Twee 'Londense' gedichten van J.W. Albarda - Wiardi Beckman ...
Twee 'Londense' gedichten van J.W. Albarda - Wiardi Beckman ...
Twee 'Londense' gedichten van J.W. Albarda - Wiardi Beckman ...
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong><br />
<strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
frans becker<br />
In de zomer <strong>van</strong> 2010 was in Delft een bijzondere<br />
tentoonstelling te zien over de activiteiten<br />
<strong>van</strong> een groep vooruitstrevende studenten die<br />
rond 1930 aan de Technische Hogeschool studeerden.<br />
Centraal in deze groep stond J.H. (Jan)<br />
<strong>Albarda</strong>, zoon <strong>van</strong> de voormalige sdap-voorman<br />
J.W. (Willem) <strong>Albarda</strong> (1877-1957). Naast de<br />
tentoonstelling was er een serie lezingen en er<br />
werd een boek gepubliceerd: Moderniteit in een<br />
behoudende omgeving. Jan <strong>Albarda</strong> en De Groep <strong>van</strong><br />
Delft. Het werd geschreven door Jan Molema<br />
¬ de grote motor achter het hele project ¬ en<br />
Suzy Leemans.<br />
J.W. (Hans) <strong>Albarda</strong>, zoon <strong>van</strong> Jan en kleinzoon<br />
<strong>van</strong> Willem, opende de tentoonstelling. Ik<br />
was namens de <strong>Wiardi</strong> <strong>Beckman</strong> Stichting bij<br />
het project betrokken geraakt en had daardoor<br />
het voorrecht om Hans <strong>Albarda</strong>, die in Canada<br />
woont, enkele malen te ontmoeten. Hij bleek<br />
niet alleen kraakheldere herinneringen aan<br />
zijn grootvader te hebben, maar ook nog enkele<br />
<strong>gedichten</strong> die zijn ‘Gofa’ eind 1942, tijdens zijn<br />
verblijf als minister in Londen, had geschreven:<br />
‘Storm!’ en ‘Sailing ships at a glance’. Aan s&d<br />
gaf hij toestemming om deze, voor het eerst, af<br />
te drukken (zie p. 79-81).<br />
Willem <strong>Albarda</strong> was partijleider en voorzitter<br />
<strong>van</strong> de <strong>Twee</strong>de-Kamerfractie <strong>van</strong> de sdap <strong>van</strong><br />
Over de auteur Frans Becker is adjunct-directeur <strong>van</strong><br />
de <strong>Wiardi</strong> <strong>Beckman</strong> Stichting.<br />
Noten zie pagina 78<br />
1925 tot 1939, tussen de periode-Troelstra en de<br />
periode-Drees in. Hij heeft niet de bekendheid<br />
gekregen <strong>van</strong> zijn voorganger en opvolger, maar<br />
speelde een niet te onderschatten rol bij het op<br />
koers houden <strong>van</strong> de sdap in een uiterst moeilijk<br />
tijdsgewricht. Zoals W. Drees in 1984 zei:<br />
‘Hij was een zeer bijzondere figuur en in die zin<br />
een leider: een leider in de Kamer, een leider in<br />
het partijbestuur, een leider in het congres, een<br />
leider in de algemene propaganda. Maar hij kon<br />
zich niet als de wethouders beroepen op directe<br />
resultaten.’ 1 Zelf zei <strong>Albarda</strong> in een interview in<br />
1939 over deze tijd: ‘De jaren waarin ik de fractie<br />
leidde, waren zeer moeilijke jaren. Onder zware<br />
politieke omstandigheden heb ik Troelstra’s<br />
werk moeten voortzetten. Het was steeds weer:<br />
crisistijd. Het was steeds weer: tijd <strong>van</strong> politieke<br />
spanningen, die vooral na 1933, na de opkomst<br />
<strong>van</strong> het fascisme, verhevigd werden. En het<br />
was de laatste tijd bovendien: tijd <strong>van</strong> telkens<br />
