04.05.2013 Views

(argument PG Guéguen.doc).pdf - Psychoanalyse Lacan - Freud ...

(argument PG Guéguen.doc).pdf - Psychoanalyse Lacan - Freud ...

(argument PG Guéguen.doc).pdf - Psychoanalyse Lacan - Freud ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>argument</strong><br />

Er is een pragmatiek van de <strong>Lacan</strong>iaanse interpretatie. Zij heeft waarneembare effecten op het lijden aan de<br />

symptomen, op het genot van het lichaam en op de positie van het subject in de sociale band. Ik stel voor dat<br />

we de taak op ons nemen deze resultaten in ons volgende Congres uiteen te zetten.<br />

De interpretatie ontknoopt inderdaad de verwarring van het subject in het symbolische, het imaginaire en<br />

het reële van het lichaam. Zij is er op gericht dat het subject "weet om te gaan met" wat rest na het besluiten<br />

van een cyclus of van een kuur die tot haar einde gevoerd is. De interpretatie voert dus tot een vorm van<br />

bevrediging.<br />

1. De geheven vinger van Sint-Jan<br />

In zijn geschrift "La direction de la cure" (Ecrits, p. 641) veegde <strong>Lacan</strong> de interpretatieve schemata van de<br />

postfreudianen weg door de vraag te stellen: "Tot welk stilzwijgen moet de analyticus zich nu verplichten om<br />

boven dit moeras de geheven vinger van Leonardo's Sint-Jan te laten ontwaren, opdat de interpretatie de<br />

door het zijn onbewoonde horizont terugvindt waar haar allusieve kracht zich dient te ontvouwen?"<br />

<strong>Freud</strong> is weliswaar een uitzondering want hij paste geen enkel vooraf bepaald schema toe. Hij vond uit. In<br />

een zekere eenzaamheid, vanwaar ongetwijfeld zijn tot het einde toe volgehouden ondervraging van de<br />

constructies die hij uitwerkte voor de Wolvenman, meer bepaald om te weten wat hij er van aan zijn patiënt<br />

moest meedelen.<br />

Het is door toedoen van de postfreudianen dat de interpretatie verstard is, dat zij een "techniek" geworden<br />

is. <strong>Lacan</strong> heeft zich ingespannen om te beletten dat zijn onderwijs tot een techniek verwerd. Wij spannen er<br />

ons voor in om op het niveau van dit verlangen te blijven, want dat verlangen is ook een aanwijzing van zijn<br />

kant.<br />

Daarom heeft hij eerst het stilzwijgen van de analyticus aangeprezen, een stilzwijgen dat geen "mondje<br />

dicht" betekent aangezien hij tegelijk aangaf dat de analyticus moet betalen met zijn woorden en zijn<br />

persoon om te beantwoorden aan zijn taak. De tussenkomst van de analyticus moet zich inderdaad<br />

losmaken uit een achtergrond van stilte. Ze laat de poëtische resonanties spelen in wat de analysant zegt en<br />

"deconstrueert" zodoende de intentionaliteit van zijn discours. Zij brengt een lediging aan: ze maakt er een<br />

gat in zoals de poëtische metafoor dat doet<br />

2. De kunst van het onttrekken<br />

Er zit nog iets anders in die zin met Heideggeriaanse allures over de geheven vinger van Sint-Jan van<br />

Leonardo da Vinci: <strong>Lacan</strong> duidt daarmee aan dat de interpretatie geen weten is dat de analyticus zou<br />

bezitten voor hij de patiënt ontmoet en dat er dus geen "metataal" is. Er is geen Ander van de Ander. De<br />

interpretatie gaat uit van wat de analysant zegt om er naartoe terug te keren: het past dus dat de analyticus


opereert "tussen citaat en enigma" door iets te onttrekken aan de betekenaars van de analysant of door de<br />

zin te doorbreken. Dit is een tweede trek van de <strong>Lacan</strong>iaanse interpretatie: ze gaat tegen de zin in. Daarin<br />

gaat ze tegen de overdracht in die er toe drijft de zin van de onbewuste formaties te zoeken, die ook aanzet<br />

tot het ontplooien van de vraag en op die wijze kan leiden tot dit soort waanzin die er in bestaat "in alles het<br />

