05.09.2013 Views

Help, ik ben een ambtsdrager! (Ambtsdragerscursus CGK Haarlem)

Help, ik ben een ambtsdrager! (Ambtsdragerscursus CGK Haarlem)

Help, ik ben een ambtsdrager! (Ambtsdragerscursus CGK Haarlem)

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

-1-<br />

1. NIEUWTESTAMENTISCHE GEGEVENS IN VERBAND MET DE<br />

OUDERLING<br />

De NTe woorden voor ouderling zijn episcopos (opziener) en<br />

presbyter (oudste). Deze twee worden synoniem gebru<strong>ik</strong>t.<br />

Een belangrijke tekst voor het werk van de opziener of oudste<br />

is Hand. 20:28: "Ziet dan toe op uzelf en op de gehele kudde,<br />

waarover de Heilige Geest u tot opzieners gesteld heeft, om de<br />

gem<strong>een</strong>te Gods te weiden, die Hij door het bloed van zijn Eigene<br />

verworven heeft". Uit deze tekst kunnen we als centrale term<br />

voor het werk van de oudste afleiden: het weiden van de<br />

kudde. Daarmee zitten we midden in <strong>een</strong> Bijbels beeld: dat<br />

van de herder. De herder zorgt voor de kudde, verzorgt<br />

gewonde schapen, jaagt roofdieren weg en leidt de kudde naar<br />

'grazige weiden'. Het beeld van de herder kom je in de Bijbel<br />

tegen van God (Ps.23), maar ook van mensen die namens Hem<br />

'herder' mogen zijn voor het volk (Ez.34). In Joh.10 lezen we<br />

dat Jezus de Goede Herder is. Het weiden van de kudde dat<br />

de oudsten mogen doen gebeurt in zijn naam.<br />

Het weiden vindt plaats doordat de ouderlingen toezien op<br />

zichzelf en de gehele kudde. Daarom wordt <strong>een</strong> oudste ook<br />

'opziener' genoemd. De woorden 'toezien' en 'opziener' spreken<br />

van het leidinggeven aan de gem<strong>een</strong>te. Maar ook van het verzorgen<br />

van de gem<strong>een</strong>te. Toezien op de gem<strong>een</strong>te is <strong>een</strong> omzien<br />

naar de gem<strong>een</strong>te.<br />

Over het weiden van de kudde spreekt ook 1 Petr.5:1-5.<br />

Petrus zegt daar de oudsten iets over de manier waarop dat<br />

weiden moet gebeuren; ouderlingen heb<strong>ben</strong> gezag, maar<br />

moeten in ootmoed dat gezag uitoefenen: "De oudsten onder u<br />

vermaan <strong>ik</strong> dan...: hoedt de kudde Gods die bij u is, niet<br />

gedwongen, maar uit vrije beweging, naar de wil van God, niet<br />

uit schandelijke winzucht, maar uit bereidwilligheid, niet als<br />

heerschappij voerend over hetg<strong>een</strong> u ten deel gevallen is, maar<br />

als voorbeelden der kudde. En wanneer de opperherder verschijnt,<br />

zult gij de onverwelkelijke krans der heerlijkheid<br />

verwerven. Evenzo gij, jongeren, onderwerpt u aan de oudsten."<br />

Op twee plaatsen spreekt Paulus over de voorwaarden om<br />

ouderling te mogen zijn: 1 Tim. 3:2-7 en Tit.1:6-9. Het gaat<br />

vooral om de voorwaarde van het onbesproken en<br />

onberispelijk zijn. Paulus wil ermee zeggen dat <strong>een</strong> oudste in<br />

g<strong>een</strong> enkel opzicht iemand mag zijn die anderen <strong>een</strong> argument<br />

in handen geeft om zich tegen het evangelie en tegen de gem<strong>een</strong>te<br />

te keren. Wat verder opvalt is de gesch<strong>ik</strong>theid om de<br />

christelijke leer te onderwijzen en te verdedigen. De ouderling<br />

moet 'bekwaam zijn om te onderwijzen' 1 Tim.3:2 en hij moet

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!