13.07.2015 Views

jubileumkrant - Woonbedrijf

jubileumkrant - Woonbedrijf

jubileumkrant - Woonbedrijf

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

En toen was er Drents Dorp...Drents Dorp heet niet voor niks DrentsDorp. Philips, dat begin jaren twintigexplosief groeide, was in die tijd opzoek naar goede, betaalbare arbeidskrachtenen vond die maar ten delein Eindhoven en omgeving. Aan deandere kant van het land, in Drenthe,was het crisis. De afzet van turf liepdramatisch terug, er heerste ‘grotenood in het veen’. Vooral de gezinnenwaarin alleen de vader het geldbinnenbracht, kwamen ernstig in deproblemen. Armoede en onvrede warenhet gevolg. Philips zag kansen enhaalde de Drentse gezinnen naar Eindhoven.Het liefst gezinnen met zoveelmogelijk dochters. Jonge meisjes warenimmers erg geschikt voor het uitvoerenvan fijn en gedetailleerd werk,en waren bovendien goedkoop. Omdeze Drentse gezinnen meer zekerheidte geven, werd ook aan de vaderseen baan bij Philips aangeboden. De‘goedkope’ dochters compenseerdende ‘dure’ vaders.Om hoeveel gezinnen het precies ging,is moeilijk vast te stellen. Men denktdat er tussen 1920 en 1940 ongeveer180 Drentse gezinnen naar Eindhovenzijn gekomen. Die gezinnen haddengemiddeld zo’n zes kinderen. In totaalzouden het er ook meer kunnen zijn,omdat niet duidelijk is of de gezinnenuit Gelderland en de noordelijke provinciesook meegerekend zijn. In datgeval zijn het er misschien wel tweetotdriehonderd.WeilandenPhilips bouwde huizen voor de eigenarbeiders.Philipsdorp was al eerdergebouwd, zo’n tien jaar later volgdeDrents Dorp. Begin jaren twintigbestond de plek die nu Drents Dorp is,uit boerderijen en weilanden. Het stuktussen Drents Dorp en de Trudokerk,werd pas later volgebouwd. DrentsDorp was daarmee een klein stukjestad in een landelijk gebied. Daaromvond Philips dat er in Drents Dorp ookwinkels moesten komen.De eerste woningen in Drents Dorpwerden gebouwd in 1924: de Kreugelstraaten de Zwaanstraat. Niet veellater, in 1925, volgden de Beukenlaan,en daarna de Wilgenstraat en de Canadastraat.In 1927 werd het grootstedeel van wat nu Drents Dorp Oost isgebouwd, in totaal 195 woningen. In1929 volgde de rest: 573 woningen en5 winkels.Dat de arbeidersgezinnen niet alleenuit Drente kwamen, maar ook uitGelderland, is nog duidelijk te zien aansommige straatnamen in Drents Dorp,bijvoorbeeld het Gelderlandplein.Dat deel van de wijk werd vroeger de‘Gelderse buurt’ genoemd. Na een tijdjewerd die naam minder gebruikelijk,maar zo kan het dus dat de wijk DrentsDorp gevuld is met Gelderse straatnamen.1 2


ANDERE TIJDENOORLOG IN DRENTS DORPGelegen tussen de Philipsfabriekenaan de ene kant, en het vliegveld aande andere, is de oorlog niet ongemerktvoorbij gegaan aan DrentsDorp. Bombardementen en deaanwezigheid van Duitse soldatenmaakten deel uit van het dagelijksleven. Philips draaide door tijdens deoorlog, maar onder toezicht van deDuitsers. Zo werden er onder andereradio’s geproduceerd die de nazi’sgebruikten in de oorlog. Veel mensendie in Drents Dorp woonden en bijPhilips werkten, moesten gedwongenwerken voor de bezetter. Een stakingdie uitbrak onder het personeel,werd grof de kop ingedrukt door destakers ter plekke te fusilleren en derest van de arbeiders te dwingen toete kijken. Op Strijp-S is nog steedseen monument te vinden dat dezegebeurtenis herdenkt.Tijdens het Sinterklaasbombardementop 6 december 1942, bombardeerdende Engelsen de Philipsfabriekenin het centrum en op Strijp.De panden werden zwaar getroffenen de radioproductie kreeg een flinkedreun.‘Er woonden ook mensen uit het verzetin Drents Dorp. Als meisje van zes jaarging ik op mijn stepje door de wijk omgeheime boodschappen over te brengen.’‘Tijdens de oorlog hebben militairen uitallerlei windstreken in de basisschoolgezeten: Duitsers, Schotten, Engelsenen Canadezen. De Duitsers zaten ervan 1941 tot en met 1943. In 1943 haddende Duitsers de school ondermijnd.Een van de officieren reed op een zijspanweg met de woorden: als ik nietterug kom, dan gaat er alles aan. Maarhij kwam na een uur al terug, want hijhad een lekke band. Daarmee werd deschool gered.’‘Mijn vader ging op de fiets naar Oirschotom rogge te halen bij de boer.Hij reed op de Oirschotsedijk, toende vliegtuigen kwamen. Een bombardement,zonder waarschuwing. Hijsmeet zijn fiets in de sloot, en kroop ineen rioleringsbuis totdat het bombardementvoorbij was. Het was die keerdat er een vliegtuig het Veemgebouwin vloog. Na het bombardement kroophij er weer uit, en stapte op zijn fietsrichting Oirschot. Hij kwam thuis metrogge.’‘Mijn zus, zij had verkering met eenDuitser. Dat zorgde voor spanning. Mijnvader vond het vreselijk, hij wilde hetniet tolereren. Maar liefde is blind. Mijnzus is met die Duitser getrouwd. Ze is op18 september met hem meegetrokkennaar Duitsland, en daar sindsdien blijvenwonen.’‘De scherven vlogen om je oren tijdensde bombardementen. Op eennacht schrok mijn vader wakker, hijsliep diep want hij had een dienst van24 uur achter de rug. Hij dacht dat hijiemand zeg wenken. Snel gingen weervan door, en toen we terugkwamenzagen we dat alle ramen kapot waren,de bedden waar we even tevoren nogop sliepen, lagen vol met glasscherven.Het was Maria die hem gewenkthad, zei mijn vader. En hij was nieteens katholiek. ‘‘Ik heb mijn man net voor de oorlog leren kennen. Het was liefdeop het eerste gezicht. Meteen aan het begin van de oorlog moesthij naar Duitsland. Als krijsgevangene, hij was een militair. Na eenhele tijd kreeg ik één kaart van hem. Er stond alleen zijn naam op.Maar toen wist ik, dat het goed met hem ging. Die kaart, die hebik nog.’‘Ik vond het spannend toen de oorlog uitbrak. Ik lag in de dakgootte kijken toen de Duitsers kwamen. Radio aan, allemaalberichten. Op vrijdag brak de oorlog uit, op zondag waren deDuitsers in de wijk. Ze zaten in het klooster van de paters op deBezemstraat, daar wat nu de Koenraadlaan is. Ze marcheerdenen zongen marsen.’3 4