onbewuste te verkiezen". Maar laten we de overdracht toch niet verwaarlozen want hij is de index van de<br />

vleselijke inzet van de analysant in het proces, hij plaatst de analyticus in de positie van een willekeurig<br />

bruikbaar object. Onder het voorwendsel de zin tegen te willen gaan mag men dus ook de vrije associatie<br />

niet verhinderen om te proberen het moment van besluiten, dat eigen is aan ieder subject, geforceerd te<br />

verhaasten.<br />

Het Seminarie XVIII verklaart nader wat <strong>Lacan</strong> al formuleerde in zijn "Direction de la cure" door aan te<br />

geven dat wat echt tegen de zin ingaat, niet de onzin is, maar wel wat hij de Letter noemt. De analytische<br />

interpretatie is er op gericht, als men het zo bekijkt, af te scheiden wat als letter komt neerslaan: dit is de<br />

betekenaar of het zijn de betekenaars waaraan het subject onderworpen is geweest door de toevalligheden<br />

van zijn ontmoeting met het genot. Vandaar <strong>Lacan</strong>s inspanning om de nadruk te leggen op de coupure die<br />

voor de analysant voortbrengt "wat gelezen wordt in wat men hoort", en dit tegen de achtergrond van wat<br />

niet gezegd kan worden.<br />

Daardoor bevindt de analyticus zich in de positie van redacteur van het spreken van de analysant (volgens<br />

een uitdrukking van J.-A. Miller die ons zeer treffend voorkomt). Coupure, het scanderen, korte sessie, alle<br />

gaan ze in de zelfde richting die ook een reductie is van de zin die het onbewuste, eenmaal de overdracht<br />

gevestigd is, zoekt te laten woekeren. Toch is de coupure niet willekeurig. Zij poogt een hechtingspunt<br />

["point de capiton"] in de ontmoeting aan te brengen: ze beëindigt terwijl ze iets losmaakt. Ze wil besluitend<br />

zijn.<br />

3. De act die het subject verandert<br />

Van 1967 af vervangt <strong>Lacan</strong> het <strong>Freud</strong>iaanse concept van de interpretatie door dat van de act. Het is een<br />

keerpunt in zijn onderwijs. Zelfs als hij soms tot een vroegere conceptualisering lijkt terug te keren. Zoals J.-<br />

A. Miller er op opzienbarende wijze (het baarde inderdaad opzien) aan herinnerde in 1995: het onbewuste<br />

interpreteert (en het liegt bij gelegenheid).<br />

De psychoanalyse is er door veranderd: de psychoanalyticus valt de act toe, dit wil zeggen wat langs zijn kant<br />

de modificatie toelaat, de soms spectaculaire reductie van de verhouding van het subject tot het genot,<br />

verhouding die wij het symptoom noemen. De taak van de interpretatie van het zogenaamde symptoom valt<br />

echter toe aan het onbewuste, dit wil zeggen langs de kant van de patiënt zelf in zijn zoektocht naar<br />

waarheid en in zijn omgaan met de zin zelfs als die met genot vermengd is. Niets sluit uit dat de act van de<br />

analyticus een taalact zou zijn (in de zin van de Britse filosoof J.-L. Austin), maar niets schrijft het voor. Ik<br />

zie het vooral als een act die voor het onbewuste van de patiënt de plaats van een adres vrij maakt (Eric


Laurent gaf het aan in nummer 8 van LNA aangaande het autisme in zijn artikel "Le chiffre de l'autisme").<br />

Zo verschijnt de lacaniaanse interpretatie voornamelijk als het feit acte te nemen van een zeggen van de<br />

patiënt dat het symptoom wijzigt. Hier verdwijnen de persoon van de analyticus en zijn veronderstelde<br />

weten ten voordele van zijn kunnen omgaan ["savoir y faire"] met de overdracht van de analysant, met de<br />

driftmatige inzet die in de sessie aan het werk is. Iedere analysant is eerst en vooral een dakloze, een subject<br />

in staat van onzekerheid, kwetsbaarheid, en de analyse verschaft hem een woonst, een plek om zijn Detaal [<br />

lalangue] te herbergen. Het moet de analysant, die zich voldoende ver in de analytische ervaring engageert,<br />

duidelijk worden dat zijn Detaal een sluier is die over het gat van het trauma is geworpen: een S1.<br />

