07.03.2015 Views

Programma Welzijn Nieuwe Stijl - Invoering Wmo

Programma Welzijn Nieuwe Stijl - Invoering Wmo

Programma Welzijn Nieuwe Stijl - Invoering Wmo

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Rapportage, evaluatie en<br />

verantwoording van het<br />

<strong>Programma</strong> <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

<strong>Programma</strong>bureau <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>, juni 2012


Inhoudsopgave<br />

1. Inleiding<br />

2. Facts & Figures programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

3. Ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

4. Vergelijking deelnemers aan het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en niet-deelnemers<br />

5. Beoordeling programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

5. <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de toekomst<br />

6. Conclusies<br />

7. Bronnen en deelname<br />

2


1. Inleiding


Inleiding<br />

Het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is gestart om na de evaluatie van vier jaar <strong>Wmo</strong>, een nieuwe impuls te<br />

geven aan de invulling van de potenties die de <strong>Wmo</strong> in zich heeft om de zelfredzaamheid en participatie van<br />

burgers te vergroten. <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> richt zich op meer gemeenschappelijkheid tussen gemeenten,<br />

instellingen en burgers over de gewenste visie, op meer professionaliteit en effectiviteit in de aansturing<br />

door gemeenten: gericht op resultaten en maatschappelijke effecten in plaats van op producten en op meer<br />

efficiëntie door meer samenwerking en het ontwikkelen van collectieve arrangementen.<br />

Om deze impuls te geven, hebben het Ministerie van Volksgezondheid, <strong>Welzijn</strong> en Sport (VWS), de<br />

Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en werkgeversorganisatie MOgroep <strong>Welzijn</strong> &<br />

Maatschappelijke Dienstverlening (W&MD) in 2009 opdracht gegeven voor het nationaal<br />

ondersteuningsprogramma ‘<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>’. Dit programma had als doelstelling om de ingezette lijn<br />

van vernieuwing vasthouden en verder versterken, met als doel om de <strong>Wmo</strong> in volle breedte uit te voeren. Bij<br />

het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zijn acht bakens benoemd, als leidraad voor zowel bestuurders als<br />

uitvoerders. Aan gemeenten bieden de bakens houvast in hun rol als opdrachtgever. Aan aanbieders van<br />

maatschappelijke ondersteuning geven ze richting aan hun opdrachtnemerschap en uitvoering. <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> herbergt daarmee de uitkomsten en initiatieven in andere programma’s zoals Beter in Meedoen,<br />

de WMO-werkplaatsen en De Kanteling.<br />

Om dit gedachtegoed zijn collectieve en individuele ondersteuningstrajecten onder ongeveer 100<br />

gemeenten en bijna150 welzijnsinstellingen uitgevoerd. Begin 2012 zijn deze ondersteuningstrajecten<br />

afgerond. Dit document biedt de rapportage, evaluatie en verantwoording van het programma <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> 2010-2012.<br />

4


<strong>Programma</strong> <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is een nieuwe impuls aan de <strong>Wmo</strong> om de zelfredzaamheid en<br />

participatie van burgers te vergroten.<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> richt zich op:<br />

• Gezamenlijke visie: gemeenten, instellingen en burgers<br />

• Maatschappelijk effect: resultaatgerichte aansturing door gemeenten<br />

• Professionaliteit: meer ruimte voor de professional richting de burger<br />

• Collectieve arrangementen: efficiëntie door meer samenwerking<br />

Het programma bestaat uit:<br />

• 88 individuele trajecten tussen gemeenten en instellingen<br />

• Workshops voor deelnemers en niet-deelnemers (collectief aanbod)<br />

• Verlenging van enkele trajecten in relatie tot decentralisatie begeleiding<br />

• Regiobijeenkomsten: deelnemers laten resultaten zien<br />

De bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zijn hierbij leidend.


Bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

3. Direct er op af<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

6. Integraal werken<br />

7. Resultaatgericht<br />

8. Ruimte voor de professional


Toelichting bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong> I<br />

De inhoudelijke verandering waar <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zich nadrukkelijk op richt, uit zich in de acht bakens.<br />

De toelichting per baken is als volgt:<br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

Bijna altijd is de vraag van burgers in eerste instantie een vraag naar het overbekende aanbod. Maar met een<br />

hulp bij het huishouden zijn eenzaamheids-problemen niet op te lossen. Het is nodig om breder te kijken<br />

om problemen bij mensen echt op te lossen.<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

Het naar boven halen van kwaliteiten en talenten, mensen aanspreken op dat wat hen enthousiast maakt.<br />

Dat geeft burgers de kans om hun mogelijkheden te verruimen, maar ook de kans om te worden<br />

gewaardeerd voor de dingen die zij kunnen.<br />

3. Direct erop af<br />

Persoonlijk en direct contact levert meer op dan brieven en uitnodigingen om voor een gesprek langs te<br />

komen. Om mensen echt te bereiken, moet de professional op pad en het liefst zo snel mogelijk wanneer de<br />

signalen binnenkomen.<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

De professionele inzet moet er altijd op gericht zijn om het zelf-oplossend vermogen van (groepen) burgers<br />

aan te spreken en te versterken. Licht waar mogelijk, zwaar waar nodig. Daar waar intensieve interventies<br />

nodig zijn, moeten die methodisch verantwoord en effectief worden ingezet.<br />

7


Toelichting bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong> II<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

Collectieve aanpakken zijn niet alleen goedkoper, maar bieden ook vaak een betere oplossing. De maaltijd<br />

in het buurtrestaurant is meestal effectiever (want biedt bijvoorbeeld mogelijkheden voor contact) dan de<br />

bezorging aan huis.<br />

6. Integraal werken<br />

De vraag centraal stellen vraagt om een integrale en samenhangende aanpak van professionals. Burgers die<br />

bij het <strong>Wmo</strong>-loket aankloppen, hebben meestal problemen die niet door een instelling of een voorziening<br />

kunnen worden opgelost. Het gaat vaak om meerdere problemen tegelijk, die met elkaar samenhangen en<br />

dus ook in samenhang moeten worden aangepakt.<br />

7. Resultaatgericht<br />

Daar waar organisaties ondersteuning bieden aan burgers, worden concrete afspraken gemaakt over de<br />

vraag op welke ondersteuning van professionals en vrijwilligers men kan rekenen, wat daarbij de eigen inzet<br />

is en naar welke resultaten wordt toegewerkt.<br />

8. Ruimte voor de professional<br />

De relatie tussen de burger en zijn netwerk enerzijds en zijn relatie met de professional anderzijds staat<br />

centraal. Niet alleen de regels van de organisatie of de wensen van de gemeente zijn bepalend maar ook de<br />

professionele bagage van de beroepskracht. Die moet voldoende aan bod kunnen komen. Daarvoor heeft de<br />

professional de ruimte nodig om zelfstandig te handelen op basis van een ruime vrije beslissingsruimte.<br />

De bakens vormen – samen met de Kanteling – het gedachtegoed van <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>.<br />

8


Implementatieprogramma<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

De doelen van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> waren oorspronkelijk als volgt geformuleerd:<br />

1. Gemeenschappelijker: 75% van de deelnemende gemeenten heeft na dialoog een lange termijn agenda<br />

2. Professioneler:<br />

• 30% van de welzijnswerkers is opgeleid in de 8 bakens<br />

• 100% doelen in gemeenten SMART geformuleerd<br />

3. Efficiënter: 75% meer (collectieve) welzijnsarrangementen dan in 2009<br />

De oorspronkelijke speerpunten van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> waren:<br />

1. Verbeteren van de relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer – tussen gemeente en<br />

welzijnsinstelling<br />

2. Verbeteren van de kwaliteit en de professionaliteit van het welzijnswerk<br />

Deze punten vragen een beleidsfocus dus het speerpunt maatschappelijk agenderen is daar later aan<br />

toegevoegd.<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen konden (gezamenlijk) een aanvraag doen om binnen een individueel<br />

ondersteuningstraject met deze speerpunten aan de slag te gaan. Op basis van de aanvraag werd samen<br />

met een aangewezen adviseur van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> een plan van aanpak gemaakt hoe<br />

de aanvragers aan de slag gingen met de ondersteuningsvraag. De adviseurs waren afkomstig van MOVISIE,<br />

DSP-groep en CMO-net en werden op basis van hun expertise gekoppeld aan de aanvragers.<br />

Deze plannen van aanpak werden goedgekeurd door het Innovatiebureau (I-Bureau) van het ministerie van<br />

VWS, de VNG en de MO-groep. Het programmabureau <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> hield het I-Bureau op de hoogte<br />

van de voortgang tijdens de looptijd van het programma. Het programmabureau was verantwoordelijk voor<br />

de uitvoering van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>. In de eerste fase werd het programmabureau<br />

gevormd door Deloitte Consulting, in een tweede fase door Andersson Elffers Felix.<br />

9


Opbouw rapportage, evaluatie en<br />

verantwoording<br />

In deze rapportage, evaluatie en verantwoording van het programma zijn de Facts & Figures van het<br />

programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> opgenomen. De opgaven die centraal stonden bij de deelnemende<br />

gemeenten en welzijnsinstellingen worden toegelicht. Deze gegevens zijn verzameld op basis van een<br />

digitale enquête die is uitgezet onder de deelnemers aan het programma.<br />

Vervolgens wordt een vergelijking getrokken met hoe gemeenten en welzijnsinstellingen die niet aan het<br />

programma hebben deelgenomen aan de slag zijn gegaan met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>. Deze gegevens zijn<br />

verzameld op basis van een digitale thermometer (vragenlijst over de stand van het land) die is uitgezet<br />

onder gemeenten en welzijnsinstellingen die niet hebben deelgenomen aan het programma.<br />

Tot slot is een beoordeling van de onderdelen van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> opgenomen. Ook<br />

wordt een doorkijkje naar de toekomst gegeven, met het oog op de decentralisaties in relatie met <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>.<br />

De rapportage wordt afgesloten met conclusies, een overzicht van de bronnen en een deelnemerslijst.<br />

10


2. Facts & Figures<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>


Facts & Figures<br />

1. Deelnemers programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

2. Kenmerken deelnemende gemeenten<br />

3. Kenmerken deelnemende welzijnsinstellingen<br />

4. Kenmerken samenwerking deelnemers<br />

5. Spreiding over het land<br />

12


Deelnemers programma <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> (pWNS)<br />

Deelnemende gemeenten pWNS<br />

Het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> had als<br />

implementatieprogramma tot doel om gemeenten<br />

en welzijnsinstellingen gezamenlijk te<br />

ondersteunen in de nieuwe manier van werken waar<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> voor staat. <strong>Welzijn</strong>sinstellingen<br />

konden hiervoor gezamenlijk een beroep doen op<br />

individuele ondersteuningstrajecten.<br />

Hierbij gingen gemeenten en instellingen samen<br />

met een adviseur vanuit het programma <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> gemiddeld 15 adviesdagen aan de slag:<br />

