Vlot en veilig varen in Amsterdam - Gemeente Amsterdam

Pleziervaartuigen
Pleziervaartuigen mogen afmeren op plaatsen waar geen afmeerverbod
geldt. Deze plekken zijn openbaar. Door het instellen van de profielen zijn
afmeerverboden gekomen op een paar openbare plekken, meestal aan één
als de betreffende schepen binnen 15 jaar voldoen aan nog nader vast te
stellen criteria voor een milieuvriendelijke bedrijfsvoering. Voor informatie
over een vergunning kunt u telefonisch contact opnemen met BBA of het
formulier downloaden via www.bba.amsterdam.nl.
zijde van het rak. Daardoor zullen boten die nu in een profiel liggen, moeten
omzien naar een andere afmeerplek. De eigenaren van deze vaartuigen
krijgen, als ze traceerbaar zijn, hierover persoonlijk bericht.
Woonboten
Bij het vaststellen van de doorvaartprofielen is rekening gehouden met
vergunde woonboten, zoals ze bij het vaststellen van de profielen in het
12 Beroepsvaart / rondvaart
water lagen. Dat betekent dat er niets verandert voor de huidige vergunde 13
Eén van de uitgangspunten bij het instellen van de doorvaartprofielen was dat
de doorvaartprofielen niet ten koste mochten gaan van het veelzijdige gebruik
van het water. De profielen zouden voor de beroepsvaart echter ingrijpende
gevolgen hebben. Daarom is voor de bestaande beroepsvaart, waaronder
rondvaartboten, een overgangsregeling getroffen met tijdelijke vergunningen.
Met deze vergunning mogen vaartuigen die groter zijn dan in de profielen is
toegestaan, onder voorwaarden toch in die profielen varen.
De vergunningen zijn van tijdelijke aard zodat op den duur alle vaartuigen
varen in passende profielen. De termijn wordt omgezet in een uitsterfregeling
woonboten die binnen een doorvaartprofiel liggen. De gemeente Amsterdam
treft in die gevallen aanvullende verkeersmaatregelen.
Als de woonboot moeten worden verbouwd of vervangen, wordt in
redelijkheid beoordeeld of de boot buiten het profiel kan worden gebracht.
Hierbij wordt eerst gekeken naar maatregelen ‘buiten het schip om’, zoals
dichter naar de kant afmeren. Ook wordt rekening gehouden met de huidige
breedte en het overblijven van een fatsoenlijke woonruimte. Verder is
uiteraard van belang dat er voldoende vlot en veilig gevaren kan worden over
de vaarweg.
Bij het verplaatsen van de woonboot, bijvoorbeeld als de boot naar een
werf moet worden gevaren, is een vergunning voor Bijzonder transport
nodig. BBA heeft hiervoor een simpele procedure opgesteld. U kunt daarvoor
telefonisch contact opnemen met BBA of het formulier downloaden via
www.bba.amsterdam.nl.
Objecten
Bij gedoogde objecten zoals vlotten en steigers, die onder het officiële
uitsterfbeleid van een stadsdeel vallen, geldt ook dat zij mogen blijven liggen
als zij nu binnen een doorvaartprofiel liggen. Zodra deze objecten niet meer
worden gedoogd, moeten ze worden verwijderd uit het profiel.
Stadsdelen
De doorvaartprofielen bieden de stadsdelen een duidelijk nautisch kader voor
het beoordelen van vergunningaanvragen. Voortaan zijn de doorvaartprofielen
richtinggevend bij de nautische advisering over inrichtingsplannen van kades
en oevers, bij bouwplannen, bouwaanvragen, aanvragen voor ligplaatsen,
aanleggen van steigers, vergunningen voor het afmeren van (woon)boten
en bestemmingsplannen. Een woonbootbewoner die een nieuwe steiger wil
aanleggen, krijgt bijvoorbeeld geen vergunning als zijn boot in een te klein
profiel ligt.