VIVA ESPAÑA IN DRENTS DORP´EIGENLIJK ZOU MIJN VADER MAAR ÉÉN JAAR IN NEDERLAND BLIJVEN´Drents Dorp zou Drents Dorp nietzijn zonder ‘de Spanjaarden’. DoorPhilips als arbeidskrachten naarEindhoven gehaald in de jaren zestigen zeventig, drukten zij hun eigenstempel op Drents Dorp. Hieronderhet verhaal van één van hen:Pili Dominquez.‘Mijn ouders woonden in een piepkleindorpje in het noorden van Spanje.Zeshonderd inwoners. Mijn vader wasboer, hij werkte ’s zomers op het land.We hadden een paar koeien, varkensen kippen, en we verbouwden onze eigengroente. Aardappels, witte bonen,suikerbiet, en mais voor de dieren.Ons gezin was zelfvoorzienend, wekonden voor onszelf zorgen. ’s Winterswerkte mijn vaders buitenshuis.Hij groef dan kanalen voor de irrigatievan het land. Waar ik vandaag kom, ishet heel droog, zie je, en het water uitde bergen moest naar het land geleidworden.Begin jaren zestig stond er in allekranten dat ze mensen zochten in hetnoorden van Europa. Daar praattende mannen over, op straat, en in hetdorpscafé. Ze zagen het als kans omwat extra geld te verdienen. Ook mijnvader. Die had geld geleend van zijnbroer, voor het lapje grond waar wewoonden.Hij en zijn broer gingen naar de stad,naar Leon, om zich in te schrijvenbij het Ministerie van Werkgelegenheid.Toen hoorden ze over Philips, inNederland. Dat leek ze wel wat. Zehoefden niet veel te kunnen, alleenlezen en schrijven was een vereiste.Dat kon mijn vader, dus dat was geenprobleem. Met nog een stuk of negenandere mannen uit het dorp vertrok hijnaar Eindhoven.SprookjeshuizenHij was van plan een jaar weg te blijven,om dan het stukje grond af te betalen,maar uiteindelijk heeft hij 38 jaarbij Philips gewerkt. ‘Heb je dan ook 38stukjes grond gekocht?’, plaagde ikhem weleens.Mijn moeder ging hem drie jaar laterachterna, met mijn kleine broertje. Ikniet, ik bleef in Spanje, ik woonde bijde nonnen in de stad en kreeg daarmijn opleiding.Ze woonden op verschillende plekken.Huurden een kamer in een pension,dat was een akelige tijd. De eigenarenvan het pension, een man en eenvrouw, maakten voortdurend slaanderuzie. Daarna huurden ze een kamerbij een weduwnaar, hier vlakbij, opde Glaslaan. Die weduwnaar was nietvaak thuis. Zijn zoon van zestien wel,met hem aten ze ’s avonds en dedenze spelletjes. Ze zijn de rest van hunleven bevriend geweest.Ik was zestien toen ik hier kwamwonen. In 1971. Met de trein reed ikEindhoven binnen. Ik weet nog goeddat ik Drents Dorp zag liggen. Ik dacht:het lijken wel huisjes uit de verhalenvan de gebroeders Grimm. Sprookjeshuizen.Met van die ramen in dedaken. Die slaapkamers met schuinedaken vond ik maar raar. Dat haddenwe in Spanje niet, alles was recht. Enhet vreemdst vond ik de trap. Met diedraai erin. Ik ben er meteen dezelfdedag nog van af gevallen, haha.Op de eerste dag dat ik aankwam zeimijn moeder tegen mijn broertje: hier,ga maar friet halen voor jullie. Datdeden we, we liepen naar de friettentop de Beukenlaan. Ik vond het maarvies ruiken. Zo vet. In Spanje maken wealles met olie, ik kon maar niet wennenaan de geur van margarine. Frikadellenheb ik nooit geproefd, hoewel derest van mijn familie er dol op is.Die eerste dagen dat ik alleen thuiswas, omdat mijn ouders uit werkenwaren en mijn broertje naar schoolin de Kootwijkstraat, heb ik heel veelboeken gelezen. Alle boeken die ikbij mij had. ’s Avonds keek ik TV. Mijnmoeder wilde Peyton Place zien, datwas erg populair in de tijd. Daar speeldeRyan O’Neill in, die acteur uit defilm Love Story. Die kende ik wel, maarverder begreep ik niks van de Nederlandsetelevisie. Al die vreemde lettersdie eronder stonden, haha. Ik spraktoen nog geen Nederlands. Ik had welFrans geleerd bij de nonnen in Spanje,maar dat sprak niemand hier.Gedag zeggenToen ik mij ging melden bij de vreemdelingenpolitie,zeiden die tegen mijnvader dat ik leerplichtig was. Dus werdik naar de huishoudschool gestuurd.Dat deden Nederlandse meisjes in dietijd. Ik was zestien en had bij de nonnenin Spanje mijn middelbare schoolal afgerond, en toen zat ik daar ineenstussen de elfjarige meisjes. Dat waswel raar.Er woonden veel Spaanse mensen in dewijk toen ik hier aankwam. Vooral rondomhet Gelderlandplein. Dat noemdenwij Plaza Espana. In het weekendkwamen we samen, bij de Spaanseclub. Beetje kletsen, samen koken,kaarten. Als je hier vreemd komt, hebje dat nodig.Of ik me ooit een vreemdeling hebgevoeld? Nee, dat niet. Sommigemensen hebben er wel lang voor nodiggehad om ons, de Spanjaarden,als ‘eigen’ te gaan zien. Die deden erbijvoorbeeld jaren over om gedag tegaan zeggen op straat. Maar Spaansof niet, uiteindelijk zijn we allemaaldezelfde mensen, toch?’256


