19.09.2013 Views

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

ANDERHALVE EEUW IN OISTERWIJK h.3 Oisterwijk rond 1824

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

III. <strong>OISTERWIJK</strong> ROND <strong>1824</strong><br />

De gemeente <strong>Oisterwijk</strong> bezit nog een grote reeks bevolkingsregisters. Met de "Etat du Population" van<br />

1810 vangt deze serie aan. Niet het daaropvolgende register van 1816, maar dat uit <strong>1824</strong> leek ons het meest<br />

geschikt om te worden bewerkt en een beeld te geven van <strong>Oisterwijk</strong> in de eerste helft van de negentiende<br />

eeuw. De in ons onderzoek centraal gestelde "stamouders", te weten inwoners, die vóór 1800 in <strong>Oisterwijk</strong><br />

geboren zijn en er heden nog nakomelingen hebben, stichtten over het algemeen <strong>rond</strong> <strong>1824</strong> een gezin.<br />

Het register van <strong>1824</strong> laat de een <strong>rond</strong>gang door het dorp zien door de enquêteurs voor het<br />

bevolkingsregister. Het is niet alfabetisch opgezet zoals de " état" van 1810. Het beginpunt is een huis in de<br />

Kerkstraat tegenover het Boterhuisje (ter plaatse waar nu het Koninklijk Postkantoor staat), de plek die<br />

vanouds genomen is als grens van het Kerkplein. In de richting van de Grote gaande werd de zuid- of<br />

Vloedzijde van de kerkstraat geregistreerd. Na een <strong>rond</strong>gang achter de kerk door, waarbij tevens enkele<br />

wat verderaf gelegen woningen bij het kasteel Durendaal en langs de Kloosterdijk (nu de<br />

Moergestelseweg) werden opgenomen, alsook de woningen <strong>rond</strong> "Den Hertog", werd de route vervolgd<br />

langs de noordzijde van de Kerkstraat.<br />

Bij het boterhuisje teruggekeerd sloeg men de Hoogstraat in. Deze was in die jaren slechts op enkele<br />

plaatsen bebouwd. Hier nam men ook eerst de zuidzijde. Vervolgens keerde men in de omgeving van de<br />

Hoolstraat (nu de Gasthuisstraat). Al voortgaande kwam de noordzijde van het Lindeind (nu de Dorpstraat<br />

en de Lind) aan de beurt. Steeds zijn de buiten de aaneengesloten bebouwing gelegen huizen en passant<br />

bezocht. Zo ook de enkele huizen aan het begin van de Heusdensebaan (nu de Joannes-Lenartzstraat), de<br />

Bosschebaan (nu Oud-Haarense weg) en de Boxtelsebaan, welke geheel toendertijd aangeduid werd als<br />

"Het Hoekske".<br />

Na een bezoek aan de oostzijde van de Lind maakte men een soortelijk uitstapje door het Peperstraatje<br />

naar Ter Borch, om terugkomend over de Weyenberg de oostzijde van het Hollands Diep (nu de<br />

Gemullehoekseweg) te beschrijven.<br />

Tenslotte kwam dan ook de zuidzijde van de Lind aan de beurt. Dergelijke <strong>rond</strong>gang was in de daaraan<br />

voorafgaande eeuwen niet gebruikelijk. In de oude belasting-kohieren van <strong>Oisterwijk</strong> ving men het Lindeind<br />

aan op de hoek van de Lindenberg en de Baan naar Oirschot.<br />

Bij de beschrijving van de meer geïsoleerd gelegen woningen buiten de kom van het dorp kwam als eerster<br />

Kerkhoven aan de beurt. Hier trok men vanaf de omgeving van de Kerkhovense Molen in oostwaartse<br />

richting. De boerderijen van Kerkhoven lagen in het noorden van de Gemeente <strong>Oisterwijk</strong> in een boog <strong>rond</strong><br />

de schijf , het belangrijkste akkergebied van het dorp. Ten zuiden van het dorp lagen de weiden en<br />

beemden. Eerst tijdens de tachtigjarige oorlog waren deze g<strong>rond</strong>en uit de gemeint van <strong>Oisterwijk</strong> in<br />

particuliere handen overgegaan. De nog zuidelijker gelegen heide is grotendeels pas in de negentiende<br />

eeuw verkaveld, de eerst toen veelvuldig aangeplante naaldbossen zijn in het begin van onze eeuw na een<br />

wervingsactie voor een deel in handen gekomen van de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten en<br />

weer groot g<strong>rond</strong>bezit gaan vormen.<br />

Ten zuiden van de Voorste Stroom stonden nog minder huizen dan ten noorden van de dorpskern. Na de<br />

boerderijen in de Bredesteeg werden de bewoners van woningen in de omgeving van de Honsberg<br />

geregistreerd. Opmerkelijk hier is dat het grootste deel van deze buurtschap vanouds bij het dorp Huikelom<br />

behoorde. Eerst in het kadaster treft men den Honsberg geheel onder <strong>Oisterwijk</strong> aan. Naar het schijnt ten<br />

gevolge van de toen noodzakelijke nauwkeurige grensbeschrijvingen meerdere verschuivingen zijn<br />

opgetreden.<br />

Via het Spijk, een tweetal hoeven aan de Achterste Stroom (nu de Merodelaan) en de Gemullehoeken begaf<br />

men zich tenslotte naar de meest zuidelijke uithoek van de Gemeente: de buurtschappen Klein <strong>Oisterwijk</strong><br />

op de grens met Moergestel; de Logt en Balsvoort aan de rand van de Kempense Heide of Campina.<br />

Omvang en herkomst van de bevolking<br />

De bevolking van <strong>Oisterwijk</strong> was in het begin van de vorige eeuw aanzienlijk geringer in aantal dan<br />

tegenwoordig. Men behoeft als leek slechts een oog te slaan op de banden waarin de akten van de<br />

burgerlijke stand zijn gebonden om ervan overtuigd te worden, dat eerst in de tweede helft van de vorige<br />

eeuw de g<strong>rond</strong>slag voor een geweldige aanwas is gelegd.<br />

212


1791 - 1.550 inwoners 1 .<br />

1810 - 1.765 inwoners 2 .<br />

1816 - 1.623 inwoners 3 .<br />

1822 - 1.649 inwoners 4 .<br />

<strong>1824</strong> - 1.645 inwoners 5 .<br />

1830 - 1.750 inwoners 6 .<br />

1840 - 1.990 inwoners 7 .<br />

1849 - 2.061 inwoners 8 .<br />

1859 - 2.112 inwoners 9 .<br />

1864 - 2.173 inwoners 10 .<br />

1867 - 2.150 inwoners 11 .<br />

1869 - 2.262 inwoners 12 .<br />

1879 - 2.789 inwoners 13 .<br />

1889 - 3.023 inwoners 14 .<br />

1899 - 3.291 inwoners 15 .<br />

1910 - 3.618 inwoners 16 .<br />

1920 - 4.235 inwoners 17 .<br />

1930 - 6.356 inwoners 18 .<br />

1940 - 7.665 inwoners 19 .<br />

1950 - 9.509 inwoners 20 .<br />

1961 - 11.703 inwoners 21 .<br />

1970 - 13.797 inwoners 22 .<br />

1971 - 13.855 inwoners 23 .<br />

1972 - 14.710 inwoners 24 .<br />

Bij de invoering van het kadaster (in 1832) bleek <strong>Oisterwijk</strong> ook betrekkelijk (tot plaatsen in het kanton<br />

Tilburg en naburige kantons) weinig volkrijk 25 .<br />

Kanton Tilburg: Berkel 903 inwoners<br />

1<br />

G.A. 271; 's-Hertogenbosch, R.A. D.B. Leen- en Tolkamer 308 specifeceert: 600 personen boven de zestien jaar, 175 onder de<br />

zestien; 173 armen, en 502 onvermogenden. Hiervan wonen aan het Kerkeinde, op de Hoogstraat, en aan het Lindeind: 451<br />

personen boven de zestien, 205 onder de zestien; 141 armen, en 423 onvermogenden. De armoede is te wijten aan "gebrek<br />

aan<br />

werk in e wolle fabricq";<br />

2<br />

E. Spierings, De <strong>Oisterwijk</strong>se bevolking in 1810, in De Kleine Meijerij , jg. 16 (1963), 130. Aanvankelijk schijnen in 1810 slechts<br />

1740 personen ingeschreven te zijn: G.A. 2120;<br />

3<br />

G.A. 2122;<br />

4 de<br />

J.A. Coppens, Nieuwe beschrijving van het Bisdom van 's-Hertogenbosch, III, 2 afd. ('s-Hertogenbosch, 1843), blz. 280;<br />

5 de<br />

H. Palier en zoon, Almanak voor de provincie Noord-Braband voor het schrikkeljaar <strong>1824</strong>, 10 jaargang;<br />

('s-Hertogenbosch, <strong>1824</strong>);<br />

6<br />

J.A. Coppens, o.c. 280;<br />

7<br />

J.A. Coppens, o.c. 280;<br />

8<br />

J. Kwantes, Rapport t.b.v. de stedebouwkundige plannen van <strong>Oisterwijk</strong> (1963), tabel 1;<br />

9<br />

P.H. Witkamp, Enige statistieke opgaven betreffende Noord-Brabant; volkstelling van 1859;<br />

10<br />

per ultimo 1864;<br />

11<br />

J.Kuyper, Gemeente-atlas van Nederland;<br />

12<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

13<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

14<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

15<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

16<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

17<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

18<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

19<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

20<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

21<br />

J.Kwantes, o.c. tabel 1;<br />

22<br />

per 1 januari 1970;<br />

23<br />

per ultimo februari 1971;<br />

24<br />

per ultimo 1971;<br />

25<br />

L. van de Voordt Pieck en M. Kuyl, Statistiek der Provincie Noord-Brabant volgens de uitkomsten van het kadaster bij deszelfs<br />

invoering, 1842 (Maastricht, 1845);<br />

213


Dongen 3.101 inwoners<br />

Goirle 1.159 inwoners<br />

<strong>Oisterwijk</strong> 1.782 inwoners<br />

Tilburg 12.014 inwoners<br />

Udenhout 1.839 inwoners<br />

Kanton Boxtel Boxtel 3.761 inwoners<br />

Esch 397 inwoners<br />

Haaren 1.270 inwoners<br />

kanton Oirschot Diessen 879 inwoners<br />

Hilvarenbeek 2.280 inwoners<br />

Moergestel 1.121 inwoners<br />

Oirschot 3.781 inwoners<br />

Deels zal dit toegeschreven kunnen worden aan het gering aantal buurtschappen en gehuchten buiten de<br />

kom, en de kleine oppervlakte van de burgerlijke gemeente. Bij de stadsstichting <strong>rond</strong> 1213 heeft de hertog<br />

van Brabant ten nadele van de naburige landbouwende gemeenschappen wellicht slechts vrij bescheiden<br />

uithoeken mede tot het gemeen gebruik van die van <strong>Oisterwijk</strong> kunnen bestemmen. De Vrijheid <strong>Oisterwijk</strong><br />

zelf lag in de gemeint Haaren.<br />

Terwijl de leeftijdsopbouw van de bevolking in anderhalve eeuw waarschijnlijk weinig verandering heeft<br />

ondergaan 26 .<br />

1810 1951<br />

0 - 14 jaar 36,20 % 36,11 %<br />

15 - 64 jaar 57,73% 57,74 %<br />

65 - ouder 6,07 % 6,15 %<br />

is er een opmerkelijk verschil inzake het percentage der gehuwde personen:<br />

1816 1972<br />

ongehuwd 61,95 % 50,85 %<br />

gehuwd 31,48% 45,36 %<br />

gehuwd geweest 8,38 % 3,76 %<br />

De leeftijd waarop de mensen "konden trouwen" lag gemiddeld hoger dan heden ten dage. Een groot<br />

aantal mensen moest een kostwinning vinden in de landbouw, op boerderijen die te klein waren om te<br />

splitsen voor de oude en de jongere generatie, en voorts kwam voor een aantal nooit de tijd dat men in<br />

gehuwde staat naar stand kon leven. Op het grote getal van ongehuwden is voorts wellicht het groot<br />

aantal meisjes in vergelijking tot jongens van invloed.<br />

In 1816 worden 539 jongedochters geteld tegenover 437 jongens en jongemannen 27 . Met de toevoeging<br />

"bedaagd" werd een ongehuwde evenwel tot het einde van zijn dagen jongedochter of jonkman genoemd.<br />

Sprekender is daarom het bevolkingscijfer uit 1810, wanneer onder de bevolking 383 mannelijke en 402<br />

vrouwelijke personen onder de twintig worden geteld 28 .<br />

<strong>Oisterwijk</strong>se mannen die geen vrouw binnen de plaats als echtgenote hadden gevonden, hebben in <strong>1824</strong><br />

het vaakst een levensgezellin getroffen in Udenhout; namelijk acht maal. Uit Oirschot zijn zes vrouwen<br />

afkomstig, uit Haaren en Tilburg vijf. Daarna volgt Moergestel met vier, Helvoirt en Boxtel met drie;<br />

Huikelom, Hilvarenbeek, 's-Hertogenbosch, en Amsterdam met twee.<br />

Vrouwen van buiten <strong>Oisterwijk</strong> welke getrouwd zijn met een <strong>Oisterwijk</strong>er en hier leefden zonder enig oudstads-of<br />

dorpsgenoot zijn afkomstig van: Alphen, Besoyen, Bree, Bronkhorst, Doeveren, Drunen, Gestel bij<br />

Eindhoven, Gilze, Leende, Nijmegen, Schayk en Sittard.<br />

Andere vrouwen uit den vreemde welke met een <strong>Oisterwijk</strong>er zijn getrouwd zijn afkomstig uit Antwerpen,<br />

26 E. Spierings, o.c. 131;<br />

27 G.A. 2122;<br />

28 E. Spierings, o.c. 131; In 1971 was van de ongehuwde buiten gestichten (7080 personen) 63½ % van het mannelijk geslacht, en<br />

49,0 % van het vrouwelijk geslacht;<br />

214


Bergen op Zoom, Berkel, Cromvoirt, Eindhoven, Lage Mierde, Sint Oedenrode, en Zevenbergen.<br />

Naast haar waren er ook mannen uit die plaatsen afkomstig. Uit Moergestel, Tilburg, en Udenhout kwamen<br />

zes mannen vandaan, die met oisterwijkse vrouwen zijn getrouwd; uit Boxtel Enschot, en Sint Oedenrode<br />

drie; en uit Berkel, Helvoirt, en Zeelst twee.<br />

Het vrij groot aantal huwelijken tussen mannen en vrouwen die geboren zijn te <strong>Oisterwijk</strong> en mensen van<br />

buiten, geeft nog geen goed beeld van het groot aantal vreemdelingen dat reeds in <strong>1824</strong> in <strong>Oisterwijk</strong> was<br />

opgenomen. Van een aantal inwoners is de juiste geboorteplaats niet bekend, maar met een nauwkeurige<br />

schatting kan ruim de helft van de personen die in het derde deel worden vermeld als inkomeling worden<br />

aangemerkt. Een vierde van alle inwoners was uit de naaste omgeving afkomstig. Van buiten de provincie<br />

Noord-Brabant telden we 54 personen, 38 uit de noordelijker gelegen streken en 16 uit de zuidelijker<br />

gelegen gebieden.<br />

Huisvesting van de bevolking<br />

Bij de huisnummering van <strong>1824</strong> zijn door ons 275 nummers gebruikt. Ofschoon sommige bijzondere<br />

bouwsels, zoals de school, de volmolen op Ter Borch, de oliemolen op de Weyenberg en de Kerkhovense<br />

molen geen afzonderlijke nummer hebben gekregen, werd een andere, zoals de kerken, het<br />

brandspuithuisje, de molen Ter Nedervonder, het raadhuis, en een buurtbakhuis, wel een eigen nummer<br />

gegeven, omdat zij op zichzelf stonden. Anderzijds staan onder één nummer wel meerdere woningen<br />

vermeld. Rekening houdend met de ongenummerd gebleven Balsvoortse Hoef en Hondsbergse hoeven, en<br />

aannemend dat twee nummers op Kerkhoven die we in de legger van het kadaster niet hebben kunnen<br />

thuisbrengen, gebezigd zijn voor een enkel huis, telden we 351 woonhuizen. (Bij de oprichting van het<br />

kadaster kwam men aan 356). Hiervan zijn er 12 van zedelijke lichamen, te weten de pastorie; de<br />

predikantswoning; de woning van de schoolmeester; het gesticht van het Vrouwenhuis en een huis van die<br />

stichting nabij het raadhuis, hetwelk als belegging werd aangehouden; het gesticht van het Oude Manhuis;<br />

de fundatie des heren van Iseren met twee woningen, en drie hoeven van den Arme.<br />

Het grootste percentage huurwoningen bevond zich in de kom en met name aan het Kerkeind, waar ruim<br />

62% werd verhuurd. Over heel <strong>Oisterwijk</strong> was de verdeling van genoemde overige woningen als volgt 29 :<br />

gebruikt door: Kerkeind: Lindeind: Kerkhoven: de Hei:<br />

eigenaars 49 (44) 68 (62) 22 (6) 17 (10)<br />

huurders 81 (96) 74 (84) 11 (22) 17 (10)<br />

De verhuurders<br />

Het grootste bezit aan onroerend goed in <strong>Oisterwijk</strong> hoorde bij het kasteel Durendaal. Van degenen, die<br />

niet in <strong>Oisterwijk</strong> woonachtig waren, doch er wel waren gegoed (hen die we met de achttiende eeuwse<br />

term van "buitenpersonen" zullen aanduiden) was bijgevolg jonkheer Jan Hendrik van Lynden van<br />

Lunenberg, de eigenaar van Durendaal, de vermogenste. Van hem lag onder <strong>Oisterwijk</strong>: de tuinmanswoning<br />

van het kasteel, waarin de daggelder Adriaan van den Biggelaar woont; twee boerderijen in de Brede Steeg;<br />

de hoeve op den Hondsberg, en een boerderij in de tegenwoordige Merodelaan, welke werd gepacht door<br />

Hendrik Willem van Roessel. Als eigenaar van Durendaal bezat de jonker ook nog twee woningen welke de<br />

heer van Iseren, heer Hendrik van Revieren, in de zeventiende eeuw heeft aangewezen voor huisvesting<br />

van twee oude vrouwen. In de ene zit in zijn tijd een gereformeerde, in de andere een rooms-katholieke<br />

vrouw 30 . Van het bij het kasteel horend goed is in 1832 al een rij van zes woningen op de Hoogstraat, ten<br />

oosten van den Hertog, vervreemd. Wanneer de registers van het kadaster worden aangelegd worden die<br />

ten naam gesteld van de kinderen van Bernardus Somers uit Tilburg.<br />

Van de woningen in handen van buitenpersonen zijn de meeste afkomstig van Hendrik Peter Reynen. De<br />

29 Ter vergelijking overeenkomstige cijfers uit 1748. We spreken hier over het aantal woningen. Huizen stonden er minder.<br />

In 1748 werden er geteld: Kerkeind 99 (incluis Hoogstraat)<br />

Lindeind 106<br />

Kerkhoven 31<br />

De Hei en de Logt 20<br />

256, waarvan 68 onbewoond.<br />

Er stonden 30 boerenstallen, en 6 stallen bij herbergen.<br />

G.A. 34, 181;<br />

30 Zie A. Huybers, Oud <strong>Oisterwijk</strong>, 139; en W. de Bakker, Rond <strong>Oisterwijk</strong>se Kerk, in de Kleine Meijerij, jg. 18 (1966), 51;<br />

215


enschotse rentmeester Michiel Hendrik Reynen heeft daarvan in handen; twee woningen op de<br />

Kloosterdijk, ten zuiden van het Torensteegje; vier op de Hoogstraat, alsmede de Brakken achter de Linde,<br />

een zestal woninkjes. Van het van Hendrik Reynen afkomstig goed bezit Jan Koolen , bouwman te Enschot,<br />

een drietal woningen op de Hoogstraat. Met zijn vijf woningen is hij wellicht de spreekwoordelijke "rijke Jan<br />

Koolen". Peter Reynen te Huikelom heeft uit de boedel van Hendrik Peter Reynen drie huizen op de<br />

Hoogstraat. Cornelis de Jong, bouwman te Berkel en getrouwd met Maria Reynen, bezit twee rijtjes van<br />

drie huizen aan het Kerkeind. Een drietal woningen onder één dak zijn in handen van Willem van Roessel,<br />

bouwman te Enschot, die was getrouwd met Catharina Reynen. Op zijn buiten in de Gemullehoeken heeft<br />

ook de bosschenaar Gijsbert de Rover een drietal woningen. Joost Piggen, bouwman te Enschot, heeft drie<br />

woningen in de Kerkstraat.<br />

Wegens goed dat van zijn schoonmoeder afkomstig is staat de udenhoutse brouwer en burgemeester<br />

Wilhelmus Lambertus Pijnenburg te boek voor een huis aan de noordzijde van de Lind en een belangrijk<br />

goed in het Hoekske, de Rode Leeuw, en twee daarbij gelegen arbeiderswoningen. Voorts komt hij te boek<br />

voor twee woningen aan de zuidzijde van de Lind.<br />

De overige buitenpersonen hebben in <strong>Oisterwijk</strong> alle minder dan drie huizen. Soms betreft het goed dat na<br />

vertrek uit <strong>Oisterwijk</strong> nog is aangehouden, zoals dat van baron van Heeckeren te Brussel, van de weduwe<br />

Jan van Oerle te Riel, van de joodse koopman Samuel Philip van Son te Tilburg, of van Frederik van Scheydt,<br />

die als verificateur meermalen van woonplaats veranderde, en zijn huis heeft verhuurd aan "Mevrouw de<br />

weduwe Breda". Ook betreft het wel goed, dat is geërfd door mensen buiten <strong>Oisterwijk</strong>, zoals dat der<br />

erven Cornelis van Buel te Moergestel, en dat van Francis Ennekens, molenaar te Waalwijk, wiens vrouw<br />

Johanna van de Wiel (1759 - 1820), dochter van Hendrik van de Wiel en Johanna van Roessel, geboortig van<br />

<strong>Oisterwijk</strong> was. Ook Peter Joost de Jong uit Tilburg, die een huis naast het Vrouwenhuis bezat, was<br />

weduwnaar van een oisterwijkse: Anna Catharina Adriaan van der Loo.<br />

De tilburgse lakenfabrikanten Paulus en Hendrik Vreede hadden de watermolen van Ter Borch, het<br />

molenhuis, en een schuur daarbij in verband met hun bedrijf. Dan kan ook het geval zijn met de boerderij<br />

nabij de Heusdensebaan van Heiliger van Iersel uit Udenhout. Heiliger Adriaan van Iersel is getrouwd met<br />

Johanna Joost van Abeelen, mogelijk ook afkomstig uit <strong>Oisterwijk</strong>.<br />

Voor jonkheer François André de Jonge te Helvoirt zal het Spijk en de Balsvoortse Hoef zuiver een<br />

belegging hebben gevormd. Evenzo zal het zijn met het goed dat de moergestelse secretaris en notaris<br />

David Marius van Kelckhoven onder <strong>Oisterwijk</strong> had, en met het fraaie huis van Toon Merkelbach, dat bezit<br />

was van de tilburgse gebroeders Dionysius en Huibert Norbert van de Sande.<br />

Als overige buitenpersonen zijn tenslotte te vermelden: Jan Cornelis Verhoeven te Huikelom met een huis<br />

aan de westzijde van de Kloosterdijk; Peter Johannes Verhoeven, strodekker te Huikelom; tenslotte de<br />

enschotse burgemeester Jan Vugs met een huis bestaande uit twee woningen, welke beide gehuurd zijn<br />

door mevrouw Martine van Coenen-Suyskens, een officiersweduwe.<br />

Het oude brabantse erfgoed leidde tot veel onverdeeld goed. Ook meerdere verhuurde woningen<br />

bevonden zich in onverdeeldheid. Voor minderjarige betekenen ze veilige belegging en ingeval iemands<br />

kinderen ook op latere leeftijd ongehuwd blijven, is die omstandigheid doorgaans tevens een geg<strong>rond</strong>e<br />

reden de ouderlijke of voorvaderlijke nalatenschap ongescheiden te laten.<br />

De volwassen kinderen van Jacob van Gils verhuren een huis met twee woningen. Meerdere woningen<br />

worden verhuurd door de onmondige kinderen van de jonggestorven Jan Cornelis Brok (1791 - 1820), die<br />

veel geërfd hebben van hun oud-oom Theodorus Jans van Iersel (1747 - <strong>1824</strong>), en wier stiefvader verstand<br />

van onroerend goed heeft. Voorts is onroerend goed verhuurd door de kinderen van Cornelis Kievits (1755 -<br />

1815), de molenaar van Ter Nedervonder, wiens weduwe is hertrouwd met Adriaan Hombergen (1769 -<br />

1837), evenals door die van Francis van Heeswijk (1753 - 1798), de mulder op de Kerkhovense Molen, wiens<br />

weduwe Mijntje Bolders (1763 - 1835) is hertrouwd met Wilhelmus van den Meerendonk (1770 - 1812). Twee<br />

woningen worden verhuurd door de erfgenamen van Hendrik van Ierselen Maria van Arendonk (1753 -<br />

1819); en door de drie kinderen van Jan Cornelis de Jong en Hendrina van Heeswijk (1751 - 1820).<br />

We tellen 92 woningen welke niet worden verhuurd door buitenpersonen en ook niet behoren tot een<br />

onverdeelde boedel van een <strong>Oisterwijk</strong>er. Ze zijn in handen van 58 personen. Van deze woont slechts een<br />

enkeling, te weten de heelmeester Jan Baptist Reys, niet in een woning die zijn eigendom is. En dat<br />

waarschijnlijk alleen omdat hij hier maar zeer korte tijd is gevestigd geweest. Voor renteniers en meer<br />

welgestelde weduwen in <strong>Oisterwijk</strong> vormen woningen in hun woonplaats een vaak voorkomende<br />

belegging.<br />

Maria Elisabeth Hurkens, de weduwe van Cornelis Bertens, welke in het tweede deel ter sprake komt, bezit<br />

er vijf; die van Hendrik Bertens twee. De rentenier Jan Hoppenbrouwers verhuurt een boerderij aan de<br />

216


Heusdensebaan, een hoeve op de Logt, en een huis op de Lind. De stokoude deurwaarder Johannes<br />

Nicklaas en de eenzelvige vrijgezel Pieter de Mey hebben elk een vijftal woninkjes. Cornelia Ferdinanda du<br />

Messy heeft in haar ouderlijk huis vier woningen.<br />

Van de mensen met een ambacht hebben er slechts twee meer dan twee woningen, welke ze verhuren.<br />

Govert Klerks, de hoefsmid en assessor, heet er een vijftal, waa<strong>rond</strong>er een boerderij op Kerkhoven, en<br />

Cornelis Heesters, de slager, een schoonzoon van voornoemde Cornelis Bertens, een viertal.<br />

Zeggenschap over nabuurs erf is kennelijk aantrekkelijk geacht. Adriaan Adams van den Boer, Jan Dekkers,<br />

baron van Heeckeren, genoemde Jan Hoppenbrouwers, de weduwe van Jan van der Pluym, die van<br />

Cornelis Suys, en Willem Verschuuren, verhuren allen een woning die naast hun eigen woonhuis is gelegen.<br />

