Uitwerkingen Organisatie, leiding & management - Noordhoff ...

Hoofdstuk 2 Strategie
2.1a De Abell-analyse is erop gericht tot een zo goed mogelijke businessdefinitie te
komen. Daarbij onderscheidt hij drie dimensies: marktgroependimensie,
probleemoplossende functie en technologiedimensie.
b Leveranciers, substituutproducten, afnemers en nieuwe toetreders.
2.2a Cash cow. De groei is er uit, maar bij goed beheersmatig management kan er nog
winst behaald worden, die gebruikt wordt voor investeringen in ‘andere’ activiteiten.
b Beheersmatig management is noodzakelijk (uitmelken). Management moet zoeken
naar alternatieven (wild cats) om de winst uit de warenhuizen in te investeren.
2.3a Het marktaandeel is nog redelijk klein, maar de verwachte marktgroei is groot. Dat
zijn de kenmerken van ‘stars’.
b Philips zal de winst uit andere divisisies (cash cows) aanwenden om meer te
investeren in de medische sector. Immers, de verwachting is dat daar meer groei- en
winstkansen zijn in de toekomst.
2.4a Teleologisch: doel staat centraal, vanuit dat doel worden subdoelstellingen (beleid)
afgeleid.
Incrementeel: onderhandelend met stakeholders formuleert het management
doelstellingen en daarvan afgeleid beleid.
b Teleologische planning. De omgeving is bij een bureaucratische organisatie redelijk
stabiel. Doelen worden geformuleerd door het topmanagement aannemende dat er
weinig veranderingen zijn in de omgeving.
2.5a Joint venture.
b Het risico is te groot voor elk van beide partijen, ze kunnen gebruik maken van
elkaars expertise. Risicospreiding.
2.6a Lagere kosten, minder investeringen voor het bedrijf, betere afhandeling van zaken
omdat het een professioneel transportbedrijf is.
b Bedrijf heeft minder grip op de transportactiviteiten (is afhankelijk van
transportbedrijf); geen reclame op ‘eigen’ vrachtwagens.
2.7a Marktontwikkeling. Met bestaande producten zoekt het bedrijf een nieuwe markt op
(Duitsland en Frankrijk).
b Zijn de behoeften en voorkeuren van klanten in Duitsland en Frankrijk hetzelfde als in
Nederland? Heeft het bedrijf voldoende gekwalificeerd personeel om de export tot
een succes te maken?
2.8a Productleadership betekent dat een bedrijf vooruit wil open op het gebied van nieuwe
technologie en nieuwe producten. Nokia en Philips willen geen volgers zijn.
Kernwaarden die daarbij horen zijn innovatie, bereidheid tot veranderen, en
creativiteit. De levenscycli van de producten is vaak kort, wat vraagt om constante
vernieuwing.
b De afdeling Research en Ontwikkeling is in dit soort bedrijven de dominante afdeling.
Daaruit moeten de impulsen komen tot vernieuwing.
2.9a Bij een strategische alliantie werken bedrijven samen op een manier dat zij bepaalde
activiteiten gezamenlijk uitvoeren.
b Gezamenlijk uitvoeren van onderhoud, hogere bezettingsgraad omdat klanten van de
ene naar de andere maatschappij kunnen worden overgeboekt.
6
© Noordhoff Uitgevers 2009, Uitwerkingen Organisatie, leiding & management