en gepiep der andere blinde<br />

zangers, duidelyk het kwintet onderscheidde<br />

- Het FAT-um eischt een kostbaar offer . . . . Ziet-hier my, CURTIUS,<br />

romeinsch ridder . . . . burgers, vaartwel . . . . het noodlot is verzoend !<br />

AUVERGNE, a moi .<br />

Jongen berg je ly f<br />

- La garde meurt, mail ne se rend pas !<br />

Al waren er zooveel duivels als pannen op de daken, ik ga !<br />

Hier sta ik, God helpe my !<br />

PUBLIEK kocht nu 't vyftal . . . . maar zonder kooien . De tyden<br />

zvn slecht .<br />

Een paar opmerkingen over de vyf historische zinsneden in onz en tekst,<br />

die zich al terstond inkrimpen tot vier, daar we ons by de fabel van CURTITTS<br />

niet behoeven op to houden .<br />

Wie zich de gewoonte eigenmaakte, de geschiedenis to beschouwen met<br />

kritischen blik, wie zich toelegde op de kunst om to lezen tusschen de repels<br />

die byna overal getuigenis geven df van mythische voorstelling en valsch<br />

opgevatte poezie, of van tafellikkende opschroevery, df van dynastieke<br />

leugens, in usum delphini, of van een tot dolzinnigheid aangehitst patriotismus,<br />

of van kleingeestige zelfverheffing van iiatien eii partyen, df van de<br />

veiligheid der schryvers . . . . by koint tot de treurige slotsorn dat er slechts<br />

zeer, zeer weinig inderdaad schoone bladzyden voorkomen in de annalen<br />

der Mensheid . ,Bladzyden" is to veel gezegd . Men kan de zinsneden tellen .<br />

Om dan to beginnen met LUTHIETT2 . De hood van dien welgedanen monnik


27 6 IDEEN VAN MULTATULL<br />

was zoo groot niet, als uit z'n to-hulp roepen van God zou moeten worden<br />

opgemaakt. Hy bestreed Roomschen invloed in 't Heilige Roomsche Ryk,<br />

en vond dus steun by 'n groot deel der machtigste vazallen van dat Ryk,<br />

wier politiek meebracht het Protestantisme to gebruiken als machine de<br />

guerre tegen den Keizer, tegen mien men in opstand was . Ook elders was de<br />

zoogenaamde godsdienst slechts voorwendsel . De hoofdrol in zulke zaken<br />

werd daar, als immer, gespeeld door staatkundig eigenbelang . Zoo is ook<br />

byv . uit contemporaine stukken to bewyzen, dat het machtig huis der GUISEN<br />

lang geweifeld heeft, of het de party der Hugenoten of van de Kerk omhelzen<br />

zou . De vraag was, of er meer kans bestond, de familie van NAVARRE to<br />

overschaduwen door zich daarnaast to plaatsen, of daartegen-over ? Hoe<br />

hun tegenstanders van hunnen kant over de godsdienst dachten, blykt uit<br />

den overgang van HENRI tot het Katholicismus . En nog dagelyks immers<br />

zien wy princessen, zonder tegenstribbeling de geloovery aannnemen van<br />

't Land waar ze huwen . Geimporteerde Koningen laten hun kroost opgroeien<br />

in de Staatskerk. De kinderen van LEOPOLD I zyn Katholiek . Die van GEORGE<br />

van Griekenland worden op z'n orthodox-Grieksch opgebracht . Wel dwaas<br />

is het alzoo, by zooveel bewyzen voor het tegendeel, nog waarde to hechten<br />

aan godsdienstige beginselen in Staatkunde . Dat ook LUTHER's dryven<br />

samenviel met groote politieke belangen, wordt door den uitslag bewezen .<br />

Geestelykheid en Keizer hadden kort to voren aan z'n voorlooper JOHANNES<br />

Huss getoond wat ze gaarne met LUTHER zouden hebben gedaan, als ze<br />

gedurfd hadden . Het is to veronderstellen, dat LUTHER wist op welke invloeden<br />

by rekenen kon, en dat alzoo zyne dapperheid iets minder to beduiden<br />

heeft, dan liefhebbers van klinkende frazen aangenaam is . Heeft by inderdaad<br />

die fraze gesproken ? Ze komt me nog-al tooneelachtig voor, en eenigszins<br />

gearrrangeerd. By analogie met andere onwaarheden, waarmee historieschryvers<br />

ons foppen, is eenige twyfel niet ongeoorloofd .<br />

By analogie ? Ja . Want ziehier twee andere historische gezegden die zonder<br />

den minsten twy f el tot het gebied der verdichting behooren . Wie heeft<br />

den uitroep van d'AssAS overgebracht tot het nageslacht ? Men kan niet<br />

veronderstellen, dat de vyandelyke soldaten, die hem als en/ant perdu ontinoetten<br />

en afmaakten, zich hebben verledigd tot bet en scene zetten van<br />

z'n dood. Krygs-en andere roem is gewoonlyk van binnenlandsch fabrikaat.<br />

Het Auvergne, a moi ! blykt vervaardigd to zyn voor 'n boulevard-drama .<br />

Een soldaat, die op eenigen afstand van z'n kameraden overvallen wordt<br />

door den vyand, roept om hulp, en maakt dus alarm. Dit is natuurlyk .<br />

Maar niet natuurlyk is het, dat zoo'n geroep het dramatisch resultaat wezen<br />

zou van een stryd tusschen zelfbehoud en plicht . Er ontbreekt een hoofdelement<br />

in de fabel over d'AsSAS : de toestemming van den vyand tot het<br />

plaatsen der romantiekery. Heeft d'AssAS, toen by den vyand gewaar werd,<br />

gewacht met het uiten van z'n alarmkreet, tot na 't voorstel om door zwygen<br />

zyn leven to redden ? Dan verwaardoosde by z'n plicht op schandelyke wyze,<br />

neen op zonderlinge wys, want het terstond roepen lag in de natuur der zaak .<br />

En nog iets. Het doel des vyands blykt geweest to zyn, de kameraden van<br />

d'AssAS in stilte to naderen . Zou ooit 'n patrouille den uitslag van zoo'n poging<br />

laten afhangen van 't antwoord op 'n voorstel ? Immers neen. Men<br />

overvalt, en dood sans phrase . Er is by zoo'n gelegenheid geen tyd voor<br />

komedie. Dat d'AssAs den gewonen krygsroep van z'n regiment geuit heeft,<br />

neem ik als waarschynlyk aan, dock 't was een kreet van schrik, en geen<br />

beredeneerd blyk van opofferende heldhaf tigheid .<br />

Veel erger nog is 't met het ,woodd" van CAMBRONNE gesteld . Ieder weet,


IDEEN VAN MULTATULI. 277<br />

dat het bekende en afgezaagde la garde meart et ne se rend pas, niet door<br />

hem gesproken is . Die woorden komen voor in een chauvinistisch drama,<br />

dat kort na de Restauratie to Parys werd opgevoerd . De auteur van dat stuk<br />

wilde CAMBRONNE ten-tooneele voeren, en zocht naar een gepaste uitdrukking<br />

ter vervanging van den al to soldatesken term, waarin die held z'n afkeer<br />

van ,oveegeven" zou hebben aan den dag gelegd . 4 bcollaboratie : word de<br />

tirade : la garde meurt enz . gef abriceerd . Op dit oogenblik zyn my de namen<br />

van auteur en noodhulp ontschoten, doch ik verbind my die later optegeven,<br />

gelyk ook den titel van 't bedoeld stuk .<br />

La garde meurt alzoo, et ne se rend pas ! Doze tooneelfraze maakte meer<br />

effect dan ze verdiende . Zoo'n ridderlyk klinkende uitdrukking immers,<br />

had wel eens de bedoeling - of althans de strekking - kunnen hebben,<br />

den vyand to bewegen tot edelmoedigheid, terwyl integendeel het<br />

ruwe woord dat zy fatsoenshalve verving, alle kans op genadige behandeling<br />

uitsloot .<br />

De theatrale namaak, hoe klinkend ook, was dus eigenlyk minder mooi<br />

dan de origineele tekst . . . . zou geweest zyn .<br />

- Want - och arm ! - ook die tekst is leugen ! Indien CAMBRONNE het<br />

telkens door my vermeden woord gesproken heeft, moot by dit zeer voorzichtig<br />

binnen'smonds gedaan hebben . Als 'n echte vechtman namelyk,<br />

spaarde by zyn dierbaar leven voor het vaderland ; b y gaf zich over met z'n<br />

garde !<br />

Ja waarlyk<br />

VAN SPEYK deed meer ! Hy of f erde zyn levee,<br />

En shierf met roem . . . .<br />

Eerbied voor VAN SPEYK ! Hot doet er weinig toe, of 't woord waarmee<br />

by den scheepsjongen WEYLER toeriep zich to redden, niet kan gerangschikt<br />

worden onder de uitdrukkingen waarvan de - overigens toch niet<br />

zoo byzonder preutsche -- CLIO, by-voorkeur gebruik maakt . De veile muze<br />

der Historie heeft t, het recht niet, kieskeurig to zyn op iclanken, zy die doorgaans<br />

zoo onzedelyk ten-behoove van inachthebbers, mode en partybelang,<br />

de feiten verdraait . Gelukkig dat haar pruderie in dit geval, niets bederven<br />

kon. Vat ook de edele VAN SPEYK in-plants van 't geboekstaafde<br />

jongen, berg je ly f ! moge gezegd hebben, de op die waarschuwing volgende<br />

daad stempelde elke uitdrukking, ook den grofsten matrozenterin, tot 'n<br />

verheven woord . Hot is Diet vereerend voor den lezer, dat ik hem geen hoogheid<br />

genoeg toeken, orn zonder fatsoensrilling den klank in letters to zien,<br />

die geadeld werd door 't gebruik dat VAN SPEYK daarvan maakte . Hoe aandoenlyk,<br />

op dat oogenblik nog aan redding van dien jongen to denken !<br />

Ziedaar nu vy f frozen verdampt tot eene daad. En - nog-al opmerkelyk !<br />

- joist de e uo load die den toots der historischo kritiek kan doorstaan,<br />

grog vergezeld van eene uitdrukking die voor historic en Salon idet fatsoenlyk<br />

gonoeg is . Dit goeft to denken !<br />

In-godsnaam ! Myn parabel over den alchymist is or niet minder om . Mr .<br />

I' UBLi ,, K die de daden goon aandacht waard keurde, liep met de frazen<br />

weg, en gelobft dus aan de frozen . Ik heb alzoo recht tot den eisch dat by de<br />

strekking myner vertelling begrype . Gaat dit boven 't pod zyner bevatting,<br />

dan diene hot volgend nummer tot opscherping van z'n oordeel . Arm volgend<br />

nummer, ik draag ti daar een ondankbare taak op ! (1872)<br />

528 . Ik schreef die parabel in 1860. En toen ik onlangs in<br />

522 op eenmaal de geschiedenis van onzen WOUr ~,n afbrak, ge-


2 7 8<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

schiedde dit, omdat ik op-nieuw de ondervinding had opgedaan,<br />

hoe weinig er valt to rekenen op daden, waar de begrippen van zedelykheid<br />

verdraaid zyn tot geloofsleer . Elken dag then ik langer<br />

leef, geeft me nieuwe blyken dat godsdienst en deugd zaken zyn,<br />

die lynrecht tegenover elkander staan . De pest van 't geloof<br />

uitteroeien is de plicht van ieder, die 4 welmeent met de Mensheid.<br />

Maar flog bedervender, dan ik vroeger meende, werkt die<br />

verfoeilyke goddienery . Zy verlamt zelfs het goede in wien er<br />

van verlost is, en 't schynt dat velen, na 't wegwerpen der zotternyen<br />

van het geloof, onder den invloed blyven van wat dat<br />

geloof me&bracht : oneerlykheid, ontrouw, karakterloo8heid .<br />

Zeker spreek ik tot het betere deel der natie . Het beetje moed,<br />

dat er schynt noodig to zyn om m'n IDEEN to lezen, geeft me<br />

recht tot deze onderstelling. Eilieve, wat moet ik denken van de<br />

rest ?<br />

Doch neen, zy die me niet lezen, kunnen zich verschuilen achter<br />

onwetendheid . Zy hebben eenig recht ,hm" to brommen,<br />

en wegteloopen uit den winkel, waar menschen verkocht worden,<br />

die ze niet kennen . Maar hoe moet men oordeelen over 't gedeelte<br />

der natie, dat gaarne luistert naar doffe eentonige liedjes van<br />

wie ,meer deden" dan zingen en fluiten ? Is 't wreedheid, domheid,<br />

onkunde ? Wat is het, o gy lezers myner IDEEN ?<br />

Moet ik 't u n6g eens zeggen, dat ik geen schryver ben, geen<br />

kunstemaker, geen sprookjesverteller ? Op hoeveel manieren<br />

reeds trachtte ik uw traag begrip optewekken tot erkenning, dat<br />

de opgang van myn geschryf geen gevolg is van byzonder talent,<br />

maar van de waarheid der zaken, die ik me&deelde ? Hoe lang<br />

zult ge blyven voortgaan u aantestellen - want ik kan niet gelooven,<br />

dat ge op-den-duur niet beter wezen zoudt - u to houden<br />

alsof ge my aanzaagt voor een schryver, voor een boekenmaker ?<br />

Dat ik goed schryf, is waar. Ik schryf zoo goed als de hartelykste<br />

moeder gillen kan, by 't to-water vallen van haar kind.<br />

Zeker, zeker . . . . ik schryf zeer goed! Zoo goed als LUTHER<br />

sprak, toen-i zyn overtuiging durfde stellen tegen-over de traditie<br />

der eeuwen .<br />

Zeker, z6ker schryf ik goed! Zoo goed als CURTIUS sprak, en<br />

VAN SPEYK, en CAMBRONNE en D'AsSAS, ofschoon ik die mannen<br />

nooit hoorde pryzen over hun byzondere welsprekendheid . Wat<br />

zy zeiden is bewaard gebleven, niet om de wyze waarop ze spraken,<br />

maar om do daden die ze verrichtten . Ik schryf zoo goed,<br />

als ieder schryven zou die de wereld intrad met een hart vol liefde,<br />

en verontwaardiging voelde over al de schelmery die deze wereld<br />

voor de meesten maakt tot een hel .<br />

Dit nu neem ik u kwalyk, lezers myner IDEEN, dat ge niet even<br />

verontwaardigd zyt als ik .<br />

0, alle schryvery zou weldra overbodig wezen, als ge myn pogingen<br />

even oprecht ondersteund hadt, als ik ze aanwendde .


