02.06.2013 Views

Open PDF - Skrien

Open PDF - Skrien

Open PDF - Skrien

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Wisseling van de wacht<br />

Soundtrack Tipparade 2007<br />

Zouden oude filmcomponisten bij jonge filmmakers nog bekend zijn? Of beschouwen de studio’s<br />

en grote producenten een bejaard musicus als bedrijfsrisico? Een hele generatie wordt afgelost,<br />

9<br />

maar mag niet worden vergeten. Eerste deel van het jaaroverzicht filmmuziek.<br />

Kees Hogenbirk<br />

Mocht een ‘klassieke’ score als niet meer ‘van<br />

deze tijd’ worden beschouwd, dan kan de<br />

producent de muziek altijd nog vervangen –<br />

dat doen die geldschieters sowieso al te vaak.<br />

Maar geef de oude rot in elk geval de kans<br />

om iets van ouderwetse kwaliteit te maken!<br />

Een componist behoort in het harnas te sterven.<br />

Van Maurice Jarre weten we dat hij van<br />

zijn pensioen geniet, maar waar blijft een<br />

nieuwe opdracht voor John Barry? John Williams<br />

doet ook al niets meer sinds Munich<br />

(2005). Gelukkig is hij wel gecontracteerd<br />

voor Spielbergs Indiana Jones IV en naar verluid<br />

meteen voor diens Lincoln. Lalo Schifrin<br />

wordt alleen nog ingehuurd door Brett Ratner<br />

(Rush Hour 3, cd op Varèse Sarabande).<br />

Waarom niet meer regisseurs Schifrins symfonische<br />

jazz voor actiekomedies appreciëren<br />

boven drumcomputers en synthetische strijkers,<br />

is een raadsel. Orkestrale ritmiek brengt<br />

personages dichter bij de toeschouwer dan<br />

elektronica en verhoogt daarmee de betrokkenheid<br />

bij de film.<br />

Toch vrezen veel producenten waarschijnlijk<br />

dat atonale scores het jeugdige publiek<br />

afschrikken. Zo valt schrijnend op hoe weinig<br />

er tegenwoordig nog modernistisch wordt<br />

gecomponeerd, wat vroeger tot de bagage<br />

van iedere componist diende te behoren.<br />

Nieuw talent<br />

Dit neemt niet weg dat er elk jaar onbekende<br />

namen opduiken die het waard zijn om in de<br />

gaten te houden. In het vermakelijke sprook-<br />

Tipparade:<br />

38 <strong>Skrien</strong> februari/maart 2008<br />

10<br />

je Stardust (Decca) laat componist Ilan Eshkeri<br />

horen dat hij grote orkestratiegaven<br />

bezit, al mis ik de melodische benadering die,<br />

liefst volgens leidmotieven à la Howard Shore<br />

en John Williams, ons naar die personages<br />

kan toetrekken. Typerend is dat de muzikaal<br />

meest aanstekelijke scène, de drag-dans van<br />

Robert De Niro, drijft op Jacques Offenbachs<br />

cancan uit Orpheus in de Onderwereld. Merkwaardig<br />

genoeg is Eshkeri’s muziek voor Hannibal<br />

Rising (gecomponeerd met Shigeru<br />

Umebayashi) daarentegen ongepast mooi: de<br />

strijkerslegati proberen te hard om indruk te<br />

maken.<br />

Geoff Zanelli hield zijn cellomelodie in Disturbia<br />

(Lakeshore) zacht, wat een prestatie is<br />

voor een thriller. Als zijn glissandi traag naar<br />

een crescendo toe sluipen bij het betrappen<br />

van de voyeur door de bespioneerde, krijgt<br />

de haast klassieke muziek een fraaie Wojciech<br />

Kilar-achtige toon. De Pool Kilar zelf<br />

leverde een biologerende score voor James<br />

Grays We Own the Night (Lakeshore).<br />

Tegen zijn gewoonte in liet regisseur Ridley<br />

Scott in American Gangster de componist,<br />

Marc Streitenfeld, een beschouwelijke score<br />

schrijven die in lange tracks de kans krijgt<br />

onder de huid van personages en publiek te<br />

kruipen. Streitenfeld – in 2006 ook actief<br />

voor Russell Crowe, in A Good Year (Sony) –<br />

beschikt over een mooie eigen, orkestrale<br />

klankkleur die zich niet laat verleiden retrosoul<br />

uit 1968 te kopiëren. Hij overspant met<br />

een hallucinerende baslijn de sequenties<br />

A Prairy Home<br />

Companion<br />

Heimwee over de allerlaatste<br />

live-radioshow vanuit een<br />