De huurders<br />

Daar huurovereenkomsten gemakkelijk konden worden opgezegd en beëindigd, werden bedrijven<br />

waarvoor grotere en moeilijk verplaatsbare installaties waren benodigd zelden gevestigd in een gehuurd<br />

pand. Als uitzondering kan vermeld worden, dat de bakker Dirk van der Linde zijn huis heeft verhuurd aan<br />

een andere bakker, Martinus Geert Paymans. Aangezien het een bestendig gebruikelijk beding was dat<br />

huurovereenkomsten slechts afliepen op Meiavond, konden particulieren jaarlijks tamelijk gemakkelijk uit<br />

meerdere woningen keus maken.<br />

Weinig ambachtslieden hadden voor hun kostwinning meer nodig dan gereedschap en g<strong>rond</strong>stoffen. Veel<br />

hunner konden derhalve volstaan met het huren van een huis. Bij personen met een pensioen als officier,<br />

ambtenaar of gegageerde schijnt zelfs een zekere voorkeur voor een huurwoning bestaan te hebben. Van<br />

de gezinshoofden (achtentwintig in getal slechts) die in hun levensonderhoud moesten voorzien als<br />

arbeider - in één geval tevens als uitdrager en in twee gevallen tevens als kramer - hebben er vier een eigen<br />

huis, terwijl een in het huis van zijn vader woont. Onder de daggelders zijn er nog meer met een eigen huis.<br />

Van de eenendertig bewonen er zes een eigen huis. Van die zes heeft er een 'n winkel, een "n<br />

mandenmakerij, en een derde 'n uitdragerij. De dagloners zijn te beschouwen als zeer kleine zelfstandige<br />

wier boerennering te weinig opleverde. Twee worden dan ook teven als boerenknecht vermeld, en vier als<br />

bouwman of landbouwer. Weer twee anderen blijken wat bij te verdienen als borstelmaker en slachter.<br />

De huizen zelf<br />

In 1832 zijn de 356 woningen welke in <strong>Oisterwijk</strong> werden geteld onderverdeel in 17 klassen 31 . Het Klooster,<br />

dat diende tot woning voor de lakenfabrikeur Van Hal werd het hoogst gewaardeerd; het laagste, hutten<br />

van leem, waarvan er 21 stonden.<br />

Overigens lijkt de klassenindeling geen rangorde van de kwaliteit der huizen te beogen want woningen met<br />

voor- en achterkamers doch zonder verdieping zullen wel niet allemaal een klasse beter zijn dan de<br />

voornaamste huizen van neringdoende lieden en herbergiers, wier bezit in de achtste klasse is ingedeeld.<br />

Tot de negende klasse worden de mindere goed ingedeelde huizen van neringdoende gerekende alsmede<br />

de beste boerenwoningen in de kom.<br />

Indien de volgorde van de indeling evenwel steeds een waardering heeft ingehouden dan is bijzonder prijs<br />

gesteld op het gesloten huis en zal in de boerderijen de bedrijfsruimte het belangrijkste zijn geweest.<br />

Meer dan de helft van de huizen bestaat uit minder goed gebouwde woningen met slechts een of twee<br />

kamers, uit van leem gebouwde boerenwoningen, arbeiderswoningen waarvan de aantrekkelijkheid<br />

bestaat uit de ligging in de kom, of lemen hutten.<br />

Geen wonder, dat de mooiste woning volgens de provinciale klassificatie slechts in de 29 ste klasse (van de<br />

78 in getal) is ingedeeld.<br />

In het algemeen geeft de buurt waarin een woning is gelegen geen aanwijzing omtrent de kwalificatie. De<br />

meeste hoger gewaardeerde huizen waren te vinden aan de zuidzijde van de Lind. De eenzaam gelegen<br />

woningen op de hei waren vaak zeer eenvoudig.<br />

Levensonderhoud<br />

Ten gevolge van het kwijnen van de lakennijverheid moesten <strong>rond</strong> <strong>1824</strong> de meeste <strong>Oisterwijk</strong>ers leven van<br />

31 Zie de bijlage bij dit deel III;<br />

217


de landbouw. Te oordelen naar de huisvesting schijnt die, ondanks de goede bebouwing van de in cultuur<br />

gebrachte g<strong>rond</strong>, geen vetpot te hebben verschaft. Om een inkomen te hebben gelijk de mulders dat<br />

konden winnen op hun korenmolens, diende de landbouwer ongeveer elf bunder eerste klas bouwland of<br />

boomgaard te hebben, of vijftien bunder van de tweede klasse. Dat zal zelden het geval zijn geweest. De<br />

grootste oppervlakte van de g<strong>rond</strong> van heibodem, waarop een zevental kudden van dertig schapen werden<br />

gedreven. Met wat heden als onvervangbare natuur wordt beschouwd, de bossen, was slechts 'n vijf<br />

procent van de oppervlakte van <strong>Oisterwijk</strong> bedekt!<br />

Verbetering van de levensstandaard door ontginning zal slechts in beperkte mate mogelijk zijn geweest,<br />

daar de g<strong>rond</strong> welke bebouwd werd als slechts "van middelmatige hoedanigheid" beschouwd werd. Te<br />

licht was die voor "olieachtige planten", terwijl sommige g<strong>rond</strong>en te hoog lagen om bij droogte rogge en<br />

boekweit geen schade te laten lijden. Als koren werd ook haver geteeld.<br />

De voortbrengselen bestonden verder uit wat hooi, klaver, en op de schrale en hoge zandg<strong>rond</strong>en uit<br />

spurrie.<br />

Afgezien van de dagloners die tevens als bouwman worden vermeld, zijn er vierentachtig<br />

landbouwersgezinnen. In tien ervan staat een weduwe, vaak bijgestaan door een mannelijke bloedverwant,<br />

aan het hoofd. Ongeveer tweederde van de landbouwbedrijven ligt buiten de kom.<br />

Op slechts twee bedrijven schijnt met een knecht gewerkt te zijn geworden.<br />

De textielindustrie was de tweede grote mogelijkheid om in het levensonderhoud te voorzien. Met name<br />

voor vrouwen was ze belangrijk: vijf alleenstaande, meest oudere vrouwen, en twintig weduwen worden<br />

vermeld als spinster. Verder vonden nog zesentwintig mannelijke gezinshoofden er een broodwinning in.<br />

Vermoedelijk werkten ze als zelfstandige buiten een fabrieksgebouw en werden ze per stuk of pond<br />

betaald. Slechts een, Jan Francis van Hal, wordt in <strong>1824</strong> genoemd als fabrikant in wollen manufacturen. In<br />

1816 waren er nog drie lakenfabrikanten: die van genoemde Van Hal, van de vrijgezel Francis Suys, en van<br />

Francis Wollaert. Opmerkelijk is het groot aantal wevers van linnen.<br />

We tellen er een achttal. Bij de minder gunstige mogelijkheden in de wolweverij is men uitgeweken naar de<br />

linnenweverij. Een lakenscheerder werd schoenlapper.<br />

Een opmerkelijke beroepsgroep werd gevormd door de militairen en gewezen militairen. Nog in actieve<br />

dienst schijnt kapitein Frijlinck te zijn. De broeder van de burgemeester Jan Louis Wierdsma is<br />

gepensioneerd majoor. Ook de luitenant der mariniers Hendrik van Cranenburgh is niet meer in actieve<br />

dienst. Waarschijnlijk heeft hij gediend onder Napoleon, zodat hij geen pensioen heeft van enige betekenis<br />

en in armelijke omstandigheden verkeert. Johannes van Nieuwburg was in 1815 korporaal bij de algemene<br />

werving. Verscheidene oud-soldaten komen uit den vreemde: Arnoldus Monet en Balthazar de Soi zijn<br />

walen, Christiaan Muller (gegageerd sergeant) en Johan Christian Iesken zijn waarschijnlijk afkomstig uit<br />

zwitserse regimenten. De schoonzoon van de oudrijksontvanger Huygens, die in het huis woonde dat nu<br />

van Toon Merkelbach is, werd geboren in een regiment zwitsers voor Maastricht.<br />

Dat men als beoefenaar van een bepaald beroep of ambacht werd aangeduid wilde geenszins beduiden,<br />

dat men zich met andere beroepen niet inliet. Hermanus Josephus Schellekens was medicinae doctor,<br />

tekende als maire in het register van de burgerlijke stand de ongelukkigen aan die hij niet had kunnen<br />

redden en stelde als negociant in wijnen en gedistilleerd 32 niet alle hoop op medicijnen. Drank werd in<br />

<strong>Oisterwijk</strong> op zeer veel plaatsen verkocht en getapt. Behalve een drietal weduwen hebben ook Marianne<br />

van den Wiel, Hendrik Vogels, burgemeester en grutter; Jan van Liemdt, ook nog timmerman met twee<br />

knechts en een grutmolen, en de roggebroodbakker Cornelis Vromans sterke drank gesleten.<br />

Vanzelfsprekend werd er in de logementen getapt. Voor onderdank kon men terecht in de nog bestaande<br />

Hertog van Brabant; in de herberg van Martinus Verhoeven; in de Prins van Oranje; in de Roskam, welke<br />

door de klompenmaker Peter van de Ven is gedreven, bij Mathijs Corthout die voor anderen slachtte, de<br />

huiden van het slachtvee kon gebruiken in zijn leerlooierij om ze vervolgens te verwerken in zijn<br />

schoenmakerij; in de herbergen van Engelbert de Keyzer, en Jan Mombers in het Hof van Holland, die ook<br />

voerman waren; in die van de gerechtsdienaar Hermanus Robben, die zoals de vorsters doorgaans hadden<br />

gedaan, ook logement hield; in de herberg van Jan Adriaan Scheffers; in de Zwaan die van de assessor Peter<br />

Denissen; en in de Rode Leeuw. Bovendien werd op veel plaatsen nog getapt. Vanouds in het Bont Paardje,<br />

dat gedreven werd door een metselaar die twee knechts hield en voorts door een zestiental kroeghouders,<br />

die zich veelal met een ambacht bezighielden. Zo is Johannes van Baast in de Kuil dekker van zijn vak.<br />

Adriaan Hombergen heeft niet alleen een grote molenmakerij, waarin met vijf knechts wordt gewerkt, hij<br />

staat ook nog te boek als graankoper en kroeghouder. Ook de metselaar Antonie Wouter de Bresser die<br />

twee knechts heeft, en de schoenmaker Willem van Aalst hebben een kroeg gehad. Deze overvloed ten<br />

32 G.A. 1381;<br />

218


spijt haastten nog acht anderen zich om kroeg te houden op de marktdagen en met de kermis, onder meer<br />

de oudgedienden Rudolf Noppen en Johan Christian Iesken, nabij het Raadhuis. Tenslotte werd getapt op<br />

nog negen andere plaatsen, onder meer bij Antoinette Heesters-Heessels, wier man ontvanger der directe<br />

belastingen te Haaren was; bij linnenwever Peter Pot; bij de kleermakers Cornelis de Groot en Jan Matthias<br />

Bertens, en tijdens de marktdagen ook nog bij Marianne Kouwenberg.<br />

Bij de geschetste veelheid van bezigheden bij één persoon, heeft het geen zin te trachten tot een indeling<br />

te komen van de onderscheiden beroepen. Wel dient erop gewezen te worden dat <strong>Oisterwijk</strong> in het begin<br />

van de vorige eeuw al een breed scala van functies kende, en dat sommige inwoners een bijzonder vak<br />

hadden, zoals dat van koperslager, katoendrukker, en molenmaker. Voor de geestelijke bediening was er<br />

een pastoor met zijn kapelaan, en een predikant. Voor het onderwijs werd gezorgd door een schoolmeester<br />

met een "secundant". In 1816 werd er - althans buiten de tijd van de veldarbeid - onderwijs gegeven aan een<br />

zeventigtal meisjes en een tachtigtal jongens.<br />

De joden hadden ook nog een schooltje. In 1816 had Levi Aron Friedlander daarop evenwel slechts vier<br />

jongens en een meisje als leerling, hetgeen hem te weinig was 33 . Er was een rijksontvanger, een plaatselijke<br />

ontvanger, een voor Udenhout en een voor Haaren. Voor de rechtsbedeling werd gezorgd door een<br />

vrederechter met een griffier en deurwaarders, alsmede door de notaris 34 . Voor de gezondheid droegen<br />

een medicinae dochter (een internist 35 ), een heel- en wondmeester en een veerarts 36 zorg. Voorts kende<br />

<strong>Oisterwijk</strong> een postmeester en een klepperman om van het nieuws van ver en nabij op de hoogte te blijven.<br />

Een karakteristieke figuur in de samenleving was tenslotte de veldwachter.<br />

De enige echte rentenier van <strong>Oisterwijk</strong> lijkt Frederik Jan Breda te zijn. Nog geen veertig jaar oud wordt hij<br />

als zodanig aangeduid, ofschoon hij van zijn moeder nog niet had geërfd. Baron van Heeckeren en Abraham<br />

Hendrik Verster leefden van hun vermogen in afwachting van een passende betrekking. Hendrik Van Aller,<br />

meester Herman van Bracht en Frederik Chassot de Florencourt hebben zich eerst op latere leeftijd als<br />

rentenier in <strong>Oisterwijk</strong> gevestigd. De enige <strong>Oisterwijk</strong>ers die hun schaapjes op het droge hebben gekregen<br />

zijn Jan Hoppenbrouwers en Thomas Zwerts. Op welke leeftijd zij zover waren is niet bekend. Ook de<br />

gezusters Storimans schijnen zonder betaalde arbeid te hebben kunnen <strong>rond</strong>komen.<br />

Wanneer in 1830 een staat van fabrieken en trafieken wordt opgesteld, is de lakenfabrikant Van Hal al<br />

verdwenen. De industriële nijverheid heeft dan nog maar zeer weinig te betekenen. De belangrijkste<br />

trafieken zijn de molens. De watermolens bij Ter Borch van de heren Vreede uit Tilburg is hecht gebouwd en<br />

verkeert in goede staat. Alleen omdat het onderhoud zoveel kost, worden de inkomsten ervan slechts op f<br />

170,- 's-jaars geschat. De watermolen wordt evenals de houten standaardmolens op de udenhoutse weg en<br />

Ter Nedervonderen gebruikt voor het malen van graan: tarwe, rogge en boekweit. Voor de zes paar stenen<br />

waarmee in het geheel gewerkt kan worden schijnt er genoeg aanvoer van graan te wezen. In genoemd<br />

jaar verkeert ook de oliemolen op de Weienberg in goede staat. Deze rosmolen brengt echter beduidend<br />

minder op dan de korenmolens, naar schatting f 26,- per jaar. Van de in 1814 opgerichte 37 gruttersmolen van<br />

de familie van Liemdt, eveneens een rosmolen, wordt dan geen melding meer gemaakt. De brouwerij,<br />

welke, mogelijk ter vervanging van een nog veel ouder bedrijf, is opgezet <strong>rond</strong> 1816 door Jan de Kroon uit<br />

Oirschot, werkt voornamelijk voor plaatselijk gebruik. Dat betekent, dat in de kleine maar goed ingerichte<br />

brouwerij van de brouwketel ter grootte van 22 vat en 74 kan jaarlijks 25 tot 30 brouwsels bruin en geel bier<br />

komen.<br />

De roodververij verkeert in minder goede staat; er wordt gewerkt met één kuip en één fornuis.<br />

De investering in brouwerij en ververij moeten naar schatting jaarlijks evenveel opbrengen: elk f 20,-. Vijf<br />

van de zes looierijen, welke er zijn worden nog minder hoog aangeslagen. Van looierijen wordt in 1806 geen<br />

gewag gemaakt. Mensen als Adriaan Wagemans en Peter Wemmers hielden zich toen waarschijnlijk wel<br />

bezig met looien, maar dan voor eigen gebruik. Peter wordt op de eerste plaats als schoenmaker vermeld,<br />

en verder als inlands kramer. Cornelis Heesters zal zich met looien vooral hebben bezig gehouden omdat hij<br />

als vleeshouwer de beschikking kreeg over huiden. Ook hij verwerkte het leder tot schoeisel. Evenzo was<br />

het met Matthijs Corthout. Doordat hij voor anderen slachtte, kreeg ook hij de g<strong>rond</strong>stof voor leer in<br />

handen welk product hij in zijn schoenmakerij verwerkte. De kuipen van al deze looiers lagen in de open<br />

lucht. Peter Wemmers had maar één kuip, de anderen twee of drie. Uitsluitend met looien ging zich <strong>rond</strong><br />

1816 Jan Francis van den Biggelaar uit Eindhoven bezighouden. Hij had drie kuipen en werd bijgestaan door<br />

een jongen. Deze looierij werd in 1825 overgenomen door Francis Berkelmans (1781 - 1834), die nog met<br />

33 G.A. 2482;<br />

34 H. Palier en zoon, o.c.;<br />

35 G.A. 2349, art. 105;<br />

36 G.A. 2349, art. 69;<br />

37 G.A. 2420;<br />

219


twee kleine looikuipen meer ging werken. Ook werd hier van een afzonderlijk nathuis gebruikt gemaakt. Na<br />

de dood van Francis is het bedrijf door de weduwe en uiteindelijk door de oudste en jongste zoon onder de<br />

firma F. & A. Berkelmans voortgezet.<br />

Daar de jongste zoon getrouwd was met de dochter van Matthijs Corthout deed de firma in leder en<br />

schoenen. Evenals zijn voorganger had Francis Berkelmans een hulp. Dit was Martinus Canters (1805 - 1852),<br />

een wees die niet geheel onbemiddeld was en een eigen bedrijf kon stichten toen hij in het huwelijk trad.<br />

De bruid vond hij bij de naaste buren van zijn baas. Het was Anna Suys (1802 - 1855), wier vader tot zijn dood<br />

in 1822 een blauwververij had waar nu op de Lind Jozef Font Freide woont.<br />

De looierij van Martinus Canters was in 1830 de hoogst gekwalificeerde van <strong>Oisterwijk</strong>.<br />

Ze had vier looikuipen en een goed lokaal met een droogzolder en een looierij, en zal er aldus uitgezien<br />

hebben zoals de wat oudere <strong>Oisterwijk</strong>ers zich de talrijke looierijen 38 nog voor de geest kunnen halen. Dit<br />

bedrijf van Martinus Canters is voortgezet door zijn zonen en uiteindelijk door zijn zoon Adrianus , de<br />

burgemeester. Een kleindochter van Martinus Canters trouwde met een kleinzoon van Francis Berkelmans,<br />

bij wie hij in de leer is geweest. Deze kleinzoon had een lederfabriek voor paardenstuiten, welke staat<br />

afgebeeld in <strong>Oisterwijk</strong> in oude ansichten. De ledernijverheid is in <strong>Oisterwijk</strong> nog tot grote bloei gekomen.<br />

De traditionele oude looierijen werden na de eerste wereldoorlog verdrongen door beter uitgeruste<br />

bedrijven waarvan de Koninklijke Lederfabriek "<strong>Oisterwijk</strong>" van Adler & Oppenheimer in Nederland het<br />

grootste voorbeeld werd.<br />

Gezindte<br />

Niet de indeling naar beroepen, doch die naar gezindte levert het meest sprekende onderscheid tussen de<br />

bevolkingsgroeperingen in het begin van de vorige eeuw op.<br />

Het overgrote deel van de bevolking van <strong>Oisterwijk</strong> is rooms-katholiek en ook in <strong>1824</strong> was dat het geval. De<br />

voorstelling als zou nagenoeg geheel de bevolking de laatste vijf eeuwen katholiek zijn geweest en<br />

gebleven, lijkt nochtans te rechtlijnig. Weliswaar heeft de parochiekerk in 1566 niet - zoals toch wel de<br />

bossche Sint Janskerk overkwam - een beeldenstorm ondergaan, maar dient het dan aan het toeval te<br />

worden toegeschreven, dat daartoe wel een aanslag werd ondernomen? De verijdeling ervan sluit niet uit,<br />

dat er hier destijds een sterke calvinistische gezindheid bestond; enkele blijken daarvan zijn bekend<br />

gebleven.<br />

Zodra echter in de troebelen dier dagen de hand van de landheer weer voelbaar werd, namen de<br />

andersdenkenden, voorzover ze niet tot bezinning kwamen, de wijk, en toen die hand tenslotte werd<br />

lamgeslagen, in 1629 door de van den Bosch, had de contra-reformatorische beweging de oude roomskatholieke<br />

bevolking hier zo diep geraakt, dat de grootscheepse, van overheidswege gesteunde, poging<br />

om alsnog de hervormingsgezindheid op te wekken, behoudens een enkel geval, schipbreuk heeft geleden.<br />

In 1648, dadelijk na de Vrede van Munster reeds, bekent zich de chirurgijn Stoffel van der Henst tot de<br />

lidmaten van de uiterst kleine gemeente Jesu, maar zijn leven is zo weinig stichtend dat de dominee moest<br />

38<br />

Zie Directie van de Arbeid, De Looinijverheid in Nederland, ('s-Gravenhage, 1913), blz. 13. Naar een opgave uit het begin van de<br />

twintigste eeuw dateren 16 van de 17 looierijen te <strong>Oisterwijk</strong> uit:<br />

1840 - 1844 2 looierijen<br />

1850 - 1854 1 looierij<br />

1855 - 1859 1 looierij<br />

1860 - 1864 1 looierij<br />

1865 - 1869 2 looierijen<br />

1870 - 1874 1 looierij<br />

1875 - 1879 2 looierijen<br />

1880 - 1884 1 looierij<br />

1885 - 1889 1 looierij<br />

1895 - 1899 1 looierij<br />

1900 - 1904 1 looierij<br />

1905 - 1910 2 looierijen<br />

Van deze 17 bedrijven vervaardigen er 10 (met 179 kuipen, waarvan er 92 in gebruik zijn) uitsluitend zoolleer; zeven bedrijven<br />

(met 87 kuipen, waarvan er 85 in bedrijf zijn) vervaardigen daarnaast ook overleer of tuigleer. Per jaar werden te <strong>Oisterwijk</strong> in<br />

die<br />

jaren 22.150 huiden gelooid, hoofdzakelijk in kuiplooierijen. In ingegraven kuipen van 6 à 7 voet in het vierkant, en ongeveer<br />

even diep, werd op elke huid een laag schorsmeel (run) gestrooid. De volle kuip werd daarna met water bijgevuld, en het<br />

maanden<br />

durende looiproces kon beginnen.<br />

220


vaststellen, dat hem veeleer een wonderlijke dan een wonderbare visvangst was te beurt gevallen. Een<br />

halve eeuw later zoekt een dochter van de roomse president-schepen Jordaan van Beurden voor de<br />

zondagse mis onderkomen bij de predikant; dat die onverhoedse ontvluchting voor een paapse stoutigheid<br />

heeft geleid tot een duurzame bekering blijkt niet.<br />

Weer vele tientallen jaren later ziet de rooms-katholieke luitenant Hoynck van Papendrecht in<br />

geloofsovergang een stijgbeugel voor een hogere rang in dienst.<br />

Anderzijds placht de gereformeerde gemeente in <strong>Oisterwijk</strong> allen door gemengde huwelijken leden te<br />

verliezen. Deze verbintenissen kwamen bij de lidmaten die hoger op de maatschappelijke ladder stonden<br />

niet voor, zodat de weerslag ervan beperkt bleef. Een voorbeeld van verandering van religie als gevolg van<br />

een huwelijk met een rooms-katholieke vrouw werd geleverd door Pieternel Bol (1805 - 1830), welke met<br />

haar roomse moeder Anna Maria van Beusekom (ca. 1748 - 1842) in het hierna met nummer 78 aangeduide<br />

huis woont. Haar vader Francis Bol (overleden in 1766) en Hendrina van Minderhout Jansdochter<br />

(overleden in 1789). De stamvader van de Massugers kwam door zijn huwelijk tot het rooms-katholieke<br />

geloof. Een andere man met een uitgebreid nageslacht in <strong>Oisterwijk</strong>, Dirk van der Linde, wordt in <strong>1824</strong><br />

vermeld als rooms-katholiek; zijn kinderen, vroege geboren uit zijn derde huwelijk gesloten met een<br />

katholiek oisterwijks meisje, werden nog gedoopt door de dominee.<br />

Niettegenstaande de geringe aantrekkingskracht van het protestantisme toe de souvereiniteit hier bij de<br />

Staten Generaal der Verenigde Nederlanden was komen te liggen, heet het verschil in godsdienst duidelijk<br />

een stempel gedrukt op de oisterwijkse samenleving. Voor de bediening van bezoldigde ambten kwamen<br />

weinige jaren na de Vrede van Munster alleen nog aanhangers van de ware gereformeerde religie in<br />

aanmerking. Verscheidene vooraanstaande katholieken geslachten zochten daarom een heenkomen naar<br />

het zuiden, waar de macht der Habsburgers gehandhaafd bleef, of zakten maatschappelijk af. Bij gebrek<br />

aan enigermate geschikte gereformeerde kwamen katholieken nog wel in de schepenbank; schepenen<br />

werden voor hun tijdrovende bezigheden inzake bestuur en rechtspraak niet betaald.<br />

Wel streken ze een soort presentie- of getuigegeld op. Steevast werden roomsen verkoren voor het<br />

onaangename en riskante borgemeesterschap. Het niet minder gevaarlijke armmeesterschap werd in de<br />

loop van de achttiende eeuw ook maar aan rooms-katholieken overgelaten.<br />

De omwenteling waarbij de Bataafse Republiek tot stand is gekomen, liet de protestanten als zodanig geen<br />

bevoorrechte plaats meer. Maar onmiskenbaar vormen ze hier in <strong>1824</strong> nog de maatschappelijke bovenlaag.<br />

het zijn de belangrijkste niet-kerkelijke ambten, die van vrederechter (zie in ons overzicht huis nummer<br />

184) en burgemeester (nummer 193), welke bediend worden door een protestant. Er zijn in <strong>1824</strong> dertien<br />

huishoudens waarin de hervormde godsdienst wordt beleden; afgezien dan van die van de genoemde<br />

ambtenaren, de predikant (zie in ons overzicht huisnummer 25), de schoolmeester (nummer 26) en een<br />

beneficiante van de stichting van de heer van Iseren (nummer 52). Slechts een van de dertien<br />

gezinshoofden oefent een ambacht uit. Opmerkelijk is, dat diens vrouw rooms-katholiek is (nummer 28).<br />

Twee protestantse heren rentenieren in afwachting van een geschikt ambt (nummers 6, en 195); twee<br />

hebben een ambt, de een is deurwaarder (nummer 133); de ander commies (nummer 71). De overige<br />

gezinshoofden zijn voorgoed op rust gegaan; twee zijn welgestelde weduwen (nummer 77 en 192), een de<br />

weduwe van een gegageerde (nummer 87), en de rest mannen. De eerste - een broeder van de<br />

burgermeester - is gepensioneerd majoor (nummer 2); de tweede een gewezen rijksontvanger (nummer<br />

36); de derde iemand met een klein pensioen (nummer 204); de vierde (nummer 183) vermoedelijk iemand<br />

die geslaagd was in zaken, en de vijfde (nummer 139) voormelde Frederik Jan Breda. Wanneer we de<br />

knechts en meiden van gereformeerden huize die bij geloofsgenoten in dienst zijn even buiten<br />

beschouwing laten, zijn er buiten genoemde dertien huishoudens nog een vijftal eenlingen van<br />

gereformeerde huize. De weduwnaar Johannes Nicklaas (ca. 1754 - 1825) is deurwaarder 39 ; Hendrik<br />

Franciscus Frijlinck (ca. 1755 - 1836) is kapitein 40 ; Christiaan Muller (ca. 1768 - 1827) een gepensioneerd<br />

zwitsers soldaat 41 ; en Paulus Marcus Pauli veldwachter 42 . De vijfde eenling wordt aangeduid als de weduwe<br />