IDEEN VAN MULTATULL 279<br />

Zonder die ondersteuning, is my uw lof, en de opgang then ik<br />

maak, een wa1g.<br />

1k ben geen sehryver en wil 't niet wezen . Ik was een goed<br />

mens, en zou dat gebleven zyn - want ii-ii voel ik vaak meer<br />

bitterheid dan liefde, en 't smart me zoo ! -- ik zou goed gebleven<br />

zyn, goediq zelfs en zacht, indien ik niet al to weinig rechtvaardigen<br />

had gevonden in Sodom .<br />

Vat hebt gy qedaan, yehandeld, geo/ferd, -lezers myner IDEEN<br />

sedert Mei 1860, den datum der versehyning van den Havelaar,<br />

dien ge ze ,mooi" vondt . . . . godbeter~'!<br />

Tk zeide u daarin -- en niemand durfde my tegenspreken<br />

dat uwe lasthebbers in INDIE u medeplichtig maakten aan schelmery<br />

op de ruimste schaal . Gy hebt toegelaten -- en duldt het<br />

nog dagelyks - dat fortuinmakers zich den buit toeeigenen, dien<br />

ik ontrukken wilde aan de handen der roovers . Een behoudend<br />

ministerie, dat in allen geval minder brutaal en minder huichelaebtig<br />

zondigde, dan 't tegenwoordige - word en bleef vervangen<br />

door lieden van een valseb liberalisme . Paar zyn er, die zich bezighielden<br />

met het vergaeren van schatten op den bloedakker van<br />

't misdryf, ter-zelfder-tyd toes ik den stryd tegen de misdadigers<br />

ganging, en die later, met en door 't aldus gewonnen good,<br />

u hebben omgekocht om hen to belasten met het uitroeien der<br />

roovers . *) Dacht men aan ViDocQ, by zulke aanstelling ? Luisterde<br />

men naar 't volks-spreekwoord, dat voorschryft dieven<br />

met dieven to vangen ? 1 - k geloof het niet, lezers ' Ik geloof dat er<br />

voor zulke verblinding geen redelyke grond bestaan kan, en dat<br />

men daarvan ailleen de zeer onredelyke oorzaak- kan vinden in de<br />

schittering vapn bet goud . Zoo zoudt ge dus ook .,den vluggen<br />

-EP -H - RAYM" belast hebben met hot opzicht over den tenipel ? Hem<br />

die JESHOEAH nasloop, om by-do-hand to zyn als doze we6r zen<br />

i uitgaan :<br />

T(,r zuiv'riu, vain Gods tenipel, met Peal zweep . . . .<br />

Om dan, met lichten trod en vlugge hand,<br />

Te grissen van hot geld dat rollend wegstoof . . . .<br />

Zotidt go dien EP-Ti.R.,kim benoemd liebben lot wachter in den<br />

tern poi ?<br />

Niet da,"irtoo sehreef ik den HAVELAAR, lezer . Niet di6rtoe,<br />

gaf ik u den VRY-A-R -BEID, waaruit ge zoo duidelyk kondet zien ---als<br />

(Ye hadt ?.villcii zien ---- hoe men a bedroog sedert jaren . Niet<br />

da6,rtoe schreef ik de MINNEBRIEVEN, lezer, een book, dat eenmaal<br />

tegen u zal getuigen, wanneer men v6r-af genoeg wezen zal (122)<br />

om to begrypen hoe daarin eene geheele mensenziel is geteekend,<br />

met wat ze omvatten khn van de breikous of tot SIRIUS toe !<br />

Wanneer men eenmaal hoog genoeg zal staan om de brieven to<br />

Len indische rykvvorder is minister van Koloiw ; ii . Schaamt u dan toch<br />

eeris eindelyk, Nederlanders ! (1872)


280 IDEEN VAN MULTATULL<br />

lezen, als een afdruk van aandoeningen, en niet als een yemaakt<br />

book I Niet dAArtoe eindelyk gaf u ik de IDEEN, die Times van<br />

m'n ziel, die ge zaagt geboren worden in m'n VRIJ-ARBEID, en<br />

die ge zoo gaarne leest, niet waar, vooral wanneer ik - gedwongen<br />

door den humor der waarheid - koddige vertellingen geef,<br />

die gy gretig aanhoort en toejuicht, om ze to gebruiken als voorwendsel<br />

tot het voorbyzien van al die smart, die daarnaast ligt.<br />

Niet ik legde den polichinel op de schouders van den martelaar .<br />

(159). Dat doet de ryke lieve grillige wreede Natuur, en 't pleit<br />

niet voor uw smaak, dat uw hand zich by voorkeur uitstrekt naar<br />

de articles de Paris, in een winkel waar voorwerpen van ernstiger<br />

beteekenis worden aangeboden .<br />

Is 't u mogelyk, de parabel over LUTHER en z'n gezellen in den<br />

beldenwinkel, overtezetten in dagelyksche nuchtere waarheid ?<br />

Welnu ik vraag u, waarmee heb ik verdiend, dat ik u, als<br />

CHRESOS in de Minnebrieven, liedjes moot voorzingen, na yehandeld<br />

to hebben als ik deed ?<br />

Hoogmoed ? Voor den honderdsten keer, ik ben hoogmoedig,<br />

en zelfs neemt m'n hoogmoed toe, naarmate ik meer let op wat<br />

ik dagelyks om my zie. Zorgt gy, dat er wat meer hoogte kome om<br />

my been, dan zal ik me laag en klein voelen misschien - en ik<br />

zou dat terstond erkennen - maar by de laagte, die me nu omgeeft,<br />

kan ik niet anders dan gelooven zeer hoog to staan .<br />

Is 't waar, of is het niet waar, dat ik geheel alleen staande, myn<br />

plicht durfde vervullen daarginder, toen alles meeheulde met het<br />

onrecht 9.<br />

Is 't waar, of is 't niet waar, dat de natie welker eer ik verdedigen<br />

wilde, my lafhartig verliet, na wat onbegeerde en niet ter<br />

zake dienende toejuiching over myn geschryf .<br />

Is 't waar, of is het niet waar, dat door uwe lauwheid, door uw<br />

gebrek aan moed, de plaats die my toekwam, thans wordt ingenomen<br />

door allerlei wezens, dis omhoog vielen uit gebrek aan<br />

zwaarte ?<br />

De plaats, die my toekwam ? Zeker ! Niet om mynentwil, maar<br />

om uwentwille. My kan men niet verhoogen, daar ikzelf den rang<br />

nam, then niemand my betwist, en waarboven geen rang to begeven<br />

valt door geen natie of Ironing . Maar om uwentwille hadt ge niet<br />

moeten dulden, dat een zwerm fortuinmakers de vruchten plukte<br />

nit den hof, then ik zuiveren wilde van onkruid . Ik geloof, dat<br />

my de taak toekwam, nu toevertrouwd aan wezens, die ik in staat<br />

van beschuldiging stelde. En als men nu ook weder deze bewering<br />

mocht verdraaien, door hieruit to besluiten, dat eerzucht de prikkel<br />

was die my dreef, antwoord ik met de vraag : waarom dan<br />

iemand, die zoo eerzuchtig was, jaren wachtte voor by optrad ?<br />

Hot was niet dan myns-ondanks en gedwongen, dat ik de tusschenkomst<br />

der Natie inriep . Dit blykt , uit de datums .<br />

Eorzucht ? Ja, om good to doen ! Tk voelde de cerzucht cam


IDEEN VAN MIULTATITLI .<br />

eenige honderden schelmen to straffen, hur, 't onrechtvaardig verkregen<br />

goud aftenemen, of hen to doen boeten voor wat er door<br />

anderen werd misdreven onder hunne toelating . Gewone eerzuchl.,<br />

ambtsbejag, zou bespottelyk wezen in ~NEDERLAND, waar we dalyks<br />

de nietig ste personen zien omhoog til len, en op zetels plaatsen,<br />

die ingenomen moesten worden door mannen van bekwaamheid<br />

en karakter .<br />

Het doet me leed, dat ik genoodzaakt was lien DTYMAER VAN<br />

TWIST onsterfelyk to maken . *) Maar nu dit eenmaal zoo is, zal<br />

ik hem nog eens noemen, om een voorbeeld to geven, wien men<br />

eert in NEDERLAND . Die man is deter dagen gekozen tot lid van de<br />

Eerste-Kamer ! Meent ge dat er eerzucht -in gewonen zin kan<br />

bestaan, in een land waar zulke ongerymdheid mogelyk is ? Waarom<br />

antwoordt die man niet ? Ik noemde hem herhaaldelyk by<br />

name, niet omdat by 't meest misdeed daartoe is by to on-<br />

*) Doze spyt is to grooter, omdat ik inzie hoe 't nageslacht zich vergissen<br />

zal in de beoordeeling van rnyn wrevel tegen dien man . Op meer gepasten<br />

afstand geplaatst dan de tydgenoot, zal hot den toestand onzer Maatschappy<br />

beter dan doze overzien, en myne party kiezen in den ongelyken stry d<br />

then ik daartegen voer . Doch juist de hoogere opvatting van myn streven<br />

zal het gedurig aanvallen van een onbeduidend individu als VAN TWIST,<br />

doen voorkornen als 'n kleingeestigheid . De heer Mr . ALBERTUS JACOBUS<br />

VAN TWIST is inderdaad een al to onklassisch element in m'n werken, en by<br />

verdient niet, naast WOUTER, HAVELAAR of zelfs . . . . naast DROOGSTOPPEL<br />

in leven to blyven .<br />

Nageslacht, ik k6n niet anders ! Ook de naam van VERRES is immers<br />

vereeuwigd ? Ik spreek sans comparaison, want ik houd VAN TWIST voor<br />

onschuldig aan uitzuigery voor eigen rekening . Zelfs hiertoe was de kleinburgerlyke<br />

man to ordinair, to traag, to schuw. Zyn oneerlykheid was van<br />

voorzichtiger aard. Hy zag 't oogluikend, gemakshalve aan, dat anderen<br />

zich waagden aan de mogelyke gevolgen van diefstal, en bepaalde zich heel<br />

veilig tot het wederrechtelyk achterhouden van een zeer groot deel der inkomsten,<br />

die den Onderkoning van Insulinde ter bestryding van representatiekosten<br />

zyn toegelegd. Met dien spaarpenning heeft-i zich'n plaats in de Eerste<br />

Kamer weten to verschaffen. En de natie vindt dat goed !<br />

Wie later den toestand van ons arm Volk bestudeert, mag zich niet to<br />

hoog stellen, om aftedalen tot de oorzaken van onzen achteruitgang, die<br />

juist voor een groot deel aan 't dulden van personen als VAN TWIST to wyten<br />

is . Eene aandachtige lezing van BOSSCHA's Beschouwingen over onze binnen-<br />

en buitenlandsche verhoudingen, gaf my het Een-en-ander over Pr . en<br />

Ned . in de pen, waarin ik den noodlottigen invloed geschetst heb van wezens<br />

als waartoe ook die VAN TWIST behoort . Bovendien, by is de persoon die<br />

Havelaars pogingen verydelde . Hy vond het laaghartig zwygsysteem uit,<br />

waarmee men my trachtte to smoren . Hy is - met z'n fatsoen, geloof, grondbezit,<br />

vry-arbeids-liberalismus en Eerste-Kamerlidmaatschap - de natuurlyke<br />

vertegenwoordiger van de verkeerdheden die ons ten-gronde<br />

richten. De man is de ,deftige man" by-uitnemendheid, en dit zy myne verontschuldiging<br />

voor de overigens zonderlinge verheffing van zyne Excellentie<br />

tot iets wezenlyks . (1872)<br />

28 1


28 2<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

beduidend - maar om hem to dwingen tot verantwoorcling of<br />

schuldbekentenis .<br />

Die schuldbekentenis hebben wy . Zyn stamelen in de Tweede-<br />

Kamer, waar-i verklaarde, ,dat by wel wat zou kunnen zeggen,<br />

maar 't liever niet deed, wyl men hem voor partydig houden zou,"<br />

zal dan Loch nu, na vier jaren wachtens *) wel als zoodanig kunnen<br />

worden aangenomen . En nog heden wil ik hem te-woord-staan, als<br />

by den stryd durft aannemen. N6g vraag ik hem, of ik in den HA-<br />

VELAAR al dan niet de waarheid heb gezegd ? N6g vraag ik hem, of<br />

de bewysstukken valsch waren, die ik hem toezond by myn brief<br />

van Januari 1858 t) N6g vraag ik, welke fout er is in myne berekening,<br />

dat er DUIZEND MILLIOEN werden gestolen onder zyn bestuur<br />

? §)<br />

Nog vraag ik antwoord op dat alles . Maar ik wenschte dat to<br />

ontvangen, openlyk, zoo-als de aanklacht was. Ik vorder dat-i<br />

hy, en de velen die belang hebben by 't smoren van de waarheid<br />

- ik vorder, dat men ophoude to antwoorden op de wyze van<br />

Schmoel in 't kruislied. Dit moge nu, sedert de verovering van<br />

JAKATRA, de Nederlandsche wyze van stryden zyn, edel of ridderlyk<br />

is zy niet, en ik protesteer tegen 't gebruik van zulke wapenen<br />

. Die tactiek moest nu nit zyn, vind ik, en u lezers myner<br />

IDEEN, verwyt ik, dat ge jaren lang, die taktiek hebt geduld .<br />

De myne daartegenover was koele verachting, of meermalen spot .<br />

Ik mocht verachten en spotten, wyl ikzelf de verongelykte was,<br />

maar waarlyk ik zou 't niet zoo-lang geduld hebben als ik slechts<br />

toeschouwer ware geweest, en in een ander het recht verkracht<br />

had gezien, of moedig zelfoffer zoo onwaardig bevuild met slyk .<br />

Kwam het dan ooit in u op, lezers, dat men al zeer velen moet<br />

in den weg staan om zoo algemeen to worden aangevallen ?<br />

Begreept gy niet, hoe de wraak van Schmoel - en welke wraak !<br />

- bewyst, dat de zweepslagen juist-troffen, toen ze hem verjaagden<br />

uit den tempel, als een hond ?<br />

Heeft het u nooit bevreemd, dat ieder wien ik aanklaag, zwygt<br />

als een betrapte dief, en in-stede van verantwoording, my lastert,<br />

als-of myn voorgegeven verdorvenheid een vrybrief wezen kon<br />

voor de misdadigers, die ik aanklaagde ? En schaamt ge u niet, vier<br />

jaren lang u to hebben laten bezighouden met baker-vertellingen,<br />

waar spraak had behooren to zyn van feiten ?<br />

Ik deelde feiten mee. Dhhrop vraag ik antwoord, of als men<br />

op-den-duur niet antwoorden durft, dan roep ik uwe hulp in,<br />

lezers, om lafhartige schelmen to verjagen, wier ,rustig" bezit<br />

*) Dit wachten op antwoord duurt thans ruim elf jaren! Dat die ellendeling<br />

zwygt, is natuurlyk . Hy durlt niet spreken. Ik vraag echter, wat men to<br />

denken hebbe van eene Natie die met dat zwygen genoegen neemt ? (1872)<br />

t) Brief aan den G . G. in ruste .<br />

§) Minnebrieven, blz . 106.


