18.08.2020 Views

VvE magazine augustus 2020

VvE Belang geeft hét vakblad 'VvE Magazine' uit, met een groot aantal artikelen over dagelijkse, praktische VvE-aangelegenheden. Een aantrekkelijk, rijk geïllustreerd blad met alle informatie over financiële, juridische en bouwkundige zaken in heldere, toegankelijke artikelen. Plus interviews met beleidsmakers en deskundigen op tal van terreinen. U bent dus altijd op de hoogte van actuele ontwikkelingen in VvE-land. En omdat VvE’s altijd nog het meeste leren van elkaars ervaringen, is daar veel ruimte voor in het magazine. Al heel wat VvE-bestuurders hebben hun voordeel gedaan met de tips van hun ‘collega-VvE’s' in het hele land!

VvE Belang geeft hét vakblad 'VvE Magazine' uit, met een groot aantal artikelen over dagelijkse, praktische VvE-aangelegenheden.

Een aantrekkelijk, rijk geïllustreerd blad met alle informatie over financiële, juridische en bouwkundige zaken in heldere, toegankelijke artikelen. Plus interviews met beleidsmakers en deskundigen op tal van terreinen. U bent dus altijd op de hoogte van actuele ontwikkelingen in VvE-land. En omdat VvE’s altijd nog het meeste leren van elkaars ervaringen, is daar veel ruimte voor in het magazine. Al heel wat VvE-bestuurders hebben hun voordeel gedaan met de tips van hun ‘collega-VvE’s' in het hele land!

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

44

BRANDVEILIGHEID

VvE MAGAZINE AUGUSTUS 2020 #3 45

Prof. dr. ir. Jos Lichtenberg over brandveiligheid van gevels

Honderden gebouwen in Nederland

zijn risicogebouwen

Met zijn bedrijf Off Road Innovations

deed hij onderzoek naar de brandveiligheid

van 79 hoge woongebouwen

(hoger dan 20 meter) in Eindhoven. De

resultaten zijn schokkend: ongeveer

10 procent van alle onderzochte

gebouwen bleek als risicogebouw

te moeten worden aangemerkt. “Dat

betekent naar alle waarschijnlijkheid

dat er in Nederland honderden

gebouwen staan die niet voldoen

aan de brandveiligheidseisen”, stelt

Lichtenberg. “Ik schat dat bij tussen de

300 en 1.000 gebouwen een brand in

een appartement via de gevel snel om

zich heen kan grijpen. Dat betekent

niet dat zo veel gebouwen per definitie

onveilig zijn, maar wel dat er nader

onderzoek naar moet worden verricht.”

Bij de brand in de bijna 70 meter hoge

Grenfell Tower vielen in juni 2017 maar

liefst 72 doden en ruim 70 gewonden.

De ondeugdelijke gevelbeplating werd

al snel aangewezen als oorzaak van

de snelle verspreiding van het vuur. Er

bleek echter veel meer mis te zijn. Zo

was ook de hand gelicht met allerlei

voorschriften.

Brandbare platen

“Dat kan in Nederland ook gebeuren”,

zegt Lichtenberg. “Er zitten hiaten

in het Bouwbesluit, en er wordt niet

altijd voldoende gecontroleerd of de

uitvoering wel in overeenstemming

is met het bouwplan waarop de

vergunning is verleend. Brandbare

gevel- en isolatieplaten zijn gewoon

in de handel omdat er ook gebouwen

zijn waarbij de eisen lager zijn.

Ze mogen onder brandklasse B

(moeilijk brandbaar) niet bij hoge

gebouwen worden gebruikt. Echter:

aannemers stellen ze, vaak vanuit

onbekendheid met de (behoorlijk

BRAND IN DE GRENFELL-

TOREN, JUNI 2017

Wat drie jaar geleden in Londen tot een groot drama leidde, kan ook in Nederland gebeuren. Ook in ons land

staan veel gebouwen die als risicogebouw moeten worden aangemerkt. Net als bij de Grenfell Tower kan dat

ook hier leiden tot een groot aantal slachtoffers. En het gevaar wordt alleen maar groter. Woongebouwen die

bakstenen gevels hebben, worden ‘ingepakt’ met isolatiemateriaal met een buitenafwerking. Dat materiaal is in

veel gevallen brandonveilig. De rijksoverheid en de gemeenten reageren vooralsnog laks. En intussen gaan we

gewoon door met het creëren van een discutabele erfenis, zegt emeritus hoogleraar Jos Lichtenberg.

complexe) voorschriften, soms voor

als goedkoper alternatief. Dan worden

ze vervolgens ook bij hoge gebouwen

gebruikt.

Minister Ollongren wilde na de ramp

met de Grenfell Tower eerst het

onderzoek in het Verenigd Koninkrijk

afwachten. Toen enkele Kamerleden

aandrongen op nader onderzoek,

kregen de gemeenten in november

2018 van de minister het verzoek om te

inventariseren hoe het met de voorraad

boven 20 meter is gesteld. Arcadis

rapporteerde bijna een jaar later over

de voortgang bij de gemeentes, maar

die was teleurstellend. En nog steeds

zit de vaart er niet in.”

Verplicht?

