download pdf - Vlaams Instituut voor de Zee
download pdf - Vlaams Instituut voor de Zee
download pdf - Vlaams Instituut voor de Zee
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Na <strong>de</strong> aanhouding van Leep komt Franciscus Marant, advocaat en avoué te Brugge, schoonzoon<br />
van Karel Van Mal<strong>de</strong>gem, tot <strong>de</strong> vaststelling dat <strong>de</strong> in hypotheek genomen goe<strong>de</strong>ren onbestaan<strong>de</strong><br />
waren.<br />
Zij stapten "schielijk" met notaris Van Caillie naar <strong>de</strong> gevangenis om een an<strong>de</strong>re hypotheek te<br />
bekomen. Daar troffen zij Felix Beaucourt, een an<strong>de</strong>re schul<strong>de</strong>iser van Leep, met een vor<strong>de</strong>ring<br />
van 2 000 frank.<br />
Met Leep kwamen <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> schul<strong>de</strong>isers overeen om <strong>de</strong> verschuldig<strong>de</strong> sommen samen te voegen en<br />
Leep gaf in betaling twee aan<strong>de</strong>len van <strong>de</strong> Maatschappij van Koophan<strong>de</strong>l, een rente op <strong>de</strong> heer<br />
Denys ter waar<strong>de</strong> van 3 428,55 gul<strong>de</strong>n (hem aanbe<strong>de</strong>eld uit <strong>de</strong> nalatenschap van Laurentius Leep)<br />
en hypotheek op een buitengoed of 't Kasteeltje te Sint Pieters - op - <strong>de</strong>n - dijk, <strong>voor</strong>heen eigendom<br />
van Franciscus Bouuaert.<br />
De vier<strong>de</strong> beschuldiging han<strong>de</strong>l<strong>de</strong> over een lening jegens Jan Rooze, zeekapitein te Oosten<strong>de</strong>. Op<br />
27 oktober 1824 leen<strong>de</strong> Leep 3 000 frank op wissel van één jaar. Als garantie leg<strong>de</strong> hij opnieuw<br />
een uittreksel uit <strong>de</strong> <strong>voor</strong>mel<strong>de</strong> akte ver<strong>de</strong>ling van 1822 <strong>voor</strong>, waarop hij zich schriftelijk verbond<br />
<strong>de</strong> daarin vermel<strong>de</strong> goe<strong>de</strong>ren niet te verkopen dan met toestemming van <strong>de</strong> schul<strong>de</strong>iser. Later<br />
leen<strong>de</strong> hij nogmaals 2 000 frank van Rooze. De goe<strong>de</strong>ren vermeld in het uittreksel bleken echter<br />
onbestaan<strong>de</strong> !<br />
Het vijf<strong>de</strong> dossier was gelijkaardig aan het vorige. Op 25 mei 1824 ontleen<strong>de</strong> Leep van Andreas<br />
Carbon, zeekapitein te Oosten<strong>de</strong>, <strong>de</strong> som van 3 000 frank op wissel op basis van een vervalst<br />
uittreksel van gezeg<strong>de</strong> ver<strong>de</strong>ling.<br />
Twee an<strong>de</strong>re feiten kwamen nog <strong>de</strong> beschuldigingen verzwaren. In 1820 en 1821, vóór Louis Leep<br />
notaris was te Oosten<strong>de</strong>, leen<strong>de</strong> hij tweemaal 5 000 frank van Fernand D'hauw, generaal - majoor te<br />
Brugge met hypotheek op goe<strong>de</strong>ren die hem niet toebehoor<strong>de</strong>n. Toen D'hauw het bedrog ont<strong>de</strong>kte,<br />
kon hij Leep tot terugbetaling dwingen.<br />
Tenslotte ontleen<strong>de</strong> Leep bij akte van notaris Michel - Fran9ois Jooris te Nieuwpoort op 7 mei 1825<br />
2 835 gul<strong>de</strong>n met hypotheek op goe<strong>de</strong>ren die hij reeds in 1823 verkocht had, van Emmanuel van<strong>de</strong>r<br />
Zweep, zeekapitein te Oosten<strong>de</strong>. Deze schul<strong>de</strong>iser werd echter niet terugbetaald.<br />
Vóór <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksrechter hield Leep vol dat <strong>de</strong> handtekeningen op <strong>de</strong> stukken <strong>de</strong>ze waren van<br />
notaris Belpaire. Dit werd stellig ontkend door Belpaire tij<strong>de</strong>ns zijn on<strong>de</strong>rvragingen op 20 juli en 4<br />
augustus 1825. Gezien <strong>de</strong>ze tegenstrijdige verklaringen besliste <strong>de</strong> Raadkamer op 20 oktober 1825<br />
<strong>de</strong> verificatie van <strong>de</strong> handtekeningen van notaris Belpaire. Als experten wer<strong>de</strong>n aangesteld :<br />
Dominicus Thorys, Franciscus van Male en Johannes Lameire, schrijfmeesters en on<strong>de</strong>rwijzers te<br />
Brugge.<br />
Het omstandig en goed geadstrueerd <strong>de</strong>skundig verslag liet niet lang op zich wachten. Negen dagen<br />
later luid<strong>de</strong> hun besluit : "dat <strong>de</strong> handtekening Belpaire Not welke zich bevindt ten slotte op <strong>de</strong><br />
zeven openbare akten of extrakten on<strong>de</strong>rs <strong>de</strong> nummers 2, 11, 17, 24, 29, 31 en 40 van <strong>de</strong>n<br />
Generalen Inventaris valsch, en het handteeken niet is van <strong>de</strong>n Notaris Belpaire"<br />
Bij bevelschrift van <strong>de</strong> Raadkamer van 4 november 1825 werd <strong>de</strong> bun<strong>de</strong>l overgemaakt aan <strong>de</strong><br />
Procureur Generaal bij het Hoog Gerechtshof te Brussel. In zijn requisitoor van 19 november 1825<br />
vroeg hij <strong>de</strong> verzending van <strong>de</strong> beklaag<strong>de</strong> <strong>voor</strong> het Hof van Assisen van <strong>de</strong> provincie West -<br />
Vlaan<strong>de</strong>ren.<br />
2006 - 160