• 88 individuele ondersteuningstrajecten door<br />

heel Nederland<br />

• 99 gemeenten hebben deelgenomen<br />

• 143 instellingen hebben deelgenomen<br />

Zie de bijlage voor de specifieke deelneemrs.<br />

Daarnaast waren er collectieve trainingen:<br />

• 400 deelnemers uit meer dan 100 gemeenten<br />

en welzijnsinstellingen<br />

• Zowel deelnemers aan individuele<br />

ondersteuningstrajecten als niet deelnemers<br />

13


Kenmerken deelnemende gemeenten<br />

50%<br />

45%<br />

40%<br />

35%<br />

30%<br />

25%<br />

20%<br />

15%<br />

10%<br />

Grootte deelnemende gemeenten pWNS<br />

5%<br />

0%<br />

24%<br />

40%<br />

Minder dan<br />

20.000<br />

inwoners<br />

41%<br />

44%<br />

20.000 tot<br />

50.000<br />

inwoners<br />

20%<br />

10%<br />

50.000 tot<br />

100.000<br />

inwoners<br />

14%<br />

6%<br />

Meer dan<br />

100.000<br />

inwoners<br />

Aanvragen<br />

Landelijk<br />

De ondersteuningstrajecten zijn redelijk<br />

gespreid over kleine en grote gemeenten:<br />

• Relatief hoge deelname middelgrote<br />

gemeenten, in vergelijking tot het<br />

landelijke aantal middelgrote<br />

gemeenten<br />

• Van de G32 gemeenten is in 20<br />

gemeenten een ondersteuningstraject<br />

uitgevoerd<br />

• De G4 gemeenten hebben allemaal<br />

deelgenomen aan het programma, met<br />

3 ondersteuningstrajecten in<br />

deelgemeenten van Amsterdam, 2<br />

ondersteuningstrajecten in Utrecht en<br />

een traject in een deelgemeente van<br />

Rotterdam en een traject in Den Haag<br />

14


Kenmerken deelnemende<br />

welzijnsinstellingen<br />

Grootte deelnemende welzijnsinstellingen pWNS<br />

35%<br />

30%<br />

25%<br />

20%<br />

Aanvragen<br />

Landelijk<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstellingen die hebben deelgenomen<br />

aan de ondersteuningstrajecten waren van<br />

verschillende grootte:<br />

• Het merendeel van deelnemende<br />

welzijnsinstellingen was groot met 35 tot<br />

100 medewerkers of meer dan 100<br />

medewerkers<br />

15%<br />

10%<br />

• 7 procent van de deelnemende<br />

welzijnsinstellingen was klein met 1 tot 10<br />

medewerkers<br />

5%<br />

0%<br />

15


Kenmerken samenwerking deelnemers<br />

Gezamenlijkheid deelnemers<br />

Alleen<br />

Gezamenlijk<br />

17%<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen gingen binnen<br />

de ondersteuningstrajecten over het algemeen<br />

samen aan de slag:<br />

• In 83 procent van de ondersteuningstrajecten<br />

namen gemeente(n) en instelling(en) samen<br />

deel aan een ondersteuningstraject<br />

83%<br />

• In 49 procent van de ondersteuningstrajecten<br />

waren dit twee partijen en in bijna al deze<br />

trajecten waren dit de gemeente en de lokale<br />

welzijnsinstelling uit die gemeente<br />

Combinaties van deelnemers<br />

Één aanvrager<br />

7%<br />

4% 17%<br />

Twee aanvragers<br />

8%<br />

Drie aanvragers<br />

Vier aanvragers<br />

15%<br />

Vijf aanvragers<br />

• Bij iets meer dan de helft waren meerdere<br />

aanvragende partijen betrokken:<br />

• In de meeste trajecten waren dit<br />

meerdere welzijnsinstellingen uit<br />

dezelfde gemeente , vaak ook samen<br />

met de gemeente<br />

• In een enkel geval ging dit om<br />

meerdere gemeenten die lokaal<br />

samenwerken<br />

16<br />

49%<br />

Zes of meer<br />

aanvragers<br />

• In 17 procent van de ondersteuningstrajecten<br />

ging de gemeente of de welzijnsinstelling zelf<br />

aan de slag, maar altijd in samenspraak met<br />

de eigen gemeente of lokale<br />

welzijnsinstelling


Spreiding over het land<br />

Ondersteuningstrajecten pWNS ten op zichte van de Nederlandse bevolking<br />

34%<br />

76%<br />

Heel Nederland<br />

Deelnemende gemeenten<br />

0 5 10 15 20<br />

aantal inwoners (mln.)<br />

De ondersteuningstrajecten zijn gespreid over het land:<br />

• De ondersteuningstrajecten beslaan 24 procent van de Nederlandse gemeenten<br />

• De ondersteuningstrajecten beslaan 34 procent van de Nederlandse bevolking<br />

De ondersteuningstrajecten waren echter expliciet gericht op gemeenten en welzijnsinstellingen<br />

• Er hebben ruim 150 welzijnsinstellingen deelgenomen<br />

• Professionals vanuit de welzijnsinstellingen zijn getraind in de bakens <strong>Welzijn</strong> Nieuw <strong>Stijl</strong>.<br />

Afhankelijk van de grootte van de welzijnsinstelling waren dat alle professionals of een delegatie,<br />

die vervolgens optrad als ambassadeur. Soms zijn ook alle professionals uit één gemeente op een<br />

bepaald domein getraind (zoals alle jeugdwerkers uit Utrecht). Ook gemeente ambtenaren zijn<br />

getraind in de bakens.<br />

17


Spreiding over de provincies<br />

3%<br />

Spreiding deelname<br />

2% 2% 3%<br />

17%<br />

16%<br />

Drenthe<br />

Friesland<br />

Flevoland<br />

Gelderland<br />

Groningen<br />

De ondersteuningstrajecten zijn redelijk gespreid over<br />

Nederland:<br />

• Spreiding over de 12 provincies, met een<br />

zwaartepunt in Zuid-Holland en relatief weinig<br />

trajecten in Noord Nederland<br />

8%<br />

10%<br />

14%<br />

8%<br />

10%<br />

7%<br />

Limburg<br />

Noord-Brabant<br />

Noord-Holland<br />

Overijssel<br />

Utrecht<br />

Zeeland<br />

De ondersteuningstrajecten zijn ook redelijk gespreid<br />

ten aanzien van verdeling van de Nederlandse<br />

bevolking over de provincies:<br />

• Spreiding ten aanzien van het aantal inwoners is<br />

redelijk, met een zwaartepunt in Gelderland<br />

Zuid-Holland<br />

25%<br />

20%<br />

15%<br />

Spreiding deelname ten opzichte van de spreiding van inwoners<br />

Aanvragen<br />

Landelijke spreiding<br />

inwoners<br />

10%<br />

5%<br />

0%<br />

18


3. Ondersteuningstrajecten<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>


Ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

1. Opgaven van de ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

2. Contextuele factoren en succes- en faalfactoren ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

3. Samenwerking rondom de opgaven binnen de ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

4. Adviseurs en methoden ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

5. Resultaten ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

20


Opgaven ondersteuningstrajecten<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

Opgaven pWNS<br />

Gemeente<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstelling<br />

Bij de ondersteuningstrajecten speelde de volgende<br />

top 5 aan ondersteuningsvragen:<br />

1. Professionalisering welzijnswerkers<br />

2. Opdrachtgever – opdrachtnemer<br />

3. Maatschappelijk agenderen<br />

4. Bezuinigen in combinatie met vernieuwen<br />

5. Positioneren burger<br />

• Gemeente en welzijnsinstellingen zien dezelfde<br />

opgaven als belangrijkste uitdagingen in werken<br />

volgens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

• De bezuinigingen beïnvloeden ook de andere<br />

opgaven<br />

De top 3 komt overeen met de oorspronkelijke<br />

speerpunten van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

Verdeling speerpunten pWNS<br />

48%<br />

22%<br />

30%<br />

48 %<br />

professionalisering<br />

welzijnswerkers<br />

30% Opdrachtgeveropdrachtnemer<br />

22% maatschappelijk<br />

agenderen<br />

21


Toelichting opgaven I<br />

1. Professionalisering welzijnswerkers<br />

Voor professionalisering zijn twee vertrekpunten mogelijk:<br />

I. Het versterken van de individuele competenties van de professional in de nieuwe functies (outreachend,<br />

generalistisch etc.) De verantwoordelijkheid hiervoor ligt met name bij het veld en het onderwijs.<br />

II. Als professional meer bijdragen aan de maatschappelijke opdracht van het welzijnswerk. Hierbij gaat het<br />

om de bijdrage van professionals aan de taken van de gemeente, met daarbij behorende meer<br />

professionele verhoudingen en verantwoording.<br />

Bij <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> ligt de nadruk op dit laatste vertrekpunt.<br />

2. Opdrachtgever – opdrachtnemerschap<br />

Door welzijn nieuwe stijl ontstaan nieuwe verhoudingen tussen gemeenten, instellingen en burgers die<br />

uiteindelijk moeten leiden tot innovatieve vormen van dienstverlening aansluitend op de vraag van de<br />

burger.<br />

Vaak is de gemeente opdrachtgever en de instelling opdrachtnemer, gericht op het bereiken van het<br />

beoogde maatschappelijke effect. Maar soms veranderen rollen, inclusief een belangrijke bijdrage van de<br />

burger.<br />

Het werken volgens het gedachtegoed van <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> vraagt om een herdefiniëring van de relatie<br />

tussen gemeente als opdrachtgever en instellingen als opdrachtnemers.<br />

3. Maatschappelijk agenderen<br />

Het begrip maatschappelijke agenderen staat zowel voor het proces (‘maatschappelijk agenderen’) als een<br />

inhoudelijk resultaat (‘de maatschappelijke agenda’).<br />

De maatschappelijke agenda is de visie (het kader, de kapstok) waarin staat beschreven welk effect in de<br />

samenleving zichtbaar moet worden. Dus wat is het resultaat dat we willen terugzien in de samenleving?<br />

Wat willen we bereiken?<br />

22


Toelichting opgaven II<br />

4. Bezuinigen in combinatie met vernieuwen<br />

Parallel aan de ondersteuningstrajecten hadden veel gemeenten een taakstelling op het welzijnswerk<br />

gelegd. Trajecten zijn aangegrepen om als gemeente en instelling samen te onderzoeken hoe de<br />

taakstelling niet hoefde te leiden tot een verschraling van het aanbod, maar juist tot innovatie en vergroting<br />

van maatschappelijk rendement.<br />

Wanneer gemeenten aan de slag gingen met bezuinigen in combinatie met vernieuwen, werd ook<br />

gezamenlijk overwogen welke activiteiten pasten binnen de visie. In enkele trajecten kregen<br />

maatschappelijke organisaties en burgers gelegenheid om invloed uit te oefenen op de bezuinigingskeuzes.<br />

