POP-wijzer Praktijkopleiding AA - NBA
POP-wijzer Praktijkopleiding AA - NBA
POP-wijzer Praktijkopleiding AA - NBA
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
<strong>POP</strong>-<strong>wijzer</strong> <strong>Praktijkopleiding</strong> <strong>AA</strong><br />
Je persoonlijke routekaart<br />
Internetversie
Inhoudsopgave<br />
Inleiding 3<br />
1: Het curriculum vitae 4<br />
2: De opleidingsgegevens 5<br />
3: Beschrijving van het kantoor 6<br />
4: Het persoonlijk actieplan 7<br />
4.1 Kennisontwikkeling 8<br />
4.2 Ontwikkeling van je beroepshouding 8<br />
4.3 Ontwikkeling van vaardigheden 8<br />
4.4 Je ontwikkeling bijhouden 9<br />
5: Beoordeling van je <strong>POP</strong> 10<br />
Bijlage: Format <strong>POP</strong> 11<br />
©2012 NOv<strong>AA</strong><br />
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm<br />
of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.<br />
2
Inleiding<br />
Het persoonlijke ontwikkelingsplan (<strong>POP</strong>) geeft je de<br />
gelegenheid in je eigen woorden te vertellen en vast te<br />
leggen hoe je vorm wilt geven aan je professionele<br />
ontwikkeling tijdens de <strong>Praktijkopleiding</strong>. Het plan vormt<br />
de routekaart voor je opleiding.<br />
Vijf onderdelen<br />
Het <strong>POP</strong> bestaat uit vijf onderdelen, die we in dit<br />
handboekje verder toelichten:<br />
1. Het curriculum vitae<br />
2. De opleidingsgegevens<br />
3. De beschrijving van het kantoor<br />
4. Het persoonlijke actieplan<br />
5. Beoordeling<br />
Stappenplan<br />
Het opstellen van een <strong>POP</strong> verloopt volgens een<br />
stappenplan, waarbij jij zelf, de praktijkopleider en de<br />
externe beoordelaar betrokken zijn. Dit stappenplan ziet<br />
er als volgt uit:<br />
1. Eerst inventariseer je zelf wat je wilt bereiken. Voor<br />
welke kritische beroepssituaties ga je de benodigde<br />
competenties verwerven en hoe denk je dat te gaan<br />
doen? Met andere woorden: je denkt na over de invulling<br />
van je persoonlijke actieplan. Ook denk je na over de<br />
ontwikkeling van jouw eigen profiel.<br />
2. Je bespreekt je ideeën met de praktijkopleider. Is<br />
datgene wat je wilt bereiken ook haalbaar? Je oriënteert<br />
je op jouw mogelijkheden binnen de organisatie door<br />
gesprekken te voeren met anderen binnen jouw<br />
organisatie. Denk bijvoorbeeld aan een gesprek met de<br />
compliance officer om na te gaan welke<br />
controleopdrachten je zou kunnen uitvoeren. Steunt je<br />
praktijkopleider deze ambities? De praktijkopleider schat<br />
in of jij, met jouw capaciteiten, in staat bent de door<br />
jou aangegeven ontwikkeling door te maken. Ook schat<br />
hij in of de (toekomstige) klanten binnen het kantoor<br />
zich lenen voor deze ontwikkeling.<br />
3. Je schrijft je persoonlijke actieplan. Je plaatst het<br />
plan, samen met de andere documenten (een kort cv,<br />
opleidingsgegevens, een beschrijving van het kantoor) in<br />
het daarvoor bestemde sjabloon van het <strong>POP</strong> in de<br />
elektronische leeromgeving (ELO). Je praktijkopleider<br />
kijkt hiernaar en voorziet de documenten van<br />
commentaar. Als de praktijkopleider met alle<br />
documenten akkoord is, zend je je <strong>POP</strong> naar de externe<br />
beoordelaar.<br />
4. De externe beoordelaar beoordeelt de documenten en<br />
vult het beoordelingsformulier in. Op het moment dat hij<br />
akkoord is met je <strong>POP</strong>, kun je starten met de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong>. Als hij niet akkoord gaat, zul je je<br />
<strong>POP</strong>, conform de door de externe beoordelaar gemaakte<br />
