Bijlage 1
Bijlage 1
Bijlage 1
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
3.3 Beschermde vogels<br />
3.3.1 Aanwezige soorten<br />
De resultaten van de inventarisatie en de literatuurstudie staan in bijlage 3. In de gemeente<br />
Barendrecht zijn door derden 9 vogelsoorten van de Flora- en faunawet waargenomen, waarvan<br />
de nesten jaarrond beschermd zijn en drie soorten van de Rode Lijst.<br />
Tijdens het locatiebezoek zijn twee algemeen voorkomende soorten waargenomen, koolmees en<br />
spreeuw. In de bomen en struiken van de groenstrook zijn oude vogelnesten aangetroffen. Eén<br />
van deze (oude) nesten in de noordelijke groenstrook betrof een ekster- of roofvogelnest (zie foto<br />
4). Nesten van roofvogels zijn jaarrond beschermd. Door derden zijn in Barendrecht sperwer,<br />
boomvalk, havik en buizerd waargenomen. Gezien de beperkte omvang van het nest en het<br />
beperkte foerageergebied in de directe omgeving worden er in het projectgebied geen broedende<br />
roofvogels verwacht.<br />
Voor kerkuil, gierzwaluw, slechtvalk en grote gele kwikstaart is er in het projectgebied geen<br />
geschikt broedgebied aanwezig, vanwege het ontbreken van bebouwing.<br />
De bomen en struiken van de groenstrook vormen een geschikt broedgebied voor tuin- en<br />
struweelvogels.<br />
3.3.2 Effecten<br />
De werkzaamheden kunnen tijdens het broedseizoen verstorend zijn voor broedende tuin- en<br />
struweelvogels. Met het kappen van de drie bomen gaan er enkele oude nesten verloren, maar<br />
dit betreffen geen potentiële jaarrond beschermde nesten. Het (oude ekster)nest in de<br />
groenstrook blijft behouden.<br />
Tabel 4: Beschermde soorten<br />
Soort Functie en effect Ernst en reikwijd e effect* Kwetsbare periode<br />
Tuin- en<br />
Verstoring nest door Matig negatief en lokaal Broedseizoen 15<br />
struweelvogels: o.a. bouwwerkzaamheden (art<br />
maart t/m 15 jul<br />
merel, houtduif e.d.<br />
* zie paragraaf 1.3<br />
11)<br />
3.3.3 Maatregelen<br />
Alle inheemse vogelsoorten zijn beschermd in de Flora- en faunawet en mogen niet verstoord<br />
worden tijdens het broeden (art 11). Voor het verstoren van broedende vogels wordt geen<br />
ontheffing verleend, omdat verstoring gemakkelijk voorkomen kan worden door de<br />
werkzaamheden uit te stellen. Geadviseerd wordt de werkzaamheden buiten het broedseizoen uit<br />
te voeren. Voor het broedseizoen wordt geen vaste periode gehanteerd. Elk individueel<br />
broedgeval wordt beschermd. De meeste vogels broeden van 15 maart t/m 15 juli. Indien de<br />
werkzaamheden tijdens het broedseizoen van start gaan, wordt geadviseerd vooraf aan de<br />
werkzaamheden te inventariseren of er broedende vogels aanwezig zijn. Indien er in het<br />
projectgebied vogels broeden, dienen de werkzaamheden te worden uitgesteld totdat de jonge<br />
Definitief rapport 11 mei 2010 5