22.08.2013 Views

Forum 4, maart - april, jaargang 19 - Artesis

Forum 4, maart - april, jaargang 19 - Artesis

Forum 4, maart - april, jaargang 19 - Artesis

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

inhoud<br />

FORUM, tweemaandelijks tijdschrift<br />

uitgegeven door het Koninklijk Conservatorium<br />

<strong>Artesis</strong> Hogeschool Antwerpen<br />

issn 0779-7397<br />

Hoofdredactie<br />

Lieve Eeckhaut<br />

Eindredactie<br />

Barbara Voets<br />

Redactie<br />

Pascale De Groote, Hans Dowit,<br />

Ann Lommelen, Wilma Schneider, Kevin Voets<br />

Tekstredactie<br />

Roger Quadflieg, Wilma Schneider<br />

Werkten mee<br />

Ludo Abicht, Georges Goffin, Wim Henderickx,<br />

Wouter Hillaert, Eli Elise Hoopman, Liese Stuer,<br />

Redactie-adres<br />

Desguinlei 25, 2018 Antwerpen<br />

Tel.: 03-244 18 00 Fax: 03-238 90 17<br />

E-mail: forum.ca@artesis.be<br />

website: www.conservatorium.be<br />

Vormgeving<br />

Barbara Voets<br />

Coverbeeld<br />

Fotograaf: Frederik Beyens<br />

<strong>Forum</strong> thuis ontvangen?<br />

neem contact via forum.ca@artesis.be<br />

Drukwerk<br />

Albatros Printing<br />

Overname van artikels en illustraties is slechts toegelaten<br />

mits uitdrukkelijke toestemming van de uitgever.<br />

Prima Vista<br />

Van het leslokaal naar de Rode Zaal 3<br />

interView<br />

Kwaliteitszorg revisited 9<br />

O & O<br />

Het alledaagse versus het uitzonderlijke. 14<br />

wOOrd schrijft<br />

De vuurtoren 18<br />

heiLiGe hUisjes<br />

De Cultuur-met-hoofdletter-C als heiligste aller huisjes 21<br />

KOrt 25<br />

aGenda 33<br />

Wim Henderickx 36<br />

1


2<br />

De directie van het conservatorium heeft samen met<br />

de Antwerpse economische, politieke, academische<br />

en culturele gemeenschap in <strong>19</strong>99 de Stichting<br />

Conservatorium Antwerpen opgericht. Voorzitter van<br />

de Stichting is Gouverneur Cathy Berx. De Stichting<br />

stelt zich tot doel, door mecenaat, de uitbouw van het<br />

conservatorium te stimuleren en de uitstraling ervan in<br />

de Antwerpse regio te versterken. De Stichting stelt de<br />

nodige middelen ter beschikking voor masterclasses,<br />

studiebeurzen, instrumenten en het jaarlijks uitreiken<br />

van de titel ‘maestro honoris causa’.<br />

Inlichtingen: Ann Lommelen<br />

T: 0032 (0) 3 244 18 06<br />

ann.lommelen@artesis.be<br />

Structurele partners van de Stichting Conservatorium Antwerpen zijn:<br />

10 advertising - BnP Paribas fortis Private Banking - cegelec - KBc - Laboratoria wolfs<br />

Leasinvest real estate - Lions club antwerpen ter Beke - Lombard Odier<br />

maintenance Partners - sd worx - soudal - Yamaha music europe - Zurich insurance


Prima Vista<br />

Van het leslokaal naar de rode Zaal<br />

door wouter hillaert<br />

Hoe leer je jonge mensen dansen?<br />

Onder leiding van zijn nieuwe<br />

artistiek directeur Iris Bouche gaat<br />

het Koninklijk Conservatorium Dans<br />

samenwerken met choreograaf Sidi<br />

Larbi Cherkaoui en diens gezelschap<br />

Eastman. Beiden geloven in de<br />

noodzaak van een nieuwe pedagogiek.<br />

‘Niet techniek is het belangrijkste,<br />

maar persoonlijkheid.’<br />

Met Iris Bouche koos het Koninklijk Conservatorium van de<br />

Antwerpse <strong>Artesis</strong> Hogeschool, gelegen op de Kunstcampus, voor<br />

