02.06.2013 Views

Open PDF - Skrien

Open PDF - Skrien

Open PDF - Skrien

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

‘Ik ben een professioneel verhalenverteller’<br />

Werner Herzog over feiten, fictie, waarheid en verlichting<br />

Film- en documentairemaker Werner Herzog bezocht voor het eerst het documentairefestival<br />

dat zijn films sinds jaar en dag programmeert. Hij sprak op het afgelopen<br />

IDFA over zijn nieuwe documentaire Encounters, gaf een masterclass en een<br />

handvol interviews, waarbij zoals altijd de grens tussen feiten en fictie werd onderzocht.<br />

‘Onze zoektocht naar waarheid heeft weinig van doen met feiten.’<br />

Niels Bakker/Fotografie: Felix Kalkman<br />

Werner Herzog is de ongekroonde koning van<br />

de anekdote. In de masterclass die hij op<br />

afgelopen IDFA gaf, kwam het ene na het<br />

andere sappig vertelde verhaal voorbij. Over<br />

hoe hij op jeugdige leeftijd met documentaire<br />

in contact kwam, en besloot dat de waarheid<br />

vaak verkeerd werd voorgesteld. Over<br />

zijn voetreizen door Europa als jongvolwassene,<br />

onder meer langs de Duitse grenzen. En<br />

over het ensceneren van een scène in Little<br />

Dieter Needs to Fly (1997) – het moment<br />

waarop Dieter Dengler thuis aankomt met de<br />

auto, de deur opent en sluit, en dat een paar<br />

keer achter elkaar. Een metafoor voor vrijheid,<br />

maar in werkelijkheid voerde Dieter de<br />

handeling nooit uit; in zijn huis had hij<br />

alleen schilderijen hangen met open deuren<br />

erop.<br />

Notoire leugens<br />

Gek genoeg zijn het die mooie, want in zijn<br />

typisch Engels met Duits accent vertelde<br />

anekdotes die de 65-jarige, oorspronkelijk uit<br />

Bayern afkomstige regisseur achtervolgen. De<br />

mythes die zijn werk omkleven, zijn er eerder<br />

groter dan kleiner door geworden. Herzog<br />

zou notoire leugens verspreiden, ook in zijn<br />

documentaires. Hij zou de grenzen van de<br />

waanzin opzoeken, net als veel van zijn personages,<br />

fictief of echt bestaand. En hij zou<br />

net zo’n ‘madman’ zijn als Klaus Kinski, zijn<br />

protégee in de vijf speelfilms die tot het<br />

beste behoren wat hij maakte.<br />

Dubbelgangers, noemt hij al die mini-Herzogjes<br />

die van hem in de media rondzweven. ‘Ik<br />

heb ongewone films gemaakt, met uitdagingen<br />

die filmmakers normaal gesproken niet<br />

zouden accepteren. Dat heeft al dat commentaar<br />

uitgelokt. Omdat sommige van mijn<br />

karakters gestoord zijn, willen de media zien<br />

dat de regisseur ook gestoord is. Dat ben ik<br />

niet, ik ben klinisch gezond. Met al die tweede<br />

Herzogs heb ik dus niets te maken. Maar<br />

ik ga niet de rest van mijn dagen slijten met<br />

het corrigeren van fouten of weerleggen van<br />

misverstanden. In zekere zin zijn al die dubbelgangers<br />

en kunstmatige, mythologische<br />

Herzogs zelfs een bescherming. Laat hen het<br />

gevecht maar voeren.’<br />

Maar maakt u niet zelf dubbelgangers van de<br />

personen die u filmt, zoals Dieter Dengler of<br />

Timothy Treadwell uit Grizzly Man (2005)?<br />

‘Natuurlijk, dat is mijn werk. Ik ben een professioneel<br />

verhalenverteller. Ik vind karakters<br />

uit, verhalen, en omdat ik dat doe geloven<br />

mensen dat er een schaduw van die persoon<br />

in de regisseur zelf moet zijn. Hij verzint<br />

die dingen niet voor niets.’<br />

Er lijkt zoiets te bestaan als een typisch Herzog-personage.<br />

Een zonderlinge figuur die, al<br />

dan niet noodgedwongen, zijn grenzen<br />

opzoekt, vaak in de wildernis. Om daar te eindigen<br />

op het randje van de waanzin.<br />

‘Het is niet één soort karakter. Daarvoor heb<br />

ik te veel films gemaakt over te verschillende<br />