Fallot 43 . Bedoeld is Elisabeth Loods (ca. 1765 - 1838), geboren te Monbéliard (in Franche Comté) in het<br />

koninkrijk Frankrijk als dochter van Georges Lods en Anna Caburet. Haar man, Isaac Christoffel Fallot (ca.<br />

1748 - 1821), was eveneens van Montbéliard geboortig; hij was een zoon van Isaac Fallot en Margaretha<br />

Prongé.<br />

39 G.A. 2123, 38;<br />

40 G.A. 2123, 58;<br />

41 G.A. 2123, 72;<br />

42 G.A. 2123, 119;<br />

43 G.A. 2123, 89;<br />

221


Afzonderlijk vermelding verdient het huishoudelijk personeel, en elf protestantse huishoudens aanwezig.<br />

De predikant heeft een roomse meid 44 ; eveneens mevrouw de weduwe Breda 45 en haar getrouwde zoon 46 ;<br />

voorts Gerhard Huygens 47 ; en vrederechter 48 ; de burgemeester 49 . Abraham Hendrik Verster heet een<br />

hervormde knecht, Reinier Haagmans, maar twee roomse meiden 50 ; Hendrik van Aller eerst een meisje uit<br />

<strong>Oisterwijk</strong>, dat katholiek is, doch later een uit Sprang 51 . Een duidelijke voorkeur voor hervormd personeel<br />

heeft baron van Heeckeren tot Nettelhorst 52 ; en de weduwe van meester Herman van Bracht, bij welke een<br />

zuster van de veldwachter dient. In de rooms-katholieke huishoudens kwam protestants personeel niet<br />

voor. Er waren in overvloed rooms-katholieke jongedochters welke als "dienstmeid dienen gingen" in een<br />

huishouden, omdat die werkkring de meest gebruikelijke tijdpassering voor het huwelijk verschafte.<br />

Verschillende malen is het protestants personeel met de meester uit den vreemde naar <strong>Oisterwijk</strong><br />

gekomen. Burgemeester Wierdsma heeft een knecht uit zijn geboorteplaats Nuland. Die van Abraham<br />

Hendrik Verster komt uit Stein en verhuist in 1825 met de familie naar Boxtel, na hier getrouwd te zijn met<br />

de meid van baron van Heeckeren, welke afkomstig was uit Overschie. De twee meiden van Gerhard<br />

Huygens, Leenemie Duitsers en Jacoba Bekkers komen beiden uit Budel en vertrekken op eenzelfde dag uit<br />

<strong>Oisterwijk</strong>. De opvolger van dominee van Strijen Stephanus 53 Adriaan van Heusden (1800 - 1842) en zijn<br />

vrouw Anna Johanna Loeff (1806 - 1875) komen op de 7 de maart 1827 met een gereformeerde meisje uit<br />

Capelle over, Anna Sterk geheten.<br />

In <strong>1824</strong> woont hier één lutheraan, Peter Hendrik Turner, een gegageerde van 58 jaar, die zich hier eerst na<br />

1816 heeft gevestigd. Zijn vrouw Francijn Hofmans is rooms-katholiek. Bij de hiervoor gemaakte<br />

becijferingen is hij buiten beschouwing gelaten.<br />

Ook de echtgenote van baron van Heeckeren is van een dissidente geloofsovertuiging. Zij is remonstrants.<br />

Na op 25-jarige leeftijd al weduwe te zijn geworden kwam ze door haar tweede huwelijk met de Zuid-<br />

Nederlander Zijne Doorluchtige Hoogheid Charles Francois Guillaume Ferdinand hertog van Looz-<br />

Corswarem, zesde hertog van Looz, graaf van Niel enzovoorts, in een rooms-katholiek milieu.<br />

Nog scherper dan het onderscheid tussen de rooms-katholieke en protestantse inwoners van <strong>Oisterwijk</strong>,<br />

was dat tussen de joodse en de rest. De joodse gemeenschap was hier vrij sterk en werd reeds in de<br />

achttiende eeuw bijeengehouden door de "smousenkerk". De joden hadden ook een eigen school en een<br />

eigen begraafplaats 54 . Ofschoon de joden zich in het openbare leven zeer bedeesd gedroegen, wisten ze<br />

zich weinig achting en nauwelijks enig waardering te verwerven. Hun nering vonden ze voornamelijk in de<br />

slagerij, de uitdragerij en de lompenhandel. Ze onderhielden veel contacten buiten <strong>Oisterwijk</strong>. desondanks<br />

waren er joodse families welke als hier werkelijk gezeten beschouwd mogen worden. We mogen er kort<br />

over zijn, nu er onlangs een uitgebreide studie aan is gewijd 55 .<br />

44 G.A. 2123, 15;<br />

45 G.A. 2123, 77;<br />

46 G.A. 2123, 111;<br />

47 G.A. 2123, 22;<br />

48 G.A. 2123, 106;<br />

49 G.A. 2123, 110;<br />

50 G.A. 2123, 80;<br />

51 G.A. 2123, 105;<br />

52 G.A. 2123, 4<br />

53 Nederland's Patriciaat, jg. 28 (1942), 166 spreekt niet van Stephanus, doch van Reinhart;<br />

54 W. de Bakker, Een eeuwenoude Israëlitische Begraafplaats, in De Kleine Meijerij, jg. 23. (1972), 53;<br />

55 mr. dr. W. de Vries, Salomon Simon, in het Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (1972), 53;<br />

222


223


De bewerking van het bevolkingsregister van <strong>1824</strong><br />

Het in het Gemeentearchief onder nummer 2123 bewaarde bevolkingsregister, dat als g<strong>rond</strong>slag diende<br />

voor het hierna volgend overzicht, getuigt op vele punten van een heel andere administratie dan<br />

gebruikelijk is in onze tijd met zijn computers en noodzaak tot grote nauwkeurigheid bij gebreke aan<br />

persoonlijke informatie.<br />

Alle huizen in <strong>Oisterwijk</strong> hadden vóór 1810 alreeds een huisnummer, zoals met akten uit die tijd te bewijzen<br />

valt. In het bevolkingsregister van <strong>1824</strong> zijn de nummers in de daarvoor bestemde kolom echter slechts hier<br />

en daar aangegeven. Die hebben we overgenomen in de zesde kolom van het hierna volgend overzicht: het<br />

eerste getal wijst op de bladzijde van het bevolkingsregister waarop het huisnummer staat vermeld, het<br />

tweede getal is het huisnummer zelf. Daarnaast hebben we in kolom 1 een geheel nieuwe nummering<br />

aangebracht. In deel II zijn echter de huisnummers gebezigd, welke het bevolkingsregister vermeldt.<br />

In de zevende kolom van ons overzicht vermelden we de inwoners van <strong>Oisterwijk</strong> in <strong>1824</strong>. In het<br />

bevolkingsregister, dat bijgehouden is tot omstreeks 1830, zijn latere aanvullingen over het algemeen<br />

duidelijk te onderscheiden. Doorgehaald is steeds met een enkele lijn. Hier lagen dan ook niet de<br />

problemen. Die hadden we met soms al te beknopte aanduidingen betreffende de persoon, maar vooral<br />

met de opgegeven geboortedata. Daar de meeste van de ingeschrevenen geboren zijn voor de invoering<br />

van de Burgerlijke Stand, is door ons aan de hand van de overlijdensakten getracht te controleren en waar<br />

nodig te corrigeren. Van personen van wie als stamouder gewag is gemaakt, is het in deel II gebruikte<br />

rangnummer tussen haakjes aangegeven. Inwonende kinderen zijn door ons niet met name genoemd,<br />

evenmin als het personeel. Het aantal kinderen in <strong>1824</strong> trekt men in de negende kolom; het personeel in dat<br />

jaar in de laatste kolom.<br />

Voor vermelding van het beroep van de inwoners is behalve van de aanduiding in het bevolkingsregister<br />

gebruik gemaakt van het patent-register van <strong>1824</strong>. Met een sterretje is zulks aangegeven 56 .<br />

Het kadaster van <strong>Oisterwijk</strong> dateert van 21 oktober 1832. Dit kadaster maakte het, middels een algemene<br />

opmeting van ieders onroerend goed, mogelijk de g<strong>rond</strong>belasting nauwkeurig op te leggen 57 .<br />

De dienst van het kadaster ressorteert dan ook nog altijd onder het ministerie van financiën. Gegevens uit<br />

het kadaster zijn moeilijk te achterhalen, daar de archieven van deze dienst niet, zoals die van zovele<br />

andere overheidsdiensten naar de rijksarchieven zijn overgebracht, welke zich in ieder provincie bevinden.<br />

Iedere gemeente ontving echter bij de invoering van de kadastrale nummering dubbelen van de<br />

oorspronkelijke aanwijzende tafel (waarin op nummer staat gerangschikt), de legger (alfabetisch op<br />

eigenaar rangschikkend); en de daarbijhorende kaarten. De tafel en de legger zijn te <strong>Oisterwijk</strong> bewaard<br />

gebleven. De minuutkaarten zijn verloren geraakt. De eerste streekarchivaris te <strong>Oisterwijk</strong>, de heer W.A.<br />

Fasel heeft echter foto-reproducties van deze kaarten weten te verwerven. Hiernaar zijn de hierbij<br />

weegegeven kaartjes vervaardigd. Aaneengelegen bezittingen van één eigenaar zijn daarop met<br />

stippellijnen aangegeven.<br />

Van deze bronnen in het oisterwijkse gemeentearchief betreffende het kadaster is gebruik gemaakt bij het<br />

zoeken naar de exacte plaatsaanduidingen van de huizen der inwoners van <strong>Oisterwijk</strong> uit <strong>1824</strong>. De<br />

bebouwing is door ons in de tweede kolom weergegeven zoals deze voorkomt in de kadastrale legger.<br />

Hierbij staat tussen haakjes de klassificatie, de waardebepaling vermeld. Op het eind van dit deel III treft<br />

men de inhoud van deze klassificatie als bijlage aan.<br />

In het bevolkingsregister van <strong>1824</strong> zijn de ingeschreven personen gegroepeerd in alinea's. In één alinea treft<br />

men wel meerdere gezinnen aan, hetgeen beduidt dat men een huis dikwijls nog onderverdelen kan in<br />

meerdere woningen. Die woningen nu zijn in het kadaster als afzonderlijke huizen genoemd en worden ook<br />

door ons onderscheiden, maar niet van afzonderlijke volgnummers voorzien.<br />

De huiseigenaren die in de hierna volgende staat opgenomen zijn in kolom 3 komen in de oorspronkelijke<br />

kadastrale tafel van 1832 niet allemaal voor. Getracht is via notariële akten de eigenaren uit <strong>1824</strong> op te<br />

sporen. Voor de tijd vóór 1811 zou zulks geen groot probleem zijn geweest. Iedere akte van op-naamstelling<br />

of "vest" van onroerend goed moest in de plaats, waar het goed gelegen was, geregistreerd<br />

worden onder getuigenis van schepenen der dingbank waa<strong>rond</strong>er de plaats ressorteerde. <strong>Oisterwijk</strong> had<br />

zijn eigen schepenbank zodat de handwisseling van onroerend goed in de schepenprotocollen van hier is<br />

op te sporen. Na 1810 en de invoering van de franse wetgeving werd deze administratie ten aanzien van<br />

56 G.A. 2349, register van het patent, geheven van handelaren en nering doenden, <strong>1824</strong>;<br />

57 ir. W.A. Claessen en ir. J. Edel, Het ontstaan van de eerste kadastrale kaarten, in Boschoombladeren, 7 (september 1971);<br />

224


onroerend goed overgeheveld naar de notarissen. Aan een scheiding en deling die onderhands plaatsvond<br />

kwam echter geen notaris te pas en bovendien waren de mensen voor overdrachten niet gebonden aan<br />

een notaris ter standplaats waar het onroerend goed gelegen was. Slechts de registratie van de overdracht<br />

moest in het desbetreffende ressort, in ons geval aanvankelijk te Tilburg, plaatsvinden. Echter zijn - tot onze<br />

grote ontsteltenis - de boeken met geregistreerde akten, nadat ze meer dan een eeuw zorgvuldige<br />

bewaard waren, in de jaren dertig van onze eeuw vernietigd 58 . Sommige overgangen van onroerend zijn<br />

daardoor onnaspeurbaar geworden. Verschillende huizen blijken voorts tussen <strong>1824</strong> en 1830 van gemeente<br />

veranderd te zijn! Een der eerste werkzaamheden bij de aanleg van het kadaster was het nauwkeurig<br />

bepalen van de grenzen tussen de Gemeenten, welke in beginsel met die der gemeinten moesten<br />

samenvallen. Hiertoe zijn processen-verbaal opgemaakt door burgemeesters van naast elkaar gelegen<br />

gemeenten. Deze grens bepalingen zijn niet terug te vinden in de daarvoor in aanmerking komende<br />

archieven, maar berusten bij de landmeetkundige dienst te 's-Hertogenbosch 59 . We zullen trachten hier<br />

globaal aan te geven waar nogal ingrijpende veranderingen hebben plaatsgevonden. Tussen de Gemeente<br />

<strong>Oisterwijk</strong> en de Gemeente Berkel, Enschot en Huijkelom vonden - waarschijnlijk ten behoeve van een<br />

vloeiender verloop der grenzen - enkele grote wijzigingen plaats. Aan Berkel c.a. vielen waarschijnlijk toe<br />

een tweetal huizen aan de noordzijde van de Donkersteeg (de Panneschuur?), en vele landerijen op de<br />

<strong>Oisterwijk</strong>se Hoeven. Aan <strong>Oisterwijk</strong> kwam aan deze westelijke grens de buurtschap Den Honsberg. Tussen<br />

de Gemeenten Haaren en <strong>Oisterwijk</strong> kwam men tot een scheiding en deling ten aanzien van eeuwenoude<br />

rechten in gemeentelijk territorium.<br />

Haaren was vanouds voor een-derde gerechtigd in de <strong>Oisterwijk</strong>se Gemeint, die gelegen was ten zuiden van<br />

de Voorste Stroom, tussen de gemeint van Boxtel en die van Huikelom en Enschot. Ongeveer een-derde<br />

van deze gemeint met de daardoor omsloten allodiale g<strong>rond</strong>en, op de grens met Boxtel, ging deel<br />

uitmaken van de Gemeente Haaren. Hiertoe behoorde het Kivitsblek, alsook gedeelten van de Logt en<br />

Balsvoort. Op de nieuwe grens werd later een weg aangelegd, die men nog altijd Scheibaan noemt. Dit<br />

zuidelijke gedeelte van de Gemeente Haaren is, na een aantal strubbelingen over het toezicht op<br />

vakantieoorden juist over de oisterwijkse gemeentegrens en ver buiten het gezichtsveld van de haarense<br />

veldwachter, in de jaren dertig van deze eeuw aan <strong>Oisterwijk</strong> teruggekomen 60 .<br />

Tot nader begrip van de kadastrale aanduidingen, welke weergegeven zijn in de vierde kolom, zij<br />

opgemerkt, dat <strong>Oisterwijk</strong> door de landmeters van het kadaster verdeeld werd in een vijftal secties. Die<br />

kregen opeenvolgende letters van het alfabet. De eerste aanduiding werd gegeven ten noorden van het<br />

dorp, en rechtsom gaande eindigde men met als laatste het centrum:<br />

A. Kerkhoven met een onderverdeling in 624 nummers;<br />

B. De Gemullehoeken 335 nummers;<br />

C. De Logt 291 nummers;<br />

D. Klein <strong>Oisterwijk</strong> 127 nummers;<br />

E. De Kleine Heide 710 nummers;<br />

F. Het Dorp 458 nummers;<br />

In sectie F. ving de nummering aan achter de kerk bij "Den Hertog". Bij deze gedetailleerde nummering<br />

beschreef men eenzelfde baan als bij de grovere aanduiding in secties, en eindigde men bij de kerk.<br />

58<br />

Naar on bleek uit inlichtingen van het Algemeen Rijksarchief te 's-Gravenhage. Met dank aan de heer L. Huistinx;<br />

59<br />

G.A. 1482: 4 april 1826, aantekening betreffende opzending van het proces-verbaal van de grenzen tussen <strong>Oisterwijk</strong> en<br />

Oirschot<br />

(ze waren het niet eens); 19 april 1826, item der grenzen tussen <strong>Oisterwijk</strong> en Berkel-Enschot-Huikelom, Moergestel, Haaren,<br />

en<br />

Beers (d.i. Oost-West- en Middelbeers);<br />

R.A. 's-Hertogenbosch, Archief van de Provinciale Griffie 3110: aantekeningen betreffende de ontvangst, ingekomen 4 -9-1826<br />

nr.<br />

36, ingeschreven 8-4-1826 nr. 2; item ingekomen 19-4-`826 nr. 40, ingeschreven 20-4-1826 nr. 14;<br />

Prov. Griffie 3102, agenda van de Gouverneur: 23-6-1826 nr. 7 opzending der stukken betreffende de grenzen in het kanton<br />

<strong>Oisterwijk</strong> aan de Ingenieur-Verificateur van het kadaster.<br />

Let wel, bij geen van deze stukken zit een afschrift van de processen-verbaal der grens-vaststellingen; Ook bij navraag door de<br />

heer L. Hustinx, archivist ten Rijksarchieve in 's-Hertogenbosch, bij archieven waar de oudste stukken betreffende het Noord<br />

Brabantse kadaster bewaard worden, zijn de processen-verbaal niet teruggevonden. Met vriendelijke medewerking van ir. L.<br />

Schipper van de Landmeetkundige Dienst te 's-Hertogenbosch is het gelukt deze stukken tenslotte terug te vinden. Ze<br />

berusten in<br />

de nog altijd in gebruik zijnde dossiers bij die dienst. De processen-verbaal geven jammer genoeg geen motivering der<br />

grensvaststelling, slechts een opname van dat moment;<br />

60<br />

Oorspronkelijk: Gemeente Haaren, sectie D. - Nemelaar; gedeeltelijk na april 1938: Gemeente <strong>Oisterwijk</strong>, sectie G.;<br />

225


Tenslotte een opmerking bij de vijfde kolom van ons overzicht. Hier treft men, voor zover dat mogelijk was,<br />

een huisnummering aan die voorkomt in een, tussen 1736 en 1791 iedere vijf jaar opgemaakt register van<br />

huiseigenaren en bewoners 61 . De voor de huisnummers geplaatste letters duiden aan:<br />

K. Kerkeynde nummer 1 - 94<br />

H. Hoogstraat nummer 1 - 10a<br />

L. Kindeynde nummer 1 - 107a<br />

KH. Kerkhoven nummer 1 - 32<br />

Z. Zuid nummer 1 - 24, dat wil zeggen; Cleyn Hey, de Logt, Cleyn Oosterwijk.<br />

Voor zover het de oude vrijheid <strong>Oisterwijk</strong> betreft hopen we met deze oudste nummering van de huizen als<br />

leidraad de geschiedenis van de g<strong>rond</strong> tot in de 15 de eeuw nog te boek te stellen.<br />

61 G.A. 260 tot en met 271;<br />

226


A. HET KERKE<strong>IN</strong>D<br />

KERKSTRAAT - zuidzijde vanaf het Lindeind<br />

bebouwing in<br />

1832<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

looierij (3)<br />

1.<br />

huis,<br />

schuur (7)<br />

genaamd de<br />

ster 62<br />

2.<br />

huis (11)<br />

3.<br />

eigenaar<br />

kad. nr. oud nr. G.A. 2123 bewoners<br />

in <strong>1824</strong><br />

in <strong>1824</strong><br />

bewoner F. 363 K. 1 1 - 1 Adriaan Wagemans (ca.<br />

1765 - 1847) (E);<br />

Zijn zuster Maria<br />

Wagemans (ca. 1768 -<br />

1837);<br />

en hun zuster Margriet<br />

Wagemans (ca. 1773 -<br />

1848) weduwe van Jan<br />

Wouters van den<br />

Dungen<br />

Elisabeth Vermeer,<br />

weduwe van Jan<br />

van Oerle te Riel<br />

F. 367 K. 2<br />

K. 3<br />

2 - 2<br />

227<br />

Jan Louis Wierdsma (ca.<br />

1768 - 1840) we-duwnaar<br />

van Johanna Maria<br />

Stander<br />

bewoonster F. 368 K. 4 2 - 3 Maria Hofmans (ca. 1775<br />

- 1852) weduwe van<br />

Nicolaas Hamakers<br />

- achterin een steegje op de Vloet<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