een jonge nieuwe artistiek directeur dans, die met beide voeten in<br />

de praktijk staat. Net die directe interactie met het professionele<br />

veld wil Bouche ook op de school overdragen. Zo zullen de studenten<br />

een jaar lang werken rond repertoire van Sidi Larbi Cherkaoui,<br />

huischoreograaf van deSingel. Zij worden daarin begeleid<br />

door Cherkaoui zelf, en zijn dansers bij Eastman. Die intensieve<br />

uitwisseling moet in juni resulteren in een heuse voorstelling,<br />

die vier keer te zien zal zijn binnen het reguliere programma van<br />

deSingel. ‘Dat is nieuw’, zegt Bouche. ‘De studenten zijn kleine,<br />

eenmalige voorstellingen gewend, maar ik vind het essentieel dat<br />

dit werk gezien wordt. Het is ook de eerste keer dat de school naar<br />

buiten komt met het werk van één choreograaf.’<br />

Imitatie is echter het laatste wat Bouche en Cherkaoui beogen<br />

met de herinterpretatie van scènes uit Orbo Novo, Foi, Babel en<br />

misschien Tezuka. ‘Het gaat ons niet om het klakkeloos overnemen<br />

van dat materiaal, maar om de vraag wat er eigen aan is,<br />

en vooral: hoe elke student het zich toe-eigent.’ Bouche stelt dat<br />

de crux van Cherkaoui’s werkwijze net is dat dansers persoonlijk<br />

moeten investeren in het aangeboden materiaal. ‘Ik ben niet meer<br />

dan de katalysator’, knikt Cherkaoui. ‘Mijn creaties krijgen hun<br />

specifieke kleur doordat alle dansers tijdens de repetities ergens<br />

anders belang aan hechten. Dat is ook wat ik de studenten wil<br />

3


4<br />

doen begrijpen: dans gaat niet zozeer om technische,<br />

maar om energetische kwaliteiten. Iets wordt mooi<br />

omdat jij het mooi maakt vanuit je eigen kracht. Het<br />

gaat om clarity, om dignity.’<br />

Twee handen, één buik<br />

Er schuilt dus al iets inherent pedagogisch in het<br />

werk van Cherkaoui met Eastman. Maar het is vooral<br />

zijn grote geloof in het belang van expertise doorgeven<br />

dat van hem een dankbare artistieke partner maakt<br />

om mee in zee te gaan. ‘Vele choreografen hebben het<br />

moeilijk om hun repertoire vrij te geven en los te laten,<br />

maar ik kan mijn dans niet voor mezelf houden’,<br />

zegt Cherkaoui. ‘Ik heb geen kinderen om iets aan<br />

door te geven, maar ik zie mezelf graag als een sluis.<br />

Zo is het juist fascinerend om bepaalde scènes te herontdekken<br />

via het lichaam van anderen. Wat gebeurt<br />

ermee? Is het werk sterk genoeg om de oorspronkelijke<br />

dansers te overstijgen? Je hoort makers wel eens<br />

zeggen: ‘dat is mijn beweging’. Nee, het is natuurlijk<br />

gewoon een arm die omhoog gaat. ’<br />

In de eerste plaats bouwt de samenwerking tussen<br />

het conservatorium en Eastman simpelweg op het<br />

diepe vertrouwen tussen Bouche en Cherkaoui. Ze<br />

leerden elkaar kennen toen Bouche bij Rosas danste,<br />

terwijl Cherkaoui bij P.A.R.T.S. studeerde. ‘Ook<br />

daarna, toen ik bij Alain Platel aan de slag was, hebben<br />

we altijd contact gehouden’, zegt Cherkaoui. ‘Dat<br />

was in de tijd dat Belgische gezelschappen elkaar op<br />

buitenlandse tournee nog opzochten!’ Bouche danste<br />

bij Cherkaoui mee in Myth en in de Toneelhuis-productie<br />

De geschiedenis van de wereld in 10 ½ hoofdstuk.<br />

Samen delen ze eenzelfde filosofie over hoe je met<br />

performers omgaat, en een specifieke interesse in<br />

niet-professionele dansers. ‘Zelf heb ik gewerkt met<br />

Sidi Larbi Cherkaoui ©Koen Broos


Iris Bouche in Myth ©Koen Broos<br />

inclusieve dans, terwijl Larbi een voorstelling heeft<br />

gemaakt bij Theater Stap’, aldus Bouche. ‘Dat zegt<br />

veel.’ Cherkaoui bevestigt. ‘Er zijn weinig mensen die<br />

mijn werk zo intiem kennen als Iris. Er is één grotere<br />

visie die ons bindt. Mocht iemand anders me gevraagd<br />

hebben om met studenten aan de slag te gaan,<br />

had ik langer getwijfeld.’<br />

Mingle met deSingel<br />

Net zo organisch voelt de context waarin de samenwerking<br />

tussen het conservatorium en Eastman zich<br />

ontplooit: de Kunstcampus, waar kunststudenten en<br />

professionele artiesten spontaan op elkaar botsen.<br />

Bouche denkt terug aan de tijd dat ze zelf studeerde<br />

op Rudra, de dansopleiding van Maurice Béjart in<br />

Lausanne. ‘Daar liepen echte iconen rond, zoals Sylvie<br />

Guillem. Je zat als student gekluisterd aan de deur<br />

van de repetitiezaal om haar bezig te zien. Dat deed je<br />

eigen droom ontwaken.’<br />

Zo’n uitwisseling is nu ook op de Kunstcampus<br />

mogelijk, gelooft Bouche. ‘De steun van deSingel,<br />

met zijn gedroomde internationale programma, is essentieel<br />

om de opleiding een andere uitstraling te geven<br />

dan toen ik ze vijftien jaar geleden volgde in Lier.<br />

Studenten wandelen nu vanuit de les de Rode Zaal in.<br />

Ze studeren in een ontmoetingsoord waar ze zoveel<br />

kunnen gaan zien als ze willen. Dat werkt ongelooflijk<br />

stimulerend. Ook voor mij als artistiek directeur<br />

Dans. Hoe kan ik de opleiding vormgeven parallel aan<br />

de programmering? Misschien is ooit zelfs de omgekeerde<br />

beweging mogelijk. Ik droom van een platform<br />

waarop studenten samen kunnen doorwerken<br />

buiten de officiële opleiding. Nu al zie je dat Myriam<br />

De Clopper en Karlien Meganck, de podiumprogrammatoren<br />

van deSingel, zich heel gevoelig tonen voor<br />

5


6<br />

het feit dat hier ook studenten rondlopen. Dat geeft<br />

een heel positieve vibe.’<br />

Old school<br />

Alleen kom je er als artistiek directeur natuurlijk<br />

niet alleen met grootse ambities. Je moet er ook de<br />

juiste onderwijsstructuur voor hebben. En het is algemeen<br />

geweten dat het hoger onderwijs nu niet meteen<br />

uitblinkt in flexibiliteit. Het functioneert een stuk<br />

hiërarchischer dan het dansveld dat Bouche gewoon<br />

is, moet ze bekennen. ‘De grootste uitdaging blijft een<br />

vrije ruimte te mogen organiseren waar de studenten<br />

en hun artistieke noden centraal staan, terwijl de omkadering<br />

daarop afgesteld is. Nu voelt het soms nog<br />

andersom.’ Cherkaoui valt Bouche bij. ‘Het kunstonderwijs<br />

heeft soms te weinig verband met hoe kunstenaars<br />

werken. Het is afgesteld op de rest van het<br />

onderwijs. Je moet toch de vrijheid krijgen om je opleiding<br />

zo te organiseren dat je mensen met culturele<br />

kwaliteit kunt afleveren?’<br />

Om die continue kwaliteit te garanderen, zijn docenten<br />

uit het veld cruciaal, vinden Bouche en Cherkaoui.<br />

‘Als docenten niet in de praktijk staan, zijn het<br />

zelden goede onderwijzers’, stelt Cherkaoui. ‘Maar als<br />

je actieve makers wil betrekken, vraagt dat natuurlijk<br />

een specifiek model: zij maken intussen zelf producties,<br />

werken in het buitenland... Dat moet je anders<br />

organiseren.’ Het is immers belangrijk om het doel<br />

van de opleiding goed voor ogen te houden, vervolgt<br />

Cherkaoui. ‘‘Conservatorium’ betekent ‘bewaarplek’,<br />

maar wat is het dat je bewaart? De sowieso al schaarse<br />

middelen moeten zo rechtstreeks mogelijk naar de<br />

dansers van de toekomst gaan, niet naar alle structuren<br />

er rond. Op dat vlak denkt men in Vlaanderen nog<br />

vrij bureaucratisch. Alles zou dichter mogen aanslui-<br />

ten op de student die je opleidt.’<br />

New school<br />

Precies die prioritaire aandacht voor wat individuele<br />

studenten nodig hebben, beschouwt Iris Bouche<br />

als de kern van haar pedagogisch beleid. ‘Voor een<br />

driejarige opleiding vind ik het erg belangrijk dat je<br />

niet komt voorkauwen wat dans is, maar een diverse<br />

waaier aanbiedt van wat dans kán zijn. Ook van een<br />

danser is er niet één definitie. Je moet ruimte laten<br />

voor welk soort danser iemand wil worden, en hem of<br />

haar dus confronteren met heel verschillende stijlen<br />

en benaderingen. Als studenten dan na drie jaar kunnen<br />

benoemen waar ze mee verder willen, hebben ze<br />

een stap voor.’<br />

Bouche herinnert eraan dat een opleiding werkt<br />

met nog erg zoekende jongvolwassenen. ‘Daar poog<br />

je in de eerste plaats sterke individuen van te maken:<br />

dansers met persoonlijkheid, lef en nieuwsgierigheid.<br />

En met de skills om hun eigen onderzoek aan te gaan.’<br />

Daarom gelooft Bouche ook niet in een afvallingsrace.<br />

‘Liever stop ik veel energie in een gedegen selectie in<br />

het begin, en ga ik door met tien à vijftien studenten<br />

tot het einde. Het enige wat je vraagt, is openheid. De<br />

rest zal zich later wel uitselecteren. De maatschappij<br />

redeneert al genoeg in termen van ‘buizen is gelijk<br />

aan falen’. En in praktijk gebeurt het wel vaker dat een<br />

‘zwakker’ danser na twee jaar helemaal open bloeit.’<br />

Zelf ziet Bouche zich dan ook veeleer in de rol van<br />

intendant. ‘Begeleiden en motiveren primeert op de<br />

resultaatsgerichte aanpak. De rest is aan de studenten<br />

zelf.’<br />

Op die pedagogiek sluit de samenwerking met<br />

Eastman naadloos aan. Met Cherkaoui’s gezelschap


haalt het conservatorium een club binnen die zelf al<br />

erg divers is, met invloeden van zowel folklore, ballet<br />

als hiphop. En het is precies het geloof in de wervende<br />

kracht van die kruisbestuiving die alle dansers samenhoudt,<br />

zegt Cherkaoui. ‘Eén danstraditie moet je zien<br />

als één taal. In een gezelschap kan je daar vrij mee<br />

spelen, maar voor een dansopleiding betekent dat een<br />

grote uitdaging: welke talen geef je door, welke niet?<br />

Het belangrijkste aan die taalverwerving is in elk geval<br />

het fysieke contact zelf. Fysieke sensaties kan je<br />

niet even googelen. Alles gebeurt op de vloer. En precies<br />

daarom geloof ik dat onze uitwisseling met het<br />

conservatorium zo belangrijk is.’<br />

VENN<br />

Sidi Larbi Cherkaoui & Studenten Dans<br />

i.s.m. Eastman en Iris Bouche<br />

do 21/06/12, vr 22/06/12, za 23/06/12, telkens om 20 uur<br />

zo 24/06/12, 15 uur<br />

Theaterstudio deSingel<br />

Tickets: € 12 basis/ € 8 (-25/65+)/ € 5 studenten en<br />

personeel Koninklijk Conservatorium Antwerpen<br />

Reserveren via tickets@desingel.be of 03 248 28 28<br />

‘Venn’ is de eindejaarsvoorstelling van de dansopleiding van<br />

het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, <strong>Artesis</strong> Hogeschool.<br />

De titel verwijst naar de wiskundige term ‘Venndiagram’, een<br />

grafische voorstelling van de logische relaties tussen meerdere<br />

verzamelingen.<br />

De studenten werken onder leiding van Iris Bouche en Eastman<br />

rond verschillende delen uit het oeuvre van Cherkaoui.<br />

7


Docent klavecimbel Ewald Demeyere<br />

bracht onlangs een<br />

nieuwe cd uit met 18de-eeuwse<br />

Vlaamse klavecimbelmuziek op<br />

het Dulcken-klavecimbel. Deze cd werd verkozen<br />

in Klara’s 10, de lijst van de favoriete<br />

cd’s van radio Klara. www.ewalddemeyere.be<br />

Fleur Hendriks, afgestudeerde Kleinkunst, is<br />

een van de zes halve finalisten van het Amsterdams<br />

Kleinkunst Festival (25ste editie).<br />

De finale is gepland voor <strong>april</strong>, vooraf gaan de<br />

halve finalisten op tournee door Nederland.<br />

Docente Karla Verlie in sinds januari als zangeres<br />

op tournee met de folkrockformatie<br />

Kadril, met een best-of programma onder de<br />

naam Grand Cru. Van 21 t.e.m. 25 augustus zal<br />

zij de individuele zangsessies begeleiden van<br />

de stages voor traditionele muziek in Gooik<br />

(die stages zijn echt het mekka van de folk).<br />

In januari 2012 ontving docente piano Irene<br />

Russo een gouden plaat voor haar cd box met<br />

“Complete pianowerken van Simeon ten Holt”<br />

bij Brilliant Classics. Na de allereerste uitvoering<br />

van “Canto Ostinato voor 4 piano’s” op<br />

Italiaanse bodem (Bologna), zijn er concerten<br />

gepland in Modena, Venetië en Londen.<br />

www.irenerusso.com<br />

In januari 2012 werd Nando Russo unaniem en<br />

met felicitaties van juryvoorzitter Maestro D.<br />

Barenboim benoemd tot eerste paukenist van<br />

het Philharmonisch Orkest van de Scala te Milaan.<br />

www.nandorusso.com<br />

Misael Mejia Rondo, B1-student in de pianoklas<br />

van Irene Russo, won de tweede prijs in<br />

de Internationale EPTA Pianowestrijd Brussel-<br />

Wallonië 2012. De eerste en derde prijs waren<br />

voor twee Russische pianisten uit Brussel.<br />

8 Meer nieuws in de volgende <strong>Forum</strong>


o & o<br />

Kwaliteitszorg revisited<br />

door Liese stuer<br />

Met de accreditatie* van de<br />

opleidingen dans en drama achter<br />

de rug, een opleidingsrapport dat<br />

onze bachelor en master muziek in de<br />

bloemetjes zet (zie kader p. 13) en in<br />

afwachting van het opleidingsrapport<br />

dat de specifieke lerarenopleidingen<br />

dans, drama en muziek zal beoordelen,<br />

is het een uitgelezen moment om even<br />

stil te staan bij (externe) kwaliteitszorg.<br />

*accreditatie = de echtheid erkennen<br />

Over kwaliteitszorg (in het onderwijs) moeten ondertussen al<br />

bibliotheken volgeschreven zijn. Enig opzoekwerk leert dat het<br />

begrip reeds in de jaren tachtig, met de groei van de industriële<br />

productie, opdook en sindsdien ook aan een gestage opmars in het<br />

Vlaamse onderwijslandschap is begonnen. Niet dat de zorg voor<br />

kwaliteit voorheen geen bekommernis was van de overheid of de<br />

onderwijssector, maar de systematisering ervan heeft zich vooral<br />

in de loop van de laatste twee decennia voltrokken.<br />

Kwaliteitszorg wordt doorgaans ingedeeld in een intern en een<br />

extern luik, waarbij interne kwaliteitszorg gebeurt door de opleiding<br />

of instelling zelf en externe kwaliteitszorg door een commissie<br />

van externe deskundigen. Gezien de recente gebeurtenissen<br />

wil ik het hier vooral hebben over mijn ervaringen met het externe<br />

luik, en grijp ik toch ook even de gelegenheid aan om interne kwaliteitszorg<br />

op het conservatorium toe te lichten.<br />

Kwaliteitszorg in het conservatorium<br />

Om te kunnen spreken over kwaliteitszorg in de opleidingen is<br />

het belangrijk dat we de term eerst even verduidelijken. Van Dale<br />

omschrijft het als volgt: de ‘zorg voor het verkrijgen respectievelijk<br />

handhaven, van een zo goed mogelijke kwaliteit van producten’.<br />

9


10<br />

En, hoewel hierover al onenigheid kan zijn, lijkt me<br />

dat dit ‘product’ in eerste instantie de opleiding zelf<br />

is. Nog moeilijker wordt het om eensgezindheid te<br />

bereiken over wat een kwaliteitsvolle opleiding is en<br />

hoe deze dan best gerealiseerd en geëvalueerd wordt.<br />

Het zal niet verbazen dat hierover met name binnen<br />

de context van het hoger kunstonderwijs al menige<br />

discussie is gevoerd.<br />

Wat me vanzelfsprekend lijkt, is dat de docenten,<br />

het opleidingshoofd en de coördinatoren - zij die een<br />

opleiding vormgeven en inkleuren - een cruciale rol<br />

spelen in de realisatie en evaluatie van een kwaliteitsvolle<br />

opleiding. De zorg om kwaliteit zou in de eerste<br />

plaats hun bekommernis en verdienste moeten zijn.<br />

Daarnaast is er echter ook, op het niveau van het departement<br />

en de hogeschool, een kwaliteitszorgsysteem<br />

dat; met een iets onafhankelijkere blik, de kwaliteit<br />

van de opleidingen wil borgen en verbeteren.<br />

Concreet gebeurt dit vooral door middel van evaluaties;<br />

van de opleiding in al haar facetten (via enquêtes<br />

bij studenten en personeel), maar ook van de doelstellingen<br />

die een opleiding vooropstelt en de competenties<br />

die ze bij haar afgestudeerden wil realiseren (via<br />

enquêtes bij werkveld en alumni).<br />

Het kwaliteitszorgsysteem mag echter niet ophouden<br />

bij de evaluaties alleen, het staat of valt met de<br />

processen die gevolg geven aan deze evaluatieresultaten.<br />

Ook hier is de rol van het opleidingshoofd, de<br />

coördinatoren en docenten bepalend, zowel voor een<br />

correcte analyse van de resultaten (die zelden eenduidig<br />

te interpreteren zijn), als bij de uitwerking en<br />

opvolging van maatregelen tot verbetering. Een kwaliteitszorgsysteem<br />

kan dus enkel werken indien het<br />

gedragen wordt door de verschillende betrokkenen.<br />

En hoewel er steeds ruimte is voor verbetering, denk<br />

ik dat het kwaliteitszorgsysteem de afgelopen jaren<br />

steeds meer ingang heeft gevonden binnen de organisatiestructuur<br />

van ons departement en de opleidingen.<br />

Van visitatie tot accreditatie<br />

Wat ongetwijfeld heeft bijgedragen tot een toegenomen<br />

aandacht voor kwaliteitszorg in de opleiding,<br />

is de externe kwaliteitszorg. Wie het proces reeds<br />

meemaakte, voelt ongetwijfeld een lichte huivering bij<br />

de term ‘visitatie’, het door de Vlaamse Hogescholenraad<br />

1 gecoördineerde systeem van externe kwaliteitszorg.<br />

Bij een visitatiebezoek toetst een visitatiecommissie,<br />

op basis van een door de opleiding geschreven<br />

zelfevaluatierapport, of de opleiding wel doet wat ze<br />

beweert en of dit beantwoordt aan de decretale eisen.<br />

Om dit na te gaan brengt ze een plaatsbezoek aan de<br />

opleiding en gaat zij gedurende een paar dagen gesprekken<br />

aan met studenten, personeel en externe<br />

betrokkenen.<br />

Sinds het structuurdecreet van 2003 wordt het systeem<br />

van externe kwaliteitszorg ook gekoppeld aan de<br />

door overheid gehanteerde reguleringsmechanismen:<br />

financiële middelen, erkenning van diploma’s en studiefinanciering<br />

voor studenten. Concreet houdt dit<br />

in dat een opleiding, aansluitend op een visitatie, ook<br />

een accreditatieaanvraag bij de Nederlands-Vlaamse<br />

Accreditatie Organisatie (NVAO) indient. Een positief<br />

accreditatiebesluit heeft een geldigheidsduur van acht<br />

jaar.<br />

Het is omwille van de accreditatie, die de verantwoordingsfunctie<br />

van externe kwaliteitszorg heeft<br />

1 De Vlaamse Hogescholenraad, kortweg VLHORA, is het officieel overleg- en adviesorgaan<br />

van de hogescholen. De VLIR, de Vlaamse Interuniversitaire Raad, is de tegenhanger<br />

die de zes Vlaamse universiteiten verenigt. Om de complementariteit tussen hogescholen<br />

en universiteiten te realiseren, werd in 2011 ook de superkoepel VLUHR, de<br />

Vlaamse Universitaire en Hogescholenraad, in het leven geroepen.