5. Positioneren burger<br />

Bij <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is de vraag (achter de vraag) van de burger het vertrekpunt. Het positioneren van de<br />

burger geldt op verschillende punten:<br />

• Betrekken van de burger bij het opstellen van de maatschappelijke agenda<br />

• Burger laten reflecteren op het welzijnsaanbod en manieren om deze reacties te vertalen naar het<br />

aanbod<br />

• Informeren van de burger over <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de medeverantwoordelijkheid die burgers<br />

dragen voor het lokale welzijn<br />

• Het betrekken van vrijwilligers en het ondersteunen van mantelzorgers<br />

• Overheids- en instellingsparticipatie bij de initiatieven van burgers en bij hun zelforganisaties<br />

23


Spreiding opgaven<br />

De accenten van de ondersteuningstrajecten lagen verspreid over het land:<br />

1. Professionalisering 2. Trajecten opdrachtgever-opdrachtnemer 3. Maatschappelijk agenderen<br />

24


Beantwoording ondersteuningsvraag<br />

De aanvragende gemeenten en welzijnsinstellingen vulden bij aanvang van het traject een<br />

aanvraagformulier in met hun ondersteuningsvraag. Bij aanvang van het ondersteuningstraject werd een<br />

intake gesprek gevoerd tussen de gemeente, de welzijnsinstelling en de adviseur. Op basis daarvan werd<br />

een plan van aanpak voor de ondersteuningsvraag opgesteld.<br />

• Bij bijna 60 procent van de trajecten is deze vraag beantwoord.<br />

• Bij ongeveer 30 procent van de trajecten is deze vraag anders komen te liggen. Dit had over het<br />

algemeen twee verklaringen:<br />

• De relatie tussen de gemeente en de welzijnsinstelling moest eerst verbeterd worden<br />

(opdrachtgever-opdrachtnemerschap)<br />

• Er was geen onderliggende welzijnsvisie en die diende eerst ontwikkeld te worden of de visie<br />

die er lag moest geactualiseerd worden (maatschappelijk agenderen)<br />

Beantwoording ondersteuningsvraag<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstelling<br />

Geheel beantwoord<br />

Nauwelijks tot niet beantwoord<br />

Verdiept en anders komen te liggen<br />

Gemeente<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

25


Contextuele factoren trajecten<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Factoren van invloed op WNS<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstelling<br />

Krimp binnen de gemeente<br />

Bezuinigingen<br />

Fusie van welzijnsinstellingen<br />

Vergaande samenwerking<br />

tussen welzijnsinstellingen<br />

13%<br />

Gemeente<br />

29%<br />

24%<br />

31%<br />

33%<br />

44%<br />

81%<br />

76%<br />

Bij de trajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> speelde de<br />

volgende omstandigheden waarbinnen de<br />

vraagstukken werden opgepakt:<br />

1. Gemeentelijke herindelingen<br />

2. Samenwerking tussen welzijnsinstellingen<br />

3. Fusie van welzijnsinstellingen<br />

4. Bezuinigingen<br />

5. Krimp binnen de gemeente<br />

Zowel voor gemeenten als welzijnsinstellingen<br />

wogen vooral bezuinigingen mee. Deze contextuele<br />

factoren waren onderwerp van gesprek tussen<br />

gemeente en welzijnsinstelling en hadden gevolgen<br />

voor de stappen die werden genomen binnen de<br />

ondersteuningstrajecten. De contextuele factoren<br />

kregen bijvoorbeeld een plek in de visie die werd<br />

ontwikkeld.<br />

Top krimp- en anticipeerregio’s en <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Gemeentelijke herindeling<br />

13%<br />

14%<br />

26


Adviseurs <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Adviseurs pWNS<br />

De trajecten zijn begeleid door adviseurs van het<br />

programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>.<br />

38%<br />

29%<br />

MOVISIE<br />

DSP-groep<br />

CMO-net<br />

De adviseurs waren afkomstig vanuit drie partijen:<br />

• MOVISIE<br />

• DSP-groep<br />

• CMO-net<br />

Op basis van de ondersteuningsvraag en de<br />

expertise van de adviseur werd een match gemaakt<br />

tussen aanvragers en adviseur.<br />

33%<br />

Onder de deelnemende gemeenten en<br />

welzijnsinstelling was per traject één<br />

contactpersoon:<br />

• Afdelingshoofd, beleidsambtenaar of<br />

projectleider op het gebied van de <strong>Wmo</strong> vanuit<br />

de gemeente<br />

• Directeur of manager van een<br />

welzijnsinstellingen<br />

27


Methoden trajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Binnen de ondersteuningstrajecten hebben gemeenten en instellingen de volgende methoden ingezet bij<br />

het aan de slag gaan met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

Ontwikkelen<br />

instrumenten, profielen<br />

of pilots<br />

14%<br />

Methoden pWNS<br />

Opstellen visiedocument<br />

17%<br />

Interviews met burger<br />

7%<br />

Trainingen<br />

professionals en<br />

inventariseren<br />

voorbeelden<br />

12%<br />

Gesprekssessies<br />

27%<br />

Werkbijeenkomsten<br />

23%<br />

28


Methoden in combinatie met opgaven I<br />

100%<br />

maatschappelijk agenderen<br />

Bij de opgave maatschappelijk agenderen werden<br />

vooral gespreksessies en werkbijeenkomsten<br />

georganiseerd.<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

deelnemers<br />

niet-deelnemers<br />

Op basis daarvan werd een visiedocument<br />

opgesteld.<br />

Dit gold ook voor gemeenten en instellingen die niet<br />

deelnamen aan het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

maar die wel aan de slag zijn gegaan met<br />

maatschappelijk agenderen. Hier werd alleen minder<br />

ingezet op gesprekssessies en werkbijeenkomsten.<br />

29


Methoden in combinatie met opgaven II<br />

opdrachtgever - opdrachtnemerschap<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

Bij de opgave opdrachtgever – opdrachtnemerschap<br />

werden vooral gespreksessies en<br />

werkbijeenkomsten georganiseerd.<br />

De manier waarop het opdrachtgever –<br />

opdrachtnemerschap werd ingevuld is vaak<br />

vastgelegd in een visiedocument en vertaald naar<br />

(verantwoording)instrumenten.<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

deelnemers<br />

niet-deelnemers<br />

Dit gold ook voor gemeenten en instellingen die niet<br />

deelnamen aan het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

maar die wel aan de slag zijn gegaan met<br />

opdrachtgever-opdrachtnemerschap.<br />

Hier werd alleen meer ingezet op gesprekssessies en<br />

werkbijeenkomsten. Ook werd hier meer ingezet op<br />

trainingen en gekeken naar goede voorbeelden<br />

elders.<br />

30


Methoden in combinatie met opgaven III<br />

100%<br />

Professionalisering<br />

Bij de opgave professionalisering werden vooral<br />

gespreksessies en werkbijeenkomsten<br />

georganiseerd.<br />

80%<br />

60%<br />

Hierbij werden 3 type trainingen georganiseerd<br />

• Trainingen voor welzijnswerkers<br />

• Trainingen voor ambtenaren<br />

• Gezamenlijke trainingen<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

deelnemers<br />

niet-deelnemers<br />

Aangezien in het programma niet altijd alle<br />

welzijnsprofessionals konden worden getraind, is<br />

vaak gekozen voor het trainen van ambassadeurs<br />

die de inzichten weer uitdroegen binnen de<br />

organisatie.<br />

Dit gold ook voor gemeenten en instellingen die niet<br />

deelnamen aan het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

die aan de slag zijn gegaan met professionalisering,<br />

maar hier lag het accent op trainingen en het<br />

ontwikkelen van instrumenten.<br />

31


Methoden in combinatie met opgaven IV<br />

100%<br />

80%<br />

Bezuinigingen en vernieuwen<br />

Bij de opgave bezuinigen in combinatie met<br />

vernieuwen werden vooral gespreksessies en<br />

werkbijeenkomsten georganiseerd. De invulling van<br />

de bezuinigingen in combinatie met vernieuwen<br />

werd vertaald in een visiedocument.<br />

60%<br />

Deelnemers aan het programma hebben veel vaker<br />

ingezet op bezuinigen in combinatie met<br />

vernieuwen dan niet deelnemers.<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

deelnemers<br />

niet-deelnemers<br />

Niet-deelnemende gemeenten en instellingen<br />

hebben vaker gekeken naar goede voorbeelden en<br />

instrumenten van andere gemeenten en instellingen.<br />

32


Methoden in combinatie met opgaven V<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

Positioneren burger<br />

Bij de opgave het positioneren van de burger werden<br />

vooral gespreksessies en werkbijeenkomsten<br />

georganiseerd. Resultaten werden vastgelegd in een<br />

visiedocument. Ook werden instrumenten<br />

ontwikkeld.<br />

Niet-deelnemende gemeenten en instellingen<br />

hebben vaker gekeken naar goede van andere<br />

gemeenten en instellingen.<br />

20%<br />

0%<br />

deelnemers<br />

niet-deelnemers<br />

33


Resultaten programma <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> voor gemeenten<br />

Scores gemeenten<br />

vooraf<br />

onvold<br />

voldoende<br />

Scores gemeenten<br />

achteraf<br />

onvold<br />

voldoende<br />

Deelnemende gemeenten zijn gevraagd of ze zich<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> ‘proof’ achten voor deelname<br />

aan het ondersteuningsprogramma en na<br />

deelname.<br />

38%<br />

5%<br />

• Voor deelname aan het programma gaf 62<br />

procent van de gemeenten zichzelf een<br />

onvoldoende op het gebied van <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

62%<br />

95%<br />

• Na deelname aan het programma was dit nog<br />

5 procent<br />

• Wanneer welzijnsinstellingen een oordeel<br />

gaven over de gemeenten sloot dit aan bij dit<br />

beeld<br />

34


Resultaten programma <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> voor instellingen<br />

Scores<br />

welzijnsinstellingen<br />

vooraf<br />

onvold<br />

voldoende<br />

Scores<br />

welzijnsinstellingen<br />

vooraf<br />

onvold<br />

0%<br />

voldoende<br />

Deelnemende welzijnsinstellingen is gevraagd of ze<br />

zich <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> ‘proof’ achten voor<br />

deelname aan het ondersteuningsprogramma en na<br />

deelname.<br />

• Voor deelname aan het programma gaf 44<br />

procent van de welzijnsinstellingen zichzelf<br />

een onvoldoende op het gebied van <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

56%<br />

44%<br />

• Na deelname aan het programma gaven alle<br />

welzijnsinstellingen zichzelf een voldoende<br />

100%<br />

• Wanneer gemeenten een oordeel gaven over<br />

de welzijnsinstellingen sloot dit aan bij dit<br />

beeld<br />

35


gemiddeld aantal punten verbetering op een schaal<br />

van 1 tot 10<br />

Resultaten naar grootte<br />

3,0<br />

2,5<br />

• Kleine gemeenten lastig – mankracht<br />

• Grote gemeenten ook lastig – geen korte<br />

lijnen<br />

• Middelgrote gemeenten in het voordeel<br />

2,0<br />

• <strong>Welzijn</strong>sinstelling los van grootte<br />

1,5<br />

1,0<br />

Gemeente<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstelling<br />

0,5<br />

0,0<br />

grootte-klassen gemeenten naar aantal inwoners<br />

36


Aantal aanmeldingen waarin de baken<br />

genoemd wordt<br />

Accenten bakens vooraf<br />

In de oorspronkelijke plannen van aanpak werd regelmatig een accent gelegd op een bepaald baken:<br />

