19.09.2013 Views

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Bergen op Zoom, Berkel, Cromvoirt, Eindhoven, Lage Mierde, Sint Oedenrode, en Zevenbergen.<br />

Naast haar waren er ook mannen uit die plaatsen afkomstig. Uit Moergestel, Tilburg, en Udenhout kwamen<br />

zes mannen vandaan, die met oisterwijkse vrouwen zijn getrouwd; uit Boxtel Enschot, en Sint Oedenrode<br />

drie; en uit Berkel, Helvoirt, en Zeelst twee.<br />

Het vrij groot aantal huwelijken tussen mannen en vrouwen die geboren zijn te <strong>Oisterwijk</strong> en mensen van<br />

buiten, geeft nog geen goed beeld van het groot aantal vreemdelingen dat reeds in <strong>1824</strong> in <strong>Oisterwijk</strong> was<br />

opgenomen. Van een aantal inwoners is de juiste geboorteplaats niet bekend, maar met een nauwkeurige<br />

schatting kan ruim de helft van de personen die in het derde deel worden vermeld als inkomeling worden<br />

aangemerkt. Een vierde van alle inwoners was uit de naaste omgeving afkomstig. Van buiten de provincie<br />

Noord-Brabant telden we 54 personen, 38 uit de noordelijker gelegen streken en 16 uit de zuidelijker<br />

gelegen gebieden.<br />

Huisvesting van de bevolking<br />

Bij de huisnummering van <strong>1824</strong> zijn door ons 275 nummers gebruikt. Ofschoon sommige bijzondere<br />

bouwsels, zoals de school, de volmolen op Ter Borch, de oliemolen op de Weyenberg en de Kerkhovense<br />

molen geen afzonderlijke nummer hebben gekregen, werd een andere, zoals de kerken, het<br />

brandspuithuisje, de molen Ter Nedervonder, het raadhuis, en een buurtbakhuis, wel een eigen nummer<br />

gegeven, omdat zij op zichzelf stonden. Anderzijds staan onder één nummer wel meerdere woningen<br />

vermeld. Rekening houdend met de ongenummerd gebleven Balsvoortse Hoef en Hondsbergse hoeven, en<br />

aannemend dat twee nummers op Kerkhoven die we in de legger van het kadaster niet hebben kunnen<br />

thuisbrengen, gebezigd zijn voor een enkel huis, telden we 351 woonhuizen. (Bij de oprichting van het<br />

kadaster kwam men aan 356). Hiervan zijn er 12 van zedelijke lichamen, te weten de pastorie; de<br />

predikantswoning; de woning van de schoolmeester; het gesticht van het Vrouwenhuis en een huis van die<br />

stichting nabij het raadhuis, hetwelk als belegging werd aangehouden; het gesticht van het Oude Manhuis;<br />

de fundatie des heren van Iseren met twee woningen, en drie hoeven van den Arme.<br />

Het grootste percentage huurwoningen bevond zich in de kom en met name aan het Kerkeind, waar ruim<br />

62% werd verhuurd. Over heel <strong>Oisterwijk</strong> was de verdeling van genoemde overige woningen als volgt 29 :<br />

gebruikt door: Kerkeind: Lindeind: Kerkhoven: de Hei:<br />

eigenaars 49 (44) 68 (62) 22 (6) 17 (10)<br />

huurders 81 (96) 74 (84) 11 (22) 17 (10)<br />

De verhuurders<br />

Het grootste bezit aan onroerend goed in <strong>Oisterwijk</strong> hoorde bij het kasteel Durendaal. Van degenen, die<br />

niet in <strong>Oisterwijk</strong> woonachtig waren, doch er wel waren gegoed (hen die we met de achttiende eeuwse<br />

term van "buitenpersonen" zullen aanduiden) was bijgevolg jonkheer Jan Hendrik van Lynden van<br />

Lunenberg, de eigenaar van Durendaal, de vermogenste. Van hem lag onder <strong>Oisterwijk</strong>: de tuinmanswoning<br />

van het kasteel, waarin de daggelder Adriaan van den Biggelaar woont; twee boerderijen in de Brede Steeg;<br />

de hoeve op den Hondsberg, en een boerderij in de tegenwoordige Merodelaan, welke werd gepacht door<br />

Hendrik Willem van Roessel. Als eigenaar van Durendaal bezat de jonker ook nog twee woningen welke de<br />

heer van Iseren, heer Hendrik van Revieren, in de zeventiende eeuw heeft aangewezen voor huisvesting<br />

van twee oude vrouwen. In de ene zit in zijn tijd een gereformeerde, in de andere een rooms-katholieke<br />

vrouw 30 . Van het bij het kasteel horend goed is in 1832 al een rij van zes woningen op de Hoogstraat, ten<br />

oosten van den Hertog, vervreemd. Wanneer de registers van het kadaster worden aangelegd worden die<br />

ten naam gesteld van de kinderen van Bernardus Somers uit Tilburg.<br />

Van de woningen in handen van buitenpersonen zijn de meeste afkomstig van Hendrik Peter Reynen. De<br />

29 Ter vergelijking overeenkomstige cijfers uit 1748. We spreken hier over het aantal woningen. Huizen stonden er minder.<br />

In 1748 werden er geteld: Kerkeind 99 (incluis Hoogstraat)<br />

Lindeind 106<br />

Kerkhoven 31<br />

De Hei en de Logt 20<br />

256, waarvan 68 onbewoond.<br />

Er stonden 30 boerenstallen, en 6 stallen bij herbergen.<br />

G.A. 34, 181;<br />

30 Zie A. Huybers, Oud <strong>Oisterwijk</strong>, 139; en W. de Bakker, Rond <strong>Oisterwijk</strong>se Kerk, in de Kleine Meijerij, jg. 18 (1966), 51;<br />

215

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!