HE T REGIONAAL LANDSCHAP KEMPEN & MAASLAND Laat zich ...
HE T REGIONAAL LANDSCHAP KEMPEN & MAASLAND Laat zich ...
HE T REGIONAAL LANDSCHAP KEMPEN & MAASLAND Laat zich ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
P LANMATIGE ONTGINNINGEN<br />
Planmatige ontginningen binnen het regionaal<br />
landschap.<br />
De teloorgang van het traditionele landbouwsysteem gebaseerd op plaggenakkers en waarbij belangrijke<br />
oppervlakten woeste gronden werden ingeschakeld leidde in combinatie met nieuwe infrastructurele en<br />
industriële middelen, waaronder de aanleg van grote kanalen, mijnindustrie, … tot uiteenlopende soorten<br />
grootschalige planmatige ontginningen tussen 1850 en 1950. Het gaat om :<br />
Grootschalige aanleg van landbouwnederzettingen (bv. in de Antwerpse Kempen te Geel maar ook Siberië<br />
te Peer):<br />
Aanleg van een tiental vloeiweiden of wateringen waarbij de arme grond vruchtbaar gemaakt werd via<br />
bevloeiing via een dicht net van gegraven slootjes die werden gevoed via een toevoergracht die<br />
mineraalrijk water tapte ter hoogte van de kanalen (Zuid-Willemsvaart):<br />
Grootschalige bebossingen als resultaat van de wetgeving en stimuli door de Belgische overheid in de 19 de<br />
eeuw en ten gevolge van de vraag naar mijnhout in de 20 e eeuw. Voor deze bebossingen werd voor de<br />
bemesting van de grond over het kanaal stadsmest aangevoerd vanuit grote steden als Antwerpen. De<br />
meest uitgestrekte planmatige bebossingen zijn het complex Roelerheide, Olenderheide, Bodembossen te<br />
Zutendaal, As en Genk (grotendeels eind 19 de eeuw), het complex Grootruiderbos (grotendeels eind 19 de<br />
eeuw) en het complex Zonhoverbos te Genk (rond 1950).<br />
Alhoewel uiteenlopend van karakter en gespreid over nagenoeg een eeuw hebben deze planmatige<br />
ontginningen gemeen :<br />
Dat ze planmatig verlopen en volgens regelmatig ontsluitingspatroon, doorgaans dambordpatroon;<br />
Dat ze uitgevoerd worden op overheidsgezag of door kapitaalkrachtige privé-investeerders en op relatief<br />
korte termijn;<br />
Dat ze vaak experimenteel zijn van karakter of een modelfunctie hebben (modelboerderijen).<br />
45 45