11.07.2015 Views

1 - 2 lj - VVKSO - ICT-coördinatoren

1 - 2 lj - VVKSO - ICT-coördinatoren

1 - 2 lj - VVKSO - ICT-coördinatoren

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

VLAAMS VERBOND VAN HET KATHOLIEKSECUNDAIR ONDERWIJSGuimardstraat 1 - 1040 BRUSSELLEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJSStudierichtingELEKTROTECHNIEKENDerde graad TSOLicapnummer: D/1992/0279/060B1992- Licap-uitgave - Brussel -


LESSENTABELELEKTROTECHNIEKEN1ste <strong>lj</strong>.2de <strong>lj</strong>.1 Basisvorming 12 12AV Godsdienst 2 2AV Aardrijkskunde 1 1AV Frans 2 2AV Geschiedenis 1 1AV Lichamelijke opvoeding 2 2AV Nederlands 2 2AV Wiskunde 2 22 Optie2.1 Studierichting (fundamenteel gedeelte) 20 20PV Praktijk/Stages Elektriciteit (x) 6 6TV Elektriciteit 10 12Beroepseconomie (x) 0 1Elektriciteit (x) 3 3Installatieleer (x) 2 2Laboratorium (x) 2 2Meet- en regeltechnieken (x) 1 2Technisch tekenen (x) 2 2TV Elektromechanica/Mechanica 2 0Pneumatica (x)TV Elektriciteit/Elektronica 2 2Elektronica (x) 1 1Laboratorium (x) 1 12.2 Complementair gedeelte: maximum 4 4- Te kiezen uit de vakken en/of de specialiteiten opgesomd in het Besluit van de Vlaamse Executieve van5 juni 1989 tot vaststelling van de algemene vakken, de kunstvakken, de technische vakken en depraktische vakken.- Wanneer in het complementair gedeelte één of meer vakken gekozen worden die ook voorkomen in debasisvorming of in het fundamenteel gedeelte dan vervallen deze vakken niet in de basisvorming, nochin het fundamenteel gedeelte.- Pedagogische aanbevelingen:AV Engels (x) 2 2PV Praktijk/Stages Elektriciteit (x) 2 • 0 •TV Elektriciteit/ElektronicaLaboratorium (x) 0 • 2 •_________________________________(x)(•)Voor deze vakken werd het leerplan in deze brochure opgenomen.Deze aanduiding staat voor uitbreiding van het aantal lesuren voorzien in het studierichtingsgedeelte.


INHOUDblz.1 STUDIEPROFIEL TSO - ELEKTROTECHNIEKEN ................. 42 RELATIE TUSSEN DE DOELSTELLINGEN, DE EVALUATIE EN DEGEINTEGREERDE PROEF .................................. 63 TAXONOMIE ........................................... 74 LEERSTOFAFBAKENING, DOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHEWENKEN .............................................. 7PV Praktijk Stages Elektriciteit ............................. 81ste leerjaar .......................................... 102de leerjaar ........................................... 18TV Elektriciteit Beroepseconomie ............................ 242de leerjaar ........................................... 25TV Elektriciteit Elektriciteit ................................ 331ste en 2de leerjaar ..................................... 35TV Elektriciteit Installatieleer .............................. 491ste leerjaar .......................................... 502de leerjaar ........................................... 59TV Elektriciteit Laboratorium .............................. 671ste en 2de leerjaar ..................................... 68TV Elektriciteit Meet- en regeltechnieken ....................... 741ste leerjaar .......................................... 752de leerjaar ........................................... 80TV Elektriciteit Technisch tekenen ........................... 861ste leerjaar .......................................... 872de leerjaar ........................................... 94TV Elektromechanica/Mechanica Pneumatica .................... 1001ste leerjaar .......................................... 101TV Elektriciteit/Elektronica Elektronica ........................ 1061ste leerjaar .......................................... 1072de leerjaar ........................................... 109TV Elektriciteit/Elektronica Laboratorium ...................... 1141ste leerjaar .......................................... 1152de leerjaar ........................................... 118COMPLEMENTAIR GEDEELTE ...................................... 120TV Elektriciteit/Elektronica Laboratorium ...................... 1202de leerjaar ........................................... 1215 BIBLIOGRAFIE .......................................... 123


- 4 -Werken aan het christelijk-gelovig opvoedingsproject is een opdracht van de hele schoolgemeenschap.Deze uitdaging is zeker geen aangelegenheid van de leraar godsdienstalleen. Elk vak kan in zijn dialoog met de werkelijkheid een eigen bijdrage leveren tot eenchristelijk geïnspireerd zoeken naar waarheid. Elk vak biedt de kansen en de mogelijkhedenom tot waardenverheldering of gelovige duiding te komen. In elk vak kunnen leraarsvanuit een dialogale houding jonge mensen aanzetten tot een christelijk-ethische reflectieop de inhouden, tot een houding van verwondering en bewondering, van solidariteit, vaneerbied en dankbaarheid.In de beschrijvingen van de studieprofielen is de dimensie van het christelijk-gelovig opvoedingsprojectsteeds op de achtergrond aanwezig. Hier en daar wordt uitdrukkelijk opde mogelijkheden gewezen om het opvoedingsproject vanuit de componenten of de eigenheidvan de studierichtingen concrete gestalte te geven.1 STUDIEPROFIEL1.1 AlgemeenDe studierichting TSO - Elektrotechnieken beoogt vooral de beroepskwalificatie. Het volgen van bepaaldevormen van hoger onderwijs blijft mogelijk.Wat de beroepskwalificatie betreft moet de afgestudeerde bekwaam zijn om:- aan de hand van de nodige documenten de opbouw te verzekeren van industriële elektrische installatiesen van de elektrische en regeltechnische infrastructuur van produktieprocessen.;- aan de hand van de nodige instructies automatiseringsproblemen op te lossen;- op een gestructureerde manier fouten te lokaliseren en de nodige maatregelen te treffen om de herstellinguit te voeren.Wat het volgen van hoger onderwijs betreft is de afgestudeerde bekwaam een specialisatiejaar of onderwijssociale promotie (postsecundair) te volgen waarbij HOKT niet uitgesloten is.1.2 Vormingscomponenten1.2.1 ONTWIKKELEN VAN PERSOONLIJKHEIDSKENMERKEN EN ALGEMENE MENTALEVAARDIGHEDEN- Doorzettingsvermogen en inzetbereidheid- Gestructureerd zelfstandig werken- Zin voor produktiviteit- Creativiteit- Analytisch en synthetisch denken- Organisatietalent en zin voor initiatief- Kritisch objectieve ingesteldheid- Vertrouwen op eigen inzicht- Luistervaardigheid- Zin voor orde en netheid- Kwaliteitsbewustzijn- Nauwkeurigheid en volledigheid- Verantwoordelijkheidszin en plichtsbewustzijn- Veiligheidsbewustzijn- Flexibiliteit en mobiliteit- In teamverband werken- Belangstelling voor technologische vernieuwingen


- 5 -- Raadplegen van informatiebronnen- Bereidheid tot permanente vorming- Bedrijfsminded zijn1.2.2 ALGEMENE EN THEORETISCH-TECHNISCHE VORMING- In de eigen taal vlot, zowel mondeling als schriftelijk, rapporteren.- In de tweede taal een eenvoudige technische conversatie voeren, technische handleidingen begrijpendlezen.- Een voldoende wiskundige basisvorming verwerven om de technische vakken te bestuderen.- Basisbegrippen theoretische mechanica onder de knie krijgen.- Een grondige kennis van gelijk-, wissel-, en draaistroomtheorie opdoen, gesteund op wiskundige basismet inbegip van vectoriële voorstellingen.- Basiskennis van transformatoren en gelijk- en wisselstroommachines en principes van spannings- ensnelheidsregeling verwerven.- Praktisch gerichte kennis van elektronicacomponenten, transistoren, opamps en vermogenelementenopdoen.- Praktisch gerichte kennis van meetapparatuur verwerven.- Praktisch gerichte kennis van regelapparatuur en regeltechnische principes opdoen.- Kennis van werking en constructie van toestellen en apparaten opdoen.- Een grondige kennis van installatiematerialen en -gereedschappen verwerven.- Een grondige kennis van installatiemethoden en reglementaire voorschriften zowel industriële als huishoudelijkeopdoen.- Kennis van het AREI bezitten.- Snelheidssturing en -regeling van motoren leren kennen.- Spanningsturing en -regeling van generatoren onderkennen.- Automatiseringstechnieken met behulp van elektrische, elektronische en pneumatische componentenverwerven.- Bijzondere studie van PLC en zijn toepassingen in de automatiseringstechniek doorlopen.- Functiediagrammen vertalen naar PLC-programma.- Diverse elektrische schema's begrijpend lezen en kleine aanpassingen doorvoeren.- Eenvoudige automatiseringsopdrachten uitwerken.- Geïntegreerd gebruik van de computer toepassen.- Top - down foutenanalyse onder de knie krijgen.- Inzicht in organisatie en planning verwerven.- Voorschriften in verband met veiligheid en hygiëne kennen.1.2.3 PRAKTISCHE VORMING- Het benodigde materiaal kiezen en erin voorzien.- Controleren of het materiaal aan de gestelde eisen voldoet.- Hoofd- en hulpmotoren, van transformatoren, omvormers, gelijkrichters en stabilisatoren en bijbehorendeschakel- en beveiligingsapparatuur, elektrische, elektronische, pneumatische, en digitaal ofanaloog werkende meet-, stuur- en regelapparatuur inbouwen.- Inbouwen van elektrische en pneumatische verbindingen tussen het bedieningspaneel en de elektromechanischeen elektronische apparatuur waarmee de machines zijn uitgerust.- Installeren van verdeelinrichtingen, elektrische verbruikstoestellen (verlichting, verwarming, airconditioning,elektrische aandrijving) en oproep- en intercominstallaties.- De juiste doorsnede van leidingen en kabels controleren en, in eenvoudige gevallen, de benodigdedoorsnede bepalen.- De beveiligingen ter voorkoming van persoonlijke ongevallen en materiële schade installeren.- Draaiende onderdelen uitbalanceren.- Aardingsinstallaties aanleggen.


- 6 -- Apparaten afleveren en in werking stellen.- De installaties en apparaten op goede werking en betrouwbaarheid controleren.- Gegevens over het verloop en de resultaten van het werk registreren.- Bouwgroepen en toestellen monteren en bedraden.- Elektrische machines en de daarbijbehorende elektromechanische en elektronische apparatuur monteren,in werking stellen en repareren.- Het nodige bank- en plaatwerk, evenals soldeerwerkzaamheden uitvoeren.- Elektrische en niet-elektrische beroepsspecifieke grootheden zoals druk, vloeistofniveau, temperatuur,toerental, doorstroming meten en interpreteren.- Uitbreidingen en veranderingen aan schakelinrichtingen en aan meet-, stuur- en regelapparatuur aanbrengen,met name monteren van receptoren en aandrijvingselelementen alsmede installeren en aansluitenvan stuur-, regel- en controle-apparatuur aan elektrische en pneumatische leidingen.- Onderhoudswerkzaamheden verrichten, aan de hand van technische instructies, zoals instellen aan dehand van normen en controleren van waarschuwings- en beveiligingssystemen.- In eenvoudige gevallen eventueel machines testen en, aan de hand van opgemeten waarden, afstellingenverrichten om een optimale werking te verkrijgen.- Aan de hand van werkschema's en met behulp van meetinstrumenten de periodiek terugkerende, preventieveonderhouds- en instandhoudingswerkzaamheden aan installaties, machines, apparaten en geautomatiseerdeproduktiesystemen verrichten.- In geval van storing in de installatie en/of het voedingsnet met behulp van de passende meetinstrumenten,de oorzaak van de storing en van de defecte onderdelen opsporen en de noodzakelijke reparaties ofvervangingen verrichten.- Gegevens omtrent storingen verzamelen en mogelijke oorzaken vaststellen.2 RELATIE TUSSEN DE DOELSTELLINGEN, DE EVALUATIE EN DE GEINTE-GREERDE PROEF2.1 In zijn taak als didacticus heeft de leraar een plannings- en voorbereidingstaak: hij zet hetleerplan om in een jaarplanning en de verschillende leerinhouden en doelstellingen zet hij om in een aangepastdidactisch proces. De leraar heeft uiteraard ook een beoordelingstaak: hij moet de kennis, devaardigheden en de attitudes van de leerlingen objectief evalueren in functie van de doelstellingen.2.2 Een verantwoorde evaluatie vertrekt dus van duidelijk geformuleerde en operationele lesdoelstellingen.In dit leerplan worden geen les-, maar leerplandoelstellingen geformuleerd, die een lessenreeksoverspannen.Alle leerplandoelstellingen van de vakken van het studierichtingsgedeelte worden omvat door de algemenedoelstellingen van de studierichting. De einddoelstellingen sluiten op hun beurt aan bij het studie- ofberoepsopleidingsprofiel dat wij in de 3de graad duidelijk nastreven en dat een probleemloze overstap naareen functie- of beroepsprofiel moet kunnen garanderen. Dit functie- of beroepsprofiel werd door deberoepsfederaties geformuleerd binnen de voormalige Hoge Raad voor het Technisch en Beroepsonderwijsof binnen de huidige sectoriële commissies van de Vlaamse Onderwijsraad.Een leraar die zijn evaluatie ernstig wil opvatten, moet zich bewust zijn van de verschillende doelstellingendie hij minimaal moet bereiken om tenslotte aan het studieprofiel te beantwoorden.2.3 In het totale toetsingsmechanisme moet de leraar aandacht hebben voor de permanente evaluatieof het dagelijks werk (zeker voor de praktische vakken), voor de formatieve toetsen (waarin de foutenanalyseen de remediëring een belangrijke rol spelen) en voor de summatieve toetsen of voor de examens.Binnen het evaluatiesysteem neemt de geïntegreerde proef een speciale plaats in. De relatie tussen degeïntegreerde proef, de einddoelstellingen en het nagestreefde studie- of beroepsopleidingsprofiel moet deleraar duidelijk voor ogen staan.


- 7 -De geïntegreerde proef die in de loop van het 2de leerjaar van deze 3de graad moet georganiseerd worden,wil het geheel van kennis, vaardigheden en attitudes gericht op de beroepsactiviteit evalueren enomvat de vakken van het fundamenteel optioneel gedeelte. De geïntegreerde proef heeft een vakoverschrijdend,een beroeps- en realiteitsgericht karakter.De proef kan de vorm aannemen van een project dat vanaf het begin van het schoo<strong>lj</strong>aar opgebouwd wordten waarvan het zwaartepunt op het einde van het schoo<strong>lj</strong>aar ligt. Ook een eindwerk of een praktischerealisatie kan op dezelfde wijze langzamerhand tot stand komen.Het concept, het ontwerp, de realisatie van de proef moet van bij het begin van het 2de leerjaar van de3de graad aandacht krijgen. De aanstelling van de beoordelingsjury, die voor een groot deel uit deskundigebuitenstaanders moet bestaan, dient ook in het begin van het schoo<strong>lj</strong>aar te gebeuren.Samenvattend kunnen wij besluiten dat bij de interpretatie van dit leerplan voor de 3de graad niet voorbijgegaankan worden aan het studieprofiel, de einddoelstellingen en de evaluatie ervan in de geïntegreerdeproef.3 TAXONOMIEDe Technische Vakken (TV) in dit leerplan zijn opgesteld in de vorm van leerinhouden en verwerkingdie samen de doelstellingen vormen. Het minimum niveau van de verwerking wordt ookaangegeven. Hiervoor wordt de taxonomie van BLOOM toegepast met de volgende afkortingen:K = Kennen B = Begrijpen T = ToepassenA = Analyseren S = Synthetiseren E = EvaluerenVoor de Praktische Vakken (PV) maakt men gebruik van de taxonomie voor de psychomotorischedoelstellingen volgens BRION, met de volgende afkortingen:W = Waarnemen N = NabootsenI = Inoefenen B = BeheersenDe leerinhouden en doelstellingen aangeduid met K verwijzen naar de uitbreidingen die aan bodmoeten komen wanneer men in het complementair gedeelte (Keuzegedeelte) opteert voor een uitbreidingvan de lesuren zoals gesuggereerd in de pedagogische aanbevelingen.De U verwijst naar differentiatie en mogelijke uitbreiding binnen de normale lesuren van het studierichtingsgedeelte.De B verwijst naar de basisleerstof.4 LEERSTOFAFBAKENING, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGI-SCHE WENKEN


- 8 -PV Praktijk/Stages Elektriciteit1ste leerjaar: 6 u./w. (+2)2de leerjaar: 6 u./w.1 BEGINSITUATIEDe meeste leerlingen komen uit het 2de leerjaar van de 2de graad 'Elektrotechnieken'. Het kan ook zijndat leerlingen van de studierichting 'Elektromechanica' aansluiten, maar deze leerlingen opvangen zalgeen noemenswaardige moeilijkheden geven.2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN- De bedoeling van de verschillende praktijkoefeningen is de leerlingen vertrouwd te maken met de elektrischeinstallaties en toestellen. Het werken aan de hand van elektrische schema's moet een attidudeworden.- De leerlingen moeten later in de nijverheid in staat zijn om nieuwe industriële installaties te makenvolgens plan, bestaande installaties te onderhouden en defecten op te sporen.- In de 3de graad zal men, tijdens de lessen Praktijk, veel aandacht besteden aan de cognitieve vaardigheden.De zuivere motorische vaardigheden komen in de 3de graad minder aan bod.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Het is niet de bedoeling hier een opsomming te geven van alle oefeningen die kunnen gemaakt worden,noch uitsluitsel te geven voor eventuele andere oefeningen. In dit leerplan staan alleen de elementaireleerstofelementen die de leerling moet verwerken. Met welke oefeningen de leraar deze doelstellingwil realiseren, wordt aan zijn eigen vindingrijkheid overgelaten, omdat daar een aantal factoren zullenmeespelen zoals de mogelijkheden in de werkplaats, de behoeften van de nijverheid in de streek en debeginsituatie van de leerling.Men zal trachten de basishandelingen te combineren tot zinvolle oefeningen. Men moet niet elkleerstofelement afzonderlijk inoefenen. De leraar zal zijn oefeningen zodanig samenstellen dat verschillendevaardigheden in een zinvolle oefening samen verwerkt worden.- De volgorde van de aangehaalde punten in dit leerplan kan, afhankelijk van de plaatselijke accomodatieaangepast worden.- Er moet een sterke coördinatie zijn tussen Technisch tekenen, Installatieleer en de lessen praktijk. Hetis zelfs aan te raden dat deze vakken door dezelfde leraar gegeven worden.- Het is niet aangewezen dat de leerlingen zelfstandig moeten ontwerpen. De stroombaanschema's wordenter beschikking gesteld. Alleen in het 2de leerjaar kunnen er ontwerpen gemaakt worden, maardan uitsluitend gebaseerd op een functiediagram.- De schema's worden eerst besproken in de lessen Technisch tekenen. Op die manier blijft in de lessenpraktijk de aandacht meer geconcentreerd op het uitvoerende werk.- Men zal zoveel mogelijk voorkomen dat de leerlingen berekeningen moeten maken. De leerlingenzullen gebruikmaken van tabellen. Die tabellen moeten ze wel foutloos gebruiken.


