De min in 't Lazarus-huys - Dalton Voorburg
De min in 't Lazarus-huys - Dalton Voorburg
De min in 't Lazarus-huys - Dalton Voorburg
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
19<br />
VALERIUS.<br />
Uw onluk is te klaar!<br />
Gewis dit toeval, Vr<strong>in</strong>d, dreigt u met veel gevaar;<br />
Mits gy de Vr<strong>in</strong>den van uw Vyand hebt te vreezen,<br />
Wiens macht en groot gezach u doodlyk zullen weezen.<br />
FERDINAND.<br />
Ach! <strong>'t</strong> schynt dat my de Ziel uit schrik en angst begeeft;<br />
En zo zy noch de macht van u te spreeken heeft,<br />
Is door uw Vriendschap, die myn hoop noch houd <strong>in</strong> <strong>'t</strong> leeven,<br />
Van dat gy <strong>in</strong> dees nood my niet en zult begeeven.<br />
Ach! Vr<strong>in</strong>d Valerius, berg my het leeven dan,<br />
Of zonder u ben ik gewis een lyfloos Man.<br />
Maar hoe! gy antwoord niet.<br />
VALERIUS.<br />
'k Sta op uw staat te denken:<br />
Geen lastigheid zal ooit myn plicht van Vriendschap krenken.<br />
ô Neen! ik sta alleen te pe<strong>in</strong>zen wat voor raat<br />
My <strong>in</strong> dit ongeval aan u te geeven staat.<br />
Het feit dat is geschied, en is niet te herhaalen.<br />
Voorzichtigheid alleen, die is <strong>'t</strong>, die menigmaalen<br />
<strong>De</strong> sterkste Vyand door haar listen heeft verheert,<br />
Die door de Dapperheid vergeefs zou zyn gekeert.<br />
<strong>De</strong>es is <strong>'t</strong> dan boven al die ons hier hulp moet geeven:<br />
Maar, hoe, en om wat reên benaamt gy hem het leeven?<br />
FERDINAND.<br />
Na dat ik gisteren een goet deel van de nacht<br />
Had by myn Leonoor <strong>in</strong> wellust doorgebracht,<br />
Die ik (gelyk gy weet) al over lang be<strong>m<strong>in</strong></strong>de,<br />
Kwam ik, <strong>in</strong> <strong>'t</strong> uitgaan van haar deur, een man te v<strong>in</strong>den;<br />
Die, na ik merkte, met een knecht twee drie verzelt,<br />
Zich midden op de straat tot myn verspieder stelt:<br />
<strong>'t</strong> Geen Leonoor de deur deed sluiten, en vertrekken,<br />
En <strong>'t</strong> geen myn jalouzy zo hevig op kwam wekken,<br />
Dat na veel woorden, tot verdubbel<strong>in</strong>g van spyt,<br />
Met het ontbloote staal de rest wierd afgepleyt.<br />
Willem G. van Focquenbroch, <strong>De</strong> <strong>m<strong>in</strong></strong> <strong>in</strong> <strong>'t</strong> <strong>Lazarus</strong>-<strong>huys</strong>