ANDERE TIJDENDRENTS DORP PHILIPSTOWNDrents Dorp is in de jaren twintig en dertig gebouwd om arbeiders van Philips te huisvesten.Dat deden ze om hun personeel aan het bedrijf te binden, maar ook om eengrotere controle te houden over het wel en wee van de mensen. Philips had inspectricesin dienst, die een opvoedkundige rol hadden. Want die ‘woestelingen’ uit het noordenhadden, zo nam men aan, vast nauwelijks manieren en zouden het niveau van de wijkomlaag halen, zo staat in oude documenten geschreven. Volgens de verhalen waren deinspectrices van Philips erg streng. Ze hadden vrij toegang tot de huizen en vielen vaakonverwachts binnen.Een huis kostte destijds gemiddeld rond de zestig gulden per maand. Philips verzorgdede arbeiders van de wieg tot het graf: van verzekering tot winkels, kindervakanties,transport en het regelen van begrafenissen op afbetaling.‘Toen ik 14 was, moest ik van mijn ouders in de fabriek gaanwerken. Ik werd leerling in de textielfabriek, de dag na mijnveertiende verjaardag. Stiekem was ik blij dat ik van schoolaf was. Toen de textielfabriek sloot, ben ik bij Philips gaanwerken. Aan de lopende band. Ik had het daar niet naarmijn zin, ik hield niet van productiewerk. Nadat ik uitdienst kwam – ik was 18 jaar en kostwinner – kon ik op depallet-afdeling terecht. Dat vond ik wel leuk, lekker buiten.Daarna heb ik bij Philips nog een heleboel andere baantjesgehad.’‘Ik ben geboren in 1928, in de Beukenlaan. Ik was de laatste,mijn ouders kregen zestien kinderen. Van die zestienzijn er vier overleden. Twee van mijn broers binnen anderhalfjaar, aan TBC. Tuberculose, ja, daar overleed je in dietijd nog aan. De één was 20, de ander 26, de twee oudsten.Philips betaalde de begrafenis. Daar hadden mijn oudersgeen geld voor. Op afbetaling. Elke woensdagmiddag kwamenze een dubbeltje halen. Elke woensdagmiddag moestmijn moeder huilen.’‘Die brave Philipsarbeiders die elke dag door de bussen vanen naar de Philipsfabrieken werden vervoerd? Die waren zobraaf niet, hoor. Ze smokkelden boter naar Belgie, want diewas daar erg duur. In die bussen. De melkboer die in de Ruurlostraatwoonde, verdiende er een dikke boterham aan.Stond gewoon op het parkeerterrein bij de bussen zijn roomboterte verkopen. Het gerucht ging, dat hij in wel meer dingenhandelde. Radiolampen bijvoorbeeld. Geen idee waar hijdie vandaan had.’‘Ik geloof dat de toegang 2,5 cent kostte voor een feestmiddag.Al een week van te voren konden we de kaartjes kopenen die bewaarden we als een kostbare schat. Cadeautjeskregen we niet, maar met het haffeltje snoep of pepernoten,waren we al heel blij. Want we hadden natuurlijk nietveel, in die jaren net na de oorlog. Die Sinterklaasfeestenwerden trouwens altijd door Philips betaald. Philips heeftaltijd veel voor de buurt gedaan.’‘De woningbouw controleerde strengof je je tuin wel bijhield. Ze kwameneen paar keer paar jaar controleren.Was het niet goed, dan kreeg je eenwaarschuwing. Daarna moest je vijfgulden boete betalen. Ik vind dat goed,ze mogen dat van mij nu ook doen.’‘Ik weet nog, dat we een inspectrice vande woningcorporatie op bezoek kregen.Kwam ze kijken of we de bedden welnetjes verschoond hadden en of we genoegluchtten in het huis.’‘Voordat ik trouwde, werkte ik bijPhilips. Ook tijdens de oorlog. Wemoesten aan de lopende band radio’smaken, de onderdelen aan elkaarsolderen. Met de Duitse soldaten palachter je. Dat was raar hoor, werkenmet een geweer in je rug. Op een keerhad ik avonddienst. En toen is hetgebeurd: die stakende arbeiders vanPhilips werden doodgeschoten doorde Duitsers. Beneden, op het terrein.Vanachter het raam zagen wij allesgebeuren.’‘Als meisje van 14 werkte ik in het laboratoriumvan Philips. Tussen de ingenieursen dokters. Ik moest van allesafwegen, kleine dingen, fijne stofjes. Ikben mijn gebit er door kwijtgeraakt. Diezuren tastten de tanden aan. Een halfjaar later was ik mijn gebit kwijt.’7 8


