clubblad - KLM RoadRunners
clubblad - KLM RoadRunners
clubblad - KLM RoadRunners
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
CLUBBLAD<br />
november / december 2009<br />
Sandra Huenders en Silvia Honig; de nieuwe redacteuren van het <strong>clubblad</strong>.<br />
VERDER IN DIT NUMMER :<br />
Van de Voorzitter - Kitty blikt terug en ….. vooruit<br />
Van de Redactie - toekomst <strong>clubblad</strong> veilig gesteld<br />
Estafette - de gehele race nog één keer gelopen<br />
<strong>KLM</strong> Roadrunners
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 2<br />
INHOUDSOPGAVE<br />
BLZ<br />
• Cover 1<br />
• Inhoudsopgave 2<br />
• Clubgegevens 3<br />
• Van de Voorzitter 4<br />
• Van de Redactie 5 - 6<br />
• Estafette – de volledige wedstrijd 7 - 66<br />
- april 2007 Henk Tijdeman 7 - 8<br />
- mei 2007 Paul Tang 9 - 11<br />
- juni 2007 Rui Cabral 12 - 13<br />
- juli 2007 Cock v/d Pol 14 - 16<br />
- augustus 2007 J & J Lucassen 17 - 18<br />
- september 2007 Mathijs v/d Pol 19 - 20<br />
- oktober 2007 Rene Stokman 21 - 22<br />
- december 2007 Kitty Meijburg 23 - 24<br />
- januari 2008 Annie Schrijvers 25 - 27<br />
- februari 2008 Toni Samallo 28 - 29<br />
- maart 2008 Raymond des Bouvrie 30 - 33<br />
- april 2008 John Pot 34 - 38<br />
- mei 2008 Jan Zuidhoek 39 - 42<br />
- juni / juli 2008 Corinna Exel 43 - 46<br />
- augustus / september 2008 Flora Visscher 47 - 50<br />
- januari / februari 2009 Roberto Hofman 51 - 54<br />
- maart / april 2009 Fons Leuven 55 - 58<br />
- juli / augustus 2009 Boris Kester 59 - 62<br />
- september / oktober 2009 Christine Rebello 63 - 64<br />
- november / december 2009 Sjaak van Diepen 65 - 66
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 3<br />
Clubgegevens<br />
Opgericht : 17 december 1985<br />
Voorzitter : Kitty Meijburg-van Loon SPL/PX<br />
Tel : 023-5631467<br />
Penningmeester : Wim Verhage SPL/ZW<br />
Tel : 06-20803895<br />
Secretaris : Cock v/d Pol SPL/TZ pv 261<br />
Tel: 023-5628354<br />
Mob: 06-51211228<br />
Ereleden:<br />
Driek Zwaan<br />
Cock v/d Pol<br />
Uitslagen & klassementen :<br />
Doorgeven via de site (ledenservice)<br />
Ledenadministratie : Peter v/d Veldt SPL/CC<br />
Wedstrijdcoordinator : Wim Verhage SPL/ZW<br />
Tel: 06-20803895<br />
PR: Frank Jegers SPL/CC<br />
Jolanda Lucassen<br />
Clubblad : Silvia Honig-Aland SPL/PO<br />
Sandra Huenders-Daemen<br />
SPL/PO<br />
Internet:<br />
www.klmrri.nl<br />
Webmaster:<br />
Peter Groot<br />
Postbank : 4527630<br />
Bankrekening : 3464.51.973<br />
t.n.v. <strong>KLM</strong> Roadrunners, W. Verhage, Nieuwkoop<br />
Oplage :<br />
Productie:<br />
digitaal<br />
Honig & Huenders<br />
Run2Day Haarlem: 10% korting op schoenen en kleding (niet op aanbiedingen en accessoires)
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 4<br />
Beste mensen!<br />
Nog even en het jaar 2009 ligt weer achter ons. Dan kijken we toch weer stiekem even terug<br />
naar “dat, wat ooit was”.<br />
Het laatste <strong>clubblad</strong>, als wij het hebben over de huidige redactie. John en Erik vieren in dit<br />
nummer hun jubileum, maar hebben ook hun afscheid. 25 Edities geleden begonnen zij aan<br />
een onbekende (digitale) klus die enerzijds een uitdaging was (en zo ook is aangegaan!) en<br />
anderzijds niet helemaal gebracht heeft wat zij zich daarvan voorstelden. En dan hebben we<br />
het over de zeer matige response en het vermoeden, dat het aantal lezers niet echt groot<br />
was. Of laten we zeggen, niet groot is. Jammer, maar waarschijnlijk het gevolg van het digitale<br />
tijdperk.<br />
Of dit <strong>clubblad</strong> nu door velen gelezen wordt of niet, het heeft zeker een zeer verzorgde uitstraling.<br />
Er zijn nieuwe rubrieken gekomen, er was altijd ruimte voor leuke verhalen en ook<br />
het plaatsen van kleurenfoto’s bleek opeens een mogelijkheid. En dat hadden we met de<br />
geprinte versie niet. Van een afscheid naar een nieuwtje, dat het <strong>clubblad</strong> wel zal blijven, en<br />
dat de redactie daar zelf wel wat over zal melden. John en Erik: veel dank!<br />
Zaterdag 19 december:<br />
Zoals jullie weten is onze traditionele loop in Langevelderslag niet meer mogelijk. Nee, Riche<br />
in Zandvoort is het geworden, dus ook daar ligt een klein afscheid. We kijken vol spanning en<br />
enigszins nerveus uit naar onze jaarlijkse loop over het strand. Voorafgegaan door een vliegende<br />
start en een sprint over de rechtlijnige atletiekbaan in de vorm van een boulevard. Hoe<br />
afwisselend kun je het krijgen? Adieu pannenkoeken, we gaan op de Hollandse snacktoer en<br />
dat is ook een nieuw element in een totaal andere omgeving. Mis het niet! Schrijf je in via de<br />
speciale link op de website. Zoals het zich nu laat aanzien, zal het een samenzijn van vele<br />
talen worden.<br />
Om ook dit soort evenementen voor een deel te kunnen financieren, hebben wij natuurlijk<br />
jullie steun nodig, en daarom doen wij meteen weer de dringende oproep om de contributie<br />
voor 2010 over te maken aan de penningmeester. Slechts 16 euro, … en zoveel leuke dingen<br />
om aan mee te doen, … aan jou de uitdaging! Wij hopen oprecht dat wij alle huidige leden<br />
weer mogen begroeten op de loopjes die voor 2010 in de planning staan, …. en die agenda is<br />
weer bijzonder gevarieerd!<br />
Op 25 maart is onze jaarvergadering; noteer deze alvast.<br />
“Dat wat ooit was” wordt nu ongeduldig weggedrukt door nieuwsgierigheid en zin in 2010.<br />
Nieuwe kansen, nieuwe prijzen! (Psst: Er staat een Canadese Estafette op stapel, een WARR<br />
in Londen en wie weet wat er nog uit de hoge hoed gerold komt, .. en daar kun je ook bij zijn!)<br />
Tot gauw,
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 5<br />
Van de Redactie<br />
Jubileum-uitgave<br />
Ons laatste <strong>clubblad</strong>, Kitty memoreerde het al, en wel het 25-ste. Des te meer een reden om<br />
er een speciale editie van te maken, een soort jubileum-uitgave. Daarom hebben we besloten<br />
om nog één keer alle Estafette-lopers de revue te laten passeren. Voor een aanzienlijk aantal<br />
nieuwe leden een leuke manier om de kopstukken binnen onze club (ja, je komt niet zo maar<br />
in aanmerking om het estafettestokje te dragen ☺) te leren kennen. En bovendien lijkt het ons<br />
sowieso voor iedereen een mooi document om uit te printen en te bewaren. Vaste rubrieken<br />
zoals Digitale Doos, wedstrijdoverzicht, woordpuzzel etc. zullen jullie dit keer moeten missen.<br />
Strijd der giganten<br />
Ons laatste <strong>clubblad</strong>, dus een laatste gelegenheid om onze twee ‘kemphanen’ Fred Bakkenist<br />
en Wim Verhage heel veel succes te wensen met hun eindstrijd om de felbegeerde titel: “Wie<br />
bereikt als eerste de 100?” En dan gaat het erom wie van de heren er als eerste in slaagt om<br />
100 “Achter de Meutes” te schrijven respectievelijk 100 marathons te voltooien. Wij hebben<br />
geen woord gehouden in de zin dat we beloofd hadden zo lang met het <strong>clubblad</strong> door te gaan<br />
om in ieder geval één van de twee te kunnen lauweren. Wel hebben we ervoor gezorgd dat<br />
het <strong>clubblad</strong> wordt gecontinueerd (waarover zo dadelijk meer) waardoor de strijd voortgezet<br />
kan worden. Fred en Wim heel veel succes!<br />
Het is mooi geweest<br />
Ons laatste <strong>clubblad</strong>; een apart gevoel, maar zeker geen reden voor dramatiek. De nuchtere<br />
constatering ‘dat het mooi is geweest’, is meer op zijn plaats. Vijfentwintig <strong>clubblad</strong>en die wij<br />
met veel plezier voor jullie hebben gemaakt. Wij bedanken daarom heel graag onze trouwe<br />
lezers en degenen die het allemaal mogelijk hebben gemaakt, de leveranciers van kopij.<br />
Nieuw elan<br />
Ons laatste <strong>clubblad</strong>, want na 3 jaar Pot & Verschuren is er ons inziens duidelijk behoefte aan<br />
nieuw elan en wij zijn ervan overtuigd dat gevonden te hebben in het nieuwe redactionele duo<br />
Honig & Huenders. Wie het zijn? Silvia en Sandra (want zo heten zij van voren) stellen zich<br />
op de volgende bladzijde heel graag aan jullie voor. Wij wensen onze opvolgsters enorm veel<br />
succes toe en nemen hierbij als redacteuren definitief afscheid van jullie. We zien elkaar snel<br />
bij een volgende loop. Het woord is nu aan de dames.<br />
Met sportieve groeten, Erik en John. Hierboven aan het ‘werk’ voorafgaand aan de WARR ’09.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 6<br />
Mijn naam is Silvia Honig en ik werk sinds april 1989 bij de <strong>KLM</strong>. Ik heb 3 jaar bij passage<br />
gewerkt, waarna ik naar de lounges ben gegaan. Sinds 1995 werk ik bij het ticketoffice. Ik ben<br />
getrouwd met Robin (hij is lid van de RRI) en samen hebben wij een zoon van 10 jaar.<br />
Mijn hobby’s zijn koken en het organiseren van activiteiten. In april 2009 ben ik begonnen met<br />
lopen. Ik had een weddenschap met 17 collega’s van ticketoffice. “We zouden de lady’s run<br />
gaan lopen van de Dam tot Dam“<br />
Uiteindelijk hebben we met 6 collega’s gelopen. En dan, … dan ben je besmet met het hardloopvirus<br />
en wil je meer dan die 4 EM. Ik ga nu trainen voor de 10 km. Sandra Huenders en ik<br />
gaan samen het <strong>clubblad</strong> van de RRI verzorgen.<br />
Wij hebben er heel veel zin in.<br />
Tot snel!<br />
Groetjes, Sil<br />
‘San’ en ‘Sil’ hebben er duidelijk zin in. Kom maar op met die kopij!<br />
Als nieuwe <strong>clubblad</strong>redactrice zal ik mij even voorstellen. Mijn naam is Sandra Huenders,<br />
sinds 1995 ben ik werkzaam voor de <strong>KLM</strong>. Ik ben begonnen bij <strong>KLM</strong> reserveringen en werk<br />
vanaf 01-01-01 bij het ticket office (SPL/PO). Ik ben getrouwd met Dennis en wij hebben twee<br />
kinderen, een zoon van 7 jaar en een dochter van 5 jaar. Mijn hobby's zijn winkelen, hardlopen,<br />
fietsen en zwemmen.<br />
Drie jaar geleden las ik op intranet een artikel van de Roadrunners, het ging over de WARR<br />
die dat jaar gehouden werd in Sydney. Wauw, dacht ik, dit is mijn kans, daar kom ik anders<br />
nooit. Dus de stoute (hardloop)schoenen aangetrokken en mij aangemeld als lid en dus meegegaan<br />
met een hele enthousiaste groep lopers naar Australie. Daar ben ik nog meer besmet<br />
geraakt met het lopersvirus.<br />
Afgelopen jaar meegeweest naar Hangzhou en ik kijk alweer uit naar 25 september 2010 om<br />
met vele enthousiaste <strong>KLM</strong> RR-ers naar Londen te gaan. Ik heb mij zojuist opgegeven voor<br />
de Marathon in Rotterdam waar ik flink voor moet gaan trainen en sta open voor alle tips van<br />
onze ervaren marathonlo(o)p(st)ers van de club.<br />
Silvia en ik hopen een leuk <strong>clubblad</strong> te gaan verzorgen en plaatsen graag ingezonden stukjes<br />
van de clubleden of andere leuke informatie.<br />
Sportieve groeten,<br />
Sandra<br />
PS: onze e-mailadressen voor de kopij zijn:<br />
Silvia.Honig-Aland@klm.com<br />
Sandra.Huenders-Daemen@klm.com
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 7<br />
Estafette #1 - april 2007 - Henk Tijdeman<br />
We waren blij en vereerd dat Henk Tijdeman, de nestor van onze Road Runners, bereid was<br />
de aftrap te verrichten van “Estafette”, onze nieuwe maandelijkse rubriek. Omdat Kitty hem<br />
had voorgedragen tijdens de afgelopen Algemene Ledenvergadering, lieten we haar aan<br />
Henk de openingsvraag stellen. Dit is wat Kitty graag van Henk wilde weten:<br />
Henk, hoe vaak loop je en waar haal je nog steeds de motivatie vandaan?<br />
Ik heb sport in het algemeen altijd heel leuk gevonden en dan komt de motivatie vanzelf.<br />
Zolang je gezond bent, is leeftijd absoluut niet maatgevend. Doorgaans loop ik 2 a 3 maal per<br />
week, in totaal ongeveer 20 a 25 kilometer.<br />
Wie is Henk Tijdeman eigenlijk? Kun je jezelf verder introduceren?<br />
Ruim 77 jaar geleden werd ik in Zwolle geboren. Ik ben in 1956 getrouwd met Antoinette en<br />
samen hebben we twee kinderen, zoon Edward (49) en dochter Antoinette (46). Naast het<br />
hardlopen ben ik een liefhebber van roeien, zwemmen, zweefvliegen en motorvliegen bij de<br />
<strong>KLM</strong> Aeroclub. Verder ben ik erg geinteresseerd in kunstgeschiedenis en ga ik heel graag<br />
fietsen met mijn vrouw Antoinette.<br />
Bij de <strong>KLM</strong> heb ik de opleiding tot boordwerktuigkundige gevolgd van 1949 tot 1951. Daarna<br />
ben ik in actieve dienst getreden als BWK en heb ik tussen 1951 en 1988 op diverse typen<br />
kisten gevlogen. Aanvankelijk op machines met zuigermotoren (DC3 - DC7) en vervolgens op<br />
straalvliegtuigen te beginnen met de Lockhead Electra en eindigend op de Boeing 747.<br />
Wanneer ben je met hardlopen begonnen en hoe kwam je bij de <strong>KLM</strong> Road Runners<br />
terecht?<br />
Mijn allereerste loopervaring dateert uit 1975 toen ik na een lange vlucht de behoefte had om<br />
mijn benen te strekken; dat beviel prima. En tijdens een vlucht naar Sydney in 1977 probeerde<br />
de purser de volledige crew te strikken om mee te doen aan de WARR die tijdens ons verblijf<br />
daar werd georganiseerd. Dat is uiteindelijk niet gelukt, maar samen met Rene Stokman<br />
(ook een RR) en de <strong>KLM</strong> groundstaff van LHR heb ik toen wel meegedaan. Daarna ben ik lid<br />
van de <strong>KLM</strong> Road Runners geworden.<br />
Welke tips heb jij als “oude rot” voor de minder ervaren lopers?<br />
Mijn belangrijkste advies is om niet te hard van stapel te lopen. Als je direct in het begin veel<br />
wilt bereiken, loop je onherroepelijk blessures op en bereik je juist het tegenovergestelde.<br />
Wat mij persoonlijk erg goed bevalt, is de combinatie met andere sporten. Iedere vrijdagavond<br />
komen tijdens de gymnastiekles alle spieren aan bod en ook het roeien valt prima met<br />
het hardlopen te combineren.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 8<br />
Wat is je leukste hardloopervaring?<br />
Mijn leukste hardloopervaring heb ik kort geleden opgedaan.Tijdens Running with Rembrandt<br />
kreeg ik door René Stokman, die geblesseerd was geraakt, de zorg toevertrouwd over zijn<br />
dochtertje van ongeveer 8 jaar oud. Of ik haar alsjeblieft in de gaten wilde houden tijdens de<br />
5 kilometer, omdat hij zelf niet mee kon lopen. Ik drukte haar op het hart om vooral niet te<br />
snel te starten, omdat 5 kilometer toch wel een heel eind was.<br />
Ze bleef bij me lopen, kwebbelde aan een stuk door en van enige vermoeidheid was absoluut<br />
geen sprake. Toen de toren van het stadion in zicht kwam probeerde ze mij een hart onder de<br />
riem te steken met: “nog maar een klein stukje, meneer Tijdeman”. Vervolgens demareerde<br />
ze bij de ingang van het stadion bij mij weg en zag ik haar weer toen ik over de finish kwam.<br />
Goed gedaan meisje, zei ik en realiseerde mij dat verliezen ook erg leuk kan zijn.<br />
Welke Road Runner wilt u voordragen voor de volgende Estafette en wat wilt u van<br />
hem/haar weten?<br />
Ik wil graag van Paul Tang weten waarom hij zo gek is op eilanden?
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 9<br />
Estafette #2 - mei 2007 - Paul Tang<br />
De vraag van Henk Tijdeman was: Wat heb jij met eilanden?<br />
De afgelopen jaren heb ik veel reizen gemaakt naar verre, afgelegen en vooral onbekende<br />
eilanden. In principe altijd IPB en meestal alleen.Het mooie van een eiland is dat het altijd een<br />
wereld op zich is met alle faciliteiten en middelen die nodig zijn om te kunnen overleven.<br />
Eilandbewoners zijn meestal gereserveerd en zitten niet altijd op jouw bezoek te wachten.<br />
Echter, vaak is men juist afhankelijk van die ene reiziger die langs komt, dus uiteindelijk is<br />
men dan meestal toch heel gastvrij. Voor de korte tijd dat je op zo een eiland bent, maak je<br />
volledig deel uit van het dagelijks gebeuren en je bent op dat moment dus eigenlijk ook even<br />
een eilandbewoner. Het feit dat je op een eiland letterlijk en figuurlijk “los” bent van de rest<br />
van de wereld spreekt mij het meeste aan.<br />
De mooiste trips vind ik naar eilanden in de Pacific. De Pacific is onderverdeeld in 3 area’s,<br />
namelijk Polynesië, Melanesië en Micronesië, alle drie de gebieden heb ik inmiddels bezocht.<br />
Het meest bijzondere eiland waar ik ben geweest vond ik Nauru (Micronesië), de kleinste<br />
republiek ter wereld. Dit eiland bestaat eigenlijk helemaal uit versteende vogelpoep (fosfaat)<br />
en is volledig afgegraven daar dit fosfaat weer wordt verwerkt tot kunstmest en in de hele<br />
wereld wordt gebruikt. Er is helemaal niets meer over van het eiland en alleen aan de kust<br />
wonen mensen, 8000 in totaal. De kick vind ik dan om daar in je eentje vanuit Nederland voet<br />
aan wal te zetten om eens even te kijken wat er zoal te doen is op dat stipje in de Grote<br />
Oceaan, …. het leukste zijn de reacties van de lokale bevolking die zich afvraagt wat je in<br />
godsnaam op hun afgelegen eiland komt doen!<br />
Nauru, de kleinste republiek ter wereld<br />
Verdere bijzondere eilanden die ik in de Pacific heb bezocht zijn o.a. Johnston island (US<br />
legerbasis), Tarawa (Kiribati), Aitutaki (Cook Islands), Va’vau (Tonga), Niue, Yap, Saipan en<br />
Majuro (Marshall Islands). Daarnaast natuurlijk ook de wat bekendere als Hawaii, Samoa,<br />
Frans Polynesië, Paaseiland, Guam, Fiji, Palau, Phonpei, etc.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 10<br />
Aitutaki, Cook Islands<br />
Wat betreft je loopbaan bij de <strong>KLM</strong> ; geeft je huidige functie je zoveel IPB-inzicht, dat je<br />
zoveel tripjes kan maken?<br />
Ik ben ruim19 jaar geleden begonnen als uitzendkracht bij de afdeling Fotozaken, dat was<br />
toen een onderdeel van Public Relations. Ik kreeg een vast dienstverband bij Telefonische<br />
Reserveringen, toen nog een onderdeel van <strong>KLM</strong> Nederland. Na 2½ jaar vertrok ik naar<br />
Schiphol alwaar ik bijna 6 jaar in de afhandeling als Operations Officer heb gewerkt. Toen<br />
vertrok ik naar het hoofdkantoor alwaar ik nu ruim 11 jaar werk bij Revenue Management.<br />
Mijn huidige functie is Traffic Flow Manager, mijn taak is om de revenue te optimaliseren voor<br />
de vluchten naar de Antillen en Suriname. Door mijn functie zit ik ‘dicht bij het vuur’ en kan ik<br />
meestal redelijk inschatten wat de kansen zijn om IPB te vliegen op een vlucht.<br />
Hoe is jouw thuissituatie ?<br />
Ik woon samen met mijn vriendin Margie, we zijn al 24 jaar bij elkaar. Wij hebben een zoontje,<br />
Mitchell, van 5 jaar oud. Hij vind hardlopen ook leuk en heeft al 2 keer meegedaan aan de<br />
<strong>KLM</strong> Clubkampioenschappen in Lisse. Echter voetballen vind hij nog leuker dus vanaf<br />
volgend jaar wordt het zaterdagochtend langs de zijlijn staan. Margie is Indisch en zij heeft<br />
een heel grote familie, een paar keer per week eten wij samen (meestal Indonesisch) met<br />
haar familieleden. Mijn passies naast het hardlopen en mijn gezinnetje zijn boksen,<br />
voetballen, voetbal kijken bij FC Volendam, fotograferen en natuurlijk op zijn tijd een reisje<br />
maken.<br />
Mitchell bij de <strong>KLM</strong> Road Runners in Lisse
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 11<br />
Je specifieke, opvallende loopstijl, is die aangeboren of aangeleerd, of zijn wij<br />
de eersten die dat opvalt?<br />
Ik heb al heel vaak reacties gehad op mijn loopstijl. Het is simpelweg de manier waarop ik<br />
hardloop en ik kan niet anders. Mensen die mij voor het eerst zien hardlopen denken meestal<br />
dat ik helemaal stuk zit of dat ik een beginnende hardloper ben. Het grappige is dat ik<br />
doorgaans heel gemakkelijk loop ook al ziet het er niet zo uit. Ik ben een ‘slow-starter’ die<br />
altijd even een paar km op gang moet komen, maar naarmate de wedstrijd vordert, begint het<br />
dieseltje lekker warm te draaien en ga ik steeds gemakkelijker lopen. Ik moet het meer van de<br />
inhoud hebben en niet echt van de hoge snelheid. Ondanks de korte pasjes heb ik de<br />
marathon ooit in 3.05 uur weten te lopen.<br />
Specifieke loopstijl….<br />
Het lijkt dat je een speciale band hebt met Japan; als dat zo is, hoe komt dat?<br />
Op mijn reizen naar de Pacific maakte ik meestal op de terugreis een stop in Japan omdat dat<br />
nu eenmaal de meest gangbare IPB route was. Iedere keer weer ben ik onder de indruk van<br />
de discipline en het respect van de Japanners. De Japanse cultuur is voor mij een echte<br />
openbaring. Daarnaast is Japan het veiligste land ter wereld en dat is ook wel eens prettig<br />
vooral als je alleen reist. Bij Revenue Management ben ik vijf jaar lang verantwoordelijk<br />
geweest voor de vluchten naar Japan; hierdoor ben ik er ook regelmatig zakelijk geweest.<br />
Zaken doen met Japanners is echt heel apart en ik heb daar enorm veel van geleerd. Ik heb<br />
er zelfs een paar Japanse hardloop vrienden aan over gehouden. Ik ben tot nu toe elf maal in<br />
Japan geweest en ik hoop er nog vaak te mogen komen.<br />
En tot slot, welke Road Runner wil je voordragen voor de volgende Estafette en<br />
wat wil je van hem weten?<br />
Ik draag het stokje graag over aan Rui Cabral en ik wil graag weten wat Rui toch met de<br />
Marathon heeft?