IDEEN VAN MULTATULI . 2<br />

8 3<br />

van onverdiend genot, de schande is van ieder die 't zwygend<br />

of werkeloos aanziet .<br />

Ik ben gewoon to schryven naar den indruk van 't oogenblik .<br />

Die gewoonte schynt zoo kwaad niet, wyl ik daaraan to danken<br />

heb een - trouwens niet begeerd - roempie van talent. Doch<br />

tevens kost my die gewoonte veel, want ze brengt me6, dat ontstemming<br />

me sprakeloos maakt .<br />

Ik corrigeerde deter dagen den herdruk van : Wys my de plaats,<br />

van de Minnebrieven, en van andere dingen die sedert tang waren<br />

uitverkocht . Die arbeid -- correctie is een arbeid, dhh.r hoort<br />

talent toe, waarachtig ! - die bezigheid stoorde my, en bedierf<br />

myn indrukken . ,Hoe," dacht ik telkens, dat schreef ik in 1861,<br />

62, en nog is die toestand onveranderd ? Cook die uiting myner<br />

ziel was te-vergeefs ? Ook dat bewys bleek krachteloos tegenover<br />

onwil en traagheid ? Zeker, ik zie geen kans ors duidelyker<br />

to schryven, en vuriger to zoeken naar waarheid, nu ernstiger<br />

aantedringen op recht ! En wanneer het toes niet gebaat heeft,<br />

zal 't dan than' bates, nu ik door eenige jaren lydens langer,<br />

voorzeker niet krachtiger ben geworden van bevatting, niet<br />

helderder van inzicht, niet scherper van uitdrukking<br />

Ik moest neen zeggen op die vragen, ficzers , ! Moedeloos en hitter<br />

wierp ik na 521, de Wou,,jli , i,, -gescliie(io-Tiis ter-zyde, en dwong<br />

my de 6popee to vergeten, waarin ik u den stryd schetsen wilde<br />

van het 7oede in den mensch tegen de boosheid, den reuzenstryd<br />

van ware heilige pokie tegen 't leugenproza dat ons de wereld<br />

voor waarheid geeft . En ik nan-i my voor, u toeteroepen : voleindigt,<br />

gyzelf de schets die ik begon, of zoekt daarvoor mannen<br />

van talent, - zoo-als ge slat noenit ! - en betaalt ze daarvoor,<br />

en beproeft of 't mogelyk is, voor uw geld de of verkinor to verlcrygeii,<br />

van de schildery die ik opzette zonder talent, en gedrevon<br />

alleen door een hart dat ,N, ,, aarheid zoekt, .<br />

.lien hart dat -,v, aarheid zoekt ? Ja ! Weten, I)eminnen, yeven . . .<br />

, 't is alles verw .,mt. 1k kon riot voortscl)ryv(_, n aan WOUTER's<br />

geschiedenis, onidat ik u niet lie/had na tie la,uwheiet waarmee<br />

gy aanzaagt hoe ik gemarteld werd in ongelyken stryd . Ik<br />

1,-.on nier voortsefiryven omdat ik, overheerscht door bitterheid-,<br />

niet meer wit hoe zich ` eon mensenhaxt ontwikkelt niet een<br />

kuacht die cle Nvanden tutzet der al to nauwe onigeving . 1k kon<br />

niet vooftschryven eindejyk, omdat ik, vcr,)nh, , , ,, aardigd, geem aanaand-t.-<br />

an , voelde tot yurcit.<br />

En ik '(role me brag i -, l nipelf, et) zoclit afleiding, --<br />

"wj van sniaalc en zcd( , 1( - os a1s, ik ben, 1: ; , iw iskundigc Ocfc-<br />

I ., 1well, lily - is liefistill PGWZW1 . Zoo ' i ly'a, seen ] .-~ ;ek, zoo'n cii -klel<br />

5 ) I )eii indruk di,~it nu -- --eveit jai ti later ;~N--r ! 1wt, iialezeiz ii pier<br />

werkeij, by (to correetie voor (1c , ineuwe Iiit,gaA', op in in ;-,At, g,-{<br />

., iii voorl_sva<br />

Ilet is al to bitter ! (18 72)


2 8 4<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

zoo'n inhoud . . . dat alles bedriegt niet . Telkens knikt me de<br />

de lieve Natuur toe, uit haar tempel der waarheid, als wilde zy zeggen<br />

: ziet ge wel, hoe ik altyd, overal, in alles myzelf gelyk blyf<br />

Zoek maar, zoek maar . . . nergens vindt gy de minste afwyking<br />

van myn onveranderlyke wetten, voorgeschreven door de NOOD-<br />

Z AKELYKHEID . Maar ge zyt my daarvoor noch aanbidding schuldig,<br />

noch dank, want ik zou niet anders kunnen wezen, dan ik<br />

ben. Ook ben ik niet aldus om uwentwil, noch om-den-wille van<br />

iemand of lets . IK BEN DIE IS, EN WAS, EN WEZEN ZAL, de<br />

eeuwige onomstootelyke waarheid . * )<br />

Zoo hoorde ik de Natuur spreken, en het verzachte m'n indrukken.<br />

Niet genoeg evenwel, orn eenige noten to kunnen binnen<br />

houden, die nu de nieuwe uitgave bezwaren van : Wys my<br />

de plaats, van de Japansche gesprekken, van de Minnebrieven<br />

en van 't bundeltje Verspreide Stukken dat deter dagen verschenen<br />

is,<br />

Maar eindelyk toch herstelde ik my genoeg, om nog-eens to<br />

trachten u optewekken uit den slaap, waarin gy zyt neergezonken.<br />

Nog-eens wil ik nasporen of dan de WAARHEID alleen in<br />

lynen of hoeveelheden zich openbaart, en of ze, wel gezocht, niet<br />

tevens zou to vinden zyn in de harten der menschen . Intusschen<br />

zal ik voortgaan, als-of ik niet wanhoopte . . . .<br />

529 . Ik vond onlangs een<br />

nicuw bewys voor de Stelling van<br />

PYTHAGORAS . Hier is het. Door,<br />

ale op nevenstaand voorbeeld,<br />

zes driehoeken to construeeren<br />

- ieder gelyk aan den gegeven<br />

reehthoekigen driehoek - verkrygt<br />

men twee gelyke kwadraten,<br />

A B en C D. i) Ale men van<br />

elk d ezer f iguren vier driehoeken . ;<br />

of trekt, bewyst de gelykheid van<br />

't overschot aan weerszy, wat er to bewyzen was .<br />

Eenvoudiger kan het niet, dunkt me . Na dit bewys e vonden<br />

*) Ter nadere verklaring van dit godsbegrip zoiider god, lette men op do<br />

meermalen aangehaalde stukken in den Jun bundel, over de Schepping,<br />

en de eeuwige waarheid van het zv . , , die evenmin een begin kan gehad hebben,<br />

als ze afhankelyk wezen kon van de willekeur eens "Scheppers" . Zonderling<br />

blyf t het, dat men tegenwoordig vry algemeen de onmogelykheid<br />

der vernietiging van de stof begrypt, en toch vasthoudt aan 't even on,<br />

gerymde ,scheppen uit niets ." Het spreekt overigens vanzelf, dat de hi lr-endaar<br />

verspreide beschouwi.ngen over dit onderwerp, in nauw verband met elkander<br />

staan . Zie byv . 164 en volgende nurnmers . (1872)<br />

1') Volgenls 't postulaat, zyn do zyden onderling gelyk, en de hotekeim recht .


IDEEN VAN MULTATULL 285<br />

Ito hebben, vernam ik, dat er eeii wei-kie bestond, v, ,- aarin dit onderwerp<br />

word behandeld . Ik schafte my dat boekjen aan *) en<br />

vond er myn demonstratie niet in. Ook meen ik dat geen der<br />

daarin voorkomende bewyzen, zoo aanschouwelyk en helder is<br />

als, 't myne . Wie beweren mocht, dat het reeds vroeger was gevonden,<br />

zou me verplichten met de opgave waar 't gepubliceerd<br />

is ? t) Professor HOFMANN kende 't niet, en ook STROOTTATAN zou er<br />

wel melding van gemaakt hebben, als 't hem bekend ware geweest .<br />

HOFMANN schy , nt een speciale studie to hebben gemaakt zoowel<br />

van de propositie zelve, als van de litteratutir over dit onderwerp .<br />

Ik hoop, dat iemand vragen zal, welk nut het heeft to zoeken<br />

iiaar eenvoudiger bevfyzen voor 'n bekende AN,aarheid ? Dit streven<br />

leidt tot helderheid . van opvatting, en gewent ons aan duidelyke<br />

voorstelling . ,Bg,*en poser une question, c'est presqttelaHsoudre<br />

." Dit geldt zoo -e1 in menskunde, moraal, politiek, enz . als<br />

hi de eigenlyk gezegde wiskunde . De Natuur kent al die ondere,eheidin,czen<br />

niet . Zy streeft - onbewust - met 66n middel naar<br />

6.6a doef, en er is verband tusschen de helderheid van myn bewys<br />

voor de stelling van PYTHAGORAS, en de eenvoudigheid der geloofsbelydenis,<br />

die ik neerlegde in de vertelling over LYSTERMAN-<br />

N ETJE.<br />

-De leerlingachtige verdeefing in verschillende soort van kundev,<br />

in logidn, is 'n gevolg onzer kleinheid, die niet in-staat is alles<br />

te-gelyk to on-tvatten. Wy ontleden, waar de Natuur samenvat<br />

en spellen wat zy schryft . (491) Nu, schande is 't niet, dat wy<br />

door spellen tot lezen moeten komen . Maar 't is van belang to<br />

onthouden, dat ons spellen geen lezen is .<br />

530. Wat zou de, Natuur ons uitlachon, a-Is ze bewustzyn had<br />

van onze verdeelwoede. Om iets to verklaren van de `vyze, waarop<br />

(11011 plant groeit, hebben -vvy wiskunde noodig, en meteorologie,<br />

en chemie, en botanie, en statica, en dinamica, en allerlei in ons<br />

oog onderscheidene wetenschappen . Het is nagenoeg, alsof wy<br />

oin 'n woord to lezen, zooveel professors moeten raadplegen als<br />

t woord letters heeft .<br />

Daarvan weet de Natuur niets . De noodzakelykheid bewerkt<br />

heel ongeleerd - de aanhechting der deelen, niet volgens weten-<br />

,soliappelyke regels, maar op 'n wyze, die ons in-staat stelt naar<br />

(le inaat van ons ivaarnemiiigsvermogen, uit het gebeurde onze<br />

Dat de figuren k B en ( .' D inderdaad vier zyden hebbeu, en niet nicer, wordt<br />

hieruit bewezen, dat overal de tegen die zyden aanliggende hoeken twee<br />

rechte uitmaken . (1865)<br />

") De 47e Propositie van EUCLIDEs door J . J . 1 . HOFFMANN, hoogleeraar<br />

in de wiskimde to Aschaffenburg, verta,ild door T1 . STROOTAIANITNT, lector in de<br />

v4skundc, aan de milita "c akademie le BREDA . (1865)<br />

T) Niemand heeft, my de prioriteit, betwist . (1872)


2 8 6 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

opmerkingen to waken, en deze - altyd onvolledige ! opmerkingen<br />

to regelen tot gebrekkige wetenschap .<br />

De Natuur handelt, zoo-als een yolk z'n taal spreekt . Van<br />

' Ii man sprekende, zeide men : hy, van eene vrouw : zy, van 'n<br />

kind : het, voor iemand er aan dacht de woorden der taal to verdeelen<br />

in mannelyke, vrouwlyke of onzydige . De scoliast moet<br />

daaruit z'n taalkunde putten, en niet omgekeerd . Waarschynlyk<br />

heeft CICERO nooit gehoord van 'n ablatives absolutes, en misschien<br />

had-i verlegen gestaan, als men hem had gevraagd naar<br />

gerundia. Hy gebruikte die dingen, waar-i ze noodig had, zonder<br />

daarby modellen to volgen, noch to voorzien dat-i modellen leveren<br />

zou aan Vosslus, vervelender gedachtenis .<br />

Nooit gelastte iemand de byen, haar celletjes to begrenzen met<br />

zeszydige vlakken . De eisch der dingen brengt dien vorm mode .<br />

Elke bol zal zich voegen tot den sexaeder, wanneer-i rond-om gelyke<br />

drukking ondergaat van aan hem gelyke bollen . *) Een<br />

honigby, alleen werkende, zou haar celletje tot 'n bolvormige<br />

ruimte maken, tot den vorm n amelyk, dien alle voorwerpen en<br />

grenzen van ruimte aannemen, indien er geen reden bestaat tot<br />

afwyking. Daar nu echter de buurtj es der honingby - indien<br />

ook zy alleen werkten - dienzelfden vorm zouden geven aan hare<br />

celletj es, moet het kamertj e begrensd worden door zeszydige wanden,<br />

als resultante vorm der wederzydsche bemoeienis . Een<br />

*) Ik heb me pier onjuist uitgedrukt. Een sexaeder zou de kubus zyn,<br />

daar dit lichaam tusschen zes gelyke vlakken begrensd ligt . Gelyk uit bet<br />

vervolg van den tekst blykt, had hier behooren to staan : elke bol zal streven<br />

naar den norm van een lichaam dat door zeszydige vlakken begrensd is,<br />

zoo ra by rond-om gelyke drukking ondergaat van bollen die aan hem gelyk zyn .<br />

Deze correctie is te-meer noodzakelyk, oindat het woord „streven" hier<br />

niat kan gemist worden . Het spreekt vanzelf, dat de zyden der zeshoeken,<br />

elkander nooit raken, en dat het materiaal voor de verbindingshoeken niet<br />

anders dan hol kan afgepleisterd zyn .<br />

Wanneer men de klei waarmee de byen werken, wegdenkt, en tevens<br />

de noodzakelykheid om gangen open to houden, zouden we tot een geheel<br />

adder resultaat komen . Maar onze kleine werklui construeeren niet met<br />

op-et cone niathematische figuur . Ze laten hun arbeid afhangen van de gegevens,<br />

en doen wat ze kunnen, d . i . moeten.<br />

Ilet verschil byv. tusschen de twaalf regelmatige vy/hoeken die wy noodig<br />

liebben tot het construeeren van den dodelcaeder, en de zeszydige vlakken<br />

waarmee de byen zich vergenoegen, ligt in de voor haar bestaande onmogelykheid<br />

om de stof wegtecyferen. De cellen worden door ribben en wanden<br />

begrensd en niet door denkbeeldige lynen .<br />

Het spreekt van zelf, dat ik in doze geheele redeneering doel op den vorm<br />

van 't byenwerk . her zyn korven waarin ze zoo dikwyls warden gestoord<br />

door bykomende omstandigheden, dat men soms moeite heeft, daarin het<br />

door de Natuur der za .ak gevorderd streven optemerken . Hier, gelyk elders,<br />

bestaat de regel vaak in aauihoudcuide of wyking . Maar ook die afwyking<br />

heeft steeds een even logische reden van bestaan als de reden zelf. (1872)


[DEEN STAN MULTA.TTULI . X87<br />

(lenker, die nooit, gehoord had van den vori .n. Bier eellen, zoti (ia,,,),I- .<br />

toe kunnen besluiten uit den aard der dingen .<br />

En zelfs wie niet hoadt, van gezet nadenken, heeft moeite om<br />

onkundig to blyven . Telkens geeft ons de Natuur stalen der goederen<br />

uit haar oneindig magazyn . Maar men zoeke die niet - of niet<br />

uitsluitend althans - in zoogenaamd geleerde voorstellingen .<br />

Veelal is niets onwysgeeriger, dan Ai, at wy geleerdheid noemen .<br />

Om byv . de noodzakelykheid van den norm der byencelletjes<br />

to begrypen, lette men op den kring, die gevormd wordt door<br />

zes gelyke bollen -- oranje-appels, knikkers, biljartballen -<br />

welke een zevenden bol, aan de anderen gelyk in grootte, insluiten<br />

. Men vrage zich af, welken vorm de middelste zou aannnemen,<br />

indien by - by gelyke samendrukbaarheid - aan alle kanten,<br />

gelyke drukking onderging ? De horizontaalsnede door 't middelpunt<br />

van den middelsten bol, zal noodzakelyk een regelmatigen<br />

zeshoek opleveren .<br />

Alweder is hier, als in de cellen der byen, en overal, geen plaats<br />

voor den wil van een god . Die wil toch zou strooken met den eisch<br />

der dingen en dan door overbodigheid ongeryind zyn, of by zou<br />

indruischen tegen den eisch, en ongeryind wezen door onmogetyk-heid.<br />

Q . E . D ., als in 't voorstel van PYTHAGORAS .<br />

Ik noodig alle geloovers uit, zoodra mogelyk eens een kwartiertje<br />

van hun bid- of preektyd to besteden aan 't weerleggen van dit<br />

dilemma .<br />

531 . Wie 't eerst stelt, moet het eerst bewyzen. Dit is een<br />

gulden regel, en de ontkenner zou met de eenvoudige betuiging<br />

van z'n ongeloof kunnen volstaan, tot op den oogenblik, dat het<br />

bestaan der dingen die by ontkent, aangetoond ware door hen<br />

die 't vaststellen en voortplanten . Men kan van den atheist niet<br />

vorderen, dat by 't niet bestaan van een god bewyze . Toch heb ik<br />

dit naar ik meen, in 't vorig nummer gedaan . *)<br />

Maar zy die niet deden wat van hen wel kon gevorderd worden,<br />

voelen zy nu niet, voor de eer van hun geloof, voor den duur ,<br />

van den welstand waarin zy zich verheugen door dat geloof, voelen<br />

zy nu niet eenigen prikkel om 't onverplicht gegeven beivys,<br />

tegen het bestaan van hunnen god to ontzenuiven ? Om 't aan-<br />

*) En op veel plaatsen meer ! Naar aanleiding van dat alles, eene vraag :<br />

waarom geeft men zich zooveel moeite tot het verspreiden van godsdienst<br />

in verre landen, terwyl men myne beweringen onwederlegd laat ? Myne<br />

werken worden veel gelezen, en zaaien ongelool . Door my uit het veld to<br />

slaan, zou men het godsryk nicer bevoordeelen, dan door het doopen van<br />

duizenden en duizenden Alfoeren . Het jonge geslacht heeft er recht op,<br />

dat z'n voorgangers bewys geven van de levenskracht hunner stellingen .<br />

Lien de heeren niet in dat hun zwygen zeer compromittant is voor 't Geloof<br />

? (1872)