opnieuw dreigend oorlogsgevaar.’ 2<br />
Als student aan de Delftse Polytechnische<br />
School had hij na rijp beraad ¬ en daartoe<br />
geholpen door zijn correspondentie met F.M.<br />
Wibaut ¬ besloten toe te treden tot de sdap.<br />
Zijn socialisme was sterk ethisch gekleurd ¬<br />
het zou altijd iets <strong>van</strong> het fabianisme uit zijn<br />
studententijd behouden, aldus P.J. Knegtmans<br />
in een <strong>van</strong> de zeldzame biografische artikelen<br />
die aan <strong>Albarda</strong> zijn gewijd. ‘Hij droeg zijn idealisme<br />
uit in bevlogen redevoeringen, waarin<br />
veelvuldig het beeld voorkwam <strong>van</strong> het socia<br />
75<br />
s & d 12 | 2010
76<br />
s & d 12 | 2010
Frans Becker <strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong> <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
lisme als een schip in stormtij, dat echter eens<br />
het socialistisch land zou bereiken.’ 3 Hij was<br />
overigens niet de enige Delftse student die socialist<br />
werd. Een belangrijke groep ingenieurs die<br />
in de ‘rode tijd’ in Delft studeerden koos voor de<br />
sdap en zou zijn sporen nalaten in de volkshuisvesting,<br />
de wetenschappelijke bedrijfsvoering<br />
en de politiek, waar zij met hun ‘ingenieurssocialisme’<br />
bijdroegen aan de reformistische koers<br />
<strong>van</strong> de sdap. 4<br />
<strong>Albarda</strong> werd in 1913 gekozen als lid <strong>van</strong> de<br />
<strong>Twee</strong>de Kamer en in 1915 als lid <strong>van</strong> de gemeenteraad<br />
<strong>van</strong> Den Haag. Van 1917 tot 1923 was hij<br />
wethouder ¬ in een tijd waarin de socialistische<br />
gemeentepolitiek zijn vleugels uitsloeg. Hij<br />
was verantwoordelijk voor de onderwijspolitiek<br />
in Den Haag en onderdeel <strong>van</strong> wat we tegenwoordig<br />
een breed netwerk zouden noemen.<br />
Architecten, dichters en intellectuelen maakten<br />
er deel <strong>van</strong> uit. Samen met zijn vrouw Anna<br />
Brals maakte hij <strong>van</strong> hun huis, wat Molema en<br />
Leemans noemen, ‘een sociaal-democratisch<br />
cultureel centrum’. 5<br />
Vanaf 1923 nam het <strong>Twee</strong>de-Kamerlidmaatschap<br />
¬ en <strong>van</strong>af 1925 het fractievoorzitterschap,<br />
inclusief het partijleiderschap ¬ al zijn politieke<br />
energie in beslag. In die tijd wist hij, soms<br />
aarzelend, soms met uitgesproken opvattingen,<br />
de sdap bijeen te houden en voorzichtig in de<br />
richting <strong>van</strong> regeringsverantwoordelijkheid te<br />
sturen, zonder directe persoonlijke ambitie op<br />
dat vlak. Hij had, aldus Knegtmans, ‘een scherp<br />
oog voor politiek talent onder de intellectuele<br />
jongeren en hij gaf hun de kans hun ideeën uit te<br />
werken in partijprogramma’s en te incorporeren<br />
in de socialistische ideologie. Sommigen, zoals<br />
M. <strong>van</strong> der Goes <strong>van</strong> Naters en <strong>Wiardi</strong> <strong>Beckman</strong>,<br />
hadden hun snelle opkomst mede aan <strong>Albarda</strong> te<br />
danken’. 6 Op die manier benutte hij zijn partijleiderschap<br />
om de weg naar vernieuwing <strong>van</strong> de<br />
sociaal-democratie in Nederland te effenen.<br />
J.W. (Willem) <strong>Albarda</strong> aan het roer, met zijn dochter<br />
Maria (1907-1983) en bij de mast zijn zoon Jan (1910-<br />
1993). Foto uit het archief <strong>van</strong> de familie <strong>Albarda</strong>.<br />