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 12<br />
Estafette #3 - juni 2007 - Rui Cabral<br />
Vorige maand was het de beurt aan Paul Tang om het estafettestokje door te geven. Hij deed<br />
dit aan Rui Cabral en stelde hem de volgende openingsvraag:<br />
Beste Rui, wat heb jij met de marathon?<br />
Van alle afstanden vind ik de marathon de leukste. Het is ver en duurt dus lekker lang. En het<br />
blijft spannend, want hoe goed je ook getraind hebt, het is altijd een verrassing hoe je de<br />
finish bereikt.<br />
Wat houdt de zogenaamde “club van 100” precies in?<br />
Tijdens een marathon in Apeldoorn zag ik verschillende atleten met een shirt lopen, waarop<br />
de tekst ‘One hundred marathon club” stond. Hé wat leuk, dacht ik en vroeg aan een van de<br />
atleten wat die club precies inhield. Het bleken Engelsen te zijn en je kon uiteraard pas lid<br />
worden wanneer je meer dan 100 marathons achter je naam had staan. Ik had er op dat<br />
moment ‘pas’ 85 gelopen, maar ik heb wel alvast hun adres gevraagd, want het leek me erg<br />
leuk om lid te worden.<br />
Na mijn 100-ste marathon heb ik me direct aangemeld. Sindsdien heb ik regelmatig contact<br />
met hen en heb ik al veel uitnodigingen ontvangen. Inmiddels is er ook een erg actieve<br />
‘honderd marathon club’ in Duitsland en zij hebben de absolute recordhouder als lid; een<br />
Duitser die meer dan 1200 marathons heeft gelopen. In Nederland is ook een dergelijke club,<br />
maar zij timmeren niet echt aan de weg.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 13<br />
Waarom heb jij je 100-ste en 200-ste marathon in Lissabon gelopen?<br />
De marathon van Lissabon is niet de allerleukste, maar ik ben in Lissabon geboren en<br />
daarom blijft het altijd “mijn” stad. Ik ben in 1968 naar Nederland gekomen en woon al 39 jaar<br />
in Amsterdam, maar bij speciale gelegenheden (en zo mag je marathon 100 en 200 toch wel<br />
noemen) probeer ik altijd in Lissabon te zijn en als het enigszins mogelijk is, loop ik er de<br />
marathon.<br />
Wat vind jij als geoefend marathonloper van de prestatie van Richard Bottram?<br />
Tja, wat Richard doet is natuurlijk grandioos. Hij bewijst dat je geest veel sterker is dan je<br />
lichaam. Bovendien zit er natuurlijk een belofte achter, waaruit hij ongetwijfeld ook heel veel<br />
kracht put. Maar ondanks de goede begeleiding blijft het een topprestatie waarvoor ik mijn<br />
petje diep afneem.<br />
Welke vraag zijn we je vergeten te stellen? M.a.w. wat wil je nog aan ons kwijt?<br />
Ik wil nog wel iets vertellen over mijn meest favoriete marathon(s). Dat is absoluut de<br />
marathon van New York, die ik ondertussen 22 maal gelopen heb. In Europa geniet de<br />
marathon van Parijs absoluut mijn voorkeur. De organisatie is prima, het parcours is erg leuk<br />
en de sfeer bijzonder goed. Het enige nadeel is dat hij de laatste 5 jaar steeds samenviel met<br />
de marathon van Rotterdam. En als ik “thuis” een marathon kan lopen, ga ik natuurlijk niet<br />
naar het buitenland.<br />
Aan wie draag jij het stokje over en wat wil je van haar of hem weten?<br />
Veel collega’s van mij vragen: “Rui, hoe raak ik het snelst mijn buikje kwijt?” Dan zeg ik<br />
meestal dat ze moeten gaan lopen en minder eten. Maar aangezien Cock van der Pol erg<br />
veel weet over diëten en verantwoord afvallen is mijn verzoek aan hem daarover een korte<br />
uiteenzetting te geven.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 14<br />
Estafette #4 - juli 2007 - Cock van der Pol<br />
Het stokje heb ik overgedragen gekregen van Rui. Allereerst ben ik daar zeer vereerd mee,<br />
want Rui is voor mij het grote voorbeeld van een doorzetter en hardloper. Het was voor mij<br />
dan ook best wel emotioneel dat wij gezamenlijk over de finish kwamen bij zijn honderdste<br />
marathon in Lissabon, voor mij alweer een paar kilo geleden.<br />
Dat laatste was de reden van Rui waarom ik het stokje kreeg, veel mensen vroegen aan Rui<br />
hoe zij hun buikje konden kwijt raken.<br />
Ik ga even ver terug in de tijd en zal een relaas vertellen, dat ook al in het <strong>clubblad</strong> heeft<br />
gestaan, maar misschien nieuw is voor de nieuwere leden. In 1989 liep ik mijn eerste<br />
marathon van Marathon naar het Olympisch stadion in Athene. Was dat nou zo bijzonder?<br />
Nee, eigenlijk niet want dat deden er meer. Mijn tijd was vier uur en vijf en vijftig minuten,<br />
terwijl de winnaar er ruim twee uur over deed. Was dat dan zo slecht? Nee, totaal niet, want<br />
daar komt het dan:<br />
De winnaar woog waarschijnlijk 40 kilo minder dan ik. Dit houdt dus in dat ik elke stap 40 kilo<br />
meer moest optillen. Grofweg genomen bestaat een marathon uit 42195 stappen. Op die<br />
marathon had ik dus 42195x40 = 1687800 kilogram extra opgetild. Dit gewicht staat ongeveer<br />
gelijk aan 10 lege Boeing 747’s. Bovendien gaan we ervan uit dat we beiden een uiterste<br />
inspanning geleverd hebben. De winnaar heeft die inspanning geleverd in ruim twee uur en ik<br />
heb die inspanning (inclusief het power liften van 10 Boeings) gedaan in bijna vijf uur. Ik heb<br />
dus drie uur langer een uiterste inspanning geleverd. Wie heeft er nu de beste prestatie<br />
geleverd? Wie heeft er nu gewonnen?
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 15<br />
Een paar jaar later begon ik met afvallen, want mijn tijd werd kostbaar en hoe eerder ik over<br />
de streep kwam, hoe meer tijd ik voor andere zaken over had. Onder begeleiding van een<br />
diëtiste ben ik in een half jaar tijd 35 kilo afgevallen (35 flessen cola in je winkelwagentje) en<br />
een goede 9 Boeings op een marathon. Eerlijk gezegd had ik wel een klein beetje vals<br />
gespeeld. Ik had een dieet van een minimaal aantal kilocalorieën, dat ik zelf stiekem ettelijke<br />
dagen terugbracht naar nul kilocalorieën. Maar het resultaat was er. Het was een simpele<br />
rekensom, per dag verbruikt een man (werkzaam bij de <strong>KLM</strong>) ongeveer 2300 kilocalorieën.<br />
Als je per dag nu ongeveer 1400 kilocalorieën eet, teer je 900 in op je vet (maar ook op je<br />
spieren als je daar niets tegen doet).<br />
Helaas begonnen die kilo’s er na verloop van jaren weer aan te komen en werd het steeds<br />
moeilijker om ze kwijt te raken. Het aloude, bekende jo-jo effect krijg je als je afvalt en je weer<br />
terug valt naar je oude leefpatroon. Achteraf heel simpel gesteld is dat je lichaam vreselijk pijn<br />
heeft moeten lijden van het afvallen. Tegen de tijd dat je weer het oude leef (=eet) patroon<br />
oppakt is je lichaam slim en denkt bij zichzelf: Pik in die calorieën, voordat die gek weer gaat<br />
afvallen. Je bouwt zodoende extra vet op die moeilijker te verteren is.<br />
Nadat ik van mijn lichaam een signaal had gekregen door middel van een tia, heb ik wederom<br />
die knop omgezet en nu via een bewuster leefpatroon begonnen met afvallen. Ik sportte mij<br />
een ongeluk op de sportschool, maar er<br />
ging geen grammetje vanaf. Toen ben<br />
ik naar de sport- / voedingsdeskundige<br />
gegaan die mij even met mijn neus op<br />
de feiten drukte. Ik sportte veel en at<br />
weinig. Hoe kon een lichaam nu vetten<br />
verbranden als er geen voedingsstoffen<br />
aanwezig waren? Hoe kun je een<br />
kachel laten branden zonder kolen of<br />
energie? Ik moest dus meer (bewuster)<br />
gaan eten en ja hoor de kilo’s gingen<br />
eraf. Tijdens elk bezoek werd ook mijn<br />
lichaamssamenstelling gemeten.<br />
De voedingsdeskundige kon precies zien welk percentage voedingsstoffen, vetten, spieren en<br />
vocht ik had. Belangrijk was dat de voedingsstoffen omhoog gingen en het vet naar beneden.<br />
Het resultaat hiervan was dat ook de spiermassa minder werd. Hoe lichter je tenslotte wordt,<br />
hoe minder je hoeft mee te zeulen dus hoeven de spieren niet zoveel werk meer te doen.<br />
Helaas bleef het vochtgehalte bij mij erg hoog, maar vervolgens was dat hetzelfde als bij het<br />
eten. Doordat ik te weinig water dronk (teveel koffie) hield mijn lichaam het vocht vast,<br />
vergelijkbaar met de hamsterweken van onze grootgrutter. Pas nadat ik mijzelf dwong (en dat<br />
is echt een hele opgave) om minimaal twee liter water te drinken viel ik nog meer af. Nou<br />
weet ik niet of dat door een betere vochthuishouding van het lichaam kwam of doordat ik mij<br />
het apezuur liep naar de WC om te plassen en dus behoorlijk veel kilocalorieën verbrandde.<br />
Inmiddels ben ik na een jaar ruim twintig kilo kwijt en probeer ik nog een paar kilootjes extra<br />
af te vallen. Maar nu merk ik ongelooflijk snel dat jo-jo effect. Let ik een paar dagen niet op<br />
met eten, dan doet de weegschaal dat wel voor mij. Toch is het verbranden van kilocalorieën<br />
iets heel vreemds. Mijn sportschool had een competitie opgezet vlak voor kerst voor het<br />
verbranden van kilocalorieën tijdens cardio-oefeningen. Na een paar dagen merkte ik dat ik<br />
deze competitie kon winnen en ben ik als een gek gaan trainen. Per dag verbrandde ik<br />
gemiddeld 2500 kilocalorieën door het lopen van een halve marathon, elke dag op de<br />
loopband. Ik heb zelfs een hele marathon op de loopband gelopen en kwam tot een<br />
verbranding van ongeveer 60.000 kilocalorieën. En mijn gewicht? Precies één kilo<br />
aangekomen.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 16<br />
Snappen jullie het? Snap ik het? Ik weet het niet, maar teveel sporten is dus ook niet goed.<br />
Kortom hoe raak ik mijn buikje kwijt? Ik ben geen deskundige, maar heb wel ervaring. Wees<br />
bewust van de kilocalorieën die je nodig hebt en die je tot je neemt. Kijk eens achterop die<br />
verpakking van voeding of drinken naar het aantal kilo-calorieën en wat je ervoor moet doen<br />
om het weer kwijt te raken! Met mijn leeftijd en gewicht verbrand ik ongeveer 100kcal per km<br />
(de snelheid is niet zo belangrijk). Eet na een sportinspanning voldoende snelle koolhydraten<br />
(banaan of Liga) voor een goed herstel. Maar toch een van de belangrijkste punten is: Sla het<br />
ontbijt NIET over. Je lichaam heeft dit ontbijt nodig om met de verbranding van vetten te<br />
beginnen. Zie het als het aanmaakblokje van de barbecue of kachel, zonder dit verloopt de<br />
verbranding minder.<br />
Dit waren mijn ervaringen met afvallen en is het nu mijn beurt om het stokje door te geven.<br />
Het liefste zou ik dat natuurlijk willen doen aan Mathijs, iedereen verwacht dat natuurlijk ook,<br />
dus doe ik het niet. Maar aan wie geef ik het dan door? Het leven zit vol keuzes maken en ik<br />
kan ook nu weer niet de juiste keuze maken. Mijn keuze blijft steken op twee namen. Twee<br />
leden die nog niet zo lang lid zijn van onze vereniging. Twee leden die toch trouw wedstrijden<br />
bezoeken ondanks hun drukke, ongeregelde werkzaamheden. Twee leden die ik ontzettend<br />
graag mag. Twee leden die familie van elkaar zijn. Ik geef het stokje lekker door aan die twee,<br />
dan mogen ze mooi gezamenlijk een verhaaltje schrijven. Een verhaaltje schrijven hoe ze de<br />
<strong>KLM</strong> Road Runners zien vanuit hun oogpunt als nieuw lid. Joan en Jolanda, succes ermee!!!<br />
Met vriendelijke groet,<br />
Cock van der Pol
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 17<br />
Estafette #5 - augustus 2007 - J & J Lucassen<br />
Vliegende zusjes of rennende nichten?<br />
Bij ons debuut als duo bij de Roadrunners dacht iedereen dat J. Lucassen en J. Lucassen<br />
zusjes waren. Maar nee, geen vliegende zusjes: Joan en Jolanda Lucassen zijn “volle”<br />
nichten, onze vaders waren broers. Dat maakte ons dus tot vliegende nichten, maar<br />
ondertussen is Jolanda gestopt met vliegen, dus zullen we het maar houden op rennende<br />
nichten.<br />
Joan deelt haar leven met tiramisu-Fred. Ze heeft 3 inmiddels volwassen kinderen en door<br />
Fred kreeg ze er nog 3 bij. Ze is in 1972 begonnen als zomer-stessje en heeft inmiddels alle<br />
contracten die er voor cabinepersoneel mogelijk zijn doorlopen en werkt nu “de volle” 67%.<br />
Jolanda is getrouwd met piloot Peter en is recent na 26 jaar gestopt met vliegen bij Martinair.<br />
Eén keer per jaar hebben we met de hele familie Lucassen een hockey toernooi. In de jeugd<br />
van onze vaders (we schrijven 1937) begonnen de Lucassen (een katholiek gezin met 15<br />
kinderen) een jaarlijks toernooi tegen andere grote families. Ze hadden immers binnen het<br />
gezin hun eigen elftal. En nog ieder jaar rukken de Lucassen-nazaten met Pasen uit om, zij<br />
het nu niet meer als gezin, het op te nemen tegen de andere families.<br />
En bij de onvermijdelijke familieborrel na zo’n sportief treffen bracht Joan met zoveel<br />
enthousiasme ter sprake dat ze lid was van de <strong>KLM</strong> Roadrunners dat nieuwsgierigheid<br />
gewekt was aan de kant van Jolanda. Vervolgens werd er een afspraak gemaakt om naar de<br />
clubkampioenschappen bij de Langevelderslag te gaan om de sfeer te proeven. Het was<br />
meteen een goede loop om mee te beginnen voor Jolanda en bood ook de mogelijkheid om<br />
kennis te maken met andere enthousiaste Roadrunners. Qua loop om mee te beginnen viel<br />
het niet mee met al die duinen en zeker niet voor iemand die nog maar net met lopen was<br />
begonnen.<br />
Maar het hielp dat Jolanda meteen erg aardig werd opgevangen door o.a. Kitty die meteen<br />
een praatje maakte. Maar ook met Cock kwamen we al snel in contact want die stond bij de<br />
kadootjes. Wij waren erg onder de indruk dat Cock gewoon mee kon rennen met dat grote<br />
fototoestel op zijn buik, ons fotografeerde en ons daarna nog makkelijk kon inhalen ook.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 18<br />
Na het finishen nog heerlijk pannenkoeken gegeten en met een heel lekker luchtje (voor<br />
iedereen was er een prijs) gingen we naar huis. Deze “happening” heeft het enthousiasme<br />
voor het lopen goed doen aanwakkeren. En de ambitie, op de 10 km wordt iedere keer wel<br />
weer een minuut sneller gelopen!<br />
Jolanda: “Ik had vroeger veel last van voorhoofdsholte ontstekingen en daarom adem ik<br />
zoveel mogelijk in en uit via mijn neus met rennen. Mijn theorie is dat ik over het algemeen<br />
veel via mijn mond adem en daardoor mijn neus niet op de juiste manier gebruik. En sinds ik<br />
ren heb ik bijna nooit meer ontstekingen. Kan toch geen toeval zijn? Nou ja, natuurlijk helpt<br />
het niet meer vliegen ook mee.”<br />
We proberen zoveel mogelijk loopjes samen te doen maar helaas lukt dat niet altijd, omdat<br />
Joan nu ook Europa erbij vliegt. Maar het lopen heeft zeker onze (familie-)band versterkt.<br />
Na aan de 25 ste WARR in Amsterdam te hebben deelgenomen, gaan we dit jaar in oktober<br />
naar Sydney om daar aan de door Qantas georganiseerde WARR mee te doen en eventueel<br />
een prijsje voor <strong>KLM</strong> te kunnen weghalen. Tot nu toe heeft Joan bij alle WARR’s die ze<br />
gelopen heeft al een prijs gewonnen. Peter moet dan wel ingedeeld worden in die periode<br />
voor een “vrachtje” van MartinAir die kant op en Fred gaat kijken of de “Aussies” ook in zijn<br />
Tiramisu geinteresseerd zijn........ En ondertussen lopen de ‘meisjes’ dan even de 10K.<br />
Ambitieus zijn we wel, maar dat leidt nog niet tot heftige concurrentie, we hebben allebei een<br />
ander doel. Jolanda: “Voor mij hoeft de hele marathon niet; de halve zie ik ook nog niet zitten.<br />
Ik ga voor snelheid op de kortere afstand.” Joan daarentegen heeft er al wel een aantal op<br />
haar naam staan (halve / 7 heuvels) en gaat meer voor de lange adem.<br />
Voor ons beiden geldt dat we voor ons plezier lopen, dit nog heel lang zo willen volhouden en<br />
dan ook nog zonder blessures natuurlijk.<br />
Wij dragen het stokje graag over aan Mathijs van der Pol zodat hij ons meer kan vertellen<br />
over de website. En omdat hij, net als zijn vader, een grote bijdrage levert aan de <strong>KLM</strong><br />
Roadrunners.<br />
Joan en Jolanda Lucassen
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 19<br />
Estafette #6 - september 2007 - Mathijs van der Pol<br />
De vraag van de rennende nichten was of ik wat kan vertellen over de website.<br />
Ja, dat kan ik. Maar ik wil eerst wat vertellen over mezelf en hoe ik de <strong>KLM</strong> Road Runners<br />
ervaar. Zoals de meeste mensen al weten, ben ik 20 jaar oud en doe ik een opleiding in de<br />
ICT (medewerker beheer).<br />
Maar hoe zijn deze paden allemaal belopen ?<br />
Mijn vader is vlak na de geboorte van kleine Mathijs lid geworden van de <strong>KLM</strong> Road Runners.<br />
Hier ben ik hem dan ook dankbaar voor. Ik heb vele herinneringen aan de club. En ik denk<br />
nog vaak terug aan de leuke momenten die ik samen met jullie allemaal heb beleefd.<br />
De mooiste herinnering waar ik vaak aan terug denk is de Jasper Banff Relay in 2000. Deze<br />
fantastische loop ging door de Rocky Mountains van het plaatsje Jasper naar Banff. Dit was<br />
de tweede keer dat ik kennis maakte met Canada en zeker niet de laatste keer.<br />
Helaas zijn er ook minder leuke herinneringen maar deze horen er wel bij en neem je mee.<br />
Eén daarvan is de Frans Adriaanse memorial run, waarbij we 5 kilometer voor Frans liepen,<br />
die een maand daarvoor was overleden in Thailand. Het is mij nog steeds niet gelukt mijn<br />
persoonlijk record dat ik toen liep te evenaren. Ik praat over 18 minuten en 3 seconden.<br />
Het is mij ook bijgebleven dat ik vroeger moeite had om onder het uur te komen op de 10<br />
kilometer. Nu loop ik gemakkelijk de 10 kilometer onder het uur. Als ik mijzelf nu vergelijk met<br />
vroeger ben ik een stuk groter geworden. Op sommige afstanden ben ik wat langzamer<br />
geworden, hoewel ik de 15 Kilometer van de Zevenheuvelenloop vorig jaar gelopen heb in<br />
1:01:59. Net niet onder het uur. Maar toch mag ik dit jaar in het startvak staan van ‘onder het<br />
uur’. Gelukkig staan de meeste lopers dan achter mij.<br />
Maar ik merk toch dat ik wat langzamer ben geworden. Hoe komt dit? Ik kan daar heel<br />