4.<br />

- aan de Kerkstraat<br />

huis (12)<br />

5.<br />

huis,<br />

schuur (2)<br />

6.<br />

bewoner F. 371 K. 5 3 - 4 Johanna van Huijs (1787<br />

- 1858) weduwe van<br />

Hendrik Schoen-makers<br />

(E);<br />

haar stiefvader<br />

Wouterus Paulus van de<br />

Wiel (ca. 1749 - 1825) met<br />

diens twee-de vrouw<br />

Cornelia Wol-laart (1751 -<br />

1829); Sara Roon (ca.<br />

1755 - 1836) weduwe van<br />

Abrahem Daniel in den<br />

Kuil(en)<br />

F.W.J.J., baron van<br />

Heeckeren tot<br />

Nettelhorst<br />

F. 373a K. 6 3 - 5 Jacobus Potters (ca. 1773<br />

- 1847) met zijn vrouw<br />

Cornelia Donkers (ca.<br />

1759 - 1839)<br />

bewoner F. 375 K. 7 4 - 8 Frederik Willem Jacob<br />

Johan, baron van<br />

Heeckeren tot Nettelhorst<br />

(1796 - 1827) en zijn<br />

vrouw Anna Hermina<br />

Geertruida Jacoba van<br />

Lockhorst van Toll en<br />

Veenhuizen (1802 - 1875)<br />

beroep kinderen<br />

leerplooier<br />

met een<br />

kuip, zonder<br />

knecht en<br />

schoenmaker*<br />

4<br />

gepensioneerd<br />

majoor der<br />

9 de<br />

afdeling 63<br />

winkelierster,slijtster<br />

in sterke<br />

dranken*<br />

spinster<br />

spinder<br />

koopvrouw,<br />

"inlandsen<br />

kraamster"<br />

*<br />

hoede-<br />

maker<br />

luitenant<br />

der jagers<br />

later der<br />

mariniers 64<br />

personeel<br />

--<br />

1 meid<br />

-- meid<br />

-- --<br />

2 --<br />

-- meid<br />

huis, bewoner F. 376 K. 8 4 - 9 Peter Wemmers (ca. schoen- 4 --<br />

62 N. 5347, 181 (1820;<br />

63 N. 5344, 80 (1817);<br />

64 Nederlands Adelsboek (1909), 200;


schuur (12)<br />

looiereij (4)<br />

7.<br />

- achterin een steegje op de Vloet, twee woningen onder een kap<br />

huis (16)<br />

(noordelijke<br />

helft)<br />

8.<br />

huis (16)<br />

(zuidelijke<br />

helft)<br />

9.<br />

Cornelis Hendrik<br />

van Megen, te<br />

Huikelom<br />

- aan de Kerkstraat<br />

huis (15)<br />

10.<br />

- op de Vloet<br />

huis (17)<br />

11.<br />

- aan de Kerkstraat<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

12.<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (13)<br />

13.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

Adriaan Jan van<br />

Haaren, schaapher-<br />

der<br />

drie kinderen van<br />

Jan Cornelis de<br />

Jong en Hendrina<br />

van Heeswijk<br />

228<br />

1774 - 1842) (E) en zijn<br />

vrouw Maria Catharina<br />

Andriessen (1786 - 1862)<br />

(II,4);<br />

Johannes van Berkel (ca.<br />

1778) en zijn vrouw<br />

Geertruy van Rooij (ca.<br />

1788);<br />

Johanna de Jong (ca.<br />

1779 - 1828)<br />

F. 385 K. 10 5 - 10 Theodorus Korthout<br />

(1790 - 1857) (II,78) en<br />

zijn vrouw Elisabeth<br />

Zebregs (1796 - 1856)<br />

(II,155)<br />

F. 386 K. 10 5 - 11 Jan van Opstal (1793 -<br />

1865) en zijn vrouw<br />

Johanna Vriends (ca.<br />

1801 - 1870)<br />

F. 382 K. 9a 6 - 12 Peter Hendrik Turner (ca.<br />

1766) en zijn vrouw<br />

Francijn Hofmans (ca.<br />

1771)<br />

bewoner F. 379 K. 9b 6 - 13 Pieter van de Louw (1772<br />

- 18470 (II,89) en zijn<br />

vrouw Wilhelmina<br />

Jacobs (1776 - 1843)<br />

(II,64)<br />

Cornelis Jan de<br />

Jong te Berkel<br />

(Cornelis Jan de<br />

Jong)<br />

(Cornelis Jan de<br />

Jong)<br />

Michiel Jan v. der<br />

Loo, lakenwever;<br />

en Francijn van der<br />

Loo, vrouw van<br />

Lambertus van<br />

Rijsingen<br />

Adriaan van Loon,<br />

touwslager<br />

F. 390 K. 11 7 - 14 Jacob Smits (ca. 1780 -<br />

1855) en zijn vrouw Anna<br />

Jansw (1774 - 1843)<br />

(II,66);<br />

Cornelia Verschuuren<br />

(ca. 1783 - 1853)<br />

F. 391 (K. 11) 7 - 14 Jan Cornelis Marijne<br />

(1771 - 1846) en zijn<br />

vrouw Anna Elisabeth<br />

van Hersel (1770 - 1848)<br />

F. 392 (K. 11) 7 - 14 Jacob Nathan Koppens<br />

(1796) en zijn vrouw<br />

Rosetta (is Prins<br />

Soesman) de Roos (1792)<br />

F. 393 K. 12 8 - 14 Willem Couwenberg (ca.<br />

1776 - 1850) en zijn<br />

vrouw Elisabeth van<br />

Balthoven (1772 - 1849<br />

F. 396 K. 13 8 - 14 Johannes van Baast<br />

(1782 - 1834) (II,6) en zijn<br />

vrouw Dorothea van<br />

Haaren (1787 - 1849)<br />

(II,50);<br />

maker en<br />

leerlooier*,<br />

inlands<br />

kramer*<br />

arbeider<br />

spinster<br />

arbeider 4 --<br />

2<br />

--<br />

arbeider 3<br />

gegageer-de -- --<br />

bouwman<br />

(dagloner)<br />

lakenscheerder,schoenlapper<br />

3 --<br />

2 --<br />

timmerman 1 --<br />

slachter en<br />

kramer*<br />

4 --<br />

arbeider -- --<br />

linnen-<br />

wever<br />

3<br />

--


14.<br />

- de Rodebrugstraat wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

15.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

16.<br />

pastorie,<br />

schuur (--)<br />

17.<br />

huis (12)<br />

huis (12)<br />

(twee<br />

woningen<br />

onder een<br />

dak)<br />

18.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

19.<br />

huis,<br />

schuur (9)<br />

20.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

21.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning),<br />

genaamd de<br />

Walkbak (1)<br />

1 =<br />

N.5354,216<br />

229<br />

Maria Pot (1760 - 1842)<br />

weduwe van Jacobus<br />

Sebregts<br />

bewoner F. 397 K. 14 9 - 16 Cornelis de Bruin (ca.<br />

1752 - 1834) en zijn vrouw<br />

Johanna Reijns (ca. 1752 -<br />

1829)<br />

Samuel Philip (van<br />

Son), te Tilburg<br />

Rooms Katholieke<br />

Gemeente van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

Jan Vugs,<br />

burgemeester te<br />

Enschot<br />

F. 400 K. 15 9 - 17 Nicolaas Meertens (ca.<br />

1781 - 1848) en zijn vrouw<br />

Johanna Maria Jesepha<br />

Monet (1779 - 1832);<br />

alsmede haar vader<br />

Arnoldus Monet (ca.<br />

1745 - 1831);<br />

Belia (is Roos) Salomon<br />

(ca. 1756 - 1826) weduwe<br />

van de joodse<br />

schoolmeester Soesman<br />

Samuel (de Roos)<br />

F. 404 K. (16)<br />

K. 17<br />

F. 405<br />

F. 406<br />

K. 18<br />

K. 19<br />

10 - 18 Arnoldus van Coll (1780 -<br />

1851);<br />

Antonius van den<br />

Bogaert (ca. 1795 - 1843)<br />

10 - 19 mevrouw Marinan<br />

Suyskens (ca. 1760)<br />

weduwe van P.J. van<br />

Coenen<br />

bewoner F. 409 K. 20 11 - 20 Govert de Bakker (1775 -<br />

1844) en zijn vrouw<br />

Maria Emmen (1762 -<br />

1830) (II,39)<br />

bewoner F. 411 K. 21<br />

K. (22)<br />

K. (23)<br />

12 - 21 Cornelis Vromans (ca.<br />

1769 - 1854) en zijn<br />

vrouw Cornelia van<br />

Huykelom (ca. 1777 -<br />

1843);<br />

alsmede haar vader<br />

Cornelis van Huykelom<br />

(ca. 1742 - 1828)<br />

weduwnaar van Maria<br />

Vugts<br />

bewoner F. 412 K. 24 12 - 22 Jan van der Brugge (ca.<br />

1770-1839) en zijn vrouw<br />

Anna Maria van<br />

Beethoven (ca. 1766-<br />

1843)<br />

erfgenamen van<br />

Godefridus du<br />

Messy en Anna<br />

Maria Striijbosch<br />

F. 416 K. 25 13 - 23 Hendrik Antonie Bredo<br />

(1783) en zijn vrouw<br />

Anna Maria du Messy<br />

(1785 - 1847)<br />

spinster 2<br />

wollewever,<br />

zaakwaarnemer*<br />

kleermaker<br />

gegageer-de<br />

pastoor<br />

kapelaan<br />

-- --<br />

particuliere 3 --<br />

4<br />

3<br />

--<br />

2 meiden<br />

landbouwer 2 knecht<br />

meid<br />

roggebrood<br />

bakker,<br />

winkelier,<br />

slijter in<br />

dranken, en<br />

grutter met<br />

een hand-<br />

molen*<br />

koperslager<br />

zonder<br />

knecht*<br />

2 knecht<br />

meid<br />

2 --<br />

daggelder 2 --


(1827)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

22.<br />

(erfgenamen van<br />

Godefridus du<br />

Messy)<br />

(erfgenamen van<br />

Godefridus du<br />

Messy)<br />

(erfgenamen van<br />

Godefridus du<br />

Messy)<br />

- de Vloetweg wordt overgestoken<br />

huis (12)<br />

(is een<br />

woning)<br />

23.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (12)<br />

(is een<br />

woning)<br />

genaamd<br />

het Fortuin 65<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

24.<br />

erfgenamen van<br />

Godefridus du<br />

Messy en Anna<br />

Maria Striijbosch<br />

Cornelis Jan de<br />

Jong<br />

(Cornelis Jan de<br />

Jong)<br />

(Cornelis Jan de<br />

Jong)<br />

F. 417 K. (25) (13 - 23) Jacoba Elisabeth du<br />

Messy (ca. 1774 - 1845);<br />

alsmede haar broer<br />

Arnoldus du Messy (ca.<br />

1782 - 1832)<br />

F. 418 K. (25) (13 - 23) Hendrik van Beers (ca.<br />

1754 - 1833) en zijn vrouw<br />

Johanna van Besauw (ca.<br />

1767 - 1849);<br />

Jan van de Pas (ca. 1772 -<br />

F. 419 K. (25) (13 - 23)<br />

1827)<br />

Anna Maria Wolfs (ca.<br />

1776 - 1834) weduwe van<br />

Cornelis Frijsen (II,47)<br />

F. 420 K. 26 13 - 24 Nathan Koppens (is<br />

Nathan Philip) (ca. 1764 -<br />

1828) en zijn vrouw<br />

Bruintje Jacobs (ca. 1766<br />

- 1843)<br />

F. 422 K. 27 14 - 27 Johannes Antony van<br />

Roessel (1759 - 1829) en<br />

zijn vrouw Barnardina<br />

Antonisse (1768 - 1848)<br />

F. 423 K. (27) (14 - 27) Jan Peters (ca. 1754 -<br />

1826) en zijn vrouw<br />

Johanna Sebregts (ca.<br />

1767 - 1848)<br />

F. 424 K. (27) (14 - 27) Meyer Salomon (van<br />

Boele) (ca. 1771 - 1845)<br />

weduwnaar van Belia<br />

Swaab en Betje Huisman<br />

(ca. 1788 - 1833) met wie<br />

hij eerst in 1828 trouwt<br />

230<br />

--<br />

timmerman<br />

en molenmakersgastschoenlapper<br />

2 --<br />

-- --<br />

--<br />

spinster 1 --<br />

vleeshouwer<br />

en<br />

kramer *<br />

waskaarsenmaker,<br />

huisverver,<br />

en glazenwasser*schoenlapper <br />

vleeshouwer*<br />

OMGEV<strong>IN</strong>G VAN DE KERK - een weg ten zuiden van de kerk, lopend naar de stroom, inslaand<br />

huis (--)<br />

(de predikantenwoning)<br />

schuur (--)<br />

(de spijker?)<br />

25.<br />

Hervormde<br />

Gemeente van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

- ten zuiden van het kerkhof<br />

huis, (--)<br />

school<br />

26.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

Gemeente<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

Petronella van den<br />

Heesakker,<br />

weduwe van<br />

Cornelis van Dijk<br />

65 N. 5349, 175 (1822);<br />

F. 425<br />

F. 426<br />

K. 28 15 - 28 Cornelis van Strijen (1755<br />

- 1826) en zijn vrouw<br />

Wilhelmina Katharina<br />

Vissers (1764 - 1852);<br />

zijn zuster Cornelia Gilia<br />

van Srtijen (ca. 1745 -<br />

<strong>1824</strong>)<br />

F. 433 K. 37 15 - 29 Frans Ente (ca. 1752 -<br />

1834) en zijn vrouw<br />

Gijsberdien Dankaarts<br />

(ca. 1751 - 1826)<br />

F. 435 K. 29 16 - 30 Willem Heessels ( ca.<br />

1752 - 1825) en zijn vrouw<br />

Maria Dympha Wuydts<br />

(Weyts) (ca. 1752 - 1825;<br />

hun zoon Jacobus<br />

2 --<br />

3 --<br />

2 --<br />

2 --<br />

predikant 3 meid<br />

schoolmeester<br />

zadelmaker<br />

en<br />

haammaker<br />

2 (--)<br />

--


huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

27.<br />

huis,<br />

schuur (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

genaamd<br />

Sint<br />

Annahuis 66<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

28.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis,<br />

schuur (1)<br />

koepel (17)<br />

genaamd<br />

het oude<br />

klooster<br />

29.<br />

bewoonster F. 436 (K. 29) (16 - 30)<br />

Heessels (1795) en zijn<br />

vrouw Cornelia Lesius<br />

(1794)<br />

Petronella van<br />

Heesakker (ca. 1760 -<br />

1832) weduwe van<br />

Cornelis van Dijk<br />

Martinus Cornelis<br />

Robben en de<br />

erfgenamen<br />

Engelbert Peter<br />

Verschuuren<br />

(Martinus Robben<br />

en de erfgenamen<br />

E. Verschuuren)<br />

(Martinus Robben<br />

en de erfgenamen<br />

E. Verschuuren)<br />

bewoner F. 441<br />

F. 439<br />

F. 429 K. 30 17 - 31 Cornelis de Rooij (ca.<br />

1755 - 1825) en zijn vrouw<br />

Cornelia Brienen (ca.<br />

1761 - 1850)<br />

F. 430 (K. 30) (17 - 31) Govert Robbe (ca. 1766 -<br />

1839) en zijn vrouw<br />

Maria Couwenberg (ca.<br />

1777)<br />

F. 431 (K. 30) (17 - 31) Michiel Hessels (1791 -<br />

1831) en zijn vrouw<br />

Helena Robbe (1780 -<br />

1863) (II,121)<br />

K. 31 18 - 32 Jan Francis van Hal (ca.<br />

1772 - 1847) weduwnaar<br />

van Thérèse Henrica<br />

Verbunt<br />

- tuinmanswoning van Durendaal, aan de noordelijke ingang in de Lage Baan<br />

huis (12)<br />

30.<br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunenburg, te<br />

Utrecht<br />

A. 596 K. 32a 19 - 32 Adriaan van den<br />

Biggelaar (ca. 1780) en<br />

zijn vrouw Maria<br />

Couwenberg (ca. 1783 -<br />

1857)<br />

- langs de Kloosterdijk, ten zuiden van het Torensteegje<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

31.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

32.<br />

Michiel Hendrik<br />

Reynen, te Enschot<br />

(Michiel H.<br />

Reynen)<br />

Willem van<br />

Roessel, te Enschot<br />

(Willem van<br />

Roessel)<br />

(Willem van<br />

Roessel)<br />

66 R. 500, 107v (1801);<br />

67 R. 438, 167v (1803);<br />

F. 446 K. 33 67 19 - 33 Adriaan Nicolaas van<br />

Haaren (1791 - 1858) en<br />

zijn vrouw Hendrika van<br />

Roessel (1775 - 1839)<br />

F. 447 (K. 33) (19 - 33) Sijn van Hees (ca. 1750 -<br />

1826) weduwe van Jan<br />

Steuvers<br />

F. 448 (K. 33) 20 - 35 Wouter van Broekhoven<br />

en zijn vrouw Adriana<br />

Schapendonk (ca. 1771)<br />

F. 449 (K. 33) (20 - 35) Jacobus Meys (ca. 1789)<br />

en zijn vrouw Helena<br />

Weyters (ca. 1799)<br />

F. 450 (K. 33) (20 - 35) Jan Heessels (ca. 1786 -<br />

1846) en zijn vrouw<br />

Cornelia Vugts (ca. 1778 -<br />

1846)<br />

231<br />

schoenmaker<br />

spinster 1 --<br />

2<br />

wieldraaier -- meid<br />

landbouwer<br />

(dagloner)<br />

landbouwer<br />

(dagloner)<br />

lakenfabrikant*<br />

(in<br />

wollen<br />

manufacturen)<br />

1 --<br />

2 --<br />

8 knecht<br />

meid<br />

daggelder 7 --<br />

landbouwer<br />

(daggelder)<br />

-- --<br />

-- 1 --<br />

arbeider 1 --<br />

arbeider 1 --<br />

kleermaker,<br />

zonder<br />

knecht*<br />

3 --


- in de grote Torenstraat, vanaf het klooster<br />

huis (--)<br />

(is een woning)<br />

(het<br />

vrouwenhuis)<br />

huis (--)<br />

(is een<br />

woning)<br />

33.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

34<br />

kerk (--)<br />

35.<br />

huis,<br />

schuur (5)<br />

36.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

37.<br />

huis (14)<br />

38.<br />

huis (13)<br />

39.<br />

huis (13)<br />

genaamd de<br />

Valk 70<br />

40.<br />

het Vrouwen-<br />

huis te <strong>Oisterwijk</strong><br />

F. 454 K. 35-36 21 - 36 Lucia Hendrikus Nyens<br />

(ca. 1758-1832) weduwe<br />

van Adriaan van den<br />

Broek;<br />

Adriana Vrijssen (ca.<br />

1788-1861);<br />

Helena van der Aa (1750-<br />

1831)<br />

(het Vrouwenhuis) F. 455 (K.35-36) (21 - 36) Bernardus Borgharts<br />

(1783 - 1843) en zijn<br />

vrouw Godefrida van der<br />

Horst (1792 - 1860) (II, 61)<br />

Pieter Joost de<br />

Jong te Tilburg<br />

R.K. gemeente van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

Dionisius en<br />

Huibert Norbert<br />

van de Sande, te<br />

Tilburg<br />

F. 457 K. 38 22 - 37 Pieter Paulus van de Wiel<br />

(1758 - 1838) en zijn<br />

vrouw Johanna Pot (ca.<br />

1755 - 1837);<br />

Balthazar de Soi (ca. 1752<br />

- 1835);<br />

F. 458<br />

232<br />

Lambertus van Erp ( ca.<br />

1806)<br />

F. 17 K. 57 22 - 38 Gerard Huygens (ca. 1736<br />

- 1828) en zijn vrouw<br />

Wendelina Abigael<br />

Wilhelmina Sara Bosch<br />

(ca. 1759 - 1837);<br />

Hypolite van Hulst (ca.<br />

1776)<br />

bewoner F. 18 K. 56 23 - 39 Thomas Habraken (ca.<br />

1771 - 1854) weduwnaar<br />

van Maria Cahtarina<br />

Verhoeven (II, 143)<br />

Pieter Johannes<br />

Verhoeven, te<br />

Huikelom<br />

Johannes<br />

schoenmakers,<br />

landbouwer<br />

F. 21 K. 55 23 - 40 Woutera van Balthoven<br />

(1766 - 1848) weduwe<br />

van Willem van der Horst<br />

F. 22 K. 54 24 - 41 Moses Nathan (van der<br />

Heyden) (ca. 1761 - 1847)<br />

en zijn vrouw Johanna<br />

Salomon (ca. 1763 - 1840)<br />

(II,130)<br />

bewoner F. 24 K. 53 24 - 42 Gerard Royens (1761 -<br />

1829) (II,129) en zijn<br />

vrouw Petronella van<br />

Deursen (1780 - 1833)<br />

- op de Hoogstraat, tussen de Valk en de Hertog<br />

68 Dit is een kleinkind;<br />

69 G.A. 1427, 83;<br />

70 R. 534, 9 (1809);<br />

spinster<br />

--<br />

--<br />

timmerman<br />

en molenmaker<br />

wollewever<br />

gepensioneerdesecondantschoolonderwijzer <br />

gepensioneerdrijksontvanger<br />

69<br />

stro- en<br />

rietdekker*,<br />

klompenmaker<br />

-- --<br />

2 --<br />

1 68 --<br />

1 2 meiden<br />

3 meid<br />

-- 3 --<br />

vleeshouwer<br />

en<br />

inlandse<br />

kramer*<br />

kuiper, met<br />

een werkjongen*<br />

2 --<br />

5 knecht


huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

41.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

genaamd<br />

Den Hartog<br />

van<br />

Brabant 71<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

42.<br />

de kinderen van<br />

Bernardus Somers,<br />

te Tilburg tevoren<br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunnenburg, te<br />

Utrecht<br />

(de kinderen B.<br />

Somers)<br />

(de kinderen B.<br />

Somers)<br />

(de kinderen B.<br />

Somers)<br />

(de kinderen B.<br />

Somers)<br />

(de kinderen B.<br />

Somers)<br />

F. 13 K. 51a 25 - 43 Johanna Maria Nostrum<br />

(ca. 1772) weduwe van<br />

Jan Heerkens;<br />

Cornelis van de Louw<br />

(1759 - 1827) weduwnaar<br />

van Adriaantje<br />

Verheiden;<br />

alsmede zijn zuster<br />

Johanna van de Louw<br />

(1756 - 1833)<br />

F. 12 (K. 51a) (25 - 43) Johannes van<br />

Nieuwburg (1789 - 1857)<br />

(II,100a) en zijn vrouw<br />

Maria Magdalena Sters<br />

(1789 - 1877);<br />

Johannes van<br />

Dooremael (ca. 1764 -<br />

1837)<br />

F. 11 (K. 51a) (25 - 43) Jan Adriaan de Loos (ca.<br />

1759 - 1828) en zijn<br />

vrouw Hendrina van<br />

Loon (ca. 1770 - 1832)<br />

F. 10 (K. 51a) (25 - 43) Theodorus van Berkel<br />

(1773 - 1833) (II,13) en zijn<br />

vrouw Hendrina an der<br />

Meer (ca. 1775 - 1849)<br />

F. 9 (K. 51a) (25 - 43) Elisabeth de Bond (ca.<br />

1752 - 1833) weduwe van<br />

Huibert Meys<br />

F. 8 (K. 51a) (25 - 43) Helena van de Ven (ca.<br />

1766 - 1835) weduwe van<br />

Jan de Raet<br />

bewoner F. 1 K. 49 26 - 44 Adriaan van den Boer<br />

(1763-1832) en zijn vrouw<br />

Gerardina van Hulten<br />

(ca. 1756-1827);<br />

(Adriaan Adam van<br />

den Boer)<br />

F. 2 (K. 49) (26 - 44) Hubertus van Lill (1794)<br />

en zijn vrouw Adriana<br />

van den Boer (1797)<br />

(A. van den Boer) F. 3 (K. 49) (26 - 44) Johanna van den Boer<br />

(ca. 1764 - 1837) weduwe<br />

van Adriaan Joost<br />

Burgers;<br />

haar schoonzoon<br />

Johannes van Liemdt<br />

(1801 - 1831) en zijn<br />

vrouw Justina Burgers<br />

(1802 - 1847)<br />

- langs de Kloosterdijk, ten noorden van het Torensteegje<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

bakhuis (--)<br />

43.<br />

Cornelis en<br />

Wouterus Emme<br />

F. 4<br />

F. 6<br />

- langs de Kloosterdijk, aan de westzijde vanaf de Stroom.<br />

huis (12)<br />

Jan Cornelis<br />

Verhoeven, te<br />

Huikelom<br />

71 R. 436, 32v (1797); N. 5375, 40 (1833);<br />

K. 42 27 - 45 Adriaan Emme (1764 -<br />

1846); zijn broer<br />

Wouterus Emme (1776 -<br />

1864); zijn zuster<br />

Petronella Emme (1778 -<br />

1828)<br />

A. 589 K. 41 27 - 46 Johannes de Brouwer<br />

(ca. 1766 - 1838); en zijn<br />

vrouw Maria van<br />

233<br />

spinster<br />

dagloner<br />

korporaal bij<br />

de<br />

algemene<br />

werving<br />

(1815)<br />

gegageer-de<br />

--<br />

1<br />

-<br />

1 --<br />

wollewever 1 --<br />

(arbeider),<br />

uitdrager in<br />

oude lom-<br />

3 --<br />

pen*<br />

-- 1 --<br />

spinster 1 --<br />

tapper en<br />

logementhouder*<br />

stukadoor -- --<br />

--<br />

timmerman<br />

landbouwer<br />

landbouwer<br />

landbouwer<br />

(dagloner)<br />

--<br />

1<br />

--<br />

--<br />

--<br />

--<br />

meid<br />

--


44.<br />

- een steeg naar de Lage en de Hoge Baan wordt overgestoken<br />

huis (13)<br />

genaamd<br />

den<br />

Roskam 72<br />

45.<br />

huis (11)<br />

46.<br />

234<br />

Broekhoven (ca. 1764);<br />

ook de weduwe van Jan<br />

Heerkens (ca. 1753);<br />

Wouter Oerlemans (1771<br />

- ? 1844) en zijn vrouw<br />

Maria van de Ven (1787 -<br />

1825)<br />

bewoonster A. 588 K. 43 28 - 47 Hendrik van Nunen (ca.<br />

1779 - 1846) en zijn<br />

vrouw Hendrina van den<br />

Bosch (E) (ca. 1778 -<br />

1857) (weduwe van Jan<br />

Andries van Rijswijk)<br />

bewoner A. 584 K. 45 28 - 48 Adriaan Kolen (1792 -<br />

1877) weduwnaar van<br />

Elisabeth den Ouden<br />

- op de Hoogstraat, aan de noordzijde vanaf de splitsing met de Kloostersdijk<br />