Hij was al vroeg diep overtuigd <strong>van</strong> de grote<br />
gevaren <strong>van</strong> het nationaal-socialisme en het<br />
fascisme. Ondubbelzinnige verdediging <strong>van</strong><br />
de democratie en uiteindelijk ook de landsverdediging<br />
vormden belangrijke bestanddelen<br />
<strong>van</strong> zijn politieke overtuiging. Hij ondervond<br />
de dreiging <strong>van</strong> het nationaal-socialisme ook<br />
persoonlijk. Hij schreef daarover: ‘Sedert 1932<br />
en tot de dag der invasie hadden nsb-ers mij<br />
aanhoudend met bedreigingen, schriftelijk en<br />
telefonisch, bij dag en bij nacht, en meer dan<br />
eens ook met overlast vervolgd.’ De dreiging was<br />
zodanig dat de politie beschermende maatregelen<br />
nodig achtte. 7<br />
In 1939 trad hij, samen met J. <strong>van</strong> der<br />
Tempel, toe tot het kabinet-De Geer: de eerste<br />
sociaal-democratische ministers in het door<br />
liberalen en confessionelen gedomineerde<br />
politieke landschap <strong>van</strong> het Interbellum. Hij<br />
maakte deel uit <strong>van</strong> de Nederlandse regering<br />
in ballingschap in Londen, als minister <strong>van</strong><br />
Waterstaat en <strong>van</strong> Financiën ad interim. Na de<br />
oorlog bleef hij in de luwte <strong>van</strong> de politiek, als<br />
lid <strong>van</strong> diverse commissies <strong>van</strong> onder meer de<br />
<strong>Wiardi</strong> <strong>Beckman</strong> Stichting en als gesprekspartner<br />
<strong>van</strong> Drees. Van 1945 tot 1952 was hij lid <strong>van</strong><br />
de Raad <strong>van</strong> State.<br />
<strong>Albarda</strong> was een gepassioneerd zeiler. In de<br />
jaren twintig leende het gezin enkele malen de<br />
boot <strong>van</strong> H.P. Berlage om de zomervakantie op<br />
door te brengen. Van 1928 tot 1935 was <strong>Albarda</strong><br />
eigenaar <strong>van</strong> de Friese boeier Maartje ¬ een<br />
schip dat nog steeds in de vaart is en waaraan<br />
zijn zoon Jan zijn leven lang buitengewoon<br />
sterke herinneringen zou houden, zoals kleinzoon<br />
Hans mij vertelde. Het gedicht ‘Sailing<br />
ships at a glance’ verwijst ¬ althans in Hans’<br />
herinnering ¬ naar een onder dezelfde titel<br />
verschenen fotoboek <strong>van</strong> de Amerikaan Morris<br />
Rosenfeld (1885-1968).<br />
Ook het andere gedicht dat hier staat<br />
afgedrukt, ‘Storm!’, getuigt <strong>van</strong> <strong>Albarda</strong>’s passie<br />
voor zeilen. Geschreven in 1942 getuigen<br />
de <strong>gedichten</strong> ook <strong>van</strong> zijn worsteling met de<br />
oorlogsomstandigheden en een verlangen naar<br />
het einde <strong>van</strong> de oorlog. Zij laten misschien ook<br />
77<br />
s & d 12 | 2010
Frans Becker <strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong> <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
zien hoe eenzaam <strong>Albarda</strong> was. Voor hem, die<br />
bijzonder gesteld was op een hecht familieleven,<br />
waren de onzekerheid en de zorg die hij<br />
ervoer bijna ondraaglijk. Hij raakte bovendien<br />
verwikkeld in een taai gevecht in het kabinet<br />
en met koningin Wilhelmina over het herstel<br />
<strong>van</strong> de democratische orde na de oorlog ¬ een<br />
gevecht dat uiteindelijk tot zijn terugtreden als<br />
minister leidde. 8<br />