- 9 -- Om lestijden uit te sparen kunnen een aantal oefeningen uitgevoerd worden met losse bedrading. Bijdie oefeningen zal alle aandacht geconcentreerd worden op werking en foutzoeken. Bij de oefeningendie uitgevoerd worden met het doel de realiteit te benaderen, zal men ook oog hebben voor de juistedraaddoorsnede, beveiligingen, montagevoorschriften en dergelijke.- Bij de keuze van de PLC moet men zich vooral richten naar de didactische mogelijkheden van het toestel.Men moet de PLC ook beschouwen als een didactisch hulpmiddel om de leerlingen te laten redenerenover de sturingen. Daarom is het aangewezen de leerlingen vertrouwd te maken met één ofhoogstens enkele verschillende toestellen. De bediening en het aanleren van de instructieset mag geendoel op zich zijn.- Er moet voldoende aandacht besteed worden aan de richtlijnen van het AREI en aan een veilige en efficiëntewerkmethode.- Om de overgang van de school naar het bedrijf zo soepel mogelijk te laten verlopen is het aangewezende leerlingen tijdens het 2de leerjaar een stageperiode te laten doorlopen. De leerling-stagiair zal deconcrete bedrijfssituatie beter leren inschatten en ervaren wat van hem verwacht wordt.Men moet er echter over waken dat de stageperiode zinvol opgevuld wordt en pedagogisch verantwoordis. De stageperiode moet naast bedrijfservaring ook de gelegenheid bieden leerinhouden teverwerken of uit te diepen.4 LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN


PV Praktijk/Stages - Elektriciteit 1ste leerjaar: 6 u./w. (+2)Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B1 NOKKENSCHAKELAARS-Aan-uit- Verwarmingselementen- Omkeren draaizin- Ster-driehoek- Ster-driehoek met omkeren draaizinSchema lezen en werking afleiden.Draaddoorsnede kiezen.Beveiliging kiezen.Schakelaar opzoeken in catalogus.Schakeling uitvoeren.Werking controleren.Bestaande schakelaar doormeten enschakeldiagram opstellen.Defecte schakelaar doormeten en foutlokaliseren.BBBB2 BEVEILIGINGEN- Thermische beveiliging- Thermo-magnetische hoofdschakelaar- Beveiliging gebaseerd op wikkelingstemperatuur- Nulspanningsbeveiliging- Controle van fase-opeenvolgingSchema lezen.Beveiliging instellen als de kenplaat vande motor gegeven is.Doel en principiële werking van het beveiligenvan wikkelingstemperatuur verklaren.Doel van nulspanningsbeveiliging verantwoordenen testschakeling opbouwen.Schakeling uitvoeren.Werking testen.Fouten lokaliseren en herstellen.BBB- 10 -3 CONTACTOREN- Aan-uitschakeling vanop meerdereplaatsen met startvoorwaarden ensignalisatie- Omkeren van draaizin- Ster-driehoekschakeling- Ster-driehoekschakeling met tijdrelais- Ster-driehoekschakeling met omkeringvan de draaizinStroombaanschema lezen.Plaatsing van de klemmenrij verantwoorden.Keuze van bevestigingsmateriaal, draaddoorsnede,beveiligingen en dergelijkeverantwoorden.Bij een afwijking in de werking, door gerichten beredeneerde metingen, de foutlokaliseren.Hoofd- en stuurstroombaan bedraden.De schakeling uittestenMotoren aansluiten.Fouten opzoeken.Door gebruik te maken van bedradingsenkabellijst de bedrading op een efficientemanier aanbrengen volgens de regelsvan goed vakmanschap.BBBBB


4 INDUSTRIELE SCHAKELINGENMET CONTACTOREN- Combinatorische schakelingen- Sequentiële schakelingen- SignalisatieschakelingenDoor het lezen van het stroombaanschemade werking verklaren.Verantwoorden van keuze van bevestigingsmateriaal,draaddoorsnede, beveiligingen dergelijke.Bij een afwijking in de werking, doorgerichte en beredeneerde metingen, defout lokaliseren.Hoofd- en stuurstroombaan bedraden.Uittesten van de schakeling.Motoren aansluiten.Fouten opzoeken.Door gebruik te maken van bedradingsenkabellijst de bedrading op een efficientemanier aanbrengen volgens de regelsvan goed vakmanschap.BBBBB5PLC-STURINGEN5.1Gebruik van een programmeerapparaatvoor het opstellen van een programmaProgrammalijnen typen.Tekst tussenvoegen.Lijnen tussenvoegen.Programma bewaren op diskette.Programma terug oproepen.Behandeling van diskette.Afdrukken van programma.De verschillende mogelijkheden van hetprogrammeerapparaat correct gebruiken.B- 11 -5.2 Gebruik van een programmeertoestelvoor het testen van een programmaOmschakelen van de standen RUN,HALT en stap voor stap.Opvragen van de toestand van de verschillendefuncties.Het programmeerapparaat foutloosbedienen.B5.3 Aansluiten van schakelaars aan ingangenvan de PLCAansluitschema van de fabrikant interpreterenen integreren in eigen ontwerp.Rekening houden met de technischespecificaties van de voeding en van deschakelaars.De verschillende soorten schakelelementenaansluiten aan de PLC.Door simulatie en testen eventuele foutenin het proces ontleden en aanpassen.BB


Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B5.4 Aansluiten van toestellen aan de uitgangenvan de PLC- Relais en contactoren- Signalisatie- ElektroventielenAansluitschema van de fabrikant interpreterenen integreren in eigen ontwerp.Bij aansluiten van de elementen, rekeninghouden met de technische specificatiesen gestelde eisen.Ontstoren door aansluiten van diode envaristoren aan de uitgangen van de PLC.De verschillende soorten vermogenelementenaansluiten aan de PLC.Door simulatie en testen eventuele foutenin het proces ontleden en aanpassen.BB5.5 Basiselementen- EN-schakelingen- OF-schakelingen- Combinaties van beide- Gebruik van haakjes- Gebruik van merkers en hulpgeheugensDe verschillende toepassingen individueelverwerken aan de hand van een PLCtoestel.De verschillende schakelingen testen enbij eventuele fouten de fout lokaliserenen aanpassen van het PLC-programma.Intypen van de verschillende programma'sdie voorbereid werden in de lessenTechnisch tekenen.De stuurkring vervangen door een PLCprogramma,de hoofdkring uitvoeren metde klassieke vermogenelementen zoalscontactoren, elektroventielen, en dergelijke.BB- 12 -LadderdiagrammenDe verschillende symbolen lezen en gebruiken.Uit het ladderdiagram de werking afleiden.Een ladderdiagram vertalen tot een schemamet genormaliseerde symbolen.De verschillende schakelingen testen.BTijdfuncties- Opkomvertragingen- Afvalvertraging- PulsfunctiesDe verschillende tijdvertragingen herkennen,programmeren en het gebruikverklaren.De werking verduidelijken door gebruikvan signaal-tijddiagram.Tijdvertragingen programmeren.B


Tellers- Optellen- AftellenDe verschillende telmogelijkheden herkennen,programmeren en het gebruikverklaren.De werking verduidelijken door gebruikte maken van signaal-tijddiagram.Tellers programmeren.B5.6 Realiseren van gekende relaisschema'smet PLC-programma's- Start-stopschakelingen- Omkeren van de draaizin- Ster-driehoekomschakeling- Industriële schakelingen vermeld onderpunt 4Gekende schema's realiseren met PLCprogramma's.Door verschillende variante schema's teverwerken tot PLC-programma's, deinvloed van de gewijzigde schakelvoorwaardeaantonen.Intypen van de verschillende programma'sdie voorbereid werden in de lessenTechnisch tekenen.De stuurkring vervangen door een PLCprogramma,de hoofdkring uitvoeren metde klassieke vermogenelementen zoalscontactoren, elektroventielen, en dergelijke.De verschillende schakelingen testen.BBBKKK66.1INSTALLATIETECHNIEKVerdeelkast voor huishoudelijk gebruikDe onderdelen die nodig zijn voor hetsamenstellen van een verdeelkast, opsommenen opzoeken in catalogi.Technische eisen waaraan verdeelkastenmet stille urentarief moeten voldoen,verwoorden.Aansluitschema's voor regelapparatuurvoor elektrische verwarming gebruiken.Aansluiten van een verdeelkast met gebruikvan de aangepaste doorverbindingsbruggen.Oog hebben voor een ergonomische opbouwvan de verdeelkast.Bedrading verzorgd afwerken en de beperkteplaats zo efficiënt mogelijk benutten.BBB- 13 -


Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B6.2 Voedingssystemen- Goten en kabelkanalen- Railsystemen- PlintgotenVerantwoorde keuze maken tussen deverschillende beschikbare systemen.Voor de verschillende systemen de opeenvolgendehandelingen opsommen omhet systeem aan te sluiten en te bevestigen.De verschillende voedingssystemenplaatsen en aansluiten.Eventueel gebruikmaken van video-opnamen.BBUU6.3 Leidingen- Tegen wanden- Gebruik van kabelgoten- Gebruik van montagerails- Gebruik van kabelladdersVerantwoorde keuze maken tussen deverschillende beschikbare systemen.Voor de verschillende systemen deopeenvolgende handelingen opsommenom het systeem aan te sluiten en te bevestigen.Kabels met de verschillende systemenmonteren.Vooral aandacht besteden aan:- verzorgde afwerking,- degelijke bevestiging,- efficiënte werkmethode.BB6.4 Energiekabels- Ontmantelen- Plaatsen van kabelogen- Aftakkingen met aangepaste klemmen- Drukverbindingen voor grote doorsnede- Moffen voor grondverbindingenDe samenstelling opsommen en het gebruikverklaren.Handelsvormen kennen.De aangepaste verbindingsklemmenopzoeken in catalogus.Werkmethode en werkvolgorde opsommen.Gereedschappen gebruiken.Op een veilige en efficiënte manierontmantelen.Plaatsen van kabelogen.Vormen van kabel met grote doorsnedevoor montage in een beperkteaansluitkast.Demonstratie van het opgieten vanmoffen, eventueel door video of dia.BBBB- 14 -6.5 Industriële verdeelkast- Draadgoten- Soorten rijgklemmen en klemnummering- Aansluitmethode voor bedradingDe verschillende onderdelen op de basisplaataftekenen, rekening houdend metde montage-afmetingen.Bedrading op industriële manier uitvoeren.Verschillende montage-onderdelen opzoekenin catalogus.De verschillende klemmen en montageonderdelengebruiken.De juiste gereedschappen gebruikenzoals doordrukstempel, klemnummeringen dergelijke.BBUU


6.6 Werfkast- kWh-meter- Industriële waterdichte stopcontacten- Industriële schakelaarDe noodzakelijke onderdelen opsommenen opzoeken in catalogus.De verschillende onderdelen monteren enbedraden.Schakeling uittesten.BBU6.7 Elektrisch deel van de installatie vaneen centrale verwarming met gas ofstookolieDe verschillende delen benoemen en dewerking verklaren aan de hand van hetaansluitschema.Aansluiten van de automaten in combinatiemet de verschillende regeltoestellenen opnemers.Onderhoudswerkzaamheden opsommen.Storingen opsporen en verhelpen.Aansluitingen uitvoeren volgens schema'svan de fabrikant.Schakeling testen in de verschillendeschakelstanden.Storingen opsporen en verhelpen.UUU7VERLICHTINGSTOESTELLEN7.1Huishoudelijke verlichting- Halogeenverlichting- Passieve en actieve infraroodbedieningVerantwoorde keuze maken van transfo,draaddoorsnede en verlichtingselementen.Werking verklaren aan de hand van deschema's van de fabrikant.Inzicht verwerven in de mogelijkhedendie voorhanden zijn qua armaturen eninfrarood afstandsbedieningen en hunrespectievelijke montagemogelijkheden.Verlichtingstoestel monteren in opbouw,inbouw, valse plafond en dergelijke.Schakeling uitvoeren met en zonderdimmer.Stromen meten.Infra-roodafstandsbedieningen aansluitenen werking testen.BBBB- 15 -7.2 Industriële verlichting- Halogeenlamp- Kwikdamplamp (U)-Natriumlamp (U)- NoodverlichtingAan de hand van de voor- en nadelen dekeuze van de armatuur maken.Verantwoorde keuze maken van draaddoorsnedeen beveiligingen.Monteren van de armatuur met de geschiktematerialen.De verschillende montagehulpstukkengebruiken.BB


Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B8 TELEFONIEDe voornaamste reglementeringen opsommen(lichtreclame).Plaatsing van noodverlichtingsarmatuurverantwoorden.Uitmeten van batterijen bij een defecttoestel.B- Binnenhuistelefoon met meerdereposten- Deurtelefoon voor appartementWerking verklaren aan de hand vanschema.De verschillende verbindingen groeperenen daaruit het aantal geleiders in de kabelbepalen.Toestellen monteren.Bedraden en de werking testen.Aangepast verbindingsmateriaal engereedschap gebruiken.BBBKKK9ELEKTRISCHE VERWARMING9.1Directe verwarming Het principe van warmteoverdrachtverklaren en daaruit de plaatsingswijzeafleiden.De verschillende onderdelen benoemenen de werking verklaren.Aansluiten van toestel met gepaste regelingen.BK- 16 -9.2 Accumulatieverwarming Aansluitschema's voor het dynamischeen het statische deel verklaren en gebruiken.Accumulatiekachel demonteren en monteren.BK9.3 Waterverwarming De verschillende onderdelen benoemenen de werking verklaren.Bij een afwijking in de werking, doorgericht en beredeneerde metingen, defout lokaliseren.B9.4 Regelapparaten- Kamerthermostaat- BuidelthermostaatDe elementen opsommen waarmee menrekening moet houden bij het plaatsenvan een kamerthermostaat.Werking van de verschillende onderdelenverklaren.Plaatsen en aansluiten van verschillendesoorten thermostaat.Metingen uitvoeren waaruit de werkingafgeleid kan worden.BB


Plaatsing, werking en aansluiting verklarenvan een buidelthermostaat.9.5 Automatische oplaadregeling- Buitenvoeler- OplaadregelingWerking verklaren aan de hand vanstroombaanschema.Aansluiten van de verschillende componenten.Metingen uitvoeren en daaruit de verschillendeinstellingen controleren.UU10 GEPROGRAMMEERDE SCHAKE-LINGEN- Vaatwasmachine- WasmachineSchakeltabel lezen en daaruit de werkingvan de verschillende delen afleiden.Metingen uitvoeren om de werking tecontroleren.Bij een afwijking in de werking, doorgerichte en beredeneerde metingen, defout lokaliseren.BB11 MAKEN VAN EEN EENVOUDIGEPRINTEenvoudig elektrisch of elektronischschema omzetten tot printlay-out.Bewerkingen opsommen om een print temaken.Componenten monteren en solderen opprint.Uitmeten en testen van gemaakte schakeling.BB- 17 -12 SOLDEREN MET GASBRANDER Gereedschappen kennen en gebruiken.Veiligheidsvoorzieningen toepassen.Onderhoud van de gereedschappentoelichten.Soldering uitvoeren door bijvoorbeeldkabeloog aan kabel te zetten of eenvoudigesanitaire bewerkingen.U13 DEMONTEREN, HERSTELLEN ENMONTEREN VAN HUISHOUDELIJ-KE TOESTELLENWerking van de verschillende onderdelenomschrijven.Vervangonderdelen in service-manualopzoeken.Efficiënt demonteren en monteren vantoestellen.Fouten opzoeken en herstellen.Onderdelen vervangen.BBB


PV Praktijk/Stages - Elektriciteit2de leerjaar: 6 u./w.Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B1PLC-STURINGEN1.1Verschillende structuren in functiediagram- Lineaire structuur- Meervoudige sequentie. Keuze. Sprong. Herhaling. Gelijktijdige werkingUit het functiediagram het PLC-programmaafleiden.De juiste programmeertechniek toepassenom de verschillende basisstructurenuit het functiediagram te programmerentot een PLC-programma.Verwerken van sturingen die gemaaktwerden tijdens de lessen Technisch tekenen.Leerlingen maken zelfstandig ontwerpenvan eenvoudige, beperkte delen uitindustriële sturingen.Programma zelfstandig verwerken metde PLC-programmator.BBB1.2 Onderbrekingen in een proces- Stoppen op het einde van een cyclus- Desactiveren zonder geheugen- Desactiveren met geheugen en laterevolueren vanaf de bereikte fase- Afzonderlijke stopcyclus- Hardwarematig onderbrekenDe verschillende stopmogelijkhedenverklaren en toepassen in PLC-programma's.De veiligheidsvoorschriften toepassen.Uittesten of het proces onderbrokenwordt zoals voorzien in hetfunctiediagram.Door simulatie en testen eventuele foutenin het proces ontleden en het PLCprogrammaaanpassen.BB- 18 -1.3 Processen met hoofd- en deelprogramma's- Hoofdprogramma met repeterend deelprogramma- Hoofdprogramma met meerdere deelprogramma's- Stopcyclus als afzonderlijk deelprogrammaDe voordelen van het programmeren instructuren verklaren.PLC-programma's opstellen die gebruikmakenvan hoofd- en deelprogramma's.Programma verwerken met PLC-programmator.Werking controleren door testen.Door testen en simulatie eventuele foutenin het proces ontleden en het PLCprogrammaaanpassen.BBB


1.4 Programmeren van uitgebreide PLCmogelijkheden- BCD- en DEC-omvormers- Voorwaardelijke spronginstructies- Numerieke gegevens stockeren- Schuifregister- Sturingen gebaseerd op real time clockVoor elk van deze mogelijkeprogrammeermethodes een eenvoudigetoepassing uitwerken zodat het doel enhet nut duidelijk blijkt.Programma verwerken met PLC-programmator.Werking controleren door testen.Door testen en simulatie eventuele foutenin het proces ontleden en het PLCprogrammaaanpassen.UUU2 INBOUWEN VAN EEN PLC INSTURINGSKAST- Ingangen- Uitgangen- Sturingskast- Ontstoren met diode en/of varistorenvoor het ontstoren van in- en uitgangen- Duimwielschakelaar aan de ingangenvan de PLC- Printer en/of display aan PLC (uitbreiding)Aansluitschema's van de fabrikant lezen,verklaren en integreren in eigen aansluitschema's.Doel van diode en varistor bij het aansluitenvan toestellen aan de uitgangenvan de PLC verklaren.Verantwoord kiezen van sturingskast enmontageonderdelen zoals klemmen, bedrading.De verschillende toestellen aansluitenaan de PLC, rekening houdend met detechnische specificaties en veiligheidsvoorschriften.B- 19 -3 ELEKTRO-PNEUMATISCHE TOE-PASSINGENCilinders:- Enkelwerkende- DubbelwerkendeDe verschillende toestellen herkennen enbenoemen.De druk juist instellen.Toepassingen uitvoeren waarbij de verschillendecomponenten worden toegepast.B


Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I BPneumatische motorenVentielen- Monostabiel - bistabiel- 2/2; 3/2; 4/2 en 5/2Het toepassingsgebied omschrijven.De verschillende componenten opzoekenin catalogus.Monteren en aansluiten van ventielen encilinders.B4 WISSELSTROOMMOTOREN-Eenfasige motor- Universele motor- Driefase asynchroonmotorOpbouw en werking toelichten.Onderhoud van de motor omschrijven.Schema lezen.Wikkelingen opzoeken en doormeten.Aansluiten via schakelaar en nodigebeveiligingen.Dezelfde schakelingen uitvoeren metcontactoren en signalisatie.Omkeren draaizin.BBBB5 GELIJKSTROOMMOTOREN- Onafhankelijke bekrachtiging- Seriemotor- Shuntmotor- CompoundmotorOpbouw en werking toelichten.Schema lezen.Onderhoud van de motor omschrijven.Wikkelingen opzoeken en doormeten.Aansluiten via schakelaar, met nodigebeveiligingen.BB- 20 -6 POOLOMSCHAKELBARE MOTO-REN- Omkeerschakeling- Voorwaarden bij omschakeling laag enhoog toerentalOpbouw en werking toelichten.Schema lezen.Werking verklaren.Wikkelingen opzoeken en doormeten.Aansluiten via schakelaar en nodigebeveiligingen.Dezelfde schakelingen uitvoeren metcontactoren en signalisatie.Omkeren draaizin.BBBU


7 DAHLANDERMOTOR- Driehoek - dubbel ster- Ster - dubbel ster- Omkeren draaizin- Extra eisen voor omkeren van toerentallenOpbouw en werking toelichten.Schema lezen.Werking verklaren.Wikkelingen opzoeken en doormeten.Aansluiten via schakelaar en nodigebeveiligingen.Dezelfde schakelingen uitvoeren metcontactoren en signalisatie.Omkeren draaizin.BBBU8 PLAATSEN VAN MOTOREN Opstellen van machines en bevestiging.Uitlijnen van machines.In dienst stellen van machines.Functioneel gebruik van het gepaste gereedschap.Uitvoeren volgens gepaste werkmethodeen deze handelingen verantwoorden.BB9 ONDERHOUD - MONTEREN - DE-MONTEREN VAN MACHINES- Opsporen van storingen- Onderhoud- Vervangen van lagersUitmeten met behulp van:- isolatiemeter,- ankertester,- Ohmmeter.Demonteren, monteren en uittesten.Onderdelen vervangen.Uitvoeren volgens gepaste werkmethodeen deze handelingen verantwoorden.BBB- 21 -10 ONDERHOUD EN HERSTELLENVAN HUISHOUDELIJKE TOE-STELLENDe voornaamste onderdelen aanwijzenen benoemen.De werking verklaren van de onderdelenen van het geheel.Bestellen van de onderdelen aan de handvan de handleiding van de fabrikant.Foutzoeken aan de hand van de meegeleverdeschema's.Doormeten van de toestellen.Demonteren en monteren.Vervangen van onderdelen.BBB


Nr. LEERINHOUDEN COGNITIEF MOTORISCH W N I B11 ELEKTRONISCHE MOTORSTAR-TERS- Directe aanloop- SoftstarterDoel en principiële werking verklaren.Aansluitschema van de fabrikant integrerenin eigen aansluitschema.Schakeling uitvoeren en metingen uitvoeren.B12 SNELHEIDSREGELINGEN VOOR- Gelijkstroommotoren- Synchroonmotoren- AsynchroonmotorenDoel en principiële werking verklaren.Aansluitschema van de fabrikant integrerenin eigen aansluitschema.Schakeling uitvoeren en metingen uitvoeren.B13 BLINDVERMOGENREGELING Doel en principiële werking verklaren.Aansluitschema van de fabrikant integrerenin eigen aansluitschema.Aansluiten van condensatoren.Aansluiten van cos n regelaar.Door testen vaststellen dat de condensatorenop de juiste momenten wordeningeschakeld.UUU- 22 -14 SENSOREN- Inductieve naderingsschakelaar- Capacitieve naderingsschakelaar- Optische sensorenOp eenvoudige manier de werking verklaren.Het toepassingsgebied omschrijven.De verschillende sensoren monterenvolgens de eisen van het systeem.Aansluitschema met 2, 3 en 4 dradentoepassen.BB15 ALARMINSTALLATIES- Rook- en branddetecties- InbraakWerking van de schakeling verklaren aande hand van de schema's van defabrikant.De verschillende toestellen monterenzoals voorgeschreven door de fabrikant.Aansluiten en de werking controleren.BB


16 ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN VAN DE ELEKTRISCHE IN-STALLATIE VAN DE SCHOOL ENVAN DE ELEKTRISCHE MACHI-NES17 REALISATIE VAN EEN EIND-WERKFouten lokaliseren.Herstellingen uitvoeren.Eventueel praktische realisatie uitvoeren.UUU- 23 -