huis (--)<br />

47.<br />

huis (11)<br />

48.<br />

huis (13)<br />

49.<br />

de kinderen van<br />

Adriaan de Bresser<br />

en Johanna Brok<br />

A. 555 K. 46 29 - 49 Pieter de Bresser (1778 -<br />

1831); zijn broer<br />

Jan de Bresser (1784);<br />

zijn broer Antonie de<br />

bresser (1786 - 1868)<br />

bewoonster A. 552 K. 47 29 - 50 Maria Brekelmans (ca.<br />

1778 - 1827) weduwe van<br />

Lambert Adriaan<br />

Mathijssen<br />

bewoonster A. 551 K. 48 30 - 51 Jan Schoenmakers (ca.<br />

1762 - 1835) en zijn vouw<br />

Jennemie van de Zande<br />

(E) (ca. 1763 - 1848)<br />

(weduwe van Arnoldus<br />

Kort); alsmede de "van<br />

de arme bestelde"Maria<br />

Catharina Massuger<br />

(1808 - 1863) (II,90)<br />

- een pad naar de Kerkhovense molen wordt overgestoken<br />

huis (15)<br />

genaamd de<br />

Kuil 73<br />

50.<br />

bewoners A. 545 K. 52 30 - 52 Johannes van Baast (E)<br />

(1795 - 1857) (II,7) en zijn<br />

vrouw Anna Maria de<br />

Bresser (1792 - 1871)<br />

(II,25);<br />

zijn zuster Maria van<br />

Baast (E) (ca. 1791 - 1862)<br />

- aan het Kerkhof, langs de noordzijde<br />

huis,<br />

schuur (9)<br />

huis (15)<br />

huis (15)<br />

genaamd<br />

72 R. 437, 86 (1801);<br />

73 N. 5348, 92 (1821);<br />

bewoonster F. 27<br />

F. 26<br />

F. 25<br />

K. 58 31 - 53 Petronella de Kort (1737 -<br />

1825) weduwe van Jan<br />

van Liemdt (E);<br />

haar zoon Pieter van<br />

Liemdt (1775 - 1838) en<br />

arbeider<br />

timmerman 3 --<br />

1<br />

landbouwer 4 knecht<br />

2 meiden<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

landbouwster<br />

bouwman,<br />

kroeghouder*<br />

inland<br />

kraamster<br />

met een<br />

open<br />

kraampje de<br />

markten<br />

bezoekend*<br />

dekker,<br />

kroeghouder*<br />

herbergier,<br />

timmerman<br />

--<br />

2 meiden<br />

2 2<br />

knechten<br />

meid<br />

3 knecht<br />

meid<br />

2 --<br />

7<br />

2<br />

knech-


Kerk- en<br />

Molenzigt 74<br />

51.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning van<br />

de stichting<br />

van den heer<br />

van Iseren<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning van<br />

de stichting<br />

van den heer<br />

van Iseren)<br />

52.<br />

huis (14)<br />

53.<br />

huis (13)<br />

54.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

schuur (--)<br />

55.<br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunenburg<br />

(J.H., baron van<br />

Lijnden van<br />

Lunenburg<br />

235<br />

zijn vrouw Anna Maria<br />

van Balthoven (1781 -<br />

1852)<br />

F. 28 K. 59 31 - 54 Hendrika van<br />

Korstenbroek (ca. 1741 -<br />

1825) weduwe van<br />

Godefriedus van de Ven,<br />

- gereformeerd<br />

F. 29 (K 59) (31 - 54) Maria van den Borne (ca.<br />

1766 - 1834),<br />

- katholiek<br />

Adriaan Vriends F. 31 K. 60 31 - 55 Johanna Maria Wolfs (ca.<br />

1745 - 1825) weduwe van<br />

Adriaan Verhoeven;<br />

met haar dochters:<br />

Elisabeth Verhoeven (ca.<br />

1776 - 1857); en Adriana<br />

Verhoven (ca. 1786 -<br />

1853);<br />

Anna Elisabeth van<br />

Doormalen (ca. 1748 -<br />

1830)<br />

bewoner F. 32 (K 60) 32 - 55 Adriaan van den Dungen<br />

(1774 - 1830) en zijn<br />

vrouw Cornelia Leemans<br />

(ca. 1767 - 1834); zijn<br />

vader Pieter van den<br />

Dungen (ca. 1734 - 1825)<br />

weduwnaar van Jenneke<br />

Verhoeven;<br />

zijn zuster Petronella van<br />

den Dungen (1786 -<br />

1871);<br />

Adriaan Vriends (ca. 1761<br />

- 1826) (E)<br />

bewoonster F. 33<br />

F. 35<br />

K. 61<br />

K. 62<br />

KERKSTRAAT - noordzijde vanaf de kerk<br />

huis (9)<br />

genaamd<br />

Het bont<br />

paardje 76<br />

74 N. 5383, 17 (1839);<br />

75 G.A. 2122, volgnr. 300;<br />

76 N. 5350, 323 (1823);<br />

32 - 56 Cornelis van de Wouw<br />

(ca. 1780 - 1852) en zijn<br />

vrouw Johanna<br />

Andriessen (1788 - 1830)<br />

(II,3); haar moeder<br />

Petronella van Rijswijk<br />

(1762 - 1825) (E) weduwe<br />

van Jan Andriessen<br />

bewoner F. 36 K. 63 33 - 57 Gerardus Bernards (ca.<br />

1791) (e) en zijn vrouw<br />

Hendrika Klaasen (ca.<br />

1799 - 1830);<br />

beneden de<br />

drie<br />

knechts,<br />

slijter in<br />

dranken,<br />

winkelier*<br />

mutsenwaster<br />

75<br />

rogge- en<br />

wittebroodbakker,<br />

koekbakker<br />

meelverkoper* <br />

stoeldraaier*<br />

-- --<br />

-- --<br />

1 --<br />

bouwman 8 --<br />

metselaar,<br />

beneden de<br />

drie<br />

knechts,<br />

2 --<br />

ten


56.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

57.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

58.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

59.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

genaamd De<br />

Prins van<br />

Oranje 77<br />

60.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

61.<br />

erfgenamen van<br />

Hendrik van Iersel<br />

en Maria van<br />

Arendonk<br />

(erfgenamen van<br />

H. van Iersel)<br />

Hendrika Smeyers<br />

weduwe van<br />

Wilhelmus de<br />

Bresser<br />

Francis Ennekens,<br />

te Waalwijk<br />

236<br />

Peter Vriens (ca. 1771 -<br />

1826)<br />

F. 39 K. 64 33 - 58 Martinus Verhoeven<br />

(1796 - 1856) (II,144) en<br />

zijn vrouw Cornelia<br />

henskens (1793 - 1848)<br />

F. 40 (K. 64) 33 - 59 Laurens van Empel (1799<br />

- 1859) (II,40)<br />

F. 41 (K. 64) 34 - 60 Gijsbert Koppens (1789 -<br />

1869) (weduwnaar van<br />

Hendriena van den<br />

Dungen en Geertruida<br />

Coosijns) en zijn vrouw<br />

Dorothea van Haeren<br />

(1783 - 1825)<br />

F. 44 K. 65 34 - 61 Francis Verhoeven (1793<br />

- 1863) (II,140) en zijn<br />

vrouw Petronella<br />

Kuppens (1795); Cornelia<br />

Ferdinanda du Messy<br />

(ca. 1740 - 1827);<br />

Johannes van Rooy (ca.<br />

1762<br />

bewoner F. 45 K. 66 35 - 62 Jan Adriaan van den<br />

Boer (1793 - 1832) en zijn<br />

vrouw Maria Anna van<br />

der Horst (1794 - 1873)<br />

(II,63)<br />

bewoner F. 47 K. 67 36 - 63 Adriaan Hosemans (1768<br />

- 1847) weduwnaar van<br />

Cornelia Couwenberg<br />

- een eerste steegje wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

62.<br />

bewoner F. 49 K. 67a 36 - 64 Joseph Heijman(s) (ca.<br />

1738 - 1832) (E) en zijn<br />

vrouw Prins Salomon<br />

(ca. 1763 - 1826);<br />

Isaak Salomon Kerkham<br />

(ca. 1757);<br />

Dirk van Opstal (1792 -<br />

1856) (II,109) en zijn<br />

vrouw Elisabeth van de<br />

Wiel (1789 - 1849) (II,150)<br />

huis (15) Hendrika Smeyers<br />

weduwe van<br />

Wilhelmus de<br />

Bresser<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

77 N. 5346, 2 (1819);<br />

F. 52a K. 68 36 - 65 Maria Roosen (ca. 1766 -<br />

1839) weduwe van<br />

Michiel van Megen<br />

(bewoonster) F. 53 (K. 68) (36 - 65) Hendrika Smeyers (ca.<br />

1799) weduwe van<br />

tapper,<br />

winkelier*,<br />

bouwman<br />

Herbergier 3 --<br />

kleermaker -- --<br />

broodbakker,<br />

inlands<br />

kramer*<br />

winkelier,<br />

tapper,<br />

broodslijter<br />

*<br />

(herbergier)<br />

tapper,<br />

winkelier<br />

(voerman)<br />

ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten*<br />

(Koopman)<br />

"Oudkleerkoper",<br />

winkelier*<br />

arbeider<br />

-- --<br />

1 meid<br />

4 --<br />

-- --<br />

-- 1 --<br />

winkelierster,<br />

slijtster<br />

--<br />

3<br />

--<br />

7 --


63.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

64.<br />

237<br />

Wilhelmus de Bresser in sterke<br />

dranken*<br />

bewoonster F. 54 K. 69 37 - 66 Mijntje Bolders (1763 -<br />

1835) weduwe van (Jan)<br />

Francis van Heeswijk en<br />

Wilhelmus van de<br />

Merendonk; haar<br />

dochter Adriana van<br />

Heeswijk (1795 - 1873)<br />

(II,56);<br />

Peter Gerardus van<br />

Bussel (ca. 1794) en zijn<br />

vrouw Anna Elisabeth de<br />

Gelder (ca. 1793)<br />

- een tweede steegje wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

65.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

66.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

67.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis, (11)<br />

(is een<br />

woning)<br />

68.<br />

huis (14)<br />

69.<br />

bewoner F. 57 K. 70 38 0 67 Thomas Zweerts (1748 -<br />

1832) en zijn derde<br />

vrouw Anna Elisabeth<br />

Coolen (ca. 1773);<br />

Johannes Nicklaas (ca.<br />

1754 - 1825) weduwnaar<br />

van Anna Maria Kolb<br />

Antonie Jan van<br />

Roessel,<br />

landbouwer<br />

F. 58 (K. 70) (38 - 67) Thomas van Iersel (ca.<br />

1785 - 1851) en zijn vrouw<br />

Johanna Keysen (ca.<br />

1787 - 1864);<br />

Albertus Terbeek 78 (ca.<br />

1771) en zijn vrouw Maria<br />

Baartmans (ca. 1776)<br />

bewoner F, 61 K. 71 39 - 68 Johannes Gijsbertus van<br />

Broekhoven (ca. 1779 -<br />

1844) en zijn vrouw<br />

Adriana de Kort (ca. 1779<br />

- 1842)<br />

Joost Piggen, te<br />

Enschot<br />

(J. Piggen, te<br />

Enschot)<br />

(J. Piggen, te<br />

Enschot)<br />

- een derde steegje wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

F. 62 K. 72 39 - 69 Cornelia van Bijnen (ca.<br />

1762 - 1832) weduwe van<br />

Jacobus Schijvens<br />

F. 63 (K. 72) (39 - 69) Antonie Wilkman (ca.<br />

1767) en zijn vrouw Anna<br />

Oosterhof (ca. 1759)<br />

F. 66 K. 73 40 - 70 Cornelis Dankers (1771 -<br />

1849) (II,36) en zijn<br />

vrouw Wilhelmina van de<br />

Leur (ca. 1767 - 1825)<br />

bewoner F. 67 K. 74 40 - 71 Johannes Heesters (1771<br />

- 1835) en zijn vrouw<br />

78 ingekomen : mei <strong>1824</strong>; vertrokken : maart 1825;<br />

--<br />

horlogemaker<br />

(rentenier)<br />

deurwaarder<br />

bij het<br />

vredegerecht*<br />

van<br />

het kanton<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

winkelier,<br />

tapper*<br />

chirurgijn<br />

postmeester <br />

(herbergierster<br />

1<br />

3<br />

4<br />

--<br />

5 --<br />

5 --<br />

arbeider 4 --<br />

Ontvanger<br />

der direkte<br />

belastingen<br />

en accijn-<br />

--<br />

--<br />

--


70.<br />

huis (13)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

71.<br />

huis (14)<br />

72.<br />

Huis (--)<br />

73.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

74.<br />

huis (13)<br />

75.<br />

bewoner F. 72<br />

F. 73<br />

Michiel Hosemans,<br />

smid<br />

(Michiel<br />

Hosemans, smid)<br />

Hervormde<br />

gemeente van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

Willem van<br />

Roessel, te Enschot<br />

(W. van Roessel, te<br />

Enschot)<br />

238<br />

Antonette Heessels (ca.<br />

1764 - 1832);<br />

haar zuster Catharina<br />

Heessels (ca. 1752 -<br />

1836); alsmede twee<br />

kinderen van hun broer<br />

Willem Heessels<br />

K. 75 40 - 72 Michiel Hosemans (ca.<br />

1782 - 1827) en zijn vrouw<br />

Hendrina Dankers (ca.<br />

1764 - 1832)<br />

F.74 (K. 75) (40 - 72) Gerrit Jan van Lieven (ca.<br />

1774) en zijn vrouw<br />

Johanna van Woerde<br />

(ca. 1778)<br />

F. 75 (K. 75) 41 - 73 Eva Aron (ca. 1756 - 1847)<br />

weduwe van Gabriel<br />

Jochem (Service)<br />

F. 76 -- --<br />

F. 84 K. 76 42 - 74 Arnoldus Vromans (ca.<br />

1783 - 1833) en zijn vrouw<br />

Petronella van Dun (ca.<br />

1778)<br />

F. 85 (K. 76) (42 - 74) Peter Pot (1759 - 1835) en<br />

zijn vrouw (Maria)<br />

Theresia van de Wiel (ca.<br />

1762 - 1832)<br />

bewoonster F. 86 K. 77 43 - 75 Adriaan Moerenburg<br />

(1759 - 1833) en zijn<br />

vrouw Johanna van der<br />

Aa (E) (1763 - 1832) (II,1);<br />

alsmede zijn twee<br />

voorkinderen van haar<br />

Antonie van Gorp (1792 -<br />

1853); en Anna Maria<br />

Bolet (1795 - 1871)<br />

- een vierde steegje (nu de Poststeeg) wordt overgestoken<br />

huis (12)<br />

76.<br />

huis (5)<br />

bewoner F. 89 K. 78 43 - 76 Michiel Jan van der Loo<br />

(ca. 1765 - 1833)<br />

weduwnaar van<br />

Gertruda Couwenberg;<br />

zijn schoonzoon Lambert<br />

van Rijsingen (1789 -<br />

1858) en zijn vrouw<br />

Francijna van der Loo<br />

(1794 - 1881);<br />

Maria van de Wiel (1752 -<br />

1830) weduwe van Jan<br />

Robben; met haar<br />

dochter Geertruid<br />

Robben (ca. 1788 - 1873)<br />

François Henry<br />

Frederik von<br />

F. 90 K. 79 44 - 77 Sophia Clara de With (ca.<br />

1760 - 1846) weduwe van<br />

zen te<br />

Haaren;<br />

tapster,<br />

winkellierster*<br />

grof- en<br />

hoefsmid*<br />

commies 2 --<br />

linnenwever <br />

(linnenwever)<br />

tapper<br />

en slijter,<br />

winkelier*<br />

timmerman<br />

*<br />

lakenwever<br />

schrobbelaar<br />

spinster<br />

2<br />

4 --<br />

7 --<br />

4 --<br />

1 --<br />

1 --<br />

knecht<br />

3 meid


77.<br />

Huis,<br />

schuur (11)<br />

78.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

79.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

80.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

81.<br />

huis (13)<br />

82.<br />

kerk (--)<br />

83.<br />

Scheydt de<br />

Groulart, te<br />

Oosterhout<br />

239<br />

Ignatius Breda<br />

bewoners F. 93 K. 80 44 - 78 Anna Maria van<br />

Beusekom (ca. 1753 -<br />

1842) weduwe van<br />

Franciscus Adrianus Bol;<br />

Pieter Willem van de<br />

Wiel (E) (ca. 1753 - 1826);<br />

zijn zuster Maria van de<br />

Wiel (E) (ca. 1769 - 1837)<br />

bewoner F. 94 K. 81 45 - 79 Martinus Vinken (E)<br />

(1766 - 1846) en zijn<br />

vrouw Maria Danckers<br />

(1764 - 1857) (II,35);<br />

Jan Aarts (1797 - 1869)<br />

(II,2) en zijn vrouw<br />

Allegonda van Opstal<br />

(1795 - 1879) (II,104)<br />

Jan Koolen, te<br />

Enschot<br />

(J. Koolen<br />

te Enschot)<br />

(J. Koolen<br />

te Enschot)<br />

F. 100 K. 84 46 - 80 Gijsbert Paymans (1775 -<br />

1825) (II,113) en zijn<br />

vrouw Helena Hendriks<br />

(ca. 1776 - 1863)<br />

F. 101 (K. 84) (46 - 80) Helena van Baast (1778 -<br />

1838) (II,5) weduwe van<br />

Peter Jan Martens; haar<br />

zwager Petrus van Eyck<br />

(1769 - 1831) en zijn<br />

vrouw Adriana van Baast<br />

(1785 - 1835) (weduwe<br />

van Jacobus Sabelcous;<br />

Petrus Romers (1774 -<br />

1838)<br />

F. 102 (K. 84) (46 - 80) Jan Baptist Roestenburg<br />

(ca. 1779 - 1827) en zijn<br />

vrouw Cornelia Vromans<br />

(ca. 1791 - 1862)<br />

bewoner F. 103 K. 85 47 - 82 Corneiis Walschots (ca.<br />

1770 - 1846) en zijn<br />

vrouw Helena van Breda<br />

(ca. 1770 - 1842)<br />

bewoner F. 106 K. 86 (47 - 82) Laurens van Esch (ca.<br />

1760 - 1842) en zijn<br />

vrouw Anna Maria van<br />

Breda (ca. 1754 - 1830)<br />

bewoner F. 108 K. 87 47 - 83 Jan Lambert<br />

Timmermans (ca. 1750 -<br />

1831) weduwnaar van<br />

Petronella Brok en<br />

Petronella van Gorkom;<br />

zijn zoon Jan<br />

Timmermans (1788 -<br />

1867) en zijn vrouw<br />

Maria van Iersel (ca. 1792<br />

- 1844)<br />

Joodse gemeente<br />

van <strong>Oisterwijk</strong><br />

F. 109 K. 88<br />

wollewever<br />

koperslager<br />

*<br />

metselaar<br />

broodbakker,<br />

inlands<br />

kramer*<br />

spinster<br />

dagloner<br />

gegageer-de<br />

linnenwever<br />

timmerman<br />

*<br />

1 --<br />

3 --<br />

7 --<br />

3<br />

2<br />

--<br />

4 --<br />

3 --<br />

barbier --<br />

stoelmaker<br />

zonder<br />

knecht*<br />

stoeldraaier<br />

4<br />

--


- een vijfde steegje wordt overgestoken<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

84.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

85.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

86.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

87.<br />

brandspuithuis<br />

(--)<br />

het vroegere<br />

boterhuisje<br />

79<br />

88.<br />

bewoonster F. 114 K. 89 48 - / Petronella van Hersel<br />

(ca. 1769 - 1849) weduwe<br />

van Wilhelmus van<br />

Haaren (II,53); Maria<br />

Elisabeth, dochtertje van<br />

Francis Schonk en<br />

Petronella van Eyk (1820)<br />

(de weduwe van<br />

Willem van<br />

Haaren)<br />

Maria Elisabeth<br />

Hurkens weduwe<br />

van Cornelis<br />

Bertens<br />

(de weduwe van C.<br />

Bertens)<br />

(de weduwe van C.<br />

Bertens)<br />

de Gemeente<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

F. 115 (K. 89) (48 - /) Elisabeth Oppenheimer<br />

(ca. 1768 - 1845) weduwe<br />

van Isaak van Lier<br />

F. 118 K. 91a 48 - 88 Francis van Grisven (1801<br />

- 1851); zijn zuster<br />

Adriana van Grinsven<br />

(ca. 1808)<br />

F. 119 (K. 91a) (48 - 88) Jan Cornelis Bertens (ca.<br />

1780 - 1841) en zijn vrouw<br />

Catharina van de Hagen<br />

(ca. 1780)<br />

F. 120 K. 92 49 - 89 Hendrik van Grinsven<br />

(ca. 1766 - 1826)<br />

weduwnaar van Jacoba<br />

van Roessel (II,125);<br />

Elisabeth loods (ca. 1755 -<br />

1838) weduwe van Isaak<br />

Christoffel Fallot<br />

F. 121 K. 93 50 - 90a (Hilleke Vermeulen?) (ca.<br />

1758) (weduwe van<br />

Bartholomeus?) Kreyts<br />

F. 122 (50 - 90a) Cornelis Stedelaars (ca.<br />

1762 - 1839) en zijn<br />

vrouw Hendrien van<br />

Casteren (ca. 1773 - 1827)<br />

F. 123 (50 - 90a) hendrik Stedelaars (1800<br />

- 1883) en zijn vrouw<br />

Allegonda van der Aker<br />

(1793 - 1879)<br />

F. 124 5(0 - 90a) de weduwe van Hendrik<br />

van den Biggelaar (ca.<br />

1784)<br />

F. 125 --<br />

HOOGSTRAAT - zuidzijde vanaf het Lindeind<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

79 G.A. 2025 (1830);<br />

bewoonster F. 112 H. 1 51 - 91 Dingena van Esch (1764 -<br />

1836) (II,42) weduwe van<br />

Jacobus van den Bergh;<br />

240<br />

spinster 2 --<br />

1 --<br />

zadelmaker --<br />

timmerman 3 --<br />

timmerman<br />

*<br />

6 --<br />

daggelder --<br />

voerman --<br />

2 --<br />

2 --


genaamd<br />

den Anker 80<br />

89.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

90.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

91.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

92.<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (9)<br />

genaamd de<br />

Roskam 81<br />

93.<br />

241<br />

Martinus Koolen (1813)<br />

Dirk van de Linde F. 111 (H. 1) (51 - 91) Martinus Geerts<br />

Paymans (ca. 1776) en<br />

zijn vrouw Cornelia van<br />

de Loo (ca. 1779)<br />

Jan Koolen, te<br />

Enschot<br />

(J. Koolen, te<br />

Enschot)<br />

Michiel Hendrik<br />

Reynen, te Enschot<br />

(M.H. Reynen, te<br />

Enschot)<br />

(M.H. Reynen, te<br />

Enschot)<br />

(M.H. Reynen, te<br />

Enschot)<br />

Folkert Rypperda,<br />

burgemeester<br />

F. 97 -- 52 - 92 Petronella van de Louw<br />

(ca. 1767 - 1825) weduwe<br />

van Adriaan Korthout;<br />

haar schoon-zoon (Jan)<br />

Francis van de Wiel (1798<br />

- 1874) (II,151) en zijn<br />

vrouw Johanna Korthout<br />

(1800 - 1869) (II,77)<br />

F. 98 -- (52 - 92) Adriaan Krieken (ca. 1775<br />

- 1850) en zijn vrouw<br />

Wilhelmina de Bresser<br />

(ca. 1785 - 1854)<br />

F. 80 H. 2 53 - 93b Petronellla de Kort (ca.<br />

1767 - 1828) (II,76)<br />

weduwe van Johannes<br />

Andries van der Loo<br />

(II,87)<br />

F. 79 (H. 2) )53 - 93b) Jan van Gorkom (1796)<br />

en zijn vrouw Catharina<br />

Peters (1795 - 1825)<br />

F.81 (H. 2) )53 - 93c) Anna Maria Lat (1786 -<br />

1845) (II,81) weduwe Jan<br />

Huibert van der Loo (II,<br />

86); Johanna Nappens<br />

F.78 (H. 2) )53 - 93d) Huibert Andries van der<br />

Loo (1784 - 1851) (II,85)<br />

en zijn vrouw Johanna<br />

Schonk (1785 - 1866)<br />

(II,132); zijn moeder<br />

Cornelia Stedeler (ca.<br />

1738 - 1836) weduwe van<br />

Andries van der Loo<br />

F.70 H. 5 - 6 54 - 93 Peter van der Ven (ca.<br />

1773 - 1840) en zijn vrouw<br />

Wilhelmina van Heesch<br />

(ca. 1774 - 1831);<br />

Pieter de Mey (ca. 1778 -<br />

1842)<br />

- aan het begin van de Oude Bossche Baan of Hoolstraat - de westzijde<br />

huis (12)<br />

looierij (3)<br />

bewoner A. 537 H. 9 - 10 54 - 94 Mathijs Corthout (1783 -<br />

1862) (E)l<br />

80 N. 5378, 82 (1836);<br />

81 N. 5345, 100 en 146 (1818);<br />

bakker 7 --<br />

spinster<br />

metselaar<br />

dagloner 3 --<br />

spinster 2 --<br />

wollewever 2 --<br />

spinster 3 --<br />

wollewever 3 --<br />

(klompenmaker)<br />

tapper en<br />

logementhouder,<br />

winkelier*<br />

(schoenmaker)<br />

leerlooier<br />

met een<br />

kuip*<br />

logementhouder,<br />

slachter<br />

voor ande-<br />

1<br />

1<br />

--<br />

3 --<br />

meid<br />

knecht


94.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

95.<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

96.<br />

242<br />

Jacobus Francis<br />

Smulders (ca. 1786 -<br />

1867)<br />

bewoner A. 540 H. 10a 55 - 95a Jacobus Huibert van der<br />

Loo (ca. 1762 - 1843) en<br />

zijn vrouw Eisabeth<br />

Adams (ca. 1761 - 1831)<br />

Johanna van den<br />

Boer<br />

A. 541 (H. 10a) 55 - 95b Gerardus van Hert (1785 -<br />

1837) en zijn vrouw<br />

Maria Meys (1791 - 1831)<br />

- noordzijde van de Hoogstraat vanaf de Hoolstraat bij de Schutskooi<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

97.<br />

huis,<br />

schuur (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (11)<br />

98.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

genaamd<br />

het Mannenhuis<br />

82<br />

99.<br />

huis,<br />

schuur (6)<br />

genaamd de<br />

Peter Reynen, te<br />

Huikelom<br />

(P. Reynen, te<br />

Huikelom)<br />

(P. Reynen, te<br />

Huikelom)<br />

A. 536 H. 8 56 - 97a Martinus Schonk (1798 -<br />

1849) (II,133) en zijn<br />

vrouw Johanna van<br />

Berkel (1795 - 1840)<br />

(II,12); haar moeder<br />

Adriana van der Krabben<br />

(ca. 1754 - 1826) weduwe<br />

van Johannes van Berkel<br />

A.535 (H. 8) (56 - 97b) Martinus Zweerts (1783 -<br />

1838) (II,156) en zijn<br />

vrouw Ida Kranix (ca.<br />

1787 - 1863)<br />

A.534 (H. 8) (56 - 97) Maria van Opstal (1789 -<br />

1847) (II,108) weduwe<br />

van Pieter Paulus van<br />

Strijdhoven<br />

bewoonster A. 530 H. 4 57 - 98 Engelbert de Keyser<br />

(1777 - 1865)<br />

het Mannenhuis te<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

en zijn vrouw Maria<br />

Anna Bertens (1782 -<br />

1849) (II,14) (weduwe<br />

van Christiaan Mombers<br />

(II,100); Maria Laurens<br />

Vermeer (ca. 1763 - 1842)<br />

(E) weduwe van<br />

Gerardus Heesters; Isaak<br />

Timmermans (ca. 1784)<br />

A. 526 H. 3 58 - 99 Joost Hendrik de Bruin<br />

(1792 - 1852) en zijn<br />

vrouw<br />

Johanna Margaretha<br />

Rense (ca. 1772 - 1843)<br />

(weduwe van Roelof<br />

Hendriks)<br />

bewoner F. 130 K. 94 58 - 100 Jan van E (1797 - 1827) en<br />

zijn vrouw Wilhelmina<br />

van Buuren (1775 - 1855)<br />

82 Joost de Bruin huurt 15 januari 1821 het Mannenhuis voor zes jaar: N. 5348, 5 (1821);<br />

ren*<br />

schoenmakers-<br />

en<br />

leerlooiersgast<br />

wollewever<br />

en spinner<br />

schoenlapper<br />

metselaar<br />

spinster<br />

klepperman<br />

en dagloner<br />

--<br />

5 --<br />

1 --<br />

2 --<br />

naaister 2 --<br />

(herbergier)<br />

tapper,<br />

ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten <br />

(herbergierster) <br />

(landbouwer)ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten<br />

bakker<br />

3<br />

5<br />

4<br />

knecht<br />

--<br />

knecht


oude<br />

pastorije 83<br />

100.<br />

B. HET L<strong>IN</strong>DE<strong>IN</strong>D<br />

- noordzijde vanaf een pad naar de Schijf, aan de Botermarkt<br />

huis (12)<br />

101.<br />

huis (14)<br />

102.<br />

huis (12)<br />

103.<br />

huis (11)<br />

104.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

105.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

106.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

107.<br />

243<br />

(II,28); Hendrik<br />

Franciscus Frijlinck (ca.<br />

1765 - 1836)<br />

bewoner F. 133 L. 37 59 - 102 Pieter Heesters (1763-<br />

1839) en zijn vrouw<br />

Johanna van Velthoven<br />

(ca. 1773 - 1835)<br />

Johannes<br />

Heesters,<br />

ontvanger der<br />

belastingen<br />

Francis Ennekens,<br />

te Waalwijk<br />

F. 134 (L. 37) (59 - 102) Jan Francis Verhoeven<br />

(1792) en zijn vrouw<br />

Elisabeth Martinus<br />

Verhoeven (1793)<br />

F. 135 L. 38 59 - 103 Pieter (Ludovicus) van<br />

Nunen (1794) en zijn<br />

vrouw Elisabeth<br />

Banneberg (ca. 1789 -<br />

1830)<br />

bewoner F. 139 L. 39 60 - 104 Cornelis van den Boer<br />

(ca. 1802) en zijn vrouw<br />

Maria van Eyndhoven<br />

(ca. 1800);<br />

zijn oom Bartholomeus<br />

Moonen 84 (1777 - 1861)<br />

(E)<br />

Jacobus Andries<br />

van Rijswijk,<br />

bouwman<br />

Govert Antony van<br />

den Boer<br />

F. 140 L. 40 61 - 105 Jan van Huykelom (1791)<br />

en zijn vrouw Anna<br />

Maria Stedelaars (1797)<br />

F. 143 (L, 40) 61 - 106 Antonie van den Boer<br />

(1789 - 1857) (zoon van<br />

de eigenaar) en zijn<br />

vrouw Clara Nouwens<br />

(1787 - 1840);<br />

Maria Stoffels (ca. 1770 -<br />

1843) weduwe van Jan<br />

van Nuys en Huibert de<br />

Cort; haar zuster<br />

Annemie Stoffels (ca.<br />

1766 - 1841)<br />

bewoner F.144 L. 41 61 - 107 Dirk van der Linden (ca.<br />

1757 - 1834 en zijn derde<br />

vrouw Maria (Elisabeth)<br />

van Esch (1775 - 1856)<br />

(II,44); Kaatje Salomon<br />

(ca. 1742 - 1829) weduwe<br />

van Simon Simon (van<br />

der Salm); Sara (ca. 1776<br />

- 1849); Salomon van de<br />

Salm (ca. 1783 - 1862);<br />

Benjamin van der Salm<br />

(ca. 1785 - 1863)<br />

83 N. 5350, 346 (1823);<br />

84 L. Adriaenssen, Elf Generaties Moonen, in de Brabantse Leeuw, jg. 19 (1970), 115;<br />

kapitein<br />

kleermaker 3<br />

knechten<br />

winkelier --<br />

grof- en<br />

hoefsmid*<br />

bakker<br />

(molenaar)<br />

(bouwman)<br />

ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten<br />

2 --<br />

knecht<br />

2 knecht<br />

arbeidster 4 --<br />

broodbakke<br />

r,<br />

peperkoekb<br />

akker,<br />

koekkramer<br />

dagloonster<br />

*<br />

dagloner<br />

4 --


huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (16)<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

108.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

huis (15)<br />

109.<br />

huis (10)<br />

110.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

genaamd<br />

het logement<br />

Het<br />

Hof van<br />

Holland 85<br />

111.<br />

bewoner L. 42 62 - 108 Hermanus Robbe (1769 -<br />

1850) (II,122) en zijn<br />

vrouw Hendriena van<br />

Leuven (1775 - 1848)<br />

(II,83)<br />

(Hermanus Robbe) F. 148<br />

F. 149<br />

(L. 42) (62 - 108) Hendrik van Beurden<br />

(1776 - 1853) en zijn<br />

vrouw (Johanna) Maria<br />

Maayens (1790 - 1842)<br />

bewoner F. 150 L. 43 62 - 109 Adriaan van Loon (1778 -<br />

1860) en zijn vrouw<br />

Maria Catrina van<br />

Meegen (1764 - 1827)<br />

(II,93)<br />

(Adriaan van Loon) F. 151 (L. 43) (62 - 109) Hendrika Hofmans (ca.<br />

1766 - 1825) weduwe van<br />

Simon van Haaren<br />

bewoner F. 155 L. 44 63 - 110 Moses Philip (Heymans)<br />

(ca. 1770 - 1846) en zijn<br />

vrouw Johanna van der<br />

Wal (ca. 1771)<br />

bewoner F. 156 L. 45 - 46 63 - 111 Jan Mombers (ca. 1750 -<br />

1828) weduwnaar van<br />

Maria van Laarhoven;<br />

alsmede drie kinderen<br />

van zijn zoon Christiaan<br />

Mombers (II,100) en<br />

Maria Anna Bertens<br />

(II,14)<br />

huis (13) bewoner F. 159 L. 47 64 - 112 Cornelis Jacobs (ca. 1756<br />

- 1828) en zijn vrouw<br />

(Joh)anna van Oirschot<br />

(ca. 1766- 1832);<br />

Adriaan Versterre (ca.<br />

1761);<br />

Christina van den Broek<br />

(ca. 1812) (die ook<br />

Breetveld genoemd<br />

wordt 86 .<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

112.<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

Cornelis Jacobs F. 158 (L. 47) (64 - 112) Hendrik Dankers (ca.<br />

1758 - 1834) weduwnaar<br />

van Cornelia van de Wiel;<br />

zijn dochter Ida Dankers<br />

(ca. 1792 - 1858)<br />

Cornelis Lambert<br />

Versteyne<br />

85 N. 3919, 170 (1830);<br />

86 G.A. 2122, volgnr. 237;<br />

F. 160 L. 48 64 - 113 Willem Schilders (1797 -<br />

1877) en zijn vrouw Ida<br />

Lath (1797 - 1870) (II,82)<br />

bewoonster F. 163 (L. 48) (64 - 113) Maria Verstijnen (ca.<br />

1754 - 1828) weduwe van<br />

Geert van de Wiel; haar<br />

dochter Emmerentia van<br />

de Wiel (ca. 1786 - 1844);<br />

Cornelis van Amelsvoort<br />

(ca. 1805)<br />

244<br />

logementhouder <br />

klompenmaker<br />

4 --<br />

2 --<br />

touwslager<br />

of lijndraaier,<br />

kramer met<br />

een overdekte<br />

stal*<br />

2 --<br />

spinster 4 --<br />

vleeshouwer*<br />

(herbergier)<br />

tapper en<br />

logementhouder,ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten*<br />

(dagloner)<br />

winkelier*<br />

spinner en<br />

wever<br />

2 --<br />

kleermaker<br />

zonder<br />

knecht*<br />

2 --<br />

spinster --<br />

3<br />

knecht<br />

2 meiden<br />

--<br />

--


113.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

genaamd<br />

het<br />

Zegelhuis 87<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

114.<br />

de kinderen van<br />

Jan Cornelis Brok<br />

(de kinderen van<br />

J.C. Brok)<br />

F. 165 L. 49 65 - 114 Hendrik Janssen (1777 -<br />

1838) (II,70) en zijn<br />

vrouw Adriana de Jong<br />

(1780 - 1834);<br />

Willem Jacobus maton<br />

(ca. 1764 - 1835)<br />

weduwnaar van Henrica<br />

Swevels<br />

F. 164 (L. 49) (65 - 114) de weduwe van Dielis<br />

Hoppenbrouwers (ca.<br />

1770)<br />

- aan de oostzijde van de Akkerstraat (nu de Stationstraat ongeveer)<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