opmerkingen, moeten bijstellen. Je biedt daarna het <strong>POP</strong><br />
opnieuw ter beoordeling aan.<br />
Wijzigingen via de nieuwsbrief<br />
Hoewel we met alle aandacht hebben geprobeerd een<br />
compleet overzicht te bieden, blijft deze handleiding<br />
toch een momentopname. Eventuele aanvullingen of<br />
nieuwe inzichten worden gepubliceerd in de nieuwsbrief<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong>. De nieuwsbrieven tref je aan in de<br />
elektronische leeromgeving (ELO). Deze ELO is<br />
toegankelijk via www.novaa.nl.<br />
3
1. Het curriculum vitae<br />
Het eerste onderdeel van het <strong>POP</strong> is het curriculum<br />
vitae (cv). Je opleiding en werkervaring geven aan wat je<br />
als bagage meeneemt in de <strong>Praktijkopleiding</strong>. Dit vormt<br />
dan ook het vertrekpunt voor je persoonlijke actieplan.<br />
Verkort cv<br />
Er wordt niet van je verwacht dat je een cv opneemt<br />
waarmee je kunt solliciteren. Wel dat je een overzicht<br />
geeft van de werkzaamheden die je tot de aanvang van<br />
de <strong>Praktijkopleiding</strong> hebt verricht.<br />
Geef een opsomming van eerder opgedane werkervaring<br />
per werkgever. Wat was je functie? Welke taken en<br />
bevoegdheden behoorden jou toe? Wat was jouw plek<br />
binnen de organisatie? Geef in dit overzicht ook het<br />
aantal maanden of jaren werkervaring per werkgever<br />
aan.<br />
Neem ook een gedetailleerde beschrijving op van de<br />
opleidingen, cursussen en trainingen die je voor aanvang<br />
van de <strong>Praktijkopleiding</strong> hebt gevolgd. Geef aan wat de<br />
opleidingen inhouden en wat je daar hebt geleerd. Maak<br />
duidelijk of en wanneer je de opleidingen succesvol hebt<br />
afgerond.<br />
4
2. De opleidingsgegevens<br />
In de <strong>Praktijkopleiding</strong> werk je aan beroepsproducten.<br />
Door te werken aan beroepsproducten, verwerf je<br />
competenties. Een onderdeel van de competentieverwerving<br />
is het ontwikkelen van kennis. Dit doe je voor<br />
een belangrijk deel door het volgen van theoretisch<br />
onderwijs en cursussen. Met het opnemen van je<br />
opleidingsgegevens in het <strong>POP</strong> toon je aan welke<br />
theoretische kennis je ontwikkeld hebt. Je neemt je<br />
opleidingsgegevens als pdf-bestanden op.<br />
Met succes<br />
In het tweede onderdeel van het <strong>POP</strong> neem je je<br />
opleidingsgegevens op. Aan het einde van de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> moet je aantonen dat je het<br />
theoretische deel van de opleiding tot <strong>AA</strong>-Accountant<br />
succesvol hebt afgerond. Ook moet je laten zien dat je<br />
de voorgeschreven cursussen hebt gevolgd.<br />
Gescande diploma’s en certificaten<br />
Wat neem je nu precies op? Als je start met de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> moet je minimaal een bacheloropleiding<br />
in een economische richting op hbo- of universitair<br />
niveau hebben afgerond. Om te kunnen deelnemen aan de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> moet je vooropleiding voldoen aan<br />
artikel 14 van de Verordening op de Praktijkstage (zie<br />
www.novaa.nl). Voor je inschrijving in de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> heb je samen met het inschrijfformulier<br />
alle opleidingsgegevens (gewaarmerkte kopieën van<br />
diploma’s, cijferlijsten en certificaten) naar het<br />
secretariaat <strong>Praktijkopleiding</strong> gestuurd. Deze<br />
gewaarmerkte kopieën neem je ook op in het tweede<br />
onderdeel van je <strong>POP</strong>.<br />
Tijdens de opleiding vul je deze gegevens verder aan met<br />
bewijzen van deelname, getuigschriften en<br />