- 24 -TV Elektriciteit Beroepseconomie2de leerjaar: 1 u./w.1 VOORWOORDDe overgang van school naar bedrijf is voor bijna alle leerlingen een stap in het onbekende.Het is dan ook evident dat jongeren die hun secundaire studies beëindigen, een aantal basisprincipes vanbedrijfsorganisatie kennen.De algemene doelstelling van het vak Beroepseconomie is dan ook de leerlingen een algemeen beeld tegeven van de ingewikkeldheid van het bedrijf en het bedrijfsleven.Deze doelstelling kan op de volgende wijze bereikt worden :• door de leerlingen een algemeen beeld te geven van de structuur van de bedrijven met een minimumaan basiskennis;• door de leerlingen aan te sporen tot nadenken, tot het zoeken naar oplossingen en tot gemotiveerdwerken via het kritisch bespreken van actuele problemen;• door de leerlingen te overtuigen dat een goede organisatie aanleiding geeft tot het kwalitatief en kwantitatiefverbeteren van de produktie;• door de integratie van kwaliteitszorg, veiligheid en hygiëne in al hun activiteiten aan te moedigen.2 UITWERKING VAN DE LEERSTOF- De toegemeten tijd is kort, hieruit volgt de noodzaak het leerplan soepel te interpreteren.Ga praktisch tewerk gezien het grote aanbod van het studiemateriaal en de voortdurende veranderingop technisch, economisch en sociaal gebied.- Kies een produktiebedrijf in de vakspecialiteit van de leerlingen, groot genoeg om alle delen van hetleerplan aan bod te laten komen.- Geef bij de theoretische uitleg zoveel mogelijk een praktische toepassing.- Een bedrijfsbezoek biedt alvast vele mogelijkheden om de geziene leerstof te illustreren.- Geef de leerlingen bij bedrijfsbezoeken welbepaalde opdrachten. Analyseer en bespreek deze opdrachtdaarna in klasverband.- Bij planning en procesbeheersing speelt de computer een belangrijke rol.3 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHODOLO-GISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Beroepseconomie2de leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 INLEIDING Het begrip onderneming en het nagestreefdedoel omschrijven.B2 DE ECONOMISCHE KRING-LOOPBegrippen als goederenstroom, geldstroom,diensten en arbeidscircuitverklaren.De onderlinge samenhangbeschrijven.BBIllustreren met praktische voorbeeldenuit de eigen beroepsspecialiteit.3 ALGEMENE ORGANISATIE3.1 Bedrijfsstructuren(Van eenmanszaak tot onderneming)De verschillende bedrijfsvormenkennen.BZoveel mogelijk voorbeelden uit deeigen specialiteit geven.De specifieke kenmerken van elkebedrijfsvorm omschrijven.B- 25 -3.2 Organisatievormen De meest voorkomende organisatievormenkennen en toelichten- de lijnorganisatie;- de functionele organisatie(Taylorstelsel);- de lijn en staforganisatie.UUitgewerkte voorbeelden in schemavormbespreken met de leerlingen.Ter gelegenheid van een bedrijfsbezoekde aandacht vestigen op deorganisatievorm van dit bedrijf.De voor- en nadelen van de verschillendeorganisatievormen bespreken.B4 MARKETING Weten wat men onder "marketing"verstaat.Het begrip "vrije markteconomie"omschrijven.UUIllustreren met een praktischvoorbeeld.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENOorzaken van te lage produktiviteitopnoemen.BU5 PRODUKTIVITEIT EN PLAN-NING5.1 Produktiviteit Het begrip produktiviteit en rendementdefiniëren.De factoren opsommen die de produktiviteiten het rendement beïnvloeden.BBIllustreren met een praktisch voorbeeld.5.2 Planning Het begrip planning omschrijven.De soorten planningen:- in de tijd,- in functie van de produktiekennen en bespreken.BBIllustreren met een praktisch voorbeeldeigen aan de specialiteit.- 26 -Het doel en de taken van de planningomschrijven.B6 PRODUKTIEPLANNING Het begrip produktieplanning omschrijven.Inzicht hebben in de factoren die deproduktieplanning beïnvloeden.BBBegrippen capaciteitsplanning, bezettingsplanningen orderplanningomschrijven.Het belang en de noodzaak van dezeplanningen aantonen.BBIllustreren met een praktisch voorbeeldeigen aan de specialiteit.Orderplanning illustreren met deGantt-planning en de PERT-netwerkmethode.


7 STUDIE- EN TEKENBUREAU Het doel en de opdrachten van hetstudiebureau en van het tekenbureauomschrijven.Het verloop vanaf de voorstudie tothet afgewerkte produkt bespreken.BBSamen met de leerlingen een praktischvoorbeeld bespreken.8 WERKVOORBEREIDING Het doel en de taken van de werkvoorbereidingbeschrijven.B Uitleggen met behulp van eenpraktisch voorbeeld.9 WERKVERDELING Het doel en de taken van de werkverdelingomschrijven.BIllustreren met een praktisch voorbeeld.Het belang van een goede werkverdelingtoelichten.B10 ARBEIDSANALYSE Het begrip arbeidsanalyse omschrijven.De technieken gebruikt bij arbeidsanalyseomschrijven:- methodestudie,- arbeidsmeting.De techniek van de multimomentopname(MMO) bespreken.BBUToepassen op een praktisch voorbeeld.- 27 -11 PROCESANALYSE Definiëren wat men verstaat onderprocesanalyse. Het doel van de procesanalyseomschrijven.BHet principe en het nut van het fabricage-,het procesanalyse- en het omloopschemauitleggen.UUitgewerkt voorbeeld met fabricage-,procesanalyse- en omloopschemagebruiken ter illustratie.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN12 WERKPOSTSTUDIE Begrip werkpost en werkpoststudiedefiniëren.De werkmethode gevolgd bij werkpoststudiesomschrijven:- studie van de werkpostinrichting,- studie van de bewegingen,- studie van de tijden,- studie van de ergonomie.13 KOSTPRIJSBEREKENING Het begrip en de soorten kostprijzendefiniëren.BBBIllustreren met een praktisch voorbeeldin de eigen werkplaats.Illustreren met praktisch voorbeelduitgewerkt met de MTM-methode.Het doel van de kostprijsberekeningomschrijven.De verschillende elementen waaruiteen kostprijs is samengesteld bepalenen toelichten.BB- 28 -Begrippen die belangrijk zijn bijkostprijsberekeningen toelichten:- voor- en nacalculatie,- directe en indirecte kosten,- vaste en variabele kosten.B14 PERSONEEL Rechten en plichten van werkgever enwerknemer bondig omschrijven.De soorten statuten enarbeidsovereenkomsten bespreken.Weten wat men verstaat onder "socialezekerheid".BBBVoorbeeldformulieren vanarbeidsovereenkomsten aan deleerlingen geven.


15VEILIGHEID EN HYGIENE15.1ArbeidsongevallenMogelijke oorzaken van ongevallenomschrijven.Voorkomen van arbeidsongevallenbespreken.Gevolgen van arbeidsongevallen,zowel voor werkgever als voor werknemer,omschrijven.BBBConcrete voorbeelden uit de school,vooral in de eigen werkplaats.Didactische panelen gebruiken.15.2 Eerste hulp bij ongevallen Basisregels in verband met eerstehulp bij ongevallen toepassen.Werking van de dienst EHBO omschrijven.BB15.3 Reglementeringen Specifieke voorschriften voor hetberoep opzoeken en omschrijven.15.4 Dienst veiligheid, gezondheid enverfraaiingHet doel en bevoegdheden van hetcomité en van de dienst veiligheid,gezondheid en verfraaiing omschrijven.Wettelijke voorschriften aangaandeverkiezingen en samenstelling van ditcomité kennen.UBBHet ARAB en het AREI ter beschikkinghebben voor opzoekingswerk.- 29 -


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN16INTEGRALEZORG (IKZ)KWALITEITS-16.1KwaliteitsbeheersingDe begrippen kwaliteit, kwaliteitsbeheersingomschrijven.De kerngedachte van de kwaliteitsbeheersingtoelichten en concretiseren inde Demingcirkel.BBMet praktische voorbeelden deze begrippenillustreren.16.2 Integrale kwaliteitszorg Het begrip IKZ omschrijven.De filosofie en de motivatie dieerachter schuilen inzien en uitleggen.BBIllustreren met behulp van de kwaliteitsspiraal.De zes basisregels van Ishikawa verwoorden,toelichten en toepassen.B- 30 -16.3 Kwaliteitsmotivatie Begrip kwaliteitsmotivatie uitleggen. BDe voorwaarden en de middelen totkwaliteitsmotivatie bespreken.16.4 Kwaliteitskosten Het doel van een kwaliteitskostenonderzoekuitleggen.Aan de hand van een diagram hetwaardenverloop van de kwaliteitskostenten opzichte van de volmaaktheidsgraadtoelichten.16.5 Kwaliteitskringen Het doel en de principes vankwaliteitskringen verduidelijken.BBUBIllustreren met eenvoudige praktischevoorbeelden.


16.6 Groepsdynamische technieken De groepsdynamische technieken dietoegepast worden bij het behandelenvan problemen bespreken en toelichten:- brainstorming,- visgraat of Ishikawa-diagram,- Pareto-analyse.BIllustreren met praktische voorbeeldenuit de eigen specialiteit.17 PROCESBEHEERSING17.1 Kwaliteitsbeoordeling De kwaliteitsbeoordeling tijdens hetfabricageproces toelichten.De soorten keuringen omschrijven.BBIllustreren met praktischevoorbeelden.Het gebruik van controlekaarten bijproces- en bij prestatiebewakingtoelichten en toepassen.17.2 Variabele keuringen Het doel van het verzamelen vanmeetbare grootheden omschrijven.BBPraktisch voorbeeld gebruiken.- 31 -Het doel en de voordelen van eengrafische weergave met de methodevan de frequentieverdeling toelichten.BDe begrippen "gemiddelde waarde"en "spreiding" kennen en berekenen.Hun verband met het produktieproces(instellen en tolerantie) inzien.BSamen met de leerlingen een praktischvoorbeeld uitwerken.Laten inoefenen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENDe grafische voorstelling volgensnormale verdeling (Gauss-curve)opstellen, bespreken en toepassen.Het principe, het doel en het gebruikvan de X-R-kaarten toelichten.BBPraktisch voorbeeld uitwerken.X-R-kaart samen met de leerlingenopstellen.17.3 Attributieve keuringen Het doel en de principes van attributievekeuringen omschrijven.De soorten controlekaarten en hungebruik toelichten.BUIllustreren met eenvoudige voorbeelden.- 32 -


- 33 -TV Elektriciteit Elektriciteit1ste leerjaar: 3 u./w.2de leerjaar: 3 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerlingen moeten de nodige theoretische kennis en inzichten verworven hebben, om:- berekeningen uit te voeren in verband met stroomsterkte, impedantie, vermogen, arbeid... in elektrischestroomkringen (gelijkstroom en éénfasige wisselstroom);- de werking van elektrische apparaten te kunnen verklaren (vooral deze gebruikt in huishoudelijkeinstallaties);- technische specificaties in verband met toestellen en huishoudelijke installaties te interpreteren.2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN- Theoretisch/praktisch de grondbeginselen van de elektriciteit begrijpen, om geleidelijk over te gaannaar de werking en de eigenschappen van de elektrische machines en toestellen, voor het opwekkenvan wisselspanning en gelijkspanning, en het omzetten van elektrische energie in mechanische energie(naar de industrie toe).- Overdracht van elektrische energie verklaren: driefasige wisselstroom, met de nodige begrijpbareformules.- De invloed van de belasting op de distributie en de kostprijs van deze energie bepalen.- Oog hebben voor het verbeteren en inwerken op de kostenfactoren van de energie.- Verhogen van het rendement bij energie-omzetting en energietransport.- Oog hebben voor de nieuwe technieken en voor de hedendaagse evolutie.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Er dient voldoende didactisch materiaal aanwezig te zijn in het vaklokaal, om de basistheorie te ondersteunen.- De oefeningen dienen voldoende gespreid te worden, zodanig dat men zich op een natuurlijke manierde leerstof kan eigen maken: aandacht voor formule-omvorming, waarbij te ingewikkelde gevallenvermeden worden.- In de verschillende vakgebieden moet men zich dezelfde doelen voor ogen stellen en niet op verschillendemanieren dezelfde leerstof trachten voor te stellen. Het toepassen van de theorie moet komen nahet geven van de theorie en niet omgekeerd. Dezelfde leerkracht inzetten voor een vakkengroepElektriciteit en Laboratorium elektriciteit, is de oplossing.


- 34 -


- 35 -- Het wordt zeer belangrijk de theorie te laten ondersteunen door gebruik te maken van moderne hulpmiddelen:demomateriaal, demoproeven, video's, dia's, transparanten. Niet te vergeten: de meer enmeer opduikende, eenvoudige didactische software(pakketten). Het is daarbij ondenkbaar dat elkeleraar al zijn eigen software ontwikkelt.- Bij de keuze van een handboek, moet men nagaan, in hoever voldoende ingespeeld kan worden op deinteresse van de leerlingen. In verband met de verdieping van de leerstof dienen zowel theorie alsoefeningen aandacht te krijgen.- De volgorde van de leerinhouden is niet bindend.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Elektriciteit1ste en 2de leerjaar: 3 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 WISSELSTROOMKETENS1.1 Ketens met één of meerdere componentenSerie en/of parallel- Weerstand- Spoel- CondensatorVan spanning en stroom de sinusoïdaleen vectoriële voorstelling geven.Spanning- en stroomvectorendiagrammenopstellen.Impedantiedriehoeken tekenen.Resonantie (serie - parallel).Zeefkring.Sperkring.BBBBBBHet is de bedoeling, de theorie teherhalen, om sneller te komen tot eeninzicht in de gebruikte kring.Invloed van de frequentie tonen.Aantonen door gebruik te maken vansoftwarepakketten.1.2 VermogenSerie en/of parallel:- Weerstand- Spoel- CondensatorMomenteel en gemiddeld vermogenzoeken.Actief en reactief vermogen bepalen.Vermogendriehoek opstellen.Arbeidsfactor bepalen.Verbeteren van de arbeidsfactor.BBBBBGebruik van softwarepakketten.Tarifering van de elektrische energievoor grote verbruikers.- 36 -2 SPANNINGSBRON ENSTROOMBRONDefinitie van- Spanningsbron- StroombronSpanningsverlies in bronnen en geleidersberekenen.BOefeningen oplossen onder begeleidingen als taak.De wetten van KirchhoffStroomwet en spanningswet toepassen.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN3 HET DRIEFASENNET3.1 Ontstaan van een driefasenspanningDe opwekking van driefasenspanningverklaren.Verband met de opwekking vanéénfasige spanning aangeven.BBDemonstratie met spoel en magneet:spanning/stroommeten, afgeleverddoor de spoel.- Driefasenspanning Begrip "driefasenspanning" toelichten.BDrie spoelen met draaiende magneet:meten van spanning/stroom.- Verloop van de spanning en vectoriëlevoorstellingHet momenteel verloop van de driefasenspanningtekenen.Vectoriële voorstelling afleiden.BBMet plotter en softwarepakket(ten)uitgewerkte tekeningen tonen.- Aanduiding van de spoelen De genormaliseerde aanduidingen vande wikkelingen bespreken.BOpnemen van het klemmenbord vanbestaande machines.- 37 -- Eigenschappen van het driefasennet- HoofdeigenschapUit de vectoriële voorstelling van dedriefasenspanning, de wiskundigeuitdrukkingen van spanning en stroomafleiden.BAantonen met een ampèremetertang,dat de som der stromen gelijk is aannul.3.2 De sterschakeling- Verbruikers in ster Drie (gelijke) verbruikers in ster meten zonder (beschikbare) nulleidertekenen.- Begrippen: fase en lijn Uit het schema afleiden, dat er tweespanningen zijn en ze definiëren.BBVerwijzen naar oefeningen, schakelingenin andere vakken.Lamp aansluiten op netspanning.Proef met 3 lampen, in stergeschakeld.


- Fasespanning en lijnspanning:momenteel verloopHet momenteel verloop van de fasespanningen de lijnspanning afleiden.B- Vectoriële voorstelling van defasespanning en lijnspanningDe vectoren van fasespanning enlijnspanning grafisch voorstellen.B- Wiskundig verband tussen fasespanningen lijnspanningVerband tussen fasespanning enlijnspanning bewijzen.BVerwijzen naar driehoeksmeting in dewiskunde.- Fasestroom en lijnstroom in ster Verband tussen fasestroom en lijnstroomgeven.BFase en lijnstroom zijn aan elkaargelijk, bij de sterschakeling.3.3 De driehoekschakeling- Verbruikers in driehoek Drie (gelijke) verbruikers in driehoektekenen.BVerwijzen naar oefeningen, schakelingenin andere vakken.- Begrippen: fase en lijn Uit het schema afleiden, dat er tweestromen zijn en ze definiëren.BDezelfde lampen (zie sterschakeling),in driehoek schakelen: stromen doorde lampen en door de lijndradenmeten.- 38 -- Fasestroom en lijnstroom:momenteel verloopHet momenteel verloop van delijnstroom en de fasestroom afleiden.BGebruikmaken van tekeningen, uiteen grafisch pakket.- Vectoriële voorstelling van defasestroom en de lijnstroomDe vectoren van fasestroom enlijnstroom grafisch voorstellen.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Wiskundig verband tussenfasestroom en lijnstroomVerband tussen fasestroom en lijnstroomaantonen.BVerwijzen naar driehoeksmeting in dewiskunde.- Fasespanning en lijnspanning indriehoekVerband tussen fasespanning enlijnspanning geven.BFase en lijnspanning zijn aan elkaargelijk in de driehoekschakeling.3.4 Schakelingen van verbruikers opdriefasennet- Net in ster (4 geleiders), verbruikerseveneens in ster- Net in ster (3 geleiders), belastingin ster- Net in ster, belasting in driehoek- Net in driehoek, belasting in ster3.5 Distributienetten Van de mogelijke distributienetten delettercodes bespreken en ze ook verklaren.Spanningen en stromen berekenen. B Verbruikers nemen die in de praktijkook gebruikt worden.BDe situatie van de distributie in deschool bespreken.De situatie van het openbaar netbespreken.- 39 -4 VERMOGEN EN ARBEIDSFAC-TOR IN DRIEFASENNETTEN4.1 Symmetrische en asymmetrischebelastingFormules bij symmetrische belastingopstellen.BVerschil met gelijkstroom aanduiden.- Actief vermogen- Schijnbaar vermogen- Reactief vermogenBij asymmetrische belasting de berekeningenuitvoeren.U


4.2 Meten van het vermogen- Actief vermogen- Reactief vermogenBij symmetrische en asymmetrischebelasting de vermogenmetingenbespreken.BGebruik van één, twee of drie wattmeters.Schakelen van wattmeters,(ARON of ILIOVICI), of gebruik vanformules (zie andere vakken).4.3 Arbeidsfactor- Meten- Berekenen-VerbeterenHet begrip arbeidsfactor uitleggen.Het meettoestel, om de arbeidsfactorte meten, bespreken.Berekening van de arbeidsfactor.BBBVerband tussen de vermogens en dearbeidsfactor toelichten.Gebruik van de nodige tabellen engrafische voorstellingen.5 SPANNINGSVAL, VERMOGEN-VERLIES IN WISSELSTROOM-LEIDINGEN5.1 Eénfasige leidingen- Spanningsval- Vectorendiagram- Vermogenverlies- Doorsnede van de geleidersBegrippen omschrijven.Vectorendiagrammen toelichten.Procentueel verlies bepalen.Doorsnede van de geleidersberekenen.BUBBInvloed van de spanningsvallen op hetrendement (b.v. halogeenverlichting).Tabellen gebruiken.- 40 -5.2 Driefasige leidingen- Spanningsval- Vermogenverlies- DoorsnedeSymmetrische belasting.Aansluiting in ster, drie of vier geleiders.Doorsnede van de geleiders bepalenof berekenen.BBBMet tabellen de doorsnede afleidenvan driefasige leidingen, rekeninghouden met de maximum toegelatenspanningsval ( in % ).Gebruik van softwarepakketten.6 TRANSFORMATOREN6.1 Eénfasige transformator-Principe- SamenstellingSamenstellende delen opsommen.Principewerking verklaren.Begrip transformatieverhouding verduidelijken.BBBVerwijzen naar leerstof: elektromagnetischeinductie.Enkele praktische vraagstukken oplossen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENWerking van de transformator- Onbelast- BelastIdeale transformator en praktischetransformator vergelijken en bespreken.Vectoriële voorstelling bespreken.BBBij de vectoriële voorstelling wijzenop de transformatieverhouding.Verliezen in de transformatoren- Magnetische verliezen- Elektrische verliezenVerliezen benoemen en bespreken.Verliezen tonen op het vectorendiagram.BBOnderscheid tussen beide soortenverliezen duidelijk stellen.Bespreken van de uitwendige karakteristiek.Rendement van de transformatorBegrip rendement definiëren.Bespreken hoe men het rendementbepaalt.BBMaximaal rendement.Constructie en koeling van éénfasigetransformatoren- Klassieke transformatoren- RingkerntransformatorenVerschillende éénfasige transformatoren,voor 'dagelijks gebruik' bespreken.BWijzen op de opstelling, in verbandmet de koeling van transformatoren.- 41 -Beveiligen van tranformatorenGebruik van smeltveiligheden alsbeveiliging.BSoorten smeltveiligheden bespreken.(Zie andere vakken).Parallelwerking van transformatorenSerie- en parallelschakelen van windingenbij kleine transformatoren.BAansluitschema's bij kleine transformatorentonen en bespreken (consumerelektronica).6.2 Driefasige transformatorenSamenstelling De samenstelling van driefasigetransformatoren bespreken.BVertrekken van drie éénfasige transformatoren.