eenvoudig een antwoord op geven. “Ik train niet meer zoveel als vroeger”. De tijd die ik eerst<br />
kwijt was aan het trainen, besteed ik nu aan anderen dingen. Aan mijn vriendin Laura, aan<br />
mijn school (voornamelijk stage bij Martinair) en niet te vergeten aan het ontwerpen van de<br />
website.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 20<br />
Het ontwerpen van de website<br />
Dit is ook een grote hobby van mij geworden. Om de <strong>KLM</strong> Road Runners tegemoet te komen<br />
voor al het plezier dat ik vroeger heb beleefd en nu nog. En met de ICT ervaring die ik nu al<br />
heb, ben ik door het bestuur gevraagd om een website te ontwikkelen. De nieuwe opzet is zo<br />
gekozen dat de leden meer invloed hebben en krijgen op de website. Zo zijn er meer<br />
bevoegdheden van de webmaster gedelegeerd naar het bestuur.<br />
Het ontwerp van de website was binnen twee dagen gemaakt, de website is rustgevend en<br />
strak. Dit was allemaal te zien op de ledenvergadering. Het programmeren van de website<br />
was een stuk moeilijker; ik liep tegen programmeerfouten op. Sommige problemen kon ik wel<br />
oplossen, maar dit was niet altijd het geval en dan moest ik opnieuw beginnen. De website is<br />
momenteel in de laatste testfase en in de toekomst zal ik mondjesmaat updates uitvoeren op<br />
de website met nieuwe functies.<br />
Maar waarom was de website toe aan een nieuw jasje ?<br />
Tegenwoordig worden bijna alle websites geschreven in PHP/HTML;<br />
dit zijn de programmeertalen van het internet. De oude server (de<br />
ruimte waar de website op staat) ondersteunde geen PHP en<br />
daarom is er gekozen voor een andere server die wel PHP<br />
ondersteunt. Met PHP kun je gebruik maken van contact- en<br />
enquêteformulieren. Nog een voordeel van PHP is dat de broncode<br />
niet zichtbaar is. Hierdoor kunnen spammers geen e-mail adressen<br />
meer lezen.<br />
Een ander geweldig voordeel van PHP is dat je ook de wedstrijden kan programmeren door<br />
middel van een standaard template (een mal). Zodra er een wedstrijd heeft plaatsgevonden,<br />
komt deze in het archief zonder dat je wat hoeft aan te passen. Zo kunnen de leden ook in<br />
het archief kijken naar wedstrijden die geweest zijn. Ik wil Jan Oosterhof dan ook, mede<br />
namens het bestuur, hartelijk bedanken omdat hij openstaat voor deze veranderingen van de<br />
website en voor alles wat hij nu heeft gedaan met de website.<br />
Voor de PHP-programmeertaal was er HTML en daar is de eerste website nu nog mee<br />
opgebouwd. Dit is een hele klus geweest. Alle aanpassingen moesten met de hand worden<br />
gedaan. Zodra de nieuwe website draait met PHP gaat dit bijna allemaal automatisch.<br />
Aan wie geef ik het stokje door?<br />
Ik zou het stokje aan zoveel mensen willen doorgeven. Helaas kan ik het stokje maar aan één<br />
persoon doorgeven. Ik geef dit stokje daarom aan iemand die al heel erg lang lid is van de<br />
club en die momenteel veel tijd doorbrengt met zijn familie.<br />
Vroeger was het anders en was hij een echte uitslover, een die er altijd ‘van het eerste uur’<br />
was. Graag geef ik het stokje door aan René Stokman. Sommige mensen zullen zich<br />
afvragen: “wie is die man?”<br />
Ik zou daarom graag willen dat René zich voorstelt aan iedereen, zijn ervaring met de <strong>KLM</strong><br />
Road Runners met ons deelt en vertelt wat hij in het dagelijkse leven doet naast het<br />
hardlopen.<br />
Het was mij een eer,<br />
Mathijs van der Pol
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 21<br />
Estafette #7 - oktober 2007 - René Stokman<br />
Mathijs heeft het stokje nu aan mij (Rene Stokman, red.) gegeven om wat meer over mijn<br />
ervaringen met de <strong>KLM</strong> Roadrunners ook aan de nieuwe leden bekend te maken.<br />
In een ver verleden, ik was net een jaartje gestopt met voetballen, moest ik toch mijn energie<br />
kwijt. Ongeveer in 1985, tijdens de oprichtingsvergadering van deze club, besloot ik me aan<br />
te melden als lid. Dit was de tijd dat er nog een Schipholloop was met de start bij de Elzenhof<br />
(waar nu McDonalds aan de dienstweg staat) en het parcours over de wegen van de technische<br />
dienst ging. Kom daar nu maar eens zonder pasje door. Dit was de tijd dat er maar<br />
1500 deelnemers waren bij de Dam tot Damloop. Dit was de tijd dat er ruimte was in de<br />
sporthal bij de 21km van Egmond. De tijd ook dat Nijboer zilver won op de marathon.<br />
Maar om terug te komen op mijn ervaringen met de <strong>KLM</strong> Roadrunners; tijdwaarneming door<br />
middel van een chip was er bij de loopjes nog niet. Terwijl net als nu het <strong>clubblad</strong> een<br />
deadline voor de inlevering van kopij had om ervoor te zorgen dat alle gelopen tijden in het<br />
<strong>clubblad</strong> kwamen, besloot ik me te specialiseren op de kortste afstand. Door voor de grote<br />
meute binnen te zijn, konden alle tijden nog genoteerd worden. Combineer dat met het<br />
beheren van de ledenlijst en het kopiëren, vergaren en nieten van het <strong>clubblad</strong> en je leert alle<br />
leden bij hun voornaam kennen en je gaat de lopers herkennen aan hun loopstijl en hun<br />
uitdrukkingen . Hoe gelopen? “Slecht!”<br />
Ik was in die tijd nog vrijgezel en kon gemakkelijk tijd vrij maken om aan veel loopjes mee te<br />
doen. Via de WARR in Sydney leerde ik de hardlopers van de SAS en de <strong>KLM</strong> uit Londen<br />
goed kennen. Wat gelijk veel leuke loopjes in het buitenland opleverde. Ik als pionier voorop,<br />
daarna volgden de andere reislustigen. Van Ermitage loipe in Kopenhagen tot de SAS loop in<br />
Gothenburg en Stockholm. De loop in Stockholm waar we het eerste jaar met 3 <strong>KLM</strong>-ers en<br />
het laatste jaar met wel 20 <strong>KLM</strong>-ers genoten van het weer, de sauna en het ijskoude meer. Of<br />
de loop in Gothenburg waar de 30 <strong>KLM</strong>-ers alle beschikbare prijzen wonnen.<br />
Dit herinnert mij eraan om Bert Boesten nog eens te vragen of zijn set borden en vaas nog<br />
leven? Het was een goed besluit om maar eens een halve marathon in de poolcirkel te doen<br />
en daar mijn snelste tijd op deze afstand te lopen. Later bleek dat ik de afstand samen met<br />
een dame van Swissair gelopen had, die ik later weer bij diverse WARR’s tegenkwam. Dit<br />
zorgde ervoor dat Tromso en later ook Spitsbergen bekend gebied werden voor de <strong>KLM</strong>-ers.<br />
Soms is een jeugdherberg al dicht (01.00 uur) doordat het vliegtuig wat later landt, ook al is<br />
het gewoon nog licht door de midzomernachtszon. Maar dan moet je gewoon wat langer<br />
kloppen.<br />
Dit brengt me gelijk weer bij de vele tegenstellingen die je bij al deze buitenlandse overnachtingen<br />
kan hebben. Van Hilton’s, SAS hotels, B&B’s, Jeugdherbergen tot aan hoerenkasten in<br />
Bangkok. De Londen/Birmingham contacten leverden de deelname aan de ‘Great North Run’<br />
op en vele grote en kleine loopjes in Londen en Birmingham. Mijn eerste ervaring met<br />
verklede lopers en overnachten in een B&B in een veel te klein bed. Terwijl ik toch maar 1.73<br />
groot ben. Of de estafetteloop in Dublin waar we in het eerste jaar een schild wonnen als het<br />
beste buitenlandse team; daar waren we het enige buitenlandse team en ook nog als laatste<br />
geëindigd. Elke loop heeft wel een verhaal. De jaren dat we bij de marathon van Rotterdam<br />
op de Coolsingel in de kelder van het <strong>KLM</strong> kantoor recht voor de start onze eigen verkleedruimte<br />
hadden, geeft mij nog steeds een goed <strong>KLM</strong> hardlopers gevoel.<br />
Nu heb ik het nog niet eens over de sfeer bij de vele estafettes, zoals de Elfstedenloop in<br />
Friesland, de Jasper - Banff loop door de Rocky Mountains of ‘het kleintje’ in Assendelft.<br />
Vergeet ik toch bijna de eerste loopjes met “ome Jan” van de catering met een volgeladen<br />
cateringwagen. De cateringwagen moest verplaatst worden, omdat er anders sluikreclame op<br />
de TV kwam. Helaas ging Jan met pensioen en werd het cateringbeleid anders. Dit bracht<br />
ons de aanhangwagen, eerst nog een oude kar met bruine schotten maar waar wel een 2<br />
persoonsbank in stond. Deze bank werd door de meegekomen supporters in het zonnetje<br />
gezet en vervolgens werden de voorbije weken weer bijgepraat. Nu een volgeladen wagen<br />
met stoelen, drank en een opbergplek voor de tassen met droge, schone kleren.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 22<br />
Tot slot wil ik mijn ervaringen bij de WARR’s met jullie delen. Het IPB-reizen naar Dallas/Forth<br />
Worth in Texas. In mijn beleving had iedereen een andere vlucht in Amerika. En zelf werd ik<br />
door de taxi in Dallas afgezet in plaats van in Forth Worth. Waarbij je dan in de taxi met<br />
ouders van een echte Amerikaanse atlete zit en een gesprek voert over het leven als atleet.<br />
Het werd wat lastig toen ze mijn tijden op de 5, 10 en 21 km wilden weten. En bij de WARR in<br />
Cancun ontmoette ik een Franse dame, werkzaam in Duitsland, die mij de hartelijke groeten<br />
van mijn huidige vrouw deed. Kortom wie veel reist, maakt veel leuke dingen mee.<br />
Ook al loop ik nu veel minder (‘niets’ is eigenlijk een beter woord), geniet ik van de verhalen<br />
van Fred, Wim V. en degenen die veel meer schrijftalent hebben dan ik (of dan mij?) en hun<br />
loopervaringen aan het papier in het <strong>clubblad</strong> toevertrouwen. Ik besef ook dat ik dit zonder<br />
Driek Zwaan en Wim Roozendaal, de oprichters van de club, nooit allemaal had beleefd.<br />
Natuurlijk worden alle medelopers zoals Han, Ben, Jan, André, John, Cock, Jos, Hans, Ernst,<br />
Frans, Herman, Henk, Peter, Bob, Sjaak, Chris, Flora en Annie, Rui, Frank Fino, Jesus, Ko<br />
enz. enz. enz. die voor de goede loopsfeer zorgden (en dit nog steeds doen) bedankt.<br />
Ik geef mijn stokje door aan ……… … dat wordt een verassing in het volgende <strong>clubblad</strong>.<br />
Misschien aan een slapend lid, misschien aan een lid met een blessure, of aan iemand die<br />
voornamelijk Spaans spreekt en die ik toch al 22 jaar via de <strong>KLM</strong> hardloopclub ken, of is het<br />
toch ……..?<br />
Kijk maar uit naar het volgende <strong>clubblad</strong>.<br />
Groet, René<br />
PS: af te toe kom ik wel kijken en dan kan ik het aanmoedigen toch niet laten.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 23<br />
Estafette #8 - december 2007 - Kitty Meijburg<br />
Na enig speurwerk is ons estafettestokje toch weer boven water gekomen. Kitty was zo<br />
sportief om het stokje ter hand te nemen en we stelden haar de navolgende vragen:<br />
Wat voor meisje was kleine Kitty van Loon en hoe en waar heeft zij haar jeugd doorgebracht?<br />
Ik ben geboren in Haarlem en heb tot mijn 10 de jaar in de eerste straat bij het Stationsplein<br />
(nu helemaal het station) gewoond. Ik heb nog 2 zusjes, maar ben een echte nakomeling. Ik<br />
scheel met hen respectievelijk 12 en 14 jaar en ben dus gigantisch verwend! Mijn vader had<br />
een transportbedrijf en ik was altijd in de garage te vinden, vond auto’s leuker dan poppen en<br />
zat binnen 10 minuten onder de smeerolie. Mijn moeder kocht, tegen beter weten in, toch<br />
beeldschone jurkjes die uiteindelijk ongedragen werden doorgeschoven naar andere kindjes.<br />
Overalls waren beter aan mij besteed.<br />
In 1967 werd Haarlem gedecentraliseerd en grote bedrijven zoals die van mijn vader gingen<br />
naar de Waarderpolder. Wij verhuisden naar Heemstede, naar de Glip, en daar begon een<br />
heel ander leven. Gek van pony’s en paarden heb ik jarenlang in de daar aanwezige manege<br />
gezeten; stallen uitmesten was dagelijks werk. Maar ook in de Linnaeushof, de grootste<br />
speeltuin van Europa, was ik dagelijks te vinden. Daar hielp ik bij de pony’s, de waterfietsen<br />
en de skelters. Ik kon JLO-motors repareren, wielen verwisselen en racen als de beste. Een<br />
heerlijke tijd! Maar om de vraag nu goed te beantwoorden, ik was niet echt een meisje.<br />
Hoe ben je ertoe gekomen voorzitter te worden van RRI en noem 1 leuk en 1 minder leuk aspect<br />
van het voorzitterschap.<br />
Volgens mij was het 1995 toen ik lid werd van de <strong>RoadRunners</strong> en ik ben meteen mee<br />
geweest naar Durban, Zuid Afrika, waar de WARR plaatsvond. Ik wilde daarna iets doen voor<br />
de club en heb mij aangemeld om in het bestuur wat hand- en spandiensten te verrichten. Na<br />
een paar jaar liet Peter van der Veldt weten te stoppen als voorzitter en werd mij gevraagd of<br />
ik daar iets voor voelde. Zelf was ik er nooit opgekomen, ging die avond wat verbaasd naar<br />
huis en vertelde het aan mijn man Willem. Hij begon te lachen, waarop ik meteen wist dat ik<br />
het zou doen! Hij zei dat ik zijn reactie verkeerd geïnterpreteerd had, maar dat deed er niet<br />
meer toe, de uitdaging lag er en ik zou wel zien hoe of wat!<br />
Een minder leuk aspect … tja, … misschien voel ik mij nu wel extra verantwoordelijk voor het<br />
wel en wee van de club en het meer betrekken van alle leden bij onze activiteiten. De vaste<br />
kern lopers is niet meer dan een derde van het ledenaantal en ik zou het zo geweldig vinden<br />
als wij iedereen persoonlijk zouden kennen en hen af en toe konden ontmoeten. Een heel<br />
leuk aspect vind ik dat ik nauw betrokken ben bij alles wat met de club te maken heeft en dit<br />
mag meemaken! We zien toch een nieuwe golf mensen binnenkomen en vooral de vrouwen<br />
laten zich hoe langer hoe meer zien, leuk! Ik weet zeker dat de saamhorigheid van de WARR<br />
2006 daar alles mee te maken heeft. Dit heeft de club een positieve, interne boost gegeven!<br />
Vertel eens iets meer over de stille kracht (Willem) achter deze sterke vrouw!<br />
In Heemstede waren Willem en ik buren<br />
van elkaar. Ik was bevriend met Willems<br />
zusje Anita die van mijn leeftijd is. Wij<br />
zijn in 1980 getrouwd en gingen in<br />
Hoofddorp wonen. Willem en ik zijn<br />
tegenpolen. Ik ben de extreme kant, al<br />
heeft hij dat bij mij in de loop der jaren<br />
wat getemperd. Willem is zeer gematigd,<br />
overdenkt de zaken eerst goed. Het is<br />
een beetje een “op ieder potje past een<br />
dekseltje verhaal”, al ga ik voor de sportieve<br />
excessen nog steeds regelmatig<br />
met veel anderen de hort op. Vakanties<br />
met vriendinnen of rennen met de Road-<br />
Runners, dat gaat nog steeds door!<br />
‘Extreme’ Kitty met haar ‘Stille Willem’
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 24<br />
Kun je kort aangeven wat WOS inhoudt en op welke manier ook niet-vliegend personeel een<br />
bijdrage kan leveren?<br />
Wings Of Support is een stichting, 9 jaar geleden opgericht door vliegend <strong>KLM</strong> personeel, die<br />
sinds die tijd werkt aan het structureel verbeteren van de toekomstmogelijkheden van kinderen<br />
in landen waar hun kansen slecht zijn. Op bijna alle <strong>KLM</strong>- en Martinair-bestemmingen zijn<br />
er projecten. Ik ben WOS-vrijwilliger geworden, omdat ik heb ervaren dat alle collegae een<br />
ongekende hoeveelheid energie en tijd besteden aan hen, die anders veel minder kansen<br />
zouden hebben. Zelf werk ik op de grond, maar ik ben ervan overtuigd dat wij allen een<br />
nuttige bijdrage kunnen leveren door bijvoorbeeld te helpen met juridische zaken, communicatie<br />
(kwartaal Woswijs) of automatisering (site ondersteuning).<br />
Verder kun je je verdienstelijk maken door het werven van fondsen of het benaderen van<br />
sponsoren, het aanspreken van je netwerk om projecten te ondersteunen, door mee te<br />
helpen klussen in het buitenland tijdens je vakantie, door projecten te bezoeken en zelf te<br />
zien wat er gedaan wordt etcetera, etcetera. Kortom: …. teveel om op te noemen! Mijn<br />
aandeel is het regelen van de kleine vracht en ik doe dit samen met Astrid. Daar ben ik<br />
ongeveer 2 dagen per week mee bezig. Kijk eens op www.wingsofsupport.org en klik door<br />
naar “alle projecten”, … of ga er zelf eens langs! Vraag mij gerust wat je wilt weten, het is<br />
geweldig!<br />
Wat weten maar heel weinig mensen van jou en zou je speciaal voor Estafette willen onthullen?<br />
Dit vind ik de moeilijkste vraag. Ik kan mij ook niet zo goed voorstellen dat iemand dat<br />
interessant zou vinden. Ik geloof eerder dat ik een flapuit ben en dat er weinig dingen zijn die<br />
mensen nog niet van mij weten (voor zover ze dat überhaupt zouden willen weten). Laten ze<br />
het mij maar op de man af vragen, …welkom!<br />
Welke vraag heb je gemist en wil je bij deze alsnog heel graag beantwoorden?<br />
Misschien iets over de toekomst. Ik hoop dat de RRI als club een goede toekomst mag<br />
hebben. Dat de leden ervaren dat het lopen en reizen met elkaar veel gezellige momenten<br />
geeft en ik hoop wij de loopsport nog lang mogen beoefenen. Omdat het mij ondertussen wel<br />
duidelijk is, dat je leven in 1 seconde kan veranderen. Vul zelf de mogelijkheden maar in.<br />
Mensen, geniet van het heden en koester het goede.<br />
Aan wie geef jij het stokje door en wat zou je haar of hem willen vragen?<br />
Ik denk spontaan aan Annie Schrijvers. Iemand die ik al jaren ken en ook als een van de vele<br />
vertrouwde gezichten ervaar. Annie is officieel buitenlid, maar voor mij een <strong>KLM</strong>-ster,<br />
gevoelsmatig is zij er een van de harde RRI-kern. Zij was een van de meest actieve sponsorjagers<br />
voor de WARR, kreeg van alles voor elkaar door een enorme enthousiaste benadering<br />
van radiopresentatoren en was top-creatief.<br />
Ik zou Annie willen vragen welke rol het lopen als sport en de <strong>KLM</strong> RRI hebben gespeeld in<br />
de jaren die achter ons liggen? Hoe is haar loopcarrière ontstaan en wat voor suggesties<br />
heeft zij nog voor de club? Zij en zus Flora trainen al jaren samen en Fred, haar vriend, is<br />
inmiddels ook begonnen. Dus Annie, ….. succes!