deelcertificaten. Op het moment dat je de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> wilt afronden, wordt vanuit het<br />
secretariaat <strong>Praktijkopleiding</strong> gekeken of je aan alle<br />
theoretische eisen hebt voldaan. Trainees die vanaf<br />
1 september 2011 met hun <strong>Praktijkopleiding</strong> zijn gestart<br />
maken hiervoor gebruik van de activiteit ‘Aanmeldingsen<br />
opleidingsgegevens’.<br />
Je praktijkopleider kan de kopieën waarmerken. Hij<br />
verklaart dan dat de kopie overeenkomt met het<br />
origineel. Dit doet hij door op de kopie de aantekening<br />
‘gewaarmerkt d.d.’ te maken en te ondertekenen met zijn<br />
naam en handtekening.<br />
5
3. Beschrijving van het kantoor<br />
Het verwerven van competenties doe je binnen een<br />
bepaalde context. De aard en omvang van je kantoor en<br />
de samenstelling van je klantenpakket bepalen voor een<br />
belangrijk deel wat er voor jou wel en niet mogelijk is.<br />
De beschrijving<br />
Neem in het derde onderdeel van je <strong>POP</strong> een uitgebreide<br />
beschrijving van het kantoor op waar jij de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> volgt.<br />
In de beschrijving komen de volgende zaken aan bod:<br />
1. een organogram, jouw plaats in het organogram, het<br />
aantal medewerkers, je taken en bevoegdheden binnen de<br />
organisatie;<br />
2. het type klanten: benoem de sectoren en de<br />
marktsegmenten waarin de klanten zich bevinden (klein-,<br />
midden- of grootbedrijf). In verband met de anonimiteit<br />
noem je geen klantnamen;<br />
3. welk soort opdrachten er worden verricht bij de<br />
verschillende typen klanten (bijvoorbeeld fiscale<br />
opdrachten, controleopdrachten);<br />
4. of het kantoor een AFM-vergunning heeft;<br />
5. korte beschrijving van je praktijkopleider. Omschrijf<br />
kort wie hij is, welke positie hij in de organisatie<br />
inneemt en hoeveel jaar ervaring hij heeft.<br />
Doel van de beschrijving<br />
Waarom moet je deze gegevens opnemen in je <strong>POP</strong>? De<br />
externe beoordelaar moet bekijken of je je persoonlijke<br />
actieplan kunt realiseren op de wijze zoals door jou is<br />
aangegeven. Bovendien kunnen de externe beoordelaars<br />
gedurende de <strong>Praktijkopleiding</strong> met hun aanwijzingen<br />
rekening houden met de context waarbinnen je de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> volgt.<br />
6
4. Het persoonlijke actieplan<br />
In het vierde onderdeel van je <strong>POP</strong> plaats je je<br />
persoonlijke actieplan (PAP). In dit plan geef je in eigen<br />
woorden aan waar je nu staat en waar je aan het einde<br />
van de <strong>Praktijkopleiding</strong> wilt staan. Om je eigen rol aan<br />
te geven, schrijf je zo veel mogelijk in de ik-vorm.<br />
Startpunt<br />
In het actieplan geef je aan waar je staat bij het begin<br />
van de opleiding. Op welk niveau verricht je op dit<br />
moment de werkzaamheden van de verschillende<br />
kritische beroepssituaties. Geef voorbeelden waaruit je<br />
niveau blijkt, bijvoorbeeld type klanten, werkzaamheden<br />
en verantwoordelijkheidsniveau.<br />
Vrijstelling<br />
Als je al relevante werkervaring hebt opgedaan met<br />
betrekking tot kritische beroepssituaties kun je een<br />
vrijstelling aanvragen. Je moet dan wel aantonen dat je<br />
de competenties hebt verworven die horen bij de<br />
kritische beroepssituaties waarvoor je vrijstelling<br />
vraagt. Dat doe je door voor iedere kritische<br />
beroepssituatie de beroepsproducten die behoren bij de<br />
competenties op niveau 1 als bijlage aan je actieplan toe<br />
te voegen.<br />
Eindbestemming<br />