115.<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

116.<br />

Maria Pot weduwe<br />

van Jacobus<br />

Sebregts<br />

A. 376 L. 50a 65 - / a Augustinus Donders (ca.<br />

1787) en zijn vrouw<br />

Pieternel Sebregts (ca.<br />

1786 - 1858) (dochter van<br />

de eigenares<br />

Cornelis Jacobs A. 375 (L. 50a) (65 - / b) Johanna Timmers<br />

(Timmermans) (ca. 1782)<br />

weduwe van Arnoldus<br />

Johannes de Groot<br />

- noordzijde van de Lind vanaf de Akkerstraat<br />

huis (12)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

117.<br />

huis (12)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

118.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

bewoner F. 169 L. 50 66 - 115a Jan Dekkers (1787 - 1853)<br />

en zijn vrouw Maria<br />

(Elisabeth) Timmermans<br />

(1790 - 1871)<br />

(Jan Dekkers) F. 168 (L. 50) (66 - 115b) Martinus de Rooij (1799 -<br />

1870) en zijn vrouw<br />

Arnolda van Roessel<br />

(1796 - 1864)<br />

Maria Elisabeth<br />

Hurkens, weduwe<br />

van Cornelis<br />

Bertens<br />

(de weduwe van C.<br />

Bertens)<br />

Jan van de Ven,<br />

bouwman<br />

87 N. 5344, 120 (1817);<br />

F. 170 L. 51 67 - 116 Arnoldus de Rooy (ca.<br />

1759 - 18320 en zijn<br />

vrouw Lucia van Uytregt<br />

(ca. 1763)<br />

F. 171 (L. 51) (67 - 116) Adriaan van Cleef (ca.<br />

1778) en zijn vrouw Anna<br />

Maria Pijnenburg (ca.<br />

1784)<br />

F. 173 L. 53 68 - 117 Govert Verschuuren (ca.<br />

1774 - 1834) en zijn vrouw<br />

Annemie Oerlemans (ca.<br />

1786 - 1847) (weduwe<br />

van Casper Massuger)<br />

Cornelis van Bijnen (1773<br />

- 1842) (II,30) en zijn<br />

vrouw Hendrika van<br />

Casteren (1794 - 1868)<br />

(II,31)<br />

(J. van de Ven) F. 174 (L. 53) (68 - 117) Adriaan van Empel (1771 -<br />

1845) en zijn vrouw<br />

Antoinetta van den<br />

Bosch (1779 - 1837)<br />

(II,17);<br />

245<br />

arbeider<br />

dagloner<br />

wolspinner<br />

en wever<br />

linnenwever<br />

kuiper*<br />

linnenwever<br />

4 --<br />

--<br />

3 --<br />

3 --<br />

3 --<br />

3 --<br />

arbeider 3 --<br />

dagloner<br />

gepensioneeerde<br />

kleermaker*<br />

spinster<br />

spinster<br />

3<br />

2<br />

4<br />

--<br />

--


119.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

120.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

huis (14)<br />

121.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

122.<br />

246<br />

Lamberdina van de Looij<br />

(ca. 1772) weduwe van<br />

Bart Heymans<br />

bewoner F.177 L. 54 69 - 118 Jan van de Ven (E) (1786<br />

- 1859) (II,139) en zijn<br />

vrouw (Joanna) Maria de<br />

Bresser (1784 - 1837);<br />

Francis van der Zande<br />

(ca. 1752 - 1826);<br />

Lucia Brok (Brinen of<br />

Kranenburg) (ca. 1751 -<br />

1826) weduwe van Jan<br />

Timmermans<br />

Pieter de Mey F. 179<br />

F. 180<br />

Wilhelmus<br />

Lambertus<br />

Pijnenburg, te<br />

Udenhout<br />

L. 55 69 - 119 Martinus Kluitmans. (ca.<br />

1792 - 1850) en zijn<br />

vrouw Maria (Gertruda)<br />

Wassen (ca. 1795 - 1875);<br />

Maria Wassen (ca. 1809);<br />

Peternel Verheijden (ca.<br />

1773 - 1841)<br />

F. 181 l. 56 70 - 120 Antonie Smulders (ca.<br />

1794 - 1863) en zijn<br />

vrouw Meggelina Evers<br />

(ca. 1792 - 1877)<br />

- een eerste steegje (nu de Tuinstraat) wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

123.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

124.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

125.<br />

huis (14)<br />

huis (12)<br />

126.<br />

huis (12)<br />

bewoner F. 186<br />

F. 185<br />

(Cornelis Lambert<br />

Versteyne)<br />

L. 57 71 - 121 Cornelis Lambert<br />

Versteyne (1781 - 1846)<br />

(II,146) en zijn vrouw<br />

Petronella van Boekel<br />

(1790 - 1827)<br />

F. 184 (L. 57) (71 - 121) Francis van Krieken (ca.<br />

1784 - 1854) en zijn<br />

vrouw Jacoba van<br />

Huijgevoort (ca. 1785 -<br />

1855)<br />

bewoner F. 189 (L. 57) 71 - 122 Jan Willem Hosemans<br />

(1774 - 1850) en zijn<br />

vrouw Geertruida Witlox<br />

(1795 - 1880)<br />

Geert Jan Roelof<br />

Janse, strodekker<br />

bewoonster F. 193<br />

F. 194<br />

F. 190 L. 58 72 - 123 Nicolaas Jan van Baast<br />

(ca. 1775 - 1855) en zijn<br />

vrouw Petronella<br />

Verkuilen (ca. 1760 -<br />

1841)<br />

L. 59 72 - 124 Deliana Rooyens (E)<br />

(1799 - 1871); haar<br />

moeder Petronella van<br />

Esch (ca. 1768 - 1841)<br />

weduwe van Francis<br />

Rooyens; haar tante<br />

Helena van Esch (ca. 1774<br />

- 1829);<br />

Christiaan Muller (ca.<br />

1768 - 1827)<br />

bewoner F. 195 L. 60 73 - 125 Jan Johannes Janse<br />

(1796) (II,67)<br />

(bouwman)<br />

ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten <br />

broodbakker,<br />

inlands<br />

kramer<br />

linnenwever<br />

1<br />

1 --<br />

3 --<br />

5 --<br />

metselaar* 3 --<br />

arbeider 2 --<br />

arbeider 1 --<br />

(arbeider)<br />

inlands kramer*<br />

spinster<br />

gegageerd<br />

sergeant<br />

schatter of<br />

priseerder<br />

van het<br />

--<br />

--<br />

4 --


127.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

128<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

128.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

129.<br />

huis (9)<br />

130.<br />

huis (13)<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

131.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

genaamd de<br />

Zwaan 88<br />

132.<br />

Johannes Nicklaas,<br />

deurwaarder<br />

247<br />

en zijn vrouw Marian<br />

Couwenberg (1792 -<br />

1860) (II,34)<br />

F. 199 L. 61 74 - 124a Cornelis de Groot (1776 -<br />

1866) (II,49) en zijn<br />

vrouw Adriana van Oort<br />

(ca. 1787 - 1865)<br />

(J. Nicklaas) F. 199a (L. 61) (74 - 124b) Anna Maria Ketelaars<br />

(ca. 1776 - 1845); haar<br />

neven<br />

Hendrik Smolders (ca.<br />

1798) en Lambert<br />

Smolders (ca. 1803)<br />

(J. Nicklaas) F. 200 (L. 61) (74 - 124c) Rudolphus Noppe (ca.<br />

1772) en zijn vrouw<br />

Johanna Elisabeth<br />

Goyaards (ca. 1768)<br />

(J. Nicklaas) F. 201 (L. 61) (74 - 124d) Johan Christian Iesken<br />

(Isschee) (ca. 1754 - 1829)<br />

en zijn vrouw Maria<br />

Joseph Felicité de Chatel<br />

(van den Kasteelen)<br />

(J. Nicklaas) F. 202<br />

F. 198<br />

L. 62 75 - 126 Frederik Chassot de<br />

Florencourt (ca. 1761)<br />

weduwnaar van Maria<br />

Josephine<br />

Schoenmakers (ca. 1770 -<br />

<strong>1824</strong>)<br />

bewoonsters F. 203 L. 63 75 - 127 Cornelia Storimans (ca.<br />

1776 - 1833); haar zuster<br />

Johanna (Maria)<br />

Storimans (ca. 1774 -<br />

1847); haar zuster maria<br />

(Elisabeth) Storimans<br />

(ca. 1778 - 1855)<br />

bewoonster F. 206 L. 64 76 - 129 Lucia van den Brekel (E)<br />

(1753 - 1842) weduwe<br />

van Gijsbert van Roessel;<br />

haar dochter Johanna<br />

(Maria) van Roessel<br />

(1788 - 1862);<br />

Jan Willemse (ca. 1777 -<br />

1847)<br />

(de weduwe<br />

Gijsbert van<br />

Roesel)<br />

88 N. 5343, 163 (1816);<br />

F. 207 (L. 64) (76 - 129) Jan Baptist van den<br />

Biggelaar (ca. 1784 -<br />

<strong>1824</strong>); Johanna van den<br />

Biggelaar<br />

bewoner F. 208 L. 65 77 - 131 Peter Peter Denissen (ca.<br />

1776 - 1867) en zijn<br />

vrouw Joanna<br />

Brekelmans (1780 - 1843)<br />

slachtvee<br />

klein<br />

tapster op<br />

marktdagen<br />

*<br />

kleermaker,<br />

tapper*<br />

wever<br />

5 --<br />

gegageer-de --<br />

gegageer-de 1 --<br />

--<br />

2 2 meidem <br />

deurwaarder*<br />

dagloner --<br />

(assessor)<br />

tapper en<br />

logementhouder,ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten*<br />

--<br />

--<br />

1 2<br />

knecht<br />

en 2<br />

meiden


huis (11)<br />

133.<br />

huis,<br />

schuur (7)<br />

134.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

huis (14)<br />

135.<br />

huis (13)<br />

136.<br />

huis (11)<br />

137.<br />

erfgenamen van<br />

Antony Glavimans<br />

en zijn vrouw<br />

Josina de Jong<br />

bewoner F. 212 L. 67 - 68<br />

- 69<br />

F. 211 L. 66 77 - 132 Lebertus Kolb (ca. 1760 -<br />

1825) en zijn vrouw<br />

Petronella de Jong (ca.<br />

1766)<br />

78 - 134 Cornelius Bolsius (1778 -<br />

1833) en zijn vrouw<br />

Catharina van der Hulst<br />

(1772 - 1826)<br />

bewoner F. 216 L. 70 78 - 135 Arnoldus van Roessel<br />

91789 - 1851) (II,123) en<br />

zijn vrouw Maria de Kort<br />

(1792 - 1850) (II,75)<br />

Arnoldus van<br />

Roessel<br />

F. 215 (L. 70) (78 - 1350 Isabella Dankers (ca.<br />

1765 - 1837) weduwe van<br />

Peter Aarts;<br />

Helena de Groot (1771 -<br />

1830) weduwe van<br />

Willem Kerkhof<br />

bewoner F. 218 L. 71 79 - 136 Jacobus van Roessel<br />

91765 - 1827) (II,126)<br />

weduwnaar van Martha<br />

Vos<br />

bewonder F. 219 L. 72 79 - 127 Jan Matthias Bertens<br />

(1784) en zijn vrouw<br />

Anna Margarita Coppens<br />

(1782 - 1830)<br />

- een tweede steeg (nu het Lindpad) wordt overgestoken<br />

huis (12)<br />

138.<br />

huis,<br />

schuur (4)<br />

koepel (17)<br />

139.<br />

huis (11)<br />

schuur (--)<br />

140.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

141.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

bewoner F. 222 L. 73 80 - 138 Jan Adriaan Scheffers<br />

(ca. 1760 - 1826) en zijn<br />

vrouw Marian van<br />

Eggelen (ca. 1748 - 1838)<br />

Jan Rypperda,<br />

tevoren Gerritje<br />

van Tricht weduwe<br />

van Herman van<br />

Bracht<br />

F. 223<br />

F. 225<br />

bewoner F. 227<br />

F. 228<br />

L. 74 80 - 139 Abraham Hendrik<br />

Verster (1796 - 1882) en<br />

zijn vrouw Wilhelmina<br />

Leyendekker (1799 -<br />

1863)<br />

l. 75 80 - 140 Hendrik<br />

Schaapsmeerders (1779)<br />

(weduwnaar van<br />

Johanna Wollaart) en<br />

zijn vrouw Anna Maria<br />

van Meegen 91786)<br />

bewoner F. 230 L. 76 82 - 141 Pieter Jan van der Loo<br />

(ca. 1744 - 1829)<br />

weduwnaar van Johanna<br />

van der Loo; zijn<br />

dochters Cornelia van<br />

der Loo (ca. 1777 - 1834)<br />

en Petronella van der<br />

Loo (ca. 1781 - 1826);<br />

Cornelis Poirters (1752 -<br />

1831) en zijn vrouw<br />

Johanna Maria van<br />

Berkel (ca. 1760 - 1836)<br />

Govert Klerks, smid F. 232 L. 77 82 - 142 Johanna Everts (ca. 1756<br />

- 1827) weduwe van<br />

248<br />

deurwaarder<br />

openbaar<br />

notaris*<br />

huisschilder<br />

en glazenmaker*<br />

kroeghouds<br />

ter*<br />

broodbakker<br />

kleermaker,<br />

tapper<br />

winkelier*<br />

(herbergier)<br />

tapper*<br />

--<br />

--<br />

4 meid<br />

--<br />

5 --<br />

rentenier 1 1<br />

knecht<br />

2 meiden<br />

winkelier,<br />

kramer<br />

kroeghouder* <br />

(timmerman)<br />

verhuurder<br />

van rouwmantels<br />

dagloner<br />

landbouwster,<br />

kroeg-<br />

--<br />

--<br />

6 --<br />

1<br />

1 knecht


(is een<br />

woning)<br />

142.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

249<br />

Hendrik Bertens houdster*<br />

G. Klerkds F.233 (L. 77) (82 - 142) Martinus Witlockx (1789)<br />

en zijn vrouw Hendrien<br />

van Vught (1795 - 1863)<br />

- De Heusdensebaan - de westzijde vanaf de Lind<br />

huis (15)<br />

143.<br />

huis (12)<br />

144.<br />

huis (15)<br />

145.<br />

F. 234 (L. 77) 83 - 142 Johannes Geert Roosen<br />

(1775 - 1843) (II,128) en<br />

zijn vrouw Annemie van<br />

der Krabben (ca. 1774 -<br />

1838)<br />

F. 239 L. 78 83 - 143 (Jan) Cornelis van den<br />

Boer (ca. 1795 - 1881) en<br />

zijn vrouw Lamberdina<br />

van der Heyde (ca. 1800 -<br />

1870)<br />

F. 236 L. 82 84 - / Pieter Jan van<br />

Spaandonk (ca. 1770) en<br />

zijn vrouw Cornelia<br />

Schuurmans (ca. 1767 -<br />

1846)<br />

bouwmansknecht<br />

arbeider 1 --<br />

winkelier,<br />

roggebroodbakker,<br />

kleintapper*<br />

(dagloner)<br />

uitdrager<br />

van oude<br />

lompen*<br />

- een (niet meer bestaande) steeg achte de hoven der huizen op de Lind wordt overgestoken<br />

huis (14)<br />

schuur (--)<br />

146.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

genaamd de<br />

Pannehoef<br />

89<br />

147.<br />

huis (13)<br />

148.<br />

bewoner A. 357<br />

F. 237<br />

Jan Hoppenbrouwers,<br />

rentenier<br />

erfgenamen van<br />

Cornelis van Buul<br />

l. 80 - 81<br />

L. 79<br />

84 - 146 Antonie de Kort (ca. 1776<br />

- 1853) en zijn vrouw<br />

Anna van der Loo (ca.<br />

1784 - 1851)<br />

A. 354 L. 83 85 - 147 Cornelis Vugts (1790 -<br />

1871) (II,148) en zijn<br />

vrouw Petronella van<br />

den Brekel (1788 - 1836)<br />

(II,21);<br />

Antonie Poters (ca. 1761 -<br />

1827) weduwnaar van<br />

Petronella van der Born<br />

A. 353 L. 84 85 - 148 Pieter van de Biggelaer<br />

Willemszoon (ca. 1768 -<br />

1845) en zijn vrouw<br />

Jennemie van Thuil (ca.<br />

1777 - 1864)<br />

- in het hoekske - de oostzijde van de Heusdenbaan bij de Lind vanaf het noorden<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

149.<br />

Wilhelmus<br />

Pijnenburg te<br />

Udenhout<br />

89 R. 464, 132v (1805);<br />

B. 74 L. 85a 86 - /a Jan van Opstal (1778 -<br />

1858) (II,106) en zijn<br />

vrouw Maria Walschots<br />

(ca. 1775 - 1835)<br />

(W. Pijnenburg) B. 75 (L. 85a (86 - /b Hendrik van der Meer<br />

(1790 - 1834) en zijn<br />

vrouw Johanna Maria<br />

Jonkers (1798 - 1867) (II,<br />

72)<br />

(voerman)<br />

ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten<br />

landbouwer<br />

bouwman<br />

--<br />

2 --<br />

7 --<br />

3 2<br />

knechten<br />

2 meiden<br />

3 2<br />

knecht<br />

en<br />

2 meiden<br />

bouwman --<br />

arbeider 3 --<br />

arbeider 1 --


huis,<br />

schuur (10)<br />

genaamd de<br />

Rode<br />

Leeuw 90<br />

150.<br />

huis (12)<br />

151.<br />

(W. Pijnenburg) B. 78 L. 86 87 - 150 Francis Peter Verhoeven<br />

(ca. 1764 - 1852) en zijn<br />

vrouw Cornelia Jan<br />

Verhoeven (ca. 1759 -<br />

1832)<br />

bewoner B. 79 (87 - 151) Covert van den Boer (ca.<br />

1757 - 1831) en zijn vrouw<br />

Johanna Versteijne (ca.<br />

1760 - 1832)<br />

- aan de Haarenseweg, in de Laarakker<br />

wind-<br />

molen (1)<br />

genaamd ter<br />

Nedervonderen<br />

91<br />

n.b. Hendrik<br />

Kievits (zie<br />

huisnr. 158)<br />

buurt de<br />

molen in<br />

1823 92<br />

152.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

bakhuis (--)<br />

153.<br />

de kinderen van<br />

Cornelis Kivits<br />

(de kinderen van C.<br />

Kivits)<br />

B. 99 L. 85 (--)<br />

B. 121<br />

B. 119<br />

- in de Boxtelsebaan - aan de noorzijde bij de Lind<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning<br />

154.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

155.<br />

(L. 85) (88 - 152) Johannes van den Brekel<br />

(1757 - 1841) en zijn<br />

vrouw Wilhelmina van<br />

den Heesakker (ca. 1766 -<br />

1845)<br />

Jan Rypperda B. 81 L. 88 88 - 153 Hendrik van<br />

Cranenburgh (ca. 1769 -<br />

1845) en zijn vrouw<br />

Hendrika van der Steen<br />

(ca. 1787 - 1855)<br />

bewoonster B. 83 (L. 88) 89 - / Cornelia van Esch (1772 -<br />

1847) (II,41) weduwe van<br />

Arnout van den Brekel<br />

(II,19)<br />

- in de Boxtelsebaan - aan de zuidzijde bij de Lind vanaf het oosten<br />

huis (15)<br />

156.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning<br />

bewoner B. 163 K. 91 (89 - /) Hendrik de Bresser (1771<br />

- 1846) en zijn vrouw<br />

Jennemie van Gorp (ca.<br />

1776 - 1836)<br />

Johanna Evers,<br />

weduwe van<br />

Hendrik Bertens<br />

B. 164 L. 90 90 - / Aart van Drunen (1790 -<br />

1867) (weduwnaar van<br />

Johanna Heerkens) en<br />

zijn vrouw Petronella van<br />

den Brekel (1790 - 1864)<br />

250<br />

(herbergier)<br />

tapper en<br />

logementhouder*<br />

4 meid<br />

tapper* --<br />

bouwman 3 --<br />

gepensioneerdluitenant<br />

der<br />

marine<br />

5 --<br />

spinster 3 --<br />

(landbouwer)ondernemer<br />

van<br />

karrevrachten<br />

(arbeider)<br />

inlands<br />

kramer<br />

5 --<br />

4 --<br />

huis (15) (de weduwe van H. B. 165 (L. 90) (90 - /) Jan Roestenburg (ca. dagloner 1 --<br />

90 R. 427, 41v (1769);<br />

91 N. 5345, 223 (1818);<br />

92 N. 5350, 291 (1823);


(is een<br />

woning)<br />

157.<br />

Bertens) 1757 - 1826) en zijn vrouw<br />

Catharina Gooyarts (ca.<br />

1757)<br />

- achter de Linde - aan de oostzijde van de Lind<br />

huis (9)<br />

158.<br />

huis (10)<br />

159.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

genaamd de<br />

Brakken 93<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

160.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

bewoonster F. 240 L. 92 91 - 160 Adriaan Hombergen<br />

(1769 - 1837)<br />

(weduwnaar van<br />

Elisabeth Petronella<br />

Leiffers) en zijn vrouw<br />

Adriana van der Loo (E)<br />

(1776 - 1851) (weduwe<br />

van Cornelis Kivits); haar<br />

oudste zoon is Hendrikus<br />

Cornelis Kivits (1799 -<br />

1878)<br />

bewoners (nl. de<br />

kinderen van J.C.<br />

Brok)<br />

Michiel Reynen te<br />

Enschot<br />

93 N. 5349, 175 (1822);<br />

F. 246 L. 93 92 - 161 Hendrik Vogels (1793 -<br />

1878) en zijn vrouw<br />

Maria van Heeswijk (1789<br />

- 1858) (II,57) (weduwe<br />

van Jan Cornelis Brok)<br />

F. 247 L. 94-95 93 - / Elisabeth Poirters (ca.<br />

1750 - 1827) weduwe van<br />

Antonie van Iersel<br />

(M. Reynen) F. 248 (L. 94-95) (93 - /) Engelbert Vrijsen (ca.<br />

1779 - 1846) en zijn<br />

vrouw maria de Bruin<br />

(ca. 1787 - 1859);<br />

Allegonda de Bont (ca.<br />

1761) en weduwe<br />

(M. Reynen) F. 249 (L. 94-95) (93 - /) Arnout van Huys (1787 -<br />

1847) en zijn vrouw<br />

Johanna van Strijdhoven<br />

(1789)<br />

(M. Reynen) F. 250 (L. 94-95) (93 - /) Elisabeth Schonk (1783 -<br />

1876) weduwe van<br />

Adriaan van de Wiel<br />

(M. Reynen) F. 251 (L. 94-95) (93 - /) Hendrik van den Heuvel<br />

(1763 - 1847) weduwnaar<br />

van Catharina van Aalst;<br />

Mijntje van Loon (ca.<br />

1759) en weduwe<br />

(M. Reynen) F. 252 (L. 94-95) (93 - /) Jan van Meegen (1779 -<br />

1849) en zijn vrouw<br />

Adriana van den Aaker<br />

(1783 - 1864)<br />

bewoonster F. 254 L. 96 94 - 163 Jacobus Andries van<br />

Rijsewijk (ca. 1759 - 1837)<br />

weduwnaar van<br />

Petronella Melis;<br />

251<br />

molenmaker<br />

met<br />

vijf knechts,<br />

kroeghouder,koopman<br />

in<br />

granen*<br />

(korenmolenaar,<br />

zie huisnr.<br />

152)<br />

boekweitmolenaar,<br />

bij afwisseling<br />

mout<br />

malend*<br />

grutter met<br />

een moutmolen,roggebroodbakker,<br />

winkelier,<br />

slijter in<br />

dranken*<br />

10 knecht<br />

meid<br />

5 meid<br />

spinster 1 --<br />

dagloner 2 --<br />

bouwmansknecht <br />

schrobbelaar<br />

1 --<br />

2 --<br />

1 --<br />

dagloner 4 --<br />

landbouwer 2 --


161.<br />

- in de Peperstraat - aan de noordzijde vanaf de Lind<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning)<br />

162.<br />

huis (15)<br />

(is een<br />

woning<br />

163.<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

164.<br />

252<br />

Johanna Winterooy (E)<br />

(ca. 1762 - 1825) weduwe<br />

van Johannes Embert<br />

van de Wiel<br />

Pieter de Mey F. 256 L. 97 94 - / Peter Simon Vriends (ca.<br />

1784 - 1849) en zijn<br />

vrouw Geertrui de Bruyn<br />

(ca. 1774 - 1855)<br />

(Pieter de Mey) F. 257 (L 97) (95 - /) Willem van der Loo (ca.<br />

1773 - 1853) en zijn vrouw<br />

Barbara van der Loo (ca.<br />

1765 - 1844) (weduwe<br />

van Dirk van Doormalen)<br />

bewoner F. 244 L. 98 95 - 165 Johannes Peter<br />

Heerkens (ca. 1771 - 1853)<br />

en zijn vrouw Maria van<br />

Doorn (ca. 1780 - 1850)<br />

- zuidzijde van de Peperstraat naar de Lind toe<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