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 25<br />
Estafette #9 - januari 2008 - Annie Schrijvers<br />
Kitty Meijburg heeft vorige maand het estafettestokje aangeboden aan Annie Schrijvers die<br />
het in dank aanvaard heeft. Hieronder volgt Annie’s persoonlijke verhaal:<br />
De eerste vraag van Kitty was, hoe mijn loopcarrière is ontstaan. Een carrière wil ik het niet<br />
noemen, maar ik kan wel onderschrijven, dat het lopen bij de <strong>KLM</strong> Roadrunners vanaf 1999<br />
een grote rol in mijn leven speelt. Ik heb mij op latere leeftijd aangesloten bij de <strong>KLM</strong> Roadrunners.<br />
Hierbij moet ik een stukje terug gaan in de tijd. Deze maand krijg ik mijn eerste AOW<br />
en er gaan geruchten dat, als je ouder wordt, je steeds meer terug gaat in de tijd. Dus bij<br />
deze. Flora (mijn zus) en ik lopen samen al meer dan 20 jaar. In het begin was het meer<br />
sociaal hardlopen: meer praten dan lopen. We zijn een keer aangesproken door een man die<br />
ons passeerde en zei: “Dames, ik ben trainer van de voetbal, hardlopen en praten gaan niet<br />
samen”. Maar volgens ons gaat dat juist heel goed.<br />
Annie met haar zus Flora – Warr 2006 Amsterdam<br />
Annie checkt de ‘goodie-bags’ – Hotel Krasnapolsky<br />
Buiten het hardlopen had ik nog een andere hobby, nl. zeilen. Mijn man Jan en ik begonnen<br />
met een klein open zeilbootje. Na een paar jaar zijn wij overgestapt naar een Catamaran. Het<br />
hangen in de trapeze en het bedienen van de fok was mijn werk. We hadden ons<br />
aangesloten bij de CTC, de Catamaran Trimaran Club en hadden vrijwel elk weekend een<br />
wedstrijdje of een gezellige bijeenkomst. We hebben o.a. een wedstrijd gezeild in Curaçao.<br />
De boten werden verscheept en gesponsord door Hapag Lloyd. Met 26 koppels uit Nederland<br />
hebben we daar gezeild, maar ook tegen koppels uit andere landen. We hebben toen een<br />
derde prijs behaald. Een zware race met veel en harde wind, waarbij we vanuit de lucht in de<br />
gaten werden gehouden door het leger voor het eventueel omslaan, te ver afdrijven, of niet<br />
meer terug kunnen komen op eigen kracht. Bij één koppel is dat ook gebeurd.<br />
Ook ging de Catamaran elk jaar achter de auto mee op vakantie naar het voormalig<br />
Joegoslavië. Het is daar prachtig zeilen tussen heel veel eilanden met mooi zeilweer. In 1989<br />
zijn we daar met de Catamaran gaan “eiland-hoppen”. We hebben zo’n 1000 km gezeild.<br />
Omdat we geen motor hadden en alles met zeil moesten varen, kwamen we een keer door te<br />
weinig wind tegen donker bij een klein eiland aan. Het eiland bleek 68 inwoners te hebben en<br />
uiteraard geen hotel. We zijn toen ondergebracht bij de burgemeester, heel warm en gastvrij.<br />
We hebben tot diep in de nacht zitten praten over van alles en nog wat. Op de terugvaart zijn<br />
we weer bij hem langs geweest.<br />
In de enige eethut die er was, waren gasten van verschillende nationaliteiten met grote<br />
zeilboten. Ze begrepen niet, dat wij met de kleine catamaran zo’n trip durfden te maken. Na<br />
het eten met alle zeilers en de plaatselijke bevolking hebben we gezongen onder begeleiding<br />
van mondharmonica, gitaar en accordeon. Elk land moest zijn lied kiezen, waarbij wij, hoe<br />
kan het ook anders, “Tulpen uit Amsterdam” hebben gekozen. De volgende ochtend werden<br />
we uitgezwaaid en werd er door een Duitser vanaf de kant nog eens “super” geroepen. Een<br />
heel bijzondere ervaring.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 26<br />
Bij een wedstrijd in Noordwijk in 1992 ben ik met windkracht 6-7 van boord gegleden, met het<br />
fokketouw om mijn knie en ben ik naast de boot onder water een stuk meegesleurd. Daar heb<br />
ik toch wat angst aan overgehouden. We zijn toen gaan uitkijken naar een andere boot. Na<br />
veel speurwerk hebben we besloten om zelf een boot te gaan bouwen. Het werd een<br />
Trimaran van 9,50 meter lang en 7 meter breed. Het was een ontwerp uit Australië en we<br />
hebben het hele pakket in Australië besteld. In het voorjaar van 1993 is de bouw vanaf de<br />
tekening begonnen. We hadden gelezen dat dezelfde boot, maar dan hoger en breder en in<br />
de fabriek gebouwd, in Amerika gereed lag. Wij hadden wel interesse in deze uitvoering,<br />
omdat deze wel sta-hoogte had. We hadden tot dat moment alleen de drijvers gemaakt en<br />
konden nog overstappen op de grotere versie.<br />
Eind 1993 besloten wij naar Amerika te gaan om de boot te bezichtigen en namen contact op<br />
met de eigenaar. In die periode werd de marathon van Chicago gehouden. Chris en Flora<br />
gingen daar naar toe en wij besloten mee te gaan en dit te combineren. Dit was de eerste<br />
kennismaking met de <strong>KLM</strong> Roadrunners. Flora en ik hebben de 5 km gelopen. Het was een<br />
hele ervaring met al die schreeuwende Amerikanen aan de kant. We werden toegeroepen<br />
met “<strong>KLM</strong>, you can fly”. Het waren leuke en gezellige dagen. Het begon al de eerste avond.<br />
De purser van de vlucht was verbaasd, dat er zoveel <strong>KLM</strong>-ers aan boord waren. Toen er<br />
verteld werd, dat we gingen hardlopen in Chicago, kregen we spontaan bij het uitstappen<br />
flessen wijn mee. De purser vertelde, dat dit de laatste first class vlucht was en de wijn<br />
overgebleven was. De wijn hebben we de eerste avond met z’n allen soldaat gemaakt op de<br />
kamer van Chris en Flora. Zij hadden de grootste kamer. We hebben met een groep uiteraard<br />
ook nog een Jazz-café bezocht en Halloween gevierd. Wij zijn na de wedstrijd doorgegaan<br />
naar Corpus Christi, waar we een afspraak hadden met de eigenaar van de grotere Trimaran.<br />
Hij was speciaal voor ons van San Angelo naar Corpus Christi gevaren, zodat wij de boot<br />
konden bezichtigen.<br />
We hebben toen besloten om de grotere versie van de boot te bouwen en hebben vier jaar<br />
over de bouw gedaan, soms met de hulp van <strong>KLM</strong>-collega’s. Een maand voor de tewaterlating<br />
van de boot is Jan ernstig ziek geworden. Hij is geopereerd met een gunstige uitslag.<br />
De boot is toen twee maanden later in augustus 1997 te water gegaan. We hebben de boot<br />
via de Ringvaart door Amsterdam naar Lelystad gevaren, onze voorlopige thuishaven.<br />
Collega’s van Jan wisten ongeveer hoe laat we langs de hangars van de <strong>KLM</strong> zouden varen.<br />
En ja hoor, voor de ramen van hangar 12 stonden de mannen en er hingen grote posters met<br />
de tekst: “Succes Mi Dushi” (de naam van de boot). Dat was wel heel emotioneel voor hem.<br />
Zoon Phil en schoondochter Carmen tijdens de Warr in Praag (2004) en Amsterdam (2006)<br />
In mei 1998 is de ziekte teruggekomen en we hebben vanaf dat moment zo veel mogelijk tijd<br />
op het water doorgebracht, verschillende keren met collega’s, die geholpen hadden tijdens de<br />
bouw. In september hebben we tijdens de Open Hiswa te water in IJmuiden meegedaan met<br />
een wedstrijd van IJmuiden naar Engeland. Jan wilde weten of de boot inderdaad zeewaardig<br />
was. Met onze zoon Phil (bij de meeste van jullie wel bekend door de WARR in Amerika,<br />
Praag en Amsterdam) hebben we de overtocht gemaakt. We hebben het gered, de boot was<br />
zeewaardig, maar achteraf gezien was het onverantwoord om zo’n tocht te maken met een<br />
zieke man, heel slecht weer en weinig ervaring. Phil heeft teruggevaren ondanks het feit, dat<br />
hij nog maar een paar keer met ons meegevaren had. Hij had wel surfervaring en was wel in<br />
het bezit van een vaarbewijs.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 27<br />
In mei 1999 is Jan overleden. In dat jaar werd de WARR in Vancouver gehouden. Flora en<br />
Chris gingen er heen en vroegen mij om ook mee te gaan. We konden dan meteen onze<br />
familie bezoeken. Er wonen meer nichten en neven van ons in Canada dan in Holland. We<br />
hebben daar weer de 5 km gelopen en ik heb genoten. Ik voelde me geen vreemde eend in<br />
de bijt. Het was net, of ik er al bij hoorde. Dit was het begin van mijn loopjes bij de <strong>KLM</strong> Roadrunners.<br />
Later zijn Flora en ik overgegaan naar de 10 km en hebben twee keer de Dam-tot-<br />
Damloop gelopen. Het lopen heeft me heel goed gedaan en heeft zeker invloed gehad op<br />
mijn verdere sociale leven. Ik kijk dan ook met een goed gevoel terug op alle evenementen,<br />
o.a. de Clubkampioenschappen in Lisse met de gezellige barbecues, Langevelderslag en de<br />
WARR’s.<br />
Heel bijzonder was toch wel onze WARR “Running with Rembrandt”, waarbij ik ook een<br />
steentje heb mogen bijdragen aan de organisatie. Dat heb ik met heel veel plezier gedaan.<br />
Met genoegen kijk ik daar op terug. Nu ga ik twee keer in de week naar fitness en probeer<br />
drie keer in de week hard te lopen. Als Flora niet kan, heb ik een ander loopmaatje, Fred. Hij<br />
is al ruim anderhalf jaar mijn vriend. Ik heb hem kunnen overhalen om ook te gaan hardlopen.<br />
Dat gaat goed, maar wedstrijdjes ziet hij zichzelf nog niet lopen. De vaste kern van de Roadrunners<br />
kennen Fred wel, want hij is mijn trouwe supporter.<br />
Annie heeft haar stokje afgeleverd, ….<br />
Zal Toni het van haar overnemen?<br />
Suggesties voor de club? Die heb ik eigenlijk niet. We hebben een mooie website gekregen<br />
en we doen er alles aan om de leden, die we niet zo vaak zien, aan te sporen om te komen,<br />
als er wedstrijden zijn. Aan wie geef ik het stokje door? Het stokje wil ik doorgeven aan Toni<br />
Samallo. Waarom? Omdat Toni bij bijna alle wedstrijden aanwezig is en ik leuke, gezellige<br />
herinneringen heb aan die wedstrijden, zeker aan alle WARR’s met zijn vele nichtjes. Ik zou<br />
Toni willen vragen of hij naast het hardlopen nog meer hobby’s heeft en of hij ook een<br />
speciale reden heeft gehad om met het hardlopen te beginnen.<br />
Hartelijke groeten,<br />
Annie Schrijvers
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 28<br />
Estafette #10 - februari 2008 - Toni Samallo<br />
Als je zo gepresenteerd wordt door Annie Schrijvers kan je er niet omheen om het stokje van<br />
haar over te nemen. Om de vraag te beantwoorden van Annie of ik naast het hardlopen nog<br />
meer hobby’s heb. Daar kan ik “ja” op zeggen. Allereerst ben ik getrouwd met Gerda en wij<br />
hebben 2 kinderen, Mike en Zaida, van respectievelijk 24 en 18 jaar oud.<br />
Naast het hardlopen heb ik nog meer hobby’s. Muziek maken is er één van. Met vrienden<br />
hebben wij een band die voornamelijk covers speelt. Een cover is een bewerking van een<br />
bestaand lied door een andere artiest dan de oorspronkelijke componist / uitvoerder. Drie<br />
bandleden ken ik al vanaf mijn 5 e jaar. Wij treden niet vaak op en als wij optreden is het alleen<br />
voor vrienden en familie. Zelf speel ik percussie, conga en klein percussie. Wij repeteren op<br />
de woensdagavond. Aangezien ik in wisseldiensten werk kan ik niet altijd komen repeteren.<br />
Dat is ook de reden waarom ik met mijn andere hobby moest stoppen. Ik heb een tijd badminton<br />
gespeeld. Vanwege de wisseldiensten kan ik alleen om de 2 weken komen trainen. Ik ben<br />
toen daarmee gestopt. Af en toe word ik nog uitgenodigd om aan een toernooi deel te nemen.<br />
Daardoor ben ik gaan hardlopen. Je kunt dan zelf bepalen wanneer je gaat trainen. Ik ben<br />
ongeveer in 1995 lid geworden van de <strong>KLM</strong> Roadrunners, hetgeen mij uitstekend bevalt.<br />
De “loopjes” worden altijd kenbaar gemaakt in het <strong>clubblad</strong> of via e-mail. Daardoor ontmoet ik<br />
vaak dezelfde ‘harde kern’ van de <strong>KLM</strong> Roadrunners. Je blijft elkaar uitdagen om de wedstrijd<br />
uit te lopen en, voor zover mogelijk natuurlijk, je tijd te verbeteren. Het liefst combineer ik het<br />
“loopje” met een andere hobby van mij en dat is het reizen. Ik wil graag twee loopjes belichten<br />
waaraan ik heel goede herinneringen heb overgehouden.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 29<br />
In Kenia waar de wedstrijd in het LEWA wildlife park werd gehouden, een omgeving waar de<br />
dieren ook vrij rondlopen. Wanneer je ‘s morgens wakker wordt en je tent uitstapt, zie je<br />
gazelle’s, vogels en brulapen om je heen. ’s Avonds wordt het vroeg donker. Er is geen straat<br />
verlichting, dus geen ”vals licht”, maar de sterrenhemel geeft de mooiste verlichting. Verder is<br />
de organisatie van aankomst tot en met vertrek goed geregeld.<br />
In Nepal “loop” je in de stad en zie je de cultuur van het land. Veel verschillende tempels,<br />
pleinen en andere bezienswaardigheden. De combinatie van ergens lopen en het land<br />
bekijken is voor mij een ideale situatie. Daarom kijk ik alweer uit naar het volgende “loopje” in<br />
het buitenland.<br />
Ik hoop dat ik genoeg over mijzelf en mijn hobby’s heb verteld.<br />
Het stokje wil ik doorgeven aan Raymond des Bouvrie met de volgende twee vragen:<br />
• Waarom heb jij hardlopen als sport gekozen?<br />
• Wat was je mooiste loop?<br />
Toni Samallo
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 30<br />
Estafette #11 - maart 2008 - Raymond des Bouvrie<br />
Wanneer ik de mail “Het <strong>clubblad</strong> is uit” krijg, is het eerste wat ik doe hem uitprinten en even<br />
snel doornemen. Later lees ik alles nog eens rustig door. Ik kwam bij het verhaal van Toni en<br />
het gekke was, dat ik al lezende het gevoel kreeg dat ik wel eens de volgende zou kunnen<br />
zijn die een stukje met het stokje mocht doen. En jawel hoor, onderop zag ik mijn naam met<br />
twee vragen waarbij ik dacht: “daar weet ik wel wat over te vertellen”, waarbij ik aan wil geven<br />
dat ik graag het stokje van Toni overneem.<br />
Voordat ik mijn verhaal start wil ik allereerst even kwijt dat het heel erg goed gaat na mijn<br />
plotselinge ziekenhuisopname begin januari. Ik kan en mag weer alles doen en ben ook weer<br />
rustig met hardlopen begonnen. Ik hoop mijn conditie en het lopen weer snel op te kunnen<br />
bouwen, zodat ik eind april in een rustig tempo de ronde van Noordwijkerhout kan lopen (1/2<br />
marathon). Ik wil hierbij dan ook iedereen bedanken voor alle aandacht, kaartjes en opbeurende<br />
mailtjes.<br />
Om met de eerste vraag, (‘waarom heb je hardlopen als sport gekozen?’), te beginnen:<br />
Een aantal jaren terug was dit helemaal niet mijn “ding”. Wel ben ik altijd actief met sport<br />
bezig geweest. Op jonge leeftijd ben ik begonnen met voetballen. Toen in het mooie dorpje<br />
Loosdrecht, waar ik destijds woonde, een volleybalvereniging werd opgericht heb ik me<br />
daarbij aangemeld en met een paar vrienden was ik één van de eerste leden. Veel trainen,<br />
ontzettende lol met elkaar en al snel speelden we op een heel behoorlijk niveau. Dit heb ik<br />
ongeveer 25 jaar gedaan en heb er altijd heel veel plezier in gehad. Een goede prestatie met<br />
een gezellige groep neerzetten was heerlijk en was tevens een dag- of avondvullend<br />
programma.<br />
Lake Tahoe Relay, etapper nr. 7, voornamelijk “downhill”. Maar nu even niet !!!