28 8<br />

IDEEN VAN MULTATULIL<br />

tetasten althans ? Zyn ze -- als VAN TWIST -- bevreesd voter den<br />

schyn van partydigheid ?<br />

Zeker, zeker, sommige geloovers zullen zeer partydig schynen,<br />

indien ze party-trekken voor een god waaraan ze - ten koste<br />

van velen altoos ! - zooveel to danken hebben . Maar ik v ind,<br />

ze moesten lien schyn nu eens trotseeren . ,Schelmery in ruste"<br />

moge makkelyk zyn, eervol is zy niet .<br />

532 . Na 't uitgeven van 't voorgaande blad dezer IDEEN, heb<br />

ik gewacht. Betuigingen van sympathie ontving ik vele . Bewyzen,<br />

weinig. En ik ben moedeloos. Niet omtrent het eindelyk slagen,<br />

maar over het slagen op deze wyze .<br />

Onder dat wachten heb ik nag eenige wiskundige waarheden<br />

ontdekt - over de eigenschappen der dusgenoemd-identieke vergelykingen<br />

en der kwadraatgetallen - of liever ik heb middel<br />

gevonden om bekende waarheden helderder voortestellen . Gaarne<br />

zou ik my belast zien met het onderricht in mathesis en algebra,<br />

maar ik heb geen loisir . De noodzakelykheid dryft my den anderen<br />

weg op . Er is verrotting in den Staat, en ik mag niet toegeven<br />

in de begeerte om meetewerken tot het populariseeren van<br />

exacte wetenschappen, zoolang er zooveel onj uuste denkbeelden<br />

worden verspreid, die op ander terrein in den weg staan van beschaving,<br />

welvaart, volksgeluk .<br />

Op ander terrein ? Neen ! De kennis die tot het goede leidt,<br />

vordert evenzeer nauwsluitende syllogismen en strenge conclusion,<br />

als de studie der wiskunde . 't Is valsche beschaving, verdraaide<br />

wetenschap, gehuichelde welmeenendheid, die de waarheid, op<br />

welk terrein dan ook, zou willen laten afhangen van onbegrepen<br />

inductie . Wie er zegt : ,dat gaat boven 't begrip der menigte"<br />

liegt. Hy bewyst alleen, dat by zelf niet de gaaf heeft - of den<br />

wil ! - om de behandelde zaak to brengen onder 't begrip van<br />

't algemeen . Niets is ingewikkeld . Het verschil der moeilykheid<br />

van opgegeven vraagstukken, ligt alleen in de lengte van den weg<br />

dien men heeft of to leggen van grondstelling tot besluit . Er is<br />

niet meer begrip noodig tot het vatten der waarheid dat 2 X 2 X 2<br />

= 8 is, dan dat 2 X 2 gelyk is aan vier . De toeleg der volksbedervers<br />

- ministers, kamerleden, dominees, speculanten - bestaat<br />

in het afschrikken van onderzoek, en de traagheid der menigte<br />

doet dien toeleg gelukken .<br />

't Is gemakkelyker toe to zien hoe de man die waarheid zoekt<br />

gesmoord wordt, dan met hem den weg langs de gaan, waarop by<br />

de waarheid trachtte to bereiken . (406) Het blyft de vraag evenwel<br />

of de traagheid van heden niet eenmaal - misschien weldra -<br />

de bittere erkentenis zal na zich slepen, dat het beter ware geweest<br />

zich by-tyds intespannen, dan to wachten tot het oogenblik,<br />

waarop de logica der feiten zich belasten zal met de straf der<br />

achteloosheid .


IDEEN VAN MULTATULL 289<br />

533 . Ieder weet, dat myn bitterheid over den toestand van ons<br />

Volk zich niet bepaalt by de zaken in lndie . Na de Havelaarsgeschiedenis,<br />

myn punt van uitgang, zag ik weldra in, dat de grond<br />

dieper lag, dan in de luiheid en gewetenloosheid van phchtvergeten<br />

gouverneurs-generaal. Achter zoo'n ellendigen VAN TWIST<br />

zat een minister. Achter zoo'n minister zat een Tweede-Kamer,<br />

ja . . . . zelfs'n Eerste. Wat zoo'n Eerste-Kamer beduidt, is onlangs<br />

gebleken, toen DUYMAER VAN TWIST daarin onverhinderd zitting<br />

nam . Niemand drong den man ter deure uit. Niemand schaamde<br />

zich plaats to nemen naast den medeplichtige aan zooveel roof,<br />

naast den moordenaar van z66veel SAIDJAH'S.<br />

En achter de beide Kamers, zit, staat, ligt - of kruipt, als<br />

ge wilt - het Volk, het Nederlandsche Volk!<br />

Dat Volk moet dus worden aangesproken . En ik heb 't gedaan.<br />

,Met succes" zeggen de boekverkoopers, die bestellingen<br />

aannamen op m'n IDEEN.<br />

Myn oordeel over dat,,succes" is anders . Ware 't my to doen om<br />

opgang, om schryversroem, ik zou reden tot tevredenheid hebben .<br />

Maar dit succes walgt me, en meermalen was myn zwygen een<br />

gevolg van wrevel over onbekookte toejuiching . Als PARABEL in<br />

79, rukte ik meermalen myn kind het jurkjen af, het,,valsche<br />

jurkje, dat de aandacht wegstal" . Ik wilde niet geprezen worden<br />

om den tooi der waarheid, ik die toch getoond had de waarheid<br />

zelve boven alles to schatten . Meent men dat ik welvaart, huiselyk<br />

geluk, myn toekomt, het geluk der mynen, alles opofferde<br />

om 't Nederlandsche Volk to trakteeren op 'n ,,mooi boek ?" Om<br />

't pleizier van vertellen ? Eilieve, wie geen menskunde genoeg<br />

bezit, om het tegendeel to ontwaren uit de feiten zelf, by lette<br />

op de dagteekening dier feiten . Ik was veertig jaren oud, toen ik<br />

myn mooi-schryvery vertoonde aan PUBLIEK . Dat ik zoo byzonder<br />

mooi schryven kon, wist ik al vyf-en-twintig jaren vroeger,<br />

en reeds toen, als jongeling, als kind byna, stuitte het<br />

my daarvan gebruik to maken. Ik had to veel hart, om de indrukken<br />

die ons maken tot dichter en wysgeer tevens, to vertoonen<br />

op de laffe kermis der menschelyke dwaasheden . Dat behoorde<br />

myner omgeving, meende ik . Ik zeide dit alles reeds in<br />

den Vry-Arbeid. ,En," volgt daar :<br />

,,En bovendien, zelfs nh myne ontmoetingen to LEBAK, had ik<br />

een doorslaand bewys gegeven, dat het my niet to doen was om<br />

bc-roering of schandaal, en vooral niet om effect van schryvery<br />

m ,,,ar om herstel van grieven alleen . Myn voorganger was, om to<br />

vo )rkomen, dat by zyn plicht deed, vermoord in November 1855 .<br />

Morn mislukte pogingen om den gouverneur-generaal DUYMAER<br />

VAN TWIST aan to sporen tot vervulling van zyn plicht, dateeren<br />

van den aanvang des jaars 1858 . De Max Havelaar, het agi.<br />

tante boek, verscheen in Mei 60.<br />

1)at zyn sprekende datums . Daar liggen vier voile jaren tusschen<br />

IDEEN IL 19


290<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

de voorvallen to LEBAK, en den oogenblik waarop ik de natie uitnoodigde<br />

inzage to nemen van de wyze waarop zy gerepresenteerd<br />

wordt in Indie .<br />

Myne mislukte pogingen om VAN TWIST to bewegen tot het<br />

vervullen van z'n plicht ! De brief waarin ik dit beproefde, is<br />

herhaaldelyk gepubliceerd, nadat ik weder ruim twee j aren to<br />

vergeefs had gewacht op antwoord. Weer moet ik daaromtrent<br />

iets aanhalen uit den VRY-ARBEID<br />

,,Nog herinner ik my hoe zwaar 't my viel, het papier to bekomen<br />

tot het schryven van dien brief, en een plaatsje waar ik<br />

zitten zou '! En toch was weer alle moeite to vergeefs . De man<br />

heef t niet geantwoord. Dat is zyn zaak .<br />

Maar myn zaak is het, to wyzen op den datum van dien brief . Ik<br />

schreef dien in Januari 1858, dus byna twee jaren na myn vertrek<br />

uit LEBAK. Is die dagteekening niet een bewys, dat het doel met<br />

het handhaven van recht, niet was het maker van een naam ?<br />

En na dien brief wachtte ik weer twee j aren, voor ik den Havelaar<br />

schreef. Ik was lang geperst, lang had ik getracht verbe .<br />

tering aan to brengen, zonder schandaal . Lang had ik beproef d op<br />

andere wyze myn gezin to bewaren voor hongersnood, voor ik een<br />

beroep deed op de rechtvaardigheid van Koning en Natie . Ja zelfs<br />

toen Max Havelaar reeds geschreven, reeds gedeeltelyk gedrukt<br />

was heb ik my gewend tot den Koning, met verzoek om herstel .<br />

Zelfs toen nog, als deze had kunnen goedvinden, verbetering to<br />

brengen in den ellendigen toestand van Indie, had ik myn boek<br />

verbrand.<br />

Ik vraag daarin niets voor myzelf . * )<br />

Maar ook de Koning kon niet besluiten krachtig in to grypentin<br />

't weefsel van leugens en bedrog dat den Nederlandschen naam<br />

eerlang maken zal tot een walging der volken . Ik meen toch, dat<br />

ingrypen een heerlyke roeping zou geweest zyn voor een Koning .<br />

En eerst na lang wachten op dat antwoord, na de volkomen<br />

zekerheid, dat dit antwoord niet komen zou, verscheen in Mei<br />

1860, dat boek over de Koffiveilingen, dat, naar de uitdrukking<br />

van 'n lid der Kamer, een rilling deed gaan door het land .<br />

Dit was zoo . Er is inderdaad door 't land een rilling gegaan .<br />

Maar wanneer ? In 1860 . Dat is vier jaren nadat ik arm en onmachtig<br />

LEBAK verliet met vrouw en kind.<br />

Als een geduldige Javaan heb ik my vier jaren laten mishandelen<br />

. Vier j aren had ik van-dag tot-dag gestreden met kommer van<br />

heden, met angst voor morgen, voor ik die rilling opwekte . Vier<br />

j aren lang was SJAALMAN bespot en gesard door DROOGSTOPPEL,<br />

voor MULTATULI Havelaar's party tegen dien DROOGSTOPPEL,<br />

opnam .<br />

#) Ik heb de my daarop gedane aanhieding tot plaatsing in West-Indie<br />

- ik meen als Gouverneur van St . Martin - van de hand gewezen. (1865)


IDEEN VAN MVLTATULI . 2 9 1<br />

Zou ik zoolang gewacht hebben, als 't my ware to doen geweest<br />

om opgang ?"<br />

Ja, dit vraag ik nog . Maar ik vraag niet meer als toen . By 't<br />

naslaan van den Vry-Arbeid, komt het me voor, dat ik toen nog<br />

waarde hechtte aan betoog, redeneering, bewys . Thans niet meer,<br />

Nederlanders.<br />

,,Et pourquoi parlez-vous done ? vraagde men aan EMILE DE<br />

GIRARDIN, toen by op een internationaal Congres betoogde, dat<br />

de invloed van schryven en spreken gewoonlyk niet zoo groot is,<br />

als men meent, of we], dat die invloed in 't geheel niet bestaat .<br />

Waarom ik spreek ? Och. m'n uitgever, wilde gaarne dezen bundel<br />

IDEEN afgesloten zien voor 't einde des jaars . En . . . . nog<br />

iets . Al ben ik 't eens met EMILE DE GIRARDIN, dat schryven en<br />

spreken niet den dadelyken invloed heef t, dien men gewoonlyk<br />

daaraan toekent, toch blyf t het mogelyk, dat later die invloed zich<br />

openbaart . Ook zyn er schryvers en sprekers, die kinderen hebben,<br />

en zich genoopt voelen tot verantwoording,als deze later zullen<br />

nasporen, waarom hun vader niet slaagde in zyn pogen . * )<br />

Ik zou meer moeten schryven dan me nu lust, als ik een overzicht<br />

wilde geven van 't effect myner schryvery . Den opgang als<br />

litteratuur-product geheel ter zyde stellende - daaraan hecht<br />

*) Over het geheel loop ik niet hoog met, fransche publicisten . Hunne<br />

articles rieken gewoonlyk naar besteld werk, zyzelf die 't schryven tot 'n<br />

ambacht mnakten, verstaan liet metier niet goed genoeg om 't ambachtetelyke<br />

daarvan to verbergen . Onze krantenschryver,s - voor zooverre zy zich<br />

niet gemakshalve bezighouden met verminkend vertalen - gaan denzelfden<br />

weg op.<br />

Ik laat nu in 't midden, of myn oordeel over de fransche dagbladmannen<br />

van voile toepassing kan geacht worden op EMILE 1)T,,, GIRARmE . Zeker is<br />

het, dat deze publicist rneermalen denkbeelden voor-den-dag brengt die<br />

aanbeveling verdienden . Ik ben byv . geheel van zyne meening, dat alle<br />

belernmering der vryheid van drukpers behoort to worden opgeheven .<br />

Elke preventieve of repressieve bepaling zet aan laakbare publication een<br />

gewicht by, dat ze niet zouden hebben zonder de bemoeienis van den Wetgever<br />

. Met zekere handigheid, welker meat of gehalte waarlyk niet uitstekend<br />

behoeft to wezen, sluipt thans het kwaadaardigst redacteurtje door de<br />

mazen van de Wet been, en dan wordt hem de landigheid in zekere kringen<br />

nog aangerekend als talent ! Niets werkt den laster zoo in de hand,<br />

als bepalingen tegen laster . Door 't afschaff en daarvan, wonnen wy bovendien<br />

de fatale pers-processen uit, die joist bet schandaal teweegbrengen,<br />

dat zy heeten to bestryden . Het natuurlyk tegengif tegen 't misbruiken<br />

der pers, ligt in (le pers zelf. Ook nit een staatkundig en dynastiek oogpunt,<br />

is volle vryheid van drukpers het beste middel oni eene ondermynende oppositie<br />

to fnuiken. Men zoude daarby slecht,s cone soort van lieden benadeelen,<br />

hen namelyk die thans de strafwet ontduiken . Het goat hiermee ale islet<br />

srnoh kelaars dien 't niet aangenaarn wezen zou, de Inkomende-Rechten<br />

afgeschaf t to zien .<br />

Wat overigens den laster aangaat, uit de opschriften der stukken in<br />

SJAAL1IIANS pak is to zien, dat ik reeds zeer vele jaren geleden, over dit onderwerp<br />

dacht ale heeen. (1872)