4. Voorbij het onbewuste van de overdracht<br />

De laatste <strong>Lacan</strong> gaat ons voor op een weg waarop J.-A. Miller ons al jaren aanspoort hem te volgen: die van<br />

de laatste, en van de allerlaatste <strong>Lacan</strong>. Die weg reikt aan dat het interpreterende onbewuste, dat de<br />

wijziging van het symptoom toelaat (dit wil zeggen de regeling tussen lichaam, genot en sociale band), zelf<br />

een grens heeft. Enerzijds heeft het weten dat het onbewuste ontplooit weinig ander nut dan dat het zichzelf<br />

analyseert, dit is zijn eigen symptoom onder overdracht rectificeren, en anderzijds ondervraagt <strong>Lacan</strong><br />

opnieuw de eenduidige polarisatie van het onbewuste weten door de waarheid "voor allen". Welke plaats<br />

heeft de interpretatie dan nog?<br />

Ik bekijk het eerst langs de kant van wat de analysant ervaart: als het onbewuste het reële raakt (reëel<br />

wordt) komt het mij voor dat dit het eindpunt aanduidt waar het symptoom voldoende gereduceerd is zodat<br />

het aan de formaties van het onbewuste niet langer de waarde van een orakel toekent en meteen ook het<br />

punt waar het lijden aan het symptoom draaglijk wordt voor het lichaam. <strong>Lacan</strong> haalt dit bij voorbeeld aan<br />

waar hij het heeft over de vierde ring, namelijk het sinthoom.<br />

Langs de kant van de analyticus laat ik u volgende stelling beoordelen die zijn verhouding tot de act zou<br />

samenvatten: handel zo dat het grondbeginsel van jouw act is van je niet op de plaats van het onbewuste te<br />

stellen. Heb tot doel de lege plaats te incarneren die Leonardo's Sint-Jan aanwijst, laat de analysant zo lang<br />

hij kan, vertrouwen hebben in het sinthoom dat hij heeft uitgevonden.<br />

De gok met kruis of munt, zoals Pascal het zei, is in dit geval dat het sinthoom, de eigenste vinding van de<br />

analysant, de beste manier is om het imaginaire, het symbolische en het reële met elkaar te verbinden en de<br />

beste manier om het reële van het genot van het lichaam te doen bestaan [consister].<br />

Men mag wel zeggen dat dit het mirakel is dat door de <strong>Lacan</strong>iaanse interpretatie tot stand wordt gebracht.<br />

Die interpretatie produceert in het register van het woord, ondersteund door de ontmoeting van twee<br />

lichamen in het freudiaanse dispositief, onder overdracht het specifieke lichaamsevenement dat rust<br />

teweegbrengt en het genot aanvaardbaar en levendig maakt. Op die wijze laat zij toe zich los te koppelen [<br />

désabonnement] van de zoektocht naar zin die door de overdracht op gang gebracht en geleid wordt. En we


zeggen het nog maar eens met en volgens <strong>Lacan</strong>: de lacaniaanse interpretatie geeft de analysant het middel<br />

om met zijn sinthoom om te gaan.<br />

Pierre-Gilles <strong>Guéguen</strong><br />

Vertaling: Hubert Van Hoorde.<br />

Vertaling van citaten idem. (nagelezen en aangevuld door Luc Vander Vennet en Anne Lysy)<br />

bibliografie<br />

• <strong>Lacan</strong> J., La direction de la cure, Ecrits, p. 585<br />

• <strong>Lacan</strong> J., L'instance de la lettre dans l'inconscient freudien, Ecrits, p.493<br />

• Laurent E., Interpréter la psychose du quotidien, Mental n° 16<br />

• Laurent E, Interprétation et vérité, La lettre mensuelle n° 137<br />

• Miller J.-A., Les contre-indications au traitement psychanalytique, Mental n° 5<br />

• Miller J.-A., L'interprétation à l'envers, La Cause freudienne n° 32, 1996, pp. 9-13<br />

• Miller J.-A., La séance analytique, La Cause freudienne n° 46, p. 7<br />

• Miller J.-A., L'orientation lacanienne, Cours à l'université de Paris VIII, leçon du 26 mars 2008

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!