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 31<br />
Toen ik bij de <strong>KLM</strong> ging werken, waar ik wisselende diensten ging draaien, bleek een teamsport<br />
niet haalbaar. Wat nu ?! Ik had altijd geroepen “hardlopers zijn doodlopers”. Vooral die<br />
mensen die in hun ééntje een eind gingen hardlopen en dan ook nog als het goot van de<br />
regen of stormde. Het was niets voor mij. Na een poosje ging ik het actief met sport bezig zijn<br />
behoorlijk missen. Een buurman vroeg mij op een mooie zonnige dag een eindje mee te gaan<br />
hardlopen door de duinen en over het strand. En vroeg mijn buurman ? Ja, ik was wel even<br />
lekker actief bezig geweest, maar eerlijk gezegd zag ik de lol er nog steeds niet van in. Ik had<br />
ook niet geleerd hard te lopen. Voordeel was wel dat je kon gaan wanneer je wilde.<br />
Toen ik hoorde van een opstapgroep bij de Spartaan in Lisse, waar je werd geleerd een half<br />
uur achter elkaar hard te lopen, heb ik mij samen met een vriend opgegeven. Langzaam aan<br />
begon ik hardlopen leuk te vinden en ben ik na die ‘13 weken opstapgroep’ lid geworden. Niet<br />
lang daarna werd ik door Frank (Jegers) erop gewezen dat de <strong>KLM</strong> een hardloopvereniging<br />
had. Ik kan mij herinneren dat één van mijn eerste loopjes bij de <strong>KLM</strong> Roadrunners de WARR<br />
in Vancouver was. Ik was helemaal verkocht. Lekker hardlopen, ook nog in het buitenland en<br />
met een groep gezellige mensen.<br />
Wat betreft de tweede vraag van Toni, (‘wat was je mooiste loop?’), vind ik het moeilijk een<br />
keuze te maken uit de vele loopjes in het buitenland waaraan ik inmiddels heb meegedaan.<br />
Er zijn er echter 2 die niet meer uit mijn geheugen te wissen zijn.<br />
De “Magnificent Seven” met op de achtergrond Lake Tahoe.<br />
Allereerst de “Lake Tahoe Relay” in juni 2004. Zeven etappes in een schitterende omgeving<br />
onder perfecte weersomstandigheden. Met Wim, Wam, Erik, Han, Frank, Herman en mijn<br />
persoontje afgereisd naar San Francisco, ‘n 7-persoons ‘van’ gehuurd en via de Golden Gate<br />
Bridge naar South Lake Tahoe gereden. Wim had alles geregeld en een motel uitgezocht in<br />
een straat die de grens vormde tussen de staten Californië en Nevada (de gokstaat). Als je<br />
de straat uitliep en je keek rechts, dan zag je een rustige omgeving. Keek je links, dan was je<br />
beland in een rijk verlichte straat waar je overal kon gokken; een heel vreemde ervaring.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 32<br />
De verwachtingen waren hooggespannen, ….. en werden uiteindelijk ook gerealiseerd !!!<br />
Het parcours van de estafette was de autoweg rond het meer. Gelijk met de relay bleek er<br />
ook een Harley Davidson weekend te zijn, hetgeen betekende dat je tijdens het lopen het<br />
gebrul van de vele Harleys hoorde. Ik kreeg de eer om de zevende en tevens laatste etappe<br />
te lopen en dus te mogen finishen. Het laatste stukje liepen Erik en Herman met mij mee en<br />
probeerden mij aan te sporen. Ik zat er behoorlijk doorheen. Mijn etappe was voornamelijk<br />
downhill, wat aanmerkelijk zwaarder was dan gedacht. Ik ging met pap in de benen door de<br />
finish, maar het gaf een geweldig gevoel.<br />
Wat een chauvinisme ! Met een ‘blauw hart’ wordt het ‘oranje-gevoel’ uitgedragen.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 33<br />
Tijdens het lopen gaat er van alles door je<br />
heen. Langs de route lag namelijk de<br />
Ponderosa Ranch, waar vroeger de<br />
populaire serie Bonanza werd opgenomen.<br />
Hierbij kwam ’n stukje nostalgie naar<br />
boven. Een schitterend weekend en een<br />
grandioze ervaring met een groep mooie<br />
mensen, waarbij het filmpje van Wim heeft<br />
gezorgd voor een mooie en blijvende<br />
herinnering.<br />
Wie kent ze niet? Van links naar rechts:<br />
Adam, Hoss, Ben en Little Joe Cartwright.<br />
De tweede loop is ook ’n heel speciale. Niet gelopen met de <strong>KLM</strong> RR’s, maar met mijn lieve<br />
vrouw Marja en mijn hardloopvrienden van de Spartaan. Ik ben niet iemand die heel grote<br />
afstanden loopt, de halve marathon is normaliter mijn langste afstand. Toch heb ik mijzelf<br />
drie maal zo ver gekregen de ‘dubbele halve’ te lopen. Twee maal in Rotterdam en als laatste<br />
de New York City Marathon in 2005.<br />
Start en finish van een van de meest populaire marathons ter wereld, de New York Marathon.<br />
Dat jaar werd ik 50 en dat was voor mij de reden deze schitterende marathon te doen. Een<br />
fantastische ervaring, lopen door 5 totaal verschillende wijken met hordes mensen aan de<br />
kant, die iedereen aanmoedigen en oppeppen om het maar vol te houden. Je haalt het daar<br />
dan ook niet in je hoofd om te gaan wandelen. Ik zou iedereen, die een keer een marathon wil<br />
lopen, aanraden de New York City Marathon te doen.<br />
Ik hoop nog lang te kunnen genieten van het hardlopen, met name van de tripjes met de<br />
Roadrunners naar het buitenland.<br />
Voor de volgende etappe van deze estafette wil ik het stokje graag overdragen aan Corine<br />
Excel. Ik wil Corine vragen haar ervaring van de afgelopen WARR in Sydney, Australië te<br />
verwoorden.<br />
Raymond des Bouvrie
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 34<br />
Estafette #12 - april 2008 - John Pot<br />
Vorige maand droeg Raymond des Bouvrie het estafettestokje over aan Corinna Exel met het<br />
verzoek haar ervaringen tijdens de WARR 2007 in Sydney met ons te delen. Door omstandigheden,<br />
waarover jullie meer kunnen lezen in het redactionele nawoord, is Corinna momenteel<br />
niet in staat het stokje ter hand te nemen en heeft een uwer redacteuren besloten deze keer<br />
zelf maar eens voor het voetlicht te treden.<br />
1960-1970<br />
Negen maanden en acht dagen na de huwelijksdag van mijn ouders werd ik op 18 januari<br />
1960 geboren. Mijn vader keek in de wieg en trok direct zijn conclusies; enkele weken later<br />
vormden mijn moeder en ik het allereerste éénoudergezin in onze regio. Genoodzaakt door<br />
een minimale alimentatie ging moeders uit werken en groeide ik de eerste tien jaar van mijn<br />
leven voor een belangrijk deel op bij oma en de twee (nog thuiswonende) jongere broers van<br />
mijn moeder. Oma, die een souvenirwinkeltje runde aan het Vuurtorenplein in Noordwijk aan<br />
Zee, nam mij vaak mee en zodoende begaf ik mij regelmatig tussen het ‘langharig werkschuw<br />
tuig’, ook wel nozems en provo’s genoemd, dat zich daar placht te verzamelen. Deze hangjongeren<br />
van het eerste uur verschilden in zoverre van de huidige jeugd dat hun muziekkeuze<br />
m.i. vele malen beter was en hieraan heb ik ongetwijfeld mijn voorkeur voor de late zestiger<br />
jaren muziek overgehouden. Verder was ik vaak te vinden op de buddy-seat van Ome Wiet<br />
(de jongste broer van mijn moeder) die, net als nog drie andere brommerrijders in het dorp,<br />
een Kreidler had die ‘over de honderd liep’. En dat zonder helm! Tot op de dag van vandaag<br />
ben ik erg blij dat mijn moeder geen weet heeft gehad van deze roekloze brommerritjes. En<br />
tot slot kan ik mij herinneren dat deze ‘late sixties’ en ‘early seventies’ voor mij in het teken<br />
stonden van voetbal, voetbal en nog eens (straat)voetbal. Het potje werd pas gestaakt<br />
wanneer je als gevolg van de invallende duisternis de bal echt niet meer kon waarnemen.<br />
De opgevoerde Kreidler van oom Wiet (boven)<br />
en straatvoetbal in de zestiger jaren (rechts).<br />
1970-1980<br />
Ondanks de geringe tijd die na het voetbal resteerde voor het maken van huiswerk, verliepen<br />
zowel de lagere als middelbare schooltijd bijzonder voorspoedig. Geinspireerd door de vele<br />
vliegreisjes die ik samen met mijn moeder naar Spanje maakte, stond mijn keuze omstreeks<br />
‘vier VWO’ wel vast: ik wilde vlieger worden. Het liep echter iets anders. Na drie maal de volledige<br />
vliegerselectie doorlopen te hebben en even zoveel keer gehoord te hebben: “in principe<br />
geschikt, maar er zijn betere kandidaten”, besloot ik een time-out te nemen en vervroegd<br />
in militaire dienst te gaan. Hopelijk bracht deze 1 ½ jaar bedenktijd mij tot andere inzichten<br />
waardoor ik uiteindelijk wel zou weten in welke richting verder te studeren. Eerder had ik al in<br />
een vroeg stadium, tijdens de introductie-week van de Leidse Unviversiteit (El Cid), mijn<br />
studieplaats voor Spaanse Taal- en Letterkunde teruggegeven.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 35<br />
Mijn eerste vliegreis naar Malaga; 22 sept 1968. Bernhardkazerne Amersfoort, 1979<br />
Op grond van mijn vooropleiding (VWO) werd ik automatisch onderofficier en ontdekte ik al<br />
snel hoe moeilijk het is om als net 19 jarige leiding te moeten geven aan een groep eindtwintigers<br />
die er vooraf alles aan gedaan hadden om onder hun dienstplicht uit te komen. Ik<br />
ben ervan overtuigd dat ik destijds de uitvinder ben geweest van het ‘poldermodel’. In plaats<br />
van heel autoritair bevelen te geven, besloot ik vaak zaken ‘in de groep te gooien’. Niet altijd<br />
even efficient, maar het heeft me wel zonder kleurscheuren door mijn diensttijd geholpen.<br />
1980-1985<br />
Tijdens mijn militaire dienstperiode heb ik met succes toelatingsexamen gedaan voor het<br />
Nederlands Wetenschappelijk Instituut voor Toerisme in Breda en om tijdig aan deze studie te<br />
kunnen beginnen zwaaide ik in juli 1980 (twee maanden) vervroegd af. Een leuke en brede<br />
opleiding waarmee ik later niet echt veel gedaan heb, maar waaraan Marina (mijn vrouw) en<br />
ik een groep vrienden overgehouden hebben die ons bijna 30 jaar later nog steeds heel<br />
dierbaar is. Na de opleiding aan het NWIT (na de fusie met de Verkeersacademie Tilburg<br />
veranderde de naam in Nationale Hogeschool voor Toerisme en Verkeer) volgde een aantal<br />
korte dienstverbanden bij diverse reisorganisaties, maar al snel bleek dat je hier (tenzij in<br />
hogere functies) door marginale winsten het zout in de pap niet kon verdienen.<br />
Augustus 1980, introductieweek NWIT te Breda.<br />
Maar in 1985 besloot ik, gelokt door het grote geld, de reiswereld te verlaten en mijn geluk te<br />
beproeven als verzekeringsadviseur. De opleiding (4 maanden intern met 10 andere gelukszoekers)<br />
was één groot feest, de examens een makkie (mijn resultaten waren de hoogste<br />
sinds de oprichting van het opleidingscentrum, een absoluut record!) en het geld was meer<br />
dan prima (het dubbele van hetgeen ik op het reisbureau verdiende).
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 36<br />
Maar toen volgde de keiharde praktijk van het dagelijks de boer op gaan om verzekeringen<br />
aan de man te brengen en bleek ik toch niet over voldoende commerciele bloedlichaampjes<br />
te beschikken. Het viel me steeds zwaarder om wekelijks het vereiste aantal ‘posten te<br />
sluiten’ en na zeven weken praktijk namen Victoria Vesta (thans RVS genaamd) en ondergetekende<br />
alweer afscheid van elkaar. Hoewel het verloop in deze branche bijzonder groot is,<br />
was dit het tweede record dat ik in korte tijd op mijn naam wist te schrijven.<br />
1986-1996<br />
Omdat Marina van 1980 tot 1985 op de reserveringsafdeling (thans servicedesk) van de <strong>KLM</strong><br />
(AMS/RN) had gewerkt en ik op diverse open dagen en bij afdelingsfeestjes van de partij was<br />
geweest, beschikte ik al over een aantal ingangen bij de <strong>KLM</strong>. Hiervan heb ik dankbaar<br />
gebruik gemaakt toen ik merkte dat het bij bovengenoemde verzekeringsmaatschappij niet<br />
echt lekker liep. Op 31 december 1985 nam ik ontslag bij Victoria Vesta en op 1 februari 1986<br />
trad ik in dienst bij Telefonische Reserveringen. Een ideale afdeling voor snelle doorstromers<br />
(als gevolg van de meest uiteenlopende vragen leer je in korte tijd de organisatie van de <strong>KLM</strong><br />
kennen) en huwbare mannen (het merendeel van de collega’s is vrouw en het kleine percentage<br />
mannen dat er werkt is doorgaans niet geïnteresseerd in de andere sexe).<br />
In 1988 verruilde ik het callcenter (klantinformatie) voor de operationsroom (crewbriefing).<br />
Aangezien Marina en ik elkaar op dat moment al ruim 10 jaar kenden, reken ik mijzelf eerder<br />
tot de eerste dan tot de tweede categorie. De eerste doorstroming volgde na 2 ½ jaar. Toen ik<br />
aan de supervisor van de afdeling Tarieven (een onderdeel van AMS/RN) kenbaar maakte<br />
cijfermatig ingesteld te zijn, maakte hij me attent op het bestaan van de afdeling Operations<br />
(SPL/KK). Een interne sollicitatie volgde en op 22 augustus 1988 startte ik met de 10 weekse<br />
opleiding in het inmiddels afgebroken gebouw 205 op Schiphol Oost. Na een ‘training on the<br />
job’ van enkele maanden werd ik Assistent Vluchtvoorbereider (AVV-er) en verantwoordelijk<br />
voor de Loading Instruction Reports (LIR’s) en Weight and Balance van de kleine vloot en<br />
maakte ik onder supervisie van een Operations Officer (OO-er) de vluchtplannen en de bijbehorende<br />
brandstofberekeningen die ik vervolgens tijdens de crew-briefing aan de balie<br />
probeerde te ‘verkopen’.<br />
1997-2008<br />
Na ruim 2 jaar AVV-er en 6 jaar OO-er (verantwoordelijk voor alle vluchtplannen en Weight<br />
and Balance van de ICA-vloot) te zijn geweest, werd ik in 1997 supervisor van de afdeling<br />
ATM (Air Traffic Management). Ten tijde van de HIT (Hub in Transfer) was de afdeling<br />
Operations (SPL/KK) inmiddels opgesplitst in Loadcontrol (SPL/KK) dat achterbleef op het<br />
station (Schiphol Centrum) en Air Traffic Management (SPL/OV) dat verhuisde naar Schiphol<br />
Oost (gebouw 70-II). De eerste twee jaren als supervisor waren erg leuk, maar daarna namen<br />
vergaderingen, projecten, functionerings- en beoordelingsgesprekken zoveel tijd in beslag dat<br />
ik al snel terug verlangde naar ‘de operatie’. Een kans om daarnaar terug te keren deed zich<br />
voor in begin 2000 toen er een vacature was voor de functie van Operations Controller.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 37<br />
Operations Control Center (Schiphol Oost) met daarin het Front Office (netwerkbesturing).<br />
Samen met Erik Verschuren en een derde collega van dezelfde afdeling (waarvan de naam<br />
inmiddels gewijzigd was in Flight Dispatch en de code in OCC/OV) werd ik geselecteerd uit<br />
een groep van 42 sollicitanten. Op een zondagavond in mei 2000 verzorgde Erik (die iets<br />
later verhuisde) mijn afscheidsspeech en –geschenk (een jaarabonnement op Runner’s<br />
World en een bijbehorende hartslagmeter) en maandagochtend meldde ik mij in de vroege<br />
dienst op mijn nieuwe afdeling, onder hetzelfde dak van het Operations Control Center en<br />
exact één stoel verwijderd van mijn oude werkplek. Sindsdien is het OCC (gebouw 201) onze<br />
werkplek, het complete netwerk (lees <strong>KLM</strong>-vloot) ons aandachtsgebied en de punctualiteit en<br />
de passagiersstromen onze verantwoordelijkheid.<br />
Hobbies<br />
Na jullie voldoende vermoeid te hebben met mijn ‘maatschappelijke’ gebazel volgt nu een kort<br />
verslag van m’n hobbies en andere bezigheden. Na 25 jaar op een redelijk niveau gevoetbald<br />
te hebben, besloot ik (mede als gevolg van toenemende knieklachten) me meer te gaan concentreren<br />
op het rechtdoor lopen. Tijdens een van mijn trainingsloopjes ontmoette ik in 1998<br />
bij toeval Leny van der Plas, trainster bij Atletiekvereniging Rijnsoever, die me uitnodigde voor<br />
een proeftraining, waaraan ik direct de week erop gevolg heb gegeven. Vervolgens heb ik<br />
ruim 8 jaar bij deze vereniging getraind.<br />
Op 1 januari 2007 nam onze jongste dochter Marieke dit stokje van mij over. Zij heeft veel<br />
meer looptalent dan haar vader; haar PR op de 5 km staat veel scherper dan dat van mij en<br />
het kan nooit lang duren voordat zij ook mijn records verbreekt op de wat langere afstanden<br />
die zij (gezien haar leeftijd van 16 jaar) nog niet eerder gelopen heeft. Hoewel ik vroeger geen<br />
echte speelvader was, loop ik nu graag met Marieke een wedstrijdje in de omgeving en sinds<br />
kort ben ik ook langs de lijn te vinden van het voetbalveld, omdat zij speelt in het meisjesteam<br />
van de voetbalvereniging waar ikzelf in 1970 mijn voetbalcarriere begon.<br />
Marathon 365, 15 juli 2007<br />
(met Richard Bottram en Marieke)<br />
Met dochter Laura bij de Grand Canyon (2006)
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 38<br />
Korte tripjes: met Marina in Parijs (1985) en op een bruiloft in Hershey, USA (2007)<br />
Vakanties en korte trips<br />
Onze oudste dochter Laura (19 jaar) en ik hebben geen gemeenschappelijk hobby, maar ik<br />
kan met heel veel genoegen terugdenken aan de rondreis door Californië die ik samen met<br />
haar (als beloning voor het behalen van haar VWO-diploma) heb gemaakt. Marina loopt ook<br />
af en toe wat wedstrijdjes (zij traint bij de Noordwijkerhoutse Strandlopers), maar het gebeurt<br />
hoogst zelden dat wij samen lopen. Samen met Marina heb ik een aantal jaren achtereen de<br />
WK schaatsen Allround bezocht, een geweldig evenement met een enorm sportief publiek.<br />
Men moedigt elkaars favorieten aan en dat de verschillende nationaliteiten door elkaar in één<br />
vak staan is eerder regel dan uitzondering; probeer dat maar eens bij een voetbal-interland!<br />
Ook het maken van andere korte trips behoort tot onze favoriete bezigheden.<br />
De muziek<br />
Tot slot nog een laatste vermeldenswaardige hobby, de muziek. Naast luisteren naar 60-er en<br />
70-er jaren muziek, mag ik zo nu en dan ook graag wat ‘jammen’ met een aantal vrienden.<br />
Een paar keer per jaar komen we bij elkaar met onze gitaren en keyboard om onder het genot<br />
van wat alcoholica (erg belangrijk) onze idolen te imiteren. Voor buitenstaanders absoluut<br />
geen ‘must’ om getuige te zijn van deze sessies, want mijn muzikale talenten zijn zo mogelijk<br />
nog minder vertegenwoordigd dan mijn looptalenten en dat zegt meer dan voldoende. Voordeel<br />
is wel dat je jezelf tot op hoge leeftijd nog kan verbeteren; daar houden we ons dan maar<br />
aan vast!<br />
Jongensdroom: Lekker “jammen” met vrienden en later ooit eens “on tour” met je idolen.<br />
Wie de estafetteloper van de maand mei wordt, lezen jullie in het volgende <strong>clubblad</strong>!<br />
John Pot
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 39<br />
Estafette #13 - mei 2008 - Jan Zuidhoek<br />
Het kan dus wel<br />
Deze koptekst heeft voor dit stukje meerdere betekenissen en leek mij wel mooi om mee te<br />
openen. Wat de eerste betekenis betreft: mij is gevraagd om een stukje te schrijven voor ons<br />
<strong>clubblad</strong>, omdat ik enkele maanden geleden had aangegeven dat ik iedere keer dezelfde<br />
namen en gezichten terugzag in het <strong>clubblad</strong> ondanks het feit dat meerdere leden ook andere<br />
wedstrijden lopen. Vaak zijn dit loopjes die niet in ons overzicht zijn aangekondigd en dus ook<br />
niet meetellen voor de resultaten. Ik zie heel veel uitnodigingen voor wedstrijden via de mail<br />
binnenstromen en ook nog in zeer mooie landen. Ik vind het dan ook altijd jammer dat mijn<br />
budget het niet altijd toelaat om met jullie mee te gaan.<br />
Als ik ga wil ik graag mijn vrouw en kinderen meenemen en dat is niet altijd even makkelijk.<br />
Natuurlijk kan ik wel IPB-en maar ik mag dit maar één keer per jaar. Ik werk namelijk bij de<br />
<strong>KLM</strong> Catering Service en dat is een dochteronderneming van de <strong>KLM</strong>. Ik ben sinds mei 1993<br />
werkzaam bij de <strong>KLM</strong> en ben suppletieganger. Met andere woorden: Ik ben <strong>KLM</strong>-er met<br />
“beperkingen”, maar wel een 100% collega in hart en ziel. Vandaar dat ik maar even rustig<br />
afwacht op de tijd waarin het wel mogelijk is. Ik lees jullie ervaringen en reisverslagen dan<br />
ook geregeld. Verder is er ook een andere reden en die luidt dat ik nog maar twee jaar aan<br />
het hardlopen ben en nog niet de tijden neer kan zetten die de meeste van de leden lopen. Ik<br />
ben gewoon een beginneling die om een speciale reden is begonnen met hardlopen.<br />
Hiermee sluit ik aan op de tweede betekenis van de koptekst. Zo’n drie jaar geleden is bij mijn<br />
vrouw COPD ontdekt. Dit is een chronische aandoening van de longen die niet meer te<br />
genezen is. Mijn vrouw rookte drie jaar geleden nog en is toen acuut gestopt. Uit<br />
onderzoeken is gebleken dat het roken niet de enige reden is geweest van haar ziekte maar<br />
ook dat zij de Alpha 1 versie heeft. Dit wordt overgedragen van ouders op kinderen. Hierop<br />
zijn ook mijn eigen kinderen onderzocht. Helaas zijn ook zij dragers van het Alpha 1, maar dit<br />
betekent niet automatisch dat dit zich uit in COPD (zolang ze maar niet gaan roken). Bij<br />
elkaar waren dit voor mij meer dan genoeg redenen om het roken in 2006 direct overboord te<br />
zetten.<br />
Om mij door die nare periode heen te helpen ben ik gaan hardlopen met ondersteuning van<br />
mijn zwager. Dankzij hem heb ik weten vol te houden en het hardlopen verder weten uit te<br />
breiden. Mijn eerste wedstrijd die ik gelopen heb was de Dam tot Dam loop in 2006. Mijn<br />
zwager heeft altijd de hoop gehad en gezegd ooit de marathon van New York te willen lopen.<br />
Aangezien hij mij in die periode enorm heeft geholpen en gesteund, heb ik hem beloofd om<br />
met hem mee te gaan en samen te trainen voor deze enorme uitdaging. Het mag duidelijk zijn<br />
dat ik hiermee bij de derde betekenis ben gekomen. Het jaar 2007 was een jaar van training,<br />
veel pijn, veel onderzoeken en uiteraard veel sparen.<br />
Nog voordat ik mijn eerste wedstrijd had gelopen was ik al bij een voetspecialist geweest,<br />
omdat ik tijdens het lopen last had van bloedende tenen. Ik bleek dus klauwtenen te hebben<br />
en had daar nog nooit van gehoord; ik had het idee dat ik kraaiepoten had. Gelukkig was met<br />
behulp van de juiste steunzooltjes het probleem snel verholpen. Door het trainen worden ook<br />
veel kilometertjes gemaakt en was het weer eens tijd voor nieuwe schoenen. Gelukkig<br />
woonde er bij mij in de straat iemand die werkte in een (zeer bekende) sportwinkel en mij wel<br />
de juiste schoenen aan zou kunnen meten. Zo gezegd zo gedaan. Een paar mooie, nieuwe,<br />
dure schoenen want ja, je loopt maar eens voor de eerste keer een marathon. Niet wetende<br />
dat ik vijf weken later het ziekenhuis in zou gaan voor een MRI scan.<br />
Tijdens het lopen kreeg ik telkens enorme last van mijn voeten, beenvliesontstekingen enz.<br />
Even langs de huisarts en direct naar het ziekenhuis via een sportarts. In die tussenliggende<br />
periode heb ik nog wel rustig gelopen op mijn oude schoenen. Wat mij opviel was dat de<br />
klachten geleidelijk minder werden en nog voordat ik de uitslag te horen kreeg zo goed als<br />
verdwenen waren. Gelukkig heeft men ook op de scan niets kunnen vinden, want anders had<br />
ik de marathon wel gedag kunnen zeggen. Zo kwamen we er achter dat mijn schoenen niet<br />
klopten en dat het aangemeten ½ maatje kleiner de oorzaak is geweest van de klachten.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 40<br />
Ook mijn zwager had inmiddels last van zijn onderrug gekregen en had telkens last van hete<br />
voeten. Ook hij liep hierdoor niet prettig en heeft hiervoor ook heel veel onderzoeken gehad.<br />
We besloten om nog maar een keer nieuwe schoenen aan te laten meten maar wel op de<br />
juiste manier. Hiervoor zijn we speciaal naar Dodewaard gereden naar de PK runnershop. Dit<br />
was echt geweldig! We kregen daar de volledige aandacht en iemand was ook echt de hele<br />
tijd alleen met jou bezig. Net zolang totdat de juiste schoen gevonden was. Het maakte niet<br />
uit hoelang het duurde. Met iedere schoen gaat men de loopbaan op en daarvan wordt een<br />
film gemaakt. Al die tijd heb ik gelopen op Asics maar die bleken voor mij niet geschikt te zijn.<br />
Nu loop ik op Saucony’s. Dit is voor mij echt een wereld van verschil. Eerst heb ik de kortere<br />
afstanden op de nieuwe schoenen gelopen, maar al snel was de omschakeling naar de<br />
langere afstanden gemaakt. Vanaf die tijd heb ik nergens meer last van. In ieder geval geen<br />
pijn meer in de benen en dus volop trainen naar een top van 35 km. Drie keer trainen in de<br />
week en eens in de drie weken (in mijn vrije weekend) ga ik voor een lange afstand die ik heb<br />
opgebouwd tot 35 km. Dit schema wordt 2 weken voor de marathon afgesloten. De training is<br />
gebaseerd op een vast tempo van 9 km p/u met voeding en drinken om de 10 km.<br />
Mijn zwager en ik hebben ons voor de New York Marathon aangemeld via ATP (Schiphol<br />
Oost) waarbij alles bij de prijs was inbegrepen. We kregen drie schitterende trainingen van<br />
Marti ten Kate op Papendal. Een zeer mooie omgeving en alles was keurig verzorgd. Hierop<br />
was niets aan te merken. Ter afsluiting werd een halve marathon gelopen in Haarlem. De<br />
voormalige Trosloop die nu, als ik goed ben geinformeerd, de Achmealoop heet. Hier heb ik<br />
een zeer leuke tijd neergezet van 2 uur en 11 minuten waardoor de hoop om de marathon te<br />
lopen in 4 uur en 42 minuten voor mij echt een streven ging worden.<br />
Eerst moest er nog worden verhuisd. Aangezien wij niet konden inschatten hoe de toekomst<br />
er voor mijn vrouw in medisch opzicht uit zou komen te zien, leek het ons verstandig op zoek<br />
te gaan naar een huis waarin alle voorzieningen, inclusief de sanitaire, goed bereikbaar<br />
waren zonder eerst een trap op of af te hoeven lopen. Tijdens het opknappen, verhuizen enz.<br />
moest er ook nog eens getraind en gewerkt worden. Dit was uiteraard wel goed voor de<br />
kilootjes die ik niet meer hoefde mee te tillen.<br />
Eindelijk was het zo ver. Na een emotioneel afscheid van mijn vrouw en kinderen zijn mijn<br />
zwager en ik richting Schiphol gegaan. Een loopmaatje van mijn zwager die werkt voor<br />
Championchip in Lisse, had ons gevraagd of wij twee GPS stations wilden meenemen en<br />
tijdens de loop wilden dragen. Dit was een test voor Championchip met de bedoeling dat de<br />
achterblijvers thuis ons via de computer live zouden kunnen volgen via de satelliet. Nou dit<br />
leek ons wel wat en we kregen de apparaatjes mee met alle inlogcodes enz. Thuis was het<br />
programma op het laatste moment nog geïnstalleerd en klaar voor gebruik. De codes heb ik<br />
ook naar collega’s gestuurd, zodat zij alles goed zouden kunnen volgen.<br />
De reis verliep goed en ook op het hotel was niets aan te merken. Het eten was prima. Waar<br />
wij een week van eten, gaat er daar in één maaltijd doorheen. Er ligt gewoon een tompouce<br />
van 40 bij 60 cm en 30 cm hoog. Een puntje gebak is daar zeven lagen dik en dus ruim 40 cm<br />
lang. Dit krijg je keurig op een bord(je). Voor de marathon hebben we eerst nog even de<br />
vriendschappelijk loop van 5 km gedaan. Alleen jammer dat we vanuit ATP te laat die kant<br />
werden uitgestuurd en de opening hiervan hebben moeten missen. We konden nog net na<br />
het startschot aansluiten bij de rest van de ATP groep (van andere hotels).