Politieke overtuiging, persoonlijke standvastigheid<br />
en de liefde voor het zeilen: de<br />
drie levenslijnen <strong>van</strong> Willem <strong>Albarda</strong> komen<br />
samen in het Ex Libris dat zijn boeken siert. In<br />
een brief <strong>van</strong> 16 maart 1951 aan zijn kleinzoon<br />
Hans, gevoegd bij een aantal brochures en<br />
redevoeringen die hij hem opstuurt, schrijft<br />
hij: ‘Ik hoop dat, als je eens in deze geschriften<br />
bladert, je zult gevoelen, hoe rijk het leven kan<br />
zijn voor een mens, als hij naar een verheven<br />
doel streeft, dat hoog boven zijn eigen belangen<br />
gaat. En ik hoop, dat je dit in je eigen leven zult<br />
mogen ondervinden. In sommige <strong>van</strong> deze<br />
boekjes zul je mijn exlibris aantreffen met het<br />
devies: “Segui il tuo corso”. Deze woorden zijn<br />
ontleend aan Dante’s “Divina Commedia”, het<br />
beroemde boek, dat omstreeks 1300 is geschreven.<br />
Vergilius sprak deze woorden tot Dante,<br />
toen hij de dichter geleidde op zijn tocht door<br />
de hel. Voluit luiden zij: “Segui il tuo corso e<br />
lascia dir le genti”, dit wil zeggen: volg uw eigen<br />
weg en laat de mensen maar praten. Het Friese<br />
volk, waar<strong>van</strong> jij langs vaders en moederszijde<br />
afstamt, zegt ongeveer hetzelfde zo: “Doch dyn<br />
plicht en lit de ljue rabje” (doe uw plicht en laat<br />
de mensen kwaadspreken). Ik nam de Italiaanse<br />
woorden als lijfspreuk in mijn studententijd,<br />
toen ik socialist was geworden en tegen veel<br />
moeilijkheden te kampen had. Die woorden<br />
gaven mij veel kracht. Ik ken geen betere om<br />
jou in je leven mee te geven. Ik hoop dat ze jou<br />
zullen sterken, zoals ze het mij hebben gedaan.’ 9<br />
78<br />
Noten<br />
1 ‘Negentig jaar sociaaldemocratie<br />
in de herinnering <strong>van</strong> een<br />
reformist’,interview met dr. W.<br />
Drees door J.Th.J. <strong>van</strong> den Berg,<br />
in: s&d, 41 (1984) 7/8.<br />
2 Geciteerd in Peter Jan Knegtmans,<br />
‘Johan Willem <strong>Albarda</strong>:<br />
democratisch socialist’, in:<br />
Frans Becker e.a. (red.), Van<br />
Troelstra tot Den Uyl. Het vijftiende<br />
jaarboek voor het democratisch<br />
socialisme, Amsterdam 1994, 78.<br />
3 Knegtmans, 63.<br />
4 Harry Lintsen, ‘De Delftse Polytechnische<br />
School als bakermat<br />
<strong>van</strong> socialisme 19001925’, in:<br />
Jan Bank e.a. (red.), Het tweede<br />
jaarboek voor het democratisch<br />
socialisme, Amsterdam 1978, 81<br />
109.<br />
5 Jan Molema en Suzy Leemans,<br />
Moderniteit in een behoudende<br />
omgeving. Jan <strong>Albarda</strong> en De Groep<br />
<strong>van</strong> Delft, jap sam 2010, 2233.<br />
6 Knegtmans, 92.<br />
7 Knegtmans, 82.<br />
8 Knegtmans, 8790.<br />
9 Brief <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong> aan zijn<br />
kleinzoon Hans, 16 maart 1951,<br />
ter beschikking gesteld door<br />
Hans <strong>Albarda</strong>.<br />
s & d 12 | 2010
Frans Becker <strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong> <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
Sailing Ships at a Glance<br />
Als ’k blader in dit boek<br />
dan gaan de muren<br />
der kamer stil verdwijnen,<br />
dan op’nen zich de wijde horizonnen.<br />
Ik voel ’t geluk opwelle’ uit oude bronnen,<br />
ik zie de zoete lijnen<br />
<strong>van</strong> ’t schip; ’k doorleef de heil’ge uren<br />