• Alle bakens kwamen verschillende malen terug<br />

• Om aan de slag te gaan met bepaalde bakens werden verschillende methoden ingezet – er was geen<br />

bepaalde methode die specifiek verbonden was aan een bepaald baken.<br />

• Een uitzondering waren trainingen die werden ingezet bij professionalisering, waarbij de bakens<br />

Eropaf en Ruimte voor de professional extra van belang waren.<br />

Accenten op bakens<br />

70<br />

60<br />

50<br />

40<br />

30<br />

20<br />

10<br />

0<br />

Gericht op de vraag<br />

achter de vraag<br />

Gebaseerd op de<br />

eigen kracht van de<br />

burger<br />

Direct er op af<br />

Formeel en informeel<br />

in optimale<br />

verhouding<br />

Baken<br />

Doordachte balans<br />

van collectief en<br />

individueel<br />

Integraal werken<br />

Niet vrijblijvend, maar Gebaseerd op ruimte<br />

resultaatgericht voor de professional<br />

37


Voortgang bakens gemeenten<br />

100%<br />

90%<br />

Voortgang bakens gemeenten<br />

Na het ondersteuningstraject geven deelnemende<br />

gemeenten aan dat ze met bepaalde bakens extra<br />

goed op weg zijn:<br />

80%<br />

70%<br />

60%<br />

50%<br />

40%<br />

30%<br />

20%<br />

10%<br />

0%<br />

Baken 1 2 3 4 5 6 7 8<br />

ver gevorderd<br />

goed op weg<br />

redelijk gevorderd<br />

nauwelijks<br />

gevorderd<br />

• Gemeenten geven aan dat ze vooral met het<br />

baken Eropaf goed op weg zijn<br />

• Gemeenten zijn nog minder gevorderd met<br />

het baken Eigen kracht van de burger<br />

• Gemeenten geven aan professionalisering en<br />

werken volgens de bakens specifiek iets te<br />

vinden van de welzijnsinstelling –<br />

professionalisering volgens de bakens <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> van ambtenaren blijft daarmee<br />

achter<br />

Bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

3. Direct er op af<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

6. Integraal werken<br />

7. Resultaatgericht<br />

8. Ruimte voor de professional<br />

38


Voortgang bakens welzijnsinstellingen<br />

100%<br />

90%<br />

Voortgang bakens gemeenten<br />

Na het ondersteuningstraject geven deelnemende<br />

welzijnsinstellingen aan dat ze met bepaalde<br />

bakens extra goed op weg zijn:<br />

80%<br />

70%<br />

60%<br />

50%<br />

40%<br />

30%<br />

20%<br />

10%<br />

0%<br />

Baken 1 2 3 4 5 6 7 8<br />

ver gevorderd<br />

goed op weg<br />

redelijk gevorderd<br />

nauwelijks<br />

gevorderd<br />

• <strong>Welzijn</strong>sinstellingen geven aan dat ze vooral<br />

met het baken ruimte voor de professional<br />

goed op weg zijn<br />

• Ook welzijnsinstellingen zijn nog minder<br />

gevorderd met het baken Eigen kracht van de<br />

burger<br />

• <strong>Welzijn</strong>sprofessionals geven aan de bakens<br />

als een checklist voor hun werkzaamheden te<br />

gebruiken – zowel als totaal als voor de<br />

individuele bakens<br />

Bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

3. Direct er op af<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

6. Integraal werken<br />

7. Resultaatgericht<br />

8. Ruimte voor de professional<br />

39


Succesfactoren trajecten <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

Succesfactoren pWNS<br />

Bij de ondersteuningstrajecten speelden de<br />

volgende succesfactoren:<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

• Gedeeld gevoel urgentie tussen de<br />

aanvragers. Een goede relatie tussen de<br />

aanvragers was hierbij behulpzaam.<br />

• De inhoudelijke expertise van de adviseur –<br />

de adviseur was vaak een belangrijke stok<br />

achter de deur als facilitator<br />

• Aansluiting van dit traject bij al bestaande<br />

projecten (zoals de WWI wijkenaanpak, De<br />

Kanteling, de <strong>Wmo</strong>-werkplaats of Beter in<br />

Meedoen) maar ook bij lokale (pilot)<br />

projecten of al ontwikkelde visiestukken<br />

positief effect<br />

40


Faalfactoren trajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong><br />

100%<br />

Faalfactor pWNS<br />

Bij de ondersteuningstrajecten speelden<br />

verschillende faalfactoren:<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

• Vooral de bezuinigingen zorgden ervoor<br />

dat het ondersteuningstraject werd<br />

uitgesteld of niet het beoogde resultaat had<br />

• Spanningen tussen gemeenten en<br />

instellingen waren een belangrijke reden<br />

waarom trajecten vertraging opliepen (de<br />

bezuinigingen wogen hier vaak in mee)<br />

• Bij een aantal ondersteuningstrajecten<br />

speelde dat het traject onzichtbaar was<br />

tussen alle andere ontwikkelingen binnen<br />

een gemeente<br />

• Geen gedeeld gevoel van urgentie tussen<br />

deelnemers was ook een belangrijke reden<br />

waarom trajecten vertraging op liepen<br />

negatief effect<br />

41


Samenwerking trajecten <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

niet<br />

38%<br />

Samenwerking<br />

Samenwerkingspartners<br />

wel<br />

62%<br />

Vrijwilligersorganisaties<br />

Woningbouwcorporaties<br />

Zorginstellingen<br />

Scholen<br />

Sociale werkplaatsen<br />

Burgers /<br />

cliëntvertegenwoordigers<br />

Maatschappelijke<br />

organisaties<br />

Politie<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen die aan de slag<br />

gingen binnen een ondersteuningstraject werkten<br />

binnen het traject vaak samen met andere partijen:<br />

• In 62 procent van de ondersteuningstrajecten<br />

is samengewerkt<br />

• Dit waren vaak maatschappelijke organisaties<br />

die werden betrokken bij het opstellen van<br />

een maatschappelijke agenda<br />

• Wanneer een gemeente of instelling<br />

individueel deelnam, werd wel samengewerkt<br />

met de lokale instelling dan wel de eigen<br />

gemeente<br />

• Gemeenten en welzijnsorganisaties werken<br />

beiden samen met zorginstellingen en<br />

maatschappelijke organisaties.<br />

• Gemeenten werken vaak met cliënt- en<br />

burgervertegenwoordigers (60%), vaak via<br />

formele kanalen als de <strong>Wmo</strong>- Raad<br />

• <strong>Welzijn</strong>sinstellingen werken ook vaak samen<br />

(50%) maar zijn ook vaak inclusief met de<br />

doelgroep zelf aan het werk<br />

• Sociale werkplaatsen, de politie, en het<br />

onderwijs zijn partijen waarmee niet of<br />

nauwelijks wordt samengewerkt.<br />

• Binnen de ondersteuningstrajecten lag de<br />

focus primair op de relatie gemeente en<br />

instelling<br />

42


Reactie stellingen I<br />

Bepalende rol gemeente<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

Beoogde effecten in beeld<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

• Uw gemeente bepaalt de wijze waarop het<br />

welzijnswerk wordt uitgevoerd.<br />

• In uw gemeente zijn welzijnsinstellingen op<br />

de hoogte van welke effecten de gemeente<br />

wil bereiken met welzijn.<br />

43


Reactie stellingen II<br />

Afstemming opgaven<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

Afstemming vraag burger<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

Formeel naar informeel<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje<br />

van toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

• In uw gemeente wordt het aanbod van de<br />

welzijnsinstelling(en) afgestemd op de<br />

maatschappelijke vraagstukken in uw lokale<br />

situatie.<br />

• In uw gemeente wordt het aanbod van de<br />

welzijnsinstelling(en) afgestemd op de vraag<br />

van de burger.<br />

• In uw gemeente vindt een verschuiving plaats<br />

van formele naar informele zorg.<br />

44<br />

0% 50% 100%<br />

4: helemaal van<br />

toepassing


Reactie stellingen III<br />

Monitoring effectiviteit<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

Verantwoordingsstructuur<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

Verantwoording aan burgers<br />

niet deeln<br />

deeln<br />

0% 50% 100%<br />

45<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje<br />

van toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

1: helemaal niet<br />

van toepassing<br />

2: een beetje van<br />

toepassing<br />

3. redelijk van<br />

toepassing<br />

4: helemaal van<br />

toepassing<br />

• In uw gemeente is gekozen voor de huidige<br />

welzijnsactiviteiten vanwege de effectiviteit<br />

ervan en wordt deze effectiviteit gemonitord.<br />

• In uw gemeente wordt in de huidige<br />

verantwoordingsstructuur inzichtelijk<br />

gemaakt wat de welzijnsinstelling met haar<br />

activiteiten heeft bereikt.<br />

• In uw gemeente legt een welzijnsinstelling<br />

niet alleen verantwoording af aan de<br />

gemeente maar ook aan de burgers.


4. Vergelijking deelnemers<br />

en niet-deelnemers


Niet-deelnemers en <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong><br />

1. Opgaven <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

2. Voortgang <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

3. Methoden <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

4. Samenwerking <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

5. Vergelijk met deelnemers <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

47


Opgaven gemeenten en instellingen<br />

(niet-deelnemers)<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

Opgaven niet-deelnemers<br />

Onder niet deelnemers aan het programma<br />

speelden dezelfde top 5 aan opgaven:<br />

1. Professionalisering welzijnswerkers<br />

2. Opdrachtgever – opdrachtnemer<br />

3. Maatschappelijk agenderen<br />

4. Bezuinigen in combinatie met vernieuwen<br />

5. Positioneren burger<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

Gemeente<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstelling<br />

In vergelijking met deelnemers geldt het volgende:<br />

• Onder gemeenten en instellingen die niet<br />

deelnamen aan het programma speelde<br />

minder de opgave rondom maatschappelijk<br />

agenderen. Vermoeden is dat deze<br />

gemeenten en instellingen vaker al een visie<br />

hadden opgesteld.<br />

• Op het gebied van opdrachtgeveropdrachtnemersschap<br />

kampen nietdeelnemers<br />

vaak nog met vragen. Dit is bij<br />

uitstek een opgave waar deelnemers van het<br />

programma mee aan de slag zijn gegaan.<br />

• Opgaven op het gebied van<br />

professionalisering wordt door nietdeelnemende<br />

gemeenten en instellingen vaak<br />

opgepakt door middel van een extern<br />

ondersteuningstraject.<br />

48


Stand van het land (niet-deelnemers)<br />

Gemeenten<br />

onvold<br />

voldoende<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstellingen<br />

onvold<br />

voldoende<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen zijn gevraagd<br />

of ze zich <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> ‘proof’ achten:<br />