165.<br />

huis (15)<br />

166.<br />

huis (16)<br />

167.<br />

erfgenamen van<br />

Frededrik Hendrik<br />

Wagemans<br />

de kinderen van<br />

Pieter van Liemd<br />

en Petronella van<br />

Roessel<br />

F. 258 L. 100 96 - / Francis Leermakers (ca.<br />

1792) en zijn vrouw<br />

Hendrien van Riel (ca.<br />

1797);<br />

huren voor vier jaar in<br />

1821 94<br />

F. 262 -- 96 - 167 Johannes Jonkers (ca.<br />

1771 - 1833) en zijn vrouw<br />

Maria Oerlemans (ca.<br />

1761 - 1830);<br />

hun dochter Maria<br />

Catharina Jonkers (ca.<br />

1801 - 1852)<br />

bewoner F. 264 L. 101 97 - / Jan Johannes Nouwens<br />

(1779 - 1855) (II,101) en<br />

zijn vrouw Johanna van<br />

de Wal (1785 - 1842)<br />

- achterin de Peperstraat - aan de noordzijde<br />

huis (17)<br />

(is een<br />

woning<br />

huis (17)<br />

(is een<br />

woning)<br />

168.<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

bewoner B. 172 L. 99 98 - /a Willem Verschuuren (ca.<br />

1780) en zijn vrouw<br />

Goverdien Poters (ca.<br />

1780 - 1838)<br />

Willem<br />

Verschuuren<br />

94 N. 5348, 99 (1821);<br />

B. 174 L. 99a 97 - / Adriaan Verschuuren (ca.<br />

1779 - 1849) weduwnaar<br />

van Johanna van de Loo<br />

Pieter de Mey B. 170 -- 98 - /a Adriaan Couwenberg<br />

(1790 - 1864) (II,32) en<br />

zijn vrouw Antonetta<br />

Vroom (1786 - 1856)<br />

dagloner 1 --<br />

arbeider 2 --<br />

landbouwer 4 --<br />

landbouwr 2 knecht<br />

meid<br />

landbouwer<br />

(dagloner)<br />

spinster<br />

mandenmaker<br />

en<br />

dagloner<br />

--<br />

5 --<br />

arbeider 4 --<br />

dagloner 2 --<br />

dagloner 5 --


huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

169.<br />

- de hoeve Ter Borch<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

170.<br />

(P. de Mey) B. 171 -- (98 - /b Cornelis van Rijswijk (ca.<br />

1759 - 1832) en zijn vrouw<br />

Cornelia de Groot (ca.<br />

1770 - 1856);<br />

Lucia van den Heuvel<br />

(ca. 1762 - 1839)<br />

bewoonster B. 192 L. 107 99 - / Helena van den Bosch<br />

(1747 - 1833) weduwe<br />

van Willem van Esch;<br />

haar zoon Joseph van<br />

Esch (1774 - 1857) haar<br />

dochter Johanna van<br />

Esch (1780); haar<br />

dochter dochter Anna<br />

Cornelia van Esch (1788)<br />

weduwe van Martinus<br />

van Vugt<br />

- achter Ter Borch - op de grens van Haaren<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

171.<br />

de kinderen van jan<br />

Cornelis Brok<br />

- de watermolen Ter Borch<br />

huis (11)<br />

watermolen,<br />

schuur (1)<br />

172.<br />

Paulus en Hendrik<br />

Vreede, te Tilburg<br />

B. 144 -- 100 - / Nicolaas de Jong (1784 -<br />

1832) en zijn vrouw<br />

Hendriena van Rooy<br />

(1781 - 1837) (weduwe<br />

van Antonius Teurlings)<br />

B. 189<br />

B. 190<br />

- het Hollands Diep, vanaf de Weyenberch naar de Lind<br />

de Weyenberch<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

olie-<br />

molen (1)<br />

173.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

174.<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

L. 106 100 - / Pieter van den Brekel<br />

(1795 - 1844)<br />

bewoner B. 178 L. 105 101 - / Rogier van den Boer (ca.<br />

1764 - 1837) (weduwnaar<br />

van Adriana van der<br />

Sterre) en zijn vrouw<br />

Catharina van de Wiel<br />

(ca. 1759 - 1834)<br />

de kinderen van<br />

Jacob van Gils en<br />

Amerentia de<br />

Bresser<br />

(de kinderen van J.<br />

van Gils)<br />

F. 278 L. 104 (101 - /) Antonie van Biljouw<br />

(1785 - 1836) en zijn<br />

vrouw Anna Maria<br />

Couwenberg (1787 -<br />

1863) (II,33)<br />

F. 279 (L. 104) (101 - /) Johanna van Esch (ca.<br />

1751 - 1826) weduwe van<br />

Antonie van Esch; haar<br />

zoon Huibert van Esch<br />

(1790 - 1858)<br />

bewoonster F. 275 L. 103a 102 - / Anna van Beers (ca. 1756<br />

- 1832) weduwe van<br />

Willem de Bakker; haar<br />

schoonzoon Antonie van<br />

253<br />

dagloner<br />

spinster<br />

landbouwster<br />

landbouwer<br />

bouwman --<br />

korenmolenaar,boekweitmolenaar,<br />

bij<br />

afwisseling<br />

mout<br />

malend*<br />

olieslager,<br />

garstspeler,<br />

bij<br />

afwisseling<br />

lijnkoekmaler*<br />

bouwman,<br />

kroeghouder<br />

alleen<br />

op marktdagennering<br />

doende<br />

spinster<br />

metselaar<br />

landbouwster<br />

(bouwman)<br />

3<br />

--<br />

2<br />

knechten<br />

2 meiden<br />

2<br />

knechten<br />

1 meid<br />

2 knecht<br />

meid<br />

6 --<br />

4<br />

--<br />

--


huis (15)<br />

175.<br />

huis (14)<br />

176.<br />

huis (14)<br />

genaamd<br />

den Mug-<br />

gen-nest 96<br />

huis (15)<br />

177.<br />

huis (14)<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

178.<br />

(de weduwe van<br />

Willem de Bakker)<br />

254<br />

Drunen (1786 - 1862)<br />

(II,37)<br />

F. 274 (L. 103a) (102 - /) Peternel van Eykendorp<br />

(1764 - 1837)<br />

Govert Klerks, smid F. 272 -- 102 - 179 Gerardus Jansen 95 (ca.<br />

1768 - 1844) en zijn<br />

vrouw Goverdina Elie<br />

Verhoeven (ca. 1782)<br />

bewoonster F. 270 L. 103 103 - 180 Hendrik Hosemans (1771 -<br />

1857) en zijn vrouw<br />

Petronella Timmermans<br />

(E) (1787 - 1855)<br />

(weduwe van Francis<br />

Raaymakers); haar<br />

stiefdochter Adriana<br />

Raaijmakers (1799 - 1880)<br />

(de weduwe van<br />

Francis<br />

Raaymakers)<br />

Johannes Jansen,<br />

landbouwer<br />

F. 269 (L. 103) (103 - 180) Johanna van Roessel<br />

(1777 - 1838); nog een<br />

weduwe van Haaren<br />

F. 268 L. 102 103 - 181 Jan Antonie van Huis<br />

(1796 - 1859) (II, 103) en<br />

zijn vrouw (Anna) Maria<br />

van Haeren (1796 - 1841)<br />

(bewoner) F. 267 (L. 102) (103 - 181) Johanna Joanse (ca.<br />

1769 - 1833) (weduwnaar<br />

van Maria van Huys) en<br />

zijn vrouw Johanna van<br />

Haaren (ca. 1758 - 1835)<br />

- midden op de Lind - bij de eeuwenoude gerechtslinde<br />

raadhuis (--)<br />

(de<br />

voormalige<br />

kapel van<br />

Onze Lieve<br />

Vrouw ter<br />

Linde)<br />

179.<br />

Gemeente<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

F. 302 --<br />

- de zuidzijde van de Lind vanaf het Hollands Diep<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

180.<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (17)<br />

(is een<br />

woning)<br />

181.<br />

bewoner F. 282 L. 1 104 - 182 Govert Klerks (1752 -<br />

1837) en zijn vrouw<br />

Johanna (Theresia) van<br />

den Brekel (1756 - 1830)<br />

bewoner F. 284 L.2 104 - 183 Geert Roelof Jansen<br />

(1753 - 1829) (II,69) en<br />

zijn vrouw Johanna<br />

Maria Sebregs (1769 -<br />

1845) (II,134)<br />

(Geert Roelof<br />

Jansen)<br />

95<br />

In 1816 in het tuchthuis: G.A. 2122, 64;<br />

96<br />

N. 5332, 35 (1812);<br />

F. 283 (L.2) (104 - 183) Anna Maria van den<br />

Broek (ca. 1783 - 1864)<br />

weduwe van Willem<br />

Massuger (II,90)<br />

kroeghouder*<br />

spinster 1 --<br />

arbeider --<br />

bouwman<br />

kroeghoudster* <br />

linnenwever<br />

(landbou<br />

wer) winkelier,<br />

tapper<br />

of slijter in<br />

dranken*<br />

assessor,<br />

grof- en<br />

hoefsmid*<br />

stro- en rietdekker<br />

1<br />

--<br />

--<br />

--<br />

2 knecht<br />

meid<br />

2 knecht<br />

meid<br />

1 --<br />

spinster --


huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning<br />

182.<br />

huis (3)<br />

183.<br />

huis,<br />

schuur (3)<br />

184.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

185.<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

186.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

bakhuis (17)<br />

is een<br />

woning)<br />

187.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

188.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

189.<br />

huis (13)<br />

190.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

Wilhelmus<br />

Pijnenburg, te<br />

Udenhout<br />

F. 287 L. 3 105 - 184 Allegonda van<br />

Laarhoven (ca. 1752 -<br />

1826) weduwe van Engel<br />

van de Wiel<br />

(W. Pijnenburg F. 288 (L.3) (105 - 184) Antonie Wouter de<br />

Bresser (ca. 1773 - 1827)<br />

en zijn vrouw Cornelia<br />

Naaykens (ca. 1775 -<br />

1843)<br />

bewoonster F. 289 L. 4 - 5 105 - 185 Hendrik van Aller (ca.<br />

1761 - 1831) en zijn vrouw<br />

Catharina Johanna<br />

Hooggeboren (E) (ca.<br />

1785) (weduwe van<br />

Cornelis Versteven)<br />

bewoner F. 294 L. 6 - 7 106 - 186 Jan Rypperda (1782 0<br />

1834) en zijn vrouw<br />

Arnolda Breda 91792 -<br />

1872); Sophia Breda<br />

(1805) (dochter van de<br />

planter Louis Breda en<br />

Sina Boom)<br />

bewoner F. 295 L. 8 107 - 187 Martinus Lust (ca. 1762 -<br />

1847) en zijn vrouw<br />

Cornelia Horvers (ca.<br />

1779); (Adriana) Maria<br />

Horvers (ca. 1814 - 1836)<br />

Jan<br />

Hoppenbrouwer<br />

bwoner F. 301<br />

F. 297<br />

F. 300 L. 9 - 10 107 - 188 Willem van Aalst (ca.<br />

1785 - 1861) en zijn vrouw<br />

Maria (Barbara) Wollaart<br />

(1782 - 1839) (II, 154)<br />

(L. 9 - 10) 107 - 189 Jan Hoppenbrouwers<br />

(ca. 1761 - 1836)<br />

weduwnaar van Maria<br />

van den Brekel; zijn<br />

schoonzuster Maria<br />

(Anna) van den Brekel<br />

(1798 - 1847)<br />

bewoner F. 303 L. 11 108 - 190 Johannes Raaymakers<br />

(1784 - 1851) (II,120) en<br />

zijn vrouw Maria Janse<br />

(1792 - 1848) (II,68)<br />

bewoonster F. 306 L. 12 108 - 191 Cornelia van den Brekel<br />

(1762 - 1831) weduwe van<br />

Joseph Embert van de<br />

Wiel<br />

het Vrouwenhuis<br />

te <strong>Oisterwijk</strong><br />

F. 307 L. 13 109 - 192 Gerardus Roeters (ca.<br />

1770 - 1846); Allegonda<br />

Bergmans (ca. 1776 -<br />

1855); Peter Embert van<br />

de Wiel (ca. 1753 - 1838)<br />

en zijn vrouw Ida Simons<br />

(ca. 1763 - 1825)<br />

bewoner F. 310 L. 14 109 - 193 Antonie Johannes van<br />

den Brekel (1762 - 1844)<br />

255<br />

metselaar,<br />

beneden de<br />

3 knechts,<br />

kroeghouder* <br />

vrederechter<br />

--<br />

3 --<br />

2<br />

meid<br />

4 knecht<br />

ontvanger meid<br />

schoenmaker<br />

zonder<br />

knechts,<br />

kroeghouder<br />

3 --<br />

rentenier 1 --<br />

winkelier,<br />

inlands kramer,kroeghouder <br />

roggebroodbakster,<br />

grutter<br />

met een<br />

handmolen<br />

schoenmaker<br />

dagloner<br />

(bouwman)<br />

verhuurder<br />

2 meid<br />

1 --<br />

1 --<br />

--


191.<br />

huis (4)<br />

192.<br />

huis (5)<br />

193.<br />

huis (12)<br />

194.<br />

huis,<br />

schuur (7)<br />

195.<br />

huis,<br />

schuur (10)<br />

huis (17)<br />

looierij (2)<br />

196.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

looierij (1)<br />

197.<br />

huis (17)<br />

198.<br />

huis (9)<br />

199.<br />

huis (9)<br />

looiereij (3)<br />

huis (17)<br />

200.<br />

huis,<br />

schuur (9)<br />

256<br />

en zijn vrouw Johanna<br />

de Bakker (1752 - 1838)<br />

bewoonster F. 311 L. 15 110 - 194 Gerritje van Tricht (ca.<br />

1758 - 1830) weduwe van<br />

Herman van Bracht<br />

bewoner F. 315 L. 16 110 - 195 Petrus Emilius Wierdsma<br />

(ca. 1765 - 1837) en zijn<br />

vrouw Walradina<br />

Christina Petronella<br />

Schreuder (ca.1778 -<br />

1849)<br />

bewoner F. 316 L. 17 111 - 196 Cornelis Hubertus<br />

Versteynen (ca. 1766 -<br />

1833) en zijn vrouw<br />

Hermina Minoretti (ca.<br />

1770)<br />

Jan Baptist Reys,<br />

heel- en<br />

vroedmeester<br />

bewoner F. 321<br />

F. 319<br />

Laurens<br />

Brekelmans,<br />

landbouwer<br />

Joanna van Liemdt<br />

weduwe van<br />

Cornelis Suys<br />

F. 317 L. 18 111 - 197 Frederik Jan Breda (1785<br />

- 1837) en zijn vrouw<br />

Elisabeth (Henriette) van<br />

Kelckhoven (1794 - 1875)<br />

F. 322<br />

F. 327b<br />

L. 19 112 - 198 Jan Francis van den<br />

Biggelaer (ca. 1791) en<br />

zijn vrouw Johanna<br />

Schelle (ca. 1790);<br />

Francijna van der Gevel<br />

(ca. 1757); Johanna<br />

Cangelberge (ca. <strong>1824</strong>)<br />

L. 20<br />

L. 20a.<br />

112 - 199 Jan Baptist Reys (ca.<br />

1789) en zijn vrouw<br />

Wilhelmina Franken (ca.<br />

1799)<br />

F. 324 L. 21 113 - 200 Wouter van Opstal (1795<br />

- 1885) (II,111) en zijn<br />

vrouw Maria Vriends<br />

(1792 - 1857)<br />

bewoonster F. 327 (L. 21) 113 - 201 Joanna van Liemdt (E)<br />

(1771 - 1842) (II,84)<br />

weduwe van Cornelis<br />

Antonie Suys; Catharina<br />

van Loon (ca. 1778 - 1861)<br />

weduwe van Franciscus<br />

van den Brekel<br />

bewoner F. 328<br />

F. 330<br />

L. 22 114 - 202 Cornelis Heesters (1770 -<br />

1841) (II,55) en zijn<br />

vrouw Cornelia Brenders<br />

(1767 - 1841) (II,24)<br />

bewoner F. 332 L. 23 (114 - 202) Johannes Rooyackers<br />

(1789 - 1868) en zijn<br />

van rouwmantels*<br />

burgemeest<br />

er (sedert 27<br />

sept. <strong>1824</strong>),<br />

tevoren<br />

griffier bij<br />

het vredegerecht*<br />

meid<br />

4 meid<br />

knecht<br />

lakenwever 2 --<br />

rentenier 3 meid<br />

leerlooier<br />

met een<br />

jongen, drie<br />

looikuipen<br />

heel- en<br />

vroedmeester,<br />

chirurgijn<br />

(dagloner)<br />

vleeshouwer<br />

(varkernssla<br />

chter)<br />

inlands<br />

kramer*.<br />

winkelierster,broodslijter,<br />

slijter<br />

in dranken*<br />

vleeshouwer,schoenlapper,leerlooier* <br />

katoendrukker<br />

zonder<br />

1 --<br />

1 --<br />

2 --<br />

1 --<br />

5 --<br />

--


201.<br />

huis,<br />

schuur (7)<br />

202.<br />

257<br />

vrouw Anna Stokmans<br />

(ca. 1782 - 1826)<br />

bewoner F. 333 L. 24 115 - / Antonie van Erp (1782 -<br />

1827) en<br />

- de Koestraat of Suyestraat wordt overgestoken<br />

huis,<br />

schuur (9)<br />

203.<br />

huis (12)<br />

204.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

(is een<br />

woning<br />

huis (14)<br />

(is een<br />

woning<br />

205.<br />

Clara de Jong<br />

weduwe van<br />

Adriaan Snelle te<br />

Gilze<br />

Johanna<br />

Mastenbroek,<br />

weduwe van<br />

Hector Hieronimus<br />

van Fenema<br />

zijn vrouw Johanna<br />

Huberta Zegers (1784)<br />

F. 339 L. 25 (115 - /) Johannes van<br />

Beckhoven (ca. 1787 -<br />

1832) en zijn vrouw<br />

Johanna Bertens (ca.<br />

1787 - 1859)<br />

F. 340 L. 26 116 - / Matheus Lodewijk<br />

Wilhelms (ca. 1755 - 1842)<br />

en zijn vrouw Catharina<br />

Slikoort (ca. 1758 - 1829)<br />

bewoner F. 347 L. 28 116 - / Theodorus van Nunen<br />

(1766 - 1831) en zijn<br />

vrouw Maria Catharina<br />

van Keulen (1770 - 1848)<br />

(Theodorus van<br />

Nunen)<br />

huis (11) erfgenamen van<br />

Francis van Keulen<br />

en Maria Cornelia<br />

van Heeswijk<br />

huis (11)<br />

206.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

brouwerij(1)<br />

207.<br />

huis;<br />

schuur (11)<br />

208.<br />

huis;<br />

schuur (12)<br />

(erfgenamen van F.<br />

van Keulen)<br />

bewoner F. 353<br />

F. 353a<br />

F. 348 (L. 28) (116 - /) Joseph van de Wiel (1761<br />

- 1846) (II,153) en zijn<br />

vrouw Maria (Catharina)<br />

Dupont (ca. 1771 - 1839)<br />

F. 349 L. 29 117 - / Hendrika van Keulen<br />

91770 - 1832) haar zuster<br />

Anna van Keulen (1774);<br />

haar nicht Elisabeth van<br />

Keulen (1810 - 1831)<br />

F. 350 L. 30 (117 - /) Maria Stadhouwer (ca.<br />

1750) een weduwe;<br />

Lamberdina Francisca<br />

van Rosmale (ca. 1763 -<br />

1841)<br />

L. 31 (117 - /) Jan de Kroon (ca. 1772 -<br />

1846) en zijn vrouw<br />

Cornelia Roefs (ca. 1786 -<br />

1858)<br />

bewoonster F. 354 L. 32 118 - / Sara Samson (E) (ca.<br />

1762 - 1833) weduwe van<br />

Meyer Aron (van den<br />

Mijdenberg); Jacob<br />

Rouwer (ca. 1760);<br />

Abraham (ca. 1748), een<br />

weduwnaar; Biena<br />

Houthakker (ca. 1776 -<br />

1831)<br />

bewoner F. 357 L. 33 (118 - /) Jan van Orten (E) (ca.<br />

1746 - 1825) weduwnaar<br />

van Maria Timmermans;<br />

knecht,<br />

rollenopwinder,<br />

winkelier*<br />

ontvanger<br />

der gemeente<br />

Udenhout<br />

winkelierster* <br />

wagenmaker<br />

en timmerman<br />

met een<br />

knecht,<br />

winkelier,<br />

kramer*<br />

gepensioneerde,<br />

"debitant in<br />

lotenbriefjes" <br />

broodbakker<br />

wever en<br />

spinner<br />

(naaister)<br />

winkelierster*<br />

naaister<br />

bierbrouwer<br />

en mouter<br />

voor eigen<br />

gerief*<br />

--<br />

8 --<br />

--<br />

2 meid<br />

1 --<br />

--<br />

--<br />

5 3<br />

knechten<br />

2 meiden<br />

koopvrouw 5 --<br />

hoefsmid --


209.<br />

huis (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

(is een<br />

woning)<br />

rood-ververij<br />

(1)<br />

210.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

211.<br />

C. KERKHOVEN<br />

258<br />

zijn dochter Marian van<br />

Orten (ca. 1790 - 1859);<br />

Petronella Brienen (ca.<br />

1784 - 1857); Cornelia de<br />

Groot (ca. 1766 - 1829)<br />

weduwe van Adriaan van<br />

Huys; haar dochter<br />

Gijsberdina van Huys (ca.<br />

1792)<br />

bewoonster F. 358 L. 34 119 - / Johanna Engelina<br />

Gijsberts (1772 - 1860)<br />

weduwe van Jan van der<br />

Pluym;<br />

Paulus Marcus Pauli (ca.<br />

1795)<br />

(de weduwe van<br />

Jan van der Pluym)<br />

F. 359 L. 35 119 - / Philip Marcus (van Son)<br />

(ca. 1738 - 1830) en zijn<br />

vrouw<br />

Heintje Isaac (=? Helena<br />

van Gelderen) (ca. 1761)<br />

Maria Wagemans F. 362 L. 36 119 - / (Anna) Maria van Buel<br />

(ca. 1750 - 1830) weduwe<br />

van Cornelis Paymans;<br />

Johanna Deckers (ca.<br />

1821)<br />

veldwachter<br />

koopman in<br />

oude kleren<br />

kraamster*<br />

broodbakster,peperkoekbakker,<br />

inlands<br />

kramer<br />

1 --<br />

--<br />

2 knecht<br />

meid<br />

- op het eind van de Molenweg komende van de kerk (nu de Udenhoutseweg), op de kruising met de<br />

Donkersteeg<br />

huis (13)<br />

genaamd<br />

het<br />

Duifhuis 97<br />

212.<br />

bewoner A. 405 KH. 4 120 - 122 Martinus Verhoeven (ca.<br />

1764 - 1830) en zijn<br />

vrouw Barbara Witlokx<br />

(ca. 1755 - 1828)<br />

- aan de zuidzijde van de Donkersteeg.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

bakhuis (--)<br />

213.<br />

bewoner A. 442<br />

A. 444<br />

KH. 3 120 - 223 Pete Slegers (ca. 1759 -<br />

1830) en zijn vrouw Ida<br />

Schoenmakers(ca. 1761 -<br />

1827)<br />

- langs de weg van <strong>Oisterwijk</strong> naar Udenhout, bij de Kerkhovense molen<br />

huis (14)<br />

214.<br />

bewoner A. 413 KH. 6 121 - 224 Jan Johannes Verhoeven<br />

(1764 - 1847) en zijn<br />

vrouw (Maria) Willemijn<br />

van Iersel (1784 - 1847);<br />

Jan van Spaandonk (ca.<br />

1755 - 1828) weduwnaar<br />

van Clara Konings<br />

- mogelijk aan de noordzijde van de Donkersteeg, bij het kadaster onder Berkel?<br />

97 N. 5352, 3 (1825);<br />

bouwman 2 meid<br />

bouwman 3 knecht<br />

bouwman 4 --


--<br />

215.<br />

--<br />

216.<br />

-- KH. 2? 122 - 225 Adriaan van Haaren<br />

(1796 - 1868) en zijn<br />

vrouw Margaretha van<br />

Opstal (1794 - 1844)<br />

-- KH. 1? 122 - 226 Maria Anna de Jong (ca.<br />

1775) weduwe van Jan<br />

Peter van Biljouw; haar<br />

zoon Peter van Biljouw<br />

(1799 - 1853) (II,16) en<br />

zijn vrouw Wilhelmina<br />

Verhoeven (1791 - 1828)<br />

- weer bij de Kerkhovense molen<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

217.<br />

huis (16)<br />

(is een<br />

woning)<br />

218.<br />

huis (17)<br />

(is een<br />

woning)<br />

219.<br />

huis (14)<br />

220.<br />

- Kerkhovense molen<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

(is een<br />

woning)<br />

korenwindmolen<br />

(2)<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

(is een<br />

woning)<br />

221.<br />

Christiaan Denissen A. 238 KH. 8 122 - / Cornelis Kuipers (1789)<br />

en zijn vrouw Hendriena<br />

Steuvers (1796)<br />

bewoner A. 415 KH. 7 123 - / Gijsbert Vrijsen (ca. 1757 -<br />

1829) weduwnaar van<br />

Elisabeth van den Bosch<br />

bewoonster A. 416 (KH.7) (123 - /) Elisabeth Adriaan van<br />

Kuyk (ca. 1776 - 1830)<br />

weduwe van Embert<br />

Adriaan Scheffers<br />

bewoner A. 420 -- 124 - / Christiaan Denissen (ca.<br />

1774 - 1856) en zijn<br />

vrouw Joanna Kuypers<br />

(ca.1775)<br />

erfgenamen van<br />

Francis van<br />

Heeswijk en Mijntje<br />

Bolders<br />

(erfgenamen van<br />

Francis van<br />

Heeswijk<br />

A. 236<br />

A. 232<br />

- aan de oostzijde van Hermense straat<br />

huis (16)<br />

genaamd de<br />

Schans 98<br />

222.<br />

Adriaan Wijnand<br />

Verhoeven<br />

98 N. 5385, 72 (1840);<br />

KH. 9 124 - 230 Peter van Riel (1797 -<br />

1844) weduwnaar van<br />

Helena Moonen<br />

A. 235 (KH. 9) (124 - 230) Johannes<br />

A. 166 -- 125 - / Adriaan Storimans (1766<br />

- 1837) (II,138)<br />

weduwnaar van<br />

Christina van Baast<br />

259<br />

bouwman 2 meid<br />

spinster<br />

bouwman<br />

3 --<br />

bouwman 2 knecht<br />

meid<br />

daggelder 2 --<br />

particuliere 2 --<br />

bouwman 1 --<br />

korenmolenaar,<br />

ook<br />

mout malend,meelverkoper,boekweitmolenaar,<br />

koopman in<br />

granen*<br />

1 meid<br />

molenknecht<br />

bouwman 4 --


huis,<br />

schuur (14)<br />

223.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

224.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

225.<br />

bewoner A. 177 KH. 11 125 - / Adriaan Wijnand<br />

Verhoeven (ca. 1757 -<br />

1840) en zijn vrouw<br />

Jenne Maria Brekelmans<br />

(ca. 1766 - 1834)<br />

Willem Jacobus<br />

Verhoeven, te<br />

Udenhout<br />

A. 201 KH. 14 126 - 233 Jan van Roessel (1784)<br />

en zijn vrouw Joanna de<br />

Bresser<br />

bewoner A. 212 (KH. 14) 126 - / Hendrik Willem<br />

Verhoeven (1789 - 1857)<br />

en zijn vrouw Petronella<br />

Vermeer (1785 - 1854)<br />

(II,145)<br />

260<br />

bouwman 1 2<br />

knechten<br />

1 meid<br />

bouwman 3 knecht<br />

meid<br />

bouwman 5 2<br />

knechten<br />

2<br />

meidden<br />

- op de driesprong van de baan naar Udenhout - oude Bossche Baan- Hermensestraat en Hoolstraat.<br />

huis (14)<br />

226.<br />

bewoner A. 397 KH. 15 127 - / Peter van Baast (1782 -<br />

1826) (II,8) (weduw-naar<br />

van Catharina van<br />

Aggelen) en zijn vrouw<br />

Maria Verhulst (1792)<br />

- in de Oude Bosche Baan (nu de Kerkhovense straat)<br />

huis (13<br />

227.<br />

huis (15)<br />

228.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

229.<br />

huis,<br />

schuur (11)<br />

230.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

bakhuis (--)<br />

231.<br />

huis,<br />

schuur (8)<br />

genaamd<br />

den Arme van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

A. 395 KH. 16 (127 - /) Cornelis Embert Emme<br />

(ca. 1772 - 1840) weduwnaar<br />

van Catharina<br />

van de Meydenberg;<br />

huurt in 1817 voor<br />

8 jaar 99<br />

bewoner A. 251 KH. 17 128 - / Johannes Jan Scheffers<br />

(ca. 1753 - 1833) en zijn<br />

vrouw Joanna Maria<br />

Pennings (ca. 1755 - 1835)<br />

bewoner A. 195 (KH. 17) 128 - / Willem scheffers (ca.<br />

1752 - 1840) en zijn vrouw<br />

Johanna Vermeer (ca.<br />

1750 - 1830);<br />

Sijmen Pijnenburg (E)<br />

(1793 - 1864) (II,119)<br />

weduwnaar van Maria<br />

Malles<br />

bewoner A. 186 KH. 19 129 - 239 Laurens Adriaan<br />

Brekelmans (1785 - 1862)<br />

en zijn vrouw Adriana<br />

den Ouden (1793 - 1830)<br />

bewoner A. 258<br />

A. 256<br />

Maria en Hendrina<br />

Claassen<br />

99 N. 5344, 14 (1817);<br />

KH. 18 129 - / Cornelis van der Sterre<br />

(ca. 1767 - 1833) en zijn<br />

vrouw Justina<br />

Brekelmans (1774 - 1842)<br />

(II,23)<br />

A. 134 KH. 20(?) 130 - / Wilhelmus de Kort (1784<br />

- 1852) en zijn vrouw<br />

Petronella van Esch (1770<br />

(bouwman)<br />

stro- en rietdekker*<br />

4 --<br />

bouwman 3 2<br />

knechten<br />

1 meid<br />

bouwman 2 --<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

3<br />

2 meiden<br />

bouwman 5 knecht<br />

2 meiden<br />

bouwman 6 --<br />

(bouwman)<br />

ondernemer<br />

van<br />

2<br />

--


den<br />

Huisakker 100<br />

232.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

233.<br />

Maria Brekelmans<br />

weduwe van<br />

Lambert Mathijsen<br />

- in de omgeving van de Heusende Baan<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