292<br />

IDEEN VAN MULTATULI.<br />

ik geen waarde - zou ik misschien evenzeer stof vinden om<br />

GIRARDIN' S beweren to staven, als om 't to bestryden .<br />

Zekerlyk heeft myn schryven invloed uitgeoefend, en als bewys<br />

niemand noemt my . Er bestaat een touchante eensgezindheid in 't<br />

vermyden van myn naam, en onze Lieve-heer die zoo bang was,<br />

dat men hem „iedelyk" noemen zou, kon tevreden wezen, wanneer<br />

men hem zoo eerbiedig ignoreerde als my . Ik moet bekennen, dat<br />

het me styft in m'n bekenden hoogmoed, zoo'n algemeene anaesthesia<br />

to hebben verwekt . Als ik krankzinnig word, zal 't zeker<br />

wezen, met de idiosyncrasie dat ik Behemotten schep, en 's namiddags<br />

my verinaak met donderen en wetgeven op SINAI .<br />

Dedain, dat zwygen ? Minachting, dat verzwygen van myn<br />

naam ? Waarlyk niet ? Een tooneelstuk, dat ik schreef in 1843,<br />

wordt alom behandeld, beoordeeld, gelaakt, toegejuicht . Dat<br />

durft men aan . . . . zoo'n spelery uit m'n jeugd ! Als er wat to<br />

minachten viel, ware 't zoo-iets *) Moet ik dus niet het zwygen over<br />

De gronden van rnyn ongunstig oordeel over De braid daarboven, worden<br />

vry uitvoerig behandeld in bet Naschri f t by de jongste uitgave van dat<br />

stuk . (Amst . by G. L . Funke.) Tusschen dit Naschri f t en bet drama zelf<br />

ligt . . . . een dertigj arig drama, welks invloed op de zienswyze en levensopvatting<br />

van den auteur, niet to miskennen is, en gewis belangryk zou<br />

voorkornen aan een eenigszins ontwikkeld Publiek . Ter handleiding van<br />

physiologen die wellicht later komen zullen, - na afloop namelyk der stupide<br />

periode van doodzwygen - meen ik de opmerking to moeten maken, dat bet<br />

belangryker wezen zal, naar aanleiding dier twee producten, punten van<br />

overeenkomst dan van verschil to zoeken, in den „levensgang" van den<br />

auteur . Ondanks alle wederwaardigheden, en in weerwil der schoolsche<br />

nuchterheid myner zoogenaamd literarische ontwikkeling in '42, zal men<br />

niet dikwyls iemand vinden die zoo gelyk bleef aan zichzelf, en zich zoo<br />

weinig liet afslyten door wryving .<br />

Dit valt nog meer in bet oog, wanneer men naast dat oude stuk, inverband<br />

met bet Naschri f t, de dezer dagen versehenen VORSTEly SCHOOL<br />

legt, een drama waarin, zonder 't minste ziekelyk element van overgevoel,<br />

en zonder de minste school vooral - er konit ter-nauwernood „liefde" in,<br />

en niet bet kleinste pistoolschotje ! - hooger drarnatische spanning bereikt<br />

wordt, dan gewoonlyk bet geval is in stukken die den toeschouwer vyf bedryven<br />

laten wachten op 't huwelyk van Toni en Froni, of op den tooneeligen<br />

dood eener heldin .<br />

In-weerwil nu van dit verschil, is de familie-gelykheid tussehen den sentimenteelen<br />

Holism en de flinke verstand .ig-gevoelige Louise, bewaard gebleven<br />

. Beiden streven, met terzyde-stelling van wat ook, naar 't goede . Dat<br />

Holm zich vergiste in den weg dien by daartoe moest inslaan, mag hem<br />

niet zoo by zonder kwaly k genomen worden door de velen die geen aandrang<br />

voelen dien weg to zoeken .<br />

En tusschen die beide stukken in, ligt Hav elaar, Ik bedoel nu 't boek<br />

niet, dat ge „mooi" vondt, lezer, ik bedoel Havelaars handelingen to Lebak,<br />

die ge niet „mooi" schynt to vinden . Anders toch zoudt ge geen party hebben<br />

getrokken voor Slymering en Droogstoppel . Van dat drama gesproken,<br />

ge weet toch wel, dat daarin de verradersrol wordt gespeeld door de Natie,<br />

waarvan gy lid zyt ? (1872)


IDEEN VAN MULTATULI . 293<br />

de vele andere onderwerpen die ik behandelde, toeschryven aan<br />

gepasten eerbied ? Ik ben zoo vry .<br />

Maar ik zou desnoods toegeven, dat die eerbied zeer na verwant<br />

is aan vrees .<br />

534 . Ik wil dat er een sprekend voorbeeld van then angst bewaard<br />

blyve . In October des vorigen j cars had ik, by de openbare<br />

zitting van het Internationaal Congres, my laten inschryven als<br />

redenaar over de vraag : „ Welken invloed de staathuishoudkunde<br />

had uitgeoe f end, en moest uitoe f even, op het bestuur van Kolonien ?<br />

Ik houd niet van congressen . (5, 6, 8, 9) En ik houd niet van<br />

redevoeringen. Het aanhooren van de speeches die gehouden waren,<br />

zoo in de sectien als in de generale byeenkomsten, versterkte<br />

myn tegenzin . Ik had dan ook niet zoozeer het woord gevraagd om<br />

iets to betoogen of to bewyzen, als om Nederland openlyk in<br />

staat van beschuldiging to stellen tegenover vreemdelingen . Dit<br />

zal ik weer doen zoodra 't my gelegen komt, en wie meenen<br />

rnocht, dat ik hier zondig tegen 't gevoel van Nationaliteit, bedenke,<br />

dat schelmachtige Nederlanders myne landgenooten niet<br />

zyn, en dat ik behoor tot do groote natie : Mensheid. Bovendien,<br />

lang genoeg heb ik den Nederlanders tyd gegeven hunne eer to redden<br />

. Nooit scheen 't hun de moeite waard zich daarover te bekommeren.<br />

't Zou dus zonderling wezen, 't schandvlekken eener bedorvon<br />

Natie tot misdaad to maken in my die juist my opofferde voor<br />

do eer van dat Volk. En nog zonderlinger is het, die beschuldiging to<br />

to hooren uiten door lieden die zich onbeschaamd vetmestten aan<br />

de schande die ik, ten koste van al wat ik bezat, voorkomen wilde . * )<br />

*) Dat begrip van nationaliteit wordt in ons landje zonderling opgevat .<br />

Zeker tydschrift prees den beer VAN ITOEVELL, omdat by de duitsche vertaling<br />

van z'n Slaven en f 'ryen, eeu woordje had mee gegeven, waarin by verkla<br />

.arde dat er sedert bet schryven van dat book zooveel verbeterd was .<br />

En dat had MULTATULT ook nioeten doer, by de Engelsche vertaling<br />

van den ,Ilavelaar !"<br />

Die eisch was zonderliug . her is hoegenaanid niets verbeterd. Er is op<br />

geen enkele grief achtgeslagen . Er is geen rcpt gedaan . Men heeft integendeel<br />

de kw,-- aal waarover ik klaagde, bestendigd door, tegen my, party to<br />

trekken voor DUYMAER VAN TWTST die 't knevelen van den Javaan in beschorming<br />

Dan, . En dan zou ik, die .nu sedert zooveol jaren te-vergeefs aandring<br />

op recht, den vreerndeling nioetein vent+Allen dat er iets verbeterd was !<br />

Wiit is verbeterd? WW -at kan verbeterd zyn, na do wvze waarop myne pogingeli<br />

door do laaghartigheid van 't Nederlandsche Volk verydeld werden ?<br />

Meent men dat bet onrecht in Indie Recht ge„-ordon is, omdat men in de<br />

Kamer zich heeft beziggehouden met<br />

Duitenplaatjes ?<br />

T'ryen-ll rbeid ?<br />

Coesignatie ?<br />

Kadcis!er ?<br />

A yrarische Wet ?<br />

Hervorming van 't bestuur in de Preanger ?


2 94 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

Ikzelf herinner me slechts zeer onvolkomen, wat ik op dat Congres<br />

gezegd heb. Myn eenig voornemen by 't bestygen der tribune,<br />

was den congresleden meetedeelen dat Nederland een roofstaat<br />

is, en zich wat z'n kolonien betreft, met staathuishoudkunde<br />

al zoo weinig bemoeit als de Dey van Algiers voor 1830 . Doch wel<br />

herinner ik my, dat myne woorden een storm te-weeg brachten,<br />

en dat ik telkens werd gestoord door gemor en gejuich . Gemor<br />

van de Hollanders die gaarne meezuigen aan „den a fgestroopten<br />

tepel van de Insulindische koe" maar boos worden als men hun in tegenwoordigheid<br />

van vreemden dat zuigen verwyt . Gejuich van de<br />

vreemdelingen, die er schik in hadden, de gemeene kramery<br />

van 'n troep gewapende epiciers tentoongesteld to zien in 't paleis<br />

van hun Koning . Hoe dit zy, er was veel beweging . Ik durf<br />

verklaren dat die dag de meest levendige dag was van 't Congres,<br />

en dat myne acte van beschuldiging het saillante punt uitmaakte<br />

der geschiedenis van then dag .<br />

Tot bewys haal ik hier een paar uittreksels aan, uit de verslagen<br />

van buitenlandsche couranten . Buitenlandsche, ja. Want<br />

de hollandsche verknoeiden de verslagen op j ammerlyke manier .<br />

Behouders zeiden dat ik de schuld wierp op liberalen . Deze beweerden<br />

dat ik 't bederf van Indie op rekening stelde van de behouders.<br />

Ze hadden gelyk van weerszy, als de Ambonsche pleiters<br />

in de Minnebrieven. Doch die treffende eenstemmigheid in<br />

't overkaatsen van schuld, maakt, de hollandsche krantenschryvery<br />

niet geschikter tot vraagbaak voor wie weten wil, hoe .'t<br />

eigenlyk toeging op 't Congres? Ziehier wat de Brusselsche Of/Ice de<br />

Publicite zeide over de zitting van then dag .<br />

,,Les Hollandais n'ont pas toujours ete froids au congres, et<br />

avec leurs hotes . Un jour, c'etait je crois le samedi, on toucha<br />

au regime colonial, et on parla de 1'Algerie et de Java. L'ironie<br />

de l'orateur francais qui critiquait le regime applique k l'Algerie,<br />

les amusa, mais lorsqu'un de leurs compatriotes, nature passionnee,<br />

ardente, pleine d'ascetisme, vint avec une eloquence toute<br />

de flamme, et une indignation redoutable, accuser la son pays<br />

devant 1'Europe, et demander justice pour les Javanais, leur orgueil<br />

offense eclata, et mille cris interrompirent l'orateur, qui<br />

pale, immobile, ne se laissa pas troubler par l'universelle clameur .<br />

Les Hollandais ne sont pas eloignes de croire qu'il a plus d'exaltation<br />

qu' it ne faut, *) mais j'entendais dire autour de moi qu'il<br />

Zoolang men niet met oprechtheid den kanker die ons teistert, by den<br />

naam durft noemen, is er aan geen genezing to denken, Ik zou dus een leugenaar<br />

zyn, -.Is ik verklaarde dat er iets verbeterd was . Wat de heer VAN<br />

IIOEVELL aan het Duitsche publiek heeft gelieven to vertellen, moge hyzelf<br />

verantwoorden . Is dit misschien de verbetering waarop by doelt, dat by<br />

Staatsraad geworden is ? (1872)<br />

*) Ik kan me levendig voorstellen hoe de fransche verslaggever met zoo'n


IDEEN VAN MULTATULI . 295<br />

a du genie, et que le livre que, sons le nom de MULTATUM, it<br />

a public sur la colonie de Java, est d'une grande puissance d'id6es<br />

et de style . 11 nous a fait voir en cette occasion que le flegme<br />

des Hollandais est semblable a la philosophic de FIGARO, imperturbable<br />

lorsqu'il s'agit d'autrui . On les a vus avec plaisir s'animer,<br />

s'exalter, et d6mentir d'un coup tout le myst6re de leur<br />

gravit6 . Apr6s tout, on connait 1' histoire politique des Provinces-<br />

I)raatje van "overdryving" is afgescheept . Dit is de gewone uitvlucht van<br />

inenschen die, tot brutale ontkenning to beschroonid, niet genoeg eerlykheid<br />

bezitten om rondborstig toetestemnion. Datzelfde, soort van yolk heeft,<br />

blykens 'n paar der volgei)de regels, tegenover den vreemdeling nog gebluft<br />

op myn ,genie" en op de ,inooiheid" van den Havelaar ?<br />

Ik heb nooit iets overdreven . Ik streef naar waarheid, en openbaar wat<br />

ik meen gevonden to hebben . Hieruit vloeit dan ook de onverbrekelyke<br />

harmonic voort, tusschen alles wat ik puhliceer, en die ook by de behandeling<br />

der schynbaar meest uiteenloopende onderwerpen bewaard blyft .<br />

Voelt men niet, dat onwaarheid - overdryving is onwaarheid ! - my m'n<br />

zoogenaamd talent kosten zou, dat alleen bestaat in een zeer zorgvuldig en<br />

vaak afmattend pogen om duidelijk voortestellen vat is, al geschiedt dit dan<br />

sorns tot vervelens toe ?<br />

En ook zy die voor artistieke of aesthetische gronden niet vatbaar zyn,<br />

konden weten dat ik - naar inyn beste weten altoos - (18) - de waarheid<br />

zeg . Hot getal dergenen die ik aantast, is legio . Zy allen hebben er belang<br />

by, mynen invloed to verlammen . En hoe zou dit beter kunnen geschieden<br />

- waarachtig, dal won de moeite van 't lasteren uit, dan door my to overtuigen<br />

van leugen ?<br />

Dit nu is nooit geschied, en zelfs niet dan by uitzondering beproefd . Nooit<br />

is een door my als leit voorgestelde zaak onwaar gemaakt . Wie anders meent,<br />

vertoone zich en spreke !<br />

De ,Oud-officier van het Indische Leger" die eenrnaal in den N . Rotterdammer<br />

beweerd had, dat ik in in'n Noy-eens Vrye-Arbeid op blz . 28, to<br />

onrechte VAN TWIST beschuldigde, de infamie der werving voor 't Indisch<br />

Leger weer to hebben ingevoerd, zweeg en zwygt na m'n repliek, gelyk<br />

VAN TWIST zelf, als 'n betrapte dief . Do loyauteit had toch gevorderd, naar<br />

ik meen, dat die ,Oud-Officier" na my openlyk eene onwaarheid to hebben<br />

ten laste gelegd, vergiffenis had gevraagd voor z'n onbekookte beschuldiging,<br />

nadat ik my de moeite gaf aantetoonen dat by zich vergiste .<br />

Wat het werven van inlandsche soldaten aangaat, ik heb slechts een deel,<br />

en wel 'n zeer accessoir deel intetrekken van do tegen VAN TWIST ingebrachte<br />

beschuldiging, namelyk : de hem al to goedig toegekende verlichtende omstandigheid<br />

van onkunde . Er blykt, juist uit hot geschryf van den ,011dofficier"<br />

dat de vrome landvoogd wist dat de wyze van werving der inlandsche<br />

soldaten op Java ,den toots der zedelvkheid niet kon doorstaan ."<br />

Dit zyn zyne woorden . In-weerwil daarvan heeft hyzelf die wyze van werving<br />

weder ingevoerd, en wel, -- zeer karakteristiek ! -- 1) y geheim besluit, nadat by<br />

in een publiek- stuk met de deug(lzaarnichfige, aischatring gepronkt had!<br />

Ik somineer hein, dit to mitl( , nnen .<br />

Als 'n bydrage ter beoordeeliiig onzer Volksvertegenwoordiging, diene<br />

dat er noch in de Tweede-Katner, iioch in do Eerste, opheldering over dit<br />

onderwerp gevraagd is, waaruit men zou mogeii bosluiten dat die beide<br />

Collegien - om met den braven VAN TWIST to sprekeii - ,den toots der,zedelykheid<br />

niet kunnen , doorstaan ." (1872)


