Vastgesteld verslag 31-10-2006 - Stadsdeel Amsterdam-Noord

Aanwezig
VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
Voorzitter P.M. Croese
Secretaris T. Poorthuis
Commissieleden J.A. van Berkum (PvdA), E. Tuzkapan (PvdA), B. Ćondić (PvdA), D.W.S.
Peters (SP), E.I. Boender (GL), R.P. Plantinga (VVD), B. Brakhoven (LN),
C.Y. Poldervaart (CDA)
Dagelijks Bestuur R. Post, K. Diepeveen
Afwezig (m.b.) C.M. Warnaar-Pellikaan (BPN), B.C. Tiddens (De Groenen)
Verslag Verslagbureau Horlings
A. PROCEDUREEL
1. Opening en mededelingen
1 De voorzitter opent de vergadering om 20.07 uur en zij heet de aanwezigen van harte welkom.
2. Vaststellen agenda
2 De agendapunten worden besproken in de volgorde 1, 2, 7, 3/6, 9, 10, 8, 11 en 12.
3 De agenda wordt conform vastgesteld.
3. Vragenhalfuurtje voor burgers
4 Hiervan wordt geen gebruik gemaakt.
4. Verslag 3 oktober 2006
5 Voorgesteld wordt: Bij nummer 32 en een verzoek heeft ingediend te wijzigen in en verder
vraagt de fractie of Kansweb een verzoek heeft ingediend; bij nummer 141, 144, 157 en 161
Azlan te wijzigen in Aslan.
6 De LN-fractie vraagt naar aanleiding van nummer 24 of mogelijke data voor het werkbezoek in
het kader van cameratoezicht bekend zijn.
7 De voorzitter deelt naar aanleiding van nummer 24 mee dat de lijst met mogelijke data voor
het werkbezoek in het kader van cameratoezicht tijdens deze vergadering rond zal gaan.
8 Portefeuillehouder Post deelt naar aanleiding van nummer 178 desgevraagd mee dat zijns
inziens het vertrouwen tussen het stadsdeelbestuur en de OR is hersteld.
9VZ De voorzitter zegt naar aanleiding van nummer 9 toe dat zal worden nagegaan waarom de
verordeningen in de commissie RO zijn behandeld.
10 Het verslag van de vergadering van 3 oktober 2006 wordt, met inachtneming van de
voorgestelde wijzingen, goedgekeurd en vastgesteld.
1

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
5. Openstaande toezeggingen Dagelijks Bestuur
11 Portefeuillehouder Post deelt mee:
• Met de heer Diepeveen over het onderwerp certificering vrijwilligersactiviteiten te
hebben gesproken en dat dit onderwerp via de heer Diepeveen in de commissie
terugkomt. Toezegging 16MID is hiermee afgedaan.
• Dat de VVD-vragen schriftelijk zijn beantwoord. Toezegging 19MID is hiermee
afgedaan.
• Dat de vraag over de Nuggers schriftelijk is beantwoord. Toezegging 20MID is
hiermee afgedaan.
12 De voorzitter stelt vast dat de commissie instemt dat toezegging 14MID van de lijst wordt
afgevoerd.
13 De lijst met openstaande toezeggingen is geactualiseerd.
6. Termijnagenda
14 Het onderwerp Inventarisatie betaalbare woonruimte/werkruimten voor kunstenaars is
heraangemeld door GL.
15VZ De voorzitter deelt mee dat in de agendacommissie zal worden besproken in hoeverre de
agenda van de commissie Middelen op 28 november 2006 haalbaar is.
16 De termijnagenda wordt dienovereenkomstig vastgesteld.
B. BESPREKING BELEIDSONDERWERPEN
7. Winkelmanagement Mosplein en omgeving
VRAGEN VAN DE COMMISSIE AAN DE HEER VAN BEEK NAAR AANLEIDING VAN DE PRESENTATIE
VOORAFGAAND AAN DEZE VERGADERING
17 De PvdA-fractie vraagt:
18 Welke visie of opdracht het stadsdeel aan de projectontwikkelaars heeft gegeven.
19 Wat de grootste knelpunten op het Mosplein en omgeving zijn.
20 Welke rol het MKB Amsterdam en de VEBAN in het geheel spelen.
21 Waarom pas nu wordt gestart met het winkelstraatmanagement, terwijl die start was gepland
op 1 december 2005.
22 Wat is gebeurd met het bedrag van €169.000 voor het winkelstraatmanagement.
23 De heer Van Beek antwoordt dat aan de ontwikkelaars de opdracht is gegeven tot het maken
van een plan betreffende een wijkwinkelcentrum voor Oud Noord, met daarin tenminste 5000
m2 winkelverkoop. Dat winkelcentrum zou bij voorkeur moeten worden gecombineerd met
andere voorzieningen, zoals woningen. Ook moeten in het plan voldoende
parkeervoorzieningen zijn opgenomen.
24 Daarnaast is de ontwikkelaars gevraagd voorstellen te doen voor een contemporaine markt,
uitgaande van de omvang van de huidige markt. In de voorstellen moeten ook de AH-panden
(aan het Mosplein) zijn opgenomen. Tevens moet worden aangegeven, hoe het voorgestelde
wordt ingepast in de omgeving.
25 Het grootste knelpunt is momenteel de verloedering, die mede is ontstaan door de
onzekerheid bij de ondernemers over de toekomst van hun bedrijven. Andere knelpunten zijn
de verwaarloosde bestaande bebouwing en een niet duidelijk te onderscheiden winkelkern.
2

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
26 Doordat op grote schaal wordt geïnvesteerd in de verbetering van de omgeving, er direct
grenzend aan de buurt twee grote ontwikkelingen zullen plaatsvinden en veel
nieuwbouwwoningen worden gerealiseerd, bestaat de mogelijkheid om in het gebied in één
keer iets goeds te realiseren.