SchakelmogelijkhedenIndeling in schakelgroepen toelichten.Betekenis van de verschillende lettersen cijfers verklaren.Vectorendiagram van spanningenafleiden.BBBNormbladen.Parallelschakelen van driefasigetransformatorenNoodzaak van het parallelschakelenaantonen.Voorwaarden voor parallelwerkingbespreken.Controleren van de voorwaardenuitleggen.Belastingsverdeling bespreken.BBBBGevaren bespreken, bij niet goedebeoordeling van de schakelingen.6.3 Bijzondere transformatoren- Veiligheidstransformatoren- Voedingstransformatoren- Spaartransformatoren- Regeltransformatoren- Lastransformatoren- Meettransformatoren- SpeelgoedtransformatorenSamenstelling,eigenschappengebruik bespreken.enBWijzen op de gevaren en de noodzakelijkegoede beveiliging van de verschillendetransformatoren.- 42 -7 ALTERNATOREN OF WISSEL-STROOMGENERATOREN7.1 Principe opwekkingwisselspanningElektromagnetisch veld, dat draait ineen stator, wekt wisselspanning op:principe uitwerken.BVerwijzen naar andere elementen uitde theorie.Alternatoren- Samenstelling- IndelingOnderdelen van een alternator, elektrischegraden, polenpaar, toerentalen frequentie bespreken.BVerband tussen de elementaire groothedenleggen en inzien.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENRotor- en statorwikkelingenDe praktische schikking van de wikkelingenverduidelijken.BUitleg geven van de mogelijke wikkelingen,en wikkeltheorie uitleggen.Ankerreactie en lekfluxDe ankerreactie en lekflux uitleggen.De gevolgen van een slechte arbeidsfactorvan de belasting aantonen.UMet equivalente keten en vectorendiagramtoelichten.SpanningsregelingDe formule van de opgewekte spanningbespreken.B Principe van de automatischespanningsregeling bespreken.7.2 Driefasige generatoren- Werking- OpbouwParallelschakelen van alternatoren- Noodzaak- Voorwaarden- Controleapparaten- StabiliteitDe opbouw en werking van driefasigegeneratoren verklaren.Het waarom en het hoe van het parallelschakelenvan alternatoren uitleggen.De principes van toestellen, waarmeemen de voorwaarden controleert, bespreken.BBBVerschillen in de synchronisatiemethodesbespreken kan, indien menover de toestellen beschikt, en hetlater praktisch kan toepassen.- 43 -Vermogen en rendement van alternatorenOpsommen van de verliezen en dezeverklaren. Proeven en rendementskrommentoelichten.BTheoretisch benaderen, komen ookaan bod in Laboratorium.8 DE SYNCHROONMOTOR8.1 Samenstelling en principe van desynchroonmotorDefinitie van synchroonmotor bespreken.BZelfde constructie voor beide toestellen.


Het draaiveld- Ontstaan- Draaizin-SnelheidOntstaan van het draaiveld bespreken.Bespreken van zin en snelheid van hetdraaiveld.BBNiet al te wiskundig, wel grafisch.Er op wijzen, dat er verschillenderotoren bestaan, bepalend voor desynchroonsnelheid.8.2 De driefasige synchroonmotor Constructie van de driefasige synchroonalternatorbespreken.BGenerator gebruiken als motor, mitsde nodige voorzorgen.Aanlopen van synchroonmotoren- Asynchroon- Met hulpmotorVerklaren, waarom men niet rechtstreekskan starten, synchroniseren.UDe belasting moet minimaal zijn.Gebruik van synchroonmotoren- Constante synchroonsnelheid- Regeling van de arbeidsfactorDoel en nut van de driefasige synchroonmotorentoelichten.UVectorendiagrammen bespreken.8.3 De éénfasige synchroonmotor-Principe- SamenstellingHet principe en de constructie vanéénfasige synchroonmotoren besprekenen uitleggen.BVerband leggen met de éénfasigegenerator.- 44 -Soorten éénfasige synchroonmotoren- Voor uurwerken- Andere toepassingenEen aantal veel gebruikte synchroonmotoren,volgens het toepassingsgebiedbespreken.BZoeken naar welbepaalde toepassingen.8.4 Stappenmotor-Principe- SoortenPrincipiële werking toelichten, enkelesoorten opsommen.B U Toepassingen bespreken uit de informatica-wereld.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN9 DRIEFASIGE INDUCTIEMO-TORASYNCHROON MOTOREN9.1 Samenstelling- Stator- Rotor: sleepringen of kooi-ankerOntstaan van draaiveld in de stator.Transformator met luchtspleet tussenstator en rotor: inductiespanningen.BBVergelijking met een ronddraaiendetransformator: de rotor probeert hetstatordraaiveld te volgen.9.2 In werking- Slip- Rotorfrequentie- Rotorspanning- RotorstroomHet begrip slip uitleggen en in verbandbrengen met de belasting.De formules van de rotorfrequentie,rotorspanning en rotorstroom toepassen.9.3 De koppel-snelheidskarakteristiek Karakteristiek bespreken en interpreteren.BBBInterpreteren van grafieken.Invloed van de eventuele rotorweerstandverklaren.- 45 -9.4 Aanlopen van asynchroon motoren- Rechtstreeks- Ster - driehoek- Aanloopweerstanden- Aanzettransformator- SoftstartersSchakeling voor elke aanzetmethodebegrijpen en uitleggen.Doel van de schakeling uitleggen.BBKwaliteit en prijs van de aanzetmethodebespreken.Softstarters bekijken als een 'Blackbox'.9.5 Snelheidsregeling- Weerstand in de rotorketen- Wijzigen van aantal polen- Wijzigen van de frequentieVan elke specifieke motor de snelheidregelen.Schema's lezen en uitleggen.BBDe nieuwste ontwikkelingen van defrequentie-omvormers kort behandelen.


9.6 Driefasige motor, éénfasig gebruikt- Principe van condensatorInvloed van een bijgeschakelde condensatorop het draaiend veld verklaren.USchakeling met condensator bespreken;waarde van de condensator bepalen,met formule en uit tabellen.9.7 Elektrisch remmen- Tegenstroom- GelijkstroomPrincipes uitleggen, schema's begrijpenen tekenen.UPiekstromen zijn niet te verwaarlozen,de juiste timing bij tegenstroomremmingis belangrijk.9.8 Storingen en foutzoeken Mogelijke storingen bij asynchroonmotorenbespreken.BZie vooral Installatieleer.10 EENFASIGE INDUCTIEMOTO-REN10.1 Principes- Samenstelling- Wisselend veld- Hulppolen- BedrijfscondensatorenConstructie en werking éénfasige inductiemotoruitleggen.Verschil tussen draaiveld en draaiendveld aantonen.BUAansluitschema's opbouwen.- 46 -10.2 Aanzetmethoden-Hand- Automatisch11 SPECIALE WISSELSTROOM-MOTORENAantonen dat bij wisselend veld, demotor niet vanzelf start.B Verschillende methoden volledigbespreken en uitleggen.- Universele motor- Gesynchroniseerde inductiemotor- Eénfasige motor met centrifugaalaanzetterPrincipiële werking toelichten. U De bedoeling is, een keuze te makenuit de opgesomde speciale motoren,in functie van eventueel praktischetoepassingen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Repulsiemotor- Motor met trilcontact- Lineaire motor- Spleetpoolmotor- Reluctantiemotor- Schijfmotoren- Aggregaten- Omvormers12 GELIJKSTROOMGENERATO-REN12.1 Principes- Generator werking12.2 Samenstelling van de dynamo- Stator- Anker- Commutator en borstelsDynamo-principe herhalen, en verderbespreken.De onderdelen van de dynamo uitvoerigbespreken.Doel en nut van de collector-commutatorbegrijpen.Verloop van de opgewekte spanningbespreken.BBBBVerwijzen naar andere reeds gezieneleerstof.Wijzen op een andere constructie tenopzichte van de alternator.Kortsluiting van de lamellen, indiende spanning nul is.- 47 -12.3 Ankerreactie- Onbelast en belast- Bestrijden van de ankerreactie- CommutatieverschijnselBegrip ankerreactie uitleggen.Compensatiewikkelingen bespreken.Wijzigen van de luchtspleet toelichten.UUUDeze theorie kan als uitbreidingbehandeld worden, maar is geenessentiële leerstof.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN13.4 Soorten gelijkstroommotoren- Onafhankelijke bekrachtiging- Shunt-Serie- CompoundPrincipe schema's begrijpen en kunnentekenen.Startvoorwaarden: aanloopweerstanden veldregelweerstand bepalen.Theorie opbouwen.BBDe onafhankelijk bekrachtigde en deseriemotor moeten zeker behandeldworden.13.5 Karakteristieken- Snelheid-stroom karakteristiek- Koppel-stroom karakteristiek- Snelheid-koppel karakteristiekDe karakteristieken theoretisch behandelen.Eventueel de formules geven.BDe drie karakteristieken in een vierkwadrantenvoorstelling.13.6 Snelheidsregeling- Ankerspanningsregeling- Fluxregeling- Elektronische snelheidsregelingInvloed van de gekozen regeling opde eigenschappen van de motor behandelen.Verliezen in eventueel gebruikteweerstanden bepalen en bespreken.BBHet gebruik van de gelijkstroommotorbij snelheidsregelingen.- 49 -13.7 Remmen van gelijkstroommotoren- Mechanisch remmen- Elektrisch remmen- Twee-(meer)-kwadrantenregelingRemmen door de motor te latenwerken als dynamo, verklaren.Remmen met energie recuperatietwee-kwadrantensturing, bespreken.UUKort bespreken van de thyristorsturing.13.8 Verliezen en rendement Begrippen verklaren. B Onderscheid bij grote en kleine motoren.13.9 De ankerwikkeling- WikkeltheorieWikkelschema's bespreken. U Het wikkelen van motoren kan hiertot slot eens grondig besproken worden.


- 50 -TV Elektriciteit Installatieleer1ste leerjaar: 2 u./w.2de leerjaar: 2 u./w.1 BEGINSITUATIEIn de 2de graad 'Elektrotechnieken' wordt er een systematische studie gemaakt van elektrische installatiesmet de nadruk op huishoudelijke toepassingen. De leerlingen hebben reeds de nodige voorkennis waaropze in de 3de graad kunnen steunen.2 ALGEMENE DOELSTELLINGENIn de 3de graad leggen we de nadruk op een driefasige aansluiting voor huishoudelijke installaties en deelektrische installatie van een klein bedrijf. Het volgende is dan ook belangrijk, in aansluiting op deleerinhouden van de 2de graad.- De nieuwe handelsvormen van onderdelen en toestellen kennen en opzoeken in catalogi.- Nieuwe gereedschappen en technieken zoveel mogelijk aanleren en gebruiken.- De nieuwe of aangepaste voorschriften van het AREI interpreteren.- Inzicht verwerven in de werking van installaties en toestellen.- Bijzondere aandacht besteden aan het toenemend gebruik van elektronische bouwgroepen in verbandmet sturing, informatie en bewaking.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Controle- en herstelactiviteiten en het opsporen van fouten blijven ook in de 3de graad een belangrijkeschakel in de opleiding van de elektricien.- In de Installatieleer streven we ernaar om een schakel te vormen tussen theorie- en praktijklessen. Eengoede coördinatie tussen Installatieleer, Technisch tekenen en Praktijk is onontbeerlijk.- De hoeveelheid leerstof en de beperkte lestijden noodzaken de leerkracht tot het veelvuldig gebruik vanaudiovisuele leermiddelen.- De evolutie in de technologische ontwikkelingen hebben een aanzienlijke uitbreiding en aanpassing vande Installatieleer tot gevolg. Deze vernieuwingen dienen zoveel mogelijk te worden gevolgd eningepast in de leerinhouden.- De volgorde van het programma is niet bindend en hangt af van de plaatselijke schoolsituatie. Welstreven we ernaar dat één leerkracht zowel Technisch tekenen, Installatieleer als Praktijk onderwijst.Dit voorkomt overlapping en onnodig tijdverlies.- Het aanleggen van verzamelmappen met technische documentatie en catalogi en het samenstellen vaneen videobestand in het vaklokaal is verrijkend voor de technologische kennis van de leerling.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Installatieleer1ste leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 BEDIENINGSELEMENTENMET SCHAKELCONTACTEN1.1 Drukknoppen De verschillende bedieningselementenherkennen.BGebruikmaken van didactische borden.1.2 Eindeloopschakelaars De technische gegevens in verbandmet uitvoering, opstelling, werking,stroomsterkte en spanning toelichten.BCatalogi raadplegen.1.3 Microschakelaars Het bestelnummer in catalogi opzoeken.BVoor de thermostaten verwijzen naarhet AREI Art. 104.02.1.4 Thermostaten2 INDUSTRIELE SCHAKELAARS- 51 -2.1 Kenmerken- Aantal polen- Stroomsoort- Nominale stroom- Nominale spanning- AfschakelvermogenDe kenmerken van een industriëleschakelaar toelichten.De factoren waarmee we rekeningmoeten houden bij de keuze van eenschakelaar opsommen.BBVerschillende schakelaars tonen.Voorbeelden kiezen uit de praktijk.Catalogi raadplegen in verband metde kenmerken.2.2 Constructieve bijzonderheden- Onderbreking- Contacten- Schakelfrequentie- Schakelklassen- SelectiviteitDe verschillende aandachtspuntenwaarmee rekening dient gehouden teworden bij de constructie omschrijven.B AREI Art. 250.Didactische panelen.Catalogi.


2.3 Soorten schakelaars- Hefboomschakelaars- Walsschakelaars- NokkenschakelaarsDe verschillende bouwtypen vanindustriële schakelaars onderscheiden.Bijzonderheden in verband met deconstructie toelichten.BBDidactische panelen.Catalogi gebruiken.Voorbeelden van de praktische toepassingengeven en het bestelnummeropzoeken in catalogi.B2.4 Contactoren- Onderdelen- Contacten- WerkingDe delen van een contactor opsommen.Bijzonderheden in verband met deconstructie en werking toelichten.BBDidactische panelen.Catalogi.Het praktisch gebruik in een schakelingweergeven en het bestelnummeropzoeken.B- 52 -3 BEVEILIGINGSMATERIAAL3.1 Smeltveiligheden- Diazed- HOV-veiligheden- Kortsluitvastheid- UitschakelkarakteristiekBijzonderheden in verband met deconstructie toelichten.De werking en het gebruik van dekortsluitvaste gesloten veilighedenverklaren.BBDidactische borden.De nadruk leggen op de beveiligingvan motoren.AREI Art. 251.De smeltkarakteristieken interpreterenen het toepassingsgebied omschrijven.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN3.2 Motorbeveiliging De noodzaak en de methoden vanmotorbeveiliging toelichten.B3.3 Thermische overstroombeveiliging-Principe- Samenstelling- Karakteristieken- ToepassingenHet doel en werkingsprincipe toelichten.De uitschakelkarakteristieken uitleggen.Het toepassingsgebied omschrijven ende veiligheid instellen.BBBDidactische panelen samenstellen.AREI Art. 115 t/m 128.3.4 M a g n e t i s c h eoverstroombeveiligingZie 3.33.5 Thermomagnetische beveiliging Zie 3.3- 53 -3.6 Nulspanningsbeveiliging Zie 3.3 AREI Art. 138.3.7 Overspanningsbeveiliging Zie 3.3 AREI Art. 136 - 137.3.8 Gecombineerde aardlekschakelaar Zie 3.3 AREI Art. 28 - 85.4 SCHAKELKASTEN VOOR IN-DUSTRIELE INSTALLATIES4.1 Schakel- en verdeelkasten-Doel- SoortenDe noodzaak van schakel- en verdeelkastenuitleggen.BDidactische panelen.Catalogi gebruiken.AREI Art. 248 - 252.


4.2 Opstelling- Afzonderlijk- Samenbouw- Onderlinge verbindingen4.3 Toebehoren- Kappen- Schotten- EindmoffenDe opstelling van de kasten toelichten.De kenmerken en uitrusting vankasten bespreken.BB4.4 Monteren en bedraden van schakel-en verdeelkasten- Schikken van de toestellen- Monteren van de toestellen-BedradenDe verschillende werkwijzen voor hetschikken en monteren van kasten aantonen.De algemene werkwijze voor het bedradenvan kasten verklaren.Een overzicht geven van de bedradingswijzenvan kasten.BBB- 54 -5 LEIDINGMATERIAAL VOORINDUSTRIELE INSTALLATIES5.1 Leidingen- Energiekabels- MontagerailsDe genormaliseerde aanduidingenidentificeren.Het bewerken van kabels en railsomschrijven.BBDidactische borden.5.2 Kanalen- Muurkanalen- Vloerkanalen- Holle plinten- KabelladdersHet toepassingsgebied van de verschillendesystemen opsommen.BDia's, foto's of videobeelden van deverschillende systemen.AREI Art. 142.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN5.3 Aanleggen van leidingen en kanalenDe bediening van het gereedschaptoelichten.BAREI Art. 210 - 211 - 212 - 213.- Montagegereedschappen- Toebehoren voor montage- WerkmethodeHet toebehoren voor de montageopsommen.De werkmethode voor het installerenvan leidingen en kanalen omschrijven.BB6 INDUSTRIELE STOPCONTAC-TENAREI Art. 239 - 249.NBN C63 - 017.- Normalisatie- Bouwvorm- Herkenbaarheid- AanduidingHet belang van de kleurencode enplaats van de aardpen verklaren.B- 55 -7 SIGNALISATIE7.1 Alarmtoestellen- Detectoren- Centrale- SignaalgeversDe functie van de toestellen omschrijven.De aansluitgegevens van de signalisatietoestellen,zoals ze door de constructeurworden opgegeven, interpreteren.BBSoorten detectoren en sensoren: zieverder.Brugles naar Technisch tekenen voorhet lezen van de schema's.We beperken de schakelingen tot eenproefopstelling en interpretatie hoe detoestellen worden aangesloten.


7.2 LichtregelaarsZie 7.1-Sturing- Werking- Vermogen7.3 OproepinstallatiesZie 7.1- Draadgebonden oproep- Draadloze oproep7.4 TelefooninstallatiesZie 7.1- Deurtelefooninstallaties voorappartementsgebouwen- Huistelefooninstallatie7.5 Antenne-installaties- Huisaansluiting- Gemeenschappelijke aansluiting inappartementsgebouwenZie 7.1- 56 -7.6 Draadloze bedieningselementen- Schakelen-Sturen- Bewaken7.7 Domotica- Energiebeheer- Telefax- Programmering van huishoudtoestellen- Beveiligen en bewakenZie 7.1Zie 7.1 U Door middel van documentatie eninformatiefolders de vernieuwingenopvolgen en zoveel mogelijk in deleerstof opnemen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN8 VERLICHTING8.1 Eenheden De elementaire eenheden herkennen. B8.2 Stroomdoorgang door gassen De begrippen van de stroomdoorgangdoor gassen toelichten.B8.3 Gasontladingslampen- Kwikdamplamp- NatriumdamplampPrincipe, kenmerken en gebruikopsommen.De verschillende schakelingen verklaren.BBDidactische borden.Brugles naar schemalezen.8.4 Buislampen voor hoge spanning Zie 8.3 AREI Art. 242.8.5 Elektroluminescentieplaten Zie 8.3- 57 -8.6 Industriële armaturen- TL-armaturen, uitvoeringsvormen- Binnenverlichting, objectgebondencombinaties- Werkplaatsverlichting- Buitenverlichting- Schijnwerpers- Noodverlichting- Armaturen voor Ex-omgevingHet gebruik op verschillende plaatsenaantonen.De veiligheidsnormen opsommen.De indeling in gevarenzones toelichten.De constructie van explosievrij schakelmateriaalen verlichtingsarmaturentoelichten.BBBBAREI Art. 105 - 110 B.8.7 Berekenen van een lichtinstallatievolgens de BZ-methode en/ofrendementsmethodeEen eenvoudige toepassing van eenwerkplaatsverlichting berekenen.BU


9 LOKAALVERWARMING9.1 Warmte- Materie- Temperatuur- Warmte-overdrachtHet principe van de warmte-overdrachttoelichten.BBrugles naar Fysica.9.2 Warmte-energie- Vermogen- Belastingsdiagram- KostprijsDe invloed op de kostprijs, van debouwstijl van de woning en de plaatsvan de toestellen, toelichten.B9.3 Thermisch comfort- Comforttemperatuur- Warmte-overdrachtscoëfficiënt- WarmteverliezenDe invloed van het thermisch comfortop het behaaglijkheidsgevoel toelichten.BBrugles naar theorie elektriciteit voorwat het vermogen betreft.Vergelijken met andere warmtebronnen.- 58 -9.4 Verwarmingssystemen- Rechtstreekse verwarming. Convectietoestellen. Stralingstoestellen. Straalkachel. Plafond- en vloerverwarming. Verwarming in vensterglas- Accumulatiesystemen. Statische toestellen. Dynamische toestellen. VloerverwarmingDe verschillende mogelijkheden vanelektrische verwarming opsommen.De constructie en plaatsing van deverwarmingstoestellen verklaren.De aansluitgegevens van de constructeurinterpreteren.Het belang van de beveiligingenverklaren.BBBBDidactische platen met de toestellen indoorsnede.Brugles naar tekenen voor de schemastudie.Aandacht voor het vermogen.AREI Art. 86 - 217 - 243.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN9.5 Regeling- Rechtstreekse systemen- Accumulatiesystemen- OplaadautomaatDe werking en plaatsing van deregelsystemen omschrijven.De regeling van de oplaadtijd infunctie van de restwarmte en buitentemperatuurinstellen.BBDocumentatie en catalogi.9.6 Centrale verwarmingsinstallatie- Aardgas- StookolieDe elektrische aansluiting en werkingvan een centrale verwarmingsinstallatietoelichten.B AREI Art. 65 - 66.9.7 Klimaatregeling Uitvoering en werking bespreken. U- 59 -


TV Elektriciteit - Installatieleer2de leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 HUISHOUDELIJKE TOESTEL-LEN1.1 Motorisch gedreven toestellen- Koffiemolen- Stofzuiger- Haardroger- CentrifugeDe werking en constructie van detoestellen verklaren.BBrugles naar tekenen voor schemastudie.Gebruikmaken van demonteerplannen.Aandacht voor ontstoring.Aanleggen van een documentatiemapover verschillende uitvoeringen.Didactische machines.AREI Art 241.NBN C73.1.2 Koeling-Koelkast- DiepvriezerDe principiële werking toelichten.De samenstelling beschrijven.BBZie 1.1- 60 -1.3 Gecombineerde toestellenDe werking en opbouw verklaren.BZie 1.1- Wasautomaat- Vaatwasmachine- MicrogolfovenDe constructie en werking van deprogrammaschakelaar omschrijven.De veiligheidsvoorschriften van demicrogolfoven toelichten.BBBrugles naar tekenen voor de schemastudievan de schakeltabellen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN2 SENSOREN2.1 Inductieve- Elektrische trilling- Blokschema en werkingDe principiële werking toelichten.De keuze van de sensoren in functievan de werkomstandigheden verklaren.BBBrugles naar tekenen voor het gebruikvan de juiste symbolen.Het blokschema van de verschillendeuitvoeringsvormen opstellen.B2.2 CapacitieveZie 2.1- Polarisatie van een niet-geleidendvoorwerp- Blokschema en werking- 61 -2.3 Optische sensoren Zie 2.12.4 Technische gegevens- Schakelafstand- Detectiekromme- SchakelfrequentieDe technische gegevens interpreteren.B2.5 Aansluiten- 2-, 3- en 4-draadtypeDe aansluitvoorwaarden herkennen.B


