Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Traditioneel worden dijken vooral door civieltechnici ontworpen en gemaakt. In die zin is een <strong>Rijke</strong><br />
<strong>Dijk</strong> niet zomaar ontworpen. Het doel van een dijk <strong>of</strong> waterkering is het water buitendijks te houden<br />
en daarmee overstromingen voorkomen. Situaties zoals 1953 in Nederland, 1954 en 1962 in<br />
Duitsland en liefst ook 2005 in de Verenigde Staten (Katrina) moeten koste wat het kost worden<br />
voorkomen. Veiligheid tegen overstromen bepaalt voor een groot deel hoe een waterkering eruit<br />
ziet. Ten eerste zijn het in Nederland vaak hoge constructies, want naast een stormvloed die vaak<br />
in de buurt van +5 m NAP ligt, moeten ook golven worden gekeerd. <strong>Dijk</strong>en hebben vaak een<br />
hoogte die orde +10 m NAP ligt.<br />
<strong>De</strong> voornaamste conclusie uit het civieltechnisch ontwerp naar de ecologie toe is:<br />
Bij het ontwerpen van dijken en zeeweringen is de hoogte belangrijk en de bekleding op<br />
het buitentalud. Het onderste gedeelte, een deel van het benedentalud en de teen, is veel<br />
minder belangrijk en dit is juist de zone waar het getij en dus de ecologie een rol speelt.<br />
Vaak worden deze onderdelen traditioneel ontworpen, maar vanuit de <strong>Rijke</strong> <strong>Dijk</strong> gedachte<br />
is er heel veel vrijheid. Ecologie en veiligheid, <strong>of</strong> biologen en civielen, bijten elkaar niet.<br />
Integendeel, er is alle ruimte voor samenwerking.<br />
Wat betreft deze vrijheid kan worden gedacht aan:<br />
bredere stortsteen kreukelbermen<br />
toepassen van grotere, zachtere en poreuze steen<br />
toepassen van brede sorteringen (veel grote en kleine stenen)<br />
ecologisch optimale hoogte van de kreukelberm<br />
andere toepassingen dan stortsteen<br />
optimalisatie toplaag van bekledingen benedentalud naar ecologie<br />
optimalisatie afmetingen blokken (dwarsafmetingen) van benedentalud<br />
In het verleden zijn er wel relevante toepassingen geweest. Te denken valt aan de <strong>Dijk</strong>tuin<br />
proeven in de jaren negentig op Neeltje Jans, voorgestelde kunstmatige getijdepoelen in de<br />
Hartelhaven, studies naar een eiland in zee en buitenlandse toepassingen als kunstmatige riffen<br />
en reefballs.<br />
<strong>De</strong> ontwerpkennis en relevante toepassingen zijn verder in ho<strong>of</strong>dstuk 3 beschreven, met ook hier<br />
veel informatie middels foto’s.<br />
Hoe zien <strong>Rijke</strong> <strong>Dijk</strong>en eruit?<br />
<strong>De</strong> beschreven sturende ecologische factoren en de samengevatte civiele en praktische kennis<br />
zijn verder uitgewerkt tot globale ontwerpen voor <strong>Rijke</strong> <strong>Dijk</strong>en langs de Nederlandse kust. In dit<br />
project zijn in de vorm van een ontwerp-atelier globale ontwerpen voor <strong>Rijke</strong> <strong>Dijk</strong>en gerealiseerd.<br />
<strong>De</strong> ontwerpopdracht was gebaseerd op verschillende karakteristieke combinaties van diepte en<br />
golf-expositie:<br />
1. Geëxponeerde dijk op diep water; bijvoorbeeld Westkappelse Zeedijk, blokkendam Maasvlakte<br />
2. Beschutte dijk op diep water; bijvoorbeeld in de havens van <strong>Rotterdam</strong><br />
3. Beschutte dijk op ondiep water; bijvoorbeeld in de estuaria als Wester- en Oosterschelde en de<br />
Waddenzee.<br />
Voor ieder van deze combinaties zijn ontwerpen gemaakt door een groep van ‘civielers’ en<br />
‘biologen’, waarbij de ecologie voorop stond en waar in laatste instantie naar de “maakbaarheid” is<br />
gekeken. Daarbij is uitgegaan van volledig nieuwe dijkontwerpen, niet van aanpassingen aan<br />
bestaande dijken.<br />
Bij het ontwerp van een <strong>Rijke</strong> <strong>Dijk</strong> is uitgegaan van een optimalisatie van een aantal<br />
ontwerpaspecten:<br />
Het dwarspr<strong>of</strong>iel. Door bijvoorbeeld een zeer flauw talud in de intergetijdezone te ontwerpen is<br />
het oppervlakte intergetijdegebied fors te vergroten. Door onderbrekingen in het pr<strong>of</strong>iel te<br />
maken zijn getijdepoeltjes te creëren.<br />
Materiaalkeuze (kalksteen, asfalt, beton, basalt, etc.). Poreus, ruw materiaal met een goed<br />
watervasthoudend vermogen biedt de beste vestigingsmogelijkheden.<br />
Steenzetting. Door niet te netjes te zetten ontstaan holtes en spleten. Door stenen getrapt te<br />
zetten ontstaan kleine poeltjes met water.<br />
viii