29 6 IDEEN VAN MULTATULT .<br />

Unies, et ce n'est pas un peuple sans passion que celui qui a<br />

accompli la reforme, assassins DE WITT, et decapite BARNEVELD ."<br />

Tot dusverre de Office de Publicite . De Independance beige relateerde<br />

den indruk myner beschuldiging als volgt<br />

,,Tel est en resume le discours de Mr . VAN SoosT . Il avait eu<br />

des passages energiques. Ce n'etait que l'avant-coureur d'une<br />

des plus vives sorties que noun ayons j amais entendues dans les<br />

assemblees publiques, sortie qu'allait faire Mr . DOUWES DEKKER .<br />

Mr . DOUWES DEKKER a ete a Java. Il en est revenu profondement<br />

impressionne de la position faite aux Javanais . Son coeur,<br />

un cceur viril, saigne encore au souvenir de ce qu'il a vu . Il veut<br />

la reforme. Il l'a promise a ceux au nom de qui it parle . Il 1'a<br />

demandee au peuple, au gouvernement, au roi . Sa reclamation<br />

a des accents amers et fievreux ; sa voix tonne ; le reproche qu'il<br />

accentue, dechire : c'est un terrible orateur . Quel tableau it nous<br />

a fait de la misere des Javanais, et de 1' indifference du gouvernement<br />

! Que nous etions loin du flegme hollandais, et que de passions<br />

cette ,pre parole excitait dans l' auditoire .<br />

Cela a ete si loin que, son discours fini, un des membres du<br />

congres, Mr. DUMONCEAU, a demands que quelqu'un presentat<br />

la defense du gouvernement ."<br />

In 't voorbygaan stip ik aan, dat niemand die verdediging heeft<br />

op zich genomen . De Heer RocHussEN die aan de beurt lag om<br />

na my to spreken heeft niet geantwoord op myn beschuldigingen,<br />

en had zich dit ook niet tot taak gesteld . *) Een referendaris uit<br />

*) Den dag voor de zitting van 't Congres, bracht de beer ROCHUSSEN<br />

my een bezoek, en by die gelegenheid werd er tusschen ons vastgesteld,<br />

welke punten we zouden behandelen . Ik zoude myne grieven van algemeenen<br />

acrd aanroeren, waarby ik als punt van uitgang den Havelaar koos,<br />

en by nam zich voor, een financieel verslag to leveren, wat-i dan ook gedaan<br />

heeft . Er was dus Been kwestie van debat tusschen then oud-Gouverneur-<br />

Generaal, en my . Integendeel ! Van alle hooggeplaatste personen, was de<br />

heer ROCHUSSEN de eenige, die inderdaad hart had voor de Havelaarszaak .<br />

Ware by slechts een tiental jaren jonger geweest ! Met tranen in de oogen<br />

heeft-i my meermalen gezegd : ,Och, als ik dat alles vroeger geweten had !<br />

Maar 'n gouverneur-generaal wordt altyd bedrogen !"<br />

Dit is zeker, indien de Havelaar-geschiedenis onder hem ware voorgevallen,<br />

in-plaats van onder den ouderen ouwerwetschen styven VAN TWIST,<br />

die niets begreep dan wat-i gister en verleden week ook gezien had . . . .<br />

waarlyk, er zou recht gedaan zyn, en de crisis die Indie dreigt, ware tydig<br />

afgewend !<br />

De heer ROCHUSSEN had veel hart, en was inderdaad liberaal. Zelfs in z'n<br />

fouten lag soms iets beminnelyks, en menselyk waren ze altyd. Dit is zeker<br />

meer, dan men zou mogen zeggen van den vromen VAN TWIST, die heel in<br />

't geheim, dezelfde zielverkoopery tot stelsel verhief, welke by in 't openbaar<br />

„als strydig met de zedelykheid" had afgeschaf t . Toch is die man een steunpilaar<br />

van 't liberalismus, en de heer ROCHUSSEN most voor 'n achterlyke behouder<br />

doorgaan ! Waarlyk, dat party-geknoei maakt de lieden idioot ! (1872)


IDEEN VAN MULTATULL 297<br />

den Haag vraagde het woord, en stelde voor, stamelend van drift,<br />

de door my geopperde grieven te . . . . onderzoeken . Nu, dit wordt<br />

tyd vind ik . En ook het Congres vond dat die tyd al lang voorby<br />

was. Doch dit alles is hier nu de vraag niet : ik wilde een afdoend<br />

bewys geven van de vrees om my to noemen . Ik heb, naar ik meen,<br />

aangetoond, dat myn toespraak indruk had gem aakt, en dit is voorloopig<br />

genoeg om myn stelling to betoogen, als ik nu hierby voeg<br />

dat in 't Haagsch-Indisch tydschrift van December 1864, by de<br />

behandeling dierzelfde zittino I,<br />

, myn naam niet genoemd wordt<br />

Weer geef ik de keus tusschen eerbied en vrees in 't bepalen<br />

der oorzaak van zulke leemte . Nog-eens, is 't vreemd, dat ik<br />

hoogmoedig ben ? Ligt het niet in de rede dat ik droom van Behemotten,<br />

by zoo'n Sinaitische vereering ? Waarachtig, zoo<br />

worden de goden gemaakt .<br />

535 . Of ik mooi gesproken heb op dat Congres ? Waarschynlyk<br />

niet . Ik spreek niet mooi . Maar wel schyn ik goed gesproken<br />

to hebben, gedreven als Juvenalis by 't maker van z'n verzen,<br />

door verontwaardiging .<br />

Ziehier wat ik gezegd heb volgens de olficie6le ,Annales de<br />

l' Association internationale pour le proyH8 des sciences sociales,<br />

troi8ieme session, Conyre8 d'Amsterdain ."<br />

Mr . DOUWES DEKKER. (Amsterdam) - Je n'aime pas les discours<br />

. Je crois qu'ordinairement ils tendent plut6t a produire<br />

beaucoup de paroles qu'h faire percer la v6rit6, et je viens d'en<br />

constater une nouvelle preuve . Le dernier orateur si eloquent<br />

m'aurait presque s6duit, et entrain6 a me ranger sous la banni6re<br />

des gens de coeur . (Murmures)<br />

Je n'ai pas pane des lib6raux, messieurs, fai pane du parti<br />

liberal . J'attaque la politique, mais non les personnel . Je n'ai<br />

pas besoin de dire que je respecte l'orateur qui descend de cette<br />

tribune : je viens de lui tendre la main .<br />

11 est tr&s difficile de parler dans cette enceinte, et je ne suis<br />

pas 6loign6 de croire que la pr6voyance touchante du comit6 d'Amsterdam<br />

a choisi ce local pour empkher que la v6rit6, qu'on n'a<br />

pu tuer parvienne a faire entendre sa voix . (Murmures) *)<br />

Je suis responsable de ce que je dis . 11 y a quatre ans que mes<br />

6crits ont U6 publi6s en Hollande . 11 vous est tr&s facile de m'emp6cher<br />

de continuer, mais j'affirme que jusqu'ici, parmi ceux-la<br />

*) Ik had voorgesteld de ,Koloniale" vraagpunten liever in de secti6n<br />

dan op de Algemeene Vergadering to behandelen . Ik had namelyk debat<br />

gewenscht, en geen redevoerinyen . Maar dit was door Hollandschen invloed<br />

tegengewerkt . Bovendien, de enorme zeal in het Koifinkl yk Paleis to Amsterdam,<br />

vorderde een buitengewone inspanning oin zicli to doen verstaan .<br />

Tot overmaat van ongeluk was de tribune in het midden der lange zyde geplaatst<br />

. Men moest schreeuwen. De vreemdelingen klaagden er ook over .


298 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

meme qui etaient appeles personnellement a me combattre,<br />

aucun ne m'a repondu. (Interruption)<br />

Je reviens a la question : quelle a ete, quelle doit titre l' influence<br />

des sciences economiques sur le regime colonial ? Vous<br />

comprenez que dans cette enceinte, et dans le court espace de<br />

temps dont je dispose, presse par les remarques qui bientot me<br />

viendront du bureau, it m' est impossible de traiter cette question<br />

a fond . A la question : quel a ete 1'effet des sciences economiques<br />

sur le regime colonial ? je reponds, en me bornant a la Hollande<br />

it a ete nul . *) Je vous le demande, quelle pouvait titre, avant,<br />

1830, l'influence de la science economique sur la maniere de conduire<br />

les affaires, au divan du dey d'Alger ?<br />

Ce que j e dis, j e i' ai ecrit, et ]'on ne m' a pas repondu . On me<br />

demande des preuves . Voulez-vous que j e vous raconte 1' administration<br />

sanglante, s'il en fut, de la Compagnie des Indes,<br />

de ces epiciers armes qui, tenant la bible d'une main et 1'epee de<br />

l'autre, montraient le ciel aux aborigenes en leur enlevant la<br />

terre ? Voulez-vous, que je cite tous les faits qui se pressent dans<br />

mes souvenirs ? Voulez-vous, que j e vous f asse la description des<br />

villages detruits et brules par les heros de 1' armee neerlandaise ?<br />

Voulez-vous que je vous montre les cadavres des femmes et des<br />

enfants assassines sous 1'egide du Dieu de la Hollande ?<br />

Non, ce n' est pas de pareils f aits que j e vous entretiendrai ;<br />

car it pourrait se lever ici telle personne qui, ayant sej ourne aux<br />

Indes, et n' ayant pas vu ces choses auxquelles j' ai assiste, me<br />

repondrait : cela n'est pas vrai, parce que j e ne 1' ai pas vu . t )<br />

*) Sommigen beweren dat er tegenstrydigheid is, tusschen myn partytrekken<br />

van het Kultuurstelsel, en het verwyt dat men de Staathuishoudkunde<br />

heef t uitgesloten van alien invloed op 't beheer van Insulinde . De<br />

Vry-arbeiders toch schermen met argumenten die aan de leer der Staatsoeconomie<br />

ontleend . . . . schynen. Welnu, het is juist op-grond van die wetenschap,<br />

dat ik den Vryen- Arbeid bestryd . Myne staathuishoudkundige<br />

begrippen schryven voor, te-rade to gaan met werkelyke gegevens, en daartoe<br />

behooren in dit geval hoofdzakelyk : 1° de card des Volks . 2° De eigenaardigheid<br />

van 't Nederlandsch gezag in Indie . De staathuishoudkunde die by<br />

't beoordeelen van Indische zaken, deze beide factoren uit het oog verliest,<br />

mag waarlyk wel zwygen van z'n wetenschap . Gelukkig dat die wetenschap<br />

niet aansprakelyk is voor de fouten harer beoefenaars .<br />

Al weder neem ik er acte van, dat m'n beide brochures over VRYEN-ARBEID<br />

niet zyn weerlegd . In een ingezonden stuk in de N . R . Cour . werd ik door<br />

een anoniemen Vry-arbeider zwartgemaakt . Dit was alles . (1872) t)<br />

1) De nederlandsche bezittingen in Indie zyn zeer uitgestrekt, en worden<br />

bewoond door een groot aantal volkeren die in zeden, taal, godsdienst en<br />

traditie, zeer veel van elkander verschillen . Uit een ethnologisch oogpunt,<br />

zyn de hoofdplaatsen van Java het minst belangryk, omdat het Europeesch<br />

element de eigenaardigheid van het indiismus, zoover men daarmee in aanraking<br />

kwam, geheel verdrongen heeft . De daar wonende Nederlander wordt<br />

dan ook overal elders als een ,baar" beschouwd, d . i . als een nieuweling of


IDEEN VAN MULTATULI . 29 9<br />

Je ne dirai done rien de mon experience personelle . J'ai dit, it<br />

y a quatre ans, dans un petit livre que j'ai ici, que les chefs javanais<br />

s'appropriaient les biens des indigenes, et que les residents,<br />

vice-residents et autres, au lieu de punir ces crimes, se<br />

faisaient. pour ainsi dire, les complices de ces malfaiteurs. On<br />

me croira ou 1' on ne me croira pas, mais l' annee suivante, j' ai<br />

publie la liste do tous les buffles qui ont ete voles, dans le cours<br />

onwetende. Toch zyn het juist dezulken die -met fortuin ! -in Nederland<br />

teruggekeerd, door de Natie worden aangenomen als voorlichters over<br />

Indische toestanden .<br />

Ik beweer hierom niet, dat alien die meer van Indie waarnamen, dan Batavia,<br />

Samarang of Soerabaja den winkel- of bureauman to zien geeft -<br />

vooral niet touristen of kapellenvangers - beter op de hoogte zyn. Tot bevoegdheid<br />

om to oordeelen, zyn andere gegevens noodig . Het is met de waardeering<br />

onzer indische specialiteiten treurig gesteld . De meeste personen<br />

die thans als vraagbaak gebruikt, en zelfs aan het hoofd gesteld worden,<br />

zyn specialiteiten van onkunde, om nu niet to spreken van nog onteerender<br />

motieven ter wraking hunner autoriteit .<br />

V6T at positieve kennis van Indie aangaat, en afgezien van alle politische<br />

bevoegdheid, bezitten wy in Nederland een man die meer beduidt dan alle<br />

specialiteiten te-zamen . Prof. VETH heeft dien-aangaande in zekeren zin de<br />

taak vervuld, die ik op b1z . 124 myner Duizend-en-eenige Hoo f dstukken,<br />

den fabriekheer aanwijs . Met eerbiedwaardige vlyt wist by zich meester to<br />

maken van de bouwstoffen die hem door de ambachtslieden van 't specialismus<br />

geleverd zyn. Hy gaat dus in wetenschap ieder hunner - my ook !<br />

ver, zeer ver te-boven. Wie niet verbaasd staat over de kennis van Prof .<br />

VETH, heeft geen verstand van kennis .<br />

Dat deze geleerde, in-weerwil daarvan, een voorstander is van VRYEN-<br />

ARBEID - d.i . van de vergunning aan alle fortuinzoekers, om den Javaan<br />

tot arbeid to dwingen door bemiddeling der kleinere hoofden - is eene fout<br />

op het gebied van politiek en staathuishoudkunde, die wellicht kan verklaard<br />

worden uit oorzaken als ik aanroerde op biz . 61 volgg. der genoemde brochure<br />

over ,Specialiteiten."<br />

Men ziet hoe volmondig ik den heer VETH de eer Beef die hem, naar myn<br />

inzien, als geleerde toekomt . Toch recuseer ik ten stelligste zyne bevoegdheid<br />

orn 't vraagstuk over Vryen-arbeid to beoordeelen . Ambachtslieden kunnen<br />

onniogelyk het geheel overzien, maar de fabriekheer, hoe hoog ook staande<br />

i n algemeen overzicht, schiet soms te-kort in handigheid, als by den Arbeider<br />

't gereedschap uit de hand neemt. De kwestie over Vryen-Arbeid is<br />

ten-deele eene zaak van praktyk, schoon ik blyf volhouden dat zy ook zuiver<br />

theoretisch kan behandeld en tot staat van wyzen gebracht worden . . . .<br />

gelyk alle kwestien .(500) Juist omdat prof . VETH zoo doorkneed is in indische<br />

toestanden, neem ik aan, hem to bekeeren, mits by de goedheid hebbe myne<br />

vertoogen eenigszins waardiger to beantwoorden, dan . . . . zekere correspondeerende<br />

recensenten in do N . Rott . Courant gewoon zyn, die dan ook daardoor<br />

bewys gaven dat zy do zaak zelf niet aandurfden .<br />

Op de bevoegdheid tot het beoordeelen van indische zaken, hoop ik weldra<br />

uitvoerig terug to komen . Me dunkt dat on, , arm landje nu lang genoeg gefopt<br />

werd door do specialiteiten uit de gesupprimeerde Duizend hoofdstukken,<br />

q. v . waarvan thans een pracht-exemplaar voor de tweede keer aan 't hoofd<br />

van holonien staat. (1872)


