Nederlandse - Adviesraad Internationale Vraagstukken
Nederlandse - Adviesraad Internationale Vraagstukken
Nederlandse - Adviesraad Internationale Vraagstukken
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Woord vooraf<br />
Op 18 november 1998 hebben de ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie<br />
de <strong>Adviesraad</strong> <strong>Internationale</strong> <strong>Vraagstukken</strong> (AIV) gevraagd advies uit te brengen<br />
over de ontwikkelingen in de internationale veiligheidssituatie sinds 1993 en de<br />
gevolgen daarvan voor het <strong>Nederlandse</strong> defensiebeleid en voor de wijze waarop de<br />
krijgsmacht haar taken gestalte geeft. De beoordeling van de internationale veiligheidssituatie<br />
heeft het afgelopen decennium steeds een belangrijke rol gespeeld<br />
bij de bepaling van het veiligheids- en defensiebeleid en, daarvan afgeleid, de wijze<br />
waarop de <strong>Nederlandse</strong> krijgsmacht werd ingericht. De ministers van Buitenlandse<br />
Zaken en Defensie hebben aangegeven dat een analyse van de veranderingen<br />
in de internationale veiligheidssituatie ook een belangrijk onderdeel zal<br />
vormen van de nieuwe defensienota die eind 1999 zal uitkomen.<br />
Tijdens de opstelling van het advies is Nederland als lid van het Atlantische bondgenootschap<br />
geconfronteerd met de crisis rond Kosovo. De AIV benadrukt dat hij<br />
niet is gevraagd om in dit kader beschouwingen te geven over de actualiteit van de<br />
problematiek rond Kosovo. Wel besteedt dit advies aandacht aan problemen rond<br />
de uitvoering van crisisbeheersingsoperaties met het oog op mogelijke ontwikkelingen<br />
op de lange termijn. Waar nodig wordt daarbij ook verwezen naar problemen<br />
die zijn gerezen bij het internationale ingrijpen rond Kosovo.<br />
De AIV heeft dit advies besproken in zijn vergadering van 18 juni 1999 en heeft<br />
daarbij procedures, leidend tot vaststelling, afgesproken. Het advies is voorbereid<br />
in de Commissie Vrede en Veiligheid (CVV) van de AIV. Deze Commissie bestaat uit<br />
de volgende personen: dhr. A.L. ter Beek* (voorzitter), prof. Jhr. dr. G. van Benthem<br />
van den Bergh (vice-voorzitter), dr. A. Bloed, dr. Ph. P. Everts*, prof. mr. F.J.M. Feldbrugge*,<br />
lt.gen. b.d. G.J. Folmer*, mr. J.G.N. de Hoop Scheffer*, prof. dr. K. Koch*,<br />
mw. dr. M. van Leeuwen*, drs. D.A. Leurdijk*, sbn. b.d. R.M. Lutje Schipholt,<br />
mw. drs. L. Sprangers, prof. drs. B.A.G.M. Tromp*, gen. b.d. A.K. van der Vlis*,<br />
drs. E.P. Wellenstein* en prof. dr. F. Wielenga. De leden van wie de namen met een *<br />
zijn gemarkeerd, hebben onder het voorzitterschap van gen. b.d. A.K. van der Vlis<br />
deelgenomen aan de werkgroep die het advies heeft voorbereid. Ook maakte<br />
drs. W.K.N. Schmelzer van de Commissie Europese Integratie van de AIV deel uit<br />
van deze werkgroep. De werkzaamheden ten behoeve van het opstellen van het<br />
advies zijn ondersteund door de ambtelijk adviseurs van de CVV: commodore<br />
H. Emmens, drs. E. Kwast (ministerie van Defensie), mw. drs. S. Th. Blankhart en<br />
drs. B. ter Haar (ministerie van Buitenlandse Zaken). Het secretariaat werd gevoerd<br />
door drs. H.A. Würzner (secretaris CVV), met ondersteuning van de stagiaires<br />
mw. K.M.M. Boeije en mw. E. Eryigit.<br />
Ter voorbereiding van het advies hebben leden van de werkgroep in januari en<br />
februari 1999 deel genomen aan de conferentie ‘The Future of War’, georganiseerd<br />
door de Foundation for War Studies (Groningen), in St. Petersburg van 24 tot en<br />
met 27 februari 1999. Verder hebben zij bezoeken gebracht aan Londen en het<br />
NAVO-Hoofdkwartier in Brussel om zich te oriënteren op de Britse Strategic Defence<br />
Review en de laatste ontwikkelingen binnen het Atlantisch bondgenootschap.<br />
Een overzicht van de geraadpleegde personen en instanties is als bijlage opgenomen.<br />
De AIV is de geraadpleegde personen en instanties erkentelijk voor hun<br />
inbreng en spreekt zijn grote waardering uit voor de ontvangen steun van de