Industry Practice - CMS Derks Star Busmann
Industry Practice - CMS Derks Star Busmann
Industry Practice - CMS Derks Star Busmann
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
de opmars van duurzame energie<br />
Inmiddels is de energiesector echter sterk aan het veranderen;<br />
Het energiebeleid is een cruciaal onderdeel gaan<br />
vormen van de algemene EU-strategie ter bestrijding van<br />
de klimaatverandering, waarin hernieuwbare energiebronnen<br />
en efficiënte energietechnologieën een belangrijke<br />
plaats innemen en de duurzame energiesector is momenteel<br />
wereldwijd de sterkst groeiende economische sector.<br />
Met de Richtlijn Hernieuwbare Energie (hierna: RED) heeft<br />
de EU de meest uitgebreide bindende duurzaamheidsregeling<br />
ter wereld geïntroduceerd. De RED legt bindende<br />
streefcijfers op aan de EU-lidstaten: in 2020 moet 20% van<br />
het totale energieverbruik afkomstig zijn uit hernieuwbare<br />
energie en moet 10% van de totale behoefte aan brandstoffen<br />
in de vervoerssector gedekt worden door hernieuwbare<br />
energie. Biobrandstoffen en vloeibare biomassa<br />
tellen alleen mee voor het behalen van deze doelstellingen<br />
en komen alleen in aanmerking voor steunregelingen, als<br />
zij voldoen aan in de RED opgenomen duurzaamheidscriteria.<br />
Dergelijke wettelijke duurzaamheidscriteria gelden<br />
momenteel niet voor vaste en gasvormige biomassa, maar<br />
de Europese Commissie overweegt om aanvullende<br />
maatregelen te treffen om ook de duurzaamheid van deze<br />
soorten biomassa te waarborgen en concurrentie met de<br />
voedselvoorziening tegen te gaan.<br />
Maar daar blijft het niet bij. Eind vorig jaar heeft de<br />
Europese Commissie de Energy Roadmap 2050 gepresenteerd,<br />
een routekaart met mogelijke maatregelen tot het<br />
jaar 2050 die de fundamenten legt voor een klimaatbeleid<br />
dat de EU moet helpen om in 2050 de uitstoot van<br />
broeikasgassen met 80 tot 95% te verminderen en te<br />
komen tot een aandeel van duurzame energie van 55%. De<br />
strijd tegen de klimaatverandering zal echter niet ten koste<br />
mogen gaan van de toenemende wereldwijde voedselbehoefte<br />
(en omgekeerd!). Beide uitdagingen moeten daarom<br />
samen worden opgepakt. Landgebruik, verandering in<br />
landgebruik en bosbouw dienen daartoe in het klimaat-<br />
beleid geïntegreerd te worden. Een instrument dat momenteel<br />
wordt ontwikkeld in het kader van het VN Klimaatverdrag<br />
met het doel om de CO2-uitstoot ten gevolge van<br />
ontbossing en bosdegradatie te verminderen is de<br />
zogenoemde REDD+ (Reducing emissions from deforestation<br />
and forest degradation in developing countries). Meer<br />
informatie over dit initiatief treft u aan op blz. 15.<br />
Heroriëntatie<br />
Ook op nationaal niveau wordt het belang onderkend van<br />
het streven om de energiehuishouding duurzamer te<br />
maken en minder afhankelijk van de steeds schaarser<br />
wordende fossiele brandstoffen. In het Energierapport<br />
2011 is een herziening van de energiewetgeving aangekondigd<br />
die ervoor dient te zorgen dat deze wetgeving<br />
duidelijker en eenvoudiger wordt en de transitie naar een<br />
duurzame energiehuishouding ondersteunt.<br />
Opvallende elementen die in deze herziening opgenomen<br />
zullen worden zijn een zogenoemde ‘leveranciersverplichting’<br />
op grond waarvan elektriciteitsleveranciers verplicht<br />
worden een bepaald percentage duurzame energie te<br />
leveren en de mogelijkheid tot minderheidsprivatisering van<br />
TenneT en Gasunie waardoor zij beter in staat zullen zijn<br />
om kapitaal aan te trekken voor de netinvesteringen die<br />
(mede) nodig zijn om de wisselende productie van wind- en<br />
zonne-energie op te vangen en de inpassing van groen gas<br />
(een andere belangrijke pijler van het duurzaamheidsbeleid)<br />
mogelijk te maken.<br />
De mogelijkheden voor een dergelijke toekomstige<br />
minderheidsparticipatie lijken echter te worden beperkt<br />
door de voorgeschreven eigendomssplitsing van de<br />
landelijk netbeheerders. Immers, de splitsingswetgeving<br />
richt zich niet alleen tot de geïntegreerde energiebedrijven,<br />
maar heeft ook implicaties voor derden omdat deze<br />
wetgeving verhindert dat een al dan niet in een andere<br />
lidstaat gevestigde vennootschap, die zelf of door middel<br />
van een groepsmaatschappij energieactiviteiten in<br />
7