300 IDEEN VAN MULTATULI.<br />

du mois de f6vrier 1857, dans un seul arrondissement, pendant<br />

que j'administrais la province, sous Fautorit6 du gouvernement<br />

du roi de Hollande . On ne m'a pas r6pondu . Est-ce une preuve ?<br />

J'ai ici un ordre du jour du lieutenant-general VAN SWIETEN,<br />

dans lequel it dit que, lorsqu'il y a deux si6cles, 1' arm6e francaise<br />

saccagait le Palatinat, it s'61eva partout un cri d'indignation,<br />

et it engagea ses officiers h en finir avec cette mani&re de<br />

faire, parce que, dit-il, ,nous ne pouvons faire maintenant ce<br />

qui 6tait condamn6 d6jh it y a deux si6cles ." Voilh I'humanit6<br />

mise au rang d'une nouveaut6. 11 y a de cela trois ans .<br />

Quant a la mani6re dont se divisent les partis politiques en<br />

Hollande, je n'en sais pas grand-chose . J'entends parler de<br />

conservateurs et de lib6raux . . .<br />

Mr . BAKE disait tout h, I'heure, que le Javanais ne travaillait<br />

que lorsqu'il y 6tait contraint. 11 y a du vrai dans cette assertion,<br />

mais si le Javanais n'est pas majeur en ce moment, cela<br />

ne, prouve pas qu'il ne pourrait pas le devenir sous un gouvernenement<br />

humain . Mais on ne 1'entend pas ainsi!<br />

Toute 1'6conomie sociale, aux Indes, est bas6e sur le respect<br />

inn6 de l'aborigene pour son chef naturel. Craindre le chef de sa<br />

tribu, c'est presque synonyme pour lui avec la crainte du Seigneur<br />

. Son chef, c'est son Dieu, sa religion . Aussi le regime colonial,<br />

soi-disant conservateur, a parfaitement compris tout<br />

le parti qu'on pouvait tirer de ces dispositions . On s'est dit<br />

que, pour s'emparer des biens des aborig6nes, it suffirait de<br />

donner une partie du butin au chef . Et c'est ce qu'on a fait .<br />

A ce propos,permettez-moi de d6finir la seule difference qui<br />

existe selon moi, entre les conservateurs et les lib6raux . Les conservateurs<br />

veulent faire travailler les Javanais, et enrichir a lours<br />

d6pens le tr6sor'public de la nation hollandaise, tandis que les<br />

lib6raux veulent que ce soient les industriels hollandais euxm6mes<br />

qui profitent du travail des Javanais . (Applaudissements.)<br />

Et c'est pour cela que moi, qui ne veux appartenir qu'au parti<br />

des honn&tes gens, je n' ai pu jusqu'ici m'associer encore h aucun<br />

de ces deux partis .<br />

Pour vous donner une id6e du respect du Javanais pour son<br />

chef je me permettrai de vous raconter un fait, une crime, un malheur<br />

plut6t, qui a eu lieu, it y a quelques vingts ans, et qui vous<br />

permettra de juger de la civilisation que les Hollandais donnent<br />

a leurs colonies, en retour des richesses qu'ils en retirent .<br />

Un Pancyrien *) appartenant a la tour de 1' Empereur de Souracarta<br />

rentra un soir dans son craton . (Le craton n'est ni un palais,<br />

ni un chateau, c'est quelque chose comme tout cela ensemble,<br />

une esp&ce de forteresse .) 11 sortait du club europ6en, c'6tait un<br />

Javanais civilise . . U avait des bottes . (Rires) . Rentr6 dans son<br />

*) Lees PANGUgRANG .


Lees PANG U],,RA XG-<br />

Lees MIENIADO .<br />

IDEEN VAN MULTATULL<br />

craton, dans un kat peut-titre an peu trop . . civilise, it ordonne<br />

a un jeune page (petit garcon de famille noble, dont le titre correspondrait,<br />

en France, h celui de chevalier, je crois) it ordonne<br />

a ce jeune page de lui 6ter ses bottes . L' enfant s'incline . Le prince<br />

lui dit : sais-tu bien que je peux to tuer ?<br />

- Oui, Monseigneur.<br />

- Mais c'est la v6rit6. J'ai droit de vie et de mort sur toi .<br />

- Comme vous le dites, Seigneur .<br />

Le prince, exasp6r6 de ce calme, (il aurait peut-titre mieux<br />

aim6 titre contredit) ordonne au petit page de lui apporter son<br />

kris . L'enfant prend l'arme, l'offre h son seigneur, le manche en<br />

avant, et lui pr6sente sa poitrine . La pancyrien *) saisit 1' arme<br />

des mains de son page, et le tue raide . (Mouvement)<br />

Eh bien, ce pancyrien, *) je 1' ai connu a Malte t) et je dois le<br />

dire, j'ai aim6 cet homme . C'est de ses yeux que, pour la premiere<br />

et peut-titre pour la dernike fois de ma vie, j'ai vu couler des larmes<br />

javanaises . (Sensation) Ne vous en 6tonnez pas, messieurs,<br />

les larmes sont une invention de l'Occident, de l'Occident si<br />

fertile en inventions pour remplacer le sentiment par des manifestations<br />

.<br />

Pour ne pas obliger Mr. le President h me rappeler auu r6glement,<br />

j'abr&ge . . . .<br />

De TOUTES PARTS - Non, non, parlez<br />

Mr . DOUWES DEKKER. - Je vous remercie du fond de cceur<br />

de votre bienveillance. Mais en voulant tout dire, j'aurais trop a<br />

dire. Je me permettrai seulement de vous lire 1'6pilogue d'un<br />

livre que f6crivis, it y a quatre ans . Le voici :<br />

"Mon livre est mauvais, d'un m6chant style, it n'y a pas d'harmonie<br />

entre les diverses parties . . . . Fauteur est incapable, pas<br />

de talent, pas de m6thode . . . . bien, bien, tr6s-bien, mais . . . .<br />

le Javanais est maltrait6 !<br />

"Car voici le m6rite de mon livre : toute refutation est impossible<br />

.<br />

,,Plus on sera m6content de mon ouvrage, plus je m'en f6liciterai<br />

. La chance d'&tre 6cout6 sera d'autant plus grande que<br />

votre m6contentement sera plus vif . Je veux titre lu, le le veux !<br />

„Et vous que fose d6ranger dans votre repos, anciens gouverneurs-g6n6raux<br />

ou ministres, ne comptez pas trop sur l'incapacit6<br />

de ma plume. Elle pourrait s'exercer au point meme de<br />

faire croire h la v6rit6 . !<br />

"Alors je demanderais, un mandat de repr6sentant, pour protester<br />

contre la honte de ma patrie . Pour protester contre ses<br />

301


302<br />

IDEEN VAN MVLTATULI .<br />

guerres meurtrieres, faites la-bas aux pauvres gens qu'on excite<br />

a la revolte par l' oppression . *) Pour protester contre la lachete<br />

qui laisse tant de suj ets du roi de Hollande a la merci des pirates<br />

de l' archipel indien . . . .<br />

„Il est vrai que ces pirates sont des guerriers, et les revoltes<br />

des spectres a demi morts de misere .<br />

,,Et si l'on ne me croyait pas, je traduirais mon livre dans<br />

le peu de langues que j e sail, et dans toutes celles que j e pourrais<br />

apprendre, pour demander a l' Europe, ce que j' aurais vainement<br />

cherche en Hollande .<br />

,,Et si mes efforts echouaient encore, je traduirais mes livres<br />

en malais, en j avanais, en batta, en alf orme t) en bougui, en<br />

soendah . Et j'aiguiserais les klewangs, en lan giant des chants<br />

de guerre dans le coeur de ces pauvres martyrs, auxquels j'ai<br />

promis du secours . . . .<br />

„Mail cela ne sera pas necessaire, j' espere .<br />

,,Car c'est a vous que je dedie mon livre, GUILLAUME III, roi,<br />

grand-due, prince, empereur du magnifique empire d'INSULINDE<br />

qui se deroule autour de 1'equateur, comme une guirlande d'6 •<br />

meraudes.<br />

,,C'est a vous, GUILLAUME III, que je demande avec confiance<br />

si c'est votre volonte imperiale, que la-bas trente millions de vos<br />

sujets soient maltraites, opprimes, martyrises en votre nom ?"<br />

On n'a pas repondu. La nation hollandaise, representee par son<br />

gouvernement, est condamnee par defaut .<br />

*) De laaghartigheid waarmee men op dit oogenblilc twist zoekt met<br />

het Ryk van ATJIN, is nog erger. Ik zal daarop terugkomen in-verband met<br />

hetgeen hierover door myn vriend ROORDA reeds geschreven is . (Sneeker<br />

Courant, 24 Februari) Gedurende de onderhandelingen over den afstand der<br />

Kust van Guinea aan de Engelsehen, hadden by en ik ingezien dat onze regeering<br />

zich gereed maakte tot den roof van 't land, dat in den worstelstryd<br />

met Spanje, het eerst ons erkende als onafhankelyke staat .<br />

Zeer veel scherpzinnigheid hadden we hiertoe niet noodig . De minister<br />

van Bosse, een politicus van 't eerste water, schaarnde zich nit het opzet<br />

openlyk to verkondigen . Hy scheen to weten dat-i zich niet to geneeren had<br />

voor Nederlandsch rechtsgevoel .<br />

Eerstdaags zullen de dominees belast worden met de uitnoodiging aan<br />

„Neerlands God" om medeplichtig to zyn aan die schelmery . Iiy is er niet<br />

to goed toe .<br />

Over then voorgenomen roof van 't Ryk van ATJIN, schryf ik heden (19<br />

September) een brief aan den Koning . Dat stuk zal by den uitgever dezer<br />

IDEEN to verkrygen zyn . Men zal daaruit kunnen zien, dat Spiridio's ,Kamerspeech"in<br />

de VORSTENSCHOOL<br />

,,een speech vol lamme late lompe leugens"<br />

geen charge is, maar allertreurigste waarheid . (1872)<br />

t) Lees : ALF•OUR .