2.6 Sensoren gebaseerd op detectievan fysische groothedenZie 2.1U- Temperatuur-Druk- Vochtigheid-Snelheid- ...3 ELEKTROMOTOREN3.1 Algemeenheden- Constructie- Bouwvorm- Beschermwijzen- Aansluitmogelijkheden- Plaatsing- Uitlijning- Instellen- Keuze van de beveiliging- Genormaliseerde klemmenaanduidingBijzonderheden in verband met deconstructie beschrijven.De verschillende bouwvormen, beschermwijzenen kenplaatgegevenstoelichten.Het gebruik van tabellen voor dekeuze van motoren verklaren.De aansluitmogelijkheden van eenmotor omschrijven.BBBBDe kenplaatgegevens in functie vande bestelling.Catalogi raadplegen.Dikteplaatjes.Afstelpennen.Brugles naar tekenen voor de juisteklemmenaanduiding.- 62 -De middelen om een motor uit telijnen opsommen.BDe beveiligingen van de motor bepalen.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN3.2 Aanzetinrichtingen- Omkeerschakelaar- Regelbare weerstand in stator- enrotorkring- Ster-driehoekschakelaar- Automatische ster-driehoekschakelaar- Elektronische aanzetinrichtingenDe aansluiting en de aanzetinrichtingenvan motoren toelichten.Het aansluitschema tekenen vanopgegeven motorschakelingen metaanzetinrichtingen.BBVerwijzen naar schematekenen.Praktische toepassingen geven.AREI Art. 236.3.3 Gereedschappen voor het onderhouden herstelwerkzaamhedenaan machinesHet gebruik van de gereedschappenaantonen.B- Trekapparaat- Circlipstang- Schijvensleutel- Collectorzaag en frezen- 63 -3.4 Controletoestellen voor het opsporenvan storingen aan machines- Ankertester- ToerentellerHet gebruik van de controletoestellenaantonen.B3.5 Monteren en demonteren vanmachinesMonteren en demonteren van machinestoelichten.BTechnische documentatie van deconstructeur.- Vervoer- Opstellen- In dienst stellenDe werkmethode om storingen op tezoeken verklaren.B


- Onderhoud- Preventief onderhoud- Opsporen van storingen4 Condensatorbatterij-Doel- Constructie- Werking- Regeltoestellen om de arbeidsfactorte verbeterenHet doel en de constructie omschrijven.De werking en de invloed van eenarbeidsfactorverbeteringsautomaatverklaren.BB5 NOODVOEDINGEN- Accumulatoren- Aggregaten- Systemen van noodvoedingsgroepenDe soorten en constructie van accumulatorenomschrijven.De werking van acculaadinrichtingenverklaren.De opbouw en werking van aggregatentoelichten.BBBStatische en roterende systemen, metonderbreking en zonder onderbreking.AREI Art. 63 - 109.- 64 -De systemen van noodvoedingsgroepenopsommen.BHet onderhoud van noodvoedingsgroepenomschrijven.B6 ENERGIEVERDELING6.1 Appartementsgebouwen en woonwijken- Verticale stroomvoorziening- Horizontale stroomvoorzieningDe energieverdeling en stroomverdelingin grote gebouwen en woonwijkenbespreken.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN6.2 Grondkabelinstallaties- Kabels- Aftakkingen en verbindingen- Werktuigen voor het plaatsen vangrondkabel- Realiseren van aftakkingen enverbindingen- ReglementeringDe soorten kabels en de verschillendehulpstukken herkennen.Het gebruik van de werktuigen voorhet leggen van grondkabels toelichten.Het verwezenlijken van aftakkingenen verbindingen omschrijven.BBBAREI Art. 142 - 143 - 152 - 193 -194.6.3 Luchtleidinginstallaties- Leidingen- Werktuigen voor het plaatsen- Realiseren van luchtleidinginstallatiesDe leidingen en hulpstukken voor hetverwezenlijken van luchtleidingenherkennen.Het gebruik van de werktuigen en hetuitvoeren van luchtleidinginstallatiesverklaren.BB- 65 -7 ENERGIEMETING- Grote verbruikers- Opstelling in appartementsgebouwen- Metingen in hoogspanningsverdeling- PiekwaardeDe eisen die de stroomleverendemaatschappij stelt aan grote verbruikers,opsommen.De opstelling van de energie-metersin appartementsgebouwen verklaren.De arbeidsmetingen die in hoogspanningworden toegepast, omschrijven.BBBAandacht geven aan de piekwaarde.


8 OPWEKKEN EN TRANSPORTVAN ELEKTRISCHE ENERGIE8.1 Elektrische centrales- Opwekken- TransportDe werking van elektrische centralesin blokschema toelichten.Het transport van elektrische energieomschrijven.BB8.2 TransformatorstationsDe werking verklaren.BBeveiligingsonderdelen, koeling.- Transformatoren- Verschillende cellen- Schakelingen- VeiligheidsvoorschriftenHet doel van de verschillende cellentoelichten.De veiligheidsvoorschriftenbespreken.BBAREI Art. 17 - 41 - 134 - 135.9 VERDEELKAST VOOR EENBOUWWERFAREI Art. 95 - 258.- 66 -- Samenstelling- ReglementeringDe samenstelling en de veiligheidsvoorschriftenvan een verdeelkastvan een bouwwerf toelichten.B10 SOORTEN NETTEN- TT-, TN-, IT-netten- Voor- en nadelen- Veiligheidsvoorzorgen- Isolatiebewaking- Berekenen van de beveiligingen enleidingen naargelang van het distributiesysteemDe opbouw van de verschillendenetten toelichten.De voor- en nadelen verklaren.De veiligheidsvoorzorgen toelichten.Een eenvoudige berekening bespreken.BBBBAREI Art. 79 - 80 - 81 - 82 - 129 -130 - 131 - 132 - 133 - 137 - 235.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN11 ONTPLOFFINGSVAST MATE-RIAALAREI Art. 105 - 106 - 107 - 108 -110 - 111.- Zones- Ex-materiaalDe indeling van de verschillendezones opsommen.BDe eisen aan het materiaal gestelddoor de Europese normen, toelichten.B12 SYNTHESE-OEFENING ALSEINDPROEFDe volledige of gedeeltelijke elektrischeinstallatie van een klein bedrijfuitwerken.UDe leraar Installatieleer levert zijnbijdrage in verband met de gepastekeuze van onderdelen en toestellen.Vakoverschrijdende samenwerkingvoor de uitwerking van de eindproefis noodzakelijk.- 67 -


- 68 -TV Elektriciteit Laboratorium1ste leerjaar: 2 u./w.2de leerjaar: 2 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerlingen moeten de nodige theoretische kennis en inzichten verworven hebben, om in alle omstandighedenvoltmeter, ampèremeter en weerstanden te gebruiken.Voor zover van toepassing, werd ingegaan op de juiste meetopstelling en werd aandacht besteed aan demeetnauwkeurigheid.2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN- Ervaren dat de theoretisch opgebouwde wetmatigheden, proefondervindelijk worden bevestigd, ofomgekeerd, dat uit proefondervindelijke waarnemingen wetten kunnen worden afgeleid.- Ingaan op de juiste meetmethode, rekening houdend met de meetfouten van de toestellen.- Een meting voorbereiden en volgens het vooropgesteld plan, de meetopstelling uitvoeren, controlerenen de nodige metingen uitvoeren.- De nodige tabellen voor het verzamelen van de gemeten waarden opstellen en weten waarom men demetingen uitvoert.- Bepaalde resultaten voorzien. Indien men wijzigingen aanbrengt de invloed van de afzonderlijkefactoren op de gehele meetopstelling (machine) bepalen.- Indien de theoretische benadering meer diepgaand is, verder inzicht in het technisch systeem verwerven.- Van gekende systemen, de gebruiksalgoritmen hanteren, die het goed functioneren van de gekendesystemen (machines) waarborgen. Bij optredende fouten, een foutlokalisatie-algoritme hanteren, bijwerkenen indien mogelijk optimaliseren.- Uit vorige en huidige vaststellingen, bijsturingen overwegen.- Leiding geven (kleine groepjes), organiseren en kwaliteit van de uitgevoerde proeven nastreven, opvoldoend hoog niveau.- Ernstig de opgelegde taak, in groepsverband, uitvoeren.- Nodige vaardigheden van communicatie en rapportering aanleren.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Vertrekkend van een (bestaand) schema, op een overzichtelijke manier het praktisch schema opbouwen.Wijzen op de grenswaarden bij de verschillende onderdelen van de schakeling.- Bespreking van de minimale omvang en inhoud van de tabellen voor de meetgegevens.- Met eenvoudige middelen en berekeningen kan men goede en juiste resultaten bekomen. De proevenmoeten binnen een bepaalde tijd uitgevoerd worden en het is niet nodig over zeer ingewikkelde, duretoestellen te beschikken.- De computer moet meer dan ooit een hulpmiddel bij de verwerking van de meetresultaten worden, zondereen doel op zich te worden. De leerlingen moeten eerst de technieken kennen, om grafieken zelf temaken, en dan pas, de computer inzetten om tijdrovende, moeilijkere grafieken te maken.- Het gebruik van een computer bij het meten zelf kan worden overwogen. Een computer behoortwellicht tot de uitrusting van een laboratorium, is dus ook hier een zeer nuttig 'instrument'.- Om de coördinatie te optimaliseren is het wenselijk dat één leraar zowel het vak theoretische Elektriciteitals het vak Laboratorium onderwijst.4 LEERSTOFAFBAKENING, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) ENMETHODOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Laboratorium1ste en 2de leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 INSTALLATIEMETINGEN1.1 Isolatieweerstand Isolatieweerstand van huishoudelijketoestellen bespreken en meten.Isolatieweerstandsmeters beschrijven.1.2 Aardingsweerstand Aardingsweerstand omschrijven.Aardingsweerstandsmeter en metingenuitleggen.BBBBEr moet, door gans de cursus heen,verwezen worden naar de veiligheidsaspectenen de toepassing van hetAREI.Van enkele toestellen, de isolatieweerstandmeten.Van de gelegenheid gebruikmaken omde link naar andere vakken te leggen,waar aarding ook aan bod kwam.2 WISSELSTROOMKRINGENGedrag van- Seriekringen- ParallelkringenBij aansluiting van- Gelijkspanning- WisselspanningHet principe schema opstellen.De verschillende spanningen enstromen meten.Resultaten in een tabel noteren.Met de gemeten waarden, de nodigeberekeningen uitvoeren.De verschillende verschuivingenbenadrukken.Van de spanningen en stromen devectoriële voorstellingen maken.BBBBBBIndien er nog geen metingen werdenuitgevoerd op de opgegeven kringen,deze hier uitvoeren.In alle andere gevallen kan men dithier beschouwen, als eenoverbruggingsles en verdieping in deleerstof.Wijzen op eventuele resonantie.Desnoods bespreken, hoe de resultatenopgetekend moeten worden ingoede tabellen.Bij een eerste kennismaking, tabelvormenzelf geven.- 69 -


3 EENFASIG VERMOGEN3.1 Zonder wattmeter- Met drie ampèremeters(verbruiker en gekende ohmseweerstand parallel)Met de totale stroom, de twee deelstromen,en een formule, de hoek nbepalen.UHier worden de nodige berekeningengemaakt, om de vermogens te bepalen.- Met drie voltmeters(verbruiker en gekende ohmseweerstand in serie)Met de totale spanning, de tweedeelspanningen, en een formule, dehoek n bepalen.UIndien de twee verbruikers in seriestaan.Er moet terug een gekende weerstandgebruikt worden.3.2 Met wattmeter, voltmeter enampèremeter3.3 Met voltmeter, ampèremeter encosinus n meterUit deze drie elektrische grootheden,de nodige vermogens afleiden.De verschillende vermogens berekenen.BBArbeidsfactor n bepalen door metingen berekening.Indien nodig, de werking, schakelingvan de wattmeter uitleggen.Omzetten van formules hier eensbenadrukken.- 70 -3.4 Verbeteren van de arbeidsfactor Invloed nagaan na het bijschakelenvan condensatoren.4 HET DRIEFASENNETBWijzen op eventuele nadelen bij overcompensatie.- Lijnspanning- Lijnstroom- Fasespanning- FasestroomAlle spanningen en stromen in eendriefasennet meten.De nodige tabellen voor de meetresultatenopstellen.BBMetingen uitvoeren, met verbruikersin ster, en dezelfde verbruikers indriehoek.Het nut laten inzien van de ster-driehoekschakeling.Gebruik een ster-driehoekschakelaar.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN5 DRIEFASENVERMOGEN5.1 Gelijkmatige belasting- Eén wattmeter- Twee wattmeter-methodeNiet gelijkmatige belastingSchakelingen begrijpen en op eenoverzichtelijke manier uitvoeren.Overzichtelijke tabel maken.De nodige aanpassing van de formule,naargelang van de meetopstellingbegrijpen.BBBDe metingen van vermogen uitvoerenen later gebruiken bij andere metingen,onder andere bij driefasentransformatoren.5.2 Meten reactief vermogen- Met omschakelbare wattmeter(actief en reactief)- Spanning op wattmeter aansluiten,die 90 graden verschoven is6 TRANSFORMATORENOp een beredeneerde manier de formulesvoor het meten of berekenenvan het reactief vermogen afleiden.UIndien er geen toestellen ter beschikkingzijn, alleen theoretisch bespreken.Erop wijzen, hoe men hiermee rekeninghoudt voor de energierekening.- 71 -6.1 Eénfasige transformatoren-Primaire- Secundaire- Polariteit- Netaansluiting- Aansluiting van de belasting- Omkeerbaarheid van sommigetransformatoren- Uitwendige karakteristiek- Kortsluitproef- Verliezen- RendementDe wikkelingen identificeren.Kenplaatje interpreteren.Tranformatieverhoudingen: theoretischen praktisch bepalen.Nullast en belasting van transformatorenuitvoeren.Onderscheid tussen koperverliezen enijzerverliezen maken.BBBBBEerst beginnen met transformatoren,waarbij er een duidelijk verschil istussen primaire en secundaire: diktedraden.Indien het mogelijk is, het aantalwindingen berekenen.Gebruik van scheidingstransformatorentoelichten.


6.2 Driefasentransformator-Primaire- Secundaire- Polariteit- Netaansluiting- Aansluiting van de belasting- Omkeerbaarheid van sommigetransformatoren- Uitwendige karakteristiek- Kortsluitproef- Verliezen- Rendement- Wikkelingen in ster- Wikkelingen driehoek- Klokgetal- Parallelschakelen- Parallelwerking- Opzoeken van de aansluitingen- Het bepalen van het klokgetal,grafisch oplossen, na het metenvan spanningenDe wikkelingen identificeren.Kenplaatje interpreteren.Transformatieverhoudingen: theoretischen praktisch bepalen.Nullast en belasting van transformatorenuitvoeren.Onderscheid tussen koperverliezen enijzerverliezen maken.Uitbreiding van de metingen opdriefasentransformatoren.BBBBBUHet gebruik van stroomtransformatorenuitleggen, bij het meten van grotestromen.Door primaire en secundaire te verwisselen,verandert het klokgetal.- 72 -7 ALTERNATORENDriefasenalternatoren- Aansluiting- Bekrachtiging (excitatie)- Spanningsregeling- NullastkarakteristiekStator- en rotorklemmen identificeren.De verschillende karakteristiekenbespreken, en bespreken hoe dezeworden opgenomen.BBVerwijzen naar de alternatoren inelektrische centrales.Noodzaak om generatoren parallel teschakelen: met aandacht op verdelingvan belasting.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Nullastverliezen- Kortsluitkarakteristiek- Uitwendige karakteristiek- Belastingskarakteristiek- Regelkarakteristiek- Rendement- ParallelschakelenStartvoorwaarden uitleggen en bespreken.Aandachtspunten bij elke op te nemenkarakteristiek toelichten.BBManier van synchronisatie bespreken.Draaiveld uitvoerig bespreken.Als uitbreiding kan hier gesprokenworden over de driefasige synchroonmotoren.8 GELIJKSTROOMMACHINES8.1 Dynamo's- Aanduiding van de klemmen- Weerstandsmetingen van de wikkelingen,identificeren van de wikkelingen- Dynamo met onafhankelijkebekrachtiging- Veldregeling- Remanent magnetisme- Nullastproef- Uitwendige karakteristiek- RegelkarakteristiekStator- en rotorklemmen identificeren.De verschillende karakteristieken enhoe ze opgenomen worden bespreken.Startvoorwaarden uitleggen en bespreken.Aandachtspunten bij elke op te nemenkarakteristiek toelichten.BBBBHet opnemen van karakteristiekenblijft behouden, niettegenstaande degewone dynamo steeds minder gebruiktwordt.Indien een tachydynamo voorhandenis, zeker de nullastproef ervan uitvoeren,en erop wijzen, dat de stroomzeer klein moet blijven.- 73 -8.2 Gelijkstroommotoren- Aanduiding van de klemmen- Aansluiting van de motoren- Onafhankelijk bekrachtigde motor- Aanzetmethodes- SnelheidsregelingStator- en rotorklemmen identificeren.De verschillende karakteristiekenbespreken en bespreken hoe ze wordenopgenomen.Startvoorwaarden uitleggen en bespreken.BBBDe gebruikte remuitvoering besprekenVerbeterde karakteristieken doorcompoundmotor.Onderscheid tussen ankerregeling enveldregeling aantonen, gezien naarhet koppel toe.


- Belastingsproef met een rem- Snelheid-stroomkarakteristiek- Koppel-stroomkarakteristiek- Rendement van de motor- SeriemotorAandachtspunten bij elke op te nemenkarakteristiek toelichten.Gebruik van deze aandrijfmotorenwaar vooral regelbare snelhedennodig zijn, omschrijven.Verliezen in allerlei regelweerstandenbenadrukken.BBBSoms kan deze motor gebruikt wordenals aandrijfmotor voor de dynamo:de volgorde van behandelen wijzigen.9 WISSELSTROOMMOTORENEénfasige- en driefasige motoren- Aansluiten- Aanzetten- BelastenDe stromen, toerental, koppel, slip enarbeidsfactor bij verschillendebelastingen opnemen.De karakteristieken tekenen.BBEénfasige motoren hebben meestaleen kleiner vermogen dan driefasigemotoren.10 OMVORMERS10.1 Wisselspanning naar gelijkspanning- Met diodes- Met thyristorenHet gebruik van thyristorsturingen,als deze toestellen ter beschikking zijntoelichten.UBenadrukken, dat er energierecuperatiemogelijk is.Aandacht hebben voor batterijladers.- 74 -10.2 Frequentieomvormers Deze meer en meer toegepaste techniekuitvoerig behandelen.11 SPECIALE MOTORENUVerschillende toestellen, regelingenbespreken: gebruik van de PC toelichten.StappenmotorenMet eenvoudige sturingen de werkingvan stappenmotoren uitleggenUVan eenvoudige schakelingen naarzeer uitgebreide schakelingen: ookvia de PC.


- 75 -TV Elektriciteit Meet- en regeltechnieken1ste leerjaar: 1 u./w.2de leerjaar: 2 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerlingen hebben al kennis gemaakt met het praktisch gebruik van meetapparaten in de 2de graad'Elektrotechnieken', zowel tijdens de lessen Laboratorium als Praktijk.Op gebied van Regeltechniek moeten de leerlingen geen regeltechnische voorkennis te bezitten.2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN- Op een gestructureerde manier laten kennismaken met de diverse meetapparaten en hun specifieketoepassingsgebieden.- Een praktisch gericht inzicht verwerven in de opbouw, het gedrag en de afstelling van regelkringen.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Het lesuur Meettechniek in het 1ste leerjaar wordt bij voorkeur toegekend aan de leraar LaboratoriumElektriciteit.- Om de theoretische begrippen van de Regeltechniek in het 2de leerjaar proefondervindelijk te ondersteunenis het aangewezen 1 lesuur Laboratorium Elektriciteit uit het complementair gedeelte toe tevoegen aan de 2 lesuren Regeltechniek in het 2de leerjaar en de opdracht aan eenzelfde leraar toe tevertrouwen.- Het gebruik van aangepaste didactische software is aan te bevelen.- Er is getracht voldoende ruimte te laten voor persoonlijke interpretatie en verwerking in functie vanplaatselijke toestanden en infrastructuur eigen aan de school.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Meet- en regeltechnieken1ste leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 NAUWKEURIGHEID BIJMETINGENBelang meetresultaten koppelen aankwaliteitscontrole (IKZ, ISO 9000).1.1 Meetnauwkeurigheid- Absolute fout- Relatieve fout- Procentuele fout- Verband tussen het aantal cijfersvan meetresultaat en de nauwkeurigheidBegrippen toelichten. B Verantwoorde keuze meetbereik enhet zover mogelijk naar rechts uitwijkenvan de naald.1.2 Fouten eigen aan het meten- Aanwijsfout of toestelfout- Waarnemingsfout of afleesfout- Aflezen en schatten- Methodefout of toestelkeuzefout- Interpoleren en extrapoleren vanmeetresultatenHet aangeduide meetresultaat behoorlijkaflezen.BGedurende het leerproces het begripschaalfactor hanteren. Naarmate meerroutine: verschillende grootheden inwillekeurige volgorde rechtstreekslaten aflezen (spanning, stroom,weerstand ...).- 76 -1.3 Schaal van de analoge toestellenLineaire en niet-lineaire schalenSpecifieke van een schaal leren onderkennen.B Verwijzen naar startstromen bijtractie 4 links of rechts! (Ohmmeter)


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1.4 Indeling van de toestellen volgenswerkingsprincipe- Draaispoelmeter- Elektrodynamische meter- TrillingsinstrumentenVerschillende metertypes onderscheidenaan de hand van hun symbolischevoorstelling op de schaal.Opnoemen bij welke toepassingmeestal welk toestel wordt gebruikt.BBOnder vorm van een tabel wat structuurscheppen in de waaier van toestellendie voor het meten van de verschillendegrootheden in verschillendeomstandigheden gebruikt worden(schakelbord, mobiele opstelling,draagbaar, laboratorium ...).1.5 Symbolen op de wijzerplaat van detoestellen- Type meetinstrument- Te meten grootheid- Klasse van het instrument- Stroom- of spanningssoort- Proefspanning (isolatie!)- GebruiksstandInformatie gegeven door fabrikantbegrijpen.BBasiseenheden en decimale voorvoegselsherhalen.Veiligheidsaspect en omgevingsomstandighedenbenadrukken, meten invochtige omstandigheden, aan hoogspanning....- 77 -2 VERANDERLIJKE WEERSTAN-DEN EN POTENTIOMETERS INMEETTECHNIEK- Schuifweerstanden- Ringkernweerstanden- Decadenbanken- Grof- en fijnregeling van spanningen stroom- IJkweerstanden, ijkbronnen, ijken,ijkorganismenVerschillende vormen van weerstandenonderscheiden.Toepassingsgebied omschrijven.BBHet belang van ijkmethoden beklemtonenin meetresultaten die met elkaarvergeleken zullen worden(Laborelec).