Dit voorjaar verscheen een advies van

de Adviescommissie Toepassing en

Gelijkwaardigheid Bouwvoorschriften,

waarin wordt geconcludeerd dat het

wel erg ver gaat om onbrandbare

materialen verplicht te stellen. Dat zou

vérgaande consequenties hebben voor

de bouwpraktijk. De onderzoekers zijn

van mening dat ‘zware’ maatregelen

niet genomen moeten worden,

omdat er nog te veel onzekerheid

is. “Ik vraag me af wat die vérgaande

consequenties zijn, want dat wordt

in het rapport niet uitgewerkt”, zegt

Lichtenberg. “Verder ben ik van mening

dat je juist moet ingrijpen als er zo

veel onzekerheden zijn! Je moet het

zekere voor het onzekere nemen. In

Engeland wordt de eis ‘onbrandbaar’

wél gesteld. En volgens mij valt het

met die consequenties wel mee. De

bouwkosten zullen fractioneel stijgen;

in elk geval geen reden om niet voor

veiligheid te kiezen.”

Gemeente aan zet

Met name gebouwen met een

geventileerde spouw en niet volledig

onbrandbare gevelbekleding en dito

isolatiemateriaal lopen - afhankelijk

van de verdere opbouw - een groot

risico, stelt Lichtenberg. Dat geldt ook

voor gestucte gevels aangebracht

op (vaak toegepast) polystyreen

isolatiemateriaal. “Materialen resp.

gevelconstructies klasse B scoren

redelijk maar zijn niet onbrandbaar.

Er leven veel vragen over het gedrag

bij een echte brand. Of de combinatie

A+B (bijvoorbeeld gevelbeplating B

en isolatiemateriaal A) veilig genoeg

is, moet worden aangetoond.

En de combinatie B+B haalt als

totaalconstructie klasse B niet eens.

Het vraagstuk is complex en je kunt

gemakkelijk fouten maken. Met de eis

‘onbrandbaar’ heb je die ingewikkelde

discussie niet.

Gemeenten hebben tot twee keer toe

van de minister opdracht gekregen

om de risicovolle gebouwen in hun

gemeente te inventariseren. O.a.

Nijmegen en Rotterdam deden dat;

de meeste deden (nog) niets. Enkele

grotere gemeenten meldden direct

enthousiast dat er binnen hun grenzen

geen brandonveilige gebouwen staan.

Lichtenberg: “Dan weet je dat ze geen

serieus onderzoek hebben uitgevoerd.

Ik snap dat ook wel: ze hebben geen

zin om gebouweigenaars te confronteren

met dit soort problemen. Want

die kosten geld. In een aantal gevallen

dient - als deze onveilig is - de gevel

te worden vervangen of grondig te

worden aangepast. Dat is een kostbare

zaak.”

‘Inpakken’

Overal in het land worden plannen

gemaakt om (woon)gebouwen

energieneutraal te maken. Isoleren

is dan de eerste maatregel. In veel

gevallen wordt gedacht aan rigoureuze

maatregelen: het hele gebouw

inpakken met isolatiemateriaal, dat

wordt afgewerkt met een pleisterlaag

of met een beplating op een geventileerde

spouw. Dat zorgt voor een forse

reductie van de warmtevraag.

Lichtenberg: “Bij het kiezen van een

systeem moet je zorgen voor een

onbrandbare (klasse A) variant, ook al

laat de wetgeving klasse B toe. Je kunt

bij de leverancier een rapport opvragen

waarin de brandveiligheid van de

toegepaste materialen c.q. van het

gevelsysteem is beschreven.

Misschien zal nader onderzoek een

keer uitwijzen dat het met klasse B ook

mogelijk is, maar op dit moment zou

ik kiezen voor veiligheid en dus klasse

A. Veel isolatiematerialen voldoen daar

niet aan. De isolatiematerialen herken

je onder meer aan de kleur: wit is

doorgaans polystyreen (‘piepschuim’)

en is altijd fout (zeer brandbaar), gelig

is vaak polyurethaan (pur). Dat scoort

beter dan polystyreen maar haalt

klasse B niet (pir-schuim, een variant

van pur, scoort wel beter). Glaswol en

steenwol zijn veilige materialen (klasse

A). Alleen als je materialen combineert

die allemaal in klasse A vallen, weet je

dat de brandveiligheid bouwtechnisch

gegarandeerd is. “

Kop in het zand

Voorlopig steken we in Nederland dus

massaal onze koppen in het zand; die

conclusie lijkt wel gerechtvaardigd

na het betoog van Jos Lichtenberg.

“Inderdaad. We komen traag of zelfs

niet in actie en dan hebben we het nog

maar over het topje van de ijsberg. De

hele discussie gaat over gebouwen

hoger dan 20 meter; gebouwen van

18 meter blijven buiten schot, maar

zijn natuurlijk niet per definitie veilig.

Er moet nog heel veel gebeuren

voor we kunnen stellen dat onze

gebouwvoorraad brandveilig is.”

Bij renovatie

moet je alleen

genoegen nemen met

materialen resp. gevelconstructies

die vallen

in brandklasse A

(absoluut

brandveilig)

PROF. DR. IR.

JOS LICHTENBERG

De professionele carrière van Jos

Lichtenberg is gericht op bouwinnovatie.

Hij werkte op dit terrein

vanaf 1976 in de industrie (Rockwool,

DSM) en later als adviseur

voor tal van toonaangevende

bedrijven. Na een promotie op

succesfactoren bij productontwikkeling

werd hij in 2003 hoogleraar

productontwikkeling aan de TU

Eindhoven. Hij was daar o.a. verantwoordelijk

voor de opleiding

Building Technology en ontwikkelde

het Slimbouwen. Naast zijn

werk aan de TU is hij o.a. actief via

Off Road Innovations. De laatste

jaren komt Lichtenberg regelmatig

in de publiciteit als het gaat om de

brandveiligheid van gebouwen. De

brand in de Grenfell Tower (2017)

leidde tot veel publicaties waarin

hij zijn visie gaf op brandveiligheid

in Nederland.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!