27 Het MKB neemt deel aan de overleggroep die inmiddels anderhalf jaar bestaat en die
periodiek de situatie bespreekt. Het MKB neemt deel aan het winkelstraatmanagement in die
zin, dat het een rol speelt in de totstandkoming van een winkeliersvereniging en bijdraagt in de
kosten daarvoor. De VEBAN heeft momenteel nog geen vaste positie in het overleg.
28 Met het winkelstraatmanagement Mosplein en omgeving is niet later dan twee maanden na de
oorspronkelijke geplande startdatum gestart in 2005.
29 Uit het bedrag van € 165.000 zijn salarissen en ondersteunende acties op het Zonneplein
(omdat daar het winkelstraatmanagement is gestart) betaald. Er is bijvoorbeeld bijgedragen
aan een boekje, dat de winkeliers van het Zonneplein hebben gemaakt vanuit de bedoeling
om bewoners van De Bongerd en studenten vanuit de IJ-kant aan te trekken. Tevens zijn uit
dat bedrag de bewegwijzering en allerlei acties van winkeliers in verband met feestdagen
betaald.
30 De LN-fractie vraagt of de ‘AH-panden’, die zich in een zeer slechte staat bevinden, nog
steeds eigendom van Ahold zijn en of de aanpak van het Mosplein trajectmatig gebeurt.
31 In het Projectvoorstel Winkelstraatmanagement staat aangegeven (p.3/4) dat met het
Zonneplein zou worden gestart op 1 september 2004 en geëindigd op 1 september 2006. Zij
vraagt een toelichting op die data te geven.
32 Tevens vraagt zij of nog steeds plannen bestaan met betrekking tot een supermarkt.
33 De heer Van Beek antwoordt dat die ‘AH-panden’ nog steeds eigendom van Ahold zijn. In
verband met de plannen voor de Van Hasseltzone bestonden ook plannen voor vervanging
van die panden door nieuwbouw. Vanaf dat moment besloot Ahold om niet meer in die
panden te investeren. Vervolgens verbood de ARBO dat de supermarkt in die panden mocht
functioneren. Dit was, in afwachting van de nieuwbouw, de directe reden voor de verplaatsing
van de supermarkt naar een noodwinkel aan het einde van het Mosveld. Helaas duurt die
situatie langer dan destijds is gepland.
34 Met Ahold is afgesproken dat zij in principe de mogelijkheid krijgt om een plek te verwerven in
het nieuwe winkelcentrum.
35 De ‘AH-panden’ staan er treurig bij. Met de actie Pittig gekruid is geprobeerd om daaraan iets
te doen. Op de langere termijn (2009/2010) zullen die panden worden vernieuwd of gesloopt
en vervangen door nieuwbouw. De panden zijn dus een onderdeel van de planvorming.
36 Momenteel wordt met Ahold en de ontwikkelaars bezien of voor die panden iets aardigs kan
worden bedacht. Het idee is geopperd om een scherm te maken, waardoor de voortgang van
de realisering van de plannen zichtbaar is.
37 Formeel gezien zou inderdaad moeten zijn gestopt met het winkelstraatmanagement
Zonneplein maar er bestond echter nog een aantal problemen op dat plein. In opdracht van
het DB wordt daarmee voorlopig doorgegaan. Zo wordt geprobeerd om op het Zonneplein een
pinautomaat te plaatsen. Die automaat is belangrijk voor de instandhouding van het
winkelgebeuren.
38 Een aantal onderzoeken én de bevindingen van de winkeliers wijzen erop dat er weliswaar
een aardig pakket aan winkels aanwezig is, maar dat tevens een goede supermarkt gewenst
is. De mogelijkheden daartoe zijn echter buitengewoon beperkt. Op het Zonneplein gaat het
namelijk om kleine winkeltjes met daarbovenop woningen. Ook is bekeken of een supermarkt
in de linkervleugel van het Zonnehuis kan worden gevestigd, maar dat is helaas niet gelukt.
39 Het projectteam wil nu met Ymere bezien of een aantal kleine winkels kan worden
samengevoegd om daarin een kleine supermarkt te vestigen. Het betreft een behoorlijk
gecompliceerde onderneming, ook omdat de trend steeds grotere supermarkten laat zien.
40 De CDA-fractie vraagt of ook de bewoners worden betrokken in de planvorming en in de
ontplooide activiteiten.
3

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
41 De heer Van Beek antwoordt dat is gestart met het winkelstraatmanagement, dat is gericht op
de winkels en op de winkeliers. In dat verband wordt met ondernemers (zowel met winkeliers
als met marktkooplui) gepraat. Die ondernemers hebben groot belang bij een goede
verstandhouding met de buurt en zij hebben de laatste tijd leuke activiteiten voor de
buurtbewoners georganiseerd.
42 Over het winkelstraatmanagement bestaat nog geen apart overleg met de bewoners. Met
betrekking tot het plan voor het winkelcentrum zal met de bewoners overleg plaatsvinden.
Het is de bedoeling dat geheel Oud-Noord een bewonersbrief ontvangt waarin wordt uitgelegd
wat gebeurt en waarin wordt aangekondigd dat in januari 2007 een informatiebijeenkomst
over de planvorming wordt georganiseerd. Dat is tevens de start voor de formele inspraak, die
in de zomer van 2007 plaatsvindt.
43 De VVD-fractie zegt dat het stadsdeel in september 2004 is begonnen met het
winkelstraatmanagement voor het buurtwinkelcentrum en met de aanpak van de specifieke
problemen. Dit gebeurt in de volgorde Zonneplein, Mosveld en Purmerplein.
De situatie op het Mosveld is iets complexer dan in de andere gebieden omdat het
winkelstraatmanagement daar gepaard gaat met ruimtelijke vernieuwing. De fractie heeft
begrepen dat de aanloopproblemen zijn overwonnen en dat het nu goed gaat.