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 41<br />
De loop zelf was geweldig leuk en we hebben veel lol beleefd met elkaar. Alle nationaliteiten<br />
waren verkleed en ik wist niet dat er zoveel Nederlanders naar de marathon zouden gaan.<br />
Het leek wel een voetbalwedstrijd van Oranje. Na de loop nog even richting Central Park. Ik<br />
moest weten waar we straks uit zouden moeten (kunnen) komen als alles goed zou gaan.<br />
Zoals je kunt zien was men druk doende de Finish op te bouwen.<br />
De dag van de marathon was inmiddels aangebroken. Met een bus werden we allemaal naar<br />
het verzamelpunt gebracht dat was onderverdeeld in drie kleuren. We wisten dat we nog lang<br />
moesten wachten en hadden ons hiervoor goed aangekleed. Een minuut of tien voor de start<br />
begon onze GPS zender te piepen en moesten we deze activeren. Helaas was dit bij mijn<br />
zwager niet goed gegaan waardoor de GPS vastliep. Gelukkig deed mijn ontvanger het nog<br />
wel, zodat ze thuis nog wel konden zien dat we gestart waren. In de verte hoorden we harde<br />
kanonschoten en wisten we dat het nu toch echt moest gaan gebeuren. Langzaam liepen we<br />
naar het startpunt toe.<br />
Daar gingen we dan, piepend de mat over en we waren gestart. Onder ons vlogen er heli’s<br />
onder de brug door en vervolgens weer bovenlangs om te filmen. Wat een geweldig gezicht!<br />
Na 2 ½ km was er al een eerste drinkpost, dit hadden we nog niet verwacht maar we namen<br />
toch wat te drinken. Bleek dus dat er om de 3 km een drinkpost aanwezig was. Waarom we<br />
telkens gingen drinken weet ik niet, maar op een gegeven moment was het voor mij genoeg<br />
en besloot ik door te lopen en me te houden aan ons trainingsprogramma.<br />
Je moet me niet vragen naar namen van de bruggen want die zijn me allemaal ontschoten,<br />
maar er was een brug (zo rond de 20km) die een echte “killer” was. Met kortere passen wist<br />
ik deze brug goed te lopen waarna bij een stijle afdaling de spieren weer even wat rust<br />
kregen. Ook tijdens de afdaling heb ik hetzelfde tempo aangehouden. Op de 27 km begon ik<br />
wat last van mijn knie te krijgen omdat we bij de drankposten telkens weer moesten<br />
opstarten. Daarom besloot ik om door te lopen en niet meer te stoppen.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 42<br />
Op de 32 km met up’s en down’s voelde ik me weer goed en had voldoende kracht om door<br />
te gaan. Op de 36 km (auw) een pijnschuit achter in mijn bovenbeen. Enorme kramp en ik<br />
kon echt niet verder lopen. Shit, dat was even flink balen en ik moest gaan rekken en<br />
strekken. Mijn tijd was goed en tot dusverre volgens mijn planning, maar ik zag deze nu<br />
langzaam in duigen vallen. Tijd was niet meer belangrijk maar alleen de hoop om nog verder<br />
te kunnen lopen. Eindelijk na negen minuten kon ik weer wandelen en langzaam mijn tempo<br />
gaan verhogen. Het duurde een poosje voordat ik weer redelijk op mijn tempo zat, maar ik<br />
voelde wel dat de kramp de hele tijd sluimerend aanwezig was alsof hij ieder moment weer<br />
zou kunnen toeslaan.<br />
Eindelijk het grote TV scherm en wetende dat ik nog ongeveer 800 meter moest lopen met<br />
een allerlaatste klim. Ik zie in de verte de blauwe vlakken van de finish langzaam dichterbij<br />
komen. Het moment is daar!! Het moment waarvoor we maanden hadden getraind en<br />
gespaard. Waarvoor we pijn en zorgen hadden ervaren en gedeeld. De laatste stap over de<br />
mat met het daarbij behorende signaal. Met de handen omhoog valt er een enorme last van<br />
je af. Je ziet van alles om je heen gebeuren. Mensen zakken in elkaar en sommige staan<br />
over te geven, andere vallen elkaar huilend in de armen enz. Op dat moment voel je je even<br />
alleen op de wereld want er is dan even niemand die je kent en die je troost of complimenteert.<br />
En dan het moment waarop je mobiele telefoon overgaat en je gezinnetje kilometers verderop<br />
je feliciteert. Ja, ….. dan is het niet meer te stoppen en komen de tranen van alle kanten. Een<br />
enorme emotionele ontlading van enkele tientallen seconden. Ze vertellen je hoe ze hebben<br />
meegeleefd via de computer en alles nauwkeurig hebben kunnen volgen. Het moment waarop<br />
ik kramp kreeg was ook voor hun een moment waarop ze dachten dat ik gestopt was. Ook<br />
voor hun was het enorm spannend en een geweldige ervaring. Ik had nooit verwacht dat een<br />
roker binnen 1 ½ jaar de marathon van New York zou lopen in een tijd van 4 uur, 52 minuten<br />
en 32 seconden.<br />
Met sportieve groet,<br />
Jan Zuidhoek
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 43<br />
Estafette #14 - juni / juli 2008 - Corinna Exel<br />
In maart kreeg ik het estafettestokje aangereikt van Raymond des Bouvrie. Door onze verhuizing<br />
en de bevalling van onze dochter (zoals jullie hebben kunnen lezen in het <strong>clubblad</strong><br />
van april) heeft het even geduurd voordat ik het stokje daadwerkelijk kon overnemen.<br />
Ondertussen ben ik al weer redelijk bijgekomen van de bevalling en met onze dochter Yara<br />
gaat het goed. Ook ben ik alweer heel voorzichtig begonnen met hardlopen, al is dat nu nog<br />
niet noemenswaardig. Bij deze wil ik ook meteen van de gelegenheid gebruik maken om de<br />
mensen die een kaartje hebben gestuurd voor de geboorte van Yara, te bedanken. Erg leuk<br />
en attent!<br />
De vraag van Raymond, bij het overdragen van het stokje, was om iets te vertellen over mijn<br />
ervaringen tijdens de WARR 2007 in Sydney. Het is inmiddels alweer een tijd geleden en de<br />
volgende WARR zit er alweer bijna aan te komen, maar ik wil daar natuurlijk best nog iets<br />
over vertellen. Het was immers een fantastische ervaring.<br />
Wij (mijn vriend Frans ging ook mee) vertrokken ruim een week voor de WARR. De vluchten<br />
zaten erg vol en we kwamen op de klapbanken mee naar Singapore. Drie maanden zwanger<br />
en daardoor meer vermoeid, niet de meest comfortabele manier van reizen, maar we waren<br />
al blij dat we mee konden. De dagen erna zagen de vluchten er namelijk nog slechter uit. Na<br />
een tussenstop van vier uur in Singapore zijn wij geboekt met de Tiger Airways naar Darwin<br />
gevlogen, om vervolgens weer IPB-end verder te vliegen met de Qantas naar Sydney.<br />
Een lange reis, maar uiteindelijk toch redelijk vlot en zonder problemen in Sydney aangekomen,<br />
ruim voordat de WARR begon. We konden dus op ons gemak bijkomen van de reis,<br />
wennen aan het tijdsverschil en wat trainingsloopjes doen voor de wedstrijd.<br />
Met een huurauto zijn wij eerst naar de Hunter Valley en de Blue Mountains geweest, om vervolgens<br />
weer terug te keren naar Sydney. Bij aankomst donderdags in het hotel bleken er al<br />
wat <strong>KLM</strong>-ers te zijn en de rest zou de komende dagen volgen. De dag erna (vrijdag) liepen<br />
we ’s morgens naar het Headquarters hotel om ons in te schrijven. Het was er al heel druk<br />
met andere Warriors. Er stonden rijen voor de inschrijfbalie. We kwamen al snel andere <strong>KLM</strong><br />
collega’s tegen. Natuurlijk even horen hoe hun reis verlopen was en daarna met zijn allen<br />
wezen lunchen in Darling Harbour.<br />
Na de inschrijving even bijpraten onder de skyline van Sydney.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 44<br />
Omdat we naast het drukke WARR programma ook nog wat van de stad wilden zien (het was<br />
voor ons de eerste keer in Sydney) splitsten onze wegen zich ’s middags om ’s avonds weer<br />
met zijn allen naar de Meet & Greet party te gaan. Deze vond plaats op meerdere locaties,<br />
waarbij ook ander publiek toegang had, wat dus niet echt een saamhorig WARR gevoel gaf.<br />
Wat dat betreft deden wij het vorig jaar in Amsterdam toch beter! Wij waren als <strong>KLM</strong>-ers in de<br />
Wallabies Bar, maar veel andere Warriors zijn we daar niet tegengekomen. Het werd dus<br />
meer een <strong>KLM</strong> Meet & Greet, maar zeker wel gezellig.<br />
Meet & Greet party in de Wallabies Bar.<br />
De volgende ochtend (zaterdag) was de gezamenlijke <strong>KLM</strong> training. Degene die overnachtten<br />
in het Mercure hotel verzamelden in de lounge en liepen naar het Tumbalong Park, waar we<br />
de training startten en het parcours van de WARR race liepen. Die route liep langs de haven<br />
in Darling Harbour. Bijna alle <strong>KLM</strong>-ers die er waren, liepen mee met deze training en dat gaf<br />
een goed groepsgevoel. Het was erg warm in Sydney, wat het lopen tamelijk zwaar maakte.<br />
Dat beloofde wat voor de dag erna!<br />
’s Middags hadden we nog even de tijd om wat van de stad te zien, alvorens naar de T-shirt<br />
swap party te gaan. Verzamelpunt van de <strong>KLM</strong>-ers was het Novotel, waar de voorbespreking<br />
voor de race-dag plaatsvond en een groepsfoto werd gemaakt. Wij waren helaas te laat terug<br />
uit de stad maar konden nog net aansluiten om gezamenlijk naar het Maritiem museum te<br />
lopen, waar de T-shirt swap party plaatsvond. Het was er ontzettend druk, want dit is en blijft<br />
voor veel Warriors toch een van de mooiste onderdelen van de WARR. Samen met het shirt<br />
van Continental, was ook ons <strong>KLM</strong> shirt erg populair en een gewild item om te ruilen, naast<br />
de (soms al gedragen) <strong>KLM</strong> sokken!
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 45<br />
T-shirt swap party Martime Museum.<br />
Die avond probeerden we op tijd naar bed te gaan, want de volgende ochtend zou de Race<br />
zijn. Niet alleen omdat die al heel vroeg begon, maar ook omdat de zomertijd inging en het<br />
dus eigenlijk nog een uur vroeger was. De 10 km begon om 6.00 uur en de 5 km om 7.30 uur.<br />
Frans liep de 10 km in een redelijke tijd (voor een beginner). Zelf liep ik de 5 km want wegens<br />
mijn zwangerschap wilde ik het niet al te zwaar maken. Maar zwaar werd het toch wel, want<br />
het was ondertussen aardig warm geworden (vooral het stuk in de volle zon de Pyrmont brug<br />
op) en ik kwam dan ook uiterst vermoeid aan bij de finish.<br />
Gezonde spanning voor de start van de 10 km.<br />
’s Avonds was het Award Dinner Gala waar de prijsuitreiking plaatsvond en gegeten en<br />
gedanst werd. Doordat de tijdsregistratie het bij de 5 km begaf, was het met de uitslagen een<br />
puinhoop en klopte er niet veel van. Gelukkig werd dit naderhand nog hersteld en bleek ik in<br />
mijn leeftijdscategorie toch nog 3e te zijn geworden (nog niet zo slecht gezien mijn toestand).<br />
Andere <strong>KLM</strong>-ers deden het ook goed en vielen eveneens in de prijzen. In totaal sleepten wij<br />
zo’n 10 prijzen in de wacht!
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 46<br />
Toen het feest ten einde liep, namen we afscheid van onze <strong>KLM</strong>-collega’s. Ieder ging zijn<br />
eigen weg. Sommige keerden de volgende dag terug huiswaarts. Anderen, zoals wij, zetten<br />
hun vakantie nog even voort. In ons geval naar het zuiden naar Canberra, Melbourne en de<br />
Great Ocean Road.<br />
Het Award Gala Dinner.<br />
Het was een geslaagd evenement, mede door de gezellige groep <strong>KLM</strong>-ers!<br />
Nogmaals hartelijk bedankt Kitty, Willem, Frank (en familie), Raymond, Marja, Sandra, Joan<br />
(en echtgenoot), Jolanda, Peter, John, Frank, Jan, Dennis, Martin, Sjaak, Timo, Wim, Paul,<br />
Toni (en echtgenote), Ben, Edith, Jolanda voor de leuke tijd!<br />
Het estafette-stokje wil ik bij deze graag overdragen aan Flora Visscher. Aan haar de vraag<br />
hoe ze zich voorbereidt op de Dam-tot-Damloop?<br />
Hartelijke groeten en hopelijk snel tot ziens bij een van de komende loopjes,<br />
Corinna Exel
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 47<br />
Estafette #15 - augustus / september 2008 - Flora Visscher<br />
Dank je wel Corinna voor het doorgeven van het estafettestokje. Aan mij de beurt om iets<br />
over mezelf te schrijven en gehoor te geven aan de vraag van Corinna: “hoe bereid je je voor<br />
op de Dam tot Damloop”.<br />
Even voorstellen voor diegenen die mij nog niet kennen, ik ben Flora Visscher, echtgenote<br />
van Chris, werkzaam bij de Technische Dienst. Ik ben dus een zogenaamd buitenlid, maar<br />
niet minder betrokken! Ik loop al vele jaren mee en ben ook vaak van de partij bij vele leuke<br />
loopjes in binnen- en buitenland.<br />
Een kort persoonsbeeld: ik ben 57 jaar, moeder van Ellen (31 jaar) en Ronald (28 jaar) en ik<br />
ben parttime secretaresse bij een adviesbureau in Amsterdam. Ik ben een boekenwurm, lees<br />
met name thrillers, ga graag naar het theater en de bioscoop en lekker uit eten met een goed<br />
glas wijn behoort ook tot mijn favorieten. En reizen natuurlijk, gekoppeld aan een leuke loop<br />
of een wandelvakantie samen met Chris. We zijn een aantal jaren geleden met wandelen<br />
begonnen in Pieterburen, het Pieterpad en willen uiteindelijk via de GR5 in Nice aankomen.<br />
De laatste etappes hebben we in de Vogezen gewandeld, dus we hebben nog wat km’s te<br />
gaan. Vanwege een hardnekkige blessure van Chris ligt het wandelen helaas al twee jaar stil,<br />
maar het wordt zeker vervolgd.<br />
Hoe begon het hardlopen? Begin jaren 80 begon Chris met hardlopen nadat zijn racefiets<br />
was gestolen. Al snel kwamen de eerste wedstrijden voor hem en ik was er vaak bij als<br />
supporter. Zo ook in Honolulu, december 1990, waar Chris en mede roadrunner Gerrit<br />
Dubbelaar de marathon liepen en ik met zijn vrouw Gerdien deelnamen aan de “Mayor’s<br />
Walk”, een wandeling van 4,2 miles op initiatief van de burgemeester en bedoeld om de vele<br />
supporters ook te laten bewegen.<br />
Inmiddels was ik wel voorzichtig begonnen met hardlopen samen met mijn zus Annie. Dit<br />
kwam voort uit het feit dat we door ons drukke leventje weinig tijd hadden om eens bij te<br />
praten, terwijl we zo dicht bij elkaar woonden. Zo combineerden we het sportieve met het<br />
broodnodige sociale contact. Het sjokken in de beginfase gaf ons weinig lucht om te kunnen<br />
praten, maar geleidelijk aan ging het steeds beter en konden we hele gesprekken voeren<br />
tijdens het lopen.<br />
Na een paar jaar 2x in de week een klein rondje te<br />
rennen, groeide het idee om ook eens mee te doen<br />
aan een <strong>KLM</strong> loopje en ons te voegen tussen de<br />
runners i.p.v. aan de zijlijn te staan. Mijn allereerste<br />
wedstrijdje was een Aer Lingus crossloop in Dublin<br />
in 1991. Samen met Elisabeth van <strong>KLM</strong> London (die<br />
tijdens de vlucht die ochtend iets te veel Baileys had<br />
gedronken) ploeterden wij 3 kilometer door de Ierse<br />
modder.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 48<br />
Ik vond dit wel leuk, dus Chicago werd gekozen om samen met Annie ons debuut te maken<br />
op de 5 km terwijl een flinke groep Roadrunners zich zou storten op de marathon. Wij moesten<br />
voor die 5 km wel serieus trainen, want zover hadden we nog niet eerder gelopen ………<br />
In november 1993 reisden we met een leuke groep Roadrunners af. Het hotel waar we verbleven<br />
had heel grote kamers, groot genoeg om de hele groep te herbergen voor een gezellig<br />
avondje. De champagne was heerlijk en ik heb er mijn eerste wedstrijd goed op gelopen.<br />
Nu ik er éénmaal aan geroken had, smaakte het<br />
naar meer. Vanaf dat moment zag je mij bij een<br />
wedstrijd ook met een startnummer op.<br />
De WARR’s hebben toch wel een speciaal plaatsje in m’n hart. In Vancouver (1999) liep ik<br />
mijn eerste, een fraai 5 km parcours door het park met zijn prachtige Indian Summer kleuren.<br />
En ná het lopen een dansje met Schotse doedelzakspelers. Alles er omheen maakt elke<br />
WARR weer zo’n unieke belevenis. Daarna volgden nog de WARR in Luzern, Orlando,<br />
Praag, Kuala Lumpur en natuurlijk Amsterdam. Door andere plannen is het er vorig jaar niet<br />
van gekomen en ook dit jaar zal ik verstek laten gaan, maar wellicht volgend jaar China?<br />
In Kuala Lumpur maakte ik voor het eerst het winnaarsgevoel mee. Met een wereldtijd van<br />
1.20 (!!!!) op de 10 km sleepte ik de 3 e prijs in de wacht in mijn leeftijdsklasse. Verbazing<br />
alom. Ook Annie en Kitty haalden een prijs binnen, zodat we gedrieën ook nog aanspraak<br />
maakten op een prijs in de Masters klasse.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 49<br />
De estafette’s Jasper / Banff (1992 en 2000) en Nova Scotia (2005) zal ik niet gauw vergeten.<br />
Was ik bij de Jasper / Banff estafette’s nog supporter, in Nova Scotia mocht ik het genoegen<br />
beleven ook een etappe te lopen en dat was een heel leuke belevenis!<br />
Het groepsgevoel wat tijdens zo’n estafette groeit, is erg leuk om mee<br />
te maken.<br />
Waar ik ook met heel veel plezier op terugkijk is onze hardloopstage bij Lornah Kiplagat in<br />
Iten – Kenia.<br />
Het was een heel bijzondere loopervaring met een erg gezellige groep. Onder de bezielende<br />
leiding van trainer Aart Stigter trainden we 2x per dag in de buurt van het trainingscentrum<br />
over de rode stoffige Keniase “wegen”. Door de hoogte waren dit pittige trainingen. En natuurlijk<br />
hebben we kennis gemaakt met Lornah en hebben we met haar een training mogen meemaken.<br />
Bijzonder was ook de kennismaking met Moses Tanui, tweevoudig Boston marathon winnaar,<br />
tevens de eerste atleet die de halve marathon binnen het uur liep, tegenwoordig eigenaar van<br />
een restaurant in Eldoret, waar we uiteraard even gegeten hebben. Verder hebben we een<br />
bezoek gebracht aan de St. Patrick’s High School, de bakermat van vele Keniase topatleten<br />
(Ibrahim Hussein, Peter Rono, Wilson Kipketer) en maakten we kennis met coach Brother<br />
Colm O’Connell.<br />
Maar nu de vraag van Corinna over mijn voorbereiding op de Damloop. Dit jaar hoop ik voor<br />
de 3 e maal deel te nemen en net als de laatste keer heb ik mij ingeschreven voor de aan<br />
<strong>KLM</strong>’ers aangeboden training. Vanaf de 1 e week van juni tot aan de loop trainen we elke<br />
maandagavond 1½ uur in het Haarlemmermeerse Bos onder leiding van Sam Blom van<br />
Run2day. En volgens zijn opgegeven schema doe ik op de donderdag een duurloop, welke<br />
elke week wordt opgevoerd en op zaterdag een interval training. Ik merk dat door deze<br />
training mijn conditie beter wordt. Ik voel dat ik wat makkelijker ga lopen en meer uithoudingsvermogen<br />
krijg.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 50<br />
Voorafgaand aan de Dam tot Damloop heb ik op 7 september jl. de 10 km gelopen tijdens de<br />
Haarlemmermeer marathon en op 13 september met 10 collega’s de 10x10 km estafette<br />
tijdens de 100 km van Winschoten. September is dus een erg drukke loopmaand. Maar na dit<br />
alles ga ik genieten van een welverdiende vakantie in de USA.<br />
Ik wil het stokje overdragen aan Roberto Hofman met aan hem de vraag of hij iets aan ons<br />
kwijt wil over zijn ervaringen als trainer en Roberto, hoe koud was het nu eigenlijk tijdens de<br />
marathon van Chicago in 1993 ………??