Je beschrijft in het actieplan hoe je je doelstellingen,<br />
oftewel je ‘Soll-positie’ wilt bereiken. Deze<br />
doelstellingen baseer je op de minimumeisen die voor de<br />
afronding van de <strong>Praktijkopleiding</strong> gelden. Je mag je<br />
doelstellingen ook ruimer formuleren dan deze eisen.<br />
Je doelstellingen moeten SMART zijn: Specifiek,<br />
Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. Dit<br />
houdt in dat je je doelstellingen concreet formuleert<br />
(specifiek), aangeeft wat je wilt bereiken en hoe je dat<br />
gaat doen (meetbaar en acceptabel). Hoe past dit in het<br />
ontwikkelingsmodel van het kantoor waar je je<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> volgt (realistisch)?<br />
Geef ook een tijdsplanning aan (tijdgebonden). Denk bij<br />
het formuleren van doelstellingen aan:<br />
● een opbouw in klantgrootte en sectoren;<br />
● een opbouw in verantwoordelijkheidsniveau;<br />
● het vergroten van kennis en vaardigheden door<br />
uitbreiding van type klanten.<br />
Op niveau?<br />
Je moet aantonen dat je aan het einde van de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> de competenties hebt verworven voor:<br />
1. minimaal drie kritische beroepssituaties (brede<br />
MKB-variant);<br />
2. de kritische beroepssituatie ‘Situaties van<br />
Assuranceopdrachten’ (MKB-Controlevariant).<br />
Ad.1 De brede MKB-variant<br />
Bij deze variant moeten in ieder geval de competenties<br />
die behoren bij de situaties van assuranceopdrachten en<br />
de situaties van aan assurance verwante opdrachten<br />
worden behaald. Daarnaast moet een derde tussentijdse<br />
beroepssituatie worden gekozen. In het actieplan maak<br />
je aannemelijk dat je per jaar minimaal 1000 uur aan je<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> gaat besteden. Ook maak je aannemelijk<br />
dat je gedurende jouw gehele <strong>Praktijkopleiding</strong> minimaal<br />
1000 uur aan samenstel- en controlewerkzaamheden<br />
gezamenlijk (bijv. 600 uur aan samenstelwerkzaamheden<br />
en 400 uur aan controlewerkzaamheden) kunt invullen.<br />
Ad. 2 MKB-Controlevariant<br />
In deze variant moet je minimaal de competenties voor<br />
de situaties van assuranceopdrachten behalen. Je moet<br />
aannemelijk maken dat je tijdens de gehele<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> minimaal 1000 uur aan<br />
controlewerkzaamheden besteedt. Per jaar moet je<br />
minimaal 1000 uur aan je <strong>Praktijkopleiding</strong> besteden.<br />
Ook dit maak je in jouw <strong>POP</strong> aannemelijk. Mocht je naast<br />
controlewerkzaamheden overige werkzaamheden<br />
verrichten in het kader van je <strong>Praktijkopleiding</strong>, dan<br />
verantwoord je deze werkzaamheden aan de hand van de<br />
competenties voor de overige kritische beroepssituaties.<br />
Je geeft dit in jouw <strong>POP</strong> al aan.<br />
Het draait in de <strong>Praktijkopleiding</strong> om het verwerven van<br />
competenties op het niveau van een beginnend<br />
beroepsbeoefenaar. Je vindt de situaties en bijbehorende<br />
competenties in het praktijkopleidingsplan.<br />
7
Neem in je persoonlijk actieplan alle kritische<br />
beroepssituaties op en benader ze SMART. Geef per<br />
kritische beroepssituatie aan waar je nu staat en hoe je<br />
kennis, vaardigheden, waarden, ethiek en houding gaat<br />
ontwikkelen. Maak dit concreet aan de hand van<br />
werkzaamheden, cursussen, opleidingen en klanten en<br />
verbindt ze met elkaar. De ontwikkeling van kennis en<br />
vaardigheden loopt parallel met de ontwikkeling in<br />
werkzaamheden. Anders gezegd: een cursus kan<br />
bijdragen aan de ontwikkeling van bepaalde<br />