44 Aangaande Mosveld ziet zij twee onderscheiden posities: het winkelstraatmanagement en de
ruimtelijke vernieuwing. Zij vraagt in hoeverre de markt wordt betrokken in het
winkelstraatmanagement. Dit temeer omdat in het projectvoorstel geen expliciete acties staan
vermeld betreffende het marktgebeuren, terwijl dit wel een essentieel onderdeel van het
winkelgebeuren op het Mosplein is.
45 Zij heeft begrepen dat het niet gemakkelijk is om op het Zonneplein een pinautomaat te
plaatsen.
46 De heer Van Beek antwoordt dat de plaatsing van een pinautomaat op het Zonneplein
inderdaad lastig is. Voor een pinautomaat is achter het kleine kastje aan de buitenkant een
ruimte van 10m2 voor de automaat en een kluis nodig. Tevens moet er een veilige ruimte zijn
voor het in- en uitladen.
47 Bij plaatsing van een pinautomaat in een winkeltje op het Zonneplein, zou meer dan de helft
van het winkeltje in beslag worden genomen. Momenteel wordt bekeken of het mogelijk is om
een vrijstaande pinautomaat te plaatsen op een hoek van het plein.
48 Een vertegenwoordiging van de marktkooplui neemt deel aan het overleg met betrekking tot
het winkelstraatmanagement, dat grofweg maandelijks plaatsvindt. Het is de bedoeling om alle
ondernemers daarin te betrekken, dus ook de ondernemers van de markt die, in tegenstelling
tot de winkeliers, goed zijn georganiseerd.
49 De PvdA-fractie vraagt naar de visie op het Mosplein voor de komende 5 tot 10 jaar.
Zij heeft de indruk dat de markt niet echt als een trekker voor het Mosplein wordt gezien.
50 De heer Van Beek antwoordt dat die visie in het verlengde ligt van wat in de
Detailhandelstructuurnota is vastgelegd. Het betreffende gebied is van oudsher de kern van
Oud-Noord en dat moet zo blijven. Volgens die visie heeft het Mosplein toekomst omdat het
winkelaanbod momenteel hiaten vertoont en omdat het draagvlak van het winkelaanbod groeit
door de te realiseren nieuwbouw in de wijde omgeving. Dit is ook door een onderzoeksbureau
aangetoond.
51 In het toekomstige winkelaanbod moeten minimaal twee supermarkten zijn opgenomen
alsmede kleine winkels die het geheel versterken. Tevens moet aan zittende winkeliers de
mogelijkheid worden geboden om naar nieuwbouw door te schuiven.
52 De idee is dat de Van der Pekstraat - vanuit die kern - een belangrijke route wordt richting
Overhoeks. Op die wijze krijgen ook de winkels langs de Van der Pekstraat en langs de
zijstraatjes van de Van der Pekstraat een nieuwe kans. De nieuwbouw kan dus een impuls
zijn voor het totaal.
53 In het basisrapport, in het strategiebesluit voor dit project en in alle gesprekken met de
ondernemers, is de markt een belangrijke factor. Ook de winkeliers en de marktkooplui
benadrukken dat zij elkaar wederzijds nodig hebben.
4

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
54 Als niet goed met de markt wordt omgegaan, gaat een deel van de trekkracht van het
winkelcentrum verloren. Ook Ahold vindt een goede markt van belang.
55 De GL-fractie is het met de VVD eens, dat met betrekking tot het Mosplein het
winkelstraatmanagement en de nieuwbouwplannen twee onderscheiden invalshoeken zijn.
Op het moment dat zij om deze bespreking vroeg (in 2005), had dit verzoek betrekking op het
winkelstraatmanagement.
56 Ook zij wil weten of en op welke wijze de bewoners bij het gebeuren worden betrokken.
Zij denkt dat die betrokkenheid op de oude wijze gebeurt. Namelijk dat het DB twee plannen
krijgt voorgelegd, één daarvan kiest en dat voorlegt aan de Deelraad. Vervolgens gaat dat
plan de inspraak in en hoeft dat slechts te worden verdedigd vanuit de gemaakte keuze.
Zij vindt het jammer dat de bewoners pas zo laat bij de plannen worden betrokken. Zo wordt
hen een bewonersbrief toegestuurd, terwijl reeds geruime tijd geruchten over het
marktgebeuren de ronde doen.
57 Zij memoreert dat mevrouw De Jager heeft gewezen op het belang van openheid en van
samenwerking tussen marktkooplui, winkeliers, stadsdeel en andere betrokkenen. Zij vraagt
wat de rol van het stadsdeel in die openheid is en hoe het DB en de ambtenaren dat zien.
Zijzelf ziet het stadsdeel als bevorderaar van die openheid en als een soort mediator tussen
de belanghebbenden.
58 Is sprake van een actief flankerend beleid voor de zittende ondernemers? Wellicht kunnen de
zittende ondernemers verhuizen naar het nieuwe winkelcentrum. Het opzetten van een
ondernemersvereniging is volgens de fractie nog geen echt flankerend beleid.
59 Zij vindt de locatie van de markt uiterst belangrijk. In 2010 moet het project zijn afgerond, maar
momenteel bestaat zélfs geen gerucht over die locatie. Zij acht het van belang, dat de tijdelijke
locatie in de buurt van de huidige locatie ligt en zij denkt daarbij aan de Van der Pekstraat.
60 De heer Van Beek antwoordt dat de openheid zo groot mogelijk is. Het doel van de operatie is
om, waar mogelijk, de zittende ondernemers te ondersteunen. Daarvoor is het
winkelstraatmanagement ingesteld. Dat neemt niet weg dat ook de ondernemers zelf invloed
op hun eigen toekomst hebben.
61 Tevens wordt geprobeerd om te bevorderen dat de ondernemers zien dat zij niet alleen
elkaars concurrenten zijn, dat zij een gemeenschappelijk belang hebben en dat samenwerking
bevorderend werkt voor dat gemeenschappelijke belang. Bij de ondernemers groeit de
bereidheid tot samenwerking. Zo zijn recentelijk gezamenlijke acties ondernomen.