aangescherpt, dat een visitatieproces steeds een hoop<br />

stress en ongemak met zich meebrengt. Deze vooruitzichten<br />

leidden er in het voorjaar van 2009 toe dat<br />

de opleiding muziek iemand zocht om het team te<br />

versterken en de nakende visitatie voor te bereiden.<br />

En zo kwam ik in het conservatorium terecht, als ‘objectieve<br />

buitenstaander’, nog niet op de hoogte van<br />

het kwaliteitszorgsysteem en de eigenheden van het<br />

hoger kunstonderwijs en een muziekopleiding in het<br />

bijzonder.<br />

Al snel werd duidelijk dat mijn beperkte ervaring<br />

in de opleiding zowel een positieve eigenschap als een<br />

handicap was. Ook al worstelde ik me door de stapel<br />

beleidsplannen, jaarverslagen, opleidingsgidsen en<br />

publicaties, het viel heel moeilijk de ‘ziel’ van een opleiding<br />

te vatten en binnen de strakke structuur van<br />

het visitatieprotocol bloot te leggen. Bovendien bleken<br />

er in de opleiding ook heel wat vermeldenswaardige<br />

initiatieven en activiteiten te bestaan, waarvan ik het<br />

bestaan zelfs niet kon vermoeden. Het zelfevaluatierapport<br />

muziek werd dan ook geschreven met de inbreng<br />

van verschillende betrokkenen, en op basis van<br />

veelvuldig overleg. Het voordeel van deze manier van<br />

werken was dat ik me geleidelijk aan kon verdiepen<br />

in de structuur en eigenheden van het departement<br />

en de opleiding muziek. Toen er in het voorjaar van<br />

2010 besloten werd om deel te nemen aan een pilootevaluatie<br />

rond ‘internationalisering als bijzonder<br />

kwaliteitskenmerk’ en hiervoor eveneens een rapport<br />

moest aangeleverd worden, kwam ik al wat meer beslagen<br />

op het ijs.<br />

Het zelfevaluatierapport voor de specifieke lerarenopleidingen<br />

dans, drama en muziek, dat kort daarop<br />

geschreven diende te worden, bleek eveneens een<br />

huzarenstukje. Vanuit de VLHORA werd beslist dat<br />

de visitatie op instellingsniveau zou plaatsvinden, het-<br />

geen wilde zeggen dat alle specifieke lerarenopleidingen<br />

van de <strong>Artesis</strong> Hogeschool als één cluster zouden<br />

worden behandeld. In de daaropvolgende maanden<br />

kwam in samenspraak met de specifieke lerarenopleidingen<br />

Beeldende Kunsten en Conservatie en Restauratie,<br />

ondergebracht onder het departement Koninklijke<br />

Academie, het zelfevaluatierapport tot stand<br />

dat het verhaal van vijf opleidingen in één bevattelijke<br />

tekst trachtte onder te brengen.<br />

Ondertussen draaide de mallemolen van de externe<br />

kwaliteitszorg op volle toeren, want ook de voorbereidingen<br />

van het visitatiebezoek muziek, dat in<br />

mei 2011 plaatvond, waren volop aan de gang. Om het<br />

even in cijfers uit te drukken: de vier dagen durende<br />

visitatie bracht in totaal 113 gesprekspartners op de<br />

been, waaronder studenten, docenten, administratief<br />

en technisch personeel, alumni en vertegenwoordigers<br />

uit het werkveld. Niet alleen voor de opleiding,<br />

die de gesprekspartners optrommelde en briefte,<br />

maar ook voor de leden van de visitatiecommissie, die<br />

met ieder van hen in gesprek ging en hieruit een objectief,<br />

gedragen oordeel diende te destilleren, was dit<br />

een hels karwei.<br />

In november 2011 volgde ook de visitatie van de lerarenopleidingen,<br />

verspreid over vier dagen en twee<br />

locaties. Terwijl de visitatiecommissie muziek uit<br />

voornamelijk deskundigen uit de muziek bestond,<br />

zetelde in de visitatiecommissie van de specifieke lerarenopleidingen<br />

slechts één commissielid met een<br />

achtergrond in het hoger kunstonderwijs. Het zou<br />

een uitdaging worden om de troeven van onze lerarenopleidingen<br />

dans, drama en muziek, met hun<br />

sterke focus op de vakdidactieken, in de verf te zetten.<br />

In december 2011 werd het opleidingsrapport muziek,<br />

waarin de visitatiecommissie haar bevindingen<br />

11


12<br />

over het hoger muziekonderwijs in Vlaanderen neerschreef,<br />

overhandigd. Het conservatorium bleek over<br />

de hele lijn goed te scoren. Onze bachelor- en masteropleiding<br />

muziek kreeg op de facetten ‘samenhang<br />

van het programma’ en ‘betrekken van medewerkers,<br />

studenten, alumni en beroepenveld’ zelfs een excellent,<br />

hetgeen wil zeggen dat zij op deze onderdelen<br />

een niveau realiseert dat zowel in Vlaanderen als internationaal<br />

als ‘een voorbeeld van goede praktijk kan<br />

functioneren’. Een unicum in de wereld van de onderwijsvisitaties<br />

in Vlaanderen.<br />

Vandaag, dag op dag bijna drie jaar en twee zelfevaluatierapporten<br />

en visitaties verder, heb ik me al aardig<br />

kunnen inwerken in het systeem van de externe<br />

kwaliteitszorg. En, hoewel ik ervan overtuigd ben dat<br />

een visitatieproces een uitgelezen kans tot zelfevaluatie<br />

is en zelfs een motor voor verandering kan zijn,<br />

ervaar ik het gebeuren ook als een georkestreerde,<br />

formele aangelegenheid. De format waarin een zelfevaluatierapport<br />

moet aangeleverd worden, de decretale<br />

bepalingen, de spelregels van de visitatie en het<br />

belang van de eindbeoordeling: ze laten allen weinig<br />

ruimte voor verbeelding en creativiteit. Een opleiding<br />

met zijn voorgeschiedenis en in al zijn complexiteit<br />

en nuances op een waarheidsgetrouwe manier weergeven<br />

binnen de context van een zelfevaluatierapport<br />

en een drie dagen tellend visitatiebezoek is een moeilijke,<br />

zelfs onmogelijke opdracht. Bovendien is ook<br />

de beoordelaar geen onbeschreven blad. Een visitatiecommissie<br />

kan met haar welbepaalde achtergrond,<br />

karakteristieken, vooroordelen en preferenties nooit<br />

tot een zuiver objectief oordeel komen. Los hiervan<br />

gebiedt de eerlijkheid me wel te melden dat ik ten<br />

tijde van de visitatie muziek verbaasd was over de precisie<br />

waarmee de visitatiecommissie de opleiding wist<br />

te dissecteren en bij bepaalde zaken de nagel op de<br />

kop te slaan - of de vinger op de wonde, zo je wil - wist<br />

te leggen.<br />

Zoals bij zoveel zaken is ook bij (externe) kwaliteitszorg<br />

een flinke dosis (zelf)relativering aangewezen.<br />

Relativering van het visitatiegebeuren, door<br />

zowel de opleiding als de visiterende commissie, en<br />

relativering ten opzichte van het kwaliteitszorgsysteem<br />

an sich. Want, laten we eerlijk zijn, de kwaliteit<br />

van een opleiding staat of valt niet met visitaties<br />

en accreditaties. Ze wordt dagelijks gerealiseerd door<br />

docenten, coördinatoren, staf en medewerkers en in<br />

de eerste plaats naar waarde geschat door studenten,<br />

afgestudeerden, het werkveld en ook - bij het hoger<br />

kunstonderwijs - de toeschouwer. Het zijn zij die de<br />

zelfregulerende mechanismen van een opleiding aansturen<br />

en haar bestaansrecht verlenen. Maar laat ons,<br />

voor even toch, ook maar even genieten van de lofbetuigingen<br />

die de visitatiecommissie muziek over onze<br />

opleiding uitsprak.<br />

Het volledige visitatierapport kan u nalezen op<br />

http://www.vlhora.be/VLHORA_evaluatieorgaan/<br />

vlhora-kz.asp


2x excellent voor onze opleiding Muziek<br />

De visitatiecommissie gaf het Koninklijk Conservatorium<br />

Antwerpen op alle zes de onderwerpen de<br />

beoordeling ‘voldoende’. Van de 21 facetten die in<br />

detail werden doorgelicht, kregen er 13 de beoordeling<br />

‘goed’.<br />

Bovendien werden twee facetten uit de opleiding<br />

door de visitatiecommissie bekroond met een ‘excellent’.<br />

Dit wil zeggen dat de opleiding Muziek<br />

hiermee een niveau behaalt dat zowel in Vlaanderen<br />

als internationaal als ‘een voorbeeld van goede<br />

praktijk kan functioneren’.<br />

Het is uniek dat een Vlaamse muziekopleiding excellente<br />

scores krijgt toegekend.<br />

Bevindingen van de visitatiecommissie over de als<br />

excellente beoordeelde facetten:<br />

samenhang van het programma<br />

De commissie stelt vast dat de opleiding een samenhangend<br />

programma aanbiedt en aandacht<br />

heeft voor de bewaking van de samenhang in dit<br />

programma. Uit de gesprekken met de docenten<br />

blijkt dat overleg plaatsvindt om de vakken op elkaar<br />

af te stemmen.<br />

De commissie waardeert de duidelijke onderverdeling<br />

van de programma’s van de verschillende<br />

afstudeerrichtingen in gemeenschappelijke vakgebieden.<br />

Ze is van mening dat de opleiding erin<br />

slaagt om de rijkdom in het programma te bewaren<br />

zonder het overzicht te verliezen.<br />

De commissie waardeert de verticale samenhang<br />

van het academische luik doorheen de opleiding<br />

Betrekken van medewerkers, studenten, alumni<br />

en beroepenveld bij de opleiding<br />

Uit de gesprekken blijkt tevredenheid bij de studenten<br />

over de studentenparticipatie via de studentenraad.<br />

De commissie waardeert het dat de<br />

opleiding de studentenraad ernstig neemt.<br />

De commissie stelt vast dat de betrokkenheid van<br />

de medewerkers bij de organisatie van de opleiding<br />

via verschillende werkgroepen hoog is. Uit<br />

de gesprekken met de docenten blijkt een goede<br />

relatie met de directie, die zich laat bijstaan door<br />

medewerkers bij de ontwikkeling van het beleid.<br />

Hierdoor ontstaat volgens de commissie een horizontale<br />

organisatie waarin iedereen zo veel mogelijk<br />

betrokken wordt bij de realisatie van het beleid.<br />

De commissie waardeert de betrokkenheid van het<br />

werkveld in de, naar haar mening, sterke en evenwichtige<br />

artistieke raad.<br />

13


14<br />

o & o<br />

het alledaagse versus het uitzonderlijke.<br />

Over het elitaire in de kunsten<br />

door Georges Goffin<br />

Georges Goffin (<strong>19</strong>55) is van<br />

opleiding kunsthistoricus en heeft een<br />

professioneel verleden in de culturele<br />

sector en het hoger kunstonderwijs.<br />

Als beleidssecretaris van de Associatie<br />

Universiteit & Hogescholen Antwerpen<br />

werkte hij o.m. mee aan de publicatie<br />

‘Een vermoeden van talent’ n.a.v.<br />

111 jaar Koninklijk Conservatorium<br />

Antwerpen. Ook in ‘Onderwijs en recht’<br />

en ‘Delta’ publiceerde hij enkele malen<br />

over hoger onderwijsbeleid, c.q. het<br />

hoger kunstonderwijs. Daarnaast is hij<br />

coauteur van een reeks boeken over<br />

Antwerpse interbellumarchitectuur.<br />

On Kawara, May 25,<strong>19</strong>66<br />

Met de regelmaat van een klok krijgt de kunstensector het etiket ‘elitair’<br />

opgespeld. De beweegredenen zijn daarbij dikwijls heel verschillend.<br />

Aanleiding is wel eens het als te beperkt veronderstelde bereik van de vele<br />