• 60 procent van de niet-deelnemende<br />

gemeenten geeft zichzelf een voldoende<br />

60%<br />

40%<br />

52%<br />

48%<br />

• 52 procent van de niet-deelnemende<br />

welzijnsinstellingen geeft zichzelf een<br />

voldoende in <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

• Dit is substantieel minder dan bij<br />

deelnemers aan het programma – na<br />

deelname aan het programma acht 100<br />

procent van de gemeenten en<br />

welzijnsinstellingen zich <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong> proof<br />

49


Voortgang bakens gemeenten<br />

(niet-deelnemers)<br />

100%<br />

90%<br />

80%<br />

70%<br />

60%<br />

Voortgang bakens gemeenten<br />

ver gevorderd<br />

goed op weg<br />

Gemeenten geven aan dat ze met bepaalde bakens<br />

extra goed op weg zijn:<br />

• Gemeenten geven aan dat ze vooral met het<br />

baken integraal werken goed op weg te zijn<br />

• Gemeenten zijn nog minder gevorderd met<br />

het baken formeel en informeel in verhouding<br />

50%<br />

40%<br />

30%<br />

redelijk gevorderd<br />

nauwelijks<br />

gevorderd<br />

20%<br />

10%<br />

0%<br />

Baken 1 2 3 4 5 6 7 8<br />

Bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

3. Direct er op af<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

6. Integraal werken<br />

7. Resultaatgericht<br />

8. Ruimte voor de professional<br />

50


Voortgang bakens welzijnsinstellingen<br />

(niet-deelnemers)<br />

100%<br />

90%<br />

80%<br />

70%<br />

60%<br />

50%<br />

40%<br />

30%<br />

20%<br />

10%<br />

Voortgang bakens gemeenten<br />

ver gevorderd<br />

goed op weg<br />

redelijk gevorderd<br />

nauwelijks<br />

gevorderd<br />

Bij niet-deelnemende welzijnsinstellingen zijn er<br />

geen grote verschillen tussen de bakens in hoe ver<br />

de instellingen op weg zijn<br />

• De welzijnsinstellingen zijn enthousiaster<br />

over hun vorderingen dan de (nietdeelnemende)<br />

gemeenten.<br />

• Circa de helft van de niet-deelnemende<br />

respondenten welzijnsinstellingen geeft aan<br />

goed of weg te zijn op de voortgang van de<br />

bakens<br />

0%<br />

Baken 1 2 3 4 5 6 7 8<br />

Bakens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

1. Gericht op de vraag achter de vraag<br />

2. Eigen kracht van de burger<br />

3. Direct er op af<br />

4. Formeel en informeel in verhouding<br />

5. Balans van collectief en individueel<br />

6. Integraal werken<br />

7. Resultaatgericht<br />

8. Ruimte voor de professional<br />

51


Methoden <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

(niet-deelnemers)<br />

Gemeenten en instellingen die geen ondersteuningstraject van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> hebben<br />

doorlopen, maar wel aan de slag zijn met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> gebruiken de verschillende methoden:<br />

Ontwikkelen<br />

instrumenten, pilot,<br />

profielen<br />

19%<br />

Methoden<br />

Opstellen visiedocument<br />

16%<br />

Interviews met burger<br />

8%<br />

Gesprekssessies<br />

18%<br />

Trainingen<br />

professionals,<br />

Inventarisatie vb<br />

26%<br />

Werk bijeenkomsten<br />

13%<br />

Niet deelnemende gemeenten en instellingen gaan aanzienlijk minder samen aan de slag (in<br />

werkbijeenkomsten of gesprekssessies) dan deelnemers<br />

52


Samenwerking (niet-deelnemers)<br />

Samenwerking (niet-deelnemers)<br />

niet<br />

9%<br />

wel<br />

91%<br />

Niet-deelnemende gemeenten en instellingen zoeken<br />

wel vaak de samenwerking op het gebied van <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

• In 91 procent van de niet-deelnemende<br />

gemeenten en instelling wordt samengewerkt<br />

met andere partijen wanneer ze aan de slag<br />

gaan met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

• Dit is vaker dan onder deelnemers. Vermoeden<br />

is dat dit te maken heeft met de focus op de<br />

opdrachtgever-opdrachtnemer relatie in de<br />

trajecten (samenwerking werd vaak benoemd als<br />

vervolgstap na het traject).<br />

Samenwerkingspartners (niet-deelnemers)<br />

Vrijwilligersorganisaties<br />

Woningbouwcorporaties<br />

Zorginstellingen<br />

Scholen<br />

Sociale werkplaatsen<br />

Burgers / cliëntvertegenwoordigers<br />

Maatschappelijke organisaties<br />

Politie<br />

53<br />

Binnen ons ondersteuningstraject werd niet<br />

samengewerkt met andere partijen


Succesfactoren niet-deelnemers<br />

Succesfactor<br />

Bij de ondersteuningstrajecten speelden de<br />

volgende succesfactoren:<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

• Gedeeld gevoel urgentie tussen de<br />

aanvragers. Een goede relatie tussen de<br />

aanvragers was hierbij behulpzaam.<br />

• Aansluiting bij al bestaande trajecten.<br />

• Goede relatie tussen de aanvragers.<br />

Deze twee laatste twee succesfactoren waren<br />

minder van toepassing bij de deelnemers aan het<br />

programma, wat kan samenhangen met de<br />

motivatie om een ondersteuningstraject aan te<br />

vragen.<br />

positief<br />

effect<br />

54


Faalfactoren niet-deelnemers<br />

Faalfactor<br />

Bij de ondersteuningstrajecten speelden<br />

verschillende faalfactoren:<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

• Bij niet- deelnemers speelden verschillende<br />

faalfactoren.<br />

• Vooral spanningen tussen gemeenten en<br />

instellingen wogen mee.<br />

40%<br />

20%<br />

Bij deelnemers aan het programma speelde vaker<br />

dat het ‘aparte’ <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

ondersteuningstraject onzichtbaar was binnen<br />

een veelheid aan trajecten.<br />

0%<br />

negatief<br />

effect<br />

55


Conclusie: vergelijk deelnemers en nietdeelnemers<br />

• Onder niet-deelnemers aan het programma spelen dezelfde opgaven<br />

• Iets meer dan de helft van niet-deelnemende gemeenten en instellingen geeft zichzelf een voldoende in<br />

werken volgens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> – dit in tegenstelling tot de 100 procent van de gemeenten en<br />

welzijnsinstellingen die zich <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> proof acht na deelname aan het programma<br />

• Niet-deelnemende gemeenten en instellingen geven een grotere voortgang per baken aan.<br />

• Niet deelnemende gemeenten en instellingen organiseren maar beperkt werkbijeenkomsten of<br />

gespreksessies en lijken daarmee minder samen aan het werk te gaan.<br />

• Niet-deelnemende gemeenten en instellingen werken wel vaker samen met andere partners. Hierdoor<br />

zijn bestrijken de trajecten van niet-deelnemers een breder terrein.<br />

56


5. Beoordeling programma


Het programma<br />

Het ondersteuningsprogramma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> bestond uit drie pijlers:<br />

1. Individuele ondersteuningstrajecten<br />

2. Collectief ondersteuningsaanbod<br />

3. “<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> light” (korte ondersteuningsbijeenkomsten door MOVISIE en Verwey Jonker) en<br />

andere activiteiten<br />

Vervolgens wordt gekeken naar de voortgang ten opzichte van de oorspronkelijke doelstellingen van het<br />

programma.<br />

58


1. Individuele ondersteuningstrajecten<br />

Binnen het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> hebben 90 individuele ondersteuningstrajecten gelopen. De<br />

eerste (pilot) trajecten zijn begonnen in 2010. Het zwaartepunt van de trajecten lag in 2011. De individuele<br />

ondersteuningstrajecten van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zijn begin 2012 afgerond.<br />

Individuele ondersteuningstrajecten<br />

Pilot trajecten<br />

Reguliere trajecten<br />

Stopgezette trajecten<br />

Afgeronde trajecten<br />

4 individuele ondersteuningstrajecten<br />

78 individuele ondersteuningstrajecten<br />

8 individuele ondersteuningstrajecten<br />

81 individuele ondersteuningstrajecten<br />

59


Evaluatie individuele<br />

ondersteuningstrajecten<br />

Alle individuele ondersteuningstrajecten zijn geëvalueerd door de deelnemers:<br />

• Adviseur<br />

De adviseurs vervulden een belangrijke rol als aanjager. De faciliterende rol en de inhoudelijke<br />

expertise van de adviseurs waren hierbij doorslaggevende factoren en maakten een goede <strong>Welzijn</strong><br />

<strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>. In de evaluaties kwam de prettige samenwerking met de adviseur naar voren als<br />

belangrijke factor voor het slagen van het traject.<br />

• Tijdspanne<br />

In de 15 dagen werd een begin gemaakt met een omslag richting <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>. Het<br />

ondersteuningstraject functioneerde hierbij als een belangrijke stok achter de deur. Bij ruim 60<br />

procent van de trajecten werd aangegeven dat er behoefte was aan extra ondersteuningsdagen.<br />

• Stopgezette trajecten<br />

8 individuele ondersteuningstrajecten zijn stopgezet. De belangrijkste oorzaak was dat er geen<br />

mankracht kon worden vrij gemaakt binnen gemeente en instellingen voor het traject. Vaak eisten in<br />

dat geval de bezuinigingen alle aandacht op.<br />

• Beantwoording ondersteuningsvraag<br />

Bij ruim 60 procent is de oorspronkelijke ondersteuningsvraag beantwoord. Bij ruim 30 procent is de<br />

vraag in het traject aangescherpt en verdiept. Bij 90 procent van deze trajecten is de nieuwe vraag<br />

beantwoord.<br />

60


2. Collectieve ondersteuningstrajecten<br />

De collectieve trainingen van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zijn eind 2011 afgerond. Het collectieve<br />

ondersteuningsaanbod is georganiseerd in de vorm van workshops. Uitgangspunt bij het inrichten ervan is<br />

dat ook gemeenten en welzijnsinstellingen die niet deelnemen aan de individuele ondersteuningstrajecten<br />

gebruik konden maken van de ondersteuning van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>. Daarnaast is het<br />

collectieve aanbod ook bedoeld voor deelnemers aan de individuele ondersteuningstrajecten, zodat zij over<br />

voldoende kennis en vaardigheden beschikken om optimaal te kunnen profiteren van de individuele<br />

ondersteuning. Samen met de trainers is het collectieve aanbod ontwikkeld. In de ontwikkeling zijn<br />

afspraken gemaakt over het maximaal aantal deelnemers per workshop en het maximale aantal deelnemers<br />

vanuit een gemeente of welzijnsinstelling.<br />

Thema’s Aantal trainingen Aantal deelnemers<br />

Maatschappelijk agenderen 5 75<br />

Opdrachtgeveropdrachtnemerschap<br />

4 63<br />

welzijnswerker nieuwe stijl 5 73<br />

van formeel naar informeel (in<br />

balans)<br />

3 77<br />

van activiteit naar effectiviteit 2 49<br />

horizontale ketensamenwerking<br />

en netwerksturing<br />

3 52<br />

61


Evaluatie collectieve<br />

ondersteuningstrajecten<br />

Alle workshops worden geëvalueerd door de deelnemers. De volgende punten waren hierbij van belang en<br />

zijn meegenomen in het aanbod:<br />

• Praktische handvatten, methoden, voorbeelden en tools<br />

Er was een grote vraag naar concrete praktijkvoorbeelden: wanneer gebruik je welke methode, wat<br />

houdt de methode in en hoe kan deze toepasbaar gemaakt worden voor de eigen lokale situatie?<br />