Het inzetten van het winkelstraatmanagement is ook een vorm van flankerend beleid.
62 In het kader van het onderzoek, dat aan de basis ligt van de idee voor het nieuwe
wijkwinkelcentrum, zijn alle ondernemers geënquêteerd. Op die enquête is behoorlijk
gerespondeerd. De resultaten ervan hebben geleid tot een overzicht van wat als grotere
problemen wordt ervaren. Die problematiek komt nadrukkelijk aan de orde in het overleg met
de ondernemers.
63 Een onderdeel van de onderhandelingen met de ontwikkelaars zou bijvoorbeeld kunnen zijn,
dat wordt afgesproken dat zittende ondernemers een voorkeurspositie kunnen krijgen bij het
verwerven van nieuwe winkelvloerruimte.
64 De GL-fractie brengt bij interruptie in dat in de Detailhandelstructuurnota juist wordt bepleit dat
ondernemers niet beslist hoeven te verhuizen. Een aantal winkels is namelijk buitengewoon
locatiegebonden en bij velen op die locatie bekend.
65 Met de vraag naar het flankerend beleid doelde zij meer op beleid voor de komende drie jaren,
als de bouw van start gaat.
66 De heer Van Beek antwoordt dat een flinke bouwput zal ontstaan als de plannen doorgaan.
Het plein is een vrij zelfstandige ruimte, waardoor de bedrijven aan de randen niet beslist last
van de aanpak behoeven te krijgen. Met de bedrijven zal zeker worden gesproken om te
bezien, in hoeverre zij geholpen kunnen worden.
67 Daarbij wordt gedacht aan het ‘opleuken’ van de bouwplaats naar analogie van de bouw van
de Kalvertoren. De indertijd daar geplaatste schutting met doorkijkgaten bleek mensen eerder
aan te trekken dan af te schrikken.
5

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
68 De noodwinkel van Ahold en de markt moeten worden verplaatst wanneer op die locatie sloop
en nieuwbouw plaatsvinden. De inzet is om de ’AH’ en de markt ook in een tijdelijke locatie bij
elkaar te houden, om aldus de kruisbestuiving te blijven bevorderen.
69 Over drie weken vindt weer overleg plaats met de ondernemers en dan zullen voorstellen
worden gedaan met betrekking tot een geschikte tijdelijke locatie.
70 De GL-fractie brengt bij interruptie in dat openheid meer betekent dan het aan tafel zitten met
die partijen die toevallig aan het overleg deelnemen. Het gaat daarbij ook om degenen, die
nog niet aan het overleg deelnemen. Ook zij moeten worden geïnformeerd.
71 De heer Van Beek antwoordt dat van die bijeenkomsten een verslag wordt gemaakt en dat die
verslagen ook naar alle afwezigen worden verstuurd. Op die wijze kan worden gevolgd wat
wordt besproken en kunnen eventueel agendapunten worden ingebracht.
72 De GL-fractie zegt reeds eerder te hebben voorgesteld om een bijeenkomst te organiseren
voor allochtone ondernemers, omdat die ondernemers niet zijn georganiseerd.
Zij vraagt of ook allochtone ondernemers hebben gerespondeerd op de enquête.
73 De heer Van Beek antwoordt dat circa 65% van de aangeschreven ondernemers heeft
gereageerd. Een groot deel daarvan bestond uit reacties van allochtone ondernemers.
Allochtone ondernemers nemen ook geregeld deel aan het overleg.
74 De VVD-fractie vraagt of ook de Klaprozenweg is ingepast in de plannen.
75 De heer Van Beek antwoordt dat de Klaprozenweg niet is opgenomen in het
winkelstraatmanagement.
VRAGEN AAN EN REACTIES VAN DE PORTEFEUILLEHOUDER
76 De LN-fractie zegt dat de situatie bij de Papaverhoek ernstig kan worden genoemd. Als
Mosveld is opgeknapt, blijft een grote barrière bestaan door de weg die daar loopt.
Zij is van mening, dat ook de Papaverhoek aandacht nodig heeft.
77 Portefeuillehouder Post antwoordt dat de situatie bij de Papaverhoek inderdaad niet goed is.
78 De PvdA-fractie brengt in dat zij het aandachtspunt van mevrouw De Jager (een visie op het
geheel) ziet als een goede aanvulling op de huidige wijze van planvorming en op het huidige
zicht op de problematiek. Zij vraagt of het DB die inbreng ter harte neemt en of
dienaangaande reeds afspraken zijn gemaakt.
79 Portefeuillehouder Post antwoordt goed te hebben geluisterd naar de inbreng van mevrouw
De Jager en die inbreng zeker ter harte te zullen nemen. Hij heeft de indruk dat een deel van
haar inbreng nu al in de praktijk wordt toegepast.
80 De VVD-fractie vindt het winkelstraatmanagement een goed initiatief. Economische
stimulering aan de basis is vaak moeilijk en vandaar dat zij een dergelijk initiatief ook in de
toekomst zal ondersteunen.
81 De voorzitter dankt de heer Van Beek voor de beantwoording van de vragen en de heer
Spronk voor de ontvangst en bijeenkomst op het Mosveld.
6

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
8. Nota inkoop- en aanbestedingsbeleid
COMMISSIE EERSTE TERMIJN
82 De PvdA-fractie zet vraagtekens bij de argumentatie om een oud systeem te handhaven,
hoewel het op zich logisch lijkt om een goed werkend systeem te handhaven.
83 Als eerste reden is aangegeven, dat er waarschijnlijk geen grote aanbestedingen (boven €5
miljoen) zullen plaatsvinden. Zij vraagt wat gebeurt wanneer dat wel het geval is en of het
stadsdeel dan boetes riskeert.
84 Als tweede reden is aangegeven, dat in 2007 een aangepaste nationale aanbestedingswet
wordt vastgesteld. Uit haar informatie blijkt echter, dat die wet een raamwet betreft en dat het
ARW 2005 niet automatisch verdwijnt maar wordt opgehangen aan die raamwet. De Raamwet
Aanbesteden levert een kader en heeft niet zozeer betrekking op bijzondere gevallen. In de
aanbestedingswet worden alle lagere overheden verplicht om het ARW 2005 in te voeren.
