19.09.2013 Views

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

Deur Christus Alleen - AH Bogaards

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

echter niet het geval. 21) Hij heeft slechts één zonde op het oog, n.l. dàt bijgeloof,<br />

hetwelk zich aan toverij schuldig maakt. De tovenaar zou n.l. 22) in het bezit zijn van<br />

geheime kracht, waardoor hij b.v. ziekten van mens of vee zou kunnen genezen, iemand<br />

ontrefbaar maken voor verwondingen. enz. 't Is jammer, dat onze Nederlandse vertaling<br />

van de catechismus daarna ook nog het woord waarzeggerij gebruikt. Dit brengt ons hier<br />

wat in de war, omdat de gewone betekenis van waarzeggerij is: de toekomst<br />

voorspellen. Uit het Latijn blijkt echter, dat hier slechts bedoeld is 23) het z.g.n.<br />

bezweren, het zegenen, het prevelen van allerlei geheimzinnige woorden en formules,<br />

het belezen, waarmee het toveren vaak gepáárd ging. Het ware daarom beter geweest,<br />

wanneer er in onze Nederlandse vertaling van de catechismus slechts gestaan had 24)<br />

"toverij, vaak gepaard gaande met bijgelovig belezen". De kerk waarschuwt ons hier<br />

eenvoudig voor een en dezelfde zonde als die zij veroordeelt in haar<br />

avondmaalsformulier ("alle tovenaars, die vee of mensen, mitsgaders andere dingen<br />

zegenen en die aan zulke zegening geloof hechten").<br />

Voor deze waarschuwing bestaat alle reden, ook tegenwoordig. Want niet alleen werkt<br />

het heidendom, waaronder de satan onze voorouders een eeuw of tien geleden<br />

gevangen hield, ook bij ons nog altijd na 25) in allerlei bijgelovige verhalen (over<br />

weerwolven, die geesten van doden zouden zijn; over jankende honden en krassende<br />

kraaien, díe een dode zouden voorspellen; over zigeuners, die uit de lijnen onzer hand<br />

de toekomst zouden weten, enz.), maar in onze dagen is het Christelijk geloof, waardoor<br />

wij eertijds van deze heidense dwaasheden, bekeerd zijn, al weer zo sterk aan het<br />

verdwijnen, dat het eertijds verdreven heidendom zelfs weer geducht de kop opsteekt en<br />

de duivel vele afvallige Christenen weer verleidt tot de oude heidense practijken ( 26)<br />

iemands lichaam bestrijken onder het prevelen van allerlei, soms gevaarlijkvrome<br />

woorden, ja van zogenaamde gebeden; uit koffiedik of een ei of uit de loop der sterren<br />

of uit het geschrei van vogels de toekomst voorspellen; het doden vragen of spiritisme,<br />

enz.). De Schrift leert ons, dat wij deze bijgelovigheden wel moeten verafschuwen, maar<br />

niet, dat we hierin niet met de boze macht van de satan zouden te doen hebben. De<br />

duivel kan veel en weet veel. 27) Hij heeft onze eerste voorouders, Adam en Eva, tot<br />

afval van God verleid, Gen. 3:5; Joh. 8:44; hij heeft gepoogd onze Zaligmaker een<br />

voetval voor zich te laten maken, Matth. 4:9, daarna probeerde hij onze Heiland aan zich<br />

te verplichten door zijn duivelen met de mond van bezeten mensen te laten uitroepen,<br />

dat Jezus de Messias, de Zoon van God was, Marc. 3:11, 12. Een zelfde strik spande hij<br />

voor de apostel Paulus, toen deze voor het eerst ons heidens Europa betrad en de satan<br />

blijkbaar begreep, dat hij nu op z'n privé-domein, n.l. de heidense wereld, Hand. 26:18;<br />

Ef. 2:2, zou worden aangetast, Hand. 16:17. 28) Toen Israël zich in de woestijn gereed<br />

maakte het land Kanaän in te trekken, heeft de HEERE het gewaarschuwd voor de<br />

duivelse practijken van de heidenen aldaar. Want satan heeft de Kanaänieten blijkbaar<br />

op vreselijke wijze in zijn macht gehad. De zonde van sommigen hunner was reeds in<br />

Abrahams dagen zo hemeltergend, dat God reeds toèn er een eind aan gemaakt heeft<br />

(Sodom en Gomorra), Gen. 19. Met de anderen heeft God echter nog een paar eeuwen<br />

geduld gehad, 15:16. Totdat de maat vol was en God het land Kanaän door zijn volk<br />

Israël met de "ban" heeft laten reinigen, omdat Hij de zonde der Kanaänieten niet langer<br />

kon aanzien, Deut. 7:2, 4:5. Daarom heeft de HEERE de Israëlieten gewaarschuwd het<br />

heilige land niet wéér te verontreinigen, anders 29) zou Hij hèn er óók uitwerpen, Lev.<br />

18:28. Mozes sprak: "Wanneer gij komt in het land, dat de HEERE, uw God, u geven zal,<br />

zo zult gij niet leren te doen naar de gruwelen van dezelve volken. Onder u zal niet<br />

gevonden worden, die zijn zoon of zijn dochter door het vuur doet doorgaan ( 30) de<br />

kinderen ondergingen dan a.h.w. een vuurdoop en waren daardoor levenslang aan zo'n<br />

afgod gewijd in plaats van aan de HEERE; 31) in later tijd werden er zelfs kinderen voor<br />

Moloch verbrànd, geòfferd, Jer. 7:31; Ezech. 16:21) die met waarzeggerijen omgaat<br />

(men meende, dat de heidense godheden soms in het binnenste van een mens<br />

openbaringen gaven), 32) een guichelaar (hiermede is bedoeld de man, die uit de wolken<br />

de toekomst afleest; volgens anderen de man, die met zijn ogen betovert) of die op<br />

vogelgeschrei acht geeft (die uit allerlei verschijnselen in de natuur, als de stand der<br />

sterren, het drijven der wolken, het vliegen en geluid geven der vogels, de toekomst<br />

352

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!