vaardigheden. Maar deze vaardigheden moeten in de<br />
beroepspraktijk geoefend<br />
ontwikkeld worden.<br />
worden en op die manier<br />
Kennisontwikkeling ontstaat door herhaling van<br />
werkzaamheden en door studie. Uit de<br />
competentietabellen in het praktijkopleidingsplan blijkt,<br />
dat van jou verwacht wordt dat je bepaalde<br />
werkzaamheden uiteindelijk in ieder geval vanuit een<br />
bepaald theoretisch kader moet kunnen uitvoeren. Met<br />
andere woorden: zonder de kernvakken behaald te<br />
hebben, kun je geen controlewerkzaamheden uitvoeren op<br />
het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar.<br />
Noem in je <strong>POP</strong> geen klantnamen. Geef in een<br />
jaarplanning aan hoe je de competentie-ontwikkeling wilt<br />
realiseren. Komt een kritische beroepssituatie niet of<br />
deels terug in de <strong>Praktijkopleiding</strong>, geef dit dan aan in je<br />
actieplan.<br />
Competenties<br />
Competenties kun je definiëren als een cluster van<br />
verwante kennis, vaardigheden, waarden, ethiek en<br />
houdingen. Het opleidingstraject gaat niet alleen uit van<br />
de vraag wat iemand moet weten, maar ook van de vraag<br />
wat iemand moet kunnen en hoe hij het moet doen.<br />
Een competentie omvat vijf aspecten: kennis,<br />
vaardigheden, ethiek en de beroepshouding om in<br />
concrete taaksituaties (kritische beroepssituatie) doelen<br />
te bereiken. In het persoonlijk actieplan werk je deze<br />
aspecten in relatie tot elkaar verder uit.<br />
4.1 Kennisontwikkeling<br />
Kennis bestaat uit twee elementen: theoretische kennis<br />
en eerder opgedane ervaringen.<br />
Theoretische kennis<br />
Je kennis kun je op twee manieren vergroten. Zo kun je<br />
theoretische kennis opdoen door het volgen van<br />
cursussen, een theoretische opleiding en vaktechnische<br />
bijeenkomsten. Daarnaast kun je kennis vergaren door<br />
het lezen van vakbladen. De gelezen vakliteratuur en de<br />
gevolgde cursussen en bijeenkomsten vermeld je in je<br />
persoonlijk actieplan.<br />
Van jou wordt verwacht dat je werkzaamheden in de<br />
beroepspraktijk verricht vanuit een bepaald theoretisch<br />
kader. In het competentieprofiel zoals is opgenomen in<br />
het praktijkopleidingsplan, wordt deze relatie dan ook<br />
nadrukkelijk gelegd.<br />
Ervaring<br />
Kennisontwikkeling heeft ook te maken met ervaring. Als<br />
je een opdracht voor de tweede of derde keer doet,<br />
neem je de ervaringen van de eerste of tweede keer<br />
mee. Deze vorm van kennisontwikkeling heeft dus te<br />
maken met het aantal keer dat je binnen een kritische<br />
beroepssituatie een bepaald type opdracht verricht.<br />
Door te werken aan beroepsproducten, werk je aan je<br />
eigen ontwikkeling.<br />
Ook de complexiteit van de opdracht speelt hierin mee.<br />
Kun je je <strong>Praktijkopleiding</strong> zo plannen dat de complexiteit<br />
van je werkzaamheden toeneemt? Stel jezelf de vraag<br />
hoe je jezelf daarin ontwikkelt. De complexiteit kan op<br />
verschillende wijzen toenemen. De opdrachten van<br />
hetzelfde type klant worden bijvoorbeeld steeds<br />
ingewikkelder. Het kan ook zijn dat de complexiteit<br />
toeneemt doordat je steeds grotere klanten gaat<br />
behandelen. In je persoonlijke actieplan besteed je<br />
aandacht aan dit soort zaken. De complexiteit van de<br />
opdrachten wordt weerspiegeld in de complexiteit van de<br />
processen waarin de beroepsproducten tot stand zijn<br />
gekomen<br />
8
Expertiseontwikkeling<br />
Schenk apart aandacht aan je expertiseontwikkeling.<br />
Expetise-ontwikkeling draagt bij aan jouw persoonlijke<br />
profiel. Waar wil je je in onderscheiden ten opzichte van<br />
