81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
81-1 - Nederlandse Vereniging van Wiskundeleraren
Create successful ePaper yourself
Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.
5 Wiskunde als gereedschap<br />
[ Bert Zwaneveld ]<br />
036<br />
Saai?<br />
In de bovenbouw <strong>van</strong> het havo en het vwo moet<br />
wiskunde het <strong>van</strong>af 2007 met minder uren doen.<br />
Dat komt enerzijds doordat er <strong>van</strong> hogerhand is<br />
beslist dat alle vakken ongeveer dezelfde om<strong>van</strong>g<br />
qua studielast moeten hebben en wiskunde met het<br />
huidige urental daar niet in past. Anderzijds kan<br />
ik me niet aan de indruk onttrekken dat men ook<br />
commentaar <strong>van</strong> leerlingen, dat wiskunde moeilijk<br />
en saai is, daarbij heeft laten meewegen.<br />
Dat wiskunde moeilijk is, zullen maar weinig mensen<br />
ontkennen. Maar over de genoemde saaiheid kunnen<br />
we ons verbazen. We doen immers al een groot<br />
aantal jaren nadrukkelijke pogingen om wiskunde<br />
aantrekkelijk te maken door wiskunde in te bedden<br />
in realistische problemen ontleend aan echte<br />
situaties. Uit de Vakdossiers wiskunde <strong>van</strong> de SLO en<br />
de rapportages <strong>van</strong> het Adviespunt Tweede Fase blijkt<br />
echter dat leerlingen vaak geen idee hebben waarom<br />
ze al die stof moeten leren, dat het ontzettend veel<br />
werk is en dat er niet veel variatie in de lessen zit. Ik<br />
vermoed dat die saaiheid vooral hiermee te maken<br />
heeft.<br />
Theorie<br />
Als er één vak is waar naar het leren en onderwijzen<br />
er<strong>van</strong> veel onderzoek is gedaan, dan is dat<br />
wiskunde. Hier in Nederland hebben in de jaren<br />
‘70 <strong>van</strong> de vorige eeuw Joop <strong>van</strong> Dormolen en<br />
Harrie Broekman via de door hen georganiseerde<br />
didactiekcursussen veel gedaan om bekendheid te<br />
geven aan het leren <strong>van</strong> wiskundige begrippen via<br />
voorbeelden. Zij gebruikten daarbij de ideeën <strong>van</strong><br />
Skemp, gebaseerd op die <strong>van</strong> Piaget. Freudenthal en<br />
zijn medewerkers en opvolgers hebben het realistisch<br />
rekenwiskundeonderwijs geïntroduceerd en uitvoerig<br />
onderzocht. Ook het werk <strong>van</strong> Pierre <strong>van</strong> Hiele moet<br />
genoemd worden, die een aantal elkaar opvolgende<br />
fasen in het leren <strong>van</strong> wiskunde heeft onderscheiden.<br />
Harrie Broekman heeft hierover recent in ons<br />
vakblad geschreven[1].<br />
Al deze didactische theorieën zijn inmiddels<br />
gemeengoed geworden: ze worden op<br />
lerarenopleidingen onderwezen en zijn vooral via de<br />
schoolboeken in de klassenpraktijk doorgedrongen.<br />
Al dit op theorie gebaseerde werk is gericht<br />
op het verbeteren <strong>van</strong> het wiskundeonderwijs.<br />
Wiskunde wordt aangeboden via een aantrekkelijke<br />
probleemstelling en/of door de stof goed te<br />
structureren. Kennelijk met onvoldoende succes,<br />
helaas.<br />
Praktijk<br />
Betekent dit dat we die didactische theorieën nu<br />
maar overboord moeten zetten en terug moeten<br />
keren naar vroeger met een didactische aanpak <strong>van</strong><br />
‘eerst de theorie en dan oefenen’? Van Streun heeft<br />
in zijn wiskundedidactisch onderzoek (‘Heuristisch<br />
wiskundeonderwijs’) laten zien dat dit in ieder geval<br />
slechter werkt dan een meer geïntegreerde aanpak.<br />
Afgezien <strong>van</strong> deze les uit de praktijk is er op dit<br />
moment een soort mode – of moet ik zeggen: hype? –<br />
in het <strong>Nederlandse</strong> onderwijsland waarbij ‘onderwijs<br />
in realistische context’ omarmd wordt. Kennelijk<br />
wordt in breder verband een aanpak in lijn met het<br />
realistisch wiskundeonderwijs gewaardeerd. Daarbij<br />
is er vaak meer aandacht voor hoe de leerlingen<br />
werken dan voor wat ze met dat werken bereiken. De<br />
nadruk ligt op het proces; denk in dit verband aan<br />
het portfolio dat langzaamaan een panacee voor alle<br />
kwalen lijkt te worden.<br />
Wiskundige theorie<br />
<strong>Wiskundeleraren</strong> hebben niet alleen met genoemde<br />
didactische theorieën te maken, maar ook met<br />
de theorie <strong>van</strong> de wiskunde. In de praktijk <strong>van</strong><br />
de wiskunde op school verdwijnt die wiskundige<br />
theorie steeds meer. Dat geldt in het héle voortgezet<br />
onderwijs: er is steeds minder aandacht voor de<br />
theorie <strong>van</strong> de schoolvakken. En dat is zeer te<br />
betreuren. Ik ben er weliswaar ten diepste <strong>van</strong><br />
overtuigd dat het wiskundeonderwijs verbeterd<br />
is door de genoemde didactische theorieën,<br />
realistisch wiskundeonderwijs, begrippen leren op<br />
de manier <strong>van</strong> Skemp, de niveautheorie <strong>van</strong> Van<br />
Hiele – maar ik ben er óók <strong>van</strong> overtuigd dat de<br />
theorie <strong>van</strong> de wiskunde een beduidende plaats in<br />
de schoolwiskunde moet innemen. Het benoemen<br />
en bewijzen <strong>van</strong> meetkundige stellingen in de<br />
bovenbouw <strong>van</strong> het vwo bij wiskunde-B is daartoe<br />
volstrekt ontoereikend. De theoretische aspecten <strong>van</strong><br />
de wiskunde moeten bij élk onderdeel en dus in elke<br />
klas aan bod komen. Tot de theorie <strong>van</strong> de wiskunde<br />
hoort niet alleen de stelling met bewijs dat de som<br />
<strong>van</strong> de hoeken <strong>van</strong> een driehoek 180° is, maar ook<br />
het volgens de regels <strong>van</strong> de algebra ‘semantiekloos’<br />
manipuleren <strong>van</strong> algebraïsche uitdrukkingen. Om<br />
de kracht <strong>van</strong> de wiskundige theorie te begrijpen is<br />
het nodig dat leerlingen ervaren dat wiskunde een<br />
uitermate bruikbaar gereedschap is bij het aanpakken<br />
en oplossen <strong>van</strong> problemen die al dan niet aan de<br />
praktijk ontleend zijn. Om dat gereedschap goed te<br />
leren gebruiken moet de leerling weten hoe het in<br />
OVER WISKUNDEONDERWIJS: INNOVATIE<br />
EN CONSOLIDATIE