Hoogerbrugge Marloes _ Paper.pdf - PlanDag
Hoogerbrugge Marloes _ Paper.pdf - PlanDag
Hoogerbrugge Marloes _ Paper.pdf - PlanDag
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
ander voordeel van stedelijke netwerken is dat zij vaak niet de problemen van grote steden kennen,<br />
zoals congestie, criminaliteit en milieuvervuiling (Parr, 2002). In het Vlaamse groenboek ruimte wordt<br />
de “menselijke maat” van polycentrische stedelijke regio’s geprezen. Door samenwerking op het<br />
metropolitane schaalniveau kunnen steden een efficiëntieslag maken door verschillende diensten en<br />
producten samen aan te bieden en/of op elkaar af te stemmen. Samen sterk, krachten bundelen, één<br />
plus één is drie: allemaal krachtige termen maar in de praktijk is het nog niet zo eenvoudig om een<br />
netwerk van meerdere steden optimaal te laten functioneren. De vraag blijft hoe nabijgelegen steden<br />
kunnen uitgroeien tot een metropool en, door middel van het stedelijke netwerk, optimaal profijt van<br />
elkaar kunnen hebben. Dit paper bespreekt het proces van metropoolvorming dat beschrijft hoe een<br />
betrekkelijk losse verzameling van nabijgelegen middelgrote en kleine steden steeds meer functioneel,<br />
cultureel en bestuurlijk geïntegreerd raakt. De aanname is dat een vergaande integratie van de steden<br />
een positieve invloed heeft op het presteren van de metropoolregio als geheel. Door het proces van<br />
metropoolvorming in drie Europese stedelijke regio’s te analyseren wordt er ingegaan op de vraag hoe<br />
metropoolvorming in de praktijk werkt. Hoe kunnen steden en dorpen samen een robuust en<br />
veerkrachtig stedelijk netwerk realiseren en welke rol kunnen bestuurders en beleidsmakers hierin<br />
spelen? Op basis van een kwalitatieve case studie analyse wordt het proces van metropoolvorming in<br />
drie Europese regio’s geanalyseerd: de Zweedse metropoolregio Linköping-Norrköping, de Poolse<br />
regio Gdansk-Gdynia en de Nederlandse metropoolregio Rotterdam-Den Haag. Dit paper is<br />
gebaseerd op eerder onderzoek in het kader van de kennis- en onderzoeksagenda “Polycentric<br />
Metropolitan Areas” van het European Metropolitan network Institute (EMI, 2012). De agenda is het<br />
resultaat van een uitgebreide literatuurstudie, een enquête uitgezet onder honderd Europese<br />
stedelijke regio’s en aanvullend case studie onderzoek naar zes Europese regio’s.<br />
Metropoolvorming<br />
De integratie tussen steden bepaalt in hoeverre zij gebruik maken van elkaars nabijheid. Steden<br />
kunnen op verschillende manieren met elkaar integreren (Champion, 2001). Een centrale stad kan<br />
geleidelijk de omliggende steden opnemen in haar invloedssfeer (incorporatiemodel) of verschillende<br />
steden kunnen integreren tot één stedelijk netwerk (fusiemodel). In dit paper ligt de nadruk op het<br />
laatst genoemde model. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen drie verschillende dimensies<br />
van integratie: functionele, culturele en institutionele integratie (European Metropolitan network<br />
Institute, 2012). De functionele integratie richt zich op de functionele relaties tussen de steden. Hierbij<br />
wordt er gekeken naar de relaties of stromen van mensen, goederen, diensten, geld of informatie. De<br />
culturele dimensie van integratie richt zich op de identificatie van bewoners en bedrijven met de<br />
metropool en de mate waarin zij zich onderdeel van een regio voelen. De institutionele dimensie richt<br />
zich op de regionale samenwerking en afstemming. In hoeverre werken publieke maar ook private<br />
partijen met elkaar samen? De veronderstelling is dat de drie dimensies niet los van elkaar staan,<br />
maar dat zij met elkaar samenhangen. Ter illustratie: een nieuwe lightrail connectie kan voor meer<br />
regionale activiteiten en netwerken zorgen (functionele integratie) en de kans vergroten dat bewoners<br />
en bedrijven zich steeds meer gaan identificeren met de metropoolregio (culturele integratie). Voor<br />
bestuurders en beleidsmakers kan dit een signaal zijn voor een groeiend draagvlak voor regionale<br />
afstemming en samenwerking (institutionele integratie). Gevolg is dat de instituties meer kunnen<br />
inzetten op projecten en strategieën die de culturele en institutionele integratie bevorderen. Door het<br />
veronderstelde versterkende effect dat de drie dimensies van integratie op elkaar hebben, kan het<br />
proces van metropoolvorming schematisch weergegeven worden met een spiraal (zie figuur 2). Voor<br />
beleidsmakers en bestuurders is het een uitdaging om in de opwaartse spiraal van metropoolvorming<br />
te geraken om op deze manier optimaal te profiteren van de voordelen die metropoolvorming biedt.<br />
2