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 51<br />
Estafette #16 - januari / februari 2009 - Roberto Hofman<br />
Laat ik mij allereerst excuseren voor het tot tweemaal toe uit mijn handen laten vallen van het<br />
estafettestokje. Dus vooral sorry Flora, van wie ik het stokje al twee (!) <strong>clubblad</strong>en geleden<br />
correct kreeg aangereikt, en sorry lezers voor het tot twee maal toe ontbreken van de rubriek<br />
“Estafette”.<br />
Voor de lezers die mij (nog) niet kennen:<br />
Mijn naam is Roberto Hofman en ik ben sinds begin jaren ’90 lid van de <strong>KLM</strong> Road Runners.<br />
In deze periode ben ik zowel ‘binnen-’ als ‘buiten’-lid geweest!? Tussen 2001 en 2008 had ik<br />
de <strong>KLM</strong> tijdelijk verruild voor een andere werkgever, maar sinds half april van het afgelopen<br />
jaar ben ik weer terug: vandaar dus.<br />
En, ….. ik ben weer terug in dezelfde functie die ik van 1996 tot 2001 vervulde: flight data<br />
analyst bij Flight Safety & Quality Assurance (SPL/OI) bij de Vliegdienst. In het kader van de<br />
vliegveiligheid verwerk, analyseer en valideer ik hier de vluchtdata van alle door de <strong>KLM</strong><br />
uitgevoerde vluchten.<br />
Door de jaren heen heb ik aan behoorlijk wat wedstrijden met de <strong>KLM</strong> Road Runners meegedaan.<br />
En ja, ook aan estafettes, waarbij ik het stokje wel altijd netjes overnam! Dit waren o.a.<br />
de Jasper Banff Relay Race in 1996 en de Spartaan Estafetteloop in Lisse in 2004. Verder<br />
heb ik diverse WARR’s bezocht en was ik natuurlijk vaak van de partij bij de clubkampioenschappen<br />
in Lisse en Langevelderslag.<br />
Hardlopen maakt een belangrijk deel uit van mijn dagelijkse leven, want naast mijn 40-urige<br />
baan besteed ik er veel tijd aan. Zo train ik zelf een keertje of 4 á 5 per week (ergens tussen<br />
de 50 en 70 km/week) en loop ik regelmatig wedstrijden. Sinds 2003 doe ik dat in de ‘master’-<br />
klasse, maar nog wel steeds even fanatiek en met even veel plezier als voorheen als senior.<br />
Daarnaast heb ik me een jaar of vijf geleden ook op het trainersvlak begeven. Ik trainde toentertijd<br />
zelf op het sportcentrum van Aart Stigter (Nederlands kampioen marathon in 1994) in<br />
Amerongen. Aart vroeg me of ik interesse had om trainer te worden. En na een soort stage bij<br />
hem gelopen te hebben, heb ik dan ook mijn trainersdiploma’s bij de Atletiekunie (toen nog<br />
KNAU) gehaald.<br />
Sindsdien geef ik iedere zaterdagmorgen in Amerongen training aan een vaste groep lopers.<br />
Ook verzorg ik voor Aart regelmatig trainingen en clincis aan bedrijven en instellingen waaronder<br />
Start to Run, Ahold, Schuitema, Pon enz enz. Meestal doe ik dit alleen maar ook wel<br />
eens samen met bijvoorbeeld Gerard Nijboer. Door de jaren heen heb ik zo al heel wat lopers<br />
voorbereid op bv. de Dam tot Damloop, de Zevenheuvelenloop of de (halve) marathon van<br />
Utrecht.<br />
[“Kaatsen”: training geven op Lanzarote]
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 52<br />
Verder zit ik in het bestuur van de Loopgroep Aart Stigter, een ‘papieren’ atletiekvereniging<br />
voor lopers die voordelig een (wedstrijd-) licentie willen hebben. En tenslotte besteed ik tijd<br />
aan het bijhouden van mijn hardloopervaringen op mijn weblog: www.hardloper.web-log.nl.<br />
Om op Flora’s eerste vraag, of ik iets kwijt wil over mijn ervaringen als trainer, in te gaan: het<br />
leuke aan training geven vind ik vooral het enthousiast maken van anderen voor de loopsport<br />
en het contact met de lopers. Ik geef geen training aan toppers, hoewel velen wel regelmatig<br />
meedoen aan loopjes/wedstrijden. De motivatie van de verschillende lopers verschilt dan ook<br />
sterk: sommigen komen voor de gezelligheid, sommigen voor hun gezondheid en anderen<br />
om daadwerkelijk harder te gaan lopen.<br />
Het niveau van de lopers in mijn groep loopt erg uiteen: van een 72 jarige vrouw die tot vorig<br />
jaar nog halve marathons liep (in ongeveer 2:20uur), via een man van in de 50 die drie jaar<br />
geleden gestopt is met roken, ruim 15kg is kwijtgeraakt en zich weer helemaal goed voelt, tot<br />
lopers die de 10 km in ongeveer 40 minuten afleggen.<br />
We trainen in Amerongen niet op de baan, want die hebben we niet, maar altijd in het bos. Bij<br />
het inlopen laat ik de minst snelle lopers soms rechtstreeks ergens heen gaan, en ga ik zelf<br />
met de groep via een omweg. Hier doen we dan dynamische oefeningen en loopscholing<br />
alvorens met de kern van de training te beginnen. Deze intervallen doen we altijd op rondjes<br />
zodat niemand het idee heeft voor- of achteraan te lopen en iedereen zijn eigen tempo kan<br />
aanhouden. Na afloop rustig gezamenlijk uitlopen en rekken/strekken.<br />
Ik vind het een uitdaging om er voor te zorgen dat na een training iedereen tevreden is, zowel<br />
de snellere als de wat minder snelle lopers. ’t Is toch mooi om na afloop te horen dat iedereen<br />
met een voldaan gevoel naar huis gaat?<br />
[Een winterse training op zaterdagmorgen in Amerongen]<br />
Als ik training geef, train ik in principe nooit zelf mee. Op die manier kan ik iedereen in de<br />
gaten houden en aanmoedigen of juist afremmen. Van de meeste lopers weet ik of ze wedstrijden<br />
op de planning hebben staan, of ze last hebben van blessures of dat ze even wat<br />
rustig aan doen. Dat probeer ik door middel van een kort praatje met iedereen bij te houden.<br />
Aan alle lopers, in aantal variërend van zo’n 15 tot meer dan 30, probeer ik evenveel tijd te<br />
besteden.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 53<br />
De afgelopen jaren ben ik me steeds meer gaan interesseren voor trainingsleer en alles wat<br />
daarbij komt kijken. Ik lees er boeken over, heb vervolgcursussen bij de Atletiekunie gevolgd<br />
en probeer via Internet ’t een en ander bij te houden.<br />
Dan Flora’s tweede vraag: hoe koud was het nou eigenlijk in Chicago?<br />
Het betreft hier de Lasalle Banks Chicago Marathon van 1993. Ik weet het nog goed want van<br />
iemand heb ik toen een prachtig geplastificeerde foto gekregen die thuis in Amersfoort aan de<br />
muur hangt. Een stukje krantenknipsel daarin meldt: “... nearly 3 percent [of all runners] would<br />
be treated for cold of hypothermia as a result of running in snow with a wind chill factor of 12”.<br />
Ook op de site van de organisatie vind je over deze editie: “Snowfall, 34-degree temperatures<br />
and 12-degree wind chills greeted the 6,941 runners in the 16th Chicago Marathon on Halloween<br />
(the latest race date in Chicago’s history). As the snow along the lakeshore pelted<br />
runners in the face, some dropped out with hypothermia.” Voor de goede orde: 34-degree<br />
Fahrenheit is 1 graad Celsius en met een wind chill factor van 12 wordt bedoeld dat de<br />
gevoelstemperatuur -11 graden Celsius was!<br />
De maand voor Chicago had ik halve marathons gelopen in Amersfoort en Brussel, in respectievelijk<br />
1:24 en 1:26. Halverweg kwam ik door, iets boven de 1:30 als ik ’t me goed herinner,<br />
en toen kwam Lake Michigan, … wind, sneeuw, kou enz enz. Binnen no-time was ik helemaal<br />
verkleumd en zakte het tempo in elkaar. Ik werd door Bob-en-alleman ingehaald, wat de zaak<br />
natuurlijk ook nog eens geen goed deed. Uiteindelijk heb ik helemaal uitgewoond de finish<br />
gehaald in 3:49:47. Het was toen meteen door naar het hotel waar ik in een warm bad ben<br />
gaan liggen. Gelukkig stond deze vlak naast het toilet want mijn maag vond de snelle temperatuurwisseling<br />
geen succes …<br />
Er zijn nog steeds Road Runners die zeggen mij nooit in een meer erbarmelijke staat gezien<br />
te hebben. Daar zouden ze weleens gelijk in kunnen hebben, hoewel Stockholm, juni 2002?<br />
Normaal gesproken is ’t daar dan een graadje of 15, nu bijna ’t dubbele. Hier kwam er na<br />
4:11:08 een einde aan mijn lijdensweg. Naar verluidt is de brandweer dagen bezig geweest<br />
de straten te ontdoen van mijn maaginhoud. Even voor de goede orde: in 1996 liep ik in<br />
Berlijn 2:47:23. Ik kan ’t dus wel.<br />
[Voor de start van de Aletsch Halbmarathon in Zwitserland (2007)]
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 54<br />
Zoals al vermeld heb ik door de jaren heen verschillende WARR’s bezocht: Ottawa, Atlanta<br />
en Vancouver en dit jaar staat Hangzhou op de planning. Ik hoop hier dan meteen een mooie<br />
rondreis door China aan vast te kunnen knopen. Want dat is toch wel het leuke van het lid zijn<br />
van onze vereniging: de buitenlandse tripjes. En hoewel ze natuurlijk allemaal leuk waren zijn<br />
er gedurende mijn eerste <strong>KLM</strong> periode toch een paar geweest die speciaal waren:<br />
Mijn eerste buitenlandse loopje “Race the train” in Tywyn, Wales (1993), 16.1 chaotische kms<br />
over de net geopende Pont de Normandie in Frankrijk, de New York marathon (beiden 1995),<br />
de Jasper-Banff estafette, de 3 km funrun in Macau (beiden 1996), de halve van Vancouver,<br />
de Bay to Breakers in San Francisco en de Course de l’escalade in Geneve (allemaal 1997),<br />
de Two Oceans in Kaapstad en de halve marathon van Seattle (beiden 1998), de halve marathon<br />
van Lissabon t.g.v. Rui’s 100 ste marathon (1999) en de halve marathon van Nakhon<br />
Ratchasima in Thailand waar Frans Adriaanse zich als 10km-loper liet binnenhalen als de<br />
snelste veteraan op de halve marathon (2000). Prachtig toch?<br />
Daarnaast ben ik met een aantal Road Runners o.l.v. Aart Stigter op hardloopstage geweest:<br />
2x naar Lanzarote en 1x naar Kenia. En ook dat waren prachtige reizen, zie hiervoor o.a. de<br />
artikelen in het cubblad van augustus/september 2008 en maart 2007.<br />
[Tijdens de Challenge op Lanzarote]<br />
Tot slot: naast Zuid Amerika, waar ik nog nooit geweest ben, staat er nog een ander belangrijk<br />
hardloopland al tijden op mijn wensenlijstje: Japan! Het land trekt me want het heeft iets<br />
mystieks, iets vreemds, iets anders. Om daar alvast iets meer over te weten te komen wil ik<br />
Fons Leuven vragen ons te vertellen waarom we volgens hem naar Japan zouden moeten<br />
gaan. Hij is daar verschillende malen geweest en is dus volgens mij de uitgelezen persoon<br />
om me te overtuigen. Fons?<br />
Roberto Hofman
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 55<br />
Estafette #17 - maart / april 2009 - Fons Leuven<br />
Roberto, jij vroeg: “overtuig me waarom ik naar Japan zou moeten gaan.”<br />
Japan staat op je verlanglijstje. Ik ben er inmiddels 16 keer geweest waarvan 12 keer voor ‘n<br />
fietstocht. We hebben zo'n beetje héél Japan doorkruist. Directe aanleiding om destijds naar<br />
Japan te gaan was de bruiloft van mijn broer die met een Japanse trouwde. Sindsdien heeft<br />
Japan ons in z'n greep. Voor Riëtte is de kunst een belangrijke trekker, maar het is inderdaad<br />
een land vol mystiek en heel andere gewoontes en gebruiken.<br />
Het heeft ook iets geks, een tweeledigheid; aan de ene kant zo rijk en westers maar aan de<br />
andere kant ook zo anders door eigen oude tradities en gebruiken die overal in de maatschappij<br />
voorkomen. Ze zeggen vaak dat Japanners geen gevoelens uiten, maar wij hebben<br />
inmiddels een aantal Japanse vrienden en wanneer je door die andere gebruiken heen kijkt<br />
en ze wat beter leert kennen, zie je dat het allemaal niet zo veel verschilt.<br />
Dus Roberto; waarom moet je naar Japan?<br />
Om die heel andere cultuur te ervaren, de vriendelijkheid van de mensen. Het respect, de<br />
klant-is-koning mentaliteit. De zorg voor de kleine dingen. De mooie landschappen, de mooie<br />
houten huizen met tatami matten, het badritueel of een bad in een hete bron. De lekkere<br />
maaltijden die prachtig kunstzinnig worden opgediend. De tempels, tuinen en theehuizen.<br />
Van noord naar zuid trekken en zien dat ieder deel weer heel, heel anders is. De sakura<br />
(kersenbloesem) zien bloeien of prachtig rode herfstblaadjes. En zo is er nog veel meer te<br />
ontdekken. Dat verklap ik nog niet allemaal. Het is juist zo leuk om zelf van de ene in de<br />
andere verbazing te vallen.<br />
“Uni”: zee-egel<br />
Natuurlijk ben ik er ook met lopen bezig geweest.<br />
Ik heb er 4 keer aan een wedstrijd meegedaan, waarvan 2 met een aantal <strong>KLM</strong> Roadrunners.<br />
Het meest gebruikelijke is dat je je van te voren voor een wedstrijd inschrijft, maar 1 keer<br />
tijdens een van onze fietsvakanties waren we in Beppu (Kyushu). We waren in het grote park<br />
en ik had gezien dat er een atletiekbaan was (Rikujokyogijo). Ik was van plan er mijn training<br />
te doen. Toen zag ik dat ze tafels neer gingen zetten en er een wedstrijd ging starten. Ze<br />
kwamen me vragen of ik zin had om mee te doen. Een 5 km. Dus zó spontaan kan het ook<br />
zijn! Ze vonden het geweldig dat ik meedeed.<br />
Een andere wedstrijd was in Aoyama in de bergen ten oosten van Osaka.<br />
Vriendin Miyoko had me opgegeven. Samen met vriend Gakushi waren zij mijn supporters.<br />
Voor hen héél bijzonder want ze waren nog nooit bij een hardloopwedstrijd aanwezig<br />
geweest. Het was een 10 km. Ik won ook nog eens de 3e prijs. Naast een medaille is me nog<br />
bijgebleven dat ik allerlei andere prijsjes kreeg waaronder een zak aardappelen. Ook heel<br />
apart was dat alle aanwezigen gezamenlijk onder begeleiding een warming up met rek-enstrek<br />
oefeningen gingen doen. Iedereen deed mee, inclusief de supporters.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 56<br />
De 3e wedstrijd was vlakbij de luchthaven van Saporro – Chitose.<br />
Het was een marathon en halve marathon. Ik deed de halve marathon. We waren met een<br />
aantal <strong>KLM</strong>-ers; Paul Tang, Wim Verhage, Rui Gabral en Herman Tollenaar en een paar<br />
Japanse <strong>KLM</strong>-ers. Voor ons startte onze vakantie fietstocht daar. Het was een loop door het<br />
bos. De dag ervoor fietsten we de route en kwamen heel wat slangen tegen. In de grote hal<br />
bij de marktkraampjes kocht ik Japanse loopsokken met allemaal losse tenen. Dat vond ik wel<br />
een leuke herinnering. Na de loop relaxten we met z'n allen in de onsen (hete bron). Daarna<br />
begon onze fietstocht. Dat was een barre tocht omdat we in het voorgebied van een tyfoon<br />
zaten die dwars over Japan trok maar met name boven het eiland Hokkaido bleef hangen.<br />
Dat was erg, erg veel vocht.<br />
Per fiets de route verkennen<br />
Het <strong>KLM</strong> Roadrunners team
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 57<br />
De 4e loop was bij de beroemde Fuji berg: het meer Kawaguchiko.<br />
Hier heb ik in het <strong>clubblad</strong> verslag van gedaan. Het was samen met Wim Verhage en Wim<br />
Roozendaal, 27 km om het meer. We hadden veel supporters, m'n broer met z'n Japanse<br />
vrouw en diens ouders en onze Japanse vriendin Kumiko met haar dochtertje. Het was herfst<br />
en de beroemde Japanse rode herfstblaadjes ware natuurlijk prachtig! Een aanrader.<br />
Herfst bij de Fuji berg<br />
Buiten de loopjes zocht ik tijdens onze reizen altijd naar leuke loopplekken. Veel plaatsen<br />
hebben atletiekbanen op mooie locaties. Je kunt voor een paar centen een kaartje bij het<br />
loket kopen en dan natuurlijk lekker trainen. Ook hebben veel plaatsen een rivier en daar is<br />
dan meestal wel een pad om langs te lopen.<br />
Afgelopen zomer zat ik in m'n marathonvoorbereiding.<br />
Riëtte had met vriendin Kumiko een expositie op het eiland Sado. Daardoor had ik alle tijd om<br />
te lopen. Een mooi groen eiland. Ik stond vroeg op en ging lekker langs de kust lopen. De rest<br />
van de dag keek ik bij de expositie of ging naar het festival dat gelijktijdig plaatsvond. Het<br />
festival was georganiseerd door de beroemde Japanse trommelaarsgroep Kodo; zij hielden<br />
open huis en ik kon in hun dorp rondkijken. Het is een heel trainingskamp waarbij hardlopen<br />
ook een belangrijke plaats inneemt. Dat gaat er nogal spartaans aan toe. Daarnaast wordt er<br />
ook veel aan Japanse dans, zang en natuurlijk trommelen gedaan.<br />
We zijn ook nog naar een concert van Kodo geweest, waar het hoort, in de open lucht in<br />
het bos achter de shrine. Leuk om te zien hoe (Japans) het georganiseerd was. Wij hadden<br />
van te voren kaarten gekocht, maar moesten 's morgens toch in de rij staan om de plaats in<br />
de rij voor 's avonds te bepalen, die dan weer rij voor rij naar het concertterrein werd geleid.<br />
Het concert was echt geweldig. Japanse volksliedjes werden spontaan meegezongen en<br />
iedereen ging helemaal uit z'n dak. Er was ook een gastoptreden van de Braziliaanse percussiegroep<br />
Olodum. Leuk om het verschil te zien; de Japanners heel stijlvol en ingetogen, een<br />
Japanse vrouw in Kimono, en Olodum met de samba, rasta, zweetbanden, feest, trommelstokken<br />
in de lucht, show. Ze speelden ook een aantal stukken samen. Knap hoe ze er toch<br />
één geheel van konden maken.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 58<br />
KODO concert<br />
Zijn er ook minder leuke dingen te vermelden?<br />
Ja, lopen rond de grote steden is niet fijn; een-en-al beton. Wij komen meestal in Osaka<br />
(Izumisano) aan en vertrekken van daaruit weer; daar is op loopgebied echt niets te ontdekken.<br />
Vreselijk. Eén keer kwamen we niet mee vanuit Tokyo. Ik moest een training op het<br />
vliegveld doen. Ik dacht dat kan wel. Maar ik werd tegengehouden omdat ik m'n paspoort<br />
moest laten zien.<br />
Loopplannen voor de toekomst in Japan?<br />
Ik zou ooit nog wel eens een Ekiden willen lopen in Japan. Of een wedstrijd op het eiland<br />
Ishigaki (een van de eilanden van Okinawa). Dit is een marathon – ieder jaar eind januari.<br />
Nou Roberto, ik zou zeggen: gaan!<br />
Als opvolger voor het stokje draag ik Boris voor. Boris, je bent op zóveel plekken op de<br />
wereld geweest. Wat is jouw favoriete bestemming die je mij zou kunnen aanbevelen? En wil<br />
je iets vertellen over je meest succesvolle marathon (Berlijn). Ik ga hem namelijk dit jaar ook<br />
weer lopen, en dan weet ik weer hoe het moet!<br />
Fons.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 59<br />
Estafette #18 - juli / augustus 2009 - Boris Kester<br />
Fons, je hebt alweer een tijdje geleden het estafette-stokje aan me overgegeven. Gelukkig is<br />
dat niet uit mijn handen gevallen maar was de overname een beetje traag; hierbij excuses<br />
daarvoor en alsnog mijn bijdrage aan deze mooie rubriek in ons hardloopblad.<br />