culturele inspanningen. Men hekelt dan ondemocratische keuzes voor megalomane<br />

projecten zonder maatschappelijk draagvlak. Kleinschalige acti-


viteiten voor een beperkt publiek – door de critici complexloos<br />

beschreven als de happy few – krijgen ook bergen kritiek. Elders<br />

is het zogenaamde hermetische karakter van de sector<br />

de boosdoener: dit wordt dan vertaald als wereldvreemde egotripperij.<br />

Bijna altijd komt ook de gerichte financiering ter<br />

sprake: in Nederland spreken politici sedert enkele maanden<br />

ongegeneerd over de subsidieverslaving van kunstinstellingen.<br />

[VAN HEUVEN]<br />

Het verwijt van elitarisme lijkt daarenboven bij voorkeur gehanteerd<br />

te worden bij (georchestreerde) aanvallen op culturele<br />

bastions en/of grensverleggende projecten. ‘Elitair’ zou<br />

staan voor ondemocratisch en krijgt daardoor de allure van<br />

een scheldwoord. De ‘culturele elite’ wordt verdacht gemaakt<br />

wegens autocratisch en snobistisch. [HILLAERT & VAN<br />

IMSCHOOT]<br />

De kunsten zijn exceptioneel; dat is<br />

hun opdracht<br />

De kunsten onderscheiden zich per definitie van<br />

het gemiddelde, het gewone en het alledaagse. Terecht<br />

verwacht men van de kunsten net dat ietsje<br />

meer, dat tikkeltje beter, Keats’ joy for ever. De kunsten<br />

manifesteren zich buiten het basisritme van werken,<br />

slapen en ontspannen. Ze geven een gepersonaliseerde<br />

en authentieke invulling, per definitie ver van<br />

het banale. Ze staan voor de superlatief van kunnen.<br />

De vergelijkende trap is dan kunde, de overtreffende<br />

trap is kunst.<br />

De kunsten kiezen er voor exceptioneel te zijn. Ze<br />

zijn ertoe geroepen om de uitzondering op de regel<br />

te vormen. Dit is daarenboven geen zelfverklaarde<br />

exceptie. Het onderscheid met het doordeweekse<br />

wordt de kunsten ook van buitenaf toegekend en zelfs<br />

opgelegd. Daardoor wekken ze verbazing, hebben<br />

ze aanzien, krijgen ze erkenning, Dat gebeurt door<br />

heel verschillende instanties met erg verscheiden rollen<br />

in het maatschappelijk netwerk. Onder meer de<br />

media spelen daarin een rol (waarbij kunstcritici veel<br />

minder belang hebben dan wel eens gedacht wordt).<br />

Ook de overheid, als democratische emanatie van de<br />

bevolking, trekt lijnen tussen wat enerzijds tot de dagelijkse<br />

realiteit behoort en wat anderzijds zich daaraan<br />

onttrekt. Op basis van dit onderscheid kunnen<br />

bijvoorbeeld orkesten worden gefinancierd, krijgen<br />

steden nieuwe musea, worden aan interessante initiatieven<br />

projectsubsidies toegekend. En er zijn de<br />

afnemers, grosso modo ‘het publiek’ (zie verder). Ontegensprekelijk<br />

maken zij mee uit wat er al dan niet<br />

tot het uitzonderlijke behoort.<br />

De ontwikkeling van de kunsten is daardoor<br />

steeds een verhaal dat zich situeert ver van het centrum<br />

van de maatschappij. Verandering of bevestiging,<br />

groei of uitpuring, heroriëntering of verdieping<br />

voorkomen dat de kunsten verglijden naar het<br />

voorspelbare. Deze tendensen zijn voor de kunsten<br />

levensnoodzakelijk en bundelen zich in de publieke<br />

verwachting/inherente eis van oorspronkelijkheid.<br />

Evolueren – in het bijzonder vernieuwen – vraagt<br />

opzoeken, verkennen en verleggen van de grenzen.<br />

Zo is de ontplooiing van de kunsten vergelijkbaar met<br />

de ontwikkeling van de wetenschap. De hoogste appreciatie<br />

gaat naar die producties die ontegensprekelijk<br />

bijdragen tot de kennis over en ontwikkeling van<br />

de kunsten. Elk kunstwerk vormt een nieuwe stap in<br />

die globale emancipatie van de kunsten.<br />

Universaliteit is een eigenschap die wel eens aan<br />

de kunsten wordt toegedicht. De kunsten zouden actief<br />

zijn met universele thema’s en de erkenning zou<br />

ook die wereldbreedte vertonen of toch minstens in<br />

15


16<br />

de tijd die appreciatie veroveren. Dit lijkt behoorlijk in<br />

tegenstelling met het geschetste karakter van de kunsten,<br />

gericht op het uitzonderlijke. Het zogenaamde<br />

wereldwijde en alomvattende karakter van de kunsten<br />

stamt uit een kunst- en cultuurbenadering die zich<br />

uitsluitend tot de westerse maatschappij beperkte.<br />

Gecombineerd met een veronderstelde emancipatorische<br />

ontwikkeling – dikwijls geformuleerd in gesimplificeerde<br />

dialectische historische lijnen – werd<br />

de ontwikkeling van de kunsten beschreven als een<br />

veroveringstocht van het maatschappelijk draagvlak.<br />

In de spanning tussen elitair en demotisch werd gekozen<br />

voor de synthese van universaliteit. Wat ooit gerealiseerd<br />

was door een kleine kring en bestemd was<br />

voor de happy few kreeg in een ruim tijdsperspectief<br />

de algemene erkenning op basis van een universele<br />

herkenning. In de context van afstandloosheid in<br />

ruimte en een (hopelijk blijvend) groeiende ideologische<br />

openheid, durf ik hopen op het verdwijnen van<br />

universaliteit als noodzakelijk kenmerk en voorwaarde<br />

in de erkenning van de kunsten.<br />

De kunstenaar is marginaal en<br />

excentriek; dat is maar goed ook<br />

In de positionering van de kunsten als exceptioneel<br />

is het vanzelfsprekend dat de kunstenaar zich, samen<br />

met zijn realisaties, ook buiten het centrum opstelt.<br />

In de aard van zijn/haar activiteiten, de kunsten, zit<br />

het excentrieke vervat. De kunstenaar beweegt zich<br />

als observator in de marge. Hij analyseert (vanuit) de<br />

grenzen. Als actor in dat gebied moet hij zich wel onderscheiden<br />

van het middenveld, het middelmatige.<br />

Het cliché van de excentrieke en marginale kunstenaar<br />

klopt volledig wanneer dit betrokken wordt op<br />

zijn kunst en kunstenaarschap. De romantische uit-<br />

breiding ervan naar persoonlijkheidskenmerken en levensstijl<br />

daarentegen is anekdotisch. Ze gaat terug op<br />

een <strong>19</strong>de-eeuwse veralgemening op een ogenblik dat<br />

de kunstenaar zich als maatschappelijk onafhankelijk<br />

individu manifesteert. Niet langer exclusief gebonden<br />

aan een opdrachtgever wil de kunstenaar in de eerste<br />

plaats verantwoording afleggen tegenover zichzelf en<br />

zijn/haar kunst.<br />

De kunstpraxis mag dan al erg geëvolueerd zijn, het<br />

kunstenaarschap - ongeacht de status van de kunstenaar<br />

- bleef een hoofdzakelijk solistische aangelegenheid.<br />

Innoverend creëren of authentiek uitvoeren: het<br />

vraagt een sterke persoonlijkheid om het verschil te<br />

maken. Daarvoor gelden doordeweeks of mainstream<br />

als ruim onvoldoende. Het zoeken van de kunstenaar<br />

is gericht op het (nog) onbekende. De kunstenaar onderscheidt<br />

zich niet door het zoeken maar juist door<br />

het vinden. Dat is zijn/haar focus. Gehanteerde methodes,<br />

van anderen maar ook de eigen ontwikkelde<br />

werkwijzen, worden door de kunstenaar geregeld opnieuw<br />

bevraagd, van commentaar voorzien, naar efficiëntie<br />

getoetst. Elk kunstwerk draagt een geschiedenis<br />

mee van keuzes, heroriënteringen, hernemingen.<br />

Zo ontstaat onder meer een meerlagigheid die het<br />

kunstwerk tot een plurivalente betekenisdrager maakt.<br />

Meerwaardigheid in betekenis reveleert meerlagigheid<br />

in lezing. Een unieke, eenduidige interpretatie is<br />

onmogelijk. Dat hebben bijvoorbeeld de minimalisten<br />

kunnen vaststellen toen ze probeerden hun beeld of<br />

muziek van alle betekenisdragers te ontdoen. Telkenmale<br />

bleef er een restinhoud die voeding gaf aan<br />

nieuwe verbanden. Het kunstwerk kan niet als een geisoleerd<br />

artefact bestaan. Zelfs beschouwd als product<br />

is het steeds het resultaat van een eigengereid proces,<br />

gemanipuleerd door de individualiteit van de kunstenaar.


Het kunstwerk gedijt uitstekend<br />

in een elitaire omgeving; iedereen<br />

welkom<br />

Het kunstenpubliek kijkt toe, vanop afstand. Hoe<br />

graag het ook wil binnendringen in de cocon van creatie,<br />

als toeschouwer kun je enkel proberen, liefst zorgvuldig,<br />

laag na laag te ontdekken. Toeschouwer zijn<br />

bij de kunsten betekent een persoonlijk parcours van<br />

ontdekking afleggen. Dat sommigen dat met meer<br />

ijver, persoonlijk engagement of zicht op de breedte<br />

van het aanbod doen, is meegenomen en verstevigt<br />

het discours over de kunsten. De individuele betrokkenheid,<br />

of juister, de som van die individuele betrokkenheden<br />

maakt het kunstenpubliek tot een groep.<br />

Zij vormen samen een elite van verwanten in hun<br />

commitment rond de kunsten. Er is geen kwantitatieve<br />

beperking en een geaccrediteerde doopceel van<br />

kunstkenner wordt niet gevraagd, bij voorkeur niet.<br />

De eerder aangehaalde meerlagigheid van de kunsten<br />

laat ruimte voor velen. Het zoeken van de toeschouwer<br />

wordt geprikkeld. Nieuwsgierigheid. Gelegaliseerd<br />

voyeurisme. “Wat zou kunst zijn als ze (..) ons<br />

niet de indruk gaf iets te zien wat we niet zouden mogen<br />

zien?” [BEL]<br />

De infiltratie van de kunsten in die expressievormen<br />

die traditioneel gedomineerd worden door de<br />

wetten van entertainment en commercie is een frappant<br />

verschijnsel. Het is tekenend dat (de entourage<br />

van) Beyoncé ervoor kiest om in een muziekclip Anne<br />

Teresa De Keersmaeker te citeren en dat eminent videokunstenaar<br />

Steve McQueen met Shame voor de<br />

tweede maal de kans krijgt een bioscoopfilm te maken.<br />

Uit recent onderzoek blijkt daarenboven dat de<br />

crossover van kwaliteitscriteria bij het beoordelen van<br />

‘high art’ en populaire kunsten erg sterk is [VEN-<br />

ROOIJ & SCHMUTZ]. De muur tussen beiden bevat<br />

(nog steeds) vele openingen en doorkijken naar herbronning.<br />

Parallel zijn er de kunstenaaars die in de realisatie<br />

van hun kunst het publieke karakter beklemtonen<br />

door kleine of grotere gemeenschappen te betrekken.<br />

Die community artists gaan bij het uitkiezen van 'medewerkers'<br />

niet op zoek naar hun artistieke klonen<br />

maar worden geleid door de nood aan sociale inbedding<br />

en maatschappelijk draagvlak. Ze betrekken individuen<br />

vanuit een fragment van gelijkgezindheid.<br />

Dat biedt herkenning.<br />

Het publieksparcours is evaluerend en emanciperend.<br />

Het is een verhaal van hoogtepunten en teleurstellingen.<br />

Het vraagt inspanningen en biedt medezeggenschap<br />

in de opbouw van een maatschappelijk<br />

breed gedragen kunstenappreciatie. Het versterkt het<br />

culturele milieu, ontegensprekelijk een elitaire omgeving<br />

omwille van de opdracht aan alle deelnemers.<br />

BEL, Jerôme. Rosas/Anne Teresa De Keersmaeker. Ed. La Renaissance du<br />

Livre, 2002, p. 62-63.<br />

HILLAERT, Wouter & VAN IMSCHOOT, Tom. De macht en onmacht van<br />

de culturele elite. Dubbelgesprek Gerard Mortier – Ann Demeester. Rekto:Verso,<br />