FRIET MET MAYOVERKOPEN VANUIT JE WOONKAMERGeschreven door Rian van Herk,redactie Nieuwsblad Drents DorpEen friettent runnen vanuit jewoonkamer of klanten die via jevoorraam je friettent binnenkomen:het kon vroeger allemaal. Nuis dat ondenkbaar. Zus Franc kan eralles over vertellen. Haar moederrunde vroeger namelijk snackbar DePlaggenhut aan Plaggenstraat 43.friettent in de voorkamer van hunwoning aan Plaggenstraat 43 te beginnen.De familie woonde daardoor in deachterkamer.Niet alleen de moeder van Zus waseen ondernemend type, ook haarvader Cees Ekelmans schuwde hetavontuur niet. Cees verliet op jongeleeftijd Gameren (Gelderland) om alsketelstoker bij Philips op Strijp-S aande slag te gaan en woonde aan deLochemstraat. Sjaantje werd zijnhuishoudster. Het stel wordt verliefdop elkaar en trouwt. Ze verhuizennaar de Plaggenstraat waar Zusin 1939 wordt geboren. Cees werktjarenlang bij Philips, maar moet doorziekte stoppen. Als het beter met hemgaat, begint Sjaantje met de friettent.Cor Franc, de man van Zus, vertelt:‘Ze verkochten niet alleen patat ensnacks, maar ook snoep en ijs. Mijnvrouw stond vaak in de snackbar, haarbroer schilde de aardappelen en haarzus stond in de patatkraam met haarvader bij de brug langs het Beatrixkanaal.’De familie staat jaren met de frietkraamop het Wilhelminaplein totdatze daar weg moeten van de gemeente.De kraam wordt verplaatst naar deZeelsterbrug over het Beatrixkanaalaan de Noord-Brabantlaan. Op mooiedagen werden hier kanowedstrijdengehouden die veel toeschouwers trokken.Het is op die dagen dan ook eentopdrukte in de patatkraam. Zus: ‘Mijnmoeder reed dan verschillende kerenin haar auto naar de kraam om snacksen voorgebakken friet te brengen. Wekonden het soms niet bijbenen metaardappels schillen, zo druk als hetwas.’Ook heeft de familie Ekelmans jarenlangeen snoep- en ijskraam onder hetStrijps Bultje gehad. Zus stond al opjonge leeftijd achter de snoepkraam.Dat liep niet altijd even goed af. ‘Opeen dag werd ik door de politie weggestuurd,want ze vonden mij te jongom te werken. Maar de keer eropstond ik er toch gewoon weer.’ Zus kaner nu nog om lachen. Ondanks dat Zusgraag in de friettent werkte -ze vondMoeder van Zushet contact met de mensen erg leukwordtde zaak gesloten. De overlastdie de stappende jeugd veroorzaakte,deed hen besluiten om te stoppen.PhilipsAls haar buurmeisje vraagt om bijPhilips te gaan werken, laat Zus zichdit geen twee keer zeggen. Ze werktehalve dagen zodat ze in de snackbarkan blijven werken. Ze werkte eerst inde avonduren en vanaf 1966 overdag.Zus verdiende in één week 12 gulden.Als Zus een jaar met Cor is getrouwd,trekken zij op 1 april 1971 in hun huis aande Venstraat waar ze nu nog wonen.Cor: ‘Deze Philips-huizen waren voordie tijd erg groot en goed betaalbaar.Dus wilden wij graag in Drents Dorpblijven wonen. We hebben een goedcontact met onze buren. Als het nodigis, staan we voor elkaar klaar. Het bevaltons hier dan ook goed.’Cor heeft nooit in de friettent gestaan.Hij vond dat maar niets. Na een aantalomzwervingen komt ook hij terecht bijPhilips. Hij gaat als convergeerder opStrijp-R aan de slag. ‘Ik moest de elektrischetv’s afstellen op helderheid enkleuren. Maar doordat ik dit werk opeen gegeven moment niet meer goedkon uitvoeren, ben ik bij de postafdelingvan Philips gaan werken. Ik heb datruim 20 jaar met veel plezier gedaan.’Familie Ekelmans:een ondernemende familieVroeger hadden de huizen in DrentsDorp een voor- en achterkamer,van elkaar gescheiden door ensuitedeuren. Het was een idee van Sjaantje,de moeder van Zus Franc, om eenVader van Zus9 10


ANDERE TIJDENDAGELIJKS DRENTS DORPOoit was Drents Dorp een knusdorpje tussen de weilanden. Waarde melkboer met paard en wagenkwam, en waar zo’n beetje iedereendie er woonde bij Philips werkte. Datalles is veranderd. Drents Dorp is nuomgeven door grote wegen en fabriekspandendie een nieuwe bestemmingkrijgen. Geen Philips meer,geen melkboer te paard. En lang nietmeer iedereen weet alles van zijn buren.Wat was Drents Dorp ooit, enhoe is het nu? Oude én nieuwe bewonersaan het woord.‘Ik stond met een lekke band in desneeuw. Mijn overbuurman zag dat,heeft de band voor me eraf gehaalden heeft me daarna naar een bedrijfgereden om de boel te laten maken.Ontzettend aardig en behulpzaam.’‘Vroeger waren er een hoop winkels inDrents Dorp. Een kruidenier, een ijzerhandel,een sigarenhandel, een kapperen een drogisterij. En er kwam eenmelkboer. Een echte, met een kar meteen paard ervoor.’‘Ik had mezelf een keer per ongelukbuitengesloten. Al mijn buren en éénvan hun zoontjes - omdat zijn armpjemisschien wel door de brievenbus zoupassen - hebben mij geholpen. Datwas een heel warm welkom.’‘Mijn vader, Willem Geven, begon in dejaren dertig een kapperszaak aan huisin de Plaggenstraat. Op nummer 48.Voor 1 gulden vijfentwintig knipte hijiedereen. Ook kinderen, die kregen allemaaleen bloempotkapsel. Dat wastoen mode.’‘Toen ik hier kwam wonen, woondener niks als Drentenaren. Ik kon er goedmee overweg, het waren nuchteremensen , die met niks kwamen. Zewisten niet eens hoe ze een dubbeltjein de electriciteitsmeter moesten duwen.Ze dachten dat je het er bovenopmoest leggen en dat dan het licht gingbranden.’‘Vroeger kwam er van alles en nog wataan de deur: de melkboer, de groenteboer,de kolenboer, handelaars inpotten en pannen. Het was goedkoperals je aan de deur kocht, en je kon hetook op de pof doen. Die handelaar inpotten en pannen, dat was een zigeuner,die kwam ook meteen je messenslijpen en pannen laten maken. Metpaard en wagen, kwam hij, Net alsde melkboer. Voor de kolen kwamenze elke week geld halen, dan kreeg jeaan het begin van de wintertijd je kolen.Je betaalde dus vooruit, voor dehele winter. En elektriciteit en gas,dat werkte op dubbeltjes en muntjes.Je stopte wat geld in de meter en danhad je stroom of gas. Was je geld op,dan deed niks het meer. Die muntjesvoor het gas, die kon je bij de gasfabriekgaan halen tegen betaling. Mijnouders deden dat, en verkochten zedaarna huis aan huis weer door. Twaalfcent, in plaats van tien cent. Tja, allekleine beetje hielpen in die tijd.’‘Op maandag aten we meestal derestjes van zondag. Op dinsdag aten wealtijd stamp. Woensdag en donderdagwas er erwtensoep, en vrijdag gebakkenaardappelen. Met vis.Zaterdag kookte mijn moeder nooit,dan aten we brood. Vaak met gebakkenlever ofzo. ’s Zondags had mijn moedersoep, aardappelen en groente. Uit eigentuin, achter het Gelderlandplein. Weverbouwden allerlei groente: aardappelen,boontjes, erwtjes en snijbonen,savooikool en peultjes. Mijn vader deeddat allemaal zelf.’‘Met al die kleine winkeltjes was dePlaggenstraat vroeger veel gezelliger.Je kwam elkaar tegen op straat, enbovendien had je Café de Plaggenhut.Daar gingen alle verenigingen naartoe. Nu is de gezelligheid eruit. Ik weetniet, of je dat nog terug krijgt.’11 12


