Premiere - deloonwerker.nl

Vier decennia geleden tijdens
de 52ste DLG-tentoonstelling
toonde Daimler-Benz een
nieuwe trekker: de MB-Trac 65/70.
Opmerkelijk was de vierwielaandrijving
met vier even grote
wielen, de bestuurde en geveerde
vooras, de bestuurderscabine die
zich in het midden bevond en de
laadruimte achter de cabine. Maar
echt uniek was dat de standaard
65/70 zowel met een voor- als
achterhefinrichting evenals een
front- en achteraftakas werd uitgerust.
De MB-Trac 65/70 werd vooral gepromoot
als universele trekker geschikt voor alle
veldwerkzaamheden en voor verplegingswerk
dankzij de bodemvrijheid van 50 cm
door de toepassing van portaalassen. Door
de drie aan- en opbouwruimtes (voor, in het
midden en achter) was de MB-Trac 65/70
een echte systeemtrekker.
Versnelde introductie door Deutz-Intrac
De MB-Trac werd sneller geïntroduceerd dan
gepland, want concurrent Deutz had net daarvoor
het Intrac 2000-systeem gepresenteerd.
De MB-Trac werd door de gespecialiseerde
landbouwpers aanvankelijk lauw onthaald.
Men vond de MB-Trac minder revolutionair
dan de Intrac, maar toch wel interessant.
De introductie was duidelijk versneld, want
op de DLG te Hannover in mei 1972 ontbraken
een automatische hefinrichting, een
zwaaiende trekhaak en een hydraulische
oppikhaak. Het prototype van een Kramer
1014, een 104 pk sterke trekker met vier
even grote wielen, met vierwielaandrijving
en vierwielbesturing, kreeg zelfs meer aandacht
in de geschreven pers dan de MB-
Trac 65/70. Vooral de gemonteerde banden
met weinig profiel zorgden voor de nodige
scepsis. De ingenieurs uit de Mercedesfabrieken
te Gaggenau losten dit op en al snel
— Jubileum —
MB-TRAC65/70:
EEN UNIVERSELE
SYSTEEMTREKKER
Tekst en beeld: Jan Ebinger
stond de 65/70 op banden met een hoog
tractieprofiel.
Waarom de MB-Trac?
In de herfst van 1945 overlegde een groep
Duitse deskundigen over de mogelijkheden
om de landbouw te motoriseren. Uit dit
overleg kwam het idee van een ‘Universalmotorgerät’
(Unimog) voort. Daimler-Benz
nam de realisatie van dit project ter hand en
bracht in 1951 de Unimog uit, een kruising
tussen een trekker en een vrachtwagen, met
vierwielaandrijving en een motor van 25 pk.
Lange tijd bestond er maar één uitvoering
van de Unimog, maar in 1966 kwamen er
meer varianten en in 1972 waren er vier
typen leverbaar met motoren van 34, 52,
66 en 84 pk. In West-Duitsland wist de
Unimog zich zowel in als buiten de landbouw
een vaste plaats te veroveren, vooral
zijn hoge rijsnelheid van 70 km/u sprak
veel gebruikers aan.
Begin de jaren zeventig van vorige eeuw was
er in Europees verband sprake van een
— www.deloonwerker.nl — 32 — n°8/2012 —
maximum snelheid van 25 km/h voor landbouwtrekkers.
Verder verwachtte men
striktere technische eisen voor snelle voertuigen
zoals de Unimog. Dit waren voor
Daimler-Benz redenen om naast de
Unimog’s een echte landbouwtractor in het
programma op te nemen die, met behoud
van een aantal voordelen van de Unimog,
voldeed aan de eisen gesteld aan een landbouwtractor.
Doordachte techniek
en complete standaarduitrusting
De MB-Trac 65/70 was net zoals de Unimog
een trekker met vierwielaandrijving met
centraal differentieelhuis op beide assen.