2011, 49, p. 58-65.<br />

VAN HEUVEN, Robbert, Afkicken van subsidieverslaving vereist grotere inspanning<br />

van de overheid dan Zijlstra wil. DEDODO. Cultureel Persbureau. 2011<br />

VAN VENROOIJ, Alex & SCHMUTZ, Vaughn. The Evaluation of Popular<br />

Music in the United States, Germany and the Netherlands: A Comparison of the<br />

Use of High Art and Popular Art Aesthetic Criteria. Cultural Sociology, 2010,<br />

p. 395-421.<br />

17


18<br />

Woord schrijft<br />

de vuurtoren<br />

een verhaal van eli elise hoopman<br />

Bart Moeyaert, docent Schrijven,<br />

reserveert in dit tijdschrift telkens<br />

enkele pagina’s voor nieuw werk uit de<br />

afstudeerrichting Woordkunst.<br />

Zouden jullie allemaal jullie ogen willen sluiten? Wees maar<br />

niet bang. Iedereen. Zou u ook uw ogen willen sluiten? Goed, daar<br />

gaan we dan.<br />

sssshhhhht<br />

wakakakakaka<br />

mmmmmp p p p p<br />

sssssshhhhhhhhh<br />

ssssshhhhh sssssshhhh<br />

ssssssshhhhh ssssshhhhh ssssshhhh<br />

mmmmpapapapapa pa pa pa p p p<br />

riekelidoedeledoe riekelidoedeledoe<br />

ssssshhhhh ssssshhhhh sssssssshhhhh ssssshhhhh<br />

sssssshhhhh<br />

riekelidoedeledoe riekeli doedele<br />

sssssssshhhwiepoe<br />

Jullie mogen de ogen weer openen. Haal maar even diep adem.<br />

Jullie waanden je voor een moment in de natuur. Afgelegen, ver<br />

weg van alle civilisatie, ver weg van koekjes bij de koffie, knoopjes<br />

die knellen tegen je adamsappel, kleffe handjes en witte pijnlijke<br />

billen.<br />

Ik kan niet in jullie hoofden kijken. Wie weet wat jullie allemaal<br />

zagen, hoorden, voelden en roken, maar het zal in ieder geval ver<br />

weg van jullie bed zijn geweest. Jullie openden jullie ogen en toen


wisten jullie het weer. Jullie zijn daadwerkelijk ver van<br />

jullie bed. Jullie zijn in Afrika! Welkom zusters, broeders,<br />

zusters, broeders. Laat ons elkaar begroeten.<br />

Noemen jullie dat een begroeting? Wij zijn in Afrika,<br />

broeders. Afrika is heet. De zon schijnt hier altijd,<br />

dus klopt ons bloed sneller door onze aderen. Wij zijn<br />

warme mensen, broeders. Kom, kom in mijn armen,<br />

jullie. Laat me jullie lijven voelen. Hahaha! Ja, goed<br />

zo. Dat begint er meer op te lijken. Niemand klaagt<br />

hier iemand aan voor seksuele intimidatie, hahahaha.<br />

Nee, want wij zijn broeders! Wij respecteren elkaar en<br />

we weten dat we familie zijn. Ha familie, het mooiste<br />

wat er bestaat op deze aarde. Ik heb een dochter en<br />

ik ben zo trots op haar. Apetrots. Vanochtend kwam<br />

zij naar mij toe en zei: papa, ik heb een gedichtje geschreven<br />

voor je publiek. Zo noemt ze jullie, publiek,<br />

en ze vroeg mij of ik haar gedichtje aan jullie wilde<br />

voorlezen voordat ik met de toer zou beginnen.<br />

De zee de zee de zee<br />

hoor haar ruisen<br />

de zee is almachtig en prachtig<br />

ze zal de aarde kuisen.<br />

Laat ons naar binnen gaan. Hier staan we dan als<br />

schapen tussen de maar liefst anderhalf meter dikke<br />

muren die in opdracht van jullie voorouders door<br />

mijn voorouders zijn gebouwd. Toen — niet zo lang<br />

geleden als jullie misschien denken — de kolonisten<br />

het zoveelste schip op de klippen hadden zien lopen,<br />

besloten ze dat het tijd was voor een vuurtoren, één<br />

naar westers model. Ik hoor dat jullie er een heleboel<br />

hebben, maar hier op de kaap is het iets bijzonders.<br />

Neem dat maar van me aan.<br />

Dit moment is het beste moment voor een bezoek,<br />

jongens. De mooiste toer van de dag.<br />

Terwijl wij naar boven lopen over die hoge, ongelijke,<br />

afbrokkelende treden, zullen door de kleine<br />

raampjes de goudkleurige zonnestralen oranje en<br />

roze worden en tenslotte paars. Wanneer wij de top<br />

bereiken zullen wij nog net de zon zien zakken in de<br />

zee. Vanaf de oranje rotsen in de zwarte zee zullen de<br />

pinguïns met ons meegenieten van dit schouwspel.<br />

Gaat u voor. Als er iemand valt zal ik die opvangen.<br />

Ik heb genoeg veerkracht voor jullie allemaal. Morgen<br />

is alles nieuw.<br />

Pardon, ik zou even met je willen praten. Zou dat<br />

kunnen? Ik zou graag even een gesprek met jou voeren.<br />

Hoe gaat het met je? Van wat voor stofje is dat<br />

gemaakt? Wat heb jij mooi haar, zo fijn, fijner nog<br />

dan dat van de anderen, engelenhaar. Ik heb vaak last<br />

bij het scheren. Ik voel dat ik jou kan vertrouwen. Jij<br />

bent een beetje anders. Europeanen denken altijd dat<br />

ik aan het einde van de toer het liefst bij ze in de rugzak<br />

spring of toch ten minste dat ik mijn dochtertje<br />

er in zou willen proppen. Een vrouw heeft wel eens<br />

aangeboden Destiny van mij over te nemen. Om haar<br />

een beter leven te geven, meer kansen. Alsof ik ooit<br />

mijn dochter met zo’n vette, eenzame dame naar een<br />

koud land vol musea en parkjes zou sturen. Mooier<br />

dan dit wordt het toch niet? Ik ontbijt iedere ochtend<br />

met verse ananas en mango uit de tuin. Ik heb twee<br />

echtgenotes, een huisvrouw, en Destiny. Ik spreek<br />

Engels, ik ontmoet mensen van over de hele wereld,<br />

ik werk in het paradijs. Het is alleen uitkijken met<br />

het verboden fruit. Soms zou ik jullie het liefste één<br />

voor één van die klippen af donderen. Ik ben een man<br />

met ambitie, ik heb veel gelezen. Dat betekent toch<br />

iets voor jullie? Voor jou? Dat ik geen ongeletterde<br />

wilde ben, maar een gedresseerd aapje. Beval ik je?<br />

Nee, blijf staan. Jouw gezicht straalt, het geeft licht.<br />

Ik kan geen licht gebruiken. Draai je om. Die muur<br />

is koel. Koel wat af. Jullie kunnen eigenlijk niet goed<br />

met hitte omgaan. Koude kikkers, maar als het dan<br />

eens naar jullie hoofd stijgt, raken jullie oververhit.<br />

Zeg maar eens: Ik hou van je, broer. Zeg dat maar, ik<br />

<strong>19</strong>


20<br />

hou van je, broer.<br />

Ik heb gestudeerd, ik ben opgevoed, ik heb manieren,<br />

ik kan schermen, stijldansen, paardrijden en ik<br />

spreek vloeiend Engels, Frans en Italiaans. Bye, bonjour,<br />

ciao. Ik ga graag goed gekleed. Ik heb nooit aan<br />

de meisjes gezeten, ze altijd gerespecteerd. Niet aan<br />

ze gedacht als ik masturbeerde. Alleen maar aan de<br />

schoonheid van abstracte modellen van de werkelijkheid.<br />

Nooit aan het vlees, het zweet, het donkere. Ik<br />

was een engel en Jezus was zwart en jullie hebben<br />

nooit een voet op de maan gezet. Ik zal je eens iets<br />

verklappen. Er is een zwarte samenzwering. Ons<br />

oogwit verbindt. Nooit meer ruiken, nooit meer opduiken<br />

in de schaduw, nooit meer jatten, nooit meer<br />

grijpen, nooit meer schuren tegen de muur, nooit<br />

meer lippen, nooit meer roepen, nooit meer bellen,<br />

nooit meer kopen, nooit meer kippen slachten, nooit<br />

meer duwen, nooit meer vechten, nooit meer vlechten,<br />

nooit meer dansen, nooit meer blikkeren in het<br />

maanlicht, nooit meer los in de heupen, nooit meer<br />

blote borsten, nooit meer drift, nooit meer bijgeloof,<br />

nooit meer de tijd, nooit meer lachen.<br />

Dat vooral, nooit meer lachen. Nooit meer lachende<br />

zwarten. Morgen is alles nieuw.<br />

Zeg het maar: Ik hou van je.<br />

Eli Elise Hoopman is tweedejaars Woordkunst. Ze<br />

houdt van kousenbroeken, nagellak, rood haar,<br />

snorren en vlees.