PLATTEGROND 25 MEIA C T I V I T E I T E N R O U T E2.WAT EN HOE?PIET HEIN EEKVan 11.00 tot 15.30 de trein non-stop rondjes langs alle locaties.Volledige treinrit duurt ca 20 minuten. Meerijden is gratis. In- enuitstappen op de aangegeven stations.11.10.9.MEIDOORNPLEIN8.7.1. Kinderactiviteiten2. Koffie en worstenbroodjes op het perron3. Treinroute ‘Andere tijden’4. Theatervoorstelling ‘Levenslied’ ca elke 20 minuten5. Treinroute ‘Andere tijden’6. Treinroute ‘Andere tijden’7. Treinroute ‘Andere tijden’8. Oudhollandse spelen op het pleintje9. Treinroute ‘Andere tijden’10. Treinroute ‘Andere tijden’11. Treinroute ‘Andere tijden’1.GELDERLANDPLEIN6.5.3.4.HOOFDKWARTIERTREINROUTE10. LOCATIE ‘ANDERE TIJDEN’PIET HEIN EEK STATION+ ACTIVITEITEN13 14


ANDERE TIJDENDAGELIJKS DRENTS DORPMaandag: wasdag, dinsdag: strijken, woensdag: de gangen en detrappen, donderdag: huiskamer leeg om te poetsen, vrijdag: dekeuken, zaterdag: de slaapkamers. Zondag? Zelf weten!‘Toen ik hier nog alleen woonde en de vorige buurman aan het barbecuenwas, kwam er wel eens een superlekker gevuld bordje over de schutting.Wat ik zo mooi vind aan Drents Dorp:er staan altijd mensen klaar voor hulp. Zéker als je alleen woont.’‘Ik ben geboren in de Beukenlaan. Als kind kon ik óveral naar toelopen, niets dan weilanden in de wijde omgeving. Je kon helemaal totaan Welschap kijken. En bomen, natuur. Het hout om thuis te stoken,haalden we in de Wielewaal.’‘Heel vroeger, toen de kinderen klein waren en de mensen geen van alleniets hadden, gooiden we wel eens hutje bij mutje en gingen met z’nallen uit de buurt op café. Om het half uur gingen we dan luisteren of erbij iemand kinderen wakker geworden waren.’‘Ik kom uit een gezin met twaalf kinderen. Boven warenvier kamers, de meisjes sliepen op één kamer en de jongensook. De jongens netjes op een rij naast elkaar op de bedden.Ik sliep in het allerkleinste kamertje, in mijn eentje. Ikwas immers de oudste.’‘Toen we hier kwamen wonen, hadden we helemaal geengeld. Als eerste hebben we de keuken ingericht, en we hebbentwee jaar alleen in de keuken geleefd. Daarna hadden wenet genoeg geld om de woonkamer in te richten. En zo hebbenwe in de loop der jaren, stukje bij beetje, het huis gezelliggemaakt.’‘Op zondag gingen de mensen naar het Philips de Jonhgpark.Daar was een kiosk, met muziek, theater en van alles. Demensen zaten daar heerlijk bij elkaar, op het gras en op debankjes.’‘Het was hier heel goed wonen. De Sparrenstraat was éénvan de chiquere straten. Huizen op het zuiden, tegenoverde bossen gelegen. Hier woonden de glasblazers uit Leerdam,mensen die een vak geleerd hadden, in deze straatwas er niemand die geen werk had. Als hier een huis leegstond, dan was het binnen twee dagen verhuurd.’‘Er wonen hier veel oude bekenden. Een hoop buurtgenoten van mijngeneratie zijn blijven hangen. Vroeger kwam ik veel in Café DrentsDorp, ik vierde er ook carnaval. Ik mocht er al op mijn dertiende heen,ik hoefde namelijk alleen maar de straat over te steken.’15 16