theatertje met publiek doordesemt<br />

bij voorbaat de uitzending<br />

waarvan wij in de<br />

bioscoop getuige zijn. Robert<br />

Altmans ensemble beeldt treffend<br />

echte personen uit,<br />

inclusief ironische ondertoon<br />

of ontroering: Meryl Streep en<br />

Lily Tomlin zijn de laatst<br />

overgebleven zusjes van een<br />

zingende familie, Woody Harrelson<br />

en John C. Reilly spelen<br />

hilarisch scabreuze cowboys<br />

en vooral Garrison Keillor<br />

is indrukwekkend als de<br />

zingende (en in het echt ook<br />

tekstdichtende) host. De liedjes<br />

van Richard Dworsky – hij<br />

speelt in de film mee als pianist<br />

van de band, als een<br />

soort Penguin uit Batman<br />

Returns (1992) – zijn veelzeggend<br />

geinig en liefhebbend.<br />

Zulke radio-uitzendingen<br />

waar de film overgaat van de heroïneproductie<br />

in Vietnam naar de afzetmarkt in Harlem.<br />

Helaas krijgt de instrumentale score op cd<br />

(Def Jam) niet dezelfde ruimte ten opzichte<br />

van de source-songs als in de film: slechts<br />

4:53 minuten.<br />

Uit Engeland blijven grote beloften komen.<br />

Nicholas Hooper begeleidt Harry Potter and<br />

the Order of the Phoenix (Warner Bros.) net<br />

zo onopdringerig Brits als de niet-moraliserende<br />

Engelse levensles in de film: dat de<br />

gedachte aan vriendschap de toverkunst versterkt.<br />

Robert Lane won terecht een BAFTA<br />

voor zijn muziek bij de televisieserie Elizabeth<br />

I en Trevor Morris kreeg een Emmy voor<br />

zijn Main Title Theme van The Tudors (Varèse),<br />

waarin hij op een modern ritme renaissancistische<br />

vedel en luit zich laat voortspoeden.<br />

Ook met digitale middelen wordt interessant<br />

geëxperimenteerd: Ramin Djawadi ondersteunt<br />

nu al twee seizoenen adequaat de<br />

televisieserie Prison Break. Noch aan de ontsnappingen<br />

noch aan de versterkte tempi<br />

komt een einde. Djawadi is inmiddels doorgedrongen<br />

tot de speelfilm. Samen met<br />

Klaus Badelt maakte hij de Afrikaans getoonzette<br />

score voor Beat the Drum (beide titels:<br />

Varèse). De popgroep Broken Social Scene<br />

ten slotte legt in Half Nelson (Lakeshore)<br />

onder de twijfels van de idealistische leraar<br />

die aan de heroïne is, indringend een elektronische<br />

introspectie en onderhuidse klankeffecten.<br />

moeten toch, compleet met<br />

reclamespotjes en sponsorjingles<br />

die de cast zelf<br />

bedenkt, als een live-action<br />

Muppet Show een groot<br />

publiek kunnen trekken? De<br />

wetenschap dat dit Altmans<br />

laatste film zou blijken, zorgt<br />

voor weemoedige hoop: in<br />

zijn films zal de meester<br />

voortleven, gelijk de eeuwige<br />

afscheidstour van de Companion-radiocrew.<br />

Silva Screen SILCD-1213 (64:42)<br />

8 The Invasion<br />

Filmmuziek is een dienende<br />

kunstvorm en afhankelijk van<br />

de drager waarvoor de componist<br />

werkt. Daarom is de mate<br />

waarin een soundtrack-cd als<br />

zelfstandige luisterervaring<br />

prettig overkomt, van secundair<br />

belang. Niet elke film<br />

nodigt uit tot een thematisch<br />

vormvaste partituur. Het is<br />

derhalve des te bewonderenswaardiger<br />

dat musicus John<br />

Ottman zich zo ondergeschikt<br />

heeft opgesteld. Hij heeft zijn<br />

potentieel maximaal benut:<br />

ofschoon Fantastic Four Rise<br />

of the Silver Surfer (Sony Classical)<br />

onder bombarie<br />

bezwijkt, heeft hij als beeldeditor<br />

– hij monteerde en<br />

scoorde The Usual Suspects<br />

(1995) – een haarfijn gevoel<br />

voor plaatsing van de klank.<br />

In The Invasion koppelt regisseur<br />

Oliver Hirschbiegel verhulde<br />

kritiek op Amerika’s<br />

optreden in Irak aan microscopisch<br />

inzicht in de werking<br />

van een virus dat de mensheid<br />

gaat beheersen. Ottman<br />

verbindt de sequenties met<br />

