12.09.2013 Views

Khaled Anatolios, Athanasius. The coherence of ... - Bart van Egmond

Khaled Anatolios, Athanasius. The coherence of ... - Bart van Egmond

Khaled Anatolios, Athanasius. The coherence of ... - Bart van Egmond

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

transcendente wereld, maar een samengaan in de wereld. De Logos het actieve principe (to poioun), de<br />

materie het passieve (to paschoon).<br />

Zowel de filos<strong>of</strong>ie <strong>van</strong> de Stoa als <strong>van</strong> Aristoteles waren formatieve elementen in de receptie <strong>van</strong> het<br />

platoonse denken in het Midden-Platonisme. In deze school is de transcendentie <strong>van</strong> het hoogste<br />

principe heel sterk benadrukt. De ideeën worden gezien als gedachten <strong>van</strong> het hoogste wezen, die door<br />

de Demiurg worden afgedrukt in de schepping. Die ontwikkeling <strong>van</strong> een toenemende nadruk op<br />

transcendentie gaat door in het neoplatonisme. De theologie wordt steeds meer ap<strong>of</strong>atisch. Bij Plotinus<br />

is het goddelijke zeker wel overal aanwezig en doorstroomt het uiteindelijk alles, maar een<br />

intentionele gerichtheid <strong>van</strong> het goddelijke naar de lagere wereld wordt fundamenteel ontkend. En<br />

daarin bereikt het neoplatonisme een climax in de accentuering <strong>van</strong> de goddelijke transcendentie. Hier<br />

wordt gedacht in emanaties <strong>van</strong> het goddelijke via allerlei tussenstations (nous, wereldgeest en<br />

wereldziel). Maar het Ene is onnoembaar en onbereikbaar.<br />

Als het gaat om Gods relatie met de wereld komt het hellenistische filos<strong>of</strong>ie uit op twee uitkomsten:<br />

1. Goddelijke transcendentie is allereerst zelfgenoegzaamheid en zelfingenomenheid.<br />

2. Intentionele en directe betrokkenheid op de wereld past niet bij de hoogste vorm <strong>van</strong><br />

transcendentie. Daarom werd onderscheiden tussen de hoogste vorm en lagere vormen <strong>van</strong><br />

transcendentie (de tussenwezens) om de relatie tussen God en de schepping toch te bewaren.<br />

1.2. De joods-christelijke achtergrond<br />

Het eigene aan de God <strong>van</strong> de bijbel is dat zijn grootheid en transcendentie zich juist uiten in zijn<br />

bevrijdende aanwezigheid in aardse gebeurtenissen. Er is geen andere God dan Hij die de wereld<br />

geschapen heeft, met die wereld een verbond heeft en een speciaal verbond met zijn volk. Gods<br />

transcendentie en immanentie zijn geen absolute tegenstellingen in de bijbel. Transcendentie wordt<br />

beschreven in termen <strong>van</strong> neerdaling en daarom zijn er geen tussenwezens nodig.<br />

De joodse exegeet Philo probeert deze bijbelse visie te integreren met de Griekse filos<strong>of</strong>ie. Het eerste<br />

wat hij zegt is dat God onkenbaar is in zichzelf (in zijn ousia), maar zich openbaart door zijn werken<br />

in de wereld. Niet dat hij iets <strong>van</strong> zichzelf achterhoudt, maar de mens kan de volheid <strong>van</strong> God gewoon<br />

niet vatten omdat hij een schepsel is. Of Philo zoekt bepaalde krachten <strong>van</strong> God (gedacht als<br />

hypostasen) als intermediair. Zij hebben een transcendent en een immanent aspect. Zo ook de Logos,<br />

het is een instrument (organon) <strong>van</strong> God dat bemiddelt tussen de intelligibele wereld <strong>van</strong> God en de<br />

sensibele wereld. Zo bemiddelt de Logos tussen Gods transcendentie en immanentie.<br />

In het Nieuwe Testament komt de vraag naar de verhouding <strong>van</strong> Gods immanentie en transcendentie<br />

centraal te staan rond het werk en de persoon <strong>van</strong> Jezus. In de vroege kerk zetten de apologeten zich af<br />

tegen stoïsch immanentisme door God en de wereld sterk met elkaar te contrasteren. Maar dit bracht<br />

hen in de problemen. Omdat ze Gods transcendentie in tegenstelling tot Gods ontologische<br />

verbondenheid met de wereld stelden (tegenstelling tussen ‘zijn’ en ‘worden’), werd de Logos bij hen

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!