als d’adem <strong>van</strong> den wind in ’t witte doek.<br />
Uit nauwen toegang zacht te glijden<br />
in ’t wijde meer ¬ de borst verwijdt zich;<br />
weg is gedachte aan lichaam’lijk lijden,<br />
het hart verblijdt zich.<br />
Zoo denk ik mij het sterven:<br />
Door nauwen poort dringt zich ons wezen,<br />
dan opent zich de wijdte en wij lezen<br />
wat wij voor eeuwigheid dan zullen erven,<br />
volledig alles of ’t volstrekte Niet,<br />
maar zeker einde <strong>van</strong> het aardsch verdriet.<br />
Wat heb ik vaak den wind zacht hooren zingen<br />
door ’t riet, de golfjes hooren babb’len,<br />
het water tegen walkant hooren kabb’len,<br />
’t zwijgen gehoord <strong>van</strong> alle and’re dingen.<br />
Op ’t water zijn wij vrij ¬ met niets meer om ons henen<br />
dan de Natuur en haar genaad’ge krachten;<br />
zij fluistert het geheim, waarneer wij smachten,<br />
het is haar zoete stem wij ’t oor nu leenen.<br />
79<br />
Dan breekt het zwijgen. In een juichend lied<br />
prijzen wij ’t Leven en zijn schoone waarde.<br />
O, waan! Nu kermt de heele aarde<br />
in pijnen en in nameloos verdriet…<br />
J.W.A., Kerstmis 1942<br />
s & d 12 | 2010
Frans Becker <strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong> <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
Storm!<br />
80<br />
De zeilen strak,<br />
De touwen fel gespannen;<br />
Krom staat de mast.<br />
Zie hoe de wilde vlagen<br />
Rukken aan schote’ en stagen.<br />
Over den boeg spat schuim.<br />
Den rappen fokkegast<br />
Druipt water <strong>van</strong> de jekker.<br />
Een golf glanst langs het boord,<br />
Komt snel naar binnen glippen.<br />
De stuurman, met opeen geklemde lippen,<br />
Drukt op den helmstok<br />
Met zijn sterke lijf,<br />
En ’t schip richt zich weer op.<br />
Laat af nu, schipper,<br />
Houd de vaart in ’t schip,<br />
Vul snel de zeilen weer<br />
Dat wind het schip niet keer’.<br />
Hoor, hoe de spanten kraken<br />
En ’t schip nu stampt en hijgt<br />
Als ’t duikt en rijst ¬<br />
Er is geen vogel meer die krijscht<br />
En nergens meer insecten zoemen,<br />
De baren slaan over de waterbloemen.<br />
Het riet kan nu zijn pluimen niet omhoog meer beuren,<br />
De wind is nu de wolken aan ’t verscheuren,<br />
Die vluchten snel <strong>van</strong>daan;<br />
Daar komen nieuwe aan,<br />
Maar ook met hen zal ’t zelfde lot gebeuren.<br />
Wind’s heerschappij ¬ O, kleine mensch!<br />
– – –<br />
s & d 12 | 2010
Frans Becker <strong>Twee</strong> ‘Londense’ <strong>gedichten</strong> <strong>van</strong> J.W. <strong>Albarda</strong><br />
Dit was een droom op stillen winterdag.<br />
Maar ’t is geen droom wat ’k voor mijn oogen zag:<br />
Zoo worstelen met storm en kwaad getij,<br />
Zoo zwoegen en zoo strijden wij,<br />
De branding tegemoet, waardoor w’ons henen breken<br />
Naar ’t strand <strong>van</strong> de beminde streken,<br />
Om weër te zien zoo menig lief gelaat,<br />
Om weër te keeren in dien zaal’gen staat<br />
Van liefde en vriendschap in den ouden kring…<br />
O, wind, raas door de touwen, zing<br />
Uw lied <strong>van</strong> strijd, uw lied <strong>van</strong> zegepraal;<br />
Help ons nu met uw sterke wilde kracht.<br />
Maar leg U neer wanneer het is volbracht.<br />
Laat ons dan rusten ¬ geef ons dan den vrede<br />
Waarnaar wij hunk’ren in het woeste heden.<br />
J.W.A., Kerstmis 1942<br />
81<br />
s & d 12 | 2010