ERVARINGEN MET EEN EXAMENKLAS VMBO-GL/TL 2005 Een wiskundedocent schrijft over zijn examenklas en het examenprogramma wiskunde voor de gemengde en theoretische leerweg. [ Rob Kronenberg ] 022 FIGUUR 1
De klas In eerste instantie was ik blij met mijn examenklas 4TG3. De klas telde slechts vierentwintig leerlingen, een fl ink contrast met de dertig <strong>van</strong> vorig jaar. De samenstelling <strong>van</strong> de klas was ook totaal anders. Had ik vorig jaar een klas met de helft meisjes, dit jaar zaten er maar vier meisjes in mijn examenklas. Het is, denk ik, logisch dat de verhouding jongens en meisjes invloed kan hebben op de werkhouding en de sfeer in de klas. Deze vond ik dit jaar – ondanks de kleinere klas - een stuk minder goed dan vorig jaar. Ik was weliswaar mentor <strong>van</strong> deze groep, maar ik kreeg er niet zoveel vat op. Er gebeurde <strong>van</strong> alles wat niet door de beugel kon: spijbelen, te laat of helemaal niet komen opdagen bij toetsen, enzovoort. De leerlingen maten zich een nonchalante houding aan. Door dat alles verwachtte ik eigenlijk een slechter examenresultaat dan vorig jaar. De organisatie Bij ons op school (ongeveer 1600 leerlingen vmbohavo-vwo) hebben we een systeem waarbij per groep één leraar verantwoordelijk is voor de planning en de organisatie. Dat houdt in dat die persoon ervoor zorgt dat de jaarplanning en de stof <strong>van</strong> de toetsen overeenkomt met het PTA en dat er afspraken gemaakt worden met de collega’s die parallel lesgeven over wie bijvoorbeeld de schoolexamens maakt. Naast 3H en 3A doe ik 4TG (theoretische en gemengde leerweg); daarbij probeer ik het voor mezelf en de leerlingen zo duidelijk mogelijk te houden. De leerlingen krijgen aan het begin <strong>van</strong> het jaar een planning op één A4-tje waarop alle belangrijke tijdstippen vermeld staan: welke stof in welke week af moet zijn, de data <strong>van</strong> deeltoetsen, toetsweken en ‘studieverlof’ (het woord ‘vakantie’ gebruik ik in 4TG wel, maar dat heeft dan betrekking op mijzelf, FIGUUR 2 waar lachend op gereageerd wordt), de inleverdata <strong>van</strong> bepaalde opdrachten, het tijdstip waarop het sectorwerkstuk klaar moet zijn, en de data <strong>van</strong> de centrale examens. Het voordeel <strong>van</strong> zo’n A4-tje ten opzichte <strong>van</strong> het PTA is dat de leerlingen deze planning bij hun werk kunnen bewaren. Anderen die het binnen enkele weken kwijt zijn kunnen weer gemakkelijk <strong>van</strong> een kopietje worden voorzien. De voorbereiding Het probleem om de leerlingen te motiveren in het examenjaar en gemotiveerd te houden door het schooljaar heen is groot. Er zit denk ik voor de leerlingen minder uitdaging in de huidige stof dan vroeger op de mavo. Ook komen er in het vierde leerjaar nauwelijks nieuwe onderwerpen aan bod. Deels is dit volgens mij te wijten aan de constante verlaging <strong>van</strong> de examennormen en het schrappen <strong>van</strong> moeilijker onderwerpen in de examenstof. Als ik de boeken <strong>van</strong> Getal en Ruimte editie 2002 die we momenteel gebruiken, vergelijk met de uitgave 4M-CD voor mavo <strong>van</strong> 1989, dan zijn de verschillen erg groot. Denk maar eens aan onderwerpen als stelsels vergelijkingen, ongelijkheden, cirkels, raaklijnen, puntverzamelingen, functies, sinusregel, cosinusregel, vectoren en afbeeldingen. Misschien gaat deze vergelijking mank; vmbo-TL en mavo kunnen immers niet goed vergeleken worden. Toch heb ik mijn twijfels. Er zijn nog steeds leerlingen die havo gaan doen na TL, en dat moet ook kunnen, maar zij hebben een fl inke achterstand ten opzichte <strong>van</strong> een 3-havo-leerling, zeker wat betreft algebraïsche vaardigheden en functies. Wij geven dan ook na de examens een cursus om de hiaten weg te werken. Je zou kunnen denken dat er iets anders voor in de plaats is gekomen, maar dat beperkt zich grotendeels 023