onderwerpen. Maar ik begrijp de achtergrond<br />

van uw vraag. Er zit een zekere coherentie in<br />

de wereldvisie in mijn films. En daardoor<br />

keren bepaalde fascinaties terug. Dat geldt<br />

niet alleen voor karakters, maar ook voor de<br />

muziek en de landschappen. Het is hetzelfde<br />

met Joseph Conrad, als je hem leest ontmoet<br />

je Conradiaanse karakters.’<br />

Waarom blijft u naar deze karakters<br />

teruggrijpen?<br />

‘Vreemd genoeg lopen ze me tegen het lijf.<br />

Zoals Treadwell, ik was niet naar hem op<br />

zoek, maar naar mijn autosleutels die op een<br />

rommelige tafel lagen. Toen stuitte ik op een<br />

krantenartikel over hem. En binnen een half<br />

uur wist ik dat dit mijn film zou worden.’<br />

Is Grizzly Man een deconstructie van<br />

Treadwell, die met zijn romantische<br />

natuurvisie samenleeft met de grizzlyberen?<br />

‘Nee nee, eerder het tegenovergestelde. Ik<br />

sta hem juist toe zichzelf te construeren als<br />

een filmster en natuurbeschermer, en om de<br />

diepe afgronden van de menselijke ziel te<br />

laten zien. Ik geef hem de ruimte.’<br />

Maar in uw voice-over gaat u vooral tegen<br />

hem in.<br />

‘Dat is geen deconstructie maar discussie.<br />

Van mijn kant is er een open debat met hem<br />

over zijn positie. Als hij zich laat gaan in new<br />

age pseudo-filosofie of als hij zijn Walt Dis-<br />

ney-attitude ten aanzien van wilde natuur<br />

tentoonspreidt. Ik sta op en zeg: hier verschil<br />

ik van mening met Treadwell. Maar om<br />

discussie met iemand te hebben, moet je hem<br />

construeren, een identiteit geven. En het<br />

karakter mag niet eendimensionaal zijn,<br />

want dan kan het beeld dat je schetst weer<br />

heel makkelijk worden aangevallen.’<br />

Ambivalentie dus. Heeft u een dergelijke houding<br />

ook tegenover de personages in uw fictiefilms?<br />

‘Zeker, ja. Als je bijvoorbeeld kijkt naar<br />

Aguirre, der Zorn Gottes (1972), dan denk ik<br />

dat die ambivalentie er inderdaad is. Recent<br />

hoorde ik iemand lesgeven over scenarioschrijven<br />

in Hollywood. Eén van de belangrijkste<br />

principes is dat het karakter door een<br />

transitie moet gaan. Ik zei toen: kijk naar<br />

Aguirre, die verandert helemaal niet! En wat<br />

te denken van Kaspar Hauser (uit Jeder für<br />

sich und Gott gegen alle (1974), NB), wat van<br />

Brian Fitzgerald (in Fitzcarraldo (1982), NB)?<br />

Wat voor soort regels zijn dit? Ik vind ze niet<br />

erg intelligent. Karakters hoeven niet te veranderen,<br />

als ze maar een ongrijpbare complexiteit<br />

hebben. Dat is goed, want mensen<br />

zijn nu eenmaal gecompliceerd. Dus waarom<br />

mag het hoofdkarakter in een film dat niet<br />

zijn?’<br />

En tegenover de natuur? U heeft haar vaak<br />

omschreven als hel op aarde, maar filmt haar<br />

in uw nieuwe documentaire Encounters at the<br />

End of the World (2007) weer in volle glorie.<br />

‘Antarctica heeft een vreemde, alles doordringende<br />

pracht. Het is onmogelijk dat te<br />

negeren. Doet er niet toe waar je de camera<br />

heenzwaait, ze is er gewoon. Ik probeer de<br />

natuur niet te esthetiseren, die heeft haar<br />

inherente esthetiek. En al zou ik het doen,<br />

wat dan nog? Het festivalpubliek was woedend<br />

over mijn documentaire Lessons of<br />

Darkness (1992), over brandende olievelden<br />

in Koeweit tijdens de Irak-oorlog. Die walging<br />

is te herleiden tot de beschuldiging van het<br />

esthetiseren van de horror. Maar dat doet<br />

Stanley Kubrick ook aan het eind van Dr.<br />

Strangelove Or: How I Learned to Stop Worrying<br />

and Love the Bomb. Wat is daar mis mee?’<br />

februari/maart 2008 <strong>Skrien</strong> 31

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!