11.01.2013 Views

rce 1 2013

rce 1 2013

rce 1 2013

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

4<br />

Op zaterdag 13 april opent de koningin het Rijks-<br />

museum in Amsterdam weer, na een verbouwing<br />

die ruim negen jaar heeft geduurd. Wat is er in<br />

die tijd gebeurd? Hoe is de restauratie verlopen?<br />

En wat krijgen de bezoekers straks te zien?<br />

ELINE JÖRG, EVERT RODRIGO & DIRK SNOODIJK<br />

Het Rijksmuseum startt e in een roerige tijd. In 1795 nam<br />

de regering van de nieuwe Bataafse Republiek niet alleen<br />

het gezag van de stadhouderlijke familie Van Oranje-<br />

Nassau over, maar ook haar verzameling kunstwerken.<br />

Die had de familie gedurende eeuwen opgebouwd. In de collectie<br />

bevonden zich veel waardevolle schilderijen en beeldhouwwerken.<br />

De Franse bondgenoten van de republiek namen het leeuwendeel<br />

ervan mee naar Parijs, als oorlogsbuit. Voor de rest van de kunstvoorwerpen<br />

werd een nieuw museum opgericht, de Nationale<br />

Kunst-Galerij. Dat opende in 1800 in Den Haag, in de woning van<br />

de laatste stadhouder, Huis ten Bosch. Dat had de regering ook in<br />

beslag genomen.<br />

Toen Lodewijk Napoleon koning van Holland werd, verhuisde het<br />

museum naar het Paleis op de Dam, in Amsterdam. Het kreeg de<br />

naam Koninklijk Museum. Voor even maar, want de Fransen verdwenen,<br />

en een deel van de collectie kwam terug, net als de zoon<br />

van de verdreven stadhouder. Hij werd koning Willem I. Onder zijn<br />

bewind verhuisde het museum naar zijn derde locatie in zeventien<br />

jaar, een monumentaal grachtenpand verderop in Amsterdam.<br />

In het Trippenhuis uit 1662 heeft het Rijksmuseum, zoals het voortaan<br />

heett e, 68 jaar lang een plaats gevonden. Eindelijk rust.<br />

Pierre Cuypers<br />

Maar de verzameling kunst van het Rijk groeide en groeide, zodat<br />

het Trippenhuis te klein werd. In opdracht van het Ministerie van<br />

Binnenlandse Zaken ontwierp de architect Pierre Cuypers daarom<br />

een nieuw onderkomen voor het Rijksmuseum. Amsterdam stelde<br />

gratis een stuk grond beschikbaar, vlak buiten de voormalige vestinggordel.<br />

Daarachter ging een chique stadsuitbreiding verrijzen.<br />

Cuypers ontwierp voor het Rijksmuseum het grootste gebouw van<br />

Nederland. Meer dan tweehonderd zalen groepeerde hij rond twee<br />

overdekte binnenplaatsen, met als ruggengraat daartussen op de<br />

hoofdverdieping de drie belangrijkste zalen: de Voorhal, de Eregalerij<br />

en de Nachtwacht-zaal. Deze indeling baseerde hij op die<br />

van het Paleis op de Dam.<br />

Onder die ruggengraat bevindt zich een onderdoorgang. De gemeente<br />

droeg de grond kosteloos aan het Rijk over op voorwaarde<br />

dat het verkeer door die passage rechtstreeks het nieuwe stadsdeel<br />

kon bereiken. Vandaar dat Cuypers het Rijksmuseum als een imposant<br />

poortgebouw vormgaf, waarbij hij de centrale doorrit met<br />

torens markeerde. De entree van het museum bevond zich in deze<br />

onderdoorgang.<br />

Historisch nationaal erfgoed<br />

Het gebouw straalt uit dat Nederland een groots verleden heeft ,<br />

wat voor nationale musea in die tijd in elk Europees land gebruikelijk<br />

was. De torens en steile daken zijn goed zichtbaar vanuit de<br />

historische stad. Het museum is gebouwd in een stijl die afgeleid<br />

Het Rijksmuseum omstreeks 1885, het jaar dat het geopend werd<br />

TIJDSCHRIFT VAN DE RIJKSDIENST VOOR HET CULTUREEL ERFGOED 1 <strong>2013</strong><br />

is van de renaissancistische bouwstijl uit het begin van de zestiende<br />

eeuw. Van buiten en van binnen is het rijk en betekenisvol versierd,<br />

zodat iedereen kon begrijpen dat dit een museum was voor historisch<br />

nationaal erfgoed. Dat was een eis van het ministerie. Schilderingen<br />

binnen en tegeltableaus buiten geven belangrijke gebeurtenissen<br />

uit de geschiedenis van Nederland weer.<br />

De schilderingen en tableaus zijn ontworpen door de uit Oostenrijk<br />

afk omstige kunstschilder Georg Sturm. Op de tableaus aan de<br />

voorkant zijn onder andere mannen met wapenschilden van<br />

allerlei steden uit heel Nederland afgebeeld. Op de andere gevels<br />

zijn historische taferelen te zien. Binnen hebben Cuypers en Sturm<br />

de schilderingen zo veel mogelijk in de architectuur geïntegreerd.<br />

De kleuren van schildering en gebouw lijken sterk op elkaar en de<br />

schilderingen ogen net zo vlak als de muren. Om dat te bereiken<br />

heeft Sturm zijn fi guren omlijnd en de voorstellingen nauwelijks<br />

diepte gegeven. Behalve vaderlandse geschiedenis verbeelden de<br />

muurschilderingen ambachten en allegorieën zoals deugden.<br />

Cuypers ontwierp voor het museum<br />

het grootste gebouw van Nederland<br />

Van harmonie naar chaos<br />

Pierre Cuypers creëerde harmonie door het gebouw en de tentoongestelde<br />

werken nauw op elkaar aan te laten sluiten. Toen zijn Rijksmuseum<br />

op 13 juli 1885 openging, werden de bezoekers omringd<br />

door glas-in-lood, muurschilderingen, palmen, fl uwelen draperieën<br />

en gecapitonneerde banken. Schilderijen uit de zestiende en<br />

zeventiende eeuw hingen in zalen met bijpassende meubelen uit<br />

die tijd, aangevuld met authentieke lambriseringen, kostuums en<br />

gebruiksvoorwerpen. Kunst en geschiedenis werden in samenhang<br />

gepresenteerd, en toonden zo op een sterke manier de rijke artistieke<br />

erfenis van Nederland.<br />

Veertig jaar later zett e vernieuwingsdrang onder opeenvolgende<br />

directeuren een decennialange afb raak van de harmonie van<br />

Cuypers in. In 1925 werden de gordijnen verwijderd en de sfeervol<br />

beschilderde muren en plafonds wit gekalkt. De eenheid tussen<br />

kunst en historische voorwerpen werd verbroken door deze voortaan<br />

gescheiden op te stellen. In 1949 kreeg het museum nieuwe<br />

vitrines, sokkels en parketvloeren. De binnenplaatsen werden gevuld<br />

met tussenvloeren, wat extra tentoonstellingsruimte opleverde,<br />

maar waardoor ook de voorheen heldere looproutes onoverzichtelijk<br />

werden. In 1957 werden de hoge plafonds verlaagd. En in 1971<br />

werd het interieur nog sterieler gemaakt met veel ruw beton en staal.<br />

» FOTO’S RIJKSMUSEUM, PAGINA 5 RENÉ DEN ENGELSMAN EN PAGINA 6 ONDER PEDRO PEGENAUTE

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!