SPAR: DE LAATSTE WINKEL‘MET PAARD EN AL DE WINKEL IN’Geschreven door Rian van Herk,redactie Nieuwsblad Drents DorpIn de tijd dat Philips allerlei arbeidersnaar Drents Dorp haalde, groeide dewijk als kool. Al deze mensen moestenook gevoed worden en de winkelsschoten dan ook als paddenstoelenuit de grond. Onder meer de familieMelis begon een winkel in hun boerderijaan de Noord-Brabantlaan. Dezeboerderij stond op de plek waar nu deseniorenflat tegenover het tankstationstaat. De winkel heette ‘Mez’.Het echtpaar Melis zijn de grootoudersvan Wil van Weerde. Wil: ‘De boerderijbrandde volledig af nadat eenpyromaan de boerderij in brand hadgestoken. Mijn grootouders kregentoen een houten chalet aangeboden.Hier hebben zij hun winkel voortgezet.Vóór dit huis werd een nieuw huis metwinkel gebouwd. Dit huis is aan deKoenraadlaan 104 gevestigd, en staattussen het oude zusterklooster en hetgebouw van de GGZe.’ Wil stond al ophaar 15efulltime in de winkel en haaldein de avonduren haar middenstandsdiploma.Haar ouders runden de winkelzo’n 20 jaar als haar vader plotselingoverlijdt. Wil en haar man Jan nemende winkel over. Wil is dan nog maar 20jaar. De winkel is dan al jaren aangeslotenbij de SPAR-keten en heet daaromSPAR.Wil en Jan verkopen niet alleen suikeren wc-papier, maar ook knikkers enpoëzie-albums als dat ‘in’ is. Wil: ‘Ikkocht dit soort dingen, omdat ik dedagelijkse sleur wilde doorbreken.Zo heb ik ook een keer van die grote,aangeklede poppen met porseleinengezichtje gekocht van mevrouw Sandersuit de Venstraat. Zij kleedde diepoppen op fantastische wijze aan.Ik heb die poppen toen in de etalagegezet en ze verkochten goed!’ Ookhadden Jan en Wil een broodjesservice.Na 44 jaar is het stel de vele urenwerken zat. In 1999 sluiten zij hun winkel.Hiermee gaat de laatste winkel inDrents Dorp ter zielen. Wil verhaalt:‘Vroeger had je drie kruideniers in dePlaggenstraat. De Gruiter die zat in watnu de infowinkel is, familie Verkuilenmet de NKB en je had de winkel vande familie Kanters. Verder was er eenETOS-winkel in de Plaggenstraat en inde Halvemaanstraat. Wij hebben ze allemaaloverleefd!’Wil heeft het contact met de mensenaltijd erg gewaardeerd. Wil begint telachen. Ze kan zich nog een paar mannenuit de Canadastraat herinneren diegraag een pilsje dronken. ‘Ze warenaltijd blut, maar zo gauw als ze weergeld hadden, maakten ze het op aanbier. Dan leverden ze de kratten weerin en van het statiegeld kochten zedan weer bier. Dit ging door totdat ergeen geld meer was.’ Wil begint weerte lachen, want er schiet haar weer eenanekdote te binnen. ‘Op een dag kwamer een buurman in de winkel met eenpaard! We zeiden dat hij niet met eenpaard in de winkel mocht komen. Waaropde klant zijn schouders ophaaldeWil van de Weerde in de winkelen zei: ‘Ach joh, ik ben nu toch al binnen.’En daar stonden we dan met eenpaard in de zaak.’ Dezelfde man heeftook weten te voorkomen dat de winkelwerd overvallen. ‘Er stopte een autovoor de winkel waaruit een groep mannensprong die de winkel instormde.Wij vreesden voor het ergste,’ verteltWil. ‘De buurman zag dit gebeuren,rende erachter aan en sprak de mannenaan. Als zij Wil en Jan iets zoudenaan doen, dan zouden ze met hem temaken krijgen. De mannen wisten niethoe snel dat ze weg moesten zijn.’Het contact met mensen en het zorgenvoor de medemens is voor Wil altijderg belangrijk geweest. Ze stond klaarvoor haar klanten en naasten. Mensenkonden hun huissleutel in bewaringgeven in de winkel. Als men iets bijzonderswilde dan regelde Wil dit. Zijhield de zusters van het naast gelegenklooster in de gaten en zij hen. Nadatde winkel is gesloten, gaat Wil mantelzorgverlenen en wordt ze actiefals KBO-bestuurslid. Ze doet ook aanvolksdansen en gaat regelmatig op vakantiemet haar vriendinnen Annie enEls, want achter de geraniums zitten isduidelijk niets voor Wil.17 18


ANDERE TIJDENHET GELDERLANDPLEINVoor velen de mooiste plek vanDrents Dorp: het Gelderlandplein.Vroeger een park waar men alleenop de paden mocht lopen, later eenhangplek voor nozems, en nu eenterrein waar kinderen spelen en jaarlijksveel activiteiten georganiseerdworden. Leuk feitje: twee grote zilveresdoornsop het Gelderlandpleinstaan op de landelijke lijst van monumentalebomen.‘Op het Gelderlandplein zat de rookensnoepwinkel van de familie Brouwer.Ik heb daar als kind veel snoepgekocht, het was om de hoek van waarik woonde.’‘Over de winkel van Brouwer moetniet onvermeld blijven dat er driftiggetelefoneerd kon worden doormensen die toen nog geen aansluitingthuis hadden. Privacy ho maar, maardaar maalde je niet om. Ik heb er zelfsafspraken met schoolvriendinnen gemaakt!Overigens was later bij de slijterijvan Vernooy in de Zevenaarlaandezelfde telefoneermogelijkheid, enook die werd veel gebruikt. Pas later iser op de hoek van de Zevenaarlaan, denozemplek, een telefooncel geplaatst.Maar die verdween ook weer.’‘De wijkagent woonde vroeger in deVenstraat. Eigenlijk deed hij geen vliegkwaad, maar hij stond wel eens stiekemin het gangetje, om te kijken of hij iemandkon betrappen. Want op het graslopen, dat mocht absoluut niet. Wij, dekinderen, deden datmeestal toch als we uit school kwamen.Maar hij hoefde zich alleen maar telaten zien om ons schrik aan te jagen. Ikben ook weleens heel bang in een boomgeklommen en er pas een uur later weeruitgekomen.’‘De hoek van de Zevenaarlaan, uitkomendop het plein, was in de beginjaren'60 een vaste ontmoetingsplaatsvoor wat toen nozems werd genoemd:jongemannen met Kreidlers enZündapps op zondagmiddag.’‘Met een gezin van zestien kinderen,waren wij één van de eerste bewonersvan het Gelderlandplein. Alleende familie Pennings woonde er ook, ophet hoekje. En het Gelderlandplein waszó mooi. Zulke mooie bloeemen. Vooralseringen. Het was zo mooi, dat je er bijnaniet durfde te komen. Dat mocht ookniet, je mocht niet op het gras, alleenop de paden. Wandelen, sneeuwballengooien, spelen: alleen op de paden. Nietop het gras.Ik heb nog een keer een proces-verbaalgehad omdat ik mijn zusje op het graszette om een foto van haar te maken.Ik moest een boete betalen van de wijkagent,want je mocht niet op het gras.Vijf gulden maarliefst! Mijn pa vond hetverschrikkelijk. Bóós dat hij was! Maarhij heeft wel netjes betaald, hoor. ‘‘Het opknappen van het Gelderlandpleinheeft de buurt erg goed gedaan.Zo lang woon ik hier nog niet, maarhet valt me wel op dat de mensen diehier wonen ontzettend aardig en behulpzaamzijn.’19 20