heilige huisjes<br />

de cultuur-met-hoofdletter-c als heiligste aller huisjes<br />

door Ludo abicht<br />

Prof.dr. Ludo Abicht werd geboren in<br />

<strong>19</strong>36 te Oostende en studeerde<br />

Klassieke filologie (Centrale<br />

Examencommissie), Germaanse<br />

filologie (RUG) en Filosofie (Nijmegen,<br />

Tuebingen). Hij werd doctor in<br />

de Germaanse Letteren met een<br />

proefschrift over de Praagse joods-<br />

Duitse auteur Paul Adler (University<br />

Of Cincinatti, Ohio, USA). Hij<br />

doceerde literatuur en filosofie aan<br />

de universiteiten van New Brunswick<br />

(Canada), Antioch en Berkeley (USA).<br />

Sedert <strong>19</strong>84 aan de UIA, het HIVT-<br />

RUCA, het Koninklijk Conservatorium<br />

Antwerpen en de Plantijn Hogeschool.<br />

Sinds oktober 2011 is Ludo<br />

Abicht emeritus, nadien werd hij<br />

gastprofessor aan de UA en de UGent.<br />

Een paar weken na Zwarte Zondag, de verrassende verkiezingsoverwinning<br />

van het Vlaams Blok in november <strong>19</strong>91, werd aan de<br />

gevel van het Toneelhuis in Antwerpen een spandoek opgehangen<br />

met het opschrift “Cultuur eindigt waar racisme begint.” - “Goed<br />

zo”, dacht ik toen, “dat mag ook eens gezegd worden.” De boodschap<br />

was overduidelijk: cultuur staat namelijk voor openheid,<br />

verdraagzaamheid, multiculturalisme en de grote waarden van de<br />

Verlichting, met als kernthema de verdediging van de Universele<br />

Rechten van de Mens. Wie daarvan afwijkt mag terecht als een barbaar<br />

beschouwd worden, als iemand die zich wetens en willens tegen<br />

de heersende humanistische cultuur verzet. Indien we die weg<br />

opgaan eindigen we binnen de kortste keer in een nieuwe barbarij,<br />

meer specifiek in een nieuwe vorm van fascisme, een totalitair<br />

systeem waarin de dichters en denkers, de kunstenaars en wetenschappers<br />

onder dwang worden ingelijfd in een staatsorgaan zoals<br />

de beruchte “cultuurkamer”. Wacht even! Schreef ik daarnet “cultuurkamer”?<br />

En dacht ik daarbij onder meer aan de integrale opvoering<br />

van de Negen Symfonieën van Ludwig van Beethoven onder<br />

leiding van Herbert von Karajan, een schaamteloos aanhanger van<br />

het nationaal-socialisme? Of aan cultureel werelderfgoed zoals de<br />

Egyptische piramiden, de grootse grafmonumenten van Pergamon<br />

en zowat alle kastelen aan de oevers van de Loire die door slaven,<br />

laten en lijfeigenen gebouwd werden? Of aan de honderdduizenden<br />

beelden en doeken en zangen die door hautaine en elitaire adellijke<br />

heren en hun dames besteld, met hun geld uitgevoerd en onderda-<br />

21


22<br />

nig (herlees eens de kruiperige teksten van Johann Sebastian<br />

Bach) aan hen opgedragen werden, denk maar<br />

aan de vrome sponsors van culturele hoogstandjes zoals<br />

het Lam Gods van de gebroeders van Eyck, en in<br />

feite aan ongeveer alles wat in onze musea bewonderd,<br />

in onze concertzalen gespeeld of in onze schoolcursussen<br />

“kunst en cultuur” aan de nieuwe generaties als<br />

waardevol (het bewaren waard) doorgegeven wordt?<br />

Ben ik verkeerd geïnformeerd en klopt het dan niet<br />

dat de grote massa van het cultureel erfgoed van de<br />

wereld in onvrije, vaak mensonwaardige omstandigheden<br />

geschapen werd en dat deze afhankelijkheid van<br />

de machthebbers, vandaag in toenemende mate de<br />

managers van het geglobaliseerde kapitaal, nog altijd<br />

bestaat en in feite opnieuw het minderheidsaandeel<br />

van de openbare sector aan het verdringen is? Had<br />

ik ongelijk toen ik als rebelse teenager door mijn ouders<br />

gedwongen werd een of ander klank-en lichtspel<br />

op het grasveld vóór zo’n kasteel te ondergaan en me<br />

daarbij luidkeels afvroeg, wie nu wel dit prachtige zomerpaleis<br />

gebouwd hadden en na afloop alleen langs<br />

de achterdeur naar binnen mochten om de stinkende<br />

resten van het adellijke feestmaal en het braaksel op<br />

te vegen? Hoe “cultureel” waren die fascistische “cultuurkamers”<br />

voor schrijvers, componisten en acteurs?<br />

Om het minder brutaal uit te drukken met een vraag<br />

van de kunstcriticus K.N. Elno: “Wat is cultureel authentieker:<br />

een vergaderzaal van de bedrijfsdirectie vol<br />

schilderijen van veelbelovende jonge kunstenaars of<br />

hygiënisch verantwoorde douches en toiletten en een<br />

kraaknette refter voor de arbeiders?” Men zou deze retorische<br />

vraag provocatief kunnen beantwoorden met<br />

“een functionele maar sobere vergaderzaal voor de di-


ectie en een gezellige refter vol schilderijen voor het<br />

personeel” of, iets meer dialectisch en radicaal, met<br />

“een bedrijf waarin de lijnen tussen bazen en personeel<br />

zodanig vervaagd zijn dat er overal plaats vrij komt<br />

voor kunstwerken”, maar zover zijn we vandaag beslist<br />

nog niet geraakt.<br />

Het eerste voorbeeld is helemaal niet fictief, want<br />

in de Duitse Democratische Republiek werd geregeld<br />

gepoogd om deze omkering van de sociale verhoudingen<br />

als het ware van bovenaf op te leggen: arbeiders<br />

en bedienden werden min of meer vrijwillig naar operavoorstellingen,<br />

balletten en concerten van klassieke<br />

muziek getransporteerd, bekende artistieke orkesten<br />

en dansgroepen traden in fabriekshallen op, getalenteerde<br />

arbeiders werden aangemoedigd hun levens- en<br />

werkervaringen op te schrijven en te publiceren, en<br />

gevestigde auteurs kwamen aan de band werken om<br />

te leren vanuit “de reëel bestaande wereld van de arbeid”<br />

te schrijven. Dit zogenaamde “Bitterfelder Experiment”<br />

(<strong>19</strong>59 tot ongeveer <strong>19</strong>70) is, ondanks de goede<br />

bedoelingen, grotendeels mislukt zoals zovele andere,<br />

minder ingrijpende projecten van “volksverheffing”,<br />

waarschijnlijk omdat er in feite te weinig rekening<br />

werd gehouden met de wensen en aspiraties van de<br />

arbeiders zelf. En, denk ik, vooral omdat de bedenkers<br />

van dit experiment net als hun burgerlijke collega’s in<br />

het Westen een wel erg specifieke invulling van het begrip<br />

“cultuur” hadden. Met het voorspelbare gevolg dat<br />

ook in een “arbeiders- en boerenstaat” Cultuur blijkbaar<br />

met hoofdletter C geschreven wordt om, net als<br />

in het decadente en asociale Westen, in werkelijkheid<br />

het privilege te blijven van een kleine elite van intellectuelen<br />

en cultuurminnaars, de klassen die zich een<br />

abonnement op De Munt of deSingel willen en kunnen<br />

permitteren en de lepe kapitalistische bedrijfsleiders<br />

die veel van deze abonnementen als onderdeel van<br />

hun public relationsstrategie beschouwen en bovendien,<br />

zoals in de Verenigde Staten het geval is, als filantropische<br />

uitgaven van hun belastbaar inkomen kunnen<br />

aftrekken. De traditionele sociaal-democratische oplossing<br />

van dit probleem, met name het forse optrekken<br />

van de staatssubsidies voor culturele evenementen en<br />

projecten, is op zich niet verkeerd, maar verandert in<br />

werkelijkheid geen zier aan het dominerende burgerlijke<br />

patroon. De kloof tussen hen die cultuur (in de<br />

betekenis van Cultuur) produceren en consumeren en<br />

de rest van de bevolking is, ondanks de onvoorstelbaar<br />

uitgebreide “technische reproduceerbaarheid” van het<br />

aanbod - iets wat Walter Benjamin zich in de jaren<br />

<strong>19</strong>30 onmogelijk had kunnen inbeelden - niet kleiner<br />

geworden.<br />

Je kan je afvragen of dat dan zo erg is? De meerderheid<br />

van de bevolking kiest met zijn achterwerk (een<br />

iets luiere variant van “de voeten” van Lenin) voor programma’s<br />

als “Komen eten” en amuseert zich kostelijk,<br />

terwijl de echte cultuurmensen geërgerd naar de<br />

brokken hogere cultuur zoeken die hier en daar nog<br />

op gespecialiseerde zenders als Canvas en Arte gevonden<br />

kunnen worden. Met het paradoxale gevolg dat de<br />

overheid, dat wil zeggen de belastingen betalende bevolking,<br />

uitgerekend het hoogstaande entertainment<br />

van een kleine elite betoelaagt, terwijl diegenen die<br />

volgens ons deze cultuur dringend nodig hebben (om<br />

bijvoorbeeld geen racisten te worden en zich over het<br />

algemeen politiek correct te gedragen) niet echt naar<br />

die subsidies vragen en toch elke avond aan hun trekken<br />

schijnen te komen. Van racisme en zo gesproken:<br />

wat moeten we denken van de peperdure tickets voor<br />

het Nieuwjaarsconcert in de Weense Musikverein, waar<br />

de crème de la crème haar ware aard laat blijken wanneer<br />

ze aan het einde (eindelijk) luid handenklappend<br />

en met de voeten trappend nog maar eens de Radetzkymarsch<br />

mag begeleiden? Wie daarbij niet even aan de<br />

gelijknamige roman van Joseph Roth en de loopgraven<br />

23


24<br />

van Langemark en Diksmuide denkt, lijdt ofwel aan<br />

cultureel geheugenverlies of is integendeel een ongeneeslijk<br />

militarist en imperialist. Voilà.<br />

Nee, het wordt tijd dat we kleur bekennen: indien<br />

we het allemaal bij het oude willen laten, moeten we<br />

daar ook voor uitkomen, maar dan moeten we uit eerlijk<br />

schaamtegevoel ophouden met onze moralistische<br />

boodschappen aan het klootjesvolk, dat wil zeggen onze<br />

bekrompen en misleide medeburgers. Of we herbekijken<br />

de hele zaak en werken aan een nieuwe invulling<br />

van het begrip “cultuur”, een opdracht die reeds door<br />

de uitgevers van de Encyclopédie begrepen werd toen ze<br />

heel bewust een grote nadruk legden op de creativiteit<br />

en inventiviteit, zeg maar “cultuur” van de traditionele<br />

ambachtslieden en de eerste machine- en matrijzenbouwers.<br />

Wie daaraan twijfelt moet maar eens aandachtig<br />

naar de vele tekeningen in het boek kijken die<br />

als één grote hulde aan deze mensen kunnen worden<br />

geïnterpreteerd. De encyclopedisten waren trouwens<br />

niet de enigen die begrepen hadden dat cultuur zowel<br />

in salons en academies als in werkplaatsen en ateliers<br />

te vinden is. In Harry Bravermans meesterlijke studie,<br />

Labor and Monopoly Capital. The Degradation of Work in<br />

the Twentieth Century (<strong>19</strong>74) kunnen we lezen hoe dit<br />

respect voor het ambacht systematisch werd afgebroken<br />

tot het vandaag in het Westen bijna verdwenen is.<br />

Waaruit volgt dat niet “de cultuur” op zich als oubollig<br />

moet worden verworpen of vervangen door de artefacten<br />

van artistieke charlatans en kunstverkopers, pardon<br />

art salesmen, maar dat we eindelijk eens ophouden<br />

met de verdediging van een exclusief cultuurbegrip<br />

dat nog uit de feodale middeleeuwen of de burgerlijke<br />

negentiende eeuw stamt. Tijd dus voor een nieuwe<br />

Bauhausrevolutie, waarbij we er deze keer voor zorgen<br />

dat de producten niet opnieuw in de heel chique designwinkels<br />

verdwijnen, maar de weg terugvinden naar<br />

diegenen voor wie ze met recht en rede bedoeld zijn.


Kort<br />

Jan Hadermann, componist<br />

en gastdocent Harmonie- en<br />

fanfaredirectie, wordt 60 !<br />

Huldeconcert Jan Hadermann<br />

13 <strong>maart</strong> 2012, 20u<br />

Blauwe Zaal, deSingel<br />

Toegang: 6/4 euro (VCA gratis)<br />

Reservatie via tickets@desingel.be of 03 248 28 28<br />

Jan Hadermann is laureaat compositie en muziekopvoeding<br />

van het Lemmensinstituut te Leuven.<br />

Achteraf bekwaamde hij zich verder aan het conservatorium<br />

van Antwerpen bij Willem Kersters, wat<br />

resulteerde in een Eerste Prijs compositie. In <strong>19</strong>93<br />

mocht hij de vierjaarlijkse SABAM-prijs voor hafabra<br />

in ontvangst nemen. Sedert <strong>19</strong>73 is hij docent contrapunt,<br />

fuga en compositie aan het Lemmensinstituut<br />

en sinds <strong>19</strong>94 gastdocent hafadirectie aan het conservatorium<br />

van Antwerpen. Zijn oeuvre omvat werken<br />

voor symfonisch orkest, koor, piano, kamermuziek<br />

en elektronische muziek. Voor dit huldeconcert werd<br />

gekozen voor kamermuziek door studenten, alumni<br />

en docenten koperblazers en werken voor harmonieorkest.<br />

Naar aanleiding van Hadermanns 60ste verjaardag<br />

organiseert de afdeling koperblazers samen met de afdeling<br />

hafa-orkestdirectie o.l.v. Dirk De Caluwe met<br />

veel enthousiasme dit huldeconcert.<br />

Op het programma staan o.a. het virtuoze Wickerwork<br />

voor trompet en tape door Alain De Rudder, de<br />

Introductie en Inventie voor trombone en tape door<br />

Jan Smets en Faits Divers, door Alain De Rudder, Steven<br />

Verhaert (trompet), Rik Vercruysse (hoorn), Jan<br />

Smets (trombone) en Bernd Van Echelpoel (bastuba).<br />

Het Harmonieorkest Conservatorium Antwerpen<br />

o.l.v. Dirk De Caluwe met als solist Ivo Hadermann<br />

brengt het geheel nog meer luister bij met het Concerto<br />

per corno e orchestra, bewerkt voor harmonieorkest<br />

door 3 studenten uit de masteropleiding voor<br />

hafadirectie: Sam Gevers, Tijl Verhaeghe en Hannes<br />

Van Lancker. In deze bewerking beleeft dit concerto,<br />

geschreven in <strong>19</strong>82, een wereldpremière.<br />

Het iets lichtere genre komt aan bod door Steven<br />

Verhaert als solist in de Ballad voor flugel en harmonieorkest.<br />

Het huldeconcert wordt feestelijk afgeslo-<br />

25


26<br />

ten met het recente en imposante Refraction, uiteraard<br />

ook voor harmonieorkest.<br />

Wim Henderickx bij de buste van Peter Benoit.<br />

Foto: Frederik Beyens<br />

Huldeconcert Wim Henderickx<br />

17 <strong>maart</strong> 2012, 17u30<br />

Blauwe zaal, deSingel<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

De jaarlijkse Peter Benoitherdenking staat dit jaar<br />

in het teken van de vijftigste verjaardag van componist<br />

Wim Henderickx. Dit concert, dat als slotconcert<br />

van de open campusdag wordt geprogrammeerd en<br />

doorgaat op de dag van Henderickx’ verjaardag, wordt<br />

dan ook aan hem opgedragen. Tijdens het eerste deel<br />

van het concert brengt koor Helicon o.l.v. Geert Hendrix<br />

werk van Vlaamse componisten. Het tweede deel<br />

bestaat uit een mix van vroege en recente werken van<br />

Henderickx. Voor de uitvoering staan onder meer het<br />

Spiegel String Quartet, zangeres Valerie Vervoort, violist<br />

Guido De Neve, fluitist Aldo Baerten en percussionist<br />

Koen Wilmaers garant alsook het ensemble XXI<br />

van het conservatorium.<br />

Open campusdag 2012<br />

17 <strong>maart</strong> 2012, van 10u tot 17u<br />

Koninklijk Conservatorium Antwerpen en deSingel<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