3 ANALOGE MULTIMETERS(AMM)3.1 DraaispoelmeterDergelijke toestellen oordeelkundiggebruiken (hoogste meetbereik).B Vast werkpatroon opleggen ombeschadiging van het toestel tevoorkomen.-Principe- EigenschappenEigenschappen opsommen. B Toesteleigenschappen in verbandbrengen met de veelvuldigetoepassingen ervan, voor- en nadelenvan gevoeligheid benadrukken(overbelasting!).3.2 Draaipoelmeter als- Ampèremeter- VoltmeterSchakelingen toelichten.Uitbreiden van meetbereik omschrijven.BBWerken met kortsluitstuk toelichten.Manier van tekenen van een toestelmet meerdere meetbereiken aan dehand van een schema bespreken.- 78 -3.3 WeerstandmetingenOhmmeter- Serieopstelling- ShuntopstellingKritrische waarden van de ohmschaalverklaren.BControle op tolerantie van componentenzowel in rust als in bedrijf(gloeilamp).3.4 Meten van wisselstroom- Gelijkrichting- MeettransfoEigenschappen meetdioden toelichten.Eigenschappen meettransfo kennen opgebied van transformatie en verschuiving.BUMeten van hoogspanning toelichtenmet voorbeeld.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN4 DIGITALE MULTIMETERS(DMM)Gekende spanningen met afwijkendevormen meten met AMM en DMM.Verschillende waarden toelichten.4.1 Belangrijke begrippenNauwkeurigheid bij DMM- Aantal counts- Aantal digitsEffectieve waardemeting- Peak-meting- Average-meting- True-RMS-metingInvloed op nauwkeurigheid toelichten.Begrippen omschrijven.BBInvloed onnauwkeurigheid laatstecijfer op PF door voorbeelden verduidelijken.3½ digits toelichten.4.2 Vergelijking met analoge meters Voor- en nadelen opsommen. B5DE OSCILLOSCOOP (KSO)- 79 -5.15.25.3PrincipeGebruikAflezingPrincipiële werking van de oscilloscooptoelichten.Blokschema bespreken.Mogelijkheden van de KSO omschrijven.Gelijk- en wisselspanningen meten(impulsgenerator).De frequentie bepalen.BBBBBMetingen uitvoeren in laboratorium.6AARDINGSMETING6.1WerkingsprincipeWerkingsprincipe verklaren.BPraktisch uitvoeren in laboratorium.6.2MeetopstellingMeetopstelling tekenen.B


7ISOLATIEMETING7.1WerkingsprincipeWerkingsprincipe verklaren.BMeting in laboratorium uitvoeren.7.2MeetopstellingMeetopstelling tekenen.B8 ARBEID- EN VERMOGENME-TINGENIn driefasensystemen8.1 Kilowattuurmeter Aansluitingen tekenen:- tweewattmetermethode,- 3-fasen met N leider,- energiemeting op HS met spanningsstroommeettransformator.BMetingen en berekeningen uitvoeren.Hoe meten bij dubbel tarief.8.2 Watt-, volt-, ampère-, en energiemeterin een schakelingDe volledige meetinrichting tekenen.De volledige meetinrichting bespreken.BBSchakeling opbouwen.Voorbeeld: hoogspanningscabine.- 80 -8.3 Cos n meter Verklaren van het nut van cos nmeting.Werkingsprincipe verklaren.BBSchema van condensatorschakelingenbespreken.8.4 Var-meter Principe verklaren. B9 METEN VAN FYSISCHEGROOTHEDENPrincipe verklaren.Omzetting van fysische naar elektrischegrootheden verklaren.Toepassingen bespreken.BBBVoorbeelden van componenten vooromzettingen.Meting en aansluitingen uitvoeren inlaboratorium.


TV Elektriciteit - Meet- en regeltechnieken2de leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 OPERATIONELE VERSTER-KERS1.1 De ideale opamp Kenmerkende grootheden eneigenschappen zoals:- ingangsimpedantie,- uitgangsimpendantie,- versterking,- bandbreedte,- fase,- verzadiging,aanleren en hanteren.Het equivalente schema verklaren.BBDataboeken gebruiken om kenmerkendegrootheden op te zoeken.1.2 De werkelijke opamp Oorzaken en gevolgen van het nietideale gedrag toelichten.B- 81 -1.3 Basisschakelingen- Inverterende schakeling- De niet-inverterende schakeling- De optelschakeling- De aftrekschakeling- De verschilversterker- De volgschakelingTelkens:- Schema verantwoorden.- Werking verklaren.- Transfer bepalen.- Eigenschappen opsommen.- Grafisch interpreteren.BBBBBGebruikmaken van gepaste simulatiesoftware, zoals bijvoorbeeld turbo-an.Overleg met laboratorium om eigenschappenen kenmerken praktisch tebeproeven.1.4 Opamp als elektronische regelaar- Opamp als P-regelaar- Opamp als I-regelaar- Opamp als PI-regelaarSchematisch voorstellen.Transferfunctie afleiden.Bode-diagram aangeven en verklaren.BBB


1.5 Andere toepassingenOpamp als- Schmitt-trigger- Stroombron- OscillatorWerking omschrijven.Eigenschappen opsommen.Toepassingsdomein aanhalen.UUU2 A/D- EN D/A-OMVORMERS2.12.2D/A-omvormersA/D-omvormersOmzettingsprincipe toelichten.Parameters en eigenschappen toelichten.BUVerwijzen naar PLC-toepassingen ommogelijkheden en toepassingen teondersteunen.3 REGELTECHNIEK3.1 Begripsvorming- Automatiseren, regelen, sturen- Proces- Aan- uitregeling- Continue-regeling- Servo- of volgsysteem- Open en gesloten regelsysteemBegrippen definiëren.Terminologie beschrijven met voorbeelden.BBEenvoudige toepassingen uit de dagelijksepraktijk aanwenden zoals:- centrale verwarming,- toerentalregeling van een motor,- en andere.- 82 -3.2 RegelkringenBlokschema van een open regelsysteemBlokschema van een gesloten regelsysteemBij een procesbeschrijving: de regelaaren het proces aanduiden.Functie van de regelaar beschrijven.De taak van de overige onderdelenomschrijven.De gangbare symboliek kennen enaanwenden.BBBB


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN3.3 Regeltechnische termen- Gewenste waarde- Werkelijke waarde- Instelwaarde- Afwijking of fout-Storing- Omvormer- Meetzender- Vergelijkend orgaan- Corrigerend orgaanVerschillende grootheden en functiesaanduiden op een blokschema.B Industrieel maakt men veelvuldiggebruik van internationale benamingen.Ook deze aanleren lijkt aanbevelenswaardig.4 REGELTECHNISCHE TECHNO-LOGIE4.1 Standaardsignalen Industrieel genormeerde signalen afbakenen.Toepassingsdomein aanleren:- elektrisch,- pneumatisch.BBPraktisch gebruik toelichten.- 83 -4.2 RegelaarsPneumatischEen vaan-tuitsysteem schetsen.Werking bespreken.UUDe werking van regelaars bespreektmen met voorbeelden waarbij zowelproces als regelaar voorkomen.Elektronische regelaarOpbouw van een elektronische regelaarvoorstellen door middel van eenblokschema.Werking toelichten.BB


4.3 Corrigerende organenDe regelklepConstructie schetsen.Enkele soorten opnoemen.Werking toelichten.Klepkarakteristieken en aandrijvingenaanduiden.BBUBGepaste documentatie hanteren zoalscatalogi van leveranciers.De thyristorDe triacGebruik als regelorgaan toelichten. B Algemene werking en karakteristiekenworden aangeleerd in het leervakElektronica.4.4 Sensoren voor het vaststellen van- Temperatuur-Debiet-Druk- Niveau- ToerentalWerkingsprincipe van enkele actieveen/of passieve omvormers toelichten.Fysische wet aanhalen.Aard van de omvorming toelichten.BBBDocumentatie ter beschikking stellen.Apparatuur gebruiken bij laboratoriumoefeningen.- 84 -4.5 Meetzender Doel en noodzaak aantonen.Enkele soorten opnoemen.5 PROCESKENMERKEN5.1 Soorten processenBB- Zelfregelend- Niet-zelfregelend- Met dode tijdTypische kenmerken opgeven.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN5.2 Proces-responsie- Nulde-orde-proces- Eerste-orde-proces- Tweede-orde-proces- Met dode tijd- Oscillerend systeemResponsie op stapfunctie tekenen entoelichten met voorbeelden.Begrippen overdrachtsfunctie, procesversterkingen dode tijd aanleren.UUBegrippenleer visueel verduidelijkenmet PC en aangepaste software.Analogie met elektrische ketens aantonen.5.3 Statisch en dynamisch gedrag Begrippen definiëren.Aan de hand van voorbeelden verduidelijken.UU6 REGELAARS6.1 Twee-standenregelaarAan-uitregelaar en eerste-orde-procesVoorbeelden beschrijven.Werking uitleggen.Grootheden zoals amplitude, periodeen hysteresis toelichten.Eigenschappen grafisch voorstellen.BBBBVerduidelijken met gepaste voorbeeldenuit eigen leefwereld zoals drukregelingin hydrofoorgroep, kamertemperatuuren andere.- 85 -6.2 Continue regelaars in open kring- P-regelaar Statische karakteristiek, versterking,proportionele band, voorinstelling enstapresponsie toelichten.Eigenschappen grafisch voorstellen.- I-regelaar Werking duidelijk maken.Stapantwoord schetsen.Integratietijd verklaren.Grafisch voorstellen.BBBBBBGebruik van PC en aangepaste softwarezal bijdragen tot meer inzicht,omzeilen van te lange berekeningstijden,wiskundig juiste oplossingen,tijdwinst en andere.


- PI-regelaar Bepaling en eigenschappen opgeven.Grafische interpretatie.BB- D-regelaar Werking en eigenschappen aangeven. U- PD-regelaar Werking en eigenschappen. U- PID-regelaar Werking en eigenschappen. U7 REGELAARS IN GESLOTENKRING7.1 Eerste-orde-systeem met- P-regelaar- I-regelaar- PI-regelaar7.2 Tweede-orde-systeem metWederzijdse invloeden van proces enregelaar uitleggen.Het systeem grafisch verklaren.Onderscheid en invloed tussen P-, I-en PI-actie uitleggen.Zelfde benadering.UUUUDuidelijk onderscheid maken tussende invloed van de P- en de I-actie.- 86 -- P-regelaar- I-regelaar- PI-regelaar8 TOEPASSINGENTe selecteren uit- Regelen van motorsnelheid- Regelen van generatorspanning- Regelen van temperatuur- Regelen van niveau- Regelen van debietTelkens- Blokschema beschrijven.- Regelfuncties toelichten.- Invloed en reactie op storingenkennen.BBBPraktisch benaderen in het laboratorium.


- 87 -TV Elektriciteit Technisch tekenen1ste leerjaar: 2 u./w.2de leerjaar: 2 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerstof van de 3de graad sluit aan op de leerstof van de 2de graad 'Elektrotechnieken'.In de 2de graad hebben de leerlingen kennis gemaakt met de verschillende schemavormen. Ze bestudeerdendaar in hoofdzaak huishoudelijke installaties. In de 3de graad ligt het accent meer op industriëleinstallaties.CAD-tekenen van elektrische schema's werd als uitbreidingsleerstof opgenomen in het 1ste leerjaar.Indien de leerlingen in de 2de graad reeds voldoende vertrouwd werden gemaakt met een CAD-pakketkan men in de 3de graad daarop verder bouwen en de schema's laten tekenen met computer.Indien de leerlingen geen voorkennis hebben van CAD-tekenen en men wil er in de 3de graad mee startenis het nodig in het 1ste leerjaar één uur uit het complementair gedeelte toe te voegen zodat men aan drieuur Technisch tekenen komt. (Voorwaarde is wel dat er voldoende hardware en aangepaste CADsoftwareaanwezig is).2 ALGEMENE DOELSTELLINGEN- In de formulering het probleem leren herkennen.- Open staan om ze op te lossen.- Het probleem logisch analyseren.- Gebruikmaken van logische hulpmiddelen (catalogus, naslagwerken ...).- Zelfstandige oplossingen bedenken (functiediagram).- Het probleem verklaren.- Werking leren chronologisch verklaren.- De resultaten ervan uitwerken.- PLC-programma opstellen.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- In de 3de graad blijft de grote opvoedkundige waarde van het vak Technisch tekenen zeker geldig.Hier kunnen we kansen bieden tot de uitbouw van een stuk eigen concept-verantwoordelijkheid encreativiteit van de leerling.- Een sterke coördinatie tussen de lessen Installatieleer, Praktijk en Technisch tekenen is noodzakelijk.Het is zelfs aangewezen dat dezelfde leraar zowel de lessen Technisch tekenen en Praktijk geeft, zodatde schema's die door de leerlingen getekend worden, als voorbereiding dienen voor het uitvoeren vande schakelingen.- Men tracht de routinetaken tot een minimum te beperken zodat er meer tijd kan worden besteed aan hetredeneren en schemalezen.- De leerling schetst of tekent, maar overwegend in potlood.- Het schrift wordt, op enkele uitzonderingen na, met de vrije hand getekend.- Om het tekenwerk te vereenvoudigen werkt men op rasterpapier (5 x 5 mm) en men gebruikt sjablonenof men maakt gebruik van de computer.- De leerling zal zeer geregeld gebruikmaken van catalogi.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN), METHODO-LOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit - Technisch tekenen1ste leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 ELEKTRISCHE SYMBOLEN ENSCHEMA'S1.1 Aanvulling van de symbolenlijstSymbolen voor verlichting, signalisatie,logische elementen, verwarming,motoren en beveiligingen,transformatoren, energieverdelingDe verschillende symbolen onderscheiden,herkennen en gebruiken.BAnalyse en bespreking van de meestvoorkomende symbolen en hoe dezeop te zoeken in de normen.1.2 Soorten schema'sVerklarende schema's- Grondschema- StroombaanschemaUitvoeringsschema's- Bedradingsschema- Leidingsschema- Bedradingslijst- Kabellijst- AansluitschemaDe onderlinge samenhang tussen deschema's aantonen.De genormaliseerde aanduiding vantoestellen en klemmen gebruiken.Gebruikelijke schema's die niet volgensnormen getekend zijn begrijpenen vertalen naar genormaliseerdeschema's.BBBDiversificatie van een stroombaanschemanaar de verschillende soortenschema's.Deze leerstof inoefenen aan de handvan de te behandelen leerstof.- 88 -2 TEKENEN VAN SCHEMA'SMET CAD- Aanmaken van symbolen- Oproepen van symbolen uit bibliotheek- Verbindingen aanbrengen tussencomponenten zodat men genormaliseerdeschema's verkrijgtDe bediening van het gebruikte systeemvlot beheersen zodat men zelfstandigschema's kan opstellen, bewaren,terug oproepen, wijzigen enafdrukken.UMen kiest een CAD-pakket metdidactische mogelijkheden. Het pakkethoeft niet noodzakelijk alle mogelijkhedenvan een industrieel pakkettoe te laten.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Editeren van teksten- Schema's bewaren op diskette- Schema's oproepen- Schema's afdrukkenMen zal moeten rekening houden metde infrastructuur die in de schoolaanwezig is.3 NOKKENSCHAKELAARSchemalezenVoorstelling schakelstandenTe gebruiken oefeningen- Voltmeteromschakelaar- Ampèremeteromschakelaar- Schakelaar voor kookplatenVertrekkende van de werking eenschakeltabel en de nodige doorverbindingenopstellen.Uit de schakeltabel van een catalogusde werking en de aansluitingen afleiden.BBMen mag zich niet beperken tot deaansluitingen. Men moet eveneensoog hebben voor draaddoorsnede enbeveiligingen.4 MANUELE AANZETINRICH-TING- 89 -Voor 3-fase asynchroonmotor- Aan-uitschakeling- Omkeren van draaizin- Aanlopen in ster-driehoek5 SCHEMA'S TEKENEN VOORRELAIS EN CONTACTOREN- Stroombaanschema's tekenen:. Hoofd- en stuurstroombanen. Genormaliseerde aanduiding vande klemmen van de toestellenVerantwoorden van aansluiting in sterof driehoek.Keuze van draaddoorsnede en beveiligingals het net en het vermogen vande motor gegeven zijn.Schema vervolledigen met alle technischespecificaties.Bij het aanduiden van deklemnummers rekening houden methet onderscheid tussen hoofd- enstuurstroombaan.BBBB


. Aansluitklemmen aanduiden opstroombaanschema- Opstellen van bedradingslijsten- Opstellen van kabellijsten- Tekenen van aansluitschema- Tekenen van maatschets voor inbouwin sturingskast- Opstellen van bestekZelf de klemmen van de klemmenrijaanduiden op het schema als deplaatsing van de toestellen gegeven is.Van een gegeven stroombaanschemazelfstandig de bedradingslijst enkabellijst opstellen, rekening houdendmet de praktische uitvoering.Door gebruik te maken van de maatschetsenin de catalogi de afmetingenvan de kast en de schikking in de kastbepalen.BBB6PLC-STURINGEN6.1Delen van de PLCDe voornaamste delen van de PLCbenoemen.BDe PLC wordt in eerste instantiegebruikt als didactisch hulpmiddel.- 90 -6.2 Aansluiten van ingangen en uitgangenDe voornaamste uitvoeringsvormenvergelijken en de gevolgen voor deaansluitingen afleiden.BOp een snelle manier kan de werkingvan verschillende schema's gedemonstreerdworden.6.3 Instructieset aanleren voor- Bediening- ProgrammeringSchema's van de fabrikant in verbandmet aansluitingen van ingangen enuitgangen lezen en integreren in eigenschema's.BMen zal de relaissturingen niet gebruikenals ontwerpmethode voor hetmaken van sturingen voor installaties.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN6.4 Basiselementen leren vertalen- EN-schakeling- OF-schakeling- Gebruik van merkers- Gebruik van haakjesCombinaties van serie- en parallelschakelingenvertalen tot PLC-programma's.Keuze van schakelaar en aansluitgegevensinterpreteren.Keuze tussen een NO- en een NGcontactverantwoorden en afhankelijkvan het gebruik het PLC-programmaaanpassen.BBBMen zal alleen bestaande schema's(gebaseerd op relaistechniek), latenvertalen tot PLC-programma's. Voorhet ontwerpen van sturingen gebruiktmen functiediagrammen, zoalsvermeld in het leerplan 2de leerjaarvan de 3de graad.6.5 Ladderdiagrammen De symbolen die gebruikt worden bijladderdiagrammen, toepassen.Verklaren waarom er verschillen zijntussen de voorstellingswijze van deschakelcontacten (NO en NG) in hetladderdiagram en de werkelijkeuitvoering.BBHet zijn de sturingen zelf dieessentieel zijn. De bediening van eenbepaald PLC-systeem moet ondergeschiktzijn. Als eerste kennismakingis het zeker niet aan te raden verschillendemerken door elkaar tegebruiken. Men zal één systeemgrondig bestuderen en daarna, doorvergelijking, de eventueel andere beschikbaretoestellen aanhalen.- 91 -6.6 Programmeren van tijdfuncties- Opkomvertraging- Afvalvertraging- PulsfunctiesDe verschillende tijdvertragingenherkennen, programmeren en het gebruikverklaren door het geven vanvoorbeelden.De werking verduidelijken doorgebruik te maken van signaal-tijddiagrammen.BB