Leidend bij het collectief aanbod was daarom het vertalen van de theorie naar het opzetten van<br />

activiteiten in de eigen lokale situatie.<br />

• Interactief: leren van elkaar<br />

Er was behoefte aan het uitwisselen van de expertise en kennis van de deelnemers van de workshops<br />

zodat men optimaal van elkaars kennis en ervaringen gebruik kan maken. Binnen het collectief<br />

aanbod was het uitwisselen tussen de professionals daarom van groot belang.<br />

• Zelf aan de slag<br />

Deelnemers gaven aan graag zelf aan de slag te willen in de workshops: zelf oefenen met aangereikte<br />

methoden en praktijkvoorbeelden. Het collectief aanbod stond daarom vooral in het teken van zelf aan<br />

de slag gaan.<br />

62


3. WNS light en andere activiteiten<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> light<br />

Aanvullend op het collectief trainingsaanbod is <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> light ontwikkeld, met maatwerktrainingen<br />

van een dag door MOVISIE en Verwey Jonker.<br />

• De trainingen vonden plaats op de volgende 5 thema’s:<br />

• Maatschappelijk agenderen<br />

• Vernieuwing relatie opdrachtgever-opdrachtnemer<br />

• Formeel-informeel in balans<br />

• Workshop Wwb/<strong>Wmo</strong>/Wsw/Wajong<br />

• Visiteteams<br />

• Van activiteit naar effectiviteit<br />

• Het aanbod is verspreid via de partners van het programma WNS: via nieuwsberichten op de websites<br />

en/of een bericht in een (digitale) nieuwsbrief van het ministerie van VWS (invoeringwmo.nl), MOVISIE, de<br />

VNG en de MO-groep.<br />

• Daarnaast is het light-aanbod onder de aandacht gebracht van bezoekers van het <strong>Wmo</strong>-congres in het<br />

najaar van 2011<br />

• In totaal hebben 10 gemeenten en welzijnsinstellingen zich aangemeld en de maatwerktrainingen<br />

gevolgd<br />

Andere activiteiten<br />

Aanvullend op de pijlers van het programma, worden momenteel verschillende extra activiteiten uitgevoerd:<br />

• Regiobijeenkomsten bij 4 trajecten<br />

• Verbinding met decentralisatie begeleiding bij 5 trajecten<br />

• Inhoudelijke bijeenkomsten met aanvragers en adviseurs<br />

63


Doelstellingen programma<br />

Doelstelling 3<br />

Doelstelling 2<br />

Aandacht doelstelling in plan van aanpak<br />

De doelen van het programma waren oorspronkelijk<br />

als volgt geformuleerd:<br />

1. Gemeenschappelijker<br />

75% van de gemeenten heeft na dialoog een lange<br />

termijn agenda<br />

Doelstelling 1<br />

0 20 40 60 80<br />

Voortgang ten aanzien van doelstelling<br />

Doelstelling 3<br />

Doelstelling 2b<br />

Doelstelling 2a<br />

Doelstelling 1<br />

2. Professioneler<br />

• 30% van de welzijnswerkers is opgeleid in de 8<br />

bakens<br />

• 100% doelen in gemeenten SMART<br />

geformuleerd<br />

3. Efficiënter<br />

75% meer (collectieve) welzijnsarrangementen dan in<br />

2009<br />

Ten aanzien van doelstelling 1 en 2 is veel<br />

vooruitgang geboekt binnen de<br />

ondersteuningstrajecten. Doelstelling 3 bleef achter.<br />

0 20 40 60 80<br />

Buiten bereik<br />

Grote vooruitgang<br />

Kleine stapjes<br />

Binnen bereik<br />

64


Doelstelling 1: Gemeenschappelijker<br />

Gemeenschappelijker: 75% van de gemeenten heeft na dialoog een lange termijn agenda<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen hebben gereageerd op de volgende stelling:<br />

De maatschappelijke agenda van uw gemeente is tot stand gekomen door middel van een dialoog met<br />

burgers, welzijnsinstellingen en/of andere maatschappelijke partners.<br />

Ruim 60 procent van de deelnemers heeft een agenda, tegen ruim 80 procent van de niet-deelnemers.<br />

Totstandkoming maatschappelijke agenda<br />

niet deeln<br />

1: helemaal niet van<br />

toepassing<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing<br />

Maatschappelijke agenda opgesteld<br />

niet deeln<br />

1: helemaal niet van<br />

toepassing<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

65<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing


Doelstelling 2: professioneler<br />

Professioneler:<br />

• 30% van de welzijnswerkers is opgeleid in de 8 bakens<br />

• 100% doelen in gemeenten SMART geformuleerd<br />

Wat betreft professionalisering is de 30 procent niet te kwantificeren:<br />

• Bij sommige welzijnsinstellingen zijn alle welzijnswerkers getraind<br />

• Vaak zijn ambassadeurs <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> getraind die het gedachtegoed verder uitdragen<br />

• Soms hebben gemeenteambtenaren ook deelgenomen aan de trainingen<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen hebben gereageerd op de volgende stelling:<br />

Op het gebied van <strong>Welzijn</strong> stuurt de gemeente op SMART geformuleerde doelen.<br />

Na het programma geven gemeenten en welzijnsinstellingen aan ten aanzien van het sturen op doelen:<br />

• In gezamenlijkheid zijn doelen geformuleerd, vastgelegd in een maatschappelijke agenda<br />

• Gemeenten sturen meer op deze doelen, vastgelegd in nieuwe verantwoordingsstructuren<br />

Bij 96 procent van de deelnemers is dit het geval, tegen 84 procent van de niet-deelnemers<br />

niet deeln<br />

Gemeenten sturen op SMART doelen<br />

1: helemaal niet van<br />

toepassing<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing<br />

66


Doelstelling 3: Efficiënter<br />

Efficiënter: 75% meer (collectieve) welzijnsarrangementen dan in 2009<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen hebben gereageerd op de volgende stelling:<br />

In uw gemeente vindt een verschuiving plaats naar meer collectieve welzijnsarrangementen.<br />

Voor ongeveer de helft van de gemeenten en instelling is dit niet of nauwelijks van toepassing.<br />

Meer collectieve arrangementen<br />

1: helemaal niet van toepassing<br />

niet deeln<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing<br />

67


Conclusie<br />

Vooral de volgende ondersteuningsvragen waren van belang:<br />

• Maatschappelijk agenderen – resulterend in een maatschappelijke agenda<br />

• Opdrachtgever-opdrachtnemerschap – waarbij vooral is gewerkt aan de onderlinge relatie en nog weinig<br />

aandacht is besteed aan lokale opgaven (met het oog op een ontwikkelagenda)<br />

• Professionalisering – resulterend in een uitvoeringsagenda<br />

Zowel bij de individuele ondersteuningstrajecten als bij de collectieve trainingen is hier intensief aandacht aan<br />

besteed. Het extra aanbod WNS light, regiobijeenkomsten en verbinding met de decentralisatie begeleiding<br />

betrof meer maatwerk.<br />

Het zwaartepunt van het programma lag bij de eerste en tweede doelstelling<br />

• Er is veel werk verzet omtrent de maatschappelijke agenda, maar meer voortgang is geboekt bij<br />

opdrachtgever-opdrachtnemerschap en professionalisering<br />

• De derde doelstelling van meer collectieve welzijnsarrangementen kwam slechts bij weinig<br />

ondersteuningstrajecten expliciet aan de orde<br />

68


5. <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en<br />

de toekomst


<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de toekomst<br />

1. Verbinding decentralisaties, ondersteuningsprogramma’s en parallelle trajecten<br />

2. Rol welzijnsinstellingen en samenwerking zorg en welzijn<br />

3. <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en voorbereidingen decentralisaties<br />

70


Verbinding decentralisaties<br />

100%<br />

80%<br />

60%<br />

40%<br />

20%<br />

0%<br />

Parallel aan de slag met de decentralisaties<br />

Gemeenten<br />

<strong>Welzijn</strong>sinstellingen<br />

Alle deelnemende gemeenten aan het programma<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> waren parallel met het<br />

ondersteuningstraject aan de slag met:<br />

• De decentralisatie van begeleiding<br />

• De decentralisatie jeugdzorg<br />

• Wet werken naar vermogen<br />

Niet alle deelnemende gemeenten aan het<br />

programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> waren parallel aan<br />

de slag met de voorbereidingen op de maatregel<br />

passend onderwijs<br />

Minder welzijnsinstellingen waren bezig met deze<br />

voorbereidingen, maar toch gaven verschillende<br />

welzijnsinstellingen aan voorbereidingen te treffen<br />

op de decentralisaties.<br />

71


Ondersteuningsprogramma’s<br />

Bij 69 procent van de ondersteuningstrajecten<br />

liepen er ook parallelle (ondersteunings-)<br />

programma’s<br />

Dit gaat om de volgende<br />

ondersteuningsprogramma’s:<br />

• De Kanteling<br />

• Wijkaanpak<br />

• Beter in Meedoen<br />

• Goed voor elkaar<br />

Daarbij werd bij verschillende trajecten parallel of<br />

in samenhang voorbereid op de decentralisaties.<br />

Dit gold specifiek bij ondersteuningstrajecten die<br />

later in 2011 aanvingen door middel van:<br />

• Overkoepelende visie en doelen<br />

• Lessen trekken uit het opdrachtgeverschap<br />

van de gemeente ten aanzien van de<br />

welzijnsinstelling, met het oog op nieuwe<br />

opdrachtnemers<br />

• Trainingen van professionals met een<br />

doorkijkje naar nieuwe<br />

verantwoordelijkheden bij de decentralisaties<br />

Ondersteuningsprogramma's<br />

niet<br />

31%<br />

wel<br />

69%<br />

Parallelle ondersteuningsprogramma's<br />

De Kanteling<br />

Wijkenaanpak<br />

Beter in Meedoen<br />

Goed voor elkaar<br />

72


WNS ondersteuningstrajecten en<br />

ondersteuningsprogramma’s<br />

In onderstaande afbeeldingen zijn de individuele ondersteuningstrajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> (in geel)<br />

afgezet tegen trajecten InVoorZorg, de Wijkaanpak en de Kanteling.<br />

1. WNS en InVoorZorg 2. WNS en wijkaanpak 3. WNS en de Kanteling<br />

73


Verbinding met parallelle trajecten<br />

Bij 79 procent van de trajecten waar een parallel<br />

ondersteuningstraject loopt en/of de aanvragers<br />

ook intensief aan de slag zijn met de<br />

decentralisaties, werd in het ondersteuningstraject<br />

ook expliciet de verbinding gelegd.<br />

Verbinding met andere trajecten<br />

niet<br />

21%<br />

Dit geldt ook voor parallelle voorbereidingen op de<br />

decentralisaties (specifiek bij<br />

ondersteuningstrajecten die later in 2011<br />

aanvingen).<br />

wel<br />

79%<br />

Binnen de trajecten zorgden de trekkers samen met<br />

de adviseurs dat de trajecten werden afgestemd. Dit<br />

gebeurde vooral door de volgende activiteiten:<br />

• Vanuit beide trajecten input leveren voor de<br />

maatschappelijke agenda<br />

• Afstemming tussen de werkgroepen<br />

• Gezamenlijke trainingen of<br />

werkbijeenkomsten<br />

Met welke programma's<br />

Begeleiding AWBZ naar<br />

<strong>Wmo</strong><br />

Decentralisatie<br />

Jeugdzorg<br />

WWB/Wet werken naar<br />

vermogen<br />

Beter in Meedoen (BiM)<br />

De Kanteling<br />

Wijkenaanpak<br />

74


<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de<br />

decentralisaties<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> behulpzaam<br />

bij de nieuwe decentralisaties<br />

De meerderheid van gemeenten en<br />

welzijnsinstellingen geeft aan dat <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong> behulpzaam is bij de nieuwe decentralisaties:<br />

