12.01.2015 Views

Hoofdstuk 8: Vrijwilligerswerk professionaliseren? - Mulier Instituut

Hoofdstuk 8: Vrijwilligerswerk professionaliseren? - Mulier Instituut

Hoofdstuk 8: Vrijwilligerswerk professionaliseren? - Mulier Instituut

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

wereld vervult, is nagenoeg te verwaarlozen (Claringbould, 2006). Doordringen in dat typische<br />

mannenbolwerk valt niet mee. Maar dat wil niet zeggen dat het niet kan. Dat geldt eveneens<br />

voor potentiële bestuurders van allochtone afkomst (Anthonissen en Van Eekeren, 2000).<br />

Allochtone trainers en begeleiders zijn er al bij veel clubs, maar ze in het bestuur opnemen<br />

is kennelijk (nog) een brug te ver. Ten slotte zou ook een (veel) groter beroep gedaan kunnen<br />

worden op de jeugd van 16-20 jaar.<br />

Bestuurlijk vrijwilligerswerk <strong>professionaliseren</strong> Het antwoord ligt genuanceerder dan<br />

een eenvoudig ja of nee. De trend is zichtbaar en lijkt vanzelfsprekend en onstuitbaar. Verenigingen<br />

zouden echter terug moeten gaan naar de eigen grondslag – hun kernactiviteit en<br />

kernwaarden – ten behoeve van hun toekomst en ten behoeve van het plezier van vrijwilligers<br />

en leden. Alleen op deze wijze kan de door Putnam (2000) benoemde productie van<br />

sociaal kapitaal als cement voor de samenleving en redzaamheid voor de burger gerealiseerd<br />

worden. Professionals kunnen dat proces wel ondersteunen, maar niet vervangen. We zijn<br />

voorstander van professionalisering van de ondersteunings- en adviesstructuur en daar is<br />

nog veel werk te doen (Anthonissen en Van Eekeren, 2000). We moeten de verenigingen niet<br />

vervangen omdat we daarmee iets onherstelbaars dreigen te verliezen. Als een vereniging<br />

ten onder gaat, komt deze niet meer terug. Als een verenigingsmanager taken op zich neemt<br />

die tot dan toe door vrijwilligers werden gedaan, zal geen vrijwilliger zich geroepen voelen<br />

dat weer over te nemen. Wel ondersteunen omdat een vrijwillige vereniging zeker advies<br />

kan gebruiken of iemand die gespecialiseerde lastige klussen uit handen neemt en/of het<br />

de vrijwilligers gemakkelijk maakt kan gebruiken. Maar de grondslag van een goede<br />

vereniging is en blijft de vrijwillige associatie. De vereniging is in wezen geen service delivery<br />

organization. Leden zijn geen klanten, ze worden het misschien als je ze als zodanig tegemoet<br />

treedt.<br />

Professionaliseren kan ook door het vrijwilligerswerk te vergemakkelijken, door niet nieuwe<br />

eisen en taken toe te voegen, maar juist de belemmeringen weg te nemen en de maatschappelijke<br />

effecten van het samen sporten en organiseren daarvan in verenigingsverband te herwaarderen.<br />

Verenigingen mogen en kunnen heel goed allerlei andere taken als kinderopvang,<br />

huiswerkbegeleiding, opvangen moeilijke jongeren, et cetera, op zich nemen, mits dit vrijwillig<br />

gebeurt, er voldoende financiële middelen tegenover staan en in het besef dat al dit werk niet<br />

vanzelfsprekend tot de corebusiness hoort. Vanuit de wens die taken op zich te nemen, kunnen<br />

allerlei organisatievormen bedacht worden om optimaal te functioneren, ook zonder de kerntaken<br />

uit het oog te verliezen of op de achtergrond te zetten. De bottom line is het organiseren<br />

en spelen van het spelletje, niets meer en niets minder.<br />

144 SPORTVERENIGINGEN: TUSSEN TRADITIES EN AMBITIES

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!