februari 2005 - Sportcommissie
februari 2005 - Sportcommissie
februari 2005 - Sportcommissie
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
Vragen naar aanleiding van<br />
de brief “Overgang BBT BOT”<br />
Recent is aan u bekend gesteld dat de omscholingsopleiding<br />
om BOT militair te worden is vervallen<br />
met ingang van 1 januari <strong>2005</strong>. Naar aanleiding van<br />
deze brief zijn er een vijftigtal vragen bij de Sectie 1<br />
binnengekomen. Hoewel deze vragen via de Regio’s<br />
worden beantwoordt, wil ik gebruik maken van deze<br />
publicatie om de belangrijkste vragen te beantwoorden.<br />
Vraag: “Ik ben sgt1 BOT 27 jaar, moet ik me nu zorgen<br />
gaan maken over het feit dat ik met 35 jaar bedankt word<br />
voor de bewezen diensten en welke criteria gelden er<br />
straks om na je 35ste te mogen blijven bij Defensie?”<br />
Iedere militaire medewerker krijgt dezelfde status, dat betekent<br />
niet dat men automatisch zich zorgen moet maken.<br />
En waarom dan niet? De LO/Sportorganisatie betrekt haar<br />
personeel uit een specifieke omgeving namelijk CIOS en<br />
ALO, daarbij komt dat er geen functieroulatie is met overige<br />
KL-onderdelen. Wat echter wel speelt is het feit of er voor u<br />
bevorderingsruimte is op het moment dat u als medewerker<br />
wordt bezien in het kader van “Up or Out”. Niet alleen<br />
geschiktheid speelt dus een rol, maar zeker ook ruimte om<br />
in te nemen (vacature). Vooralsnog wordt er gesproken over<br />
een leeftijdsbracket waarin wordt bezien of medewerkers van<br />
defensie (specifiek militairen) geschikt zijn voor een hoger<br />
functioneringsniveau, dit wordt concreet gemaakt door de<br />
term bevorderbaarheid. Voorzichtige conclusie is dat als u<br />
niet (meer) bevorderbaar bent en geen deel uitmaakt van een<br />
overgangsregeling, u door defensie geen verlenging wordt<br />
aangeboden. Dit kan op elk moment gebeuren. Het moment<br />
kan voor onderofficieren op een ander (leeftijds) moment<br />
liggen als voor officieren. Er wordt gestreefd naar een situatie<br />
van relatief hoge werkzekerheid na het bevorderingsmoment.<br />
Waar de exacte knip komt te liggen en of dit aan leeftijd dan<br />
wel een ranggroep of beide wordt gekoppeld wordt nog<br />
uitgewerkt op het ministerie daarin is de KL niet leidend<br />
Vraag: “Hebben beoordelingen op dit moment nog<br />
zin of moeten we juist iedereen sowieso vanaf nu<br />
gaan beoordelen, gevraagd of ongevraagd?”<br />
Het beleid met betrekking tot Functioneringsgesprekken en<br />
Beoordelingen is recentelijk opnieuw vastgesteld. Daarnaast<br />
heeft C-LO/Sportorganisatie ook beleid gemaakt met<br />
betrekking tot de uitvoering hiervan. Beoordelingen hebben<br />
zeker zin als het gaat om het vaststellen van het niveau van<br />
functioneren, of er meer beoordeeld moet gaan worden is<br />
nog de vraag. Als het gaat om het LO/Sportpersoneel zijn er<br />
minimaal drie beoordelingsmomenten noodzakelijk, namelijk:<br />
• bij instroom, de competentietest<br />
• bij doorstroom (naast hogere rang of officierschap)<br />
bijvoorbeeld eerste twee functies smi en aooi<br />
• bij uitstroom (Up or Out beoordeling)<br />
Ook de cyclus functioneringsgesprekken biedt veel houvast,<br />
op basis van dit beleidsdeel alsmede de introductie van P&O<br />
2000+ wordt op dit moment bij Persco/ILM hard gewerkt<br />
aan het opzetten van een structuur waarin het Persoonlijk<br />
OntwikkelingsPlan (POP) centraal staat. Dit sluit goed aan bij<br />
de ontwikkeling binnen de LO/Sportorganisatie op het gebied<br />
van Competentiemanagement waarbij ook de persoonlijke<br />
ontwikkeling een belangrijke plaats inneemt. Tenslotte is de<br />
uitkomst van beide opgenoemde methoden van begeleiding<br />
in combinatie met beoordelen het juiste middel om ontwikkeling<br />
en groei van zowel organisatie als de medewerker<br />
te verenigen als het gaat om doelen en belangen.<br />
Vraag: “Wie komen er straks in aanmerking om civiele<br />
opleidingen te gaan volgen welke nu via de Regionale<br />
Loopbaancentra aangevraagd worden of zijn?”<br />
Gezien het feit dat de status van beide categorieën militairen<br />
wordt veranderd, ligt het voor de hand dat ook beleid en<br />
regelgeving op het gebied van opleidingen wordt geharmoniseerd.<br />
Het veranderen van beleid en regelgeving is een<br />
langdurig proces met een aantal juridische aspecten, waar ook<br />
vakbonden een mening over hebben in het georganiseerd<br />
overleg. De insteek van de Staatssecretaris (personeelsbrief) is<br />
dat opleidingen een meer functionele insteek moeten krijgen,<br />
dit betekend dat civiele opleidingen, tenzij in het kader van<br />
SBK bedoeld, gericht dienen te zijn op het kunnen vervullen<br />
ZANDLOPER 38