anderen? Wil je specialist worden in één of meerdere<br />
sectoren (bijvoorbeeld de detailhandel of de<br />
transportsector)? Wil je je vaktechnisch specialiseren in<br />
een bepaald onderdeel (bijvoorbeeld verslaglegging of<br />
controleopdrachten)? Of wil je jezelf ontwikkelen als<br />
leidinggevende? Geef in je actieplan aan hoe jij je<br />
expertise wilt ontwikkelen.<br />
4.2 Ontwikkeling van je beroepshouding<br />
Je beroepshouding omvat de wijze waarop je omgaat met<br />
de gedrags- en beroepsregels. Je past de regels correct<br />
toe wanneer je het instrumentarium van de <strong>AA</strong>-<br />
Accountant aantoonbaar op de juiste wijze kan hanteren<br />
(zie praktijkopleidingsplan).<br />
Natuurlijke antenne<br />
Als je net begint te werken op een kantoor pas je<br />
waarschijnlijk de gedrags- en beroepsregels toe door je<br />
te houden aan de regels en gebruiken van het kantoor.<br />
Je houdt bijvoorbeeld in de gaten dat je bij de uitvoering<br />
van de opdracht onpartijdig en onafhankelijk bent. Aan<br />
het einde van de <strong>Praktijkopleiding</strong> wordt van je verwacht<br />
dat je de gedragsregels continu toepast en dat je<br />
hiervoor als het ware een antenne hebt ontwikkeld.<br />
Ethiek<br />
Hoe ontwikkel je die antenne? Welk type opdrachten ga<br />
jij verrichten om vertrouwd te raken met de gedrags- en<br />
beroepsregels? Bedenk overigens dat je beroepshouding<br />
niet alleen is gebaseerd op regels, maar dat je ook te<br />
maken hebt met een algemeen ethisch normbesef.<br />
4.3 Ontwikkeling van vaardigheden<br />
Bij vaardigheden moet je denken aan communicatieve<br />
vaardigheden en aan algemene beroepsvaardigheden.<br />
Communicatieve vaardigheden<br />
In de communicatieve vaardigheden onderscheiden we<br />
drie onderdelen: persoonlijke effectiviteit, professioneel<br />
adviseren en schriftelijke communicatie. Tijdens de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> besteed je 20 uur aan cursussen<br />
communicatieve beroepsvaardigheden. Je ontwikkelt deze<br />
vaardigheden verder door er bewust mee bezig te zijn en<br />
in de praktijk te oefenen. Deze vaardigheden komen goed<br />
van pas bij contacten met collega’s en klanten. Denk<br />
hierbij onder meer aan onderhandelen en omgaan met<br />
kritiek. In het <strong>POP</strong> geef je aan hoe je deze vaardigheden<br />
in jouw beroepspraktijk denkt te ontwikkelen en hoe je<br />
daar ook steeds meer complexiteit in weet aan te<br />
brengen. Bij welke klanten / type opdrachten ga je<br />
welke vaardigheden oefenen?.<br />
Overige beroepsvaardigheden<br />
De beroepsvaardigheden (zoals helikopterview en<br />
signaalfunctie) zeggen veel over het niveau waarop jij<br />
functioneert. Je beschikt over een helikopterview<br />
wanneer je de problematiek in al zijn facetten goed kunt<br />
overzien en hoofd- en bijzaken goed van elkaar weet te<br />
onderscheiden. De ontwikkeling van deze<br />
beroepsvaardigheden hangt samen met:<br />
● wat je binnen het kantoor mag (je bevoegdheden,<br />
gerelateerd aan je functie);<br />
● het type opdrachten dat je behandelt.<br />
De kwaliteit van je begeleiding is van belang voor de<br />
wijze waarop je de beroepsvaardigheden ontwikkelt. Als<br />
iemand je wijst op wat beter kan, stimuleert dat je om<br />
jezelf te verbeteren. In het persoonlijke actieplan geef<br />
je aan hoe je praktijkopleider jou gaat coachen bij het<br />
ontwikkelen van de beroepsvaardigheden.<br />
4.4 Het bijhouden van je ontwikkeling<br />
Hoe beschrijf je je geplande ontwikkeling voor de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong>?<br />
Carrièrepad<br />