Je vroeg me of ik iets over mijn favoriete bestemming wilde vertellen. Om eerlijk te zijn, een<br />
onmogelijke vraag. Veel mensen stellen hem, denkend dat ik inmiddels zoveel van de wereld<br />
heb gezien door werk en privé reizen dat ik alomwetend ben omtrent de bestemmingen van<br />
de wereld, en daar ook een duidelijke voorkeurslijst voor heb.<br />
Niets is minder waar. Om een bekende Griekse wijsgeer te parafraseren: “hoe meer ik reis,<br />
hoe meer ik er achter kom dat ik nog maar weinig heb gezien van de wereld”. Hoe klein hij<br />
tegenwoordig soms ook lijkt, de wereld is zo groot en er is zoveel te zien dat het me nog<br />
steeds kan duizelen. Zo heb ik dit jaar Columbia leren kennen als een heel bijzonder land,<br />
waar je met gemak een paar maanden rond kan reizen om te genieten van alle verschillende<br />
facetten van het land zoals natuur, cultuur, mensen, geschiedenis, heerlijk eten …. En zo<br />
weet ik zeker dat er nog vele landen zijn die me zullen kunnen verbazen.<br />
Met collega’s tijdens Great Ethiopia Run 2006<br />
Maar goed, ik zal niet verder afdwalen,<br />
en zal je vraag vertalen naar hardlopen.<br />
Tenslotte is mijn hardloopcarrière pas<br />
echt begonnen toen ik vloog en weer<br />
wilde gaan sporten (na vroeger vooral<br />
aan schaatsen, wielrennen en triathlons<br />
te hebben gedaan). Met vliegen als<br />
beroep is hardlopen ideaal: een paar<br />
schoentjes en kleding passen altijd nog<br />
wel in je koffer. Volgende punt is<br />
natuurlijk: hoe zoek je in den vreemde<br />
een interessante route uit? Ook in die zin<br />
heeft het hardlopen mijn vliegen leuker<br />
gemaakt: ik was altijd weer op zoek naar nieuwe routes, en als ik er ergens een had<br />
gevonden, dan ging ik die route nogmaals lopen op een volgend bezoek, of kijken hoe ik hem<br />
nog mooier kon maken.<br />
Met Carolina Kluft, Haile Gebrselassie en Ernst van Wagensveld in Addis Ababa<br />
Lopen in de botanische tuin van Singapore aan het eind van de avond om de ergste hitte te<br />
ontlopen, langs de snelweg van het vliegveld van Cairo naar de stad en terug, over de stranden<br />
van Rio de Janeiro, door de rijstvelden rond Narita of de pure natuur van Hokkaido, een<br />
begraafplaats in Detroit, de sublieme bossen, bergen en meren in Noorwegen en Zweden,<br />
een knotsgekke race in Addis Ababa, de Tibetaanse hooglanden van Sichuan ... er schieten<br />
me allerlei bijzondere hardloopplekken te binnen en ik heb mijn trainingen op prachtige en<br />
gekke plekken afgewerkt. Zeker als ik serieus voor marathons trainde, was het vaak puzzelen<br />
welke trainingen ik waar kon doen.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 60<br />
Trainen op de boulevard van Rio ….. en een actiefoto gemaakt tijdens de Marathon van Rotterdam<br />
Maar de training die ik nooit zal vergeten was een andere. Het was 2001, ik was in training<br />
voor Rotterdam, en was 3 dagen in Iran (met Ernst van Wagensveld). We zijn met de hele<br />
bemanning naar Isfahan gegaan, in het zuiden van dit mooie land, waar Ernst en ik op de<br />
eerste dag samen zijn gaan lopen. We waren wel zo verstandig geweest hiervoor lange tights<br />
mee te nemen, om niet teveel in het oog te springen. Op de laatste dag (die avond zouden<br />
we terugvliegen naar Amsterdam), wilde ik voor het ontbijt nog een training doen om niet te<br />
veel vorm te verliezen. Ik ging dezelfde heuvel op als die waar Ernst en ik ook hadden<br />
gelopen (Ernst was lekker blijven slapen die ochtend).<br />
Het was een kraakheldere ochtend, en toen ik doorliep naar de kam van de heuvel, stopte ik<br />
even om de omgeving goed in me op te nemen. Een gevoel van extase maakte zich van me<br />
meester: ik kon in alle richtingen ver om me heen kijken over het droge landschap. Voor me<br />
uit zag ik een vallei, en in de verte een weg die achter de berg om leek te lopen, terug naar<br />
Isfahan. Aangezien ik een enorme hekel heb aan het teruglopen over dezelfde weg, besloot<br />
ik dit ommetje te maken. Ik dook de berg af, het pad hield al snel op te bestaan maar dat was<br />
geen probleem: de grond was droog en steenachtig en er viel prima op te lopen. Hier was<br />
helemaal niets of niemand te zien: lopen was regelrecht genieten hier.<br />
Eenmaal bij de weg aangekomen sloeg ik rechtsaf en bedacht me dat ik ruim op tijd voor het<br />
ontbijt terug zou zijn in het hotel, voor we om 9 uur weer richting Teheran zouden gaan rijden.<br />
Terwijl ik nog liep te genieten, hoorde ik ineens een scherpe fluit. Toen ik naar links keek, zag<br />
ik een wachttoren achter een hek die me eerder helemaal niet was opgevallen. Ik besloot<br />
even te stoppen: twee militairen kwamen naar beneden. Ik gebaarde wat en zei “Isfahan”,<br />
maar voelde me niet meer op mijn gemak. Mijn runners high was nu wel over. Toen er<br />
vervolgens aan de andere kant van het hek een open truck vol soldaten stopte en sommigen<br />
de geweren van hun schouder haalden en op me richtten, werd ik bang.<br />
In een reflex stak ik mijn handen in de lucht en probeerde met ze te praten, terwijl in mijn<br />
achterhoofd de afschuwelijke beelden die we de dag ervoor in een museum over de Iran-Irak<br />
oorlog hadden gezien voorbijvlogen en ik me realiseerde dat voor de oudere soldaten die<br />
oorlog alledaagse werkelijkheid was geweest. Tot mijn opluchting zette de vrachtwagen zich<br />
weer in beweging, en ik liep dus ook weer door. Maar te vroeg gejuicht: toen ik langs de<br />
hoofdingang liep, kwam een grote groep soldaten uit de poort en kon ik alleen nog maar<br />
stoppen. Hoewel ik tegenstribbelde, werd ik letterlijk de basis in gedragen. Terwijl het grote<br />
metalen hek achter me werd gesloten, vroeg ik me af of ik het ooit nog open zou zien gaan.<br />
Niemand zou ooit te weten komen waar ik was …
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 61<br />
Ik werd gefouilleerd, naar het hoofdkwartier ergens ver van de ingang meegenomen en ik<br />
maakte me enorme zorgen om Ernst en de rest van de collega’s. Het was 9 uur geweest, we<br />
hadden al onderweg moeten zijn naar Teheran en ik kon ze met geen mogelijkheid bereiken.<br />
Ik stelde me voor hoe ze zouden zoeken, wat ze zouden doen en hoe lang ze nog zouden<br />
wachten. Toen ik eindelijk een Iraniër sprak met een hoge opleiding, die Engels sprak, was<br />
het eerste dat ik hem vroeg dan ook of ik in hemelsnaam mocht bellen. Maar nee, er bleken<br />
geen buitenlijnen te zijn. Door zijn vriendelijke benadering en het feit dat hij me thee aanbood,<br />
kreeg ik weer hoop op een goede afloop … Ik werd uiteindelijk weer naar de poort gebracht,<br />
waar een soldaat zoveel interesse in mijn hardloophorloge toonde, dat ik er in mijn hoofd al<br />
afscheid van had genomen.<br />
Een auto met twee mannen haalde me op en stopte na een paar honderd meter. De mannen<br />
bleken van de Iraanse geheime dienst te zijn: ik werd ondervraagd. Ze wilden weten of ik een<br />
paspoort had, een visum (en waarom had ik er géén??), hoe lang ik in Iran was (<strong>KLM</strong> was<br />
een onbekend begrip voor ze) en waar ik vandaan kwam. Uit Nederland – geen goed<br />
antwoord. Uiteindelijk, uren later dan de bedoeling was, zetten ze me af bij ons hotel, waar de<br />
collega’s op het punt stonden richting Teheran te gaan, hoewel Ernst nog wat langer wilde<br />
wachten. Enkele collega’s werden ook ondervraagd om te kijken of mijn antwoorden klopten<br />
en toen waren we onderweg voor de lange reis naar huis, via Teheran. Pas de volgende<br />
ochtend, toen ik veilig thuis was, overviel me de echte angst en realiseerde ik me dat ik erg<br />
veel geluk had gehad. Een paar weken later liep ik eindelijk onder de 2.50.<br />
Ernst van Wagensveld en de <strong>KLM</strong>-collega’s in Isfahan
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 62<br />
Je vroeg me naar mijn meest successvolle marathon – Berlijn. Inderdaad, aan alle drie marathons<br />
daar bewaar ik louter goede herinneringen. Een jaar na Rotterdam liep ik na weer hard<br />
op de route te hebben getraind 2.44, waarna ik anders ging trainen en de jaren erna via 2.38<br />
op 2.37 uitkwam in 2004. Die laatste marathon, nog steeds mijn laatste tot nu toe, was vooral<br />
ook voor mijn gevoel de beste. Ik had zodanig op lange duurlopen met een sneller einde<br />
getraind, dat ik dit ook in de wedstrijd kon doen en ik liep een heel vlakke marathon met een<br />
negatieve split van een minuut. Dat is dat heerlijke gevoel dat de marathon je kan geven als<br />
je bewust, gericht en hard hebt getraind. En als het er ook uitkomt op de dag zelf, dan geeft<br />
dat een enorme kick.<br />
Fons, als je ‘t mij vraagt, is een marathon in het algemeen een<br />
mix tussen marathonervaring, een zeer goede, solide voorbereiding,<br />
een goede dag hebben en zelfvertrouwen en een<br />
zodanige zelfkennis dat je precies dat tempo kan lopen wat je<br />
nog net kan volhouden op de klassieke afstand. Ik wens je<br />
heel veel succes met trainen de komende maanden en ben<br />
heel benieuwd naar je prestatie in Berlijn!<br />
De Marathon van Berlijn in 2003<br />
Bij deze wil ik het estafettestokje doorgeven aan Christine Rebello, een purser die ook hardloopt.<br />
De eerste keer dat we samen liepen was in Sydney, langs het Opera House. Graag zou<br />
ik van Christine willen weten hoe ze het voor elkaar speelt het vliegen, lopen en moeder zijn<br />
te combineren. Hoe heb je de overstap van sprinten naar lange afstand lopen gemaakt?<br />
Zitten je hardloopschoenen standaard in je koffer? Hoe reageren mannen als je ze inhaalt<br />
tijdens een wedstrijd?<br />
Met sportieve groet,<br />
Boris Kester
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 63<br />
Estafette #19 - september / oktober 2009 - Christine Rebello<br />
Nou, Boris, allereerst bedankt voor het estafettestokje! Ik heb begrepen dat het <strong>clubblad</strong> bijna<br />
ter ziele gaat, dus ik ben blij dat ik nog mijn bescheiden bijdrage kan leveren.<br />
Ik zal jouw vragen chronologisch beantwoorden. Toen ik zestien jaar oud was, begon ik met<br />
atletiek in mijn toenmalige woonplaats Haarlem. Zo’n tien jaar lang heb ik mij toegelegd op de<br />
sprint (60m, 100m, 200m) en het ver springen. Ik heb elk jaar meegedaan aan de Nederlandse<br />
Kampioenschappen, stond vaak in de finale, maar heb nooit een medaille gewonnen. Wel<br />
in estafette(!)vorm: 2x goud op de 4x100m en 4x400m, waarbij we zelfs een Nederlands<br />
record voor clubs hebben gelopen. Maar dat was in een ver verleden …<br />
Na de atletiek ben ik fanatiek aan aerobics en fitness gaan doen, waarin ik ook enkele jaren<br />
instructrice ben geweest. Maar het rennersbloed kruipt waar het niet gaan kan. Na een tijdje<br />
heb ik mijn loopschoenen weer uit de mottenballen gehaald en ben ik rustig voor mezelf gaan<br />
hardlopen. Dat was ruim tien jaar geleden. Inmiddels loop ik vier tot vijf keer per week, doe ik<br />
mee aan veel wedstrijden en is hardlopen mijn grote passie. Zo is de overstap van sprint naar<br />
lange afstand gegaan, waarbij “lange afstand” tussen aanhalingstekens moet, omdat ik het<br />
liefst de vijf kilometer loop en dan knalhard. Maar ook van een tien of vijftien kilometer word ik<br />
gelukkig!<br />
Drie jaar geleden is mijn zoontje Tristan geboren en was ik ongeveer een jaar ‘mijn lijf kwijt’.<br />
Dat stond in dienst van hem, wat ik uiteraard graag voor hem over had! Toen ik klaar was met<br />
borstvoeding geven ben ik weer fanatiek gaan lopen, ook met de Roadrunners. De vader van<br />
Tristan en ik zijn gescheiden, maar staan op goede voet met elkaar. We wonen naast elkaar,<br />
wat heel praktisch is, ook met hardlopen! Na zijn werk komt hij hem steevast ophalen. Ik kan<br />
me dan hardlopend uitleven in het bos of op de hei hier in Hilversum. Tussen 17.00 en 18.00<br />
uur is ook mijn beste tijd om te lopen. En daarna flink avondeten!<br />
Christine Rebello en haar zoontje Tristan<br />
Als ik vliegen ben is Tristan bij zijn vader, bij de opa’s en oma’s of bij m’n nieuwe vriend Marc.<br />
En dat brengt me bij jouw derde vraag. Of mijn hardloopschoenen altijd in mijn koffer zitten?<br />
NATUURLIJK! Al rennend kun je prima de omgeving verkennen –maar daar weet jij alles van,<br />
Boris- en op de route heb ik lekker de tijd. Sterker nog, ik kan me geen stop meer heugen<br />
waarbij ik niet heb hardgelopen! Als de omgeving zich niet voor hardlopen leent (Afrika,<br />
Midden Oosten) doe ik intervaltraining op de loopband.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 64<br />
Helaas ben ik vaak de enige van de crew die fanatiek aan sport doet, op soms een verdwaalde<br />
cockpitcollega na. En dan volgt het antwoord op jouw laatste vraag. Hoe mannen reageren<br />
als ik ze inhaal? Collega’s zijn soms onaangenaam verrast als blijkt dat ze hun tempo naar<br />
boven moeten bijstellen om mij bij te houden! Maar over het algemeen reageren de mannen<br />
positief. Tijdens wedstrijden gaan snelle mannen wel eens voor me hazen, zodat ik als eerste<br />
vrouw over de eindstreep kan komen en na afloop komen ze me vaak feliciteren met mijn<br />
overwinning.<br />
Chistine op de 5 km tijdens de Haarlemmermeer Marathon<br />
En zo heb ik al jouw vragen beantwoord, Boris. Wellicht ten overvloede wil ik graag zeggen<br />
dat mijn hardloopdoel is: nog sneller en nog verder (wie weet ooit een marathon?!), maar dat<br />
ik het ook belangrijk vind om ‘heel’ te blijven. Want als ik door een langdurige blessure niet<br />
meer zou kunnen hardlopen zou ik me geen raad meer weten!<br />
En dan is de tijd gekomen om het stokje door te geven. Een moeilijke opdracht omdat ik nog<br />
niet zo veel mensen ken bij de Roadrunners en al helemaal niet de namen bij de gezichten<br />
weet! Het is me toch gelukt om er een te verzinnen: Sjaak van Diepen. Na de baankampioenschappen,<br />
waarbij hij me een minuut voor bleef op de 5 km, gaf hij me enkele voedingstips<br />
om mijn prestaties te verbeteren.<br />
Wat me van mijn fitnessperiode nog is bijgebleven, is dat je voeding ongeveer 60% van je<br />
fysiek bepaalt. Uiteraard geldt voor het hardlopen ook dat je voeding van invloed is op je<br />
conditie en tijd. Sjaak, jij als spierbundel, kun je ons adviseren hoe onze prestaties d.m.v.<br />
voedsel/vitamines/supplementen te verbeteren? Wat zijn de valkuilen? Staat jouw gespierde<br />
lijf je ook wel eens in de weg, omdat je meer gewicht hebt mee te torsen dan een ranke,<br />
pezige langeafstandloper? Hoe en wanneer ben je begonnen met hardlopen en is het ook<br />
jouw grote passie?<br />
Succes!<br />
Christine Rebello
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 65<br />
Estafette #20 - november / december 2009 - Sjaak van Diepen<br />
Bedankt voor het estafettestokje van het clubbad en de lovende woorden, Christine Rebello.<br />
Mijn loopcarriere is zo`n 22 jaar geleden begonnen met als eerste wapenfeit de Dam tot Dam<br />
loop in 1988 in de tijd van 1 uur en 24 min, met pijn en moeite, maar in 1989 liep ik al 1 uur en<br />
4 min, wat ik eigenlijk nooit meer verbeterd heb. Maar de passie voor het lopen was er vanaf<br />
die tijd en is nooit meer weggegaan. Ik wil nog steeds sneller en sneller, maar HOE?? Wat is<br />
de zwakste schakel? Variatie in training, goede voeding [suplementen] en genoeg rust?<br />
Wat mij nu sterker maakt zijn de meer korte intervallen tot 600 meter en de rustige duurlopen<br />
tot 14 km en ik pak de fiets vaker voor de boodschappen. Qua eten heb ik de bodybuildersproteïnen<br />
geprobeerd en creatine wat een flinke boost geeft, maar ik eet nu gezonde voeding,<br />
ik loop meestal late dienst en schil dan mijn aardappelen op het werk en kook ze in de<br />
magnetron, eet genoeg groenten erbij en een gehaktbal of een blikje tonijn in pittige saus,<br />
maar schuw ook geen gebakjes. Goede vetten zijn ook belangrijk daarom de vette vis en ik<br />
eet gebroken lijnzaad in in mijn brinta, je moet er wel wat voor over hebben!<br />
Sjaak voert het veld aan tijdens de RRI baankampioenschappen bij AV De Spartaan in Lisse.<br />
Laatst heeft iemand me gewezen op herbalife, en ik dacht jezus daar heb je er weer een,<br />
maarrrrrrrrr ik moet toegeven de "formule1" geeft mij energie en tijdens de wedstrijd kak ik<br />
nooit meer in na 7 - 8km en heb ik geen hongerklappen meer onderweg. Het bewijs ligt in<br />
China, een 1e prijs met wat geluk, maar ik was wel de scherpste toen het erom ging. Een<br />
heel lekker gevoel om achter de zwaailampen van de motor als eerste het veld te leiden. Ook<br />
voel ik dat ik vorderingen maak in conditie en heel langzaam wat gewicht verlies, en ik blijf<br />
energiek en trainingszin houden. Het is alleen wel aan de dure kant.<br />
Ik ben nu bezig met een crosscircuit in Noord Holland over 5 wedstrijden door parken, duinen<br />
en bossen met veel prutkuilen en heuvels in Hoorn, Wieringenwerf, Grootebroek, Den Helder<br />
en Spierdijk. Na 2 wedstrijden sta ik 7e van de 50 oudjes tussen 44 en 49jaar.Het gekke is<br />
dat ik geen slijtage voel na al die jaren buffelen [ook bij de <strong>KLM</strong>], maar wel wat blessures<br />
gehad heb, zoals slijmbeursonstekingen in mijn heup [?], kuitproblemen en achilles-pees<br />
irritaties en rugproblemen, maar op het moment mag ik niet klagen. Regelmatig laat ik me<br />
masseren door de ex-soigneur van Slippens en Stam, de toppers van het baanwielrennen. En<br />
dat is wel eens pijnlijk, maar voor het goede doel.
<strong>KLM</strong> Roadrunners International<br />
Clubblad november / december 2009 blz 66<br />
O ja, nog een vraagje van Christine over die 85 kilo die ik moet meetorsen, niet echt een<br />
langeafstandslichaam hè? Ik heb het lijnen geprobeerd, maar het is voor mij bijna onmogelijk<br />
om die kilo`s er op een normale, bewuste manier vanaf te krijgen, dat heb ik opgegeven. Als<br />
ik nu afval is het vanzelf, ik probeer met al mijn spieren toch zo licht mogelijk te lopen en heb<br />
ondervonden dat een langere pas efficienter voor mij is, minder vermoeiend en sneller. Ja,<br />
met een paar kilo eraf zou ik veel harder lopen, maar het oog wil ook wat, maar Eric en<br />
Roberto mogen wel oppassen want ik kom eraan!!<br />
In Hangzhou (WARR ’09) was Sjaak de concurrentie te slim af.<br />
Als volgende zou ik graag Ben Fijma willen nomineren, omdat ik respekt heb voor de manier<br />
waarop hij is teruggekomen van een ernstig motorongeluk dat zelfs op tv is geweest. Daarna<br />
heeft hij de marathon in precies 3 uur gelopen en dat is nog steeds een droom van me.<br />
Sjaak van Diepen