De Heeren van Alkmaer - Gemeente Alkmaar
De Heeren van Alkmaer - Gemeente Alkmaar
De Heeren van Alkmaer - Gemeente Alkmaar
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
6. DE SCHEPENEN<br />
<strong>De</strong> schepenen waren aan<strong>van</strong>kelijk zowel met het plaatselijk bestuur als met de<br />
rechtspraak belast. Op het platteland is dit vaak eeuwen langer het geval geweest<br />
dan in de steden, waar in de 14 e eeuw voor de zaken <strong>van</strong> bestuur ook burgemeesters<br />
en raden optraden, de laatste in de 15 e eeuw uitgebreid tot vroedschappen,<br />
waardoor de taak <strong>van</strong> de schepenen steeds meer en ten slotte uitsluitend tot<br />
het rechterlijke gebied beperkt werd.<br />
Al in <strong>Alkmaar</strong>s stadsrechtprivilege <strong>van</strong> 11 juni 1254 is sprake <strong>van</strong> schepenen als<br />
plaatselijke rechters, die door de grafelijke vertegenwoordiger, de schout, werden<br />
aangesteld. <strong>De</strong> oudste vermelding <strong>van</strong> schepenen in een akte dateert <strong>van</strong> 30 sept.<br />
1266.<br />
Hertog Albrecht <strong>van</strong> Beieren hield de benoeming <strong>van</strong> schepenen aan zich bij zijn<br />
handvest <strong>van</strong> 18 mei 1376, waarbij de jaarlijkse vernieuwing op kerstavond werd<br />
bepaald. Op 24 nov. 1579 besloot de vroedschap dat schepenen (niet tot de<br />
vroedschap behorend) toch mochten meestemmen over alle zaken Stad en Land<br />
betreffende, maar niet deelnemen aan het opmaken <strong>van</strong> de nominaties voor de<br />
nieuwe wet en de vroedschap.<br />
Op 29 dec. 1579 werden de stadszaken aan de schepenen onttrokken maar, na<br />
hun beklag hierover, op 28 jan. 1580 werd dit besluit weer teruggedraaid mits<br />
schepenen bij de aanvaarding <strong>van</strong> hun ambt ook de eed als de vroedschappen<br />
aflegden. Op 9 mei 1586 werd zelfs goedgevonden, dat zij over alle zaken zouden<br />
mogen ‘compareren’ en stemmen, mits zij de eed <strong>van</strong> geheimhouding zouden<br />
afleggen. Bij de buitengewone regeringsverandering <strong>van</strong> 22 febr. 1610<br />
bepaalden de daarmede belaste commissarissen <strong>van</strong> de staten <strong>van</strong> Holland, dat<br />
schepenen, geen vroedschap zijnde, geen plaats of stem in het college zouden<br />
hebben, maar alleen de justitie zouden voltrekken en de keuren maken.<br />
Niettemin vond de vroedschap het op 30 dec. 1610 goed, hen jaarlijks de ‘resumtie’<br />
te doen bijwonen <strong>van</strong> de ordonnantie betreffende de stads-accijnsen.<br />
Overdracht <strong>van</strong> vastgoed had steeds plaats ten overstaan <strong>van</strong> 2 schepenen, die<br />
daar<strong>van</strong> een door hen gezegelde acte verleenden.<br />
Vanaf eind 1749 waren jaarlijks 3 <strong>van</strong> de 7 schepenen aangewezen als commissarissen<br />
voor de ‘gemeenelands-middelen’ in het ressort <strong>Alkmaar</strong>. <strong>De</strong> betrekking<br />
<strong>van</strong> schepen was niet erg gewild en ‘menigvuldig’ waren de verzoeken om niet<br />
op de nominatie gebracht te worden. Om nu niet tot een lagere klasse <strong>van</strong> burgers<br />
te moeten afdalen en ‘het declin <strong>van</strong> zoo aanzienlijk collegie te voorkomen’,<br />
besloot de vroedschap op 9 dec. 1769, dat haar 4 jongste leden <strong>van</strong>af hun aanstelling<br />
minstens driemaal schepen moesten zijn. <strong>De</strong>ze bepaling werd op 19 okt.<br />
59<br />
Schepenzegel <strong>van</strong> Willem de Wilde,<br />
schepen in 1399