VOL 7 - N° 2 - UCL
VOL 7 - N° 2 - UCL
VOL 7 - N° 2 - UCL
You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
NOSO-info, vol.VII n°2, 2003<br />
18<br />
In tabel 3 en 4 worden de gemiddelde deelnamepercentages<br />
per surveillancejaar samengevat per regio en per<br />
ziekenhuisgrootte, in drie periodes waarin de wetgeving met<br />
betrekking tot de surveillance van ziekenhuisinfecties<br />
verschilde. Eind 1997 werd het Ministerieel Besluit<br />
gepubliceerd dat de deelname aan de surveillance van<br />
nosocomiale infecties stimuleert via een forfaitair bedrag<br />
(150000 BEF waarvan 90000 diende doorgestort te worden<br />
aan het WIV). In 2000 (eind 1999) werd dit MB uitgebreid<br />
naar deelname aan één van de drie NI-componenten (IZ, SEP<br />
of SSI), gelijktijdig met de invoering van het Vlaamse<br />
kwaliteitsdecreet (KD) dat de ziekenhuizen in Vlaanderen<br />
verplicht om de drie jaar één indicator (nosocomiale<br />
septicemieën, ventilator-geassocieerde pneumonieën en<br />
postoperatieve wondinfecties) te registreren. Bij gelijktijdige<br />
deelname aan het SEP en IZ protocol konden de eerste 2<br />
indicatoren in één jaar geregistreerd worden.<br />
Tabel 3 toont dat het kwaliteitsdecreet een belangrijke<br />
toename van de deelname in Vlaanderen aan minstens één<br />
NI-component tot gevolg had (van 67% in 1997-1999 naar<br />
gemiddeld 84% in 2000-2002), terwijl de deelname in<br />
Brussel en Wallonië stabiel bleef. Uit tabel 1 blijkt ook dat<br />
nogal wat ziekenhuizen in 2000 deelnamen aan 2 protocols<br />
en niet deelnamen in 2001 (wat wel met het kwaliteitsdecreet<br />
overeenstemt, maar niet met de federale wetgeving). Een<br />
opvallend effect van het kwaliteitsdecreet is ook het feit dat<br />
bijna uitsluitend Vlaamse ziekenhuizen deelnamen aan het<br />
PWI protocol.<br />
Tabel 3. Invloed van de wetgeving op de gemiddelde jaarlijkse deelname aan NSIH, per regio; 1992-1996: geen specifieke<br />
wetgeving; 1997-1999: financiering surveillance intensieve zorgen; 2000-2002: kwaliteitsdecreet van de Vlaamse<br />
Gemeenschap en uitbreiding van de federale financiering (n=116 fusieziekenhuizen)<br />
PWI<br />
SEP<br />
IZ<br />
>=1 NI<br />
MRSA<br />
MREA<br />
>=1 RES<br />
>=1 surv.<br />
VI<br />
26%<br />
51%<br />
34%<br />
63%<br />
63%<br />
-<br />
63%<br />
73%<br />
1992-1996 1997-1999<br />
Bxl<br />
26%<br />
66%<br />
62%<br />
71%<br />
79%<br />
-<br />
79%<br />
75%<br />
Wal<br />
18%<br />
53%<br />
45%<br />
59%<br />
54%<br />
-<br />
54%<br />
68%<br />
VI<br />
-<br />
45%<br />
62%<br />
67%<br />
72%<br />
-<br />
72%<br />
86%<br />
Bxl<br />
-<br />
54%<br />
67%<br />
74%<br />
87%<br />
-<br />
87%<br />
97%<br />
Vl=Vlaanderen : n=65 ; Bxl=Brussel : n=13 ; Wal=Wallonië : n=38; Overige afkortingen : zie tabel 1<br />
De invloed van het federale MB over de financiering van de<br />
surveillance blijkt het duidelijkst uit tabel 4. De deelname<br />
aan het IZ protocol steeg dramatisch tengevolge van het MB,<br />
maar enkel in de kleinere en middelgrote ziekenhuizen.<br />
Waarschijnlijk werd het beperkte forfaitaire bedrag als niet<br />
significant beschouwd in de grotere ziekenhuizen. Vanaf<br />
2000 daalde de participatie aan het IZ protocol zoals<br />
verwacht ten voordele van de participatie aan de andere<br />
protocols.<br />
Wal<br />
-<br />
39%<br />
53%<br />
64%<br />
62%<br />
-<br />
62%<br />
82%<br />
VI<br />
39%<br />
50%<br />
45%<br />
84%<br />
72%<br />
37%<br />
74%<br />
92%<br />
2000-2002<br />
Bxl<br />
0%<br />
38%<br />
64%<br />
74%<br />
72%<br />
41%<br />
74%<br />
97%<br />
Wal<br />
1%<br />
52%<br />
30%<br />
66%<br />
56%<br />
39%<br />
61%<br />
80%<br />
Een regelmatig weerkerende opmerking is ook dat de grote<br />
ziekenhuizen oververtegenwoordigd zijn in de surveillance<br />
van het WIV. Uit de cijfers blijkt dat dit deels het geval is voor<br />
de SEP en MRSA componenten, maar dat voor de andere<br />
surveillances middelgrote en grote ziekenhuizen evenredig<br />
vertegenwoordigd zijn. Hoewel de stijging in de deelname in<br />
recente jaren het meest uitgesproken was in de kleinste<br />
ziekenhuizen (