09.09.2013 Views

Bijlage 2 Archeologie - Gemeente Nieuwegein

Bijlage 2 Archeologie - Gemeente Nieuwegein

Bijlage 2 Archeologie - Gemeente Nieuwegein

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

4. Zijn er meerdere bewoningsniveaus aan te wijzen en zo ja wat is de diepteligging van deze niveaus. Wat is de<br />

datering en ruimtelijke spreiding van de niveaus?<br />

Er zijn geen meerdere bewoningsniveaus aanwezig. In het zuidoostelijke gedeelte van het onderzoeks-<br />

gebied bevindt zieh in de proefsleuven 16, 18 en 30 een pakket oeverafzettingen onder de komafzettin-<br />

gen, op een diepte van ca 100 cm onder het maaiveld. Op deze oeverafZettingen heeft zieh vervolgens<br />

een dun vegetatieniveau gevormd. Op dit niveau is waarschijnlijk wel bewoning mogelijk geweest,<br />

maar hier zijn geen aanwijzingen voor gevonden.<br />

5. Komen de archeologische verwachtingszones van het bureau onderzoek al dan niet overeen met de bedding en<br />

oeverwallen behorende bij de Blokse stroomgordel?<br />

De aangetroffen archeologische waarden bevinden zieh uitsluitend op~eddin-gaket;tingel:h_<br />

Vermoedelijk vormt de aangetroffen restgeul de begrenzing van de vindplaats. De verwachtingszones<br />

komen globaal dus overeen. Uitzondering geldt voor het komgebied, wat in het vooronderzoek een<br />

middelhoge verwachting heeft gekregen.<br />

Hoewel in het vooronderzoek terecht gesteId wordt dat het komgebied in principe ongeschikt<br />

is voor bewoning, wordt er toch een middelhoge archeologische verwachting gegeven aan de zone met<br />

komafzettingen.>' Deze verwachting is geheel gebaseerd op een vondstmelding in Archis, waarin wordt<br />

gesproken over de vondst van Romeins aardewerk. Mogelijk is deze waarneming in Archis niet op de<br />

juiste locatie geplaatst. Tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn in het komgebied geen archeologische<br />

waarden aangetroffen.<br />

6. Zijn de te verwachten archeologische resten aangetast door verstoringen als gevolg van bouwwerkzaamheden, die<br />

in het verleden hebben plaatsgevonden? En zo ja, waar en in welke mate?<br />

De omvang van de vindplaats binnen het plangebied bedraagt ongeveer 2.58 ha. 55 Hiervan is ca.2.500<br />

m 2 door middel van proefsleuven onderzocht. Van het onderzochte deel is ongeveer 1.700 m" onver-<br />

stoord, oftewel 68%. Dit wil zeggen dat ongeveer 32% verstoord is door (sub)recente vergravingen. De<br />

verstoring concetreert zieh echter in sleuven 1 en 2. Het gevolg is dan ook dat grote delen van de<br />

vindplaats in slechts geringe mate onderhevig zijn geweest aan verstoringen. De Romeinse sporen<br />

(greppels, kuilen en paalkuilen) nemen ongeveer 14.5% in beslag van de onderzochte oppervlakte.<br />

Voorts zijn sleuven 7, 9 en 29 te beschouwen als volledig verstoord.<br />

Bij het aanleggen van de atletiekbaan zijn eveneens sporen aangetast, zowel in de zone binnen<br />

de atletiekbaan als onder de atletiekbaan. Onder de atletiekbaan zelf mag verwacht worden dat enkel de<br />

diepere sporen bewaard zijn gebleven. In de zone binnen de atletiekbaan is de verstoring veel geringer.<br />

Hier zijn plaatselijk nog cultuurlagen aanwezig. Niet alleen diepe sporen maar ook minder diepe sporen<br />

zoals kleine paalkuilen zijn bewaard.<br />

Wanneer we kijken naar de gaafheid van het bodemarchief in de vindplaats in het plangebied<br />

dan is ongeveer 29% verstoord of grotendeels verstoord.<br />

7. Kan het landschap en de wijze van gebruik in het verleden gereconstrueerd worden?<br />

Aan de hand van de profielen die tijdens het proefsleuvenonderzoek zijn bestudeerd, is het niet moge-<br />

lijk om een nauwkeurige reconstructie van het landschap te maken. Wel zijn er verschillende land-<br />

schappelijke zones aan te wijzen. Het onderzoeksgebied bestaat uit een zone die is gelegen op de Blok-<br />

se stroomgordel, een zone in het komgebied buiten de stroomgordel en een zone met komafzettingen<br />

op oudere oeverafzettingen. De aangetroffen vindplaats is geheel gelegen op de oever- en beddingafzet-<br />

tingen van de Blokse stroomgordel. In het lager gelegen en natte komgebied zijn geen archeologische<br />

54 Den Otter 2007,30.<br />

55 Tot de vindplaatswordt de volledige oppervlakte gerekend die omgeven is door de geu!. Enkel die delen van de geul waarin<br />

Romeinse sporen zijn aangetroffen, worden meegerekend. Als zuidelijke grens wordt de huidige bebouwing aangehouden<br />

voor het berekenen van de oppervlakte. Vermoedelijk strekte de vindplaats zieh echter nog uit in zuidwestelijke riehting.<br />

32

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!