De dag bij uitstek om te ervaren wat er zoal leeft in<br />

het conservatorium valt dit jaar op zaterdag 17 <strong>maart</strong>.<br />

Tijdens de jaarlijkse open campusdag nodigt het conservatorium<br />

jong en oud uit om te komen proeven<br />

van concerten, voorstellingen, open lessen en info. En<br />

of het gesmaakt zal worden! Onderstaand overzicht<br />

biedt enkel een voorsmaakje. Voor het volledige programma<br />

verwijzen wij naar www.conservatorium.be<br />

drama<br />

Toonmoment Acteren, herneming Damiët<br />

Muziekproject Kleinkunst<br />

Workshop Schrijven naar model met Bart Moeyaert<br />

Infovergaderingen<br />

dans<br />

Open lessen klassieke en hedendaagse dans<br />

Workshop hedendaagse dans met publiek (vanaf 15<br />

jaar, inschrijven via dans@artesis.be)<br />

‘Aporie’ een choreografie van Iris Bouche en andere<br />

voorstellingen


‘Schrijven naar model’ tijdens de open campusdag van 2011.<br />

Foto: Frederik Beyens<br />

muziek klassiek<br />

Händelcantate “Ero e Leandro”<br />

Barokensemble o.l.v. Ewald Demeyere<br />

Open repetitie Ensemble XXI<br />

Marimba-ensemble voorbereid door Ludwig Albert<br />

Koperensemble o.l.v. Jan Smets<br />

Harpensemble o.l.v. Sophie Hallynck<br />

Strijkersensemble o.l.v. Ivo Venkov<br />

Kamerkoor o.l.v. Luc Anthonis<br />

Houtblazersensemble o.l.v. I Solisti del Vento<br />

Fluitensemble & houtblazerskwintet<br />

Percussie-ensemble o.l.v. Koen Wilmaers<br />

Open lessen instrument en info theorievakken<br />

jazz/ lichte muziek<br />

Ensemble Nic Thys<br />

Vocaal ensemble met Tuto Puoane<br />

Open repetitie voor Jazz Middelheim<br />

Open lessen instrument. Breng je eigen instrument<br />

mee!<br />

Open les sectiespel o.l.v. Fre Desmyter<br />

Infovergaderingen<br />

Bekijk de fotoreportage van de Open Campusdag<br />

2011 via http://www.artesis.be/conservatorium/inschrijven/kennismaken-met-de-opleidingen.htm<br />

Masterclasses<br />

De masterclasses worden mogelijk gemaakt dankzij<br />

steun van Stichting Conservatorium Antwerpen.<br />

masterclass piccolo door sarah jackson<br />

donderdag 8 <strong>maart</strong> 2012 van 14u tot 20u<br />

Doelgroep: voor alle geïnteresseerden, toehoorders welkom<br />

Sarah Jackson is sedert 2003 solist piccolo bij het<br />

Los Angeles Philharmonic Orchestra. Voordien speelde<br />

zij ook bij het Vancouver Symphony Orchestra en<br />

was ze docent fluit en piccolo aan de University of British<br />

Columbia. Sarah Jackson wordt aanzien als een<br />

van de meest uitmuntende piccoloïsten van onze tijd.<br />

Zij geeft regelmatig masterclasses, ondermeer in Japan,<br />

Tsjechië, Nederland en Canada, en is bestuurslid<br />

van de ‘National Flute Association’.<br />

masterclass fluit door william Bennett<br />

donderdag 5 <strong>april</strong> 2012 van 9u15 tot 16u15<br />

Doelgroep: studenten KCA<br />

Toehoorders gratis welkom<br />

William Bennett studeerde in Londen bij Geoffrey<br />

Gilbert, en in Frankrijk bij Jean-Pierre Rampal en<br />

Marcel Moyse. Hij is fluitsolo geweest van het London<br />

Symphony, de Academy of St. Martin in the Fields en<br />

van het English Chamber Orchestra. De masterclasses<br />

van Marcel Moyse in de late jaren zeventig zorgden<br />

voor extra stimulus en inspiratie, waardoor hij<br />

carrière maakte als internationaal solist. Hij realiseer-<br />

27


28<br />

de opnames met Clifford Benson (piano) en George<br />

Malcolm (klavecimbel). Verder maakte hij opnames<br />

als solist met Yehudi Menuhin, het Grumiaux Trio, I<br />

Musici, the Academy of St. Martin in the Fields en het<br />

English Chamber Orchestra.<br />

Aan het begin van zijn carrière maakte hij de eerste<br />

Engelse opname van de complete fluitsonates van<br />

Händel en van hedendaagse werken, waaronder de<br />

Sonatine van Boulez, Berio’s Sequenza, Messaien’s<br />

Merle Noir en Richard Rodney Bennett’s “Winter Music”<br />

(voor hem gecomponeerd).<br />

Naast het standaard fluitrepertoire van Bach, Händel,<br />

Vivaldi, Mozart, etc., was hij een pionier wat betreft<br />

de opnames van vele verwaarloosde werken uit<br />

de <strong>19</strong>de eeuw, zoals muziek van Ries, Romberg en<br />

Taffanel. Hij heeft opnames met artiesten zoals Jimi<br />

Hendrix en Wynton Marsalis. Hij nam meer dan 96<br />

cd’s op als solist.<br />

Onlangs creëerde hij het Concerto van William<br />

Mathias, het Concerto van Diana Burrell en het Concerto<br />

voor fluit en fluitorkest van de Venezolaanse<br />

componist Raimundo Pineda. Deze werken werden<br />

speciaal voor hem geschreven.<br />

masterclass vibrafoon door Pascal schumacher<br />

woensdag 18 <strong>april</strong> 2012 van 10u tot 17u<br />

doelgroep: voor alle geïnteresseerden<br />

Pascal Schumacher begon zijn vorming als percussionist<br />

aan de klassieke muziekafdeling van het Conservatoire<br />

de Musique de la Ville de Luxembourg. In<br />

<strong>19</strong>96 werd hij aangenomen in het Conservatoire National<br />

de Région de Strasbourg in de klas van Emmanuel<br />

Séjourné, waar hij in 2000 een diploma in “Specialisatie<br />

Klavier” behaalde. Daarna volgde hij les bij<br />

de jazzvibrafonist Guy Cabay, eerst aan de jazzafdeling<br />

van het Conservatoire de Luxembourg en daarna<br />

aan de jazzafdeling van Brussel. In 2002 behaalde hij<br />

een meestergraad in musicologie aan de Université<br />

Marc Bloch de Strasbourg. Pascal volgde masterclasses<br />

en workshops bij o.a. Mike Manieri, David Friedman,<br />

Franck Tortiller, Wolfgang Lackerschmid, Bart<br />

Quartier, Jean Geoffroy en Charles Loos.<br />

Sedert <strong>19</strong>97 oriënteert Pascal zich steeds meer<br />

naar de geïmproviseerde muziek, vooral naar de jazz,<br />

en speelt regelmatig in verschillende formaties. Hij is<br />

zeer actief in de Brusselse, Straatsburgse en Luxemburgse<br />

jazzscene. In 2001 richtte hij mee de experimentele<br />

percussiegroep Stroke X op. Maar het is vooral<br />

zijn kwartet met Jef Neve, Christophe Devisscher<br />

en Teun Verbruggen dat snel een doorbraak vond.<br />

In <strong>19</strong>98 ontving hij de “IKB Jugend-Förderpreis” en<br />

in <strong>19</strong>99 was hij laureaat van de Prix Norbert Stelmes<br />

des Jeunesses Musicales. In 2004 won zijn kwartet<br />

de publieksprijs op Tremplin Jazz in Avignon en in<br />

2005 ontving hij de Django d’Or voor jong talent.<br />

Sinds 2001 is hij docent aan het conservatorium van<br />

Luxemburg.<br />

Marc@monday<br />

26 <strong>maart</strong> 2012, 20u30<br />

# 3 Marc@Monday met Koninklijk Conservatorium Antwerpen,<br />

opleiding dans<br />

Monty, Montignystraat 3, Antwerpen<br />

Tickets en info via www.monty.be<br />

Een constante in het parcours van Marc Vanrunxt<br />

is zijn activiteit als gastdocent aan het Koninklijk<br />

Conservatorium Antwerpen, opleiding dans. Die jarenlange,<br />

duurzame band met de opleiding heeft in<br />

zijn traject als choreograaf een belangrijke rol gekre-


gen en mocht dus zeker niet ontbreken in het zesluik<br />

van voorstellingen dat hij brengt in Monty. Vanrunxt<br />

herneemt de voorstelling Antropomorf uit <strong>19</strong>98 met<br />

de tweedejaarsstudenten van het conservatorium.<br />

Oorspronkelijk werd dit werk voor vier dansers geschreven<br />

en duurde het zeventig minuten. Voor de<br />

nieuwe versie gaat hij aan de slag met 10 dansers en<br />

zal hij zich beperken tot een veertigtal minuten. Centraal<br />

staat Rothko Chapel, een compositie voor stem<br />

van de Amerikaanse componist Morton Feldman.<br />

Feldman schreef dat werk voor de legendarische Rothko<br />

Chapel, die in <strong>19</strong>72 in Texas werd opgericht als<br />

meditatieplek voor iedereen van alle religies. Met de<br />

keuze van Rothko Chapel luidt Vanrunxt ook het begin<br />

in van een connectie met het werk van Feldman<br />

die nog regelmatig zal terugkeren in zijn oeuvre. De<br />

herneming van Antropomorf met de studenten wordt<br />

een herdenking, een heruitvinding, en dus zeker geen<br />

repertoire.<br />

Eindprojecten Jazz en Klassiek<br />

Diverse data in <strong>maart</strong>, <strong>april</strong>, mei en juni.<br />

Kijk op www.conservatorium.be<br />

Gratis toegang en zonder reservatie tenzij anders vermeld<br />

Studenten Muziek van het conservatorium organiseren<br />

in voorbereiding tot hun eindproject een concert.<br />

Ze staan zelf in voor de praktische afspraken en<br />

de artistieke uitvoering. Muziek is uiteraard de kern<br />

van het project maar alle genres en bezettingen zijn<br />

mogelijk, en ook de combinaties met andere disciplines<br />

zoals theater, dans en poëzie. Alle informatie over<br />

deze concerten en wat er gespeeld wordt, is te vinden<br />

op www.conservatorium.be<br />

Componistenportret Claude Ledoux<br />

8 mei 2012, Witte Zaal<br />

WHAM & Ensemble XXI o.l.v. Filip Rathé<br />

10u30 tot 13u: Open repetitie en toonmoment<br />

14u tot 16u: Lezing Claude Ledoux over zijn werk<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