234.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

bakhuis (--)<br />

huis (14)<br />

235.<br />

huis (17)<br />

236.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

bakhuis (--)<br />

237.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

238.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

bakhuis (--)<br />

Heiliger Adriaan<br />

van Iersel, te<br />

Udenhout<br />

bewoner A. 50<br />

A. 49<br />

261<br />

- 1853) (II,45);<br />

Maria van Iersel (ca. 1776<br />

- 1845) weduwe van<br />

Cornelis van den Bosch<br />

A. 296 KH. 21(?) (130 - /) Jan de Bresser (1790 -<br />

1872) en zijn vrouw<br />

Adriana Vermeer (1800)<br />

Govert Bakkers (ca. 1791)<br />

en zijn vrouw Johanna<br />

Wagemakers (ca. 1793);<br />

Jan van Arendonk (ca.<br />

1748 - 1825) weduwnaar<br />

van Maria van Leest<br />

A. 91 KH. 22 131 - / Maria Jan deKort (ca.<br />

1770) weduwe van<br />

Wouter van Berkel<br />

KH. 23 131 - 244 Francis Vermeer (ca.<br />

1764 - 1853) weduw-naar<br />

van Anna Maria van<br />

Iersel<br />

(Francis Vermeer) A. 47 (KH. 23) (131 - 244) Robbert van Antwerpen<br />

(1789) en zijn vrouw<br />

Dorothea van den<br />

Biggelaar (ca. 1786);<br />

Theodora van den Broek<br />

(ca. 1739 - 1827) weduwe<br />

van Willem van den<br />

Biggelaar<br />

bewoonster A. 84 -- 132 - / Jenne Maria van<br />

Spaendonk (ca. 1771 -<br />

1848) weduwe van Peter<br />

Geert Brekelmans<br />

den Arme van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

100 R. 534, 21 (1809);<br />

101 N. 5344, 15 (1817);<br />

A. 77<br />

A. 79<br />

KH. 24 132 - / Johanna de Cort (ca.<br />

1774 - 1856) weduwe van<br />

Aart Adriaan Vugts;<br />

Cornelis Vriends (ca. 1747<br />

- 1828) weduw-naar van<br />

Maria Catharina van<br />

Biljouw; huurt in 1817<br />

voor<br />

8 jaar 101<br />

bewoner B. 5 KH. 25 133 - / Nicolaas van de Sande<br />

(ca. 1761 - 1829)<br />

weduwnaar van Maria<br />

van Esch<br />

bewoner A. 303<br />

A. 304<br />

KH. 26 (133 - /) Johannes adriaan van<br />

den Bijgaart (E) (1767 -<br />

1832) (II,29) weduw-naar<br />

van Maria Denisse<br />

Willem Verhoeven (ca.<br />

1799) en zijn vrouw<br />

Catharina (of Hendrina)<br />

Verspeek (ca. 1792 - 1827)<br />

karrevrachten*<br />

spinster<br />

bouwman<br />

dagloner<br />

(Landbouwster)<br />

1<br />

1 knecht<br />

meid<br />

3 knecht<br />

meid<br />

bouwman 6 --<br />

arbeider 1 --<br />

arbeidster --<br />

landbouwster<br />

3 2<br />

knechten<br />

bouwman 2 --<br />

bouwman<br />

arbeider<br />

5 --


239.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

bakhuis (--)<br />

240.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

241.<br />

Huis,<br />

schuur (14)<br />

bakhuis (--)<br />

genaamd<br />

het<br />

Princehof 103<br />

242.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

243.<br />

huis,<br />

schuur (12)<br />

244.<br />

Govert Klerks, smid A. 308<br />

A. 305<br />

KH. 27 134 - 249 Jan Janse de Kort (ca.<br />

1778 - 1859) en zijn<br />

vrouw Wilhelmina<br />

Adriaan Verhoeven (ca.<br />

1787 - 1854); zijn moeder<br />

huurt in 1798 102<br />

bewoonster A. 311 KH. 28 134 - / Jan Adriaan Verhoeven<br />

(1791 - 1860) weduw-naar<br />

van Cornelia Mathijsen<br />

(II,92); zijn schoonzuster<br />

Adriana Willem<br />

Mathijssen (E) (1777 -<br />

1855) weduwe van<br />

Antonie van Gorp<br />

bewoner A. 324<br />

A. 323<br />

KH. 29 135 - / Johannes Francis<br />

Brekelmans (ca. 1765 -<br />

1850) en zijn vrouw<br />

Petronella Vromans (ca.<br />

1775 - 1841);<br />

bewoonster B. 50 KH. 30 135 - / Maria van den Brekel<br />

(1769 - 1844) (II,20)<br />

weduwe van Johannes<br />

van Berkel<br />

erfgenamen van<br />

Cornelis van Buel,<br />

te Moergestel<br />

D. HET ZUIDEN VAN <strong>OISTERWIJK</strong><br />

- in de kleine hei<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

genaamd<br />

het<br />

Pesthuis 104<br />

245.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

246.<br />

? huis,<br />

schuur (14)<br />

den Arme van<br />

<strong>Oisterwijk</strong><br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunenburg te<br />

Utrecht<br />

(J.H., baron van<br />

Lijnden van<br />

Lunenburg)<br />

102 N. 5330;<br />

103 G.A. 240, 182 (1785 - 1810);<br />

104 N. 5344, 182 (1817);<br />

B. 61 KH. 31 136 - 253 Adriaan Jan<br />

Schoenmakers (ca. 1791 -<br />

1869) en zijn vrouw<br />

Adriana van Summeren<br />

(ca. 1787 - 1842)<br />

E. 10 Z. 1 136 - / Johanna Maria de Kort<br />

(ca. 1780 - 1848) weduwe<br />

van Cornelis de Backer;<br />

huurt voor<br />

8 jaar in 1817<br />

F. 470 Z. 3 137 - 254 Francis van der Mierde<br />

(1773 - 1837) en zijn<br />

vrouw Barbara van<br />

Hattem (ca. 1763 - 1826)<br />

E. 482 Z. 2 137 - / Adriana van Biljouw (ca.<br />

1758 - 1834) weduwe van<br />

Nicolaas van Opstal; haar<br />

schoonzooon Antonie<br />

Hosemans (1800) en zijn<br />

vrouw Elisabeth van<br />

Opstal (1796);<br />

Jan van Strijdhoven (ca.<br />

262<br />

bouwman 7 --<br />

bouwman<br />

landbouwster<br />

3 knecht<br />

meid<br />

bouwman 6 --<br />

landbouwster<br />

5 --<br />

bouwman 4 knecht<br />

meid<br />

landbouwster<br />

5 knecht<br />

bouwman 2 knecht<br />

landbouwster<br />

landbouwer<br />

1<br />

1<br />

--


247.<br />

huis (17)<br />

248.<br />

- op de Honsberg<br />

huis (13)<br />

249.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

te Huikelom<br />

op den<br />

Hondsberg<br />

ter plaatse<br />

genaamd de<br />

Dieze 105<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

te<br />

Huikelom 107<br />

huis (14)<br />

schuur (--)<br />

waarschijnlijk<br />

ook te<br />

Huikelom 108<br />

- in de kleine hei<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

263<br />

1817) zoontje van Peter<br />

Paulus van Strijdhoven<br />

en Maria van Opstal<br />

(II,108) (haar dochter<br />

bewoner E. 689 138 - 256 Pieter Smetsers (1779 -<br />

1837) (II,135) en zijn<br />

vrouw Cornelia van<br />

Rijsewijk (ca. 1776 - 1841)<br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunenburg te<br />

Utrecht<br />

Maria Timmermans<br />

weduwe van<br />

Cornelis van den<br />

Biggelaar (kad.)<br />

David Marius van<br />

Kelckhoven,<br />

secretaris en<br />

notaris te<br />

Moergestel (kad.)<br />

Adriana Peter van<br />

Iersel weduwe van<br />

Jan Marten<br />

Nouwens<br />

E. 563 138 - / Jacobus Pijnenburg (ca.<br />

1785 - 1858) weduwnaar<br />

van Cornelia Zwarts; zijn<br />

broer Peter Pijnenburg<br />

(ca. 1788 - 1863); zijn<br />

zuster Karstien<br />

Pijnenburg (1793 - 1841);<br />

zijn zuster Johanna<br />

Pijnenburg (1800); hun<br />

vader Martinus<br />

Pijnenburg (ca. 1753 -<br />

1830) weduwnaar van<br />

Helena Brekelmans;<br />

Arnoldus Smolders (ca.<br />

1810)<br />

E. 548<br />

E. 582<br />

E. 607<br />

E. 608<br />

106 ?<br />

109 ?<br />

bewoonster E. 227 Z. 4 139 - 258 Willem Wolfs (1771 -<br />

1832) en zijn vrouw<br />

Maria Oerlemans (van<br />

Oerle) (E) (1765 - 1847)<br />

(weduwe van Nicolaas<br />

van de Mierde); zijn<br />

broer Gijsbert Wolfs (ca.<br />

105 R. 598, 134 (1806;<br />

106 N. 5372, 16 (1830);<br />

107 N. 5350, 282 (1823);<br />

108 Zie R. 500, 139 (1802);<br />

109 Zie R. 440, 13v (1807; N. 5354, 275 (1827);<br />

bouwman<br />

(dagloner)<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

arbeider<br />

1 --<br />

2<br />

--<br />

--


250.<br />

huis (16)<br />

251.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

252.<br />

(erfgenamen van<br />

Nicolaas van de<br />

Mierde)<br />

Jan Hendrik, baron<br />

van Lijnden van<br />

Lunenburg te<br />

Utrecht<br />

- over Goosen-Emmen-schoor<br />

huis (17)<br />

253.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

genaamd<br />

het Spijck 110<br />

254.<br />

erfgenamen van<br />

Lambert Heymans<br />

François André de<br />

Jonge, te Helvoirt<br />

264<br />

1781 - 1859) arbeider<br />

E. 228 Z. 4 139 - / Jan Martinus Pijnenburg<br />

(1796 - 1846) en zijn<br />

vrouw Anna Maria van<br />

de Mierde (1794 - 1878)<br />

(II,96)<br />

E. 231 Z. 5 140 - / Hendrik Willem van<br />

Roessel (1774 - 1831)<br />

(II,124) en zijn vrouw<br />

Annemie Matthijsse<br />

(1787 - 1864) (II,91)<br />

E. 703 (140 - /) Hendrikus Nouwens (ca.<br />

1771 - 1836) en zijn vrouw<br />

Cornelia van Iersel (ca.<br />

1770 - 1829)<br />

E. 650 Z. 8a 141 - / Cornelis van den Bosch<br />

(ca. 1780) en zijn vrouw<br />

Adriana de Groot (ca.<br />

1787<br />

- bij de Roeidijk - in de omgeving van de Gemullehoeken<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

genaamd de<br />

Kleyne<br />

Carbonis 111<br />

255.<br />

huis (17)<br />

256.<br />

? huis,<br />

schuur (12)<br />

genaamd<br />

het Wapen<br />

van<br />

<strong>Oisterwijk</strong> 112<br />

257.<br />

? huis (12)<br />

schuur (--)<br />

258.<br />

bewoner B. 314 Z. 6aaa ? (141 - /) Adriaan Jan Lommers<br />

(1760 - 1841) weduwnaar<br />

van Adriana van den<br />

Heesakker (II,54);<br />

zijn zoon Johannes<br />

Lommers (1801 - 1895) en<br />

zijn vrouw Allegonda van<br />

Iersel (1794 - 1832)<br />

(weduwe van Frederik<br />

Hendrik Wagemans<br />

(II,149);<br />

Wouter Koolen (ca. 1819)<br />

bewoner C. 11 142 - / Cornelis Arnoldus Pape<br />

(1779 - 1846) en zijn<br />

vrouw Maria de Jong (ca.<br />

1778 - 1825)<br />

Gijsbert de Rover,<br />

te ???<br />

(G. de Rover) B. 330<br />

E. 191<br />

110 N. 5349, 129 (1822);<br />

111 R. 438, 181 (1804);<br />

112 G.A. 240, 140v (1785 - 1810);<br />

113 G.A. 240, 140v (1785 - 1810);<br />

B. 331 Z. 6? 142 - 266 Adriaan Jan van Riel (ca.<br />

1767 - 1826) en zijn vrouw<br />

Maria van Gestel (ca.<br />

1757 - 1825) 113<br />

Z. 6a? 143 - / Johannes van de Wiel<br />

(ca. 1786) en zijn vrouw<br />

Gerardina van de Ven<br />

(ca. 1777 - 1834)<br />

bouwman 3 --<br />

bouwman 3 2<br />

knechten<br />

meid<br />

(landbouwer)<br />

tapper*<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

borstelmaker<br />

en dagloner<br />

2 knecht<br />

meid<br />

6 --<br />

2<br />

1<br />

--<br />

4 --<br />

bouwman 2 knechtje<br />

meid<br />

bouwman 3 --


? huis (14)<br />

bakhuis (--)<br />

259.<br />

(G. de Rover) B. 326<br />

B. 328<br />

Z. 6aa? 143 - / Cornelis van Esch (ca.<br />

1781) en zijn vrouw<br />

Johanna Kemps (ca.<br />

1771) (weduwe van<br />

Johannes Teraa (Traa) en<br />

Ambrosius Eykemans)<br />

- in de Klein-<strong>Oisterwijk</strong>se Kampen - op de grens met Moergestel<br />

huis (16)<br />

260.<br />

huis (17)<br />

261.<br />

bewoner D. 71 Z. 20a 144 - / Gerrit Pijnenburg (ca.<br />

1774 - 1838) en zijn vrouw<br />

Maria van Doormalen<br />

(ca. 1784 - 1857)<br />

bewoonster D. 72 Z. 20 (144 - /) Petronella Arnoldus van<br />

Doormalen (ca. 1779 -<br />

1830) weduwe van<br />

Willem hendrik van<br />

Doormalen - "trekt van<br />

den arme"-<br />

265<br />

bouwman,<br />

herbergier<br />

1<br />

3<br />

1<br />

bouwman 2 --<br />

bouweresse<br />

--<br />

4 --<br />

- aan de Baan van <strong>Oisterwijk</strong> naar Oirschot - aan de rand van de Logtse en de Klein <strong>Oisterwijk</strong>se heide<br />

huis,<br />

schuur (15)<br />

262.<br />

huis,<br />

schuur (17)<br />

263.<br />

huis (17)<br />

264.<br />

huis,<br />

schuur (17)<br />

265.<br />

huis (17)<br />

266.<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

267.<br />

huis (17)<br />

268.<br />

bewoonster C. 21 Z. 23 145 - / Catharina Marks (Merx)<br />

(E) (ca. 1750 - 1831)<br />

weduwe van Jan van<br />

Groenedaal; Maria (ca.<br />

1812) dochter van Paulien<br />

van Beugen<br />

bewoner D. 34 (145 - /) Cornelis van Nostrum<br />

(1786 - 18280<br />

(weduwnaar van Anna<br />

Maria Fridus van Esch)<br />

en zijn vrouw Johanna<br />

van Bree "gewoonlijk<br />

genaamd geweest van<br />

Mierlo"(1785)<br />

bewoner C. 26 146 - 273 Adriaan Poirters (Poters)<br />

(1788 - 1861) (II,117) en<br />

zijn vrouw Maria van<br />

Vugt (1785 - 1861) (II,147)<br />

bewoner C. 28 146 - / Adriaan Janse (1792)<br />

(II,65) (weduwnaar van<br />

Johanna van Nunen) en<br />

zijn vrouw Maria Lesius<br />

(1786 - 1864)<br />

bewoonster D. 96 Z. 21 147 - / Elisabeth van Doormael<br />

(ca. 1763 - 1834) weduwe<br />

van Jan Peter van<br />

Drunen<br />

bewoonster C. 39 (147 - /) Adriaantje van de Ven<br />

(ca. 1766 - 1844) weduwe<br />

van Graad (Gerardus of<br />

Aart) van Rijswijk)<br />

bewoner D. 98 148 - / Adriaan van Biljouw (ca.<br />

1770 - 1839) en zijn<br />

vrouw Petronella<br />

Kruijssen (ca. 1772)<br />

(bouweresse)tapster*<br />

3 --<br />

bouwman 2 --<br />

bouwman 5 --<br />

bouwman 2 --<br />

landbouwster <br />

landbouwster<br />

--<br />

1 meid 2<br />

knecht<br />

-jes<br />

arbeider 1 --


huis (16)<br />

269.<br />

- in de Hundertse straat<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

bakhuis (--)<br />

270.<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

bakhuis (--)<br />

271.<br />

- op de Logt<br />

huis,<br />

schuur (16)<br />

bakhuis (--)<br />

272.<br />

huis,<br />

schuur (14)<br />

273.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

schuur (--)<br />

bewoner D. 103 (148 - /) Antonie Timmermans<br />

(ca. 1776 - 1835) en zijn<br />

vrouw Petronella<br />

Hendrik van Doormaale<br />

(ca. 1773 - 1847)<br />

Peter Peter van<br />

Oirschot,<br />

bouwman<br />

C. 121<br />

C. 123<br />

bewoner C. 131<br />

C. 126<br />

Jan<br />

Hoppenbrouwers,<br />

rentenier<br />

C. 190<br />

C. 92<br />

Z. 9 149 - / Laurens Wouter van<br />

Opstal (1773 - 1831)<br />

(II,107) en zijn vrouw<br />

(Maria) Cahtarina van<br />

Spaandonk (1767 - 1837)<br />

(II,137);<br />

hun zoon Adriaan van<br />

Opstal (1802 - 1880) en<br />

zijn vrouw (sedert<br />

oktober <strong>1824</strong>) Antoinetta<br />

van Zelst (1803 - 1873);<br />

gehuurd op 5 november<br />

1823 114 .<br />

Z. 10 (149 - /) Willem van den Oever<br />

(ca. 1782) en zijn vrouw<br />

Maria Nouwens (ca. 1781<br />

- 1837)<br />

Z. 11 150 - / Peter Peter van Oirschot<br />

(ca. 1772 - 1826) en zijn<br />

vrouw Maria Roes<br />

(Roefs) (ca. 1780 - 1851)<br />

bewoners C. 193 Z. 16 151 - / Wilhelmus van de Ven<br />

(ca. 1762 - 1847) en zijn<br />

vrouw Helena van<br />

Groenendaal (E) (ca.<br />

1766 - 1847); haar broer<br />

Adriaan van Groenendaal<br />

(E) (ca. 1768 - 1854); haar<br />

broer Wilhelmus van<br />

Groenendaal (E) (ca. 1771<br />

- 1846); hun neefje (?)<br />

Jan van Groenendaal (ca.<br />

1810)<br />

bewoners C. 91<br />

C. 194<br />

Z. 17? 152 - / Willem van Dooremale<br />

(ca. 1758 - 1834);<br />

zijn zuster Catharina van<br />

Dooremale (ca. 1762 -<br />

1835);<br />

de man van hun nicht:<br />

Wouter van Kollenburg<br />

(ca. 1776 - 1842) en zijn<br />

vrouw Maria Adriaan<br />

Brouwers 115 (ca. 1785 -<br />

1840);<br />

hun neef Gerard Adriaan<br />

Brouwers 116 (ca. 1785 -<br />

1858);<br />

114 N. 5350, 339 (1823);<br />

115 Kinderen van Adriaan Brouwers en Johanna Maria van Dooremale;<br />

116 Kinderen van Adriaan Brouwers en Johanna Maria van Dooremale;<br />

266<br />

(landbouwer)kroeghouder*<br />

dagloner<br />

bouwman<br />

3 --<br />

3 meid<br />

scheper<br />

bouwman 7 --<br />

bouwman 6 meid<br />

2<br />

knechten<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

bouweresse<br />

bouwman<br />

bouwman<br />

1 meid<br />

7<br />

--


274.<br />

bakhuis (--)<br />

275.<br />

- Balsfoortse hoef<br />

huis 119 (15)<br />

.<br />

huis,<br />

schuur (13)<br />

bakhuis (--)<br />

kinderen van<br />

Hendrik van<br />

Dooremale; Jan<br />

Hoppenbrouwers;<br />

kinderen van<br />

Willem van<br />

Groenendaal<br />

François André de<br />

Jonge, te Helvoirt<br />

C. 85<br />

C. 283<br />

(F.A. de Jonge) C. 285<br />

C. 287<br />

267<br />

hun neef Hendrik<br />

Adriaan Brouwrs 117 (ca.<br />

1788 - 1839);<br />

hun nicht Petronella<br />

Adriaan Brouwers 118 (ca.<br />

1793 - 1858)<br />

bouwman<br />

117 Kinderen van Adriaan Brouwers en Johanna Maria van Dooremale;<br />

118 Kinderen van Adriaan Brouwers en Johanna Maria van Dooremale;<br />

119 Vgl. N. 5445, 205 (1818): mr. François André de Jonge en zijn vrouw Anna Maria Emilia Martini kopen de hoeve no. 206 onder<br />

Haaren ter plaatse Balsvoort met een ernaast gelegen burgerhuisje;


268


Bijlage<br />

De klassificatie der huizen volgens het kadaster<br />

<strong>Oisterwijk</strong> 1 ) Provincie 2 ) Omschrijving 1 ) Aantal 2 )<br />

1 e klasse 29 e klasse Het huis van de heer J.F. van Hal (het Klooster) met ruime<br />

benedenkamer en een aantal bovenkamers met goede zolder<br />

en keuken.<br />

1<br />

2 e klasse 32 e klasse Zeer modern ingericht woonhuis met verscheiden beneden- en<br />

bovenkamers, zolder, keuken en kelders, benevens een remise<br />

en stal.<br />

1<br />

3 e klasse 37 e klasse Dubbele huizen met verscheiden grote beneden- zonder<br />

bovenkamers, met zolders, keuken en kelder, benevens een<br />

remise en stal.<br />

2<br />

4 e klasse 41 e klasse Woningen met een verdieping waarvan de kamers zowel<br />

beneden als boven in hoeveelheid als ruimte aanmerkelijk met<br />

de vorige klasse verschillen;<br />

óf huizen met verschillende benedenkamers zonder<br />

bovenkamers, die modern ingericht zijn.<br />

2<br />

5 e klasse 44 e klasse Hoewel ruim, niet zo modern en geriefelijk ingericht. 3<br />

6 e klasse 49 e klasse Ruime benedenkamers en een à twee kleine bovenkamertjes,<br />

welke onregelmatig gebouwd zijn.<br />

2<br />

7 e klasse 54 e klasse Met voor- en achterkamers, zonder verdieping. 4<br />

8 e klasse 58 e klasse De voornaamste huizen van nering doende lieden en<br />

herbergiers.<br />

6<br />

9 e klasse 61 e klasse Minder goed ingerichte huizen van nering doende lieden óf de<br />

beste boerenwoningen in de kom van de gemeente.<br />

10<br />

10 e klasse 64 e klasse Als klasse 9. 11<br />

11 e klasse 67 e klasse Huizen van winkeliers en goede ingerichte boerenwoningen in<br />

de kom van de gemeente.<br />

29<br />

12 e klasse 70 e klasse Als klasse 11. 47<br />

13 e klasse 72 e klasse Huizen, bestaande uit een of twee kamers, meer of minder<br />

goed gebouwd.<br />

50<br />

14 e klasse 74 e klasse Als klasse 13.<br />

(ons inziens de minder goed gebouwde huizen)<br />

88<br />

15 e klasse 76 e klasse Boerenwoningen, hoewel ruim, van leem gebouwd<br />

óf arbeiderswoningen in de kom gelegen<br />

55<br />

16 e klasse 77 e klasse Als klasse 15 24<br />

17 e - en laatste 78<br />

klasse<br />

e - en hutten van leem gebouwd 21<br />

laatste klasse<br />

Totaal 356<br />

1. 's-Hertogenbosch, R.A., Prov. Griffie 3296: Tabel voor klassificatie der g<strong>rond</strong>-eigendommen<br />

(tabel no. 5) der Gemeente Oosterwijk, Kanton Oosterwijk, Provincie Noord-Braband, van<br />

30 september 1830;<br />

2. Statistiek der Provincie Noord-Braband volgens de uitkomsten van het kadaster bij deszelfs invoering, door<br />

L. van der Voordt Pieck en M. Kuyl, 1842 (uitg. Geogr. Etablisement van F. Desterbecq, Maastricht, 1845),<br />

aanwezig in de Bibliotheek van het Provinciaal Genootschap te 's-Hertogenbosch;<br />

269


26. Uit de beginjaren van het rijwiel: de Fietsclub van Nelis van der Eerden, Piet van Iersel, Janus van Iersel, Hein<br />

van Haaren, en Jan van der Eerden, (van links naar rechts).<br />

270

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!