DE ACTUALITEIT VAN INCLUSIEF DENKEN - Hogeschool Utrecht
DE ACTUALITEIT VAN INCLUSIEF DENKEN - Hogeschool Utrecht
DE ACTUALITEIT VAN INCLUSIEF DENKEN - Hogeschool Utrecht
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
2<br />
Voorbij het inclusieve denken<br />
De Hegeliaanse ideeën over de strijd om erkenning hebben de filosofie uit het laatste<br />
kwart van de vorige eeuw diepgaand beïnvloed. Ik wil tot slot heel kort een aantal<br />
denkers noemen, die vaak al eerder publiceerden, maar die pas in de laatste decennia<br />
van de eeuw gehoor vonden en invloed kregen.<br />
Levinas<br />
Kun je het welzijn van de ander beogen? Veel van mijn boeken draaien rondom deze<br />
vraag. Hoe kun je bepalen wat dat welzijn is? Moet die ander dat niet zelf beslissen?<br />
Boerwinkel heeft de verandering niet meegemaakt van het denken over de ander<br />
naar zoals Levinas het stelt ‘de idee van een radicale exterioriteit’. Het gebod dat van<br />
het gelaat van de ander uitgaat is voor Levinas juist een radicale doorbreking van een<br />
houding die meent de ander te kunnen includeren. Voor Levinas gaat het hier om een<br />
denken dat hij als totaliteit beschrijft en dat in tegenstelling tot wat Boerwinkel beweert,<br />
altijd overheersend is geweest. De geschiedenis van het Westen is een totaliteitsgeschiedenis,<br />
steeds meer mensen werden via verovering, missionering en kolonialisme<br />
ingesloten. Tegenover deze totaliteit en universaliteit stelt Levinas de oneindigheid<br />
van het gelaat van de Ander, die altijd buiten mijn ideeën en opvattingen blijft staan,<br />
maar wel als weerloos gelaat de eis stelt ‘gij zult niet doden’. Deze eis is heel anders<br />
dan de suggestie ‘gij zult mijn welzijn bevorderen’.<br />
Foucault<br />
Michel Foucault als tweede denker in deze reeks, heeft in dezelfde lijn betoogd dat de<br />
recente westerse geschiedenis er één van insluiting en niet zoals Boerwinkel betoogt,<br />
van uitsluiting is geweest. In de Middeleeuwen werden bijvoorbeeld gekken, zieken en<br />
misdadigers vaak buitengesloten, als vreemden en anderen uit de samenleving<br />
verbannen. Dat verandert volgens Foucault in de moderne tijd, die juist als een periode<br />
van insluiting kan worden omschreven, waarin het welzijn van dit soort groepen werd<br />
beoogd. Daar kunnen wij achteraf denigrerend over doen door te stellen dat het niet<br />
echt om het welzijn van de uitgeslotenen ging. Dat lijkt me echter te gemakkelijk. Wie<br />
durft staande te houden dat onze eigen ideeën over het welzijn van de ander ook niet<br />
tijdsgebonden zijn, zoals die van onze voorouders? Zelfs als ik mijn eigen leven overzie,<br />
is het duidelijk dat de ideeën over het welzijn van de ander de afgelopen 0 jaar flink<br />
zijn veranderd. Bepaalde ideeën over ontwikkelingshulp uit begin jaren ’ 0 als een<br />
typische uiting van westers inclusief denken zouden tegenwoordig voor de meesten van<br />
De actualiteit van inclusief denken