lange stukken melodieloze<br />

underscore, in orkestrale<br />

klankclusters die kunnen<br />

worden opgevat als hommage<br />

van Jerry Goldsmiths Coma<br />

(1978) en Alien (1979).<br />

Uiterst effectief drijft hij de<br />

onzichtbare spanning op;<br />

reeds geïnfecteerde stedelingen<br />

zijn moeilijk te onderscheiden<br />

van hen die zich<br />

bewust emotieloos voordoen.<br />

De muziek woekert dus<br />

inwendig voort, als een letterlijke<br />

vertaling van de pathologie.<br />

Alleen tussen moeder en<br />

kind klinken, kort, herkenbare<br />

harparpeggio’s en harmonieuze<br />

strijkers. Bij hen ligt<br />

tenslotte de – te abrupte –<br />

oplossing.<br />

Varèse 302-066-837-2 (49:05)<br />

Alatriste<br />

De groots opgezette Spaanse<br />

productie over de periode van<br />

‘onze’ Tachtigjarige Oorlog<br />

legt dapper bloot dat het hof<br />

van Philips IV en zijn regering<br />

door en door verrot was toen<br />

de Hollanders – volgens regisseur<br />

Arturo Peréz Revuerte<br />

tenminste – smeekten om<br />

vredesonderhandelingen.<br />

Spanje’s vergane glorie zet<br />

door als ze het vervolgens aan<br />

de stok krijgen met Frankrijk.<br />

Het epos gaat dus niet om een<br />

nationalistische triomf; alleen<br />

de onzelfzuchtige huurling<br />

Diego Alatriste is een held.<br />

Componist Roque Baños<br />

houdt zich dan ook knap in.<br />

Op de achtergrond zijn periodestukjes<br />

te ontwaren, evenals<br />

een Armeens aandoende<br />

houtblazermelodie in verband<br />

met alle tot mislukken<br />

gedoemde verliefdheden van<br />

de kapitein en zijn zoon, en<br />

wat rondborstige overwin-<br />

7<br />

The Bourne<br />

Ultimatum<br />

Een leven als één lange<br />

stroomversnelling maakt de<br />

meeste indruk op de momenten<br />

dat het even rustig is.<br />

Mobiel camerawerk, flitsende<br />

montage, flets kleurgebruik<br />

en de adrenaline opstuwende<br />

score nemen dan gas terug<br />

voor gepuzzel over de doofpotmotieven<br />

van de geheime<br />

dienst. Ieren en Engelsen, respectievelijk<br />

regisseur Paul<br />

Greengrass en componist<br />

John Powell, bewaren precies<br />

de nodige kritische afstand<br />

tot Amerika. Vervolgens zet<br />

Powell het hoofdthema van<br />

ningsmuziek (bij de overgave<br />

van Breda bijvoorbeeld). Als<br />

Alatriste waardig sneuvelt<br />

tegen de Fransozen zet Baños<br />

er een gedragen vierkwartsmaat<br />

onder: een folkloristisch<br />

geïnstrumenteerde mars die<br />

echter niet zwaar martiaal<br />

klinkt maar in de hoge noten<br />

indruk maakt met respect<br />

voor de gewone man op het<br />

krijgsveld.<br />

Meliam Music MM0090601 (75:02)<br />

acht keer twee herhaalde<br />

noten weer in: repetitief<br />

zagend op de zware strijkers<br />

maant het de agent-metgeheugenverlies<br />

tot handelen<br />

en bezorgt het de kijker de<br />

hartslag in de keel. Het<br />

thema, gecomponeerd als<br />

actiemotief voor The Bourne<br />

Identity (2002), wordt hiermee<br />

een privéleidmotief voor<br />

Jason Bourne. Ertussendoor<br />

ligt een hoogpolig tapijt van<br />

klankeffecten, beweeglijke<br />

Arabische instrumenten – er<br />

wordt adembenemend gejaagd<br />

in Tanger – en vooral veel uitheems<br />

en akoestisch slagwerk.<br />

Powell vult dit tegen het<br />

einde aan met een, eveneens<br />

al bekende, gedragen compositie<br />

van meer berustende<br />

lange tonen. De conclusie van<br />

de film is namelijk niet erg<br />

vertrouwenwekkend voor<br />

oprechte Amerikaanse burgers.<br />

De sterke ritmiek heeft<br />

wel de beelden van de film<br />

nodig, want thematisch is de<br />

soundtrack op cd minder veelzijdig<br />

dan we van Powell<br />

gewend zijn.<br />

Decca B0009488-02 (55:03)<br />

februari/maart 2008 <strong>Skrien</strong> 39

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!