Daarom lijkt het de fractie logischer om daar nu al op te anticiperen.
85 Als vierde reden staat aangegeven, dat het ARW 2005 weliswaar gunstiger uitpakt voor de
opdrachtgever maar dat het afbreukrisico van het mogelijk op korte termijn niet goed
toepassen van het ARW 2005 groter wordt geacht. Zij vraagt waarin zich dat risico uit.
De fractie kan zich daar wel iets bij voorstellen. Bij de totstandkoming van het ARW 2005 is
bijvoorbeeld de gehele bouwsector buitengesloten. Nu wordt bij aanbesteding een oud
reglement gehandhaafd, waarbij de grote bouwers wél waren betrokken.
86 Zij vraagt of is nagedacht over het stimuleren van bepaalde speerpunten, zoals het
stagebeleid. Bij aanbestedingen zou van de opdrachtnemer een aantal stageplaatsen kunnen
worden geëist. Het antwoord op dit voorstel kan voor de fractie aanleiding zijn om de
bespreking van dit onderwerp te verdagen.
87 De CDA-fractie heeft reeds aan het begin van deze raadsperiode bepleit om boeren uit
Landelijk Noord werkzaamheden te laten verrichten in het openbare gebied (nabij hun
bedrijven). Op die wijze kan het inkomen van de boeren wat worden verbeterd.
Tevens hoeven dan geen mensen van elders worden aangetrokken om die werkzaamheden
te verrichten. Past dit voorstel in het nieuwe beleid?
88 De GL-fractie sluit zich aan bij de vragen van de PvdA en bij het voorstel om de bespreking
van dit onderwerp eventueel te verdagen.
89 De LN-fractie sluit zich aan bij de inbreng van de PvdA en in het bijzonder bij de vraag
waarom een oud aanbestedingsreglement wordt gehanteerd en niet een reglement van
moderner snit.
DAGELIJKS BESTUUR EERSTE TERMIJN
90 Portefeuillehouder Post antwoordt dat het stadsdeel in haar huidige beleid nog enigermate
afwijkt van het Amsterdamse beleid. Het lijkt het DB goed om nu op het Amsterdamse beleid
aan te sluiten. Dat is de inhoud van hetgeen nu voorligt.
91 Wel blijft het stadsdeel uitgaan van het UAR 2001 en gaat zij nog niet – zoals Amsterdam –
over op het ARW 2005. Beide kunnen op basis van vrijwilligheid door de lagere overheden
worden gebruikt. Tot nu toe bestaat op dit punt uitsluitend Europees beleid en momenteel
wordt gewacht op nieuwe landelijke wetgeving. Het stadsdeel voldoet dus aan de regelgeving.
92 Er bestaat geen weerzin bij het stadsdeel om over te gaan op het ARW 2005 maar het DB
heeft de neiging om af te wachten of die wet ook de Eerste Kamer passeert. Als dat gebeurt,
zal het DB dat op zich laten inwerken.
93 Als de inschatting van de PvdA klopt, gaat het stadsdeel over tot het ARW 2005. Maar het
stadsdeel heeft nu nog geen kennis van het ARW 2005 en het UAR 2001 functioneert goed.
Het DB stelt dan ook voor om het Amsterdamse beleid exclusief de ARW 2005 te volgen.
Als een aanbesteding de grens van € 5 miljoen overstijgt, worden de daarvoor geldende
Europese regels toegepast. Het DB verwacht niet dat dit gebeurt.
7

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
94RP Hij zegt toe dat zal worden onderzocht of in dit beleid een koppeling kan worden aangebracht
tussen stageplaatsen en aanbestedingen. Hij heeft echter niet de indruk dat er momenteel
dienaangaande problemen bestaan en dat die koppeling iets toevoegt.
95 Hij stelt voor dat de commissie positief adviseert en dat de nota in principe voor bespreking
naar de Deelraad kan. De nota zal dan nog vóór de raadsvergadering zodanig worden
bewerkt, dat de Deelraad op basis daarvan een amendement kan indienen of de nota kan
laten zoals die dan is.
96 De voorzitter vraagt of de commissie de nota rijp acht voor besluitvorming in de Deelraad of
dat de commissie de bewerkte nota eerst tijdens een volgende commissievergadering
opnieuw wil bespreken.
97 De PvdA-fractie vraagt of het noodzakelijk is om de nota snel af te handelen.
98 Portefeuillehouder Post antwoordt dat de nota ook in 2007 kan worden afgehandeld.
Wel denkt hij dat het goed zou zijn, als het stadsdeel een beleid heeft met betrekking tot
inkoop en aanbesteding en als het voor de buitenwereld volstrekt duidelijk is welk beleid het
stadsdeel hanteert.
99 Het DB stelt in de nota voor om nog meer het beleid van Amsterdam te volgen maar daar is
niet echt haast bij.
100 De PvdA-fractie is niet overtuigd door de antwoorden op een aantal vragen. Bijvoorbeeld het
antwoord op de vraag waarom het stadsdeel blijft werken met een systeem aan wiens
totstandkoming bouwbedrijven hebben meegewerkt. De fractie weet dat de bouwbedrijven
razend waren over het ARW 2005 omdat zij daarover niet hebben kunnen meepraten. Zij wijst
erop, dat de bouwbedrijven onderhevig zijn geweest aan een enorme fraudecontrole.
Zij wil meer informatie voordat zij de nota rijp acht voor besluitvorming in de Deelraad.
101 Portefeuillehouder Post antwoordt dat met het UAR 2001 wordt voldaan aan alle bestaande
regelgeving en hij vraagt wat de PvdA precies wil weten.