IDEEN VAN MULTATULI . 303<br />

Mr. DUMONCEAU. (Liege) - Le gouvernement hollandais a<br />

W attaqu6 avec une telle vivacit6, qu'il est n6cessaire que l'un<br />

ou l'autre meinbre de cette assemb]6e veuille bien maintenant<br />

entreprendre sa defense, afin que nous n'en emportions pas une<br />

trop mauvaise id6e .<br />

Nog-eens, niemand heeft geantwoord . De Heer DUMONCEAU<br />

kan precies geweten hebben, onder welken indruk de vreemdelingen<br />

Holland verlaten zouden.<br />

536 . Ik weet niet of DE GIRARDIN myn voorbeeld zou aangrypen<br />

als bewys voor z'n stelling, of wraken als bewys daartegen .<br />

Wat my betreft, ik had liever andere bewyzen gehad van succes,<br />

dan letterkundigen opgang en vreesachtig eerbiedig zwygen . Ik<br />

had zoo gaarne verbetering gezien, en waar dit niet op eenmaal<br />

geschieden kon, dan Loch blyken van zucht naar verbetering . By<br />

't Volk moge die begeerte bestaan, ze bestaat niet by wie 't Volk<br />

voorgaan . En ook by hen die lyden, is de smart sterker dan de<br />

verontwaardiging. De ,aardappelen met azyn" en 't uit Engeland<br />

weer-ingevoerd ,verblydend smeer" schynen to veel of to weinig<br />

werking to he bben uitgeoefend . Te veel om kracht overtelaten<br />

tot mannelyk verzet, to weinig om kracht to geven tot de woede<br />

van wanhoop . Men zucht, men klaagt, men staart dom en stom<br />

verbaasd op de brutale weelde van de weinigen die welvaren by<br />

de algemeene ellende . . . . en daarby blyft het.<br />

Kunst, letterkunde, publiek leven, 't aandeel nemen aan de algemeene<br />

zaak, moraliteit . . . . alles kwynt. En zoover gaat de<br />

apathie, dat men zefs den cooed verloren heeft tot toejuiching<br />

van den enkele, die - to laat, als ge wilt, maar eindelyk toch<br />

- opstaat om to wyzen op 'n nieuw blyk van de verrotting<br />

waaraan wy lyden .<br />

Ik bedoel hier bepaaldelyk de poging van den Heer VAN ZUYLEN<br />

om de Natie to verlossen van Mr . THORBECKE en z'n clique. De<br />

eerlyke SALVADOR, vroeger een gemoedelyk aanhanger van wat<br />

by toen hield voor Thorbeckiaansche beginselen, verklaarde<br />

openlyk, dat by zich vergist had . Ik heb nauwkeurig gelet op den<br />

indruk die deze verklaring en VAN Z_UYLEN'S poging gemaakt<br />

hebben, en ben tot de overtuiging gekomen dat het Volk geen<br />

verbetering verdient . Men wil bedorven zyn. Men wil dat er<br />

geknoeid wordt, en gelogen, en gestolen .<br />

Dat willen zy althans die 't Volk voorgaan, en waarschynlyk<br />

zal er onderwys moeten gegeven worden door vreemde bajonetten,<br />

v66r de natie zich gedrongen voelen zal omtezien naar<br />

andere voorgangers .<br />

Redeneeren, betoogen, bewyzen ? Werken op gevoel, op eer, op<br />

voordeel zelfs . . . . als het niet terstond voor de hand ligt ? Dwaasheid<br />

! Wie 't goede wil - en dit toonde - wordt bespot als 'n<br />

misplaatste DON QUICHOT, als 'n to laat geboren ridder, als 'n


304 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

anachronisme . Neen, er. ger ! Men smaadt hem, lastert hem .<br />

Er was profetie in de inleiding dezer IDEEN y zw, - aar ik zeide<br />

En een gedeelte zal roepen : ,,deze mensch is slecht !"<br />

En toch is smaad en laster in 't verborgen 't allerergste niet .<br />

Noch zelfs het smoren door zwygen . Het verfoeielykste is de<br />

lauwheid, de lafhartigheid der geestverwanten.<br />

Och, hadde ik u leugens verteld, gy die beweert met my de<br />

waarheid lief to hebben ! Wat al geestdrif t - werkdadige ditmaal !<br />

- zoudt ge hebben ten-coon gespreid ! Aanziet de kerken der<br />

middeleeuwen : wat al ,teen, arbeid, kunst, ten-offer gebracht<br />

aan leugen !<br />

En zonder zoover terug to gaan, let op de giften en gaven aan<br />

by belverspr. eiders en zendelingery ! Zelfs onder de stuiptrekking<br />

van z'n bestaan schynt er meer levenskracht to liggen in de leugen<br />

van 't geloof, dan in de leugens van 't valsch liberalismus . Waarlyk,<br />

als ik geen vrygeest ware, zou ik wenschen een geloover to<br />

zyn. Ik zou minder beschaamd wezen over m'n familie .<br />

537 . Ik zeide, dat ik ditmaal voortschreef op verzoek van<br />

m'n uitgever, die gaarne dezen bundel IDEEN gesloten zag, en<br />

daartoe aanleiding vindt in de ontelbare vragen van myn lezers<br />

„wanneer er weder iets van my verschynen zal ?"<br />

Ik antwoord then belangstellenden lezers met het verzoek om<br />

to leeren lezen . Is IDEE 234 duidelyk of niet ? Is myn voortdurende<br />

klacht - aanklacht altyd ! - over gebrek aan ondersteuning,<br />

duidelyk of niet ? Waarom zou ik voortschryven . Reeds<br />

lang geleden heb ik gezegd : al wat ik weet, ware to schryven<br />

op 'n klein blaadje . Het gedurig herhalen van dezelfde waarheden<br />

verveelt my. Van alle indrukken, die my bezielen, is verontwaardiging<br />

de eenige die myn gekrenkt gevoel my toelaat mede-<br />

tedeelen aan PUBLIEK .<br />

Wat liefelyk luiden zou, wat intiem is,<br />

acht ik to goed daartoe .<br />

Toch verbind ik my niet tot voortdurend zwygen . 't Kon zyn<br />

dat deze of gene aanleiding my bewoog tot voortgaan, maar<br />

zekerlyk zal altyd de hoofdtoon van myn geschryf bitterheid<br />

wezen . Wie dus daarmee niet gediend is, kan de kosten van 't<br />

koopen sparen .<br />

PUBLIEK is niet ryk genoeg om myn smart to<br />

betalen, noch de moeite die 't me kost my flog lager neertebuigen<br />

tot het peil van zyn begrip .<br />

538 . Ik had onlangs een ontmoeting, waaruit ik veel geleerd<br />

heb omtrent de wyze hoe PUBLIEK moot worden aangesproken . In<br />

een kleinen schouwburg vermaakte een gezelschap zich met schimpen<br />

op de artisten . Ik kon niet alles verstaan wat zy zeiden, maar<br />

't gelach en gesis vulde de beteekenis aan van de onverstane woorden.<br />

Die heeren waren niet tevreden met de acteurs en actrices .<br />

Bitter gestemd - dit ben ik altyd, als ik veel Nederlanders


IDEEN VAN MULTATULI . 30 5<br />

byeen zie - zette ik my tot het bestudeeren van 't gezelschap,<br />

dat zich zoo vermaakte met spottende ontevredenheid . Die lul zagen<br />

er welvarend uit en ik geloof waarlyk dat zy nog geld overhadden<br />

na 't betalen van den zeer lagen entreeprys . Ik ben gewoon,<br />

PUBLIEK voor my to laten pozeeren als model van iets leelyks, en<br />

koos nu dat kleine deel van PUBLIEK tot onderwerp myner opmerkzaamheid<br />

. Op de vertooners en zangers behoefde ik ditmaal<br />

niet to letten . Ik kende hunne krachten, en waardeerde die, vooral<br />

in verband met de weinige pretentie, uitgedrukt in den lagen<br />

prys der plaatsen . Bovendien, men weet dat ik liever den karper<br />

bekyk, dan to luisteren naar verhandelingen over den karper .<br />

Een kleine j ongen, die de zoon was van de actrice welker spel<br />

stem, houding en toilet het meest stof schenen to geven aan de<br />

geestigheden myner modellen, moest het aanhooren hoe men z'n<br />

moeder beschimpte. Gewoonlyk speelde by mee in 't orkest, maar-i<br />

was ditmaal - gedurende de voorstelling van een stukje zonder<br />

muziek, vry van dienst - naast my komen zitten op de voorste<br />

bank, achter zyn gewone plaats by de muzikanten .<br />

He, m'nheer, wat schimpen ze daar achter ons !<br />

Ja, m' n j ongen, dat heb ik ook gehoord, en 't zit me tot hier . .<br />

Ik wees op m'n keel .<br />

Nu volgt er een relaas van wat ik niet deed, maar wat ik gedaan<br />

zou hebben, in den tyd toen ik PUBLIEK minder goed kende<br />

dan nu . Ja, vroeger zou ik gezegd hebben<br />

Heeren zwygt ! Dat kind daar is de zoon der artiste die ge<br />

bespot . . . .<br />

Zoo'n speech zou een beroep geweest zyn op bet gevoel, en dus<br />

niet gedeugd hebben .<br />

Of ik had billykheid, recht, kunstgevoel, fatsoen, kiesheid,<br />

kunnen inroepen . Ja, ik had aldus kunnen spreken<br />

Wie zyt gy, heeren, die u 't recht aanmatigt to spotten met<br />

een vrouw die talent heef t ? Dat heef t ze, ik zeg 't u, als ge dan<br />

to weinig kunstkennis bezit om 't zelf to zien . Wie zyt gy, die u<br />

veroorlooft to schimpen op 'n moeder ten-aanhoore van haar<br />

kind ? Die vrouw is achtenswaardig, althans ge hebt geen reden<br />

haar to houden voor 't tegendeel . En al ware dit anders, waar kocht<br />

ge 't recht haar to hinderen in haar moeilyk beroep ? My en anderen<br />

to storen in 't genieten van hare kunst ? Wie zyt gy ? Zeker<br />

beet ge PIETERSEN, JANSEN, Of KAPPELMAN .<br />

By welk leger staan die namen geboekt als maarschalk, als<br />

luitenant, of zelfs als korporaal ? Wie gaf u aanstelling tot kritiek<br />

met spot? Welk kruit vond ge uit ? Welken adel bezit ge ? Welken<br />

kruistocht maaktet gy mee ? Welke Tweede-Kamer hebt gy uitelkaer<br />

gejaagd ? Welken knoei-minister afgezet ? Welk bedorven<br />

Volk genezen ? Welke planeet ontdekt ? Welken Koning wakker<br />

gemaakt ? Komaan heeren, erkent, dat niets u recht gaf, uzelf<br />

IDEEN II . 20


306 IDEEN VAN MULTATULI .<br />

'n aanstelling to geven tot censoren. Erkent, dat die vrouw -<br />

al speelde zy niet zoo goed als ze doet - in-allen-geval meer beduidt<br />

dan gy, ~ gy die niets •k unt .<br />

Ze is . niet „mooi" zegt ge . Eilieve, ik vind haar zeer bevallig .<br />

Maar mooi ? Denkt ge , dat gy „mooi" zyt, heeren ? Ik vind u zeer<br />

leelyk, vervloekt leelyk . Uw geheel uiterlyk kenschetst plompe<br />

domme zelfbehagende ploertery . En nu staat ge niet eens<br />

op , de planken, daar achter 't helle voetlicht . Ge moest uzelf eens<br />

daar zien, waarlyk de lust zou u vergaan de aandacht to trekken<br />

op ,mooiheid ." Ge zoudt erkennen, dat gy 't recht niet hadt .<br />

Het recht . . . . het, recht . . . . ivy betaalden . . . .<br />

- Tien stuivers, j a. Die hebt ge betaald voor 't recht tot binnengaan,<br />

voor 't recht om hier to zitten, to zien en to hooren .<br />

En zelfs stond het u vry, 't spel niet „mooi" to vinden, en u voortenemen<br />

nooit terug to komen. Maar spot ? Hebt ge er ooit aan<br />

gedacht, wat er noodig is om zich to vormen tot zelfs maar 'n<br />

zeer middelmatig 'schouwspeler ? Wist ge 't, welke moeielyke aanhoudende<br />

studie er vereischt wordt -van uitmunten spreek ik niet<br />

-- om niet belachelyk to zyn op het tooneel ? Meent ge dat het<br />

zoo gemakkelyk is, goed to staan, goed to loopen, goed to zitten,<br />

goed to luisteren vooral ? En nu sprak ik nog niet van de menskunde,<br />

die vereischt wordt orn mensen voortestellen . Ik zie 't u<br />

aan, dat gy effectenlui zyt - alleen makkelyk gewonnen geld<br />

geeft de onbeschaamdheid, die u opblaast - welnu, meent ge, dat<br />

het verplaatsen in den zieletoestand van OPHELIA, van MARIA<br />

STUART, van PHEDRA of JUDITH, zoo eenvoudig is, en zoo ligt<br />

geleerd wordt, als 't schacheren met integralen, of 't speculeeren<br />

in amerikanen ? Kom aan, heeren, schaamt u, en leert eens een<br />

versj e van buiten, en zegt dat eens op, en draait niet aan den<br />

knoop van uw j as, en zet de voeten naar buiten, en stottert niet . .<br />

en als - ge dan geleerd hebt u to verplaatsen in JANTJE'S toestand by<br />

't zien van „zooveel pruimen" of in de positie van 't zonderling<br />

kind, dat net z'n zusje „zoo graag naar ,JEZUS wou,", komt dan<br />

eens terug, en vraag als 'n groote gunst om gebruikt to worden by<br />

't opsteken van' de lampen . Misschien is er ook tegen dien tyd<br />

ee o zouj aspirant-<br />

ZZoo<br />

khebbe nku nnen spreken, en zekerlyk . had dan m'n<br />

aangesproken deel van PUBLIEK geantwoord : wat praat 9 e aardig,<br />

spreek nog wat, schry f nog wat, wy geven u zooveel voor 't vel . . . .<br />

Welnu, ik heb dat alles niet gezegd . Ik heb dien heeren doodeenvoudig<br />

oorvegen gegeven . En . . . . 't hielp ! Ze schimpten niet<br />

meer . Gevoel en begrip schynen by PUBLIEK to zetelen op de<br />

linkerwang. Is dat niet 'n kostelyke ontdekking ? Ik weet niet<br />

wat eenvoudiger schoon is . . . . dit, of m'n nieuw bewys voor 't<br />

theorema van PYTHAGORAS ?<br />

Myne modellen schynen zeer tevreden to zyn geweest met die


IDEEN VAN MULTATULI . 307<br />

nieuwe manier van bewysvoeren . Althans hoe dringend ik hen<br />

ook uitnoodigde my to komen opzoeken tot het bekomen van<br />

nadere toelichting, ik heb niets van hen vernomen, noch rechtstreeks,<br />

noch indirect, schoon er sedert myne zoo goed geslaagde<br />

proefneming reeds weken zyn voorbygegaan .<br />

Zeer lang daarna - maanden, geloof ik - wend ik voor't Gerecht geroepen .<br />

Ik verscheen stipt op 't bepaalde uur . Men liet me wachten, wachten . . . .<br />

langer dan me schikte . Ik vertrok dus, en liet den heeren zeggen, dat ik geen<br />

vryheid had zoo ruw met ni'n tyd omtegaan . Ik werd by-verstek veroordeeld<br />

tot boete en gevangenis .<br />

Pat „verstek" was onjuist : ik was op m'n tyd daar geweest. Maar't vonnis<br />

kwam me billyk voor. De rechtbank kon niet helpen, dat de geoorveegde<br />

heeren zoo'n . . . . burgerlyken weg insloegen om satisfacfie to bekomen, of<br />

wat daarvoor zou moeten doorgaan .<br />

Dat ik die boete niet betaald heb, doet me genoegen . Ik had, in die dagen<br />

vooral, zeer weinig geld, en weet bovendien niet recht, waar zulke genoegdoeningen<br />

aan de publieke zedelykheid, eigenlyk belanden . Maar wel doet<br />

het me leed - Been scherts - door 'n zonderlingen samenloop van omstandigheden,<br />

niet in de gelegenheid geweest to zyn, gebruik to maken van de gevangenis.<br />

Nog-eens, dit is geen jokkerny . Eene eenzame opsluiting komt me,<br />

in zekere stemmingen (Zie Minnebrieven, bl . 32) alleraangenaamst voor,<br />

en ik had gaarne eenige opmerkingen verzameld over de wyze van behandeling<br />

der gevangenen . Maar 't kon ditmaal niet . Uitzichten, die helaas in rook<br />

opgingen, dock die ik toen reden had voor gegrond to houden, vorderden myne<br />

krachten op geheel ander terrein . (1872)<br />

539 . Gewoon alles in verband to brengen met alles - de natuur<br />

der dingen is eenvoudig - paste ik de aldus opgedane ondervinding<br />

ook op andere dingen toe . Sedert jaren trachtte ik,<br />

eerst in kleinen kring, later op vry grooter terrein, goed to doen.<br />

Ik legde my toe op 't verkrygen van wat kennis, ik zocht naar<br />

waarheid. En waar ik iets meende gevonden to hebben, deelde<br />

ik den uitslag mede, eerst alleen waar ik geroepen was tot het uiten<br />

myner meening, en sedert een vyf tal j aren ook daar waar ik myzelf<br />

riep. Maar voor ik overging van 't byzondere tot het algemeene,<br />

gaf ik een voorbeeld van de oprechtheid myner pogingen .<br />

Ik offerde niet meer of min dan alles wat ik had, en dacht<br />

dat men dit genoeg vinden zou . Welnu, 't schynt niet voldoende<br />

geweest om iets anders to bewerken dan wat toejuiching over<br />

m'n geschryf. Wel heb ik daaraan ten laatste een eind gemaakt,<br />

door de herhaalde verklaring, dat my zulk gevolg van myn poging<br />

walgt, maar daarvoor trad niets in de plaats dan 't eerbiedig<br />

zwygen waarop Jehova zoo byzonder gesteld was . My bevalt het<br />

niet . Ik schyn moeielyker to voldoen dan „Israels God" . Nu, dit<br />

spreekt van zelf ! Ik heb my meer moeite getroost dan hy, en had<br />

nooit 'n zevenden dag om to rusten . Ook ben ik sterfelyk, en heb<br />

dus minder tyd om to wachten .<br />

Myn oorvegen-betoog - thesis, deductie en slotsom, alles uit<br />

een stuk - is me byzonder goed bevallen . 't Was kort, bondig,


308<br />

IDEEN VAN MULTATULI .<br />

overtuigend . Het putte my niet uit . Integendeel, zoo'n executie<br />

verlicht het gemoed, geeft lust tot verder betoogen . Bovendien<br />

't hoeft niet gecorrigeerd to worden, zooals ander geschryf . Ik<br />

moet erkennen dat ik moeite had, niet terstond naar den Haag<br />

to gaan, en op soortgelyke manier aan VAN TwIST to bewyzen<br />

hoe verkeerd het is, geld en rang aan to nemen van de Natie, om<br />

goedl to doen, en in-stee daarvan het kwade to beschermen .<br />

Maar ik bedacht hoe by reden van klagen hebben zou indien ik<br />

hem, den grooten misdadiger, gelykstelde met de kleine ploerten<br />

in 't parterre van dien schouwburg . Al blyf ik beweren, dat de<br />

soort dier nieuwe rhetoriek goed is, toch behoort er verschil to<br />

zyn in maat en wyze van toediening . Ik erken dat VAN TWIST recht<br />

heeft op iets beters dan een oorveeg . Vooral nu ik gezien heb hoe<br />

makkelyk zeker soort van bedeelden zulk een demonstratie aannemen<br />

en meedragen.<br />

En nog iets . Die VAN TWIST moge een vervelend voorbeeld zyn<br />

van gewetenlooze, luie hebzucht, by is noch de eenige, noch de<br />

meest schuldige die gekastyd moet worden . Dit zy dus voortaan<br />

myn optelossen voorstel : hoe moeten de vele personen, die schuldig<br />

zyn aan 't beder f van ons ' Volk worden gestraft, zonder dat een<br />

hunner to klagen hebbe over gebrek aan behoorlyke waardeering zyner<br />

medeplichtigheid !<br />

Ik zal de oplossing vinden ! Er zyn moeielyker dingen geschied<br />

dan 't straffen van een paar dozyn schelmen.<br />

540 . Ik acht het nuttig, de volgende woorden overtenemen<br />

uit de brochure van den Heer Jhr . Mr . H . G . VAN DER WYCK, wyl<br />

ik, hoezeer de waarheid daarvan over 't geheel ten-volle beamende,<br />

protest aanteekenen wil tegen eene daarin voorkomende bewering .<br />

De heer vaN DER WYCK noemt alle Nederlanders : roovers.<br />

Ziehier zyne zeer flink geaccenteerde woorden<br />

Heeft de stryd op koloniaal gebied, wel bezien, niet' de meeste<br />

overeenkomst met dien van roovers, die het over de verdeeling<br />

van den buit niet eens kunnen worden ?<br />

. . . . En wie zyn hier de schuldigen ? Het geheele Nederlandsche<br />

Volk, staatslieden en volksvertegenwoordigers, behouders<br />

en liberalen --- zy 'moeen in de oppositie of in 't bewind geweest<br />

zyn - kooplieden en belastingschuldigen, vromen en onvromen,<br />

ik die deze regelen schry f , en gy, die ze leest (zoo ge Nederlander<br />

zyt) wy allen hebben ons deel in die schuld . . . .<br />

De heer VAN DER WYCK, oud-raad van Indie - by kan 't weten !<br />

- zegt hier wat ik sedert lang zeide, en dit is to pryzen . Maar<br />

heb ik niet het recht, dat men my uitzondere by 't algemeene brandmerken<br />

! Ik vraag : moest niet HAVELAAR geschrapt zyn van de<br />

lange lyst der veroordeelden ? Het nageslacht zal billyker zyn .<br />

*) Onze koloniale staatk•unde. .Len beroep op het Nederlandsche yolk .<br />

's Gravenhage, by MAaTINUS NYHOFF .

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!