Je koppelt je ontwikkeling van competenties aan de door<br />
jou geplande carrièreontwikkeling. Welke functie heb je<br />
nu en welke functie wil je bereiken aan het einde van de<br />
9
<strong>Praktijkopleiding</strong> (bijvoorbeeld van assistent accountant<br />
naar relatiebeheerder)? Hoe ziet het tijdpad eruit?<br />
Welke bevoegdheden (gekoppeld aan je functie en/of<br />
ervaring) heb je nu en welke bevoegdheden bezit je<br />
straks? Zijn daar afspraken over gemaakt of is dat<br />
binnen je kantoor vanzelfsprekend?<br />
Type opdracht<br />
Verder koppel je je ontwikkeling van competenties aan<br />
het type opdrachten dat je gaat behandelen. Welke<br />
kritische beroepssituaties wil jij aan het einde van je<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> zelfstandig uitvoeren? Welke afspraken<br />
zijn er gemaakt over de uitvoering van<br />
controleopdrachten? Zorg je voor een opbouw van<br />
relatief simpele opdrachten naar relatief complexe<br />
opdrachten? En hoe? Zorg je voor een opbouw van kleine<br />
klanten naar middelgrote of grote klanten? Hoe plaats je<br />
dat in de tijd? Bouw je in een bepaalde branche<br />
expertise op? Om welke branche gaat het dan? Of bouw<br />
je expertise op in een bepaald vakgebied? Welk<br />
vakgebied? Wat ga je daar voor doen?<br />
10
5. Beoordeling van je <strong>POP</strong><br />
Je persoonlijke ontwikkelingsplan wordt beoordeeld door<br />
je praktijkopleider en daarna door een externe<br />
beoordelaar.<br />
Beoordeling <strong>POP</strong><br />
Heeft je praktijkopleider het <strong>POP</strong> goedgekeurd, dan geeft<br />
hij dit aan in je portfolio. Vervolgens buigt de externe<br />
beoordelaar zich over het <strong>POP</strong>. Als eerste checkt hij of<br />
het <strong>POP</strong> goedgekeurd is door de praktijkopleider. Verder<br />
let hij erop of in het <strong>POP</strong>:<br />
● een puntsgewijze opsomming van de vooropleiding en<br />
de relevante werkervaring staat, en of daaruit een<br />
goed beeld gevormd kan worden van het niveau<br />
waarop je bij<br />
functioneert;<br />
aanvang van de <strong>Praktijkopleiding</strong><br />
● de verwachting ten aanzien van je persoonlijke groei<br />
aansluit bij het instroomniveau en bij een normale<br />
ontwikkeling in de praktijk;<br />
● de genoemde competenties voldoen aan de gestelde<br />
minimumeisen qua werkgebieden, kwantitatieve<br />
eisen en verantwoordelijkheidsniveaus.<br />
De externe beoordelaar kan bepaalde onderdelen of<br />
aspecten van het <strong>POP</strong> als onvoldoende aanmerken. Hij<br />
geeft deze verbeterpunten aan op het<br />
beoordelingsformulier. Op het moment dat de externe<br />
beoordelaar je <strong>POP</strong> heeft goedgekeurd mag je starten<br />
met de <strong>Praktijkopleiding</strong>. Daarna bekijkt de externe<br />
beoordelaar jaarlijks in hoeverre je nog voldoet aan<br />
hetgeen in het <strong>POP</strong> is beschreven. Je beschrijft dit in je<br />
essay (zie de essay<strong>wijzer</strong>).<br />
Procesbewaker<br />
In beginsel krijg je een externe beoordelaar toegewezen<br />
voor de volledige duur van de opleiding. Hij beoordeelt je<br />
ontwikkeling aan de hand van het persoonlijke<br />
ontwikkelingsplan (<strong>POP</strong>). Daarmee fungeert hij als<br />
procesbewaker. Hij bewaakt samen met je<br />
praktijkopleider je ontwikkeling. En hij houdt in de gaten<br />
of je het vereiste niveau bereikt en of je ontwikkeling<br />
volgens plan verloopt. Zodat je uiteindelijk de<br />
<strong>Praktijkopleiding</strong> succesvol kunt afsluiten.<br />
11
Bijlage: Format <strong>POP</strong><br />
Curriculum vitae<br />
● een opsomming van gevolgde opleidingen en<br />
●<br />