102 De PvdA-fractie vraagt vanwaar de schroom komt om bij een nieuw reglement aan te haken.
103 Portefeuillehouder Post antwoordt dat dit veel werk en energie vergt en dat het DB daar op dit
moment niet voor kiest. Want in dat geval zou dit als een prioriteit voor 2007 moeten worden
opgevoerd.
104 De PvdA-fractie reageert dat het antwoord haar standpunt bevestigt dat de nota niet rijp is om
te worden ingebracht in de Deelraad.
105 De VVD-fractie kan zich vinden in het voorstel van het DB.
106 De GL-fractie vindt de reden om af te wijken van het Amsterdamse beleid niet
duidelijk. Zij vindt het vele werk geen sterk argument.
107 Portefeuillehouder Post antwoordt dat dit wel een sterk argument is.
Met deze nota wordt meer bij het Amsterdams beleid aangesloten dan ooit te voren. Er zijn
stadsdelen die helemaal geen beleid of een eigen beleid hebben. Vandaar zijn verbazing dat
wordt gezegd dat ook het ARW 2005 moet worden ingevoerd.
108 Hij wil aan die wens voldoen, maar dan krijgt de Deelraad wel een prioriteitsvraag voorgelegd
met betrekking tot 2007. Zijns inziens wil de Deelraad dat geld liever aan een ander
onderwerp besteden.
109 De PvdA-fractie wil zich intern beraden.
110 De SP-fractie heeft dezelfde vragen als de PvdA-fractie. Zij wil uitzoeken of de aangepaste
aanbestedingswet, die in 2007 wordt vastgesteld, inderdaad een raamwet is en of in dat geval
niets wordt aangepast. Ook zij wil zich binnen de fractie beraden.
8

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
111 De LN-fractie is het ermee eens dat aanpassing plaatsvindt aan het Amsterdamse beleid. En
vandaar ook bij haar de vraag, waarom het laatste punt niet in het voorstel is opgenomen.
Zij vraagt wanneer de wet in de Eerste Kamer wordt behandeld.
112 Portefeuillehouder Post weet dat niet. Hij voorziet dat het stadsdeel in de toekomst de
overgang naar het ARW 2005 zal maken. Maar het DB stelt voor om dit niet nú te doen omdat
daarmee veel tijd en geld is gemoeid. Het DB wil daaraan geen prioriteit toekennen omdat het
stadsdeel voldoet aan alle bestaande regels en voorwaarden.
113 De PvdA-fractie vraagt of het DB zeker weet, dat dit geen haast heeft. Zij heeft gelezen, dat er
vóór 1 januari 2007 veel moet gebeuren.
114 Portefeuillehouder Post antwoordt dat het huidige stadsdeelbeleid in de komende jaren zou
kunnen worden voortgezet. Het stadsdeel voldoet daarmee aan alle bestaande eisen.
Het DB wil echter nóg meer aansluiten bij de Amsterdamse regelgeving en dat voorstel ligt nu
voor. Er bestaat dus geen enkele druk.
115RP Hij zegt toe meer te verduidelijken waarom de UAR 2001 ook nu nog bruikbaar is en te zullen
laten uitzoeken of het voorstel van de CDA-fractie om boeren uit Landelijk Noord
werkzaamheden te laten verrichten in het openbare gebied (nabij hun bedrijven) past in het
inkoop- en aanbestedingsbeleid.
116 De voorzitter stelt vast dat de commissie besluit de verdere bespreking van dit onderwerp te
verdagen tot de vergadering van de commissie Middelen in december 2006.
9. Muziekschool
117 De CDA-fractie licht toe dat zij om aandacht voor de muziekschool heeft gevraagd in verband
met de belangrijke rol die de muziekschool vervult voor zowel individuen als de gemeenschap.
Dit werd duidelijk tijdens de uitvoering van de Amsterdamse Muziekscholenprijs.
Om die rol en om haar vermogen om de bindingen tussen de diverse bevolkingsgroepen te
versterken onder de aandacht te brengen, is de heer Akerboom uitgenodigd voor het geven
van een toelichting.
Tevens zullen de programma’s van de muziekschool aan bod komen en wellicht zal ook
worden aangegeven op welke wijze het stadsdeelbestuur ondersteunend kan zijn.
118 De heer Akerboom, directeur muziekschool, geeft een toelichting.
Voor de inhoud van de toelichting wordt verwezen naar de bijlage bij dit verslag.
REACTIES, VRAGEN EN BEANTWOORDING VAN DIE VRAGEN DOOR DE HEER AKERBOOM
Koopt de school ook zelf muzieklessen in?
Zijn er veranderingen zichtbaar vanwege de lumpsumgelden, die de scholen enigermate
naar eigen goeddunken kunnen besteden?
119 In de cultuureducatie is in geheel Amsterdam een verschuiving te zien. Wellicht omdat er
meerdere aanbieders zijn, die dicht bij scholen zijn gehuisvest. In het patroon in Noord is
echter nog geen echte kentering of echte wijziging te constateren.
Traditioneel gezien is er in Noord een grotere afname van producten van de muziekschool
dan in andere stadsdelen. In principe heeft de muziekschool in Noord ook een hoger
dekkingspercentage op scholen dan het gemiddelde in Amsterdam. Dat is opvallend, omdat
kennis en kunde onderling tussen de muziekscholen worden uitgewisseld.
Momenteel wordt de afname van muziekschoolproducten centraal door het stadsdeel
gefinancierd en hebben de scholen in feite geen keuze of zij dat wel of niet willen.
120 Op het moment dat het lumpsumgelden betreft mag de school zélf keuzes maken en dan kan
die keuze bijvoorbeeld vallen op schooltuinen of kleinere klassen.
Het bedrag van € 10,95 per kind komt in 2007 in de lumpsumregeling en dan kan het geld
inderdaad aan andere doelen worden besteed.
9

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
121 Het is een maatschappelijke taak om cultuureducatie te verzorgen op een wijze die kwaliteit
en continuïteit garandeert.
Tot nu toe zien de muziekschool en het primair onderwijs elkaar als betrouwbar partners.