11%<br />

ja<br />

nee<br />

• De maatschappelijke agenda als<br />

overkoepelende visie of basis voor een brede<br />

visie<br />

• De lessen uit het opdrachtgeveropdrachtnemerschap<br />

van gemeente en<br />

welzijnsinstelling met het oog op nieuwe<br />

opdrachtnemers<br />

• Professionals die getraind zijn als generalist<br />

96%<br />

75


Rol welzijnsinstellingen bij de<br />

decentralisaties<br />

Zowel deelnemende gemeenten en instellingen als niet-deelnemers geven aan dat de welzijnsinstellingen<br />

ook een belangrijke rol spelen in de nieuwe stelselwijzigingen (decentralisatie jeugdzorg, begeleiding en<br />

werken naar vermogen). Specifiek van belang zijn hierbij:<br />

• Met het oog op preventie<br />

• Met het oog op vrijwillige inzet en mantelzorg<br />

Opvallend is dat deelnemers minder enthousiast zijn over de rol van welzijnsinstellingen bij de<br />

stelselwijzigingen dan niet-deelnemers.<br />

De gemeenten krijgen de verantwoordelijkheid voor de decentralisaties en hebben per definitie een rol<br />

hierin<br />

Rol welzijnsinstellingen bij decentralisaties<br />

niet deeln<br />

1: helemaal niet van<br />

toepassing<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing<br />

76


Samenwerking zorg en welzijn<br />

Gemeenten en welzijnsinstellingen geven aan dat er steeds meer sprake is van samenwerking tussen de<br />

aanbieders van maatschappelijke ondersteuning en de aanbieders van zorg:<br />

• Onder niet-deelnemers geven meer gemeenten en welzijnsinstellingen aan dat er sprake is van<br />

samenwerking. Dit lijkt te verklaren uit het feit dat de deelnemende gemeenten en<br />

welzijnsinstellingen in het traject het zwaartepunten legden op hun onderlinge relatie.<br />

Samenwerking tussen zorg en welzijn<br />

niet deeln<br />

1: helemaal niet van<br />

toepassing<br />

2: een beetje van toepassing<br />

deeln<br />

3. redelijk van toepassing<br />

0% 20% 40% 60% 80% 100%<br />

4: helemaal van toepassing<br />

77


Relatie <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de<br />

decentralisaties voor gemeenten<br />

Deelnemers en niet-deelnemers – WNS-proof<br />

Deelnemers en niet-deelnemers –<br />

WNS-proof en klaar voor de decentralisaties<br />

Werkt volgens<br />

WNS<br />

Werkt niet<br />

volgens WNS<br />

Cijfer 6 of hoger,<br />

klaar voor<br />

decentralisaties<br />

Cijfer 6 of hoger, niet<br />

klaar voor<br />

decentralisaties<br />

Cijfer 5 of lager, klaar<br />

voor decentralisaties<br />

Zowel deelnemende welzijnsinstellingen<br />

als niet-deelnemende welzijnsinstellingen<br />

hebben gereageerd op de volgende<br />

stelling:<br />

Is er een verband tussen werken volgens<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en “goed voorbereid<br />

zijn op” de decentralisaties?<br />

• 60% van de gemeenten werkt<br />

volgens WNS (cijfer 6 of hoger). Van<br />

deze gemeenten zegt 50% dat zij<br />

klaar zijn voor de komende<br />

decentralisaties.<br />

• Van de 40% van de gemeenten die<br />

nog niet volgens WNS werken, zegt<br />

20% klaar te zijn voor de<br />

decentralisaties.<br />

Cijfer 5 of lager, niet<br />

klaar voor<br />

decentralisaties<br />

78


Relatie <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de<br />

decentralisaties voor welzijnsinstellingen<br />

Deelnemers en niet-deelnemers – WNS-proof<br />

Werkt volgens<br />

WNS<br />

Werkt niet<br />

volgens WNS<br />

Deelnemers en niet-deelnemers –<br />

WNS-proof en klaar voor de decentralisaties<br />

Cijfer 6 of hoger, klaar<br />

voor decentralisaties<br />

Zowel deelnemende welzijnsinstellingen<br />

als niet-deelnemende<br />

welzijnsinstellingen hebben gereageerd<br />

op de volgende stelling:<br />

Is er een verband tussen werken volgens<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en “goed voorbereid<br />

zijn op” de decentralisaties?<br />

• 77% van de welzijnsinstellingen<br />

werkt volgens WNS (cijfer 6 of<br />

hoger). Een kwart (25%) van deze<br />

instellingen geeft aan klaar te zijn<br />

voor de decentralisatie opgaven.<br />

• Van de 23% van de<br />

welzijnsinstellingen die nog niet<br />

werken volgens WNS, is 15% klaar<br />

voor de decentralisaties<br />

Cijfer 6 of hoger, niet<br />

klaar voor<br />

decentralisaties<br />

Cijfer 5 of lager, klaar<br />

voor decentralisaties<br />

Cijfer 5 of lager, niet<br />

klaar voor<br />

decentralisaties<br />

79


6. Conclusies


Conclusies<br />

1. Conclusies van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

2. Professioneel bondgenootschap<br />

3. Lessen uit de Kanteling en <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

81


Conclusies van het programma<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> I<br />

• De deelname aan het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is een belangrijke impuls geweest om te werken<br />

volgens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong><br />

• Een van de belangrijkste elementen van <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is de onderlinge intensieve kennismaking<br />

tussen gemeenten en instellingen en het samen bouwen aan vertrouwen<br />

• Gemeenten en welzijnsinstellingen zijn vooral samen aan de slag gegaan<br />

• Op de belangrijkste speerpunten is vooruitgang geboekt<br />

• Maatschappelijke agenda’s zijn in samenspraak opgesteld – met gedragen doelen<br />

• Relaties tussen gemeente en welzijnsinstellingen zijn aanzienlijk verbeterd<br />

• De uitvoeringsagenda – duiding van lokale opgaven – was in weinig trajecten aan de orde<br />

• Professionalisering van de welzijnsambtenaar blijft achter<br />

• De adviseurs <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> waren hierbij een belangrijke stimulans<br />

• Door te werken volgens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> zijn gemeenten – maar ook welzijnsinstellingen en andere<br />

organisaties – meer gereed voor de decentralisaties<br />

• De omslag die gemaakt moet worden – in lijn met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en de Kanteling – wordt zowel<br />

door deelnemers als niet-deelnemers gezien als noodzakelijk en van meerwaarde<br />

82


Conclusies uit het programma<br />

<strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> II<br />

• Gemeenten en instellingen zijn op verschillende manieren aan de slag met <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> en<br />

bevinden zich in verschillende fasen van ontwikkeling<br />

• Een van de belangrijkste elementen van <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> is de onderlinge kennismaking tussen<br />

instellingen en gemeenten en het samen bouwen aan vertrouwen<br />

• Ondanks dat gemeenten en instellingen in de kern geconfronteerd worden met dezelfde opgaven,<br />

kampen ze met andere accenten<br />

• Een externe impuls (zoals door een adviseur) is een belangrijke prikkel, maar neemt ook incentive weg<br />

om zelf aan de slag te gaan<br />

• Er is niet één blauwdruk, de opgaven van gemeenten vragen een combinatie van verschillende<br />

instrumenten<br />

• De trajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> hebben verschillende lessen opgeleverd die van belang zijn wanneer<br />

gewerkt wordt volgens <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>


Professioneel bondgenootschap<br />

Binnen de trajecten <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> bleek het<br />

belang van een professioneel bondgenootschap – de<br />

kern van de verandering op lokaal niveau:<br />

Doel:<br />

“Eigen kracht”<br />

gemeente<br />

Maatschappelijke agenda<br />

“Eigen kracht”<br />

instelling<br />

• Bondgenootschap is professionele verbinding<br />

gericht op bereiken van effect<br />

• Biedt de mogelijkheid te schuiven van korte<br />

termijn (aanbesteden) naar lange termijn (welk<br />

maatschappelijk effect willen we bereiken?)<br />

Ontwikkelagenda<br />

Kenmerken:<br />

Uitvoeringsagenda<br />

1. Deelnemers kennen en erkennen elkaar<br />

2. Gezamenlijk worden de spelregels bepaalt (niet 1<br />

baas)<br />

3. Niet gelijk, wel gelijkwaardig<br />

“Eigen kracht”<br />

burger<br />

4. Deelnemers hebben een gezamenlijke<br />

verantwoordelijkheid<br />

5. Als lokale partij wil je er bij horen<br />

6. Deelnemers voldoen aan criteria (nemen elkaar de<br />

maat)<br />

7. Deelnemers houden elkaar scherp (horizontaal<br />

toezicht)<br />

8. Elke deelnemer brengt eigen netwerk in


Lessen De Kanteling en <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong><br />

<strong>Stijl</strong><br />

Maatschappelijke agenda Ontwikkelagenda Uitvoeringsagenda<br />

Elkaar kennen<br />

Gezamenlijk gevoel van urgentie<br />

Gezamenlijke visie (=<br />

maatschappelijke agenda)<br />

Visie is scherp, concreet en gericht<br />

op resultaat<br />

Visie over, is visie met<br />

De maatschappelijke agenda is nooit<br />

af<br />

Vertaal de visie in heldere opgaven<br />

Duidt aard en omvang van het<br />

vraagstuk<br />

Bepaal per opgave / vraagstuk het<br />

samenspel tussen gemeente en<br />

aanbieder<br />

Bepaal het maatschappelijke en<br />

financiële rendement van een<br />

investering<br />

Onderling begrip en betrokkenheid<br />

Van beleidsregie naar<br />

uitvoeringsregie<br />

Professionalisering gaat verder dan<br />

een training<br />

De 8 bakens als meetlat<br />

<strong>Nieuwe</strong> competenties voor de <strong>Wmo</strong>gespreksvoerder<br />