cursussen.<br />
voor opleidingen en cursussen die niet eenduidig<br />
zijn, aangeven wat de opleidingen en cursussen<br />
inhouden. Begrippen als bacheloropleiding, postbacheloropleiding,<br />
OAT en mastercass (HMV) zijn<br />
niet bij alle externe beoordelaars bekend. Uit de CV<br />
moet blijken waar je in het theoretische<br />
●<br />
opleidingstraject staat;<br />
opsomming van eerder opgedane werkervaring. Geef<br />
per werkgever aan wat je functie was/is, welke rol<br />
je vervulde (taken en bevoegdheden) en wat je plek<br />
binnen de organisatie was/is.<br />
Opleidingsgegevens<br />
Hierin plaats je de door jou gescande cijferlijsten,<br />
diploma’s (voor- en achterkant), getuigschriften en<br />
bewijzen van deelname.<br />
Beschrijving kantoor<br />
Hierin plaats je:<br />
1. een organogram, jouw plaats in het organogram, het<br />
aantal medewerkers, je taken en bevoegdheden binnen de<br />
organisatie;<br />
2. het type klanten: benoem de sectoren en het<br />
marktsegment waarin de klanten zich bevinden (klein-,<br />
midden- of grootbedrijf). In verband met de anonimiteit<br />
noem je geen klantnamen;<br />
3. welk soort opdrachten er worden verricht bij de<br />
verschillende typen klanten (bijvoorbeeld fiscale<br />
opdrachten of controleopdrachten);<br />
4. of het kantoor een AFM-vergunning heeft;<br />
5. een korte beschrijving van je praktijkopleider.<br />
Omschrijf wie hij is, welke positie hij in de organisatie<br />
inneemt en hoeveel jaar ervaring hij heeft.<br />
Persoonlijk actieplan<br />
In het PAP beschrijf je:<br />
1. waar je op dit moment staat in je carrière;<br />
2. wat je wilt bereiken;<br />
3. hoe je dat gaat realiseren.<br />
Bovenstaande drie punten werk je op de volgende manier<br />
uit.<br />
● Geef aan welke competenties je eventueel al hebt<br />
verworven voordat je aan de <strong>Praktijkopleiding</strong> begon.<br />
Geef ook aan hoe. Beschrijf dit aan de hand van<br />
reeds verrichte werkzaamheden. Welke taken en<br />
bevoegdheden had je op dat moment? Ga in deze<br />
beschrijving in op kennis, vaardigheden, waarden<br />
ethiek en houding.<br />
● Geef aan welke persoonlijke ambities je hebt en hoe<br />
je die denkt te realiseren. Ga daarbij in op de<br />
ontwikkeling in functieniveau.<br />
● Geef aan welke kritische beroepssituatie(s) je<br />
tijdens de <strong>Praktijkopleiding</strong> gaat afronden. Geef aan<br />
de hand van concrete typen klanten (*) aan hoe je<br />
dat gaat doen. Laat daarin een opbouw zien (van<br />
klein naar groot, van niveau 2 (niveau lager dan dat<br />
van een beginnend beroepsbeoefenaar) naar niveau 1<br />
(niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar), van<br />
smal naar breed (uitbreiding van het aantal<br />
klanten), van functieniveau X naar functieniveau Y).<br />
Besteed aandacht aan de complexiteit van de<br />
●<br />
opdrachten. Maar let op: noem geen klantnamen.<br />
Maak per kritische beroepssituatie onderscheid naar<br />
kennis, vaardigheden, waarden, ethiek en houding.<br />
Maak dit concreet aan de hand van cursussen,<br />
opleidingen en vaktechnische bijeenkomsten<br />
enerzijds. En aan de hand van klanten anderzijds.<br />
Noem geen namen van klanten. Leg een verbinding<br />
tussen het vergroten van kennis, de oefening van<br />
vaardigheden<br />
heidsniveau.<br />
en de groei in verantwoordelijk-<br />
● Geef per kritische beroepssituatie een planning in<br />
relatie tot de groei die je wilt realiseren. De<br />
planning wordt gegeven op jaarbasis.<br />
Beoordeling <strong>POP</strong><br />
In het sjabloon tref je de beoordeling van je externe<br />
beoordelaar aan.<br />
(*)wel geanonimiseerd<br />
12