Vandaar dat niet de idee bestaat, dat door de lumpsumgelden in stadsdeel Noord anders
gekozen zal worden. Wel zou meer op structuurmatige basis dan op projectmatige wijze
moeten worden samengewerkt.
Hoe moeilijk is de financiële situatie van de muziekschool nu ook Kansweb niet meer
meefinanciert?
122 De muziekschool verzorgde de inhoud van de muzieklessen in die peuterzalen, die in beheer
van Kansweb waren. Kansweb droeg zorg voor de externe financiering en die financiering is
weggevallen.
Er bestaat een financieel probleem in die zin dat ervoor moet worden gezorgd, dat de
medewerkers op een andere wijze aan het werk komen. Naar verwachting zal dat lukken.
Zijn er al concrete ideeën met betrekking tot het talentencentrum?
123 Er bestaan concrete ideeën wat betreft het uitzetten van activiteiten die de muziekschool, de
bibliotheek of het buurtcentrum alleen niet kunnen doen.
Wel bestaat enige vertraging vanwege de verhuizing van De Gouwe en van de bibliotheek.
Een aantal jaren geleden was sprake van de komst van een five o’clock-class van het
conservatorium. Is iets met dat idee is gebeurd?
124 Er was een gezamenlijke aanvraag bij Kunstplan, maar die is niet gehonoreerd.
Het Kunstplan werkt weer vanaf 2008 en pas dan is een hernieuwde aanvraag mogelijk.
Is de populatie leerlingen van de muziekschool een afspiegeling van de Noordse bevolking?
125 De populatie is geen afspiegeling van de bevolking van stadsdeel Noord. Elke
activiteit trekt een bepaalde bevolkingsgroep en cultuur is niet de eerste keuze van mensen
die sociaal gezien wat zwakker staan. Wel is de muziekschool nu meer ‘gekleurd’ dan een
aantal jaren geleden.
Wordt gericht gezocht naar muziekactiviteiten die aansluiten bij kinderen die nu nog geen
leerling van de muziekschool zijn?
126 Het muziekaanbod is uitgebreid. Ook wordt de laatste jaren steeds meer onderwijs in de
richting van popmuziek aangeboden.
Wat verwacht de muziekschool van de Deelraad?
127 De muziekschool zou een bijdrage kunnen leveren in alle culturele activiteiten die kunnen
worden uitgevoerd vanuit het talentencentrum om aldus zoveel mogelijk kinderen en
volwassenen te bereiken met kunst en cultuur. Het onderwijs is daarbij van cruciaal belang.
Hij zou het op prijs stellen, als deze wens een draagvlak zou vinden in de Deelraad.
10. Rapport Ombudsman ‘Woonboten in het Buiten IJ’
128 De SP-fractie vraagt waarom dit onderwerp in de commissie Middelen en niet zoals
gebruikelijk in de commissie RO wordt besproken.
129 De voorzitter antwoordt dat de Gemeentelijke Ombudsman het Stadsdeelhuis heeft bezocht
en de komst van dit rapport heeft aangekondigd.
Tegelijkertijd hebben woonbotenbewoners op het Stadsdeelhuis ingesproken met betrekking
tot handhaving. Dat waren de redenen om het onderwerp te agenderen in deze commissie.
COMMISSIE EERSTE TERMIJN
130 De VVD-fractie vraagt de heer Diepeveen welke datum als dé datum geldt.
10

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
131 De LN-fractie constateert dat in het rapport sprake is van een onzorgvuldigheid met betrekking
tot de mogelijkheid tot inschrijving in de GBA (Gemeentelijke Basisadministratie). Zij vraagt
wat met die opmerking gebeurt.
132 De PvdA-fractie vindt bespreking van het rapport in deze commissie terecht omdat in het
rapport ook de informatieverstrekking aan de burger ter sprake komt.
133 Het lijkt haar niet erg ingewikkeld om een folder te maken of, als die reeds bestaat, daaraan
een alinea toe te voegen voor woonbootbewoners.
134 De ombudsman zegt weliswaar dat er niet iets onrechtmatig gebeurt maar in die opmerking
klinkt wel een zorgelijke toon door.
135 De Zeeburgers die al voor 1991 met hun woonboot in het Buiten IJ lagen en die vanaf 1997 bij
stadsdeel Noord behoren, mogen niet zomaar worden uitgesloten van allerlei
legalisatierondes. Is daarover al nagedacht?
136 In het rapport wordt gezegd dat om de schijn van willekeur te voorkomen, ervoor moet worden
gewaakt dat niet elk geval apart wordt benaderd. Zij vraagt wat het standpunt van het DB
dienaangaande is.
137 De CDA-fractie vraagt of ook de woonbotenbewoners het rapport als bindend zien en of dit
rapport zal bijdragen aan de voortgang van de gesprekken om te komen tot een oplossing.
DAGELIJKS BESTUUR EERSTE TERMIJN
138 Portefeuillehouder Diepeveen is over het algemeen ook voorstander om de bespreking van
een onderwerp te concentreren in één commissie. Dit mede in het licht van duidelijkheid voor
de burgers.
139 Wat betreft de data wordt nog steeds het Woonbotenbeleid 1991 gehanteerd. Met betrekking
tot de woonbotenbewoners in Schellingwoude, die daar na 1991 zijn komen wonen en daar al
langere tijd wonen en deel uitmaken van de ‘dorpsgemeenschap’ op het water, wil het DB een
handreiking doen. Het betreft de groep die is opgenomen in de telling uit 2002. Die groep krijgt
de gelegenheid om een legale status met een bijbehorende ligplaats te verwerven.
140 De ombudsman heeft met betrekking tot het gehele beleid gezegd dat het niet onbehoorlijk is.
Dat kan zijns inziens worden geïnterpreteerd, als dat het beleid goed in elkaar zit.
