pdf (688,22 kb) - Regionaal Archief Zutphen
pdf (688,22 kb) - Regionaal Archief Zutphen
pdf (688,22 kb) - Regionaal Archief Zutphen
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
lz. 88 Oud <strong>Archief</strong> <strong>Zutphen</strong> (OAZ) 0001<br />
8. STEDELIJKE FINANCIEN<br />
8.1. Rekeningen<br />
8.1.1. Rentmeestersrekeningen met bijlagen<br />
8.1.1.1. Onderrentmeesters<br />
8. STEDELIJKE FINANCIEN<br />
8.1. REKENINGEN<br />
8.1.1. RENTMEESTERSREKENINGEN MET BIJLAGEN<br />
N.B. De stadsfinanciën werden beheerd door de over- en de onderrentmeester, aanvankelijk<br />
tot 1526 twee van de schepenen, die alle jaren op Petri (<strong>22</strong> februari) werden gekozen. De<br />
laatste was belast met de betaling van de door de stad uitgegeven lijfrenten (pensies) en<br />
met het beheer van de goederen, die als zekerheid van die betaling waren aangewezen. De<br />
oudste onderrentmeestersrekeningen bevatten geen aantekening betreffende de afhoring.<br />
De rekening 1430-1431 (inv.nr. 870) noemt in dit verband: gemene schepenen, raden en vijf<br />
burgers; die van 1432-1433 (inv.nr. 871) beide eerstgenoemde categorieën en “onse 6<br />
burgers”. Daarna bevat eerst de rekening van 1503-1504 (afgehoord in 1541, inv.nr. 926) de<br />
aantekening, dat richters, raden, kerkmeesters en acht vertegenwoordigers vanwege de<br />
burgers hebben afgehoord, terwijl die van 1507-1508 (afgehoord 1526, inv.nr. 930) vermeldt,<br />
dat “nae older gewoenten" aanwezig zijn geweest leden van de raad, de twee kerkmeesters<br />
en afgevaardigden van de 18 burgers. De zogenaamde “duplo-rekeningen” zijn niet altijd<br />
volledig inhoudelijk identiek. Incidenteel bevatten de rekeningen ook gegevens over andere<br />
betalingen dan strikt genomen in deze rekeningen verwacht kan worden. De eerste<br />
overrentmeestersrekeningen, slechts bekend uit het afschrift van G. Kreynck, die een<br />
aantekening over de afhoring bevatten, zijn die van 1412 en 1413. Toen waren zes burgers<br />
aanwezig. Daarna vinden wij eerst in de rekeningen van 1503-1504 en volgende, die in<br />
1542 en volgende jaren zijn afgehoord, vermeld: richters, raad, kerkmeesters en een aantal<br />
vertegenwoordigers vanwege de burgers. Van enkele rekeningen zijn transcripties<br />
beschi<strong>kb</strong>aar. In voorkomende gevallen is dat in de nota bene bij de beschrijving van de<br />
rekening aangegeven.<br />
8.1.1.1. ONDERRENTMEESTERS<br />
865-1032 Rekeningen van onderrentmeesters<br />
1381-1755<br />
N.B. Het boekjaar begint en eindigt met Sint Petrus ad cathedram (<strong>22</strong> februari). Voor de<br />
jaren 1533-1541, 1545-1559 en 1608-1610, 1630-1631 geldt dat de rekeningen van de<br />
onderrentmeester zijn opgenomen in die van de overrentmeester. Respectievelijk in de<br />
inv.nrs. 1104-1112, 1116-1128, 1169-1170 en 1186.<br />
865 Rekening van Gelys Yseren, [1381-1382], 1 katern<br />
866 Rekening van Johan van Drijnen, 1403-1404, 1 katern<br />
867 Rekening van Jacob Schimmelpenninck, 1421-14<strong>22</strong>, 2<br />
katernen<br />
N.B. In duplo.<br />
867a Rekening van Andries Yserens, Andries en Johan Kreyng<br />
inzake verkochte lijfgelden en geloste ingelden, 1421<br />
868 Rekening van Henric Onbedwonghen, 14<strong>22</strong>-1423, 2 katernen<br />
N.B. In duplo. Een exemplaar is minder gespecificeerd.<br />
869 Rekening van Johan Kreyng, 1423-1424, 1 katern<br />
870 Rekening van Marten van Griete, 1430-1431, 1 katern<br />
871 Rekening van Johan Kreyng (fragment), [1432-1433], 1 katern<br />
872 Rekening van Wermbolt Stuvenberg, 1436-1437, 1 katern<br />
N.B. Betreft alleen uitgaven.<br />
873 Rekening van Evert van der Voerst (fragment), [1437-1438], 1<br />
katern<br />
874 Rekening van [Jacob Schimmelpenninck] (fragment), [1438-<br />
1439], 1 katern