ANDERE TIJDENDE LIEFDE IN DRENTS DORPEen vruchtbare plek, dat is Drents Dorp óók. Ooit, toen Strijp nog Heksenlandwas, is er op de grond die nu Drents Dorp is, een heuse liefdesmoordgepleegd. Een afgewezen jongeman vermoordde eerst het meisje waar hijverliefd op was, en pleegde daarna zelfmoord.Gelukkig zijn de latere verhalen vooral warm en vrolijk. Verlegen jongens,eigenwijze meisjes, huwelijksaanzoeken natuurlijk woensdagavond, Stierenavond!Elkaar het hof maken, dat kunnen we blijkbaar als de beste inDrents Dorp.‘Zondag? Ha. Dat was speciaal, hoor.Voor de ouders. ‘Wipkipdag’. Danmoesten de kinderen de deur uit endan hadden de ouders ‘andere dingen’te doen. Ik moest op zondagmiddagaltijd met mijn twee jongste broertjeseen stukje gaan wandelen. Tot mijnergernis, dat wel. ‘Blijf maar een paaruur weg, hoor’, zei mijn moeder dan.En woensdagavond, dat was stierenavond.Dan hadden de koppeltjestoestemming om samen te zijn. Om 12uur ’s nachts moest je weer thuis zijn.Wat je dan deed? Hangen. Of gaandansen, op de Schootsestraat, bij Ramona.’'Op zondagmiddag mocht je even vijfminuten in de gang doorbrengen met jeverloofde. Maar dan stond je vader welachter de deur te luisteren.''Ik wilde op een dag met mijn verkeringnaar Maastricht fietsen. Bij Weertwerden we staande gehouden door depolitie: Annie had een broek aan. Datmocht niet. Gelukkig hadden we eenextra rokje bij ons.'‘Ik was twintig toen ik mijn verkeringten huwelijk vroeg. Zij was achttien. Ikheb haar een verlovingsring gegeven.Een voorlopige, want ja, die waren heelerg duur. Ik werkte wel bij Philips, maarik moest al mijn geld thuis afgeven. Ikkreeg gewoon 45 cent zakgeld per week.Heel minimaal. Naarmate je ouderwerd, kreeg je wel meer, maar dan ginghet echt over dubbeltjes. Met dat geldkon je geen gekke dingen doen.’‘Ik kwam alleen te staan, metmijn dochter. Ik ging destijds naardansavonden voor alleenstaanden,daar ontmoette ik mijn nieuwe man.Hij was vrachtwagenchauffeur. Opeen dag stond hij met vrachtwagenen al voor de deur, ook nog met eenbos bloemen. Toen heb ik hem maarbinnengelaten. Daarna ben ik mee inde vrachtwagen gegaan. Mijn zus riepnog: dat je zomaar meedurft, misschienword je wel ontvoerd.’'Mijn zus waarschuwde me bij mijneerste afspraakje: zorg dat die broekaanblijft! Ik had geen idee waar zehet over had. Daarom heb ik voor dezekerheid maar twee onderbroekenaangetrokken.'21 22


VAN DRENTHE NAAR DRENTS DORP‘IK MOCHT NIET MET KATHOLIEKE KINDEREN SPELEN’Hoe was het om vanuit Drenthe inDrents Dorp te komen wonen? Watkwam daar allemaal bij kijken enwaar liepen ze tegenaan? Hieronderhet verhaal van Jan. Zijn vader verhuisdevanuit Drenthe naar DrentsDorp.‘Mijn ouders zeiden vroeger tegenmij: twee geloven op een kussen, daarslaapt de duivel tussen. Zorg dat jenóóit met een katholiek meisje trouwt.Mijn ouders hebben mijn vrouw – eenkatholiek meisje – nooit gekend. Zewaren al overleden. Jammer. Of misschienook niet. Ze zouden het moeilijkhebben gevonden.Bij ons thuis waren we protestant. Mijnopa is met zeven kinderen uit Drenthegekomen om bij Philips tewerken. Van tevoren mocht hijéén keer gaan kijken, naar hethuis waar hij zou komen wonen.Het gerucht gaat dat hij denacht ervoor droomde dat hij inEindhoven in een paleis kwam tewonen. Ze kwamen in de Ruurlostraatterecht. Voor de begrippenvan toen waren dat grote,luxe huizen.Mijn vader was een jaar of tien Jan met zijn ouders en broers en zussen.toen het gezin hierheen verhuisde. Al wde, ging hij bij haar familie inwonen.snel kon hij ook bij Philips aan de slag, Dat was toen gebruikelijk, er was woningnood.Toen ik acht was, zijn we naarin de glasfabriek. Je leerde daar hetvak. Hij is ook nog even liftbediende de Ruurlostraat verhuisd, tegenovergeweest, toen hij het aan zijn hart het huis van mijn opa, daarna naarkreeg.de Halvemaanstraat, naar een groterBij Philips werd je niet zomaar ontslagen,nee, er werd wel voor je gezorgd. Katholieke en protestante kinderenhuis.Later is hij toch te ziek geworden om speelden niet met elkaar. Ik mochtte werken: stoflongen. Opgelopen in dat zelfs niet. Denk eraan, zei mijnde golfkartonfabriek vanPhilips.Glasblazersmoeder, hier komen geen katholiekevriendjes over de vloer. Ja, in die tijdwas dat heel erg, die scheiding tussenverschillende geloven. Naderhand isdat wel veranderd, gelukkig.Koffie met gebakMijn moeder was heel streng, leefdenaar het geloof. Mijn vader was milder.Als hij meeging naar de kerk, ginghij achterin zitten en deed een dutje.Mijn moeder was van de regels. Iederezondag moest er verplicht koffie metelkaar gedronken worden. Met gebak.Dat was toen zo de gewoonte, en iedereenmoest komen. Dat deed je,want moeders wil was wet. Ik weet danook niets van het huishouden, wantdat deed mijn moeder allemaal, haha.Ik kan een eitje bakken, maar verder…Ze werkte wel eens tussendoor, mijnMoeder bij het klokgebouw.moeder. Zwart. Als huishoudelijk hulp.Haar enige verzetje was de verenigingvan de protestantse kerk. Dat protestantse,dat trok naar elkaar toe. Breien,handwerken, van die dingen.Mijn moeder kwam uitWij protestanten mochten niet zoveel.Leerdam. Haar familie,Niet naar het café komen, niet gaandat waren echte glasblazers.Ze kwamen indansen, of naar de film. Toch ben ik opeen bepaald moment gaan sporten opPhilipsdorp te wonen, ikzondag, bij handbalclub in Strijp. Datben daar ook geboren,was een daad van groot verzet, mijnin 1945. Toen mijn vaderouders vonden het niet leuk. Maar zemet mijn moeder trou-Met z’n allen bij opa en oma op bezoek in de Ruurlostraat.Jan als heftruckchauffeur bij Philips. konden het niet tegenhouden. Ik was23 24Verzettoen al 21, 22 jaar oud. ’s Zondagsmiddagmiste ik de gezamenlijke lunch,omdat ik moest sporten. Wel stond erdan ’s avonds, als ik thuis kwam, tócheen pannetje soep op het fornuis.Eigenlijk was het dubbel moeilijk. Ikhad hele strenge ouders, en ik waszelf ook nog eens vreselijk verlegen. Ikdurfde er nooit op uit te gaan.Toen ik een jaar of dertig was, kreegik, na wat omzwervingen, een huis inde Sparrenstraat. Dat was fijn. DrentsDorp voelt toch écht als thuis.De vader van Jan met zijn Drentse familie(behalve de bruid, die was niet Drents).