Het DB ziet die waardering als een bevestiging van de door haar gehanteerde lijn en als een
bevestiging dat die lijn bestuurlijk gezien ook een fatsoenlijke is. Het DB voelt zich dus door de
ombudsman geruggensteund om de komende tijd met deze beleidslijn door te gaan.
141 Op verzoek van de PvdA-fractie is reeds in een eerdere commissievergadering toegezegd, dat
een notitie zal worden geschreven, waarin het DB nogmaals uitlegt wat precies speelt en
welke lijn het DB volgt. Tevens wordt daarin de historische lijn uiteengezet.
142 Hij zegt toe, dat de commissie binnenkort die reeds toegezegde notitie te zullen doen
toekomen.
143 De ombudsman heeft een opmerking richting Zeeburgers gemaakt in die zin, dat het
stadsdeel die groep tot nu toe heeft behandeld als een groep met een legale status maar dat
hen die status formeel niet is toegekend. Het DB ziet die opmerking als een aansporing om
die status in het kader van de inrichting te formaliseren.
144 Wat betreft de opmerking van de GBA hanteert het stadsdeel tot nu toe een beleidslijn waarin
een vergunningvereiste is gekoppeld aan de inschrijvingsmogelijkheid. De ombudsman heeft
gezegd, dat dit niet op die wijze moet gebeuren. De ombudsman is van mening dat een
feitelijk bestaand adres als criterium moet worden gehanteerd. De uitspraak van de
ombudsman is nog maar een maand oud en momenteel wordt die verwerkt. Bij de
inschrijvingsprocedure zal het criterium worden gehanteerd dat door de ombudsman is
aangereikt.
145 Wellicht is een aantal woonbotenbewoners teleurgesteld door de uitspraak van de
ombudsman. Maar zijns inziens kan dit soort uitspraken bij veel woonbotenbewoners
bijdragen aan het besef dat het meewerken aan een oplossing zoals het stadsdeel die voor
ogen staat een goede zaak is en in het voordeel van iedereen is.
146 Hij begrijpt de opmerking van de ombudsman om de woonbootbewoners als groep te
behandelen zo, dat de woonbotenbewoners voldoende gelegenheid moet worden geboden
om niet alleen voor hun individueel belang maar ook voor het groepsbelang op te komen.
11

VERSLAG RAADSCOMMISSIE MIDDELEN
STADSDEEL AMSTERDAM-NOORD D.D. 31 OKTOBER 2006
147 Het DB houdt daarmee terdege rekening. Over het inrichtingsplan is een algemene
bijeenkomst gehouden, waarop iedereen zijn mening kenbaar kon maken.
148 Hij zegt toe, dat bij relevante momenten de woonbootbewoners collectief of individueel (locatie
en condities) zullen worden benaderd.
149 Wat betreft de inrichting zullen ook de walbewoners worden benaderd omdat ook zij belang
hebben bij de inrichtingswijze.
150 De LN-fractie vraagt bij interruptie of het stadsdeel het initiatief neemt om op korte termijn
weer met de woonbootbewoners in overleg te treden of dat dit wordt overgelaten aan het
initiatief van de woonbotenbewoners.
151 Portefeuillehouder Diepeveen antwoordt dat het DB dit initiatief zal nemen op het moment dat
zij dit goed acht. Momenteel is het DB nog in gesprek met Domeinen en met Rijkswaterstaat.
Zodra er duidelijkheid is over de oplossing, zal weer met de woonbootbewoners (ook
collectief) in overleg worden gegaan.
152 De voorzitter concludeert dat het onderwerp voldoende is besproken.
C. ALGEMEEN
11. Rondvraag
153 De LN-fractie vraagt of al actie is ondernomen met betrekking tot de klachten over overlast en
over de onveilige situatie in Tuindorp Oostzaan.
154 Zij attendeert op een artikel in het Algemeen Dagblad waarin staat, dat de opslag van
vuurwerk een chaos is. Van de opslagruimtes van vuurwerk is 80% onterecht als ‘veilig’
gekeurd. Zij vraagt hoe het staat met de veiligheid van de opslagruimtes in stadsdeel Noord.
155 Zij heeft klachten ontvangen naar aanleiding van manifestaties in de Docklands (de twee
laatste weekends van oktober) en vraagt die klachten ook het DB hebben bereikt.
156 Portefeuillehouder Post antwoordt dat hij niet weet hoe het staat met de veiligheid van de
vuurwerkopslag in stadsdeel Noord.
157 Het DB neemt de situatie in Tuindorp Oostzaan zeer serieus. Mede naar aanleiding van de
vragen van de SP tijdens de raadsvergadering heeft hij toegezegd, om binnen twee weken
met een plan van aanpak te komen.
158RP Hij zegt toe de commissie binnen enkele dagen het reeds toegezegde plan van aanpak (set
maatregelen) betreffende de overlast in Tuindorp Oostzaan te zullen doen toekomen.
In samenwerking met de politie is gekomen tot een gerichter toezicht. Gedurende de week zal
een wijkveiligheidpost aanwezig zijn. Tevens is het Streetcornerwork ingeschakeld, is gestart
met een jongerengroepaanpak en zijn zowel de groep als individuele jongeren in kaart
gebracht. Een groot aantal van die groep van circa 20 jongeren is inmiddels bekend en het
Streetcornerwork voert met een achttal van hen gesprekken. Ook wordt erover gedacht om
een camera aan het gebouw te bevestigen. Volgende week worden de bewoners en de
ouders bij elkaar geroepen op een informatiebijeenkomst. Tijdens die bijeenkomst zal de
bewoners op het hart worden gedrukt om aangifte te doen bij de politie wanneer illegale
activiteiten plaatsvinden.
159RP Hij zegt toe, dat de klachten naar aanleiding van manifestaties in de Docklands (de twee
laatste weekends van oktober) zullen worden onderzocht.
160 De SP-fractie is verheugd, dat het probleem in Tuindorp Oostzaan zo serieus wordt
aangepakt.
12. Sluiting
161 De voorzitter sluit de vergadering om 22.27 uur.
12