6.7 Programmeren van telfuncties- Optellen- Aftellen- Combinaties van beideVoor de verschillende telmogelijkhedenhet programma opstellen voorhet gebruikte PLC-systeem.B7 TOEPASSINGEN OP CONTAC-TORENDe hoofdstroombaan tekenen.B7.1 Start-stopschakelingen- Stopvoorrang- Startvoorrang- Bediening vanop meerdere plaatsen- Extra startvoorwaarden- Plaatsen van controlelampen7.2 Omkeren draaizin- Vergrendelen gelijktijdige werking- Heen- en weergaande beweging- Combinatie met tijdfunctieDe verschillende stuurstroombaan lezen:- de werking verklaren- de voor- en nadelen van de verschillendeschakelwijzen verklaren.De stuurstroombaan realiseren meteen PLC-programma.Op het stroombaanschema de nodigeklemmen aanduiden.BBBHet vergelijken en bespreken van deverschillende schema's heeft tot doelde leerlingen vertrouwd te maken metschemalezen.- 92 -7.3 Ster-driehoekschakelingen Opstellen van bedradings- en kabellijstenals het stroombaanschema gegevenis.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN8 VOLLEDIGE ELEKTRISCHEINSTALLATIE VAN EENWONING- Bestuderen AREI, geconcretiseerdnaar de opgave toe- Verbruikspunten groeperen instroombanen volgens de eisen vanelektrisch comfort- Grondschema vervolledigen- Installatieplan opstellen- Aarding en equipotentiale verbindingen- Schema's voor elektrische verwarmingvan een woning:. Stille urentarief. Schema voor elektrische verwarming- Opstellen van een maatschets vande verdeelkast- Bedrading voor verdeelkast tekenenrekening houdend met de werkelijkeplaats van de toestellen- Bestek opstellenRekening houdend met de praktischerealisatie en de geldende normen alleelektrische toestellen aanduiden in devorm van een installatieplan.De nodige schema's voor een nieuweinstallatie van een eengezinswoningindividueel uittekenen.Schema's van fabrikanten interpreterenen integreren in eigen installatie.BBBDe leraar bezorgt een voorbeelddossier.Om de beschikbare tijd zoefficiënt mogelijk te gebruiken zal deleraar voorgedrukte bladen bezorgenwaarbij delen van de installatie alvermeld staan. Door aanvullen vandeze bladen zullen de schema's vervolledigdworden.Men leest en bespreekt verschillendeschema's zonder daarom al deze verschillendetoepassingsmogelijkhedenin dezelfde woning te verwerken.- 93 -


8.1 In de woning kan men de volgendeleerstofelementen integreren8.1.1 VERLICHTING- Domotica- Halogeenverlichting- Passieve en actieve infraroodbedieningAan de hand van schema's de werkingverklaren.Stroombaanschema's lezen en werkingverklaren.De aansluitgegevens van de fabrikantverwerken in een aansluitschema.BBB8.1.2 SIGNALISATIE- Binnenhuistelefoon- Deurtelefoon voor eengezinswoning- Deurtelefoon voor appartement- IntervideoStroombaanschema's lezen en werkingverklaren.De aansluitgegevens van de fabrikantverwerken in een aansluitschema.BB8.1.3 VERWARMING- Rechtstreekse elektrische verwarming- Elektrische accumulatieverwarming. Oplaadregeling. Restwarmtevoeler- Stookolie of gasbranderInstallatie en stroombaanschemabespreken waarbij gebruik gemaaktwordt van meerdere tariefstelsels.Doel van de oplaadregelaar verklaren.Aansluitingen van oplaadregelaar,thermostaat en restwarmtevoelerverklaren.BBB- 94 -8.1.4 ELEKTRONISCHE TOESTELLEN- Voorrangschakelaar- VoorrangrelaisDoel en gebruik van deze toestellenverklaren aan de hand van de schema's.De technische specificaties interpreterenzodat men de aansluitschema'skan tekenen. Men houdt daarbijrekening met de juiste draaddoorsnede,beveiligingen en dergelijke.BB


TV Elektriciteit - Technisch tekenen2de leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 FUNCTIEDIAGRAM VOLGENSIEC 848B- Principe en gebruik- Basisregels. Stappen of fase. Acties. Overgangen. Overgangsvoorwaarden- Programmeren met functiediagram. Memoriseren van fase. Toekennen van in- en uitgangen. Opstellen van PLC-programma- Verschillende basisstructuren vanhet programmerenDe verschillende elementenbenoemen, tekenen en lezen.Eenvoudige processen opdelen inelementaire stappen en weergeven inde vorm van een functiediagram.Het functiediagram vertalen tot eenPLC-programma.Signaal-tijddiagram vertalen tot eenfunctiediagram.BBBBDe ontwerpen die uitgewerkt wordentijdens de tekenlessen worden gebruikttijdens de lessen praktijk. Deleerlingen kunnen daar de programma'singeven in de PLC en door tetesten eventueel aanpassingen makenaan hun ontwerp.Transfer maken naar de lessen Pneumatica,zodat ook elektro-pneumatischesturingen aan bod komen.Niet theoretisch behandelen maaraanbrengen aan de hand van concrete,realistische automatisaties.- 95 -2 PLC-STURINGEN ONTWERPENGEBASEERD OP FUNCTIEDIA-GRAMZelfstandig een proces analyseren inde verschillende fase die na elkaargebeuren.B2.1 Toepassingen gebaseerd op- Lineaire structuur- Meervoudige sequentie met:. Keuze. Sprong. Herhaling. Gelijktijdige werkingUit het functiediagram het PLCprogrammaafleiden.B


2.2 Onderbrekingsmogelijkheden vaneen proces- Stoppen op het einde van eencyclus- Desactiveren zonder geheugen- Desactiveren met geheugen enlater het proces verder laten evoluerenvanaf de bereikte fase- Afzonderlijke stopcyclus- Hard-warematig onderbrekenHet specifieke doel van de verschillendeonderbrekingsmogelijkhedenverklaren en verwerken in eenPLC-programma.Verklaren waarom veiligheidsvoorzieningenin acht dienen genomen teworden.BBDe ontwerpen worden gemaakt in devorm van een functiediagram. Nacontrole door de leraar vertaalt deleerling zijn ontwerp tot een PLCprogramma.In de lessen Praktijkmaakt de leerling gebruik van zijneigen ontwerp om zijn PLC-programmain te geven in de PLC. Na hetaansluiten en testen op simulatorenkan hij eventueel aanpassingen ofuitbreidingen aanbrengen (binnenklasdifferentiatie).2.3 Processen met hoofd- en deelprogramma's,voorgesteld in functiediagrammen- Hoofdprogramma met repeterenddeelprogramma- Hoofdprogramma met meerderedeelprogramma's- Stopcyclus als afzonderlijk deelprogrammaDe voordelen van het programmerenin structuren verklaren.PLC-programma's opstellen diegebruikmaken van hoofd- endeelprogramma's.BBDe leerlingen moeten oog hebbenvoor de veiligheid bij het ontwerpenvan sturingen, zodat bij de bedieningvan de installatie een maximale veiligheidgegarandeerd is.- 96 -3 INBOUWEN VAN PLC IN STU-RINGSKASTGebruik van catalogi.- Stroombaanschema opstellen- Aanduiden van klemmen op hetstroombaanschema- Opstellen van bedradingslijstenRekening houdend met de verschillendespanningen die in eensturingskast aanwezig zijn, deschikking van de toestellen en deklemmen van de klemmenrij bepalen.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Opstellen van kabellijst- Tekenen aansluitschema- Tekenen van maatschets voor hetinbouwen in sturingskast- Opstellen van bestekBedradings- en kabellijst opstellenrekening houdend met praktischerealisatie.B4 UITGEBREIDE PLC-PRO-GRAMMATIE- Voorwaardelijke spronginstructie- BCD- en DEC-omvormers- Aansluiten en verwerken vanduimwielschakelaars- Numerieke gegevens stockerenVoor elk van deze toepassingen hetfunctiediagram en het PLC-programmaopstellen.UGebruikmaken van korte, eenvoudige,praktische toepassingen waarin denieuwe leerstof duidelijk aan bodkomt. Wanneer er teveel nieuweleerstofelementen in één oefening verwerktworden missen de leerlingenhun succeservaring.- 97 -5 TYPISCHE PLC-STURINGEN- Bit-schuifregister- Afdrukken van numerieke groothedenuit het proces- Numeriek schuifregister- Sturingen gebaseerd op real timeclock- Registratie en afdrukken van gegevensDe verschillende PLC-mogelijkhedengebruiken in een PLC-programma.Het gebruik van de PLC-instructiesverklaren.Aan de hand van een PLC-programmade verwerking door de PLCverklaren rekening houdend met decyclische verwerking van het programma.UUUDe volgende toepassingen kan mengebruiken om de leerstof te verwerken:- slechte fles wordt 5 posities verdervan de band verwijderd,- éénmaal per dag wordt het aantalgemaakte onderdelen afgedrukt,- verwarming wordt automatischingeschakeld tijdens de kantooruren,- een bel geeft het begin van elklesuur aan met een belstoot van 10seconden.


6 EENVOUDIGE ANALOGE VER-WERKING-Principe- Sturingen gebaseerd op:. Spanning. TemperatuurHet verschil tussen een digitaal en eenanaloog signaal verklaren.Verklaren op welke manier een digitaalsignaal verwerkt wordt in degebruikte PLC.BUEnkele eenvoudige sturingen uitwerkenom de begrippen te concretiseren.Eenvoudige sturingen ontwerpengebaseerd op analoge ingangssignalenen analoge uitgangssignalen.U7 TOEPASSINGEN MET CON-TACTOREN- Motoren met twee snelheden. Gescheiden wikkelingen. Dahlandermotoren- Driefasige motor aangesloten aaneen éénfasig netDe hoofdstroombaan tekenen met allenoodzakelijke beveiligingen en genormaliseerdeaanduidingen zonder hulpmiddelen.Verschillende stuurkringen lezen:- de werking verklaren,- de voor- en nadelen van de verschillendeschakelwijzen verklaren.BBDe leerlingen gebruiken tabellen entechnische documentatie en leidendaaruit zelfstandig de nodige technischegegevens af.Deze globale toepassing kan alseindproef worden uitgevoerd.- 98 -De stuurkring realiseren met eenPLC-programma.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENOp het stroombaanschema de nodigeklemmen aanduiden.BOpstellen van bedradings- en kabellijstenals het stroombaanschemagegeven is.B8 INDUSTRIELE INSTALLATIEVolledig uitwerken van deelektrische installatie van een kleinbedrijfIn deze installatie kan men volgendeleerstofelementen integreren8.1 Lichtinstallatie- Lastenboek lezen en toepassen- Verlichtingsberekening- Grondschema- InstallatieplanVerlichtingsberekening uitvoerenvolgens de BZ-methode voor een bureauen een kleine werkplaats.De nodige schema's om een volledigdossier op te stellen tekenen.B Een synthese-oefening waarin debehandelde leerstofelementen wordenverwerkt, wordt volledig uitgewerkt.UBDe leerlingen gebruiken tabellen entechnische documentatie en leidendaaruit zelfstandig de nodige technischegegevens af.Deze globale toepassing kan alseindproef worden uitgevoerd.- 99 -8.2 Krachtinstallatie- Berekeningen. Vermogen. Stromen. Draaddoorsnede- Tekenen grondschema- Installatieplan- Maatschets verdeelkast-BestekBepalen van de nodige beveiligingenen de gepaste draad- en kabeldoorsnede.Tekenen van het grondschema en hetinstallatieplan.Tekenen van de verdeelkast (opschaal) zodat de opbouw en de elektrischeverbindingen duidelijk blijken.BBB


8.3 AutomatiseringsopdrachtEen deel van een industrieel proceswaarbij verschillende elementen vande hogervermelde leerstof aan bodkomenRekening houdend met de gesteldeeisen het functiediagram opstellen.Uit het functiediagram het PLCprogrammaafleiden.De nodige uitvoeringsschema's opstellenzodat de automatisering kanworden uitgevoerd.BBB8.4 Samenstellen van een dossier alseindwerk bestaande uit devoornaamste leerstofelementen diehoger staan vermeldUHet is aangewezen dat deze eindproefopgesteld en begeleid wordt door degroep leraars van de technische enpraktische vakken.- 100 -


- 101 -TV Elektromechanica/Mechanica Pneumatica1ste leerjaar: 2 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerlingen hebben een vaag begrip van pneumatische sturingen. In aanverwante vakken (Informatica)hebben zij probleem-analyserend leren denken.2 ALGEMENE DOELSTELLINGIn staat zijn om - in de functie van onderhoudstechnicus - eenvoudige schakelingen te ontwerpen, inbestaande sturingen fouten te lokaliseren en defecte elementen te vervangen.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- In het vak Pneumatica wisselen theorie, demonstraties en laboratoriumoefeningen elkaar af. Bijvoorkeur wordt het vak in een daartoe uitgerust lokaal gegeven.- Het klassikaal opbouwen van de basisschakelingen helpt de werking van de componenten verduidelijken.- Veel aandacht wordt besteed aan het lezen van de symbolen (volgens ISO). Software van firma's(onder andere Festo, Martonair, Sempress) kan bijdragen tot het vlot omspringen met symbolen.- Er wordt veel aandacht besteed aan probleemanalyse. Belangrijke elementen daarin zijn: signaaldetectie,signaalverwerking en de oplossingsmethode.- Het functiediagram wordt als leidraad gebruikt. Ieder pneumatisch proces wordt opgedeeld in elementairestappen en weergegeven in een functiediagram.- Bij voorkeur worden enkele elektropneumatische sturingen uitgevoerd in de praktische vakken terondersteuning van het vak Pneumatica.- Afhankelijk van de beschikbare uitrusting in de school kunnen verschillende sturingstechnieken (combinatorisch,tijdafhankelijke of wegafhankelijke sturing, sequentieel) in een stijgende moeilijkheidsgraadworden aangeleerd.- De schakelingen kunnen worden uitgevoerd met logische bouwstenen, pneumatisch stappenregister ofmet een PLC-apparaat.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektromechanica/Mechanica - Pneumatica1ste leerjaar: 2 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 BLOKSCHEMA VAN EEN PRO-CES- Energiebron- Signaalgevers-Verwerking- AandrijvingBlokschema van een pneumatischprocesDe verschillende delen van de kringloopherkennen en benoemen.Het onderscheid tussen hoofd- enstuurkring verklaren.Vergelijken van pneumatische metelektrische sturingen qua voor- ennadelen, toepassingsgebied, realisatie,en dergelijke.BBBDe leerlingen wijzen op de onderlingeverbanden tussen relaistechniek,contactoren en booleaanse vergelijkingen.Door te vergelijken metgekende leerstof de nieuwe sturingenaanbrengen.2 ENERGIEBRON EN TOEBEHO-REN- 102 -2.1 Soorten compressoren Principieel de werking van de verschillendecompressoren verklaren.Het typische toepassingsgebied verantwoorden.BBDe leerstof zo praktisch mogelijkbehandelen zonder theoretische berekeningen.Gebruikmaken van tabellen voor hetaflezen van de nodige gegevens.2.2 Toestellen voor het behandelenvan perslucht- Filter- Waterafscheider- Olienevel - smeertoestel- LeidingenHet doel en de werking van de verschillendetoestellen verklaren.De verschillende toestellen voorstellenin schema's met de genormaliseerdesymbolen.BB


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN3 ENERGIE-OMVORMERS Voorstellen op schema met genormaliseerdsymbool.BGebruikmaken van catalogi.3.1 CilindersWerking verklaren.BGebruikmaken van catalogi.- Enkelwerkende- Dubbelwerkende- Speciale uitvoeringenDoel en gebruik van de verschillendesoorten verantwoorden.B3.2 Persluchtmotoren Keuze maken door gebruik van eencatalogus.B4 VENTIELEN Voorstellen op schema met genormaliseerdsymbool.4.1 SoortenWerking verklaren.BBGebruikmaken van catalogi.- 103 -- Monostabiel - bistabiel- 2/2; 3/2; 4/2 en 5/2- Snelheidsregelventiel- Snelontluchtventiel- TerugslagklepDoel en gebruik verantwoorden vande verschillende soorten.Keuze maken door gebruik van eencatalogus.BB4.2 Bediening van ventielen- Mechanisch-ElektrischDe verschillende soorten herkennenen het onderscheid verduidelijkendoor het geven van voorbeelden.B


5 SOORTEN STURINGENNaar signaalverwerking- Combinatorische schakelingen- Sequentiële schakelingenHet onderscheid tussen de verschillendesturingen verklaren aan de handvan voorbeelden.BNaar soort- Volgsturingen- Sturing met geheugen- Programmasturing. Tijdsafhankelijke sturingen. Wegafhankelijke sturing. Sturing met terugmeldingPraktische toepassingen onderbrengenin één van de verschillende soorten.B6 SCHAKELEMENTEN- Eindeloopschakelaars- Naderingsschakelaars- Optische sensorenWerking principieel verklaren.Montagevoorschriften toepassen.Voor- en nadelen van de verschillendesoorten vergelijken en keuzeverantwoorden.BBBDe schakelelementen praktisch behandelen.Ze worden uitgebreid besprokenin de lessen Installatieleer.Coördinatie is noodzakelijk.- 104 -7 BEWEGINGSDIAGRAM- Grafische voorstelling- Stappen aanduiden- Aanduiden van:. Weg. Signaal. StapDe genormaliseerde tekenregels toepassenbij het vertalen van een sturingin een bewegingsdiagram.Door het lezen van een bewegingsdiagramde werking afleiden.Sequentiële sturingen zelfstandiguittekenen in de vorm van een bewegingsdiagram.BBB


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN8 FUNCTIEDIAGRAM VOORZUIVER LINEAIR PROCES- Principe en gebruik- Basisregels. Stappen of fase. Acties. Overgangen. OvergangsvoorwaardenDe verschillende elementenbenoemen, tekenen en lezen.BAls de leerlingen zelfstandig ontwerpenmaken uitsluitend gebruikmakenvan functiediagram. Op die manierontwikkelt men het logisch redeneren.Coördinatie met Technisch tekenen isnoodzakelijk.- Programmeren met functiediagram Eenvoudige processen opdelen inelementaire stappen en weergeven inde vorm van een functiediagram.Bewegingsdiagram vertalen tot functiediagramen vice versa.9 STURINGEN ONTWERPENBB- 105 -- Verschillende stuurkringen. Pneumatische stuurventielen. Elektrische stuurventielen- Met tijdfuncties. Opkomvertraging. Afvalvertraging. PulsfunctiesOntwerpen van sturingen aan de handvan functiediagram.Uitvoeringsschema's opstellen.Sturing realiseren en sturing testen.BBBGebruikmaken van didactische bordenom montagetijd te beperken.De meeste aandacht moet besteedworden aan elektropneumatischesturingen.Zie ook Technisch tekenen.- Met telfuncties


- Met geheugenfuncties. Set dominant. Reset dominant10 ONDERBREKINGSMOGELIJK-HEDEN VAN EEN PROCES- Volledig en ogenblikkelijk terugkerennaar initiële toestand- Stoppen en nadien verdergaanvanaf de bereikte situatie- VeiligheidsvoorzieningenKeuze van bistabiele en monostabieleventielen verantwoorden.Veiligheidsvoorzieningenen verantwoorden.opnoemenBBLeerlingen motiveren om steedsaandacht te hebben voor de veiligheidbij het ontwerpen van sturingen.Verschillende mogelijkheden verwerkenin praktische realisaties.B- 106 -


- 107 -TV Elektriciteit/Elektronica Elektronica1ste leerjaar: 1 u./w.2de leerjaar: 1 u./w.1 BEGINSITUATIEDe leerlingen hebben een vaag begrip over Elektronica. Zij hebben enige ervaring dankzij de lessenTechnologische opvoeding in de 1ste graad.2 ALGEMENE DOELSTELLINGIin staat zijn om de meest elementaire schakelingen met dioden, condensatoren, weerstanden, transistorenop te bouwen.Voldoende inzicht hebben om eenvoudige elektronische schakelingen te integreren in een stuurkast vaneen machine.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- De leerstof Elektronica is zo opgevat dat theorie en technologie elkaar afwisselen en aanvullen.- De verklaring van fysische verschijnselen die zich binnenin de diode, transistor, enz. afspelen dient toteen minimum beperkt te worden. Berekeningen worden ook tot een minimum beperkt.- De kennis van gegevens en eigenschappen van de componenten is belangrijk.- Het raadplegen van databoeken moet regelmatig worden ingeoefend.- De aanbreng van de leerstof gaat, indien mogelijk, gepaard met een proefopstelling. Het lesgevengebeurt dan ook best in het Laboratorium elektronica.- Het inoefenen van de leerstof met praktische voorbeelden (waarop metingen kunnen worden uitgevoerd)is van groot belang.- Het bespreken van enkele "populaire" (eenvoudig na te bouwen) elektronicaschakelingen kan debelangstelling stimuleren.- Wil de leerkracht een behoorlijk niveau halen met dit wekelijks lesuur Elektronica, dan moeten delaboratoriumopdrachten de theorie ondersteunen. Het is een noodzaak dat Elektronica en Laboratoriumdoor dezelfde leerkracht worden gedoceerd.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit/Elektronica - Elektronica1ste leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 HALFGELEIDERSTRUCTUREN- Onderscheid tussen geleider, nietgeleideren halfgeleider- Opbouw van een halfgeleiderkristalDe eigenschappen van een geleider,niet-geleider en halfgeleider opsommen.Aan de hand van een tekening deopbouw toelichten.BBAan de hand van het periodieksysteem en de eigenschappen van dematerialen, de eigenschappen van eenhalfgeleider afleiden.2 NIET-LINEAIRE WEERSTAN-DEN3 DIODE- Begrip niet-lineair- Soorten: VDR, LRD, NTC, PTCAan de hand van een voorbeeld hetbegrip toelichten.Karakteristieken interpreteren.BBComponenten tonen en uitmeten.- 108 -- P- en N-materiaal- PH-overgang- Doorlaat/sperspanning- Symbool- Karakteristiek- Soorten (LED, ...)Aan de hand van een tekening toelichten.Het verschijnsel verklaren.Schakeling tekenen/stromen aanduiden.Anode en kathode onderscheiden.Karakteristiek tekenen en interpreteren.BBBBBVerschillende soorten tonen.Schakeling uitvoeren met lampje.Databoek raadplegen.4 GELIJKRICHTING- Enkelfasig- Dubbelfasig- Bruggelijkrichting- Stroomverloop door diodeSchakeling tekenen en werking verklaren.Stroomverloop door redeneren afleiden.BBSchakeling uitvoeren en spanningsverloopop oscilloscoop tonen.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN- Spanningsverloop over belastingsweerstandSpanningsverloop tekenen in tijddiagram.BEnkel toepassen bij een enkelfasigegelijkrichting.5 TRANSISTOREN5.1 Bipolaire transistor- Oopbouw- Transistoreffect- Transistor in GES- KarakteristiekenNPN onderscheiden van een PNP.Het transistoreffect verklaren.GES-schakeling tekenen.Karakteristieken interpreteren.BBBBVerschillende soorten tonen.Eenvoudige versterkerschakeling uitvoeren.Documentatie over eindversterkersbespreken.5.2 Veldeffecttransistor- Opbouw- Principiële werkingDe opbouw tekenen.Vergelijken met de bipolaire transistor.BB- 109 -6 TOEPASSINGEN METTRANSISTOREN- Transistor in GES. Stroompolarisatie. Spanningspolarisatie- Invloed van het ingangssignaal- De transistor als schakelaar- Metingen op transistorenSchema tekenen aan de hand van deuitgangskarakteristieken het principeverklaren.BB7 HET BEGRIP DECIBEL Het begrip toelichten. B Demonstratie met geluidsbron endecibelmeter.8 G E I N T E G R E E R D ESCHAKELINGENHet begrip toelichten. B Verduidelijken aan de hand van eenpaar voorbeelden (dia's ...).