Kantel de gemeentelijke organisatie<br />

Gekantelde communicatie naar<br />

burgers


7. Bronnen en deelnemers<br />

Colofon


Bronnen<br />

• Digitale enquête onder deelnemende welzijnsinstellingen en gemeenten<br />

• Digitale thermometer onder niet- deelnemende welzijnsinstellingen en gemeenten<br />

• Database van alle trajecten, inclusief de uitkomsten van de enquête en de thermometer<br />

• Interviews onder deelnemende welzijnsinstellingen en gemeenten<br />

• Interviews en toetsingsbijeenkomsten met adviseurs van het programma<br />

• Toetsingsbijeenkomst hypotheses onder deelnemende welzijnsinstellingen en gemeenten<br />

• Eindverslagen ondersteuningstrajecten<br />

• Evaluatiedocumenten ondersteuningstrajecten<br />

87


Deelnemende gemeenten<br />

Alblasserdam Harderwijk Schoonhoven<br />

Almere Haren Schouwen-Duiveland<br />

Alphen aan den Rijn Heemskerk Stadskanaal<br />

Amersfoort Heerlen Terneuzen<br />

Amstelveen Helmond Tilburg<br />

Amsterdam Hengelo Utrecht<br />

Apeldoorn Hoogezand-Sappemeer Utrechtse Heuvelrug<br />

Appingedam Hoorn Veendam<br />

Arnhem Hulst Veghel<br />

Asten Kampen Velsen<br />

Baarn Landgraaf Venlo<br />

Barendrecht Lansingerland Weert<br />

Berkelland Leeuwarden West Maas en Waal<br />

Boxmeer Leiden Westland<br />

Bronckhorst Leiden Woerden<br />

Brummen Lelystad Woudrichem<br />

Brunssum Lingewaal Zaanstad<br />

Castricum Maastricht Zeewolde<br />

Dantumadiel Meppel Zevenaar<br />

Delft Midden Drenthe Zoetermeer<br />

Den Haag Nederlek-Ouderkerk Zuidhorn<br />

Deventer <strong>Nieuwe</strong>gein Zwolle<br />

Didam-Montferland<br />

Noordenveld<br />

Diemen<br />

Oldenzaal<br />

Dinkelland<br />

Ommen<br />

Dordrecht<br />

Onderbanken<br />

Duiven en Westervoort<br />

Opmeer<br />

Eindhoven<br />

Oude IJsselstreek<br />

Elst<br />

Raalte<br />

Enschede<br />

Rivierenland<br />

Gorinchem<br />

Roermond<br />

Groningen<br />

Rotterdam<br />

Groningen<br />

Schiedam<br />

88


Deelnemende welzijnsinstellingen I<br />

Libertas Leiden Leiden Stichting <strong>Welzijn</strong> Amersfoort Amersfoort<br />

Stichting Welsaen Zaanstad Stichting Voormekaar West Maas en Waal<br />

Stichting Zebra Den Haag Alle-r-hande Barendrecht<br />

Stichting Cardanus Amstelveen Vita <strong>Welzijn</strong> & Advies Amstelveen<br />

Stichting Unitus Peel en Maas, Weert Stichting Punt <strong>Welzijn</strong> Peel en Maas, Weert<br />

Onis Asten Torion Haren<br />

Humanitas, Noord Groningen Stiel Groningen<br />

Welnúh Utrechtse Heuvelrug Stichting <strong>Welzijn</strong> Castricum Castricum<br />

Thermiek Rotterdam Dynamo Amsterdam stadsdelen Oost en<br />

Noord<br />

<strong>Welzijn</strong> Lansingerland Lansingerland Welschap Heemskerk Heemskerk<br />

Stuw Elst Stichting Rijnstad, welzijn en Arnhem<br />

hulpverlening<br />

Combiwel Amsterdam Stichting Mooi Zoetermeer<br />

Kwadraad Leiden Vivaan Veghel<br />

AanZet Terneuzen Stichting <strong>Welzijn</strong> Brummen Brummen<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Velsen Velsen Stichting Fidessa <strong>Welzijn</strong> Oude IJsselstreek<br />

Kwadraad Kwadraad SWS <strong>Welzijn</strong> Schiedam<br />

Alifa Enschede Stichting <strong>Welzijn</strong>swerk voor Alblasserdam<br />

Ouderen Alblasserdam<br />

Compaen Veendam Stichting Arkelstad Gorinchem<br />

Cumulus Utrecht I Stichtin <strong>Welzijn</strong> Meppel<br />

Meppel<br />

Westerveld<br />

Boxmeer<br />

Algemene Stichting <strong>Welzijn</strong> Appingedam<br />

Radius<br />

Appingedam<br />

Trimaran Dinkelland Betula Berkelland<br />

Participe Alphen aan den Rijn Stichting DOCK Noord Stadsdeel Amsterdam-Noord<br />

Landstede <strong>Welzijn</strong> Raalte Raalte Stichting <strong>Welzijn</strong> Schiermonnikoog Dantumadiel<br />

De Schoor Almere Stichting <strong>Welzijn</strong> Amersfoort Amersfoort<br />

MD Veluwe Harderwijk Stichting Voormekaar West Maas en Waal<br />

Lumens Groep Eindhoven Alle-r-hande Barendrecht<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong>gein <strong>Nieuwe</strong>gein Vita <strong>Welzijn</strong> & Advies Amstelveen<br />

89


Deelnemende welzijnsinstellingen II<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Oldenzaal LEVgroep Helmond<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Westland Westland St. <strong>Welzijn</strong> Senioren Kampen Kampen<br />

Akros Amsterdam Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Midden- Midden Drenthe<br />

Drenthe<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> in Noordenveld (WiN) Noordenveld Stichting <strong>Welzijn</strong> Lelystad<br />

Stichting De Wering Opmeer Portes Utrecht II<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Lingewaal Lingewaal Stichtin <strong>Welzijn</strong> Baarn Baarn<br />

Caleidoz Zevenaar Travers <strong>Welzijn</strong> Zwolle<br />

Stichting Trajekt Maastricht <strong>Welzijn</strong> op Maart Harderwijk<br />

DWO Dordrecht MOOI, Den Haag Den Haag<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Diemen Diemen Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Barendrecht<br />

Barendrecht<br />

Welcom Didam/Montferland Stichting Vorkmeer Peel en Maas, Weert<br />

Alcander Heerlen MJD Groningen<br />

Welstad Stadskanaal Stichting Maatschappelijke Heemskerk<br />

Dienstverlening - Midden<br />

Kennemerland (SMDMK)<br />

Wisselwerk Apeldoorn Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Arnhem Arnhem<br />

Rastergroep Deventer Bureau Sociaal Raadslieden Alblasserdam<br />

Sinne <strong>Welzijn</strong> Leeuwarden Combiwel Stadsdeel Amsterdam-Noord<br />

Stichting de Vleet Woudrichem Stichting Impuls Oldenzaal<br />

Landstede <strong>Welzijn</strong> Ommen Ommen Kwartier Zorg en <strong>Welzijn</strong> Hoogezand-Sappemeer<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Gemeente Zuidhorn Zuidhorn MEE Plus Drechtsteden Dordrecht<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Hulst Hulst <strong>Welzijn</strong> Leeuwarden Leeuwarden<br />

Doenja Utrecht I WON Nederlek/Ouderkerk<br />

Stichting Wel.kom – Venlo/Beesel Venlo ZorgSaam Thuis Hulst<br />

Kulturhus ‘t Iemenschoer Hengelo Stichting Punt <strong>Welzijn</strong> Peel en Maas, Weert<br />

Stichting Wel.kom – Roermond Roermond Torion Haren<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen<br />

Oldenzaal<br />

VOORwelzijn<br />

Den Haag<br />

Stichting het <strong>Welzijn</strong>shuis Schouwen-<br />

Duiveland<br />

Schouwen-Duivelland<br />

90


Deelnemende welzijnsinstellingen III<br />

Portes Utrecht I Doenja Dienstverlening Utrecht II<br />

Synthese Venlo Vrijwilligerscentrale Zwolle Zwolle<br />

Scala <strong>Welzijn</strong>swerk Hengelo Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Harderwijk<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Ouderen Helmond<br />

(SWOH)<br />

Helmond Streetcornerwork Amsterdam stadsdelen Oost en<br />

Noord<br />

Stichting Mikado Duiven en Westervoort Centrum voor Maatschappelijk<br />

Werk en <strong>Welzijn</strong>swerk Brunssum-<br />

Brunssum, Onderbanken en<br />

Landgraaf<br />

Onderbanken<br />

St. Jongerenwerk Kampen Kampen Zienn Leeuwarden<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Midden-Drenthe Midden Drenthe Alg. maatschappelijk werk de Kern Kampen<br />

Cumulus Utrecht II Jongeren organisaties Utrecht Utrecht II<br />

WijZ Zwolle Sja Amsterdam stadsdelen Oost en<br />

Noord<br />

Algemene Hulp Dienst (AHD) Harderwijk Limor Leeuwarden<br />

<strong>Welzijn</strong> Scheveningen Den Haag Welsaen Stadsdeel Amsterdam-Noord<br />

Dock<br />

Amsterdam stadsdelen Oost en SW "Het Bolwerk<br />

Dantumadiel<br />

Noord<br />

Welsun<br />

Brunssum, Onderbanken en Verslavingszorg Noord Nederland Leeuwarden<br />

Landgraaf<br />

Raad voor het Opbouwwerk<br />

Alblasserdam<br />

Alblasserdam Combiwel Amsterdam stadsdelen Oost en<br />

Noord<br />

Stichting Doras Stadsdeel Amsterdam-Noord Timpaan <strong>Welzijn</strong> Dantumadiel<br />

Aafje<br />

Dordrecht<br />

MEE Friesland<br />

Leeuwarden<br />

Stichting <strong>Welzijn</strong> Helmond (SWH) Helmond<br />

Vrijwilligerscentrale Kampen<br />

Kampen<br />

Stichting Molo Oekoe<br />

Midden Drenthe<br />

91


Colofon<br />

Disclaimer: Deze rapportage is zorgvuldig en met medewerking van diverse partijen samengesteld; dit sluit<br />

eventuele onvolkomenheden niet uit. Aan de inhoud kunnen daarom geen rechten worden ontleend.<br />

Opdrachtgevers programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

Ministerie van VWS, VNG, MO-Groep<br />

Partners van het programma <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong>:<br />

DSP-groep, MOVISIE, CMO-net, Verweij Jonker<br />

<strong>Programma</strong>bureau <strong>Welzijn</strong> <strong>Nieuwe</strong> <strong>Stijl</strong> (Andersson Elffers Felix)<br />

W: www.invoeringWMO.nl<br />

E: welzijnnieuwestijl@aef.nl<br />

T: 030-2363030<br />

92

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!