Na het behalen van een wetenschappelijk diploma,<br />

studeerde Claude Ledoux (°<strong>19</strong>60) aan het Conservatorium<br />

van Luik, waar hij kennis maakte met Jean-<br />

Louis Robert, Philippe Boesmans, Frederic Rzewski<br />

en Henri Pousseur. Met Patrick Lenfant experimenteerde<br />

hij met elektronische muziek in de CRFMW<br />

(tegenwoordig: Centre Henri Pousseur). Nadien vervolmaakte<br />

hij zich als componist in Hongarije (Béla<br />

Bartók seminarie), in Italië (Bolzano en Venetië) op<br />

onder meer een seminarie van György Ligeti, en in<br />

Parijs waar hij twee jaar studeerde aan het IRCAM en<br />

les volgde bij Iannis Xenakis.<br />

Hij werd laureaat van diverse compositiewedstrijden<br />

(onder meer Rijsel, Parijs en Lausanne). In 2003<br />

ontving hij de muziekprijs van de Stichting Civitella<br />

Ranieri in New York voor zijn recent oeuvre. Zijn<br />

muziek wordt over heel de wereld uitgevoerd, en hij<br />

werd componist in residentie van Ensemble Musiques<br />

Nouvelles (<strong>19</strong>98-2000), het Italiaanse Castello<br />

in Umbrië (2003) en in de Brusselse Bozar (2008-<br />

2009).<br />

Vanuit zijn passie voor Aziatische klanken reisde<br />

hij naar diverse Oosterse landen om onderzoek te verrichten<br />

en muziektradities te bestuderen. In <strong>19</strong>92 bezocht<br />

hij Indië waar hij de etnische muziek van de Himalaya<br />

tot de Rajastanwoestijn bestudeerde. In <strong>19</strong>96<br />

kon hij met een studiebeurs van de SPES Stichting<br />

verder onderzoek verrichten in Vietnam, Cambodja<br />

en Indonesië. In 2004 reisde hij door Japan met zijn<br />

29


echtgenote Nao Momitani, waar hij Nô, Bunraku en<br />

Kyôgen bestudeerde.<br />

Claude Ledoux behaalde een meestergraad in Communicatiewetenschappen<br />

aan de Universiteit van<br />

Luik. Tegenwoordig werkt hij als freelance muziekjournalist,<br />

als professor muziekanalyse aan de Conservatoire<br />

National Supérieur de Musique de Paris<br />

(Frankrijk) en als compositieprofessor aan de Ecole<br />

Supérieure des Arts, Conservatoire de Mons. In 2008<br />

doceerde hij analyse van hedendaagse muziek aan de<br />

universiteiten van São Paulo en Campinas (Brazilië).<br />

Sinds 2006 maakt hij deel uit van de Koninklijke Academie<br />

voor Wetenschappen en Kunsten van België.<br />

Studium Generale: identiteit<br />

13 <strong>maart</strong> 2012: De genetische diversiteit is groot. We zijn dan<br />

ook allemaal unieke exemplaren van de soort Homo Sapiens.<br />

Jean Jacques Cassiman<br />

27 <strong>maart</strong> 2012: Stad en mens, mens en stad. E. Corijn<br />

17 <strong>april</strong> 2012: Van mosselpot tot mabkhara. Nedda El-Asmar<br />

De lezingen starten om <strong>19</strong> uur en worden gevolgd door een<br />

nagesprek met de spreker en een kort debat met de zaal,<br />

waarbij de studenten en het publiek gelegenheid krijgen tot het<br />

stellen van vragen. De totale duur is 2 uur.<br />

In tien lezingen gaat het Studium Generale met<br />

een keure aan vooraanstaande experten op zoek naar<br />

wat identiteit vandaag betekent. Hoe identiteit vorm<br />

krijgt en hoe we er mee omgaan. Er worden geen pasklare<br />

antwoorden geboden, wel elementen die u en<br />

elk van de deelnemers in staat zullen stellen zich een<br />

genuanceerd beeld te vormen wat identiteit betekent<br />

in de huidige maatschappelijke context. Na de laatste<br />

lezing, die van 17 <strong>april</strong>, wordt de reeks afgesloten met<br />

een receptie.<br />

Muziekstages<br />

Paasstage: 10 tot 14 <strong>april</strong> 2012, slotconcert op 14 <strong>april</strong> 2012, 16u<br />

Zomerstage: 20 tot 25 augustus 2012<br />

Info via jma@desingel.be of www.jeugdenmuziekantwerpen.be<br />

Jeugd en Muziek Antwerpen richt tijdens de Paas-<br />

en zomervakantie weer muziekstages in. De cursussen<br />

worden uitsluitend door conservatoriumdocenten<br />

gegeven. Jonge muzikanten die eraan denken hogere<br />

muziekstudies aan te vatten kunnen deze stage(s)<br />

volgen als voorbereiding op het conservatorium en<br />

de toelatingsproeven. Maar de stage richt zich ook op<br />

meer gevordere deelnemers die een masterclass voor<br />

instrument of zang en/ of kamermuziek willen volgen.<br />

Elke deelnemer krijgt gedurende 1 uur per dag<br />

individueel les van de docent naar keuze en kan bovendien<br />

een initiatie algemene muziekleer en/ of kamermuziek<br />

volgen.<br />

31


agenda<br />

02.03.2012, 12u30<br />

Flagey, Belvédèrestraat 27, 1050 Elsene<br />

Toegang: € 7/ 5,5 via www.flagey.be<br />

4.03.2012, 11u<br />

Beel Hoog, Witte Zaal Conservatorium<br />

Toegang: € 10 (Vrienden € 7)<br />

aperitief inbegrepen, geen reservatie<br />

7.03.2012, 13u<br />

14.03.2012, 13u<br />

28.03.2012, 13u<br />

18.04.2012, 13u<br />

25.04.2012, 13u<br />

02.05.2012, 13u<br />

09.05.2012<br />

Beel Hoog, Witte Zaal Conservatorium<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

13.03.2012, 20u<br />

Grote podia, Blauwe Zaal deSingel<br />

Toegang: € 6/ 4<br />

(VCA gratis, geen reservatie)<br />

Reservatie via tickets@desingel.be of<br />

03 248 28 28<br />

17.03.2012, vanaf 10u<br />

Koninklijk Conservatorium Antwerpen<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

18.03.2012, vanaf 10u<br />

deSingel<br />

Tickets en info via www.desingel.be<br />

PikNikMusik in Flagey, Irene Russo & La Schola<br />

Studenten piano van de klas van Irene Russo, een student woordkunst<br />

en dansers van het Ballet van Vlaanderen brengen werk van Dante,<br />

Petrarca en Franz Liszt.<br />

Aperitiefconcert Jong Geluid: Pétillant’Semble<br />

Viool, altviool, cello, harp, fluit en klarinet.<br />

Programma: Debussey, Jongen, Cras, e.a.<br />

Middagconcert Harpensemble o.l.v. Sophie Hallynck<br />

Middagconcert Marimba-ensemble o.l.v. Ludwig Albert<br />

Middagconcert Piano- en percussieklas Irene Russo en Nando Russo<br />

Middagconcert Gitaarklas Roland Broux<br />

Middagconcert Saxofoonklas Hans de Jong<br />

Middagconcert Strijkersensemble o.l.v. Ivo Venkov<br />

Middagconcert Zangklas Stephanie Friede<br />

Huldeconcert Jan Hadermann<br />

Programma: werk van Jan Hadermann door docenten, studenten en het<br />

Harmonieorkest Conservatorium Antwerpen.<br />

Lees meer op p. 25<br />

Open Campusdag<br />

Lees meer op p. 26<br />

17u30: Huldeconcert Wim Henderickx in het kader van de Peter<br />

Benoitherdenking. Meer op p. 26<br />

Britten Happening in deSingel<br />

met o.m. studenten van het conservatorium en<br />

deOrkestacademie o.l.v. Edo de Waart<br />

33


34<br />

20, 21 en 22.03.2012, 20u<br />

Stynen oost, Zwarte zaal<br />

Conservatorium<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

20, 21 en 22.03.2012, 20u<br />

Beel Hoog, Gele Zaal<br />

Conservatorium<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

23 en 24.03.2012, 20u<br />

Beel hoog, Witte zaal,<br />

conservatorium<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

26.03.2012, 20u30<br />

Monty, Montignystraat 3<br />

2018 Antwerpen<br />

Tickets via www.monty.be<br />

27.03.2012, 20u<br />

Rataplan, Wijnegemstraat 27<br />

2140 Borgerhout<br />

Gratis toegang, reservatie verplicht via<br />

www.rataplan.be<br />

29.03.2012, 20u<br />

Nottebohmzaal, Erfgoedbibliotheek<br />

H. Conscience<br />

Conscienceplein 4, Antwerpen<br />

Toegang: € 5, geen reservatie<br />

30.03.2012, <strong>19</strong>u<br />

De Roma,<br />

Turnhoutsebaan 286, Borgerhout<br />

Tickets: € 12/10<br />

via www.deroma.be of 03 292 97 40<br />

22.04.2012, 11u<br />

Beel Hoog, Witte Zaal<br />

Conservatorium<br />

Toegang: € 10 (Vrienden € 7),<br />

aperitief inbegrepen, geen reservatie<br />

“Maculinea rebeli”, voorstelling Acteren<br />

Spel: Phedra Vandenbergh en Lukas De Wolf<br />

Muziekproject Kleinkunst<br />

Toonmoment van het muziekproject van Kleinkunst B2 en B3<br />

o.l.v. Roy Aernouts.<br />

Dans: Open stage: Slave to the Meat<br />

Deze dansvoorstelling is een creatie en gaat over het lichaam en zijn<br />

verlangen om begeerd te worden.<br />

Aansluitend toonmoment Dramaproject Dans o.l.v. Brick de Bois.<br />

Dans: Marc&Monday<br />

Studenten opleiding Dans met werk van choreograaf Marc Vanrunxt.<br />

Monty dompelt u één keer per maand, telkens op een maandagavond,<br />

onder in de manier van werken en denken van Marc Vanrunxt.<br />

Jazzensemble Breathing o.l.v. Piet Verbist<br />

Alban Sarens, tenorsax, Bram De Looze, piano, Egon Loosveldt, drums<br />

Raphael Malfliet, bas<br />

Artistieke ontmoeting<br />

Gespreksconcert met Kamiel Cooremans.<br />

Programma: Mozarts Gran Partita door het houtblazersensemble<br />

gecoacht door I Solisti del Vento.<br />

i.s.m. Middelheim Promotors, Dotatiefonds voor Boek en Letteren<br />

deOrkestacademie o.l.v. Martyn Brabbins<br />

Programma: Britten, Tippett.<br />

deOrkestacademie is een initiatief van het Koninklijk Conservatorium<br />

Antwerpen, deFilharmonie en deSingel.<br />

Sporen: Ewald Demeyere & Korneel Bernolet, klavecimbel<br />

Programma: Couperin en Bach.


23.04.2012, 20u30<br />

Theatercafé (Fakkel)<br />

Hoogstraat 12, Antwerpen<br />

Toegang: € 10 (Vrienden € 7)<br />

Reservatie verplicht via 070 246 036<br />

24.04.2012, 20u<br />

Rataplan, Wijnegemstraat 27<br />

2140 Borgerhout<br />

Gratis toegang, reservatie verplicht via<br />

www.rataplan.be<br />

08.05.2012, vanaf 10u30<br />

Beel hoog, Witte zaal,<br />

conservatorium<br />

Gratis toegang, geen reservatie<br />

Young Jack&Jazz at the Fakkel: Domestic Turtle Tape Explosion<br />

Kimberly Dhondt (zang), Frederik Madou (contrabas), Jan Debel (piano)<br />

en Frederik Meulyzer (drums) gaan op zoek naar een uniek verhaal.<br />

Verwacht u aan vrije, geïmproviseerde muziek van muzikanten die u<br />

maar ook zichzelf zullen verrassen.<br />

Big Band o.l.v. Kurt Van Herck<br />

De composities van Karl Van Deun zijn allerminst saai te noemen. Ieder<br />

nummer roept een andere sfeer op. Kurt Van Herck haalt zijn prachtige<br />

en originele composities nu vanonder het stof.<br />

Componistenportret Claude Ledoux<br />

Lees meer p. 30<br />

Kleinschalige initiatieven zoals klasconcerten, recitals e.a. worden op korte termijn gepland en enkel op de website bekend gemaakt. Updates en aanvullingen<br />

van deze kalender vind je dus op www.conservatorium.be<br />

35


36<br />

Dit is een van de eerste schetsen (begonnen in <strong>19</strong>87) van Wim Henderickx’ eerste werk voor groot orkest (25<br />

jaar geleden, net de helft van 50), toen geschreven voor het Jeugd en Muziekorkest van Antwerpen. Het was<br />

voor Wim een topmoment omdat hij voor het eerst zijn eigen werk hoorde klinken door een groot symfonisch<br />

orkest. Dit werk werd onlangs opgenomen op zijn laatste cd: TEJAS AND OTHER ORCHESTRAL WORKS<br />

door deFilharmonie.<br />

Wilt u ook iets vertellen op deze pagina? Dat kan in de vorm van een tekst, tekening, cartoon, foto, partituur,… Inzendingen zijn welkom via barbara.voets@artesis.be

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!