TV Elektriciteit/Elektronica - Elektronica2de leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 VERMOGENSELEKTRONICA1.1 Vermogendiode- De normale drielagendiode De opbouw uitleggen aan de hand vaneen figuur.BGegevens opzoeken in databoek.- Stootspanningsvaste diode Karakteristieken interpreteren. B- Notaties en definities Aanduidingen van spanningen enstromen herkennen.BAanduidingen bekijken in databoek.- Verliezen Soorten verliezen onderscheiden. B- Gelijkrichterschakelingen Opstelling en waarden verklaren. B- Serieschakelen van diodes Doel van serie en parallelschakelinguitleggen.B- 110 -- Parallelschakelen van diodes Berekenen hoeveel diodes serie- ofparallelgeschakeld moeten worden.B- Uitvoeringsvormen De verschillende soorten onderscheiden.B2 STUURCOMPONENTEN2.1 Diac- Opbouw Opbouw verklaren door middel vaneen tekening.BGegevens opzoeken in databoek.


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN2.2 UJT- Karakteristiek Karakteristiek verklaren. B- Praktische schakelingen Schema's tekenen en uitleggen. B- Opbouw Opbouw uitleggen met tekening. B Gegevens opzoeken in databoek.- Karakteristiek Karakteristiek verklaren. B- Praktische schakelingen Praktische schakeling uitleggen. B Praktijkvoorbeelden uit het dagelijksleven gebruiken.3 DE THYRISTOR- Opbouw Toelichten met tekening. B Gegevens opzoeken in databoek.- 111 -- Statisch gedrag Sper-, blokkeer- en geleidingstoestandverklaren met schema.- Dynamisch gedrag Overgang van de ene naar de anderetoestand toelichten.BB- Thermisch gedrag Warmteweerstanden onderscheiden. B- Uitvoeringsvormen De verschillende soorten onderscheiden.B- Praktische schakelingen De schakeling tekenen en verklaren. B Illustreren aan de hand van praktijkvoorbeelden.


- Speciale thyristoren GTO en fotothyristor met hun toepassingsgebiedbespreken.4 DE TRIAC- Opbouw Bespreken aan de hand van een figuur.BBOpzoeken in databoek.Gegevens opzoeken in databoek.- Karakteristiek Karakteristiek interpreteren. B- Stuurmogelijkheden De stuurmogelijkheden bespreken aande hand van een tekening.BIllustreren met praktijkvoorbeelden.- Praktische schakelingen Schema's tekenen en verklaren. B Wijzen op voor- en nadelen.5 STUREN VAN THYRISTOREN- Verticale sturing Tekenen en uitleggen. B- Pulssturing Schema tekenen en verklaren. B Gegevens over pulsen opzoeken indataboek.- 112 -- Netsynchronisatie Schema tekenen en verklaren. B- Instellen van de ontsteekhoek De waarde van R en C berekenen. B- Galvanische scheiding Soorten uitleggen en belang bespreken.- Pulssoorten De juiste puls bij elke belastingssoortleren onderscheiden.BB


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN6 PULSSTUURSCHAKELINGEN- UJT-tweepulsstuurschakeling Schakeling tekenen en bespreken. B Opzoeken in vademecum.- Nulpuntsturing Schakeling tekenen en toelichten. B Juiste keuze van de thyristor lerenbepalen.- Stuurschakeling voor GTO Schakeling tekenen en toelichten. B7 STATISCHE WISSELSTROOM-SCHAKELAAR- Indeling thyristorschakelingen Toelichten met schakeling. B Wijzen op ingewikkelde sturing.- Statische schakelaar met zijneigenschappenVoor- en nadelen opsommen. B De leerlingen zelf de principe-schakelingenleren toepassen.- 113 -- Schakelen éénfasige wisselstroom Met een figuur toelichten. B- Schakelen driefasige wisselstroom Met een figuur toelichten. B De leerlingen zelf voorbeelden latenopsommen.- Het solid state-relais Tonen en aansluitwijze bespreken. B8 STATISCHE WISSELSTROOM-REGELAAR- Periodesturing Begrippen toelichten. B Verwijzen naar leerstof over spoel enmotor.- Fase-aansnijding Specifiek toepassingsgebied aanhalen. B


9 STATISCHE WISSELSTROOM-STURING- E-mutator passief belast De begrippen actief en passief uitleggenmet voorbeelden.BMet praktische schakelingen de mutatorleren opzoeken.- E-mutator actief belast Het schema tekenen en uitleggen. B U Berekeningen uitvoeren.- B-mutator Schakeling tekenen en uitleggen.Toepassingsgebied omschrijven.Berekeningen aanleren en karakteristiekinterpreteren.B U Opzoeken van de waarden in databoek.- 114 -


- 115 -TV Elektriciteit/Elektronica Laboratorium1ste leerjaar: 1 u./w.2de leerjaar: 1 u./w. (+ 1 u.)1 BEGINSITUATIEDe leerlingen hebben een vaag begrip van Elektronica. Zij hebben enige ervaring dankzij de lessenTechnologische opvoeding in de 1ste graad.2 ALGEMENE DOELSTELLINGIn staat zijn de meest elementaire schakelingen met dioden, condensatoren, weerstanden, transistoren op tebouwen en er metingen op uit te voeren.Eenvoudige elektronische schakelingen integreren in een stuurkast van een machine en de nodige metingenuitvoeren.3 ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN- Berekeningen worden ook tot een minimum beperkt, metingen zijn de hoofdzaak.- De kennis van gegevens en eigenschappen van de componenten is belangrijk.- Het raadplegen van databoeken moet regelmatig worden ingeoefend.- Het inoefenen van de leerstof met praktische voorbeelden (waarop metingen kunnen worden uitgevoerd)is van groot belang.- Het bespreken van enkele "populaire" (eenvoudig na te bouwen) elektronicaschakelingen kan debelangstelling stimuleren.- Wil de leerkracht een behoorlijk niveau halen met het wekelijks lesuur Laboratorium, dan moeten delaboratoriumopdrachten de theorie ondersteunen. Het is een noodzaak dat Elektronica en Laboratoriumelektronica door dezelfde leerkracht worden gedoceerd. Zo mogelijk zowel theorie als laboratoriumin het Laboratorium elektronica, zodanig dat een geïntegreerde aanpak mogelijk wordt.4 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit/Elektronica - Laboratorium1ste leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 ELEKTRONISCHE COMPO-NENTEN1.1 Weerstanden- Lineaire- Niet-lineaire- RegelbareAan de hand van enkele voorbeeldende kenmerken, soorten van uitvoeringentoelichten.B Componenten laten uitzoeken opbestukte print.Componenten laten sorteren.1.2 Spoelen- Vaste en regelbareBijzondere constructie-eigenschappenomschrijven.B1.3 Condensatoren- Verschillende uitvoeringen(papier, mica ...),- Vaste en regelbareGepolariseerde van niet-gepolariseerdeonderscheiden.Polariteit onderscheiden.BB- 116 -1.4 Diodes Anode en kathode bepalen op zicht,door meting en door raadpleging vaneen databoek.B1.5 Transistoren Basis, emittor en collector aanduidenen transistor uitmeten.B


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN2 KLEURENCODE2.1 Lineaire weerstanden Betekenis toelichten van elke kleur enkleurband.Waarden en toleranties afleiden vanenkele voorbeelden.BOverzichtsblad laten inkleuren.Inoefenen aan de hand van velevoorbeelden.2.2 Niet-lineaire weerstanden Waarden en toleranties afleiden metbegrip van een kleurencodekaart.U2.3 Condensatoren Betekenis toelichten van elke kleur enkleurband.Waarden en toleranties afleiden vanenkele voorbeelden.3 HALFGELEIDERCODERINGBOverzichtsblad laten inkleuren.Inoefenen aan de hand van voorbeelden.- 117 -3.1 Soorten halfgeleidercodes Codes opsommen. U3.2 Pro elektroncode Code toepassen op verschillendesoorten transistoren.U4 DIODE4.1 Doorlaat en sper Begrippen onderscheiden. B Demonstreren aan de hand van eenmeetopstelling.4.2 Doorlaatspanning Invloed van de aangelegde spanningverklaren.B


4.3 Diodekarakteristiek Grafiek punt voor punt opmeten. B5 LED Aansluiten en bepalen van voorschakelweerstand.B6GELIJKRICHTING6.16.26.3EnkelfasigDubbelfasigBruggelijkrichterVoor de 3 soorten:- prakische schakeling realiseren,- waarde van de gelijkgerichte spanningopmeten.BWaarden laten meten met- lampje als verbruiker,- oscilloscoop,- met universele meter.7 TRANSISTOR7.1 Transistor in GES- Ingangskarakteristiek- Uitgangskarakteristiek- TransferkarakteristiekPraktische schakeling realiseren.Grafiek punt voor punt opmeten.Transistor instellen.BB- 118 -7.2 Voorversterker Praktische schakeling realiseren.Het verschijnsel "transistor als versterker"verklaren.Versterking bepalen in decibel.BAudiobron aansluiten.In- en uitgangssignaal tonen opscoop.7.3 Transistor als schakelaar- Volledig uitgestuurd,- Afgeknepen via schakelaarPraktische schakeling realiseren.Het verschijnsel "transistor als schakelaar"verklaren.B


TV Elektriciteit/Elektronica - Laboratorium 2de leerjaar: 1 u./w. (+ 1)Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN1 DIAC Schakeling opbouwen voor het opwekkenvan pulsen op DC.Schakeling opbouwen voor het opwekkenvan pulsen op AC.2 UJT Schakeling opbouwen om de pulsverschuiverte demonstreren.B K Waarden aftekenen van oscilloscoop.Idem.B K Het verschuiven op oscilloscoopaantonen.3 THYRISTOR Meten van de gate-stroom.Meten van de houdstroom.Regelen van het vermogen met éénthyristor.Regelen van het vermogen met tweethyristoren.4 TRIAC Uitvoeren vermogenregeling mettriac.Opheffen van het hysteresisch verschijnsel.BBBBBBKKKKKKVergelijken met een drietal types.Vergelijken met een drietal types.Oscilloscoopbeelden vergelijken metde theorie.Oscilloscoopbeelden interpreteren envergelijken met de theorie.Signalen bekijken op oscilloscoop.- 119 -5 GELIJKRICHTERSCHAKELIN-GEN MET DIODES- E-schakeling- B-schakeling- DS-schakeling- DB-schakeling- Met ohmse belasting- Met inductieve belasting- Met mee- of tegenwerkende spanning(U)Telkens- Het verloop van de uitgangsspanningmet de oscilloscoop bekijken.- Het gebruik van een draaispoelmeteren een draaiijzermeter toelichten.- Het gebruik van een true RMSmetertoelichten.- De gemiddelde waarde van de uitgangsspanningmeten.BBBBK


De effectieve waarde van de uitgangsspanningmeten.De rimpelspanning bepalen.De meetresultaten noteren.De resultaten interpreteren.BBBBKKKK6 GELIJKRICHTERSCHAKELIN-GEN MET THYRISTOREN- Gestuurde E-schakeling- Gestuurde B-schakeling- Gestuurde DS-schakeling (U)- Gestuurde DB-schakeling (U)- Met ohmse belasting- Met inductieve belasting- Met mee- of tegenwerkende spanning(U)Telkens- De stuurhoek in functie van destuurspanning bepalen.- De vorm van de uitgangsspanningen de vorm van de spanning over dethyristor, bij ohmse en inductievebelasting, bij verschillendestuurhoeken (b.v. 45E en 135E) metde scoop bekijken.- Het verloop van de uitgangsspanningbij ohmse en gemengde belasting(R+L) in functie van de stuurhoekbepalen.- De resultaten noteren.- De resultaten interpreteren.BBBBBKKK- 120 -


- 121 -COMPLEMENTAIR GEDEELTETV Elektriciteit/Elektronica Laboratorium2de leerjaar: 2 u./w.1 WOORD VOORAFWij verwijzen hiervoor naar twee leerplannen: het leerplan dat hierna volgt en het leerplan TV Elektriciteit/ElektronicaLaboratorium op blz. 114 en volgende. Het ene lesuur wordt bij voorkeur toegekend aande leraar die in het 2de leerjaar het vak Regeltechniek onderwijst. De leerinhouden en doelstellingenvolgen hierna.Het tweede lesuur wordt gebruikt om de leerinhouden en doelstellingen, binnen Laboratorium Elektronicaaangeduid met K aan te brengen (zie blz. 114 en volgende).2 LEERINHOUDEN, VERWERKING (LEERPLANDOELSTELLINGEN) EN METHO-DOLOGISCHE WENKEN


TV Elektriciteit/Elektronica - Laboratorium2de leerjaar: 1 u./w.Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKEN11.11.21.31.41.5ELEMENTAIRE SCHAKELIN-GEN MET OPERATIONELE-VERSTERKERSDe inverterende versterkerDe niet-inverterende versterkerDe optelversterkerDe verschilversterkerDe comparatorTelkensHet schema aan de hand van de terbeschikking gestelde componentenopbouwen.Door het aanleggen van kleine engrote ingangssignhalen, de eigenschappenvan de schakeling achterhalen.De versterkingsfactor wijzigen en hette verwachten uitgangssignaal berekenen.KKKDe elementen van de proef wordenter beschikking gesteld.De meetopstelling, de werkwijze ende meettabel worden gegeven.2 SNELHEIDSSTURING VANEEN GELIJKSTROOMMOTOR(Onafhankelijke bekrachtiging)De invloed van de ankerspanning ende bekrachtigingsstroom op de snelheidvan de motor aantonen.De stroomkring, bestaande uit motor,afvlakspoel en een gestuurde B-schakeling,opbouwen.De stuurhoek in functie van de stuurspanningopnemen.De uitgangsspanning in functie van destuurhoek opnemen.De invloed van de afvlakspoel nagaan.Bij constante ankerspanning, deinvloed van de belasting op de snelheidvan de motor nagaan.KKKKKKDe elementen van de stroomkringworden ter beschikking gesteld.De meetopstelling, de werkwijze ende meettabel worden gegeven.- 122 -


Nr. LEERINHOUDEN VERWERKING K B T A S E METH. WENKENBij constante belasting, de invloedvan de ankerspanning op de snelheidvan de motor nagaan.De meetresultaten tabelleren en grafischvoorstellen.De meetresultaten interpreteren.KKK3 SNELHEIDSREGELING VANEEN GELIJKSTROOMMOTOR(Onafhankelijke bekrachtiging)De stroomkring, bestaande uit motor,afvlakspoel, tacho, regelaar en eengestuurde B-schakeling, opbouwen.De uitgangsspanning van de tacho infunctie van de motorsnelheid meten.De regelparameters instellen.De motor op zijn nominaal toerentalinstellen.De belasting plots wijzigen en deinvloed op het toerental nagaan.De meetresultaten noteren.De resultaten interpreteren.KKKKKKKDe elementen van de stroomkringworden ter beschikking gesteld.De meetopstelling, de werkwijze ende meettabel worden gegeven.- 123 -4 SNELHEIDSREGELINGWISSELSTROOMMOTORDe nodige aansluitingen verwezenlijken.Parameters instellen.KK


- 124 -5 BIBLIOGRAFIE- Algemeen reglement op de Elektrische installaties. Brussel, AREI. AIB-Vinçotte, 1992.- Algemeen reglement op de Elektrische installaties. Diegem, CED-Samson, 1992.- BUCHLA, D., e.a., Applied Electronic Instrumentation and Measurement. ISE-McGraw-Hill inc.- CAERS, P., e.a., Nijverheidskunde: veiligheid in de werkplaats. Borgerhout, VTI, 1989.- CREEMERS, M.R., e.a., Poly-technisch zakboekje. Arnhem, PBNA, 1990.- DISTEFANO, J., e.a., Feedback and control systems. Schaum, McGraw-Hill, inc.- DOYLE, J., e.a., Feedback control theory. ISE, McGraw-Hill, inc.- Elektronica Vademecum. Delen 1 en 2. Deventer/Deurne, Kluwer technische boeken.- FLOYD, Th., e.a., Electronic Devices. ISE, McGraw-Hill, inc.- GEYSEN, W., e.a., Elektrische machines. 4 delen. Leuven, Acco, 1986.- GEYSEN, W., e.a., Algemene elektrotechniek. Delen 1, 2 en 3. Leuven, Acco.- GIECK, R., Technische formules. Overberg, Delta Press BV, 1989.- GUSSON, M., Basic Electricity. Schaum, Mc-Graw-Hill, inc.- NASAR, A., Electric machines and electromachics. Schaum, McGraw-Hill, inc.- RICHIR, Y., Conditions optimales de travail dans les ateliers d'électricité, classes et laboratoiresd'une école technique. UCL, 1988.- VAN DOMMELEN, D., e.a., Algemene elektrotechniek: produktie, transmissie en distributie.Leuven, Acco.- Veilig gebruik van elektriciteit. Brussel, Gaselwest-Intercom.- Veilig werken met elektriciteit. Brussel, VEGB, 1990.- WILLIAMS, B.W., Power Electronics. McGraw-Hill, inc.NBN-normen C-Elektrotechniek- X04-001 1986 Nederlandse woordenlijst voor bedrijf en techniek met taalkundige aanwijzingen.- C03-001 1984 Lettersymbolen te gebruiken in de elektrotechniek, deel I: Algemeenheden.- C03-417 1983 Pictogrammen op elektrische toestellen - Index, overzicht en verzameling van afzonderlijkebladen (1ste uitgave). (CEI 417 - 1973 met aanvullingen A tot en metF met uitsluiting van sectie 5)(met erratum).- C03-501 1978 Schema's, diagrammen en tabellen gebruikt in de elektrotechniek - Eerste deel:Omschrijvingen en indelingen van tekeningen (2de uitgave).- C03-502 1978 Schema's, diagrammen en tabellen gebruikt in de elektrotechniek - Tweede deel:Codering van onderdelen (2de uitgave)(met erratum).- C03-503 1985 Schema's, diagrammen en tabellen gebruikt in de elektrotechniek - Derde deel:Richtlijnen voor verklarende schema's (2de uitgave).- C03-504 1985 Schema's, diagrammen en tabellen gebruikt in de elektrotechniek - Vierde deel:Richtlijnen voor verklarende stroombaanschema's (2de uitgave).- C03-507 1985 Schema's, diagrammen en tabellen gebruikt in de elektrotechniek - Zevende deel:Voorbereiding van logicaschema's (1ste uitgave).- C03-617-1 1986 Grafische symbolen voor schema's - Elektrotechniek (6de uitgave).- C03-617-2 1989 Grafische symbolen voor schema's - Elektronica (6de uitgave).- C04-001 1990 Identificatie van klemmen van materieel en uiteinden van sommige aangegevengeleiders en algemene richtlijnen voor een alfanumeriek systeem (3de uitgave).(Europese norm EN 60445 - 1990).- C04-002 1977 Onderscheiding van geïsoleerde en blanke leidingen door kleuren (1ste uitgave).- C04-003 1987 Merking van geïsoleerde geleiders (1ste uitgave).- C10-001 1990 Genormaliseerde waarden van spanningen, stromen en frequenties (5de uitgave).- C51-002 1978 Roterende elektrische machines - Merktekens van de wikkelingseinden en draairichtingvan de roterende machines (1ste uitgave).- C51-002-1 1983 Addendum aan NBN C51-002 (1978).


- 125 -- C63-411 1978 Industrieel laagspanningsmaterieel - Klemmerkingen en kengetallen - Algemeneregels(1ste uitgave). (Europese norm EN 50005).- C63-412 1977 Industrieel laagspanningsschakelmaterieel - Klemmerkingen, kengetallen en kenlettersvoor bijzondere hulpcontactoren (1ste uitgave). (Europese norm EN 50011- 1977).- C63-413 1977 Industrieel laagspanningsschakelmaterieel - Klemmerkingen, kengetallen voor dehulpcontacten van bijzondere contactoren (1ste uitgave). (Europese norm EN50012 - 1977).- C63-414 1977 Industrieel laagspanningsschakelmaterieel - Klemmerkingen, kengetallen voorbijzondere stuurstroomschakelaars (1ste uitgave). (Europese norm EN 50013 -1977).- C93-001 1977 Passieve elektronische componenten - Normale waarden voor weerstanden encondensatoren (2de uitgave).- C93-002 1977 Passieve elektronische componenten - Merkcode van de waarden en tolerantiesvan weerstanden en condensatoren (3de uitgave).- C95-001 1977 Halfgeleiders - Terminologie (1ste uitgave).

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!