MANUSJE VAN ALLES‘ALS ER IETS MOEST GEBEUREN, WERDEN DE MENSEN NAAR MIJ GESTUURD’Mijn vader is uit Leerdam hierheengekomen. Hij was glasblazer, voorPhilips blies hij lampen voor de radarsop vliegvelden. Ik ben in 1937 geborenaan de Barneveldstraat, ik heb driejaar in het Ven gewoond, maar verderaltijd in Drents Dorp.Ik heb al ruim 52 jaar de sleutel vande school. In het begin, omdat ik erde spullen van de 18 September Verenigingopsloeg. Omdat tijdens dezomervakantie de school dichtging,bood ik aan de post in ontvangst te nemen.Dat doe ik na 25 jaar nog steeds,net als de containers buiten zetten, devloer dweilen voor open dagen en deverwarming van de school aanzettenvoor bijeenkomsten in de avonduren.Ik heb heel wat schooldirecteurenmeegemaakt, en ze hebben allemaalgebruik gemaakt van mijn hulp. Sommigenwaren niet te beroerd zelf demouwen op te stropen. Zo was daarMeneer Wylaars, die erop stond dat ikhem Jan noemde. De school had nogaleens last van lekkages bij enorme regen.Jan had mijn hulp ingeroepen.Samen gingen we een putje openmaken.Ik was hier op gekleed, maar Janduidelijk niet: hij had een net pak aan.Toch ging Jan op zijn buik op de grondom het putje schoon te maken. Op eengegeven moment belde de vrouw vande directeur: Waar blijft onze Jan? Is hijdaar?Ja, hij is hier. Of hij wilde opschietenGeschreven door Rian van Herk,redactie Nieuwsblad Drents DorpVrijwilligers maken Drents Dorp toteen gezellige wijk waar veel georganiseerdwordt. De Stichting BuurtbelangenDrents Dorp doet dit al jarenlangmet grote inzet. Daarnaastzijn er anderen in de buurt die zichmet hart en ziel sterk maken vooreen fijne, leefbare buurt. Eén vanhen is Cor van Lingen, die al bijnaeen levenlang activiteiten voor kinderenorganiseert op de SaltoschoolDrents Dorp, en bovendien ook nogmanusje van alles is.want ze moesten nog naar een receptie.Maar Jan’s pak was niet meer zoschoon…Niet alleen in de basisschool DrentsDorp, maar ook in de Nutsschool aan deApeldoornstraat – de openbare schoolvan Philips – hebben Duitse soldatenen geallieerden gezeten tijdens en nade oorlog. Maar omdat deze school inslechte staat was, is die op den duurgefuseerd met de basisschool DrentsDorp. De school was in zo’n slechtestaat dat als het onweerde de leerlingenen leraren bang naar het plafondkeken. Ze waren bang dat er iets naarbeneden zou komen. Na de fusie werdde school flink opgeknapt: er kwamennieuwe dakpannen, een nieuwe verwarming,verlaagde plafonds, nieuweverlichting en alles werd geschilderd.Als er iets moest gebeuren dan stuurdende schooldirecteuren de mensenvaak naar mij. Zo wilde de gemeenteop een gegeven moment een schaftkeeten wc op het schoolplein plaatsenvoor de bouwvakkers die aan de slaggingen op school. Ik vond dat onzin. Zemochten natuurlijk best in de schooleten en naar het toilet gaan! En ik wildebest de koffie klaar zetten. Maar…inde ruil hiervoor wilde ik wél graag eenpaar aanpassingen in de bouwplannen.Bijvoorbeeld speciale dakpannenwaaronder vogels kunnen nestelen.Deze dakpannen kosten 75 gulden.Deze werden geplaatst zonder datdaarvoor betaald hoefde te worden.De gemeente had immers flink watgeld kunnen besparen doordat zij geenkeet en wc hoefde te plaatsen voor dewerklui.’25 26


VROEGER-WAS-ALLES-BETER-METER27 28


COLOFONAan deze uitgave werkten mee:Rian van Herk:Nieuwsblad Drents DorpFlorike MartensWikke PetersDorot SzobcykStichting buurtbelangen drents dorpMet speciale dank aan:Annie en Christ de BeerPili DominquezNel van DoornZus FrancThieu GevenMartien HellingsNol en Drina KramerAnnie LangenbergCor van LingenJan en Gonnie NiemeyerZus van PruissenRia RathjeWil van WeerdeB r o n n e n :Frank Kramer, proefschrift over DrentsDorpEindhoven in BeeldStichting Buurtbelangen Drents DorpC o n t a c t :Info@drentsdorp.nlO p l a g e :1.300 exemplaren29 30

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!